Boerin maart 2015

Page 1

JAARGANG 5 • MAART 2015 • DE BOERIN IS EEN UITGAVE VAN CRV

Een goed imago

begint bij jezelf

• Carrièreswitch: na studie psychologie nu fulltime boerin • Help, mijn koe is niet drachtig

DB01_Cover.indd 1

06-03-15 16:43


in dit nummer BOERIN AAN HET WERK ONDERNEMENDE BOERIN: ANKE WISMANS 14 VRUCHTBAARHEID: HELP, MIJN KOE WORDT NIET DRACHTIG 22 ECONOMIE: SCHOMMELENDE MELKPRIJZEN, WAT NU? 32 IN BEELD: KLAAR VOOR DE CATWALK 48

BUITEN DE DEUR HOOFDVERHAAL: EEN GOED IMAGO BEGINT BIJ JEZELF 6 BESTUUR: 8 VRAGEN AAN ROELIEN OVERMARS 28 LEVEN: 10 X LIEVER OP DE BOERDERIJ 42

INSPIRERENDE BOERIN

Beste boerinnen, Als je het aan een kind vraagt, dan krijg je het antwoord al snel en wellicht zonder aarzelen. Waarom het zo fijn is om op een boerderij te wonen? Omdat ze er naar hartenlust kunnen spelen en ze daarvoor ook alle ruimte hebben. De stad? Nee, dat spreekt amper tot hun verbeelding. Het lijstje van voordelen houdt met moeite op. Wie kent het niet: school- of vakantievriendjes op bezoek of een kinderpartijtje op het boerenerf? Het levert de mooiste taferelen en een stel enthousiaste, maar afgematte kids op. Kinderen in contact brengen met onze sector kost energie en moeite, maar levert meteen de mooiste vorm van imago-opbouw op. Zeker voor kinderen is een boerderij zowat de meest leerrijke omgeving om in op te groeien. De dichte band met het leven vind ik zelf het mooiste aan wonen op een boerderij en wonen op het platteland. Boeren mag dan wel in de eerste plaats een economische activiteit zijn, de nauwe relatie tot wat leeft, bloeit en groeit maakt het beroep tot het mooiste wat er is.

BLOEMENBOERIN: LEEN HONDEGHEM 13 HORECABOERIN: JANNEKE VAN DER WERF 31 AMERIKAANSE BOERIN: MARIEKE PENTERMAN 41

DAMESDINGEN GEKNIPT: VAN ALLES VOOR DE BOERIN 20, 46 COLUMN FEMKE: VOLLE KRACHT VOORUIT 25 MAKE-OVER: ASTRID VAN DAL 26 KIJKJE IN DE KEUKEN: AALTSJE OSINGA 38 BOERIN VERTELT: SAMEN BEDRIJF EN GEZIN DOEN 53 STRIP: WELKOM OP DE BOERDERIJ 54

20 46

Annelies Debergh redacteur De Boerin

Volg De Boerin op Facebook en blijf op de hoogte van het laatste nieuws.

4

DB01_Inhoud.indd 4

09-03-15 10:48


6

LEES DE BOERIN OOK DIGITAAL VIA DE APP

28

42 JAARGANG 5 • MAART 2015 • DE BOERIN IS EEN UITGAVE VAN CRV

Colofon De Boerin is een uitgave van CRV BV en verschijnt twee maal per jaar. Redactie Hoofdredacteur: Jaap van der Knaap Adjunct-hoofdredacteur: Inge van Drie Redactie: Jorieke van Cappellen, Annelies Debergh, Florus Pellikaan, Ivonne Stienezen en Tijmen van Zessen Eindredactie: Mirjam Braam, Lieke van den Broek, Ingrid Sevenster Fotografie: Harrie van Leeuwen, Kristina Waterschoot Beeldbewerking: Rogier van der Weiden Vormgeving: André Fris, René Horsman, Esther Onida Aan dit nummer werkten mee: Alice Booij, Lucy Keijser (32-35), Wichert Koopman, NVV (8), Mark Pasveer (35), Erica Rijneveld, Kara Trimbel (41), Ferry Verheij (26-27) en Femke Marije Wiersma Advertenties: Jannet Fokkert, Willem Gemmink, Froukje Visser Uitgever: Rochus Kingmans Adres Nederland: postbus 454, 6800 AL Arnhem tel.: 026 38 98 800 Vlaanderen: Van Thorenburghlaan 14, 9860 Oosterzele tel.: 09 363 92 11 e-mail: boerin@crv4all.com

De Boerin gemist? Niet-leden van CRV kunnen zich abonneren op De Boerin. Tarieven per jaar: Nederland en België: € 10, binnen EU: € 15, buiten EU: € 20. Prijzen excl. 6% btw. Bel voor opgave van een abonnement: (0031) (0)26 38 98 806. Of stuur een e-mail: boerin@crv4all.com. Overname van artikelen is alleen toegestaan na toestemming van de redactie. Hoewel aan de samenstelling van de inhoud de meeste zorg is besteed, kan de redactie geen aansprakelijkheid aanvaarden voor mogelijke onjuistheden of onvolledigheden. Alle auteursrechten en overige intellectuele eigendomsrechten ten aanzien van (de inhoud van) deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij CRV BV c.q. de betreffende auteur. Artikelen uit De Boerin mogen uitsluitend verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden na schriftelijke toestemming van CRV. Druk: Senefelder Misset Doetinchem Op de cover: Anke Wismans (zie ook pag. 14)

Een goed im

begint bij jez ago elf

• Carrièreswi tch: na studie psychologie nu fulltime boerin • Help, mijn ko e is niet drac htig

5

DB01_Inhoud.indd 5

09-03-15 10:49


HOOFDARTIKEL

Een g

begint b

6

DB01_HoofdImago.indd 6

05-03-15 15:38


n goed imago

t bij jezelf

Een goed imago is een zacht begrip. Maar het is ook een harde randvoorwaarde voor het bestaansrecht van een sector als de melkveehouderij. De tijd dat bedrijven en overheden de beeldvorming van bovenaf konden bepalen, is voorbij. In het tijdperk van communicatie en sociale media draait het om openheid en geloofwaardigheid. Daaraan kan iedere boerin een bijdrage leveren. TEKST WICHERT KOOPMAN

7

DB01_HoofdImago.indd 7

05-03-15 15:38


HOOFDARTIKEL

Imagodeskundige S Rudy van Belkom: ‘Het gaat erom dat je eerlijk, met trots en positief je verhaal Van melkveehouder tot marketeer kunt vertellen’

inds de opkomst van internet is de wereld een dorp. Dat heeft grote consequenties voor de manier waarop bedrijven invloed kunnen uitoefenen op hun imago. Bij FrieslandCampina weten ze er alles van. ‘Als ergens op een boerenerf in Nederland iets gebeurt, hoe onbenullig het misschien ook is, en een toevallige voorbijganger is daarvan getuige, is de kans groot dat onze consumentenservice in een Aziatisch land per e-mail vragen krijgt. De voorbijganger hoeft maar een tweet te versturen of een foto op Instagram of Facebook te plaatsen en het bericht is binnen luttele seconden de wereld over.’ Aan het woord is Jan-Willem ter Avest. Hij is bij het zuivelconcern verantwoordelijk voor communicatie met de media. Nadenken over beeldvorming is zijn dagelijks werk.

Imago is een ‘soft’ begrip. Je kunt het niet vastpakken of uitdrukken in geld. Het heeft te maken met hoe anderen over je denken, naar je kijken en over je praten. Maar dit betekent volgens Ter Avest niet dat beeldvorming voor een bedrijf als FrieslandCampina bijzaak is. Integendeel. Imago heeft grote commerciële waarde. ‘Een goed imago is voor ons als zuivelproducent een voorwaarde om toegang te krijgen tot de markt’, zo stelt hij. ‘En zonder acceptatie in de maatschappij kunnen veehouders een lening bij de bank voor een nieuwe stal wel vergeten. Zorg dragen voor het imago is dan ook de gezamenlijke verantwoordelijkheid van iedereen die werkzaam is in de zuivelketen. Van melkveehouder tot marketeer.’ Duizenden leden van de coöperatie leveren hun melk aan de onderneming en hebben daarmee invloed op het imago van de merken van FrieslandCampina in binnen- en buitenland. Om

INGRID JANSEN, VOORZITTER VAKBOND VARKENSHOUDERS : ‘IMAGO VERBETER JE NIET DOOR DEFENSIEF TE REAGEREN ’

Ze bekent dat ze de gedachte niet kon onderdrukken toen ze zijdelings hoorde van de commotie die een uitzending van Radar vorig jaar teweegbracht in de melkveesector: ‘Welkom in de echte wereld.’

Ingrid Jansen is sinds mei 2014 voorzitster van de Nederlandse Vakbond Varkenshouders (NVV) en weet als geen ander wat voor impact een slecht imago op een sector kan hebben. ‘Sinds de uitbraak van klassieke varkenspest in 1997 heeft de varkenshouderij veel aanvallen meegemaakt. Daar hebben we nu nog direct last van in de vorm van allerlei kostprijsverhogende maatregelen. Maatschappelijke organisaties hebben nu eenmaal invloed in de Tweede Kamer.’ De voorvrouw benoemde bij haar aantreden werken aan het imago tot een van de speerpunten van haar beleid. ‘Een goed imago begint bij jezelf’, stelt Ingrid. ‘Ik merkte dat veel varkenshouders zich te-

ruggetrokken opstelden. Dat begrijp ik wel, maar het is niet terecht. We hebben juist veel om trots op te zijn en dat mogen we uitdragen.’ De varkenshouderij heeft de laatste jaren veel gedaan om de staldeuren letterlijk open te zetten. ‘Initiatieven zoals zichtstallen en het weekend van het varken zijn heel waardevol’, stelt Ingrid. ‘Imago verbeter je niet door defensief te reageren op incidenten. De discussie met bepaalde maatschappelijke groeperingen win je nooit. Het is veel zinvoller om de dialoog aan te gaan met je omgeving en daarbij uit te gaan van je eigen kracht. Als je met trots je eigen verhaal blijft vertellen wek je vertrouwen.’

8

DB01_HoofdImago.indd 8

05-03-15 15:38


RENATE NIJKAMP EN HELEEN HOLTKUILE, WAKKERE BOE RIN ‘BUITENWERELD DEELGENOOT MAKEN VAN DAGELIJKS LEVEN’

De initiatiefnemers stonden er zelf versteld van. Een week na het aanmaken van de Facebook-pagina Wakkere Boerin hadden ze al meer dan 1000 likes. De Facebook-pagina is gekoppeld aan het Twitteraccount @Wakkere Boerin dat nu 267 volgers telt. Heleen Holtkuile (28), parttime boerin op een melkveebedrijf in Diepenveen, en

Renate Nijkamp (37), getrouwd met een melkvee- en vleeskuikenhouder uit Raalte, zijn twee van de 32 Sallandse boerinnen die zich hebben verenigd in de studieclub AgMeCo (Agrarisch Meiden Contact). Met elkaar zorgen ze ervoor dat de Wakkere Boerin regelmatig van zich laat horen, al vraagt dat wel discipline in het drukke leven van de initiatiefneemsters, van wie er velen werk op de boerderij combineren met een parttimebaan buitenshuis en het moederschap. Het idee om de buitenwereld via sociale media deelgenoot te maken van hun dagelijks leven ontstond spontaan na een avond over dit thema. ‘Iedereen was meteen enthousiast’, herinneren Heleen en Renate zich. ‘Met de Wakkere Boerin willen we buitenstaanders op een leuke en

laagdrempelige manier de ogen openen voor wat er werkelijk op onze bedrijven gebeurt’, zo geven ze aan. ‘Daarmee geven we indirect tegengas tegen ongenuanceerde, negatieve publiciteit zonder dat we een platform voor discussie willen zijn. We vertellen ons eigen, eerlijke verhaal.’ Zo leggen de boerinnen op een simpele manier uit waarom ze de dingen doen zoals ze ze doen. ‘Bijvoorbeeld waarom we de kalfjes weghalen bij de koeien en de eerste weken in een eenlingboxje doen. Een eenlingboxje vergelijken we met een wiegje. Uit de reacties blijkt dat veel mensen die uitleg waarderen.’ Een jaar na de lancering staat de teller van het aantal ‘vind ik leuks’ voor de wakkere boerin op 2754. En nog dagelijks komen er opgestoken duimpjes bij.

hier sturing aan te geven kennen de leveringsvoorwaarden harde eisen op het gebied van diergezondheid en dierwelzijn. Daarnaast kan de coöperatie via onder meer het melkgeld veehouders stimuleren om maatschappelijk verantwoord te ondernemen, zoals in het geval van weidegang. ‘Koeien in de wei zijn onmisbaar voor het goede imago en de acceptatie van de melkveehouderij in Nederland, maar ook voor het onderscheidend vermogen van FrieslandCampina in de markt wereldwijd’, stelt Ter Avest. ‘We hebben met weidegang goud in handen. Het is van groot belang dat koeien deel uit blijven maken van het Nederlandse landschap.’

Alles is zichtbaar Een stapje verder in het denken over beeldvorming gaat Rudy van Belkom, imagodeskundige en onder andere werkzaam als docent aan de Fontys Hogeschool in Tilburg. ‘We staan op het kantelpunt naar een nieuw tijdperk waarin de wereld fundamenteel is veranderd’, zo stelt hij. ‘De tijd dat bedrijven konden bepalen hoe mensen naar hen kijken gaat voorbij. Burgers en consumenten vormen hun eigen mening. Je als organisatie mooier voordoen dan je bent, lukt niet meer, want alles wat je doet is zichtbaar.’ Bedrijven die deze tijdgeest niet verstaan, krijgen het volgens Van Belkom moeilijk. Ook de veehouderij zal zich hier bewust van moeten zijn denkt de auteur van het boek ‘Het merk voorbij’. ‘Een bedrijf heeft alleen bestaansrecht als het een dienst of product levert dat toegevoegde waarde biedt en geloofwaardig is. Je moet waarmaken wat je belooft en er daarbij van uitgaan dat de buitenwereld je in eerste instantie met wantrouwen zal bekijken.’ De veehouderij kan bij het werken aan beeldvorming nuttig ge-

9

DB01_HoofdImago.indd 9

05-03-15 15:39


HOOFDARTIKEL

Marieke Grassens van ZLTO: ‘Laat jij je omgeving ook wel eens zien dat je hart hebt voor je dieren?’

bruikmaken van het sentiment dat een tv-programma als Boer zoekt Vrouw oproept. Een belangrijke reden waarom dit format een kijkcijferhit blijft, is volgens Van Belkom dat de mensen die erin optreden authentiek zijn. ‘Authentiek is wat anders dan ouderwets. Een boerin die vanaf haar smartphone het bedrijf aanstuurt, kan nog steeds authentiek zijn. Het gaat erom dat je eerlijk, met trots en positief je eigen verhaal kunt vertellen.’

Een band met je omgeving opbouwen Openheid is in de theorie van Van Belkom een belangrijk begrip, net als betrouwbaarheid en integriteit. Daarnaast benadrukt de vrije denker het belang van interactie. ‘Werken aan je imago doe je niet alleen door te tonen wat je doet, maar ook door te luisteren naar vragen en open te staan voor de denkbeelden van een ander’, zo geeft hij aan. Vertaald naar de veehouderij betekent dit volgens hem dat een veehouder niet alleen burgers mee laat kijken in zijn bedrijfsvoering, maar ook werkelijk de deuren van de stal openzet om hen te ontvangen. Als mooi voorbeeld noemt hij de evenementen die veehouders organiseren als de koeien in het voorjaar de wei in gaan. ‘Werken aan je imago is werken aan het bouwen van een intermenselijke relatie’, stelt Van Belkom. ‘Op het moment dat je als bedrijf en als sector een band met je omgeving opbouwt, word je minder kwetsbaar voor ongenuanceerde aanvallen op je imago. Want als de buitenwereld niks van je weet, blijft alleen het incident hangen.’

INES VAN DE WAARENBURG, COÖRDINATOR BRABANTS AJK : ‘WERKEN AAN IMAGO IS NIET ALLEEN ZENDEN’

‘Imago is een thema dat leeft onder jonge boeren en boerinnen’, stelt Ines van de Waarenburg, coördinator bij het Brabants Agrarisch Jongeren Kontakt (BAJK). In het winterseizoen organiseert de jongerenorganisatie ieder jaar voor haar leden – onder de noemer BAJK Academy – een serie activiteiten waarbij een bepaald thema centraal staat. ‘We laten ons bij de invul-

ling leiden door vragen van de lokale AJK’s. Dit jaar kwam imago opvallend vaak als thema naar voren’, vertelt Ines. ‘Werken aan je imago doe je niet alleen door te zenden, maar ook door open te staan om te ontvangen’, heeft de coördinator inmiddels geleerd. ‘Door te luisteren kun je leren hoe anderen naar je kijken. Sommige zaken die voor een boer vanzelfsprekend zijn, roepen bij een buitenstaander vragen op. Als je daarover met elkaar het gesprek aangaat, ontstaat wederzijds begrip.’ Zo organiseerde het BAJK samen met Youth Food Movement (YFM) Brabant een uitwisseling, waarbij jongeren van binnen en buiten de agrarische sector kennismaakten met elkaars wereld. ‘Dat leverde verrassende ontmoetingen op, zoals een veganiste (iemand die geen enkel product

van dierlijke oorsprong gebruikt, red.) die een middag meeliep met een koeienboer en haar beeld van de melkveehouderij bijstelde. Ze kwam tot de conclusie dat ze eigenlijk best af en toe een beker melk kon drinken.’ Ook workshops en trainingen maken onderdeel uit van de BAJK Academy. De rol van sociale media komt daarbij uitgebreid aan de orde. ‘Daar kunnen we nog veel meer uithalen’, denkt Ines. ‘Bijna iedereen is actief op Facebook, maar slechts een enkele voorloper twittert. Juist op Twitter komen regelmatig items voorbij die te maken hebben met de agrarische sector. Journalisten volgen dat allemaal. Door zelf ook die discussies te volgen en regelmatig ons eigen positieve geluid te posten kunnen we veel doen om aan ons imago te werken.’

10

DB01_HoofdImago.indd 10

05-03-15 15:39


ERIKA HEREMANS, ORGANISATOR EXCURSIES EN WINTERWANDELING ‘GOED OM EEN REËEL BEELD TE LATEN ZIEN ’

Ze is er bij toeval ingerold. Erika Heremans van melkveebedrijf De Dyn-Heremans in het Vlaamse Denderwindeke be-

sloot het verjaardagsfeestje voor vriendjes en vriendinnetjes van een van haar twee kinderen gewoon te vieren op de boerderij. Het was een succes en al gauw vroegen juffen van school of ze met de klas op bezoek mochten komen. Nu is het ontvangen van groepen een niet meer weg te denken onderdeel van het melkveebedrijf. De familie De Dyn-Heremans verzorgt excursies voor scholen als deelnemer aan het project Melk4kids en organiseert jaarlijks op tweede kerstdag een winterwandeling voor de buurt. ‘Ik vind het belangrijk om hier tijd voor vrij

te maken’, vertelt Erika. ‘Het is goed om burgers een reëel beeld te geven van de moderne melkveehouderij. Mensen denken bij een boerin nog vaak aan een vrouw met een sjaaltje om het hoofd, terwijl ik met mijn smartphone door de stal loop.’ Een hobby van de Vlaamse melkveehouders is het deelnemen aan prijskampen. Ook dit ziet Erika als een kans om te werken aan een goed imago. ‘Een mooi getoiletteerde koe geeft een positief beeld. Langs de lijn staan vaak veel toeschouwers van buiten de sector.’

Marieke Grassens is Specialist Verenigingszaken bij de ZLTO en begeleidt onder andere de portefeuillehouders ‘maatschappij’ van de Zuidelijke Land- en TuinbouwOrganisatie. Daarnaast verzorgt ze workshops en trainingen over beeldvorming en sociale media op onder andere middelbare en hogere landbouwscholen. ‘Bijna alle jongeren zijn actief op Facebook en sommigen ook op Twitter. Maar ze hebben vaak niet door dat ze deze sociale media in kunnen zetten om een bijdrage te leveren aan het imago van hun sector’, ervaart Grassens. ‘Iedereen heeft zijn sociale netwerk. Als je regelmatig op een leuke, positieve manier laat weten waar je op je bedrijf mee bezig bent, werk je aan begrip. Denk niet te snel dat de buitenwereld wel weet wat er op een agrarisch bedrijf allemaal gebeurt. Wat voor een veehouder vanzelfsprekend is, is dat voor een buitenstaander vaak helemaal niet.’

Rol boerinnen cruciaal Net na uitzending van het tv-programma Radar over het scheiden van kalf en koe gaf Grassens een training op een middelbare landbouwschool. Een jonge melkveehouder reageerde heel emotioneel. ‘Beseffen ze dan niet dat het mij raakt als er met een dier iets misgaat?’, zo vroeg hij zich af. ‘Ik heb een band met mijn koeien en wil er goed voor zorgen. Daarvoor wil ik boer worden.’ De trainster stelde deze jongen een wedervraag: ‘Laat jij je omgeving ook wel eens zien dat je hart hebt voor je dieren?’ In het werken aan een goed imago nemen vrouwen vaak het voortouw, merkt Grassens. Ze zijn meer dan mannen actief op sociale netwerken en pikken signalen uit de omgeving sneller op, ook al omdat ze vaak meer contacten buiten het erf hebben. ‘Boerinnen zijn zich er meestal goed van bewust dat een bedrijf niet alleen een “achterkant” heeft, maar ook een “voorkant”, stelt Grassens. ‘Ze spelen dan ook een cruciale rol in de beeldvorming over de sector.’

11

DB01_HoofdImago.indd 11

05-03-15 15:39


.

INSPIRERENDEBOERIN LEEN HONDEGHEM BLOEMENBOERIN leeftijd: 46 partner: Frank Vanclooster (47) • kinderen: Alexander (15) en Charlotte (13) • bedrijf: 35 dieren van het rood ras van West-Vlaanderen als neventak • woonplaats: Hooglede

200 METER HAGEN ‘Toen we hier achttien jaar geleden kwamen wonen, hadden we gazon met wat bomen en struiken rondom. Door het onderhoud aan de meidoornhaag van wel 200 meter lang ben ik me in tuinieren gaan interesseren. Ik kocht boeken en leerde zo meer en meer planten kennen. Voor ik het wist was het meer dan een hobby. Onze fokkerij heet “van het Bloemenhof ” en elk dier heeft de naam van een bloem of plant.’

EEN DAG PER WEEK ‘Door af en toe een stukje weide in te palmen is de tuin stilaan gegroeid tot dertig are. Die ruimte hebben is een voordeel van wonen op het platteland. Ik kan me niet voorstellen dat ik in een rijhuis met een stenen koertje zou wonen. Alles bijeengeteld besteed ik een dag per week aan klusjes in de tuin. Maar ik zie het niet als werk, het is een uit de hand gelopen hobby. Ik beleef er ontzettend veel plezier aan.’

ENGELS MET VLAAMS ACCENT ‘Mijn tuin is Engels geïnspireerd met duidelijke Vlaamse accenten. Ik kies voor inheemse soorten en heb zo ook boerenwormkruid in de tuin staan. De soorten planten zijn na al die jaren ontelbaar geworden. De voorbije winter heb ik vijftig knotwilgen geknot en nu ligt mijn aandacht bij het snoeien van de rozen.’

VISITEKAARTJE ‘Ik heb al aan de bebloemingsactie van onze gemeente en de wedstrijd bedrijfsbeplanting van Inagro deelgenomen. Overal waar ik kom let ik op de tuin, de gebruikte planten, de plaatsing van de gebouwen en het geheel in het landschap. De tuin geldt voor mij als een visitekaartje voor het bedrijf.’

DB01_InspBoerinBloemenboerin.indd 13

09-03-15 11:39


ONDERNEMENDEBOERIN boerin: Anke Wismans • leeftijd: 29 • partner: Maarten van Fessem • kinderen: Luke (1) • aantal koeien: 65 • woonplaats: Oosterhout (N.Br.)

‘Ik weet zeker dat ik

de goede keus

heb gemaakt’

DB01_OndernBoerinvZeeland.indd 14

06-03-15 16:49


Ze studeerde psychologie en werkte in een centrum voor epilepsie. Maar vier jaar geleden gooide Anke Wismans het roer rigoureus om. Nu is ze fulltime koeienboerin. Van haar carrièreswitch heeft ze nog geen moment spijt gehad. ‘Ik houd van de vrijheid en het werken met koeien. Als ik uit bed kom, heb ik gewoon zin in de dag.’ TEKST INGE VAN DRIE

DB01_OndernBoerinvZeeland.indd 15

06-03-15 16:48


ONDERNEMENDEBOERIN

‘K

ijk, dit vind ik nou een lekkere vaars. Wat een hoge achteruier en zie je hoe mooi parallel de benen onder haar lijf staan? Daar maak je mij echt gelukkig mee.’ Anke Wismans (29) klopt de koe liefkozend op haar hals. In de stal tussen haar eigen koeien is de jonge melkveehoudster in haar element. Afstammingen rollen moeiteloos over haar lippen en ze lepelt het ene na het andere kengetal op. Wie met Anke een rondje door de stal loopt, moet de tijd nemen. ‘Koeien zijn mijn passie’, zegt ze. ‘Ik kan erg genieten van een vaars die gaat afkalven en waarvan je al van tevoren ziet dat ze goed gaat worden. Daar geniet ik net zo van als iemand anders in het Louvre van de Mona Lisa.’

‘Van een goede vaars geniet ik zoals anderen van de Mona Lisa in het Louvre’

Als boerenkind andere werkethiek

hele dag achter de pc. Als boerenkind had ik ook een andere werkethiek. Je maakt je werk af, heb ik altijd meegekregen. Ik bleef gerust tot half zeven doorwerken om iets af te maken, terwijl om vijf uur de gang leeg was.’ Na lang wikken en wegen besloot Anke haar baan op te zeggen en zich te richten op een carrière als melkveehoudster. Voor mensen die Anke goed kenden, was haar besluit geen grote verrassing. ‘Mijn vader herinnert zich zelfs dat ik ooit tijdens een keuring tegen hem heb gezegd: “Wat er ook gebeurt, ik wil wél altijd koeien hebben. Ook al zijn het er maar twee of drie.” Toen vermoedde hij al dat ik wel bij zou draaien. Maar voor mezelf is het goed dat ik ook de andere kant heb gezien. Dat ik weet hoe het is om voor een baas te werken. De liefde voor koeien is altijd gebleven; die is nooit weggeweest. Maar nu kwam de keus uit mezelf.’

Wie Anke zo hoort en bezig ziet, kan zich nauwelijks voorstellen dat er een tijd was dat ze niet met koeien werkte. Maar wie haar goed kent, weet wel beter. Pas vier jaar geleden besloot ze het roer om te gooien en boerin te worden. Sinds januari 2014 runt ze in maatschap met haar vader Harrie en moeder Marij een melkveebedrijf met 65 koeien in het Brabantse Oosterhout. Tot haar zestiende wist ze het zeker: Anke zou boerin worden. Maar in de puberteit veranderde dat. ‘Ik was bang dat mijn wereld te klein zou worden. Koeien praten niet terug. En al mijn vriendinnen waren burgermeisjes.’ Anke koos voor de hbo-opleiding sociaal werk. Maar na het behalen van de propedeuse – ‘ik vond het niet uitdagend genoeg’ – stapte ze over op een studie psychologie aan de universiteit in Tilburg. Eenmaal afgestudeerd ging ze aan de slag als psychologisch assistent bij een epilepsiecentrum. ‘Ik nam bijvoorbeeld geheugen- en intelligentietesten af.’ Maar langzaam maar zeker sloop de twijfel binnen. ‘Is dit het nu, vroeg ik me af. Begrijp me goed, ik heb het werk voor een deel met plezier gedaan. Het omgaan met mensen vond ik leuk. En hoe de hersenen werken, vind ik reuze interessant. Maar het vele rapporteren stond me tegen; soms zat ik de

In de mannenrol Anke pakte haar carrièreswitch grondig aan. Zo volgde ze een aantal vakken op de has in Den Bosch om haar kennis van de melkveesector bij te spijkeren. ‘Ik mis kennis. Als boer moet je tegenwoordig van zo veel markten thuis zijn; simpel boeren bestaat niet meer.’ Tegelijkertijd verlengde ze het erfpachtcontract – de stal staat op het terrein van het klooster de Sint Paulusabdij – ging ze in maatschap met haar ouders en werd de ligboxenstal verbouwd. ‘We hebben vijf spanten erbij aangezet en er zijn twee Lely-robots geïnstalleerd. We kunnen nu groeien naar negentig koeien die met beweiden ruim één miljoen kilogram melk produceren. Veel groter hoeft het bedrijf van mij ook niet te worden. Ik wil elke individuele koe kennen en daar mee bezig zijn.’ Stilzitten is er niet bij. Zeven dagen in de week, vaak meer dan acht uur per dag is Anke in touw. ‘Daar moet je ook wel een beetje koeiengek voor zijn.’ Anke neemt onder meer de verzorging van de koeien, alle werkzaamheden rondom de melkrobot en de jongveeopfok voor haar rekening, haar vader voert de koeien en haar moeder voert ’s ochtends de jongste kalfjes. Rond de middag en in het weekend maakt Anke tijd vrij voor haar vijftien maanden oude zoon Luke. Partner Maarten en moeder Marij nemen het grootste deel van zijn verzorging op zich. ‘Ik zit echt in de mannenrol’, zegt Anke met een glimlach. Maar met een baan zou dat niet anders zijn geweest,

16

DB01_OndernBoerinvZeeland.indd 16

06-03-15 16:48


DB01_OndernBoerinvZeeland.indd 17

06-03-15 16:48


ONDERNEMENDEBOERIN

geeft ze aan. ‘Al voordat ik stopte met mijn baan, hebben we besloten dat Maarten minder zou gaan werken als we kinderen zouden krijgen.’ Soms vinden mensen het wel eens bijzonder dat Anke nooit een hele dag met Luke alleen is. ‘Maar ik heb hem wel negen maanden zelf kunnen voeden en ike hoef hem dankzij mijn familie niet naar de kinderopvang te brengen. Ik herinner me dat mijn vader er vroeger bij het middageten altijd was en dat m’n ouders eigenlijk altijd om me heen waren; ik hoop dat we dat Luke ook kunnen bieden.’ Anke heeft nog geen moment spijt gehad van haar keus om te stoppen met haar baan en verder te gaan als melkveehouder. ‘Met 32 uur werken van negen tot vijf had ik ook gemakkelijk een inkomen kunnen halen. Toch weet ik zeker dat ik de goede keus heb gemaakt. Ik houd van het eigen baas zijn, de vrijheid en het werken met de koeien. Boer zijn is heel veelzijdig. Hoe ik nu uit bed kom, is heel anders dan een paar jaar geleden. Ik heb gewoon zin in de dag. Op kantoor was ik weleens aan het aftellen. Nu denk ik aan het eind van de dag: is de dag nu alweer om?’

Waar een wil is, is een weg Als vrouw in een mannenberoep voelt Anke wel de neiging om zichzelf te bewijzen. ‘Al zit dat idee vooral in mijn hoofd. Ik wil het gewoon graag goed doen.’ Haar fysieke kracht als vrouw noemt Anke haar zwakke punt. ‘Maar dat wil ik compenseren met kennis en management. Ik zit erbovenop; ik wil alles uit de kast halen.’ Op trekker rijden is ze niet dol. ‘Wat dat betreft ben ik wel echt een vrouw. Maar het hoort er gewoon bij.’ Waar een wil is, is een weg, zo leerde Anke al jong van haar ouders. Dat motto komt nu goed van pas. ‘Uitmesten of voeren? Daar doe ik gewoon iets langer over. Als er nu een koe moet kalven, doe ik dat vaak samen met mijn vader. Maar als ik er straks alleen voor sta, dan bel ik wellicht iets eerder de veearts. Dan moet je ook je trots opzijzetten. Ik kan nu een-

‘Mijn gemis aan fysieke kracht wil ik met kennis compenseren’ maal niet alles alleen.’ En wie weet, misschien huurt ze later wel voor één of twee dagen in de week iemand in, bedenkt ze hardop. ‘Dat is ook van deze tijd; dat heeft niet per se met mijn vrouw zijn te maken. Elk bedrijf heeft piekmomenten in arbeid.’ Om het zichzelf gemakkelijk te maken zorgt Anke er ook voor dat alle koeien handmak zijn. ‘Niet vanuit tutterij, maar ik wil ze in de stal gewoon zo kunnen pakken.’ Hoe ze dat doet? Dat begint al bij de kalveropfok. ‘Ik zorg dat ik altijd rustig blijf en ik geef ze af en toe een aai over de bol. De koeien sleur ik ook niet in de robot. Ik heb geduld en stel ze eerst gerust. Ik scheer de koeien bijvoorbeeld ook gewoon los in de stal. Misschien is dat de vrouwelijke touch aan het bedrijf.’ Anke fokt niet bewust op een rustig karakter. ‘Al let ik met Goldwynbloed wel wat extra op. Maar nature of nurture? Volgens mij is het toch vooral nurture, opvoeding dus. Ik wil op deze manier met m’n vee omgaan. En weet je hoeveel extra werk een bange vaars oplevert?’ Voor de rust in de stal is de robot volgens Anke een uitkomst. Maar hulpmiddelen om koeien terug te vinden in de stal heeft ze niet nodig. ‘Ik ken het ritme en de favoriete plekken van de koeien. Je kunt nog zoveel mechaniseren of automatiseren, maar het oog van de meester is het belangrijkst.’

18

DB01_OndernBoerinvZeeland.indd 18

06-03-15 16:48


Dat oog van de meester – en haar passie voor koeien – ontwikkelde Anke ook dankzij het veebeoordelen, wat ze al vanaf haar twaalfde doet. Ooit was ze zelfs tweede van Nederland en in de zomer komt het veebeoordelingsgroepje waar ze deel van uitmaakt, elke week bij elkaar. ‘Eerst gaan we serieus koeien keuren en daarna lekker ouwehoeren. Heerlijk is dat.’

De beste boerenkoeien van Nederland Al noemt ze de koeien haar knuffelbeesten, ze is wel realistisch. ‘We moeten er ook geld mee verdienen. Ook bij ons moeten koeien soms het bedrijf verlaten. Als we moeten selecteren, houd ik de vaarzen aan die volgens mij 100.000 kilogram melk kunnen geven.’ Want Anke legt de lat als melkveehoudster hoog. Ze wil het rollend jaargemiddelde – ruim 11.000 kg melk met 3,45% eiwit – minimaal gelijk houden en streeft naar een gezonde veestapel met een gemiddeld exterieur van 85 punten of hoger. Gemiddeld scoren de koeien nu 84,3 punten. ‘Ik wil gewoon de beste boerenkoeien van Nederland. Een excellente koe vind ik heel mooi, maar het doel is vooral een hoog niveau van de hele veestapel.’ Dat is niet de enige droom van de melkveehoudster. Ze hoopt dat het bedrijf over tien jaar een echt familiebedrijf is. Aan het realiseren van die ambitie wordt hard gewerkt. Op het kloosterterrein aan de rand van Oosterhout bouwen Anke en haar familie een oude kalverstal om tot een kaasmakerij en kaaswinkel. Haar partner Maarten, die bij een telecombedrijf werkt na een studie international media en entertainment management, gaat vanaf april kaas maken, zus Martje gaat de winkel van Zuivelboerderij De Driehoek (www.zuiveldriehoek.nl) runnen. ‘We willen goede, ambachtelijk bereide boerenkaas maken. We denken nu met z’n allen – ook met mijn broer die commerciële economie studeert – na over de marketing. Met een groepsapp wisselen we ideeën uit en soms gaan we een avondje bij elkaar zitten om te brainstormen. We pakken het professioneel aan; we kunnen niet alleen vertrouwen op de goede locatie.’

Koeien zijn relaxed Duizelt het haar niet, al die ontwikkelingen die elkaar in rap tempo opvolgen? ‘Alles wat een uitdaging is, vind ik leuk. Maar natuurlijk raak ik ook het overzicht wel eens kwijt. Dan gaan we eerst koffiedrinken en maken we een lijstje met prioriteiten. Dat het buiten de stal nog een beetje rommelig is, dat laten we dan maar even. We kunnen niet alles in één keer goed doen. Als het in de stal maar goed voor elkaar is. Gelukkig werk ik dan met koeien; die zijn lekker relaxed.’ Nee, haar angstbeeld als puber dat haar wereld klein zou worden als koeienboerin is niet uitgekomen. ‘Lekker tutten, uitgaan en sociale contacten, daar maak ik nog gewoon tijd voor. Ik vind het heerlijk om met mijn vriendinnen over andere dingen te praten, al weten ze inmiddels wel allemaal wat een ophangband is.’

19

DB01_OndernBoerinvZeeland.indd 19

06-03-15 16:49


GEKNIPTVOORDEBOERIN

MELKSCHUIM

Spetteren Je kleintje in bad doen is een feestje, maar hoe blijf je zelf droog bij al dat gespetter? Cuddledry heeft een superhandig en zacht badschort met een vrolijk koeienmotief. Je knoopt het schort eenvoudig om je hals en wikkelt je kind er na het badderen zo in. Prijs: € 46,50. www.opeenwolkje.nl

Wie kent haar niet? De zachte zeepproducten van het oerHollandse merk Melkmeisje zijn verrijkt met melkproteïnen. Melkmeisje is nu ook verkrijgbaar in een zachte foam voor onder de douche in de varianten magnolia & sandelhout en waterlelie & zeemineralen. Adviesprijs: € 3,49/200 ml. www.melkmeisje.com

WERELDBOERINNEN

LEES DE BOERIN DIGITAAL EN MAAK KANS OP EEN VOERSCHEP

Schrijfster, kok en fotografe Audra Mulkern uit Seattle legt in The Female Farmer Project de opkomst van vrouwen in de agrarische wereld vast. Op haar website en Facebook-pagina deelt ze met de lezers schitterende foto’s van sterke vrouwen met bijzondere en inspirerende verhalen. www.audramulkern.com www.facebook.com/FemmeFarmToTable

De Boerin deelt aan de eerste 25 personen die De Boerin digitaal lezen, een voerschep van De Boerin uit. Ga via tablet, smartphone, pc of laptop naar deze pagina (pagina 20) en klik op dit kader. Er verschijnt een webpagina waar je je contactgegevens kunt achterlaten. Ga naar veeteelt. nl/digitaalmagazine om De Boerin digitaal te lezen, of zoek de Veeteelt-app op in de App Store of de Play Store. Inloggen kan door eenmalig je abonneenummer in te voeren.

SIERAAD VAN MELK

LEKKER VACHTJE

Ontwerpers Yur en Ingeveldt maakten met boerderij Het Asjesgoed in Mastenbroek de sieradenlijn Melk. Willie 83, Margriet 130 en Roza 191 zijn het gezicht en de inspiratiebron voor de sieraden. De vormen zijn afgeleid van hun vlekkenpatroon. Hun melk is gebruikt voor het biologische plastic van de sieraden. Prijs: armband € 40, oorbellen € 45 en ketting € 50. www.melksieraden.nl

Opvallen doe je zeker met deze tas van echte en vooral heel aaibare koeienvacht. Onder andere verkrijgbaar als grote tas, schoudertas en handtas met elk een unieke print. In deze bonte collectie zijn ook bijpassende riemen en armbanden verkrijgbaar. Prijs koeientassen: vanaf € 79,95. www.riemenzo.nl

20

DB01_Geknipt1.indd 20

09-03-15 11:51


VRUCHTBAARHEID

Help, mijn koe is niet drachtig 1 EEN EERSTE BLIK In SnelZicht, een onderdeel van het managementprogramma VeeManager, vind je al een belangrijke aanwijzing over de vruchtbaarheid van de veestapel, vertelt Jan van Zijtveld. ‘Kijk bij de productie van de koeien eens naar de verhouding in het vetgehalte in de melk tussen de groep die 60 dagen in lactatie is en de groep die 120 dagen in lactatie is. Het verval tussen die twee percentages mag eigenlijk niet groter zijn dan 0,15 procent. Is dit meer, dan duidt dit namelijk op een te scherp conditieverval na het afkalven.’ Deze zogenaamde negatieve energiebalans kan volgens Jan leiden tot een slechtere vruchtbaarheid en vroegembryonale sterfte. ‘De koe verbruikt bij een negatieve energiebalans meer energie dan ze op kan nemen. Hierdoor blijft er onvoldoende energie over om vlot weer tochtig of drachtig te worden.’

2 HOE IS DE TUSSENKALFTIJD? De negatieve energiebalans bij punt 1 kan dus gevolgen hebben voor de tussenkalftijd, die in SnelZicht en het Bedrijfsoverzicht te vinden is. Jan: ‘De verwachte tussenkalftijd is de periode in dagen die er zit tussen de geboorte van twee opeenvolgende kalveren bij een koe. In het voorbeeldbedrijf ligt deze op 413 dagen, terwijl het gemiddelde in Nederland op 425 dagen ligt, een mooie score dus voor dit bedrijf.’ Toch kan de tussenkalftijd nog veel scherper, vindt Jan, want de streefwaarde ligt op 380 dagen. De tussenkalftijd heeft deels te maken met de gezondheid en daarmee de goede vruchtbaarheid van de koe, maar ook of je als melkveehouder/-ster koeien op tijd tochtig ziet bepaalt de tussenkalftijd. Jan ziet dat bedrijven die overstappen op een automatisch tochtdetectiesysteem, grote sprongen maken in het verkorten van de tussenkalftijd, tot soms wel dertig dagen. ‘“Ik miste er te veel”, is een uitspraak die we vaak horen’, vertelt Jan. ‘Dat is best begrijpelijk. Door de steeds groter wordende koppels koeien raak je op den duur het overzicht kwijt als je de tochtdetectie alleen op het oog doet.’

3 WANNEER KALVEN DE PINKEN? ‘Het standaardoverzicht (STO) Vruchtbaarheid geeft in één oogopslag zicht op de vruchtbaarheidsstatus van je veestapel’, vertelt Jan. ‘Een goede vruchtbaarheid begint al bij de opfok van het jongvee.’ De verwachte afkalfleeftijd van de pinken (ALVA) is daarom een interessant kengetal. Landelijk ligt deze op 27,3 maanden. Volgens Jan is het echter belangrijk om te streven naar een afkalfleeftijd van 24 maanden, ofwel twee jaar. ‘Tegenwoordig zijn veel bedrijven zo goed in de opfok dat je pinken al op 24 of zelfs 23 maanden gezond kunt laten afkalven. Hiermee start de lactatie op een moment dat een volgroeide vaars het goed aankan. Hoe langer je de lactatie uitstelt, hoe langer de opfokkosten doorlopen en hoe later je melkopbrengsten ontvangt.’ Het voorbeeldbedrijf slaagt goed in het streven naar afkalven op 24 maanden. ‘Dat zegt veel over de groei en ontwikkeling van het jongvee in het traject ervoor.’ Merk je dat er hier nog voordeel is te behalen, dan kun je dit bespreken met de jongveeadviseur. ‘Je kunt het gewicht en de groei bijvoorbeeld goed in de gaten houden door de borstomvang van de jonge kalveren te meten.’

4 DRACHTIGE KOEIEN Er zijn volgens Jan vaak meer koeien drachtig in een veestapel dan de boer of boerin zelf denkt. ‘Maar er is ook vaker sprake van vroegembryonale sterfte dan we denken.’ MPR Dracht is een extra hulpmiddel dat informeert over de vruchtbaarheid van de veestapel. Door een specifiek eiwit (PAGs) in de melk te meten wordt de veestapel gecontroleerd op het aantal drachten. Jan: ‘Met MPR Dracht weet je 35 dagen na inseminatie of de koe drachtig is en krijg je inzicht in de redenen waarom een koe onverwacht toch weer tochtig wordt. Mocht een koe na een positieve drachtcontrole toch weer tochtig worden, dan weet je dat er iets mis is gegaan ná de bevruchting en niet bij het insemineren zelf.’ Een ander voordeel is tijdsbesparing. ‘Je hoeft de koeien niet meer vast te zetten aan het voerhek voor het traditionele drachtscannen. Dat voorkomt stress bij de dieren en werkstress bij jezelf.’

22

DB01_Formulier.indd 22

05-03-15 15:18


Het is ongetwijfeld een ergernis: koeien die na insemineren toch weer tochtig worden. Of koeien die amper hun tocht laten zien. En je denkt dat dat op jouw bedrijf nog best vaak gebeurt ook. Maar hoe kom je dat te weten? Adviseur bij CRV Jan van  Zijtveld vertelt         

 welke cijfers veel zeggen over de vruchtbaarheid van jouw koeien.         

TEKST JORIEKE VAN CAPPELLEN

                  

                    

                   

1

                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                  

                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                              

                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                              







                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                          

2

              

      

3

 

    

                      

  

  



  

       

 

                                                                                                                 



                      



                                                                                                   

     

DB01_Formulier.indd 23



  



 



                                                                           

  



               

       

 

 

4

             

             



     

05-03-15 15:18


GASTCOLUMN FEMKE MARIJE WIERSMA VAN BOER ZOEKT VROUW Femke Marije Wiersma werd bekend dankzij Boer zoekt vrouw. Ze ‘emigreerde’ met haar zoontje vanuit Friesland naar de boerderij van haar vriend Gijsbert in Abcoude. Samen kregen ze een dochter en een zoon.

Volle kracht vooruit Stilstand is achteruitgang. Deze spreuk is mij op het lijf geschreven. Het zit in mijn natuur om de spreekwoordelijke ladder te willen beklimmen. En hoewel ik gemerkt heb dat binnen agrarische kringen nog bovengemiddeld conservatief wordt geleefd, is ook hier innovatie niet meer weg te denken. Toen Gijs mij vierenhalf jaar geleden vertelde over de ‘in het vat zittende’ melkrobot, keek ik werkelijk mijn ogen uit op filmpjes die hij me liet zien. Als burgermeisje had deze ontwikkeling mijn stereotiepe boerenbeeld nog niet weten te bereiken. Ik hield het bijna niet voor mogelijk dat zoiets als melken geautomatiseerd kon worden. Tijd om aan het idee te wennen was er: afgelopen december hebben we de robot in gebruik genomen. De robot werkt boven verwachting. Tegen mijn logica in bezette zelfs onze stalfavoriet, met de bijnaam ‘ouwe’, al binnen drie dagen als een soort draaideurcrimineel de robot. Ze is niet zonder reden al achttien geworden. De momenten die Gijs en ik die eerste dagen binnenshuis doorbrachten, spendeerden we achter de laptop; euforisch gestemd als er een nieuwe koe voor het eerst zelfstandig van de rode attentielijst verdween. Twee maanden later kan ik zeggen dat het snel went. Voor het gezinsleven is het nu al een grote vooruitgang. Zoals ik hoopte, zit Gijs bijna iedere avond aan tafel, zelfs op tijd om mee te eten. Kleine aandachtspuntjes zijn er nog wel: helaas betekent de komst van een melkrobot niet dat de computervaardigheden van Gijs van de ene op de andere dag geweldig toenamen. Daar ontwikkelde zich een rol voor mij, het voelt goed om af en toe echt even nodig te zijn op het bedrijf. Tijd om stil te zitten is er niet. Toen ik iets meer dan een jaar geleden mijn werkplekje bij het Amsterdamse ziekenhuis VUmc aan de wilgen hing om een onafgemaakte studie op te pakken, gooide de zwangerschap van onze Siem enigszins roet in het eten. En hoewel het ondernemersbloed zich gaandeweg nog in mij moest ontwikkelen, heb ik nu dan de stoute schoenen aangetrokken en ga ik iets opstarten op de boerderij. We zijn volop bezig om een theetuin te realiseren en in mijn gedachten nemen de mogelijkheden voor aanvulling of uitbreiding alleen maar toe. En dat is maar goed ook, want stilstand is achteruitgang…

25

DB01_ColumnFemke.indd 25

06-03-15 16:46


MAKEOVER

ASTRID VAN DAL leeftijd: 39 • partner: Gertoin (45) • kinderen: Anouk (11) • woonplaats: Drunen

Astrid van Dal heeft samen met haar man een bedrijf met 110 melkkoeien. Een deel van de eigen melk verwerkt Astrid tot diverse zuivelproducten, die grotendeels worden verkocht in hun eigen winkel. Astrid loopt zes dagen per week in een spijkerbroek en groene werkpolo en zag er helemaal naar uit zichzelf eens te laten verwennen.

LEKKER DRAAGBAAR Ada van den Bosch van Maatje Meer Mode in Waalwijk koos voor Astrid een combinatie die lekker draagbaar is. ‘De eenvoudige top met A-lijn laat Astrids figuur mooi uitkomen. De milde kleuren staan haar prachtig. Door de mooie halslijn is het overbodig om de top met een ketting te dragen. Deze set zal zeker niet in de kast blijven hangen.’

BLONDE PLUKJES Agdas van salon Artemiz in Waalwijk heeft Astrid van een nieuw kapsel en make-up voorzien. ‘Astrid heeft mooi dik haar met een mooie donkerbruine kleur.’ Agdas heeft het haar asymmetrisch gesneden. ‘Die mooie bruine kleur behouden we, daarom kiezen we alleen voor blonde plukjes. Dat blond kleurt mooi bij Astrids outfit, bovendien heeft ze er lang plezier van.’ Agdas heeft Astrids kin en wenkbrauwen geëpileerd voordat ze de make-up heeft aangebracht. ‘Ik heb gekozen voor bruin- en grijstinten, dat kleurt mooi bij haar haar.’

NIEUWE MOEDER Astrids man en dochter waren erg te spreken over het resultaat, maar Anouk moest wel wennen aan haar ‘nieuwe’ moeder. Astrid heeft zelf vooral genoten van de dag.

26

DB01_Makeover.indd 26

06-03-15 16:53


DB01_Makeover.indd 27

06-03-15 16:53


BOERINENBESTUUR

8 vragen aan...

Roelien Overmars ‘Thuis tetter je graag, maar laat jouw mening ergens anders ook eens horen’, kreeg Roelien OvermarsGunnink van haar man te horen. Hij stimuleerde haar om plaats te nemen in het afdelingsbestuur van CRV. De Boerin stelde Roelien acht vragen over haar bestuurswerk. TEKST JORIEKE VAN CAPPELLEN

WAT HOUDT JE BESTUURSWERK PRECIES IN? ‘Officieel ben ik vicevoorzitter van de afdeling Raalte. CRV heeft Nederland opgedeeld in drie regio’s. Iedere regio bestaat uit twee kringen met daarin zes afdelingen. De afdelingsbestuursleden zijn dus een mooie afspiegeling van de Nederlandse melkveehouders. Als afdelingsbestuurder ben ik het oog en oor van de coöperatie. Ik signaleer ontwikkelingen in de afdeling en praat mee over besluiten die CRV nog gaat nemen. Ook ben ik betrokken bij de winterbijeenkomsten om leden-melkveehouders te zien en te spreken.’

WAAROM BEN JE BESTUURSWERK GAAN DOEN? ‘Als fulltime boerin en met een gezin met man en zes kinderen heb ik het in principe druk genoeg. Je altijd bemoeien met je kinderen, koeien en je man is mooi, maar het is nooit af. Je bent altijd voor een ander bezig. Ik merkte toen de jongste zelfstandig naar school kon, dat ik zocht naar een uitdaging waarin ik ook mijzelf weer verrijken kan. Je leven hobbelt anders maar door.’

28

DB01_BoerinenBestuur.indd 28

06-03-15 16:51


ALS WE JE MAN EN KINDEREN MOETEN GELOVEN, BEN JIJ WEL IEMAND DIE HAAR MONDJE ROERT?

‘Ik leg bij CRV graag de nadruk op de persoonlijke benadering’ leeftijd: 49 partner: Herman Overmars (52) kinderen: Christel (18), Harold (18), Jürgen (17), Wijnand (15), Quintus (14) en David (8) bedrijf: 160 melkkoeien woonplaats: Broekland bestuurswerk: vicevoorzitter van afdeling Raalte, CRV regio Oost

‘Thuis wel. Maar in de bestuursvergaderingen durfde ik er in het begin niet gemakkelijk iets uit te flappen, hoor. Nu ben ik een jaar verder en het voelt intussen heel eigen. CRV doet er ook veel aan om het “wij-gevoel” te creëren. Wel moet ik toegeven dat het anders is dan bijvoorbeeld de commissie voor de school of voor de kerk. Daar bedenk je en organiseer je dingen veel meer zelf. Als afdelingsbestuurder zijn je taken specifieker vastgelegd.’

WAT VOEG JIJ NAAR JOUW IDEE TOE AAN HET BESTUUR? ‘Ik heb gemerkt dat ik dus echt wel iemand van de praktijk ben en dat gebruik ik om melkveehouders te begrijpen en dat door te vertalen naar CRV. Uit die praktijk hoor ik wel eens dat CRV zo groot is dat ze het persoonlijk contact met de veehouder verliest. Ik zie het als mijn taak dat ik bij CRV de nadruk leg op de persoonlijke benadering van de melkveehouder. Ook al wordt de wereld steeds zakelijker, persoonlijke aandacht doet er echt toe. Intussen heb ik al zeven eerste 100.000 kilogramkoeien op bedrijven bezocht. Geweldig om de families even te verrassen met een geschenk en een bloemetje. Dit zijn dingen die CRV echt moet blijven doen.’

WAAROM KOOS JE DAN SPECIFIEK VOOR BESTUURSWERK?

DAT BESTUUR IS ZEKER ECHT EEN MANNENWERELDJE?

‘Het is voor mij goed in te plannen. Met het afdelingsbestuur vergader ik vier keer per jaar met de regio en twee keer per jaar met alle regio’s en de ledenraden van Vlaanderen. Ook bezoek ik tussendoor bedrijven. Ik heb ook aan een baan buitenshuis gedacht. Maar ik wil de flexibiliteit hebben om er te zijn voor ons bedrijf. De keerzijde van een baan is dat je thuis al gauw gaat achterlopen, in het bedrijf, het huishouden, de kinderen. Daar word je dan zo chagrijnig van en dat wilde ik niet.’

‘Die mannenwereld was wel het laatste waar ik me zorgen over maakte. En terecht, want hoewel de verdeling tussen mannen en vrouwen inderdaad nog lang niet fiftyfifty is, heb ik me geen moment anders gevoeld. Stiekem is het ook wel leuk. ik ben trouwens ook echt niet de enige vrouw. We zijn uiteindelijk allemaal begaan met hetzelfde en nemen elkaar serieus. Of je nu man of vrouw bent is daarbij om het even.’

WELKE EIGENSCHAPPEN MOET JE ALS BESTUURDER BEZITTEN? ‘Je moet interesse hebben in de organisatie. En het vertrouwen hebben dat je er vanzelf ingroeit. Je kunt niet alles weten en dat hoeft ook niet. Je moet open genoeg zijn om uitleg te vragen of om dingen aan te dragen. Maar eerlijk gezegd twijfelde ik enorm aan mezelf toen ik hieraan begon. Als ik op de vrouwendag bestuurders hoorde praten, dan had ik daar altijd zoveel bewondering voor. Zij waren zo welbespraakt en ze wisten waar ze het over hadden. Kon ik dit wel, en wist ik wel genoeg van de praktijk?’

WAAR KRIJG JIJ, BESTUURLIJK GEZIEN, ECHT EEN KICK VAN? ‘Er komen weer zoveel leuke dingen op mijn pad. Nu ik CRV van dichterbij meemaak, zie ik wat een prachtige organisatie het is. Ik vind het geweldig om dit ook naar de melkveehouders over te brengen. Van hen hoor je dat een rietje van CRV nogal eens duur is. Maar als je ziet wat CRV allemaal doet op het gebied van research en development, informatieproducten en genetisch materiaal, dat is mega. En kijk eens hoe ze internationaal aan de weg timmeren. Daar mag de boer ook best oog voor hebben, want hij of zij profiteert daar uiteindelijk ook van.’

29

DB01_BoerinenBestuur.indd 29

06-03-15 16:51


.

INSPIRERENDEBOERIN JANNEKE VAN DER WERF HORECABOERIN leeftijd: 28 • partner: Jelmer (34) • kinderen: Jarno (2) en Steven (1) • woonplaats: Vegelinsoord • bedrijf: 65 melkkoeien en www.jannekeshorecaservice.nl

HORECASERVICE ‘Vooral ’s ochtends vroeg help ik bij het melken en de jongveeopfok. Naast boerin ben ik moeder van twee kleine jongens én heb ik een eigen bedrijfje in de horeca. Als gastvrouw, barvrouw of in de bediening werk ik op feesten en partijen, van intiem familiefeest tot sportfestijn of muziekfestival.’

HEFTIGE COMBI ‘De horecaservice neemt 15 tot 35 uur per week in beslag, ik werk vaak ’s avonds en in het weekend. Het is soms een heftige combi, samen met het werk op de boerderij en onze jongens. Maar het is wel een mooie combi, mede doordat Jelmer zijn werk aan huis heeft en ook voor de jongens zorgt. Alleen als ik tijdens melktijden weg ben, hebben we oppas nodig.’

ACTIE NODIG ‘Vier jaar geleden heb ik na verschillende kantoorbanen de stap gezet om voor mezelf te beginnen en dat bevalt héél goed. Het werken in de horeca past bij mij, ik heb actie nodig. Door het contact met zo veel verschillende mensen en de diverse werkzaamheden is mijn werk een ontspannende inspanning. Ik vind het belangrijk dat de mensen met wie ik werk een leuke dag of fijn feest hebben gehad, ik wil het op en top voor elkaar hebben. Maar dat geldt ook voor het werk op de boerderij en in huis.’

TROTSE BOERIN ‘Als ik tijdens mijn horecawerk vertel dat ik boerin ben, krijg ik vaak leuke, maar ook verbaasde reacties. Ik vertel dan graag meer over ons bedrijf. Ik ben er dan ook maar wát trots op om boerin te zijn, maar ook moeder, vrouw van Jelmer én onderneemster.’

DB01_InspBoerinvdwerf.indd 31

05-03-15 15:21


ECONOMIE

Schommelende melkprijzen:

wat nu?

Van ruim 40 naar krap 30 cent. De daling die de melkprijs het afgelopen jaar doormaakte, is een voorbode voor de vrijemarktsituatie vanaf 1 april 2015. Esther Weernink van accountantskantoor Countus en Jacoline Hamming van Accon avm geven tips voor boekhoudende boerinnen. ‘2015 wordt financieel een lastig jaar.’ TEKST ALICE BOOIJ

MELKVEEHOUDER ALBERTINE RACER PALTHE: ‘ELKE MAAND GELD NAAR DE LOONWERKER’ De boekhouding over 2014 is klaar en ook Albertine Racer Palthe denkt erover om een liquiditeitsprognose te maken voor het komende seizoen. ‘We hebben melk geleased, moeten ook nog superheffing betalen en de komende maanden krijgen we weer kosten voor bijvoorbeeld maiszaad en kunstmest, terwijl de melkprijs laag is.’ Ook het loonwerk is een kostenpost die in het nieuwe seizoen weer stevig aantikt. ‘De loonwerker betalen we elke maand een vast bedrag, zodat we geen rekeningen van duizenden euro’s krijgen.’ Samen met haar man Gert-Jan Haarman heeft Albertine een melkveebedrijf met zo’n 80 koeien in De Lutte. Ze overleggen regelmatig over hun financiële management. ‘Niet echt noodzakelijke investeringen stellen we dan ook eventjes

uit’, vertelt Albertine, die als voorbeeld de vernieuwing van de voeropslag noemt. ‘We willen wanden in de voersilo zetten, maar dan worden het maar tweedehands betonplaten.’ Tegen de fluctuerende melkprijs ziet Albertine niet op. ‘Je weet dat het komt, net als in de varkenshouderij. We zijn ons er ook van bewust dat we privé wat minder kunnen uitgeven in slechte perioden. Maar dat is geen probleem, we hoeven niet twee keer per jaar op vakantie.’ Over de toekomst blijven ze positief en ze verdiepen zich al een tijdje in de mogelijkheden van nieuwbouw voor hun melkkoeien. ‘We zijn extensief, dus we kunnen nog wel wat groeien’, zegt Albertine. ‘Bovendien willen we gemakkelijker werken. We hebben geen quotum meer, maar grond en arbeid zijn de beperkingen.’

32

DB01_ThemaFinancien.indd 32

09-03-15 09:37


M

et een melkprijs van iets meer dan 30 cent en een kostprijs van zo’n 38 cent is koeien melken momenteel niet kostendekkend. Daarbij kunnen melkveehouders een belastingaanslag verwachten over het heel goede jaar 2013-2014, staat er voor velen ook nog een flinke superheffing te wachten en komen er wellicht nog extra kosten voor voer, mestafzet en mestverwerking. Kortom: 2015 wordt een financieel lastig jaar, merken agro-accountmanagers Esther Weernink van Countus en Jacoline Hamming van Accon avm. Ze signaleren dat het veelal de boerinnen zijn die de boekhouding organiseren en Weernink adviseert dan ook actief mee te denken en te praten over het financiële beleid. ‘Als boerin zie je vaak sneller dat het krap wordt. Je bent dan ook medeverantwoordelijk voor het rondzetten van de financiën.’ Hamming: ‘Op korte termijn zou je op voerkosten kunnen besparen, maar je moet ook vooral verder kijken. Overleg samen welke uitgaven je wel doet en wat je doorschuift. En ja, dan hoor ik boerinnen zeggen dat ze voorlopig nog geen nieuwe keuken krijgen. Privé en zakelijk zijn op een melkveebedrijf altijd met elkaar vervlochten.’

Bufferen en budgetteren Met de vrijemarktsituatie na 1 april 2015 zal de melkprijs sterker gaan schommelen. Wat kun je daar als boerin aan doen?

33

DB01_ThemaFinancien.indd 33

09-03-15 09:37


ECONOMIE

‘Bufferen en budgetteren’, zegt Weernink. ‘Daar zijn vrouwen goed in. Maak een liquiditeitsplanning, zodat je weet welke uitgaven er nog gaan komen. Zorg ervoor dat je in goede tijden geld apart zet zodat je dat kunt gebruiken wanneer het een tijdje krapper is.’ Een liquiditeitsplanning zorgt ervoor dat je wat verder vooruit kunt kijken, onderschrijft Hamming. ‘Daarmee werk je actief aan een goede financiële planning.’ Als dan blijkt dat het dreigt spaak te lopen op de rekening-courant, kun je het gesprek met de bank het beste van daarvoor aangaan, geeft Weernink aan. ‘Je kunt misschien de aflossing geheel of gedeeltelijk opschorten of wat ruimte op de rekening-courant creëren. Nadenken over een oplossing geeft rust.’ Bereid zo’n bankgesprek wel goed voor, geeft ze aan. ‘Zorg dat je weet wat je wilt, blijf aan het stuur zitten en bepaal je eigen koers.’ Hamming waarschuwt wel dat de banken niet vanzelfsprekend meewerken. ‘Het gaat erom dat het bedrijf technisch goed draait en dat je financieel slim plant.’

CHRYSANTENKWEKER BERNADETTE BIJMAN: ‘LEREN OMGAAN MET CREDITEURENDRUK’ In financieel slechte tijden krijgt Bernadette Bijman soms wel vijf telefoontjes per dag. ‘Crediteuren die willen weten wanneer ze hun geld krijgen’, vertelt het bedrijfshoofd van Rubens Chrysantenkwekerij in Heerhugowaard. Ze is gewend aan opbrengstprijzen die variëren van 4 tot 44 cent voor een chrysant, terwijl de kostprijs op 25 cent ligt. ‘Die lage prijs kan ook nog eens acht weken duren, dan doet het financieel pijn.’ In haar beleving onderschatten melkveehouders het probleem van prijsschommelingen. ‘Ze denken dat het niet zo’n vaart loopt, maar bij alle agrarische producten werkt het zo, dus ook bij melk.’ Wanneer het krediet op de rekeningcourant helemaal is gebruikt, betekent het dat crediteuren financier worden, realiseert Bernadette zich. ‘Bij de ener-

gieleverancier heb ik jaarrond wel voor 100.000 euro openstaan.’ De schuldeisers sturen aanmaningen en e-mails, ze bellen en zeuren. ‘Maar ze vragen je faillissement niet aan, want dan krijgen ze zeker geen geld.’ De telefoontjes en aanmaningen zijn de minst leuke kant van het vak van tuinder geeft ze aan. ‘Het is een hard spel, want geld bij de bank krijgen we hier ook niet voor. Je moet leren met deze crediteurendruk om te gaan.’ Ook haar collega’s verzuchten dat ze een groot deel van hun tijd bezig zijn hun financiën te managen in plaats van het vak van kweker uit te oefenen. ‘Sommigen slapen er zelfs niet van en dat begrijp ik heel goed. Het is daarom belangrijk leuke dingen ernaast te doen om je zinnen te verzetten. Ik ga lekker paardrijden.’

34

DB01_ThemaFinancien.indd 34

09-03-15 09:37


VARKENSHOUDER ANNECHIEN TEN HAVE: ‘BESPREEK EEN FINANCIEEL PROBLEEM VOORDAT HET ER IS’ Het is wennen als je met schommelende prijzen te maken krijgt, geeft varkenshoudster Annechien ten Have uit Beerta aan. ‘Het moet tussen de oren komen dat het bij de realiteit van het bedrijf hoort.’ Het besef dat melkveehouders van een vrij stabiele naar een fluctuerende financiële situatie gaan, is al een belangrijk begin, aldus de Groningse boerin. ‘Dan weet je dat je niet te veel geld moet uitgeven wanneer het goed gaat en dat je soms ook de broekriem moet aanhalen.’ Aan de andere kant betekent deze ‘varkenscyclus’ dat er ook kansen zijn door anticyclisch te investeren. ‘Dus juist investeren wanneer de prijzen laag zijn. Dan ben je er klaar voor als de prijzen weer aantrekken.’ Maar dat moet financieel natuurlijk wel

kunnen, geeft de varkenshoudster aan. Een goede communicatie met de bank is volgens haar een belangrijke voorwaarde voor succes. ‘Zorg daarom voor een liquiditeitsbegroting. Dan kun je inschatten of je extra liquiditeit nodig hebt en vroegtijdig met de financier spreken over de begroting en de mogelijke tekorten.’ Hou er ook rekening mee dat extra geld wel even op zich kan laten wachten, voegt Annechien er nog aan toe. ‘Dat krijg je niet twee weken na een aanvraag gestort. Banken zijn een stuk kritischer geworden.’ Zelf maakt de varkenshoudster elk kwartaal een financiële managementrapportage en aan het begin van het jaar een begroting met een liquiditeitsprognose. ‘Ook dat hoort bij ondernemerschap.’

Ze signaleert dat het financiële verschil tussen de ‘kop en de staart’ van ondernemers steeds groter wordt. ‘De besten worden steeds beter en bij de slechtsten gaat het steeds slechter. Dit heeft alles te maken met managementkwaliteiten en dus je eigen invloed, een belangrijk aspect waar ook de bank naar kijkt.’

Privérekening Wanneer het financieel even wat lastig gaat, wordt het eerste bezuinigd op de privé-uitgaven. ‘Als boerin zit je natuurlijk met de financiële keuzes tussen privé en zakelijk. Achter gaat altijd voor’, weet Hamming. Weernink heeft nog wel een goede tip om geen gedoe over privé-uitgaven te krijgen in de situatie van meerdere partners in een samenwerking. ‘Zorg ervoor dat ieder maandelijks geld gestort krijgt op een privérekening. Dan haal je zakelijk en privé wat uit elkaar.’

35

DB01_ThemaFinancien.indd 35

09-03-15 09:37


KIJKJEINDEKEUKEN Aaltsje en Jelle Osinga uit Oudega hebben drie jaar geleden het oude tanklokaal om laten bouwen tot een ‘functionele keuken’. In Oudega SWF verzorgen ze met het gezin 70 koeien. Aaltsje werkt daarnaast nog vier dagen per week als docent. De keuken fungeert soms als kantine, maar

Het rood-met-wittestippenservies is jarenlang bij elkaar gespaard van Douwe Egberts-spaarpunten. Op diverse plekken in de keuken vind je het terug.

is ook een plek waar de vier kinderen hun huiswerk kunnen maken.

Een waterkoker is een lelijk ding en maakt het aanrecht meteen zo vol. Daarom wordt er sinds de nieuwe keuken gewoon water gekookt met een ouderwetse fluitketel.

Eigenlijk wilde Aaltsje een kookeiland, maar een verrijdbaar horecameubel bleek praktischer. Wanneer er veel bezoekers zijn, rijd je het zo aan de kant.

Normaal staat hier de telefoon, maar nu is het wastafeltje (ook een ‘marktplaatsje’) door zoon Thys Siemen ingericht met zijn Albert Heijn-moestuintje.

38

DB01_KijkjeindeKeuken.indd 38

09-03-15 11:33


De radio wordt eigenlijk vooral door Jelle gebruikt om even naar het weerbericht te luisteren. Er is geen kelder in huis, dus twee koelkasten en een vrieskast zijn reuzehandig. In de keuken is veel roestvrij staal te vinden, dat is lekker makkelijk schoon te maken.

Iedereen moet zich beheersen om niet nu al de chocolade-paaskip op te eten. Pas als het Pasen is, mag de kip aangebroken worden.

Op het magneetbord hangen huiswerkopdrachten en reisschema’s van het voetbal. Alle vier de kinderen zitten op voetbal, dus regelmatig moet er gereden worden.

Deze raketkast heeft geen speciaal verhaal, maar is vooral praktisch. Sterker nog: het is ‘een marktplaatsje.’

Aaltsje leest graag. Dit boek, ‘De verloren dochters’, is bijzonder omdat het geschreven is door Arjan Hoks, de man van een collega. Ze moet nu nog de tijd vinden om het te gaan lezen. De moderne stoelen zijn vooral gekozen omdat ze zo praktisch zijn. Snel een doek erover en ze zijn weer schoon.

39

DB01_KijkjeindeKeuken.indd 39

09-03-15 11:33


.

INSPIRERENDEBOERIN MARIEKE PENTERMAN AMERIKAANSE BOERIN leeftijd: 38 • partner: Rolf (42) • kinderen: Luna (11), Joyce (11), Dean (8), Fenne (7), Finn (5) • woonplaats: Thorp (VS) • bedrijf: 435 melkkoeien en kaasmakerij (mariekegouda.com)

IETS VOOR MEZELF ‘Rolf en ik kregen een relatie, toen hij net in maatschap een melkveebedrijf was begonnen hier in Thorp, Wisconsin. Toen ik hier kwam wonen, wilde ik ook iets voor mezelf doen. Dat werd kaas maken, ook omdat ik niet kon wennen aan de kaas hier.’

KAASMAAKDIPLOMA ‘Ik dacht destijds: ik ga een beetje kaas maken. Maar dat is volledig uit de hand gelopen. Ik heb eerst mijn kaasmaakdiploma gehaald – dat is hier verplicht – heb stage gelopen in Nederland en heb met subsidie een businessplan gemaakt. En net voor mijn dertigste verjaardag zijn we gestart. Ik begon met een kaasvat van 1500 liter en huurde het gebouw van de melkveetak.’

IN DE PRIJZEN ‘Al een paar maanden nadat ik was begonnen, wonnen we een prijs voor onze kaas. Dat had ik nooit verwacht. Inmiddels zijn we al vaak in de prijzen gevallen, dat is goed voor de verkoop.’ ‘De Marieke Gouda – zo heet mijn kaas – is te koop in onze eigen winkel, maar ook bij veel zuivelwinkels in de hele VS en natuurlijk via internet. Ik had nooit gedacht dat het zo professioneel zou worden. Inmiddels heb ik een vat van 4000 liter en maken we van acht melkmalen per week elk 400 kg kaas.’

CAKEJES BAKKEN ‘Ik ben geen keukenprinses, maar in de eerste twee jaar heb ik heel veel cakejes gebakken, als investering in de sociale contacten. Ik nodigde bijvoorbeeld de buren uit voor Nederlandse tradities. De Amerikaanse samenleving is erg gericht op familie, dat maakt het lastig om aansluiting te vinden. Maar ik ben nu goed ingeburgerd.’

DB01_InspBoerinPenterman.indd 41

05-03-15 15:00


LEVEN OP DE BOERDERIJ

10 x liever

N M

op de boerderij

Je h mel ber wee

Wat maakt het wonen op een boerderij nou zo leuk? Is het de groene omgeving, de ruimte op het erf of het contact met de dieren? De Boerin vroeg het haar lezeressen en maakte een top tien. ‘Als ik op een zomerochtend om half zes de koeien uit het land ophaal, dan voel ik me zo gelukkig’, reageerde Aletta Hammer. TEKST JORIEKE VAN CAPPELLEN

H

et boerenbestaan mag dan hard werken zijn tegen soms lage melk- of vleesprijzen, maar er is één ding waar praktisch elke boer en boerin het over eens zijn: ‘Wij wonen op het mooiste plekje dat er is.’ Is dat ook zo? Wonen op een boerderij heeft in-

1 VEEL RUIMTE

derdaad in heel veel opzichten voordelen boven wonen in de stad, zo lieten lezeressen na een oproep via Facebook aan De Boerin weten. Ook deskundigen zijn het daarover eens. Neem het grote aandeel groen en ruimte om je heen. Volgens omgevingspsychologe en hoogleraar natuurbeleving

A S

2

Voo gen en p kam

HET MOOISTE UITZICHT Nog voordat je het weerbericht op je smartphone checkt, heb je eigenlijk al gezien wat voor weer de dag zal brengen. Daar zorgt het prachtige weidse uitzicht vanuit je huis wel voor.

Het doorsnee melkveebedrijf in Nederland had in 2013 gemiddeld 49 hectare cultuurgrond. Over ruimte gesproken! Veel plek om lekker door het land te struinen of de koeien op te halen; alleen, met de kinderen of natuurlijk romantisch met je boer.

42

DB01_PluspuntenBoerderij.indd 42

06-03-15 16:38


T

3

NIET ALLES HOEFT METEEN NETJES Je hebt de opgeruimde bijkeuken nog niet verlaten of het is alweer een rommeltje met al die klompen en laarzen. Relax! Boerin zijn is een van de weinige beroepen waarbij ‘druk zijn’ een reëel excuus is om niet altijd alles meteen weer spic en span te hebben in je huis.

4

WERK AAN HUIS

AVONTUURLIJKE SPEELTUIN Voor kinderen is het boerenerf met alle ruimte een waar speelparadijs. Plaats genoeg voor een groot voetbalveld, een zelfgemaakt zwembad van strobalen en plastic en natuurlijk de trampoline. En een slaapfeestje met tenten en een kampvuurtje in de wei? Dat kan alleen maar op de boerderij.

Agnes van den Berg hebben natuur en groen een bewezen positief effect op je gemoedstoestand. ‘Uit onderzoek blijkt dat Nederlanders vaker last hebben van depressieve klachten en angststoornissen naarmate er minder groen rondom hun woning aanwezig is.’ Kinderen die veel buiten kunnen spelen, ontwikkelen bovendien een betere motoriek. ‘Ook ligt het percentage kinderen met overgewicht ongeveer 18 procent lager in zogeheten “groene” postcodegebieden. Dat wil zeggen met ten minste vijf hectare aan groene gebieden als parken, bossen en natuurgebieden.’

Boerinnen sociale types? Toegegeven, je moet wel vaker de auto pakken dan een iemand uit de stad om boodschappen

5 Uren in de file staan? Dat is aan jou niet besteed. Als boerin begint jouw werkdag heerlijk ontspannen met een kop koffie en daarna het rustgevende getik van de pulsator in de melkstal.

te doen of je kinderen naar zwemles te brengen. Toch nemen boerinnen dat graag voor lief. En hoe zit het met de sociale contacten? Op het boerenbedrijf zijn ook buren vaak verder weg. Toch wordt dat bij bewoners van landelijke gebieden niet echt als een probleem ervaren, weet onderzoeker Lotte Vermeij van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in Nederland. ‘Het is vaak zo dat in landelijke gebieden een vorm van positieve sociale controle is. Bewoners in buitengebieden hebben minder buren bij wie ze kunnen aankloppen als ze hulp nodig hebben, bijvoorbeeld bij een calamiteit. Dat kan een speciale band tussen buren geven. Je bent in het buitengebied meer op elkaar aangewezen.’ Vermeij werkte mee aan het rapport ‘Dichtbij

43

DB01_PluspuntenBoerderij.indd 43

06-03-15 16:38


LEVEN OP DE BOERDERIJ

6

ZORGEN VOOR DIEREN Wat is nu mooier dan ’s morgens in alle vroegte de koeien uit het land halen om te melken? Of een kalfje zijn eerste biest geven? Het zorgen voor dieren geeft je een goed humeur. Als de koeien lekker in hun vel zitten, dan zit jij dat ook!

7

ETEN UIT EIGEN STAL Boerengezinnen eten met enige regelmaat ook producten van het eigen bedrijf. Denk aan vlees van eigen koeien of zelfgemaakte boter. En de lekkerste melk is natuurlijk de verse melk van het eigen bedrijf. Daarvoor hoef je echt niet naar de supermarkt. Behalve als de tankwagen net langs is geweest…

ALETTA HAMMER: ‘IK KOM TOT RUST IN DIT WEIDSE LANDSCHAP’ ‘Ik zou niet met mijn zussen in het dorp willen ruilen’, is de stellige overtuiging van melkveehoudster Aletta Hammer (36). Samen met haar partner Erik (41) en haar drie kinderen Kelvan (13), Arjan (11) en Leonie (7) woont Aletta in het weidse polderlandschap tussen Genemuiden, Zwolle en Kampen. In het gebied, dat van oudsher wordt gedomineerd door de melkveehouderij, runt het gezin een bedrijf met 75 melkkoeien. Aletta houdt echt van de plek waar het familiebedrijf staat. ‘Ik wandel hier veel. Je kunt hier zo mooi van je af kijken. Ik kom tot rust door de ruimte in dit weidse landschap.’ De afstand tot het dorp Kamperzeedijk is anderhalve kilometer en dat is voor het gezin goed te doen met fiets en auto. Dankzij de inzet van het gezin voor school en buurthuis is de band met het dorp sterk. ‘We hebben niet het gevoel dat we in “the middle of nowhere” wonen. Soms hebben de kinderen wel een periode dat ze wilden dat ze in het dorp woonden. Alles is dan tenslotte heel dichtbij. Maar vervolgens helpen ze Erik net zo graag met de koeien. En ze kunnen hier natuurlijk

H

Wa is jo voo zo n

ook heerlijk buiten spelen’, vertelt Aletta. Gek genoeg lijken dorpsbewoners de afstand van het dorp naar Aletta’s bedrijf soms verder te vinden dan andersom. ‘Sommige mensen vinden het hier ’s avonds ook wel donker. Maar ze zeggen net zo vaak: “Wat is het hier mooi” en “Wat kunnen jullie toch heerlijk buiten zitten.”’

E

Het ultieme geluksgevoel krijgt Aletta als ze ’s ochtends vroeg in de wei is. ‘Als ik op een zomerochtend om half zes de koeien uit het land ophaal en ik loop door het nog natte gras en zie de zon opkomen, dan voel ik me zo gelukkig. Dan voel ik me bevoorrecht en dankbaar dat ik met mijn gezin op zo’n mooie plek mag wonen.’

Je k afw ore op w pro

44

DB01_PluspuntenBoerderij.indd 44

06-03-15 16:39


L

ijf. is ar

huis’, dat inzicht geeft in de lokale binding en inzet van dorpsbewoners en bewoners van landelijke gebieden. ‘Sociale controle in negatieve zin – dus het gevoel dat je in de gaten wordt gehouden door je buren – komt in landelijke gebieden juist nauwelijks voor’, zegt Vermeij. ‘Je hebt veel privacy en dat wordt door bewoners van boerderijen vaak als positief ervaren.’ Boerinnen gaven aan dat het contact met buren vaak leuker en beter is dan dat zij horen van

stadsbewoners, die elkaar soms amper kennen. Zijn boerinnen zulke sociale types? Dat klopt volgens Vermeij maar gedeeltelijk. ‘Bewoners van landelijke gebieden zijn niet actiever dan stadsbewoners als het gaat om je inzetten voor mensen, cultuur en voorzieningen in je omgeving. Maar ze zetten zich wel meer in voor het behoud van het natuur- en cultuurlandschap in hun omgeving’, stelt Vermeij, die erop wijst dat de verbondenheid aan die plek dus wel een rol blijkt te spelen.

8 HET BESTE TERRAS Waar anderen het moeten doen met een balkonnetje of een postzegeltje gazon, is jouw tuin perfect voor een heerlijk groot zomerterras. Ideaal voor je gezin en voor bezoek dat op het bedrijf altijd onaangekondigd komt. Een extra stoel is zo neergezet!

9

10 GEZOND KLEURTJE ‘Wat zie jij er goed uit!’ Hoor je dat vaak van vriendinnen? Ze hebben alle reden om jaloers te zijn, want veel in de buitenlucht werken is hartstikke gezond en levert je al vroeg in het voorjaar een gezond kleurtje. En de sportschool is aan jou niet besteed, want met het boerenwerk verbrand je genoeg calorieën.

EEN GOEDE BUUR… Je kent het wel, de loonwerker komt om in te kuilen en de hark laat het plots afweten. Het lenen van de hark van de buurman zal menig boer bekend in de oren klinken. Het geeft een prettig gevoel om mensen om je heen te hebben op wie je kunt terugvallen. En niets is gezelliger dan na afloop nog even samen proosten op de geslaagde kuil.

45

DB01_PluspuntenBoerderij.indd 45

06-03-15 16:38


GEKNIPTVOORDEBOERIN

Struinen Met de lente in aantocht is niets lekkerder dan eropuit trekken! En waar kan dat mooier dan op het platteland? Op de website Klompenpaden.nl vind je prachtige wandelroutes in Nederland die dwars door koeienweides en boerenland lopen. Dus klompen aan, rugzak op en gaan! www.klompenpaden.nl

BONT Geen zin in die saaie groene laarzen? Trek deze bontgekleurde exemplaren aan en je voelt je helemaal thuis tussen je koeien. Verkrijgbaar in maat 36 t/m 41. Prijs: € 49,95. www.fashionbootz.nl

DRIE OP EEN RIJ

GROOT HART

Dit mooie drieluikje ‘Boe zegt de koe’ is handgeschilderd en verkrijgbaar in zeven kleuren. In hetzelfde thema zijn ook kapstokjes verkrijgbaar. Prijs drieluikje: € 64,95. Prijs kapstokje: € 24,94 (enkel € 9,95). www.littlecool.com

Laat je (koeien)hart spreken met deze decoratieve en lekker zachte harten. In twee verschillende maten. Prijs klein hart: € 5,95. Prijs groot hart: € 14,95. www.facebook.com/ tussenkoekroonluchter of www.knuffeleenkoe.nl

PLUCHE

NIETS VERGETEN Vrolijk de kinderkamer op met deze zachte pluchen koeienkop voor aan de muur. De koe zal bij kleine kinderen tot de verbeelding spreken en de woordjes ‘koe’ en ‘boe’ zijn dan natuurlijk snel geleerd. Prijs: € 43,95. www.babymolen.nl

Niets meer vergeten met dit leuke houten krijtbord in de vorm van een koe. Afmetingen: 29 cm x 43 cm. Prijs: € 7,95. www.knusdus.nl

46

DB01_Geknipt2.indd 46

06-03-15 16:39


BEELDVERHAAL

Klaar voor de catwalk Glimmend gepoetst, netjes geknipt en geschoren. Op een keuring zien koeien en kalfjes er vaak uit als om door een ringetje te halen. Zelf zou je ook wel je favoriete dieren n贸g mooier willen maken dan ze nu al zijn. Maar de vraag is: hoe doe je dat? Cowfitter Erica Rijneveld brengt je stap voor stap de fijne kneepjes van het toiletteren bij. TEKST INGE VAN DRIE EN ERICA RIJNEVELD

DB01_BeeldverhaalToiletteren.indd 48

1

2

3

4

06-03-15 16:50


1

2

3

Probeer je model al een paar keer te wassen voordat je begint met scheren. Neem alle onderdelen mee, ook de klauwen en de onderkant van de benen. Kijk na het wassen of alle zeep eruit is en borstel de haren van de toplijn, ofwel de ruglijn, met de haarrichting mee. Wat heb je nodig voor het scheren? Zorg dat je in ieder geval de volgende materialen hebt: een goede föhn met een smalle bek, een toplijnborstel, een scheerapparaat met messenset GT501/ GT502, messenset Stewart 84AU/GT505 of messenset GT511/ GT505 voor bijna kalvende pinken en koeien, een kleine tondeuse met mesje nummer 10 of 15 en 40 of 50, scheermachineolie en een zachte borstel. Zet het dier met scheren op voorbrenghoogte vast met een goede knoop die in één keer los is te trekken. Zorg dat het dier helemaal droog is als je start met scheren.

5

De hoogste punten van de rug bepalen de hoogte van de toplijn. Meestal zitten deze vooraan op de schoft en op het kruis.

6

Kantel het scheerapparaat iets als je de punten van de haren van de toplijn eraf haalt. Zo kom je aan beide kanten gelijk uit. Op deze manier geef je de bovenkant van de toplijn vorm.

7

Ondersteun met één hand de kop van het scheerapparaat zodat je een rechte lijn kunt maken. Zorg dat de punt van het mes niet in de huid terechtkomt. Beweeg het apparaat van de huid af en houd het tempo in als je de toplijn nadert. Als het dier niet stilstaat, steun met de hand dan de andere zijde. Föhn na het scheren de toplijn nogmaals op en verfijn de toplijn.

8

Als de toplijn af is, begint het scheren van de rest van het dier. Het handigst is om van achteren naar voren te werken. Zorg ervoor dat je bij het scheren van de benen een soepele beweging maakt bij de klauwen, zodat het dier rustig blijft staan. Leg altijd één hand op het dier uit veiligheid voor jezelf. Ga nooit onder het dier zitten, maar ga altijd in een houding zitten waaruit je snel kunt wegkomen.

4 Start met het omhoog blazen van de toplijn. Zorg dat je de föhn di-

rect achter de borstel aan laat gaan. Houd de föhn horizontaal, zodat de hete lucht niet op de huid blaast en werk tegen de haarrichting in. Als het haar goed recht omhoog staat, ben je klaar.

DB01_BeeldverhaalToiletteren.indd 49

5

6

7

8

06-03-15 16:50


BEELDVERHAAL ZO!

9

realisee een hog r ik levensp e roducti

e

Bij het scheren van de kop is het aan te raden dat iemand je helpt. Let op bij de kop, want hier zitten veel draaiingen. Scheer goed teOPFOK 24 gen de haarrichting in. Vergeet de haren onder de bek niet. Scheer de uier zo kort mogelijk en maak mooie overgangen, zodat de uier natuurlijk in de buikwand overvloeit.

KIJK OP

In zes fas en van kalf naar rob Opfok24 uuste vaa is een tot rs. aalaanpak en geeft met too u inzicht ls, advies, hoe uw jongvee voeders en vaarze n preste > gezon ren. de

kalveren > robuu ste vaarze n > hoge levenspr oduc

Meer we ten? Ga naar www.opfo k24

tie

.com of

10

Als het hele dier geschoren is, kunnen met de kleine tondeuse de benen, de kop, de oren en de staart worden bijgewerkt. De buitenkant van de oren kun je met nummer 10 of 15 scheren, de binnenkant met nummer 40. AgrF_O

PFOK24

11

12

_adv_A

488 10 12.

4_DEF.

indd 1

BETTER 19-04-12

17:18

COWS | BE

TTER LI

FE PRIJS:

€ 5,–

KIJK OP KEUREN

Bij een koe ligt het punt van de staart van waaraf je scheert halverwege de ophangband van de uier. Scheer het witte gedeelte van de staart zo kort mogelijk, met nummer 40. Voor het zwarte gedeelte gebruik je nummer 10 of 15.

Wil je meer weten over het toiletteren en voorbrengen van dieren? Of over het beoordelen van het uiterlijk van je koeien? Bestel dan het handige boekje ‘Kijk op keuren’, waarin CRV alle informatie over beoordelen, toiletteren en voorbrengen op een rij heeft gezet. Maak € 6 (inclusief verzendkosten) over naar NL 79 RABO 0369 7365 40 van CRV BV in Arnhem o.v.v. ‘Bestelling Kijk op keuren’ en het adres waar het boekje naartoe gestuurd moet worden.

Als alles is geschoren, blaas je de toplijn nogmaals op en probeer je deze nog wat te verfijnen. Mocht je het lastig vinden de toplijn in één keer perfect af te werken, dan kun je ervoor kiezen het dier nogmaals te wassen en een andere dag het haar opnieuw te föhnen.

DB01_BeeldverhaalToiletteren.indd 50

bel (088)

KEUREN

HANDLE HET BE IDING VOOR O EN VOO ORDELEN, TO ILET RBRENG EN VAN TEREN MELKVEE

9

10

11

12

06-03-15 16:51


BOERINVERTELT

‘Het is niet alleen ons bedrijf, maar ook

ONS GEZIN’

‘Omdat ik zelf op een melkveebedrijf ben opgegroeid, weet ik dat werk en privé heel dicht bij elkaar liggen. Soms zelfs zo dicht bij elkaar dat het één naadloos overvloeit in het ander. Dat was bij ons thuis nooit een probleem, althans ik heb dat nooit zo ervaren. Mijn moeder volgens mij ook niet. Sterker nog: het was de charme van het gezinsbedrijf dat een melkveebedrijf nu eenmaal is. De uitdagingen achter neem je mee naar voren en bespreek je met elkaar. Aan de keukentafel en ’s avonds op de bank. Nu ik echter zelf alweer twaalf jaar ben getrouwd met een melkveehouder, begin ik toch wat anders tegen die “charmante” vermenging van werk en privé aan te

‘Mijn uitbarsting was de

WAKE-UPCALL voor mijn man’

kijken. In het begin, vlak na ons trouwen, hebben we samen de schouders onder het bedrijf gezet dat we toen net hadden overgenomen van mijn schoonouders. De stallen waren wat verouderd, we hebben er spanten bij gezet, een nieuwe melkstal, meer koeien. Allemaal super uitdagend. En ja, het onderscheid tussen werk en privé was toen flinterdun. Maar mijn man en ik vonden elkaar, zou je kunnen zeggen, in het gemeenschappelijke doel het bedrijf te vervolmaken en uit te breiden. En er waren zo veel uitdagingen om te bespreken... Maar inmiddels hebben we samen twee kinderen van rond de tien jaar. En die zijn ook belangrijk. Wat zeg ik: die zijn belangrijker dan het bedrijf! Nu gaat het erom ze goed op te voeden, tijd voor ze vrij te maken, leuke dingen met ze te doen, met vakantie te gaan. En aangezien we redelijk ver van het dorp af wonen, bete-

kent het ook puur praktisch heen en weer rijden om ze naar hun vriendjes en vriendinnetjes te brengen. En zaterdagochtend naar het voetbal en turnen. Ik merk dat mijn man het moeilijk vindt om tegen die achtergrond de balans tussen werk en privé te vinden. Hij heeft de lat hoog liggen qua bedrijfsvoering. Of nee, ik zeg het niet goed: wé hebben de lat hoog liggen. Dat moet ook wel. We hebben fors moeten investeren in de uitbreiding en nieuwbouw, dus de financiële lasten per kilo melk zijn vrij hoog. En nu de melkprijs de laatste tijd zo is gedaald, loopt de spanning bij hem op. En wordt hij nóg fanatieker om het bedrijf zo optimaal mogelijk te laten draaien. Dus is hij voortdurend in de stal. En neemt hij de uitdagingen ‘achter’ voortdurend mee naar ‘voren’. Maar kinderen die ouder worden, vragen ook om meer tijd en die rol kwam de laatste tijd bijna uitsluitend bij mij te liggen. Een paar weken geleden barstte de bom. Ik moest naar de verjaardag van een vriendin en vroeg mijn man die dag voor de kinderen te zorgen. Hij vond dat hij nou net die dag daar geen tijd voor had. De klauwbekapper kwam, de dierenarts ook vanwege wat gezondheidsproblemen bij de koeien, een paar koeien stonden op afkalven. Of ik niet op een andere dag naar mijn vriendin kon? Nu ben ik niet zo extravert en reageer ik eigenlijk nooit primair. Dus de spanning en zorg rondom de balans tussen werk en privé hadden zich aardig opgebouwd. Het was net of die vraag van mijn man de ballon doorprikte. In één gigantische klap liep ik leeg. Ik heb gezegd dat het niet alleen ons bedrijf is, maar óók onze kinderen. Dat we samen het bedrijf doen en samen het gezin. En dat ik nú naar de verjaardag van mijn vriendin ga. Tot vanavond! Pff, ik sta nog te trillen als ik daaraan terugdenk. Toen ik die avond weer thuiskwam, hebben we samen goed en lang met elkaar gepraat. Mijn uitbarsting was de “wake-upcall” voor mijn man. Beetje cliché hè, als ik dat zo vertel. Maar sindsdien zijn we ons samen toch echt meer bewust van die fragiele balans tussen werk en privé. En zijn we in staat die balans charmant te houden in plaats van door te laten slaan naar irritant.’

In ‘Boerin vertelt’ blijven de inzenders anoniem. Wilt u reageren? Mail of schrijf naar: boerin@crv4all.com of: Redactie De Boerin, Postbus 454, 6800 AL Arnhem.

53

DB01_BoerinVertelt.indd 53

05-03-15 14:56


54

DB01_Strip.indd 54

05-03-15 14:58


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.