Duurzaamheid & Energiegids editie 2 van 2023

Page 25

Duurzaamheid & Energiegids

1 Infraroodverwarming interessant Baanbrekende groengasproductie DE
by NBD & HC
zonder buitenunits Biobased isolatie komt eraan Jaargang 1 | Editie 2 | Mei 2023 Met het EnergieKompas naar 2050
Powered
Binnenwarmtepompen,
jaargang 2023 2 +31 318 69 38 20 | info.techcomlight.com | www.techcomlight.com Een daglichtoplossing voor elk project Kom jij onze stand bezoeken op de beurs Renovatie & Transformatie? Ons standnummer is: 1.A088

6 Op twee benen naar Parijs

11 Biobased isolatiematerialen komen er aan

15 DUBOkeur als eerste indicatie

20 Baanbrekende groengasproductie

25 Infraroodpanelen interessant

30 Grote vraag naar circulair isolatieglas beantwoord

39 Binnenwarmtepompen voor kleine en middelgrote woningen

46 Verduurzaming windturbinesector

Uitgever

Jetvertising b.v.

Tiendweg 12 2671 SB Naaldwijk

Tel. +31 (0)70 - 399 00 00 directie@jetvertising.nl

Redactie Gebouwde omgeving Nederlandse Bouw Documentatie (NBD-Online) redactie@jetvertising.nl

Industrie De HandelsCourant (HC) redactie@jetvertising.nl

Persberichten info@jetvertising.nl

Vormgeving MSU

Nikkelstraat 1C

8211 AJ Lelystad

Advertenties

Jetvertising b.v.

Tiendweg 12

2671 SB Naaldwijk

Tel. +31 (0)70 - 399 00 00 rob@jetvertising.nl

3 4 Nieuws 18 Circulaire gipswanden 34 Lijnenspel verfrist winkelcentrum 40 De Daglichtfactor 49 Market Lounge 50 Agenda
& Energiegids is een print
Duurzaamheid
en online uitgave van Jetvertising b.v., onder redactie van Nederlandse Bouw Documentatie en De HandelsCourant.
DEDuurzaamheid
Powered by NBD & HC
Inhoud
& Energiegids
10 15 25 30 46 25 11 39
Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, gekopieerd of hergebruikt zonder uitdrukkelijke toestemming van de uitgever.

Energiefixers en lokale aanpak isolatie tegen energiearmoede

Het kabinet stelt versneld € 200 miljoen beschikbaar voor het tegengaan van energiearmoede door de inzet van energiefixers. Energiefixers helpen kwetsbare huishoudens in huur- en koopwoningen op korte termijn hun energieverbruik te verlagen door middel van energieadvies en kleine tot middelgrote energiebesparende maatregelen.

Daarnaast komt € 100 miljoen eerder beschikbaar uit het Nationaal Isolatieprogramma voor de lokale isolatie-aanpak van gemeenten. Het aantal koopwoningen dat op korte termijn in aanmerking komt voor structurele isolatiemaatregelen stijgt daarmee van 142.000 naar ruim 200.000.

Energiefixers

Energiefixteams gaan huis-aan-huis langs in buurten of complexen met woningen die slecht geïsoleerd zijn en waar mensen met lage inkomens wonen. Zij ondersteunen bewoners onder meer bij het goed afstellen

van de verwarmingsinstallatie en het plaatsen van radiatorventilatoren, radiatorfolie, tochtstrippen en ledlampen waarmee het energieverbruik daalt. Samen met gemeenten, corporaties en andere betrokkenen wordt alles op alles gezet om vóór komende winter energiefixteams uit te breiden en zoveel mogelijk huizen te bezoeken. Hierbij is er extra aandacht voor de 20 stedelijke focusgebieden van het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid. Versneld koopwoningen isoleren Grotere isolatiemaatregelen zijn

WWW.NBD-ONLINE.NL

Hier vindt u alles wat u nodig heeft voor uw project.

nodig om het energieverbruik verder omlaag te brengen. Daarvoor is het van belang dat zoveel mogelijk slecht geïsoleerde woningen sneller worden verbeterd. Om dat voor elkaar te krijgen, wordt € 100 miljoen voor de lokale aanpak in het Nationaal Isolatieprogramma dit jaar extra beschikbaar gesteld. Gemeenten kunnen daarmee in totaal dit jaar € 300 miljoen aanvragen. Hiermee kunnen zij straat voor straat, wijk voor wijk ruim 200.000 koopwoningen met een lage energetische kwaliteit isoleren. Ook in 2024 en in 2025 zullen gemeenten aanvragen kunnen indienen zodat in totaal 750.000 koopwoningen in de lokale aanpak worden geïsoleerd.

Bron: Rijksoverheid.

jaargang 2023 4

Bouw natuurinclusief distributiecentrum op Schiphol Trade Park gestart

Op Schiphol Trade Park in Hoofddorp is de bouw gestart van het nieuwe distributiecentrum dat Aan de Stegge Twello voor Rapid Logistics realiseert. Vanuit het duurzame ambitieniveau dat gebiedsontwikkelaar SADC voor dit business park heeft, is een duurzaam, natuurinclusief en toekomstbestendig warehouse met geïntegreerde kantoren en parkeeroplossing ontworpen. Rapid Logistics zal naar verwachting eind 2023 vanuit de nieuwe locatie operationeel zijn. Opdrachtgever van het project is STP Logistics. Toekomstig eigenaar is Savills Investment Management.

VALUE ADDED PLAN

Schiphol Trade Park heeft de ambitie het meest duurzame en innovatieve business park van Europa te zijn. Niet alleen door de toepassing van circulaire materialen en een ecologische visie bij de gebiedsontwikkeling, maar ook door naast de minimale hoge eisen op het gebied van duurzaamheid bedrijven uit te dagen nog een stap verder te gaan. Gebruikers worden door SADC gevraagd daarvoor een

Value Added Plan uit te werken. Paul de Ruiter Architects heeft daarop een distributiecentrum ontworpen dat volledig natuurinclusief wordt gebouwd. Andere thema’s in het Value Added

Plan van Aan de Stegge Twello zijn ecologie, een inspirerende werkomgeving, duurzame energie oplossingen en de integratie in de omgeving: groene gevels, duurzame materialen, terrassen en verschillende dakniveaus bedekt met ‘groen’. De buitenruimte is ontworpen en voorzien van inheemse bomen en heesters, ter versterking van de lokale biodiversiteit en passend binnen de ecologische visie van Schiphol Trade Park voor het gehele gebied. Een fijne verblijfsplek voor medewerkers en dieren/insecten. Er wordt met circulaire materialen gebouwd, en het dak is voorzien van zonnepanelen om in de energiebe-

hoefte van Rapid Logistics te voorzien. Mede door al deze toepassingen heeft het pand het BREEAM-label ‘Excellent’ verworven.

Evert Veerman, commercieel projectmanager Aan de Stegge Twello: “Er was veel creativiteit van alle betrokken partners voor nodig, maar niet voor niks. Het heeft geresulteerd in een prachtig toekomstbestendig bedrijfscomplex.” Het complex bestaat uit 19.923 m2 warehouse, 3.428 m2 kantoor, 3.220 m2 mezzanine en een royale geïntegreerde parkeervoorziening. Het ontwerp beschikt over een groot aantal ontmoetingsruimtes en een groene buitenruimte om de sociale cohesie en de tevredenheid van de werknemers te bevorderen.

Bij de planontwikkeling van het natuurinclusieve gebouw waren tevens Qbuz adviesbureau bouwconstructie, Drees & Sommer, Adviesbureau Becks en Batenburg Installatietechniek betrokken.

5
Nieuws
Foto: SADC
jaargang 2023 6
Evi Husson
Door
Arc de Triomphe in Parijs. Door Bastien Nvs op Unsplash.

Het Klimaatakkoord van Parijs heeft als doel om tegen 2050 de CO2-uitstoot terug te brengen naar nul om zo de opwarming van de aarde tegen te gaan. De gebouwde omgeving moet net als andere sectoren stappen ondernemen om die doelstellingen te behalen. Onlangs is een nieuwe methodiek ontwikkeld die meer inzicht geeft in waar gebouwen staan ten opzichte van de beoogde doelstellingen: Het EnergieKompas. Martin Mooij en Bert Elkhuizen, initiatiefnemers van het EnergieKompas geven toelichting.

Op twee benen naar Parijs

“In de gebouwde omgeving moeten alle zeilen worden bijgezet om de duurzaamheidsdoelstellingen te behalen. Dat besef is zeker aanwezig. Vanuit Europa wordt daarom gestuurd op Energielabels. Voor kantoren is inmiddels Energielabel C verplicht. Maar dat is niet het eindbeeld. Veel vastgoedbeheerders en gebouweigenaren vragen zich af welk label uiteindelijk nodig is tegen 2050”, zegt Mooij. “Tegelijkertijd verschijnen er rapporten die aangeven dat het energielabel niet altijd overeenkomt met het werkelijke energieverbruik”, zegt Elkhuizen. “Slechte gebouwen blijken het in de praktijk vaak beter te doen dan de theorie terwijl energiezuinige gebouwen in werkelijkheid vaak slechter scoren. Zo zullen bewoners of gebruikers van slecht geïsoleerde gebouwen mogelijk veel doelgerichter verwarmen en de thermostaat een graad lager instellen om hoge ener-

7
Actueel
Bert Elkhuizen

giefacturen te voorkomen. Anderzijds worden moderne energiezuinige gebouwen in realiteit vaak intensiever gebruikt. Ze voorzien de gebruiker van meer comfort terwijl de complexiteit van de systemen er ook voor kan zorgen dat de systemen meer draaien dan nodig. Denk bijvoorbeeld aan een airco en een verwarmingssysteem die elkaar mogelijk tegenwerken terwijl het doel ongeveer 20°C wel wordt bereikt. Gemiddeld genomen heeft ieder gebouw 25% aan onnodig energieverbruik.”

WERKELIJK ENERGIEGEBRUIK

Dit moet dus anders. Mooij: “Het is veel logischer om te sturen op het werkelijke energiegebruik zodat dit energieverbruik daalt en niet om wat op papier als zijnde ‘energiezuinig’ wordt beschouwd, want dan haal je misschien in theorie de doelstellingen van Parijs, maar is er nog steeds sprake van een te snelle opwarming van de aarde.” Toch is het energielabel niet waardeloos, voegt hij eraan toe. “Het geeft een inventarisatie van welke maatregelen zijn doorgevoerd zoals

de installatie van pv-panelen, meer isolatie, warmtepomp en dergelijke.” De initiatiefnemers van het EnergieKompas ontwikkelden een meetmethode – de WEii-methode – om het werkelijke energieverbruik weer te geven. Mooij: “WEii staat voor de Werkelijke Energie intensiteit indicator, en geeft het energiegebruik in kWh/ m² weer. Het bestaat uit een rekenprotocol dat leidt tot zeven gradaties van energiegebruik per gebouwtype. WENG, (het Werkelijk Energieneutrale Gebouw), Paris Proof (een gebouw

jaargang 2023 8
Goedkeuring Klimaatakkoord, Parijs 12 december 2015. Door UNclimatechange op Creative Commons.

dat voldoet aan de doelstelling volgens het klimaatakkoord) gevolgd door vijf klassen van energie-intensiteit: zeer zuinig, zuinig, gemiddeld, onzuinig, zeer onzuinig. Het is een uniforme en objectieve methode om de werkelijke energie-intensiteit van gebouwen te schetsen (zie www.weii. nl )

BEHOEFTE AAN NAVIGATIE

Twee indicatoren voor gebouwen die beiden gaan over energie-efficiëntie maken het lastig voor partijen om keuzes te maken bij energiebesparing. Op welke indicator moet ik me focussen en wat is de samenhang tussen beide indicatoren? Mooij en Elkhuizen zagen verwarring en van daaruit de behoefte om te komen met een navigatie-instrument: “het EnergieKompas”

ENERGIEKOMPAS

Met het gemeten energiegebruik gecombineerd met het Energielabel kom je tot het EnergieKompas. Elkhuizen: “In het EnergieKompas vul je de gegevens uit de Werkelijke Energie intensiteit indicator (WEii) en het energielabel in. Vervolgens zie je aan een stip in een grafiek of je op koers ligt naar Paris Proof. Doe je dit voor alle gebouwen in je portfolio, dan zie je meteen welke gebouwen de hoogste prioriteit hebben om aan te pakken.” Het EnergieKompas is nog maar net gelanceerd en zal de komende tijd nog verder worden doorontwikkeld zodat het op meerdere manieren is te gebruiken. Elkhuizen: “Techniek Nederland is bijvoorbeeld bezig om een standaard proces uit te werken om te komen tot forse energiebesparing in gebouwen, het EnergieKompas is hierin het navigatie instrument gedurende het gehele energiebesparingstraject van een gebouw. Afhankelijk van het kwadrant (zie figuur) waarin het gebouw zich in de grafiek bevindt wordt het aanvalsplan gemaakt. Voor installateurs wordt het dan duidelijk in welke volgorde je zaken moet aanpakken om te komen tot het ideale uitgangspunt.”

PLAN VAN AANPAK

De beginpositie leidt tot een plan van aanpak en suggereert welke stappen je kunt ondernemen. “Maar je kunt met het EnergieKompas ook nagaan welke maatregelen welke verbeteringen zouden moeten opleveren. Als je investeert in een warmtepomp en extra isolatie, dan schuift het Energielabel mogelijk twee stappen op terwijl het werkelijke Energieverbruik met een bepaald percentage naar beneden gaat. Door de aanbevolen maatregelen te plotten in het Kompas zie je meteen zien welk effect het heeft op de X-(Energielabel) en Y-(Energieverbruik) as. Dat levert veel waardevolle informatie op.”

THEORIE ÉN PRAKTIJK

Mooij: “Maar het kan op een later moment ook andersom. Partijen kunnen zelf aangeven welke genomen maatregelen hebben geleid tot welke verbeteringen in de grafiek. Met het Kompas kun je de praktijk en theorie continu met elkaar vergelijken zodat

HET ENERGIEKOMPAS – KANTOOR

je een veel beter beeld krijgt van de werkelijke impact van maatregelen. De theorie en praktijk sluiten daardoor steeds dichter bij elkaar aan. Kortom, op deze manier gaan we op twee benen sneller naar Parijs.”

Wie met het EnergieKompas wil werken, moet een aantal stappen doorlopen. Ten eerste is het nodig om de gegevens van het huidige, werkelijke Energiegebruik en het Energielabel in te voeren. Aan de hand hiervan verschijnt een stip in de grafiek. Daarmee wordt duidelijk waar het gebouw staat in vergelijking met andere gelijkaardige gebouwen. Wie een efficiëntieverbetering doorvoert, kan nagaan of de situatie verbetert in de grafiek. Door verbeteringen door te voeren, kan mogelijk het label verbeteren waardoor de positie in de grafiek steeds dichter komt bij het doel: Paris Proof of WENG. De gebruiker van het EnergieKompas kan met andere woorden continu controleren of ze nog op koers liggen en of de genomen maatregelen ook echt effect hebben.

9
Actueel
Martin Mooij

WE ARE CIRCULAR

IsoBouw, koploper in duurzame isolatiesystemen

Een goede isolatie geeft de beste garantie op grote energiebesparingen. De isolatiesystemen van IsoBouw zijn hierbij het duurzaamste en milieuvriendelijkste alternatief. Onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek onderbouwt dit: Met veelal de beste MKi-score in de NMD en een Cradle to Cradle Certified® brons certificaat voor het EPS materiaal.

www.isobouw.nl

/WEARECIRCULAR

jaargang 2023 10
Dakelementen Plat dak isolatie Gevelisolatie
Vloerisolatie Plafondisolatie Funderingsbekisting
230001389 - IsoBouw - adv 90 x 267 (BxH) Duurzame isolatiesystemen - V01.indd 1 28-03-2023 14:34
WWW.NBD-ONLINE.NL
Hier vindt u alles wat u nodig heeft voor uw project.

Als het gaat om biobased isolatiematerialen zijn er vaak bedenkingen en twijfels. Vooral door gebrek aan kennis. Dat is jammer want zonder biobased materialen is een 100 procent circulaire bouweconomie in 2050 onmogelijk. Inmiddels blijkt veel al goed mogelijk en lijkt de stroom aan nieuwe materialen eindeloos. Ze zijn te zien op beurzen en seminars en op sites van ook onafhankelijke instanties. Proefprojecten en samenwerking, onderzoek en certificering ontwerp en productie maken deze nieuwe producten hopelijk spoedig klaar voor de Nederlandse bouwpraktijk.

Biobased isolatie materialen komen er aan

Biobased isolatiematerialen zijn materialen die zijn gemaakt van hernieuwbare bronnen, zoals plantaardige vezels, hout, cellulose en schimmels. Deze materialen zijn duurzamer dan traditionele isolatiematerialen, omdat ze minder energie

nodig hebben om te produceren en geen schadelijke stoffen uitstoten tijdens de levenscyclus.

Iedereen is in enige of hoge mate circulair en duurzaam als je langs de producten loopt op de BouwBeurs in Utrecht. Toch is er kennelijk behoefte

aan radicaal nieuwe producten in de bouw. Want met huidige traditionele bouwproducten blijven er nog veel reststoffen over aan het einde van de levensduur of blijven we afhankelijk van schaarse nieuw te winnen grondstoffen.

11
Actueel
Door Ronald van Bochove

‘Naast isolatie uit secundaire grondstof, kan de bouwer van vandaag ook kiezen voor isolatie uit biobased materialen of een biobased afvalstroom. Er is een breed scala aan producten op de markt’, schrijft de circulaire bouweconomie, opstellers van de Circulaire Bouwcatalogus. Deze online catalogus bevat voorbeelden van circulaire producten en diensten die zich al hebben bewezen in de bouwpraktijk. De producten van vele leveranciers zijn hier als inspiratie te vinden. Ze selecteren in de categorie biobased isolatiematerialen vier producten; Isovlas, thermo jute, een demontabele en circulaire schei-

dingswand en isolatiemateriaal uit mycelium, de sporen van schimmels.

VEILIG GEBRUIKEN

Begin januari publiceerde Nieman

Raadgevende Ingenieurs het ‘Onderzoek brandveiligheid van biobased isolatiematerialen in houtbouw’. Om een 100 procent circulaire bouweconomie in 2050 te bereiken moet er nog veel gebeuren. Naast vermindering van materiaalgebruik en hoogwaardig hergebruik is de inzet van deze materialen noodzakelijk. Maar dat moet wel veilig en goed onderbouwd gebeuren, dus vroeg de Rijksdienst voor Ondernemend

jaargang 2023 12
The Exploded View Beyond Building biobased innovaties. Foto: about today.

Nederland onderzoek te doen naar de brandveiligheid van biobased isolatiematerialen in houtbouw. Over brandgedrag van deze materialen is weinig algemene, goed toegankelijke kennis beschikbaar. Dit remt grootschalige toepassing. In veel situaties kan nu al biobased isolatiemateriaal brandveilig worden toegepast. Met name over cellulose- en houtvezelproducten is veel kennis beschikbaar. Het rapport geeft oplossingsrichtingen voor gevels, binnenwanden, vloeren, woningscheidende wanden en daken, zowel in HSB- als CLT-bouwconstructies. En voor diverse biobased materiaalsoorten: cellulose, grasvezel, hennep, houtvezel, katoen, schapenwol, stro en vlas. De toepasbaarheid volgt uit internationale kennis en extrapolatie daarvan naar de Nederlandse bouwpraktijk. Voor veel toepassingen van biobased bouwmaterialen is nog geen CE-markering of testresultaat beschikbaar, maar het rapport geeft onderbouwing die bijvoorbeeld kan worden gebruikt voor een gelijkwaardigheidsprocedure.

Voor het ontwerpen met biobased isolatiematerialen zijn vooral de tabel- en matrixbijlagen relevant zoals bijlage 3 die de relevante getalswaar-

den voor brandveiligheid specificeert en een lijst bevat van plaatmaterialen die een biobased bouwmateriaal kunnen afschermen van brand. Bijlage 4 geeft ontwerpsuggesties voor concrete toepassingen. Van elk van deze ontwerpsuggesties is de verwachting uitgesproken dat ze, getest voor de geschetste toepassing, voldoen aan de eis(en). Daarmee kwamen de onderzoekers tot de conclusie dat het toepassingsgebied van biobased isolatiematerialen best heel ruim is! Het rapport is te downloaden via de site ’De circulaire bouweconomie’.

NIEUWE INNOVATIES

Aan de stroom nieuwe circulaire biobased materialen lijkt geen eind te komen. Begin maart bezochten ruim 4400 architecten, interieurarchitecten en andere materiaal deskundigen MaterialDistrict Utrecht, een evenement waar nieuwe materialen te zien, ruiken en voelen zijn. Ook dit jaar werd een grote hoeveelheid duurzame materialen en producten tentoongesteld, met veel aandacht voor gerecyclede kunststoffen, biologisch afbreekbare materialen en producten gemaakt van natuurlijke grondstoffen.

Lezingen waren er van onder andere Rob van Lith van New Horizon, dat gebouwen ontmantelt met als doel zoveel mogelijk materialen te oogsten voor hergebruik. En Marjanne Cuypers (BlueBlocks) van onder meer de Maasplaat, een vezelplaat uit zeewier.

Uit de expositie met 250 materiaalmonsters licht co-curator Leonne Cuppen (Yksi Connect) onder meer het zeewierplaatmateriaal van Seawood, circulair beton door Studio Wae en plaatmateriaal gemaakt van oud textiel door Planq.

Mycelium bewees haar potentie in de vorige edities van de Dutch Design Week. De Embassy of Circular & Biobased Building toont jaarlijks een nieuw inzicht over circulair en biobased bouwen. In een eerdere editie nam Lucas De Man ons mee in The Exploded View Beyond Building een woonhuis vol biobased innovaties waaronder isolatiemateriaal van mycelium, wanden van jute, bioplastics, gepopte kurk en Mexicaanse maisbladeren. De Dutch Design Week is dit jaar van 21-29 oktober in Eindhoven. De data voor Material District zijn 6 tot en met 8 maart 2024. Maar dichter bij is er 11 en 12 mei

13
Actueel
CO₂ besparende oplossingen voor gebouwen met collectieve energie.
dan energie meten: techem.nl »
CO₂ besparende oplossingen voor gebouwen met collectieve energie.
dan energie meten: techem.nl
Duurzame
Meer
HET KLIMAAT IS ALS BIER: TE WARM IS NIET COOL!« Duurzame
Meer
» HET KLIMAAT IS ALS BIER: TE WARM IS NIET COOL!«

de samenwerking tussen Material District en Architect@Work in Kortrijk België.

VERSNELLING EN OPSCHALING

RVO vroeg Arcadis vorig jaar om de grootste opschalingskansen voor biobased bouwen op korte termijn in beeld te brengen voor de GWW en de B&U. Arcadis stelt dat de focus te veel op knelpunten en innovatie ligt. Er is een gezamenlijke offensieve proactieve benadering nodig, gericht op mogelijkheden en opschaling en gebaseerd op de noodzaak van het versneld en steeds grootschaliger toepassen van biobased producten. Biobased isolatiemateriaal is volgens de onderzoekers het meest kansrijk en opschaalbaar. En dan vooral houtvezel/cellulose en prefab (vlas) isolatiemodules. Overheden kunnen zelf het voorbeeld geven maar ook in samenwerking met de markt tot prestatieafspraken komen, bijvoorbeeld met corporaties al dan niet met inzet van het nationaal investeringsfonds biobased isolatiematerialen.

Om biobased ontwikkelingen in de bouw te versnellen zijn er tal van interessante samenwerkingsprojecten gestart. The Exploded View Beyond Building en het daaraan gekoppelde fieldlab is onderdeel is van het Programma Emissieloos Bouwen waaraan TNO deelneemt. De Wageningen University & Research (WUR) en Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Solutions (AMS Institute) bundelen sinds februari hun krachten op het gebied van biobased bouwen om sneller bouwinnovaties, te testen in de bouwpraktijk. Een cruciale tussenfase voordat opschaling mogelijk is. Biobased en circulaire materialen moeten op grote schaal beschikbaar worden gemaakt, zodat zowel de woningbouw als infrasector de transitie kunnen maken richting duurzamere materialen. Hiervoor zijn radicale veranderingen nodig. “We richten ons op de vervanging van materialen waarvoor veel energie en grondstoffen nodig zijn bij de productie, zoals cement, asfalt en hoogwaardige

materialen in de hoogbouw”, vertelt Arjen van Kampen, Business Development Manager Biobased bouwen bij WUR in het persbericht. Door te testen en monitoren, kunnen de onderzoekers bepalen of er opschaling mogelijk is. Zo blijven wetenschap en praktijk geen gescheiden werelden. En dat is belangrijk, want er is geen tijd meer te verliezen bij het halen van klimaat- en emissiedoelen. Bij één van de gezamenlijke projecten wordt in kaart gebracht welke biobased materialen er beschikbaar zijn of moeten zijn om emissieloze hoogbouw te realiseren in Amsterdam. Daarbij gaat het ook om isolatiemateriaal. De vraag wordt dan geteld hoeveel areaal nodig is om de benodigde biomassa te verbouwen, waar kan dit in Nederland en hoeveel we moeten we importeren. En het tij zit mee want de Tweede Kamer heeft moties aangenomen om de teelt van vezelgewassen op landbouwgrond te stimuleren.

jaargang 2023 14
Dutch Design Week het Fungi Building-project van ontwerper Maurizio Montalti. Dit project onderzoekt de mogelijkheden van schimmels als bouwmateriaal en isolatie.

Bouwisolatieproducten met een DUBOkeur® zijn het meest milieuvriendelijk. Nu staan er in de lijst met best scorende producten in hun toepassing veel traditionele isolatiematerialen. Hugo Smits, projectmanager R&D bij ISObouw, geeft aan hoe EPS bouwisolatieproducten in staat zijn hoog te scoren.

DUBOkeur als eerste indicatie van een uitstekende milieuprestatie

DUBOkeur® is een Nederlands duurzaamheidslabel dat bouwproducten, materialen en systemen certificeert op basis van hun milieueffecten, energie-efficiëntie en circulariteit. Met als doel duurzame ontwikkeling in de bouwsector te bevorderen en te helpen weloverwogen keuzes te maken over de producten die gebruikt worden in de bouw. Op basis van een LCA studie be-

oordeelt adviesbureau NIBE de milieuprestaties van een product en vergelijkt deze met de milieuprestaties van vergelijkbare producten in de NIBE Milieuclassificaties. Uitsluitend de meest milieuvriendelijke producten binnen een bepaalde toepassing komen in aanmerking voor DUBOkeur®. Voor elk van de andere bouwproducten binnen dezelfde toepassing wordt aan de hand van de Milieureferentie,

de Milieuklasse bepaald. Alleen producten met Milieuklasse 1 of 2 krijgen DUBOkeur®. Om ervoor te zorgen dat producten met DUBOkeur® voldoen aan actuele inzichten, geldende Levenscyclus analyse methode (LCA) en meest recente databasebronnen, is het certificaat twee jaar geldig. Daarna wordt het DUBOkeur® product opnieuw beoordeeld en vergeleken met de meest actuele benchmark.

15 Actueel
Foto: C. Schrip. Door Ronald van Bochove

Ontwerpers, op zoek naar duurzame alternatieven voor producten, vinden de hoogst scorende varianten per productgroep op de NIBE Milieuclassificaties website . Daarnaast zijn alle producten met DUBOkeur® opgenomen in een gemakkelijk toegankelijk overzicht. “Van vrijwel alle producenten van traditionele isolatiematerialen kun je producten terugvinden in het DUBOkeur overzicht”, zegt ISObouw projectmanager Hugo Smits. “Dubo keur geeft aan dat je één van de betere bent in een bepaald toepassingsgebied.”

“Maar de kritische opdrachtgever vraagt om meer informatie over het product. Dat heeft te maken met het feit dat de milieukostenindicator (MKI) van de nationale Milieudatabase steeds vaker wordt gebruikt bij openbare aanbestedingen in de Nederlandse bouwsector. De kwaliteiten van jouw product helpen bij het behalen van een goede score. Die kwaliteiten

van je product zijn te vinden in de LCA, die ook werd gebruikt voor het behalen van DUBOkeur.”

DE GETALLEN ACHTER HET KEURMERK

“EPS isolatiemateriaal heeft uitstekende kwaliteiten. Als eerste is het extreem licht. Producten lveren een hoge isolatieprestatie zonder veel gewicht aan een gebouw toe te voegen. We kunnen het 3D vormgeven en optimaliseren door materiaal weg te halen waar het niet nodig is. En we kunnen kwaliteiten combineren zoals bij onze nieuwe dakplaat PowerTop Protect met een toplaag in een hogere densiteit. De hoge isolatiewaarde is zo gecombineerd met goede beloopbaarheid of voor de toepassing van PV cellen.”

“Met de gegevens uit de LCA analyse krijgen wij ook inzicht hoe we onze score steeds weer kunnen verbeteren. Zo verbeteren we ons milieuprofiel

aanzienlijk door het verhogen van het percentage hergebruikt materiaal in nieuwe producten. De Eco50 Klik-vloerplaat voor vloerisolatie bestaat voor minimaal 50% uit gerecycled EPS. Dit betekent een aanzienlijke besparing op het gebruik van fossiele grondstoffen en een forse reductie in de CO2-uitstoot.”

“EPS kan, als het schoon retour komt, uitstekend worden hergebruikt in onze nieuwe producten. Maar we kunnen van de korrels ook al nieuwe grondstof maken voor EPS producten. Een proces dat oneindig herhaald kan worden. En we werken er aan om geretourneerde EPS terug te kraken tot een nieuw polymeer dat basis kan zijn voor tal van andere kunststoffen. Bijna weer terug naar de aardolie. Daarmee hebben we drie circulaire opties voor de toekomst.”

En in die toekomst wil moederbedrijf BEWI bereiken dat in 2030 100 procent van de producten recyclebaar zijn, er geen afval is in het productieproces en dat 50 procent van de grondstoffen zijn van gerecycled materiaal of niet fossiel. “Om deze laatste doelstellingen te halen, hebben we een gigantische retourstroom aan EPS nodig. Nu komt al veel terug uit de bouw, maar we willen dat stimuleren met een nieuw recycleprogramma. Het Use4ReUse retournamesysteem presenteerden we op de Bouwbeurs in februari. Met de Use4ReUse-verklaring kunnen verwerkers aantonen dat de door hen verzamelde en aan IsoBouw aangeboden EPS-restanten ook daadwerkelijk gerecycled worden. En dat draagt bij aan de milieuscore van product én het gebouw. Bewi beschikt inmiddels over drie EPS recycle-locaties.

Daarom zijn we niet bang om de getallen te presenteren. EPS meet zich met de concurrentie en de nieuwe biobased isolatiematerialen en legt de getallen op tafel. We maken de LCA’s omdat we niets te verbergen hebben.

jaargang 2023 16
Foto: Swoolverton

Bodemisolatie is zeer geschikt voor kruipruimtes met beperkte hoogte. Het zand op de bodem van kruipruimtes zorgt voor een capillaire werking. Vocht stijgt op naar de vloer. Dat kan vochtproblemen veroorzaken. Om dat te voorkomen, zijn er verschillende isolatiematerialen beschikbaar voor bodemisolatie. Zoals isolatiechips, isolatieparels of schelpen. Deze isolatiematerialen zorgen er vooral voor dat de kruipruimte droog blijft doordat ze de bodem afsluiten.

Isoleren met schelpen is een van de oudste vormen van isolatie. Schelpen zijn 100% natuurlijk. Als het materiaal op verantwoorde wijze wordt gewonnen uit de natuur, is schelpenisolatie het enige 100% natuurlijke isolatiemateriaal zonder enige vorm van chemische processen. Winplaatsen worden bepaald in overleg met Rijkswaterstaat en daarbij mag de hoeveelheid ontgonnen schelpen de natuurlijke aangroei niet overstij-

gen. Het ecosysteem blijft daardoor intact.

Het Nederlandse Isoschelp zuigt per schip de schelpen op uit de Noordzee, Waddenzee en Zeeuwse wateren. Aan boord worden ze vervolgens gezeefd en gewassen. Aan land worden ze nogmaals gezeefd en daarna gewassen met zoet water. Isoschelp vervoert de schelpen per bulkauto naar de klant. Via een dikke slang en met behulp van lucht wor-

Met schelpenisolatie 100% natuurlijk isolatiemateriaal Met thermokussens minder CO2-emissie

De milieu-impact van bouwmaterialen moet verder worden teruggedrongen. In het Bouwbesluit is vastgelegd dat nieuwbouw woningen moeten voldoen aan een MPG-score van ten hoogste 0,8 €/m2bvo/ jaar. Op alle gebouwonderdelen is winst te behalen door gebruik te maken van producten met minder milieu impact.

Eén van die onderdelen is de begane grondvloer. Hoewel een standaard begane grondvloer voor enkele procenten meetelt in de totale MPG-score, is er ook winst te halen op CO2-emissies door gebruik te maken van duurzamere producten. Wanneer daarbij ook de isolatiewaarde van de vloer wordt verhoogd, dan zal het gebouw tijdens de levensduur minder CO2 uitstoten door een lagere energiebehoefte.

TONZON is de uitvinder van een

isolatietechniek waarbij gebruik wordt gemaakt van lucht wat pas op de plaats van bestemming in het materiaal wordt opgesloten: het thermoskussen, een DUBOkeur 1a product. W/E Adviseurs heeft voor TONZON een variantstudie gemaakt over de impact op de MPG wanneer je in een standaard nieuwbouwwoning thermoskussens toepast. Ook is de variant berekend waarbij de standaard betonvloer wordt vervangen door hout. De conclu-

den ze rechtstreeks in de kruipruimte geblazen.

Voor een goede bodemisolatie, Rc-waarde 2,5, is een laag van 25 tot 30 centimeter schelpen nodig. Daarbij is ventileren van de kruipruimte niet noodzakelijk omdat schelpen voornamelijk uit kalk bestaan en zo zorgen voor zeer droge lucht.

sie is dat het combineren van een houten vloer met thermoskussens een oplossing is voor het verlagen van de MPG-score van de gehele woning. Hoewel de begane grondvloer slechts een klein onderdeel is daalt de CO2-emissie van de totale woning met 6.5% wanneer de traditionele betonnen vloeren met EPS vervangen wordt door een houten vloer met thermokussens. De winst op CO2-emissie van de verschillende varianten ligt tussen de 1,5% en 6,5% van de CO2-emissie van het hele gebouw.

17 Actueel
Foto: Albarubescens op Creative Commons

Het Hybride Circulaire Wandsysteem is het eerste circulaire bouwsysteem van Knauf. Oude elementen krijgen een nieuwe toepassing in nieuwe gebouwen. Het systeem heeft zich sinds 2019 bewezen in de markt . Het is voorzien van DUBOkeur en is onlangs toegepast in de nieuwbouw van een scholencomplex in Amsterdam waar hergebruik van materialen een belangrijk uitgangspunt was.

Circulaire gipswanden succesvol

Voor de ontwikkeling van het Hybride Circulair Wandsysteem worden elementen uit oude gebouwen gehaald en modulair toegepast in nieuwe gebouwen. De prestaties van het circulaire systeem zijn volledig onderbouwd en gelijkwaardig aan een nieuw systeem en de kosten zijn niet hoger.

Het Knauf Hybride Circulair Wandsysteem heeft een 25 procent lagere

milieubelasting, en kan als milieubewuste keuze wordt bevestigd dankzij het behaalde DUBOkeur® certificaat. Het is in de toepassing van ‘Systeemwanden met hogere prestatie-eisen’ opgenomen in de Dubo Keur productenlijst.

Knauf is partner in het New Horizon/ Urban Mining Collective. Dit is een businessplatform voor bedrijven en organisaties die een gezamenlijke

missie hebben en in hun branche samenwerken aan de innovatie die nodig is om circulair bouwen mogelijk te maken. Gebouwen bieden grondstoffen voor nieuwe bouwproducten. New Horizon ziet zichzelf niet als sloper, maar als materiaalleverancier die de gebouwde omgeving ontgint. Dit Urban Mining zorgt voor waardebehoud van materialen door hergebruik of upscaling. In honderd dagen

jaargang 2023 18
Door Ronald van Bochove

kwamen Knauf en New Horizon van idee tot product. Volgens hen moeten partijen die circulair aan de slag willen vooral doen! Het hoeft niet in één keer 100 procent circulair, je moet gewoon beginnen, was het devies.

Het bereiken van de uitgangspunten; dezelfde prijs, dezelfde brandveiligheid en aloestiek is gelukt. De uitdaging zat vooral in het rendabel beschikbaar krijgen van de wanden uit oude gebouwen. Besloten is de platen uit te zagen.

EEN TWEEDE LEVEN

Zo ontstond ook het ‘oogsten’ van gipsplaten bij sloop, renovatie of verbouwing. Een eerste inspectie bepaalt of de gipsplaten toegepast in het gebouw voldoen aan de kwaliteitseisen. Voor het terugwinnen van de gipsplaten neemt New Horizon de kwaliteit van de wanden in het gebouw op en gaan ze na volgens welke normering de gipsplaten zijn geproduceerd en of ze voldoen aan de gevraagde kwaliteitseisen.

Teams van New Horizon zagen de gipsplaten uit de frames langs vooraf aangebrachte houten regels. De platen worden in stroken van 500x2400mm uit een gebouw gedemonteerd. Ze worden zorgvuldig gestapeld en verwerkt tot nieuwe bouwelementen.

De retour gekomen gipsplaten worden uitvoerig getest en op maat gezaagd. Knauf garandeert dat de prestaties van het circulaire systeem hetzelfde zijn als die van een nieuw system. Circulaire wanden krijgen de KnaufZeker prestatiegarantie.

De stroken gipsplaat krijgen in het Hybride Circulair Wandsysteem een tweede leven. Hier worden ze toegepast als eerste gipsplaat laag en horizontaal geplaatst. Omdat een bestaande afwerklaag op de beplating aanwezig kan zijn, wordt de oude zichtzijde aan de binnenzijde van de nieuwe wand gemonteerd. De buitenste beplating bestaat uit A-plaat of Knauf Diamond Board, waardoor de wand beschikt over uitstekende prestaties en uiterlijk niet verschilt met een conventionele Knauf scheidingswand.

CERTIFICAAT

Knauf garandeert de kwaliteit en prestaties van het wandsysteem met de KnaufZeker-prestatiegarantie. Voordat de circulaire platen worden geaccepteerd voor hergebruik, worden deze aan een serie proeven en tests onderworpen. De kwaliteit van de circulaire platen is altijd van minimaal A-plaat niveau.

TOEPASSING

Sinds het eerste project in 2019 is het wandsysteem toegepast in tal van

projecten. Recent in Amsterdam in het Bajeskwartier. Hier ontstaat een nieuwe groene buurt met een door BDG Architecten ontworpen nieuwbouw van het Spinoza20First Daltonlyceum met sporthal en jongerencentrum op de plek van de parkeergarage van de voormalige Bijlmer Bajes. Hergebruik van materialen een belangrijk uitgangspunt. Het Bajes Kwartier wil de impact van de nieuwbouw op het klimaat tot nul reduceren en de oude gevangenis wordt deels hergebruikt als grondstof voor de nieuwe wijk. De biocomposite geveldelen zijn volledig circulair. In de ontvangsthal van de sportvoorziening kreeg de oude houten vloer van de Amsterdamse Apollohal een tweede leven. MAT Afbouw zorgde voor de installatie van de binnenwanden en paste hier producten toe van Knauf Insulation met een totaal oppervlak van ongeveer 4000 m2 circulaire plaat. Het Knauf Hybride Circulaire Wandsysteem voor de binnenwanden voldoet aan de hoge eisen op het gebied van brandveiligheid en geluidsisolatie. Het is daarom toegepast in de school en in de sporthal.

19 Actueel
T +31(0)88 998 37 75 E info@nibe.org W www.nibe.org P160053 NIBE Certi caten 2016.indd 12/12/2016 13:05 Campus Werkspoor Nijverheidsweg 16
Product: Hybride Circulair Wandsysteem Type Hybride circulair wandsysteem 112c Combiwand Toepassing: Systeemwanden met hogere prestatie-eisen Certificaathouder: Knauf B.V. Verklaring van NIBE bv Deze verklaring is op basis van het NIBE reglement (kenmerk 722.03.07.049) voor uitgifte van milieukwaliteitsverklaringen, uitgegeven door NIBE bv. Knauf B.V. voldoet met het product Hybride Circulair Wandsysteem in de toepassing van: ”Systeemwanden met hogere prestatie-eisen” aan de door het NIBE gestelde eisen voor het Uit de toetsing die is uitgevoerd op basis van een levenscyclusanalyse (LCA), blijkt dat Hybride Circulair Wandsysteem tot de milieutechnische top behoort en daarom een duurzame keuze is. Dr.ir. Mantijn van Leeuwen ing. Laureen van Munster (directie NIBE) (projectleider NIBE) Uitgegeven op: 29-9-2022 Geldig tot: 29-9-2024 Referentienummer: 035.0001.266.9.2022c Certificaathouder: Knauf B.V. Mesonweg 8 12 3542 AL Utrecht t: 030 - 247 33 11 e: info@knauf.nl w: www.knauf.nl

Het gaat wellicht te ver om het dé Heilige Graal van de energievoorziening te noemen, maar baanbrekend is het wel wat SCW Systems in Alkmaar sinds begin februari doet. Het bedrijf heeft het namelijk voor elkaar gekregen om biologische afvalstromen om te zetten in groen gas van hoogcalorisch niveau. Dat lijkt op zich niet nieuw, maar wel als je weet dat het voor het eerst met een innovatieve methode op industriële schaal wordt geproduceerd. Deze methode – superkritische watervergassing – is minstens zo opmerkelijk. Hoogste tijd om directeur Wout de Groot van SCW Gas te vragen naar de achtergronden van deze ontwikkeling. “We kunnen de technologie in 2030 opschalen naar 1 miljard kuub groen gas; dat is de helft van het Nederlandse doel voor biogas in 2030.”

Baanbrekende groengasproductie met hulp van water in Alkmaar

jaargang 2023 20
Door Harmen Weijer Beeld: SCW Systems Minister Jetten op bezoek bij SCW Systems

Begin februari was het zover: SCW Systems voedde 500 kuub groen gas in op het hogedruk-aardgasnetwerk van Gasunie. Dit groen gas kwam niet voort uit biovergisting, maar dankzij superkritische water vergassing. Hierbij wordt afval in water onder hoge druk (>221 bar) en temperatuur (>374 graden Celsius) omgezet in methaan, waterstof en CO2. Wout de Groot: “Deze technologie is niet nieuw, want al in de jaren zeventig is op de MIT-universiteit aangetoond dat superkritische water vergassing mogelijk is. In de VS wordt het bijvoorbeeld gebruikt om chemische wapens af te breken. Dat geeft wel aan dat het met deze methode mogelijk is om allerlei schadelijke en ook complexe structuren onschadelijk te maken.”

Het is aan de oprichter en CEO van SCW Systems, Gerard Essing, te danken dat deze methode een hele ander doel gaat dienen. “Zijn gedachte hierbij was: als dit kan, dan is het wellicht ook mogelijk om natte problematische reststromen om te zetten in duurzame vormen van energie en circulaire grondstoffen. Er waren al verschillende bedrijven in Nederland die naar superkritische water vergassing onderzoek hebben gedaan. Ook op universitair niveau is er al veel onderzoek naar gedaan. Maar het grootste verschil is dat Gerard Essing vanuit de urgentie om snel impact te willen

21
Actueel

maken deze technologie direct op grote schaal is gaan gebruiken, in plaats van eerst op labschaal. Het team heeft daarmee innovaties kunnen ontwikkelen en nadat hiervan de werking was aangetoond, hebben we met onze partners opgeschaald naar de huidige industriële installatie met 4 reactoren.”

Terug naar hoe het werkt: met superkritische water vergassing wordt feitelijk een natuurlijk proces versneld. “Olie en gas zijn ontstaan doordat plantenresten miljoenen jaren onder druk en temperatuur zijn gebracht in de bodem. Met deze technologie versnellen we dat proces naar enkele minuten. Want we doen hiermee eigenlijk hetzelfde: onder hoge druk en temperatuur worden de plantenresten gekraakt en teruggebracht naar de basismoleculen die methaan, waterstof en CO2 vormen”, legt De Groot uit.

VERSTOPPINGEN VOORKOMEN

De grootste uitdaging was dus niet om aan te tonen dat dit mogelijk is, maar om een continu proces te realiseren. “Ook wij komen in ons proces alle fasen tegen, zoals olie-, koolstof-

en teervorming, en die kunnen tot verstoppingen leiden in de installatie. Hiervoor heeft Gerard samen met het team slimme oplossingen bedacht, die dit voorkomen. En ten tweede is het cruciaal dat als je deze technologie wilt gebruiken om energie te maken, je de energie in het systeem slim kunt hergebruiken.”

Het huidige productieproces, waarin deze cruciale hobbels daadwerkelijk zijn genomen, is ontwikkeld door Essing samen met het SCW-team en hun partners, zoals Gasunie. Dat heeft geresulteerd in een installatie in Alkmaar van 20 MW met 4 reactoren, waarmee 18 miljoen kuub hoogcalorisch groengas per jaar kan worden geproduceerd. De Groot: “Voor deze reactoren gebruiken we in de startfase als grondstof ruwe glycerine. Dat is een bijproduct uit de biodieselindustrie, dat we omzetten in groen gas. Glycerine is voor ons een relatief eenvoudige reststroom. Dat doen we bewust, om zo de robuustheid van het proces te kunnen aantonen.”

Inmiddels heeft SCW ook een laboratorium opgezet, waarin het bedrijf

onderzoekt hoe andere afvalstromen kunnen worden ontsloten en efficiënt kunnen worden omgezet. “Denk hierbij aan rioolzuiveringsslib, reststromen uit de industrie en andere, plantaardige reststromen. We richten ons hierbij op problematische reststromen, omdat ze anders eigenlijk alleen verbrand kunnen worden. Neem rioolslib, daar doen we met zeven waterschappen, STOWA en afvalverwerkingsbedrijf HVC onderzoek naar. Nu is het proces nog zo dat het slib eerst wordt ingedikt en dan wordt verbrand, waarmee elektriciteit en warmte wordt opgewekt. Maar dat indikken kost energie en zorgt voor CO2-uitstoot, en uiteindelijk levert het hele proces minder energie op dan dat het kost. Terwijl de verwerking met ons proces veel minder energie kost, zorgt voor minder CO2 uitstoot en netto veel energie oplevert. Bovendien kunnen we de waardevolle mineralen uit deze reststroom halen voor hergebruik. Daarbij kunnen we met onze methode lastige elementen zoals micro-plastics, die steeds meer in rioolwaterzuiveringsinstallaties terechtkomen, ook verwerken. Sterker

jaargang 2023 22

nog: die kunnen we omzetten naar de basismoleculen, waar de industrie weer nieuwe plastics van kan maken.”

VEEL INTERESSE

Het hoeft geen verbazing te wekken dat deze methode, op industriële schaal zelfs, tot veel interesse uit de hele wereld heeft geleid. De Groot: “We worden inderdaad gebeld en gemaild door allerlei partijen uit de hele wereld: Europa, China, VS, Latijns-Amerika. Dat is ook goed, want dat laat zien dat de urgentie groot is om de energietransitie vorm te geven. En niet alleen

- zoals de laatste jaren wel veel het geval is - met elektronen, dus elektriciteit, maar nu ook met moleculen. Want wil de energietransitie een succes worden, moet je ook aan de slag met het circulair inzetten van reststromen en duurzame productie van materialen. Dus groene moleculen niet alleen inzetten als duurzame energie voor bijvoorbeeld het verwarmen van huizen, maar ook als circulaire grondstof voor de industrie om producten zoals plastics te kunnen maken, waarvoor nu nog fossiele bronnen worden gebruikt. Door samenwerkingsverbanden op

te zetten met industriële partijen en waterschappen willen we in circulaire ketens zo veel mogelijk maatschappelijke impact maken.”

Dus is het zoeken naar nieuwe locaties nu al aan de orde bij SCW Systems, vertelt De Groot. “We kijken daarbij naar locaties samen met potentiële leveranciers van reststromen en afnemers van ons groen gas. Dat is ook de reden dat we naar locaties dichtbij water zitten, zodat de reststromen via schepen ons kunnen bereiken. Zo hebben we een grondoptie in Delfzijl waar we na Alkmaar onze

23
Actueel

tweede fabriek willen realiseren, en kijken we naar andere industriële locaties, zoals in Zuid-Holland, Zeeland en Chemelot, Zuid-Limburg.” Het is de verwachting dat op die nieuwe locaties installaties komen, die weer een flinke slag groter zijn dan de eerste in Alkmaar. “Wij leren natuurlijk iedere dag, en proberen deze lessen direct te vertalen naar de doorontwikkeling van de technologie. De opschaling kunnen we realiseren door het dupliceren van het huidige ontwerp. Het is om die reden dat we de opschaling snel en gecontroleerd kunnen laten plaatsvinden. Die uitbreiding doen we daarom gefaseerd naar nieuwe locaties, die uiteindelijk tussen de 25 en 50 reactoren per ‘site’ zullen hebben. Dat is inderdaad een belangrijke opschaling.”

BIOGASDOEL 2030

De Groot heeft minister Jetten van Klimaat, die in februari dit jaar op bezoek kwam in Alkmaar, aangegeven dat SCW met haar partners in staat is om de opschaling van de technologie te kunnen versnellen en daarmee de helft te produceren van de beoogde hoeveelheid biogas die voor 2030 in het Klimaatakkoord staat. “Dat doel is 2 miljard kuub biogas per jaar invoeden in het gasnetwerk. Dat wordt een enorme opgave, maar wij zien de mogelijkheid om met een snelle opschaling

van onze technologie 1 miljard kuub groen gas te kunnen leveren.” Maar hier zijn volgens De Groot wel voorwaarden voor nodig. “Dan moet je denken aan de invoering van een bijmengverplichting: langs deze route wil het ministerie van EZK in 2030 verplichten dat 20% van het verkochte gas aan huishoudens groen gas is. Zo ontstaat een afzetmarkt waardoor projecten niet langer afhankelijk zijn van subsidies. Daarnaast zal prioriteit moeten worden gegeven aan de snelle ontwikkeling van locaties, bijvoorbeeld

CO 2-NEGATIEF PRODUCEREN

qua vergunningverlening maar ook voor het realiseren van aansluitingen op infrastructuur zoals het elektriciteitsnet.”

Als daaraan kan worden voldaan, kan fase 1 van de eerstvolgende installatie al in 2025 worden opgeleverd. “Dat moet ook wel als we aan onze ambitie van 1 miljard kuub groen gas in 2030 willen voldoen. Maar ook als we alle andere initiatieven om de Nederlandse doelstelling van 2 miljard kuub groen gas per jaar willen realiseren”, besluit De Groot.

Naast groen gas produceren, wil SCW Systems de CO2-uitstoot uit dit proces afvangen en opslaan, maar dan niet in lege gasvelden maar in vaste stoffen om te gebruiken voor bijvoorbeeld cementen betonproductie. CO2 CLEANUP noemt het bedrijf dit. Wout de Groot van SCW Systems: “Hierbij doen we hetzelfde als bij superkritische water vergassing: we versnellen het natuurlijke proces van in dit geval CO2-binding. Want dat gebeurt in de natuur al op grote schaal, denk aan de carbonisatie van de rotsen langs de kust van Groot-Brittannië en Noorwegen. Deze rotsen binden de CO2 in de lucht aan hun gesteente. Dat duurt 30 tot 150 jaar; wij hebben dit proces kunnen terugbrengen tot enkele seconden. Dit mineralisatieproces levert een carbonaatpoeder op dat onder andere kan worden gebruikt voor het produceren van cement en beton.”

Als dit proces gekoppeld wordt aan het groen gas-proces, ontstaat zelfs CO2-negatieve energie, legt De Groot uit. “In de plantenresten waarvan wij groen gas maken, is al in de natuur CO2 vastgelegd via fotosynthese. Als we de CO2 uit dit proces ook nog eens permanent vastleggen, heb je het over negatieve CO2-uitstoot, want je onttrekt CO2 permanent aan de atmosfeer. En als je die grondstoffen dan gebruikt voor het produceren van producten die nu nog met fossiele energie worden gemaakt, dan praat je over extra vermeden CO2-uitstoot. Met deze keten maak je in potentie natuurlijk een ongekende maatschappelijke impact.”

Op dit vlak heeft SCW Systems al kleine pilots gedraaid, en is het innovatieve bedrijf nu bezig een installatie te bouwen op industriële schaal, ook weer in Alkmaar. De eerste fase van deze installatie wordt als alles goed gaat dit jaar in gebruik genomen.

jaargang 2023 24

Steeds meer gebouweigenaren willen van het aardgas af. Dat is zeker het afgelopen jaar vanwege de hoge gasprijzen, maar ook nog steeds omdat aardgas een fossiele brandstof is waarvan men steeds meer af wil. De keuze valt dan vaak op (hybride) warmtepompen of elektrische luchtverwarming (lees: airco). Maar steeds vaker denkt men aan infraroodverwarming. Is dat een logische keuze of verschilt dat sterk per woning, kantoorgebouw of bedrijfshal? Pieter Nuiten van W/E adviseurs heeft in 2021 in opdracht van RVO en TKI Urban Energy onderzoek gedaan naar infraroodverwarming in woningen. Conclusie: de verwarming van de ruimte is dusdanig anders dan we gewend zijn met centrale verwarming dat gedrag zeer bepalend is voor de prestatie van de infraroodpanelen. Maar als gebruikers goed worden geïnformeerd op dit vlak, lijdt het comfort er niet onder. En zeker gezien de hoge gasprijzen trekt de markt - zeker in bestaande bouw - dan ook flink aan.

Infraroodpanelen interessant bij slimme en gedeeltelijke verwarming van gebouwen

Sinds de vondst van aardgas in Slochteren wordt het grote merendeel van de gebouwen in Nederland verwarmd met aardgas. In cv-ketels

wordt water verwarmd door het verbranden van aardgas, en de warmte wordt via conventionele radiatoren afgegeven. Deze verwarmen op hun

beurt de lucht in de hele ruimte door middel van convectie. Infrarood panelen daarentegen zetten elektriciteit om in infraroodstraling. Straling

25
Actueel Door Harmen Weijer

warmt niet de lucht op, maar het oppervlak van de objecten en personen die geraakt worden door de straling. Infraroodverwarming is verre van nieuw; al decennialang zijn er panelen te koop. Maar de laatste jaren is de techniek weer volop in beeld bij gebouweigenaren. Dat heeft meerdere redenen, vertelt Pieter Nuiten. “Veel mensen zien dit als een oplossing om makkelijk van het gas af te

gaan. Bovendien is het een heel makkelijk te installeren techniek, in tegenstelling tot bijvoorbeeld cv-ketels en warmtepompen. Het is ophangen, de stekker in het stopcontact steken, en het paneel staat aan.”

COMFORT

Om te onderzoeken wat de effecten zijn van infraroodverwarming in woningen qua comfort, energiever-

bruik en vermogensvraag heeft W/E adviseurs onderzoek gedaan bij 60 verschillende soorten woningen, verspreid over heel Nederland en met grote variatie van type, bouwjaar en isolatieniveau. Bij deze woningen worden infraroodpanelen als hoofdverwarming gebruikt. Hier zijn verschillende metingen gedaan tussen 1 januari en 31 maart 2021, dus midden in de winter.

jaargang 2023 26

Dankzij een comfortapp is goed gemeten hoe de comfortbeleving was, zeker in combinatie met de buitentemperatuur. Want in de betreffende periode in februari 2021 kenden we in Nederland een hele koude week. Te zien uit de metingen is dat tijdens die week de behaaglijkheid iets vaker dan gemiddeld als koud wordt ervaren, maar de week springt er niet bijzonder uit.

Nuiten: “Als we kijken naar het comfort, dan blijkt dat het merendeel tevreden was over de warmte en comfortbeleving. Maar daarbij moet je niet vergeten dat de bewoners in dit onderzoek wel zelf hebben gekozen voor dit systeem en dus goed geïnformeerd waren en kennis van zaken hebben.” Dat laatste is wel belangrijk, want infraroodpanelen reageren behoorlijk anders dan we gewend zijn van een cv-ketel. “Allereerst: hij werkt als hij aan staat, maar als hij wordt uitgezet is er ook direct geen warmte. Dat in tegenstelling tot radiatoren en vloerverwarming, die nog naijlen. En omdat infraroodpanelen objecten en personen verwarmen en niet de lucht, merk je dat als je van de panelen wegloopt.” Veel deelnemers aan het onderzoek – dus de huidige gebruikers – hebben dan ook panelen hangen specifiek in ruimten waar ze veel zijn, en niet in bijvoorbeeld de slaapkamer. Iets wat wel vaak het geval is bij cv-installaties met radiatoren.

ENERGIE

Om het energieverbruik te meten is de P1-poort van de slimme meter in een deel van de 60 woningen uitgelezen. Het uitlezen van P1 vereist een fysieke koppeling met een monitoringsapparaat. Nuiten: “Wat we hebben gezien dat zo’n 50% van de woningen een verbruik van tussen de 20 en 50 kWh/m2 en gemiddeld rond de 40 kWh/m2. Dat is het verbruik dat is geregistreerd in februari-maart 2021, teruggerekend tot een standaardklimaatjaar. Dat is fors minder dan het gemiddelde van woningen met een gasgestookte verwarming (circa 90 kWh/m2). Ook hier zijn we ietwat terughoudend om heel hard te zeggen dat dit wordt veroorzaakt door infraroodpanelen, want het gaat om bewoners die hier heel bewust mee omgaan. Het voordeel van infrarood is wel dat je het heel lokaal kan inzetten, dus alleen daar waar je vaak bent, terwijl radiatoren vaak een hele verdieping verwarmen. Het is dus beter 4 kleine infraroodpanelen te hebben dan 1 hele grote.”

VERMOGEN

Het meest opmerkelijke uit het onderzoek – zeker vanwege de netcongestieproblemen in Nederland – is de piekvraag naar elektriciteit van woningen met infraroodpanelen. “Dat zit hem niet in de vermogensvraag van de panelen, want dat ligt ergens tussen de 1 en 3 kW. Maar als de hele straat of buurt gelijktijdig overstapt, dan is dat al een eerste stap naar de benodigde netverzwaring.” De grootste klap die het net moet verduren, is de manier van het verwarmen van tapwater. “Er waren in dit onderzoek 5 woningen die hadden gekozen voor een zogeheten doorstroomboiler, dus direct warm water via elektrische verwarming en geen boilervat. Die hebben een vermogen van meer dan 24 kW. Dat vraagt al om een zwaardere aansluiting, want met een standaard 3x25 A aansluiting red je het al niet. En dat is voor de netbeheerder een onbetaalbare aangelegenheid.”

Concluderend stelt Nuiten dat infraroodverwarming van woningen vooral interessant is voor kleinere woningen met een relatief lage warmtebehoefte, met mensen die bereid zijn hun gedrag aan te passen. “Vooralsnog is het niet een oplossing voor een hele buurt of wijk. Het komt eventueel in beeld als het net is verzwaard. Maar zeker voor woningen in afgelegen gebieden kan het een hele goede oplossing zijn. En het is zeker interessant als je slechts delen van het gebouw wil verwarmen.”

BEDRIJFSHALLEN

Dat geldt zeker voor bedrijfshallen, die in dit onderzoek niet zijn meegenomen, maar waar Nuiten wel van kan zeggen dat infraroodverwarming een mooie oplossing kan zijn, mits slim gebruikt. “Daarin heb je vaak hele grote ruimtes die je helemaal niet wil verwarmen, maar waar je het deel waar mensen werken wel wil verwarmen. Denk aan een werkbank of in een kantoortje.”

Bas Spekreijse, mede-eigenaar en directeur van Etherma en voorzitter van de brancheorganisatie IG Infra-

27 Actueel

Polarheat bv

• Groothandel en installateur van infrarood vloerverwarming, infraroodpanelen en elektrische boilers.

• Leverancier van de merken Infrapower, Ecaros, Welltherm, Ecosun, Sundirect en Redwell.

• Grote voorraad en direct leverbaar met korting voor installateurs.

• Drop-shipment bij uw klant met eigen pakbon is mogelijk.

• Afhalen in Lelystad na telefonische bestelling.

Onze specialisatie is het op maat aanleveren van infrarood folievloerverwarming voor onder laminaat, pvc en lamelparket. Wij begeleiden uw project van eerste advies tot installatie en oplevering.

Vraag vandaag nog uw dealer account aan op www.polarheat.nl Of neem contact op via info@polarheat.nl

WWW.NBD-ONLINE.NL

Hier vindt u alles wat u nodig heeft voor uw project.

jaargang 2023 28

rood, onderstreept dat. “Voorheen werden bedrijfshallen met grote gasheaters verwarmd. Dat kwam omdat het een makkelijke oplossing is, terwijl tegelijkertijd aardgas heel goedkoop was. Dat is sinds een jaar helemaal anders geworden met de stijgende gasprijzen door de Oekraine-oorlog en met het stoppen van oppompen van aardgas uit Slochteren. Ondernemers worden nu ook wakker.”

Maar nog voor deze energiecrisis had Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) al in een rapport over het verduurzamen van bedrijfshallen geconcludeerd dat infraroodverwarming een goed alternatief is. “Het is ook daarom dat ondernemers fiscaal voordeel krijgen voor de aanschaf van infraroodpanelen via de Energieinvesteringsaftrek (EIA)”, weet Spekreijse.

KANTOREN

Ook voor specifieke plaatsen in kantoren kan infraroodverwarming

een goede oplossing zijn, stelt Spekreijse. “Denk in dat geval aan het verwarmen van de ontvangstbalie. Maar ook kun je heel lokaal verwarmen, zoals bureaus. Dat kan met kleine panelen van 80W die onder een bureau kunnen worden bevestigd. Dan zou je de gehele ruimte minder hoeven te verwarmen, en is het toch aangenaam werken.”

Ook voor bepaalde woningen kan het een goed alternatief zijn voor bijvoorbeeld warmtepompen. Spekreijse: “Dat geldt als de woning goed geisoleerd is en relatief klein, dus met een beperkte warmtevraag. Dat kan dus in bijvoorbeeld bestaande bouw. We merken dan ook dat sinds een jaar bij renovaties en transformaties steeds vaker voor infraroodverwarming wordt gekozen. Het is ook een oplossing met betere total cost of ownership dan bijvoorbeeld warmtepompen, die wel energiezuiniger zijn. Maar ook infraroodpanelen vragen niet veel energie. En voor warm tapwater kunnen ook warmtepompboi-

lers worden gebruikt. Ook al zijn deze duurder in aanschaf.”

BENG-AANPASSING

Spekreijse stelt wel dat de infraroodbranche aanloopt tegen de BENG-regelgeving, die ook geldt voor transformaties en grote renovaties. “Bij infraroodverwarming ligt het aandeel regeneratieve energie natuurlijk veel lager; de lucht is immers niet verwarmd, dus die kan via een wtw-unit niet worden herwonnen. Dat betekent dat om de BENG-norm te halen er extra duurzame energie moet worden opgewekt, dus dat vraagt om meer zonnepanelen. Ik pleit ervoor dat de BENG hierop voor kleinere woningen, zoals appartementen, wordt aangepast. In Duitsland, de grootste afzetmarkt van Etherma - wordt de vergelijkbare regelgeving op dit punt per 2024 veranderd.”

29
Actueel
Foto: Door Gaelle Marcel op Unsplash.

De Aanmoedigingsprijs van de Glas Award 2023 ging begin dit jaar naar de circulaire isolatieglasrenovatie van Kersenboogerd in Hoorn door de GSF Glasgroep. Bij een groot renovatieproject is circulair glas toegepast dat voortkomt uit een initiatief van de GFS Glasgroep. Dit is het eerste bedrijf in de wereld dat gerecycled isolatieglas produceert. Het product komt onder de naam isoMAX op de markt. Directeur Maarten Rood vertelt ons over het proces en de groeiende vraag naar zijn product in de markt en in het bijzonder bij woningbouwcorporaties. Wat voorheen niet kostentechnisch dicht te rekenen was, wordt nu steeds interessanter.

Grote vraag naar circulair isolatieglas beantwoord

Door Ronald van Bochove Foto’s: GSF Glasgroep

De GSF glasgroep levert en plaatst isolatieglas. Ze doen dit voornamelijk voor woningbouwverenigingen, aannemers overheden en verzekeraars. Directeur Maarten Rood kreeg steeds vaker de vraag vanuit woningbouwcorporaties of het mogelijk is ook gerecycled glas toe te passen. “Woningbouwcorporaties hebben er baat bij om zo veel mogelijk CO2 uitstoot te reduceren. Ze worden erop beoordeeld en kunnen met het verminderen ervan bijvoorbeeld een deel van de verhuurdersheffing besparen. Isolatieglas staat hoog in de lijst van producten die CO2 uitstoten tijdens de productie. Hergebruiken van isolatieglas verlaagt de CO2 impact met 42 tot 95 procent.“

Vlakglas vindt al haar weg naar hergebruik. Vlakglas Recycling Nederland bijvoorbeeld haalt jaarlijks vele tonnen op. “Maar voor de productie van nieuw vlakglas is erg schoon glas nodig. Daarom wordt het ingezamelde glas voornamelijk gebruikt voor de productie van flessen en glaswol isolatiemateriaal. We grepen de corona periode aan om samen met de Hogeschool van Amsterdam en de TU Delft te onderzoeken of het mogelijk was isolatieglas, dat ongebroken vrijkomt bij sloop of renovatie, te demonteren en opnieuw in te zetten.”

Oud isolatieglas is in principe niet stuk. Het bestaat gewoon uit twee glasplaten met een tussenruimte in een profiel. Het is zonde om dat in een glasbak te gooien, vond Rood, “maar de markt voor hergebruik is moeilijk. De logistiek en het demonteren is vele malen duurder dan traditioneel produceren met nieuw vlakglas. Er is te weinig aanvoer en zo is het voor die bedrijven niet rendabel te maken.”

ZELFSTANDIG

“We zijn een leverings- en plaatsingsbedrijf. We hadden geen kennis en kunde van dit recycling proces, dat was een nadeel. Maar we hebben het voordeel dat ons bestaan er niet van af hangt. We konden een beetje freewheelen. En in de basis was het idee niet om zelf te gaan isoleren. We dachten het isolatieglas te demonte-

ren en schoonmaken en dat glas aan isolatieproducenten aan te bieden. Maar die bedrijven hadden eigenlijk al een top productie. Ze hadden geen idee hoe ze hier aan moesten rekenen. Toen besloten we: Als we willen doorzetten, dan moeten we zelf produceren.

In een aangekocht bedrijfspand in Hilversum is een kleine productielijn opgezet. Isolatie glas wordt ingezameld en hier gedemonteerd, schoongewassen en op een paar standaard maten gesneden. En vanaf dat moment zijn we eigenlijk een gewone isolatieglas

de tijd om heel veel te oefenen. In de loop van het volgende jaar communiceert GSF dat ze circulair isolatieglas produceren. Er was veel aandacht vanuit de media. Maar ook vanuit Aannemers en de woningbouwcorporaties. Vorig jaar zomer zijn we echt gaan uitleveren.”

De productie in de fabriek is tussen 500- en 1000 m2 per maand. “En we werken constant aan de verbetering van het proces.” Met een nieuw machinepark, dat eind dit jaar wordt geleverd, hoopt Rood op een maandelijkse productie van 5000 m2.

fabriek. Glasplaten worden op maat gesneden, weer gewassen en samengevoegd tot nieuw isolatieglas. De interesse bleek groot. Diverse partijen informeerden hoe ze het initiatief konden ondersteunen. Rood: “We willen heel veel glas, dat nog niet stuk is, aangeleverd krijgen. Aannemers, collega glaszetters maar ook grote slopers en inzamelaars als Be Next en GP Groot, die voorheen het glas in de recyclebakken gooiden, zetten het nu voor ons op bokken. En we hebben natuurlijk ook onze eigen projecten.”

Begin 2021 is een pand gekocht in Hilversum. Eind 2021 was de nieuwe fabriek operationeel. De certificeringen zijn behaald en we gebruikten

MELDT U AAN!

Om dat te bereiken roept Rood Partijen op hun glas aan te bieden. “Zijn we tot op heden nog wat selectief geweest, omdat we nog niet alles aankunnen of omdat we bepaalde maten al voldoende hebben, zullen we vanaf eind van het jaar een goede voorraad moeten hebben.”

Alleen voor heel bijzonder glas zal voor betaald worden. “Het demonteren is al zo duur dat we daar geen geld aan kunnen uitgeven. Het mooiste zou zijn als bij de uitvraag, aan de voorkant, de eigenaar of opdrachtgever aangeeft dat het glas moet worden hergebruikt. Dan kan een inzamelaar aannemer, sloper of

31 Actueel

VOOR EEN TOCHTVRIJ BINNENKLIMAAT

Kenmerken Plafair luchtverdeelpanelen

Tochtvrije luchtverdeling

Volledig geïntegreerd in het systeemplafond (geen uitstekende delen onder plafond)

Geschikt voor inleg in standaard systeemplafond 600 x 600 mm en 1200 x 600 mm

Luchtverdeelpanelen zijn koppelbaar boven het systeemplafond

Gering gewicht

Eenvoudig te monteren

Toepasbaar bij geringe hoogte boven het systeemplafond

Eenvoudig te demonteren voor onderhoud

Schonere inblaaslucht

Lage drukken dus energiezuinig

Leverbaar in vele kleuren en afmetingen

De textiele onderzijde van het Plafair luchtverdeelpaneel is luchtdoorlatend over het gehele oppervlak. Hierdoor ontstaat een gelijkmatig uitblaaspatroon met een zeer lage luchtsnelheid.

Het Plafair luchtverdeelpaneel is in combinatie met systeemplafonds uitermate geschikt voor toepassing in kantoren, scholen, laboratoria en ziekenhuizen.

jaargang 2023 32
MEER INFORMATIE OVER PLAFAIR LUCHTVERDEELPANELEN: BLT LUCHTTECHNIEK MINERVUM 7329, 4817 ZD BREDA, NEDERLAND. T: +31 (0)76 542 76 37

glaszetter dat mee calculeren in zijn aanbiedingsprijs en betaalt de eigenaar van het pand de kosten. “Het is niet zo dat we het niet willen betalen, maar de demontage kost al zoveel dat we met extra kosten geen reële kostprijs meer hebben. Aan bedrijven die glas aanbieden stellen we bokken en transport kosteloos ter beschikking. Het ligt in de verwachting dat het een product wordt waarvoor betaald moet worden. Wij werken daarom ook aan het stroomlijnen van ons proces zodat we straks een schappelijk bedrag kunnen betalen voor het glas dat aangeboden wordt.”

ALLE INFORMATIE OP EN NIEUWE WEBSITE

De website iso-max.nl is sinds kort in de lucht. Hier is alle informatie te vinden over circulair isolatieglas en kunnen aanbieders van en kopers zich melden. IsoMAX verkoopt verschillende soorten en samenstellingen en

roept via de website mensen op om het isolatieglas dat vrijkomt bij renovatie of sloop projecten voor hergebruik te reserveren.

Op de website is een uitgebreid en actueel overzicht te vinden van de veiligheidsglas soorten en maten. Er zijn twee kwaliteiten: IsoMAX Circutherm 50 HR+/++ , opgebouwd uit één nieuw HR gecoat binnenblad en één circulaire ruit. De isoMAX Circutherm 100 is opgebouwd uit twee 100 procent volledig gecontroleerde circulaire ruiten. Het winnende renovatieproject in de Kersenboogerd in Hoorn is al weer bijna een jaar geleden gerealiseerd. Rood: “We hebben continu projecten lopen. Veel voor corporaties. We

FAMILIEBEDRIJF

proberen de opdrachten een beetje te spreiden. Bij de Kersenboogerd hebben we ook niet alles gedaan maar alleen de achterdeuren en zijramen circulair gemaakt. Het betrof isolatieglas met aan twee zijden veiligheidsglas.

We moeten uitgroeien tot een grote producent van circulair isolatieglas die in staat is om de vraag uit de markt te bedienen. Tot die tijd zullen we helaas af en toe nee verkopen. Want als een grote afnemer in één project onze voorraad opmaakt bouwen we geen business op. We willen dat iedere grote opdrachtgever even kan kennis maken met de producten.”

GSF Glasgroep is een familiebedrijf in Flevoland, dat al 32 jaar actief is in de glasbranche. Directeur Maarten Rood nam het bedrijf 15 jaar geleden van hen over. Het bedrijf levert onder andere aan woningcorporaties, aannemers en glasbedrijven. De 50 werknemers werken bij vestigingen in Almere Amsterdam en Hilversum.

33
Actueel

Retail Bouw Nederland renoveert het winkelcentrum Sterrenburg in Dordrecht. Het interieur is verrijkt met een prachtig lijnenspel van de Derako houten plafond- en wandsystemen. De monteurs van Martin Bambacht, eigenaar van Interprojects, zorgden voor een perfecte installatie. Zo levert het nieuwe plafond esthetisch én akoestisch een top prestatie.

Lijnenspel verfrist oud winkelcentrum

Het Winkelcentrum Sterrenburg in Dordrecht ondergaat een ingrijpende renovatie. Met een nieuw parkeerdek, betere toegang naar het winkelcentrum, aanpassing van de expeditiestraat en de passages, krijgt het winkelcentrum een enorme upgrade. De renovatie is onderverdeeld in meerdere fases, om de overlast voor de bezoekers en ondernemers te beperken. Maar na anderhalf jaar vond eind maart de officiële heropening plaats.

HOUTEN PLAFOND EN WAND

Het winkelend publiek loopt nu onder bijzonder vormgegeven plafonds, waarin hout een grote rol speelt. De wanden hebben op veel plaatsen een eikenhouten afwerking gekregen. De wisselende lamelbreedtes, die in een vast patroon terugkomen, geven de wand een variërende en luxe uitstraling. Voor de plafonds geeft het houten Grill systeem een speelse aanblik en karaktervolle sfeer. De houten grill elementen zijn in ronde vormen toegepast en geven een mooie dieptewerking.

In samenwerking met de opdrachtgever, architect en Derako heeft Interprojects overlegt welke typen hout en systeem uitvoering voor dit project de beste keuze was. Zijn montageploegen zorgen ervoor dat de houten plafonden wandsystemen perfect in het werk worden aangebracht. “Wat door de architect is bedacht willen we zo goed mogelijk realiseren. Wij bedenken hoe we het gaan uitvoeren en hebben gelukkig al goede ervaring met het werken met de Derako systemen. Het is erg populair. We realiseren nu ook een soortgelijk project in Oss.”

MOOI WERK

“De monteurs vinden het leuk om dit soort werk uit te voeren. Het werkt heel nauwkeurig maar het resultaat mag

er zijn. Derako produceert op maat en tekent vooraf alle grill panelen uit in een gedetailleerd legplan. Wij bedenken dan het laatste stukje detail en hoe alles zo goed mogelijk geïnstalleerd kan worden. Want soms kom je nog onverwachte zaken tegen. Zeker nu we

werken in een oud winkelcentrum. We werken nauw samen met de elektricien en de sprinklerinstallateur om alle installaties zorgvuldig in te bouwen.” “In overleg met de aannemer en het winkelcentrum zoeken we de beste montagemethode. Aanvankelijk

35 Actueel
Door Ronald van Bochove

werkten we tijdens openingstijden van de winkels. Natuurlijk scherm je het werkgebied goed af, maar de mannen vonden het toch wat te gevaarlijk. Ook de winkeleigenaren hadden last van onze werkzaamheden. Besloten is om ’s nachts te werken. Daar zijn de monteurs eigenlijk zelf mee gekomen. En zo stapten we na de eerste week over naar de nacht. Je kunt ongestoord werken en uiteindelijk bleek het voor iedereen beter om het zo te doen.” Het Grill plafondsysteem is opgebouwd uit diverse grill elementen die in verschillende lengtes worden aangeleverd. Deze panelen zijn opgebouwd

uit massief houten delen, die onderling gefixeerd worden door aluminium deuvels. Alle grill plafondsystemen bestaan uit een combinatie van massief houten panelen en het Derako ophangsysteem “Om de afwerking en de zichtlijnen zo strak mogelijk te krijgen, gaat het er om dat het ophangsysteem zo recht mogelijk wordt opgehangen” Ieder grill paneel heeft in het legplan een positienummer. Ook zijn er paspanelen en zorgen we ervoor dat er altijd met enige overlengte wordt besteld. Zo weten we zeker dat er altijd genoeg materiaal is als er iets in het gebouw niet helemaal overeenkomt

met de tekening. Interprojects biedt vijf jaar garantie en we staan altijd klaar om bij calamiteiten delen te demonteren en terug te plaatsen.”

AKOESTIEK

Het plafond is mooi maar vervult ook een hoge akoestische functie. Bovenop de grill panelen liggen Derako Eco Silent panelen. Dit is een aanvullend akoestische materiaal van 4 cm dik voor extra geluidsabsorptie. Maar ook de eiken Lineair wandsystemen vervullen een akoestische functie. “Het akoestisch vezelvlies tussen de houten lamellen is zwart en trekt geen

jaargang 2023 36

stof aan en is gemakkelijk schoon te maken. “Het toepassen van natuurlijke materialen en houten systemen zoals van Derako is nu erg populair. Het heeft een enorme toegevoegde waarde op de beleving van de ruimte en het binnenklimaat. Een hele periode waren dit systeemplafonds. Daarna een tijd zonder plafonds, zoals je nu nog vaak ziet bij winkelketens. De plafondsystemen zijn eruit bezuinigd. In een winkel zal het een goedkoop alternatief blijven, voor Sterrenburg maken we iets moois. De bijzondere lijnen, de gips-eilanden, zo wordt elk winkelcentrum uniek. Met ons zichtwerk zijn wij de kers op de taart!”

DERAKO HOUTEN PLAFONDSYSTEMEN

Het houten Derako plafondsysteem is beschikbaar in twee hoofdsystemen; Grill en Lineair. Bij het Lineair systeem worden de houten delen vlak in het systeem verwerkt. Het Grill systeem biedt met staande houten delen dieptewerking in uw plafond. Beide zijn verkrijgbaar in vier uitvoeringen. Van kostengunstige standaard oplossing tot en met volledig maatwerkplafonds in de meest exclusieve vormen. Het lijnenspel dat hiermee te realiseren is, komt goed tot haar recht door een speciale blinde verbinding met de draagconstructie. Ook blijft het hout hierdoor onbeschadigd. Door jarenlange technische ervaring in de eigen eigen productieomgeving is het bedrijf in staat om praktische systemen te ontwikkelen. Derako gebruikt voor alle systemen massief hout om zo duurzame, milieuvriendelijke en esthetisch mooie plafonds te produceren. De houten grill plafonds hebben al goede geluiddempende eigenschappen. Om de akoestiek in een openbare ruimte nog aangenamer te maken voegde het bedrijf het Eco Silent Panel, een akoestisch dempend paneel gemaakt van polyester wol, toe aan zijn productportfolio. Dit materiaal is geluidsabsorberend volgens EN ISO11654 en is brandvertragend, brandklasse B-s1, d0. Het toegepaste hout kan brandvertragend worden geïmpregneerd. De brandvertragende behandelingen

worden uitgevoerd volgens de KOMO richtlijnen en wordt periodiek gecontroleerd door de Stichting Keuringsbureau Hout (SKH) te Wageningen. Derako ontwerpt, construeert en werkt volgens het Cradle to Cradle®-principe. De producten en systemen zijn C2C Silver, FSC, PEFC, BREEAM en LEED gecertificeerd. Alle Derako plafondsystemen zijn eenvoudig en snel te monteren. Industriële verlichting en overige apparatuur zijn integreerbaar. De systemen worden wereldwijd door installateurs en afbouwende bedrijven geïnstalleerd. Andere bijzondere projecten waarin de massief houten systemen zijn toege-

Zowel klanten als ondernemers ervaren een enorme verbetering. Winkelend publiek uit de hele Drechtsteden en zelfs van daarbuiten komt tegenwoordig naar Sterrenburg.

Sterrenburg kwam in 2015 in handen van vastgoedinvesteerder Wereldhave. Hoewel er veel ondernemers zaten, was het gebouw toen al gedateerd. Er lagen plannen om het op te knappen, Wereldhave rekende hieraan verder en dat resulteerde in onder meer een clustering van vers winkels op een ‘vers plein’, een groter parkeerdek en een uitbreiding van 4000 m2 voor een nieuwe Jumbo vestiging.

past zijn o.a. de nieuwe fietsenstalling IJboulevard voor station Amsterdam

CS, Museum Singer in Laren, Het stadarchief in Keulen en luchthaven

Charles de Gaulles in Parijs. www.derako.com

RENOVEREN VOOR 4 MILJOEN BEZOEKERS

Winkelcentrum Sterrenburg in Dordrecht onderging een ingrijpende metamorfose. In anderhalf jaar tijd is een oud gedateerd winkelcentrum omgebouwd tot een modern winkelgebied.

In het eerste jaar van de verbouwing zag de investeerder al een groei van 2,5 procent in bezoekers ten opzichte van 2019. Op jaarbasis gaat het om 3,7 miljoen bezoekers. Dit jaar hopen ze op 4 miljoen bezoekers.

Naast de plafonds en de verlichting zijn winkels, wanden en puien gerenoveerd. Het winkelcentrum maakt ook een duurzaamheidsslag; Sterrenburg is inmiddels van het gas af en aangesloten op het warmtenet van HVC.

37 Actueel
jaargang 2023 38 www.knaufinsulation.nl ✓ Géén Jeuk ✓ Géén Stof ✓ Géén Geur
ISOLATIE ZONDER IRRITATIE

Warmtepompen zijn niet meer weg te denken in de huidige woningen, zeker niet meer in nieuwbouw. Maar ook in bestaande woningen worden vooral lucht/water warmtepompen steeds vaker gebruikt om van het gas af te gaan. Een van de mindere eigenschappen van dit soort warmtepompen is de geluidsoverlast van de buitenunits. Zeker in dichtbebouwde buurten, dus bij bestaande bouw, kan dat voor problemen zorgen. Een mogelijke oplossing is de binnenwarmtepomp, die geen buitenunit heeft. Over de nut en noodzaak van dit soort warmtepompen spreken we met Dick van ’t Slot van DWA en Richard Vermeeren van Inventum Technologies.

Binnenwarmtepompen voor kleine en middelgrote woningen goede oplossing

Een binnenwarmtepomp, ook wel ventilatiewarmtepomp genoemd, werkt uitsluitend met de afgezogen ventilatielucht uit de woning, die via mechanische of balansventilatie uit de woning wordt gehaald. De energie uit deze afgezogen, warme lucht wordt hergebruikt voor de verwarming van de woning. Daardoor gaat deze warmte niet verloren. Dat gebeurt door deze warme lucht van

circa 20 graden terug te koelen tot wel -15 graden die weer naar buiten gaat, waardoor de warmtepomp 35 graden of meer kan afgeven aan de warmteafgiftesystemen in de woning.

In de hybride variant springt de cv-ketel op echt koude dagen bij. Tijdens de andere, minder koude maanden heeft de warmtepomp de hulp van de cv-ketel niet nodig en verwarmt deze

het huis alleen. In deze hybride variant is de cv-ketel nog wel nodig voor het warm tapwater. In de all-electric modellen kan de binnenwarmtepomp met een boilervat ook warm tapwater maken. Er is dan op koude dagen wel een elektrisch naverwarmingselement nodig voor zowel warm tapwater als ruimteverwarming. Het verschil met een lucht/water warmtepomp is dat er geen buitenunit nodig

39
Actueel
Technologies
Door Harmen Weijer Foto’s: Inventum

is en er dus buiten geen geluidsproductie is.

Als het gaat om het nut van binnenwarmtepompen of ventilatiewarmtepompen is Dick van ’t Slot, expert op het gebied van warmtepompen bij adviesbureau DWA duidelijk: “Alle vormen van hernieuwbare energie zijn voor de energietransitie van groot belang; die moeten we gewoon pakken. In die zin sta ik positief tegenover dit soort warmtepompen, omdat ze daaraan bijdragen. De warmte uit de ventilatielucht blaas je niet meer naar buiten, maar wordt hergebruikt door de warmtepomp.”

NIET VOOR ALLE WONINGEN GESCHIKT

Maar Van ’t Slot is niet alleen maar positief, want een binnenwarmtepomp is niet in alle soorten woningen van nut. “Het is mooi dat ie warme binnenlucht hergebruikt, maar hij kan bij lage buitentemperaturen per definitie niet de volledige warmtevraag dekken. Hoewel dit ook geldt voor sommige luchtwarmtepompen is er voor all-electric oplossingen dus altijd een elektrisch element nodig voor de koude dagen. Als je dit soort warmtepompen alleen gaat enten op ventilatielucht, en wil je daar voldoende vermogen uithalen, moet je extra gaan ventileren. De lucht die je daarmee uit de woning haalt, moet ook weer worden toegevoegd. En dat is altijd koude buitenlucht, die voor binnengebruik weer verwarmd moet worden. Dus gaat de warmtevraag weer omhoog.”

“Daarbij komt dat er in vergelijking met een buitenluchtwarmtepomp minder lucht over de verdamper gaat, waardoor het rendement wel wat minder wordt bij koude dagen. Je moet de ventilatielucht namelijk verder afkoelen.”

Richard Vermeeren van Inventum Technologies ervaart dat er veel onwetendheid in de markt is over binnenwarmtepompen. “Wanneer is dit systeem met ventilatielucht als bron een geschikt puzzelstukje in de verduurzamingspuzzel en wanneer juist niet? Daarin ben ik de eerste

om te erkennen dat het zeker geen oplossing is voor alle woningen in Nederland.”

Volgens Vermeeren is het een fabel dat er bij meer vermogen ook ongewenst meer geventileerd wordt. “Er wordt geventileerd, maar dat is niet meer dan over het algemeen benodigd is voor een gezonde ventilatie van de woning, zonder schimmels, hoofdpijn en alle bijkomende zaken van onvoldoende ventilatie in geisoleerde huizen. Een thema waar de laatste drie Corona-jaren zoveel aandacht voor geweest is. Dat je daar grotere kanalen voor nodig zou hebben dan met een MV-box of WTW-systeem is niet waar. Dat geldt alleen als je buitenlucht naar binnen trekt, maar dan spreek je niet meer over een binnenwarmtepomp maar over een lucht/water warmtepomp die binnen staat. Dat is een ander systeem”, aldus Vermeeren.

WAARVOOR WEL GESCHIKT?

Voor wat voor woningen zijn binnenwarmtepompen dan wel geschikt? Vermeeren: “Deze ventilatieluchtwarmtepompen zijn geschikt voor nieuwbouw en bestaande bouw. Nieuwbouwwoningen met een vloeroppervlak van 50 m2 tot 180 m2 leveren het meeste rendement op met dit systeem. In de bestaande bouw moet er in ieder geval een mechanische ventilatie, - type C - of balansventilatie - type D - aanwezig zijn. Dat is voorwaarde nummer 1. Voor hybride warmtepompen, dus naast een cv-ketel, zijn er naast die voorwaarde weinig belemmeringen in de bestaande bouw.”

Wil je gasloos, dan is die beperking er zeker wel. “Je moet dan goed kijken naar het warmteverlies van de woning. Als dit te hoog is, door beperkte isolatie, kies dan niet voor een binnenwarmtepomp,” stelt Vermeeren duidelijk.

Dick van ’t Slot van DWA benadrukt dit ook. “In de bestaande bouw is verduurzaming met warmtepompen alleen rendabel en goed te doen als de woningen goed geïsoleerd zijn. Dit geldt zeker ook voor de binnenwarmtepomp. Het draait nog steeds om een goed totaal-ontwerp van een woning, waarbij bouwkundige oplossingen zoals isolatie en zonwering niet kunnen ontbreken, naast installatietechnische oplossingen, zoals een ventilatiewarmtepomp.”

Dat de leverancier en fabrikant – Inventum Technologies heeft in Houten een eigen, Nederlandse fabriek staan met een tweede in aanbouw – heel helder is in deze voorwaarden, heeft een duidelijke reden. “Wij leveren niet rechtstreeks aan de consument, daar zit een groothandel en installateur tussen. Die laatste moet de klant goed informeren over de mogelijkheden en onmogelijkheden van een binnenwarmtepomp, zowel

41 Actueel

op het gebied van verwarming als ventilatie. En aan die kennis schort het nog wel, helaas. Vandaar dat wij installateurs kosteloos opleiden aan onze Inventum Academy, zodat we gaan voorkomen dat er problemen bij woningbezitters ontstaan.”

PASSEND IN ENERGIETRANSITIE

Niettemin worden in deze tijd, die nog steeds gedomineerd wordt door een hoge aardgasprijs, warmtepompen gezien als een van de belangrijke oplossingen om van het gas af te gaan. Van ’t Slot: “Dat zie je zeker terug in de stijging van het aantal aangeschafte warmtepompen, met of zonder buitenunit. Dan heb je aan een binnenwarmtepomp als hybride oplossing echt geen slecht product. Dat kan de komende 10, 15 jaar heel goed passen in de energietransitie, al worden die woningen hiermee niet nu al all-electric. Maar op korte termijn kan een woningeigenaar – individueel of woningcorporatie – kun je hiermee flinke stappen zetten. Als je dan ook nog de woningen goed kunt isoleren en je kunt overstappen op een lage temperatuur afgiftesysteem, zoals vloerverwarming, wordt het rendement van alle soorten hybride

warmtepompen alleen maar beter, dus ook die van binnenwarmtepompen.”

Van ’t Slot wijst er nog wel op dat de valkuil kan zijn dat gebouweigenaren denken dat ze met het hybride installeren van binnenwarmtepompen, al dan niet in combinatie met isoleren en vloerverwarming, er al zijn. “Dit is geen eindpunt, want daar ben je pas wanneer je helemaal van het gas af gaat, ook voor het warm tapwater.”

Richard Vermeeren vult hierop aan dat all-electric wel mogelijk is, mits de woning goed geïsoleerd is. “Grote gebouweigenaren zoals woningcorporaties vinden dit steeds vaker een ideale oplossing voor het verduurzamen van hun woningvoorraad, zeker als ze toch doorpakken en ook de woningen extra isoleren.”

IEDEREEN IS NODIG

Inventum Technologies merkt dat Nederland volop bezig is met verduurzaming, want de verkoop van de binnenwarmtepompen gaat als een tierelier. “Ze zijn werkelijk niet aan te slepen. En dan mogen wij nog blij zijn dat we een eigen fabriek in Houten hebben, waardoor de wachttijd voor levering rond de 2 maanden

is. Daarnaast kijken we ook slim mee met planning van de bouwers in bouwprojecten. Als we bijvoorbeeld 40 warmtepompen in totaal moeten aanleveren voor een project, dan leveren we die niet in 1 keer aan maar in meerdere batches. De pompen worden namelijk niet alle 40 in 1 week in de woningen geïnstalleerd. Zo kunnen we meerdere klanten tegelijkertijd van dienst zijn.”

In dat kader juicht Vermeeren ook toe dat steeds meer bedrijven uit de ventilatie-sector zich gaan bezighouden met het installeren van binnenwarmtepompen. “Dat is zeker een trend op dit moment, en ook niet heel verwonderlijk. Bij een binnenwarmtepomp zitten de F-gassen in de pomp en gaan niet via leidingen naar buiten, Je hoeft dus niet STEK gecertificeerd te zijn voor de plaatsing en service van onze toestellen. Daardoor kunnen veel meer installateurs deze binnenwarmtepompen installeren. En dat is goed, want om de klimaatdoelen in 2030 en verder te halen moeten we alles uit de kast halen, en hebben we iedereen nodig om woningen te verduurzamen”, aldus Vermeeren.

jaargang 2023 42

De eisen aan de equivalente daglichttoetreding voor nieuwbouw zullen vanaf 2024 worden vervangen door eisen aan de ‘Daglichtfactor.’ Met deze wijziging is geen verzwaring van de eisen beoogd, de eisen worden beleidsneutraal omgezet op basis van onderzoek. Mark Veldjesgraaf van Techcomlight juicht de nieuwe bepalingsmethode toe, maar legt ons uit dat het toch een ingrijpende wijziging is, met een behoorlijke uitdaging voor ontwerpers.

De Daglichtfactor verbetert gebouwen

Het huidige Bouwbesluit van 2012 geeft voorschriften over daglichttoetreding in gebouwen. Deze worden bepaald op basis van de equivalente daglichtoppervlakte. In februari 2022 publiceert het ministerie van BZK een ontwerpbesluit van wijzigingen in het Besluit bouwwerken leefomgeving, de opvolger van het bouwbesluit. Daarin is ook een nieuwe bere-

keningsmethode opgenomen voor daglichttoetreding. Deze zal in nieuw te bouwen gebouwen aansluiten op de Europese regelgeving en wordt bepaald met een daglichtfactor, te berekenen volgens NEN-EN 17037 (artikel 4.147, Bbl). Mark Veldjesgraaf, manager marketing en communicatie bij Techcomlight, noemt het een verbetering ten

opzichte van de oude situatie; “De nadruk ligt nu op de kwaliteit van het licht in de ruimte en niet op het product dat het licht mogelijk maakt. De daglichtfactor heeft betrekking op de hoeveelheid licht die via daglichtopeningen in de ruimte valt. De relatie met gezondheid en beleving wordt groter.”

Want daaraan schortte het volgens

43 Actueel
Door Ronald van Bochove Foto’s: Techcomlight

Veldjesgraaf in de oude situatie. “Ik werd me voor het eerst bewust hoe belangrijk daglicht is voor onze gezondheid toen ik pas begon bij Techcomlight en ik een paar daglicht buizen moest installeren in een productiehal. Het daglicht dat nu binnen kwam had een zeer positieve werking op de werksfeer. De mensen waren echt blij van deze toevoeging. In de oude situatie komt het voor dat een raam voldoende licht toelaat naar de eisen van het bouwbesluit, maar de ruimte in zijn geheel daar niet van profiteert.”

Computer nodig

Wesley van den Hoeven van Nieman Raadgevende ingenieurs analyseerde de nieuwe norm en concludeert onder meer dat we met de daglichtfactor niet meer naar de hoeveelheid daglicht ter plaatse van de raamopening kijken, maar hoe daglicht, eventueel via een hemelkoepel, reflecties, lichtdoorlatendheid, glas en obstakels, in de ruimte valt. En dat de daglichtfactor niet als de oude daglichttoetreding op papier is uit te tekenen, maar moet worden berekend met computersimulaties. In een simulatie van het verblijfsgebied of verblijfsruimte wordt een

rekenraster uitgezet met rekenpunten die elk de daglichtfactor tonen. Minimaal 50 procent van de vloeroppervlakte moet aan de daglichtfactor voldoen. Dat betekent dat de vorm van verblijfsgebied of verblijfsruimte in relatie met positie van de raamopening een belangrijkere rol speelt. Het heeft invloed op de afmetingseisen van verblijfsgebieden of verblijfsruimten.

Voor het maken van deze berekening zal (gratis) software beschikbaar zijn. De Gebouwprestatie-software van DGMR Software bevat een module Daglichtfactor. Deze berekent de daglichtfactor volgens de NEN-EN 17037 en de NPR 4057 en is speciaal ontwikkeld voor de Nederlandse markt. BIM Pact ontwikkelde een hulpmiddel voor het berekenen van de daglichtfactor tijdens het (BIM) ontwerpproces. De VELUX Daylight Visualizer biedt realistische virtuele voorbeelden die ook compatibel zijn met CAD/BIM-software. Voor Techcomlight is de nieuwe regelgeving een positieve ontwikkeling. Zij importeren, fabriceren, assembleren, en installeren daglichtproducten (waaronder de Solatube daglichtbuis) in de Benelux en het Verenigd

Koninkrijk. “In de oude regelgeving was ons kleine oppervlak van de buisdiameter een belemmering . Nu kijken we naar de lichtopbrengst en dan leveren we een bijzonder goede bijdrage aan de toetreding van het daglicht in de ruimte.”

“De nieuwe norm is goed voor de bewoners en gebruikers van gebouwen. Maar eigenlijk was de kennis over het voordeel van voldoende daglicht al lang bekend. In de BREEAM WELL en LEAD methodiek levert een goed daglichtontwerp punten op.”

“Naast de daglichtfactor gaan ze in de norm ook in op het voorkomen van lichthinder met zonwering. In de volle zomer zal een daklicht van 1,20m bij 1,20m te veel licht doorlaten en zal er met lamellen of andere hulpmiddelen gedimd moeten worden.”

“Er is ook aandacht voor het uitzicht. Op de horizon van licht doet de lichtbuis niets, daarom zeg ik altijd; Wij gaan verder waar het daglicht ophoudt.” En waar het licht ophield in de oude situatie, zal de ontwerper van nieuwbouw vanaf 2024 ervoor moeten zorgen dat dat niet meer gebeurt.

jaargang 2023 44

De energietransitie is in volle gang. Het belang van duurzame energieopwekking zoals windenergie neemt toe. Maar ook windturbineproducenten blijven zichzelf ontwikkelen om nog groener te worden. In dit artikel vertelt Jan Vos, voorzitter van de Nederlandse WindEnergie Associatie (NWEA) meer over de verduurzaming van de sector.

Circulariteit, ecologie en internationaal MVO belangrijke waarden in de windturbinesector

45 Actueel
Tekst Evi Husson Foto’s: NWEA

NWEA is de branchevereniging van de windsector en heeft meer dan 300 leden. “We bevorderen de ontwikkeling van windenergie met het oog op een duurzame Nederlandse energievoorziening. Het belang van windenergie neemt sterk toe. Al binnen 7 jaar is naar verwachting 75 procent van onze Nederlandse elektriciteit afkomstig van windenergie die op de Noordzee en gedeeltelijk op land wordt opgewekt. Kortom, het is een van de belangrijkste energiebronnen van de toekomst en er is daardoor enorm veel bedrijvigheid in onze sector.”

DRIE PIJLERS

De productie en exploitatie van windturbines kan een impact hebben op mens, milieu en biodiversiteit. Daarom zet NWEA zich sterk in om deze thema’s bij de leden onder de aandacht te brengen. “De windsector is een groeiende markt waarbij versnelling noodzakelijk is met betrekking tot de energietransitie. Maar die groei moet ook verantwoord gebeuren. Daarom pleiten we voor een integrale benadering. De versnelling

van wind op zee moet samengaan met circulariteit, ecologie en internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen.”

CIRCULARITEIT

Vos gaat in op deze drie thema’s, te beginnen met circulariteit. “Windturbines hebben een levensduur van ongeveer twintig tot dertig jaar. De turbines die op dit moment worden afgebroken, worden uit elkaar gehaald en waar mogelijk gerecycled. Er worden bijvoorbeeld bermpaaltjes of andere laagwaardige producten van gemaakt terwijl een deel ervan op de schroothoop terechtkomt. Als sector willen we hier stappen maken om te komen tot hoogwaardige recycling en circulariteit.”

VESTAS

Turbinebladen zijn moeilijk te recyclen door de chemische eigenschappen van epoxyhars. Dit is een veerkrachtige stof waarvan werd aangenomen dat ze onmogelijk tot herbruikbare onderdelen kon worden afgebroken. Onlangs heeft Vestas een nieuwe oplossing bedacht om

de op epoxy gebaseerde turbinebladen circulair te maken, zonder dat het ontwerp of de samenstelling van het bladmateriaal hoeft te worden veranderd. De oplossing wordt mogelijk gemaakt door een nieuw chemisch proces dat epoxyhars chemisch kan afbreken tot nieuw materiaal. Het proces is ontwikkeld in samenwerking met de Universiteit van Aarhus, het Deense Technologische Instituut en Olin, partners van het CETEC-project. Dit is een coalitie van de industrie en de academische wereld die is opgericht om circulaire technologie voor turbinebladen te onderzoeken. Vos: “De komende periode zal de oplossing nog verder worden doorontwikkeld en getest, maar de verwachtingen zijn in elk geval beloftevol aangezien het proces is gebaseerd op algemeen beschikbare chemicaliën waardoor industrialisatie en opschaling mogelijk wordt.” Vestas richt zich nu op het opschalen van het nieuwe chemische demontageproces tot een commerciële oplossing. Zodra deze nieuwe technologie op grote schaal wordt toegepast, kan oud bladmateriaal

jaargang 2023 46
Jan Vos, voorzitter NWEA.

dat momenteel op stortplaatsen ligt, evenals bladmateriaal in actieve windparken, worden gedemonteerd en hergebruikt. Dit luidt een nieuw tijdperk in voor de windindustrie en versnelt de weg richting circulariteit. Siemens

Vos: “Vestas is niet de enige partij die sterk inzet op circulariteit. Siemens bijvoorbeeld, heeft turbinebladen ontwikkeld van een nieuw type hars waardoor de materialen eenvoudiger van elkaar zijn te scheiden en kunnen worden hergebruikt. In een windpark op zee, Hollandse Kust Zuid, zullen dit jaar al drie van de 140 turbines worden voorzien van de nieuwe bladen.”

ECOLOGIE

Het tweede belangrijke thema naast circulariteit is ecologie. Vos: “Bij ecologie gaat het erom dat windparken natuurinclusief worden gebouwd waardoor de omgeving waarin de turbines komen te staan de biodiversiteit versterken. Op zee bieden de funderingen van windturbines bijvoorbeeld mogelijkheden voor oesters en mosselen om zich te vestigen terwijl er in windparken niet mag worden gevist. Dit zorgt ervoor dat de biodiversiteit zich in dit gebied kan herstellen en uitbreiden. Het is belangrijk dat bij de uitschrijving van een tender veel aandacht uitgaat naar gebiedsbescherming. Hierdoor kunnen risico’s van windparken op de ecologie worden verminderd. Dit is heel belangrijk, want zonder gerichte investeringen en het brede besef dat we het klimaatprobleem alleen oplossen als onze ecologie voorop staat, kunnen we de opwarming van de aarde niet beperken tot 1,5 graad.”

Internationaal MVO

Een derde belangrijk thema is Internationaal MVO (IMVO). Vos: “Begin maart heb ik namens NWEA het IMVO-convenant in Den Haag ondertekend voor de hernieuwbare energiesector. Hierin staan afspraken met betrekking tot internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen. Er zijn risico’s als het gaat om

47 Actueel

de schending van mensenrechten, de rechten van lokale gemeenschappen en de aantasting van de natuurlijke omgeving en biodiversiteit. Hier wordt al ontzettend veel aandacht aan besteed binnen de windsector, maar het is goed dat we hier ook op internationaal niveau afspraken met elkaar over maken.”

NWEA is één van de aanjagers van het IMVO. “Daarnaast hebben we bij de overheid aangedrongen om niet alleen IMVO, maar ook de thema’s ecologie en circulariteit in tender-criteria op te nemen, zodat dit een uitgangspunt is. Dat doen we uit idealisme en uit eigenbelang. Voor de

sector is het heel belangrijk dat we 100% duurzaam zijn en voldoende draagvlak hebben voor de uitrol van turbineparken.”

EÉN GEHEEL

“Circulariteit, ecologie en internationaal MVO moet je samen aanpakken”, gaat Vos verder. “Als je beseft dat ze met elkaar zijn verbonden, kun je verschil maken. Het is belangrijk om duurzame energie op te wekken die betaalbaar is en niet leidt tot het ondermijnen van ons leefmilieu terwijl er ook op lange termijn leveringszekerheid moet zijn. Hier moeten we samen sterk op inzetten.

De ontwikkelingen volgen elkaar snel op en ons kennisniveau neemt toe. Wat dat betreft zitten we echt in een kantelend paradigma. Iedereen die niet dat paradigma omarmt vanuit bedrijfsmatig oogpunt zal uiteindelijk zijn bedrijf geen goede toekomst kunnen bieden. Het is belangrijk om goed naar je eigen bedrijf te kijken en hoe je zaken hebt georganiseerd. Wie denkt deze thema’s nog even te kunnen wegschuiven zorgt ermee dat hij zijn bedrijf op achterstand brengt. Het is een license to operate geworden.”

jaargang 2023 48 Actueel

BINNEN KLIMAAT

Alklima

www.alklima.nl

info@alklima.nl

+31(0)78 6150000 Panasonic Netherlands www.aircon.panasonic.eu airconditioning.nl@eu.panasonic.com

+31(0)73 6402536 Vaillant www.vaillant.nl

info@vaillant.nl

+31(0)20 5659200

DAGLICHTSYSTEMEN

Techcomlight

www.techcomlight.nl

info@techcomlight.nl

+31(0)318 693820

ISOLATIE

Isobouw Systems

www.isobouw.nl

info@isobouw.nl

+31(0)493 498111

LUCHTTECHNIEK

BLT Luchttechniek

www.bltluchttechniek.nl

info@bltluchttechniek.nl

+31(0)76 5427637

GEVEL-, PLAFOND- EN

WANDSYSTEMEN

Derako International

www.derako.com

info@derako.com

+31(0)224 592340

INFRAROODVERWARMING

Polarheat

www.polarheat.nl info@polarheat.nl

+31(0)320 410560

Isoschelp www.isoschelp.nl

info@isoschelp.nl

+31(0)113 571249 Knauf Insulation

www.knaufinsulation.nl

customerservice.nl@ knaufinsulation.com

+31(0)162 421245

VERWARMING

Magnum Heating

www.magnumheating.nl

info@magnumheating.nl

+31(0)166 609300

WEER SERVICE

Aeolis Forecasting Services

www.aeolis.nl

info@aeolis.nl

+31(0)30 2515602

Schöck Nederland

www.schoeck.com

info@schoeck.com

+31(0)55 5268820

Tonzon

www.tonzon.nl

info@tonzon.nl

+31(0)53 4332391

KWH METERS

E&S Electrading www.kwhmeter.nl

info-1@kwhmeter.nl

+31(0)645 737811

UW BEDRIJF OOK IN MARKET LOUNGE?

Vraag naar de mogelijkheden T +31(0)70 3990000 of E rob@jetvertising.nl

49
Market
Lounge

Agenda

Renovatie & Transformatie + MONUMENT + HOUTBOUW

23 mei – 25 mei

De markt voor onderhoud en renovatie bedraagt in Nederland ruim € 21 miljard per jaar. En bijna 10% van de kantoren en winkelpanden staat leeg, waarvan een flink deel, qua ligging en leefbaarheid, uitermate geschikt is om tot woningen te herbouwen. De vakbeurs Renovatie & Transformatie is het live platform voor kennisdeling omtrent transformeren en renoveren. Duizenden professionals uit de bouwkolom en hun opdrachtgevers bezoeken deze voor informatie, inspiratie, ontmoeten en zakendoen.

MONUMENT het kloppende hart van de Nederlandse erfgoedsector. Hier ontmoeten de aanbieders van producten en diensten professionals en eigenaren op zoek naar innovatieve producten, kennis en informatie.

HOUTBOUW richt zich tot professionals met interesse in hout- en hybride bouw. Leveranciers en koplopers binnen de B&U tonen er hun oplossingen, terwijl de experts in de theaters de bezoekers bijpraten over de meest actuele en relevante ontwikkelingen.

Locatie: Brabanthallen, Den Bosch.

Facilitair & Gebouwbeheer

7 juni – 9 juni

Tot de doelgroep bezoekers van de vakbeurs Facilitair & Gebouwbeheer behoren de beursorganisatie alle professionele verantwoordelijken op het gebied van werkplekken, werkomgeving en gebouwbeheer, samengevat aangeduid als facilitair management.

Locatie: Jaarbeurs, Utrecht.

PROVADA

13 juni – 15 juni

De grootste vastgoedbeurs van Nederland. Het Innovatieplein PROVADA FUTURE biedt plek aan (circulaire) innovators en techbedrijven die kunnen helpen bij de versnelling, vergroening en digitalisering in de bouw. In het programma aanbod staat de circulaire en digitale bouw(keten) centraal.

Locatie: RAI, Amsterdam.

Installatie Vakdagen

12 september – 14 september

Installatie Vakbeurs wordt Installatie Vakdagen. Bovendien wordt de gebouwbeheerder toegevoegd als primaire bezoekersdoelgroep, naast de installateur. De nieuwe huisstijl doet meer recht aan het uitgangspunt dat het event de verbindingsplek is voor de installatietechniek.

Locatie: Evenementenhal, Hardenberg.

jaargang 2023 50
A Hunter Douglas Company A Hunter Douglas Company

Duurzame elektrische vloerverwarming voor iedere situatie.

We gaan in rap tempo van het gas en stappen over naar duurzame energiebronnen. De innovatie hierin gaat snel, maar we zijn eigenlijk pas net begonnen. Of het nu de renovatie van een oud of een geheel nieuw te bouwen huis betreft; onze elektrische systemen zijn al voorbereid op de toekomst om het maximale comfort te kunnen bieden voor iedere situatie..

In veel situaties is het mogelijk om vloerverwarming als enige warmtebron (hoofdverwarming) te installeren. Wanneer de isolatiewaarde van de woning niet toereikend is, bijvoorbeeld bij een oudere woning, kan met extra isolatie en het eventueel installeren van wandverwarming toch een hoge warmteopbrengst gerealiseerd worden.

De juiste vloerverwarming voor jouw situatie kiezen is simpel. Een verwarmingsvraag kan eenvoudig onderverdeeld worden in 3 categorieën: Nieuwbouw, Renovatie of Droogbouw.

Kijk voor al onze elektrische verwarmingsoplossingen op magnumheating.nl/vloerverwarming

MAGNUM Heating B.V. Stevinweg 8 4691 SM Tholen T +31 166 609300 E info@magnumheating.nl W www.magnumheating.nl
Droogbouw | MAGNUM HeatBoard E Nieuwbouw | MAGNUM Cable Renovatie | MAGNUM Mat

GROENE CLUB.

Alklima en KNVB: Samenwerking met meerwaarde

Wij zijn koplopers in het veld van klimaatoplossingen en leveren warmtepompen en airconditioners van Champions League niveau. Voor thuis, op het werk en bij jouw sportvereniging. Samen met de KNVB streven we ernaar om de volgende stap te zetten in het verder en sneller verduurzamen van alle amateurclubs in Nederland. Daarom zijn wij de duurzaamheidspartner van de KNVB Groene Club.

alklima.nl/knvb

jaargang 2023 52

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.