Waardvogel
58e JAARGANG | NUMMER 1 | FEBRUARI 2019 WWW.NVWK.NL
De Vogelatlas is uit
14
Grauwe vliegenvanger
20
Actieplan Boerenlandvogels
24
Deel 1: vogelonderzoek en broedvogels
foto v
We kijken weer uit naar je komst!
an de
m
aa
Eindfase reddingsplan weide- en akkervogels
nd
Namen, telefoonnummers en e-mailadressen Bestuur
Voorzitter Secretaris Penningmeester Algemeen adjunct Bestuurslid Coördinator plantenwerkgroep Coördinator vogelwerkgroep Coördinator PR
Max Ossevoort, xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx Frans van der Storm, info@nvwk.nl Boschpolderstraat 14, 2807 LJ Gouda Jan de Boer, penningmeester@nvwk.nl bankrekening NVWK: NL82 RABO 0127 2948 80 Jaap Graveland, jaap.graveland@nvwk.nl Jan van Exel, xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx Stef van Walsum, planten@nvwk.nl Dirk-Jan van Roest, vogelwerkgroep@nvwk.nl Joke Colijn, xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx
XX XXXXXXXX XXX XXXXXX XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX XXX XXXXXX XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX XXX XXXXXX
Werkgroepen Redactie Waardvogel voor kopij Maria Spruit en Joke Colijn, nvwkredactie@gmail.com XX XXXXXXXX XXX XXXXXX Foto’s t.b.v. de website Redactie, nvwkredactie@gmail.com of Dirk-Jan van Roest, vogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXXX Werkgroep Ruimtelijke Ordening Ton de Groot, werkgroepro@nvwk.nl XX XXXXXXXX Sandra Bouwman, werkgroepro@nvwk.nl Coördinator vlinders- en libellen- werkgroep Gabrielle Heuvelman, xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx XX XXXXXXXX Coördinator weidevogelbescherming Klaas de Mik, xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx XX XXXXXXXX XXX XXXXXX Assistent weidevogelbescherming Joep Vermaat, weidevogels@nvwk.nl Coördinator werkgroep landschaps- onderhoud Patrick Heuvelman, landschapwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXXX Coördinator wintervogeltellingen Peter Berger, xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx XXX XXXXXX Hans Kouwenberg, xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx XXX XXXXXX Coördinator uilenwerkgroep Stefan van der Heijden en Laura Pezzoli, uilenwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXXX Coördinator erfvogelwerkgroep Jaap Graveland, erfvogels@nvwk.nl XX XXXXXXXX XXX XXXXXX Coördinator zwaluwenwerkgroep Nico van Dam, xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx XXX XXXXXX Coördinator jeugdwerkgroep Kees Janssen, jeugd@nvwk.nl XX XXXXXXXX Coördinator Knotgroep Krimpen Jos de Nood, xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx XXX XXXXXX Coördinator roofvogelwerkgroep Henk Visser, roofvogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXXX Jaap Jan Leeuwenburgh, roofvogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXXX Coördinator waterwerkgroep Marc van Bemmel, waterwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXXX XXX XXXXXX
Andere belangrijke instanties Dierenambulance Gouda e.o. Dierenbescherming Afdeling Krimpenerwaard Meldpunt m.b.t. milieu en de jacht Politie Hollands Midden, Regionaal Milieu Team Melden van zwerfvuil Contact opnemen met de gemeente Krimpenerwaard Meldpunt Laagvliegen Krimpenerwaard Vogelasiel Vogelklas Karel Schot Meldpunt klachten onderhoud sloten, Hoogheemraadschap van Schieland en de bermen of dijken Krimpenerwaard, info@hhsk.nl Milieutelefoon Bij verstoringen van de natuur Illegale (roof)vogelvervolging Melden via www.natuurverstoring.nl of bij de politie Onderzoek doodsoorzaak dieren Dutch Wildlife Health Centre www.dwhc.nl/meldingsformulier Meldpunt invasieve plantensoorten In bermen N-wegen ter bestrijding en monitoring: zuidholland@pzh.nl
0182 529059 0180 510984 0900 8844 140182 010 4733333 010 4857847 010 4537356 0888 333555 0900 8844
Lid worden? Wilt u actief deelnemen aan de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard of wilt u de doelstellingen van onze vereniging steunen, word dan lid. Op onze website kunt u alles over ons vinden, wat we doen en waar we voor staan. Meld u aan op www.nvwk.nl onder ‘de vereniging’, of stuur een e-mail naar info@nvwk.nl met uw gegevens. U kunt ook de secretaris bellen: 06 55812250. Zie de colofon voor de diverse lidmaatschappen.
2
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
Van de voorzitter
Colofon
Max Ossevoort
De Waardvogel ISSN 1384-8240 Jaargang 58 verschijnt 5 x per jaar, februariapril-juni-september-december
Het nieuwe jaar is al weer bijna twee maanden oud als u dit leest en Koning Winter heeft zijn visitekaartje afgegeven. Ik realiseer me dat dit helaas mijn laatste bijdrage ‘Van de voorzitter’ is. Ik had graag nog jaren Kopij aanleveren in deze functie de NVWK willen vertegenwoordigen, de vereniging die Vóór 15 januari, 15 maart, 15 mei, mij zo na aan het hart ligt, maar om gezondheidsredenen heb ik moeten 15 augustus en 15 november besluiten om het voorzitterschap los te laten. Oplage In de afgelopen zes jaren zijn we verder gegroeid als vereniging en dan 925 exemplaren doel ik niet alleen op het aantal leden. We hebben nieuwe werkgroepen opgericht, waardoor we nog breder invulling konden geven aan het bestuderen en ondersteunen E-mail redactie van de biodiversiteit. Ook hebben we onder andere een aantrekkelijke website weten te ontwikkelen Joke Colijn Maria Spruit met meer gebruiksgemak voor u en voor de redactie, de Waardvogel is kwalitatief op een nog hoger nvwkredactie@gmail.com niveau gekomen en we maken steeds meer gebruik van de moderne media om sneller met u en de ‘buitenwereld’ te kunnen communiceren. Denk hierbij aan Facebook, Twitter, recent Instagram en aan Website www.nvwk.nl de diverse Apps, maar ook aan de digitale Nieuwsbrieven. Ons externe netwerk is eveneens behoorlijk www.facebook.com/denvwk/ uitgebreid, waardoor we in de communicatie met andere partijen sterker staan. Zeker niet op de laatste https://twitter.com/denvwk plaats hebben we door het uitvoeren van verschillende projecten extra kunnen investeren in de natuur nvwk.nl en door deelname daaraan zijn meer leden actief geworden en hebben we ons positief geprofileerd. Secretariaat & ledenadministratie Projecten kosten geld, maar dank zij uw jaarlijkse bijdragen, de vele tienduizenden euro’s die we Frans van der Storm mochten ontvangen van zowel onze gemeentelijke als provinciale overheid, van fondsen, bedrijven en Boschpolderstraat 14 particulieren konden we aan al deze doelen invulling geven. Toch is niet alles rozengeur en maneschijn. 2807 LJ Gouda Niet al onze inspanningen hebben al tot het gewenste doel geleid: natuur kan ook weerbarstig zijn en info@nvwk.nl haar eigen tijd nemen. Contributie per kalenderjaar Daarnaast zien we om ons heen voortschrijdende veranderingen. Enerzijds signaleer ik een positieve € 5,- voor een jeugdlidmaatschap, bewustwording over het belang van natuur binnen onze samenleving; uiteindelijk is de realisatie van één kind t/m 16 jaar (het Krimpenerwaardse deel van) het Natuurnetwerk Nederland daar een van de uitvloeisels van. Maar € 17,- voor een basislidmaatschap € 22,- voor een gezinslidmaatschap Nederland wordt ook steeds voller, de bevolking neemt toe en meer infrastructuur legt steeds grotere druk op de al zwaar belaste natuur. Ook voor de Krimpenerwaard ziet de toekomst er in mijn ogen Bankrekeningnummer op dat punt niet erg rooskleurig uit. De dreigende bouw van duizenden huizen en de daarbij horende NL82 RABO 0127 2948 80 voorzieningen, een mogelijke tweede oeververbinding met de bijbehorende aansluitingen, maar ook de schaalvergroting, intensivering en verder gaande mechanisatie van agrarische bedrijven leggen Lid worden U kunt lid worden via www.nvwk.nl een steeds grotere druk op de stukjes natuur (ook agrarische natuur) die overblijven. En dat terwijl de of door een e-mail met uw gegevens Krimpenerwaard een kernfunctie vervult in het Groene Hart, de longen van onze provincie! Dit valt toch te sturen naar info@nvwk.nl niet te rijmen? Daarom moeten we ons gezamenlijk blijven inzetten om de natuur die we hebben te behouden. Voor Op de voorpagina Roodhalsgans, onszelf en als erfenis voor wie na ons komen. Mogen we daarbij op uw steun blijven rekenen? foto: Rick van der Weijden Als laatste wil ik u allen bedanken voor uw steun en bijdragen in de afgelopen zes jaren die ik aan het Foto van de maand: roer mocht staan. Zonder ondersteuning van leden functioneert een bestuur nu eenmaal niet. Ik verlaat Vuurgoudhaan, de vereniging niet; ik blijf lid van de werkgroepen waar ik nu deel van uit maak, dus de kans is groot dat foto: A.G. Versluis Overname van artikelen we elkaar ergens in het veld weer tegen komen. Overname van artikelen uit dit blad Als laatste wens ik u weer veel genoegen met deze Waardvogel. Naast artikelen waaruit de zorgen is toegestaan met bronvermelding voor onze toekomst spreken, vindt u informatie over grote plannen, verbreden van kennis, bijzondere natuurmomenten en geslaagde acties. Ik zie uw graag op onze Algemene Ledenvergadering op 27 maart as.! Disclaimer Artikelen of uitingen van derden in de Waardvogel geven niet noodzakelijkerwijs de mening van de redactie of van de Natuur- en Belangrijke gegevens 2 Vogelwerkgroep Krimpenerwaard weer, maar zijn voor rekening van de Van de voorzitter 3 Even Noteren 4 auteurs, de geciteerden of de bron.
In dit nummer
Drukkerij Efficiënta Krimpen aan den IJssel Zie advertentie Voor advertenties nvwkredactie@gmail.com Jaartarief (= vijf edities): 1/8 pagina: € 50,1/4 pagina: € 90,1/2 pagina: € 150,-
Historische Waardvogels 5 Vuurgoudhaan, foto van de maand 5 Roodhalsgans op de voorpagina 6 Klussenbank: wie helpt mee? 7 Eendenkuikens tellen 8 Leeuweriken 10 Kom jij de NVWK versterken? 11 Vogelcursus is volgeboekt 11 Weidevogelcafé geslaagd! 12 Begin(ners)excursie determineren en tellen planten 13 De Vogelatlas is uit 14
Startavond weidevogelseizoen 2019 19 Grauwe vliegenvanger 20 Uitnodiging ALV op 27 maart as. 22 Bloedmaan 22 Resultaat Tuinvogeltelling 2019 23 Actieplan Boerenlandvogels 24 Uilenballen pluizen 26 Nestkastenproject krijgt bijzonder vervolg 27 Natuurstruinroutes 29 Waard(e)vol wonen en werken 30 BMP en ringonderzoek 2018 33 Jaarverslag 2018 van de NVWK 36 Overwinterende roofvogels 38 Vlinderwerkzaamheden 40 Natuurmaatregelen gunstig voor weidevogels 42 d WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 3
Even noteren
S
noeien en knotten bij fam. Van der Laan-van Rooyen Zaterdag 2 maart van 9.00 tot 15.00 uur De laatste werkdag van het seizoen van knotgroep Krimpen. We gaan snoeien en allerlei zaagwerk doen op Zuidbroek 138. Wil je komen helpen, bel eerst Jos de Nood, tel XXX XXXXXX.
S
tartavond weidevogelseizoen 2019 Woensdag 6 maart 2019 van 20.00 tot 22.00 uur Voor de onderwerpen die ter sprake komen zie pagina 19. Weidewachters, ACK, hun boeren, drone-team en potentieel geïnteresseerde weidewachters en piloten: welkom! Contactinformatie: xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx of zie pag. 19. De Zwaan, Kerkweg 2, Berkenwoude. Zaal open om 19.30 uur.
V
ogelexcursie naar landgoed Heidestein Zaterdag 9 maart 2019 om 8.00 uur Bij droog weer gaan we naar het landgoed Heidestein bij Zeist; een afwisselend bos- en heidegebied met een wandeling van 6 km. Wanneer het weer onbestendig is vertrekken we naar de Brabantse Biesbosch om te vogelen vanuit de auto’s. We verzamelen bij de pont in Schoonhoven op de eerste grote parkeerplaats na de dijk. Vertrek om 8.00 uur. Houd Facebook, Twitter en de site in de gaten voor nadere info of bel Ton de Groot, XXX XXXXXX.
R
eservedatum voor knotgroep Krimpen Zaterdag 9 maart 2019 Reservedatum om af te maken wat niet klaar kwam. Info bij Jos de Nood, xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx.
W
intervogeltelling Het weekend van 16 en 17 maart 2019 Info bij Hans Kouwenberg, XXX XXXXXX of Peter Berger, XXX XXXXXX.
C
ursus Weidevogelherkenning Donderdagavond 21 maart 2019 om 20.00 uur Boerderij Levensvreugd, Bovenberg 130, 2861 BD Bergambacht. Voor nieuwe weidewachters, voor wie zijn/haar kennis wil opfrissen, voor het droneteam en voor geïnteresseerden. Zie ook pagina 19. Contactinformatie: xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx of zie pag. 2.
A
lgemene Ledenvergadering en lezing Vogelatlas Woensdag 27 maart van 20.00 tot 22.00 uur Dé gelegenheid om mee te denken over beleid van de NVWK. Agendapunten en info over de lezing zie pagina 22.
C
ursus digitaal invoeren weidevogelgegevens Dinsdagavond 2 april vanaf 20.00 uur. Locatie: De Zwaan, Kerkweg 2, 2825 BS Berkenwoude. Doelgroep: nieuwe weidewachters en iedereen die grote of kleine problemen ervaart met invoeren. Meer info op pag. 19. Contactinformatie: xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx of zie pag. 2.
P
raktijkochtend weidevogelbescherming Zaterdagochtend 6 april van 09.00 – 12.00 uur. Locatie nader te bepalen. Zie voor doelgroep en meer info pag. 19. Contactinformatie: xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx of zie pag. 2. 4
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
B
egin(ners)excursie determineren en tellen planten 13 april 2019 vanaf 10.00 uur Floron organiseert deze excursie naar Hekelingen (bij Spijkenisse) om er (weer) in te komen: voor beginners die willen leren inventariseren en voor de gevorderden die er zo aan het begin van het seizoen weer lekker in willen komen door plantennamen en determinatietabellen weer even op te halen. Voor meer info zie pag. 13 of bel of mail Stef van Walsum, contactinformatie op pag. 2.
W
intervogeltelling Het weekend van 13 en 14 april 2019 Info bij Hans Kouwenberg, XXX XXXXXX of Peter Berger, XXX XXXXXX.
B
ig Birding Day Zaterdag 4 mei 2019 van 05.00 tot 17.00 uur Deze jaarlijkse happening voor fanatiekelingen betekent ‘s morgens om 05.00 uur aanwezig zijn bij Café Restaurant De Loet voor het startsignaal, en in een groepje twaalf uur lang zoveel mogelijk vogelsoorten zien te scoren. Meer informatie en aanmelden: vogelwerkgroep@nvwk.nl of XXX XXXXXX.
W
eidevogelsafari Zaterdag 4 of 11 mei 2019 Locatie en tijd worden nog bekend gemaakt. Zien we de Big Five? Rond deze tijd is er veel leven in de polder en de kans op mooi weer is groot. Verwonder je hoe fel weidevogels hun territorium verdedigen, bekijk hun gedrag en geniet van hun geluiden. Met wat geluk zien we kleine pullen. Neem een kijker mee als je die bezit. Wie weet krijgt het beschermvirus je ook te pakken. Deze activiteit is zeker ook geschikt voor kinderen. Contactinformatie: xxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxx of zie pag. 2.
K
ilometerhok inventarisatie planten 9 mei 2019 tot 12 september 2019 om 18.30 uur op elke donderdagavond in oneven weken. Elke donderdagavond in de oneven weken inventariseren we een kilometerhok in de Krimpenerwaard. We starten om 18.30 uur en gaan door tot het donker wordt. In één avond proberen we alle plantensoorten in het kilometerhok op naam te brengen. Bij deze inventarisaties zijn er altijd één of meerdere plantenkenners aanwezig. Voor beginnende plantenliefhebbers zijn deze inventarisaties een uitstekende gelegenheid om je plantenkennis bij te spijkeren. Wil je ook (een keer) mee op pad, mail Stef van Walsum (planten@nvwk.nl) dan ontvang je een paar dagen van te voren een bericht waar we verzamelen, of bel XXX XXXXXX.
O
vertuin Festival in de Overtuin, Haastrecht 18 mei 2019 van 15.00 tot 19.30 uur. De Overtuin Bisdom van Vliet in Haastrecht heeft de laatste jaren een metamorfose ondergaan. Vele vrijwilligers hebben hieraan meegewerkt. De NVWK heeft in het kader van het erfvogelproject medewerking verleent en sinds twee jaar wordt er een broedvogelmonitoring gedaan. Culturele Stichting ‘De Haastrechtse Kring’ organiseert ter van de fraaie resultaten een festival in de Overtuin. Er zijn stands van de organisatoren, er is muziek, een hapje en drankje en er worden diverse activiteiten georganiseerd zoals rondleidingen, kabouterwandeling en een lezing door dr. ir. Arnold van Vliet. De NVWK zal aanwezig zijn met een stand. Locatie van de Overtuin: Liezeweg 31, 2851 ED Haastrecht, tegenover het Museum Paulina Bisdom van Vliet (Hoogstraat 166, 2851BE Haastrecht). D
Historische Waardvogels deel 1 Oud papier of waardepapier? Hans Kouwenberg In de Klussenbank staat een oproep om mee te helpen (die hulp krijg ik nog steeds graag!) aan het invoeren van data uit oude Waardvogels en rapporten. Daarvoor heb ik vele Waardvogels ingescand. Bij het doornemen kwam ik hele leuke en interessante artikelen tegen. Belangrijk zijn de waarnemingen uit de natuur, leuk vind ik het om te zien hoe de Waardvogel is geëvolueerd tot het full colour blad dat we nu hebben. Voor deze rubriek lees ik een oude Waardvogel door en noteer wat mij opvalt. Als eerste bespreek ik hier de oudste Waardvogel die ik tot nu toe ben tegengekomen: het december/kerstnummer uit 1971. d
O
p de voorpagina staan twee baltsende futen, een tekening van de heer W. Fontijne, de toenmalige penningmeester. Het bestuur bestaat behalve uit een penningmeester uit nog vier leden: voorzitter R. F. den Breejen, secretaris J. van den Heuvel, natuurhistorisch secretaris A. de Waal en redacteur A. W. Brand.
B
ij een onderzoek van de KNNV zijn 13 nesten van ransuilen en 6 of 7 van bosuilen gevonden in onze waard. De eerste trektelling in het weekend van 2 en 3 oktober “viel volkomen in de mist zodat er niet kon worden waargenomen”. Op 16 oktober werden wel leuke aantallen gezien, zoals 2564 spreeuwen, 108 koperwieken en 2 kramsvogels op de post Graafkade bij de eendenkooi. Op de andere post Tiendweg bij/in polder De Nesse 2139 spreeuwen, 43 koperwieken en 8 ringmussen. In het verslag over het ringen van boerenzwaluwen staat een terugmelding van een in Ouderkerk aan den IJssel geringde vogel uit Warrenton Zuid Afrika, 9100 kilometer ver.
I
n het voorjaar van 1971 is in verschillende polders een transectonderzoek gedaan, waarschijnlijk een voortzetting van iets beschreven in “mededeling 17, transectonderzoek in de Krimpenerwaard”. Er zijn tellingen gedaan bij Graafkade, polder Den Hoek, Reekade, Bergvlietkade en Visserskade, een gebied van 625 hectare. Het eerste wat mij opviel was het totaal ontbreken van ganzen, geen enkele is er geteld. Ook het aantal knobbelzwanen viel op, alleen tijdens twee tellingen bij de Graafkade zijn er in het totaal 23 gezien. d
Vink,foto: Peter Stam
Vuurgoudhaan foto van de maand Maria Spruit
Wanneer je een vuurgoudhaan goed in beeld krijgt is dat een feestje. Dit is A. G. Versluijs afgelopen winter diverse malen goed gelukt, gezien de foto’s die op krimpen.waarneming.nl staan. Een vuurgoudhaan lijkt erg op een goudhaan, maar met nog sprankelender kleuren: een wit streepje boven het oog, een zwarte oogstreep en een mooie goudgele gloed op de overgang tussen kop en rug. Goudhaantjes zijn met 8,5 cm de kleinste Europese vogelsoort, samen met de vuurgoudhaan die slechts een centimeter groter is. Vuurgoudhaantjes trekken geregeld samen op met goudhaantjes. Wanneer je een groepje goudhanen in het oog krijgt vind ik het een uitdaging om daar een vuurgoudhaantje tussen te vinden, want makkelijk is het niet om die beweeglijke vogeltjes met de kijker te volgen. d
B
ij beide soorten heeft het mannetje een oranje kruinstreep en het vrouwtje een gele. Bij opwinding of paargedrag kunnen ze hun kruintje omhoog zetten. In de wintermaanden zijn goudhaantjes en vuurgoudhaantjes in onze waard aan te treffen. Waarschijnlijk zijn dit bezoekers uit Denemarken en Duitsland, maar er is weinig bekend over het trekgedrag van de soorten. Goudhaantjes en vuurgoudhaantjes eten kleine insecten. Al foeragerende trekken ze door de bomen, met een voorkeur voor naaldbomen, terwijl ze af en toe kortdurend als een kolibrie even stilhangen in de lucht. Bron: www.sovon.nl d WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 5
Roodhalsgans op de voorpagina Tekst: Maria Spruit, foto’s: Adri de Groot, www.vogeldagboek.nl
Ganzen zijn opvallende vogels en er is geen mens die geen mening heeft over de gans. Nu bestaat ‘dé gans’ natuurlijk niet, er zijn vele soorten ganzen. Nederland is de afgelopen decennia verworden tot een ganzenland. Zeldzame ganzen zijn algemene soorten geworden, aantallen van bepaalde overwinterende ganzen lopen juist terug en er zijn nieuwkomers in de vorm van exoten. Er valt veel over te vertellen en om die reden hebben we dit jaar ‘ganzen’ als thema voor de covers van de Waardvogel gekozen. d
D
e ganzenwereld van Nederland kun je indelen in winterganzen, (overwinteraars en doortrekkers) en zomerganzen (broedvogels en overzomerende ganzen). In onze regio kunnen we o.a. de volgende soorten waarnemen: grauwe gans, brandgans, kolgans, roodhalsgans, toendrarietgans, dwerggans en kleine rietgans. Daarnaast zijn er een aantal exoten waarvan de nijlgans en de grote Canadese gans verreweg het grootste aandeel vormen. Exoten (ook wel escapes genoemd) zijn ontsnapte of met opzet vrijgelaten volièrevogels of afstammelingen daarvan. De witte boerenganzen die soms ten onrechte voor sneeuwganzen worden uitgemaakt, zijn een gedomesticeerde kweekvorm van grauwe ganzen. Vermengingen van diverse ganzensoorten met ontsnapte exemplaren geven vreemde kleuren en combinaties van andere eigenschappen, en worden door vogelaars nogal onrespectvol voor soepgans uitgemaakt of parkgans genoemd. Er zijn soorten die in onze regio in het wild voorkomen maar ook als volièrevogel gehouden worden. Daarom is het is niet altijd makkelijk om te bepalen of een gans een (ontsnapte of afstammeling van een) exoot of een wild exemplaar is. De aanwezigheid van een (hals- of poot)ring maakt veel duidelijk, maar als er geen ring is of de als ring niet afleesbaar Roodhalsgans De broedgebieden van roodhalsganzen liggen op de koude Midden-Siberische hoog-arctische toendra’s, aan de kust of in rivierdelta’s. Het leefgebied bestaat uit korte stevige plantengroei met dwergberk en korstmossen. Vaak broeden roodhalsganzen in kolonies, dicht bij het nest van een roofvogel, zoals slechtvalk of ruigpootbuizerd. Deze houden roofdieren op afstand. Vanaf juni broeden ze in kleine kolonies; de jongen zijn eind augustus/ begin september vliegvlug. Er wordt een ondiep nest gemaakt van planten, bekleed met donkergrijze donsveren en grassen, voor één legsel van zes of zeven eieren, bij uitzondering drie tot maximaal 10 eieren. Roodhalsganzen hebben een vegetarisch menu van grassprieten, jonge scheuten van veenpluis en andere groene plantendelen. In de winter eten ze ook wel waterplanten en oogstresten (mais, granen en aardappelen) op akkers, en gras op voedselrijke weilanden. In Europa zijn roodhalsganzen alleen in de winter waar te nemen. De vogels vertrekken eind september en overwinteren rond de Zwarte Zee, Kaspische zee en het Oeralmeer. In Europa bevinden de grootste concentraties overwinterende roodhalsganzen zich in Roemenië en Bulgarije. In Nederland is de roodhalsgans een vrij zeldzame wintergast: van het kleine deel van de roodhalsganzen dat doorvliegt naar WestEuropa belanden slechts enkele vogels in Nederland. De beste kans om een roodhalsgans te zien is in de wintermaanden op de grotere ganzen-pleisterplaatsen, bijvoorbeeld in ZuidwestFriesland of het Lauwersmeergebied én steeds vaker tussen rotganzen in het Waddengebied. Bron: www.vogelbescherming.nl
6
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
is, is het belangrijk om naar het gedrag en de omstandigheden van de waargenomen vogel te kijken. Geregeld blijft er ruimte voor discussie.
D
e roodhalsgans op onze voorpagina is een zeer schaarse wintergast. Hij trekt altijd op met andere ganzensoorten als brandganzen, maar ook met rotganzen. De rotganzen op de voorpaginafoto verraden dat de foto niet in de Krimpenerwaard gemaakt is. Rick van der Weijden heeft deze prachtige foto op Schiermonnikoog gemaakt. Het lijkt zo’n opvallende gans, maar om hem te ontdekken tussen de vele andere ganzen blijkt opvallend lastig te zijn. Roodhalsganzen zijn prachtige ganzen en worden dan ook geregeld als volièrevogel gehouden. De meeste roodhalsganzen die je ziet zijn dus exoten. Zeker wanneer zo’n exemplaar dichtbij zwemt zoals op de foto hieronder, is hij zeer verdacht als ontsnapte volièrevogel. De onderste foto geeft een overtuigender beeld van een ‘echte’ wilde roodhalsgans. d
Klussenbank: wie helpt mee?
De NVWK krijgt het steeds drukker. Dat is prachtig, want in de praktijk betekent het dat we als vrijwilligersvereniging meepraten bij de grote projecten die worden uitgevoerd in de Krimpenerwaard en daar het natuurbelang kunnen inbrengen, maar ook dat we uit eigen initiatief met projecten kunnen aankloppen bij de beide gemeenten, waterschap en provincie. Helaas schieten daardoor bepaalde klussen erbij in en hebben we voor de projecten extra handen nodig. Daarom hebben we een klussenbank opgericht; er staan ook klussen op de site onder Actueel. Vaak gaat het om kortlopende taken, soms komt een klus op herhaling. Wie helpt mee?
Neem ons mee op excursie
Wees de ogen en oren in je buurt
Bij verbouwingen, renovaties, groot tuinonderhoud of bij nieuwbouw gebeuren door onnadenkendheid soms kleine natuurrampjes die voorkomen hadden kun nen worden. Een boom met een duivennest die wordt omgehaald in het broedseizoen, een schuur die gesloopt wordt waarin vleermuizen overwinteren, renovatie van een huizenblok waar onder de dakpannen altijd gebroed wordt. Het is bij wet verplicht om rekening te houden met de fauna, onze werkgroep Ruimtelijke Ordening kent de regels. Er zijn bijna altijd eenvoudige oplossingen, daarbij helpt RO ook. Wandel je regelmatig een stukje (met de hond?) door Up-to-date houden van de NVWK-site je eigen kern of buurt, wees dan daar de oren en ogen van onze We krijgen gelukkig veel complimenten voor onze website! Na- onderbezette werkgroep RO. Ook kun je de plannen van omtuurlijk willen we dat die goed wordt bijgehouden, zoals de gevingsvergunningen checken – het gaat immers om het groen, Nieuwsberichten, de Agenda en met nieuwe content. Sabrina de vogels en de natuur in je eigen wijk! Bij acute problemen of van Roest vindt dit al een uitdaging. Wil jij met toekomstige plannen: neem contact op met de werkgroep RO. haar een team vormen zodat dit klusje niet stil ligt Iedereen kent zijn of haar directe leefomgeving het best, het kost als zij op vakantie gaat of ziek is? De content krijg nauwelijks extra moeite en je helpt de natuur, jezelf en iedereen je aangeleverd, het gaat om het plaatsen. Stuur in je wijk. Laat weten dat je meehelpt: de gegevens van de werkeen mailtje naar de NVWK redactie of bel, gegegroep RO staan op pagina 2. Zo bouwen we een netwerk van vens op pagina 2. natuurbewuste bewoners op in de Krimpenerwaard. Als je aardig thuis bent in een bepaald groen werkveld, of je kent een mooi natuurgebiedje, maak geïnteresseerden dan deelgenoot en neem ons een keer mee. Je hoeft echt geen specialist te zijn, samen komen we er wel uit, het gaat immers om de beleving! Maar ook als je wél ergens op gespecialiseerd bent is dit leuk. Neem contact op met Jaap Graveland, hij weet hoe je zoiets aanpakt en wij doen de PR. Hou je natuurgeheimen niet langer voor jezelf maar laat anderen meegenieten! Gegevens Jaap op pagina 2.
De NVWK op streekmarkten en braderieën Help padden veilig oversteken! Tot voor enkele jaren hadden wij regelmatig een standje op jaarmarkten e.d. waarop aan belangstellenden uitleg werd gegeven over onze doelstellingen en onze acties. Hier werden ook nieuwe leden geworven. Er komt helaas niets meer van en dat is een gemiste kans om ons te profileren. Vind je het leuk om een paar maal per jaar bij zo’n standje te staan en de doelstellingen van de NVWK uit te dragen? De spullen om je stand ‘groen’ aan te kleden zijn uiteraard beschikbaar. De frequentie bepaal je zelf. Inmiddels heeft zich iemand gemeld maar omdat het niet zo leuk is om in je eentje een kraampje te bemensen, zoeken we nog iemand! Informatie bij Joke Colijn, contactgegevens op pagina 2.
Logistiek regelaar van jeugdactiviteiten
Onze jeugd is een beetje klaar met knutselen, kids beleven liever avonturen en geef ze eens ongelijk. Nu hadden we bedacht dat ze best mee kunnen doen met activiteiten voor volwassenen, steeds met een andere NVWK-werkgroep. Dat is veel spannender en niet zo kinderachtig. De activiteiten bestaan dus al, maar dan moet er logistiek en vanuit het oogpunt van veiligheid nog wel het e.e.a. gebeuren voordat kids mee kunnen doen. Dat zal voor elke activiteit anders zijn, dus je moet soms wel een beetje creatief kunnen denken. Vanzelfsprekend sta je voor de uitvoering van je plan niet alleen. Wil je met ons sparren hoe dit vorm kan krijgen? Bel of mail Jaap Graveland, gegevens op pagina 2.
In het vroege voorjaar ontwaken salamanders, padden en kikkers om naar hun geboortesloot te trekken en daar eitjes af te zetten die vervolgens worden bevrucht. Wegen heelhuids oversteken is niet hun sterke punt en je ziet dan ook veel platgereden dieren. Help mee om de Stolwijkse populatie veilig over te brengen! ‘s Avonds patrouilleer je in een veiligheidshesje een paar uurtjes langs de favoriete sloot en in de aanliggende wijk met een schepnetje en een zaklamp. Je bent niet alleen, je wordt volgens je beschikbaarheid ingedeeld tussen februari en april en het is gewoon leuk! Ben je minimaal 15 jaar? Geef je op bij pat.buckley@dierenbescherming.nl of bel Joke Colijn voor informatie, zie pag. 2.
Schoonmaken nestkasten Springerpark
Onze voormalige penningmeester woont in Schoonhoven en hij maakte jarenlang samen met een vriend eenmaal per jaar de nestkasten schoon in het Springerpark. De heren zijn niet meer zo piep en volgens hen wordt de ladder steeds hoger. Ze blijven voortaan liever met twee benen op de grond. Wie nemen deze schone taak eenmaal jaarlijks van hen over, liefst ook samen? Die ladder wordt geregeld. De vogels zullen jullie heel dankbaar zijn! Neem contact op met de voorzitter, zie pagina 2.
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 7
Eendenkuikens tellen Wat levert het op? Erik Kleyheeg Het kan u de afgelopen jaren bijna niet ontgaan zijn: er zijn zorgen over de wilde eend. In 2015 publiceerde Sovon een rapport met de schokkende conclusie dat de wilde eend, één van onze meest talrijke broedvogels, sinds de jaren ´90 al met 30% is afgenomen. Hoe is het toch mogelijk dat juist deze soort, die zo graag in de buurt van mensen leeft en praktisch alles eet, zo achteruit gaat? Het is een fascinerende vraag, waar ook in het Sovon-rapport geen antwoord op kwam. Sterker nog, de jachtdruk is in de laatste decennia alleen maar afgenomen, en op basis van ringgegevens blijkt de overleving van volwassen vogels zelfs te stijgen. Er was één aspect waar destijds nagenoeg niets over bekend was: de kuikenoverleving. Zou het daar mis gaan? Het was een vraag die mij al een paar jaar bezig hield, maar het Sovon-rapport was de druppel. Tijd voor onderzoek, want weten is meten! d
W
at is het doel? Eendenkuikens verlaten al ongeveer een dag nadat ze uit het ei komen hun nest om daar nooit meer terug te komen. Vanaf dat moment is het een grote uitdaging om ze te volgen en te onderzoeken. Dat is de reden dat we, ondanks dat de wilde eend zo talrijk is, eigenlijk heel weinig weten over het reilen en zeilen van eendenkuikens. Het verzamelen van basisinformatie is dus al een waardevolle bijdrage aan onze kennis. Een goed voorbeeld is het moment waarop eendenkuikens verschijnen. Dat is mooi terug te rekenen als je beschikt over een groot aantal waarnemingen van kuikens met informatie over hun leeftijd. In 2016 en 2017 zagen we dat de uitkomst piekt in eind april, terwijl dit in 2018 duidelijk later was. De gemiddelde uitkomstdatum in 2018 was 10 dagen later dan in 2017. Dat klinkt niet als heel veel, maar in het voorjaar, wanneer de natuur zich enorm snel ontwikkelt, kan dat grote consequenties hebben voor de overleving van de kuikens.
Een vrouwtje wilde eend met piepjonge kuikens, foto: Erik Kleyheeg
B
urgerwetenschap Hoe kom je meer te weten over de biologie van eendenkuikens in Nederland? Waar begin je? Het was glashelder dat ik daar in mijn eentje nooit een goed landelijk beeld van zou kunnen krijgen. Maar wat zou kunnen helpen is dat iedereen de wilde eend kent én dat (bijna) iedereen een zwak heeft voor eendenkuikens. Als je kuikens hoor piepen, dan wordt je aandacht toch vanzelf getrokken? Ik dacht: als iedereen het nou eens zou melden als ze een wilde eendenfamilie zien, dan zou dat een schat aan waarnemingen opleveren. Een ideaal onderwerp dus voor burgeronderzoek, of zoals de ingeburgerde Engelse term luidt, citizen science.
K
uikens melden: van e-mail tot app In het voorjaar van 2016 deed ik een oproep aan wie het wilde horen om eendenkuikens te melden. Op een speciaal e-mailadres (eendenkuikens@ gmail.com) konden mensen hun waarnemingen van eendenkuikens doorgeven. Via mijn werk bij het NIOO [Nederlands Instituut voor Ecologie, red.] kon ik een persbericht de deur uit doen. Dat leverde direct een overweldigende respons op, vooral talloze verhalen van mensen die zich zorgen maakten om de wilde eend. Kort daarop sloot waarneming.nl aan bij het project door bij de invoer van eendenwaarnemingen te vragen om het aantal kuikens te vermelden. In het eerste jaar kwamen er ruim 1800 meldingen van eendenkuikens binnen. In 2017 al meer dan 4000. In dat jaar kwam er vanuit de waarnemers de vraag of er geen app kon komen. Een vriend van mij zag daar wel een uitdaging in en begin 2018 werd de KuikenTeller app gelanceerd. Leuker kunnen we het wél maken, en makkelijker!
8
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
K
uikenoverleving Overleving van de kuikens, daar draait het eigenlijk echt om. De grote vraag is of er wel genoeg eendenkuikens groot worden om de populatie in stand te houden. Hoe kunnen losse waarnemingen van eendengezinnen daarbij helpen? Een eerste stap is om te kijken hoe snel het gemiddelde aantal kuikens per gezin afneemt met de leeftijd van de kuikens. Zo bleek dat in 2018 het aantal kuikens minder snel afnam dan in de beide voorgaande jaren. Een goed jaar dus, en dat was in het veld ook wel te zien: er waren ca. 50% meer gezinnen met grote kuikens te zien dan in 2017. Een tweede stap is het verzamelen van vervolgwaarnemingen van hetzelfde eendengezin. Als je goed oplet, zie je eendengezinnen vaak meer dan eens. Elke vervolgwaarneming is belangrijk: op die manier kun je uitrekenen hoeveel kuikens er per dag verloren gaan. Bij voldoende vervolgwaarnemingen kun je dat voor de hele landelijke eendenpopulatie doen. In 2017 kwamen genoeg vervolgwaarnemingen binnen om uit te rekenen dat ongeveer 19% van de eendenkuikens vliegvlug werd. Als je dit in een populatiemodel stopt, blijkt dat dit niet voldoende is voor een stabiele populatie. Dat is een sterke aanwijzing dat er inderdaad iets mis gaat in de kuikenfase.
E
en of meer oorzaken? De volgende vraag is: waarom worden er te weinig eendenkuikens groot? Hoe komt het dat dit 50 jaar geleden geen probleem was? Dat is een vraag waar dit onderzoek geen helder antwoord op kan geven, simpelweg omdat de opzet van het onderzoek hier niet geschikt voor is. Ondertussen krijgen we wel een indruk van wat er aan de hand zou kunnen zijn, zodat we vragen kunnen formuleren voor nader onderzoek. Predatie is natuurlijk het eerste waar je aan denkt als het gaat om kuikensterfte. Het klopt dat er allerlei dieren zijn die graag eendenkuikens eten en dit is een natuurlijk fenomeen.
De timing van het verschijnen van eendenkuikens in 2016, 2017 en 2018, waarbij duidelijk te zien is dat de wilde eend in 2018 beduidend later was dan in de voorgaande jaren. Dat lijkt een positief effect te hebben gehad op de kuikenoverleving.
Door betere natuurbescherming zijn er waarschijnlijk meer predatoren dan enkele decennia geleden. We moeten echter uitkijken dat we geen overhaaste conclusies trekken. Wilde eenden leggen veel eieren om predatie te compenseren. Ze houden er als het ware rekening mee dat een deel van de kuikens niet groot wordt. Maar om toch een paar kuikens groot te brengen zijn er wel een paar randvoorwaarden, namelijk dat er genoeg voedsel en dekking is. Als kuikens op veilige plekken niet voldoende kunnen eten, moeten ze foerageren op gevaarlijkere plekken, wat de kans op predatie vergroot. Als er geen of weinig dekking is, bijvoorbeeld door beschoeiing
van slootkanten, loop je altijd een grotere predatiekans. Waar predatie in de meeste gevallen dus de directe doodsoorzaak zal zijn, is dit lang niet altijd de kern van het probleem.
I
n 2018 een goed broedsucces In de loop van het voorjaar van 2018 werd duidelijk dat het broedseizoen voor de wilde eend uitzonderlijk goed was, tenminste in grote delen van het land inclusief de Krimpenerwaard. Laat in het voorjaar werden opvallend veel vrouwtjes waargenomen met een groot aantal grote (bijna vliegvlugge) jongen.
Het gemiddelde aantal kuikens per gezin nam in 2018 minder snel af over de leeftijd (per week) dan in de voorgaande jaren; een indicatie dat het een goed broedseizoen was.
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 9
Grote verschillen tussen jaren geven een inkijkje in de mogelijke processen die een rol spelen. Wat was er zo bijzonder aan 2018 waar de wilde eend van kon profiteren? Waarschijnlijk ligt dat aan het late broedseizoen: de meeste kuikens verschenen in 2018 bijna drie weken later dan in 2017. Hierdoor was mogelijk de oevervegetatie al verder ontwikkeld, was er meer voedsel beschikbaar voor de vroege kuikens en ook voor hun predatoren. Al deze factoren verhogen de kans op overleving van de kuikens. De reden dat het broedseizoen zo laat was, is waarschijnlijk de vorstperiode in maart. Alle sloten waren toen dichtgevroren en eenden moesten interen op hun reserves. De productie van eieren kost veel energie en de meeste eenden konden pas enkele weken na de vorstperiode beginnen met broeden.
O
nderzoek gaat door: doe mee! Ook het komende voorjaar gaan we weer verder met het onderzoek. Als we van meer jaren de kuikenoverleving kunnen berekenen, krijgen we een steeds beter beeld van de bedreigingen voor eendenkuikens. Die kennis kunnen we weer gebruiken om te proberen het tij te keren. Ondertussen zien we bijvoorbeeld de populatie van de krakeend floreren. Een van de prioriteiten voor de komende jaren is dus deze twee soorten met elkaar te vergelijken om erachter te komen hoe die verschillen ontstaan. U kunt daarbij ook helpen en meedoen is nu makkelijker dan ooit. Download de KuikenTeller app op uw smartphone of iPhone en meld de kuikens die u ziet!
Erik met een net geringd eendenkuiken van ongeveer 7 weken oud. Ringonderzoek is een aanvullende manier om meer te weten te komen over de overleving van wilde eenden. Foto: D. Zuniga
Bezoek voor meer informatie over het eendenkuikenproject mijn website www.erikkleyheeg.nl. d
Leeuweriken Tekst en illustratie: M. Bersma
Ooit waren er achter mijn huis weilanden met sloten, zover het oog reikte. Wanneer ‘s zomers de buitendeur open stond kon je de leeuweriken horen zingen, hoog in de lucht. Het was een geluid dat je een blij gevoel gaf. Sinds al die weilanden straten zijn geworden met huizen erlangs en de sloten vol baarzen drooggemaakt zijn, sinds de voorbij razende auto’s het gezang van de leeuweriken hebben verdreven, kan ik soms opeens zo onnoembaar verlangen naar dat vrolijke, heldere geluid, hoog in de lucht. Ik vertelde dit op een dag aan mijn jongste zoon. “Dan neem ik je mee naar een plaats waar je ze nog kunt horen en zien”, zei hij, “maar je moet er wel vroeg voor opstaan.” “Dat is geen bezwaar”, vond ik. Enkele dagen na dit gesprek, reden wij samen richting Zevenhuizen, waar hij parkeerde bij een uitgestrekt terrein, hobbelig, bedekt met gras en onkruid. Ik had er niet aan gedacht dat het gras zo nat was, vroeg in de morgen, dus al gauw sopten m’n voeten in m’n schoenen. Een stukje van ons verwijderd liepen twee ganzen luid snaterend naast elkaar. Ze hadden van alles te vertellen, we hielden zo’n beetje gelijke tred, totdat ze afbogen naar een eiland vol vogels, waar ze zich in het water lieten glijden. Opeens stonden we stil. Hoog boven ons steeg een leeuwerik luid zingend omhoog. Een klein stukje bij ons vandaan zat een leeuwerik in het gras, zo’n klein vogeltje. Het gezang, dat ik al zo lang niet meer gehoord had, ontroerde me diep. Ik was er heel dankbaar voor. d
10
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
Kom jij de NVWK versterken? We zoeken nieuwe bestuursleden Frans van der Storm, secretaris De NVWK is dé natuurvereniging van de bewoners in en rond de Krimpenerwaard. De NVWK werkt steeds meer samen met overheden, de terreinbeheerders, agrariërs en andere natuurverenigingen. Het bestuur wil dit nog versterken om meer voor natuur en landschap te kunnen doen en de bewoners er over te informeren. Met het vertrek van Max Ossevoort, Dirk-Jan van Roest en Jan van Exel uit het bestuur ontstaan drie vacatures; voor evenzoveel leden een kans om een mooie bijdrage te leveren aan die verdere ontwikkeling van de NVWK. Heb je interesse in één van de volgende onderwerpen? Vind je het belangrijk dat de NVWK als vereniging goed werk doet en goed werkt? Heb je daar wat tijd voor over? Lees vooral verder en, beter nog, bel of mail even met Jaap Graveland en/ of Frans van der Storm. d
W
at verwachten we van een bestuurslid? In onze visie stuurt het bestuur, dat wil zeggen we geven richting, stemmen af, we stimuleren en remmen soms ook even af. We zorgen ervoor dat de ruim 200 vrijwilligers zo goed mogelijk en met plezier hun inzet kunnen leveren en weten hoe dat past binnen de totaalactiviteiten van de NVWK. We zijn alert op de verbinding tussen onze omgeving en de NVWK, we werken intern en extern samen. We willen als een team opereren. Je hebt je eigen portefeuille, met je eigen verantwoordelijkheid maar je staat er dus niet alleen voor. We verwachten niet dat je dé specialist bent voor jouw portefeuille. Een eigen portefeuille betekent niet dat jij alles zelf moet doen. Integendeel, we zoeken bestuurders die coördineren en stimuleren en niet alles zelf uitvoeren, wat overigens niet wegneemt dat je beschikbare tijd ook kunt besteden aan activiteiten van de werkgroepen. Spreekt het bovenstaande je aan, laat het weten, dan gaan we graag om tafel met je om te zien wat je past.
W
at bieden we je? Je wordt lid van een team leuke mensen, gedreven, ambitieus, leergierig en behulpzaam. Je krijgt de gelegenheid en hulp om je in te werken in je nieuwe functie en in de netwerken die ertoe doen. Je vertegenwoordigt de ruim 800 leden van de NVWK, leert veel en vergroot je netwerk. Het kan ook bijdragen aan je cv.
A
lgemeen bestuurslid Als algemeen bestuurslid ben je verantwoordelijk voor de organisatie van lezingen en de ALV, de rubriek Even noteren in de Waardvogel, voor de inkoop en beheer van eigendommen van de vereniging, en voor de coördinatie van de hybride, thema
overstijgende werkgroepen (water, erfvogels).
D
e coördinator Vogelwerkgroepen Je draagt zorg voor de afstemming van de activiteiten van de werkgroepen (weidevogels, roofvogels, uilen, zwaluwen, slaapplaatsentellingen), ontwikkelt en onderhoudt contacten met externe partijen (bijv. Sovon, Z-H vogelaarsoverleg). Je stimuleert overdracht van kennis door bijv. excursies te (laten) organiseren.
D
e coördinator Ruimtelijke plannen De inzet van de NVWK op het vlak van ruimtelijke ordening is steeds belangrijker geworden. De NVWK wordt gekend vanwege haar deskundigheid, kennis van het gebied en haar constructief kritische inbreng bij strategische planvorming, bij omgevingsplannen en –vergunningen en bij de handhaving. Als coördinator vervul je een belangrijke rol bij het verder ontwikkelen en begeleiden van de werkgroep RO en het stimuleren van/ deelnemen aan overleggen met externe partijen (denk aan gemeenten, provincie, waterschappen, terreineigenaren).d De NVWK wil ‘aan de voorkant’ invloed uitoefenen bij overheden, projectontwikkelaars en woningcoöperaties, zodat de biodiversiteit in de gemeenten toeneemt en bij vergunningverlening vanaf het begin met biodiversiteit rekening wordt gehouden. Dat is effectiever, geeft minder weerstand en is leuker dan het checken van afzonderlijke vergunningaanvragen.
B
en je geïnteresseerd geraakt, of ken je iemand die mogelijk interesse heeft? Neem dan contact op met Jaap Graveland en/ of Frans van der Storm via info@nvwk.nl of xxxx@xxxxx.xxx. d
Vogelcursus is volgeboekt
D
it voorjaar loopt weer de NVWK-vogelcursus, die met 32 deelnemers is volgeboekt. De cursusavonden zijn op vier donderdagen: De bijbehorende excursies zijn op vier zaterdagen: 7 februari (winter- en watervogels), 9 februari - Berkenwoudse Driehoek, 14 maart (bosvogels, spechten, kraaien, roofvogels), 16 maart – Loetbos, 11 april (loofzangers, weidevogels, uilen, doortrekkers) en 13 april - helofytenfilter, De Kwakels, Nespolder, en 9 mei (moeraszangers, zwaluwen, meeuwen). 11 mei – Doovegat. Bij voldoende belangstelling proberen we de cursus volgend jaar te herhalen. De cursus wordt gegeven door Jaap Graveland en Jannie Monhemius helpt bij de excursies. d WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 11
• Zichtjagers: pakken rode wormen aan oppervlak
© Hendrik van Kampen
Weidevogelcafé geslaagd ! Napraten met drankje na presentatie over wormen
n in graslanden:
k
Tekst: Bernard de Jong, illustraties: Jeroen Onrust
Mocht u het komende voorjaar in de Krimpenerwaard iemand plat op de buik op een karretje in het weiland zien liggen, maakt u zich dan niet direct zorgen. De kans is groot dat hij of zij van dichtbij wormen in actie wil zien! Iedereen heeft wel eens een worm gezien, maar weinig mensen zullen zoveel wormen hebben gezien als Jeroen Onrust. Hij gaf op 17 januari in De Zwaan een presentatie over zijn jarenlange onderzoek naar wormen, met name in relatie tot de voedselbeschikbaarheid voor weidevogels. Eén ding is zeker: na het eerste door de NVWK georganiseerde - en geslaagde!! - Weidevogelcafé voor weidewachters en agrariërs, zullen de deelnemers heel anders kijken naar - en denken over - wormen! d
I
n de Nederlandse graslanden kun je vijf soorten regenwormen tegenkomen, die grofweg onder te verdelen zijn in ‘rode wormen’ (25%) en ‘grijze wormen’ (75%). De rode wormen bevinden zich in de bovenste laag van de zode en leven van grof organisch voedsel. Ze komen ‘s nachts aan de oppervlakte en trekken bijvoorbeeld strootjes uit ruige mest met hun zuigmondje in hun holletje. Die worden dan verteerd door schimmels en bacteriën. De wormen eten zowel deze micro-organismen als de verteerde plantenresten. Dit gebeurt ‘s nachts omdat regenwormen niet van zonlicht houden en een vochtig klimaat nodig hebben om te voorkomen dat ze uitdrogen. Wormen ademen door hun huid en in droge omstandigheden trekken wormen dieper de grond in, waarbij ze zich ‘in de knoop’ leggen om de hoeveelheid huidoppervlak te verkleinen. Wordt het weer dag, dan trekken de wormen zich terug, ook al waren ze nog niet klaar met hun laatste strootje. Je kunt dit soms zien aan strootjes die rechtop
veren ziet staan: ‘s nachts komen de wormen aan het oppervlak © Lars Soerin en dan is de kievit dus het meest actief. Tastjagers hebben langere snavels en halen met het gevoelige uiteinde het voedsel al tastend uit de bodem, zij zijn daarom minder afhankelijk van de rode wormen en kunnen ook overdag prima foerageren.
H
et aanbod van regenwormen speelt een belangrijke rol bij de aankomst van vogels uit hun overwinteringsgebieden. De vogels moeten dan opvetten en aansterken om op tijd in conditie
Tastjagers
©Lesley van Loo
Zichtjagers
© Bert Ooms
31‐Oc © Hendrik van Kampen
© Ricardo Atsma
NA
N = 266 tellingen op 128 graslan
Regenwormen inactief bij droogte of kou ©Lesley van Loo
© Bert Ooms
Tastjagers uit de grond steken. Grijze Zichtjagers wormen leven wat dieper in de grond en leven van fijner verteerd organisch materiaal. Net zoals wormen kunnen we ook weidevogels grofweg indelen in twee groepen: zichtjagers zoals de kievit en tastjagers zoals de grutto. Zichtjagers hebben grote ogen en eten vooral voedsel Regenwormen & Water dat direct zichtbaar is op de bodem. Voor deze groep vogels is de beschikbaarheid van rode wormen dus van groot belang. Dit is ook de reden dat je een kievit overdag vaak met de kop in de © Ricardo Atsma
Verdeling wormen groepen in graslanden: Regenwormen inactief bij droogte of kou
© Hendrik van Kampen
• Voorjaar 2015 • 8 reguliere graslanden: diep, gemiddeld of ondiep 12 WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 ontwaterd • Wekelijks monitoring: Verdeling wormen groepen in graslanden:
Regenwormen & Water • Tastjagers: pakken rode + grijze wormen (snavellengte) • Zichtjagers: pakken rode wormen aan oppervlak
Rode wormen komen naar oppervlak
te zijn voor het broedseizoen. Uit het onderzoek van Jeroen blijkt dat met name de rode wormen gevoelig zijn voor de intensivering in de landbouw. Op percelen waar drijfmest wordt uitgereden, zijn veel minder rode wormen beschikbaar dan op percelen met ruige mest. Ook het tijdstip van de mestgift is van belang: bij een latere mestgift (bijv. half maart) blijven de wormen ‘hongerig’ en daardoor meer aan de oppervlakte. Voor grijze wormen maakt dit allemaal weinig verschil. Rode wormen zijn voedzamer dan grijze wormen, dus een weidevogel is meer gebaat bij rode wormen. Rode wormen houden door hun graafwerk de structuur van de grond luchtig. Hier kan de boer zijn voordeel mee doen door de Regenwormen & water voorjaar 2015 wormen lang hongerig te houden waardoor ze elke nacht blijven graven. Op een bodem met een goede structuur groeit vegetatie beter en is de opbrengst dus groter. Wormen doen het werk! Door het uitrijden van drijfmest slaat de grond dicht en in
Regenwormen & Water
Regenwormen nog te pakken door tastjager
men komen alleen in het donker naar oppervlak
Regenwormen nog te pakken door zichtjager vochtige toplaag
capillaire werking
K
31‐Oct‐18
31‐O
Regenwormen & Water
ort samengevat is voor weidevogels in Nederland niet de hoeveelheid regenwormen een probleem, maar wel de beschikbaarheid ervan. De Krimpenerwaard heeft wel een andere bodemsamenstelling dan de studiegebieden van Jeroen (veen vs. klei-op-veen), waardoor de zuurgraad en het voorkomen van bacteriën en schimmels anders zal zijn. De resultaten uit zijntoplaag vochtige onderzoek zijn daarom misschien niet een op een te vertalen naar capillaire werking onze weilanden, maar desondanks geeft het onderzoek interessante aanknopingspunten om te proberen het aanbod aan regenwormen te vergroten. Bijvoorbeeld door het aanpassen van de mestgift, grondwater zowel qua tijdstip als qua hoeveelheid als qua samenstelling. In de praktijk zal het niet haalbaar zijn om dit overal zo uit te voeren, maar met wat extra aandacht voor de goede weidevogelpercelen is daar zeker wat te winnen. Het is zeer de moeite waard om (de Nederlandse samenvatting van) het proefschrift van Jeroen Onrust eens te lezen (titel: Earth, Worms and Birds, op onze site)! d
grondwater
Regenwormen & Mest Regenwormen & Water
e mest
combinatie met veelvuldige bewerking van de toplaag zorgt dit ervoor dat de capillaire werking (opstijging van het grondwater) verstoord raakt. Dit heeft tot gevolg dat de bovenste laag van de aarde uitdroogt en als het ware los laat van de grond eronder, het maakt dan ook niet veel meer uit hoe hoog de grondwaterstand is. In combinatie met het gebrek aan grof organisch materiaal zal dit ertoe leiden dat de rode wormen uit de grond verdwijnen, terwijl de grijze wormen zich dieper in de grond verstoppen. Bovendien wordt de indringingsweerstand groter, dus ook voor de tastjagers wordt het nu moeilijker om hun snavel in de grond te steken en voldoende voedsel te vinden!
Regenwormen & Bodemverstorin
• In grasland veel hogere dichtheid aan regenwo • Mestinjectie: – Verstoring toplaag – Bodemstructuur kapot, minder capillaire werking – Openscheuren grasmat, In grasland veel hogere dichtheid aan regenwormen versnelde uitdroging – toplaag ‘los’ van ondergrond, geen effect Drijfmest van peilverhoging
Regenwormen & Bodemverstoring
•
Skriezekrite Idzegea
Meer rode wormen bij extensiever beheer
Van Eekeren et al. (2008) Ap
Begin(ners)excursie determineren en tellen planten Floron organiseert deze excursie op 3 april 2019 naar Hekelingen (bij Spijkenisse) om er (weer) in te komen: voor beginners die willen leren inventariseren en voor de gevorderden die er zo aan het begin van het seizoen weer lekker in willen komen door plantennamen Van Eekeren et al. (2008) Appl. Soil Ecology 40 en determinatiekenmerken weer even op te halen. Kilometerhok 92-428 omvat een stuk van het dorp Hekelingen, moestuinen, de dijk en oevers van het Spui, een stukje recreatiegebied en wat weiland en akkers. Dit hok is nooit compleet onderzocht, dus wat we zullen vinden is een verrassing. Er is één bijzondere waarneming uit dit hok bekend: de bostulp. We zullen kijken of de tulpen er nog staan en misschien bloeien ze wel (het is er wel het 8 goede seizoen voor, maar ze staan erom bekend dat ze lang niet altijd bloeien). Verzamelen: Dorpsstraat 85, Hekelingen (parkeerplaats) om 10.00 uur. OV-reizigers kunnen een lift krijgen vanaf metrostation Spijkenisse centrum als ze zich daarvoor melden. Opgeven bij willemien.troelstra@xs4all.nl; informatie bij Stef van Walsum, planten@nvwk.nl of XX XXXXXXX. d WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 13
De Vogelatlas is uit Deel 1: vogelonderzoek en broedvogels Rudi Terlouw en Diny Buisman Tijdens de Landelijke Dag van Sovon op 24 november werd de Vogelatlas van de Nederlandse broed- en wintervogels gelanceerd. In de periode 2013-2015 is het gehele land op zowel broedvogels als wintervogels onderzocht. Ook de Krimpenerwaard werd geteld. Een aantal leden van de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard leverde hieraan hun bijdrage. De nieuwe Vogelatlas maakt mooi inzichtelijk voor welke soorten de Krimpenerwaard bijzonder interessant is. Een mooie aanleiding dus om eens te kijken naar de broedvogelontwikkeling en de geschiedenis van vogelonderzoek in de Krimpenerwaard. d
B
roedvogels waarvoor de Krimpenerwaard eruit springt in de nieuwe Vogelatlas (SOVON, 2018) als belangrijke regio zijn in het bijzonder knobbelzwaan, zomertaling, zwarte stern en spotvogel. Ook broedvogels van grasland zijn nog goed vertegenwoordigd, maar laten wel een duidelijk negatieve trend zien, parallel aan de landelijke trend. Hoewel niet zo duidelijk zichtbaar in de atlas, maar op grond van informatie uit deelgebied tellingen, zijn een aantal soorten uit de erfvogelgemeenschap ondergewaardeerd voor de Krimpenerwaard. De grauwe vliegenvanger bijvoorbeeld, een soort die al op relatief geringe afstand moeilijk waarneembaar is, werd in 2015 bij erfbezoeken (n=63) met een presentie van 23,8% (15 territoria) vastgesteld (Buisman & Terlouw, 2015). Wanneer we dit zouden doortrekken op alle kansrijke erven wordt toch nog een aardige populatie verondersteld.
In de categorie bedrijventerreinen (in combinatie met lintbebouwing) valt de zwarte roodstaart op. Een integrale kartering in 2017 vanaf de Lageweg tot aan de Gouderakse brug (circa 7 km) leverde 12 territoria van deze soort op (Buisman & Terlouw, 2017). Dit maakt een schatting voor de gehele Krimpenerwaard van rond de 40 á 50 paar niet onrealistisch.
T
erugblik over vogels en tellen in de Krimpenerwaard. Vogelgegevens worden in de Krimpenerwaard al vele decennia geregistreerd. Niet alleen is ‘ons’ gebied ook voor alle voorgaande landelijke atlassen goed onderzocht, maar al voor de start van de eerste atlas (Sovon, 1981) werden waarnemingen vastgelegd en zogenaamde ‘transecttellingen’ uitgevoerd (‘‘mededelingen blaadje-VWG Krimpenerwaard”, 1961-1971 / p.m. de voorloper van de Waardvogel). Ook werd regelmatig deelgenomen aan verschillende soortonderzoeken die destijds populair waren in ons land vaak onder de naam van “..soortnaam census, bijv. “blauwe reiger census” van Alfred Blok in de jaren tachtig van de vorige eeuw..” die door landelijk opererende soortspecialisten werden georganiseerd.
D
De boerenzwaluw neemt op veel boerenbedrijven zichtbaar af, maar kan lokaal nog behoorlijk talrijk zijn; foto: Peter Stam
Hoewel op veel boerenbedrijven een afname zichtbaar is, is ook de boerenzwaluw lokaal nog behoorlijk talrijk in onze waard. In 2018 werden op twee bedrijven in de Krimpenerwaard nog meer dan 50 broedpaar vastgesteld (respectievelijk ca. 55 en ca. 80), terwijl we ook nog regelmatig bedrijven met >20 broedparen tegenkomen tijdens onze werkzaamheden. In een al jarenlang geteld traject langs de beide Gouderakse Tiendwegen en de Nesse Tiendweg neemt de boerenzwaluw zelfs licht toe onder bruggen. Dit is wel door ons gestimuleerd door het frequent aanbrengen van kunstnesten onder nieuwe bruggen waarbij we betrokken zijn of worden. 14
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
e vogelbevolking van de Krimpenerwaard kende in die tijd soorten en ontwikkelingen die voor veel van de huidige generatie vogelaars verrassend zullen zijn. Wat te denken van geelgors en patrijs als jaarlijkse broedvogel in de jaren vijftig en begin jaren zestig vorige eeuw in de destijds nog (deels) voor akkerbouw in gebruik zijnde Stormpolder te Krimpen aan den IJssel. Ook de 60 territoria grote karekiet in de uiterwaarden van de Lek tussen Krimpen en Schoonhoven aan het begin van de jaren zestig vorige eeuw en in deze zelfde periode een integrale kartering van de fuut in onze waard met ‘slechts’ 5 vastgestelde territoria spreken tot de verbeelding en zijn vastgelegd in het toenmalige mededelingenblaadje van onze vereniging.
D
e tijd van de ‘grote uitbreiding’ van Krimpen aan den IJssel in de jaren zeventig vorige eeuw leverde grote locaties in de toen nog agrarische polders Langeland en Kortland met opgebracht zand, dat vanuit voorbelasting steeds enkele jaren bleef liggen en door ongelijke zetting veel natte plekken / plasjes opleverde. Leden van het eerste uur als Brand, Duiven, Fontijne, Lagerwaard en De Waal beschreven in publicaties uit die periode broedgevallen van kluten, kleine- en bontbekplevieren, sterns en meeuwen die destijds uniek waren voor de Krimpenerwaard. Tijdens de zandbelasting van de Rijnlandse waterzuivering in polder Veerstalblok onder Gouda volgde eenzelfde beeld, maar daar werden ook 2 territoria van de
kuifleeuwerik vastgesteld (Natuurdagboek Terlouw,1973), een soort die ook eenmalig tot broeden kwam op een zand opbrenging ten bate van de wijk Bergvliet te Haastrecht in de jaren tachtig vorige eeuw (Dagboek Terlouw, 1982). Kuifleeuweriken konden destijds als pionier op dergelijke bouwterreinen door het gehele land worden aangetroffen, maar worden nu als uitgestorven in ons land beschouwd.
tot de drie grootste van Nederland heeft behoord met bijna 280 paren op dat moment?
O
ok uit het verdere verleden zijn gegevens beschikbaar. De oudste waarneming in ons archief (Buisman & Terlouw, natuur wetenschappelijk archief) komt uit een eiercollectie van de vermaarde Engelse ornitholoog Wolleys. Het betreft een beschrijving van purperreigereieren die zijn verzameld in de Berkenwoudse Boezem onder Ouderkerk aan den IJssel op 9 en 12 mei 1857 (Bron: register ‘Ootheca Wolleyana’).
I
n 1923 publiceerde de gerenommeerde Goudse onderwijzer en bioloog Scheijgrond zijn “Avifauna Goudana”. Een belangrijke registratie over de toenmalige broedvogels rond de stad Gouda waaronder delen van de Krimpenerwaard. Kerkuilen bij het koetshuis van het Bisdom van Vliet te Haastrecht, woudapen in de Gouderakse boezemlanden, tientallen watersnippen in de natte hooilanden en de zomertaling die talrijker was dan de wilde eend in de hooilanden waar ook de kwartelkoning niet zeldzaam was, zijn maar enkele van de opvallende registraties in deze, voor ons gebied eerste, publicatie over vogels.
Blauwe reigers hadden ooit een zeer grote kolonie in de Kattendijksblokboezem; foto: Peter Stam
V
anuit de periode na de Tweede Wereldoorlog is door ons informatie verzameld met het toepassen van de systematiek van ‘Oral History’ (gesproken geschiedenis). Door het consequent noteren van uitspraken en gesprekken met vissers, boeren, jagers en natuurliefhebbers die in die periode hun activiteiten en/of bedrijf in de Krimpenerwaard uitoefenden hebben we gedurende circa 35 jaar informatie kunnen op tekenen in onze natuurdagboeken. Gezien de beroepen en de belangstelling van mensen in die periode betreft het voornamelijk soorten die werden benut zoals knobbelzwanen, of bejaagd/gevangen als eenden, snippen en patrijzen, maar ook kievitseieren, kwartels die in fuikjes werden gevangen en kemphanen die werden ‘gestrikt’ en soorten die men hinderlijk vond als zwarte stern, ‘koppenpikker’ genaamd onder de boeren. Ook soorten waar men concurrentie van veronderstelde als visdief, fuut en roofvogels, etc. zijn soorten waar mensen informatie over hadden onthouden.
D Tientallen watersnippen broedden in de nattte hooilanden; foto: Huig Bouter
Uit de jaren 30 tot 60 van de vorige eeuw is relatief weinig bekend, maar over specifieke soorten waarvoor landelijk interesse was en soorten waarvoor vanuit de toenmalige schaderegelingen vergoedingen werden betaald hebben we vrijwel complete gegevens kunnen achterhalen. Van soorten als aalscholver, blauwe reiger en roek is op deze wijze de aantalsontwikkeling sedert het begin van de 20e eeuw gereconstrueerd. Hierover is in de jaren negentig al eens door mij in de Waardvogel gepubliceerd. Soorten als o.a. ooievaar, kemphaan, grutto, fuut, zwarte stern en bosuil zijn op deze wijze eveneens goed gedocumenteerd (Archief Buisman & Terlouw). Wist u bijvoorbeeld dat de Krimpenerwaard vele jaren de grootste aalscholvers kolonie van ons land heeft gehuisvest in eendenkooi Bakkerswaal met op het hoogtepunt bijna 2000 broedpaar? Of dat de blauwe reiger kolonie in de Kattendijksblokboezem ooit
e waarde van enkele honderden onderzoeken, inventarisaties en losse waarnemingen mag hier zeker niet onvermeld blijven. We vonden tientallen korte meldingen en artikelen over natuur en landschap, waaronder vogelinformatie uit de Krimpenerwaard in het natuurtijdschrift ‘De wandelaar in weer en wind’, dat in de jaren vijftig en zestig vorige eeuw een populair blad was onder natuurliefhebbers. Ook in diverse boekjes wordt de natuur van de Krimpenerwaard beschreven. Een leuk voorbeeld is het boekje ‘Een wereld van schoonheid’, geschreven door Rinke Tolman uit 1936 waarin een wandeling van Ouderkerk aan den IJssel langs de Berkenwoudse Boezem, over de Ouderkerkse Landscheiding, Graafkade West door Berkenwoude, via Westeinde naar eendenkooi Lekzicht (nu bekend als Bakkerswaal) in Lekkerkerk uitgebreid wordt beschreven op landschap, flora en fauna. In dit artikel wordt o.a. gerept van nesten van grote karekieten, watersnippen en zwarte sterns, soorten die nu zeer schaars of zelfs afwezig zijn. Van recenter datum mogen de rapporten ‘Natuur en landschap in de Krimpenerwaard: intern verslag van een veldbiologisch onderzoek in 1974 en 1975’ van Mayenburg en Den Breejen uit 1973, gepubliceerd in 1978 (Mayenburg F.J & R.F. den Breejen, 1978) en de ‘Kartering en beschrijving van kleine landschapselementen in de Krimpenerwaard’ uit 1987 WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 15
(Mostert K, 1989) hier niet onvermeld blijven. Overigens ook Mostert wijst al op het belang van de Krimpenerwaard voor o.a. de spotvogel en knobbelzwaan. Ons archief met rapportages over vogels en natuur uit de Krimpenerwaard bestaat uit meer dan 200 publicaties, waaruit nog heel veel aanvullende informatie kan worden verkregen wanneer dit minutieus wordt nagespeurd. Uiteraard zijn er ook de gegevens in de waarnemingenrubriek uit de Waardvogel van voor de tijd dat waarneming.nl bestond. Gedurende circa 20 jaar gaf de rubriek ‘Betrapt en gesnapt’ in de Waardvogel een fraaie lijst van losse waarnemingen in de Krimpenerwaard. Het zou mooi zijn als de bestaande database in het programma ‘paradox’ (med. E. Kleijheeg) compleet gemaakt wordt, zodat de gegevens makkelijker beschikbaar komen. [Zie pag. 5: dit wordt door Hans Kouwenberg opgepakt; red.]
O
ntwikkeling van broedvogels in het verleden, een impressie. Winnaars in de Krimpenerwaard van de afgelopen 10 tot 20 jaar in ons werkgebied zijn o.a. de ganzen, de roofvogels (m.u.v. de torenvalk), sommige exoten en krakeend. Verliezers in deze periode zijn in het bijzonder graslandbroedvogels en soorten van het kleinschalige cultuurlandschap, o.a. steenuil, kneu, gekraagde roodstaart, torenvalk, graspieper en gele kwikstaart. Een soort die we eveneens stilletjes verliezen is de matkop, sluipend en nauwelijks opgemerkt, ziet u ze nog?
winnaars (jaren zeventig & tachtig vorige eeuw) die nu weer in aantal afnemen. Rond de late jaren zestig vorige eeuw bedroeg bijvoorbeeld de dichtheid van de kievit in de Krimpenerwaard gemiddeld ‘slechts’ 5,5 paar per 100 hectare (o.a. Terlouw R.J.S., 2014). De gewijzigde verhouding van meer beweiding en afname van hooiland door betere ontwatering en ontsluiting van het gebied was de voornaamste oorzaak van de toename in die periode. In het toen nog jonge Loetbos was de wielewaal, hoewel schaars, een jaarlijkse broedvogel. Het destijds aanwezige natuurkampeerterrein aan de Loet ‘Het Goudmijntje’ was een bekende jaarlijkse broedlocatie bij de vogelliefhebbers, maar ook elders in het gebied kon je hem treffen. Sprinkhaanzanger, grasmus en zomertortel behoorden eveneens tot de jaarlijkse broedvogels in het Loetgebied in die jaren. Oprichters van de NVWK en leden van het eerste uur Fontijne en De Waal deden in die periode veelvuldig verslag van ontwikkelingen in het Loetbos in de Waardvogel (Waardvogel, div. jaren). Vanuit de Bakkerswaal werd melding gemaakt van de eerste broedgevallen van staartmees en roodborst in ons werkgebied (mond. med. kooiker B.Tukker).
W
innaars onder de broedvogels uit de jaren tachtig waren o.a. Turkse tortel, ekster en bosuil [jaren zeventig vorige eeuw ca. 8 paar bosuil, inmiddels circa 55 broedpaar in de Krimpenerwaard] (Buisman & Terlouw, div.jaarboeken). In de jaren negentig zette de opmars van kuifeend, die eind jaren tachtig een aanvang nam, door. In dit laatste decennium van de vorige eeuw vestigde zich ook o.a. havik (1996-Natuurdagboek Terlouw) en sperwer (1998-mond.med. Hogendoorn) in ons gebied. De bruine kiekendief vestigde zich definitief als broedvogel rond begin jaren negentig (natuurdagboek Terlouw, 1993) nadat in 1982 al een eerste poging was ondernomen door de soort. De blauwborst (ca. 1998-Terlouw R.J.S. in natuurdagboek) en bergeend (C.v .Dam, in Waardvogel 3-1990) werden in deze periode eveneens als nieuwe jaarlijkse broedvogels geregistreerd.
I De gele kwikstaart is een verliezer, want afhankelijk van het verdwijnende kleinschalige cultuurlandschap; foto: Huig Bouter
Opmerkelijk stabiel zijn de kleinere rietvogels als rietzanger, rietgors en kleine karekiet. Als gevolg van de recente uitbreiding van moeras en verruiging van graslandgebieden zien we de laatste jaren zelfs verdere toename van deze soorten, hetgeen ook geldt voor bijvoorbeeld de bosrietzanger en iets mindere mate de graspieper. Ook de relatief stabiele populatie van de ransuil valt op, schommelend met gemiddeld 20 tot 30 territoria al gedurende de afgelopen 15 jaar (natuurdagboeken Buisman & Terlouw, diverse jaren). Ditzelfde geldt voor de boomvalk die al minimaal twee decennia jaarlijks rond de 10 tot 12 broedparen telt in de Krimpenerwaard, maar op de hogere gronden in ons land al jaren grote verliezen leidt.
K
ijken we iets verder terug, stel 30 tot 40 jaar, dan behoorden kievit, tureluur en scholekster aanvankelijk tot de
16
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
n de 21e eeuw, en in het bijzonder de laatste jaren, vallen andere nieuwkomers op. Misschien is de recente opmars van de Cetti’s zanger wel de meest opvallende soort. Als exoot heeft de halsbandparkiet zich inmiddels gevestigd, de nijlgans was de eerste exoot waarvan in de Krimpenerwaard in 1968 na de vestiging in Delft in 1966 - tot de eerste broedgebieden behoorde. Met het ouder worden van sommige beplantingen is ook de boomklever een jaarlijkse broedvogel geworden in klein aantal. Ook lepelaar (2015), slechtvalk (2016), de (her) vestiging van roerdomp (2016), purperreiger (2017 of was dit tijdelijk?) en woudaap (2018) zijn het vermelden waard. Dat de laatste soorten toenemen ligt echter in de lijn van de verwachting met de ontwikkeling van moerasgebieden en verruigende natte graslandtypen in de afgelopen jaren, al gaat dit dan wel weer ten koste van de karakteristieke graslandbroedvogels.
V
erspreid door de jaren heen hebben een aantal soorten incidenteel of slechts gedurende enkele jaren in ons gebied gebroed. In deze categorie noemen we de kramsvogels die in de late jaren tachtig in Schoonhoven met enkele paren tot broeden kwamen, de buidelmezen begin jaren negentig in de Lekuiterwaarden, de steltkluut, o.a. op de natte laagte van de Kleine Zaag (S.C. van Dam in Waardvogel) en later in de Lekkerkerkse polders (div. waarnemers-waarneming.nl) en een
graszanger territorium op de Kleine Zaag (dagboek Buisman & Terlouw, 2008). De kwartelkoning broedde in late jaren zeventig langs de Reekade (Brand in Waardvogel) en begin jaren negentig (Terlouw, R.J.S. dagboeken 1994 & 1995) in de Berkenwoudse Driehoek. Al moet hierbij worden opgemerkt dat Scheijgrond aan het begin van de twintigste eeuw (Scheijgrond, 1923) de kwartelkoning nog talrijk noemde waardoor het ook als een incidentele hervestiging kan worden beoordeeld.
O
ver alle (tot dusverre bij ons bekende) 143 vogelsoorten die ooit in onze vogelrijke waard tot broeden zijn gekomen, zijn opmerkelijke ontwikkelingen en wetenswaardige zaken te vermelden. Voor nu laten we het bij deze enigszins willekeurige samenvatting. Eén ding is echter duidelijk. Het vastleggen van waarnemingen is waardevol, vooral als dit systematisch en gestandaardiseerd gebeurt, zoals bij de Vogelatlas. Helaas moeten we hierover ook een kritische kanttekeningen plaatsen. Binnen de Sovon systematiek wordt maar door een enkeling jaarlijks geteld in ons werkgebied en zelfs de zeer talrijke op waarneming.nl geplaatste waarnemingen zijn veelal beperkter of zelfs niet bruikbaar als de ‘stip’ op het midden van de weg is geplaatst. Hier is nog veel te winnen! Als laatste willen we de opvolger van de tellingen voor “de Vogelatlas” onder uw aandacht brengen: ‘LiveAtlas’. Dit is een eenvoudig, maar zeer fraai project waar een ieder naar eigen tijd en locatie gestandaardiseerde tellingen aan kan toevoegen: https://www.sovon.nl/nl/liveatlas. Van harte aanbevolen.
Gebruikte literatuur: Bibliotheek Naturalis, Register ‘Ootheca Wolleyana’; Buisman D. & R.J.S. Terlouw 2002-2018 Natuurdagboeken en registraties; Buisman D & R.J.S. Terlouw, 2015 Indicatieve kartering grauwe vliegenvanger op boerenerven in de Krimpenerwaard, 2015 eigen uitgave BuiTegewoon | groenprojecten; Buisman D & R.J.S. Terlouw, 2017 Kartering zwarte roodstaart langs het dijklint van Gouderak, 2017; Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard ‘Mededelingen blaadje’ jaargangen 1961-1971; Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard ‘De Waardvogel’, jaargangen 1972-2018; A. Scheijgrond, 1923 Avifauna Goudana, eigen uitgave A. Scheijgrond; Mayenburg F. & R.F. den Breeyen, 1979, Verslag van een veld biologisch onderzoek in de Krimpenerwaard, Staatsbosbeheer, 1978; Mosterd K. 1989, Kartering en beschrijving van kleine landschapselementen in de Krimpenerwaard in 1987; SOVON, 1987, Atlas van de Nederlandse vogels; SOVONvogelonderzoek Nederland, 2002, Atlas van de Nederlandse broedvogels; SOVON-vogelonderzoek Nederland, 2018; Vogelatlas van Nederland. Broedvogels, wintervogels en 40 jaar verandering; Terlouw R.J.S. 1969 – 2001, Natuurdagboeken en registraties; Terlouw R.J.S. 2001 & 2010 Gruttokaart voor de Krimpenerwaard, eigen uitgaven R.J.S. Terlouw; Terlouw R.J.S., 2014 Weidevogels in de Krimpenerwaard, weten we hoe het er voor staat? Waardvogel 5-2014; Terlouw R.J.S. 2018, Knobbelzwanen in de Krimpenerwaard Rapport Bui-TeGewoon | groenprojecten 2018/41; Terlouw R.J.S., 2018 Weidevogelbeheer bij Collectief Agrarisch beheer Krimpenerwaard 2018, actueel overzicht en visie op de toekomst, Rapport Bui-TeGewoon | groenprojecten 2018/47; Werkgroep Avifauna West-Nederland, 1981, Randstad en Broedvogels d
Marjan Pols _ de Pee PRAKTIJK VOOR PSYCHO SOCIALE HULPVERLENING EN KRUIDENTHERAPIE
De Vroedschap 3 I 2922 VB Krimpen aan den IJssel 06 516 926 13 I www.marjanpolsdepee.nl I info@marjanpolsdepee.nl
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 17
Voor al uw boekhoudzaken, belastingadviezen, belastingaangiften en loonadministraties Ook over uw privĂŠ-aangiften geven wij u graag advies.
Hof ter Bergen 23-1 2861 DR BERGAMBACHT
Telefoon : 0182 - 351240 Fax : 0182 - 354494 E-mail : info@verwaaladministratie.nl
Weidevogelseizoen 2019 Agenda startavond en nieuws uit de werkgroep Joke Colijn Op woensdag 6 maart luidt de werkgroep weidevogelbescherming het weidevogelseizoen in met de jaarlijkse startavond in De Zwaan, Berkenwoude. Alle weidewachters en hun boeren, de mensen van het Agrarisch Collectief Krimpenerwaard (ACK) en onze drone-piloten zijn welkom. Uiteraard staat de avond ook open voor wie graag eens wil horen waar weidevogelbescherming anno 2019 om draait. De zaal is open vanaf 19.30 uur, aanvang 20.00 uur. d
A
genda in grote lijnen: - Coördinator van de weidevogelwerkgroep Klaas de Mik heet welkom, - Mariëlle Oudenes van het ACK vertelt iets over de wijzigingen in contracten en toont een filmpje over nestbeschermers, - Joke Colijn zal de activiteiten en cursussen voor dit jaar aankondigen en iets over de uitvoering in de Krimpenerwaard van het Actieplan Boerenlandvogels vertellen (zie voor dit laatste ook pagina 24), - Klaas sluit af met een kort item over veiligheid en Arbo. Uiteraard staan we open voor vragen en staat Joep klaar met de tablets. Ook liggen de materialen zoals stokken en boekjes klaar om mee te nemen. Hierna is er gelegenheid om ervaringen uit te wisselen en nog wat te drinken.
M
ariëlle deelt informatie over het volgende met ons: - Sinds 1994 moet mest emissiearm worden opgebracht. Het ACK heeft vorig jaar een aantal nestbeschermers gekocht voor sleepslangen waarin de drijfmest wordt aangevoerd. De mest wordt met slootwater verdund zodat die door de slang gepompt kan worden en omdat ammoniak oplost in water komt er minder van vrij in de lucht. Dat is mooi, maar de loodzware sleepslangen zijn uiteraard een ramp voor nesten en vroege pullen. Er is daarom een filmpje gemaakt hoe het werkt met nestbeschermers. Deze zullen voornamelijk voor maïsland gebruikt worden. - Vanuit onze werkgroep is weleens kritiek geuit betreffende contracten waar geen vogels broeden. ACK geeft nu een dubbele subsidie voor last-minute contracten. Zowel de legsels als de hectares worden uitbetaald. De gedachte erachter is dat op lastminute percelen op zeker vogels broeden, en deze zwaar beheer contracten dus altijd op de goede plaats liggen.
C
ursussen voor goede weidevogelbescherming - Donderdagavond 21 maart vanaf 20.00 uur. Locatie: Boerderij Levensvreugd, Bovenberg 130, 2861 BD Bergambacht. Cursus weidevogelherkenning voor hen die deze cursus nog niet gedaan hebben, voor wie zijn kennis eens wil opfrissen en voor degenen die meer willen weten over wat weidevogelbescherming inhoudt. Ook zien wij graag dat de heren drone-piloten aanschuiven. Het helpt hen ongetwijfeld nog beter het hogere doel van hun inzet zien. - Dinsdagavond 2 april vanaf 20.00 uur. Locatie: De Zwaan, Kerkweg 2, 2825 BS Berkenwoude. Cursus digitaal invoeren voor zowel nieuwe als bestaande weidewachters. Om diverse redenen zijn er nog veel mensen zijn die de gegevens thuis invoeren - dat kost je meer tijd en informatie is soms niet meer actueel waardoor Mariëlle niet
adequaat kan acteren. Dit is dan ook hét moment om problemen die je ondervindt aan te kaarten en vragen te stellen. Allerlei belangrijke gegevens (nesten, tellingen, pullen, kruidenrijkheid, predatoren enz.) kun je kwijt in het invoerportaal maar lang niet iedereen vindt makkelijk de juiste plek. Daarom willen we hier nog eens aandacht aan besteden. Dus weidewachters van rijp tot groen: welkom! Wie al werkt of wil gaan werken met een tablet of telefoon, gelieve die mee te nemen. - Zaterdagochtend 6 april van 09.00 – 12.00 uur: praktijkervaring opdoen. Locatie nader te bepalen. Doelgroep zijn allereerst de cursisten, maar uiteraard kan iedereen aansluiten die zijn/haar kennis wil bijspijkeren. We verzamelen op locatie en gaan eerst weidevogels herkennen, gedrag observeren en bespreken, waarna er steeds met een klein groepje ‘live’ gezocht wordt in het veld. Ook gaan we ter plekke gegevens invoeren. Vervolgens is er een demonstratievlucht met de Boerenlandvogeldrone, waarbij het afhankelijk is van de buitentemperatuur of de camera nog warmtebeelden kan produceren. Inmiddels kunnen nieuwe technieken beschikbaar zijn die Raymond ter plaatse kan demonstreren, waardoor toch beelden beschikbaar komen. Vindt de drone meer vogels en nesten dan wij?
W
eidevogelsafari Zaterdag 4 of 11 mei as. Locatie wordt nog bekend gemaakt. Weidewachters ervaren al dat hun inzet samengaat met genieten van de natuur en de vogels op plaatsen achter in het land waar je normaal nooit komt. Dat feestje willen we deze dag delen met anderen. Daarom organiseren we dit jaar weer een Weidevogelsafari begin mei. Rond die tijd is er veel leven in de polder en de kans op mooi weer is groot. Verwonder je hoe fel weidevogels hun territorium verdedigen, bekijk hun gedrag en geniet van hun geluiden. Met wat geluk zien we ook kleine pullen. Deze activiteit is zeker ook geschikt voor kinderen. Neem een kijker mee als je die bezit. Meer informatie volgt. d
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 19
Grauwe vliegenvanger We kijken weer uit naar je komst! Tekst en foto’s: Angela de Vries Eerst even een korte introductie over de schrijfster en partner. Tot eind 2013 hebben wij altijd in Den Haag en omgeving gewoond. Sinds 2014 wonen wij met veel plezier in Vlist. Een heel bewuste keuze om van de drukke stad naar het groene en rustige buitengebied te verhuizen. Werkelijk geen seconde hebben wij hoeven wennen, wij voelden ons hier gelijk thuis. Vanaf kinds af aan ben ik altijd dol op dieren geweest en doordat ik als hobby graag fotografeer (dieren in natuurlijke omgevingen), kreeg ik ook in Den Haag al), steeds meer interesse in vogels. Zij zijn altijd in de buurt en dankbare fotografeerobjecten. Pas in Vlist bleek hoe beperkt mijn/onze vogelkennis was, want die beperkte zich tot de merel, mus, koolmees, pimpelmees, specht, roodborst, spreeuw, duif, winterkoning en uiteraard nog wel een aantal andere ‘standaard’ vogeltjes. d
1
I
n onze tuin in Vlist zijn onze ogen letterlijk en figuurlijk goed open gegaan, want wat een genot, we ontdekten steeds weer andere voor ons ‘vreemde’ vogels. Zo gingen wij met vogelboek in de hand op ontdekkingstocht in onze eigen tuin. In de loop der tijd hebben wij al zoveel nieuwe soorten vogels in de tuin gehad: barmsijs, boomklever, boomkruiper, fitis, gaai, groenling, goudhaan, kneu, koekoek, koperwiek, kramsvogel, (witte en gele
2 20
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
kwikstaart, putter, staartmees, tjiftjaf, ransuil, bosuil, ijsvogel, zwartkop, tuinfluiter en spotvogel.
V
anaf 2014 zagen wij ook altijd grauwe vliegenvangers en juist dit vogeltje heeft ons hart gestolen, want wat een leuk vogeltje is dat! En dan te bedenken dat ik tot een paar jaar geleden niet eens afwist van zijn bestaan.
3 Zoals de grauwe vliegenvanger op een tak zit en dan vanaf die tak acrobatische duikvluchten maakt om allerlei soorten insecten te vangen, is geweldig om te zien. Ik zou uren naar ze kunnen kijken zonder dat het verveelt.
E
n 2018 bleek een bijzonder jaar te worden! Het grauwe vliegenvanger stelletje besloot namelijk om vakkundig een nestje te bouwen in onze eigen appelboom. Wij hebben van heel dichtbij alle fasen meegemaakt, mede doordat dit nestje op iets hoger dan ooghoogte in de boom zat. Zo hebben wij goed kunnen zien hoe: - er naarstig nestmateriaal verzameld werd; - dit resulteerde in een fraai nestje, waar vier eieren in gelegd werden; - er ijverig gebroed werd; - er vier jongen in zaten, die later ook allemaal zijn uitgevlogen. Wij hebben kunnen genieten van het feit dat de ouders op en af vlogen en de jongen voerden met allerlei lekkernijen van klein tot groot (lieveheersbeestje, wespachtigen, libellen en zelfs vlinders!). Wat gaat dat snel in de vogelwereld: half juni waren het nog kale roze vogeltjes met enkele donshaartjes en twee weken later (op 1 juli) waren ze al uitgevlogen! Weer twee weken later konden de jongen al zelfstandig prooitjes vangen, wat leuk is dat om ze te volgen met verrekijker of met grote telelens.
O
p een gegeven moment ging ik me zorgen maken, want ik zag dat er nog maar één ouder actief was om de jongen te voeren. Ik vroeg me dan ook af of de jongen wel al zelfstandig genoeg waren om hun buikjes te vullen. Wat was er met de
4
andere ouder gebeurd: ten prooi gevallen aan de uil die wij elke avond hoorden, of aan een ander roofdier? Al naar Afrika vertrokken? Of anderszins?
O
p 27 juli ontdekten we waar de andere ouder was gebleven; ze waren aan een tweede legsel begonnen! Hoe leuk! Helaas ging het bij dit nestje van drie eieren iets minder florissant. Er kwamen slechts twee jongen uit, waarvan er één tot twee keer toe uit het nest is gevallen. De dag na de laatste keer terugplaatsen in het nest, lag dit vogeltje dood op de grond, dat was op 8 augustus. Op 11 augustus bleek het andere jong met zijn pootje vast te zitten in het nestmateriaal. Heel voorzichtig heeft Raymond dit kunnen verwijderen en dit vogeltje vloog toen dezelfde dag nog uit. We hebben de grauwe vliegenvangers nog weken lang in en rondom de tuin gezien en gehoord, maar op een gegeven moment waren ze weg. Wat een saaie tijd brak toen aan; bij het - als in een soort van automatisme - afspeuren van de favoriete uitkijkposten, was er ineens niets meer te zien!
H
opelijk heeft het hele gezin een goede reis naar Afrika afgelegd en weten ze ons dit voorjaar weer te vinden. Wij kijken er in ieder geval naar uit en zorgen dat de holte in onze appelboom mooi schoon is zodat er hopelijk weer een nieuw gezinnetje wordt gesticht! d
1) 30 juni: vier jongen in het nest; 2) 14 juli: juveniel (links) en een volwassen vliegenvanger; 3) 16 juli: een jong wordt gevoerd; 4) 1 juli: close-up van de jongen in het eerste legsel; 5) 3 augustus: één van de twee jongen van het tweede legsel
5 WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 21
Uitnodiging Algemene Ledenvergadering op 27 maart as. Frans van der Storm, secretaris Aan de leden. Het bestuur van de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard nodigt u uit voor de jaarlijkse Algemene vergadering op woensdag 27 maart 2019. De vergadering begint om 20.00 uur en wordt gehouden in De Zwaan, Kerkweg 2 te Berkenwoude. De zaal is open vanaf 19.30 uur. d
N
aast de vaste punten (mededelingen en vaststelling verslag 2018) bevat de agenda drie onderwerpen: 1. Verantwoording door het bestuur over de activiteiten en het financieel beheer in 2018 en presentatie van de plannen en begroting voor 2019 2. Aftreden en verkiezing van drie bestuursleden 3. Gedachtewisseling over vragen van leden en bestuur
B
ij het eerste onderwerp vragen we uw goedkeuring op het inhoudelijke en het financiĂŤle jaarverslag van de vereniging, het verslag van de kascontrolecommissie en de begroting voor 2019. Door succesvol financieel beheer zijn we erin geslaagd de kosten binnen de perken te houden en is er geen aanleiding om de contributie voor 2019 te verhogen. Bij het tweede onderwerp neemt de vergadering afscheid van drie bestuursleden. Voorzitter Max Ossevoort is om gezondheidsredenen niet beschikbaar voor een nieuwe termijn, Dirk-Jan van Roest heeft vorig jaar het roer omgegooid door een studie te beginnen en bovendien een geheel nieuwe functie te aanvaarden. En Jan van Exel is verhuisd naar ver buiten de Krimpenerwaard en is daardoor niet meer voldoende beschikbaar. Tot slot loopt ook de zittingstermijn van uw secretaris dit jaar af. Hoewel hij van plan was de pen neer te leggen, is hij bereid om vooralsnog voor een jaar aan te blijven met het oog op de continuĂŻteit binnen het bestuur. Jaap Graveland is bereid om het voorzitterschap op zich te nemen; dit betekent dat de functie van algemeen adjunct vacant komt. Op het moment van drukklaar maken van de Waardvogel zijn nog geen namen van nieuwe bestuurders te noemen. Zie elders in deze
Bloedmaan op 21 januari 2019 Een bloedmaan ontstaat bij totale maansverduistering en kan heel indrukwekkend zijn. Het verschijnsel was boven de Krimpenerwaard ook goed te zien. Peter Stam maakte een mooie serie van de verschijningen om resp. 6.15, 6.40, 7.00, 7.22 en 7.45 uur. De aarde komt tussen de zon en de maan te staan maar via de atmosfeer van de aarde bereikt indirect toch nog wat licht de maan. Door verstrooiing van het licht, hetzelfde als wat bij zonsopgang en -ondergang gebeurt, kleurt dat licht rood. Alleen bij een volledige maansverduistering krijgt het maanoppervlak een rode gloed. Bij een gedeeltelijke verduistering valt nog steeds zonlicht rechtstreeks op de maan. Bron: nl.wikipedia.org 22
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
uitgave de oproep voor nieuwe bestuursleden, en houd de site in de gaten voor de nieuwste informatie. Het derde onderwerp bevat wat normaliter de rondvraag wordt genoemd. Het bestuur wil hieraan echter een wat bredere invulling geven met het oog op belangrijke ontwikkelingen in de Krimpenerwaard, zoals het verschijnen van het Panorama, de verkenning naar een tweede oeververbinding met extra woningbouw, het natuurbeheer en de inzet van het bestuur bij deze ontwikkelingen. Het bestuur wil graag met u van gedachten wisselen over deze onderwerpen om te horen wat er leeft, zodat we in overleg kunnen zien hoe we daar rekening mee kunnen houden.
N
a afloop vergadering lezing Sovon Vogelatlas Na afloop van de vergadering en na een korte pauze, houdt Chris Turnhout van Sovon een lezing over de nieuwe Vogelatlas. Veel NVWK-leden hebben daaraan bijgedragen. Eind november is de atlas door Sovon gepresenteerd, 16 jaar na de vorige broedvogelatlas en maar liefst 30 jaar na de vorige wintervogelatlas. De nieuwe atlas laat zien welke grote veranderingen zich hebben voorgedaan in de vogelstand in Nederland. Hoe is de atlas tot stand gekomen? En hoe verhoudt de atlas zich tot Waarneming. nl waarover we vorig jaar ook een zeer interessante lezing hebben ontvangen? Vanwege het verschijnen van de atlas schrijven Rudi Terlouw en anderen dit jaar in de Waardvogel een aantal artikelen over trends in vogelaantallen in de Krimpenerwaard. Hoe verhouden die zich tot de landelijke trends? U hoort en ziet het in vogelvlucht, op 27 maart. d
Resultaten Tuinvogeltelling Huismus weer met stip op één Joke Colijn De Nationale Tuinvogeltelling van Vogelbescherming blijft een leuke actie. Dit jaar is de huismus opnieuw aanvoerder in de top 10 geworden. Landelijk is heel duidelijk dat de huismus ondanks zijn naam ondervertegenwoordigd is in het verstedelijkte westen, terwijl de kauw zich daar juist concentreert. Huismussen zoeken hun voedsel vooral op de grond en in grote steden valt nu eenmaal minder te scoren voor deze scharrelaars; in Den Haag staat hij zelfs pas op de negende plaats. De huismus wordt gezien in minder dan de helft van alle tuinen, maar áls hij voorkomt, dan altijd in groepen. Dat is de reden dat de huismus weer met stip op 1 is geëindigd maar toch in minder dan de helft van alle tuinen is gezien. d
K
auwtjes daarentegen zijn echte stadsvogels geworden. Deze cultuurvolgers zijn in de grotere steden van het westen goed vertegenwoordigd (op de derde plaats), maar ontbreken zelfs volkomen in de top 10 van de provincies Drenthe en Overijssel.
T
urkse tortel wordt voornamelijk in het westen van ons land geteld, vooral in de buitengebieden en niet in de agglomeraties. De Turkse tortel komt pas sinds 1950 voor in ons land en heeft een in heel Europa een enorme opmars gemaakt. Houtduif doet in tegenstelling tot huismus wel zijn naam eer aan en concentreert zich in de meer bosrijke gebieden in het oosten en zuiden van ons land. Alleen in steden met grote parken zoals Amsterdam en Den Haag wordt de houtduif wel gemeld. Verder is het landelijke beeld dat waar de tortel voorkomt, de houtduif ontbreekt en omgekeerd.
L
andelijke resultaten: Aantal deelnemers: 1 Huismus 204352 77.316 2 Koolmees 153296 3. Vink 114450 4. Merel 90496 5. Pimpelmees 88397 6. Kauw 81027 7. Turkse tortel 59997 8. Houtduif 52807 9. Roodborst 51087 10. Ekster 49665
M
erel lijkt zich wat te herstellen van de klap door het Usutuvirus. De merel komt verspreid over het hele land voor waarbij het zuiden nog wat achterblijft (de merel bungelt daar onderaan in de top 10) omdat het virus hier het langst actief is. Merels worden gelukkig weer bijna overal gemeld maar met een concentratie in de Wieringermeerpolder waar het virus nog nauwelijks heeft huisgehouden. Dit is niet heel verrassend omdat het Usutu-virus vanuit het zuidoosten ons land binnenkwam. De aantallen merels in de Tuinvogeltelling zijn de afgelopen jaren sowieso afgenomen, omdat veel Scandinavische merels niet meer naar het zuiden trekken om te overwinteren. Uiteraard heeft dit te maken met de veranderingen in het klimaat. Zuid-Holland is al goed vertegenwoordigd qua aantal tellers, maar volgend jaar gaan nog meer NVWK-leden tellen - toch?
Bron: www.tuinvogeltelling.nl/resultaten/
R
esultaten van Zuid-Holland: 1. Huismus 23106 2. Koolmees 22539 3. Kauw 19885 4. Vink 18381 5. Merel 12803 6. Turkse tortel 11428 7. Pimpelmees 10528 8. Spreeuw 9487 9. Ekster 8557 10. Roodborst 7769
Aantal deelnemers: 13.441
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 23
Actieplan Boerenlandvogels Eindfase reddingsplan weide- en akkervogels Tekst Joke Colijn In het septembernummer informeerde ik u over dit nieuwe initiatief om de dalende trend van onze weide- en akkervogels in Zuid-Holland te keren. Achter de schermen is keihard gewerkt om dit Actieplan eind 2018 gereed te hebben; we zaten de afgelopen maanden vele malen bijeen op het Provinciehuis. Auteur Paul Terwan heeft zijn stinkende best gedaan om elke letter, cijfer en komma na iedere bijeenkomst weer zo neer te schrijven dat alle betrokken partijen zich er uiteindelijk in konden herkennen. Ook de gebiedsplannen in de bijlagen zijn onder zijn regisseurschap opgesteld met input van de organisaties uit elk gebied. Het streven was steeds om het plan met de gebiedsbijlagen nog vóór de verkiezingen op 20 maart as. aan Provinciale Staten ter goedkeuring te kunnen voorleggen en die tijdslijn is onder grote druk gehaald. Grote hulde aan Paul, die beslist weinig slaap heeft gehad de afgelopen maanden. Begin januari is de 10e versie van het plan door alle betrokken partijen in het Bestuurlijk Overleg onderschreven, dus kon het document eind januari door gedeputeerde Han Weber worden ingebracht en verdedigd in Gedeputeerde Staten. De Provinciale Staten weten dat het plan in de pijplijn zit, dus moet het ijzer gesmeed worden nu het heet is. d
S
tand van zaken Nederland heeft de internationale verplichting om te zorgen voor instandhouding van bepaalde vogelsoorten die gebonden zijn aan het landelijk gebied, zoals de grutto. Zoals we weten gaat het met veel weide- en akkervogels niet goed. In de afgelopen 25 jaar is het aantal weidevogels ongeveer 60% afgenomen! Ook akkervogels nemen af met vergelijkbare percentages, denk aan bijvoorbeeld patrijzen en veldleeuweriken. De belangrijkste oorzaken hebben we helder. - De achteruitgang in kwaliteit van geschikt biotoop heeft diverse oorzaken: versnippering, minder openheid, steeds grotere drooglegging, veranderingen in beheer (vaker, vroeger, breder maaien; sleepslangen; chemische onkruidbestrijding enz.), minder kruidenrijk grasland als opgroeibiotoop, minder schuilmogelijkheden door minder reliëf in vegetatie vanwege meer maaipercelen i.p.v. begrazen, verruiging in reservaatgebieden, enz. - De afname van het aantal geschikte cultuurgronden voor weideen akkervogels hakt er in Zuid-Holland flink in: sinds 2000 is het areaal afgenomen met 18%, blijvend grasland zelfs met 22%. - In een reeds verzwakte weidevogelpopulatie neemt het aandeel verliezen door predatie onevenredig sneller toe.
te stellen. Het nu gereed liggende plan is de Zuid-Hollandse uitwerking daarvan. In 2018 hebben diverse provincies met boerenlandvogels al hun Actieplan afgeleverd; Paul Terwan, ook de schrijver van ons plan, had hierin een groot aandeel. De grutto is in alle plannen gebruikt als referentievogel, maar de maatregelen zijn uitdrukkelijk ook gericht op verbeteringen voor soorten die tot andere ecologische groepen behoren, zoals kievit, scholekster, patrijs en de zangvogels, die op onderdelen andere biotoopeisen stellen.
Het gaat niet goed met de akkeren weidevogels Z
uid-Holland Uit het Bestuurlijk Overleg is het Kernteam Weidevogels
• Trend 1990-2017 voor veel soorten negatief, maar het beeld is divers • Trend in natuurgebieden iets positiever dan in agrarisch gebied, maar kan ook hier beter andelijke aanpak In• 2015 heeft de Tweede Kamer gevraagd om een voorstel NB: ‘agrarisch’ = beheerd en voor instandhouding en herstel van de weidevogelpopulaties. onbeheerd land Maatregelen en uitvoering onder het huidige beleid zijn niet voldoende om de achteruitgang te stoppen en de verwachting • Laatste jaren voor enkele is reëel dat als we zo doorgaan, we de grutto zelfs helemaal kwijtrakensoorten afvlakking van de – de soort die voor zijn opvet- en broedbiotoop afhankelijk is van Nederlandse weilanden. WUR en Sovon stellen achteruitgang dat met optimalisatie van beheer en inrichting in zowel landbouwals natuurgebied een substantiële verbetering van de stand • ZH belangrijk voor weidevogels: mogelijk is. Dit vraagt een investering van vele tientallen miljoenen. bijv. 15% van landelijke De gezamenlijke provinciale bestuurders hebben besloten om te kiezen voor het duurzaam behouden van de huidige Nederlandse gruttopopulatie
L
gruttopopulatie van 32.000 tot 36.000 broedparen. Hiervan broedt 15%, zo’n 5.500, in Zuid-Holland, gecorrigeerd naar 5.250 na aftrek van de Vijfheerenlanden, aangezien dat gebied vanaf 2019 tot de provincie Utrecht behoort. De akker- en weidevogelprovincies hebben afgesproken om actieplannen op 24
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
De trend tussen1990 en 2017 is voor veel soorten negatief, in natuurgebieden iets positiever, maar kan ook daar beter, bron: PPP door Paul Terwan
samengesteld dat zeer frequent bijeenkwam en waarin vertegenwoordigers van de meest relevante partijen deelnemen. Namens vrijwilligers die meedenken over beleid in het Weidevogelberaad (gefaciliteerd door de Natuur- en Milieufederatie Zuid-Holland) nam ik deel. De besluiten werden regelmatig gedeeld in de bredere bezetting van het Bestuurlijk Overleg, waaraan Jaap Graveland namens vrijwilligersorganisaties ook deelnam. De inzet voor behoud van de boerenlandvogels speelt zich af tegen een achtergrond van belangrijke veranderingen in het landelijk gebied, die deels een bedreiging en deels een kans vormen. Zo ligt er bijvoorbeeld nog een substantiële woningbouwopgave in Zuid-Holland van zo’n 200.000 woningen(!) waardoor niet alleen de stedelijke en mobiliteitsdruk, maar ook de recreatieve druk blijft toenemen. Al die extra inwoners moeten naar werk en school en zoeken immers ook mogelijkheden voor ontspanning in het groen. Hiermee wordt de verantwoordelijkheid van het resterende landelijk gebied om zorg te dragen dat er geschikte biotopen en omstandigheden voor de vogels blijven, alleen maar groter. Aan de andere kant kan het beleid rond klimaat en bodemdaling in veengebieden ook nieuwe kansen bieden voor weidevogels, zeker als daaruit nieuwe verdienmodellen voortvloeien.
P
roces samenstelling Actieplan Het Actieplan kijkt een aantal jaren vooruit. In het Actieplan worden ambities geformuleerd voor de periode tot 2027 (het jaar waarin weer een zesjarige subsidieperiode afloopt van Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer, ANLb) met een doorkijk naar nog later. Concrete doelen moeten ervoor zorgen dat de ambities gehaald worden. Uiteraard gaan die doelen over behoud en verbetering van de leefgebieden voor akker- en weidevogels, door maatregelen voor inrichting en beheer. Daarmee moet de neerwaartse trend gestopt worden en omgebogen naar groei. De doelen sluiten aan bij de provinciale Visie Rijke Groenblauwe Leefomgeving (RGBL): vergroten van de biodiversiteit in de stad en op landelijk gebied. Voor de benodigde kwaliteitsimpulsen zijn uiteraard extra fondsen nodig. Voor veel inrichtingsmaatregelen op agrarisch land (de zg. nietproductieve investeringen) kunnen aanvragen worden ingediend uit de door de provincie opengestelde POP3-subsidie (het derde Europese Plattelandsontwikkelingsprogramma). Voor inrichtingsmaatregelen op natuurgebied komt o.a. het Subsidiestelsel Natuur- en Landschapsbeheer (SNL) in aanmerking. Aan beide stelsels zijn zeer gedetailleerde voorwaarden verbonden, die bovendien regelmatig wijzigen. Het indienen van aanvragen is dan ook een vak apart en leidt nogal eens tot flinke frustratie. Zo zijn aanvragen door collectieven in het kader van het toenmalige Verbeterplan uit de POP3 openstelling van 2017, nog steeds niet definitief beoordeeld en gehonoreerd, terwijl boeren de geleverde inspanning al lang gepleegd hebben. Die inzet en prestatie kan door collectieven dus ook nog steeds
Cartoon: Gert Blom
niet worden uitbetaald. Deze werkwijze is niet bevorderlijk voor het vertrouwen in overheidsinstanties, werkt demotiverend en was nogal eens onderwerp van gesprek tijdens de bijeenkomsten voor het Actieplan. De provincie zet nu meer druk op de afwikkeling en heeft zelf ook een bedrag voor boerenlandvogeldoelen beschikbaar gesteld, waarvan nog 3,1 mln. ter beschikking is. Voor dit plan waarvoor financiering grotendeels opnieuw van subsidies afhankelijk is, willen we vanaf nu graag vóóruit kijken. In het overkoepelende deel van het Actieplan worden de uit te voeren prestaties van alle regio’s met boerenlandvogels onder één noemer samengebracht; in de bijlagen (de gebiedsplannen) worden ze per regio gespecificeerd. Alle partijen in elke regio zijn overtuigd dat met de genoemde maatregelen de omstandigheden voor de vogels structureel zullen verbeteren, waardoor hun aantallen weer kunnen groeien.
G
ebiedsplan Krimpenerwaard/Lopikerwaard Voor het gebiedsplan Krimpenerwaard en het Zuid-Hollandse deel van de Lopikerwaard werden door vertegenwoordigers van de volgende betrokken partijen voorstellen aangeleverd: het Agrarisch Collectief Krimpenerwaard (ACK), het Zuid-Hollands landschap (ZHL), het Agrarisch Collectief Lopikerwaard en de NVWK. Paul Terwan had een grote kaart meegenomen waarop we konden aangeven waar welke maatregelen tot verbetering zouden leiden. De financiële onderbouwing van elke maatregel vroeg uiteraard meer tijd.
V
erloop politieke proces Vanzelfsprekend heb ik aandeel gehad in en ben op de hoogte van de concrete voorstellen, maar op dit moment kan ik nog niets delen om te voorkomen dat door publicatie het proces van inbreng en verdedigen gefrustreerd zou kunnen worden. Eind januari is het volledige plan inclusief de vijf gebiedsplannen in Gedeputeerde Staten besproken en akkoord bevonden. Nu kan het door naar de Commissie waar het hopelijk nog in februari wordt besproken, waarna het nog net voor de verkiezingen in Provinciale Staten kan worden behandeld. Na positieve besluitvorming in Provinciale Staten kan het Actieplan met alle bijlagen openbaar worden en zullen wij het volledige plan publiceren op onze site. In het aprilnummer volgt een update over de vorderingen. d WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 25
Uilenballen pluizen Ingang om duurzaamheidsonderwerpen te bespreken Suze Peters, www.ecokidsgroenehart.nl Suze Peters van Ecokids Groen Hart is in opdracht van de Omgevingsdienst Midden-Holland in januari de hele regio doorgereisd met de uilenballen van de uilenwerkgroep om 19 gastlessen te verzorgen aan kinderen in de bovenbouw. Basisscholen uit Lekkerkerk, Krimpen aan de Lek, Nieuwerkerk aan den IJssel, Waddinxveen, Reeuwijk, Haastrecht, Stolwijk, Bergambacht en Schoonhoven hadden zich opgegeven. d
N
a het pluizen en het verschil tussen vleeseters en knaagdieren in de kaken te zien, werd er ook nog nagepraat over de plaats van de uil in de voedselketen. Op de vraag ‘Wie eet de uil?’ kwamen de meest uiteenlopende antwoorden: beren, slangen, arenden, vossen, wolven… Met de kinderen in groep 7 en 8 hebben we verder onderzocht waarom het gebruik van gif invloed heeft op de uilenstand, waarbij het project ‘Uilenkasten aan de Lekdijk’ steeds als voorbeeld van alternatieve bestrijdingsmethode genoemd is. En hoe kan het dat er PUR in de uilenballen zit? Een soort plasticsoep maar dan anders. Zo stipt een biologieles ook andere thema’s als duurzaamheid en vervuiling aan. Suze dankt de rapers van de uilenballen weer hartelijk! Gezien de enthousiaste reactie van de kinderen en de leerkrachten, verwacht Ecokids volgend jaar weer een groot aantal aanmeldingen. Hopelijk kunnen we de fijne samenwerking dan weer voortzetten. d Ware muizen, woelmuizen en spitsmuizen Ware muizen zijn alleseters; huismuis, bosmuis, dwergmuis, bruine rat en zwarte rat. Ze hebben knobbelkiezen waarmee, ze kunnen ‘knippen’, maar ook kunnen ‘malen’. Hun hoektanden zijn puntig zodat ze hun prooi kunnen verscheuren. Woelmuizen zijn planteneters; veldmuis, aardmuis, water- of woelrat, rosse woelmuis, muskusrat. Ze hebben snijtanden voorin de bek, zodat ze plantenmateriaal kunnen afbijten, en ribbelkiezen waar ze uitsluitend mee kunnen malen. Spitsmuizen zijn vleeseters; huisspitsmuis, waterspitsmuis, dwergspitsmuis, bosspitsmuis, tweekleurige bosspitsmuis. Met hun kiezen kunnen ze vlees (insecten) verscheuren en ze hebben scherpe hoektanden. Verschillende soorten uilen In onze omgeving komen vier soorten uilen voor: bosuil, ransuil, steenuil en kerkuil. Uilen eten onder andere muizen en braken de onverteerbare delen uit. In uilenballen vind je dus ook veertjes en botjes van vogels. Bron: www.slideshare.net
26
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
Nestkastenprojectkrijgt bijzonder vervolg Stefan van der Heijden
Het HHSK-nestkasten project van de roofvogel- en uilenwerkgroep kreeg een onverwacht vervolg. De Golfbaan Crimpenerhout nam contact op met uilenwerkgroep. Men had in de media gelezen dat wij helpen met het onderdrukken van de muizenstand. En muizen, daar hadden ze veel last van. Of we wilden komen kijken.
E
ind november gingen we een keer op bezoek. Om kennis te maken maar zeker ook om te kijken waar en hoe erg de overlast is en wat de (on)mogelijkheden waren. Het probleem betrof niet alleen muizen maar ook woelratten. Lokaal waren er tientallen gaten en verzakkingen. Gevaarlijk voor golfers en maaimachines. En op extra ‘holes’ op een golfbaan zit niemand te wachten. Tot twee jaar terug stond op een terrein dat aan de golfbaan grenst een paal met een torenvalkkast. Deze kast was altijd bezet. Sinds de paal verdwenen was, begon de overlast van de muizen en woelratten. De aanwezige torenvalken hadden dus een onderdrukkend effect op het ‘ongedierte’ op de golfbaan. De golfbaan wil nadrukkelijk niet met gif de plaagdieren bestrijden. Enerzijds vanwege de milieuschade, anderzijds ook voor het welzijn van de medewerkers. De werkwijze van HHSKnestkastenproject, plaatsen torenvalk- en kerkuilkasten om zo
aanwezigheid van deze soorten te stimuleren en muizenplagen onderdrukken, sprak het bestuur van de golfbaan erg aan. Uit het bezoek bleek dat het mogelijk en kansrijk was om een kerkuilkast en twee torenvalkkasten te plaatsen. Dit is begin december gedaan. Voor het plaatsen van de kerkuilkast was het nodig om een gat in de wand van de loods te slijpen om zo een permanente opening te maken. Dit is essentieel voor een uil om binnen te kunnen komen. Wij vinden het fijn dat het huidige golfbaanbestuur samenwerking zoekt met de NVWK. Dit is een constructieve manier om de nare ervaringen van destijds bij de aanleg van de golfbaan, achter ons te kunnen laten en vooruit te kijken. Inmiddels is het 2019. Hopelijk weten de doelsoorten de kasten snel te vinden en wordt de overlast voor de golfbaan minder. En dan is de Krimpenerwaard wellicht weer een broedgeval van mooie vogelsoorten rijker! d Links: Stefan plaats een nestkast in een paal; foto: Jannie Monhemius. Rechts: mooi uitzicht voor torenvalken vanaf de kast; onder: de ‘holes’ van de woelmuizen; foto’s: Stefan van der Heijden
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 27
Verblijf in een ‘heidehuisje’ met een eigen vogelkijkhut grenzend aan een natuur- en stiltegebied. Nico de Haan ging u voor: ‘Als je niet aangestaard wordt door de Schotse Hooglanders dan word je wel begluurd vanaf de kale topjes van het struikgewas door de roodborsttapuiten. Raven praten in de verte en in het voorjaar jodelt hier de wielewaal’. Kijk op: www.heidehuisje.nl of bel 06-81525089
WELKOM IN HET REESTDAL
Tuinontwerp en hoveniersbedrijf
'Projecten in het groen' ontwerp beplantingen onderhoud
www.projecteninhetgroen.nl
0 6 . 5 4 2 1 3 9 8 8
Natuurstruinroutes Presentatie van vijf routes in de Krimpenerwaard Tekst: Arie Kooy, foto’s: Frans van der Storm Tijdens een geanimeerde bijeenkomst zijn op 18 januari jl. maar liefst vijf nieuwe zogenaamde Natuurstruinroutes gepresenteerd. De bijeenkomst vond plaats in Concordia te Haastrecht. Maurice Kruk van Bureau Mens & Groen, mét Henny de Jong van de Gemeente Krimpenerwaard de initiatiefnemers van de totstandkoming van de routes, presenteerde de vijf wandel-struinroutes. De opdrachtgevers voor de routes zijn de Gemeente Krimpenerwaard, de Groenalliantie Midden-Holland en het Zuid-Hollands Landschap. d
M
aurice vertelde uitgebreid over de totstandkoming van het project en bedankte degenen die hebben bijgedragen, zoals Peter Both van Te Voet (vereniging van wandelaars), Jolanda van de Seijp van JvdS-Coaching en de kracht achter het project Gastheerschap van de Krimpenerwaard, én Ria van de Werf en Nel Steenwijk van het routeteam Struinen & Vorsen (met als doelgebied het Groene Hart). Hierna werd het eerste exemplaar van de kleurrijke folder met mooie illustraties van Pepijn Hof, uitgereikt aan wethouder Jan Vente van de Gemeente Krimpenerwaard. Maurice vertelde dat er ondanks zelf uit te stippelen routes langs wandelknooppunten toch behoefte bestaat aan uitgestippelde en beschreven routes zoals beschreven staan in de folder. Het gaat om de volgende vijf routes - ruim 90 km wandel- en kijkplezier - die de naam hebben gekregen van een voor de Krimpenerwaard karakteristieke vogel: • De Blauwborst route, 13 km in de omgeving van Krimpen aan den IJssel, de Stormpolder, • De Grote Zilverreiger route, 12 km in de omgeving van Haastrecht, • De Kievit route, een tweedaagse route van maar liefst 47 km dwars door de Krimpenerwaard, • De Buizerd route, 15 km in de omgeving van het Loetbos bij Lekkerkerk, • De Zwarte Stern route, 7 km in de omgeving van de Berkenwoudse Driehoek bij Berkenwoude. Dit is voorlopig de enige interactieve route. Onderweg kunnen op borden gepubliceerde vragen worden beantwoord. Leuk voor kinderen, ook qua afstand. In de beschrijving van de routes worden de te volgen wandelknooppunten opgesomd. De routes lopen voor een groot gedeelte over onverharde paden. De routes kennen vanzelfsprekend afwijkingen in het broedseizoen van 1 maart tot 1 juli. De folder is op de gemeentekantoren te verkrijgen en besteedt ook aandacht besteed aan overnachtingsmogelijkheden in de Krimpenerwaard, aan Speelpolders, boerderijbezoek en aan het kopen van streekproducten.
D
e nieuwe routes zijn ook te raadplegen en te downloaden op de volgende sites: • struinenenvorsen.nl • route.nl • zuidhollandslandschap.nl • heerlijkbuiten.nl • ontdekdekrimpenerwaard.nl • en natuurlijk ook op nvwk.nl
W
ethouder Jan Vente bedankte na de presentatie alle betrokkenen die hebben gezorgd voor de totstandkoming van de routes en de uitgebreide en duidelijke beschrijving. De bijeenkomst werd besloten met een voettocht van de aanwezigen door de natuur ten zuiden van Haastrecht, waarbij het nog lukte om twee van de vijf vogels te zien: de buizerd en de grote zilverreiger. De kievit liet het afweten en de blauwborst en de zwarte stern zijn momenteel met vakantie in het zonnige zuiden. d WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 29
Waard(e)vol wonen en werken Hoe behouden wij de kracht van de Krimpenerwaard? Joke Colijn
De Krimpenerwaard is veel meer dan een stuk Zuid-Holland waar je kunt wonen en werken. Juist door de omliggende rivieren heeft ons gebied een bijzonder cultuurhistorische status, omdat we in meer of minder isolement een bestaan opbouwden, zelfs binnen de waard als dorpen en stadjes geheel onafhankelijk van elkaar. Die historische diversiteit van de kernen, de levende cultuurhistorie én de natuurwaarden maken ons leefgebied uniek, een parel in het steeds minder groene Groene Hart. Ondanks de status van Nationaal Landschap zijn er al verschillende voorbeelden te noemen die het Groene Hart onherstelbaar hebben aangetast. In het Panorama Krimpenerwaard zijn voorstellen opgenomen die economisch interessant zijn, zodat duurzaam en comfortabel wonen en werken mogelijk blijft. We moeten daarvan het belang onderkennen, maar er tegelijkertijd voor waken dat we de kracht uit ons unieke gebied halen. We willen niet verworden tot een tweede Zuidplas zonder identiteit, of als het door wegen doorsneden Midden-Delfland, of als de grootschalig verkavelde delen van de Alblasserwaard. Deze drie voorbeelden zijn geen loze kreten. In de vorige Waardvogel gaf ik aan hierover meer in het februarinummer te zullen schrijven d
G
een loze kreten - Zuidplas bestaat uit de samengevoegde kernen van Nieuwerkerk aan den IJssel, Moordrecht en ZevenhuizenMoerkapelle. Het gebied wordt doorsneden door de A12 en A20 en dit maakt het de ideale plek voor ontwikkeling van industrie en woonwijken. Kijk maar uit het autoraam als u er langs rijdt. Zuidplas is aangewezen als overloopgebied voor Rotterdam en inmiddels verwijderd uit de begrenzing van het Nationaal Landschap Groene Hart. - Midden-Delfland was een grote groene oase tussen Den Haag en Schiedam, maar wordt tegenwoordig doorsneden door de A4, waarvan het traject al in 1965 op de tekentafel lag. Door grootscheepse protesten liep de aanleg vertraging op en ter compensatie werden miljoenen beschikbaar gesteld voor natuur. Hiervan wordt regelmatig gebruik gemaakt en men is zeer actief in het promoten van de groene kwaliteiten, maar ook daarbij blijft de lokale politiek regelmatig kiezen voor intensieve landbouwbelangen. Bovendien zijn vorig jaar door de Raad van State de laatste juridische hindernissen weggenomen voor de aanleg van de Blankenburgtunnel. De tunnel met aansluitende wegen gaat de A20 met de A15 verbinden en loopt straks dwars door waardevol Natura 2000-gebied. Het traject bedreigt daarmee beschermde populaties
van o.a. roerdomp, baardmannetje en vleermuizen en vernietigt cultuurhistorisch belangrijk gebied en recreatief groen. In 2016 is door de landelijke planbureaus PBL en CPB al aangetoond dat de zesbaansweg niet de bedoelde ontlasting voor het Rotterdamse verkeer oplevert. Nut en noodzaak van deze tunnel zijn volgens belangenorganisaties niet voldoende aangetoond, maar toch komt de 1,2 miljard euro kostende nu op dit schadelijke tracé. - Hoewel de Alblasserwaard landschappelijk nog mooie delen kent waar lintbebouwing en dorpen hun originele charme hebben behouden, is van een aaneengesloten slagenlandschap zoals in de Krimpenerwaard bewaard is gebleven, geen sprake. Met name in het noordelijke deel hebben verkavelingen gezorgd voor een economische injectie voor de agrarische bedrijfsvoering. Rijdend langs de N480 passeer je het ene moderne, grootschalige landbouwbedrijf na het andere, met brede en diepe percelen Engels raaigras. De monocultuur heeft de biodiversiteit van het agrarisch bedrijf verdreven, de weilanden zijn groene woestijnen geworden. Ook in de niet-verkavelde delen zijn volgens Jan Andeweg, coördinator weidevogelbescherming, nauwelijks overlevingskansen voor weidevogels vanwege de gevoerde intensieve landbouwpraktijk. Zelfs voor erfvogels is geen plaats meer: op de erven van de nieuwe bedrijven ligt onderhoudsarm beton en voor het woonhuis ligt een strak gemaaid gazon met in een hoekje nog een eenzame heester.
M
et deze drie voorbeelden in het achterhoofd kunnen we een schets maken van het equivalent van deze bedreigingen voor de Krimpenerwaard. We moeten bij de uitwerking van het Panorama alert zijn - en blijven - dat investeringen in economie en ecologie gelijkwaardig opgaan, anders verliezen de biodiversiteit en het landschap het weer van de roep om meer en groter.
W Op dit kaartje is te zien hoe de aansluitweg van de Blankenburgtunnel dwars door Natura 2000-gebied gaat lopen. Als zelfs dát gebeurt, wat staat ons dan te wachten? 30
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
oningen en bouwen Tot 2050 ligt er volgens het CBS in Nederland een opgave om 250.000 woningen te bouwen, waarvan 75% in de provincie ZuidHolland. De provincie Zuid-Holland zelf zegt in
haar discussienota Verstedelijking dat er tot 2050 nog 210.000 woningen gebouwd moeten worden. Zuid-Holland ís al de provincie met de grootste bevolkingsdichtheid, zowel absoluut als per km2, en met de minste natuur: minder dan 7%! In oktober 2018 werd door het college van de gemeente Krimpenerwaard een voorstel gedaan om voor de aanleg van een ‘tweede’ vaste oeververbinding naar Ridderkerk als uitruil voor medefinanciering aan het MIRT (Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport) een ‘bod’ van 200 ha verstedelijking aan te bieden in de Krimpenerwaard, als overloop voor de gemeente Rotterdam. De beoogde 5.00010.000 woningen komen bovenop de 3.000 woningen die de gemeente al wil realiseren in haar eigen Woonvisie. Op onze site in het Nieuwsbericht van 19 oktober 2018 kunt u lezen hoe de NVWK heeft gereageerd door in te spreken in beide Krimpenerwaardse gemeenteraden. Bij dit nieuwsbericht is ook een downloadbare PDF gevoegd van een gezamenlijke brief met het Zuid-Hollands Landschap en de Natuur en Milieufederatie Zuid-Holland, gericht aan de provincie Zuid-Holland. Bij de presentatie op 28 november jl. van het Panorama was de uitspraak van Chris Kalden, voorzitter van de Waardcommissie die het proces van de Strategische Visie en het Panorama Krimpenerwaard heeft begeleid, ons uit het hart gegrepen: “Zo ga je niet te werk als gemeente. Voorbijgaand aan dit proces van burgerparticipatie waarin alle bewoners en belanghebbende partijen samenwerken, een voorstel lanceren voor een oeververbinding met als uitruil de woningbouw van 10.000 woningen voor Rotterdam.” Chris Kalden heeft zijn sporen verdiend op het ministerie van LNV, als directeur bij Staatsbosbeheer en als voorzitter van de Stichting Groene Hart en is daarmee toch niet de eerste de beste; dit is een stevige stelling. Van de drie binnen het MIRT besproken opties voor een vaste oeververbinding om met name de Brienenoordcorridor te ontlasten, is deze brug of tunnel nog één van de twee overgebleven opties. Of de uitruil van grootschalige woningbouw in de Krimpenerwaard daarin meeweegt, wordt inmiddels minder aannemelijk. De provincie heeft zich in januari uitgesproken tegen grootscheepse woningbouw. Gedeputeerde Staten bereiden samen met de gemeente Krimpenerwaard en Krimpen aan den IJssel een voorstel voor over de ruimtelijke ontwikkelingen in het gebied, inclusief
HET IS KLEIN NAAR UW NIEUWE BIJ EEN UW HUIS PASTSTAPJE EEN MOOIE TUIN! TUIN,EenMET MOLENAAR HOVENIERSBEDRIJF! mooie tuin zorgt voor ontspanning. Op zoek naar een hovenier die u kan helpen met het ontwerpen, aanleggen of onderhouden van Wij ontwerpen zulke tuinen, leggen ze aan en uw tuin? Dan bent u bij Molenaar aan het goede adres! Graag adviseren wij u in een geheel onderhouden voor het vakwaar en met vrijblijvend gesprek. ze. VaakMet zienliefde wij mogelijkheden u zelf nog nooit aan hebt gedacht. dehouden creativiteit die u van hoogwaardig Daarbij wij rekening meteen uw wensen, zodat uw tuin het verlengstuk van uw woning wordt mag waarvan u veel extra wooncomfort zult ervaren! hoveniersbedrijf verwachten.
A. Molenaar Hoveniersbedrijf brengt elke tuinwens in praktijk, met respect voor de natuur en met gebruikmaking van de beste materialen. We gaan daarbij geen enkele uitdaging uit de weg, ontzorgen u totaal! Heeft u interesse? Neem| TUINAANLEG dan contact met ons op TUINONTWERP | TUINONDERHOUD via 06-54967545 of mail naar op marc@amolenaar.nl Bekijk diverse projecten onze website www.amolenaar.nl
’t Hooge 5 | CD 2861Bergambacht EZ Bergambacht | T (0182)(0182) 35 18 35 61 18 61 Tussenlanen 20/b Zand | 2861 | Telefoon: Fax: (0182) 35 11 64 | | www.molenaarhovenier.nl E-mail: info@amolenaar.nl E marc@amolenaar.nl
Cartoon: Gert Blom
de bereikbaarheid. “In dit voorstel zullen zowel een nieuwe oeververbinding als het versterken van de bestaande Algeracorridor als opties overwogen worden. Het beleid van de provincie daarbij is niet gericht op grootschalige extra woningbouw in de Krimpenerwaard, maar alleen op bouwen voor eigen behoefte.” Ook de geplande bouw van de 3.000 woningen in de Woonvisie van de gemeente Krimpenerwaard is om die reden nog niet goedgekeurd door de provincie. Voor eigen behoefte zijn 1.800 woningen nodig, geen 3.000. Uiteraard valt of staat een gezonde economie met bedrijvigheid. De Krimpenerwaard heeft gedreven ondernemers voortgebracht en een aantal bedrijven van elders heeft zich hier gevestigd. Dat met hun behoeften rekening moet worden gehouden is duidelijk; het is immers ook van groot belang dat bestaande werkgelegenheid blijft. Op bedrijfsterreinen is hier en daar leegstand en er zijn verpauperde delen. Ondernemers komen bij verplaatsing binnen de waard zelf al met het voorstel voor een ruimte-voor-ruimte-regeling, die niets van de onbebouwde buitenruimte hoeft te kosten. De grootste bedreiging door grootschalig bouwen komt dan ook niet van de zijde van de ondernemers. Veel industrieterreinen kunnen overigens wel een groene en duurzame make-over gebruiken waarmee de overgang naar het omringende buitengebied vriendelijker wordt en de uitstraling van bedrijven een enorme boost krijgt.
M
obiliteit Wij begrijpen goed het belang voor Krimpenerwaardse ondernemers en dagelijks pendelende forensen van een extra vaste oeververbinding over de Lek/Nieuwe Maas. De ergernis van het dagelijks in de file staan aan twee zijden voor de Algerabrug valt niet te onderschatten, maar het is maar de vraag of een extra oeververbinding bijdraagt aan de betere ontsluiting van de Krimpenerwaard, zeker als er vervolgens grootschalige verstedelijking bij komt. Ons wegennet kan de druk nu net aan, er moeten daarom geen plannen meer gemaakt worden die de verkeersstroom vergroten. Bij nog meer druk op de infrastructuur zal zeer waarschijnlijk worden gekeken naar meer ‘oplossingen’ in de vorm van meer vaste oeververbindingen over de IJssel en Lek en uitbreiding van het bestaande net. Voorstellen stonden WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 31
al ingetekend in de kaart op pagina 75 van de Strategische Visie. Tekeningen van bruggen en tunnels liggen al decennia te wachten tot de tijd rijp is. Ze worden tevens gepromoot als vluchtwegen, in tijden van dijkdoorbraak. Als dit tot uitvoering komt, hebben we voor de Krimpenerwaard het begin van het eind gecreëerd voor boeren, natuur en milieu. Het fenomeen ‘meer asfalt leidt tot meer files’ wordt wetenschappelijk onderbouwd in de zg. Fundamentele Filewet. Dat zien we in de praktijk aan de N207 die sinds de aanleg van de rondweg om Gouda veel intensiever bereden wordt door verkeer op weg naar de A12 en A20 vanuit de Alblasserwaard. Voor we het weten wordt de Krimpenerwaard een doorgangsgebied tussen A15 en A20 waarin gebouwd blijft worden. Daarom moet er serieus gekeken worden naar alternatieven voor ontlasting van de Algera-flessenhals, en die zijn er. De beide gemeenten, vervoersorganisaties en de provincie moeten hierin constructief samenwerken. De waterwegen om de Krimpenerwaard worden nauwelijks benut voor vervoer van personen en goederen. De Waterbusverbindingen sluiten niet aan op het overige openbaar vervoer en zouden veel frequenter en naar meer locaties uitgevoerd kunnen worden; zeker in de spits valt daar heel veel te winnen. Bij de haltes en terminals komt dan parkeergelegenheid voor auto’s en fietsen. Ook voor vervoer van goederen valt met wat logisch gesitueerde opslag- en overslagterreinen langs het water van alles te bedenken. Die structuren kunnen dan groene daken krijgen, of zonnepanelen – maar dat is nu even niet het onderwerp. Is er al eens energie gestopt in het organiseren van carpoolen? Gemiddeld zit er 1,2 persoon in een auto die in de file staat. Dat getal moet omhoog kunnen door effectief samenbrengen van reizigers met (bijna) dezelfde bestemming. Verder staan er auto’s in de file op de N210 voor de Algerabrug die er helemaal niet overheen moeten, maar die op het industrieterrein Stormpolder of in de kern Krimpen aan den IJssel moeten zijn. Daarvoor zijn oplossingen bedacht die nu door het gemeentebestuur van Krimpen aan den IJssel worden onderzocht. Voor bestemmingsverkeer tussen Capelle en Krimpen kan ook een andere oplossing worden gevonden dan over de Algerabrug, bijvoorbeeld via een directe fietstunnel. Kijk ook nog eens naar het doortrekken van de metrolijn tot in Krimpen. Verder kan het openbaar vervoer veel beter worden afgestemd op de behoefte. De Algerabrug zelf kan op de daarvoor ooit al berekende, originele fundering worden verbreed; voor aanwonenden die last hebben van extra geluidshinder door de verbreding van het laatste aanloopstukje N210 kan een passende oplossing worden gezocht. En, last but not least, we kunnen hierin ook zelf meer verantwoordelijkheid nemen door met andere ogen naar fietsen, elektrisch fietsen en snelfietsen te kijken als we ergens heen moeten. Ongetwijfeld zijn er meer opties; gelukkig zijn er creatieve deskundigen genoeg op mobiliteitsgebied.
A
de omgeving de das omdoet. De tendens van ‘steeds groter en meer’ is een puur economisch ingegeven belang dat geen rekening houdt met alle andere omgevingsfactoren in de natuur, het landschap en het milieu en brengt direct fatale schade toe aan kwetsbare ecosystemen. De zuivelproductie is voor het leeuwendeel voor de export, terwijl de binnenlandse maatschappelijke kosten voor ons land veel groter zijn dan de opbrengst uit export oplevert. Wanneer stappen we uit deze krankzinnige draaimolen? De toekomst voor de Krimpenerwaard ligt in kleinschalige bedrijven van slimme ondernemende boeren die nieuwe kansen zien in een veranderende markt en die zoals natuurinclusieve boeren elders bewijzen, jaarlijks eindigen met een positief bedrijfsresultaat zonder dat de bank gelijk op de stoep staat. Omschakeling in het hoofd vindt hier en daar al plaats, maar omschakeling van bedrijfsvoering vormt uiteraard een financiële uitdaging voor de agrariër. Gelukkig kan dit worden getackeld door overheidssubsidie. De eenmalige investering in omschakeling naar natuurinclusief of biologisch of circulair of elke andere vorm van landbouw die investeert in de leefomgeving, is veel duurzamer dan structurele subsidiëring van de eindige intensieve vorm zoals nu het geval is. Ook al is de lobby voor kortdurend economisch belang nog sterk, ook op Europees niveau ziet men best dat het een heilloze weg is om hier (ook ons belasting) geld in te blijven pompen. Ook wij Krimpenerwaarders, medebewoners en consumenten van landbouwproducten van onze boeren hebben hierin een flinke verantwoordelijkheid: koop hun producten via de korte kanalen als boerderijwinkels, Rechtstreex, een nog op te richten coöperatie. Die producten kosten een paar eurocenten meer maar die gaan welverdiend naar de boer voor zijn inzet, niet naar de tussenhandel. Zo zorgen wij er zelf voor dat de Krimpenerwaard, ónze leefomgeving, levend kan blijven. Dat de koeien in kruidenrijke weiden kunnen lopen, dat slootkanten en bermen bloeien, dat weidevogels boven de landerijen baltsen in het voorjaar, dat op boerenerven en in tuinen vogels en vlinders kunnen foerageren, dat inklinking van de bodem vertraagt door verstandig beheer, dat stedelingen hier komen kijken hoe mooi en rijk het platteland kan zijn; kortom, dat de Krimpenerwaard trots is op zijn boeren en dat het landschap bruist van het leven! d
grarische bedrijfsvoering Uit allerlei bronnen is bekend dat intensieve agrarische bedrijfsvoering Zo zien we de toekomst: gezonde koeien in een rijk grasland, waar ook ruimte is voor weideeindig is en uiteindelijk zichzelf, de boer en vogels en bloemen; foto: Max Ossevoort
32
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
BMP en ringonderzoek 2018 Doove Gat en Hooge Boezem achter Haastrecht Cor Oskam De herinrichting van polder de Hooge Boezem achter Haastrecht in 2011 was de aanleiding voor Stichting Vogelringstation Nebularia om in samenwerking met het Zuid-Hollands Landschap de broedvogelmonitoring te intensiveren en dit jaarlijks te koppelen aan ringonderzoek. De doelstellingen hierbij waren inzicht te krijgen over: • Het effect van de inrichting op de bestaande broedvogelpopulaties. • De vestiging van nieuwe vogelsoorten in het gebied. • Welke moeraszangers maken tijdens de najaarstrek gebruik van het gebied als stop-over? • Waar komen deze vogels vandaan en hoe lang blijven doortrekkers gemiddeld in het gebied? d
B
roedvogelinventarisatie Aanvullend aan het ringonderzoek tellen we al jaren het aantal broedvogels in het gebied (Tabel 1). Deze inventarisatie wordt uitgevoerd volgens de SOVON methode BMP-A. Er werden in totaal zeven bezoeken afgelegd in zowel het weidegebied als in het moerasgedeelte. Daarnaast waren er nog enkele nachtelijke bezoeken waarbij geluid werd afgespeeld om rallen in kaart te brengen. Zo konden dit jaar twee territoria van de waterral ingetekend worden, dit zijn er evenveel als vorig jaar. Een porseleinhoen reageerde tijdens inventarisatie op 14 april op een geluidstrack. Ook de volgende dag liet de vogel zijn aanwezigheid nog horen. In het najaar en wel 3 september werd er een juveniel exemplaar gezien en gefotografeerd. Waarschijnlijk waren dit doortrekkers en werd er niet door de soort gebroed in het gebied. Opvallend is dat er in voorgaande jaren doorgaans broedende knobbelzwanen in het gebied waren, maar dit jaar niet. Het aantal broedende grauwe ganzen daalde van 60 naar 43. Ook het aantal grote Canadese ganzen daalde van 15 naar 12 broedpaar. Eén van de oorzaken is de jacht. Er werd dit jaar veel meer dan voorgaande jaren gejaagd rond het natuurontwikkelingsgebied. Dat gebeurde veelal vanaf de Zijdeweg die polder de Hooge Boezem afscheidt van polder Keulenvaart. Wandelaars schrokken en sommigen raakten zelfs in paniek vanwege het feit dat ze tijdens hun avondwandeling geconfronteerd werden met jagers die van zeer dichtbij op de ganzen schoten. Aangeschoten vogels vielen dood en half dood tussen natuurliefhebbers en vogelaars op sommige zomeravonden. Een bijzonder groot contrast, dat je eigenlijk niet wilt zien in het voorjaar. De bergeend gaat het steeds beter doen en groeide door van
drie naar zes paar. De zomertaling liet voor het tweede opvolgende jaar verstek gaan. Het waterhoen deed het fantastisch en steeg van twee naar zes broedpaar. Van de primaire weidevogels stabiliseerden de aantallen van grutto, kievit en scholekster. De tureluur deed het wat minder dan in 2017 en zakte van vijf naar drie broedpaar. De moerasvegetatie groeit, wordt hoger en dichter in het gebied. Ondanks dat waren er nog twee kleine plevieren territoriaal aanwezig in het gebied. Dit jaar was het een succes voor de kokmeeuwen in het gebied. Het aantal broedparen groeide spectaculair door van 42 in 2017 tot 176 afgelopen jaar. Op bijna ieder eiland waren nesten te vinden. Gedurende de broedperiode waren er steeds zwartkopmeeuwen in de kolonie te zien. We konden een broedgeval helaas niet hard maken, maar het lijkt echter een kwestie van tijd tot we deze meeuw als nieuwe broedvogel kunnen verwelkomen. Waarschijnlijk door het succes van de kokmeeuwen is populatie visdieven niet doorgegroeid en zelfs iets teruggelopen van 45 paar tot 40. De eilandjes die voorheen gebruikt werden door de visdieven, waren al bezet door kokmeeuwen toen de visdieven aan hun nestbouw begonnen. Wat betreft de moeraszangers konden we een nieuwe broedvogel begroeten. De Cetti’s zanger heeft het gebied nu echt gevonden met twee broedpaar. Afgelopen winter konden we steeds territoriale Cetti’s zangers horen. Het aantal broedpaar van blauwborst, bosrietzanger en snor bleef stabiel. De rietzanger deed het verleden jaar erg goed. Dit jaar kwamen we uit op 34 broedpaar, vijf minder dan in 2017. De kleine karekiet deed het een stuk beter dan in 2017 en steeg mooi door naar 24 broedpaar.
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 33
2014
2015
2016
2017
2018
2014
2015
2016
2017
2018
Grauwe gans
10
30
51
60
43
Tureluur
2
5
8
5
3
Canadese gans
4
5
9
15
12
Kokmeeuw
3
2
14
42
176
Bergeend
1
2
3
3
6
Zwartkopmeeuw
0
0
0
0
?
Wilde eend
20
21
13
11
11
Visdief
34
38
41
45
40
Zomertaling
2
2
3
0
0
Blauwborst
6
6
5
5
5
Bruine kiekendief
1
1
1
1
1
Cetti's zanger
0
0
0
0
2
Waterral
2
2
4
2
2
Sprinkhaanzanger
1
1
1
0
0
Porseleinhoen
0
1
1
0
0
Snor
3
4
2
4
3
Waterhoen
1
2
3
2
6
Rietzanger
22
35
35
39
34
Meerkoet
17
31
29
25
20
Bosrietzanger
4
3
5
4
4
Scholekster
4
5
5
4
4
Kleine karekiet
16
20
23
15
24
Kleine plevier
4
7
2
2
2
Spotvogel
2
2
2
2
2
Kievit
5
17
20
14
13
Ringmus
4
7
3
4
2
Grutto
6
9
11
9
9
Rietgors
17
21
21
15
12
Tabel 1. BMP broedvogels Hooge Boezem / Doove Gat. Een selectie van enkele broedvogels over de laatste 5 jaar
R
ingonderzoek Doove Gat 2018 Het ringonderzoek in het Doove Gat ging in 2018 zijn zevende jaar in. Het onderzoek werd in 2012 opgezet door vrijwilligers van Stichting Vogelringstation Nebularia in samenwerking met het Zuid-Hollands Landschap. Sindsdien worden jaarlijks van juli tot in het najaar regelmatig vogels gevangen, geringd en weer losgelaten, met de grootste inspanning gedurende de trekperiode van rietvogels in juli en augustus. In 2018 werd gevangen van 2 juli tot 8 september met op 25 september en 23 november nog aanvullende avond(/nacht)vangsten. In totaal waren er 19 vangmomenten. Dat is één vangdag meer dan in 2017, maar iets minder dan in 2016 en 2015. Als gecertificeerde ringers waren Erik Kleyheeg, Cor Oskam, Morrison Pot en Marcel Schildwacht actief in 2018.
Nebularia heeft een geheel nieuwe website: www.nebularia.nl
R
ingvangsten In 2018 zijn in totaal 888 individuele vogels gevangen, wat inclusief 111 terugvangsten binnen het ringseizoen een totaal van 999 vangsten opgeleverd heeft. Het aantal soorten bedroeg 27, waarvan kleine karekiet en rietzanger zoals gebruikelijk veruit de meest talrijke waren. Er werden maar liefst 6 nieuwe soorten voor de plek geringd, namelijk boompieper, heggenmus, oeverloper, smient, wintertaling en wulp. Tijdens de avondvangsten werden gemiddeld 44 vogels gevangen, terwijl tijdens de ochtendvangsten gemiddeld 65 vogels werden gevangen. De vangdagen met de meeste vogels vonden plaats in de eerste helft van augustus, wat samenvalt met de doortrekpiek van moeraszangers. Het grootste aantal vogels in 2018 werd gevangen op 8 augustus, namelijk 93 vogels waarvan 10 terugvangsten. Er werden slechts éénmaal meer vogels gevangen, namelijk 110 exemplaren op 19 juli 2014. De echte rietvogels lieten interessante toeen afnames zien ten opzichte van vorig jaar of eerdere jaren . Als we kijken naar de talrijkste soorten, namelijk kleine karekiet en rietzanger, zien we een vergelijkbaar beeld. Na twee wat
mindere jaren in de beginperiode van het ringproject, liggen de jaarlijkse aantallen sinds 2014 redelijk stabiel. Toch was ten opzichte van 2017 een toename te zien van het aantal kleine karekieten, terwijl er duidelijk minder rietzangers werden gevangen. Het lagere aantal rietzangers is mogelijk gerelateerd aan een relatief wat minder goed broedseizoen, mogelijk door de uitzonderlijke droogte. In de regel vangen we rietzangers relatief veel aan het begin van de vangperiode en kleine karekieten wat later in het seizoen wat erop kan duiden dat de rietzangers voor een groot deel broedvogels zijn, terwijl een groter aandeel kleine karekieten doortrekkers betreft. Een matig broedsucces in het gebied heeft dus mogelijk een groter effect op de aantallen rietzangers dan op de aantallen kleine karekieten. Het BMP-project in het voorjaar liet overigens een lichte terugloop van het aantal territoria rietzangers zien tegenover een sterke toename van het aantal territoria van de kleine karekiet, dus ook daarin kan een mogelijke oorzaak voor het verschil in ringvangsten worden gezocht. Echte winnaars in 2018 waren de bosrietzanger en de Cetti’s zanger. De bosrietzanger liet al sinds 2014 een stijgende trend zien en 2018 was veruit het beste jaar tot nu toe voor de soort. Het aantal broedterritoria is al jaren redelijk stabiel, dus waar deze toename door wordt veroorzaakt is niet duidelijk. Dat is bij de Cetti’s zanger een ander verhaal. In het jaarverslag van 2017 werd de soort al besproken vanwege de 3 vangsten in dat jaar. Dit jaar gingen we daar ver overheen met maar liefst 8 vangsten (6 individuen). Er werden twee broedterritoria ingetekend, dus de soort heeft zich nu echt gevestigd in het gebied.
Witgat (links) en oeverloper (rechts); foto: Cor Oskam 34
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
beeld was dat er tot kort voor zonsondergang volop in het gebied werd gefoerageerd door boerenzwaluwen, maar dat deze dan plots verdwenen om klaarblijkelijk elders te gaan slapen en niet in de rietstrook. Ook vorig jaar hadden we met boerenzwaluwen geen succes. Porseleinhoen ontbrak mogelijk mede doordat we geen inloopkooi hebben ingezet en watersnippen lieten zich niet verleiden door het afspelen van geluid bij het steltlopernet. Doordat er geen nachtEr werden weer diverse vogels met een afwijking gevangen. Hier afgebeeld zijn een 1kj rietzanger met een vangst is geweest ontbreken gekruiste snavel op 8 september (links) en een 1kj rietzanger met een opvallende groeistreep in de staart op 17 ook veldleeuwerik en waterral augustus (rechts); foto’s: Erik Kleyheeg [1kj = eerste kalenderjaar, d.w.z. dat de vogel in 2018 is geboren; red.] op de lijst. Het is elk jaar weer spannend of we een waterEr waren ook verliezers in 2018. Een opvallende daarvan is de rietzanger vangen. Vorig jaar was het weer raak, maar dit jaar blauwborst. Ondanks een stabiele broedpopulatie in het ge- hadden we geen geluk. Het is goed mogelijk dat er toch elk jaar bied werden er opvallend minder gevangen dan in de voorgaande enkele waterrietzangers van het gebied gebruik maken, maar het jaren. Mogelijk was het broedsucces wat lager dit jaar, of trok- ontbreken van vangsten is een indicatie dat de aantallen soms ken er minder blauwborsten door. De negatieve trend van de (altijd?) erg laag zijn. rietgors zet ook dit jaar door. Werden er in 2012 en 2014 nog meer dan 150 gevangen, dit jaar kwamen we niet boven de 21 erugmeldingen uit. Zichtwaarnemingen wezen uit dat een deel van de volwassen In totaal hadden we 25 vangsten van vogels die in eerdevogels al geringd is en mogelijk zijn ze door de eerdere ervaring re jaren geringd waren. De meeste waren kleine karekieten minder geneigd om de netten in te vliegen. Aan de andere kant (11) en rietzangers (6), maar opvallend is ook het aantal rietis ook het aantal territoria gedaald van 21 naar 12 in de laatste gorzen, namelijk 4 terugvangsten op een totaal van slechts 21 jaren. Dit terwijl het gebied schijnbaar volop potentie biedt voor vangsten. De oudste kleine karekiet was geringd in 2015 en de rietgorzen. Het wordt interessant om deze soort de komende ja- oudste rietzanger in 2016. Beide konden niet op tegen de enige ren extra in de gaten te houden. tjiftjaf die werd teruggevangen. Deze was namelijk al geringd Uiteindelijk waren er ook soorten die opvielen door hun afwe- als volwassen vogel op 19 juli 2014 in het Doove Gat. De vogel zigheid. Ondanks een aantal pogingen werden geen boeren- was in 2018 dus al minimaal 5 jaar oud en in de tussenliggende zwaluwen gevangen tijdens de avondvangsten. Het algemene periode niet één keer teruggevangen. d
T
Soort
Ringdatum
Melddatum
Ringlocatie
Meldlocatie
Afstand
Kleine karekiet
09-08-2015
05-08-2016
Nerem, België
Doove Gat
144 km
Kleine karekiet
06-09-2015
01-08-2017
Doove Gat
Koorbeel-Lo, België
128 km
Kleine karekiet
08-09-2015
10-07-2016
Oorderen, België
Doove Gat
85 km
Kleine karekiet
28-07-2016
23-08-2017
Doove Gat
Erquelinnes, België
192 km
Kleine karekiet
14-08-2017
20-08-2017
Grembergen, België
Doove Gat
115 km
Kleine karekiet
20-08-2017
03-06-2018
Doove Gat
Naarden, NL
45 km
Kleine karekiet
28-08-2017
03-09-2017
Hamme, België
Doove Gat
109 km
Rietzanger
25-08-2016
02-08-2017
Doove Gat
Grembergen, België
115 km
Rietzanger
29-07-2017
10-08-2017
Doove Gat
Aquitaine, Frankrijk
848 km
Rietzanger
04-08-2017
11-08-2017
Doove Gat
Haute-Norm. Frankrijk
425 km
Rietzanger
10-08-2017
20-08-2017
Doove Gat
St.-Joachim, Frankrijk
719 km
Rietzanger
10-08-2017
21-08-2017
Doove Gat
Pays d.l. Loire, Frankrijk
721 km
Rietzanger
10-08-2017
29-08-2017
Doove Gat
Picardie, Frankrijk
310 km
Rietzanger
11-08-2017
24-08-2017
Doove Gat
Ninove, België
140 km
Rietzanger
14-08-2017
23-08-2017
Doove Gat
Herne, België
150 km
Rietzanger
03-09-2017
16-09-2017
Doove Gat
Grembergen, België
115 km
Rietgors
24-08-2017
15-10-2017
Doove Gat
Jonkershove, België
173 km
Rietzanger
?
21-08-2018
Noorwegen
Doove Gat
?
Tabel 2. Overzicht van terugmeldingen van vogels buiten het Doove Gat die in 2018 binnen kwamen. Van één rietzanger is de ringdatum en -locatie nog niet bekend
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 35
Jaarverslag 2018 van de NVWK Frans van der Storm, secretaris
Het jaarverslag over 2018 ziet er anders uit dan voorgaande jaren. Tot en met vorig jaar presenteerde iedere werkgroep haar eigen jaarverslag en daarnaast was er het verslag van de secretaris met een brede variëteit aan onderwerpen. De NVWK is één vereniging met daarbinnen tal van werkgroepen en activiteiten. Dat willen we ook tot uitdrukking brengen in het Jaarverslag van de NVWK. Nadere informatie over de activiteiten in 2018 van de afzonderlijke werkgroepen is te vinden op de website onder de tab werkgroepen, waar hun volledige jaarverslagen worden gepubliceerd. d
I
nleiding Als je zo door de oogharen terugkijkt naar 2018, dan zien we een NVWK die intern en extern een steeds sterker profiel krijgt. Steeds meer en steeds nadrukkelijker kunnen we door onze bijdrage aan het werk van andere partijen én door NVWK-initiatieven, opkomen voor de belangen van natuur en landschap in de Krimpenerwaard. Bijdragen die we kunnen leveren door de niet aflatende inzet van ruim 200 vrijwilligers op allerlei gebied: we bestuderen, beheren, beschermen, overleggen, adviseren, presenteren over vogels, planten, landschap, ruimte en zo meer. “Dit jaar voor het eerst scholen betrokken bij het ringen van uilen. Dat werd erg positief ontvangen.” uilenwerkgroep Het is de sterke verbinding tussen het ‘ouderwetse handwerk’ van met loep en verrekijker het veld in, oren en ogen de kost geven aan de ene kant, én alert zijn op plannen en activiteiten van overheid, waterbeheerders en boeren waarop we kunnen inspringen aan de andere kant, die de NVWK tot een sterke vereniging maakt. In deze publicatie gaan we in op de activiteiten van de vogel- en plantenwerkgroepen, op die van de andere werkgroepen en van de vereniging in het algemeen.
D
e vereniging De vereniging is in 2018 behoorlijk gegroeid. Tegenover het afscheid van zestien leden staat de aanmelding van zestig nieuwe leden: de NVWK telt nu een kleine 900 leden. Ruim 200 zijn actief als vrijwilliger in één of meer werkgroepen. Met de algemene vergadering in maart 2018 hebben we afscheid genomen van de bestuursleden Gerard van Slijpe (penningmeester)
en Hans Kouwenberg (algemeen bestuurslid). Benoemd zijn Jan de Boer (penningmeester) en Jaap Graveland (algemeen bestuurslid). Het drukwerk voor verenigingsblad de Waardvogel is ondergebracht bij Efficiënta in Nieuwerkerk aan den IJssel. Door deze maatregel kan het blad nu volledig in kleur worden gedrukt terwijl de drukkosten sterk zijn verlaagd. Het systeem voor de ledenadministratie is medio 2018 vervangen voor een nieuw systeem. Als gevolg van technische en conversieproblemen is de inning van de contributies over 2018 pas in het najaar uitgevoerd. Naast de vernieuwing van de ledenadministratie is ook de financiële administratie opnieuw ingericht waardoor een duidelijker onderscheid kan worden gemaakt tussen eenmalige en doorlopende verplichtingen alsmede naar vorderingen en schulden op korte en lange termijn. Daarnaast is een nieuw privacyreglement opgesteld en zijn enkele aanpassingen in de werkwijze van het secretariaat doorgevoerd om te voldoen aan de aangescherpte regels voor de bescherming van persoonsgegevens (AVG). De NWVK organiseerde afgelopen jaar twee lezingen, over Waarneming.nl en een over Leve(n)de Tuin, in het kader van Operatie Steenbreek. Begin september werd de traditionele bijeenkomst voor de actieve vrijwilligers gehouden op de inmiddels ook traditionele locatie, van ZHL aan de Schaapjeszijde.
V
ogelwerkgroepen Voor de geharde vogelaars was 2018 een drukbezet jaar. Niet gehinderd door het record van Arjan Dwarshuis met bijna 7000 vogelsoorten wereldwijd geteld binnen één jaar, hadden onze leden eenzelfde tijdsbestek beschikbaar binnen slechts één poldergebied. “Een gezonde concurrentie maar met mooie verbroedering waar het ging om bijzondere soorten die de Krimpenerwaard meestal kort aandeden.” vogelwerkgroep Eens in de vijf jaar organiseert de NVWK deze soortenrace; de uitslag wordt na het verslagjaar bekend gemaakt… Zouden bastaardarend, woudaapje, ralreiger en/of kleine klapekster werkelijk het verschil gemaakt hebben?
Spannend, uilen ringen op school! Foto: Stefan van der Heijden 36
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
De vereniging heeft veel publiciteit gegenereerd en sympathie verworven door de samenwerking van de uilen- en de roofvogelwerkgroepen met Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard. Deze houdt in dat onze werkgroepen nestkasten plaatsen op of in de omgeving van dijklichamen en zodoende bijdragen aan de bestrijding van schade door muizen.
De roofvogelwerkgroep heeft met slechts zeven vrijwilligers een leuk en ambitieus programma op poten staan. Extra inzet voor bijvoorbeeld de torenvalk is zeer welkom. “Met zijn liefelijke geprut wat mij betreft een heerlijke voorjaars- en zomergast.” zwaluwenwerkgroep Hebben uilen en in mindere mate dus roofvogels over actieve belangstelling niet te klagen, bij de zwaluwen lijkt dat toch anders. Ondanks dat de huiszwaluw tot vogel van het jaar was gepromoveerd, zijn we er niet in geslaagd om extra onderzoek voor Sovon te organiseren. De resultaten bij de oeverzwaluwenwand geven aanleiding tot een pilot in 2019 met alternatieve materialen. Vanouds de grootste groep vrijwilligers is actief voor de weidevogels; met 75 weidewachters is de omvang van de groep vrij stabiel. Het aantal gevonden nesten groeit, en daarmee de hoop dat ook het broedsucces toeneemt. Ook groeiend is de samenwerking met de boeren en met het Agrarisch Collectief Krimpenerwaard (ACK), “De samenwerking met de boeren verloopt goed. Veel boeren spannen zich in voor de weidevogels. En ook het ACK. Zij hebben pompen beschikbaar gesteld…” weidevogelwerkgroep af te meten onder meer aan het beschikbaar stellen van pompen voor plasdras en de aanschaf van een drone, waardoor met minder verstoring en dieper op percelen kan worden gemonitord.
Zoals de vogelwerkgroepen hun BMP-tellingen hebben, heeft de plantenwerkgroep zijn FLORON-kilometerhokinventarisaties. In 2018 zijn 15 hokken geteld, het drievoudige van voorgaande jaren; uitschieters waren een hok in Lekkerkerk met 318 soorten en vijf zogenoemde stadshokken in Krimpen aan den IJssel met elk meer dan 225 soorten. FLORON bleek sowieso een belangrijke partner afgelopen jaar. Zo kon de NVWK aansluiten bij een door de afdeling ZuidHolland georganiseerde plantencursus, bij de midzomer- en bij “Veel wordt geteld in de Krimpenerwaard, maar enkele gebieden zijn vacant. Het is waardevol om een totaalbeeld van het gebied te krijgen.” wintervogeltelgroep de eindejaars-plantenjacht. Beide jachtpartijen stonden open voor gevorderde en vooral ook beginnende floristen. Bovendien nodigde FLORON onze coördinator plantenwerkgroep uit om zijn stage van zes maanden op hun hoofdkantoor in Nijmegen te lopen. Naast gestructureerde inventarisaties worden er jaarlijks heel veel losse plantenwaarnemingen ingevoerd. In totaal werden dit jaar 656 soorten planten gemeld op krimpen.waarneming.nl. Hoofdleveranciers zijn Stef van Walsum met 530 soorten, Henk Gazan met 499 soorten en Coen van Nieuwamerongen met 409 soorten. Op de website vindt u hierover nadere informatie.
P
lantenwerkgroepen De werkgroepen zijn op verschillende manieren actief geweest. Het vanouds bekende landschapsonderhoud dat vooral bestaat uit het knotten en snoeien van knotwilgen en fruitbomen, het uitvoeren van beheertaken voor ZHL (De Zaag, Doove Gat, polder Nesse enz.), voor de Jeugdnatuurwacht en soms ook voor boeren. Langzaam maar gestaag neemt ook het aantal aanvragen van particulieren toe. Waar er ruimte is, wordt daar positief op gereageerd. Maar voor de komende tijd kan het geen kwaad hiervoor een beleidslijn te ontwikkelen. “Het is lastig dat het knotseizoen zich uitstrekt over twee kalenderjaren of dat een kalenderjaar stukjes van twee knotseizoenen omvat. Maar voor Knotgroep Krimpen is het misschien niet zo erg, want elk seizoen is toch min of meer een herhaling van het voorgaande.” Knotgroep Krimpen
Fruitbomen staan op de mooiste plekjes; foto: Knotgroep Krimpen
Nieuwe soort voor de Krimpenerwaard: straatwolfsmelk; foto: Stef van Walsum
Vanuit de werkgroep is onder meer in het kader van het project Habitatverbetering graslandvlinders advies uitgebracht aan de Provincie Zuid-Holland over ecologisch beheer van wegbermen, in het bijzonder de N207 en N210. Soortgelijk advies is ook gegeven aan HHSK. ““Dit jaar zijn een record aantal kilometerhokken geïnventariseerd, de eco-bermen in beheer van Hoogheemraadschap Schieland & de Krimpenerwaard (HHSK) opnieuw gemonitord en zijn er twee excursies georganiseerd.” “Dit jaar zijn 37 nieuwe plantensoorten voor de regio Krimpenerwaard gevonden. Dit brengt de totaallijst op 803 soorten.” plantenwerkgroep WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 37
W
erkgroepen RO, water, jeugd, PR De werkgroep Ruimtelijke Ordening blijft kampen met onderbezetting. Dat wordt in de loop van 2019 nog serieuzer omdat de coördinator van de werkgroep de Krimpenerwaard gaat verlaten en daarmee ook de NVWK. Niettemin is er veel werk verzet (denk aan Panorama – het vervolg op de Strategische Visie Krimpenerwaard, aan de Omgevingsvisie, Groen-Blauw via NMZH, monitoring omgevingsvergunningen) hetgeen het bestuur stimuleert om in 2019 een goede en goed werkbare oplossing te ontwikkelen waardoor de inbreng vanuit de NVWK op hoog kwalitatief niveau geborgd blijft. “Samenwerking tussen HHSK, uilen- en roofvogelwerkgroep werd uiteraard ook als positief ervaren. In gezamenlijkheid werken aan doelstellingen motiveert, verbreed en inspireert!” roofvogelwerkgroep
V
oor wie de rubriek Even noteren in de Waardvogel volgt is allang duidelijk dat de Waterwerkgroep in haar korte bestaan al volop actief is geworden. De werkgroep organiseerde in 2018 een cursus amfibieën en vissen herkennen, een excursie naar de Zaag, zaklampvissen enz. Daarnaast leverde de werkgroep een waardevolle bijdrage aan de nulmetingen voorafgaand aan de werkzaamheden aan de Hollandsche IJsseldijk.
D
te zeggen bijna ondoenlijk om speciaal voor jeugdleden een apart programma succesvol te organiseren. Bovendien zijn er in onze ledenadministratie niet meer dan tien jeugdleden ingeschreven en als zodanig herkenbaar. In2018heefthetbestuureenbegingemaaktmeteenkoersverlegging, die inhoudt dat we de afzonderlijke werkgroepen vragen om per jaar minstens één activiteit te organiseren waarbij nadrukkelijk ook jongeren worden uitgenodigd. Bij de nieuwjaarsexcursie (rondje Surfplas Reeuwijk) is dat een succesvolle aanpak gebleken, die voor de deelnemers van alle leeftijden leuk was.
L
ast but not least besteden we in het jaarverslag aandacht aan de PR-activiteiten. eindigen met een succesverhaal is altijd fijn. Zoals gebruikelijk zijn er weer vijf edities van de Waardvogel verschenen. En dit jaar niet alleen met een goede inhoud, maar nóg mooier dan voorheen – want in full color. Het is niet zomaar dat best wel veel mensen zich aanmelden als lid van de NVWK vanwege het blad, zoals er ook mensen zijn die hun abonnement opzeggen (in plaats van hun lidmaatschap beëindigen). Het (content)beheer van de website heeft een goede impuls gekregen sinds Sabrina van Roest na de oproep in de algemene vergadering van 2018 daarvoor de verantwoordelijkheid op zich heeft genomen. In het kader van PR is de NVWK vertegenwoordigd in allerlei externe overleggen zoals bij de Milieufederatie, met ACK, WBE, HHSK, gemeenten en provincie enz. d
e jeugdwerkgroep heeft haar werkzaamheden in de loop van het jaar beëindigd. Het blijkt in de praktijk erg lastig, om niet
Overwinterende roofvogels Inventarisatie van atlasblokken Krimpenerwaard Jaap Jan van Leeuwenburgh In de week van 5 t/m 13 januari heeft de roofvogelwerkgroep de tweede inventarisatie van overwinterende roofvogels in de Krimpenerwaard gehouden. Verdeeld over de week werden alle atlasblokken geteld. Een atlasblok beslaat een oppervlakte van 5 x 5 km. a
W
e hadden te maken met wisselende weersomstandigheden. Van bewolkt en grijs tot helder zonnig weer. Ook de wind was wisselend, van bijna geen wind tot een stijve, koude bries later in de telweek. Van sneeuwbedekking was geen sprake. Net als vorig jaar was de buizerd koploper met 125 exemplaren geteld. Weggezet tegen het areaal is dat 0,73 buizerd / km2. Ten opzichte van vorig jaar (toen er 124 werden geteld) is het een vergelijkbaar aantal. De torenvalk eindigde ook dit jaar als tweede met 42 exemplaren. Gemiddeld 0,24 torenvalk / km2. Ten opzichte van het vorig jaar toen er 57 werden geteld een behoorlijk Slechtvalk; bron: www.avibirds.com lagere score. Verder werden er 9 sperwers waargenomen, een ruime verdubbeling met 2018 (er werden er toen 4 geteld), 2 haviken (ook een verdubbeling ten opzichte van 2018) en 3 slechtvalken (in 2018 was dat er slechts 1). De telling wordt jaarlijks herhaald in de week waarin het tweede en derde weekend van januari liggen. De gegevens van de telling zijn in eigen beheer. a
38
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
Vlinderwerkzaamheden in De Kwakels en de Nespolder Tekst: Arie Kooy, foto’s Max Ossevoort In 2018 is enorm veel werk verzet in het kader van het Projectplan Habitatverbetering Graslandvlinders. In een volgend nummer van de Waardvogel zal daar uitgebreid aandacht aan worden besteed. Eén van de gebiedjes die voor die Habitatverbetering op de schop zijn gegaan is het natuurgebied in de Nespolder tussen Bergambacht en Lekkerkerk ten zuiden van De Kwakels. De Nespolder is eigendom van het Zuid-Hollands Landschap en heeft onder meer een moerasbestemming. Door het gebied loopt een laarzenpad dat in verband met die moerasbestemming op hoogte moest worden gebracht. d
Z
owel de NVWK als het ZHL wilden in dat gebied ook iets doen voor zowel vlinders als voor wilde bijen. In goed overleg is toen besloten om een tweetal perceeltjes met een gezamenlijke oppervlakte van ca. 1.000 m2 daarvoor in te richten. De bovenlaag van de perceeltjes werd vóór het inzaaien afgegraven omdat die vol zat met zaad van storingssoorten. De vrijgekomen grond werd aangewend om het laarzenpad op hoogte te brengen; een praktische oplossing waarbij het mes aan twee kanten snijdt en een voorbeeld van de goede samenwerking tussen het ZHL en de NVWK zoals die op meer plaatsen in de Krimpenerwaard ten behoeve van de vlinders en de wilde bijen wordt gerealiseerd.
I
n de Nespolder moest ook het natste gedeelte worden geschoond van wilgen- en elzenopslag. Een flinke hoeveelheid hout en takken kwam daardoor beschikbaar. Teneinde een mi-
croklimaat te scheppen waarin vlinders, bijen en libellen goed kunnen gedijen werd besloten een takkenril te realiseren, ter beschutting van de perceeltjes die met bloemen en kruiden zouden worden ingezaaid. Met die takkenril en de reeds aanwezige begroeiing wordt een biotoop gecreëerd die uitermate beschut ligt en daardoor omstandigheden kent die gunstig zijn voor kruiden, bloemen en voor insecten. Op 29 oktober is samen met de maandagploeg van vrijwilligers van het ZHL begonnen met de bouw van die takkenril en er werd toen ook ingezaaid. Dat inzaaien gebeurde weliswaar laat in het jaar, maar dat hoeft allerminst een belemmering te betekenen voor het kiemen van de kruiden- en bloemzaden. Het bouwen van de takkenril werd afgemaakt op 12 december met een groot aantal vrijwilligers van de NVWK en medewerkers van het ZHL. d
Alle foto’s zijn van 29 oktober. Onder: met vereende krachten wordt gewerkt aan de takkenril. Hiernaast v.l.n.r: gelijkmatig inzaaien van de percelen is een hele kunst; stoer bezig Anke! Geen uitstekende takken boven de sloot; Ralf, Ronald, Rolf, Anke en Rob [+ Arie en Max, red.] kunnen tevreden zijn, de klus voor vandaag zit erop; het hotel staat klaar voor de toekomstige gasten van deze luwe biotoop.
40
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
Takkenril Een takkenwal of houtril is een smalle takkenhoop die wordt gemaakt van in de lengte opgestapelde takken en hakhout. De wal is vaak langgerekt en dient soms als perceelafbakening. De hoogte is afhankelijk van de hoeveelheid beschikbaar materiaal en kan 0,5 meter zijn maar ook 1,5 meter. Het maken van een takkenwal is een ecologisch verantwoorde manier van verwerken van vrijgekomen snoeihout en dergelijke. In een tuin worden voor de vorming van een strakke netjes uitziende ril vaak aan weerszijden staken in de grond gezet. Aan een bosrand, bij een boomgaard of in een tuin vormt de takkenwal een beschutte woon- en voortplantingsgelegenheid voor kleine zoogdieren zoals egels, wezels en muizen. Vogels, waaronder het winterkoninkje en de heggenmus vinden er nest- en schuilgelegenheid. Door de aanwezigheid van insecten op en in het dode hout vinden ze er ook voedsel. Bepaalde amfibieĂŤn zoals de gewone pad overwinteren er graag. Voor mossen en zwammen is een houtril vanwege het in ontbinding zijnde hout vaak een gunstige plek. Bron: nl.wikipedia.org
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019 41
Natuurmaatregelen gunstig voor weidevogels https://www.veenweidenkrimpenerwaard.nl/
PERSBERICHT
Leuk en aardig, die nieuwe natuurgebieden in de Krimpenerwaard, maar werkt het ook? Krijgen we inderdaad de nieuwe natuur die we wensen? Zijn de aanpassingen in het landschap nuttig geweest voor de weidevogels? Een eerste meting in de Berkenwoudse Driehoek en De Nesse geeft positieve resultaten. Op verzoek van de provincie Zuid-Holland is onderzocht of de nieuwe natuur in de Berkenwoudse Driehoek en De Nesse geschikt is voor weidevogels. Is er genoeg voedsel in de vorm van regenwormen en insecten, en komen weidevogels er inderdaad broeden? Dat is in 2017 en 2018 onderzocht. Veel broedparen De resultaten zijn positief. In 2018 zaten er van vrijwel alle vogelsoorten meer exemplaren in het natuurgebied dan in 2017. Er broedden 120 paar kieviten, 60 paar grutto’s, 35 paar tureluurs en 30 paar scholeksters. De kuikens groeiden ook goed op. Alle vogelsoorten hebben een voorkeur voor de plekken waar maatregelen zijn genomen en het landschap gevarieerder is geworden, bijvoorbeeld door afgraven. Voldoende voedsel Er is ook gekeken of de vogels en hun kuikens wel voldoende voedsel zouden kunnen vinden. De aantallen insecten en regenwormen wisselden sterk per locatie, maar hoge dichtheden komen op alle verschillende soorten land voor. Weidevogels hebben daardoor genoeg mogelijkheden om zich te voeden. De grotere variatie in droge en natte plekken is gunstig voor de aanwezigheid van insecten en regenwormen. Lessen Op basis van deze eerste meting zijn voorzichtige lessen te trekken voor het inrichten van andere natuurgebieden in de Krimpenerwaard. Er komt in de komende jaren nog ruim 1500 hectare natuur bij, waarvan een flink deel bedoeld is voor weidevogels. Het lijkt erop dat inrichtingsmaatregelen als greppels en afgevlakte oevers goed werken. Het rapport beveelt aan om grotere aaneengesloten stukken te maken met plas-dras (nat en vochtig). Met het oog op droge jaren beveelt het rapport aan om te zorgen voor extra natte plekken en/of waterberging. Verder onderzoek Het waren twee bijzondere jaren die zijn onderzocht. In 2017 werd de laatste hand gelegd aan de aanleg van nieuwe natuur. Het waterpeil was nog niet aangepast. In 2018 was het waterpeil inmiddels verhoogd, maar was tijdens de metingen de extreme droogteperiode al begonnen. De natuur ontwikkelt zich sowieso in deze beginjaren nog sterk. Verder is in het onderzoek uitsluitend gekeken naar de effecten voor weidevogels. Voor het natuurgebied, waartoe ook Oudeland Zuid hoort, gelden nog meer natuurdoelen, zoals verbetering van de waterkwaliteit en toename van biodiversiteit: meer planten en dieren die hier van nature thuishoren, zoals dotterbloem, krabbenscheer, ringslang, waterspitsmuis en kamsalamander. Die andere natuurdoelen zijn niet in dit onderzoek meegenomen. Al met al goede redenen om het onderzoek de komende jaren te herhalen en uit te breiden. Nieuwe natuur in de Krimpenerwaard Het onderzoek werd gehouden in Berkenwoudse Driehoek en De Nesse. Deze polders maken deel uit van 2250 hectare aan nieuwe natuur in de Krimpenerwaard, als onderdeel van het Natuurnetwerk Nederland. Stichting Het ZuidHollands Landschap beheert hier de nieuwe natuur. Berkenwoudse Driehoek en De Nesse zijn de afgelopen jaren, samen met Oudeland Zuid, omgevormd van agrarisch naar natuurgebied, zo’n 500 hectare in omvang. De omvorming gebeurde onder leiding van het hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard. Het hoogheemraadschap vormt samen met de gemeente Krimpenerwaard de Stuurgroep Veenweiden Krimpenerwaard. Deze Stuurgroep werkt aan vier opgaven: aanleg van nieuwe natuur, duurzaam waterbeheer en het tegengaan van bodemdaling, het versterken van de landbouwstructuur en het benutten van kansen voor recreatie. De provincie Zuid-Holland moet zorgen voor voldoende natuur en biodiversiteit in de provincie en Cartoon: Gert Blom betaalt de nieuwe natuur. In de Krimpenerwaard gaat het om 95 miljoen euro voor aankoop van gronden en inrichting van de 2250 hectare natuur. Zie het nieuwsbericht op nvwk.nl voor het volledige rapport (69 pagina’s): Effect natuurmaatregelen in Polder Berkenwoude en de Nesse, uitgevoerd door Jan van der Winden Ecology research & consultancy. 42
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2019
Kinderopvangboerderij 'Achter 't Potdeksel'
opvang van 07.00 tot 19.00 uur verticale groep van 0 tot 4 jaar (max. 16) optimale zorg en aandacht ervaren en gediplomeerde leiding in landelijke en agrarische omgeving unieke accommodatie in voormalige koeienstal buitenspeelruimte in openlucht en overdekt natuur-educatieve visie en uitgangspunten
www.kinderopvangboerderij.nl potdeksel.kinderopvangboerderij@kpnmail.nl Aad van der Meijden & Netty Brussee Benedenberg 66 - 2861 LH Bergambacht
0182-353183
De Wielewaal
Natuurmuseum & klompenwinkel v.o.f.
Landschap – Cultuurhistorie – Ecologie Advies – Realisatie – Educatie “Wij willen doorpakken, zeggen wat wij doen en doen wat wij zeggen”. Wij kunnen u helpen door middel van: • Advies, inrichting en beheer (boeren) erf, landgoederen en natuurterreinen. • Adviseren, maken van bestekken en directievoering bij (her)inrichting van grote en kleine (natuur)terreinen. • Aanplant en onderhoud (hoogstam)fruitbomen. • Monitoren van natuurwaarden. • Leveren van streekeigen plantmateriaal en oude rassen fruitbomen. • Lezingen, excursies en cursussen m.b.t. Natuur en Landschap. info@bureau-schildwacht.nl www.bureau-schildwacht.nl Beukendaal 3, 2831 VA Gouderak 06-22978424
Uw duurzame drukker in de Krimpenerwaard FSC® gecertificeerd en premium partner
“Bewonder de natuur van Het Groene Hart in een schilderachtige omgeving tussen Lek en IJssel”
Fam. Rijneveld | Tiendweg 26 | 3411 NB Willige Langerak (Lopik) | 0182-384454 Al vanaf 1998 actief in natuureducatie Voor actuele openingstijden en overige informatie zie
www.museumdewielewaal.nl
Reisgids 2016
jde bestemmingen Vogel- en natuurreizen naar wereldwi
reisprogramma ww Vraag de gratis Reis in 2018 reisgids aan! E in met ons mee!
www.birdingbreaks.nl • T ( 020) 779 20 30 • E info 100+ groepsreizen 22 fotoreizen 55 expeditiecruises 10 weekenden in Nederland
Vogel- en natuurreizen naar wereldwijde bestemmingen
EEN SELECTIE VAN ONZE REIZEN 2018: Spanje - Kraanvogels en meer in Extremadura € 1350,24 januari
Zweden in het vroege voorjaar € 1495,13 en 19 april
Polen, oerbossen en moerassen € 1495,10 mei
Gambia € 2350,5 februari
Lesbos: vogeleiland! € 1450,23 april
Canarische Eilanden € 1975,6 februari
Spanje: Grote Trapfotografie vanuit hutten € 1795,25 april
Expeditiecruise Vlissingen Spitsbergen V.a. € 1950,18 mei
Spanje, Extremadura. Easy Birding met Vogelbescherming! € 1350,18 en 25 februari, 4 maart en 14 april
woude ligt in het hart van de feervolle zalen zijn zeer geschikt e of feestelijke bijeenkomst. etverbinding zijn aanwezig. t complete maaltijden of buffetten. eid in eigen keuken. Bel ons voor:
Eilat: paradijs voor trekvogels € 1675,17 maart Costa Rica Easy Birding € 3995,17 maart Noord-Finland en Varanger in het vroege voorjaar € 1695,21 maart Ardennen in het voorjaar € 495,22 maart
IJsland in het voorjaar € 2750,26 april Texel € 360,27 april
Engeland, Farne Island Papegaaiduikers en meer! € 895,25 en 29 mei, 2, 6, 10 en 14 juni Noord-Spitsbergen IJsberenspecial v.a. € 3150,29 mei, 4, 5, 12, 15, 19, 22 en 29 juni
Georgië, Batumi Easy Birding € 1850,27 april Hongarije - Easy Birding € 1495,29 april Kazachstan: bergen, steenwoestijn en steppen € 3595,1 mei
Marokko: Hoge Atlas, Sahara en kust € 2125,2 april
Vraag de gratis reisgids aan!
12 jaar
met reizen ks.nl! gBrea Birdin • individuele reizen groepsreizen • cruises • fotoreizen
Reisgids 2018
Vogel- en natuurreizen naar wereldwijde
bestemmingen
www.birdingbreaks.nl T ( 020) 779 20 30 E info@birdingbreaks.nl
“De Zwaan” biedt ook een p afhaalmaaltijden en een sna Keuken geopend van 17.00 t woensdag, vrijdag en zaterd