8 minute read
INHOUD
TIM
DEN BESTEN
Advertisement
We begeven ons op het terras van een typisch Amsterdamse bruine kroeg op de Nieuwmarkt. Druk waar de stad om bekendstaat, razen hier en daar wat scooters voorbij, lopen groepjes toeristen verdwaald rond, scheuren vuilniswagens door de veel te smalle straatjes en fietst een groepje kletsende vrouwen van middelbare leeftijd langs. We spreken hier af met televisiemaker en presentator Tim den Besten. Met zijn drukke draaidagen voor programma’s als 100 dagen voor de klas, Kwartier van het dier en De outsiders in combinatie met zijn ietwat chaotische uitstraling, is hij wel stipt op tijd. De horecagelegenheid waar we ons begeven, is één van Tim zijn favoriete kroegen.
TEKST: TESS BERENDREGT, BEELD: GEKE BOSCH Na het coronaproof ‘niet handen schudden bij begroeting’ gaat Tim zitten. Wanneer de drankjes worden opgenomen spreekt een jonge serveerder hem gelijk aan: “Hoi! Ben je er weer?” Tim lacht. “Haha, gaat het al beter dan op je eerste werkdag?”, vraagt hij. De jongen laat wat bierviltjes vallen. “Ik hoop dat het beter gaat!” De serveerder loopt weg en Tim raapt wat viltjes op. “Je stamkroeg?”, vragen we hem voor de grap. “Nee niet mijn stamkroeg! Maar als ik met vrienden afspreek gaan we toch wel vaak hier zitten, ja…” Hij trekt een bedenkelijk gezicht. “Ik weet niet, het is hier gewoon gezellig en ze hebben goed… bier?”, stelt hij vragend. Het is dinsdagmiddag, dus waarschijnlijk voor de formaliteit heeft Tim nu nog veilig een latte macchiato besteld.
LOCKDOWN Waar we net nog in de schaduw zaten, zitten we nu volop in de zon. Het is hartje zomer en voor de meesten is de vakantie begonnen. Ook voor Tim, maar op vakantie gaat hij niet. “Ik heb nu wel een soort van vakantie. Al kan ik niet eens echt weg. Iedere week heb ik wel een paar dingen op de planning staan.” De afgelopen periode was voor hem zacht gezegd nogal intens. “De maanden waarin we niet hebben kunnen draaien, hebben we nu in één klap ingehaald. Ik heb echt achter elkaar doorgewerkt. Dat was wel heftig, maar wel leuk.” Tim blijkt de maanden maart en april in lockdown stiekem toch wel fijn te hebben gevonden. “Ik vond het best wel leuk, ik mis eigenlijk gewoon dat het zo leeg is overal”, lacht hij. “Als ik ging fietsen of wandelen, hoorde ik de bomen ruisen op de grachten. Dat heb ik eigenlijk nog nooit gehoord, ik wist niet eens dat er bomen stonden!” Hij kijkt ons lachend aan. “Nee ik kan mij heel goed alleen vermaken.”
ROMANCE MET DE LERARES DUITS Tim groeide op in Rotterdam en Hellevoetsluis, twee uitersten. Op zijn zeventiende ging hij al uit huis. “Hellevoetsluis was verschrikkelijk”. Hij kijkt er een beetje vies bij. “De ene helft was kak en de andere helft had een scooter, er zat niks tussenin. Ik kon totaal niet aarden daar.” Ondanks dat hij niet het meest ‘standaard’ gezinsleven heeft gekend, kwam Tim aan support niet tekort. “Als ik mijn haar blauw wilde verven, kocht mijn moeder de verf.” Tim speelde op zijn twaalfde al in een musical van Joop van den Ende en in de film Kruimeltje. “Ik weet nog heel goed dat mijn buurvrouw een advertentie uit de krant had geknipt en aan mijn moeder had gegeven. Daar hoefde ik niet eens over na te denken, ik ben gelijk auditie gaan doen. Ik heb het altijd wel leuk gevonden, dat knutselen en doen. Zo’n kind was ik wel.” In het programma 100 dagen voor de klas, geeft Tim samen met collega Nicolaas Veul les op een middelbare school. Daar is te zien dat Tim de ‘lastige kinderen’ wel begrijpt. “Ik denk dat ik soms best wel een lastige leerling ben geweest. Ik herkende mezelf in de leerlingen die steeds tijd van de les probeerden af te snoepen of altijd het laatste woord wilden hebben. Mijn moeder zei altijd tegen mij: ‘Moet je weer het laatste woord hebben?’ Ik had een grote mond en zat niet stil.” Ondanks dat regels bij Tim niet altijd hoog in het vaandel stonden, was hij zeer geliefd bij zijn lerares Duits. “Wij hadden een soort halve romance. Zij wist waarschijnlijk al eerder dan ik dat ik homo ben…”, hij beweegt zijn handen in de lucht om te zoeken naar de juiste woorden. “Ze snauwde vaak naar me, dat vond ik heel grappig. Zo heb ik op Valentijnsdag een keer een roos voor haar gekocht met een kaartje. Ze stuurde er gelijk eentje terug, met zo’n heerlijk Duits accent: ‘Lieve Tim, was ik maar wat jonger’. Hij begint te lachen. “Ik heb ook nog een keer bij haar op schoot gezeten voor een schoolfoto. Die foto heb ik nog steeds.”
VIRAL IN JE NAKIE Zonder twijfel staat Tim achter zijn gemaakte werk. “Achter onze documentaires zit altijd een maatschappelijk idee en dat kaarten we aan door middel van een experiment. Zo heb ik echt veel heftige dingen gedaan voor de camera. Ik ben met een meisje naar bed geweest om de fluïditeit van seksualiteit te onderzoeken, heb in een bejaardentehuis gewoond om de twee werelden van oud en jong
samen te brengen en zo ouderen te leren kennen. Daarnaast is ook mijn eerste Gay Pride gefilmd in Kiev waar veel geweld bij kwam kijken en heb ik mezelf zestien dagen lang gelivestreamd om de gevolgen en de impact van social media te onderzoeken. Allemaal heel persoonlijk.” Dat persoonlijke is wel kenmerkend voor zijn werk. Zichzelf livestreamen was voor het programma Super Stream Me. Overal en te allen tijde moest de camera aan, ook op het toilet en in de badkamer… “Dat was nog wel een dingetje.” Zo is een fragment terug te zien waarbij Tim zich uitkleedt om te gaan douchen, waarna zijn geslachtsdeel compleet in beeld is. Enkele minuten later staat het fragment online, waarmee het zichtbaar is voor iedereen. “Hoe was dat voor jou, dat je piemel viral ging?”, vragen we Tim, waarbij hij zijn latte macchiato over de tafel heen proest. “Dat mijn piemel viral ging?! Oh mijn god!” Hij begint keihard te schateren. “Weet je dat ik me dat moment niet eens meer zo herinner? Ik kreeg wel veel berichtjes van vrienden die screenshots stuurden. Laatst gingen vriendinnen van mij dit opzoeken en die vonden dus gewoon nog screenshots van mijn piemel. Dat is wel een gek idee, dat het voor altijd op het internet staat. Ach… Het is uiteindelijk ook maar een piemel, toch?”
DE OUTSIDER VAN DE FAMILIE Tim lijkt over het algemeen niet veel te geven om wat andere mensen van hem vinden. In de documentaire Een man weet niet wat hij mist ondervindt Tim in hoeverre zijn grenzen van zijn seksuele identiteit zijn op te rekken. “Toen we de documentairefilm aankondigden, werden we kapot gemaakt. We hadden het groots aangepakt met teksten als: ‘Ik ben homo en ik ga het met een meisje proberen’ en ‘Wie wilt er met mij naar bed?’ Dit was om publiciteit te krijgen. Maar toen werden juist heel veel homo’s boos. We kregen reacties als: ‘We hebben jarenlang moeten strijden voor wie we nu zijn en dan zeg jij op deze manier dat we misschien zelf die hokjes hebben bedacht.’ Ik had niet verwacht dat juist mijn eigen scene hier zo boos om zou worden. Ik snapte het wel, maar tegelijkertijd dacht ik ook: wacht maar tot jullie het gezien hebben.” Tim kijkt tevreden. Zijn vermogen om te relativeren komt misschien wel vanuit zijn nuchtere opvoeding. “Mijn ouders Ik had het gevoel dat ik het voor anderen zijn zo anders! Heel rustig, maar wel heel deed. Tot de knop ineens omging. Mijn nuchter. Als ze morgen langskomen om te houding was kinderachtig, vond ik. Ik dacht vertellen dat ze mijn ouders niet zijn dan zou bij mezelf: ‘Tim, je wilt dit toch?’”. Hij lijkt heel ik zeggen: ‘Zie je wel! Ik wist het!’ Hij slaat goed te beseffen dat zijn werk deels geluk enthousiast met zijn vuist op tafel. “Nee ik is en deels talent. “Het werk dat ik doe is ben een beetje de outsider van de familie als heel vrij. Bijna alles heb ik zelf bedacht. Je het gaat om hoe ik denk en doe, maar dat hoeft er niet van te houden maar ik snap nuchtere heb ik wel van ze meegekregen. zelf wel goed waarom we dingen hebben Ik denk ook dat negatieve reacties of kritiek gemaakt en welke gedachte daarachter zit. mij niet zoveel doen omdat ik sterk in mijn Daar ben ik trots op. Ik kan mijn creativiteit schoenen sta. Over het algemeen krijg ik kwijt en bouw aan iets voor mezelf. Ik heb niet veel negatieve reacties. Tuurlijk hoop ik geen televisie academie gedaan of zoiets. Al dat mensen mijn werk goed vinden en dat ik doende leer ik en dat is wel echt heel leuk.” mooie dingen maak, maar het werk maakt Wat als documentairemaker en presentator mij niet als persoon.” Tim den Besten morgen geen werk meer “HET WERK MAAKT MIJ zou wel een eigen hotel willen! Ook dan zoek ik wel weer wat anders, maar voor nu hoop ik natuurlijk dat ik dit nog zo lang mogelijk kan blijven doen.”.
NIET ALS PERSOON”
HAATMAILS Deze wijze lessen heeft hij door schade en schande geleerd. “Het is een proces, waar je beter in wordt. Vroeger had ik de behoefte om me overal mee te bemoeien. Dat deed ik ook op sociale media, waarbij ik soms in een ongewilde Twitter draaikolk terechtkwam. Nu doe ik dat niet meer.” Toch is hij het niet helemaal verleerd. Zo lag hij onder vuur na discussie met Mona Keijzer over Zwarte Piet bij talkshow Op1. “Ik voelde sterk de behoefte om er wat van te zeggen. Ik kreeg daarna heel veel haatmails. Foto’s van mijn vakantie in Thailand van twee jaar geleden met daarbij: ‘Je bent zeker op de fiets gegaan? Deugd flikkertje!’ Of: ‘Ik maak je kapot, je bent het leven niet waard’. Echt hele heftige dingen, maar dan weet ik ook: oké Tim de komende twee weken krijg je dit. Dat doe ik dus niet meer iedere week.”
“TIM JE WILT DIT TOCH?” Dat de mediawereld af en toe hectisch kan zijn, heeft ook hij ervaren. “Ik ben een beetje in dit werk gerold. Tot een paar jaar geleden heb ik mij hier dan ook best wel tegen verzet. heeft? Hij twijfelt geen seconde en zegt: “Ik