Een evenement organiseren by Boom beroepsonderwijs

Werkboek

Een evenement organiseren Dienstverlening en Producten

Naam: ................................................................. ................................................................. Klas: .................................................................

Edu4all Dienstverlening en Producten Met de werkboeken van Edu4all leer je alles wat je moet weten en kunnen voor het beroepsgerichte profiel- en keuzevak. Door veel te doen ontdek je wat je leuk vindt en wat bij je past. Zo kun je je goed oriënteren en voorbereiden op je verdere (studie)loopbaan. Je leert in dit werkboek voor een opdrachtgever een evenement voor te bereiden, op te bouwen en uit te voeren. Je rondt daarna een evenement af. Je krijgt te maken met veel verschillende onderwerpen. Denk aan plan van aanpak, routing, vergunningen, hulpverleners en afval. In ieder deel van dit werkboek staat een ander evenement centraal. Je bent in dit werkboek veel bezig met 21e-eeuwse vaardigheden. Edu’Actief maakt werk van onderwijs Edu’Actief wil jou helpen je te ontwikkelen tot een echte vakman of -vrouw. Om werk te maken van onderwijs, werken we samen met docenten, het bedrijfsleven en met jou. Dankzij dit netwerk kunnen we vernieuwende leermiddelen maken die aansluiten op jouw leerbehoefte en op de behoefte van de beroepspraktijk.

9 789037 227123

9789037227123_A3_mr.indd 1

Module Organiseren van een activiteit voor een opdrachtgever Keuzevak Evenementen

26-05-16 14:43

f it e

c Een evenement organiseren A ' u d E t h ir g y p o c P

Serienummer:

Licentie:

Voor het activeren van de licentie kijk op pagina 5 van dit werkboek. Te activeren tot:

COLOFON Uitgeverij:

Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl

Auteur(s): Inhoudelijke redactie: Illustraties: Foto’s:

Tessel Mulder Edu’Actief b.v. www.pixton.com www.shutterstock.com

Titel: ISBN:

Een evenement organiseren 978 90 3722 712 3

t h

ir g y p

Eerste druk / eerste oplage © Edu’Actief b.v. 2016 (Tessel Mulder - 2016)

' u d E

f it e

c A

Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

o c

Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.

Inhoud Deel A Onderzoek en plan van aanpak ................................................................................................ 7 Oriënteren ................................................................................................................................................ 7 Taak 1 Kennismaken met het organiseren van een evenement ............................................................ 7 Taak 2 De leerdoelen bij Deel A .............................................................................................................. 10 Taak 3 Taken plannen ............................................................................................................................ 11

f it e

Aan de slag ............................................................................................................................................. 13 Taak 4 Het FootSocker-evenement: een vraaggesprek voorbereiden ................................................ 14 Taak 5 Het FootSocker evenement: een vraaggesprek voeren ............................................................ 20 Taak 6 Het FootSocker evenement: wat wil de opdrachtgever? ......................................................... 24 Taak 7 Het FootSocker evenement: een voorstel voor het evenement doen ..................................... 27 Taak 8 Een tweede voorstel voor het evenement doen ....................................................................... 30 Taak 9 Een plan van eisen en een plan van aanpak maken ................................................................. 32 Taak 10 Het plan van aanpak presenteren ........................................................................................... 35 Taak 11 Een draaiboek maken ............................................................................................................... 36

' u d E

c A

Evalueren & Reflecteren ...................................................................................................................... 39 Taak 12 Terugkijken op de taken ........................................................................................................... 39 Taak 13 Voorbereiden op de toets ......................................................................................................... 41 Deel B Het voorbereiden van een evenement .................................................................................. 42

t h

Oriënteren ............................................................................................................................................. 42 Taak 1 Kennismaken met het voorbereiden van evenementen .......................................................... 42 Taak 2 De leerdoelen bij Deel B ............................................................................................................. 43 Taak 3 Taken plannen ............................................................................................................................ 44

ir g y p

Aan de slag ............................................................................................................................................. 45 Taak 4 Het game-evenement: aanbieders zoeken en afspraken maken ............................................ 46 Taak 5 Het game-evenement: een begroting opstellen ....................................................................... 56 Taak 6 Het game-evenement: de ruimten indelen ............................................................................... 58 Taak 7 Het game-evenement: een routing maken ............................................................................... 59 Taak 8 Het game-evenement: een bestellijst maken ........................................................................... 61 Taak 9 Het game-evenement: vergunningen aanvragen ..................................................................... 64 Taak 10 Het game-evenement: de taken van de hulpdiensten inventariseren .................................. 67

o c

Evalueren & Reflecteren ...................................................................................................................... 70 Taak 11 Terugkijken en verder kijken .................................................................................................... 70 Taak 12 Voorbereiden op de toets ......................................................................................................... 73 Deel C Het opbouwen van een evenement ....................................................................................... 74 Oriënteren ............................................................................................................................................. 74 Taak 1 Kennismaken met het opbouwen van evenementen ............................................................... 74 Taak 2 De leerdoelen bij Deel C .............................................................................................................. 75 Taak 3 Taken plannen ............................................................................................................................ 76

Een evenement organiseren

Aan de slag ............................................................................................................................................. 77 Taak 4 Theatre Mondial: een routing uitzetten ..................................................................................... 78 Taak 5 Theatre Mondial: afvalstromen .................................................................................................. 82 Taak 6 Theatre Mondial: beveiliging ...................................................................................................... 87 Taak 7 Theatre Mondial: vluchtroutes ................................................................................................... 89 Taak 8 Theatre Mondial: een eerstehulppost inrichten ....................................................................... 91 Taak 9 Theatre Mondial: een podium inrichten .................................................................................... 95 Evalueren & Reflecteren ...................................................................................................................... 96 Taak 10 Terugkijken op de taken ........................................................................................................... 96 Taak 11 Voorbereiden op de toets ......................................................................................................... 98

f it e

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement ................................................................... 99

c A

OriĂŤnteren ............................................................................................................................................. 99 Taak 1 Kennismaken met het uitvoeren en afsluiten van evenementen ............................................ 99 Taak 2 De leerdoelen bij Deel D ........................................................................................................... 101 Taak 3 Taken plannen .......................................................................................................................... 102

' u d E

Aan de slag ........................................................................................................................................... 103 Taak 4 Duurzaamheidmarkt Langleven: bezoekers ontvangen ........................................................ 104 Taak 5 Duurzaamheidmarkt Langleven: inschrijvingen verwerken .................................................. 108 Taak 6 Duurzaamheidmarkt Langleven: klachten aannemen ........................................................... 110 Taak 7 Duurzaamheidmarkt Langleven: workshop ontwikkelen ...................................................... 113 Taak 8 Duurzaamheidmarkt Langleven: evaluatieformulier opstellen ............................................. 115 Taak 9 Duurzaamheidmarkt Langleven: workshop geven ................................................................. 116 Taak 10 EHBO-inzet en/of hulpdiensten inschakelen en beveiliging ................................................ 118 Taak 11 Duurzaamheidmarkt Langleven: schoonmaken ................................................................... 120 Taak 12 Duurzaamheidmarkt Langleven: verschil begrote en daadwerkelijke kosten en opbrengsten .......................................................................................................................................... 124

t h

ir g y p

Reflecteren & Evalueren .................................................................................................................... 126 Taak 13 Terugkijken en verder kijken .................................................................................................. 126 Taak 14 Voorbereiden op de toets ....................................................................................................... 129

o c 4

Een evenement organiseren

Werken met Edu4all REGISTREREN, AANMELDEN EN LICENTIE ACTIVEREN Je gaat aan de slag met Edu4all. Volg volgend schema om te kijken wat je moet doen. Ja

Is dit het eerste werkboek van Edu4all waar je mee werkt?

Ga naar bronnen.edu4all.nl/bronnen/ handleiding en bekijk de film Licentie activeren.

Nee

Zoek in een werkboek dat je eerder hebt gedaan je gebruikersnaam en wachtwoord op. Schrijf je gegevens op in de vakken onderaan deze pagina.

Ga naar licentie.edu-actief.nl. Klik op Aanmelden. Ja Kies voor Aanmelden via Eduâ&#x20AC;&#x2122;Actief.

Kies voor Een nieuwe gebruikersnaam aanmaken.

t h

Maak een gebruikersnaam en wachtwoord aan. Gebruikersnaam = je schoole-mailadres* Wachtwoord = naam van je school

ir g y p

' u d E

c A

f it e

Is dit het eerste werkboek voor dit profielvak of keuzevak?

Nee

Je kunt direct aan de slag. Ga naar www.edu4all.nl en log in met je gebruikersnaam en wachtwoord.

*Heb je geen schoole-mailadres? Vraag dan je docent om een gebruikersnaam.

o c

Schrijf je gebruikersnaam en wachtwoord op in de vakken onderaan deze pagina.

Ga naar licentie.edu-actief.nl.

Vul op de website de licentie in die op de eerste pagina van dit werkboek staat. Klik op Activeren.

Je hebt nu toegang tot de bronnen. Log in op www.edu4all.nl met je gebruikersnaam en wachtwoord. Gebruikersnaam:

Wachtwoord:

Een evenement organiseren

BRONNEN In dit werkboek staan opdrachten. Om deze opdrachten te maken, heb je soms bronnen nodig, zoals tekstbronnen, films, websites en de Theek-iT. Wanneer je een bron gaat gebruiken, staat er een pictogram in je werkboek: BRON Achter het pictogram staat in paarse, dikgedrukte tekst welke bron je nodig hebt. Bijvoorbeeld: BRON Lees Tekstbron 1.2 Persoonlijke verzorging. Maak daarna opdracht 13 tot en met 16.

f it e

BRON Bekijk de Film Werken in de thuiszorg bij ouderen. Maak daarna opdracht 1.

Bij het eerste voorbeeld ga je een tekstbron lezen. Bij het tweede voorbeeld ga je een film bekijken. Deze bronnen vind je op www.edu4all.nl. Op bronnen.edu4all.nl/bronnen/handleiding wordt uitgelegd hoe je werkt met de bronnen op de website.

' u d E

c A

OVERLEG MET JE DOCENT Soms is het nodig om te overleggen met je docent. Je ziet dan dit pictogram in je werkboek: Achter het pictogram staat waarover je met je docent gaat overleggen. Bijvoorbeeld:

61. In Taak 3 heb je een planning ingevuld. Bekijk deze. a. Kijk in kolom 5. Taak 12 tot en met 14 ga je nog maken. Zijn alle andere taken af? Zo nee, overleg met je docent welke taken je nog moet doen.

t h

OPDRACHTEN VOOR BB, KB EN GL Doe jij de basisberoepsgerichte, kaderberoepsgerichte of gemengde leerweg? Dan zitten er speciale opdrachten voor jou in het werkboek. Je herkent deze opdrachten aan de volgende pictogrammen:

ir g y p

opdracht voor leerlingen van de basisberoepsgerichte leerweg

opdracht voor leerlingen van de kaderberoepsgerichte leerweg

opdracht voor leerlingen van de gemengde leerweg.

o c

We wensen je veel succes en plezier met het maken van de opdrachten! Team Edu4all

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak

OriĂŤnteren Taak 1 Kennismaken met het organiseren van een evenement BRON Bekijk de Film Een evenement. Maak daarna opdracht 1 en 2.

1. De film laat een voorbeeld van een evenement zien. a. Om welk evenement gaat het?

f it e

b. Wanneer vindt dit evenement plaats?

c. Voor de hoeveelste keer wordt dit evenement georganiseerd?

' u d E

c A

d. Uit welke onderdelen bestaat dit evenement? Geef drie onderdelen. 1. 2. 3.

t h

e. Stel je gaat het evenement organiseren. Kies ĂŠĂŠn onderdeel uit. Wat moet je hiervoor allemaal regelen?

ir g y p

f. Welke vaardigheden moet je hebben als evenementenorganisator? Geef twee voorbeelden.

o c 1. 2.

g. Wat lijkt jou leuk aan het beroep van evenementenorganisator?

h. Wat lijkt jou minder leuk aan het beroep van evenementenorganisator?

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak

c A

f it e

2. Voor een evenement heb je vaak allerlei spullen en mensen nodig. Spullen en mensen die je zelf niet hebt. Je moet daarom vaak andere bedrijven bellen. a. Vind je het prettig om te bellen? Nee, ik heb een hekel aan bellen. Ik vind bellen altijd eng, ik doe het liever niet. Ik vind het niet erg om te bellen. Ik vind het heel leuk om te bellen. b. Je werkt samen met andere bedrijven om het evenement succesvol te laten zijn. Hoe vind je het om samen te werken met anderen?

t h

' u d E

BRON Bekijk de Website Opleidingen - mbo. Maak daarna opdracht 3.

ir g y p

3. Op de website staat informatie over opleidingen voor een beroep. a. Hoe heet dit beroep?

b. Geef vier partijen waarmee je in dit beroep contacten hebt. 1.

o c 2. 3. 4.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak c. Welke vier eigenschappen/vaardigheden zijn belangrijk bij dit beroep? Geef van elk een voorbeeld in de tabel.

Eigenschap/vaardigheid

Voorbeeld

f it e

' u d E

4. Er worden in Nederland veel evenementen georganiseerd. a. Ben je zelf weleens bij een evenement geweest? Ja / nee b. Zo ja, welk evenement was dat?

t h

c A

Zo nee, naar welk evenement zou je willen gaan?

ir g y p

c. Wat moet er allemaal geregeld worden voor dit evenement?

o c

5. a. Ken je iemand die als evenementenorganisator werkt? Ja / nee Zo ja, waar werkt deze persoon?

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak b. Ken je iemand die in zijn of haar vrije tijd van alles organiseert? Ja / nee Zo ja, wat organiseert deze persoon?

c. Heb je zelf weleens meegeholpen met de organisatie van een evenement? Nee, ik heb nog nooit iets georganiseerd. Ja, ik heb op school een evenement georganiseerd. Ja, ik heb bij de sportvereniging een evenement georganiseerd.

f it e

Ja, namelijk

6. Heb je alle opdrachten van Taak 1 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 2 De leerdoelen bij Deel A

' u d E

Als je de organisatie van een evenement gaat voorbereiden, moet je: 1. een vraaggesprek met de opdrachtgever kunnen voorbereiden en voeren 2. de wensen van de opdrachtgever inventariseren 3. de wensen van de opdrachtgever samenvatten en beschrijven 4. onderzoek doen naar een activiteit KB

een plan van aanpak maken

het plan van aanpak presenteren

een draaiboek maken.

ir g y p

t h

c A

7. Je hebt gelezen wat je moet kunnen als je als organisator van evenementen aan de slag gaat. a. Welk leerdoel lijkt jou het leukst om aan te werken? En waarom?

b. Welk leerdoel lijkt jou het minst leuk om aan te werken? En waarom?

o c

8. In de evenementenorganisatie moet je een vraaggesprek kunnen voeren. a. Heb je wel eens een vraaggesprek gevoerd? Zo ja, wanneer en met wie?

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak b. Geef drie voorbeelden van moeilijke begrippen die horen bij het organiseren van een evenement. Zet de betekenis erachter.

f it e

9. Je moet ook kunnen samenwerken en overleggen met je collega’s en de opdrachtgever. a. Geef een voorbeeld van een situatie waarin jij overleg had met anderen.

' u d E

b. Vind jij dat je goed kunt samenwerken en overleggen? Ja / nee Geef een voorbeeld waaruit dat blijkt.

c A

c. Waarom is het belangrijk dat je goed luistert naar de wensen en eisen van de klant?

t h

10. Heb je alle opdrachten van Taak 2 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

ir g y p

Taak 3 Taken plannen

In deze taak ga je de taken van dit deel inplannen.

o c

11. Bekijk Taak 4 tot en met 13. En bekijk het schema hierna. a. Maak een planning voor de taken die je gaat doen. Zet de datum en het lesuur in kolom 4. b. Zoek in de taken naar de opdrachten met . Bij welke opdrachten is overleg met je docent of controle door je docent nodig?

c. Overleg met je docent: • op welke momenten jij de antwoorden van de gemaakte opdrachten gaat nakijken • op welke momenten je docent jouw werk zal beoordelen. d. Heb je een taak af? Zet een ✓ in kolom 5. Zet een − als je een taak niet kon doen. Als je Taak 1, 2 en 3 gedaan hebt, kun je deze nu afvinken.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 1. Taak 2. Onderwerp

BB KB

Kennismaken met het organiseren van een evenement

De leerdoelen bij Deel A

Taken plannen

Het FootSocker-evenement: een vraaggesprek voorbereiden

Het FootSocker evenement: een vraaggesprek voeren

Het FootSocker evenement: wat wil de opdrachtgever?

Het FootSocker evenement: een voorstel voor het evenement doen

Een tweede voorstel voor het evenement doen

100

Een plan van eisen en een plan van aanpak maken

ir g y p

11 12 13

Het plan van aanpak presenteren

Een draaiboek maken

Terugkijken op de taken

Voorbereiden op de toets

o c 12

3. Richttijd in 4. Datum en lesuur minuten

Een evenement organiseren

t h

50 50 80 15 15

' u d E

5. Af 6. Paraaf docent

c A

f it e

Deel A Onderzoek en plan van aanpak

Aan de slag Evenementenbureau E-vent organiseert verschillende evenementen. Voor groepen van 20 tot 100.000 mensen. Linda van Dalsem is de directrice van E-vent. Verder werken Jelle, Mei-Lan, Ali, Janice, Hasibah en Meike in vaste dienst bij E-vent. Zij helpen allemaal mee om de evenementen te organiseren. Daarbij werken ze veel samen met andere bedrijven, bijvoorbeeld cateringbedrijven, beveiligingsbedrijven en verhuurbedrijven.

' u d E

f it e

c A

Jij loopt sinds twee maanden stage bij E-vent. Je helpt mee met het organiseren van de verschillende evenementen. Je hebt veel aan de telefoon gezeten om afspraken te maken met andere bedrijven.

t h

Je mag nu samen met Jelle een nieuw evenement vanaf het begin meehelpen organiseren. De opdrachtgever is Shurandy Felicia van FootSocker, een winkel voor sportschoenen en sneakers.

ir g y p

o c

Er zijn 50 vestigingen van FootSocker door heel Nederland. Er werken 2.000 mensen. Dit zijn jonge mensen tussen de 18 en 35 jaar oud die een passie hebben voor sportschoenen en sneakers. Shurandy wil een bedrijfsevenement voor het personeel organiseren.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak

Taak 4 Het FootSocker-evenement: een vraaggesprek voorbereiden VOORBEREIDEN 12. Wie is de directrice van E-vent?

t h

ir g y p

' u d E

c A

13. E-vent organiseert evenementen voor grote en kleine groepen. a. Wat is de kleinste groep mensen waarvoor E-vent een evenement organiseert? 2 mensen 10 mensen 20 mensen 50 mensen b. Geef een voorbeeld van zoâ&#x20AC;&#x2122;n evenement.

o c

c. Wat is de grootste groep mensen waarvoor E-vent een evenement organiseert?

d. Geef een voorbeeld van zoâ&#x20AC;&#x2122;n evenement.

14. Geef drie voorbeelden van bedrijven waarmee E-vent samenwerkt. 1. 2. 3.

Een evenement organiseren

f it e

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 15. Wat is geen handige eigenschap als je bij E-vent werkt? graag dingen regelen het eng vinden om mensen te bellen luisteren naar wat een opdrachtgever wil hoogtevrees hebben 16. Shurandy wil een bedrijfsevenement voor FootSocker organiseren. a. Wat voor winkel is FootSocker?

f it e

b. Hoeveel vestigingen heeft FootSocker?

c. Hoeveel mensen werken er bij FootSocker?

' u d E

d. Hoe oud zijn de medewerkers van FootSocker? tussen de 16 en 22 jaar tussen de 18 en 22 jaar tussen de 18 en 35 jaar tussen de 35 en 65 jaar

c A

17. Er werken 1400 mannen bij FootSocker en 600 vrouwen. a. Hoeveel procent van de werknemers van Footlocker is man?

t h

ir g y p

b. Hoeveel procent van de werknemers van Footlocker is vrouw?

c. Maak een infographic van deze percentages. Een infographic laat informatie op een heldere manier zien. Vaak met veel beeld en grafieken en weinig tekst. BRON

Je kunt hierbij Stappenplan Werken met easel.ly gebruiken. d. Sla de infographic op of print hem uit.

o c

BRON Lees Tekstbron 1.1 Een evenement. Maak daarna opdracht 18 tot en met 20.

18. Zet een streep onder het goede antwoord. 1. Een evenement is een gebeurtenis die bedoeld is voor een klein / groot publiek. 2. Een voorbeeld van een evenement is een muziekfestival / de aanleg van een snelweg. 3. Het organiseren van een evenement kost weinig / veel tijd. 4. Bij het organiseren van een evenement heb je andere bedrijven / niemand nodig.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 19. Organiseer je een evenement? Dan moet je veel dingen regelen. Geef vier voorbeelden van dingen die je moet regelen. 1. 2. 3. 4.

f it e

20. Wie is geschikt voor het beroep evenementenorganisator? Kruis aan.

Mika is snel gestresst. Als dingen mis gaan, weet ze niet wat ze moet doen.

Laila vindt het heerlijk om dingen te regelen en te organiseren.

t h

ir g y p

o c

Henry knapt voor zichzelf oude fietsen op. Hij werkt het liefst alleen en vindt het lastig om met mensen om te gaan.

Een evenement organiseren

' u d E

Stefanie kan goed luisteren naar opdrachtgevers. Ze legt altijd heel duidelijk uit welke keuzes ze hebben. Opdrachtgevers vinden het prettig communiceren met Stefanie.

c A

Deel A Onderzoek en plan van aanpak BRON

Lees ‘Een vraaggesprek voorbereiden’ uit Tekstbron 1.2 Een vraaggesprek. Maak daarna opdracht 21 tot en met 23. 21. De voorbereiding van een vraaggesprek begint met het leren kennen van het bedrijf waarmee je het gesprek hebt. Geef drie manieren waarop je dit kunt doen. 1. 2.

f it e

3. 22. Om je vragen voor te bereiden, kun je de zeven W’s gebruiken. Waarvoor staan de zeven W’s? W W W W W W W

t h

' u d E

c A

23. Op welke drie vragen geeft deze poster antwoord?

o c

ir g y p

waarom, wie, wat wie, wanneer, welke manier wat, waar, wanneer wat, welke manier, wat daarna

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak UITVOEREN FootSocker heeft hetzelfde moederbedrijf als Footlocker. Footlocker verkoopt voor 70% dezelfde producten als FootSocker. Ze hebben ook dezelfde doelgroep. Ze zijn daarmee ook concurrenten van elkaar. Voor deze opdracht kun je op de website Footlocker alles vinden wat je moet weten over FootSocker. 24. Je gaat het vraaggesprek met Shurandy van FootSocker voorbereiden. BRON Ga naar de Website Footlocker. Hierdoor kom je alles te weten, wat je moet weten voor het gesprek bij FootSocker. Je kunt bij deze opdracht Stappenplan 397 Vraaggesprek voorbereiden gebruiken. a. Footlocker verkoopt tientallen merken. Noem vijf merken die je kent.

f it e

1. 2. 3. 4. 5. b. Teken van twee merken het logo.

t h

ir g y p

' u d E

c. Noteer drie merken die je niet kent.

o c 1. 2. 3.

d. Je hebt de website van bekeken. Wat weet je nu van het bedrijf?

BRON

Bekijk de Film Reclame Footlocker. Maak daarna opdracht 25.

Een evenement organiseren

c A

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 25. Bekijk de reclame bij Footlocker. a. Vul in. Je kunt kiezen uit: goed – onmogelijk - basketballer - schoenen 1.

De man op de bank is Russell Westbrook, een beroemde

De jongen die hem aanspreekt heeft nieuwe

Hij wil net zo

Maar allemaal andere mensen zeggen dat het

. gekocht.

worden als Russell Westbrook. is om

f it e

zo goed te worden als Russell Westbrook.

BRON

b. Bedenk zelf een reclame voor Footsocker. Maak een strip van de reclame op de computer in het programma Pixton. Je kunt hierbij Stappenplan Werken met Pixton gebruiken.

BRON

UITVOEREN Bekijk de Website Recensies Footlocker. Maak daarna opdracht 26.

' u d E

c A

26. Ga naar de website Recensies. a. Zoek een recensie in het Nederlands, één in het Engels en één in het Duits. b. Hoeveel sterren geven de recensies? •

De Nederlandse recensie geeft

•

De Engelse recensie geeft

•

De Duitse recensie geeft

sterren.

t h

sterren.

c. Vertaal de eerste drie zinnen van de Engelse en de Duitse recensie. Gebruik hierbij een vertaalwebsite of een vertaal-app. Engelse recensie:

ir g y p

Duitse recensie:

o c

d. Welke positieve punten staan er in de Nederlandse recensie?

e. Welke negatieve punten staan er in de Nederlandse recensie?

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 27. Je gaat een vragenlijst opstellen voor het vraaggesprek met Shurandy van FootSocker. Denk aan de zeven W’s! Maak op de computer een lijst met alle vragen die je Shurandy wilt stellen. Bedenk daarbij goed wat je allemaal moet weten als je het bedrijfsevenement voor FootSocker gaat organiseren. TERUGKIJKEN 28. Je hebt vragen voorbereid voor het vraaggesprek met FootSocker. Bespreek de vragen met een medeleerling. a. Hebben jullie dezelfde vragen? Ja / nee b. Heeft de ander vragen waar jij niet aan gedacht had? Ja / nee c. Heb jij vragen waar de ander niet aan gedacht had? Ja / nee d. Vul als dat nodig is je vragenlijst aan.

f it e

29. Heb je alle opdrachten van Taak 4 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

' u d E

Taak 5 Het FootSocker evenement: een vraaggesprek voeren

c A

Je gaat straks samen met Jelle naar het hoofdkantoor van FootSocker in Amsterdam. Daar gaan jullie een vraaggesprek voeren met Shurandy van FootSocker.

t h

ir g y p

o c

VOORBEREIDEN

BRON Lees ‘Een vraaggesprek voeren met een opdrachtgever’ uit Tekstbron 1.2 Een vraaggesprek. Maak

daarna opdracht 30 tot en met 36.

30. Stel, je voert een vraaggesprek met behulp van de vragenlijst die je gemaakt hebt. a. Er schiet je ineens een vraag te binnen die niet op je lijst staat. Wat doe je nu?

b. Hoe laat je aan de opdrachtgever merken dat je goed naar hem luistert?

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak c. Noteer drie dingen die je aan het eind van het gesprek controleert. 1. 2. 3. d. Wat is beleefd om aan het eind van het gesprek te doen?

f it e

31. Is het een wens of een verwachting van de opdrachtgever? Wens

Verwachting

‘Ik zou dolgraag confetti en ballonnen in de feestzaal willen.’ ‘Ik ga ervan uit dat jij als organisator problemen tijdens het evenement oplost.’

' u d E

‘Ik vind dat het bij jouw taak hoort om de beveiliging te regelen.’ ‘Ik hoop op mooi weer tijdens het evenement.’

c A

32. Maak tweetallen. Stel elkaar om de beurt de vijf vragen hieronder. Je hoeft de antwoorden niet op te schrijven. Wel luister je goed naar de ander. Dit laat je ook merken. Als jullie allebei de vragen aan elkaar hebben gesteld, controleren jullie hoeveel jullie onthouden hebben. 1. 2. 3. 4. 5.

t h

ir g y p

Hoe lang zit je al op deze school? Hoe lang blijf je nog op deze school? Wat wil je na deze school gaan doen? Heb je verwachtingen over je toekomst? Zo ja, welke? Heb je wensen voor je toekomst? Zo ja, welke?

33. Je kunt het vraaggesprek op verschillende manieren vastleggen. a. Geef drie manieren waarop je dit kunt doen.

o c 1. 2. 3.

b. Wat lijkt jou de prettigste manier om het gesprek vast te leggen? Leg je antwoord uit.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak c. Bekijk de strip hierna. Jantien heeft een gesprek met de opdrachtgever. Wat vergeet Jantien aan de opdrachtgever te vragen?

' u d E

c A

f it e

34. Stel, je maakt aantekeningen tijdens een gesprek. Welke vier onderdelen van het volgende gesprek zou je noteren?

t h

ir g y p

o c 1. 2. 3. 4.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 35. Je gaat naar een vraaggesprek â&#x20AC;&#x2DC;luisterenâ&#x20AC;&#x2122;. Maak aantekeningen van het gesprek. Dit mag op papier of op de computer. BRON Bekijk Avatar Een vraaggesprek. Luister goed. a. Maak aantekeningen van het gesprek. b. Bekijk na afloop van het fragment je aantekeningen en beantwoord de vragen hierna. c. Waarom wil de stad Almere het evenement organiseren?

d. Wat voor evenement wil Almere organiseren? een carnavalsoptocht een kinderfeest een hardrockfestival een oud-en-nieuwfeest e. Voor wie is het evenement bedoeld?

' u d E

f. Wanneer moet het evenement plaatsvinden? op vrijdag 2 december op zaterdag 3 december op zondag 4 december op maandag 5 december g. Waar moet de locatie aan voldoen? Geef twee eisen.

t h

1. 2.

ir g y p

f it e

c A

h. Welke aantekeningen heb je nog meer van het gesprek gemaakt?

36. Stel, je maakt een geluidsopname of video-opname van het vraaggesprek. Welke drie dingen controleer je van tevoren?

o c 1. 2. 3.

UITVOEREN Je gaat het vraaggesprek met Shurandy van FootSocker voeren. Gebruik je vragenlijst uit taak 4. Bedenk van tevoren of je aantekeningen gaat maken, een geluidsopname maakt of een video-opname. Controleer je spullen van tevoren. Vergeet niet je vragenlijst uit de vorige taak erbij te houden.

BRON Je kunt hierbij Stappenplan 397 Vraaggesprek voorbereiden gebruiken.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 37. Overleg met je docent wie je gaat interviewen. Stem af of je het interview met de klas of met een medeleerling doet. Wij stellen de vragen aan de docent. Een medeleerling is de opdrachtgever en stellen wij de vragen. Deze medeleerling krijgt de informatie van de opdrachtgever. De titel van het blad met informatie dat de docent geeft aan de medeleerling heet Wensen en verwachtingen Shurandy van Footsocker. Voer het vraaggesprek met Shurandy. a. Jullie mogen om de beurt een vraag stellen. b. Controleer aan het einde van het vraaggesprek of al je vragen beantwoord zijn. c. Als je nog een andere vraag bedenkt, stel die dan. d. Leg het vraaggesprek vast. TERUGKIJKEN 38. Je hebt een vraaggesprek gevoerd. a. Heb je antwoord op al je vragen gekregen? Ja / nee b. Weet je nu wat Shurandy’s wensen zijn? Ja / nee c. Weet je nu wat Shurandy’s verwachtingen zijn? Ja / nee d. Hoe ging het vastleggen van het vraaggesprek?

' u d E

f it e

c A

39. Heb je alle opdrachten van Taak 5 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

t h

Taak 6 Het FootSocker evenement: wat wil de opdrachtgever?

Jelle vraagt je of je het vraaggesprek met Shurandy wilt uitwerken en samenvatten. Daarna gaan jullie samen alvast brainstormen over welke soort activiteiten passen bij dit evenement.

ir g y p

VOORBEREIDEN BRON Lees ‘Het vraaggesprek uitwerken en samenvatten’ uit Tekstbron 1.2 Een vraaggesprek. Maak daarna opdracht 40 en 41. 40. Je werkt je aantekeningen of de opnamen van het vraaggesprek uit in een gespreksverslag. Waarom maak je het gespreksverslag zo compleet mogelijk?

o c

41. Vervolgens maak je een samenvatting. Waarvan maak je een samenvatting? de activiteiten die jij leuk vindt om te organiseren de dingen die je allemaal moet regelen de verschillende locaties die geschikt kunnen zijn de wensen van de opdrachtgever BRON Lees Tekstbron 1.3 Onderzoek doen naar een activiteit en Tekstbron 1.4 Doelgroepen. Maak

daarna opdracht 42 tot en met 44.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 42. Verbind elke activiteit met de soort activiteit waar hij thuishoort. Een activiteit kan ook bij meerdere soorten thuishoren. Schapen drijven

Sportieve activiteit

Bungeejumpen

Spelactiviteit

Fietstocht

Creatieve activiteit

Gps-tocht

Eet- en drinkactiviteit

Saxofoon workshop

Buitenactiviteit

Quiz

' u d E

c A

Activiteit met dieren

Sushiworkshop

f it e

Ultieme uitdaging

43. Verbind elke activiteit met de juiste doelgroep.

t h

Schminken

Wijnproeverij

ir g y p

Bingo

Bungeejumpen

o c

Jonge mensen tussen de 20 en 30 jaar

Kleine kinderen tussen de 2 en 6 jaar

Volwassenen tussen de 30 en 55 jaar

Bejaarden tussen de 70 en 100 jaar

44. Opdrachtgever A heeft een groot budget. Opdrachtgever B heeft een klein budget. Zet de activiteiten bij de juiste opdrachtgever. parachutespringen – een quiz – een personeelsreis naar China – een volleybaltoernooi Opdrachtgever A

Opdrachtgever B

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak UITVOEREN 45. Je gaat het vraaggesprek met Shurandy uitwerken in een gespreksverslag. a. Pak je aantekeningen of de opnamen uit de vorige taak erbij. b. Werk op de computer de aantekeningen of de opnamen uit tot een compleet gespreksverslag. c. Maak goedlopende zinnen. d. Zijn er dingen die je niet genoteerd hebt, maar die je je wel herinnert? Neem die ook op in het gespreksverslag. e. Ben je klaar? Doe dan een spellingscontrole. Dit kun je zelf doen. Maar de computer kan het soms ook. f. Verbeter fouten. g. Sla het gespreksverslag op.

f it e

46. a. Maak op de computer een samenvatting van Shurandy’s wensen. Vergeet niet daarin ook de doelgroep en het budget op te nemen. b. Sla de samenvatting op. c. Print de samenvatting uit.

' u d E

c A

47. a. Maak groepjes van vier. b. Ga aan de hand van jullie samenvattingen brainstormen over welke soorten activiteiten passen bij het personeelsevenement van FootSocker. c. Noteer in de mindmap welke soorten activiteiten jullie bij het personeelsevenement van FootSocker vinden passen. Bijvoorbeeld sportieve activiteiten of creatieve activiteiten. d. Geef van elke soort activiteit ook een voorbeeld van een activiteit die je vindt passen bij FootSocker.

t h

ir g y p

o c

48. Kies één van de activiteiten die je vindt passen bij FootSocker. a. Wat doe je bij deze activiteit?

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak b. Wat heb je allemaal nodig voor deze activiteit?

c. Wat moet je allemaal organiseren voor deze activiteit?

TERUGKIJKEN 49. Vergelijk de soorten activiteiten die jouw groepje had met die van andere groepjes. a. Lijken de soorten activiteiten op elkaar? Ja / nee b. Op welke punten verschillen de activiteiten?

' u d E

f it e

c A

50. Heb je alle opdrachten van Taak 6 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 7 Het FootSocker evenement: een voorstel voor het evenement doen Jelle vraagt of jij een voorstel wilt maken voor het personeelsevenement van FootSocker. Enkele onderdelen zijn al bekend. Jij doet een voorstel voor twee activiteiten buiten en twee activiteiten binnen.

t h

ir g y p

VOORBEREIDEN BRON Lees â&#x20AC;&#x2DC;Een voorstel voor een evenement doenâ&#x20AC;&#x2122; uit Tekstbron 1.3 Onderzoek doen naar een activiteit. Maak daarna opdracht 51. 51. Pak je gespreksverslag uit Taak 6 erbij. a. Hoeveel mensen komen er naar het bedrijfsevenement van FootSocker?

o c

b. De activiteiten vinden plaats tussen: 8.00 en 12.00 12.30 en 16.30 17.00 en 20.00 20.00 en 23.00 c. Op welke locatie wordt het feest van FootSocker gehouden?

d. Zoek op internet naar informatie over deze locatie. e. Is er buiten ruimte om activiteiten te organiseren? Ja / nee f. Hoeveel mensen kunnen er ongeveer binnen zitten?

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak g. Waarom zou Shurandy een grote partytent op het terrein willen zetten?

UITVOEREN 52. Je gaat een voorstel voor het evenement doen. a. Vul de onderdelen in die al bekend zijn. Kies uit: barbecue - inloop evenement met koffie, thee, gebak â&#x20AC;&#x201C; feest - welkomstpraatje shurandy

f it e

Dagindeling Van

Tot

11.30

12.00

12.15

12.30

Activiteit

' u d E

Buitenactiviteit 1: Buitenactiviteit 2: Buitenactiviteit 3:

t h

c A

Binnenactiviteit 1: Binnenactiviteit 2:

ir g y p

17.00 20.00

20.00 23.00

b. Vul nu je voorstel voor drie buitenactiviteiten en twee binnenactiviteiten in. Geef bij elke activiteit aan wanneer deze begint en eindigt.

o c 28

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak c. Geef van elke activiteit globaal (dat betekent in grote lijnen) weer wat je ervoor nodig hebt. En wat je ervoor moet regelen. Buitenactiviteit 1:

Buitenactiviteit 2:

f it e

Buitenactiviteit 3:

Binnenactiviteit 1:

Binnenactiviteit 2:

t h

' u d E

c A

d. Geef ook globaal aan wat je voor de andere onderdelen van het evenement moet regelen. Inloop:

ir g y p

Welkomstpraatje Shurandy:

o c

Barbecue:

Feest:

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak TERUGKIJKEN 53. Je hebt een voorstel voor het evenement gemaakt. a. Ben je tevreden over het voorstel? Ja / nee b. Denk je dat Shurandy tevreden zal zijn? Ja / nee c. Wat zou je nog kunnen verbeteren aan het voorstel?

f it e

d. Denk je dat je veel moet organiseren voor het evenement? Ja / nee, want:

54. Heb je alle opdrachten van Taak 7 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

' u d E

Taak 8 Een tweede voorstel voor het evenement doen

c A

Jelle wil het voorstel voor het evenement straks aan Shurandy van FootSocker presenteren. Maar hij weet dat opdrachtgevers het fijn vinden om uit minstens twee voorstellen te kunnen kiezen. Hij vraagt jou daarom om een tweede voorstel voor het evenement te maken.

t h

ir g y p

o c

VOORBEREIDEN

BRON Bekijk de Website Activiteiten. Maak daarna opdracht 55.

55. Je moet andere activiteiten voor het evenement van FootSocker bedenken. a. Ga naar de website Activiteiten. Misschien vind je hier nieuwe ideeĂŤn voor andere activiteiten. b. Welke activiteiten vind je geschikt voor het bedrijfsevenement van FootSocker?

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak UITVOEREN 56. Je gaat een tweede voorstel voor FootSocker maken. a. Vul je voorstel voor drie andere buitenactiviteiten en twee andere binnenactiviteiten in. Zet erbij hoe lang elke activiteit ongeveer duurt. Dagindeling Van

tot

Activiteit

11.30

12.00

Inloop evenement met koffie, thee, gebak

12.00

12.15

Welkomstpraatje Shurandy

12.30

Buitenactiviteit 1: Buitenactiviteit 2:

' u d E

Buitenactiviteit 3:

Binnenactiviteit 1:

17.00

t h

20.00

ir g y p

20.00

23.00

f it e

c A

Binnenactiviteit 2: Feest

Barbecue

o c

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak b. Geef van elke activiteit globaal weer wat je ervoor nodig hebt en wat je ervoor moet regelen. Buitenactiviteit 1:

Buitenactiviteit 2:

f it e

Buitenactiviteit 3:

Binnenactiviteit 1:

Binnenactiviteit 2:

t h

' u d E

c A

TERUGKIJKEN 57. Je hebt een tweede voorstel gemaakt. a. Ben je tevreden over het voorstel? Ja / nee b. Wat zou je nog kunnen verbeteren aan het voorstel?

ir g y p

c. Welk voorstel denk je dat Shurandy van FootSocker kiest? Het eerste voorstel, want

o c

Het tweede voorstel, want

58. Heb je alle opdrachten van Taak 8 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 9 Een plan van eisen en een plan van aanpak maken Je gaat een plan van eisen en een plan van aanpak maken voor het personeelsevenement van Footsocker. VOORBEREIDEN

BRON Lees Tekstbron 1.5 Een plan van eisen. Maak daarna opdracht 59.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 59. Noteer vier soorten eisen die in een plan van eisen staan. 1. 2. 3. 4. BRON Lees Tekstbron 1.6 Vergunningen. Maak daarna opdracht 60.

f it e

60. Een vergunning is toestemming van de gemeente om iets te doen. a. Moet je voor elk evenement een vergunning aanvragen? Ja / nee, want

c A

b. Wat zijn de belangrijkste vergunningen voor het organiseren van een evenement? 1. 2. 3.

' u d E

c. Hoe kom je erachter of je een vergunning nodig hebt?

t h

d. Met welke twee dingen moet je rekening houden bij het aanvragen van een vergunning? 1. de

ir g y p

2. de

, want

BRON Lees Tekstbron 1.8 Subsidie. Maak daarna opdracht 61.

o c

61. Soms kun je subsidie krijgen voor het organiseren van een evenement. a. Geef twee voorwaarden waaraan de activiteit moet voldoen om subsidie te kunnen krijgen. 1. 2.

b. Stel, de gemeente geeft 22% subsidie voor een evenement. De begroting van het evenement bedraagt € 34.000,00. Je krijgt 22% van € 34.000,00. Hoeveel subsidie krijg je? €

c. Hoe veel tijd heeft de gemeente minimaal nodig om te bepalen of je recht hebt op subsidie?

BRON Lees Tekstbron 1.9 Een plan van aanpak. Maak daarna opdracht 62.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 62. Wat zet je in het plan van aanpak? Kruis aan. Let op! Meerdere antwoorden zijn goed. een korte beschrijving van het evenement de kleding die je tijdens het evenement gaat dragen de titels van de nummers die het koor gaat zingen de wensen en verwachtingen van de opdrachtgever een beschrijving van de eisen (inclusief vergunningen) de voornamen van de beveiligers die tijdens het evenement werken een overzicht van alle betrokken partijen en personen een overzicht van taken dat een vriendin van jou ook naar het evenement komt een overzicht van benodigde materialen en voorzieningen budget en subsidiemogelijkheden de handleiding van de geluidsinstallatie UITVOEREN

f it e

c A

BRON Bekijk het Formulier Extra informatie over het FootSocker evenement. Maak daarna opdracht 63.

' u d E

63. In de vorige taak heb je vijf activiteiten voor het FootSocker-evenement bedacht. Bepaal voor deze vijf activiteiten: • welke personen en partijen je daarvoor moet inschakelen • welke taken er voor deze activiteiten uitgevoerd moeten worden • hoeveel de totale activiteit kost.

In de vorige taak heb je al globaal bepaald welke middelen en materialen je nodig hebt. En wat je ervoor moet regelen.

t h

BRON Bekijk het Formulier Plan van eisen en het Formulier Plan van aanpak. Maak daarna opdracht 64.

ir g y p

64. Je gaat een plan van aanpak maken voor het FootSocker evenement. a. Maak een plan van eisen voor het FootSocker evenement. b. Maak een overzicht van alle betrokken partijen en personen. Zet van iedereen de contactgegevens en de functie erbij. En geef aan voor welke werkzaamheden die partij of persoon verantwoordelijk is. c. Maak een overzicht van alle taken in chronologische volgorde. d. Maak nu de rest van het plan van aanpak.

o c

TERUGKIJKEN 65. Je hebt een plan van eisen en een plan van aanpak gemaakt. a. Heb je nu goed overzicht wat er allemaal moet gebeuren om het evenement van FootSocker te organiseren?

b. Vind je het veel werk? Ja / nee c. Lijkt het je leuk om het FootSocker-evenement te organiseren? Ja / nee Leg je antwoord uit.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 66. Heb je alle opdrachten van Taak 9 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 10 Het plan van aanpak presenteren

' u d E

f it e

c A

Het plan van aanpak voor het evenement is klaar. Je gaat het plan van aanpak nu aan Shurandy van FootSocker presenteren. Jelle helpt je hiermee. Je maakt de presentatie op de computer. Overleg welk programma je hiervoor gebruikt. VOORBEREIDEN BRON Bekijk de Film Presentatie voorbereiden en geven. Lees Tekstbron 3.1 Presenteren. Gebruik eventueel de Stappenplannen: 353 Een presentatie voorbereiden 354 Een presentatie geven. Maak daarna opdracht 67.

t h

ir g y p

67. Je bereidt je presentatie voor FootSocker voor. a. Wat is het doel van de presentatie?

o c

b. Wie is je doelgroep?

c. Met welk computerprogramma ga je de presentatie maken?

d. Welke hulpmiddelen ga je gebruiken?

UITVOEREN 68. Je verzamelt de spullen die je nodig hebt voor de presentatie aan FootSocker. a. Wat heb je nodig voor je presentatie?

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak b. Wat wil je Shurandy vertellen en laten zien?

BRON

69. Werk in viertallen. Jullie gaan je plan van aanpak presenteren. Gebruik bij deze opdracht Observatieformulier Een presentatie houden. a. Presenteer na elkaar het plan van aanpak aan elkaar. b. Probeer de anderen in je groepje te overtuigen van je plan van aanpak. c. Geef antwoord op vragen uit je groepje. d. Geef iedere presentatie een cijfer. Tel die na afloop bij elkaar op. Degene met de meeste punten wint. TERUGKIJKEN 70. Je hebt je plan van aanpak voor FootSocker gepresenteerd. a. Welke presentatie heeft gewonnen?

b. Wat vond je goed aan die presentatie?

c. Wat vond je goed aan dat plan van aanpak?

t h

' u d E

f it e

c A

71. Heb je alle opdrachten van Taak 10 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

ir g y p

Taak 11 Een draaiboek maken

Je gaat nu een draaiboek maken voor het FootSocker evenement.

o c

VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 1.11 Een draaiboek maken. Maak daarna opdracht 72 en 73.

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 72. Je gaat een draaiboek maken. a. Noem drie dingen die je bij elke activiteit of programmaonderdeel in het draaiboek zet. 1. 2. 3. b. Geef twee voordelen van een draaiboek.

f it e

1. 2. c. Waarom is een draaiboek nooit klaar?

73. Vul de ontbrekende woorden in het draaiboek in. Je kunt kiezen uit: • • • • •

' u d E

Zorg voor voldoende klimbegeleiders Podium, muziekinstallatie, lichtinstallatie, kleedkamer € 25,00 Lisanne en Robert Van 11.00 tot 11.30 uur in de kantine

t h

De voorbereiding

c A

Activiteit/ programmaonderdeel

Tijd en plaats

Wordt Benodigd voorbereid materiaal door:

Kosten

Informatiemarkt

De hele dag in de aula

Joyce en Leontine

€ 300,00

o c

ir g y p

Optreden van de dansschool

Mick en Moos

Kraampjes, stoelen, inkijkboekjes, folders, posters.

Opmerkingen

€ 35,00

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak Activiteit/ programmaonderdeel

Tijd en plaats

Voetbaltoernooi

Van Everton en 14.00 Alisha tot 16.00 uur in de gymzaal

Voetbalzaaltjes, ballen, hesjes, scheidsrechters, fluitjes, prijzen

Van 10.00 tot 12.00 uur in de gymzaal

Klimmuur, zekeringspullen, handschoenen, touwen

Muurklimmen

Wordt Benodigd voorbereid materiaal door:

ir g y p

t h

Kosten

' u d E â&#x201A;Ź 25,00

Opmerkingen

f it e

c A

Eindverantwoordelijke voorbereiding: Sammie

o c

BRON Bekijk het Formulier Draaiboek. Maak daarna opdracht 74.

UITVOEREN 74. Maak een draaiboek van het personeelsevenement van FootSocker. a. Vul de verschillende programmaonderdelen van het FootSocker-evenement in. b. Geef per programmaonderdeel de tijd en plaats aan. c. Geef bij elk programmaonderdeel aan wie eraan gaat werken. Dit kunnen medewerkers van E-vent zijn, maar ook andere medewerkers. d. Geef bij elk programmaonderdeel aan wat de benodigde materialen zijn. e. Geef bij elk programmaonderdeel aan wat de kosten zijn. f. Zet eventueel extra opmerkingen bij de programmaonderdelen. TERUGKIJKEN 75. Je hebt een draaiboek voor het FootSocker-evenement gemaakt. a. Vind je dat je draaiboek overzichtelijk is geworden? Ja / nee, want

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak b. Denk je dat je er iets aan hebt als je het evenement gaat organiseren? Ja / nee, want c. Wat kan er nog beter aan je draaiboek?

76. Heb je alle opdrachten van Taak 11 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

f it e

Evalueren & Reflecteren Taak 12 Terugkijken op de taken

' u d E

c A

Je bent in dit deel aan de slag geweest als evenementenorganisator. Je gaat nu kijken hoe dat gegaan is. Ook ga je verder kijken.

77. In Taak 3 heb je een planning ingevuld. Bekijk deze. a. Kijk in kolom 5. Taak 12 en 13 ga je nog maken. Zijn alle andere taken af? Zo nee, overleg met je docent welke taken je nog moet doen. b. Kijk in kolom 6. Staat bij Taak 1 tot en met Taak 11 een paraaf van je docent? Zo nee, overleg met je docent hoe je dit in orde kunt maken.

t h

78. In het schema hierna zie je de leerdoelen waaraan jij in dit deel hebt gewerkt. a. Geef van elk leerdoel aan of je het kunt of dat je er nog aan moet werken. Dit doe je door bij elk leerdoel in kolom 3 ‘Kan ik’ of in kolom 4 ‘Moet ik nog aan werken’ een ✓ te zetten. b. Bekijk elk leerdoel waarbij je in kolom 4 ‘Moet ik nog aan werken’ een ✓ hebt gezet. Wat moet je volgens jou beter gaan doen? Geef dit aan in kolom 5. c. Hoe vond je het om aan deze leerdoelen te werken? Leg je antwoord uit.

ir g y p

o c

1. Taak

2. Leerdoel

Ik kan een vraaggesprek met de opdrachtgever voorbereiden.

Ik kan een vraaggesprek met de opdrachtgever voeren.

Ik kan de wensen van de opdrachtgever inventariseren.

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

5. Dit ga ik verbeteren

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak 1. Taak

7, 8

2. Leerdoel

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

5. Dit ga ik verbeteren

Ik kan onderzoek doen naar een activiteit.

Ik kan een plan van aanpak maken.

Ik kan het plan van aanpak presenteren.

Ik kan een draaiboek maken.

f it e

c A

79. EĂŠn van de 21e-eeuwse vaardigheden is ICT-vaardig zijn. ICT-vaardig zijn gaat over van alles. Bijvoorbeeld dat je informatie op internet kunt opzoeken. Want tegenwoordig is het belangrijk dat je op internet informatie kunt opzoeken als je iets wilt organiseren. Hieronder ga je informatie op internet opzoeken. a. Elke mbo-opleiding hoort bij een bepaald domein. Tot welk domein behoort de opleiding Medewerker evenementenorganisatie?

' u d E

b. Tot welke richting behoort de opleiding Medewerker evenementenorganisatie? bank- en verzekeringswezen juridische dienstverlening management support marketing, sales en communicatie Geef nog twee voorbeelden van andere opleidingen binnen deze richting.

t h

ir g y p

1. 2.

c. Kies de opleiding Medewerker Evenementenorganisatie of een van de twee andere opleidingen die je gevonden hebt. Kies de opleiding die het beste bij jou past. Bekijk de informatie over deze opleiding en het beroep dat erbij hoort. Wat vind je van dit beroep? Leg je antwoord uit.

o c

d. Wat wil je nog meer over dit beroep weten?

e. Wat ga je doen om antwoord op deze vragen te krijgen?

Een evenement organiseren

Deel A Onderzoek en plan van aanpak BRON Open het Formulier Netwerkoverzicht. Maak daarna opdracht 80.

80. Wanneer het je leuk lijkt om evenementorganisator te worden, is het handig dat je een evenementorganisator kent. Dan kun je aan die persoon vragen stellen of kun je misschien eens een dag op zijn of haar werkplek meelopen. Zoek in jouw omgeving iemand die evenementorganisator is. Vraag bijvoorbeeld aan je familie, aan vrienden op school of zijn iemand kennen met dit beroep. Zoek anders op internet. Vul de gegevens van deze evenementorganisator in je netwerkoverzicht.

f it e

Taak 13 Voorbereiden op de toets In deze taak ga je je voorbereiden op de toets.

BRON

c A

81. Werk in tweetallen. Jullie gaan een quiz doen. Gebruik hierbij de Theek-iT. a. Maak eerst tien quizvragen voor de ander. De quizvragen gaan over de begrippen die je in dit deel bent tegengekomen. Begin een quizvraag met ‘Wat betekent …?’ Vergeet niet het antwoord op de quizvraag erbij te zetten. En houd je vragen nog even geheim voor de ander. b. Speel de quiz. Leerling 1 is de quizmaster en stelt de quizvragen die hij heeft gemaakt. Hij controleert of het antwoord goed is en houdt de score bij. Een goed antwoord is 1 punt. Leerling 2 is de kandidaat. Hij geeft antwoord op de vragen. Klaar? Wissel van rol.

t h

ir g y p

' u d E

o c

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement

OriĂŤnteren Taak 1 Kennismaken met het voorbereiden van evenementen BRON Lees â&#x20AC;&#x2DC;Een evenement organiserenâ&#x20AC;&#x2122; uit Tekstbron 1.1 Een evenement. Maak daarna opdracht 1 tot

en met 4.

f it e

1. Het voorbereiden van een evenement is veel werk. a. Wat hoort bij de voorbereiding van een evenement? medewerkers inroosteren een ambulance bellen informatie aan het publiek geven vergunningen aanvragen licht- en geluidsapparatuur regelen opruimen en schoonmaken b. Stel, je organiseert je verjaardagsfeest. Je gaat met vijf vrienden bowlen en daarna thuis gourmetten.

ir g y p

t h

' u d E

c A

Noteer drie dingen die je moet voorbereiden. 1. 2.

o c 3.

2. Hakim organiseert een buurtvoetbaltoernooi. Hij nodigt alle kinderen in de buurt tussen de 7 en 12 jaar uit. Noteer vier dingen die Hakim moet voorbereiden. 1. 2. 3. 4.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement 3. Wat lijkt jou het leukste om voor te bereiden? een muziekevenement een open dag van mijn school een sportevenement een groot feest iets anders, namelijk:

4. Heb je alle opdrachten van Taak 1 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

f it e

Taak 2 De leerdoelen bij Deel B

c A

Als je evenementen wilt voorbereiden, moet je: 1. contact leggen met betrokken personen of instanties 2. gemaakte afspraken en gegevens vastleggen 3. medewerkers zowel op papier als digitaal inroosteren 4. offertes van aanbieders met elkaar vergelijken en een beargumenteerde keuze maken 5. de kosten en de verwachte opbrengsten kunnen berekenen van de organisatie en uitvoering van een activiteit 6. gevolgen van een activiteit voor het milieu herkennen en beschrijven 7. eenvoudige plattegronden waar een activiteit plaatsvindt lezen 8. een plattegrond maken, aanpassen en/of indelen 9. een routing plannen 10. nutsvoorzieningen aanvragen en offerten vergelijken 11. een bestellijst opstellen met alle benodigde materialen, middelen en prijzen

' u d E

12. de benodigde materialen, middelen en medewerkers vergelijken met de aanwezige materialen, middelen en medewerkers en hier conclusies uit trekken

13. wetten, regels en verordeningen voor de organisatie van een activiteit benoemen

t h

ir g y p

14. een vergunning aanvragen en de vereiste formulieren invullen 15. de taken van hulpdiensten benoemen en inzetten. 5. Je hebt gelezen wat je moet kunnen als je evenementen wilt voorbereiden. a. Welk leerdoel lijkt jou het leukst om aan te werken? En waarom?

o c

b. Welk leerdoel lijkt jou het minst leuk om aan te werken? En waarom?

6. Heb je wel eens een evenement voorbereid? Ja / nee Zo ja, wanneer en voor wie?

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement 7. Je moet goed kunnen organiseren als je een evenement gaat voorbereiden. a. Geef een voorbeeld van een situatie waarin jij goed kon organiseren.

b. Vind je het gemakkelijk om contacten te leggen met andere partijen? Ja / nee c. Zo ja, geef een voorbeeld waaruit blijkt dat je gemakkelijk contact legt.

f it e

8. Heb je alle opdrachten van Taak 2 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 3 Taken plannen

' u d E

c A

9. Bekijk Taak 4 tot en met 12. En bekijk het schema hierna. a. Maak een planning voor de taken die je gaat doen. Zet de datum en het lesuur in kolom 4. b. Zoek in de taken naar de opdrachten met . Bij welke opdrachten is overleg met je docent of controle door je docent nodig?

t h

ir g y p

1. Taak 2. Onderwerp 1

Kennismaken met het voorbereiden van evenementen

De leerdoelen bij Deel B

Taken plannen

Het game-evenement: aanbieders zoeken en afspraken maken

Het game-evenement: een begroting opstellen

Het game-evenement: de ruimten indelen

Het game-evenement: een routing maken

o c 2 3

3. Richttijd in 4. Datum en lesuur minuten

Een evenement organiseren

5. Af 6. Paraaf docent

Deel B Het voorbereiden van een evenement 1. Taak 2. Onderwerp

3. Richttijd in 4. Datum en lesuur minuten

Het game-evenement: een bestellijst maken

Het game-evenement: vergunningen aanvragen

Het game-evenement: de taken van de hulpdiensten inventariseren

Terugkijken en verder kijken

Voorbereiden op de toets

Aan de slag

' u d E

5. Af 6. Paraaf docent

f it e

c A

Evenementenbureau Futura organiseert allerlei verschillende evenementen en activiteiten. Futura heeft veel ervaring met evenementen op het gebied van IT en Multimedia. Zo organiseren ze vaak de feestelijke presentaties van nieuwe types mobiele telefoons of andere nieuwe apparaten. Ook organiseren ze vaak beurzen voor dit soort producten. De eigenaars van Futura zijn broer en zus Wilson en Joyce Blijtschap. Sinds drie maanden werk je bij Futura. Je helpt Merel, Mees, Badi en Jacqueline met allerlei klusjes.

t h

ir g y p

o c

Je gaat Badi helpen met het voorbereiden van een game festival. Op dit festival zullen veel gamemakers met hun nieuwste game staan. Bezoekers kunnen de games spelen. Verder is er veel informatie over nieuwe games. En over games die nog in ontwikkeling zijn. Daarnaast zijn er ook buitenactiviteiten zoals games in het echt naspelen. Het game festival duurt ĂŠĂŠn dag en vindt plaats op 21 mei van 10.00 uur tot 21.00 uur. Het is in de Bavelse Burcht in Breda, zowel binnen als buiten. Er worden zoâ&#x20AC;&#x2122;n 25.000 bezoekers verwacht.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement

Taak 4 Het game-evenement: aanbieders zoeken en afspraken maken VOORBEREIDEN 10. Futura is een bedrijf dat evenementen organiseert. Wie is de eigenaar van Futura? Er kunnen meerdere antwoorden goed zijn.

t h

' u d E

11. In welke soort evenementen is Futura gespecialiseerd? sportevenementen IT- en multimedia-evenementen kunstevenementen grote feesten

ir g y p

12. Er is al veel informatie over het game festival bekend. a. Wanneer vindt het game festival plaats?

o c

b. Waar vindt het game festival plaats?

c. Hoeveel bezoekers worden er verwacht?

d. Noteer twee dingen die bezoekers kunnen verwachten op het festival.

BRON

Je kunt Tekstbron 3.2. Een logo ontwerpen gebruiken.

Een evenement organiseren

c A

f it e

Deel B Het voorbereiden van een evenement 13. Badi wil graag dat het game festival een naam krijgt. a. Bedenk een naam voor het game festival.

b. Maak een logo voor het game festival. Dit mag op papier of op de computer. De naam van het game festival moet terugkomen in het logo.

' u d E

f it e

c A

BRON Lees ’Hoe zoek je een aanbieder?’ en ’Afspraken maken ’uit Tekstbron 1.12 Aanbieders. Maak daarna

opdracht 14.

t h

Badi vertelt je welke voorbereidingen jullie moeten treffen. Veel dingen zal hij zelf regelen. Hij vraagt jou het volgende te doen: • aanbieders zoeken die hun nieuwste games willen laten zien op het game festival. En hier contact mee leggen en afspraken mee maken. • aanbieders zoeken die eten en drinken op het game festival willen verzorgen. En hier contact mee leggen en afspraken mee maken. • aanbieders (acteurs) zoeken die mee willen spelen met de games die in het echt nagespeeld gaan worden. En hier contact mee leggen en afspraken mee maken.

ir g y p

o c

Badi vertelt je dat je in de map op kantoor de gegevens vindt van verschillende cateraars met wie Futura vaker heeft samengewerkt.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement 14. Je moet dus verschillende aanbieders zoeken, daarmee contact leggen en afspraken vastleggen. a. Op welke manier zou jij bedrijven zoeken die hun nieuwste games willen laten zien op het game festival?

f it e

b. Op welke manier zou jij cateraars zoeken?

c. Op welke manier zou je de afspraken die je maakt, vastleggen?

' u d E

c A

Badi vertelt je dat je offertes op kunt vragen bij aanbieders. Je vraagt dan bijvoorbeeld aan drie verschillende cateraars of ze willen aangeven wat ze kunnen verzorgen op het game festival. En hoeveel dat kost. Je kunt die offertes dan met elkaar vergelijken. BRON Lees Tekstbron 1.13 Offertes aanvragen. Maak daarna opdracht 15. GL

t h

15. Stel, je vraagt offertes aan bij drie bedrijven. a. Ben je nu verplicht om bij deze drie bedrijven te kopen? Ja / nee, want

ir g y p

b. Noteer drie dingen die in een offerte staan. 1. 2. 3.

o c

c. Wat betekent â&#x20AC;&#x2DC;verzending onder remboursâ&#x20AC;&#x2122;?

d. Omcirkel het goede woord. 1. De geldigheidsduur van een offerte is drie weken. 2. Binnen deze drie weken mag de aanbieder zijn prijzen wel/niet aanpassen. 3. Na deze drie weken is de offerte wel/niet meer geldig. 4. In een vrijblijvende offerte staat wel/geen geldigheidstermijn. 5. Bij een vrijblijvende offerte mag de aanbieder de prijzen wel/niet aanpassen.

Badi vraagt je om medewerkers in te roosteren voor het game festival. BRON Lees Tekstbron 1.14 Medewerkers inroosteren. Maak daarna opdracht 16 en 17.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement 16. Medewerkers inroosteren betekent dat je ervoor zorgt dat de juiste medewerker op de juiste dag op het juiste tijdstip en op de juiste plek aanwezig is om te werken. a. Met welke drie zaken houd je rekening bij het inroosteren van medewerkers? 1. 2. 3.

f it e

b. Zet de stappen voor het inroosteren van medewerkers in de juiste volgorde: 1. Maak een effectief rooster. 2. Maak een overzicht van de beschikbaarheid van alle medewerkers. 3. Maak een anoniem rooster.

c A

BRON Bekijk het Formulier Werkrooster Congres e-health. Maak daarna opdracht 17.

17. Vul het werkrooster in. Werkrooster congres E-health Wanneer

Wie

Vrijdag 22 september van 10.00 tot 18.00

Opbouwen

t h

ir g y p

Vrijdagavond 22 september van 18.00 tot 22.00

o c

Zaterdag 23 september van 10.00 tot 19.00

' u d E Wat

Opbouwen Opbouwen Opbouwen Opbouwen Opbouwen Opbouwen Opbouwen Zorgen dat alles goed loopt en problemen oplossen Zorgen dat alles goed loopt en problemen oplossen

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement Wanneer

Wie

Wat

Zaterdagavond/nacht van 19.00 tot 02.00

Afbouwen Afbouwen

f it e

Afbouwen Afbouwen

UITVOEREN BRON Bekijk de Website Dutch Game Garden. Maak daarna opdracht 18.

' u d E

c A

18. Je gaat aanbieders zoeken, contacten leggen en afspraken vastleggen. a. Zoek op internet via Dutch Game Garden twee bedrijven die games maken. Welke twee heb je uitgekozen? 1. 2.

t h

b. Schrijf de contactgegevens van beide bedrijven op. Bedrijf 1

ir g y p

o c 50

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement Bedrijf 2

BRON Bekijk het Formulier Lijst cateraars. Maak daarna opdracht 19.

t h

ir g y p

' u d E

f it e

c A

19. Kies twee cateraars uit die je geschikt lijken voor de catering van het game festival. Schrijf de gegevens van de cateraars op. 1.

o c

20. a. Zoek op internet twee acteurs die kunnen meedoen met de games die in het echt gespeeld worden op het game festival. Welke twee heb je uitgekozen? 1. 2.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement b. Schrijf de contactgegevens van beide acteurs op. Acteur 1

Acteur 2

t h

ir g y p

' u d E

f it e

c A

21. Je hebt een cateraar uitgekozen met wie je wilt samenwerken op het game festival. Je maakt afspraken met de cateraar en legt deze vast. a. Maak tweetallen en bepaal samen wie leerling 1 en wie leerling 2 is. â&#x20AC;˘ Leerling 1 is de medewerker van het evenementenbureau Futura. â&#x20AC;˘ Leerling 2 is de cateraar. BRON Bekijk het Observatieformulier In gesprek met de cateraar.

o c

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement b. Lees de tekst van jouw rol goed door. Rol medewerker evenementenbureau Futura Je wilt dat de cateraar tijdens het game-evenement, dus op 21 mei van 10.00 uur ’s ochtends tot 21.00 uur ’s avonds vijf barretjes neerzet waar de bezoekers drinken kunnen kopen en drie eetbarretjes heeft waarvan eentje met broodjes, eentje met snacks zoals patat en kroketten en eentje met ijs. Daarnaast wil je op het buitenterrein twee ‘restaurantjes’ waar bezoekers kunnen zitten en eten en drinken. Hier wordt eten geserveerd wat van tevoren klaar is gemaakt door de cateraar. De cateraar kan zijn eigen prijzen vragen. Wel betalen jullie een vergoeding voor alle spullen die de cateraar neerzet. Jullie willen ongeveer 250,00 euro per barretje betalen en 1.000,00 euro voor elk restaurantje. Je verwacht dat de cateraar ongeveer 24 man personeel nodig zal hebben. Hiervoor willen jullie de cateraar 12.000,00 euro betalen. Vertel de cateraar dat je zo’n 25.000 bezoekers verwacht. Rol cateraar

' u d E

f it e

c A

Je hebt een vrij groot cateringbedrijf en hebt ervaring met de catering op evenementen. Je hebt tien mobiele drinkbarretjes die je neer kunt zetten. Ook heb je acht mobiele eetbarretjes: twee die zijn ingericht als snackbar, twee met grote vrieskisten voor ijs en de andere vier kun je voor van alles gebruiken. Het beschikbaar stellen van de barretjes kost 25,00 euro per uur. Dat is dus 275,00 euro per barretje voor de hele dag. Je hebt ook alle materialen om twee restaurantjes op te zetten. Een mobiele keuken, tafels en stoelen, borden, bestek enzovoort. In de restaurantjes kunnen ongeveer 50 bezoekers eten. Het beschikbaar stellen van de restaurantjes kost 100,00 euro per uur. Dat is dus 1.100,00 euro per restaurantje voor de hele dag. Je hebt zestien vaste medewerkers die allemaal kunnen werken op 21 mei. Je denkt zelf dat je twintig man personeel nodig zult hebben op het game festival. Gelukkig heb je ook nog tien mensen die op afroep werken. Je vraagt 10.000,00 euro om het personeel van te kunnen betalen. Je houdt met het eten en drinken dat je meeneemt rekening met 25.000 bezoekers.

t h

ir g y p

c. Speel het rollenspel aan de hand van het observatieformulier. d. Werk samen op de computer de gemaakte afspraken uit.

o c

22. Je vraagt offertes op bij drie acteurs. Daarin vraag je naar de prijs voor het acteerwerk op het game festival. De acteurs zullen er dan van 8.00 tot 21.00 uur zijn. Ze moeten in de week voor het festival ook een dag (8 uur) komen repeteren zodat ze precies weten wat voor rol ze moeten spelen tijdens het game festival. Je wilt ook dat de acteurs zelf hun kostuums en make-up verzorgen. Het is wel zo handig als je dat zelf niet hoeft te regelen!

BRON Bekijk het Formulier Offertes acteurs. Maak daarna opdracht 23.

23. Vergelijk de drie offertes. a. Wie heeft het hoogste uurtarief voor het acteerwerk? Bas Heinen Margriet Ouwehands Magnus Barijen

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement b. Hoeveel bedraagt het laagste uurtarief voor het acteerwerk?

c. Welke twee acteurs kunnen zelf de kostuums en make-up verzorgen? Bas Heinen Margriet Ouwehands Magnus Barijen d. Bij welke acteur is dit het duurst?

f it e

e. Welke acteur stelt de meeste eisen voor wat betreft eten en drinken?

f. Welke acteur stelt de minste eisen voor wat betreft eten en drinken?

' u d E

g. Voor welke offerte zou jij kiezen? Leg je antwoord uit.

c A

Je maakt een werkrooster voor de medewerkers van Futura voor het game festival.

t h

BRON Bekijk het Formulier Werkrooster Game festival. Maak daarna opdracht 24.

24. Overleg met je docent of je: het werkrooster hieronder invult zelf een werkrooster gaat maken in Excel een digitaal werkrooster gaat invullen waar de docent je dan naar verwijst

ir g y p

Werkrooster Game festival Wanneer

o c

Vrijdag 20 mei van 10.00 tot 18.00

Een evenement organiseren

Wie

Wat Opbouwen Opbouwen Opbouwen Opbouwen

Deel B Het voorbereiden van een evenement Wanneer

Wie

Vrijdagavond 20 mei van 18.00 tot 22.00

Wat Opbouwen Opbouwen Opbouwen

f it e

Opbouwen Zaterdag 21 mei van 8.00 tot 18.00

Helpen met versjouwen

c A

Helpen met versjouwen Zaterdag 21 mei van 18.00 tot 21.00

' u d E

Helpen met versjouwen Helpen met versjouwen

Zaterdagavond/nacht van 21.00 tot 02.00

Afbouwen

t h

ir g y p

Afbouwen Afbouwen Afbouwen

TERUGKIJKEN 25. Je hebt aanbieders gezocht voor de catering en het acteerwerk. a. Vond je het moeilijk om aanbieders te vinden? Ja / nee b. Op welke manieren heb je de aanbieders gevonden? via internet via de map

o c

op een andere manier, namelijk

26. Je hebt drie offertes met elkaar vergeleken. a. Voor welke offerte heb je gekozen?

b. Vond je het moeilijk om de offertes met elkaar te vergelijken? Ja / nee KB

27. Je hebt medewerkers ingeroosterd voor het game festival. a. Heb je rekening gehouden met de wensen van de medewerkers? Ja / nee b. Kreeg je de werkplanning rond? Ja / nee c. Vond je het moeilijk om een werkplanning te maken? Ja / nee

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement 28. Heb je alle opdrachten van Taak 4 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 5 Het game-evenement: een begroting opstellen Badi vraagt of je een begroting wilt opstellen voor het game festival. Je moet dan alle kosten en opbrengsten van het evenement inschatten.

f it e

BRON Lees Tekstbron 1.10 Een begroting maken voor een evenement. Maak daarna opdracht 29 tot en

met 31. 29. Zijn het inkomsten of uitgaven? Zet een kruisje in de goede kolom.

c A

Inkomsten Je organiseert een reisevenement. Reisbureau Zonneklaar sponsort het reisevenement. Je huurt 30 parasols voor het reisevenement.

' u d E

De bezoekers van het reisevenement betalen € 12,50 entree. De huur van de locatie kost € 1.200,00.

Uitgaven

30. Zijn het vaste lasten of variabele lasten? Zet een kruisje in de goede kolom.

t h

ir g y p

De huurprijs van de locatie

Vaste lasten Variabele lasten

Flessen frisdrank die je inkoopt Wat over is kan terug naar de leverancier

De elektriciteit die je tijdens een evenement gebruikt De huurprijs van een podium

o c

31. Wat zijn onvoorziene lasten?

BRON Lees Tekstbron 1.28 Evenementen en milieu. Maak daarna opdracht 32 en 33.

32. Wat ‘kost’ elk evenement het milieu? a. Een popconcert in een natuurgebied.

b. De TT in Assen.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement c. Een beachball-toernooi op het strand van Scheveningen waar men eten en drinken in plastic verpakkingen kan kopen. Er zijn geen afvalbakken speciaal voor plastic.

33. Noteer drie dingen die je kunt doen om de gevolgen van een evenement voor het milieu zo klein mogelijk te laten zijn. 1. 2.

f it e

UITVOEREN BRON Bekijk het Formulier Opbrengsten en uitgaven game-evenement. Maak daarna opdracht 34.

c A

34. Je maakt een begroting voor het game-evenement. a. Zet alle inkomsten links in het overzicht. b. Zet alle uitgaven rechts in het overzicht. Eerst de vaste lasten, dan de variabele lasten, en ten slotte de onvoorziene lasten.

t h

ir g y p

' u d E

o c

c. Wat kost het game-evenement het milieu?

d. Wat kun je doen om de gevolgen voor het milieu te beperken?

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement TERUGKIJKEN 35. Je hebt een begroting gemaakt. a. Vond je het moeilijk om de kosten en uitgaven te berekenen? Ja / nee b. Vond je het leuk om de kosten en uitgaven te berekenen? Ja / nee c. Waren de inkomsten hoger dan de uitgaven? Ja / nee, want d. Heb je ideeĂŤn bedacht om de gevolgen voor het milieu te beperken? Ja / nee

f it e

36. Heb je alle opdrachten van Taak 5 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3

Taak 6 Het game-evenement: de ruimten indelen

c A

Badi wil samen met jou een plattegrond van de locatie voor het game-evenement maken. En de ruimtes indelen.

' u d E

VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 1.15 Indelen van de ruimte en bekijk de Website Floorplanner. Maak daarna opdracht 37 en 38. 37. Noteer drie zaken waarmee je rekening houdt als je een geschikte locatie voor een evenement zoekt.

t h

1. 2.

ir g y p

38. Ga naar de website Floorplanner. Kies voor kantoor. Richt de kantoorruimte in. UITVOEREN

De Bavelse Burcht is een evenementencomplex met buitenterrein dat ruimte biedt aan congressen, beurzen, concerten, festivals en andere culturele, sportieve of zakelijke happenings. Het complex bestaat uit een ingang met ontvangsthal, een evenementenhal van 7.500 m2, een grote buitenruimte van 10.000m2, een music hall van 500m2, zes vergaderruimten van ieder 100m2, vier toiletblokken, twee uitgangen en drie nooduitgangen.

o c

39. Maak tweetallen. a. Maak samen een plattegrond van de Bavelse Burcht. b. Zorg dat alle onderdelen van het evenementencomplex op de plattegrond komen te staan. Tip! Maak de plattegrond groot genoeg. Zodat je er later dingen bij kunt schrijven of in kunt plakken. BRON

Bekijk het Formulier Icoontjes plattegrond.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement c. Zet de volgende onderdelen in de plattegrond: • games in het echt naspelen • de twee restaurantjes • de vijf barretjes • de drie eetbarretjes • ruimte waar de nieuwe games op spelcomputers gespeeld kunnen worden • ruimte waar de gameontwerpers met hun stand staan. TERUGKIJKEN 40. a. Wat vind je van je plattegrond?

f it e

b. Wat vind je van je indeling van de ruimte?

c. Vond je het moeilijk om de ruimten in te delen? Ja / nee

' u d E

c A

41. Heb je alle opdrachten van Taak 6 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 7 Het game-evenement: een routing maken

Badi is tevreden met de plattegrond. Nu moet er nog een routing komen.

t h

VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 1.16 Routing. Maak daarna opdracht 42 tot en met 45.

ir g y p

42. Je gaat een routing maken. a. Wat is een routing?

b. Hoe wordt de routing vaak aangegeven? Het wordt omgeroepen. Met bordjes en pijlen.

o c

43. Je ziet hierna de plattegrond van een deel van een dierentuin. Zet onder elk bord het juiste nummer.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement

' u d E

f it e

c A

44. Bij een evenement ben je wettelijk verplicht om vluchtroutes aan te geven. a. Wat zijn vluchtroutes?

t h

b. Wat betekenen deze pictogrammen?

ir g y p

o c

45. Het lijkt Badi leuk om een route vanaf het station Breda naar de Bavelse Burcht te maken. De Bavelse Burcht bevindt zich op de Nieuweweg 80 in Breda. a. Stippel een route uit vanaf station Breda naar de Nieuweweg 80 in Breda. Dit kun je doen met Google maps, runnermaps.nl of met een app. b. Maak een screenshot van de route en sla deze op. Of print de route uit.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement UITVOEREN 46. a. Maak tweetallen. b. Pak jullie plattegrond uit de vorige taak erbij. c. Maak een routing door aan te geven waar jullie welke bewegwijzering willen plaatsen. d. Geef ook aan op welke manier jullie de bewegwijzering willen aangeven: met bordjes op de vloer met beeldschermen anders, namelijk:

f it e

e. Geef de vluchtroute aan in de plattegrond. Geef aan waar de nooduitgangen zich bevinden. f. Geef aan waar de brandhaspels en brandblussers staan. TERUGKIJKEN 47. a. Ben je tevreden over de routing? Ja / nee

c A

b. Denk je dat het voor de bezoekers van het game festival duidelijk is waar alles is? Ja / nee, want

' u d E

c. Vond je het moeilijk om een vluchtroute te bedenken? Ja / nee d. Leg je antwoord bij vraag c uit.

48. Overleg met je docent of je bij Taak 7 de Extra opdracht over nutsvoorzieningen en offertes vergelijken gaat doen. Ik ga deze opdracht wel / niet doen.

t h

49. Heb je alle opdrachten van Taak 7 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

ir g y p

Taak 8 Het game-evenement: een bestellijst maken Er zijn spullen die Futura zelf mee moet nemen naar het game festival. Bijvoorbeeld gereedschappen en tape. Badi heeft de voorraad gecontroleerd en er moeten wat nieuwe spullen besteld worden. Hij vraagt of jij de bestellijst wilt invullen.

o c

VOORBEREIDEN

BRON Lees Tekstbron 1.17 Een bestellijst invullen. Maak daarna opdracht 50.

50. Je moet een bestellijst invullen. a. Je hebt 25.000 witte plastic tasjes nodig. De plastic tasjes worden per 100 in een doos verkocht. Hoeveel dozen bestel je?

b. De plastic tasjes kosten 2,00 euro per doos. Hoeveel moet je betalen?

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement c. Is een plastic tasje een milieuvriendelijk product? Ja / nee, want

d. Geef een milieuvriendelijker alternatief.

51. Je gaat een bestellijst invullen. BRON Bekijk het Formulier Bestellijst kantoorartikelen. a. Bekijk de notitie van je collega.

t h

ir g y p

o c

b. Vul de bestellijst in. c. Sla de bestellijst op.

Een evenement organiseren

' u d E

c A

f it e

Deel B Het voorbereiden van een evenement UITVOEREN 52. Je gaat de bestellijst voor het game-evenement invullen. Badi heeft al gekeken wat jullie precies nodig hebben. BRON Bekijk het Formulier Bestellijst game event. a. Bekijk de e-mail van Badi.

ir g y p

t h

b. Vul de bestellijst in. c. Sla de bestellijst op. d. Hoeveel kost je bestelling?

' u d E

f it e

c A

o c

TERUGKIJKEN 53. Je hebt een bestellijst ingevuld. a. Kon je alle artikelen terugvinden op de bestellijst? Ja / nee b. Hoe ging het werken in Excel?

c. Leg je antwoord uit.

54. Heb je alle opdrachten van Taak 8 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement

Taak 9 Het game-evenement: vergunningen aanvragen Badi vertelt je dat er allerlei regels en wetten zijn voor het organiseren van een evenement. Er zijn veel dingen waarmee je rekening moet houden. Badi heeft gekeken welke vergunningen en ontheffingen er voor het game-evenement aangevraagd moeten worden. EĂŠn daarvan is de evenementenvergunning. Want er komen best veel mensen op het game-evenement af. Badi vraagt of jij de evenementenvergunning wilt aanvragen. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 1.7 Wetten, regels en verordeningen. Maak daarna opdracht 55 tot en met 58. KB

f it e

55. Er zijn allerlei regels en wetten waaraan je je moet houden als je een evenement organiseert. a. Waar staat de afkorting APV voor?

b. Wat is het doel van de APV?

' u d E

c A

c. Stel, je organiseert een evenement. Je hebt in je plannen geen rekening gehouden met de veiligheid van bezoekers en medewerkers. Wat kan de gemeente nu doen?

56. Een evenement moet altijd brandveilig zijn. a. Wie controleert de brandveiligheid van een evenement? de brandweer de burgemeester de organisator de politie b. Stel, je organiseert een cowboyevenement middenin in de zomer. Op het terrein laat je grote hooibergen neerzetten. Wat betekent dit voor de brandveiligheid van het evenement?

t h

ir g y p

c. Er zijn ook allerlei regels om het milieu te beschermen. Stel dat er op het cowboyevenement ook een groot kampvuur is. Bezoekers gooien hun plastic flesjes in het kampvuur. Er ontstaat een stinkende, walmende rook.

o c 64

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement Welk probleem ontstaat hierdoor? bodemverontreiniging luchtverontreiniging geluidsoverlast agressie d. Zou dit mogen van de gemeente? Ja / nee, want KB

f it e

57. Organiseer je een evenement? Dan moet je ook rekening houden met geluidsoverlast. a. Welk probleem zie je op het plaatje?

t h

ir g y p

' u d E

c A

b. Waarom kan dit probleem bij een evenement met veel bezoekers nog veel groter zijn?

c. Aan de regels uit welke wet moet je je houden als het gaat over evenementen en geluid?

o c

58. Vaak wordt er op evenementen alcohol geschonken. a. Wat heb je nodig als je alcohol wilt schenken op een evenement? een drank- en horecavergunning een ontheffing drank- en horecavergunning een bierverordening een parkeervergunning b. Aan wie mag je geen alcohol schenken? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk. aan jongeren onder de 18 jaar aan ouderen boven de 70 jaar aan dronken mensen aan gehandicapte mensen

BRON Lees Tekstbron 1.6 Vergunningen. Maak daarna opdracht 59.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement 59. Je hebt een vergunning nodig. a. Wanneer heb je een evenementenvergunning nodig? als je met je buren een potje voetbal op straat gaat spelen als je een feestje voor je vrienden in de tuin geeft als je een groot evenement organiseert waar veel bezoekers op af komen als je zusje haar verjaardag in het zwembad viert b. Hoelang kan de aanvraag van een vergunning duren?

f it e

c. Bij wie vraag je de evenementenvergunning aan?

d. Wat kun je doen om zeker te weten dat de vergunningaanvraag is ontvangen?

BRON Bekijk de Formulieren:

Extra informatie Futura en het Game-evenement Evenementvergunning aanvragen. Maak daarna opdracht 60.

' u d E

UITVOEREN 60. Aanvraag evenementenvergunning a. Vul de aanvraag voor een evenementenvergunning in. b. Sla de aanvraag op.

t h

c A

TERUGKIJKEN 61. Je hebt een deel van een aanvraag voor een evenementenvergunning ingevuld. a. Vond je het leuk om de aanvraag in te vullen?

ir g y p

Ja / nee, want

b. Waarom wil de gemeente zo veel weten over het evenement?

o c

c. Zou je het leuk vinden als je voor je werk regelmatig vergunningen moet aanvragen? Ja / nee, want

62. Heb je alle opdrachten van Taak 9 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement

Taak 10 Het game-evenement: de taken van de hulpdiensten inventariseren Badi wil dat je precies weet welke taken de verschillende hulpdiensten hebben. Als er iets misgaat tijdens het game-evenement moet je precies weten welke hulpdienst je inschakelt. BRON Lees Tekstbron 1.26 Hulpdiensten. Maak daarna opdracht 63 en 64.

' u d E

f it e

c A

63. Organiseer je een evenement? Dan neem je veiligheidsmaatregelen. a. Wie is er verantwoordelijk voor de veiligheid van de bezoekers tijdens een evenement? niemand de organisator van het evenement de politie de gemeente b. Welke vier hulpdiensten zijn voor jou als evenementenorganisator van belang? 1.

ir g y p

t h

2. 3.

o c 4.

c. Wat is het landelijke alarmnummer?

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement d. Wanneer bel je het landelijk alarmnummer? Kruis aan. Let op! Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.

t h

ir g y p

o c 68

Een evenement organiseren

' u d E

c A

f it e

Deel B Het voorbereiden van een evenement 64. Welke hulpdienst heb je nodig?

t h

ir g y p

' u d E

f it e

c A

o c

UITVOEREN 65. Badi wil graag dat je van een aantal situaties beschrijft: • of je 112 belt of niet • welke hulpdiensten je nodig hebt • wat de taken van de hulpdiensten zijn. Jullie kunnen deze situaties dan met jullie collega’s bespreken. Dan weet iedereen goed wat de bedoeling is als er iets misgaat. Er breekt een grote brand uit in het gebouw van de Bavelse Burcht

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement Een bezoeker bezeert zich tijdens het naspelen van een game. Hij is bewusteloos.

Er loopt een zakkenroller rond op het evenement. Van zes bezoekers is de portemonnee gestolen.

f it e

Er stort een partytent in waar 300 bezoekers in stonden. De chaos is groot.

TERUGKIJKEN 66. Je hebt gekeken naar de taken van de hulpdiensten. a. Weet je nu wanneer je welke hulp nodig hebt? Ja / nee b. Kende je het alarmnummer 112 al? Ja / nee

' u d E

c A

c. Stel dat er iets misgaat tijdens een evenement. Hoe reageer je dan, denk je? Ik blijf kalm en bel 112 of een hulpdienst. Ik raak compleet in paniek en kan niets meer. Ik ren heel hard weg en zorg voor mijn eigen veiligheid.

t h

Anders, namelijk

ir g y p

67. Heb je alle opdrachten van Taak 10 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Evalueren & Reflecteren

o c

Taak 11 Terugkijken en verder kijken Je bent in dit deel aan de slag geweest als evenementenorganisator. Je gaat nu kijken hoe dat gegaan is. Ook ga je verder kijken. 68. In Taak 3 heb je een planning ingevuld. Bekijk deze. a. Kijk in kolom 5. Taak 11 en 12 ga je nog maken. Zijn alle andere taken af? Zo nee, overleg met je docent welke taken je nog moet doen. b. Kijk in kolom 6. Staat bij Taak 1 tot en met Taak 10 een paraaf van je docent? Zo nee, overleg met je docent hoe je dit in orde kunt maken.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement 69. In het schema hierna zie je de leerdoelen waaraan jij in dit deel hebt gewerkt. a. Geef van elk leerdoel aan of je het kunt of dat je er nog aan moet werken. Dit doe je door bij elk leerdoel in kolom 3 ‘Kan ik’ of in kolom 4 ‘Moet ik nog aan werken’ een ✓ te zetten. b. Bekijk elk leerdoel waarbij je in kolom 4 ‘Moet ik nog aan werken’ een ✓ hebt gezet. Wat moet je volgens jou beter gaan doen? Geef dit aan in kolom 5. c. Hoe vond je het om aan deze leerdoelen te werken? Leg je antwoord uit.

1. Taak

2. Leerdoel

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

Ik kan contact leggen met betrokken personen of instanties. Ik kan gemaakte afspraken en gegevens vastleggen. Ik kan medewerkers zowel op papier als digitaal inroosteren.

t h

Ik kan de benodigde medewerkers vergelijken met de aanwezige medewerkers en hier conclusies uit trekken.

ir g y p

o c 5

f it e

5. Dit ga ik verbeteren

' u d E

c A

Ik kan offertes van aanbieders met elkaar vergelijken en een beargumenteerde keuze maken.

Ik kan de kosten en verwachte opbrengsten berekenen voor de organisatie en uitvoering van een activiteit. Ik kan gevolgen van een activiteit voor het milieu herkennen en beschrijven. Ik kan eenvoudige plattegronden waar een activiteit plaatsvindt lezen.

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement 1. Taak

2. Leerdoel

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

5. Dit ga ik verbeteren

Ik kan een plattegrond maken, aanpassen en/of indelen. 7

Ik kan een routing plannen.

f it e

Ik kan nutsvoorzieningen aanvragen en offerten vergelijken. 9

Ik kan een bestellijst opstellen met alle benodigde materialen, middelen en prijzen. Ik kan de benodigde materialen, middelen en medewerkers vergelijken met de aanwezige materialen, middelen en medewerkers en hier conclusies uit trekken.

Ik kan wetten, regels en verordeningen voor de organisatie van een activiteit benoemen.

ir g y p

t h

Ik kan een vergunning aanvragen en de vereiste formulieren invullen.

Ik kan de taken van hulpdiensten benoemen en inzetten.

o c

' u d E

c A

BRON Open bij het Formulier Netwerkoverzicht. Maak daarna opdracht 70.

70. Bij het organiseren van een activiteit of evenement leer je veel aan kennis maar moet je allemaal vaardigheden gebruiken die je overal in kunt zetten. Kies een onderwerp of een vaardigheid die jij in dit Deel B interessant vond en zoek iemand die dit in zijn werk doet. Misschien zit er op dit moment iemand bij jou in de klas die jou kan helpen. Vraag aan je medeleerlingen of zij iemand kennen die dit onderwerp in zijn werk doet of die vaardigheid in zijn werk gebruikt. Door een netwerkoverzicht te maken kun je de gegevens van mensen in je netwerk snel terugvinden. Dat is bijvoorbeeld handig als je iemand vragen wilt stellen over zijn beroep. 71. Je hebt in dit deel veel gedaan. a. Waar ben je het meest trots op?

Een evenement organiseren

Deel B Het voorbereiden van een evenement b. Wat kan je het best?

c. Welke werkzaamheid zou je later in je beroep uit willen oefenen?

d. Welke opleiding past bij deze werkzaamheid?

f it e

Taak 12 Voorbereiden op de toets In deze taak ga je je voorbereiden op de toets.

BRON

72. Zoek het woord dat bij de omschrijving hoort. Weet je een woord niet? Kijk dan in de Theek-it.

t h

ir g y p

o c 1. 2.

' u d E

c A

Geld dat je van de overheid krijgt voor het organiseren van een evenement heet een .

Als een bedrijf geld geeft om een evenement te laten organiseren heet dat .

112 is het

nummer.

Een overzicht van de te verwachten inkomsten en uitgaven heet een .

Als een leverancier een opgave van de prijs en de manier van leveren geeft, heet dat een .

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement

OriĂŤnteren Taak 1 Kennismaken met het opbouwen van evenementen BRON Lees Tekstbron 1.18 Een evenement opbouwen. Maak daarna opdracht 1 en 2.

1. Het opbouwen van een evenement kan veel tijd kosten. a. Wanneer begin je met het opbouwen van een groot driedaags muziekfestival? drie maanden van tevoren vijf dagen van tevoren de ochtend van tevoren een uurtje van tevoren b. Wat hoort bij het opbouwen van een evenement? de ruimtes inrichten een vergunning aanvragen afspraken met een verhuurder maken tribunes opbouwen EHBO-post inrichten bezoekers ontvangen c. Noteer twee dingen die medewerkers die helpen met opbouwen, goed moet kunnen. 1. 2.

t h

' u d E

f it e

c A

2. De leveranciers brengen de spullen die je gekocht of gehuurd hebt naar de locatie. a. Waarom is het handig als je precies weet in welke ruimte de spullen moeten komen te staan?

ir g y p

b. Wie bepaalt waar de spullen moeten staan? de leverancier de medewerkers die helpen opbouwen de organisator van het evenement

o c

iemand anders, namelijk:

BRON Bekijk de Film Strandevenement opbouwen. Maak daarna opdracht 3.

3. a. Welk evenement wordt in het filmpje opgebouwd?

b. Wat wordt er allemaal opgebouwd?

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement BRON Bekijk de Film Davis Cup Groningen. Maak daarna opdracht 4.

4. a. Wat wordt er hier opgebouwd?

b. Had je verwacht dat dat zo veel werk was? Ja / nee, want

f it e

5. Organiseer je een evenement? Dan moet je tijdens het opbouwen de leiding nemen, en de leveranciers en opbouwmedewerkers aansturen. a. Lijkt het je leuk om de leiding te nemen? Ja / nee, want b. Lijkt het je moeilijk om anderen aan te sturen? Ja / nee, want

' u d E

c A

6. Heb je alle opdrachten van Taak 1 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 2 De leerdoelen bij Deel C

Als je evenementen wilt opbouwen, moet je: 1. een routing kunnen uitzetten 2. manieren van afvalbeheer kunnen herkennen en uitleggen 3. manieren om afval te verwerken kunnen herkennen en uitleggen 4. manieren om verschillende soorten afval te recyclen kunnen uitleggen 5. afval kunnen scheiden 6. een milieustraat kunnen inrichten 7. taken van beveiligers kunnen beschrijven 8. zes begrippen rond beveiliging kunnen herkennen en uitleggen 9. kunnen uitleggen waarom vluchtroutes belangrijk zijn en de daarbij behorende pictogrammen gebruiken 10. de meest veilige route kunnen aangeven in een gebouw en op een terrein

t h

ir g y p

o c

11. beschrijven waar een nood- en hulppost aan moet voldoen 12. een nood- en hulppost inrichten

13. een plan maken voor de inrichting van een ruimte. 7. Je hebt gelezen wat je moet kunnen als je evenementen gaat opbouwen. a. Welk leerdoel lijkt jou het leukst om aan te werken? En waarom?

b. Welk leerdoel lijkt jou het minst leuk om aan te werken? En waarom?

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement 8. Heb je wel eens meegeholpen met het opbouwen van een activiteit of evenement? Ja / nee Zo ja, wat heb je toen opgebouwd?

9. Je moet leiding kunnen geven als je een evenement gaat opbouwen. a. Geef een voorbeeld van een situatie waarin jij leiding hebt gegeven.

f it e

b. Vind je het gemakkelijk om anderen te zeggen wat ze moeten doen? Ja / nee c. Zo ja, geef een voorbeeld waaruit blijkt dat je gemakkelijk anderen vertelt wat ze moeten doen.

' u d E

c A

10. Heb je alle opdrachten van Taak 2 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 3 Taken plannen In deze taak ga je de taken van dit deel inplannen.

t h

11. Bekijk Taak 4 tot en met 11. En bekijk het schema hierna. a. Maak een planning voor de taken die je gaat doen. Zet de datum en het lesuur in kolom 4. b. Zoek in de taken naar de opdrachten met . Bij welke opdrachten is overleg met je docent of controle door je docent nodig?

ir g y p

o c

1. Taak 2. Onderwerp

3. Richttijd in 4. Datum en lesuur minuten

Kennismaken met het opbouwen van evenementen

De leerdoelen bij Deel C

Taken plannen

Theatre Mondial: een routing uitzetten

Een evenement organiseren

5. Af 6. Paraaf docent

Deel C Het opbouwen van een evenement 1. Taak 2. Onderwerp

3. Richttijd in 4. Datum en lesuur minuten

Theatre Mondial: afvalstromen

Theatre Mondial: beveiliging

Theatre Mondial: vluchtroutes

Theatre Mondial: een eerstehulppost inrichten

Theatre Mondial: een podium inrichten

Terugkijken op de taken

Voorbereiden op de toets

Aan de slag

' u d E

5. Af 6. Paraaf docent

f it e

c A

Theatre Mondial is een driedaags theater- en muziekfestival dat jaarlijks wordt georganiseerd op de Vliethof, een groot buitenterrein in de buurt van Den Haag. Dit jaar vindt het festival plaats op 14, 15 en 16 september. Op het festival zijn 75 verschillende theater- en muziekvoorstellingen te zien. Het festival heeft tien podia. Er hoort ook een tijdelijke camping bij het festival. Daar kunnen ongeveer 600 mensen kamperen. Jaarlijks komen er zo’n 60.000 mensen op het Theatre Mondialfestival af.

t h

ir g y p

o c

Het festival wordt georganiseerd door verschillende partijen waaronder theater Het Haagse Paard. Jij werkt als medewerker bij het Haagse Paard. Je zit dit jaar ook in de organisatie van het Theatre Mondialfestival. Er zijn veel voorbereidingen getroffen voor het festival. De verschillende organisatoren hebben theatergroepen en bands geboekt. Er zijn vergunningen en subsidies aangevraagd, materialen gehuurd, catering geregeld en nog veel meer. Over vier dagen begint het festival. Jij helpt mee met het opbouwen van het terrein. En met het opbouwen van één van de podia waarvoor jij verantwoordelijk bent.

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement

Taak 4 Theatre Mondial: een routing uitzetten VOORBEREIDEN 12. Theatre Mondial is een theater- en muziekfestival. a. Hoeveel dagen duurt het Theatre Mondialfestival?

b. Op welke data vindt het festival dit jaar plaats?

f it e

c. Waar vindt het Theatre Mondialfestival plaats?

d. Hoeveel podia heeft het Theatre Mondialfestival?

' u d E

e. Hoeveel theater- en muziekvoorstellingen zijn er te zien?

f. Hoeveel bezoekers komen er op het Theatre Mondialfestival af?

t h

c A

g. Hoeveel bezoekers kunnen op de camping blijven logeren? alle bezoekers de helft van de bezoekers 1% van de bezoekers geen één bezoeker

ir g y p

13. Je wilt het Theatre Mondialfestival bekend maken bij de mensen. a. Maak een flyer voor het Theatre Mondialfestival. Dit mag op papier of op de computer. BRON Gebruik eventueel Stappenplan 10 Een flyer maken. b. Zet informatie op de flyer die belangrijk is voor bezoekers, zoals de data, de locatie en informatie over het aantal en soort acts. c. Zet het logo van het Theatre Mondialfestival op de flyer. BRON Het logo staat bij Overig Logo van het Theatre Mondialfestival. d. Kies zelf de vorm van de letters, de kleuren en plaatjes voor op de flyer. Let wel op dat het past bij het logo van het Theatre Mondialfestival. e. Maak de flyer zo aantrekkelijk mogelijk. Want je wilt bezoekers trekken met de flyer.

o c

BRON Lees ‘Een routing uitzetten’ uit Tekstbron 1.16 Routing. Maak daarna opdracht 14 tot en met 17.

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement 14. Je kunt een routing met verschillende hulpmiddelen uitzetten. Welke hulpmiddelen zie je op de plaatjes?

t h

ir g y p

' u d E

f it e

c A

o c

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement 15. Stel, vanaf de parkeerplaats is het nog 200 meter lopen naar de ingang. Je wilt vanaf de parkeerplaats aangeven waar de ingang van het evenement is. a. Geef dit aan met een bordje.

b. Geef dit aan met een afstandsaanduiding.

t h

ir g y p

c. Geef dit aan met een pictogram.

o c 80

Een evenement organiseren

' u d E

c A

f it e

Deel C Het opbouwen van een evenement 16. Stel, je wilt dat de autoâ&#x20AC;&#x2122;s via een bepaalde route het parkeerterrein oprijden. Je hebt geen verkeersregelaars. Met welke drie hulpmiddelen kun je deze route afzetten? 1. 2. 3.

f it e

UITVOEREN 17. Je hebt een plattegrond van het Theatre Mondialfestival.

t h

ir g y p

' u d E

c A

Stippel de routing vanaf het hoofdpodium naar de camping uit.

o c

18. Je gaat een routing vanaf het hoofdpodium naar de camping uitzetten. Doe deze opdracht in groepen van vier. a. Maak hulpmiddelen voor het aangeven van de routing. Dit mogen bordjes met tekst, afstandsaanduiding of een pictogram zijn. Bedenk zelf hoeveel bordjes je nodig hebt. De camping is 300 meter verwijderd van het hoofdpodium. Geef op de plattegrond aan waar je de bordjes zet. Tip! Als je met pictogrammen wilt werken, zoek dan op internet naar het pictogram voor camping! b. Zet de routing naar de camping uit op de plattegrond.

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement TERUGKIJKEN 19. Je hebt een routing uitgezet op de plattegrond. a. Welke hulpmiddelen heb je gemaakt?

b. Waren je zelfgemaakte hulpmiddelen goed gelukt? Ja / nee, want

f it e

c. Is het uitzetten van de routing op de plattegrond goed gelukt? Ja / nee, want d. Welke feedback gaf je docent op de routing en bewegwijzering?

' u d E

c A

20. Heb je alle opdrachten van Taak 4 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 5 Theatre Mondial: afvalstromen

BRON Lees Tekstbron 1.27 Afval. Maak daarna opdracht 21 tot en met 26.

t h

21. Afval is niet goed voor het milieu. Noteer twee redenen waarom afval slecht is voor het milieu.

ir g y p

22. Afval wordt op verschillende manieren verwerkt. a. Welke omschrijving hoort bij welk begrip?

o c

Recyclen

Er wordt een soort mest gemaakt van groente-, fruit- en tuinafval.

Afvalverbranding

Afval wordt op een stortplaats gegooid.

Composteren

Afval wordt verbrand in afvalverbrandingsinstallaties.

Afval storten

De grondstoffen van afval worden opnieuw gebruikt.

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement b. Welke afvalverwerkingsmethode is beter voor het milieu? Leg je antwoord uit. Afvalverbranding / Composteren, want

Afval storten / Recyclen, want

23. Verschillende soorten afval worden gescheiden ingezameld. a. Waarom wordt afval gescheiden ingezameld?

f it e

b. Noteer vier afvalstromen die gescheiden worden ingezameld. 1. 2. 3. 4. c. In welke afvalbak moet het afval?

t h

ir g y p

' u d E

c A

o c

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement 24. Elke buurt heeft wel een milieustraat. a. Wat is een milieustraat?

b. Heb jij ook een milieustraat in de buurt? Ja / nee c. Breng je daar weleens afval naartoe? Ja / nee d. Zo ja, welk afval breng je ernaar toe?

f it e

25. Afval scheiden is beter voor het milieu omdat het afval gerecycled kan worden. a. Scheiden jullie bij jou thuis afval? Ja / nee b. Zo ja, welke soorten afval scheiden jullie bij jou thuis?

c. Zo nee, waarom scheiden jullie geen afval?

' u d E

c A

26. Je gaat zelf thuis afval scheiden. a. Verzamel een week lang thuis glas, papier, gft-afval, plastic en restafval apart. b. Maak elke dag een foto van het gescheiden afval. c. Maak een collage van je fotoâ&#x20AC;&#x2122;s. BRON Je kunt hierbij Stappenplan 7 Een collage of moodboard maken gebruiken. d. Zet in de collage wat je is opgevallen aan het scheiden van afval. e. Wat heb je na deze week met het afval gedaan?

t h

ir g y p

o c 84

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement UITVOEREN Je hebt de taak om een voorstel te doen voor een milieustraat op het festivalterrein van Theatre Mondial. Je hebt hierover een mail van een andere organisator gekregen.

t h

ir g y p

' u d E

f it e

c A

o c

BRON Lees het Formulier E-mail Afval Theatre Mondialfestival. Maak daarna opdracht 27.

27. Je verwacht flink wat afval tijdens het Theatre Mondialfestival. a. Schrijf op de computer in een tekstverwerkingsprogramma, bijvoorbeeld Word, een voorstel voor een milieustraat op het festivalterrein. Zet in het voorstel welke afvalbakken je wilt neerzetten en waarom. In het voorstel moet in ieder geval een plasticbak, een glasbak, een papierbak, een gft-bak en een restafvalbak opgenomen zijn. b. Maak een tekening of fotopresentatie van hoe de milieustraat eruit komt te zien. Gebruik plaatjes van internet. c. Hoeveel van zulke milieustraten zou je op het festivalterrein en de camping neerzetten?

d. Teken de afvalstraten in op de plattegrond van het Theatre Mondialfestival.

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement 28. Overleg met je docent of je wel of niet opdracht je gaat doen. Ik ga wel / niet de extra opdracht doen. Bouw de afvalstraat in het echt in de school. a. Overleg met je docent hoe groot je groep wordt waarmee je samen een afvalstraat mag maken. Wij doen dit met datum:

personen. Wij mogen deze afvalstraat van tot en met datum:

in de school neerzetten.

f it e

b. Overleg met je groep samen hoe de afvalstraat eruit komt te zien. Als je er niet uitkomt dan stem je. De meeste stemmen gelden. c. Bouw de afvalstraat in het echt in de school. Gebruik hiervoor aparte afvalbakken waarop je duidelijk aangeeft voor welk afval het bedoeld is. d. Kijk elke dag even of de afvalstraat goed werkt. e. Noteer dit in het voorstel voor de afvalstraat dat je had gemaakt en geef ook aan waar jouw afvalstraat afwijkt van de afvalstraat die je met de groep hebt gemaakt.

' u d E

TERUGKIJKEN 29. Je hebt een voorstel voor een milieustraat gemaakt. a. Hoe ging het schrijven van het voorstel?

c A

b. Ben je tevreden over je tekening/fotopresentatie?

t h

Ja / nee, want

c. Hoe ging het samenwerken en opbouwen van de afvalstraat op school?

ir g y p

d. Hoe gingen je schoolgenoten om met de afvalstraat?

30. Heb je alle opdrachten van Taak 5 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

o c

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement

Taak 6 Theatre Mondial: beveiliging Je hebt een overleg met het beveiligingsbedrijf Safetyfirst. De beveiligers van Safetyfirst zullen tijdens het driedaagse festival aanwezig zijn op het festivalterrein.

' u d E

f it e

c A

Jij laat de beveiligers het festivalterrein zien. Je bespreekt met hen wat hun verantwoordelijkheden zijn en hoe ze hun werk gaan doen. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 1.24 Evenementbeveiliging. Maak daarna opdracht 31 tot en met 34. 31. Een beveiliger moet een bepaalde houding en gedrag vertonen. a. Omcirkel de houding- en gedragsaspecten die een beveiliger geschikt maken.

t h

Snel boos

ir g y p

rustig blijven

bang zijn

doortastend optreden

respect afdwingen

zelfbeheersing

lang nadenken voordat je in actie komt

o c

bezoekers intimideren

b. Wie is het meest geschikt als beveiliger?

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement 32. Een evenementbeveiliger heeft verschillende taken en verantwoordelijkheden. a. Noteer zes taken van een evenementbeveiliger. 1. 2. 3. 4. 5.

f it e

6. b. Wat betekent surveilleren?

c. Wat betekent crowd control?

' u d E

c A

33. Je huurt een beveiligingsbedrijf in voor een groot evenement dat je organiseert. Je let goed op dat het beveiligingsbedrijf het ISO-certificaat heeft. a. Waarvan is ISO de afkorting? I S

t h

b. Wat betekent het als een bedrijf een ISO-certificaat heeft?

ir g y p

34. Je maakt samen met het beveiligingsbedrijf een risicoanalyse. a. Wat is een risicoanalyse?

o c

b. Verbind elk onderdeel met de juiste factor van de risicoanalyse.

Leeftijdsopbouw van het publiek

Het soort evenement

Hoe is de parkeervoorziening?

Het soort publiek

Wordt er gewerkt met vrijwilligers of professionals?

De plaats van het evenement

In welk seizoen wordt het evenement gehouden?

Overige factoren

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement c. Waarom houd je rekening met het seizoen waarin het evenement wordt gehouden?

d. Welk risico loop je met een buitenevenement in de winter?

e. Welk risico loop je met een buitenevenement in de zomer?

f it e

UITVOEREN BRON Bekijk het Formulier Risico-analyse. Maak daarna opdracht 35.

35. Doe deze opdracht in tweetallen. Voor het Theatre Mondialfestival moet een risicoanalyse gemaakt worden. Maak een risicoanalyse van het Theatre Mondialfestival. Loop hiervoor de verschillende factoren van een risicoanalyse langs. Bedenk alle mogelijke risico’s die er op het festival zijn. Gebruik tekst en plaatjes. Werk de risicoanalyse uit op de computer.

' u d E

c A

Tip! Pak de omschrijving van het Theatre Mondialfestival en de plattegrond uit taak 4 erbij! TERUGKIJKEN 36. Je hebt een risicoanalyse van het Theatre Mondialfestival gemaakt. a. Hoe ging de samenwerking met je groepsgenoot?

t h

b. Hoeveel risico’s hebben jullie in de risicoanalyse opgenomen?

ir g y p

c. Vond je het moeilijk om risico’s te bedenken? Ja / nee 37. Heb je alle opdrachten van Taak 6 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

o c

Taak 7 Theatre Mondial: vluchtroutes Voor het Theatre Mondialfestival moeten er ook vluchtroutes uitgezet worden.

VOORBEREIDEN BRON Lees ‘Vluchtroutes’ uit Tekstbron 1.16 Routing. Maak daarna opdracht 38.

BRON

38. Je gaat de vluchtroutes op het terrein van het Theatre Mondialfestival uitzetten. Pak Overig De plattegrond van het Theatre Mondialfestival erbij. a. Hoeveel vluchtroutes zijn er op het Theatre Mondialfestival?

b. Geef op de plattegrond met een stippellijn de vluchtroute aan voor iemand die vanaf de camping het terrein wil ontvluchten.

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement c. Met welk pictogram worden de vluchtroutes op het festivalterrein aangegeven?

t h

' u d E

f it e

c A

UITVOEREN 39. Je gaat de vluchtroute in school leren kennen en lopen. a. Overleg met je docent of jij deze opdracht alleen of met een groep gaat doen en overleg ook met je docent of je opdracht 46 van Taak 8 ook meteen dan doet. Overleg ook wie een afspraak maakt met een bhv’er van school. • •

ir g y p

Ik ga deze opdracht alleen / met een groep doen. De docent/ ik/ iemand anders, namelijk

o c

maakt de afspraak met de bhv’er.

We gaan bij deze afspraak wel / niet meteen opdracht 46 van Taak 8 doen. We hebben voordat de afspraak er is, Taak 8 al doorgenomen. •

hebben afgesproken is

De afspraak met de bhv’er is op datum:

Een evenement organiseren

uur en we hebben met bhv’er afgesproken. De locatie waar we .

Deel C Het opbouwen van een evenement b. Loop samen de vluchtroute in school. c. Welke pictogrammen hangen er in de school voor de vluchtroute?

d. Bekijk samen het ontruimingsplan. e. Bespreek met de bhvâ&#x20AC;&#x2122;er hoe je zou kunnen helpen bij een ontruiming. f. Ga naar opdracht 46 van Taak 8 als je afgesproken hebt dit met de bhvâ&#x20AC;&#x2122;er samen te doen. TERUGKIJKEN 40. Je hebt de vluchtroute op school gelopen. a. Kende je de vluchtroute al? Ja / nee b. Vind je dat de vluchtroute duidelijk wordt aangegeven? Ja / nee, want

c. Wat vind je van het ontruimingsplan?

' u d E

f it e

c A

d. Wat kun jij doen om bij de volgende ontruimingsoefening te helpen?

41. Heb je alle opdrachten van Taak 7 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

t h

ir g y p

Taak 8 Theatre Mondial: een eerstehulppost inrichten Je gaat een eerstehulppost op het festivalterrein inrichten.

VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 1.25 Eerste Hulppost. Maak daarna opdracht 42.

o c

42. Tijdens grote evenementen waar veel publiek op afkomt, ben je verplicht EHBO-posten te verzorgen. a. Wat is een Eerste Hulppost?

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement b. Welke persoon heeft de EHBO-post nodig?

Heleen, 15 jaar: ‘Ik ben al de hele dag met mijn ouders op dit festival. Ik vind er niks aan en wil naar huis!’

Sonogy, 4 jaar, heeft het erg naar zijn zin. Maar hij heeft het wel warm, en wil een ijsje!

t h

ir g y p

Thom, 25 jaar, valt tijdens een wielerevenement van zijn fiets. Hij heeft veel pijn in zijn knie.

' u d E

c A

Hylke, 20 jaar, heeft haar arm gebrand aan een vuurkorf die op het evenemententerrein staat.

o c

BRON Bekijk de Film Eerste Hulp bij evenementen. Maak dan opdracht 43 tot en met 45.

43. Bij verschillende evenementen wordt er EHBO ingezet. a. Geef drie voorbeelden van evenementen waarbij EHBO ingezet moet worden. 1. 2. 3. b. Geef een voorbeeld van een ‘hoog risico’ evenement.

Een evenement organiseren

f it e

Deel C Het opbouwen van een evenement 44. Er zijn ook speciale soorten EHBO. a. Wat betekent EHBSO?

b. Bij wat voor soort evenementen komt deze eerste hulp van pas?

c. Wat betekent EHBDA?

f it e

d. Bij wat voor soort evenementen komt deze Eerste Hulp van pas?

45. Een EHBO-post moet aan een aantal eisen voldoen. a. Geef drie eisen waaraan de ruimte moet voldoen. 1. 2. 3.

' u d E

b. Welke materialen horen thuis in een EHBO-uitrusting?

t h

ir g y p

c A

o c

c. Zoek op internet naar wat er allemaal thuishoort in een EHBO-koffer. Kopieer de lijst en sla deze op. d. Waarvan is AED de afkorting?

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement e. Wanneer gebruik je een AED? als iemand zijn knie heeft gekneusd als iemand wartaal uitslaat als iemand brandwonden heeft als iemand een hartstilstand heeft UITVOEREN 46. Doe deze opdracht in tweetallen of viertallen. Jullie gaan een EHBO-post inrichten. a. Overleg met je docent of jullie dit in tweetallen / viertallen gaan doen. Overleg ook welke

f it e

ruimte jullie mogen gebruiken voor het inrichten van een EHBO-post. Dit is de ruimte

BRON

b. Controleer de EHBO-koffer met de lijst die je in opdracht 44 hebt uitgeprint. Pak het Formulier Minimaal vereiste inhoud EHBO-koffer erbij. c. Zitten alle belangrijke onderdelen in de EHBO-koffer? Ja / nee d. Zo nee, wat missen jullie?

' u d E

c A

e. Richt de EHBO-ruimte in. Denk aan de eisen waaraan de EHBO-ruimte moet voldoen. TERUGKIJKEN 47. Je hebt een EHBO-ruimte ingericht. a. Hebben jullie aan alle eisen kunnen voldoen?

t h

Ja / nee, want

ir g y p

b. Was de EHBO-doos compleet? Ja / nee, want

c. Heb je het doorgegeven aan je docent als er spullen in de EHBO-koffer ontbraken? Ja / nee, want

o c

d. Is de inrichting van de EHBO-post goed gelukt? Ja / nee,

48. Heb je alle opdrachten van Taak 8 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement

Taak 9 Theatre Mondial: een podium inrichten Tijdens het Theatre Mondialfestival ben jij verantwoordelijk voor ĂŠĂŠn podium. Op dit podium wordt een theaterproductie opgevoerd door theatergezelschap Shakespears Darlings. Zij doen het theaterstuk drie keer per dag tijdens het Theatre Mondialfestival. Jij gaat het podium inrichten. En je maakt een plan voor licht en geluid. VOORBEREIDEN BRON Lees het Formulier Podiuminrichting Shakespears Darlings. Maak daarna opdracht 49.

f it e

49. Shakespears Darlings hebben je de podiumindeling laten weten. a. Hoe groot moet het podium zijn?

b. Zit er ook livemuziek in de theatervoorstelling? Ja / nee, want c. Hoeveel fruitschalen zet je op het podium?

' u d E

d. Hoeveel cadeautjes liggen er voor de kerstboom?

t h

c A

UITVOEREN 50. Je gaat het podium inrichten. Dit mag op papier of in floorplanner.com. a. Maak een podium met de juiste maten. b. Zet hier alle attributen op de juiste plek in. c. Maak je een tekening? Kleur de tekening dan netjes in. d. Werk je in Floorplanner? Sla je podiuminrichting dan op.

ir g y p

TERUGKIJKEN 51. Je hebt een podiuminrichting gemaakt. a. Heb je zelf getekend of in Floorplanner gewerkt?

o c

b. Hoe ging dat?

c. Vond je het leuk om het podium in te richten? Ja / nee, want

52. Heb je alle opdrachten van Taak 9 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement

Evalueren & Reflecteren Taak 10 Terugkijken op de taken Je bent in dit deel aan de slag geweest als evenementenorganisator. Je gaat nu kijken hoe dat gegaan is. Ook ga je verder kijken.

f it e

53. In Taak 3 heb je een planning ingevuld. Bekijk deze. a. Kijk in kolom 5. Taak 10 en 11 ga je nog maken. Zijn alle andere taken af? Zo nee, overleg met je docent welke taken je nog moet doen. b. Kijk in kolom 6. Staat bij Taak 1 tot en met Taak 9 een paraaf van je docent? Zo nee, overleg met je docent hoe je dit in orde kunt maken.

c A

54. In het schema hierna zie je de leerdoelen waaraan jij in dit deel hebt gewerkt. a. Geef van elk leerdoel aan of je het kunt of dat je er nog aan moet werken. Dit doe je door bij elk leerdoel in kolom 3 ‘Kan ik’ of in kolom 4 ‘Moet ik nog aan werken’ een ✓ te zetten. b. Bekijk elk leerdoel waarbij je in kolom 4 ‘Moet ik nog aan werken’ een ✓ hebt gezet. Wat moet je volgens jou beter gaan doen? Geef dit aan in kolom 5. c. Hoe vond je het om aan deze leerdoelen te werken? Leg je antwoord uit.

1. Taak

t h

2. Leerdoel

ir g y p

4 5

o c

Ik kan een routing uitzetten.

Ik kan manieren van afvalbeheer herkennen en uitleggen. Ik kan manieren om afval te verwerken herkennen en uitleggen. Ik kan manieren om verschillende soorten afval te recyclen uitleggen. Ik kan afval scheiden. Ik kan een milieustraat inrichten.

Ik kan taken van beveiligers omschrijven. Ik kan zes relevante begrippen rond beveiliging herkennen en uitleggen.

Een evenement organiseren

' u d E

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

5. Dit ga ik verbeteren

Deel C Het opbouwen van een evenement 1. Taak

2. Leerdoel

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

5. Dit ga ik verbeteren

Ik kan uitleggen waarom vluchtroutes belangrijk zijn en de daarbij behorende pictogrammen gebruiken.

f it e

Ik kan de meest veilige route aangeven in een gebouw en op een terrein. KB

Ik kan beschrijven waar een nood- en hulppost aan moet voldoen. Ik kan een nood- en hulppost inrichten.

Ik kan een plan maken voor de inrichting van een ruimte.

' u d E

c A

55. Welk onderwerp vond ik het leukst? a. Zet in kolom 3 een kruisje als je het onderwerp of de Taak leuk vond om te doen. b. Zet in kolom 4 een kruisje als je het onderwerp of de Taak niet leuk vond om te doen. c. Kies uit de Taken die je leuk vond de Taak die je het allerleukste vond. Schrijf in kolom 5 op welke opleiding of welk werk daarbij hoort. d. Noteer hier drie woorden die bij je opkomen als je aan deze opleiding of dit werk denkt.

t h

ir g y p

1. 2. 3.

Taak

o c 4

Ik kan een routing uitzetten.

Ik kan manieren van afvalbeheer herkennen en uitleggen.

Ik kan manieren om afval te verwerken herkennen en uitleggen.

Ik kan manieren om verschillende soorten afval te recyclen uitleggen.

Ik kan afval scheiden.

3. Leuk

4. Niet leuk

5. Opleiding/werk

Een evenement organiseren

Deel C Het opbouwen van een evenement Taak

3. Leuk

Ik kan een milieustraat inrichten.

Ik kan taken van beveiligers omschrijven.

Ik kan zes relevante begrippen rond beveiliging herkennen en uitleggen.

Ik kan uitleggen waarom vluchtroutes belangrijk zijn en de daarbij behorende pictogrammen gebruiken.

Ik kan de meest veilige route aangeven in een gebouw en op een terrein.

Ik kan beschrijven waar een nood- en hulppost aan moet voldoen.

Ik kan een nood- en hulppost inrichten.

Ik kan een plan maken voor de inrichting van een ruimte.

4. Niet leuk

t h

ir g y p

5. Opleiding/werk

' u d E

f it e

c A

56. Misschien zit er op dit moment iemand bij jou in de klas die jou kan helpen met het opbouwen van een netwerk. Door een netwerkoverzicht te maken kun je de gegevens van mensen in je netwerk snel terugvinden. Dat is bijvoorbeeld handig als je iemand vragen wilt stellen over zijn beroep. a. Wie loopt er op dit moment stage bij een bedrijf waar jij wel zou willen werken? Vul de gegevens van deze medeleerling in jouw netwerkoverzicht in. b. Vraag je medeleerling bij welk bedrijf hij stage loopt. Vraag ook wie hem begeleidt. Vul alle gegevens in je netwerkoverzicht in.

o c

Taak 11 Voorbereiden op de toets In deze taak ga je je voorbereiden op de toets. BRON Open het Spel Opbouwen van een evenement.

57. Speel het spel en haal een zo hoog mogelijke score. Wat was je score?

Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement

OriĂŤnteren Taak 1 Kennismaken met het uitvoeren en afsluiten van evenementen 1. Stel, je hebt een evenement voorbereid en opgebouwd. Nu is het zover, de bezoekers komen binnen. Het evenement is begonnen! a. Wat hoort bij de uitvoering van een evenement? vergunningen aanvragen de bezoekers welkom heten een muziekgroep aankondigen de EHBO-post inrichten een beveiliger waarschuwen omdat iemand zonder kaartje binnen probeert te komen medewerkers inroosteren b. Wat is je belangrijkste taak tijdens de uitvoering van het evenement? voorbereidingen treffen zorgen dat alles volgens plan verloopt subsidies aanvragen sponsors vinden

t h

ir g y p

' u d E

f it e

c A

o c

c. Wat zijn handige eigenschappen als organisator tijdens de uitvoering van een evenement? stressbestendig zijn snel in paniek raken gemakzuchtig zijn overzicht kunnen houden leiding kunnen geven graag alleen zijn Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement 2. Als evenementenorganisator ben je er verantwoordelijk voor dat alles goed verloopt tijdens het evenement. Wat zou je in deze gevallen doen? a. Er breekt een flinke brand uit op het terrein van het evenement Ik zou snel wegrennen, de rest zoekt het maar uit. Ik zou een brandslang pakken en gaan blussen. Ik zou alle bezoekers in veiligheid brengen. Ik zou compleet in paniek raken. Iets anders, namelijk:

f it e

b. Je houdt een dancefeest op een buitenterrein voor 10.000 mensen. Het is 38 Â°C en er is weinig schaduw op het terrein. Ik zou rustig aan doen en een ijsje eten. Ik zou met brandslangen het publiek natspuiten. Ik zou petjes, zonnebrand en flessen water uitdelen. Ik zou de bezoekers aanraden om naar huis te gaan. Iets anders, namelijk:

' u d E

c A

3. Is het evenement afgelopen en zijn de bezoekers vertrokken? Dan is jouw werk nog niet klaar. Alles moet dan nog afgebouwd, opgeruimd en schoongemaakt worden.

t h

ir g y p

o c

a. Kan de evenementenorganisator nu ook naar huis? Ja / nee, want

b. Lijkt het je leuk om na afloop van een evenement te zorgen dat alles weer opgeruimd en schoongemaakt wordt? Ja / nee, want

4. Als evenementenorganisator heb je best veel verantwoordelijkheden en maak je soms lange werkdagen. a. Lijkt het je leuk om veel verantwoordelijkheid te dragen? Ja / nee, want b. Lijkt het je leuk om lange werkdagen te maken? Ja / nee, want

100

Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement 5. Heb je alle opdrachten van Taak 1 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 2 De leerdoelen bij Deel D Als je evenementen wilt uitvoeren en afsluiten, moet je: 1. bezoekers kunnen ontvangen 2. klachten kunnen afhandelen 3. inschrijvingen kunnen verwerken 4. taken van hulpdiensten kunnen benoemen 5. hulpdiensten kunnen inschakelen als dat nodig is 6. kunnen aangeven welke verschillende taken beveiligers hebben 7. een ruimte gebruiksklaar kunnen maken 8. schoonmaakmiddelen en de effecten hiervan op het milieu kunnen benoemen KB

10. werkzaamheden kunnen uitvoeren volgens de schoonmaakregels

de juiste schoonmaakmiddelen en â&#x20AC;&#x201C;apparatuur kunnen gebruiken

' u d E

f it e

c A

11. het verschil tussen begrote en daadwerkelijke kosten kunnen berekenen 12. een evaluatieformulier kunnen opstellen.

6. Je hebt gelezen wat je moet kunnen als je evenementen wilt uitvoeren en afsluiten. a. Welk leerdoel lijkt jou het leukst om aan te werken? En waarom?

t h

b. Welk leerdoel lijkt jou het minst leuk om aan te werken? En waarom?

ir g y p

7. a. Heb je wel eens geholpen bij de uitvoering van een evenement? Ja / nee Zo ja, wanneer en voor wie?

o c

b. Heb je wel eens geholpen bij de afsluiting van een evenement? Ja / nee Zo ja, wanneer en voor wie?

8. Als evenementenorganisator moet je stressbestendig zijn tijdens het evenement. a. Geef een voorbeeld van een situatie waarin jij stressbestendig was.

b. Vind je het vervelend om lange werkdagen te maken? Ja / nee

Een evenement organiseren

101

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement 9. Heb je alle opdrachten van Taak 2 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 3 Taken plannen 10. Bekijk Taak 4 tot en met 14. En bekijk het schema hierna. a. Maak een planning voor de taken die je gaat doen. Zet de datum en het lesuur in kolom 4. b. Zoek in de taken naar de opdrachten met . Bij welke opdrachten is overleg met je docent of controle door je docent nodig?

f it e

c A

Kennismaken met het uitvoeren en afsluiten van evenementen

De leerdoelen bij Deel D

Taken plannen

o c

Duurzaamheidmarkt Langleven: bezoekers ontvangen

Duurzaamheidmarkt Langleven: inschrijvingen verwerken

Duurzaamheidmarkt Langleven: klachten aannemen

Duurzaamheidmarkt Langleven: workshop ontwikkelen

Duurzaamheidmarkt Langleven: evaluatieformulier opstellen

Duurzaamheidmarkt Langleven: workshop geven

102

t h

ir g y p

Een evenement organiseren

' u d E

3. Richttijd in 4. Datum en lesuur minuten

5. Af 6. Paraaf docent

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement 1. Taak 2. Onderwerp

3. Richttijd in 4. Datum en lesuur minuten

EHBO-inzet en/of hulpdiensten inschakelen en beveiliging

Duurzaamheidmarkt Langleven: schoonmaken

Duurzaamheidmarkt Langleven: verschil begrote en daadwerkelijke kosten en opbrengsten

Terugkijken en verder kijken

Voorbereiden op de toets

Aan de slag

' u d E

5. Af 6. Paraaf docent

f it e

c A

Je hebt een weekendbaantje bij Boerderij De Zuivere Zin. De Zuivere Zin is een boerderij waar duurzaam wordt gewerkt en waar biologische en ecologische producten worden verbouwd. De Zuivere Zin organiseert samen met anderen de duurzaamheidmarkt Langleven. Dit is een enorme markt waar 150 bedrijven uit het hele land met hun standjes staan om hun duurzame spullen te laten zien en verkopen. Het gaat om duurzame kleding (tweedehands of van duurzame materialen gemaakt), duurzaam eten, duurzame huishoudelijke apparaten, duurzame verf enzovoort. De duurzaamheidmarkt is gedeeltelijk binnen, maar er is ook een groot buitenterrein. Het duurt van 10.00 uur ‘s ochtends tot 20.00 uur ’s avonds.

t h

ir g y p

o c

Jij helpt vandaag mee in de organisatie. Je voert allerlei verschillende taken uit. Je ontvangt bezoekers, neemt klachten aan en maakt schoon. Er worden ook vijf workshops tijdens de duurzaamheidmarkt gehouden. Bezoekers kunnen zich bij binnenkomst inschrijven voor een workshop. Eén van de workshops wordt gegeven door je baas. Jij helpt hem hierbij.

Een evenement organiseren

103

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement

Taak 4 Duurzaamheidmarkt Langleven: bezoekers ontvangen De duurzaamheidmarkt is begonnen. De bezoekers komen binnen. Je begint vandaag je werk met het ontvangen van de bezoekers. VOORBEREIDEN 11. Duurzaamheidmarkt Langleven wil het duurzaam ondernemen promoten. Waar denk jij aan bij het begrip duurzaamheid?

t h

' u d E

c A

BRON Lees Tekstbron 1.29 Duurzaam ondernemen. Maak daarna opdracht 12 en 13.

ir g y p

12. Het begrip duurzaamheid wordt vaak uitgelegd aan de hand van de drie Pâ&#x20AC;&#x2122;s. a. Waar staan de drie Pâ&#x20AC;&#x2122;s voor? En wat betekenen ze? P P P

, betekent , betekent , betekent

o c

, voorbeeld

b. Geef van elke P een voorbeeld van hoe je er duurzaam mee om kunt gaan. P

13. a. Wat is Green Key?

104

Een evenement organiseren

f it e

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement b. Teken en kleur het logo van Green Key.

f it e

c A

c. Geef vijf punten waarop bedrijven die het Green-Key-keurmerk (willen) hebben worden gecontroleerd. 1. 2. 3. 4.

t h

' u d E

d. Onder welk controlepunt valt het voorbeeld? Verbind elk voorbeeld met het juiste controlepunt.

ir g y p

In een hotel werken verstandelijk gehandicapten

Voedsel en drank

Op een evenement wordt gewerkt met ecologische schoonmaakmiddelen

Afval

Een restaurant werkt alleen met biologische producten

Maatschappelijk verantwoord

Een camping heeft verschillende bakken voor gescheiden afval

Schoonmaken

o c

Een evenement organiseren

105

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement BRON Lees Tekstbron 1.19 Bezoekers ontvangen. Maak daarna opdracht 14.

14. a. Wie ontvangt de bezoekers op de juiste manier?

t h

ir g y p

o c 106

Een evenement organiseren

' u d E

c A

f it e

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement b. Teken de stripjes af. Wat voor reactie verwacht je van de bezoekers?

t h

BRON

ir g y p

' u d E

f it e

c A

Gebruik bij deze opdracht Stappenplan Werken met Pixton.

o c

c. Maak zelf een stripje in Pixton. Maak een stripje van de volgende situatie: Emmy de Vrij en Fairouz Moussaoui gaan naar een grote tweedehands markt. Ze hebben er zin in. Bij de ingang staat een medewerker van de markt. Emmy en Fairouz zeggen haar vriendelijk gedag. De medewerkster kijkt chagrijnig en zegt: ‘’t Is loeidruk binnen hoor, pff ik zou niet naar binnen gaan als ik jullie was.’ Emmy en Fairouz lopen verbaasd verder.

UITVOEREN 15. Werk in viertallen. Jullie gaan in een rollenspel oefenen met het ontvangen van bezoekers van duurzaamheidmarkt Langleven. BRON Gebruik bij deze opdracht Observatieformulier Bezoekers op een activiteit of evenement ontvangen. Je kunt hierbij ook het volgende stappenplan gebruiken: Stappenplan 6 Een rollenspel doen. a. Leerling 1 is de medewerker van duurzaamheidmarkt Langleven. Leerling 2 en 3 zijn bezoekers. Leerling 4 kijkt hoe het ontvangen van de bezoeker gaat en vult het observatieformulier in.

Een evenement organiseren

107

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement b. Klaar? Bespreek het observatieformulier kort. c. Wissel van rol. Zorg ervoor dat jullie alle vier een keer oefenen als medewerker van duurzaamheidmarkt Langleven. TERUGKIJKEN 16. Je hebt bezoekers ontvangen. a. Vond je het leuk om bezoekers te ontvangen? Ja / nee b. Bekijk het observatieformulier dat je medeleerling heeft ingevuld. Wat ging er goed tijdens het ontvangen van bezoekers?

c. Wat kan nog beter?

' u d E

f it e

c A

17. Heb je alle opdrachten van Taak 4 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 5 Duurzaamheidmarkt Langleven: inschrijvingen verwerken

Bij de ingang van de duurzaamheidmarkt kunnen de bezoekers zich inschrijven voor de workshops. Op de computer in Excel registreer je de inschrijvingen. VOORBEREIDEN

ir g y p

t h

BRON Lees Tekstbron 1.20 Inschrijvingen verwerken. Maak daarna opdracht 18.

18. Op de duurzaamheidmarkt zijn er vandaag vijf workshops die allemaal drie keer draaien. Eén keer om 11 uur, één keer om 13.30 uur en één keer om 16.00 uur. Het maximaal aantal deelnemers per workshop is tien. a. Hoeveel verschillende workshops zijn er op de duurzaamheidmarkt?

o c

b. Hoe vaak draait elke workshop?

c. Bezoekers mogen zich voor één workshop inschrijven. Hoeveel bezoekers kunnen er maximaal een workshop volgen vandaag?

UITVOEREN Sommige mensen hebben zich al online ingeschreven voor de workshops op de duurzaamheidmarkt. BRON Open het Formulier Excelsheet Inschrijvingen workshops. Maak daarna opdracht 19 en 20.

108

Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement 19. a. Hoeveel mensen staan er al ingeschreven bij de workshop Zelf biologisch brood bakken om 11 uur?

b. Hoeveel mensen staan er al ingeschreven bij de workshop Milieuvriendelijke schoonmaaktips uit grootmoeders tijd om 13.30 uur?

f it e

c. Hoeveel mensen staan er al ingeschreven bij de workshop Veganistisch koken om 16.00 uur?

20. Je verwerkt nu op de computer de inschrijvingen van de bezoekers die binnenkomen. a. Mevrouw Bennani komt binnen met twee vriendinnen. Ze willen alle drie de workshop Zelf biologisch brood bakken om 11 uur doen. Verwerk de inschrijving. b. Janice Panka viert haar verjaardag met drie vriendinnen. Ze willen met zijn vieren naar de workshop Veganistisch koken om 13.30 uur. Kan dit? Ja / nee, want

' u d E

c A

c. Controleer de andere tijden waarop deze workshop draait. Op welk tijdstip kunnen Janice en haar vriendinnen nog wel naar de workshop Veganistisch koken?

t h

d. Schrijf Janice en haar drie vriendinnen in. Je hoeft van de vriendinnen niet de naam te weten. Bij deze workshops is het belangrijk om te weten hoeveel personen er bij een workshop zijn en wanneer een workshop vol is. e. Roos de Lange wil graag om 13.30 uur naar de workshop Zelf duurzaam voedsel verbouwen. Kan dit?

ir g y p

Ja / nee, want

Zo ja, schrijf Roos in. Zo nee, controleer of ze op een ander tijdstip kan. f. Merlijn de Graaf wil om 16.00 uur naar de workshop Zelf biologisch brood bakken. Kan dit? Ja / nee, want

o c

Zo ja, schrijf Merlijn in. Zo nee, controleer of hij op een ander tijdstip kan. g. De familie van Rijn willen met zijn vieren om 13.30 de workshop Zelf duurzaam voedsel verbouwen. Als dat niet kan, willen ze wel op een ander tijdstip. Kan dit? Ja / nee, want

Zo ja, schrijf de familie van Rijn in. Zo nee, controleer of ze op een ander tijdstip kunnen en schrijf ze daar in. h. Pieter Bosma wil om 16.00 uur de workshop Veganistisch koken doen. Kan dit? Ja / nee, want Zo ja, schrijf Pieter in. Zo nee, controleer of hij op een ander tijdstip kan.

Een evenement organiseren

109

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement i. Ria Gijpstra wil samen met haar dochter de workshop Geef oude kleding een nieuw leven om 13.30 uur doen. Kan dit? Ja / nee, want Zo ja, schrijf Ria en haar dochter in. Zo nee, controleer of ze op een ander tijdstip kunnen. j. Adiam Tesfamariam wil om 11 uur de workshop Zelf biologisch brood bakken doen. Kan dit? Ja / nee, want

f it e

Zo ja, schrijf Adiam in. Zo nee, controleer of ze op een ander tijdstip kan. k. Sla het bestand op. l. Welke vier workshops zitten nu vol? De workshop

, tijdstip

De workshop

, tijdstip

De workshop

, tijdstip

De workshop

' u d E , tijdstip

TERUGKIJKEN 21. Je hebt inschrijvingen verwerkt. a. Hoe ging het werken in Excel? Goed / niet zo goed, want

t h

c A

b. Vond je het moeilijk om te zien of er nog ruimte was bij de workshops? Ja / nee, want

ir g y p

c. Vond je het leuk om de inschrijvingen te verwerken? Ja / nee, want

d. Denk je dat je alles goed hebt ingevuld? Ja / nee 22. Heb je alle opdrachten van Taak 5 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

o c

Taak 6 Duurzaamheidmarkt Langleven: klachten aannemen Bezoekers van de duurzaamheidmarkt Langleven die ergens ontevreden over zijn en een klacht hebben, kunnen bij jou terecht. Jij neemt de klacht netjes aan. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 1.21 Een klacht aannemen. Maak daarna opdracht 23 en 24. 23. Het is belangrijk om klachten netjes aan te nemen. a. Wat is een klacht?

110

Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement b. Noteer twee redenen waarom bedrijven zorgvuldig met klachten omgaan. 1. 2. c. Wat is een klacht waar je als evenementenorganisator serieus mee moet omgaan?

t h

ir g y p

' u d E

f it e

c A

o c

24. a. Je gebruikt de LSD-techniek. Waar staan de letters LSD voor? Kruis de juiste woorden aan. lezen

luisteren

leveren

samenvatten

stressen

spreken

dreigen

doorpraten

doorvragen

Een evenement organiseren

111

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement b. Geef een voorbeeld van hoe je bij deze klacht de LSD-techniek toe kunt passen. Klacht: Er zijn veel te weinig toiletten bij dit evenement, ik vind dit echt schandalig!

c. Wat zeg je tegen een bezoeker als de klacht terecht is?

d. Wat moet je altijd doen met een klacht, ook als je de klacht zelf op kunt lossen? de klacht doorgeven aan je leidinggevende de klacht doorgeven aan de Ombudsman de klacht in de prullenbak gooien de klacht negeren

' u d E

UITVOEREN Je gaat klachten tijdens duurzaamheidmarkt Langleven aannemen.

f it e

c A

25. Werk in tweetallen. Jullie gaan oefenen met het aannemen van klachten tijdens duurzaamheidmarkt Langleven. BRON Gebruik bij deze opdracht Observatieformulier Klachten aannemen. Je kunt hierbij ook de volgende stappenplannen gebruiken: Stappenplan 6 Een rollenspel doen Stappenplan 398 Een klacht aannemen.

t h

ir g y p

Leerling 1 is de medewerker van duurzaamheidmarkt Langleven. Leerling 2 is bezoeker en hij vult het observatieformulier in nadat het gesprek over de klacht afgerond is. Zorg ervoor dat je twee formulieren bij je hebt. Er zijn vier klachten. Wissel na twee klachten van rol. Situaties Klacht 1 Bezoeker, meneer De Boer heeft heel lang moeten zoeken naar een parkeerplek voor zijn auto. ‘Er zijn veel te weinig parkeerplekken hier, het is gewoon schandalig! Wij wilden hier om 10 uur al zijn, maar doordat wij zo lang moest zoeken naar een parkeerplek, is het nu al 11 uur!’

o c

Klacht 2 Bezoeker, mevrouw Rashida kan niet meer bij de workshop Zelf biologisch brood bakken. Ze is hier erg teleurgesteld over. ‘Er kunnen maar tien mensen bij elke workshop, dat is veel te weinig. Nu kan ik niet de workshop doen die ik het liefste wil. Ik vind dat heel vervelend!’ Klacht 3 Bezoeker, Jeffrey zit in een rolstoel. Hij kan zich niet goed bewegen door de paden van de markthal omdat de gangpaden te smal zijn. ‘Dit is gewoon belachelijk en niet van deze tijd! Jullie moeten er toch rekening mee houden dat er mensen in een rolstoel naar de markt komen! Ik wil mijn geld terug!’

112

Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement Klacht 4 Bezoeker Nienke is net naar het toilet geweest. De toiletten waren erg vies en er was geen toiletpapier. ‘De toiletten zijn erg vies en er is ook geen toiletpapier. Ik vind dat heel vervelend!’ a. Klaar? Bespreek het observatieformulier. b. Wissel van rol. Zorg ervoor dat jullie alle vier de klachten een keer als medewerker van duurzaamheidmarkt Langleven geoefend hebben. TERUGKIJKEN 26. Je hebt een klacht aangenomen. a. Hoe ging het aannemen van de klacht?

f it e

Goed / niet zo goed, want b. Vond je de klacht terecht? Ja / nee c. Vond je het moeilijk om de klacht aan te nemen? Ja / nee, want

' u d E

d. Kon je een oplossing vinden voor de klacht? Ja / nee, want

c A

27. Heb je alle opdrachten van Taak 6 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

t h

Taak 7 Duurzaamheidmarkt Langleven: workshop ontwikkelen De workshop waarbij je helpt begint straks. Samen met je baas heb je deze workshop ontwikkeld. De workshop bestaat uit een PowerPoint presentatie van maximaal 5 minuten. Daarna gaan jullie aan de slag met de deelnemers.

ir g y p

VOORBEREIDEN BRON Lees ‘Een workshop ontwikkelen’ uit Tekstbron 1.22 Een workshop begeleiden. Maak daarna opdracht 28 en 29. 28. Je wilt een workshop ontwikkelen. Wat is waar en wat is niet waar?

o c

1. Het doel van een workshop moet duidelijk zijn.

waar / niet waar

2. Een workshop moet minimaal een dag duren.

waar / niet waar

3. Tijdens een workshop is alleen de leider aan het woord.

waar / niet waar

4. Tijdens een goede workshop komen de deelnemers in beweging.

waar / niet waar

29. Jullie zoeken informatie voor één van de workshops van duurzaamheidmarkt Langleven. a. Maak tweetallen. b. Kies een van de workshops van duurzaamheidmarkt Langleven uit. BRON Tip! Kijk hiervoor in het Excelblad Inschrijvingen workshops . c. Zoek op internet informatie over het onderwerp. BRON Tip! Je kunt bijvoorbeeld kijken naar Website Workshop. d. Zoek ook op welke spullen je hierbij nodig hebt. e. Zoek geschikte plaatjes. Een evenement organiseren

113

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement UITVOEREN 30. Jullie gaan de workshop ontwikkelen. Maak op de computer een presentatie over de informatie die jullie gevonden hebben. Dit mag in Prezi, PowerPoint of een ander programma. BRON Gebruik hierbij het Formulier Inhoudelijke tips voor de presentaties. Zorg dat de presentatie duidelijk en aantrekkelijk is. De presentatie mag niet langer duren dan vijf minuten. 31. a. Noteer wat jullie, behalve de presentatie geven, nog meer gaan doen tijdens de workshop.

b. Hoe lang duurt de workshop in totaal?

' u d E

c. Welke voorbereidingen moeten jullie van tevoren treffen?

f it e

c A

32. Jullie gaan vast de spullen verzamelen die nodig zijn voor de workshop. Deze ga je in Taak 9 geven. a. Wat hebben jullie nodig om de deelnemers tijdens de workshop aan de slag te laten gaan?

t h

ir g y p

b. Verzamel deze spullen.

TERUGKIJKEN 33. Jullie hebben een workshop ontwikkeld. a. Hoe ging het maken van de workshop? Goed / niet zo goed, want

o c

b. Vond je het moeilijk om informatie over het onderwerp te vinden? Ja / nee c. In welk computerprogramma heb je de presentatie gemaakt?

d. Ben je de tevreden over de presentatie? Ja / nee, want

e. Hoe ging de samenwerking met je medeleerling? Goed / niet zo goed, want 34. Heb je alle opdrachten van Taak 7 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

114

Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement

Taak 8 Duurzaamheidmarkt Langleven: evaluatieformulier opstellen Als straks de workshop is afgelopen, ga je de workshop evalueren met de deelnemers. Hiervoor maak je een evaluatieformulier. VOORBEREIDEN BRON Lees 'Een evaluatieformulier opstellenâ&#x20AC;&#x2122; uit Tekstbron 1.23 Een activiteit of evenement evalueren.

Maak daarna opdracht 35 en 36.

f it e

35. a. Waarom laat je mensen na een activiteit of evenement een evaluatieformulier invullen?

c A

b. Voor welke vier verschillende groepen kun je een evaluatieformulier maken? 1. 2. 3. 4.

' u d E

c. Voor welke groep zijn de vragen bedoeld? De eerste is al ingevuld.

t h

Hoe ging de samenwerking met de politie en De organisatoren. andere hulpdiensten?

ir g y p

Heeft u uw doel met uw bedrijfsevenement behaald? Wat vond u van de het niveau van de workshop die u volgde?

Wat vond u van het aantal deelnemers tijdens de activiteit die u begeleidde?

o c

BRON Bekijk het Formulier Evaluatieformulier Workshop.

36. Werk in hetzelfde tweetal als waar je de workshop in het voorbereid. Jullie gaan een evaluatieformulier afmaken. a. Bedenk vragen die jullie de deelnemers na afloop van de workshop willen stellen. b. Vul de vragen in het formulier in.

UITVOEREN 37. Je gaat je eigen digitale evaluatieformulier maken. BRON Gebruik hierbij Stappenplan Werken met SurveyMonkey. a. Meld je gratis aan bij surveymonkey.com. b. Maak een evaluatieformulier voor je workshop.

Een evenement organiseren

115

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement c. Zet er de vragen in die je in de vorige opdracht bedacht hebt. d. Kies antwoordopties. e. Sla het evaluatieformulier op. TERUGKIJKEN 38. Jullie hebben een evaluatieformulier gemaakt. a. Ben je de tevreden over het evaluatieformulier? Ja / nee, want

f it e

b. Vond je het moeilijk om vragen te bedenken? Ja / nee, want c. Hoe ging het werken met SurveyMonkey? Goed / niet zo goed, want d. Wat kun je de volgende keer nog beter doen? Goed / niet zo goed, want

' u d E

c A

39. Heb je alle opdrachten van Taak 8 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 9 Duurzaamheidmarkt Langleven: workshop geven

t h

Jullie gaan de workshop straks geven.

ir g y p

BRON Lees ‘Een ruimte gebruiksklaar maken’ uit Tekstbron 1.18 Een evenement opbouwen. Maak daarna

opdracht 40.

40. De ruimte waar je de workshop geeft, moet gebruiksklaar zijn. a. Wat beteken gebruiksklaar?

o c

b. Waarom moet je ICT-middelen altijd goed controleren?

BRON Lees ‘Een workshop geven’ uit Tekstbron 1.22 Een workshop begeleiden. Maak daarna opdracht 41.

41. Er zijn verschillende aandachtpunten voor het geven van een workshop. Omcirkel het goede antwoord. 1. Ik richt van tevoren / tijdens de workshop de workshopruimte in. 2. Ik laat het theoriegedeelte zo kort / lang mogelijk duren. 3. Ik doe alles voor / laat deelnemers zelf werken. 4. Ik ruim alles tijdens de workshop / na afloop op.

116

Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement UITVOEREN 42. Je gaat de ruimte gebruiksklaar maken en de workshop geven. a. Overleg met je docent of je de workshop mag geven. Zo ja, waar en wanneer je de workshop dan mag geven. Overleg ook hoe vaak je de workshop geeft en voor hoeveel mensen. Met de docent is afgesproken dat we wel / niet de workshop mogen geven. Dat doen we in groepjes / klassikaal / anders, namelijk Wij doen dit op datum:

f it e

uur in ruimte

We geven de workshop een keer / meerdere keren. b. Maak de ruimte waar je de workshop geeft gebruiksklaar. • Zet alles neer wat je nodig hebt tijdens de workshop. • Sluit alles aan. • Controleer of alles het doet. • Zet de evaluatie de je hebt gemaakt in taak 8 in SurveyMonkey klaar. De deelnemers vullen die dan na afloop van de workshop in. c. Geef de workshop. d. Ben je klaar? Laat de deelnemers van de workshop het evaluatieformulier uit taak 8 op surveymonkey.com invullen. e. Ruim alles op. f. Verzamel de resultaten op surveymonkey.com. g. Analyseer de gegevens. h. Wat zijn verbeterpunten voor een volgende keer?

ir g y p

t h

TERUGKIJKEN 43. Jullie hebben een workshop gegeven. a. Hoe ging de workshop? Goed / niet zo goed, want

' u d E

c A

b. Vond je het spannend om de workshop te geven? Ja / nee c. Heb je alles na afloop opgeruimd? Ja / nee d. Hoeveel deelnemers hebben het evaluatieformulier ingevuld?

o c

e. Wat vond je van de resultaten van de evaluatie?

f. Welke verbeterpunten voor de volgende keer kwamen er uit de evaluatie?

g. Hoe ging de samenwerking met je medeleerling? Goed / niet zo goed, want

Een evenement organiseren

117

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement 44. Heb je alle opdrachten van Taak 9 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 10 EHBO-inzet en/of hulpdiensten inschakelen en beveiliging De workshop is afgelopen en je loopt over het terrein van duurzaamheidmarkt Langleven. Ineens hoor je heel veel geschreeuw. Jij gaat er samen met drie collegaâ&#x20AC;&#x2122;s op af.

f it e

VOORBEREIDEN BRON Lees de Tekstbronnen:

1.25 Eerste hulppost 1.26 Hulpdiensten 1.24 Evenementbeveiliging 45. Er zijn verschillende basisregels voor EHBO. a. Vul de kolommen die nog leeg zijn in. Basisregels Eerste hulp bij EHBO.NL 1. Let op gevaar.

t h

ir g y p

' u d E

c A

Waarop moet je letten

Vraag aan het slachtoffer of aan omstanders wat er is gebeurd. Probeer te weten te komen wat er met het slachtoffer aan de hand is.

3. Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting.

o c

5. Help het slachtoffer op de plaats waar hij zit of ligt.

118

Een evenement organiseren

Vraag bij een ernstige situatie of een omstander het alarmnummer 112 te bellen.

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement b. Wat is het landelijke alarmnummer?

c. Wanneer bel je het landelijk alarmnummer?

f it e

d. Geef zeven taken van een evenementenbeveiliger. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

' u d E

c A

UITVOEREN 46. Werk in tweetallen. Jij en drie collegaâ&#x20AC;&#x2122;s horen ineens hard geschreeuw en gaan naar de plek waar het vandaan komt. Dan zie je onderstaande situatie.

t h

ir g y p

o c

a. Overleg samen over wat jullie als eerste doen en wie wat doet.

Een evenement organiseren

119

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement b. Noteer wat je vervolgstappen zijn bij persoon A, persoon B en persoon C. Persoon A:

f it e

Persoon B:

Persoon C:

t h

' u d E

c A

TERUGKIJKEN 47. Je hebt EHBO-werk gedaan. a. Heb jij een EHBO-diploma? Ja / nee b. Heb jij een reanimatiediploma voor het mogen werken met een AED? Ja / nee c. Wil jij meer weten over EHBO? Ja / nee d. Zou jij het werk van een ambulancebroeder willen doen? Ja / nee

ir g y p

48. Heb je alle opdrachten van Taak 10 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

o c

Taak 11 Duurzaamheidmarkt Langleven: schoonmaken De duurzaamheidmarkt is afgelopen. De bezoekers zijn weer naar huis. Nu moet alles weer opgeruimd en schoongemaakt worden. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 1.30 Schoonmaakmiddelen. Maak daarna opdracht 49 tot en met 53.

120

Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement 49. Er zijn verschillende soorten schoonmaakmiddelen. Welke middelen zie je hierna? Kies uit: oplosmiddel - reinigingsmiddel - onderhoudsmiddel - desinfecteermiddel

Dit middel zorgt ervoor dat Gebruik je als het vuil zo de meeste micro-organismen hardnekkig is dat gewone doodgaan. reinigingsmiddelen niet voldoende zijn om de vlekken te verwijderen.

t h

ir g y p

Dit middel zorgt ervoor dat materialen een extra beschermlaagje krijgen.

' u d E

f it e

c A

Dit middel gebruik je voor het schoonmaken van oppervlakten.

o c

50. Er zijn natuurlijke en synthetische reinigingsmiddelen. Onderstreep het goede antwoord. 1. Synthetische reinigingsmiddelen zijn gemaakt van natuurlijke stoffen / aardolie 2. Vette oppervlakken maak je schoon met een reinigingsmiddel met een hoge / lage zuurgraad. Zoâ&#x20AC;&#x2122;n reinigingsmiddel heeft een hoge / lage pH-waarde. 3. Kalk verwijder je het beste met een reinigingsmiddel met een hoge / lage zuurgraad. Zoâ&#x20AC;&#x2122;n reinigingsmiddel heeft een hoge / lage pH-waarde. 4. Een goede natuurlijke vetoplosser is azijn / soda. 5. Schoonmaakazijn is een natuurlijk / synthetisch schoonmaakmiddel dat goed kalkaanslag verwijdert. 51. Desinfecteermiddelen bevatten chloor. a. Waarom gebruik je desinfecteermiddelen alleen als het echt nodig is?

Een evenement organiseren

121

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement b. Waarom heeft het geen zin om een desinfecteermiddel met heet water te gebruiken?

52. Op het etiket van schoonmaakmiddelen staan vaak gevarensymbolen. Noteer onder elk symbool de betekenis.

BB KB

' u d E

53. Voor het schoonmaken heb je verschillende materialen nodig. a. Noteer drie materialen die je gebruikt bij het droog reinigen. 1. 2.

t h

c A

b. Noteer drie materialen die je gebruikt bij het nat reinigen.

ir g y p

1. 2. 3. BB KB

54. Tijdens het schoonmaken is het belangrijk dat je in de juiste volgorde werkt. Zet de werkzaamheden in de juiste volgorde.

o c

Nat werken – droog werken

Het meest vuile werk – het minder vuile werk Beneden – boven

122

Een evenement organiseren

Eerst

Dan

f it e

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement BB KB

BRON

BB KB

55. Er zijn arbozakboekjes met tips voor een goede houding tijdens het werk. Ga naar Website Arbo schoonmaak en download het arbozakboekje 20 houdingstips. a. Maak tweetallen. b. Kies drie houdingstips uit. c. Oefen met de juiste houding. Beoordeel elkaar. UITVOEREN 56. Je gaat verschillende ruimtes schoonmaken. a. Maak viertallen. Overleg met je docent welke ruimtes je gaat schoonmaken. Wij gaan de ruimte(s) datum: b. c. d. e. f. g. h.

BB KB

f it e

schoonmaken. Dat doen wij op om

uur.

c A

Verzamel de schoonmaakmaterialen die je nodig hebt. Verzamel de schoonmaakmiddelen die je nodig hebt. Lees de etiketten van de schoonmaakmiddelen zodat je weet welke dosering je moet gebruiken. Bekijk de gevarensymbolen op de schoonmaakmiddelen. Maak de ruimte schoon. Maak na afloop de schoonmaakmaterialen schoon. Berg de schoonmaakmaterialen op.

' u d E

57. Je maakt op de computer een verslag over de effecten van schoonmaakmiddelen op het milieu. a. Zoek op internet naar de effecten van schoonmaakmiddelen op het milieu. b. Geef voorbeelden van gevarensymbolen op het etiket van schoonmaakmiddelen. c. Geef voorbeelden van natuurlijke schoonmaakmiddelen. d. Geef voorbeelden van keurmerken voor schoonmaakmiddelen die niet schadelijk zijn voor het milieu. e. Geef tips voor milieuvriendelijk schoonmaken.

t h

ir g y p

TERUGKIJKEN 58. Jullie hebben een ruimte schoongemaakt. a. Vond je het leuk om schoon te maken? Ja / nee, want

o c

b. Welke schoonmaakmiddelen heb je gebruikt?

c. Heb je met milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen gewerkt? Ja / nee d. Welke gevarensymbolen of keurmerken heb je op de etiketten van de schoonmaakmiddelen gezien?

e. Hoe ging de samenwerking met je medeleerlingen? Goed / niet zo goed, want

Een evenement organiseren

123

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement GL

59. a. Ben je tevreden over je verslag? Ja / nee, want b. Vond je het moeilijk om informatie op het internet te vinden? Ja / nee c. Hoe ging het werken op de computer? Goed / niet zo goed, want

f it e

d. Vond je het fijn om in je eentje aan deze opdracht te werken? Ja / nee

60. Heb je alle opdrachten van Taak 11 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

c A

Taak 12 Duurzaamheidmarkt Langleven: verschil begrote en daadwerkelijke kosten en opbrengsten

' u d E

Na het evenement bereken je het verschil tussen de begrote en de daadwerkelijke kosten en opbrengsten van het evenement.

VOORBEREIDEN BRON Lees â&#x20AC;&#x2DC;Verschil begrote en daadwerkelijke kosten en opbrengstenâ&#x20AC;&#x2122; uit Tekstbron 1.22 Een activiteit of evenement evalueren. Maak daarna opdracht 61.

t h

61. Je moet het verschil tussen de begrote en de werkelijke kosten en opbrengsten berekenen. a. Verbind de begrippen met de juiste omschrijvingen.

ir g y p

Begrote kosten

Werkelijke kosten

o c

Begroting

BRON

124

Een overzicht van ingeschatte kosten en opbrengsten

Uitgaven die je van tevoren ingeschat had

Uitgaven die je werkelijk hebt gedaan

Bekijk het Formulier Excelblad Verschil begrote en werkelijke kosten en opbrengsten. b. Omcirkel de goede antwoorden De werkelijke opbrengsten zijn lager / hoger dan de begrote opbrengsten. Er zijn meer / minder entreekaartjes verkocht dan verwacht. De huur van de locatie is duurder dan / even duur als verwacht. Het percentage onvoorziene kosten is hoger dan / even hoog als begroot. De onvoorziene kosten zijn lager / hoger dan begroot.

Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement UITVOEREN 62. Je gaat het verschil tussen de begrote en de daadwerkelijke kosten en opbrengsten van duurzaamheidmarkt Langleven berekenen. BRON Bekijk het Formulier Begroting en daadwerkelijke kosten duurzaamheidmarkt Langleven. a. Bereken het verschil tussen de begrote en werkelijke opbrengsten.

b. Bereken het verschil tussen de begrote en werkelijke kosten van de huur van de stands.

f it e

c. Bereken het subtotaal van de werkelijke vaste en variabele kosten.

c A

d. De werkelijke onvoorziene kosten bedragen â&#x201A;Ź 2.000,00. Hoeveel procent is dat van het subtotaal van de werkelijke vaste en variabele kosten?

' u d E

e. Bereken het totaal van de werkelijke kosten.

f. Bereken het verschil tussen de totale begrote kosten en de totale werkelijke kosten.

t h

g. Hoeveel winst of verlies heeft duurzaamheidmarkt Langleven gedraaid?

BRON

ir g y p

Open bij Overig Excelblad Berekening kosten en opbrengsten duurzaamheidmarkt Langleven. h. Vul het Excelblad Berekening kosten en opbrengsten duurzaamheidmarkt Langleven in. TERUGKIJKEN 63. Je hebt het verschil tussen de begrote en werkelijke opbrengsten en uitgaven berekend. a. Hoe ging het rekenen?

o c

Goed / niet zo goed, want

b. Hoe ging het werken in Excel? Goed / niet zo goed, want

c. Waar moet je nog op oefenen?

64. Heb je alle opdrachten van Taak 11 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Een evenement organiseren

125

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement

Reflecteren & Evalueren Taak 13 Terugkijken en verder kijken Je bent in dit deel aan de slag geweest als evenementenorganisator. Je gaat nu kijken hoe dat gegaan is. Ook ga je verder kijken.

f it e

65. In Taak 3 heb je een planning ingevuld. Bekijk deze. a. Kijk in kolom 5. Taak 13 en 14 ga je nog maken. Zijn alle andere taken af? Zo nee, overleg met je docent welke taken je nog moet doen. b. Kijk in kolom 6. Staat bij Taak 1 tot en met Taak 12 een paraaf van je docent? Zo nee, overleg met je docent hoe je dit in orde kunt maken.

c A

66. In het schema hierna zie je de leerdoelen waaraan jij in dit deel hebt gewerkt. a. Geef van elk leerdoel aan of je het kunt of dat je er nog aan moet werken. Dit doe je door bij elk leerdoel in kolom 3 ‘Kan ik’ of in kolom 4 ‘Moet ik nog aan werken’ een ✓ te zetten. b. Bekijk elk leerdoel waarbij je in kolom 4 ‘Moet ik nog aan werken’ een ✓ hebt gezet. Wat moet je volgens jou beter gaan doen? Geef dit aan in kolom 5. c. Hoe vond je het om aan deze leerdoelen te werken? Leg je antwoord uit.

1. Taak

ir g y p

4 5 6

o c 8

t h

2. Leerdoel

Ik kan bezoekers ontvangen.

Ik kan inschrijvingen verwerken. Ik kan klachten aannemen.

Ik kan een evaluatieformulier opstellen.

Ik kan een ruimte gebruiksklaar maken.

Ik kan taken van hulpdiensten benoemen. Ik kan hulpdiensten inschakelen als dat nodig is. Ik kan aangeven welke verschillende taken beveiligers hebben.

126

Een evenement organiseren

' u d E

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

5. Dit ga ik verbeteren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement 1. Taak

2. Leerdoel

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

5. Dit ga ik verbeteren

Ik kan schoonmaakmiddelen en de effecten daarvan op het milieu benoemen.

Ik kan de juiste schoonmaakmiddelen en -apparatuur gebruiken.

Ik kan werkzaamheden uitvoeren volgens de schoonmaakregels. 12

Ik kan het verschil tussen begrote en daadwerkelijke kosten berekenen.

' u d E

f it e

c A

67. Medewerker van de toekomst en 21ste-eeuwse vaardigheden. BRON Je kunt eventueel Tekstbron 1.1. Profielvak Dienstverlening en Producten lezen. Lees alle leerdoelen bij Taak A, B, C en D nog een keer door. Noteer per taak twee leerdoelen waarvan jij zegt, als â&#x20AC;&#x2DC;medewerker van de toekomstâ&#x20AC;&#x2122; is het goed dat ik deze beheers.

t h

Medewerker van de toekomst

ir g y p

Leerdoel Taak A

o c

Leerdoel Taak B

Leerdoel Taak C

Een evenement organiseren

127

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement Medewerker van de toekomst Leerdoel Taak C

Leerdoel Taak D

f it e

Leerdoel Taak D

' u d E

c A

68. Je weet nu zo ongeveer wat het beroep Medewerker evenementenorganisatie inhoudt. a. Welke vragen heb je nu nog over dit beroep?

t h

b. Aan wie zou je deze vragen kunnen stellen?

ir g y p

c. Aan welke organisatie zou je deze vragen kunnen stellen?

d. Hoe ga je antwoord krijgen op je vragen?

o c

BRON Open het Formulier Netwerkoverzicht. Maak daarna opdracht 69.

69. Misschien zit er op dit moment iemand bij jou in de klas die jou kan helpen met het opbouwen van een netwerk. Door een netwerkoverzicht te maken kun je de gegevens van mensen in je netwerk snel terugvinden. Dat is bijvoorbeeld handig als je iemand vragen wilt stellen over zijn beroep. a. Wie loopt er op dit moment stage bij een bedrijf waar jij wel zou willen werken? Vul de gegevens van deze medeleerling in jouw netwerkoverzicht in. b. Vraag je medeleerling bij welk bedrijf hij stage loopt. Vraag ook wie hem begeleidt. Vul alle gegevens in je netwerkoverzicht in. BRON Open je Loopbaanlogboek. Maak daarna opdracht 70.

70. Vul je loopbaanlogboek in, als voorbereiding op je volgende LOB-gesprek.

128

Een evenement organiseren

Deel D Het uitvoeren en afsluiten van een evenement

Taak 14 Voorbereiden op de toets In deze taak ga je je voorbereiden op de toets. 71. Werk in tweetallen. BRON Verdeel de tekstbronnen: 1.27 Afval 1.24 Evenementbeveiliging 1.16 Routing 1.25 Eerste Hulppost 1.29 Duurzaam ondernemen 1.23 Een activiteit of evenement evalueren a. Lees jouw bronnen en maak er tien quizvragen over ‘Wat betekent…?’ Vergeet niet het antwoord op de quizvraag erbij te zetten. En houd je vragen nog even geheim voor de ander. b. Speel de quiz. Leerling 1 stelt een quizvraag die hij heeft gemaakt. Hij controleert of het antwoord goed is. Een goed antwoord is 1 punt. Leerling 2 stelt vervolgens een quizvraag. c. Wat vond jij de moeilijkste quizvraag?

t h

ir g y p

' u d E

f it e

c A

o c

Een evenement organiseren

129