JA A RG A N G 16
N R.2
FE BR UAR I 2017
I N D I T N U M M ER
E C O N O M IE
G RA S
M A N AGEMENT
EU-vooruitzichten voor rundvlees licht positief
Groot kwaliteitsverschil tussen voorjaars- en zomerkuil
Enkele nuttige tips voor een stressvrÄłe kudde
VV02_cover.indd 2
16-02-17 13:51
GEZONDE KOEIEN. MEER WEERSTAND.
Een goede start
Oren merken = BVD-dragers opsporen
Verzeker uzelf ervan dat BVD zich niet (weer) over u bedrijf verspreidt door de geboorte van BVD-virusdragers. Zeker op bedrijven met zoogkoeien kunnen dragerkalveren zeer snel veel virus verspreiden. Met BVD Oorbiopten spoort u BVD-virusdragers zo snel mogelijk op, namelijk direct na de geboorte. Bovendien combineert u het nemen van het oorbiopt met een handeling die u toch al doet: het oormerken van het kalf. Zo werkt u eenvoudig aan een BVD-vrij bedrijf. Meer informatie: www.gddiergezondheid.nl/bvdoorbiopten
Kies voor de BVD-aanpak van GD: Gezonde koeien. Meer weerstand. GD, Postbus 9, 7400 AA Deventer, T. 0900 - 1770, www.gddiergezondheid.nl/bvd
VV02_p02.indd 2
15-02-17 16:23
I NHOUD
RUBRIEKEN
3 4 23 29 30 31
Van de redactie Vleestelex Uit de dierenartspraktijk Voer voor boer Agenda Cartoon GRAS
6 Het jaar 2016 gaat de boeken in als een prima grasjaar, nagenoeg gelijk aan 2015
Reageren op dit editorial kan via een brief aan de redactie, via e-mail (guy.nantier@crv4all.com) of via het discussieplatform veeteeltforum.nl (topic ‘Oei de boeren zijn op’).
KERSTQUIZ 2016
13 Winnaar Jos Derickx speelde alles of niets bij vraag 15 R E P O R TA G E S
10 Witblauwfokkers Jos en Joost Huijbregts uit Riel vonden overlevingskansen in verbreding 24 Blonde d’Aquitainevee veroverde de harten van Dirk Van Huele en Martine Depuydt uit Stalhille MANAGEMENT
14 Eerste afkalving op 24 maanden en een tussenkalftijd van 385 dagen is haalbaar 20 Koeien veilig en zonder stress verplaatsen met ‘low stress stockmanship’ ECONOMIE
16 De vooruitzichten 2016-2026 voor rundvlees door de EU-commissie KEURING
26 Op de dertigste fokveebeurs van Affligem zorgden de jonge fokkers voor wisseling van de wacht
Joost Huijbrechts: ’We benutten alle raakvlakken uit de verbreding.’ 10
Guy Nantier Oei, de boeren zijn op
H
ebt u het ook al vernomen of ergens gelezen? De Europese Commissie dringt aan op een generatiewissel in de biobrandstoffen. De commissie wil af van de steun aan biobrandstoffen van de eerste generatie, biobrandstoffen, die gemaakt zijn op basis van landbouwproducten zoals graan, koolzaad, mais of suikerbieten. Ze wil dat de brandstofsector werk maakt van een nieuwe generatie biobrandstoffen die geen beroep doen op grondstoffen die ook geschikt zijn voor de menselijke maag, zoals hout, restproducten, algen en wieren. Het voorstel van de commissie heeft onbetwistbaar een maatschappelijk draagvlak. Maar er stellen zich toch enkele problemen met dit voortschrijdend inzicht. Een nieuwe generatie biobrandstoffen ontwikkelen gebeurt niet in een vingerknip. Bovendien zijn biodiesel en bio-ethanol een belangrijke inkomensbron voor de landbouwsector. En ook de
Gras Seizoen 2016
6
veevoeding vaart er wel bij door de afname van de bijproducten uit die biobrandstofproductie, zoals DDGS. In het januarinummer kon u reeds lezen dat boeren vooral marktontwikkelingen als voornaamste risico zien. Terecht, want met het om de haverklap wijzigend inzicht van de burger, dat de basis vormt voor politieke beslissingen, valt voor boeren geen zee te bevaren. Er is met andere woorden dringend nood aan ‘langetermijn’-businessmodellen die winsten en risico’s eerlijk verdelen. Boeren zijn de kwetsbare schakel in de voedselketen, dragen alle risico’s van de productie en krijgen bovendien de prijsdruk van heel de keten op zich. De Europese Commissie studeert momenteel op wetgeving die de positie van de boer kan versterken. Maar lang talmen kan niet meer, want anders dreigt – zoals in Afrika – ook hier de kreet te weerklinken: ‘Oei, de boeren zijn op.’
Economie Europa voorspelt
Grasgroei dooft na snelle start en lange groeiperiode als nachtkaars.
16
Termijnvooruitzichten voor rundvlees licht positief in ‘normale’ jaren.
V E E T E E LT V L E E S
VV02_editorial.indd 3
F E B RU A R I
2 0 1 7
txt m
3
16-02-17 13:58
V L E E S T E L E X
Bretonne wint titanenstrijd en nationale titel
Bretonne (v. Joker), kampioene koeien
Leane (v. Adajio), kampioene zoogstellen
Op de veertiende nationale keuring voor het Belgisch witblauw te Doornik was het geduldig wachten op de titanenstrijd in de rubriekskeuring bij de koeien. Daarin maakten Bretonne de la Bocheroule (v. Joker) van de familie Pir-
son-Demarche uit Sovet, Leane de Waleffes (v. Adajio) van Manu Laruelle uit Faimes en Onction de Fooz (v. Heroique) van Eric en Julien Coheur uit Fooz hun opwachting. Bretonne won de rubriek.
De zege maakte meteen de weg vrij in de finale voor een nationale titel. Leane de Waleffes, 1b in de rubriek, kreeg een troostprijs door de nationale titel binnen te halen bij de zoogstellen met haar vaarskalf uit Harpon. Twee Vlaamse fokkers wisten zich in Doornik te onderscheiden met een rubriekswinst waar niets op af te dingen viel: Bijou van de Hoelmanshoeve (v. Fexhois) van Marcel De Cock uit Opbrakel bij de jonge stieren en Jolie Fille van de Stokerij (v. Imperial) van Roger Monbaliu uit Jabbeke bij de vaarzen en gekalfde vaarzen. Bekijk het volledige palmares en foto’s van alle rubriekswinnaars en kampioenen op: http://www.veeteeltvlees.be
Drie nieuwe excellenten bij Nederlandse blondes De Nederlandse blonde d’Aquitainepopulatie heeft er drie excellente dieren bij. Het eerste dier is de stier Zandvelder Grandeur (v. Rubio), gefokt door L. en J. Kleine Schalen uit Linde. De stier kreeg een score van 90 punten voor algemeen voorkomen, met op onderdelen 90 punten voor ontwikkeling, 89 punten voor rastype, 92 punten voor bespiering en 88 punten voor beenwerk. Tweede excellente is de zevenjarige koe Feline van de gebroeders Blaauw uit
Doornspijk. De Ballondochter kreeg 91 punten voor algemeen voorkomen, met op onderdelen 91 punten voor ontwikkeling, 92 punten voor rastype, 90 punten voor bespiering en 89 punten voor beenwerk. Ook de koe Garfield (v. Barbes) van Ed en Marian Neerincx-Hendriks uit Elst, kreeg 90 punten. Zij scoort 94 punten voor ontwikkeling, 90 punten voor rastype, 90 punten voor bespiering en 87 punten voor beenwerk.
Zandvelder Grandeur (v. Rubio)
Vijf nieuwe piemontesefokstieren in Italië Het piemonteseras verwelkomt na afloop van het nakomelingenonderzoek vijf nieuwe fokstieren (zie tabel 1). Meest in het oog springende nieuwkomer is Veto. Deze zoon van Stop uit een moeder Furbo werd gefokt door Aime Diego en Claudio uit Caraglio. De stier is geschikt voor vaarzen, voor de productie van vervangingsvee en voor de productie
van afmeststieren. Topper in het fokkerijsegment is Valentino (v. Regalo) met een fokkerij-index van 130 punten. De nakomelingen worden wel moeilijk geboren (index geboortegemak 91) maar kalven op latere leeftijd vlot af (index afkalfgemak 117). Veto (v. Stop), hoogste allrounder
Tabel 1 – Nieuwe Italiaanse fokstieren piemontese ras (bron: Anaborapi (I.), december 2016)
4
naam stier vader
m.vader
Usain Valentino Vario Vertice Veto
Oppio Lotus Mambo Otello Furbo
Quaker Regalo Salmur Sabino Stop
V E E T E E LT V L E E S
VV02_telex.indd 4
bespiering
groei
geboortegemak
afkalfgemak
karakter
fokkerijindex
117 124 114 121 120
115 117 117 122 111
100 91 113 108 120
114 117 114 105 105
116 99 96 101 116
127 130 127 127 126
FEBR UAR I
vleesindex fokadvies richting 122 122 126 128 131
fokkerij fokkerij fokkerij & vleesprod. fokkerij & vleesprod. vaarzenstier/ fokkerij & vleesprod.
2017
16-02-17 13:21
Dirk Lamberts, bioloog en geassocieerd onderzoeker KU Leuven:
‘Zolang de westerse markt een bodemprijs vraagt in plaats van een correcte prijs gaat dit ten koste van het milieu en het welzijn van de producenten’ U I T
DE
S TA N D A A R D ,
2 5
J A N U A R I
2 0 1 7
Fokveedag in Geel verdeelt keurig de provinciale titels
Chipie du Fond de Bois (v. Imperial)
Kiki van Terbeck (v. Hazard)
Voor de Antwerpse fokveedag te Geel waren zo’n 75 dieren aangemeld door 19 fokkers. Op de zeer drukbezochte fokveedag verdeelde de duojury – Wilfried Lenaers en Dries Timmermans – netjes de kampioentitels. Echte verrassingen in de finalerondes waren er niet. Het beste dier met het beste beenwerk, met het mooiste vleestype en
met de fijnste bespiering kreeg van de jury waar het recht op had. Zo werd Hazarddochter Kiki van Terbeck, recent nog 1a op Agriflanders tijdens het CRV-Event, provinciaal kampioene bij de jonge vaarzen. Bij de koeien waren Chipie du Fond de Bois en Fien in de running voor de titel. De zevenjarige Fien van Jan Spaepen uit
Westerlo werd al tweemaal provinciaal kampioene op rij te Geel. Deze keer moest de Germinaldochter wel haar meerdere erkennen in Chipie. De Imperialdochter van Paul Anthonissen uit Wuustwezel was veel beter te been en fijner in de bespiering. Bekijk het volledige palmares en foto’s van alle kampioenen op http://www.veeteeltvlees.be
Vijf nieuwe blondefokstieren ‘qualité maternelle’ Coöperatie Auriva Elevage plaatst – op basis van de prestaties van de nakomelingen op het proefstation – vijf nieuwe fokstieren voor de productie van vervangingsvee in haar portfolio ‘blonde d’Aquitaine’. De vijf stieren zijn: Galiax (v. Vidocq), Frenchy (v. Barbes), Gaelic (v.
Velours), Fuxeen (v. Vidocq) en Fosbury (v. Ulysse), zie tabel 2. Vier van deze vijf waren wel al een jaar beschikbaar voor de veehouders vanwege een gunstige IBOVAl-index op speenleeftijd. Galiax is de enige van de vijf fokstieren die nog niet beschikbaar was. De
Tabel 2 – Nieuwe blondefokstieren in het portfolio van Auriva Elevage (bron: Idele, januari 2017)
naam stier Galiax Frenchy Gaelic Fuxeen Fosbury
vader
m.vader
geb. gemak IFNais
Vidocq Barbes Velours Vidocq Ulysse
Leo Napoleon Leo Leo Ronaldo
84 93 102 116 93
speenindex ISEVR
afkalfgemak Avel
97 111 119 102 102
114 107 109 — 107
Vidocqzoon bezit de hoogste fokkerijindex op basis van de prestaties van de nakomelingen op het proefstation (IQM 112). De nafok wordt gekenmerkt door een mixte type en is zeer rastypisch in de huidskleur en de expressie van de kop.
Galiax
melk- fokkerij- fokkerijprod. index index Alait IVMAT IQM 116 101 103 — 101
121 112 121 111 107
112 110 108 104 103
V E E T E E LT V L E E S
VV02_telex.indd 5
F E B RU A R I
2 0 1 7
5
16-02-17 13:21
H O O F D A RT I K E L
Groei gras dooft na snelle start en lange groeipe riod
2016: goed maar g Het jaar 2016 gaat de boeken in als een prima grasjaar, nagenoeg gelijk aan 2015. Opvallend is wel het relatief grote verschil in voederwaardekwaliteit tussen voorjaars- en zomerkuilen. tekst Jelle Feenstra
I
n 2014 werd volgens de landelijke CBS-cijfers per hectare gemiddeld 12,4 ton drogez stof aan gras van het land gehaald. In 2015 was dat 11,7 ton. In juli heeft CBS de cijfers voor 2016 paraat, maar alles wijst erop dat de 12,4 ton van 2014 niet wordt gehaald. Dirksen Management Support (DMS) in Beusichem heeft over 2016 de eerste 180 KringloopWijzers geanalyseerd – wat een redelijk beeld geeft van de gemiddelde landelijke drogestofopbrengst – en komt uit op een gemiddelde opbrengst van 11,6 ton per hectare. Dat is vergelijkbaar met 2015. Om precies te zijn: 11.673 kilo in 2016, 11.693 kilo in 2015. In 2014 noteerde DMS op basis van 163 KringloopWijzers een drogestofopbrengst van 12.076 kilo.
50 veehouders meten grasgroei ‘Een uitmuntend grasjaar is het uiteindelijk niet geworden’, constateert Gerjan Hilhorst van Proefboerderij De Marke. Hij verzamelt onder andere opbrengstgegevens op de Koeien & Kansen-bedrijven. ‘Tot half augustus zag het er prima uit, daarna ging het grasseizoen als een nachtkaars uit. Vooral op zandgronden was het veel te droog, waardoor de mineralisatie tot stilstand kwam. Ik denk dat veel boeFiguur 1 – Verloop van de grasgroei in 2014, 2015 en 2016 (bron: Amazing Grazing) 2014
2015
2016
100 grasgroei (kg droge stof/ha/dag)
90 80 70 60 50 40 30 20 10 0 februari
maart
april
mei
juni
juli
augustus
september
oktober november
maand
6
VV EE EE TT EE EE LL TT VV LL EE EE SS FOEKB TROU BAERRI 22 00 01 97
VV02_hoofdverhaal GRAS.indd 6
16-02-17 14:07
ipe riode als nachtkaars, contrast in kwaliteit groot
ar geen top grasjaar ren in het najaar één tot anderhalve snede hebben gemist.’ ‘Een uitstekend grasjaar met een vroege start, een lange periode met hoge grasgroei, maar uiteindelijk toch wel beduidend minder grasgroei in het najaar.’ Dat is kort samengevat hoe grasjaar 2016 er in de ogen van Marcia Stienezen uitzag. De onderzoeker van Wageningen UR is betrokken bij het verzamelen van grasgroeicijfers en het analyseren ervan. De cijfers waarop Stienezen haar conclusie baseert, zijn verzameld door zo’n vijftig melkveehouders verspreid over heel Nederland, onderzoekers van VIC Zegveld en Wageningen Universiteit en studenten van Aeres Hogeschool Dronten en Van Hall Larenstein. Met grashoogtemeters hebben ze wekelijks de drogestofvoorraad en de bodemtemperatuur van grasland gemeten en ingevoerd in de app Grip op Gras. De berekende grasgroei en bodemtemperatuur zijn wekelijks gecommuniceerd in de vakcolumn van De Weideman.
Vroege grasgroei in 2016 Stienezen heeft op een rij gezet hoe de grasgroei in 2016 verliep ten opzichte van de grasgroei in de twee voorgaande jaren. ‘In figuur 1 zie je dat groei van het gras in 2016, in tegenstelling tot 2014 en 2015, vroeg op gang kwam. Al rond 7 maart werd de eerste grasgroei gemeten, terwijl dit in 2014 pas half maart was. In 2015 was het zelfs pas begin april.’ De vroege grasgroei kwam door bovengemiddelde temperaturen in januari en februari. Er stond al vroeg veel gras op de percelen. De maanden maart, april en mei waren relatief koud met als uitschieter de koudste Pinksteren sinds 1951. Kenmerkend was ook de grote hoeveelheid neerslag die er in het voorjaar viel, met grote verschillen per regio. ‘Pas vanaf 1 mei begon het gras echt harder te groeien, waardoor er eind mei een hoogste voorjaarsgroei van gemiddeld 85 kilogram droge stof per hectare per dag werd gemeten’, weet Stienezen. Er werden in die periode uitschieters gemeten van meer dan 230 kilogram droge stof per hectare per dag. Na de piek ging de curve maar langzaam weer naar beneden. ‘Dat kwam door de gunstige omstandigheden in het late voorjaar. Doordat de groei geleidelijk afnam, duurde de periode met een hoge grasgroei – meer dan 75 kilogram droge stof per hectare per dag – twee weken langer dan in de voorgaande jaren’, aldus Stienezen. Nog een verschil met 2014 en 2015: toen was er een duidelijke dip te herkennen in juli en een aanhoudende grasgroei in augustus, terwijl in 2016 tijdens deze maanden de groei geleidelijk afnam. ‘De hoge bodemtemperatuur van meer dan twintig graden
VV EE EE TV T EE EE LLTTTE VVE LL ETE EE JSSA FN OEU KB A TRO RUIBAE1RR/I 222 02 0 00 1 90 79
VV02_hoofdverhaal GRAS.indd 7
7
16-02-17 14:07
H O O F D A RT I K E L
Het grasseizoen 2016 van vleesveefokker Alexander Vandermeulen ‘Van het voorjaar 2016 werden we alvast niet blij’, herinnert vleesveefokker Alexander Vandermeulen (34) uit Tienen zich goed. ‘De grote hoeveelheid neerslag temperde onze verwachtingen van een goede grasoogst. We hebben hier graag dat er veel eten in het gras zit, met andere woorden veel eiwit om de aankoopprijs van eiwitrijk mengvoer te kunnen drukken. En daarvoor heb je zon nodig. Maar uiteindelijk is het nog allemaal goed gekomen met een drogestofopbrengst van zo’n 12 ton per hectare’, vervolgt hij. ‘Een normaal grasjaar, jawel, maar structureel toch lager dan tien jaar terug door de opgelegde verlaagde stikstofgiften.’ Alexander baat met zijn broer Frederik (35) een gemengd akkerbouw-fokveebedrijf uit. Frederik legt zich toe op de akkerteelten, Alexander op het fokvee en de ruwvoerproductie. Voor de 200 stuks fokvee van het Belgisch-witblauwras wordt een rantsoen aangehouden be-
staande uit 20 procent gras en uit 80 procent mais, perspulp en voederbieten. Het gras wordt geoogst op daartoe bestemd grasland van 6 hectare. Het product wordt bewaard in pakken. ‘Enkel de vierde snede of raaigras dat geoogst wordt na de gerstteelt, gaat als bovenlaag mee in de maiskuil.’ Vandermeulen oogst drie tot vier sneden per grasseizoen. De eerste stikstofbemesting vindt half februari plaats met kunstmeststof, vast dan wel in vloeibare vorm. De eerste snede wordt relatief vroeg geoogst, begin april. Liever jong gras oogsten en één snede meer per seizoen, is de redenering. De vleesveehouder verhaalt dat hij voor het oogsten van de eerste twee sneden in 2016 wel veel geluk gehad heeft met enkele dagen goed weer tussen alle regendagen door. ‘De tweede snede was wel een zware snede. En dat hebben we eigenlijk liever niet. Het belast te veel de grasplanten voor de volgende snede.’
Celsius in combinatie met een tekort aan vocht in sommige regio’s zie ik als meest waarschijnlijke oorzaak’, zegt Stienezen. Op 1 september 2016 was de grasgroei gezakt naar minder dan 45 kilo droge stof per hectare per dag. In 2015 en 2014 zat de grasgroei op deze datum nog ruim boven de 50 kilogram droge stof per hectare per dag. Die beduidend lagere grasgroei zette zich voort in het najaar.
Lager niveau ruw eiwit Dan de kwaliteit van het gras. Leo Tjoonk van Agrifirm Plant analyseerde de wekelijks bij acht melkveehouders gemeten versgrasmonsters. Wat hem opviel, was dat het vem-gehalte gedurende het jaar heel constant was, van week 22 tot en met week 40 lag dit voortdurend tussen de 950 en 1000. Dat is veel constanter dan in 2015. Het ruweiwitgehalte daarentegen schommelde juist veel meer, tussen de 275 gram per kilo droge stof begin voorjaar en later regelmatig uitschieters naar beneden van 175. Tjoonk: ‘Zeker is dat het niveau door verlaagde stikstofgiften structureel lager ligt dan tien jaar geleden. Op zich niet verkeerd, want het bevordert de benutting in de koe, maar je moet als boer de uitschieters naar beneden wel goed in de gaten houden, zodat je tijdig kunt bijsturen.’
Groot verschil in kuilkwaliteit De voorjaarskuilen van 2016 haalden met 959 vem de hoogste gemiddelde voederwaarde ooit, zo blijkt uit cijfers van Eurofins. Het record van 948 vem in 2015 werd verbroken. Met een ruweiwitgehalte (RE) van gemiddeld 168 gram zijn de kuilen volgens het meetinstituut ook mooi in balans en de fosforgehal-
8
V E E T E E LT V L E E S
VV02_hoofdverhaal GRAS.indd 8
FEBR UAR I
De tweede snede voorjaarsgras had in 2016 volgens het analysebulletin een drogestofgehalte van 70 procent en bevatte 923 vem en 25,1 procent ruw eiwit. ‘Niet echt jong, smakelijk gras. In normale tijden is dit 50 procent droge stof en 23 procent ruw eiwit.’ De derde snede heeft de vleesveehouder dit jaar gehooid. En de vierde snede was nauwelijks die naam waardig vanwege beduidend minder grasgroei in het najaar.
ten zijn met gemiddeld 3,8 gram per kilogram droge stof mooi laag, wat gunstig is voor de KringloopWijzer. Het koude groeiseizoen is hiervoor de hoofdreden. Ondertussen ligt de beschikbaarheid van fosfor wel hoog door de hoge verteerbaarheid van het gewas. De mooie cijfers van de voorjaarskuilen staan in schril contrast met de kwaliteit van de zomerkuilen. Met een vem-gehalte van 870 vallen de zomerkuilen gemiddeld een stuk lager uit dan de zomerkuilen van 2015 met 905. Productmanager Robin Wolf van Eurofins heeft wel een verklaring. ‘Het gras groeide dit jaar op veel plaatsen extreem snel. Kwantiteit betekent in de praktijk vaak minder kwaliteit. Minder inhoudsstoffen dus met als gevolg een lagere vem-waarde. Het grote verschil in kwaliteit heeft als voordeel dat de voorjaars- en zomerkuilen goed te combineren zijn. ‘ Hoewel juni en juli gemiddeld gezien somber en nat verliepen, waren de groeiomstandigheden voor het gras erg gunstig. De maaiomstandigheden echter niet. ‘Een bestendige periode met droog weer hebben de boeren amper gehad in deze maanden’, zegt Wolf. Het natte en grijze weer is terug te vinden in de drogestofpercentages van de zomerkuilen: gemiddeld 44,5 procent. Dat is een laagterecord in de afgelopen vijf jaar. Robin Wolf: ‘De voorjaarskuilen waren erg droog met 46,7 procent droge stof gemiddeld. Dat maakt dat de gemiddelde pH hoger en het aantal zuren laag is. In combinatie met het hoge aandeel suiker zorgt dat voor weinig bacterieactiviteit en dat maakt de voorjaarskuilen gevoelig voor broei.’ l
2017
16-02-17 14:08
Bij iedere bijeenkomst wordt onder de aanwezige bezoekers een whiteboard verloot!
CRV-WINTERBIJEENKOMST VLEESVEE ‘PASSIE VOOR VLEESVEE’
PROGRAMMA Opening Financiële jaarcijfers
CRV blikt terug op een jaar met veel ontwikkelingen, zowel in de organisatie als op het boerenerf. Ontwikkelingen waar ook de vleesveehouderij mee te maken gaat krijgen. Op de komende winterbijeenkomsten praten we u hier graag over bij. ‘Passie voor vleesvee’ is wat u en CRV delen. Na de stierenpresentatie deelt een collega-vleesveehouder zijn ‘passie voor vleesvee’ met u.
Stierenpresentatie Pauze ‘Passie voor vleesvee’ Een collega-vleesveehouder vertelt over zijn bedrijf. Wat is zijn drive voor vleesvee? Welke toekomst is er voor zijn bedrijf weggelegd? Rondvraag en napraten
DATUM
LOCATIE
ADRES
POSTCODE
PLAATS
2 maart
De Hongerige Wolf
Coevorderweg 27 b
7737 PE
Stegeren
2 maart
De Gentsche Poort
Gentsestraat 94
4521 AN
Biervliet
6 maart
Nobis
Nobis 1
5721 VA
Asten
9 maart
Het wapen van Waarder
Dorp 26
3466 NG
Waarder
(Alle avonden beginnen om 20.00 uur)
WIJ HETEN U VAN HARTE WELKOM OP DE CRV-WINTERBIJEENKOMST! BETTER COWS | BETTER LIFE
075-17 VV winterbijeenkomsten-FEB-NED.indd 1
CRV4ALL.NL
15-02-17 11:55
B E D R I J F S R E P O RTA G E
Joost Huijbregts: ‘We benutten alle raakvlakken tussen de verbredingsactiviteiten’
Jos en Joost Huijbregts en Annelie Bruers Jos en Joost Huijbregts en Annelie Bruers vonden overlevingskansen in een professionele verbreding Riel van de activiteiten op het vleesveebedrijf.
Activiteiten: vleesvee, zorgboerderij, boerderijcamping, hoevewinkel, ‘veranderij’ Ras: Belgisch witblauw, hereford, lakenvelder Kalvingen: 60 kalvingen Website: www.vanhetzandeind.nl
H
et Belgisch-witblauwfokbedrijf ‘van ’t Zandeind’ uit het Noord-Brabantse Riel plaatste zich in de jaren negentig – en de jaren daarna – in de kijker met tal van keuringssuccessen in Nederland.
Meester in verbreding Fokker, zorgboer, landbouwgids, natuurbeheerder, campinguitbater, winkelbediende, createur. Op het bedrijf ‘van ’t Zandeind’ zijn ze van vele markten thuis. En dat op een doordachte manier. Jos Huijbregts: ‘Met alleen fokken van witblauwen was het einde verhaal. We moesten professioneel verbreden om te overleven.’ tekst Guy Nantier
Aan de basis van deze successen staan de nakomelingen van Galopeurdochter Clarisse van de Roetweyer. Op de ki verschenen toen eveneens de stieren Remco (v. Dandy) en Marco (v. Torrero) van ’t Zand-
eind ten tonele. In hun spoor volgde later nog Piraat van Prokes (v. Davidson). De drie stieren bouwden een succesvolle carrière uit: Remco en Marco in de gebruikskruising, Piraat in de raszuivere fokkerij.
Joost en Annelie betrekken de kinderen bij kleine taken op het erf
10
VV EE EE TT EE EE LL TT VV LL EE EE SS FOEKB TROU BAERRI 22 00 01 97
VV02-repo zandeind.indd 10
16-02-17 13:59
Hennie’s Veranderij biedt plaats aan 40 tot 50 personen
Maar sindsdien is er heel wat water naar de zee gevloeid op het tot dan uitsluitend op de fokkerij gerichte bedrijf van Jos Huijbregts (65). ‘We hebben de juiste stappen gezet op de juiste momenten’, zo vat de ondernemer kort samen. ‘Met alleen fokken van vleesvee was het einde verhaal. We moesten professioneel verbreden om te overleven.’
Gespecialiseerde zorgboerderij In 2005 werd door zijn inmiddels overleden echtgenote Hennie een zorgboerderij opgezet voor één-op-éénbegeleiding van kinderen met autisme. Jos vertelt: ‘Hennie, die een sociaalpedagogische opleiding had en in een zorginstelling 7920, jong stierkalf van Piraat x Harpon
Individueel sanitair voor elke campingast
werkte, vond er de opvang ondermaats. Zij heeft de zorg daarom naar huis gebracht.’ De activiteit is sindsdien een flink uit de kluiten gewassen zorgboerderij geworden, die nu wordt voortgezet door Annelie Bruers, de vriendin van Jos’ zoon Joost. ‘Gemiddeld zijn er achttien deelnemers die we na schooltijd enkele uren opvangen,’ vertelt Annelie (26). ‘De kinderen zijn nooit allemaal op hetzelfde moment aanwezig, zodat de één-opéénbegeleiding verzekerd blijft. Voor de begeleiding hebben wij tevens vijf enthousiaste medewerkers in dienst.’ Alleen op zaterdag, om de veertien dagen ook op zondag en in de vakantieperiode verblijven de kinderen de hele dag op de boerderij. Dat wringt niet met de activiteiten op de boerderij. ‘We proberen de kinderen juist te betrekken bij kleine taken op het erf,’ geeft Joost Huijbregts aan. Joost (30) is na zijn agrarische studie en na enkele jaren als voedingsadviseur gewerkt te hebben, ingetreden in het bedrijf van vader Jos. ’Het mooie aan dikbillen is dat ze uitermate geschikt zijn voor activiteiten van een zorgboerderij vanwege hun hoge aaibaarheidsfactor.’
Natuurvlees van hereford In 2007 startte het bedrijf met het afmesten van de stieren. Het bedrijf zocht afzet voor het vlees en vond die via een samenwerking met de lokale supermarkt De Boerenschuur. ‘De supermarkt beschikt over verschillende ambachtelijke versafdelingen en kruidenierswaren’, verhaalt Jos met trots. ‘In de ambachtelijke slagerij ligt sindsdien de “Rielse biefstuk” van onze stieren.’ Er werd ook een test met rosévlees gehouden, maar het eindproduct bleek te duur voor de supermarkt. Daarop zochten en vonden ze samenwerking met de driesterrenkeurslager Van Hest uit het naburige Goirle. Van Hest was al afnemer van het vlees van de reformekoeien van de familie Huijbregts. ‘Van Hest wil-
Promotie in alle eenvoud
de wel de meerwaarde van rosé betalen.’ Van ’t Zandeind mest het jongvee af tot een geslacht gewicht van 325 tot 330 kg. De prijs voor deze rosédieren onder het jaar is 7,50 euro exclusief btw per kilogram. In 2010 deden de eerste hereforddieren hun intrede op het bedrijf. Joost: ‘We wilden een ander stukje vlees kunnen bieden aan de mensen die natuurvlees of vlees met smaak wilden. Een hereford heeft een vetrandje aan het vlees en intramusculair vet in het vlees.’ Vader Jos kocht enkele dieren bij herefordfokker Hans Toorneman uit Enter. Later kocht hij de hele veestapel op, waaronder de befaamde Schroorsma Gerbrich 2 P, een preferente stammoeder. Joost: ‘Het herefordras is in aantal een van de grootste rassen in de wereld. Het zijn bovendien winterharde dieren die mogelijkheden bieden voor natuurbeheer. Met de herefords beheren we nu zo’n 25 hectare park van landgoed “De Hoevens”.’ De herefordstieren worden afgemest als os. De karkassen van de ossen en reformekoeien – zo’n 350 tot 400 kg geslacht – worden gerijpt bij keurslager Van Hest en er versneden. Het vlees wordt er verkocht onder het etiket ‘Natuurvlees Van ’t Zandeind’.
Kroket en allergeenvrije burger In 2012 maakten de lakenvelders hun opwachting op het bedrijf. Het waren dieren van een buurman die oorspronkelijk als dragerdieren fungeerden voor embryo’s van de herefordkoeien. ‘Toen bleek dat topchefs het vlees van lakenvelders superieur vonden, zijn we ze gaan houden en afmesten, ’ verhaalt Jos. Ook de afzet van het ossenvlees en reforme koeienvlees van de lakenvelders loopt via keurslager Van Hest. Sinds een half jaar wordt er ook vlees van de witblauwen, van de herefords en van de lakenvelders aan huis verkocht. Vlees dat door keurslager Van Hest werd
VV EE EE TT EE EE LL TT VV LL EE EE SS FOEKB TROU BAERRI 22 00 01 97
VV02-repo zandeind.indd 11
11
16-02-17 14:00
B E D R I J F S R E P O RTA G E
Vlees van de lakenvelders beschouwen topchefs als superieur
gerijpt en versneden, wordt door Joost en Annelie verpakt in porties, geëtiketteerd en diepgevroren. ‘Voor vers vlees van “van ’t Zandeind” sturen we de klanten door naar Van Hest en de Boerenschuur,’ legt Jos uit. ‘Wij verkopen enkel diepvriesvlees voor de prijs die de keurslager ook vraagt. Anders werkt de samenwerking niet.’ Die samenwerking met Van Hest wordt met de dag intensiever. Met de keurslager werden de Belgisch-witblauwvlees-
Met de winterharde herefordkudde produceert het bedrijf natuurvlees Jos Huijbrechts ontwikkelde de lakenvelder vleeskroket met keurslager Van Hest
12
V E E T E E LT V L E E S
VV02-repo zandeind.indd 12
FEBR UAR I
kroket, de lakenveldervleeskroket, de herefordvleesburger en de allergeenvrije lakenveldervleesburger ontwikkeld. ‘Bij de allergeenvrije vleesburger zijn geen toevoegmiddelen of bewaarmiddelen gebruikt.’ Inmiddels staat de creatie van een soort bitterballensnack op de plank.
Hennie’s Veranderij Sinds een aantal jaren is er een boerderijcamping op het bedrijf. De camping met geasfalteerde paden is volledig omheind, zodat ouders met kinderen niets hoeven te vrezen. Er werd ook een grote omheinde speeltuin gecreëerd. Elke staanplaats heeft de beschikking over eigen sanitair. ‘Wakker worden tussen de koeien vinden de gasten zalig,’ zegt Joost, die de sense of commerce of ondernemingszin van vader Jos in de genen heeft. ‘De camping werd vorig jaar verkozen tot derde beste Nederlandse camping in de klasse “charmecampings”. In de Zooverbeoordeling behalen we 9,74 punten van de 10.’ De boerderijcamping is inmiddels ook een verlengstuk van de boerderij geworden. Joost: ‘De campinggasten kopen vlees voor de barbecue of gaan met een vleespakket naar huis. We benutten zodoende alle raakvlakken van de verbredingsactiviteiten.’ In 2016 werd Hennie’s Veranderij ingehuldigd. ‘Dat was een wens van Hennie die we hiermee postuum hebben gerealiseerd,’ geeft Jos aan. Het is een modern ingerichte ruimte, die is aangebouwd aan een bestaande stal. Voorheen was de oude bindstal van de negentiende-eeuwse boerderij de uitvalsbasis voor de excursies. ‘In de nieuwe ruimte kunnen vergaderingen, boerderij-excursies, familiereünies, bedrijfsuitjes en allerlei feestjes worden georganiseerd. De Veranderij biedt plaats aan 40 tot 50 personen en bezit modern, rolstoeltoegankelijk sanitair. ‘Een bedrijfsexcursie bijvoorbeeld begint
hier met koffie of thee met gebak. De oude bindstal is ingericht met oude boerengebruiksvoorwerpen, zodat de bezoekers ook een mooi beeld krijgen van het boerenleven van toen tot nu. Ook unieke oude boerenfilmpjes worden gedraaid’, vertelt Jos. ‘Na de bedrijfspresentatie gaan we naar de dieren, die kunnen worden bekeken, geaaid, gevoerd en zelfs geknuffeld. Daarna is er nog mogelijkheid tot oud-Hollandse spelen, een lunch of een barbecue met uitsluitend eigen producten.’ Joost vervolgt: ‘Maar alles is mogelijk. Klanten vragen, wij draaien.’
Geen stress Het vleesveebedrijf telt nu 25 witblauwe moederdieren, 10 moederdieren van het herefordras en 25 moederdieren van het lakenvelderras. Daarnaast treffen de bezoekers ook pluimvee, geiten en ezels aan op het bedrijf. Drie rundveerassen, valt dat wel nog te behappen? Joost: ‘Lakenvelders en herefords vragen allebei weinig aandacht. Het zijn winterharde dieren, kalven natuurlijk af en groeien op gras. Beide rassen passen in het concept natuurvlees.’ Begin januari ging de vernieuwde website in de lucht om alle activiteiten van het bedrijf overzichtelijk aan het brede publiek te kunnen presenteren. Jos Huijbregts: ‘De koeien zijn bijna een randgebeuren geworden op ons bedrijf. En nee, de verbreding voelt helemaal niet stresvol. Je moet alleen een goede rolverdeling aanhouden en regelmatig overleg met elkaar plegen.’ Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Aan Nederlandse keuringen voor fokvee en mestvee blijven Jos en Joost – ondanks de drukke activiteiten thuis – vaste deelnemer. Zo behaalde het bedrijf in 2016 nog het algemeen kampioenschap op de mestveekeuring te Schagen met een Lenniedochter uit… jawel, Clarisse van de Roetweyer. Jos en Joost, haast in koor: ‘Witblauw blijft wel ons ras.’ l
2017
16-02-17 14:00
K E R S T Q U I Z
2 0 1 6
JAARGANG 15
NR.10
OKTOBER 2016
IN DIT NUMMER
DIERGEZONDHE ID
Alert zijn op koeienpokkenvirus
FOKKERIJ
31 witblauwen kregen excellentscore exterieur
ECONOMIE
Meststof KAS vroeg inkopen loont
VV10-cover.indd 2
Lieve Nijs en Jos Derickx met Aveve-vertegenwoordiger Stefan Schuurmans
13-10-16 13:41
Beste cover 2016
Hoofdprijs 1000 kg startvoer gaat naar het Limburgse Hamont-Achel
Vraag 15 was voor Jos Derickx uit Hamont-Achel moeilijk, omdat
de buurt en had een kleine veehandel in bijberoep. ‘Ik fok op grote en vooral sterke koeien,’ geeft Jos aan, ‘want een bindstal is onverbiddelijk voor dieren met mindere benen.’ Voor de aanwas maakt Jos gebruik van ki bij de vaarzen en een dekstier bij de koeien. ‘Momenteel is de dekstier een Kubituszoon uit de moeder van ki-topper Or du Beaujeu.’
meerdere antwoorden mogelijk waren. Hij koos op goed geluk
Wie niet waagt, niet wint
Spelen en winnen voor oplossing b en won. De winnaar is al bij meerdere gelegenheden in de prijzen gevallen. ‘Wie niet waagt, niet wint.’ tekst Guy Nantier
H
et is een jaarlijkse traditie ten huize Derickx-Nijs in Hamont. Jos Derickx en echtgenote Lieve Nijs spreiden tussen kerst en nieuw de twaalf nummers van VeeteeltVlees op de tafel in de eetkamer en starten dan met het oplossen van de quizvragen. Jos Derickx, die net uit de douche is gestapt voor de fotoshoot van de uitreiking van de hoofdprijs, vertelt: ‘Eerst lossen we de vragen op waarvan we het antwoord denken te weten. Dan volgen de vragen waarvoor wat opzoekwerk nodig is. De tweede of de derde avond concentreren we ons op de vragen die nog zijn open blijven staan. Neen, googelen om de oplossingen te vinden doen we niet.’
Witblauwen in bindstal Vraag 15 in de kerstquiz 2016 vonden Jos en Lieve wat moeilijk, omdat bij nader inzien meerdere antwoorden mogelijk
waren. ‘Maar het is u vergeven’, zegt hij grappend. ‘Wij speelden alles of niets en kozen oplossing b. En nu winnen we.’ Jos Derickx (54) is buitenshuis werkzaam bij de gemeente Hamont-Achel. In bijberoep houdt hij sinds dertig jaar witblauwen. ‘We zijn gestart met één dier, dan twee dieren enzovoort en zo verder. Nu hebben we vijftig stuks witblauwen, goed voor zo’n twintig kalvingen op jaarbasis’, vertelt Jos. ‘Het is een uit de hand gelopen hobby waarvoor je wat moet overhebben. Je boert tegen 100 km per uur, maar ze maken wetten en regels tegen 150 km per uur.’ Het zoogkoeienbedrijf beschikt over 15 hectare landbouwgrond voor de ruwvoerproductie van gras en mais en om de dieren te weiden. In de winterperiode wordt het vee gehuisvest in een bindstal die zijn vader nog heeft gebouwd. De vader van Jos werkte in de zinkfabriek in
Terug naar de kerstquiz. Jos is zeer opgetogen met de 1000 kg startvoer van Aveve als hoofdprijs. ‘Ik ben eigenlijk al meerdere malen in de prijzen gevallen door te spelen’, vertelt Jos blij. ‘Zo won ik ooit op de landbouwbeurs in Libramont wat spermarietjes en op een informatie-avond voor vleesveehouders een embryo uit het fokbedrijf “van Terbeck”. Wie niet waagt, niet wint.’
Wat vond u in 2016 het beste? Een korte analyse van de ingezonden antwoorden leverde weer tal van weetjes op. Met stip op één vond u de beste (en best gelezen) artikelen de bedrijfsreportages. Geen enkel bedrijf sprong er echt uit. Alle collega’s worden interessant bevonden. Op twee staat het artikel over biestmanagement (hoofdverhaal september 2016), gevolgd door de rasspecial over het gasconneras. Plaats vier wordt ingenomen door de kerstspecial over onteigende boeren en plaats vijf door het hoofdverhaal uit november ‘Wie graait het geld in de vleesveeketen?’. De cover van het oktobernummer – het trio blonde fotomodellen van de familie Busch uit Haaksbergen – werd verkozen tot beste omslag 2016. l
V E E T E E LT V L E E S
VV02_kerstquiz.indd 13
D E CE M B E R
2 0 1 6
13
16-02-17 13:49
V R U C H T B A A R H E I D
Afkalving op 24 maanden en een tussenkalftijd van 385 dagen is haalbaar
Werken aan vruchtbaarheid Op een studieavond rond het onderwerp ‘vruchtbaarheid bij vleesvee’ van het Praktijkcentrum Rundvee belichtte dierenarts Hans Van Loo enkele veterinaire aspecten om succesvolle vruchtbaarheidscijfers te behalen. Ingenieur Leo Fiems legde het verband tussen voeding en vruchtbaarheid. tekst Guy Nantier
‘H
et doel van elk zoogkoeienbedrijf zou moeten zijn om zo snel mogelijk zo veel mogelijk en zo goedkoop mogelijk vlees te produceren.’ Dat zei Hans Van Loo van de veterinaire faculteit UGent aan het begin van zijn betoog op een studieavond van het Praktijkcentrum Rundvee rond het thema vruchtbaarheid bij vleesvee. Van Loo citeerde onmiddellijk ook cijfers uit het rentabiliteitsonderzoek van het Landbouwmonitoringsnetwerk. ‘De 50 procent bedrijven met het hoogste brutosaldo heeft betere vruchtbaarheidscijfers, een lagere sterfte, een betere groei, een lagere prijs voor krachtvoer en een hogere prijs voor de stieren.’ Volgens Van Loo is het wat betreft vruchtbaarheid het meest economisch dat de dieren op jonge leeftijd kalven en
14
V E E T E E LT V L E E S
VV02_voeding en vruchtbaarheid.indd 14
FEBR UAR I
een korte tussenkalftijd hebben. ‘Idealiter is de leeftijd bij eerste afkalving in het witblauwras 24 tot 28 maanden en vervolgens een tussenkalftijd van 385 dagen.’
Registreren is weten Een tussenkalftijd van 385 dagen is haalbaar, gaf de dierenarts de toehoorders nog mee. ‘Na een dracht van 285 dagen heeft een witblauwe zo’n 100 dagen nodig om opnieuw drachtig te geraken.’ De baarmoeder moet eerst de tijd krijgen om zich te herstellen na de keizersnede. ‘En 50 tot 60 dagen wachten om opnieuw een eerste maal te kunnen insemineren is dan volledig normaal. Met een inseminatiegetal van 2 tot dracht kom je dan uit op 100.’ Hans Van Loo rekende de aanwezigen
voor dat een tussenkalftijd van 440 dagen in plaats van 385 dagen voor een bedrijf met vijftig koeien een verlies van 9300 euro betekent. ‘Dat bedrag heb je toch liever in de eigen zak’, stelde hij retorisch. De dierenarts onderstreepte het belang van vruchtbaarheidsbegeleiding om goede vruchtbaarheidscijfers te behalen. In een bedrijfsbegeleidingsprogramma worden de bedrijfsresultaten structureel opgevolgd op het gebied van vruchtbaarheid en kalver- en jongveeopfok. ‘De veehouder moet dan wel bereid zijn om gegevens nauwgezet te registreren, hetzij op papier, hetzij op een bedrijfsbegeleidingskaart, hetzij digitaal.’ Registreren betekent voor boer en dierenarts weten. Hans Van Loo somde op dat het vastleggen van gegevens van eerste tocht bij het jongvee, van kalfdata, van afkalfproblemen zoals het opblijven van de nageboorte, van baarmoederontstekingen, tochtdata, ki- of dekdata, van de resultaten van drachtcontrole, van abortussen, neosporabesmettingen, bvd, ibr en zo meer, onmisbaar zijn voor een goede opvolging van de vruchtbaarheid. ‘Met deze gegevens kan de dierenarts een toetsing doen aan de verschillende kengetallen’, gaf Van Loo aan. ‘Het ophouden van de nageboorte bijvoorbeeld mag op een bedrijf maximaal 10 procent
2017
16-02-17 13:27
zijn. Ook is door de registratie een vergelijking mogelijk over de jaren heen. Een bedrijfsprobleem is zodoende sneller te achterhalen. En dan kan er ook naar oplossingen worden gezocht.’ De dierenarts gaf nog twee belangrijke adviezen mee: laat de dierenarts tijdig controleren op dracht en laat de dieren één à twee maanden na de keizersnede opvoelen op de aanwezigheid van vergroeiingen van de baarmoeder en op de actviteit van de eierstokken. ‘Witblauw wordt gekenmerkt door een late puberteit en verminderde vruchtbaarheid als gevolg van de invloed van de keizersnede. Een nauwgezette opvolging is voor het behalen van goede vruchtbaarheidscijfers absoluut noodzakelijk.’
Gewicht bepaalt eerste bronst Gewezen onderzoeker bij het ILVO Leo Fiems belichtte tijdens de studieavond de relatie van vruchtbaarheid met de voeding. De geslachtsrijpheid of eerste bronst ligt voor de meeste runderrassen op ongeveer 50 procent van het volwassen gewicht, zo ook bij witblauw. Veehouders kunnen het optreden van de eerste bronst dus sturen via de voeding of via voldoende groei per dag. Voor een witblauwe betekent dat minimaal 750 gram groei per dag om 350 kg te wegen op een gemiddelde leeftijd van vijftien maanden. ‘Minder dan 600 gram groei per dag in de eerste vier levensmaanden haalt een witblauwe nadien nooit meer op’, waarschuwde Fiems. Verder is het zaak, aldus de onderzoeker, om tot de eerste dekking de dieren op stal te houden en voldoende in energie
Hans Van Loo: ‘Het ophouden van de nageboorte mag maximaal 10 procent zijn’
Leo Fiems: ‘Minder dan 600 g groei legt onherroepelijk een hypotheek op de eerste bronst’
en eiwit te voorzien met bijvoorbeeld maiskuil en krachtvoer. ‘Dat leverde in een proef op het ILVO in het gewichtstraject 190 tot 330 kg een behoorlijke daggroei op van 810 gram tegen slechts 600 gram in een systeem met beweiding en bijvoedering van bietenpulp en sojaschroot. Een significant verschil.’ Vanaf een leeftijd van drie maanden tot afkalven op 24 maanden is een groei van 750 gram per dag na te streven, benadrukte Fiems. De laatste drie maanden is zelfs 850 gram groei per dag nodig (de toename van de foetus meegerekend). Dikbilvaarzen moeten in de laatste drie maanden van de dracht ongeveer 1000 vem per kg droge stof opnemen, zo gaf hij mee. ‘Voor onderhoud, eigen groei en groei van de foetus. 1000 vem per kg droge stof is heel hoog en houdt in dat er de laatste drie maanden van de dracht kwalitatief goed ruwvoer moet verstrekt worden.’ Bij geslachtsrijpe, niet-drachtige dieren blijkt energie iets belangrijker te zijn dan eiwit. Een energiebeperking leidt tot
een tragere groei van de dominante follikel. ‘Bij een aanhoudend tekort aan energie cycleert het dier niet meer’, vertelde Leo Fiems. Anderzijds, bij een eiwittekort daalt de voeropname en dus ook de energieaanvoer. Bij veel eiwit en weinig energie (positieve oeb) wordt het teveel aan energie door het dier omgezet in ureum. ‘Te veel aanmaak van bloedureum zet een rem op de celdeling van de vrucht. ’
Oxidatieve stress Bij versgekalfde dieren leidt een tekort aan energie of een zwakke lichaamsconditie tot zogenaamde oxidatieve stress. Bij dieren in andere vleesrassen wordt bij een tekort het lichaamsvet aangesproken. Een witblauwe daarentegen die nauwelijks lichaamsvet bezit, breekt bij een mindere conditie voornamelijk spierweefsel af. ‘Dat zorgt voor een verstoring van de vruchtbaarheid. Het interval kalving-eerste bronst neemt toe. ‘Als een witblauwdier bij afkalving in een zwakke lichaamsconditie verkeert en daarbovenop ook nog eens lichaamsreserve verliest, kan het interval tot de eerste bronst uitlopen tot 200 dagen.’ Daarnaast onderzocht het ILVO in een proef de invloed van extra vet (energie) op de vruchtbaarheid. ‘Met 2,5 procent extra vet boven de normvoeding gedurende zestig dagen vóór kalving resulteerde dit niet in een verbetering van de tussenkalftijd.’ De aanbreng van energie en eiwit moeten in evenwicht zijn. Dat blijkt ook uit verschillende studies over de zogenaamde foetale programmering, gaf Fiems aan. Foetale programmering is het effect op de nakomelingen van het maternaal nutriëntenaanbod tijdens de dracht. ‘Bij ondervoeding (dertig procent onder de norm voor energie en eiwit) van de moeder is duidelijk gebleken dat het corpus luteum, het geel lichaam, en de eierstokken bij de vrouwelijke nakomelingen kleiner waren dan bij normvoedering.’ l
V E E T E E LT V L E E S
VV02_voeding en vruchtbaarheid.indd 15
F E B RU A R I
2 0 1 7
15
16-02-17 13:28
E C O N O M I E
Voor de middellange termijn positieve vooruitzichten voor rundvlees volgens de Europese Commissie
Van rood naar roze De Europese Commissie voorziet dat in Europa de productie en de consumptie van rundvlees richting 2026 zal dalen. De commissie verwacht wel een lichte prijsstijging op de interne Europese markt. De Belgische Boerenbond luidt op micro-economisch niveau en op de korte termijn de alarmbel. tekst Guy Nantier
I
n december 2016 presenteerde de Europese Commissie haar macro-economische marktvooruitzichten voor de verschillende landbouwsectoren voor de periode 2016-2026. In haar inleiding benadrukt de commissie dat er grote inspanningen werden geleverd om een heel robuust rapport neer te zetten, maar dat er steeds marktonzekerheden zullen blijven bestaan.
bank leverden een bijdrage in de voorspellingen. Het zoogkoeienbestand in Europa zal tot 2026 blijven dalen. Dat voorspelt de
commissie (figuur 1). In de EU-15 (de lidstaten vóór 2004) zal het bestand in vergelijking met de situatie 2016 dalen tot 10,5 miljoen zoogkoeien, een daling met 8,6 procent of een miljoen stuks. In contrast: in de EU-N13 ( de lidstaten die toegetreden zijn na 2004) zal het zoogkoeienbestand verder aangroeien van 850.000 stuks naar 1,2 miljoen. De aanwas zal zich vooral voordoen in Polen, Hongarije en Bulgarije, een stijging die er de laatste vijf jaar ook te zien was.
Interne marktontwikkelingen De rundvleesproductie zal naar verwachting in 2016 gestegen zijn met 3,3 procent en in 2017 op niveau blijven (fi-
Figuur 1 – Evolutie zoogkoeienbestand in EU-28 (bron: EU, december 2016) EU-15 = lidstaten vóór 2004; EU-N13 = lidstaten toegetreden na 2004 EU-15
EU-13
Zoogkoeienbestand daalt De vooruitzichten van de EU zijn gebaseerd op internationale en Europese rekenmodellen en op verzamelde data tot september 2016. Bijkomende input voor de totstandkoming van het rapport EU Agricultural Outlook 2016-2026 werd gegeven door hooggeplaatste politici, marktexperts, private ondernemingen en andere stakeholders. Ook internationale organisaties zoals de voedsel- en landbouworganisatie FAO en de Wereld-
16
V E E T E E LT V L E E S
VV02_EUMacroEconomie.indd 16
FEBR UAR I
2017
16-02-17 13:23
VS
productie
export
Brazilië
Figuur 3 – Rundvleesprijsontwikkeling in de Verenigde Staten, in Brazilië en in de EU-28 met mogelijke variaties (bron: EU, dec. 2016)
10,2 kg te bedragen. Dit cijfer verbergt echter een groot contrast binnen Europa. Het verbruik in de EU-15 zal in 2026 11,8 kg bedragen tegen 3.7 kg in de EU-N13.
Import en export Aan exportzijde van levende dieren werd in 2016 een stijging met 34 procent gerealiseerd. Landen die goed in de exportmarkt lagen, waren Turkije, Libanon en Israël. Het is wel onzeker of de toegang tot de Turkse markt een blijver is. Ook de Russische markt als afzetmarkt voor Europees vlees is onzeker. Verder verwachten de Europese experts dat Brazilië, Argentinië en de Verenigde Staten zich nadrukkelijker en competitiever zullen opstellen op de internationale rundvleesmarkt. De experts verwachten anderzijds dat de Europese afzet zich zal verplaatsen naar de Aziatische landen (rundvlees) en het
Midden-Oosten (levend rundvee). De voorkeur voor levend rundvee in plaats van rundvlees in het Midden-Oosten is een gevolg van de lokale halal-slachtmethode. Aan de importzijde zullen de huidige tarifaire handelsquota (invoer met douanerechten) voor vers en ingevroren edele vleesstukken volledig worden ingevuld. De preferentiële importquota (invoer met verlaagde douanerechten) zullen tegen 2026 licht stijgen tot 229.000 ton karkasgewicht equivalent. Dit is nog altijd ruim onder het niveau van alle handelsakkoorden waarbij de preferentiële importquota totaal 346.000 ton bedragen. Dit laatste is inclusief de 46.000 ton preferentiële rundvleesimport vanuit Canada vanwege het CETA- verdrag.
Prijsontwikkeling licht gunstig Op Europees niveau bleef de vleesprijs vrij stabiel in 2015 (figuur 3) en bedroeg 3.772 euro per ton karkasgewicht-equivalent (cwe). Vanaf 2016 werd er echter een prijsdaling ingezet als gevolg van de instroom van reformekoeien uit de melkveestapel, die op haar beurt een gevolg was van de lage melkprijzen. De negatieve prijsontwikkeling op de Braziliaanse markt en de Amerikaanse markt zal in 2017 verder blijven drukken op de wereldhandelsprijs en dus ook op de Europese vleesprijzen. De Europese projectie voor 2017 ligt op 3.255 euro per ton cwe. Hoe groot de prijsdaling in Europa zal zijn, hangt echter in grote mate af van de economische ontwikkeling en vleesconsumptie in Brazilië. Dat bepaalt immers de beschikbaarheid van Braziliaans rundvlees voor de exportmarkten en de wereldmarktprijs. Anderzijds, de herstructurering in de Europese melkveesector zal de instroom van uitstootkoeien beperken. Er ontstaat een nieuw evenwicht tussen vraag en
V E E T E E LT V L E E S
VV02_EUMacroEconomie.indd 17
2,5 percentiel
import
Figuur 2 – Rundvleesmarktontwikkeling (productie, consumptie, export, import) in de EU-28 in miljoen ton (bron: EU, dec. 2016)
guur 2). Aanleiding is de uitstoot van melkkoeien die geslacht worden en aanpassingen in het zoogkoeienbestand als gevolg van het nieuwe GLB, dat in 2015 van start ging. Daarna zal de productie een daling inzetten als gevolg van het dalende zoogkoeienbestand en een mindere vraag naar rundvlees op de interne markt. Op het einde van de projectie, in 2026 dus, zal de productie rond de 7,5 miljoen ton rundvlees bedragen. De interne consumptie van rundvlees kende een lichte stijging in de periode 2015-2016 en bedroeg 11 kg rundvlees per hoofd van de bevolking (figuur 2). Deze lichte stijging is het gevolg van een hogere consumptie in de EU-N13 met name door een gunstiger economisch klimaat en door een gunstiger prijsontwikkeling als gevolg van een groot aanbod. De EU-28-consumptie zal vanaf 2017 een daling inzetten om in 2026 per hoofd
97,5 percentiel
EU handel
productie, consumptie
consumptie
F E B RU A R I
2 0 1 7
17
16-02-17 13:26
E C O N O M I E
Boerenbond luidt noodklok voor vleesveehouderij De economische situatie op de zoogvee- en afmestbedrijven wordt steeds zorgwekkender. Dat meldt de Belgische Boerenbond. De vleesprijzen van dikbilstieren en koeien dalen al sinds begin 2016 en deze dalende trend zet zich voort begin 2017. De vleesveebarometer van Boerenbond (figuur 4) is voor het vierde kwartaal van 2016 verder gedaald, tot op 92 procent van het niveau van de referentiewaarde (de gemiddelde rentabiliteit van de laatste vijf jaar). Deze barometer is een relatieve weergave van de rentabiliteitssituatie voor een gemiddeld zoogveebedrijf met afmesten van eigen stieren en koeien. De rentabiliteit op de bedrijven zit sinds midden 2014 in een dalende lijn en deze daling zet zich gestaag voort. In 2016 daalde de barometer met 2 à 4 procent per kwartaal.
gemiddelde laatste 5 jaar (referentie)
vleesveebarometer
Figuur 4 – Rentabiliteit van een gemiddeld zoogveebedrijf (bron: Boerenbond, januari 2017)
rundvlees in België schommelt rond 140 procent, terwijl de vleesconsumptie al enkele jaren daalt. Daarnaast is de export van rundvlees van kwaliteitsrunderen (en zeker van Belgisch witblauw) beperkt. Het thuisverbruik van rundvlees is in België in acht jaar tijd met meer dan 20 procent gedaald tot 4,9 kilogram per inwoner. Bovendien is het patroon van de vleesconsumptie gewijzigd. De mensen eten steeds meer vleesbereidingen en gehakt (bijvoorbeeld hamburgers), eerder dan edele stukken zoals biefstuk of rosbief. Ook dit drukt op de waarde van karkassen van kwaliteitsvolle runderen.
Dikbillen incasseren klappen Vooral de lagere prijzen voor kwaliteitsvee zijn de oorzaak. Sinds begin 2016 zijn de prijzen van dikbilstieren met 0,15 euro per kilo gedaald tot gemiddeld 4,81 euro per kilo geslacht gewicht. De prijzen van dikbilkoeien zijn zelfs met 0,20 euro per kilo gedaald tot gemiddeld 4,88 euro per kilo geslacht gewicht. De voer-en strokosten zijn in het vierde kwartaal 2016 gelukkig stabiel gebleven. Het probleem van de verdere prijsdaling is een onevenwicht tussen vraag en aanbod. De zelfvoorzieningsgraad voor
aanbod na 2017, wat de Europese vleesprijs richting 2026 naar boven zal duwen tot 4.000 euro per ton cwe. In 2016 bedroeg die 3.670 euro per ton cwe en lag de wereldmarktprijs op 3.431 euro per ton. Ook de gunstige prijsontwikkeling op de wereldmarkt ondersteunt die lichte Europese prijsstijging.
Hoe groot de variatie in de stijging kan zijn, wordt in figuur 3 weergeven met twee blauwe stippellijnen. De 97,5 percentiellijn geeft de gunstigste verwachting weer (5.000 euro per ton cwe), de 2,5 percentiellijn is de minst gunstige projectie (3.000 euro per ton cwe). Het verschil tussen beide projecties wordt in hoofd-
Aan de aanbodzijde hebben de recente maatregelen in de melkveehouderij het aanbod van reforme koeien vergroot. Zo werd er in Vlaanderen in 2016 bijna 13 procent meer reforme koeien geslacht.
Meer slachtingen Het aantal slachtingen van Belgische dieren in Vlaamse slachthuizen is hierdoor weer gestegen tot ongeveer 316.000, waarmee we opnieuw op het niveau van 2012 beland zijn. Het aantal slachtingen van kwaliteitsvolle runderen (S- en E-karkassen) vertoont een omgekeerde trend, want dat is sinds 2012 maar liefst met 28 procent gedaald.
zaak verklaard door de onzekere ontwikkelingen in de voerkosten en door de ruwvoerpositie binnen Europa. l Het volledige rapport ‘EU Agricultural Outlook 2016-2026’ is te downloaden op https://ec.europa.eu/agriculture/markets-andprices/medium-term-outlook_en
Gevolgen wereldpolitiek nog onbekend De vooruitzichten van de Europese Commissie zijn gestoeld op een ‘normaal’ handelsverkeer, normale klimatologische omstandigheden voor de voerproductie en een normale aardolieprijs. Aardolie is immers alom aanwezig in het productie- en verwerkingsproces van landbouwproducten, van boer tot eindgebruiker.
18
V E E T E E LT V L E E S
VV02_EUMacroEconomie.indd 18
FEBR UAR I
De gevolgen van de uittreding van het Verenigd Koninkrijk uit de EU zijn niet in rekening gebracht. Ierland, dat een zelfvoorzieningsgraad van 640 procent kent voor rundvlees, exporteerde in 2016 zo’n 270.000 ton rundvlees naar de UK. Dat is de helft van de Ierse export van rundvlees. De andere helft gaat overwegend naar andere Europese
landen. Bij een handelsbelemmering (invoer met betaling van douanerechten) moet dit Ierse groene vlees elders worden afgezet, hetzij in Europa hetzij elders in de wereld. Ook de gevolgen van de presidentsverkiezingen in de Verenigde Staten op de handelsrelaties van de VS met Europa zijn voorlopig niet te overzien.
2017
16-02-17 13:26
KRAIBURG LOOPVLAKBEDEKKING Geschikt voor elk type rooster- en dichte loopvloer en/of melkstal
Lijnbaan 33 3421 JG Oudewater Tel. 0348 - 56 15 80 info@snelhoutenrubber.nl
Roostervloeren KURA S voor melkvee
Ook in Profien Pedi Kura
Importeur van:
Roostervloeren LOSPA
voor groepshuisvesting of stieren
Roostervloeren KURA SB
voor groepshuisvesting < 350 kg
Roostervloeren LOSPA SB
voor groepshuisvesting > 350 kg en stieren
met 5% afschot naar de sleuven
WWW.SNELHOUTENRUBBER.NL
Bezoek onze website! • ACTUELE BERICHTEN • VLEESPRIJZEN • AGENDA • DISCUSSIEPLATFORM
www.veeteeltvlees.nl of www.veeteeltvlees.be V E E T E E LT V L E E S
VV02_p19.indd 19
F E B R UA R I
2 0 1 7
19
15-02-17 16:32
S E R I E
S T O C K M A N S H I P
Koeien veilig en zonder stress verplaatsen met ‘low stress stockmanship’
Fijne neus en gevoelige oren Als je een rund snel wilt verplaatsen, moet je het langzaam doen. De veehouder is de leider van de kudde. Snuffelen en ruiken
Serie: Stressvrij omgaan met runderen VeeteeltVlees brengt ‘low stress stockmanship’ onder de aandacht in twee artikelen. Het eerste artikel in december 2016 gaf antwoord op de vraag hoe koeien denken. In dit deel, deel twee, staan praktische tips om met zo min mogelijk stress te werken.
mag, maar laat je nooit likken door een koe. Dit en meer bijzondere tips en adviezen over een betere en veiligere omgang met vee in deel 2 van de serie over ‘low stress stockmanship’.
deel 1: Hoe koeien denken deel 2: Praktische tips voor stressvrij vee
O
tekst Alice Booij
m een koe van een paar honderd kilo stevig op vier poten in beweging te krijgen moet je het slim aanpakken, geeft Ronald Rongen van Low Stress Stockmanship aan. ‘Een klap op de kont geven is net zoiets als een mens een klop op de schouder geven, het is het signaal van even stoppen.’ Bij het verplaatsen van dieren zijn er volgens Rongen een paar gouden regels. ‘De koe wil kunnen zien wie of wat haar drijft, zorg er dus voor dat je in het zicht
van de koe bent en dat je oogcontact maakt’, aldus Rongen, die aangeeft dat de koe het gevoel moet hebben dat ze uit eigen vrije wil beweegt. ‘Het “oude” denken is snel van A naar B, het “nieuwe” denken is als je het snel wilt doen, moet je het langzaam doen.’ Rongen legt uit dat een koe om in beweging te komen een bepaalde druk moet voelen. ‘Die krijgt ze als je in haar “inner circle”, ofwel haar comfortzone komt.’ Deze druk voelt voor de koe als niet pret-
tig, ze zal proberen deze druk te ontwijken door weg te lopen. ‘Vergelijk het met iemand die heel dicht bij je komt staan, dan doe je ook een stapje terug’, geeft hij aan.
Rustig drijven Door een stap terug te doen en de druk te verminderen geef je de koe de tijd om in de gewenste richting te lopen. ‘Ze loopt de richting op waar haar ogen naar kijken’, noemt Rongen als volgende
Een koe kan op haar top wel 52 kilometer per uur, zo’n vluchtende kudde haal je als veehouder nooit in
20
V E E T E E LT V L E E S
VV02_low stress stockmanship deel 2.indd 20
FEBR UAR I
2017
16-02-17 14:11
de comfortzone
it de
blinde vlek
teru
c
v
looproute voor de veehouder om de koeien naar voren te laten bewegen
600
900
balanspunt en stilstand
p, u gloo
one
ortz omf
n
oeie
ek an d
450
zet beweging in gang
stopt beweging
Een koe heeft twee blinde vlekken: voor haar neus en recht achter haar
gouden regel. ‘Zo werken vraagt oefening. Je moet het gewoon in de praktijk proberen.’ Met rustig drijven leer je dieren te gehoorzamen. ‘Door gericht te drijven leren veehouders het dier het gezag te accepteren.’ De beste manier van drijven vraagt ook enige oefening. ‘Als je een koe ter hoogte van haar schouder benadert, zal ze stilstaan, aan de achterkant loop je het risico een trap te krijgen’, verklaart Rongen. De beste positie van benaderen is in het midden, ongeveer ter hoogte van de lendenen. ‘Wanneer je rustig in een hoek van 40 tot 45 graden op een koe afloopt, zal ze reageren wanneer je in haar com-
het balanspunt is ter hoogte van de schouder
Looproute voor de veehouder voor een vlotte doorstroming van een rij dieren
fortzone komt. Die afstand kan voor elke koe verschillend zijn.’
Een stap terugdoen Kom je te dichtbij, dan kom je in de vluchtzone en dan zal de koe vluchten of andere onverwachte bewegingen maken. Ben je er te ver af, dan gebeurt er niets. ‘De druk voer je als het ware op door rustig, maar ook duidelijk met opgeheven hoofd op de koe af te stappen.’ De druk neem je weg door een stap terug te doen. ‘Een koe heeft een topsnelheid van 52 kilometer per uur, je gaat het natuurlijk nooit winnen als ze begint te rennen.’ Druk is actie en dat roept een reactie op bij de koe. ‘Het is als gas geven in
een auto, je moet er wat mee spelen’, vergelijkt Rongen. Een koe heeft een hekel aan die druk en ze zal proberen deze te vermijden door weg te lopen. ‘Bij een kudde zal ze dan de richting volgen van haar voorganger.’ Als je als veehouder een stapje terug doet, heeft ze de tijd om te kijken waar ze heen gaat. ‘Daarmee vermijd je stress. Bovendien geef je de koe het gevoel dat ze zelf bedacht heeft welke richting ze oploopt. De veehouder geeft enkel sturing.’
Langzaam lopen Ook tijd is een belangrijke factor om succesvol te drijven. Alhoewel een koe een hoge snelheid kan ontwikkelen, voelt ze
Om een kudde vlot te verplaatsen moet je langzaam bewegen, rust inbouwen en vooral oefenen
V E E T E E LT V L E E S
VV02_low stress stockmanship deel 2.indd 21
F E B R UA R I
2 0 1 7
21
16-02-17 14:11
S E R I E
S T O C K M A N S H I P
Feiten over de koe
zich wandelend het meest comfortabel bij 2,5 kilometer per uur. Bij een mens ligt de optimale wandelsnelheid rond 4 tot 5 kilometer per uur. ‘Dat betekent dat je echt heel langzaam moet lopen.’ De reactietijd van koeien is bovendien zeven keer trager dan die van mensen. ‘Als je gaat zwaaien, zien koeien dat in een soort slow motion.’ Ook in de overgang van een lichte naar een donkere ruimte of andersom reageert een koe trager. ‘Geef haar gewoon even wat meer tijd.’
Lastige koe met kalf De druk voer je op door dichter bij de koe te komen. Ze komt in beweging, maar kan ook anders reageren, weet Rongen. Bijvoorbeeld wanneer ze een kalf heeft. ‘Ze geeft vooraf een duidelijk signaal dat je te ver gaat, door bijvoorbeeld haar kop naar beneden te draaien in een gevechtshouding en misschien zet ze wel een stapje naar je toe. Daar moet je goed alert op zijn.’ Trek je even terug, luidt zijn advies. ‘Een halve minuut of zo, probeer het dan nog eens. Als de koe het blijft doen, trek je je weer even terug.’ Het is een kwestie van respect opbouwen en wederzijds vertrouwen winnen. ‘Na drie tot vier keer lukt het meestal.’ De kophouding van een koe zegt iets over haar gemoedstoestand. Normaal loopt een koe met haar kop wat naar de grond om te kunnen zien waar ze haar voorpoten neerzet. ‘Meer dan veertig procent van de klauwproblemen bij melkvee ontstaat doordat koeien gestrest met hun kop omhoog lopen, bijvoorbeeld bij een te volle wachtruimte of als een opdrijfhek verkeerd gebruikt wordt.’ Met een opgeheven kop stelt de koe zich kwetsbaar op, weet Rongen. ‘Je kunt namelijk onder haar kin komen.’ Veehouders die koeken meenemen het weiland in, kunnen die koeken ook het beste hoog voeren, adviseert Rongen. ‘Dat is veiliger voor de veehouder en daarmee krijg je ook respect van je koeien. Een koe met omlaag gebogen hoofd en een gebukte
– De koe kijkt eerst met haar linkeroog. – Ze reageert zeven keer trager op bewegingen dan de mens. – Haar topsnelheid ligt (kortstondig) op 52 kilometer per uur. – Het meest comfortabel voor de koe is wandelen bij 2,5 kilometer per uur. – Ze heeft voor haar (zeer fijngevoelige) neus een dode hoek. – Ze hoort tussen 23 en 35.000 hertz (een mens tussen 20 en 20.000 hertz). – Haar karakter is voor maximaal 15 procent genetisch bepaald. – Een koe is niet kleurenblind.
veehouder, geven onderling het signaal dat ze willen gaan vechten, ook al heeft de veehouder een koek bij zich.’
Zonder respect gevaarlijk De veehouder is de leider van de kudde. De koeien accepteren dat hij of zij drijft en daarmee verdient de veehouder respect. ‘Dat is heel belangrijk, dieren zonder respect zijn het gevaarlijkst. Stieren worden dan een moordwapen.’ Respect verdient de veehouder in de opvoeding van zijn dieren. Rongen is daarbij heel resoluut. ‘Laat je nooit likken door een kalf of een koe, daarmee plaats je je lager in de rangorde.’ De opvoeding begint al bij de kalveropfok, geeft Rongen aan. ‘Ook voor de stierkalveren geldt: laat ze niet likken. Dan is de toon, ook op jonge leeftijd, al gezet. Het lijkt wel heel romantisch, kalveren die aan de vingers zuigen, maar in de relatie tot het dier is het totaal fout. Snuffelen en ruiken mag. Als je nieuw bent in een kudde, kun je je hand uitsteken en de dieren laten snuffelen.’ Ook over de kop aaien is not done. ‘In de kop zitten heel veel zenuwen, die prikkel en activeer je door te aaien’, legt Rongen uit. ‘Ook bij stieren ontwikkel je zo het gebruik van hun kop en dat kan desastreuze gevolgen hebben als ze ouder zijn. Je kweekt zo agressie.’ Aaien mag, maar dan onder de kop of over de hals. ‘Let er maar eens op hoe een koe een kalf likt’, signaleert Rongen. ‘Nooit over de kop.’ Nog een biologisch feit over koeien is dat
ze zowel twee- als driedimensionaal zicht hebben doordat de ogen van een koe aan de zijkant zitten. Daarbij heeft ze twee dode hoeken, legt Rongen uit. ‘Achter het dier en recht voor de neus.’ In die dode hoek komen is ‘solliciteren naar een kapotte knieschijf’ volgens Rongen. Door de dode hoek is de neus ook een belangrijk orgaan voor de koe. ‘Een koe heeft een fijne neus. Als ze vreet, bepaalt haar neus (de geur dus) voor 85 procent en de smaak voor 15 procent of ze het voer gaat opnemen.’
Kleurenblind Zijn koeien kleurenblind? ‘Dat werd ooit gezegd, maar dat kwam vooral voort uit het feit dat niemand het precies wist. Inmiddels is er meer betrouwbare informatie: koeien kunnen de kleuren groen, blauw en geel onderscheiden. Dat is natuurlijk heel slim van de natuur. Groen is de kleur van het gras, blauw is de lucht en een aantal giftige planten is geel.’ De vaardigheden bij ‘low stress stockmanship’ en de drijftechniek kunnen heel goed toegepast worden om koppels dieren te verplaatsen. ‘Beweeg van kop naar staart in één lijn en ga bij het teruglopen zover mogelijk bij de koeien vandaan’, geeft Rongen aan. Deze manier van werken vraagt wat oefening. ‘Maar uiteindelijk bespaart het tijd en verbetert het de groei, doordat er minder stress is. Dat is voordelig voor de koe en voor de veehouder.’ l
Horens hebben een belangrijke functie Alhoewel het onthoornen en hoornloos fokken steeds vaker voorkomt in de vleesveehouderij, zou Ronald Rongen van Low Stress Stockmanship de horens van de koeien er liever oplaten. ‘Omdat ze belangrijk zijn voor het functioneren van een dier. De huisvesting aanpassen is een veel betere oplossing. Koeien hebben wel een derde meer ruimte nodig als ze hun horens houden.’
22
V E E T E E LT V L E E S
VV02_low stress stockmanship deel 2.indd 22
FEBR UAR I
De horens hebben een belangrijke functie bij onder andere de regulering van de temperatuur van de dieren. Ook fungeren ze als een opslag van vitaminen en mineralen, desinfecteren ze binnenkomende lucht en hebben ze invloed op de spijsvertering. ‘De holtes in de horens hebben een open verbinding met het verhemelte. De lucht die een koe inademt, gaat langs die holtes.’
Dat koeien met elkaar ‘op de horens gaan’ is volgens Rongen normaal. ‘Ook zonder horens doen ze dat. Dat gaat er soms ook heel erg ruig aan toe.’ Over hoornloos fokken is hij nog niet enthousiast. ‘Het heeft bij sommige rassen en kruisingen invloed op andere kenmerken, zoals vruchtbaarheid. Over dat verband is nog onvoldoende bekend.’
2017
16-02-17 14:01
U I T
D E
D I E R E N A RT S P R A K T I J K
P I E T
D E
M E U T E R
Aan de hand van voorbeelden uit hun dagelijkse praktijk schrijven drie dierenartsen over diergezondheid in de vleesveehouderij. Om en om beschrijven Anthony de Schryver, Piet De Meuter en René Bemers maandelijks vastgestelde ziektebeelden, uitgevoerde behandelingen en/of mogelijke preventiemaatregelen.
Opengaan van intern navelabces leidt tot sterfte jong dier
Inwendig navelabces D
e veehouder belde in de ochtend voor een jong dier van ongeveer een jaar oud. De avond voordien had hij opgemerkt dat het dier wat trager was dan zijn groepsgenoten. Hij had op dat moment een eenvoudig antibioticum toegediend en besloot de nacht af te wachten voor hij mij contacteerde. Het dier was op rooster in een groep gehuisvest. Het jonge rund paste wel in de groep, maar bij nader onderzoek bleek dit dier toch duidelijk ouder dan de rest van zijn groepsgenoten. Het dier woog ongeveer 350 kilogram. Het jonge rund stond met opgetrokken rug en een gespannen buik en was onderkoeld met 37 graden Celsius. Omdat het dier bijna in shock verkeerde, besloot ik om meteen een infuus intraveneus toe te dienen. De lage temperatuur en hoge snelle pols gaven aan dat het dier al bijna niet meer te redden was. Enkele uren na mijn bezoek belde de veehouder dat het dier inderdaad was gestorven. In de late namiddag ging ik nog even langs het bedrijf om een autopsie uit te voeren. Bij het openen van de buikholte was meteen te zien dat het dier last had van acute peritonitis of een buikvliesontsteking. De oorzaak lag bij een verouderd navelabces dat plots was gesprongen. De veehouder kon zich inderdaad herinneren dat dit dier op jonge leeftijd last had gehad van een navelabces met een kleine navelbreuk. Het abces was toen behandeld met antibiotica, maar was na de behandeling wellicht niet helemaal genezen. Mogelijk was er toch weer een kiem op de navelbreuk gekomen en kon dit inwendige abces ontstaan. Dit abces was nu opengegaan met een fatale afloop voor het jonge dier.
De encyclopedie navelbreuk Een navelbreuk is een opening in de peesschede. De peesschede loopt midden over de buik en houdt de hele buik stevig bij elkaar. Door de navelstreng zit er een opening in deze schede die na de geboorte weer sluit. Een navelontsteking kan het sluiten van de opening tegengaan. De navelontsteking kan overgaan of na antibioticatherapie genezen, maar in sommige gevallen laat
de ontsteking de opening bestaan of soms wordt de opening door de ontsteking groter. Een kleine navelbreuk verdwijnt meestal vanzelf. Daarom is het in eerste instantie afwachten of de breuk vanzelf geneest. Bij veel kalveren groeit de pens eroverheen, waardoor het lijkt of de breuk weggaat. In sommige gevallen is operatief ingrijpen noodzakelijk om de navelbreuk door hechttechniek te herstellen. Het navelvliesje – het stukje weefsel dat na de geboorte overblijft na het afbreken van de aders in de navelstreng – moet zo snel mogelijk opdrogen. Hygiëne en ontsmetting helpen om een navelontsteking en daarmee ook navelbreuken te voorkomen.
V E E T E E LT V L E E S
VV02_DAP.indd 23
F E B R U A R I
2 0 1 7
23
16-02-17 13:08
B E D R I J F S R E P O RTA G E
Dirk Van Huele investeerde in goed fokmateriaal bij omschakeling naar blonde d’Aquitaines
Dirk Van Huele en Martine Depuydt In enkele jaren tijd maakte de volledig witblauwe Stalhille veestapel plaats voor een gesloten fokbedrijf met blonde d’Aquitainevee. Activiteiten: Ras: Neventak:
melkvee, vleesvee en akkerbouw blonde d’Aquitaine verkoop hoevezuivel
E
en aaneenschakeling van blond kleurende koeienkoppen: als de staldeur op het landbouwbedrijf Ter Rode Poort van Dirk Van Huele en Martine Depuydt uit Stalhille opengaat, kijken tientallen nieuwsgierige fokdieren je aan. Het is
Van blauw naar blonde Het begon een zevental jaar geleden als een soort experiment met vijf blonde d’Aquitainefokdieren in een witblauwe veestapel. Een jaar later kwamen er dertig bij en inmiddels zitten de stallen van Dirk Van Huele en Martine Depuydt uit Stalhille helemaal vol. tekst Annelies Debergh
een fraai uitzicht, waar kennelijk ook de fokker van geniet. ‘We zijn ongeveer zeven jaar geleden met vijf aangekochte blondes begonnen’, begint de WestVlaamse vleesveehouder. De aankoop van de vijf ingeschreven
blondes als experiment was de start op Hoeve Ter Rode Poort om het roer helemaal om te gooien van witblauw naar blonde d’Aquitaine. Zo kochten ze er een jaar later nog eens dertig fokdieren bij in Frankrijk. De veehouder glimlacht:
In zeven tot acht jaar van volledig witblauw naar enkel blonde d’Aquitaines op Hoeve Ter Rode Poort
24
VV EE EE TT EE EE LL TT VV LL EE EE SS FOEKB TROU BAERRI 22 00 01 97
VV02 bedrijfsrep van heule dirk stalhille.indd 24
16-02-17 13:56
‘Iemand zei ons toen: over zeven tot acht jaar moet je ofwel bijbouwen ofwel fokvee verkopen. En inderdaad, we zitten nu op onze maximumcapaciteit.’
Blondes voor melkvee? Naast de vleesveehouderij telt het bedrijf ook melkvee en akkerbouw. Maar het melkvee zou wel eens het onderspit kunnen delven. ‘Het afgelopen jaar was het melkvee eigenlijk te weinig rendabel’, geeft Van Huele aan. Het blonde d’Aquitainevee heeft hier kennelijk de harten veroverd en krijgt de voorkeur van Dirk Van Huele. ‘Uiteindelijk draait het om het rendement. Het melkvee verhindert ons om aan de normen voor het lastenboek te voldoen. Met dat lastenboek kan ik nog ongeveer 250 euro extra per stier verdienen. Als ik dat uittel, dan is een volledige omschakeling naar blonde d’Aquitaine logisch.’ Het vroegere witblauw heeft Van Huele stelselmatig uitgeselecteerd. ‘Met de keizersnedes en de zorg voor de kal-veren kwam er te veel werk bij kijken’, zegt hij. ‘Blonde d’Aquitaines zijn weliswaar ook intensief, maar ze zijn dat op een andere manier. Het werk is eigenlijk niet te vergelijken. Mijn voornaamste werk is nu
de controle houden op het vee, de controle op afstand.’ Zijn controlefunctie neemt Dirk Van Huele erg nauw ter harte. Zo blijft de veehouder meestal ook bij kalvingen in de buurt. ‘Deze dieren hebben niet veel hulp nodig bij het kalven, maar ik blijf de geboorte wel opvolgen.’ De afkalfbox is daarop voorzien met een extra vanghek. ‘Meestal controleer ik even of het kalf goed zit en of alles normaal kan verlopen. Daarna laat ik ze met rust.’
Werk meer plannen Van Huele is door de blondes ook planmatiger gaan werken. ‘De omgang met deze koeien dwingt je om meer te gaan plannen. Als de dierenarts nu langskomt, dan verwittigt hij mij kort voor zijn komst en zorg ik dat de te behandelen dieren ook vaststaan. Blondes kennen erg goed hun eigen volk.’ De veestapel kalft het hele jaar rond, met kalvingen gespreid over het jaar. ‘Ook voor de ziektedruk is dat beter’, ervaart Dirk Van Huele. Tot zeven of soms acht maanden lopen de kalveren bij hun moeders, pas dan gaan ze naar aparte hokken: vaarzen richting fokkerij, stiertjes richting afmest. ‘Nu de stal vol zit, kunnen we en moeten we zelfs iets sneller bij de vrouwelijke dieren selecteren. Het is niet de bedoeling om nu nog meer dieren te gaan houden.’ Na de speenleeftijd komt er ook een verschil in het rantsoen. Zo blijft opfokvee op een magerder rantsoen, terwijl de stieren stelselmatig overschakelen op een intensiever voer. Jonge stieren krijgen zo een mix met 35 procent aardappelproducten, 35 procent maiskuil, 11 procent krachtvoer, 9 procent draf (bierbostel), 5,5 procent bonen en 4,5 procent ccm. In de afmestfase wordt dat 55 procent aardappelproduct, 10 procent maiskuil en 10 procent ccm naast 25 procent krachtvoer. Stieren vertrekken doorgaans op een leeftijd van ongeveer twintig maanden. De laatste ronde vertrok op gemiddeld 17 maanden met een slachtgewicht tot 600 kilo. ‘Het rantsoen voor de afmeststieren is zo goed als hetzelfde gebleven’, zegt Dirk Van Huele en maakt zo de vergelijking met de vroegere afmest van de witblauwstieren. ‘We blijven werken met een gemengd rantsoen en met aardappelproducten; omwille van de interessante prijs zijn dat nu frietsnippers.’
Fokvee extensiever gevoerd Het rantsoen voor de fokkoeien en het jongvee is extensiever dan voorheen met
witblauwe koeien en er wordt ook beperkt gevoerd. De basis van het gemengde voer is 53 procent maiskuil, 26 procent voordroogkuil, 13 procent draf (bierbostel) en 8 procent bonen met daarnaast graszaadstro naar believen. Opvallend zijn de ingekuilde veldbonen in het rantsoen. Die kwamen in het teeltplan in het kader van de Europese regelgeving rondom ecologisch aandachtsgebied (EAG). Omdat de eerste jaren met zomerteelt geen echt succes waren, experimenteert het bedrijf dit jaar met winterteelt. ‘Die werd op 20 oktober gezaaid en de bedoeling is om ze al in augustus te oogsten. De opbrengst zou iets hoger liggen en ook beter aansluiten bij onze zware kleigrond.’ Dit is het derde teeltjaar. ‘Net als de ccm laten we de veldbonen inkuilen in ronde balen. Veldbonen zijn een goede eiwitbron in het rantsoen, maar het blijft een uitdaging om in combinatie met zware kleigrond een voldoende goed rendement te halen.’
Basis is goed fokmateriaal In de fokkerij werkt Dirk Van Huele met een ingeschreven natuurlijk dekkende fokstier. ‘Bij de start met blonde d’Aquitaine was het voor ons een uitgemaakte zaak om met goed fokmateriaal te starten en de stamboekgegevens ook bij te houden’, benadrukt Dirk sterk. ‘We hebben nu uitsluitend stamboekvee in de stal en zoeken ook altijd stieren uit met een volledige stamboekorigine.’ Gelet wordt in de fokkerij vooral op de bekkenkenmerken, vanwege het geboortegemak. ‘Het belangrijkste is de kruisvorm. Ik wil een breed, lang en vlak kruis en een stier die zelf klein was bij de geboorte. Daarom wil ik een stier altijd in vertrouwen kunnen kopen.’ Er volgen nog een paar belangrijke kenmerken. ‘Een stier moet kalm zijn van karakter en groot en lang zijn. Naast de bekkenvorm en de origine zijn dat de belangrijkste kenmerken in mijn ogen.’ Op de vraag of er ook een afwisseling tussen foktype en vleestype aan te pas komt, klinkt meteen een nee. ‘Ik wil veel vlees. Dat is het enige wat ook geld opbrengt.’ Dat op Hoeve ter Rode Poort geen witblauwen meer lopen, daar is deze fokker niet rouwig om. ‘Het bijzonderste is dat de veearts zoveel mogelijk buiten de deur blijft en dat is nu wel het geval’, merkt Dirk op. Nu resteren als enige diergezondheidskosten het enten tegen ibr, bvd en het ontwormen. ‘Onze grootste kost is nu het vaccineren. Zo moet het eigenlijk ook zijn.’ l
VV EE EE TT EE EE LL TT VV LL EE EE SS FOEKB TROU BAERRI 22 00 01 97
VV02 bedrijfsrep van heule dirk stalhille.indd 25
25
16-02-17 13:56
K E U R I N G
Namen van jonge fokkers sieren het palmares van jubileumeditie te Affligem
Aflossing van de wacht Op de dertigste fokveebeurs van Affligem lieten jonge fokkers zich met hun jong fokvee gelden. De aflossing van de wacht is verzekerd. Maar er waren ook nog zekerheden onder de gevestigde waarden. Een mooie mix van foktalent waarvoor de echte liefhebber zich nog graag verplaatst. tekst Guy Nantier extra foto’s www.veeteeltvlees.be
D
e fokveebeurs van Affligem was aan haar dertigste editie toe. Een jubileumeditie waarvoor niet minder dan 215 dieren waren aangemeld ofwel een stijging met 25 procent. Maar op de dag van de keuring waren er wel veel thuisblijvers. En ook het publiek had blijkbaar de afspraak gemist. De afwezigen hadden ongelijk, want de rubriekskeuringen leerden de aanwezigen dat er geen zekerheden meer bestaan. En de finales, die waren top over de hele lijn.
Twee op rij voor Gini Simba, Karaat, Jolie Fille en Gini schreven een nieuwe titel bij op hun toch al uitgebreide palmares. Simba van de Brem-
berg (v. Adajio) van Marc Schuermans uit Vissenaken veroverde de titel bij de oudere stieren. De kersverse algemeen kampioene van Agriflanders 2017, Karaat van Terbeck (v. Fiacre) van RoggenSchotsmans uit Kersbeek-Miskom, bekoorde andermaal de vijfkoppige jury in de finale van de middengroep vaarzen. Ook Jolie Fille van de Stokerij (v. Imperial) van Roger Monbaliu uit Jabbeke stond er andermaal top bij en veroverde met gemak de kampioenstitel bij de gekalfde vaarzen. En last but not least: Gini van Terbeck (v. Adajio) van Benny Neven uit het Limburgse Wellen voegde voor het tweede jaar op rij een nieuwe titel toe aan haar palmares bij de koeien.
Uit de rubriekskeuringen onthouden we vooral de nederlaag van keuringscoryfee Ivoire van het Bareelhof (v. Imperial) van Gilbert Veulemans uit Glabbeek. Aanvankelijk stond Ivoire op de eerste plek vóór Ida de la Ferme des Croix (v. Attribut) van Hugo De Smet uit Oordegem. Maar Ivoire werd later door de scherprechter verwezen naar de tweede plek. Haar directe concurrente Ida was inderdaad breder in de lichaamsbouw en bezat meer bespiering op de schouder en op de ribbenpartij. Maar de stap was niet zo overtuigend als bij Ivoire. Aan de andere kant: Ivoire was duidelijk minder in goeden doen, waardoor de belijning in de broek minder tot de verbeelding sprak.
Tabel 1 – Rubriekswinnaars 30e fokveebeurs van Affligem (kampioenen vetgedrukt) categorie
naam dier
geb.datum
vader
m.vader
eigenaar, woonplaats
stierkalveren jonge stieren
Air Force One v.d. Kleine Venne Lecturnus v.d. Paddenhoeve Makro van de Attenhoeve Liston van de Bremberg Kubus de Mahoney Esperanto van Perenhof Sidney van de Kleine Venne Eggo van Perenhof Jef van het Stalijzer Simba van de Bremberg Lonneke van de Otterhoeve Lollypop van ter Bos Loesje van Terbeck Lenthel van Terbeck Lilly van Terbeck Licorne van Terbeck K3 van het Bareelhof Kiki van Terbeck Kolette van de Kouter Kijk Eens Hier v.d. Kerkenhofstede Karaat van Terbeck Kriekje van Tervoort Jolie Fille van de Stokerij Ida de la Ferme des Croix Granny van het Smetledehof Gini van Terbeck
06-04-2016 03-03-2016 23-02-2016 16-01-2016 11-12-2015 20-10-2015 05-07-2015 18-04-2015 26-10-2014 10-05-2014 20-06-2016 01-05-2016 15-04-2016 31-03-2016 09-03-2016 01-01-2016 09-11-2015 18-09-2015 24-08-2015 24-06-2015 16-02-2015 19-01-2015 22-04-2014 23-11-2013 25-12-2011 15-07-2011
Hazard Panache Kubitus Casper Starter Sheriff Hazard Grommit Helgo Adajio Cuisines Occident Idefix Hazard Idefix Picadilly Heroique Hazard Or Bonheur Fiacre Imperial Imperial Attribut Orme Adajio
Machinal Quiet Johnny Adajio Adajio Germinal Attribut Odilon Imperial Lasso Depute Panache Argan Argan Emigre Emigre Adajio Imperial Iguane Ferrero Imperial Adajio Fetiche Manitou Germinal Paysan
Mechelmans-Baerts lv, Donk F. Van Liedekerke, Herzele J. Robijns, Attenhoven B. Willems, St. Joris Winge De Mahoney bvba, Pittem Perenhof bvba, O.L.V. Waver Mechelmans-Baerts lv, Donk Perenhof bvba, O.L.V. Waver Berkenhof cv, Leisele M. Schuermans, Vissenaken R. Hedwig, Ottergem G. Demasure, Avelgem Roggen-Schotsmans lv, Kersbeek-Miskom Roggen-Schotsmans lv, Kersbeek-Miskom Roggen-Schotsmans lv, Kersbeek-Miskom Roggen-Schotsmans lv, Kersbeek-Miskom G. Veulemans, Glabbeek L. Adriaensen, Retie G. van Boxstael-De Smedt, Mazenzele P. Gillis, Watervliet Roggen-Schotsmans lv en P. Vranckx B. Neven, Wellen R. Monbaliu, Jabbeke H. De Smet, Oordegem De Clercq lv, Smetlede B. Neven, Wellen
stieren midden
oude stieren vaarskalveren
jonge vaarzen
vaarzen midden gekalfde vaarzen koeien
26
V E E T E E LT V L E E S
VV02_Affligem.indd 26
FEBR UAR I
2017
16-02-17 13:19
Sidney van de Kleine Venne (v. Hazard), kampioen stieren midden
Air Force One Kleine Venne (v. Hazard), kampioen stierkalveren
Voor de grootste sensatie te Affligem zorgde evenwel Sidney van de Kleine Venne bij de rubriekskeuring van stieren van 18 tot 30 maanden. Sidney (v. Hazard)
Kubus de Mahoney (v. Starter), kampioen jonge stieren
van de jonge Jan en Michiel Mechelmans uit Donk stond aanvankelijk op de derde plek achter Kornel van het Kruisborre (v. Sheriff) van Jan en Roger Orinx uit Asse, die op de eerste plek stond, en Kasper van het Stalijzer (v. Kubitus) van maatschap Berkenhof uit Leisele, die de tweede plek sierde. Sidney kreeg van de tweekoppige rubrieksjury later de tweede plek toegewezen vanwege een betere stap en sterkere ruglijn. En na tussenkomst van de arbiter belandde hij op de eerste plek vanwege een vlottere verplaatsing in de ring, alhoewel de stier in de breedte van de lichaamsbouw en het gewicht zijn meerder diende te erkennen in Kornel.
Jong topstiertje In het kampioenschap kreeg Sidney – nu van de voltallige, vijfkoppige jury— het kampioenschap toegewezen en zorgde
Simba van de Bremberg (v. Adajio), kampioen oude stieren
hiermee voor een tweede eindtitel voor het fokbedrijf Mechelmans-Baerts. Voordien had het bedrijf immers ook al de kampioenstitel binnengehaald bij de
Affligem? Echte liefhebbers weten waarom!
V E E T E E LT V L E E S
VV02_Affligem.indd 27
F E B RU A R I
2 0 1 7
27
16-02-17 13:19
K E U R I N G
Yannik Goorickx: ‘Vijftigste editie wordt onvergetelijk’ De organisatie van Vlaanderens grootste verzameling van fokvee voor het Belgisch-witblauwras is recentelijk stevig verjongd. In het zestienkoppige bestuur zetelen voortaan jongeren zoals Alexandra De Groote, Justien Raemdonck, Mathieu Deschuyteneer en Andy Goorickx. Yannik Goorickx (24) is de nieuwe secretaris van de fokveebeurs van Affligem. Hij maakte reeds drie jaar deel uit van de bestuurlijke organisatie, maar is nu opgeklommen tot bestuurlijk secretaris. Hij neemt in die nieuwe hoedanigheid de fakkel over van Simon Noppen. Yannik Goorickx is afkomstig van een gemengd landbouwbedrijf (akkerbouw en vleesvee) uit het VlaamsBrabantse Bever. Om den brode is hij werkzaam als handelsvertegenwoordiger bij een voerbedrijf, gespecialiseerd in onder andere minerale diervoeders. Over zijn inzet voor de fokveebeurs zegt hij: ‘De interesse voor het uitzonderlijke witblauwras heb ik van mijn grootvader meegekregen. Na een stage bij CRV tijdens mijn studies was die interesse omgeslagen in passie. En ik wou daar wat mee doen.’ Met 215 aanmeldingen blikt de kersverse secretaris tevreden terug op de dertigste editie. ’Het aantal inschrijvingen was met een kwart ruim ho-
Lollypop van ter Bos (v. Occident), kampioene vaarskalveren
Kiki van Terbeck (v. Hazard), kampioene jonge vaarzen
Karaat van Terbeck (v. Fiacre), kampioene vaarzen midden
stierkalveren met Air Force One van de Kleine Venne. Deze Hazardtelg is een vlot stappend stiertje met veel vleesexpressie in de broek dat in de aansluiting achter de schouder wel wat sterker mocht zijn. Niettemin: een jong topstiertje. Jolie Fille van de Stokerij (v. Imperial), kampioene gekalfde vaarzen
Ook de broers Yarich en Tiemen Cocquyt zorgden voor aflossing van de wacht van gevestigde waarden zoals het fokbedrijf van de Bremberg en van het Perenhof. De jonge fokkers uit Pittem legden beslag op de kampioenstitel bij de jonge stieren met Kubus de Mahoney, een zoon van Starter de Saint Fontaine, die enorm veel fijne vleesuitdrukkingen showde. Het was meteen een eerste belangrijke kampioenstitel voor Yarich en Tiemen.
Gini van Terbeck (v. Adajio), kampioene koeien
28
V E E T E E LT V L E E S
VV02_Affligem.indd 28
Nog meer jong geweld
FEBR UAR I
ger. Maar het mag volgend jaar gerust nog meer zijn.’ Voor de jubileumeditie had de organisatie niets bijzonders bedacht. Toch een gemiste kans om de grootse bijeenkomst van Belgisch witblauw in Vlaanderen extra in de verf te zetten? Yannik Goorickx: ‘Wij hebben als organisatie momenteel niet veel financieel overschot door de sterk gestegen kosten. Wij sparen bijgevolg om de vijftigste editie onvergetelijk te maken.’
En wat te zeggen van Geert Demasure, de jonge fokker uit Avelgem? Ook hij kreeg voor de eerste maal én verdiend een belangrijke kampioenstitel toegewezen in de categorie vaarskalveren met Lollypop van ter Bos. Deze Occidentdochter verwees in de rubriekskeuring zwaargewicht Kamilla van Hemelrijksehei (v. Tilouis) van Constant Oostvogels uit Hoogstraten naar een tweede plaats. En in de finale, die bijna volledig werd gedomineerd door fokvee met het suffix Van Terbeck, was de Occidentdochter het meest complete dier met correct beenwerk op stand, een goede gang, ronde rib, een fijne huid en een volle broek in zij- en achterprofiel. De vijfkoppige jury waardeerde dit terecht met de eindzege. l
2017
16-02-17 13:20
VOER VOOR VLEESBOER
Stikstofbenutting van kunstmestgift vaak overschat GRAS – Er wordt algemeen aangenomen dat de stikstofbenutting uit kunstmest op grasland al snel 80 procent of meer is. Maar in werkelijkheid wordt in proeven op zandgrond vaak maar een efficiëntie van 60 tot 65 procent gehaald. Dit betekent dat 40 procent van de stikstof verloren gaat door uitspoeling en vervluchtiging. Deze conclusies trekt WURonderzoeker Herman de Boer na onderzoek. Een hoge efficiëntie werd echter ook gemeten op vruchtbare gronden, hoewel dit afhing van het moment van strooien. ‘Soms komt de werking van stikstof zelfs boven de 100 procent uit: kunstmest kan
de mineralisatie van organische stikstof uit de bodemvoorraad stimuleren’, aldus De Boer. De onderzoeker geeft ook enkele praktische handvatten. Zo ziet hij dat veel boeren al in maart beginnen met kunstmest strooien. ‘Dat is vaak te vroeg, omdat dan de grond nog te nat en te koud is. Begin april strooien is meestal goed genoeg.’ Ook is een 100 procent ammoniumkunstmest volgens De Boer te prefereren boven KAS. Ammoniumkunstmest spoelt veel minder snel uit dan KAS, dat voor de helft uit nitraatstikstof bestaat, die snel kan uitspoelen of vervluchtigen.
Gezondheid Nederlandse zoogkoe in beeld DIERGEZONDHEID – Als onderdeel van de Monitoring Diergezondheid Rund analyseert de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) sinds 2002 ieder kwartaal gegevens uit de rundveesector, ook voor de zoogkoebedrijven. In 2015 waren er in Nederland zo’n 3300 zoogkoebedrijven. Tussen 2011 en 2016 is gemiddeld 47 procent van de Nederlandse zoogkoeienbedrijven leptospirosevrij-gecertificeerd. In de tijd is een licht dalende tendens te zien. Slechts een beperkt aantal zoogkoeienbedrijven neemt deel aan andere diergezondheidsprogramma’s. Ongeveer 18
procent van de zoogkoeienbedrijven is ibr-vrij, 5 procent is bvd-vrij en 8 procent heeft een para-tbc-onverdachtstatus. Veel zoogkoehouders kunnen de diergezondheid op hun bedrijf verbeteren met eenvoudige maatregelen, volgens de GD. Bijvoorbeeld door het in quarantaine plaatsen van een aangekocht dier, door het dier te controleren op huid- en klauwinfecties en door – bij onbekende diergezondheidsstatus op het bedrijf van aankoop – onderzoeken te laten uitvoeren voordat het dier toegevoegd aan het koppel.’
Rood ras naar Europa voor BOB-erkenning MARKETING – De Vlaamse procedure
voor erkenning als Beschermende Oorsprongsbenaming (BOB) is voor het rundvlees van het rood ras van WestVlaanderen afgerond. Het dossier kan nu naar de Europese Commissie. Als ook daar het dossier wordt goedgekeurd, betekent dit concreet dat de benaming ‘Vlees van het rood ras van West-Vlaanderen’ beschermd wordt en enkel gebruikt mag worden als voldaan is aan het productdossier en als alle productiestappen (van geboorte tot slacht) plaatsvinden in West-Vlaanderen. Het rood ras van West-Vlaanderen is een vleesras dat wordt gefokt op de weiden van de provincie West-Vlaanderen. Het
maritieme klimaat en de rijke bodems in West-Vlaanderen zorgen voor erg productieve weiden. De veehouders laten de runderen zo veel mogelijk op de weiden staan en voeren hen in de winter lokaal geproduceerd voer. Het malse vlees van deze robuuste, rood-
gekleurde runderen is sinds een tiental jaar aan een opmars bezig en wordt in gastronomische restaurants aangeboden als delicatesse. In 2012 werd het ‘Vlees van het rood ras van West-Vlaanderen’ al erkend als Vlaams streekproduct.
V E E T E E LT V L E E S
VV02_vvb.indd 29
F E B RU A R I
2 0 1 7
29
16-02-17 13:56
C O L O F O N
AGENDA Keuringen en prijskampen 2 maart: 2 maart: 2 maart: 2 maart: 11 maart: 12 augustus: 17 augustus: 6-8 september: 7-10 september: 7-10 september: 14 oktober: 30 november1 december:
Karaat van Terbeck, algemeen kampioene Agriflanders 2017 Foto: Kristina Waterschoot
SIA-elitekeuring limousin te Parijs (Frankrijk) SIA-elitekeuring witblauw te Parijs (Frankrijk) SIA-elitekeuring charolais te Parijs (Franrkijk) SIA-elitekeuring blonde d’Aquitaine te Parijs (Frankrijk) Vleesveekeuring Belgisch witblauw en verbeterd roodbont te Hulshorst Veluwse vleesveekeuring te Garderen/Uddel Vleesveekeuring in Enter Nationale charolaiskeuring te Magny-Cours (Frankrijk) Nationale keuring blonde d’Aquitaine te Sedan (Frankrijk) Europese confrontatie blonde d’Aquitaine te Sedan (Frankrijk) Nationale Vleesveemanifestatie NVM te Zwolle Super Finale de Moulin (charolais) te Moulins (Frankrijk)
Ve i l i n g e n COLOFON VeeteeltVlees is een uitgave van CRV BV en verschijnt maandelijks.
25 maart: 13 april:
COT-veiling te Laren Veiling blonde Génétique te Casteljaloux (Frankrijk)
redactie
hoofdredacteur Guy Nantier redactie Jorieke van Cappellen, Annelies Debergh, Inge van Drie, Florus Pellikaan, Jaap van der Knaap, Ivonne Stienezen en Diane Versteeg fotografie Harrie van Leeuwen, Kristina Waterschoot bureauredactie Mirjam Braam (chef), Lieke van den Broek, Ingrid Sevenster, Rogier van der Weiden vormgeving André Fris, René Horsman, Esther Onida aan dit nummer werkten verder mee Jelle Feenstra, Alice Booij hoofd uitgeverij Rochus Kingmans
Beurzen, studievergaderingen, demodagen 25 februari-5 maart: SIA-landbowuwsalon te Parijs (Frankrijk) 20-22 mei: Landbouwbeurs Aquitanima te Bordeaux (Frankrijk) 4-6 oktober: Veehouderijbeurs Sommet de l’Elevage te Clermont-Ferrand (Frankrijk)
redactie-adres
Nederland: postbus 454, 6800 AL Arnhem telefoon 026 38 98 800 Vlaanderen: Buchtenstraat 7, 9051 Sint-DenijsWestrem telefoon 07 815 44 44 fax 09 363 92 06 e-mail veeteelt@crv4all.com
VOORUITBLIK
G ro n d st o ff en m ar kt
abonnementsprijs/jaar
Nederland en België € 48,10, overige landen € 93,35. In combinatie met abonnement op vakblad Veeteelt € 10 korting. Prijzen excl. 6% btw. Abonnementen zijn gebaseerd op kalenderjaar en worden jaarlijks in februari gefactureerd. Opzegging is mogelijk per kwartaal. Bel voor opgave van een abonnement: België: CRV Klantenservice (078 15 44 44) e-mail klantenservice.be@crv4all.com Nederland: CRV Klantenservice (088 00 24 440) e-mail klantenservice.nl@crv4all.com
advertentie-afdeling
Jannet Fokkert, Marco Jansen, Froukje Visser postbus 454, 6800 AL Arnhem telefoon (+31)(0)26 38 98 820 e-mail advertenties@crv4all.com
Maart (22 maart) – Voer vormt de grootste kostenpost op vleesveebedrijven en in het bijzonder mengvoer. Maar de kostprijs van het mengvoer is onderhevig aan de prijsschommelingen op onder andere de internationale grondstoffenmarkt en de aardolieprijs. En daar heeft een vleesveehouder nauwelijks vat op. Verder: welke toekomst heeft de rundvleesproductie en in het bijzonder die van het
Belgisch-witblauwras? Drie experts uit de toeleveringssector geven hun visie. In het maartnummer introduceert de redactie ook twee nieuwe rubrieken: Voerwijzer en Generatie Alpha en Z. In Voerwijzer bespreekt een voeradviseur een praktijkcase op het vlak van diervoeding. In Generatie Alfa en Z plaatst de redactie de jeugd en jonge ondernemers met een passie voor vleesvee in de schijnwerpers.
illustraties/foto’s
De foto’s zijn van de eigen fotodienst van Veeteelt. Uitzonderingen zijn foto’s van Anaborapi (4), blonde d’Aquitainestamboek Nederland (4) en Auriva Elevages (5). Overname van artikelen is alleen toegestaan na toestemming van de redactie. Hoewel aan de samenstelling van de inhoud de meeste zorg is besteed kan door de redactie geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor mogelijke onjuistheden of onvolledigheden. Alle auteursrechten en overige intellectuele eigendomsrechten ten aanzien van (de inhoud van) deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij CRV B.V. c.q. de betreffende auteur. Artikelen uit VeeteeltVlees mogen uitsluitend verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden na schriftelijke toestemming van CRV. Druk: Senefelder Misset Doetinchem ISSN 1570-3312
30
V E E T E E LT V L E E S
VV02_agenda.indd 30
FEBR UAR I
2017
16-02-17 13:07
A N D E R S
V E E T E E LT V L E E S
VV02_cartoon.indd 31
B E K E K E N
F E B RU A R I
2 0 1 7
31
16-02-17 13:50
Hoe haal ik meer rendement?
Een goed presterende veestapel is de basis. Het is uw bron van inkomsten, uw levenswerk. Maar hoe streeft u een efficiĂŤnte groei na? En hoe houdt u de gezondheid van uw dieren op peil en de kosten in de hand? CRV helpt met advies, dienstverlening en slimme oplossingen. Zodat u snel en gericht kunt sturen op optimaal presterende dieren. De veestapel maakt het verschil, ook als u meer rendement wilt behalen.
CRV4ALL.BE, CRV4ALL.NL
CRVARN0236 adv opmaak.indd 1
15-02-17 16:50