Embuild Magazine december 2024-januari 2025

Page 1


DECEMBER

JANUARI

2024-2025

Maandblad van en voor de aannemer en de installateur Uitgave van Embuild • Kunstlaan 20, 1000 Brussel • afgiftekantoor Gent X • 6 euro

DOSSIER de collectieve renovatie van privéwoningen

REGELGEVING: wat verandert er in 2025?

HOOFD- EN ONDERAANNEMERS SAMEN IN BIM-BAD Workshops introduceren onderaannemers in BIM

DE ‘STOEMP’ : een niet te missen evenement

copyright@stad

GO DIGITAL!

Nefast voor de feestvreugde

Overal waar ik kom, binnen én buiten de bouw- en installatiesector, is het pessimisme troef. De ‘roaring twenties’ die ons beloofd werden na de covidcrisis blijken in zowat alle sectoren eerst en vooral moeilijke, economische jaren. En onze sector zit jammer genoeg in hetzelfde schuitje.

Onze economische perspectieven tonen een activiteitsdaling van 0,4% in de bouw in zijn geheel in 2024. Vooral de woningbouw (-7,3%) en -renovatie (dalende groei naar slechts 0,5%) kregen opnieuw harde klappen. De bouw van niet-residentiële gebouwen deed het beter (+1,4%), maar in dit segment hinkt de renovatie dan ferm weer achterop (-2,1%). Eigenlijk kunnen we stellen dat met een groei van 4,1% alleen de infrawerken onze sector dit jaar rechthielden. Alleen blijft dat feestje jammer genoeg niet duren, want de verkiezingen en de relanceplannen liggen achter ons, waardoor deze bouwtak in 2025 een daling van de activiteit (-1,4%) zal kennen.

2025 zal niet alleen voor infra moeilijk zijn. Ook de woningbouw blijft in de klappen delen (-3,3%), terwijl er tussen nu en 2030 in heel het land 375.000 woningen moeten worden gebouwd om een echte wooncrisis te vermijden. Tegelijkertijd blijft de activiteitstoename in de woningrenovatie (+1,3%) veel te beperkt, wetende dat het huidige renovatietempo maal drie of zelfs maal vier moet. Slotsom: voor het vierde jaar op rij zal de bouw- en installatiesector in zijn totaliteit achteruitgaan (-0,3%)

Ik wil jullie echter niet met een donker gevoel 2025 doen inzetten. Ook al moeten we nu eerst nog door een lastige periode, op lange termijn zijn de vooruitzichten voor onze sector wél positief. Maar eerst moeten we nog door die zure appel bij-

ten. En die kunnen we niet op ons eentje verteren. We vragen daarom aan de nieuwe regionale en federale regeringen dat zij sterke maatregelen nemen om bouwen, renoveren en investeren te stimuleren. Dat is hard nodig om de wooncrisis en de klimaatuitdaging aan te pakken.

Bij Embuild blijven wij natuurlijk niet bij de pakken zitten. Meer dan ooit staan we klaar om jullie, onze leden, te ondersteunen. Met hulp, advies en begeleiding loodsen we jullie door deze moeilijke tijden. We verdedigen jullie belangen en zorgen dat jullie mee zijn met de nieuwste bouwtrends. Zo staat ons BouwForum op vrijdag 21 februari in Paleis 10 van Brussels Expo helemaal in het teken van digitalisering en AI. Want geloof me: ook in onze sector zal AI een revolutie teweegbrengen. Zorg dat je erbij bent!

Op Embuild kunnen jullie rekenen, ook om jullie in 2025 te blijven inspireren. Ik wens elk van jullie een fantastisch jaar toe.

" Moeilijke periode of niet, bij Embuild blijven we niet bij de pakken zitten en zijn we er om jullie te helpen, te begeleiden, te adviseren en jullie belangen te verdedigen in de Wetstraat en in de Dorpsstraat."

WAT VERANDERT ER IN 2025 ?

Het jaar 2025 nadert met rasse schreden. Dit betekent dat er nieuwe regels zullen worden ingevoerd in aangelegenheden die voor jou van belang zijn. Traditiegetrouw heeft Embuild Magazine al deze veranderingen verzameld. Hier is een klein overzicht van wat je te wachten staat.

3 ● Edito

De situatie is nefast voor de feestvreugde. Toch gaan wij met optimisme naar 2025.

7 ● Gewestelijk standpunt Flanders Build als katalysator voor bouwinnovatie.

EVENEMENT

8 ● Embuild Foundation Awards

Vier tandems beloond voor hun maatschappelijk engagement.

BOUWBELANGEN

10 ● Nieuwe regels

Wat verandert er in 2025?

14 ● Juridisch

Opheffing van de quasi-immuniteit van de hulppersoon vanaf 2025.

16 ● LIFE BE FREE

Tweede nationale rondetafel.

18 ● Europese Unie

Wat moeten we onthouden van de hoorzitting van de eerste Europese commissaris voor Huisvesting?

DOSSIER

21 ● Inleiding

De collectieve renovatie van private woningen.

22 ● Gewestelijke entiteiten

Een centraal thema in hun prioriteiten.

DOSSIER : COLLECTIEVE RENOVATIE VAN PRIVÉWONINGEN

Om tegen 2050 koolstofneutraliteit te bereiken, moeten we het renovatietempo voor woningen verdrievoudigen of zelfs verviervoudigen. De uitdaging is kolossaal. Om dit te bereiken is het idee van collectieve renovatie, per wijk of voor medeeigendommen, interessant. Deze oplossing wordt ook bepleit door onze gewestelijke entiteiten in hun lobbywerk bij de verschillende regeringen. Er lopen projecten hierover in de drie gewesten van ons land. We leggen het allemaal uit in het dossier van deze maand.

WORKSHOPS INTRODUCEREN ONDERAANNEMERS IN BIM

Steeds vaker vragen professionele opdrachtgevers om bouwprojecten uit te werken in BIM. Maar dan is het belangrijk dat de volledige bouwketen mee kan volgen: van onderaannemers tot leveranciers. De onderaannemers zijn daarvoor beducht want zij denken dat zij dan kostelijke IT-tools moeten aanschaffen en licenties moeten betalen en lange en dure opleidingen tot BIM-modelleur moeten volgen. Niets is minder waar: een paar workshops volstaan om hen volledig wegwijs te maken in het BIM-landschap.

EEN FACELIFT VOOR EEN ART-DECOPAND IN MOLENBEEK

Ons lid Renovatti is bezig met een totale energetische renovatie van een dubbel flatgebouw met een commerciële benedenverdieping, in Sint-Jans-Molenbeek. Het gebouw bevindt zich in de Vanderstichelenstraat, op nummer 108 tot 112. Dit project won een Renolab-prijs. Renolab is het laboratorium voor duurzame en circulaire renovatieprojecten, dat deel uitmaakt van Renolution, de duurzame renovatiestrategie voor gebouwen in Brussel. 48

26 ● Vlaanderen

Het project CondoReno.

28 ● Brussel

Mede-eigendom en energetische renovaties : bedrijven klaar om de uitdagingen aan te pakken.

30 ● Wallonië

Het project Reno+.

SECTOR & BEROEPEN

33 ● De ‘Stoemp’

Een niet te missen evenement voor de Brusselse bouwsector.

34 ● Digitale voorbeelden voor de bouw

Inspirerende startups.

36 ● BIM-workshops

Nuttig voor hoofd- en onderaannemers.

38 ● Nieuwe aansprakelijkheidsregels voor aannemers

Bij illegale tewerkstelling.

40 ● Hoe het onttrekken van grondwater bij bouwprojecten minimaliseren of optimaliseren?

Slotevent over grondwaterbeheersing.

42 ● Futurebuild Belgium

De nieuwe Belgische bouwbeurs.

44 ● Buildwise

• Waterinfiltratie ter hoogte van de aansluiting tussen een plat dak en een opgaande spouwmuur.

• Schimmelvorming in woningen.

PROJECTEN & BEDRIJVEN

48 ● Project

Een facelift voor een art-decopand in Molenbeek.

50 ● Ledenvoordelen

Uw lidmaatschap rendeert!

53 ● Bouwmarkt

• Aliplast

54 ● Markant

• Astrid Convents nieuwe voorzitter van Embuild Verviers-Ostbelgien.

• Cijfer van de maand.

Embuild versterkt alle bedrijven actief in de bouw

Een aannemer die lid is van Embuild - de voormalige Confederatie Bouw - mag op beide oren slapen. Er bestaat geen betere partner voor:

• advies

• informatie

• ondersteuning

• belangenbehartiging

• netwerking

• promotie van jouw bedrijf bij het grote publiek onder meer via buildyourhome.be

Word nu lid op embuild.be/nl/lid-worden

Flanders Build als katalysator voor bouwinnovatie

Ons visiemoment in 2024 stond in het teken van ‘Bouwinnovatie uit de startblokken’. Als klap op de vuurpijl hebben Embuild Vlaanderen en Buildwise samen ‘Flanders Build’ gelanceerd. Want uitdagingen zoals de klimaatverandering en betaalbaar wonen, vergen een katalysator om strategisch en toegepast onderzoek in en voor de bouw te stimuleren, zowel bij bedrijven als kennisinstellingen. Maar dan dienen we alle schakels van de bouwketen te verenigen. Cruciaal is een gezamenlijke strategie om alle bedrijven – groot en klein – mee te trekken.

Bovendien zit er een belangrijke economische kant aan het verhaal. Na de maakindustrie verwacht ook de bouwsector de komende periode onder druk te staan van internationale concurrentie en nieuwe technologieën zoals artificiële intelligentie. We roepen de nieuwe Vlaamse regering op om bij het bepalen van strategische sectoren verder te kijken dan de maakindustrie.

We gaan toch niet laten gebeuren met de bouwsector wat de automobielindustrie is overkomen. Nu investeren in een innovatieve bouw is nodig om de sector te wapenen voor de toekomst. Meer nog, met steun van binnen en buiten de sector, in het bijzonder van kennis- en onderzoeksinstellingen en de Vlaamse overheid, kan de bouw een groeipool worden die ook toonaangevend wordt buiten Vlaanderen.

Uit een recente enquête blijkt dat de bouwbedrijven vooral de kansen zien van innovaties, zowel voor hun onderneming als voor de verschillende maatschappelijke uitdagingen. Maar naast een gebrek aan tijd en financiële middelen bij de kleinere bedrijven, zijn er een aantal drempels

die innovatie vertragen: de sector is zeer gefragmenteerd; elke werf is anders met variaties in eisen, locatie, omgevingsfactoren, klantenwensen en verschillende actoren in de bouwketen. Ook heb je hoge kwaliteits- en veiligheidseisen, waardoor de bouw sterk gereguleerd is.

Het belang van Flanders Build schuilt in de productiviteitswinsten van bouwinnovatie die de competitiviteit en de groei van bouwbedrijven versterken. Maar de hele bouwketen dient de handen in elkaar te slaan. Naast de aannemers gaat het om architecten, vastgoedontwikkelaars, studiebureaus, materiaalverhuurders, slopers, gebouwenbeheerders en de collectieve onderzoeksinstellingen van de sector. Maar evenzeer gaat het om de universiteiten, hogescholen en kennisinstellingen zoals VITO, Flanders Make, Energyville, Flux 50 enz. Onderzoek en kennisopbouw zijn cruciaal maar daar stopt het niet. Adoptie en integratie van innovatie bij de bouwbedrijven en de sector in brede zin, vormen het sluitstuk.

Ten slotte, momenteel is er geen beleidsplan of speerpuntcluster met een specifieke focus op bouwinnovatie. Dat is een groot gemis. We zien de grote impact van zulke breed gedragen initiatieven in andere sectoren. Daarom breken Embuild Vlaanderen en Buildwise in de komende legislatuur een lans voor ‘Flanders Build’ bij de Vlaamse regering en bouwen we verder aan een breed gedragen initiatief.

Caroline Deiteren

Directeur-generaal van Embuild Vlaanderen

Lees de nieuwe visienota via www.embuildvlaanderen.be

" We gaan toch niet laten gebeuren met de bouwsector wat de automobielindustrie is overkomen. "

De Embuild Foundation beloont vier tandems voor hun maatschappelijk engagement

De uitreiking van de Embuild Foundation Awards vond plaats bij Hi! in Grimbergen op 4 december 2024. Uit de 20 ingediende projecten selecteerde de jury van de Embuild Foundation vier tandems voor hun maatschappelijk engagement, waarbij elke tandem bestaat uit een bouw-/installatiebedrijf en een maatschappelijke partner: Renotec (met Avalympics), Klinkenberg (met Live in Color), BESIX Unitec (met De Gemeenschap) en Durabrik (met Toontjeshuizen). Foto's © Gilles Van Damme.

Het is het soort vroege avond dat je doet beseffen dat de bouw niet alleen bestaat uit bakstenen en mortel, bouwmachines en lawaai... Nee, onze sector heeft ook een hart. Een groot hart zelfs. Dat bewees hij tijdens de prijsuitreiking, waar zo'n honderd mensen op afkwamen, in een heel gezellige en ontspannen sfeer, op een steenworp afstand van een ring die op dit tijdstip van de dag overvol is.

Via de Embuild Foundation, voorheen bekend als Aedificas, wil onze beroepsfederatie haar leden aanmoedigen om een 'maatschappelijk verantwoord ondernemen' (MVO) benadering te hanteren. Bij wijze van inleiding schetste JEF LEMBRECHTS , de voorzitter van de stichting, overigens de prioriteiten van de stichting: verbetering van welzijn en gezondheid; bestrijding van schooluitval door middel van onderwijs en beroepsopleiding; beroepsherin-

schakeling en integratie van mensen aan de zelfkant van de maatschappij; instandhouding en opwaardering van cultureel of architecturaal erfgoed.

De leden van Embuild met een project op dit vlak kwamen in aanmerking voor een award. "De institutionele partners waarmee bouw- en installatiebedrijven samenwerken als onderdeel van hun maatschappelijk engagement zijn nu breder gedefinieerd. Dit verwijst naar elke onderneming met een maatschappelijk engagement, inclusief commerciële bedrijven en overheidsorganisaties. We kijken daarom verder dan eenvoudige samenwerkingen met liefdadigheidsinstellingen of sociale organisaties", legt Jef Lembrechts uit.

Jury en winnaars

De jury, bestaande uit vertegenwoordigers van de Koning Boudewijnstichting (Françoise Pissart), Embuild (Anne-Laure

Lejeune en Francis Carnoy), Constructiv (Bruno Vandenwijngaert) en Prométhéa (Robert de Mûelenaere), selecteerde 8 van de 20 genomineerde projecten, waarvan er 4 als winnaar werden gekozen. De winnende tandems, die op het podium werden geroepen, ontvingen een cheque van €10.000 en een origineel beeldje (zie kader). Dat gaf aanleiding tot mooie emotionele momenten.

De eerste winnaar was Renotec (Geel), dat de vzw Avalympics zowel financieel als logistiek steunt, zodat kinderen, jongeren en volwassenen met een verstandelijke beperking actief kunnen sporten.

De tweede plaats ging naar Klinkenberg (Herstal), dat, met opleidingen, de vzw Live

DE AWARDS ZIJN HET WERK VAN DE BRUSSELSE

BEELDHOUWER BOB VAN DER AUWERA

De Brusselse beeldhouwer Bob Van der Auwera ontwierp de trofeeën voor deze awards. In een video die tijdens de avond werd getoond, legde hij uit wat de gedachtegang achter de beelden is. "Ik werk met metaal, maar wat me het meest interesseert is het werken met leegte en ruimte", legde hij uit. "De basis bestaat uit twee kleine fragmenten van IPN-balken, die zeer bekend zijn in de bouwwereld.

Deze twee kleine onderdelen worden samengevoegd tot een kleine sokkel. Aan de basis zitten twee kleine staafjes die de twee zijden van een denkbeeldig vierkant zijn. De twee startpunten zijn dus de twee structuren – het bedrijf en de vereniging – die gaan samenwerken en die geleidelijk aan banden zullen smeden, een verstandhouding zullen opbouwen en connecties zullen leggen. Deze twee metalen elementen, volledig onafhankelijk en dun, zullen paden kruisen en vormen uitwisselen, werken en samenwerken, afhankelijk van het moment van de samenwerking, maar ze zullen altijd volledig onafhankelijk blijven. Op sommige ogenblikken zullen ze elkaar ontmoeten, intens samenwerken en daarna zullen ze hun evolutie elk op hun eigen manier voortzetten", legde hij uit.

in Color (Luik) steunt, die de integratie van mensen van vreemde origine bevordert en een programma heeft opgezet onder de naam 'Jobdiversity', dat jonge vluchtelingen laat kennismaken met de arbeidsmarkt in ons land, zodat ze beter kunnen inspelen op de behoeften van de werkgevers.

De derde tandem is BESIX Unitec (Schelle)/ De Gemeenschap. Ons lid steunt deze vzw, een erkend jeugdcentrum in Sint-Niklaas dat zich inzet voor kwetsbare jongeren en schoolverlaters zonder diploma, onder andere door hun gebouw te renoveren en uit te rusten.

Tot slot heeft Durabrik (Drongen) de cvba-so Toontjeshuis (Schelle) opgericht om aangepaste woonprojecten te ontwikkelen voor jongvolwassenen met een beperking, zodat ze er kleinschalig en zelfstandig kunnen wonen.

Besluit

Na de prijsuitreiking sprak NIKO DEMEESTER, CEO van Embuild, een paar woorden tot alle deelnemers, met de nadruk op álle. "Ik wil de vier winnende projecten en ondernemingen nogmaals feliciteren met hun uitmuntende maatschappelijke impact. Maar ik wil ook alle 20 deelnemende projecten bedanken, want jullie doen allemaal geweldig werk. Het was erg moeilijk om uit de genomineerden slechts vier winnaars te kiezen.”

Tot slot riep hij op om prachtige projecten, zoals die van dit jaar, vanaf vandaag in te dienen bij de stichting. "In 2025 zal de Embuild Foundation de maatschappelijke impact van bouw- en installatiebedrijven blijven ondersteunen. Daarom moedig ik jullie aan om volgend jaar mee te doen en jullie projecten te registreren. Jullie hebben tot september 2025 de tijd, maar de inschrijvingen zijn nu al geopend.”

Wat verandert er in

2025 nadert met rasse schreden. Dit betekent dat er nieuwe regels zullen worden ingevoerd in aangelegenheden die voor jou van belang zijn.

Traditiegetrouw heeft Embuild Magazine al deze veranderingen verzameld. Hier is een klein overzicht van wat je te wachten staat.

Sociaal

Verplicht gebruik van de elektronische controlekaart voor de tijdelijke werkloosheid

Vanaf 1 januari 2025 zijn werknemers verplicht om gebruik te maken van de elektronische controlekaart (eC3.2) voor de tijdelijke werkloosheid. Zowel de werkgever (voor zijn werknemers die nog geen gebruik maken van de eC3.2) als een individuele werknemer kunnen een uitzondering vragen om voorlopig nog verder papieren controlekaarten te gebruiken (overgangsperiode tot 30/06/2025).

Verbod op financiële onderaanneming

Vanaf 1 januari 2025 wordt het verbod op financiële onderaanneming van kracht

voor private opdrachten. Het is een onderaannemer derhalve verboden om de volledige uitvoering van het contract dat hij met zijn eigen medecontractant heeft gesloten uit te besteden of om alleen de coördinatie van de uitvoering van het contract te behouden. Niet-naleving leidt tot strafrechtelijke sancties van niveau 4. Het verbod gold al voor overheidsopdrachten sinds 2017 (en is strafrechtelijk strafbaar sinds 21 juli 2024), maar zal nu ook gelden voor private opdrachten.

Wettelijke pensioenleeftijd verhoogt naar 66 jaar vanaf 2025

In België wordt de wettelijke pensioenleeftijd geleidelijk aan opgetrokken. De wettelijke pensioenleeftijd hangt af van de geboortedatum:

GEBOORTEDATUM WETTELIJKE PENSIOENSLEEFTIJD

Geboren vóór

01.01.1960

Geboren tussen

01.01.1960 en 31.12.1963

Geboren vanaf

01.01.1964

65 jaar

66 jaar

67 jaar

Aanpassing met ingang van 1 januari 2025 van de loonbedragen bepaald bij de wet van 3 juli 1978

Met ingang van 1 januari 2025 worden de loonbedragen die in de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten staan, aangepast aan het algemeen indexcijfer van de conventionele lonen voor bedienden (B.S. 5/12/2024).

Op 1 januari 2025 zullen de nieuwe bedragen €43.106 en €86.212 zijn. Deze bedragen van het jaarloon van werknemers bepalen: de rechtmatigheid van het concurrentiebeding voor arbeiders en bedienden, de rechtmatigheid van het arbitragebeding voor bedienden en de voorwaarden voor de toepassing van het scholingsbeding.

Mobiliteit

Slimme tachograaf versie 2

Voertuigen die voor de eerste keer ingeschreven worden vanaf 21 augustus 2023 dienen te worden uitgerust met de slimme tachograaf versie 2.

Bovendien geldt er een verplichte retrofit voor voertuigen uitgerust met oudere tachografen die gebruikt worden voor het internationaal vervoer:

1 Vanaf 1 januari 2025 dienen alle analoge of 'oude' digitale tachografen te worden vervangen door de slimme tachograaf versie 2;

2 Vanaf 18 augustus 2025 dienen alle slimme tachografen versie 1 eveneens te worden vervangen door de slimme tachograaf versie 2.

Juridisch

Overheidsopdrachten: nieuwe betalingsregels vanaf 1 januari 2025

Vanaf 1 januari 2025 wijzigen de betalingsregels in overheidsopdrachten. Vanaf die datum worden de verificatietermijn en de betalingstermijn afgeschaft en vervangen door een enkele termijn genoemd “behande-

lingstermijn”.

Deze termijn bedraagt in principe 30 dagen. Enkel onder 4 specifieke cumulatieve voorwaarden kan de aanbestedende overheid van die termijn afwijken en een langere behandelingstermijn voorzien. Deze termijn is in ieder geval maximaal 60 dagen.

Voor aanbesteders in de gezondheidszorg kan onder bepaalde voorwaarden een verificatietermijn van maximaal 30 dagen en een betalingstermijn van maximaal 60 dagen gehanteerd worden.

Nieuwe regels inzake buitencontractuele aansprakelijkheid vanaf 1 januari 2025

Treedt eveneens in werking vanaf 1 januari 2025 het nieuwe aansprakelijkheidsrecht van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek.

Dit brengt belangrijke wijzigingen aan in het aansprakelijkheidsregime van de hulppersoon (onderaannemers, werknemers, vennootschapsbestuurders, etc.).

Hierdoor wordt het onder meer mogelijk om lastens deze hulppersoon een buitencontractuele aansprakelijkheidsvordering in te stellen voor schade wegens het niet naleven van onder meer een contractuele verbintenis.

Teneinde de situatie van voor de inwerkingtreding van het nieuwe boek 6 BW te handhaven, heeft Embuild modelclausules opgesteld. Deze clausules zijn opgenomen in de modelovereenkomsten voor bedrijven en onderaannemers van Embuild en zijn beschikbaar via de website van Embuild evenals twee toelichtende nota’s.

Fiscaliteit

6% btw voor afbraak-herbouw

Het verlaagde tarief van 6% btw dat van toepassing was voor afbraak- en-heropbouwprojecten in 32 specifieke stedelijke gebieden werd afgeschaft eind december 2023 maar er kwam een overgangsmaatregel. Er kon nog tot eind 2024 gefactureerd worden met 6% btw voor projecten waarvan de aanvraag voor de omgevingsvergunning werd ingediend vóór 1 januari 2024. Deze overgangsmaatregel wordt met 6 maanden verlengd zodat tot 30 juni 2025 met verlaagde btw kan worden gefactureerd.

Een gelijkaardige overgangsmaatregel werd ingevoerd bij de afloop van de tijdelijke btw-verlaging voor de verkoop van herbouwde woningen. Ook deze regeling kwam ten einde op 31 december 2023 maar er kwam

eveneens een overgangsmaatregel. Er kon nog tot eind 2024 gefactureerd worden met 6% btw bij projecten waarvan de aanvraag voor de omgevingsvergunning werd ingediend voor 1 juli 2024. Deze overgangsmaatregel wordt ook met 6 maanden verlengd zodat ook voor de verkoop van herbouwde woningen nog tot 30 juni 2025 met verlaagde btw kan worden gefactureerd.

Investeringsaftrek

Sinds begin dit jaar werd de investeringsaftrek grondig hervormd en valt deze uiteen in drie aftrekregimes. Er geldt een basisaftrek van 8% voor eenmanszaken en kmo’s en van 10% voor andere ondernemingen. Deze aftrek wordt verhoogd voor bepaalde digitale investeringen. Daarnaast komt er een hogere thematische investeringsaftrek en een technologieaftrek voor duurzame investeringen en voor onderzoek en ontwikkeling.

Voor de thematische investeringsaftrek moeten limitatieve lijsten van in aanmerking komende investeringen opgesteld worden. Bij de afsluiting van dit nummer werd nog steeds op gewacht op deze lijsten zodat de hervorming – minstens wat betreft deze thematische aftrek – voorlopig niet kan worden toegepast.

Nieuwe “btw-ketting”

Er zijn heel wat wijzigingen aangebracht op het gebied van btw-aangifte en -teruggaaf. Enkele belangrijke nieuwigheden zijn de volgende: de btw-rekening-courant en de bijzondere rekening verdwijnen, een btw-provisierekening wordt ingevoerd die de btw-plichtige makkelijker zelf kan beheren, de indieningstermijn voor kwartaalaangevers wordt met vijf dagen verlengd, er komt een automatische bestraffing bij vertraagde of laattijdige indiening van de btw.

Bedrijfsbeheer

Nieuwe NACE-BEL 2025-nomenclatuur

In 2025 wordt de nieuwe NACE-BEL 2025-nomenclatuur van kracht. De definitieve versie van deze nomenclatuur en de conversietabel voor de codes 2008-2025 zijn beschikbaar op de website van Statbel. De NACE-BEL-codes zijn classificaties van de economische activiteiten van bedrijven, die te vinden zijn in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO), onder de BTW- en RSZ-activiteitencodes, en die de daadwerkelijk door

het bedrijf uitgevoerde activiteiten weergeven.

De omzetting van de oude codes naar de nieuwe gebeurt automatisch en vindt eind maart 2025 plaats. Na deze omzetting kunnen bedrijven correcties of aanvullingen aanvragen via My Enterprise of hun ondernemingsloket. De NACE-BEL-codes van 2008 blijven geldig tot deze omzetting. De btw- en RSZ-administraties zullen deze omzetting ook uitvoeren aan het begin van 2025.

Europa

CSRD-richtlijn

Vanaf 2025 worden met de CSRD (Corporate Sustainability Reporting Directive) nieuwe eisen voor bedrijven ingevoerd om transparant te zijn over hun impact op milieu, maatschappij en bestuur.

De CSRD is van toepassing: ten eerste op bedrijven die al onder de oude NFRD vielen, d.w.z. grote bedrijven van openbaar belang met meer dan 500 werknemers; ten tweede op elk bedrijf dat aan ten minste twee van de volgende drie criteria voldoet (250 werknemers of meer, een omzet van €50 miljoen en een balanstotaal van €25 miljoen); en ten derde op beursgenoteerde kmo's, met uitzondering van micro-ondernemingen.

Bouw- en installatiebedrijven vallen dus onder de punten 2 en 3 en zullen verslagen moeten opstellen voor 2026 en 2027. Hoewel kmo’s niet meteen betrokken partij zijn, zullen ze wel indirect worden beïnvloed door de eisen van hun zakenpartners.

Vlaanderen

Lagere registratiebelasting bij aankoop enige eigen woning

Bij de aankoop van de enige eigen woning wordt momenteel in Vlaanderen een verlaagd tarief van 3% registratiebelasting geheven. Dit tarief wordt vanaf 1 januari 2025 verder verlaagd naar 2%. Concreet zal de tariefwijziging van toepassing zijn op authentieke akten die verleden worden vanaf 1 januari 2025. Ze zal dus ook gelden voor verkopen waarvoor de onderhandse overeenkomst ('compromis') al vóór 1 januari 2025 ondertekend werd, maar waarvan de authentieke akte pas na die datum verleden zal worden.

Geen verlaagde tarieven meer bij energetische renovaties en beschermde monumenten

Momenteel bestaan er in Vlaanderen

verlaagde tarieven in de registratiebelasting (verkooprecht) en de schenkbelasting als er een verbintenis aangegaan wordt om de woning energetisch te renoveren. Vanaf 1 januari 2025 zullen deze verminderingen stopgezet worden. Concreet zal voor verkoopovereenkomsten (‘compromis’) gesloten vanaf 1 januari 2025 en schenkingen vanaf 1 januari 2025 geen aanvullend verlaagd tarief in de registratiebelasting of schenkbelasting toegepast kunnen worden.

Momenteel bestaan er verschillende verlaagde tarieven voor beschermde monumenten, zowel voor de schenk- als voor de registratiebelasting. Ook deze gunsttarieven worden afgeschaft vanaf 1 januari 2025.

Premiepercentages bij Mijn

VerbouwPremie dalen

Vanaf 1 januari 2025 dalen de premiepercentages voor deze Vlaamse premie voor de laagste en middelste inkomenscategorie van maximum 50% en 35% van het factuurbedrag naar 35% en 25%. Wie nog de hogere premie wil krijgen, moet ten laatste op 31 december 2024 zijn aanvraag Mijn VerbouwPremie indienen. Om in aanmerking te komen voor de premie moet u de eindfactuur van de werken waarvoor u de premie aanvraagt, toevoegen.

Geen aardgasaansluiting meer voor nieuwbouw

Vanaf 2025 verbiedt de Vlaamse overheid een aardgasaansluiting bij elke nieuwbouw, zowel voor woongebouwen als voor niet-residentiële gebouwen. Dat verbod geldt voor alle nieuwbouwaanvragen die na 1 januari 2025 worden ingediend. Deze regel was al eerder van toepassing voor verkavelingen, appartementen en groepswoningbouw en wordt vanaf 2025 uitgebreid naar alle nieuwbouwprojecten. De verwarming van de nieuwe gebouwen kan gebeuren door middel van een warmtepomp, via een warmtenet, een biomassaketel of directe elektrische verwarming. Maar directe elektrische verwarming wordt over het algemeen zeer zwaar afgestraft in de EPB-berekeningen.

Nieuwe aansprakelijkheidsregels voor aannemers bij illegale tewerkstelling

De Vlaamse regering heeft eerder al beslist om de aansprakelijkheid van aannemers voor illegale tewerkstelling in Vlaanderen te verstrengen. De schriftelijke verklaring dat

de onderaannemer geen illegaal verblijvende werknemers tewerkstelt en zal tewerkstellen zonder verblijfsvergunning, blijft bestaan. Daar komt vanaf 1 januari 2025 een zorgvuldigheidsplicht bij: de aannemers zullen dan een aantal gegevens van de werknemers van onderaannemers of van zelfstandige onderaannemers (derdelanders) waarmee ze samenwerken moeten laten aanleveren. Hiervoor wordt een online platform uitgewerkt. Meer hierover op p. … … van dit magazine.

Wallonië

Verlaagde registratierechten voor de aankoop van een enige en eigen woning

Met ingang van 1 januari 2025 gaat het tarief van de registratierechten die gelden op vastgoed dat bestemd is om de eigen en enige woning te worden sterk omlaag. Het zal dalen van 12,5% (het huidige standaardtarief) naar 3%. Het doel van deze maatregel is om het voor jongvolwassenen makkelijker te maken om een huis te kopen. Er wordt ook rekening gehouden met veranderingen in het leven (huishouden, kinderen, beroep, mobiliteit, milieu-impact, enz.) door huidige huiseigenaars te laten gebruikmaken van de 3%, op voorwaarde dat ze binnen 3 jaar na aankoop van de nieuwe woning de oude verkopen. Het tarief van 3% is ook van toepassing op de aankoop van bouwgrond.

Naast deze tariefverlaging worden de verschillende regelingen die tot nu toe naast elkaar bestonden afgeschaft: de startersaftrek, de wooncheque en het verlaagde tarief voor bescheiden woningen.

Brussel

Aangezien het Brussels Hoofdstedelijk Gewest nog steeds wacht op zijn regering, hadden onze collega's van Embuild.Brussels op het moment van schrijven geen 'echt' bevestigd nieuws met ons te delen voor dit nummer van Embuild Magazine. We houden je zeker op de hoogte van het nieuws zodra hun regering is geïnstalleerd.

Nieuwe aansprakelijkheidsregeling vanaf 2025

Op 1 februari 2024 heeft de Kamer van volksvertegenwoordigers het boek 6 van het nieuw Burgerlijk Wetboek over de ‘buitencontractuele aansprakelijkheid’ goedgekeurd. De nieuwe aansprakelijkheidsregeling zal vanaf 1 januari 2025 in voege treden.

Quasi-immuniteit van hulppersoon afgeschaft

Eén van de meest heikele punten daarbij betrof de extracontractuele aansprakelijkheid van de zogenaamde ‘hulppersonen’. Dit zijn personen die een contractpartij helpen bij het uitvoeren van zijn contract tegenover een medecontractant. In de bouwsector worden hiermee onder meer de onderaannemers bedoeld, maar het kan ook gaan om de bestuurders van de onderneming en zelfs om de werknemers maar niet om de leveranciers. Beginnen we met een voorbeeld: een schilder werkt als onderaannemer voor een hoofdaannemer en beschadigt door een pot verf de server van de opdrachtgever.

Wat gebeurt er nu ?

De opdrachtgever die geen contract heeft met de onderaannemer, kan de hoofdaannemer aanspreken. De aansprakelijkheid zal dus de contractuele keten volgen. Samenloop tussen de contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid is momenteel niet mogelijk. Dit is de zogenaamde ‘quasi-immuniteit van de hulppersoon’. Met ‘quasi-immuniteit’ wordt bedoeld dat de hoofopdrachtgever de ‘hulppersoon’ niet aansprakelijk kan stellen in het kader van de uitvoering van zijn verplichtingen op grond van het contract dat hij had met zijn medecontractant (hoofdaannemer).

Wat zal vanaf 1 januari 2025 mogelijk zijn ?

De nieuwe regeling stelt een einde aan deze ‘quasi-immuniteit van de hulppersoon’. Vanaf 1 januari 2025 zal de hoofdopdrachtgever de schilder (de ‘hulppersoon’) wél rechtstreeks kunnen aanspreken voor de door de

schilder ook in het kader van zijn contractuele verbintenissen aangerichte schade.

Nieuwe regeling: aansprakelijkheid op basis van foutief optreden

Op basis van de nieuwe bepalingen kan de hulppersoon (onderaannemers, bestuurders, werknemers, enz.) rechtstreeks door de opdrachtgever van de hoofdcontractant op buitencontractuele basis worden aangesproken. Dit betekent dat hij aansprakelijk kan worden gesteld op basis van een foutief optreden. In het kader van deze bepalingen wordt de ‘fout’ gedefinieerd als een inbreuk op een wettelijke bepaling of het begaan van een onzorgvuldigheid die een redelijk persoon in dezelfde omstandigheden niet zou begaan.

Wat met een tekortkoming aan de contractuele verbintenis?

Een belangrijke vraag is dus: kan een tekortkoming aan een contractuele verbintenis in hoofde van de hulppersoon door de benadeelde opdrachtgever beschouwd worden als een buitencontractuele fout, waarop hij een buitencontractuele aansprakelijkheidsvordering zou kunnen steunen, en zo ja onder welke voorwaarden?

Op het eerste gezicht en rekening houdend met de toelichting bij de wet lijkt het niet zo te zijn dat het niet-naleven van een contractuele verbintenis automatisch als een buitencontractuele fout kan worden beschouwd. Wel zou het niet naleven van de regels van de kunst bij het uitvoeren van een werk kunnen worden aangemerkt als een buitencontractuele fout.

Over welke verweermogelijkheden beschikt de hulppersoon?

Ten gevolge van de tussenkomsten van Embuild en het VBO werden verweermiddelen in de reglementering opgenomen.

De hulppersoon kan zich dus verweren met:

• de verweermiddelen uit zijn contract met de medecontractant (bijvoorbeeld de hoofdaannemer);

• of de verweermiddelen die voortvloeien uit het contract van de medecontractant (bijvoorbeeld de hoofdaannemer) met de benadeelde (bijvoorbeeld de opdrachtgever);

• of de verweermiddelen uit de wetgeving inzake bijzondere contracten;

• of de verweermiddelen uit de bijzondere verjaringsregels van toepassing op het contract.

Deze verweermiddelen kunnen wel niet worden ingeroepen bij schade als gevolg van een aantasting van de fysieke of psychische integriteit of van een fout begaan met het opzet schade ter veroorzaken.

Verder is op te merken dat de werknemer overeenkomstig art. 18 van de WAO (3 juli 1978) enkel aansprakelijk kan worden gesteld voor zijn zware schuld, bedrog of gewoonlijke lichte fout.

De buitencontractuele aansprakelijkheid van de bestuurders van vennootschappen is bovendien beperkt overeenkomstig art. 2:56 WVV (enkel voor beslissingen, daden of gedragingen die zich kennelijk buiten de marge bevinden waarbinnen normaal voorzichtige en zorgvuldige bestuurders, geplaatst in dezelfde omstandigheden, redelijkerwijze van mening kunnen verschillen) en art. 2:57 WVV dat de aansprakelijkheid van bestuurders beperkt tot bepaalde bedragen, al naargelang de grootte van de rechtspersoon.

Theoretische mogelijkheden vs. praktische beperkingen

Theoretisch schept de afschaffing van de zogenaamde ‘quasi-immuniteit’ van de hulppersoon heel veel mogelijkheden om als opdrachtgever rechtstreeks de onderaannemer en/of zijn werknemers en bestuurders aan te spreken.

De mogelijkheden worden evenwel beperkt door het feit dat de eiser de persoonlijke fout van de hulppersoon, de schade en het oorzakelijk verband tussen fout en schade moet bewijzen. Bovendien beschikt de hulppersoon over heel wat verweermiddelen. Vooraleer een procedure tegen de hulppersoon aan te spannen moet er dan ook zeer zorgvuldig en nauwkeurig worden onderzocht of de voorwaarden vervuld zijn om deze procedure met enige kans op succes door te voeren.

Door Embuild voorgestelde alternatieven en modelclausules

Aangezien de betrokken wetsbepaling niet van dwingend recht is, kan men er contractueel van afwijken, binnen de grenzen van de wet, door te voorzien hoe de buitencontractuele aansprakelijkheid wordt geregeld. Dit impliceert wel een volledige transparantie in de hele keten. Het is dus mogelijk om de huidige stand van zaken te handhaven, meer in het bijzonder de quasi-immuniteit van de hulpersoon en zodoende een status quo contractueel vast te leggen.

Embuild heeft als uitgangspunt genomen dat zij het economisch, financieel, juridisch en commercieel evenwicht in de hele contractketen wenst te vrijwaren en zodoende ook de continuïteit van de contracten.

Op vraag van de aannemers heeft Embuild modelclausules uitgeschreven die kunnen worden toegevoegd aan de algemene aannemingsvoorwaarden en/of het aannemingscontract en/of het onderaannemingscontract. Een toelichting bij deze clausules is eveneens beschikbaar. Aarzel niet contact op te nemen met de juristen van uw lokale vereniging.

INFO : www.embuild.be

Drie concrete oplossingen en de resultaten van de werkzaamheden op de agenda tijdens de tweede nationale rondetafel van LIFE BE FREE

De tweede nationale rondetafel van LIFE BE FREE vond plaats op 19 november in het Circularium in Brussel. Ongeveer honderd mensen woonden de informatiebijeenkomst bij, die in het teken stond van het thema : "Energetisch renoveren: financieringsoplossingen als hefboom." Er werden drie concrete oplossingen gepresenteerd en een balans van de werkzaamheden 2024 rond drie belangrijke onderwerpen: mede-eigendommen, het EPB-certificaat en de hervorming van de premies.

Om de ambitieuze klimaatdoelstellingen van de EU voor 2030 en 2050 te halen, is het van vitaal belang om de energierenovatie van gebouwen te versnellen. Tegen deze achtergrond werd in oktober 2023 het LIFE BE FREE-project gelanceerd, dat medegefinancierd wordt door de Europese Unie. Het promoot financieringsoplossingen voor de energierenovatie van gebouwen in België. Het zal lopen tot september 2026, met de intentie om het te verlengen tot 2028.

Het project komt voort uit het Europese LIFE-programma, een instrument voor de financiering van milieu- en klimaatbeleid. Als onderdeel van dit programma heeft de Europese Commissie het LIFE BE FREE-consortium gekozen om zich te richten op de renovatie van gebouwen.

Dit consortium bestaat uit zes actoren: de initiatiefnemer Febelfin (federatie van de Belgische financiële sector), Embuild, de VVSG (Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten), Wattson (Energy Service Company), The Shift (netwerk voor duurzame ontwikkeling in België) en Idea Consult (consultancykantoor). Het doel van dit consortium, ondersteund door Buildwise en de gewestelijke entiteiten van Embuild, is om de belanghebbenden en spelers die betrokken zijn bij de energie-efficiëntie van gebouwen samen te brengen en ideeën uit te wisselen om financieringsoplossingen te vinden. Een jaar later zijn er al negen rondetafels georganiseerd: een nationale rondetafel, drie over mede-eigendom, drie over het EPB-certificaat en twee over premies.

Warmtefonds

Tijdens deze tweede nationale rondetafel werden drie concrete oplossingen gepresenteerd.

De eerste betrof het Warmtefonds, een Nederlandse publiek-private samenwerking die de energietransitie voor privéwoningen en mede-eigendommen financiert, gepresenteerd door de directeur ervan, Janko Lindenbergh. Dit fonds brengt de overheid en private bankiers samen om de energierenovatie van woningen te versnellen. Hiervoor kunnen zowel particulieren als VME’s leningen aanvragen voor hun renovatieprogramma's.

Deze hefboom is een groot succes. In 2023 werden 80 000 woningen gerenoveerd dankzij deze leningen, goed voor een totaal van 1,5 miljard euro. De ambities zijn hoog: het doel is om de komende jaren minstens 500 000 woningen te renoveren, voor een totaalbedrag van 7 miljard euro.

Het Warmtefonds breidt zijn doelgroep voortdurend uit. Aanvankelijk was het beperkt tot mede-eigendommen met meer dan zeven appartementen, maar nu biedt het ook oplossingen voor kleinere gebouwen. Bijna alle particulieren komen in aanmerking, zonder leeftijdsgrens, en zelfs mensen zonder leenvermogen kunnen een lening krijgen. Het fonds positioneert zichzelf steeds meer als een onestopshop. Het heeft met name een regeling ingevoerd om vanaf de eerste dag een lening te krijgen, waarbij rekening wordt gehouden met eventueel nog te ontvangen subsidies. Dit lost het probleem van voorfinanciering op waar veel Nederlanders mee te maken hadden, omdat subsidies pas werden uitgekeerd nadat de werken

Het evenement vond plaats op 19 november in het Circularium in Brussel

ECONOMIE

waren voltooid. Met deze leningen kunnen allerhande energiebesparende maatregelen worden gefinancierd, zoals dakisolatie, plaatsing van hoogrendementsbeglazing, zonnepanelen en warmtepompen.

Italiaanse Superbonus 110

De tweede was de Italiaanse Superbonus 110, een Italiaanse belastingregeling, gepresenteerd door Romain Bocognani van ANCE (Associazione Nazionale Costruttori Edili), waardoor Italië de renovatiegraad met 6% heeft kunnen verhogen. Deze regeling werd in mei 2020 ingevoerd om de Italiaanse economie weer aan te zwengelen in de nasleep van de coronapandemie. Ze zou een looptijd van anderhalf jaar hebben, maar werd verlengd tot eind 2025. In het kort biedt ze drie oplossingen aan renovatiekandidaten: een belastingaftrek voor de inkomstenbelasting, de doorverkoop van de lening aan een bank of een andere financiële tussenpersoon die dan verantwoordelijk wordt voor de betaling, of een verzoek om een korting op de factuur van de aannemer.

Hoewel ze, zoals onze Italiaanse collega aangaf, tot veel discussie heeft geleid in het land, met name vanwege de druk op de overheidsfinanciën (105 miljard), heeft deze regeling geleid tot de renovatie van meer dan 150 000 bouwplaatsen met een totaalaanpak per jaar, dat wil zeggen 496 155 renovaties in drie jaar, met een totale investering van 119.598 miljoen euro. Vóór de superbonus werden er 25 000 bouwplaatsen per jaar gerenoveerd, waarbij maar bij weinig bouwplaatsen een totaalaanpak werd gehanteerd (minder dan 3000). Veel mede-eigendommen hebben gebruikgemaakt van deze regeling en ze is ook ideaal voor gezinnen met een laag inkomen.

Vier hefbomen werden gebruikt om de renovatie op grote schaal uit te voeren: begeleiding van vraag en aanbod (18 bouwplaatsen en 83 begeleidingen); de keuze van geschikte en, voor zover mogelijk, gestandaardiseerde renovatietechnieken; financiële optimalisatie (renteloze lening bij de Waalse Maatschappij voor Sociaal Krediet, premies, enz.) voor renovatiekandidaten (gemiddeld budget van 7.340 euro per project, voor een totaal van 146.504 euro) en de ontwikkeling van een sterk samenwerkingsverband met de gemeente. Reno+ is het onderwerp van een gedetailleerder artikel in het dossier van deze maand (blz. 30-31).

Conclusies van de rondetafels

Deze tweede nationale rondetafel werd afgesloten met de conclusies van de consortiumpartners over de drie onderwerpen die sinds de start van het project in oktober 2023 tijdens de rondetafels aan bod zijn gekomen.

Wat mede-eigendommen betreft: 70% van de appartementen in België is ouder dan 40 jaar. Er is dus veel werk aan de winkel, maar een gebrek aan een 'kompas' voor het onderhoud en de renovaties kwam naar voren tijdens de discussies. Hoe zit het met de brandveiligheid, de rechtsnormen, vocht, asbest, betonrot ...? Het is essentieel om het onderhoud te structureren. Er kwamen ook een aantal beleidsaanbevelingen voort uit het project, waaronder het versterken van de federale wetgeving, premies en leningen die beter zijn afgestemd op VME's, en de behoefte aan op maat gemaakte oplossingen om woongebouwen te verduurzamen.

Anne-Laure Lejeune vertegenwoordigt Embuild in het consortium LIFE BE FREE.

Rechts Salim Chamcham (Embuild Wallonie) die het project Reno+ heeft voorgesteld.

Romain Bocognani legde ook uit dat de Italiaanse bouwsector tussen 2008 en 2020 40% van zijn omzet en meer dan 600 000 banen had verloren. Tussen 2020 en vandaag heeft hij deze achterstand ingehaald.

RENO+

Tot slot presenteerde Salim Chamcham (Embuild Wallonie) het Waalse proefproject van Reno+ in Braine-l'Alleud. Dat project wordt gesteund door Embuild Wallonie, Buildwise en GreenWin. Doel ervan is het ontwikkelen van een concurrerend ecosysteem om zo veel mogelijk mensen toegang te geven tot eenvoudige renovatie, op een kwaliteitsvolle manier, grondig en tegen de juiste prijs voor een koolstofarme transitie.

Met betrekking tot het EPB-certificaat werden onder andere de volgende zaken aangestipt: het belang van uniformiteit tussen de gewesten, harmonisatie van de berekeningsmethode, één certificaat per pand, vereenvoudiging van het document, aandacht voor de kosten van het certificaat en een betere controle van de certificeerders.

Wat ten slotte de premies betreft, kwam uit de rondetafels het volgende naar voren: de nood aan financieringszekerheid (geen afschaffing of vervanging), een politieke visie op lange termijn (niet voor één ambtstermijn), gepaste belastingwetgeving (volgens taxshelterstijl) en overheidsgaranties.

De volgende rondetafels in 2025 zullen drie nieuwe thema's behandelen: hervorming sociaalkredietverlening, wijkrenovatie en de renovatie van de huurmarkt.

Wat

moeten we onthouden van de hoorzitting van de eerste Commissararis voor Huisvesting?

Dinsdag 5 november 2024 vond de hoorzitting plaats met de kandidaat voor de functie van Europees Commissaris voor Huisvesting, de Deen Dan Jørgensen. Hij zal de eerste zijn die deze functie zal bekleden in de Commissie-von der Leyen II. In antwoord op vragen van Europarlementariërs legde hij onder andere uit dat de Europese Commissie werkt aan een plan voor betaalbare huisvesting en de oprichting van een investeringsplatform, in samenwerking met de Europese Investeringsbank.

De functie van Europees Commissaris voor Huisvesting is een primeur in de geschiedenis van de Europese Unie. En Embuild is daar is daar heel blij mee. Deze benoeming zal immers de verwachtingen van onze beroepsfederatie, verwoord in een memorandum, centraal stellen in het werk van de toekomstige Europese Commissaris voor Huisvesting, de Deen Dan Jørgensen.

Ter herinnering, deze verwachtingen zijn: het identificeren van de structurele factoren achter het tekort aan betaalbare woningen, het ontwikkelen van een strategie voor woningbouw, het bieden van technische ondersteuning aan steden en lidstaten, het verbeteren van de investeringen in de sector en het herzien van de regels voor staatssteun.

Proactieve visie

Nu de Europese economie aan concurrentiekracht verliest, nog verergerd door de oorlog in Oekraïne en de stijgende energieprijzen, staat de woningbouwsector op een kritiek kruispunt. In deze context ondersteunde Dan Jørgensen de noodzaak van een proactieve visie om deze huisvestingscrisis, die alle lidstaten in alarmerende mate treft, te overwinnen. De inzet is duidelijk: iedere burger toegang garanderen tot betaalbare, duurzame en waardige huisvesting en tegelijkertijd de huidige energie-uitdagingen aangaan.

Tijdens een vraag-en-antwoordsessie die

meer dan twee uur duurde, erkende Dan Jørgensen dat de crisis rond de toegang tot huisvesting alomtegenwoordig is geworden, met een dringende behoefte aan concrete actie. Hij heeft beloofd een "European Affordable Housing Plan" aan te nemen tijdens zijn eerste 100 dagen in functie. Dit plan zal een investeringsplatform omvatten, in samenwerking met de Europese Investeringsbank (EIB), en zal gericht zijn op het delen van beste praktijken, het opleiden van geschoolde arbeidskrachten en het voorzien in de specifieke behoeften van de zwaarst getroffen regio's. Tegelijkertijd wordt de "European Housing Alliance" opgericht om de verschillende behoeften en belemmeringen voor investeringen in betaalbare huisvesting in kaart te brengen. Om deze twee projecten tot een succes te maken, vertrouwt Dan Jørgensen op een constructieve dialoog met alle belanghebbenden in de vastgoedsector.

" Dan Jørgensen erkende dat de crisis in de toegang tot huisvesting alomtegenwoordig is geworden en dat er dringend behoefte is aan concrete actie. "

Het overgrote deel van de oplossing voor de financiering van de renovatie van het gebouwenbestand ligt in de handen van de lidstaten. In dit verband wil de Europese Commissie het Europese kader voor staatssteun herzien om druk uit te oefenen op landen om meer steun te geven aan renovatie. De Commissie zal ook de optie van hypotheken voor renovatie en duurzaam bouwen onderzoeken, door middel van een Europees kader voor groene leningen, en de kosten van leningen voor renovatie verlagen door middel van een herziening van de richtlijn hypothecaire leningen.

Bouw van nieuwe woningen

De Europese Commissie wil haar strategie voor betaalbare, duurzame en waardige huisvesting ook implementeren door middel van een strategie voor woningbouw. Concreet moet deze strategie de belemmeringen wegnemen voor de invoering van geïndustrialiseerde technieken en digitalisering om de bouwkosten te verlagen, de vaardigheden van werknemers te vergroten, de productiviteit te verhogen en de milieuprestaties van de bouw te verbeteren.

Conclusie en toekomstige verplichtingen

De hoorzitting van Dan Jørgensen markeert een essentieel keerpunt in de Europese benadering van huisvesting. Hij wordt de eerste Europese Commissaris voor Huisvesting. Dankzij een Europese Alliantie zal het mogelijk zijn om de specifieke behoeften te identificeren en de obstakels voor het verkrijgen van betaalbare en duurzame huisvesting voor elke Europese burger uit de weg te ruimen. Tegelijkertijd zal een strategie voor de bouw van nieuwe woningen erop gericht zijn om belemmeringen voor geïndustrialiseerde technieken weg te nemen en zo de renovatiekosten te verlagen. Tot slot zal de Raad aanbevelingen en richtsnoeren geven aan de lidstaten over hoe ze de bouw van nieuwe woningen kunnen ondersteunen en de toegang tot betaalbare en duurzame huisvesting kunnen garanderen.

Embuild zal de acties van de Europese Commissaris voor Huisvesting op de voet volgen en zal jou zeker op de hoogte houden van toekomstige ontwikkelingen over dit onderwerp, dat een belangrijke prioriteit is voor onze beroepsfederatie.

Dan Jørgensen zal de eerste zijn om de functie van Europees Commissaris voor Huisvesting te bekleden in de Commissie-von der Leyen II.

ALTIJD MEE, PRO EN PRIVÉ

Je bent je eigen baas en je werkt elke dag hard voor je klanten. Je verwacht terecht ook het beste van je partners. Bij Federale Verzekering zetten we ons al meer dan 100 jaar in voor ondernemers zoals jij. We beschermen kostbare en onmisbare machines, maar ook je aansprakelijkheid. Een aanvullend pensioen? Daar hebben we de oplossingen voor. En natuurlijk ben je niet enkel ondernemer. We beschermen dan ook je gezinswoning en je familie... en we zorgen voor het spaarpotje voor je oogappel!

Federale Verzekering. Altijd mee, pro en privé. Meer info op federale.be

Raadpleeg altijd de algemene voorwaarden alsook de financiële en technische infofiches voor je intekent op een product leven. Federale Verzekering – V.U: Tom De Troch – Stoofstraat 12 – 1000 Brussel  - www.federale.be - Gemeenschappelijke Kas voor Verzekering tegen Arbeidsongevallen - Vereniging van Onderlinge LevensverzekeringenCoöperatieve Vennootschap voor Verzekering tegen Ongevallen, Brand, Burgerlijke Aansprakelijkheid en Diverse Risico’s CV - RPR Brussel BTW BE 0407.963.786/BE 0408.183.324/ BE 0403.257.506.

Collectieve renovatie van privéwoningen

Om tegen 2050 koolstofneutraliteit te bereiken, moeten we het renovatietempo voor woningen verdrievoudigen of zelfs verviervoudigen. De uitdaging is kolossaal. Om dit te bereiken is het idee van collectieve renovatie, per wijk of voor mede-eigendommen, interessant. Deze oplossing wordt ook bepleit door onze gewestelijke entiteiten in hun lobbywerk bij de verschillende regeringen. Er lopen projecten hierover in de drie gewesten van ons land. We leggen het allemaal uit in het dossier van deze maand.

Vlaamse focus op collectieve renovatie

Het regeerakkoord voor 2024-2029 van de nieuwe Vlaamse regering streeft naar een forse vermindering van het aantal woningen met de minst zuinige energielabels en wil die reductie versnellen door in heel Vlaanderen laagdrempelige collectieve renovatieprogramma’s uit te rollen. De regering wil dat doen via groepsaankopen met de Mijn VerbouwLening als prefinanciering.

Tegelijk wil de nieuwe regering inzetten op de opmaak van renovatiemasterplannen voor appartementsgebouwen. Daarvoor wil zij de instrumenten verfijnen die de renovatie van appartementsgebouwen ondersteunen. Bovendien worden verenigingen van mede-eigenaars een belangrijke doelgroep van Mijn VerbouwBegeleiding. Uit de praktijk is immers gebleken dat de begeleiding van (mede-)eigenaars cruciaal is om de beoogde collectieve renovatie op gang te brengen.

Ook Vlaams minister Melissa Depraetere wil in haar beleidsnota 2024-2029 voor wonen massaal inzetten op een collectieve aanpak. Voor de collectieve renovatie van sociale woningen zal zij verder oproepen Design & Renovate lanceren voor het ontwerp en de uitvoering van modulaire gevelrenovaties. Sociale woonwijken bieden als pluspunt dat

Een thema dat centraal staat

in de prioriteiten van onze gewestelijke entiteiten

Het thema van dit dossier is duidelijk gewestelijk. Om te beginnen hebben we contact opgenomen met Embuild Vlaanderen, Embuild.Brussels en Embuild Wallonie om hun visie op het onderwerp te weten te komen, wat ze doen en of er politieke plannen zijn om collectieve renovatie te promoten en of er projecten/actieplannen zijn gelanceerd en gesubsidieerd door de verschillende regeringen.

zij doorgaans uit gelijkaardige woningtypes bestaan.

Bovendien wil minister Depraetere ook op de private woonmarkt groepsaankopen en collectieve renovaties stimuleren, waarmee zij eigenaars wil ontzorgen en renovaties tegen een lagere prijs kunnen aanbieden. De

collectieve renovatie van private wijken is wel minder evident dan die van sociale woonwijken.

Johan Vanden Driessche, projectcoördinator Energie van Embuild Vlaanderen, legt uit: “Die wijken bestaan vaak uit uiteenlopende woontypes. Vaak stammen zij uit verschillen-

de bouwperiodes en hebben zij al een divers renovatietraject achter de rug. De financiële mogelijkheden van de bewoners zijn eveneens verschillend: sommigen kunnen een renovatie betalen maar anderen niet. En ook de timing van de plannen van huurders en eigenaars om te kopen of te verkopen kan sterk afwijken.

Bij een wijkrenovatie volstaat het bijvoorbeeld dat slechts een deel van de eigenaars de ramen wil vernieuwen of pv-panelen wil laten plaatsen om een collectief project te laten doorgaan. Maar een grondige en grootschalige wijkrenovatie is een bijzonder moeilijke aangelegenheid. De meeste initiatieven tot nu toe, zoals de burenpremie of wijkrenovatieprojecten (die van de proeftuin Renoseec bijvoorbeeld), zijn tot nu toe kleinschalig gebleken.

Voor de grondige renovatie van een flatgebouw is daarentegen een twee derde meerderheid van de eigenaars vereist. In ons project CondoReno hebben wij hiertoe een stappenplan uitgewerkt. In dit project zijn 80 casestudy’s opgenomen om de renovatie-

modellen in de praktijk te testen en te verbeteren.”

Naast wijkrenovaties wil de Vlaamse minister van Wonen ook de renovatie van private flatgebouwen aanpakken. In haar beleidsnota voor 2024-2029 schrijf zij hierover het volgende: “Oudere appartementsgebouwen kampen vaak met een lage energie-efficiëntie en met woningkwaliteitsgebreken. Tegelijkertijd is renovatie voor dit type gebouwen complex. Om Verenigingen van Mede-eigenaars (VME’s) te overtuigen tot een renovatie, versterk ik de ondersteuning via renovatiemasterplannen. Nadat een VME beslist heeft te renoveren, voorzie ik dat men bij de uitvoering verder een beroep kan doen op de Mijn VerbouwBegeleiding.”

Brussel

In Brussel zullen tegen 2030 alle woningen hun EPB-certificaat moeten hebben en tegen 1 januari 2033 zullen woningen met EPB F- en G-certificaten niet langer toegelaten zijn. 55% van alle woningen in Brussel worden beheerd als mede-eigendom, met een gemiddelde van 11,5 eenheden per gebouw. Minder dan 4% van deze mede-eigendommen heeft een EPB lager dan C. "Collectieve renovatie van woningen is dus een interessante manier om de energieprestaties van gebouwen te verbeteren, en het blijft een van de prioriteiten van de verschillende politieke partijen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest", zegt Laurent Schiltz, secretaris-generaal van Embuild. Brussels. "De contacten die we hebben gehad met de formateurs van de volgende Brusselse regering bevestigen de interesse om te werken aan collectieve renovatie, grootschalige uitrol per wijk, om het renovatietempo van gebouwen in Brussel te versnellen. Op dit moment (eind november 2024) wachten we nog steeds op een Brusselse regering. Daarom is het in dit stadium moeilijk om een duidelijk beeld te krijgen van de budgetten die zullen worden toegewezen aan de renovatie van gebouwen en aan dit thema van collectieve renovatie. Maar de intentie om RENOLUTION, de renovatiestrategie voor Brusselse gebouwen, te bestendigen en te versterken, blijft de prioriteit van de sector en zeker van Embuild. Brussels", benadrukt Laurent Schiltz.

RENOLUTION/RENOLAB.id

Als onderdeel van deze strategie zijn er twee acties ondernomen met betrekking tot mede-eigendommen. "Ten eerste, de

introductie van de Facilitator Mede-eigendom om advies te geven aan mede-eigendommen met niet-professionele syndici, vanaf het maken van een energieaudit die op de AV wordt gepresenteerd tot de voltooiing van de werken. En ten tweede, het bouwen van een Copro-pakket voor mede-eigendommen met niet-professionele syndicus, met een juridisch backoffice en informatie- en opleidingsmateriaal", legt de secretaris-generaal van Embuild.Brussels uit.

Er is ook een werkgroep opgericht binnen de Alliantie RENOLUTION om te kijken naar collectieve renovatie, met name per wijk. Die werkgroep wordt aangestuurd door Brulocalis, een vzw ten dienste van lokale overheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Daarnaast hebben proefprojecten steun ontvangen in het kader van het RENOLAB.id-programma, dat ideeën en projecten ondersteunt die belemmeringen voor de duurzame en circulaire renovatie van gebouwen in Brussel uit de weg helpen ruimen.

Deze projecten omvatten onder andere Renov-Roue-Rad, gerund door de vzw Het Collectief van ‘t Rad. Het doel van dit proefproject was om de Tuinwijk van Het Rad in Anderlecht energetisch en collectief te renoveren. Het bood technische en administratieve begeleiding en mobiliseerde alle betrokken spelers om het renovatietraject en de inclusieve financiële constructie te vergemakkelijken en daarbij de kansen die een warmtenet biedt te integreren. De geleerde lessen qua begeleidingsdienst en bedrijfsmodel zijn in een structuur gegoten om ervoor te zorgen dat de diensten en de voorwaarden voor reproduceerbaarheid economisch bestendigd worden.

Dit project is aantrekkelijk voor zowel particulieren als bouwprofessionals. Het toont het volledige potentieel van de grootschalige dimensie inzake het stroomlijnen van administratieve procedures en stedenbouwkundige formaliteiten en het verminderen van kosten, tijd en energie in elke fase van het renovatieproces. Er werd daarnaast ook gewezen op de noodzaak om de regelgeving voor het aanvragen van collectieve vergunningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te wijzigen, met het oog op de grootschalige renovatie van gebouwen.

Waalse Gewest

In het Waalse Gewest heeft momenteel slechts 0,5% van de eengezinswoningen en

2,5% van de appartementen het EPB A, A+ of A++ label. "Om in 2050 een EPB A voor het hele gebouwenbestand te bereiken, moeten we dus 20 woningen per uur renoveren. De omvang van de taak is enorm en de weg van collectieve renovaties, per wijk of voor mede-eigendommen, is duidelijk een zeer interessante weg om dit doel te bereiken,” benadrukt Hugues Kempeneers, directeur-generaal van Embuild Wallonie.

Als het gaat om wijkrenovatie is een project als Reno+ (zie pagina 26-27), dat net is afgerond, in meer dan één opzicht interessant. “Embuild Wallonie steunt uiteraard dit project, maar stelt de volgende vraag aan de regering: welk gevolg zal er gegeven worden aan Reno+? Hoewel de economische toestand in Wallonië moeilijk is, moeten er oplossingen worden gevonden om de renovatie van de Waalse gebouwen te versnellen en het op grote schaal renoveren is een te ontwikkelen denkspoor. We hebben hierover gesproken met de Waalse regering, we verwachten richtsnoeren. In de gewestelijke beleidsverklaring wordt gesteld dat Wallonië de renovatie van woningen wil stimuleren en initiatieven van het type Reno+ zal aanmoedigen die gericht zijn op meer isolatie en renovatie per straat, wijk of gebouw, om zo schaalvoordelen te genereren (en dus de renovatiekosten te verlagen) en de samenhang van projecten op

" De nieuwe Vlaamse regering wil inzetten op de opmaak van renovatiemasterplannen voor appartementsgebouwen. "
" De contacten die we hebben gehad met de formateurs van de volgende Brusselse regering bevestigen de interesse om te werken aan collectieve renovatie."

dezelfde locatie te vergroten. De sector van zijn kant zal tijdelijk doorgaan met dit soort wijkrenovatieprojecten, om ervoor te zorgen dat het momentum niet verloren gaat. De gewestelijke beleidsverklaring geeft ook aan dat er een rationalisatie van de renovatiesteunregelingen is gepland, die zal worden uitgevoerd om de renovaties per wijk te versterken", zegt de directeur van onze Waalse gewestelijke entiteit.

"Als het gaat om het renoveren van mede-eigendommen of appartementen, ligt de moeilijkheid bij de besluitvorming. Er zijn verschillende projecten gelanceerd. De Waalse overheid toont hiervoor interesse.” In de gewestelijke beleidsverklaring staat dat de regering ook zal zorgen voor een drastische vereenvoudiging van de gewestelijke steun om de Walen aan te moedigen het aantal jaarlijkse renovaties minstens te verdrievoudigen. Ze zal de toegang tot gewestelijke steun voor mede-eigendommen, wooncoöperaties en lichte woningen vergemakkelijken.

Renobatex.ID

In het kader van de projectoproep Renobatex.ID, die deel uitmaakt van het Waalse herstelplan en tot doel heeft innovatieve oplossingen voor energierenovatie te ondersteunen, hebben verschillende collectieve renovatieprojecten effectief subsidies ontvangen en die zijn nu aan de gang. Hierbij enkele voorbeelden. Houd er rekening mee dat de lijst niet volledig is.

Op het vlak van wijkrenovatie is dit met name het geval bij "Rue Novation", in Namen. Deze renovatie wordt gecoördineerd door de stad Namen en de vzw “Ceinture Energétique Namuroise (CEN)” om mensen bewust te maken van het belang van energierenovatie, en de vzw En'Hestia voor gratis woningaudits en technische en financiële begeleiding voor renovatiekandidaten. Met dit project heeft de Waalse hoofdstad zich drie doelen gesteld: het mogelijk maken om woningen via een groepsaankoop te renoveren om de uitstoot van broeikasgassen door de woonsector te verminderen, de energierenovatie van woningen te versnellen en de bewoners de mogelijkheid te bieden om eigenaar te worden van de kwestie in plaats van eraan onderworpen te worden. Het bestaat uit drie fasen: territoriale diagnose, mobilisatie/bewustmaking en audit/begeleiding.

Wat de mede-eigendommen betreft, noemen we eerst het project Objectif Réno Copro.

Het wordt in het bijzonder gesteund door de vzw CAP Construction, het Waalse netwerk voor duurzaam bouwen. Het doel is om een geïntegreerde begeleidingsdienst (renovatie van a tot z) voor mede-eigendommen te ontwikkelen en te testen om het renovatieproces te vergemakkelijken en dan ook te versnellen door sociale, technische en juridische vaardigheden te combineren in een multidisciplinair team. Het heeft vier doelstellingen: het ondersteunen van mede-eigendommen en syndici bij hun renovatie-inspanningen door de ontwikkeling van specifieke hulpmiddelen en speciale media; het vergroten van het bewustzijn onder mede-eigenaren, met bijzondere aandacht voor hun motivatie om te renoveren; het identificeren en testen van de hefbomen die kunnen worden gebruikt om werkzaamheden te activeren die energierenovatie inhouden; en het aanbieden van een versnelde stemprocedure op algemene vergaderingen om het proces te versnellen.

In de sector van de mede-eigendommen is er ook het project Syndic Réno Support met in het bijzonder de vzw Fédéria, de federatie van Franstalige vastgoedmakelaars. Het doel is om de energierenovatie van mede-eigendommen te versnellen en tegelijkertijd de duurzaamheid van het gebouw te waarborgen in alle aspecten van de circulaire economie en milieu-, welzijns- en gezondheidskwesties, en door de proactieve rol van syndici te activeren. Er zijn een aantal doelstellingen: syndici bewust maken van de kwestie, hen informeren, begeleiden, hun vaardigheden verbeteren, netwerken bouwen en tot slot de tastbare resultaten van de verstrekte training en begeleiding meten.

Wat de financiering betreft, vermelden we tot slot het project RENOMUT (Mutuelle financière de rénovation). Het wordt onder andere gesteund door Embuild Wallonie en GreenWin, de Waalse concurrentiekrachtcluster. Het bestaat uit het ontwerpen en testen van een of meer innovatieve oplossingen die effectief tegemoetkomen aan onvoldoende vervulde behoeften op het vlak van de financiering van grootschalige energierenovatie van privéwoningen. Het heeft een drievoudige doelstelling: het wegnemen van belemmeringen voor renovatie (technische of financiële obstakels) en het aanbieden van financiering die qua omvang geschikt is en zodanig gekalibreerd is dat de solvabiliteit van de huishoudens verzekerd is en hun levensstandaard niet wordt aangetast.

Voorlopige conclusies van het CondoReno-project

Om te voldoen aan de klimaatdoelstellingen voor 2050 moet een doorgedreven renovatiegolf tot stand komen. Daarvoor is er nood aan bedrijven die totaalrenovaties aanbieden. Deze geïntegreerde renovatiediensten (Integrated Home Renovation Services of IHRS) richten zich tot nu toe vooral tot individuele huiseigenaars en veel minder tot eigenaars van flatgebouwen. Het project

CondoReno wil die bedrijven vertrouwd maken met het werken voor gebouwen in mede-eigendom en heeft al duidelijk gemaakt op welke knelpunten zij dan stuiten en hoe zij die kunnen oplossen.

In de steden is het merendeel van de gebouwen eigendom van verenigingen van mede-eigenaars (VME). Maar de besluitvorming bij die eigenaars verloopt doorgaans moeizaam. De renovaties van flatgebouwen verlopen dan ook te traag. In het najaar van 2024 heeft Embuild (zelf partner van het CondoReno-project) nog een lerend netwerk over deze renovatieactiviteit opgezet.

Dit lerend netwerk bestond uit vier sessies: eerst een marktverkenning, dan een zoektocht naar de mogelijke bedrijfsmodellen voor de uitvoering van de renovaties, vervolgens een verkenning van de mogelijke tools voor de berekening van een kostenoptimum en een verkenning van de bestaande financieringsmechanismen, en tenslotte een sessie over de mogelijkheid van een integrale aanpakkwaliteit en van prestatiegaranties. Deze sessies gingen telkens gepaard met praktijkgetuigenissen van actoren die al nauw bij de renovatie van appartementen betrokken zijn.

Voornaamste hinderpalen

Johan Vanden Driessche, projectcoördinator Energie bij Embuild Vlaanderen, ziet voornamelijk drie hinderpalen om tot de renovatie van een flatgebouw over te gaan: “Een eerste hindernis is vaak het gebrek aan interesse vanwege de mede-eigenaars. Waarom zouden zij die renovaties laten uitvoeren? De syndici spelen een belangrijke rol om de eigenaars over de vereiste renovaties te informeren, om bij hen de renovatiebehoeften te capteren en om hen van de renovatienoodzaak te overtuigen.

Lokale overheden kunnen door hun re-

gelgeving maar vooral door hun coaches de renovatie van flatgebouwen extra stimuleren. Zo kwam op een van de CondoReno-sessies van het najaar het Energiehuis van de stad Antwerpen getuigen hoe zij op basis van een routekaart de mede-eigenaars door de complexe vereisten van een flatgebouwrenovatie helpen navigeren. De renovatiecoaches van het Energiehuis ondersteunen vooral de eerste fasen van de roadmap (van de interesse tot de masterplanstudie). Maar ook daarna is verdere begeleiding nodig om te vermijden dat het traject stilvalt.

Op zoek naar financiering

Een tweede hinderpaal is het gebrek aan middelen. Met de steun van de financiële sector en eveneens van de lokale overheden kunnen de syndici de eigenaars hierover adviseren. Daarbij komt het er vooral op aan om tegenover de kosten ook de financiële baten

Johan Vanden Driessche op een van de informatiesessies van het project CondoReno.

"

De besluitvorming bij de medeeigenaars verloopt doorgaans moeizaam en de renovaties van flatgebouwen verlopen dan ook te traag."

te stellen. Hoeveel gaat het bijvoorbeeld kosten als de renovatie wordt af- of uitgesteld? Hoeveel zal het appartement dan in vastgoedwaarde verminderen?

renovatieproces een roadmap moeten worden uitgewerkt. Een conditiestaatmeting zal de meest urgente werken oplijsten. Een meerjarenonderhoudsplan helpt om de wettelijke verplichtingen en de noodzakelijke vervangingsinvesteringen in kaart te brengen. Johan Vanden Driessche: “Vaak beseffen mede-eigenaars pas dat hun gebouw problemen heeft als herstelwerken zich echt opdringen. Dan pas komen zij in actie. Maar zij weten dan vaak niet met welke werken zij moeten beginnen. Daarnaast beseffen mede-eigenaars dat ze richting 2050 hun gebouw energiezuinig moeten maken. Maar ook daar weten ze niet hoe ze dit moeten aanpakken. Een renovatiemasterplan zal hen daarbij ondersteunen en zal uiteindelijk de basis vormen voor de investeringsbeslissingen van de algemene vergadering van mede-eigenaars. Die vergadering zal uiteindelijk beslissen welke werken effectief worden uitgevoerd en met welke snelheid.”

Het project CondoReno omvat diverse partners uit Nederland, Frankrijk en Vlaanderen. Vanuit Vlaanderen nemen onder meer de steden Antwerpen, Mechelen en Oostende aan het project deel, evenals Embuild Vlaanderen. Het project loopt nog tot en met 30 september 2026. Geïnteresseerd om deel te nemen? Mail naar johan.vandendriessche@ embuild.be. In het voorjaar van 2025 organiseert Embuild Vlaanderen nog een lerend netwerk rond ditzelfde thema in het kader van het TOPICSprogramma. Ook daarvoor kan u zich nu al aanmelden bij Johan Vanden Driessche.

Uit gesprekken met mede-eigenaars is bijvoorbeeld gebleken dat het effect op de vastgoedwaarde van hun gebouw een belangrijk argument is om te beslissen om al dan niet een renovatiemasterplan te laten opmaken. De algemene tendens is trouwens dat gebouwen die energetisch slecht presteren, aan marktwaarde zullen inboeten. Maar houd er rekening mee dat na zo’n plan altijd appartementen te koop staan: zowel mensen die willen verkopen omdat zij de meerkost niet aankunnen, als mensen die willen kopen omdat ze weten dat het gerenoveerde gebouw een goede investering zal zijn.

Een derde hinderpaal is de nood aan ontzorging van de VME: (lokale) besturen kunnen de mede-eigenaars in contact brengen met geeigende renovatie-aannemers, syndici kunnen hen helpen met het plannen en laten uitvoeren van de werken en de aannemers kunnen daarbij garant staan voor de te leveren (energie) prestaties en de uitvoeringskwaliteit.”

Stappenplan met beschikbare instrumenten

Bij de renovatie van een flatgebouw komt het er in eerste instantie op aan om de bouwen installatietechnische aspecten van het gebouw in kaart te brengen maar tegelijk om de desiderata van eigenaars en bewoners te achterhalen. Op basis daarvan zal voor het

Renovatiekost per appartement

Bij de renovatie van een flatgebouw is het cruciaal om aan de eigenaars inzicht te verschaffen in de renovatiekost per appartement. Verder is het belangrijk om de verschillende financieringsmogelijkheden voor de uit te voeren renovatie te overlopen. Kunnen de eigenaars daarvoor een beroep doen op premies en in welke mate? Is het mogelijk om daarvoor leningen aan te gaan en welke? Op een van de CondoReno-sessies stelde KBC bijvoorbeeld haar VME-lening voor. Dat is een pandgebonden lening met een minimum van 100.000 euro. De looptijd bedraagt maximaal 25 jaar. Tenslotte zullen de mede-eigenaars zich voor de uitvoering moeten uitspreken over de toepasselijke businessmodellen. Zullen de verschillende werken achtereenvolgens op een klassieke manier worden aanbesteed? Of verkiezen zij eerder een gecoördineerde aanpak met iemand die het volledige proces begeleidt? Of willen zij een bouwteamaanpak volgens de Design & Build- of de Design, Build & Maintain-formule? Of kunnen zij een beroep doen op een ESCO (Energy Service Company)? Uit de CondoReno-gesprekken is bijvoorbeeld gebleken dat deze laatste formule voor private flatgebouwen minder geschikt is.

Renovatie van een flatgebouw in Antwerpen
copyright@stad
Antwerpen

Mede-eigenom en energetische renovaties : onze bedrijven klaar om de uitdagingen aan te pakken

Het Salon van de Mede-eigendom, dat half november plaatsvond in het Paleis 10 van Brussels Expo, was een gelegenheid om de balans op te maken van de toestand van de mede-eigendommen en van de begeleiding en de instrumenten die hen kunnen helpen de uitdaging aan te gaan om de gemiddelde energiebehoeften van Brusselse woningen met een factor drie te verminderen.

M" Het is ook vaak nodig om alle medeeigenaars te overtuigen en te coördineren om hun instemming met de werken te verkrijgen. "

ede-eigendommen maken meer dan 55% uit van de woningen in Brussel en volgens cijfers van de KBO zijn er ongeveer 23 349 Verenigingen van Mede-eigenaars (VME's) in het gewest die beheerd worden door zowel professionele als niet-professionele syndici. Dit cijfer omvat echter niet de vele mede-eigendommen die niet geregistreerd zijn bij de KBO. Als het aankomt op energierenovatie, zijn de uitdagingen waar mede-eigendommen mee te maken krijgen identiek aan die van eengezinswoningen, maar ze zijn nijpender. Het gebrek aan kennis over energierenovatieverplichtingen, de talrijke administratieve procedures en de financieringskwesties worden versterkt.

Om mede-eigendommen te helpen met deze moeilijkheden om te gaan, heeft de Alliantie Renolution een reeks gratis begeleidingsdiensten ontwikkeld. Sinds 2021 verenigt deze alliantie een honderdtal publieke, private en vrijwilligersorganisaties die betrokken zijn bij de renovatiestrategie van gebouwen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Op het Salon van de Mede-eigendom schetste Charline Richard, copiloot van de Werkgroep Mede-eigendom van Renolution, de verplichtingen van mede-eigendommen op het vlak van energierenovatie en presenteerde ze de praktische hulpmiddelen die beschikbaar zijn om hen te helpen voldoen aan de verplichtingen die zijn vastgelegd in het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing (BWLKE).

Gedaan met energieverslindende woningen

Deze tekst vormt de wettelijke basis voor een aantal gewestelijke maatregelen inzake energie-efficiëntie en onderging op 7 maart 2024 een grondige herziening om een einde te maken aan energieverslindende woningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Tegen 2030 moeten alle gebouwen hun EPB-certificaat hebben behaald en in 2033 moeten deze certificaten een EPB-peil bereiken van maximaal 275 kWh/m2/jaar). Vanaf 1 januari 2033 zijn woningen met een EPB F- en G-certificaat dus niet langer toegestaan.

De Facilitator Duurzaam Bouwen is een van de begeleidingsdiensten die Renolution aanbiedt. Deze gratis multidisciplinaire helpdesk ondersteunt professionals in de bouwsector. Onafhankelijke experts bieden advies en hulp in elke fase van hun project. "In onze missie om mede-eigendommen te begeleiden, bieden we een vereenvoudigde dienstverlening voor ondersteuning van de opdrachtgever aan", legt Xavier Pynnaert, facilitator mede-eigendommen/duurzaam bouwen, uit. "In slechts een paar A4’tjes zetten we een aantal aanbevelingen uiteen om een kader te bieden voor de werken. Helaas moet gezegd worden dat met dit minibestek zelden rekening werd gehouden door de ondernemingen, die reageerden zoals gewoonlijk. Ofwel was de dikte van de isolatie niet hetzelfde, ofwel stonden de voorgestelde details niet in de offerte... In de meeste gevallen begrepen de mede-eigenaars dat ze een architect moesten inschakelen om een bestek met een coherente beschrijving te krijgen. In dit geval, met een solidere wettelijke basis, leven de ondernemingen het borderel na.”

Karel Derde was ook aanwezig in Paleis 10 van Brussels Expo, waar het Salon van de Mede-eigendom plaatsvond. Zijn bedrijf, Derde Construct, is al sinds 1995 een partner voor syndici en beheerders van gebouwen en reageert regelmatig op offerteaanvragen voor energierenovatiewerkzaamheden. Dit omvat dakwerken (waterdicht maken en isoleren) en gevelwerken (isoleren en bepleisteren of bekleden). “VME’s zijn goed voor 60% van de klanten in onze orderportefeuille”, vertelde de gedelegeerd bestuurder ons. "De regio waar we het meest actief zijn ligt tussen de as Antwerpen-Brussel-Charleroi en de kust. Maar we accepteren werk in het hele land. 2024 heeft aangetoond dat de klimaatverandering een grote invloed zal hebben op onze werkzaamheden. Zowel hevige regen als warm weer beïnvloeden de toepassing van waterdichtingsproducten. Voor syndici en beheerders van gebouwen voeren we werkzaamheden uit waarvoor geen standaardoplossingen bestaan.”

Watt Matters

Het in Brussel gevestigde Watt Matters is dan weer gespecialiseerd in het ontwerp, de installatie, financiering en exploitatie van energieopwekkende faciliteiten voor mede-eigendommen en openbare gebouwen. "Als DBFMO-bedrijf (Design, Build, Finance, Maintain, Operate) spelen we een sleutelrol in de hele levenscyclus van een project, van de ontwerpfase tot het onderhoud van de faciliteiten”, benadrukt Benoit Cozannet, Sales Manager. "Concreet betekent dit dat Watt Matters niet alleen het ontwerp van de werken, als studiebureau, en de bouw van de installaties, als aannemer, voor zijn rekening neemt, maar ook de financiering, via derdenfinanciering, en ten slotte de exploitatie en het onderhoud op lange

termijn. De rol van Watt Matters is om ervoor te zorgen dat projecten goed worden ontworpen en vervolgens goed worden uitgevoerd en gemonitord. We doen interventies om ervoor te zorgen dat de energie-installaties worden geoptimaliseerd en dat hun prestaties in stand worden gehouden. Deze manier van werken garandeert dat opdrachtgevers het best mogelijke ontwerp krijgen, omdat we na de bouw nog een aantal jaren bij de faciliteiten betrokken blijven met onderhoudscontracten.”

Energierenovatieprojecten in mede-eigendommen brengen een aantal specifieke uitdagingen met zich mee, zoals de variatie in behoeften en gebouwgroottes, wat de planning en uitvoering van het werk bemoeilijkt. "Het is ook vaak nodig om alle mede-eigenaars te overtuigen en te coördineren om hun instemming met de werken te verkrijgen. Dit proces kan lang duren en een bron van spanning zijn, omdat de belangen van de verschillende mede-eigenaars uiteen kunnen lopen", vervolgt Benoit Cozannet. "Oudere gebouwen kunnen complexe infrastructuren hebben die technische oplossingen op maat vereisen. Daarnaast is de bouwplaatslogistiek in mede-eigendommen vaak complexer, vanwege de beperkte toegang, het samenwonen met andere bewoners en beperkingen die te maken hebben met het beheer van gemeenschappelijke ruimten.”

In mede-eigendommen, waar het onderhoudsbeheer wordt gedeeld, is het essentieel om de energieprestaties op de lange termijn nauwlettend in de gaten te houden om te garanderen dat de investering rendeert. Er zijn dus heel wat uitdagingen voor onze bedrijven bij dit soort van werken. Maar zij staan klaar om ze aan te gaan en om actief deel te nemen aan de renovatie van de Brusselse mede-eigendommen.

Energierenovatieprojecten in mede-eigendommen brengen een aantal specifieke uitdagingen met zich mee, zoals de variatie in behoeften en gebouwgroottes, wat de planning en uitvoering van het werk bemoeilijkt.

Xavier Pynnaert is de facilitator mede-eigendommen/ duurzaam bouwen binnen de Alliantie Renolution.

Het Reno+-project, grootschalige renovatie om het renovatietempo te versnellen

In Wallonië werd het Reno+-proefproject, dat grootschalige energierenovatie test en ermee experimenteert, eind oktober afgerond in Braine-l'Alleud.

Ondersteund door Embuild Wallonie, Buildwise en GreenWin, en gefinancierd door het Waals Gewest, heeft het project het mogelijk gemaakt om in 18 woningen binnenisolatiewerkzaamheden en de aanpassing van gas- en elektriciteitsinstallaties uit te voeren en te standaardiseren. Uitleg en vooruitzichten.

Reno+ had tot doel de isolatiewerken van binnen uit te standaardiseren.

" Embuild Wallonie vond bedrijven die geïnteresseerd waren in deelname, waaronder vier plaatsers van isolatie, een elektricien en een chauffagist. "

Om de doelstellingen van de Green Deal in 2050 te halen, wordt momenteel gesproken over een verviervoudiging van het huidige renovatietempo. Een van de manieren om de werken te versnellen is daarom grootschalige renovatie. "Met de in mei 2022 ondertekende Reno+-overeenkomst was het doel om een servicemodel te ontwikkelen ter begeleiding van energierenovatie door middel van wijkrenovatie en dit model in de praktijk te testen", legt FLORENCE LEPROPRE , projectmanager bij Buildwise, uit. "Eerst en vooral moesten we het proces structureren en uitzoeken wie we wilden bereiken in de vijf soorten reacties op renovatie van de renovatiekandidaten: de zorgelozen, de rebellen, de radelozen, de groenen en de wakkere burgers. We concentreerden ons op de derde categorie en mogelijk de laatste twee. Ons motto was om alles te ontwikkelen op maat van de renovatiekandidaat, met één aan-

spreekpunt, omdat begeleiding een van de manieren is om de renovatie te versnellen.”

Grondvesten van het project

Bij het ontstaan van het project waren andere parameters belangrijk om de basis voor Reno+ te leggen. "We wilden standaardiseren, d.w.z. in elke woning hetzelfde soort werk uitvoeren, in dit geval isolatie van binnenuit, eventueel voorafgegaan door het aanpassen van de elektriciteits- en gassystemen om in aanmerking te komen voor premies. Geen maatwerk, gewoon massaproductie! We moesten digitale hulpmiddelen hebben om heel snel te weten te komen of het pand wel of niet in aanmerking kwam voor het werk dat we hadden bepaald. Uiteindelijk was het opbouwen van een vertrouwensrelatie tussen de renovatiekandidaat en de Reno+-adviseur cruciaal”, aldus Florence Lepropre. "Daarnaast hebben we een hele reeks tools ontwikkeld, waaronder een website, een tool voor prijsramingen, premies en bestekken en de tool jerenovemamaison.be waarmee de renovatiekandidaat meer te weten kan komen over zijn renovatietraject.”

Toen deze structuur eenmaal goed was opgezet, ging Buildwise op zoek naar een geinteresseerde gemeente, met een team van twee Reno+-adviseurs en drie mensen om de technische aspecten van de projecten te monitoren. "Van onze kant heeft Embuild Wallonie bedrijven gevonden die geïnteresseerd waren in deelname, waaronder vier plaatsers van isolatie, een elektricien en een chauffagist. En we hebben een samenwerking opgezet met de (Waalse maatschappij voor sociaal krediet) om de financiering van projecten te vergemakkelijken, met name de renteloze lening en de voorfinanciering van premies”, legt

NICOLAS SPIES uit. Hij is adviseur Energie en Renovatie bij Embuild Wallonie. "Belangrijk om te vermelden is dat we voor aanvragers die niet in aanmerking kwamen voor het door Reno+-voorgestelde werk, ook een samenwerkingsverband hadden opgezet met EN'Hestia, een lokaal platform voor energierenovatie dat het renovatiedossier opvolgde om niet-geselecteerde aanvragers niet te frustreren", aldus Florence Lepropre.

Braine l’Alleud

Het project landde uiteindelijk in Braine-l'Alleud. "De gemeente organiseerde een persconferentie en een grote lokale communicatiecampagne, die zeer goed werkte. Het is belangrijk om publieke steun te hebben voor dit soort initiatieven. Er konden dertig deelnemers instappen in het wijkrenovatieproject. 1754 mensen bezochten de website van het project, d.w.z. 10% van de huishoudens in de gemeente, 281 vulden de geschiktheidstest in, 83 kwamen in aanmerking en 18 bouwplaatsen werden uiteindelijk voltooid na 41 bezoeken, d.w.z. 50%", aldus Florence Lepropre.

Hoe verliep het proces concreet? "De mensen die in aanmerking kwamen, kregen een eerste bezoek van Reno+-adviseurs om het project uit te leggen. Met behulp van een 3D-camera werd een virtuele rondleiding gegenereerd en naar de energiedeskundige en de aannemer gestuurd. Terug op kantoor controleerde het technische ondersteuningsteam de technische ontvankelijkheid van de aanvraag voor de wijkrenovatie en de noodzaak om de gas- en/of elektriciteitsinstallatie aan te passen.”

Drie dagen werk

Zodra deze fase was afgerond, of afgewerkt in het geval van aanpassingswerken, en de renovatiekandidaat zich bereid toonde om verder te gaan na een woningaudit op afstand met een van de energiedeskundigen waarmee samengewerkt werd, maakte iemand van Reno+ een eerste voorlopig bestek, zodat de renovatiekandidaat kon beginnen met het zoeken naar financiering.

Daarna was er een bezoek voor de afgifte van het bestek zodat de renovatiekandidaat het voorlopige bestek kon bevestigen, dat vervolgens naar de aannemer werd gestuurd. Die maakte dan zijn definitieve bestek op basis van de virtuele rondleiding of op basis van een bouwplaatsbezoek als hij dat nodig achtte. Zodra de financiering voor de renovatie-

kandidaat was goedgekeurd, kon het project beginnen. "We leverden een checklist om de kwaliteit te toetsen en een illustratief bestek met do’s-and-don’ts. Het werk ging erg snel, gemiddeld drie dagen op de bouwplaats", zegt de projectmanager. "Aan het einde van de werken zorgden de adviseurs van Reno+ voor de oplevering, omdat het belangrijk is om op dat ogenblik een neutrale partij te hebben die de renovatiekandidaat bijstaat. De aannemer stuurde zijn factuur en wij beheerden het premieonderdeel door het dossier samen te stellen dat de renovatiekandidaat dan naar het Waals Gewest moest sturen.”

Enkele interessante cijfers: er zijn 18 bouwplaatsen uitgevoerd in de gemeente Braine-l'Alleud, voor een totaalbedrag van 146.504 euro exclusief btw. Voor de aanpassingen aan de gasinstallatie werd gemiddeld 1.650 euro exclusief btw uitgegeven, 1.575 euro exclusief btw voor elektriciteit en 7.340 euro exclusief btw voor isolatiewerkzaamheden.

Bereidheid om te bestendigen

Het Reno+-project werd eind oktober afgesloten. "Het is van vitaal belang om dit soort initiatieven voort te zetten. Embuild Wallonie is hierover momenteel in gesprek met de Waalse regering", benadrukt Nicolas Spies. Op sectorniveau is er een duidelijke wens om het project te bestendigen. "We moeten het voortzetten, ontwikkelen en promoten! Het wordt genoemd in de gewestelijke beleidsverklaring, maar er is momenteel geen overheidsproject van dit type gepland. De sector heeft daarom besloten er mee door te gaan", legt de projectmanager uit.

INFOS : www.renoplus.org

Het opbouwen van een vertrouwensrelatie tussen de renovatiekandidaat en de Reno+-adviseur was cruciaal.

" We leverden een checklist om de kwaliteit te toetsen en een voorbeeldbestek met do’s-anddon’ts. "

Meer financiële zekerheid na uw pensioen? Start vandaag met plannen!

U bent zelfstandige of ondernemer in de bouwsector. U weet als geen ander wat het betekent om hard te werken voor uw geld. Maar heeft u al nagedacht over uw koopkracht zodra u de pensioengerechtigde leeftijd bereikt?

Uw wettelijk pensioen zal namelijk niet voldoende zijn om uw levensstandaard te behouden: een alleenstaande zelfstandige met 45 jaar loopbaan ontvangt maximaal € 2.071,35 bruto per maand (voor een gezinshoofd is dat € 2.589,19)*.

Gelukkig zijn er verschillende oplossingen om uw pensioen aan te vullen. Afhankelijk van de gekozen spaaroplossing kunt u zelfs profiteren van fiscale voordelen**!

Wilt u meer weten over hoe u uw pensioen kunt opbouwen en uw koopkracht kunt behouden na uw carrière? We leggen het u uit in dit artikel.

Scan de QR code om ons artikel te ontdekken!

* Bron: Acerta

** De fiscale behandeling is afhankelijk van de individuele situatie van de klant en kan in de toekomst wijzigen.

"Stoemp", een niet te missen evenement voor de Brusselse bouwsector

De tweede editie van "Stoemp by The Brussels Construction Night" vond plaats in de Dome Eventhall op 29 november 2024. Het evenement, georganiseerd door Embuild.Brussels, bracht meer dan 500 professionals uit alle segmenten van de sector samen, bijna 70% meer deelnemers dan het eerste evenement in 2023.

De Brusselse bouwsector beleefde eind november 2024 dan ook een feestelijke avond. En wat is er beter dan een typisch lokaal gerecht, in dit geval stoemp, om alle Brusselse spelers in onze sector samen te brengen? De gasten konden overigens proeven van verschillende variaties op dit iconische gerecht van onze hoofdstad.

Prométhéa

Het publiek van de avond was zeer divers: aannemers, ontwikkelaars, architecten, studiebureaus, advocaten, leveranciers en politieke en economische besluitvormers. Veel beroepsfederaties waren ook aanwezig. Zoals tijdens de avond werd uitgelegd, konden we met dit evenement de vereniging Prométhéa steunen, zoals vorig jaar al het geval was. Deze vereniging zet zich al bijna 40 jaar in voor bedrijfsmecenaat op het vlak van cultuur en erfgoed in België en Brussel. Ze helpt de banden tussen het bedrijfsleven en de culturele sector te versterken en stimuleert zo creativiteit en economische ontwikkeling.

Kid Noize

Na het proeven van de dagschotel en het napraten rond de fraaie ronde tafels die voor de gelegenheid waren opgezet, maakte Kid Noize, de Brusselse dj die herkenbaar is aan zijn iconische apenmasker, van de avond een echt feest. De gesprekken werden voortgezet in een ontspannen en feestelijke sfeer. Alle ingrediënten waren dan ook aanwezig om van deze avond een echt succes te

maken. "Het succes van deze tweede editie bewijst het belang van dergelijke evenementen voor onze sector. Deze informele bijeenkomsten zijn essentieel om innovatie en samenwerking in onze bedrijfstak te stimuleren", aldus Alexandre De Cesco, voorzitter van Embuild.Brussels.

Jaarlijks vast evenement

Onze Brusselse gewestelijke entiteit kondigt daarom aan dat de "Stoemp" een vast jaarlijks evenement wordt, telkens gepland op de laatste vrijdag van november. De volgende editie staat al gepland voor vrijdag 28 november 2025 en belooft een nieuwe gelegenheid te worden voor ontmoeting om de samenwerking tussen de verschillende spelers in de sector te bevorderen, met als doel samen de uitdagingen aan te gaan waarmee de bouwsector in Brussel wordt geconfronteerd. Het Embuild.Brussels team kijkt er nu al naar uit om jou volgend jaar terug te zien.

Het evenement bracht meer dan 500 professionals uit alle segmenten van de sector samen.

Kid Noize, de Brusselse dj met het iconische apenmasker, maakte van de avond een echt feest.

Inspirerende digitale voorbeelden

Geen sector ontkomt eraan: digitalisering. Dus ook de bouw niet. Waar in een grijs verleden de bouw voornamelijk op vakmanschap en ambachtelijkheid dreef, valt nu IT-ondersteuning niet meer weg te denken. Met de adoptie van nieuwe digitale technologieën is de bouwsector aan een stevige inhaalslag bezig, zowel in de voorbereiding als in de bouw zelf als bij het gebruik en onderhoud nadien. In dit eerste artikel van twee richt Bas Sturm, bedrijfsadviseur bij het Team Bedrijfstrajecten, zich op innovaties bij de voorbereiding en het ontwerp.

Soms gaat digitalisering over eenvoudige zaken zoals een website, CRM- of ERP-systeem. Maar ook meer geavanceerde toepassingen hebben hun intrede gedaan. Denk maar aan BIM (Building Information Modeling). Daarnaast vinden ook Internet of Things (IoT), Augmented en Virtual Reality en Natural Language Processing steeds meer hun weg naar de bouwsector. Bij VLAIO (Vlaams Agentschap Innoveren & Ondernemen) zien ze deze evolutie vertaald in subsidiedossiers: ongeveer een kwart van aan de bouw gerelateerde ontwikkelingsprojecten heeft een digitale component. En ook veel startups komen met digitale oplossingen.

Digitale assistentie rond bouwvereisten

Bij het ontwerp van een gebouw komt heel wat kijken. De regelgeving is complex en aan verandering onderhevig. Dat bijhouden is uitdagend, tijdrovend en brengt steeds meer administratie met zich mee. En het gaat ook regelmatig fout: volgens een studie van KPMG is 12% van de bouwkosten toe te schrijven aan vermijdbare faalkosten, waarvan een significant deel aan slecht bouwvereistenbeheer kan worden toegewezen. Dat kan dus beter.

Startup ReqCon (www.reqcon.ai) werkt met de Innovatieve Starterssteun (ISS) van VLAIO aan een ‘centraal AI

ondersteund brein’. Ze maakt bedrijven in de bouwsector significant efficiënter door de faalkosten van een bouwproject te reduceren. Hun ambitie: de totale kosten van een bouwproject met 3% verlagen. Het platform biedt onder andere een gecentraliseerde dataset van bouwvereisten die steeds up-to-date is. Deze dataset staat niet alleen reactief ter beschikking maar wordt ook proactief ingezet om de gebruiker op mogelijke inbreuken te wijzen.

Bestekken en meetstaten synchroniseren

Het opmaken van bestekken en meetstaten is vaak tijdrovend, ineffici-

ent en foutgevoelig. Een kleine wijziging aan een materialenpost in de meetstaat, maar niet in het bestek, kan snel leiden tot verwarring bij de aannemer. Calqi (www.calqi.be) een klant van VLAIO die gebruik maakte van de KMO Groeisubsidie, is ontstaan in 2022 uit de gezamenlijke frustraties van architect Maarten Van Eupen en aannemer Tim Engels. Dit platform biedt een volledig geïntegreerde oplossing voor het volledige aanbestedingsproces. Calqi ondersteunt architecten en aannemers door bestekken en meetstaten automatisch te synchroniseren, zodat wijzigingen in een van beide documenten meteen zichtbaar zijn in de andere.

My EPC

Maar Calqi gaat verder dan dat: het vereenvoudigt elk aspect van het aanbestedingsproces, van het samenstellen en beheren van specificaties tot het versturen van offertes en het ontvangen van prijsopgaven. Dit zorgt voor een soepel en betrouwbaar traject, waardoor architecten en aannemers efficiënter kunnen samenwerken en hun processen kunnen stroomlijnen.

Duurzaam bouwen faciliteren

Bij de transitie richting duurzaam en circulair bouwen is digitalisering onontbeerlijk als ‘enabling technology’. Want ook duurzaamheid is een kwestie van data.

Startup My EPC (https://myepc.be) werkt aan een vastgoed dataplatform dat een real time datamodel en dynamische (3D)visualisatie gebruikt om alle rele-

vante gebouwinformatie te bundelen. Zo kunnen eigenaars en vastgoedprofessionals efficiënt de kostprijs, tijdslijn en mogelijkheden voor complexe energetische renovaties in kaart brengen en benchmarken. Dit platform moet een referentie worden voor de groeiende proptech-markt die vaak een grote nood aan accurate data heeft.

Ook Buildwise onderkent het belang van efficiënte verwarmingssystemen. Het COOCK-project STEEV (Slimme Technologie voor Energie-Efficiënte Verwarmingsinstallaties) wil via een technologie-overzicht en -keuzewijzer, concrete oplossingen op maat van de sector uitwerken. Met demonstratieopstellingen en hands-on workshops stimuleren ze het gebruik van slimme technologie in kleinere installaties voor verwarming en sanitair warm water.

Innovatief omgaan met grondwaterbeheersing

Een ander COOCK-project van Buildwise richt zich op innovatieve methodes en technieken om de onttrekking van grondwater te beheersen. Meer hierover kan u lezen in het artikel over het slotevent van het project Grondwater in de bouw op p. …- …. .

Hydraqua BV (www.hydraqua.be) is een jonge startup, die volop inzet op IoT en slimme watertechnologie om pompen aan te sturen bij het uitvoeren van bronbemalingen. Met een door VLAIO gesteund ontwikkelingsproject hebben ze de eerste stappen gezet in de sector van de bronbemaling. De algemene doelstelling van het project was om een prototype van monitorings- en sturingspakket voor bemalingsinstallaties te ontwerpen, te ontwikkelen en te testen, samen met relevante stakeholders.

30% minder grondwater oppompen

Het streefdoel van Hydraqua BV is om jaarlijks minstens 30% minder grondwater op te pompen bij tijdelijke droogzuiging. “Mochten alle bemalingswerven uitgerust zijn met peilsturing, dan laten we in Vlaanderen op termijn zo’n 19 miljoen m³ grondwater per jaar in de bodem zitten en verbruiken de installaties ook meer dan de helft minder energie”, aldus Tom Storme van Hydraqua. Benodigdheden: robuuste hardware en software en een cloud databank/ platform, waar verschillende functionaliteiten op worden gebouwd (onder meer monitoring via dashboard en geautomatiseerde rapportering).

De bouwsector staat in voor ruim 50 % van de wereldwijd ontgonnen materialen, zorgt voor 30% van de CO2-uitstoot en is verantwoordelijk voor de grootste afvalstroom van Europa. Komt bij dat bouwen steeds duurder wordt. De getoonde voorbeelden laten zien hoe digitalisering ertoe bijdraagt dat er minder fouten worden gemaakt, tijd wordt bespaard en minder materiaal wordt gebruikt. De potentiële impact is dan ook enorm. Meer voorbeelden vind je op LinkedIn en in de podcast van VLAIO.

Workshops introduceren onderaannemers in BIM

Steeds vaker vragen professionele opdrachtgevers om bouwprojecten uit te werken in BIM (Building Information Modeling). Heel wat ontwerpers en hoofdaannemers kunnen daarmee reeds aan de slag. Maar dan is het belangrijk dat de volledige bouwketen mee kan volgen: van onderaannemers tot leveranciers. Maar de onderaannemers zijn daarvoor beducht want zij denken dat zij dan kostelijke IT-tools moeten aanschaffen en licenties moeten betalen en lange en dure opleidingen tot BIM-modelleur moeten volgen. Niets is minder waar: een paar workshops volstaan om hen volledig wegwijs te maken in het BIM-landschap.

Benedikt Declercq, projectcoördinator Innovatie bij Embuild Vlaanderen, legt uit: “BIMmen betekent in de eerste plaats samenwerken. Vaak beschikt de hoofdaannemer over een BIM-model maar maken de onderaannemers daar weinig of geen gebruik van. Dat is bijzonder jammer. Alleen al op het vlak van communicatie biedt BIM tal van voordelen. Zo verloopt bijvoorbeeld de communicatie tussen hoofdaannemer en onderaannemers nog vaak via mail. Nochtans kan dat binnen een BIM-omgeving veel vlotter en efficiënter verlopen. Het wordt dus steeds belangrijker dat de onderaannemer zijn weg vindt in deze platformen. Hij moet ze durven openen, kunnen lezen en begrijpen en er ook actief mee kunnen werken.

Wegwijs in BIM zonder hoge kosten of lange opleidingen

Daarvoor moet de onderaannemer zelf of zijn medewerker geen opleiding tot BIM-modelleur volgen. Hij moet daarvoor evenmin software kopen en licenties betalen. Het volstaat dat de onderaannemers één of twee workshops volgen die telkens twee halve dagen in beslag nemen: enerzijds een workshop die je leert hoe je aan het BIM-proces kan deelnemen en anderzijds een workshop waardoor je het BIM-model mee kan beheren.

De eerste halve dag is eerder theoretisch en de tweede halve dag meer hands-on. We hebben de workshops laagdrempelig gehouden door ze in elke provincie aan te bieden en door de deelnamekost voor de leden te beperken tot 100 euro. Wij raden niet alleen de onderaannemers aan om aan deze workshops deel te nemen. Het is ook in het belang van de hoofdaannemers dat zij hun onderaannemers zoveel mogelijk tot deelname aansporen.”

De bijgevoegde QR-code leidt je naar de pagina met de verschillende workshops in de vijf Vlaamse provincies.

Aanbod van BIM-bekwame onderaannemers uitbreiden

Niki Cauberg, afdelingshoofd Digital Construction bij Buildwise voegt hier nog aan toe: “Hoofdaannemers willen tegenwoordig liefst met BIM-bekwame onderaannemers werken. Wie met BIM overweg kan, heeft een streepje voor. Maar het aanbod aan dergelijke onderaannemers is nog beperkt.

Een aantal hoofdaannemers hebben dan zelf het initiatief genomen om hun onderaannemers BIM-wijzer te maken. Maar in het kader van het project BIMup willen wij de pool van BIM-bekwame onderaannemers sterk uitbreiden door hen collectief in BIM wegwijs te maken. Op die manier zullen de voordelen van BIM naar de volledige bouwsector doorsijpelen.”

" BIMmen betekent in de eerste plaats samenwerken."
BENEDIKT DECLERCQ

BIM-voordelen ook voor onderaannemers ontsluiten

Werken met BIM biedt effectief een aantal voordelen. Het maakt de uitvoering op de bouwplaats een pak makkelijker, verhoogt de efficiëntie en helpt risico’s vermijden. BIM levert bovendien een beter inzicht in het bouwproject op, leidt tot minder kosten door (onvoorziene) fouten en zorgt voor een vlottere samenwerking tussen hoofden onderaannemers. Waarom zouden de onderaannemers zich voor die voordelen afsluiten?

Binnen het project BIMup werden twee BIM-workshops ontwikkeld. Als (onder)aannemer word je soms gevraagd om gebruik te maken van het BIM-model dat de hoofdaannemer aanbiedt. Hoe je dat best doet, leggen we uit in de workshop met als titel “Als kleine en middelgrote (onder)aannemer deelnemen aan het BIM-proces (van een hoofdaannemer)”. Wil je nog een stapje verder gaan en zelf het BIM-model beheren, dan nodigen we je graag uit voor de workshop “Als aannemer zelf een BIM-proces opstarten of er actief aan meewerken”.

Workshop 1: kunnen deelnemen aan BIMproces

In de eerste workshop leren de cursisten niet om zelf een BIM-model te maken maar wel om samen te werken in een BIM-omgeving. De workshop verduidelijkt in eenvoudige termen wat

BIM eigenlijk is en wat niet en wat BIM voor de kleinere (onder)aannemer kan betekenen. Binnen welk wettelijk kader functioneert BIM en hoe wordt BIM vandaag op de werkvloer toegepast? En wat is de rol van de niet-modellerende partner in een BIM-samenwerking en welke zijn de voordelen voor een onderaannemer om in zo’n samenwerking in te stappen? Op deze workshop krijgen de cursisten ook een demonstratie van een integraal full BIM-project en van een aantal BIM-collaboratieplatform(en).

In deze workshop zien de deelnemers hoe een BIM-proces typisch van start gaat en welke minimale afspraken je kan verwachten. Zij krijgen ook handvaten mee hoe je kan en mag (of moet) reageren wanneer je een model ontvangt en krijgen te zien hoe modellen worden gedeeld en welke detailgraad zij kunnen verwachten. Zij leren hoe zij informatie eenvoudig kunnen opzoeken en visualiseren, krijgen ook inzicht in hun verantwoordelijkheden in een BIM-project en ontdekken met welke handige (en vaak gratis) tools zij de eigen workflow met BIM kunnen verbeteren.

Workshop 2: BIM-proces

opstarten

of er actief aan meewerken

De tweede workshop richt zich tot aannemers die reeds een basiskennis hebben verworven op het vlak van BIM, bijvoorbeeld na het volgen van de eerste workshop, en die zelf een BIM-proces

willen opstarten of aan een bestaand BIM-proces actief willen meewerken. Zij leren hoe zij informatie over een project efficiënt kunnen delen en hoe zij een BIM-proces kunnen beheersen zonder daarvoor zelf een programmeur te zijn.

Zij krijgen een beter inzicht in de achterliggende documenten (zoals het BIM-protocol en het BIM-uitvoeringsplan) en krijgen informatie over hoe zij zelf kunnen bijdragen tot deze afsprakenstelsels. Als cursist leer je ook complexere zoekopdrachten invoeren in een (gratis) BIM-viewer en kan je uiteindelijk de gevonden informatie correct interpreteren. De workshop toont ook hoe je een probleem in of een vraag over het model het best kan communiceren met de andere partijen. Je leert werken in een CDE (Common Data Environment) en met BIM-revisietools en omgaan met het BCF (BIM Collaboration Format). Na deze workshop ben je volledig klaar om als onderaannemer mee te stappen in een BIM-project.

Met BIMup BIM-boost realiseren

De twee workshops werden ontwikkeld op vraag van Buildwise en kaderen binnen het project COOCK BIMup. Dat project wil een sterke BIM‐boost in de volledige bouwsector teweegbrengen. Die moet leiden tot betere BIM-samenwerkingen en nieuwe BIM‐toepassingen. Voor starters betekent dit het opzetten van een meer digitale werking. Voor meer gevorderde bedrijven leidt dit project tot veel verdere koppelingen met bedrijfsprocessen, technologie en innovaties. De projectpartners van BIMup zijn Embuild Vlaanderen, Buildwise, NAV en Techlink. Het project wordt financieel gesteund door het VLAIO (Vlaams Agentschap Innoveren & Ondernemen).

Regeling treedt in Vlaanderen in voege vanaf 1 januari 2025

De Vlaamse regering heeft eerder al beslist om de aansprakelijkheid van aannemers voor illegale tewerkstelling in Vlaanderen te verstrengen. De schriftelijke verklaring dat de onderaannemer geen illegaal verblijvende werknemers tewerkstelt en zal tewerkstellen zonder verblijfsvergunning, blijft bestaan. Daar komt vanaf 1 januari 2025 een zorgvuldigheidsplicht bij: de aannemers zullen dan een aantal gegevens van de werknemers van onderaannemers of van zelfstandige onderaannemers (derdelanders) waarmee ze samenwerken moeten laten aanleveren. Hiervoor wordt een online platform uitgewerkt.

M"

Naast een schriftelijke verklaring komt er een zorgvuldigheidsplicht voor de aannemers. "

et de federale wet van 11 februari 2013 tot vaststelling van sancties en maatregelen voor werkgevers van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen werd in België een nieuw systeem van hoofdelijke aansprakelijkheid ingevoerd voor nabetaling van lonen en illegale tewerkstelling in het kader van (onder) aanneming. Sindsdien kunnen er ook strafsancties opgelegd worden wanneer bij (onder)aanneming illegale derdelanders (onderdanen uit een niet-EER land of Zwitserland) tewerkgesteld worden. Aannemers kunnen deze aansprakelijkheid uitsluiten door een schriftelijke verklaring van hun rechtstreekse onderaannemer waarin deze verklaart geen illegaal verblijvende derdelanders te zullen tewerkstellen.

De Vlaamse regering heeft de bepalingen inzake aansprakelijkheid voor illegale tewerkstelling bij (onder)aanneming met een decreet van 27 oktober 2023 verder aangescherpt. Dit decreet richt zich ook tot derdelanders die als zelfstandige werken. Naast de schriftelijke verklaring komt een zorgvuldigheidsplicht voor de aannemers die een beroep doen op een rechtstreekse onderaannemer, die derdelanders tewerkstelt, of die rechtstreeks samenwerkt met zelfstandigen-derdelanders.

De exacte draagwijdte van deze verruiming en de datum van inwerkingtreding (1 januari 2025) werd door de Vlaamse regering definitief goedgekeurd via een besluit van 26 april 2024.

De aannemer of intermediaire aannemer (in geval van een keten van onderaannemers) is hoofdelijk aansprakelijk in het geval van illegale tewerkstelling door hun rechtstreekse

onderaannemer(s). In de nieuwe regelgeving kan die aansprakelijkheid beperkt worden in geval van een schriftelijke verklaring van de rechtstreekse onderaannemer waarin deze bevestigt dat hij geen illegaal verblijvende derdelanders tewerkstelt en zal tewerkstellen, of geen zelfstandige beroepsactiviteit uitoefent zonder toegelaten of gemachtigd te zijn tot een verblijf van meer dan drie maanden of tot een vestiging in België.

Maar vanaf 1 januari 2025 moet de aannemer of intermediaire aannemer bij de aanstelling van zijn rechtstreekse onderaannemer ook “de gepaste zorgvuldigheid betrachten” om te voorkomen dat zijn rechtstreekse onderaannemer illegaal verblijvende derdelanders tewerkstelt of een zelfstandige beroepsactiviteit uitoefent zonder toegelaten of gemachtigd te zijn tot een verblijf van meer dan drie maanden of tot een vestiging in België.

De aannemer of intermediaire aannemer zal daarom bepaalde gegevens dienen na te gaan.

Welke gegevens opvragen?

Er wordt een onderscheid gemaakt tussen twee specifieke situaties om te bepalen welke gegevens precies moeten worden verzameld.

GEVAL 1: de derdelander heeft een toelating tot arbeid en verblijfsvergunning van een EER-lidstaat

Concreet: een buitenlandse onderneming die gevestigd is in een andere lidstaat van de EER (Europese Economische Ruimte) komt met derdelanders naar Vlaanderen om in onderaanneming een opdracht uit te voeren.

In dit geval worden derdelanders legaal

tewerkgesteld in België door een werkgever gevestigd in een lidstaat van de EER of Zwitserland, op voorwaarde dat voldaan is aan de strikte voorwaarden van de Vander Elst-vrijstelling, en zijn de derdelanders vrijgesteld van een Belgische toelating tot arbeid tijdens de tewerkstelling in België. Ze dienen onder meer in het land van de werkgever over een geldige verblijfsvergunning en toelating tot arbeid (gecombineerde vergunning of “single permit”) te beschikken.

In dergelijk geval dient de aannemer of intermediaire aannemer de volgende gegevens te verzamelen:

• het bewijs van een geldig paspoort (of een daarmee gelijkgestelde reistitel) van de derdelanders. Als de rechtstreekse onderaannemer een zelfstandige en derdelander is, moet ook een bewijs van zijn geldig paspoort of een daarmee gelijkgestelde reistitel worden aangebracht.

• de verblijfsvergunning of het bewijs van een recht op verblijf van meer dan 3 maanden in het land waar zij verblijven;

• het bewijs van de Limosa-melding (indien van toepassing);

• het bewijs van het A1-document of het ontvangstbewijs van de aanvraag van het A1-document.

GEVAL 2: de derdelander heeft een Belgische toelating tot arbeid en een verblijfsvergunning

Concreet: een Belgische onderneming werkt met derdelanders en voert in onderaanneming een opdracht uit.

Wanneer een Belgische verblijfsvergunning en toelating tot arbeid is vereist, dienen volgende gegevens te worden opgevraagd:

• het bewijs van een geldig paspoort (of gelijkgestelde reistitel) van de derdelanders;

• het bewijs van een wettig verblijf in België;

• het bewijs van een geldige Belgische toelating tot arbeid of beroepskaart van de derdelanders;

• de Dimona-melding (indien van toepassing).

Hoe gegevens opvragen?

De Vlaamse regering voorziet dat bepaalde documenten zullen kunnen worden geraadpleegd via een online applicatie. De digitale databank die hiervoor in de maak is, waakt er volgens het ‘only once’-principe over

dat documenten die de overheid al in haar bezit heeft, niet nog eens door de aannemers moeten worden opgevraagd.

De aannemer of intermediaire aannemer dient eerst na te gaan of de vereiste gegevens beschikbaar zijn in die applicatie. De Vlaamse en federale overheid zijn echter nog volop bezig aan de ontwikkeling van de applicatie. Het lijkt erop dat die niet zal klaar zijn tegen 1 januari 2025. De gegevens die niet kunnen worden geraadpleegd via de applicatie, zullen moeten worden opgevraagd bij de rechtstreekse onderaannemer.

De gegevens dienen geraadpleegd of opgevraagd te worden vóór de aanvang van de samenwerking. Het zou niet de bedoeling zijn dat de aannemer of intermediaire aannemer de rechtsgeldigheid van de documenten controleert. De zorgvuldigheidsplicht is dus geen controleplicht. Na de aanvang van de werken is het wel aangewezen om de geldigheidsduur van de documenten in het oog te houden.

Indien er gegevens ontbreken, dient de aannemer of intermediaire aannemer zijn onderaannemer te verzoeken om deze aan te brengen. Gaat de onderaannemer niet in op het verzoek, dan dient de aannemer of intermediaire aannemer de sociale inspectie daar onmiddellijk van op de hoogte te brengen.

In principe kan de aannemer of intermediaire aannemer niet aansprakelijk gesteld worden als de schriftelijke verklaring en alle vereiste gegevens voorhanden zijn (of de inspectie verwittigd werd indien dit niet het geval was), tenzij wanneer hij/zij voorafgaand aan de inbreuk op de hoogte was van de illegale tewerkstelling door de onderaannemer. Deze voorafgaande kennis dient door de sociale inspectie te worden aangetoond.

Mogelijke sancties

Indien er illegale tewerkstelling wordt vastgesteld bij een onderaannemer en de aannemer of intermediaire aannemer heeft niet voldaan aan bovenstaande verplichtingen, kunnen volgende sancties worden opgelegd: een gevangenisstraf van 6 maanden tot 3 jaar en/of een strafrechtelijke geldboete van € 4.800 tot € 56.000; of een administratieve geldboete van € 2.400 tot € 28.000.

De geldboete wordt vermenigvuldigd met het aantal werknemers op wie de inbreuk betrekking heeft. De vermenigvuldigde geldboete mag evenwel niet meer bedragen dan 100 maal de maximumgeldboete.

"De zorgvuldigheidsplicht is geen controleplicht."

Hoe het onttrekken van grondwater bij bouwprojecten minimaliseren of optimaliseren?

Het COOCK-project over grondwaterbeheersing bij bouwprojecten, een gezamenlijk initiatief van Buildwise en Embuild Vlaanderen met de steun van VLAIO (Vlaams Agentschap Innoveren & Ondernemen), liep van 1 januari 2022 tot en met het einde van 2024. Het project had tot doel om de kennis over technieken die het oppompen van grondwater bij bouwprojecten minimaliseren of optimaliseren, zo ruim mogelijk te verspreiden onder al de bouwprofessionals. De implementatie van deze technieken moet op korte termijn tot een significante daling van het geloosde volume grondwater in de riolering leiden. Op 14 november vond het druk bijgewoonde slotevent van dit project plaats.

De deelnemers konden op het slotevent kennis maken met de laatste ontwikkelingen in het Vlaams milieubeleid (met de zogenaamde ‘grondwatertrein’ met een aanpassing van de indelingsrubrieken en de invoering van het begrip ‘potentieel verontreinigd grondwater’) en in de toepassing van de bemalingscascade op het terrein. Die cascade houdt in dat men eerst minder water oppompt en water laat retourneren of infiltreren in de directe omge-

ving en dan water hergebruikt en dat men pas als laatste optie water loost in de waterloop of de riool.

Bundeling van informatie over bronbemaling

Op het slotevent gaf Nicolas Denies van Buildwise een overzicht van de projectresultaten, raadpleegbaar op

de website www.grondwaterindebouw. be: infofiches over verschillende bemalings- en beheersingstechnieken en over goede praktijkvoorbeelden op werven, onder andere over peilgestuurde bemaling, het retourneren van bemalingswater, soilmix- en schermwanden en waterglasinjectie.

Er was de voorbije 3 jaar ook aan-

dacht voor de impact van een bemaling op het milieu en de omgeving. Tijdens het project werden ook een aantal werven bezocht en druk bijgewoonde studienamiddagen georganiseerd. Dit alles leidde eind 2024 tot een technische voorlichting van Buildwise over tijdelijke bemalingen op werven.

Bemalingen voorbereiden en opvolgen

Jo Laps van het expertisecentrum van het Agentschap Wegen en Verkeer legde uit hoe het agentschap met de grondwaterproblematiek omging. Hij sprak over de uitvoeringstechnische en juridische handleidingen die het agentschap hierover aan het voorbereiden was. En hij beklemtoonde meer in het bijzonder hoe belangrijk het is om de bemalingsstudie en het grond(water) onderzoek zo vroeg mogelijk in het ontwerpproces mee te nemen en ruim voor de werken op te starten.

Prof. Marijke Huysmans sprak over het langetermijneffect van waterremmende wanden op de grondwaterstroming en de grondwaterstanden. Tom Storme van Hydraqua vertelde hoe bemalingen kunnen worden gemonitord. Deze monitoring kan diverse vormen aannemen: monitoren van het grondwaterpeil in de peilbuizen en in de omgeving, het meten van opgepompte volumes, het toerental van de pomp, het elektriciteitsverbruik, enz.. Op basis van ingestelde grenswaarden kunnen de pompen automatisch en vanop afstand gestuurd worden.

Is het ter beschikking stellen van bemalingswater zinvol?

Volgens prof. Patrick Willems is hergebruik van bemalingswater enkel interessant bij grote (permanente) bemalingen en bij een grote waterbehoefte in de buurt. De fysicochemische eigenschappen en de microbiologische kwaliteit van het bemalingswater speelt hierbij een belangrijke rol. Bemalingswater kan doorgaans probleemloos worden hergebruikt voor irrigatie in de landbouw en voor sportvelden,

voor de irrigatie van groene ruimten in de steden en voor het spoelen van veegwagens. Maar hij raadde het hergebruik af voor sanitaire installaties. De kwaliteit van het bemalingswater werd uitgebreid toegelicht door Bart Bleys van Buildwise.

Zoals in de bemalingscascade is vooropgesteld, concludeerde prof. Patrick Willems dat vooral moet worden ingezet op peilgestuurde bemaling en op het retourneren en infiltreren van bemalingswater. Bert Creve van het boorbedrijf Smeyers illustreerde aan de hand van enkele cases de mogelijkheden van retourneren en de hoeveelheden grondwater die hierdoor niet in de riool terechtkomen.

Tot slot ging Shana Debrock van de Vlaamse overheid dieper in op de toekomstige ontwikkeling van ondergronds ruimtegebruik als oplossing voor de schaarse ruimte. Ondergronds ruimtegebruik gaat over het creëren van leefruimte in de ondiepe ondergrond voor functies die niet inboeten aan kwaliteit door ze in de ondergrond te voorzien. Hoe meer leef- en werkruimte en infrastructuren ondergronds worden aangelegd om bovengronds de leefkwaliteit te verbeteren, hoe meer grondwater zal moeten worden opgepompt en des te meer de bemalingsuitdagingen aan belang zullen winnen.

Proactief bemaling in bouwproces integreren

Griet Goossens formuleerde na het event nog de volgende boodschap:” Minder grondwater oppompen kan pas als opdrachtgevers, architecten en studiebureaus bemalingen zo vroeg mogelijk in het ontwerpproces meenemen. Zij moeten tijd en middelen uittrekken voor het uitvoeren van studies en grond(water)onderzoek en het aanvragen van de omgevingsvergunning. Zij moeten daarvoor ook in de nodige bestekposten voorzien. Zo vermijd je vertragingen en onverwachte verrassingen tijdens de werfuitvoering.

Ook na het COOCK-project is er nog altijd nood aan praktische wegwijzers, handleidingen en tools, vooral dan voor niet-bemalingsexperts en niet-grond(water)experts, om de uitdagingen in de grondwatertrein en de technische complexiteit van een bemaling begrijpbaar en uitvoerbaar te maken. En ook na het COOCK-project is er nog verder onderzoek noodzakelijk: over de uitvoering van retourbemaling na zuivering van het bemalingswater, over een betere afstemming tussen saneringen, grondverzet en bemalingen en over de omgang met grondverzet en bemalingen in het licht van het toenemend ondergronds ruimtegebruik.”

SECTORPROTOCOL ‘VEILIG TRANSPORT ASBESTAFVAL’

Het transport van asbest valt onder de ADR-regelgeving. In sommige gevallen is er een vrijstelling, met name wanneer de asbestmaterialen zodanig in bindmiddel gedompeld of gefixeerd zijn, of wanneer ze zodanig verpakt zijn, dat tijdens het vervoer geen gevaarlijke hoeveelheden inadembare asbestvezels kunnen vrijkomen. Om interpretatieverschillen over deze bepaling uit te klaren sloten OVAM, het departement MOW, Denuo, VAB, VVSG, Embuild en Bouwunie een sectorprotocol ‘veilig transport asbestafval’.

Transporten van asbestafval die gebruik maken van deze vrijstelling, moeten enkel voldoen aan de voorwaarden die in het protocol zijn opgenomen en dus niet alle bepalingen uit de ADR-regelgeving volgen. Welke die voorwaarden zijn, staat te lezen op https://www.embuildvlaanderen.be/actualiteit/sectorprotocoltransport-asbestafval/. Voor transporten van asbestafval die niet voldoen aan deze voorwaarden, is het ADR volledig van toepassing. Het sectorprotocol trad in werking op 1 oktober 2024.

Futurebuild Belgium, de nieuwe Belgische bouwbeurs

Volgend jaar wordt er in Brussel een nieuwe beurs volledig aan onze sector gewijd. Op 5 en 6 februari 2025 opent Futurebuild Belgium namelijk voor het eerst haar deuren in Brussels Expo. Met de focus op circulariteit en duurzaamheid en georganiseerd in 9 thematische blokken, zullen meer dan 100 exposanten hun nieuwste producten en technologieën tonen.

Met de komst van Futurebuild Belgium breidt het landschap van vakbeurzen gewijd aan de bouwsector zich dus uit.

Geïnspireerd door het succes van de Britse editie, zal dit evenement de meest avant-gardistische spelers in de bouwsector samenbrengen. Van innovatieve materialen tot energie-efficiënte oplossingen zal deze beurs een breed scala aan inspirerende ideeën en mogelijkheden bieden.

Koolstofneutraliteit tegen 2050, nieuwe regelgeving, innovatieve materialen, circulaire bouwmethoden... Met het oog op deze vele uitdagingen voor de sector hebben de organisatoren de exposanten ingedeeld in 9 thematische blokken: materiaalinnovatie, bouwelementen, energie, intelligente en gezonde interieurs, placemaking, offsite/prefab, digitaal bouwen, circulariteit en retrofitting. Een indeling die bezoekers helpt oplossingen te vinden voor hun specifieke projecten.

Een programma boordevol inhoud

Futurebuild Belgium biedt ook een inhoudelijk rijk programma. Op vier podia vinden conferenties, debatten en workshops plaats, met meer dan 50 gerenommeerde sprekers die cruciale thema's als circulariteit en energie-efficiëntie bespreken. Architecten, ingenieurs en andere bouwspecialisten die hun kennis willen uitbreiden en willen netwerken met gelijkgestemde professionals, moeten hier zeker naar toe komen. De nieuwste innovaties op het gebied van duurzaamheid zijn te zien in de Start-up Zone, de Innovatiegalerij en het Futureproof Paviljoen.

Futurebuild Belgium is een initiatief van Easyfairs, in samenwerking met Fema (federatie van handelaren in bouwmaterialen) en Feproma (federatie van producenten van bouw-

INFO :

Om u te registreren, surf naar futurebuildbelgium. be en vorm de code BAAS2025

materialen). Het doel van de beurs is om de ontmoetingsplaats te worden voor bouwprofessionals die willen bijdragen aan een koolstofvrije toekomst. Aannemers, architecten, ingenieurs, studiebureaus, overheden, duurzaamheidsmanagers, projectontwikkelaars en materiaalhandelaren: iedereen die invloed wil uitoefenen op duurzaamheid in de bouwsector is welkom. Het evenement vindt plaats in Paleis 7 van Brussels Expo. De toegang is gratis, mits je je van tevoren registreert.

Futurebuild biedt ook een inhoudelijk rijk programma

BOUWEN, SAMEN GROEIEN

Waterinfiltratie ter hoogte van de aansluiting tussen een plat dak en een opgaande spouwmuur

Dit artikel beschrijft het probleem van de bevochtiging van een verlaagd plafond dat zich boven de aansluiting tussen een plat dak en een opgaande spouwmuur bevindt en onderzoekt de oorzaken ervan. Er worden ook enkele herstellingsmaatregelen en preventieadviezen voorgesteld.

Context en beschrijving van het probleem

Het gaat hier om een eengezinswoning waarvan de verdiepingsmuur (spouwmuur) aangesloten is op een plat dak. Deze gevelmuur heeft een zuidwestelijke oriëntatie.

Vanaf de constructie van het gebouw wordt er bij slecht weer een bevochtiging van het verlaagde plafond in de onderliggende ruimten opgetekend.

Onderzoek van de schade

Uit een sondering aan de voet van de spouwmuur is gebleken dat het spouwmembraan enkele centimeters te kort is, omdat het niet tot aan het gevelmetselwerk komt. De opstand van het afdichtingsmembraan van het platte dak overlapt de eerste rij bakstenen, zonder in de voeg ingewerkt te zijn.

Oorzaken van de schade

De blootstelling van de verdiepingsmuur aan slagregen en het feit dat het spouwmembraan enkele centimeters te kort is, omdat het niet tot aan het zichtvlak van het gevelmetselwerk komt, liggen aan de grondslag van de vastgestelde waterinfiltraties.

Bij gevels die blootstaan aan slagregen kan er een aanzienlijke hoeveelheid water in het gevelmetselwerk binnendringen. Het feit dat de continuïteit met de opstand van de afdichting van het platte dak niet verzekerd is, zorgt ervoor dat het water dat binnendringt in de spouw kan wegvloeien naar de binnenzijde van het gebouw.

Mogelijke oplossingen

De continuïteit tussen het spouwdraineringsmembraan en de opstand van de dakafdichting moet hersteld worden. Een op -

Gevelmuur achteraan die aangesloten is op een plat dak.

Het spouwmembraan is enkele centimeters te kort, omdat het niet tot aan het zichtvlak van het gevelmetselwerk komt.

Indirecte aansluiting tussen een plat dak en een spouwmuur.

1. Open stootvoegen

2. Loden slab (voetlood) (ruwbouw)

3. Opstand van de dakafdichting (≥ 150 mm)

4. Ballastlaag

5. Dakafdichting

6. Thermische isolatie (waarvan de dikte afgestemd dient te worden op de geldende thermische regelgeving)

7. Dampscherm (zie TV 215, hoofdstuk 6)

8. Hellingslaag

9. Thermische snede om de koudebrug te vermijden

10. Spouwmembraan, al dan niet ingewerkt in het dragende metselwerk

Ononderbroken aansluiting tussen een plat dak en een spouwmuur.

1. Open stootvoegen

2. Metalen slab

3. Opstand van de dakafdichting (≥ 150 mm)

4. Ballastlaag

5. Dakafdichting

6. Thermische isolatie (waarvan de dikte afgestemd dient te worden op de geldende thermische regelgeving)

7. Dampscherm (zie TV 215, hoofdstuk 6)

8. Hellingslaag

9. Thermische snede om de koudebrug te vermijden

10. Spouwmembraan, al dan niet ingewerkt in het dragende metselwerk

lossing bestaat erin om het gevelmetselwerk gedeeltelijk te onderkappen in opeenvolgende stroken teneinde te kunnen overgaan tot de correcte herplaatsing van een nieuw draineringsmembraan. Dit membraan moet zodanig geplaatst worden dat de continuïteit met de opstand van de afdichting van het platte dak gewaarborgd is.

Indien het gevelmetselwerk niet gedeeltelijk onderkapt kan worden zoals hiervoor beschreven werd, dan kan men eventueel overwegen om hier een nieuwe waterdichte afwerkingslaag (bepleistering, bebording ...) op aan te brengen of om over te gaan tot een waterwerende behandeling op het gevelmetselwerk. Deze laatste oplossing biedt echter niet alle garanties.

Preventieve maatregelen

Om dit probleem van plaatselijke waterinfiltratie ter hoogte van de aansluiting tussen een spouwmuur en een plat dak te verhelpen, moet de aansluiting uitgevoerd worden overeenkomstig de aanbevelingen uit de TV 244 en de TV 264.

Dit jaar was het bijzonder nat en vochtig in België. Hierdoor is het aantal vochtproblemen in gebouwen aanzienlijk toegenomen. Om je te helpen deze problemen in je muren, gevels en kelders op te lossen, heeft Buildwise alle tools, adviezen en technische oplossingen die je nodig hebt op één plaats samengebracht.

Of het nu gaat om opstijgend vocht, hygroscopische zouten of infiltraties, ontdek hoe je je gebouwen doeltreffend kunt behandelen om hun duurzaamheid te garanderen. Bezoek onze website (https:// buildwise.direct/vochtproblemen-keldergevels-campagne) om toegang te krijgen tot video’s, praktische artikels, bouwdetails en Technische Voorlichtingen om je te ondersteunen in elke fase van je projecten.

Samenvatting van de Bouwgebreken-fiche nr. 102 van Buildwise. Enkel het originele Buildwise-document geldt als referentie.

Schimmelvorming in woningen

Buildwise wordt regelmatig geconfronteerd met problemen omtrent schimmelvorming in woningen. Schimmelvorming treedt voornamelijk op in hoeken, ter hoogte van rolluikkasten, achter kasten ... Hierna worden de verschillende parameters die tot het ontstaan van dit verschijnsel kunnen leiden wat nader toegelicht.

1

Inleiding

In de praktijk kan schimmelvorming toegeschreven worden aan de aanwezigheid van een toereikende hoeveelheid vocht.

2Vocht

Vochtinfiltraties leiden eerder sporadisch en plaatselijk tot schimmelvorming. Bovendien veroorzaken dergelijke vochtbronnen meestal ook vochtkringen en uitbloeiingen. De aanwezigheid van schimmels dient echter vaker toegeschreven te worden aan een te hoog hygroscopisch vochtgehalte van de materialen of aan oppervlaktecondensatie op deze materialen.

2.1 Hygroscopisch vochtgehalte

De poriënwanden van poreuze materialen (zoals bijvoorbeeld bepleisteringen, behangpapier ...) absorberen in een vochtige omgeving steeds een bepaalde hoeveelheid vocht, die enkel afhankelijk is van de relatieve voch-

tigheid van de omgevingslucht. Bij langdurige hoge relatieve luchtvochtigheden kan dit vocht in een woning na verloop van tijd leiden tot schimmelvorming. Het frequent voorkomen van condensatie op het dubbele glas van ramen kan een indicatie zijn voor een te hoge relatieve luchtvochtigheid.

2.2 Oppervlaktecondensatie

2.2.1 OPPERVLAKTETEMPERATUUR

Het optreden van oppervlaktecondensatie kan te wijten zijn aan een te lage oppervlaktetemperatuur.

De oppervlaktetemperatuur van een wand wordt voornamelijk bepaald door:

● de buitentemperatuur: ’s winters is de binnenoppervlaktetemperatuur van wanddelen lager dan ’s zomers

● de isolatiegraad van de bouwelementen: de thermische isolatie van een buitenwand zal een gunstig effect hebben op de oppervlaktetemperatuur, aangezien het buitenklimaat dan minder invloed heeft

Schimmelvorming in een hoek.

Schimmelvorming in een slaapkamer ter hoogte van een koudebrug (betonnen balk).

Schimmelvorming achter een bed en op kastenp, geplaatst tegen een niet-geïsoleerde massieve muur.

op de binnenomgeving

● de binnenluchttemperatuur: hoe hoger de luchttemperatuur in de woning (ruimte), hoe hoger ook de oppervlaktetemperatuur zal zijn.

Daar de buitentemperatuur niet beïnvloed kan worden, kan men de oppervlaktetemperatuur van wanddelen doen stijgen door de binnenluchttemperatuur te verhogen en/ of door de isolatiegraad van de wand of het glasoppervlak (enkel glas t.o.v. superisolerend glas) te verbeteren. Indien de isolatiegraad echter ontoereikend is of indien de isolatie plaatselijk onderbroken wordt (bijvoorbeeld een betonnen balk), dan spreekt men van een koudebrug.

2.2.2 RELATIEVE LUCHTVOCHTIGHEID IN EEN WONING

De relatieve luchtvochtigheid in een woning is afhankelijk van de temperatuur in de woning en de aanwezige hoeveelheid vocht. Warme lucht kan meer vocht bevatten dan koude lucht.

De aanwezige hoeveelheid vocht in de woning wordt hoofdzakelijk bepaald door de vochtproductie in de woning zelf. De geproduceerde hoeveelheden worden beïnvloed door diverse parameters:

● menselijke aanwezigheid ● huishoudelijke activiteiten ● de aanwezigheid van planten ...

Een aanvoer van lucht uit een ‘vochtige’ ruimte (bijvoorbeeld badkamer, keuken, wasplaats ...) naar een minder verwarmde kamer (slaapkamer ...) kan eveneens leiden tot een belangrijke vochtproductie. Om het (onvermijdelijk) geproduceerde vocht tijdig en geregeld af te voeren, is het noodzakelijk om in een minimale luchtverversing te voorzien en dit, door een aangepaste ventilatie. Hierbij wensen we op te merken dat het tot stand brengen van grote luchtdebieten (bijvoorbeeld door ramen kortstondig of langdurig te openen) veelal niet de gewenste resultaten biedt, omdat dit de luchtvochtigheid slechts tijdelijk vermindert.

Samenvatting van de Bouwgebreken-fiche nr. 3 van Buildwise. Enkel het originele Buildwise-document geldt als referentie.

Een facelift voor een art-decopand in Molenbeek

Ons lid Renovatti is bezig met een totale energetische renovatie van een dubbel flatgebouw met een commerciële benedenverdieping, in Sint-Jans-Molenbeek. Het gebouw bevindt zich in de Vanderstichelenstraat, op nummer 108 tot 112. Dit project won een Renolab-prijs. Renolab is het laboratorium voor duurzame en circulaire renovatieprojecten, dat deel uitmaakt van Renolution, de duurzame renovatiestrategie voor gebouwen in Brussel.

Om je een idee te geven van de locatie: de bouwplaats ligt in een klein straatje aan de Leopold II-laan, op een paar honderd meter van de Basiliek van Koekelberg. Hier staat een oud art-decopand uit 1931. Het is duidelijk dat dit gebouw dringend een opknapbeurt nodig had.

Voordat de werkzaamheden begonnen in februari 2024, verhuurde een vzw het aan asielzoekers. Als het werk klaar is, volgens de planning begin 2025, zal het bestaan uit sociale woningen, in totaal negen flats, die pas gerenoveerd zijn, en twee winkels. "Het is dit doel dat ons direct interesseerde. We hebben het niet over luxeflats, waardoor we dingen op de bouwplaats kunnen testen, onder meer met subsidies van Renolab, en waardoor we aan hergebruik kunnen doen”, geeft Louis Tilmans aan. Hij is de zaakvoerder van Renovatti.

Versteviging van de vloerbalken

De structuur van het gebouw wordt in stand gehouden. "We komen niet aan de dragende muren, maar de indeling van de kamers verandert: zo worden onder meer de slaapkamers aan de voorkant van het gebouw naar de achterkant verplaatst, met toegang tot een terras, en de woonvertrekken komen aan de voorkant te liggen. Dit betekent dat bepaalde scheidingswanden moeten worden afgebroken. We behouden ook de vloer, die bestaat uit parketplanken en Granito", benadrukt de werfleider. "We behouden ook de houten vloer, maar we verstevigen de vloerbalken met extra balken. Zoals in veel oude gebouwen was de

akoestiek tussen de verdiepingen erg slecht. Dus werkten we samen met een expert, die aanraadde om de vloeren te verstevigen, en isolatie tussen de vloerbalken te plaatsen. De isolatie, glaswol, komt van een overschot van een collega-aannemer die er te veel van had op een van zijn bouwplaatsen. We vonden het bij Coliseum, een bedrijf dat gespecialiseerd is in het gebruik van herbruikbare materialen. Om de akoestiek te verbeteren, installeren we ook 100% zelfdragende verlaagde plafonds die aan de muren worden bevestigd", legt Louis Tilmans uit.

Energieprestaties en isolatie

In dit gebouw met een oppervlakte van meer dan 1.000 m² wordt uiteraard veel aandacht besteed aan energieprestaties en isolatie, met als doel de energiebehoefte te verminderen. "In dit project wordt alleen hernieuwbare energie gebruikt. Op het dak worden vijftig fotovoltaïsche panelen geïnstalleerd, met een totaal vermogen van 20 kWp. En de flats zullen verwarmd worden door individuele lucht-waterwarmtepompen. We denken ook na over het opzetten van een eigen energiegemeenschap voor het gebouw. Een ventilatiesysteem met dubbele luchtstroom voor elke flat zorgt ervoor dat de lucht constant wordt ververst en dat de CO2-niveaus die door de bewoners worden gegenereerd, worden beheerd. De technische kokers zullen toegankelijk zijn voor de voordeur van elke flat, zodat we gemakkelijk onderhoud kunnen uitvoeren aan de apparatuur en de buizen over enkele tientallen jaren kunnen vervangen, zonder dat we in de flats hoeven in te grijpen of zelfs breekwerken in muren hoeven uit te voeren", zegt Louis Til-

" De magie van energetische en circulaire renovatie in Brussel is dat je kunt wonen in een pand met de charme van het oude en tegelijkertijd kunt genieten van het thermische, akoestische en sanitaire comfort van een nieuw pand. "

Glaswol werd geplaatst tussen de vloerbalken om de akoestiek tussen de verdiepingen te verbeteren.

↑↗

De bakstenen van de gedemonteerde scheidingswanden zullen worden gebruikt om nieuwe wanden te bouwen of om sommige van de behouden scheidingswanden aan te passen.

Het gebouw, een oud art-decopand uit 1931, ligt in Sint-Jans-Molenbeek aan de Vanderstichelenstraat.

mans. "Wat isolatie betreft, wordt de voorgevel gerestaureerd en aan de binnenkant geïsoleerd met houtwol en de achtergevel met houtvezel. Het sarkingdak wordt ook met houtvezel geïsoleerd. De ramen worden vervangen door nieuwe exemplaren met dubbele beglazing.”

Na al deze werken is het de bedoeling om ten minste een EPB C-label te behalen. Maar zoals de zaakvoerder van Renovatti benadrukt, zullen de energieprestaties van het gebouw zeker beter zijn. "Ik denk dat we eerder eindigen met een EPB A of B.”

Hergebruik

Hergebruik is ook alomtegenwoordig op deze bouwplaats. Louis Tilmans geeft ons een paar voorbeelden. "We recupereren de bakstenen van de scheidingswanden die we demonteren om nieuwe scheidingswanden te bouwen of andere in het gebouw aan te passen. In het sanitair komen toiletten, baden en wastafels ook uit de hergebruiksector. Alle deuren werden gedemonteerd en gerestaureerd in onze werkplaats. Alleen de toegangsdeuren van de flats zullen nieuwe exemplaren zijn om te voldoen aan de brandnormen. We zijn ook bezig met het restaureren van de houten trappen. Tot slot zullen sommige schoorstenen in de woonvertrekken behouden blijven, maar andere worden gesloopt en we zullen kijken of we het teruggewonnen marmer kunnen gebruiken om vensterbanken van te maken.”

Waterbeheer

Nog iets over waterbeheer. Het grote dak en de wc's worden aangesloten op een regenwaterput van 6.000 liter. Een geweldige klassieker. Aan de andere kant heeft Renovatti een vrij innovatief systeem ontwikkeld voor de afvoer van regenwater van de kleine daken, op een binnenplaats aan de achterkant van het gebouw. "We hebben een drainagesysteem gemaakt met de bakstenen van de gedemonteerde

scheidingswanden. Ze worden in de grond verzonken voor een betere infiltratie van het water, dat niet in de riolering terechtkomt, maar in de grond om zo de grondwaterspiegel te bereiken. Deze bakstenen worden bedekt met een laag grind. Dit systeem is handig bij hevige regenval.”

Besluit

Voor Louis Tilmans is dit project "een groot menselijk avontuur". "Zo ver gaan in het project was mogelijk dankzij de nauwe samenwerking met de architect, Alexis Kropek, en de opdrachtgever vanaf het begin. Dit is uitzonderlijk voor aannemers, die vaak te laat in het projectontwikkelingsproces worden geraadpleegd. Ik wil ook Build Circular bedanken voor zijn begeleiding, die ons in staat heeft gesteld om de technieken die we hebben geleerd op het vlak van akoestiek, isolatie, luchtdichtheid en ventilatie toe te passen. Dit soort projecten is mogelijk dankzij de Renolution-strategie, die grootschalige energetische en circulaire renovatie in Brussel stimuleert. Deze strategie draagt bij aan veel technische vooruitgang, zoals die op deze bouwplaats. Deze strategie maakt het Brusselse milieubeleid tot een voorbeeld in België en zelfs in Europa. Laten we hopen dat de regering dit pad verder bewandelt!"

Tot slot citeren we een zin die ons lid gebruikte in zijn projectpresentatiefiche. "De magie van energetische en circulaire renovatie in Brussel is dat je kunt wonen in een pand met de charme van het oude en tegelijkertijd kunt genieten van het thermische, akoestische en sanitaire comfort van een nieuw pand.” We zagen het met onze eigen ogen. Zodra de werken klaar zijn, zullen de toekomstige bewoners van dit Molenbeekse pand kunnen genieten van alle drie de soorten comfort.

PROMO VAN DE MAAND

TRAXXEO is hét platform voor het beheer van uw middelen op de werf, specifiek ontwikkeld voor de bouw- en infrastructuur sector. We helpen u de dagelijkse efficiëntie te verhogen en productiviteit op de bouwplaats te garanderen. Onze suite aan digitale tools bevat onder anderen: uur- en activiteitregistratie, aanwezigheidscontrole, planning, CheckInAtWork, documentbeheer, Track&Trace, opvolging klein materieel, digitale transportbon, …

Website: https://traxxeo.com

Ledenvoordeel:

10% korting op hardware & services of de licentiekosten van het eerste jaar

Contact:

Pavel Rotsaert Tel +32 470 88 50 31 Email : pavel.rotsaert@traxxeo.com

Unieke manege met twee verdiepen met aluminium raamsystemen

Het vernieuwde Hippisch Centrum de Wolfshoeve in Huijbergen beschikt over een in Nederland unieke manege die uit twee verdiepingen bestaat: met stallen onderaan en twee grote pistes op de bovenverdieping.

Star75 ramen van Aliplast maken het mogelijk om vanuit de verschillende ruimtes de buitenpistes te zien. Dit systeem heeft een inbouwdiepte van 75 mm voor het buitenkader en 84 mm voor de vleugel en is geschikt voor glasdiktes tussen 12 en 61 mm voor het kader en tussen 21 en 69 mm voor de vleugel. Met een Uw-waarde van 0,94 W/m²K, luchtdichtheid klasse 4 en een akoestische prestatie van 47,1 dB (-1, -4) is deze oplossing ideaal voor toepassingen met de hoogste eisen op het gebied van thermische en akoestische isolatie.

Bij Aliplast gebeurt alles onder één dak. Aliplast heeft de profielen voor dit project helemaal op maat kunnen maken. De profielen werden gelakt in antraciet grijs met een kleurgarantie van 25 jaar.

Bovendien garandeert het Qualicoat Seaside label dat de lakkleur uitstekend beschermd is tegen agressieve omgevingen, zoals in dit geval in de buurt van zand.

INFO : www.aliplast.com

Embuild Magazine is het maandblad van de vzw Embuild, Kunstlaan 20, 1000 Brussel

Verantwoordelijke uitgever: Filip Coveliers, Kunstlaan 20, 1000 Brussel

Afgiftekantoor: Gent X

Redactie: Peter Graller, Marc Guéret, Gerrit De Goignies. tel. 02 545 57 30 peter.graller@embuild.be

Vormgeving: nikka.cuypers@embuild.be abder-razzaaq.boujdaini@embuild.be

Druk: Graphius

Reacties - vragen: communicatie@embuild.be

Met de medewerking van: de studiedienst van Embuild tel. 02 545 56 36 officeteam@embuild.be

• Embuild Vlaanderen

Johan Walewijns, tel. 02 545 57 49 johan.walewijns@embuild.be

• Embuild.Brussels

Morgane Cendoya, tel. 02 545 58 29 morgane.cendoya@embuild.be

• Embuild Wallonie

Katia Bogaard tel. 02 545 56 68 katia.bogaard@embuild.be

Abonnementen: Ann Cooreman, tel. 02 545 57 20 ann.cooreman@embuild.be

Reclame: Kristel Dekempeneer, tel. 02 545 56 99 - fax 02 545 59 08, kristel.dekempeneer@embuild.be of kde@embuild.be.

Prijs jaarabonnement

Leden van Embuild: begrepen in het lidgeld

Niet-leden: € 137,80 (incl. BTW en portkosten) / buitenland: € 300 (incl. btw en portkosten)

Lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers

ASTRID CONVENTS IS DE NIEUWE VOORZITTER VAN EMBUILD VERVIERS-OSTBELGIEN

Tijdens een officiële ceremonie op 29 november 2024

nam Astrid Convents het roer over als voorzitter van Embuild Verviers-Ostbelgien, als opvolger van Michel Thérer. In haar maidenspeech prees ze de prestaties van haar voorganger. "Michel heeft de afgelopen jaren opmerkelijk werk geleverd. Het is voor mij een eer om deze missie voort te zetten en nieuwe impulsen te geven", zei ze.

Astrid Convents is geen nieuwkomer in de sector. Sinds 2000 is ze actief in het familiebedrijf Convents AG. Het bedrijf dat ze nu leidt heeft ongeveer 50 werknemers, onder wie metselaars, bekisters, stukadoors en tegelzetters, en acht administratieve medewerkers. Het bedrijf voert openbare, industriële en private bouwprojecten uit.

Naast haar werk is de nieuwe voorzitter van Embuild Verviers-Ostbelgien al verschillende jaren betrokken bij verschillende commissies en verenigingen, in het bijzonder de Kamer van Algemene Aannemers van Embuild Verviers-Ostbelgien en de Raad van Bestuur van de Kamer van Koophandel en Nijverheid (IHK) van Eupen-Malmedy-St. Vith.

Als ondervoorzitter van Embuild Verviers-Ostbelgien bracht ze waardevolle ervaring en perspectieven naar de vereniging en was ze actief betrokken bij het verdedigen van de belangen van de bouwsector. Nu ze voorzitter is, zal ze de ingeslagen weg verder bewandelen. Haar prioriteiten zijn betaalbare en duurzame huisvesting, het versnellen van de energierenovatie en het aanpakken van het tekort aan arbeidskrachten. Ze ziet digitalisering en kunstmatige intelli-

Volgens de ICT en e-commerce enquête van STATBEL bij de Belgische bedrijven, geeft 30,3% van de bouwbedrijven aan in 2024 een online vergadering georganiseerd te hebben via Zoom, Teams of andere platformen. In de industriële sector ligt dit

De overdracht van het voorzitterschap vond plaats tijdens een officiële ceremonie op 29 november 2024.

gentie (AI) als kansen die moeten worden aangegrepen. "Het is onze missie om de belangen van de sector te behartigen en oplossingen te vinden voor dringende uitdagingen. We willen de structuren van onze organisatie versterken en meer betrokken nieuwe leden aantrekken, met name jonge aannemers en installateurs die frisse ideeën en een nieuwe dynamiek meebrengen", zegt Astrid Convents.

30,3 %

percentage met 52,2% aanzienlijk hoger. Het is opmerkelijk dat zowel in de industriële sector als in de bouwsector artificiële intelligentietechnologieën nog niet zo ingeburgerd zijn als online vergaderen. 9% van de bouwbedrijven en 17,7% industriële bedrijven gebruikte ten minste één AI-technologie in 2024. Een beperkt aantal bedrijven overweegt

het potentiële gebruik van AItechnologie in de toekomst, zoals blijkt uit deze enquête: 5,4% van de bouwbedrijven en 4,3% van de industriële bedrijven. De overgrote meerderheid van de bedrijven heeft echter nog nooit overwogen om artificiële intelligentie te gebruiken. In de bouwsector is dit 80% en in de industrie 74,3%.

AI transformeert de sectoren bouw, architectuur en vastgoed.

Artificiële intelligentie (AI) revolutioneert de bouw-, vastgoed- en architectuursector. Batibouw, dat inzet op vernieuwing, kiest voor actuele inhoud om sectorprofessionals aan te trekken. Een van de hoogtepunten van Batibouw 2025 is een B2B-programma gewijd aan artificiële intelligentie.

Het evenement, georganiseerd in samenwerking met de Solvay Brussels School, draagt de titel “Building the Future: Artificial Intelligence in Construction & Real Estate” en belicht de ingrijpende veranderingen die AI kan brengen in de vastgoedsector. “We willen niet wachten tot de grote veranderingen die AI met zich meebrengt ons overvallen, maar ze proactief aanpakken,” verklaart Vincent Gérin, academisch codirecteur van een executive programma rond duurzaam vastgoed aan de Solvay Brussels School (ULB).

Innovatie en pragmatisme

Het praktische aspect staat centraal. “We willen dat deelnemers vertrekken met tools die ze de

volgende dag al kunnen toepassen,” benadrukt Vincent Gérin. De integratie van AI in vastgoed biedt namelijk enorme mogelijkheden: tijdsbesparing, kostenverlaging en procesoptimalisatie. “Een AI-tool zou bijvoorbeeld een vergunningsdossier in enkele minuten kunnen analyseren,” legt Vincent Gérin uit. In een van de workshops

leren deelnemers hoe ze instructies (“prompts”) kunnen formuleren om AI-tools optimaal te benutten. Zo kunnen ze bijvoorbeeld in enkele stappen een volledige inventaris opstellen of een brief schrijven om een juridisch geschil op te lossen.

Een inzet voor ethiek en duurzaamheid

“Deze pragmatische aanpak sluit aan bij de ambitie van Batibouw om de beurs te positioneren als een betrokken speler in de grote transities binnen de sector,” zegt Joan Condijts, CEO van FISA, de organisator van Batibouw. Vincent Gérin voegt hieraan toe: “Als AI kan bijdragen aan kostenverlaging en betere stedenbouw, moet het vooral ten goede komen aan de eindgebruiker, of dat nu een toekomstige eigenaar of huurder is,” benadrukt hij.

Batibouw Business Insights Building the Future

Vrijdag 21 februari 2025, van 14u30 tot 18u30 Paleis 10, Brussels Expo

Schrijf je nu gratis in via: → batibouw.com/nl/bbi

NEEM VANDAAG NOG

EEN VOORPRONG OP

JOUW CONCURENTEN

ONTDEK ZOWEL

OVERHEIDSOPDRACHTEN ALS

BOUWPROJECTEN ALS EERSTE!

Boek nu jouw Strategische sessie.

SCAN DE QR-CODE EN ONTDEK MEER

Gratis en vrijblijvend

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.