TheaterFestivalkrant 7/9/2020

Page 1

7 SEP 2020 DAGKRANT #HTF20 © Leontien Allemeersch

Florian Myjer over Oorlog en Vrede Who’s afraid of WOLF WOLF? Samen theater lezen vanuit je living

© Bas de Brouwer

www.theaterfestival.be


© Eva Roefs


Oorlog en Vrede Florian Myjer & Kim Karssen

7 sep 2020   3

‘Theater gaat over de verbeelding die hoogtij viert’ Florian Myjer en Kim Karssen leefden zich uit door Tolstojs historische roman Oorlog en Vrede te bewerken. Hoewel ze beiden opgewonden raken van grote verhalen, overheerst in deze voorstelling toch vooral het persoonlijke. Het leidmotief blijft evenwel overeind in beide benaderingen: hoe moeten we leven? Katrijn Bekers & Nina Cools


4   7 sep 2020

Waarom hebben jullie gekozen voor Oorlog en Vrede van Tolstoj? Florian Myjer: ‘We wilden een oerverhaal doen. We wilden het hebben over verhalen. In het theater kan soms denigrerend gepraat worden over narratief theater, het moet meer ‘postmodern’ en ‘associatief’. Waarom zou je nog verhalen vertellen? Daarom hadden wij zin om materiaal te gebruiken waar een goed verhaal in zit, waar véél inzit. En Oorlog en Vrede is giga, 1600 pagina’s. Ik had eerst de serie gezien, van BBC, en die vond ik heerlijk. Toen zijn we het boek gaan lezen, en dat bleek heel dankbaar materiaal te zijn. Wat ons aansprak bij Tolstoj is dat het gaat om de vraag: “Hoe moeten we leven?” Heel existentieel. En daarom ook heel relevant om nu naar de theaterzalen te brengen.’

Hoe verliep het bewerkingsproces? ‘Kim en ik zijn eerst chronologisch door het boek gegaan, waarbij we veel dingen onderstreepten. Maar door elke zin zo onder het licht te houden, kom je niet echt verder. We beslisten om meer intuïtief te werk te gaan en te kijken welke passages ons waren bijgebleven. Wat was het dat ons aansprak in het boek? Welke personages sprongen eruit? Omdat het zo’n dik boek is, heb je ook die ruimte. Er zitten zoveel gekke combinaties in: het is zowel een keukenmeidenroman, een historisch boek, een filosofisch boek, een zelfhulpboek…

‘Als je voorstelling een boodschap heeft, schrijf die dan gewoon op een briefje en plak dat op de deur’

De voorstelling lijkt eerder een reactie op in plaats van een adaptatie van, aangezien het verweven zit met jullie persoonlijke ervaringen. Waarom hebben jullie gekozen om het persoonlijke in de voorstelling te verwerken? ‘In eerste instantie wilden we enkel Oorlog en Vrede op de scène brengen. Maar de bewerking van het boek alleen voelde niet helemaal waar aan voor ons. We zijn gaan kijken naar de noodzaak om dit materiaal (nogmaals) op de scène te brengen en voor ons was dat om het leven van de Russische adel naast dat van ons te leggen. We beseften dat daarin ook de oorspronkelijke reden zat dat we het boek hebben gekozen. Toen we het boek lazen

en de serie van BBC zagen, dachten Kim en ik “Oh zij leven écht”. Wij hebben vaak het gevoel iets te missen, dat wij niet echt leven zoals andere mensen leven en hebben geleefd. Dat sprong er voor ons in het boek uit: wat is écht leven? Deze vraag is de rode draad doorheen het boek. Het meest oprecht vonden we om ons eigen persoonlijke leven te toetsen aan het boek en de twee te versnijden met elkaar. In Bloomsbury, de vorige voorstelling die Kim en ik samen maakten, was het heel erg nu - wij, Kim en ik - versus toen - zij, de Bloomsbury-groep (een groep schrijvers, denkers en artiesten uit het Londen van de vroege twintigste eeuw, red.). Wat als wij vandaag de dag zouden leven zoals zij? In Oorlog en Vrede vermengen we de twee. Het is niet langer duidelijk of we Tolstoj tonen of ons persoonlijk verhaal, het is een mengvorm.’

In de voorstelling switchen jullie voortdurend van historisch personage naar jullie eigen persoon. De keuze om de scheiding tussen de twee zo vrij te laten was dus erg bewust? ‘We vonden het spannend dat, wanneer we een stuk hadden geschreven, het nooit helemaal duidelijk was wie er aan het woord is. Het is een levende, kloppende vorm. Je glijdt van het ene personage naar het andere. Vooral de vrijheid die het opleverde, sprak ons enorm aan. Het laat niet langer de evidentie zien van wie we zijn: het ene moment zijn we dit, dan zijn we dat. Deze vorm van alles kunnen worden en alles kunnen zijn, als een fluïde elegante vorm die niet strak af te lijnen valt, vonden we enorm boeiend.’

Over fluïditeit en meer specifiek genderfluïditeit: jullie spelen allebei verschillende personages in het stuk, en ook allebei mannen en vrouwen. Andere voorstellingen op het TheaterFestival zijn expliciet bezig met de vraag naar gender. Hoe verhouden jullie je daartoe? ‘Kim speelt af en toe man en ik af en toe vrouw. We hebben daar nooit over nagedacht. Maar het zegt wel veel over

ons, het feit dat wij dat doen en dat ook heel normaal vinden. Daar ging ook de thematiek in Bloomsbury over. We voelen ons ook wel erg verwant aan een soort queerness. Ik ben op sommige punten misschien vrouwelijker dan Kim. Voor ons is dat gewoon een realiteit, niet dat we daar een politiek statement van willen maken. Dit is gewoon wie wij zijn. Mensen zeggen: “Oh tof die man-vrouw verhoudingen”, maar voor ons is dat eigenlijk gewoon wie wij zijn. Het voelt heel natuurlijk. Ik heb nooit gedacht: “Wat gek dat Kim Pierre speelt”. Da’s gewoon: Kim moet Pierre spelen, geen twijfel mogelijk, want die lijkt gewoon op Pierre, punt. Dat zegt wel iets over ons en hoe wij kijken naar identiteit en gender. Het zou voor ons onoprecht voelen om dat politiek te maken.’

‘Wij hebben vaak het gevoel iets te missen, dat wij niet echt leven zoals andere mensen leven en hebben geleefd’ En dat past ook binnen jullie begeerte van het spelen en het spel: alles kunnen zijn wat je wil zijn. ‘Ja, het gaat niet per se over geslacht, maar om het feit dat je élk personage uit Oorlog en Vrede kan zijn, als je wil. En daar vinden Kim en ik elkaar ook in: wij houden ervan dat iets vernieuwend en conceptueel is, maar we houden ook héél erg van verhalen, spelen, transformatie - de klassieke dingen uit het theater. Het gaat dus vooral over transformatie, die we niet willen problematiseren, maar waar we spelmatig mee willen omgaan.’

Hoe hebben jullie beslist wie welke personages ging spelen? ‘De belangrijkste personages voor ons waren Pierre en Andrej. En Natasja. En dan ga je kijken: op wie lijk ik het meest, of net omgekeerd, op wie lijk ik net niet maar wie zou ik graag willen spelen? Meteen wisten © Bas de Brouwer

We hadden de vrijheid to pick and choose. We kwamen uiteindelijk overeen dat de kern van het boek voor ons zat in de vraag hoe te leven. Deze vraag is gedurende de bewerking overeind gebleven. Het was belangrijk voor ons om niet gewoon met het boek aan de haal te gaan, maar dat de kern behouden bleef en we er tegelijkertijd ons persoonlijk verhaal van konden maken.’

Oorlog en Vrede Florian Myjer & Kim Karssen


7 sep 2020   5

Oorlog en Vrede Florian Myjer & Kim Karssen

we dat Kim veel meer gemeen heeft met Pierre en ik met Andrej dus lang hebben we daar niet over moeten nadenken. De randfiguren hebben we meer praktisch verdeeld, maar bleken uiteindelijk toch ook intuïtief. Sonja, het nichtje, bijvoorbeeld. Het is de grootste angst van Kim dat zij Sonja is, dus het voelde ook weer passend dat zij haar speelde. Het is kijken en afwegen wat het beste past.’

Vanwaar jullie fascinatie met het elitaire en het adellijke? ‘Er is de laatste tijd inderdaad veel geschreven rond het feit dat ik hier een fascinatie voor zou hebben. Maar het is meer, zowel voor mij als voor Kim, een soort fascinatie met vroeger, met het “goede” leven. Die fascinatie voor de upper class is er zeker wel, maar ik denk dat het meer met de romantiek te maken heeft, met grootse gevoelens. Het heeft bijna iets sprookjesachtig, alsof vroeger alles beter was. Bovendien is het ook wel de wereld die ik ken en van dichtbij heb ervaren. Daarom vind ik ook dat ik er iets over kan zeggen. Het is een soort haat-liefde: het is een wereld waarnaar ik verlang maar ook kritiek op uit. Overigens heeft het ook te maken met het materiaal waarvan ik vertrek: als je het over Oorlog en Vrede hebt, gaat het automatisch over de aristocratie. Daar kan je niet omheen.’

Er is een trend om meer op de persoon zelf te spelen en het decor beperkt te houden, terwijl jullie decor vrij bombastisch is. Vertrekken jullie vanuit het decor, de vorm, of vanuit de inhoud? ‘Het decor kwam erg voort uit het feit dat we het over verhalen en narratief wilden hebben. Joey Schrauwen (decorontwerper, red.) zei dat we misschien een verhalenvertelmachine moesten hebben: iets waarmee je bij wijze van spreken de hele wereld rond kan reizen, een soort grote machine om verhalen mee te vertellen. Het idee is uiteindelijk veel abstracter uitgedraaid dan dat, maar het is ook nog steeds concreet aangezien het decor ook verwijst naar het boek dat we spelen. Daarbovenop is het fijn dat het ook als verkleedkist dient. Daarin komt ook het spelmatige terug: je kan er allemaal

dingen uithalen. Eerst hadden we veel meer kostuums, maar je wil het dan toch puurder en dan ga je ook veel weghalen en schrappen, waardoor het best wel sober is geworden. Dat vinden we heel erg fijn omdat theater ook gaat over de verbeelding die hoogtij viert. Het was passen en meten, soms waren het decor en de kostuums te weinig, dan weer te veel. In dit proces was Joey instrumenteel. De sneeuw, bijvoorbeeld, was een last minute toevoeging.’

‘We zijn allemaal in onze “datsja op de toendra” gaan zitten, we moesten wel’ Als maker lijk je vaak de keuze te moeten maken tussen esthetisch en geëngageerd theater. Aan het begin van het interview stelde je al dat binnen de theaterwereld soms denigrerend gepraat wordt over verhalend theater, en dat postmodern theater tegenwoordig populairder is. Hoe verhouden jullie je tot deze spanning? ‘Deze spanning houdt ons wel bezig: zitten we met ons verhalend theater in een niche? Soms krijgen we inderdaad het gevoel dat er wel verlangd wordt dat een voorstelling politiek is. Maar de theaterwereld is zo veel breder dan dat en wij zijn zo niet van het politieke theater. We willen geen politiek statement maken, omdat we niet het gevoel hebben dat we daar iets, of eerder genoeg, over te zeggen hebben. Anderzijds geloven we wel dat het persoonlijke politiek is en willen we uiteindelijk wel iets bijdragen aan het debat. Maar wanneer voeg je nu werkelijk iets toe? Wij dragen ons steentje bij door ons persoonlijke verhaal te brengen in de brede zin van het woord. Bijvoorbeeld door ongecompliceerde genderfluïditeit op de scène te brengen. Uiteraard zijn we ons bewust van wat op dit moment de gesprekken zijn die gevoerd worden,

zowel in als buiten het theater, en we willen de manier waarop we ons daartoe verhouden zo integer mogelijk houden. Wat we de wereld insturen, moet trouw blijven aan onszelf.’

Jullie maakten en speelden deze voorstelling voor er sprake was van corona. Heeft jullie stuk een andere betekenislaag gekregen sinds corona? ‘Toen we de tekst weer aan het leren waren, zagen we dat de thematiek van het stuk zeer actueel is. Er is een passage tussen de twee belangrijkste personen waarin Andrej zich terugtrekt uit het leven, omdat hij teleurgesteld is in het leven. Hij trekt zich terug in zijn datsja (huisje op het platteland, red.) en wil helemaal geen contact meer met mensen. Pierre komt hem bezoeken en dan hebben de twee een mooi gesprek. Pierre zegt tegen Andrej: je moet naar buiten, je moet het leven in, hier in je eentje zitten is het leven niet. Zelfvoorzienend zijn is hartstikke leuk, maar je moet naar buiten, dàt is het leven. En nu ik dat stuk weer lees merk ik dat dit heel actueel is. We zijn allemaal in onze “datsja op de toendra” gaan zitten, we moesten wel. Dus nu heeft de voorstelling een heel andere lading gekregen.’

Jullie hebben bijzonder positieve reacties gekregen, maar een punt van kritiek dat terugkwam was dat de vraag ‘hoe te leven’ onvoldoende beantwoord bleef. Is het überhaupt mogelijk om de vraag over de zin van het leven te beantwoorden? En hebben jullie daar tijdens het maken van de voorstelling een beter zicht op gekregen?

© Bas de Brouwer

‘Wij willen die vraag eerder stellen dan ze te proberen beantwoorden, maar zeker bij deze vraag is er geen sluitend antwoord. Een docent aan de Toneelacademie Maastricht zei steeds dat als je voorstelling een boodschap heeft, je die dan gewoon op een briefje moet schrijven en aan de deur van de theaterzaal plakken zodat mensen dat briefje kunnen lezen. Dan hoeven ze niet meer naar de voorstelling. Dit nemen Kim en ik allebei erg mee. De werkelijkheid is ook ambigue en veellagig. Het klopt niet om de vraag van “hoe te leven” crystal clear te beantwoorden. Het gaat niet zozeer om de vraag “Ga je naar buiten?” of “Blijf je binnen?”. De essentie zit niet zozeer in het antwoord, maar eerder in het stellen van de vraag: hoe te leven?’ Oorlog en Vrede speelt op 7 & 8 september in BRONKS.


6   7 sep 2020

Who’s Afraid Of Virginia Woolf WOLF WOLF

‘Wij hadden dit nooit mogen spelen van Albee’ Wie kent Who’s afraid of Virginia Woolf niet? Het ‘stuk der stukken’ vertelt over het oudere koppel Martha en George dat zijn desillusies genadeloos afreageert op het jonge idealistische paar Nick en Honey. Flor Van Severen, Imke Mol, Mitch Van Landeghem en Naomi van der Horst wagen zich aan dit destructief psychologisch spel en gaan op zoek naar een manier om zich als jonge makers een plaats te geven in de rijke geschiedenis van het stuk. Het resultaat is sterk en subtiel spelerstheater waar de vier hun opleiding aan de toneelschool KASK in Gent mee afrondden. Een interview met drie van de vier, want Flor was net naar de bakker.

Naomi: ‘We hebben dan verschillende captaties van eerdere opvoeringen en de film (van Mike Nichols uit 1966, red.) bekeken en bestudeerd. We zochten naar thema’s, dingen die we mooi vonden of waar we ons wilden tegen afzetten. Wij, nieuwe jonge makers, hebben geprobeerd onszelf in de canon van Who’s afraid of Virginia Woolf te plaatsen.’

Vorig seizoen speelden met Mesut Arslan, De Koe en Dood Paard nog drie andere gezelschappen het stuk, naast het toneelstuk Wie is bang waarvoor Tom Lanoye zich baseerde op Who’s afraid of Virginia Woolf. Een sign of the times? Imke: ‘Om eerlijk te zijn, ik denk dat het gewoon een beetje toeval is.’ Naomi: ‘Het stuk heeft een soort kracht, een essentie die mensen blijft aantrekken.’ Mitch Van Landeghem: ‘Dat toeval was ook wel mooi. Denk aan Theater aan Zee waar wij en de KOE het stuk op dezelfde dag speelden. Mensen konden naar meerdere versies gaan kijken op dezelfde dag. Daarvoor deden we het. Misschien hangt er dan toch iets in de lucht. (lacht) Onze versie is een ode aan repertoire en deel zijn van repertoiregeschiedenis.’

‘Bij dit stuk was de goesting om het te spelen het grootst’

Jasper Delva Met Who’s afraid of Virginia Woolf hebben jullie misschien wel hét repertoirestuk gekozen. Hoe zijn jullie bij dit stuk gekomen? Imke Mol: ‘Het stuk staat echt bekend als een “spelersstuk”. En wat is de kans dat we het later nog kunnen spelen? Iedereen wil dat toch één keer gespeeld hebben. Dus zeiden we: “We doen het gewoon nu.” Dan hebben we dat toch al gehad.’ Naomi van der Horst: ‘Het is echt vertrokken vanuit onze wil om af te studeren als spelers. Bij dit stuk was de goesting om het te spelen het grootst.’ Imke: ‘Deze voorstelling heeft ook zo’n geschiedenis... We waren benieuwd hoe wij ons daartoe konden verhouden. We wilden kijken hoe we een positie moesten of konden innemen tegenover wat er al mee gedaan was.’

Naomi: ‘Alle gezelschappen en collectieven hebben het stuk heel erg op hun eigen manier benaderd. Dat is mooi in die stukken te zien. Ik heb sommige van die voorstellingen op video gezien, dat was wel heel gek. (lacht) Het stuk gaat namelijk over spelerschap. Je wil dat live zien. Je wil mensen op dàt moment in dàt stuk zien stappen en het gevecht zien aangaan met het personage en de schone schijn. Het stuk gaat over een verhouding tussen mensen, tussen pionnen die de avond waarop het stuk zich afspeelt proberen overleven of juist elkaar kapot te maken. Ook het publiek is een pion in het spel van die avond. Het weet niet meer wat echt is en wat niet. Het weet niet of het nu de acteurs of de personages zijn die spreken. Het is echt een spel dat gespeeld wordt en daarom is het ook zo’n “spelersstuk”.’

Over het publiek gesproken. Dat is in

jullie voorstelling dicht betrokken. Het ziet en voelt alles, ook als de personages zich terugtrekken; het zit dicht op de huid van de acteurs. Wat was het idee daarachter? Imke: ‘We wilden het publiek in een soort zelfde gevangenis zetten als Nick en Honey, het jonge koppel in het stuk. Een gevangenis waar ze niet uit kunnen en waar ze bij moeten blijven zitten.’

‘Onze versie is een ode aan repertoire en deel zijn van repertoiregeschiedenis’ Naomi: ‘Ons doel was het publiek te gijzelen voor een avond. Net zoals Nick en Honey vastzitten in een huis, met de tribunes op de bühne als de vier muren. Maar het zijn ook muren voor het publiek, dat elkaar de hele tijd aankijkt. Dat is frustrerend. Je kan niet in slaap vallen tijdens deze voorstelling. (lacht) Door corona zit het publiek in bubbels en is er meer ruimte en afstand tot ons als spelers. Dat is wel een grote aanpassing.’ Naomi: ‘Normaal spelen we heel dicht bij het publiek en zit het publiek ook bijna op elkaars schoot. Dat valt nu weg.’ Mitch: ‘En bijna 2,5 uur met een mondmasker, qua gevangenschap kan dat tellen.’

In veel opvoeringen van Who’s afraid of Virginia Woolf wordt het oude koppel gespeeld door oude acteurs en het jonge koppel door jonge acteurs. Imke: ‘Er zaten bij ons op school gewoon niet zo veel oude mensen. (iedereen moet hard lachen) Maar het klopt dat het stuk gezien wordt als een generatiestuk. Wij lezen het meer als een stuk over verhoudingen tussen mensen. Die daadwerkelijke leeftijden zijn niet belangrijk.’ Mitch: ‘En omdat het over spelen gaat, toch? Wie welke leeftijd speelt, maakt niets uit. Ik weet nog dat Flor (die de oude George speelt, red.) en ik (die de jonge Nick speelt, red.) de rollen gewoon verdeelden op basis van wie de meeste tijd had om tekst te leren.’ Imke: ‘Wij zien het ook niet als een leeftijdsspel, maar eerder als een positiespel, als een rangenspel. Martha en George ownen de ruimte. Zij zitten in de machtspositie. Nick


7 sep 2020   7

Who’s Afraid Of Virginia Woolf WOLF WOLF

© Leontien Allemeersch

en Honey zitten gevangen. Tekstueel hebben we dus ook wel aanpassingen gemaakt. Wow, dat mag ik echt niet zeggen.’ (iedereen moet lachen)

Auteur Edward Albee laat geen aanpassingen toe. Wat vinden jullie daarvan? Imke: ‘Belachelijk. Echt.’ Mitch: ‘Wij hebben ons daar tijdens het maken echt kwaad in gemaakt. Toch? Albee wil ergens iets verdedigen, maar graaft zo ook zijn eigen graf. Het stuk is op bepaalde vlakken te tijdsgebonden om het zo af te schermen voor verandering. Zo blokkeert hij alleen maar dat zijn eigen stuk relevant kan blijven voor de toekomst.’ Imke: ‘Wij wilden echt dat stuk spelen. Geen totaal nieuw verhaal brengen of een nieuw statement maken, wel het stuk in ere houden. Maar je moet het wel speelbaar maken, voor ons, onze generatie. Dat je dan echt niets mag veranderen, niets mag uitlichten… Daar werden we wel woest van.’

Mitch: ‘Het ergste daarbij, vind ik, is dat iedereen dat wél doet en het eigenlijk ook getolereerd wordt. Iedereen die het stuk opvoert, gaat ermee aan de slag. Iedereen weet dat het gebeurt. Het mag alleen niet verspreid worden. Daardoor zit iedereen op zijn eigen eiland te werken en moeten al die mooie tekstbewerkingen geheim blijven. Ik vind dat superjammer voor wat repertoire is of kan zijn, totaal idioot.. Ik weet niet of we dit zo allemaal kunnen zeggen in een interview. (lacht) Maar misschien gewoon wel.’ Naomi: ‘Het is ook gewoon heel frustrerend, omdat we zeven weken besteed hebben aan die tekst en we dat nergens mogen laten zien.’ Mitch: ‘Het lijkt alsof we letterlijk de vertaling van Gerard Reve volgen en spelen. Wat niet helemaal waar is.’ Imke: ‘Het is gewoon een bewerking.

Zou Albee jullie voorstelling verboden

Mitch: ‘Ja, toch wel. Zeker als je de verhalen hoort. Als De KOE al in de moeilijkheden kwam omdat zij te weinig drank op scène hadden, dan hebben wij zeker een probleem. Wij hadden dit nooit mogen spelen van Albee.’

Vinden jullie dat repertoire net altijd een eigen insteek, een aanpassing nodig heeft? (iedereen luidkeels ja) Mitch: ‘Tuurlijk! Tijden veranderen. Waarom zou een stuk dan niet kunnen veranderen, niet mogen veranderen? Dat staat toch zeker in het interview hé?’ (iedereen lacht)

Jullie gaan in de toekomst samen verder als het gezelschap WOLF WOLF. Vanwaar dat verlangen? Naomi: ‘We hebben allemaal een eigen zoektocht naar hoe we als speler en als maker verder willen evolueren. Maar door nu samen aan dit eerste stuk te werken, hebben we ook gevoeld dat we met ons vieren een grappige, fijne combinatie zijn van zowel makers als spelers. En we zijn daar nog niet mee klaar. We willen dat graag verder onderzoeken, ook in een nieuw stuk. We willen kijken hoe deze combinatie werkt als we opnieuw met ons vier aan een nieuw stuk werken. Dat betekent niet dat we daarbuiten los van elkaar geen andere praktijken aan het ontwikkelen zijn. Maar we willen ons ook met zijn vieren verder ontwikkelen, als WOLF WOLF.’

‘Bijna 2,5 uur met een mondmasker, qua gevangenschap kan dat tellen’ En krijgt repertoire daar een plaats in? Imke: ‘Dat is de basisinsteek, ja. We blijven zoeken in repertoire teksten en kijken naar onze verhouding tot die teksten. Want het zijn grote verhalen vol grote thema’s waar we iets mee willen.’

Mitch: ‘Maar tegelijk ook, who knows? We hebben nog maar één productie gemaakt. Straks willen we misschien toch iets maken zonder woorden of misschien wilt Gilles, onze vaste technieker en ook deel van WOLF WOLF, iets schrijven. Dat moet ook kunnen natuurlijk. We weten niet wat komt. We hebben geen idee waar we naartoe gaan.’

Tot slot, welke repertoire tekst zou ieder van jullie nog graag willen spelen? Imke: ‘Medea!’ Mitch: ‘De Wederopbouw van het Westen van De KOE. Voor mij is dat recent repertoire. En anders Midzomernachtsdroom van Shakespeare.’ Flor: (net terug van de bakker) ‘Voorjaarsontwaken van Frank Wedekind’ Naomi: (enthousiast) ‘Ja Flor, ik ook! Of iets absurd van Ionesco.’ Who’s afraid of Virginia Woolf speelt op 7 september in Kaaitheater.

© Leontien Allemeersch

‘Tijden veranderen. Waarom zou een stuk dan niet kunnen veranderen, niet mogen veranderen?’

hebben?


de le es 8   7 sep 2020

Samen theater lezen vanuit je living

Wanneer ik het woord ‘leesclub’ hoor, denk ik niet meteen aan theater, maar eerder aan een stijve avond met stoffige, intellectueel klinkende literatuur. Deze leesclub is echter volledig gewijd aan de theaterkunst. Theatermakers en theaterliefhebbers verzamelen er om samen een stuk te lezen en hierover te reflecteren. Voor zowel leek als gevorderde theaterkenner is dit een amusante ervaring waarbij je jezelf even acteur kan wanen en kan genieten van een beetje theater vanuit je eigen living. Evelien Van Houdt Op woensdag 2 september voeg ik me bij de groep om mee Immens te lezen, een stuk geschreven door Vincent van der Valk en Casper Vandeputte. Ik weet niet goed wat, en wie, ik mag verwachten, maar ik ben wel geïntegreerd. De essentie van theater is toch dat deze opgevoerd wordt? Anderzijds legt dit de nadruk op het woord, dat zo meer appreciatie krijgt. Ik moet ook enigszins terugdenken aan vroegere tijden, waarin theater wel vaker als hoogstaande literatuur werd gelezen. Dit en nog veel meer spookt door mijn hoofd wanneer ik om klokslag acht uur via een link in de zoomsessie beland. Meteen kijk ik binnen in de woonkamers van een twintigtal onbekende en soms bekende gezichten. De sfeer zit er duidelijk al in, want mijn begroeting wordt overstemd door meerdere enthousiaste gesprekken. Iedereen lijkt elkaar te kennen en wil weten hoe het met de ander gaat. Het principe wordt kort uitgelegd voor de nieuwelingen, die niet talrijk zijn. De Leesclub kent voornamelijk ouwe getrouwen. Nico Boon, één van de organisatoren, deelt mee dat na een algemene introductie door schrijver Vincent van der Valk iedereen in kamers verdeeld zal worden, zodat er in kleine groep gelezen kan worden. Maar je hoeft niet te lezen als

De Leesclub

je dit niet wil. Je kan ook kiezen om achterover te zakken en enkel te luisteren. Dat is ook initieel mijn intentie - laat het lezen maar aan de professionals over - maar wanneer mij gevraagd wordt of ik voor de ‘full experience’ wil gaan, beslis ik redelijk impulsief om mee te lezen. Toch voel ik me best onwennig, zeker omdat Vincent van der Valk in mijn kamer zit. Hij schreef niet enkel mee aan Immens, hij speelt in deze solovoorstelling ook Fritz, een figuur gebaseerd op Nietzsche. Al verzekert Vincent ons dat kennis over het leven van Nietzsche zeker niet noodzakelijk is om van het stuk te kunnen genieten. Vanavond kijkt Vincent ernaar uit om niet mee te lezen, maar om zelf eens naar zijn eigen voorstelling te kunnen luisteren. En zo beginnen we eraan, ik met wat meer schroom dan de anderen in mijn kamer. Eerst heb ik ook niet door dat het een soort van grab the mic is waarbij je gewoon kiest het woord te nemen. Eens ik dit weet, raap ik mijn moed bijeen en begin te lezen. De tekst kent een ritme, al is dat niet altijd makkelijk te vinden. De typografie maakt het onduidelijk welke lijnen een zin vormen en soms struikelen we zo wel eens. Maar dit creëert ook een uitdaging. Langzaamaan vind ik meer mijn gading en zo plezier. Ik luister net zo graag, of misschien nog net iets liever, dan ik lees. Alles vlot makkelijk tot we aan deel drie komen, waar Fritz vergezeld wordt van een koor dat op hetzelfde moment zingt als hij spreekt. Vincent legt uit dat in de voorstelling het koor bestaat uit een groep van een dertigtal vrijwilligers – nu wel voor de helft teruggeschroefd vanwege de coronamaatregelen. Helaas beschikken we tijdens onze leesavond niet over muzikale begeleiding. In mijn kamer zijn er enkele enthousiaste acteurs die met plezier die zang op zich nemen, wat leidt tot lachsalvo’s maar tegelijk een sacraal element toevoegt. De toevoeging van die muziek hebben we trouwens aan Kanye West te danken, vertelt Vincent ons. Toen Vincent en Casper luisterden naar de song Ultralight Beam op Kanye’s album The Life of Pablo en een gospelkoor hoorden, wisten ze dat ze dat in hun voorstelling moesten verwerken. Vincent schreef zelf de muziek en incorporeerde hiervoor het bombastische van de muziek van Richard Wagner, een oude vriend van Nietzsche. Uiteindelijk wordt de laatste zin uitgesproken en zit onze leessessie erop. Al betekent dit nog niet het einde van de culturele avond. De leesgroepen worden terug samengevoegd tot één groot gesprek. Ervaringen over het lezen, en met name over het koor, worden uitgewisseld. Eveneens wordt het vragenvuur aan Vincent geopend. Nadat alle toneelgerelateerde vragen uitgeput zijn, gaat het

gesprek nog vrolijk verder. De deelnemers nodigen elkaar nog uit voor aankomende projecten - onder andere een hoop live leesclubs - delen de laatste roddels en praten over eender welk onderwerp dat in hen opkomt. Langzaam nemen steeds meer mensen afscheid. Wie wil, zet de avond verder, wie door moet, ziet men graag de volgende keer terug.

De Leesclub is verre van een stijve club, maar wordt gekenmerkt door een ontspannen sfeer die wat aan een vriendenreünie doet denken. De Leesclub nodigt uit om theater, en bij uitbreiding theaterteksten, beter te leren kennen. Voor zowel leek als gevorderde theaterkenner is dit een amusante ervaring waarbij je jezelf even acteur kan wanen en kan genieten van een beetje theater vanuit je eigen living.

Wat is De Leesclu b

De Leesclub is een Facebookgroep op gericht door een groep theate rmakers/ acteurs/ schrijvers met als doel ‘Samen Toneel Le zen’. Voor corona waren dit fysieke bijeenkomsten, sin ds komen ze online sa maart me toch nog te kunnen n om zo genieten van theaterteksten . Iedereen kan deelnemen, al lezend of al luisterend. In same nwerking met het TheaterFestival en Literatuur Vlaanderen lezen ze de vier theaterstukken ge nomineerd voor de Toneelsch rijfprijs in het bijzijn van de sch rijvers (en eventueel spelers) . Op 29 augustus gingen ze van start met De Poolse Bruid va n Jibbe Willems. Daar na volgden nog Immens van Vince nt Valk en Casper Va van der ndeputte (2 september) en He rtenleer van Anna Carlier (5 sep tember). Op woensdag 9 septem ber tot slot staan nog Ode aa n Buldegart van Bastiaan Vand endriessche gepland. De winn aar van de prijs wordt op 10 september bekend gemaakt op het TheaterFestival, wa t u ook via livestream kan vo lgen.

?


club

7 sep 2020   9

De Leesclub / Wisper throwback

WISPER THROW BACK Acting under special circumstances…. …is what actors could experience for the last three days at the WISPER workshop. Its participants watched three festival performances. Afterwards they talked to the creators to get deeper insight into the plays. Then they analysed them and finally acted themselves, with methods from the performances. Participant Nora Laermans (36) was happy to finally watch theatre again after the long lockdown. The discussions with the creators greatly improved her experience. ‘It adds more layers’, she says. ‘Normally when you go to the theatre with friends, you talk about whether you liked it or not. But the discussions here gave me a deeper understanding of the plays’, says Nora. She acts at Salamie Improv, an improvisation comedy group in Ghent. Acting is her hobby and balances out her rather serious job as an auditor at the High Counsel of Justice. She has already followed numerous WISPER workshops. About this workshop she says: ‘Everyone in the group is very passionate about theatre so it is a really nice bunch of people who talk about something they love’. One of the plays she watched during the workshop was Realtime by Dries Gijsels which follows the story of a theatre director trying to create a show about time. The goal was not to remake the play but to apply its techniques in playful assignments. After watching the play, they explored the theme of being yourself on stage as opposed to performing a character. ‘Because if you want to evolve a character, you can start with yourself, or you can do something completely different’, Nora explains. As a first step, workshop teacher Eva De Mulder told the participants to put a chair on the stage as themselves in front of the rest of the class. The second step was to realise the audience while they do it. And finally, Eva said ‘Do the same thing but be someone completely different’. ‘Like a witch or a grumpy old man’, Nora recalls. This made her wonder: ‘Can you even be yourself when people are watching you?’ She came to the realisation that you’re always performing when you’re around other people. ‘As soon as you’re on stage, it’s impossible to just be yourself because you know that people are watching you’, she explains. ‘Even now us two are performing’, she notes. Through the methods of the workshop, not only her understanding of the plays but also her admiration for theatre as an artform grew immensely, she summarises. ‘When the creators talk about how they conceived their idea and how it grew and how all the different elements come together in this one play, you realise it’s such an art to make a good play!’, she explains enthusiastically. ‘You realise how much passion and effort they put into making it.’

© Julian Maiwald

Sophie Vondung


10   7 sep 2020

A Way of Seeing Rita Hoofwijk John Berger legt in ‘Ways of Seeing’ bloot dat het waar en wanneer we iets zien van invloed is op wat we zien. Voor het TheaterFestival bezoekt Rita Hoofwijk, zelf kunstenaar en verbonden aan SoAP Maastricht, vijf voorstellingen samen met een andere bezoeker en diens manier van kijken. Ze schrijft niet over de voorstelling zelf, wel over een deel van de context van het theaterbezoek.

A Way of Seeing / Uit de oude doos

Vandaag: Het dier, het dier en het beestje van Theater Artemis & Het Zuidelijk Toneel. Het is zondag. Het is middag, elf voor drie om precies te zijn. Ik sta in een rij voor de zaal van het Kaaitheater. Voor mij staat Nikolaj Spada (wiens leeftijd ik niet weet), samen met Marie-Lou (7), Babette (5) en hun oma (wiens naam en leeftijd ik niet weet). Eergisteren bood een collega van Nikolaj plotseling vier kaartjes voor de voorstelling aan. De collega heeft zelf ook kinderen, maar die waren net wat te oud voor de voorstelling en hadden dus niet zo’n zin. De kinderen van Nikolaj zijn dan weer wat te jong (de voorstelling is 8+), maar voor de oudste zal het zeker wel gaan en de jongste kan meekijken met haar grote zus, vertelt hij. Marie-Lou en Babette hebben nog een zusje, maar zij is echt te jong en is dus thuisgebleven. Ze weten nog niet zoveel over de voorstelling of het gezelschap. Nikolaj leest sowieso niet graag vooraf over wat hij gaat zien, ook van een film bekijkt hij nooit de trailer. Hij weet eigenlijk alleen dat het iets met dieren te maken heeft. Ik vraag wat ze vandaag gedaan hebben voor ze hier naartoe kwamen, of ze al veel ondernomen hebben of dat het een rustige zondag was. Hij haalt zijn wenkbrauwen op (één van de gezichtsuitdrukkingen die wel nog goed te signaleren is onder het dragen van een mondmasker), ‘zijn zondagen ooit rustig?’ Met drie jonge kinderen zijn ze vaak in een ‘thuiscocon’, zegt hij. Niettemin reden ze vandaag vanuit Antwerpen speciaal naar Brussel. Meteen ook één van de redenen waarom de oudste zus er zin in heeft: ‘de

Het TheaterFestival bestaat 30 jaar! Elke dag diepen we een voorstelling die ooit werd geselecteerd op uit het rijke archief.

voorstelling is in Brussel’. Nikolaj zelf heeft er ook vertrouwen in dat het leuk zal zijn. Het enige dat hij niet hoopt is dat je na tien minuten eigenlijk al kunt voorspellen hoe het verder gaat. We zijn bij de ingang. De overgenomen tickets worden op de telefoon van Nikolaj gescand. Vier kaartjes, vier keer een geluid van het scanapparaat ter bevestiging. In de zaal blijkt het nieuwe plaatsnemen vandaag voor velen moeilijker. Het is gek om als kind zo ver van je ouders te zitten of het is gek om als ouder zo ver van je kinderen te zitten, telkens met één stoel ertussen. Babette kruipt na een paar minuten op schoot bij haar vader. Sommige kinderen houden de handen van hun ouders vast over de lege stoelen heen. Nikolaj maakt nog een foto van zijn dochters. Dan wordt het donker.

- We zien Het dier, het dier en het beestje – Het is 16:37. We staan vlakbij de ingang

van het gebouw, waar we iets meer dan anderhalf uur geleden gelijktijdig binnenkwamen. Ik kijk naar Marie-Lou en Babette. Ze lijken vooral te willen bewegen nu en rennen van buiten naar binnen naar buiten. Nikolaj is in een andere stemming. Hij voelt zich ietwat melancholisch en aangesproken door de voorstelling, onverwacht misschien meer nog dan zijn dochters. Ik zie hem naar ze kijken terwijl we praten. Zij willen rennen, zij willen verder, en hij wil bij ze zijn. Ik begrijp het. Rustige zondagen bestaan niet. We nemen afscheid. Marie-Lou en Babette zwaaien naar ‘de mevrouw’. De mevrouw zwaait terug.

Wintervögelchen, Jan Decorte / Bloet vzw & Compagnie Marius Geselecteerd in 2009. ‘Onbevangen en met een ongetemd enthousiasme vuren ze (de spelers) Decortes onweerstaanbare tekst op je af. Daar zitten parels van zinnen in... Een voorstelling met een hoge aaibaarheidsfactor. Beminnelijk in haar naïviteit’ (De Standaard) ‘Dat het succes van Jan Decorte niet alleen aan zijn onschatbare waarde als theatermaker in het verleden ligt, bewees hij gisteren met Wintervögelchen’ (Klara) ‘Herboren Jan Decorte knoopt met Wintervögelchen opnieuw aan bij zijn voorliefde voor Shakespeare’ (De Morgen) ‘Ja dit feestelijk werk is een subliem kerstgeschenk vol gefluit en gewauwel, gruwel, waanzin en liefde. In Wintervögelchen wordt inderdaad veel gefloten, maar de echte vogels blijven afwezig, zoals voor Hölderlin de goden’ (Matti Brouns)

© Danny Willems


Kruiswoordraadsel 30 jaar TheaterFestival 1

2

3

4 5 6 7

8

9

Horizontaal

peare tragedie over leven of dood is stuk2.op HetShakespeare TheaterFestival. Deze tragedie over leven of geen onbekend stuk op het it mistdood er inisde titel van dit toneelstuk TheaterFestival. igone uit 1998: 'Ge moet niet per se ... om te weten DAT DAT ongelooflijk 5. Welk stuk fruit mist er in de titel van dit toneelstuk van Theater Antigone uit 1998: Ge Theater moet nietdeze per se ... gegeten hebben om aalde Ro bekende roman te weten DAT DAT ongelooflijk lekker is. tot een theatervoorstelling.

hrijfster is men dit jaar opnieuw bang? 7. In 2006 vertaalde Ro Theater deze bekende roman van Bernlef tot een theatervoorstelling. 9. Van welke schrijfster is men dit jaar opnieuw bang?

Verticaal Verticaal

1. Volgens Tony Kushner zijn er '... in Am

3. Welke gingzijn volgens Tijd in 199 1. Volgens Tonyboot Kushner er ... in De America.

ten onder? 'De ondergang van de ...' 3. Welke boot ging volgenstoneelschrijver De Tijd in 1994 nog 4. Welke Russische is met eens ten onder? De ondergang van de ... 'De Meeuw', 'Platonov' en 'Oom Wanja' e waarde op Het TheaterFestival? 4. Welke Russische toneelschrijver is met 6. Vulals deDe titel van dit theaterstuk stukken Meeuw, Platonov en uit 201 Oom eennaam vaste van waarde het theaters aanWanja met de een op Ierse TheaterFestival? Boulevard'

welke ginguit het in het 6. Vul8.deOver titel van ditkoning theaterstuk 2016 vantone Drei' van Olympique Dramatique en De Koe aan met de naam van een Ierse het T theaterschrijver: ... Boulevard. 8. Over welke koning ging het in het toneel stuk Risjaar Drei van Olympique Dramatique en Toneelhuis?


Lees de artikels uit deze festivalkrant en andere artikels op theaterfestival.be/blog en discussieer mee via #HTF20! f Het TheaterFestival t @theaterfestiva1 hettheaterfestival

Scan deze QR code en beluister de podcasts over het Theater-Festival van XL AIR

Over 30 jaar Het eerste TheaterFestival vond 30 jaar geleden plaats. Wij blikken vooruit met jonge makers die toen nog in de luiers zaten of niet geboren waren. Hoe zal het theater er volgens hen uitzien in 2050? Vandaag: Emma Lesuis, schrijver, theateren documentairemaker. ‘In januari stelde iemand me al de vraag of theater in de toekomst nog zal bestaan. Toen vond ik het een bizarre vraag waar ik om moest lachen, maar sinds de coronacrisis is het een vraag waar ik gedwongen word vaker over na te denken. Ik ben nu wel zeker dat theater nog zal bestaan, ook binnen 30 jaar. Verbeelding is al van jongs af aan eigen aan mensen, net als de grote behoefte om samen te komen. Films en andere digitale media kunnen het magische aspect van het theater niet volledig vervangen, daarvoor zijn fysieke mensen nodig.’ ‘Volgens mij zal de vorm van theater erg veranderen. De focus zal hopelijk meer komen te liggen op verhalen vertellen dan op spelen. Er zal meer ruimte zijn voor spoken word, het alledaagse, documentaire en futuristische verhalen. De inhoud verandert dus, maar de samenkomst zal blijven.’ ‘Over 30 jaar moet theater van jongs af aan gefaciliteerd worden. In veel andere culturen, bijvoorbeeld in Arabische landen, zit de vertelcultuur volledig ingebakken. Hier zijn er voortdurend discussies over de waarde van kunst. Dat vind ik triest. Ik hoop dat dit binnen 30 jaar anders is.’ ‘Mensen van jong af aan meenemen in het theater hoeft niet per se op de klassieke manier. De definitie theater kan erg veranderen en eerder associatief geïnterpreteerd worden. Alle jongeren moeten hun ei kwijt kunnen in het theater. Alle vormen van vermaak waarbij er een samenkomst is, waar mensen over kunnen nadenken en andere inzichten hebben, zullen theater zijn.’

tickets en info: theaterfestival.be

Kate Dejonckheere

ma 7 september

di 8 september

15u00 Who’s Afraid Of Virginia Woolf • WOLF WOLF • 19u00 Kaaitheater 20u00 Oorlog en Vrede • Florian Myjer & Kim Karssen / Frascati Producties • BRONKS

19u00 De toekomst van het Kunstendecreet • Kunstenpunt & Het TheaterFestival • KVS Box + Livestream 20u00 Oorlog en Vrede • Florian Myjer & Kim Karssen / Frascati Producties • BRONKS 20u00 Happiness • Camping Sunset • De Wasserij Gent 20u30 Dagboek van een leeg bed • Mokhallad Rasem / Toneelhuis • Kaaitheater

doorlopend Het TheaterFestival Zomerbar • Kaaitheater Misconnected • Kyoko Scholiers • Kaaitheater MASS #2 • Kris Verdonck / A Two Dogs Company • Kaaitheater

redactie Eva Vanderstricht, Johannes Lievens, Liam Rees, Ans Van Gasse, Evelien Van Houdt, Jasper Delva, Marie Neefs, Hannah Lyssens, Liselotte Degroote, Kate Dejonckheere, Katrijn Bekers, Rojda Gülüzar Karakus, Sophie Vondung, Nina Cools, Rita Hoofwijk hoofdredactie Filip Tielens grafisch ontwerp festival Bureau BoschBerg grafisch zetwerk dagkrant Tijsje Revalk V.U het TheaterFestival Vlaanderen, Kathleen Treier, Jan Van Rijswijcklaan 155, 2018 Antwerpen XL AIR: Jeroen Vandesande en Lieve De Maeyer

theaterfestival.be/blog


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.