DIT IS EEN COMMERCIËLE BIJLAGE GEDISTRIBUEERD DOOR AD. DE REDACTIE IS NIET VERANTWOORDELIJK VOOR DE INHOUD.
Ontwikkeling en productie van innovatieve, duurzame concepten voor de voedingsindustrie
Duurzame Voedselketen Onze voedselketen gaat op de schop: from farm to fork
Maart 2022
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
‘De voedseltransitie moet systemisch en holistisch aangepakt worden’
In 2015 werden door de Verenigde Naties de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen ingesteld.
8 Focus
Eiwittransitie 2.0
Sommige eiwitten moet je uit het gras halen vóór de koe er stikstof van maakt. Die kun je dan aan varkens voeren. Zo los je de stikstofcrisis én de sojaproblematiek op.
12
Waardecreatie door samenwerking in de voedselketen Ons dagelijks voedsel heeft vaak al een hele weg afgelegd voordat het bij ons op het aanrecht ligt.
Mogelijkheden
Beste bestrijding van verleiding is vermijding
85 procent van de Nederlanders krijgt dagelijks te veel zout binnen.
Plant-based voeding is geen hype meer, maar here to stay De vraag naar vegetarische en veganistische producten stijgt nog altijd fors.
11 19 22
8 t/m 15 oktober 2022
CONO Kaasmakers naar klimaatpositief in 2030
Blije koeien en alles voor een duurzaam klimaat: dat zijn twee belangrijke streefdoelen van CONO Kaasmakers. ; ; hѴ;bm; 1oक़r;u-ঞ; l--h| -Ѵ vbm7v 1901 met passie en aandacht voor mens, dier en milieu kaas in de Beemster Polder. Bij CONO is men zich er terdege van bewust dat de klimaatverandering een grote uitdaging is voor iedereen ;m bѴ -Ѵv 1oक़r;u-ঞ; 0bf7u-];m --m ;;m betere wereld. Daarom wil CONO als ;;uv|; b ;Ѵou]-mbv-ঞ; bm ;7;uѴ-m7 7-| haar kaas, waaronder het merk Beemster h--vķ bm ƑƏƒƏ hѴbl--|rovbঞ;= bvĺ (-m _;| gras dat de koe eet, tot de kaas in het schap; de hele keten moet straks per saldo CO2 uit de lucht halen.
Koeien en gras onderdeel van de oplossing
(oou bv _;| hѴbl--| u--]v| h een ketenvraagstuk met de koe als spil. Grietsje Hoekstra, duurzaamheidsmanager bij CONO Kaasmakers: “Wij zijn gek op onze koeien en kazen en zijn dag en nacht bezig met het ambacht om de dieren te verzorgen en de lekkerste h--v |; l-h;mĺ -| 7o;m ; -Ѵ ];m;u-ঞ;v lang en willen we aan volgende ];m;u-ঞ;v 7oou]; ;mĺ u-vѴ-m7 bv ࣐࣐m van de belangrijkste koolstofreservoirs en dus een belangrijke factor in de strijd tegen klimaatverandering.
$;];Ѵbfh;uঞf7 v|o|;m ho;b;m ooh l;|_--m uit als onderdeel van de spijsvertering. In de wei poept een koe niet op de plek waar ze plast wat voorkomt dat er ammoniak (een sterk ruikend gas) vrijkomt. Daarbij _;;[ 7; 1ol0bm-ঞ; -m ;;Ѵ ;b7;]-m]ķ het seizoen en de kwaliteit van het gras volgens het recente beweidingsonderzoek van Wageningen Livestock !;v;-u1_ ;;m rovbঞ;= ;@;1| or 7; emissie van methaan uit de pens. Wij zien weidegang als belangrijk onderdeel in de verduurzaming van de melkveehouderij.” In 2021 graasden CONO-koeien gemiddeld 180 dagen van 10 uur in de wei. Sommige boeren gaan verder, zoals CONO-melkveehouder Adri Schouten uit Nibbixwoud: “Ik ben een grasboer. Dus mijn koeien moeten zoveel mogelijk buiten lopen en zoveel mogelijk vers gras eten. Je moet natuurlijk ergens een grens trekken, maar 6 uur per dag, de landelijke weidegangnorm, dat vind ik een frisse neus halen. Mijn koeien komen in de zomer wel aan 21 uur per dag, uiteraard als het weer en de bodem het toelaten.”
Klimaatpositief
Sinds 2020 is de kaasmakerij van hѴbl--|m; |u--Ѵ ];1;uঞC1;;u7ĺ Ѵbl--|rovbঞ;= bv ;;m -l0bঞ; ; v|-r ;u7;uĺ bf hѴbl--|rovbঞ;= ou7| mb;| alleen ingezet op CO2 u;7 1ঞ;ķ ooh wordt CO2 uit de lucht gehaald.
Bijvoorbeeld door koolstofopbouw in de bodem en het planten van bomen. l hѴbl--|rovbঞ;= |; bfm lo;|;m ;u meer broeikasgassen opgeslagen dan uitgestoten worden, waardoor er in 7; ru-hঞfh lbm7;u 2 in de lucht zit. Op deze manier draagt CONO eraan bij dat de opwarming van de aarde wordt afgeremd. Wat niet valt te reduceren, de onvermijdbare emissie, moet gecompenseerd worden. Met hѴbl--|1olr;mv-ঞ; v|-u| o 7b1_| lo];Ѵbfh 0bf 7; 1oक़r;u-ঞ; ;m ;u7;u ;] als dat nodig is.
CONO en duurzaamheid
; u bl ƓƏƏ Ѵ;7;m -m 7; 1oक़r;u-ঞ; werken al jaren met het Caring Dairy programma, gericht op verduurzaming van het melkveebedrijf. In 2002 was 7; ;;uv|; b ;Ѵou]-mbv-ঞ; 7b; een premie gaf voor weidegang. In 2014 werd een nieuwe kaasmakerij geopend, energiezuinig ontworpen en sinds 2020 klimaatneutraal. Dus is het voor de 1oक़r;u-ঞ; Ѵo]bv1_ ol bm 7 u --l_;b7 v|-rr;m |; 0Ѵbf ;m ; ;mĺ b; -l0bঞ; ol bm ƑƏƒƏ hѴbl--|rovbঞ; ; h--v |; kunnen maken ligt in het verlengde van 7; 0;v|--mv]uom7 -m 7; 1oक़r;u-ঞ; van melkveehouders: de landerijen en boerderijen zo goed mogelijk doorgeven --m oѴ];m7; ];m;u-ঞ;vĺ o;7 rentmeesterschap kortom, zit in het CONO-DNA.
Kijk voor meer informatie op cono.nl
DUURZAME VOEDSELKETEN 3 DUURZAME VOEDSELKETEN
www.contentway.nl Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
KPMG – PARTNER CONTENT
Keuzes maken op weg naar een duurzame bedrijfsoperatie
Z
owel de coronapandemie als de vreselijke oorlog in Oekraïne tonen opnieuw aan hoe kwetsbaar agrarische toeleveringsketens van producten, grondstoffen en onderdelen zijn. Zo dreigt er nu een graangebrek en prijzen gaan door het dak. Zeeuwse boeren hebben inmiddels velden zomertarwe gezaaid want wie weet kan zelfs de dure Nederlandse grond lucratief zijn om tarwe te verbouwen. Wie weet wat? Dat is de grote vraag. Dankzij de wereldwijde complexiteit, is weten waar grondstoffen vandaan komen, een van de grootste uitdagingen op weg naar een duurzame voedselketen. 51% van de beleidsmakers in ondernemend Nederland heeft geen idee of ingekochte producten en grondstoffen uit het veelal verre buitenland op een eerlijke, veilige en verantwoorde manier gemaakt wordt. “Inzage is niet eenvoudig en vraagt om intensieve samenwerking met veel verschillende partijen”, vertelt Jerwin Tholen, partner sustainability KPMG. “Koffie, cacao, graan en vele andere producten worden soms wel vijf keer verhandeld voordat ze in Rotterdam aankomen. Je moet dus een hele goede registratie bijhouden om te weten waar wat vandaan komt, onder welke omstandigheden producten gemaakt zijn
waar bijvoorbeeld de knelpunten zitten en hoe programma’s te verbeteren. Geen enkel bedrijf heeft maar ēēn grondstof. Alles duurzaam inkopen als je duizenden of soms zelfs tienduizenden verschillende grondstoffen nodig hebt, lijkt dan een onmogelijke opgave.”
Jerwin Tholen, Partner Sustainability KPMG
Brigitte Campfens, Senior Manager Sustainability KPMG
en welke prijs de boer uiteindelijk betaald krijgt. Niet alleen de consument wil dat weten maar ook op stapel staande weten regelgeving vanuit Europa verplicht bedrijven straks uitsluitend te werken met toeleveranciers die kunnen aantonen dat ze alles netjes op de rit hebben.
Campfens. Zij adviseert bedrijven in eerste instantie keuzes te maken die passen bij de ‘purpose’ van het bedrijf. “Als jij consumenten wilt helpen bewuster te eten met minder impact op het milieu, dan kun je kijken of je in je producten dierlijke eiwitten door plantaardige kunt vervangen.”
Dat is een flinke opgave en daarmee ook een ware ontdekkingsreis van risico’s in kaart brengen tot de zoektocht naar duurzame oplossingen. “Wij helpen bedrijven met een integrale aanpak. Zo werken we voor supermarktketens en levensmiddelenproducenten maar ook voor hun leveranciers in binnen- en buitenland. Voor agrarische bedrijven hebben we een innovatiescan ontwikkeld die inzicht geeft in waar en hoe te innoveren en waar het bedrijf staat in vergelijking tot andere bedrijven in de sector” stelt collega Brigitte Campfens, senior manager sustainability KPMG. Ook helpen we veevoederbedrijven met het verkrijgen van de juiste gegevens over hun stikstofbijdrage aan de Nederlandse landbouw.” “Omdat complexiteit en bedrijfsrisico’s alsmaar toenemen, valt het niet mee om te bepalen waar te beginnen op weg naar een duurzame voedselketen”, ervaart
«
Weet je als inkoper van koffie, tarwe of cacao hoe de prijs tot stand komt en wat de positie is van de boer die de grondstoffen van het land haalt? Hoe kan ik stikstof verminderen en leg ik dat vast in mijn boekhouding? Het zijn vraagstukken die actueler zijn dan ooit in de route naar een duurzame economie. KPMG helpt bedrijven in de agrarische keten met het verschaffen van inzicht en verslaglegging, wat bijdraagt aan een innovatieve en duurzame voedselketen.
„Wij helpen bedrijven met een integrale aanpak. Zo werken we voor supermarktketens en levensmiddelenproducenten maar ook voor hun leveranciers in binnen- en buitenland. “
“Er zijn bedrijven die alles prima op de rit hebben. Het wordt moeilijker als je groot wordt, weet Tholen. “Voor veel producten zijn programma’s ontwikkeld. Denk aan ketenpartners in de koffie- en cacaosector die intensief samenwerken om de situatie voor boeren te verbeteren. Ondanks deze gerichte programma’s gaat verandering langzaam in hele kleine stappen. Wij helpen bedrijven inzichtelijk te maken
“Dat vraagt om een systematische benadering op basis van concrete duurzaamheidsdoelstellingen. We helpen met het vaststellen van die doelstellingen en zorgen voor structuur in de aanpak om projecten stuk voor stuk te laten slagen. Verduurzaming is een proces met voortdurende stapjes vooruit.” Op de vraag hoe Nederland het doet op weg naar een duurzame economie, is Tholen optimistisch. “Mede dankzij de vooraanstaande kennis vanuit Wageningen zijn wij echt koploper. Ook komt er nergens ter wereld meer gecertificeerde soja en palmolie binnen dan in ons land. Ons polderland slaagt er bovendien in alle supermarkten om tafel te krijgen voor een gezamenlijk commitment om bijvoorbeeld het loon van bananenplukkers te verbeteren. “Uiteraard valt er nog veel te verbeteren. Op weg naar een duurzame economie betekent dat de Environmental, Social & Governance (ESG) agenda, dat wat goed is voor mens, milieu en samenleving, echt verankerd wordt in bedrijfsoperaties.Waar de samenleving tot voor kort van bedrijven verwacht dat zij welvaart en banen realiseren, moet elke onderneming zich als een verantwoordelijke burger gaan gedragen. Dat is een collectieve verantwoordelijkheid waar wij als KPMG ons steentje aan bijdragen dankzij meer dan 35-jarige ervaring op het vlak van duurzaamheid,” concluderen Tholen en Campfens.
KPMG Meer weten? Kijk op https://home.kpmg/nl/duurzaamvooruit
4
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
DUURZAME VOEDSELKETEN
IN DE PUBLICATIE Duurzame Voedselketen 6. Nederlands voedsel in the picture 8. Eiwittransitie 2.0 12. Alles wat we aandacht geven, groeit 16. Lokaler, duurzamer en gezonder
19. Waardecreatie door samenwerking in de voedselketen 22. Plant-based voeding is geen hype meer, maar here to stay
CONTENTWAY.NL Samen werken aan een korte, duurzame voedselketen Consumenten gaan steeds bewuster om met hun voeding, maar dit wordt ze niet altijd makkelijk gemaakt.
CONTENTWAY.NL Veilig voedsel vereist een voedselveiligheidscultuur We eten en drinken iedere dag. Je denkt er niet bij na, maar voordat het eten op je bord ligt, heeft het een hele route afgelegd.
‘Een halvering van de voedselverspilling is ambitieus, maar we moeten ervoor gaan’ Focus
Lokaal geproduceerd, biologisch en vaker vegetarisch. Consumenten kochten in 2020 twintig procent meer duurzame levensmiddelen dan in 2019, blijkt uit de Monitor Duurzaam Voedsel 2020 van de Wageningen University en het CBS. Ook Cees-Jan Adema, directeur van de Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI), ziet die trend duidelijk terugkomen. “De consument vindt duurzaamheid belangrijk en bedrijven uit de voedingsmiddelensector spelen daar steeds vaker op in.” Tekst: Claudia Pietryga
H
de supermarkten verandert in rap tempo. Er liggen meer vegetarische producten in de schappen en verpakte producten bevatten vaker minder plastic. Volgens Adema is er in de levensmiddelenwereld in de afgelopen vijftien jaar een knop omgegaan. “Eerder was duurzaamheid een thema dat vooral aan de rand van de sector plaatsvond, nu raakt het echt het hart. Dit komt enerzijds omdat de consument om duurzame producten vraagt, anderzijds weten we dat de voedingsmiddelensector een belangrijke rol kan en moet spelen in de uitdagingen waar we voor staan. En die rol pakken we ook.” et aanbod in
De koepelorganisatie helpt
aangesloten branches en bedrijven met de duurzaamheidstransitie door middel van het delen van kennis over thema’s zoals internationaal maatschappelijk verantwoord Lees meer op contentway.nl
Duurzame Voedselketen From farm to fork
ondernemen, recycling en CO2-reductie en gaat het gesprek aan met de overheid over prangende vraagstukken. Zo is er volgens Adema een eerlijkere inrichting van energieheffingen en -subsidies nodig en een grotere capaciteit van het elektriciteitsnet om de energietransitie te realiseren. “Voedingsmiddelenbedrijven zetten zich al jaren succesvol in om hun CO2-uitstoot verminderen en willen verder verduurzamen. Daarvoor hebben ze wel ruimte en middelen nodig. Vooral de energie-infrastructuur moet fors uitgebreid worden. Daarnaast betalen veel van onze leden nu onevenredig veel aan energieheffingen terwijl ze niet of nauwelijks gebruik kunnen maken van subsidies. Dat raakt vooral mkb-ondernemers in onze achterban hard. Over die onderwerpen zijn we met de overheid in gesprek.” van voedselverspilling is een Ook het tegengaan
groot thema. In Nederland wordt ketenbreed, dus van de boer tot de consument, een derde van het voedsel weggegooid. En dat is zonde stelt Adema. “Stel je voor dat ik een lekkere koffie bestel, de barista bedank en de helft weggooi? Dat kan toch niet? Voedsel mag je niet verspillen. Helemaal niet omdat voedselproductie voor een derde verantwoordelijk is voor de broeikasuitstoot. Er is op dit vlak dus veel winst te behalen.” Volgens hem is de ambitie om in 2030 voor de helft minder voedsel weg te gooien. “Ambitieus, maar ik vind dat we ervoor moeten gaan. We werken hiervoor onder meer samen met de stichting Samen tegen Voedselverspilling. Zo zijn bakkers aan het kijken of zij hun brood vaker ingevroren aan supermarkten kunnen aanbieden. De meeste consumenten stoppen hun brood toch vaak in de vriezer en op die manier is er minder
Campagne Manager: Kim Lak Managing Director: Amanda Ghidoni Redactie: Marjon Kruize, Féline van der Linde Graphic Design: Blanca van Megen & Mo Aslan Tekst: Marjon Kruize, Féline van der Linde, Eoin Hennekam, Ellen Scholtens, Mark van der Sterren, Claudia Pietryga, Hugo Schrameyer Coverfoto: Pexels Gedistribueerd met: Het AD 2022
verspilling, omdat er minder vers brood aan het einde van de dag overblijft.”
Voedingsmiddelenbedrijven zetten zich al jaren succesvol in om hun CO2-uitstoot verminderen en willen verder verduurzamen. Hoe kunnen bedrijven
winst blijven maken wanneer zij willen verduurzamen? “Ik zou het willen omdraaien: hoe kan je in de toekomst winst blijven maken als je duurzaamheid uit het oog verliest? De verwachting is dat wanneer voedselverspilling wordt aangepakt en de vergrijzing toeneemt, het volume van groei gaat afvlakken. Daarom is het essentieel dat de industrie
meer toegevoegde waarde inbrengt, zoals gezondheid en duurzaamheid. Maar dan is het wel belangrijk dat we een manier vinden om die te verwaarden en dat de consument bereid is om daar ook voor te betalen. In Nederland zijn we een druk op de prijs gewend, dus dit kan nog best een uitdaging worden.” Adema maakt zich dan weer geen zorgen over de bereidheid om te innoveren in de sector. “Je merkt dat er een sterke intrinsieke motivatie is. Een vleesverwerker die ik sprak zei ‘ik wil voor elk product een vegetarische variant ontwikkelen.’ En in het oosten van het land is een soort Sillicon Valley voor vleesvervangers ontstaan. Er gebeurt heel veel, al kan je je natuurlijk afvragen of het genoeg is. Ik vind dat we altijd stappen moeten zetten. Je moet wat dat betreft altijd ambitieus blijven en het is dus nooit genoeg.”
Contentway Wij maken online en print campagnes met waardevolle, interessante content die gedistribueerd worden naar relevante doelgroepen om de business van onze klanten te laten groeien. Onze branded content en native advertising oplossingen zetten jouw verhaal op de eerste plaats.
Uitgegeven door: Contentway B.V Keizersgracht 424 NL-1016 GC Amsterdam
Partner content in deze campagne is tot stand gekomen in samenwerking met onze klanten. Dit zijn commerciële uitingen.
Web: www.contentway.nl
Dit is een commerciële uitgave. De AD-redactie heeft geen betrokkenheid bij deze productie.
Tel: +31 20 808 82 00
Email: info@contentway.nl redactie@contentway.nl
ADVERTENTIE
Meer geld verdienen met gras Gras het verborgen goud van Nederland Wist je dat we met gras tot 2,5x zoveel monden kunnen voeden, zowel van dieren als mensen? Grassa maakt gras namelijk ‘gewoon’ beter. Hoe? Door een natuurlijk proces van persen, verhitten en filteren. Hierdoor wordt gras verwerkt tot vier hoogwaardige producten. Eén is ontsloten gras waarvan de eiwitten beter verteerbaar zijn voor de koe. Resultaat: minder uitstoot tegen minimaal dezelfde melkproductie. De overige producten zijn graseiwit als alternatief voor importsoja, suiker met een prebiotische werking en mineralen als plantaardig alternatief voor mest. Allen breder inzetbaar dan enkel voor de koe. En afzonderlijk méér waard. Behalen van stikstofdoelen, verlagen van de CO2-footprint, circulariteit en een nieuw verdienmodel worden daarmee realistisch haalbaar.
Dat maakt gras het verborgen goud van Nederland! Meer weten?
www.grassa.nl
www.contentway.nl Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
DUURZAME VOEDSELKETEN
5
AGRIFIRM– PARTNER CONTENT
Bewust kiezen én betalen voor een duurzame voedselketen De huidige voedselketen is niet in staat om de verwachte wereldbevolking van 10 miljard mensen over twintig tot dertig jaar te voorzien van voedsel, terwijl er tegelijkertijd rekening wordt gehouden met klimaatvraagstukken, dierenwelzijn, marktontwikkelingen, toenemend consumentenbewustzijn en klantbehoeften.
“
Willen we een verantwoorde voedselketen voor toekomstige generaties waarin rekening wordt gehouden met het milieu, dierenwelzijn, maar ook met de belangen van de supermarkten, boeren en consumenten dan kan dat maar op één manier en dat is door samenwerking”, vertelt Dick Hordijk, CEO Royal Agrifirm Group.
Verandering Hordijk: “Na de Tweede Wereldoorlog en met name na de hongerwinter lag de nadruk van de Nederlandse voedselsector op zoveel mogelijk goed en veilig voedsel produceren. Dat is bijzonder goed gelukt, maar inmiddels is naast de beschikbaarheid van voldoende voedsel een hele nieuwe lijst met eisen voor de voedselsector ontstaan. Zo moet het voedsel dat gemaakt wordt het milieu zo minimaal mogelijk belasten en ook het dierenwelzijn staat centraal bij de voedselproductie.”
Dick Hordijk
CEO Royal Agrifirm Group Mismatch En toch gaat er iets mis, aldus Hordijk. “Want uiteraard wil iedereen dat de kippen kunnen scharrelen voor de eitjes die we kopen. Dit betekent dat een boer minder kippen kan houden en productiekosten stijgen, maar consumenten willen er vaak niet meer voor gaan betalen. Terwijl, als je een auto koopt en je wilt een open dak en verwarmde autospiegels, dan zegt de autodealer dat je er ook meer voor moet gaan betalen. Het voedsel in Nederland is super goed en betaalbaar, maar dat super goede voedsel zijn we aan het herdefiniëren. Niet alleen moet het voedsel goed en veilig zijn, het moet ook goed zijn voor het milieu, er mogen voor het produceren van het voedsel geen chemicaliën gebruikt zijn
en dieren moeten onder goede omstandigheden kunnen leven. Hiervoor moeten boeren en telers investeringen doen. Ook omdat zij hiermee een product maken dat de consument graag wil hebben. Maar dan moet de vertaalslag ook naar de prijs worden gemaakt. Een product wat aan meer eisen voldoet is nu eenmaal in eerste instantie wat duurder. Bewustwording De consument, boeren en telers; allemaal willen ze een duurzamere voedselsector, waarbij de producten onder andere gemaakt worden in Nederland, met grondstoffen uit de buurt, en met aandacht voor dierenwelzijn. “Maar is de consument bereid daarvoor meer te gaan betalen? Als we het concreet gaan maken dan zullen bijvoorbeeld melk en eieren echt niet veel duurder worden, we hebben het dan
over een paar dubbeltjes. De startmotor van verandering is de bewustwording rondom het betalen van de juiste prijs voor duurzame producten. De supermarkten stunten nooit met hoe mooi een product is, maar met hoe goedkoop een product is. Dit kunnen we veranderen door ons bewust te zijn van het feit dat de voedselvoorziening een zeer belangrijk aandeel heeft in de verduurzaming van de voedselsector en dat iedereen, van farm to fork, daar een aandeel in heeft. Zolang je elkaar de schuld geeft in een voetbalteam dat voor geen meter speelt, dan zal het elftal nooit goed gaan spelen. Iedereen in de voedselsector is dus essentieel om een duurzame voedselsector voor toekomstige generaties te realiseren.”
VENCOMATIC GROUP– PARTNER CONTENT
Vencomatic Group zet zich in voor de ontwikkeling van duurzame huisvesting voor pluimvee
De leefomstandigheden van de kip en het voorkomen van schade aan het milieu staan voorop bij het vooruitstrevende bedrijf Vencomatic Group. Zij richten zich op de ontwikkeling van duurzame huisvestingssystemen voor pluimvee. Want wanneer de omstandigheden goed aansluiten aan de behoeften, zal pluimvee zich goed voelen, gezond blijven en goed presteren.
D
e afgelopen jaren is de uitstoot van stikstof flink in opspraak gekomen. Sinds begin jaren 90 zijn er al vele technologieën ontwikkeld die de uitstoot van stikstof reduceren. Ook Vencomatic Group heeft hiervoor al vele systemen ontwikkeld die emissies reduceren, zoals onder andere warmtewisselaars. Welke oplossing bieden jullie? Onlangs heeft Vencomatic Group het nieuwe ECO Air Care systeem op de markt gebracht. Een systeem dat de functie van warmtewisselaar combineert met die van
luchtwasser en koeling. De uitgaande lucht wordt gezuiverd en de ammoniaksensoren meten continu hoeveel ammoniak emissie er nog plaats vindt. De afgevangen ammoniak komt terecht in waswater om vervolgens ingezet te worden als kunstmest. Hiermee sluit je de kringloop van stikstof. Bij de eerste proefstal met het Eco Air Care systeem wordt een reductie tot 95% van de ammoniak uit uitgaande lucht gerealiseerd. Voor één stal van 20.000 vleeskuikenouderdieren (de vaders en moeders van de vleeskuikens; er zijn er ongeveer 4,6 miljoen in NL), betekent dit jaarlijks zo ongeveer 7000 kilogram. Ter verduidelijking: bij de bouw van een nieuw huis komt 2.7 kilogram stikstof vrij. “Wij zijn transparant, het is duidelijk te zien wat het systeem doet. De vraag is echter of pluimveehouders er de ruimte en milieuvergunning voor krijgen. Dat proberen we voor elkaar te krijgen. Het is aantoonbaar hoeveel stikstof uit de lucht gehaald kan worden en deze techniek is toepasbaar in veel veehouderij sectoren.” stelt Victor van Wagenberg, product manager bij Vencomatic. Wat is het probleem? Om de emissiearme stallen ook te mogen gebruiken op korte termijn, is verouderde regelgeving waarop hedendaagse milieuvergunningen nog worden verstrekt erg belemmerend. Er moet ruimte komen voor moderne stallen waarvan continu inzicht is in de werkelijk optredende ammoniak emissies.
Meer weten? Ga dan naar: https://www.vencomaticgroup.com/ Of over het ECO Air Care system: https://youtu.be/LATWzVa3ZPI
Door beloften uit Den Haag als ‘we saneren onze veestapel’ zonder dat er echte verdieping vanuit de overheid aanwezig is, ontbreekt een echte oplossing nog. Het vraagstuk dat beantwoord moet worden is: waar kunnen we welke voedselproductie inrichten op een zo duurzaam mogelijke manier, met daarbij maximale controle op voedselveiligheid? Met het uitstekende kennisniveau van onze veehouders en de technologiebedrijven, is dat in Nederland prima te doen. Recente ontwikkelingen in de wereld laten echter zien hoe afhankelijk we zijn van anderen (gas, elektrocomponenten), en als het om voedselproductie gaat moeten we de grenzen niet rond ons eigen land trekken. Dit kan namelijk leiden tot ontmanteling van een duurzaam en efficiënt ingericht voedselproductie systeem waar de veehouderij onderdeel van uitmaakt, maar bovenal verplaatsen we dan het probleem naar buiten onze landsgrenzen. Bovendien houdt stikstofdepositie zich simpelweg niet aan landsgrenzen. Oplossingen met behoud van veilige voedselproductie binnen Europa “Wij als technologie bedrijven, samen met de veehouderij hebben baat bij het testen van innovaties bij meerdere pilot bedrijven. De overheid kan daar in bijdragen door het beschikbare budget anders in te zetten, meer gericht op innovaties en daarnaast door vergunningzekerheid te bieden aan de betrokken veehouders. Met minder belastinggeld wordt dan een veel grotere
stikstofreductie behaald, mét behoud van onze duurzame, rendabele, veilige en diervriendelijke veehouderijen.” “Als je Europa-breed gaat kijken op welke plek je voedselproductie het beste kunt organiseren dan doen we dat in Nederland gewoon heel erg goed.” geeft Lotte van de Ven, algemeen directeur aan. “De boeren willen vooruit en goed voor de dieren en het milieu zorgen. Het is eeuwig zonde om gezonde bedrijven te saneren. Er zijn veel mooie technologische oplossingen die een kans moeten krijgen.” gaat ze verder. “We zijn al 40 jaar bezig, er zijn technologieën beschikbaar waardoor we volgende stappen kunnen maken. Er is interesse, maar het stikstofprobleem is zo urgent en er staat zoveel op slot, waardoor het sneller moet. Laten we genuanceerd, met meer diepgang over deze problemen praten en tot een oplossing komen.” sluit Lotte af.
Lotte van de Ven, CEO Vencomatic Group.
Victor van Wagenberg, product manager Vencomatic Group.
6
DUURZAME VOEDSELKETEN
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
Nederlands voedsel in the picture Actueel
ste instantie om geld, maar vooral om betrokkenheid.”
Binnen de Dutch Food Week slaan alle partijen in de Nederlandse voedselproductie de handen ineen Tekst: Marc van der Sterren Foto: Karl Solano
H
et belangrijkste
de opzet van Dutch Food Week is volgens Bert van Wanrooij de rol van de partnerstructuur: “Het is vooral een samenwerking voor de lange termijn. Een samenwerking tussen overheid, onderwijs en het bedrijfsleven. Iedereen kan meedoen, groot, maar zeker ook klein. En elk denkbaar initiatief is mogelijk: van een open dag bij de boer en een wijnproeverij tot een congres over het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid of een Beemster Food Tour in Noord-Holland.” van
is een initiatief met een eventweek in oktober waar ons voedsel het hoofdpodium krijgt. Of: ‘agri en food’ in de terminologie van DFW. “In 2020 zijn we volledig opnieuw gestart: met een vernieuwd bestuur, een bredere opzet en een nieuwe strategie”, vertelt de DFW-aanvoerder. Dat jaar werd gedomineerd door corona. “In 2021 hadden we ook beperkingen, maar nu wisten we beter met de maatregelen om te gaan. Onze partners vinden dat we op de goede Dutch Food Week
voorbeelden te over van mooie activiteiten. Zoals dat van de gemeente Altena: “Ze wilden hun voedselstrategie in de picture zetten. Daar hebben ze het afgelopen jaar een geweldig succes van gemaakt, met verschillende activiteiten voor het publiek, zoals open dagen, een fietstocht, maar ook discussiebijeenkomsten met ondernemers. Dat zouden meer gemeenten kunnen doen”, vindt hij. Het kan zelfs om een interne activiteit gaan: “Accountantsorganisatie ABAB gaf hun 650 personeelsleden een pak meel met de opdracht: bak er iets moois van en maak een foto. Hartstikke leuk, dat heeft intern heel goed gewerkt.” Van Wanrooij heeft
Dutch Food Week is een initiatief met een eventweek in oktober waar ons voedsel het hoofdpodium krijgt.
weg zijn, dat we echt kunnen leveren, met een prachtige kwaliteit.” vernieuwd: Aan Tafel! Want dat is de plaats om het erover te hebben. “Met aandacht voor duurzaamheid, gezondheid en goed leven, want dat is steeds belangrijker in onze tijd.” Erg belangrijk is het eigen DFW-TV-team. “We maken voor onze partners echt schitterende reportages.” Het thema is
is een initiatief van de Topsectoren Agri&Food en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen, ondersteund door de ministeries Dutch Food Week
van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteiten en Economische Zaken, die meepraten in bestuur en organisatie. Voorzitter Dirk Duijzer van de Topsector A&F is ook voorzitter van DFW.
Dutch Food Week draait om verbinding en blijft daarom zoeken naar meer partijen. De nieuwe minister van LNV,
Henk Staghouwer, is geen onbekende. “Vorig jaar was hij
als gedeputeerde al aanwezig bij een netwerkevent voor lead partners op Paleis Soestdijk”, vertelt Van Wanrooij. “Alles om de trots uit te dragen over wat we in Nederland allemaal doen op het gebied van voedsel.” En dat is inderdaad erg veelomvattend. “Want het gaat niet alleen om producten van de Nederlandse boer, teler of visser, of van onze verwerker of retailer. We eten ook graag een banaan en we drinken koffie of thee. En dat komt via Rotterdam binnen, dat hoort er dus ook bij.” draait om verbinding en blijft daarom zoeken naar meer partijen. Dutch Food Week
Partners kunnen instappen op vijf niveaus, bijdragend aan de organisatie of met gesloten beurs. “Zelfs het kleinste project kan aansluiten. Wij besteden aandacht aan hun activiteit en zij organiseren dit onder de vlag van Dutch Food Week. Zo verspreiden we samen het gedachtegoed.” er meer dan 200 activiteiten, dit jaar worden dat er nog veel meer. “We zijn flink aan het groeien, met de focus op 2024. Dan willen we echt impact maken. Essentieel is daarbij de inzet van onze partners. En dan gaat het niet in eerVorig jaar waren
Feiten Dutch Food Week, van 8 tot 15 oktober 2022, wordt gerund door een kleine freelance projectorganisatie met kantoor in Culemborg. Lead partners zijn Albert Heijn, Rabobank, Bayer Crop Science, Paleis Soestdijk en de Provincie NoordBrabant. Behalve partners dragen ook de ministeries van LNV en EZ via subsidies bij aan Dutch Food Week.
ADVERTENTIE
Een nieuwe generatie plantaardige producten Meatless maakt getextureerde plantaardige grondstoffen voor de vegetarische industrie. Slimme producten die lokaal worden gemaakt met een zeer lage footprint, die de basis vormen voor vele lekkere vegetarische en veganistische producten. Ons team werkt elke dag aan een nieuwe generatie smakelijke plantaardige producten die beter zijn voor onze gezondheid en het milieu. Je kunt op twee manieren deel uitmaken van de mooie reis die Meatless maakt. Als klant helpen wij je graag met het ontwikkelen van nieuwe competitieve plantaardige producten, innovaties die meer variëteit in het vegetarische schap brengen. Of misschien spreekt Meatless je aan als mogelijkheid voor een volgende carrièrestap? Wij zoeken doorlopend naar de beste mensen in productie, R&D en verkoop die deel willen uitmaken van ons snelgroeiende succes. Neem contact met ons op, wij helpen je graag met meer informatie of een goed gesprek.
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
Gas geven voor alternatieve energie
DUURZAME VOEDSELKETEN
7
3Vragen aan Ed Smit
Ed Smit Founder and Key Connector bij Eat This Tekst: Marc van der Sterren Foto: Persfoto & Ela Olsson
Wat is Eat This? “Het platform Eat This staat tussen consument en maatschappij. Wij hebben 42 contributors uit 15 landen die de dialoog aangaan met politiek en maatschappij over het belang van gezonde voeding en de manier waarop gezonde voeding kan, en eigenlijk moet, worden geproduceerd. Mooi voorbeeld is de coverstory in National Geographic getiteld ‘This Tiny Country feeds the World’ van enkele jaren geleden, maar ook de expositie ‘Countryside, the Future’ van Rem Koolhaas in het Guggenheim museum in New York.” Eén van de doelstellingen van het topsectorenbeleid is dat in 2040 Nederlanders vijf jaar langer gezond leven.
Actueel
Topsectoren bundelen hun krachten voor transities. De invasie in Oekraïne benadrukt de noodzaak. Tekst: Marc van der Sterren Foto: Pexels
D
Oekraïne drijft de gasprijs op en daarmee wordt alles duurder. Of de overheid dan nog wel geneigd is te investeren in de doelen van de topsectoren is maar de vraag. “Als er brand is, moet je eerst blussen”, vindt ook Carmen van Vilsteren, voorzitter van de topsector Life Sciences & Health die zwaar inzet op de transitie van zorg naar gezondheid, waar voeding een onderdeel van is. e oorlog in
van de topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen, is hier minder bang voor. Hij maakt zich vooral zorgen om de stijgende gasprijzen. De overheid moet juist extra investeren om de transitie voor elkaar te krijgen, vindt hij. “Het is juist zaak om extra gas te geven en minder afhankelijk te worden van gas en olie.” Jaap Bond, boegbeeld
van de topsector Agri & Food stelt dat de topsectoren juist midden in de actualiteit zitten. “Wij werken al jaren aan de problemen die nu de kop opsteken. Bovendien zijn Ook Dirk Duizer
de meeste problemen niet nieuw, maar verhevigen juist door de crisis.” dat tuinders hun kas al leeg lieten liggen vanwege de hoge gasprijzen vóór Poetin Oekraïne binnenviel. En zo is het ook met arbeid, stelt Duijzer. “Arbeid wordt steeds schaarser, alle kosten nemen toe en zo schieten ook de CAO’s de lucht in.” Bond wijst erop
Arbeid wordt steeds schaarser, alle kosten nemen toe en zo schieten ook de CAO’s de lucht in.” onlangs besloten het topsectorenbeleid voort te zetten. Na tien jaar zijn de topsectoren naar elkaar toegegroeid. Op het gebied van gezonde voeding bijvoorbeeld, ligt samenwerking voor de hand tussen de drie topsectoren Life Science & Health, Agri & Food en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen vindt Bond van deze laatste topsector. “Het verbaasde me, bij mijn aantreden in januari 2020, dat dat nog niet gebeurd was. Dirk en Carmen waren ook nieuw en ook zij verbaasden zich erover.” Een verbond was dus snel gesmeed. De overheid heeft
dat in 2040 Nederlanders vijf jaar langer gezond leven (zie kader). Met hun roadmap Voeding, Gezondheid en Leefomgeving gaan de drie topsectoren kennis verzamelen en innovatie projecten uitvoeren met partners vanuit burgerorganisaties, kennisinstellingen, industrie en overheid, in het domein van gezondheid en voeding. Als voorbeeld hiervan noemt van Vilsteren Gezonde Scholen.
stellingen die de topsectoren verbinden. Hierbinnen heeft elke topsector toch zijn eigen focuspunten. Bij Agri & Food is het stikstofdossier een heet hangijzer. De veestapel moet met 30% inkrimpen. “We zien al dat het aantal boeren per jaar met 3% afneemt. Dat gebeurt al vijftig jaar. In die beweging moeten we een herstructurering doorvoeren zodat niet alleen het aantal ondernemers afneemt, maar ook het aantal dieren.”
Maar krachtenbundeling
Minder dieren is
op meerdere terreinen plaats. De topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen werkt inmiddels aan een cross-over met de topsector Energie. Bond vindt het niet uit te leggen dat de problemen in de glastuinbouw niet op hun agenda staan. “De glastuinbouw stookt zes procent van het Nederlandse gasverbruik. Als je dat afzet tegen wat er nu aan de hand is, dan is zo’n transitie essentieel.” vindt
Hoe gaan jullie dat bereiken? “We hebben doelen gesteld om meer aandacht te bereiken. Zo hebben we momenteel 500 volgers op Instagram, eind dit jaar moeten dat er 50.000 zijn. Daarvoor gaan we veel nauwer samenwerken met grootheden in de wereld die impact hebben. Jack Ma was een paar maanden terug nog in het Westland. Dit jaar willen we filmsterren, muzikanten en influencers bekend maken met ons verhaal. Vorig jaar wonnen we de Dutch Creativity Award, dat helpt bij het leggen van zulke contacten. De komende jaren gaan we vooral in Europa veel projecten opzetten. Projecten waarbij kennis over groenteproductie in kassen en de bijbehorende technologie samenkomen met kunst en cultuur.”
Feiten
We hebben geleefd alsof het nooit op kon. Het moet niet een beetje anders, we hebben echt volledige transities nodig. Het missiegedreven tops-
doelstellingen van het topsectorenbeleid is Eén van de
echter niet het enige antwoord op het stikstofoverschot. Duijzer wijst vooral naar innovaties zoals nieuwe stalsystemen en nieuwe voersystemen. Er moet nodig wat gebeuren, stelt Duijzer. “We hebben geleefd alsof het nooit op kon.” Van Vilsteren valt hem bij: “Het moet niet een bee tje anders, we hebben echt volledige transities nodig.”
Waarom is zo’n campagne nodig? “Het is geen campagne maar een dialoog. Nederland loopt ver voorop als het om voedselproductie gaat. Nergens wordt zo efficiënt groente geproduceerd op zo’n duurzame manier. Met de modernste technieken, met artificial intelligence, maar altijd met respect voor de natuur. Op die manier werken we aan gezond voedsel dat bijdraagt aan de preventieve volksgezondheid. Mensen beseffen dat te wewnig. Er zit een enorm gat tussen groenteproducenten en de maatschappij. Preventieve gezondheidszorg begint bij gezonde voeding en dan praat je al gauw over groenten. Juist op dat gebied is Nederland gidsland.”
en innovatiebeleid heeft overkoepelende doelectoren-
In 2040 leven alle Nederlanders tenminste vijf jaar langer in goede gezondheid, en zijn de gezondheidsverschillen tussen de laagste en hoogste sociaaleconomische groepen met 30% afgenomen. Zo luidt de centrale missie opgesteld door het ministerie van VWS in het kader van het missiegedreven topsectorenen innovatiebeleid. We werken aan gezond voedsel dat bijdraagt aan de preventieve volksgezondheid.
8
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
DUURZAME VOEDSELKETEN
Eiwittransitie 2.0 Focus Sommige eiwitten moet je uit het gras halen vóór de koe er stikstof van maakt. Die kun je dan aan varkens voeren. Zo los je de stikstofcrisis én de sojaproblematiek op. Tekst: Marc van der Sterren Foto: Persfoto’s
Rieks Smook Algemeen directeur van Grassa
N
kopzorgen oplevert. Dit terwijl de eiwitten
die deze problemen veroorzaken, hoogwaardige eiwitten zijn die uitstekend zijn te vermarkten. Het bedrijf Grassa in Venlo weet deze eiwitten uit het gras te halen. “Gras is een ontzettend rijke eiwitbron”, weet Rieks Smook, algemeen directeur van Grassa. Eén hectare gras levert 2,5 keer zo veel eiwit als soja. “En met ons proces kunnen we dat eruit halen”, beweert de directeur. Bioraffinage heet dit proces. In het kort: persen, verhitten en filteren. “Zo splitsen we het gras op in vier delen. En de som der delen levert niet alleen meer euro’s op, maar ook meer duurzaamheid.”
ederland is van
gras. Althans: toch wel een vierde deel, grofweg één miljoen hectare. En hiervan bestaat de helft uit marginale gronden die ongeschikt zijn voor voedselproductie. Hier groeit alleen maar gras. Gras is de basis
van een belangrijke Nederlandse sector: de melkveehouderij. Want het mooie van de koe is dat ze beschikt over vier magen, wat haar in staat stelt gras te verteren en om te zetten naar hoogwaardige eiwitten in vlees en melk. De helft van al het gras wordt ingekuild en ’s winters gevoerd. Probleem is alleen dat
het herkauwen een nogal inefficiënt proces is. Veel eiwitten uit gras zet het dier om in mest, methaan en ammoniak. Zo veroorzaakt de koe problemen als stikstofoverschotten die zelfs de politiek
Veel eiwitten uit gras zet het dier om in mest, methaan en ammoniak. Zo veroorzaakt de koe problemen als stikstofoverschotten die zelfs de politiek kopzorgen oplevert. Het eerste deel is
het genoemde hoogwaardige eiwit dat een uitstekend alternatief vormt voor importsoja. Eiwitten die niet alleen geschikt zijn voor varkens, maar ook voor mensen. Voor humane voeding moet wel een ingewikkelde procedure worden gevolgd, dus het duurt nog drie tot vijf jaar voor we
de graseiwitten aantreffen in pasta’s, vegaburgers of shakes. Het tweede product is
fructo-oligosacharide. Suiker met een probiotische werking zoals die in zuiveldrankjes als yakult. Ook dit is op termijn geschikt voor humane consumptie. Vooralsnog wordt het gebruikt om in de varkenshouderij het antibioticagebruik omlaag te brengen. Als derde product is er een plantaardig alternatief voor kunstmest.
Als we de helft van het kuilgras vervangen door ontsloten gras, dan haalt de veehouderij de stikstofdoelen, zonder dat de veestapel hoeft te krimpen. ontsloten gras. Dit is vergelijkbaar met, of zelfs beter dan het gangbare kuilgras, want de koe kan de overgebleven eiwitten eenvoudiger verteren. De melkproductie blijft gelijk of verbetert. De uitstoot voor de koe gaat wel omlaag. Ammoniak (lees stikstof) en fosfaat met wel dertig procent en het broeikasgas methaan met tien tot vijftien procent.
Duurzame voedselverpakkingen Zijn claims zijn aangetoond
door verschillende nationale en internationale onderzoeken en aangetoond in de testfabriek van Grassa. Hier verwerken ze 3 ton vers gras per uur, in 2023 willen ze de contouren gereed hebben voor de eerste commerciële fabriek die 32 ton gras gaat verwerken. “We hebben de potentie
een nieuwe schakel in de keten tussen gras en voedsel te worden”, zegt Smook vol overtuiging. Een schakel die nu nog de boer voorziet van voer, maar op termijn ook rechtstreeks de voedselfabrikanten bedient. Want wat met gras kan, kan met alle plantaardige grondstoffen. Met bietenloof, preiloof, eendenkroos… de mogelijkheden zijn schier oneindig. De toekomst is ontsloten.
Wat overblijft is het
“Als we de helft
van het kuilgras vervangen door ontsloten gras, dan haalt de veehouderij de stikstofdoelen, zonder dat de veestapel hoeft te krimpen”, claimt Smook.
3Vragen over
Feiten Bij bioraffinage worden groene grondstoffen verwerkt tot nieuwe, hoogwaardige producten. Verschillende componenten worden gescheiden die apart meer waard zijn. Zo maakt bioraffinage het mogelijk eiwitten uit bijvoorbeeld gras beschikbaar te maken voor verschillende doeleinden. Dit biedt veel voordelen voor het milieu, voor de agrarische sector en voor de lokale economie.
Karen van de Stadt, Sustainable Packaging Expert bij het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken (KIDV) Tekst: Féline van der Linde Foto: Persfoto & Unsplash
Hoe dragen voedselverpakkingen bij aan een duurzame voedselketen? “Verpakkingen worden ingezet als hulpmiddel bij het verpakken van producten. Het zorgt er namelijk voor dat voedsel niet snel bederft. Zit er geen verpakking om, dan kan het product sneller bederven en is de kans groot dat het voedsel wordt weggegooid. En dat is natuurlijk absoluut niet duurzaam. Verpakkingen zorgen in die zin voor een meer duurzame voedselketen.” Maar in vele gevallen kunnen verpakkingen nog veel duurzamer zijn? “Absoluut. Heel veel bedrijven zijn hier al actief mee bezig. Voor een bedrijf is het belangrijk de meest geschikte verpakking in te zetten. Sla moet je namelijk anders verpakken dan bijvoorbeeld chips, want de chips mag onder andere niet breken. Bedrijven zijn dan ook heel erg bezig met wat past, kan en marketingtechnisch ook aanslaat bij de consument. Soep kun je bijvoorbeeld niet in alleen papier verpakken en als je het in blik verpakt dan zie je weer niet wat erin zit. Bedrijven moeten dus constant een afweging maken wat betreft het verpakkingsmateriaal en -type. Naast deze keuze, zijn er nog tal van andere aspecten waarmee rekening moet worden gehouden als je duurzaam wilt verpakken. ” Hoe kunnen bedrijven voor een duurzamere verpakking kiezen? Het KIDV kan bedrijven helpen om aan doelstellingen op het gebied van duurzaam verpakken te voldoen. Verder helpt het KIDV het bedrijfsleven met specifieke vragen rond duurzaam verpakken en hebben we veel informatie op de website om zelf aan de slag te gaan. Daarnaast geven we bijvoorbeeld trainingen aan bedrijven om hen meer kennis en informatie te geven rondom duurzame verpakkingen en handvaten te bieden hoe ze dit kunnen implementeren. Hier ontbreekt het namelijk nog vaak aan in de praktijk. Een bedrijf dat bijvoorbeeld soepen maakt, focust zich uiteraard op de core business, soepen maken, en niet op hoe deze zo duurzaam mogelijk te verpakken. Er gaat verder nog een hoop gebeuren voor de producent met betrekking tot wet- en regelgeving omtrent duurzame verpakkingen en de consument vraagt steeds meer producten die duurzaam zijn gemaakt en verpakt. Dat is ontzettend goed, maar het is ook goed om te beseffen dat er óók nog altijd impact gemaakt kan worden in het reduceren van voedselverspilling.”
Voor een bedrijf is het belangrijk de meest geschikte verpakking in Gras is de basis van een belangrijke Nederlandse sector: de melkveehouderij.
te zetten.
DUURZAME VOEDSELKETEN DUURZAME VOEDSELKETEN
www.contentway.nl Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
VIVERA – PARTNER CONTENT
9
‘Hoe succesvoller we zijn, hoe groter de bijdrage voor onze planeet’ Binnenkort hoopt Vivera zich B-te corp noemen. Het bedrijf kijkt immers niet alleen naar de omzetcijfers, maar laat de impact op maatschappij en milieu ook mee tellen. Hun duurzame product geeft hen wel een voorsprong. Het is één van de toonaangevende bedrijven in Europa op het gebied van plantaardige vleesvervangers. Behalve vlees gaan ze nu ook vis vervangen. Een zalm die behalve duurzaam ook ‘ontzettend lekker’ is.
A
l dertig jaar produceert Vivera plantaardige vleesvervangers op basis van de meest geavanceerde technieken. “Wij willen het de consument zo gemakkelijk en aangenaam mogelijk maken om een duurzaam leven te leiden, en dat doen we door vleesvervangers zo lekker mogelijk te maken en zo veel mogelijk op vlees te laten lijken”, zo vat CEO Willem van Weede de visie van zijn bedrijf samen. Wie vlees vervangt door plantaardige producten maakt immers grote impact. Dat is de gedachte achter de eiwittransitie. Door plantaardige eiwitten te consumeren in plaats van deze door vee om te laten zetten in dierlijke eiwitten, hoeven eenvoudigweg veel minder eiwitten geteeld te worden. Je hebt 7 kg soja nodig als veevoer om 1 kg vlees te maken, terwijl we van 7 kg soja ook 7 kg tofu kunnen maken. Dit bespaart landbouwgrond, energie, water en CO2-uitstoot. Om werkelijk impact te hebben op een zo duurzaam mogelijke planeet, zet het bedrijf daarom vol in op productontwikkeling, R&D en marketing. Want hoe meer het bedrijf verkoopt, hoe meer impact. Zo beleveren ze al 27 landen in Europa, waaronder 18 met het merk Vivera. “Want hoe succesvoller we zijn, hoe meer impact we maken op een duurzamere planeet.”
noemen. Het bedrijf kijkt dus nadrukkelijk niet alleen naar de financiële winst- en verliesrekening, impact op milieu en maatschappij zijn even belangrijk. “Je committeert jezelf aan een verbetering van onze planeet. We hebben alle punten verzameld. Ons assessment wordt nu beoordeeld”, zegt Van Weede. Kopgroep Door de voordelen van vleesvervangers breed uit te meten, zou de consument gemakkelijker overtuigd moeten worden om te kiezen voor een duurzaam product als dat van Vivera. “Maar zo zit de wereld nog niet in elkaar”, meent de directeur. “Niet iedereen kiest voor duurzaam. Er is meer progressie nodig.” Gelukkig zijn er steeds meer bewuste consumenten, vooral onder de jeugd. En vanwege die ontwikkelingen ontstaat er onder de bedrijven ook een
kopgroep van bedrijven die daadwerkelijk stappen willen maken. Het bedrijf wil een zo groot mogelijke impact maken en kijkt daarbij niet alleen naar de eigen belangen. Het moedigt ook andere bedrijven aan de omslag te maken naar meer plantaardige productie. “Er wordt nog steeds veel vlees gegeten. We willen graag het tipping point bereiken en het is gaaf om daarin een rol te spelen.” Ontzettend lekker De producent van vleesvervangers zet binnenkort een volgende stap. Dan gaan ze behalve vlees ook vis vervangen. “We lanceren een plantaardige zalm”, kondigt de directeur aan. Dit belooft veel negatieve effecten weg te nemen die met visvangst en vooral kweekvis gepaard gaan, zoals overbevissing en antibioticagebruik. “Maar het is vooral ontzettend lekker. Goed van kleur en structuur, maar ook ontzettend gezond.”
«
B-Corp Met een duurzaam product, betalen duurzame intenties zich direct uit in omzetcijfers. “Omdat ons product een
positieve impact heeft, worden duurzaamheidsdoelen vanzelfsprekender”, erkent de directeur. Om het niet te laten bij mooie woorden alleen, kent het bedrijf niet alleen duurzaamheidsdoelstellingen voor het product, maar in de hele bedrijfsvoering. En dat in de breedste zin van het woord. Zo wordt het eigen energieverbruik nauwlettend in ogenschouw genomen. Vivera is al CO2-neutraal. Verspilling wordt voorkomen en verpakkingsmaterialen zijn zo duurzaam mogelijk. Daarbij wil het bedrijf ook een positieve impact maken op de omgeving en de maatschappij, door goed voor de werknemers te zorgen en de omgeving van het bedrijf. Door hoge standaarden na te streven op het gebied van sociale en ecologische prestaties, verantwoordelijkheid en transparantie, hoopt het bedrijf zichzelf nog dit jaar een B-Corp te mogen
Door de voordelen van vleesvervangers breed uit te meten, zou de consument gemakkelijker overtuigd moeten worden om te kiezen voor een duurzaam product als dat van Vivera.
Vivera
Bij Vivera geloven we dat het leven mooier is als je minder vlees eet. En daar werken we al sinds 1990 op Nederlandse bodem aan! Door de meest innovatieve vleesvervangers en lekkerste plantaardige producten te maken, willen wij iedereen in beweging brengen om een verschil te maken.
10 DUURZAME VOEDSELKETEN
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
De kwaliteitsmanager als spin in het web “Het gaat niet zozeer om kennis, maar meer om competenties.” Je moet kunnen communiceren, organiseren, overtuigen, onderhandelen, processen optimaliseren... “Kennis kun je halen, competenties moet je hebben”, stelt Rosenboom. “En die kun je altijd verder ontwikkelen.” de kwaliteitsmanager is de laatste jaren behoorlijk veranderd. Retail en de mondige consument stellen heel hoge eisen waardoor een voedingsmiddelenproducent aan veel certificeringen moet voldoen. Bovendien lijken er steeds meer issues te spelen, zoals voedselfraude. Lijken, “want bedrijven liggen veel meer onder een vergrootglas”, verklaart Rosenboom. “Imagoschade kan heel groot De wereld van Tekst: Marc van der Sterren Foto: Freepik
een voedselverwerkend bedrijf de kwalificatie Spin in het Web verdient, is het wel de kwaliteitsmanager. Hij moet alle neuzen binnen het bedrijf dezelfde richting op krijgen. De kwaliteitsmanager komt daarom op alle afdelingen in een bedrijf, maar ook
daarbuiten. Bij afnemers, leveranciers, overheden en certificerende instellingen.
Als iemand binnen
Judith Rosenboom begrijpt
dit als geen ander. Als recruiter bij Précon werft ze specialisten voor vraagstukken rond kwaliteit en voedselveiligheid. Ook kwaliteitsmanagers. Een goede kwaliteitsmanager heeft niet alleen een diploma levensmiddelentechnologie.
zijn.” Dit noopt bedrijven juist eerlijk te zijn. “Als je direct open en eerlijk bent kun je veel schade voorkomen.”
Roger Nass, Directeur Sales & Marketing Normec Foodcare Tekst: Roger Nass Foto: Persfoto
Voedselveiligheid begint bij de oorsprong en vraagt aandacht tot het op het bord van de consument ligt. Van boer tot bord dus.
het belangrijk om de hele keten te bekijken als het om voedselveiligheid gaat? Neem je Maar waarom is
is de productie. In de fabriek worden grondstoffen verwerkt waarvoor hetzelfde geldt. Een goed gevalideerd productieproces, aangevuld met inspecties, vormt de basis voor goede voedselveiligheid. Daarnaast is juiste kennis van potentiële gevaren essentieel. Inspecties en metingen geven zekerheid, wat bijdraagt aan een gezonde voedselveiligheidscultuur. Zo is veiligheid niet alleen geborgd door een paar vinkjes. Dat gaat verder dan alleen focus op De volgende stap
het product. Denk bijvoorbeeld aan inspecties over de aanwezigheid van ongewenst materiaal, zoals glas of andere voorwerpen, en inspecties gericht op de juiste werking van een metaaldetector. Kortom, een goed risico-gestuurd systeem met leveranciersaudits is essentieel. kwaliteitseisen te voldoen, moet het eindproduct onderzocht worden op chemische en microbiologische parameters, voordat het naar de consument gaat. Alle inspecties, analyses, validaties en andere maatregelen worden (digitaal) gebundeld in een kwaliteitshandboek. Dit is de kern van kwaliteitsborging. Ook over smaak biedt sensorisch onderzoek meer zekerheid in voedselveiligheid en kwaliteit. Tevens geeft dit inzicht in hoe producten scoren in vergelijking met concurrenten en welke receptuur het hoogst wordt gewaardeerd. Om aan alle
Dieuwertje Troost
Dankzij de kwaliteitsman-
komt er dus steeds veiliger en eerlijker voedsel op de markt. Zijn werk is niet gemakkelijk, maar wel superuitdagend, weet Rosenboom. “Het werk doet er echt toe.” En gelukkig staat de kwaliteitsmanager niet alleen. Voor specifieke kennis en expertise kan hij altijd terugvallen op de specialisten van Précon. “Bij ons werken honderd deskundigen met uiteenlopende expertises en uit verschillende sectoren, van zuivel, vlees en bakkerij tot voedingssupplementen.” ager
Voedselveiligheid en het belang van een sterke ketenaanpak ontbijt als voorbeeld. Dit begon als gewas. Bodemanalyses bepalen of gewassen als rogge en granen goed en veilig groeien. Voor bewerking moet duidelijk zijn of en welke bestrijdingsmiddelen zijn gebruikt. Hiervoor wordt residu- en pesticiden-onderzoek uitgevoerd om risico’s en besmettingen zo veel mogelijk te beperken. Dat dit nodig is, blijkt wel uit issues als ethyleenoxide.
3Vragen aan
er nog de laatste stap naar de consument. Ook daar moet de veiligheid gewaarborgd worden. Het product moet correct verpakt worden voordat het gekocht wordt. Dat is niet vanzelfsprekend, want er zijn allerlei eisen om aan te voldoen. Is informatie op de verpakking bijvoorbeeld compleet en zijn wettelijke verplichtingen vermeld? Bevat het product allergenen en zijn deze correct vermeld? Draagt de verpakking bij aan bescherming en houdbaarheid van het product? En dan is
is een eenvoudig voorbeeld, maar toont aan hoe belangrijk voedselveiligheid is in de hele keten. Dat krijgen we dagelijks op ons bordje. Daarom is het belangrijk om samen te zorgen dat alle mensen onbezorgd kunnen genieten van goed en veilig eten. Kortom, je ontbijt
Dieuwertje Troost, Lead Auditor Food bij DNV
Tekst: Marc van der Sterren Foto: Persfoto
De melkboer die z’n melk aanlengt. Is dat wat we ons moeten voorstellen bij voedselfraude? “Verdunnen is één van de vormen van voedselfraude. Een andere is substitueren, het toevoegen van andere stoffen, zoals er een paar jaar geleden minerale olie werd toegevoegd aan zonnebloemolie. Er bestaat ook kopiëren, daarbij wordt een goedkope variant van het werkelijke product gemaakt. Zo werd eens zonnebloemolie aangelengd met chlorofyl, betacaroteen en sojaolie en verkocht als ’extra vierge olijfolie’. Mislabeling is ook een vorm van fraude. Dan staat er op het etiket iets anders dan wat er werkelijk in de verpakking zit. De grote vraag is altijd: wanneer is er sprake van voedselfraude? En belangrijker nog: Is de voedselveiligheid in gevaar?” “Economisch gewin is altijd de reden. Erger is de volksgezondheid die in gevaar kan komen. Soms met dramatische gevolgen zoals in 2008 in China met het toevoegen van melamine aan de babymelk. Het aanlengen van melk met leidingwater kan geen kwaad voor de volksgezondheid, maar is wel degelijk een economische overtreding.” Komt voedselfraude vaker voor dan vroeger? “Dat lijkt misschien zo, omdat het vaker in het nieuws komt. Maar dat komt juist omdat we er dichter bovenop zitten. Ons voedsel wordt veel beter bewaakt. Vroeger lag de focus veel minder op voedselfraude en werd het minder vaak ontdekt.” Hoe voorkom je voedselfraude? “De voedselveiligheidsnormen eisen van de bedrijven die wij certificeren een kwetsbaarheidsstudie. Daarbij wordt onder meer gekeken naar grondstoffen, maar ook naar de leverancier. Met een hele komkommer is moeilijk te rommelen. Een vloeibaar product of poeder is veel gevoeliger. Je kijkt dus naar een product en wat daar in het verleden mee is gebeurd. Een bedrijf moet dat allemaal in kaart brengen. Zo ook de leverancier. Je moet exact beschrijven wie de leverancier is en hoe betrouwbaar deze is aan de hand van issues uit het verleden. Een bekend bedrijf waar je al jaren goede zaken mee doet is natuurlijk veel betrouwbaarder dan een nieuwe partij die ineens met hetzelfde product komt maar verdacht ver onder de prijs zit.” “Wij geven certificeringen af en controleren of producten aan de norm voldoen. We schrijven geen boetes uit. Als zaken werkelijk de voedselveiligheid in gevaar brengen, is dat een zaak voor de NVWA. We kijken dus altijd naar waar de risico’s liggen en hoe je die kunt beheersen. Op die manier wordt ons voedsel veel veiliger dan vroeger en komt er meer consumentenvertrouwen.” ADVERTENTIE
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
DUURZAME VOEDSELKETEN
11
Het is frustrerend wanneer ongezonde producten het goedkoopste alternatief zijn, zoals nu het geval is.
‘De voedseltransitie moet systemisch en holistisch aangepakt worden’ Nieuws
In 2015 werden door de Verenigde Naties de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen ingesteld. 17 doelstellingen die bedoeld zijn om onze wereld te transformeren en flink te verduurzamen. Ook de levensmiddelensector speelt in deze transformatie een belangrijke rol, want verantwoorde consumptie en productie staan hoog op de agenda. Tekst: Marjon Kruize Foto’s: Pexels
O
m die duurzame
doelstellingen te helpen realiseren heeft de World Benchmarking Alliance de Food & Agriculture Benchmark opgezet. “Deze stichting heeft als doel om bedrijven tegen de SDG meetlat te leggen”, vertelt Viktória de Bourbon de Parme, verantwoordelijk voor de voedsel en agricultuur transformatie bij de stichting. “De Food & Agriculture Benchmark meet hoe ’s werelds grootste food en agri bedrijven het doen op cruciale onderwerpen die van belang zijn voor de transitie naar een duurzamer, gezonder en eerlijker voedselsysteem. Deze 350 bedrijven zijn samen verantwoordelijk voor zo’n zestig procent van de wereldwijde omzet en kunnen door hun invloed in de waardeketen dus een katalyserende rol spelen in deze transitie.” En dat gaat verder
dan alleen het opstellen van een mooie MVO doelstelling, stelt De
Bourbon de Parme. “De benchmark kijkt naar publieke informatie en informatie die een bedrijf tijdens de vastgestelde periode van dataverzameling met ons heeft gedeeld. Ons werk is er dus ook op gericht om te zorgen dat bedrijven steeds transparanter worden en meer data gaan delen. Het is onvoldoende om een doel te stellen om voedselverspilling tegen te gaan of een ambitie tot CO2-reductie uit te spreken. We willen echt weten wat het bedrijf doet om dat doel te halen en of dat doel ambitieus genoeg is.”
Niet alleen de Verenigde Naties, maar ook de bedrijven zelf worden steeds bewuster van de noodzaak tot verduurzaming. gezonder wordt, de aarde niet uitgeput raakt en mensen in de keten eerlijk worden behandeld en beloond voor hun werk.”
Verenigde Naties, maar ook de bedrijven zelf worden steeds bewuster van de noodzaak tot verduurzaming. “Ook zij snappen dat dit de directe bedrijfsvoering raakt”, stelt De Bourbon de Parme. “Als de bodem uitgeput raakt en de oogst tegenvalt, raakt dat het bedrijf. Als er ergens in de keten sprake is van kinderarbeid kan dat grote negatieve implicaties hebben voor alle bedrijven die daaraan verbonden zijn. En tenslotte, als bedrijven alsmaar ongezondere producten gaan aanbieden dan zullen de Niet alleen de
consumenten die niet langer kopen, of zal de overheid ingrijpen met maatregelen als een suiker- of vet-tax.”
transitie te realiseren zal iedereen een rol moeten spelen. “Als consument kunnen we meer versproducten kopen, meer lokaal en meer plantaardig eten, en minder verspillen. Maar de gezondere en duurzamere optie moet ook beschikbaar en betaalbaar zijn. Het is frustrerend wanneer ongezonde producten het goedkoopste alternatief zijn, zoals nu het geval
Want om die
is. Daarin hebben overheden, investeerders en bedrijven in de keten een belangrijke rol te spelen. De benchmark werkt daarbij als hulpmiddel om hen te laten zien waar ze nog kunnen verbeteren.”
Om die transitie te realiseren zal iedereen een rol moeten spelen.
Met holistisch bedoelen we dat er doelstellingen moeten worden opgesteld waarmee voedsel gezonder wordt. dat het geval is kan er echt een transitie op gang komen. “Die transitie moet systemisch en holistisch aangepakt worden”, vertelt De Bourbon de Parme. “Systemisch houdt in dit geval in dat ieder bedrijf in de waardeketen daar een rol in speelt, en dat de keten zo sterk is als de zwakste schakel. Met holistisch bedoelen we dat er doelstellingen moeten worden opgesteld waarmee voedsel Want alleen als
Met holistisch bedoelen we dat er doelstellingen moeten worden opgesteld waarmee voedsel gezonder wordt.
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
12 DUURZAME VOEDSELKETEN
Beste bestrijding van verleiding is vermijding Verdieping
bloemkoolpizza’s. Toch heeft het zin hen dat soort dingen te laten eten. Mijn oudste die op kamers is, kookt nu zelf. Als hij een foto stuurt van wat hij heeft gemaakt, ben ik apetrots. Mijn moeder heeft mij ook gezonde trucjes bijgebracht, zoals een scheutje azijn door de andijviestamppot: dan heb je minder zout nodig. Ik vind het kwalijk dat het in de levensmiddelenindustrie draait om zoet, zout, vet en het liefst ook nog een krokantje.
85 procent van de Nederlanders krijgt dagelijks te veel zout binnen. TV kok en Nierstichting ambassadeur Sandra Ysbrandy en verouderingswetenschapper David van Bodegom vertellen hoe we weerstand kunnen bieden aan al die verleidelijke producten. Tekst: Ellen Scholtens Foto: Janita Sassen
“
Alles wat we aandacht geven, groeit
daaraan; dat wordt je referentie. Jaren geleden zat ik in een jury en moesten we meer dan honderd gehaktballen testen. Al die ballen leken op elkaar omdat steeds dezelfde soort kruidenmix was gebruikt. Onze smaak went daaraan. Het goede nieuws: het duurt een tot twee weken om ervan af te komen. Dan zijn je papillen gewend aan minder zout en kun je genieten van de smaak van verse groenten en kruiden.” Je smaak went
dat je maximaal zes gram zout per dag mag, zégt dat zo weinig. Je kunt moeilijk alles gaan wegen. Zout zit bovendien in zoveel voedingsmiddelen, dat heb je nauwelijks in de gaten. Ik zeg: probeer zo puur mogelijk te eten, zo min mogelijk uit pakjes en zakjes. Tachtig procent van het zout dat je eet, zit in bewerkte voeding. In vleesproducten en snacks. Zelf gebruik ik alternatieven als verse kruiden en specerijen. Al ben ik vegetariër, ik doe geen enkele concessie aan Als je hoort
Sandra Ysbrandy Tv-kok en ambassadeur van de Nierstichting
smaak. Mijn studie in natuurvoeding heeft voor nog meer verdieping gezorgd. Alles wat uit een vruchtbare, gezonde aarde komt, is goed voor ons. Ik geloof in de kracht van voedsel waarmee niet is gerommeld.”
niet eens. Daarom is educatie zo belangrijk. Als ik minister van Vitaliteit zou zijn, zou ik beginnen bij de jeugd. Dat is het meest effectief. Ik zou me hard maken voor gezond eten op school. Dat hoeft niet betuttelend te zijn. Zolang je het maar met gevoel en tact doet en de ouders erbij betrekt. Die willen toch ook wat het beste is voor hun kinderen?” David van Bodegom Hoogleraar Vitaliteit en verouderingswetenschapper bij Leyden Academy on Vitality and Ageing
Tekst: Ellen Scholtens Foto: Marc de Haan
“
Corona heeft mensen
aan het denken gezet. Hoe belangrijk het is dat je immuunsysteem zo goed mogelijk werkt. Zoutreductie is daar onderdeel van Nederlanders eten te veel zout en dat is slecht voor je bloeddruk. Het verhoogt de kans op hart- en vaatziekten en veroorzaakt nierfalen.
Wat betreft boodschappen doen: ga nooit met honger, wist oma al, dat is slecht voor je portemonnee.
op tv ben of workshops geef, ik probeer uit te dragen wat de impact is van niét bewerkte voeding op je lichaam. Laagdrempelig. Als moeder van puberzoons weet ik dat zij liever bedanken voor mijn “Of ik nu
“Ook ik heb valkuilen.
Ik ben een mens: ik zit liever op de bank dan op de fiets. Als ik patat ruik, denk ik: lekker! Dat zit evolutionair ingebakken. Ons lichaam vindt al die hoogcalorische vetten en zoete producten heerlijk.” “In ‘10 jaar cadeau’
beschrijf ik hoe we langer gezond kunnen leven. Dat we een manier moeten zien te vinden om anders om te gaan met verleidingen. Een dichte in plaats van een doorzichtige koekjestrommel die niet in het zicht staat, helpt al. Groente daarentegen verstop je niet in de groentela, maar zet je geschrapt en al in een glaasje op het aanrecht. Als de kinderen om chips roepen, geef je hen een bakje komkom-
Ouders leren kinderen van
alles, maar vertellen niet in welke producten te veel zout zit. Ze weten het vaak zèlf
Te veel zout is slecht voor je bloeddruk. Het verhoogt de kans op hart- en vaatziekten en veroorzaakt nierfalen.
mer, wortel en paprika. Op een gegeven moment pakken ze ‘t wanneer je niet reageert. Hetzelfde doe je op kantoor door een schaal appels bij de koffieautomaat te zetten. Wat betreft boodschappen doen: ga nooit met honger, wist oma al, dat is slecht voor je portemonnee.
Corona heeft mensen aan het denken gezet. Hoe belangrijk het is dat je immuunsysteem zo goed mogelijk werkt. Je helpt bovendien je
gezondheid er niet mee. De supermarkt is een professionele verleider: voor je ‘t weet heb je je wagentje volgeladen met slechte dingen, zéker als de kinderen meegaan. Nog een voorbeeld: na een dag hard werken is het moeilijk die schaal bitterballen en dat glas koele witte wijn voorbij te laten gaan op een receptie. Als je van tevoren een banaantje eet en een halve liter water drinkt, kun je meestal wél de verleiding weerstaan.”
Marjolein Brasz Directeur van Foodvalley NL, een transitieorganisatie voor de voedselketen Tekst: Claudia Pietryga Foto: Marnix Klooster & Pexels
Verdieping
Eten is een basisbehoefte, maar zorgt ook voor een derde van de wereldwijde CO2-uitstoot. Minder verspilling, voedselinnovatie en een meer plantaardig dieet kunnen dit probleem oplossen. Toch zie je dat de energietransitie momenteel veel meer aandacht en miljarden investeringen van het kabinet krijgt dan de foodtransitie, en daardoor enorm versneld. Natuurlijk zijn schone energie en energiebesparingen ook essentieel, maar willen we als belangrijk landbouw innovatieland niet achteropraken en het verliezen van andere innovatieve landen, dan moeten we allemaal meer gaan investeren om transitiefalen in de voedselsector te voorkomen. Momenteel is er bijvoorbeeld nog te weinig stimulans voor eiwitrijke gewassen. Boeren twijfelen over de inzet van lupine, gele erwten en veldbonen als wisselgewas. Dat is begrijpelijk, want het vraagt om een grote investering en je weet wat je hebt, niet wat je krijgt. De boer moet bovendien nieuwe kennis vergaren en zeker weten dat zijn product wordt afgenomen tegen een goede prijs. Foodvalley NL agendeert deze vraagstukken en geeft een doorkijkje naar wat ze kunnen krijgen. En brengt vervolgens partijen bij elkaar die vroegtijdig samen willen werken, om zowel de risico’s als opbrengsten van innoveren te delen. Zo gaan brouwers, in samenwerking met Foodvalley NL, hun reststroom, die veel mineralen en vezels bevat, inzetten voor menselijke consumptie om op die manier beter te verwaarden. Een ander mooi initiatief is de Food Boost Challenge, een samenwerking van hogescholen, ROC’s en voedingsbedrijven waarin door tieners met studenten zelf wordt onderzocht welke opties voor hen het beste werken om de gezonde keuzes te maken. De CO2-uitstoot terugdringen, gezonder eten en verspilling tegengaan zijn grote maatschappelijke kwesties die de voedselsector niet alleen kan oplossen. Daarom is het belangrijk dat we allemaal in actie komen om de transitie in een hogere versnelling te brengen. Een kantinebedrijfsleider kan bijvoorbeeld beslissen dat er twee keer per week plantaardig wordt gegeten, een commissaris kan vragen stellen over beïnvloeding in de keten en de consument bepaalt wat er op zijn of haar bord ligt. Transities zijn geen gemakkelijke processen en om die reden moeten we het samen doen. Want alles wat we aandacht geven, groeit.
De CO2-uitstoot terugdringen, gezonder eten en verspilling tegengaan zijn grote maatschappelijke kwesties die de voedselsector niet alleen kan oplossen.
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
Nederlands Food Partnership - Partner Content 13 DUURZAME VOEDSELKETEN
‘We moeten van maximale productie naar gezondheid als sturende factor’ Profiel Aardlingen. Dat zijn we, alleen beseffen we ons dat volgens Herman Wijffels al heel lang niet meer. En dat heeft grote gevolgen voor de staat van onze voedselsector. “We moeten ons er bewust van zijn dat als wij de aarde vervuilen die vervuiling uiteindelijk ook in ons terecht komt.” Tekst: Jerry Huinder Foto: Charlotte Bogaert
D
e sudderlap
symbool van de Nederlandse voedselpolitiek. Dat klinkt wellicht vreemd, maar het is eigenlijk volkomen logisch. Dat stelt Herman Wijffels, econoom, oud-voorzitter van de hoofddirectie van Rabobank Nederland en de Sociaal Economische Raad, maar tegenwoordig vooral pleitbezorger voor een duurzamer Nederland, in al haar facetten. “De sudderlap komt van afgemolken koeien en was te taai om gebakken te kunnen eten. Dus moest ‘ie een dag lang pruttelen om nog een beetje eetbaar te worden. Het malse vlees was exportkwaliteit en werd over de grens verkocht. Tekenend voor de drang naar zo goedkoop mogelijk voedsel, dat in Nederland sinds de Tweede Wereldoorlog de basis vormt van het landbouwmodel.” En dat moet volgens Wijffels anders. als
“In 1948 werd door huisarts W.F.K. Kouwe al geconstateerd dat er een grens was van onze huidige lineaire manier van leven en werken. Hij schreef: ‘De bron van moeder aarde leek decennialang onuitputtelijk. Het heeft ons veel gebracht, de welvaart is geëxplodeerd, maar het begint te wringen. We moeten terug naar een leven dat is gebaseerd op de oorspronkelijke circulaire principes. Wij zijn nu 75 jaar verder.” En wat er in die 75 jaar volgens Wijffels feitelijk is gebeurd, is het tegenovergestelde. We zijn de lineaire principes nog veel verregaander gaan toepassen. Deels door chemische technologische ontwikkelingen zoals kunstmest. Maar deels ook te verklaren door de mindset in die tijd. “Mensen hadden in de oorlog hongersnood ervaren, schaarste gekend. Het beleid was gericht op: dat nooit meer. Nooit meer honger. Alles werd ingezet om tot een zo hoog mogelij-
ke productie te komen. Dat model is dominant tot op de dag van vandaag.” Maar als het aan Wijffels ligt gaat dat in de nabije toekomst dus veranderen. En hij denkt niet alleen te staan. “Gaandeweg komen steeds meer mensen tot de conclusie dat dit model niet altijd even gezond is voor de aarde en voor de mensen. We moeten weer op een duurzame manier gaan leven en werken, zoals huisarts Kouwe in 1948 al voorstelde. We moeten ons weer beseffen dat we aardlingen zijn.” Aardlingen? Wat wilt u daarmee zeggen?
“Alles wat wij zijn, jij en ik, is uiteindelijk aardse grondstof. Alles wat wij fysiek vertegenwoordigen, is uit de bodem afkomstig en het zit ‘m in die verbinding. Om echt duurzaam te produceren en consumeren moeten we ons op een intensievere manier met de aarde verbinden. We moeten ons er bewust van zijn dat als wij die aarde vervuilen die vervuiling uiteindelijk ook in ons terecht komt. Wat we de afgelopen jaren hebben gedaan is de natuurlijke productiviteit door middel van chemische toepassingen vervangen door kunstmatige productiviteit. We moeten het hele systeem van landbouw en voedsel, in al zijn onderdelen, ontdoen van ongezonde aspecten. De basis van het voedselsysteem moet zijn: het verbinden van de gezondheid van de aarde en de natuur met de gezondheid van mensen.”
De basis van het voedselsysteem moet zijn: het verbinden van de gezondheid van de aarde en de natuur met de gezondheid van mensen. Hoe doen we dat?
“Er zijn verschillende manieren, maar ik denk dan vooral aan regeneratieve landbouw. Dat moet leidend zijn. Hierbij wordt het systeem zo ingericht dat we de vruchtbaarheid van de bodem langs de natuurlijke kant zodanig voeden dat daar de belangrijkste bron van productiviteit ligt. Dus zonder het gebruik van
kunstmatige middelen. Dat kan bijvoorbeeld door over te stappen van monoteelt naar strokenteelt, waarbij je verschillende gewassen naast elkaar zet op een akker. Die gewassen trekken verschillende insecten aan, en dat zijn dan vaak elkaars vijanden, en op die manier werk je op een intelligente manier samen met de natuur. Dit vraagt wel van de mensen om de voedingsmiddelen die op deze manier worden geproduceerd te waarderen op het niveau van wat het gekost heeft. Het vraagt dus ook wat van de consumenten.”
Er zijn tal van mogelijkheden om boeren te helpen om de financiële ruimte te creëren om duurzamer te produceren. Gaan de consumenten die vraag inwilligen?
“Er zijn al groepen burgers die dit doen. Neem bijvoorbeeld het concept van de Herenboeren, dat is een beweging waarbij consumenten grond kopen waar ze een boer bij zoeken die voor hen voedingsmiddelen op een duurzame manier produceert. Die hebben dus het heft in eigen hand genomen, om bottom up, een duurzame voedselproductie tot stand te brengen.” Dat klinkt lovenswaardig, maar tegelijkertijd kleinschalig. Het heeft pas zin als je de agrarische sector zelf, op grote schaal, meedoet. Hoe krijgen we dat voor elkaar?
“Klopt, maar je hebt altijd pioniers nodig. Mensen moeten zien dat het kan. Daarnaast zijn er tal van mogelijkheden om boeren te helpen om de financiële ruimte te creëren om duurzamer te produceren. Je zou voor boeren bijvoorbeeld een nieuwe inkomstenbron kunnen genereren door hen te belonen 2 voor de vastlegging van CO . Een andere mogelijkheid is om boeren die zich inspannen om de bodem gezond te houden en de omringende natuur in stand te houden te belonen voor dat soort diensten. Tenslotte wil ik nog even de mogelijkheid noemen van het eerlijker verdelen van de consumenteneuro. Je kan tegenwoordig heel inzichtelijk maken wie wat verdient in
“We moeten ons er bewust van zijn dat als wij de aarde vervuilen die vervuiling uiteindelijk ook in ons terecht komt.”
de keten, en daar simpelweg een andere verdeelsleutel hanteren.”
dat supermarkten veel meer zouden moeten doen om gezond eten te bevorderen.”
Moet de overheid daar dan een actieve rol in spelen?
Welke maatregelen hebben uw voorkeur?
“De rol van de overheid moet in belangrijke mate zijn die van het ondersteunen en stimuleren van initiatieven die pionieren. Om dat mogelijk te maken. Dat kan door subsidies daarvoor beschikbaar te stellen in de proefperiode, maar dat kan ook door regelgeving. Een van de manieren zou zijn om het gebruik van chemische toepassingen duurder te maken. Of door bepaalde vormen van landbouwmethoden anders te belasten, waarbij rekening wordt gehouden met de volle prijs van deze methoden. Dan reken je de maatschappelijke kosten mee en breng je die in rekening bij de boeren en andere producenten die deze kosten veroorzaken. Maar het gaat niet alleen om de boeren, het gaat om de hele keten. De overheid kan ook supermarkten opleggen om ongezonde producten minder te promoten, niet aan te bieden of simpelweg deze producten extra te belasten. Uit recent onderzoek blijkt
“Ik denk dat je alles dat ik heb opgenoemd op de een of andere manier nodig hebt. Het kan alleen op basis van een integrale benadering, de tijd dat je via specialistische optimalisatie in delen van de kolom de zaken op orde kan krijgen, is voorbij. Dat lukt niet meer. Gezondheid vanaf de bodem tot aan de voedingsgewoontes van mensen moet het uitgangspunt worden voor het organiseren van de hele voedselsector. Dat gaat niet van vandaag op morgen, maar we moeten van maximale productie naar gezondheid als sturende factor.” En gaat de consument daar dan voor betalen?
“Het zal wel moeten. En het moet ook kunnen, want internationaal gezien geven wij heel weinig uit aan voeding. Daarnaast: wat denk je dat al die slechte, goedkope voeding kost? Als je de berekeningen ziet wat slechte voeding en slechte voedingsgewoontes aan medische
kosten opleveren, dan praat je over vele miljarden. Als je dat kunt wegnemen, dan zal de lagere verzekeringspremie voor de gezondheidszorg de hogere prijs voor voedsel compenseren.”
Feiten Herman Wijffels is een Nederlandse econoom. Tijdens zijn loopbaan bekleedde hij diverse vooraanstaande functies waaronder voorzitter van de hoofddirectie van Rabobank Nederland, voorzitter van de Sociaal-Economische Raad (SER) en Nederlandse bewindvoerder bij de Wereldbank in Washington. Daarnaast was hij co-voorzitter van Worldconnectors, voorzitter en mede-oprichter van Sustainable Finance Lab en was hij tot 2016 als hoogleraar Duurzaamheid en Maatschappelijke Verandering verbonden aan het Utrecht Sustainability Institute (USI) van de Universiteit Utrecht.
14 DUURZAME VOEDSELKETEN
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
Zoutarme voeding is gezond én lekker Actueel
Even wat zout toevoegen om het eten ‘op smaak te brengen’. Het is iets wat we allemaal kennen en wat velen ook vanuit huis hebben meegekregen. Maar wat velen niet weten is dat het toevoegen van zout en het eten van te zout eten kan leiden tot hart- en nierziekten. Tekst: Féline van der Linde Foto's: Bart Nijs & Pexels
Michel Hanssen SVH Meesterkok, mede-oprichter & auteur van Spice Wise
“
mij ook”, vertelt Michel Hanssen, SVH Meesterkok en mede-oprichter en auteur van Spice Wise. “Negen jaar geleden kreeg ik een hartaanval en nu heeft mijn hart nog een halve hartpompfunctie. Hierdoor heb ik mijn levensstijl aardig moeten aanpassen. Zo slaap ik overdag een aantal uurtjes en eet ik geen zout meer. Het eerste wat de cardioEn dat overkwam
loog tegen mij zei na mijn hartaanval was dat er goed en slecht nieuws was. Het goede nieuws was dat ik er nog was. En het slechte nieuws was dat ik moest stoppen met het eten van zout eten en geen zout meer mocht gebruiken tijdens het koken.” De zoutpot thuis moest dus in de prullenbak.
Iedereen heeft zout nodig, maar in Nederland zijn we de door de jaren heen veel te veel zout gaan eten. “Tijdens de revalidatie merkte ik dat ik niet de enige was die hartproblemen had en moest stoppen met het eten van zout”, gaat Hanssen verder. “Daarop besloot ik aan de slag te gaan met het maken van zoutloze kruidenmengsels en recepten. Veertig jaar lang ervaring en kennis heb ik als SVH Meesterkok, het bedenken van recepten is voor mij dus geen onbekend terrein. Met veel enthousiasme besloot ik voor mijzelf, maar ook voor al die mensen bij de hartfalenrevalidatie aan de slag te gaan. De recepten legde ik vervolgens in het ziekenhuis neer op de tafels en men reageerde daar ontzettend positief op. Zoutloos
Het is Hanssen’s missie geworden om mensen (weer) te laten genieten van de dagelijkse maaltijden, zonder toegvoegd zout.
koken en eten is niet moeilijk en betekent niet dat het niet lekker is. Zout kun je namelijk heel goed vervangen door kruiden en specerijen. Door de juiste zoutloze kruiden- en specerijenmengsels te maken kun je smaken versterken en worden aroma’s benadrukt van andere ingrediënten, of ze geven een gerecht juist
contrast. Zo maak je voedsel interessant en lekker. Daarom heb ik alle recepten gebundeld in de Spice Wise boeken.” missie geworden om mensen (weer) te laten genieten van de dagelijkse maaltijden, zonder dat daarbij toegvoegd zout nodig is. “De wereld kan ik Het is Hanssen’s
niet veranderen, maar wel een stukje beter maken”, aldus Hanssen. “Iedereen heeft zout nodig, maar in Nederland zijn we door de jaren heen veel te veel zout gaan eten. Gemiddeld eten we negen gram per dag, terwijl we maar één tot drie gram nodig hebben. Dit kan zorgen voor een verhoogde bloeddruk, hart- en vaatziekten en nierschade. Gelukkig kun je heel gemakkelijk aan zoutloos eten wennen. Al binnen enkele weken passen de smaakpapillen zich aan en gaan ze door minder zout te eten ook minder ‘openstaan’. Sommige smaken proef je zelfs beter wanneer de smaakpapillen minder openstaan, omdat zout ook de natuurlijke smaken kan maskeren.”
Zoutloos koken en eten is niet moeilijk en betekent niet dat het niet lekker is. grote verandering, het weglaten van zout. Hanssen: “Zeker in het begin, maar ik verbaasde mij erover hoe snel ik gewend was aan Het is een
Door de juiste zoutloze kruiden- en specerijenmengsels te maken kun je smaken versterken.
zoutloos eten. De roep van velen gezondheidsprofes sionals en specialisten aan de overheid om in te grijpen en te zorgen voor meer zoutloze voeding snap ik en is heel goed, maar het is ook een verantwoordelijkheid van onszelf. Onze gezondheid is ons grootste goed en we worden steeds bewuster van onze voeding. Bij een gezonde levensstijl horen onder andere voldoende groenten en fruit en minder vlees, maar zeker ook het minder nuttigen van zout.”
Zeker in het begin, maar ik verbaasde mij erover hoe snel ik gewend was aan zoutloos eten.
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
DUURZAME VOEDSELKETEN
15
Telers aan het woord Actueel
Het maatschappelijk debat rondom de voedselproductie neemt steeds meer toe. Steeds meer vragen over onze voedselzekerheid en een duurzame voedselproductie van zowel producent als consument hebben geleid tot een nieuw platform: plant pulse.
Tekst: Féline van der Linde Foto: Persfoto & Unsplash
“
Dit platform is opgericht
om de consument te verbinden met de herkomst van hun voeding”, vertelt Jurriaan Visser, manager Granen, Zaden en Peulvruchten bij CZAV. “Op het platform zijn om die reden verhalen van telers te lezen over wat zij doen aan duurzaamheid, voedselveiligheid en het op peil houden van de voedselproductie. Tegelijkertijd laten we ook zien waar een teler tegenaan loopt. Onze columnisten Boer Bastiaan van “Boer zoekt vrouw” en de Hoeksche Boerin Trudy vertellen hierover. Hoe kunnen zij er bijvoorbeeld voor zorgen dat er ook in de toekomst voldoende voedsel geproduceerd kan worden.” is er nog een afstand tussen de teler en de consument, gaat Visser verder. “Wanneer de consument in de supermarkt loopt beseft deze vaak niet dat een potje HAK van de akker komt en door een boer is geproduceerd. Over het algemeen heeft de consument dus geen idee waar zijn of haar eten vandaan komt en Op dit moment
welke reis het daarvoor heeft afgelegd. Ook zijn er mensen die actief de natuur ingaan en langs akkers komen en dan nog niet doorhebben dat wat daar groeit uiteindelijk door hen wordt gekocht in de supermarkt of bij de bakker. We willen dus een brug slaan tussen de Nederlandse teler en consument.”
Bewustwording van de herkomst van het voedsel, en het proces wat hierachter zich, kan uitleggen waarom een consument een bepaalde prijs betaalt in de supermarkt. het woord en we laten zien waar welk product vandaan komt. “Zo laten we bijvoorbeeld zien waar de Nedertarwe vandaan komt, door welke telers dit wordt geproduceerd en deze telers laten we aan het woord. Niet alleen telers van Nedertarwe komen aanbod, maar ook ander projecten zoals het Zeeland bonenland project, waar de teelt van veldbonen wordt gebruikt voor vleesvervangers. Een derde voorbeeld van een project dat we uitlichten is het certificaat Planet Proof dat HAK heeft verkregen. Telers die voor HAK en Nedertarwe leveren moeten aan zeer strenge voorwaarden voldoen en de inspanning die telers hiervoor leveren willen wij graag communiceren naar de
Met kennis, vakmanschap en gedrevenheid wordt zoveel mogelijk kracht uit de natuur gehaald
Kom, sla de handen ineen! Dan maken we ons eten duurzaam & onweerstaanbaar lekker. Actueel
Jurriaan Visser, Manager Granen, Zaden en Peulvruchten bij CZAV
consument om zo bewustwording te creëren over waar het voedsel vandaan komt en hoeveel moeite ervoor is gedaan om de consument van een zo goed mogelijk product te voorzien.”
Telers komen aan
Over het algemeen heeft de consument dus geen idee waar zijn of haar eten vandaan komt en welke reis het daarvoor heeft afgelegd. De consument vraagt
om duurzaam en lokaal eten. “Maar daar hangt een prijskaartje aan. Bewustwording van de herkomst van het voedsel, en het proces wat hierachter zich, kan uitleggen waarom een consument een bepaalde prijs betaalt in de supermarkt. Het zaaiseizoen gaat momenteel van start
en dat is ook iets waarin we de bezoeker van het platform willen meenemen. Wat groeit waar en vooral ook wanneer? Niet alleen gaan we met de telers in gesprek over het voedsel, maar ook de afwegingen om bijvoorbeeld kunstmest te gebruiken en waarom een teler gewasbeschermingsmiddelen gebruikt of daarvoor alternatieven inzet. Elke overweging die een teler maakt en de redenering daarachter wordt door ons uitgelicht op het platform om zo consument en teler dichter bij elkaar te brengen. Met het uiteindelijke doel om de consument bewuster te maken van zijn keuze en hen te kunnen overtuigen om wat vaker voor het product te kiezen waar hij of zij van weet waar het vandaan komt en welke keuzes de teler daarvoor heeft gemaakt. We hopen dat dat mensen ook aanspoort tot meer duurzame keuzes.”
Tekst: Marjon Kruize Foto: Antony Trivet
Bijzonder smaakvol, eerlijk, duurzaam én uit Nederland. Het klinkt zo vanzelfsprekend en voor de hand liggend. Maar dat is het (nog) niet! Ons eten komt vaak niet uit Nederland, terwijl veel verse ingrediënten hier goed verbouwd kunnen worden. Dat is best zonde! Want hoe fijn is het als je weet waar je eten vandaan komt, en dat het met veel vakmanschap en passie wordt gemaakt door boeren en producenten in Nederland? Daarom is vorig jaar het initiatief ‘Duurzaamheid in beweging’ gestart om partijen in de foodketen met elkaar te verbinden en zo ons eten nog lekkerder, gezonder én duurzamer te maken. “We willen de waarde van herkomst en de relatie tussen teelt en consumptie herstellen, ook omdat onze partners hierin geloven. Niet met een keurmerk of stempel maar met producten en concepten die verleiden en onweerstaanbaar lekker zijn”, aldus Dirk Lodewijk, initiatiefnemer van deze duurzaamheidsbeweging. In het kader van ‘duurzaamheid in beweging’ hebben diverse bedrijven de handen ineen geslagen en stappen gezet in het verduurzamen van ons eten. Nedertarwe is daar een mooie voorbeeld van. Dit is graan van Nederlandse bodem, wat door gecertificeerde en vooruitstrevende boeren met veel aandacht volgens strikte richtlijnen duurzaam wordt geteeld. Van zaaien tot oogsten, van malen tot bakken: met kennis, vakmanschap en gedrevenheid wordt zoveel mogelijk kracht uit de natuur gehaald. Puur vanuit de oorsprong! Bedrijven als Rotterdam de Boer op!, CZAV, en lokale bakkerijen zetten zich met Nedertarwe in voor een duurzame, lekkere, Nederlandse boterham.
We willen de waarde van herkomst en de relatie tussen teelt en Het uiteindelijke doel is om de consument bewuster te maken van zijn keuze wanneer hij duurzaamheid nastreeft.
consumptie herstellen.
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
16 DUURZAME VOEDSELKETEN
Lokaler, duurzamer en gezonder hebben we bijvoorbeeld niet alleen de aardappeltelers, maar ook de stap daarvoor. De veredelingsbedrijven werken continu aan betere rassen. Maar de akkerbouwsector is ook verantwoordelijk voor het eindproduct. Dus niet alleen de consumptieaardappel zoals je die verpakt in de supermarkt vindt, maar ook de aardappelproducten zoals friet en chips.” Andre Hoogendijk, Directeur van de vereniging Brancheorganisatie (BO) Akkerbouw
Hoe groot is uw branche in Nederland?
“Onze vereniging telt vijftien leden, daarmee behartigen we de belangen van 95 procent van alle Nederlandse producenten van bakkerijgrondstoffen. Dit zijn bedrijven die niet alleen granen inkopen, maar ook grondstoffen als suiker, zaden, noten en pitten. Deze grondstoffen worden verwerkt tot productoplossingen zoals mixen en vullingen voor bakkerijbedrijven van groot tot klein.” Internationaal of lokaal?
“Allebei. Onze leden produceren voor zowel Nederlandse als internationale bakkersbedrijven. Of dit nu ambachtelijke bakkers zijn
Internationaal of lokaal?
Hoe groot is uw branche in Nederland?
“Nederland telt ruim 500.000 hectare akkerbouwgrond. Er zijn 10.000 akkerbouwers en samen met de aanverwante bedrijven hebben we de volledige keten in handen. Van grond tot mond. Aan de productiekant
“De Nederlandse akkerbouw is een grote internationale speler, we zijn sterk in veredeling, handeling en verwerking. Maar tegelijkertijd leveren we een lokaal product in Nederland. Aardappels en aardappelproducten, maar ook suiker en een steeds gro-
ter deel van het graan uit ons brood komt uit Nederland.” Kan het lokaler?
“Consumenten gaan meer plantaardig eten en gezonder. Meer vleesvervangers bijvoorbeeld. Daar zijn plantaardige eiwitten voor nodig. En daarom zijn we met een voor Nederland nieuw gewas begonnen: kidneybonen. Daarmee krijgen we in Nederland een nieuwe plantaardige eiwitketen in handen.” Mirjam Kortekaas, Directeur Nederlands Bakkerij Centrum (NBC) Hoe groot is uw branche in Nederland?
Nederland telt bijna 4.000 bakkerijen van brood en banket en 1.370 winkels zonder productielocatie. Die aantallen nemen alleen maar toe. In de bakkerijsector werken bijna 5.000 ondernemers en zo’n 51.000 werknemers.
of industriële bakkerijfabrikanten. Hun producten worden internationaal verkocht. Wat inkoop betreft kopen ze hun single ingredients op de wereldmarkt. Wat graan betreft wordt meer dan 90 procent in Europa ingekocht en minder dan tien procent binnen Nederland.”
Internationaal of lokaal?
Kan het lokaler?
“In het kader van MVO-beleid en duurzaamheid lopen er enkele initiatieven om meer graan in Nederland en Europa te kopen. De oorlog in Oekraïne waar tot 30 procent van ons graan vandaan komt maakt dit extra belangrijk. Dit lijkt gemakkelijker dan het is, want granen uit andere contreien hebben andere kwaliteiten qua samenstel-
ling wat tot uiting komt in het eindproduct. Daar moet het hele proces op worden aangepast.”
Tim Toonen, Voorzitter Vereniging van Nederlandse Fabrikanten van Bakkerijgrondstoffen (Nebafa)
“Slechts een klein deel, alleen houdbare bakkerijproducten, worden geïmporteerd en geëxporteerd. Over het algemeen zijn brood en banket versproducten en daarmee volledig Nederlands. Productie en consumptie vinden in Nederland plaats. De vraag is ook: wat is lokaal? Nederland is te klein om al het graan te leveren voor al ons brood, wel maken we zoveel mogelijk gebruik van graan uit Europa. In Nederland wordt 970.000 ton tarwe verbouwd, voornamelijk voor veevoer. De
helft, zo’n 500.000 ton is nodig voor brood. Daarvan komt 150.000 tot 300.000 ton uit Nederland.” Kan het lokaler?
“Nederlanders zijn enorme broodeters, maar sommigen laten brood staan. Daarom zijn we met de campagne ‘Brood, goed verhaal – met graan uit Europa’, begonnen. Met een nieuw ketenproject willen we het aandeel Nederlands graan verhogen. Op 24 maart werd dit gepresenteerd. Graan van dichtbij wordt nog eens extra belangrijk nu de oorlog is uitgebroken in Oekraïne, de graanschuur van Europa.”
ADVERTENTIE
EN HOE IS HET MET BOER BASTIAAN VAN BOER ZOEKt VROUW? Goed, het gaat goed met boer Bastiaan. De deelnemer van ‘Boer zoekt vrouw’ seizoen 2019-2020 is druk bezig met telen van allerlei zaken als uien, aardappelen, wintertarwe en suikerbieten. Hij doet dit op duurzame wijze, maar het valt niet mee om binnen de lijntjes te blijven kleuren. Zeker omdat de regels van de overheid vaak niet helemaal aansluiten bij de praktijk. Op het online platform Plant Pulse komen boeren zoals Bastiaan (en ook de Hoeksche boerin Trudy) aan het woord. Daar geven ze aan hoe zij verantwoord hun steentje bijdragen aan het Nederland van nu. Het is een platform van
CZAV (CZAV is dé agrarische coöperatie in ZuidNederland) waarop ook duurzame samenwerkingsverbanden worden besproken zodat jij als consument een duidelijk beeld krijgt over hoe er in de keten keihard gewerkt wordt om zaken zo verantwoordelijk mogelijk te laten verlopen. Bedrijven als Royal Koopmans, HAK en ME-AT praten over CO2-uitstoot, biodiversiteit, ‘On our way to PlanetProof’ en eiwittransitie. Zo lees je ook een keer over de praktische kant van het verhaal. Meld je aan op de website van Plant Pulse en blijf op de hoogte van het reilen en zeilen van boer Bastiaan en boerin Trudy middels hun columns.
lees hier meer over op www.plantpulse.nl
www.contentway.nl Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
DUURZAME VOEDSELKETEN
17
KOOPMANS – PARTNER CONTENT
Brood van duurzaam Nederlands graan? Het kan gewoon met Nedertarwe! Een tiental jaar geleden dreef Royal Koopmans nog in een oceaan van grote internationale spelers op de graanmarkt. Daar wilden zij graag verandering in brengen, want Koopmans staat al meer dan 175 jaar bekend om haar onderscheidend vermogen. Hoe? Door te pionieren, trends te volgen en nauwe samenwerkingen aan te gaan, en zo bij te dragen aan smaakvolle, gezonde en duurzame voeding.
“
Royal Koopmans kocht als een anonieme speler graan op de wereldmarkt”, vertelt Dirk Lodewijk, CEO Royal Koopmans. “Hierop hebben we besloten dat er goede baktarwe moest komen van Nederlandse bodem, om de keten zo duurzaam mogelijk te houden en de waarde van herkomst en de relatie tussen teelt en consumptie te herstellen. Daarom zijn we letterlijk op een aardappelkist in Holwerd gaan staan en hebben we met een aantal boeren gesproken over onze wens om tarwe te gaan verkopen van eigen bodem.” De reacties van de boeren die daarop volgden waren niet direct positief. ”Dat is logisch. Ons idee was leuk, maar wat zou het de boeren gaan opleveren? We moesten dus de mindset veranderen en daarbij speelden we in op het feit dat de consument wil weten waar hun voedsel vandaan komt en steeds vaker bewust kiest voor kwaliteit, mits de smaak goed is.” Specialist in Nederlandse tarwe Vervolgens is er ontzettend veel tijd en energie gestoken in de rassenontwikkeling om baktar-
we van Nederlandse bodem mogelijk te maken, vult Bauke Wierda aan, Sourcing Manager bij Royal Koopmans. “Nederlandse tarwe is lange tijd vrijwel uitsluitend gebruikt als veevoer omdat het van mindere kwaliteit zou zijn dan tarwe afkomstig uit het buitenland. Voor een lekker brood is een goede kwaliteit tarwe noodzakelijk. We hebben hiervoor proeflocaties aangelegd, verschillende tarwerassen en vormen van bemesting getest en nog veel meer. Het testen en vinden van de juiste samenstelling van tarwerassen was een ontzettend intensief traject. Inmiddels komt meer dan de helft van het graan van Royal Koopmans van Nederlandse bodem. De volgende stap in duurzaam brood: Nedertarwe Met veertien akkerbouwers zijn we vervolgens om de tafel gaan zitten om samen te gaan kijken wat nodig was om tot een goede duurzaam geteelde Nederlandse tarwe te kunnen komen. Hiervoor hebben we via drie pijlers gewerkt: bodemgezondheid, biodiversiteit en het reduceren van de emissie van gewasbeschermingsmiddelen. Uiteindelijk moet daar de vierde pijler bijkomen en dat is CO2-neutraal produceren. Na het vele proberen en testen is daar uiteindelijk Nedertarwe uitgekomen. Een brood dat heel bijzonder, duurzaam en vooral heel lekker is.” Brood van Nedertarwe: dat proef je! Het moest allemaal kloppen, gaat Lodewijk verder. “Niet voor niets heeft het ongeveer tien jaar geduurd voordat we Nedertarwe hebben geïntroduceerd. “We zijn ontzettend trots op het
eindresultaat”, gaat Wierda verder. “Nedertarwe is duurzaam geteeld graan van dichtbij. Het graan komt 100% van Nederlandse bodem en wordt door gecertificeerde boeren met veel aandacht, volgens strikte richtlijnen en op duurzame wijze geteeld. Daarnaast is het brood bijzonder smaakvol en bewezen gewaardeerd door consumenten. Het is een puur product, met zo min mogelijk toevoegingen en zo min mogelijk zout, en dat proef je! Naast de smaak is duurzaamheid erg belangrijk bij Nedertarwe. Onze boeren verbeteren namelijk de biodiversiteit door bloemranden bij de akkerranden aan te leggen. Zij sturen op een positieve organische stofbalans om te komen tot een optimale bodemgezondheid en presteren beter dan het branchegemiddelde als het gaat om de emissie van gewasbeschermingsmiddelen. Duurzaamheid in beweging – samen met alle schakels in de keten En dit is nog maar het begin, aldus Lodewijk. “Deze route zijn wij meer dan tien jaar geleden
gaan bewandelen en daar houdt het niet bij op. Steeds meer consumenten vragen om duurzame en lokale producten. Zij willen zich kunnen verbinden met de voortbrengingsketen. Met Nedertarwe laten we de consument en akkerbouwer zien dat dat kan. Een duurzame voedselketen realiseren is mogelijk, als je een duidelijke visie hebt en gewoon begint. We willen graag laten zien dat, met initiatieven als Nedertarwe, een beweging op gang kan worden gebracht om alle partners mee te krijgen voor een duurzame en transparante voedselketen.”
Dirk Lodewijk
Bauke Wierda
www.nedertarwe.nl
NFP – PARTNER CONTENT
Een gezonde bevolking in een gezonde economie
Het Netherlands Food Partnership (NFP) ondersteunt initiatieven van Nederlandse bedrijven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en overheidsinstellingen en hun partners, die gericht zijn op voedselzekerheid in Afrika, Azië en Latijns-Amerika. Dit is een complexe uitdaging en vereist een innovatieve aanpak. NFP doet dit door partijen in hun kracht te zetten en aan elkaar te verbinden om zo de toegang tot gezonde voeding te verbeteren en een aanjager te zijn van duurzame en inclusieve ontwikkeling.
altijd een vanzelfsprekendheid”, legt Metz uit. “Overal ter wereld kampen mensen met steeds hogere prijzen voor voedsel. In conflictgebieden en vanwege COVID-19 neemt honger en armoede almaar toe. Tegelijkertijd is een gezond voedingspatroon onbereikbaar voor drie miljard mensen en zijn obesitas en niet overdraagbare ziektes een enorm groeiend probleem in alle opkomende landen. Om te zorgen dat iedereen ter wereld toegang heeft tot gezond voedsel is een innovatieve benadering vereist die kijkt naar de gehele voedselketen, dat is waar NFP een bijdrage aan wil leveren.”
zowel vanuit consumenten als producenten en ondernemers wordt gewerkt. “De urban food environment coalitie die NFP ondersteunt is een samenwerking tussen Nederlandse en Ghanese maatschappelijke organisaties, ondernemers, overheidspartijen en kennisinstellingen die werken aan een verbetering van de voedselomgeving in de Ghanese hoofdstad Accra. Vanuit deze samenwerking zorgen we ervoor dat jongeren in aanraking komen met stedelijke landbouw en gezonde recepten en werken stedenbouwkundigen samen met marktvrouwen aan de herinrichting van lokale markten om deze schoner, veiliger en aantrekkelijker te maken. Tegelijkertijd krijgen telers hygiëne training en wordt gewerkt aan een Ghanees voedselkeurmerk. Wil je een familie in Accra gezonder laten eten dan is er een breed palet van partners nodig die moeten samenwerken. En die samenwerkingen brengen wij bij het NFP tot stand zodat er structurele oplossingen worden gecreëerd.”
Kennis voor voedselzekerheid “Nederlandse boeren, bedrijven en kennisinstellingen hebben wereldwijd een zeer goede reputatie vanwege hun innovatiekracht, kennis en kunde”, vertelt Nicole Metz, Senior Knowledge Broker bij NFP. “Nederland doet bijvoorbeeld heel veel onderzoek samen met internationale partners en dat levert nieuwe inzichten en producten op, zoals zaden en diensten op logistiek gebied. Gezonde voeding is een mensenrecht en vormt de basis voor een productieve economie. Maar toegang tot voldoende en gezonde voeding is niet
Verbetering van de stedelijke voedselomgeving in Ghana De gevolgen van een gebrek aan toegang tot gezond voedsel zijn duidelijk zichtbaar in Ghana waarhet aantal mensen met obesitas de afgelopen jaren is vervijfvoudigd. “Dit zorgt voor een extreme druk op de gezondheidszorg en het milieu”, legt Metz uit. Maar hoe zorg je ervoor dat een stedelijke Ghanese bevolking gezonder gaat eten? NFP kijkt naar dit vraagstuk met een brede blik en brengt partners samen om te zoeken naar gedeelde oplossingen waarbij
Praktische kennis over tuinbouw Niet alleen in West-, maar ook in OostAfrika eten mensen vaak te weinig groenten en fruit. Gezond voedsel is veelal duur en onvoldoende beschikbaar. Om meer betaalbare groenten en fruit op de markt te brengen is er daarom een krachtige lokale tuinbouwsector nodig. In deze regio is die nog volop in ontwikkeling. “Voor een sterke tuinbouwsector is vakkundig personeel nodig. Ervaring leert echter dat Nederlandse bedrijven die willen investeren in de tuinbouw in Afrika meestal wel aan
Ga voor meer informatie naar www.nlfoodpartnership.com
personeel kunnen komen, maar dat nieuwe mensen niet altijd de laatste en benodigde praktische kennis hebben. Voor een bedrijf is het dus verstandig om in de opleiding van personeel te investeren. Als personeel bijvoorbeeld beter leert hoe gewasziekten te bestrijden en te voorkomen, kunnen ze die kennis toepassen in het bedrijf en ook in de voorlichting aan boeren.” Op initiatief van Rijk Zwaan, een internationaal groenteveredelingsbedrijf met ruim 3600 medewerkers in 30 verschillende landen en HAS Hogeschool, gespecialiseerd in opleidingen in agro- food en leefomgeving, is een samenwerkingsverband gestart waarin meerdere Nederlandse tuinbouwbedrijven de krachten bundelen. “NFP ondersteunt deze samenwerking en koppelt HAS studenten aan het initiatief die een trainingsmodule ontwikkelen voor tuinbouwbedrijven in Afrika. Door Nederlandse expertise aan lokale kennis te verbinden kunnen er meer en betere groenten en fruit worden geproduceerd, wat uiteindelijk ten goede komt aan de producent én de consument in het land.” Kennis en kunde bij elkaar brengen en samenwerkingsverbanden creëren tussen lokale en Nederlandse bedrijven, kennisinstellingen, organisaties en overheidsinstellingen dat is waar NFP voor staat. Op deze manier draagt het NFP bij aan de productie en toegang tot gezond voedsel in Azië, Latijns-Amerika en Afrika want, zo is de visie, een gezonde bevolking is de basis van een gezonde en duurzame economie.
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
18 DUURZAME VOEDSELKETEN
Vertrouwen wordt belangrijkste ingrediënt voedselketen Verdieping
Als het aankomt op de vraag waar ons voedsel vandaan komt, eist de consument steeds meer transparantie. Tekst: Hugo Schrameyer Foto: Pexels
D
e landbouwsector
middenin een transitiefase. In de schappen van supermarkten liggen immers almaar vaker producten met een biologische of bepaalde duurzaamheidsclaim. Zo bestaat er het Beter Leven Keurmerk, dat in 2007 werd geïntroduceerd. Aan de hand van een stelsel met 1, 2 of 3 sterren krijgt de consument inzicht onder welke welzijnseisen er voor het dier achter het product gezorgd is. Dit Beter Leven-‘sterrenstelsel’ is slechts één van de vele keurmerken die terug zijn te vinden in de supermarktschappen. Er bestaat een rijke schakering aan claims op voedselverpakkingen die de consument houvast moeten geven bij zijn aankoopkeuze. zit
keurmerken valt op zich toe te juichen, maar net zo belangrijk is het vertrouwen in dergelijke claims. De informatie op de verpakking moet tenslotte wel de echte waarheid vertellen. Voedselketendeskundige Anton Hofland benadrukt
daarbij dat vertrouwen in feite hard op weg is om uit te groeien tot het belangrijkste ingrediënt in de voedselketen. De goed geïnformeerde consument van tegenwoordig wil absolute zekerheid over de herkomst en productiemethode van de maaltijd die op zijn bord ligt. “En wat is er meer betrouwbaar wat dat betreft dan DNA? Het DNA van ieder mens is uniek, hetzelfde geldt voor het DNA van ieder dier, ongeacht welk dier. Elke koe kent zijn eigen DNA, maar dat geldt net zo goed voor elke garnaal. Dat
betekent dus dat je van zowel de koe als de garnaal de herkomst kunt terug traceren tot de boerderij of kwekerij en land van herkomst.” dit principe van DNA-traceerbaarheid is afgelopen jaren sterk gegroeid. Op verschillende punten in de keten zijn er mogelijkheden om van elk afzonderlijk dier het DNA te bepalen. Dit kan bij het registeren van een kalf, wanneer deze een oormerk krijgt, maar ook tijdens de slacht van het volwassen De belangstelling voor
dier en in het eindproduct in de schappen van de supermarkt. Door het unieke van DNA als erfelijk materiaal te koppelen aan overige data die in de keten beschikbaar is, ontstaat op deze manier een waterdicht meetsysteem om de herkomst van producten en verwante claims rondom bijvoorbeeld duurzaamheid, dierwelzijn, ras identificatie, herkomst te verifiëren. voet en gaat te paard, wordt wel gezegd. Een reputatie die in decennia is opgebouwd, kan
door een eenmalig voedselschandaal in no time worden afgebroken. De consument is zich daar uiteraard ook van bewust. Die wordt veeleisender ten aanzien van zijn voedsel en is zelfs ook bereid om daarvoor te betalen. Volgens Hofland valt zeker niet uit te sluiten dat een waterdichte traceerbaarheid de standaard wordt om transparantie over voedsel steeds beter te waarborgen.
Vertrouwen komt te
in de keten komen aan de eisen van de moderne consument Suppliers en retailers
tegemoet door DNA- monitoringprogramma’s in hun werkzaamheden te integreren. Door het aanhaken bij deze systematiek ontstaan er bovendien meer kansen om consumenten aanvullende informatie te geven over de aard van hun voedsel. collega van Hofland, vertelt dat je de DNA-traceerbaarheid nog verder kunt optimaliseren in combinatie met een sensor, soort smartwatch voor koeien. Deze sensor is een instrument om de dagelijkse activiteiten zoals grazen, herkauwen en bewegen te monitoren. Stoop: “Zo kun je precies meten hoe het gesteld is met de gezondheid en het welzijn van de koe.” Sigrid Stoop, een
Voedselveiligheid en traceerbaarheid zijn kritische factoren die hoog op de agenda staan bij food- en bevaragebedrijven, blijkt uit een internationaal rapport onder de titel Global Food and Beverage Industry Trends and Strategic Insights 2021. 37 % gaf aan dat deze factoren topprioriteit verdienen, terwijl duurzaamheid daar vlak achteraan kwam met 34%.
De opkomst van
De goed geïnformeerde consument van tegenwoordig wil absolute zekerheid over de herkomst en productiemethode van de maaltijd die op zijn bord ligt.
MSD ANIMAL HEALTH – PARTNER CONTENT
MSD stimuleert productvertrouwen door DNA-traceerbaarheid Het farmatechnologische bedrijf MSD ziet in de voedselketen steeds meer belangstelling ontstaan voor zijn IdentiGEN Solutions, een platform dat gebaseerd is op innovatieve DNA-traceerbaarheidtechnologie. Retailers en producenten van over de hele wereld maken inmiddels gebruik van IdentiGEN Solutions. MSD is wereldwijd één van de grootste aanbieders van medicijnen, en vooral vaccins, om diergezondheid en –welzijn te bevorderen. Daarbij is ook de stap genomen om dit aanbod te koppelen aan technologische oplossingen om dieren te identificeren en het natuurlijke gedrag te monitoren. In combinatie met IdentiGEN’s DNA-traceerbaarheidsplatform zijn de vlees- en visproducten die supermarkten aanbieden nauwkeurig te traceren naar
van de herkomst en productiemethode, de manier waarop dieren gehouden en verwerkt worden. Transparantie in de voedselketen wordt door de consument ervaren als één van de belangrijkste ingrediënten in hun dagelijkse voedingspatroon. De vraag naar een eerlijk, transparant en duurzaam voedselsysteem is ondertussen uitgegroeid tot duidelijke norm. het veehouderijbedrijf van oorsprong. Zo ondersteunt MSD het volledige traject van ‘farm to fork’en ontstaat een betrouwbaar, transparant proces. Het platform van IdentiGEN neemt het DNA van elk dier als uitgangspunt. Daarmee is het mogelijk om de herkomst te traceren van rundvlees, varkensvlees, zeedieren en gevogelte. Deze transparantie ondersteunt klanten met cruciale informa-
tie om de aankoop van duurzaam kwaliteitsvoedsel te verzekeren. Deze aanpak wordt mondiaal ingezet. Dus ook in Nederland, waar verschillende leverancier/retailer-partnerships het systeem gebruiken om volledig DNA-traceerbare vlees- en visproducten in hun assortiment te kunnen aanbieden. Consumenten willen immers een weloverwogen keuze maken en hechten veel waarde aan betrouwbaarheid
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
Waardecreatie door samenwerking in de voedselketen
DUURZAME VOEDSELKETEN
3Vragen aan
19
Thijmen Tiersma
Thijmen Tiersma Redacteur Groentennieuws van Fresh Publishers
De prijzen voor gas en energie worden steeds hoger. Ook de glastuinbouw wordt hierdoor geraakt. Tekst: Marc van der Sterren Foto: Persfoto & Daniel Fazio
Wat betekenen de hoge gasprijzen voor de glastuinbouw? “Telers hebben jaarlijks een vast schema: Op dit moment ga ik planten, dan komt het gewas in productie en op dat moment ga ik oogsten. Nu het gas zo duur is, wachten veel telers af. Ze gaan later planten of gedurende het groeiseizoen de teelt vertragen. Dat betekent dat de oogst en het aanbod opschuiven. Nu is er minder en straks is er ineens veel product tegelijk op de markt. Met alle gevolgen van dien voor de prijzen. Nu zijn die goed, maar gevreesd wordt dat straks de prijs ineens inklapt.” Samenwerking met lokale producenten wordt in meerdere landen steeds meer aangemoedigd.
Actueel
“De één kan niet zonder de ander”, zo opent Marc Jansen, directeur bij het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) wanneer hem gevraagd wordt naar de waarde van samenwerking in de voedselketen vanuit het perspectief van de foodretail en supermarkten. Ons dagelijks voedsel heeft namelijk vaak al een hele weg afgelegd voordat het bij ons op het aanrecht ligt. Transparantie in die volledige keten is voor ketenpartners de route naar commercieel en duurzaam succes. Tekst: Eoin Hennekam Foto: Persfoto & Pexels
schakels die hier in de keten bij betrokken zijn. Maar ook partners in die keten missen soms het totaalplaatje van de ketensamenwerking. “In sommige gevallen kennen supermarkten bijvoorbeeld enkel de leveranciers van hun voedselproducten, maar niet de betrokken partners die de leveranciers van de producten voorzien en de producten maken”, deelt Marc Jansen, directeur bij het CBL. Dat terwijl dat inzicht in die volledige keten om meerdere redenen erg waardevol is. “Transparantie en inzicht in
de keten bieden supermarkten de gelegenheid te werken aan een zogeheten ‘dedicated supply chain’, waarin ze op specifieke onderdelen binnen de keten afspraken kunnen maken over producten. Het stelt ze in staat focus aan te brengen op specifieke producten en hun waarden uit te dragen in de volledige keten, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid”, zegt Jansen. Daarmee raakt Jansen aan
Marc Jansen Directeur bij het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL)
A
ls consument denken we
vaak niet na over de exacte totstandkoming van voedselproducten en de vele
een ander belangrijk argument om inzicht te hebben in de volledige ketensamenwerking. “In het kader van het uitdragen van bepaalde waarden is inzicht in de ketenpartners ook belangrijk om bijvoorbeeld weet te hebben van arbeidsomstandigheden bij boeren en tuinders of andere partners uit de keten. Passen die waarden bij jou als supermarkt? Is er sprake van ethisch onverantwoorde prak-
tijken? Weten wie je partners zijn maakt ook dat je voorbereid bent op kritische vragen over producten, bijvoorbeeld vanuit de media. Je weet waar je in de keten antwoorden moet zoeken en bent niet genoodzaakt generiek te antwoorden. Je kunt makkelijk verantwoordelijkheid nemen voor producten.” Een transparante ketensamenwerking sterkt
ook het onderlinge vertrouwen tussen partners en stimuleert een uitwisseling van kennis; het creëert betrokkenheid bij elkaars rol binnen de keten. Die betrokkenheid draagt ook bij aan het inzicht in de concurrentie en aan commerciële belangen. “Iedereen moet gewoon een goede boterham kunnen verdienen. Schakelen met de volledige keten helpt om iedereen commercieel evenredig te belonen en biedt (financiële) zekerheid. Partners maken afspraken hoe ze niet alleen vandaag, maar ook morgen met elkaar streven naar commercieel en duurzaam succes.” Die concurrentie en commerciële mindset zijn wat Jansen betreft ook belangrijk. “Gezonde concurrentie tussen supermarkten moet blijven werken. Concurrentie zorgt ervoor dat supermarkten en leveranciers blijven streven naar innovatie en het verbeteren van producten. We moeten continu in beweging zijn om voor de consument het beste product aan te bieden. Ketensamen-
werking is een onmisbaar element voor die voorwaartse beweging.” Uiteindelijk gaat ketensamenwerking over
de klant. “Hoe maak je de consument blij? Daar is het allemaal om te doen. De keten begint bij de klant. Het produceren van een product dat niet gekocht wordt heeft geen zin. De keten begint dus bij de vraag naar een product. Die vraag werkt door in de hele keten. Transparantie in de keten zorgt dat ook boeren en tuinders de connectie met die eindafnemer voelen”, besluit Jansen.
Dus door de hoge gasprijzen worden de groenten voor de consument straks ineens goedkoper? “Dat is nog maar de vraag. Niet alleen de energie wordt duurder, ook de inflatie neemt toe. Dingen worden tegenwoordig niet snel goedkoper. Ook voor tuinders wordt alles duurder. Zijn kosten stijgen, niet alleen voor energie, maar bijvoorbeeld ook voor meststoffen. Lage opbrengstprijzen zijn zeker een zorgenpunt, vooral in combinatie met de energiecrisis.” Kan Nederland de concurrentie op de wereldmarkt wel aan met de hoge energieprijzen? “Zeker wel. Er blijven nog steeds landen die netto importeren. Maar de energiecrisis versterkt wel de consolidatieslag. Veel telers hebben het zwaar. Om samen sterker te staan fuseren bedrijven of kopen grote bedrijven de kleinere jongens op. Voor een kleine tomatenteler is het moeilijk het hoofd boven water te houden. Zeker nu ook een nieuw tomatenvirus telers al een paar jaar parten speelt. Om het hoofd boven water te houden gaan zij soms in een niche, of ze gaan naar een andere teelt, zoals komkommers. Dat is een logisch alternatief met jaarrond productie die telers goed kunnen afzetten. Maar dan moeten er natuurlijk niet te veel tomatentelers overstappen naar komkommers.”
Feiten • Samenwerking met lokale leveranciers gaat over zo’n 20 procent van de productie. Nederland is primair een exportland. • Samenwerking met lokale producenten wordt in meerdere landen steeds meer aangemoedigd. • Diverse supermarktketens zijn goede voorbeelden van succesvolle ketensamenwerkingen • Ketensamenwerking helpt supermarkten noodzakelijke verbeteringen door te voeren op het gebied van bijvoorbeeld duurzaamheid en gezondheid.
Nu het gas zo duur is, wachten veel telers af. Ze gaan later planten of gedurende het groeiseizoen de teelt vertragen.
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
20 DUURZAME VOEDSELKETEN
De landbouw van de toekomst is regeneratief Actueel
De afgelopen jaren hebben we onze landbouwgronden enorm uitgeput en komen boeren steeds vaker voor grote duurzaamheidsuitdagingen te staan. Om zeker te weten dat we ook in de toekomst landbouw kunnen blijven bedrijven, moet er dus iets veranderen. Regeneratieve landbouw biedt hiervoor de oplossing. Tekst: Marjon Kruize Foto: Pexels
R
egeneratieve landbouw is meer
dan alleen het verduurzamen van de landbouw, bij regeneratieve landbouw staat de bodem centraal. Dit levert oplossingen voor de problemen rond de klimaatcrisis, het dramatische verlies van biodiversiteit, de kwaliteit van water, de opslag van CO2 en onze nationale stikstofproblematiek. Waar we de afgelopen decennia voornamelijk hebben ingezet op een hoge productie met behulp van kunstmest en pesticiden beginnen we nu steeds meer in te zien dat we samen moeten werken met de bodem en met de natuur voor verbeterde landbouw. Hierbij wordt niet alleen gekeken hoe we de negatieve impact van landbouw kunnen verminderen, maar ook hoe we gezonde voeding kunnen produceren op een manier die én ecologische-
én economische én sociale winst oplevert voor boeren en burgers. Joost van Schie en Sanne Beld, zijn pioniers op het gebied van regeneratieve landbouw in ons land. “Als ik door ons veld loop, struikel ik over de dassensporen. Het gras is op sommige plekken bijna twee meter hoog en overal ligt wormenpoep. Zelfs als je nul kennis van regeneratie hebt, dan voel je gewoon dat het hier leeft. Dat geeft energie, omdat het je voedt”, weet Anne van Leeuwen, medeoprichter van Boerderij Bodemzicht. Hierom zijn regeneratieve boerderijen zo essentieel, stelt ze. “We Anne van Leeuwen,
hebben plekken nodig waar mensen kunnen ervaren hoe krachtig regeneratie is. Zodat ze zich gaan afvragen: hoe zou dit er op mijn boerderij of in mijn organisatie uit kunnen zien?”
Hoe levendiger de bodem, hoe beter de sponswerking, waardoor de grond ook in tijden van droogte genoeg water vasthoudt. leven op een plek continu vergroten De capaciteit van
door zoveel mogelijk mensen, dieren, planten, insecten en microben met elkaar te verbinden: daar draait regeneratie volgens Van Leeuwen om: “Eigenlijk probeer ik op de boerderij gewoon een goede relatiemanager te zijn, voor al het leven.” Schie van Boerderij de Eenzaamheid gooide het roer om en startte met regeneratief boeren. De eerste uitdaging? De melkveehouderij klimaatneutraal maken, onder andere door het probleem van bodemdaling en veenoxidatie te adresseren. “Onze boerderij bevindt zich op een eiland vlakbij Leiden, midden in het veenweidegebied. In de Ook Joost van
zomer zakt het waterpeil weg, waardoor het veen wordt blootgesteld aan zuurstof en de koolstof die in het veen ligt opgeslagen vrijkomt”, legt Joost uit. “Die uitstoot kun je voorkomen door de bodem gezonder te maken. Want hoe levendiger de bodem, hoe beter de sponswerking, waardoor de grond ook in tijden van droogte genoeg water vasthoudt.” Om dat te realiseren
zorgt Van Schie dat zijn koeien holistisch grazen. Van nature grazen koeien voor een korte periode heel intensief op één stukje gras, om vervolgens als kudde verder te trekken. Dit is veiliger, vanwege roofdieren. Maar het heeft ook een positieve impact op de bodem”, legt Joost uit. “Doordat de koeien steeds ergens anders grazen, heeft de bodem tijd om te herstellen en de mest op te nemen. Overbegrazing en bodemdegradatie worden hierdoor voorkomen en het gras kan dieper wortelen, waardoor de bodem meer water en koolstof opneemt. Boven de grond zorgt dit voor kruidenrijker gras, en die bovengrondse diversiteit is ook weer goed voor de ondergrondse ecologie.” meer. Sommige kruiden zoals wilgenblad werken namelijk medicinaal. Het kruidenrijke gras is ook voedzamer, waardoor je als boer minder krachtvoer hoeft bij te voeren. En planten zoals weegbree zorgen ervoor dat de koeien minEn er is
Regeneratieve landbouw is meer dan alleen het verduurzamen van de landbouw, bij regeneratieve landbouw staat de bodem centraal.
der methaan-winden laten. Joost: “Kortom, het is niet de koe, het is het hoe.” Op De Eenzaamheid worden de koeien daarom twee keer per dag verplaatst naar een nieuw stukje weiland. Ook is Joost druk bezig met een ‘kippencamper’, zodat de kippen achter de koeien aan kunnen grazen: “Met hun gepik en gescharrel verspreiden zij de mest van de koeien beter over het land, waardoor de bodem het beter opneemt.” Deze symbiotische relatie
tussen gras en grazer is miljoenen jaren oud. Ze zijn samen geëvolueerd en daardoor volledig op elkaar ingesteld. “Het gaat zelfs zover dat je in het maagsysteem van een herbivoor exact dezelfde bacteriën vindt als in het bodemleven”, legt Sanne Beld van boerderij Met Natuur Mee uit. “We doen dus altijd heel negatief over mest, maar als je de natuurlijke relatie tussen gras en grazer herstelt, is het goud voor je bodem.” pionieren heeft Sanne inmiddels koeien, varkens en kippen die allemaal holistisch grazen. De komende tijd wil ze een ware silvopasture creëren door in het weiland notenbomen, fruithagen en bessenstruiken aan te planten. Sanne: “Zo hebben de dieren straks ook toegang tot bladeren en overgebleven oogst. En de mest is weer compost voor de gewassen.” Na vier jaar
ADVERTENTIE
Decade of Action zet zich in voor praktische klimaatoplossingen In de komende 10 jaar tijd wil Decade of Action komen tot een economisch systeem dat in balans leeft met onze planeet. Regeneratieve Landbouw is één van de speerpunten in haar beleid. Om haar missie te bereiken werkt zij samen met iedereen die actief werkt aan hetzelfde doel. Wil je meer weten of meedoen? Neem dan contact op via www.decadeofaction.co
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
DUURZAME VOEDSELKETEN
21
Vegetarisch eten wordt toegankelijker Actueel
Velen zijn al overtuigd van een vegetarische levensstijl of in ieder geval van het eten van minder vlees en vis. Het is beter voor onze gezondheid en voor onze planeet. Het zorgt namelijk voor minder verbruik van water, minder ontbossing en voor een lagere uitstoot van broeikasgassen die (onder andere) verantwoordelijk zijn voor de klimaatsverandering. Tekst: Féline van der Linde Foto: Pexels
M
soms lastig zijn om ineens over te gaan op een vegetarische levensstijl wanneer je gewend bent om je (hele) leven lang vlees (en vis) te eten. Toch zit er niets anders op dan te stoppen of in ieder geval veel minder vlees te gaan eten voor een beter milieu en een betere gezondheid, meldt greenpeace. org. Dierlijke producten zijn verantwoordelijk voor ongeveer zestig procent van de voedsel gerelateerde uitstoot van broeikasgassen. Helaas is het niet voor iedereen gemakkelijk om te stoppen met het eten van vlees. Vlees en zuivelproducten zijn producten die vastgeroest zitten in ons dieet. Eeuwenoude amazone bossen worden gekapt voor veevoer en het vee drinkt een derde van al het drinkwater. Daarnaast is het vlees uit de vleesindustrie niet goed voor de gezondheid. Onderzoeken hebben aangetoond dat het eten van rood vlees de kans op kanker verhoogt en de dieren in megastallen krijgen preventief antibiotica, wat de consument dus ook binnenkrijgt met het gevolg dat mens en dier voor steeds meer antibiotica resistent wordt, aldus greenpeace.org. aar het kan
Zodra ook deze alternatieven verder worden doorontwikkeld en dalen in prijs worden de producten toegankelijker voor iedereen. imago van de vegetariër allang niet meer het ‘geitenwollensokken’ type en is het belang van minder Gelukkig is het
Acht op de tien mensen zegt niet meer elke dag vlees te eten.
vlees eten bij velen duidelijk. Het afgelopen jaar is men in Nederland dan ook weer minder vlees gaan eten. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) meldde juni jongstleden dat een derde van de volwassenen in Nederland minder vlees is gaan eten en een half procent is er helemaal mee gestopt. Acht op de tien mensen zegt niet meer elke dag vlees te eten. En het niet dagelijks eten van vlees wordt steeds gemakkelijker voor de consument. Waar je dertig jaar geleden als vegetariër niet verder kwam dan de kaassouffle, zijn de vleesvervangers nu niet meer weg te denken uit de schappen van de supermarkten.
duur vergeleken met de kiloknallers. En dat is jammer, want dit zorgt ervoor dat veel mensen de vleesvervangers nog laten liggen. De prijs is nog hoog doordat het maken van producten die ruiken, smaken en ‘voelen’ als vlees van plantaardige ingrediënten een uitdaging is, stelt vleesplus.nl. De productie van vleesvervangers is nog volop in ontwikkeling en dat proces kost tijd en daarom
ook geld. Een andere reden voor de dure vleesvervangers is dat er op vlees een heel erg lage marge zit. Vlees is vaak merkloos in tegenstelling tot de vleesvervangers.
selijke) consumptie, aldus foodagribusiness.nl. De gele meelworm bevat belangrijke eiwitten en kan daardoor goed als een vleesvervanger dienen. steeds minder tot geen vlees en er zijn alternatieven genoeg. Zodra ook deze alternatieven verder worden doorontwikkeld en dalen in prijs worden de producten toegankelijker voor iedereen en is een We eten dus
vegetariër die graag experimenteert is er ook nog een andere vleesvervanger, namelijk het insect. De gele meelworm is officieel geschikt bevonden door de Europese Unie voor (menMaar voor de
Dierlijke producten zijn verantwoordelijk voor ongeveer zestig procent van de voedsel gerelateerde uitstoot van broeikasgassen. steeds meer, door de komst van nieuwe merken, en de kwaliteit van de producten wordt steeds beter. Zo wordt het steeds aantrekkelijker om te kiezen voor een vleesvervanger. Toch zijn vleesvervangers Het worden er
Voor de vegetariër die graag experimenteert is er ook nog een andere vleesvervanger, namelijk het insect.
levensstijl zonder vlees voor iedereen mogelijk.
Het afgelopen jaar is men in Nederland dan weer minder vlees gaan eten.
22 DUURZAME VOEDSELKETEN
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
Plant-based voeding is geen hype meer, maar here to stay Mogelijkheden
De vraag naar vegetarische en veganistische producten stijgt nog altijd fors. In 2021 was één procent van de wereldbevolking veganistisch. Dat zijn ongeveer 79 miljoen mensen en elk jaar komen er meer vegetariërs en veganisten bij. Een nog grotere groep consumenten wisselt vleesloze dagen af met dagen waarop wel vlees wordt gegeten, het is de flexitarier die minder vlees eet en regelmatig kiest voor een vleesvervanger. Samen zorgen deze consumentengroepen ervoor dat de vraag naar plant-based producten enorm toeneemt.
zou worden, werd het ook steeds duidelijker dat je met vleesproductie een grote footprint veroorzaakt. Deze twee zaken maakten dat ik het anders wilde gaan doen. Toen we in 2005 begonnen, waren er al wel vezels op de markt die werden ingezet voor het maken van vleesvervangende producten, maar die waren kwalitatief gezien nog niet van de hoge kwaliteit die we tegenwoordig kennen. We waren ervan overtuigd dat het beter kon.”
Voor de ontwikkeling van een topproduct is het gebruik van een uitstekende textuur onmisbaar. Hugense startte de zoek-
Tekst: Féline van der Linde Foto: Pexels
“
Voordat ik mij bijna
twintig jaar geleden bezig ging houden met plant-based producten had ik een vleesbedrijf ”, vertelt Jos Hugense, CEO van Meatless. “We zagen toen in 2005 al wel dat de groei van vleesproductie in de wereld niet onbeperkt door kon gaan en dat uiteindelijk schaarste zou ontstaan. Naast het feit dat ik verwachtte dat vlees duurder
tocht naar een kwalitatief goed plant-based product en ontwikkelde op basis van hydrocolloide techniek een nieuwe textureringsmethode voor granen en peulvruchten. “Wij zetten het meel van granen of peulvruchten om in texturen, die de basis voor vleesvervangers vormen. Voor de ontwikkeling van een topproduct is het gebruik van een uitstekende textuur onmisbaar. Zeker in het begin was het pionieren, maar de afgelopen vijftien jaar hebben er enorme ontwikkelingen plaatsgevonden. Elke dag komen er nieuwe
ideeën en ontwikkelingen bij. En dat is fantastisch om te zien. In Nederland heeft er zich de afgelopen jaren een cluster gevormd van een aantal technisch vooruitstrevende bedrijven die het voortouw nemen in de plant-based voedingsindustrie. En dat stimuleert weer nieuwe ontwikkelingen.” Met vijfmaal zoveel vege-
tariërs in de leeftijdsgroep onder 35 jaar als daarboven is de verwachting gerechtvaardigd dat de plant-based voedingsmiddelenindustrie zich voorlopig krachtig blijft ontwikkelen. “De kwaliteit is al heel veel beter dan een aantal jaren geleden, en ook op het gebied van footprint worden stappen gezet, wat ook nodig is. Steeds meer worden producten gebruikt die lokaal worden geproduceerd. Ook low processing is een manier om de footprint te verlagen. In het proces worden geen geen extreem hoge temperaturen of hoge druk gebruikt, dat scheelt veel energiekosten. Efficiëntie in de productie betekent ook dat het uiteindelijke consumentenproduct goedkoper zal worden, we denken dat in de komende jaren prijs een belangrijke factor wordt in deze snelgroeiende markt. ” Op dit moment zijn
3Vragen over...
plantaardige voeding
ervan om deze producten te kopen. Toch blijft het volume stijgen, vega wordt langzaam mainstream, en dat betekent dat concurrentie zijn invloed gaat uitoefenen op de prijs. Plant-based producten concurreren met vlees en vis en daarin zal ook de prijs een steeds grotere rol gaan spelen. Er ontstaat een zeer grote groeimarkt in het midden van de markt met goede producten voor een redelijke prijs en daar liggen belangrijke kansen. We verwachten ook dat de variatie voor de consument toe gaat nemen. Waar je nu eigenlijk alleen keuze hebt tussen soja, tarwe of erwten als grondstof, hebben zijn er ook vezels ontwikkeld op basis van quinoa, veldbonen en kikkererwten. Dat biedt een breder portfolio voor de food designer.” Die groei kent ook
zo zijn problemen: “Heftige groei betekent dat producenten van plant-based voedingsmiddelen ook aan de vraag moeten kunnen blijven voldoen. En dat wordt dé uitdaging voor de komende jaren. Producenten hebben momenteel soms moeite om de toenemende vraag bij te kunnen benen en moeten sterk opschalen om de groei mogelijk te maken.”
plant-based voedingsmiddelen niet de goedkoopste producten in de supermarkt. “Dat weerhoudt veel mensen
Het aanbod van plantaardige producten wordt groter en lekkerder.
De voedingssector is gevoelig voor trends en ontwikkelingen. De corona- en klimaatcrisis hebben hier nog een schepje bovenop gedaan. Met als gevolg dat er binnen de voedingsindustrie een interessante mix is ontstaan tussen duurzaamheid, gezondheid en smaak. Tekst: Féline van der Linde Foto: Pexels
Welke trends spelen er momenteel in de voedingsindustrie? “Waar in 2020 de wereldbevolking vooral gezondheid hoog in het vaandel had staan en daar kwam vorig jaar de bezorgdheid over de planeet nog eens extra bij. De duurzaamheidstrend en milieu-impact samen met de voedingswaarde trend, voeding moet niet alleen lekker, maar ook zo gezond en voedzaam mogelijk zijn, komen beide samen in de opmars van plantaardige voeding.” Zijn plantaardige producten gezond? “Het aanbod van plantaardige producten wordt groter en lekkerder. De eerste generatie vleesvervangers was niet altijd even lekker en voedzaam. Maar dat is vandaag de dag anders. Er is een enorme inhaalslag gemaakt wat betreft de kwaliteit van de plantaardige producten, die weinig verzadigde vetten, veel vezels en een hoog eiwitgehalte bevatten. Plantaardige producten zijn inmiddels even gezond of zelfs gezonder dan een stuk mager vlees.” Zullen dierlijke producten uiteindelijk gaan verdwijnen en vervangen worden door plantaardige producten? “De afgelopen jaren zie je een ongekende groei van plantaardige producten. Er is een enorme innovatiekracht ontstaan. Bedrijven die zelf innoveren en nieuwe plantaardige producten op de markt brengen of bedrijven die de bouwstenen leveren voor producenten om bijvoorbeeld vegetarische burgers en bitterballen te maken zijn enorm gegroeid. En samenwerkingen tussen bedrijven, universiteiten en andere kennisinstellingen zorgen ervoor dat innovaties sneller achterelkaar plaatsvinden. Dit komt de kwaliteit ook nog eens ten goede. Plantaardige producten zijn inmiddels net zo lekker, of zelfs nog smaakvoller en gezonder dan bijvoorbeeld dierlijke producten en zijn om die reden een goed alternatief.”
Een nog grotere groep consumenten wisselt vleesloze dagen af met dagen waarop wel vlees wordt gegeten, het is de flexitarier die minder vlees eet en regelmatig kiest voor een vleesvervanger
Advertentie
"HIER PROEF JE MOOIE GERECHTEN!"
Kom culinair genieten!
GAULT & MILLAU
" EVENEMENT!" JRE
"EEN PURE SMAAKBELEVING" EURO TOQUES
9 – 15 mei
"INSPIREREND LEKKER" LEKKER
Ben je een fijnproever? Laat je dan verleiden tijdens de vierde editie van de Nierstichting Restaurant Driedaagse. Van 9 tot en met 15 mei serveren restaurants door heel Nederland een speciaal tasting-menu.
9 – 15 mei 2022
Ook proeven hoe smaakvol en puur eten is met minder zout? Reserveer dan vandaag nog een tafel voor lunch of diner bij één van de deelnemende restaurants op restaurantdriedaagse.nl
Marko Karelse
Tim Golsteijn
Wilco Berends
Menno Post
Patron-cuisinier
Leanne en Danny van Houten
Chef-kok
SVH Meesterkok
SVH Meesterkok
Villa la Ruche
Eigenaars
Bougainville
De Nederlanden
Olivijn
Het Bosch @the Waterfront “Ik durf te zeggen dat je
“Gebruik zout zorgvuldig
“Als een wortel zout had
“Met minder zout koken
“Ik wil graag een inspirator
met minder zout juist
en met mate. Want échte
moeten smaken, groeide
verlies je zeker geen
zijn en mensen laten
smaakvoller kan koken.”
smaak bereid je juist
hij in zee.”
smaak als je mooie
proeven dat minder zout
alternatieven gebruikt.”
eten geen smaakconcessie
met verse kruiden of bijvoorbeeld zeewier. ”
hoeft te zijn.”
Deelnemen als restaurateur? Aanmelden kan via restaurantdriedaagse.nl