9789037236064 evaluatiemethodes sw

Page 1

fb .v

.

Cursus

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

Evaluatiemethodes SW


Auteur: Floortje Vissers Titel: Evaluatiemethodes SW ISBN: 978 90 3723 606 4 Edu’Actief b.v. 2018

tie

©

fb .v

Uitgeverij: Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl

.

Colofon

u' Ac

Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Ed

Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

U

itg

ev

er

ij

Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.


Inhoud Over deze cursus

9

Product- en procesevaluatie Het evaluatieplan

fb .v

Wat is evalueren?

.

7

13

18

Onderzoeksmethoden en -vormen

20

tie

OriĂŤntatie

4

Gegevens analyseren en conclusies trekken Reflecteren

25

28 29

u' Ac

Theoriebron Wat is evalueren?

Theoriebron Product- en procesevaluatie Theoriebron Het evaluatieplan

31

33

Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen

35

38

U

itg

ev

er

ij

Ed

Theoriebron Gegevens analyseren en conclusies trekken

3


Over deze cursus

Over deze cursus

.

Inleiding

tie

fb .v

Evaluatie is van onschatbare waarde binnen het sociaal werk. Met een evaluatie bepaal je de waarde van je activiteiten. De evaluatie is vaak het laatste onderdeel binnen de cyclus methodisch werken. Een goede evaluatie vindt daarnaast ook plaats volgens een cyclisch proces en is een onderzoek op zichzelf. De resultaten van een evaluatie kunnen weer van invloed zijn op de start van een nieuw traject of op een nieuwe evaluatie, omdat je wilt leren van de situatie en verbeteringen wilt aanbrengen. De uitkomsten van een evaluatie zijn dus heel belangrijk voor de kwaliteit van jouw handelen als sociaal werker. In deze cursus maak je kennis met evalueren, bijbehorende belangrijke begrippen en evaluatievormen en -methoden.

Leerdoelen

Je hebt kennis van het begrip evaluatie. Je hebt kennis van de begrippen proces- en productevaluatie. Je hebt kennis van het begrip evaluatieplan. Je hebt kennis van diverse onderzoeksmethoden en -vormen. Je hebt kennis van het analyseren en conclusies trekken uit gegevens.

Ed

Beoordeling

u' Ac

• • • • •

ev

er

ij

Aan het eind van de cursus wordt je parate kennis beoordeeld met een toets. Je praktische beheersing van de leerdoelen wordt getoetst aan de hand van een beroepsproduct. Deze worden op verschillende punten beoordeeld: op inhoud (producteisen) en op de uitvoering (processtappen). Ander belangrijke Duurt de activiteit te lang? Na een goede evaluatie punten bij de beoordeling zijn: weet je het! actieve deelname aan de lessen en nette uitwerking van de opdrachten in correct Nederlands. Je vindt ze bij elkaar in het Beoordelingsformulier.

itg

Beoordelingsformulier <

U

Planningsformulier <

4

Planning Een beroepsproduct maken kost tijd. Daarom moet je dit goed plannen. Lees eerst de opdracht van het beroepsproduct goed door en vul daarna het Planningsformulier in. Neem ook de andere opdrachten van deze cursus op in je totale planning. Zo voorkom je dat je in tijdnood komt.


Over deze cursus

Beroepsproduct: Evaluatieplan, enquête en evaluatierapport (3 - 4)

.

Kies een van de onderwerpen: • de catering op school • de hygiëne op school • de verkeersveiligheid rond de school • de leefbaarheid van de wijk waarin een van jullie woont • de veiligheid van de binnenstad • een zelf te bedenken onderwerp.

tie

Werkmodel Evaluatierapport <

Samen met drie of vier medestudenten ga je een evaluatieplan opstellen, een enquête opzetten en uitvoeren, en een evaluatierapport opstellen voor een van de volgende onderwerpen.

fb .v

Werkmodel Evaluatieplan <

Processtappen

• •

er

ij

• •

Maak een planning en een taakverdeling. Overleg met je docent welk onderwerp het wordt dat je gaat onderzoeken. Het moet een representatief onderzoek zijn en de uitslag moet in een grafiek worden weergegeven. Voordat je de enquête maakt, bereid je je voor. Dit doe je door een evaluatieplan op te stellen. Maak hierbij gebruik van het Werkmodel Evaluatieplan. Vervolgens is het tijd om de enquête te gaan schrijven. – Werk de enquête zo uit dat de persoon die de enquête gaat uitvoeren hiermee meteen aan de slag kan en het duidelijk is hoe de resultaten genoteerd moeten worden. – Vraag je bij elke vraag die je opstelt af of het antwoord bijdraagt aan een antwoord op de onderzoeksvraag. Je gaat de enquête uitvoeren. Je gaat de enquête vastleggen en analyseren op de wijze zoals beschreven in het evaluatieplan. Je trekt conclusies uit de geanalyseerde evaluatiegegevens. Je doet een aanbeveling op basis van de conclusies. Wanneer de enquête is opgezet en uitgevoerd, schrijf je het evaluatierapport. Gebruik bij het schrijven van het evaluatierapport het Werkmodel Evaluatierapport maken.

Ed

• • •

u' Ac

Plan voor jezelf een datum waarop je dit beroepsproduct inlevert. Vul deze datum in op je planningsformulier.

ev

• • •

U

itg

Laat elke processtap goedkeuren door je docent, voordat je begint aan de volgende processtap.

Eisen aan het beroepsproduct • • • • • • •

Er is een uitgewerkt evaluatieplan. In het evaluatierapport is de aanleiding van het onderzoek beschreven. Er is een onderzoeksvraag opgesteld passend bij het onderwerp. De onderzoeksvraag is gericht op het proces, het product of allebei. De onderzoeksvraag en de keuze zijn uitgelegd in het evaluatierapport. Er is beschreven in het evaluatierapport voor welke doelgroep de enquête bedoeld is. De enquête is duidelijk: Iemand anders kan er gelijk mee aan de slag. Het is duidelijk hoe de resultaten genoteerd moeten worden. Alle enquêtevragen dragen bij aan het beantwoorden van de onderzoeksvraag.

5


Over deze cursus

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

fb .v

• • • • •

De gegevens uit de enquête zijn geordend, samengevat en weergegeven in de bijlage van het onderzoeksrapport. De gegevens uit de enquête zijn geanalyseerd en beschreven in het onderzoeksrapport. De resultaten uit het onderzoek zijn weergegeven in een grafiek in het onderzoeksrapport. Er zijn conclusies getrokken uit de resultaten in het evaluatierapport. Er zijn aanbevelingen gedaan in het evaluatierapport. Het evaluatierapport ziet er netjes en verzorgd uit.

.

6


Oriëntatie

Oriëntatie Opdracht 1

Woordzoeker

ij

Ed

u' Ac

tie

fb .v

.

In de hiernavolgende woordzoeker zijn woorden verwerkt die allemaal te maken hebben met evalueren. Zoek de volgende woorden (horizontaal en verticaal) op in de woordzoeker. Wanneer je alle woorden hebt gevonden, blijven er veel letters over. Deze letters vormen samen twee vragen. Als je deze opdracht in 24boost maakt, kun je de puzzel kopiëren naar een programma als Paint en eventueel uitprinten.

er

a. De eerste zin luidt:

c. De tweede zin luidt: d. Kun je al een antwoord geven op deze vraag? Zo ja, doe dat dan. Zo nee, leg uit wat je ervoor nodig hebt om deze vraag te kunnen beantwoorden.

U

itg

ev

b. Kun je al een antwoord geven op deze vraag? Zo ja, doe dat dan. Zo nee, leg uit wat je ervoor nodig hebt om deze vraag te kunnen beantwoorden.

7


OriĂŤntatie

Opdracht 2

Wandel en wissel uit

Opdracht 3

fb .v

.

Voor deze opdracht verspreiden alle studenten zich onafhankelijk van elkaar in het lokaal. Als de docent 'Sta stil!' roept, dan stopt iedereen en vormt een duo met degene die het dichtstbij staat. De docent stelt een vraag en de studenten overleggen in duo's. De docent wijst een duo aan om het antwoord te geven. Daarna verspreiden de studenten zich weer individueel door het lokaal tot de docent weer 'Sta stil!' roept en een vraag stelt.

Wat wil jij worden?

Kies een beroep binnen het sociaal werk dat je interesse heeft. Misschien wil je stage lopen in dat beroep of wil je er zelfs in de toekomst in gaan werken. In het handelen als professional ligt altijd een doel verstopt.

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

Bedenk minstens drie redenen waarom het belangrijk is in dit beroep om te controleren of de doelen die je vooraf opgesteld hebt behaald zijn door een activiteit of project.

8


Wat is evalueren?

Wat is evalueren?

.

Inleiding

fb .v

Als professional in het welzijnswerk zul je vaak activiteiten ontwikkelen voor je doelgroep en met je doelgroep. Deze activiteiten doe je niet zomaar: je wilt er iets mee bereiken. Met een evaluatie kun je vaststellen of dat gelukt is. In deze opdrachtenset ga je aan de slag met evalueren.

Leerdoelen

Opdracht 4

tie

Je kunt uitleggen wat het begrip evaluatie betekent. Je kunt het verschil uitleggen tussen evaluatie en reflectie. Je kunt het belang aangeven van evalueren. Je kunt minimaal drie verschillende vormen en methoden van evalueren benoemen.

Betekenis evalueren

u' Ac

• • • •

Iedereen evalueert meermalen per dag. Maar wat betekent evalueren eigenlijk? Ga op internet op zoek naar een definitie van evalueren. Zoek twee definities die jou het meeste aanspreken en leg uit waarom.

Ed

Welke twee definities heb je gevonden?

Evalueren is een belangrijk onderdeel van je taken als sociaal werker. Bedenk in welke situaties je als toekomstig sociaal werker kunt evalueren. Maak hierover een mindmap met Coggle. Print je mindmap uit en bespreek deze met een klasgenoot. Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen tussen jullie mindmaps?

ev

er

Theoriebron Wat is evalueren? <

Mindmap evalueren in de praktijk

ij

Opdracht 5

Website Coggle <

Verschil evalueren en reflecteren De begrippen evalueren en reflecteren worden in de praktijk vaak door elkaar gebruikt. In deze opdracht ga je onderzoeken wat het verschil is tussen evalueren en reflecteren. a. Ga op internet op zoek naar de definitie van reflecteren. Welke definitie heb je gevonden?

U

itg

Opdracht 6

b. Ga op internet op zoek naar de definitie van evalueren. Welke definitie heb je gevonden?

9


Wat is evalueren?

Evaluatie of reflectie?

fb .v

Opdracht 7

.

c. Wat is het verschil tussen evalueren en reflecteren? Zoek indien nodig meer informatie hierover op internet.

Evalueren en reflecteren zijn twee methoden met ieder een eigen doel. Welke methode zou jij inzetten in de volgende situaties? Leg je antwoord uit.

tie

a. Lieke is activiteitenbegeleider bij buurtcentrum De Maan. Ze heeft vanmiddag een ruzie gehad met collega Fatima over een event dat ze samen gaan organiseren.

Opdracht 8

Waar of niet waar?

u' Ac

b. Pieter heeft een voorlichting gegeven aan werkgevers over pesten op de werkvloer.

Bedenk een reden waarom de volgende stelling waar kan zijn. Maak gebruik van de Theoriebron Wat is evalueren?

Ed

a. Stelling: Van evalueren kun je leren.

er

ij

b. Bespreek je antwoord met een klasgenoot. Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen tussen jullie antwoorden? Kunnen jullie het eens worden? Leg je antwoord uit.

Stille discussie

U

itg

ev

Opdracht 9

10

In deze opdracht ga je met drie klasgenoten een discussie in stilte houden. Dit wil zeggen dat de volgende twee stellingen op twee A4-papieren worden geschreven en dat jullie hierop reageren door je reactie eronder te schrijven. Je mag ook op elkaars uitlatingen reageren en probeer tot een gezamenlijke mening te komen, maar onthoud: praten is niet toegestaan! Maak gebruik van de Theoriebron Wat is evalueren? Stelling 1: niet elk project of elke activiteit hoeft geĂŤvalueerd te worden. Stelling 2: als je veel werkervaring hebt, hoef je niet meer te evalueren. a. Wat is jouw mening over stelling 1? Leg je antwoord uit.


Wat is evalueren?

.

b. Wat is jouw mening over stelling 2? Leg je antwoord uit.

fb .v

c. Zijn jullie in stilte tot een gezamenlijke mening gekomen over stelling 1? Zo ja, welke mening? Zo nee, waarom niet?

u' Ac

tie

d. Zijn jullie in stilte tot een gezamenlijke mening gekomen over stelling 2? Zo ja, welke mening? Zo nee, waarom niet?

Opdracht 10

Ed

e. Jullie mogen nu weer praten. Komt de gezamenlijke mening op de twee stellingen die je hebt opgeschreven overeen met het antwoord van je groepsgenoten?

Het belang van evaluatie

er

ij

Evalueren is om diverse redenen belangrijk. Welke vijf redenen kun jij bedenken?

Wel of geen evaluatie?

ev

Opdracht 11

U

itg

Er zijn verschillende vormen van evaluatie. Geef van de volgende voorbeelden aan of dit een vorm is van evaluatie of niet. Leg je antwoord uit. a. Een beoordelingsgesprek

b. Intervisie (uitwisseling van ervaring en kennis tussen collega's)

c. Nabeschouwing van een voetbalwedstrijd

11


Wat is evalueren?

d. Een toets maken

Evaluatiemethoden

.

Opdracht 12

fb .v

Welke methode van evaluatie je kiest hangt af van het doel van je evaluatie. Leg uit wanneer je van de volgende evaluatiemethoden gebruik kunt maken. a. Observeren

tie

b. Peerevaluatie

u' Ac

c. Portfolio

d. Toets

Ed

e. Bespreek je antwoorden met een klasgenoot. Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen tussen jullie antwoorden?

U

itg

ev

er

ij

f. Kunnen jullie het eens worden over de antwoorden? Waarom wel of niet? Leg je antwoord uit.

12


Product- en procesevaluatie

.

Product- en procesevaluatie

fb .v

Inleiding

Evalueren is een onderdeel van methodisch werken omdat je evalueert volgens een plan. Dit is de laatste stap in de cyclus van het methodisch organiseren van een activiteit of een onderzoek. In je werk als sociaal werker zul je vooral te maken krijgen met productevaluatie en procesevaluatie. In deze opdrachtenset ga je hiermee aan de slag.

tie

Leerdoelen

Opdracht 13

u' Ac

• Je kunt uitleggen wat de begrippen product- en procesevaluatie inhouden. • Je hebt kennis van product- en procesevaluatievragen. • Je hebt kennis van methodisch werken bij evalueren.

Betekenis product- en procesevaluatie

Bij evalueren maken we onderscheid tussen een productevaluatie en een procesevaluatie. Beschrijf in je eigen woorden wat de beide evaluaties betekenen.

Ed

a. Productevaluatie betekent:

Product- of procesevaluatie?

er

Opdracht 14

ij

b. Procesevaluatie betekent:

Geef aan of het gaat om een procesevaluatie of een productevaluatie. Leg je antwoord uit. Maak gebruik van de Theoriebron Product- en procesevaluatie. a. Een toets maken.

ev

Theoriebron Product- en procesevaluatie <

U

itg

b. Een gesprek voeren over de voorzieningen. c. Een enquête om de tevredenheid te meten van een pas georganiseerde activiteit.

d. Een functioneringsgesprek. e. Een vergadering over de voortgang van een project.

13


Product- en procesevaluatie

Opdracht 15

Product- of procesevaluatievragen?

fb .v

a. Hebben we de jongvolwassenen op de juiste wijze begeleid? Productevaluatievraag Procesevaluatievraag

.

Bij product- en procesevaluatie horen verschillende soorten vragen. Hierna staan enkele evaluatievragen. Gaat het om een vraag die hoort bij de productevaluatie of bij de procesevaluatie? Maak gebruik van de Theoriebron Product- en procesevaluatie.

b. Waren de taken goed verdeeld? Productevaluatievraag Procesevaluatievraag

u' Ac

d. Was de tijdsplanning goed? Productevaluatievraag Procesevaluatievraag

tie

c. Waren er voor de jongeren voldoende computers beschikbaar? Productevaluatievraag Procesevaluatievraag

e. Hebben wij de jongeren weten te bereiken met onze cursus? Productevaluatievraag Procesevaluatievraag

Ed

f. Hoe werden de kinderen bij de activiteit betrokken? Productevaluatievraag Procesevaluatievraag

g. Hebben we op de juiste manier de gegevens verzameld? Productevaluatievraag Procesevaluatievraag

er

ij

h. Is de activiteit binnen het budget gebleven? Productevaluatievraag Procesevaluatievraag Zijn de doelen van het nascholingstraject bereikt? Productevaluatievraag Procesevaluatievraag

ev

i.

U

itg

Opdracht 16

14

Evaluatievragen bedenken In deze opdracht ga je nadenken over evaluatievragen. Lees eerst de casus en bedenk vervolgens twee productevaluatievragen en twee procesevaluatievragen. Maak gebruik van de Theoriebron Product- en procesevaluatie. Woningbouwvereniging De Stee organiseert voor huurders die regelmatig een huurachterstand hebben een cursus Budgettering van twee avonden. Deze cursus wordt elke zes maanden gegeven en werd het afgelopen jaar goed bezocht. Behalve de laatste keer, want toen kwamen er maar twee mensen opdagen. Ook is te zien dat het aantal huurders met een achterstand is opgelopen. Je stelt je collega voor om een tussentijdse evaluatie te houden, maar die wil hier helemaal niets van weten. Volgens hem kan het niet liggen aan de geweldige cursus die jullie organiseren. Het is volgens hem zonde van de tijd om daar aandacht aan te besteden.


Product- en procesevaluatie

a. Welke twee productevaluatievragen heb je bedacht?

Filmpje Buro PUUR voorlichting/les eetstoornis op school <

Promo voorlichting

Een promo wordt vaak gebruikt om de aandacht te trekken voor een dienst of product. Zo ook door Buro Puur die voorlichtingen geeft op scholen over eetstoornissen. Bekijk het promotiefilmpje van Buro Puur. Geef antwoord op de vragen. a. Wat is het doel van Buro Puur?

tie

Opdracht 17

fb .v

.

b. Welke twee procesevaluatievragen heb je bedacht?

u' Ac

b. Wat is het doel van dit promotiefilmpje van Buro Puur?

Opdracht 18

Ed

c. Welke evaluatievragen kun je stellen om het promotiefilmpje te evalueren? Bedenk een product- en een procesevaluatievraag.

Cyclus methodisch werken

er

ij

Evalueren maakt deel uit van methodisch handelen. De cirkel van methodisch werken bestaat uit vijf stappen. In deze opdracht ga je aan de slag met deze vijf stappen. Lees de volgende casus en geef vervolgens antwoord op de vragen. Maak hierbij gebruik van het de Theoriebron Product- en procesevaluatie.

U

itg

ev

Revalidatiekliniek Het Anker is van plan een voorlichtingsavond te organiseren voor patiënten en hun familieleden. De voorlichtingsavond houdt in dat behandelaars, therapeuten, sociaal-maatschappelijk dienstverleners en overig personeel zich presenteren. Iedere medewerker vertelt iets over zijn werk. De sociaal-maatschappelijk dienstverleners hebben namelijk vernomen dat het niet voor iedere patiënt en zijn familie duidelijk is wat iedere medewerker precies doet in de behandeling. Zo worden vragen van patiënten over het aanvragen van bijvoorbeeld een rollator gesteld aan de ziekenverzorger of schoonmaker. Deze kunnen hierop vaak geen goed antwoord geven. Dat is voor beide partijen soms vervelend. De voorlichtingsavond lijkt de sociaal-maatschappelijk dienstverleners een goede manier om de patiënten en hun familieleden te informeren over de organisatie van de revalidatiekliniek. Ook willen zij op deze manier de samenwerking met de patiënten en de familie verbeteren. Verder hopen de sociaal-maatschappelijk dienstverleners dat er familieleden zijn die plaats willen nemen in de nog op te richten cliëntenraad.

15


Product- en procesevaluatie

fb .v

.

Stap 1: Beginsituatie a. Geef een duidelijke omschrijving van de beginsituatie. Gebruik hiervoor de informatie uit de casus en je eigen fantasie.

tie

Stap 2: Doelen opstellen b. Beschrijf minimaal drie doelen (SMART) die de sociaal-maatschappelijk dienstverleners zouden willen bereiken.

Ed

u' Ac

Stap 3: Voorbereiding c. Noteer kort welke voorbereiding je zou treffen voor het uitvoeren van de voorlichtingsavond.

er

ij

Stap 4: Uitvoering d. Tijdens de uitvoering van de activiteiten zijn er altijd aandachtspunten waarop je wilt letten. Noteer minimaal twee punten waarop je wilt letten tijdens de activiteiten.

U

itg

ev

Stap 5: Evalueren e. Bedenk minimaal drie evaluatievragen voor het evalueren van de voorlichtingsavond. De vragen moeten erop gericht zijn om een goede beslissing te kunnen nemen: is de voorlichtingsavond een goede manier geweest om patiĂŤnten en hun familieleden te informeren?

Opdracht 19

Website Prezi <

16

Presenteer de cylcus In deze opdracht ga je met drie klasgenoten aan de slag met evalueren als onderdeel van de cyclus methodisch werken. Jullie gaan zelf een casus bedenken over een activiteit die jullie als sociaal werkers gaan organiseren. Daarbij doorloop je de vijf stappen uit de cyclus methodisch werken. Maak hierbij gebruik van de Theoriebron Product- en procesevaluatie. Vervolgens presenteren jullie de cyclus.


Product- en procesevaluatie

.

a. Welke situatie hebben jullie bedacht?

fb .v

b. Beschrijf de beginsituatie.

tie

c. Beschrijf drie doelen (SMART geformuleerd) die jullie willen bereiken met de activiteit.

u' Ac

d. Beschrijf de voorbereiding en de planning van de activiteit.

Ed

e. Beschrijf de punten waarop je gaat letten tijdens de uitvoering van de activiteit.

er

ij

f. Bedenk twee product- en twee procesevaluatievragen.

ev

Jullie verwerken nu de gegevens in een presentatie met Prezi. Zorg ervoor dat de presentatie er aantrekkelijk uitziet en wees creatief. Jullie presenteren de Prezi aan jullie klas en geven feedback op de presentaties van andere groepjes.

U

itg

g. Welke feedback hebben jullie gekregen?

17


Het evaluatieplan

Het evaluatieplan

.

Inleiding

fb .v

Evalueren is de laatste stap in de cyclus van het methodisch organiseren van een activiteit, een project of een onderzoek. Deze laatste stap, het evalueren, heeft ook een eigen cyclus. Een goede evaluatie moet namelijk gedegen voorbereid worden zodat je er optimaal van kunt leren.

Leerdoelen

Opdracht 20

Waarom een evaluatieplan?

tie

• Je kunt het belang van een evaluatieplan uitleggen. • Je kunt de acht onderdelen van het evaluatieplan benoemen en uitleggen.

u' Ac

Voordat je gaat evalueren, bedenk je altijd goed wat je precies wilt gaan evalueren. Dit is de eerste stap van het evaluatieplan: vaststellen wat je wilt evalueren. a. Waarom is het volgens jou belangrijk om vooraf te bepalen wat je wilt gaan evalueren?

Ed

b. Bespreek je antwoord met een klasgenoot. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen jullie antwoorden?

Vaak wordt er vergeten om projecten of activiteiten te evalueren: ze zijn immers afgelopen. Een vooraf opgesteld evaluatieplan kan uitkomst bieden. Aan welke woorden denk jij als je aan het woord evaluatieplan denkt? Bedenk zo veel mogelijk antwoorden en schrijf elk antwoord op een aparte post-it. Maak gebruik van de Theoriebron Evaluatieplan.

ev

er

Theoriebron Het evaluatieplan <

Uitgebreide evaluatie

ij

Opdracht 21

b. Nu hangen alle studenten de post-its op het bord. Jullie gaan de post-its indelen in categorieën, die jullie samen bedenken. Voorbeelden van categorieën zijn: individueel, samen, schriftelijk. Welke categorieën hebben jullie bedacht?

U

itg

a. Welke antwoorden heb jij opgeschreven?

c. Welke nieuwe woorden heb jij gehoord bij het begrip evaluatieplan?

18


Het evaluatieplan

Opdracht 22

Stappen in het evaluatieplan In de Theoriebron Het evaluatieplan zie je de acht stappen uit het evaluatieplan. Geef antwoord op de volgende vragen.

fb .v

.

a. Wat moet je doen bij stap 1: met welk doel ga je evalueren?

b. Wat moet je doen bij stap 2: wat wil je te weten komen?

tie

c. Wat moet je doen bij stap 3: hoe ga je evalueren?

u' Ac

d. Wat moet je doen bij stap 4: wie worden je respondenten?

e. Wat moet je doen bij stap 5: wie gaat de evaluatie afnemen?

Ed

f. Wat moet je doen bij stap 6: wanneer en hoe gaat de evaluatie plaatsvinden?

ij

g. Wat moet je doen bij stap 7: hoe ga je verslagleggen?

er

h. Wat moet je doen bij stap 8: wat ga je met de resultaten doen?

Welke stap?

ev

Opdracht 23

Geef van de volgende situaties aan op welke stap uit het evaluatieplan ze betrekking hebben. Maak gebruik van de Theoriebron Het evaluatieplan.

U

itg

a. Lize wil de kinderkookclub gaan evalueren. Ze gaat zich hiervoor richten op de kinderen Noah, Isabelle, Jorik, Leroy en Doortje. b. Gingen de activiteiten volgens plan? c. Een voorlichting over seksualiteit en voorbehoedmiddelen om het aantal tienerzwangerschappen in Zaandam te verlagen.

19


Onderzoeksmethoden en -vormen

.

Onderzoeksmethoden en -vormen

fb .v

Inleiding

tie

Effectief evalueren wil zeggen dat je een activiteit of project gaat evalueren volgens een stappenplan. Een onderdeel van het stappenplan is het kiezen van een onderzoeksmethode. Er zijn diverse onderzoeksmethoden maar niet elke methode is geschikt voor elk onderzoek. Ook moet je rekening houden met vormen van onderzoek, zoals kwalitatief of kwantitatief onderzoek, en met zaken als betrouwbaarheid en representativiteit.

Leerdoelen

Je kunt de begrippen kwalitatief onderzoek en kwantitatief onderzoek uitleggen. Je hebt kennis van de begrippen betrouwbaar en representatief onderzoek. Je hebt kennis van diverse evaluatiemethoden. Je kunt van een evaluatiemethode aangeven of die past bij een kwalitatief onderzoek of bij een kwantitatief onderzoek. • Je hebt kennis van enquêtevragen.

Er bestaan verschillende evaluatietechnieken om informatie te achterhalen. Zo kun je een kwantitatief onderzoek doen, maar ook een kwalitatief onderzoek. Maar wat is nu eigenlijk het verschil? Maak gebruik van de Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen. a. Beschrijf in je eigen woorden het begrip kwalitatief onderzoek.

er

ij

Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen <

Verschil kwalitatief en kwantitatief

Ed

Opdracht 24

u' Ac

• • • •

U

itg

ev

b. Beschrijf in je eigen woorden het begrip kwantitatief onderzoek.

20

c. Bespreek je antwoorden met een klasgenoot. Wat zijn de verschillen en wat zijn de overeenkomsten tussen jullie antwoorden?


Onderzoeksmethoden en -vormen

Opdracht 25

Wat voor onderzoek?

fb .v

a. Een onderzoek naar de multiculturele diversiteit bij de publieke omroep.

.

Je kunt kiezen voor een kwalitatief onderzoek of voor een kwantitatief onderzoek, een combinatie is ook mogelijk! Welke vorm(en) van onderzoek is het meest geschikt in de volgende situaties? Leg je antwoord uit. Maak gebruik van de Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen.

tie

b. Een onderzoek naar de reden waarom mensen naar een budgetvoorlichting van het NIBUD komen.

Opdracht 26

u' Ac

c. Een onderzoek naar het aantal buurtbewoners dat gebruik maakt van de gemeentelijke minimavoorzieningen.

Betrouwbaarheid en representativiteit

Betrouwbaarheid en representativiteit zijn belangrijke onderdelen van een onderzoek.

ij

Ed

a. Leg in je eigen woorden uit wat het woord representativiteit binnen een onderzoek betekent.

ev

er

b. Leg in je eigen woorden uit wat het woord betrouwbaarheid binnen een onderzoek betekent.

U

itg

c. Is een representatief onderzoek ook altijd betrouwbaar? Leg je antwoord uit.

Opdracht 27

Verbeter het onderzoek! In deze opdracht ga je aan de slag met het verbeteren van de representativiteit en betrouwbaarheid van onderzoeken. Lees de volgende situaties en bedenk wat je op het gebied van representativiteit en betrouwbaarheid kunt verbeteren. Maak gebruik van de Theoriebron Onderzoeksmethoden en vormen.

21


Onderzoeksmethoden en -vormen

fb .v

.

a. Jan wil onderzoeken of twintig deelnemers van de ouderensoos de nieuwe activiteit leuk vonden. Hij gaat de acht deelnemende mannen hierover interviewen.

Opdracht 28

Methoden in de praktijk

tie

b. Yildiz voert samen met Rens een onderzoek uit naar de tevredenheid van studenten over de docenten op hun mbo-instelling. Van elke opleiding hebben ze evenveel studenten een enquête gegeven, vijf studenten van elke opleiding. Alleen heeft Yildiz al het werk gedaan, Rens kwam zijn afspraken niet na.

Ed

a. Enquête.

u' Ac

Voor een betrouwbare evaluatie heb je gegevens nodig. Er zijn veel verschillende methoden om informatie te verzamelen. Geef voor elke methode een voorbeeld van wanneer je die methode zou inzetten. Geef ook aan of het om een kwalitatief of een kwantitatief onderzoek gaat. Maak gebruik van de Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen.

b. Interviews.

er

ij

c. Observatie.

ev

d. Groepsdiscussie.

itg

e. Visualiseren.

U

Opdracht 29

Voor- en nadelen van verschillende onderzoeksmethoden Niet elke onderzoeksmethode is geschikt voor elk onderzoek. Ga op internet en met de Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen op zoek naar de voor- en nadelen. Onderzoeksmethode 1. Enquête

2. Interview

22

Voordelen

Nadelen


Onderzoeksmethoden en -vormen

Onderzoeksmethode

Voordelen

Nadelen

fb .v

.

3. Visualiseren

4. Observatie

tie

5. Groepsgesprek

Opdracht 30

Visualisatie als methode

Visualiseren is een methode om informatie te verzamelen voor je evaluatie. In deze opdracht ga je individueel gebruikmaken van deze methode om te testen (en te kunnen evalueren) waar jullie aan denken bij het woord evaluatie. Jullie evalueren dus over het woord evaluatie. Maak een collage met Lino over het woord evaluatie.

Ed

Website Lino <

u' Ac

6. Panelonderzoek

er

ij

Wanneer je de collage klaar hebt, print je deze uit. Je gaat met drie andere studenten in een groepje zitten en legt de vier collages op tafel. Elke student vertelt over zijn collage, kort en bondig. a. Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen tussen de collages?

U

itg

ev

b. Vind je dit een goede methode om informatie te verzamelen voor een evaluatie gericht op de vraag waar studenten aan denken bij het woord evaluatie?

Opdracht 31

Welke methode? Geef bij de volgende evaluatiemethoden aan of die horen bij een kwantitatief onderzoek of bij een kwalitatief onderzoek. Geef kort aan waarom je dat vindt. Maak gebruik van de Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen. a. Interview afnemen b. EnquĂŞte afnemen

23


Onderzoeksmethoden en -vormen

c. Een collage maken

Opdracht 32

Enquêtevragen

fb .v

.

Goede enquêtevragen maken is lang niet altijd eenvoudig. Hierna zie je drie enquêtevragen. Geef per enquêtevraag aan of je het een goede of slechte vraag vindt. Leg ook uit waarom je dat vindt. Maak gebruik van de Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen. a. Enquêtevraag 1: Vond u de cursus Spaans ook zo leuk? Ja, want … Dit vind ik een goede/slechte vraag, want:

u' Ac

tie

b. Enquêtevraag 2: Vond u de begeleiding fijn? Ja/Nee Dit vind ik een goede/slechte vraag, want:

c. Enquêtevraag 3: Vond je de activiteiten ‘rappen’ en ‘een website maken’ zinvol? Ja/Nee Dit vind ik een goede/slechte vraag, want:

Verbeter de enquête

Ed

Opdracht 33

Je gaat in deze opdracht aan de slag met bestaande enquêtevragen. Lees de vragen en verbeter ze als dat nodig is. Leg ook uit waarom je iets verbetert of waarom niet. Maak gebruik van de Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen.

er

ij

a. Enquêtevraag 1: Wat vindt u van de presentators van de voorlichting en van de inhoud van de voorlichting?

U

itg

ev

b. Enquêtevraag 2: Wat vindt u van de diverse activiteiten die tijdens het buurtfeest plaatsvonden?

24

c. Enquêtevraag 3: Wat vindt u van de tijdsduur van de kookclub?

d. Enquêtevraag 4: Vindt u ook dat de begeleiding goed is? Als u problemen of vragen heeft, wordt u dan goed geholpen?


Gegevens analyseren en conclusies trekken

.

Gegevens analyseren en conclusies trekken

fb .v

Inleiding

tie

In de fase van het analyseren en conclusies trekken gaat het erom patronen te vinden die naar voren komen in de gegevens die je hebt verzameld om antwoord kunnen geven op de onderzoeksvraag(vragen). Op basis van de conclusies kun je beoordelen of het doel behaald is of niet, of dat er misschien verbeteringen aan te brengen zijn. In het laatste geval stel je het doel bij en begin je opnieuw met een evaluatieonderzoek.

Leerdoelen

Opdracht 34

u' Ac

• Je hebt kennis van het ordenen en samenvatten van gegevens. • Je hebt kennis van het analyseren van gegevens. • Je hebt kennis van conclusies trekken uit gegevens.

Ordenen van gegevens

Ed

a. Wanneer je gegevens hebt verzameld voor een evaluatie, is het de bedoeling dat je deze gaat analyseren. Daarvoor moet je eerst alle gegevens in kaart brengen. Bedenk zo veel mogelijk manieren waarop je gegevens kunt ordenen.

er

ij

b. Bespreek je antwoord met een klasgenoot. Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen tussen jullie antwoorden?

SWOT-analyse

Nadat je de verkregen informatie hebt geordend, kun je beginnen aan de analyse van de informatie. Een methode om informatie te analyseren is de SWOT-analyse. Maak gebruik van de Theoriebron Gegevens analyseren en conclusies trekken. Waar staat de afkorting SWOT voor?

ev

Opdracht 35

U

itg

Theoriebron Gegevens analyseren en conclusies trekken <

S: W: O: T:

Opdracht 36

Maak een SWOT-analyse In deze opdracht ga je in tweetallen aan de slag met het analyseren van gegevens. Dit doe je met de SWOT-analyse. Je kunt hierbij gebruikmaken de Theoriebron Gegevens analyseren en conclusies trekken. Lees de casus en maak daarna een SWOT-analyse.

25


Gegevens analyseren en conclusies trekken

fb .v

.

Buurtcentrum Hazenoog heeft sinds twee dagen zijn deuren geopend in een gebied waar geen andere buurtcentra zijn gelegen. Maar weinig bewoners weten dat er een nieuw buurtcentrum is geopend. Hazenoog ligt midden in een wijk met veel jonge gezinnen. De buurtbeheerder heeft een onderzoek gedaan. Veel ouders blijken twijfels te hebben over de verkeersveiligheid in hun wijk voor hun (jonge) kinderen.

S:

W:

tie

O:

Opdracht 37

u' Ac

T:

Conclusie

Op basis van analyses kun je conclusies trekken. Lees de volgende casus en trek uit de gegevens een conclusie. Maak gebruik van de Theoriebron Gegevens analyseren en conclusies trekken.

Ed

Een doelstelling van de dienst Sociale Zaken en Welzijn van gemeente De Borg luidt: 15% van de jeugd tussen 12 en 16 jaar in de gemeente bezoekt de jeugdsoos Kommarin. Uit de analyse achteraf is gebleken dat 25% van de jeugdigen uit de gemeente naar een jeugdsoos gaat.

er

ij

Welke conclusie kun je hieruit trekken?

Opdracht 38

Evalueren is niet alleen het op een rij zetten van feiten. Evalueren gaat verder. Tijdens het evalueren probeer je patronen te analyseren en conclusies te geven. Lees de volgende casus en de Bijlage Enquêtevragen.

U

itg

ev

Bijlage Enquêtevragen <

Samenvatten en concluderen

26

Het Jongeren Informatie Centrum (JIC) heeft de afgelopen maand twee activiteiten aangeboden voor jongeren: website bouwen en schilderen. Na afloop van de activiteit hebben vijftig deelnemers een enquête ingevuld. Een medewerker van het JIC heeft de volgende resultaten opgeschreven.

35 ingevulde enquêtes voor de activiteit website bouwen Vraag 1

30 ja - 5 kan beter - 0 nee

Vraag 2

20 goed - 10 kan beter - 5 slecht

Vraag 3

29 goed - 6 matig - 0 slecht

Vraag 4

33 goed - 1 matig - 1 slecht


Gegevens analyseren en conclusies trekken

35 ingevulde enquêtes voor de activiteit website bouwen 8 te hoog - 27 goed zo - 0 te laag

Vraag 6

28 te lang - 7 goed - 0 te kort

Vraag 7

35 ja - 0 nee

Vraag 8

10 ja - 20 nee - 5 geen mening

Vraag 9

32 ja - 3 nee

15 ingevulde enquêtes voor de activiteit schilderen 2 ja - 3 kan beter - 10 nee

Vraag 2

0 goed - 10 kan beter - 5 slecht

Vraag 3

5 goed - 9 matig - 1 slecht

Vraag 4

2 goed - 1 matig - 12 slecht

Vraag 5

10 te hoog - 5 goed zo - 0 te laag

Vraag 6

9 te lang - 5 goed - 1 te kort

Vraag 7

14 ja - 1 nee

Vraag 8

4 ja - 3 nee - 8 geen mening

Vraag 9

4 ja - 11 nee

u' Ac

tie

Vraag 1

fb .v

.

Vraag 5

Ed

Zet individueel de voorgaande gegevens overzichtelijk in een tabel. Maak hiervoor gebruik van het programma Excel.

b. Welke conclusies kun je uit de gegevens trekken? Vergelijk je antwoord met dat van een medestudent. Hebben jullie dezelfde conclusies getrokken?

U

itg

ev

er

ij

a. Maak van de voorgaande gegevens individueel een samenvatting van maximaal tien regels. Maak hierbij gebruik van de vragen uit de enquête met de Bijlage Vragenlijst.

27


Reflecteren

Reflecteren Opdracht 39

Reflectie op de lesstof

fb .v

.

a. Wat heb je allemaal geleerd? Noem drie dingen.

tie

b. Wat wist je al?

Opdracht 40

u' Ac

c. Wat ga je in de toekomst in jouw werk gebruiken?

Kritisch en creatief denken

ij

Ed

a. Kijk je naar verschillende mogelijkheden als dingen niet in één keer lukken? Noem één voorbeeld.

ev

er

b. Kom jij voor jouw mening uit als de situatie dat vraagt? Noem één voorbeeld.

Opdracht 41

Zelfregulatie, zelfsturing en samenwerking

U

itg

a. Heb je een goede planning gemaakt? Geef hiervan één voorbeeld.

28

b. Hebben jullie als groep goede afspraken gemaakt? Geef één voorbeeld van een goede afspraak.


Theoriebron Wat is evalueren?

.

Theoriebron Wat is evalueren?

fb .v

Inleiding

tie

Evalueren betekent ‘waarde bepalen’ of ‘belang bepalen’. Met een evaluatie bepaal je als het ware de waarde van je activiteiten. Heb je dankzij het uitvoeren van de activiteiten je doelen bereikt? Als professional in het welzijnswerk zul je vaak activiteiten ontwikkelen voor je doelgroep en met je doelgroep. Deze activiteiten doe je niet zomaar: je wilt er iets mee bereiken. Met een evaluatie kun je vaststellen of dat gelukt is. Vaak wil de opdrachtgever een evaluatie. Stel je voor dat de gemeente geld steekt in een voorziening voor de jeugd. Dan wil de gemeente achteraf wel graag weten of er ook positieve resultaten zijn geboekt.

Ed

u' Ac

Voorbeeld: Jongeren Informatie Centrum

Vinden ze het schilderen zinvol? Na een goede evaluatie weet je het!

In opdracht van de gemeente richt je samen met jongeren een Jongeren Informatie Centrum in. De gemeente wil op deze manier de jongeren een plaats geven waar ze informatie en

U

itg

ev

er

ij

voorlichting kunnen krijgen. Een half jaar na de opening wordt het Jongeren Informatie Centrum geëvalueerd. Er wordt onderzocht hoe groot het aantal jongeren is dat het centrum bezoekt en aan de jongeren die er komen, wordt gevraagd wat ze ervan vinden. Daarvoor worden de jongeren die naar het centrum komen, geteld. En door middel van een enquête wordt hun gevraagd wat ze van het Jongeren Informatie Centrum vinden. Van al deze onderzoeken wordt een rapport gemaakt met eindconclusies. De conclusie is dat het Jongeren Informatie Centrum goed voldoet aan de doelstelling, maar dat er meer bekendheid aan mag worden gegeven, zodat ook jongeren die nu niet komen van de activiteiten horen.

Voorbeeld: Cursus computergebruik voor ouderen Je organiseert in het wijkcentrum een computercursus voor ouderen. De doelstelling is om 30% van de doelgroep uit de wijk bij te scholen in computergebruik, zodat ze minimaal een briefje kunnen typen, een internetsite kunnen vinden en een e-mail kunnen versturen. Het budget is € 25 per deelnemer. De evaluatie bestaat uit het tellen van de deelnemers en een klein testje waaruit moet blijken of ze de vaardigheden inderdaad beheersen.

29


Theoriebron Wat is evalueren?

fb .v

.

In het evaluatierapport staat als conclusie: ‘25% van de ouderen heeft de cursus bezocht. Allemaal konden ze na afloop een e-mail versturen. De ouderen willen ook graag weten hoe je kunt facebooken. In een volgende cursus zullen we daar aandacht aan besteden. De kosten per deelnemer waren € 22.' Je organiseert in het wijkcentrum een computercursus voor ouderen. De doelstelling is om 30% van de doelgroep uit de wijk bij te scholen in computergebruik, zodat ze minimaal een briefje kunnen typen, een internetsite kunnen vinden en een e-mail kunnen versturen. Het budget is € 25 per deelnemer. De evaluatie bestaat uit het tellen van de deelnemers en een klein testje waaruit moet blijken of ze de vaardigheden inderdaad beheersen. In het evaluatierapport staat als conclusie: ‘25% van de ouderen heeft de cursus bezocht. Allemaal konden ze na afloop een e-mail versturen. De ouderen willen ook graag weten hoe je kunt facebooken. In een volgende cursus zullen we daar aandacht aan besteden. De kosten per deelnemer waren € 22.'

tie

Voorbeeld: Een toets op school

u' Ac

Je volgt op school een cursus over ontwikkelingspsychologie. De doelstelling van de cursus is onder andere dat je de ontwikkeling van het jonge kind kunt beschrijven. Na afloop van de cursus wordt de cursus geëvalueerd. Je maakt een toets waaruit blijkt of je de doelstelling al dan niet hebt gehaald. De docent vraagt jullie ook wat jullie van de cursus vonden. Enkele van je medestudenten gaven aan dat ze de cursus veel werk vonden voor de korte tijd. De docent noteert dat hij de volgende keer de cursus iets minder uitgebreid moet maken of bij de manager om meer uren zal vragen.

Ed

Belang van evaluatie

ij

Evaluaties zijn belangrijk omdat je er veel van kunt leren. Je kunt onderzoeken of de doelen bereikt zijn, of geld van financiers goed besteed wordt, of beleid goed wordt uitgevoerd en waar verbeterpunten liggen. Ook voor cliënten is evaluatie van groot belang. Zij kunnen er door evaluatie achter komen of zij de juiste hulp of voorzieningen krijgen.

U

itg

ev

er

Een evaluatie bestaat uit een onderzoeksgedeelte, een analysegedeelte en een conclusiegedeelte. Vaak eindigt een evaluatie met aanbevelingen voor de toekomst.

30


Theoriebron Product- en procesevaluatie

.

Theoriebron Product- en procesevaluatie

fb .v

Inleiding

tie

Evalueren is een onderdeel van methodisch werken omdat je evalueert volgens een plan. In je werk als sociaal werker zul je vooral te maken krijgen met productevaluatie en procesevaluatie. Het is dan ook belangrijk om te weten wat onder beide begrippen wordt verstaan.

Evaluatie als onderdeel van methodisch werken

Wanneer je de laatste stap hebt gezet, kun je de cyclus 'afsluiten' omdat je het doel hebt behaald of begin je opnieuw omdat je het doel niet hebt gehaald. Dit laatste doe je door de beginsituatie opnieuw vast te stellen op basis van de uitkomsten van de evaluatie.

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

Methodisch werken wil zeggen dat je volgens een plan handelt. Zo’n plan bestaat meestal uit vijf stappen. De eerste stap is het vaststellen van de beginsituatie: wat is de achterliggende reden waarom je een activiteit wilt uitvoeren? In stap twee formuleer je doelen met SMART: • Specifiek: welk doel heb je? • Meetbaar: het doel met concreet zijn, zodat is na te gaan of je het gehaald hebt. • Aanvaardbaar: er moet draagvlak zijn voor het doel en voor de manier waarop je dat denkt te bereiken. • Realistisch: het doel moet binnen je eigen mogelijkheden liggen. • Tijdgebonden: wanneer is het doel bereikt? In stap drie ga je de activiteit voorbereiden en maak je plannen om deze in de praktijk te brengen. In stap vier voer je de plannen uit. De vijfde en laatste stap is de evaluatie waarin je kijkt of de doelen behaald zijn. De cyclus van methodisch werken.

31


Theoriebron Product- en procesevaluatie

Productevaluatie

u' Ac

Procesevaluatie

tie

fb .v

.

Een productevaluatie gaat over het behaalde (eind)resultaat. De evaluatievragen zijn gericht op het resultaat zelf, op de doelen die je vooraf hebt gesteld. Vragen die horen bij een productevaluatie zijn bijvoorbeeld: – Is het vooraf gestelde doel van het project bereikt? – Pasten de doelen bij de beginsituatie? – Waren de (werk)doelen goed gekozen? – Waren de (werk)doelen haalbaar? – Waren de (werk)doelen zinvol? – Heb je de doelgroep bereikt die je wilde bereiken? – Heb je bij de deelnemer bereikt wat je voor ogen had? – Waren de deelnemers tevreden? – Kwam het aantal deelnemers overeen met de verwachtingen? – Waren er veel uitvallers? Zo ja, hoe kwam dat? – Is het project binnen de begroting gebleven?

Bij de procesevaluatie evalueer je de voortgang van het proces. Het evaluatieonderzoek kan hierbij gericht zijn op het hele methodisch handelen: het vaststellen van de beginsituatie, het formuleren van de doelen, het maken van de plannen en de interventie. Dus zowel de voorbereiding als de uitvoering kan onderwerp van onderzoek zijn. De evaluatievragen zijn gericht op de manier waarop je het resultaat hebt bereikt.

U

itg

ev

er

ij

Ed

Bij procesevaluatie kun je de volgende vragen stellen: • Heb ik de beginsituatie goed en volledig beschreven? • Heb ik op de juiste manier gegevens verzameld? • Heb ik de gegevens uit de beginsituatie goed geïnterpreteerd? Welke gegevens kwamen niet overeen met de werkelijkheid en in hoeverre heeft dit de begeleiding beïnvloed? • Heb ik de handelingen of activiteiten goed gekozen? • Was de manier van begeleiden goed gekozen? • Hoe werden de gekozen werkwijzen ervaren? • Waren de taken goed verdeeld? • Was de tijdsplanning goed? • Was er voldoende materiaal of waren de juiste hulpmiddelen aanwezig? • Zijn bij de opzet van het plan de juiste evaluatievragen opgesteld en zijn de juiste evaluatiemethoden gekozen? • Heb ik in de begeleiding rekening gehouden met de beginsituatie? • Heb ik goed ingespeeld op onverwachte situaties? • Heb ik het plan bijgesteld tijdens de uitvoering? • Kan er efficiënter worden gewerkt? • Welke alternatieven zijn er? • Hoe werd de deelnemer erbij betrokken? Welke inbreng had hij?

32


Theoriebron Het evaluatieplan

.

Theoriebron Het evaluatieplan

fb .v

Inleiding

tie

Evalueren is erg belangrijk. Het biedt je de kans om te leren van activiteiten. Het gevaar bestaat namelijk dat, wanneer een activiteit of traject afgelopen is, men overgaat tot de orde van de dag en vergeet te evalueren. Het project is immers afgelopen. Als professional in het welzijnswerk moet je ervan doordrongen zijn dat goed evalueren enorm belangrijk is. Dit is een fase waar je voldoende tijd en aandacht aan moet besteden. Een goede evaluatie voer je uit volgens een plan: het evaluatieplan.

u' Ac

Stappen uit het evaluatieplan

U

itg

ev

er

ij

Ed

Het evaluatieplan bevat acht stappen:

Het evaluatieplan is een cyclisch proces.

Doel vaststellen Het doel van de evaluatie wordt vastgesteld in de eerste twee stappen van de cyclus. Als eerste formuleer je een doel voor de evaluatie: wat wil je evalueren? Vervolgens denk je na over wat je te weten wilt komen. Dit doel wordt SMART geformuleerd.

33


Theoriebron Het evaluatieplan

Invulling geven

Uitvoering vaststellen

fb .v

.

Vervolgens ga je invulling geven aan hoe je het doel gaat behalen. Als eerste bepaal je welke methode(n) je wilt gebruiken om informatie te verzamelen, bijvoorbeeld een enquĂŞte, interview of observatie. Daarna bepaal je in stap vier op wie je onderzoek van toepassing is: wie worden je respondenten (deelnemers aan het onderzoek)?

Vervolg vaststellen

tie

In stap vijf bedenk je wie de evaluatie gaat uitvoeren. Zorg ervoor dat de evaluatie concreet is en dat iemand anders hem zonder jouw uitleg kan uitvoeren. Daarna ga je bij stap zes bepalen wanneer de evaluatie gaat plaatsvinden en hoe deze gaat plaatsvinden: welke hulpmiddelen heb je nodig om de evaluatie uit te kunnen voeren?

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

In stap zeven beschrijf je hoe je de evaluatiegegevens gaat vastleggen: hoe ga je deze informatie ordenen, samenvatten en analyseren? Hier zijn diverse methoden voor (zie Theoriebron Evaluatievormen en -methoden). Vervolgens wordt er vastgesteld hoe nu verder te gaan: wat ga je met de resultaten doen? Als het doel behaald is, kun je de evaluatie afsluiten. Als je verbeterpunten ziet en deze graag wilt uitvoeren, stel je het doel bij en begin je weer bij stap een.

34


Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen

fb .v

.

Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen Inleiding

tie

Effectief evalueren wil zeggen dat je een activiteit of project gaat evalueren volgens een stappenplan. Een onderdeel van het stappenplan is het kiezen van een onderzoeksmethode. Er zijn diverse onderzoeksmethoden maar niet elke methode is geschikt voor elk onderzoek. Ook moet je rekening houden met vormen van onderzoek, zoals kwalitatief of kwantitatief onderzoek, en met zaken als betrouwbaarheid en representativieit.

Ed

u' Ac

Onderzoeksvraag

Interview als methode om gegevens te verzamelen.

De start van een onderzoek begint bij het formuleren van een onderzoeksvraag. In de onderzoeksvraag leg je vast wat je wilt onderzoeken. Een onderzoeksvraag moet eenduidig en specifiek zijn. Dat wil zeggen dat de vraag maar op een manier kan worden uitgelegd. Door een goede onderzoeksvraag op te stellen, is een

ij

belangrijk deel van het onderzoek gedaan.

er

Gegevens verzamelen

U

itg

ev

Wanneer de activiteit of het project dat je hebt georganiseerd is afgerond, ga je gegevens verzamelen om een antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvraag/onderzoeksvragen die je hebt opgesteld voor de evaluatie. Deze onderzoeksgegevens zijn het materiaal waarmee je een betrouwbare evaluatie kunt doen. Er zijn veel manieren om aan onderzoeksgegevens te komen. Voor welke methode je kiest, zal afhangen van het doel dat je wilt bereiken met je evaluatie. Soms kies je niet voor één methode, maar voor meer methoden. Er zijn diverse evaluatiemethoden.

Enquête Een enquête bestaat meestal (maar niet altijd!) uit gesloten vragen waarbij je de antwoordmogelijkheden ‘eens/oneens’ of ‘ja/nee’ kunt aankruisen. Het voordeel van gesloten vragen is dat deze makkelijk in te vullen en te verwerken zijn. Ze zijn ongeschikt voor het

35


Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen

fb .v

.

geven van persoonlijke antwoorden, maar goed bruikbaar wanneer je wilt weten hoeveel mensen bepaalde standpunten aanhangen. Je kunt enquêtes online versturen naar een grote groep mensen tegelijk en het kost relatief weinig tijd. Let op de volgende punten: • Zorg ervoor dat de vraag die je stelt duidelijk en maar voor één uitleg vatbaar is. Vraag naar datgene wat je wilt weten. • Vraag één ding per vraag, anders weet je namelijk niet waarop de respondent gereageerd heeft. • Gebruik in je vragen geen moeilijke woorden. Iedereen moet kunnen begrijpen wat je bedoelt. • Vermijd het gebruik van suggestieve vragen. Met andere woorden: de vraag mag degene die de enquête invult niet in een bepaalde richting sturen.

tie

Interview

u' Ac

Bij een interview moeten deelnemers hun mening zelf formuleren en komen ze dus zelf aan het woord. Dit is tijdrovend en niet geschikt voor grote aantallen. Maar er is wel meer gelegenheid om informatie te verzamelen en om persoonlijke meningen te leren kennen. Het is een goede manier om de diepte in te gaan met deelnemers. Antwoorden kunnen bij deze methode nogal uiteenlopen.

ev

er

ij

Ed

Je kunt bij het interview gebruikmaken van een vooraf opgestelde vragenlijst. Dat is vooral handig bij het verkrijgen van informatie over duidelijke onderwerpen. Je kunt ook kiezen voor een gesprekspuntenlijst. Hierin staan vooraf onderwerpen vastgesteld waarover je vragen wilt stellen aan de deelnemer. Afhankelijk van zijn reacties vraag je verder op bepaalde onderwerpen.

U

itg

Bij de observatiemethode kun je ervoor kiezen om je zichtbaar of onzichtbaar op te stellen.

36

Observatie Bij een observatie ga je verschijnselen of handelingen van deelnemers systematisch bestuderen. Een observatie kan een schat aan informatie opleveren. Observaties zijn veelzijdig: je krijgt veel informatie over gedrag in bepaalde situaties. Let wel goed op dat je gedrag juist interpreteert! Observatie is een goede methode bij kinderen.

Groepsdiscussie/-gesprek In een groepsdiscussie of -gesprek ontvang je informatie van veel personen tegelijk. Bij deze methode kunnen deelnemers ook op elkaar reageren waardoor nieuwe reacties, en dus informatie, worden uitgelokt. Dat kan een groot voordeel zijn. Het nadeel van deze methode kan zijn dat sommige mensen hun mening niet durven geven of dat één persoon heel veel aan het woord is. Een groepsdiscussie/-gesprek vraagt heel veel van de gespreksleider. Die moet alles in goede banen leiden.


Theoriebron Onderzoeksmethoden en -vormen

Visualiseren

Panel of forum

fb .v

.

Je kunt deelnemers vragen om hun mening over een activiteit weer te geven in een productie, bijvoorbeeld een tekening, een collage of een video. De deelnemers kunnen op deze creatieve manier hun mening weergeven. Het voordeel hiervan is dat je materiaal in handen hebt waar je samen met de deelnemers naar kunt kijken en vanuit verschillende oogpunten en op verschillende momenten over kunt praten. Zolang je het niet weggooit, kun je er later nog eens op terugkomen.

u' Ac

tie

Om deelnemers in een groepsdiscussie te stimuleren, kun je een panel van experts instellen of een forum samenstellen. Het forum of panel kan bestaan uit deelnemers aan de activiteit of uit mensen van buiten die bijvoorbeeld deskundig zijn op het terrein van de activiteit. Je kunt de zaal in kleine groepjes stellingen laten maken. Deze kunnen worden voorgelegd aan leden van het panel of forum, met de vraag hierop te reageren of te antwoorden. Een andere mogelijkheid is om met voor- en tegenstanders van standpunten en meningen te werken.

Onderzoeksvormen

er

ij

Ed

Bij het kiezen van onderzoeksmethoden is het belangrijk om ook stil te staan bij de onderzoeksvorm. Voor welke methode en welke vorm is jouw onderzoek geschikt? Bij het evalueren onderscheiden we twee soorten onderzoek: kwantitatief onderzoek en kwalitatief onderzoek. Een kwantitatief onderzoek bestaat uit cijfers. Het voordeel van cijfers is dat ze objectief een verschil aangeven en dat je vooraf kunt vastleggen wanneer je vindt dat het doel is bereikt. Cijfers zeggen weliswaar of je iets wel of niet hebt bereikt, maar niet hoe dat komt. Meestal zoek je toch een verklaring: je wilt weten hoe iets komt. Daarvoor maak je gebruik van kwalitatieve technieken. Je gaat bijvoorbeeld praten met mensen en je houdt gericht interviews.

Betrouwbaarheid en representativiteit

U

itg

ev

Betrouwbaarheid en representativiteit zijn onmisbare begrippen bij het doen van onderzoek. Wanneer je onderzoek gaat doen, wil je eigenlijk iets te weten komen over een bepaalde groep: je doelgroep. Omdat het vaak niet te doen is om je hele doelgroep vragen te stellen, zul je een steekproef moeten trekken uit je doelgroep. Het is daarom belangrijk dat de mensen in je steekproef een juiste afspiegeling van je hele doelgroep vormen. Je steekproef is dan representatief voor je gehele doelgroep. Betrouwbaarheid wil zeggen dat een onderzoek bij herhaling hetzelfde resultaat zal opleveren. De betrouwbaarheid hangt vaak af van de grootte van je steekproef.

37


Theoriebron Gegevens analyseren en conclusies trekken

fb .v

.

Theoriebron Gegevens analyseren en conclusies trekken Inleiding

u' Ac

Samenvatten

tie

De laatste fase van het evaluatieonderzoek bestaat uit het ordenen en samenvatten van de gegevens en het analyseren ervan, om daar vervolgens conclusies uit te kunnen trekken. Op basis van deze conclusies kun je beoordelen of je het doel wel of niet gehaald hebt, of dat er misschien verbeteringen aan te brengen zijn. Indien dat laatste het geval is, stel je het doel bij en begin je opnieuw met een evaluatieonderzoek.

er

ij

Ed

Je geeft een samenvatting van de opmerkingen die zijn gemaakt. Als je een serie interviews hebt gehouden, kun je deze kort samenvatten. Ook als je enquêtes hebt afgenomen, kun je de verkregen informatie samenvatten, bijvoorbeeld: vraag 3 is drie keer beantwoord met ‘ik weet het niet’. Ook de persoonlijke kenmerken van de deelnemers vat je samen, bijvoorbeeld: 5 vrouwen en 15 mannen. Leeftijd tot circa 50 jaar: 5, leeftijd tot circa 60 jaar: 10, leeftijd tot circa 60 jaar: 5. In een interview of groepsdiscussie is soms niet meteen helemaal duidelijk wat het standpunt is van degene met wie je hebt gesproken. Het kan zijn dat het standpunt je pas duidelijk wordt als je het hele interview nog eens naleest. Dit heet het destilleren van standpunten. Als je veel gegevens hebt ontvangen, is het handig om die te rubriceren: resultaten uit een onderzoek die bij elkaar horen, breng je bij elkaar onder één noemer. Stel je voor dat je mensen vraagt wat ze van de buurt vinden. Dan zijn er mensen die reageren op de overlast, mensen die reageren op de voorzieningen en mensen die reageren op de gezelligheid. Daar maak je dan drie categorieën van.

U

itg

ev

SWOT-analyse

38

Een SWOT-analyse is een analytische tool die je kan helpen met het analyseren van een product, dienst, activiteit of project. Het maakt de sterke en zwakke punten inzichtelijk en wordt voornamelijk in het bedrijfsleven toegepast, maar kan ook zeker binnen het sociaal werk gebruikt worden. SWOT staat voor: • Strengths - Sterktes Dit zijn de positieve factoren van de organisatie, de dienst of het product die beter zijn dan gemiddeld. Denk aan beschikbare middelen, kennis en vaardigheden. • Weaknesses - Zwaktes Dit zijn de negatieve factoren van de organisatie, de dienst of het product die slechter zijn dan gemiddeld. Denk aan beschikbare middelen, kennis en vaardigheden. • Opportunities - Kansen Dit zijn positieve factoren vanuit de omgeving die van invloed zijn op de organisatie, de dienst of het product. Denk aan trends en ontwikkelingen in de samenleving of problemen bij de concurrentie. Dit kunnen kansen zijn voor jouw organisatie, dienst of product. • Threats - Bedreigingen Dit zijn negatieve factoren vanuit de omgeving die van invloed zijn op de organisatie,


Theoriebron Gegevens analyseren en conclusies trekken

tie

fb .v

.

de dienst of het product. Denk aan nieuwe concurrenten of nadelige veranderingen in wet- en regelgeving. Dit kunnen bedreigingen zijn voor jouw organisatie, dienst of product.

Conclusies

u' Ac

Je kunt een SWOT-analyse maken door de vier vakjes in te vullen.

Ed

Na het analyseren van de gegevens beoordeel je de gegevens. Vaak doe je dit aan de hand van de doelstellingen van het project. Een goede conclusie: – is meer dan zomaar een samenvatting van de informatie die je hebt verzameld – wijst erop dat jij je ideeën kort, krachtig en helder kunt uitleggen en dat je je een goed oordeel hebt gevormd over de beschikbare informatie en problemen – is gebaseerd op feiten, niet op meningen – beantwoordt de vraag 'En nu?' – is meestal geen keuze tussen goed en fout, maar een keuze tussen verschillende alternatieven.

er

ij

Een goede conclusie moet geen: – geheel nieuwe informatie of ideeën bevatten – details uitlichten – twijfel veroorzaken

Een goede conclusie voorkomt dat je, nadat je de knoop hebt doorgehakt, een dag later alles in werking moet stellen om het besluit ongedaan te maken. Denk je dat je nog geen goede conclusie kunt trekken, bekijk dan bij welke stap in de besluitvorming het fout is gegaan. Misschien heb je te weinig informatie verzameld of heb je het probleem verkeerd gedefinieerd.

U

itg

ev

Het is erg belangrijk om eerst alle mogelijkheden te beoordelen en dan pas een besluit te nemen, anders vergeet je opties of schiet je altijd in dezelfde soort oplossing.

39


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.