----------------------------------- Original Message ----------------------------------Date: 2015-02-23 11:55:42 +0100 Subject: A Scripted Life 13. From: Monique Engelen To: Simone Engelen Hoi Moon, Hierbij mijn script. Je staat vandaag vroeg op en trekt warme kleding aan die vuil mag worden. Je neemt een stevig ontbijt want je gaat vandaag zware lichamelijke arbeid verrichten. Je rijdt naar Uithoorn en gaat daar met een groep vrijwilligers wilgen knotten in een natuurgebied. Je snijdt oude takken weg om plaats te maken voor nieuwe takken. Na de arbeid kun je je een beetje opwarmen aan de soep die in een grote pan gebracht wordt en die je gezamenlijk in het bos op eet. Daarna rijd je naar Hillegom, het dorp waar je bent opgegroeid, waar je een paar uurtjes mag relaxen bij je ouders thuis. Vervolgens ga je naar de re端nie van de basisschool. Je gaat daar vooral praten met de mensen waarmee je toen weinig of geen contact had. Ook ga je een gesprek aan met iemand en biedt je verontschuldiging aan voor iets wat je gedaan hebt en waar je tot op de dag van vandaag spijt van hebt. Net als bij wilgen neem je afscheid van het oude om plek te maken voor het nieuwe. Hou van jou, dikke knuf, mam
EVALUATIE SCRIPT 13. MONIQUE ENGELEN, MOEDER 0% 50% 100% 1. moe 1 2 3 X 5 2. vrolijk 1 2 3 X 5 3. ongelukkig X 2 3 4 5 4. kalm 1 2 X 4 5 5. spontaan 1 2 3 X 5 6. onzeker 1 X 3 4 5 7. neurotisch 1 X 3 4 5 8. wispelturig 1 X 3 4 5 9. dromerig 1 2 X 4 5 10. empatisch 1 2 3 4 X 11. introvert 1 X 3 4 5 12. onafhankelijk 1 2 X 4 5 13. medelevend 1 2 3 4 X 14. ambitieus 1 2 X 4 5 15. sociaal 1 2 3 X 5 16. ergens bij horen 1 2 3 X 5 17. omgeving bepaalt gedrag 1 2 X 4 5 18. tevreden 1 2 3 X 5 19. gesloten 1 2 X 4 5 20. ongemakkelijk 1 2 X 4 5 21. angstig 1 2 X 4 5 22. toekomst is onvoorspelbaar 1 2 X 4 5 23. eigen invloed 1 2 X 4 5 24. stabiel 1 2 X 4 5 25. inconsistent 1 X 3 4 5 26. weet wie ik ben 1 2 X 4 5 27. gemotiveerd 1 2 3 X 5 28. fijngevoelig 1 2 3 4 X
“Heb je jezelf vandaag beter leren kennen? Heb je vandaag nieuwe inzichten gekregen? “Ja, niet met ouwe koeien blijven lopen.” “Een uur voordat m’n wekker gaat, word ik wakker gemaakt. Met het enthousiasme van een kind hoor ik “Mornin’ Sunshine!” Zonder waarschuwing gaat het licht aan. “..Morgen mam..” mompel ik, terwijl ik m’n hoofd verder onder de lakens duw. De trap kraakt als m’n moeder naar beneden rent. Altijd rennend, ter ergernis van mijn vader die nog elke keer een doodsklap verwacht. Dan hoor ik mijn vader volgen. Een stuk beheerster, voorbij de vierde tree kraken zijn knieën. Het hele huis kan meegenieten als de wc wordt doorgetrokken, door de leidingen in mijn slaapkamermuur hoor ik het water een weg naar buiten vinden. De douche gaat aan, en beneden hoor ik de sapcentrifuge hard draaien. Dat er zo vroeg in de ochtend al zoveel geluid geproduceerd kan worden. Na het douchen klopt vader op m’n slaapkamerdeur en zegt op een rustige toon: “Kom je eruit? Je script begint.” Sublime.fm staat op als ik beneden kom, de tafel is gedekt. Pindakaas, hagelslag, boter, kaas, beschuit met muisjes en peperkoek. Er is door de jaren heen niets aan deze setting veranderd, en ik geniet daarvan. “Goedemorgen mopsje” zegt m’n moeder met haar altijd stralende lach terwijl ze de versgeperste jus d’orange op tafel zet. “Ben je er klaar voor?” “Altijd”, zeg ik, terwijl ik m’n non-existent spierballen toon. Net als bij wilgen neem je afscheid van het oude om plek te maken voor het nieuwe. Na het ontbijt drukt m’n moeder de autosleutels in mijn handen. Ze weet hoeveel moeite ik heb met rijden, sinds ik m’n rijbewijs heb gehaald heb ik amper in een auto gezeten. Ik zie het nut er ook niet van in. Ik wilde m’n rijbewijs alleen halen omdat ik er (al dan niet verplicht, ik noem geen namen) ooit aan begonnen ben, en heb er vervolgens zoveel duizenden euro’s aan verspild dat ik het maar beter af kon maken. Verder is het milieuvervuilend en in Nederland absoluut niet noodzakelijk. De auto slaat maar twee keer af op weg naar Uithoorn. Tien minuutjes te laat kom ik aan en met een sprintje voeg ik me bij de groep. We zijn met wel dertig man, waarvan de gemiddelde leeftijd 60+ is. “Zaag de polsdikke wilgen af, zo maken we ruimte voor nieuwe” is de opdracht. Ze dragen bodywarmers met ‘Knot groep Uithoorn’ erop. Met een zaag in m’n hand en een ladder onder m’n arm, word ik aangestuurd. Ik werk door tot de verlossende spreuk komt: “Koffie!”. Op de witte tuintafel staat een grote themorskan met koffie, grof gesneden ontbijtkoeken en speculaasbrokken worden verorberd. Één van de mannen heeft z’n eigen mok met daarop ‘een bakkie voor tijdens het knotten’. Door z’n vrouw zelfgemaakt legt de man uit. Er wordt gelachen om wat flauwe grapjes en ik lach met plezier mee, en pak net zo gretig met besmeurde handen een plak ontbijtkoek en een mok gitzwarte koffie. We hebben er tenslotte hard voor gewerkt. Als ik even later naar de wc moet word ik doorverwezen naar de boerderij, “Even aan de boerin vragen.” Met een krakend geluid open ik de deur van de bijkeuken, de modderige laarzen laten een doordringende geur achter. Ik trek ook mijn laarzen uit en loop op sokken verder, door het huis van een vreemde. “Boerin, hallo! Zou ik alstublieft van uw toilet gebruik mogen maken?” Een vriendelijke vrouw met een gekortwiekt permanentje opent de deur vanuit een ander vertrek. “Natuurlijk schat, hier rechts, rechts, rechts. Wat een weertje he? Die wind gaat vast dwars door je jas heen?” “Ja, nogal,” zeg ik, en veeg de druppel bij m’n neus weg. “Gelukkig schijnt het zonnetje.” Ik lach vriendelijk en herhaal dan “rechts, rechts, rechts.” “Ja, kan niet missen.” Op de wc lees ik de namen van de jarigen van de maand, ook de knotgroep staat erop. “Van onderen!”, hoor ik als ik weer buiten sta en het slagveld gade sla. Ongelofelijk wat je allemaal kunt doen in een paar uur als je samen de handen uit de mouwen steekt. Driftig begin ik weer aan een wilg.
Somber word ik ervan, als ik me bedenk dat alles in mijn leven gericht is op persoonlijke groei, vooral niet teveel leunend op anderen, m’n eigen dromen najagend. Samenwerken doe ik amper, alles is ik en ik. Maar een aantal uren later, na de erwtensoep, piep ik er toch stiekem tussenuit, ik heb geen handen meer over. De terugweg verloopt redelijk foutloos. Eenmaal thuis laat ik het bad vollopen en blijf op de rand zitten tot de temperatuur aangenaam is. Als m’n vingers gerimpeld zijn kom ik eruit, krul m’n wimpers, kleed me aan, neem afscheid van m’n ouders en loop bewust iets te laat op m’n gemakje naar het café om de hoek. Café Zomerzorg, hier is de reünie van mijn basisschool, de eerste sinds 14 jaar. De meeste uit de klas heb ik niet meer gezien sinds de laatste schooldag. Al verwacht ik dat ik het nog best naar m’n zin zal hebben, ik ga met een missie. Je kent ze wel, die heerlijke avonden, vaak in combinatie met veel wijn, waarin de meest uiteenlopende gesprekken eindigen in diepe op dat moment zeer filosofische zelfontplooiingsmomenten, waarbij jeugdzondes en andere mooie en gênante momenten van ‘t lijf gevraagd worden. De jeugdzonde waar ik nog steeds met pijn aan terugdenk is de sinterklaasviering in groep 7. Iedereen had er veel werk van gemaakt, ook mijn surprise was prachtig. Ik kreeg een zelfgemaakte kauwgomballenautomaat met erin een echte kauwgomautomaat, het was precies wat ik wilde en ik was dolblij. Aan het einde van de dag mocht je vertellen welke surprise door jou gemaakt was, wat altijd een heerlijke ontlading met zich mee bracht. Maar Marcel had die van mij gemaakt, een jongen in onze klas die op een of andere manier altijd het pispaaltje was. Er werd gezegd dat hij luizen zou hebben, dus liep iedereen altijd met een boog om hem heen. In de pauze kwamen verschillende klasgenoten naar me toe. “Je gaat die surprise toch niet houden, he? Er zitten vast luizen aan!” Ik kan het gezicht van de juf nog zo uittekenen “Wat doet de surprise van Marcel in de prullenbak, Simone Engelen? Ben je nou helemaal besodemieterd?” Zoveel jaren later kan ik nog steeds niet geloven dat ik me zo door m’n klasgenoten heb laten leiden, dat we als kinderen soms zo ongelofelijk gemeen kunnen doen. Mijn moeder wist hoeveel moeite ik nog steeds heb met deze herinnering. ‘Ook ga je een gesprek aan met iemand en biedt je verontschuldiging aan voor iets wat je gedaan hebt en waar je tot op de dag van vandaag spijt van hebt.’ Koud en warm tegelijk loop ik het café binnen. Onmiddellijk herken ik m’n klasgenoten, die ik wonderbaarlijk genoeg nog met achternaam kan benoemen (dit was nog voor het Facebook-tijdperk). Vaak heb ik over dit moment gefantaseerd. “Wacht maar” dacht ik dan, “als ik later groot ben, dan ben ik wat!” Gelukkig is die erkenningsdrang weggezakt, wat de situatie een stuk gemakkelijker maakt. Zoals omschreven in het script praat ik met iedereen, ook met de mensen die ik nooit sprak. De meesten hebben het dorp niet verlaten, sommige zijn getrouwd, hebben kinderen, zijn zwanger, [een aantal hadden elkaar toevallig gisteren nog gezien op de 9 maanden beurs]. Tijd heeft voor ons allen een heel andere invloed gehad, en ik voel me heel oud. Uiteindelijk zijn we met een stuk of 20 mensen en ik besluit neer te ploffen naast m’n grote vriend. Hij vertelt me over zijn opleiding tot slager en waarom hij gestopt is met werken bij de Jumbo. Ook woont hij samen met zijn meisje in Den Haag. Als ik hem vraag of hij gelukkig is beantwoord hij met een grote glimlach m’n vraag. Ik open m’n mond om te beginnen over het voorval van het millennium, maar slik dan m’n woorden weer in. Misschien is hij het allang vergeten en dan wrijf ik het alleen maar in z’n gezicht. De avond is verder zeer geslaagd. Met de polaroidcamera maken we een groepsfoto en we roepen dat we het nu niet nogmaals veertien jaar moeten laten duren. Marcel roept net zo hard mee. Als ik afscheid neem van iedereen twijfel ik weer. Moet ik Marcel nog even één op één spreken? In plaats daarvan doe ik iets wat ik gedurende de basisschool nooit gedaan zou hebben, ik geef ‘m een hele dikke knuffel. Fluisterend zeg ik: “Leuk je weer te zien, Marcel.””