A Scripted Life #12 Simone Engelen & Niki Liskov

Page 1

----------------------------------- Original Message ----------------------------------Date: 2015-03-01 14:16:28 +0100 Subject: A Scripted Life 15. From: Niki Liskov To: Simone Engelen Dag lieve schat, Ik heb een script voor je. Vandaag ben je een privé detective. Zorg dat je rond 9.00 ‘s ochtends in Amsterdam bent met een fiets. Of, als je geen fiets hebt, huur je er eentje bij mac bike. Je fietst naar Spaarndammerplantsoen X en belt aan. Waarschijnlijk word er niet open gedaan, want Tony, de bewoner van dit huis, is verdwenen. Sinds ik ben terug gekomen uit het buitenland weet ik niet waar hij is, en jij gaat het uitzoeken. En niet alleen uitzoeken, maar met de fameuze brief als leidraad (zie bijlage) ga je construeren hoe het zo ver heeft kunnen komen met Tony: verslaafd, gehandicapt, zonder familie en echte vrienden, met lieve en bezorgde buren die niet weten waar je uithangt. Om dit te doen moet je ook proberen met de genoemde mensen in de brief te spreken! De eerste aanwijzing is de overbuurman, die woont tegenover op de hoek, 2 hoog. Je herkent zijn woning aan de vitrages en vele planten in zijn raam. Waarschijnlijk zit hij zelf voor het raam te roken. Bel aan bij hem, en probeer hem over te halen met je te praten. Praat met hem, en probeer er achter te komen wat er met Tony is gebeurd. Vraag hem ook naar de mensen op de lijst en waar je ze zou kunnen vinden. check ook even of ze niet al te gevaarlijk of labiel zijn, ik wil je niet in gevaar brengen! Als de buurman niet thuis is, dan is hij waarschijnlijk bij de Bagels en Beans op de Spaarndammerstraat. Dat is mooi want dan kun je gelijk een kopje koffie drinken. Na dit gesprek heb je misschien een beetje trek gekregen en daarom stuur ik je naar Dophert op de Spaarndammerstraat. Je bent een privé detective vandaag dus het is de bedoeling dat je een beetje stiekem op straat loopt, op je tenen trip-trapt zoals Inspector Gadget. Neem iets lekkers te eten en bepaal je strategie. Waarschijnlijk heeft de buurman je verteld waar je Tony kunt vinden. Koop een cupcake voor hem en als je uitgegeten bent ga je op pad om Tony de cupcake te geven en met hem te praten over zijn leven. Vraag hem ook waar je de mensen uit de brief kunt vinden. Als het gelukt is ga je op zoek naar de mensen uit de brief. Misschien heeft Tony je verteld waar je ze kunt vinden. Een aanknopingspunt is het Waterlooplein. Ik denk dat je daar zeker een van de mensen van de brief kunt vinden. Probeer zoveel mogelijk mensen te vinden uit de brief, maar maak het niet te gek. Als je iemand van de lijst hebt gevonden vraag je ze naar Tony. Rond 20.00 kun je stoppen met zoeken / praten en ga je naar Nam Kee om te eten. Na het eten ga je naar het rustigste cafe dat je kunt vinden op de Nieuwmarkt, en maal je time line van Tony’s leven en alle mensen die daarin zijn voorbijgekomen. Vergeet jezelf niet, en mij ! Als de timeline af is mag je gaan slapen waar je wilt. Succes! xx


EVALUATIE SCRIPT 15. NIKI LISKOV, CURATOR 0% 50% 100% 1. moe 2. vrolijk 3. ongelukkig 4. kalm 5. spontaan 6. onzeker 7. neurotisch 8. wispelturig 9. dromerig 10. empatisch 11. introvert 12. onafhankelijk 13. medelevend 14. ambitieus 15. sociaal 16. ergens bij horen 17. omgeving bepaalt gedrag 18. tevreden 19. gesloten 20. ongemakkelijk 21. angstig 22. toekomst is onvoorspelbaar 23. eigen invloed 24. stabiel 25. inconsistent 26. weet wie ik ben 27. gemotiveerd 28. fijngevoelig

1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1

2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2

X X X X X X X X X 3 X 3 3 X 3 X

4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 X X 4 X 4

5 5 5 5 5 5 5 5 5 X 5 5 5 5 5 5

1 1 1 1 1

2 2 2 2 X

X 3 X 3 3

4 X 4 X 4

5 5 5 5 5

1 1 1 1 1 1 1

X 2 2 X 2 2 2

3 3 X 3 3 3 3

4 4 4 4 X X X

5 X 5 5 5 5 5







Nog voor de half 7 wekker ben ik wakker. Jesse is dicht tegen me aan gekropen. Voorzichtig wurmelend maak ik me los, maar voor ik de kans krijg uit bed te komen trekt hij me weer terug het bed in. “Jesse! Ik moet vandaag een mysterie oplossen!” “Dat kan ook nog wel even wachten. Blijf” Na een stevig ontbijt, het wordt een lange dag, stap ik weer op de fiets, een luchtkusje achterlatend. Met een zonnebril op m’n neus stap ik in een nieuw avontuur. Twee uur treinen en een ritje op een ov-fiets later sta ik weer in m’n oude vertrouwde Spaarndammerbuurt; wat heb ik je gemist. Zonder aarzeling bel ik aan, maar zoals verwacht en aangekondigd doet er niemand open. Dan probeer ik mijn eigen bel. Ook niets. Als laatste probeer ik die van Arjen, de bovenbuurman. Alle info die ik kan vinden over de verdwijning van Tony is meegenomen. Als ook hier niet wordt opengedaan kijk ik naar de overkant. “De eerste aanwijzing is de overbuurman, die woont tegenover op de hoek, 2 hoog. Je herkent zijn woning aan de vitrages en vele planten in zijn raam.” Drie keer bel ik aan, de derde keer lang aanhoudend. Ik zucht, en met de kraag omhoog en m’n zonnebril weer strak op m’n neus besluit ik het onderzoek bij Bagels & Beans te vervolgen. Een grote bak koffie en een speurende blik van boven m’n zwarte glazen, special agent Cooper, jammer dat ik geen opname apparaatje heb meegenomen. Het publiek is opvallend jong en ook de grietjes achter de bar lijken me niet de personen die mensen als Tony of grote en kleine Roy kennen. Ik vraag het toch maar voor de zekerheid, maar krijg zoals verwacht een niets wetende opmerking terug. Ook op Waterlooplein probeer ik geluidloos te lopen, zoals m’n vader me vroeger leerde in de jungles van Thailand om de dieren niet te verstoren (ik zat toen in mijn Pocahontasfase). De meest verdachte types die ik zie spreek ik aan en vraag naar de mannen van de brief, maar meer dan een paar Converse (vijf euro!) vind ik niet. De moed zakt in m’n nieuwe schoenen. Ik schakel een eerste hulplijn in. Arjen, de bovenbuurman en muzikant. Toevallig is hij redelijk in de buurt. We zijn duidelijk niet de enige die genieten van de lente-zon om bij te praten, overal is het druk. Arjen stoot z’n hoofd tegen een selfie-stick. Het toeristenseizoen is officieel geopend. Tussen alle scripts door heb ik amper doorgehad dat we weer een winter zijn doorgekomen. Terug in de Spaarndammerbuurt drink ik nog een kopje thee bij Arjen. Als we weer helemaal bij zijn gepraat neem ik afscheid, ik moet tenslotte nog heel veel doen! In het trapgat stop ik nogmaals voor Tony’s deur, ik klop en ik roep, maar geen gehoor. Ik wil verder lopen, maar probeer dan toch even de klink, de deur gaat tot mijn verbazing open. Voorzichtig ga ik naar binnen. De stank is ondragelijk, het huis lijkt verlaten, het bed is leeg. Ik maak een foto, en concipieer over zijn dood. Op de muur hangt een briefje, geschreven op 11 september 2014: Wensen, 1. Gitaar spelen 2. Normaal lopen 3. Toilet zelf halen 4. Normaal eten 5. Hier blijven wonen 6. Weer naar buiten In en in triest hoe ver een mens kan afdrijven. Ik loop de woonkamer in voor meer aanwijzingen, schrik me dood als ik een naakte schim van de man die ik ooit kende op de bank aantref, z’n ogen gesloten. Kippenvel en hitte vermengen zich, oh god, ik hoop dat hij nog leeft.

“Tony?” Ik maak m’n vinger nat en houd die vlak onder z’n neus, hij ademt nog. “Tony!” roep ik nogmaals als ik hem wakker probeer te schudden. Eindelijk, er is contact. Zacht als van een man die lang niet gesproken heeft, zegt hij “Hallo…” Ik vertel dat Niki me gestuurd heeft om te kijken hoe het met hem gaat en dat we ons zorgen maakten. “Zal ik een glaasje water voor je halen?” “Oh, doe geen moeite, ik heb hier.” Langzaam buigt hij voorover en schenkt zichzelf Mooikaap bij. “Als je een glas uit de keuken haalt, schenk ik voor jou ook wat in” “Oh, dat hoeft niet hoor Tony, maar toch bedankt. Niki vertelde me dus dat je verdwenen was, we maakten ons zo’n zorgen! Waar ben je al die tijd geweest?” Hij vertelt me dat hij de afgelopen zes maanden in Diemen zat opgesloten. “Ze hebben me gewoon weggehaald!” “Maar u kunt zo toch ook niet leven Tony, ziet u dat dan niet?” “Vrouwke, zeg alsjeblieft je. Zo oud ben ik niet.” Niet?” “Nou, 63.. dat valt toch wel mee” Om de schrik en medelijden niet van m’n gezicht te laten lezen draai ik me om en zet de Beach Boys op. Als ik vraag naar de jongens uit de brief antwoordt Tony dramatisch,“niemand weet dat ik nog leef.” Ik maak een foto van het leren jack aan de muur, een verwijzing naar een verleden dat ik onmogelijk kan koppelen aan de verschrompelde man. “Mooi is het he?” zegt Tony, “trekt het aan, het zal je zeker staan.” De opmerking is te lief om niet op in te gaan dus zet ik me over m’n smetvrees heen en haal het verstofde ding van de verwarmingsbuis aan de muur. Verdrietig kijk ik toe hoe Tony een foto probeert te maken. Hij heeft er geen erg in dat z’n badjas weer openvalt. Met z’n vergroeide vingers zoekt hij telkens het knopje om af te drukken, en elke keer als ik wil helpen blaft hij me terug naar de stoel. De verwarming staat op 29 graden en ik zit binnen in een stinkend leren ding. “Bijna, iets omhoog Tony, het knopje zit iets hoger.” Tony baalt ook dat helemaal niets meer meewerkt. Het is lang stil. Soms neuriet Tony mee op de vrolijke zomerhitjes. “Ik heb zin in de zomer!” probeer ik het gesprek weer aan te wakkeren, maar ik krijg geen reactie. “Kom je nog weleens buiten?” “Nooit. Ik kom de bank niet meer af. Het is m’n ziekte, ik kan niet lopen weet je.” Wil je zo nog wel leven? zou ik hem willen vragen, is het niet beter om ‘te gaan’, voordat je lichaam je verlaat. Als de cd zichzelf repeat en een derde glas wordt ingeschonken, is het tijd om te gaan. “Nou, fijn dat je er nog bent Tony,” lieg ik. “En ik vind het fijn dat jij dat fijn vindt” De eeuwige charmeur. Oververhit en met mijn keel helemaal dichtgetrokken, laat ik me opnemen door het ritme van de stad. Genoeg, vind ik, en verheug me dan ook om mezelf te verwennen op een etentje bij Yayang, het favoriete eettentje van Niki en ik, in de tijd dat we hier samen woonden. Alleen eten is sinds A Scripted Life geen punt meer, ik kan er nu zelfs van genieten, ook zonder zonnebril, telefoon, pen/papier of ander masker. “Als je eet, dan eet je” leert Vipassana, en simpeler dan dat wordt het niet. Toch dwaalt m’n gedachte weer terug naar Tony. Gek eigenlijk, hoe de maatschappij dan werkt. De man zuipt zich langzaam maar zeker het graf in, maar krijgt daarvoor zorg en eten terug, in een van de leukste buurtjes van Amsterdam. Het zou mooi en ontroerend zijn geweest als die zes maanden hem uit de put geholpen zouden hebben. In plaats daarvan klaagde hij tegen mij over de rotzooi die hij aantrof in z’n woonkamer toen hij terugkwam, terwijl hij zijn glas nog eens vulde met goedkope wijn. Als de viskoekjes die ik altijd bestel op tafel worden gezet mijmer ik over het leven dat helemaal niet zo onvoorspelbaar is, mits je elke stap bewust zet.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.