![](https://assets.isu.pub/document-structure/220715074905-ceb47661faeaa2536e4fd56a93e09007/v1/80303cd2d1ff2697bb5e969c2073fae4.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
2 minute read
Vogels kijken in het Doove Gat
Vogels kijken in het Doove Gat Op zaterdag 7 mei
Cor Oskam
Advertisement
Het was voor mij al weer een tijd geleden om met een groep enthousiaste vogelaars op pad te gaan. De voortekenen waren goed. Wind stond er nauwelijks, het was droog en er was een aangename temperatuur. Op de parkeerplaats van zwembad De Loete in Haastrecht stonden rond 6.45 uur al 15 mensen verzameld, de meeste gewapend met een verrekijker. D
Ik wilde vooraf graag weten wat het niveau was voor wat betreft de vogelkennis van de verschillende deelnemers. Na een korte introductie en een kleine rondgang werd duidelijk dat de meeste mensen al lid waren van de NVWK. Sommigen hadden al wat kennis van algemene vogelsoorten, enkelen hadden een vogelcursus gevolgd en één persoon kwam tot de conclusie dat hij beide verrekijkers thuis had laten liggen. Niet echt handig. Hij woonde niet ver weg en ging even heen en weer. Verder waren er ook een paar deelnemers die specifiek in coronatijd naar vogels waren gaan kijken. Ze hadden daar inmiddels al veel plezier aan beleefd. Jammer genoeg waar er geen kinderen tussen de deelnemers.
Via de fietsbrug zijn we het gebied in gelopen. Deze kleine polder heeft officieel de naam De Hooge Boezem achter Haastrecht, maar is meer bekend als het Doove Gat. 42 hectare nieuwe natuur die sinds 2011 in stappen is aangelegd en beheerd wordt door het Zuid-Hollands Landschap. Langs de rietstrook aan het riviertje de Vlist zat een rietzanger te zingen. Omdat mijn credo is ‘vogels kijken doe je grotendeels met je oren’ hebben we goed aandacht besteed aan vogelzang en specifiek die van moeraszangertjes. Voor beginnende vogelaars zijn moeraszangers best wel lastig. Het bekende KBV-tje (klein bruin vogeltje) komt dan snel ter sprake. Ze lijken namelijk redelijk veel op elkaar, maar zijn in de verschillen wat de zang betreft redelijk goed uit elkaar te houden. Maar dat kost natuurlijk wel enige oefening. Een roepende koekoek of een grutto is daarentegen een ander verhaal. Die zijn lekker makkelijk. Later op onze wandeling kon de zang van de rietzanger vergeleken worden met andere ‘rietpietjes’ zoals de kleine karekiet, rietgors en Cetti’s zanger. We hoorden ook een tuinfluiter. Weer een wat lastiger soort die wel eens wordt verward met de zwartkop. Het herkennen van een soort is dan een combinatie van de vogel zien en het geluid wat daarbij hoort jezelf inprenten. Een goede verrekijker, een vogelgids, eventuele opname van de zang via je smartphone zijn handige hulpmiddelen om tot een juiste determinatie te komen. Verder vaak op pad gaan en vervolgens vaak herhalen. Ik had vooraf aangegeven dat het leuk is wat interactie te hebben met elkaar. Vraag zoveel mogelijk en geef aan als je wat ziet of denkt iets te zien. Gelukkig gaven de deelnemers daar tijdens het rondje gehoor aan en er werd tussentijds dus veel gevraagd en gewezen naar stipjes en bewegingen. Met elkaar zie je gewoon meer.
Omdat het Doove Gat rijk is aan verschillende broedvogels (ongeveer 45 soorten) is er altijd wel wat te zien. Er was aandacht voor verschillende soortgroepen zoals watervogels, grondel- en duikeenden, verschillende steltlopers en de aanwezige weidevogels in het gebied. Speciale aandacht was er voor een grutto met kleurringen. Hij broedde
![](https://assets.isu.pub/document-structure/220715074905-ceb47661faeaa2536e4fd56a93e09007/v1/bfce5021e93f10fdadf147f6f3f9f71b.jpeg?width=720&quality=85%2C50)