2012 2

Page 1

DE WAARDVOGEL

51e jaargang nr. 2 April 2012

officieel contactorgaan van Natuur- en Vogelwerkgroep ‘de Krimpenerwaard’


Belangrijke namen, telefoonnummers en e-mail adressen Bestuur Voorzitter Secretaris

Algemeen adjunct Coördinator plantenwerkgroep

Arie Dorsman, xxxxxx@xxxxxxxxxxxx Ewald Schattenberg, admin@nvwk.nl, secretariaat Xxxxxxxxxx xx, xxxxXxx, Xxxxxxxx Gerard van Slijpe, xxxxxx@xxxxxxxxxxxx bankrekening NVWK: NL82 RABO 0127 2948 80 Hans Kouwenberg, xxxxxx@xxxxxxxxxxxx Patrick Heuvelman, cplanten@nvwk.nl

Coördinator vogelwerkgroep Coördinator PR

Erik Kleyheeg, xxxxxxx@xxxxxxx.xxx Joke Colijn, xxxxxx@xxxxxxxxxxxx

Penningmeester

xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xx xxxxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx

Werkgroepen en andere belangrijke instanties Redactie Waardvogel voor kopij Maria Spruit en Joke Colijn, nvwkredactie@gmail.com Foto’s t.b.v. de website Ewald Schattenberg, xxxxxxx@xxxxxxx.xx Coördinatoren vlinders en libellen Vacant Coördinator weidevogelbescherming Jan Terlouw, xxxxxxx@xxxxxxx.xx Coördinator landschapsonderhoud Marc Timmermans, xxxxxxxxxx@xxxxxx.xx Coördinator trekvogeltellingen Rob van Straaten xxxxxxx@xxxxx.xx Coördinator wintervogeltellingen Peter Berger, xxxxxx@xxxxxxxxxxxx Hans Kouwenberg, xxxxxx@xxxxxxxxxxxx Coördinator uilen Bas ‘t Hart, xxxxxx@xxxxxxxxxxxx Coördinator zwaluwen Nico van Dam, xxxxxx@xxxxxxxxxxxx Jeugdwerkgroep Mieke Verwaal, jeugd@nvwk.nl Coördinator Knotgroep Krimpen Jos de Nood, xxxxxx@xxxxxxxxxxxx Dierenambulance Gouda e.o. Dierenbescherming Afdeling Krimpenerwaard Meldpunt m.b.t. milieu en de jacht Politie Hollands Midden, Regionaal Milieu Team Melden van zwerfvuil Contact opnemen met de betreffende gemeente Meldpunt Laagvliegen Krimpenerwaard Vogelasiel Vogelklas Karel Schot

xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx xxxx xxxxxx 0900 8844 010 4733333 010 4857847

Wilt u actief deelnemen aan de Natuur- en Vogelwerkgroep ‘de Krimpenerwaard’ of wilt u de doelstellingen van deze vereniging steunen, word dan lid. Stuur daartoe het onderstaande formulier ingevuld naar de secretaris op bovenvermeld adres, of stuur de gevraagde gegevens naar hem via het e-mailadres info@nvwk.nl.

Ik geef mij hierbij op als lid / jeugdlid (*) van de Natuur- en Vogelwerkgroep ‘de Krimpenerwaard’. Ik geef mij op voor een lidmaatschap / jeugdlidmaatschap / gezinslidmaatschap (zie colofon voor de contributie). Ik wacht met betalen tot ik een acceptgiro heb ontvangen. Naam:

Geslacht: m / v Initialen:

Straat + Huisnummer:

Voornaam:

_______ _______

Postcode:

Plaats:

_______

Geboortedatum:

Telefoon:

_______

E-mailadres: Datum:

__________________________________________________________________________________ Handtekening:

_______


Colofon De Waardvogel ISSN 1384-8240 Jaargang 51 verschijnt 5 x per jaar, februari-april-juniseptember-december Kopij Inleveren voor de 1e van de maand van verschijning. Oplage 790 exemplaren

E-mail redactie Joke Colijn Maria Spruit nvwkredactie@gmail.com Website www.nvwk.nl Secretariaat & ledenadministratie E. Schattenberg, Xxxxxxxxxx xx, xxxx xx, Xxxxxxxx Contributie per kalenderjaar: € 5 voor een jeugdlidmaatschap één kind t/m 16 jaar € 15 voor een één persoonslidmaatschap € 20 voor een gezinslidmaatschap Gironummer van de NVWK: 5492484 Lid worden U kunt lid worden door het invullen en opsturen van het inschrijfformulier op de binnenzijde van de voorkant of via www.nvwk.nl

Van de voorzitter Arie Dorsman Voor u ligt een mooie voorjaars-Waardvogel met een variatie aan artikelen over natuur in en buiten de Krimpenerwaard. Tijdens de Algemene Ledenvergadering op 28 maart jl. zijn er een aantal wijzigingen doorgevoerd in het bestuur. Kees Rietvelt (penningmeester) had eerder aangegeven dat hij aan het einde van zijn 3e termijn niet verkiesbaar was. Na 11 jaar van gemotiveerd en gedegen penningmeesterschap vond hij het tijd worden om andere dingen te gaan doen. Met een mooi cadeau voor Kees en een bos bloemen voor Nel Rietvelt hebben we Kees bedankt voor zijn jarenlange inzet voor de NVWK. Door het bestuur zijn twee nieuwe bestuursleden voorgedragen en gekozen voor de functie van penningmeester (dhr. Gerard van Slijpe) en voor de functie van coördinator planten (dhr. Patrick Heuvelman). Het bestuur is zeer blij met deze versterking en wenst beide heren succes met hun taken. In deze Waardvogel zullen Gerard en Patrick zich verder aan u voorstellen. In deze Waardvogel vindt u ook een artikel over de Knotgroep Krimpen die graag onder de paraplu van de NVWK haar activiteiten wil voortzetten. In 2011 zijn er enkele gesprekken geweest tussen het bestuur van de NVWK en de oprichters van de Knotgroep Krimpen die zo positief verliepen dat vanaf 2012 de Knotgroep Krimpen onderdeel uit gaat maken van de NVWK. Op deze plek wil ik alle leden van de Knotgroep Krimpen hartelijk welkom heten als lid van de NVWK. Tenslotte nog de contributie. De bijgevoegde acceptgiro kunt gebruiken om direct de contributie over te maken. U kunt natuurlijk ook kiezen voor de snelle en efficiënte manier van digitaal betalen. Door het ingevulde bedrag geeft u aan voor welk lidmaatschap u kiest.  € 5, voor een jeugdlidmaatschap voor één kind tot 16 jaar  € 15, voor een éénpersoonslidmaatschap  € 20, voor een gezinslidmaatschap U mag natuurlijk altijd een groter bedrag invullen als u de vereniging extra financieel wilt steunen. Wij hopen op een snelle en directe afwikkeling. Als u voor het gezinslidmaatschap kiest moeten de gezinsleden wel aangemeld worden bij de secretaris. Kinderen zijn dan van harte welkom bij de activiteiten van de Jeugdwerkgroep.

Op de voorpagina: Buizerd foto: Michiel Vaartjes www.in-frames.com

In dit nummer

Overname van artikelen Overname van artikelen uit dit blad is toegestaan met bronvermelding

Van de voorzitter Even Noteren Op de voorpagina: de buizerd Betrapt en gesnapt Excursie Zeeuwse eilanden Vogelen op het ijs Onderzoek kleurafwijkingen wilde eend Daar is de lente Grote aantallen zaagbekken Verslag Algemen Ledenvergadering Natuurschilderworkshops Even Activeren Excursie Krimpenerhout

Alle artikelen blijven voor de verantwoording van de auteurs Drukkerij GoudPrintCenter Alblasserdam Zie advertentie Voor advertenties nvwkredactie@gmail.com Ereleden W. Fontijne A. v.d. Waal

pag. 01 pag. 02 pag. 03 pag. 04 pag. 06 pag. 07 pag. 08 pag. 10 pag. 11 pag. 12 pag. 13 pag. 15 pag. 16

Plaatsen huiszwaluwtillen Vogelvrije aalscholver Sicus ferrugineus Vuurdoornvouwmot Verslag Nebularia Jeugd; een bijenhotel maken Boekweit Nachtvlinderen Plantenman stelt zich voor Financiele man stelt zich voor De veenmol Aansluiting Knotgroep Krimpen Look Nieuwe leden Cursus Paddestoelen herkennen

pag. 17 pag. 18 pag. 20 pag. 21 pag. 24 pag. 29 pag. 30 pag. 31 pag. 32 pag. 32 pag. 33 pag. 34 pag. 35 pag. 35 pag. 36

De Waardvogel – april 2012

1


Even noteren Zaterdag 5 mei 2012 van 04:45 tot 17:00 uur Wie ziet en hoort de meeste vogels tijdens de BigBirding-day in de Krimpenerwaard? U kunt zich als team maar ook als individu opgeven bij Erik (xxxxxxx@xxxx.xx). Verzamelen om 04:45 uur bij restaurant “de Loet”. Meedoen is vaak leuker dan winnen. Woensdag 9 mei 2012 om 20:00 uur Lezing door Huig Bouter over “vlinders en hun rupsen”. In “de Zwaan” deelt Huig zijn kennis over de rupsen en vlinders van de Krimpenerwaard. Aan het begin van het seizoen veel informatie over dag- maar zeker ook over nachtvlinders. Meer info bij Joke Colijn (xxxx-xxxxxx). Zaterdag 12 mei 2012 om 14:00 uur De jeugd van 8 tot 12 jaar gaat weidevogelen. We bezoeken een boerderij aan de Benedenheulseweg in Stolwijk. Zoeken en kijken doen we met de telescoop, want we willen de vogels niet storen. Trek wel oudere kleren aan, van spelen op de boerderij word je soms vies. Je moet je even opgeven bij Mieke Verwaal: jeugd@nvwk.nl / xxxx-xxxxxx. Zaterdag 19 mei 2012 om 09:00 uur Plantenexcursie naar de Tenellaplas bij Oostvoorne. We gaan het duingebied in met Patrick en een gids van het ZHL. We hebben kans op geel zonneroosje en dodemansvingers. Verzamelen om 09:00 uur bij het busstation van Krimpen a/d IJssel. De excursie duurt tot ongeveer 13:00 uur. Meer info is te verkrijgen bij Patrick Heuvelman (xxxx-xxxxxx). Zaterdag 2 juni 2012 om 08:30 uur Vogelexcursie naar de Groene Jonker. Samen met Ton de Groot gaan we op zoek naar veel en bijzondere vogels. We zien rietzangers, steltlopers en misschien pullen van geoorde fuut. We verzamelen bij de Stolp Inn in Stolwijk om gezamenlijk op excursie te gaan. De excursie duurt tot in de middag. Neemt u lunch en voldoende drinken mee? Meer info kunt u krijgen bij Ton de Groot, xxxxxxx@xxxx.xx. Zaterdag 9 juni 2012 om 09:00 uur Inventarisatie en determineren van de flora in een interessant stuk in het Loetbos. We kijken of we met behulp van een determinatieboek de soorten kunnen vaststellen. Hoeveel plantensoorten zullen we vinden? Voor beginnende, maar ook voor gevorderde plantenliefhebbers. We verzamelen bij de P-plaats bij het fietspad aan de Oudelandseweg aan de kant van het Loetbos. De activiteit duurt tot 12:00 uur. Meer info bij Patrick Heuvelman (xxxx-xxxxxx).

2 De Waardvogel – april

2012

Vrijdagavond 15 juni 2012 vanaf 21:30 uur Nachtvlinderen in de Bakkerswaal onder de grote linde. Eerst bekijken we de nachtvlinderverzameling van kooiker Hans Zantinge en daarna gaan we buiten de vallen opzetten. Deze avond gaat alleen door bij goed weer, check voor vertrek van huis onze site www.NVWK.nl. Meer info bij Joke Colijn (xxxxxxxxxx). Woensdag 4 juli 2012 vanaf 19:00 uur Avondwandeling door de Kleine Zaag met aandacht voor planten en vogels. Onder leiding van Patrick Heuvelman bezoekt u dit unieke stukje van Krimpenerwaard. Trekt u wel stevige schoenen aan? De wandeling duurt tot 21:30 uur. We verzamelen op de Zaag t.h.v. Autosloperij “De Zaag”. Meer info bij Patrick Heuvelman (xxxx-xxxxxx). Zaterdag 14 juli om 09:00 uur Maaisel afruimen in de Loet. Na een koude winter en een warme lente is alles weer goed gegroeid. Wij hooien deze landjes, vele handen......licht werk? We verzamelen bij de Hendrikshoeve. Meer info bij Patrick Heuvelman (xxxxxxxxxx). Woensdag 5 september 2012 om 19:00 uur Zomeravondwandeling door de Berkenwoudse Driehoek met onze plantencoördinator Patrick Heuvelman. Patrick deelt zijn kennis van planten met u in dit unieke gebied in onze Krimpenerwaard. We vertrekken vanaf de P-plaats Schaapjeszijde/Wellepoort. Meer info bij Patrick Heuvelman (xxxx-xxxxxx). Het weekend van 15 en 16 september 2012 Wintervogeltellingen, info bij Hans Kouwenberg (xxxxxxxxxx) of Peter Berger (xxxx-xxxxxx). Het weekend van 13 en 14 oktober 2012 Wintervogeltellingen, info bij Hans Kouwenberg (xxxxxxxxxx) of Peter Berger (xxxx-xxxxxx). Dinsdag 16 oktober 2012 om 19:30 uur Theorieavond van de cursus “Paddenstoelen herkennen” in de Bakkerswaal te Lekkerkerk. Meer info in deze Waardvogel op blz. 36 en bij Ton de Groot, xxxxxxx@xxxx.xx. Zaterdag 20 oktober 2012 om 09:30 Excursie van de cursus “Paddenstoelen herkennen”. Waar en tot hoe laat hoort u op de theorieavond. Meer info bij Ton de Groot, xxxxxxx@xxxx.xx. Zaterdag 3 november 2012 om 09:00 De landelijke natuurwerkdag. De locatie volgt later. Wil iedereen zichzelf opgeven via de site www.natuurwerkdag.nl? Nadere info bij Marc Timmermans (xxxxxxxxxx).


Op de voorpagina: de buizerd Erik Kleyheeg De tijden dat DDT en andere zeer giftige bestrijdingsmiddelen voor grote sterfte onder roofvogels zorgden, is gelukkig voorbij en de buizerd is tegenwoordig niet meer weg te denken uit de polders in de Krimpenerwaard. Op mooie zonnige dagen in maart klinkt de katachtige roep van territoriale vogels, die op de eerste thermiek van het voorjaar rondcirkelen. Bijna elk geriefbosje met forse bomen heeft wel een eigen broedpaartje en ook in grotere bosschages en af en toe in hoogspanningsmasten komen ze tot broeden. In een groot zelfgemaakt nest legt het vrouwtje rond april twee tot drie eieren, die enkele weken later uitkomen. De jongen hebben een donzig wit kleed en worden door hun beide ouders voorzien van voedsel, dat varieert van regenwormen en grote insecten tot kleine zoogdieren en vogels. Zodra de jongen groot genoeg zijn, worden ze door hun ouders gemotiveerd om het nest te verlaten voor hun eerste vlucht. Het onhandige geklungel van de eerste dagen gaat vaak gepaard met veel geroep en levert een komisch schouwspel op. Het duurt daarna niet lang voordat de vogels voor hun eigen voedselvoorziening kunnen zorgen. Buizerds eten graag aas, wat natuurlijk gemakkelijk te bemachtigen is zonder dat de jonge buizerds daarvoor uitgebreide jachttechnieken nodig hebben. Alleen brutale zwarte kraaien vormen dan nog een belemmering.

moeilijk te onderscheiden zijn van de ‘gewone’ buizerd. In de zomer kan er verwarring optreden met de wespendief, een soort met iets andere proporties en een andere tekening op de buik en ondervleugels dan de buizerd. De wespendief is echter ook schaars en trekt alleen in kleine aantallen door de waard. De buizerd is daarmee dus eigenlijk de enige grote, stevige, bijna ‘blokkerige’ roofvogel in de Krimpenerwaard. Een algemene soort die er qua uiterlijk nog het dichtst bij in de buurt komt, is de bruine kiekendief. Die is echter een stuk slanker en anders getekend, heeft een langere staart en houdt in de vlucht de vleugels hoger boven het lichaam. De opvallende verschijning van de buizerd is bepalend voor het landschap van de Krimpenerwaard. Een rover aan de top van de voedselketen is een bewijs van een goed functionerend ecosysteem. Dat is een reden om de buizerd goed in de gaten te houden, maar vooral ook om er volop van te genieten.

Zodra het broedseizoen voorbij is beginnen de buizerds rond te zwerven en zijn ze overal op paaltjes en hekken te zien, ook dikwijls langs de weg. Daar is veel voedsel te vinden in de vorm van muizen die in de extensief beheerde bermen leven en aangereden wild. In de nazomer zijn op zonnige dagen ook zogenaamde ‘bellen’ met buizerds te zien in de lucht. Dat zijn groepjes die gezamenlijk in een opstijgende kolom warme lucht aan het cirkelen zijn. Iets later in het jaar zijn deze bellen ook te zien tijdens de najaarstrek. De populatie buizerds in de Krimpenerwaard wordt dan aangevuld met vogels uit noordelijkere streken. In een jaar met veel muizen biedt de Krimpenerwaard ‘s winters zoveel voedsel dat er meer buizerds kunnen overleven dan er in het voorjaar passen in alle territoria. De aantallen buizerds in de winter hangen echter ook sterk af van het broedsucces van buizerds in Scandinavië en de hevigheid van de winter. Buizerds uit het hoge noorden zijn vaak lichter van kleur dan lokale vogels, hoewel er enorme variatie is in de kleurschakeringen van het verenkleed. De ene buizerd is zo licht dat het bijna een sneeuwuil lijkt, terwijl de ander bijna uniform donkerbruin is. Niet voor niets is de Franse naam van de soort “buse variable”, een naam die ik vast niet hoef te vertalen naar het Nederlands. De buizerd, die de wetenschappelijke naam Buteo buteo draagt, is de enige uit zijn familie die algemeen is in de Krimpenerwaard. Zijn neef de ruigpootbuizerd is een zeer zeldzame wintergast en doortrekker en kan soms Bron: http://www.oiseaux.net

De Waardvogel – april 2012

3


Rob van Straaten Heerlijk weer eens een echte koude winterperiode met dicht gevroren poldersloten en zelfs een dicht gevroren Waddenzee. In een koude periode in de maand februari, waarbij zelfs grote wateroppervlakten zoals de Waddenzee dicht vriezen, kiezen vele watervogels voor de grote rivieren, waarbij schaarse soorten soms ineens in zeer grote aantallen op de rivieren verblijven. In maart was er een heel andere periode met weinig neerslag en hoge temperaturen voor de tijd van het jaar.

4

De Waardvogel – april 2012


Er werden niet minder dan 74 waarnemingen gedaan van de dodaars met in totaal 91 exemplaren: een echt record aantal. Deze kleine futensoort had het best moeilijk in deze periode. Tussen de ijsschotsen probeerden ze hun kostje bij elkaar te scharrelen. Zelfs voor de doorgewinterde grote zilverreiger werd het te koud, vele vertrokken richting het zuiden. Maar toen de temperatuur weer omhoog ging, kwamen er al gauw exemplaren terug in de waard. De eerste purperreiger werd weer op 27 maart gezien, vliegend boven de Lek en waarschijnlijk op weg naar zijn kolonie in de Alblasserwaard. Als de winters wat kouder zijn vinden we altijd een aantal roerdompen in het Stormvloedbos te Krimpen a/d IJssel. Ook waren er roerdompen te vinden langs de Lek bij Bergambacht, langs de IJsseldijk bij Ouderkerk a/d IJssel, in polder Zuidbroek te Berkenwoude en in het Krimpenerhout te Krimpen. Zoals elk jaar is er altijd één topdag voor overvliegende kraanvogels. Dit keer was de magische datum 6 maart. Er werden 62 exemplaren geteld op de telpost de Hoekse Sluis, hetzelfde aantal een paar minuten later in Lekkerkerk. Een grotere groep van 130 kraanvogels vloog over Krimpen a/d IJssel. Boven Haastrecht werden er zelfs 140 stuks geteld. Ook boven Ouderkerk a/d IJssel werd een groep gezien van 140 stuks. We moeten er dus van uitgaan dat vaker dezelfde groep is gezien op verschillende locaties. Het koude weer dreef veel vogels weg van dicht gevroren meren en zelfs van de Waddenzee en het IJsselmeer. Hierdoor verbleven veel watervogels op de rivieren. Een goed voorbeeld is de grote zaagbek, normaal is een tiental vogels in de winter in de Krimpenerwaard, maar nu in grote aantallen op de IJssel en de Lek. De grootste groep bevond zich op de Lek bij Krimpen a/d Lek met 54 exemplaren. Op de IJssel was de grootste groep 24 stuks. Zowel op de Lek als de IJssel werden de veel schaarsere middelste zaagbekken ook een aantal keer aan getroffen. Met een maximum 3 stuks een stuk minder dan zijn grotere broer. Maar middelste zaagbekken zijn echte kustvogels die open zee niet schuwen. Het veel kleinere nonnetje werd ook met een record aantal gezien. Wat te denken van 45 stuks op de Lek., maar ook op de IJssel werden vele exemplaren geteld. Bij het oplopen van de temperatuur verdwenen deze vogels al snel als sneeuw voor de zon. Opvallend waren eigenlijk de lage aantallen brilduikers, waaruit blijkt dat deze soort net als de middelste zaagbekken de open zee niet schuwt. Vele soorten eenden zoals kuif-, krak- en tafeleenden, wintertalingen en smienten verbleven bij de waterzuivering uitlaat langs de IJssel. Er waren twee waarnemingen van de krooneend, op 5 februari een exemplaar in de Hem te Schoonhoven en later verbleef een exemplaar in Haastrecht bij de voetbalvelden. De locatie in Haastrecht voorspelt niet veel goeds, waarschijnlijk gaat het hier om een ontsnapt exemplaar. Bij Schoonhoven vloog op 14 februari een zeearend over de Lek richting de Alblasserwaard. De bijnaam van de

zeearend is ‘vliegende deur’ door de enorme vleugelspanwijdte. Ondanks dat het best goed gaat met deze soort in europa blijft dit toch een zeldzame gast voor de Krimpenerwaard. Een leuk aantal blauwe kiekendieven verbleef in februari in de waard. Begin maart werden weer de eerste bruine kiekendieven gezien. In maart kwamen de eerste rode wouwen langs, 1 exemplaar op 8 maart te Ouderkerk a/d IJssel en op 11 en 14 maart boven Haastrecht. Er was één melding van een zwarte wouw. De vogel vloog over Stolwijk op 17 maart, de vroegste ooit in de Krimpenerwaard. Er werden twee ruigpootbuizerden gezien, op 18 februari één boven Vlist en op 20 februari één boven Stolwijk. In maart arriveerden de eerste steltlopers. Goede plekken zijn het helofytenfilter in polder Den Hoek, Laag Bilwijk en het Doove Gat te Haastrecht. De eerste grutto liet zijn kenmerkende roep al op 22 februari in polder Den hoek horen. De ondersoort de IJslandse grutto werd iets later waargenomen en wel op 6 maart met 4 exemplaren langs de IJssel. Leuk waren de ontdekkingen van eerst 3 rosse grutto’s en later nog eens 2 vogels. Op diverse plekken werden zowel bonte standlopers als bontbekplevieren gezien. Later in maart werden ook weer de eerste kleine plevieren gezien, vooral langs de Lek. Buitendijks vinden de vogels goede broedplekken. Op 24 maart verbleef een zwarte ruiter in het helofytenfilter in polder Den Hoek en op 29 maart in de bochtafsnijding langs de Lek. Ook werd hier een groenpootruiter gespot. Opvallend weinig is er een bokje gezien deze winter. Er was maar één melding van deze soort op 5 februari in het EZH bos te Krimpen. Het extreem koude weer heeft ze waarschijnlijk meer naar het zuiden gedreven. De eerste visdief vloog op 21 maart over de Opperduit te Lekkerkerk. De eerste zwartkopmeeuw verscheen op 14 februari op een strekdam op de Zaag te Krimpen a/d Lek. Langs de IJssel verbleven verschillende pontische meeuwen, sommige zelfs met een kleur ring, zodat de herkomst achterhaalt kon worden. De eerste twee boerenzwaluwen werden op 18 maart gezien op de telpost te Bergambacht. Het zingen van de eerste fitis kondigt de aankomende lente aan. Op 19 maart werd de eerste zingend waargenomen in het Loetbos. Leuk zijn de waarnemingen van de cetti’s zanger. De vogel welke in januari langs de Lekdijk verbleef liet zich een tijd niet horen, maar half maart begon hij weer met zingen. Een ander exemplaar werd gevonden op de Zaag bij Krimpen a/d Lek. Waarschijnlijk komen hier nog verschillende locaties bij, want de soort vertoont een explosieve groei van de populatie. Ik wil iedereen bedanken voor het doorgeven van zijn of haar waarnemingen. Heb je leuke en verassende vogels gezien, geef ze door met datum en plaats. U kunt uw waarnemingen direct invoeren via www.nvwk.nl of www.waarneming.nl.

Illustraties boven: purperreiger, http://olhares.sapo.pt onder: zilverreiger: http://visionlounge.com

De Waardvogel – april 2012

5


Vogelexcursie Zeeuwse eilanden Sjani van Ophemert Zaterdagmorgen 25 februari om 8 uur meldden zich zo'n 20 enthousiaste vogelliefhebbers om onder leiding van Erik Kleyheeg een dagje vogels te aanschouwen op de Zeeuwse eilanden. Het weer werkte in ieder geval mee, want het beloofde een mooie dag te worden. Na het gebruikelijke welkomstwoordje van Arie Dorsman vertelde Erik ons dat we misschien (als we geluk hadden) een ijseend,, grote burgemeester en zelfs een kuifaalscholver zouden kunnen tegenkomen. Bij onze eerste stop, de buitenhaven van Stellendam, keken wij over een uitgestrekte waterpartij met zandbanken, waar het krioelde van de steltlopers, eenden en meeuwen. Er werden o.a. zilverplevieren, scholeksters, wulpen, tureluurs, pijlstaarten, bergeenden, brilduikers en een tweetal rosse grutto's waargenomen. We gingen verder naar het volgende punt, de Brouwersdam (Noordzeezijde). Bij de eerste stop werden wij verrast door een mooi beeld: tussen de vele schelpen en zeediertjes, dribbelden veel steenlopers, scholeksters , tureluurs en enkele paarse strandlopers. Het was leuk om te merken dat je erg goed moest kijken om de steenlopers en de paarse strandlopers te ontdekken vanwege hun mooie schutkleuren. We reden een klein stukje verder. Daar werden de kijkers geplaatst en onze excursieleider ontdekte al snel de aanwezigheid van ijseenden, wat zwarte zee-eenden, een kuifduiker, een groepje middelste zaagbekken en een roodkeelduiker. Erik wees ons op twee overvliegende kanoeten. Door sommigen werden de drieteenmeeuw en enkele zeehonden gezien en gekiekt. De volgende stop was de Oosterscheldekering. Daar maakte ikzelf voor het eerst kennis met de grote burgemeester. Deze liet zich goed bekijken in allerlei

poses: zittend tussen veel meeuwen, vliegend en zwemmend. Een klein stukje verder bij de Roompotsluizen moesten wij op zoek naar kuifaalscholvers. Zij hadden zich al opgesteld om te drogen op een leuk decor (een boei), zodat wij ze allemaal op de foto konden nemen. De tocht werd vervolgd naar de Prunjepolder, waar wij lepelaars, pijlstaarten, een groep van 34 kluten, tureluurs, en scholeksters aantroffen. Jawel hoor, Erik wees ons op een slechtvalk, die wij goed konden bekijken. In hetzelfde gebied stopten we nog een keer. Daar bekeken wij ongeveer 125 rotganzen, met als verrassing twee zeldzame witbuikrotganzen. Een klein stukje verder bij een kijkscherm vonden we wintertalingen, en leuk om te zien: baltsende bergeenden. Een verrassing daar waren 231 zilverplevieren. Hier namen wij afscheid van elkaar. Wij bedankten Erik voor de schitterende dag (daar waren wij het allemaal over eens), waarop hij zijn uitgebreide vogelkennis met ons wilde delen. In alle opzichten een mooie dag: de vogels die Erik in het begin hoopte te zien werden allen gezien en het was ook nog prachtig weer. Samen met Gabrielle en Patrick (mijn chauffeur) gingen we nog even naar de Flaauwers Inlaag en daar hadden we nog een slobeend, bonte strandloper, grote zaagbek, kuifeenden, nonnetjes, wintertalingen, scholeksters en tureluurs. Links: grote burgemeester, foto: Patrick Heuvelman Onder: turen naar steltlopers, eenden en meeuwen, foto: Joke Colijn

6

De Waardvogel – april 2012


Vogelen op het ijs Mieke Verwaal Buiten was het koud en het ijs in de sloten groeide gestaag door. De kriebels om een tocht te schaatsen groeiden, maar alleen is maar alleen. Dus ik belde Jannie, Ton en Wim om de Lansinghtocht te gaan rijden. Zij waren er ook wel voor te porren. We spraken af op 9 februari om 10 uur bij Jannie. Hier stond om 10 uur de koffie al klaar. Om 11 uur gingen we naar het startpunt in Berkenwoude. Wim ging gewapend met verrekijker om de nek, de rest met de ogen van Mieke op stap. Het ijs was goed, maar de vogels lieten zich niet veel zien, tot halverwege de eerste stop in Beijersche. Een paar zwanen en meerkoeten en in het weiland een paar kraaien was alles wat we zagen. Na het Beijersche werden de sloten wat smaller met wat

riet aan de kant. Hier even letten op de baardman, maar dit was tevergeefs; baardmannen hebben we niet gezien. Wel was er in de buurt van Stolwijk een wak met wilde eenden. Sorry Erik, we hebben niet gelet op de soepeenden. Natuurlijk bij Stolwijk een tussenstop met punch en terug naar Berkenwoude. Hier stond bij Jannie een heerlijke maaltijd op ons te wachten . Al met al een leuke schaatstocht, maar met bijzonder weinig vogels.

Foto’s: Wim Sloof

De Waardvogel – april 2012

7


Figuur 1. Wak vol met eenden en andere watervogels in Berkenwoude, foto: Jannie Monhemius

Normaal Bruine flank Afwijkende borstband Bleke borst Witte keel, donker lijf Witte vlekken

Normaal Bleek kleed Witte vlekken Contrastrijk Donker kleed Zwart-witte keel

Overig Figuur 2 & 3. Verdeling van de verschillende typen kleden van de geobserveerde wilde eenden met links de mannen en rechts de vrouwen.

Figuur 4 & 5. Voorbeelden van wilde eenden met een afwijkend kleed. Links het enige exemplaar dat werd gemeld met een kuif en rechts een volledig witte ‘soepeend’, foto: Jannie Monhemius.

8

De Waardvogel – april 2012


Winteronderzoek

kleurafwijkingen wilde

eend Erik Kleyheeg De Krimpenerwaard is als laagveengebied zeer in trek bij watervogels en daarom ook een interessant gebied voor jacht op eenden. In het verleden werden in heel Nederland en Europa veel gedomesticeerde wilde eenden uitgezet om de bejaagbare aantallen eenden te verhogen. Dit waren eenden die soms lange tijd waren gefokt in gevangenschap en daardoor allerlei kleurafwijkingen hadden, zoals witte vlekken of een geheel wit verenkleed. Nakomelingen van deze eenden, met net zulke kleurvariaties, zien wij nog steeds volop in de Krimpenerwaard. Sommige mensen zijn bang dat het aantal eenden met witte vlekken, die we ook wel ‘soepeenden’ noemen, toeneemt en dat er steeds minder eenden met de originele ‘wildkleur’ overblijven. Deze angst is echter niet gebaseerd op tellingen en eigenlijk weten we helemaal niet hoe groot de verhouding is tussen ‘wilde eenden’ en ‘soepeenden’. Het doel van dit onderzoek was om van een groot aantal groepen wilde eenden de verhouding te bepalen tussen vogels met de wildkleuren en vogels met kleurafwijkingen in het verenkleed. Methoden Tijdens de vorstperiode in februari 2012 hadden groepen wilde eenden zich verzameld rond wakken in het ijs (zie figuur 1) en waren daar gemakkelijk te observeren. Bij deze wakken konden de waarnemers alle individuen indelen in vooraf vastgestelde categorieën van afwijkingen in het verenkleed aan de hand van een handleiding met voorbeeldfoto’s. Resultaten Op 28 locaties in de Krimpenerwaard en Moordrecht werden in totaal 1133 wilde eenden geteld en getypeerd. De mannelijke wilde eenden bleken iets beter vertegenwoordigd te zijn dan de vrouwen, met 606 tegen 527 exemplaren. Van beide geslachten bleek ongeveer één op de vijf een afwijkend kleed te hebben. Bij de mannen had 21,5% een ander verenkleed dan normaal en bij vrouwen was dat 18,8% (Figuur 2 & 3). Bij de mannen hadden de meeste afwijkingen betrekking op de borst en flank. De borst, die normaal gesproken kastanjebruin is en scherp gescheiden is van de grijze buik, is in relatief veel gevallen bleker dan normaal. De flank daarentegen is in het normale kleed grijs, terwijl in sommige gevallen de kastanjebruine kleur van de borst over de flank doorloopt naar achteren. Dit kwam in respectievelijk 6,4 en 3,1% van de gevallen voor. Een veel geziene afwijking waarbij het gehele verenpak een andere kleur heeft is een kleed waarvan de borst wit is en

Vacature

de rest van de eend zeer donker. Deze afwijking werd vastgesteld in 6,1% van de mannen. Bij vrouwen kwam het vaker voor dat het gehele kleed afwijkt van normaal. Het komt regelmatig voor dat het kleed bleker of juist donkerder is dan normaal (in respectievelijk 8,5 en 3,8% van de vrouwen), en soms is het kleed in zijn geheel meer contrastrijk (0,9%). Een stuk vaker dan bij mannen vertonen vrouwelijke wilde eenden witte vlekken op willekeurige plaatsen op het lichaam, namelijk in 5,3% van de vrouwen tegen 0,8% van de mannen. Conclusie Dankzij de inspanningen van vrijwillige tellers van de Natuur- en Vogelwerkgroep ‘de Krimpenerwaard’ kon in februari 2012 worden vastgesteld dat in wakken in het ijs in deze regio ongeveer één op de vijf wilde eenden een afwijkend verenkleed heeft. Het percentage afwijkende eenden bleek tussen geslachten nauwelijks te verschillen, hoewel het type afwijking wel verschilde. Dankwoord Dit onderzoek was niet mogelijk geweest zonder de enthousiaste deelname van Cor Oskam, Hans Kouwenberg, Ton de Groot, Jannie Monhemius, Hans Kleyheeg en Dirk Nieuwstraten en creatieve input in een vroeg stadium van Rudi Terlouw en Diny Buisman.

coördinator vlinders en libellen

De NVWK zoekt per direct een nieuwe coördinator vlinders en libellen omdat Paul Schrijvershof te kennen heeft gegeven dat hij zijn functie wil neerleggen. Hiermee komt een belangrijke pijler van onze vereniging vacant. Paul blijft wel kopij aan de Waardvogel aanleveren, maar het actief organiseren van excursies wil hij graag overdragen aan een opvolger. Hij blijft voorlopig beschikbaar als vraagbaak. Academische achtergrond blijkt in de praktijk prettig voor uzelf, maar is beslist niet noodzakelijk; interesse is vaak al voldoende om een leuk verhaal te kunnen vertellen aan onze leden. Uw kennis hoeft niet toegespitst te zijn op vlinders en libellen; een meer algemene kennis van insecten of juist specifieke kennis van een andere groep ‘beestjes’ is ook welkom – desnoods passen we de functiebenaming aan! U kunt de functie net zo breed invullen en er zoveel tijd instoppen als u wilt; een paar excursies per jaar waarop u uw hobby en/of vakkennis deelt met een groepje geïnteresseerden is al voldoende. Bent u geïnteresseerd of kent u iemand waarvan u weet dat die deze uitdaging wel aan kan, neem dan contact op met een van onze bestuursleden (de gegevens staan voorin de Waardvogel). De Waardvogel – april 2012

9


Daar is de lente Patrick Heuvelman Hè lekker, de winter is voorbij. Langzaam komen de weilanden en bermen weer tot leven. Wat is alles toch mooi als het weer lekker frisgroen is. Mijn overbuurman heeft een joekel van een treurwilg aan het begin van zijn oprit. Binnen een aantal dagen zullen de knoppen open barsten en vormt de treurige boom die het raam de hele winter heeft gevuld een mooi fris beeld van gele twijgen en zachtgroene blaadjes. In de slootkanten zie ik al het geel van het klein hoefblad, het speenkruid en de dotters. Maar ook de bloemen van het groot hoefblad staan fier overeind. In de koppen en randen van de weilanden zijn zelfs de pinksterbloemen weer zichtbaar. Voor in de berm zijn de eerste knoppen van het fluitenkruid in de maak. Nog even…. Dan komt het weerbericht: kans op sneeuw. Nachttemperaturen tegen en zelfs onder het vriespunt. Komt dat wel goed? Kan de natuur dit aan? Ja, ongetwijfeld. Natuurlijk zal er schade zijn zoals we in de tuin wel eens ondervinden aan de kapot gevroren knoppen van de hortensia’s. Maar de natuur is sterk en flexibel.

De zon staat steeds hoger en de bermen en slootkanten warmen in de ochtend weer snel op waardoor de groei en bloei zich zal herstellen. Dan mogen we weer genieten van de kleurenpracht die insecten lokt, die op hun beurt op zoek gaan naar de nectar en die waardplanten vinden om hun eitjes af te zetten. Daar komen weer de vogels op af die het insectenbanket nodig hebben voor zichzelf of voor hun kroost dat binnenkort uit het ei zal kruipen. Wat zit het allemaal slim in elkaar. Een echte biotoop in het groot waar wij in mogen leven. Stiekem kijk ik nu al uit naar de zomer. Maar ik wil hier nog even van genieten.

Vogelexcursie in polder De Nesse Rinus van den Bos Acht deelnemers hadden op 7 april de regenbui rond 9 uur getrotseerd en zich om 10 uur verzameld bij de werkschuur van het Zuid-Hollands Landschap aan de Schaapjeszijde. Bij de start van de wandeling werd het droog en dat bleef het, al was het wel fris. Van Rudi Terlouw hadden we toestemming gekregen om door het weiland pal langs de Schaapjeszijde te lopen. Iedereen had een verrekijker. Twee deelnemers hadden zelfs een telescoop meegenomen, waarvan dankbaar gebruik werd gemaakt. Het ZHL heeft veel weides in polder De Nesse. Hier komen nog veel weidevogels voor. Het was bij het begin dan ook direct raak: parende grutto’s. We hebben ze heel oneerbiedig tijdens hun liefdesspel met de telescopen bespioneerd. Een deelnemer concludeerde dat ze er nogal werk van maakten. Ook de balts van de grutto’s hebben we kunnen zien, in groepjes van drie of vier jakkerden ze door de lucht. Helaas hebben we de spectaculaire duikvlucht waarmee ze hun territorium afbakenen niet gezien . De kievit is evenals de scholekster en tureluur volop in deze terreinen aanwezig. Dat het beheer van het ZHL ook voor andere weidevogels zijn vruchten afwerpt, blijkt uit het feit dat er vorig jaar minstens twee paartjes watersnippen en drie paar wulpen op hun terreinen in polder De Nesse hebben gebroed. Wellicht omdat het zo fris was, hebben we de zang van de veldleeuwerik en graspieper niet gehoord. Naast deze weidevogels hebben we nog de nodige eendensoorten gezien: late smienten, veel slobeenden, krakeenden, kuifeenden en een paartje wintertalingen en natuurlijk de wilde eend met de variant soepeend. Op de Nessetiendweg zagen we de witte kwikstaart, ringmus, vink, winterkoning en koolmees. De meer-

10

De Waardvogel – april 2012

koeten waren al volop aan het broeden en de futen waren druk bezig met hun nesten. Wat me al jaren opvalt is dat het waterhoen maar spaarzaam aanwezig is in de polder. Als Rotterdammer verbaast me dat, omdat bij mij voor de deur in de singel enkele tientallen waterhoentjes leven en ook broeden. Tijdens de wandeling hoorden we regelmatig schieten zonder dat we thuis konden brengen waar dat vandaan kwam. Het bleek achteraf een jager te zijn die op kraaien schoot. Uit navraag bij Rudi bleek dat de jacht op kraaien het gehele jaar open is. Bij het ZHL wordt niet gejaagd, om verstoring te voorkomen. Het is trouwens de vraag of afschieten van kraaien zin heeft. Zodra een territorium vrijkomt, wordt dat ingenomen door andere kraaien. De hazen profiteren ook van het feit dat op deze terreinen niet gejaagd wordt, gezien de grote aantallen die we gezien hebben. Lopend langs de Berkenwoudse boezem hoorden en zagen we volop tjiftjaffen, fitissen en drie rietgorzen. Een paartje grauwe ganzen zwom trots met zes kuikens in het water. Een aantal deelnemers hebben een bruine kiekendief op het nest zien zitten Als slotstuk van de wandeling kwamen we nog een groep van ongeveer 25 wulpen tegen. Voldaan waren we na ongeveer drie uur weer bij de werkschuur aanwezig.


Grote aantallen zaagbekken in de Krimpenerwaard Erik Kleyheeg De vorstperiode in februari trof niet alleen Nederland, maar heel Europa. Ook de Oostzee vroor voor een groot deel dicht en veel eenden die de laatste jaren in die contreien bleven hangen in de winter, werden gedwongen verder richting het zuidwesten te trekken. Het IJsselmeer, een voor de hand liggende alternatieve overwinteringsplek voor grote zaagbekken en nonnetjes, was ook met een dikke laag ijs bedekt. Deze soorten weken daarom uit naar de grote rivieren die wel open bleven, zoals de Hollandsche IJssel en de Lek. Normaal vinden we in de Krimpenerwaard niet meer dan een handjevol nonnetjes en grote zaagbekken, maar dat was dit jaar wel anders. Na een oproep van Harm Blom om waarnemingen van deze soorten in te voeren op krimpen.waarneming.nl, werd snel duidelijk dat op vele

plekken op de grote rivieren veel grote zaagbekken en nonnetjes verbleven. Hieronder zijn de waarnemingen samengevat in twee illustraties. Groene bolletjes staan voor waarnemingen uit 2011, blauw is 1-9 exemplaren, geel 10-19 en rood >20 exemplaren.

Grote zaagbek Langs bijna de gehele Hollandsche IJssel en Lek zaten in februari grote zaagbekken, met enkele groepen van meer dan 20 exemplaren. In dezelfde periode in 2011 werden in totaal 24 exemplaren geteld in de hele Krimpenerwaard.

Nonnetje Van nonnetjes worden altijd minder exemplaren waargenomen dan grote zaagbekken in de Krimpenerwaard, maar ook deze soort werd langs beide rivieren veelvuldig gezien. Hieronder bevonden zich vele groepjes van meer dan 10 exemplaren, tegen een totaal van 11 exemplaren in dezelfde periode in 2011 in de hele Krimpenerwaard

De Waardvogel – april 2012

11


Notulen van de ledenvergadering op 28 maart 2012 Ewald Schattenberg 1. Opening Om 20.00 uur opent de voorzitter (Arie Dorsman) de jaarvergadering en heet de 38 aanwezige leden van harte welkom. Na de opening van de vergadering toont de voorzitter het nieuwe organigram van de vereniging. Te zien is dat we een coördinator planten krijgen en dat er een nieuwe knotgroep bij is gekomen. Hierover wordt onder punt 7 meer verteld.

aanzien van de begroting 2012 valt al te melden dat deze er positief uit ziet, mede dankzij de subsidie van het IJsvogelfonds. In de begroting is de bijdrage van de Stichting Kringloop Huisraad in Krimpen a/d IJssel nog niet opgenomen, omdat dit bedrag nooit vooraf bekend is. Er zijn er geen vragen uit de zaal. De penningmeester wordt bedankt voor de heldere uitleg. Het financiële verslag is na te lezen in Waardvogel nummer 1, februari 2012.

2. Vaststellen van de notulen van 30 maart 2011 De notulen zijn gepubliceerd in Waardvogel nummer 3, juni 2011. Er zijn meerdere afschriften van de notulen van de vorige jaarvergadering in de zaal neergelegd om de aanwezigen de gelegenheid te bieden deze nog even in te zien. Er zijn geen opmerkingen over het jaarverslag. De notulen worden ongewijzigd vastgesteld, met dank aan de secretaris. De voorzitter en de secretaris ondertekenen de goedgekeurde notulen.

4. Verslag van de kascontrolecommissie De kascontrolecommissie wordt vanavond vertegenwoordigd door Klaas Koopman. Klaas geeft aan dat hij graag kascontroles doet, mede uit respect voor het werk van de penningmeester. Kees Rietvelt is 12 jaar penningmeester geweest en heeft het in die jaren prima gedaan. Alles is correct verantwoord en degelijk onderbouwd. Complimenten!

6. Jaarverslag van de coördinator vogels De coördinator vogels (Erik Kleyheeg) is helaas afwezig, maar wordt op deze avond vertegenwoordigd door de secretaris. Deze leest het verkorte verslag van de vogelcoördinator voor en vertelt wat er het afgelopen jaar is gebeurd op vogelgebied. Alle werkgroepen passeren de revue. Bij de wintervogeltellingen wordt nu ongeveer 70% van de Krimpenerwaard geteld. Om echt de gehele Krimpenerwaard gebiedsdekkend te tellen zijn er nog ongeveer 10 extra vrijwilligers nodig. Het zou erg mooi zijn als mensen met belangstelling zich vanavond zouden melden bij de secretaris of anders bij de vogelcoördinator (Erik Kleyheeg) zelf. Zijn gegevens staan in de Waardvogel vermeld. Vanuit de zaal wordt gevraagd waar de derde en vierde huiszwaluwentil gaan komen. De voorzitter antwoordt dat de derde til bij het gemaal in de Krimpenerwaard komt te staan. Het kost echter de nodige tijd en overleg met het Hoogheemraadschap om dit goed te regelen. De vierde til komt in Gouderak in de Zellingwijk te staan. Dit loopt via het Zuid-Hollands Landschap. Ook dit loopt nog. De tillen worden ouderwets handmatig door zes man geplaatst. Een en ander is te volgen in de diverse Waardvogels en op de website (www.nvwk.nl). Na afloop van zijn verhaal geeft de secretaris aan dat het verslag gepubliceerd staat in Waardvogel nummer 1, februari 2012. Er zijn geen vragen meer vanuit de zaal.

5. Jaarverslag van de penningmeester Kees Rietvelt (penningmeester) toont de financiële overzichten met behulp van de beamer aan de zaal en hij licht diverse gegevens toe. Het was een bijzonder jaar met veel grote uitgaven. Het was spannend of de ramingen zouden kloppen. Gedurende het jaar werd duidelijk dat alles prima begroot was. De grootste uitgaven zaten in het maken van “de Waardvogels” en in de huiszwaluwentillen. Vanuit het IJsvogelfonds is inmiddels een flinke subsidie ontvangen, maar deze komt pas volgend jaar in beeld. Dit komt door het kasstelsel dat gehanteerd wordt. Inkomsten worden pas verantwoord als ze daadwerkelijk ontvangen zijn. Het uiteindelijke resultaat over 2011 is gunstiger dan verwacht. Er is een positief resultaat van € 1.500,00. Ten

7. Samenwerking Knotgroep Krimpen a/d IJssel De voorzitter geeft een toelichting op de reden van toetreding van de Knotgroep Krimpen a/d IJssel tot onze vereniging. Een en ander had te maken met de nieuwe eisen die de banken stellen aan zakelijke rekeninghouders. Voor particulieren is het niet mogelijk meer om zakelijke rekeningen te gebruiken voor hun activiteiten. Daarom is door de Knotgroep Krimpen a/d IJssel besloten om op te gaan in onze vereniging. Als gevolg hiervan groeit onze vereniging per 1 juni met 25 leden. Voor de nieuwe knotgroep is een eigen rekening beschikbaar, zodat de financiën gescheiden blijven van de andere rekeningen. Hiervoor is gekozen omdat onze nieuwe “tak” via vaste bijdragen voor hun knotwerk in hun eigen inkomen voorzien en ook hun eigen kosten

3. Jaarverslag van de secretaris De secretaris leest het jaarverslag voor en merkt op dat de vereniging in het jubileumjaar is gegroeid tot meer dan 700 leden. De Waardvogels, cursussen, dia-avonden en lezingen, de coördinatorenavond en de website passeren de revue. Na afloop van zijn verhaal geeft de secretaris aan dat het complete jaarverslag is te lezen in Waardvogel nummer 1, februari 2012.

12

De Waardvogel – april 2012


kunnen dragen. De financiële zaken lopen via onze penningmeester en de nieuwe knotgroep valt onder onze plantencoördinator. Aanspreekpunt van de Knotgroep Krimpen a/d IJssel is Jos de Nood (zijn contactgegevens staan op de binnenpagina van de Waardvogel). Anton van Jaarsveld vraagt hoe het zit met het onderscheid tussen het betaalde knotwerk in Krimpenerwaard West en het “gratis” knotwerk -door ons- in Krimpenerwaard Oost. De voorzitter antwoordt dat wij ook een bijdrage vragen voor ons knotwerk, maar dat de Knotgroep Krimpen a/d IJssel werkt met eigen vergoedingenafspraken. 8. Bestuursverkiezing Conform de statuten moet dit jaar de penningmeester (Kees Rietvelt) aftreden. Kees Rietvelt heeft zich niet meer herkiesbaar gesteld. De functie van plantencoördinator stond nog open. Door het bestuur zijn Gerard van Slijpe (als nieuwe penningmeester) en Patrick Heuvelman (als nieuwe coördinator planten) voorgesteld als nieuwe bestuursleden. In de Waardvogel van februari 2012 is de leden de gelegenheid geboden tegenkandidaten voor te stellen. Er zijn geen nieuwe voordrachten vanuit de zaal, zodat Gerard van Slijpe en Patrick Heuvelman beiden gekozen worden in hun betreffende functie en drie jaar mogen aanblijven in het bestuur. De zaal kan zich hierin vinden en wenst beiden veel succes toe. Nadat Kees Rietvelt hartelijk bedankt wordt voor zijn werk in de afgelopen jaren mag hij zijn stoel afstaan aan het nieuwe bestuurslid. In Waardvogel nr. 2 van april 2011 zullen de nieuwe bestuursleden, Gerard en Patrick, zich voorstellen. 9. Benoeming van leden van de kascontrolecommissie Klaas Koopmans heeft er al twee termijnen opzitten in de kascontrolecommissie en is statutair niet meer te benoemen. Zijn plaats wordt ingenomen door Rinus

Anker. Jan de Boer blijft nog één jaar aan in de kascontrolecommissie. Als reserve-kascontroleur wordt Kees Rietvelt benoemd. 10. Rondvraag - Rinus Anker vertelt dat de Bergvliet en Kwakerskade kapot gereden worden door crossmotoren, quads en mountainbikes. Hij vraagt wie het beheer heeft over deze gebieden en of de vereniging hier iets aan kan doen. Het bestuur gaat dit uitzoeken. - Rinus Anker stelt voor de natuur meer onder de aandacht te brengen bij de mensen. Hij denkt hierbij aan wandelingen en het promoten via de website en dergelijke. Wandelingen zouden mooi kunnen aansluiten op de haltes van de buurtbus. Joke Colijn (redactie/pr) stelt voor om contact op te nemen met Rinus en te kijken voor stukjes in de Waardvogel. - Mieke Veen vraagt wat we doen voor de zoogdieren. De voorzitter geeft aan dat we destijds een vleermuizenwerkgroep hebben gehad, maar dat er nu geen actieve mensen meer bezig zijn met zoogdieren. Ook zijn er geen contacten meer met de diverse instanties. Wel staan we open voor een nieuwe start. - Rinus Anker merkt op dat er voor de oeverzwaluwen nu een nieuwe wand staat, maar dat deze van klei is en veel te hard van structuur is. - De voorzitter merkt op dat er geen officiële vlindercoördinator meer is. De vorige coördinator, Paul Schrijvershof, is nog wel bereid als contactpersoon te blijven, maar niet meer als officieel coördinator. Er is echter wel dringend een opvolger nodig! 11. Sluiting De voorzitter sluit om 21.00 uur de vergadering. Na afloop van de vergadering geeft Harm Blom, van Staatsbosbeheer, een schitterende diapresentatie genaamd “Natuurparels in de Krimpenerwaard”.

Vooraankondiging natuurschilderworkshops! Realistisch schilderen naar de natuur Pepijn Hof en Natascha van den Berg, twee professionele kunstenaars uit de Krimpenerwaard, bieden u de mogelijkheid deel te nemen aan een vierdaagse schilderworkshop ‘Naar de natuur’. Er zijn drie workshops gepland waarin u kunt kennis maken met de natuur in de polder en langs de rivier de Lek. We gaan vier volle dagen schetsen in de buitenlucht en schilderen onder begeleiding in het atelier, gecombineerd met twee dagen exposeren tijdens kunstroute ‘Kunststroming’ langs de Lek. Als thuisbasis en atelier maken wij gebruik van de nieuwe faciliteiten van boerderij "De Hoeksesluis" in Lekkerkerk. Data: Voor meer informatie: - 28 augustus t/m 2 september www.naardenatuur.nl (onder constructie) - 4 september t/m 9 september info@naardenatuur.nl - 11 september t/m 16 september Natascha v.d. Berg 06 42211645, Pepijn Hof 06 28779204

De Waardvogel – april 2012

13


outplacement – loopbaanbegeleiding – re-integratie 2e spoor Ook in de Krimpenerwaard! Op zoek naar een nieuwe baan voor uzelf of voor uw medewerkers? De coaches van id Rijnmond staan voor u klaar!

www.idrijnmond.nl 010-2934343

Wij dragen graag een steentje bij. Dat is het idee. Ramen, Deuren, Kozijnen ,Verbouwingen Gevelbekleding , Aanbouwen , Renovatie Inbraak preventie Tel. 0180 -517522 / 06-51809068

Rabobank Krimpenerwaard ondersteunt uw vereniging. Rabobank. Een bank met ideeën.

www.rabobankkrimpenerwaard.nl

Abelenlaan 4a - 2935 SB Ouderkerk a/d IJssel Postbus 3012 - 2935 ZG Ouderkerk a/d IJssel info@van-der-velden.nl - www.van-der-velden.nl


Even activeren Erik Kleyheeg De zwartkoppen zitten uitbundig te zingen, de boerenzwaluwen zijn terug en broedvogelinventarisaties zijn al in volle gang. Nu we midden in het voorjaar zitten, kunnen we weer zomerse activiteiten plannen voor onze vogelende leden. Gaat het bij u ook weer kriebelen om naar buiten te gaan? Aarzel dan niet om u bij de onderstaande activiteiten aan te sluiten! Big Birding Day 2012 Op 5 mei wordt de jaarlijkse Big Birding Day georganiseerd. In teams gaan we van 05.00 uur ’s ochtends tot 17.00 uur ’s middags de Krimpenerwaard uitkammen op zoek naar zoveel mogelijk soorten. Degene met de meeste soorten aan het eind van de dag heeft gewonnen en krijgt een wisselbeker mee. Begin vast met het vormen van een team van drie à vier personen, of meld je aan bij Erik Kleyheeg (xx xxxxxxxx of xxxxxxxxx@xxxx.xx) als je in een team geplaatst wilt worden. Aanmelding kan tot 30 april. We verzamelen om 04.45 uur op het parkeerterrein van café-restaurant ‘De Loet’ in het Loetbos. Jeugdactiviteit 12 mei Op zaterdag 12 mei gaat de jeugdwerkgroep met jeugdleden op zoek naar weidevogels in de Krimpenerwaard. Er wordt iets verteld over weidevogels, hun gedrag en de pullen. Je kunt door een telescoop naar de vogels kijken en natuurlijk is er ook tijd voor een spel. De exacte locatie wordt nog bekendgemaakt. Opgeven bij Mieke Verwaal: jeugd@nvwk.nl / xx xxxxxxxx. Excursie naar de Groene Jonker 2 juni De Groene Jonker bij Nieuwkoop is een van de meest succesvolle natuurontwikkelingsprojecten in het laagveen van de afgelopen jaren. Bijzondere soorten als kleinst waterhoen en steltkluut kwamen hier tot broeden en er kunnen allerlei leuke rietvogels en steltlopers worden gezien. Ton de Groot leidt op zaterdag 2 juni een

excursie naar dit gebiedje. We verzamelen bij Stolp-Inn in Stolwijk om 08.30 uur en de excursie duurt tot in de middag, dus neem een lunchpakketje mee. Avondwandeling op de Kleine Zaag 4 juli Op woensdag 4 juli gaan we onder leiding van Patrick Heuvelman een mooie avondwandeling maken over de Kleine Zaag. We verzamelen om 19.00 uur op de Zaag ter hoogte van de autosloperij en zijn daar rond 21.30 uur terug. Bijzonder aan deze excursie is dat er aandacht zal zijn voor zowel planten als vogels. Volop gelegenheid om iets nieuws te leren dus! Trektellen en fenologiewedstrijd Vanaf maart tot begin mei wordt er weer regelmatig geteld op trektelpost ‘De Hoekse Sluis’ op de Lekdijk tussen Bergambacht en Lekkerkerk. Elk jaar maken we weer kans op bijzondere soorten, zoals zwartkopmeeuwen en reuzensterns. Iedereen is altijd van harte welkom! U kunt voor meer details contact opnemen met onze telpostcoördinator Rob van Straaten. De trektelpost is ook een erg goede plek om fenologiesoorten binnen te zien komen. Het is dus de moeite waard om trektellen te combineren met het bijhouden van je fenologielijst voor de jaarlijkse fenologiewedstrijd. Morrison Pot houdt de eerste voorjaarswaarnemingen weer bij op krimpen.waarneming.nl, maar op www.nvwk.nl kunt u ook een fenologieformulier downloaden wat u naar Morrison kunt opsturen.

De reiger M. Bergsma Als bezitter van de Tiendweg loopt hij waardig, ongehaast op de rijbaan, als er plots een snelle auto langs hem raast. Hij bereikt de afgeknotte wilgen aan de waterkant, vliegt omhoog naar één der bomen en kijkt roerloos over ’t land. Dit is zijn domein, zijn plek; niemand duldt hij op zijn stek.

Langzaam zweeft hij naar beneden en daar, staande op één poot ziet zijn scherpe oog beweging in de bruine moddersloot. Een geslaagde actie zorgt dat hij een vis uit ’t water trekt. Spartelende hangt de snoekbaars in de scherpe reigerbek Hij heeft onverwacht geluk en zijn dag kan niet meer stuk

De Waardvogel – april 2012

15


Excursie naar het Krimpenerhout Tekst: Wim Sloof, foto’s: Max Ossevoort Op zaterdag 24 maart ‘s morgens om 8 uur verzamelde een grote groep (meer dan 20) mensen zich op de parkeerplaats bij de surfplas van Krimpen a/d IJssel om met Erik Kleijheeg, onze excursieleider, een rondje Krimpenerhout te gaan doen. Het weer was rustig en een waterig zonnetje deed zijn best om de temperatuur weer naar aangename waarden te doen stijgen. We begonnen de tocht langs de noordkant van de plas en de eerste vogels dienden zich aan. Een groepje futen, al in zomerkleed met prachtige oorpluimen, zwom midden op de plas en enkele kleine mantelmeeuwen, te herkennen aan hun donkergrijze rug en gele poten, stonden aan de overkant op paaltjes die daar in het water staan. Er stonden een paar vissers op het strand, waardoor daar geen vogels liepen. Vaak kun je daar wat steltlopers of scholeksters vinden, maar die hadden een rustiger plekje opgezocht. Lopend tussen de bomen van het bos begonnen we steeds meer vogels te ontdekken. Mezen en vinken werden gehoord en gezien. De tjiftjaf, die alweer massaal aanwezig is, liet zich mooi zien en horen. In de verte hoorden we de vroege zang van de merel en de zanglijster tussen de bomen door komen. Plots werd er halt gehouden, want de fitis, een doelsoort voor deze ochtend en voor velen de eerste dit voorjaar, liet zijn overbekende liedje horen. Sommige vogelliedjes zijn te onthouden door er een zinnetje van te maken zoals bij de geelgors, die roept “Ma ma ma ma ‘k wil een ijsje” waarbij je “ijsje” wat langer aanhoudt. De fitis roept “’t Is De rietgorzen zongen op verschillende plekken mooi weer vandaag maar het blijft niet zo” waarbij je hoog begint en wat lager en somberder eindigt. Probeer maar eens. Op verschillende plekken werden ook weer rietgorzen ontdekt, die soms aarzelend en dan weer wat uitbundiger zaten te zingen. Al half op weg terug, onder de rook van Krimpen aan de Lek, hoorden we een blauwborst roepen vanuit een riethoekje. Aandachtig werd er geluisterd en gekeken en, helaas niet door iedereen, werd hij gehoord en gezien. Even later kwamen een havik en een sperwer gezamenlijk overvliegen. We kregen mooi de tijd om hun vliegbeelden te vergelijken, want ze vlogen rustig over ons heen. Bij het plasje, waar honden mogen zwemmen en enkele bankjes staan, werd nog even een koffiestop ingelast voor diegenen die iets te nuttigen hadden meegenomen. Het laatste stukje liep langs de zuidzijde van de surfplas. Hier werden op de weilanden en akkers zuid van het fietspad nog de nodige weidevogels gezien. Kieviten, grutto’s, tureluurs, witte kwikken en scholeksters hadden allemaal het voorjaar al in de bol en waren druk bezig met voedsel zoeken en of aan het bakkeleien wie waar mocht zijn of wat mocht doen. Er liep ook een paartje bergeenden. Erik, die vaak leuke wetenswaardigheden weet te vertellen (en niet alleen van vogels), vertelde dat deze vogels holenbroeders zijn die vaak in de holen van de muskusratten hun nesten bouwen. Zo kwam de groep al keuvelend weer aan bij de parkeerplaats en konden we terugzien op een heerlijk ochtendje vogelen.

16

De Waardvogel – april 2012


Huiszwaluwtillen overeind! Plaatsing van onze huiszwaluwtillen (2) Foto’s: Max Ossevoort en Bert Neeleman Op 9 maart werden de eerste twee huiszwaluwtillen geplaatst o.l.v. Bert Neeleman in de landschapselementen bij Bergambacht en Nederlek. Bert had alles bijzonder goed voorbereid waardoor het een gesmeerde operatie werd. Hieronder het beeldverslag van een dag waaraan vijf vrijwilligers van de NVWK en Bert zelf veel plezier beleefden.

1. Een bakkie voor aanvang van de klus

5. Het hoogste punt bereikt!

2. De paal moet overeind gehesen worden

6. De laatste kommetjes worden aan de til gelijmd

3. Stevig vasthouden Nico!

7. Hij staat! Trots op het resultaat 4. De til wordt met een karretje naar de plek gereden waar hij moet komen De Waardvogel – april 2012

17


18


De vogelvrije aalscholver Tekst en foto’s: Peter de Mooij De aalscholver is een echte watervogel. Met honderden tegelijk houden ze zich op in een griend achter Gouderak. Hun uitwerpselen bedekken de boomtoppen met een salpeterige spierwitte laag, zodat het net lijkt alsof de bomen met een laag rijp zijn overdekt. Het hele jaar door zijn ze te vinden in de Krimpenerwaard en gedijen uitstekend in onze polders. Na op jacht te zijn geweest naar vis, waarbij ze net als de fuut tientallen meters onder water zwemmen, staan ze minutenlang hun verenpak te drogen. Hun vleugels spreiden ze bij dit droogproces wijd uit in de richting van de zon of gewoon maar op de wind. Schuw als ze zijn, blijken ze niet gemakkelijk te benaderen. Volgens de overleveringen hebben de Duitsers deze vogels in de oorlog vogelvrij verklaard en werden ze massaal afgeschoten. Maar hij is terug, alhoewel het menselijk gezien een volslagen raadsel blijft waarom deze mooie vogel nu juist massaal terugkeerde naar de grond waar hij eertijds is opgejaagd. Hij werd afgeschoten en verbannen vanwege zijn grote vislust, want broodvissers zagen hem als geduchte concurrent. De vogelminnende natuurliefhebbers als ikzelf, mogen hem graag zien zweven in de lucht, duikend in een van onze boerensloten of drogend op een houten paal ergens in een weiland. Zomer of winter, de aalscholver blijft een prachtige verschijning in onze wateren.

19


Sicus ferrugineus (Linnaeus, 1761) Paul Schrijvershof Vorig jaar viel mij tijdens een rondje onkruid wieden in mijn tuin te Capelle a/d IJssel, een klein roodbruin vliegje op dat boven op een bloeistengel van de lavendel op de uitkijk leek te zitten. Het vliegje had een opvallende gele snuit en verder was opmerkelijk dat het zijn achterlijf naar voren gebogen hield. Ik had geen idee wat het was dus pakte ik mijn camera en schoot er een aantal plaatjes van. Op waarneming.nl zocht ik vervolgens onder ‘vliegen en muggen’ naar gelijkende afbeeldingen. Al snel vond ik wat ik zocht. Het bleek een blaaskopvlieg te zijn: Sicus ferrugineus. Op de digitale snelweg vond ik ondermeer de volgende wetenswaardigheden over dit insect. Sicus ferrugineus is een van de 32 soorten blaaskopvliegen (familie Conopidae) die in Nederland bekend zijn. Zij danken hun naam aan het feit dat ze een vrij dikke opgeblazen kop hebben. Verder is de extreem gekromde houding van het achterlijf kenmerkend. Bij de mannetjes is het uiteinde bolvormig. Bij vrouwtjes is dat geen bolvorm, maar een meer puntig eind. Blaaskopvliegen zijn endoparasieten. Hun larven leven binnen het lijf van een ander dier.

Blaaskopvliegen moeten echter wel zorgen dat hun eitjes in de gastheren terechtkomen. Hoe zij dat precies doen, is nog niet geheel duidelijk. Daarover zijn meerdere theorieën bekend. De meest waarschijnlijke is dat de vrouwtjes van de vliegen beschikken over een soort haakje (als blikopener) aan het achterlijf waarmee ze een achterlijfsring van de gastheer kunnen oplichten. De actie geschiedt vliegend of op een bloem en is snel klaar. Het eitje wordt onder het tergiet of rugschild gelegd en de uitgekomen larve kan zich naar binnen werken. De larve van Sicus ferrugineus begint met de minder vitale delen van de hommel. In het begin zal dat merendeels bloed (haemolymphe) zijn. De hommel gaat dus niet gelijk dood. Daar gaan ongeveer twee weken overheen. Dan is de larve volgroeid en deze verpopt dan in het hommelkarkas. Daar vindt ook de overwintering plaats. In het volgende voorjaar knaagt de uit de pop gekomen vlieg zich naar buiten via een rand van het tergiet. Sommige blaaskopvliegen hebben zich gespecialiseerd op één hommelsoort. Sicus ferrugineus is minder kieskeurig en gebruikt meerdere gastheren. Hij parasiteert als enige aardhommels en verder parasiteert de soort ondermeer steenhommel, tuinhommel en akkerhommel. Omdat dit redelijk talrijke soorten zijn, is ook hun parasiet vrij talrijk. Ook elders in Europa is het een algemene soort.

Sicus ferrugineus, Capelle a/d IJssel, 5 juli 2011, foto: Paul Schrijvershof

Diverse geslachten uit deze familie hebben wespen, bijen en hommels nodig voor de voortplanting. Er zijn ook soorten die strontvliegen en sprinkhanen parasiteren. Veel van de volwassen vliegen hebben een wespachtig uiterlijk. Ze hebben vaak zwart/geel gestreepte achterlijven, soms gesteeld en voor vliegen ongebruikelijk lange antennen. Ook worden ze nogal eens aangezien voor zweefvliegen.

20

De Waardvogel – april 2012

Sicus ferrugineus wordt 8 tot 13 mm lang. Borststuk en achterlijf zijn roodbruin of geelbruin. De kop is geel, vrij groot en lijkt opgeblazen, de wangen zijn smal en aan de voorzijde zit een soort bobbel, ter hoogte van de korte antennen. De ogen zijn groot en roodachtig van kleur. De vliegtijd is van mei tot en met september. In juni en juli is de soort het talrijkst. Deze vliegen voeden zich met nectar en stuifmeel van verscheidene composieten zoals o.a. muizeoor, distels, schermbloemigen, peterselie en roosachtigen zoals bramen. Ze hebben een uitklapbare lange zuigsnuit (proboscis) waarmee zij het voedsel opnemen. Mocht je Sicus ferrugineus ook wel eens willen zien, dan weet je nu waar en wanneer je hem moet zoeken. Succes!


Een makkelijke tuinsoort Hans Kouwenberg De meeste leden van onze vereniging zullen genieten van de natuur. Van een aantal weet ik zeker dat ze lijstjes bijhouden: jaarlijstjes, regiolijstjes, vakantielijstjes en natuurlijk de levenslijst moeten worden gevuld met zo veel mogelijk verschillende waarnemingen, hoe meer hoe beter. Zelf ben ik niet van de lijstjes; wat ik wel belangrijk en leuk vind is de juiste naam te plakken op de dingen die ik zie. Mijn tuin probeer ik natuurvriendelijk in te richten en ik probeer de planten zo te kiezen dat vogels, vlinders en andere beesten er plezier aan hebben. Een paar jaar geleden heb ik ook een paar vuurdoorns geplant: in het voorjaar geven die bloemen, in het najaar bessen en het hele jaar door hebben de vogels bescherming door de stevige doornen. Bij het snoeien viel mij op dat er op een aantal bladeren ‘iets’ zat, al kon ik niet zeggen wat. Op de bovenkant van het blad zat een soort nest/web van een beest, al had ik het beest zelf nooit gezien. Mijn eerste gedachte was een gal, alleen bestaan er in Nederland op de vuurdoorn geen gallen. Het raadsel bleef in mijn gedachten; niet constant maar toch. De oplossing was in dit geval echter heel simpel, door in de soorten op waarneming.nl te zoeken op ‘vuurdoorn’. We kennen in Nederland maar twee organismen met ‘vuurdoorn’ in de Nederlandse naam. De wilde plant vuurdoorn is zeldzaam in Nederland, de gekweekte vorm is zeer algemeen. Het tweede organisme is de vuurdoornvouwmot (Phyllonorycter leucographella,

Vuurdoornvouwmot, bron illustratie: http://ukmoths.org.uk

Zeller, 1850), een vrij algemene soort nachtvlinder. De rups van deze nachtvlinder vreet de zachte delen van het vuurdoornblad en is daarmee een bladmineerder. Bevestiging kwam via de foto's op internet en ook via de site bladmineerders.nl. De mijn van de vuurdoornvouwmot wordt omschreven als “blaasmijn of vouwmijn zonder voorafgaande gang” en “bovenzijdige, zilverige blaasmijn”. Meteen een foto op waarneming.nl gezet en deze werd vrijwel direct goedgekeurd. Aangespoord door de juiste determinatie heb ik verder in mijn omgeving gekeken: op ongeveer de helft van de vuurdoorns komt de mijn van de vuurdoornvouwmot voor. Ik ben heel benieuwd of de vuurdoornvouwmot zo algemeen is als ik denk, ik zie de waarnemingen op internet met spanning tegemoet. Op waarnemingen.nl kunt u de blaasmijn van de vuurdoornvouwmot invoeren onder de soortgroep van ‘nachtvlinders en micro’s’ en als kleed kunt u dan ‘mijn’ aanklikken. Veel succes met uw tuinsafari.

Een mijn van de vuurdoornvouwmot op een blad, foto: Hans Kouwenberg

De Waardvogel – april 2012

21


$'0,1,675$7,(.$17225 9(5:$$/ /,' 12$%

Uw kaas van Toos en Klaas, Ouderkerk a/d IJssel, 0180-682019

We staan op de weekmarkten: Dinsdag : Krimpen a/d IJssel Woensdag : Schoonhoven Donderdag : Capelle a/d IJssel Vrijdag : IJsselstein

9RRU DO XZ

‡ %RHNKRXG]DNHQ ‡ %HODVWLQJDGYLH]HQ ‡ %HODVWLQJDDQJLIWHQ ‡ /RRQDGPLQLVWUDWLH

‡ 9ULMEOLMYHQG YRRU DOOH LQOLFKWLQJHQ

‡ 2RN YRRU SULYp DDQJLIWHQ JHYHQ ZLM JUDDJ DGYLHV

2RVWHLQGH +RI WHU %HUJHQ H PDLO YHUZDDO#SODQHW QO

$+ %HUNHQZRXGH WHO '5 %HUJDPEDFKW WHO ID[

SNACKBAR GRAAFLAND Uw adres voor Patat, div. snacks, belegde broodjes, ijs, sorbets, slushpuppies, milkshakes Ook verzorgen wij mooie vis- en huzarensalades!!! Weteringsingel 2, hoek Waalstraat Krimpen a/d IJssel tel. 0180 513466

VRAAG DE NIEUWE REISGIDS 2012 AAN, OF KIJK OP ONZE SITE VOOR MOOIE TRIPS! MET ONDER MEER: 43 GROEPS-REIZEN, 6 FOTOREIZEN, 7 CRUISES & 6 WEEKENDEN IN NEDERLAND. KOM GAUW KIJKEN! Meer informatie? Kijk op www.birdingbreaks.nl, info@birdingbreaks.nl of bel BirdingBreaks 020 7792030.

BESTEMMING CRUISES Atlantic Odyssey 2012 Noord-Atlantische Cruise Spitsbergen 1 Spitsbergen 2 Spitsbergen 3 FOTOREIZEN Gambia Lesbos Noorwegen, Varanger Spitsbergen Engeland, Farne Islands GROEPSREIZEN Borneo Costa Rica India, Gujarat

VERTREK

DUUR (DAGEN)

PRIJS

29-mrt-12 07-jun-12 18-jun-12 04-jul-12 22-jul-12

31 12 8 10 10

va. 5790,va. 1650,va. 2800,va. 3550,va. 3550,-

01-feb-12 20-apr-12 02-mei-12 01-jun-12 10-jun-12

15 8 7 8 7

1985,1345,1695,2295,-

27-jan-12 01-feb-12 10-feb-12

15 16 16

4295,3395,2995,-

BESTEMMING Antarctica, Drake Passage & Antarctisch Schiereiland Ethiopië Ecuador Limburg Spanje, Extremadura & Coto Doñana Eilat, trekvogelparadijs Atlantic Odyssey 2012 Marokko: Hoge Atlas, Sahara en kust Zuid-Turkije Voorjaar in Limburg Polen, spechten en uilen! Spanje, Duponts Leeuwerik en meer!

VERTREK

DUUR (DAGEN)

PRIJS

17-feb-12 23-feb-12 07-mrt-12 16-mrt-12

11 16 16 3

va. 5490,2895,3795,315,-

23-mrt-12 27-mrt-12 29-mrt-12

10 8 31

1695,1495,va. 5790,-

03-apr-12 12-apr-12 13-apr-12 15-apr-12

11 11 3 6

1875,1795,315,1195,-

18-apr-12

6

1245,-

Boerderijwinkel voor: Fam. Van Drunen * Vlees (pakketten) Gouderakse Tiendweg 99 * Boerenkaas 2831 KA Gouderak * Ambachtelijke producten Tel.: 0182-521646 Email: Henk.van.Drunen@deveerstalhoeve.nl Openingstijden: op dinsdag / woensdag en vrijdag van 14.00 tot 18.00 uur en op zaterdag van 09.00 tot 15.00 uur. In onze boerderijwinkel verkopen we vlees van eigen gefokt vee. De kalfjes die bij ons komen hebben het 1e halve levensjaar bij hun moeder gelopen. Daarna lopen de dieren ‘s zomers in het weiland. Voor de weilanden zijn overeenkomsten gesloten met de landelijke overheid voor botanisch- en weidevogelbeheer. Door dit beheer ontstaat een gevarieerd grasland. ‘s Winters lopen de dieren los in de stal, waar ze alleen eigen gewonnen kuilgras krijgen. Zo groeien ze op een natuurlijke wijze tot ze groot genoeg zijn om te slachten.


“De Wielewaal”

Natuurmuseum en klompenwinkel.

Mooi aanbod tweedehands natuurboeken. Ook ruime sortering andere boeken.

In- en verkoop.

Van maart t/m oktober geopend van dinsdag t/m zaterdag van 10.00- 17.00 uur. Groepen op afspraak. U bent van harte welkom bij; Familie Rijneveld. Tiendweg 26, Willige Langerak Tel: 0182 384454. Website : www.museumdewielewaal.nl

Wij staan op de boekenmarkt in Krimpen aan den IJssel. André en Annie Bloot a.bloot@planet.nl

Kijk voor ons actuele occasionaanbod op WWW.AUTOBEDRIJFDEWAAL.NL

Middelblok 202 - Gouderak - (0182) 37 26 23

Aannemersbedrijf

Maaijen & Zn BEIJERSCHEWEG 73 2821 NE STOLWIJK TEL 0182 514486

Verbouw, onderhoud, nieuwbouw, reparatie, restauratie. Ontwerp en tekenwerk.

Al meer dan 75 jaar een kleine aannemer van FORMAAT Ook zijn wij een erkend leerbedrijf. E-mail : abe@maaijen.nl

web: www.maaijen.nl

Zit u te BROEDEN op een plan voor een nieuwe keuken? Wij kunnen u helpen dat EI te leggen. Vrijblijvend adviezen in een ontspannen sfeer bij: KEUKENCENTRUMAannemersbedrijf SCHOONHOVEN In de melkfabriek Schoonhoven 0182-383018 lid A.N.V.K. en 5 jaar garantie! erbouw, onderhoud, nieuwbouw, BEIJERSCHEWEG 73 Nu ook op internet: www.kcschoonhoven.nl

2821 NE STOLWIJK TEL 0182 514486

reparatie, restauratie. Ontwerp en tekenwerk.

Al meer dan 75 jaar een kleine aannemer van FORMAAT Ook zijn wij een erkend leerbedrijf.

INEKE’S MODE

Vo o r d e v r o u w m e t s t i j l Bermweg 55-57 - Capelle-Schenkel - tel. 010 - 451 05 05


Jaarverslag VRS Nebularia 2011 Marcel Schildwacht, Ton van Ree en Cor Oskam In 2011 werd er aandacht besteed aan 100 jaar vogels ringen. Er was een manifestatie op 24 mei in Nijkerk, waar aandacht werd besteed aan het feit dat precies een eeuw geleden de eerste vogels in Nederland werden geringd. In 1911 deed Dr. E.D. van Oort van het Rijksmuseum te Leiden namelijk een oproep om vogels te gaan ringen. Dit alles om meer te weten te komen over vogelbewegingen. Meindert Menzo van Esveld was toen een van de eersten die daaraan gehoor gaf en hij ringde op 24 mei 1911 maar liefst 15 spreeuwen. Op 24 mei 2011 speelde Bram Ubbels de rol van ringer Meindert van Esveld en Leen van Ree de rol van Opa. Het werd een leuke informatieve dag.

Foto 1: Leen van Ree (Opa) met Bram Ubbels (Meindert van Esveld) ringen de ‘eerste’ spreeuw

Een half jaar later dan gepland was het er dan uiteindelijk: HET JUBILEUMBOEK. We schrijven november 2011. Een proces van ruim anderhalf jaar met daarin diverse interviews, een veelvoud aan ideeën, negen redactievergaderingen, honderden e-mails, veel energie, tomeloze inzet, stevige discussies, water bij de wijn, tientallen foto’s erin en vervolgens de helft er toch weer uit, een vijftal concepten, vier offertes en zes sponsors. Doordat ons vogelonderzoek op een vrijwillige basis plaatsvindt blijven we deels afhankelijk van sponsoren. Het doet ons goed te ervaren dat er steeds mensen zijn, al dan niet gekoppeld aan natuurorganisaties, die het nut ervan inzien en ons daarom financieel steunen. Wij waarderen dit zeer. Onze dank gaat in het bijzonder uit naar Rudi Terlouw van het Zuid-Hollands Landschap en het bestuur van de Natuur- en Vogelwerkgroep ‘de Krimpenerwaard’ Daarnaast bedanken wij ook onze trouwe donateurs. CESproject Het seizoen 2011 gaat de boeken in als het beste CES(Constant Effort Site)-seizoen sinds de start in 2002.

24

De Waardvogel – april 2012

Er werden in 2011 in totaal 599 vogels gevangen (waarvan 31 tijdens de proefvangst op 8 april). Er zijn 401 vogels voorzien van een ring (in 2010 315 exemplaren). In 2011 hebben we 198 terugvangsten gemeld. In het afgelopen seizoen zijn van de 198 terugmeldingen er 42 vogels die twee of meerdere keren zijn terug gevangen. Als we de dubbele terugmeldingen (62 extra dubbels) uit ons bestand zouden verwijderen, dan blijkt dat we uiteindelijk 136 individuele vogels hebben terug gevangen. Een merel is recordhouder met zes terugmeldingen in het afgelopen seizoen. Er werden 5 vogels gevangen met een Belgische ring: 1 rietzanger, 2 kleine karekieten en 2 zwartkoppen. De doelstelling van de Stichting Vogelringstation Nebularia is: “Vogels te ringen voor wetenschappelijk onderzoek om deze uiteindelijk beter te kunnen beschermen. Het verzamelen van gegevens over levensduur, broedgebieden, trekroutes, overwinteringsgebieden etc., zowel nationaal als internationaal is dan erg belangrijk”.


CES Stolwijkse Boezem geringd SOORT 2011 Grote Bonte Specht 2 Winterkoning 36 Heggenmus 15 Roodborst 7 Gekraagde Roodstaart 1 Oostelijke Zanglijster 1 Zanglijster 10 Merel 13 Grasmus 1 Zwartkop 47 Tuinfluiter 20 Rietzanger 20 Kleine Karekiet 12 Bosrietzanger 16

terug 2011 1 17 17 1 0 1 5 20 0 9 7 6 3 5

vangst totaal 3 53 32 8 1 2 15 30 1 59 28 26 20 23

Het boerenzwaluw RAS project In 2011 is het RAS project ‘Boerenzwaluw’ voortgezet. Het onderzoek RAS (Retrapping Adults for Survival) richt zich met name op de overleving, plaatstrouw, leeftijdsopbouw en dispersie van de oudere vogels. Het contact met de veehouders was goed. De resultaten in 2011 waren aanzienlijk minder dan in 2010 (119 exemplaren). Dit wordt mede veroorzaakt doordat een grote kolonie in Vlist bijna volledig was verlaten (opgevreten door steenuilen). Ook de tweede ronde bij de veehouders in Lekkerkerk is in 2011 niet doorgegaan door de langdurige afwezigheid van een deelnemer vanwege vakantie. Er werden in totaal 37 zwaluwen gevangen waarvan 28 nieuw geringd en 9 terugmeldingen. Uilenonderzoek In 2011 zijn diverse steenuilen, bosuilen en kerkuilen van een ring voorzien. Er konden 37 steenuilen geringd worden (32 nestjongen en 5 volwassen vogels). Van de kerkuil werden 5 vogels geringd en van de bosuil 3. Huismusonderzoek In 2011 zijn Cor Oskam en Marcel Schildwacht gestart met een onderzoek naar het voorkomen van huismussen in respectievelijk Haastrecht en Gouderak. De huismussen worden gevangen in de tuin van de ringers en voorzien van een metalen ring en een unieke combinatie van drie kleurringen. Door de kleurringen is het mogelijk de vogels individueel te herkennen door middel van het aflezen met een verrekijker of een telescoop. Huismussen zijn slimme vogels en hebben het trucje met de mistnetten al snel door. Met de kleurringen is de kans op een terugmelding aanzienlijk groter, want ze hoeven niet perse voor een tweede keer gevangen te worden. In totaal zijn er 39 huismussen gekleurringd waarvan 5 in Haastrecht en 34 in Gouderak. Soort Aantal Gele Kwikstaart 6 Snor 1 Rietzanger 4

Spotvogel Fitis Tjiftjaf Vuurgoudhaan Grauwe Vliegenvanger Koolmees Pimpelmees Matkop Staartmees Vink Putter Rietgors TOTAAL (inclusief proefvangst)

14 49 74 1 2 11 9 1 1 17 17 4

10 28 52 0 0 5 0 3 0 5 2 1

28 77 126 1 3 16 9 4 1 22 21 5

401

198

599

Slaapplaatsen Doove gat Haastrecht Het gebied ‘Het Doove Gat’ of ook wel ‘Zijdegat’, is in beheer van het Zuid-Hollands Landschap en is ongeveer 600 meter lang. Het gebied heeft een goede biotoop voor moeraszangers. De rietstrook wordt door sommige vogelsoorten gebruikt als slaapplaats. Dit jaar waren er naast een grote groep ringmussen, die er overigens jaarlijks gebruik van maken, ook gele kwikstaarten. Het aantal gele kwikstaarten dat van de slaapplaats gebruik maakte kwam uit op ongeveer 40 vogels. In overleg met het Zuid-Hollands Landschap werden er op drie verschillende avonden vangpogingen ondernomen. Dit alles meer op basis van proefproject, omdat het een vrij onbekend terrein voor ons is. De netten zijn namelijk erg lastig neer te zetten op de enorm nattige ondergrond. In totaal werd er maar 25 meter net opgesteld. Ondanks dat waren de vangsten bemoedigend. De sessies waren kort voor zonsondergang en duurden nooit langer dan twee uur. Op de twee verschillende slaapplaatsen werden respectievelijk 22 ringmussen en 6 gele kwikstaarten gevangen. Ringmussen zijn “slim” en waren na de eerste vangsessie verhuisd naar een andere plek, die voor ons niet meer te bereiken was. Eén ringmus werd teruggevangen. In de maand augustus, een uitgesproken trekmaand voor diverse moeraszangers, is deze rietstrook een ware magneet voor vogels. Naast de slaapplaatssoorten werden nog diverse andere moeraszangers gevangen, waaronder een snor. Maar ook een relatief hoog aantal tjiftjafjes en een grasmus. Deze vogels zijn voorbeelden van doortrekkers, die even in het gebied ‘bijtanken’ om vervolgens hun reis te vervolgen. De gele kwikstaarten waren wat hun slaapplek betreft vrij honkvast. Het relatief lage aantal dat werd gevangen, zes exemplaren, kan worden verklaard door het opstellen van een kort mistnet van 7 meter. De slaapplaats werd op 2 september niet meer gebruikt. Soort Aantal Kleine Karekiet 18 Grasmus 1 Tjiftjaf 6

Soort Pimpelmees Ringmus Rietgors Totaal

Aantal 2 22 2 62

De Waardvogel – april 2012

25


V.l.n.r.; boerenzwaluw, tjiftjaf, rietzanger, grutto, visdief, snor, ringmus en torenvalk (vrouw), foto’s: Pepijn Hof

26

De Waardvogel – april 2012


Resultaten Krimpenerwaard: In de Krimpenerwaard en directe omgeving werden in 2011 door Vogelringstation Nebularia 954 vogels geringd. Deze vogels waren verdeeld over 50 (onder)soorten. De grote zilverreiger werd in een vangpijp van de eendenkooi Bakkerswaal gevangen. Geringd: Totaal Grote Zilverreiger Sperwer Torenvalk Kievit Grutto Holenduif Turkse Tortel Kerkuil Steenuil Bosuil Gierzwaluw Groene Specht Grote Bonte Specht Boerenzwaluw Gele kwikstaart Winterkoning Heggenmus

Aantal 1 1 9 8 6 1 3 5 37 3 12 1 4 28 6 44 21

Roodborst Gekraagde Roodstaart Merel Zanglijster Oostelijke Zanglijster Snor Rietzanger Bosrietzanger Kleine Karekiet Spotvogel Grasmus Tuinfluiter Zwartkop Tjiftjaf Fitis Goudhaan Vuurgoudhaan Grauwe Vliegenvanger

Terugmeldingen Krimpenerwaard: We beginnen met een eigen terugmelding: Fitis, geringd op 8-5-2007 tijdens het CES in de Stolwijkse Boezem als man > 1kj, op 16-4-2011 teruggevangen in de Stolwijkse Boezem. Nadat hij door ons is geringd, is deze vogel 12x in de Stolwijkse Boezem terug gevangen. Alleen in 2010 niet, waar was hij toen? Dan de vogels die door ons in de Krimpenerwaard en omgeving zijn geringd en elders zijn terug gemeld: Boerenzwaluw, geringd op 2-08-2010 te Vlist als nestjong, op 29-09-2010 teruggevangen bij Turnhout, België. Steenuil, geringd op 17-05-2006 te Vlist als vrouw >1kj, op 30-04-2011 levend aangetroffen in een nestkast te Hoog-Keppel. Dat is ca. 100 km ver en voor een steenuil bijna een wereldreis. Visdief, geringd op 15-06-1994 als pul op het Rivium te Capelle a/d IJssel, op 31-08-2010 werd de ring afgelezen met de telescoop te Lauwersoog, de vogel is waarschijnlijk ergens in het noorden een broedvogel. Visdief, geringd op 21-06-2006 als pul op de golfbaan te Hitland bij Nieuwerkerk a/d IJssel, op 03-10-2006 vers dood gevonden te Ặrøsund, tussen Odense en Kolding aan de Kleine Belt in Denemarken. Deze visdief ging, net zelfstandig, 500 km naar het noorden om daar de dood te vinden. Rietzanger, op 20-07-2008 als 1kj geringd op de CES locatie Stolwijkse Boezem, dood gevonden op 08-092010 in Noord-Frankrijk, net over de Belgische grens, in

18 1 43 12 2 1 24 17 30 15 2 21 63 103 54 1 1 5

Staartmees Matkop Pimpelmees Koolmees Boomkruiper Kauw Spreeuw Huismus Ringmus Vink Keep Groenling Putter Sijs Rietgors Totaal

15 1 58 82 6 1 23 59 24 34 1 6 17 18 6 954

de richting van Reims. De richting is weer vrijwel pal zuid. Nu de vogels die elders geringd zijn en door ons in de Krimpenerwaard of omgeving zijn terug gemeld: Grutto, geringd op 13-07-2006 als pul te Ytri-vik, Upsastrondeif, IJsland, door ons dood gevonden op 1204-2011 te Reeuwijk. Deze grutto droeg behalve de metalen ring ook kleurringen. Boerenzwaluw, geringd op 11-09-2008 als 1kj te Langenberg Wortel, België, op 11-08-2010 door ons teruggevangen te Lekkerkerk. Rietzanger, geringd op 02-08-2008 als 1kj te Essen, België, door ons teruggevangen op 16-04-2011 op de CES locatie, Stolwijkse Boezem. Zwartkop, geringd op 12-09-2010 als man 1kj te Sint Amands, België, op 16-04-2011 door ons teruggevangen op de CES locatie, Stolwijkse Boezem. Zwartkop, geringd op 10-09-2010 als man 1kj te Brecht, België, op 29-05-2011 door ons teruggevangen op de CES locatie, Stolwijkse Boezem.

Donateur worden, dat kan…! Stichting Vogelringstation Nebularia, Secretariaat: Berlagestraat 38, 2941 GC te Lekkerkerk Bank: 33.38.09.270 Krimpen a/d Lek

De Waardvogel – april 2012

27


2012 Jaar van de Bij Joke Colijn Vorige keer hadden we het er over dat bijen zo belangrijk zijn voor het voedsel in de wereld. Daarom is het heel erg dat er steeds minder bijen komen. Hierover kun je lezen in de Waardvogel van februari. Bijen tellen Op zaterdag 12 en zondag 13 mei gaan veel mensen in hun tuin of in hun omgeving bijen tellen. Behalve honingbijen zijn er ook heel veel soorten wilde bijen. Op http://www.zoekkaartwildebijen.nl/ kom je op een zoekkaart met allemaal grappige bijennamen waar je op kunt klikken. Dan zie je foto’s van hoe ze er uit zien. Dat helpt als je niet weet of je nu een bij ziet of bijvoorbeeld een zweefvlieg! Er is vast wel iemand die wil meehelpen. Het is een belangrijk klusje, want als veel mensen dit doen, weten we hoeveel bijen er nog zijn in Nederland en in onze Krimpenerwaard, maar ook welke bijen verdwenen zijn. De aantallen kun je doorgeven aan www.jaarvandebij.nl. Zelf een bijenhotel maken Honingbijen wonen met een heel volk bij elkaar in een bijenkorf of in een bijenkast. Maar voor wilde bijen wordt het steeds moeilijker om een geschikte plek te vinden om te wonen. Wilde bijen wonen vaak alleen in een holletje. Sommige bijen wonen in de grond, maar veel wilde bijen nestelen in dood hout, in een spleet in een muur, in afgestorven holle stengels, in riet op rieten daken, in rommelhoekjes in tuinen en stukjes groen waar niet wordt gesnoeid en opgeruimd. Omdat onze landbouwgebieden, tuinen, parken en perken veel te netjes zijn, kunnen wilde bijen alleen nog maar in sommige geschikte natuurgebieden nestgelegenheid vinden. Dat is jammer, want ze zijn behalve supernuttig ook heel leuk om van dichtbij te bekijken! Bijen willen wonen waar ook hun eten is. Als je veel bijen telt in je tuin of in je buurt komt dat omdat er veel bloemen zijn voor hun voedsel. Dan kun je ze nog meer helpen door een hotel voor ze te bouwen! Wat heb je nodig? Stengels van bamboe, oude stengels van bramen of riet, als ze maar hol zijn. Eerst handschoenen aan want riet kan in je handen snijden en braamstruiken prikken! Dan kun je beginnen: maak de stengels met een snoeischaar of een ijzerzaagje 15-30 cm lang. Er moet een ‘stop’ ergens achterin zitten (dat heet een knoop), anders

28

De Waardvogel – april 2012

tocht het. Bind de stengels bij elkaar tot een bosje en de eerste kamers kun je verhuren! Maak je hotel stevig vast op een droge plek uit de wind in de buurt van de bloemen, met de openingen naar het zuiden. Als je een goede plek zoekt waar het hotel mag blijven staan, kun je het met de hele klas of met een groep groot aanpakken. Er moet dan wel een volwassene bij zijn die zorgt dat het een stevig bouwwerk wordt en die de gaten kan boren. Houten kistjes of holle betonelementen van de bouwmarkt kun je goed stapelen, openingen weer naar het zuiden gericht. Doe bovenin je stengels van riet, bamboe vlier, framboos, roos enz. Elk vak goed vol stapelen of alles vastbinden, anders waaien de kamers weg. Vul andere openingen met stukken afvalhout, brandhout, paaltjes enz. Daar kan je leraar of je vader gaten in boren van 3-10 (12) mm doorsnede en zo’n 5 tot 15 cm diep. Wel de randen van de gaten netjes glad schuren met een opgerold schuurpapiertje, want bijen houden niet van splinters in hun buik. Gebruik geen geïmpregneerd of gewolmaniseerd hout. Die chemische stofjes houden de bijen weg. Je kunt wat onderste vakken opvullen met leem of zachte klei, zodat bijen die in de grond wonen ook kunnen komen logeren in je hotel. Nog een dakje erboven, dan blijft het droog en rot alles niet zo snel weg. Er komen vast ook andere insecten dan bijen in het hotel wonen. Zolang deze ‘gasten’ zich netjes gedragen is dat voor de bijen geen enkel probleem, dus laat ze maar. Voor nog meer ideeën, filmpjes en foto’s van materialen die je kunt gebruiken: kijk op www.bijenhotels.nl. Bronnen tekst en foto’s: de genoemde websites


Mezenkastjes maken Sammy Wij zijn met de jeugdwerkgroep naar boer Ton geweest op 11 februari 2012. Daar hebben we een nestkastje voor mezen getimmerd. We begonnen met een bal wol, die moest je naar iemand toe gooien en diegene moest dan zijn naam zeggen en waar hij woont. Daarna kregen we uitleg en begonnen we. Halverwege hadden we even pauze en gingen we in het hooi spelen. En we hadden een tunnel gemaakt van hooibalen. Na de pauze gingen de leiders van de groep wat uitleg geven over de mezen. Toen gingen we weer verder met het maken van de kastjes. Na het timmeren gingen we even kijken naar een pimpelmees. Daarna zijn we allemaal naar huis gegaan. Noot van de redactie: Mieke heeft gehoord dat bij de familie De Waal een mees broedt in hun zelfgemaakte mezenkastje en ook bij de familie Houweling is het mezenkastje inmiddels bewoond.

De Waardvogel – april 2012

29


Boekweit Hans Kouwenberg De naam Jac. P. Thijsse zullen de meesten wel kennen. Hij was een onderwijzer die bekend is geworden door zijn boeken en de bekende “Verkade”-albums. Jac. P. Thijsse was in 1896 ook één van de oprichters van het tijdschrift “De Levende Natuur” (DLN). In dit tijdschrift voor de “natuursport” werden allerlei natuurverschijnselen en waarnemingen beschreven. DLN bestaat heden ten dage nog steeds als tijdschrift, al is de doelgroep duidelijk veranderd. Het omschrijft zichzelf nu als “tijdschrift over natuurbehoud, -beheer en -beleid in Nederland en Vlaanderen. Het tijdschrift wordt gelezen door een breed scala aan betrokkenen, variërend van natuurbeheerders tot onderzoekers, beleidsmedewerkers, studenten en liefhebbers”. Recent zijn de eerste 110 jaargangen (1896-2006) van het tijdschrift gescand en geïndexeerd. Dit leverde drie DVD's op met 13 gigabyte aan informatie. De drie DVD's zijn nu te koop als DLN digitaal, met als subtitel “Alle kennis van De Levende Natuur vanaf 1896 onder handbereik”. De set kost 50 euro en is te bestellen bij delevendenatuur.nl. Ik kon de DVD's echter voor 25 euro bestellen, omdat ik ook een proefabonnement nam van € 9,90 voor drie nummers. Bedrijven en instellingen betalen meer al naar gelang het aantal gebruikers. Het ISBN-nummer van de set is 978-90-9023699-5. De DVD's laten zich zonder problemen kopiëren naar uw harde schijf, waar ze ruim 13 gigabyte ruimte in beslag nemen. De drie DVD's bevatten samen 11.258 PDFbestanden die met Adobe Reader (gratis te downloaden) worden doorzocht en bekeken. Elke PDF bestaat uit één tot enkele gefotografeerde pagina's, soms nog met de vlekken en aantekeningen er op. De tekst is gelukkig wel geïndexeerd, waardoor we haar met de computer kunnen doorzoeken. Let er wel op dat de spelling soms verandert, in 1900 schreef men “boschuil”, “meezen” en “doovennetel”! Het leukste van deze DVD's is het vrij willekeurig doorzoeken en je verbazen over hoe het vroeger was. Ik dacht hier wat plaatsen uit de Krimpenerwaard op te zoeken, alleen werkt dat niet goed. Krimpen is ook een werkwoord, er zijn twee plaatsen Ouderkerk en rond 1925 gaf de uitgeverij Schoonhoven een prachtige kalender uit. De resultaten worden te veel “vervuild” door niet relevante artikelen. Via de software kan wel slimmer worden gezocht op bijvoorbeeld wel of geen hoofdletters en bepaalde data. Het gegeven dat 110 jaargangen zijn gedigitaliseerd, levert al de mogelijkheid op om wat onderzoek te doen. In de eerste 24 jaar (deel 1) wordt de term “natuursport” 54 maal gebruikt, in de laatste 39 jaar (deel 3) slechts 7 maal en dan vooral rond het 100-jarig jubileum in de terugblikken. Hoe zou uw omgeving reageren als u zegt dat uw sport de natuursport is? Dit hele kleine onderzoekje heb ik niet zelf verzonnen, in het tijdschrift DLN staat een artikel waarbij de auteurs de 110 jaargangen hebben doorgespit. Het woord “natuurbescherming” werd de eerste decade (10 jaar) niet gebruikt, de tweede decade van 1906 tot 1916 in 100% van de uitgaven, daarna is het woord langzaam verdwenen tot ongeveer 15% in de laatste 10 jaar. Als beheersmaatregel komt het woord “branden” nu bijna niet meer voor, in de beginjaren ruim boven de 40%. In

30

De Waardvogel – april 2012

Jac. P. Thijsse, bron: http://www.historici.nl

de beginjaren was het woord “prooi” te vinden in ruim 60% van de uitgaven, nu is dat beneden de 5%. Deze veranderingen hebben natuurlijk ook te maken met een veranderende doelgroep en auteurs. Een paar wetenswaardigheden uit 110 jaar DLN. In 1916 hadden de veenweidegebieden last van het “voortdringen der azolla”, het grote kroosvaren. In de eerste 24 jaar waren maar liefst 84 artikelen met het woord “azolla” (kroos). De streeknaam voor de spotvogel is in Gouderak “meizangertje” en hij wordt omschreven als een algemene zomervogel van mei tot september. In de jaren 20 bestond er de “avifauna Goudana” die de streek ruim rondom Gouda beschreef. In 1941 kocht het ZuidHollands Landschap voor 20.000 gulden eendenkooi “Bakkerswaal”. De “Bakkerswaal” was in die tijd zeer bekend om zijn grote aalscholverkolonie. Ik kom ook regelmatig in dit verband “Lekzicht” tegen, waarschijnlijk heette het water in die tijd “Bakkerswaal” en was het de kooi “Lekzicht”. Ik vind deze DVD’s fantastisch; een mooie gelegenheid om thuis achter de PC rustig door 110 jaar Nederlandse natuur te bladeren. De tekst is goed te lezen, maar soms wel wat vermoeiend. Het zijn tenslotte foto's van oude tijdschriften. Het enige nadeel is dat je niet echt kunt bladeren en verdwalen, alles gaat via de zoekfunctie en ik kon de mogelijkheid niet ontdekken om bijvoorbeeld een jaargang door te bladeren.


Dialezing en ‘nachtvlinderen’ Joke Colijn, foto’s: Huig Bouter Op 9 mei komt Huig Bouter een lezing bij ons geven over zowel dag- als nachtvlinders en hun rupsen. De getoonde foto’s zijn bijna allemaal door Huig zelf gemaakt; een paar komen van een collega. De foto’s van dagvlinders en –rupsen zijn toevalstreffers van Huig; er wordt niet bewust tijd uitgetrokken om ze te zoeken en te tellen. Huig’s teller staat inmiddels op 32.725 waarnemingen! In aansluiting hierop volgt op 15 juni - als het weer meewerkt - een nachtelijke activiteit in eendenkooi ‘De Bakkerswaal’. Kooiker Hans Zantinge is bekend met het fenomeen ‘nachtvlinderen’ en heeft een verzameling die we onder het genot van een kopje koffie/thee of iets anders – vergezeld van een befaamd baksel van Carla – vanaf 21.30 uur kunnen bekijken. Huig komt met een aantal mensen die zijn interesse delen ‘nachtvlinderen’. Dit houdt in dat vlinders door licht worden aangetrokken, gevangen, op naam gebracht en geteld en weer losgelaten. In tegenstelling tot wat meestal gedacht wordt, zijn nachtvlinders helemaal niet saai, integendeel! Nu kunt u goed zien hoe mooi ze eigenlijk zijn. Huig heeft zijn mede-vlinderaars leren kennen bij de KNNV, de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging. Geen van de ‘club van zes’ heeft een op dit gebied gerichte wetenschappelijke achtergrond; ze doen het puur uit liefhebberij. Inmiddels hebben ze enorm veel praktische kennis verzameld. Voor deze activiteit zijn ze nog niet eerder bij de eendenkooi geweest en net zo benieuwd als wij wat daar ’s nachts rondvliegt. Het Zuid-Hollands Landschap beheert ‘De Bakkerswaal’. Van de beheerder moet toestemming gevraagd worden om te mogen ‘nachtvlinderen’, ook al in verband met de gebruikte lampen. Sommige dieren, zoals vleermuizen, kunnen er door gedesoriënteerd raken. De vergunning geldt altijd voor maximaal 6 personen die actief vangen en tellen. Soms moeten de gevangen vlinders even in een doosje mee naar huis om daar verder te zoeken naar hun naam! De gevonden gegevens gaan in de database van de Vlinderstichting en de resultaten worden ook aan de eigenaar/beheerder doorgegeven. Op Vlindernet.nl geeft de Vlinderstichting informatie over

Dagpauwoog, rups (Aglais io), een dagvlinder dagvlinders en macro-nachtvlinders; een aparte link brengt u bij www.microlepidoptera.nl (de zogenaamde micro’s), waar je onder ‘fotografen’ ook de foto’s van Huig Bouter vindt. In Nederland komen momenteel 53 soorten dagvlinders voor (te herkennen aan antennen met een knopje aan het eind) en 2400 (!) soorten nachtvlinders, waarvan ruim 1480 soorten microvlinders. De overige soorten worden samengevat onder de naam macro’s. Het onderscheid tussen grote (macro-) nachtvlinders en kleine (micro-) nachtvlinders is op geen enkele wetenschappelijk grond gebaseerd. Het is ontstaan doordat verzamelaars vlinderfamilies onderbrachten in twee groepen: de minder populaire kleinste en de meer spectaculaire grote nachtvlinders. Het onderzoek van de laatste decennia wordt gelukkig serieuzer aangepakt, maar de aanduidingen ‘micro’ en ‘macro’ beklijven. Nachtvlinders zijn te herkennen aan draadvormige of veervormige antennen. Uitzonderingen zijn er altijd: er is een familie nachtvlinders die knopjes aan zijn antennen heeft en er zijn ook nachtvlinders die overdag vliegen. Over het algemeen echter klopt de vuistregel aardig. Het heeft geen zin om bij regen of erg lage temperaturen te gaan ‘nachtvlinderen’. De vlinders vliegen niet of nauwelijks, de apparatuur is niet waterbestendig en de naslagwerken worden nat. Als de weersvoorspellingen slecht zijn, wordt deze excursie uitgesteld tot een kort erop volgende datum. Zie voor last-minute informatie hierover op: www.nvwk.nl. Ook kunt u bij de lezing uw e-mail adres op een lijst zetten als u op 15 juni overdag rechtstreeks geïnformeerd wilt worden.

Bonte bessenvlinder (Abraxas grossulariata), een macronachtvlinder De Waardvogel – april 2012

31


Ben ik groen? Plantenman stelt zich voor Patrick Heuvelman Ben ik groen? Ja. Zo groen als gras, zeker in vergelijking met degenen die de functie van planten coördinator voor mij hebben vervuld. Maar ik ben niet onwetend op het gebied van planten. Namen van cultuurtechnische planten, tuinplanten dus, heb ik tijdens mijn hoveniersopleiding wel geleerd: voor-namelijk in het Latijn. Tot wel zo’n 4000 stuks. Hoe een plant in elkaar steekt en hoe hij functioneert is mij ook niet onbekend. Maar buiten de gangbare bermsoorten en (on)kruiden heb ik me nooit met “wilde flora” bezig gehouden. Toch heb ik mezelf aangemeld voor de vacante functie van plantencoördinator en me laten voordragen als bestuurslid bij de NVWK. Waarom? Tijdens de jubileumdag zag ik een groep enthousiaste vrijwilligers die zorg hadden voor de vereniging en het doel waar deze vereniging voor staat: het behouden en beschermen van de natuur in de Krimpenerwaard en kennis en informatie uitdragen naar omwonenden en gebruikers. Daar wil ik me als vrijwilliger ook voor inzetten, en dan natuurlijk in een rol waarin ik me thuis voel en sterk voor kan maken. Heel mijn leven, 39 jaar bijna, woon ik in Berkenwoude samen met mijn vrouw en twee zoons. Reizen door de polder rondom het dorp deed ik vroeger als kind met een kano of op de fiets. Nu doe ik dat dagelijks met de auto op weg naar mijn werk bij het ingenieursbureau van Gemeente Rotterdam. In mijn functie als adviseur/directievoerder Groen ben ik voornamelijk betrokken bij het herinrichten van straten en parken in verschillende delen van de stad. En ben ik dus opnieuw cultuurtechnisch bezig. Gelukkig hebben we ook veel natuur in de stad Rotterdam en mag ik me als gecertificeerd opzichter

Bestendig Beheer door zorgvuldig handelen naar de Flora- en faunawet ook bezighouden met het spanningsveld tussen herinrichting en natuurlijke ontwikkelingen. De nadruk ligt op het beschermen van fauna, maar ook beschermde flora komt in de stedelijke omgeving voor. Interessant, zeker weten. Maar het is dagelijks een verademing om de Algerabrug achter me te laten en verwelkomd te worden in het groen van de Waard. Wat er allemaal groeit in dit mooie gebied is mij en wellicht velen van u grotendeels nog onbekend. Volgens mij maakt onbekend onbemind, dus ga ik graag de nieuwe uitdaging aan en ga ik met andere ogen op reis in de Krimpenerwaard. Op zoek naar soorten die mogelijk ook beschermd moeten worden om te kunnen blijven. Ruiken, voelen, proeven. Ik zal veel moeten leren. Maar daar sta ik voor open en er zijn vast veel leden in de vereniging die weten welke soorten waar te vinden zijn en mij willen helpen bij deze tocht(en). Gaat u mee op onderzoek? Leren en genieten van de mooie zaken waar we dagelijks aan voorbij rijden. Ik kan niet wachten. Laat de lente, zomer en straks de herfst maar komen.

Financiële man stelt zich voor Gerard van Slijpe Mijn naam is Gerard van Slijpe en sinds 28 maart ben ik de nieuwe penningmeester van onze vereniging. Vanaf 1 mei 2011 ben ik in de VUT-regeling, na 34 jaar bij de Dika Fabrieken in Schoonhoven te hebben gewerkt als in- en verkoper van gedroogde groenten. Sinds vorig jaar zijn mijn vrouw en ik oma en opa van twee prachtige kleindochters. Mijn hobby's zijn: tuinieren, schaatsen, racefietsen en natuurlijk vogels kijken.

Illustratie: Gert Blom

32

De Waardvogel – april 2012


De veenmol Tekst en foto: Peter de Mooij De eerste indruk die de meeste mensen hebben bij het zien van een veenmol is: wat een lelijk en eng beest is dit! Onze veenmol zal wellicht geen schoonheidswedstrijd winnen, maar intrigerend en bijzonder is hij zeer zeker! Met zijn afmeting van 5 tot 6 cm is het een van de grootste insecten van ons land. Veel tuinders zullen dit vreemde wezen liever zien gaan dan komen, want hij knaagt en vreet aan de wortels van de planten die hierdoor omvallen en sterven. Niet alleen wortels staan op het menu, een lekker mals stukje vlees gaat er zeker ook in. Rupsen, engerlingen larven en regenwormen hebben zijn voorkeur en vindt hij niet te versmaden. Zeer zelden komt hij boven de grond, want zoals zijn naam al doet vermoeden, is het een insect dat onder de grond leeft. Hij komt voor op een diepte van acht tot dertig centimeter. In vergelijking met andere krekels heeft een veenmol korte antennen. Een legboor, die andere krekelsoorten gebruiken om eieren te leggen, ontbreekt. Een angel bezit de veenmol niet, maar hij kan wel flink van zich afbijten als hij bedreigd wordt. Meestal doet hij dit in combinatie met het ter verdediging loslaten van een vies ruikend bruin vocht. Aan het achterlijf zitten twee lange, rechte, behaarde uitsteeksels, die een tastfunctie hebben. Veenmollen lopen namelijk net zo gemakkelijk achteruit als vooruit en met de behaarde uitsteeksels kunnen ze 'zien' waar ze lopen. Door de kracht van zowel de voorals achterpoten en het gestroomlijnde lijf rennen de dieren snel door de zelfgemaakte gangen. Ook het graven van nieuwe gangen is een peulenschil voor hem. De voorpoten bevatten scherpe 'nagels' om de grond los te schrapen, het middenstuk van de poot wordt gebruikt als schep. Tijdens het graven maken de voorpoten een roterende beweging. Met zijn enorm sterke voorpoten is het een heus mini-graafmachientje, dat razendsnel onder de grond kan verdwijnen. Mocht hij boven de grond komen dan loert er gevaar, want de torenvalk, uil, kraai, reiger, vos, egel, mol en spitsmuis lusten hem wel. Net als andere krekels kunnen de veenmollen op een warme zomeravond een tjirpend geluid maken. Volwassen veenmollen worden het meest boven de grond gezien tijdens de balts van begin april tot eind mei. Daarna maakt het vrouwtje een nest onder de grond, waar ze haar tweehonderd (of meer) eieren legt. Dit nest wordt zo gemaakt dat er als het ware een afwateringssysteem onder de grond ontstaat, zodat een hevige regenbui het nageslacht niet kan belagen. Ze bijt alle plantenwortels door van beplanting vlak boven het nest en zorgt er zo voor dat de zon de aarde goed kan verwarmen aan de oppervlakte. Na tien tot vijfenveertig dagen, afhankelijk van de weersomstandigheden, komen de eieren uit. Het vrouwtje bewaakt de blanke nimfen tot ze een week of drie à vier zijn. De nimfen eten van de humus onder de grond die vrijkomt als moeder de tunnels graaft en als ze

de tunnels onderhoudt. De nimfen lijken op veenmollen in het klein en vervellen tien keer voordat de volwassenheid bereikt wordt. Pas na een periode van vijfhonderd dagen en het overleven van twee winters is de veenmol echt volwassen. Een veenmol kan wel drie tot vier jaar oud worden; wie had dat gedacht van dit lelijke monstertje? De veenmol komt voor in West-Europa tot in de

Kaukasus en in Noord-Afrika. Hij heeft een voorkeur voor natte veenweidegebieden en vochtige valleien, maar kan ook goed leven in lichte zand- en zware leemgrond. Daarbij zijn moestuinen een geliefde plaats vanwege de kale omgewerkte humusrijke grond. In het westen van Nederland, met name in Zuid-Holland en Zeeland, is de veenmol vrij algemeen. Elders is het een zeldzame soort, die op veel plaatsen verdwenen is en daarom op de Rode Lijst staat in de categorie 'kwetsbaar'. Je zou het op het eerste gezicht misschien niet verwachten, maar onze veenmol is ook een uitstekende zwemmer en zelfs in de lucht staat hij zijn mannetje. De altijd strak over het lichaam gevouwen vleugels kunnen worden ontvouwen en als een oude bommenwerper stijgt de veenmol met luid geronk ten hemel. Overwinteren doet de veenmol in een verticaal gegraven tunneltje waar hij als volkomen versteend de winter doorbrengt in afwachting van warmere tijden. Voor mij is de veenmol absoluut een van de meest intrigerende insecten van onze Krimpenerwaard… De Waardvogel – april 2012

33


Knotgroep Krimpen Jos de Nood, coördinator Knotgroep Krimpen In het vervolg zult u deze naam tegenkomen bij de overzichten van de activiteiten van de werkgroepen. Wij hebben ons namelijk aangesloten bij de grote club die de Natuur- en Vogelwerkgroep ‘de Krimpenerwaard´ is. Het is dus tijd om ons voor te stellen. In de jaren 70 was het slecht gesteld met de knotwilg in Nederland. De boeren hadden ze niet meer nodig en de tijd voor onderhoud ontbrak hen ook. Als gevolg daarvan dreigde de knotwilg te verdwijnen. Gelukkig ontstonden er overal knotgroepen die dat werk overnamen. Halverwege de zeventiger jaren is de Knotgroep Krimpen opgericht, met als doel het in stand houden van de knotwilg in het landschap. De deelnemers vonden werken in de natuur leuk. Maar in die tijd, toen in veel huizen een open haard stond, werkte het ook wervend dat iedereen wat openhaardhout mee naar huis mocht nemen. Wilgen knotten doen we nog steeds en we planten ook zo veel mogelijk nieuwe. Verder planten en snoeien we hoogstamfruitbomen en we werken voor het Zuid-Hollands Landschap aan houtwallen. We werken niet alleen bij boeren, maar ook bij ´burgers´ die in het buitengebied wonen. Hoewel die niet echt onze doelgroep zijn, doen we het meestal toch, omdat ze een waardevolle tuin hebben en omdat het zulke schitterende plekken zijn om te werken. Er staan 35 namen op onze adreslijst en per keer zijn er tussen de 10 en 20 deelnemers. We werken in het westelijk deel van de Krimpenerwaard Nu weet u iets van onze achtergrond. Zou u het leuk vinden eens een keer of geregeld met ons mee te werken, stuur dan een mailtje naar xxxxxx@xxxx.xx of bel xx xxxxxxxx.

34 De Waardvogel – april

2012


Look Anton van Jaarsveld In onze moderne tijd is de eerste gedachte bij het lezen van de titel waarschijnlijk Engelstalig gericht. Maar deze “loek” in mode-opzicht bedoel ik niet, ik bedoel “look”, de Nederlandse plantenfamilie. Tot voor kort hoorden de loken tot de leliefamilie, tegenwoordig zijn ze een zelfstandige. Look-soorten zijn gemakkelijk te herkennen aan de geur, veroorzaakt door zwavelverbindingen. Onder look vallen een aantal soorten, waarvan de bekendste voor ons de daslook als wilde plant en de ui, prei, bieslook en knoflook als gekweekte vormen. De laatste soorten zijn in onze streken niet inheems, ze zijn ingevoerd met de Romeinen, die ze gebruikten als groente of keukenkruid. Over de namen: het woord look bestaat al heel lang, het lijkt erg veel op het Duitse Lauch en het Engelse leek, dat we kennen in garlic. De Latijnse benaming allium betekent zo veel als ui of look. Aan de naam van de wilde soort daslook hangt in het Nederlands een kwalijk geurtje. Immers, dassen ruiken niet zo lekker. In de Latijnse naam allium ursinum komen we eveneens een onaangename geur tegen: berenlook . Knoflook is een omstreden voedingsmiddel uit de geschiedenis. Als je naar de bol kijkt, is het nauwelijks voor te stellen dat deze plant al meer dan 4000 jaar de mensen bezighoudt: als voedsel, geneesmiddel of voor magische doeleinden. Volgens mijn bron, “The book of garlic” door Lloyd J. Harris, was de plant ooit voorwerp van vroege godsdiensten. Zo werd knoflook tegelijkertijd als god vereerd en als werktuig van de duivel beschimpt. In de 16e eeuw dachten de kruidkundigen, dat er voor elke ziekte of elk gevaar een plant bestond die de mens zou bijstaan: de leer van de signaturen. Knoflook heeft een lange steel en zou daarom helpen bij ziekte van de luchtpijp. Toen in 1721 in Marseille de pest woedde, trok er een dievenbende door de stad, die niet alleen de zieken, maar ook de

doden beroofde. Merkwaardig was, dat de dieven niet werden aangestoken. U raadt het: die hadden knoflook gegeten! In Oost-Europa hing men ter bescherming tegen bloedzuigende vampiers een strengetje knoflook in alle raam- en deuropeningen: de geur, zo u wilt: de stank, deed wonderen. Van de eters van knoflook zegt men, dat ze gezond zijn. Koreanen, Russen, Joden, Slaven en Spanjaarden zouden minder te lijden hebben van kanker, hartproblemen, gebrek aan eetlust en dementie dan mensen die knoflook afwijzen. Gedurende de laatste jaren hebben artsen en onderzoekers de antibiotische kracht van knoflook bevestigd. Zo zouden aderverkalking en hartinfarct gunstig beïnvloed worden door de stof allicine. Anderen bestrijden de genoemde werking echter. Voor de wilde soortgenoot daslook moeten we naar schaduwrijke terreinen. In de hellingbossen van ZuidLimburg , waar het wemelt van daslook, hangt tijdens de bloei een zware knoflooklucht. In de Krimpenerwaard weet ik van het bestaan ervan in eendenkooi De Bakkerswaal en langs het Krilpad bij Krimpen aan de Lek. De plant heeft witte bloemschermen, die vroeg in het voorjaar verschijnen. Uiteraard ruikt hij naar look, maar desondanks plant men hem tegenwoordig vaak aan in tuinen. Dan wordt dat misschien de nieuwe loek.

Wij verwelkomen de volgende nieuwe leden: In verband met privacyoverwegingen zijn de gegevens op deze plaats verwijderd. Wij vragen uw begrip.

De Waardvogel – april 2012

35


Cursus: ‘Paddenstoelen herkennen’ Ton de Groot In principe kan je het waaiertje het hele jaar door vinden, zelfs in een paddenstoelarmere maand. Het waaiertje (Schizophyllum commune) is wellicht de meest verspreide zwam ter wereld, enkel in Antarctica ontbreekt hij. Wie dit mooie zwammetje nog nooit gezien heeft, moet maar eens rond gaan neuzen tussen dode takken of stammen, bijvoorbeeld in het EZH-bos of het Loetbos. Op loofhout en op zonnige standplaatsen maak je de meeste kans. Het waaiertje behoort tot de "zestig gemakkelijk herkenbare soorten" en is niet met andere soorten te verwarren. Het waaiervormige vruchtlichaam is bovenop bedekt met grijs-wit dons. Waar hij zijn naam aan ontleent wordt duidelijk wanneer je de onderzijde van dit slechts een paar centimeter grote paddenstoeltje bekijkt. En wist je dat het waaiertje 28.000 verschillende geslachten telt? Om deze en andere paddenstoelen te leren herkennen, organiseert bovengetekende een cursus ‘Paddenstoelen herkennen’. In oktober biedt de NVWK deze cursus aan onder leiding van Lia van de Sandt. De cursus zal bestaan uit één theorieavond en één excursie buiten. Op dinsdag 16 oktober om 19.30 uur is de theorieavond in de bezoekersruimte van eendenkooi Bakkerswaal, Schuwacht 232, Lekkerkerk (gelegen langs de dijk tussen Lekkerkerk en Krimpen a/d Lek). Op zaterdag 20 oktober om 9.30 uur vindt de excursie plaats. Waar we naar toe gaan wordt later bekend gemaakt. De cursus is voor leden van de NVWK gratis en voor niet-leden zijn de kosten € 5,-. Deelnemers dienen zich op te geven voor 1 september bij Ton de Groot, tel: xxxx-xxxxxx, maar het liefst per email: xxxxxxxxxxx@xxxxxxx.xx Graag opgeven onder vermelding van naam, adres, telefoonnummer en emailadres. Je kunt je nu al aanmelden, want er is slechts plaats voor 18 deelnemers.

Onderkant van het waaiertje, foto: Ton de Groot

36 De Waardvogel – april

2012

Bovenkant van het waaiertje, foto: Jannie Monhemius


Kinderopvangboerderij 'Achter 't Potdeksel' ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾

gelegen in een landelijke en agrarische omgeving van 07.00 tot 19.00 uur opvang aan max. 12 kinderen verticale groep van 0 tot 4 jaar in voormalige koeienstal ervaren en gediplomeerde leiding optimale zorg en aandacht in unieke accommodatie sfeervolle inrichting en aankleding buitenspeelruimte in de openlucht en overdekt.

www.kinderopvangboerderij.nl kinderopvangboerderij@wanadoo.nl Aad van der Meijden & Netty Brussee Benedenberg 66 - 2861 LH Bergambacht

Email: preparateurhofman@kpnplanet.nl

0182-353183

Openingstijden ma t/m vr: van 9 tot 18 uur dinsdagmiddag gesloten zaterdag: van 9 tot 16 uur Tiendweg west 28b Lekkerkerk 0180 - 663262

Scherp in printwerk

huisstijlen brochures flyers

0180-683804

strooifolders periodieken kopiëren en printen in zwart-wit en kleur

06-25040070 Goud PrintCenter Ohmweg 17 2952 BD Alblasserdam

T 078 691 24 74 E info@goudprintcenter.nl I www.goudprintcenter.nl

T. Rook • IJsseldijk Noord 358 2935 CS Ouderkerk


ZORGELOOS RIJDEN DANKZIJ VAN SMITS AUTO’S Wordt fan van ons klantvoordeel programma en profiteer ook mee!:

Kwaliteit

Voordelig

Betrouwbaar

Altijd dichtbij

s Gratis winter- & zomerkeuring met airco-check; s Spaarsysteem voor beurten, ieder jaar meer korting op de al scherpe vaste tarieven; s Aankoop van een door u geselecteerde occasion in geheel Nederland met ‘ZON’–garantie; s Waardecheques met tot 50% korting op onderdelen; s 1,2,3 service voor leaserijders; s Jaarlijks occasionshows, met kwaliteitsaanbod en directe voordelen! Kijk op smitsauto.nl of kom eens langs bij een van onze vestigingen, er is er altijd wel één bij u in de buurt!

smitsauto.nl

Provincialeweg 7a 2861 EB Bergambacht T. 0182 – 35 70 55 E. info@smitsauto.nl

Smits auto’s, uw dealer & garage. Al 30 jaar dichtbij! Vestigingen in Bergambacht, Haastrecht, Krimpen a/d Lek, Capelle a/d IJssel, Waddinxveen en Zoetermeer.

In het mooie polderdorp Berkenwoude ligt in het hart van de Krimpenerwaard “De Zwaan”. De sfeervolle zalen zijn zeer geschikt voor het organiseren van uw zakelijke of feestelijke bijeenkomst. Geluidsversterking, beamer en internetverbinding zijn aanwezig. Wij bieden u maatwerk van koffie tot complete maaltijden of buffetten. Alles wordt met liefde voor detail bereid in eigen keuken. Bel ons voor: • vergaderarrangementen, • cursussen, • jubilea, recepties of verjaardagen, • huwelijks- of bedrijfsfeesten.

“De Zwaan” biedt ook een petit restaurant, afhaalmaaltijden en een snackbar. Keuken geopend van 17.00 tot 20.00 uur op woensdag, vrijdag en zaterdag. Snacks, koffietafels, lunches en borrels met hapjes behoren eveneens tot de mogelijkheden. Vraag vrijblijvend advies.

www.dezwaanberkenwoude.nl Beheerder Pieter Versteeg 0182 – 362546 / 06 - 53214225


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.