Theaterfestivalkrant 6/09/2017

Page 1

WO 6 SEP 2017 DAGKRANT #HTF17 © Koen Broos

Een moment alleen met Sara De Roo Sant in eigen land: Fikry El Azzouzi Who won the Roel Verniers Prize?

Op bezoek in het Decoratelier van Jozef Wouters Theateroverlevering of theateroverleving? From Daft Punk to Boris and Jonas

www.theaterfestival.be


© Koen Broos


6 sep 2017   1

alleen tg STAN

r e e m t e o m ‘Er l e e r u t l u c r ’ n e inte d r o w t k u e n ge me n a v d ien

Een vr

zei:

Er heerst een drukte van belang op straat. Een drilboor breekt de weg open, vrouwen met boodschappen komen luid kwebbelend voorbij, een groepje mannen staat op de hoek van de straat, ze drinken koffie en roken een sigaret. In gemeenschapscentrum De Vaartkapoen in Molenbeek is het al even druk. Daar wordt de laatste hand gelegd aan het decor van alleen, de solovoorstelling van Sara De Roo.

De voorstelling alleen thematiseert niet alleen de culturele verschillen in een liefdesrelatie, maar evengoed het hobbelige maakproces tussen Fikry El Azzouzi als Belgische schrijver van Marokkaanse origine en Sara De Roo als blanke actrice bij een gevestigd Vlaams theatergezelschap. De Roo was aanvankelijk ontevreden over zijn tekst: ‘Mijn bezwaar tegen Fikry's tekst was dat hij polariseerde. Dat hij de verschillen benadrukte, terwijl we met elkaar juist spraken over verbinden, niet uit elkaar trekken... Nu klink ik echt als de Bond Zonder Naam!’

‘Geen enkele keer heeft er een moslim in de zaal gezeten. Ook niet de beste vrienden van Fikry.’

Xandry van den Besselaar

Actrice Sara De Roo van tg STAN speelde in 2015 een jaar lang niet. ‘Ik wilde de tijd nemen om me af te vragen waar ik nu eigenlijk naartoe wilde’. In hetzelfde jaar ontsproot de kiem van haar voorstelling alleen, die ze samen met de schrijver Fikry El Azzouzi uitwerkte. Ze wilde alléén iets maken én ze wilde een schrijfop­ dracht geven. Zo gezegd, zo gedaan. In haar zoektocht naar een schrijver ontdekte De Roo echter dat ze vooral blanke schrijvers in gedachte had. Schrijvers bovendien met wie ze al eerder had samengewerkt. Dat leidde tot een dilemma: ‘Ik dacht: ik kan wel heel hard roepen dat er meer diversiteit in het theaterlandschap moet komen, maar als ik er zelf iets aan wil doen, moet het gewoon nu! En dan kwam Fikry opeens door mijn plan wandelen.’ Die keuze was nochtans niet zo vanzelfsprekend voor Sara. ‘Ik heb heel lang gedacht: dat moet vanzelf gaan. Er komen vanzelf mensen met een diverse achtergrond van de toneelschool en die zullen in onze voorstellingen gaan meespelen. Want we gaan naar veel voorstel­ lingen kijken! Maar dat blijkt niet zo te zijn. We zijn twintig jaar later nog niets opgeschoten! De tijd is op! Je kunt niet blijven zeggen: het zal wel komen. Zeker met het politieke klimaat dat harder wordt. Het is niet meer opportuun om te wachten. Je moet handelen. Je moet kleur kiezen. Je moet iets doen. Of toch in ieder geval proberen. Je nek uitsteken en risico nemen. En mislukt het, dan mislukt het! Nou… dat heeft geen haar gescheeld!’ (lacht)

Die artistieke, maar evenzeer interculturele worsteling kreeg vorm in de brieven die El Azzouzi en De Roo naar elkaar schreven, nadat ze de oorspronkelijke tekst opzij hadden geschoven. ‘Ik kreeg de tekst zeven weken voor de première. Dan had ik nog een maand om hem te bewerken en drie weken om te leren, dat moest mogelijk zijn. Ik vond de eerste tekst, dat zeg ik ook tijdens de voorstelling, te veel een roman. De tekst getuigt ervan dat er in twintig jaar geen vooruitgang is geboekt. En dat vond ik choque­ rend. Dat we het nog altijd over muntthee hebben. Is dat echt het enige? Terwijl Fikry dat voorbeeld juist gebruikt omdat die stigmati­ sering nog altijd aan de gang is.’ Het werd een intensief maakproces waarbij de schrijver en de actrice elkaar elke dag een brief stuurden. Die werden uiteindelijk cruciale onderdelen in de voorstelling. ‘Die brieven, ook al zijn ze misschien nog wel het meest provocerend, brengen er toch de nuance in. We schrijven vanuit ons perspectief: vanuit Fikry en Sara, vanuit de plek waar wij staan. Er is zelfs een moment geweest waarop we alleen de brieven wilden gebruiken en de fictie wilden weglaten. Na mijn kritiek op zijn tekst, stelde Fikry meteen voor om samen te schrijven. Hij zei: ”We beginnen opnieuw, maar jij schrijft mee”. Ik dacht natuurlijk: “Oh my god! Ik kan helemaal niet schrijven”. En al zeker niets wat ik zelf zou moeten zeggen! Maar toen we besloten dat we het verhaal niet meer gingen gebruiken, moesten die brieven ergens naartoe, die brieven moesten ergens over gaan. Ik voelde me niet beslagen genoeg om uitspraken te


2   6 sep 2017 doen over de islam of over de politiek, de gemeenschap of het Westen. Ik raakte totaal vast! Ik ben op een gegeven moment gewoon gestopt met schrijven. Dat was het moeilijkste punt: ik had geen verhaal en die brieven gingen nergens naartoe. Daar waren we het trouwens niet over eens. Fikry vond wel dat die brieven ergens naartoe gingen. Die brieven van Fikry gingen natuurlijk ook wel een bepaalde richting uit, maar dan een richting die ik niet wilde, een totale meltdown van vertrouwen tussen de schrijver en de actrice. Hij schrijft op een bepaald punt: “De angst heeft gewonnen en is nu ererondjes aan het lopen”. Een soort doem­ scenario om van achterover te vallen, ik wilde dat helemaal niet vertellen. Toch meer Bond Zonder Naam dan ik denk.’ Uiteindelijk hebben De Roo en El Azzouzi er een combinatie van gemaakt. ‘Ik moet wel zeggen dat die brieven geen echte brieven waren. We stuurden mails naar elkaar en voegden daar een bijlage bij. Die brieven zijn niet documentair. Het zijn geen dagboeken, eerder theaterbrieven. Ik herinner me nog heel goed de titel van Fikry's eerste brief: “Ik ben niet kwaad”. Een hele heftige brief. Uiteindelijk heb ik óók echte mails gebruikt, omdat die nog een andere toon hadden. Onder andere een mail van scenograaf Jozef Wouters waarin hij me vroeg of ik dacht dat ik door samen te werken met Fikry een diverser publiek zou trekken. Of het genoeg zou zijn. Tja… Ik heb twee kinderen van een man die een paar kilometer verder is opgegroeid. Ik heb ooit een vriend horen zeggen: “Er moet meer intercultureel geneukt worden”. Dat is de enige manier. Op dat vlak kan ik mijn steentje helaas niet meer bijdragen.’ Toch blijft het lastig om nieuwe groepen in het theater te verwelkomen. ‘In al die keren dat ik heb gespeeld heeft er geen moslim in de zaal gezeten. Ook niet de beste vrienden van Fikry met wie ik ondertussen al aan de bar heb gehangen. Het is echt heel moeilijk om die wereld open te trekken!’ Dat probeert De Roo nochtans, onder andere door schoolvoorstellingen te spelen. ‘Freek Vielen zei naar aanleiding van Niets over schoolvoorstellin­ gen dat iedereen op school nog samen zit. Je kunt tegen iedereen tegelijk spreken. Daarna kan dat niet meer. Als je gaat studeren worden die groepen gesegregeerd. Maar op school zit iedereen nog samen. Ik denk dat dat heel juist is. Ik ben heel benieuwd naar de schoolvoorstellingen. Fikry provoceert nogal, dus voor een groep middelbare scholieren met een diverse achtergrond spelen zal nog een ander paar mouwen zijn.’

alleen tg STAN

‘Maar onze toenadering is wel gelukt want Fikry en ik zijn hier samen uitgekomen. Het blijft een zoektocht, maar het is een erkenning om op het TheaterFestival te mogen spelen. Dat het gezien wordt. En tegelijkertijd is het maar een heel kleine stap. Nu, een kleine anderhalf jaar verder, is het misschien alweer tijd om opnieuw initiatief te nemen...’

‘Alleen toeren is vooral moeilijk als je goed hebt gespeeld. Dan heb je niemand om mee te vieren.’ Het was lang geleden dat De Roo alleen op het podium stond. ‘Mijn laatste solo dateert volgens mij nog uit de vorige eeuw, uit de jaren ‘90. Ik vond het zeer onaangenaam om alleen te toeren, om avond na avond alleen voor die mensen te gaan staan. Ik vond het vooral moeilijk als het een goede avond was. Dan had je niemand om mee te vieren.’ Oorspronkelijk wilde De Roo voor alleen dan ook iemand mee op het podium nemen. ‘Ik had een souffleur in gedachten: Cas Enklaar, omdat hij de mooiste stem van Nederland heeft. Als ik mijn tekst kwijt zou zijn, hoorde ik die tenminste door de mooiste stem van Nederland. Dat vond ik echt een droom. Maar door het gesprek met scenograaf Jozef Wouters realiseerde ik me dat het alleen moest.’ De tijd was rijp er rijp voor. ‘Ik wilde zien wie ik nu ben. Ik heb alle beslissingen alleen genomen, ik heb de voorstelling alleen gemaakt. Ik had deze stap nodig voor mijn artistieke ontvoogding. Omdat ik na 25 jaar voorstellingen spelen in een ensemble soms het gevoel had dat het een olietanker werd. Zeker in de manier waarop we bij tg STAN werken: alle dromen liggen op tafel, alle twijfels. Er zijn zoveel meningen nodig voor je ergens naartoe kunt. Hoewel het spelen in een grote groep me een levensvreugde geeft die onevenaarbaar is. Jozef heeft in de scenografie de ruimte rond mij geplooid. Toen ik zijn ontwerp zag, realiseerde ik me dat van iemand anders geen sprake kon zijn. Ik moest het alleen doen.’

© Koen Broos


6 sep 2017   3

The Only Way Is UP / Roel Verniers Prijs

The Only Way is UP The Only Way Is UP is Jonas Vermeulen and Boris Van Severen's second show in which they try to establish the perfect synthesis of theater and music. Dina Dooreman In contrast to the pop rock jams in their debut project The Great Downhill Journey of Little Tommy, they now step into the world of electronic music. As a DJ-duo they entertain the crowd standing behind the vibrant booths, spinning upbeat records, slamming on string synthesizers and jamming on electric guitars. On their energetic odyssey through music history, they narrate the life stories of four characters. Boris Van Severen: ‘Electronic music is so widespread and general. We really had to investigate the niche territory to find music we wanted to work with. We were mostly drawn to bands belonging to

the category french house such as Daft Punk, Soulwax and Justice. Daft Punk, for example, was an interesting source of inspiration because the guys know exactly how to sample the perfect catchy sound on the right moment. Some other inspirational bands were Air because of their atmospheric sounds and Under­world because their work sounds so industrial and monumental. Those are all bands we grew up with, but I don't think it has necessarily something to do with our childhood. The electrifying Grace Jones is of equal importance to us.’ Jonas Vermeulen: ‘We are just not influenced by the electronic music that is nowadays very popular. The hard part is the fact that electronic music is quite often limited to a dance format. But we didn't want to go in the direction of Tomorrowland. That's why we still consult old classics such as Nick Cave, Jacques Brel, Tom Waits and Lou Reed. They are true masters when it comes to creating content in their lyrical texts. We adapt their way of storytelling and convert it to our electronic form. In the text of our show we often use quotes that refer directly to albums and songs. Pink Floyd's Dark Side of the Moon is one example. It is cool to know that people actually recognize the references.’

© Thomas Dhanens

was Musicst love my fir

Maria Lucia Cruz Correia wins Roel Verniers Prize Lynn Elshof and Nina Vurdelja The Roel Verniers Prize was established in the name of the late director of the TheaterFestival and was founded by his family as a stimulating gesture for young emerging performing artists from Belgium. Maria Lucia is now the sixth in line to take home this prize. We spoke with her the morning after the ceremony, still slightly surprised but obviously moved and very grateful. As an artist Maria Lucia has been active in the radical performance and environmental community for over a decade. She implemented numerous projects in Belgium and abroad, raising awareness about the climate change and an urge to redefine the human relationship with nature. 'The Voice of Nature is an investigation of the destruc­ tive effect of climate change', she tells us, ‘I aim to introduce non-alienated rights of nature into the constitution and

urge for environmental crimes to be processed in court.’ Scheduled for the autumn of 2018 and co-produced by Kaaitheater, the project is envisioned to be a site-specific court performance, ‘a contemporary ritual’ as Maria Lucia would like to imagine it. The idea and inspiration for the project came from the artist’s recent visit to Ecuador and the USA. There she engaged in the protests against the environmental crimes in the Amazon and Standing Rock. ‘You could see how those crimes brutally disrupted the energy flows in the community. Therefore I want the message of indigenous people to be heard. They can truly feel the violence against nature’. Through this project, she hopes to find out what has happened throughout human history that brought us to this point of alienation and error at the point of no return. By 2018 she would like to see people from all walks of life attend The Voice of Nature. ‘Everyone is more than welcome; indigenous people, lawyers, scientists, CEO’s, politicians, oil company directors, Trump’, she says laughing, ‘climate change deniers and even the effected polar bears and tigers.’ Truly all of us on this planet.

© Filip Tielens

After an afternoon full of presentations at the Beursschouwburg, a winner was picked out of twelve nominees. This year the first place went to Maria Lucia Cruz Correia, a Portuguese-Belgian environmental artist and activist, and her project The Voice of Nature.


4   6 sep 2017

alleen / Malcolm X Fikry El Azzouzi

‘Eigenlijk zijn wij onze tijd vooruit’ In een tijd waar revolutie en rebellie al snel gesmoord worden met een stil fatalisme, schuwt Fikry El Azzouzi de scherpe statements niet. Met zijn voorstellingen ontmantelt hij niet alleen raciale vooroordelen, maar ook de muren van het theater zelf. Dat bleef ook bij het Theater­ Festival niet onopgemerkt: zowel zijn Malcolm X als alleen haalden de juryselectie. Eline Van Lancker en Lynn Elshof

Al liep die dubbelnominatie niet helemaal zoals gedacht. Dat de integere theater­ monoloog alleen de selectie haalde stemt Fikry tot onverwachte vreugde, het kritische rapport over Malcolm X doet vooral zijn wenkbrauw fronsen. ‘Over de scherpte van die compositorische drama­ turgie waren er in de jury mixed feelings’ en ‘In enkele theatrale interventies raakt de karikatuur het lege cliché’, leest hij ons voor. Opvallend, want zowel in de Vlaamse als Franstalige pers kreeg het muzikale dansfeest wél alle loftrompetten over zich heen. ‘Er zit een superieur randje aan die opmerking’ vindt Fikry. ‘Je voelt dat er toch weer aangestuurd wordt op de traditio­ nele dramaturgische regeltjes. Wij hebben daar lak aan, wij maken geen mainstream­ theater. Mensen moeten in de eerste plaats kunnen meevoelen met een stuk. Je kan de nieuwe generatie niet raken met oude gewoontes. Zij zijn daar simpelweg niet mee opgegroeid: ik herkende me als jonge gast ook niet in wat er toen in de theaters gemaakt werd.’

‘Wij geven jongeren een mantel van veiligheid’ Om die reden probeert Fikry de taal van de straat te vertalen naar het theater. Hiphop, spoken word, breakdance: bij eerdere projecten met SINCollectief werd het allemaal de theaterzaal in geloodst. Ook met Malcolm X is hij vastbesloten een ander verhaal te brengen. ‘Malcolm X radicaliseerde in de gevangenis, waar hij in contact kwam met Nation of Islam. Op een bepaald punt was hij zelfs bereid voor de sekte te sterven of aanslagen te plegen. Ook vandaag worden veel jongeren met een migratieachtergrond aangetrokken door charismatische leiders, doordat ze hier zelf eigenlijk geen identiteit hebben. Hun cultuur zweeft ergens tussen België en Marokko. Maar zonder sterke culturele identiteit geraak je in de war en word je veel vatbaarder voor radica­lisering.’ Net zoals de ronselaars van terroristische groeperingen wil Fikry hen een houvast bieden. Niet als kanonnenvlees, wel in het theater. Pas toen zijn vrouw, Betty X, hem erop wees dat oprichter en leider Elijah Muhammed vrouwen exploiteerde, zag Malcolm X het sektarische van de Nation of Islam in. Uiteindelijk heeft hij de zwarte gemeenschap zelfs hun trots teruggege­ ven. Maar hij heeft ook veel meer tijd gehad, en richtte zich vooral op speeches. ‘De jeugd vandaag wordt gewoon gebrain­washt om te vechten. Voor hen kan kunst en cultuur wellicht troost bieden en hen helpen om sterker in de schoenen de staan. We maken dus niet zomaar iets over die jongeren, maar voor hen.’

‘Ik weiger een exotisch en dansbaar spel te maken’ De band met het publiek is duidelijk van groot belang, maar wie nu het label ‘sociaal-artistiek’ voelt opborrelen, snoert Fikry de mond. ‘We hechten er veel belang aan met theater de vinger op de wonde te leggen, onbewust maatschappelijk relevant te zijn. Maar kunst moet niets: als ik theater maak, ben ik niet bezig met het schrijven van een pamflet of het verbete­ ren van de wereld. Daar zit weer het typische superioriteitsprobleem in de kunstwereld, enkel wat tot de elitaire canon behoort mag kunst heten. Maar misschien zijn we onze tijd gewoon vooruit. Vijftig jaar geleden werd jazz ook niet geaccepteerd. Het heeft ook een tijd geduurd vooraleer hiphop werd geaccepteerd.’ Fikry is dan ook al lang niet meer verbaasd wanneer hij middenin zijn voorstellingen mensen de zaal ziet uitlopen. ‘We willen de blanke theaterkijker niet alleen wakker schudden, maar ook in dialoog gaan. Heel jammer als dat niet wederzijds is, maar ook wanneer je prikt of beledigt breng je iemand tot nadenken.’ Dat werd ook duidelijk tijdens Malcolm X: wie zich verwachte aan een bontgekleurd, exotisch dansfeest werd nog voor aan­ vang beschimpt met een dikke


6 sep 2017   5

alleen / Malcolm X Fikry El Azzouzi

alleen © Koen Deprez

middelvinger. ‘Als ik zelf naar theater ga, vind ik het ook leuk wanneer er iets totaal anders gebeurt. Als het publiek wordt uitgescholden dan wil ik blijven zitten om te zien wat nog komt.’

‘De wereld heeft nood aan meer sterke vrouwen’

‘In elk geval is alleen geen eenduidige, saaie monoloog geworden’ Sara en Fikry werden samengebracht door Dennis van Laeken, directeur van Monty Kultuurfaktorij. Het was geen evidente samenwerking, zo blijkt ook uit de in de voorstelling geïntegreerde briefwisseling. Meningsverschillen waren er genoeg, maar tot ruzie is het zeker niet gekomen. ‘We kunnen gelukkig nog steeds samen op café gaan’, lacht Fikry. ‘Het was zeker uitdagend, we agreed to disagree. Hoe vaak we het ook oneens waren, we zaten wel op gelijke hoogte. Uiteindelijk wilden we allebei een goed stuk maken. Ik vind het belangrijk dat we telkens kritisch durven te zijn voor elkaar. Sara prutste hier en daar aan de tekst, maar ze deed dat

Macolm X © Danny Willems

Die expliciete revolutie blijft uit in alleen, maar toch ziet Fikry gemeenschappelijke grond tussen beide voorstellingen. ‘In beide gevallen gaat het om een poging tot verbinding. Wanneer Malcolm X in Mekka aankomt, beseft hij dat onderlinge verschillen in geslacht en achtergrond er totaal niet toe doen. Iedereen draagt dezelfde witte kledij, iedereen eet het­ zelfde voedsel. De centrale boodschap van het stuk is dat diversiteit belangrijk is, wars van sociale druk. Onder moslims zijn er evengoed rechtse personen en racisten. Niet iedereen moet hetzelfde zijn.’ Ook in alleen gaat het om de zoektocht van twee erg diverse personen, zonder dat ze hun eigen identiteit verliezen. ‘Bovendien heeft Sara ook dezelfde energie en drive als de acteurs in Malcolm X. Het stuk verloopt niet zo beweeglijk en springerig, maar in de vertelling heeft ze wel veel zeggingskracht.’ Alleen vertelt het verhaal van een vrouw die een relatie begint met een man van andere achtergrond en religie. Een relatie die strubbelingen en twijfels met zich meebrengt. ‘Op een gegeven moment komt het goed, en dan weer niet, maar daar kunnen zij dan niks aan doen’. Net zoals de relatie van de personages, was ook de samenwerking tussen Sara en Fikry een moeizame poging om dichter tot elkaar te komen. Bruggen bouwen op microniveau. ‘Ik moest op zoek naar de juiste taal voor een blanke vrouw', vertelt Fikry over het proces. ‘Ik wou geen cliché­matig beeld neerzetten. Zoals een donkere vrouw vaak als kwaad en agressief wordt geportretteerd, moest dit geen naïef goedgelovig meisje zijn. Integendeel, Sara speelt een sterke, pittige vrouw.’

wel met respect. Dat is in het verleden al anders geweest: soms worden mijn teksten echt verkracht.’ (lacht) Uiteindelijk zijn beide partijen tevreden met de afgewerkte voorstelling. ‘Zelf heb ik nogal de neiging sterk aan mijn eigen mening vast te houden, maar Sara heeft een nog sterkere mening. In dit geval waren er ook zoveel thema’s mee verwe­ ven, eigenlijk wilde ik te veel vertellen. Ook nu nog zitten we met een tekst van meer dan 100 bladzijden, soms vraag ik me af of ik het niet te moeilijk heb gemaakt. Het is zoals bij een filmscenario: hoe verder je uitweidt, hoe minder je publiek geraakt wordt. Het proces heeft me wel geleerd dat een voorstelling nooit af is, je kan zoveel richtingen opgaan.’ De schrijver zit niet stil. Theaterstukken, filmscenario’s schrijven; Fikry deinst er al lang niet meer voor terug. Maar de liefde voor het geschreven woord, zwart op wit, overwint. Alleen werd de roman Alleen Zij en met de voorstelling Malcolm X verscheen ook een publicatie met een kortverhaal van Fikry. ‘Een roman schrijven vind ik nog altijd veel fijner dan een

theatertekst of filmscenario. Een boek is veel minder vluchtig dan theater, het blijft bestaan.’ Toch is het schrijven voor het podium nog lang niet gedaan. Na lang twijfelen werkt hij voor de KVS aan een bewerking van zijn roman Drarrie in de nacht. Dat het met dezelfde ploeg als Malcolm X wordt gemaakt, trok hem over de streep. Ook voor het Noord Nederlands Toneel werd hij als tekstschrijver ingescha­ keld voor SALAM. Maar dat is waarschijnlijk nog niet alles. Fikry verlaat ons voor een gesprek met CAMPO, maar veel kan hij daarover nog niet kwijt. ‘Ik weet zelfs nog niet of ik ga toezeggen. Dat zou betekenen dat ik weer maandenlang met een toneelstuk moet bezig zijn. Anderzijds, ik ben nogal slecht in nee zeggen!’ (lacht)


6   6 sep 2017

Niets/alleen/INFINI 1-15 Jozef Wouters

‘Ik maak al vijftien jaar ruimtes en er is niets wat nu nog ergens bestaat’ Met drie selecties voor het TheaterFestival is scenograaf Jozef Wouters in september niet van de planken weg te slaan. Zijn decors voor Niets, alleen en INFINI 1-15 vertrokken steeds van dezelfde drijfveer: het verlangen van een ander in ruimte omzetten. Gilles Michiels Zijn kunstwerken zijn gesprekken, zijn decors onderhandelbaar: de ruimtes van Jozef Wouters beginnen steevast bij een samen­ werking. In de nihilistische jeugdvoorstelling Niets toverde hij voor theaterregisseur Freek Vielen een rockpodium tevoorschijn, in alleen is Sara De Roo in een dans met zijn scenografie verwikkeld. Maar ook voor INFINI 1-15, dat hij zelf op poten zette, vroeg Wouters aan andere kunstenaars welke ruimte ze verbeeld wilden zien in het theater. De vijftien monumentale theaterdoeken of infini’s die zijn vraag opleverde, ontstonden in het Decoratelier dat hij als resident van dansgezelschap Damaged Goods ter beschikking krijgt. En daarvan mogen wat hem betreft ook ingenieurs, kunste­ naars en publiek gebruikmaken.

Zie je jezelf hier als een ondernemer?

Neen, maar je zou kunnen zeggen dat het Decoratelier als plek een onderneming is, in de zin dat het verantwoordelijkheden neemt. Ik resideer hier, maar doordat ik scenograaf ben en geen individueel kunstenaar is het atelier van veel mensen. Iedereen met wie ik samenwerk, maar ook onbekenden komen hier over de vloer. Zo geef ik ruimte aan andere projecten. Decoratelier kan dankzij Damaged Goods kiezen waarin het ‘investeert’, maar is er dan wel zelf verantwoordelijk voor. De uitdaging is om deze plek te runnen zonder een organisatie te zijn. Ik wil de ruilhandel in deze samenwerkingen geen economie noemen. Ik ben bereid om in die mate een ondernemer te zijn dat ik zelf kan kiezen hoe we deze ruimte gebruiken.

‘Ik krijg het gevoel dat wat ik maak ook over de ruimtes gaat die mensen mogen innemen in een maatschappij.’ Ervaar je die vrijheid ook in je beroep als scenograaf?

Wat mij interesseert aan scenografie is dat de ruimte ervan geen architectuur is, maar eerder een proto-architectuur die meer model is dan realiteit. Een scenografie lijkt een flexibele ruimte omdat ze onderhandelbaar is: ze kost niet veel en kan snel veranderd worden. Volgens mij kan ze ook iets zeggen over de onderhandelbaarheid van onze sociale ruimte. Ik krijg het gevoel dat wat ik maak niet alleen gaat over een podiumdecor, maar ook over de ruimtes die mensen mogen innemen in een maatschappij. Ik denk dat ons begrip van publieke ruimte onder druk staat, dat de stad of de samenleving als een gedeelde ruimte aan het veranderen is. Als scenograaf moet je je beroep dan herzien.

Zie je in dat opzicht een verschil tussen INFINI 1-15, een project dat je zelf opstartte, en Niets of alleen?

Voor INFINI 1-15 vroeg ik me af wat het betekende om als scenograaf, iemand die in de regel toegepast werkt, zelf een project te beginnen. Ik wilde exact hetzelfde doen als de 18de-eeuwse scenograaf Giovanni Servandoni: een voorstelling maken met enkel ruimte, enkel doeken. Maar de methodologie

bleef hetzelfde: een samenwerking die vanuit een gesprek ontstaat. Zo hebben we het decor van Niets al een jaar voor de opvoe­ ring bedacht, toen Freek nog niets geschreven had. Hij zou voor het eerst in een groot theater werken. Ik wou dat die theater­ machine een speeltuin werd en stelde voor de voorstelling halverwege in een Rock Werchter-podium te veranderen. Ik hoopte dat de transitie van een kaal podium naar zo’n scène Freeks schrijven zou beïnvloeden. Bij Sara De Roo merkte ik dat zij de beweging om alleen op het podium te staan enorm belangrijk vond. Ze komt uit het collectief tg STAN en bracht nog niet vaak een monoloog. Die keuze voor een­zaamheid wilde ik tonen. Wanneer zij de randen van het theater aftast, lees ik dat als een verlangen om, in een soort dans met mijn scenografie, te begrijpen in welke ruimte ze staat. De samenwerking met Sara voelde aan als een waanzinnig mooie dans.

Zijn de ruimtes die je maakt steeds functioneel?

Een ruimte gaat altijd uit van een potentiële gebruiker. Het inbeelden van zo iemand beïnvloedt de manier waarop ik bouw. Anderzijds is het als gebruiker van een ruimte vervelend als je voelt dat er iets van je verwacht wordt. Dat probleem probeer ik als scenograaf te dramatiseren. Ik wil geen vage ruimtes maken. Gedefinieerde ruimtes scheppen vrijheid. De rockscenografie creëert ruimte voor Freek om op zoek te gaan naar een kant die pathetischer is dan hij zelf zou kiezen. In alleen heb ik door de tribune naar rechts af te buigen, vastgelegd hoe de collectieve blik georganiseerd is. Maar in het decor laat ik Sara doen wat ze wil. Je heel precies inbeelden hoe een ruimte gebruikt kan worden en haar vervolgens loslaten wanneer ze gebruikt wordt: die interactie boeit me.

Zo’n gedefinieerde ruimte had ook de keuken kunnen zijn waarin we zitten. Vrijheid is er althans genoeg. De keuken is nauwelijks afgescheiden van het atelier en zo ruim dat er probleemloos een infini in zou passen. Behalve onze tafel en twee stoelen is ze zo goed als leeg, de ruimte lijkt dan ook te groot uitgevallen voor een één-op-ééngesprek. De verwachte galm blijft echter uit. Jozef Wouters spreekt op fluistertoon, met de handen voor de mond, zodat de setting tot het bereik van zijn stem wordt herleid. Daardoor krijgt de ruimte iets intiems, alsof we niet in een atelier maar een gezellig koffiehuis zitten. Zelfs tijdens het praten creëert Wouters ruimtes. Het publiek komt in dit atelier dingen bekijken die niet af


6 sep 2017   7

Niets/alleen/INFINI 1-15 Jozef Wouters

zijn. Maakt dat je kwetsbaar?

Ik ben altijd op zoek naar de fase tussen de maquette en de afgewerkte vorm: de ruimte die twijfelt of ze al echt is of nog in ontwikkeling. Ook van het Decoratelier is het niet duidelijk of hij af is of een ruïne, gemeenschappelijk of afgesloten. Vroeger was hier een fabriek van auto-onderdelen, binnen twee jaar wordt dit platgegooid en komt er een kindercrèche. Het besef dat dit een transitieplek is en ik daar maar een deeltje van ben, vind ik oneindig interessant. Mijn werk moet niet bewaard blijven. Ik maak vijftien jaar ruimtes en er is niets wat nu nog ergens bestaat.

Pleidooi voor historisch theaterbesef Een prof (KV) opende enkele jaren geleden zijn colleges met het statement dat mijn studie theaterwetenschappen een verloren zaak zou zijn. ‘Jullie gaan nu een jaar iets bestuderen wat niet meer bestaat. Het theater is al weg.’ Lieselore Remans

Gelukkig bestaan de infini’s nog even. Welk decordoek zal je het meeste bijblijven?

Dat zullen ze allemaal. Echt waanzinnig. Die voorstelling is helemaal in mijn hart gekropen. Maar als ik moet inzoomen op één werk, kies ik voor de samenwerking met Rebekka De Wit. Zij is schrijfster en kwam na een lange zoektocht in Amerika terecht. Ze kwam terug met een foto van een taart die ze gezien had in Charleston, waar niet zo lang daarvoor een schietpartij had plaatsgevonden (in een kerk op 17 juni 2015, waarbij negen doden vielen, red.). Rebekka was naar die kerk gegaan. Toen zij daar was, kwam een vrouw uit de buurt binnen met een taart in de vorm van die kerk. Ze gaf die aan de gemeenschap van zwarten en droeg daarna een tekst voor waarin ze zei hoeveel pijn ze voelde. Rebekka nam er een foto van omdat zij op zoek was naar een ruimte die over vergeving ging. We hebben besloten om die taart na te maken, zodat de stukken één voor één uit de toneeltoren konden komen, opgebouwd in een choreografie van tien minuten. Het decor was af, maar Rebekka wilde nog iets schrijven. Toen ze naar onze repetitie kwam kijken, zag ze op een gegeven moment alle technici in die taart kruipen. Dat vond ze prachtig. Dat beeld is uiteindelijk haar titel geworden: Until we find a tragedy that is big enough to fit us all. Haar tekst vertrok bij het decor. Het is toch fascinerend dat iemand zo’n ervaring meemaakt bij een represen­ tatie van een kerk in de vorm van een taart?

Dit interview werd afgenomen in opdracht van Flanders DC, het aanspreekpunt voor ondernemers in de creatieve sector. Lees meer verhalen op www.flandersdc.be/nl/magazine. Welkom op de boekpresentatie INFINI 1-15 op zaterdag 9 september om 17u in het Decoratelier.

Die vluchtigheid is een inherente kwaliteit van het genre: zij die de voorstelling zien, krijgen het privilege van het kunstwerk, ze zijn erbij op het cruciale moment dat het bestaat. Tegelijk bemoeilijkt dat gegeven de studie voor alle anderen, zij die er niet bij zijn. Hoe geven we de (reeds voorbij verklaarde) theatervoorstelling door? Misschien hoog tijd voor een historisch besef. Concrete aanleiding voor dit pleidooi is de werksessie De Toekomst van het Verleden die op dezelfde dag als deze krant­ uitgave plaatsvond. Initiatiefnemers Actiegroep Podium­docu­ mentatie Vlaanderen en NIT nodigden in samenwerking met Het TheaterFestival en deBuren iedere geïnteresseerde in het veld uit om zich te buigen over enkele prangende vragen rond theater­ overlevering (of was het nu theateroverleving?). Om een voorbeeld van zo’n prangende vraag te geven: Hoe gaan latere generaties onze talloze Facebookdiscussies over de (al dan niet vrouwonvrien­ delijke) uitvoering van Risjaar Drei kunnen vatten als die voorstel­ ling niet meer bestaat?

‘Onze rijke theatergeschiedenis is een versnipperde geschiedenis waarbij informatie voorhanden is, maar moeilijk raadpleegbaar.’

Niets INFNI 1-15 © Phile Deprez

Delphine Hesters van Kunstenpunt verklaart de noodzaak tot samenkomen: ‘We hebben in Vlaanderen een enorm rijke theater­ geschiedenis. Sinds het wegvallen van het Vlaams Theaterinstituut en de bijhorende documentatiefuncties is er geen instantie meer direct verantwoordelijk voor de archivering. Er is met andere woorden naast de nood aan hulpmiddelen om het verleden kenbaar te maken, een nog grotere nood aan conserverings­ middelen van het heden. Net die noodzaak tot verbinding leggen wij op De Toekomst van het Verleden voor.’ Een artistieke sector moet zich voornamelijk op de artistieke prestaties toeleggen. Tegelijk moet hij beseffen dat het niet alleen een collectie over maar ook een collectie van de sector is. Documentatie is dan noodzakelijk. Elk theaterinstituut – groot of klein – wordt geacht een eigen archief bij te houden, in de mate van het mogelijke uiteraard. Dat levert echter een bijkomend probleem op: de rijke geschiedenis is tevens een versnipperde geschiedenis waarbij alle informatie wel voorhanden is, maar moeilijk raadpleegbaar. Volgens Hesters geeft net die spreidingsproblematiek aanlei­ ding tot enkele vragen wat betreft documentatie; hoe maken we het materiaal raadpleegbaar en waar bakenen we de podium­ kunsten af? Een toekomstgerichte werkgroep biedt dan soelaas. Hesters insisteert op de noodzaak van een centrale die de onderzoeker gidst doorheen het kluwen van beschikbare docu­ mentatie. Maar net zoals het verdwenen theaterstuk is de sessie op het moment dat u dit leest ook al voorbij. Toch is dit geen een­ malige oproep tot archivering, is de urgentie niet opgelost in één samenkomst. Het historisch besef moet van dieper komen. Toegegeven, de reporter die dit pleidooi opstelt is zeer bevoor­ deeld. Ze mocht graven in de rijke documentatie van Tone Brulin en schreef een handleiding over de Wikipediaanse kunst. Ze erkent haar (theater)wortels en steunt op die geschiedenis. Desalniettemin hoopt ze lotgenoten te vinden tussen de lezers van deze dagkrant, ziet ze mogelijkheden tot verbinding. Voor een technisch discours verwijst ze u graag door naar alle betrokken instanties; Actiegroep Podiumdocumentatie Vlaanderen en de werkgroep NIT. Een informele discussie in het Kaaicafé is evenzeer mogelijk.


8

6 sep 2017

ook dat nog Men zegt wel eens 'door vallen en opstaan leert men lopen'. Dat namen ze op het TheaterFestival iets te serieus. Na Jan Decleir, Stef Lernous, het lief van redacteur (EVL) en Sara De Roo, houden we ons hart vast voor morgen. Naar verluidt is er vorig weekend bij het koorddansen over het kanaal niemand in het water getotterd. Zijn theaterlui dan zo onevenwichtig? Stotterend en met rode kaken kwam Merel ons redactielokaal binnen gestruikeld. De reden? Geen sleutels die waren verloren. Geen acteur zonder stem. Niets van dat alles! Ze fluisterde zacht in onze rode oortjes dat ze zonet een zoen had gekregen van Boris Van Severen. Een kuise kus weliswaar, zijn Virginity zet hij pas dit weekend op het spel in hetpaleis. Toen onze onfortuinlijke hoofdredacteur niet meer binnenraakte bij The only way is UP, liep hij Youri Dirkx van Tristero tegen het lijf. De arme stakker was helemaal in paniek: in onze dagkrant had hij gelezen dat er voor jeugdvoorstellingen altijd happy ends nodig zijn, dixit de Godmother van het jeugdtheater, Martine Decroos. Volgend seizoen brengen hij en Kristien De Proost Niets, naar het niet meteen happy aflopende boek van Janne Teller. Wegens succes verlengd: omdat de Hugo en Jojito als zoete drankjes over de toonbank gingen, beraadde onze redactie zich alvast over een nieuw assortiment dranken. Een greep uit het aanbod, vrij naar onze redactieleden en de festivalselectie: de Gilles Tonic, de Nina Colada, de Bloody Xandry, de Martini Decroos, Ricard Drei. Indien schunnige vaartkapoentjes 'another one' willen bestellen, kunnen zij zich tegoed doen aan de Tequila Collect, De BUKO Libre, de Kaaipirinha, de Cosmolapolapolitan en voor de kleintjes onder ons gooien zij ook nog een alcoholvrije Niets on the Beach in de klutser. Oh ja, deze en andere drankjes worden vrijelijk geserveerd tijdens de voorstelling The Only Way is DOWN. Zo weet u al waar u zich daarna bevindt.

Humans of TheaterFestival

Humans of TheaterFestival Comment cela se passe-t-il dans les coulisses du TheaterFestival ? Qui sont donc toutes ces personnes qui travaillent, tous ces bénévoles et partenaires qui œuvrent à la réussite de votre festival ? Aujourd’hui : Nelson Polfliet Stéphanie Labie Cette fois, nous avons rencontré Nelson Polfliet, un charmant jeune homme qui a mis tout son cœur à discuter un peu avec nous en français ! Nelson travaille au Kaaitheater comme chef de salle depuis maintenant cinq ans et, de toute évidence, il s’y sent merveilleusement bien. ‘J’essaye de faire en sorte que les spectacles commencent à temps, je m’occupe du planning du personnel de soirée, je m’assure que chaque spectateur ait une place et je ferme la salle en fin de soirée. Je suis aussi responsable de la sécurité.’ En réalité, ce n’est qu’un tout petit aperçu du boulot que Nelson accomplit au Kaaitheater. Contrairement à ce qu’on pourrait croire, sa présence au Kaaitheater et son rôle prépondé­ rant dans l’organisation des représentations ne permet pas toujours à Nelson de profiter des spectacles. En fait, il n’en voit presque jamais. ‘Je pourrais le faire mais je ne suis pas à l’aise. Ça reste le travail, je dois m’occuper des retarda­ taires et on peut toujours m’appeler pendant la représentation.’ Il espère cependant pouvoir retourner voir des spectacles d’ici peu en tant que véritable spectateur, la tête vidée de ses préoccupations de chef de salle. Toujours en quête d’informations croustil­ lantes, nous demandons à Nelson s’il peut nous raconter quelques anecdotes des coulisses du Kaaitheater. ‘Non, c’est très calme, les artistes sont très sages.’ Parfois, lorsque les artistes parcourent les couloirs à la recherche de leur loge, il arrive qu’ils se retrouvent coincés derrière une porte codée. Et cela semble beaucoup amuser Nelson et ses collègues. ‘En fait, le public est parfois plus difficile que les artistes.’ D’après notre interlocuteur, il arrive que des spectateurs soient en retard aux représentations, voire (très) énervés. Jusque­là, rien de bien incroyable. Mais Nelson ajoute qu’il n’est pas le seul à avoir remarqué que la plupart du temps, ces retarda­ taires irrités sont… francophones ! Il semble que nous aurions tout intérêt à prendre en exemple la ponctualité et le calme de nos voisins du nord lorsque nous leur rendons visite… Mais Nelson est aussi un artiste. Il avait entamé des études de réalisateur qu’il a suspendues momentanément pour rejoindre l’équipe du Kaaitheater. Pour pouvoir financer ses études, Nelson avait commencé à travailler

8235

au théâtre le soir, dans un magasin de chaus­ sures le jour et encore au Vooruit de Gand. Ce rythme de vie est vite devenu trop rapide. ‘J’avais 22 ans, je voulais un peu de tranquillité, alors j’ai arrêté mes études pendant 2 ans, puis j’ai repris. Et je suis en train de les terminer.’ Le théâtre faisait également partie de ses passions. Il avait d’ailleurs passé un examen d’entrée dans une école de théâtre, mais pour lui, c’était une évidence, il était fait pour le cinéma. ‘C’est la langue que je parle, cela me vient naturelle­ ment.’ Pour l’instant, Nelson réalise des courts­métrages et ‘c’est aussi une des raisons pour lesquelles je travaille. Faire des films coûte très cher.’ C’est donc grâce à ce job que Nelson a la possibilité d’exercer sa passion, même s’il apprécie également beaucoup son travail, notamment grâce à l’équipe qui l’entoure et pour qui il semble avoir une grande affection. ‘La chose la plus importante pour moi ici, ce sont mes collègues. J’ai toujours trouvé les gens super chouettes, depuis le début. Quand quelqu’un part, c’est toujours difficile de dire au revoir.’

Vous êtes curieux ? Faites donc un tour sur vimeo.com/nelsonpolfliet !

Het aantal TheaterFestivalkaarten dat al over de toonbank ging. En de teller blijft maar lopen. Dus haastje-repje voor die laatste plaatsen! Voorstelling van je dromen uitverkocht? Zet je op de wachtlijst.


Wil je ook adverteren? Mail dan naar redactie@theaterfestival.be!

A SEASON’S OPENING IN DISGUISE

make me up BeFORe We BlOW BlOW

YINKA KUITENBROUWER / THÉO MERCIER & FRANÇOIS CHAIGNAUD / REBECCA HAVEMEYER / RUMMELSNUFF / BIRDCLOUD / BLACKLIGHT PARTY: BERNARD & BERNARD / NARCISSISTER / CHRISTEENE / DOLLY BING BING / PIETER AMPE & MONI WESPI / NINOS DU BRASIL / MOSCOW DISCO RAINBOW CLUB / MEET THE CURATOR: RON BERRY / TINE GUNS / THOMAS WALLNER & EVA KÜPPER Gardenia (before the last curtain falls) / THE WILD BRUNCH / GUADALUPE MARAVILLA

WED 27.09 - SUN 01.10

Vooruit, Gent

INFO & TICKETS: T 09 267 28 28 - VOORUIT.BE ADV-THEATERFESTIVAL.indd 1

06/09/17 10:47

T Nieuw! T- boeken

Tone Brulin

De waterdrager en de dorstige, tien theaterteksten van Tone Brulin, wereldtheater avant la lettre. i.s.m. het conservatorium antwerpen

376 blz. – € 24,50 tijdens Het TheaterFestival te koop in het Kaaitheater

Jan Decorte

Heruitgave van het Dramatisch Peripatetikon, een filosofische theaterwandeling met Herman Teirlinck, de godfather van het Vlaamse theater. Verschijnt 21 oktober 2017. i.s.m. het conservatorium antwerpen 296 blz – € 18,95

Tis of tisni. Over Jan Decorte, kleurrijk fresco over leven en werk van een radicaal theaterkunstenaar. Verschijnt 13 oktober 2017. i.s.m. het kaaitheater 296 blz. groot formaat – € 34,95

theaterpublicaties

Herman Teirlinck

T- boeken met de T van Theater

www.t-boeken.be www.aspeditions.be


Lees de artikels uit deze festivalkrant en ontdek meer op theaterfestival.be/blog f Het TheaterFestival t @theaterfestiva1 en #HTF17 hettheaterfestival tickets: theaterfestival.be wo 6 september 14u30 19u00 13u30 20u30 20u30

CHASSE PATATE (8+) Studio Orka Lintbos Grimbergen CHASSE PATATE (8+) Studio Orka Lintbos Grimbergen Podiumdocumentatie: De toekomst van het verleden Kaaistudio's alleen tg STAN De Vaartkapoen The only way is UP Boris Van Severen & Jonas Vermeulen/CAMPO Beursschouwburg

do 7 september 10u00 19u00 20u00 20u30 20u30

Ontmoetingsdag nieuwe alliantie voor de kunsten in de lokale gemeenschap CC Strombeek CHASSE PATATE (8+) Studio Orka Lintbos Grimbergen Malcolm X Junior Mthombeni, Fikry El Azzouzi & Cesar Janssens/KVS KVS BOL The only way is UP Boris Van Severen & Jonas Vermeulen/CAMPO Beursschouwburg Niets De Nwe Tijd & hetpaleis Kaaitheater

Pers en media ‘Opvallend toch ook hoe het TheaterFestival vooral een toneel­ festival blijft. Ook al is er dit jaar een doorbraak met voorstellingen van Salva Sanchis en Claire Croizé bijvoorbeeld. Het heeft wel héél héél lang geduurd. En ook opvallend: hoe Vlaams dit festival toch vooral is, letterlijk dan. Toch onbegrijpelijk dat nog niet één keer op het TheaterFestival iets te zien geweest is van bijvoorbeeld Mette Ingvartsen, Daniel Linehan, Heine Avdal of Kate McIntosh.’

Theo Van Rompay houdt op Facebook een pleidooi voor een apart dans- en performancefestival.

heater

Podiumtip 2017-2018 Naomi Velissariou Apollon Musagète (Florentina Holzinger) De Vlaams-Griekse Naomi Velissariou (°1984) werkt als theatermaker in Amsterdam. In 2014 won ze op Theater Aan Zee de KBC Jong Theater Prijs voor A Tragedy (simplified). Afgelopen mei won ze de Charlotte Köhler Prijs – een aanmoedingsprijs voor jong talent. Dina Dooreman Naomi Velissariou nomineert voor onze rubriek de nieuwste voorstelling van generatiegenote Florentina Holzinger die in oktober in Campo in Gent te zien zal zijn. Voor Apollon Musagète brengt de contro­ versiële Oostenrijkse choreografe zes vrouwen samen op het podium, waar ze op een humorvolle en lichamelijke manier kritisch reflecteren over het concept van de perfecte vrouw. Daarbij combineren ze elementen uit het fin de siècle freak­ show­genre, de live­art van de jaren 60 en het neoklassieke ballet van George Balanchine. De explosieve performance zal van hieruit de grens tussen kunst en entertainment in vraag stellen. De moeite waard, aldus Naomi. 'Omdat Florentina een zeldzaam Europees kunstenaarschap voorstaat. Omdat ze inspirerend is, ook als ze gewoon een boterham eet. Omdat ze zo vrouwelijk is dat mannen in haar buurt spontaan verbleken. Omdat ze je geest openbreekt zonder je ook maar ergens van te overtuigen. Omdat ze politiek is zonder aan politiek te doen. Omdat ze van shock art pure poëzie maakt en van theater een lifechanging experience. Doei!'

redactie Jonathan van der Horst, Eline Van Lancker, Dina Dooreman, Lynn Elshof, Elise Pierre, Gilles Michiels, Lieselore Remans, Mia Vaerman, Nina Vurdelja, Milana Vojnovic, Xandry van den Besselaar, Stéphanie Labie hoofdredactie Filip Tielens grafisch ontwerp Mies Van Roy identiteit festival Laura Bergans filmteam Kim Snauwaert, Anke Van Meer V.U. het TheaterFestival Vlaanderen, Kathleen Treier, Jan Van Rijswijcklaan 155, 2018 Antwerpen


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.