9 SEP 2021 DAGKRANT #HTF21
©r
De miljonairsdroom van Willem de Wolf
Zonderlingen en de liefde in Rome
Advocaat van de duivel in De zaak Shell
Bibi van Lieshout in de prijzen
r
Brief aan Musia
Aan wie zou u een serenade opdragen?
© Kurt van der Elst
www.theaterfestival.be
© Bart Grietens
The Courage to be Disliked de KOE
9 sep 2021 3
‘Ik zou nog steeds heel graag morgen miljonair zijn’ In de voorstelling The Courage to be Disliked van Compagnie de KOE speelt Natali Broods een gefortuneerde vrouw, die in een interview met Peter Van den Eede vertelt over hoe ze de onderbuik van de samenleving observeert. Wij spraken met Willem de Wolf, die de tekst schreef voor deze ‘documentaire over een toneelstuk over het maken van een documentaire’. Jens Dewulf & Ellis Meeusen
4 9 sep 2021
The Courage to be Disliked de KOE
© Koen Broos
In het gebouw van de KOE in de Antwerpse Schildersstraat wacht Willem de Wolf ons op in een keuken waar hij maar nét in past – wie Willem kent, weet dat je de plafonds beter hoog maakt. Of we een colaatje willen? Of een chocolaatje? Achter ons staat het decor van The Courage to be Disliked klaar. Het geluid van zacht pratende lichttechniekers, een stomend strijkijzer en het stemmen van iets wat op een gitaar lijkt, doorkruisen ons gesprek. Hier zal gespeeld worden. Maar nu nog niet, eerst nog een uur weloverwogen filosoferen met Willem de Wolf. Want ook hier geldt: wie Willem kent, weet dat hij nooit spreekt zonder eerst na te denken.
Waar komt het idee vandaan om een ‘documentaire over een toneelstuk over het maken van een documentaire’ te maken? Willem de Wolf: ‘Die vorm is er gekomen door de pandemie. We wisten al dat Natali deze monoloog zou spelen. Tijdens een gesprek, hier, waar we nu zitten, heb ik gezegd: “Volgens mij gaat die pandemie voorlopig niet over en moeten we anders over de monoloog beginnen te denken.” We hadden op dat moment nog geen vorm voor deze voorstelling. Dat was in de tijd dat Oprah Winfrey Harry en Meghan interviewde. We hebben daar toen veel over gesproken, over het maken van al dan niet geënsceneerde documentaires. Peter stelde toen voor om onze eigen Oprah te introduceren. Daardoor werd het stuk plots veel tastbaarder en kreeg Natali ook een motivatie. Doet ze zichzelf beter voor dan ze is? Wil ze een goede indruk maken? De vormverandering heeft dat allemaal bespreekbaar gemaakt.’
De voorstelling was er dus ook gekomen zonder pandemie, maar dan in een andere vorm? ‘Jazeker. En nu wil niemand nog naar een scherm kijken. Als we het stuk op het repertoire houden, is de kans groot dat we het opnieuw bewerken naar een theatervorm. Ik weet nu nog niet echt hoe het zou moeten zijn. Dit format is al zo geweldig.’
Zou je dan een camera meenemen op de scène? Dat is iets wat de KOE nog niet heeft gedaan. ‘Ja, dat denk ik wel. Onze zakelijke leider heeft ons toegestaan om te investeren in een steadicam. Een goedkope weliswaar, maar een goede. We zijn van plan daar meer mee te doen. We hebben met Natali natuurlijk al een fantastische filmactrice in huis, en onze techniekers hebben de knowhow én de ambitie om meer met film te doen. We denken eraan om in onze nieuwsbrieven korte scènes toe te voegen. En in onze nieuwe coproductie met De Nwe Tijd en Hof van Eede over David Foster Wallace, DAVID, zal ook een filmfragment te zien zijn.’
Oorspronkelijk heb je het stuk geschreven voor twee studentes. Hoe heb je die tekst aangepast naar een monoloog voor Natali met interventies van Peter als interviewer? ‘In het oorspronkelijke stuk krijg je het personage te zien dat Natali nu speelt én haar vriendin Hannah. Natali heeft een tijd geleden laten vallen dat ze zich nog eens aan een monoloog wilde wagen. Iedereen vond deze tekst al heel mooi toen die twee studentes hem speelden. Dan heb ik er dus een monoloog van gemaakt. In een tweede fase heb ik er die interviewstructuur aan toegevoegd. Daartussen is nog van alles gebeurd. De tekst is bijvoorbeeld erg aangepast aan hoe Natali spreekt en hoe ze zelf alles wilde zeggen.’
Hoe ben je op de titel The Courage to be Disliked gekomen? ‘De titel heb ik gejat van een zelfhulpboek in Amerika. Een tijdje geleden had ik me geabonneerd op Blinkist. Dat moet je niet doen, want het is pure onzin. Dat is een app waarbij ze je beloven dat je non-fictieboeken in een kwartier kunt lezen omdat ze daar geweldige samenvattingen maken. Een van de boeken die daar stond samengevat, was The Courage to be Disliked.’
Is er dan moed voor nodig om niet leuk gevonden te worden? ‘Ja, ik denk dat daar moed voor nodig is… Ik beschrijf iemand die in ons gebied weinig wordt beschreven, waar wij eigenlijk alleen maar een clichébeeld van te zien krijgen. Een conservatieve vrouw die een bepaald feminisme rechts inzet. Ze noemt het “door geld verworven feminisme”. Ze kan feministisch zijn omdat ze het zich kan permitteren om het belang van mannen niet te noemen.’
‘The Courage to be Disliked is eigenlijk de Fiddler on the Roof van Willem de Wolf’ ‘Ik vond het aantrekkelijk om te onderzoeken of onze tegenargumenten sterk genoeg zijn. Of neemt zij mij mee in haar wereld? Als je een karikatuur toont, wordt het nooit gevaarlijk. Dat vind ik interessant. Zeker omdat Natali natuurlijk zo sympathiek is, zo innemend, charmant en elegant, dat je denkt: dat komt nu echt wel op een nare manier dichtbij.’
© Koen
Broo s
9 sep 2021 5
The Courage to be Disliked de KOE
‘Er zijn wel mensen die over haar zeggen: “Wat een onsympathiek persoon.” En dat is iets wat ik niet goed begrijp. Ik zie niet in wat haar onsympathiek maakt. Haar levensstijl is van God los, misschien, niet van deze wereld. Ze beschrijft bijvoorbeeld hoe ze omgaat met de dood van haar vader: dat is een manier om om te gaan met de dood van je vader. En het is maar de vraag of een andere manier van omgaan met de dood van je vader beter is.’
‘Kijken’ is een belangrijk motief in het stuk. Altijd opnieuw kijkt de vrouw naar de armoede in de straten, waarna ze weer wegkijkt. Zo probeert ze niet persoonlijk te worden aangetast door wat ze ziet. Maar bij de dood van haar vader blijft ze kijken. ‘Als er later naar wordt geïnformeerd, zegt ze wel dat ze sliep en dus niets gezien heeft. Maar ze heeft alles wel degelijk gezien, tot in detail zelfs. Ik denk dat ze dat deed omdat ze het graag zag. Ik denk dat het denkbaar is dat haar verhouding tot haar vader zo problematisch was, dat ze wilde toekijken toen hij stierf. Het is gebeurd. Tenminste, zij zegt het, en ik liet het staan.’ (lacht)
Dat kijken en weer wegkijken, is dat dan een onethische blik? ‘Die manier van kijken is al heel oud. Ik ken die ook al heel lang. In het begin van het stuk beschrijft de vrouw hoe ze een kind met een waterhoofd zag. Dat is iets uit mijn eigen herinneringen. Ik zag een kind met een waterhoofd en ervoer toen voor het eerst dat je kunt wegkijken. Of dat je met je ogen voor de helft gesloten kunt kijken.’
Ze kijkt niet alleen weg, ze grijpt ook niet in. ‘Inderdaad. Behalve dan dat ze geld geeft. Ja, ze geeft geld… De vraag is wat ze anders kan doen. Behalve dan, zoals ze zelf zegt, alles weggeven en iemand van “hen” worden.’
En zou de wereld daar dan beter van worden? ‘Stel je voor dat er een totale nivellering in de wereld zou komen. Ik ben er echt van overtuigd dat het dan met het merendeel van de mensen écht beter zou gaan. Iemand vertelde me laatst dat wat Kevin De Bruyne in één jaar verdient, overeenstemt met het hele Vlaamse systeem van cultuursubsidies in vijf jaar. De verhoudingen zijn ronduit absurd. In The Courage to be Disliked had ik geschreven hoeveel het hoofdpersonage bezat. Elke keer dacht ik: ik moet daar meer bij doen. Het was altijd te weinig. Het moest onvoorstelbaar worden. En ik telde nog in miljoenen, terwijl het al om miljarden gaat...’ (lacht)
Haar rijkdom heeft ze niet zelf verworven, maar geërfd. ‘Klopt! En daar doet ze niet geheimzinnig over. Als je documentaires ziet over rijke mensen, zie je dat wel vaak. Om de een of andere reden willen ze hun levensstijl altijd vergoelijken: “Ja maar, ik heb ook verantwoordelijkheid.” Of: “Wij werken ook erg hard.”’
Waarom was het zo belangrijk voor jou dat zij daar wel zo open over was? ‘Het leek me heel fijn om haar het vermogen te geven om “meta” te zijn, om haar te laten nadenken over haar eigen rijkdom. Op het einde vraagt ze zich af of bewustzijn over haar situatie de wereld wel helpt. Ik twijfel daar ook soms aan. Dat maakt haar zo interessant. Ze heeft inzicht in haar privileges. Daardoor kan ze ook zoveel dichter bij het publiek komen. Je kan denken: Aha! Veel van jouw privileges heb ik ook! Behalve dan jouw rijkdom, die heb ik niet, maar de andere privileges wel. Die meta-inzichten maken haar zoveel interessanter.’
Maken die haar ook sympathiek? ‘Ik denk het wel! Of in ieder geval: ze geven haar een zekere geestigheid en relativeringsvermogen. Ze is een buitengewoon intelligente vrouw. Ze verontschuldigt zich nooit. Ze denkt: ik weet dat jullie mij verwerpelijk vinden, maar wat willen jullie dat ik doe? Als je er wat aan wilt doen, moet je met een pistool voor me komen staan en mijn rijkdom opeisen. Zolang je die mij niet afneemt, geef ik mijn geld niet weg. Dat is mijn geluk. En ik doe toch veel voor jullie? Ik investeer toch in kunst?’ (lacht)
‘Ik heb geprobeerd om ons eigen witte privilege te onderzoeken door het gigantisch groot te maken’ We verschillen niet zo heel erg van haar? ‘Dat wil ik inderdaad duidelijk maken. Dat geldt zeker voor ons, wij zitten ook in die kunstenaarswereld. Die wereld wordt altijd in verband gebracht met activisme en emancipatie. Omdat de kunst zich daarmee associeert, associeert ook de vrouw zich daarmee. Daarmee is een belangrijk deel van haar solidariteit met de wereld gedekt, natuurlijk.’
In de kunstwereld eisen minder geprivilegieerde stemmen hun plaats op. Toch kiezen jullie ervoor om juist wél een geprivilegieerde op te voeren. Waarom? ‘Wij zijn met de KOE een witte, geprivilegieerde organisatie. Het belangrijkste is om juist dat te analyseren, wat dat is. In deze tekst heb ik geprobeerd om ons eigen witte privilege te onderzoeken door het gigantisch groot te maken.’
Waarom speelt het stuk zich in Amerika af en niet in België? ‘Dat is een van de belangrijkste vragen die we ons hebben gesteld. Ik heb het grootste deel van de tekst in Amerika geschreven. Het verhaal lijkt mij daar het meest evident. Een taxi bestellen op Fifth Avenue… Die luxe, daar gaat het me om.
Ik weet niet hoe ik dat moet transponeren naar bijvoorbeeld een straat in Brussel. Tegelijkertijd hoop ik ook dat de enorme afstand er net voor zorgt dat het dichterbij komt. Zodat je denkt: het is helemaal niet zo ver weg. Dat maakt het pregnanter.’
In de laatste scène zegt de interviewer: ‘Van een privilege moet ge genieten, dat is wel het eerlijkste ten aanzien van diegene die geen privileges heeft.’ Is dat de clou van de voorstelling? ‘Ik vind dat een mening. Als schrijver heb je het mooie voorrecht om dingen die je niet zeker weet, waaraan je twijfelt, aan de ene kant door iemand te laten zeggen en aan de andere kant het tegenovergestelde door iemand te laten zeggen. Zelf vind ik het politiek een vrij dubieuze opmerking… Ik ben er ook niet helemaal uit. (denkt lang na) Die eindscène zat niet in de oorspronkelijke tekst. Op een bepaald moment zei Peter dat hij nood had aan een slotscène. Toen heb ik dat einde nog geschreven.’
Was het altijd de bedoeling om met deze tekst je eigen privilege te onderzoeken? ‘Ja. Dat gaat niet anders. Vanaf het allereerste moment voelde ik dat dit stuk over mezelf gaat. Maar ik wilde niet alleen mijn privilege onderzoeken, maar ook mijn jaloezie, de wens die ik als kind had om rijk te zijn. Het is me nooit gelukt, maar nog steeds zou ik heel graag morgen miljonair zijn. Niet dat ik mijn leven echt anders zou inrichten, maar ik zou dat gewoon heel graag willen.’
‘If I were a rich man’? ‘Dat is het eigenlijk, ja. The Courage to be Disliked is eigenlijk de Fiddler on the Roof van Willem de Wolf. (lacht) Ik kan me nog heel goed de periode in mijn leven herinneren dat ik geen geld had. En dat zorgde er in elk geval voor dat het werk dat ik maakte veel minder goed was. Wat ik nu maak, kan ik maken door de omstandigheden binnen dit gezelschap. Dat is een enorme rijkdom. Ik kan met honderd procent zekerheid zeggen dat precariteit iemands werk niet beter maakt. Beperkte middelen hebben een rechtstreekse invloed op de kwaliteit van je werk en de kwaliteit van je leven.’
Zou je ook een voorstelling kunnen maken over een minder gegoed personage? ‘Ja. Ik zou graag nog een voorstelling schrijven vanuit de blik van een arme. Ik schrijf sowieso graag vanuit een perspectief dat ik niet ken. Ik manipuleer mijzelf graag in een bepaalde situatie. Daarom is het ook een vrouw geworden. Ik schrijf heel graag voor vrouwen.’
The Courage to be Disliked speelt op donderdag 9 september om 19u en vrijdag 10 september om 20u in De Studio
6 9 sep 2021
De zaak Shell Anoek Nuyens & Rebekka de Wit
Een persoonlijke reflectie over De zaak Shell Het is altijd even schrikken als je de vijand begrijpt. Zo schrok ik soms tijdens De zaak Shell. Hoe kan het dat ik naar een monoloog kan luisteren van een Shellhoofdman en dat ik na zijn laatste woorden langs zijn vinger meekijk naar degene in wiens schoenen hij de schuld schuift? Omdat hij misschien toch wel gelijk zou kunnen hebben. Misschien is het niet Shell, maar zijn wij de slechteriken in dit verhaal. Waarom wijzen we eigenlijk allemaal naar grote oliebedrijven? Is dat niet makkelijk? Jane Stuhlmacher
Met de redactie van de dagkrant van het TheaterFestival spraken we tijdens de lunch over leren debatteren op de basisschool. Iemand van ons had ooit moeten pleiten voor het testen van make-up producten op dieren. Iemand anders moest zich presenteren als voorstander van Temptation Island en beargumenteren dat er niks mis was met het manipuleren van verliefde stelletjes voor het vermaak van een ander. Zij werd eigenlijk al woedend bij de gedachte dat iemand haar ouders zoiets zou kunnen aandoen, maar toch werd ze ingedeeld bij ‘team-voor’. Er kwam een gesprek op gang over waarom je een standpunt moest leren innemen waar je niet achter staat, over waarom we al zo vroeg advocaat van de duivel moesten leren spelen.
De onschuld verdedigen In De zaak Shell horen we pleidooien van alle betrokken partijen bij de klimaatcrisis naar aanleiding van de Nederlandse rechtszaak van Milieudefensie tegen Shell. Shell, de burger, de consument, de overheid en de toekomstige generatie komen aan het woord. Pleidooien geschreven door Anoek Nuyens en Rebekka de Wit. Wat blijkt? Voor alle partijen zijn monologen te schrijven, vol met logische zinnen, argumenten en overtuigingskracht. Iedereen is onschuldig. Of in ieder geval onschuldiger dan een ander. Onze onschuld verdedigen hebben we allemaal al vroeg goed geleerd.
Het is menselijk om jezelf en jouw team te willen verdedigen. Sinds we dat niet meer echt fysiek hoeven te doen, gebruiken we alleen nog onze vingers en onze woorden. Als de één naar jou wijst, schiet onze arm uit overlevingsdrang de lucht in naar degene naast je. Anoek en Rebekka stellen dat de klimaatcrisis eigenlijk een verantwoordelijkheidscrisis is. Ze laten in hun voorstelling zien hoe de verantwoordelijkheid van de één naar de ander en terug geschoven wordt. Shell roept niets te kunnen als het gedrag van de consumenten niet verandert; de consument wijst naar de overheid en de overheid wijst terug. Als ik ze zo hoor, zie ik ons in het klaslokaal van mijn basisschool één voor één naar voren stappen om onze onschuld te beargumenteren.
Wie is het dan? Ik weet ook wel dat het goed is dat we leren debatteren. Ik weet dat het goed is dat we op de basisschool in onze gebloemde rugzakjes de kwaliteit toegestopt hebben gekregen om vanuit verschillende standpunten te kunnen argumenteren. Maar het frustreert me ook dat het daardoor niet lukt om een goed of fout aan te duiden in crises zoals deze. Misschien ligt daar wel het probleem. Misschien ging het fout toen we leerden dat er altijd twee groepen waren. Een groep is voor en een groep is tegen. En toen we leerden dat áls er twee groepen zijn, er ook altijd een groep is die wint. En
© Karin Jonkers
9 sep 2021 7
De zaak Shell Anoek Nuyens & Rebekka de Wit
misschien ging het mis toen we met het winnende team - het team dat pleitte voor make-up testen op dieren - naar de andere kant van de klas wezen omdat wij het bij het rechte eind hadden en omdat wij de mooiste en de luidste woorden hadden gebruikt. Misschien is het probleem dat er geen enkele groep is die wint in de klimaatcrisis. Milieudefensie won de rechtszaak tegen Shell, zoals Anoek en Rebekka al een jaar geleden in De zaak Shell voorspelden. Zij hadden het bij het rechte eind; Shell werd schuldig bevonden. Dat is een stap in de goede richting. Maar toch zitten we allemaal nog op dezelfde stoelen met dezelfde bommen eronder. Een bom waarop ‘schuldig’ geschreven staat door iemand anders op wiens bom ‘schuldig’ geschreven staat door iemand anders op wiens bom ‘schuldig’ geschreven staat… We zitten niet meer in een klaslokaal. Er zijn hier geen twee groepen. Er is geen groep die wint omdat ze de mooiste verhalen kunnen vertellen. Verhalen vertellen doen we niet om iets te winnen, maar om iets te delen.
Op 26 mei 2021 won Milieudefensie de rechtszaak tegen Shell. De Nederlandse rechter besloot dat de CO2-uitstoot van Shell in 2030 netto 45 procent geslonken moet zijn. De zaak, aangespannen om radicale koerswijzigingen bij Shell teweeg te brengen, was revolutionair. Er klonk gejuich. Shell reageerde meteen op de uitspraak: ‘Er is dringend actie nodig om klimaatverandering aan te pakken’, maar wat precies het plan van aanpak zal zijn, wordt in het midden gelaten. In juli 2021 laat Shell weten in hoger beroep te gaan: ze vinden de eis onrealistisch.
In maart 2021 begint de klimaatzaak in België. Zeven jaar eerder besloten elf bezorgde burgers de Belgische bevoegde overheden aan te klagen voor het wanbeleid dat gevoerd wordt ten opzichte van het klimaat. Op 17 juni kregen ook deze burgers, die zich inmiddels hadden verenigd in de vzw Klimaatzaak, gelijk. De Belgische overheden zijn collectief veroordeeld voor hun nalatige klimaatbeleid. Dit keer is het de Klimaatzaak zelf die in hoger beroep gaat. Dat ze gelijk hebben gekregen is mooi, maar concrete reductiedoelstellingen zijn niet opgelegd. Ook in België laat radicale koerswijziging op zich wachten.
Lieve Musia / Dag Musia / Beste Musia Een maand geleden stonden we tot in een gat in de nacht te dansen in een afgelegen loods. Onderweg reed ik met mijn fiets in de tramsporen en viel genadeloos met mijn gezicht op de grond. Jij hielp mij toen recht. Omdat ik te veel zin had in het al veel te lang uitgesteld plezier, reden we argeloos verder, jij met een blik vol medelijden, ik met een wondje op mijn wang. Het laatste bericht dat ik je stuurde was een lang bericht om je een gelukkige verjaardag te wensen. Zoals altijd bij onze berichten is het melig. Je staat in mijn telefoon als ‘Musia’, met de emoji van het non-binair elfje erachter. Het volgende bericht dat ik je stuur is een droge vragenlijst over De zaak Shell, de voorstelling waarin jij de slotmonoloog verzorgt. ‘Een interview voor Studio Speelhuis, de podcast van de redactie van het TheaterFestival’, zeg ik. En jij wenst mij proficiat omdat het cool is dat ik daaraan mag meewerken. Ik wens jou proficiat omdat het cool is dat jij op het TheaterFestival mag staan, en we lachen. We zijn beide te bescheiden. Je zegt dat je de vragen zult bekijken. Tot ik een antwoord terug krijg, herlees ik steeds de vragen. Ik beeld me in op welke manier je ze gaat beantwoorden. Ik stel me jou voor aan je fornuis met een pan bakbananen die je voor ons maakt terwijl je ratelt over de klimaatcrisis. Ik stel me voor hoe je ’s ochtends bij mij aankomt voor koffie en zegt dat je er de hele tijd over hebt nagedacht, wie zou ik voor de rechter slepen? er zijn zoveel opties, er zijn zoveel slechte meneren!. Ik stel me jou voor, in je kleurrijke kledij, terwijl je aan je ringen friemelt, zoals je doet als je zenuwachtig bent. Elke kamer waar jij binnenkomt wordt contourloos zacht, als een botertje boven een gasvuur, maar dat kan ik niet schrijven. Ik lees de vragen nog eens. Ze lijken zo koelbloedig vergeleken met alle andere berichten. ‘Zoals de klimaatcrisis’, zou je zeggen, als ik jou zou vertellen hoe moeilijk ik het vind om mijn beste vriendin op een waardige manier te interviewen, op een waardige manier neer te schrijven. ‘Zoals de klimaatcrisis: zo onpersoonlijk en toch zo dichtbij.’ Ik zou vragen of dat on the record mag. Ik zou zeggen dat het een hele coole quote is, past perfect binnen het concept, en jij zou trots glimlachen. Ik weet dat ik jou niets verschuldigd ben, geen sorry voor alle keren dat ik bij jou heb gehuild, geen goed artikel voor alle keren dat we samen dansten en ik me mooier voelde dan ooit. Maar ik geef je een lijst vragen nog voordat ik ik jou een verjaardagscadeau kan geven.
Want eigenlijk interviewen we elkaar elke dag. Vragen elkaar hoe het gaat. Waar we zitten. Hoe de liefde verloopt. Of we dit album al hebben gehoord, dat boek al hebben gelezen. Ik voel mij een jaloers lief, alsof ik je niet kan delen met een anonieme lezer. Je bent te echt, Musia Non-binair Elfje, je bent te echt. Boven het papier waar ik notities van ons gesprek op schrijf, zet ik in drukletters ‘bad writer, best friend’. Het is een coole band name, toch? “Bad writer, best friend: vanavond in TRIX!” Maar het gaat niet over mij. Hoe zou jij je band noemen, Musia?
Maria de Cort
© Karin Jonkers
De zaak Shell speelt op donderdag 9 september om 20u30 in Monty
(a) Bad writer (to a) best friend
8 9 sep 2021
Zonderlingen Johannes Wirix-Speetjens
‘Een verhaal is In zijn eerste productie Zonderlingen vertelt jonge maker Johannes WirixSpeetjens een liefdesverhaal. Hij staat alleen op een leeg podium en neemt het publiek mee op reis door een landschap vol groot geluk en groot verdriet, van een markt in Rome tot het balkon van Romeo en Julia in Verona. Jane Stuhlmacher
In het begin van Zonderlingen wordt (het personage) Johannes door zijn therapeute Tanja toegesproken. ‘Jij moet veel babbelen’, zegt ze. ‘Zoek een beeld. Probeer een beeld te vinden dat omschrijft wat het is.’
Het zaadje ‘Als ik denk aan het ontstaan van deze voorstelling, bevind ik me in Rome. In het hart van Rome, maar toch ook in een oase van rust: een klooster. Daar is het eerste zaadje geplant. Daar heb ik in 2018 van de herfst tot de zomer daarna gewoond en heb ik veel geschreven. Ik kon de stad eerst totaal inademen en in mij opnemen, om hem daarna uit te ademen in woorden.’ ‘Die kerk, de San Giorgio in Velabro, komt ook voor in het stuk. Het is een super mooie kerk, maar zo eenvoudig, zo sober. Een plek waar het echt kan gaan om de menselijkheid van het geloof, niet over het instituut en het goud, de pracht en de praal. Mijn vader was zelf bisschop in de oud-katholieke kerk in Haarlem. (laat zijn ketting zien) Dit is van hem: een kruisje. Ik ben zelf eigenlijk niet gelovig genoeg om het te dragen, maar ik vind geloof wel iets machtigs. Daarom vond ik het heel fijn om in dat klooster in Rome te wonen. Omdat ik me daar ook wel heel erg thuis voelde. Mijn vader is overleden toen ik tien was, maar in elke kerk waar ik ben, voel ik dat ik heel dicht bij hem ben.’
De eerste woorden ‘Misschien waren de eerste woorden van dit verhaal ook wel deels in het Italiaans. Die gingen over het leven en de liefde in Rome. En eigenlijk ook al over het verliezen daarvan terwijl het er nog is. Dat iets door je vingers glipt terwijl je het nog beet hebt. Terwijl ik in Rome woonde speelde dat omdat ik wist dat mijn Erasmusuitwisseling zou eindigen. Ik had er bovendien een relatie waarvan ik voelde dat het op een gegeven moment zou aflopen tussen hem en mij. Er was iets dat niet ging, maar dat wilde ik niet zien. Daarom schreef ik het maar op.’
De repetities ‘Ik heb zo veel verschillende beelden bij de eerste repetities, maar sowieso is het een beeld met Bruno (Vanden Broecke, red.) erbij. Ik zie voor me hoe hij naast me stond op de vloer. Hij stond daar echt als mens, als tutor, als mentor, als vader. Hij was zoveel tegelijkertijd. Ik had het idee dat we dezelfde verbeeldingswereld deelden, dat we hetzelfde huis zagen waarin het personage woonde, dat we begrepen wat hij voelde. Dus ik zie hem in ieder geval heel dicht bij me. Misschien wel in de grote zaal hier, dat gigantische podium. Dat is wel heel groot voor één persoon.’
© Koen Broos
Op de bovenste verdieping van c o r s o , Johannes’ logeeradres, vraag ik hem opnieuw op zoek te gaan naar beelden. Dit keer om te omschrijven wat Zonderlingen is, waar het vandaan komt en waar het misschien nog naar toe kan leiden. Johannes nam mij op die zonnige middag, zoals hij dat ook in de voorstelling doet, mee van Berchem naar Rome en terug.
‘Op een bepaalde manier deed het Italiaans me ook met een andere blik naar mezelf kijken. Het zorgde voor nieuwe perspectieven. Die taal hielp mij om eindelijk eens - nou ja eindelijk, ik ben nog niet zo oud - nieuwe woorden te kunnen vinden, om met een schone lei te kunnen beginnen en te bedenken wat voor persoon ik eigenlijk ben, of op wat voor manier ik me eigenlijk wil uiten. Terwijl ik Italiaans leerde, had ik het idee dat ik dat zelf kon kiezen. Ik kon mezelf rationele woorden aanleren, zoals: interessant, goudkleurig, een ruw oppervlak. Of juist dingen met heftige emotionele kleuren, zoals: jij maakt mij boos! Dat gaf een heerlijk gevoel.’
9 sep 2021 9
Zonderlingen Johannes Wirix-Speetjens
altijd een reis’ © Koen Broos
gaat ergens naartoe waar je het nog niet kent. Dat was echt een heel bijzonder moment.’ ‘Ik kan bijna niet geloven dat de première nu écht gaat plaatsvinden. Dit verhaal ligt al zo lang klaar om verteld te worden. (Johannes slaat zijn hand op de theatertekst die voor hem op tafel ligt) Elke dag wordt het voor mij nog urgenter om het te vertellen. Want het heeft heel veel zin. En ik heb heel veel zin. En het spannendste is natuurlijk dat er mensen gaan komen kijken die ik niet ken. Dat er mensen komen die het verhaal echt niet kennen, maar Zonderlingen gewoon een leuke titel vinden.’
De toekomst ‘Ik zie heel veel als ik naar de toekomst kijk. Ik zal proberen niet met een waslijst te komen. Ik zie het plafond van een barokkerk in Rome, met al die versiering, de hemelpoort. (lacht) Ik wil dat mijn toekomst in het teken blijft staan van mensen verbinden. Dat klinkt zo pathetisch, maar ik zou niets anders willen doen dan mensen uitnodigen om nieuwe perspectieven te zien, nieuwe verhalen aan te horen.’ ‘Iemand zei tegen mij: “Je hebt deze wereld al een heel klein beetje mooier gemaakt. Je hebt al iets achtergelaten door een verhaal te vertellen dat tot de verbeelding spreekt en liefde adresseert.” Dat vond ik zo mooi. Als dat kan door dicht bij mezelf te blijven en nieuwe oorden op te zoeken, nieuwe mensen te ontmoeten, dan wil ik dat voor altijd blijven doen. Dan wil ik nooit iets te maken hebben met dingen die niet de menselijkheid centraal laten staan. Dus als ik de toekomst zie, dan zie ik heel veel. Heel veel ideeën en heel veel verhalen die nog verteld moeten worden.’
Zonderlingen speelt op donderdag 9 september en vrijdag 10 september om 20:00 in c o r s o ‘Zonderlingen is natuurlijk ook een meervoud, dus het gaat over twee mensen. Deels is dat ook nog erfenis van de twee spelers die eigenlijk op het podium zouden hebben staan. We wilden initieel met twee een voorstelling maken over de kracht van ontmoeting, maar het is een monoloog geworden. Toen ik na een tijdje alleen verder ging, dacht ik: hoe kan ik daar nu in mijn eentje een voorstelling over maken? Mijn personage wilde ook graag een dialoog en had zijn geliefde graag mee op podium gehad, maar hij staat er alleen. Ik hoop dat het nog wel spreekt voor twee. Dat het duidelijk is dat er in die lucht, in die sterrenhemel, ergens beneden, nog iemand anders is, of is geweest, of zal zijn. Dat hoop ik.’
De (pre-)première ‘Begin januari hebben we een interne premiere gehad, met mijn familie en vrienden. Er kwamen eindelijk weer zielen dit gebouw binnen; er waren eindelijk nieuwe ogen om voor te spelen. Toen ging het leven en ging het over een verhaal brengen, van oog naar oog en hart naar hart. Wow, dacht ik, ik heb gewoon een fucking voorstelling gemaakt, die mensen echt meeneemt op een reis. Precies zoals ik het wou. Een voorstelling die mensen uitnodigt om mee te stappen in een verhaal. Een verhaal is altijd een reis. Je
10 9 sep 2021
Roel Verniers Prijs
‘We moeten weten waarom we zijn wie we zijn’ In Arenberg werd gisteren de Roel Verniers Prijs uitgereikt, de prijs die jong en beloftevol podiumtalent ondersteund. Een middag lang pitchten 9 jonge makers hun concepten aan een live jury. Uiteindelijk won Bibi van Lieshout, met het concept voor de voorstelling Paris is a woman.
Waarom moet dit verhaal nu verteld worden? ‘Eén van mijn spelers, die op dit moment in transitie zit, zegt het heel duidelijk: "Als ik ‘s avonds over straat wandel, or they wanna kill me, or they wanna fuck me." Ik voel dat zelf ook. Ik ben samen met een vrouw en onze liefde wordt altijd geseksualiseerd. Het gebeurt vaak op microniveau, maar het is er altijd. Om die reden vind ik het belangrijk dat we onze geschiedenis begrijpen. We moeten weten waarom we kijken hoe we kijken, waarom we zijn wie we zijn.’
© Tina Herbots
Maria Feenstra De 25-jarige Bibi van Lieshout is theatermaker en speler. Ze is afkomstig uit Nederland en woonachtig in Antwerpen. Vorig jaar studeerde ze af aan het RITCS in Brussel. Volgend jaar mag ze haar voorstelling presenteren op het TheaterFestival, nu ze de Roel Verniers Prijs won. ‘Het zijn allemaal prachtige en uiteenlopende concepten die vandaag werden voorgesteld’, vertelt Bibi me na de prijsuitreiking. ‘Maar toen ik vanmiddag op het podium stond, voelde ik wel de noodzaak van ons verhaal. Het moet gewoon verteld worden.’
Kan je meer vertellen over jouw pitch? ‘Paris is a Woman gaat over Parijs in de jaren zestig. Op dat moment moesten de transvrouwen op straat werken om hun transitie in Casablanca te kunnen betalen. Marokko was toen het eerste land waar een dokter dat effectief deed. Een tijd daarvoor, in de jaren twintig, bestond er een vrouwelijk kunstenaarscollectief. Zij waren allemaal gay en maakten prachtige dingen. De meesten van hen kennen wij alleen niet, omdat we nog steeds vanuit een mannelijk perspectief leven. Met mijn project wil ik die vrouwen een podium geven. Dat wil ik doen met acteurs die op dit moment ook nog worstelen met die thema’s. Samen met drie andere spelers wil ik vertrekken vanuit de geschiedenis en onze ervaringen daaraan toevoegen. Het liefst in een cabaret-achtige vorm.’
Column Dansen op Debussy Jane Stulmacher
De eerste keer dat ik muziek hoorde van Debussy stond ik in een rode keuken in Amsterdam. Ik was veertien jaar oud en mijn eerste vriendje had de plaat van zijn vader op de speler gelegd en was naast me komen zitten aan de eettafel. ‘Volgens mij gaat het over de maan’, zei hij. Ik was verliefd en kon me op dat moment geen tonen voorstellen die mijn gevoelens beter vertaalden dan die van Clair de Lune. Op het podium in DE SINGEL danst Lisbeth Gruwez op Debussy. De noten die pianiste Claire Chevallier uit de vleugel tovert, tillen de voeten en de armen van Lisbeth op en laten haar over het podium bewegen. Haar lichaam vertaalt de muziek, zoals de muziek dat zoveel jaren terug voor mijn gevoelens deed. Terwijl zij zoeken naar de ruimte tussen de noten, begeef ik mij tijdens het kijken naar het stuk langzaam en onbedoeld naar een andere ruimte. Ik sluit mijn ogen en ben jong en terug in die keuken. Mijn eerste lief zit weer naast me, en voor ik het weet, pakt hij mijn hand vast en vraagt hij me ten dans. Wat moeilijk en verlegen sta ik op en leg ik mijn
armen één voor één op zijn schouders. We bewegen nauwelijks, maar noemen het toch dansen. Als het stuk een hoogtepunt bereikt en de noten met elkaar versmelten alsof ze afzonderlijk niet meer kunnen bestaan, kijkt hij me aan en geeft hij me een kus. Het is een avond in 2013 en of de maan echt schijnt, weet ik niet, maar zo heb ik het wel onthouden. Als ik mijn ogen en mijn oren weer open, is Lisbeth weer degene die danst. De oude stoffige platenspeler is een glanzende vleugel en het is niet mijn eerste liefde die hem doet spelen, maar het zijn de handen van Claire. Volgens mij gaat het over een tuin in de regen. Het is avond, 2021, en er is een nieuwe maan vannacht. Door het donker zie je hem niet, maar Debussy laat wel vaker dingen verschijnen.
our
fall
met o.a.
TEL N BES
b uit. e or
...
via vo TS
⁕ Steve Gunn ⁕ Camping Sunset ⁕ Motorpsycho ⁕ Anne Teresa De Keersmaeker & Pavel Kolesnikov / ROSAS ⁕ Elly Van Eeghem ⁕ Amadou & Mariam ⁕ Arnon Grunberg ⁕ Sara Leghissa ⁕ Osees ⁕ Nadia Beugré ⁕ Simon Allemeersch ⁕ Brihang ⁕ les ballets C de la B, Frank Van Laecke, Alain Platel, Steven Prengels ⁕ Alice Ripoll ⁕ STAKE ⁕ Kyoko Scholiers ⁕ Tsubasa Hori & Heleen Van Haegenborgh ⁕ Miet Warlop ⁕ Roland Gunst ⁕ Whispering Sons ⁕ Angelica Liddell ⁕ Steiger ⁕ Lucinda Ra / Barbara Claes ⁕ KRANKk ⁕ Koen Augustijnen & Rosalba Torres Guerrero ⁕ Peenoise JE TICKE ⁕ buren ⁕ Mohamed Toukabri ⁕ Ontroerend Goed U ⁕ Jan Martens / GRIP ⁕ Ae Jin Huys / MOKJA ⁕ Alexander Vantournhout ⁕ Stikstof ⁕ Robbing Millions ⁕ Sarah Davachi ⁕ Pak Yan Lau ⁕ NAH ⁕ Geoffrey Burton & Sarah Yu Zeebroek ⁕ Kaboom Karavan ⁕ Condor Gruppe ⁕ Robbing Millions & 2F4F ⁕ Reisac ft. Jiheavy ⁕ Lotta Machs ⁕ Mathijs Steels ⁕ BRENNT ⁕ Lolina ⁕ SKY H1 & Margarita Maximova ⁕ The Sore Losers ⁕ Ramkot ⁕ Alvin Curran ⁕ Two Envelopes
grow ng a w s so n a e e n togeth er
‘Aan wie zou je een serenade opdragen en hoe zou die klinken?’ Na elke voorstelling stellen we aan toeschouwers een specifieke vraag. Vandaag: Serenade van Louis Janssens, een muzikale voorstelling die de romantiek bezingt. Marc (51): ‘Ik zou een serenade brengen aan mijn twee beste vriendinnen, die klinkt als Love in the Afternoon van Marianne Faithful.’ Victor (35): ‘Mijn moeder. Je bestaat door de gratie van de ander en die liefde draagt je door het leven.’ Tom (39): ‘Jacques Brel. Hij zingt als een filosoof en was een warme mens. Voor zijn tijd doorbrak hij veel taboes. Mijn serenade aan hem zou in dezelfde stijl zijn als zijn muziek. Ik zou iets opbouwen in de sfeer van Je vous apporte des bonbons, want telkens als ik dat nummer hoor word ik heel melancholisch.’
Scan deze QR-code en beluister de podcasts over het TheaterFestival van XL AIR
redactie Elie Agniel, Pauline Augustyn, Katrijn Bekers, Maria De Cort, Afra De Hert, Jens Dewulf, Maria Feenstra, Emilie Frei, Anouk Kellner, Eva Lesage, Johannes Lievens, Emiel Martens, Ellis Meeusen, Jane Stulmacher, Dagmar Teurelinckx, Emma Theunissen, Mona Thys, Ans Van Gasse, Michaël Van Remoortere, Eva Vanderstricht hoofdredactie Filip Tielens grafisch ontwerp festival Bureau BoschBerg grafisch zetwerk dagkrant Tijsje Revalk coördinatie radio Lieve De Maeyer, Jeroen Vandesande, Judith Ameel (RITCS / XL AIR) V.U het TheaterFestival Vlaanderen, Kathleen Treier, Jan Van Rijswijcklaan 155, 2018 Antwerpen
do 9 september
vr 10 september
19u00 The Courage to be Disliked de KOE De Studio 19u15 Snakearms Alexander Vantournhout / not standing DE SINGEL 20u00 Piano Works Debussy Lisbeth Gruwez & Claire Chevallier / Voetvolk DE SINGEL 20u00 Zonderlingen J ohannes Wirix-Speetjens c o r s o 20u00 Serenade Louis Janssens / Desnor D e Carrousel 20u00 TEN OORLOG III Camping Sunset Stormkop 20u00 Wereldtournee in Antwerpen Benjamin Verdonck / Toneelhuis DE SINGEL 20u30 De zaak Shell A noek Nuyens & Rebekka de Wit Monty 21u30 Wereldtournee in Antwerpen Benjamin Verdonck / Toneelhuis DE SINGEL
17u45 18u15 19u00 19u15 20u00 20u00 20u00 20U30 21u00
doorlopend Espace Fxmme / TALK WITH THE WALLS
DE SINGEL
Daniel (42): ‘Een serenade voor de natuur. Als een soort van requiem.’ Ruth (39): ‘Mijn lief en mijn kinderen en alle mensen die een levenslange indruk op me hebben gemaakt. Het zou klinken als Liesbeth List, maar dan zoals Louis haar vertolkt in zijn voorstelling.’ Guy (54): ‘Een serenade voor de artiesten die moedig zijn blijven doorwerken in harde tijden. Een groot applaus als serenade.’
Fidelio WALPURGIS hetpaleis Fidelio WALPURGIS hetpaleis Het eind van het begin van het einde (8+) T heater Artemis, HZT & hetpaleis / Jetse Batelaan hetpaleis Snakearms Alexander Vantournhout / not standing DE SINGEL The Courage to be Disliked de KOE De Studio Coloured Swan 3: Harriet’s ReMix M oya Michael DE SINGEL Zonderlingen Johannes Wirix-Speetjens c o r s o REAL BOYS More Dogs & Orkater Monty Fidelio WALPURGIS hetpaleis