.v .
Project
co
py r
ig h
tE
du
'A
ct ie
fb
Pedagogisch klimaat in de school
Colofon
.v .
Uitgeverij: Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Mark Picauly, Floortje Vissers
fb
Inhoudelijke redactie: Floortje Vissers Titel: Pedagogisch klimaat in de school
© Edu’Actief b.v. 2016
ct ie
ISBN: 978 90 3724 085 6
'A
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
tE
du
Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.
co
py r
ig h
Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.
Over dit project
4
Vooronderzoek
7 13
Voorbereidingsfase Realisatiefase
15 16
co
py r
ig h
tE
du
'A
ct ie
Oplevering
14
fb
Ontwerpfase
.v .
Inhoudsopgave
3
Over dit project
Over dit project
Je kunt een onderzoeksplan opstellen voor het pedagogische klimaat in een school. Je kunt het onderzoeksplan voor het pedagogische klimaat in een school uitvoeren. Je kunt een protocol Gedragscode opstellen voor scholieren binnen een school. Je kunt een protocol Gedragscode opstellen voor docenten binnen een school.
tE
• • • •
du
Leerdoelen
'A
ct ie
fb
.v .
Het pedagogisch klimaat kan vertaald worden als alle omgevingsfactoren in een school die bijdragen aan het welbevinden van de leerling: een klimaat waarin de leerling zich veilig voelt en gestimuleerd wordt om te leren. Leerlingen en docenten moeten met plezier naar school gaan. Het opstellen van een gedragsprotocol kan hieraan bijdragen. Hierin staan afspraken over de wijze van Een gedragsprotocol bevat afspraken over hoe om te omgang met elkaar, wat moet gaan met elkaar. zorgen voor een toename van acceptatie, respect en vertrouwen. Een gedragsprotocol kan dienen als preventief middel: er staan afspraken in die een leidraad vormen voor gedrag en moeten zorgen voor het voorkomen van ongewenste gedragingen. Een gedragsprotocol dient ook als curatief middel, wat wil zeggen dat het afspraken bevat over de gevolgen van grensoverschrijdend gedrag. In dit project gaan jullie aan de slag met het opstellen van gedragsprotocollen.
ig h
Projectbeschrijving Casus
co
py r
In de gemeente Den Haag komt een nieuw roc, genaamd De Balans, dat volgend schooljaar zal starten. De directie is hard aan het werk met de voorbereidingen. Nog niet alles is klaar voor de opening: zo zijn er nog geen gedragsprotocollen opgesteld. De directeur, meneer Jobse, heeft aan de opleiding OA van jullie school gevraagd of er misschien studenten zijn die een onderzoek kunnen uitvoeren naar gedragsprotocollen die aansluiten bij de school. Studenten kunnen hiervoor hun eigen ervaring gebruiken.
4
ct ie
fb
.v .
Over dit project
De opbouw van dit project.
'A
Opdrachtgever
Meneer Jobse van ROC De Balans. De docent van de opleiding OA is jullie aanspreekpunt.
du
Omvang van de projectgroep
Vorm projectgroepen van vier studenten.
tE
Projectopdracht
ig h
Directeur Jobse wil dat er een onderzoeksplan wordt opgesteld en uitgevoerd waarin het gewenste pedagogische schoolklimaat van De Balans wordt omschreven. Oftewel: hoe wenst men met elkaar om te gaan? Het onderzoek moet ervoor zorgen dat in kaart wordt gebracht wat de wensen zijn en wat er aanvullend nodig is om het pedagogische klimaat te verankeren voor de komende jaren.
co
py r
Naar aanleiding van het onderzoek worden twee protocollen voor een gedragscode gemaakt. Een voor de studenten en een voor de docenten. Deze dienen als richtlijnen voor de gewenste gedragingen binnen de school: zowel de student als de docent weet zo wat er van hem of haar wordt verwacht. Vervolgens worden beide protocollen gepresenteerd, waarbij de keuzes voor de inhoud worden toegelicht op basis van het uitgevoerde onderzoek.
Projectproduct • • •
een uitgewerkt onderzoeksplan het gedragsprotocol studenten het gedragsprotocol docenten.
5
Over dit project
Producteisen aan het onderzoeksplan
fb
.v .
Het uitgewerkte onderzoeksplan: • bevat een SMART geformuleerde doelstelling • bevat een hoofdvraag en minstens drie deelvragen • bevat een kort literatuuronderzoek • bevat twee uitgewerkte interviews met studenten (opgenomen in de bijlage) • bevat twee uitgewerkte interviews met docenten (opgenomen in de bijlage) • bevat antwoorden op de deelvragen • bevat een conclusie waarin antwoord wordt gegeven op de onderzoeksvraag • bevat een literatuurlijst op basis van de APA-richtlijnen • ziet er verzorgd uit, voorzien van een voorblad.
ct ie
Producteisen aan de gedragsprotocollen
'A
Het gedragsprotocol voor studenten: • bevat vijf beschreven onderwerpen die van toepassing zijn op gewenst gedrag van studenten en zijn voortgekomen uit het onderzoek • bevat per onderwerp twee afspraken • is duidelijk en ziet er verzorgd uit.
du
Het gedragsprotocol voor docenten: • bevat vijf beschreven onderwerpen die van toepassing zijn op gewenst gedrag van docenten en zijn voortgekomen uit het onderzoek • bevat per onderwerp twee afspraken • is duidelijk en ziet er verzorgd uit.
tE
Er is sprake van een verzorgde presentatie van de gedragsprotocollen waarin de keuzes worden verantwoord op basis van het onderzoek.
ig h
Beoordeling
Dit project wordt op verschillende punten beoordeeld. Je vindt ze bij elkaar in het beoordelingsformulier.
co
py r
Beoordelingsformulier <
6
Vooronderzoek
Vooronderzoek Print je mindmap uit en vergelijk deze met je groepsgenoten. Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen?
ct ie
Artikel Pedagogisch klimaat in de klas <
In deze opdracht ga je verder in op het begrip pedagogisch klimaat. Maak eerst individueel een mindmap over het begrip pedagogisch klimaat met behulp van Coggle. Voer alles in wat je kunt bedenken.
.v .
Website Coggle <
Wat is een pedagogisch klimaat?
fb
Opdracht 1
Voeg de diverse mindmaps nu samen en kom tot ĂŠĂŠn mindmap met behulp van Coggle. Print deze mindmap uit.
Je gaat een gedragsprotocol bestuderen van de middelbare school het Marecollege in Rotterdam. Lees het gedragsprotocol en geef antwoord op de volgende vragen. a. In het kopje Omgang met leerlingen staat dat docenten niet mogen ingaan op uitnodigingen van leerlingen op Facebook. Geef een argument voor deze regel en een argument tegen deze regel.
ig h
Protocol: Gedragscode van het Marecollege <
Bestudeer een gedragsprotocol
tE
Opdracht 2
du
'A
Lees samen met je groepsgenoten het artikel Pedagogisch klimaat in de klas. Pak de gezamenlijke mindmap erbij. Welke kernwoorden kun je nu beter plaatsen en aanvullen in de mindmap? Vul de mindmap aan.
co
py r
b. In het kopje Anti discriminatiecode staan drie punten die niet zijn toegestaan. Hoe zou jij de inhoud van dit kopje kunnen verbeteren? Geef een voorbeeld.
c. Wat zou er aan dit protocol nog kunnen worden toegevoegd? Noem minstens drie punten.
7
Vooronderzoek
Opdracht 3 Website Google <
Verzamel gedragsprotocollen Elk groepslid gaat een gedragsprotocol zoeken op internet. Dit kun je simpelweg doen door op Google 'gedragsprotocol' in te voeren.
.v .
Jullie gaan de gedragsprotocollen met elkaar vergelijken. Geef antwoord op de volgende vragen.
fb
a. Welke onderwerpen komen in alle protocollen terug?
ct ie
b. Welke onderwerpen verschillen in de diverse protocollen?
'A
c. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen in de lay-out van de protocollen?
Als je een onderzoek gaat uitvoeren, moet duidelijk zijn waarom je gaat onderzoeken en wat je precies gaat onderzoeken. Ook moet je nadenken over het tijdspad: wanneer wil je het onderzoek klaar hebben? Een manier om een doelstelling volledig te formuleren is met behulp van SMART.
ig h
Filmpje Doelen S.M.A.R.T. Formuleren <
Doelstellingen SMART formuleren
tE
Opdracht 4
du
d. Welk protocol vinden jullie het beste? Leg je antwoord uit.
co
py r
a. Bekijk het filmpje â&#x20AC;&#x2DC;Doelen S.M.A.R.T. Formulerenâ&#x20AC;&#x2122; en vul het volgende schema in.
8
Letter
Betekenis
S
Specifiek
M
Meetbaar
A
Acceptabel
R
Realistisch
T
Tijdsgebonden
Welke vragen stel je jezelf bij deze letter?
Vooronderzoek
.v .
b. Pas de SMART-formulering nu toe op jezelf. Wat wil jij over een jaar bereikt hebben? Het antwoord hierop kan zeer divers zijn. De een wil zich graag verder ontwikkelen in zijn sport, een ander heeft een aantal deadlines opgesteld met betrekking tot de studie en weer een ander wil een wereldreis gaan plannen. Maak individueel een SMART-formulering. Wat is jouw doel?
De hoofdvraag is de belangrijkste onderzoeksvraag omdat je deze met behulp van het onderzoek wilt gaan beantwoorden. De hoofdvraag vloeit voort uit de SMART opgestelde probleemstelling. Er zijn diverse typen onderzoeksvragen. Wanneer je bijvoorbeeld iets wilt beschrijven, zul je een beschrijvende onderzoeksvraag moeten formuleren. Wanneer je in je onderzoek iets wilt gaan vergelijken, zul je een vergelijkende onderzoeksvraag moeten formuleren. Lees het artikel Formuleren van onderzoeksvragen voor je scriptie. Onderzoeksvragen voor een scriptie kun je natuurlijk ook goed gebruiken voor elk ander onderzoek!
du
Artikel Formuleren van onderzoeksvragen voor je scriptie <
Hoofdvraag formuleren
'A
Opdracht 5
ct ie
fb
c. Bespreek je doel met je groepsgenoten en geef elkaar feedback. Is jouw doel volgens je groepsgenoten SMART? Waarom wel of waarom niet? Leg je antwoord uit.
tE
Stel je voor dat je een onderzoek gaat doen en dat het enige wat vaststaat is dat het onderzoek moet gaan over een gedragsprotocol voor een school. Het is niet bekend voor wie je dit onderzoek gaat uitvoeren en of er Ăźberhaupt al een gedragsprotocol aanwezig is in de school. Gebruik dus je fantasie!
ig h
a. Formuleer individueel een beschrijvende hoofdvraag.
co
py r
b. Formuleer individueel een vergelijkende hoofdvraag.
c. Formuleer individueel een verklarende hoofdvraag.
d. Bespreek je onderzoeksvragen met je klasgenoten en geef elkaar feedback. Zijn de hoofdvragen juist geformuleerd voor het type onderzoeksvraag? Welke feedback heb jij ontvangen? Leg je antwoord uit.
9
Vooronderzoek
Opdracht 6
Deelvragen formuleren
.v .
De deelvragen zijn de subvragen van de hoofdvraag. De hoofdvraag kun je vaak niet in een keer beantwoorden, vandaar dat je deze moet opsplitsen in deelvragen. Kenmerken van deelvragen zijn: • Ze zijn minder complex dan de hoofdvraag. • Je stelt alleen deelvragen die je per se nodig hebt om je hoofdvraag te kunnen beantwoorden. • Je stelt altijd een of twee beschrijvende of vergelijkende deelvragen.
fb
Om te oefenen ga je samen met je groepsgenoten drie deelvragen bedenken voor de volgende hoofdvraag. Denk eraan dat je minstens een of twee beschrijvende of vergelijkende deelvragen opstelt.
ct ie
Hoofdvraag: Wat zijn de overeenkomsten en verschillen in het huidige kwaliteitsbeleid van ROC De Klinker en ROC De Bron?
Website Google Scholar <
Normaal gesproken is het beschrijven van de onderzoeksaanpak een onderdeel van je onderzoek. Maar in dit project is al bepaald dat je data (informatie) gaat verzamelen met behulp van een literatuuronderzoek en interviews. Vandaar dat je geen onderzoeksaanpak hoeft te beschrijven. In dit project ga je enkel informatie opzoeken gericht op je hoofdvraag en deelvragen. Geef antwoord op de volgende vragen die gericht zijn op het vinden van informatie. a. Neem een kijkje op de website Google Scholar. Waarvoor zou je deze site kunnen gebruiken bij je onderzoek?
ig h
Website Encyclo <
Data verzamelen
tE
Opdracht 7
du
'A
Welke drie deelvragen hebben jullie bedacht?
Infographic Zakelijk gebruik van social media <
co
py r
b. Neem een kijkje op de website Encyclo. Waarvoor zou je deze site kunnen gebruiken bij je onderzoek?
10
c. Hoe zou je de bibliotheek of mediatheek kunnen gebruiken voor je onderzoek?
d. Waarom is het bekijken van de literatuurlijst achterin een boek (gericht op jouw onderwerp) handig voor je eigen onderzoek?
Vooronderzoek
Op basis van de gevonden literatuur bereid je de interviews voor. Je hebt informatie gezocht over onderwerpen die je terug wilt laten komen in de gedragsprotocollen en in de interviews ga je hierover vragen stellen.
.v .
Je gaat nu oefenen met het bedenken van interviewvragen. Lees de hierna volgende beschrijving van een onderzoek en bedenk interviewvragen.
fb
Je gaat onderzoek doen naar instructievormen in het onderwijs. Je hoofdvraag is: wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen de wijze van instructie geven van bovenbouwdocenten en onderbouwdocenten? Uit je literatuuronderzoek is gebleken dat de wijze van instructie veel invloed heeft op hoe een leerling leert.
ct ie
e. Bedenk twee vragen die je zou kunnen stellen aan docenten op basis van de casus.
Literatuurlijst
tE
Opdracht 8
du
'A
f. Bespreek je antwoorden met je groepsgenoten. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen? Leg je antwoord uit.
Je hebt vast al weleens een literatuurlijst gemaakt, een overzicht van de door jou gebruikte bronnen. In het sociale werkveld wordt dit vaak gedaan met behulp van de APA-richtlijnen. Je verwijst op verschillende manieren naar bronnen. Een voorbeeld:
ig h
Boek met ĂŠĂŠn auteur
Achternaam, voorletter. (jaartal boek). Titel boek: ondertitel boek. Plaats van uitgave: naam uitgeverij.
Voorbeeld
Valcke, M. (2010). Onderwijskunde als ontwerpwetenschap: een inleiding voor ontwikkelaars van instructie en voor toekomstige leerkrachten. Erra: Uitgeverij Lannoo.
co
py r
APA-format
Boek met twee auteurs APA-format
Achternaam, voorletter. & Achternaam, voorletter. (jaartal boek). Titel boek: ondertitel boek. Plaats van uitgave: naam uitgeverij.
Voorbeeld
Ebbens, S. & Ettekoven, S. (2013). Effectief leren. Houten: Noordhoff Uitgevers B.V.
Internetbron APA-format
Achternaam auteur, Voorletter. (Jaar, Dag maand). Titel Artikel [Eventueel type internetbron]. Geraadpleegd op, dag maand, jaar, van http://WebPagina.
Voorbeeld
Robben, A. (2013, 1 december). Rennen met de bal. Geraadpleegd op 31 juli 2014, van http://nl.wikipedia.org/wiki/Arjen_Robben.
11
Vooronderzoek
Als je informatie uit een boek hebt gehaald maar je hebt dat boek op internet gevonden, verwijs je alsnog als boek naar deze bron.
.v .
Vervolgens worden de bronnen op alfabetische volgorde gezet. Hierbij ga je uit van de eerste letter van de achternaam van de auteur. Wanneer er meerdere auteurs zijn met dezelfde eerste letter, kijk je naar de twee letter. Is die hetzelfde dan kijk je naar de volgende letter enzovoort. Bijvoorbeeld de auteurs: Albergen, A. en Alkaten, C. Hier komt Albergen, A. voor Alkaten C. te staan omdat de derde letter van Albergen eerder voorkomt in het alfabet dan de derde letter van Alkaten.
Opdracht 9
Vooronderzoek
a. Formeer de projectgroep en maak een samenwerkingscontract met behulp van het Werkmodel Samenwerkingscontract. Bepaal wat jullie moeten weten voordat je aan het project begint. b. Maak een takenlijst en een planning met behulp van het Werkmodel Planning: Wie onderzoekt wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? c. Voer de afspraken uit. d. Maak een verslag van het vooronderzoek en leg dit voor aan je docent. e. Neem dit verslag op in je projectplan.
ig h
Werkmodel Samenwerkingscontract <
tE
du
'A
ct ie
fb
Je gaat nu oefenen met het opstellen van een literatuurlijst volgens de APA-richtlijnen. Stel op basis van de volgende bronnen een literatuurlijst op en zet de bronnen in de juiste volgorde. • https://www.bol.com/nl/p/psychologie-een-inleiding/9200000012124511/?bltg=itm_ event=click&mmt_id=13b788a758b5077e&pg_nm=pdp&slt_id=prd_reco&slt_nm= product_recommendations&slt_pos=C1&slt_owner=ccs&itm_type=product&itm_lp= 5&itm_id=9200000012124511&itm_role=in • https://www.kennisnet.nl/artikel/zo-bespaar-je-kosten-door-ict-op-school-slim-te-organiseren/ • https://www.bol.com/nl/p/lessen-in-orde/9200000010944914/?bltg=itm_event=click &mmt_id=5796f717fa0f9a6b&pg_nm=pdp&slt_id=prd_reco&slt_nm=product_ recommendations&slt_pos=C1&slt_owner=ccs&itm_type=product&itm_lp=1&itm_id =9200000010944914&itm_role=in
py r
Werkmodel Planning <
Opdracht 10
co
Werkmodel Logboek en evaluatie <
12
Logboek Begin met het schrijven van het logboek door de samenwerking tot zover te beschrijven. Maak hierbij gebruik van het Werkmodel Logboek en evaluatie. • Hoe is het samenwerken tot nu toe verlopen? • Wat ging goed en wat niet goed? • Wie heeft wat gedaan? Heeft iedereen een voldoende bijdrage geleverd? • Hebben jullie duidelijke afspraken gemaakt? Hoe is dit gegaan? Houd het logboek tijdens het project goed bij. De docent gebruikt het bij de beoordeling van het project.
Ontwerpfase
Ontwerpfase Opdracht 1
Ontwerp onderzoeksplan
.v .
Tijdens de fase van het vooronderzoek hebben jullie kennisgemaakt met de verschillende onderwerpen in dit project. Jullie maken een ontwerp voor het onderzoeksplan en voor de gedragscodes.
fb
Jullie gaan een ontwerp maken voor het onderzoeksplan. Doe dit door gezamenlijk de volgende punten uit te werken in een Word-bestand.
ct ie
Tip: realiseer je dat je onderzoek gericht is op de vier onderwerpen voor de gedragsprotocollen voor studenten en docenten. Pas je doelstelling, hoofdvraag en deelvragen hierop aan! Formuleer een SMART-doelstelling. Maak een keuze voor een type hoofdvraag. Formuleer op basis van de SMART-doelstelling een hoofdvraag. Formuleer op basis van de hoofdvraag minstens drie deelvragen. Formuleer welke informatie je wilt gaan zoeken en waar je deze informatie hoopt te vinden. 6. Maak een indeling van de hoofdstukken voor het uit te werken onderzoeksplan.
'A
1. 2. 3. 4. 5.
Opdracht 2
du
Let erop dat jullie onderzoeksopzet aansluit op de eisen van de opdrachtgever en bespreek de opzet met je docent/begeleider.
Ontwerp gedragsprotocollen
tE
De inhoud van de gedragsprotocollen is nog niet vast te stellen omdat je het onderzoek nog niet hebt uitgevoerd. Maak wel alvast een ontwerp op basis van de volgende punten: 1. Maak een indeling van de protocollen. 2. Beschrijf hoe je de inhoud van de protocollen tijdens de presentatie gaat koppelen aan je uitgevoerde onderzoek.
co
py r
ig h
Bespreek de opzet samen met je docent/begeleider.
13
Voorbereidingsfase
Voorbereidingsfase Opdracht 1
Afspraken maken
du
'A
ct ie
fb
.v .
Voor het onderzoek gaan jullie data (informatie) verzamelen om antwoord te kunnen geven op jullie hoofdvraag. Dit doen jullie door literatuur te verzamelen maar ook door het uitvoeren van interviews. Maak afspraken met twee studenten en twee docenten voor een interview. Leg kort uit waar je onderzoek over gaat, wat je van hen verwacht en beloof ze privacy en anonimiteit. Dit wil zeggen dat wanneer zij anoniem willen blijven, je de namen niet zal noemen in je onderzoek en dat zij te allen tijde de door jou verwerkte gegevens van het interview mogen inzien.
Opdracht 2
Takenlijst
Het is nu bijna tijd om te gaan starten. Maak een takenlijst: wie gaat wat doen? Maak gebruik van het Werkmodel Takenlijst.
ig h
Werkmodel Takenlijst <
tE
Maak op tijd afspraken voor de interviews.
Opdracht 3
Verslag van de voorbereiding
py r
Laat de ontwerpen door je docent/begeleider beoordelen. Op basis van jullie ontwerp bepaalt hij of jij en je projectgroep verder kunnen gaan met de uitvoerende fase.
co
Werk je logboek bij: • Hoe verliep het afstemmen van de verschillende ontwerpen met je groepsgenoten? • Zijn jullie het eens geworden over de inhoud en vormgeving van de genoemde producten? • Waar liepen jullie als groep tegenaan en hoe hebben jullie dit opgelost?
14
Bespreek de planning/takenlijst met je docent en verbeter deze als dat nodig is. Maak een afspraak met je docent/begeleider over de datum en het tijdstip voor het inleveren van de producten. Daarna kunnen jullie met de uitvoering starten.
Realisatiefase
Realisatiefase Opdracht 1
Uitvoeren uitgewerkt onderzoeksplan
.v .
Nu gaat het echte werk beginnen, jullie kunnen aan de slag!
Uitvoeren Gedragsprotocollen
du
Opdracht 2
'A
ct ie
fb
Jullie gaan het ontwerp van het onderzoeksplan uitvoeren. Om niks te vergeten doe je dit met behulp van de volgende punten: • Ga op zoek naar informatie over jullie hoofdvraag en deelvragen. • Maak een samenvatting van de gevonden informatie. • Stel op basis van de gevonden informatie interviewvragen op voor twee studenten en twee docenten. • Voer de interviews uit. • Maak een samenvatting van de interviews en voeg deze samen met de interviewvragen als bijlage toe aan het uitgewerkte onderzoeksplan. • Geef antwoord op de deelvragen en voeg de deelvragen en antwoorden toe aan het uitgewerkte onderzoeksplan. • Formuleer een conclusie en voeg deze toe aan het uitgewerkte onderzoeksplan. • Maak een bronnenlijst volgens de APA-richtlijnen en voeg deze toe aan het uitgewerkte onderzoeksplan. • Maak een passend titelblad, een inhoudsopgave en afbeeldingen. Zorg voor een net en volledig uitgewerkt onderzoeksplan.
ig h
tE
Jullie gaan nu twee gedragsprotocollen schrijven op basis van de gegevens uit het onderzoek. • Geef een beschrijving van vier onderwerpen toegespitst op studenten. • Onder elk onderwerp beschrijf je twee afspraken die van toepassing zijn op dat onderwerp (gericht op studenten). Deze afspraken zijn concrete omschrijvingen van verwachtingen met betrekking tot gedrag. In het onderzoeksplan en de protocollen hebben jullie zelf kunnen bestuderen wat er qua gedragingen wordt verwacht in de omgang met elkaar. Je gaat nu met je projectgroep zelf omschrijven welke gedragsregels je zou willen zien voor ROC De Balans. • Geef een beschrijving van vier onderwerpen toegespitst op docenten. • Onder elk onderwerp beschrijf je twee afspraken die van toepassing zijn op dat onderwerp (gericht op docenten). Ook hier geef je concrete omschrijvingen van verwachtingen en gedragingen die jullie zelf graag zouden willen zien bij ROC De Balans. • Zorg ervoor dat beide protocollen duidelijk zijn, er netjes uitzien en passen bij de school.
Presentatie
py r
Opdracht 3
Jullie gaan de gedragsprotocollen presenteren met behulp van Prezi. De gedragsprotocollen staan centraal maar je moet wel uitleggen hoe je aan de informatie bent gekomen. Vandaar dat de resultaten van je onderzoek aan bod moeten komen. Maak een presentatie.
co
Website Prezi <
15
Oplevering
Oplevering Opdracht 1
Oplevering
.v .
Jullie onderzoek is afgerond en de producten zijn klaar. Nu is het moment daar om de gedragsprotocollen aan de groep te presenteren!
Opdracht 3
Reflecteren
Bedenk een moment of situatie tijdens het werken aan de training waarvan je nu vindt dat je het in het vervolg anders zou moeten aanpakken. Kijk terug en doe dit met behulp van het Werkmodel STARRT-methode. Lever het reflectieverslag in bij je docent.
co
py r
ig h
tE
du
Werkmodel STARRT-methode <
Evalueer met elkaar het project en doe hiervan verslag in het logboek met behulp van het Werkmodel Logboek en evaluatie.
ct ie
Werkmodel Logboek en evaluatie <
Evaluatie
'A
Opdracht 2
fb
Elk groepje geeft de andere groepjes feedback op de presentatie. Dit wordt gedaan met behulp van een top en een tip. Top: een kort, krachtig en concreet compliment. Tip: een concreet verbeterpunt. De feedback die jullie hebben ontvangen verwerk je in het logboek.
16