12 minute read

Global Affairs

Next Article
Verenigingsnieuws

Verenigingsnieuws

mr.drs. Pieter Postmus, hoofdredacteur.

Vijf uur in de ochtend, New York City. Ik ben klaarwakker, niet geheel ongebruikelijk als je de avond tevoren bent ingevlogen. Ik was nog wel zo verstandig om redelijk op tijd in bed te kruipen en viel ook direct als een blok in slaap. Maar dat ene laatste biertje in de Ierse bar op 33 rd Street meldde zich al rond half twee met het dringende verzoek om aan de natuur teruggegeven te worden… Sindsdien ben ik wakker. Niet ideaal als je later op de dag een pittige afspraak met één van je grootste klanten hebt, maar we slaan ons er wel doorheen.

Overigens is het een genoegen om voor het eerst in bijna vier jaar terug te zijn op dit wonderlijke schiereiland tussen de Hudson en de East River. Twee blokken van mijn hotel staat de Trump Tower te schitteren. Het goede nieuws is: de driftig twitterende naamgever woont daar niet meer! Hij is gevlucht naar zijn golfresort in Florida. Zeer gepast, wat mij betreft, want ook al is hij hier geboren en getogen en heeft hij vooral hier zijn louche zaakjes gedaan, toch is er eigenlijk geen plek op de wereld waar deze man minder thuishoort dan op de straten van New York. Gisteravond liep ik een rondje langs de kerstboom en de ijsbaan bij het Rockefeller Center, langs de uitzinnige kerstversiering in de etalages van 5 th Avenue en langs de verblindende reclames op Times Square. Ik werd omgeven door massa’s kerstshoppende Amerikanen. New Yorkers en plattelanders, toeristen ook en zakenlui, arm en rijk, jong en oud, van alle kleuren van de regenboog. Zoals altijd werd ik gegrepen door de unieke energie van juist deze mensenmassa. Waarom? Het heeft zeker te maken met het ongebreidelde optimisme dat hier heerst. Waar in Europa zie je een dakloze met een oprechte brede grijns door de menigte schuiven, terwijl hij iedereen een hartgrondig ‘Happy holidays!’ toewenst? Daarnaast ontbreekt het hier, juist door die enorme verscheidenheid aan mensen, die samen deze stad hebben gebouwd en een gezicht geven, volstrekt aan de provinciale verzuring die Donald de Twitteraar aan zijn huidige positie heeft geholpen. Lang leve New York, voor mij nog steeds ‘Capital of the World’!

Nadja Jungmann is lector schulden en incasso aan de Hogeschool Utrecht en trainer/adviseur bij Social Force.

Schuldhulpverlening in 2020: gematigd optimisme

Niet eerder waren er zoveel initiatieven gericht op het verbeteren van de ondersteuning bij financiële problematiek. De vraag voor 2020 luidt wat er verwacht mag worden aan opbrengst van de vele, vaak onderling niet op elkaar afgestemde, initiatieven, experimenten en wetgevingstrajecten. In dit artikel wordt geprobeerd om die vraag, specifiek voor de groep met grote financiële problemen, te beantwoorden. Daartoe wordt om te beginnen kort geschetst wat de belangrijkste knelpunten zijn. Vervolgens wordt een globaal overzicht gegeven van de initiatieven, experimenten en wetgevingstrajecten die voor 2020 op de rol staan. Aan het eind van dit artikel wordt de opgeworpen vraag beantwoord.

Ondanks de economische voorspoed worstelen nog altijd heel veel huishoudens dagelijks met financiële zorgen. Bijna een op de vijf huishoudens heeft betalingsproblemen en bij de groep met ernstige problemen ontbreekt het zeker de helft aan professionele hulp 1 . Deze groep weet de weg niet te vinden 2 , schaamt zich voor hun financiële problemen 3 of het lukt hen niet om te voldoen aan de eisen die schuldhulpverlening stelt 4 . Het besef dat het (met name voor de groep met ernstige financiële problematiek) beter moet, is inmiddels wijdverbreid 5 . Banken, werkgevers, vrijwilligersorganisaties, gemeenten en andere partijen zoeken manieren om mensen met (grote) financiële problemen zo snel mogelijk op te sporen en de hulp te bieden die zij nodig hebben. Het kabinet heeft in mei 2017 een interdepartementaal programma opgezet onder de noemer Brede Schuldenaanpak 6 .

BELANGRIJKSTE KNELPUNTEN SCHULDHULPVERLENING: TOEGANG EN DOORSTROOM Schuldhulpverlening is een verzamelnaam voor ondersteuning gericht op de aanpak van financiële problemen. De ondersteuning wordt onder meer geboden door gemeenten, kredietbanken, wijkteams en vrijwilligersorganisaties. Bij ernstige financiële problematiek is een schuldregeling met kwijtschelding doorgaans de enige echte oplossing om duurzaam uit de problemen te komen. Dat te veel mensen te Het treffen van schuldregelingen kost arbeidskracht bij gemeenten en kan alleen plaatsvinden bij een duurzaam perspectief aan de kant van de schuldenaar.

lang worstelen met (grote) schulden wordt in de verschillende onderzoeken toegeschreven aan een aantal zaken. Een eerste belangrijke verklaring luidt dat te veel mensen hun weg naar de schuldhulpverlening niet vinden. Naar schatting hebben ongeveer 700.000 huishoudens grote financiële problemen, terwijl het aantal aanmeldingen bij de schuldhulpverlening in 2018 nog niet eens 100.000 bedroeg. Dat mensen hun weg niet weten te vinden, wordt toegeschreven aan een aantal factoren. Schuldenproblematiek is nog altijd een grote bron van schaamte, mensen vragen vaak pas om hulp als ze echt helemaal klem zitten. Het gevolg is dat de problematiek dan vaak al zo groot en complex is dat de oplossing ook niet meer eenvoudig is. Daarbij struikelen er ook behoorlijk wat mensen rond de aanmelding. Ze vragen wel om hulp maar krijgen niet wat ze nodig hebben, er is vanuit de schuldhulpverlening te weinig aandacht voor andere problemen die ook spelen of het lukt ze niet om te voldoen aan de voorwaarden om hulp te krijgen. Denk bijvoorbeeld aan het aanleveren van een eerste lijst met de bekende schuldeisers. Voor de groep die haar weg wel weet te vinden naar de

schuldhulpverlening, geldt dat succes nog niet verzekerd is. Na een aanmelding bij de schuldhulpverlening duurt het vaak lang voordat er antwoord kan worden gegeven op de vraag of de schulden opgelost kunnen worden en op welke termijn. De schulden lopen in deze periode vaak nog wat verder op, wat kan bijdragen aan gevoelens van moedeloosheid. Er is dan ook een substantiële groep die na de hordes om tot een aanmelding te komen alsnog afhaakt of om andere redenen uitvalt. Kortom, in het huidige systeem kost het mensen met schulden om allerlei redenen te vaak nog te veel moeite om de stap naar hulp te zetten. En als de stap wel gezet wordt, leidt de aangeboden hulp te vaak niet op afzienbare termijn tot een passende oplossing.

EEN VEELHEID AAN WETGEVING, INITIATIEVEN EN EXPERIMENTEN Het besef dat verbetering nodig is, heeft op allerlei plekken gevolg. Zo werken huisartsen in de gemeente Almere aan een project om ervaring op te doen in het signaleren en tijdig verwijzen van patiënten met financiële problemen 7 . Eveneens gericht op vroegsignalering is de gratis app fiKks ontwikkeld, waar mensen die hulp zoeken aan een vrijwilliger gekoppeld worden 8 . Het doel van de app is om laagdrempelige (anonieme) hulp te bieden, zodat mensen sneller aan de slag gaan om hun schuldproblemen aan te pakken. Op een heel andere wijze maar met een vergelijkbaar doel biedt Amargi in een aantal steden een aanpak waar mensen hulp kunnen krijgen om in actie te komen 9 . Amargi biedt partijen zoals werkgevers, huisartsen en scholen een plek waar zij mensen kunnen aanmelden die worstelen met financiële problemen en die niet zo goed weten hoe ze die kunnen aanpakken. Een vrijwilliger neemt dan binnen drie dagen contact op en biedt de persoon in kwestie hulp om bijvoorbeeld de brug naar de schuldhulpverlening te slaan. Ook in Den Haag wordt gewerkt aan het slaan van die brug. Zo bereidt de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een wetswijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) voor. Het is de bedoeling dat

Een schuldregeling met kwijtschelding is alleen zinvol als er een duurzaam perspectief is op stabiliteit.

gemeenten na de inwerkingtreding van de wetswijziging actief contact opnemen met burgers zodra zij op twee posten van de huur, energie, water of zorgverzekering een achterstand hebben. De wetswijziging moet leiden tot een landelijke aanpak van vroegsignalering.

Naast het slechten van de schaamte en het verbeteren van de vroegsignalering wordt er ook op allerlei plekken gewerkt aan het verbeteren van de doorstroming als mensen eenmaal de stap naar de schuldhulpverlening hebben gezet. Zo werkt de branchevereniging voor schuldhulpverlening en sociaal bankieren, de NVVK, aan de ontwikkeling van een landelijk saneringsfonds 10 . Het idee is dat dit fonds de mogelijkheid biedt om bij problematische schulden de schuldenlast in een keer af te kopen, zodat de schuldeisers de boeken kunnen sluiten en de schuldenaar de rust krijgt om een schuldeiser af te betalen. Naast dit soort brede initiatieven wordt er ook gewerkt aan aanpakken en experimenten gericht op een specifieke doelgroep. Zo heeft onder meer de gemeente Den Haag een jongerenperspectieffonds opgezet 11 . Dit fonds richt zich specifiek op jongeren van 18 tot 27 jaar. In de reguliere schuldhulpverlening is het voor deze groep vaak heel moeilijk om passende hulp te krijgen. Door te voorzien in een integrale aanpak wordt geprobeerd jongeren meer kansen op een duurzame stabiele toekomst te bieden. Net als bij de vroegsignalering wordt er ook in Den Haag gewerkt aan wetswijzigingen om de doorstroom te bevorderen. In het eerdergenoemde wetsvoorstel om de Wgs te wijzigen, wordt bijvoorbeeld ook voorgesteld om schuldhulpverleners vergaande bevoegdheden te geven om informatie op te vragen.

De wijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) moet leiden tot een landelijke aanpak van vroegsignalering.

Schuldenproblematiek is nog altijd een grote bron van schaamte, mensen vragen vaak pas om hulp als ze echt helemaal klem zitten.

Het voorstel luidt dat schuldhulpverleners met een enkele handtekening van de schuldenaar bij onder meer de volgende partijen informatie mogen verzamelen: andere overheden om overzicht te krijgen in het totaal aan achterstallige betalingen, bij de Kamer van Koophandel om te zien of iemand is ingeschreven als zelfstandige, bij LBIO om te kijken of er rechten of plichten rondom alimentatie zijn et cetera.

De voorbeelden aan initiatieven, experimenten en wetgeving die hier genoemd worden, vormen slechts een fractie van wat beschreven kan worden. Er wordt door het hele land op grotere en kleinere schaal volop gewerkt aan verbeteringen en in Den Haag lopen er naast de aanpassingen van de Wgs nog wetgevingstrajecten gericht op de verbetering van de aanpak van schulden.

2020 VERDIENT EEN GEMATIGD OPTIMISME De grote vraag voor 2020 luidt natuurlijk wat alle initiatieven gaan opleveren. Een belangrijke stap die gezet wordt, is de afgifte van het brede signaal dat er hulp beschikbaar is. Schaamte is nog altijd een belangrijke belemmering voor mensen om hulp te vragen. Als de veelheid aan initiatieven en wetswijzigingen eraan bijdragen dat mensen eerder hulp zoeken, is dat grote winst. Tegelijkertijd is de stap naar hulp niet genoeg om bij ernstige financiële problematiek het verschil te maken. Zoals eerder opgemerkt duurt het vaak lang voordat er een echte oplossing is. Sanerings- of Perspectieffondsen en meer bevoegdheden voor schuldhulpverleners zijn daarbij helpend. Maar tegelijkertijd is het ook maar de vraag of het genoeg is. Gemeenten zijn de belangrijkste uitvoerder van schuldregelingen met kwijtschelding. Het is heel waardevol dat er steeds meer initiatieven komen gericht op het toeleiden van mensen naar deze regelingen en het in kaart

brengen van de problematiek. Maar de nieuwe initiatieven en experimenten bieden geen alternatief voor de schuldregeling met kwijtschelding als het instrument om mensen duurzaam uit ernstige schuldenproblematiek te leiden. Het landelijk saneringsfonds gaat – als het er komt – mogelijk meer gemeenten de mogelijkheid bieden om schuldregelingen vorm te geven met een saneringskrediet, maar dan nog moet er wel een schuldregeling tot stand worden gebracht.

Het treffen van schuldregelingen kost arbeidskracht bij gemeenten en kan alleen plaatsvinden bij een duurzaam perspectief aan de kant van de schuldenaar. En ten aanzien van deze twee zaken ziet 2020 er aanmerkelijk minder rooskleurig uit. Zo staan gemeenten de komende jaren voor een enorme bezuinigingsopgave 12 . Schuldhulpverlening moet op de gemeentelijke begroting concurreren met tekorten op onder meer de jeugdzorg en de Wet maatschappelijke ondersteuning die gemeenten verplicht om burgers indien nodig te voorzien van zaken zoals huishoudelijke hulp, taxiregelingen en trapliften. Het grote verschil in de schuldenproblematiek komt alleen tot stand als niet alleen meer mensen hun weg weten te vinden naar de schuldhulpverlening, maar als er vervolgens ook ruimte is om degenen die dat nodig hebben snel te voorzien van een regeling met kwijtschelding. Een grotere toestroom naar gemeenten verhoudt zich niet goed tot de beperkte financiële ruimte die zich voor de komende jaren lijkt aan te dienen.

Een tweede punt van zorg zit aan de kant van de burger. Een schuldregeling met kwijtschelding is alleen zinvol als er een duurzaam perspectief is op stabiliteit. Dit vraagt onder meer een verhouding tussen vaste lasten en inkomen die ruimte biedt voor de betaling van de vaste lasten 13 . In de afgelopen jaren is er een tendens op gang gekomen dat huishoudens gemiddeld

een steeds groter deel van hun inkomen besteden aan vaste lasten. Het Nibud hanteert in dit kader als vuistregel dat een besteding van meer dan 60% van het inkomen aan vaste lasten zorgwekkend is. Het gemiddelde huishouden zit daar met ruim 55% tegenwoordig net onder. Ook aan de inkomenskant zijn er zorgen. Een groeiende groep huishoudens heeft wisselende inkomsten. Dit maakt het plannen van de uitgaven aanmerkelijk ingewikkelder.

TOT BESLUIT Kortom, het antwoord op de vraag wat 2020 brengt, is gematigd optimistisch. Het besef dat de aanpak van (problematische) schulden beter moet worden georganiseerd, is geland. Zowel private partijen als de overheid zijn volop bezig om schuldenproblematiek bespreekbaar te maken en mensen toe te leiden naar hulp. Bij lichte financiële problematiek kan dit veel opleveren. Bij ernstige financiële problematiek is er ondanks alle inzet nog wel reden tot zorg. Want het echte verschil kan alleen worden gemaakt als gemeenten de komende jaren voldoende middelen hebben om de tot nu toe niet bereikte groep dan ook echt uit de schulden te helpen en de ontwikkeling van de inkomens en vaste lasten burgers een daadwerkelijke kans bieden op een schuldenvrije toekomst.

Een groeiende groep huishoudens heeft wisselende inkomsten. Dit maakt het plannen van de uitgaven aanmerkelijk ingewikkelder.

1

3 4

5

6 7

8 9 10

11 12

13 Schonewile, G. Crijnen, C. (2018) Financiële problemen 2018. Geldzaken in de praktijk 2018-2019 deel 1. Utrecht: Nibud 2 Berkhout, B. Baan, A., Broeks, L., Jungmann, N., Wierenga, W. (2019) Aansluiting gezocht! Verkenning aansluiting minnelijke schuldhulpverlening en wettelijke schuldsanering. Utrecht: Berenschot/Hogeschool Utrecht Plantinga, A. (2019) Poor Psychology: Poverty, Shame, and Decision Making. Nationale Ombudsman (2018) Een open deur? Een onderzoek naar de toegang tot de gemeentelijke schuldhulpverlening. Den Haag: Nationale Ombudsman. WRR (2017) Weten is nog geen doen: een realistisch perspectief op zelfredzaamheid. WRR: Den Haag. https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/schulden/schulden-aanpakken https://schuldenenincasso.nl/project/lopend/de-huisarts-vindplaats-voorfinanciele-problemen/ www.wijgaanhetfikksen.nl www.amargi.nl Pleidooi directeur NVVK Geert van Dijk voor een landelijk saneringsfonds https://www.nvvk.nl/k/n235/news/view/10019/3481/nvvk-pleit-in-opiniebijdrage-in-trouw-voor-landelijk-fonds-schuldsanering.html https://schuldenlab070.nl/project/jongeren-perspectief-fonds-jpf/ https://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2313150-gemeentelijke-tekorten-lopen-flinkop-tilburg-teert-meest-in-op-reserves.html https://www.nibud.nl/beroepsmatig/nibud-meer-dan-helft-van-budget-opaan-vaste-lasten/

This article is from: