Training Adviseren en voorlichten

Page 1

.v

.

Training

C

op

yr

ig

ht

Ed

u'

Ac t

ie

fb

Adviseren en voorlichten


Colofon

.v

.

Uitgeverij: Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl

fb

Auteur: Floortje Vissers Titel: Adviseren en voorlichten ISBN: 978 90372 4132 7 ©

Ac t

ie

Edu’Actief b.v. 2016 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Ed

u'

Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

C

op

yr

ig

ht

Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.


Inhoudsopgave Over deze training

Kennis van adviseren en voorlichten

Voorlichting geven Advies geven

9

19

fb

Gedragsbeïnvloeding

.v

.

7

30

44

Theoriebron Voorlichting en advisering

Theoriebron Voorlichting geven 60

57

C

op

yr

ig

ht

Ed

u'

Theoriebron Advies geven

54

Ac t

Theoriebron Gedragsbeïnvloeding

52

ie

Oriëntatie

4

3


Over deze training

Over deze training

.

Inleiding

u'

Ac t

ie

fb

.v

In deze training leer je wanneer je in het sociaal-cultureel werk voorlichting en advies gebruikt en hoe je deze juist inzet. Je gaat aan de slag met diverse soorten van voorlichting en adviezen. Ook het samenwerken met andere maatschappelijke organisaties komt aan de orde.

Ed

Je geeft voorlichting of advies om gedrag te beïnvloeden.

Leerdoelen

Je hebt kennis van adviseren en voorlichten. Je kunt gedrag op diverse wijzen positief beïnvloeden. Je kunt op diverse wijzen voorlichting geven. Je kunt op diverse wijzen adviseren.

ht

• • • •

ig

Beoordeling

Je wordt op verschillende punten beoordeeld. Deze punten kun je in het beoordelingsformulier terugvinden. De volgende punten zijn belangrijk bij de beoordeling: • Je doet actief mee aan de lessen. • Je hebt een evenredige bijdrage geleverd aan de uitvoering van de groepsopdrachten. • Je hebt alle opdrachten en oefeningen uitgevoerd. • Je mondelinge taalgebruik was net en correct. • Je past communicatieve vaardigheden en theoretische kennis toe bij de demonstratie.

C

op

yr

Beoordelingsformulier <

Planning Planningsformulier <

4

Aan het einde van de training moet je een demonstratie uitvoeren. Plan deze demonstratie tijdig in. Lees eerst de demonstratie goed door en vul daarna het planningsformulier in. Neem ook de andere oefeningen van deze training op in je totale planning. Zo voorkom je dat je in tijdnood komt.


Over deze training

Demonstratie: Maak een voorlichtingsplan en breng advies uit over de te geven voorlichting

.

.v

Werkmodel Adviesgesprek <

Jullie maken een voorlichtingsplan en voeren groepsgewijs een adviesgesprek met je docent. In de demonstratie laat je je docent zien dat je de werkwijze van het adviesgesprek beheerst. Tegelijkertijd toon je daarmee aan dat je ter voorbereiding daarop een voorlichtingsplan kunt maken. In een adviesgesprek dat je houdt met je docent adviseer je namelijk over de voorlichting. Hij speelt dus degene aan wie jij het advies geeft en is tegelijkertijd degene die de kwaliteit van het gesprek beoordeelt.

fb

Werkmodel Voorlichtingsplan <

Casus 1

Ed

Casus 2

u'

Ac t

ie

Jongeren hebben over hun leerkracht negatieve berichten getwitterd toen ze kwaad op hem waren vanwege zijn beoordeling van proefwerken, die volgens hen echt niet terecht was. Ze twitterden dat hij niet eerlijk zou zijn en dat hij niet eens in staat is normaal om te gaan met zijn eigen dochter, laat staan met andere jongeren. Al snel werden de tweets harder van toon en werden er steeds meer leerlingen bij betrokken. De leerkracht is hierdoor zo aangegrepen dat hij zich ziek heeft gemeld. Zijn dochter, die op dezelfde school zit, heeft grote moeite om zich staande te houden op school. Ze is boos op haar vader en ook op haar medeleerlingen. Ze weet niet meer hoe ze zich moet opstellen. Het onderwerp wordt in het zorgoverleg op school besproken. Aan jou wordt gevraagd een voorlichtingsplan op te stellen voor de voorlichting aan leerlingen. In een adviesgesprek adviseer je over de uitvoering van je plan.

ht

Bepaalde groepen allochtone vrouwen praten niet gemakkelijk over seks. Hun kinderen krijgen daarom beperkte seksuele voorlichting, waardoor ze sneller slachtoffer dreigen te worden van seksueel misbruik. De GGD wil hierop invloed uitoefenen. In het kernteam in de wijk wordt het onderwerp besproken. Aan jou wordt gevraagd een voorlichtingsplan op te stellen voor de voorlichting aan allochtone vrouwen. In een adviesgesprek adviseer je over de uitvoering van je plan.

ig

Casus 3

C

op

yr

Het is gebleken dat Hindoestanen een verhoogde kans op diabetes hebben. De zorgverzekeraar wil extra ziektekosten voorkomen. Ze wil moeders uit de doelgroep daarom gaan voorlichten hoe ze nu al de kans op diabetes bij hun (nu nog) jonge kinderen kunnen verkleinen. In een vergadering over onderwerpen voor de samenwerking tussen zorg en welzijn wordt dit onderwerp gekozen. Aan jou wordt gevraagd een voorlichtingsplan op te stellen voor de voorlichting aan Hindoestaanse moeders. In een adviesgesprek adviseer je over de uitvoering van je plan.

Voorbereiding •

Lees de drie casussen en bepaal samen met je groepsgenoten welke casus jullie kiezen.

5


Over deze training

Uitvoering

.

Maak het voorlichtingsplan op basis van de gekozen casus. Maak gebruik van werkmodel Voorlichtingsplan. Kies samen een groepslid uit dat het adviesgesprek gaat voeren. Bereid dit gesprek goed voor met behulp van werkmodel Adviesgesprek. Let op: het is van belang dat jullie dit gesprek samen voorbereiden, jullie worden hier allemaal op beoordeeld. De gekozen student voert namens de groep het adviesgesprek met de docent.

.v

u'

Ac t

ie

fb

Processtappen • Maak een taakverdeling. • Maak hoofdstuk 1: beschrijf het probleem of de situatie, de boodschap, de doelgroep, de • reden waarom de werkvorm voorlichting van toepassing is en wie de samenwerkingspartner is. • Maak hoofdstuk 2: beschrijf hoe je de boodschap gaat overbrengen en welke toon/taal • hierbij past. • Maak hoofdstuk 3: kies een voorlichtingsvorm en voorlichtingsmiddel. Motiveer je keuze. • Maak hoofdstuk 4: werk de voorbereidende werkzaamheden voor het gekozen voorlichtingsmiddel uit (dit wordt toegevoegd in de bijlage van het plan). • Zet alle stappen voor de voorbereiding van je voorlichting in chronologische volgorde onder elkaar. Verwerk dit in een verslag, lettertype Calibri 11, regelafstand enkel. Zorg dat het een net geheel is met bijpassend voorblad. • Het adviesgesprek wordt gevoerd volgens de opbouw van tien stappen (werkmodel Adviesgesprek). Zorg ook dat je gespreksvaardigheden gebruikt.

C

op

yr

ig

ht

Ed

Producteisen • In het voorlichtingsplan staat het probleem of de situatie beschreven. • In het voorlichtingsplan staat de boodschap beschreven. • In het voorlichtingsplan staat de doelgroep beschreven. • In het voorlichtingsplan staat beschreven waarom de werkvorm voorlichting van toepassing is. • In het voorlichtingsplan staat beschreven wie de samenwerkende partner is en waarom hiervoor gekozen is. • In het voorlichtingsplan staat beschreven hoe de boodschap overgebracht zal worden en welke toon/taal hierbij past. • In het voorlichtingsplan staat de gekozen voorlichtingsvorm beschreven en gemotiveerd. • In het voorlichtingsplan staat het gekozen voorlichtingsmiddel beschreven en gemotiveerd. • In het voorlichtingsplan staan de voorbereidende werkzaamheden voor het gekozen voorlichtingsmiddel beschreven. De daadwerkelijke voorbereiding wordt opgenomen in de bijlagen (bijvoorbeeld een presentatie). • Het voorlichtingsplan staat op chronologische wijze beschreven. Het is een net verslag, lettertype Calibri 11, regelafstand enkel met een bijpassend voorblad. • Er is een adviesgesprek gevoerd volgens de opbouw van tien stappen. • In het gevoerde adviesgesprek is gebruikgemaakt van gesprekstechnieken.

6

Plan voor jezelf een datum waarop je de demonstratie gaat uitvoeren. Vul deze datum in op je planningsformulier.


Oriëntatie

Oriëntatie Oefening 1

Test jezelf

.

Met een voorlichting of advies probeer je de ander te beïnvloeden. Maar hoeveel invloed wil jij op anderen hebben? Deze kennis over jezelf heb je nodig om als beroepskracht anderen te kunnen beïnvloeden. In deze opdracht ga je twee testen maken om dit te onderzoeken.

.v

DISC test < Macht en invloed test <

ie

fb

a. Waar valt jouw gedrag onder, denk je? Dominant, invloedrijk, stabiel of consciëntieus (nauwkeurig volgens je geweten)? Leg je antwoord uit.

Ac t

b. Ga naar de DISC test en doe de test volgens de aanwijzingen op de website. Print de uitslag en laat deze lezen door iemand die jou goed kent. Bespreek de resultaten. Herkent de ander jouw gedrag in jouw uitslag?

Ed

u'

c. Wil jij invloed hebben op anderen? En in welke situaties? Leg je antwoord uit.

ht

d. Ga naar de Macht en invloed test en doe de test volgens de aanwijzingen op de website. Print de uitslag en laat deze lezen door iemand die jou goed kent. Bespreek de resultaten. Herkent de ander jou in jouw uitslag?

ig

e. Komen je uitslagen overeen met de antwoorden op de vragen in de voorbereiding? Hoe komt dat, denk je?

C

op

yr

f. Kun je bedenken welke reacties jouw gedrag oproept bij anderen? Realiseer je hierbij dat je om gedrag te kunnen beïnvloeden de juiste mix moet vinden van een stellige, overtuigende én meeverende, inlevende toon/houding.

Oefening 2

Filmpje Miranda Sings Relationship Advice <

Adviezen van Miranda Sings Miranda Sings, de schuilnaam van zangeres en comédienne Colleen Ballinger, geeft vaak ongevraagd advies. Bekijk het filmpje ‘Miranda Sings Relationship Advice’ en geef antwoord op de vragen.

7


Oriëntatie

.

a. Wat is het laatste ongevraagde advies dat je zelf hebt gekregen? Van wie heb je dat gekregen?

ie

c. Heb je het advies aangenomen? Leg je antwoord uit.

fb

.v

b. Wat vond je ervan om ongevraagd een advies te krijgen?

Oefening 3

Communicatiemiddelen

Ac t

d. Wat is er voor jou nodig om een advies aan te nemen? Leg je antwoord uit.

u'

Bij voorlichting zet je bewust één of meer communicatiemiddelen in. Communicatiemiddelen zijn hulpmiddelen die je gebruikt om een boodschap over te brengen.

Ed

Wat hebben jullie nodig? • een ruimte • memobriefjes • een spelleider.

Verdeel de taken: een spelleider en de spelers.

ht

Iedereen krijgt vijf minuten de tijd om zo veel mogelijk communicatiemiddelen te bedenken en noteert deze op de memobriefjes. Noteer één communicatiemiddel per briefje. De spelleider bewaakt de tijd.

yr

ig

Orden met elkaar de briefjes door een logische indeling te maken. Denk hierbij bijvoorbeeld aan moderne en ouderwetse communicatiemiddelen en aan non-verbale of verbale communicatiemiddelen. De spelleider besluit welk briefje bij welke rubriek hoort.

C

op

a. Is het gelukt om veel verschillende communicatiemiddelen te vinden?

8

b. Is het gelukt om de briefjes logisch te ordenen?


Kennis van adviseren en voorlichten

.

Kennis van adviseren en voorlichten

.v

Inleiding

fb

Advies en voorlichting lijken op het eerste gezicht op elkaar, daarom worden deze regelmatig door elkaar gebruikt. In dit hoofdstuk leer je over de overeenkomsten en verschillen tussen beide en over de doelen en vormen van advies en voorlichting in het sociaal-cultureel werk.

Ac t

Je hebt kennis van adviseren en voorlichten. Je kunt de betekenis van de begrippen advies en voorlichting uitleggen. Je kunt de doelen van advies en voorlichting benoemen. Je kunt het verschil en de relatie tussen advies en voorlichting uitleggen. Je kunt het verschil tussen een formeel en informeel advies uitleggen. Je kunt relevante onderwerpen voor advies en voorlichting benoemen. Je kunt uitleggen welke voorlichtingsvormen er zijn en hoe je een voorlichtingsvorm kiest.

yr

ig

ht

Ed

u'

• • • • • • •

ie

Leerdoelen

Je geeft advies of voorlichting met een bepaald doel.

Betekenis begrippen a. Zoek op internet een definitie van het begrip advies die je goed vindt, en leg uit waarom je dat vindt. Vermeld ook de bron. Welke definitie heb je gevonden?

C

op

Oefening 1

9


Kennis van adviseren en voorlichten

fb

.v

.

b. Zoek nu op internet een definitie van het begrip advies die je niet goed vindt, en leg uit waarom je dat vindt. Vermeld ook de bron. Welke definitie heb je gevonden?

Ac t

ie

c. Zoek op internet een definitie van het begrip voorlichting die je goed vindt, en leg uit waarom je dat vindt. Vermeld ook de bron. Welke definitie heb je gevonden?

Ed

u'

d. Zoek nu op internet een definitie van het begrip voorlichting die je niet goed vindt, en leg uit waarom je dat vindt. Vermeld ook de bron. Welke definitie heb je gevonden?

ig

ht

e. Vergelijk je antwoorden met die van een medestudent. Bedenk samen wat jullie de beste betekenis vinden van het begrip advies. Welke betekenis van het begrip advies vinden jullie het best?

C

op

yr

f. Welke betekenis van het begrip voorlichting vinden jullie het best?

10


Kennis van adviseren en voorlichten

Oefening 2

Wet van Maier Praten is één, een gesprek voeren is twee, advies geven is drie … En dat het advies ter harte wordt genomen ... is ook nog een dingetje! Lees de theoriebron en geef antwoord op de vragen.

Theoriebron Voorlichting en advisering <

fb

.v

.

a. Leg in je eigen woorden de wet van Maier uit.

ie

b. Wanneer zul je de wet van Maier vooral kunnen toepassen?

Oefening 3

u'

a. Kies in de volgende voorbeelden of voorlichting de beste optie is. Eerst maak je individueel keuzes in de volgende voorbeelden, daarna bespreek je die keuzes met elkaar. Kies uit voorlichting geven, een instructie, een gesprek of een discussie. Bij sommige voorbeelden zijn meer antwoorden mogelijk. Het gaat bij deze opdracht niet om je gelijk, maar om een bewuste keuze te leren maken voor de werkwijze voorlichting.

Ed

Theoriebron Voorlichting en advisering <

Bewuste keuze maken

Ac t

c. Benoem de belangrijkste verschillen tussen een helpend gesprek en een adviesgesprek.

Voorbeeld

Voorlichting geven

Instructie

Gesprek

Discussie

ht

Sommige mensen met een beperking hebben moeite om de koppeling te leggen tussen seks en het mogelijke gevolg daarvan: een zwangerschap.

C

op

yr

ig

Veel kinderen willen een huisdier, maar beseffen niet dat de verzorging daarvan tijd en aandacht vraagt. Hierdoor worden de huisdieren mogelijk verwaarloosd. Je vindt dat je medestudenten jou niet erg respectvol behandelen. Mensen in de stad weten niet dat ze kunnen moestuinieren in de stadstuin. Een aantal medestudenten denkt anders over orgaandonatie dan jij. Het brandalarm gaat af en er moet een ontruiming plaatsvinden. De docent merkt dat zijn leerlingen nog niet weten dat ze voor het examen een verslag moeten schrijven.

11


Kennis van adviseren en voorlichten

Voorbeeld

Voorlichting geven

Instructie

Gesprek

Discussie

.

Ouders vragen naar het programma van een ochtend op de peuterspeelzaal.

.v

Ervoor zorgen dat je met je stageteam hetzelfde tijdschema gebruikt.

fb

Het Centrum voor Jeugd en Gezin merkt dat ouders weinig opvoedingsmethoden kennen.

Oefening 4

Ac t

ie

b. Bespreek je keuzes met een medestudent. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen jullie antwoorden? Leg je antwoord uit.

Doelen advies en voorlichting

u'

a. Je geeft een advies of een voorlichting omdat je een doel hebt. Welke doelen kun jij bedenken voor een advies?

Ed

b. Welke doelen kun je bedenken voor een voorlichting?

C

op

yr

ig

ht

c. Bespreek je antwoorden met een medestudent. Heeft hij of zij andere doelen bedacht? Zo ja, welke?

12


Kennis van adviseren en voorlichten

Oefening 5

Welk doel? Een voorlichting kan meerdere doelen nastreven. Bepaal in onderstaande voorlichtingsfilmpjes wat het hoofddoel is en leg je antwoord uit.

Theoriebron Voorlichting en advisering <

.v

.

a. Bekijk het filmpje ‘Stichting Mens & Dier Nederland’. Wat is het hoofddoel van deze voorlichting?

fb

Filmpje Stichting Mens & Dier Nederland <

b. Bekijk het filmpje ‘Internetseks, daar kun je goed ziek van zijn!’. Wat is het hoofddoel van deze voorlichting? Leg je antwoord uit.

ie

Filmpje Internetseks, daar kun je goed ziek van zijn! <

Ac t

c. Bekijk het filmpje ‘Kindertelefoon Pesten’. Wat is het hoofddoel van deze voorlichting? Leg je antwoord uit.

Oefening 6

Verschil advies en voorlichting

De begrippen advies en voorlichting zijn sterk met elkaar verbonden.

Ed

Theoriebron Voorlichting en advisering <

u'

Filmpje Kindertelefoon Pesten <

a. Wat is het verschil tussen adviseren en voorlichten?

C

op

yr

ig

ht

b. Wat is de relatie tussen adviseren en voorlichten?

13


Kennis van adviseren en voorlichten

Lees de volgende casus en beschrijf hoe je voorlichting en adviseren zou kunnen toepassen.

Casus

fb

c. Hoe zou je tieners kunnen voorlichten? Leg je antwoord uit.

.v

.

In het ziekenhuis merkt men dat jongeren steeds vaker moeten worden opgenomen omdat ze in het weekend in korte tijd veel alcohol drinken, het zogeheten comazuipen. Medewerkers van het ziekenhuis willen tieners op de hoogte brengen van de risico´s.

Oefening 7

Wat kies je?

Kies de juiste vorm (voorlichting, advies of anders) en leg uit waarom. a. Vader legt Erik uit welke voorbehoedsmiddelen er zijn: voorlichting / advies / anders, namelijk...

u'

Theoriebron Voorlichting en advisering <

Ac t

ie

d. Hoe zou je tieners kunnen adviseren? Leg je antwoord uit.

Ed

b. Vader vertelt Erik hoe hij een condoom moet gebruiken: voorlichting / advies / anders, namelijk...

ht

c. Vader vertelt dat hij liever heeft dat Erik een condoom gaat gebruiken: voorlichting / advies / anders, namelijk...

yr

ig

d. De GGD-medewerkster vertelt over het voorkomen van zwangerschappen: voorlichting / advies / anders, namelijk...

C

op

e. De GGD-medewerkster wil van de mensen in de zaal weten hoe zij denken over geboortebeperking: voorlichting / advies / anders, namelijk...

14

f. De GGD-medewerkster geeft aan dat de pil een zeer effectief anticonceptiemiddel is: voorlichting / advies / anders, namelijk...

g. De conservator geeft een PowerPoint-presentatie over de voordelen van nieuwe en oude communicatiemiddelen: voorlichting / advies / anders, namelijk...


Kennis van adviseren en voorlichten

h. De conservator vertelt uit eigen ervaring hoe leuk het is om een handgeschreven brief te ontvangen: voorlichting / advies / anders, namelijk...

fb

.v

.

Vergelijk je antwoorden met die van een medestudent. Hebben jullie dezelfde vormen gekozen of juist niet? Leg je antwoord uit.

Wat voor soort advies?

Ac t

Je kunt een formeel en een informeel advies geven. In deze opdracht maak je kennis met beide varianten. a. Wat is volgens jou de betekenis van het begrip formeel?

b. Wat is volgens jou de betekenis van het begrip informeel?

Ed

Website Hypotheekvisie <

j.

u'

Theoriebron Voorlichting en advisering <

De conservator pleit voor de handgeschreven brief: voorlichting / advies / anders, namelijk...

ie

Oefening 8

i.

C

op

yr

ig

ht

c. Bekijk de website van Hypotheek Visie. Daar wordt beschreven hoe dit bedrijf het advies opbouwt. Vergelijk de werkwijze van Hypotheek Visie met de tekst in theoriebron Voorlichting en advisering over professioneel adviseren in een notendop. Beschrijf vervolgens, onderbouwd met argumenten, individueel of het bedrijf volgens jou het professioneel adviseren beheerst. Leg je antwoord uit.

d. Bedenk een argument waarom dit bedrijf onafhankelijk advies geeft.

e. Bedenk een argument waarom dit bedrijf geen onafhankelijk advies geeft.

15


Kennis van adviseren en voorlichten

.

f. Wat is het verschil tussen een advies door een bedrijf en door een maatschappelijke organisatie?

Oefening 9

Formeel en informeel advies

ie

In deze opdracht geef je een beeld van een formeel advies en een informeel advies, om zodoende de verschillen tussen beide zichtbaar te maken. Jullie vormen tweetallen en maken vervolgens individueel een poster met behulp van Lino. Lees de casus en verdeel de taken: een student richt zich op het formele advies en een student op het informele advies.

Website Lino <

Ac t

Theoriebron Voorlichting en advisering <

fb

.v

g. Wat is de overeenkomst tussen een advies door een bedrijf en door een maatschappelijke organisaties?

Casus

Stel je beide adviessituaties uit de casus voor en leef je in moeder Juliette in. Bedenk wat kenmerkend is voor het advies dat jij gaat geven (formeel of informeel). Maak de poster en houd rekening met: – de omgeving waarin het advies wordt gegeven (de sfeer) – het soort raadgever(s) – hoe moeder Juliette zich voelt – de kwaliteit van het advies. Print beide posters en plak ze naast elkaar.

ig

ht

• • •

Ed

u'

De dochter van Juliette wil niet mee op schoolkamp. Ze heeft snel heimwee en ziet er vreselijk tegenop om drie dagen van huis te zijn. Juliette overweegt haar dochter thuis te houden tijdens het kamp. Op verzoek van Juliette adviseert de juf haar hoe zij kan omgaan met dit probleem. Juliette is blij met het advies en neemt dit over. Opgelucht gaat Juliette naar buiten. Op het schoolplein vragen de andere moeders naar het probleem, waarover ze van de kinderen gehoord hebben. De adviezen buitelen over elkaar heen.

C

op

yr

a. Vergelijk jullie posters. Is het verschil tussen beide soorten adviezen in de posters tot uitdrukking gekomen?

16

b. Maak een onderschrift voor de beide helften. Schrijf hierop wat volgens jullie kenmerkend is voor een formeel advies en voor een informeel advies.


Kennis van adviseren en voorlichten

Voorbeelden voor advies of voorlichting

.v

Oefening 10

.

c. Vergelijk jullie collage met die van een ander tweetal. Zijn er opvallende verschillen of overeenkomsten?

fb

Als sociaal-cultureel werker zul je mensen in diverse situaties moeten adviseren of moeten voorlichten. Een van de onderwerpen waarvoor je voorlichting of advies kunt geven, is de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), die elke gemeente anders uitwerkt. Geef antwoord op de vragen en maak indien nodig gebruik van het internet.

Ac t

b. Wanneer is de wet van kracht geworden?

ie

a. Wat is de betekenis van de Wmo?

Ed

u'

c. Waar vind je informatie over de Wmo?

d. Wanneer heeft iemand recht op de Wmo?

ig

ht

e. Hoe komt het dat gemeenten verschillen van inrichting van de Wmo?

C

op

yr

f. Hoe ziet de Wmo er in jouw gemeente uit?

17


Kennis van adviseren en voorlichten

Oefening 11

Welke vorm van voorlichting kies je? De vorm van voorlichting die je kiest, hangt af van het doel dat je met de voorlichting wilt bereiken. Geef van de volgende casussen aan of de voorlichting individueel of groepsgewijs moet gebeuren en of dat schriftelijk of mondeling moet. Leg je antwoord uit.

fb

.v

.

a. Casus 1 In het buurthuis komt mevrouw X al geruime tijd op de dagbesteding. Sinds enige tijd ruikt ze echter niet fris, de andere bezoekers zitten niet graag naast haar. Het vermoeden is dat ze haar persoonlijke verzorging vergeet en hulp nodig heeft. Je besluit het er met haar over te hebben.

Ac t

ie

b. Casus 2 Op een vergadering van het buurtcomitĂŠ wordt besproken dat mensen in de wijk niet blij zijn met de plannen van de woningcorporatie, maar slechts weinigen weten van de mogelijkheden van huurders om de sloop van woningen tegen te houden. Het buurtcomitĂŠ vraagt jou om de voorlichting te organiseren.

Ed

u'

c. Bespreek je antwoorden met een medestudent. Hebben jullie dezelfde voorlichtingsvormen gekozen?

ht

d. Vind je persoonlijk deze keuzes relevant voor een goede voorlichting? Leg je antwoord uit.

Prikkelende boodschap

ig

Oefening 12

C

op

yr

Sommige voorlichtingscampagnes maken gebruik van een prikkelende, ontmoedigende of zelfs choquerende boodschap. Denk aan antirookcampagnes of campagnes voor het voorkomen van vuurwerkongelukken.

18

Bespreek met je drie medestudenten of deze vorm van voorlichten goed werkt. Gebruik argumenten voor en tegen het gebruik van choquerende voorlichting. Vorm je eigen mening over nut en noodzaak van het gebruik van dit type voorlichting. Vul de volgende zinnen individueel aan. a. Een prikkelende boodschap werkt wel als ...:

b. Een prikkelende boodschap werkt niet als ...:


Gedragsbeïnvloeding

Gedragsbeïnvloeding

.

Inleiding

fb

.v

Gedragsbeïnvloeding speelt een belangrijke rol bij advies en voorlichting, je wilt de ander namelijk beïnvloeden met je advies of voorlichting. Elke maatschappelijke organisatie heeft haar eigen wijze van voorlichten en adviseren. Samenwerken is dan ook van groot belang voor een goed resultaat!

Leerdoelen

ie

Je kunt gedrag op diverse wijzen positief beïnvloeden. Je kunt anderen overtuigen van het belang van een advies of voorlichting. Je kunt gedrag positief beïnvloeden. Je kunt samenwerken met betrokken organisaties om gedrag van burgers te beïnvloeden.

Ed

u'

Ac t

• • • •

ht

Beïnvloeding is macht, omdat je veranderingen teweeg kunt brengen.

Oefening 1

Belangen nastreven

Voorbereiding • Vorm een groep van ten minste tien studenten. • Zorg voor pen en papier voor iedereen. • Zorg voor een groepsruimte. • Kies een spelleider.

C

op

yr

ig

In het sociaal-cultureel werk streef je doelen na die te maken hebben met participatie in de samenleving en het vergroten van de kansen van mensen. Denk met je medestudenten na over het doel van advies en informatie in jouw toekomstige vak.

19


Gedragsbeïnvloeding

Uitvoering • Geef individueel op papier aan welk volgend doel volgens jou het best klopt. 1 is het best, 10 is het minst. • In het sociaal-cultureel werk is voorlichten en adviseren:

.v

.

a. gedrag beïnvloeden:

fb

b. nooit een doel op zich:

ie

c. helpen het gedrag te veranderen:

e. de samenleving veranderen:

Ac t

d. een belangrijke manier om invloed te kunnen hebben op het woon- en leefklimaat van burgers:

u'

f. de juiste informatie geven aan de doelgroep:

Ed

g. niet even belangrijk; voorlichten doe je vaker dan adviseren:

ht

h. de doelgroep nieuwe vaardigheden leren:

een goed middel om participatie te bevorderen:

ig

i.

belangrijker dan begeleiden en activeren:

yr

j.

C

op

20

Ga in tweetallen met elkaar in gesprek over de gekozen volgorde en probeer tot overeenstemming te komen over een voor jullie samen meest geschikte volgorde.

k. Voor welke volgorde hebben jullie gekozen?

Vorm twee groepen van vijf personen. Voer vervolgens een discussie over de top 2 van beide groepen en kom tot overeenstemming.


Gedragsbeïnvloeding

Controle l.

Stel vast welke plaats voorlichten en adviseren voor jou heeft. Doe dit op basis van het gevoerde debat. Vul de volgende zin aan.

.v

.

In het sociaal-cultureel werk is voorlichten en adviseren...:

fb

m. omdat...:

Reflectie

Ac t

ie

n. Waren jij en je medestudenten het met elkaar eens? Waarom wel of waarom niet? Leg je antwoord uit.

Voorbereiding • Bekijk het filmpje ‘Wat is socialbesitas?’. • Lees de casus over het socialmediagedrag van jongeren op school. • Lees theoriebron Gedragsbeïnvloeding.

Casus

ig

Filmpje Wat is socialbesitas? <

Je gaat oefenen met het motiveren van het belang van een voorlichting en een advies.

ht

Theoriebron Gedragsbeïnvloeding <

Succes verzekerd

Ed

Oefening 2

u'

o. Heb je argumenten gehoord die je overtuigden om je eigen mening bij te stellen? Zo ja, welke?

C

op

yr

Jij werkt als jeugdwerker op school. Daar hoor je van alle kanten meningen over het Twittergedrag van jongeren. De schoolleiding vraagt je mee te denken over voorlichting aan leerlingen en adviezen aan ouders over het gebruik van social media. De schoolleiding wil hiermee bereiken dat leerlingen zich beter realiseren wat het gevolg is van hun tweets. Ze denken dat ouders niet voldoende weten over social media om hun pubers te begeleiden bij het gebruik van deze communicatiemiddelen. De schoolleiding vraagt je haar te helpen bij het opzetten van de voorlichting en het advies. Je wilt er als sociaal-cultureel werker over nadenken waarom jij je met dit onderwerp zou gaan bezighouden en zet op een rijtje welke kenmerken voorlichten en adviseren hebben. Je zet voor het volgende overleg met de schoolleiding op papier hoe het advies en de voorlichting vorm kunnen krijgen.

21


Gedragsbeïnvloeding

.

Uitvoering • Open Word en neem twee bladzijden voor je. Typ op de ene bladzijde 'Advies' en op de andere 'Voorlichting'. • Stel vast waaraan je moet denken om succesvolle voorlichting en een succesvol advies te kunnen geven in de beschreven situatie. Noteer dit op beide bladzijden.

fb

.v

a. Stel vervolgens vast waarom jij, als sociaal-cultureel werker, je met dit onderwerp gaat bezighouden. Moet je je zowel met voorlichting als met het advies bezighouden? Waarom? Met andere woorden: wat is je legitimatie als SCW’er bij deze onderwerpen? Vul de bladzijden aan met deze legitimatie. b. Doe de schoolleiding een schriftelijk voorstel over de voorlichting en het advies aan de hand van wat je hebt vastgesteld.

ie

Controle

Ac t

c. Leg het voorstel voor aan een andere groep die aan deze oefening werkt en vergelijk de resultaten. Zijn er verschillen? Heeft jouw groep de theorie goed begrepen?

u'

d. Als er nog vragen zijn, leg deze dan voor aan je docent en vraag hem/haar om feedback.

Ed

Reflectie

ht

e. Is het gelukt om vast te stellen waarom jij als sociaal-cultureel werker je met het onderwerp zou moeten ‘bemoeien’?

ig

f. Ben je tevreden met je voorstel aan de schoolleiding? Leg je antwoord uit.

C

op

yr

g. Wat zou je een volgende keer anders willen doen en wat wil je vasthouden voor een volgend voorstel?

22


Gedragsbeïnvloeding

Oefening 3

Werkmodel Observatieformulier <

.

.v

Voorbereiding • Verdeel de rollen: een politieagent, de jongen Pieter, de chauffeur en een observant. • Lees de volgende casus. • Bedenk hoe je zelf zou reageren. Leef je in de situatie in met behulp van werkmodel Rollenspel. • Lees indien nodig theoriebron Gedragsbeïnvloeding.

fb

Werkmodel Rollenspel <

Doorgaans zijn deskundigen het erover eens dat gedrag kan veranderen als eerst een gevoel van urgentie is ontstaan (‘Help, ik heb een probleem!’) en dat daarna behoefte is aan een oplossing (‘Help me om het probleem op te lossen.’). Een duidelijke boodschap is nodig om het besef te doen ontstaan. Jullie spelen drie rollenspellen die gaan over hoe je zou kunnen reageren in een bepaalde situatie.

ie

Theoriebron Gedragsbeïnvloeding <

Over duidelijkheid

Casus

Ac t

Een politieagent ziet bij een verkeerslicht een vrachtauto optrekken. Deze wil rechtsaf slaan. Naast de vrachtauto staat een kind met een fiets. Het kind wil rechtdoor. De politieagent grijpt in omdat er een gevaarlijke situatie is ontstaan.

ht

Ed

u'

Uitvoering • Speel het eerste rollenspel. De eerste zin van de politieagent is: ‘Beste chauffeur, u krijgt een bekeuring omdat uw dodehoekspiegel verkeerd staat opgesteld.’ De politieagent, chauffeur en de jongen Pieter gaan kort met elkaar in gesprek. De observant observeert het gesprek met behulp van werkmodel Observatieformulier. • Speel het tweede rollenspel. De eerste zin van de politieagent is: ‘Jongen, je werd bijna aangereden! Je moet beter uit je doppen kijken!’ De politieagent, de jongen Pieter en de chauffeur gaan kort met elkaar in gesprek. De observant observeert het gesprek met behulp van werkmodel Observatieformulier. • Speel het derde rollenspel. De eerste zin van de politieagent is: ‘Pieter, je werd bijna aangereden. Weet je dat een vrachtauto een dode hoek heeft?’ De politieagent, de jongen Pieter en de chauffeur gaan kort met elkaar in gesprek. De observant observeert het gesprek met behulp van werkmodel Observatieformulier.

ig

Controle

C

op

yr

a. In welke situatie ontstaat een gevoel van urgentie en wanneer hebben Pieter en de vrachtwagenchauffeur ook hulp gekregen bij een oplossing?

b. Welke boodschap is het duidelijkst en wanneer zullen de betrokkenen het snelst hun gedrag aanpassen?

Reflectie c. Bespreek de observaties. Herken jij jezelf in de observaties of juist niet? Leg je antwoord uit.

23


Gedragsbeïnvloeding

fb

ie

a. Bekijk het filmpje ‘Schrikken horrorfoto's op sigarettenpakjes echt af?’. Wat zegt Enny Das hierover in het filmpje?

Ac t

Filmpje Nieuwe weerzinwekkende plaatjes op sigarettenpakjes <

Voorbereiding • Zorg voor een smartphone of videocamera.

b. Bekijk het filmpje ‘Nieuwe weerzinwekkende plaatjes op sigarettenpakjes’. Hoe reageren de ouderen in het filmpje op de foto's?

u'

Filmpje Schrikken 'horrorfoto's' op sigarettenpakjes echt af? - RTL NIEUWS <

Vanaf 20 mei 2016 bevatten sigarettenpakjes afschrikwekkende plaatjes en vanaf 1 juli 2017 mogen sigarettenpakjes geen opvallende kleuren en geurstoffen meer bevatten. Dit wordt gedaan om rokers te beïnvloeden om te stoppen. Jullie gaan oefenen met het positief beïnvloeden van gedragsverandering.

Ed

Theoriebron Gedragsbeïnvloeding <

Vlog positieve beïnvloeding

.v

Oefening 4

.

d. Wat heb je geleerd over de manier waarop je als beroepskracht het gevoel voor urgentie kunt bereiken en hulp bij een oplossing kunt bieden?

Lees indien nodig theoriebron Gedragsbeïnvloeding.

ig

ht

Uitvoering • Bekijk nogmaals het filmpje ‘Schrikken horrorfoto's op sigarettenpakjes echt af?’. Enny Das noemt enkele voorbeelden om positieve gedragsbeïnvloeding teweeg te brengen. • Kies een van deze voorbeelden. • Over een van deze voorbeelden maak je een vlog. Je mag zelf de doelgroep bepalen. Zorg dat de informatie uit de filmpjes terugkomt in de vlog en dat het een aantrekkelijk filmpje wordt door goede voorbeelden te gebruiken en het filmpje te editen. Het filmpje duurt maximaal drie minuten.

yr

Controle

C

op

c. Is het gelukt om antwoord te geven op de vragen?

24

d. Is het gelukt om de informatie uit de filmpjes te verwerken in de vlog?


Gedragsbeïnvloeding

Reflectie

fb

.v

.

e. Laat je vlog zien aan een andere student. Geef elkaar feedback door een top (iets wat goed is) en een tip (iets wat beter kan) te geven. Welke top en tip heb jij gekregen? Ben je het daarmee eens? Leg je antwoord uit.

Oefening 5

Hoe beïnvloed je juist en effectief?

Voorbereiding • Lees de casus. • Lees theoriebron Gedragsbeïnvloeding over de vijf kenmerken en twee voorwaarden om gedragsbeïnvloeding succesvol te maken. • Verdeel de rollen: twee medewerkers van de thuiszorgorganisatie en twee wijkwerkers. Leef je in in je rol met behulp van werkmodel Rollenspel.

u'

Werkmodel Rollenspel <

Juist beïnvloeden

Ed

Theoriebron Gedragsbeïnvloeding <

Ac t

ie

f. Zou de vlog die je gemaakt hebt, jou weerhouden van het roken? Als dat niet het geval is, beschrijf dan wat je wél nodig hebt om weerhouden te worden. Leg je antwoord uit.

Casus

C

op

yr

ig

ht

Je werkt in een kernteam in de regio samen met onder andere de thuiszorgorganisatie. In dit kernteam werken jullie samen om ouderen zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen. Er worden individuele ouderen besproken, evenals algemene signalen. Uit een landelijk onderzoek is gebleken dat ouderen door ondervoeding depressief kunnen worden. In de regio heeft de thuiszorgorganisatie de wijkwerkers op pad gestuurd met de depressiewijzer. De uitslag van dit regionale onderzoek laat zien dat veel ouderen depressief zijn of het dreigen te worden. In het kernteam wordt nu besproken hoe het team door middel van advies en voorlichting ouderen inzicht kan bieden en vervolgens het gedrag kan beïnvloeden.

Het kernteam vraagt zich af hoe het kan slagen in het beïnvloeden van het gedrag van ouderen. Hoe moet de boodschap gebracht worden en op welke manier is het effect van de voorlichting en het advies het grootst? Uitvoering a. Voer het gesprek en gebruik de vijf kenmerken en de twee voorwaarden voor een succesvolle gedragsbeïnvloeding zoals beschreven in theoriebron Gedragsbeïnvloeding. Kom samen tot een conclusie. Tot welke conclusie zijn jullie gekomen?

25


Gedragsbeïnvloeding

Omdat jij net bezig bent met een training waarin gedragsbeïnvloeding aan de orde is, bied je aan om voor de volgende keer je gedachten hierover op papier te zetten. Schrijf voor het kernteam in tweetallen (de twee medewerkers van de thuiszorgorganisatie en de twee wijkwerkers werken samen) een notitie van een halve pagina in Word over gedragsbeïnvloeding. Dit ter voorbereiding op de voornemens van het team om voorlichting te houden en adviezen te geven.

.v

.

fb

b. Maak gebruik van de twee principes, de twee voorwaarden en de vijf kenmerken van gedragsbeïnvloeding uit theoriebron Gedragsbeïnvloeding. Beschrijf ook zo nauwkeurig mogelijk hoe de boodschap volgens jou tot de grootste gedragsverandering zal leiden. Iedere notitie zal er anders uitzien. Controle

Ac t

ie

c. Zijn jullie in het gesprek tot een conclusie gekomen? Waarom wel of waarom niet?

u'

d. Heb je de theorie begrepen en kun je die toepassen in deze casus bij het schrijven van de notitie? Leg je antwoord uit.

Reflectie

Ed

e. Leg de notitie voor aan het andere tweetal uit je groep. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen? Leg je antwoord uit.

ig

ht

f. Vraag feedback aan het andere tweetal uit je groep. Welke feedback heb je gekregen? Ben je het daarmee eens?

C

op

yr

g. Ben je tevreden met de kwaliteit van je notitie? Leg je antwoord uit.

26


Gedragsbeïnvloeding

Oefening 6

Kwartet van organisaties Je maakt een kwartet van organisaties, onderwerpen en functionarissen waarmee de sociaal-cultureel werker kan samenwerken of te maken kan hebben.

.v

.

Voorbereiding • Maak twintig kaarten van karton of papier.

Schrijf op vier lege kaarten steeds hetzelfde onderwerp. Er zijn vijf onderwerpen: diversiteit wonen-zorg-welzijn veiligheid welzijn en zorg onderwijsontwikkelingsstimulering (O&O)

Schrijf op de volgende vier kaarten het volgende onderwerp, totdat alle kaarten zijn voorzien van een onderwerp. Je hebt dan dus van de bovengenoemde vijf onderwerpen vier kaarten. Zet nu op de vier kaarten met het onderwerp ‘diversiteit’ steeds een andere samenwerkingspartner voor het sociaal-cultureel werk. In totaal benoem je dus vier samenwerkingspartners voor dat onderwerp. Doe dat ook voor de andere vier onderwerpen steeds op vier kaarten. Lees de onderstaande lijst van medewerkers door: maatschappelijk werker, thuiszorgmedewerker, wijkagent, bewonersondersteuner, cliëntondersteuner, opbouwwerker, sociaal-cultureel werker, activiteitenbegeleider, gebiedsregisseur, gemeenteambtenaar, doelgroepwerker, verpleegkundige, sociaal verpleegkundige, leraar, onderwijzer, leerlingbegeleider, leerplichtambtenaar, schoolarts, huisarts, educatief medewerker Al deze functionarissen kunnen met elkaar samenwerken in woonwijken of voor bepaalde doelgroepen.

ie

Ed

u'

• •

Ac t

fb

• 1. 2. 3. 4. 5.

ig

ht

Uitvoering • Vul nu de kaarten aan met concrete thema’s waarover het sociaal-cultureel werk en een organisatie op de kaart gezamenlijk voorlichting of advies kunnen geven. • Vul de kwartetkaarten aan met de functionarissen met wie de sociaal-cultureel werker kan samenwerken wat betreft het thema op de kaart. Staat de medewerker die jij op het oog hebt niet in de voorgaande lijst? Vul dan naar eigen inzicht deze lijst aan. • Bijvoorbeeld: Onderwerp: veiligheid

Partner: woningbouwcorporatie

C

op

yr

Thema: Bewoners voorlichten over het belang van snoeien van overhangend groen op achterpaden. Functionarissen: Wijkagent Bewonersondersteuner

Speel het kwartetspel

Controle a. Heb je op alle kaarten het onderwerp, de samenwerkingspartner en een thema voor voorlichting of advies en een functionaris genoteerd?

27


Gedragsbeïnvloeding

Reflectie

.v

.

b. Wat heb je geleerd over samenwerking in de wijken en voor doelgroepen?

Met welke motieven help je een externe organisatie over de streep om met jou te gaan samenwerken? Voorbereiding • Lees de casus.

Ac t

Theoriebron Gedragsbeïnvloeding <

Externe organisatie motiveren

ie

Oefening 7

fb

c. Het aantal onderwerpen waarvoor kan worden samengewerkt, is groot. Heb je voorkeur voor een bepaald onderwerp en een bepaalde samenwerkingspartner? Zo ja, waarom?

Casus

Verdeel de groep in drieën. Verdeel de taken. Twee groepen stellen de school en de stichting voor seksuele opvoeding voor, waarmee je als sociaal-cultureel werker wilt samenwerken. Deze groepen leven zich in in de situatie dat een instelling voor sociaal-cultureel werk met hen wil gaan samenwerken wat betreft het onderwerp uit de casus. De derde groep, de sociaal-cultureel werkers, helpt hen straks over de streep om te gaan samenwerken. Bedenk inhoudelijke redenen en de voordelen van samenwerking voor de andere partijen en de doelgroep, maar bedenk ook de risico's. Gebruik hierbij theoriebron Gedragsbeïnvloeding. In een klaslokaal staan de twee groepen aan één kant van een fictieve streep. De derde groep staat in het midden. Je docent is de spelleider, of een van de studenten vervult deze taak.

ht

• •

Ed

u'

Landelijk onderzoek wijst uit dat bepaalde groepen allochtone vrouwen niet gemakkelijk over seks praten. Hun kinderen krijgen daarom beperkte seksuele voorlichting, waardoor ze sneller slachtoffer van seksueel misbruik dreigen te worden. Jij werkt als sociaal-cultureel werker met kinderen en merkt dat dit probleem ook in jouw werkpraktijk speelt. Je wilt er iets aan gaan doen. Je wilt vrouwen graag advies geven hoe ze het onderwerp ter sprake kunnen brengen en wilt allochtone onderbouwleerlingen voorlichten over grenzen stellen en nee durven zeggen.

ig

yr

C

op

28

Uitvoering • Jouw groep noemt argumenten en motieven. Ieder houdt om de beurt een betoog. • Elk van de beide andere groepen die overtuigd is, steekt de streep over. • Na tien minuten is de tijd om.


GedragsbeĂŻnvloeding

Controle

.v

.

a. De mensen die overtuigd werden, geven aan wat hen over de streep trok. Welke argumenten werkten goed en welke minder goed?

Reflectie

ie

fb

b. Lukte het om zodanig te beĂŻnvloeden dat mensen over de streep gingen?

Ac t

c. Wat werkte wel en wat niet?

C

op

yr

ig

ht

Ed

u'

d. Wat heb je geleerd over het overtuigen van toekomstige samenwerkingspartners? Leg je antwoord uit.

29


Voorlichting geven

Voorlichting geven

.

Inleiding

fb

.v

Als sociaal-cultureel werker kun je over tal van onderwerpen voorlichting geven. De vorm en het middel bij het overbrengen van je boodschap zijn hierbij van groot belang. Ook de voorbereiding van een voorlichting is zeer belangrijk, wil je een succesvolle voorlichting geven.

Leerdoelen

Ac t

ie

Je kunt op diverse wijzen voorlichting geven. Je kunt een voorlichtingsplan maken. Je kunt de voorlichting afstemmen op de doelgroep. Je kunt een voorlichting geven met behulp van oude media. Je kunt een voorlichting geven met behulp van digitale media. Je kunt een voorlichtingsbijeenkomst uitvoeren.

ht

Ed

u'

• • • • • •

ig

De voorlichtingsvorm stem je af op de doelgroep.

Oefening 1

Je gaat oefenen met het schrijven van een voorlichtingsplan.

C

op

yr

Werkmodel Voorlichtingsplan <

Voorlichtingsplan loverboys

30

Voorbereiding • Bekijk werkmodel Voorlichtingsplan. • Lees de casus.

Casus Meisjes in de tienerleeftijd raken steeds vaker onder de invloed van loverboys, zo constateert de jongerenwerker. Het is een ingewikkeld probleem, waarbij meisjes sluipenderwijs steeds verder in de problemen komen. Vaak duurt het lang voordat een meisje in de gaten heeft dat de jongen op wie ze zo verliefd is niet goed voor haar is. De jongerenwerker vraagt aan jou om voor de meisjes, en eventueel ook voor de loverboys zelf, in het jongerencentrum een voorlichtingsvorm te kiezen om het onderwerp aan de orde te stellen.


Voorlichting geven

Uitvoering • Voer de stappen uit volgens werkmodel Voorlichtingsplan.

.

a. Wat is het onderwerp?

.v

b. Wat wil je overbrengen in de voorlichting?

fb

c. Wat is de doelgroep van je voorlichting?

ie

d. Wat is de boodschap van je voorlichting?

Ac t

e. Wat is het gewenste resultaat van de voorlichting?

f. Welke toon/taal is effectief voor deze doelgroep?

Ed

u'

g. Welke voorlichtingsvorm is geschikt?

h. Welke communicatiemiddelen ga je inzetten?

Zet alle onderdelen in de juiste volgorde, motiveer je keuzes en werk je antwoorden uit. Schrijf hierover een kort verslag in Word volgens werkmodel Voorlichtingsplan.

ht

i.

Controle

Is het geluk om op alle vragen antwoord te geven en de antwoorden te motiveren en beschrijven in een verslag?

C

op

yr

ig

j.

Reflectie k. Print het voorlichtingsplan en bespreek het met een ander tweetal dat ook aan deze oefening heeft gewerkt. Wat zijn de verschillen en wat zijn de overeenkomsten? Hoe komt dat, denk je? Leg je antwoord uit.

l.

Jullie geven elkaar feedback. Welke feedback heb je van het andere tweetal ontvangen? Wat vind je daarvan? Leg je antwoord uit.

31


Voorlichting geven

Oefening 2

Je gaat oefenen met het schrijven van een voorlichtingsplan.

.

Voorbereiding • Bekijk werkmodel Voorlichtingsplan. • Lees de casus.

.v

Werkmodel Voorlichtingsplan <

Voorlichtingsplan studiefinanciering

Casus

ie

fb

Toekomstige mbo-leerlingen blijken onvoldoende op de hoogte te zijn van de mogelijkheden van studiefinanciering. De school wil op een open dag voorlichting geven over deze mogelijkheden en over de aanvraag van studiefinanciering. Jouw klas wordt gevraagd deze voorlichting te geven.

a. Wat is het onderwerp?

Ac t

Uitvoering • Voer de stappen uit volgens werkmodel Voorlichtingsplan.

u'

b. Wat wil je overbrengen in de voorlichting?

Ed

c. Wat is de doelgroep van je voorlichting?

d. Wat is de boodschap van je voorlichting?

ht

e. Wat is het gewenste resultaat van de voorlichting?

ig

f. Welke toon/taal is effectief voor deze doelgroep?

yr

g. Welke voorlichtingsvorm is geschikt?

C

op

h. Welke communicatiemiddelen ga je inzetten?

32

i.

Zet alle onderdelen in de juiste volgorde, motiveer je keuzes en werk je antwoorden uit. Schrijf hierover een kort verslag in Word volgens werkmodel Voorlichtingsplan.

Controle j.

Is het gelukt om op alle vragen antwoord te geven en de antwoorden te motiveren en beschrijven in een verslag?


Voorlichting geven

Reflectie

Jullie geven elkaar feedback. Welke feedback heb je van je medestudent ontvangen? Wat vind je daarvan? Leg je antwoord uit.

Oefening 3

Taal en toon

Er zijn diverse landelijke campagnes, zoals stoppen met roken, middelengebruik, veilig verkeer en gezonde voeding. Organisaties die deze campagnes organiseren, zijn onder andere Postbus 51, Stivoro en het Voedingscentrum. Zij richten zich niet op één doelgroep, maar op grote delen van de bevolking. De taal en toon die nodig zijn om de doelgroep te kunnen bereiken, zijn steeds anders. Kinderen en ouderen hebben immers een andere taal en toon nodig om de boodschap bij hen te laten landen.

Ac t

Theoriebron Voorlichting geven <

ie

fb

l.

.v

.

k. Print het voorlichtingsplan en bespreek het met een medestudent die ook aan deze oefening heeft gewerkt. Wat zijn de verschillen en wat zijn de overeenkomsten? Hoe komt dat, denk je? Leg je antwoord uit.

Ed

u'

Voorbereiding • Denk na over de vraag welke toon en taal geschikt zijn bij de verschillende boodschappen en de verschillende doelgroepen. • Lees theoriebron Voorlichting geven. Uitvoering

ht

a. Vul het schema in met voorbeelden van de juiste toon/taal bij de doelgroepen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan: speels, informeel, formeel, waarschuwend, informerend, dirigerend, belerend, losjes, ernstig. Professionals

Jongeren

Volwassenen

ig

Doelgroep Boodschap

Welke verslavende middelen zijn er?

C

op

yr

Lichamelijke schade door roken. Wat is gezonde voeding?

• • •

Kies een boodschap en schrijf daarover in Word drie korte teksten (een voor elke doelgroep). Raadpleeg internet voor informatie over de boodschappen. Schrijf een half A4'tje per tekst.

33


Voorlichting geven

Controle

.v

.

b. Vraag een ander tweetal om naar jullie teksten te kijken. Raden zij voor welke doelgroep de teksten bedoeld zijn? Waarom lukt dat wel of juist niet, denk je? Leg je antwoord uit.

Reflectie

ie

fb

c. Herken je hoe belangrijk toon en taal zijn, ook voor jou persoonlijk? Leg je antwoord uit.

Oefening 4

De juiste boodschap

u'

In deze oefening leer je hoe de boodschap bij verschillende doelgroepen anders kan zijn, ook al is het doel hetzelfde. Vervolgens maak je twee affiches voor twee verschillende doelgroepen.

Ed

Theoriebron Voorlichting en advisering <

Ac t

d. Hoe wil jij zelf graag benaderd worden door een organisatie die jou wil voorlichten over middelengebruik, roken en voeding? Leg je antwoord uit.

Voorbereiding • Lees de casus

Tool Lino <

Casus

ig

ht

Je wilt een doelgroep voorlichten over de risico’s van huisdieren houden. Hiermee wil je voorkomen dat dieren onnodig lijden door ondoordachte aanschaf. Je wilt enkele dieren noemen die geschikt zijn om in en om het huis te houden. Ook wil je benoemen dat huisdieren houden leuk is. Daarnaast zijn de voordelen van huisdieren voor kinderen en de noodzakelijke hygiëne boodschappen die je wilt overbrengen. Stel vast over welk probleem het in deze casus gaat en wat de doelen van de voorlichting zijn. Maak indien nodig gebruik van theoriebron Voorlichting en advisering.

C

op

yr

34


Voorlichting geven

Uitvoering

Wat begrijpt deze groep van dit onderwerp?

Welke boodschap ga je benadrukken?

.v

Doelgroep

.

a. Geef in het volgende schema aan hoe je de voorlichting aan de doelgroep gaat aanpakken. Per groep kun je ervoor kiezen een deel van de genoemde doelen te benadrukken of juist weg te laten.

fb

Kinderen (0-12 jaar) Jongvolwassenen (18-26 jaar)

ie

Ouders

Hulpverleners in een tehuis voor 0- tot 12-jarigen

Kies twee doelgroepen waarvoor je een affiche gaat maken. Maak twee affiches met behulp van Lino. Let erop dat de boodschap duidelijk is!

u'

• •

Ac t

Gezinscoaches

Controle

Ed

b. Vraag een ander tweetal naar jullie posters te kijken. Raden zij voor welke doelgroep de boodschap geschikt is? En wat de boodschap is?

ht

Reflectie

yr

ig

c. Is het makkelijk of moeilijk om voor de verschillende groepen de boodschap aan te passen? Waarom? Leg je antwoord uit.

Oefening 5

C

op

Theoriebron Voorlichting geven <

Een brochure maken en voorbereiden Een brochure is een voorbeeld van een oud medium. In deze oefening ga je een brochure maken om mensen voor te lichten. Voorbereiding • Lees theoriebron Voorlichting geven. • Lees de casus.

35


Voorlichting geven

Casus

.v

.

Op het consultatiebureau waar je stage loopt, wordt geconstateerd dat mensen niet op de hoogte zijn van de mogelijkheid om hun kinderen daar te laten inenten tegen griep. De consultatiearts wil daarover voorlichting geven. Hij vraagt jou om een brochure te maken waarmee veel mensen snel op de hoogte kunnen worden gebracht.

fb

Uitvoering • Stel vast met welk beoogde resultaat je de brochure maakt. • Kies voor een centraal thema en maak een indeling in hoofdstukken, die de blokken tekst gaan vormen. • Maak de brochure in Word volgens de volgende indeling:

Print de brochure.

Ed

Controle

Ac t

Titel en eventueel ondertitel op de voorzijde. Inleidende zin. Tekstblokken, de hoofdstukken. Illustraties. Pay-off, op de achterzijde een korte samenvatting van de brochure. Colofon, schrijver, uitgever, logo.

u'

• • • • • •

ie

Indeling

ht

a. Laat de brochure lezen door het andere tweetal en vraag om een beoordeling. Hebben ze het doel van je voorlichting begrepen en is de boodschap overgekomen? Is de toon/taal treffend?

ig

Reflectie

C

op

yr

b. Gaat het je goed af om voorlichting te geven in de vorm van een brochure? Leg je antwoord uit.

36

c. Ben je erin geslaagd de juiste toon te treffen en je te beperken in de hoeveelheid tekst? Leg je antwoord uit.


Voorlichting geven

Oefening 6

Ook een persbericht kan voorlichting als doel hebben.

.

Voorbereiding • Lees de casus.

.v

Theoriebron Voorlichting geven <

Een persbericht als voorlichting

Casus

ie

fb

De zorgverzekeraar wil met je samenwerken bij het realiseren van voorlichting en adviezen aan mensen uit een bepaalde bevolkingsgroep. Het is gebleken dat Hindoestanen een vergrote kans op diabetes hebben. De zorgverzekeraar wil extra ziektekosten voorkomen en ziet in jou een samenwerkingspartner om de groep Hindoestanen uit jouw wijk te bereiken. Jij werkt immers in een wijkactiviteit met een grote groep Hindoestaanse moeders. De zorgverzekeraar wil moeders uit de doelgroep gaan voorlichten hoe ze nu al de kans op diabetes bij hun (nu nog) jonge kinderen kunnen verkleinen.

u'

Stel vast wie de doelgroep is en wat het gewenste resultaat is. Verdiep je in het onderwerp. Stel vast wat je wilt overbrengen en houd er rekening mee dat het artikel een groot publiek moet aanspreken en nieuwswaarde moet hebben. Dat wil zeggen dat je iets nieuws te melden moet hebben. Maak gebruik van theoriebron Voorlichting geven.

Ed

• • •

Ac t

Omdat jij een vertrouwensband hebt met een groot aantal van de uitgenodigde moeders, kom je met de zorgverzekeraar overeen dat jij de presentatie tijdens de voorlichtingsavond op je zult nemen. Ook maak je een brochure, affiche en persbericht voor deze groep vrouwen en plaats je een pagina over het onderwerp op de website van de welzijnsorganisatie waar je werkt.

ig

ht

Uitvoering • Schrijf een artikel in Word en houd daarbij rekening met de volgende zaken: – In het artikel vermeld je wie de afzender van het bericht is. – In de eerste regel geef je een inleiding, waardoor duidelijk is waarover het artikel gaat. – In de volgende regels geef je meer, gedetailleerdere, informatie. – Sluit af met een samenvatting of aansprekende stelling. • Print het persbericht.

C

op

yr

Controle

a. Vergelijk je persbericht met dat van een ander tweetal. Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen? Leg je antwoord uit.

Reflectie b. Is het schrijven van een persbericht echt iets voor jou? Leg je antwoord uit.

37


Voorlichting geven

Artikel Hoe schrijf ik goede teksten voor mijn website? <

fb

Voorbereiding • Bedenk een welzijnsorganisatie waarvoor je zou willen werken. • Bekijk de site Jimdo, waarmee je gratis webpagina's kunt maken. • Lees de tips in het artikel 'Hoe schrijf ik goede teksten voor mijn website?'. • Maak indien nodig gebruik van theoriebron Voorlichting geven.

ie

Website Jimdo <

Websites zijn voor een groeiende groep organisaties een belangrijke manier om voorlichting te geven. Steeds meer mensen zoeken op websites naar informatie en laten zich op die manier, soms ongemerkt, voorlichten.

Uitvoering • Bepaal de boodschap van je voorlichting. • Stel de tekst en de lay-out vast met behulp van de tips uit het artikel 'Hoe schrijf ik goede teksten voor mijn website?'. • Maak één pagina voor de website van je welzijnsorganisatie.

Ac t

Theoriebron Voorlichting geven <

Maak een webpagina

.v

Oefening 7

.

c. Wat zou je bij een volgend persbericht hetzelfde doen en wat juist anders? Leg je antwoord uit.

u'

Controle

ht

Reflectie

Ed

a. Vraag medestudenten naar hun mening over jouw webpagina. Is de taal/toon treffend? Komt de boodschap over?

ig

b. Ben je er volgens jou in geslaagd om een webpagina te maken die het gedrag van mensen kan veranderen?

C

op

yr

c. Wat doe je een volgende keer net zo en wat doe je bij een nieuw ontwerp anders?

38


Voorlichting geven

Oefening 8

Een vlog wordt de laatste jaren steeds vaker ingezet als voorlichting. In deze oefening ga je zelf een vlog voorbereiden en maken om jongeren voor te lichten over gezonde voeding.

Website YouTube <

fb

a. Wat is de boodschap van het filmpje?

b. Wie is de doelgroep van het filmpje?

• •

Bekijk werkmodel Script schrijven. Maak indien nodig gebruik van theoriebron Voorlichting geven.

Ac t

Werkmodel Script schrijven <

Bekijk het filmpje ‘Alcohol en de hersenen’.

.v

• Filmpje Alcohol en de hersenen <

.

Voorbereiding

ie

Theoriebron Voorlichting geven <

Vloggen als voorlichting

u'

Uitvoering • Werk de eerste vijf stappen van werkmodel Script schrijven uit. • Werk de laatste stap van werkmodel Script schrijven uit: zorg voor een overzichtelijk en net verslag met bijpassend voorblad. • Maak de vlog volgens het beschreven script. Film de vlog met behulp van een smartphone of videocamera. • Upload het filmpje op YouTube.

Ed

Controle

ht

c. Is het gelukt om alle informatie uit het script te verwerken in de vlog? Waarom wel of waarom niet?

ig

d. Laat je vlog zien aan vrienden of familie. Kunnen zij het doel en de boodschap goed raden?

C

op

yr

Reflectie

e. Ben je er volgens jou in geslaagd om een vlog te maken die het gedrag van mensen kan veranderen?

f. Wat doe je een volgende keer net zo en wat doe je bij een nieuw script anders?

39


Voorlichting geven

Oefening 9 Website Thema: Depressie <

Voorlichtingsbijeenkomst In deze oefening ga je een volledig voorlichtingsplan samenstellen. Het voorlichtingsplan rond je af met de voorbereidingen voor het uitvoeren. Vervolgens geef je volgens dit plan voorlichting.

Lees de casus.

fb

Casus

Werkmodel Voorlichtingsbijeenkomst <

• • •

Bekijk de website Thema: Depressie voor achtergrondinformatie. Verdeel de teams: twee studenten voor team 1 en twee studenten voor team 2. Tref in je team alle voorbereidingen voor een voorlichtingsbijeenkomst en verdeel de taken. Maak het voorlichtingsplan met behulp van werkmodel Voorlichtingsplan. Bereid de bijeenkomst voor met behulp van werkmodel Voorlichtingsbijeenkomst. Leef je in de doelgroep in en bedenk vragen. Ook kiest een van de deelnemers uit het team dat de doelgroep speelt, een vorm van een lastige situatie die hij toepast tijdens de voorlichting. (Bekijk theoriebron Voorlichting geven.)

Ed

• • •

Ac t

ie

Ouderen kunnen door ondervoeding depressief worden, maar er zijn ook andere oorzaken. In de regio heeft de thuiszorgorganisatie haar wijkwerkers op pad gestuurd met de depressiewijzer. De uitslag van dit regionale onderzoek laat zien dat veel ouderen depressief zijn of het dreigen te worden. In het sociaal team wordt het onderwerp besproken. Aan jou wordt gevraagd een voorlichtingsplan op te stellen voor de voorlichting aan ouderen.

u'

Theoriebron Voorlichting geven <

.v

.

Voorbereiding Werkmodel Voorlichtingsplan <

Uitvoering • Het eerste team geeft de voorlichting. • Het tweede team stelt de doelgroep voor en stelt vragen tijdens de voorlichting.

ht

a. De leden van het tweede team vullen individueel het volgende schema in tijdens de voorlichting.

ig

Onderwerp

C

op

yr

Boodschap is juist overgebracht

40

Beoordeling Goed Voldoende Onvoldoende

Uitvoering van de voorlichting

Goed Voldoende Onvoldoende

Presentatie is treffend

Goed Voldoende Onvoldoende

Vragen zijn juist beantwoord

Goed Voldoende Onvoldoende


Voorlichting geven

•

Het tweede team legt na de voorlichting beide individuele beoordelingen naast elkaar en geeft het eerste team vervolgens een gemeenschappelijke beoordeling, met een toelichting. Daarna worden de rollen omgedraaid: team 2 geeft voorlichting, team 1 geeft een beoordeling.

.

•

.v

Controle

fb

b. Is het gelukt om doel, middel, vorm en resultaat aan elkaar te koppelen? Waarom wel of waarom niet?

Ac t

ie

c. Is het gelukt om de voorlichting juist voor te bereiden? Leg je antwoord uit.

Reflectie

u'

d. Hoe verliep de voorbereiding in de groep?

Ed

e. Had je groep goed ingeschat hoe de voorlichting moest worden gegeven?

C

op

yr

ig

ht

f. Wat was de beoordeling van het andere team? Wat vind je daarvan? Leg je antwoord uit.

41


Voorlichting geven

Oefening 10

.

.v

Werkmodel Presenteren <

Bij het organiseren van een voorlichtingsbijeenkomst kan een presentatie een belangrijk onderdeel zijn. Je gaat oefenen met het voorbereiden en houden van een presentatie. Presenteren kan heel spannend zijn, omdat je voor een groep mensen staat die met zijn allen vol verwachting naar je kijken. Daarom zijn een goede voorbereiding en oefenen van groot belang. Voorbereiding • Lees de casus.

fb

Theoriebron Voorlichting geven <

Presenteren

Casus

Werkmodel Voorlichtingsbijeenkomst <

ie

De zorgverzekeraar wil met je samenwerken bij het realiseren van voorlichting en adviezen aan mensen uit een bepaalde bevolkingsgroep. Het is gebleken dat Hindoestanen een vergrote kans op diabetes hebben. De zorgverzekeraar wil extra ziektekosten voorkomen en ziet in jou een samenwerkingspartner om de groep Hindoestanen uit jouw wijk te bereiken. Jij werkt immers in een wijkactiviteit met een grote groep Hindoestaanse moeders. De zorgverzekeraar wil moeders uit de doelgroep gaan voorlichten hoe ze nu al de kans op diabetes bij hun (nu nog) jonge kinderen kunnen verkleinen.

Ac t

Werkmodel Observatieformulier <

ht

• •

Verdeel de rollen: de persoon die de presentatie geeft, de personen die de doelgroep vertegenwoordigen (de Hindoestaanse moeders) en een observant. Ook kiest een van de deelnemers (die in de doelgroep speelt) een vorm van een lastige situatie die hij toepast tijdens de voorlichting. (Bekijk theoriebron Voorlichting geven.) Maak een taakverdeling. Maak een flyer om de voorlichtingsbijeenkomst aan te kondigen. Dit mag je online doen, maar ook met papier, stiften en tijdschriften. Schrijf de presentatie met behulp van werkmodel Presenteren. Behandel onder andere: het doel, het onderwerp, de doelgroep, de rode draad van je verhaal, nieuws over het onderwerp. De presentator oefent de presentatie met behulp van werkmodel Voorlichtingsbijeenkomst, de deelnemers leven zich in in hun rol als Hindoestaanse moeders en de observator bekijkt werkmodel Observatieformulier, waarmee hij tijdens de presentatie de presentator gaat observeren. Wissel van rol, zodat meerdere studenten oefenen met presenteren.

Ed

u'

Omdat jij een vertrouwensband hebt met een groot aantal van de uitgenodigde moeders, kom je met de zorgverzekeraar overeen dat jij de presentatie tijdens de voorlichtingsavond op je zult nemen. Ook maak je een brochure, affiche en persbericht voor deze groep vrouwen en plaats je een pagina over het onderwerp op de website van de welzijnsorganisatie waar je werkt.

ig

yr

C

op

42

Uitvoering • De ruimte wordt voorbereid (werkmodel Voorlichting geven aan een groep). • De presentatie wordt uitgevoerd. De Hindoestaanse moeders stellen vragen en de observant observeert de presentatie. Controle a. Is de boodschap op de flyer duidelijk? Leg je antwoord uit.


Voorlichting geven

b. Hebben de Hindoestaanse moeders de voorlichting begrepen? Leg je antwoord uit.

.v

.

c. Hebben de Hindoestaanse moeders vragen gesteld? Zo ja, welke?

fb

Reflectie

Ac t

e. Vond je het presenteren leuk of lastig?

ie

d. Wat ging je in de voorbereiding makkelijk af en wat moeilijk?

u'

f. Welke onderdelen van presenteren zou je vaker willen oefenen?

Ed

g. Wat valt je op aan je manier van presenteren en welke feedback kreeg je van je medestudent?

C

op

yr

ig

ht

h. Wat ga je voortaan op dezelfde manier doen en wat ga je anders doen?

43


Advies geven

Advies geven

.

Inleiding

fb

.v

Een van de taken van een sociaal-cultureel werker is het geven van advies. Bij een adviesgesprek zijn er twee gespreksmodellen: het participatiemodel en het diagnose-receptmodel. Met beide varianten ga je oefenen en tevens oefen je met schriftelijk advies geven.

Leerdoelen

ie

Je kunt op diverse wijzen adviseren. Je kunt een adviesgesprek voeren volgens het participatiemodel. Je kunt een adviesgesprek voeren volgens het diagnosemodel. Je kunt een schriftelijk advies geven.

ht

Ed

u'

Ac t

• • • •

Een advies kun je mondeling maar ook schriftelijk geven.

Aan de slag met het participatiemodel

ig

Oefening 1

Het participatiemodel is een open gespreksmodel en in de praktijk erg effectief voor adviesgesprekken.

yr

Theoriebron Advies geven <

Voorbereiding • Lees de casus.

C

op

Werkmodel Rollenspel <

Werkmodel Observatie participatieve vaardigheden <

Werkmodel Adviesgesprek <

44

Casus Stefan is een jongen van 9 jaar. In de straat waar hij woont wordt hij erg gepest. Als reactie daarop gaat Stefan schelden. De sociaal-cultureel werker die Stefan kent uit het buurtcentrum, gaat met hem in gesprek en geeft hem advies. •

Verdeel de rollen: de sociaal-cultureel werker, Stefan en een observant.


Advies geven

.v

.

Leef je in in je rol met behulp van werkmodel Rollenspel. De observant bekijkt werkmodel Observatie participatieve vaardigheden, waarmee hij de sociaal-cultureel werker gaat observeren. Tip: bekijk als sociaal-cultureel werker ook dit werkmodel, zodat je weet waarop je moet letten tijdens het gesprek! Bereid een adviesgesprek voor op basis van het participatiemodel. Maak gebruik van werkmodel Adviesgesprek en theoriebron Advies geven.

Ac t

ie

fb

Uitvoering • Voer een adviesgesprek van maximaal vijf minuten, waarbij de inbreng van Stefan centraal staat. De sociaal-cultureel werker stimuleert en structureert het gesprek en helpt Stefan bij het analyseren van zijn probleem en bij het zoeken naar oplossingen. Tot slot geeft de sociaal-cultureel werker een advies (aansluitend bij de oplossingen bedacht door Stefan zelf). • De observant observeert de sociaal-cultureel werker met behulp van werkmodel Observatie participatieve vaardigheden. • Na vijf minuten wisselen jullie van rol, jullie mogen de casus aanpassen. Ook dit gesprek wordt geobserveerd met behulp van werkmodel Observatie participatieve vaardigheden. • Na vijf minuten wisselen jullie nogmaals van rol, zodat elke student één keer alle rollen heeft gespeeld. Ook dit gesprek wordt geobserveerd. Controle

Ed

u'

a. Bespreek de observaties. Heb je volgens de observaties geluisterd naar de mening van Stefan?

b. Heb je volgens de observaties actief geluisterd?

ig

ht

c. Wat was je advies aan Stefan? Was dit gebaseerd op zijn eigen inbreng? Leg je antwoord uit.

d. Hoe vond je het om op deze wijze advies te geven? Leg je antwoord uit.

e. Vind je dat de wet van Maier van toepassing is op het gesprek dat je gevoerd hebt? Leg je antwoord uit.

C

op

yr

Reflectie

45


Advies geven

Oefening 2

.

Voorbereiding • Lees de casus.

.v

Werkmodel Adviesgesprek <

Het adviesgesprek is een van de vastgestelde manieren om een gesprek te voeren. In deze oefening bereid je een adviesgesprek voor en voer je dat gesprek op basis van het participatiemodel.

Casus

fb

Theoriebron Advies geven <

Adviesgesprek volgens participatiemodel

• •

u'

Lees het onderdeel Participatiemodel in theoriebron Advies geven. Verdeel de rollen: de vertegenwoordiger en drie collega's. Verdiep je in het onderwerp, zowel de vertegenwoordiger als de collega's hebben ieder een ander advies. Maak een opzet voor het gesprek en volg hierbij de vier processtappen uit werkmodel Adviesgesprek. Bereid het gesprek verder voor volgens de opbouw (de tien punten) uit werkmodel Adviesgesprek. Zet deze op papier ter voorbereiding op het gesprek. Zorg voor een smartphone waarmee je kunt filmen (of een videocamera) en zet deze op een goede plaats, zodat alle deelnemers gefilmd kunnen worden.

Ed

• • •

Ac t

ie

Een vertegenwoordiger van de gemeente komt bij jouw welzijnsorganisatie praten over de mogelijke verlenging van de subsidie voor het buurthuis. Jij en jouw twee collega’s weten dat het er goed loopt, maar dat de gemeente moet bezuinigen. Er moeten dus keuzes gemaakt worden. Jij moet duidelijk maken waarom het niet verstandig is om op dit buurthuis te bezuinigen. Jullie gaan met elkaar in gesprek en beide partijen geven een advies op basis van het participatiemodel.

Uitvoering • Voer het adviesgesprek van maximaal tien minuten.

ht

Controle

ig

a. Is er in het gesprek gestimuleerd en gestructureerd om samen het probleem te analyseren? Waarom wel of waarom niet? Leg je antwoord uit.

C

op

yr

b. Bekijk het filmpje terug en geef elkaar feedback. Jullie geven elkaar feedback over het afstemmen op de ander, het luistergedrag en het doorvragen. Welke feedback heb jij gekregen?

46

c. Geef elkaar ook feedback over het advies zelf: sluit het advies aan, was het advies overtuigend en werd het aantrekkelijk aangeboden? Welke feedback heb jij gekregen?


Advies geven

Reflectie

.v

.

d. Is een adviesgesprek anders dan de gespreksmodellen die je eerder in de opleiding hebt geoefend? Wat zijn de verschillen of overeenkomsten?

Oefening 3

Ac t

u'

Uitvoering • Voer het adviesgesprek van maximaal vijf minuten. Je stelt vragen en luistert enkel naar Lenie Maas. Vervolgens stel je de diagnose en geef je een duidelijk advies om het probleem of de vraag op te lossen. • De observant observeert de sociaal-cultureel werker met behulp van werkmodel Observatie participatieve vaardigheden. • Na vijf minuten wisselen jullie van rol, jullie mogen de casus aanpassen. Ook dit gesprek wordt geobserveerd met behulp van werkmodel Observatie participatieve vaardigheden. • Na vijf minuten wisselen jullie nogmaals van rol, zodat elke student één keer alle rollen heeft gespeeld. Ook dit gesprek wordt geobserveerd.

C

op

yr

ig

Werkmodel Observatie participatieve vaardigheden <

Voorbereiding • Lees het onderdeel Diagnose-receptmodel in theoriebron Advies geven. • Bekijk het filmpje 'Lenie Maas over eenzaamheid: 'Doordeweeks komt er nooit iemand langs''. • Beeld je in dat jij als sociaal-cultureel werker dit gesprek voortzet met Lenie Maas. • Verdeel de rollen: sociaal-cultureel werker, Lenie Maas en een observant. • De observant bekijkt werkmodel Observatie participatieve vaardigheden, waarmee hij de sociaal-cultureel werker gaat observeren. Tip: bekijk als sociaal-cultureel werker ook dit werkmodel, zodat je weet waar je tijdens het gesprek op moet letten!

Ed

Filmpje Lenie Maas over eenzaamheid: 'Doordeweeks komt er nooit iemand langs' <

Het diagnose-receptmodel is een gespreksvorm die erop gericht is de cliënt/burger te laten praten. Zelf stel je enkel vragen en op basis daarvan stel je een diagnose en stel je een advies op.

ht

Theoriebron Advies geven <

Aan de slag met het diagnose-receptmodel

ie

fb

e. Vind je dat de wet van Maier van toepassing is op het gesprek dat je gevoerd hebt? Leg je antwoord uit.

Controle a. Bespreek de observaties. Heb je volgens de observaties geluisterd naar de mening en het verhaal van Lenie Maas?

b. Heb je volgens de observaties actief geluisterd?

47


Advies geven

c. Wat is de diagnose die je hebt opgesteld?

fb

.v

.

d. Wat is het advies dat je hebt opgesteld? Kan hiermee het probleem worden opgelost? Leg je antwoord uit.

Reflectie

Oefening 4

Voorbereiding • Lees de casus.

Casus

u'

Het diagnose-receptmodel bij adviesgesprekken wordt in de praktijk bij professionals minder vaak toegepast. Het is echter wel belangrijk dat je hiermee oefent, omdat je er misschien mee te maken krijgt.

Roza is een vrouw van 53 jaar, die na vier jaar thuiszitten eindelijk een baan had gevonden. Nu kon ze beginnen met het aflossen van haar schulden. Vandaag heeft ze gehoord dat ze haar baan kwijt is, omdat de afdeling wordt opgedoekt. Je kent Roza uit de buurt waarin je werkt als sociaal-cultureel werker. Jullie gaan met elkaar in gesprek op basis van het diagnose-receptmodel.

ht

Werkmodel Observatie participatieve vaardigheden <

Stel een diagnose en geef advies

Ed

Theoriebron Advies geven <

Ac t

ie

e. Hoe vond je het om op deze wijze advies te geven? Leg je antwoord uit.

Verdeel de rollen: Roza, sociaal-cultureel werker en een observant. Verdiep je in het onderwerp en bereid het gesprek voor; lees het onderdeel Diagnose-receptmodel in theoriebron Advies geven. De observant bekijkt werkmodel Observatie participatieve vaardigheden, waarmee hij de sociaal-cultureel werker gaat observeren. Tip: bekijk als sociaal-cultureel werker ook dit werkmodel, zodat je weet waar je tijdens het gesprek op moet letten!

ig

• •

C

op

yr

48

Uitvoering • Voer het adviesgesprek van maximaal vijf minuten. Je stelt vragen en luistert enkel naar Roza. Vervolgens stel je de diagnose en geef je een duidelijk advies om het probleem of de vraag op te lossen. • De observant observeert de sociaal-cultureel werker met behulp van werkmodel Observatie participatieve vaardigheden. • Na vijf minuten wisselen jullie van rol, jullie mogen de casus aanpassen. Ook dit gesprek wordt geobserveerd met behulp van werkmodel Observatie participatieve vaardigheden. • Na vijf minuten wisselen jullie nogmaals van rol, zodat elke student één keer alle rollen heeft gespeeld. Ook dit gesprek wordt geobserveerd.


Advies geven

Controle

.v

.

a. Bespreek de observaties. Heb je volgens de observaties geluisterd naar de mening van Roza?

fb

b. Heb je volgens de observaties actief geluisterd?

ie

c. Wat is de diagnose die je hebt opgesteld?

Ac t

d. Wat is het advies dat je hebt opgesteld? Kan hiermee het probleem worden opgelost? Leg je antwoord uit.

u'

Reflectie

Niet alleen via een gesprek, maar ook schriftelijk kun je als sociaal-cultureel werker een advies geven. In deze oefening ga je hiermee aan de slag.

Voorbereiding • Bekijk het filmpje 'Ongeveer 30:000 euro schulden' van het programma Koopziek: ik kan niet stoppen met shoppen. • De redactie van het programma heeft jou als sociaal-cultureel werker gevraagd de moeder en zus te adviseren via een brief. Hun vraag is hoe zij het beste in gesprek kunnen gaan met hun koopzieke dochter en zus Esra. • Lees het onderdeel Schriftelijk advies in theoriebron Advies geven. • Bekijk werkmodel Schriftelijk advies.

ig

Theoriebron Advies geven <

Schriftelijk advies

ht

Oefening 5

Ed

e. Hoe vond je het om op deze wijze advies te geven? Leg je antwoord uit.

yr

Filmpje ‘Ongeveer 30:000 euro schulden’ <

C

op

Werkmodel Schriftelijk advies <

Uitvoering • Werk stap 1 tot en met 4 van werkmodel Schriftelijk advies uit in groepsverband. • Werk vervolgens stap 5 individueel uit (het schrijven van de brief). Controle a. Print de brieven en vergelijk deze met elkaar. Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen?

49


Advies geven

.

b. Vraag feedback aan een medestudent. Zijn de hoofd- en ondergeschikte argumenten overzichtelijk beschreven in de brief?

fb

c. Ben je tevreden met je brief? Waarom wel of waarom niet?

.v

Reflectie

Oefening 6

Een schriftelijk advies kan ook worden ingezet wanneer mensen moeite hebben om over hun probleem te praten. In deze oefening ga je hiermee aan de slag. Voorbereiding • Lees de casus.

Casus

u'

Werkmodel Schriftelijk advies <

Advies voor Lenny

Ed

Theoriebron Advies geven <

Ac t

ie

d. Hoe vond je het om zonder in gesprek te gaan een advies op te moeten stellen? Leg je antwoord uit.

C

op

yr

ig

ht

Liesbeth is werkzaam als sociaal-cultureel werker in een buurthuis. Lenny, een jongeman van 19 jaar die regelmatig in het buurthuis komt en met wie ze goed kan opschieten, heeft haar een mail gestuurd.

50


Advies geven

Uitvoering • Werk stap 1 tot en met 5 van werkmodel Schriftelijk advies uit. • Je schrijft de brief en verzendt deze per mail naar een medestudent.

fb

Controle

.

Als Liesbeth ga je een schriftelijk (mail)advies sturen naar Lenny. Lees het onderdeel Schriftelijk advies in theoriebron Advies geven. Bekijk werkmodel Schriftelijk advies. Dit gebruik je ook wanneer je per mail een advies opstelt.

.v

• • •

ie

a. Print de mail die je ontvangt van je medestudent, hij print jouw mail. Vergelijk de mails met elkaar. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen? Leg je antwoord uit.

Ac t

b. Vraag feedback aan een medestudent. Zijn de hoofd- en ondergeschikte argumenten overzichtelijk beschreven in de mail?

u'

Reflectie

Ed

c. Ben je tevreden met je mail? Waarom wel of waarom niet?

C

op

yr

ig

ht

d. Hoe vond je het om zonder in gesprek te gaan een advies op te moeten stellen? Leg je antwoord uit.

51


Theoriebron Voorlichting en advisering

.

Theoriebron Voorlichting en advisering

.v

Inleiding

Ac t

ie

fb

Voorlichten en adviseren in het sociaal-cultureel werk hebben altijd als doel om de zelfstandigheid en zelfredzaamheid van een doelgroep te beïnvloeden. Jouw kerntaak als SCW'er is immers het woon-, werk- en leefklimaat van mensen te verbeteren door hun participatie en zelfredzaamheid te bevorderen. Voorlichting waarin de keuzes zijn voorgelegd, wordt vaak gevolgd door een advies over hoe te handelen. Als de voorlichting heeft geleid tot nieuwe inzichten en de behoefte om te veranderen, volgt de vraag hoe die verandering bereikt kan worden. Dat is het juiste tijdstip voor een advies.

Voorlichting is keuzes aanbieden

u'

Bij voorlichting draag je kennis over of geef je nieuwe inzichten, waardoor de ander kan overwegen om te veranderen. Voorlichting is succesvol als de ander zo veel informatie heeft gekregen dat hij belangen kan gaan afwegen en een keuze kan maken.

Ed

Daarmee is voorlichten iets anders dan adviseren. Bij een advies probeer je namelijk voor elkaar te krijgen dat de klant datgene wat je adviseert ook echt gaat doen. Bij voorlichting geef je alleen de benodigde informatie, waardoor de klant een keuze kan maken. Een advies is dus dwingender dan voorlichting.

yr

ig

ht

Professioneel voorlichten in een notendop: • bepaald gedrag nastreven door kennis of een inzicht over te dragen • met gebruik van het juiste communicatiemiddel • met behulp van de juiste toon/taal • met begrip voor het gedrag dat je wilt beïnvloeden • met behulp van de juiste analyse van de situatie • met een professionele kijk • zonder eigenbelang • door keuzes te bieden, waarna het gedrag uit vrije wil kan veranderen.

C

op

Adviseren is raadgeven

52

Adviseren is een vak apart. Er bestaan speciale opleidingen en cursussen om dit vak te leren. Mensen gaan immers niet zomaar overstag. Om voor elkaar te krijgen dat een raadgeving wordt overgenomen, moet de adviseur een passend en juist advies geven. De adviseur moet zorgvuldig te werk gaan en goed kijken naar de persoon die hij voor zich heeft. Het doel van de adviseur is dat de ander het advies overneemt. Dat wil zeggen: zijn gedrag aanpast of de raadgeving opvolgt. Een adviseur moet goed nadenken over zijn raadgeving. Want wat doe je als de klant het probleem dat jij denkt te zien, zelf niet onder ogen wil zien? Wat doe je als de klant niet bij machte lijkt te zijn jouw advies zelfstandig uit te voeren? En hoe handel je als de klant steeds terugkomt met hetzelfde probleem en eerder een bevestiging voor het probleem lijkt te zoeken dan een oplossing?


Theoriebron Voorlichting en advisering

Informeel en formeel advies

Ac t

ie

fb

Formeel adviseren in een notendop: • een bepaalde situatie veranderen door raad te geven • met een zekere deskundigheid • met gebruik van het juiste communicatiemiddel • met behulp van de juiste toon/taal • met begrip van de reden voor het gedrag van degene die je adviseert • met de juiste analyse van de te veranderen situatie • met een professionele kijk • met een zekere mate van afstand tot de eigen mening • met de bedoeling dat je advies wordt overgenomen.

.v

.

Er is een onderscheid tussen informele adviezen en formele adviezen. Jouw advies aan een vriendin om eens lekker een biertje te drinken om te ontspannen, komt heel anders over dan datzelfde advies aan een buurtbewoner in de wijk waar je werkt. In het sociaal-cultureel werk probeert de beroepskracht altijd een onafhankelijk advies te geven. In andere beroepen kan dat anders liggen. Zo adviseren een uitvaartondernemer en een verzekeringsagent niet onafhankelijk, omdat ze ook hun producten willen verkopen.

u'

Doelen

Ed

Het doel van voorlichting is om de kennis, de houding en het gedrag te beïnvloeden van degene die voorlichting krijgt. Dit doe je door te: • informeren. Je geeft informatie over het onderwerp, bijvoorbeeld: voorzieningen voor minima in de gemeente. • overtuigen. Je geeft redenen om het gedrag te veranderen. Het gebruik van beeldmateriaal is hiervoor bijvoorbeeld heel geschikt. Ook je eigen overtuiging en enthousiasme helpen om de cliënt te overtuigen.

ig

ht

Een voorlichting kan vier vormen hebben: 1. informeren 2. instructie 3. educatie 4. begeleiden.

C

op

yr

Het doel van adviseren is raadgeven, waarbij je streeft naar acceptatie en implementatie van jouw ideeën door anderen. Goed advies geven is misschien nog wel te doen, maar om de ander zo ver te krijgen dat hij er ook mee aan het werk gaat, is nog een ander verhaal. Het heeft geen enkel effect als de ander jouw kwalitatief uitstekende advies niet accepteert. En ook andersom geldt: als de kwaliteit slecht is, dan is een geaccepteerd advies niet effectief. Hier is de wet van Maier van toepassing: E = K x A (Effect = Kwaliteit x Acceptatie).

53


Theoriebron Gedragsbeïnvloeding

.

Theoriebron Gedragsbeïnvloeding

.v

Inleiding

ig

ht

Ed

u'

Ac t

ie

fb

Mensen zijn geneigd te denken dat zij zich niet gemakkelijk laten beïnvloeden. We weten wat we willen, en denken dat onze denkpatronen logisch en waar zijn. Helaas is de werkelijkheid anders. We laten ons gedrag gemakkelijk en onbewust beïnvloeden door mensen en media. Zelfs onze hersenen hebben de neiging ons voor de gek te houden. Het gedrag van mensen beïnvloeden is niet eenvoudig, terwijl dat nu juist is wat je bij advies en voorlichting wilt doen. Daarom is het handig dat je begrijpt hoe gedragsbeïnvloeding werkt.

Samenwerking moet.

C

op

yr

Twee principes Het gedrag van mensen verloopt volgens vaste patronen. Hiervoor zijn twee principes: • Streven naar gezamenlijk belang lokt datzelfde gedrag uit – Als je zoekt naar gezamenlijkheid, streeft de ander ook naar gezamenlijkheid en wil hij eerder met je meegaan of met je samenwerken. – Maar als je streeft naar eigenbelang, lokt dat bij de ander ook handelen uit eigenbelang uit. – Als je wantrouwen laat zien, is de ander bij voorbaat al kritisch over wat je vertelt. •

Leiden lokt volgen uit, en andersom. – Als je de ander sterk beïnvloedt, krijgt de ander een passieve houding. Andersom lokt volgend gedrag bij de ander leidend gedrag uit. – Als je je heel bescheiden opstelt, neemt de ander veel ruimte in – en andersom.

In je toekomstige beroep is het belangrijk dat je begrijpt hoe jouw gedrag de ander beïnvloedt en hoe jij beïnvloed wordt.

54


Theoriebron Gedragsbeïnvloeding

Twee voorwaarden Gedragsbeïnvloeding lukt pas als aan twee voorwaarden is voldaan.

fb

.v

.

• herkenning/erkenning In de eerste plaats moet degene wiens gedrag je wilt beïnvloeden, het gevoel hebben dat er echt een probleem of ongewenste situatie is. Als de ander helemaal niet herkent 'waar jij je zo druk over loopt te maken', staat hij niet open om iets te veranderen. Daarvoor is voor hem immers geen reden.

Vijf kenmerken

Ac t

ie

• urgentie Als de ander wel begrijpt waarom er iets zou moeten veranderen, kan hij toch vinden dat het later weleens kan veranderen. Ook dan staat hij niet open om te veranderen. Stel dat jij een roker bent en dat iemand graag wil dat jij stopt met roken. Als jij er niet van overtuigd bent dat roken een probleem is, ga je je gedrag echt niet veranderen. Begrijp je wel dat roken een probleem is, dan wil dat nog niet zeggen dat je ook vindt dat je er direct mee moet stoppen. Als je niet erkent dat er een urgent probleem is, ga je je gedrag niet veranderen.

C

op

yr

ig

ht

Ed

u'

Een succesvolle gedragsbeïnvloeding moet voldoen aan de volgende kenmerken: 1. positieve benadering Mensen hebben een sterke voorkeur om positief beïnvloed te worden. Positieve boodschappen geven mensen eerder het gevoel dat ze zelf gekozen hebben en dat voelt goed. 2. duidelijke boodschap Zodra mensen hebben besloten dat ze iets willen veranderen, willen ze graag een duidelijke boodschap over hoe ze nu moeten handelen. 3. rolmodellen opvoeren In de reclame wordt regelmatig gebruikgemaakt van rolmodellen; dit omdat mensen zich graag laten beïnvloeden door personen die ze mooi of belangrijk vinden en bewonderen. 4. bemoedigend taalgebruik en positieve effecten De winst van de gedragsverandering benoemen levert betere effecten op dan boodschappen waarin wordt gezegd wat er niet meer zal zijn. 5. aansluiten bij de kenmerken van de doelgroep De argumenten die je noemt, de voorbeelden die je geeft en de toon die je treft, bepalen of de boodschap overkomt. Hoe beter je aansluiting bij de doelgroep zoekt, hoe groter de kans op succes is.

55


Theoriebron Gedragsbeïnvloeding

Samenwerken moet

.v

.

Alle maatschappelijke organisaties willen het gedrag van burgers/bewoners/klanten/cliënten beïnvloeden: • De woningcorporatie wil huurgedrag beïnvloeden. • De zorginstelling wil gezond gedrag bevorderen. • De welzijnssector wil gedrag van mensen beïnvloeden, zodat zij kunnen participeren.

Ac t

ie

fb

Door samen te werken hebben de partijen een groter bereik en neemt de kans dat zij hun doel bereiken toe. De klanten eisen samenwerking van organisaties. Ze nemen er geen genoegen meer mee dat ze voor allerlei stukjes zorg en diensten naar verschillende organisaties moeten. Als kinderwerker bij een welzijnsorganisatie kun je je niet meer alleen bezighouden met de kinderclub zelf. Er wordt van je verwacht dat je in het zorgoverleg meedoet en meedenkt over voorlichting en advisering over opvoeding en het contact met ouders. De overheid dwingt deze samenwerking af, omdat de kosten in de zorg te hoog worden en de verzorgingsstaat niet meer van deze tijd is. In de plaats hiervan is de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) gekomen. De huidige, complexe en snelle samenleving vraagt om een gezamenlijke integrale en meervoudige aanpak van alle maatschappelijke organisaties.

u'

Samenwerken in de praktijk

Ed

In de praktijk blijkt dat het voor maatschappelijke organisaties moeilijk is met elkaar samen te werken. Ze vinden het lastig of vervelend om elkaar inzage te geven in dossiers en verschuilen zich graag achter privacywetgeving. Ook blijkt dat deze organisaties verschillende talen spreken en dat er cultuurverschillen moeten worden overbrugd. Tot slot is er sprake van onwennigheid, ofwel weerstand. Professionals voelen zich soms aangetast in hun eigenwaarde, bestaansrecht en identiteit.

ig

ht

Toch kan het wel goed gaan met dat samenwerken. In ons land zijn immers genoeg voorbeelden van geslaagde samenwerking te vinden. Zo werkt het wel: 1. Er is een gezamenlijk vastgesteld resultaat. 2. De juiste partijen zitten aan tafel: partijen die een gelijkwaardige positie hebben. 3. De rollen en taken zijn duidelijk verdeeld. 4. Er zijn enkele zaken in een contract vastgelegd, zoals werkafspraken en een samenwerkingsconvenant.

C

op

yr

De sociaal-cultureel werker is een procesdenker. Hij kan meewerken om ervoor te zorgen dat aan deze vier voorwaarden is voldaan.

56


Theoriebron Voorlichting geven

.

Theoriebron Voorlichting geven

.v

Inleiding

Ac t

Voorlichtingsvorm

ie

fb

Voorlichting is inzicht, informatie of een aanwijzing bieden. Je geeft bij voorlichting aan hoe iemand iets zou kunnen gebruiken, hoe iemand zou kunnen handelen en welke mening iemand over iets zou kunnen hebben. Steeds wil degene die voorlichting geeft keuzes voorleggen die kunnen leiden tot een gedragsverandering. Voorlichting wordt vaak groepsgewijs gegeven, maar ook met behulp van oude media, de papieren communicatiemiddelen, en/of met nieuwe media, de digitale communicatiemiddelen.

Het doel en de doelgroep bepalen de voorlichtingsvorm die je kiest.

In het jeugdcentrum vertelt een GGD-medewerker over de voor- en nadelen van bepaalde voorbehoedsmiddelen. Hij hoopt dat de tieners na de voorlichting gemakkelijker met elkaar praten over voorbehoedsmiddelen.

In een e-mail vertelt opa over het leven in de twintigste eeuw. Hij hoopt dat zijn kleinzoon daardoor anders gaat denken over ouderen.

De medewerker van het museum gebruikt een PowerPoint-presentatie tijdens de themamiddag over communicatiemiddelen uit de twintigste eeuw. Door de bezoekers voor te lichten wil hij bereiken dat zij, naast de moderne media, ook de oude media blijven gebruiken.

C

op

yr

ig

ht

Schriftelijk

Groepsgewijs

Een ouder legt in een persoonlijk gesprek zijn kind uit welke voorbehoedsmiddelen er zijn. Hij hoopt hiermee te bewerkstelligen dat zijn zoon of dochter een voorbehoedsmiddel gaat gebruiken.

Ed

Mondeling

u'

Individueel

57


Theoriebron Voorlichting geven

Papieren communicatiemiddelen

Ed

Persbericht

u'

Ac t

ie

fb

.v

.

Ook in het internettijdperk is er behoefte aan papieren communicatiemiddelen om mensen voor te lichten of om mensen uit te nodigen voor een voorlichtingsbijeenkomst. Papier kun je op straat uitdelen, op lantaarnpalen plakken, huis aan huis bezorgen of op prikborden prikken. • flyer Een flyer is een papiertje met een aankondiging of een mededeling. Flyers zijn meestal klein, hebben een voor- en een achterkant en worden niet gevouwen. Ze zijn bij uitstek geschikt om uit te delen of om vanaf een kraam te laten meenemen. • folder Een folder is een gevouwen stuk papier. Het gebruik is min of meer hetzelfde als van een flyer: aankondigingen, standpunten. Doordat er meer ruimte is, kun je meer vertellen. Folders worden vaak huis aan huis bezorgd. • brochure Een brochure is een klein boekje. Vaak bevat een brochure een korte verhandeling over een speciaal onderwerp. • affiche Met een affiche kondig je een gebeurtenis aan of vestig je de aandacht op iets wat je belangrijk vindt. Zorg dat de boodschap leesbaar is en niet verdwijnt achter plaatjes, rare lettertypen of versieringen. Wees kernachtig en beknopt, maar vooral compleet in wat je erop zet. Denk aan datum, tijd, locatie, toegangsprijs, contactadres, leeftijd.

C

op

yr

ig

ht

Ook een persbericht kan voorlichting als doel hebben. Een gedragsverandering kan bijvoorbeeld bereikt worden door wekelijks een gezondheidsonderwerp te behandelen in de krant, of om een voorlichtingsbijeenkomst aan te kondigen. Een persbericht moet eruit zien als een krantenartikel. De redactie moet het zonder meer in de krant kunnen zetten. Dat betekent dat het een toepasselijke kop moet hebben (maximaal vier woorden), en dat het als het ware met de deur in huis valt: je vertelt het belangrijkste eerst (daar verwijst de kop ook naar). Helemaal aan het einde komen de zakelijke gegevens: contactadres, telefoonnummer, contactpersoon enzovoort. Houd je persbericht zo kort mogelijk: 150 woorden is meer dan genoeg. Het is heel handig om het per e-mail naar allerlei kranten te sturen. Stuur je bericht apart naar elke krant en gebruik niet het cc-veld van het mailprogramma. Zorg dat de afzender van de mail duidelijk is, dus met naam, adres, telefoonnummer.

58


Theoriebron Voorlichting geven

Digitale communicatiemiddelen

Ac t

ie

fb

.v

.

In de communicatie zijn de digitale communicatiemiddelen – denk aan Facebook en Twitter – niet meer weg te denken. Bijna iedereen gebruikt e-mail en beschikt over internet. Er zijn onstuitbare ontwikkelingen gaande die het gebruik en de mogelijkheden ervan vergaand zullen vergemakkelijken en uitbreiden. Een aantal voorbeelden die je kunt gebruiken voor voorlichting: • website Een website is een prima instrument om voorlichting te geven. Als je een website gaat bouwen, maak dan eerst op papier een opzetje: wat moet er op de eerste pagina? Wat is verder belangrijk? In welke volgorde wil je de gegevens presenteren? Maak de homepage kort maar krachtig. Zorg ervoor dat je webpagina’s niet ‘doodlopen’, maar zet op elke pagina links naar een volgende pagina van de website of terug naar de ‘homepage’. • vloggen Vloggen is bloggen per video. Vloggen is geschikt als voorlichtingsmiddel: je kunt voorlichting geven per video. Zorg er wel voor dat het filmpje duidelijk is en aantrekkelijk oogt, want anders komt de boodschap niet over.

u'

Lastige situaties bij een voorlichtingsbijeenkomst

C

op

yr

ig

ht

Ed

Een voorlichtingsbijeenkomst vraagt veel voorbereiding; kijk hiervoor in werkmodel Voorlichtingsbijeenkomst. Tijdens een bijeenkomst kan er altijd iets onverwachts gebeuren, zoals emotionele of passieve deelnemers of een negatieve sfeer. Hoe reageer je hierop? • emotionele deelnemers Sommige deelnemers kunnen emotioneel worden als een onderwerp hun aan het hart gaat. Vertel hoe vervelend je dit vindt en dat ze tijdens deze voorlichting tips krijgen om hiermee om te gaan. Sta niet te lang stil bij het voorval. • negatieve sfeer Wanneer deelnemers erg negatief zijn of veel kritiek geven, geef hun dan de ruimte om dit te uiten. Maar vertel dat je het begrijpt dat het soms lastig kan zijn om de informatie (uit de voorlichting) toe te passen. • vragen waar je geen antwoord op weet Geef aan dat je na de bijeenkomst graag verder in gesprek gaat, of dat je het antwoord zult opzoeken en de ander daarover informeert.

59


Theoriebron Advies geven

Theoriebron Advies geven

.

Inleiding

u'

Ac t

ie

fb

.v

Adviseren is raad geven bij een probleem of in een bepaalde situatie. Bij een advies geef je aan welk gebruik gewenst is, welke handelingen nodig zijn en welke denkrichting van belang is. Adviezen worden vaak een-op-een gegeven, dit kan via een gesprek maar ook schriftelijk per brief of e-mail.

Ed

Het participatiemodel is het meest effectieve model voor een adviesgesprek.

Competenties

C

op

yr

ig

ht

De adviseur heeft een aantal competenties nodig. • vertrouwen geven De klant moet erop kunnen vertrouwen dat de adviseur deskundig is en de adviseur moet erop kunnen vertrouwen dat de klant hem betrouwbare informatie geeft. • luisteren en vragen Om zeker te weten wat de vraag, het probleem of de situatie is waarover de klant raad vraagt, moet de adviseur doorvragen en verdiepen. Heeft hij echt goed begrepen waarover het gaat? Is er een vraag achter de vraag? • inspireren en motiveren Hoe beter het lukt om de klant te betrekken bij de mogelijke oplossing, hoe groter de kans is dat het advies succesvol zal zijn. • duidelijk en deskundig De adviseur moet echt verstand van zaken hebben om het advies geaccepteerd te krijgen. Het is vele malen beter om toe te geven dat je de antwoorden niet paraat hebt, of om door te verwijzen, dan een halfbakken advies te geven waarmee de klant uiteindelijk niet verder komt.

60


Theoriebron Advies geven

Adviesgesprek

ie

Participatiemodel

fb

.v

.

Bij een mondeling advies geef je advies in een gesprek. Een adviesgesprek kan bijvoorbeeld voorkomen op het schoolplein, in de winkel of bij de koffieautomaat. De beroepskracht moet alert zijn, juist in zulke situaties, omdat de informele setting ervoor kan zorgen dat een onvoldoende doordacht advies gegeven wordt. Een adviseur kan ook zelf betrokkenheid voelen bij het onderwerp. Als de klant een vraag stelt over een onderwerp waarover je een sterke eigen mening hebt, is het moeilijker om geen persoonlijk gekleurd advies te geven. Mensen kunnen goed inschatten of het advies door emoties of persoonlijke meningen is ingegeven. De neiging om het advies niet op te volgen, ligt dan op de loer. Een goede adviseur laat zich niet te veel leiden door zijn persoonlijke mening. Bestudeer werkmodel Adviesgesprek, zodat je ook in overwachte situaties een professioneel advies kunt geven.

Ed

u'

Ac t

Het participatiemodel is een open gespreksmodel, dat in de praktijk erg effectief is voor professionele adviesgesprekken. Het woord ‘participatie’ zegt het al: deelname, de inbreng van de klant, staat centraal. Je gaat ervan uit dat de klant goed in staat is om zelf een oplossing te bedenken, eventueel met de nodige hulp. Het is jouw taak om het verhaal te structureren en de ander te stimuleren om zelf te zoeken naar een oplossing. Op deze wijze help je de klant om zichzelf te helpen. Omdat de ander zelf met oplossingen komt, is de kans op weerstand veel kleiner en vindt er meer acceptatie plaats. Hierdoor is de wet van Maier ook van toepassing op dit model: Effect = Kwaliteit X Acceptatie. Een adviesgesprek volgens dit model kost veel tijd, vandaar dat het belangrijk is om je werkwijze vanaf het begin met de klant te bespreken.

Diagnose-receptmodel

ig

ht

Het diagnose-receptmodel is een gesloten gespreksvorm. De adviseur begint direct met het stellen van vragen en de klant geeft de antwoorden. Op basis van de verkregen informatie stelt de adviseur een diagnose (dit is het probleem) en een advies op. In de professionele praktijk wordt dit model minder vaak toegepast, maar in het dagelijkse privĂŠleven des te meer.

C

op

yr

Het diagnose-receptmodel bestaat uit twee fasen. In de eerste fase, de exploratieve (verkennende) fase, helpt de adviseur de ander het probleem te verkennen en te omschrijven. Hij luistert actief, vat de antwoorden van de klant samen, reflecteert op gevoelens van de ander, ordent de antwoorden en vraagt door. In de tweede probleemoplossende fase stelt de adviseur een diagnose, hij vertelt wat het probleem van de ander is. Vervolgens informeert en suggereert hij en stelt hij een advies op. Het nadeel van het diagnose-receptmodel is dat de adviseur er zeker van moet zijn dat hij deskundig genoeg is om zelfstandig een diagnose en advies op te stellen.

61


Theoriebron Advies geven

Schriftelijk advies

.v

.

Bij een schriftelijk of digitaal advies is een goede voorbereiding nog belangrijker, omdat de interactie met de klant dan moeizamer gaat. Je ziet immers geen non-verbale communicatie en kunt niet direct op elkaar reageren. Ook ontstaat de vertrouwensband moeizamer als de adviseur de ander niet recht in de ogen kan kijken.

C

op

yr

ig

ht

Ed

u'

Ac t

ie

fb

Het opstellen van een schriftelijk advies doe je volgens bepaalde stappen; zie werkmodel Adviesgesprek voor deze stappen. Belangrijk hierbij is dat de toon en inhoud aansluiten bij de klant. Doe zo nodig onderzoek om optimale argumenten te kunnen geven en die te onderbouwen. Daarnaast zorg je voor een overzichtelijk en helder verslag om het advies zo succesvol mogelijk te maken.

62


ht

ig

yr

op

C

u'

Ed ie

Ac t

fb

.

.v


ht

ig

yr

op

C

u'

Ed ie

Ac t

fb

.

.v


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.