Dagkrant 10/09/2015

Page 1

AH/HA Lisbeth Gruwez/Voetvolk

www.theaterfestival.be

Dag krant donderdag 10 september 2015

Š Luc Depreitere

Š Winne Lievens

Het Weiss-effect Hof van Eede


“Onze voorstellingen zijn werkwoorden” Het is half zeven ’s avonds. In de inkomhal van Troubleyn zitten Lisbeth Gruwez en Maarten Van Cauwenberghe in bruinleren Chesterfields bij te komen van een stevige repetitie. “Deze schone zeteltjes komen nog uit een voorstelling van Jan Fabre!” grijnst Maarten. Ze hebben net aan AH/HA gerepeteerd, de tweede voorstelling van Voetvolk die geselecteerd werd voor Het Theaterfestival. “We hebben er vandaag weer op gehamerd dat de dansers niet in een te vaste choreografie mogen gaan denken. De voorstelling moet fris blijven.” — Eva Decaesstecker

“ELKE VOORSTELLING IS ANDERS”

Lisbeth Gruwez en Maarten Van Cauwen­ berghe leerden elkaar in 1999 bij Jan Fabre kennen, waar ze een aantal pro­ ducties samen meemaakten. Zij als danser, hij als muzikant. Ook toen zat de samenwerking al goed en dat smaakte naar meer. In 2006, wanneer het Fabrehoofdstuk al een tijdje was afgesloten, richtte Lisbeth het gezelschap Voetvolk op. Lisbeth: “De zakelijk leider die ik in het begin voor Voetvolk had, stierf niet veel later aan een hartaanval, en dus had ik nog iemand nodig om mee te helpen met het administratieve gedeelte. Ik moest al snel aan Maarten denken, omdat hij voor handelsingenieur studeerde.” De samen­ werking ging echter veel verder dan enkel een administratieve aanvulling. Lisbeth en Maarten vormden al snel een onafschei­ delijk team van beweging en muziek. “Zo hard ik vasthoud aan Maarten en de tech­ niekers, zo veel veranderen de dansers op het podium,” lacht ze.

Tijdens de eerste Voetvolk-producties stond Lisbeth nog alleen op het podium. “De sa­ menwerking tussen Maarten en ik is onge­ looflijk op elkaar afgestemd. We begrijpen elkaar meteen en kunnen kort op de bal op elkaar inspelen. Onze nieuwste productie, Lisbeth Gruwez dances Bob Dylan, hebben we bijvoorbeeld op drie weken tijd gemaakt, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat we er mentaal niet al langer mee bezig waren.” De voor Het Theaterfestival geselecteerde voorstelling AH/HA is echter wat dichter be­ volkt. Op het podium staat Lisbeth met nog vier andere dansers onophoudelijk op en neer te veren. De dansers beginnen als af­ zonderlijke entiteiten en komen gedurende de voorstelling steeds dichter bij elkaar tot ze een kluwen vormen. Naar het einde van het stuk, wanneer na een nacht dansen de ochtend opnieuw is aangebroken, drijven ze weer uit elkaar.

De manier van werken van Lisbeth vraagt een zekere zelfstandigheid van de dan­ sers: “Ik werk nooit met een volledig uitgeschreven choreografie. De dans evolueert mee op scene en is dus nooit twee keer hetzelfde. Op die manier blijft de voorstelling telkens fris en zitten we echt in het moment zelf. We hebben wel uitge­ tekende hoofdlijnen, maar we beleven de voorstelling iedere keer opnieuw voor het eerst. Telkens maar hetzelfde doen en in herhaling vallen, zegt me niets.” Wanneer ze over haar methodiek vertelt, haalt ze de ‘kwaliteiten’ aan: “Een kwaliteit in dans is een combinatie van een soort beweging, gelinkt aan een gevoel en betekenis van die beweging. Het is een bouwsteentje waarop een scene gecreëerd kan worden. Ik wil in mijn voorstellingen niet zomaar bewegen om te bewegen, zonder invulling. De dans moet een inhoud in zich dragen, waardoor het publiek er een betekenis bij kan genereren.”

AH/HA

Lisbeth Gruwez/Maarten Van Cauwenberghe

Voetvolk

2


Wanneer alles vooral vanuit een buikgevoel moet gebeuren en wanneer choreografe en muzikant zo op elkaar ingespeeld zijn, is het betrekken van andere dansers geen evidente keuze. “Het was een uitdaging om een voorstelling met meerdere mensen op het podium te maken,” geeft Lisbeth toe, “je hebt als choreografe minder controle over wat er gebeurt op scene en het is niet altijd even gemakkelijk om ervoor te zorgen dat iedereen op dezelfde lijn zit. In AH/HA sta ik natuurlijk zelf mee op het podium, waardoor ik nog een beetje kan bijsturen tijdens het stuk. Maar dat zoeken is niet meer dan normaal en in het algemeen is alles heel vlot verlopen. We zijn zelfs klaar voor grotere groepen!” MUZIEK EN DANS OP HETZELFDE NIVEAU

© Luc Depreitere

De samenwerking tussen Lisbeth en Maarten is als twee handen op een buik. Ze maken de voorstelling ook effectief met z’n tweeën en staan altijd samen in de repetitiezaal. Maarten achter de ge­ luidsinstallatie en Lisbeth op de planken. Maarten: “De muziek vervult een belang­ rijke functie in AH/HA. Omdat er geen afgelijnde en uitgeschreven choreografie aan te pas komt, leunen de dansers heel hard op de evolutie van de muziek. Ik geef accenten aan met mijn muziek. Wanneer het einde van een scene nadert, geef ik dat muzikaal aan en luid ik de volgende scene in.” Muziek en dans worden dan ook tegelijk gecreëerd, en staan zo ook heel dicht bij elkaar. Lisbeth begint met haar dansers te bewegen en Maarten speelt hier muzikaal op in. Deze directe betrokkenheid biedt ook de kans om in te spelen op wat er tijdens de repetities gebeurt, vertelt Maarten nog: “Op een gegeven moment waren we aan het repe­ teren voor AH/HA en stond een van de dansers, Mercedes Dassy, op een krakend stukje van de dansvloer. De dansers waren voortdurend opverende bewegingen aan het maken, waardoor de vloer mee piepte op hun tempo. Ik vond dat geluid zo fantastisch goed bij de voorstelling passen, dat ik Mercedes een half uur lang alleen heb laten dansen op dat specifieke stukje vloer om het geluid op te nemen. Dit ge­ kraak is nu het belangrijkste geluidsmotief van de voorstelling geworden. We hebben eerst overwogen om de voorstelling vol­ ledig te laten afspelen op een krakende vloer. Daar hebben we uiteindelijk toch van afgezien, omdat we anders geen controle over het gekraak zouden hebben. Door het in de muziek te verwerken, kan ik er ook meer mee spelen.”

In tegenstelling tot wat de titel doet vermoeden, is AH/HA geen hilarische voorstelling. “Het gebeurt niet vaak, maar wanneer het publiek veel en uitbundig lacht bij deze voorstelling, vinden we dat meestal storend. Het trekt ook de aandacht van de dansers, die daar beïnvloed door worden,” vertelt het Voetvolk-duo. AH/HA is geen ko­ medie dus. De titel verraadt wel het een en ander over de inhoud van de voorstelling. Lisbeth: “Het “AH”-gedeelte van de titel wijst op een uitroep van pijn en staat naast de lach, de “HA”. We vonden het belangrijk om die beide onderdelen naast elkaar te zetten.” De voorstelling maakt deel uit van Lisbeths bredere onderzoek naar de extase, dat ook het onderwerp is in een aantal van de vorige voorstellingen van Voetvolk. Die vervoering voel je nu ook in AH/HA. Het repetitieve en de grote spanningsboog naar een hoogtepunt toe tonen hoe ook de lach een basismotief kan zijn om tot extase te komen. Lisbeth: “De voorstelling gaat niet over lachen op zich, maar vertrekt er wel van. Wat doet lachen met een individu? Welke bewegingen maak je bij het lachen? Wat doet lachen met de sociale cohesie van een groep? Maar evenzeer over hoe lachen ook kan omkeren tot iets gemeen, waarbij mensen uitgesloten worden. Voor dit onderzoek hebben we onder andere een lachyogi opgezocht, Dr. Anita Calzadilla. We waren nieuwsgierig wat daar uit zou komen en dat bleek heel productief te zijn. Met hem hebben we een week samengewerkt en eigenlijk gaat de voorstelling over die week. Hoe we als groep, waarbij het groot­ ste deel elkaar niet kende, naar elkaar zijn toegegroeid via de lach.”

AH/HA

Lisbeth Gruwez/Maarten Van Cauwenberghe

DANSEN ALS OPLOSSING

Haar voorstellingen vertrekken meestal vanuit een problematiek waarmee Lisbeth worstelt. Al dansende vindt ze hier een op­ lossing voor. “Onze voorstellingen beginnen vanuit werkwoorden. Het zijn actieve zoek­ tochten naar antwoorden op een probleem­ stelling. Daarbij gaat het vooral om mense­ lijke problemen zoals angsten, ervaringen of pijn,” legt Lisbeth uit. “AH/HA is ook op zo’n problematiek gebouwd, namelijk over het moeilijke contact met anderen. Over alleen zijn, in een groep terechtkomen of eruit gepest worden. Over de lelijke kant van lachen, namelijk het uitlachen. De volgende voorstelling, een duet met Herwig Ilegems, gaat dan weer over de angst. Het is een zoektocht van een man en een vrouw om op hetzelfde niveau te komen, door naar elkaar toe te ademen. Het wordt het laatste deel van het onderzoek naar de extase. Daarna gaan we de rust opzoeken in Thoughts for meditation. Een stilte na de storm. Dat wordt ook weer een voorstelling met veel volk op de planken.” Het gesprek zou eindeloos kunnen doorgaan. Maarten en Lisbeth vertellen nog over hoe ze It’s going to get worse… speelden voor Koning Albert en Koningin Paola, over hun liefde voor groene tapijten en over nostalgisch pintjes drinken terwijl ze plaatjes van Bob Dylan draaiden. Maar de avond valt en de honger begint te knagen. Samen met Evelyne die er na haar interview met de dansers van Voetvolk (zie de dagkrant van morgen, nvdr) nog even is komen bijzitten, nemen we afscheid. De Verrijzenis #7 van De Zendelingen over It's going to get worse... www.tinyurl.com/q44xr3h

Voetvolk

3


“We creëren een verheven werkelijkheid waarin we ons thuisvoelen”

Ans Van den Eede en Wannes Gyselinck wachten ons op in een authentieke koffiebar in Gent om te praten over Het Weiss-effect. Wannes is de dramaturg, terwijl Ans samen met Greg Timmermans en Pieter-Jan De Wyngaert in deze voorstelling over de magnetiserende kunstenaar Edgard Weiss speelt. — Katrien Van Bael en Bart Van Gyseghem

Wat waren de eerste aanzetten voor Het Weiss-effect?

uiteindelijk door en door Shakespeariaans was. Als kunstenaar verlang je ernaar om origineel te zijn, maar tegelijk worstel je met de traditie die je niet kan ontkennen.”

© Winne Lievens

Ans Van den Eede: “We zijn aan Het Weiss-effect begonnen vanuit een dubbel spoor. Mijn zus Louise is heel erg bezig met intertekstualiteit en was het boek The anxiety of influence tegengekomen van Harold Bloom. Daarnaast moest ik voor mijn masteropleiding mijn invloeden en inspiratiebronnen oplijsten. Terwijl ik zodoende mijn eigen kunstgeschiedenis aan het uitschrijven was, kwam ik in een totale crisis terecht. Als ik de som ben van al mijn invloeden, wie ben ik dan nog echt? Wat sta ik hier dan als theater­ maker te doen? Dat was zeer confron­ terend voor mij. Toen Wannes kwam aanzetten met hetzelfde boek van Harold Bloom, wisten we dat we ermee aan de slag moesten.” Wannes Gyselinck: “Bloom is een be­ roemde literatuurwetenschapper die het concept van angst voor beïnvloeding heeft uitgedacht: uit schrik probeer je zo ver weg te gaan van je invloed, dat je toch beïnvloed wordt. Je kan er niet aan ont­ komen. Ibsen probeerde zo hard om niet op Shakespeare te lijken, waardoor hij

Ans: “Onze eerste voorstelling voelde heel erg ‘van ons’, was zeer persoonlijk, al merkten we dat we onszelf af en toe cen­ sureerden als het te ‘De Koe’ werd. En toch werd de vergelijking voortdurend ge­ maakt. Dat was aanvankelijk frustrerend maar nu zijn we daar klaar mee denk ik. Twee jaar geleden hebben we onze State of the Youth gebracht als een pleidooi om die invloeden te omhelzen en juist door die omhelzing authentiek te worden. De worsteling die wij hebben met ons DNA hebben alle jonge makers eigenlijk: hoe kan je een eigen stem ontwikkelen door je ten opzichte van de traditie te verhouden?” Wannes: “We moeten daar niet kramp­ achtig over doen, maar de grond waarin we staan blijven onderzoeken. Ik vind het ook raar om nu nog af te komen met een originaliteitseis op vlak van thematiek en

esthetiek. Dat kan je aan niemand meer vragen. Daarover gaat Het Weiss-effect ei­ genlijk, over dat spanningsveld: ofwel ben je zo origineel dat wat je zegt volstrekt on­ verstaanbaar is voor anderen. Ofwel tracht je alle invloeden te omhelzen waardoor je persoonlijkheid oplost. Een kunstenaar moet altijd zijn eigen positie vinden tus­ sen die twee onmogelijke polen.” Ans: “Alles komt voort uit iets anders: zelfs tradities die willen breken met vorige tradities zetten een nieuwe traditie in gang of houden ze juist in stand. Dat merken we ook in ons eigen werk. Elke voorstelling is een antwoord op een vraag, maar roept telkens weer nieuwe vragen op.” Wannes: "En wat we lezen sijpelt ook voortdurend onze teksten binnen. In Het Weiss-effect zitten er soms echt letterlijk zinnen van Borges of Pessoa, die we er schaamteloos ingooien in de hoop dat we ze zo toch een beetje doorgeven, ook al is het dan anoniem. En omgekeerd leggen we ook Pessoa woorden in de mond die hij nooit heeft geschreven. Er zit ook een gedichtje van Louise in van toen ze klein was.” Samen: “Er staat een boom in de tuin en ik ben er ook.” (lachen)

Het Weiss-effect

Ans Van den Eede Wannes Gyselinck

Hof van Eede

Hof van Eede wordt vaak vergeleken met Cie De Koe, onder andere omwille van de familiebanden. Frustreert jullie dat?

4


‘Willen we verhalen die waar zijn, of is het genoeg als ze mooi zijn?’ staat op jullie website te lezen. Hebben jullie daar al een antwoord op gevonden?

Vormen jullie voorstellingen Waar het met de wereld naartoe gaat, daar gaan wij naartoe; Dorstig en Het Weiss-Effect een soort drieluik?

Ans: “Die vraag stellen we onszelf bij iedere voorstelling, maar we willen daar eigenlijk geen antwoord op geven. Het Weiss-effect is een ode aan de fictie geworden. Drie mensen verbinden zich in een gedeelde fantasie voor de kunstenaar Edgard Weiss als geneesmiddel voor hun eenzaamheid.” Wannes: “Het Weiss-effect is onze meest melancholische, maar tegelijk ook onze meest oprecht verbindende voorstelling. Als je met genoeg mensen in iets fictiefs gelooft, krijgt dat geloof, hoe fictief ook, toch een reële werking. In Het Weiss-effect klampen de personages zich vast aan de kunst om de werkelijkheid te herbetoveren, als een vorm van troost.”

Ans: “Dat is eerder toevallig: het uitgangs­ punt voor een stuk ontstaat door iets wat we lezen of door een anekdote die pas­ seert. Het was pas toen we onze derde voorstelling aan het voorbereiden waren dat we inzagen dat dit een soort van sluitstuk kon zijn. Wij hadden zeker geen doordacht theoretisch plan op voorhand. Wannes en Louise zijn ook geen theater­ wetenschappers, dus alles gebeurt echt organisch. Dat is onze kracht en daardoor zullen we ook nooit het gevoel hebben van ‘we zijn er’. En dat is goed.” Wannes: “De arena van Hof van Eede is soms ook een bloedbad. Het is niet evident om verbeelding te creëren met drie makers die elk een eigen stem hebben. Eens het er is, hebben we wel het gevoel dat we een stukje verheven werkelijkheid hebben, waarin wij ons thuis voelen en in het beste geval ook het publiek dat doet."

Welke visie of dramaturgie hebben jullie met Hof van Eede ontwikkeld? Ans: “Ik geloof heel hard in wat Milan Kundera ooit schreef: ‘De ernst van de vraagstelling combineren met de lichtheid van de vorm.’ Met Hof van Eede onderzoe­ ken we telkens grondig de thematiek van een voorstelling, maar deze verpakken we in een uiterste lichtheid qua vorm en spel. Daarbij vinden we het belangrijk om con­ stant in dialoog te gaan met de toeschou­ wers. We geven ook geen antwoorden, dat laten we over aan het publiek.” Wannes: “Milan Kundera was eigenlijk ook een componist. Zijn boeken zijn nooit gewoon verhaaltjes, ze zijn sterk muzikaal. Dat soort dramaturgie willen we ook in de voorstellingen stoppen: via de omweg aankomen bij wat we willen zeggen. Ons creatieproces bestaat grotendeels uit schrijven en herschrijven, vaak totaal on­ samenhangende fragmenten, zonder enig idee wat het uiteindelijk gaat worden. We herschrijven elkaars teksten, waardoor het gaandeweg muteert tot iets beters. Het maken van keuzes stellen we liefst zo lang mogelijk uit. Pas in de laatste weken leg­ gen we die 'stoverij' samen en bekijken we wie de personages zijn en welk skelet we er kunnen onder schuiven. Daarbij probe­ ren we de sporen van de dramaturgische constructie uit te wissen.”

Ans: “Wannes is er pas sinds Het Weisseffect officieel bijgekomen, al had hij wel meegeschreven aan The State of the Youth. Hij volgt nu het proces vanaf het begin en schrijft mee. Dat is een grote meerwaarde. Daarvoor hadden we geen dramaturg en ik vind dat je die evolutie wel voelt. Ook als speler heb ik al gigantisch veel bijge­ leerd. In onze voorstellingen weet je nooit hoe de dialoog met het publiek gaat zijn. Dat bracht vroeger stress met zich mee, waardoor ik veel begon na te denken. Toen ik op een dieptepunt zat, gaf mijn vader (Peter Van den Eede, nvdr) me de beste les die hij me kon geven: ‘Smijt het vanavond eens een keer gewoon weg, veeg er uw voeten eens aan!’. Ik heb dat gedaan en ik speelde beter dan ooit. Waarmee ik niet wil zeggen dat ik nu mijn best niet doe. Het gaat over een bepaalde ontspannenheid en een gevoel van vrijheid die je moet hebben wanneer je speelt. Zaken die fout lopen, zijn niet problematisch, maar een kans. Door de realiteit van het publiek telkens mee te nemen in je spel, wordt dat spel, en dus ook de fictie, ook echter.”

Het Weiss-effect

Ans Van den Eede Wannes Gyselinck

Merken jullie zelf een evolutie bij iedere nieuwe voorstelling?

In jullie State of the Youth hadden jullie het over getallen, quota's, tabellen,... Hoe ervaren jullie de besparingen? Ans: “Wij kiezen ondanks het risico bewust voor projectsubsidies, omdat we projectmatig willen werken. Het is ook een signaal: projectmatig werken is even­ waardig aan een structurele werking. Wij hebben evenveel bestaansrecht. Het wordt jonge makers en individuele kunstenaars nu op allerlei manieren moeilijk gemaakt. Er is een soort van vertrouwensbreuk. Je verwacht dat een Minister van Cultuur zich engageert, los van de uitspraak dat ieder­ een moet besparen. Dat weet onze sector bij uitstek, en we zijn daar nu al gigantisch flexibel in geworden. De Minister heeft de neiging onze grieven te herleiden tot een ‘vraag om meer geld’ maar daarmee bewijst hij noch zichzelf noch de sector een dienst. Een Minister van Cultuur moet zijn sector verdedigen, en dat doet hij niet door van ons genuanceerd verhaal een karikatuur te maken waarmee hij toch vooral zijn liberaal electoraat lijkt te willen bedienen. Wat wij vragen is een beleid dat betrouwbaar is, zodat we ook als kleine of middelgrote speler een toekomst kun­ nen uitbouwen.”

WHAT'S IN A NAME? Hof van Eede Wannes Gyselinck zegt terecht dat deze vraag stellen een open deur intrappen is. Ans Van den Eede verrast toch door te vertellen dat ze Eden ook een mooie meisjes­naam vindt, maar dat ze haar dochter nooit zo zou kunnen noemen. Ans: “Eden Van den Eede kan je een kind niet aandoen. Tenzij het Eden Gyselinck is natuurlijk”, knipoogt ze naar haar lief Wannes. En dan is er ook het verhaal van een hof in Hofstade, waar het ouderlijk huis van de zusjes Van den Eede staat. “Het is ook effectief een paradijs,” zegt Wannes. “En het was ooit het affichebeeld van onze eerste voorstelling,” neemt Ans over. “Dat stukje tuin heet nu ook echt Hof van Eede. Het is een vrijplaats om te spelen en te aperitieven.”

Hof van Eede

5


Documenting Performing Arts “Er is een gebrek aan tijd en middelen om te documenteren”

Vandaag organiseerde Het Firmament op Het Theaterfestival een dag over het documenteren van voorstellingen en creatieprocessen. De podiumkunsten blijven immers een vluchtig medium. De 110 aanwezigen en het bordje ‘volzet’ toonden aan dat de interesse en de nood groot is. — Evelyne Van Hecke

“Deze dag is geen lesje om podiumkunstenaars te vertellen wat ze moeten doen, maar wel een brainstorm over wat de noden zijn, welke good practices er reeds bestaan en welke ondersteu­ ning wij of anderen kunnen bieden”, zegt Veerle Wallebroek van Het Firmament. “In de nasleep van het debat dat we twee jaar geleden tijdens Het Theaterfestival organiseerden, ontwikkelden we de online toolbox TRACKS, met daarin de nodige instrumenten voor kunstenaars en organisaties om zorg te dragen voor hun eigen archief of collectie. Nu willen we nadenken over wat het archief kan bevatten of zou kunnen bevatten. Niet alleen om je eigen traject, maar ook om het breder verhaal van de podium­ kunsten te kunnen vastleggen,” vertelt Veerle.

Documenteren kan om veel verschillende redenen gebeuren. “Het is belangrijk dat gezelschappen zich afvragen waarom ze willen documenteren. Daarna volgt de vraag naar welke fase van het creatieproces of de voorstelling ze daarvoor het best vastleg­ gen en in welke vorm ze dit doen,” adviseert Veerle Wallebroek. “Als de doelstelling bijvoorbeeld promotie is, dan is fotografie een goed medium. Wanneer je documenteert met het oog op een eventuele herneming, dan is het belangrijk dat je voldoende noteert en filmt, zodat je het jaren later makkelijker kan reconstru­ eren. Je kan ook documenteren met het oog op verder onderzoek, zoals het Kunstenpunt de algemene tendensen in het huidige landschap probeert vast te leggen,” aldus Veerle.

Na een inleidend gesprek gingen de meer dan honderd aanwezi­ gen in kleinere groepjes met elkaar in gesprek rond verschillende topics. Koen Broos, voormalig huisfotograaf bij Toneelhuis en Eastman, belichtte de mogelijkheden en problemen van foto­grafie in het theater. Bij Jan Bosteels van Beeldstorm ging het over film en performance. Met Toneelhuisdramaturg Erwin Jans werd besproken hoe documentatie van het werkproces ons een beter inzicht in een voorstelling kan bieden. Documenta en Etcetera verdedigden het belang van theatertijdschriften. Frederik Verrote van Rosas kwam vertellen over de kansen en valkuilen die bij documentatie komen kijken. Olga de Soto gaf een inkijk in hoe de ervaringen van het publiek en de performers aangewend kunnen worden om historische meesterwerken te reconstrueren. Anouk Llaurens tot slot onderzocht de vraag of kunst over de kunstpraktijk een waardevolle toevoeging aan het archief kan zijn. Alle aanwezigen op deze namiddag konden twee topics kiezen en nadien aansluiten bij het debat. Panelleden Thomas Crombez (Universiteit Antwerpen), Jorijn Neyrinck (tapis plein vzw), Clara van den Broek (Conservatorium Antwerpen en SKaGeN) en Rony Vissers (PACKED vzw) gingen hierin dieper in op de haalbaarheid en duurzaamheid van het documenteren.

Sommige gezelschappen zijn hier al een tijdje bewust mee bezig en investeren er tijd en geld in. Andere gezelschappen hebben hier de middelen niet voor. “Door te documenteren creëer je extra materiaal. Als gezelschap zal je dat pas doen wanneer de nood hoog is. Voor veel gezelschappen wringt daar het schoentje. Er is een gebrek aan tijd en middelen. Daarom zou het interessant kunnen zijn om met universiteiten samen te werken. Studenten theaterwetenschappen kunnen bijvoorbeeld voor een stage of thesis het proces volgen, notities maken en interviews afnemen. Daarnaast wordt er ook best nagedacht over de bewaring van die archieven. Hiervoor verwijzen we gezelschap­ pen graag door naar TRACKS voor meer tips en aan­be­velingen”, adviseert Veerle. Hoe kan Het Firmament hier nog in ondersteu­ nen? “We hadden het wilde plan om met een busje vol materiaal om te capteren door Vlaanderen te rijden. Dat zal wellicht niet lukken wegens een gebrek aan middelen, maar er komt sowieso binnenkort alvast een website met allerlei praktijkvoorbeelden en methodes om te documenteren”, besluit Veerle.

How to capture creation and performance

www.hetfirmament.be www.projecttracks.be

Het Firmament

6


Summerschool Kunstkritiek Veredelde eierwekkers — Eelco Couvreur

© Lonneke van der Palen

Een vierkant van tweeëndertig metronomen zoomt het podium af. In het midden van het speelvlak bungelt een kolossale spiegel­ pendule boven de rubberen vloer. De slingerklok is in de nok be­ vestigd aan een ijzeren frame in de vorm van een puntig geraamte, de zijvlakken vormen driehoeken. Aan de binnenkant van het ske­ let het ranzige licht van tl-buizen. A piece of time is Nick Steurs eerste werk in een reeks waarin de piramide centraal staat. In de hal van BRONKS zoekt Steur voorafgaand aan de voorstel­ ling zijn publiek op. Als een politicus op een zeepkist richt hij het woord tot de toeschouwers. Voor wie er nog niet van doordrongen was: A piece of time is allesbehalve passief toneel. Of we niet meteen willen gaan zitten, of we zwijgend en al wandelend de zaal willen verkennen, mobieltjes uit maar écht uit, zodat we ‘negentig minuten alleen met elkaar kunnen zijn.’ Nick Steur (1982) studeerde als performer af aan de Toneel­ academie van Maastricht. Zijn werk, op het snijvlak van beeldende kunst en theater, leunt op publieksparticipatie, natuurelementen en andere onverwachte krachten. Intuïtief en onberekenbaar. Eerder oogstte hij lof met FREEZE!, waarin hij als volleerde Jengajongleur stenen in polymorfe formaties stapelt. Steur beoefent theater dat je intens boeit of volkomen koud laat, een middenweg is er niet. Theater dat niet zozeer tot nadenken stemt, dat je niet hard laat lachen of doet janken, dat je niet door elkaar schudt of nieuwe inzichten geeft, maar draait om een collectieve beleving. Samen ervaren in het hier en nu.

Je herkent ze op dit festival aan hun gefronste blik met open ogen. Als je goed kijkt, zie je zelfs het geslepen potlood achter hun oor. Ze opereren collectief, maar als aparte persoonlijkheden ademen ze de toekomst. Met z’n elven zijn ze: prille pennen met bakken talent, die tien dagen lang op de summerschool ‘kunstkritiek’ door rekto:verso ingewijd worden in de wondere wereld van de kunstkritiek. Vandaag en morgen een klein pareltje in de dagkrant, de rest vind je op de blog van Het Theaterfestival.

aangemaand: metronoom opwinden, metronoom aanzwiepen, metronoom stilzetten, metronoom neerleggen. Dat laatste gebeurt wanneer de tikker het verdomt om in de pas te lopen – als een, in de woorden van Steur, ‘rebelse individu’, maar dan in de vorm van houten kastje met opwindmechanisme. Steur is op een prettig gestoorde manier geobsedeerd door zijn eigen experiment. Hij sluipt schichtig en in opperste concentratie over het rubber, soms met grote passen, soms in blaasbalgpose, de onderbenen vastgeklemd onder de heupen, zacht schuifelend over de plakkende vloer. Als een vleesgeworden dirigeerstok begeleiden zijn vingers het ritme van de metronomen. Gezicht op standje oorwurm. Samengeknepen ogen, iedere spiervezel onder hoogspanning, ongecontroleerde mondbewegingen die opwinding verraden: er is op zijn minst één iemand weldegelijk in het hier en nu. Fascinerend om te zien? Zeker. Het is het soort extreme toewij­ ding waar ieder mens van droomt. Je zo monomaan aan iets over kunnen geven, het is deels waarom we kunstenaars bewonde­ ren. Maar waar ligt de grens tussen devotie en dwangneurose? Tweeëndertig veredelde eierwekkers en een spiegelklok als ge­ reedschap voor verlichting. Hoe intenser Steur geniet, hoe meer ik me afvraag of we hier onderdeel zijn van een ‘collectieve ervaring’, of toch vooral de obsessieve ziel van een bezeten control freak moeten balsemen.

In A piece of time staan de tweeëndertig metronomen voor de rechtlijnige tijdsbeleving zoals die volgens Steur door onze maat­ schappij wordt ingedeeld. Tegenover het tweedimensionale getik van het mechanische muzikantenmedium, staat de natuurlijke cyclus van de tijd. De aarde draait in vierentwintig uur om haar as, cirkelt om de zon – het is de symboliek van de pendule. Met een viertal simpele armgebaren wordt het publiek tot deelname

Na dik een uur heeft Steur zijn metronomen waar hij ze hebben wil. Niet dat ze synchroon lopen, maar enfin. De middelen heiligen soms het doel. Met één hand omklemt hij de pendule, begint in cirkels te lopen, steeds sneller, tot hij in draf de spiegelbol in een ronddraaiende beweging voor zich uitgooit. Gehurkt nestelt hij zich in een hoek van de vloer en trekt dan plots aan een koord dat onder de pendule hangt. Toch nog een onverwachte wending in de ongrijpbare wereld van Nick Steur.

A piece of time

Nick Steur

7


Vanbinnen bang vanbuiten “Voor alles. Voor jou. Ik bedoel: voor mij. Voor alles, voor mij. Ik bedoel: ons. Wij. Voor de verrukking, niet voor de ontspanning. Voor de verwondering, niet voor de herkenning. Voor de wrijving van de ziel, niet voor het aaien van de moraal. Voor de hersen-tinteling, niet voor de schop in de cojones of labia. Voor de siddering langs de ruggengraat, niet voor het goedkope shockeffect van een fluit uit de broek. Voor het netelen van de burgerlijkheid, niet voor het zetelen van de gewoontes. Voor het ontdekken van een wereld, niet voor het vergeten van ons bestaan. Voor het zoeken, niet voor het vinden. Voor het leren, niet voor het les geven. Voor de waardes en de normen, niet voor de modes en de grillen. Voor de verandering, niet voor de traditie. Mensen die herhaling zoeken zijn lui en bang. Mensen die herhaling zoeken zijn lui en bang. Mensen die herhaling zoeken zijn bang en lui. Voor de geest, niet voor het lichaam. Voor de waanzin, niet voor de rede. Voor Dionyssos, niet voor Apollo. Voor de luisteraar, niet voor de toehoorder. Voor de ziener, niet voor de toeschouwer. Voor de zijner, niet voor de aanwezige. Voor die ene man op de vijfde rij met de krop in de keel. Voor de tranen in de ogen van de vrouw op de eerste rij. Voor het koppel aan het gangpad dat elkaar in de handen knijpt, omdat ze voelen dat het over hen gaat. Voor de licht dementerende die die ene zin probeert te onthouden maar toch vergeet. Voor de veertienjarige die de helft maar begrijpt, maar het wel dubbel voelt. Voor de zwangere met de handen op de buik en de glimlach op de lippen. Voor de ongeboren baby die tegen de buikwand stampt. Voor de depressieve die ontdekt dat hij niet alleen is in het zwarte gat. Voor de fan die de tekst meelipt in het donker. Voor de man die acteur wou worden, maar niet mocht en niet durfde. Voor de vrouw die zangeres wou worden, maar eerst iets ging studeren. Voor de recensent zonder eelt. Voor de collega die rechtstaat. Voor de familie die trots rondkijkt. Voor de specialisten die het anders hadden gedaan. Voor de beste stuurlui die zeker niet zouden beginnen met een opsomming. Voor de commissies die waarde plakken en prijzen geven. Voor de mensen met de scharen en de lege zakken.

Š Tom Cornille


Voor de jongen die indruk wou maken. Voor het meisje dat dacht dat het om te lachen zou zijn. Voor de jongen die lacht. Voor het meisje dat onder de indruk is. Voor de geliefden die vol driften zitten. Voor de eenzame die ook vol driften zit. Voor de denker die leegte voelt. Voor de extraverte die even stil wordt. Voor de stille die wel weet waar het over gaat, maar het niet durft te zeggen. Voor de trage die wil weten waar het over gaat, maar het niet durft te vragen. Voor degene die thuis wou blijven en straks niet naar huis wil gaan. Voor degene die de digicorder heeft geprogrammeerd om niets te missen. Voor degene die alles mist. Voor degene die meer dan genoeg wil. Voor degene die minder meer vindt. Voor mijn ouders. Voor mijn ouders die gestorven zijn. Voor mijn ouders die gestorven zijn en toch verder leven. Voor de eikels die mij met mijn hoofd in het toilet hebben geduwd. Voor de man die zelfmoord pleegde omdat hij dacht dat dat beter zou zijn voor zijn vrouw en pasgeboren kind. Voor dat pasgeboren kind. Voor het geven van zinnen, het zingeven. Voor de schoonheid van woorden. Voor de puurheid van muziek. Voor het één worden met het stuk, met de zaal, met de ziel van het verhaal. Voor het unieke van het moment. Voor het toveren met waarheid. Voor het onthullen van wat niet verborgen is en toch niet gezien wordt. Voor de aha-erlebnis of de o-nee-catharsis. Voor de avonden van iets wat lijkt op geluk. Voor de nachten waarin ik de slaap niet vond. Niet vind. Voor de dagen waarin ik mijn draai niet vind. Voor de tijd die nooit stopt. Voor de spijt die nooit stopt. Voor de pijn die nooit stopt. Voor het zijn dat stopt. Voor mijn rust. Voor de stilte achteraf. Voor de stilte. In mij. Daarom. Omdat. Daarom dus. Ja. Maar voor alles. Voor jou. Ik bedoel: voor mij. Voor alles, voor mij. Ik bedoel: ons. Wij.”

Rataplan

Dimitri Leue

9


PUBLIEK A AN ZET Een tussentijdse balans

De PAZ’ers hebben intussen zes dagen vol theater en PAZ-acties achter de rug. Met nog drie dagen te gaan, is het tijd voor een tussentijdse balans. LUT RUWET “Ik keek vooral uit naar AUGUSTUS ergens op de vlakte. Olympique Dramatique speelde fantastisch! Ik ben de volgende avond nog eens gaan kijken. Je kan nu bijna zeggen dat ik expert ben in de opbouw van de plot, de personages en hun onderlinge verhou­ dingen. Leuk is vooral dat ik hier theatergelijkgezinden tegenkom. Babbelen met mensen over mijn passie, daar geniet ik van! Ik kwam vroeger al naar Het Theaterfestival, maar dit is de eerste keer als vrijwilliger en dat is me goed bevallen.” MARTE SOMMEN “Ik vind het vooral fijn dat mensen zo enthousiast zijn over waar wij mee bezig zijn. Wanneer we mensen uitleggen wat de ontvoerin­ gen inhouden en hoe ze kans maken om er eentje te mogen mee­ maken, proberen ze tijdens de voorstelling de gekste manieren te verzinnen om er zeker uitgepikt te worden. Er was bijvoorbeeld een man die dacht dat hij meer kans zou maken als hij zijn sticker midden op zijn voorhoofd plakte. Ook was het fijn om complimen­ ten te krijgen van mensen uit de theaterwereld over onze acties: het is leuk om weten dat onze ideeën goed worden onthaald.” MATHILDE LEESTMANS “Hosten op Het Theaterfestival heeft voor mij geen geheimen meer. Ik ben hier al een heel aantal avonden aanwezig geweest om de mensen te ontvangen en onze PAZ-acties aan hen voor te stellen. Ik heb ook een aantal mensen geïnterviewd over onze activiteiten. Bijna iedereen reageert positief en dat geeft ons zeker de nodige motivatie om hiermee verder te gaan.” WAT HEBBEN DE PAZ-HOSTS NOG IN PETTO VOOR JOU? Vanavond slaan we voor het eerst onze tenten op in BRONKS, waar we (net zoals in het Kaaitheater) ontvoeringen zullen organiseren en reacties verzamelen. De komende dagen hebben we ook nog een néteven-anders nabespreking en popup performances op het programma in het festivalcentrum. We hopen vooral ook onze publieksmuur nog uit te breiden: het is zowel voor ons als voor de gezelschappen ongeloof­ lijk fijn om jullie reacties te lezen!

publiekaanzet.be

L AVALLÉE De kunst van het falen

Dat mislukken niets is om je voor te schamen, kan je vanavond ontdekken bij LaVallée. — Liza Noteris

Get rejected. Have a setback. Be vulnerable. Get fired. Perfection is rhetoric. If you are looking for recognition, stop. If you take yourself too seriously, don’t. Fuck (up) the system. Dit is een bescheiden greep uit het ‘FuckUp Manifesto’ opgesteld door de organisatoren van de FuckUp Nights. Het manifest bestaat uit 24 tegeltjeswijsheden die een ander licht doen schijnen op falen. Tijdens de FuckUp Night vanavond in LaVallée in Molenbeek tonen drie kunstenaars hun meest kwetsbare kant door hun mis­ sers te etaleren voor een breed publiek. Voorafgaand kan je ook terecht voor de vernissage van de nieuwe 3D-installatie ISOS van Kris Verdonck, die over net het tegenovergestelde lijkt te gaan. ISOS gaat over een middenklasse die de schijn hoog houdt en hun frustraties op een verkeerde manier kanaliseert. De video-installatie van Kris Verdonck is gebaseerd op het oeuvre van schrijver J.G. Ballard, die bekendheid verwierf met de film­ adaptatie van zijn boek Crash. De installatie bestaat uit negen 3D-kijkdozen met verschillende scènes die fragmenten tonen uit Ballard’s werk. Ballard schreef over een revolutie die niet uit armoede voortkwam, maar uit een beschaafde middenklasse. In de installatie van Verdonck zijn ook beelden van de rellen in Londen te zien uit 2011. “Deze rellen ontstonden niet enkel bij de armen. Ook mensen die stonden aan te schuiven voor een Apple Store gingen met elkaar op de vuist. Beschaafde mensen die plots beginnen rondschieten en plunderen”, aldus Verdonck. Ook de FuckUp Nights doen dit keer mee aan Het Theaterfestival. Om 20u30 kan je in Lavalléestraat terecht voor een lesje ‘What not to do’ als kunstenaar. Tegenslagen houden we liefst voor onszelf, of toch binnen intieme kring. De FuckUp Nights (afgekort FUN, ik geef het maar mee) doen precies het tegenovergestelde. Mislukkingen worden en masse gedeeld in een poging het falen uit de taboesfeer te halen. Ironisch genoeg zijn de FuckUp Nights een groot succes. Ze vinden al plaats in 100 steden over heel de wereld. Het concept is simpel: een drietal fuckupreneurs, in casu kunstenaars, zullen in een zevental minuten hun grootste misluk­ kingen uit de doeken doen en achteraf kan het publiek vragen stellen. Stand-up comedian Soe Nsuki biecht op hoe niemand met haar performance moest lachen, Pierre Pevée vertelt over de mislukte businessplannen van The Brussels Art Factory, en An Vandermeulen van de Beursschouwburg lijst alle dingen op die ze nooit deed: een boek schrijven, een film maken... Nadat de drie kunstenaars hun manco’s hebben gedeeld, kun­ nen de toeschouwers om 22u afzakken naar het café van het Kaaitheater voor een afterparty, alwaar alle fuck-ups en frustraties uit het lijf kunnen worden gedanst.

10


DE BARBAREN Vandaag:

AH/HA Ianthe Sollie

Voor het zesde jaar op rij organiseert fABULEUS De Barbaren. Zes jongeren werden aan het begin van de zomer gekoppeld aan één van de voorstellingen op Het Theaterfestival. Hun missie: word hier en nu verliefd. Voor de één eindigt het in een ontmoeting. Voor de ander in een vers voetspoor.

Welkom! Ik glimlach u welkom in mijn verhaal. Ik glimlach, grijns, grinnik, schater en lach veel, dat is mijn ding. Ideaal, want Lisbeth Gruwez onderzoekt in haar voorstelling de re­ latie tussen de lach en het lichaam. Vermits ik de opdracht kreeg om zo obsessief mogelijk verliefd op haar en AH/HA te worden, deed ik dat dus ook. Zo besloot ik op een dag mijn lach in kaart te brengen. Het blijkt dat ik uit enthousiasme altijd heel genant luid lach. Ook een brede grijns van opluchting ontketent vaak een hoop vreemde blik­ ken van toevallige voorbijgangers. In een sociaal moment ontsnapt er wel eens een meisjesachtige grinnik uit mijn mond, terwijl een plotselinge haat me overhaalt tot een echte fake-lach. Soms glim­ lach ik wat ongemakkelijk om me heen, maar een bijna identieke plooiing van mijn mondhoeken kan ook veel liefde bevatten. Om genante mopjes kan ik schateren en ik lijk een heks wanneer ik lach om mijn eigen plagerijen. Dat wist ik niet. Nooit eerder stond ik stil bij dit aspect van mezelf zijn. Wat zo persoonlijk is, blijkt tegelijkertijd even universeel. Gisteren schuifelde ik wat vooruit in de straten van BrusselNoord. Ik passeerde een paar duiven en een hoopje onbekenden in een park. Je weet wel, dat tentenkamp dat onlangs uit de grond verrees naast het station. Het leek even alsof vele voorbijschuife­ laars, maar evenzeer de snelwandelaars, hoopten dat deze vreem­ de wezens naast de tenten onbekend bleven. In ieder geval keek niemand hen aan. Toen was er een kind. Zo verwonderd als een kind kon zijn, liep het heel voorzichtig op de duiven af. Toen was er een vader. Het kind riep enthousiast en net iets te luid: “Papa!” en iets voor mij onverstaanbaars alsof het zijn ontdekkingen wou de­ len. De duiven schrokken en vlogen weg. Ik glimlachte en de papa lachte terug. Dat moment maakte mijn dag goed. Interessant hoe mensen nooit vergeten te lachen, zelfs niet in donkere tijden. Ironisch genoeg kwam ik halverwege mijn Barbaarse zoektocht in erg treurige dagen terecht. Terwijl ik tijdens de begrafenis heel erg veel zin had om mijn gevoelens de vrije loop te laten, heb ik die dag geen traan gelaten. We lachten, als een gedeelde steun en als een kans om even op adem te komen. Later zocht ik nog een moment om alles van me los te lachen. Lachyoga, heette mijn therapie. Dat gaat zo: Stap 1: Zoek een rustige plek. Stap 2: Adem diep in en uit. Stap 3: Ontspan en verwarm je spieren met wat yoga-oefeningen. Stap 4: Zet je in een open kleermakerszithouding. Stap 5: Lach. Heel lang. Heel erg lang. Blijf lachen. Wanneer u dit stappenplan elke ochtend uitvoert nadat u zopas ontwaakte uit uw meest fantastische dromen, en dit minstens een uur lang volhoudt, zou u er gelukkiger van worden. Lachen is dus effectief gezond, zo heb ik ontdekt. Veel geluk er mee!

© Michel Petit

PS: Wat ik verder met deze onderzoeksresultaten ga aanvangen, weet ik nog niet. Een ding is wel zeker: mijn grote slag zal ik nog slaan. Wie laatst lacht, best lacht, zeker?

barbaren.tumblr.com

11


TELE X

R A AD JE PL A ATJE Het Theaterfestival Vlaanderen bestaat 25 jaar. Sinds 1991 werden er meer dan 300 voorstellingen geselecteerd door de jury's. Herken jij uit welke productie onderstaande foto komt? Mail jouw antwoord als de bliksem naar filip@theaterfestival.be en win een vrijkaart voor een voorstelling naar keuze op Het Theaterfestival (zolang de voorraad strekt).

De door Hof van Eede gecorri­ geerde versie van hun interview werd ondertekend met ‘WAns’, oftewel een samentrekking van Wannes (Gyselinck) en Ans (Van den Eede). Hoe schattig. — Nu onze theaterfestivalblog.be vol­ ledig up-to-date is, keken we een keertje naar de statistieken. Onze lezers waren vooral geïn­ teresseerd in de State of the Union (637 weergaven) en de interviews met Stijn Van Opstal en Tom Dewispelaere (225 views), Els De Bodt en Kathleen Treier (202 views) en Sachli Gholamalizad (198 views). Zelfs onze homepage was minder po­ pulair. U komt ook uitsluitend via Facebook bij ons terecht en de

kans is 1 op 4 dat u dit vanuit Nederland las. — Kijk eens hoe eco-friendly wij zijn: ons biolo­ gisch papier waarop dit krantje gedrukt wordt, werd zelfs met de fiets geleverd vandaag. — Het Theaterfestival steunt al heel het festival lang het vluchtelin­ genkamp met voedselbedeling. Eergisteren hielpen ze ook met tolken en werd stagiaire Emely zelfs geïnterviewd door Radio 2 Limburg (uitgekozen vanwege haar smakelijk accent).

MEER OVER HET THE ATERFE STIVAL www.theaterfestival.be — #HTF15 www.facebook.com/het.theaterfestival www.theaterfestivalblog.be

OPLOSSING 9 SEPTEMBER Hersenschimmen Ro Theater Winnaar: Sophie De Somere uit Zwijnaarde

donderdag 10 september 2015

doorlopend

De Verrijzenis #8 — Ja ja maar nee nee Dito’Dito & Transquinquennal

Kaaicafé

doorlopend

Vraagkaarten en ontvoeringen Publiek Aan Zet

BRONKS

20:30 AH/HA Lisbeth Gruwez/Voetvolk

BRONKS

20:30 Het Weiss-effect Hof van Eede

Kaaistudio's

21:50 Het Weiss-effect Nagesprek

Kaaistudio's

HOOFDREDACTIE

Filip Tielens

REDACTIE Eva Decaesstecker, Liza Noteris,

Filip Tielens, Bart Van Gyseghem, Katrien Van Bael, Evelyne Van Hecke VORMGEVING Mies Van Roy R E AC T I E S & A DV E R T E N T I E S

filip@theaterfestival.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.