Dagkrant 9/9/2014

Page 1

dinsdag 9 september 2014

Heimat

Freek Vielen, Rebekka de Wit, Tom Struyf, Suzanne Grotenhuis en Harald Austbø / detheatermaker

Š Alexander Daems


Rebekka De Wit Suzanne Grotenhuis

Heimat is een voorstelling gemaakt door vijf jonge mensen die zich afvragen of ze iets kunnen leren Heimat van vorige generaties. Schrijver Rebekka De Wit en regisseur Freek Vielen stelden een vragenlijst op waarmee zijzelf en de andere spelers (Tom Struyf, Suzanne Grotenhuis en Harald Austbø) naar hun ouders en grootouders trokken. Met vragen zoals “waar heb je spijt van?” of “wat heeft de liefde je geleerd?” gingen ze de zware thema’s niet uit de weg.

— Stefan Moens en Filip Tielens

“Het is een taboe in onze generatie om toe te geven dat je foute keuzes hebt gemaakt”

2

Jullie gaan met grote levensvragen over geluk en spijt te rade bij vorige generaties, maar kan je van vorige generaties überhaupt iets leren? Moet niet elke generatie gewoon leren van haar eigen stommiteiten? Suzanne Grotenhuis: “Ik denk dat we zeker iets van vorige generaties kunnen leren. Hoe we de maatschappij organiseren moeten we zelf met vallen en opstaan uitzoeken, maar als het gaat over liefhebben, kunnen we wel degelijk lessen trekken uit hoe je ouders elkaar graag zien en hoe ze jou graag zien. De invloed die je ouders op je leven hebben, is altijd heel duidelijk aanwezig in je, ook als je dat niet zou willen.” Rebekka De Wit: “Het is niet zo dat we echt op zoek waren naar concrete tips die we zelf konden gebruiken. We waren vooral nieuwsgierig naar wat zij van hun leven gemaakt hebben en welke tips ze ons zouden kunnen geven. Voordat we aan de voorbereiding van Heimat begonnen, had ik nog nooit zulke gesprekken gehad met mijn vader of grootouders.” Zijn er antwoorden die vaak terugkwamen in de verschillende gesprekken? Rebekka: “Velen vonden dat ze te hard gewerkt hadden in hun leven. “Hoe komt dat dan toch?”, vroeg ik me af.

Mijn vader vindt familie erg belangrijk, maar heeft toch zijn hele leven lang hard gewerkt en weinig tijd voor ons gehad. Zelf geloofde ik in het idee dat je eerst jezelf moet liefhebben alvorens je een ander graag kan zien, maar mijn vader vertelde me in het interview helemaal het tegenovergestelde: door de liefde voor zijn vrouw had hij geleerd om van zichzelf te houden. Dat vind ik best een grappige omkering en eigenlijk ook een openbaring, want mijn vader is best wel een autoritaire man. Het meest opvallend vond ik hoe mensen zich van hun meest kwetsbare kant durven laten zien in zo’n interviews. Je kan aan mensen onmogelijke vragen stellen en toch gaven ze er – soms onbedoeld – ontzettend mooie antwoorden op. Toen ik mijn oma vroeg of ze ergens spijt van had, zei ze droogweg: ‘Vroeger werd er niet zo veel gepraat.’ Dat vond ik zo’n mooi antwoord. Als je minder keuzes hebt, zoals zij vroeger, dan valt er natuurlijk ook minder te praten. Op een ander moment vond ze bijvoorbeeld dat ze ‘te netjes’ had geleefd en te veel opruimde. Dat is toch een heel mooi, grappig antwoord? Ik denk dat weinig mensen echt durven toegeven dat ze ergens spijt van hebben. Spijt is in onze generatie een taboe. Toegeven dat je foute keuzes hebt gemaakt, wordt niet geaccepteerd.”

Klopt het dat de jonge generatie meer wil dan vorige generaties en daarom ook sneller ontevreden is? Suzanne: “De wereld van onze ouders en grootouders was natuurlijk iets kleiner. Dan heb je gemakkelijker een doel om op te richten in je leven. Wij hebben tegenwoordig zoveel mogelijkheden, dat is een verpletterende veelheid.” Rebekka: “Ja, die keuzemogelijkheden leiden bij ons vaak tot keuzestress. Mijn oma was best wel jaloers op onze generatie want in haar tijd was de enige optie snel trouwen en kinderen krijgen. Zij heeft het gevoel dat ze in de verkeerde tijd heeft geleefd!” Hoe reageerden je ouders en grootouders op jullie vragen? Waren ze niet te terughoudend? Suzanne: “Tijdens het gesprek stelden ze zich helemaal open. Ik had hen de vragen niet op voorhand opgestuurd. Mijn moeder heeft geen affiniteit met theater, maar ze was wel mee met het onderzoek dat we wilden voeren.” Rebekka: “Dit project heeft wel wat in beweging gezet. Mijn vader belde me vroeger nooit, maar na de première heeft hij me drie maanden elke dag gebeld!” Suzanne: “Die diepte-interviews vonden we echt fantastisch. Wanneer heb je als dochter eens de kans om je


ouders zulke pertinente vragen te stellen? Dit was echt een once in a lifetime experience. Veel mensen komen ons na de voorstelling vertellen dat dit vragen zijn die ze dringend ook eens aan hun ouders moeten stellen.” Hoe vermijd je de valkuil van het melige of clichématige? Sommige toeschouwers gaven aan dat ze de voorstelling op bepaalde punten wat sentimenteel vinden. Rebekka: “De voorstelling zit op een gevaarlijk snijvlak, maar zo lang we aan de goede kant van de lijn blijven, is dat sentiment geen probleem. We nemen natuurlijk wel een risico. Mensen zijn tegenwoordig al snel bang voor sentiment. Voor sommige toeschouwers gaat het er misschien wat over. Maar dat is een risico dat we niet willen vermijden.” Suzanne: “Je zou kunnen kiezen om ironie aan de voorstelling toe te voegen, maar het gaat tenslotte over liefde, leven en geluk. En over supersympathieke oma’s (lacht). Regisseur Freek Vielen koos ervoor om dit niet te doen. Het is toch gek dat we bang zouden moeten zijn om het over essentiële zaken te hebben? Het is ook een kunst om deze thema’s gewoon te formuleren zoals ze zijn, zonder franjes of ironie.” Rebekka: “Ik denk dat we in een tijd leven waarin er best veel ironie is. Daar valt ook niet zo gemakkelijk aan te ontsnappen. Enerzijds hebben we nood aan grote verhalen, maar anderzijds ben ik die meteen weer aan het deconstrueren. Heel dubbel allemaal. Wanneer ik naar de Zomergastenaflevering met David Van Reybroeck kijk, vind ik wat hij zegt allemaal zo ernstig, er is helemaal geen tijd voor enige relativering – hoe boeiend het ook is wat hij allemaal vertelt.” Zou je Heimat ook vijf jaar geleden gemaakt kunnen hebben of is het een typische voorstelling voor bijnadertigers? Rebekka: “We hadden het verlangen om een voorstelling te maken waarna je denkt ‘shit, ik moet dringend aan mijn leven beginnen’. En naakt in de zee moet gaan zwemmen ofzo, omdat dat toch een symbool is van iets dat je altijd maar uitstelt. Als je dertig wordt, ben je hier meer mee bezig dan wanneer je twintig bent en je nog heel veel richtingen uit kan.”

3

Beschouwen jullie theater maken als hard labeur? Suzanne: “Ik kan wel doodop zijn wanneer ik lange dagen moet draaien en op zich vind ik het wel hard werken,

maar omdat ik mijn werk zo graag doe, denk ik niet dat ik er een burn-out van zou kunnen krijgen. Stel dat je een artistiek leider van een groot gezelschap bent en drie voorstellingen op een jaar moet maken en subsidie­ dossiers moet schrijven, dan kan ik me dat wel inbeelden.” Rebekka: “Ik hoorde onlangs iemand zeggen dat mensen die heel erg houden van hun werk, sneller een burnout kunnen hebben. Net omdat ze zo hard moeten werken, gaan ze plots niet meer houden van het werk dat ze zo graag doen en vallen ze in een gat.” Suzanne: “Mijn agenda heeft gelukkig geen monotoon ritme dat maar door en door gaat.” Rebekka: “Soms plan ik voor mezelf wel een vakantie wanneer ik heel hard gewerkt heb en dan tel ik de dagen af tot het zo ver is.” In het interview dat we met Freek hadden voor de eerste dagkrant,

vertelde hij al over Heimat 2, het vervolg op deze eerste voorstelling. Waarover zou die gaan? Suzanne: “We zullen zeker niet meer te rade gaan bij onze familie zoals in dit project (lacht). We willen het graag hebben over de ontwortelde samenleving waarin we momenteel leven. Heimat 2 zal dus niet over onze familiale afkomst zijn, maar wel over een plek waar we ons thuisvoelen en waar onze roots liggen – zonder dat we hiermee een specifiek land bedoelen. We denken aan een roadmovie, waarbij we onderzoeken wat het is om op een bepaalde plek te leven. Momenteel hebben we hiervoor Denemarken in gedachten. We zullen niet meteen personages gaan spelen, maar opnieuw als onszelf op het podium staan.”


Marjolijn van Heemstra

Marjolijn van Heemstra is, zoals ze in Nederland Garry Davis zeggen, een ‘manusje van alles’. Ze studeerde gods­dienst­­wetenschappen in Amsterdam en is theatermaker bij het Ro Theater in Rotterdam. Daarnaast is ze als auteur ook verbonden aan uitgeverij de Bezige Bij, schrijft ze als journaliste voor het dagblad Trouw en schreef ze reeds twee dichtbundels en een roman. Met de voorstelling Garry Davis is ze geselecteerd voor Het Theaterfestival in Vlaanderen.

— Mitch Van Landeghem

“Ik ben geen activist, ik doe gewoon mijn werk” Bij productiehuis Frascati in Am­ster­ dam maakte van Heemstra een trilogie waarvan Garry Davis het laatste deel is. De andere twee producties heten Family ’81 en Mahabharata. Wanneer ik Marjolijn vraag wat deze drie voorstellingen met elkaar verbindt, antwoordt ze: “Ik zat heel erg met de vraag hoe je omgaat met globalisering en dan vooral met de grenzen die steeds minder belangrijk worden – althans vanuit mijn positie als welvarende blanke vrouw met een Nederlands paspoort.”

Naïef In Garry Davis, de voorstelling die werd geselecteerd voor Het Theaterfestival, vertelt Marjolijn over haar ontmoeting met de legendarische acteur Garry Davis. Nadat hij in de Tweede Wereldoorlog had gevochten, verscheurde hij zijn Amerikaans paspoort

om aan te tonen dat hij met dat gedoe niets meer te maken wilde hebben. Hij riep zichzelf uit tot de eerste wereldburger. “De droom dat niemand nog in zo’n systeem zou moeten mee­draaien was in die tijd heel gangbaar,” zo vertelt Marjolijn. “Eind jaren veer­ tig, begin jaren vijftig kwamen er heel wat grote bewegingen op gang die over de grenzen heen gingen, zoals bijvoorbeeld de Universele verklaring van de rechten van de mens en de oprichting van de Verenigde Naties. Ik ontmoette Garry Davis drie jaar geleden in Amerika. De voorstelling die ik daarna maakte is bijna een verslag van die ontmoeting en wat die met mij gedaan heeft. Hiermee sluit ik mijn trilogie af waarin ik op zoek ging naar de vraag hoe je omgaat met globalisering. Pas nu, vier jaar nadat ik aan de trilogie begon, merk ik dat ik toen veel naïever was. In mijn eerste project ging ik mensen opzoeken die op dezelfde dag

zijn geboren als ik op een andere plek in de wereld. Dat was zo’n gaaf project! Maar ik begon er heel onbevangen aan en liep ook al meteen tegen heel complexe zaken aan als wereldburgerschap en verbondenheid.”

Verschillende gezichten Marjolijn studeerde godsdienstwetenschappen, maar dat heeft naar eigen zeggen weinig te maken met haar leven als theatermaker. “Het is niet zo dat ik als ‘godsdienstwetenschapper’ op de scène sta.” Het zorgde wel voor inspiratie, zoals bijvoorbeeld te merken is in de titel van haar eerste dichtbundel Als Mozes had doorgevraagd. Ook de journaliste in Marjolijn is een totaal andere persoon dan wie we in Garry Davis op de vloer zien staan. “Ik kan mezelf niet labelen als ‘vooral journaliste’ of ‘eerder auteur dan theater­

© Leo van Velzen

4


maker’. Ik ben gewoon één persoon die al deze aspecten in zich draagt.” Ook al kaart ze maatschappelijke problemen aan, Marjolijn beschouwt zichzelf niet als activist: “Wanneer ben je een activist? In principe is dit gewoon mijn werk, ik word ervoor betaald. Ik denk dat je een activist bent als je allerlei dingen als vrijwilliger gaat doen. Ik gebruik mijn werk om me te verdiepen in dingen die ik belangrijk vind en die me interesseren, om ze vervolgens te bespreken. Dat maakt mijn werk ook zo leuk: een actievoerder doet dat allemaal voor niets. Soms denk ik wel: gedraag ik mezelf nu niet een beetje als een activist? Maar dat is eigenlijk louter omdat ik het als theatermaker heb over onderwerpen die me heel erg aangaan.”

Kritiek Op Marjolijns jongste voorstelling Hollandse luchten I: Jeremia kwam heel wat kritiek. In deze voorstelling ging ze samen met Sadettin Kirmiziyüz op zoek naar de grenzen van de meningsuiting. Hoe hard zijn de politieke meningen in Nederland verschoven in vergelijking met het Nederland van dertig jaar geleden? Zo was het maatschappelijk verzet tegen fractievoorzitter Hans Janmaat in die tijd bijvoorbeeld veel groter dan het verzet tegen politicus Geert Wilders nu. Via deze voorstelling zetten Marjolijn en Sadettin een theorie uit waarin een radicale nuancering centraal staat. Ze tonen hoe meningen herzien kunnen worden door alles goed af te wegen en van verschillende kanten te bekijken. Dat je jezelf niet mag afsluiten van de argumentatie van de ander, enkel om

niet van je eigen mening te moeten wijken of die te moeten nuanceren. Ze stellen hun idee voor aan de hand van de geschiedenis van Wil Schuurman (de secretaresse van Hans Janmaat, die bij een confrontatie met linkse activisten een been verloor). In de voorstelling tonen ze dat iemand die een extreemrechtse feeks lijkt te zijn, in werkelijkheid een heel zachtaardige vrouw kan zijn. Verschillende bloggers klaagden dat de makers van Hollandse luchten I: Jeremia geen kant kozen. Andere critici reageerden vervolgens op deze kritiek dat het voor de makers helemaal niet de bedoeling was om partij te kiezen, maar net te laten zien dat je de politiek eerst in een ander daglicht moet stellen voor je een mening gaat verkondigen. Marjolijn begrijpt die heisa wel: “Het is gewoon een heel moeilijk onderwerp. Je moet je er heel precies over uitspreken. Maar dat wil niet zeggen dat ik nu voorzichtiger te werk zal gaan.” Marjolijn deinst er niet voor terug om taboes aan te kaarten. Op 28 september gaat haar nieuwe voorstelling Als ik de liefde niet heb in première in het Ro Theater in Rotterdam. Priester Remy Jacobs benaderde Marjolijn met het voorstel een voorstelling te maken over het misbruik binnen de kerk, hoewel de voorstelling volgens Marjolijn over veel meer gaat dan dat: “Het gaat over systemen en hoe mensen daarin meegaan. Over hoe mensen zwijgen om door te kunnen blijven gaan. Het is geen gezellig onderwerp, ik vraag me zeker af of mensen hier gehoor aan willen bieden of niet.”

Druk Dat Marjolijn over een goedgevulde agenda beschikt, daar twijfelt niemand aan. Naast de voorstelling Garry Davis op Het Theaterfestival werd Hollandse luchten I: Jeremia geselecteerd voor het Nederlands Theater Festival, dat op hetzelfde moment plaatsvindt als de Vlaamse versie. Daar komt nog bij dat Marjolijn twee weken voor de première van haar nieuwe voorstelling staat en nu dus druk repeteert. “Het wordt nu allemaal wel wat te veel en dat is niet zo leuk. Ik vind deze periode veel te hectisch, maar dat gaat natuurlijk wel weer voorbij. Je weet op voorhand niet dat je met zoveel dingen en zulke grote afstanden rekening moet houden. Ik ben zelf ook nog helemaal niet op het Nederlands Theater Festival geweest en ga ook in België helemaal niets kunnen zien. We moeten vroeg vertrekken want de dag nadat ik Garry Davis in Antwerpen speel, hebben we al een voorstelling van Hollandse Luchten I: Jeremia in Amsterdam. Ik vind het heel jammer dat ik niet een paar dagen kan blijven en wat mensen kan ontmoeten, maar dat is gewoonweg niet te doen.” In België klinkt de naam Marjolijn van Heemstra – nog – niet bekend in de oren. Daar hoopt ze snel verandering in te brengen: “Ik vind het grappig dat Nederland en België zo’n gescheiden werelden lijken. Het is vreemd hoe iets dat zo dichtbij is toch zo ver weg kan voelen.” Dit interview vond telefonisch plaats vanuit loge 10 in deSingel en de Nederlandse trein van Marjolijn die net in een tunnel reed. Altijd onderweg, die Marjolijn.

© Leo van Velzen

5


Jeffrey Meulman

Tijdens Het Theaterfestival vindt ook in Nederland het Nederlands Theater Festival plaats. Jeffrey Nederlands Theater Meulman, festivaldirecteur in Nederland, benadrukt Festival het belang van beide festivals: “Als theaterfestival hebben wij een duidelijke gidsfunctie, niet alleen voor programmatoren en een gespecialiseerd publiek, maar zeker ook voor een algemeen publiek dat anders door de bomen het bos misschien niet meer ziet.”

6

De Staat Van Het Theater, te vergelijken met onze State of the Union, werd bij jullie uitgesproken door de Duitse schrijver en dramaturg Thomas Oberender. Welke boodschap kunnen we uit zijn speech meenemen? Jeffrey Meulman: “Thomas Oberender bedankte de Nederlanders voor hun invloed op het Europese theater en toonde ook de invloed aan van het Nederlandse theater op het Duitse theater. Bovendien wilde hij benadrukken dat het Duitse model van grote stadstheaters die repertoire brengen, waar de Nederlanders naar opkijken, niet noodzakelijk het ideale model is. De Duitsers hebben net heel veel te danken aan het Nederlandse model waarin de notie van theater voortdurend bevraagd wordt. Daarom begrijpt hij ook niet dat de politiek zo onzorgvuldig omspringt met het Nederlandse theater.” Nadien hebben jullie ook onmiddellijk een interactief nagesprek Na De Staat. “Inderdaad. Dat is een nieuw onderdeel in onze programmatie. Het is een discussieprogramma waarin we reflecteren op De Staat Van Het Theater. Een aantal gasten krijgen dan op voorhand De Staat al doorgestuurd en gaan het gesprek aan met elkaar en met het publiek. De gemoederen liepen best wel hoog op, maar wij vinden het juist prettig dat er gediscussieerd kan worden over theater. Zo’n pittige discussie hebben we liever dan de gebruikelijke gematigde discussies die anders in de media getoond worden. Wij willen daarom ook bewust steeds meer een platform zijn voor verdieping, reflectie en discussie. Onze randprogrammatie bevat op dit moment dan ook veel

meer onderdelen met diepte-interviews en debatten dan ooit tevoren.” Jullie hadden ook het opmerkelijke debat Sterrenstof waarin het toekennen van ‘sterren’ door de pers onder de loep genomen werd. “Sterrenstof was echt een geslaagd debat dat door de meeste theatercritici ook bijgewoond werd. De meningen van enerzijds de krantenredacties en anderzijds de artiesten stonden duidelijk haaks op elkaar. De theatermakers hadden het best moeilijk met die sterren, terwijl de redacteurs het slechts beschreven als een middel om het publiek de artikels te laten lezen. Eens ze het artikel lezen doen die ongenuanceerde sterren er niet meer toe en lezen ze in het artikel wel de genuanceerde mening over de voorstelling. Het probleem met deze redenering is echter dat de meest gelezen artikels die zijn met slechts één of vijf sterren. Terwijl uit onderzoek bleek dat de overgrote meerderheid drie sterren toegekend krijgt. Worden al die artikels dan gewoon niet gelezen? Dan kan je je inderdaad afvragen of die sterren nog wel zin hebben.” Uit jullie selectie koos onze jury ook Met mijn vader in bed (wegens omstandigheden) en Achterkant. Jullie openden het Nederlands Theater Festival met tauberbach. “De voorstelling tauberbach werd niet alleen geselecteerd voor Het Theaterfestival in Vlaanderen, maar ook voor het Theatertreffen in Berlijn. Aangezien de Duitse Thomas Oberender het Nederlands Theater Festival opende, vond ik tauberbach het perfecte voorbeeld van een internationale co-productie om het festival mee te openen. Het was ook een enorm

© DigiDaan

— Rini Vyncke

Allo Holland Allo?!

succes. Dat er verder weinig voorstellingen van de Vlaamse selectie bij ons op de planken staan, heeft hoofdzakelijk praktische redenen, zoals de beschikbaarheid van spelers. Dat neemt niet weg dat wij heel graag de samenwerking met Het Theaterfestival in Vlaanderen willen versterken.” Heb je een bepaalde visie over hoe je dat graag verwezenlijkt zou willen zien? “We merken dat het Nederlandse theater in Vlaanderen en omgekeerd ook het Vlaamse theater in Nederland steeds meer in de marge verdwijnen, tenzij het om co-producties gaat. Het Duitse Theatertreffen daarentegen concentreert zich heel duidelijk op een taalgebied in plaats van op een land. Naast Duitsland bestrijkt het namelijk ook Oostenrijk en Zwitserland. Dat zou ik ook graag willen bereiken met Nederland en Vlaanderen.”


Michiel Van Cauwelaert

U bezocht het festivalcentrum, werd totaal van uw sokken geblazen door de vernuftige inrichting (die Festivalcentrum letters! die lampionnetjes! die met oude affiches Jury beklede tafels!) en wil weten wie hierachter zit? Het brein achter deze vormgeving is scenograaf Michiel Van Cauwelaert. Afgelopen jaar zat hij ook in de jury van Het Theaterfestival en dat heeft duidelijk wat teweeggebracht bij hem. Een impressie.

— Marijke Van Geel

Hulde aan het publiek “Ik heb vaak gedacht dat theater niet gemaakt is om vier keer per week naar te gaan kijken omdat het iedere keer toch weer een belevenis is. Ik ben een intuïtieve kijker die geen voorstudies of analyses maakt van wat hij gaat zien, maar laat alles liever op me afkomen. Als je dan iedere avond naar theater gaat, vreet dat aan je. De overkill loert om de hoek, en dat is niet de bedoeling. Zo ben ik na het bekendmaken van de selectie al twee maanden niet meer naar het theater geweest.” Zorgt theater ervoor dat je meer inzicht krijgt in wat er gebeurt in de wereld? “Ik hou van theater dat thema’s aanraakt en waar je linken kan zien met wat er vandaag aan het gebeuren is. Maar theater moet absoluut niets. Er is geen formule om een goede voorstel-

ling te maken. Voor de selectie zochten we echt naar voorstellingen die er bovenuit staken. De ene keer is dat heel beeldend, de andere keer tekstgericht, nog een andere keer komt dat vooral door het geweldige spel.” “Naast het maken van notities tijdens de voorstellingen, maakte ik ook aantekeningen van dingen die rondom mij gebeurden voor ik binnenging. Het wachten aan de kassa, het aanschuiven, het vragen naar de tickets, de wolk van parfum die in de chiquere zalen hangt, de dametjes die naar de vestiaire moeten, de zenuwachtigheid voor de deuren opengaan, mensen die absoluut genummerde plekken willen of op de eerste rij willen zitten als het niet genummerd is… zaken die ik allemaal even fascinerend vind als de vertoning zelf. Natuurlijk gaat het voor de selectie van Het Theaterfestival

vooral over de voorstellingen zelf, maar theater leeft alleen maar dankzij een publiek. Daar mogen we ook wel eens hulde aan brengen. Het is heel fijn om van het ene naar het andere cultuurcentrum te gaan in Vlaanderen en Nederland en overal vast te stellen dat er veel volk opdraaft. Er is absoluut nog publiek te vinden voor de podiumkunsten. Dat heeft zeker veel te maken met de ongelofelijke rijkdom van ons theaterlandschap.” Mis je voorstellingen in de selectie? “Crashtest Ibsen II: Volksvijand van Sarah Moeremans bij het Noord-Nederlands Toneel was grandioos qua energie. Ze neemt oude teksten onder de loep en onderzoekt wat er hedendaags aan is. De spelers schakelen onwaarschijnlijk snel, waardoor je echt in een rollercoaster terechtkomt.” © Liese Lattrez

7


Thomas Bellinck

Domo de Europa Historio en Ekzilo (“Huis van de Europese Geschiedenis in Ballingschap”), het bijzondere project van Domo de Europa Historio en Ekzilo theatermaker Thomas Bellinck, kon helaas niet hernomen worden op Het Theaterfestival wegens te groot om voor enkele dagen op te bouwen. Bellinck ontwierp een labyrintische tocht die aan de hand van allerlei voorwerpen het Europa van de toekomst verbeeldt. In deze rubriek bespreken we telkens een voorwerp uit de expo. Komen vandaag aan bod... © Didi Sattman

— Stefan Moens

De gouden dageraad van het nationalisme

8

Thomas Bellinck: “De vlag van de Griekse extreemrechtse partij Gouden Dageraad hangt in de ruimte die we de ‘terugkeer van het verleden’ hebben genoemd. Gouden Dageraad is een openlijk antisemitische, extreemrechtse partij die democratisch verkozen leden heeft in het Griekse parlement en sinds kort ook drie vertegenwoordigers naar het Europees Parlement mag sturen. Hun vertegenwoordigers deinzen er niet voor terug om in en buiten het Griekse parlement eerder hun vuisten dan argumenten te gebruiken.” “De vlag van Gouden Dageraad kan je bestellen via websites die allerlei extreemrechtse parafernalia verkopen. Hij bestaat uit een zwarte meander, een typisch Hellenistisch decoratief element, wit omrand op een rood veld. Qua stijl en kleurschema is dat een niet mis te begrijpen referentie aan de vlag van de NSDAP. Men zegt dan vrij snel, als het over zulke partijen gaat, dat we geen historische parallellen mogen trekken, dat elke vergelijking met de jaren 1930 overdreven is, maar – laten we wel wezen – het is de partij zelf die die vlag ontworpen heeft en de Hitlergroet brengt. Ik denk dan ook aan Jobbik, de Hongaarse extreemrechtse partij, die in haar symboliek verwijst naar de Pijlkruisers uit de Tweede Wereldoorlog. Kan je je voorstellen dat Jobbikaanhangers in de straten van Budapest paraderen met zakjes aarde rond hun nek. En het ergste is dan nog dat sommige van hun manifestaties bijgewoond worden door de centrumrechtse partijen…” “Ik vind het beangstigend dat leden van dergelijke partijen democratisch verkozen worden. Ik vind het altijd moeilijk om in te schatten in hoeverre een cordon sanitaire een oplossing is. Vaak komt het na verloop van tijd toch tot een uitbarsting omdat dergelijke partijen ondanks zo’n cordon alsmaar groter worden en hun programmastandpunten door andere partijen overgenomen worden. “In de zaal in mijn expo waarin de vlag van Gouden Dageraad hangt, blikken we vanuit de toekomst terug op een periode waarin angst opnieuw de kop opsteekt als een belangrijke motor in de politiek. Eén van de oorspronkelijke drijfveren van project Europa was komaf maken met het nationalisme, maar vandaag zijn extremisme, nationalisme,

separatisme, … terug van weggeweest. Zo bekleedt ook het komende referendum over Schotse onafhankelijkheid een prominente plaats in het museum. Natuurlijk wil ik separatisme niet automatisch koppelen aan rechts-extremisme: ik kan mij voorstellen dat separatisme perfect gegrond is binnen een bevrijdingsstrijd. Wanneer een bepaald deel van een bevolking gediscrimineerd wordt, dan kan zo’n afscheidingsbeweging een legitieme oplossing zijn voor die onderdrukking. Maar er komt meestal een moment waarop die beweging zijn einddoel heeft bereikt en dan toch zijn agenda verder wil doordrijven. Ik begrijp perfect waarom de generaties voor mij gestreden hebben voor Vlaamse ontvoogding en onderwijs in eigen taal, maar dat is een strijd die volgens mij zijn einddoel heeft bereikt: ik héb nu onderwijs in mijn eigen taal, ik heb mij nooit als Vlaming gediscrimineerd gevoeld. Ik pluk met andere woorden de vruchten van een ontvoogdingsstrijd die voor mij werd uitgevochten, maar nu eigenlijk is uitgestreden. Ik heb daarom wel vragen bij separatistische bewegingen die emancipatorische argumenten gebruiken voor economische doeleinden. Het is natuurlijk nog maar de vraag hoeveel percent van de kiezers van N-VA écht Vlaamse onafhankelijkheid wil? Waarom doet Bart De Wever in volle verkiezingsstrijd plots alsof die onafhankelijkheid eigenlijk maar een randfenomeen is? Dat is toch de bestaansreden van de partij waarvan hij voorzitter is?” “Toch nog een belangrijke kanttekening bij het discours dat in Domo de Europa Historio en Ekzilo gehanteerd wordt: ik ventileer in de zaalteksten van het museum niet simpelweg mijn eigen mening. We hebben echt gekozen voor een fictief instituut met haar eigen agenda en standpunten, gecamoufleerd met de pseudo-objectiviteit die eigen is aan historische musea. Ik bedoel daarmee absoluut niet dat hun discours onwetenschappelijk zou zijn, maar er is altijd wel ergens een programma, een bepaalde reden waarom juist deze of gene tentoonstelling wordt gemaakt, waarom iets wel of niet en zus of zo wordt getoond. Het is fijn om te spelen met die museale status die maakt dat mensen het tentoongestelde als een waarheidsgetrouw discours herkennen.”


Summerschool Kunstkritiek

Het hele festival lang ploeteren tien beginnende critici zich onder de vleugels van cultuurtijdschrift rekto:verso en journalist Wouter Hillaert door een The dog days are over hele reeks voorstellingen van Het Theaterfestival. Vandaag en morgen wordt er een kleine parel uit die Summerschool Kunstkritiek in deze krant gedropt. Zo blijft u goede hoop koesteren voor de toekomst van het recensentendom.

— Lieven van den Weghe

9

“Wie zweet, verdient meer”, kopte een kwaliteitskrant onlangs. Sportieve mensen krijgen interessantere loonbriefjes. Ze zijn nu eenmaal gedisciplineerd. Dat helpt. Dat zeggen studies. Of die vlieger ook opgaat voor de dansers van Jan Martens, valt te betwijfelen. Een uur lang springen ze de spieren net niet uit hun lijf. Sixpacks van dynamiet. Met de winst van het succes betaalt Martens de osteopaat. Het heeft iets pervers. De dansers lijken wel afgerichte honden, die op een concours dingen om de prijs voor het strakste lijf. De choreografie is even gestroomlijnd: alle dansers voeren op hetzelfde moment dezelfde kunstjes uit: in het begin erg eenvoudig, na een tijdje geometrisch zeer verantwoord. En toch. We zien geen Griekse atleten, maar mensen in alle maten: klein en gedrongen, groot en slank. Ook de sportkledij lijkt bewust niet up-todate te zijn. De spaarzame aerobicspasjes en de al even karige '1, 2, 3, 4'-instructies lijken zo uit de jaren '80 weggelopen. De lange eerste scène voltrekt zich onder het volle zaallicht, waardoor het piepen van de schoenen en de monotonie van de beweging des te harder op het netvlies priemen. The dog days are over lijkt bewust met conventies te spelen. Deze dansers lijken wel een beetje op de honger­kunstenaars uit vervlogen variété­tijden: freaks die een kunstje opvoeren, maar ons ook een spiegel

© Piet Goethals

Sixpacks van dynamiet

voorhouden. Onze gemediatiseerde samenleving laat ons toe het lelijke of ongemakkelijke weg te swipen, maar niet zo in het theater. De observatie is indringend en keihard. Martens en z'n bende slagen er vlekkeloos in om het mechaniekje in ons hoofd overuren te laten maken. Ongewild wens je dat de dansers falen in hun opzet, al was het maar om jezelf de kans te geven – o paradox – je comfortabele stoeltje te kunnen verlaten. Net dan geeft de choreografie hieraan toe. Het licht wordt gedimd en flamencomuziek streelt de vermoeide zinnen. De dansers gaan weliswaar onverminderd door, maar in het flauwe licht ontstaat een klein stukje poëzie: het piepen van de schoenzolen is even verstomd en het springen lijkt wel een haastig heen en weer lopen, alle zintuiglijke voorwaarden worden even op hun kop gezet. Toch lijkt de keuze voor muziek een stijlbreuk, die bovendien bevestigd wordt wanneer het licht weer aangaat en dit intermezzo slechts een illusie leek. Het escapisme van de

observator die even de knop omdraait, verdoofd maar bewust de werkelijkheid vervormt. De eindsprint is ingezet. Alle scènes die nu volgen, wijken af van wat een goede eenheid zou moeten heten. De sprongen worden plots nonsensicaal, de performers weten dat ze performen, tonen dat ook. Maar ook dat wordt niet volgehouden. Ze krijgen zelfs twee lange minuten rust. Kijken, uitblazen en blijven staren. En wij naar hen. Alsof het tweede deel de tekortkomingen van het eerste tot in het absurde moet compenseren. Niet alleen de dansers, maar ook licht en geluid ontsnappen niet aan een al te strak gespannen regie. Het einde is eenvoudig: het ritme stokt. Zonder fysiek falen, zonder stem vooral. Het licht verengt tot een horizontale streep en neemt de dansers een laatste keer langzaam van kop tot teen op. Alsof we even door het vizier van ridder Martens mogen gluren. The dog days are not over, maar er is iets heel puurs in zicht.


De Koe

Slotmonoloog

Olga

Olga (Sien Eggers) wat is dat toch tegenwoordig?

om kameraadschap

dat pausen stoppen om gezondheidsredenen

om eenzaamheid

dat politici meer bij hun gezin willen zijn?

om glorie ging

kunstenaars op sabbatsjaar gaan?

alleen maar op het toneel

wat is dat voor weekheid

en de liefde natuurlijk

wat is dat voor gebrek aan overgave?

vooral de liefde

en waarom betaalt niemand nog

de grote ware hartstochtelijke ongespeelde liefde

de ultieme prijs voor de liefde?

alleen maar op het toneel

grote liefdes zijn er alleen nog maar

wat is het advies dat ge krijgt

op het toneel

als ge een wrak zijt geworden

de grote ware liefde

door een mislukte liefde?

de grote ware liefde die pijn doet

dat ge door moet zetten

die zo een pijn doet

dat ge u niet moet laten gaan

zo verschrikkelijk pijn doet

dat er wel een ander komt

dat het bijna goed doet

maar als het om de grote liefde gaat

die liefde

de ware grote liefde gaat

die u doet vermageren

dan hoort er geen ander te komen

tot ge vel over been zijt

er moet toch iets blijven om voor te leven?

die u als het moet naar portugal doet lopen

om voor te sterven?

te voet

alleen op het toneel is een gebroken hart

de liefde zo totaal

tenminste nog een gebroken hart

zo extremistisch

overal anders ontbreekt het aan radicaliteit

dat ze wel met de dood moet eindigen

ontbreekt het aan ernst

alleen nog maar op het toneel

wat was ik nu aan het zeggen

sowieso de meest wezenlijke momenten

sur le pont d’avignon

in mijn leven

on y danse on y danse

de ingrijpendste

sur le pont d’avignon

maakte ik mee op het toneel

on y danse tout en rond

Olga — Koen Aelterman

als het om doodsangst

10


fABULEUS stuurt acht moedige, nieuwsgierige jongeren op mysterieuze missie tijdens Het Theaterfestival. Hun opdracht: infiltreer in het universum van een theatermaker. Voor de één eindigt het in een ontmoeting. Voor de ander in een vers voetspoor. Volg alles op blog.fabuleus.be.

Garry Davis

— Charlotte Dewilde

Ik wil ergens tegen strijden. Maar ik weet nog niet tegen wat. Niet tegen onrecht in elk geval, daar strijdt iedereen al tegen. Ik wil ergens tegen strijden waar niemand tegen strijdt. Tegen verwaandheid misschien, of tegen kietelen. Ik heb een ontzettende hekel aan kietelen. (Toon Tellegen)

Beste Barbaarse en niet-Barbaarse vrienden, Ik ben Charlotte en ik heb een heel bijzondere opdracht gekregen: wordt verliefd op Garry Davis. Niet écht verliefd op de échte Garry Davis natuurlijk. Maar op het stuk van Marjolijn van Heemstra. Ik ben mij gaan afvragen wat dat wereldburgerschap nu eigenlijk betekent ? Ik ben ernaar op zoek gegaan, heb geploeterd. Het was een allesbehalve makkelijke tocht. Maar ik heb toch al wat dingen op een rijtje kunnen zetten. Het wereldburgerschap is: —we zijn tegen één staat want dit leidt in sommige gevallen tot slavernij, het is ook een manier voor de rijken om de armen onder de duim te houden —wij willen dan ook een wereldparlement en een wereldregering —we willen op die manier burgeroorlogen vermijden, zonder dat ze ontaarden in wereldoorlogen —oorlogen worden niet opgelost met wapens maar met woorden —houden zich bezig met mondiale vraagstukken inzake verdeling bezit en macht.

En hoera! Vanaf nu mag ik mij ook officieel wereldburger noemen, net als Garry Davis… Beste wereldburgeres,

Ik probeer dit onderwerp nog verder uit te diepen, wordt vervolgd op mijn blog…

Proficiat voor de eenvoudige maar zinvolle beslissing die u nam zich te laten registreren als wereldburger. Verder nieuws volgt met de post: de wereldburgerkaart moet in ieder geval zo worden verstuurd. In Pace, namens het RW, Jean Verstraeten P.S. In de bijlage zend ik reeds een presentatietekstje. Op de webstek vindt men niet zo heel veel in ’t Nederlands maar wel in andere talen.

Het was een hels avontuur en ik ga niet ontkennen dat het moeilijk was om mij in te leven in Marjolijns wereld, ik heb vele paden afgewandeld en afgelopen. Misschien was ik aan het vliegen of aan het zwemmen. Soms aan speedtempo, soms lichtjes aan het verdrinken. Ik bewandelde op bepaalde momenten zelfs zeven paden tegelijk. Wat toch wel voor wat verwarring zorgde. Maar ik ben oprecht gelukkig dat ik Garry Davis heb leren kennen als één van de grootste idealistische voorvechters. En dat ik nog een stap dichter ben bij mijn betrokkenheid bij de wereld. Lieve groetjes! Charlotte

11

Lees hier alle blogs die Charlotte schreef: http://barbaren.tumblr.com/tagged/GAR/chrono


Wordcloud Agenda

Telex

Freek Vielen, Rebekka de Wit, Tom Struyf, Suzanne Grotenhuis, Harald Austbø en detheatermaker Heimat

Spannend spannend… wie zal de Cultuurprijs voor de Podiumkunsten winnen? Je kan het live meemaken op zaterdag 13 september

om 19u in deSingel. Als je er graag bij wil zijn, stuur dan een mailtje naar jessie@ theaterfestival.be! — De voorstellingen van Circuit X

zijn ontzettend populair en zitten de komende dagen behoorlijk vol! Ook de tekeningen die Koen Aelterman over voorstellingen maakt,

vallen erg in de smaak. Net zoals de State of the Youth van Freek Vielen worden ze geregeld gedeeld op de sociale media.

dinsdag 9 september 2014 Expo Kwartier voor aanvang Veerle Eyckermans 20:00

deSingel (festivalcentrum)

Heimat Freek Vielen, Rebekka de Wit, Tom Struyf, Suzanne Grotenhuis, Harald Austbø en detheatermaker (

)

deSingel (theaterstudio)

20:30

Garry Davis Marjolijn van Heemstra / Ro Theater & Frascati

22:00

Nabespreking Heimat

Monty deSingel (naast theaterstudio)

woensdag 10 september 2014 Expo Kwartier voor aanvang Veerle Eyckermans

deSingel (festivalcentrum)

15:00

Leeghoofd Tuning People & Kinderenvandevilla

DEStudio

20:00

Achter 't eten Eric De Volder & Dick Van der Harst

20:00

The Great Downhill Journey of Little Tommy Jonas Vermeulen & Boris Van Severen

21:10

Nabespreking The Great Downhill Journey of Little Tommy

H O O F D R E DAC T I E R E DAC T I E

Filip Tielens

Stefan Moens, Marijke Van Geel,

Mitch Van Landeghem, Rini Vyncke, Lieven van den Weghe T H E AT E R T E K E N A A R VO R M G E V I N G

Koen Aelterman

Mies Van Roy

deSingel (rode zaal) deSingel (naast theaterstudio)

WO R D C L O U D R E AC T I E S

Bregt Van Wijnendaele — www.zendelingen.be

filip@theaterfestival.be

F E S T I VA L K E U K E N ONLINE

deSingel (theaterstudio)

doorlopend geopend van 18u tot 20u in deSingel

www.theaterfestival.be, www.facebook.com/het.theaterfestival

L E E S A L L E DAG K R A N T E N O P

www.issuu.com/hettheaterfestival


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.