ij
er
ev
itg
U
tie
u' Ac
Ed
Levensboek
.
fb .v
Project
Auteur: Betty Engelsma, Jo-Anne Schaaf Inhoudelijke redactie: Jo-Anne Schaaf Titel: Levensboek
©
tie
ISBN: 978 90 3723 357 5
fb .v
Uitgeverij: Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl
.
Colofon
Edu’Actief b.v. 2016
u' Ac
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Ed
Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.
U
itg
ev
er
ij
Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.
4
Vooronderzoek
7
Ontwerpfase
10
Voorbereidingsfase Realisatiefase 14 15
U
itg
ev
er
ij
Ed
u' Ac
Evaluatie
12
tie
Oplevering
11
fb .v
Over dit project
.
Inhoudsopgave
3
Over dit project
Over dit project Inleiding
fb .v
.
Over dit project
Werken aan een project doe je vaak met verschillende mensen gedurende een langere periode. Dit omdat het vaak niet haalbaar is om alles alleen te doen. Aan dit project werk je in een projectgroep. De projectgroep bestaat uit drie personen.
tie
Lees eerst samen de casus over Mevrouw Dupré.
Leerdoelen
Je kunt zelfstandig een levensboek maken. Je kunt rekening houden met de mogelijkheden en beperkingen van de cliënt. Je toont aan dat je je kunt inleven in het leven en de levensloop van de cliënt. Je voert op een zorgvuldige en empathische manier de gesprekken met de cliënt. Je kunt methodisch werken.
u' Ac
• • • • •
Ed
Projectbeschrijving Mevrouw Dupré
U
itg
ev
er
ij
Antoinette Dupré is nu 56 jaar. Haar leven is vier jaar geleden drastisch veranderd toen ze een ongeluk kreeg met grote gevolgen: ze kreeg een dwarslaesie, haar relatie is stukgelopen en haar werk als verpleegkundige kan ze niet meer doen. Ze woont sinds een jaar in een Fokuswoning waar ze bij de dagelijkse levensbehoeften ondersteund wordt. Vaak wordt Antoinette overmand door verdrietige gevoelens. Ze worstelt met veel vragen: waarom moest haar dit overkomen? Heeft haar leven nog wel zin? Wat is ze eigenlijk nog waard? Voor wie betekent ze nog iets? Haar drie zoons bezoeken haar nog wel eens, maar zijn ook druk met hun eigen carrière en hun gezinnen.
4
De gemeentelijke welzijnsorganisatie Omzien naar elkaar heeft Antoinette in contact gebracht met studenten om met haar een levensboek te schrijven. De studenten hebben haar nu drie keer bezocht. Na een aarzelend begin - ze moesten wennen aan de bittere toon van Antoinette - is er een goed contact op gang gekomen. Antoinette heeft het getroffen met deze studenten. Ze kunnen luisteren en weten goed die vragen te stellen die Antoinette stimuleren tot nadenken. Ze helpen haar anders te kijken naar haar situatie. Terwijl ze foto’s en andere illustraties bij elkaar zoeken, praten ze over haar ‘vorige leven’. En hier en daar ziet Antoinette steeds meer lichtpuntjes, ondanks haar situatie. Met wat humor ziet ze nu weer nieuwe mogelijkheden. Antoinette krijgt weer een beetje vertrouwen in zichzelf en in haar leven. En ze is heel benieuwd naar het eindresultaat van het levensboek.
tie
Voorbeeld van een levensboek.
fb .v
.
Over dit project
Opdrachtgever
u' Ac
De opdrachtgever is de gemeentelijke welzijnsorganisatie Omzien naar elkaar. De organisatie heeft het afgelopen jaar goede ervaringen opgedaan met het maken van levensboeken door vrijwilligers voor personen uit de gemeente. Er zijn waardevolle contacten tot stand gekomen en mooie producten gemaakt. Via verschillende instanties komen nu aanvragen voor het opstellen van een levensboek binnen bij Omzien naar elkaar. Het praten over het leven, het stilstaan bij belangrijke gebeurtenissen en het contact hebben met een belangstellende gesprekspartner blijkt te voorzien in een behoefte.
Ed
Aanvankelijk was doelgroep voor de levensboeken ouderen met beginnende dementie en mensen met een verstandelijke beperking, omdat het vastleggen van herinneringen voor hen veel waarde zou kunnen hebben.
ij
Tegenwoordig is de doelgroep groter, omdat het levensboek ook anderen helpt om inzicht te krijgen in het leven en het kan ondersteunen bij het voeren van de eigen regie. De eerste levensboeken voor kinderen met een handicap, eenzame mensen en mensen die uit een ander land komen en nu weinig contacten hebben, waren een groot succes. Er zijn dan ook steeds meer aanvragen om een levensboek te maken en er is een grote variatie in de vraag!
U
itg
ev
er
Vanwege de groeiende vraag heeft Omzien naar elkaar besloten om ROC’s te benaderen om mee te werken aan het maken van levensboeken. Omzien naar elkaar zoekt studenten die contactueel sterk zijn, goede gesprekken kunnen voeren en het als een uitdaging zien om van een levensverhaal een mooi boek te maken. Je docent/begeleider heeft de rol van opdrachtgever bij dit project. Als je vragen hebt voor de opdrachtgever, kun je deze dus aan de docent/begeleider stellen.
Projectopdracht Jullie krijgen de opdracht om in een groep van drie studenten een levensboek te maken. Jullie voeren gesprekken om de informatie te verkrijgen die jullie in het levensboek gaan verwerken. De opdrachtgever verwacht dat jullie eerst vooronderzoek doen. Als het levensboek klaar is, presenteren jullie het aan je medestudenten. Als laatste overhandigen jullie het boek aan diegene voor wie jullie het gemaakt hebben. Het levensboek gaan jullie voor en met iemand maken. Het kan hierbij gaan om een oudere, iemand met een verstandelijke beperking of een kind in de jeugdzorg. Zoek contact met iemand voor wie het belangrijk is om over zijn leven te vertellen en verwerk vervolgens de gesprekken tot een levensboek.
5
tie
fb .v
.
Over dit project
Projectproduct
u' Ac
Levensboek • Het is een stevig en goed hanteerbaar boek of een map met losse bladen van minstens 15 bladzijden. • Er worden voor de hoofdpersoon belangrijke thema‘s in beeld gebracht. • Elke bladzijde is goed verzorgd en netjes uitgewerkt. • De ondersteunende tekst is in goed Nederlands geschreven. • Het boek bevat een aantrekkelijke voorpagina met een pakkende titel. • Het boek is een weergave van de gesprekken met de cliënt en eventueel andere personen.
ij
Ed
Presentatie De volgende onderwerpen komen aan de orde tijdens de presentatie: • Voor wie hebben jullie het levensboek ontwikkeld? • Welke doelen hebben jullie vastgesteld? • Hoe zijn jullie aan de informatie gekomen? • Hoe hebben jullie het vormgegeven?
er
De presentatie duurt maximaal 15 minuten.
ev
Beoordeling
U
itg
Beoordelingsformulier <
6
Aan het eind van het project wordt je beoordeeld op verschillende punten: de inhoud (producteisen), en de uitvoering (processtappen). Andere belangrijke punten bij de beoordeling zijn: actieve deelname, en een nette uitwerking in correct Nederlands. Je vindt alle beoordelingseisen bij elkaar in het beoordelingsformulier.
Vooronderzoek
Vooronderzoek
Werkmodel Takenlijst <
Opdracht 2
.
1. Formeer de projectgroep en maak een samenwerkingscontract. Bepaal wat jullie moeten weten voordat je aan het project begint. 2. Maak een takenlijst en een planning: wie onderzoekt wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? 3. Voer de afspraken uit. 4. Maak een verslag van het vooronderzoek en leg dit voor aan je docent. 5. Neem dit verslag op in je projectplan.
Wat is een levensboek?
fb .v
Werkmodel Samenwerkingscontract <
Vooronderzoek
tie
Opdracht 1
Lees eerst de opdrachten uit het vooronderzoek door en vul vervolgens de takenlijst in. Begin daarna met het onderzoek. Het vooronderzoek bestaat uit verschillende onderdelen.
u' Ac
Het kind dat in een pleeggezin woont, vindt het heerlijk om zo nu en dan in zijn eigen boek te kijken en dan keer op keer de foto's te bekijken van zijn eerste huis, de spullen, de tuin, de broertjes, zijn moeder en de poes.
Ed
De man met een verstandelijke beperking geniet ervan om met zijn levensboek op tafel aan zijn kennissen uitleg te geven over wat hij allemaal heeft beleefd en wat hij belangrijk vindt. De oudere, licht dementerende man heeft houvast aan zijn levensboek, waarin belangrijke herinneringen staan, maar ook aan de fotoâ&#x20AC;&#x2122;s met de namen van zijn familieleden erbij. Het geeft hem een gevoel van veiligheid en rust.
U
itg
ev
er
ij
De vrouw die voor de derde keer is opgenomen in de psychiatrische kliniek neemt elke keer haar boek mee. Dat levensboek vertegenwoordigt haar dierbare herinneringen en bewijst voor haarzelf dat ze ook periodes in haar leven heeft gehad waarin ze niet in de problemen zat.
7
Vooronderzoek
fb .v
.
Schema doelgroepen levensboek Het levensboek kan voor verschillende doelgroepen verschillende functies hebben. Bekijk het Schema doelgroepen levensboek. Vul het schema aan met doelgroepen voor wie een levensboek interessant zou kunnen zijn. Beschrijf van elk van deze doelgroepen welke doelen je nastreeft bij het maken en later gebruiken van een levensboek. De doelstellingen bij het maken van een levensboek
Kind in pleegzorg
Herinneringen aan thuis, vertellen van een verhaal.
Opdracht 3
u' Ac
tie
Doelgroep voor wie het levensboek interessant is
Voor wie maken jullie het levensboek?
Ed
Er zijn verschillende mogelijkheden om iemand te vinden voor wie jullie een levensboek kunnen maken: • Als je stage loopt, kun je daar nagaan of er iemand is voor wie je een levensboek kunt maken. Wellicht is er iemand uit je eigen omgeving. • Je kunt een instelling voor ouderenzorg benaderen en er informeren of je voor een van hun zorgvragers een levensboek kunt maken.
Wat wordt de inhoud van het levensboek?
er
Opdracht 4
ij
Bepaal samen voor en met wie jullie een levensboek willen gaan maken.
U
itg
ev
Een levensboek bevat herinneringen in de vorm van foto’s, plaatjes, krantenartikelen en verhalen van mensen, plaatsen en dingen. De meeste informatie verkrijg je door het voeren van gesprekken. Het is belangrijk om deze gesprekken goed voor te bereiden. Welke vragen zou je kunnen stellen om de hoofdpersoon te prikkelen tot vertellen? Met behulp van die vragen ga je je een beeld vormen over de mogelijk inhoud van een levensboek. Het maken van een tijdsbalk van het leven van de hoofdpersoon kan een manier zijn om snel inzicht te krijgen in de voor de hoofdpersoon belangrijke levensgebeurtenissen. • Maak een tijdsbalk van je eigen leven en geef daarbij belangrijke gebeurtenissen aan. • Wat zou er over zo’n gebeurtenis voor jou in het levensboek moeten komen? • Bedenk hoe je samen met de hoofdpersoon een tijdsbalk kunt maken: welke vragen moet je stellen om achter de belangrijkste gebeurtenissen in iemands leven te komen?
8
Naast de tijdsbalk kun je ook bepaalde onderwerpen of thema’s bespreken. Een voorbeeld van zo’n onderwerp/thema is bijvoorbeeld het eigen gezin. • Bedenk minimaal nog vijf verschillende hoofdonderwerpen/thema’s, die ieder een hoofdstuk van een levensboek zouden kunnen vormen. • Deel deze onderwerpen/thema’s op in twee of meer subonderwerpen. • Bedenk bij ieder subonderwerp 5 tot 10 vragen.
Vooronderzoek
Opdracht 5
In welke tijd groeide de hoofdpersoon op?
fb .v
.
In veel levensboeken is vaak de stamboom opgenomen. • Onderzoek hoe je een stamboom maakt en welke informatie er in een stamboom staat. • Maak eens een stamboom van je eigen familie. • Beantwoord op basis van je ervaring de vragen: – Welke familierelaties zijn belangrijk om op te nemen in de stamboom? – Is dit voor iedere doelgroep gelijk?
Bij het maken van het levensboek is het belangrijk dat je ook iets weet van de tijd waarin de hoofdpersoon opgegroeid is. Ga op zoek naar algemene informatie over die periode: hoe werd er geleefd, hoe werd er gedacht, wat waren belangrijke gebeurtenissen in de tijd?
Werkmodel Mindmap <
Bedenk hoe je in contact kunt komen met de persoon voor wie jullie een levensboek willen maken, maar ook met andere mensen die bij het maken van het levensboek betrokken kunnen worden. • Wie willen jullie behalve de hoofdpersoon benaderen? • Wat is de vraag aan deze personen? Waarom willen jullie ze benaderen met vragen voor het levensboek? • Bereid je goed voor op een eerste gesprek met deze personen. Om een indruk op te doen van hoe een gesprek kan gaan, bekijken jullie eerst het filmpje ‘Levensboek van bewoners De Schiphorst’.
ev
er
Filmpje Levensboek van bewoners De Schiphorst <
Contacten leggen
ij
Opdracht 6
Ed
u' Ac
tie
Maak van deze informatie een mindmap. Gebruik hierbij het Werkmodel Mindmap.
itg
Opdracht 7
U
Werkmodel Logboek en Evaluatie <
Logboek Begin met het schrijven van het logboek, door de samenwerking tot zover te beschrijven. • Hoe is het samenwerken tot nu toe verlopen? • Wat ging goed en niet goed? • Wie heeft wat gedaan? Heeft iedereen een voldoende bijdrage geleverd? • Hebben jullie duidelijke afspraken gemaakt? Hoe is dit gegaan? Houd het logboek tijdens het project goed bij. De docent gebruikt het bij de beoordeling van het project.
9
Ontwerpfase
Ontwerpfase Opdracht 8
Ontwerp levensboek
.
Maak een ontwerp voor het door jullie te maken levensboek. Geef daarvoor antwoord op de volgende vragen:
fb .v
Werkmodel SMART formuleren <
tie
a. Hoe gaan jullie dit boek vormgeven? Kiezen jullie voor een map met losse stevige bladzijden, voor een boek of voor iets anders? Werken jullie alles eerst digitaal uit om later te printen of niet?
u' Ac
b. Hoe gaan jullie het geheel opbouwen? Werken jullie bijvoorbeeld met veel tekst of met veel beeldmateriaal?
c. Hoe komt de indeling eruit te zien? Voorwoord, verschillende hoofdstukken met themaâ&#x20AC;&#x2122;s, slotwoord enzovoort.
Ed
d. Met welke letter type en welke letter grote gaan jullie werken?
ij
Beantwoord de volgende vragen. Gebruik hierbij het Werkmodel SMART formuleren.
er
e. Wat is de aanleiding om voor deze persoon een levensboek te willen maken?
U
itg
ev
f. Wat zijn de doelen die jullie willen bereiken met dit project? Beschrijf dit in SMART-termen.
10
Laat het ontwerp goedkeuren door de docent en de opdrachtgever en neem het inclusief begroting op in je projectplan. Werk vervolgens het logboek bij.
Voorbereidingsfase
Voorbereidingsfase Opdracht 9
Eerste gesprek
fb .v
.
Voer een eerste gesprek om duidelijk uit te leggen wat het levensboek inhoud en hoe dit tot stand komt. Probeer bij dit gesprek een naast betrokken van de hoofdpersoon te betrekken, deze spelen immers vaak een belangrijke rol in het proces.
Ed
u' Ac
tie
a. Verzamel tijdens dit gesprek ook praktische informatie zoals: • de gegevens die je in eerste instantie moet weten over de hoofdpersoon – adresgegevens – informatie over de huidige leefomstandigheden – globaal levensverhaal – mogelijkheden en beperkingen • namen en telefoonnummers andere mensen die jullie mogen raadplegen. Dit zijn in eerste instantie de partner, kinderen, broers en zussen en vrienden omdat deze de hoofdpersoon het beste kennen. Maar ook kennissen en buren kunnen een waardevolle bijdrage leveren. Overleg altijd met de hoofdpersoon wie wel en niet betrokken mogen worden. b. Maak tijdens het eerste gesprek afspraken over de vervolg gesprekken en afspraken over het meenemen en eventueel ordenen van foto’s, muziek en andere objecten die kunnen helpen bij het ophalen van herinneringen. Bespreek met welke doel, voor de hoofdpersoon, het levensboek gemaakt gaat worden en leg dit samen met de andere afspraken duidelijk vast. Bespreek jullie ontwerp van het levensboek en pas dit eventueel aan, aan de wensen van de hoofdpersoon. Ontwikkel met behulp van het vooronderzoek en het eerste gesprek dat jullie nu gevoerd hebben de specifieke vragen die jullie willen stellen aan de hoofdpersoon en andere personen om inhoud te kunnen geven aan het levensboek.
ij
Verdiep jullie in de tijd waarin de cliënt opgroeide om de cliënt goed te kunnen begrijpen of om zijn verhaal goed te kunnen plaatsen.
U
itg
ev
er
Ga ook op zoek naar oud (foto)materiaal.
11
Realisatiefase
Realisatiefase Opdracht 10
Gesprekken voeren
fb .v
.
Het is nu tijd om de gesprekken te gaan voeren.
Voer het eerste gesprek en net zoveel vervolg gesprekken met de hoofdpersoon en andere personen als nodig is voor het maken van het levensboek. Verwerk de informatie per gesprek netjes zodat je dit later goed in het levensboek kunt verwerken.
u' Ac
tie
Nog enkele praktische tips: • Neem wat de hoofdpersoon vertelt iedere keer als uitgangspunt. • Vraag door. • Push het overstappen naar een ander onderwerp of een andere periode uit iemands leven niet. Je kunt wel voorzichtig proberen te sturen door de vragen die je stelt, je kunt er echter ook voor kiezen om nog dieper op dat onderwerp of die periode in te gaan. Kijk iedere keer wat de hoofdpersoon prettig vind en stem daar op af. • Respecteer de privacy van de hoofdpersoon • Een beeld of foto of muziek of een geur kan een herinnering oproepen maak hiervan gebruik. Houdt er bij de eerste gesprekken rekening mee dat je elkaar nog moet leren kennen en dat het delen van informatie nog wat moeizaam gaat. Geef het tijd, toon empathie en laat merken dat je oordeel vrij luistert.
Het levensboek maken
Ed
Opdracht 11
ij
Als jullie voldoende informatie hebben kunnen jullie starten met het maken van het levensboek zoals jullie afgesproken hebben met de hoofdpersoon. Scan foto’s die in een foto album zitten of van iemand anders in om zo toch in het levensboek te kunnen opnemen. Maak zelf foto’s van voorwerpen waar de hoofdpersoon een verhaal bij heeft vertelt en zoek bijvoorbeeld een plaatje van uitvoerend artist(en) of een stukje van de songtekst op bij muziek zodat je ook dit in het levensboek kunt verwerken.
er
Werk netjes, je schrijft het verhaal van iemands leven en het moet voor die persoon iets bijzonders zijn om vast te houden en door te kunnen kijken.
U
itg
ev
Wie gaat wat doen en wanneer moeten de verschillende taken zijn uitgevoerd? Noteer dit in de tabel op het Werkmodel Takenlijst.
12
Je kunt na elk overleg bekijken wat gedaan is en wat nog moet gebeuren! Bespreek de planning met je docent en verbeter deze als dat nodig is. Daarna kunnen jullie werken aan de uitvoering van het levensboek. Terwijl jullie allemaal werken aan de taken, houd je contact met elkaar en houd je de activiteitenlijst nauwlettend in de gaten. Als deze moet worden aangepast, doe je dat. Werk je logboek telkens bij wanneer je een activiteit hebt uitgevoerd. • Hoe zijn de verschillende activiteiten verlopen? Noteer wat goed en minder goed gegaan is en waardoor dit kwam. • Tegen welke problemen ben je aangelopen en hoe heb je die opgelost?
Realisatiefase
Opdracht 12
Logboek Wie gaat wat doen en wanneer moeten de verschillende taken zijn uitgevoerd? Noteer dit in de tabel op het Werkmodel Takenlijst. Je kunt na elk overleg bekijken wat gedaan is en wat nog moet gebeuren! Bespreek de planning met je docent en verbeter deze als dat nodig is.
.
Werkmodel Takenlijst <
fb .v
Terwijl jullie allemaal werken aan de taken, houd je contact met elkaar en houd je de activiteitenlijst nauwlettend in de gaten. Als deze moet worden aangepast, doe je dat.
U
itg
ev
er
ij
Ed
u' Ac
tie
Werk je logboek telkens bij wanneer je een activiteit hebt uitgevoerd. â&#x20AC;˘ Hoe zijn de verschillende activiteiten verlopen? Noteer wat goed en minder goed gegaan is en waardoor dit kwam. â&#x20AC;˘ Tegen welke problemen ben je aangelopen en hoe heb je die opgelost?
13
Oplevering
Oplevering Spreek samen met jullie docent af op welk moment jullie het levensboek inleveren en wanneer jullie de presentatie gaan geven. Overleg met de docent of de hoofdpersoon bij de presentatie aanwezig kan/mag zijn. Voor de presentatie is 15 minuten beschikbaar.
u' Ac
tie
Bereid jullie goed voor op de presentatie Vertel tijdens de presentatie: • Hoe jullie het maken van het levensboek aangepakt hebben. • Wat jullie ervaringen waren bij de gesprekken. • Hoe jullie met problemen zijn omgegaan. • Wat jullie geleerd hebben. Maak de presentatie boeiend.
.
Presentatie
fb .v
Opdracht 13
Ed
Nadat het levensboek bij de docent is ingeleverd en aan de docent is gepresenteerd, spreken jullie met de hoofdpersoon een moment af om het levensboek te overhandigen. Maak van dit gebeuren een feestelijke gebeurtenis en nodig de anderen met wie jullie gesprekken hebben gevoerd ook uit.
U
itg
ev
er
ij
Ook dit moet worden georganiseerd. Wat moet er gebeuren om een feestelijke bijeenkomst te organiseren met als hoogtepunt het overhandigen van iemands persoonlijke levensboek? In je logboek beschrijf je hoe dit is gegaan. Benoem je gedachten én gevoelens.
14
Evaluatie
Evaluatie
Opdracht 15
.
Reflecteren
Bedenk een moment of situatie tijdens het werken aan het project waarvan je nu vindt dat je het in het vervolg anders zou moeten aanpakken. Kijk terug en doe dit met behulp van de STARRT-methode. Lever het reflectieverslag in bij je docent
U
itg
ev
er
ij
Ed
u' Ac
Werkmodel STARRT-methode <
Evalueer met elkaar het project en doe hiervan verslag in het logboek met behulp van het Werkmodel Logboek en evaluatie. Besteed hierbij ook aandacht aan de uitkomsten van het samenwerkingscontract.
fb .v
Werkmodel Logboek en evaluatie <
Evaluatie
tie
Opdracht 14
15