Waardvogel
57e JAARGANG | NUMMER 3 | JUNI 2018 WWW.NVWK.NL
foto v
Klussenbank
7
Leve(n)de Tuin!
8
Wie helpt mee?
an de
m
aa
nd
Veel belangstelling voor presentatie
Midzomerplantenjacht
Veel nieuwe soorten dankzij aanleg nieuwe natuur
22
Namen, telefoonnummers en e-mailadressen Bestuur
Voorzitter Secretaris Penningmeester Algemeen adjunct Bestuurslid Coördinator plantenwerkgroep Coördinator vogelwerkgroep Coördinator PR
Max Ossevoort, xxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XX XXXXXXX XXX XXXXXXX Frans van der Storm, info@nvwk.nl XX XXXXXXX Boschpolderstraat 14, 2807 LJ Gouda Jan de Boer, penningmeester@nvwk.nl XXX XXXXXXX bankrekening NVWK: NL82 RABO 0127 2948 80 Jaap Graveland, xxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XXX XXXXXXX Jan van Exel, xxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XX XXXXXXX Stef van Walsum, planten@nvwk.nl XX XXXXXXX Dirk-Jan van Roest, vogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX Joke Colijn, xxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XX XXXXXXX XXX XXXXXXX
Werkgroepen Redactie Waardvogel voor kopij Maria Spruit en Joke Colijn, nvwkredactie@gmail.com XX XXXXXXX XXX XXXXXXX Foto’s t.b.v. de website Redactie, nvwkredactie@gmail.com of Dirk-Jan van Roest, vogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX Werkgroep Ruimtelijke Ordening Ton de Groot, werkgroepro@nvwk.nl XX XXXXXXX Sandra Bouwman, werkgroepro@nvwk.nl Coördinator vlinders- en libellen- werkgroep Gabrielle Heuvelman, vlinderwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX XXX XXXXXXX Coördinator weidevogelbescherming Klaas de Mik, xxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XX XXXXXXX XXX XXXXXXX Assistent weidevogelbescherming Joep Vermaat, weidevogels@nvwk.nl Coördinator werkgroep landschaps- onderhoud Patrick Heuvelman, landschapwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX XXX XXXXXXX Coördinator wintervogeltellingen Peter Berger, xxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XXX XXXXXXX Hans Kouwenberg, xxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XXX XXXXXXX Coördinator uilenwerkgroep Stefan van der Heijden en Laura Pezzoli, uilenwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX Coördinator erfvogelwerkgroep Jaap Graveland, erfvogels@nvwk.nl XX XXXXXXX XXX XXXXXXX Coördinator zwaluwenwerkgroep Nico van Dam, xxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XXX XXXXXXX Coördinator jeugdwerkgroep Mieke Veen, jeugd@nvwk.nl Kees Janssen, jeugd@nvwk.nl XX XXXXXXX Marlou van Roy, jeugd@nvwk.nl XX XXXXXXX Coördinator Knotgroep Krimpen Jos de Nood, xxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XXX XXXXXXX Coördinator roofvogelwerkgroep Henk Visser, roofvogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX Jaap Jan Leeuwenburgh, roofvogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX Coördinator waterwerkgroep Marc van Bemmel, waterwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX XXX XXXXXXX
Andere belangrijke instanties Dierenambulance Gouda e.o. Dierenbescherming Afdeling Krimpenerwaard Meldpunt m.b.t. milieu en de jacht Politie Hollands Midden, Regionaal Milieu Team Melden van zwerfvuil Contact opnemen met de gemeente Krimpenerwaard Meldpunt Laagvliegen Krimpenerwaard Vogelasiel Vogelklas Karel Schot Meldpunt klachten onderhoud sloten, Hoogheemraadschap van Schieland en de bermen of dijken Krimpenerwaard, info@hhsk.nl Milieutelefoon, Bij verstoringen van de natuur Illegale (roof)vogelvervolging Melden via www.natuurverstoring.nl of bij de politie Onderzoek doodsoorzaak dieren Dutch Wildlife Health Centre www.dwhc.nl/meldingsformulier Meldpunt invasieve plantsoorten In bermen N-wegen ter bestrijding en monitoring: zuidholland@pzh.nl
0182 529059 0180 510984 0900 8844 140182 010 4733333 010 4857847 010 4537356 0888 333555 0900 8844
Lid worden? Wilt u actief deelnemen aan de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard of wilt u de doelstellingen van onze vereniging steunen, word dan lid. Op onze website kunt u alles over ons vinden, wat we doen en waar we voor staan. Meld u aan op www.nvwk.nl onder ‘de vereniging’, of stuur een e-mail naar info@nvwk.nl met uw gegevens. U kunt ook de secretaris bellen: XX XXXXXXX. Zie de colofon voor de diverse lidmaatschappen. 2
WAARDVOGEL | JUNI 2018
Van de voorzitter
Colofon
Max Ossevoort
De Waardvogel ISSN 1384-8240 Jaargang 57 verschijnt 5 x per jaar, februariapril-juni-september-december
Er lijkt geen einde aan dit mooie weer te komen, ik vind het heel bijzonder hoe lang we verstoken blijven van regen. Het Jaar van de Race staat altijd garant voor bijzondere soorten vogels, in deze Waardvogel treft u daar ook weer een paar voorbeelden over aan. Kopij aanleveren Vóór 15 januari, 15 maart, 15 mei, Komt dat omdat we meer uren besteden aan het bewust zoeken naar meer 15 augustus en 15 november soorten, zijn we alerter en komen we op plaatsen waar we anders niet (zo vaak) komen, of neemt het aantal bijzondere soorten dat de Krimpenerwaard Oplage aandoet echt toe? Dat zou iets zeggen over de waarde als foerageer- en 900 exemplaren rustgebied voor vogels. In elk geval kunnen we in deze Waardvogel nog even nagenieten van de enthousiaste E-mail redactie verhalen van de deelnemers aan de Big Birding Day. Joke Colijn De tijd vliegt voorbij en dat geldt ook voor de termijn waarbinnen het deel van het Natuurnetwerk Nederland Maria Spruit (NNN) dat in de Krimpenerwaard gerealiseerd wordt, nu zijn beslag krijgt. In 2021 wordt het project afgerond; nvwkredactie@gmail.com dat wil zeggen dat in het gebied de diverse doelstellingen op het gebied van natuur moeten zijn gerealiseerd. Website www.nvwk.nl Voor die tijd moeten o.a. de bestemmingsplannen zijn vastgesteld en aan het einde van dit jaar moeten agrariërs www.facebook.com/denvwk/ waarvan het bedrijf in de NNN-gebiedsgrenzen ligt, de keuze hebben gemaakt om natuurinclusief te willen https://twitter.com/denvwk gaan boeren ofwel uit het gebied te vertrekken. Een zeer ingrijpende beslissing, waaraan heel wat denk- en rekenwerk vooraf gaat en waar ook veel emoties aan verbonden zijn: de meeste melkveebedrijven zijn immers Secretariaat & ledenadministratie al generaties lang in familiebezit. Uiteraard hopen we dat deze boeren creatief zijn, voldoende hulp tijdens Frans van der Storm dit moeilijke proces krijgen en goede mogelijkheden zien om ook mét (en niet ondanks) natuurmaatregelen Boschpolderstraat 14 een boterham te verdienen. Ook vertrouwen we erop dat de inrichtingsmaatregelen die daarvoor nodig zijn, 2807 LJ Gouda info@nvwk.nl ruimhartig worden vergoed. Het zou fantastisch zijn als onze eigen boeren gaan bewijzen dat natuurinclusieve of adaptieve landbouw zoals de nieuwste term luidt, hier toekomst heeft. Contributie per kalenderjaar € 5,- voor een jeugdlidmaatschap, Op de achtergrond lopen diverse andere grote projecten die veel invloed hebben op de natuur en de inrichting van de Krimpenerwaard. De NVWK draag hieraan bij doordat diverse leden en bestuursleden één kind t/m 16 jaar € 17,- voor een basislidmaatschap zijn betrokken. Zo worden opnieuw op provinciaal niveau actieplannen voor weidevogels gesmeed in Zuid€ 22,- voor een gezinslidmaatschap Holland; we reiken realistische suggesties aan voor natuurbehoud bij het uitrollen van het project Krachtige IJsseldijken Krimpenerwaard (KIJK) dat vanaf 2021 uitgevoerd gaat worden; we voeren gesprekken met het Bankrekeningnummer waterschap HHSK en de provincie over het uitvoeren van het ecologische beheer van taluds en bermen in de NL82 RABO 0127 2948 80 Krimpenerwaard, waarbij al positieve afspraken tussen partijen gemaakt zijn; we werken in de bewonersgroep Lid worden en de natuurgroep mee aan het Panorama (= de uitvoeringsagenda) van de Strategisch Visie Krimpenerwaard. U kunt lid worden via www.nvwk.nl of door een e-mail met uw gegevens Parallel aan dat laatste is de gemeente Krimpenerwaard een traject begonnen met inventarisaties voor de invulling van de aanstaande Omgevingswet die o.a. de bestemmingsplannen van de voormalige vijf gemeenten te sturen naar info@nvwk.nl die nu nog van kracht zijn, gaat vervangen. Wij ondersteunen van harte de oproep van wethouder Leon de Op de voorpagina Wit die jongeren in de Krimpenerwaard oproept om mee te denken hoe zij hun toekomst in onze waard zien. Bruin zandoogje, Leuk is de daaraan verbonden wedstrijd om op een moderne manier kenbaar te maken wat jonge mensen hier foto: Huig Bouter waardevol vinden en wat ze graag veranderd zouden zien: via een vlog (zie pagina 11). Dit is je kans! Foto van de maand: Mus, foto: Jaap Oosterom Er gebeurt steeds meer buiten, maar ook binnen de vereniging. We behalen ook steeds meer resultaat waarmee de biodiversiteit gediend is. Om de werkzaamheden binnen de huidige structuur overzichtelijk te maken hebben Overname van artikelen we een ‘klussenbank’ in het leven geroepen. Alle hulp, incidenteel of structureel, is welkom en altijd in de mate Overname van artikelen uit dit blad die u zelf bepaalt. De klussen worden regelmatig ‘ververst’ en komen ook op de website. Zo maken we het is toegestaan met bronvermelding gemakkelijker om te kiezen waar u aan bij kunt dragen. Disclaimer De Waardvogel wordt nu helemaal in kleur gedrukt, waardoor de vele foto’s (waarvoor dank, blijf vooral Artikelen of uitingen van derden in toezenden aan de redactie) nog beter tot hun recht komen. Wat een plezier om deze editie te lezen! d de Waardvogel geven niet noodzakelijkerwijs de mening van de redactie of van de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard weer, maar zijn voor rekening van de auteurs, de geciteerden of de bron. Drukkerij Efficiënta Krimpen aan den IJssel Zie advertentie Voor advertenties nvwkredactie@gmail.com Jaartarief (= vijf edities): 1/8 pagina: € 50,1/4 pagina: € 90,1/2 pagina: € 150,-
In dit nummer Belangrijke gegevens 2 Van de voorzitter 3 Even Noteren 4 Bericht van de penningmeester(s) 4 Huismus, foto van de maand 4 De ‘schommels’ gaan weer piepen! 5 Slechtvalk succesvol in de Stormpolder 5 Bruin zandoogje op de voorpagina 6 Klussenbank, wie helpt mee? 7 ‘Leve(n)de Tuin!’ 8 Blauwe regen 9 Race 2018, een update 11 Maak van jouw ideeën een vlog en win 11
Aanleg snipperpad 12 Honingbijen 13 Kleine klapekster 14 Panorama Krimpenerwaard 16 Jeugd; weidevogeldag 20 Gestreepte strandloper 21 Midzomerplantenjacht 22 Big Birding Day 2018 24 Werk bij de uilenwerkgroep 31 Op pad met de boswachter 32 Hoe gaan we om met jouw gegevens? 37 Onze weidevogels.. hoe gaat het er mee? 38 Berkenwoudse Driehoek 40 Veldbezoek eco-bermen 41 Graslandvlinderproject een update 42 d WAARDVOGEL | JUNI 2018
3
Even noteren
Z
aterdag 25 augustus van 10.00 tot 15.00 uur Zeegvissen op de Zaag in samenwerking met Ravon. De Zeeg is een lang sleepnet. Het is heel geschikt om grotere wateren te bemonsteren op vis. De Zaag is opnieuw ingericht, er zijn nevengeulen gegraven om paai- en opgroeigebied voor riviervissen te maken. Geef je op bij Marc van Bemmel, de coördinator van de waterwerkgroep: waterwerkgroep@nvwk.nl. Of direct bij Rémon ter Harmsel: r.terharmsel@ravon.nl. Meer informatie vindt je op onze website.
Z
aterdag 8 september 2018 van 15.00 tot 20.00 uur Onze jaarlijkse vrijwilligersdag. Dit is de dag waarop de NVWK haar vrijwilligers bedankt. Je kunt andere vrijwilligers ontmoeten en ervaringen uitwisselen. Gezelligheid, drankjes en lekker eten zijn de ingrediënten. Vrijwilligers worden nog apart uitgenodigd door hun coördinator. Maar om niemand te missen nodigen we hier alvast iedereen uit die het afgelopen jaar een aantal uren actief is geweest voor de NVWK. Locatie: Schaapjeszijde 4, Ouderkerk aan den IJssel.
D
insdag 25 september 2018 om 20.00 uur Lezing van en over Waarneming.nl door Timo Roeke. Deze lezing kon eerder niet doorgaan omdat Timo geveld was door de griep. We gebruiken waarneming.nl veel voor het invoeren van onze losse waarnemingen van vogels en planten. Timo is al heel
lang betrokken bij deze site en kent alle ins en outs. Waarneming. nl is veel groter dan we denken met heel veel data. Een spectaculaire nieuwe ontwikkeling is het maken en beschikbaar stellen van apps die soorten herkennen: je maakt met je mobiel een foto van een insect, vogel of plant en de app vertelt wat voor soort het is. Dat maakt waarnemen steeds leuker en leerzamer. Door de app te gebruiken worden jij én de app wijzer, want ‘zelf lerende software’ die onder deze automatische beeldherkenning zit gebruikt jouw foto om soorten steeds beter op naam te kunnen brengen. De lezing is in De Zwaan te Berkenwoude, meer info bij Hans Kouwenberg, XXX XXXXXX.
H
et weekend van 15 en 16 september 2018 Wintervogeltellingen, info bij Hans Kouwenberg, XXXXXXXXXX of Peter Berger, XXX XXXXXX.
Z
aterdag 13 oktober van 09.00 tot 13.00 uur Vissenexcursie in de Krimpenerwaard van de waterwerkgroep. Datum is onder voorbehoud. Meer info op onze site of bij Marc van Bemmel, waterwerkgroep@nvwk.nl.
H
et weekend van 13 en 14 oktober 2018 Wintervogeltellingen, info bij Hans Kouwenberg, XXXXXXXXXX of Peter Berger, XXX XXXXXX. d
Bericht van de penningmeester(s) aan de leden Jan de Boer Ongetwijfeld heeft u het al gemerkt... er heeft nog geen incasso van het lidmaatschapsgeld plaats gevonden en aan leden die niet via die weg betalen zijn nog geen nota’s verstuurd. Met het overnemen van het penningmeesterschap is er ook gelijk een keuze gemaakt om over te stappen naar een nieuw ledenpakket. Het overzetten van de data naar het nieuwe systeem vordert gestaag. We zitten in een afrondende fase. Wanhoop dus niet, het innen gaat echt nog wel gebeuren, alleen ietsje later. Met vriendelijke groet! d
Huismus foto van de maand Maria Spruit
D
e mus; het zo gewone vogeltje. Het óóit zo gewone vogeltje. Want ook onze huismus is op de Rode Lijst komen te staan. Rode Lijsten bevatten dier- en plantensoorten die bedreigd worden of kwetsbaar zijn. Oorzaken bij de huismus zijn de veranderingen in woningbouw (verdwijnen ouderwetse pannendaken), woningrenovatie (geen toegang meer tot nestplekken), beheer van stedelijk groen (minder onkruid- en insectenrijke vegetaties en dus voedselproblemen, minder struiken om te schuilen) en verstening van tuinen. Op het platteland is vooral het voedselaanbod afgenomen door vermindering van graanteelt, efficiëntere oogstmethoden, verdwijnen van stoppelvelden en gebruik van bestrijdingsmiddelen. Huismussen hebben tuinen nodig met veel groen en hagen (liguster, klimop), voor hun veiligheid en voor voedsel. Waterrijke plekken met riet zijn ook belangrijk in de broedtijd (insecten!). Op www.vogelbescherming.nl staan maatregelen die men kan nemen ten gunste van de huismus. Mussen zorgen voor levendigheid in de tuin. Altijd hoor je ze wel tjilpen naar elkaar of vergaderen in de heg of struikgewas. Daarom hebben we de foto van Jaap Oosterom als foto van de maand gekozen. De mus is een uitgesproken standvogel. Hij broedt van eind maart tot in augustus. Huismussen broeden in een los kolonieverband. Het nest wordt vooral gemaakt onder dakpannen, in gaten en kieren van gebouwen en in mussenkasten. Als de jongen uitvliegen, worden ze daarna nog één tot twee weken gevoerd door de ouders. De jonge vogels zijn gemakkelijk te herkennen aan de gele mondhoeken van de snavel en aan de relatief korte staartjes. Als ze bedelen om voedsel trillen ze aandoenlijk met hun vleugeltjes, wat de oudervogel aanzet tot voeren. Bron: www.vogelbescherming.nl
4
WAARDVOGEL | JUNI 2018
De ‘schommels’ gaan weer piepen! Stefan van der Heijden
Wat zegt u? Dit blad gaat toch niet over speeltuinen? Ja, dat klopt. Maar het geluid van een jonge ransuil laat zich wel vergelijken met een piepende schommel. Vanaf ca. half juni gaan deze jongen weer roepen, piepen dus. De roep is een langgerekt ‘ieeee’. Dit roepen (bedelen om eten en contact houden met ouders) doen ze als het volledig donker is; vanaf ca 22.30 uur en dan vaak heel de nacht door. Het roepen kan aanhouden tot ver in augustus. z
D
oor dit frequente roepen zijn jongen relatief makkelijk op te sporen. Het is tot wel 200 m afstand hoorbaar. In 2014 en 2017 hebben vrijwilligers van de uilenwerkgroep fietsend gezocht naar deze roepende jongen ransuilen. Veel territoria zijn daarmee vastgesteld. Maar in deze beide jaren is ook de hulp ingeroepen van de inwoners van de Krimpernerwaard. Via de Waardvogel, social media en lokale kranten is opgeroepen om deze jongen te melden. En met succes! In 2017 kwam een tiental meldingen binnen op een totaal van 31 al bekende locaties; een fors aandeel dus!
O
pnieuw doen we dit jaar de oproep om jonge roepende ransuilen bij ons te melden. De uilenwerkgroep wil graag
over meerdere jaren kijken hoeveel broedgevallen er zijn; hopelijk kunnen we dan een trend afleiden uit de gegevens. Vooralsnog weten we niet exact hoe het met de ransuil gaat in de Krimpenerwaard. Ons vermoeden is dat de aantallen langzaam maar zeker achteruit gaan. Helpt u ons weer mee? Alvast bedankt voor de moeite! U kunt de meldingen doorgeven aan: Stefan van der Heijden, (mede-)coördinator uilenwerkgroep NVWK, e-mailadres: uilenwerkgroep@nvwk.nl, of via XX-XXXXXXX. De jonge uilen zijn kwetsbaar en verstoringsgevoelig. Om die reden maken we de exacte locaties niet bekend. Wel zullen we komend najaar op de site en in de Waardvogel het resultaat van de inventarisatie 2018 bekend maken. z
Slechtvalk succesvol in de Stormpolder Jaap Jan Leeuwenburgh, foto: Abdel Farid
Voor het derde achtereenvolgende jaar heeft er een slechtvalkpaar gebroed in de Krimpenerwaard. In een nieuw geplaatste nestkast op een grote bedrijfshal, de IHC-loods op het industrieterrein Stormpolder in Krimpen aan den IJssel, werden vier jongen grootgebracht. a
A
l jaren is een slechtvalkenpaar aanwezig rond deze loods. In 2016 werd naast het paar voor het eerst 1 uitgevlogen jong gezien. In 2017 werd opnieuw gebroed en kwamen drie jongen bij de vogelopvang terecht, waarna ze zijn teruggezet op een rooster boven de nestlocatie. Om een mogelijk debacle te voorkomen werd dit voorjaar op een hoogte van zo’n 35 meter een nestkast met camera geplaatst. De nieuwe kast was meteen succesvol. Begin maart waren de eerste activiteiten te zien die duiden op een broedpoging. Een goede maand daarna lagen er vier eieren in het grind van de kast. Eind april waren alle eieren uitgekomen en moesten er vier jongen worden gevoerd door beide ouders. Op 18 mei werden de jongen (drie vrouwtjes en één mannetje) voorzien van een witte kleurring met lettercode. De vier jonge slechtvalken zijn allemaal uitgevlogen, wat een bijzonder succesvol resultaat genoemd mag worden. Eén exemplaar was daarbij wat overmoedig en waagde ‘de sprong’ voordat hij of zij echt vliegvlug was. Het aan de grond geraakte jonge dier werd op het terrein van het bedrijf waar de kast hangt gevonden en is nabij de kast teruggeplaatst. De vogel is daarna niet meer gezien dus de aanname is dat het daarna wel goed gegaan zal zijn. De foto toont een oudervogel met de vier jongen die 3-5 dagen oud zijn. De foto is gemaakt door werknemer Abdel Farid. a WAARDVOGEL | JUNI 2018
5
Bruin zandoogje op de voorpagina Arie Kooy
Het bruin zandoogje is ook één van de doelsoorten van het project ‘Herintroductie Graslandvlinders in de Krimpenerwaard’. Een wat ‘alledaagse’ vlinder qua kleur, en in de Krimpenerwaard veel minder voorkomend dan zijn familielid het bonte zandoogje, die qua aantallen de laatste jaren steeds meer stijgt. Het bruin zandoogje is de meest getelde vlinder in het Landelijk Meetnet Vlinders, maar is in delen van Noord-Brabant en Noord- en Zuid-Holland schaarser. De oorzaak hiervan is onbekend. a
Illustraties: Richard Lewington
H
et bruin zandoogje is een algemene standvlinder die verspreid over het hele land voorkomt. Het bruin zandoogje is een mobiele vlinder. Uit onderzoek blijkt dat individuen die enige tijd werden gevolgd soms meer dan zeshonderd meter van hun leefgebied wegvlogen en er zijn aanwijzingen dat er nog grotere afstanden kunnen worden afgelegd. Ook de snelle kolonisatie van Flevoland wijst op een goede mobiliteit. Het bruin zandoogje heeft de volgende uiterlijke kenmerken. Bij het mannetje is de bovenkant van de voorvleugel bruin met een nauwelijks gekernde of zelfs ongekernde relatief kleine zwarte oogvlek. Het vrouwtje is iets groter dan het mannetje en zij heeft op de bovenkant van de voorvleugel een opvallend oranje veld met een meestal witgekernde zwarte oogvlek. Op Nederlandse en Europese schaal is het bruin zandoogje niet bedreigd. Over het algemeen is het voorkomen van de soort stabiel. Het bruin zandoogje komt voor van Ierland tot de Oeral en Noord-Iran en van Zuid-Scandinavië tot Noord-Afrika. De vliegtijd van het bruin zandoogje is van begin juni tot eind augustus in één generatie. Dat is een opmerkelijk lange periode voor een vlinder die in één generatie vliegt. De vlinders leven dan ook lang, zo’n 30 dagen en komen verspreid over een lange periode uit. Op zonnige dagen zijn in een bepaald gebied soms honderden vlinders te zien die even boven het gras uithuppen en vervolgens weer snel verdwijnen. De uiterste data waarop een vlinder is waargenomen zijn 17 april en 13 november.
De vlinders verschijnen verspreid over een lange periode voor het eerst in juni. Zij voeden zich met nectar van vele kruiden, onder andere de kale jonker en de akkerdistel. De mannetjes verschijnen twee weken eerder dan de vrouwtjes. De mannetjes bezetten een territorium en ondernemen vanaf een vaste plaats korte vluchten. Wanneer een vrouwtje is gevonden dan volgt er een korte balts. De vrouwtjes paren op de eerste dag van hun leven en paren nooit een tweede keer.
D
e habitat van het bruin zandoogje bestaat uit ruige graslanden met in de nabijheid houtwallen, hagen, bermen en slootkanten. Diverse grassen zoals grote vossenstaart, gewoon reukgras, rood zwenkgras maar ook Engels raaigras (in overvloed aanwezig in de Krimpenerwaard) vormen de waardplanten van deze soort. a Bron: www.vlinderstichting.nl
D
e levenscyclus is samengevat als volgt. De ei-afzet vindt plaats als het vrouwtje laag en zigzaggend op een plaats waar de vegetatie lager is zoekt naar een stengel of een grasspriet. Na 14 tot 30 dagen kruipt de rups uit het eitje. De rupsen overwinteren jong tot half volgroeid. Na de overwintering leven de rupsen vanaf het voorlaatste stadium vooral ’s nachts en houden zich overdag goed verborgen.
6
WAARDVOGEL | JUNI 2018
Rups bruin zandoogje, bron: www.vlinderstichting.nl
Klussenbank: wie helpt mee?
De NVWK krijgt het steeds drukker. Dat is prachtig, want in de praktijk betekent het dat we als vrijwilligersvereniging meepraten bij de grote projecten die worden uitgevoerd in de Krimpenerwaard en daar het natuurbelang kunnen inbrengen, maar ook dat we uit eigen initiatief met projecten kunnen aankloppen bij de beide gemeenten, waterschap en provincie. Helaas schieten daardoor bepaalde klussen erbij in en hebben we voor de projecten extra handen nodig. Daarom hebben we een klussenbank opgericht. Vaak gaat het om kortlopende taken, soms komt een klus op herhaling. Wie helpt mee?
In volgorde opbergen van NVWK-knipsels
Ooit waren al onze uitingen in de pers netjes in chronologische volgorde gerangschikt. We hechten waarde aan zo’n archief en naslagwerk, maar de tijd ontbreekt. Wie wil onze knipsels in volgorde van verschijnen in de pers, in plastic hoesjes stoppen en in ordners doen? Echt een klus voor regenachtige dagen, en het hoeft niet morgen klaar. Informatie bij Joke Colijn, contactgegevens op pagina 2.
Organiseren van ons digitale fotobestand
Wij prijzen ons gelukkig dat we zeer regelmatig foto’s ontvangen die we mogen gebruiken in de Waardvogel en op de site. Inmiddels zijn dat duizenden foto’s waarin we regelmatig zoeken naar die ene foto die we nodig hebben. Dat kost onnodig veel tijd. Graag willen we de foto’s georganiseerd hebben op soortnaam en met vermelding van de fotograaf. Wie helpt ons hierbij? Informatie bij de redactie, contactgegevens op pagina 2.
Inzaaien e.d. van nieuwe Idylles
Het nieuwe Graslandvlinderproject is een initiatief wat ook door gemeenten en provincie zeer wordt gewaardeerd. Subsidies voor zaden en mechanische werkzaamheden worden mede verstrekt omdat uitvoering vanuit het gebied wordt georganiseerd met veel zelfwerkzaamheid. We hebben dan ook regelmatig extra handen nodig bij de diverse klussen die moeten gebeuren bij de aanleg van de Idylles en de verbindingslinten van dit driejarenplan. Meld je aan bij Arie Kooy, xxxxxxxxxxxxxx@xxxx.xx; hij zoekt contact als er weer een klus is. Je ziet dan wel of het in jouw agenda past.
Watervogels tellen in een kilometerhok
Vind je het leuk om (alleen of samen) in het koelere seizoen een paar uur naar buiten te gaan in de weekenden van de wintervogeltellingen? Het telweekend valt altijd midden in de maanden september t/m april, de exacte data staan in de Even Noteren en op de site. Als je de meeste watervogels wel op je netvlies hebt en wilt bijdragen om hun aantallen te kunnen volgen, neem dan contact op met de coördinator van de wintervogeltellingen, gegevens op pagina 2. Hij geeft graag meer informatie en legt je de telmethode uit.
Neem ons mee op excursie
Als je aardig thuis bent in een bepaald groen werkveld, of je kent een mooi natuurgebiedje, maak geïnteresseerden dan deelgenoot en neem ons een keer mee. Je hoeft echt geen specialist te zijn, samen komen we er wel uit, het gaat immers om de beleving! Maar ook als heel interessant. Neem contact op met Jaap Graveland, hij weet hoe je zoiets aanpakt en wij doen de PR. Hou je natuurgeheimen niet langer voor jezelf maar laat anderen meegenieten! Contactgegevens Jaap op pagina 2.
De NVWK op streekmarkten en braderieën
Tot voor enkele jaren hadden wij regelmatig een standje op jaarmarkten e.d. waarop aan belangstellenden uitleg werd gegeven over onze doelstellingen en onze acties. Hier werden ook nieuwe leden geworven. Er komt helaas niets meer van en dat is een gemiste kans om ons te profileren. Vind je het leuk om een paar maal per jaar bij zo’n standje te staan en de doelstellingen van de NVWK uit te dragen? De spullen om je stand ‘groen’ aan te kleden zijn uiteraard beschikbaar. De frequentie bepaal je zelf. Informatie bij Joke Colijn, contactgegevens op pagina 2.
Monitor een erf in je eigen omgeving
We hebben in het kader van het erfvogelproject bij meer dan 70 erven verbeteringen aangebracht voor met name de vogels, maar ook insecten en kleine zoogdieren profiteren mee. Graag willen we volgen in hoeverre gebruik wordt gemaakt van nestkasten, bessenstruiken, fruitbomen, nectarplanten en takkenrillen om te weten in hoeverre de aantallen vogels toenemen. Vind je het leuk om door het jaar heen op momenten die jou schikken, de vogels te turven op zo’n erf? Bouw een band op met de eigenaar en geniet van natuur dichtbij huis. Neem voor informatie contact op met de coördinator van de erfvogelwerkgroep (zie pagina 2), hij kan je in contact brengen met een erfeigenaar in je buurt.
Wees de ogen en oren in je buurt
Bij verbouwingen, renovaties, groot tuinonderhoud of bij nieuwbouw gebeuren door onnadenkendheid soms kleine natuurrampjes die voorkomen hadden kun nen worden. Een boom met een duivennest die wordt omgehaald in het broedseizoen, een schuur die gesloopt wordt waarin vleermuizen overwinteren, renovatie van een huizenblok waar onder de dakpannen altijd gebroed wordt. Het is bij wet verplicht om rekening te houden met de fauna, onze werkgroep Ruimtelijke Ordening kent de regels. Er zijn bijna altijd eenvoudige oplossingen, daarbij helpt RO ook. Wandel je regelmatig een stukje (met de hond?) door je eigen kern of buurt, wees dan daar de oren en ogen van onze onderbezette werkgroep RO. Ook kun je de plannen van omgevingsvergunningen checken – het gaat immers om het groen, de vogels en de natuur in je eigen wijk! Bij acute problemen of toekomstige plannen: neem contact op met de werkgroep RO. Iedereen kent zijn of haar directe leefomgeving het best, het kost nauwelijks extra moeite en je helpt de natuur, jezelf en iedereen in je wijk. Omgekeerd is het voor de werkgroepleden van RO ook handig om te weten wie ze kunnen benaderen in een kern als hen iets ter ore komt, dus laat weten dat je meehelpt: de gegevens van de werkgroep RO staan op pagina 2. Zo bouwen we een netwerk van natuurbewuste bewoners op in de Krimpenerwaard.
WAARDVOGEL | JUNI 2018
7
‘Leve(n)de Tuin!’ Veel belangstelling voor presentatie Tekst en overige foto’s: Jaap Graveland
In het decembernummer vertelde ik over een nieuw samenwerkingsproject van de erfvogelwerkgroep en Operatie Steenbreek Krimpen aan den IJssel. We willen bewoners en gemeente adviseren hoe ze tuin en stedelijk groen geschikt kunnen maken voor vogels, vlinders en bijen en hoe ze bij nieuwbouw en woningrenovatie rekening kunnen houden met vogels en vleermuizen. Zo willen we een ‘silent spring’ in onze straten voorkomen en inspelen op de klimaatverandering en energietransitie. Meer daarover in dit artikel. d
D
e berichten buitelen over elkaar heen: het aantal bijen en andere insecten in het landelijk gebied nemen af, huismussen, spreeuwen en huiszwaluwen verdwijnen uit het stadsbeeld en het klimaat verandert. Het wordt warmer en daardoor worden de zomerbuien feller. Door de toenemende ‘verstening’ van onze tuinen kan het water niet meer weg, raken riolen overbelast en komt het rioolwater in het oppervlaktewater terecht. Niet fijn. Wie nog twijfelde aan die berichten over klimaatverandering is misschien de afgelopen weken overtuigd geraakt. Het was de warmste meimaand in 300 jaar en de hevige buien leidden in veel steden tot ondergelopen straten en kelders.
Z
elf aan de slag in je tuin Gelukkig kunnen we er veel aan doen. In de bebouwde kom kan de biodiversiteit verrassend hoog zijn. In tuinen en rond woningen leven ca. 30 soorten vogels, van ransuil tot huismus, van merel tot sperwer. Er leven 370 (!) soorten wilde bijen en hommels in ons Structuurrijke tuin, foto: Kees Koenen land en ca. 50 daarvan komen in stadstuinen voor. Door tegels te vervangen door planten die bloemen, bessen en zaden leveren kunnen we de natuur een fors handje helpen. De meeste bijen bouwen een ondergronds nest. Daarvoor hebben ze graag een zonnig, droog en onbegroeid plekje. Liefst met flink wat zand door de grond. Je vindt daarvoor vast wel een geschikt hoekje in de tuin, bijvoorbeeld bij het terras. Voor bijensteken hoeft je niet bang te zijn: de meeste soorten zijn (heel) klein en leven alleen, dus niet in een groep zoals de honingbij.
E
r zijn speciale dakpannen, gevelstenen en andere voorzieningen voor vogels en vleermuizen die je bij renovatie en nieuwbouw kunt aanbrengen. Bij aanwezigheid van vogels en vleermuizen vóór renovatie ben je verplicht die voorzieningen aan te brengen. Huismusvide; aanzicht wanneer pannen nog niet aangebracht zijn
Zandhoopje van graafbij tussen stenen, foto: Arie Koster 8
WAARDVOGEL | JUNI 2018
Gevelsteen voor gierzwaluwen
Als je die voorzieningen tijdens de verbouwing meeneemt kost het niet meer dan 100-200 euro. Als je dat willens en wetens nalaat en die overtreding wordt geconstateerd, dan loop je de kans dat de verbouwing moet worden stilgelegd en dat je die speciale dakpannen of stenen achteraf alsnog moet plaatsen. Gevolg: een hoop trammelant en hoge kosten. Bovendien: je wilt toch het leven van zingende en nestelende vogels in je tuin en om je huis niet missen?
V
eel belangstelling voor de voorlichtingsavond Op 13 april organiseerden we hierover een voorlichtingsavond in Krimpen aan den IJssel. De gemeente stelde de mooie raadzaal voor ons ter beschikking. Onze aankondiging leidde tot diverse berichten in de lokale kranten. Het resulteerde in een grote opkomst: ca 50 bewoners verzamelden zich op vrijdag de 13e in het gemeentehuis. Wethouder Marco Oosterwijk, die Operatie Steenbreek in zijn portefeuille heeft, heette iedereen welkom en leidde de avond in.
J
acqueline Veltman vertelde over het werk van Operatie Steenbreek en had ook een leuke kennisquiz samengesteld. Imelda Kloosterman liet zien hoe je de tuin met de juiste beplanting heel aantrekkelijk kunt maken voor bijen, andere insecten en voor vogels. Veel geschikte plantensoorten passeerden de revue. Verder liet Imelda zien dat zo’n tuin geen of nauwelijks meer onderhoud vergt dan een betegelde tuin, bijvoorbeeld door de toepassing van bodembedekkers. Soorten als Waldsteinia ternata (in de zon) of Ajuga reptans (in de schaduw) verbeteren de bodemstructuur, leveren voedsel aan insecten en vogels én houden het onkruid tegen. En door de tuin niet winterklaar te maken voorzie je de vogels in de winter van zaden en insecten (in de holle stengels, onder het afgevallen blad) én bespaar je tijd. Zelf liet ik zien welke vogels in de stad leven, wat ze nodig hebben en wat voor voorzieningen er zijn om voldoende broed- en schuilgelegenheid bij renovatie of nieuwbouw te garanderen.
De presentaties staan op de site: https://www.nvwk.nl/actueel/ nieuws/doe-mee-aan-leven-tuin-en-natuurinclusief-renoveren. Ze bevatten tips en tonen een groot aantal geschikte plantensoorten. We hebben daar ook een lijst toegevoegd met ca 60 ‘topplanten’ bomen, struiken en vaste planten - voor toepassing in de stadstuin. Dus je kunt zo aan de slag. De meer uitgebreide lijst van plantensoorten die we al eerder voor erven opstelden vind je hier: https://www.nvwk.nl/werkgroepen/ erfvogelwerkgroep. Op de site van Operatie Steenbreek vind je voorbeeldtuinen, vele tips, lopende acties en ook weer de lijst topplanten: https://steenbreekkrimpenaandenijssel.nl/.
O
ok belangstelling voor een voorlichtingsavond? We gaan met Qua Wonen en de gemeente om de tafel om te zien hoe we hier een vervolg aan kunnen geven. Denk bijvoorbeeld aan hulp bij het opzetten of uitbreiden van een verkooppunt van aangepaste dakpannen, muurstenen etc. voor vogels en vleermuizen. Of aan een voorlichtingsavond voor mensen die werkzaam zijn in de aanleg of het beheer en onderhoud van het stedelijk groen. We gaan hierover ook in gesprek met de gemeente Krimpenerwaard. Verder kunnen we een voorlichtingsavond verzorgen voor buurtverenigingen, volkstuinverenigingen en andere organisaties die groen beheren. We horen graag of daar belangstelling voor is.
M
eedoen? Stadsvogelgidsen gevraagd Kortom, ideeën en wensen genoeg. We kunnen daarbij wel versterking gebruiken. Geplande stadsvogelexcursies konden door tijdgebrek niet doorgaan. Die excursies zijn belangrijk want het leren kennen van de vogels stimuleert om wat voor de vogels te doen. Dus: als je de stadsvogels wel kent en het je leuk lijkt om volgend voorjaar één of meer ochtenden met een groep belangstellenden op pad te gaan, laat het weten. Opgeven en nadere informatie opvragen kan via erfvogels@nvwk.nl. Het is een kleine moeite en je doet deelnemers én vogels er veel plezier mee. d
Blauwe regen Tekst en illustratie: M. Bersma
Blauwe regen stroomt als een waterval langs de muur van het roodstenen hoekhuis, omhoogklimmend in een wirwar van takken tot aan de dakgoot. Tussen de frisgroene bladeren hangen de langwerpige bloemen als een carillon van glanzende klokken dat de lang verwachte lente bezingt in geur en kleur. d
WAARDVOGEL | JUNI 2018
9
Voor al uw boekhoudzaken, belastingadviezen, belastingaangiften en loonadministraties Ook over uw privĂŠ-aangiften geven wij u graag advies.
Hof ter Bergen 23-1 2861 DR BERGAMBACHT
Telefoon : 0182 - 351240 Fax : 0182 - 354494 E-mail : info@verwaaladministratie.nl
Race 2018 een update vanuit de achterhoede Erik Kleyheeg
Het is vast niemand ontgaan dat dit jaar de Race 2018 wordt gehouden in de Krimpenerwaard; een wedstrijdje tussen vogelaars om in een jaar zoveel mogelijk vogelsoorten te zien binnen de regiogrenzen. Organisator en vogelcoördinator Dirk-Jan van Roest vroeg me een update te schrijven over de gebeurtenissen in de maand mei. Ik veroorloof me daarom een wat meer persoonlijke insteek van deze terugblik. d
D
e maand mei was voor mij eigenlijk de eerste maand dat ik mee kon doen aan de Race 2018. Tot eind april woonde ik met mijn vrouw in Zuid-Duitsland en moest ik met lede ogen aanzien hoe prachtige soorten werden gezien, zoals de kleine geelpootruiter en de bastaardarend. Tijdens de paar dagen dat we terug waren in Haastrecht voor familiebezoek had ik een handjevol soorten genoteerd, maar bij terugkomst op 1 mei keek ik aan tegen een achterstand van bijna 100 soorten ten opzichte van de jeugdige koploper, Coen van Nieuwamerongen. Als fanatiek vogelaar zat me dat natuurlijk niet lekker en ik stelde me ten doel om in mei mijn score van 68 soorten te verdubbelen tot 136 soorten. Een behoorlijke opgave, maar dan zou ik tenminste weer een beetje ‘meedoen’.
H
et begon op 1 mei meteen goed. We waren ’s ochtends met een auto vol verhuisdozen en zakken kleren thuis gekomen, toen op de NVWK alerts-app melding werd gedaan van een steenloper in het Doove Gat. Die is lastig in het binnenland, dus ik keek mijn vrouw lief aan en mijn inhaalrace kon beginnen. De steenloper liet zich prachtig zien, maar het leukste was om een aantal oude bekenden, die ook op de vogel waren afgekomen, weer te ontmoeten. Dankzij alle zomergasten, inclusief steltkluut, zwartkopmeeuw en nachtegaal stroomden de soorten binnen en op 3 mei werd plots melding gemaakt van een woudaap in de buurt van Bergambacht. Veel mensen konden deze prachtige soort diezelfde avond nog bijschrijven als nieuwe soort voor hun Krimpenerwaard-lijst, mijzelf inbegrepen. Twee dagen later was het opnieuw raak. Paul Schrijvershof ontdekte een grauwe klauwier in de Stormpolder. Dus hup, de auto in, en een halfuur later stond ook ik te kijken naar een mooi mannetje dat vanuit een bramenstruik insecten ving. Later bleek dat dezelfde dag ook een grauwe klauwier op de Zaag zat. Ongelofelijk! De volgende dag, op 6 mei, werd het nog gekker. ’s Ochtends werd in Ammerstol een klapekster gemeld, maar voor die soort was het wel erg laat in het voorjaar. Even checken dus! Zou het weer een grauwe klauwier zijn? Dirk-Jan van Roest bracht het verlossende woord: het bleek een kleine klapekster! Deze extreem zeldzame dwaalgast uit
Zuid-Europa was nog nooit gezien in de Krimpenerwaard, wat een sensatie! Tientallen vogelaars uit het hele land konden de vogel mooi bekijken, zoals ook elders in deze Waardvogel beschreven. p 12 mei was de Big Birding Day. Bijna alle racers deden mee en kamden de hele waard uit op zoek naar bijzondere soorten. Dat leverde voor alle teams een prachtig uitgekleurde kanoet in zomerkleed op in het helofytenfilter. Sommigen hadden deze zeldzame doortrekker nog nooit gezien in de Krimpenerwaard. De racers kwamen elkaar op 16 mei weer tegen bij een kraanvogel die werd gemeld achter in de Nespolder. De vogel liep daar in zijn eentje te foerageren en liet zich dus vrij gemakkelijk bekijken.
O
I
n de tweede helft van de maand werden sommige racers getrakteerd op schaarse doortrekkers, zoals porseleinhoen, wespendief, rode en zwarte wouw en zelfs roodpootvalk en rosse grutto. De maand had als afsluiter echter nog één knalsoort in petto. Op 27 mei meldde Dirk-Jan Saaltink een vreemd ogende strandloper in het Doove Gat. Het fotootje dat hij doorstuurde was erg spannend en diverse racers haastten zich in de avondschemering naar het plasdrasgebied. Het bleek te gaan om een heuse gestreepte strandloper! Deze zeer zeldzame dwaalgast is een nieuwe soort voor de Krimpenerwaard. Het werd al snel donker, maar gelukkig bleef de vogel nog een aantal dagen zitten. Tijdens een zoektocht naar de strandloper op 30 mei werd ook nog een kwak gevonden.
Z
o was de maand mei dankzij een groot aantal oplettende ogen een aaneenschakeling van hoogtepunten op het gebied van bijzondere soorten. Er werden maar liefst twee nieuwe soorten voor de Krimpenerwaard gevonden en het was een rollercoaster aan emoties voor mensen die de bijzonderheden wel zagen en voor hen die de soorten misten. Dat is het mooie van een Race-jaar! Mijn doel om mijn score te verdubbelen is ruimschoots gehaald en met 144 soorten ga ik juni in. Nog niet in de top 10, maar het gaat de goede kant op. Coen behield zijn koppositie en eindigde de maand met 181 soorten. Ik ben vol verwachting over wat de rest van het jaar nog brengt! d
Maak van jouw ideeën voor de toekomst een vlog en win 250 euro! Leon de Wit, wethouder van de gemeente Krimpenerwaard
PERSBERICHT
De gemeente is bezig om een plan te maken voor de toekomst van de Krimpenerwaard. Voor dit plan (de omgevingsvisie) willen we ook jouw mening horen. Wat vind je belangrijk voor jouw toekomst? Jongeren hebben de toekomst dus jouw ideeën zijn belangrijk. Wat wil je graag zo houden en wat wil je dat beter gaat in de omgeving waar je woont en leeft? Maak hierover een vlog. De makers van de winnende vlog krijgen 250 euro! En de beste 5 krijgen een uitnodiging voor een gamesessie met Milo ter Reegen. Milo is bekend van YouTube DutchFifaHD. YouTuber Milo ter Reegen woont in Bergambacht en heeft voor ons een vlog gemaakt over wat hij wil houden en verbeteren in de Krimpenerwaard. Kijk voor zijn vlog op www.krimpenerwaard.nl/vlog. Milo zit ook in de jury en reikt de prijzen uit. Dus doe mee! Wat moet je doen: 1. Een vlog maken van minimaal 30 seconden en maximaal 3 minuten. 3. Je neemt je vlog op in de gemeente Krimpenerwaard. 2. Je kunt dit alleen doen of met een groep van maximaal 5 personen. 4. Je inzending moet bij ons binnen zijn vóór 15 augustus Meer informatie Op www.krimpenerwaard.nl/vlog kun je lezen: waar je vlog precies aan moet voldoen, hoe je je vlog in kan zenden en wat je moet weten over de nominatie. Op 25 augustus wordt de winnende vlog bekend gemaakt door Milo tijdens de finale van ‘Bab’s Got Talent’ op het Straatwroeterskamp (huttendorp) in Bergambacht. We hopen dat je meedoet! d WAARDVOGEL | JUNI 2018 11
Aanleg snipperpad Bericht van het Zwaneneiland Tekst: Jos de Nood, foto’s: Ewoud Benschop, Yolande Nederveen en Jos de Nood
Eén gedeelte van het Zwaneneiland in Krimpen aan den IJssel was niet begaanbaar. Het is een ruig gebied met riet, omgevallen bomen en een moerassige bodem. De Vrienden van het Zwaneneiland vonden dat jammer. d
L
aten we een snipperpad aanleggen, was het idee. En zo gebeurde na overleg met de gemeente. Met paaltjes zetten wij het parcours uit, waarna de gemeente zorgde dat er gemaaid werd.
Bij de organisatie was er vooraf wel een beetje vrees dat er gezien de heersende griep niet veel deelnemers zouden zijn. Maar dat viel mee; zestien mensen namen de moeite dit mooie stukje Krimpen te helpen ontsluiten.
Vervolgens werd er 10 kuub snippers gestort. Hierna kon het kruien beginnen.
Nu moest eerst het door de gemeente geleverde worteldoek worden gelegd.
Tot slot hebben we nog een opening van het nieuwe pad in scene gezet.
W
il je ook wel eens bij de Vrienden van het Zwaneneiland meehelpen, neem dan contact op met Jos de Nood, via xxxxxxxxxxx@xxxxxx.xx of XXX XXXXXX.. We zoeken ook iemand die deze stukjes tekst wil verzorgen en tijdens de activiteiten de foto’s wil maken. d
12
WAARDVOGEL | JUNI 2018
Honingbijen bij een stukje hoogstamfruit Tekst: Cor Vonk Noordegraaf en Frits Hemerik, foto’s: Frits Hemerik
Frits: Op 18 april jl. heeft de heer Cor Vonk Noordegraaf een bijenkast geplaatst in Boomgaard De Vries aan de Boveneindselaan in Krimpen aan den IJssel. Inspectie heeft aangetoond dat het volkje al behoorlijk actief is. De betrokkenheid van de buren is groot en zij houden toezicht. In het samen met de gemeente opgestelde beheerplan staat dat vrijwilligers van de NVWK het onderhoud doen ‘in opdracht van de gemeente’. Er staat ook in dat ernaar gestreefd moet worden om een plek voor een bijenvolk te creëren. Het gras is vooralsnog helemaal niet gemaaid dus bloeit er nu van alles. Paradijselijk! d
C
or: Zoals verscheidene lezers wel zullen weten of gezien hebben, mag ik jaarlijks enkele kasten honingbijen in het Loetbos plaatsen. Nu kreeg ik aan het begin van dit jaar de vraag van Frits Hemerik of ik bereid was één of twee kasten in de fruittuin aan de Boveneindselaan in Krimpen aan den IJssel te plaatsen. Deze tuin met hoogstamfruitbomen is een overblijfsel van een grotere boomgaard van wijlen de heer M. de Vries, die op de boerderij Breekade 5 woonde. Dit was een familielid waar ik als kind al kwam; een extra reden om de vrijwilligers die zich inzetten voor het behoud van deze hoogstambomen te steunen. In overleg met omwonenden die een oogje in het zeil zouden houden wat betreft mogelijke baldadigheid van jeugd, heb ik aan het begin van de bloei een kast geplaatst. Nu duurt de bloei van het fruit normaal, afhankelijk van het weer, maar enkele weken. Echter, in een stedelijke omgeving vinden bijen meestal voldoende voedsel, omdat in particuliere tuinen en openbaar groen veel drachtplanten staan, juist in het voorjaar als er veel houtige gewassen bloeien. Daarom heb ik in overleg met Frits afgesproken om de bijenkasten wat langer te laten staan. De bijen deden het hier goed, trouwens overal door het prachtige voorjaarsweer. De kans op zwermen neemt dan wel toe, maar dat blijft altijd een risico als je de bijen niet bij huis hebt staan. Het zwermen op zich is een natuurlijke drang om zich te vermeerderen en een fantastisch gebeuren om te zien. Het nadeel is echter dat je bijenvolk ongeveer gehalveerd is en dat betekent dat je voor de rest van het seizoen nauwelijks meer op honing kunt rekenen. Er zijn momenteel vrij veel imkers die in een bebouwde omgeving wonen, één of enkele kasten bij hun huis hebben staan en een goede honingoogst hebben.
zwerm zat inmiddels bovenin een hoogstam perenboom. De andere morgen ging Cor met Frits, Ber Verbeek en de buurman kijken of de zwerm nog te scheppen was. Ber had inmiddels voor een ladder gezorgd, maar de bijen waren helaas al vertrokken. Cor reageerde vrij laconiek: “Jammer, maar het hoort erbij. Het is wel een gevoelig verlies aan bijen in een tijd dat ze juist nectar moeten verzamelen. Het restant van zo’n volk produceert niet meer zoveel. De kast blijft er nog enige tijd staan. Enerzijds zodat zich voor de overblijvers een nieuwe koningin kan ontwikkelen en anderzijds omdat er in de directe omgeving met alle bloeiende tuinen meer dan genoeg nectar te vinden is. En het is ook leuk voor de omwonenden als hij blijft staan.” d
T
enslotte nog een opmerking. Voor wie zich erin wil verdiepen is het bijenleven bijzonder fascinerend. Het enige wat men er vaak van weet is dat bijen honing produceren en steken. Bijen zullen, als je hen met rust laat, in het algemeen niet snel steken tenzij ze in de knel komen. Er zijn echter wel agressieve volken. Vaak worden limonadewespen voor bijen aangezien en omgekeerd. In het algemeen geldt: blijf op afstand en blijf rustig. Beweging bevordert de agressie. d
T
oevoeging van de redactie: Op 22 mei hoorde een buurman een enorme herrie in de kast en even later zat het hele volk buiten de kast hard te zoemen. Het volk ging zwermen! Cor moest er als de wiedeweerga heen om ze te vangen en de koningin weer in de kast te stoppen, anders was hij zijn volk kwijt. In ons bestand is echter geen telefoonnummer van hem bekend en Cor woont een flink eind weg, dus werd iedereen die Cor kent hierover gebeld en gemaild. Na wat speurwerk kreeg de buurman hem telefonisch te pakken. Achteraf weten we: zijn nummer staat gewoon op de kast. De WAARDVOGEL | JUNI 2018 13
Kleine klapekster Een klapper van een soort Tekst en grote foto’s: Dirk-Jan van Roest
Ik had geen vervelende week achter de rug. Een klein weekje vakantie in Duitsland met raaf, rode wouw, zwarte wouw, appelvink en fluiter als campingsoorten. En een weekendje Texel. Tussendoor een woudaap in de Krimpenerwaard. Maar die zaterdag gemelde grauwe klauwier heb ik moeten missen. De daarop volgende zondagochtend, 6 mei 2018, was ik, tegen beter weten in, zonder succes toch op pad geweest. d
N
og geen uurtje thuis van die mislukte expeditie, verscheen de melding op Whatsapp van een klapekster in Ammerstol met de vraag of iemand wilde gaan kijken. De melding op krimpen. waarneming.nl kwam van iemand die nog nooit eerder iets had gemeld, dus verificatie is dan wel op z’n plek. Daarnaast was het een vreemde tijd voor een klapekster. Zou het dan gaan om een grauwe klauwier waarvan er de dag ervoor maar liefst twee in de Krimpenerwaard zaten? Succesvol als ik ben in kansloze missies ben ik bijna direct in de auto gesprongen. Als die klapekster er zou zitten dan zou dat een mooie zijn voor de Race en een troost voor het missen van de grauwe klauwier. Als hij er toch niet zou zitten kon ik die extra teleurstelling er ook nog wel bij hebben. Aangekomen op de plek van de melding zakte de moed me in de schoenen. De locatie die doorgegeven was, was de skeelerbaan. In de betreffende hoek was een tent opgebouwd, vast om het kampeerseizoen voor te bereiden. Maar van een klapekster hadden de kampeerders nog nooit gehoord. Ik raadpleegde mijn mobiel nog eens. Inmiddels was een vage foto aan de waarneming toegevoegd. Het kon zeker een klapekster zijn, maar het zou ook zomaar een tapuit kunnen zijn. Op de foto zat de vogel op iets wat op een hekje leek. Dat moest te vinden zijn. En zowaar, binnen vijf minuten bleek het
14
WAARDVOGEL | JUNI 2018
De kleine klapekster lijkt sterk op de klapekster, maar is beduidend kleiner. Ook bevat het voorhoofd van de klapekster minder zwart en zijn de staart en de snavel minder lang. In de broedgebieden is het een soort van droge en zonnige open landschappen met verspreide struiken, zoals steppes. Ook komen ze wel voor in boomgaarden, zo lang er maar stukken kale, zandachtige grond voorhanden zijn. Daar leven de vogels van grote insecten. Amfibieën, kleine zangvogels en reptielen of een muis staan minder vaak op het menu. Hun prooi wordt vastgespietst op scherpe droorns. De vogel jaagt regelmatig vanaf een hoge uitkijkpost. De kleine klapekster was vroeger in Nederland een zeer zeldzame broedvogel, maar komt tegenwoordig alleen nog als dwaalgast naar Nederland. Wanneer deze klapekster zich vertoont, kan men het beste meteen gaan kijken, want de vogel blijft meestal maar één dag. In tegenstelling tot de klapekster die ook in Nederland overwintert, trekt de kleine klapekster ‘s winters naar Zuid-Afrika. Bronnen: www.vogelvisie.nl, www.dutchbirding.nl
Jagende kleine klapekster, foto’s: Rick van der Weijde
hekje geen hekje te zijn, maar bonenstaken die op de volkstuinen achter de skeelerbaan stonden. En op die bonenstaken zat hij gewoon! Een klapekster. Gelukkig kon ik er dichterbij komen zodat hij beter te bekijken was. Snel schoot ik wat plaatjes zodat er beter digitaal bewijs was en bekeek ze. Was er voldoende uit op te maken, waren ze scherp genoeg als bewijsmateriaal? Maar... dat masker was veel te zwaar voor een klapekster! Gekscherend was er op de Whatsapp-groep al gezegd: let op de kleine klapekster, die lijkt veel op de klapekster. Dit was echt een kleine klapekster! De allereerste voor de Krimpenerwaard! Onmiskenbaar met zijn zwarte masker en rossige borst.
H
ij bleek daar de hele ochtend al te zitten, aldus Simon van der Wel. Hij was degene die de vogel als klapekster gemeld had. Niet een echte vogelaar zoals hij zelf zei, maar voldoende ‘bij zinnen’ om te beseffen dat dit geen alledaagse vogel was. Hij had zijn dochter de waarneming online laten zetten, niet wetend wat het echt was en hoeveel mensen hij daar blij mee ging maken. Vroeg in de ochtend had hij de vogel al zien foerageren op de skeelerbaan, op het aangrenzende weiland en de daar aangrenzende moestuin waar hij die ochtend heen ging. Na bevestiging dat het om een kleine klapekster ging, kwam de stroom vogelaars al snel op gang. Voor de eerste waarnemers zat hij nog mooi dichtbij, maar na verloop van tijd besloot hij (of
zij) de polder in te vliegen richting Bergambacht. Met telescoop waarneembaar, maar niet echt bevredigend voor velen en uiteindelijk was hij uit beeld verdwenen, mogelijk verder richting Bergambacht. In een poging om hem daar weer op te kunnen pikken, stapte ik de auto weer in om mee te zoeken. Toen ik was aangekomen op het industrieterrein van Bergambacht was de kleine klapekster net teruggevonden. Ook hier was hij goed waarneembaar, bovenin de top van een boom. Van daaruit was hij continu druk bezig met het vangen van grote insecten die rondvlogen. Fantastisch!
Z
o werd de vergeefse zoektocht van de ochtend weggepoetst en hebben we een paar uur kunnen genieten van de kleine klapekster. De volgende dag is er nog tevergeefs gezocht naar deze vogel, maar die is, zoals wel te verwachten was, naar alle waarschijnlijkheid in de nacht doorgetrokken.
D
eze voor Nederland zeldzame vogel (van ongeveer 20 cm lang) komt voor in Oost-Europa, Kazachstan en Noord-Iran en overwintert in zuidelijk Afrika. Hij doet zeker niet elk jaar ons land aan en het is daarom mooi dat zo’n honderd mensen de vogel in de Krimpenerwaard konden bekijken. De Krimpenerwaard wordt wel op de kaart gezet dit jaar met al die fantastische bijzondere soorten! d
WAARDVOGEL | JUNI 2018 15
Panorama Krimpenerwaard: van gebiedsvisie 2050 naar uitvoeringsagenda Jaap Graveland, m.m.v. Joke Colijn, Jolanda van de Seijp, Jacqueline Veltman en Ninouk Vermeer In de vorige Waardvogels hebben jullie kunnen lezen over het doel en de opzet van de gebiedsvisie: door bewonersparticipatie hardnekkige problemen écht proberen op te lossen, er voldoende tijd voor nemen en ‘koppelkansen’ benutten. De NVWK doet volop mee. Want een van de acht thema’s in de visie is natuur. Het klinkt allemaal abstract en ver weg, maar het is concreet en betekent morgen beginnen. Eind dit jaar moeten er concrete voorstellen liggen voor het verhogen van de biodiversiteit en betere bescherming van het landschap in de Krimpenerwaard in de komende decennia. d
H
et draait in de visie om acht thema’s: veiligheid tegen overstromen, wonen, economie, mobiliteit, energietransitie/ duurzaamheid, bodemdaling, natuur en landbouw. Voor de NVWK zijn de laatste vier het belangrijkst. Vorig jaar is op initiatief en onder leiding van Riek Bakker de Gebiedsvisie Krimpenerwaard gemaakt: een schets van de problemen en voorstellen voor oplossingen, met telkens drie niveaus van ambitie. Dit jaar wordt het Panorama Krimpenerwaard gemaakt, een verkenning gevolgd door onderbouwde keuzes voor 1) het in samenhang aanpakken van een paar problemen en 2) voor de hoofdoplossingen. Met quick wins, dus zaken die je binnen een jaar of vijf moet kunnen regelen, en grootschalige maatregelen die meer tijd kosten om voor te bereiden. Een voorbeeld van samenhangende problemen is combinatie van bodemdaling, de tegenstrijdige eisen die aan agrariërs worden gesteld (goedkoop produceren én rekening houden met natuur en milieu) en het verlies aan biodiversiteit (insecten, weidevogels etc.) in het landelijk gebied. In 2019 wordt dan een planning gemaakt van uit te voeren acties.
P
articipatie in zes groepen Participatie betekent letterlijk deelnemen. In dit geval: bewoners brengen ideeën in, proberen zelf belangentegenstellingen te overbruggen, samen oplossingen te bedenken, en dragen bij aan de uitvoering ervan. Je denkt misschien: is dat nodig, daar hebben we toch politieke partijen voor?. Dat klopt en uiteindelijk besluiten die ook. Maar politieke partijen vertegenwoordigen mensen die verschillend tegen problemen en oplossingen aan kijken en ze kijken er zelf dus ook verschillend tegenaan. Ze hebben de neiging hun verschillen te benadrukken om zichtbaar te zijn voor hun kiezers. Het gevolg is dat een aantal van die problemen niet wordt aangepakt. Er
Foto: Jaap Graveland 16
WAARDVOGEL | JUNI 2018
wordt al twintig jaar onderzoek gedaan aan bodemdaling in het landelijk gebied, maar er is nog niet het begin van een plan om het probleem duurzaam op te lossen. Agrariërs protesteren al heel lang tegen de grote hoeveelheid regels, natuurorganisaties vinden al heel lang dat agrariërs meer rekening moeten houden met natuur en milieu, maar productie, aantal regels en controles nemen alleen maar toe, de natuur gaat achteruit en de milieuwinst is heel erg matig. Dus de gedachte bij participatie is: misschien kunnen de belangengroepen zelf hun tegenstellingen overbruggen en met oplossingen komen. Voor het Panorama hebben we zes groepen participanten gevormd: bewoners (de breedste groep), ondernemers, jongeren, agrariërs, agrarische natuurbeschermers en natuurorganisaties. Elke groep koos begin dit jaar een vertegenwoordiger en de vertegenwoordigers overleggen met elkaar en met de begeleiders in de ‘Tafel van Verkenning’. Ik vertegenwoordig de natuurorganisaties. De groep natuur bestaat verder uit Ninouk Vermeer (regiohoofd Veenweiden van het ZuidHollands Landschap), Jolanda van de Seijp (ondernemer; medeinitiatiefnemer van Stichting Promotie Krimpenerwaard en van Gastheer van de Krimpenerwaard), Jacqueline Veltman (medeinitiatiefnemer van Operatie Steenbreek Krimpen aan den IJssel, hovenier met oog voor biodiversiteit) en Joke Colijn (Bestuur NVWK, NVWK-coördinator Agrarisch Natuurbeheer).
E
lkaar leren kennen en overleggen We merkten al snel dat we meer tijd moesten nemen om als groepen zelf te bepalen wat we van belang vonden. Tot nu toe was het iets te veel reageren op voorstellen van experts, in plaats van met eigen concrete voorstellen te komen. En als groepen met uiteenlopende belangen samen oplossingen willen bedenken
Foto: Jaap Graveland
moeten ze elkaar eerst leren kennen en een band opbouwen. Dus na de eerste Tafel van Verkenning hebben we een ‘bijzettafel’ gevormd, voor kennismaken en elkaar uitleggen wat we als groepen belangrijk vinden. Deze schaduwtafel heeft drie keer overlegd. Als natuurgroep hebben we in drie bijeenkomsten bepaald wat we willen bereiken naar 2050 toe. Verder hebben we met de vertegenwoordigers van de agrariërs en agrarische natuurbeheerders gemeenschappelijk uitgangspunten bepaald en ‘natuurinclusief’ concreet proberen te maken. ‘Natuurinclusieve’ landbouw wordt door velen in Nederland als toekomstig ideaalbeeld gezien, maar het is een vaag begrip. Met vaagheid kan een agrariër geen rendabel bedrijfsplan maken en weten wij als natuurorganisaties niet welke natuur er komt in het landelijk gebied. De komende maanden gaan we in de bijzettafel kijken of we zelf koppelingen en gezamenlijk oplossingen kunnen uitwerken voor de onderwerpen die de afzonderlijke groepen belangrijk vinden.
D
e voorstellen van de natuurgroep Onze voorstellen hebben een vaste indeling: - Wat is het probleem, wat is ons voorstel? - Welke koppelkansen zien we? - Wat kunnen we zelf als participanten doen, wat is echt een taak voor de overheden? - Wat kan op korte termijn, wat moet later. Uit onderzoek aan vrijwilligerswerk is gebleken dat vrijwilligers zich meer inzetten als de overheid ook zijn deel doet. Als wij ons inzetten, mogen we ook wat van de overheid verwachten.
Maar dat geldt ook andersom. Daarom hebben we de voorstellen gepresenteerd als green deals.
N
aar een landbouw 2050 met milieuneutraliteit en voldoende biodiversiteit Op de terreinen van het Zuid-Hollands Landschap (ZHL) en in het NNN-gebied moet natuur absoluut prioritair zijn zoals afgesproken. Agrarisch medegebruik kan alleen plaatsvinden onder die voorwaarde. In het agrarisch gebied willen we de melkveehouderij behouden omdat dit bij de streek hoort en een hele goede ‘drager’ kan zijn voor biodiversiteit. We werken daarbij toe naar een natuurinclusieve landbouw in 2050 met ‘milieuneutraliteit’ (= geen milieubelasting). De consument betaalt daarvoor via de prijs van de producten (‘eerlijke prijzen’, ‘true pricing’ in het Engels, kijk maar eens op internet) of via de belasting. We willen het vage ‘natuurinclusief’ snel concreet maken voor een solide verdienmodel voor de agrariër en heldere doelen voor natuur. Koppelkansen zijn er met economie, energietransitie, bodemdaling en wonen. Onderwaterdrainage (thans favoriet bij de agrariërs maar levert geen natuurwinst), peilfixatie, vernatting (NB wel natuurwinst) remmen bodemdaling en CO2. Bedrijven, bijvoorbeeld uit het havengebied van Rotterdam kunnen hier in investeren en zo hun CO2-doelstellingen halen (dat heet CO2-valutering). Tot slot: een mooi landschap en biodiversiteit betekenen promotie van de streek en van streekproducten, (neven)inkomsten vanuit gastheerschap én promoten de polder als gewilde woonlocatie. Korte termijn: de vorming van een producenten/
WAARDVOGEL | JUNI 2018 17
Kinderopvangboerderij 'Achter 't Potdeksel'
opvang van 07.00 tot 19.00 uur verticale groep van 0 tot 4 jaar (max. 16) optimale zorg en aandacht ervaren en gediplomeerde leiding in landelijke en agrarische omgeving unieke accommodatie in voormalige koeienstal buitenspeelruimte in openlucht en overdekt natuur-educatieve visie en uitgangspunten
www.kinderopvangboerderij.nl potdeksel.kinderopvangboerderij@kpnmail.nl Aad van der Meijden & Netty Brussee Benedenberg 66 - 2861 LH Bergambacht
0182-353183
De Wielewaal
Natuurmuseum & klompenwinkel v.o.f. “Bewonder de natuur van Het Groene Hart in een schilderachtige omgeving tussen Lek en IJssel”
Fam. Rijneveld | Tiendweg 26 | 3411 NB Willige Langerak (Lopik) | 0182-384454 Al vanaf 1998 actief in natuureducatie Voor actuele openingstijden en overige informatie zie
www.museumdewielewaal.nl
consumentencoöperatie voor productie en gegarandeerde afzet van melk van bedrijven die rekening houden met de natuur. We verwachten dat maximaal een kwart van de agrariërs hier in tien jaar bij zal aansluiten. Ook voor de korte termijn (de kennis is er al): uitzoeken van het werkelijke belang van een hoger waterpeil voor weidevogels en botanisch grasland. Misschien is voor weidevogels minder peilverhoging nodig dan eerst gedacht. Dat biedt een grote kans voor het samen optrekken van agrariërs en natuurorganisaties en dus voor realisatie. Langere termijn: uitbouw van de coöperatie. En voor de agrariërs die niet meedoen en die blijven produceren voor de wereldmarkt zullen ook eisen gaan gelden voor milieuneutraliteit en natuurinclusiviteit. Om agrariërs in staat te stellen hier aan te voldoen zal een groenfonds en daaraan gekoppeld vergoedingensysteem voor natuurinclusief produceren moeten worden gevormd. Een natuurinclusieve landbouw leidt tot veel minder kosten voor waterkwaliteitsbeheerder, natuurherstel, herstel van funderingen etc. Deze vermeden milieu- en natuurherstelkosten kunnen in het groenfonds worden gestort. Rol van participanten: ZHL; het opzetten van de landbouwcoöperatie en korte ketens, communicatie naar bewoners over hun verantwoordelijkheid en marktmacht als consument. Boodschap: goedkope melk is duurkoopmelk. Betaal wat extra en redt het milieu, klimaat (minder CO2 uitstoot) en de natuur. Provincie/rijk/gemeenten: ondersteuning hiervan, door startkapitaal, bekostiging van een pilot, aanspreken van consumenten. Dat laatste gebeurt al in bijvoorbeeld Overijssel. Een Green deal (nr. 1) tussen overheid en bewoners! Foto: Peter Stam
natuurinclusief renoveren. En: klimaatverandering leidt tot meer hitte en buien, dus hittestress en riooloverstorten, zoals we eind mei konden ervaren. Doel is dus vervanging van tegels door planten voor verkoeling, beter vasthouden van water en meer biodiversiteit. Koppeling: met energietransitie, woonklimaat, economie/ bedrijven, waterveiligheid. Korte termijn: bewoners/bedrijven voorlichten, woningcoöperaties gaan het goede voorbeeld geven. De belemmeringen zijn onvoldoende gevoel van urgentie en kennisgebrek. Langere termijn: nvt, alles kan vanaf morgen. Rol participanten: met gemeenten concrete doelen formuleren, uitvoering, voorlichting. Kennis en organisatie zijn er al (Waardzaam, Operatie Steenbreek, NVWK). Overheid: voorlichten, handhaven, goede voorbeeld geven met eigen gebouwen en groen; bewezen is dat dit burgers stimuleert tot eigen actie. = Green deal 3
S
C
N
O
tepping stones in linten, tussen weiden en langs rivieren verbinden bestaande natuurgebieden Stepping stones versterken de natuur, met weinig inspanning en ruimte. Slim gebruiken van wat er is: vlinder-/bijenweides in wording, bebouwingslinten buiten en groenvoorziening in en rond de kernen, de oeverlanden van Lek en IJssel. Koppelkansen: economie/recreatie, wonen/welzijn, waterveiligheid. Korte en lange termijn: de al geplande inrichting van vlinder-/ bijenweides geleidelijk uitbreiden, alert zijn op kansen voor grondverwerving of pacht, en bij de dijkversterking van de Hollandse IJssel (KIJK). Rol participanten: ZHL; beheer en onderhoud door bewoners, dat is deels al praktijk in de Krimpenerwaard! De overheid levert grond en inrichting. = Green deal 2.
atuurinclusieve renovatie en nieuwbouw, groenere kernen/bewoningslinten/bedrijventerreinen De Krimpenerwaard wil energieneutraal zijn in 2050. Dat betekent dat veel woningen moeten worden gerenoveerd. Maar ook nieuwbouw moet er aan voldoen. Zonder aanbrengen van (vervangende) schuil- en nestgelegenheid voor vogels en vleermuizen volgt een ‘silent spring’ in onze straten. Doel is dus
ommunicatie: promotie van streek en van streekproducten, educatie De Krimpenerwaard is mooi en ligt vlak bij de randstad, maar is relatief onbekend. Er is dus promotie van de streek en van streekproducten nodig. Koppelkans: met economie - recreatie en toerisme zorgen voor inkomsten; met landbouw - een (beperkt) deel van de agrariërs wordt gastheer. Korte termijn: communicatie en educatie door natuurorganisaties samen met scholen. Lange termijn: n.v.t.. Wachten is niet nodig en geen optie. Rol participanten/NVWK/ZHL: werven van vrijwilligers hiervoor, opzetten van samenwerking. Overheden: faciliteren van natuurorganisaties in hun activerende rol naar medebewoners. De ervaring leert dat met microkrediet (kleine subsidies) veel facilitatie mogelijk is. = Green deal 4
p de site Op www.nvwk vind je aanvullende informatie: het volledige lijstje ‘quick wins’ die we voor ons zien en gemeenschappelijke uitgangspunten voor natuur, agrarische natuurbeheerders en overige agrariërs. d WAARDVOGEL | JUNI 2018 19
Jeugd gad
Weidevogeldag Tekst: Marlou van Roy, foto’s: Mieke Veen
Op 9 juni heeft de jeugd van de NVWK o.l.v. Mieke, Kees en Marlou een gezellige middag doorgebracht op de gastvrije Zorgboerderij Bogaard van Lenie en Arie Bogaard in Stolwijk. Op deze zorgboerderij vangen Lenie en Arie kinderen op met gedragsproblemen of met een lichte verstandelijke beperking. Wil je meer weten, kijk dan eens op hun site: www. zorgboeren.nl/boerderij-bogaard. d
A
cht kinderen van onze vereniging en ook zes gastkinderen die die dag op de zorgboerderij aanwezig waren deden deze middag mee, zodat we een flinke groep hadden van heel verschillende leeftijden. Het thema van deze middag was ‘weidevogels’. Lenie en Arie hebben ons die middag allerhartelijkst ontvangen en ons van alles verteld over de boerderij en het natuurlijke beheer van de landerijen. Kees had zijn eierverzameling van zolder uit het stof gehaald en liet ons meegenieten van de heel grote zwaneneieren, echte weidevogeleitjes van waarschijnlijk de kievit en ook de
allerkleinste eitjes van de mezen zaten erbij. Wat een enorme variatie en specialisatie vertonen deze eieren! Daarna gingen we de weilanden in. Het weer zat mee: heerlijk warm zomerweer nodigde uit om lekker in het gras te gaan liggen en alle zomergeuren te ruiken. Ook hebben we ons verbaasd over hoeveel de kinderen al wisten van de weidevogels. Ze konden de vogels ook bekijken door de telescoop van Kees. Het was leuk om te zien hoe sommige kinderen in het veld met hun eenvoudige kijkertjes zelf al vogels konden herkennen. Eén meisje wist zelfs als eerste een zwarte stern te spotten, complimenten! Al lopend vertelde Boer Arie ons over het maaibeleid en over de prachtige oeverbeplanting langs de sloten. Trots vertelde hij hoe blij hij was om er elk jaar wel een soort bij te krijgen! Ook aan Lenie 20
WAARDVOGEL | JUNI 2018
en de gastkinderen konden we merken hoe betrokken ze waren bij de dieren in en om de boerderij en hoe goed ze op de hoogte waren van de natuur en de zorg voor het milieu: op de boerderij wordt veel hergebruikt en zijn de kinderen bezig van oude spullen weer bruikbare dingen te maken. Eén van de grotere gasten van de boerderij reed trots rond op een zelfgemaakte fiets, en reed daarmee de hele tocht door de weilanden mee! Alleen over de plank over de sloot durfde hij het ritje toch niet aan.
W
e zijn deze middag niet aan alle plannen toegekomen: de weidevogelspelletjes zijn in de tas gebleven, en ook het bouwen van de hut is niet verder dan het beginstadium gekomen. De wandeling naar het bosje achter in het land nam al zoveel tijd in beslag dat we slechts een begin konden maken. Wel hebben we in het bosje lekker gesnoept van de bessen van de krentenboompjes die daar overvloedig stonden. Ook lag er nog een uitgedroogde dode reiger. Een poging om daar de schedel van mee te nemen, mislukte: volkomen gaar viel de schedel van het stokje waaraan de liefhebber hem gespiest had. Omdat het inmiddels tijd was om naar huis te gaan, heeft boer Arie zijn auto opgehaald en de kinderen die naar huis moesten, achter uit het land opgehaald en naar de fietsen terug gebracht. De rest ging lopen. Kees droeg zijn telescoop op statief op zijn rug. Een lange, smalle, verende plank over een sloot bood een spannende overtocht....
T
ot slot was er voor de overgeblevenen nog een heerlijk ijsje op het erf. Wat een heerlijk warme weidevogeldag is dit geweest! d
Gestreepte strandloper Nieuwe strandlopersoort voor de Krimpenerwaard Tekst: Dirk-Jan Saaltink, foto’s: Menno Kuiper Zondag 27 mei, 20.00 uur; na een vol weekend met de familie lagen de kinderen eindelijk onder de wol. Ik keek op de diverse lijstjes met meldingen. Er was veel moois gezien in Nederland, waaronder een Perzische roodborst, lammergier, vale gier, struikrietzanger en roze spreeuw. Ook voor de Krimpenerwaard was het een mooie dag met onder andere een geoorde fuut, roodpootvalk, rode en zwarte wouw en een wespendief. De vogeltrek is goed op dreef. Op buienradar waren grote wolken zichtbaar die naar verluid rond 21.00 uur Gouda zouden bereiken. Ik kon misschien nog net een uurtje vogels meepakken. Twijfel… toch maar even snel naar het Doove Gat bij Haastrecht. Wie weet vliegt er nog wat moois over. d
E
enmaal bij het bankje op de bult was het nog steeds heerlijk rustig weer. Een stukje verderop zat Dirk Hoogendoorn ook de plas af te speuren. Overal was leven, vooral kokmeeuwen, visdieven, tureluurs en kieviten. Naast volwassen vogels ook veel kuikens, maar nog geen hele spannende soorten. Na een tijdje te hebben gekeken, kwam Dirk aangelopen: “Heb je hem al gezien?”. Net op dat moment viel mijn oog op een kleine steltloper pal voor onze neus. Dirk dacht aan een kleine strandloper of een bonte strandloper. Die eerste is kleiner en compacter, de tweede heeft een zwarte vlek onder de buik. Geen van beide heeft een dergelijke wenkbrauwstreep. Ook met de digitale Collins Bird Guide bij de hand kwamen we er niet uit. Het beestje vloog op. Een uitgelezen mogelijkheid om het vliegbeeld te bestuderen; donkere vleugels, witte stuit met zwarte streep in het midden en een donkere staart. Daarna verdween de vogel uit beeld. Gelukkig had ik nog net een foto kunnen schieten met de telefoon door de telescoop. We discussieerden nog wat, maar kwamen er niet uit. In de verte was Jannie Monhemius ook aan komen lopen en over de plas aan het turen. Omdat de steltloper uit beeld was verdwenen, zijn we richting Jannie gelopen om de plas vanuit een andere hoek af te zoeken. We lieten de foto aan haar zien en kwamen tot de conclusie dat het geen kleine of bonte kon zijn. Krombek misschien? Nee, snavel niet krom genoeg en geen volledig witte stuit. Siberische strandloper? Vast niet, veel te zeldzaam, dat kan niet waar zijn. Wat het wel was, bleef onduidelijk.
Gestreepte versus Siberische strandloper De gestreepte strandloper is een dwaalgast uit NoordAmerika en Siberië. Elk jaar bezoeken een tiental vogels Nederland. Hoewel een stuk zeldzamer, is de gestreepte strandloper te verwarren met de Siberische strandloper. Toch zijn er een aantal onderscheidende kenmerken. Belangrijkste zijn de kortere snavel en de donkere roestbruine kruin van de Siberische strandloper. De gestreepte strandloper heeft een scherpere scheiding tussen borst en onderbuik waarbij de onderbuik nagenoeg wit is. d
N
a enig speuren kwam de steltloper weer in beeld. Ook in levenden lijve bleef het lastig. Om 20.45 werd de foto in de NVWK-Bird-Alert gezet. Binnen twee minuten was Erik Kleyheeg onderweg, en tien minuten later ter plaatse. In de appgroep was de verdenking al richting een ‘gestreepte’ gegaan. Eenmaal ter plaatse werd Erik helemaal enthousiast. Voor de zekerheid werd nog de Siberische strandloper uitgesloten. Toch een gestreepte strandloper (Calidris melanotos); check in de box! Erik heeft net een nieuwe eeuwige lijst voor de Krimpenerwaard gemaakt en daar stond deze strandloper nog niet op. De Krimpenerwaard is dus een nieuwe soort rijker. In het half uur daarna kwamen Gijsbert Mourik, Arie Ros en Herman van den Brand zwaarbepakt aangehold. Haast was echter niet nodig. De volgende dag werd de vogel al om 5.00 uur(!) in de ochtend weer ter plaatse gemeld door Jaap Oostrom. De verdwaalde vogel bleef nog drie dagen in het Doove Gat en is na woensdag 30 mei niet meer gezien. d WAARDVOGEL | JUNI 2018 21
Midzomerplantenjacht Veel nieuwe soorten dankzij aanleg nieuwe natuur Willemien Troelstra en Stef van Walsum, plantenfoto’s en groepsfoto: Willemien Troelstra In het kader van het 30-jarig bestaan van Floron zijn er verspreid over heel Nederland verschillende planten-excursies waaronder op De Zaag, een pas heringericht natuurgebied gelegen aan de rivier de Lek bij Krimpen aan de Lek. d
O
m tien uur startte Willemien Troelstra, de districtscoördinator van Floron, samen met vier andere floristen, met de uitgebreide plantenjacht, dat wil zeggen dat ze een kilometerhokinventarisatie die zich grotendeels op De Zaag bevindt gingen uitvoeren. “We waren benieuwd of we soorten konden vinden die nog niet bekend waren van het eiland. Diverse mensen, waaronder Henk Gazan en Stef hadden afgelopen jaar al op het eiland rondgestruind en bij elkaar een flinke lijst met bijzondere plantensoorten gevonden. In de ochtend verkenden we de noordelijke (bedrijven)kant van het eiland door in oostelijke richting het weggetje af te lopen en behalve in de berm rond te kijken bij het aannemersbedrijf (waar we een kopje koffie kregen aangeboden), in de paardenwei, op een bloemrijk braakliggend veld en bij het bedrijf aan het eind van het weggetje. Aan het eind van de ochtend hadden we 160 soorten aangestreept,” aldus Willemien Troelstra.
Kleine wolfsmelk
H
et bleek dat de groep geen enkel probleem had met nieuwe soorten ontdekken. Al direct op het parkeerterrein, naast het informatiebord maar liefst, werd tot ieders grote verrassing kleine wolfsmelk gevonden: een wolfsmelk met het formaat van tuinwolfsmelk, maar dan met opvallend grote, spitse schutbladeren. Het is een akkeronkruid en de kans is klein dat hij zich daar zal handhaven; maar wel een leuke vondst. Daarna vonden de ervaren floristen nog negen nieuwe soorten voor de Zaag: smalle rolklaver, kleverig kruiskruid, klein streepzaad, Aziatische veldkers (in een plantenbak), bastaardteunisbloem, wilde liguster (misschien eerder uitgescholden voor haagliguster), witte honingklaver, rietzwenkgras en glad walstro. Andere leuke (maar dus al wel eerder gevonden) soorten waren: sikkelklaver (typische rivierbegeleider), gewone bermzegge (een mooie pol in de berm), Hongaarse raket (met geveerde bladeren die bovenin draaddunne slippen hebben) langs het hek van het aannemersbedrijf.
I
n de tussentijd startten Stef van Walsum en Adrie van Heerden met een plantenexcursie voor beginnende plantenliefhebbers. Met zeven deelnemers liepen ze een rondje over de rivier/ natuurkant van het eiland waarbij ze meer dan zestig soorten planten bekeken. De aanwezigen vonden het erg interessant en vooral verrassend hoeveel plantensoorten je op een klein stukje kunt aantreffen. Waterpeper werd geproefd (goed voor in de sla, wel pittig!), watermunt werd geroken, het verschil tussen riet en rietgras werd iedereen duidelijk en alle probleemsoorten oftewel ‘invasieve exoten’ die op De Zaag voorkomen zoals Japanse duizendknoop, reuzenbalsemien en sneeuwbes kwamen aan bod. Ook de Heukels flora kwam te pas, want heeft de goudgele honingklaver nu kale vruchten of was het toch
22
WAARDVOGEL | JUNI 2018
Witte waterkers
de citroengele honingklaver? De excursie was gepland om anderhalf uur te duren, maar door ieders enthousiasme duurde het een uurtje langer.
I
n de middag ging de groep van de kilometerhok-inventarisatie verder en vulden we de lijst aan tot 255 soorten waaronder weer een stuk of tien nieuwe. Hierbij was duidelijk dat sommige soorten voortkomen uit de nieuwe inrichting met meer slikkige
oevers, moerassige zones en ondiepe plasjes: gevleugeld sterrenkroos, zeegroene zegge, bastaardbies, watergras, hoge cyperzegge, schedefonteinkruid en holpijp waren allemaal niet eerder gemeld. In het stukje bosrand werd een bloedzuring gevonden die ook nog niet eerder was ontdekt, mogelijk omdat hij was aangezien voor kluwenzuring. Behalve de nieuwkomers stonden er ook veel leuke soorten die al wel bekend waren zoals moeraskruiskruid, grote engelwortel, klein glaskruid (op een basaltblokkendijk), driekantige bies en natuurlijk spindotters.
Stef slaat zijn Heukels er op na, foto: Coen van Nieuwamerongen
O
Wit vetkruid
m half twee startte Stef met de tweede korte plantenjacht voor de beginnende plantenliefhebbers, weer met zeven deelnemers. Leuk was de opkomst van drie jonge deelnemers van onder de 20 jaar, waarvan twee na afloop van de excursie nog even mee gingen met Stef en Tim van de Vondervoort om een aantal bijzondere plantensoorten die eerder in dit gebied gevonden waren te bekijken, waaronder bochtige klaver (enige plek in ZuidHolland), slijkgroen, ruige rupsklaver (helaas niet gevonden) en bosbies. d-
Grote engelwortel met op de achtergrond grote kattenstaart
Deelnemers aan de tweede excursie of korte plantenjacht.
Dit is ook witte waterkers: een jonge plant die net als de omringende planten is vergrijsd door slibafzetting vanwege de getijdenwerking langs de oevers van De Zaag. Het eerste bloemetje is net opengegaan, na het laatste hoge tij..
Meer leren over wilde planten? Wil je meer weten van en leren over wilde planten, dan zijn er diverse mogelijkheden. In de Krimpenerwaard kun je via de plantenwerkgroep van de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard actief zijn en kennis opdoen. In Rotterdam kun je iedere veertien dagen op dinsdagavond mee met de Rotterdamse Florawerkgroep en vanuit Capelle is de KNNV IJssel en Lek actief. Zij richten zich niet alleen op planten, maar op allerlei Âsoortgroepen. Vanuit FLORON Zuid-Holland Zuid organiseert ÂWillemien Troelstra een vijftal excursies en regelmatig een plantencursus. Wil je daarvan op de hoogte blijven, dan kun je je aanmelden voor de mailinglijst van FLORON Zuid-Holland Zuid. Dat kan door gewoon een e-mail te sturen naar xxxxxxxxxxx@xxxxxx.xx. d WAARDVOGEL | JUNI 2018 23
Big Birding Day 2018 Eén winnaar en nooit verliezers Dirk-Jan van Roest, illustraties: Gert Blom
Het beloofde een spannende dag te worden. Nou ja, beloofde, ik hoopte er vooral op. De planning in het voorjaar met twee dagen wind vanuit het zuidoosten moest iets tofs gaan opleveren. Het was dit jaar weer een druk bezette editie. Dat had vast iets te maken met de Race die dit jaar gehouden wordt. We telden 22 deelnemers verdeeld over 6 teams. Van 5 uur tot 17 uur zoveel mogelijk soorten scoren binnen de grenzen van de Krimpenerwaard is elk jaar weer een hoogtepunt waar naar uitgekeken wordt. d
E
De Renvogels zijn op vakantie en zetten hun jacht elders voort. Daarom geen
lk team deelt in deze Waardvogel zijn eigen bijdrage van hen dit jaar! belevenis, dus daar zal ik niet al te veel bij stil staan. De conclusie die ik kan trekken is dat de teller van bijzondere soorten bleef steken bij een prachtige kanoet in zomerkleed. Prachtig, maar niet de krent in de pap waarop de hoop gevestigd was. Dat klinkt bijna ontevreden maar dat ben ik zeker niet, want we hebben zeker met z’n allen genoten van het weer en alle vogels die we gezien en gehoord hebben. Met elkaar waren we goed voor 113 soorten: een mooi aantal wat we in 12 uur bij elkaar hebben gesprokkeld. Op de BBD is er maar één winnaar en zijn er eigenlijk geen verliezers. Vorig jaar bleven de Uilskuikens steken op de tweede plek. Nog beter voorbereid vlogen ze nu door de Krimpenerwaard. Team Uilskuikens, bestaande uit Coen van Nieuwamerongen, Jaap Oosterom, Daan van Braak en Kees Janssen, wist iedereen af te troeven met De prachtige dag werd afgesloten met een hapje en drankje, daar waar het maar liefst 105 soorten. Chapeau! allemaal begon: bij Café Restaurant ‘De Loet’, foto: Joke Colijn
V
oor naslag en de volledigheid hieronder de teams met de uitslagen: 1. De Uilskuikens - 105 Coen van Nieuwamerongen, Jaap Oosterom, Daan van Braak en Kees Janssen 2. De Reservisten - 100 Harm Blom, Cor Oskam, Erik Kleyheeg en Johannes Luiten 3. De Nachtegalen - 97 Dirk-Jan Saaltink, Stef van Walsum, Max Ossevoort en Dirk-Jan van Roest 4. De Renvogels - 95 Arie Dorsman, Ton de Groot, Arie Ros en Gijsbert Mourik 5. Pino & Jo - 94 Rick van der Weijde, Jonne Kleyheeg en José van der Weijde 6. De Spotvogels - 85 Dirk-Jan van Roest overhandigt de wisseltrofee aan het winnende team van De Henk Gazan, Jannie Monhemius en Wim Sloof d Uilskuikens; foto: Joke Colijn
24
WAARDVOGEL | JUNI 2018
De Reservisten met een strategische aanpak Erik Kleyheeg
“Doe je weer mee met de Big Birding Day?” vroeg Harm Blom. Phoe, dat is wel even geleden! Toch duurde het niet lang voordat Cor Oskam, Johannes Luiten en ondergetekende de uitnodiging hadden geaccepteerd. Stof werd van verrekijkers geblazen en in de vroege ochtend van 12 mei haastten wij ons om op de bekende plek, op de bekende tijd te starten. In de weken ervoor waren alle mogelijke strategieën doorgenomen en hadden we dé perfecte route uitgestippeld. We hadden de winst virtueel al “in the pocket”, dus het kon in feite alleen nog maar tegenvallen. Dat deed het ook direct toen we in Berkenwoude ons geluk beproefden voor de uilen. Kerkuil en ransuil lukten niet en pas toen het al bijna licht was, reageerde een bosuil vertwijfeld op de dubieuze lokroep van een van de teamleden. d
D
an maar naar het EZH-bos voor zangvogels, waaronder gelukkig met gemak de nachtegaal. Vervolgens eerst even naar de Stormpolder voor de zwarte roodstaart en dan parallel langs de N210 richting de Kwakels met een stop bij het helofytenfilter. Een gouden zet, want er zat een prachtig uitgekleurde kanoet tussen de kokmeeuwen. Melden op de appgroep, of niet? Ach, het is een wedstrijd vandaag. Steltkluut lukte ook snel. Bij de Kwakels zat een roerdomp fijn te hoempen en een veldleeuwerik liet zich ook horen. De braamsluiper bleef stil, dus dan moest het maar een zichtwaarneming worden. Wonderwel pikte Harm met zijn haviksogen er een uit de bramenstruik. Onze telefoons gaven in koor het signaal dat er een WhatsApp berichtje binnenkwam: kanoet in het helofytenfiler op de nvwk-appgroep. Dus toch!
D
oor naar het Doove Gat bij Haastrecht. Onderweg werden vergeefs locaties voor steenuil gecheckt. Het plasdras gebiedje was verbazend rustig, maar enige consternatie ontstond toen op grote afstand een mogelijke hop in een boom vloog. Deze vogel werd nooit meer teruggezien, maar soorten als snor, groenpootruiter en kolgans kwamen wel in beeld. Via het Bisdom van Vlietpark, waar boomklever niet thuis gaf, reden we naar een betrouwbare locatie voor ransuil langs de N228. Die zat lekker te slapen in een boomgaardje, dus we konden snel verder richting Schoonhoven voor roeken en dan over de Lekdijk naar de telpost.
D
at leverde niet erg veel op, dus gingen we ons geluk beproeven bij de Berkenwoudse Driehoek. Eerst nog een keer langs het helofytenfilter, waar nu gelukkig wel een zwartkopmeeuw zat. In de Berkenwoudse Driehoek waren de plasjes leger dan gehoopt, maar tot onze verrassing vloog er wel een rode wouw hoog over. Hoe zouden we nu het beste
het laatste deel van de middag kunnen besteden? We besloten weer naar polder Den Hoek te gaan voor een aantal ontbrekende soorten. De meeste van die soorten bleven helaas ontbreken. Een laatst hoogtepuntje was een mooie onvolwassen Pontische meeuw in de bochtafsnijding. De vogel droeg een gele kleurring die natuurlijk snel werd afgelezen. Het bleek een jong van 2017 uit een kolonie in Polen.
M
et een respectabele 100 vogelsoorten meldden wij ons aan het einde van de dag weer in het Loetbos. Helaas was het net niet genoeg voor de overwinning; daar ging het ijzersterke, bloedfanatieke jongerenteam mee aan de haal. Voor ons was het vooral weer een ouderwets gezellige dag met bovendien een paar leuke soorten voor de Race 2018! d
Pino & Jo wennen nooit aan de wekker Rick van der Weijde Wennen zal het nooit, de wekker van 03.30 uur. Toch lukt het ons ook dit jaar weer om op tijd het besef te hebben dat direct opstaan nodig is om tijdig aan de start te staan van deze editie van de BBD. Dit jaar niet in de vaste formatie van Pino & Co; ‘Co’ kon helaas niet, maar gelukkig vonden we een waardig vervanger in Jo(nne), die we iets voor vijf uur treffen op de parkeerplaats van het Restaurant De Loet. d
T
erwijl Dirk-Jan zijn openingswoord voert aan de andere vijf teams, horen wij tijdens onze voorbespreking (verheugd) een roodborst zingen – reden voor ons om na het officiële
startschot om stipt 5.00 uur even te blijven treuzelen op de parkeerplaats.De laatste soort van vorig jaar voor Pino & Co, wordt daarmee de eerste van dit jaar voor Pino & Jo (Jonne WAARDVOGEL | JUNI 2018 25
Kleyheeg, baby Rens, José en Rick van der Weijde): roodborst wordt genoteerd en de BBD 2018 is begonnen! Na de vertraagde start scheuren we direct naar de ons bekende locatie voor bosuil bij Berkenwoude. Bij het uitstappen horen 2 van de 3½ teamleden direct één roep, maar het zou nog 14 minuten en 43 seconden duren voor we met het hele team de/ een vogel ook nog in de kijker krijgen. Blijft fijn om het silhouet van een bosuil in de ochtendschemer te aanschouwen, met zingende merels en winterkoningen op de achtergrond die het begin van de dag aankondigen. Na dit succes besluiten we eerst richting de ons bekende locatie
voor roerdomp toe te rijden; we weten immers niet of en tot hoe laat hij blijft roepen. We hebben de auto nog niet geparkeerd of we worden ‘toegehoempt’. Yes! Niet veel later vliegt nog een (zekere) tweede vogel het gebied uit. Verder vinden we hier leuke vogels als purperreiger, blauwborst, zwarte sterns, drie grote zilverreigers en de eerste spotvogels, kleine karekieten en bosrietzangers van dit jaar. Het is een heerlijke maar met het oog op de dag eigenlijk iets te uitgebreide ochtendwandeling. Eenmaal terug bij de parkeerplaats, landt een kleine plevier in het nabij gelegen akkerland. Die kan ook vast maar binnen zijn. Snel door richting helofytenfilter. We scannen de kokmeeuwkolonie af in de hoop een zwartkopmeeuw te vinden. Die liet zich eerst horen, maar uiteindelijk ook fraai bekijken (2e zomer). Helemaal vooraan stapt een steltkluut parmantig in het rond en – eigenlijk vlak voor we weg gaan – vinden we er een schitterend in zomerkleed getooide kanoet. Een soort die te leuk is om hem niet te melden en dus lichten we de andere teams in. Door de melding wordt het snel gezellig op de uitkijkbult en gelukkig zou – ook voor de teams die hier niet gelijk op af zijn gesneld – de kanoet de gehele dag blijven. We eten nog een boterhammetje voor we in de auto springen om de N210 af te rijden richting Krimpen aan den IJssel. 26
WAARDVOGEL | JUNI 2018
T
er hoogte van het Krimpenerhout vliegt een vrij forse vinkachtige over, die voor wat discussie zorgt. We houden het op een mogelijke appelvink, maar kunnen deze helaas niet af maken. Door de discussie wordt een laag overvliegende rover laat opgemerkt. Het is José die het eerst scherp is en roept ‘“Wat vliegt daar nou?”, waarop Rick direct “zwarte wouw!” roept. Dan verdwijnt de vogel achter het EZH-bos. We scheuren nog net de parkeerplaats op, hollen naar het dichtstbijzijnde open veld, maar vinden de vogel in kwestie helaas niet meer terug. Een tweede (leuke!) soort in korte tijd die niet op het telformulier verschijnt. Nu we toch in het EZH-bos zijn, lopen we er het fietspad af en lezen ondertussen op de Whatsapp een bericht van (team) Gijsbert ‘Zwarte Wouw over Krimpenerhout’… Bummer. Het zit even niet mee. De wandeling in het EZH-bos levert wel de verwachte grasmus, een onverwachte grauwe vliegenvanger en gehoopte braamsluiper op, maar de op voorhand bijna zekere nachtegaal houdt zijn snavel stijf op elkaar. Twee overvliegende appelvinken (dit keer zeker), worden helaas maar door één teamlid gezien en even later bij de Surfplas wordt ook slechts door één teamlid een Cetti’s zanger gehoord. En zo regent het momenteel vooral net-niet-soorten... Dit leek ook even het geval net buiten Krimpen langs de Lek, waar we bij een vrij weinig zeggend haventje op ijsvogel hoopten. Ook die gaf niet thuis. Overvliegende sperwer veranderde de vibe, waarna we slechts een paar minuten later ineens een nachtegaal horen zingen. We rijden de Lek uit richting Bergambacht, stoppen bij Opperduit (geen Orpheusspotvogel…, wel groenling en oeverloper), de telpost (huiszwaluw) en Ammerstol (roek en groene specht), voor we via de provinciale weg richting Haastrecht rijden. In het Bisdom van Vlietpark maken we kort de balans op: 11.15 uur en 83 soorten op het formulier. We moeten even een versnelling hoger als we de score tot een acceptabel niveau willen tillen. We laten Rens achter in het Bisdom van Vlietpark (bij opa…) en snellen door richting Doove Gat. Weinig spectaculairs, weinig steltjes. Jonne weet nog een kolgans tussen de grauwe ganzen uit te trekken, eindelijk horen we met het hele team een telbare Cetti’s zanger en ook snor mag hier op het telformulier. We zijn helemaal rondgelopen naar de andere zijde, maar hebben niets anders bereikt dan de klok een uur verder zetten…
V
ia Haastrecht (na een half uur zoeken is de ransuil teruggevonden) richting Berkenwoudse Driehoek; nog zo’n gebied waar de laatste weken met steltjes gestrooid wordt. zomertaling, een handvol groenpootruiters en wat kneutjes. Een wandeling hier levert niet gehoopte havik op, nog wel grote zilverreiger. De kolonie oeverzwaluwen bij Lageweg, levert maar liefst één roepende (niet eens zichtbare) oeverzwaluw op, waarna we doorrijden richting de Stormpolder van Krimpen aan den IJssel. Helaas geen zwarte roodstaart, maar wel een overvliegende slechtvalk. Het zou onze laatste telbare soort van de dag worden. We rijden nog wel via de Zaag richting Krimpen aan de Lek, in polder Den Hoek nog naar een (voormalige?) steenuilenlocatie, maar het mag allemaal niet meer baten. We eindigen met een respectabele 94 soorten op de teller en schuiven als één van de laatste teams aan bij het grote gezelschap wat zich inmiddels bij Restaurant De Loet heeft verzameld. Onder het genot van een biertje evalueren we met elkaar de geslaagde dag. Geen winst, maar we hebben wel een schitterende dag gehad. d
Spotvogels: echte boterkoek is ook belangrijk Wim Sloof
Heel vroeg in de ochtend (5 uur!) stonden we bij Restaurant De Loet klaar om weer twaalf uur lang op vogelsoorten te gaan jagen binnen de grenzen van de Krimpenerwaard. We hadden een paar dagen ervoor een tactische bespreking gehad over hoe we dat het beste konden aanpakken. d
A
l direct na het startschot van onze vogelcoÜrdinator Dirk-Jan, scoorden we een wel heel bijzondere soort voor dit vroege uur, namelijk de boerenzwaluw. Deze zat al, zolang we op de parkeerplaats stonden, te zingen onder een brug. We hadden bedacht dat het wel slim was om als eerste voor de uilensoorten te gaan, want dat zijn tenslotte nachtdieren. We probeerden het dan ook eerst rondom De Hendrikshoeve in het Loetbos, waar we de bosuil hoorden. Ook konden we de eerste vroege vogels noteren waaronder de roodborst, merel, zanglijster en winterkoning. Jannie, die actief is in de uilenwerkgroep van de NVWK, dirigeerde ons daarna richting Berkenwoude waar zij, op diverse plekken uilen wist te zitten. Bij de hoek Schenkel en Oosteinde hoorden we al snel onze tweede bosuil en een ransuil. Verder op diverse plekken naar de kerkuil gezocht, maar die wilden zich niet laten horen of zien. Het was nu half zes en het werd al licht genoeg om ook op zicht te gaan jagen. Rustig reden we richting Oudelandseweg en konden vanuit de auto links en rechts de ene soort na de ander bijschrijven: zwarte kraai, blauwe reiger, wilde, kuif-, krak- en slobeend, kievit en grutto. Overvliegende grote zilverreiger en een buizerd. Om zes uur stond onze teller op 38 soorten. Hierna naar het EZH-bos waar we voor de nachtegaal gingen, die ons luid zingend verwelkomde. Ook hier weer mooie soorten als tuinfluiter, grote bonte specht, boomvalk, Cetti’s zanger en braamsluiper. Van hier uit naar de surfplas bij Krimpen waar we onze eerste koffiestop hadden gepland. Ook deze keer had Jannie weer een heerlijke boterkoek gebakken die ons goed smaakte. Hier zagen we in een rietkraag een kleine karekiet
zingen, maar de surfplas leverde verder geen soorten op. We wilden hierna richting de IJsseldijk om de Schanspolder bij Lageweg te bekijken, toen we rijdend op de N210 een melding kregen dat er vanuit het Krimpenerhout een overvliegende zwarte wouw was gezien die richting noord vloog. Potverdorie, daar waren we dus praktisch onderdoor gereden. Zo snel we konden zijn we dus naar de IJsseldijk gereden om te proberen hem daar nog op te vangen, maar de vogel was waarschijnlijk al gevlogen. Wel ontdekte we op een slikrand langs het water een oeverloper en hoorden een groenling zingen vanuit een boomtop. Bij de Schanspolder aangekomen zagen we oeverzwaluwen vliegen die daar een zwaluwwand bezetten en pikten huiszwaluwen in het slik om er hun nestjes mee te bouwen. Een rietgors zingend in het riet en opvliegende graspiepers konden worden genoteerd. Het was nu kwart over negen met 64 soorten op de lijst. Via Schaapjeszijde, waar een ooievaar liep te foerageren, naar de P-plaats bij de Berkenwoudse Driehoek. Op de plassen langs de Potterskade ontdekten we al snel een zomertaling en drie groenpootruiters. Doorlopend op de kade nog kneu en rietzangers en helemaal achteraan een lepelaar, die zich stond te poetsen. Enkele zwarte sterns vlogen er boven de daar nieuw aangelegde plas-drasnatuur. Henk ontdekte er een kleine plevier en Jannie zag een bruine kiekendief op een kale boomtak. Hoog boven op een elektriciteitsmast zat een slechtvalk. Terug op de P-plaats was het weer tijd voor een pauze met wat te eten en te drinken. Het was heerlijk weer en ondertussen was de temperatuur zover gestegen dat de jassen
WAARDVOGEL | JUNI 2018 27
uit konden, want van zo’n wandeling krijg je het behoorlijk warm. Het was inmiddels elf uur en de race was dus al op de helft van de tijd die we mochten spenderen. Met 77 soorten op de teller waren we al aardig op weg, maar er stonden nog heel veel soorten op ons verlanglijstje. We reden de IJssel volgend richting Haastrecht. We hoopten onderweg de zwarte roodstaart te vinden die daar op verschillende plekken wordt gehoord of gezien, maar dus niet door ons, We zouden hem ook later niet vinden helaas. Bij het Bisdom van Vlietpark ook niet de boomklever die daar wel zit, en andere nieuwe soorten konden we ook hier niet vinden. Dan door naar polder de Hooge Boezem. Net over de brug bij het zwembad zagen we een tureluur met twee jongen in een plasje op het weiland scharrelen. Ook hadden we er twee brandganzen en twee kolganzen om bij te schrijven. De blauwborst in het riet nabij de Zijdeweg wilde zich niet laten zien. Gelukkig zat de snor wel voluit te snorren.
D
e tijd begon nu wel te dringen want we wilden nog op veel plaatsen de soorten die we misten gaan zoeken. De etenspauze werd afgelast en we probeerden rijdend langs de
Vlist de grauwe vliegenvanger te horen, maar ook dat lukte niet. Bij de Hem op de Lekdijk zat niets nieuws. Via de Lekdijk reden we naar de telpost waar we vanaf de dijk mooi de steltkluut zagen foerageren. Van daaruit nog geprobeerd het steenuiltje te zien op de Wetering Oost, maar - je raadt het al - ook die konden we niet vinden. Op het helofytenfilter zagen we wel snel de daar eerder op de dag gemelde kanoet. Die had gelukkig op ons gewacht. De tijd was bijna verstreken en met 84 soorten waren we eigenlijk niet tevreden. We hadden nog een klein half uurtje tijd en probeerden in het Loetbos nog wat te vinden. Daar troffen we op de valreep nog twee staartmeesjes die onze eindscore bepaalden. Met 85 soorten (gelijk aan de eindscore van vorig jaar) moesten we de race afsluiten. Helaas hebben we veel te veel soorten niet kunnen vinden, gezien de 105 soorten die de winnaars hebben gezien. Natuurlijk feliciteren we hen met zo’n prachtig resultaat, waar we alleen maar jaloers op kunnen zijn. Bij het restaurant hebben we deze heerlijke dag nog afgesloten met een hapje en een drankje. Waarvoor dank aan de organisatie. Henk, bedankt voor het rijden en Jannie, voor het notuleren. Het was weer erg gezellig! d
Nachtegalen horen knetterende zangers in het riet Dirk-Jan Saaltink
Dirk-Jan (van Roest), Max en Stef vormden het team Nachtegalen. Daar mocht ik (Dirk-Jan Saaltink) mij bij aansluiten toen ik mij pas op donderdag kon aanmelden voor de BBD. Fijn dat dit nog mogelijk was! d
N
a het startschot hebben we snel de taken verdeeld en kon het scoren beginnen. We gingen eerst voor de bosuil naar het Loetbos. In tegenstelling tot anderen ter plaatse hebben we deze niet gehoord. We zijn nog doorgereden naar een volgende bekende locatie, maar hebben ook daar helaas geen bosuil gezien of gehoord. Na 24 minuten waren we wel 20 algemene soorten rijker, waaronder een purperreiger. Na de het Loetbos zijn we naar het EZH-bos gegaan voor zangers. De teller liep daar snel omhoog met onder andere de koekoek, grasmus, tuinfluiter, spotvogel, Cetti’s zanger, braamsluiper en natuurlijk de nachtegaal. Op een van de masten copuleerde zelfs een paartje boomvalk. Ook een overvliegende lepelaar en brandgans konden we bijschrijven. Dat begon goed, om 6.07 uur hadden we al 40 soorten
28
WAARDVOGEL | JUNI 2018
genoteerd. De volgende stop moest de telpost worden. Via de roeken in polder Schuwagt waar we (zonder resultaat) hebben gezocht naar de steenuil zijn we naar de Lek gereden. We noteerde de klassieke vogels van de weide zoals grutto, scholekster en zwarte stern. Bij Opperduit knetterde het van de zangers in het riet. Onder andere rietgors, rietzanger, kleine karekiet, maar ook groenling en gierzwaluw vlogen er rond. Op de telpost hebben we gezocht naar de steltkluut. Helaas nog zonder resultaat. Wel konden we genieten van de huiszwaluwen ter plaatse. Ook de zilvermeeuw, slobeend en tureluur konden we bijschrijven. Terwijl we de volgende stop aan het bespreken waren kwam de melding van de kanoet bij het helofytenfilter. Dat maakte onze volgende bestemming
een uitgemaakte zaak. Onderweg met de raampjes open konden we nog de putter, heggenmus, groene specht en oeverloper afstrepen. De kanoet was nog ter plaatse, net als de stormmeeuw en een achtergebleven smient. Helaas geen steltkluut, daarom trokken we de Kwakels door, om bij de plas te kijken. Helaas ook daar geen steltkluut te zien. Wel een mooie bosrietzanger, veldleeuwerik en als klap op de vuurpijl een hoempende roerdomp. Tevreden liepen we terug naar de auto, op naar de volgende stop: het Doove Gat.
V
ia het industrieterrein van Bergambacht, waar we de zwarte roodstaart scoorden, gingen we langs Ammerstol met de Buitenlanden (ooievaar en sperwer), Springerpark Schoonhoven (geen boomklever) en de Vlisterdijk (grauwe vliegenvanger) richting Haastrecht. Onderweg zaten we te rekenen met als conclusie dat de vaart er een beetje uit was. Hopelijk bracht onze volgende stop er weer vaart in. Ter plaatse snorde de snor, kwetterde de blauwborst en graasde er nog een wintertaling. Terwijl we de landerijen aan het afzoeken waren voor de laatste kolgans vlogen er roepende gele kwikstaart en appelvink over, check! Ook een groenpootruiter liet zich mooi horen en zien. Meer moeite hadden we met de kleine plevieren en de enige kolgans en zomertaling in het ganse Doove gat. Tevreden stapten we om
11:00 uur in de auto met 90 soorten op de lijst. Met nog 6 uur te gaan hadden we vertrouwen in een mooie score. Op naar de driehoek. Het werd ondertussen wel schrapen wat soorten betreft. We hadden nog een aantal op onze wensenlijst staan. Het werd dus uitkijken naar de slechtvalk, (regen)wulp, tapuit en graspieper. Op zoek naar een steenuil konden we nog een ringmus bijschrijven. In de Berkenwoudse driehoek zagen we verder veel vogels, maar weinig die we nog niet op onze lijst hadden staan. Gelukkig konden we de grote zilverreiger en havik toevoegen, net als de kneu en de staartmees. Via Lageweg (oeverzwaluw) reden we over de IJsseldijk richting Stormpolder voor een glimp van een slechtvalk - die we niet zagen. Onderweg tikten we nog een grote mantelmeeuw binnen. Daarna werd het echt zoeken. Geen slechtvalk, geen tapuit en geen wulp. Tenslotte nog maar eens naar de telpost voor een of andere kluut en jawel, we konden de steltkluut einde-lijk bijschrijven. Onderweg naar de Loet troffen we nog wat interessante meeuwen langs de Lek. We hadden wat discussie, maar twijfelden te veel om een Pontische meeuw bij te tekenen. Gelukkig had Dirk-Jan van Roest P-440 op de foto gezet. In de laatste zes uur hebben we slechts 8 soorten kunnen toevoegen. Met 98 soorten gingen we op het terras zitten voor een heerlijk biertje. d
Uilskuikens: goede voorbereiding loont Coen van Nieuwamerongen Na een poosje van voorbereiding was het dan eindelijk zover: 12 mei, de Big Birding Day! Met z’n vieren gingen we op pad in de hoop op een schitterende dag. Ons team bestaat uit Kees Janssen, Jaap Oosterom, Daan van Braak en Coen van Nieuwamerongen. Het plan was om eerst zoveel mogelijk uilen te scoren, daarna zangvogeltjes en steltlopers. d
5
.00 uur. Beginnen! Eerst naar het Loetbos voor de bosuil. De eerste vogels konden genoteerd worden. En ja, na een kwartiertje ook de bosuil, een roepend vrouwtje. Richting Westen Oosteinde voor de kerkuil, maar die gaf helaas niet thuis. Dan de steenuil maar in Den Hoek, maar ook deze was spoorloos. We reden door naar het EZH-bos waar we als hoogtepunt de nachtegaal hadden. Ook enkele andere zangertjes zoals: tuinfluiter, tjiftjaf, grasmus en een koekoek. De Lageweg was aan de beurt. Onderweg stond er op het slik langs de dijk nog een regenwulp, grote mantelmeeuw en een oeverloper. Bij de Lageweg kwamen tapuit, oeverzwaluw en zwarte roodstaart in de kijker. Al spoedig volgde het bericht: kanoet in het filter! Die mogen we niet missen. Wat een prachtig zomerkleed! Ook hoorden we de kenmerkende roep van de zwartkopmeeuw. Maar goed, we hebben nog meer op het programma: Het Bisdom van Vlietpark voor de boomklevers. Na twintig minuten gezocht te hebben vonden we hem. In het Doove Gat zat een kleine plevier, zong een snor, en liep er een paartje blauwborst op het pad. Het zou rond tien uur eb zijn dus moesten we op tijd bij de Lek zijn voor eventuele leuke steltlopers. We zagen grauwe vliegenvanger, roek en bij de Buitenlanden van Ammerstol zaten ransuilen, een bosrietzanger en vloog een boomvalk over. We volgden de Lek richting Lekkerkerk, wat nog kolganzen opleverde. De plek daarna was de Kwakels. Dat was goed voor roerdomp, veldleeuwerik, braamsluiper, gele kwikstaart en graspieper. Jaap en Daan zagen nog een steltkluut vliegen, maar deze was al te snel uit het zicht. Die zouden we straks
bij het filter nog wel zien, evenals de slechtvalk. We reden door naar de Berkenwoudse Driehoek. Prachtige mannetjes
zomertalingen, ringmussen en groenpootruiters lieten zich mooi zien. We zaten inmiddels op 104 soorten! We misten nog een paar soorten zoals sprinkhaanzanger en ijsvogel, waar we dan ook naar op zoek gingen. Maar helaas! Wel tot twee keer toe een tapuit. We hadden nog een halfuurtje over. In het Loetbos werd de afgelopen week nog een paartje matkoppen gemeld, dus konden we die beter gaan zoeken. Dat lukte na ruim een kwartier. Dit was ons laatste nieuwe soort en daarmee stond de teller op 105. d WAARDVOGEL | JUNI 2018 29
Werk bij de uilenwerkgroep is verdeeld over het gehele kalenderjaar Tekst en foto’s: Paul de Groot
Aan ons is gevraagd om een stukje te schrijven over onszelf, Paul de Groot en Miranda van den Dool, en wat we zoal doen bij de uilenwerkgroep. We zijn twee enthousiaste vrijwilligers die sinds dit jaar pas werkzaam zijn voor de uilenwerkgroep. Aangezien veel vrijwilligers zich hadden aangemeld moest Miranda even wachten maar inmiddels heeft ze net als ik het team Steenuilen Zuidoost versterkt waar ook coördinator Laura Pezzoli actief is. Voor het werk met de steenuilen is de Krimpenerwaard in zes wijken verdeeld. z
D
e afgelopen maanden hebben we niet stil gezeten. We hebben verschillende vergaderingen bezocht, zodat we onze collega’s in levenden lijve konden zien en spreken. Sommigen kenden we al van de vogelexcursies waar we in het verleden mee op pad zijn geweest. Ook hebben we een avond bij de kerktoren van Ouderkerk gepost na een melding van een uil aldaar. Dat heeft niet veel opgeleverd. Verder zijn we regelmatig op pad geweest met Laura om de steenuilkasten te controleren, te verplaatsten en/of te vervangen. Ook kijken en luisteren we goed om eventuele kerkuilen niet te missen. Door de verhalen van bewoners hebben we nu al drie kerkuilkasten opgehangen in de hoop dat ze bewoond gaan worden. Ons hoogtepunt van het afgelopen half jaar was het ringen van ‘onze’ drie steenuilpullen. Een geweldige ervaring, zo ook voor ringer Cor Oskam, want die kwam met trap en al naar beneden zetten. Gelukkig mankeerde hij niks en hij had toevallig ook geen pullen bij zich, dus het avontuur liep goed af. Deze maand gaan we met een groep nog door de Krimpenerwaard fietsen om jonge piepende ransuilen te lokaliseren. In het najaar willen we nog de steenuilkasten schoonmaken voor een hopelijk succesvol volgend jaar. z
WAARDVOGEL | JUNI 2018 31
Op pad met de boswachter Ivan Broer over zijn werk bij Staatsbosbeheer Joke Colijn (J) De aanleiding voor het bezoek aan boswachter Ivan Broer (I) is het feit dat Ivan regelmatig nieuwtjes of vondsten deelt met o.a. onze voorzitter Max, waarvan ik dan vind dat het voor àl onze leden leuke informatie is. Soms gaat het zelfs om nieuwe soorten voor de Krimpenerwaard, soms om bijzondere waarnemingen waarvan de exacte locatie niet openbaar gemaakt wordt. Dit laatste gebeurt vooral om verstoring of vertrapping te voorkomen. De nieuwswaarde zit ‘m wat mij betreft vooral in het feit dát deze soorten hier inmiddels weer of nog voorkomen; GPS-coördinaten heb ik niet. d
I
van vertelt dat hij als hovenier is opgeleid en daarna in de groenvoorziening werkzaam was, o.a. bij de gemeente Leiderdorp en voor de T&G Groep [Terrein en Groenvoorziening, red.] in Bodegraven. Toen de vacature voor onderhoudsmedewerker bij Groenservice Zuid-Holland aan de Reeuwijkse Plassen beschikbaar kwam, solliciteerde hij daarop en kreeg de baan. Daar heeft hij een jaar gewerkt en na een reorganisatie is hij sinds vijftien jaar in de Krimpenerwaard gestationeerd. De eerste jaren was dat samen met Dirk Mudde totdat Dirk met pensioen ging, en nu doet hij alweer een aanzienlijke tijd het onderhoud alleen. Hij vindt het fantastisch werk en geniet er elke dag meer van. Voorheen was Ivan vooral gericht op hard werken om de doelen te halen, maar met name zijn collega Kees Kool drong er bij hem op aan om bewuster om zich heen te kijken, om te gaan zien in welk mooi gebied hij werkzaam is. Ivan zegt daarover: “Ik werkte met oogkleppen op om maar meters te maken en het gebied zo netjes mogelijk te houden, maar vooral na de overgang van het beheer naar Staatsbosbeheer (SBB) twee jaar geleden, veranderde er iets bij mij waardoor ik sneller heb geleerd om steeds beter te kijken. Het is fijn dat bij SBB een ecoloog in dienst is waarop ik kan terugvallen als ik vragen heb. In het natuur- en recreatiewerk had ik inmiddels wel een goede basiskennis van allerlei zaken, maar ik krijg steeds meer de overtuiging dat we met z’n allen een veel beter resultaat kunnen halen. Dus als ik bepaalde dingen over planten of dieren wil weten kan ik inmiddels ook bij de
Loetbos Waar je de rust bijna kunt voelen
Het 10 km lange Loetbos in het midden tussen Krimpen aan den IJssel en Bergambacht is een door de mens gemaakt natuur- en recreatiegebied. Het is een trekpleister voor natuurliefhebbers. Tijdens een fiets- of wandeltocht zie je weilanden afgewisseld worden door bos en het meanderende veenriviertje de Loet. Een deel van het Loetbos is bestempeld als stiltegebied. Planten zoals de ronde zonnedauw komen hier voor. Uniek voor de Krimpenerwaard is de broedende lepelaar. In de schemer kun je vleermuizen zien en ‘s ochtends reeën. Vanaf het water ziet de wereld er anders uit. Een prachtige kanotocht van 22 km lang voert je van Stolwijkersluis (bij Gouda) dwars door het Loetbos en langs enkele dorpjes naar Krimpen aan den IJssel. Kano’s kun je in het Loetbos huren. Zoek je een dagje rust? Hier kun je die bijna vóelen. 32
WAARDVOGEL | JUNI 2018
specialisten van de NVWK terecht. Zo bel ik bijvoorbeeld Stef als ik een plant vind die ik niet ken, en het gebied blijkt rijker aan soorten dan dat wij al die jaren gedacht hebben. Het kan ook best zijn dat sommige vrijwilligers dat al wel wisten en dat het bij ons gewoon niet bekend was. Maar er is nog steeds een toename van soorten. Zo zien we dat nu ook op nieuwe plekjes orchideeën opkomen, terwijl andere intussen helemaal vol staan.
I
n de jaren dat ik hier bezig ben heb al veel veranderingen gezien – zowel in het gebied als in het werk. Vroeger liep je samen op, nu is er meer werk dat wordt uitbesteed in het bestek gegaan. Ik ben meer coach aan de zijlijn, inventariseer wat er moet gebeuren en doe inspecties. Ook repareer ik na vandalisme, vul voetpaden aan met repak, haal overhangend hout weg langs paden, zet bakken en banken recht, vervang beboording, heb vaarwerk om de kanoroute begaanbaar te houden, maai de kanooverdrachtplaatsen en de rustpunten, controleer bordjes en vlonders, kortom veel recreatief werk. Ik ben nog steeds iemand die graag net werk levert dus zorg ik voor de puntjes op de i.” J: “Werken met aannemers is wel een uitdaging. Ik bedoel: zelf leg je de lat hoog en weet je hoe je het hebben wilt, maar kun je dat goed overbrengen op onderaannemers? Die hebben vaak een contract waarin staat welke werkzaamheden binnen welke perioden in het jaar moeten worden uitgevoerd, maar er staan geen beperkingen in over het kijken naar bloeitijden e.d. – dus binnen de marges zullen ze maaien en snoeien als het in hun agenda past.” I: “In ons bestek zijn wel kaders opgenomen en met de Natuurwet moet rekening worden gehouden. Maaien van de onderhoudsstroken gebeurt pas na half juni, ’s winters doen we het houtwerk, enzovoorts. Inmiddels ben ik wel aan deze invulling van het onderhoud gewend, maar het blijft vliegen van hot naar her. Als het gebied vroeger een tien kreeg voor onderhoud en we halen nu een acht, dan hoor je mij niet klagen.” “Gedurende het werken met Dirk heb ik veel geleerd. Ik kwam binnen als broekie en gaandeweg vond ik de manier van werken die bij mij past. Het Loetbos is ouder dan het Krimpenerhout. Het Loetbos is in die zin ‘klaar’ dat het nog voornamelijk gaat om jaarlijks onderhoud, de veiligheid van de recreanten en zorgen voor goed beheer van de ‘pareltjes’: qua biodiversiteit de meest waardevolle delen. In het Krimpenerhout zijn we behalve met beheer ook nog bezig met (her)inrichten.” J: “Het Loetbos is een relatief groot gebied en het Krimpenerhout ook. Die behoren aan de Groenalliantie Midden-Holland (voorheen de Recreatieschappen Krimpenerwaard en Reeuwijkse Plassen), maar jullie hebben toch verder ook nog stukjes Krimpenerwaard in beheer?”
I: “Dat klopt: we hebben langs de lijn tussen de Texaco in Bergambacht en de Algerabrug bijna het hele gebied in beheer: de Lekweide, de Kwakels, het Loetbos, het EZHbos, het Krimpenerhout, Landschapselement Krimpen, Stormpoldervloedbos of Oud-Krimpen, Oudeland, landschapselement Ouderkerk, landschapselement Lageweg, Lansingh Zuid. Van de kleinere gebieden zijn er een aantal nog niet zo lang geleden nieuw aangelegd en die zijn voor onderhoud aan ons toegewezen.” J: “En dat doe je allemaal in je eentje?” I: “Vrijwel ja, maar natuurlijk wel met de aannemers. Sommige taken kan ik alleen samen doen met de collega’s Mari of Kees – maar zij hebben ook een agenda dus dan is het wachten op een moment dat zij gelegenheid hebben. Ook hadden we voorheen meer eigen materiaal, toen kon ik zelf op de klepelmaaier springen als er iets snel moest gebeuren. We proberen nu zo goed mogelijk mee te gaan met de veranderende tijden. Al moet ik zeggen dat we wel inventief zijn geworden met de apparatuur die er nog wel is! Dat levert wel eens verbaasde reacties op van bezoekers, als je iets aan het doen bent met een machine die voor iets anders bedoeld is. Zulke acties worden geboren uit de motivatie om het gebied op een tien te houden, maar soms moet ik gewoon ophouden met mezelf voorbij rennen en die acht accepteren. Gelukkig kan ik een beetje schuiven binnen het driejarig bestek, dus wat eerder nodig is kan ik naar voren halen en wat nog niet nodig is uitstellen, met als doel het gebied netjes te houden en toch binnen het budget te blijven. Het ZuidHollands Landschap (ZHL) heeft met dezelfde problematiek te
maken, maar er is wel een aardige groep vrijwilligers die het ZHL bijstaat met onderhoud. Het is fijn dat wij sinds kort ook hier een vrijwilliger hebben, Hans, waarmee ik nu regelmatig samen optrek bij de werkzaamheden, omdat ook voor hem alleen werken niet zo leuk is. Buiten in de natuur klussen vinden de meeste vrijwilligers toch leuker met een ploegje. Bovendien zie je sneller resultaat wanneer je met meer mensen bent. Dus ook in de Krimpenerwaard zouden wij nog graag een paar vrijwilligers erbij hebben! Controle van de wandel- en fietsroutes wordt ook gedaan door vrijwilligers, dat regelt Kees al jaren. Haha, en voor die mensen mag ik in december de kerstpakketten rondbrengen! Dat is leuk, want dan zie ik ook weer eens hoeveel mensen er voor SBB in de natuur bezig zijn. Sommige blijk ik dan al van iets anders te kennen! En zo waardeer ik ook de samenwerking met de NVWK. Het onderhoud van de Idylle en andere veldjes, de inventarisaties, het contact met de floristen en de vogelaars, dat maakt het leuk. Van Patrick krijg ik een seintje als er gehooid moet worden en dan leg ik de draagbaren klaar die op het zoldertje in De Hendrikshoeve liggen. Ik zei het al eerder: je moet het samen doen, zonder draagvlak uit de regio komt er weinig van terecht.” J: “Over samenwerken gesproken. Er zijn twee terreinbeherende organisaties in de Krimpenerwaard, het ZHL en SBB. Jullie hebben de gebieden niet in eigendom zoals het ZHL, maar het werk is wel ongeveer hetzelfde: je beheert het gebied. Zoeken jullie elkaar wel eens op? Om ervaringen uit te wisselen, elkaar te versterken, het gebied te versterken?”
Marjan Pols _ de Pee PRAKTIJK VOOR PSYCHO SOCIALE HULPVERLENING EN KRUIDENTHERAPIE
De Vroedschap 3 I 2922 VB Krimpen aan den IJssel 06 516 926 13 I www.marjanpolsdepee.nl I info@marjanpolsdepee.nl
WAARDVOGEL | JUNI 2018 33
I: “Ik spreek wel eens mensen van het ZHL als collega’s, zowel persoonlijk als over het werk. Zeker wanneer ik iets zie gebeuren op ZHL-terrein wat ik zelf ook zou willen weten, zoek ik even contact met Rolf of Gerard, maar ik heb geen inzicht in contacten op andere niveaus. Als die er zijn merk ik daar weinig van. Onze beheergebieden zijn ook niet hetzelfde: wij hebben voornamelijk de bossen, zij voornamelijk de weilanden er omheen en de contacten met de boeren voor o.a. het weidevogelbeheer. Een bos heeft een zoom en een mantel. Je kunt in het groot de Krimpenerwaard ook zien als een bos met een zoom en een mantel, waarbij wij de hoge delen beheren en het ZHL de lage delen tussen het agrarisch gebied in. We hebben elk onze specifieke flora en fauna, maar er zijn ook bijvoorbeeld vogels die van beide afhankelijk zijn: die broeden in de bomen en gaan eten in de weilanden. Een mooie wisselwerking tussen de terreinen van beide organisaties. Ik zou het dan ook helemaal niet raar vinden als ons soort organisaties zouden opgaan in één grote krachtige natuurbeherende organisatie.” I: “Veel recreanten zien helemaal niet dat er veel werk wordt verzet. Zoals het Loetbos erbij ligt, vindt men ‘gewoon’, de hoge lat is standaard geworden. Pas als er iets niet aan de verwachting voldoet, hoor je dat en dan lijkt het soms ondankbaar werk. Maar inmiddels weet ik wel beter: ik doet het omdat ik er zelf een goed gevoel aan over houd, voor het gebied, voor de mensen waarmee je werkt, de mensen die inventariseren, het publiek dat wel geniet. Daarom is het een opsteker dat het Loetbos met een hoog cijfer wordt gewaardeerd door bijvoorbeeld Tripadvisor, én dat we ook regelmatig complimenten krijgen. Er komen hier mensen uit het hele land en wat je dan hoort, is toch dat dit net als de hele Krimpenerwaard nog zo’n mooi gebied is.” J: “Daarin komt weer terug waar we het net over hadden: alleen als je als groene organisaties samenwerkt, kun je het hopelijk mooi houden. De tegenkrachten zijn nu eenmaal heel sterk en er zijn juist nu weer veel bedreigingen. Woningbouw, infrastructuur, kortdurend economisch belang, alles spant samen om onze mooie groene long in te lijven. Terwijl het natuurgebied op den duur juist veel waardevoller zal blijken: gezonde mensen functioneren beter en zorgen voor een gezonde economie. We willen toch een gebied nalaten aan onze kinderen waar ze nog op adem kunnen komen!” I: “Mijn collega Dirk zei altijd: als je dood bent, word je postuum geëerd. En ik ben in zekere zin zijn opvolger, ik probeer zo goed mogelijk voor het gebied te zorgen. Op de site van Heerlijk Buiten kun je lezen hoe mooi het Loetbos wordt omschreven. [www.heerlijkbuiten.nl, zie kader op pag. 32, red.] Op dit moment zijn we druk met de Kwaliteitsimpuls. De bedoeling is om de gebieden van de Groenalliantie MiddenHolland aan te passen voor de moderne recreant. Het gaat dan om het Loetbos, het Krimpenerhout en de Reeuwijkse plassen. Een wandelroute door het Loetbos, fruitbomen, een overkapping achter De Hendrikshoeve, een nieuw toiletgebouw, een flinke speelmol. De waterkwaliteit van de surfplas Krimpen wordt verbeterd, het zandstrand wordt uitgebreid, daar komt ook een overkapping, er wordt een laarzenpad aangelegd door het bos en nog wat dingen.” J: “Dan hebben we het over toerisme en recreatie in het groen. Gaan jullie daarbij voorzichtig om met je natuurwaarden? Als je bijvoorbeeld een pad wat druk gebruikt zal worden aanlegt langs de plek waar een nachtegaal al jaren zingt, zal die vertrekken.” I: “Dat wordt onderzocht met onze ecoloog, met de Natuurwet in de hand. Er is aan de voorkant goed over nagedacht. Zolang de biotoop geschikt is, zullen soorten niet zo snel verdwijnen. 34
WAARDVOGEL | JUNI 2018
Gewoon reukgras (met de rijpe goudgele aartjes) heeft hele dunne stengeltjes, hier tussen paddenrus. Paddenrus komt buiten de Krimpenerwaard weinig voor in Z-H. Foto: Joke Colijn
Veld met grote ratelaar, brede- en rietorchissen, foto: Joke
Waterviolier is een indicator voor kwelwater, foto: Ivan Broer
Ronde zonnedauw met bloemstelngeltjes in een dikke laag veenmos, foto: Joke Colijn
Verstoren is een groot woord, ik ben daar niet zo bang voor. Er komt ook maar één bospad doorheen, niet meer. Geen mountainbikeroute, geen paardenpad. Want als je honderd bewoners uitnodigt, krijg je honderd ideeën en daar is gewoon geen plek voor.” J: “Bovendien doe je met veel extra paden de natuur- en vogelliefhebbers die van het gebied genieten zoals het nu is, te kort. Er is dan geen rustige plek meer waar bijvoorbeeld die nachtegaal kan zingen! Max en Maurice Kruk hebben tijdens de eerste brainstormsessies over de Kwaliteitsimpuls enkele jaren geleden al het natuurbelang van ‘groene recreanten’ ingebracht. Daar werd in de eerste plannen nauwelijks rekening mee gehouden. Gelukkig is dat destijds wel goed opgepikt. Vertel ook eens iets over het ontstaan van het Loetbos?” I: “Het Loetbos is in 1964 aangekocht en in de jaren ‘70 werden de eerste bomen aangeplant, volgens Dirk Mudde die dat allemaal heeft meegemaakt, netjes op een rij en 75 cm uit elkaar zodat ze snel de hoogte ingingen. In de loop der jaren is er zeker 50–60% van uitgedund en nu zijn de sprietige bomen sterke jongens geworden. Helaas houdt nu de essentaksterfte flink huis. Die gaat ons zo’n 90% van de essenpopulatie kosten, volgens de vakliteratuur.” Paddenrus staat op de Rode Lijst, foto: Joke Colijn
Waterdrieblad, foto: Ivan Broer
J: “Dat is schrikken! Wat is essentaksterfte precies, een schimmel?” “Ja, een schimmel die op de wind wordt verspreid, afkomstig uit het Oostblok.” J: “Daar kun je dus helemaal niks tegen doen, wat akelig. Ik zie in de Krimpenerwaard veel essen die er aan lijden, maar zie jij nu al bomen die resistent worden?” I: “Dat gaan we de komende jaren zien. Er zijn nog bomen die niks mankeren, maar die kunnen volgend jaar alsnog worden aangetast. Het is afwachten, maar het blijft treurig als je bomen van 40-50 jaar oud ineens kale takken ziet krijgen: het begin van het einde. De bomen die gevaar opleveren halen we dan weg voor ze omvallen. Intern is besloten dat heraanplant zal plaatsvinden. Niet van essen, maar gemengd loofbos. In Wageningen is men bezig om te kijken of zaden van nog of al resistente bomen ook resistente zaailingen opleveren. We zien wel wat de toekomst brengt.” J: “Dat zou mooi zijn want essen zijn wel bomen van de streek, hè? Welke bomen nog meer: berken?” I:Grote “Ja, berken, elzen, foto: eiken,Anita essen.Meelenboer Er staan ook kastanjebomen zilverreiger, omdat kinderen die leuk vinden, en esdoorns – die vroeger
werden weggehaald omdat ze zaaien als een malle – waarvan nu wordt overwogen om ze her en der toch te laten staan. In de onderbeplanting komt steeds meer variëteit door het dunnen, waardoor licht op de bosbodem valt. Maar ook door sparen bij het zaagwerk: een meidoorntje laten staan, een Gelderse roos, een kardinaalsmuts, dat soort heesters. J: “En door de reuzenbalsemienen weg te trekken!” I: “Ja, die exoten, dat is wel een probleem! We zijn dan ook blij met jullie initiatief om ons te helpen die reuzenbalsemien te bestrijden.” J: “Als de vrijwilligersdagen positief worden gewaardeerd, en als het beleid van maaien waar mogelijk, gecombineerd met uittrekken waar dat niet lukt, succesvol blijkt te zijn, doen we het volgend jaar toch weer? Zo moeten we successievelijk een steeds groter gebied vrij van reuzenbalsemien kunnen krijgen! Zeker omdat zaad maar twee jaar kiemkrachtig blijft.” I: “Wij volgen de ontwikkelingen ook weer ná de vrijwilligersdagen, en verwijderen nog wat is vergeten of eventueel nog opkomt dit jaar. Het moet lukken!” J: “Zullen we naar buiten gaan?” I: “Waar wil je heen?” J: “Naar de lepelaars, de purperreigers, de bijzondere planten!” Deze ratelaar rammelt al, het zaad is rijp! Foto: JC
Wateraardbei,foto: Ivan Broer
I: “De lepelaars werden hier een paar jaar geleden voor het eerst waargenomen. Ik kreeg een foto en ben toen goed op gaan letten. En opeens zag ik midden in een blauwe reigerkolonie een witte vlek zitten! Natuurlijk dacht ik het eerst aan een zilverreiger, maar het bleek een lepelaar. Het eerste jaar vonden we één nest, het jaar erop drie, en nu een stuk of vijf. Het is bij mijn weten de enige plek in de Krimpenerwaard waar ze broeden. Vaak weten jullie zulke dingen beter dan ik! Zo hebben we ook een zilverreiger slaapplaats die door mensen van de NVWK wordt geteld. Dat zijn er al een aantal jaren minstens zo’n 150!”
W
e stappen vervolgens in de SBB-auto en rijden via de fietspaden naar Ivans favoriete pareltjes. In het langsrijden vertelt hij over zijn plannen om het riet wat te toppen en in het najaar terug te dringen, zodat het gezicht op de poeltjes zoals de Peterput blijft en de libellen er hun eitjes kunnen blijven afzetten. Ook gluren we tussen de donkere bomen door naar een lepelaar op het nest – inderdaad een duidelijke witte vlek. Ivan brengt ons naar prachtige moerasplekken waarin de vele orchideeën gelijk opvallen (rietorchissen in paars, rose en wit), er WAARDVOGEL | JUNI 2018 35
staan de eerste bloeiende moerasspirea’s en heel veel veenmos (ook wel spagnum of officieel sphagnum). Het veenmos groeit er overal als een tierelier, ik zak er tot mijn enkels in weg. Ivan legt uit dat het naast de lage ligging van de poeltjes waardoor de bodem altijd vochtig is, ook te maken heeft met het gebruik van lichte machines. Er groeit een enorme diversiteit aan zegges en grassen waarvan Ivan de namen lang niet allemaal niet kent. Hij is afhankelijk van plantenkenners voor een volledige inventarisatie en zegt dat Stef hier ook regelmatig loopt te struinen. Hij vindt tussen de orchideeën wel reukgras (dat naar karamel geurt als je het kneust en naar toffee smaakt als je er op kauwt), wateraardbei die prachtig in bloei staat, hij is enthousiast over een grote ratelaar die al droog is en rammelt, we ontdekken overal ronde zonnedauw met bloemstengeltjes die binnenkort wit zullen bloeien, we zien bloeiende poelruit – het zijn gebiedjes waarvan elke florist zal watertanden, kleurig omzoomd door bloeiende kattenstaart en valeriaan!
W
e praten later over nog een aansprekende soort: de reeën. Die hebben zelf de Krimpenerwaard ontdekt en er is nu een kleine populatie in het Krimpenerhout en één in het Loetbos. Hoe bijzonder dat een bosrijke biotoop wordt aangelegd zonder hier op te mikken, en dat zo’n icoonsoort die dan zelf koloniseert! Het Krimpenerhout en het Loetbos hebben de reeën er zomaar gratis bij gekregen. De reeën hebben inmiddels kalfjes, maar vanzelfsprekend gaan we daar niet naar op zoek. Die liggen nu nog veilig verstopt in het hoge gras. Er is nog niet bekend hoeveel kalfjes er dit jaar geboren zijn. Pas nadat er gemaaid is, kun je ze zien lopen. Het is dan ook spannend wanneer het eerste kalfje gespot en gemeld zal worden! d
Tijdens de Week van de Invasieve Exoot organiseerden de NVWK en SBB op 21 en 23 juni een activiteit waarbij iedereen kon meehelpen om reuzenspringbalsemienen te verwijderen uit het bos (foto’s: resp. Max Ossevoort en Ivan Broer). Hierdoor krijgt inheemse vegetatie (zoals rechts van boven naar beneden de varen dubbelloof, penningkruid en groot heksenkruid; foto’s: Ivan Broer) weer een kans, en daarmee ook insecten zoals bepaalde wilde bijen en vlinders die daarop foerageren. Foto’s lepelaar in reigerkolonie en reeën: Rob van Gein 36
WAARDVOGEL | JUNI 2018
NVWK, ALV, WBP, AVG, FG, RVPg, PS, PDl, WV, ofwel: gaan we om met
Hoe
Tekst: Frans van der Storm, illustratie: Gert Blom
jouw gegevens?
Iedereen met een computer, met toegang tot internet en met een e-mailadres heeft er al mee te maken gehad. De niet te tellen mailtjes die je van allerlei organisaties hebt gekregen over vernieuwd privacybeleid, al dan niet met het verzoek om je inschrijving voor een nieuwsbrief te herbevestigen. Hele series afkortingen die ons leven weer verrijken... Misschien heb je een mail van ons gemist. Dat kan heel goed, want we hebben er geen gestuurd naar aanleiding van de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming). Gewoon, omdat we de Wet Bescherming Persoonsgegevens (WBP, waarvan de AVG de opvolger is) al uitvoerden. Vast en zeker niet naar de letter, maar wel naar de geest. Toch, die AVG gaat een paar stappen verder dan de WBP en vraagt ook van verenigingen als de NVWK om aantoonbaar bewuster om te gaan met persoonsgegevens. Daarover werd dan ook op de algemene vergadering van 29 maart een vraag gesteld. Daar gaan we in dit artikel wat specifieker op in. Bovendien maken we een apart privacy statement en publiceren dat op de site. d
D
it doen we met je persoonsgegevens Korter en krachtiger kunnen we het niet zeggen: we gebruiken je persoonsgegevens alleen en uitsluitend om de vereniging goed te laten draaien. Dat betekent het bijhouden van de ledenadministratie, innen van contributie, bezorgen van de Waardvogel, zo nodig contacten tot stand brengen. Je gegevens houden we bij in een systeem voor de ledenadministratie. Daaruit maken we een apart bestand aan voor de automatische incasso van, dan wel maken we de betaalverzoeken voor, de jaarlijkse contributie. Het bestand voor de incasso van de contributie leveren we aan aan de bank, waarmee afspraken zijn gemaakt over de vertrouwelijke omgang met gegevens die zij van ons ter verwerking krijgen aangeboden. De overige betaalverzoeken gaan per e-mail of gewone post. Uit de ledenadministratie maken we ook vijf keer per jaar lijsten voor de bezorging van de Waardvogel. Iedere bezorger krijgt de lijst die voor zijn/haar gebied van toepassing is: niet meer en niet minder. Je persoonsgegevens worden nooit aan derden ter beschikking gesteld, tenzij na uitdrukkelijke instemming. Bijvoorbeeld als een redacteur van een huis-aan-huisblad vraagt om de contactgegevens van een van onze leden voor een artikel, geeft de secretaris die pas door na verkregen instemming van de gezochte persoon.
O
gegevens niet langer bewaren dan nodig. Als je je lidmaatschap opzegt, dan verwijderen we je gegevens als je geen verplichtingen meer hebt aan de vereniging (dus alle contributie betaald en eventuele materialen in bruikleen teruggegeven) per einde van het jaar. We houden geen register bij van oud-leden. Wil je weten welke gegevens we van je hebben geadministreerd, meld je dan bij de secretaris.
B
ijzonderheden Veel leden maken foto’s tijdens excursies, soms ook van personen. Ook foto’s kunnen persoonsgegevens zijn. De functie van de foto, en de herkenbaarheid van personen, zijn bepalend voor het al dan niet zijn van een persoonsgegeven. Bijvoorbeeld: een groepsfoto op de vrijwilligersbijeenkomst, gemaakt voor een nieuwsbericht in de Waardvogel en voor op de website, is niet per definitie een foto met persoonsgegevens, ook al zijn sommige personen heel herkenbaar (voor verstokte leden van de NVWK). Een foto van een individueel lid, genomen tijdens een excursie of een vergadering, kan wél een persoonsgegeven zijn en behoeft dan toestemming van de geportretteerde. Is dat duidelijk? Mogelijk niet zonder meer. Maar de regels zijn op dit punt niet zo scherp als je foto. Hanteer daarom als stelregel: Zou ik het waarderen als een foto van mij zó wordt gepubliceerd? Bij de geringste twijfel: niet (laten) doen dus! Want: je privacy kun je zelf regelen en dat moet je vooral dóen. d
ver welke gegevens hebben we het eigenlijk? In de ledenadministratie nemen we alleen de gegevens op die je zelf invult bij je aanmelding als lid dan wel bij latere wijzigingen. Van alle leden hebben we de volgende persoonsgegevens: Voorletters, voornaam, achternaam, adres. Van de meeste leden hebben we ook geboortedatum, geslacht, telefoonnummer, e-mailadres, en bankrekeningnummer. In een enkel geval voegen we zelf, op eigen initiatief, een mailadres en/of een telefoonnummer toe als je dat gebruikt om met ons contact te hebben.
B
ij wie moet je wezen? De secretaris van de NVWK is verantwoordelijk voor de actualiteit en volledigheid van de ledenadministratie; alleen de secretaris, de penningmeester en de technisch applicatiebeheerder van de ledenadministratie hebben toegang tot de database. Actualiteit van een administratie betekent ook dat we WAARDVOGEL | JUNI 2018 37
Onze weidevogels... hoe gaat het ermee? Tekst en foto’s: Bernard de Jong
Het is eind juni en dat betekent dat we een voorzichtige balans op kunnen gaan maken van het weidevogelseizoen 2018. Of beter gezegd: een eerste indruk, want het seizoen is voor een deel van de vogels nog niet voorbij! Zo zullen de kievitkuikens van de tweede legsels pas in de loop van juli vliegvlug zijn, we kunnen dus nog even genieten van de weidevogels in onze polders. Wel worden de weilanden langzaam al wat leger en kunnen we op waarneming.nl zien dat er weer grotere groepen grutto’s gemeld worden op de bekende plaatsen (bijvoorbeeld Het Doove Gat bij Haastrecht), een teken dat de vogels zich verzamelen om op te vetten voor de lange reis naar het zuiden. d
H
oe is het dan de afgelopen maanden gegaan tijdens het broedseizoen? Kunnen we al voorzichtig een positieve of negatieve balans opmaken? Daarvoor is het eigenlijk nog te vroeg, want nog niet alle gegevens zijn verzameld en bestudeerd. En gegevens zijn er genoeg, bijvoorbeeld van het aantal gevonden nesten, van de QBM tellingen (‘gedragswaarnemingen’) en van de BTS telling die dit jaar voor de tweede keer is uitgevoerd door onze vrijwilligers. De BTS telling bestaat uit twee tellingen, een broedparentelling en een gezinnentelling. Daaruit kun je grofweg afleiden hoeveel broedparen er geweest zijn en hoeveel van die broedparen ook jongen hadden (Bruto Territoriaal Succes). Deze cijfers zijn echter maar voor een deel interessant, want we schieten er niet veel mee op als er niet genoeg van die kuikens vliegvlug worden. En dat valt nog niet altijd mee, want er zijn veel factoren die het seizoen kunnen beïnvloeden. Zo bleef het tot ver in maart erg koud en kwamen de eerste kievitsnesten bijna twee weken later dan vorig jaar! En ook eind april waren er een paar koude en natte dagen, precies op het moment dat veel nesten net uit waren gekomen. Veel van de piepkleine kuikens hebben deze periode waarschijnlijk niet overleefd. Vooral de kievit kreeg er flink van langs, zij hebben veel ‘opwarmtijd’ nodig en kunnen in die tijd dus niet eten.
Daarna werd het gelukkig warmer en droger, zodat de kuikens wat meer tijd kregen om te foerageren (in plaats van onder moeders vleugels op te moeten warmen). Deze warme en droge periode duurde vervolgens wel erg lang, wat juist weer een nadeel kan zijn: bij iets kouder weer zijn de insecten trager en daardoor makkelijker te pakken voor de kuikens. Het weer had dus wel iets afwisselender mogen zijn; het is ook nooit goed…
T
och lijkt het geen heel beroerd broedseizoen te zijn geweest, misschien zelfs wel een vrij aardig seizoen. Het lijkt erop dat in de gebieden waar veel vogels zitten, ook de beheercontracten steeds beter op hun plek liggen, met meer kuikens als resultaat. Het ACK heeft dit jaar op eigen initiatief, vooruitlopend op eventuele financiering vanuit de provincie, een aantal plas-dras gebieden ingericht en deze leveren al direct goede resultaten op: ze trekken vogels aan. Water is een belangrijke sleutel in het weidevogelbeheer! Er wordt ook veelvuldig gebruik gemaakt van pakketten voor uitgesteld maaien. De contacten tussen agrariërs, vrijwilligers en het Agrarisch Collectief Krimpenerwaard zijn goed en er wordt bij alle partijen steeds meer gesproken over kuikens in plaats van alleen over nesten. Het gaat de goede kant op!
Gruttopaar in plas-drasterrein: links de iets grotere vrouw, rechts de donkerder gekleurde man. 38
WAARDVOGEL | JUNI 2018
Kieviten, vooraan een volwassen exemplaar, erachter een vliegvlug jong
H
et weidevogelbeheer heeft dit seizoen ook een impuls gekregen met de door het ACK aangeschafte Weidevogeldrone, waarover al enkele keren is geschreven in dit blad. Het team met de drone heeft in alle windstreken van onze waard gevlogen en veel agrariërs en de ‘plaatselijke’ vrijwilligers zijn enthousiast geraakt. De resultaten zijn ook goed te noemen: er worden daadwerkelijk meer nesten gevonden in minder tijd! Wel is het nog een ingewikkeld proces om alleen op basis van de videobeelden beslissingen te nemen over wat zich op de grond afspeelt. Dat heeft deels te maken met ervaring en de software, voor een ander deel heeft dat ook te maken met de ‘digitale infrastructuur’. Op dit moment hebben we goede resultaten behaald door handmatig te vliegen en gevonden nesten in het veld direct te markeren met stokken, waarbij de vrijwilliger door
de dronevlieger naar het nest wordt gepraat. Voor het volgende seizoen willen we weer een stap vooruit maken, zodat we steeds minder het veld in hoeven.
S
amenvattend lijkt het er nu op dat 2018 een aardig seizoen is geweest en we samen met het ACK stappen vooruit zetten in het weidevogelbeheer in de Krimpenerwaard. Ook vanuit de gebieden van het Zuid-Hollands Landschap lijken positieve geluiden te komen over het aantal waargenomen kuikens. Natuurlijk gaan er ook nog dingen mis en zijn er dingen die we niet goed kunnen verklaren. Daarom mogen we nooit achteroverleunen en kunnen we de tweede helft van het jaar gebruiken om het voor 2019 weer iets beter voor elkaar te krijgen! d
Gruttopul in kruidenrijk gras
WAARDVOGEL | JUNI 2018 39
Berkenwoudse Driehoek Verslag van de vogelexcursie Wim Sloof Op zaterdag 28 april organiseerde de NVWK onder deskundige leiding van Arie Dorsman een excursie naar de Berkenwoudse Driehoek. Om 9 uur, na een korte inleiding, liepen we het gebied in. d
W
e waren amper op weg of de eerste vogels dienden zich al aan. Fitis, tjiftjaf, groenling en zwartkop werden gehoord en gezien. Ook een grasmus en een kneu werden opgemerkt. Leuk om met zo’n groep mensen te luisteren naar de zang van de verschillende soorten en de verschillen te leren herkennen. Het gebied is de laatste tijd voor een deel opnieuw ingericht en er zijn enkele ondiepe plasjes aangelegd waar veel vogels dankbaar gebruik van maken, vooral ganzen en eenden. Grauwe gans, grote Canadese gans en nijlgans maken er hun nest en broeden er hun eieren uit. Ook werden zomertaling en krakeenden gespot. Enkele slobeenden slobberden in het ondiepe water. Daartussen liepen bosruiters en groenpootruiters te foerageren. Een grote zilverreiger stond roerloos naar vis te speuren en een lepelaar lepelde naar klein onderwatergrut.
W
at een soortenrijkdom zie je dan op een relatief klein gebied. We wandelden de Driehoek rond tot aan de Berkenwoudse Boezem, onderweg genietend van zingende rietzangers en rietgorzen. In de polders rondom de Driehoek leven weidevogels als grutto, kievit en tureluur. Er broeden zwarte sterns en een buizerd zat op een hekpaal te rusten. Een bruine kiekendief showde langsvliegend zijn mooie rustig zwevende jachttechniek. Na een stevige wandeling en met heel veel soorten keerden we voldaan terug naar de parkeerplaats. Een mooie wandeling door een gebied met een grote diversiteit aan flora en fauna en zeker de moeite waard om ook zonder excursie een keer te bezoeken. d
Van boven naar beneden: boerenzwaluwen, tapuit, rietzanger; foto’s: Coen van Nieuwamerongen. Groenling, wegvluchtende Soayschapen (een zelfredzaam ras dat het gebied permanent begraast), broedende Canadese gans, lepelaar, nijlgans; foto’s: P. Wolf. 40
WAARDVOGEL | JUNI 2018
Veldbezoek eco-bermen Stef van Walsum
Al bijna 20 jaar beheert het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard (HHSK) een aantal bermen op ecologische wijze. Dit houdt in: maaien en afvoeren zodat de voedingsstoffen in de bodem afnemen waardoor plantensoorten juist weer toenemen. De plantenwerkgroep houdt de ontwikkeling van de bermen nauwlettend in de gaten. Onder leiding van onze plantencoördinator lieten we de beheerders en beleidsmakers van het Hoogheemraadschap zien wat met 20 jaar ecologisch maaibeheer is bereikt. d
O
p een vroege zonnige morgen in de maand juni, een week voor de eerste maaironde, verzamelt een delegatie NVWK’ers en heren van het Hoogheemraadschap zich bij het steunpunt in Zuidbroek. De bedrijfsbus, groot genoeg voor alle acht deelnemers staat klaar om te vertrekken in de richting van de Molenvliet, ook wel de Berkenwoudsche Boezem genoemd. De Molenvlietberm wordt net als alle andere eco-bermen tweemaal per jaar gemaaid en het maaisel afgevoerd, inmiddels dus al 20 jaar lang verschralingsbeheer.
D
e eerste stop vindt plaats op het zuidelijkste puntje van het Molenvliet-fietspad, in het Loetbos. Hier bevindt zich één van de mooiste velden met grote ratelaar die de berm in juni een prachtige gele kleur geeft. Grote ratelaar is een halfparasiet, anders dan parasieten maakt hij zelf gewoon bladgroen aan en haalt alleen enkele mineralen uit de gastheer, in dit geval uit grassen. Grote ratelaar is een typische soort voor vochtige hooilanden. Door de lage ligging ten opzichte van de gemiddelde grondwaterstand zijn de bermen langs de Molenvliet ideaal voor deze plant. In mei bloeide op deze plek de eerste brede orchis, ook wel meiorchis genoemd. Andere soorten van vochtige hooilanden die we hier vinden zijn gewoon reukgras, scherpe boterbloem en tweerijige zegge. Iets verder naar het zuiden bevindt zich het mooiste stukje ecoberm van de Krimpenerwaard. Maar liefst honderd gewone en gevlekte rietorchissen staan in het kleine stukje berm volop te bloeien. De bewonderende reacties zeggen genoeg: hier doen we het nou voor! Orchideeën zijn vaak een uitgangspunt voor verschralingsbeheer. Ze hebben een heel lage concurrentiekracht waardoor ze al snel worden verdreven door grassen en kruiden met een hogere groeisnelheid. Als je als beheerder
orchideeën wilt behouden, is het dus essentieel dat er (na de bloei) gemaaid en afgevoerd wordt zodat de bodem schraal blijft en concurrentiekrachtige grassen en kruiden geen kans krijgen. Andere leuke soorten die we in deze bermen vinden zijn paddenrus, echte koekoeksbloem en grote kattenstaart. De volgende stop is een kilometer in noordelijke richting waar het fietspad zich richting de Hollandse IJssel begeeft. We merken op dat er veel variatie aan vegetatie is in de berm. Zowel plekken met een hoge, snelgroeiende vegetatie als lage, kruidenrijke vegetatie. Voornamelijk bij passeerplekken blijkt de bodem erg schraal en duiken rietorchissen, kamgras, veelkleurig vergeet-mij-nietje en egelboterbloem op. We vermoeden dat voor deze passeerplekken bij de aanleg zand is gebruikt wat de extra schrale vegetatie zou verklaren.
H
et was een nuttig veldbezoek waar meteen eventuele aanpassingen in het beheer van deze berm zijn besproken. Bij de eerste maaironde in juni blijft een brede oeverand met vegetatie staan zodat de berm jaarrond nectar kan bieden voor insecten. Soorten als echte valeriaan, grote kattenstaart en moerasspirea beginnen half juni pas net met bloeien. Daarnaast worden een aantal locaties met een grote dichtheid van grote ratelaar en rietorchis alleen gemaaid bij de tweede maaironde in september. Zo krijgen zij alle tijd om zaad te zetten en zich verder te kunnen verspreiden in de Krimpenerwaard.
M
ei en juni zijn de mooiste maanden om eens van de fiets af te stappen en een kijkje te nemen wat er allemaal groeit en bloeit in de Molenvlietberm. Met een beetje mazzel scheert er zelfs een zwarte stern over op jacht naar insecten die afkomen op alle nectarplanten. d
V.l.n.r.: Een gevarieerde brede berm met veel grote ratelaar wordt bewonderd, kamgras staat op de Rode Lijst, de rose versie van de rietorchis, Stef en Martijn Guichelaar (HHSK) bespreken de beste beheerstrategie tussen de paarse rietorchissen; foto’s: Joke Colijn
WAARDVOGEL | JUNI 2018 41
Graslandvlinderproject een update Max Ossevoort
De NVWK is dit jaar gestart met een driejarig project dat als doel heeft graslandvlinders en wilde bijen te ondersteunen. Dit doen we door verplaatsingsroutes en geschikte leefomgevingen (habitats) te creëren voor deze soorten waardoor deze zich kunnen verspreiden over de Krimpenerwaard en er genetische uitwisseling tussen de lokale populaties mogelijk is. Het project bestaat dus uit twee opgaven: 1. Het realiseren van bloemrijke verplaatsingsroutes langs en door de Krimpenerwaard en 2. Het aanleggen van habitats, leefgebiedjes waar niet alleen gegeten kan worden maar waar ook voortplantings- en overwinteringsmogelijkheden aanwezig moeten zijn. a
D
e verplaatsingsroutes. De verplaatsingsroutes worden gevormd door veelal de buitenzijden van dijktaluds en ecologisch beheerde bermen, als een netwerk in de Krimpenerwaard. Om die doelstelling te bereiken wordt druk overleg gevoerd met zowel de provincie Zuid-Holland, verantwoordelijk voor het bermbeheer langs de N-wegen en het HHSK voor de dijktaluds en vele bermen. Inmiddels zit daar schot in. Omdat er verschillende partijen zijn betrokken bij het onderhoud is afstemming tussen partijen, gerelateerd aan onze doelstelling een van de grootste uitdagingen. We zijn nog niet op het punt aangekomen dat alle noodzakelijke aanpassingen zijn vastgelegd in overeenkomsten, maar er is al vooruitgang geboekt.
D
e inrichting van leefgebieden (habitats) In de vorige Waardvogel heeft u kunnen lezen dat op zowel de Weydeblick bij Lekkerkerk als de Lekweide bij Bergambacht, na grondbewerking, is ingezaaid. Het was afwachten hoe het uit zou pakken. De Lekweide geeft het beste resultaat (zie foto): het eenjarig mengsel komt mooi verdeeld over het perceel op, en heeft al aantrekkingkracht op wilde bijen en vlinders. Van het tweejarig mengsel is echter weinig opgekomen. Wel staan er in de noordoostelijke punt van het gebied nogal wat raapzaadplanten en akkerdistel tussen de vegetatie. Om het tweejarig mengsel een betere kans te geven om tot ontkieming te komen is maaien en afruimen de beste optie en dat zal een dezer dagen gaan gebeuren. De Weydeblick is een heel ander verhaal: als grondbewerking is daar alleen gefreesd. Hierbij is de zodenmat kapot gemaakt zodat het nieuwe zaad in de aarde kan vallen, maar wordt ook de oude zaadbodem blootgesteld aan het daglicht. Hierdoor kan het daarin aanwezige zaad ook tot ontkieming kan komen - en dat deed het. Meer dan 90% van het zaad dat kiemde bestond uit akkerdistel en raapzaad (zie foto). Hierdoor werd het ingezaaide zaad overwoekerd, waardoor geen kieming plaats vond. Een onvoorzien rampje dus. Inmiddels is er gemaaid en is het afwachten of het nieuwe zaadmengsel nu wel kan ontkiemen, anders zal er mogelijk nog een tweede maaironde plaatsvinden.
HET IS KLEIN NAAR UW NIEUWE BIJ EEN UW HUIS PASTSTAPJE EEN MOOIE TUIN! TUIN,EenMET MOLENAAR HOVENIERSBEDRIJF! mooie tuin zorgt voor ontspanning. Op zoek naar een hovenier die u kan helpen met het ontwerpen, aanleggen of onderhouden van Wij ontwerpen zulke tuinen, leggen ze aan en uw tuin? Dan bent u bij Molenaar aan het goede adres! Graag adviseren wij u in een geheel onderhouden voor het vakwaar en met vrijblijvend gesprek. ze. VaakMet zienliefde wij mogelijkheden u zelf nog nooit aan hebt gedacht. dehouden creativiteit die u van hoogwaardig Daarbij wij rekening meteen uw wensen, zodat uw tuin het verlengstuk van uw woning wordt waarvan u veel extra wooncomfort zult ervaren! hoveniersbedrijf mag verwachten.
A. Molenaar Hoveniersbedrijf brengt elke tuinwens in praktijk, met respect voor de natuur en met gebruikmaking van de beste materialen. We gaan daarbij geen enkele uitdaging uit de weg, ontzorgen u totaal! Heeft u interesse? Neem| TUINAANLEG dan contact met ons op TUINONTWERP | TUINONDERHOUD via 06-54967545 of mail naar op marc@amolenaar.nl Bekijk diverse projecten onze website www.amolenaar.nl
’t Hooge 5 | CD 2861Bergambacht EZ Bergambacht | T (0182)(0182) 35 18 35 61 18 61 Tussenlanen 20/b Zand | 2861 | Telefoon: Fax: (0182) 35 11 64 | | www.molenaarhovenier.nl E-mail: info@amolenaar.nl E marc@amolenaar.nl
42
WAARDVOGEL | JUNI 2018
We hebben hiervan geleerd dat frezen gevolgd door mechanisch spitten de voorkeur heeft, dus die methode gaan we in principe in de toekomst bij de volgende aan te leggen habitats gebruiken.Dit biedt nog geen garanties: de bodem is nu eenmaal overal anders. Op beide locaties zijn inmiddels ook zandheuvels en stukken boomstam met daarin openingen van diverse grootte aangebracht voor wilde bijen, om hun voortplantingskansen te vergroten.
I
n de eerste helft van augustus gaan we in de Nespolder en op Bilwijk en Koolwijk weer een paar gebiedjes inzaaien. Vier weken voorafgaande aan het inzaaien zal er eerst worden gefreesd en een zogenaamd vals zaaibed worden gecreëerd. Het doel daarvan is dat in de bodem aanwezige (ongewenste) zaden gaan kiemen, waarna die jonge planten vlak voor het moment van inzaaien kapot gefreesd kunnen worden. Hierdoor heeft gewenste zaaimengsel meer kans om te kunnen ontkiemen en groeien. Voor vragen over dit project of wilt u zich opgeven om in augustus mee te helpen zaaien? Mail naar Arie Kooy, xxxxxxxxxxx@xxxxxx.xx a
Verblijf in een ‘heidehuisje’ met een eigen vogelkijkhut grenzend aan een natuur- en stiltegebied. Nico de Haan ging u voor: ‘Als je niet aangestaard wordt door de Schotse Hooglanders dan word je wel begluurd vanaf de kale topjes van het struikgewas door de roodborsttapuiten. Raven praten in de verte en in het voorjaar jodelt hier de wielewaal’. Kijk op: www.heidehuisje.nl of bel 06-81525089
WELKOM IN HET REESTDAL
Tuinontwerp en hoveniersbedrijf
'Projecten in het groen' ontwerp beplantingen onderhoud
www.projecteninhetgroen.nl
0 6 . 5 4 2 1 3 9 8 8
Reisgids 2016
jde bestemmingen Vogel- en natuurreizen naar wereldwi
reisprogramma ww Vraag de gratis Reis in 2018 reisgids aan! E in met ons mee!
www.birdingbreaks.nl • T ( 020) 779 20 30 • E info 100+ groepsreizen 22 fotoreizen 55 expeditiecruises 10 weekenden in Nederland
Vogel- en natuurreizen naar wereldwijde bestemmingen
EEN SELECTIE VAN ONZE REIZEN 2018: Spanje - Kraanvogels en meer in Extremadura € 1350,24 januari
Zweden in het vroege voorjaar € 1495,13 en 19 april
Polen, oerbossen en moerassen € 1495,10 mei
Gambia € 2350,5 februari
Lesbos: vogeleiland! € 1450,23 april
Canarische Eilanden € 1975,6 februari
Spanje: Grote Trapfotografie vanuit hutten € 1795,25 april
Expeditiecruise Vlissingen Spitsbergen V.a. € 1950,18 mei
Spanje, Extremadura. Easy Birding met Vogelbescherming! € 1350,18 en 25 februari, 4 maart en 14 april
woude ligt in het hart van de feervolle zalen zijn zeer geschikt e of feestelijke bijeenkomst. etverbinding zijn aanwezig. t complete maaltijden of buffetten. eid in eigen keuken. Bel ons voor:
Eilat: paradijs voor trekvogels € 1675,17 maart Costa Rica Easy Birding € 3995,17 maart Noord-Finland en Varanger in het vroege voorjaar € 1695,21 maart Ardennen in het voorjaar € 495,22 maart
IJsland in het voorjaar € 2750,26 april Texel € 360,27 april
Engeland, Farne Island Papegaaiduikers en meer! € 895,25 en 29 mei, 2, 6, 10 en 14 juni Noord-Spitsbergen IJsberenspecial v.a. € 3150,29 mei, 4, 5, 12, 15, 19, 22 en 29 juni
Georgië, Batumi Easy Birding € 1850,27 april Hongarije - Easy Birding € 1495,29 april Kazachstan: bergen, steenwoestijn en steppen € 3595,1 mei
Marokko: Hoge Atlas, Sahara en kust € 2125,2 april
Vraag de gratis reisgids aan!
12 jaar
met reizen ks.nl! gBrea Birdin • individuele reizen groepsreizen • cruises • fotoreizen
Reisgids 2018
Vogel- en natuurreizen naar wereldwijde
bestemmingen
www.birdingbreaks.nl T ( 020) 779 20 30 E info@birdingbreaks.nl
“De Zwaan” biedt ook een p afhaalmaaltijden en een sna Keuken geopend van 17.00 t woensdag, vrijdag en zaterd