fb .v
.
Project
C
op
yr
ig
ht
Ed
u' Ac
tie
Visies op onderwijs en onderwijsmethoden
Colofon
fb .v
.
Uitgeverij: Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Christine Dirkse Inhoudelijke redactie: Floortje Vissers
Titel: Visies op onderwijs en onderwijsmethoden/onderwijsmateriaal
tie
ISBN: 978 90 3724 087 0 ©
u' Ac
Edu’Actief b.v. 2017 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Ed
Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.
C
op
yr
ig
ht
Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.
4
Vooronderzoek
7
Ontwerpfase
16
Voorbereidingsfase Realisatiefase
17
18 19
C
op
yr
ig
ht
Ed
u' Ac
tie
Oplevering
fb .v
Over dit project
.
Inhoud
3
Over dit project
Over dit project
.
Inleiding
fb .v
Scholen kunnen onderling enorm verschillen. De onderwijsmethode die een school kiest hangt samen met de onderwijsvisie van een school. Zo heb je naast het reguliere onderwijs bijvoorbeeld daltonscholen, montessorischolen en vrijescholen. Als onderwijsassistent moet je aansluiten bij de onderwijsvisie en onderwijsmethode van de school waar je werkt en van de leerkracht waar je mee samenwerkt. Daarom is het handig als je op de hoogte bent van de belangrijkste onderwijsvisies en onderwijsmethoden.
Ed
u' Ac
tie
In dit project onderzoek je samen met een medestudent welke onderwijsvisie het best past op een basisschool. Je leert eerst de onderwijsvisies en onderwijsmethoden kennen en vormt een eigen mening. Daarna onderzoek je met behulp van interviews en een enquête welke visie en methode de voorkeur hebben op de basisschool die je onderzoekt. Je schrijft een advies voor het schoolbestuur over de best passende onderwijsvisie en onderwijsmethode.
ht
Een les op school ziet er niet altijd hetzelfde uit. Sommige leerkrachten leggen veel uit voor de klas, anderen doen veel met groepen.
Leerdoelen
Je kunt diverse visies op onderwijs en onderwijsmethoden in kaart brengen. Je kunt onderzoek doen naar de gewenste onderwijsvisie en onderwijsmethode voor een school. Je kunt een onderzoeksverslag schrijven over de gewenste onderwijsvisie en onderwijsvorm voor een school.
ig
• •
C
op
yr
•
4
tie
fb .v
.
Over dit project
u' Ac
De mening van anderen kun je te weten komen door het houden van een interview of een enquĂŞte.
Projectbeschrijving Casus
yr
ig
ht
Ed
Het bestuur van basisschool De Parel schrijft een meerjarenvisie voor de komende tien jaar. De directeur vindt dat een goed moment om na te denken over de volgende vragen: Komt de formele visie nog wel overeen met de visie van de leerkrachten en ouders? En past de huidige onderwijsmethode daarbij? De directeur legt deze vraag in een teamvergadering voor aan de leerkrachten. Daar blijkt al gauw dat de meningen verschillen. Een deel van de leerkrachten vindt al het gepraat over een visie onzin. Anderen zien het gesprek als een kans om eindelijk veranderingen door te voeren die ze allang nodig vinden. Maar dat stuit weer op weerstand bij anderen. Om iedereen een stem te geven en ook de ouders bij de besluitvorming te betrekken, besluit de directeur het anders aan te pakken: een praktijkonderzoek met interviews en enquĂŞtes moet uitwijzen welke visie en verwachtingen leerkrachten en ouders hebben, zodat daarbij een formele visie en onderwijsmethode geformuleerd kunnen worden.
C
op
Opdrachtgever Opdrachtgever zijn het bestuur en de directeur van basisschool De Parel.
Projectopdracht De directeur van de basisschool vraagt jullie om te onderzoeken welke onderwijsvisie en onderwijsmethode het best passen bij de basisschool. Jullie voeren daarom een onderzoek uit onder leerkrachten en ouders. Daarvan maak je een onderzoeksverslag dat als basis dient voor het advies dat je uitbrengt aan de school. Het advies schrijf je op in een rapport en licht je mondeling toe in een presentatie.
5
Over dit project
Projectproduct: Onderzoeksverslag
fb .v
.
Processtappen • Voer de fase van het vooronderzoek uit, hierin vind je de meeste informatie voor het projectproduct. • Voer de ontwerpfase uit aan de hand van de producteisen. • Vervolg de stappen uit het project.
u' Ac
tie
Producteisen • Het onderzoeksverslag bevat de volgende hoofdstukken: inleiding met onderzoeksvraag, werkwijzen, resultaten en conclusie. • Het onderzoeksverslag gaat over de vraag welke onderwijsvisie en onderwijsmethode het best past bij de basisschool die je onderzoekt. • Het onderzoeksverslag bevat resultaten van minimaal drie interviews (met een leerkracht en een ouder) en drie enquêtes onder leerkrachten en ouders. • In de bijlage zijn de interviewvragen en de uitgeschreven interviews bijgevoegd. • In de bijlage zijn de enquêtevragen en de antwoorden van de respondenten bijgevoegd.
Projectproduct: Adviesrapport Processtappen • Maak eerst het projectproduct onderzoeksverslag. • Vervolg de stappen van het project.
ht
Ed
Producteisen • Het adviesrapport bevat de volgende hoofdstukken: samenvatting, inleiding, advies, theorie over onderwijsvisies en onderwijsmethoden, onderzoeksverslag, literatuurlijst. • Het adviesrapport beschrijft een duidelijk advies voor de school, dat gebaseerd is op de resultaten van je onderzoek. • Het adviesrapport heeft een nette lay-out en is in nette taal geschreven.
ig
Projectproduct: Presentatie
C
op
yr
Processtappen • Maak eerst de projectproducten onderzoeksverslag en adviesrapport. • Vervolg de stappen van het project.
Beoordelingsformulier <
6
Producteisen • De presentatie houd je voor de directeur van de school en andere belangstellenden. • Als je docent niet bij de presentatie kan zijn, film je je presentatie en lever je de film in bij je docent. • In je presentatie leg je je advies uit.
Beoordeling Na uitvoering van dit project wordt je op verschillende punten beoordeeld. Je wordt beoordeeld op de twee projectproducten, maar ook op de tussenstappen die je hiervoor hebt moeten zetten. Daarnaast wordt je beoordeeld op je individuele bijdrage aan het project en op je reflectie. Al de beoordelingspunten zijn terug te vinden in het beoordelingsformulier.
Vooronderzoek
Vooronderzoek
Werkmodel Takenlijst <
Opdracht 2
a. Dit project gaat over onderwijsvisies en onderwijsmethoden. Welke onderwijsvisies en onderwijsmethoden ken je? Wat weten jullie er al over? Maak een mindmap en voeg deze toe aan je logboek.
Ed
Website Coggle <
Brainstormen
u' Ac
tie
Werkmodel Planning <
1. Formeer de projectgroep en maak een samenwerkingscontract. Bepaal wat jullie moeten weten voordat je aan het project begint. Voordat je het samenwerkingscontract maakt, bespreek je met elkaar: – Hoe denken jullie over samenwerken? – Moeten jullie beiden hetzelfde doen of doet ieder waar hij het best in is? – Hoe belangrijk vind je het om je aan afspraken te houden? – Hoe belangrijk vind je het dat de docent precies weet wie hard gewerkt heeft en wie minder hard? Zorg dat je het samen eens bent (bereik consensus) over de afspraken in het samenwerkingscontract. 2. Maak een takenlijst en een planning: Wie onderzoekt wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? 3. Voer de afspraken uit. 4. Maak een verslag van het vooronderzoek en leg dit voor aan je docent. 5. Neem dit verslag op in je projectplan.
.
Werkmodel Samenwerkingscontract <
Afspraken maken
fb .v
Opdracht 1
yr
ig
ht
b. Welke kennis missen jullie nog, denk je? Schrijf bij je mindmap minimaal drie vragen waar je antwoord op wilt krijgen, voordat je met het onderzoek naar onderwijsvisies en onderwijsmethoden kunt starten.
C
op
Opdracht 3
Onderwijsvisies en onderwijsmethoden beschrijven Voordat je onderzoek kunt doen naar onderwijsvisies en onderwijsmethoden, moet je weten welke visies en methoden er voorkomen in Nederland. Zoek de kenmerken op van de volgende onderwijsvisies en onderwijsmethoden en beschrijf die kort. Maak gebruik van een zoekmachine, bijvoorbeeld Google. Noteer steeds de gebruikte bron. a. Daltononderwijs
7
Vooronderzoek
fb .v
.
b. Jenaplan
u' Ac
tie
c. Montessori
d. Freinet
Ed
e. Ontwikkelingsgericht onderwijs
ig
ht
f. Vrijeschool
Kenmerken van visies
C
op
yr
Opdracht 4
Bekijk de tabel met de kenmerken. Bij welke onderwijsvisie of onderwijsmethode passen de kenmerken? Soms kun je de kenmerken bij meerdere visies plaatsen. Gebruik bij het invullen van de tabel je antwoorden bij de vorige opdrachten. Kies steeds uit de volgende visies/methoden: daltononderwijs (ds), vrijeschool (vs), montessorionderwijs (mo), ontwikkelingsgericht onderwijs (ogo), jenaplan (jp), freinetonderwijs (fo). Kenmerk
Past bij â&#x20AC;Ś
Context en cultuur bepalen een deel van de ontwikkeling
Ogo
Creativiteit is belangrijk Eigen lesmethoden Periodeonderwijs voor verdieping van de stof
8
Vooronderzoek
Kenmerk
Past bij â&#x20AC;Ś
Ervaringen van kinderen zijn het uitgangspunt Gebaseerd op een antroposofisch wereldbeeld
fb .v
Geen lesmethoden Vak euritmie is belangrijk Observeren is belangrijk Organisatie deels in handen van de kinderen
Veel keuzevrijheid Vieringen zijn belangrijk
Werken met themaâ&#x20AC;&#x2122;s
u' Ac
Werken in eigen tempo en zelf plannen
Do, mo, ogo
tie
Reflectie speelt een belangrijke rol Relaties staan centraal
.
Geen klas per leerlaag, maar meer leeftijden bij elkaar
Zelf nakijken en leren van je fouten
Eigen mening
Ed
Opdracht 5
C
op
yr
ig
ht
a. Bekijk de omschrijvingen van de onderwijsvisies en de onderwijsmethoden uit de vorige opdracht. Welke visie of methode heeft jouw voorkeur? Beschrijf je keus en onderbouw die met argumenten.
Opdracht 6
b. Lees nu de keus en de argumenten van je medestudent. Wat vinden jullie van elkaars visie? Ga met elkaar in discussie en schrijf hiervan een kort verslagje. c. Voeg jullie visie en het verslag van jullie discussie toe aan je logboek.
Visie van de school Je gaat in deze opdracht de onderwijsvisie en voorkeur voor onderwijsmethoden van leerkrachten en leerlingen van een basisschool onderzoeken. Ga daarom op zoek naar een leerkracht en ouders die mee willen werken. Lukt dat niet, dan kun je ook docenten van je eigen school vragen en mensen uit je omgeving die kinderen op de basisschool hebben gehad.
9
Vooronderzoek
fb .v
.
a. Kijk in de schoolgids van de betreffende school. Die schoolgids vind je vaak op de website. Daarin staat de visie van de school beschreven. Omschrijf deze visie.
Bij een enquête kun je alleen open vragen stellen. juist/onjuist De resultaten van een enquête kun je verwerken in een grafiek of tabel. juist/onjuist Met een interview krijg je vaak meer inzicht in waarnemingen, meningen en overtuigingen van een geïnterviewde. juist/onjuist • Een interview is het meest geschikt om de mening van een grote groep te meten. juist/onjuist b. Hierna zie je een rijtje beschrijvingen van onderzoeken. Welke onderzoeksmethode kun je het best gebruiken? Een interview of een enquête? • Je wilt weten of de moeder van een van de leerlingen tevreden is over de school. interview/enquête • Je wilt weten of de leerlingen de werkvormen die je ze laat doen leuk vinden. interview/enquête • Je wilt weten of je stagebegeleider tevreden is over je werkhouding. interview/enquête c. Maak nu voor jezelf een lijstje met eisen waaraan volgens jullie een interview en enquête moeten voldoen. Het gaat hierbij nog niet om welke vragen je stelt, maar om hoe het er verder uitziet. Gebruik hiervoor de bron bij deze opdracht en vul het volgende lijstje verder aan.
C
op
yr
Werkmodel Voorbeeld enquête <
• • •
ig
Werkmodel Interviewen <
a. Om een antwoord op je onderzoeksvraag te vinden ga je bij dit project interviewen. Daarnaast laat je enquêtes invullen. Het doel van een interview is anders dan het doel van een enquête. Zijn de zinnen hierna juist of onjuist?
ht
Artikel Interviews & enquêtes: Over kwalitatief en kwantitatief onderzoek <
Interview en enquête
Ed
Opdracht 7
u' Ac
tie
b. Binnen welke onderwijsvisie of onderwijsmethode past de visie van de school volgens jullie het best? Gebruik de tabel met kenmerken en omschrijvingen van visies uit de vorige opdrachten.
10
Enquête
Interview
Gesloten en halfopen vragen
Open vragen
Vooronderzoek
Interview
Werkmodel Onderzoeksprotocol <
Stappen van onderzoek
Onderzoek voer je altijd uit volgens bepaalde stappen. Lees de stappen van het onderzoeksprotocol. Lees daarna de volgende casus.
tie
Opdracht 8
fb .v
.
Enquête
Het onderzoekje van meester Remco
Ed
u' Ac
Meester Remco maakt zich zorgen om zijn leerling Floor. Floor zit in groep 5. Ze heeft moeite met rekenen en taal. Meester Remco denkt dat dat kan komen doordat ze zich slecht kan concentreren. Hij besluit een klein onderzoekje te doen om te zien of Floor beter presteert als ze minder afleiding krijgt. Daarom moet ze tijdens het zelfstandig werken tijdelijk voor in het lokaal zitten. Ze krijgt een speciaal tafeltje met schotten, zodat ze niet ziet wat er voor of naast haar gebeurt. Ook krijgt ze een koptelefoon, zodat ze minder last heeft van geluiden van de rest van de klas. De meester houdt haar resultaten twee weken lang bij. Die vergelijkt hij met haar resultaten in de twee weken voordat ze het speciale tafeltje kreeg. Het blijkt dat haar resultaten bij sommige vakken inderdaad verbeteren als ze op zo’n rustige plek zit. Hij voert ook een gesprek met Floor. Zij geeft aan dat ze het zelf ook prettig vindt om op deze manier te werken. Vul nu de stappen van het onderzoeksprotocol in.
ht
a. Beginsituatie vaststellen
yr
ig
b. Wat is het doel van je onderzoek?
C
op
c. Wat is de probleemstelling?
d. Wat is de hoofdvraag?
e. Plan van aanpak Oriëntatie: wat weet je al?
11
Vooronderzoek
.
Ontwerp: hoe ga je het aanpakken?
fb .v
Deelvragen:
u' Ac
tie
Planning:
f. Uitvoering In deze stap voert de meester het onderzoek uit. g. Gegevens verwerken De meester noteerde de cijfers die Floor haalde in een tabel. Vul de tabel verder aan door de gemiddelde cijfers in te vullen.
Rekenen
Cijfers voor onderzoek
Cijfers tijdens onderzoek
5
6,5
6
5
5,5
6
4,5
6
5,5
5
4
5
5,5
4
5
6
6
6
6
6
5,5
6
6,5
5,5
Ed
Vak
ht
Gemiddeld rekenen
C
op
yr
ig
Taal
Gemiddeld taal Spelling
Gemiddeld spelling Welke conclusie zal de meester trekken uit het onderzoek?
12
Vooronderzoek
Opdracht 9
Data verwerken
a. Bij het uitvoeren van een onderzoek moet je soms veel gegevens verwerken om een conclusie te kunnen trekken. Als het om een klein aantal getallen gaat, kun je een gemiddelde nog wel met de hand uitrekenen. Maar als de dataset groter wordt, is dat moeilijker. In zo’n geval kun je beter een dataverwerkingsprogramma gebruiken, bijvoorbeeld Excel.
tie
Werkmodel Enquête verwerken in Excel <
fb .v
.
h. Evaluatie van product en proces Vind je dat de meester het onderzoek goed heeft uitgevoerd? Welke verbeterpunten zijn er?
u' Ac
In deze opdracht ga je oefenen met Excel. Vind je het lastig? Zoek dan eens een basiscursus Excel op via internet. Er zijn veel websites te vinden waar Excel op een duidelijke manier wordt uitgelegd. Ook de helpfunctie in Excel zelf (klikken op F1) kan je een eind op weg helpen. Open Excel of een ander dataverwerkingsbestand. Noteer daarin de gegevens uit de volgende tabel. Het zijn resultaten van een korte enquête over de tevredenheid van ouders over de school.
Ed
Bereken de gemiddelden van alle kolommen. Ga daarvoor in het vakje staan waar je de gemiddelden wilt invullen. Klik op ‘Formules’ bovenaan je scherm en kies voor ‘Functie invoegen’. Zoek nu de functie voor gemiddelde op (in het Engels: average) en selecteer die. Je kunt nu de gegevens selecteren waarvan je de gemiddelden wilt berekenen. Geslacht*
ht
Respondentnr.
Welk cijfer geef je de school in het algemeen?
Welk cijfer geef je de inrichting van het schoolplein?
1
2
46
3
8
2
1
45
7
8
3
1
29
4
6
4
2
49
9
9
5
2
44
7
8
6
2
51
8
8
7
1
49
3
7
8
1
33
3
5
9
2
37
2
6
10
2
49
5
7
11
2
30
7
6
12
2
52
10
9
13
2
50
2
8
14
1
43
3
7
ig yr op
C
Leeftijd
13
Vooronderzoek
Geslacht*
Leeftijd
Welk cijfer geef je de school in het algemeen?
Welk cijfer geef je de inrichting van het schoolplein?
15
2
52
9
7
16
1
31
2
17
2
32
4
18
2
42
7
19
1
52
8
20
1
28
9
fb .v
.
Respondentnr.
5
5
6
8
tie
4
Gemiddelden * 1 = man, 2 = vrouw
u' Ac
b. In de kolom ‘Geslacht’ zie je 1 en 2 staan. Wat betekenen de 1 en 2?
Ed
c. Als je naar de gegevens kijkt, zou je je kunnen afvragen of de tevredenheid van de ouders samenhangt met de leeftijd van de ouders. Om dat te onderzoeken, kun je de gegevens op leeftijd sorteren. Selecteer de kolom ‘Leeftijd’ door in het vakje erboven te klikken (de cursor wordt een zwart pijltje). Ga naar het tabblad ‘Gegevens’ en kies voor ‘Sorteren’. Als er gevraagd wordt of je de selectie wilt uitbreiden, kies je voor ‘Ja’. Als je dat niet doet, blijven de andere gegevens staan en weet je niet meer welke antwoorden bij welke leeftijd horen. d. Bereken nu de gemiddelde cijfers die de respondenten geven die ouder zijn dan veertig en die jonger zijn dan veertig. Rond je antwoord af op één decimaal (dat kun je instellen door op een vakje te klikken en te kiezen voor ‘Celeigenschappen’).
ht
gemiddelde van de cijfers algemeen jonger dan veertig:
ig
gemiddelde van de cijfers algemeen ouder dan veertig:
yr
gemiddelde van de cijfers schoolplein jonger dan veertig:
C
op
gemiddelde van de cijfers schoolplein ouder dan veertig:
e. Als je je resultaten wilt presenteren, is het vaak handiger om ze in een grafiek te zetten. Dan is het resultaat sneller zichtbaar. Maak in Excel een tabel van de gemiddelden die je bij de vorige vraag hebt uitgerekend. De tabel moet er ongeveer zo uitzien: Gemiddelde cijfers Jongeren Ouderen
14
Algemeen
Schoolplein
Vooronderzoek
Opdracht 10
Logboek
Begin met het schrijven van het logboek door de samenwerking tot zover te beschrijven. • Hoe is het samenwerken tot nu toe verlopen? • Wat ging goed en wat niet goed? • Wie heeft wat gedaan? Heeft iedereen een voldoende bijdrage geleverd? • Hebben jullie duidelijke afspraken gemaakt? Hoe is dit gegaan?
u' Ac
Werkmodel Logboek en evaluatie <
tie
fb .v
.
Vul hier de gemiddelden uit de vorige vraag in. f. Selecteer de tabel en kies bij ‘Invoegen’ voor ‘Kolom’. Er verschijnt nu een grafiek. g. Onderzoek met behulp van een grafiek of er verschil is in tevredenheid tussen mannen en vrouwen. h. Er zijn verschillende soorten grafieken mogelijk. Maak uit de gegevens van dit onderzoek nog twee andere grafieken. i. Als je eenmaal een grafiek gemaakt hebt, kun je van alles aanpassen. De opties daarvoor vind je bovenaan in de tabbladen ‘Ontwerpen’, ‘Indeling’ en ‘Opmaak’. Die zie je alleen als je de grafiek geselecteerd hebt. Als je met de rechtermuisknop op de grafiek klikt, krijg je een deel van deze opties in het snelmenu te zien. Verander in de grafiek van stap vijf in ieder geval de volgende zaken: 1. Voeg een grafiektitel toe. 2. Pas de kleuren aan. 3. Verplaats de legenda naar onder de grafiek. 4. Voeg op de y-as (de verticale as) een bijschrift toe: ‘gemiddeld cijfer’.
C
op
yr
ig
ht
Ed
Houd het logboek tijdens het project goed bij. De docent gebruikt het bij de beoordeling van het project.
15
Ontwerpfase
Ontwerpfase
Opdracht 1
Het onderzoek opzetten
a. Maak een onderzoeksopzet. Maak eventueel gebruik van het Werkmodel Onderzoeksprotocol. Vermeld hierin in ieder geval: • achtergronden bij het onderzoek (welk probleem is er?) • de onderzoeksvraag • de werkwijze Bijvoorbeeld: Welke onderzoeksmethode ga je gebruiken? Wie zijn je proefpersonen of doelgroep van de enquête? Wanneer ga je het onderzoek uitvoeren? Hoe ga je de proefpersonen benaderen? • de meetinstrumenten – Beschrijf je meetinstrument (enquête/interview) zo precies mogelijk. Beschrijf in ieder geval wie je gaat interviewen en waar, hoe je de mensen die je gaat interviewen gaat benaderen en hoe je de interviews gaat opnemen. Beschrijf ook wie je de enquête gaat sturen en hoe. Je kunt bijvoorbeeld gebruikmaken van een digitale tool als SurveyMonkey of Google Forms. – Laat een klasgenoot of een leerkracht of ouder de enquête als proef invullen en stel ook iemand op proef de interviewvragen. Zo kom je erachter of je vragen wel duidelijk genoeg zijn. – Voeg de vragen die je gaat stellen toe als bijlage. Gebruik bij het opstellen van de vragen het Werkmodel Voorbeeld enquête en het Werkmodel Interviewen. Gebruik ook de kenmerken van de verschillende onderwijsvisies die je hebt leren kennen in het vooronderzoek. • de resultaatverwerking Hoe ga je de resultaten verwerken? Worden het tabellen of grafieken of nog iets anders? • de tijdsplanning van het onderzoek en de taakverdeling. b. Maak een opzet van jullie advies, met daarin in ieder geval de volgende onderdelen: • samenvatting • inleiding • advies • theorie over onderwijsvisies en onderwijsmethoden • onderzoeksverslag • literatuurlijst. Beschrijf bij elk hoofdstuk wat er in het hoofdstuk komt te staan. Verdeel ook de taken: wie gaat welk onderdeel schrijven? Voeg dit toe aan de takenlijst en de planning die je bij de start van het project gemaakt hebt. c. Laat de onderzoeksopzet en het ontwerp van het advies goedkeuren door de docent en neem het op in je projectplan. d. Werk vervolgens het logboek bij.
Werkmodel Interviewen < Website Survey Monkey <
C
op
yr
ig
ht
Website Google Forms <
Ed
Werkmodel Voorbeeld enquête <
u' Ac
tie
Werkmodel Onderzoeksprotocol <
16
fb .v
.
Je gaat nu zelf onderzoek doen naar de visies van leerkrachten en ouders op onderwijs en onderwijsmethoden. Volg de hiernavolgende stappen om het onderzoek op te zetten. Je maakt in je onderzoek gebruik van enquêtes en interviews. Het is mooi als je leerkrachten uit het basisonderwijs kunt interviewen. Als dat lastig is, mag je ook docenten van je eigen school vragen.
Voorbereidingsfase
Voorbereidingsfase Opdracht 1
.
Je gaat in de volgende fase het onderzoek uitvoeren. • Maak een afspraak met de mensen die je wilt interviewen. Vergeet niet het interview op te nemen, bijvoorbeeld met je telefoon. Bedank de deelnemers voor hun tijd. • Verspreid de enquêtes. Geef duidelijk aan waar de enquêtes voor bedoeld zijn. Geef ook aan wanneer je de enquêtes ingevuld terug wilt hebben.
fb .v
Werkmodel Interviewen <
Puntjes op de i voor de start
u' Ac
tie
Werkmodel Voorbeeld enquête <
C
op
yr
ig
ht
Ed
Je kunt de respondenten anoniem de enquête laten invullen.
17
Realisatiefase
Realisatiefase •
Werkmodel Interviewen <
•
Werkmodel Voorbeeld enquête <
•
Opdracht 2
fb .v
Onderzoek uitvoeren
Terwijl je wacht op de enquêtes en je afspraken voor de interviews, begin je alvast met het schrijven van het onderzoeksverslag. De inleiding en werkwijze kun je bijvoorbeeld al schrijven. Gebruik daarbij de informatie uit je onderzoeksopzet. Schrijf de interviews uit en verwerk de resultaten van de enquêtes, bijvoorbeeld met behulp van Excel. Voeg een samenvatting van de interviews en de grafieken of tabellen van de resultaten toe aan je verslag. Trek nu een conclusie. Beantwoord de onderzoeksvraag.
tie
Opdracht 1
.
Jullie kunnen nu beginnen met het uitvoeren van het onderzoek.
Adviesrapport schrijven
u' Ac
Het adviesrapport is niet hetzelfde als het onderzoeksverslag. Als je onderzoeksverslag af is, kun je het adviesrapport schrijven. Gebruik daarvoor de opzet die door je docent is goedgekeurd. Let op dat je het verslag schrijft voor het schoolbestuur en de directeur. Maak de samenvatting kort en benadruk daarin de belangrijke punten uit het advies. Dat is uiteindelijk wat de opdrachtgevers willen weten.
Werk het logboek bij: • Hoe is het samenwerken verlopen? • Wat ging goed en wat niet goed? • Wie heeft wat gedaan? Heeft iedereen een voldoende bijdrage geleverd? • Hebben jullie je aan de afspraken en de planning gehouden? Waardoor werden eventuele afwijkingen veroorzaakt?
C
op
yr
ig
Werkmodel Logboek en evaluatie <
Logboek bijwerken
ht
Opdracht 3
Ed
Werk in de pagina’s daarna kort de theorie uit over onderwijsvisies en onderwijsmethoden en schrijf het uitgebreide advies. Voeg het onderzoeksverslag toe aan het adviesrapport.
18
Oplevering
Oplevering Opdracht 1
Adviesrapport presenteren
.
Maak een afspraak met de directeur en, als het kan, het schoolbestuur om het adviesrapport te presenteren. Nodig hierbij ook je docent uit en de leerkrachten die je hebt geïnterviewd. Als je docent niet aanwezig kan zijn, neem je de presentatie op met een camera. Presenteer het rapport kort. Het gaat daarbij vooral om de resultaten, niet om hoe je het gedaan hebt. Bied de directeur het adviesrapport daarbij aan.
fb .v
Werkmodel Presenteren <
Ed
u' Ac
tie
Vraag de directeur om feedback op je presentatie en het advies. Voeg een samenvatting hiervan toe aan je logboek.
Het moment is daar: het adviesrapport wordt gepresenteerd!
Opdracht 2
Adviesrapport inleveren
ig
ht
Je levert de volgende producten in bij je docent: • het adviesrapport met het onderzoeksverslag • je portfolio met mindmap, planning, takenlijst, onderzoeksopzet en ontwerp van adviesrapport • als je docent niet bij je presentatie aanwezig was ook een filmpje van de presentatie.
Evaluatie Evalueer met elkaar het project en doe hiervan verslag in het logboek met behulp van het Werkmodel Logboek en evaluatie. Lever het logboek in bij je docent.
yr
Opdracht 3
C
op
Werkmodel Logboek en evaluatie <
Opdracht 4
Werkmodel STARRT-methode <
Reflecteren Bedenk een moment of situatie tijdens het werken aan het project waarvan je nu vindt dat je het in het vervolg anders zou moeten aanpakken. Kijk terug en doe dit met behulp van het Werkmodel STARRT-methode. Lever het reflectieverslag in bij je docent.
19