Transparant #75

Page 1

Driemaandelijks tijdschrift van Graffiti vzw januari– februari – maart 2019 • achttiende jaargang nr. 75 • v.u. Peter Bosschaert • Dampoortstraat 84 9000 Gent • Afgiftekantoor 9000 Gent X • P2A6209

rubriektiteltje

1 PB- PP B-

BELGIE(N) - BELGIQUE

75

“Even geloven we gezamenlijk in de absurde veronderstelling dat 1 januari ons meer kracht zal geven om het deze keer wel goed te doen.”

P. 4


4

16 meer sporten

wandelen

elke zondag gaan lopen stoppen met roken fitness abonn gezondere levensstijl minder alcohol

betere gezondheid

meer water drinken

2

fruit en groenten

voornemens uit 2018 nakomen ĂŠcht stoppen met

een taal leren

nieuwe hobby

voorwoord

tijd voor familie meer rust

voorwoord Het eindejaar is weer in zicht. Voor veel mensen betekent dat tijd om te reflecteren over het voorbije jaar en voornemens te maken voor het nieuwe. Bijna iedereen kan wel iets verzinnen om aan zichzelf of de wereld te verbeteren.

Op 1 januari gaan we collectief meer sporten, gezonder eten, verdraagzamer zijn voor onze medemens en milieubewuster leven. Als iedereen zich aan die voornemens zou houden, zou in 2019 elke fitness overvol zitten en de rij aan de kassa in de bio-winkel eindeloos zijn. Maar laten we eerlijk zijn: wie heeft ooit zijn goede voornemens al een jaar lang volgehouden? Dat vroegen ook Jolien en Pieter zich af. Ze onderzoeken elk op hun manier het concept goede voornemens. SIRE ondersteunt Joliens verhaal met haar illustratieve skills en zoals altijd tovert Pieter zelf een aantal beelden uit zijn pen. Andere redactieleden maakten van de gelegenheid gebruik om te bezinnen over ervaringen, keuzes en indrukken van het voorbije jaar. Daan en Katia staan stil bij hoe we omgaan met voedsel. Terwijl Daan op pad ging voor een interview en fotomateriaal, verzamelde Katia een hele boel aan interessante initiatieven rond voedselverspilling, die Tim aanvulde met twee spraakmakende illustraties. Clara en Kelly gebruiken hun reiservaringen om terug te kijken op 2018. Vanuit haar eigen ervaring zet Clara ons aan tot reflectie over ons eigen reisgedrag. Daarin wordt ze ondersteunt door de illustraties van Brainfog. Voor Kelly is haar roadtrip door Frankrijk de trigger om het seksisme naar jonge meisjes aan te klagen. Thijs voorziet Kelly's relaas van sprekende beelden. Last but not least, blikt Ine tevreden terug op het eerste seizoen van Straatier in ons eigen Graffiti vzw atelier. Kortom, weer veel stof tot nadenken in deze editie van Transparant.


19

26

3

inhoud 4

Jolien Brys

colofon Redactie Clara Francken, Daan De Ron, Ine Andriessen, Jolien Brys, Katia Borms, Kelly Van Droogenbroeck, Pieter Duyck Cover Babette Verbrugghe Fotografie & Illustratie Clara Francken, Daan De Ron, Brainfog (Eva Baete), Josefien Cornette, Pieter Duyck, SIRE (Silke Reyntjens), Thijs Polfliet, Tim Verhaegen Eindredactie Romy Straetmans Vormgeving Babette Verbrugghe Druk Graphius Group Verantwoordelijk uitgever Peter Bosschaert

Reis ik te veel? Clara Francken

Voedselverspilling: de cijfers Katia Borms

Straatier Ine Andriessen

“Boys will be boys” (?) Kelly Van Droogenbroeck

Het valse hoop syndroom Pieter Duyck

INTERVIEW

Hermes met Groentjes vzw Daan De Ron

7 12 16 19 23 26

inhoud

Goed voorgenomen is half gewonnen


4 goed voorgenomen is half gewonnen

meer sporten

wandelen

elke zondag gaan lopen stoppen met roken fitness abonn gezondere levensstijl minder alcohol

betere gezondheid

meer water drinken

fruit en groenten

ornemens uit 18 nakomen

ĂŠcht stoppen met

een taal leren

nieuwe hobby

tijd voor familie meer rust


Het is weer bijna zover: het einde van het jaar. De tijd waarin we met z’n allen weer ons best doen om goede voornemens te maken. Even geloven we gezamenlijk in de absurde veronderstelling dat 1 januari ons meer kracht zal geven om het deze keer wel goed te doen. Laten we dat fenomeen even van dichterbij bekijken‌

goed voorgenomen is half gewonnen

TEKST: JOLIEN BRYS ILLUSTRATIE: SIRE

5

Goed voorgenomen is half gewonnen!


voornemens zijn als papieren bootjes op een plas water.

goed voorgenomen is half gewonnen

6

één voor één zinken ze.

Waar komt al dat beloven vandaan? Een zoektocht op het internet levert bitter weinig op. Een echte oorsprong van dit gebruik is niet terug te vinden. Er hebben wel altijd allerhande Katholieke of Romeinse tradities bestaan: het vieren van de midwinterzon of de zonnewende, het lengen van de dagen of het verjagen van geesten en demonen in de donkerste dagen van de winter. Elk geloof of elk volk heeft wel zijn eigen tradities om het einde van een jaar te vieren, maar ook dat einde is relatief. Denk maar aan het Chinese nieuwjaar; dat valt niet op 1 januari, maar op 5 februari van volgend jaar. Zij zetten het jaar spetterend in met veel vuurwerk, spektakel en heuse drakenoptochten om boze geesten op afstand te houden. In België lezen de kinderen een nieuwjaarsbrief voor hun ouders en dooppeter(s) en/of -meter(s). De zeemzoete briefjes, die elk lagereschoolkind met zweethandjes komt brengen rond middernacht, kennen we allemaal. Ik kan me nog zo herinneren hoe groot de ontlading was, nadat ik de brief zonder fouten had voorgelezen en wanneer ik eindelijk mijn pakje mocht opendoen.

Wat maken we onszelf elk jaar opnieuw wijs!? Geef toe, we maken allemaal (luidop of niet) goede voornemens. Iedereen maakt gebruik van die eerste en laatste dag van het jaar om zichzelf als het ware

innerlijk te resetten. Een nieuw jaar, een nieuwe kans. Bij het begin van een nieuw jaar staan we meestal even stil bij onze gezondheid. Een goede gezondheid is ook iets dat we elkaar toewensen (soms tot vervelens toe). Meer sporten, een dieet, stoppen met roken of minder werken, eindelijk tijd maken voor een nieuwe taal of hobby… allemaal dingen die we vol goede moed willen starten vanaf 1 januari. Uit een onderzoek van 2015 blijkt dat 63 procent van de mensen met wilde plannen er al snel de brui aan geeft. Terwijl zo’n 43 procent onder hen het na minder dan een maand al voor bekeken hield, probeerde 66 procent het toch minstens één maand uit. Kijken we op iets langere termijn, dan overleven maar liefst 80 procent van de voornemens het einde van maart niet. Ik heb natuurlijk niets aan een hoop cijfertjes, hoor ik je denken. We weten allemaal dat die voornemens één voor één smelten als sneeuw voor de zon.

Hoe pak ik dat dan wél goed aan? Kies een realistisch doel, is een goeie starter. Geef toe, als je 1 pakje sigaretten per dag rookt, gelooft niemand dat je op 1 januari plotseling cold turkey kan stoppen. Plotseling proberen om je hele eetgewoonte aan te passen, hou je meestal ook niet langer dan een paar weken vol. Ik ben ook gestopt met mezelf wijs te maken, dat ik dit jaar wél ga stoppen met nagelbijten. DUS: ik sta bij elk nieuw jaar gewoon even stil bij dingen die ik WEL al goed doe.… Ik steek een pluim op mijn hoed voor dat goed (of beter) sorteren of voor het meenemen van een herbruikbaar zakje naar de winkel. Ik prijs mezelf voor die gezellige boswandeling met de dochter in plaats van (weeral) die grote mand strijk aan te vallen. Ik voel me ‘goed bezig’ met dat lekkere groentegerecht in plaats van voor een stuk vlees te kiezen!

Ik zou zeggen:

"Happy newyear to you!, 2019 wordt het jaar van positieve vibes!" Of is dat stiekem ook een voornemen? ;)


TEKST: CLARA FRANCKEN FOTO’S: CLARA FRANCKEN ILLUSTRATIE: BRAINFOG

7

Reis ik te veel ?

reis ik te veel?

Dit artikel is een poging tot kritische reflectie op mijn vele reisjes het voorbije jaar. Van september 2017 tot september 2018 ben ik in het totaal dertien keer op reis geweest, in acht verschillende landen. Het is geweldig dat ik de mogelijkheid heb om zo vaak weg te zijn, maar spijtig genoeg lopen de kosten van al die tripjes vaak hoger op dan gepland.


reis ik te veel?

8

Op persoonlijk vlak is mijn hartje overal. Vrienden over de wereld hebben, zorgt ervoor dat ik me niet meer volledig thuis voel in mijn eigen land. Bovendien geven deze internationale vrienden mij een extra motivatie om op reis te vertrekken. Ik moet enkel een vliegticket kopen en hoef me geen zorgen te maken over het logement. Daarbij hoort wel een ecologische bedenking: “Het is toch onmogelijk om elke maand de vlieger te pakken. Moest iedereen dat doen… waar zou de wereld dan naartoe gaan…” Bij mij speelt er dus een interne strijdt. De Opportuniteiten, die ik krijg, wil ik graag kunnen omarmen. Toch zegt mijn veggie zelfbewustzijn me, dat ik niet te vaak dat Ryanair-vliegtuig op mag. In dit artikel probeer ik mijn reisgedrag dus niet goed te praten, maar probeer ik te reflecteren over de manier waarop de jonge Belg van vandaag reizen kan. Ik zal drie van mijn reisjes bespreken, waarbij ik aandacht heb voor het vervoersmiddel: ging ik met het vliegtuig? Carsharing? Alleen met de auto? Met de bus? …

Leipzig Praag

Praag Leipzig

1. Online dienst voor carpooling: blablacar.com 2. Online dienst voor reisbussen: flixbus.com 3. We verbleven in het hostel Travel&Joy

In mijn derde bachelor communicatiewetenschappen ging ik op Erasmus-uitwisseling naar Leipzig in Duitsland. Om daar te geraken nam ik de auto samen met een vriendin, die ook naar daar op Erasmus vertrok, en haar lief. Aangezien ik op Erasmus wel wat vrije tijd had, besloten enkele vrienden en ik om naar Praag op city-trip te gaan. Elk van ons legde het traject af op een aparte manier. Göksu (een Turkse vriendin) en ik reisden met Blablacar1; onze andere vrienden namen de Flixbus2 of liftten. Onze Blablacar kwam met drie uur vertraging. Ten gevolge van ongeluk onderweg, werd onze chauffeur door de politie tegengehouden voor verhoor (of dat zei hij toch). Eenmaal in de Blablacar bleek onze chauffeur nogal graag het gaspedaal in te drukken. Op de Duitse snelwegen geldt er vaak geen snelheidslimiet, waardoor we op sommige momenten rond de 170 km/u reden. Toen ik vroeg om een beetje trager te rijden, hield hij er wat rekening mee, maar het bleef weinig comfortabel. Op het einde van de rit betaalden we op ons eigen aandringen elk 10 euro cash in plaats van de geplande 13 euro per persoon. In Praag verbleven we in het hostel met zes in een kamer.3 Na een geweldige citytrip keerden we met de Flixbus terug naar Leipzig. Voor vervoer en verblijf gaf ik in totaal €40 uit.


Gent

Charleroi Airport

Zaventem Airport

Treviso, ItaliĂŤ Ljubljana

9

Ljubljana

Ljubljana Airport

reis ik te veel?

Charleroi

Gent


10 reis ik te veel?

Tijdens mijn eerste semester in Leipzig leerde ik een mooie jongen kennen, mijn huidige vriend. Toen ik in het tweede semester terug naar België ging, vertrok hij op Erasmus naar Ljubljana in Slovenië. Ik bezocht hem dat semester twee maal, veel vaker kwam hij naar België. De tweede keer dat ik naar Slovenië vertrok was ik extreem moe, met de gevolgen van dien. Vanuit Gent nam ik de Flibco (€16) naar de luchthaven Brussel-Charleroi, want daar vertrekken de meeste Ryanair vliegtuigen.4. Voor ik incheckte nam ik nog even de tijd om mijn mails te checken. Toen bleek dat ik in de foute luchthaven stond. Ik had in Zaventem moeten zijn. Een ander vliegtuig nemen, was geen mogelijkheid en een taxi zou me 220 euro kosten. Na een hoop gehuil en frustratie, omdat ik dat geld niet had, heeft een taxi mij voor 110 euro naar de juiste luchthaven gebracht. Uiteindelijk geraakte ik net op tijd in Zaventem om op mijn vlucht naar Treviso in Italië te stappen. Ik ben die taxichauffeur eeuwig dankbaar! De vlucht zelf kostte mij 20 euro. Vanuit Treviso nam ik een Prevozi-busje5 (€20) tot in Ljubljana, waar ik om 1u30 ’s nachts werd gedropt in het centrum.

4. pendelbus om naar en van vliegvelden te gaan: flibco.com 5. shuttlebus georganiseerd door particulieren 6. Erasmus Student Network lidkaart

Om tot bij de campus van mijn vriend te geraken, nam ik nog de auto samen met twee meisjes die ik op de Prevozi-bus leerde kennen. Om 2u ’s ochtends klopte ik bij hem aan en kon de vakantie beginnen. Samen met een aantal van zijn vrienden maakten we met de auto een daguitstapje naar de grotten van Skocjan, echt een mustsee. Daarna reden we door tot in Triëst in Italië om lekkere gnocci te eten. Enkele dagen later huurden mijn vriend en ik voor drie dagen een auto (€60 met ESN-kaart 6) en kampeerden op het eiland Krk in Kroatië. Dat kamperen is een heel ander verhaal. Aangezien wildkamperen verboden is en wij te koppig zijn om voor het plaatsen van een tent te betalen, zorgde dat voor wat avontuur. De eerste nacht zetten we onze tent direct naast een camping op, zodat we de volgende dag konden douchen. Om de tweede nacht met wat minder stress door te brengen, betaalden we voor een campingplek voor één persoon, maar sliepen er met ons tweeën. Die nacht was er zo veel wind, dat we geen oog dichtdeden door het geluid van


Gent

Amsterdam

Leeuwarden

Leeuwarden

Utrecht

Gent

11

Een derde reisje dat ik graag wil bespreken, is mijn citytrip naar een goede vriendin die ik op Dour-festival leerde kennen. Haar vader woont in Leeuwarden en ze nodigde me uit om samen met een vriend(in) eens langs te komen. Last minute belde ik een goede vriend van me om te vragen of hij zin had om mee te gaan. Hij kwam met de laatste trein uit Brussel naar Gent om de volgende ochtend al om 5u samen te staan wachten

op de Flixbus richting Amsterdam. 2 à 3 uur lang hebben we gewacht op de Flixbus in de nabijheid van een gek. De man in kwestie liep zeer ongerust heen en weer en sprak een brabbeltaaltje. Toen hij een sigaret probeerde aan te steken, vloog zijn mouw in brand. Daarop begon hij op een afschuwelijke en angstaanjagende manier te lachen. Toen mijn vriend hem overtuigd had toch zijn trui uit te doen, stak de man zijn knuffelbeertje in brand, liep kei hard weg en een paar minuten later volgden de sirenes. Eindelijk kwam de Flixbus ook aan, net geen 3 uur te laat; of onze busreis zou vergoed geweest zijn. Na ons bezoek aan Amsterdam namen we de trein naar Leeuwarden, waar mijn vriendin ons ophaalde met haar auto. Vanuit Leeuwarden volgde een citytripje naar het eiland Schiermonnikoog en de laatste dagen brachten we door in Utrecht. Alle verplaatsingen deden we met ons drietjes in de auto. Vanuit Utrecht bracht ze ons terug naar Gent. Tijdens deze trip gaf in totaal 40 euro uit aan vervoer (en geen geld aan verblijf).

een andere taal ente cultuur reis ik veel?

onze wapperende tent. Via een app vonden we voor de derde nacht gelukkig een stuk land van een boer, waar veel surfers kampeerden. Daar moest je 5 euro per persoon betalen indien de boer zou komen, maar die avond kwam hij niet langs. De volgende dag vertrokken we opnieuw richting Ljubljana. Mijn terugweg naar België startte met een pendelbus (€4) naar de luchthaven van Ljubljana. Van daaruit nam ik een vliegtuig van Wizzair naar Charleroi en keerde ik met de Flibco terug naar Gent. De totale kost van deze reis schat ik op €250.


Voedselverspilling: de cijfers voedselverspilling: de cijfers

12

TEKST: KATIA BORMS ILLUSTRATIE: TIM VERHAEGEN


13 voedselverspilling: de cijfers

Wereldwijd wordt een derde van ons voedsel weggegooid. Dat komt neer op 1,3 miljard ton voedsel per jaar. Tegelijkertijd lijden er 821 miljoen mensen in de wereld honger. Voedselverspilling werpt niet alleen morele vragen op, maar heeft ook grote gevolgen voor het klimaat. 6 tot 8% van de klimaatuitstoot is te wijten aan voedselverspilling, wat een enorme druk zet op het water, de energie en de grondstoffen die nodig zijn om dat voedsel te produceren.


Deze cijfers zeggen op zich misschien niet veel, maar het komt erop neer dat voedselverspilling grote gevolgen heeft voor de mens, de economie en het klimaat. Gelukkig wordt het probleem van voedselverspilling steeds meer aangekaart in de media en zijn er tegenwoordig heel wat initiatieven die zich inzetten om voedselverspilling tegen te gaan.

voedselverspilling: de cijfers

14

De huishoudens zijn de grootste verspillers. Volgens de factsheet van de Vlaamse Overheid in het kader van de Ketenroadmap Voedselverlies 2015-2020 eet de Vlaming jaarlijks 445 kg voedsel, exclusief dranken. Jaarlijks verspilt hij 18 tot 26 kg voedsel. Dat heeft ook financiĂŤle gevolgen: het voedselverlies kost jaarlijks per persoon gemiddeld 89 euro. Gezamenlijk gooien alle consumenten jaarlijks gemiddeld 564 miljoen euro in de vuilnisbak. Brood is het product dat het meest weggegooid wordt, gevolgd door zuivel, groenten, fruit en vlees.

THT of TGT Wat kunnen wij als consumenten dan concreet doen om het voedselafval te verminderen? Het begint al in de supermarkt: een boodschappenlijstje maken (en je daar aan houden), zorgt ervoor dat je je minder snel laat verleiden om te veel te kopen. Ook meerdere keren per week boodschappen doen, kan een oplossing zijn. En ken je eigenlijk het verschil tussen ten minste houdbaar tot en te gebruiken tot? Een ten minste houdbaar tot (THT) datum vind je vaak terug op droge voedingswaren zoals pasta en conserven. Na de THTdatum kunnen de smaak, geur en textuur van het product wat achteruitgaan, maar je gezondheid loopt geen gevaar. De aanduiding te gebruiken tot (TGT) wordt vermeld op voedingsmiddelen die snel kunnen bederven, zoals bereide slaatjes of verse vis. Als de TGT datum is verstreken, eet je dit soort voedingsmiddelen best niet meer op.


De ijsblokjes-methode

Er zijn nog meer leuke initiatieven die op een vernieuwende manier overschotten van groenten en fruit verwerken. Door deze ondernemingen te steunen, kan je ook meehelpen om voedselverspilling tegen te gaan. Wonky maakt frisse, gezonde dips en spreads van ‘kromme’ groenten. Dat zijn groenten die de winkelrekken niet halen door hun ‘looks’ of door overproductie. Nog enkele initiatieven die kromme groenten en fruit willen redden, zijn Kromkommer en de Buitenbeentjes van Albert Heijn. Kromkommer produceert heerlijke soepjes van onder andere afgekeurde wortels, courgettes en tomaten. Albert Heijn biedt in zijn filialen en webshop kilozakken met Buitenbeentjes aan: appels, peren, paprika, komkommers en winterpenen die er anders uitzien, maar met dezelfde kwaliteit als hun broertjes die wel de gewenste vorm hebben. Het Nederlandse bedrijf Bee Blue gaat nog een stapje verder en verwerkt reststromen zoals sinaasappelschillen en koffiedik tot natuurlijke zeepjes onder de naam SOOP. Ook voor afgedankt brood heeft Bee Blue een smakelijke oplossing gevonden: ze verwerken toast tot een smakelijke Pale Ale. Een deel van het mout in het bier wordt vervangen door geroosterd brood, dat de bittere smaak van de hop goed balanceert. Het TOOST bier kan je in België voorlopig enkel online kopen. Er zijn natuurlijk nog veel meer organisaties die op hun eigen manier het probleem van voedselverspilling onder de aandacht willen brengen. Google maar eens en je krijgt genoeg inspiratie. En wat houd je tegen om zelf een project op te starten?

voedselverspilling: de cijfers

Daarnaast zijn er enkele restaurants die alleen maar werken rond voedseloverschotten. In Amsterdam, Utrecht en Den Haag kan je bij InStock een tafel reserveren en genieten van ontbijt, lunch, diner en borrel. 80% van de gerechten bestaat uit producten, die het bord bijna niet hadden gehaald. InStock produceert daarnaast zelf bier van geredde aardappels en brood. Met het bierbostel dat daarvan overblijft, maken ze granola. Iets dichter bij huis kan je Mary Pop-in vinden. Het overschottenrestaurant van Eatmosphere opent elk weekend zijn deuren in Bel Mundo, het restaurant van Atelier Groot Eiland in Molenbeek. Zij bieden een gezonde vegetarische brunch of avondmaaltijd aan, waarvan 80% van de ingrediënten anders weggegooid zouden worden.

Krom is het nieuwe recht

15

Etenswaren op een correcte manier in de koelkast bewaren, blijkt niet altijd evident te zijn. Met het first-in, first-out principe kan je al heel wat voeding van de vuilnisbak redden. Daarnaast kan je met overschotten vaak nog smakelijke gerechten maken. Jennifer Schleber van Empty The Fridge heeft er zelfs een hele blog aan gewijd. Zij toont aan dat het helemaal niet moeilijk is om restjes ingrediënten tot heerlijke maaltijden om te toveren. Een handige tip van haar is de ijsblokjesmethode. Restjes van bv. fruit, kruiden, wijn, amandelmelk en pesto kan je heel gemakkelijk in een ijsblokjesvorm invriezen en zo heb je altijd een basis voor een lekkere pasta of smoothie. Wie geen tijd of zin heeft om te koken, kan sinds dit jaar een beroep doen op de app Too Good To Go. Je kan je gemakkelijk registreren en op basis van jouw adres krijg je een overzicht van de handelaars in jouw regio, die overgebleven maaltijden aanbieden tegen een verlaagde prijs. Je plaatst je bestelling, betaalt via de app en tegen sluitingstijd kan je je portie gaan afhalen, mét eigen verpakking. Goed voor jou, de handelaars en het milieu. De website www.thuisafgehaald. be werkt ongeveer volgens hetzelfde principe. Hongerige buurtbewoners kunnen op de website bekijken welke overgebleven porties er in hun buurt aangeboden worden. Je betaalt voor de kostprijs om de maaltijd te maken, haalt je portie bij je buren af en je leert nieuwe mensen kennen. Een win-win situatie op duurzaam en sociaal gebied!


FOTO’S: JOSEFIEN CORNETTE

Experimenteren met creatieve technieken om op zoek te gaan naar een manier om je stem te laten horen; dat is waar Straatier voor staat. En of dat gebeurd is afgelopen najaar! Boven de tekentafel ontsproten gesprekken over verkiezingen en democratie, brainstormden we over de maatschappelijke relevantie van streetart en verbreedden we onze perspectieven rond diversiteit. Dat resulteerde in ettelijke kritische kunstwerken en nieuwe vriendschappen.

Straatier

16

Straa

“TE GEK!” | S.

“C. komt heel graag naar Straatier, hij is heel trots op wat hij daar maakt.” | mama C.


JONGEREN

“Ik kom volgende week zeker terug, om mijn nieuwe beste vriend opnieuw te zien.” | S.

“Wat eten we volgende week?” | K.

17

atier

“Later word ik een professionele graffiti-artiest. Dat is echt te gek.” | S.

Straatier

“Ik vind dat echt té gek, eindelijk ben ik echt in een vriendengroep.” | S.

“Dit is echt een cadeau voor ons, dit allemaal. Dat jullie dit voor ons organiseren!” | A.


VRIJWILLIGERS “Ik word hier zo geconfronteerd met mijn eigen vooroordelen.” | vrijwilliger

Straatier

18

“Ik heb echt een stressperiode en geraak amper uit mijn bed… maar ben zo blij dat ik hier ben. Even alles vergeten en gewoon met de gasten bezig zijn.” | vrijwilliger

“Wat een fantastische dag was dit. Een dikke dankjewel aan jou en de collega-vrijwilligers. Eén voor één supermensen. Ik kom zeker nog langs! Chapeau voor wat jullie doen. Jongeren worden gelukkig dankzij mensen zoals jullie! Dankjewel voor deze toffe en leerrijke dag.” | observerend studente


(?)

Boys will be boys ILLUSTRATIE: THIJS POLFLIET

19

TEKST: KELLY VAN DROOGENBROECK

boys will be boys


boys will be boys

20

Belles filles. Mmm, vraiment des belles, belles filles. Zucht. Niet weer. Instinctief grijp ik mijn handtas wat steviger vast, versnel ik mijn staptempo, kijk ik naar mijn vriendin/medereizigster om te zien of zij in orde is en vermijd ik elk oogcontact. In dat laatste ben ik – vermoedelijk samen met heel wat vrouwen ter wereld – een expert geworden. Stap. Stap. Stap. Oef, we zijn de hoek om. Voor we ons relaas met elkaar delen, kunnen we weer even opgelucht ademhalen. Neen, de eerste zin van dit artikel is niet het begin van een of andere Franse chanson. Het is een ongepaste opmerking, geuit door een totaal wildvreemde, waardoor twee meisjes op een roadtrip door Frankrijk zich enorm onveilig voelen. Op zulke momenten wens ik vaak dat mijn grote broer erbij was. Hij zou me wel kunnen beschermen en die ‘mannen’/jongens duidelijk maken dat wat zij doen, niet hoort. Langs de andere kant vraag ik mij af: hebben deze fluitende, roepende jongens op straat dan geen zus? Hoe zouden ze reageren als het hun eigen zus zou overkomen? Deze vraag laat natuurlijk ruimte voor speculatie. Ik denk echter dat ze niet zo zouden staan lachen, als toen ze ons beledigden, de kleine zussen van andere grote broers. Ja, beledigen, dat is echt het juiste woord. Een compliment is het zeker niet. Pas op – ik zie hoe het uiterlijk van deze opmerkingen je misschien kan misleiden. Op zich lijkt er niets mis met de zin uit het voorbeeld hierboven. Toch verschilt deze soort opmerking in heel wat aspecten van een compliment. Bij de façade van vriendelijkheid komen immers heel wat andere, subtielere acties kijken. Ter illustratie: je komt met een vriendin een vrij smalle, bijna verlaten straat ingewandeld. De enige andere zielen zijn twee mannen op het einde van de straat, net op dat punt waar Google Maps zegt dat jullie zeker moeten afslaan, willen jullie ooit jullie hostel bereiken. In het hoofd van je vriendin hoor je dezelfde alarmbellen afgaan, als in je eigen hoofd. Je besluit om in het beste van de mensheid te geloven en verder te stappen. Het helpt natuurlijk niet dat de jongens hun gesprek hebben stilgelegd, net op het moment dat ze jullie in de verte zagen aankomen. Terwijl zij hun ogen op je gericht houden om een oordeel over jouw lichaam te vormen, stap je gewoon door en negeer je hun blikken en hoop je dat je het je allemaal inbeeldt. Het moment dat je hen voorbijgaat, is het beslissende moment. Het zogenaamde compliment floept er op een langzame, inschattende toon uit. Door een paar stappen te zetten zijn ze ondertussen nét te dicht komen staan. Wanneer je van hen weg stapt, voel je hun blikken op jouw lichaam branden. Op het moment dat je eindelijk die ‘veilige’ hoek omgaat, hoop je dat ze het niet


in hun hoofd halen je te achtervolgen. Als je niet reageert , gooien ze er soms nog de klassieke beledigingen achterna: dat het heus wel beleefd zou zijn om hun te bedanken en te glimlachen, dat je misschien bij nader inzien toch maar een vuile ‘voeg scheldwoord in’ bent en helemaal niet zo mooi als ze dachten, etc. Wat de jongens uit dit voorbeeld niet snappen, is dat meisjes op het moment van hun opmerking alleen nog maar kunnen denken aan manieren om zo snel mogelijk uit de situatie te ontsnappen. Want als deze, anders misschien wel heel brave, jongens beslissen om naar hun woorden te handelen, dan zijn wij er geweest. Ik kan niet spreken voor alle stoere, kickass-vrouwen over heel de wereld, maar mijn vriendin en ik zouden gewoon fysiek niet op kunnen tegen twee mannen, misschien zelfs niet tegen één. Dat is één van de belangrijkste redenen waarom we al vanaf seconde één gealarmeerd zijn, als we in zo’n steegje terechtkomen. De machtsrelatie is op dat moment zo ongelijk, daar zijn beide partijen zich van bewust. Wij kunnen enkel hopen dat de mannen niet kwaadaardig zijn, of het op z’n minst enkel bij woorden laten.

21 boys will be boys


Neen, wij zijn geen hypergevoelige, overdenkende het-gevaar-schuilt-in-alles-redenerende trutjes. En zelfs dan nog, je zou voor minder op die manier denken. Wij zijn gewoon twee twintigjarige meisjes, opgevoed in een maatschappij, die vrouwen al decennialang als zwakker bestempeld. Vrouwen krijgen van generatie op generatie te horen, dat vrouwen niet alleen in het donker horen te lopen, geen te korte rokjes moeten dragen en andere van die voorzorgsmaatregelen.

boys will be boys

22

Terug in mijn geliefde studentenstad Gent. De stad die voor mij gelijk staat aan zelfontplooiing, vrijheid en vooral: helemaal jezelf kunnen zijn. Of misschien toch niet? In de eerste drie weken van het academiejaar ben ik te weten gekomen, dat ik blijkbaar: een heel lekkere kont heb, mannen seks met mij willen en mij lekker vinden. Ik zou me bijna excuseren voor de taal die ik hier gebruik, ware het niet dat ik hier gewoon letterlijk de woorden overneem van onbekende mannen op straat. Eentje draaide zich zelfs verbaasd om toen ik op zijn ongevraagde mening reageerde door plotseling stil te staan. Blijkbaar is het voor hem normaal om achter jonge meisjes op straat te lopen, om in hun oor te fluisteren, dat hij echt respect heeft voor hun kont. Wat ik met deze voorbeelden wil duidelijk maken, is dat wat voor sommige mannen misschien oprecht bedoeld is als een compliment, voor veel vrouwen niet zo overkomt. Je mag gerust een mening hebben over ons lichaam, maar hou die voor jezelf. Niet de hele straat hoeft te weten wat je wildste fantasieĂŤn over een toevallige vrouwelijke passant inhouden of dat zij jouw type is. Het meisje in kwestie zal zich alleen maar afvragen wat zij fout heeft gedaan. Is die nieuwe broek, waar ze zich zo goed in voelde vanmorgen, misschien toch wat te strak rond haar billen? Of had ze, ondanks de hoge temperatuur buiten, toch geen kort rokje moeten aandoen? Het antwoord op beide vragen is: neen. Zichzelf de schuld geven, is voor veel vrouwen een manier om de situatie te proberen relativeren. Wel, laat dit nu voorgoed gedaan zijn. Het zijn niet de vrouwen die hun gedrag moeten aanpassen. Je roept op straat toch ook niet voor iedereen dat je een mooi gebouw tegenkomt of dat je enorm veel zin hebt in de lasagne die in de etalage van de beenhouwer ligt? Waarom zou je dan wel iets roepen over het lichaam van een onbekende vrouw? Over iets dat zo privĂŠ is en alleen toebehoort aan dat meisje zelf? Geef in plaats daarvan iemand van wie je echt houdt eens een complimentje. Vertel je moeder dat ze er fantastisch uitziet, ondanks haar leeftijd. Zeg tegen je vriendin dat ze er knap uitziet in haar nieuw kleedje. Moedig je klein zusje aan om toch een beugel te nemen, omdat die haar lach nog mooier zal maken dan hij al is. Zij zullen je opmerking wel waarderen. Onbekende vrouwen op straat, daarentegen niet.


Het valse hoop syndroom TEKST EN ILLUSTRATI E: PIETER DUYCK

23 het valse hoop syndroom

Als we allemaal ergens aan lijden, laat het dan dit zijn: het valse hoop syndroom. We hebben het één voor één en verpakken dit in januari graag onder de noemer ‘voornemens’. Een reeks fantastische doelen, waarvan 80% het einde van januari niet haalt. Less is more en daarom ging ik alvast op zoek naar enkele voornemens, die op 1 februari nog op mijn lijstje zullen staan.


24 het valse hoop syndroom

Het is een zonnig weekend, waar koffie en verwarming binnen handbereik zijn. Jaarplannen en schoolwerk verdwijnen langzaam uit mijn ooghoek, dankzij het motto dat ik deze zomer voor mezelf opstelde: “Nee is oké”. Het hooi, dat ik deze ochtend in de stal op mijn vork nam, vertaalt zich langzaam naar iets figuurlijk. De koeien loeien tot je hun bak vol propt en de katten lopen je voor de voeten tot je hun kommetje volgiet met verse warme melk. De hond kijkt je vanuit zijn ooghoek aan tot je uit het zicht bent, om zich vervolgens het hele kommetje eigen te maken.

Ik slurp nog even aan mijn veel te hete koffie. Nespresso: what else, want zelfs op die onbenullige momenten zou het zonde zijn om een brakke koffie te drinken. Net zoals de koffie uit die grote percolator in de lerarenkamer, waar meestal te veel of te weinig water wordt ingegoten. Telkens weer is het een verrassing welke mottige koffie je nu weer binnen krijgt. En voila, die verrassing trotseren is mijn voornemen. Sinds dit jaar drink ik tijdens mijn pauze een geut verwaaide koffie tussen kwetterende collega’s in een veel te warme kleine ruimte.


De definitie van goede voornemens blijft voor mij dan ook: onrealistische verwachtingen om je gedrag aan te passen, waarbij een te hoge snelheid, te grote hoeveelheid en te hoge moeilijkheidsgraad een onvermijdelijk gevolg zijn

25

‘Leer een goede mop uit je hoofd’, of twee, lijkt me wel wat voor volgend jaar. Wanneer ik er aan denk, brengen de oude moppen van mijn opa al een glimlach op mijn gezicht. Zelf kan ik ze niet onthouden en uit mijn mond klinken ze ook niet zo grappig. De setting, het gevoel en de geschiedenis

die erin verweven zitten, vormen zijn geheim recept. Ik zoek nog even verder naar mijn mopjes moment. Die voornemen brengt me wel bij nummer drie: bezoek je grootouders onverwacht en vaker. De wekelijkse bezoekjes aan mijn opa worden steeds onverwachter. Mijn planning staat vast (ja, kijk, ik volg een planning, maar nog geen ‘feel good’ erbij). Zijn onbestaande planning en afwezige geheugen daarentegen laten de bezoeken steeds meer als spontane visitaties aanvoelen. Kies voor iets ruim, zoals het voornemen hebben om ‘iets’ te doen. Zo heb je nog even tijd om er over na te denken. Laten we alvast in januari er volop voor gaan, om vervolgens weer alle remmen los te gooien.

Het het valse hoop syndroom

Met mijn, ondertussen iets minder hete, kop koffie bij de hand schuim ik het internet nog af om een goede voornemen te vinden. De ene website zegt dat je aan één voornemen genoeg hebt. Je werkt hem in stappen af en dan komt de ‘Feel Good’. Niets is minder waar. Ik heb er één en moet me er elke dag opnieuw voor motiveren. Het letterbord in mijn badkamer helpt me daar iedere ochtend aan herinneren. Flair somt op zijn website 50 voornemens op. bij het lezen krijg ik een instant kramp in mijn maag, net dezelfde die ik voel als ik een hele dag te veel koffie drink op school. Hierdoor komt de valse hoop hoger de kop op steken. De definitie van goede voornemens blijft voor mij dan ook: onrealistische verwachtingen om je gedrag aan te passen, waarbij een te hoge snelheid, te grote hoeveelheid en te hoge moeilijkheidsgraad een onvermijdelijk gevolg zijn. Het hele concept staat dus zeer ver van mijn bed, want in ieder lijstje van voornemens staat bijna altijd op 1: blijf trouw aan jezelf.


interview

26

TEKST EN FOTO'S: DAAN DE RON

Interview

Hermes met Groentjes vzw


27 interview

Hermes met Groentjes vzw is een organisatie die biogroenten, -fruit & andere ambachtelijk vervaardigde producten van lokale producenten aan huis levert, bij de al even lokale klanten. Wat hier volgt is een interview met de oprichter en voorzitter van deze non-profit organisatie, Elias Rebai.


interview

28

Mensen zijn alsmaar meer hulpmiddelen gaan gebruiken om met de natuur om te gaan, om de natuur als het ware te gaan manipuleren

Hoe is HMG ontstaan? Van waar het idee? Onze organisatie is ontstaan om verbinding te leggen tussen boeren die biologische producten verbouwen en lokale mensen, die op zoek zijn naar kwaliteitsvolle producten, die gekweekt worden met respect voor het milieu. We hopen daarmee bij te dragen aan een verduurzaming van onze consumptiepatronen en tegelijkertijd lokale ecologisch- en biologisch verantwoorde bedrijven te ondersteunen.

Wat is de missie & visie van HMG vzw? Kan je dat samenvatten in een slagzin, een one-liner? Vers, lokaal en gezond. Goed voor mens & milieu.

Waarom kiezen voor bio, is bio écht gezonder? Het is eigenlijk niet zozeer bio op zich, waar we moeten voor kiezen. Bio is maar een wettelijke norm. Belangrijker dan bio of niet, is dat er geen vergif gebruikt is tijdens het productieproces, geen chemicaliën. Bovendien kunnen meststoffen heel schadelijke gevolgen hebben voor de bodem. Mensen zijn alsmaar meer hulpmiddelen gaan gebruiken om met de natuur om te gaan, om de natuur als het ware te gaan manipuleren. Bij ecologische landbouw zoek je naar een manier om op een respectvolle wijze om te gaan met planten,

bodem en dieren, in plaats van de vaak gebruikte vernietigende aanpak. Er zijn heel veel juiste manieren; het hoeft niet per se over één enkele werkwijze te gaan. Bio wil zeggen dat er geen pesticides, herbiciden en dergelijke aan te pas komen. Langs de andere kant wordt het concept helemaal uitgehold; bijvoorbeeld door de bio die je in de supermarkten vindt. Bij praktijken, zoals het stomen van de grond1, krijg je even goed een dode bodem. Sterke insecticiden op basis van plantaardige producten (er bestaan ook synthetische varianten) zijn even toxisch voor een breed spectrum aan insecten. Deze methodes worden dan wel toegelaten in wat voor de wet bio is, maar het gaat in tegen de geest van wat je als bio zou mogen aanvaarden.

Wat nog meer met biogroente, of -fruit, en andere biologische producten in de supermarkt? Wat kan je er ons nog meer over vertellen? Naast de manier van telen en het productieproces, mag je de sociale- en economische organisatie

1. De manier waarop (bijvoorbeeld) worteltelers stoom gaan injecteren in de bodem, het steriliseren van de bodem aan de hand van stoom onder hoge druk.


Ik hoor je spreken over de supermarkt als ‘langste keten’. Wat staat er tegenover die langste keten? De korte keten.

Kan je dit begrip wat verder toelichten? In het geval van groenten is de kortst mogelijke keten: de groenten die je in je eigen tuin kweekt. Daarentegen kan de langste keten vele duizenden kilometers en tussenpersonen bevatten. Bij HMG proberen we de keten zo kort mogelijk te houden. In het beste geval betekent dit dat er maar één, of beter, geen tussenstappen en -personen zijn. Bij de kortste keten neemt diegene, die eet, rechtstreeks af van diegene, die kweekt of produceert. Dat heeft een hele hoop sociale voordelen. Je weet echt van waar de groente komt, van wie ze komt en hoe ze geteeld is. Op die manier bereik je ook een versheids- en kwaliteitscontrole, feedback, zinvolle vergoeding, wederzijdsheid en wederkerigheid in de relatie.

29

errond niet uit het oog verliezen. Daar hebben wij ook bij het oprichten van Hermes aan gedacht. Naast het kweken van ons voedsel, trachten we een soort van sociale duurzaamheid te bewerkstelligen. Daarentegen steunen supermarkten op lange ketens. Wat in de supermarkten ligt komt quasi zeker, voor het grootste deel, via de groothandel. Het is ondertussen geen geheim meer dat de tussenhandelaars, groothandelaars en dus ook de supermarkten, met het grootste deel van de winst gaan lopen. Gemiddeld gaat er maar rond de 20 procent naar de producenten. Vaak zelfs slechts een 5 à 10 procent. Zij krijgen prijzen die de kosten zelfs niet dekken, laat staan dat de boeren er zich een loon van kunnen uitbetalen. Ondanks die praktijken kan het toch bio zijn volgens de wettelijke norm, maar er worden nog steeds mensen uitgebuit en onduurzame praktijken gestimuleerd. Naast het biologisch telen, is het dus tevens van belang om lokale bedrijven op te starten. Hierin schuilt het belang van een cyclische economie. Als iedereen zijn inkomsten rechtstreeks aan zijn buren geeft in plaats van ze te laten wegvloeien naar financiële centra of plaatsen helemaal aan de andere kant van de wereld, dan maak je elkaars welvaart.

Dus als we bio kopen uit het buitenland, van verre landen, dat houdt eigenlijk weinig steek. interview


interview

30

Wat is jullie standpunt t.o.v. bio uit het buitenland, en dan vnl. vanuit verre landen, zoals bijvoorbeeld bio-fruit dat in België helemaal niet groeit? In zekere zin zou het moeten kunnen. Je kan het niet radicaal afwijzen, maar zoals eerder ter sprake kwam is het belangrijk dat je weet van wie het product komt en welke weg het heeft afgelegd. Er bestaat een uitdrukking: “Uw voedsel associëren met het gezicht van de boer”. Het extreme standpunt: “Ik consumeer en gebruik enkel lokale seizoensgebonden producten, en ik eet nooit een banaan, ananas of mango”, is ook perfect verdedigbaar. Als je dan toch producten wil invoeren, lijkt het mij belangrijk dat er een verbinding ontstaat met de producenten in het buitenland, zodat er een rechtstreekse samenwerking ontstaat. Zo leer je die mensen hun productie- en levensomstandigheden veel beter kennen en kunnen er uitwisselingen op verschillende vlakken ontstaan. Vooral de anonimiteit en het exces moeten we vanaf. Eenvoud en nederigheid is altijd op z’n plaats. De Foodhub in Leuven is een voorbeeld van een model van een lokale, Belgische organisatie, die rechtstreeks contact heeft met verschillende producenten of coöperatieven van producenten in het buitenland. De winkel deelt de consument mee wat de prijs is, welk aandeel van de prijs naar de producent gaat en welke afstand de producten afgelegd hebben. Dat lijkt me een interessant model voor handel met het buitenland. In dat geval heb je wel een iets langere keten dan bij lokaal geteelde producten. Je hebt de producent en de verbruiker, en daartussen zit toch nog een andere schakel, een andere persoon of organisatie. Idealiter gaan de verbruikers zichzelf organiseren om dan collectief én rechtstreeks contact te zoeken met producenten. Zo zijn eigenlijk groothandels en supermarkten ontstaan. Na verloop van tijd blijkt dat door met één bepaald aanspreekpunt te werken, die schakel tussenin heel veel marktmacht gaat bezitten. Daarom is het belangrijk dat die tussenpersoon echt daadwerkelijk de belangen van haar producenten en klanten voor ogen houdt.

Indien we niets meer uit het buitenland halen, is het dan mogelijk om met de Belgische boeren, en dan in het bijzonder onze bioboeren, voor alle Belgen te voorzien in hun voedselnoden/ voldoende eten te voorzien? Dat worden al complexe berekeningen, maar ik denk toch dat het kan. Een erg belangrijk gegeven daarin is het type dieet dat mensen volgen. Op dit moment wordt een groot deel van de Belgische landbouwgrond gebruikt om voedergewassen voor dieren te telen. Als we rondom ons kijken, zien we heel veel akkers met maïs, voedertarwe, voederbieten en heel veel graasweides. Een heel groot deel daarvan is geen voeding voor ons, maar dierenvoeding. Ik ga niet dieper in op de impact van de vleesindustrie op het milieu, maar ons huidig systeem is dus eigenlijk een heel inefficiënt stelsel. Je kan veel beter eiwitten plantaardig telen, of toch voor een groot deel. Met gras kunnen we niet veel anders doen dan aan dieren geven, dus in die zin is dat wel een goede omzetting... Al bij al kunnen we even gezond leven zonder vlees. Met een aangepast dieet kunnen we volgens mij de lokale bevolking wel voeden. Nu is de landbouw bovendien zo gespecialiseerd, dat er op bepaalde plaatsen ook alleen bepaalde producten groeien. We zouden terug een grotere verscheidenheid aan gewassen moeten bewerkstelligen.


is ook helemaal niet te vergelijken. Pas als je het hele productieproces begrijpt, ga je volgens mij het eindproduct echt leren appreciĂŤren. Pas dan kan je echt een bewuste keuze maken in je voeding. Eenmaal die verandering echt is doorgedrongen, gaan mensen zich bewust worden van wat er daadwerkelijk achter elk product schuilt. Dan zullen mensen bijvoorbeeld de meerwaarde van een bepaald soort komkommer zien; dat de ene soort komkommer, de andere niet is. Het gaat over verandering in de hoofden van de mensen door wat er op hun bord komt of door wat er elke week in hun groentenmand zit. Hopelijk komen mensen tot het besef dat ze bewuste keuzes kunnen maken in hun voeding.

Waar we eigenlijk naartoe zouden moeten is een diepgaande verandering van het consumptie- en voedingspatroon. We zijn zo ver afgedreven. Als mensen zijn we de relatie met de oorsprong van onze voeding kwijt. Nu meer specifiek in het geval van Hermes met Groentjes. Al onze groenten komen rechtstreeks van bedrijven, die zich niet meer dan 20 km bevinden van de keuken, waarin ze worden klaargemaakt. De mensen herontdekken wat de seizoensgroenten en -fruit zijn. Daarnaast komen ze te weten, wat voor moeite het vergt om groenten en fruit te kweken. Pas als je opnieuw leert begrijpen wat er allemaal nodig is om een tomaat te kweken, ga je er helemaal anders tegenover staan. Om de eerste tomaten die in open lucht of tunnels gegroeid zijn te eten, zal je moeten wachten tot juni. In januari vind je er enkel uit verwarmde serres, maar die kwaliteit

interview

Samenvattend, en dan keren we terug naar Hermes met Groentjes vzw, wat is de algemene boodschap die jullie willen meegeven aan de lezers van Transparant?

31

Pas als je het hele productieproces begrijpt, ga je volgens mij het eindproduct echt leren appreciĂŤren

In een niet zo ver verleden wisten mensen nog veel meer waar hun voedsel vandaan kwam. De maatschappij zat helemaal anders in elkaar. Mensen leefden en werkten samen om de gemeenschap in zijn levensbehoeften te voorzien. Elk individu speelde een duidelijke, onmisbare rol in het grotere geheel. Tot voor kort werden er niet zoveel producten ingevoerd. Toen was een appelsien een rariteit, een exclusiviteit, die heel zeldzaam was. We gaan in elk geval een aantal lessen moeten trekken uit recentere evoluties, meer bepaald de globalisering. We moeten naar nieuwe verbindingen zoeken tussen het individu, het collectieve, de gemeenschap en het leven in het algemeen. De laatste tijd ben ik er helemaal niet goed van; we zijn alles aan het vernietigen. Het is echt zo ver gekomen dat de mens een soort van invasieve soort is geworden, die alles overneemt over heel de aarde. Het lijkt alsof we, als soort, amper rekening houden met de grote impact op alle andere organismen. We doen alsof we de enigen zijn; alles is ondergeschikt aan ons. De mens is zichzelf gaan zien als buiten de natuur staande, terwijl we er eigenlijk deel van uitmaken. We maken er zelfs enkel een klein deel van uit. We zijn slechts een schakel in het grotere geheel. Het is niet zo dat wij bovenaan staan. We moeten onszelf terug een juiste plaats geven. Onszelf plaatsen binnenin, in plaats van buiten het grote geheel. Het besef groeit wel een beetje, en hopelijk gaat het stilaan sneller beginnen groeien. Anders is het gewoon te laat. Als de mens zichzelf heeft uitgeroeid, dan zullen er wel andere levensvormen onze plaats innemen. Zo gaat het ook gewoon verder. Altijd.


. ag

eren als een leger o ver march n e t mi po d jn m n e z i u d a n rde e nd Ho

Gew oo nd ep u

Geen vlinders die vrolijk beginnen fladderen, naar buiten vliegen en mij kriebels geven.

ijn die zich vanbinnen afspeelt an p v en een verwarde frons op mijn gezicht achterlaat id he r u Dat gebeurt er wanneer ik denk aan ooit, Ooit nog eens verliefd te worden Gedicht: Fauva Tessens Illustratie: Cheyenne Deckx

Lees meer poĂŤzie op www.graffitivzw.be /labo Transparant is een driemaandelijkse uitgave van Graffiti vzw. De vrijwilliger redactie bestaat uit een groep jonge mensen die hun kritische blik op de samenleving en de actualiteit vatten in opiniestukken, columns, fotoreportages, illustraties, interviews, kortverhalen en noem maar op.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.