12341 t engels in het basisonderwijs

Page 1

training:

Engels in het basisonderwijs


> Inhoud > Inhoud 2 > Over deze training 3 > Kerndoelen Engels 6 > Taalverwerving 11 > Lesactiviteiten Engels 14 > Theoriebron 1: kerndoelen 25 > Theoriebron 2: taalverwerving 28 > Theoriebron 3: Engels in het basisonderwijs 30 > Werkmodel: woordweb 32 > Werkmodel: stappenplan activiteit 33 > Werkmodel: liedjesmap 34 > Werkmodel: didactische analyse 35 > Beoordeling 37

Colofon Edu’Actief b.v. Meppel Postbus 1056 7940 KB Meppel Tel.: 0522-235235 Fax: 0522-235222 E-mail: info@edu-actief.nl Internet: www.edu-actief.nl Auteurs Nienke Koopman-Reuselaars Titel Engels in het basisonderwijs Vormgeving Binnenwerk: DBD design/Ruurd de Boer, omslag: Tekst in Beeld/Hubi de Gast ISBN Copyright

978 90 3721 234 1 © 2014 Edu’Actief b.v.

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, microfilm, fotokopie of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb. 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (Postbus 3060, 2130 KB) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.


> Over

deze training

Engels in het basisonderwijs: hoe ging dat in jouw basisschooltijd? Sommige studenten hebben wellicht in alle groepen van de basisschool Engelse les gehad, anderen alleen in groep 7 en 8. Het vak Engels wordt op basisscholen op verschillende manieren aangeboden. Scholen mogen zelf kiezen welke lesmaterialen ze gebruiken. Het leuke van Engels is dat je er veel creativiteit in kwijt kunt! En voor leerlingen kan het heel leerzaam zijn om op verschillende manieren bezig te zijn met het leren van een vreemde taal.

Doelstellingen • • • • • • • •

Je kunt de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs omschrijven. Je kunt in correct Engels een woordweb maken rondom een bepaald thema. Je kunt de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs aan een lesactiviteit koppelen. Je kunt de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs verwerken in een lesactiviteit. Je kunt een korte casus schriftelijk beschrijven en voordragen in correct Engels. Je kunt een lijst met Engelse liedjes en rijmpjes voor het basisonderwijs samenstellen. Je kunt een Engels prentenboek maken dat geschikt is voor de onderbouw. Je kunt Engelse lesactiviteiten voor het basisonderwijs voorbereiden en uitvoeren.

Je toekomstige collega: Naam:

Eveline Wabeke

Leeftijd:

33 jaar

Werkzaam als:

Onderwijsassistente bij CJBS de Gaffel

Medewerkers:

De Gaffel is een christelijke jenaplanbasisschool met ruim 325 leerlingen. De school kent inmiddels veertien stamgroepen. Het team bestaat uit 25 enthousiaste leerkrachten en drie onderwijsassistenten.

Soort werkzaamheden:

De leerkracht ondersteunen bij groepsactiviteiten, kinderen begeleiden bij bijvoorbeeld lezen, taal en rekenen, en soms zelf voor de groep staan.

Belangrijkste tool in haar werk:

Geduldig zijn en goed kunnen luisteren.

Uitdaging in haar werk:

Lesactiviteiten bedenken die goed aansluiten bij de kinderen.

Grootste moeilijkheid:

Omgaan met agressie.

Wat er moet veranderen:

In de pauzes is het erg druk op het schoolplein, waardoor er regelmatig ruzie is en ongelukken gebeuren.

Grootste blunder:

Ik ben in de winter een keer uitgegleden op het schoolplein, precies toen de ouders de kinderen kwamen ophalen.

Waaraan wil je werken:

Mijn zelfvertrouwen, ik ben soms nogal onzeker.

Beoordeling Je oefent tijdens de training veel. In welke mate je vooruit bent gegaan en hoe je meer inzicht hebt verworven in de theorie en praktijk, wordt als volgt beoordeeld: 1. jouw actieve deelname tijdens de lessen 2. een persoonlijk verslag met daarin: – het trainingslogboek – een reflectie van de training volgens de STARR-methode.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

3


3.

een demonstratie van twee Engelse woordwebs, een lesvoorbereidingsformulier voor een Engelse lesactiviteit, een lijst met Engelse rijmpjes en liedjes voor het basisonderwijs en een Engels prentenboek.

Persoonlijk verslag Het persoonlijk verslag inleveren voor: _____________________________. Werkmodel: Logboek op In het persoonlijk verslag houd je bij wat je hebt gedaan en geleerd. Het persoonlijk www.factor-e.nl verslag bestaat uit een trainingslogboek en een reflectie volgens de STARR-methode. • Het trainingslogboek bestaat uit een schrift of snelhechter waarin je notities bewaart. Voor elke opdracht of oefening noteer je de antwoorden op de vragen. Na elke oefening leg je ook de reflecties vast op papier. Het trainingslogboek werk je netjes uit. • De reflectie volgens de STARR-methode doe je aan het einde van de training. Je kiest, met behulp van je trainingslogboek, een aantal voor jou belangrijke opdrachten en oefeningen uit. Deze verwerk je in een STARR. Hieronder staat de opzet van een STARR.

Situatie en Taak • Omschrijf de situatie en geef daarbij aan welke taak/rol jij had. Actie en Resultaat • Omschrijf welke acties/handelingen je op dat moment hebt ondernomen en wat hiervan het resultaat was. Reflectie • Beschrijf hoe jij je op dat moment in de situatie voelde. • Beschrijf waarom je op deze manier hebt gehandeld. • Beschrijf hoe je het de volgende keer anders zou aanpakken.

Demonstratie: Eindproducten Deze demonstratie doe je op: _________________________________________________. 1. Casus Basisschool De Zevenhoek wil volgend schooljaar het vak Engels op een andere manier gaan aanbieden. Op dit moment wordt Engels er alleen in groep 7 en 8 aangeboden. De school wil volgend jaar starten met Engels vanaf groep 1. Met het team is besproken welke Engelse lesactiviteiten in de verschillende groepen aangeboden gaan worden. In groep 1 en 2 zal voornamelijk gewerkt worden met prentenboeken. In groep 3 en 4 willen ze vooral met rijmpjes en liedjes gaan werken. In groep 5 en 6 willen ze tijdens de Engelse les zo veel mogelijk Engels spreken en werken aan de kerndoelen 15 en 16. In groep 7 en 8 willen ze tijdens de Engelse les alleen maar in het Engels spreken en werken aan de kerndoelen 13 en 14. De directeur heeft aan het team gevraagd om ter voorbereiding verschillende producten te ontwikkelen die tijdens de Engelse lessen gebruikt kunnen worden. De directeur wil van elke groep: • twee woordwebs in het Engels rondom twee verschillende thema’s • een lesvoorbereidingsformulier voor een Engelse lesactiviteit voor de onder-, middenen bovenbouw • een lijst met Engelse rijmpjes en liedjes voor de onder-, midden- of bovenbouw • een Engels prentenboek dat geschikt is voor de onderbouw.

4

Engels in het basisonderwijs

Werkmodel: Studieplanning op www.factor-e.nl


2. Bijzonderheden Op basisschool De Zevenhoek wordt in combinatiegroepen gewerkt: groep 1-2, groep 3-4, groep 5-6 en groep 7-8. 3. Voorbereiding Denk goed na over de mogelijkheden en interesses van de doelgroep. Het is belangrijk dat de producten hierbij goed aansluiten. 4. Uitvoering Je ontwikkelt de producten en presenteert deze aan de groep. Tijdens de presentatie verantwoord je waarom de producten geschikt zijn voor de doelgroep. Tijdsindicatie: de demonstratie duurt maximaal 30 minuten. 5. Beoordeling De punten waarop je wordt beoordeeld tijdens je demonstratie, kun je achter in dit boek vinden in het hoofdstuk ‘Beoordeling’.

Taal • • • •

Taal

Taal

Taal

Neem deze training door en onderstreep de woorden die je niet kent. Neem deze woorden over in je woordenlijst en zet de betekenis erbij. Nieuwe, onbekende woorden die je tegenkomt tijdens deze training voeg je toe aan de woordenlijst. Na afloop van de training neem je dit overzicht op in je taalportfolio.

Werkmodel: Woordenlijst op www.factor-e.nl

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

5


> Kerndoelen

Engels

Voordat je aan de slag gaat met Engelse lesactiviteiten, is het belangrijk om te weten wat op een basisschool precies van het vak Engels verwacht wordt. Engels is een wettelijk verplicht vak in het basisonderwijs. Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft voor alle verplichte vakken kerndoelen geformuleerd.

Doelstellingen • • •

Je kunt de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs omschrijven. Je kunt de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs aan een lesactiviteit koppelen. Je kunt de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs verwerken in een lesactiviteit.

1. Oefening: Engels op de basisschool

  

Voorbereiding • Maak groepjes van twee studenten. • Zorg ervoor dat je een computer hebt met internetverbinding. Uitvoering • Bekijk op YouTube het filmpje ‘Engels in het basisonderwijs’. • Noteer wat allemaal aan Engels wordt gedaan op deze basisschool en wat jullie opvalt aan de lesactiviteiten die in beeld komen. • Bedenk samen hoe jullie Engels op een ‘ideale’ basisschool zouden aanbieden als jullie het zelf voor het zeggen hadden. • Maak een plan. Beschrijf daarin welke groepen gaan werken met het vak Engels, hoe vaak, hoelang en op welke manier dit aangeboden wordt en met welke materialen. Zorg ervoor dat jullie plan duidelijk is beschreven, in begrijpelijke taal. • Bespreek het plan met een ander tweetal. Benoem de overeenkomsten en verschillen en beargumenteer jullie keuzes.

Zie voor meer informatie www.factor-e.nl

Controle • Hebben jullie het filmpje kunnen vinden? • Hebben jullie een plan voor het vak Engels geschreven waarin staat: – in welke groepen Engels gegeven gaat worden – hoe vaak Engels aangeboden gaat worden – op welke manier Engels aangeboden gaat worden – welke materialen nodig zijn om Engels aan te bieden. • Hebben jullie het plan met een ander tweetal besproken? Reflectie • Wat is volgens jou onmisbaar bij het vak Engels in het basisonderwijs? • Hoe is de samenwerking in het tweetal verlopen? • Wat is jou het meest opgevallen bij het bespreken van het plan met het andere tweetal? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

2. Opdracht: Kerndoelen • •

Lees theoriebron 1. Ga naar www.slo.nl en bekijk daar het Kerndoelenboekje van het primair onderwijs. Beantwoord de volgende vragen.

6

Engels in het basisonderwijs

   Theoriebron 1: Kerndoelen


Wat zijn de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs? ___________________________________________________________________________________________________________________________

Zie voor meer informatie www.factor-e.nl

___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ –

Wat valt jullie op aan de kerndoelen Engels in vergelijking met de kerndoelen van de andere leergebieden? ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

Wat vinden jullie van de kerndoelen Engels? Wees kritisch. Noteer zowel positieve als negatieve punten. ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

  

3. Opdracht: Voortgezet onderwijs • •

Lees theoriebron 1. Theoriebron 1: Ga naar www.slo.nl en bekijk daar de kerndoelen Engels voor het voortgezet onderwijs. Kerndoelen Beantwoord de volgende vragen.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

7


Wat zijn de kerndoelen Engels voor het voortgezet onderwijs? ___________________________________________________________________________________________________________________________

Zie voor meer informatie www.factor-e.nl

___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ –

Wat valt jullie op aan de kerndoelen Engels voor het voortgezet onderwijs in vergelijking met de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs? ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

Wat vinden jullie van de aansluiting van de kerndoelen Engels voor het voortgezet onderwijs op de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs? Wees kritisch. Noteer zowel positieve als negatieve punten. ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

4. Oefening: Kerndoelen Engels Voorbereiding • Maak groepjes van twee studenten. • Zorg voor pen en papier. • Zorg ervoor dat jullie beschikken over de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs. Uitvoering • Lees de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs goed door. • Beschrijf in jullie eigen woorden per kerndoel wat daarmee precies bedoeld wordt. • Zorg ervoor dat de beschrijving duidelijk geschreven is, in begrijpelijke taal, voor iemand die niet of minder bekend is met de kerndoelen. Bijvoorbeeld ouders. • Bespreek jullie beschrijving van de kerndoelen met een ander tweetal en geef elkaar feedback. • Verbeter eventueel jullie beschrijving met behulp van de feedback die jullie kregen. Controle • Is het gelukt om een duidelijke beschrijving van de kerndoelen te maken? • Hebben jullie de beschrijving met een ander tweetal besproken en elkaar feedback kunnen geven? Reflectie • Hoe heeft de feedback jullie geholpen om de beschrijving te verbeteren? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

8

Engels in het basisonderwijs

  


  

5. Oefening: Kennis en vaardigheden Voorbereiding • Maak groepjes van twee studenten. • Zorg voor pen en papier. Uitvoering • Lees de kerndoelen Engels voor het basisonderwijs nog een keer goed door. • Noteer per kerndoel over welke kennis en vaardigheden leerlingen moeten beschikken. • Beschrijf per kerndoel hoe je deze kennis en vaardigheden zou kunnen toetsen aan het einde van de basisschool. • Bedenk bij elk kerndoel drie korte lesactiviteiten en geef aan voor welke doelgroep elke activiteit bedoeld is. • Bespreek jullie bevindingen met een andere groep en breng op basis van de feedback verbeteringen aan. Controle • Is het gelukt om de kennis en vaardigheden per kerndoel te beschrijven? • Hebben jullie per kerndoel drie verschillende lesactiviteiten kunnen bedenken? Reflectie • Hoe heeft de feedback jullie geholpen om de beschrijving van de kennis en vaardigheden te verbeteren? • Wat is het voordeel van een goed beeld hebben van de kennis en vaardigheden die horen bij de kerndoelen en van de wijze van toetsen, voordat je een lesactiviteit ontwikkelt? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

  

6. Oefening: Lesactiviteiten Voorbereiding • Maak groepjes van twee studenten. • Zorg voor pen en papier. Uitvoering • Lees de volgende lesactiviteiten goed door. Noteer bij welke kerndoelen deze activiteiten aansluiten. ‘De leerlingen van groep 2 zingen een liedje in het Engels over dieren op de boerderij. De juf heeft verschillende dierenknuffels die in de liedjes voorkomen. De leerlingen mogen aanwijzen welk dier ze in het liedje horen. Samen wordt de naam van het dier in het Engels herhaald.’ _____________________________________________________________________________________________________________________________________ _____________________________________________________________________________________________________________________________________ ‘In kleine groepjes maken de leerlingen van groep 5 een kraam voor een Engelse markt. Ze zorgen voor verschillende producten met daarbij naam- en prijskaartjes. Als de Engelse markt geopend is, komen er verschillende klanten iets vragen of kopen bij de kraam.’ _____________________________________________________________________________________________________________________________________ _____________________________________________________________________________________________________________________________________

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

9


‘De leerlingen van groep 8 gaan voor een Engelse krant een krantenartikel schrijven over een zelfgekozen onderwerp. Het artikel moet foutloos geschreven zijn en moet zijn voorzien van een illustratie, zodat het direct in de krant kan.’ _____________________________________________________________________________________________________________________________________ _____________________________________________________________________________________________________________________________________ Controle • Is het jullie gelukt om de juiste kerndoelen bij de lesactiviteiten te kiezen? Reflectie • Vond je het moeilijk om de kerndoelen aan een lesactiviteit te koppelen? Motiveer je antwoord. • Waren jullie het steeds met elkaar eens bij het maken van een keuze? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

7. Oefening: Lesactiviteit Voorbereiding • Maak groepjes van vier studenten. • Zorg voor pen en papier. • Maak per kerndoel een lijst van vijf nieuwe lesactiviteiten die volgens jullie goed aansluiten bij de kerndoelen Engels. Uitvoering • Kies als viertal een van de lesactiviteiten uit die volgens jullie het best past bij een of meer van de kerndoelen Engels. • Schrijf een korte verantwoording waarin jullie aangeven waarom juist deze lesactiviteit goed bij de kerndoelen Engels aansluit. • Beschrijf de doelgroep waarvoor de lesactiviteit bedoeld is. Zorg ervoor dat de lesactiviteit goed aansluit bij de doelgroep. • Werk de gekozen lesactiviteit volledig uit. • Voer de lesactiviteit uit met de groep. De groep vertelt bij welke kerndoelen de lesactiviteit hoort. • In de groep worden alle lesactiviteiten besproken en verantwoordt elk groepje de gemaakte keuze. • Jullie krijgen feedback van jullie medestudenten. Noteer deze feedback, dit kun je later nog gebruiken. • Verbeter eventueel de lesactiviteit met de feedback die jullie gekregen hebben. Controle • Hebben jullie per kerndoel een lijst van vijf lesactiviteiten beschreven? • Hebben jullie een lesactiviteit uitgekozen en verder uitgewerkt? • Hebben jullie de lesactiviteit uitgevoerd? • Kon de groep vertellen bij welk kerndoel de lesactiviteit hoorde? • Hebben jullie de lesactiviteit verantwoord en om feedback gevraagd? • Hebben jullie de lesactiviteit, zo nodig, verbeterd op basis van de ontvangen feedback? Reflectie • Wat was lastig aan het bedenken van een lesactiviteit die goed aansluit bij de kerndoelen? • Hoe hebben jullie ervoor gezorgd dat de lesactiviteit goed aansluit bij de doelgroep? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

10

Engels in het basisonderwijs

    


> Taalverwerving Taalverwerving is op scholen versnipperd over verschillende vakgebieden en stopt niet bij de taalles. Het verwerven van een taal gaat de hele dag door, in de alledaagse communicatie. Dat is ook zo bij Engels. Deze taal wordt niet alleen tijdens de Engelse les op school gebruikt. Engels kom je in het dagelijks leven vaak tegen. Denk aan televisieprogramma’s en taalgebruik op internet.

Doelstellingen • • • • •

Je kunt omschrijven wat we bedoelen met ‘taalverwerving’. Je kunt omschrijven wat we bedoelen met een ‘moedertaal’. Je kunt omschrijven wat we bedoelen met een ‘tweede taal’. Je kunt een lijst maken met verschillende Engelse uitdrukkingen. Je kunt een stelling formuleren over Engels in het basisonderwijs.

 

8. Opdracht: Taalverwerving • •

Lees theoriebron 2. Ga op internet en in boeken op zoek naar informatie over taalverwerving. Beantwoord de volgende vraag. – Welke verschillen zijn er tussen simultane taalverwerving en successieve taalverwerving? Noteer minimaal drie verschillen.

Theoriebron 2: Taalverwerving

___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

 

9. Opdracht: Tweede taal • •

Lees theoriebron 2. Ga op internet en in boeken op zoek naar informatie over het leren van een moedertaal en een tweede taal. Beantwoord de volgende vragen. – Welke overeenkomsten zijn er tussen het leren van een moedertaal en het leren van een tweede taal?

Theoriebron 2: Taalverwerving

___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ –

Heb je zelf overeenkomsten of verschillen ervaren bij het leren van jouw moedertaal en een tweede taal? ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

 

10. Opdracht: Voorwaarden •

Ga op internet en in boeken op zoek naar informatie over voorwaarden voor het leren van een tweede taal op de basisschool. Beantwoord de volgende vragen.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

11


Aan welke voorwaarden moet een school volgens jou voldoen om goed Engels te kunnen aanbieden? Noteer minimaal drie voorwaarden. ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

Aan welke voorwaarden moet een leerkracht volgens jou voldoen om goed Engels te kunnen aanbieden aan leerlingen? Noteer minimaal drie voorwaarden. ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

11. Oefening: Engelse uitdrukkingen Bij het leren van een taal is het belangrijk dat je die taal veel hoort en spreekt. Op basisschool De Zilverhoek (vvto) wordt in groep 7 één dag in de week alleen maar Engels gesproken. Binnenkort ga je in groep 7 aan de slag. Het is belangrijk dat je zo veel mogelijk gangbare uitdrukkingen in het Engels kent om met de leerlingen te kunnen communiceren. Voorbereiding • Maak groepjes van twee studenten. • Zorg voor pen en papier. Uitvoering • Maak een lijst met ongeveer honderd uitdrukkingen die jullie denken nodig te hebben op een schooldag in groep 7. Denk bijvoorbeeld aan instructies die je de leerlingen geeft en aan vragen die je ze stelt. • Noteer de uitdrukkingen eerst in het Nederlands. Zet daarachter hoe je dit in het Engels kunt zeggen.

12

Engels in het basisonderwijs

  


• •

Maak gebruik van een woordenboek om woorden op te zoeken die jullie niet kennen. Let op: het gaat om Engelse spreektaal! Wissel de lijst met uitdrukkingen uit met een ander tweetal. Bekijk elkaars lijst kritisch en geef elkaar feedback. Verbeter jullie lijst en vul de lijst eventueel aan met uitdrukkingen van het andere tweetal.

Controle • Is het gelukt om een lijst met uitdrukkingen in het Engels samen te stellen? • Heeft het uitwisselen van de lijst jullie geholpen om de lijst met uitdrukkingen te verbeteren? Reflectie • Hoe lijkt het jou om een hele dag Engels te spreken in een groep?

 

12. Oefening: Stelling Voorbereiding • Zorg voor pen en papier. • Lees de volgende stelling. ‘Starten met Engels in groep 1 is overdreven.’ Uitvoering • Aan de ene kant van het lokaal gaan de studenten staan die het met de stelling eens zijn, aan de andere kant de studenten die het met de stelling oneens zijn en in het midden de studenten die geen keuze kunnen maken. • Elke groep krijgt vijf minuten de tijd om de eigen argumenten op papier te zetten. • Elke groep kiest een woordvoerder. De woordvoerders vertellen om de beurt de argumenten van de groep. • Nadat alle woordvoerders gesproken hebben, kiest iedere student wederom een plek in het lokaal bij de studenten die het met de stelling eens of oneens zijn. • Beschrijf nu de drie belangrijkste argumenten voor jouw eigen mening over deze stelling. Controle • Had je zelf een duidelijke mening over de stelling? • Hadden de groepjes duidelijke argumenten voor hun mening? • Hebben de groepjes naar elkaars mening geluisterd? • Zijn er studenten van mening veranderd na het beluisteren van de argumenten? • Heb je de voor jou drie belangrijkste argumenten bij de stelling beschreven? Reflectie • Hoe was het om argumenten te moeten bedenken voor jouw mening? • Op basis waarvan ben je tot deze argumenten gekomen?

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

13


> Lesactiviteiten

Engels

Sommige scholen beginnen met Engels in de onderbouw, andere scholen in de bovenbouw. Elke school gaat op een andere manier om met het vak Engels. Er zijn scholen die alleen werken met methoden. Op andere scholen wordt weer meer gewerkt met zelf ontwikkeld lesmateriaal. Het leuke aan Engelse lesactiviteiten is dat je er veel creativiteit in kwijt kunt!

Leerlingen aan de slag met de methode Groove.me.

Doelstellingen • • • • • • • • •

Je kunt vijftien verschillende lichaamsdelen in correct Engels opschrijven en benoemen. Je kunt in correct Engels een woordweb maken rondom een bepaald thema. Je kunt een korte casus schriftelijk beschrijven en voordragen in correct Engels. Je kunt een lijst met Engelse liedjes en rijmpjes voor het basisonderwijs samenstellen. Je kunt vijf Engelse liedjes of rijmpjes in correct Engels voordragen. Je kunt een Engels prentenboek maken dat geschikt is voor de onderbouw. Je kunt een lesactiviteit voorbereiden met een stappenplan. Je kunt nauwkeurig en correct een didactische analyse maken. Je kunt Engelse lesactiviteiten voor het basisonderwijs voorbereiden en uitvoeren.

13. Opdracht: Engels in het basisonderwijs •

Lees theoriebron 3. – Wat werd bij jou op de basisschool aan het vak Engels gedaan? ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ –

Welke Engelse lesactiviteiten heb je tijdens de stages op de basisschool gezien? ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

14

Engels in het basisonderwijs

  Theoriebron 3: Engels in het basisonderwijs


Wat zijn de leukste Engelse lesactiviteiten die jij gezien of zelf ervaren hebt? ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

    

14. Oefening: Woordweb Een woordweb, of woordspin, is een eenvoudige ‘mindmap’. Bij een woordweb vormt het thema het middelpunt. Daaromheen worden woorden genoteerd die een bepaalde verbondenheid hebben met het thema. Een woordweb kan verschillende functies hebben. Je kunt met een woordweb bijvoorbeeld de voorkennis van leerlingen activeren of zelf een beeld krijgen van de beginsituatie van de leerlingen. Voorbereiding • Maak groepjes van vier studenten. • Zorg voor pennen en een kopie van het werkmodel ‘Woordweb’ of een vel wit papier. Uitvoering • Jullie maken in het Engels een woordweb rondom de thema’s ‘supermarket’ en ‘het weer’. • Schrijf het woord ‘supermarket’ in het midden van het vel papier. Daaromheen worden in correct Engels woorden geschreven die bij dit thema passen. • Zorg ervoor dat alle groepsleden aan de beurt komen. Ga net zo lang door totdat jullie niets meer kunnen bedenken. • Beschrijf hoe je de leerlingen zou kunnen ondersteunen bij het leren van de woorden uit het woordweb. • Kies een aantal woorden uit het woordweb die bij elkaar passen en die samen het onderwerp van een lesactiviteit kunnen vormen. • Beschrijf een korte lesactiviteit met de door jullie gekozen woorden. • Herhaal de vorige stappen voor het thema ‘het weer’ (vanaf punt 2 bij 'Uitvoering'). Controle • Is het gelukt om een woordweb in correct Engels te maken? • Welke strategie hebben jullie bedacht om leerlingen de woorden uit het woordweb te leren? Reflectie • Wat heb je van het maken van een woordweb geleerd? • Hoe is de samenwerking in het groepje verlopen? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

  

15. Oefening: Schijf van Vijf Voorbereiding • Maak groepjes van twee studenten. • Lees theoriebron 3. • Zorg voor pen en papier.

Theoriebron 3: Engels in het basisonderwijs

Uitvoering • Bedenk samen met behulp van de Schijf van Vijf een Engelse les voor de onder-, midden- of bovenbouw rondom het thema ‘woonomgeving’. • Beschrijf bij elke component van de Schijf van Vijf een passende lesactiviteit. • Zorg ervoor dat de lesactiviteiten goed aansluiten bij de doelgroep.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

15


• •

Wissel jullie lesactiviteiten uit met een ander tweetal. Bekijk kritisch of jullie alle componenten van de Schijf van Vijf terug kunnen vinden in de lesactiviteiten en geef elkaar feedback.

Controle • Is het gelukt om alle componenten van de Schijf van Vijf terug te laten komen in de Engelse les? • Hebben jullie de lesactiviteiten uitgewisseld met een ander tweetal? • Hebben jullie feedback gegeven op elkaars lesactiviteiten? Reflectie • Hoe vond je het om met behulp van de Schijf van Vijf lesactiviteiten te bedenken? • Zou je de Schijf van Vijf in de praktijk gebruiken? Motiveer je antwoord. • Laat de lesactiviteiten goedkeuren door je docent voordat je verder gaat.

16. Oefening: Spel ontwikkelen

    

De meester van groep 7-8 van openbare basisschool De Meerval (Eibo) heeft gemerkt dat veel leerlingen niet weten hoe verschillende lichaamsdelen in het Engels worden genoemd. Hij wil graag dat de leerlingen van zijn groep hierover meer te weten komen. Het lijkt hem leuk om dit spelenderwijs te doen en hiervoor een spel te maken. Voorbereiding • Maak groepjes van vier studenten. • Zorg voor pen en papier. Uitvoering • Maak een spel voor de leerlingen van groep 7-8 van De Meerval. • In het spel moeten minimaal dertig lichaamsdelen aan bod komen. • Zorg ervoor dat het spel goed aansluit bij de doelgroep. • Maak gebruik van een woordenboek om woorden op te zoeken die jullie niet kennen. • In de groep demonstreren jullie het spel. Jullie krijgen feedback van jullie medestudenten. • In de groep wordt gezamenlijk geoefend met de uitspraak en spelling van verschillende lichaamsdelen. Controle • Is het gelukt om een spel te ontwikkelen dat aansluit bij de doelgroep? • Is het gelukt om alle lichaamsdelen correct te spellen en uit te spreken in het Engels? Reflectie • Zou je het spel in de praktijk gebruiken als Engelse lesactiviteit? Motiveer je antwoord. • Aan welke kerndoelen wordt gewerkt tijdens de uitvoering van het spel? • Laat het spel goedkeuren door je docent voordat je verder gaat. Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

17. Oefening: Ongeluk Voorbereiding • Maak groepjes van twee studenten. • Zorg voor pen en papier.

16

Engels in het basisonderwijs

  


Uitvoering • Beschrijf individueel op papier een klein ‘ongeluk’ dat jou op school is overkomen. Doe dit aan de hand van de volgende punten: – de beginsituatie – het ‘ongeluk’ – de ondernomen acties – de eindsituatie. • Zorg ervoor dat de casus in correct Engels is geschreven. De woorden moeten correct gespeld zijn en ook de grammatica moet kloppen. Maak eventueel gebruik van een woordenboek. • Lees om de beurt de casus voor aan de ander. Stel elkaar bij onduidelijkheden vragen in het Engels. • Controleer elkaars uitgeschreven ‘ongeluk’ en geef hierop feedback. Controle • Is het gelukt om de casus in correct Engels op te stellen? Hoe is dit gegaan? • Is het gelukt om feedback te geven met zowel positieve punten als verbeterpunten? Reflectie • Heb je de feedback van je medestudent kunnen gebruiken om de casus te verbeteren? • Welke strategieën heb je gebruikt bij het schrijven van de casus? • Hoe zou je deze oefening in de praktijk kunnen gebruiken? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

 

18. Oefening: Story books Voorbereiding • Zorg ervoor dat je een computer hebt met internetverbinding. • Zorg voor pen en papier. Uitvoering • Ga op zoek naar een ‘story book’ dat geschikt is voor leerlingen van de basisschool. • Bekijk het story book goed. Noteer alle woorden die je niet kent. Zoek de Nederlandse vertaling daarvan op in een woordenboek. • Beschrijf de doelgroep van het story book. • Beschrijf hoe je het door jou gekozen story book kunt inzetten bij een lesactiviteit. Controle • Is het gelukt om de volledige inhoud van het story book te vertalen? Reflectie • Was het lastig om het story book in het Engels te begrijpen? • Waarom heb je juist voor dit story book gekozen? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

 

19. Oefening: Lezen en kijken Voorbereiding • Zorg ervoor dat je een computer hebt met internetverbinding of een televisie. • Zorg ervoor dat je beschikt over Engelse literatuur, bijvoorbeeld uit de bibliotheek.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

17


Uitvoering • Bekijk verschillende Engelse programma’s. En lees verschillende Engelse verhalen en (kinder)boeken die geschikt zijn om in het basisonderwijs te gebruiken bij Engelse lesactiviteiten. • Zorg ervoor dat je minimaal vijf programma’s bekijkt en minimaal vijf boeken en/of verhalen leest. • Beschrijf bij elk programma voor welke doelgroep het geschikt is en hoe je het zou kunnen gebruiken bij een Engelse lesactiviteit. • Beschrijf bij elk boek en/of verhaal voor welke doelgroep het geschikt is en hoe je het zou kunnen gebruiken bij een Engelse lesactiviteit. Controle • Is het gelukt om vijf geschikte programma’s in het Engels te vinden? • Is het gelukt om vijf geschikte boeken en/of verhalen in het Engels te vinden? Reflectie • Wat heb je geleerd van het kijken naar de Engelse programma’s en van het lezen van verhalen/boeken in het Engels? • Vind je programma’s en verhalen/boeken in het Engels geschikt om in te zetten tijdens een lesactiviteit? Waarom wel of niet? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

20. Oefening: Voorlezen Voorbereiding • Maak groepjes van vier studenten. • Zorg ervoor dat je een computer hebt met internetverbinding. • Zorg voor pen en papier. Uitvoering • Ga in tweetallen op zoek naar een verhaal of prentenboek in het Engels dat geschikt is voor kinderen in het basisonderwijs. • Lees samen het verhaal. Zoek de woorden die jullie niet kennen op in een woordenboek. Schrijf die woorden op met daarbij de Nederlandse vertaling. • Bedenk minimaal vijf vragen bij het verhaal die na afloop aan leerlingen gesteld kunnen worden. • Lees jullie verhaal voor aan de andere twee groepsleden. Stel na afloop van het verhaal de vragen die jullie bedacht hebben en laat de antwoorden opschrijven. Controle • Is het gelukt om een geschikt verhaal te vinden voor basisschoolleerlingen? • Hebben jullie goede vragen kunnen bedenken bij het verhaal? • Hebben jullie allemaal een deel van het verhaal voorgelezen en een deel van de vragen gesteld? Reflectie • Wat vind je ervan om een verhaal in het Engels voor te lezen? • Wat heb je geleerd van deze oefening? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

18

Engels in het basisonderwijs

    


Engelse prentenboeken.

  

21. Oefening: Engelse prentenboeken Voorbereiding • Maak groepjes van twee studenten. • Zorg ervoor dat je een computer hebt met internetverbinding. • Zorg ervoor dat je beschikt over Engelse prentenboeken, bijvoorbeeld op internet of uit de bibliotheek. • Ga op zoek naar een Engels prentenboek dat geschikt is voor leerlingen in het basisonderwijs. • Kies drie verschillende prentenboeken uit en bepaal voor welke doelgroep deze prentenboeken geschikt zijn. • Noteer wat jullie opvalt aan de prentenboeken. Beschrijf de overeenkomsten en verschillen. • Noteer welke elementen volgens jullie onmisbaar zijn in een goed prentenboek. Uitvoering • Jullie gaan individueel een prentenboek maken dat geschikt is voor de onderbouw van de basisschool. • Het prentenboek moet bestaan uit minimaal tien pagina’s met op elke pagina een illustratie en een aantal regels tekst. • De tekst in het prentenboek is in correct Engels geschreven en de tekst is begrijpelijk en aantrekkelijk voor leerlingen in de onderbouw. • Bij het prentenboek bedenken jullie minimaal vijf vragen die je leerlingen na afloop van het verhaal zou kunnen stellen. • Jullie presenteren het prentenboek aan elkaar zoals je ook het prentenboek aan de doelgroep zou presenteren. En jullie geven elkaar feedback. Probeer je zo goed mogelijk in te leven in de doelgroep. • Verbeter eventueel het prentenboek of de vragen met de feedback die je gekregen hebt.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

19


Controle • Hebben jullie van drie verschillende prentenboeken de overeenkomsten en verschillen genoteerd? • Hebben jullie een lijst gemaakt van elementen die volgens jullie onmisbaar zijn voor een goed prentenboek? • Is het gelukt om de doelgroep voor de prentenboeken te bepalen? • Is het gelukt om jouw eigen prentenboek aantrekkelijk te maken voor de doelgroep? • Hebben jullie de prentenboeken aan elkaar gepresenteerd? Reflectie • Is het gelukt om feedback te geven met zowel positieve punten als verbeterpunten? • Heb je de feedback van je medestudent kunnen gebruiken om het prentenboek te verbeteren? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

22. Oefening: Rijmpjes en liedjes Voorbereiding • Maak groepjes van vier studenten. Elk groepje kiest een doelgroep: onder-, midden- of bovenbouw (Eibo of vvto). • Zorg ervoor dat je een computer hebt met internetverbinding. • Zorg voor pen en papier. Uitvoering • Ga op internet op zoek naar rijmpjes en liedjes die geschikt zijn voor jullie doelgroep en die passen bij de thema’s 'school', 'hobby’s', 'jezelf voorstellen', 'vakantie' en 'dieren' en een thema naar keuze. • Noteer minimaal twintig (per thema drie of vier) rijmpjes en liedjes die passen bij de door jullie gekozen doelgroep. • Schrijf achter elk rijmpje of liedje een lesactiviteit voor het vak Engels die geschikt is voor de doelgroep. • Kies per thema een rijmpje en/of liedje dat jullie het meest geschikt vinden voor de doelgroep. Zorg ervoor dat jullie beschikken over de volledige tekst in correct Engels. • Lees de rijmpjes en liedjes goed door. Noteer alle woorden die jullie niet begrijpen. Gebruik een woordenboek. • Gebruik het werkmodel ‘Liedjesmap’. Vul het werkmodel per liedje of rijmpje zo zorgvuldig mogelijk in. • Kies een lesactiviteit uit en presenteer deze aan de groep. Jullie medestudenten geven feedback en kunnen vragen stellen. De liedjes en rijmpjes worden in de groep uitgewisseld, zodat jullie allemaal een complete liedjesmap krijgen. Controle • Is het gelukt om geschikte rijmpjes en liedjes te vinden bij de thema’s voor jullie doelgroep? • Is het gelukt om bij elk rijmpje of liedje een passende lesactiviteit te bedenken? • Hebben jullie de woorden die jullie niet begrijpen opgezocht in een woordenboek? • Hebben jullie zes liedjes of rijmpjes uitgewerkt volgens het werkmodel 'Liedjesmap'? • Hebben jullie een lesactiviteit aan de groep gepresenteerd en om feedback gevraagd? Reflectie • Hoe is de samenwerking verlopen tijdens deze oefening? • Wat heb je van de feedback van de groep geleerd? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

20

Engels in het basisonderwijs

    


  

23. Oefening: Engelse lesactiviteit Op basisschool ’t Buitenveld (Eibo) wordt op dit moment alleen in de bovenbouw Engels gegeven. Vanaf volgend schooljaar gaat de school vanaf groep 1 Engels aanbieden. Tijdens een teamvergadering zijn verschillende Engelse lesactiviteiten besproken. Jij bent met het idee gekomen om in groep 1-2 een beer te gebruiken die Engels spreekt. Het team was meteen enthousiast, maar hoe ga je dit aanpakken? Aan jou is gevraagd om een voorbeeld van een Engelse lesactiviteit met de beer verder uit te werken. Tijdens de volgende vergadering presenteer jij de lesactiviteit aan het team. Voorbereiding • Zorg ervoor dat je een computer hebt met internetverbinding. • Zorg voor pen en papier. Uitvoering • Beschrijf hoe een beer ingezet kan worden bij Engelse lesactiviteiten en waarom het gebruik van een beer effectief kan zijn. • Maak individueel een lijst met thema’s die geschikt zijn voor de doelgroep. • Kies gezamenlijk een thema om verder uit te werken tot een lesactiviteit. • Gebruik het werkmodel ‘Stappenplan activiteit’ bij het voorbereiden van de lesactiviteit. Volg de stappen van dit stappenplan en noteer de informatie nauwkeurig. • Jullie demonstreren de lesactiviteit aan een ander tweetal. Zij geven jullie feedback. Controle • Is het gelukt om een passende lesactiviteit voor de doelgroep te bedenken? • Op welke manier hebben jullie de beer ingezet bij de lesactiviteit? Reflectie • Zou je de beer zelf in de praktijk gebruiken bij Engelse lesactiviteiten? Motiveer je antwoord. • Hoe was het om de lesactiviteit te demonstreren aan een ander tweetal? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

    

24. Oefening: Engelse themales Volgend schooljaar maakt jenaplanbasisschool Omnibus (Eibo) de overstap naar vvtoEngels. Een coach bereidt de leerkrachten voor op deze overgang. Tijdens de laatste bijeenkomst is aan de leerkrachten gevraagd om een Engelse les met een bepaald thema voor te bereiden voor de eigen groep. Bij JBS Omnibus wordt gedurende het schooljaar elke zes weken gewerkt met een ander thema. Het is de bedoeling dat alle kerndoelen Engels voor het basisonderwijs aan bod komen tijdens de les. Voorbereiding • Maak groepjes van vier studenten. • Zorg voor pen en papier. • Lees theoriebron 3. • Maak een lijst met thema’s die in het basisonderwijs gebruikt zouden kunnen worden.

Theoriebron 3: Engels in het basisonderwijs

Uitvoering • Ontwerp samen een Engelse les voor de onder-, midden- of bovenbouw van JBS Omnibus. Beschrijf eerst duidelijk de doelgroep. • Kies gezamenlijk een thema om verder uit te werken.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

21


• • • •

Gebruik het werkmodel ‘Didactische analyse’ bij het voorbereiden van de Engelse les. Zorg ervoor dat alle kerndoelen Engels tijdens de les aan bod komen. Jullie voeren een deel van de Engelse les uit met de groep. Maak tijdens de uitvoering van de les gebruik van Total Physical Response (TPR). Na afloop van de activiteit krijgen jullie feedback van de groep. Noteer deze feedback. Deze kun je later nog gebruiken.

Controle • Hebben jullie een Engelse les voor de onder-, midden- of bovenbouw van JBS Omnibus ontwikkeld op basis van het didactisch analysemodel? • Is het gelukt om alle kerndoelen Engels in de les te verwerken? • Is het gelukt om tijdens het uitvoeren van de les gebruik te maken van TPR? Reflectie • Hoe was het om deze Engelse lesactiviteit te begeleiden? • Hoe is de samenwerking in de groep verlopen? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

25. Oefening: Lesvoorbereiding Op basisschool De Markies (vvto) zijn het afgelopen schooljaar, in verband met ziektevervanging en wisselende leerkrachten, in verschillende groepen onvoldoende Engelse lesactiviteiten aangeboden. De directeur betreurt dit zeer. Hij wil daarom dat in alle groepen lesvoorbereidingsformulieren aanwezig zijn, zodat de Engelse lesactiviteiten ook bij ziekte kunnen doorgaan. Voorbereiding • Maak groepjes van twee studenten. • Zorg voor pen en papier. Uitvoering • Jullie gaan een Engelse lesactiviteit voor de onder-, midden- of bovenbouw van het basisonderwijs voorbereiden met behulp van het werkmodel ‘Didactische analyse’. Dit

22

Engels in het basisonderwijs

  


• • • • •

doen jullie rondom de thema's 'de weg wijzen', 'iets vertellen over jezelf' of 'boodschappen doen'. Vul het werkmodel zo nauwkeurig mogelijk in, zodat ook iemand anders deze lesactiviteit zou kunnen geven zonder al te veel voorbereiding. Zorg ervoor dat jullie alle materialen bezitten die jullie nodig hebben bij de lesactiviteit. In de groep gaan jullie de lesactiviteit uitvoeren. Het is de bedoeling dat de didactische analyse en de daarbij benodigde materialen uitgewisseld worden met een ander tweetal. Elk tweetal mag zich met behulp van de didactische analyse kort voorbereiden op de lesactiviteit en voert de activiteit uit met de groep. Na afloop van de lesactiviteit geeft de groep feedback. Noteer de feedback die op jouw lesactiviteit gegeven wordt. Deze informatie kun je gebruiken om de lesactiviteit te verbeteren.

Controle • Hebben jullie de didactische analyse goed kunnen invullen? • Is het jullie medestudenten gelukt om de lesactiviteit, met behulp van jullie werkmodel, uit te voeren? Reflectie • Hoe vond je het om de lesactiviteit van iemand anders uit te voeren? • Wat heb je van de feedback van de groep geleerd? Beschrijf het proces en jouw ervaringen in je trainingslogboek.

Leerlingen aan het werk met de methode Groove.me.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

23


26. Opdracht: Reflectie In opdracht 1 hebben jullie een plan gemaakt voor Engels op de ‘ideale’ basisschool. • Bekijk het plan nog een keer. Beantwoord de volgende vragen. – Hoe kijk je nu tegen jullie plan aan? Is jouw mening veranderd? Motiveer je antwoord. ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________ –

Wat zou je willen aanpassen aan het plan dat jullie gemaakt hebben? ___________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________

24

Engels in het basisonderwijs

 


> Theoriebron

1: kerndoelen

Kerndoelen primair onderwijs Binnen het primair onderwijs krijgen leerlingen verschillende vakken die wettelijk verplicht zijn. Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft voor deze verplichte vakken kerndoelen geformuleerd. Kerndoelen zijn eisen die de overheid aan het onderwijs stelt. Voor het primair onderwijs geven de kerndoelen per vak aan wat leerlingen na groep 8 moeten weten en kunnen. Kerndoelen stellen geen eisen aan de leerlingen en zijn geen streefdoelen. Het zijn eisen die aangeven wat in elk geval aan alle leerlingen moet worden aangeboden. De kerndoelen kunnen leerkrachten houvast bieden bij het maken van inhoudelijke keuzes. Voor leerlingen is het belangrijk dat hun ontwikkeling ononderbroken is en dat er geen scheidslijn is bij bijvoorbeeld de overgang naar een andere groep. Kerndoelen dragen bij aan een doorgaande leerlijn: een ontwikkelingslijn in het primair onderwijs zelf en een doorgaande lijn naar het voortgezet onderwijs.

Verplichte vakken De verplichte vakken voor het basisonderwijs zijn: • Nederlandse taal • Engelse taal • rekenen en wiskunde • oriëntatie op jezelf en de wereld (bijvoorbeeld aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, burgerschapsvorming, verkeersles en staatsinrichting) • kunstzinnige oriëntatie (bijvoorbeeld muziek, tekenen en handvaardigheid) • bewegingsonderwijs (bijvoorbeeld gymlessen). (Rijksoverheid, 2013)

Niet-verplichte vakken Naast de verplichte vakken kunnen scholen het vakkenpakket aanvullen met nietverplichte vakken, zoals levensbeschouwelijk vormingsonderwijs, Frans of Duits. Niet elke school heeft precies dezelfde vakken, omdat scholen de vrijheid hebben om eigen keuzes te maken. Scholen mogen zelf bepalen op welke manier zij de vakken aanbieden en met welke lesmethoden de kerndoelen worden bereikt.

Kerndoelen Engels Nederlanders hebben internationale kennis en taalvaardigheden nodig. De Engelse taal wordt steeds belangrijker vanwege de toenemende internationalisering en de veranderende samenleving. De Europese Unie streeft er daarom naar om alle Europeanen twee talen te laten leren op een zo jong mogelijke leeftijd. In het basisonderwijs wordt Engels zo veel mogelijk samengebracht met andere vakken door onderwerpen als de woonomgeving, het lichaam, het weer, vrije tijd en hobby’s. Het gaat in het basisonderwijs voornamelijk om mondelinge communicatie, het lezen van eenvoudige teksten, het schrijven van veelvoorkomende woorden en het gebruiken van een woordenboek. Kerndoelen Engels voor het basisonderwijs: 13. De leerlingen leren informatie te verwerven uit eenvoudige gesproken en geschreven Engelse teksten. 14. De leerlingen leren in het Engels informatie te vragen of te geven over eenvoudige onderwerpen en zij ontwikkelen een attitude waarbij ze zich durven uit te drukken in die taal.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

25


15. 16.

De leerlingen leren de schrijfwijze van enkele eenvoudige woorden over alledaagse onderwerpen. De leerlingen leren om woordbetekenissen en schrijfwijzen van Engelse woorden op te zoeken met het woordenboek.

(SLO, 2013)

Leerkracht geeft les met de methode Groove.me.

Europees Platform Het Europees Platform is door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aangesteld om zich in Nederland sterk te maken voor internationalisering van leerlingen door vroeg vreemdetalenonderwijs (vvto). Vroeg vreemdetalenonderwijs betekent dat leerlingen in het basisonderwijs op zeer jonge leeftijd een vreemde taal leren (Engels, Duits, Frans of Spaans). Het Europees Platform heeft als doel om vvto in Nederland te bevorderen. Zowel in Nederland als in Europa wordt deze onderwijsvernieuwing steeds populairder.

Overgang naar het voortgezet onderwijs Bij de overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs lopen leerlingen soms tegen aansluitingsproblemen aan bij het vak Engels. Op veel scholen worden leerlinggegevens voor het vak Engels niet specifiek overgedragen. De kerndoelen Engels geven ook weinig concrete indicaties voor het na te streven niveau voor Engels aan het einde van de basisschool. Toetsing van Engels is hierdoor een lastig punt en maakt het moeilijk om te bepalen of leerlingen de vaardigheden uit de kerndoelen voldoende beheersen en welk niveau ze hebben bereikt. Hierdoor is het niet eenvoudig om te zorgen voor een doorlopende leerlijn waarmee in het voortgezet onderwijs verder gewerkt kan worden. De verwachting is dat het niveau van leerlingen die vanaf groep 1 Engels krijgen, hoger is dan het niveau van leerlingen die alleen in groep 7 en 8 Engels kregen.

Kerndoelen voortgezet onderwijs In de onderbouw van het voortgezet onderwijs bouwt het onderwijs in het Engels voort op de eerste kennismaking daarmee in het basisonderwijs. De verschillende aspecten van taalvaardigheid (luisteren, gesprekken voeren, spreken, lezen en schrijven) komen zo veel mogelijk in samenhang aan bod. Het luisteren naar en begrijpen van Engels staat centraal, en in samenhang daarmee het opbouwen van een basiswoordenschat.

26

Engels in het basisonderwijs


Kerndoelen Engels voor het voortgezet onderwijs: 11. De leerling leert verder vertrouwd te raken met de klank van het Engels door veel te luisteren naar gesproken en gezongen teksten. 12. De leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn Engelse woordenschat. 13. De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven Engelstalige teksten. 14. De leerling leert in Engelstalige schriftelijke en digitale bronnen informatie te zoeken, te ordenen en te beoordelen op waarde voor hemzelf en anderen. 15. De leerling leert in spreektaal anderen een beeld te geven van zijn dagelijks leven. 16. De leerling leert standaardgesprekken te voeren om iets te kopen, inlichtingen te vragen en hulp te vragen. 17. De leerling leert informeel contact in het Engels te onderhouden via e-mail, brief en chatten. 18. De leerling leert welke rol het Engels speelt in verschillende soorten internationale contacten.

Europees Referentie Kader In het voortgezet onderwijs wordt gewerkt met het Europees Referentie Kader (ERK). Het ERK is een vastgesteld raamwerk van niveauomschrijvingen met zes taalvaardigheidsniveaus (A1, A2, B1, B2, C1, C2), van het beginnersniveau A1 tot en met het beheersingsniveau C2. Deze niveau-indeling dekt het volledige gebied van het leren beheersen van een vreemde taal. (SLO, 2013)

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

27


> Theoriebron

2: taalverwerving

Taal Taal is een vanzelfsprekend onderdeel van communicatie. Een leven zonder taal is nauwelijks voor te stellen. We zouden zonder taal niets kunnen vragen of vertellen. De ontwikkeling van taal heeft een belangrijke functie in de totale ontwikkeling van een kind. Voor de ontwikkeling van taal zijn er enkele aantal algemene voorwaarden. Er moet sprake zijn van: • voldoende verstandelijke ontwikkeling • voldoende sociaal-emotionele ontwikkeling • voldoende sensomotorische ontwikkeling • voldoende zintuiglijke ontwikkeling • een op de communicatieve ontwikkeling van de persoon afgesteld taalaanbod. Al direct na de geboorte beginnen kinderen met het verwerven en ontwikkelen van taal. Door taal kan het kind communiceren met de omgeving. Het verwerven van een (moeder)taal is een natuurlijk leerproces. Maar dit betekent niet dat het zich eigen maken van de taal vanzelf gaat. Om een taal te kunnen verwerven, moet een kind verschillende regels leren begrijpen en gebruiken. Om al deze regels te leren, is het van belang dat er voldoende taalaanbod van de omgeving is.

Simultane taalverwerving Wanneer gelijktijdig twee talen worden aangeleerd, spreken we van simultane taalverwerving. Bij simultane taalverwerving is er nauwelijks onderscheid tussen de (eerste) moedertaal en de tweede taal. Wanneer kinderen vanaf de geboorte twee talen aangeboden krijgen, ontstaan twee taalsystemen in de hersenen, die gedeeltelijk apart worden opgeslagen. Het leren van de tweede taal gaat meer vanzelfsprekend en spelenderwijs.

Successieve taalverwerving Het leren van een tweede taal na een eerste taal, bijvoorbeeld Engels op de basisschool, wordt successieve taalverwerving genoemd. Het leren van een tweede taal is dan nog wel

28

Engels in het basisonderwijs


mogelijk, maar hetzelfde niveau als dat van eerstetaalverwervers wordt zelden bereikt. Dit komt doordat men zich baseert op de kennis van de eerste taal, de moedertaal. Zo worden als het ware taalstructuren van de ene naar de andere taal overgedragen.

Meertaligheid Een nieuwe taal leren, gaat niet bij iedereen op dezelfde manier. De hersenen van jonge kinderen zijn voor het leren van een taal zo in ontwikkeling dat zij makkelijker een tweede taal leren dan oudere kinderen en jongvolwassenen. Jonge kinderen leren een taal op de ‘automatische piloot’, terwijl oudere kinderen veel grammaticaregeltjes moeten leren. Hoe later het taalvermogen van kinderen gestimuleerd wordt, hoe meer inspanning hiervoor nodig is en hoe kleiner de kans wordt om die taal net zo goed te leren als iemand van wie het de moedertaal is.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

29


> Theoriebron

3: Engels in het basisonderwijs

Engels in het basisonderwijs Beheersing van de Engelse taal wordt voor iedereen steeds belangrijker. Sinds 1986 is Engels daarom een verplicht vak in het basisonderwijs (Eibo) voor groep 7 en 8. Om Engels een ge誰ntegreerde plaats in het basisonderwijs te geven, zijn in 1993 de eerste kerndoelen ontwikkeld. In 1998 volgt een tweede generatie kerndoelen en in 2006 de derde generatie. De plaats van Engels in het basisonderwijs wordt door het Europese beleid gefundeerd. Uitgangspunt is dat leerlingen een redelijke beheersing van het Engels kunnen bereiken als er vroeg met Engels onderwijs gestart wordt.

Leerling werkt met de methode Groove.me.

Jong geleerd Scholen kunnen zelf bepalen vanaf welke groep ze starten met Engels. De meeste scholen doen dat in de bovenbouw, andere scholen starten met Engels in de onderbouw. Het leren van een vreemde taal op jonge leeftijd heeft enkele voordelen. Jonge kinderen hebben bijvoorbeeld weinig moeite met het uitspreken van bepaalde klanken en pakken de uitspraak van woorden in een vreemde taal hierdoor makkelijker op. Daarnaast worden de taalgebieden in de hersenen gestimuleerd, wat weer een voordeel kan zijn bij het leren van andere talen. Door vroeg te beginnen met een vreemde taal, komen kinderen hiermee op een plezierige manier, spelenderwijs, in aanraking.

Lesactiviteiten Leerkrachten kunnen het vak Engels op verschillende manieren aanbieden. Denk bijvoorbeeld aan lezen, schrijven, spreken, luisteren en het opzoeken van informatie. Er zijn veel Engelse lesmethoden en -materialen ontwikkeld waarvan leerkrachten gebruik kunnen maken. Tijdens Engelse lessen wordt veel geoefend met de spreekvaardigheid, de luistervaardigheid en de woordenschat. Daarnaast gebruiken leerkrachten vaak aanvullend materiaal van internet, uit Engelse leesboeken of zelf ontwikkeld lesmateriaal. Vaak om variatie aan te brengen.

30

Engels in het basisonderwijs


Total Physical Response Een techniek om leerlingen taal aan te bieden, is Total Physical Response (TPR). Leerlingen maken bij deze techniek kennis met taal doordat de leerkracht voortdurend in de ‘nieuwe’ taal spreekt. De leerkracht geeft spelenderwijs opdrachten aan de leerlingen en laat hen opdrachten uitvoeren. Bijvoorbeeld: ‘Put your hands up.’ De opdrachten worden langzaamaan complexer. Bijvoorbeeld van ‘Take your books’ naar ‘Open your books on page 24 and do the first exercise up there on the right’.

Schijf van Vijf Bij het leren van een taal is het belangrijk om iets met de taal te ‘doen’. Hoe meer je de taal gebruikt, hoe beter je de taal immers leert. Door met de taal bezig te zijn, leer je steeds meer nieuwe woorden en zinnen. Bij het aanbieden van een taal aan leerlingen is het belangrijk dat de leeractiviteiten effect hebben. De activiteiten moeten leerzaam zijn en aan bepaalde kwaliteitseisen voldoen. Voor het vreemdetalenonderwijs is de ‘Schijf van Vijf’ opgesteld. De componenten van de Schijf van Vijf: 1. input 2. inhoud 3. vorm 4. output 5. strategieën beheersen.

Input In de eerste plaats moet er taalaanbod zijn. De leerlingen moeten blootgesteld worden aan input die net boven hun huidige taalniveau ligt, waardoor ze continu taal bijleren.

Inhoud Het taalaanbod moet betekenisvol zijn voor de leerlingen. Het werkt motiverend als het taalaanbod aansluit bij hun interesses.

Vorm Door betekenisvolle input komen de leerlingen in contact met grammatica, spelling en regels van de ‘nieuwe’ taal. Door herhaling zullen zij zich deze structuren eigen maken en deze uiteindelijk zelf proberen toe te passen.

Output Om de actieve taalbeheersing van leerlingen te vergroten, is het noodzakelijk dat leerlingen de taal zelf gebruiken. Hierdoor leren ze welke kennis nog ontbreekt. Vervolgens zullen de leerlingen actief op zoek gaan naar de kennis die nodig is om de output aan te vullen.

Strategieën beheersen Leerlingen zullen altijd te maken hebben met ontbrekende kennis van de ‘nieuwe’ taal. Om dit te compenseren, kunnen ze strategieën leren. Bijvoorbeeld omschrijven, synoniemen gebruiken of gebaren.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

31


> Werkmodel:

32

Engels in het basisonderwijs

woordweb


> Werkmodel:

stappenplan

activiteit 3 x 3 stappenplan Het voorbereiden van activiteiten Stap 1

Het beschrijven van de beginsituatie:  Verzamel informatie over de doelgroep voor wie de activiteit bedoeld is.  Beschrijf de achtergrond van de deelnemers, bijvoorbeeld hoe oud ze zijn.  Beschrijf hoe groot de groep deelnemers is.  Beschrijf de locatie waar de activiteit georganiseerd wordt.  Beschrijf wat de reden is dat de activiteit georganiseerd wordt.

Stap 2

Het formuleren van doelen:  Beschrijf de functie, het doel van de activiteit.  Beschrijf wat je met de activiteit bij de deelnemers wilt bereiken.

Stap 3

Het maken van een planbeschrijving:  Omschrijf hoe je de doelen die je geformuleerd hebt, denkt te behalen.  Bedenk welk thema en welke activiteiten geschikt zouden zijn.  Beschrijf het verloop van de activiteit, de introductie, de uitvoering en de afsluiting.  Maak een tijdsplanning voor de activiteit.  Omschrijf wat het eindproduct van de activiteit zal zijn.  Omschrijf welke middelen je nodig hebt voor het uitvoeren van de activiteit.  Omschrijf vooraf hoe je de activiteit wilt gaan begeleiden.  Omschrijf vooraf hoe je de activiteit samen met de deelnemers wilt gaan afsluiten. Het uitvoeren van activiteiten

Stap 4

Het introduceren van de activiteit bij de deelnemers:  Zorg ervoor dat de introductie de deelnemers aanspreekt en enthousiast maakt over de activiteit.  Check aan het einde van de introductie of het voor de deelnemers duidelijk is wat van hen verwacht wordt.

Stap 5

Het begeleiden van de deelnemers tijdens de activiteit:  Houd in de gaten of iemand hulp nodig heeft en of het uitvoeren van de activiteit goed gaat.  Pas eventueel tussentijds je planning aan als dit nodig is.

Stap 6

Het afsluiten van de activiteit samen met de deelnemers:  Sluit de activiteit af samen met de deelnemers.  Je kunt bij het afsluiten van de activiteit met de deelnemers samen evalueren. Het evalueren van activiteiten

Stap 7

Het maken van een productevaluatie:  Is het doel bereikt? Ben je tevreden over de uitkomst van de activiteit?

Stap 8

Het maken van een procesevaluatie:  Klopte de tijdsplanning?  Hoe was de samenwerking?  Was de gebruikte werkwijze de beste?  Was de materiaalkeuze goed?

Stap 9

Het trekken van conclusies uit de evaluatie:  Ben je tevreden over de activiteit of niet?  Wat ga je de volgende keer anders doen?

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

33


> Werkmodel: Titel: Doelgroep: Onderwerp: Tekst:

Lesidee:

34

Engels in het basisonderwijs

liedjesmap


> Werkmodel:

didactische

analyse Lesvoorbereidingsformulier

Van Gelder

Datum Student Persoonlijke beginsituatie

Persoonlijk leerdoel

School Vak-/vormingsgebied Onderwerp/thema

Didactische werkvorm Inleiding ±……min

Leerstof

Leeractiviteit

Onderwijsleermiddelen

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

35


Didactische werkvorm Kern ±……min

Leerstof

Leeractiviteit

Onderwijsleermiddelen

Afsluiting ±……min

Leerstof

Leeractiviteit

Onderwijsleermiddelen

Evaluatie Student

Docent

Handtekening student

36

Engels in het basisonderwijs

Handtekening docent


> Beoordeling Naam deelnemer: Namen groepsgenoten:

Groep: Docent: Blok/periode: Onderwerp:

Onderdeel

Criteria

Actieve deelname

• • •

Persoonlijk Verslag

Voldoende

Onvoldoende

De student was voldoende aanwezig. De student leverde een positieve bijdrage in zijn groepje. De student leverde een actieve bijdrage in de les.

Persoonlijk verslag • Het persoonlijk verslag bevat alle gevraagde onderdelen. Trainingslogboek • Het trainingslogboek is goed bijgehouden. • Het trainingslogboek is netjes en verzorgd. STARR • Er is van meer opdrachten een reflectie volgens de STARR-methode gemaakt. • De reflectie volgens de STARR-methode bevat de volgende onderdelen: situatie, taak, actie, resultaat en reflectie. • De reflectie volgens de STARR-methode geeft aanleiding tot verbeterpunten.

© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

37


Onderdeel

Criteria

Demonstratie

• •

• Mondeling en schriftelijk taalgebruik

Voldoende

Onvoldoende

De student maakt in correct Engels twee woordwebs rondom twee verschillende thema’s. De student maakt een lesvoorbereidingsformulier voor een Engelse lesactiviteit voor de onder-, midden- of bovenbouw van het basisonderwijs. De student maakt een lijst met Engelse rijmpjes en liedjes voor de onder-, middenof bovenbouw van het basisonderwijs. De lijst bestaat uit zes rijmpjes en liedjes (met bijbehorende lesactiviteit) die passen bij de thema’s: school, hobby’s, jezelf voorstellen, vakantie, dieren en een thema naar keuze. De student maakt in correct Engels een Engels prentenboek voor de onderbouw van het basisonderwijs met daarbij vijf vragen voor de leerlingen. De student geeft blijk van voldoende theoretische achtergrond.

Mondeling taalgebruik Schriftelijk taalgebruik • De schriftelijke producten zijn in correct Nederlands geschreven.

Overig

Eindbeoordeling

Onvoldoende

Voldoende

Datum: .........................................

Paraaf docent:

Paraaf deelnemer:

………………………………

………………………………

38

Engels in het basisonderwijs

Goed

>


© Uitgeverij Edu’Actief b.v.

39


40

Engels in het basisonderwijs


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.