'We hebben
Vanwege stijgende energierekeningen en steeds ex tremere gevolgen van klimaatverandering gaan oude gewoontes overboord.
Windenergie
toekomst
De Afvalvergroeners
Juist nú heeft Europa solidariteit nodig. De VN vraagt landen alles in het werk te stellen om het storten van huisvuil te voorkomen.
Geleidelijk zou de industrie van aardgas overschakelen op duurzame energiebronnen. En toen viel in één keer het goedkope gas weg.
Al twintig jaar is algemeen directeur van Holland Solar, Wijnand van Hooff, actief binnen de energiesector.
“Van afbouwen in vijftien jaar naar enkele weken”
”Durf te investeren in zonne-energie, want het is gewoon noodzakelijk”
iedereen in Nederland nodig'
”We kunnen er komen, het vraagt gewoon een enorme inspanning”
is de
in de nieuwe energiemix.
Opinie | Rob Jetten
4 8 5 11 13
Profiel Interview | Giles Dickson
Dit is een commerciële uitgave van Contentway bij deze krant. November 2022
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
Industrie & Maatschappij “Hoe ERIKS waterstof-innovatie versnelt” “Hoe TRANSDEV partners voor versnelling vindt” “Hoe ENEXIS NETBEHEER doelgericht werkt aan de transitie” De energietransitie versnellen? Het kan! Laat je inspireren door de verhalen van anderen: BEENMC.COM/ENERGIE LET’S CHANGE THE SYSTEM.
Met een focus op de meest recente ontwikkelingen binnen de energietransitie Toekomst van de
Groene waterstof onmisbaar voor halen klimaatdoelen
In de energietransitie is een belangrijke rol weggelegd voor waterstof. Nu wordt vooral nog ‘grijze’ water stof geproduceerd en daarbij komt heel wat CO 2 vrij. Daarom wordt hard gewerkt aan een uitstootvrije variant: groene waterstof. In Neder land en België heeft VoltH2 hierin de leidersrol opgepakt. Dit jonge bedrijf ontwikkelt op dit moment zijn eerste drie groenewaterstoffabrieken in Nederland. “En dat is pas het start schot”, zegt oprichter en managing director André Jurres.
De meeste waterstof is dus nu nog grijs. Doordat er bij dit produc tieproces veel CO2 vrijkomt, is er van echte verduurzaming geen sprake. Groene waterstof daarentegen is wel volledig duurzaam. Om het te produce ren wordt via elektrolyse gedeminera liseerd water omgezet van elektriciteit naar waterstof. Daarbij wordt uitsluitend hernieuwbare energie gebruikt, waar mee groene waterstof CO2- neutraal is. Anderzijds vormt het een obstakel dat hiervoor veel duurzame energie nodig is. Nederland heeft hier vandaag nog onvol doende van om de groene waterstofpro ductie naar grote hoogtes te stuwen.
„VoltH2 wil Europa in staat stellen zelf grootschalig groene waterstof te produceren.“
VoltH2 wil Europa in staat stellen zelf grootschalig groene waterstof te produ ceren. Daarom start VoltH2 binnenkort de bouw van zijn eerste fabrieken. Het doet daarbij een beroep op steun van de overheid en zijn aandeelhouders Virya Energy en DIF Capital Partners. Beide hebben hun sporen in duurzame energie en infrastructuur verdiend.
Veel werk moet nog worden verzet, dus is bij VoltH2 de behoefte aan nieuw perso neel groot. “We hopen dat mensen uit de energiesector, met kennis van financie ring, waterstof en trading, meebouwen aan een duurzame toekomst en dat ze dat bij ons komen doen”, aldus André Jurres.
gie. Direct opslaan kan niet, maar er groene waterstof mee maken wel. En die kan wél worden opgeslagen.
Die opslagfunctie wordt in de toekomst nog belangrijker. Tekorten aan duurzame energie gaan namelijk verdwijnen, over schotten zullen juist ontstaan. Alleen al windmolens op zee wekken in 2040 zo’n 50.000 megawatt aan windenergie op.
Klimaatdoelen
Drie fabrieken in aantocht VoltH2 timmert hard aan de weg. Het bedrijf bestaat pas sinds 2020, maar ontwikkelt in Nederland nu al zijn eerste drie fabrieken. Op termijn krijgen deze samen een capaciteit van 300 megawatt, wat bijvoorneeld genoeg is om 360.000 waterstofauto’s een jaar lang te laten rijden. Als alles goed gaat, zijn in 2025 de fabrieken in Vlissingen en Terneuzen operationeel en begint in 2024 de bouw van de derde in Delfzijl. “Ontzettend belangrijk voor Nederland”, zegt Jurres. “Deze fabrieken zijn echt nodig om de import van groene waterstof op gang te laten komen.”
Dat klinkt paradoxaal, maar is best lo gisch, legt Jurres uit. “Om iets te gebrui ken, moet je eerst leren hoe het werkt.
Die kennis en benodigheden krijgen we dankzij deze fabrieken. Nederland en België maken straks ongeveer twintig tot dertig procent van de groene waterstof zelf en importeren de rest, maar dat ei gen deel is onmisbaar voor de leercurve.”
Groene waterstof is te gebruiken als grondstof voor chemicaliën en in de pe trochemie en ook als brandstof in onder meer de transportsector en lucht- en scheepvaartindustrie. Tot slot is het een opslagmedium voor wind- en zonne-er
De redenen om vol op groene waterstof in te zetten, stapelen zich volgens Jurres op. “We willen liever niet meer afhanke lijk zijn van energie uit andere landen. Groene waterstof kan daarbij helpen. En we kunnen ermee verduurzamen, met name door het als brandstof in te zetten in vervuilende sectoren. De klimaat doelen zijn onhaalbaar zonder groene waterstof, zo belangrijk is het. “
Al het nieuwe heeft tijd nodig om een plaats te veroveren, ook groene waterstof. VoltH2 wil daar een aanjager van zijn, maar wijst ook op de rol van de overheid. Jurres: “Een plaats innemen gaat sneller en makkelijker als iemand ruimte creërt. In mijn ogen is het toch aan de overheid om dat te doen.”
een aflopende zaak is. Verandering komt niet vanzelf, dus stel harde deadlines en kom met incentives om dergelijke bedrijven te motiveren om in duurzame verandering te investeren.”
Voor België en Nederland is dat al hele maal belangrijk, stelt Jurres. Nu nemen beide landen op gebied van waterstof nog een wereldpositie in en dat wil hij niet verloren zien gaan. “We moeten onze positie behouden. Wij zijn het ‘power house’, in onze havens komt morgen niet alleen waterstof binnen voor heel Europa maar wordt hij ook massaal ingezet en geproduceerd. Als we onze infrastruc tuur ombouwen zodat dit ook met grote hoeveelheden groene waterstof kan, dan behouden we onze industrie en welvaart en onze leidende rol. Ook morgen.”
Dat mag met een wat hardere hand, vindt Jurres. “De fossiele brandstofsector wil natuurlijk niet volledig vervangen worden. De overheid moet het goede voorbeeld geven door regels op te leggen en duidelijk te maken dat het uiteindelijk
2 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
VOLTH2 VOLTH2 – PARTNER CONTENT
«
«
„We willen liever niet meer afhankelijk zijn van energie uit andere landen.“
«
„Verandering komt niet vanzelf, dus stel harde deadlines en kom met incentives om de fossiele brandstofsector te motiveren om in duurzame verandering te investeren.“
André Jurres,
Oprichter en managing director
VoltH2
Meer weten? Ga naar www.volth2.com
Samenwerking met buurt essentieel voor zon- en windprojecten
De energietransitie is een noodza kelijk, maar ingrijpend proces. Waar windmolens verrijzen, wonen moge lijk mensen die dit niet zien zitten. In woonwijken die worden uitgerust met zonnepanelen, of die van het gas af gaan, is ook niet altijd iedereen enthousiast. De plannen halen het dan vaak niet, wat aantoont dat draag vlak voor de transitie essentieel is. Bij verduurzamingsprojecten is het voor Pure Energie al jarenlang een standaardpraktijk om burgers vanaf het begin in het proces te betrekken. De ervaring die het energiebedrijf zo opbouwde, is van grote waarde nu Ne derland werkt aan een volledig groene energievoorziening.
De opgebouwde voorsprong komt voor Pure Energie zelf ook goed uit, want het wil absoluut een rol spelen in de energietransitie. De stroom die het bedrijf levert is volledig opgewekt met windmolens en zonnepanelen. Niet voor niks kreeg Pure Energie wederom een 10 in de laatste Stroomranking, samengesteld door Natuur & Milieu, de Consumentenbond en WISE. Stroomleveranciers worden beoordeeld op duurzaamheid van investeringen, inkoop en de levering van stroom.
Een mooie erkenning, maar de ambities reiken veel verder. Dat zegt Arthur Ver meulen, directeur wind bij Pure Energie: “Onze missie is ‘duurzame energie voor iedereen’. Dat houdt uiteraard in dat we groene energie aan mensen leveren, maar bij het ontwikkelen van duurzame projecten willen we ze ook laten meedoen en mee laten delen. De missie is om een
echte bijdrage te leveren aan de verduur zaming van Nederland. Naast het kli maatprobleem, geven de prijs van energie en de afhankelijkheid van landen waar je liever geen zaken mee doet, voldoende reden om vaart te maken”.
De energieprojecten die Vermeulen be doelt, hebben een sleutelrol in de missie van Pure Energie. De handen moeten let terlijk en figuurlijk uit de mouwen om de transitie vorm te geven, wat Pure Energie doet door overal in Nederland verduur zamingsprojecten op te pakken. Daarmee is meer dan 25 jaar ervaring opgebouwd, wat voor lokale overheden een belangrijk criterium is bij het toewijzen van pro jecten. “Het is geen toeval dat wij zoveel maatschappelijke tenders winnen”, zegt Vermeulen.
De wijze waarop buurtbewoners bij pro jecten worden betrokken, is een andere factor die verklaart waarom Pure Energie vaak als winnaar uit de bus komt. Onder deel daarvan is mensen direct betrekken en goed informeren over een projecti nitiatief, maar idealiter worden ze ook
mede-belanghebber en -beslisser. Lokale coöperaties spelen daarin een belangrijke rol. Vermeulen: “Wij sturen altijd vanaf het begin aan op samenwerking met een coöperatie uit de buurt. Vervolgens trekken we samen gelijkwaardig op in de ontwikkeling en exploitatie. De coöpera tie haalt het geld daarvoor op bij leden, wat meestal mensen uit de buurt zijn.”
Lokaal acceptatie en draagvlak creëren is volgens Vermeulen een vereiste om een plan te kunnen realiseren. Wanneer buurtbewoners tegen zijn, lukt het veelal niet. “Lokale bestuurders halen dan vaak een streep door een plan, wat ik best begrijp. Het toont aan hoe belangrijk het is dat mensen erachter staan. Ze serieus mee laten doen leidt juist tot acceptatie en meer enthousiasme van de buurt. Voor ons is deze manier van werken intrinsiek geworden en we ervaren hoe belangrijk het is voor een succesvol project.”
Langs de A1 bij Deventer staan impo sante uitvloeisels van dat succes. Twee windmolens, gezamenlijk geëxploiteerd door Pure Energie én de lokale coöpe
ratie Deventer Energie. Beide partijen trokken op in de voorfase en financier den een deel. De kleine honderd leden van Deventer Energie die geld inlegden, ontvangen voor hun inleg jaarlijks een rendement.
Onder bestuurders en politici in Deven ter zorgen de plannen aanvankelijk voor verdeeldheid. Het samenwerkingsver band tussen Pure Energie en Deventer Energie bracht schot in de zaak, vertelt Vermeulen: “De betrokken wethouder - voorstander van het project - conclu deerde dat daarmee zijn politieke missie makkelijker werd. Eerder dachten veel raadsleden waarschijnlijk: “Een bedrijf uit Enschede komt naar Deventer om geld met hun windmolens te verdienen. Daartegenover staan de inwoners die hier actie tegen voeren, dat zijn onze kiezers!”
“Door de samenwerking met de coöpera tie veranderde dat,” vervolgt Vermeulen. “Ineens werd zichtbaar dat voorstanders ook bestonden, dat bracht balans in de discussie. Voor mij was het een echte eyeopener en sindsdien proberen we het zo te doen bij elk project.”
3 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ
meer interessante artikelen op contentway.nl
Lees
Pure Energie www.pure-energie.nl PURE ENERGIE – PARTNER CONTENT
Arthur Vermeulen, directeur wind bij Pure Energie
Opinie
Foto: Martijn Beekman
“ Mag het licht uit?”
Ik moest aan dit liedje van De Dijk denken, toen eind oktober tijdens de jaarlijkse Nacht van de Nacht mensen in het donker gingen varen door het Friese natuurgebied Het Houtwiel, wandelen in het buitengebied van het Brabantse Best en fietsen over de Erasmus-brug in Rotterdam. Het is een melodie die goed past bij het doven van de verlich
ting door vele gemeentes, bedrijven en mensen thuis. Ze vroegen hiermee om aandacht voor lichtvervuiling en energiebesparing. Het viel vrijwel samen met de nieuwe radio- en tv-spotjes van de landelijke besparingscampag ne ‘Zet ook de knop om’ en de start van de Nationale Kli maatweek. Al deze aandacht voor klimaat én energie is hard nodig.
Vanwege stijgende ener gierekeningen en steeds extremere gevolgen van kli
maatverandering gaan oude gewoontes overboord. Na de cennia van stilstaan, moeten we in korte tijd een enorme transitie door. Vanwege de oorlog in Oekraïne is de noodzaak nog groter om af te kicken van fossiele energie, met name van gas uit Rus land. Dit vraagt om actie van iedereen in ons land.
Neem Aïcha Raqibi, die ouderen in Rotterdam-West te hulp schoot. Ze hoorde van de energiebox van de gemeente Rotterdam – met tochtstrips, ledlampen en een waterbesparende douche kop. Aïcha regelde met hulp van drie andere vrouwen dat gemeentemedewerkers deze energieboxen kwamen uitdelen op drie ouderen complexen in Oud-Mathe nesse-Witte Dorp. Ruim drie honderd ouderen besparen nu makkelijker energie.
Of neem de FIXbrigades, die bespaarmaatregelen uitvoeren bij mensen die in energiearmoede leven. Bij voorbeeld door het plaatsen van tochtstrippen, kitten van kieren en installeren van led
CONTENTWAY.NL
Innovatie in de offshore sector
Zaken als de energie-transitie en de nood zaak van een kleinere ecologische voetaf druk (environmental footprint) vragen om aanpassingen.
lampen en waterbesparende douchekoppen. Dit levert een substantiële energiebesparing op van 300 tot wel 1.200 euro per jaar per bewoner. Na te zijn ontstaan in Am sterdam helpen de FIXbri gades binnenkort ook op andere plaatsen in Nederland huishoudens met energiebe sparende maatregelen.
Ook bedrijven kunnen veel besparingswinst boeken. Vaak staan in winkels, horeca en bedrijfshallen de deuren open terwijl de verwarming aan staat. Horeca kan ener gie besparen door dekens en warmtekussens neer te leggen voor klanten in plaats van warmtelampen en terras verwarmers te gebruiken. Bedrijven kunnen energie besparen door deuren te sluiten of een luchtgordijn te installeren. Dat kan ook door te isoleren. Zo voorkomen ze onnodig warmteverlies. Veel van de investeringen voor isolatie zijn binnen vijf jaar terug te verdienen.
De huidige situatie vraagt van iedereen om energie te besparen. Ondertussen grijpt
Campagne Managers: Jeroen van Zonneveld & Martijn Degeling
Managing Director: Jonathan Andersson Redactie: Féline van der Linde Graphic Design: Blanca van Megen, Mo Aslan & Hale Duran Tekst: Jerry Huinder, Hugo Schrameyer, Eoin Hennekam, Diederik de Groot, Leendert van der Ent Coverfoto: AdobeStock Gedistribueerd met Het Financieele Dagblad 2022 Drukkerij: RODI Rotatiedruk
Met een focus op de meest recente ontwikkelingen binnen de energietransitie
CONTENTWAY.NL
ESG-criteria staan aan de basis van de energietransitie
Criteria als duurzaamheid en milieu, sociaal beleid en bestuurlijke zorgvuldigheid wegen veel zwaarder.
de overheid in om mensen niet in de kou te laten staan. Na de verlaging van de ener giebelasting en compensatie voor de energierekening, komt er een tijdelijk prijspla fond om energie betaalbaar te houden.
Energiebesparing is niet voldoende. De huidige crisis vraagt om versnelling van de energietransitie en om een overstap naar groene energie, bijvoorbeeld via zonne panelen. Nederland heeft zonne-energie écht omarmd. Wereldwijd zijn we tweede als het gaat om opgewekte zonne-energie per hoofd van de bevolking. In Europa zijn we koploper. Door die po pulariteit is de techniek ook steeds efficiënter, waardoor we per zonnepaneel steeds meer elektriciteit kunnen opwekken en de kosten flink gedaald zijn. Lokaal sluiten ook steeds meer mensen zich aan bij een energiecoöperatie om gezamenlijk panelen op hun daken te leggen.
Om de omslag te ma ken, hebben we iedereen in Nederland nodig – om
aan te haken bij de groene beweging die overal in ons land hard aan de slag is om ons klimaat te redden, van mensen tot aan bedrijven en medeoverheden. Het kabinet investeert in zonne- en wind energie. Daarnaast stimule ren we waterstof als groene energie van de toekomst. Bedrijven en medeoverheden doen en denken mee, zoals je ook kunt lezen in deze special over de energietransitie. Zo omarmen we samen de energietransitie, om versneld de gevolgen van klimaatver andering tegen te gaan. Of om in de woorden van De Dijk-zanger Huub van der Lubbe te spreken: “Mag het licht uit, als ik je in mijn armen sluit?”
Rob Jetten, Minister voor Klimaat en Energie van Nederland
Contentway Wij maken online en print campagnes met waardevolle, in teressante content die gedistribueerd worden naar relevante doelgroepen om de business van onze klanten te laten groei en. Onze branded content en native advertising oplossingen zetten jouw verhaal op de eerste plaats.
Partner content in deze campagne is tot stand gekomen in sa menwerking met onze klanten. Dit zijn commerciële uitingen. Dit is een commerciële uitgave. De FD-redactie heeft geen betrokkenheid bij deze productie.
Uitgegeven door: Contentway B.V. Keizersgracht 424 NL-1016 GC Amsterdam Tel: +31 20 808 82 00
Web: www.contentway.nl Email: info@contentway.nl redactie@contentway.nl
PHOE, hét centrum voor energie-opleidingen
Hoe moeten we ons bedrijf verduurzamen? Welke stappen moeten we zetten richting CO₂ reductie? Voor welke technieken en toepassingen van energievoorziening zullen we kiezen? En, waar te beginnen?
Allemaal
kan u bijstaan bij het kiezen van de juiste oplossingen.
PHOE biedt afgestemde lesprogramma’s aan op post-hbo niveau. Wij leiden mensen op tot professionals met een brede kennis op het gebied van energie en duurzaamheidsoplossingen. De kracht van onze opleidingen ligt in de koppeling tussen theorie en praktijk.
Opleidingen
Energieconsulent
Voor meer informatie: phoe.nl
www.phoe.nl info@phoe.nl
4 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ Lees meer interessante artikelen op contentway.nl Toekomst van de Industrie & Maatschappij 6. Nieuwe wetgeving moet Europa in 2050 eerste uitstootvrije continent maken 10. Hoe gaan we productieketens compleet verduurzamen? 12. ‘Verduurzamen is geen kwestie van knop om’ 14. ‘Je kunt de energietransitie niet centraal besturen’ IN DE PUBLICATIE
'We hebben iedereen in Nederland nodig'
energievraagstukken waar u in uw organisatie mee te maken krijgt. Een energiedeskundige
Opleidingen kunnen ook incompany verzorgd worden
- Introductie Energiekunde - Duurzame Energie - Thermodynamica - Advieskunde
ADVERTENTIE
Toekomst van de Industrie & Maatschappij
Lees meer op contentway.nl
Excellentie,
Juist nú heeft Europa solidariteit nodig. De VN vraagt landen alles in het werk te stellen om het storten van huisvuil te voorkomen. Voorkom onnodige uitstoot van methaan in Europa! Beëindig de afvalimporthe ing en help onze Europese buren als die zelf géén of onvoldoende afvalverwerkingscapaciteit hebben. Het kabinet hamert op het belang van de wetenschap, maar hoe kan het dan dat dit kabinet over afvalenergiecentrales (AEC’s) en CO2-uitstoot hardnekkig andere ‘feiten’ blijft presenteren dan de wetenschap? Waarom worden de conclusies van onafhankelijke onderzoeken terzijde geschoven en worden Kamermoties niet uitgevoerd?
ALS ENERGIETRANSITIE U MENENS IS… 1.
Nederlandse AEC’s verwerken afval dat vooralsnog niet kan worden gerecycled en anders wordt gestort. Nu al wordt met warmte en energie afkomstig van AEC’s jaarlijks anderhalf miljard kubieke meter aardgas bespaard. Dit is een duurzaam alternatief voor fossiele energie. Ook Brussel benadrukt dat energie uit afval deel uitmaakt van de circulaire economie.
ALS U VINDT DAT ENERGIEVOORZIENING BELANGRIJK IS… 2.
De geopolitieke ontwikkelingen dwingen Europa sneller afscheid te nemen van fossiele energie. AEC’s zetten restafval om in energie. Honderdduizenden Nederlandse huishoudens worden door AEC’s van warmte en elektriciteit voorzien. Ze kunnen een belangrijke warmtebron zijn in uw plannen voor méér stadsverwarming. De Zweedse regering trekt per 1 januari 2023 al de afvalsto enhe ing en importhe ing in. Zij ziet de warmte van Zweedse AEC’s als een kans om minder afhankelijk te zijn van buitenlandse fossiele energie. De he ingen op AEC’s blijken niet e ectief te zijn.
ALS U CO2-UITSTOOT WILT REDUCEREN… 3.
AEC’s reduceren CO2-uitstoot doordat ze fossiele energie vervangen. Steeds meer AEC’s worden voorzien van CO2-afvang en halen daardoor zelfs méér CO2 uit het milieu dan ze uitstoten. Hiermee kunnen ze helpen de CO2-doelen te halen en die industrieën te compenseren die zelf niet in staat zijn om volledig CO2-neutraal te worden.
ALS U HET KLIMAAT WILT REDDEN... 4.
Nederland was vorig jaar de grootste EU-exporteur van plasticafval naar niet-OESO-landen en na Frankrijk de grootste exporteur van gevaarlijk afval. Door het Europese tekort aan AEC’s wordt in 2035 jaarlijks nog circa 41 miljoen ton brandbaar restafval in Europa gestort, wat leidt tot uitstoot van het zeer schadelijke broeikasgas methaan. Brussel roept de lidstaten op om samen te werken en alle beschikbare afvalverwerkingscapaciteit binnen Europa te gebruiken.
ALS U OP BASIS VAN HARDE FEITEN WILT BESLISSEN... 5.
Laat het Planbureau voor de Leefomgeving de totale klimaatbijdrage van AECs berekenen. Neem in die berekening de internationale ketene ecten mee zoals gevraagd in de motie Bontebal/Grinwis. Het gaat hier om de potentiële klimaatbijdrage in het kader van de ‘hernieuwbare energie die de AEC’s produceren’, ‘CO2-afvang’, ‘(metaal)recycling’, én het feit dat AEC’s ‘het storten van afval in Europa terugdringen en daarmee bijdragen aan het verlagen van de methaanuitstoot’.
ALS U DE DEMOCRATIE KOESTERT… 6.
koestert, is het tijd om in actie te komen! De Tweede Kamer vraagt al langere tijd om antwoordenzie Motie Ziengs (32852-108 d.d. 2019) en Motie Mulder (32852-168 d.d. 24 juni 2021) - maar krijgt die antwoorden niet.
democratie
ONZE DRINGENDE OPROEP LUIDT: NEEM DE WETENSCHAP SERIEUS! VOER DE KAMERMOTIES SNEL UIT! STOP NÚ DE AFVALIMPORTHEFFING! Advertorial OPEN BRIEF AAN MINISTER ROB JETTEN VOOR KLIMAAT EN ENERGIE Ga voor meer informatie naar www.afvalvergroeners.nl
Als u de
Nieuwe wetgeving moet Europa in 2050 eerste uitstootvrije continent maken
Actueel
De regeringsleiders van de EU-lidstaten bereik ten onlangs een akkoord over een omvangrijk nieuw pakket met wetgeving. Dat moet de voorwaarden creëren om in 2030 de uitstoot met meer dan de helft te verminderen, en door te stomen richting een Europa dat netto 0 CO2 uitstoot in 2050.
Diederik de Groot Foto: Pexels
Het eerste doel van de nieuwe maatregelen is het waarmaken van de klimaatambities die de EU voor het jaar 2030 heeft vastgelegd. De CO2-uit stoot moet dan met minstens 55 procent zijn verminderd. Dat is echter pas het begin, want het bereiken van dat doel geldt ook als voorwaar de om 20 jaar later het eerste continent te kunnen worden dat geen CO2 meer uitstoot.
Beide targets zijn onhaalbaar zonder ingrijpende maatrege len. Daarom kwam verant woordelijk Eurocommissaris Frans Timmermans vorig jaar met het zogeheten Fit for 55-pakket. Daarin opgeno men zijn wetsvoorstellen die in 2030 de 55 procent ver mindering op moeten leveren. Dat kan overigens zelfs nog 57 procent worden, meldde Timmermans onlangs op de klimaattop in Egypte: “We zijn aan het versnellen”.
Om het totale energieverbruik terug te dringen en energiear moede aan te pakken, wordt de richtlijn voor energie-efficiën tie ambitieuzer.
De voorstellen in Fit for 55 moesten eerst nog worden goedgekeurd door alle lid staten. En zoals wel vaker bij grote beslissingen in EU-ver band, liepen de belangen van de 27 landen sterk uiteen. Daarom moesten wederom ingewikkelde compromissen worden gesloten om uit eindelijk tot een akkoord te komen. Voor het aan boord krijgen van Duitsland was het bijvoorbeeld nodig om af te
wijken van een vurige wens van de Europese Commis sie en het Parlement: het verbieden van alle auto's met een verbrandingsmotor in het jaar 2035. Om de eigen auto-industrie te bescher men, probeerden de Duitsers dit, met succes, af te zwakken naar de afspraak dat vanaf 2035 alleen nog nieuwe emissievrije personenauto's mogen worden verkocht.
De zware onderhandelin gen leverden uiteindelijk een omvangrijk akkoord op. Wat houden de nieuwe regels concreet in en wat merken burgers en bedrijven daar straks van? We lichten in dit artikel een aantal onderdelen van het pakket uit.
De uitbreiding van het Eu ropees systeem voor emissie handel (ETS) vormt de kern. Het ETS bestaat al sinds 2005 en legt een maximum CO2-uitstoot vast, waar ver schillende uitstoters zich aan moeten houden. De uitstoot rechten worden geveild en bedrijven kunnen ze ook ver handelen. Kort gezegd wordt door het ETS een prijs gezet op CO2 en laat het daarmee letterlijk de vervuiler betalen. De maximum uitstoot wordt jaarlijks verder verlaagd voor bepaalde economische sec
toren. Nu is afgesproken dat het uitstootplafond versneld omlaag gaat.
Ook wordt een einde gemaakt aan gratis emissie rechten voor de luchtvaart. Deze sector viel al onder het ETS, maar hoefde toch niet altijd voor de uitstoot te betalen. Tot een bepaalde hoeveelheid CO2-uitstoot kostte het Europese lucht vaartmaatschappijen niks. Het idee was dat ze zo geen nadeel zouden ondervinden ten opzichte van hun concur renten buiten Europa In de nieuwe situatie zullen de gra tis rechten geleidelijk worden afgeschaft en afgestemd op het wereldwijde programma voor CO2-compensatie en -reductie voor de internatio nale luchtvaart (CORSIA).
Emissies van schepen gaan eveneens onder het ETS vallen. Het betreft de uitstoot van schepen vanaf 5.000 gross tonnage (GT) op routes binnen de EU en de helft van de uitstoot van schepen die van en naar de EU varen. Vanaf 2027 gaat het ETS gelden voor alle schepen van 400 GT of zwaarder.
Het wegtransport ont komt ook niet aan het ETS. Mensen die een auto hebben
die op benzine of diesel rijdt krijgen niet direct een reke ning gepresenteerd, maar de bedrijven waarvan ze diesel of benzine afnemen wel. Dat betekent dat ook de individu ele automobilist het zal voelen in de portemonnee, omdat de kosten worden doorberekend in de brandstofprijs.
inkomsten uit het nieuwe sys teem moet ten goede komen aan kwetsbare huishoudens.
Tot slot is er nog de ge bouwde omgeving. Vanaf 2026 valt deze ook onder het nieuwe ETS. Dat kan zorgen voor hogere woonlasten voor mensen die het al niet breed hebben. Daarom is in het pakket rekening met dat soort situaties gehouden. EU-lidstaten moeten de inkomsten uit de emissiehan del volledig besteden aan kli maat- en energiegerelateerde projecten. Een deel van de
Om het totale energiever bruik terug te dringen en energiearmoede aan te pakken, wordt de richtlijn voor energie-efficiëntie ambitieuzer. Hierdoor zal de jaarlijkse energiebesparings verplichting voor EU-lid staten bijna verdubbelen. Daarnaast houdt het in dat de publieke sector jaarlijks 3 procent van zijn gebouwen zal moeten renoveren.
Feiten
Ten slotte het vernieuwde be lastingsysteem voor energie. De structuur van belasting tarieven wordt daarin meer bepaald door de impact die een energiesoort heeft op klimaat en milieu. Elk jaar zullen de minimumtarieven worden aangepast aan de hand van cijfers van Eurostat. Voor kerosine en zware olie vervalt de vrijstelling van energiebelastingen die gold bij reizen binnen de EU.
Het grootste klimaatplan van de Europese Commissie is de Green Deal. De doelen zijn onder meer: Europa CO2-uitstootvrij in 2050
Circulaire economie
Nul vervuiling van lucht, bodem en water
Ecosystemen en biodiversiteit stimuleren
Economische groei zonder uitputting van grond stoffen
Geen mens of regio die aan zijn lot wordt overgelaten
6 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ
contentway.nl
Lees meer interessante artikelen op
Tekst:
Emissies van schepen gaan eveneens onder het ETS vallen.
“We zijn aan het versnellen”
is ‘sweet spot’ voor waterstofproductie in Europa
Welke heilige graal ziet u als COO van een internationale energiegigant voor het bereiken van de internati onale klimaatdoelstellingen uit het Akkoord van Parijs?
Ik geloof niet in één heilige graal omdat het gebruik van energie verschillende vormen kent. Zwaar transport, chemi sche productie of huishoudens. Elk type klant heeft zijn eigen profiel. Waar ik wel in geloof zijn gerichte innovaties op basis van verschillende energiebronnen die de perfecte oplossing bieden voor specifieke doelgroepen. Van de verschillende moge lijkheden is waterstof de meest veelbe lovende oplossing omdat het veelzijdig is. Waterstof heeft het potentieel om het gebruik van fossiele brandstoffen en grondstoffen te vervangen in bijna elke industriële sector, van staal tot meststof fen. Terwijl elektrificatie in de vervoers sector een dominante rol zal spelen voor passagiersvoertuigen, heeft waterstof de potentie om de scheepvaart, zware voertuigen en de luchtvaart koolstofvrij te maken. Op termijn is waterstof ook nodig om de energiesector koolstofvrij te maken, waar het naar verwachting geleidelijk aardgas en andere fossiele brandstoffen zal vervangen en cruciale flexibiliteit zal bieden in elektriciteitssys temen met een grote volatiele elektrici teitsproductie.
Deze sectoren zijn vaak grote vervuilers. Als je er dus in slaagt om deze sectoren koolstofvrij te maken, kun je toekomstige generaties echt perspectief bieden. Dat is wat er echt toe doet. En dat is waar Uniper het verschil kan maken. In ons portfolio kiezen we daarom voor water stof als hoeksteen, zowel in de vorm van eigen productie als import.
capaciteit snel uitbreiden tot 500MW in uiterlijk 2030. In Duitsland laten we een vergelijkbaar tempo zien. Met het Green Wilhemshaven project willen we 100 MW operationeel hebben in 2027 om dat uit te breiden tot 1.000 MW tegen 2030. Overigens zullen we ook de bouw en ex ploitatie van een nieuwe zoutcaverne, die speciaal is gebouwd voor waterstofopslag, op grote schaal en in een reële omgeving testen in de aardgasopslagfaciliteit in Krummhörn in Noord-Duitsland. Dit project is een goed voorbeeld van hoe we de opslagcapaciteit van groene elektri citeit in een CO2-vrije toekomst kunnen realiseren. Kortom, we gaan met volle kracht vooruit. We smeden partner schappen met toonaangevende bedrijven en onderzoeksinstellingen om projecten op industriële schaal uit te voeren die de totstandkoming van een waterstofecono mie zullen bevorderen.
Daarom roep ik de EU op om het regel gevingskader zo snel mogelijk geschikt te maken voor de opschaling van groene waterstof. Het noodzakelijke regelge vingskader om de vele waterstofprojecten die op stapel staan op gang te brengen, ontbreekt nog: duidelijke regels voor de certificering van hernieuwbare en kool stofarme gassen. Het regelgevingskader van de EU voor het definiëren en certifi ceren van hernieuwbare en koolstofarme waterstof moet van toepassing zijn op de invoer uit derde landen om gelijke concurrentievoorwaarden te waarborgen. Alleen zo kan een efficiënte mondiale handel in hernieuwbare waterstof plaats vinden. Projecten voor de invoer van wa terstof, met name ammoniakterminals, moeten ten volle worden ondersteund.
Onze Europese portfolio moet in 2035 CO2-neutraal zijn. We geven onszelf maar 12 jaar de tijd. Eigenlijk nog min der, want dat doel bereik je niet van de ene op de andere dag. Om de CO2-teller in 2035 op nul te zien staan, moeten we al veel eerder tussendoelen hebben bereikt. Een belangrijke tussendoelstelling ligt bij de Uniper Energy Hub op de Ne derlandse Maasvlakte. Daar willen we in 2026 100 MW elektrolysecapaciteit in gebruik nemen om groene waterstof te produceren. Daarna zullen we die
Uniper is een Duits bedrijf en bin nenkort bent u ook grotendeels in handen van de Duitse overheid. Waarom wil een Duits bedrijf een van de grootste waterstofprojecten in Nederland realiseren?
Laat ik voorop stellen dat de energie transitie geen landsgrenzen kent of zou moeten kennen. Schone energie met het hoogste niveau van voorzieningszeker heid is essentieel voor heel Europa. En de Energy Hub op de Maasvlakte van Uniper heeft onmiskenbaar een uiterst strategische locatie voor grootschalige productie van groene waterstof. Alle be staande en toekomstige infrastructuur komt hier samen. Een echte ‘sweet spot’ voor waterstofproductie dus. En wij zijn niet de enigen die dat constateren. De Europese Commissie heeft eerder dit jaar aangekondigd dat het H2Maasvlak te-project van Uniper is geselecteerd als
een groot project van gemeenschappe lijk Europees belang voor de Europese waterstofwaardeketen in het kader van het “IPCEI Hy2Use”-programma. Een erkenning van de grote waarde die H2Maasvlakte toevoegt aan de energie transitie in Europa. In een notendop: H2Maasvlakte zal een zeer belangrijke bijdrage leveren aan de doelstelling van de Nederlandse regering om tussen 2025 en 2030 500 MW elektrolysecapa citeit voor groene waterstof te bouwen en tegen 2030 3 tot 4 GW te bereiken.
7 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ
meer interessante artikelen op contentway.nl
Lees
Welke mijlpalen levert Uniper de komende jaren op het gebied van groene waterstof?
«
„Schone energie met het hoogste niveau van voorzieningszekerheid is essentieel voor heel Europa.“
«
UNIPER – PARTNER CONTENT Concept development / Feasibility study FEED FID / start construction COD phase 1 (100MW) COD additional phases 2021 2022 2023 2025/ 2026 20262030 H2Maasvlakte Maasvlakte, Port of Rotterdam 100MW > 500MW Oxygen Green H2 Heat H2Maasvlakte Industry Electricity Extension phase Phase 1 Later phase Grid connection H2 Pipeline H2Maasvlakte Key location to enable the delivery of Hydrogen at scale. Positioned between the North Sea and the Industry in Europe’s largest Port. Today’s assets configuration, infrastruc ture, the integration to upcoming nearby infrastructure leads to opportunities for synergies which are unique. • Grid connection • Demineralized water • Cooling water • Terrain & knowledge • Valorisation of excess heat & oxygen • Hydrogen network Key location Cost effective Uniper Maasvlakte
„Waar ik wel in geloof zijn gerichte innovaties op basis van verschillende energiebronnen die de perfecte oplossing bieden voor specifieke doelgroepen.“
Maasvlakte
David Bryson
COO van Uniper SE
”We kunnen er komen, het vraagt gewoon een enorme inspanning”
Profiel
Windenergie is de toekomst in de nieuwe energiemix. De Euro pese Unie is daarvan overtuigd, de inwoners van Europa zijn daarvan overtuigd. Zelfs de grote industrie is ervan over tuigd. Rest de experts al leen de vraag hoe ze aan deze snel toenemende vraag kunnen voldoen. Nu, en in de toekomst.
Tekst: Jerry Huinder Foto: Persfoto
Giles Dickson vragen om één ding te noe men dat hem nu nog verbaast over windenergie
in Europa, iets dat hij zeven jaar geleden niet had kunnen bedenken toen hij begon als CEO van WindEurope, is een utopie. Natuurlijk komt hij met meer dan slechts één antwoord. Het kenmerkt een man die windenergie belichaamt, een man die zo betrokken is bij de windener giebeweging dat elke zin die hij erover spreekt, doordrenkt is van enthousiasme. “Hoe de technologie zich heeft ont wikkeld, hoe overheden nog ambitieuzer zijn geworden op het gebied van duurza me energie dan toen. Hoe, specifiek in het afgelopen jaar, de erkenning is gegroeid binnen deze regeringen en het publieke gedachtengoed dat we hernieuwbare energie nodig hebben voor energieze kerheid, om niet afhankelijk te zijn van landen als Rusland. En, last but not least, hoe de vraag naar windenergie is veranderd bij industriële en zakelijke gebruikers. Deze partijen dachten zeven jaar geleden dat we duur waren, dat we het hele energiesys teem in de war brachten en mogelijk zelfs gevaarlijk waren voor dit systeem. Nu kloppen dezelfde mensen op onze deur om te vragen: 'Kunt u ons alstublieft zo snel mogelijk
zo veel windmolenparken bouwen als u kunt?'"
Ziet u deze mindswitch in het denken binnen de grote industrieën vanwege de enorme prijsstijging van fossiele energie?
"De enorme stijging van de prijzen van fossiele brand stoffen heeft deze mindswitch het afgelopen jaar zeer zeker versneld. Maar het begon vier of vijf jaar geleden al te veranderen, toen ze zagen wat er gebeurde op het gebied van kostenreductie voor windenergie. Toen ze zagen dat we stabieler waren en betrouwbaarder dan ze dachten dat we waren. Dit is een mindswitch die heel erg branche breed is. Zo zit het chemiebedrijf BASF nu in het bestuur van WindEurope, zijn we in gesprek met de staalsec tor, de aluminiumsector, de raffinaderijen. De industrie als geheel erkent dat wind in de toekomst een belangrijk aspect van hun energiemix zal zijn.”
‘Met de technologie van van daag kun je 76 procent van de Europese industrie elek trificeren', zei u in een eerder interview. Waarom gebeurt dit niet, als alle seinen op
groen staan?
"Hier is een vrij direct antwoord op: we kunnen simpelweg niet voldoen aan de vraag van de industriële energiegebruikers om snel over te schakelen van fossiele brandstoffen naar koolsto farme processen, of dat nu door directe elektrificatie is of indirecte elektrificatie met bijvoorbeeld waterstof. Laat me je wat cijfers geven: we zouden op dit moment 39 gigawatt (GW) per jaar aan nieuwe windmolenparken in de Europese Unie moeten bouwen om de REPowe rEU-doelstellingen van 2030 te halen. Vorig jaar hebben we er 11 gebouwd. Begin dit jaar, voor de oorlog, hadden we de verwachting dat we de komende vier jaar gemiddeld zo'n 18 gigawatt per jaar kon den bouwen, maar door pro blemen met de toeleverings keten halen we dat misschien niet eens. En hoe dan ook: nog steeds is dat duidelijk veel minder dan de vereiste 39 gi gawatt. De Europese Unie wil dus meer windenergie, maar we worden op dit moment tegengehouden door verschil lende knelpunten, waaronder het vergunningenstelsel. Het goede nieuws is dat dit wel steeds beter gaat.”
Op welke manier?
"Ten eerste: de EU en de nationale regeringen erken nen tegenwoordig dat er een groot probleem is met vergunningen. Dat is een grote stap. Alle betrokken par tijen begrijpen nu dat we de nieuwe energiedoelstellingen van de EU, het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en het overschakelen op hernieuw bare energiebronnen, voor namelijk zon en wind, alleen kunnen bereiken als we de vergunningverlening vereen voudigen en versnellen. Ten tweede: de EU heeft nu een aantal uitstekende voorstellen ingediend die de vergunning verlening inderdaad zullen versnellen, bijvoorbeeld: ze hebben uitgesproken dat de uitbreiding van hernieuwbare energiebronnen een kwestie van ‘groot openbaar belang’ is. Daarnaast hebben ze het principe verstrekt om een populatie gebaseerde benade ring van soortenbescherming te hanteren. Het idee daarbij is dat we niet hoeven te stre ven naar het beschermen van elke vogel en elk dier, maar in plaats daarvan zorgen we voor een stabiele en gezonde ontwikkeling van de vogelpo pulaties als geheel. Ten derde
was er onduidelijkheid over de maximale termijn van twee jaar voor het besluiten over een vergunningsaanvraag: het was niet duidelijk wanneer de klok in dat proces van twee jaar begon te tikken. Daarover heeft de EU nu voorgesteld om de klok te laten tikken wanneer de eerste vergunning wordt ingediend, namelijk de milieueffectrapportage. Dat scheelt enorm veel tijd.”
> Lees het gehele interview verder op contentway.nl
Feiten
Giles Dickson is de CEO van WindEurope, een functie die hij sinds 2015 bekleedt. WindEurope is de stem van de Eu ropese windindustrie. Dickson is tevens voor zitter van de onafhan kelijke adviesraad van het European Network of Transmission System Operators for Electricity (ENTSO-E). Daarvoor werkte hij voor het Franse ingenieurs bureau Alstom, waar hij van 2008 tot 2015 vicepresident was voor global public affairs.
De energietransitie draait om de overstap naar duurzame energie. Daarnaast gaat het om de meest efficiënte en effectieve inzet van die energie. Omdat Twence de regio wil verduurzamen, werkt zij aan uit breiding van haar warmtenet naar honderdduizend huishoudens. Het doel is om binnen tien jaar meer dan honderdduizend huishoudens en de industrie in de regio Twente duur zaam te verwarmen. In die slag speelt ook geavanceerde mestverwaarding een rol.
Twence heeft zich als taak gesteld om zoveel mogelijk grondstoffen en energie uit afval, biomassa en zon te halen. Zo komt bij de verbranding van niet-herbruikbare reststromen bij de hoofdlocatie in Hengelo veel energie vrij. Die energie benut het bedrijf bijvoor beeld voor de opwekking van stoom voor de fabriek van Nobian. Een ander deel gaat als warm water naar het warmte net van partner Ennatuurlijk – volgens Greenvis het meest duurzame warmtenet van Nederland. Het levert ruim 600.000 GJ warmte per jaar aan meer dan ne genduizend huishoudens, inclusief de Grolschveste.
Met de rest van de beschikbare energie wekt Twence momenteel duurzame elek triciteit op.
Dat laatste wil Twence de komende jaren veranderen, vertelt directeur Marc Kapteijn. “Groene elektriciteit is mooi. Maar als we onze energie in de vorm van stoom inzetten in een turbine en daarmee
elektriciteit opwekken, lijden we omzet tingsverlies. Het is veel efficiënter om warmte direct in te zetten als warmte. We kunnen met die warmte in totaal hon derdduizend huishoudens en industrie in de regio verwarmen.”
Regionaal warmtenet
Inmiddels zijn Twence en Grolsch al bezig met een grote stap op dit gebied. Kapteijn: “Op 22 december vindt de feestelijke ope ning van de Grolsch-aansluiting plaats. Met de warmte reduceert de brouwerij 5.500 ton CO2 per jaar. Dat is 72% van de totale uitstoot.” Daarnaast onderzoekt Twence met partners Cogas en Ennatuurlijk de haalbaarheid van een Regionaal Warmtenet Twente (RWT). “We willen onze warmtelevering de komende tien tot vijftien jaar uitbreiden naar het stedelijk gebied in Twente.” Zo zou Twence de helft van de warmte
kunnen leveren die de regio Twente volgens de Regionale Energie Strategie (RES) nodig heeft. “Maar dat kunnen we niet alleen”, zegt Kapteijn. “Om de investeringen te kunnen doen, zoeken we de hulp van Den Haag. Bovendien hebben we een coalitie gesloten met gemeenten, die volop aan zet zijn om de energietran sitie te realiseren. Ziekenhuizen en be drijven die willen aansluiten zijn ook van harte welkom.” Hij verwacht al in 2023 concrete stappen te kunnen zetten.
Geavanceerde mestvergisting Het doel is om binnen tien jaar een derde van alle driehonderdduizend huishoudens in Twente via het warmtenet met warmte van Twence te verwarmen. Hoe zit het met de rest? Kapteijn: “Voor de verwarming van kleinere kernen komen geavanceerde mestverwaardingsinstallaties in aan merking. In Zenderen hebben we al zo’n
installatie – een landelijk referentieproject. Daar zetten we dankzij een subsidie van het ministerie van EZK 250.000 m3 var kensmest zonder geuroverlast om in vijf miljoen m3 groen gas voor het aardgasnet. Verder levert dit 200.000 m3 schoon water op, waarmee we de bodemverdroging helpen bestrijden. Wat overblijft zijn meststoffen en ammoniakwater. Hiermee halen we de stikstofverbindingen uit onze rookgasreinigingsinstallatie in Hengelo. Daarnaast vangen we per eind 2023 hon derdduizend ton CO2 af. Die hergebrui ken we in de glastuinbouw en voor het maken van nieuwe producten. Zo sluiten we regionaal de kringlopen.”
Meer weten?
Ga naar www.twence.nl
8 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ
meer
op contentway.nl
Lees
interessante artikelen
Giles Dickson, CEO van WindEurope
Marc Kapteijn, Directeur van Twence
ALMELO BORNE HENGELO TWENCE OLDENZAAL HAAKSBERGEN ENSCHEDE 2028 2026 2024 2032 2030 2010 >2030 15.000 20.000 50.000 5.000 5.000 5.000 25 000 2022 Twente zit er straks duurzaam warmpjes bij TWENCE – PARTNER CONTENT
EIT InnoEnergy brengt verduurzaming naar het bedrijfsleven door coalities te vormen in de hele waardeketen
Het European Green Hydrogen Acceleration Center (EGHAC) wil zakelijke kansen creëren voor indus trieën die moeite hebben een duurzaam model te vinden.
Staal, meststoffen, chemicaliën, zwaar transport, lucht vaart: deze sectoren - en nog veel meer - maken deel uit van waardeketens waar de verduurzaming moeizaam verloopt. De vraag naar hun producten is altijd groot en de klanten zijn bereid een redelijke prijs te betalen, maar de productieprocessen veroorzaken een onaan vaardbaar hoge CO2-uitstoot. De betrokkenen weten dat ze koolstofarm zullen moeten worden, maar het lukt ze maar niet om dat te bereiken zonder hun bedrijfskansen te verliezen.
Om deze cyclus te doorbreken, heeft EIT InnoEnergy het initiatief genomen voor het European Green Hydrogen Acceleration Center (EGHAC). I n dit initiatief wordt het gesteund door Breakthrough Energy. “Met deze activiteit w illen we complete industriële waardeketens koolstofvrij maken, vooral die ketens die daarvoor nog niet de commercieel haalbare zakelijke mogelijkheden hebben gevonden”, zegt Jacob Ruiter, CEO van EIT InnoEnergy Benelux en Managing Director van EGHAC. Met behulp van groene waterstof, ammoniak, methanol en andere g roene brandstoffen wil EGHAC deze bedrijven helpen hun verduurzaming te versnel len en tegelijk de zakelijke r isico’s te b eperken. “Ons eerste doel is de staalindustrie”, zegt hij. “Deze sector is verantwoordelijk voor 8 procent van de wereldwijde vraag naar energie en 7 procent van de CO2-uitstoot van de energiesector - waarmee het een van de belangrijkste koolstofuitstotende industrieën is.”
Complete waardeketenbenadering Essentieel bij deze i nspanning is het ecosysteem dat EIT InnoEnergy de a fgelopen tien jaar heeft opge bouwd, vult Ruiter aan. “Het stelt ons in staat om nieuwe i ndustriële organisaties te c reëren door middel van investeringen en versnellingsmiddelen in een vroe ge f ase. Van belang daarbij is dat het a lles bij elkaar een complete w aardeketenbenadering omvat. Door alle belanghebbenden samen te brengen, inclusief de afne mers, kunnen de risico’s en voordelen worden gedeeld, zodat de extra kosten voor een koolstofvrij eindproduct tot een minimum worden beperkt.”
Ruiter en zijn team hebben ervaren dat deze denkwijze het b est wordt toegepast w anneer je d at met een nieuw bedrijf doet, met w aardeketenpartners om de r isico’s en opbrengsten te delen. “Als je dit in een t raditionele pro jectaanpak doet, zijn de lusten en lasten vaak niet g elijk verdeeld over de stakeholders. Dat m aakt het l astiger
om de businesscase sluitend te maken. Natuurlijk zijn subsidies nog altijd welkom, maar we zijn er niet van a f hankelijk. Dit aspect onderscheidt ons van de hon derden waterstofprojectaankondigingen die wachten op subsidies en vaak blijven steken in de projectfase.”
Bewijs van levensvatbaarheid
Na al betrokken te z ijn geweest bij de i nitiële opzet van H2 Green Steel, heeft E GHAC dit jaar GravitHy opgericht. Met d it duurzame ijzer- en staalbedrijf in Zuid-Frankrijk willen EIT InnoEnergy en zijn partners het b ewijs leveren van de levensvatbaarheid van het model. Oprichters zijn, naast E IT InnoEnergy, Engie New Ventures, FORVIA, GROUPE IDEC, Plug, en Primetals Technologies. Met het project moet voor 2,2 miljard euro aan investeringen opgehaald kunnen wor den. De fabriek in Fos Sur Mer zou tegen 2027 volledig operationeel moeten zijn en heeft tot doel jaarlijks twee miljoen ton direct gereduceerd ijzer (DRI) te produceren en meer dan 3.000 directe en indirecte banen te creëren voor de regio.
“GravitHy zal de emissiereductie van deze industrie ondersteunen door groene en koolstofarme waterstof op te wekken en te gebruiken voor de productie van ijzer”, vat Ruiter de plannen samen.
Batterijenalliantie en zonne-initiatief
Voor EIT InnoEnergy is het g roene waterstofproject niet de enige manier om duurzame energieprojecten te ondersteunen. Het is ook gestart met de European Battery Alliance ( EBA), waar projecten in zitten die het hele spec trum bestrijken van grondstoffen tot batterijrecycling, om zo de concurrentiepositie van Europa te versterken. Een andere activiteit is de Solar Photovoltaic Industry Allian ce, dat de productie van zonnepanelen weer naar Europa wil halen. Ruiter concludeert: “Bij deze projecten gaat het, net a ls bij EGHAC, om het creëren van duurzame industriële waardeketens. Als ‘s werelds grootste inves teerder in duurzame energie-innovaties is dit wat Europa van ons mag verwachten - en waarop het een groenere toekomst kan bouwen.”
www.innoenergy.com / www.eghac.com
om resultaat te boeken. En voor alle duidelijkheid: voor de EGHAC-initiatieven zijn nooit subsidies nodig
9 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
EIT INNOENERGY – PARTNER CONTENT
Jacob Ruiter, CEO van EIT InnoEnergy Benelux en Managing Director van EGHAC
Hoe gaan we productieketens compleet verduurzamen?
Actueel
Het is een hoofdvraag waar het vizier van André Faaij, wetenschaps directeur bij TNO Energy & Materials Transitions en hoogleraar aan de Universiteit Utrecht, op gericht is. Want uit de industrialisering van de maatschappij zijn maat schappelijk weliswaar mooie dingen voortgeko men, maar het heeft ook een keerzijde. Industrie is verantwoordelijk voor bijna de helft van de energieconsumptie en CO2-uitstoot in Nederland en het ge bruik van (steeds schaar sere) grondstoffen. Dat moet anders.
Tekst: Eoin Hennekam
Foto: Persfoto
Met de lancering van de TNO Green Print wordt gehoor gegeven aan een noodzakelijke “industriële
transformatie”, zoals Faaij be schrijft. De Green Print is een blauwdruk voor het integraal vergroenen van productieke tens in de industriële sector, zowel het terugbrengen van CO2-emissies naar nul als circulaire productie. Het gaat om een raamwerk van reken modellen die kwantitatieve roadmaps opleveren voor fabrieken, industrieclusters en sectoren, geïntegreerd in de grotere energietransitie in Noordwest Europa.
Alle beschikbare kennis, ervaring en innovatiekracht worden gebundeld in een Green Print om tot concrete en betaalbare oplossingen te komen. “Zo versnellen we de transitie naar een schone industrie in 2050”, zegt Faaij.
Daar komt nogal wat bij kijken. “Zo maakt de over stap naar een duurzamere industrie dat de vraag naar groene stroom sterk stijgt. Dat betekent dat we drastisch de opwek van elektriciteit uit zonne- en windenergie
moeten opschalen, terwijl die bronnen bijvoorbeeld weers afhankelijk zijn. Het zijn veel kip en ei vragen: wat komt eerst? We moeten helder hebben waar behoefte aan is en hoe we daar vervolgens gehoor aan geven. Tuig je het bestaande op of richt je de keten volledig opnieuw in? Welke techniek kies je? Hoe doen de buren het? Zomaar wat vragen die we met Green Prints in een soort menukaart willen ondervangen. Die menukaart kent ook een se lectie van duurzame partijen die gericht ingezet kunnen worden. Uiteindelijk kun je dit vertalen naar business cases en investeringstrajecten, inclusief inzicht in risico’s.”
De geluiden zijn optimistisch. “Ook op financieel vlak mer ken we dat het optimisme de boventoon voert. We maken op belangrijke terreinen goed vaart, waardoor kosten dalen. Als we doorduwen op duurzamere ketens, komen we uiteindelijk in een scenario waarbij duurzame energie en
productie evenveel, of zelfs minder, kosten dan alternatie ve, ouderwetse bronnen/me thoden. Hoe meer die laatsten worden ‘afgeserveerd’, hoe duurder ze worden. Dat we hiervoor veel moeten investe ren is zeker, maar veel inves teren is wat anders dan dat dingen duur worden. Sterker nog, hoe eerder we investeren, hoe meer het oplevert. We investeren nog te weinig in innovatie en onderzoek; de belangrijkste instrumenten om kosten van nieuwe tech nologie te verlagen.”
Dit is een wenkend per spectief, maar er zijn ook wezenlijke barrières. “Wet- en regelgeving zijn de bottleneck om te verduurzamen. Maar er is een noodzaak om door te zetten. We hebben geen tijd om verwikkeld te zitten in ellenlange procedures, bij voorbeeld voor het verkrijgen van vergunningen of om de flexibele vraag naar energie te vergroten. Bij dit laatste zit echt business. De windparken op zee zijn echt een succes
verhaal, maar die dalende prijzen bij pieken in wind kunnen alleen maximaal be nut worden als netaansluitin gen erop toegespitst zijn, de vraag naar stroom er is en de juiste vergunningen verstrekt zijn. Duidelijke planning en regie zijn dus essentieel om zaken soepel en tijdig te realiseren.”
Met dit laatste echoot Faaij het geluid uit de industrie. “We weten al drie decen nia dat dit eraan komt en toch is er nog een wereld te winnen. Het gaat in hoge mate om het opstellen van plannen en snelle procedu res en die goed afstemmen. Het bedrijfsleven ergert zich en wil doorpakken. Maar daar heb je wel regie vanuit de overheid voor nodig. Er is economisch ook zoveel te winnen. Denk aan hoe afhankelijk we nog steeds zijn van duur Russisch gas. Dit onderstreept de nood zaak om het energiebeleid opnieuw vorm te geven. Bedenk goed dat we nu per
jaar zo’n twintig tot dertig miljard euro kwijt zijn aan gasimporten. Dat is tien keer zoveel als het oorspronkelijk was. Elke maand vertraging kost ons letterlijk miljarden. De consequenties van de crisis lijken onvoldoende te worden begrepen. Alleen hierom al zou het energie systeem opnieuw ingericht moeten worden. Maar laat er geen misverstand over bestaan: het klimaat staat met stip op één.”
MCDERMOTT GEEFT ENERGIETRANSITIE PRAKTISCHE INVULLING
Het Amerikaanse ingenieursbureau en EPC contractor McDermott, die tevens vanuit Den Haag actief is met 600 hooggekwalificeerde werknemers, geldt als een breed georiënteerd bedrijf dat de huidige en veelbesproken klimaatdoelstellingen handen en voeten geeft met praktische engineering- en constructieoplossingen.
Er gaat geen dag voorbij of de energietransitie komt ter sprake. Wat Michel Erades, Sr Director Energy Transition van McDermott, daar aan toevoegt, is dat de indruk wordt gewekt dat alle seinen op groen staan, terwijl er toch sprake lijkt van een vorm van traagheid. “Tijdens de recente klimaattop COP 27 werd ook weer duidelijk dat we op het kantelpunt van klimaatopwarming staan en dat het nu zaak is door te pakken om beleid, subsidie en het ontwerpen en opschalen van oplossingen te concretiseren, zodat bedrijven met vertrouwen hun investeringsbeslissingen kunnen nemen.”
McDermott laat zich wat deze constatering betreft zeker niet onbetuigd en is bij tal van energietransitieprojecten betrokken om deze naar de volgende fase te brengen. Samenwerking met transmissienetbeheerder TenneT om windenergieprojecten op een hoger plan te tillen, is daar een voorbeeld van, terwijl McDermott bijvoorbeeld ook TataSteel IJmuiden ondersteunt met de transitie om de productie van staal te vergroenen. Een ander voorbeeld is dat McDermott Den Haag als één van de eerste ter wereld een volledig geïntegreerde veiligheidsstudie (HAZOP) heeft gedaan voor een grote (>100MW) groene waterstoffabriek en oplossingen heeft bedacht voor de veiligheidspunten die daaruit naar voren kwamen.
“Belangrijk richtingpunt voor deze projecten, is het zoveel mogelijk dupliceerbaar maken van de ontwerpen en modulair uit te voeren, zoals Lego-bouwstenen zeg maar.” De term die McDermott daarbij gebruikt, is ‘design one, build many’. “Dat is een enorme impuls om de ontwerp- en realisatietijden te verkorten, terwijl dat tevens een duidelijke besparing van kosten oplevert.” Het versnellen van de energietransitie kent niet alleen zijn praktische kanten, benadrukt Erades daarbij. Er bestaat tevens een duidelijke noodzaak om in te steken op het uitwisselen en delen van kennis om de energietransitie te versnellen, waar bedrijven in openheid en vertrouwen met elkaar samenwerken. “Eigenlijk moeten we weg van de eilandjespolitiek waarbij klanten, leveranciers, onderzoeksinstellingen en ingenieursbureaus opgedane kennis voor henzelf houden. Juist door het uitwisselen van informatie worden betrokkenen in staat gesteld om te leren van gerealiseerde projecten.”
De consument zag zich onder andere door de oorlog in Oekraïne voor een onverwachte energiecrisis gesteld. Dat we als wereld door een mondiale energietransitie gaan, was bij het bedrijfsleven al decennialang duidelijk, maar het gaat te langzaam. “De schop moet de grond in voor technologieën en oplossingen die nu zijn ontwikkeld en waar we over vijf jaar profijt van krijgen. Tegelijkertijd moeten we ook investeren in nieuwe nog betere technologieën die we daarna kunnen toepassen. De tussentijdse oplossingen die nu toegepast kunnen worden, leveren ook een essentiële bijdrage aan de energietransitie en het behalen van de klimaatdoelen in 2030 ”
Een voorbeeld is het afvangen van CO2 en deze nu in oude gasvelden opslaan. Over vijf jaar kunnen we de CO2 met nieuwe technologieën omzetten in waardevolle moleculen, zoals bijvoorbeeld methanol.
Verder zijn er natuurlijk ook ontwikkelingen op electrolysergebied, waarmee groene waterstof gemaakt wordt. Erades vertelt dat de huidige commercieële groene waterstoftechnologie is gestoeld op alkaline, dan wel PEM electrolysers, terwijl over een paar jaar wordt voorzien in een solid oxide-oplossing, welke een veelbelovende electrolysertechnologie voor de industrie zal zijn. Helemaal voor toepassingen in bestaande industriële clusters zoals Moerdijk, Pernis, Zeeland en Chemelot.
Erades, Sr Director Energy Transition van McDermott
10 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ
Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
André Faaij, Wetenschapsdirecteur bij TNO Energy & Materials Transitions en hoogleraar aan de Universiteit Utrecht
Michel
ADVERTENTIE
“Van afbouwen in vijftien jaar naar enkele weken”
Geleidelijk zou de indus trie van aardgas over schakelen op duurzame energiebronnen. En toen viel in één keer het goed kope gas weg. “Om niet meer terug te komen”, verwacht boegbeeld van de Topsector Energie Peter Molengraaf. “Maar in elk geval hebben we scherp in beeld hoe het energiesysteem er in 2030 kan uitzien.”
en transport, productie en verwarming van de be bouwde omgeving gaan steeds meer elektrificeren. De industrie gaat ook naar bijvoorbeeld eBoilers en warmtepompen.”
andere gebruikers van die zee en natuurlijke ecosyste men herstellen. Dat vraagt ook om sneller bouwen van infrastructuur – bijvoorbeeld door het slimmer, modulair bouwen van transforma tor stations. Daarnaast zal levering en installatie door buitenlandse leveranciers nodig zijn vanwege tekort aan mankracht hier. We moeten alle zeilen bijzetten. Ruimte en vergunningen moeten sneller beschikbaar komen. Niet alles kan meer zoals het tot nu toe ging.”
Een voordeel van elektrifica tie is dat de meeste proces sen efficiënter verlopen. Dat betekent per saldo nog eens extra energiebesparing en daardoor minder uitstoot.
Molengraaf: “Vanaf 2030 komt het laatste stuk voor verduurzaming aan de beurt. Dan wordt de vraag steeds dringender: hoe zorgen we op een grauwe dag zon der wind voor een stabiel basisniveau van elektriciteit (baseload)? Aardwarmte, getijdenenergie, kernenergie, industriële restwarmte... de keuzes moeten zich nog uitkristalliseren.”
De opgave liegt er niet om: in 2030 moet de industrie 55 procent CO2-reductie ten opzichte van 1990 hebben gerealiseerd. “De elektrici teit moet dan voor driekwart uit duurzame bronnen zijn opgewekt – vooral zon en wind”, zegt Molengraaf. “Daarnaast moet er in totaal veel meer elektriciteit beschikbaar komen. Vervoer
Maar voorlopig hebben we de handen vol aan het verder opschalen van zon en wind om te zorgen dat we uiteindelijk drie of vier keer zoveel stroom hebben. “De opgave is enorm”, weet Molengraaf. “Het gaat bijvoorbeeld over mogelijk 70 gigawatt wind op de Noordzee. Daarvoor willen we ruimte vinden naast
Het verhogen van de baseload zit al in de nieuwste plannen voor wind op zee verweven. “We werken aan een onderzoeksvoorstel voor het Nationaal Groeifonds om onder andere rotoront werpen te optimaliseren op draaiuren”, merkt Molen graaf op. Niet de totale elektriciteitsopbrengst wordt bepalend, maar zoveel mo gelijk opbrengst bij weinig wind. Zo kunnen we van 4500 tot 5000 opbrengstu ren naar mogelijk 6500.” Ook de combinatie met zon op zee en allerlei vormen van elektriciteitsopslag ko men in beeld. “Gelukkig zijn er veel knoppen om aan te draaien, zoals de uitbreiding van de energie-uitwisseling
met het buitenland”, aldus Molengraaf. “Daarnaast benaderen we dit vraagstuk ook van de vraagkant. Dat is de flexibilisering van de elektriciteitsvraag vanuit de industrie. Welke industrieën kunnen en willen bij een laag aanbod en hoge elek triciteitsprijs een percentage productiecapaciteit afscha len? Of zelfs overschakelen op elektriciteitsproductie?”
De procesindustrie ging tot nu toe altijd uit van 24/7 productie, maar nieuwe
processen zullen meer op snel op- en afschalen onder invloed van de elektriciteit sprijs moeten mikken, in combinatie met energiebuffe ring. Molengraaf is duidelijk: “Goedkoop Nederlands of Russisch aardgas is voltooid verleden tijd. We hadden die overgang in vijftien jaar willen doen, maar nu over komt het ons binnen enkele weken. Gasimporten gaan voortaan tegen wereldmarkt prijzen. Offshore wind zal dan op de meeste momenten goedkoper zijn dan aardgas. Dat is de nieuwe realiteit, die anders verborgen was geble ven. De bijsmaak is wrang. Sommige industrieën zijn vanwege de hoge energie prijzen afgeschakeld – en ik vrees dat niet alle energie-in tensieve bedrijven meer aan zullen gaan.”
Molengraaf tempert voor de korte termijn de hoogge spannen verwachtingen rond groene waterstof. “We heb ben de electrolyzer-techno logie, maar moeten die nog een factor tien tot honderd opschalen. Dat kost tijd en de uitkomst is onzeker. De om zettingsverliezen van elektri citeit naar waterstof moeten kleiner – ook daarvoor is een Nationaal Groeifondsvoor stel in de maak. Echt alle aspecten moeten nog verder worden onderzocht.” Maar het komt er wel en dat moet ook, zegt Molengraaf: “We moeten voor 2030 nu alle mogelijkheden benut ten die we al hebben. Voor daarna moeten we de moge lijkheden doorontwikkelen die we nu nog niet hebben.”
Energiemarkt blijft onvoorspelbaar: ‘Ondernemers moeten zelf de regie pakken’
De crisis op de energiemarkt doet pijn in de portemonnee van ondernemers en het is onvoorspelbaar hoe de prijzen zich gaan ontwikkelen. Daarom is dit een ideaal moment voor bedrijven om zélf de regie te pakken, concluderen ze bij zakelijk ener gieleverancier MAIN Energie.
De winter verloopt tot nu toe zacht en dat kalmeert de markt enigszins. Fijn natuurlijk, maar het biedt helaas geen enkele zekerheid voor de nabije toekomst, zegt Rob Mossel, commercieel directeur van MAIN Energie. “De energiemarkt is momenteel van zoveel externe factoren afhankelijk dat voorspellingen zinloos zijn. Krijgen we bijvoorbeeld een kou-inval of negatieve geopolitieke ontwikkelingen, dan exploderen de energie prijzen waarschijnlijk weer.”
“De gasopslagen zitten nu goed vol, maar een koudegolf kan daarin snel verandering brengen”, vreest ook Rowin Hilkman, portfoliomanager bij MAIN Energie. “Volgend jaar hebben we geen Russisch gas meer en moeten we het uit alternatieve bronnen halen. Hoe leger de opslagen eind deze winter zijn, hoe moeilijker het wordt ze weer te vullen. Dat zie je bijvoorbeeld al aan de gasprijs voor komende lente en zomer. Nor maal zou die lager moeten liggen dan in kwartaal vier, maar in 2023 is het bijna gelijk.”
Daarom is volgens Mossel nu het perfecte moment om verbruik te verminderen en te verduurzamen. “Dat doen we bij MAIN Energie door bedrijven regisseur van hun eigen
energietransitie te maken. Elke klant krijgt een plan op maat en we zitten dan letterlijk bij ze aan tafel. Gezamenlijk bepalen we wat voor het bedrijf een juiste inkoopstrategie is en hoe we het energieverbruik omlaag gaan brengen. Als dat is gelukt, brengen we mogelijkheden voor verduurzaming in kaart en kunnen we die gaan implementeren.”
Hoewel verduurzamen op korte termijn weliswaar investeringen vergt, is ermee wach ten onverstandig, zegt Mossel. “De terugverdientijd is nooit zo kort geweest als nu. Niet voor niets zien we bij MAIN Energie een flinke toename in aanvragen om ondernemers hierbij te helpen. De branche van het bedrijf maakt niet uit, we doen dit voor iedereen. Want vrijwel niemand heeft dit níet nodig.”
11 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
Rob Mossel,
Rowin Hilkman, Commercieel directeur van MAIN Energie Portfoliomanager bij MAIN Energie
ADVERTENTIE
Focus
Tekst: Leendert van der Ent Foto: Het portret bureau & Pexels
We leven na het wegvallen van goedkoop aardgas in een nieuwe realiteit.
Een voordeel van elektrificatie is dat de meeste processen effici enter verlopen.
Goedkoop Nederlands of Russisch aard gas is voltooid verleden tijd.
Peter Molengraaf, Boegbeeld Topsector Energie
De elektriciteit moet dan voor driekwart uit duurzame bronnen zijn opgewekt – vooral zon en wind.
‘Verduurzamen is geen kwestie van knop om’
Actueel
Door de focus op ver duurzaming gaat de nuance in het energiede bat een beetje verloren, is een geluid uit de mari tieme sector. Er is wat weinig aandacht voor de inspanningen van de bestaande industrie om een omslag te maken
Tekst: Hugo Schrameyer Foto: Persfoto
bij particulieren een soort van ontwakend bewustzijn ontstaan. Werd verduurza ming eerst vooral met de mond beleefd, nu maakt dat plaats voor praktische handelen. Doordat er steeds meer zonnepanelen bijko men, is er de eerste acht maanden van dit jaar 12,5 procent meer zonne-energie opgewekt dan heel vorig jaar. Particulieren maken een inhaalslag, daar waar het bedrijfsleven al jaren langer verduurzaming hoog op de agenda had. Wat wel wordt bemerkt, is dat er zich een versnelling en verbre ding aftekent. Een vorm van meersporenaanpak, consta teert Mark Heine, voorzitter van IRO, de branchevereni ging van Nederlandse Toe leveranciers in de Offshore Energie Industrie.
sector. “Veel van onze leden zijn nu volop aan de slag met de bouw van windpar ken op zee. Voorbeeld is de bouw van een grootschalig windpark voor de Neder landse kust. Dit past in de ambitie van de Nederlandse overheid om in 2030 een 20 gigawatt aan energie te genereren uit windparken op zee. In 2040 moet dat zelfs uitgroeien tot 50 gigawatt.”
uitstoot nodig is, terwijl er onvoldoende aandacht be staat voor het proces ernaar toe. Ik mis de nuance in het energiedebat hoe we de bestaande industrie kunnen ondersteunen om een om slag te maken.”
Mede aangejaagd door de hoge ener giekosten vanwege de oorlog in Oekraïne is er
Dat er bij de term offshore een associatie bestaat met fossiele brandstoffen als olie en gas moeten we maar snel vergeten, vindt Heine. Volgens hem is het eigen lijk een betere keuze om te spreken over de maritieme
Het bedrijfsleven is ge bouwd op een historie van traditionele vormen van energieverbruik. Waar Heine moeite mee heeft, is dat de inspanningen vooral zijn gericht op gebruik van nieuwe alternatieven, terwijl verduurzamen echt geen kwestie is van een knop om. Naast innovatie in duurzame energie, blijft het nodig om te investeren in het veilig houden en zo goed mogelijk verduurzamen van bestaan de vormen van energie. Ook de Nederlandse overheid heeft een verantwoorde lijkheid in deze discussie. “De nadruk ligt vooral op het signaal dat reductie van
Heine heeft net al even één van de belangrijkste uitda gingen aangestipt: de inno vatiekracht van de industrie. De vraag die op tafel ligt, is hoe bedrijven efficiënter en dus met minder uitstoot kunnen werken. “Kunnen we bedrijfsonderdelen slim mer automatiseren en op die manier schoner maken? Het helpt niet om een streep te zetten door vervuilende be drijfsonderdelen als daarmee productie van goederen in gevaar komt. Je kunt terug vallen op import daarvan, maar in veel gevallen is de buitenlandse maakindustrie stukken vervuilender dan Nederlandse partners.”
Andere uitdaging is het gebrek aan menskracht. Misschien moet je zelfs wel zeggen: zorgenpunt. Alleen
al voor de verdere elektrifi catie van het Nederlandse energienet zijn circa 16 dui zend nieuwe arbeidskrachten nodig, met name omdat veel werknemers in die sector met pensioengerechtigde leeftijd afvloeien. “We moeten ook gaan nadenken over deel productie in het buitenland. Gezien de forse arbeidstekor ten hier zullen we hulp nodig hebben van het buitenlandse bedrijfsleven.”
Ander punt: er is tot nu toe gesproken over de vergroe ning van het Nederlandse bedrijfsleven, maar hoe zit het eigenlijk met de ver duurzaming van de maritie me sector? Die is volop in ontwikkeling, waarbij Heine vooral de oriëntatie aanstipt op het gebruik van alternatie ve brandstoffen voor schepen. “Er wordt hard gezocht naar mogelijkheden voor hybride aandrijflijnen, waarbij naast traditionele brandstoffen wordt gezocht naar schone alternatieven als gebruik van waterstof, methanol, ammo niak of lng”, aldus Heine, die tot slot benadrukt dat er
tevens wordt gekeken naar in zet van kleinere, onbemande schepen. Zeg maar een soort van drones die op afstand bestuurbaar zijn en op zee werkzaamheden kunnen uit voeren. “Ook dat leidt tot een duidelijke energiebesparing.”
Feiten
De maritieme sector speelt een hoofdrol op het wereldtoneel. Ook voor Nederland is de sector van groot belang met een toegevoeg de waarde van 56,2 miljard euro en 550.000 medewerkers. Daar waar elke markt een vorm van concurrentie kent, is de Nederlandse maritieme rol zeker niet aan het verslechteren. Dat verschilt misschien per onderdeel, maar het valt sowieso te stellen dat Nederland voorop loopt in maritieme innovatiekracht.
Energie was lange tijd bijna gratis. Hierdoor hebben we ons onvoldoen de gerealiseerd dat energie een schaars product is. Als gevolg van de geopolitieke verschuivingen (lees: de oorlog in Oekraïne) is de energie zekerheid – of het gebrek daaraan – noodgedwongen onder de politieke en maatschappelijk aandacht gekomen. Inmiddels is iedereen duidelijk wat de prijs van de energieafhanke lijkheid van onze EU is. Maar ook dat energiezekerheden uit het verleden geen enkele garantie bieden voor de toekomst. Wie stroomzekerheid wil, zal zelf energie moeten opwekken en opslaan in een thuisbatterij.
Energy Storage Systems (ESS) zoals een thuisbatterij spelen in op tal van politieke, economische en ecologische ontwikkelin gen, weet Erwin van Heijningen, direc teur van Top Systems en Stroomwinkel. nl. Als voorbeeld noemt hij de salderings regeling die op dit moment op de helling staat. “Mensen met zonnepanelen kunnen in de zomermaanden veel energie in het net injecteren, terwijl in de winter juist extra energie uit het net wordt gehaald. Omdat stroomlevering en -verbruik tegen een gelijk tarief worden verrekend, ondervinden zij geen enkele hinder van de stijgende energietarieven in de winter. Dit maakt de regeling oneerlijk, want niet iedereen heeft een geschikt dak voor zonnepanelen. Veel bedrijven én particu
lieren kunnen niet meeprofiteren van de salderingsregeling, terwijl zij wel meebe talen.” Hij verwacht daarom dat de sal deringsregeling versneld zal versoberen. “Wie kiest voor een thuisbatterij, kan ook ná de afbouw van de salderingsregeling blijven profiteren van zijn zonnepanelen. Immers: elke kWh die je zelf opwekt en verbruikt, hoef je niet te kopen.”
«
„Gestimuleerd door de klimaatdoelstellingen zullen we steeds meer overstappen van fossiele brandstoffen naar elektrische energie “
Netcongestie en transportschaarste De thuisbatterij is tevens een antwoord op zorgelijke trends als netcongestie en transportschaarste. “Op ons net is nauwelijks nog ruimte voor nieuwe of grotere aansluitingen”, aldus Van Heijningen. “Een probleem dat alleen maar groter wordt nu - als gevolg van de energietransitie - all-electric wonen, energiezuinig ondernemen en elektrisch rijden een vlucht nemen en we richting de 228 GW aan zonne-installaties gaan.”
Gas eruit, stroom erin “Onze energievoorziening wordt on miskenbaar all-electric”, verwacht hij.
“Gestimuleerd door de klimaatdoelstel lingen zullen we steeds meer overstappen van fossiele brandstoffen naar elektrische energie. Dit betekent echter ook dat steeds meer piekvragen ontstaan en dat we nóg afhankelijker worden van het net. Wij verwachten dat de wal hier het schip zal keren en dat eigen energieopwekking en energieopslag de norm worden.”
Peak shaving
Top Systems en Stroomwinkel.nl spelen hier nu al op in met een uitgebreid aanbod Victron Energy energie- en stroomoplos singen, die over interessante extra features beschikken voor bijvoorbeeld peak sha ving. “Onze thuisbatterijen kunnen het stroomtekort vanuit het net aanvullen. Hierdoor kunnen zowel particuliere als (klein)zakelijke gebruikers profiteren van tijdelijk extra vermogen, zonder dat hun aansluiting verzwaard hoeft te worden. Wanneer dit goed gedimensioneerd en ge monitord wordt, is op kritieke momenten altijd voldoende stroom voorhanden.”
Thuisbatterij als verdienmodel
De thuisbatterij is bovendien een inte ressante businesscase. Zeker wanneer de salderingsregeling plaatsmaakt voor dynamische tarieven, aldus Van Heijningen. “Gebruikers kunnen geld verdienen door de batterij op te laden bij gunstige of negatieve stroomprijzen en terug te leveren bij hoge tarieven. Omdat de ‘dure momenten’ vaak ook de momen
ten zijn waarop de stroomvraag het hoogst is, helpen zij direct om vraag en aanbod te balanceren.”
Top Systems en Stroomwinkel.nl advise ren en leveren accugebaseerde energie- en stroomoplossingen voor een emissieloze wereld. Waar Top Systems focust op de za kelijke markt, is Stroomwinkel.nl hét adres voor kleinzakelijke en particuliere klanten.
12 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ
meer
op contentway.nl
Lees
interessante artikelen
TOP SYSTEMS – PARTNER CONTENT
Erwin van Heijningen, Directeur van Top Systems en Stroomwinkel.nl
‘Wie stroomzekerheid wil, zal zelf energie moeten opwekken en opslaan’
Mark Heine, Voorzitter van IRO
”Durf te investeren in zonne-energie, want het is gewoon noodzakelijk”
Focus
Al twintig jaar is alge meen directeur van Holland Solar, Wijnand van Hooff, actief bin nen de energiesector. Met de ervaringen die hij heeft opgedaan en kijkend naar de huidige ontwikkelingen om trent de energietransitie concludeert hij: ”We zijn al een heel eind geko men, maar we moeten nog veel sneller dan voorheen.” Hoe ziet het toekomstige energiesys teem eruit en welke rol spelen zonne- en wind energie daarin?
Tekst: Eoin Hennekam Foto: Persfoto & Pexels
bruik van zonne-energie ver honderdvoudigd. De andere kant van het verhaal is dat we hiermee slechts tien procent van de elektriciteitsvoorzie ning kunnen afdekken. We mogen best trots zijn, maar realiseren ons terdege dat er nog veel meer zonne-energie nodig is.”
De opties voor duurzame elektrificatie van de maat schappij zijn beperkt. “Voor het opwekken van duurzame elektriciteit zijn wind en zon de twee meest geschikte bronnen. Ik verwacht dat de rol van wind- en zonne-ener gie in de nabije toekomst heel groot wordt. En ook de com binatie van die twee wordt essentieel, omdat ze in het kader van weersverwachtin gen vaak complementair zijn aan elkaar. Bij slecht weer waait het over het algemeen harder en op zonovergo ten dagen is de wind vaker beperkt, zo vullen de twee elkaar perfect aan. Op basis van jaarpatronen is overigens goed in te schatten hoeveel wind- en zonne-energie er jaarlijks is op te wekken. Daarmee is de productie van wind- en zonne-energie veel voorspelbaarder dan de meeste mensen denken.”
van tien procent van de elek triciteitsvoorziening. Maar als de maatschappij verder elektrificeert zal de elektri citeitsvoorziening ook mee moeten groeien”, aldus Van Hooff. In het klimaatakkoord werd nog uitgegaan van een elektriciteitsvraag in 2030 van 120 TWh. Inmiddels is de verwachting dat de elek triciteitsvraag in Nederland in 2030 zal uitkomen op meer dan 200 TWh. Naast elektrificatie van de industrie zal er tegen die tijd veel meer elektrisch vervoer zijn en zul len veel meer woningen met warmtepompen verwarmd worden. Om invulling te geven aan die extra vraag zal er dus nog veel meer winden zonnestroom nodig zijn.
wenste energiedrager en op het juiste moment beschik baar te maken. Dat vraagt om een andere mindset op de korte termijn en om een totaal nieuw energiesysteem op de iets langere termijn. Het huidige elektriciteitsnet zal op de schop moeten om dit nieuwe energiesysteem te faciliteren.”
net als met zonneparken. Zo ga je effectief met duurzame middelen om.”
moeten nog veel sneller dan voor heen.
Het is goed dat zon ne-energie inmiddels niet meer weg te denken is uit ons energiesys teem, benadrukt Van Hooff. “In de laatste jaren is het ge
De vraag naar duurzame elektriciteit zal de komende jaren veel sneller toenemen dan eerder werd gedacht.
“In het huidige energiesys teem is zonne-energie zoals gezegd goed voor de opwek
Om het energiesysteem van de toekomst nader vorm te geven, moeten we radicaal anders gaan denken. “Er is namelijk voldoende energie op aarde beschikbaar. Dat is het probleem niet. De uit daging is om de beschikbare energie om te zetten in de ge
In het nieuwe systeem moet efficiënt gebruik gemaakt worden van de middelen die we hebben. “In Europa, en ook in Nederland, gaat bijvoorbeeld genormeerd worden dat grote daken, bijvoorbeeld van loodsen, verplicht voorzien moeten worden van zonnepanelen. Dan bereik je meteen schaal,
Tenslotte legt Van Hooff uit dat de Nederlandse zonne-energiesector op dit moment voor een groot ge deelte afhankelijkheid is van China voor de levering van zonnestroomsysteemcompo nenten zoals zonnepanelen. “Net als onze afhankelijkheid van gas uit Rusland, zijn we
wat betreft de aanvoer van zonnepanelen voor een groot gedeelte afhankelijk van China. Om de energietransi tie in Nederland niet te zeer afhankelijk te laten zijn van een enkel land, en om onze wereldwijd leidende kennis positie te commercialiseren, moeten we de PV-maakin dustrie zo snel mogelijk weer terughalen naar Europa in het algemeen, en naar Nederland in het bijzonder.
Veel uitdagingen dus, die alleen met voldoende tijd, geld en aandacht kunnen worden aangegaan. “Durf te investeren in zonne-energie, want het is gewoon noodza kelijk” sluit Van Hooff af.
WINDKRACHT 5 - PARTNER CONTENT
“Energietransitie moet geen evolutie, maar revolutie zijn”
De energietransitie is een zeer com plex proces. De kosten zijn hoog, goed personeel is schaars en het aantal stakeholders groot. Daarom moeten de kwaliteiten van alle mensen optimaal worden benut en hun belangen worden meegewogen. Dat is de filosofie waarmee de consultants van Windkracht 5 organisaties helpen om projecten met een duurzame impact te realiseren.
De energietransitie is een zeer com plex proces. De kosten zijn hoog, goed personeel is schaars en het aantal stakeholders groot. Daarom moeten de kwaliteiten van alle mensen optimaal worden benut en hun belangen worden meegewogen. Dat is de filosofie waarmee de consultants van Windkracht 5 organisaties helpen om projecten met een duurzame impact te realiseren.
Windkracht 5 ziet dat organisa ties meer bereiken als meer op mensen en minder op modellen wordt gefocust, vertelt Goziëm Frijmersum, een van de oprichters van het bedrijf. “Door de energietransitie neemt het belang van ‘stakeholder management’ verder toe. Dat betekent het in kaart brengen van ieders belangen en kwaliteiten. Pas daarna gaan
Windkracht 5 ziet dat organisa ties meer bereiken als meer op mensen en minder op modellen wordt gefocust, vertelt Goziëm Frijmersum, een van de oprichters van het bedrijf. “Door de energietransitie neemt het belang van ‘stakeholder management’ verder toe. Dat betekent het in kaart brengen van ieders belangen en kwaliteiten. Pas daarna gaan
we kijken welk model daarbij past”. In de ogen van Frijmersum poldert Nederland nu nog veel te veel, terwijl hij een radicale benadering van de transitie meer op zijn plaats vindt: “Wij denken dat je veel grotere stappen kan zetten. De overtuiging van Windkracht 5 is dat de energietransitie geen evolutie, maar een revolutie zou moeten zijn. Dat is ook onze benadering als we organisaties helpen.” Pragmatisch en hands on maar wel met oog voor het hele stakeholderveld.
we kijken welk model daarbij past”. In de ogen van Frijmersum poldert Nederland nu nog veel te veel, terwijl hij een radicale benadering van de transitie meer op zijn plaats vindt: “Wij denken dat je veel grotere stappen kan zetten. De overtuiging van Windkracht 5 is dat de energietransitie geen evolutie, maar een revolutie zou moeten zijn. Dat is ook onze benadering als we organisaties helpen.” Pragmatisch en hands on maar wel met oog voor het hele stakeholderveld.
Windkracht 5 stimuleert samenwerking binnen, maar ook tússen organisaties. Dat is steeds vaker nodig, omdat bedrijven en instanties elkaar steeds frequenter letter lijk en figuurlijk tegenkomen bij projecten die met de energietransitie samenhan gen. Frijmersum illustreert het met een voorbeeld: “Netbeheerder Tennet en
Windkracht 5 stimuleert samenwerking binnen, maar ook tússen organisaties. Dat is steeds vaker nodig, omdat bedrijven en instanties elkaar steeds frequenter letter lijk en figuurlijk tegenkomen bij projecten die met de energietransitie samenhan gen. Frijmersum illustreert het met een voorbeeld: “Netbeheerder Tennet en
spoorbeheerder ProRail lopen elkaar veel tegen het lijf bij uitbreidingen van het elek triciteitsnet als gevolg van de energietran sitie. Wij hebben daarom de samenwerking versterkt en verankerd in een samenwer
spoorbeheerder ProRail lopen elkaar veel tegen het lijf bij uitbreidingen van het elek triciteitsnet als gevolg van de energietran sitie. Wij hebben daarom de samenwerking versterkt en verankerd in een samenwer
kingsovereenkomst. Ook hebben we stuur informatie ontsloten, zodat beide partijen projecten sneller en veilig kunnen uitvoeren.”
kingsovereenkomst. Ook hebben we stuur informatie ontsloten, zodat beide partijen projecten sneller en veilig kunnen uitvoeren.”
Als organisaties hun eigen potentieel ten volle willen benutten, is het volgens Wind kracht 5 een vereiste om werk te maken van inclusiviteit en diversiteit. Frijmersum: “Studies tonen aan dat diversiteit leidt tot meer effectiviteit. Nu is het belang daarvan nog groter geworden, want de energietran sitie is ook een maatschappelijke transitie. We hebben iedereen nodig om het te laten slagen, dus ook als ze bijvoorbeeld minder mobiel zijn of een andere culturele achter grond hebben. Het zijn de mensen die deze transitie samen maken.”
Als organisaties hun eigen potentieel ten volle willen benutten, is het volgens Wind kracht 5 een vereiste om werk te maken van inclusiviteit en diversiteit. Frijmersum: “Studies tonen aan dat diversiteit leidt tot meer effectiviteit. Nu is het belang daarvan nog groter geworden, want de energietran sitie is ook een maatschappelijke transitie. We hebben iedereen nodig om het te laten slagen, dus ook als ze bijvoorbeeld minder mobiel zijn of een andere culturele achter grond hebben. Het zijn de mensen die deze transitie samen maken.”
13 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
Voor het opwekken van duurzame elektriciteit zijn wind en zon de twee meest geschikte bronnen.
De uitdaging is om de beschik bare energie om te zetten in de gewenste energiedrager en op het juiste moment beschik baar te maken.
We zijn al een heel eind geko men, maar we
Wijnand van Hooff, Algemeen directeur van Holland Solar
Goziëm Frijmersum, Oprichter van Windkracht 5
Ga voor meer informatie naar: www.windkrachtvijf.com
Goziëm Frijmersum, Oprichter van Windkracht 5 “Energietransitie moet geen evolutie, maar revolutie zijn”
PARTNER
Ga voor meer informatie naar: www.windkrachtvijf.com
WINDKRACHT 5 -
CONTENT
Normering noodzakelijk voor behalen energiedoelstellingen ‘Je kunt de energietransitie niet centraal besturen’
Actueel
Nederland moet aan de bak om de doel stelling van 1,5 miljoen verduurzaamde huizen in 2030 waar te maken. Een flinke uitdaging, omdat het niet slechts een kwestie is van de cv-ketel vervangen door bijvoorbeeld een water pomp. Duurzame lage temperatuurbronnen kunnen een oude tochti ge woning namelijk niet voldoende verwarmen, dus kunnen alleen goed geïsoleerde huizen van het gas af. Om te voor komen dat huiseige naren te laat beginnen met isoleren, moet vanaf een bepaald, slim geko zen moment een isola tienorm voor woningen gaan gelden. Dat zegt Lot van Hooijdonk, energiewethouder in Utrecht en voorzitter van de commissie Eco nomie, Klimaat, Energie en Milieu van de Vereni ging van Nederlandse Gemeenten (VNG).
Tekst: Diederik de Groot
De gebouwde omgev ing is niet de grootste CO2-uitstoter, maar wel de ingewikkeldste sector in deze energietransitie, zegt Van Hooijdonk. “Je hebt te maken met onge lofelijk veel belangen die tegen elkaar moeten worden
afgewogen. Huiseigenaren, investeerders, aannemers, veel om rekening mee te houden. Het is daardoor een constante zoektocht naar de beste manier om huizen op een verantwoorde manier van het gas te halen.”
Veel woningen zijn nog niet klaar voor het moment dat ze worden losgekoppeld van de aardgasvoorziening. Dat moet veranderen, want het is niet de bedoeling dat woningeigenaren pas aan de slag gaan als hun buurt al bijna van het gas af gaat. In plaats daarvan moeten woningen ‘spijtvrij’ worden geïsoleerd. Dat wil zeggen: ruim op tijd met isoleren beginnen, zodat geen grote aanpassingen meer nodig zijn als de installateur al voor de deur staat met het alternatief voor aardgas. De standaard voor wonin gisolatie is voor eigenaren een belangrijk handvat. Deze norm komt voort uit het Klimaatakkoord en geeft aan wanneer een woning goed genoeg is geïsoleerd om aardgasvrij te kunnen worden. In het akkoord is vastgelegd dat in 2026 wordt bekeken of het een verplich te norm wordt, maar dat zou eigenlijk nu al overwogen moeten worden, vindt van Hooijdonk. “Juist omdat dit zo complex is en zoveel par tijen betrokken zijn, vinden wij dat je aan normering zou moeten doen. Als je de norm vanaf een slim moment laat gelden, is daar veel winst mee te behalen.
Het rondmaken van de aankoop van een huis is zo’n natuurlijk en slim moment waar Van Hooijdonk op doelt. “Het is een trans actie waarbij mensen hun financiën op een rij zetten en rationaliseren. Nu ener gielasten heel zwaarwegend zijn, vinden wij trouwens dat die ook mee moeten wegen in de woningwaarde en de hypotheek. Vlak nadat je een huis koopt, is het vaak ook nog leeg, wat het heel logisch en praktisch maakt om te zorgen dat alles klaar is als je erin trekt. Dus ook de isolatie. Als iedereen zo’n moment kiest om ermee aan de slag te gaan, komen de meeste woningen uiteindelijk vanzelf aan de beurt.”
Zeker nu burgers geconfron teerd worden met torenhoge energierekeningen, is het invoeren van een normering voor bestaande bouw een verstandig plan, stelt Van Hooijdonk. “Het draagt namelijk bij aan het verlagen van de energiekosten. Door te normeren, zorg je dat de energiecomponent mee gaat wegen bij het bepalen van de woningwaarde. Op basis daarvan kan de financiële sector ook de hypotheek financieren. Op dat vlak is het dus ook lonend voor eigenaren om dit te gaan doen, net als voor beleg gers. De woningvoorraad wordt hier namelijk beter van, dus hun geld gaat naar een duidelijk beter product. Daarom vinden wij norme ren een goed plan.”
Actueel Energietransitie is een term die behalve in Den Haag ook in de provincie op de agenda staat.
Tekst: Hugo Schrameyer Foto: Persfoto
belangen van de twaalf provincies behartigt in Den Haag en in Brussel.
“Je kunt niet alles centraal vanuit Den Haag besturen”, constateert de bestuurder nuchter. De landelijke overheid is er voor de grote landelijke vraagstukken, maar heeft onvoldoende weet van ontwikkelingen op regionaal of plaatselijk ni veau. “Den Haag heeft geen zicht op bedrijventerreinen of nieuwbouwwijken die op regionaal niveau in ontwerp of aanbouw zijn. Dat is toch primair materie die onder hoede valt van de provincie. De provincies hebben precies in kaart welke activiteiten zich regionaal ontwikkelen. Het Interprovinciaal Overleg bevordert ook de regio-over schrijdende afstemming.”
groeiend beroep op het bestaande energienetwerk. We kunnen dagelijks in de krant lezen dat deze transitie tot forse knelpunten leidt in verschillende regio’s van Nederland. Deze knelpun ten, in jargon congestie genoemd, zie je met name ook in Noord-Brabant en Friesland. Binnen het IPO komen we tot overleg hoe we in gezamenlijkheid tot oplossingen komen om de impact van deze conges tie te verlichten.”
Feiten
Het klimaatakkoord als overeenkomst om uitstoot van broeikas gassen tegen te gaan, wekt de indruk dat deze materie vooral tot de verantwoorde lijkheid behoort van centrale bestuurders. Dat is echter niet het geval en misschien ook wel een beetje tegen het zere been van gedepu teerde Jop Fackeldey van de provincie Flevoland. Hij is namelijk niet alleen gede puteerde, hij heeft ook een rol als portefeuillehouder Klimaat & Energie van het Interprovenciaal Overleg (IPO), een orgaan dat de
Daar valt iets bij voor te stel len, maar toch is er de vraag of de bestuurder concreter kan worden. Fackeldey wijst daarbij onder andere naar overleg tussen de provincies als het gaat om de energie voorziening. De wijdver takte energienetwerken in Nederland houden niet op bij de provinciegrens. Dat is ook de reden waarom het thema met de regelmaat van de klok aan de orde komt tijdens vergaderingen van het IPO. “Nu we in Neder land massaal overstappen naar alternatieve energie bronnen, zoals wind- en zonnestroom, doet dat een
Dat het stroomnet in Nederland behoorlijk verstopt zit, blijkt uit een recente harten kreet van de provincie Noord-Holland. De congestie kent een dusdanig dramatische impact dat meer dan duizend bedrijven en andere grote instellin gen geen aansluiting meer kunnen krijgen. Het wordt daardoor onmogelijk gemaakt om te verhuizen, uit te breiden of te verduur zamen. Ook in provin cies als Noord-Brabant en Friesland zijn soortgelijke geluiden te horen.
Energietransitiemodel nu beschikbaar voor alle provincies, RES-regio’s en gemeenten
In navolging op de nationale klimaatdoelen formuleren steeds meer provincies en gemeenten hun eigen klimaat- en energiedoelen. Om de haalbaarheid van deze doelen te vergroten, is het verstandig om ze uit te werken in kwantitatieve energiescenario’s. Sinds de lancering in 2009 is het Energietransitiemodel uitgegroeid tot één van de meest gebruikte tools voor kwantitatieve scenariostudies naar het nationale energiesysteem. Vanaf nu is het Energietransitiemodel ook beschikbaar voor alle provincies, RES-regio’s en gemeenten. Daarmee ontstaat een complete, kwantitatieve basis voor het gesprek over de energietransitie in Nederland.
Steeds meer provincies en gemeenten werken hun klimaat- en energiedoelen uit in kwantitatieve energiescenario’s. Vaak zoeken deze scenario’s antwoord op vragen als: “Hoe kan onze gemeente energieneutraal worden?” of “Wat is er nodig om de CO2-uitstoot van onze provincie in 2030 met 60% te reduceren?”. Sinds 2009 is het Energietransitiemodel door veel partijen gebruikt als onderbouwing voor scenariostudies naar het nationale energiesysteem. In toenemende mate wordt het Energietransitiemodel ook gebruikt voor provincies, RES-regio’s en gemeenten. Om die reden is het Energietransitiemodel vanaf nu beschikbaar gemaakt voor alle provincies, RES-regio’s en gemeenten, gebaseerd op openbare data voor deze gebieden. Daarmee wordt in al deze gebieden de kwantitatieve basis gelegd voor het gesprek over de toekomst van het energiesysteem. De lokale versies van het Energietransitiemodel profiteren van alle ontwikkeling aan de nationale versie. Omdat alle versies op dezelfde manier zijn opgebouwd, is het eenvoudig mogelijk om scenario’s tussen verschillende gebieden te vergelijken en uit te wisselen, bijvoorbeeld om de impact van nationaal beleid op het energiesysteem van een provincie of gemeente te bepalen.
Het idee voor het Energietransitiemodel ontstond vanuit de behoefte aan een gedeelde basis voor discussies over de toekomst van het Nederlandse energiesysteem. Met die gedeelde basis wordt het mogelijk om verschillende visies eenvoudig met elkaar te vergelijken. Daarmee verschoof de discussie van de uitgangspunten naar de uitwerking en haalbaarheid van ideeën over de toekomst. Met de steun van vele partners is het mogelijk geweest om het Energietransitiemodel vanaf het begin kosteloos beschikbaar te stellen en open source te ontwikkelen. Het Energietransitiemodel is daarmee een echte gedeelde basis geworden voor het gesprek over de energietransitie. Het Energietransitiemodel is kosteloos beschikbaar via energytransitionmodel.com. Voor vragen en ideeën over het model of het gebruik kunt u contact opnemen met Quintel, de makers van het Energietransitiemodel, via info@quintel.com
14 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
ADVERTENTIE
Jop Fackeldey, Gedeputeerde van de provincie Flevoland & portefeuillehouder Klimaat & Energie van het Inter provenciaal Overleg (IPO)
> Lees het gehele artikel verder op contentway.nl
Een andere techniek voor een warmere vloer Geeft meer besparing en is het meest duurzaam
Versnellen van de energietransitie
Volgens een nieuw rapport van het Internationaal Energie Agentschap is het stimuleren van zonne panelen en windmolens van groot belang, maar helaas zijn deze maatregelen niet genoeg om de klimaatdoelstellingen te behalen. De uitstoot van broeikasgassen moet snel drastisch verminderd worden en dit kan alleen bereikt worden met grootschalige energiebesparing.
TONZON isolatiemateriaal is gebaseerd op een andere techniek die effectiever is dan andere isolatiematerialen. TONZON is volledig opvouwbaar, waardoor export relatief makkelijk en goedkoop is. De carbon footprint van het isolatiemateriaal is zeer laag waardoor het uitermate klimaatvriendelijk is. Met TONZON isolatie beperk je de behoefte aan verwarmen en/of koelen en daardoor is de energiebe-hoefte lager. Op deze manier bespaar je energie en verhoog je het wooncomfort.
tonzon.nl info@tonzon.nl +31 (0)53-433 23 91
Volgens Milieu Centraal wordt de energie om isolatiemateriaal te maken tijdens de levensduur 40 tot 400 keer terugverdiend. Woningisolatie is dus goed voor het klimaat. Bij de thermoskussens van TONZON bedraagt deze factor maar liefst 6.500. Zo gering is de CO2-uitstoot van deze Nederlandse uitvinding (zie tabel). Een Een ander belangrijk milieuvoordeel is dat er geen vrachtwagens nodig zijn om het materiaal op de plaats van bestemming te krijgen. Daardoor wordt bij transport veel minder broeikasgas, stikstof, fijnstof en ultra-fijnstof uitgestoten. Ook de overlast van vracht-wagens op de snelwegen, in binnensteden en op de bouwplaats, wordt hiermee beperkt.
Aangenamere temperatuur thuis
Ben je op zoek naar een uiterst effectieve manier van energie besparen en heb je wooncomfort hoog op je wensenlijst staan? Kies dan voor comfortverbetering en een aangenamere temperatuur thuis met TONZON vloerisolatie. Veel begane grondvloeren in Nederland zijn niet of slecht geïsoleerd. De warmte die de vloer aan de onderkant uitstraalt, zorgt voor een koude zone onderin de woning. De koude vloer genereert in de winter een gevoel van optrekkende kou, waardoor mensen ongemerkt de thermostaat hoger zetten.
TONZON vloerisolatie met thermoskussens is gebaseerd op andere natuurkundige principes. Bij vloeren met vloerverwarming kan de besparing zelfs oplopen tot meer dan 40 procent. Goede vloerisolatie is dus de perfecte maatregel om mee te beginnen. Kijk op de website van de overheid (www.rvo.nl) wat je moet doen om in aanmerking te komen voor de verhoogde subsidie voor woningisolatie.
Uitstoot kg CO2 eq. bij 46m² vloerisolatie met Rc = 7 m²K/W Klimaatefficiënt
en klimaatcrisis vragen om snelle oplossingen en maatwerk”
Door de energie- en klimaatcrisis zijn generieke energieoplossingen voor bedrijven niet meer toereikend. Snel heid en maatwerk, dat is waar deze tijd wél om vraagt, zegt Stephan Segbers, COO bij Essent. Snelheid, omdat verduurzamen en energie bespa ren vraagt om directe actie, waarbij tijdverlies geen optie is. En maatwerk, omdat dit de enige manier is om ieder een een passende en haalbare energie oplossing te bieden.
Energie is hét onderwerp van 2022. Door de crisis op de energiemarkt en de opwarming van de aarde wordt iedereen in meer of mindere mate geraakt. En zo maakt het ineens écht uit welke keuzes je op energiegebied maakt. Hierdoor zijn bewoners en bedrijven zich veel meer gaan verdiepen in wat ze nodig hebben en hoe ze de toekomst voor zich zien.
“Voor ons is de werkelijke behoefte van de klant altijd het startpunt”, zegt Segbers. “Zo worden wij vaak benaderd met de vraag om laadpunten of zonnepanelen te installeren. Wij kijken dan samen met de klant wat het doel is en op basis daarvan brengen we in kaart hoe dat het beste te bereiken is.”
Verduurzaming kern van de activiteiten
Voor Essent is verduurzaming niet alleen een nobel doel, maar ook simpelweg het businessmodel, vertelt Segbers. “Het is de kern van al onze activiteiten. Essent ver koopt, als energiemarktleider, uitsluitend groene stroom en is ook aan het overscha kelen op groen gas.”
Belangrijk onderdeel van het groene businessmodel is het bedrijfsonderdeel Energy Infrastructure Solutions (EIS). EIS werkt aan duurzame, integrale energie oplossingen voor onder meer overheden,
netbeheerders en bedrijven. Soms als kennispartner, maar ook als uitvoerder. Een project dat hieruit voortvloeit is de aanleg van de nieuwe Utrechtse stadswijk Merwede. Essent gaat hier duurzame energieoplossingen leveren voor ruim 4.000 woningen en 70.000 vierkante meter commerciële en maatschappelij ke ruimten. Zo wordt hier een warm tesysteem gerealiseerd, dat op basis van aquathermische energie en warmtepom pen warmte en koude voor alle gebruikers kan leveren.
Integrated solution
De City Logistics Innovation Campus (CLIC) in Badhoevedorp is een ander pro ject dat Segbers noemt als mooi voorbeeld van wat Essent doet. Behalve de fysieke en digitale energie-infrastructuur legt Essent ook de stroomvoorziening van CLIC aan. Alle stroom die straks op de campus ge bruikt wordt, zal volledig duurzaam wor den opgewekt of groen worden ingekocht.
“Wat we met CLIC doen is een prachtig voorbeeld van wat je noemt een ‘integra ted solution’. We regelen de warmte- en koudeopslag, EV-oplaadpunten, batteri jopslag en nog meer. Dat komt allemaal samen in een digitale omgeving, van waaruit de processen worden geoptima liseerd. Op die manier kan je voorkomen dat het stroomnetwerk overbelast raakt en dat is in Nederland een belangrijke uitdaging”, aldus Segbers. Het zijn complexe projecten, die Essent mede kan oppakken door gebruik te ma ken van de kennis en ervaring waarover het Duitse moederbedrijf E.ON beschikt. Segbers: “Wij profiteren van de enorme mogelijkheden en technologie die zij in huis hebben en passen dat hier in Neder land toe. Als we de mogelijkheid krijgen om ambitieuze projecten uit te voeren, kunnen we putten uit de ervaringen van E.ON. Hun expertise uit eerdere projec ten brengt altijd toegevoegde waarde met zich mee.”
Segbers, COO van Essent
Snel duidelijkheid nodig Bedrijven als Essent zijn in deze crisistijd deels afhankelijk van overheidsbeleid. Segbers vindt het belangrijk dat de tran sitie geen verdere vertraging oploopt. Dat geldt bijvoorbeeld voor de implementatie van de nieuwe Warmtewet, die moet regelen dat de warmte-infrastructuur publiek eigendom wordt. De Minister wil zo borgen dat gemeenten meer controle over de warmtevoorziening krijgen. Op dit moment zijn nog maar weinig details bekend en is dus de vraag wat het precies voor betrokken partijen gaat betekenen. Segbers: ‘De onduidelijkheid heeft nu tot gevolg dat de warmtetransitie vertraging oploopt, doordat we nu in het duister tasten en dat moeten we niet willen. Ik zie voldoende aanknopingspunten om goed met publieke partijen samen te werken. Wel vind ik het belangrijk dat we vooral naar de eindgebruiker blijven kijken: de bewoner. Uiteindelijk wil ik namelijk zorgen dat we aan iedereen een duurzame en betaalbare warmteoplossing kunnen leveren. Ik hoop dat de minister durft te kiezen voor innovatie en snel duidelijk heid geeft over het beleid.”
16 TOEKOMST VAN DE INDUSTRIE & MAATSCHAPPIJ Lees meer interessante artikelen op contentway.nl
ESSENT – PARTNER CONTENT
“Energie-
Stephan
Voor meer informatie ga naar www.essent.nl