Kinderkrant Drechtsteden september 2023

Page 1

EEN ROUTE LOPEN MET EEN DOBBELSTEEN

HENDRIK-IDO-AMBACHT – Medio juni werd de nieuwste Kidsbeweegroute in de Drechtsteden geopend: in het Sandelingenpark. Jasmijn (12) en Marnix (11) waren daarbij en testten als 1 van de eersten de route. Marnix: ‘De Kidsbeweegroute is een pad met 10 paaltjes. Er staan 6 opdrachten op ieder paaltje. Je gooit met een dobbelsteen en doet de opdracht die bij het aantal gegooide ogen staat.’ Jasmijn: ‘De start van deze route is bij Het Jeugdspeelpark. Het is een route waarop je veel beweegt. Je doet steeds andere opdrachten, omdat je de route met een dobbelsteen loopt.’

‘De route is leuk om te doen. Kinderen kunnen meer buiten spelen door deze route’, vindt Jasmijn. ‘Ik denk dat deze route kinderen extra motiveert om te gaan lopen. Je kunt namelijk leuke opdrachten doen tijdens het wandelen’, vertelt Marnix. Er staan leuke weetjes over bijvoorbeeld dieren uit de omgeving op de paaltjes, dus je kunt ook iets leren tijdens de Kidsbeweegroute.

Waar zijn de Kidsbeweegroutes in de Drechtsteden?

- Sandelingenpark in Hendrik-Ido-Ambacht, start bij het Jeugdspeelpark

- Hooge Nesse in Zwijndrecht, start naast de parkeerplaats van Hotel ARA

- Staart in Dordrecht, start bij IKC De Regenboog

- Sterrenburgpark in Dordrecht, start bij het Biggetjespark

Het lopen van de routes duurt tussen een half uur en 3 kwartier.

Let op: Neem zelf een dobbelsteen mee of maak gebruik van een dobbelsteen-app!

Verschillende opdrachten

‘Ik heb ook opdrachten bedacht bij de kikker. Deze staan nu op het paaltje. Een voorbeeld is het aantal stappen tot het volgende paaltje tellen’, zegt Marnix. ‘Of 6 keer zo hoog mogelijk springen. 5 keer links en daarna 5 keer rechts hinkelen is ook een opdracht’, zegt Jasmijn.

Tekeningen op de paaltjes

‘Kinderen op de BSO van 2 scholen hebben tekeningen voor de paaltjes gemaakt. Die scholen zijn SOL De Bron en IKC De Meander. Ik zit op SOL De Bron. Ik heb een kikker getekend. Ik heb voor dit dier gekozen, omdat je de kikker bijna overal kunt vinden’, legt Marnix uit. ‘Ik heb zelf niets getekend, maar mijn broertje en zusje wel. Ik kom vandaag kijken naar wat zij gemaakt hebben’, vertelt Jasmijn.

SEPTEMBER 2O23
4 5 6 9
Een zandsculptuur maken Wat heb jij in je lunchtrommel? Gabrysia verhuist naar Polen Is jouw fiets veilig? TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS De polonaise lopen is 1 van de opdrachten. Jasmijn en Marnix staan bij de start van de Kidsbeweegroute. Marnix gooit de dobbelsteen.

SEPTEMBER 2O23 2 Prikbord

Lisa zit in groep 3 op school. Ze leert daar lezen en schrijven. Na haar eerste dag op school, vraagt haar vader wat ze geleerd heeft. ‘Ik heb leren schrijven’, zegt Lisa. ‘En wat heb je dan geschreven?’, vraagt papa. ‘Dat weet ik nog niet, want ik leer morgen pas lezen.’

Mary (12)

2 zandkorrels lopen in de woestijn. Zegt de ene korrel tegen de andere: ‘Ik weet het niet zeker, maar ik heb steeds het gevoel dat we worden achtervolgd.’

Zoë (8)

Kind: ‘Papa, er staat een man met een snor aan de deur!’

Vader: ‘Zeg maar dat ik er al 1 heb.'

Eric (11)

nn y en Jim m y

Kijk, Jenny! Ik geef deze vuilnisbak een opknapbeurt.

Dan kies je toch geen oranje?

Hoezo? Oranje valt op, je kunt dus van ver de afvalbak al zien. Bovendien is het de kleur van Nederland!

kinderboekhandel De Giraf H N W I E L R E N N E N

R M S K I Ë N N F T A D

D R L E T D N O R N B IJ

L E A I U U E W U I T R

O H B T R I M B S M E D

P C T E N K M O A D K R

E S E L E E E A I A S A

N R O T N N W R J B A A

F T V A B R Z D N U B P

S C H A A T S E N E D R

T A F E L T E N N I S O

atletiek A E N E T A K S E O L E

ANTWOORD (1 WOORD):

REGELS: DE WOORDEN VIND JE HORIZONTAAL, VERTICAAL EN DIAGONAAL. JE MAG LETTERS MEERDERE KEREN GEBRUIKEN. ALS JE DE OVERGEBLEVEN LETTERS IN DE JUISTE VOLGORDE ZET, KRIJG JE HET ANTWOORD. MAIL DIT WOORD SAMEN MET JE VOORNAAM, LEEFTIJD EN HET TELEFOONNUMMER VAN JE OUDERS OF VERZOR- GERS (ZODAT WE CONTACT MET JE OP KUNNEN NEMEN ALS JE HEBT GEWONNEN) NAAR ANTWOORD@KINDERKRANTDRECHTSTEDEN.NL ALLEEN WINNAARS KRIJGEN BERICHT.

Wat is er mis met oranje?!

1 voor 1 stappen er mensen de bus in. Bij de volgende halte komen er nog eens 6 mensen bij. Bij de daarop volgende halte stappen er weer 2 uit.

Hoe laat is de bus vertrokken?

Jamy (11)

Waarom liggen konijntjes ’s avonds zo vlug in bed?

Hasan (10)

1 voor 1. Omdat ze maar 2 tanden hoeven te poetsen.

Deze Kinderkrant Drechtsteden wordt mede mogelijk gemaakt door:

Nou ...

in Dordrecht

ZOEK

de gummen in deze Kinderkrant

Kun jij ze allemaal vinden? Vul hier het aantal in:

Heb jij een leuke mop, een goed raadsel of een leuk idee voor een artikel? Mail deze met je voornaam en je leeftijd naar redactie@kinderkrantdrechtsteden.nl

COLOFON MEER INFORMATIE

KINDERKRANT

EN CONTACT: www.kinderkrantdrechtsteden.nl

Kinderkrant Drechtsteden verschijnt in Alblasserdam, Dordrecht, Heerjansdam, Hendrik-Ido-Ambacht, Sliedrecht en Zwijndrecht. Oprichter en hoofdredacteur: Linda te Veldhuis

Eindredacteur: Mariska Buitendijk-Pijl Vormgever: Stan van Oss Op alle artikelen in Kinderkrant Drechtsteden berust copyright.

Kinderkrant
De nieuwe
Drechtsteden verschijnt donderdag 5 oktober
Volg de Kinderkrant op: DRECHTSTEDEN 2023 JAARGANG 4 EDITIE 7 : 13.000 KRANTEN
Michiel van de Vijver
HET ANTWOORD VAN DE WOORDZOEKER IN DE VORIGE KINDERKRANT IS: ORKEST DE WINNAAR IS: ROOS (10) GEFELICITEERD! badminton bal basketbal duiken freerunnen hardlopen judo paardrijden schaatsen
Aangeboden door schermen skaten skiën snowboarden surfen tafeltennis turnen voetbal wielrennen zwemmen

Opnames voor een sportchallenge

DORDRECHT – Kayleigh (11) en Büsra (10) zitten op IKC De Regenboog op de Staart. Er is bij hen op de locatie gefilmd voor de 10@10 Challenge. De 10@10 Challenge is de opening van de Nationale Sportweek. Kayleigh en Büsra vertellen hoe de opnames waren en of zij het zelf leuk vinden om te sporten. TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘Volgens mij is de 10@10 Challenge om meer kinderen te laten zien dat sport leuk is, zodat meer kinderen gaan sporten. De opnames vond ik leuk, maar ook best zwaar. Er moest vaak iets opnieuw opgenomen worden’, vertelt Kayleigh. ‘Het

Doe ook mee aan de 10@10 Challenge

filmpje begint in een klas waar alle tafels gewoon op hun plek staan. Deze moesten we dan wegschuiven om ruimte te maken om te sporten. Het was zwaar om de tafels steeds opnieuw te verplaatsen’, zegt Büsra.

De 10@10 Challenge is op vrijdag 15 september om 10 uur. Het idee is om met zoveel mogelijk leerlingen tegelijk te sporten. Iedereen kan in zijn of haar eigen klas meedoen met het filmpje dat opgenomen is op het IKC van Kayleigh en Büsra. Kijk onder tab ‘School’ op www.nocnsf.nl/nationale-sportweek

Op YouTube

‘De opnames worden geëdit’, zegt Kayleigh. ‘Als het filmpje daarna klaar is, wordt het op YouTube gezet. Zo kunnen kinderen op andere scholen het filmpje bekijken en meedoen met de challenge’, vertelt Büsra.

Bekende sporters

‘Er waren bekende sporters bij de opnames’, zegt Kayleigh. Dit zijn die bekende sporters: volleybalster Celeste Plak, handbiker Jetze Plat, judoka Roy Meyer en atlete Maureen Ellsworth.

Nationale Sportweek

Dordrecht is gaststad voor de Nationale Sportweek, een evenement dat sporten en bewegen promoot. De Nationale Sportweek is van 15 tot en met 24 september. Je kunt in die periode op verschillende plaatsen lekker bewegen en kennis maken met allerlei sporten.

Loîs en Esther zijn gereformeerd

ALBLASSERDAM – Loïs (11) en Esther (11) hebben een christelijk geloof. Ze zijn gereformeerd. Zij vertellen waarin zij geloven en welke gebruiken bij hun geloof horen. Esther: ‘Wij lezen bijvoorbeeld uit de Statenbijbel. Dit is de originele vertaling. We vieren kerst, maar hebben geen kerstboom of uitgebreid kerstdiner. We vieren met kerst de geboorte van Jezus en gaan naar de kerk.’ Loïs: ‘Wij geloven in 1 God. Maar eigenlijk is die God 3 in 1, namelijk God de Vader, God de Zoon en God de heilige Geest.’

‘God de Zoon is naar aarde gekomen. Hij is gestorven aan het kruis om onze zonden te vergeven. God de Zoon wordt ook Jezus genoemd’, legt Loïs uit. ‘God de Vader is de echte vader van Jezus. Jozef is de aardse vader van Jezus’, gaat Esther verder. ‘En God de heilige Geest werkt in je hart, bijvoorbeeld tijdens een preek in de kerk over zonden’, vervolgt Loïs.

Rustdag

‘De wereld is in 6 dagen door God geschapen en op de 7e dag genoot God van alles wat hij had gemaakt. Hij rustte dus van zijn werk. Daarom rusten wij op zondag. Je blijft dan in je eigen huis en tuin. Je gaat dan niet naar een speeltuin of zo’, vertelt Loïs. ‘We lezen op deze dag vaak uit een goed boek’, zegt Esther.

Naar de kerk gaan

‘We gaan op zondag wel 2 keer naar de kerk, ’s ochtends en ’s avonds. We horen daar Gods woord. We zingen met elkaar en de dominee vertelt bijbelstukken. Een dominee is iemand die door God geroepen is om Gods woord te vertellen. Gods woord vertellen heet preken’, vertelt Esther.

Verleiden

‘We geloven ook in de duivel. En de duivel wil je met van alles verleiden en weghouden van God. We hebben daarom geen tv in huis. Stel je

kijkt na een preek een film, dan denk je door de film niet meer aan de preek. We gaan ook niet naar de kermis, want daar wordt vaak goddeloze muziek gedraaid. Als je naar de betekenis daarvan luistert, zijn het vaak vreemde teksten’, legt Loïs uit. ‘We hebben een computer en telefoons, want we willen wel met anderen communiceren. Ook kijken we filmpjes, maar dat zijn dan leerzame filmpjes. Iets wat we bijvoorbeeld niet doen is skydiven. Dat is spotten met het leven’, zegt Esther.

Kleding

‘In de bijbel staat dat vrouwen geen mannenkleding en mannen geen vrouwenkleding dragen. Daarom dragen meiden met ons geloof jurken en rokken’, vertelt Esther. ‘We geloven dat God alleen een man en een vrouw geschapen heeft en dat een man en een vrouw mooi op elkaar aansluiten. Zij versterken elkaar’, zegt Loïs. ‘En je trouwt eerst, voordat je gaat samenwonen’, vult Esther aan.

Bidden

‘Ik denk dat ik 12 keer per dag bid. Bij het wakker worden bedank ik God voor de nacht, dat we niet gestorven zijn. God kan je overal horen en zien, dus je kunt op allerlei momenten bidden, ook als je bijvoorbeeld een spannende toets hebt’, vertelt Loïs. ‘We bidden voor en na het eten, we bedanken God daarbij voor het eten’, zegt Esther.

Zelf sporten

‘Ik vind sporten heel leuk. Ik kan mijn energie erin kwijt en flexibeler worden. Ook helpt sporten je om gezond te zijn. Ik doe aan turnen, dansen en zwemmen’, vertelt Kayleigh. ‘Ik zit nu niet op een sport. Ik ga dit schooljaar schoolzwemmen. Ook krijgen we op school 2 keer per week gym, dat was 1 keer per week’, zegt Büsra.

‘We vragen ook of God ons wil helpen gedurende de dag’, zegt Loïs.

SKYDIVEN: Een soort parachutespringen.

Büsra en Kayleigh dragen jassen van de Nationale Sportweek. Kayleigh (witte jurk) en schoolgenoten doen een oefening tijdens de opnames voor de 10@10 Challenge.
GEËDIT: Bewerkt.
Loïs en Esther.
TEKST EN FOTO: LINDA TE VELDHUIS SEPTEMBER 2O23 Sport en Sociaal 3

De Kindertrendrede van 2023 overhandigen

SLIEDRECHT – Op 26 juni heeft de Sliedrechtse Kinderraad hun Kindertrendrede overhandigd aan de raadsleden, wethouders en burgemeester van Sliedrecht. In Kinderkrant Drechtsteden van april staat een artikel over het maken van deze Kindertrendrede. ‘Ik vond het erg leuk om in de Kinderraad te praten over dingen waar je het als kind niet zo snel over hebt, zoals de toekomst’, vertelt Jaydon.

Het thema van de Kindertrendrede van 2023 is mentale gezondheid. De Kinderraad adviseert de gemeenteraad namens de Sliedrechtse kinderen. De Kinderraad heeft workshops gevolgd en toekomstlessen gehad.

Vrienden maken

1 van de adviezen in de Kindertrendrede (zie kader) gaat over vrienden maken. Isis: ‘Dankzij deelname aan de Kinderraad heb ik vrienden gemaakt buiten mijn klas. Het is fijn om vrienden buiten je eigen klas te hebben.’ Eva: ‘In

het begin kende ik niemand in de Kinderraad en was ik stil. Maar later leer je de nieuwe mensen kennen en dat is leuk.’

Meer uitleggen

Een ander advies is meer uitleggen aan kinderen. Elise: ‘Ik vind dat kinderen vaker uitgenodigd moeten worden voor zo’n vergadering van de gemeenteraad als deze.’ Amy: ‘Ik vind dat debatteren een vak op school moet worden.’ Wethouder

Cees Paas: ‘Ik bied bij deze aan om op scholen langs te komen, zodat we vaker met elkaar kunnen praten.’

Gabrysia verhuist naar Polen

ZWIJNDRECHT – Gabrysia (10) verhuist deze zomer naar Polen. Gabrysia: ‘Mijn moeder komt uit Polen, mijn vader uit Nederland. Mijn moeder wil terug naar Polen. Ze heeft 10 jaar in Nederland gewoond en altijd gezegd dat ze een keer teruggaat naar Polen. Ik vind het een beetje leuk dat we gaan verhuizen. We gaan in het zuidoosten van Polen wonen.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘Ik woon straks in de buurt van opa en oma. Onze familie in Polen is kleiner dan onze familie in Nederland. Ik ga dus ook familie achterlaten. Er wordt in Nederland veel meer gebouwd dan in Polen. Ik heb last van astma en denk dat ik in Polen minder last zal hebben’, vertelt Gabrysia.

Pools spreken

‘Ik ben bijna ieder jaar in Polen geweest, alleen toen ik 6 jaar was niet. Ik was toen ziek en daardoor konden we niet. Ik spreek een beetje Pools, maar nog niet genoeg om in Polen gelijk naar school te gaan. Ik krijg daarom samen met mijn zusje van 6 eerst 2 jaar thuisonderwijs

Dit zijn alle adviezen aan de burgemeester en wethouders uit de Kindertrendrede van 2023:

1. Leer ons tegen elkaar te zeggen hoe wij ons echt voelen.

2. Maak de pauzes op school langer, zodat we meer bewegen.

3. Help ons om te gaan met prestatiedruk. Wees minder streng voor ons.

4. Geef ons keuzes die passen bij onze talenten als we naar de middelbare school gaan.

5. Vraag oudere kinderen in Sliedrecht de jongere kinderen aan te spreken op vapen.

6. Organiseer open sportdagen in Sliedrecht.

7. Maak Sliedrecht minder saai voor tieners. Open plekken waar we nieuwe vrienden kunnen maken.

8. Organiseer tienerdisco’s in Sliedrecht.

9. Organiseer activiteiten op school waardoor we meer 1 groep worden.

10. Leg ons meer uit. Dan kunnen wij ook beter meedenken over de toekomst.

Hoe zou jij het vinden om naar het buitenland te verhuizen?

van mijn moeder. Het Poolse alfabet is langer dan het Nederlandse. Ook leert iedereen op school morsecode. En er is geen euro. Het geld daar heet zloty’, zegt Gabrysia.

Nieuw huis

‘Ik ben nu 2 keer bij het nieuwe huis wezen kijken. Ik kan me nu nog niet zo goed voorstellen dat ik straks daar ga wonen. Het is daarheen 14 uur autorijden of 2 uur vliegen. Het nieuwe huis moet nog helemaal opgeknapt worden. We gaan eerst bij mijn opa en oma wonen, tot

ASTMA: Ontsteking aan de longen en luchtwegen, waardoor je het benauwd kunt krijgen.

De cover van de Kindertrendrede.

het nieuwe huis klaar is. Er is een bos naast ons nieuwe huis. Het is een soort voedselbos waar wij veel fruitbomen en struiken gaan planten. Hier kunnen vrienden en familie straks komen logeren. We krijgen waakhonden, kippen en eenden’, vertelt Gabrysia.

Vader komt later

‘Ik ga eerst met mijn moeder en zusje in Polen wonen. Mijn vader komt later. Hij werkt met computers en gaat leren om trainer te worden. Hij kan dan mensen in Polen zijn werk leren. Ik krijg een telefoon, zodat ik mijn vader kan bellen, wanneer ik wil’, zegt Gabrysia.

Gabrysia krijgt in Polen een groot bos bij haar huis. Gabrysia weet sinds de voorjaarsvakantie dat ze gaat verhuizen. Joan deelt de Kindertrendrede uit aan raadsleden. Bijna de hele Kinderraad is aanwezig bij de presentatie.
EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS
TEKST
........................................................ ........................................................ ........................................................ ........................................................ ........................................................ ........................................................ ........................................................ ............................................ ............................................ ............................................ ............................................
SEPTEMBER 2O23 Sociaal 4

Kunst & Cultuur

DORDRECHT – Zoë (10), Vajèn (9) en Divaino (9) traden vlak voor de zomervakantie met hun klasgenoten uit groep 5 van De Griffioen op als orkest. Zij waren daarmee 1 van de orkesten van Leerorkest Drechtsteden.

Divaino: ‘We spelen 5 verschillende nummers tijdens het optreden.’ Vajèn: ‘Er komen veel mensen kijken. Ik vind het optreden daarom wel heel spannend om te doen.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘We hebben in de 1e week van groep 5 allemaal verschillende instrumenten geprobeerd en daarna heeft iedereen een instrument uitgekozen,’ vertelt Vajèn. ‘We hebben het hele schooljaar geoefend voor dit optreden’, zegt Zoë. ‘Je had steeds 5 keer les met het groepje van je eigen muziekinstrument en daarna 1 keer les als orkest’, legt Divaino uit.

Gekozen instrumenten

‘Ik heb voor de dwarsfluit gekozen. Ik vind het geluid hiervan heel mooi. Dat kan heel hoog, maar ook heel laag zijn. Ik kreeg er in het begin alleen niet veel geluid uit. Ik moest leren mijn lippen goed op het gat te houden’, vertelt Zoë. ‘Toen ik in groep 4 het Leerorkest op school zag, wist ik al dat ik slagwerk wilde

gaan doen. Ik drumde toen ik klein was al op een emmer. En toen ik 7 werd, kreeg ik een eigen drumstel’, zegt Divaino. ‘Ik koos de viool. Ik vind dit instrument leuk om te bespelen. Je kunt met je vingers andere tonen maken’, vertelt Vajèn.

Tegelijk spelen

‘We moeten als orkest goed opletten dat we in hetzelfde tempo spelen. Soms ging bij het oefenen het slagwerk sneller. Dan klonk de muziek helemaal niet goed’, zegt Vajèn. ‘Om tegelijk te spelen, kijk je goed naar de rustnoten op je bladmuziek en naar de dirigent’, vertelt Zoë.

Zoë, Vajèn en Divaino spelen met hun klasgenoten in een Leerorkest.

Blij van muziek maken

‘Ik word een soort van blij van het maken van muziek’, vindt Vajèn. ‘Ik ook, ik voel me blij als het lukt om goed te spelen’, vult Zoë aan. ‘Ik houd van muziek maken, vooral van drummen’, zegt Divaino. Zoë, Vajèn, Divaino en hun klasgenoten gaan in groep 6 verder met het Leerorkest.

SLIEDRECHT – Ravi (9), Tristan (9), Luuk (9) en Dorian (10) waren medio juni bij het Nationaal Baggermuseum. Dorian: ‘We maken hier met elkaar een zandbeeld.’ Tristan: ‘Het zandbeeld is voor het Baggerfestival.’ Luuk: ‘Er staan straks allemaal zandbeelden daar. Ik ga ze bekijken.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA

TE VELDHUIS

‘We hebben op school eerst een les over zand gehad’, zegt Dorian. ‘Stenen rollen heen en weer in het water en worden steeds kleiner. Als ze heel erg klein geworden zijn, is het zand’, vertelt Tristan.

Speciaal zand

‘Het zand om een beeld mee te maken is geen gewoon zand’, weet Dorian. ‘Normaal zand blijft niet in een vorm staan. We doen het speciale zand met water in een emmer en stampen dat goed aan met een stuk hout. Zo blijft het zand aan elkaar plakken. Een meneer draait de emmer om. Het

zand komt er in de vorm van de emmer uit en dan kunnen we beginnen’, legt Tristan uit. Er zit klei in dit speciale zand. Dat houdt het vocht tussen het zand vast en daardoor kun je er een zandsculptuur mee maken.

Vormen maken

‘Je kunt voorzichtig vormen maken in het zand’, zegt Tristan. ‘Ja, dat is leuk, maar ook lastig. Je kunt een stuk afsnijden, maar er kan ook zo een stuk afvallen waar je dat niet wilt’, vult Ravi aan. ‘We hebben bedacht om een schattig spookje te maken’, zegt Dorian. ‘Met een soort haakje maak ik ogen. En we gebruiken een lepel om het hoofd rond te maken’, vertelt Luuk. Eigenlijk kun je van zand dus maken wat je wil.

SEPTEMBER 2O23 5
Met een lepel kun je zand afschrapen. De jongens vullen de emmer met zand. Met een soort haakje kun je zand in een vorm uitsnijden. Ravi, Tristan, Luuk en Dorian zijn bezig met hun zandsculptuur. BLADMUZIEK: Notenschrift van een muziekstuk op papier. SCULPTUUR: Standbeeld. Zoë speelt dwarsfluit. Groep 5 is als orkest aan het optreden.

IS JOUW FIETS VEILIG?

HENDRIK-IDO-AMBACHT – Het begin van het schooljaar is een goed moment om te kijken of je fiets nog in orde is. Een complete en goed werkende fiets is veilig. Leah (9), Carmen (10), Evy (10), Niels (10) en Mariléne (10) fietsen allemaal regelmatig. Zij checken of hun fiets veilig is. Carmen: ‘Als je remmen niet goed werken, kun je sneller aangereden worden. En als je banden te zacht zijn, gaat fietsen lastiger.’ Leah: ‘Ik check mijn fiets eigenlijk nooit. Ik merk bijvoorbeeld pas dat mijn licht het niet doet, als ik hem nodig heb.’ Niels: ‘Ik check mijn fiets eigenlijk ook nooit.’ Mariléne: ‘Sommige dingen merk je vanzelf, bijvoorbeeld dat je bel het niet doet.’ Carmen: ‘Ik vind het interessant om mijn fiets te checken. Ik zie zo dingen van mijn fiets, waar ik anders niet op let.’

VRAAG OM AAN IEMAND TE STELLEN: Is jouw fiets veilig?

Mariléne klemt het voorwiel tussen haar benen en trekt aan het stuur

Niels test zijn bel, hij werkt goed. Carmen: ‘Mijn bel doet het soms niet. Ik ga dat nog tegen mijn ouders zeggen.’

Evy trekt aan haar handvat, het zit goed vast. Mariléne: ‘Ik kan mijn handvat een heel klein beetje draaien.’ Carmen: ‘Als een handvat los zit, kan het van je stuur schieten tijdens het fietsen.’ Niels: ‘En dan kun je lelijk vallen.’

Niels checkt zijn handremmen, ze remmen allebei goed. Leah: ‘De remmen van mijn oude fiets remden te goed. Ik schoot dan naar voren.’ Carmen: ‘Ik merk nu dat ik mijn achterrem verder moet inknijpen dan mijn voorrem.’

Beide soorten reflectoren zitten in de wielen van Evy’s fiets. Niels: ‘Als licht op een reflector schijnt, dan geeft een reflector licht. En dat is veilig in het donker.’

Leah controleert haar spaken. Carmen: ‘Ik wist niet dat je je spaken ook moet controleren.’ Spaken zorgen voor de stevigheid van je wiel. Zitten ze los of missen er een paar, dan kan je wiel indeuken.

Het zadel van Carmen staat op de goede hoogte.

Niels probeert zijn zadel heen en weer te bewegen. Dit lukt niet, dus het zit goed vast.

Deze trapper is goed stroef. Carmen: ‘De puntjes op mijn trapper zijn iets versleten. Ik glijd soms met mijn voet van mijn trapper.’

DE VERKEERSQUIZ

1. WAAR SLIJT HET PROFIEL OP JE BANDEN VAN?

A. Slijpen.

B. Slopen.

C. Slippen.

2. WANNEER STAAT JE ZADEL OP DE GOEDE HOOGTE?

A. Als je met je voeten net bij de grond kunt.

B. Als je voeten plat op de grond kunnen staan.

C. Als je met 1 voet de grond net kunt raken.

3. WAT IS EEN GOED ACHTERLICHT?

A. Het achterlicht werkt goed, straalt naar voren en geeft rood licht.

B. Het achterlicht werkt goed, straalt naar achteren en geeft wit licht.

C. Het achterlicht werkt goed, straalt naar achteren en geeft rood licht.

Evy duwt hard op haar banden om te kijken of ze goed opgepompt zijn. Mariléne controleert haar profiel. Evy: ‘Profiel zorgt voor goede grip bij bijvoorbeeld remmen.’ Carmen: ‘Mijn profiel is een beetje versleten. Ik vind het leuk om te slippen, maar daar slijten je banden wel van.’

Deze rubriek is mede mogelijk gemaakt door:

SEPTEMBER 2O23 Verkeer 6
Antwoorden: 1. C 2. A 3. C
TEKST
FOTO'S: LINDA TE VELDHUIS
EN
Leah, Carmen, Evy, Niels en Mariléne doen de fietscheck. Niels’ fiets heeft een achterlicht en reflector in 1. 2. De bel is goed te horen. 3. De handvatten zitten goed vast aan het stuur en zijn heel. 14. Er zit een rode reflector op de achterkant van de fiets. 15. Het achterlicht werkt goed, straalt naar achteren en geeft rood licht. 12. De trappers hebben 2 gele reflectoren. 8. De banden zijn goed opgepompt en hebben voldoende profiel. 13. De ketting is goed afgesteld: niet te strak en niet te slap. 6. De spaken in beide wielen zitten goed vast en er missen geen spaken. 5. De koplamp werkt goed, straalt recht naar voren en geeft wit of geel licht. 7. De banden hebben cirkelvormige reflectie of er zitten reflectoren in de wielen. 4. De fiets heeft goede remmen. Bij handremmen: beide wielen moeten goed geremd kunnen worden. 10. Het zadel is op de juiste hoogte ingesteld. Je kunt met beide voeten net de grond raken als je op het zadel zit. 1. Het stuur zit goed vast. 11. De trappers zijn voldoende stroef. 9. Het zadel zit goed vast.

Natuur en Kunst & Cultuur

Alpaca’s naar de bibliotheek

HENDRIK-IDO-AMBACHT – Nora (10) en Indy (9) gingen aan het eind van de zomervakantie naar Bibliotheek AanZet Hendrik-Ido-Ambacht, want daar kwam speciaal bezoek. Nora: ‘Mijn opa en oma hadden gehoord dat hier alpaca’s naartoe kwamen. Ze vroegen of ik meeging. Ik vind alpaca’s leuke dieren, dus ik wilde graag met mijn opa en oma mee naar de bibliotheek.’ Indy: ‘Nora is mijn nichtje en ik ben dus ook meegekomen naar de alpaca’s. Ze heten Kwint en Cato. Ze komen uit het Jeugdspeelpark.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘De alpaca’s zijn met een verzorger hierheen gekomen, zodat mensen ze kunnen aaien en meer over ze kunnen leren. Een alpaca is familie van de kameel en lama’, vertelt Nora. ‘Ze zijn heel zacht. De wol van een alpaca wordt verkocht’, zegt Indy. ‘Daar maken ze kleding van. Wol van een alpaca is anders dan de wol van een schaap, dat kriebelt. De wol van een alpaca niet en is dus heel zacht’, vervolgt Nora. ‘Alpaca’s kunnen spugen, als ze bijvoorbeeld te dicht bij elkaar staan’, weet Indy. ‘Ik stond vlakbij toen ze spuugden. Het rook

Kwint staat links, Cato rechts.

heel vies. Alpaca’s hebben trouwens alleen tanden aan de onderkant van hun mond. Het lijkt me lastig om zo te eten’, vertelt Nora.

Knutselen en boek reserveren

Nora en Indy maken na het bezoek van de alpaca’s in de bibliotheek een alpaca met karton en wol. ‘Ik vind het leuk dat je hier in de bibliotheek nu echt iets kan doen’, zegt Indy.

Dit artikel is mede gemaaktmogelijk door:

‘Ik kom best vaak in de bibliotheek om rond te kijken en boeken op te zoeken. Ik vind het leuk dat ik nu de alpaca's kan zien en kan knutselen.

Lezen, leren en ontmoeten

En ik heb gelijk een boek van Harry Potter gereserveerd, dat ik al een tijdje wil lezen’, vertelt Nora.

Bibliotheek AanZet is een plek waar iedereen welkom is. Waar je jezelf kunt zijn. Samen met anderen. Of je nu wilt lezen, leren of ontmoeten of op zoek bent naar inspiratie of antwoorden; het mag allemaal.

Bibliotheek AanZet organiseert in al haar vestigingen verschillende activiteiten. Je vindt het aanbod op flyers in de bibliotheek bij jou in de buurt. Je kunt ook kijken op www.bibliotheekaanzet.nl/activiteiten

Gratis lid worden

Wist je dat je gratis lid van Bibliotheek AanZet kunt worden? Inschrijven kan aan de balie van jouw bibliotheek of via www.bibliotheekaanzet.nl/lid-worden

ZWIJNDDRECHT – Sascha (10), Fenne (11), Manou (11), Ata (10), Mario (12), Ruben (10), Wouter (12) en Jesse (13) waren Zwijndrechtse Kinderambassadeurs van schooljaar 2022-2023. Afgelopen voorjaar besloten zij welke speeltoestellen er vanaf eind september in de vernieuwde kinderboerderij De Kiboe-

komen te staan. TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

De aanwezige Kinderambassadeurs krijgen 2 voorstellen van leveranciers te zien. Hier staan verschillende speeltoestellen op. In kleine groepjes praten zij over de voorstellen en geven elkaar argumenten waarom zij een toestel wel of niet geschikt vinden. Daarna stemmen zij over welke toestellen het gaan worden. De meeste stemmen gelden, dus de toestellen met de meeste stemmen worden gekozen.

Uitstraling

‘Een toestel moet er uitdagend uitzien, bijvoorbeeld door gleufjes om in te stappen of door in touwen te klimmen’, zegt Wouter. ‘Ik vind de houten toestellen met wat kleurtjes erbij goed bij de omgeving passen’, zegt Fenne. Er komt

ook een toestel dat qua uiterlijk goed past bij een kinderboerderij en vooral leuk is voor kleine kinderen. ‘Ik kies daarbij voor het toestel met 2 glijbanen naast elkaar. Dan kun je een race doen’, vertelt Ata.

Verschillende leeftijden ‘Er moeten toestellen voor alle leeftijden komen, niet alleen toestellen voor kleine kinderen’, zegt Ata. ‘Ja, lol voor iedereen. Ook kies ik voor toestellen die er creatief uitzien’, zegt Ruben. ‘Als schommel kies ik voor het vogelnest. Die schommel kan harder dan een balkschommel’, vindt Mario. ‘Ik denk dat een vogelnest leuk is voor oudere én kleinere kinderen’, zegt Sascha.

Afwisseling

‘Een parcours is leuk voor 1 keer, maar dat doe je niet steeds opnieuw. Er moeten dus niet meerdere parcoursen in de speeltuin staan’, vindt Wouter. ‘Het is leuk als je zelf kunt verzinnen wat je kunt doen bij een speeltoestel’, zegt Sascha. ‘Ik kies voor een duikelrek erbij, omdat er op andere toestellen al veel geklommen kan worden’, legt Manou uit.

Opening 4 oktober

Wil je zelf zien en ervaren wat er in de speeltuin staat? 4 oktober wordt de nieuwe Kiboe-hoeve geopend en kun je komen spelen en oordelen. Je vindt De Kiboe-hoeve in het Develpark in Zwijndrecht.

LEVERANCIER:

Iemand die tegen betaling goederen of diensten levert.

SEPTEMBER 2O23 7
Ruben en Manou denken na over de voorstellen. Mario, Jesse en Fenne overleggen over de voorstellen. hoeve Ata, Sascha en Wouter stellen argumenten op. Nora en Indy staan met de alpaca’s achter de bibliotheek. Indy en Nora maken een alpaca van karton en wol.

KENNIS MAKEN MET WERK IN DE BOUW EN INFRA

SLIEDRECHT – Hendryan (11), Maxim (11), Pien (10), Arthur (10) en Mirle (11) waren eind juni op het Baggerfestival. Ze bezochten hier met hun klasgenoten van de Johannes Calvijnschool verschillende bedrijven in de bouw en infra. Pien: ‘Het is de 1e keer dat ik op het Baggerfestival ben. Ik ben namelijk dit jaar naar Sliedrecht verhuisd. Mijn vader was bouwvakker. Hij is nu leraar in de bouw geworden. Hij geeft in de buurt van Sliedrecht les.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

EXPLOSIEVEN OPSPOREN

De leerlingen kijken bij een bedrijf dat explosieven opspoort. Arthur: ‘Ze zoeken bijvoorbeeld naar bommen in de grond als er ergens een nieuwbouwwijk komt. Op sommige plekken kunnen namelijk bommen uit de Tweede Wereldoorlog liggen. Het bedrijf verwijdert de bommen en laat deze op een veilige plek ontploffen. Ik vind het belangrijk werk. Je wilt niet dat tijdens het bouwen een bom ontploft. En ook niet als je ergens woont.’ Mirle: ‘Er zijn veel verschillende soorten explosieven. We hebben touwtje trekken met explosieven gespeeld. Er hangen kogels, stukken granaat en een kleine vliegtuigbom aan de touwtjes. Er werden in de oorlog 30 van die bommen tegelijk uit een vliegtuig gegooid.’

BRUG BOUWEN

De leerlingen bouwen zonder gereedschap een houten brug. De onderdelen passen zo in elkaar dat gereedschap niet nodig is. Pien: ‘Ik vind dit best leuk om te doen, omdat je moet samenwerken. Het lukt niet om zo’n brug alleen te bouwen. Ik heb nog nooit zo’n grote brug gebouwd, wel een keer een kleinere met Lego.’

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door:

ZUID-HOLLAND ZUID Hardinxveld-Giessendam/Dordrecht

HET BAGGERFESTIVAL

Het Baggerfestival is een tweejaarlijks evenement voor en door Sliedrechters. De eerste editie vond in 1990 plaats. Het festival gaat vooral over het verleden, heden en de toekomst van de baggerij, waterbouw en de overige maritieme sectoren.

GRAVEN MET EEN MACHINE

Hendryan, Maxim, Mirle en Pien ervaren hoe het is om met een machine zand te verplaatsen. Hendryan doet dat op een simulator: ‘Ik schep zand uit een vrachtwagen. Ik gebruik daarvoor hendels en pedalen. Met de rechterhendel kan ik de schep omhoog en omlaag doen. Met de linkerhendel kan ik draaien en naar voren en naar achteren gaan. Met de pedalen kan ik naar links en rechts gaan. Ik vind het heel leuk om dit eens op zo’n simulator te doen. Ik zie kraanmachines weleens op een bouwterrein staan. Ik zou wel willen werken met zo’n machine later.’ Maxim: ‘Het is net of je echt in zo’n kraanmachine zit. Zulke machines worden bijvoorbeeld gebruikt om sloten aan te leggen of om voor een riool zand weg te halen.’ Pien en Mirle graven op een kleine, echte graafmachine, die zij ook bedienen met hendels.

SEPTEMBER 2O23 Techniek 8
Mirle, Arthur, Maxim, Hendryan en Pien bezoeken het Baggerfestival. De leerlingen zetten met elkaar een brug in elkaar, zonder gereedschap. Maxim loopt over de brug. Pien, Mirle en Arthur trekken een vliegtuigbom omhoog. De pedalen. Arthur en Mirle hebben een granaat uitgegraven. De hendels. Pien verplaatst zand met een kraanmachine. Arthur, Pien en Mirle laten de gevonden granaat zien. Deze granaat ontploft niet, maar laat heel veel rook vrij als hij gebruikt wordt. Mensen kunnen door de rook dan niets zien. Hendryan bestuurt een kraan op de simulator. INFRA: Grond-, weg- en waterbouw.

Wat heb jij in je lunchtrommel?

DORDRECHT – Anna (11), Tessa (7) en Jort (7) lunchen op school. Ze nemen daar zelf eten voor mee. Jort: ‘Wij zitten op de Oranje Nassauschool. Het is de bedoeling dat we een gezonde lunch meenemen naar school. Ik vind gezond eten lekker. En gezond eten is belangrijk. Het is goed voor je bloed en huid.’ Tessa: ‘Van ongezond eten kun je puistjes krijgen. Ook kun je verslaafd raken aan ongezond eten.’ Anna: ‘Van gezond eten word je fitter. En met een gezonde lunch kun je beter leren op school. Je voelt je dan minder moe.’ Anna, Tessa en Jort vertellen wat zij meenemen als lunch op school. TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘Ik heb heel vaak trek, dus ik heb 3 boterhammen mee: 1 boterham met gebrokkelde kaas en 2 boterhammen met beenham. Wit brood is niet gezond, want dat is niet volkoren. Volkoren brood is beter. Dat heb ik ook. Ik drink halfvolle melk tijdens het eten. Ik heb voor de lunch geen fruit mee. Ik heb al fruit op tijdens het tussendoortje om 10 uur.’

Trommel zonder rommel

Neem jij ook weer een lunch mee naar school? Ongemerkt kun je ongezond eten. Hoe maak je je lunch gezonder?

- Eet volkoren brood in plaats van bruin brood. Er zitten meer vezels in volkoren brood.

- Kijk bij kaas naar het vetpercentage. Hoe vetter de kaas is, hoe ongezonder de kaas wordt.

- Doe maximaal 1 keer per dag beleg op brood, dat ongezonder is. Dit zijn bijvoorbeeld (vegetarische) vleeswaren, salades, voorverpakte humus of zoet beleg als appelstroop of vlokken.

- Af en toe kan zuiveldrink mee naar school, maar probeer dit maximaal 1 of 2 keer in de week te doen. Drink het liefst gewone halfvolle melk. Dat is beter voor je tanden en gezondheid. Kijk op www.trommelzonderrommel.nl voor meer ideeën.

‘Ik smeer mijn brood voor de lunch zelf. Ik maak dan 2 of 3 boterhammen. Ik neem geen wit brood mee, volkoren brood is beter. Daar zitten meer vezels in. Vandaag heb ik 3 boterhammen, 1 met kaas, 1 met worst en 1 met pasta. Ik eet ook een appel bij mijn lunch. In fruit zitten vitamines. Ik vind gezond eten lekker, vooral fruit zoals ananas, aardbei, appel en banaan. Ik drink water bij mijn lunch.’

Wat drink jij op een dag?

DORDRECHT – Je lichaam heeft vocht nodig. Phoebe (11): ‘Volgens mij bestaat je lichaam voor 75% uit water.’ Bente (11): ‘Als je 3 dagen niets drinkt, dan kun je doodgaan. Drinken is belangrijker dan eten.’ Phoebe en Bente ging samen met Hasti (10) tijdens de zomervakantie naar Zomerschool Dordrecht. Phoebe, Hasti en Bente vertellen wat en hoeveel zij zoal op een dag drinken. Ook geven ze aan hoeveel suikerklontjes er volgens hen in drinken zitten. TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS, VOEDINGSCENTRUM, JONG JGZ

Phoebe: ‘Ik drink 3 of 4 grote glazen water per dag. Ik neem ook 1 of 2 glazen met siroop. En soms drink ik melk. Ik drink 1,5 liter per dag. Mijn ouders drinken 2 liter. Als het warm is, is water drinken het meest verfrissend. Je kunt flauwvallen als je te weinig drinkt als het warm is, bijvoorbeeld in de zomer. Ik denk dat in een glas energiedrank 3,5 suikerklontjes zitten.’

Bente: ‘Ik drink 3 à 4 plastic bekers water per dag en 1 à 2 bekers siroop. Water is volgens mij het beste om te drinken. Er zit geen suiker in. Van suiker in drinken kun je zwarte puntjes op je tanden krijgen. Ik denk dat in een glas sinas 3 suikerklontjes zitten. Soms neem ik melk. Melk is goed voor je botten. Ik denk dat je per dag 3 liter moet drinken. Als je te weinig drinkt, kun je duizelig worden. Een kind heeft een kleiner lijf, dus die heeft minder drinken nodig.’

Hasti: ‘Ik drink heel veel water, bijna elke dag 1 liter. Ik drink 2 keer een bidon leeg. Ik denk dat je 1,5 liter moet drinken per dag. Drinken zorgt ervoor dat je geen dorst hebt. Soms neem ik Sprite, maar dat mag ik niet altijd van mijn moeder. Ze werkt bij een tandarts. Er zit suiker in Sprite en daar kun je gaatjes in je tanden van krijgen. In chocolademelk zit ook suiker. Ik denk 1,5 klontje in 1 glas.’

Wat drink jij op een dag?

‘Ik heb meestal bruin brood mee naar school. Vandaag heb ik een beetje gezonde lunch mee, namelijk een krentenbol met boter, appel en watermeloen. Ik denk dat een krentenbol niet supergezond is, door de krenten. Hij is ook plat. Dat vind ik minder lekker. Ik drink water bij mijn lunch.’

Suiker in drinken

‘Met een blikje of flesje frisdrank of sap drink je zo een stapeltje suikerklontjes. Er zijn ook frisdranken die weinig of geen suiker bevatten. Dat is een gezondere keuze, maar het zuur in (light) frisdrank tast wel je tandglazuur aan. De beste keuze? Neem een bidon of flesje met kraanwater mee. Dat is goed voor je gezondheid, het milieu en is goedkoop. Wil je toch een keer een drankje met suiker? Kies dan voor een kleine portie zoals een glas of klein blikje.’

Hoeveelheid drinken

‘Kinderen tussen de 7 en 13 jaar hebben dagelijks 1 tot 1,5 liter vocht nodig. Dat zijn 7 tot 10 bekertjes van 150 ml. Een groot deel van ons lichaam bestaat uit water, we kunnen niet zonder. Als je te lang niets drinkt, kun je uitdrogen. Je kunt dan suf worden en niet opletten in de klas. Water zorgt ervoor dat ons lichaam werkt. Water is gezond en goedkoop. Het Nederlandse kraanwater is schoon en beter voor het milieu dan water uit een fles uit de supermarkt.’

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door:

Heb jij een vraag?

Heb jij een vraag? Of zit je ergens mee? Vraag het aan de jeugdarts, jeugdverpleegkundige of pedagogisch adviseur van Jong JGZ bij jou op school. Mail naar contact@jongjgz.nl of bel 088 56 64 549.

Gezondheid 9 SEPTEMBER 2O23
Jort Anna Tessa
Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door:
Kitty Arpat-Verwaayen, jeugdverpleegkundige Jong JGZ. Zoveel suikerklontjes zitten er in deze drankjes.

De Vraag en Puzzel

Stuur of krijg jij weleens een kaart?

ALBLASSERDAM – Van 8 tot en met 15 september is het de Week van lezen en schrijven. Iedereen heeft in het dagelijks leven te maken met lezen en schrijven. Kunnen lezen en schrijven is dus heel belangrijk. Krijg of stuur jij bijvoorbeeld weleens een kaart? Loïsah (13), Jedidja (10), Jorinde (7), Selena (10), Tess (9), Emma (12), Lise (10) en Tessa (11) vertellen over hun ervaringen. TEKST EN FOTO'S: LINDA TE VELDHUIS Loïsah

‘Ik stuur bijvoorbeeld een kaart als iemand dood is gegaan. En ik krijg zelf weleens zomaar een kaart van vrienden. Die brengt de postbode. Of ik krijg een kaart van nieuwe buurmeisjes.’

‘Ik stuur mijn opa en oma weleens een kaart vanaf vakantie. We zetten daarop dat we het naar ons zin hebben. We krijgen dan een appje met een bedankje voor de kaart. Ik kreeg ook kaarten van mijn opa en oma, als ze op vakantie zijn en tijdens corona.’

‘Opa en oma sturen weleens een kaart naar me als ze op vakantie zijn. Daar staat dan een plaatje van de camping op. Ik stuur opa en oma ook een kaart tijdens mijn vakantie. En ik stuur naar iemand die ziek is een beterschapskaart. Op mijn verjaardag krijg ik altijd een hele berg kaarten.’

‘Ik heb mijn oma eens een kaart gestuurd vanaf vakantie in Italië. Ik heb een paar keer post van mijn oma gehad voor mijn verjaardag. Dat is leuk om te krijgen, soms zit er ook een cadeautje bij.’

Emma

‘Ik krijg op mijn verjaardag kaarten van ooms en tantes die verder weg wonen en dan niet kunnen komen. Ik stuur zelf meestal een zelfgemaakte kaart naar iemand die jarig of ziek is. Je voelt dat mensen echt aan je denken, als ze een kaart sturen.’

‘Ik doe een kaart met gefeliciteerd bij een cadeautje voor een jarige. Ik stuur ook een kaart als een baby geboren is. De buren stuurden me vroeger een kaart op mijn verjaardag en een kerstkaart. Het is ouderwets, maar ik vind het leuk om kaarten te krijgen.’

‘Ik had een kaartensetje van TOPModel en een setje om brieven te maken. Ik maak dan een brief voor iemand en geef die. Als mijn oma op vakantie is, stuurt ze me een kaart. Ik vind een kaart krijgen leuk, want het is handgeschreven en iemand heeft het voor je op de post gedaan. Het is niet even een berichtje via de telefoon.’

‘Ik stuur soms een kaart naar mijn oude oma, als ze jarig is. En een beterschapskaart als mijn oma ziek is. Als ik jarig ben, krijg ik post met een felicitatie en geld van vrienden en familie. Ik vind het leuk dat ze eraan denken dat ik jarig ben. Ik stuur zelf ook kaarten naar mensen die jarig zijn.’

Stuur of krijg jij weleens een kaart?

K i n d e r K r a n t

P U Z Z e L

Deze route … kinderen extra om te gaan lopen.

PAGINA 1

Welke plaats in de Drechtsteden is gaststad voor de Nationale Sportweek?

PAGINA 3

Wat heeft de Sliedrechtse Kinderraad overhandigd?

PAGINA 4

Waar houdt Divaino vooral van?

PAGINA 5

Welke onderdelen moeten goed vastzitten aan het stuur?

PAGINA 6

Waarmee hebben Mirle, Arthur, Maxim, Hendryan en Pien touwtjetrekken gespeeld?

PAGINA 8

Waarbij drinken Tessa en Anna water?

PAGINA 9

Wie bestuurt een schip?

PAGINA 11

Wat voor soort boeken leest Benthe vooral?

PAGINA 12

Waarmee wordt op de markt betaald?

PAGINA 12

De letters in de gele balk vormen het antwoord. Mail dit antwoord, samen met je voornaam, leeftijd en het telefoonnummer van je ouder(s) of verzorger(s), naar antwoord@kinderkrantdrechtsteden.nl

We verloten de prijs onder de goede inzendingen. Alleen de winnaar krijgt bericht.

in Zwijndrecht bij:

Het antwoord van de puzzel van juni is: STRANDLAKEN De winnaar is JOAS (10) GEFELICITEERD!

Wil je nog meer puzzelen? Kijk dan eens op PUZZELCORNER.NL voor meer leuke puzzels!

Hoe moet een speeltoestel er volgens Wouter uitzien?

PAGINA 7

Tessa Jorinde Jedidja Tess Lise Selena
10 SEPTEMBER 2O23

MIJN OUDERS ZIJN:

SCHIPPERS

ZWIJNDRECHT – De vader (Erik) en moeder (Petra) van Bjorn (11) en Noud (10) zijn schippers. Bjorn: ‘Een schipper brengt met een schip lading van de ene naar de andere plek in Europa. Een schipper bestuurt het schip.’ Noud: ‘Ook onderhoudt een schipper het schip, samen met de matroos. De lading kan van alles zijn, bijvoorbeeld kolen, zand, containers, maïs of blokjes staal. Die heten broodjes. We hebben ook weleens onderdelen van een grote kraan vervoerd.’ TEKST: LINDA TE VELDHUIS FOTO’S: PRIVÉ

‘Ons schip is 135 meter lang’, zegt Bjorn. ‘En 11,45 meter breed’, zegt Noud. ‘Het schip komt in allerlei landen, zoals Nederland, Duitsland,

België, Frankrijk en Zwitserland’, vertelt Bjorn. ‘En Hongarije’, vult Noud aan. ‘Maar daar komen we nu niet meer. Ik vind dat te ver weg,

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door:

ik wil dichter bij jullie in de buurt blijven’, vertelt Petra. Bjorn en Noud zijn namelijk doordeweeks op het schippersinternaat terwijl hun ouders varen. ‘Wij wonen en slapen eigenlijk op ons werk’, zegt Petra. ‘We gaan bijna elk weekend en in de vakantie mee naar boord’, vertelt Bjorn.

Het schip besturen

‘Een schipper bestuurt het schip met een soort bolletje aan een staafje. Dat lijkt op een joystick’, vertelt Noud. ‘Het is best bijzonder dat je zo’n groot schip met zo’n klein pookje kunt besturen’, vindt Bjorn. ‘Je stuurt het schip bijvoorbeeld een sluis in. Als de deuren dicht zijn, gaat er water in of uit de sluis’, zegt Noud. ‘Een sluis is eigenlijk een soort lift voor schepen’, vertelt Petra.

Andere werkzaamheden

‘Een schipper maakt ook een planning voor containers. Dan wordt bepaald waar welke container moet komen te staan’, zegt Bjorn. ‘We onderhandelen ook aan de telefoon over de prijs voor een bepaalde reis’, vertelt Petra. ‘En via de marifoon praten mijn ouders met andere schippers, bijvoorbeeld of je langs iemands schip kunt varen. Ook vertel

je over de marifoon waar je naartoe gaat, zodat anderen dat ook weten’, vertelt Bjorn.

Eigen baas

‘Erik en ik varen allebei op ons schip. Ik vind het leuk dat we eigen baas zijn. We nemen zelf beslissingen. In de zomer is aan boord zijn ook fijn. Je kunt makkelijk gaan zwemmen of watersporten’, vertelt Petra.

WAT DOET EEN... STUKADOOR?

Welke opleiding doe je voor deze baan?

Je kunt verschillende beroepen in de binnenvaart doen, zoals matroos, stuurman of kapitein. Je kunt om te beginnen een maritieme vmbo-opleiding volgen op het Loket in Zwijndrecht. Dit valt onder het profiel Mobiliteit en Transport. Je kunt ook gelijk naar het STC in Rotterdam gaan. Om echt te gaan werken, volg je nog een mbo-opleiding. Je doet deze opleiding vaak terwijl je al aan het werk bent in de binnenvaart.

ZWIJNDRECHT – Sommige beroepen zijn waarschijnlijk gelijk duidelijk voor je, bijvoorbeeld timmerman of arts. Maar er zijn ook heel veel beroepen waarvan je eigenlijk niet weet wat het werk inhoudt. Jesse (9), Julie (9) en Tessa (11) vertellen over het beroep stukadoor. Wat denken zij dat die baan inhoudt? En lijkt het hen leuk werk? TEKST:

‘Ik heb nog nooit van een stukadoor gehoord. Doet een stukadoor misschien iets met deuren? Door is Engels voor deur. Ik begrijp nu dat het iemand is die muren glad maakt. Ik krijg een nieuwe kamer. Mijn vader zei dat een muur daarin gladgemaakt moet worden. Er zitten nu harde puntjes op die muur. Dat glad maken doen ze met een groot ijzeren ding. Het lijkt me best leuk om te doen. Misschien kun je wel een handje of een sterretje op de muur maken. Of je doet glitters of kleurstof in de stuc.’

‘Ik heb geen idee wat een stukadoor is. Ik heb er weleens van gehoord, maar ik weet niet wat zo iemand doet. Ik ken niemand die stukadoor is. Het lijkt me wel leuk werk. Het gladmaken en het versieren van een muur lijken me leuk om te doen. Ik krijg een andere kamer in huis, die heeft al gladde muren. Die hoeven dus niet gestuukt te worden.’

‘Ik heb weleens van het woord stukadoor gehoord, maar ik weet niet wat het is. Gaat het misschien over kapotte deuren? Stuk is kapot en door is deur. Ik heb mij een keer aan een muur met scherpe puntjes geschaafd. Een gladde muur vind ik dus fijner. Ik vind kliederen met klodders verf leuk om te doen. Iets glad maken is rustgevend. Ook vind ik het leuk om beslag te maken en dat stuc is een soort beslag. Ik vind het daarom misschien best leuk werk om te doen. Het lijkt me wel moeilijk om een muur echt glad te maken.’

Wat is een stukadoor?

Een stukadoor zorgt ervoor dat een wand of plafond glad afgewerkt wordt. Meestal is dit om een muur mooier te maken. Lelijke stenen of elementen van beton kunnen door stuc worden bedekt. Maar het kan ook om een reparatie of versteviging van een wand gaan. Een stukadoor smeert stuc op de wand en strijkt dat glad. Of een stukadoor maakt patronen en figuren met het stuc. Stuc is een mengsel van kalk, gips en cement.

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door:

Noud en Bjorn zijn in de stuurhut. Noud en Bjorn staan met hun ouders Petra en Erik op de kade naast hun schip Eclips. Tessa Julie Jesse
SEPTEMBER 2O23 Toekomst 11
LINDA TE VELDHUIS FOTO’S FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS EN KSENIA CHERNAYA

Markt op het plein

DORDRECHT – Juliette (12), Jasmijn (12), Marq (12) en Solange (11) en de rest van hun groep 8 deden samen met groep 7 van De School Mühring voor de zomervakantie mee aan het project Bizz-World. Marq: ‘We starten daarvoor met een groepje een soort bedrijfje. De bedrijfjes staan op een markt op het schoolplein. Je kunt dingen of eten maken en die daar verkopen. Bizz-World is ieder jaar voor groep 8. Onze school bestaat dit jaar 150 jaar. Groep 7 doet daarom nu ook mee met Bizz-World. De markt is voor de kinderen op onze school.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘Er wordt op de markt betaald met nepgeld’, zegt Marq. ‘Dat zijn Mühring-euro’s. Ieder kind op school krijgt er 15’, vertelt Solange. ‘Wij hebben alle briefjes uitgeknipt’, zegt Juliette.

Snackbar

‘Wij verkopen met een groepje van 5 hamburgers, bitterballen, frikadellen, kaassoufflés, milkshakes en patat. We verkopen ook waterpistooltjes en hebben een loterij. We hadden in groep 7 al bedacht dat we het zo wilden gaan doen met elkaar’, vertelt Marq.

Verschillend aanbod

‘Ik zit met Jasmijn en Juliette samen met 3 anderen in het groepje. We plaatsen nagels en tattoos. Ook verkopen we koekjes en snoep. Je kunt ook een gezichtsmasker doen bij ons. Verder hebben we een ijskar en loterij’, zegt Solange. ‘We verkopen ook sieraden’, zegt Juliette. ‘En lolly’s. We hebben opgelet dat we iets voor jongens en iets voor meisjes hebben’, vult Jasmijn aan.

Nadenken over geld

‘Je leert door dit project met geld om te gaan. Wat voor prijs vraag je bijvoorbeeld voor iets?’, zegt Jasmijn. ‘Maar ook leer je als koper

Een bieb op school

SLIEDRECHT EN ZWIJNDRECHT – Luka (14) en Chris (15) zitten op praktijkschool De Sprong in Sliedrecht. Amy (14), Benthe (13) en Thijn (14) zitten op praktijkschool De Sprong in Zwijndrecht. Zij lezen op school Kinderkrant Drechtsteden en hebben vlak voor de zomervakantie een schoolbibliotheek gekregen. Luka: ‘Ik vind het leuk om te lezen, het maakt me rustig.’ Amy: ‘Ik vind lezen belangrijk. Als je veel leest, kun je het steeds beter. En dan kun je ook beter leren.’ Chris: ‘Goed kunnen lezen is ook nodig voor het spelen van e-spellen. Daarin kom je vaak teksten tegen.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘We hadden nog geen bibliotheek bij ons op school. Ik vind het fijn dat er nu 1 is. Nu hoef ik niet meer naar de bibliotheek in Sliedrecht te lopen’, vertelt Luka. ‘We liepen namelijk

van school naar deze bibliotheek. Nu kun je uit je klaslokaal zo even naar de schoolbieb, een boek uitkiezen en weer terug naar je klas om te lezen. Het boek mag niet mee naar huis, dat vind ik wel jammer’, zegt Chris.

‘Lezen hoort erbij op school, dus het is goed dat er nu een schoolbieb is’, vindt Thijn.

Nieuwe schooljaar gebruiken

‘We gaan de schoolbieb in het nieuwe schooljaar gebruiken’, zegt Benthe.

‘We hebben wel al uitleg gehad. Op elk boek staat een QR-code. Die wordt gescand door de docent. Die weet dan door wie een boek is geleend’, vertelt Amy. ‘Zo raken er geen boeken kwijt’, zegt Thijn. ‘Op de boeken staan plaatjes, zodat je weet waar het boek over gaat’, legt Luka uit. ‘En als je boek uit is, kun je in school een nieuwe halen. Je hoeft nu niet meer te wachten tot je met school naar de bibliotheek in Zwijndrecht gaat’, vertelt Amy verder. ‘Dat deden we 1 keer in de 6 weken’, zegt Benthe.

dat je niet alles gelijk uit moet geven’, vult Solange aan. Je leert ook hoe je een bedrijfje kunt starten. Het is leuk, maar ook wel moeilijk om alles zelf te regelen. En je moet opletten dat het niet te veel kost, want je krijgt er geen geld voor terug’, vertelt Jasmijn. ‘Je kunt spullen gebruiken die je thuis al hebt liggen, bijvoorbeeld om armbandjes te maken’, zegt Juliette.

Goed doel

‘We steunen vanwege het jubileum deze keer een goed doel: Make-AWish’, vertelt Solange. ‘Dat is een stichting die laatste wensen vervult van mensen, die niet lang meer te leven hebben’, zegt Jasmijn. Ouders van leerlingen op school hebben donaties aan Make-A-Wish gedaan. In totaal is er € 1.000,- opgehaald voor dit goede doel.

Lievelingsboeken

‘Ik vind het leuk om te lezen over Pokémon, dino’s, dieren of Roblox’, zegt Chris. ‘Ik lees graag het Guinness Book of World Records. Daar staan allemaal records in, bijvoorbeeld wie de langste nagels ter wereld heeft. Ieder jaar komt er een nieuw boek’, vertelt Luka. ‘Ik lees graag stripverhalen. Ook lees ik graag informatieboeken, want daar kan ik veel van leren. Mijn lievelingsboek is Dolfje Weerwolfje’, zegt Thijn. ‘Mijn lievelingsboek is Dagboek van een Muts. Ik heb bijna de hele serie’, vertelt Amy. ‘Ik lees vooral Manga. Dat zijn Engelse animeboekjes die je van achter naar voren leest’, zegt Benthe.

Thijn opent de schoolbieb door lintjes door te knippen. Amy, Benthe en Thijn staan in hun schoolbieb in Zwijndrecht. Luka en Chris zitten in hun schoolbieb in Sliedrecht. Marq staat in zijn kraam klaar om snacks klaar te maken. Juliette, Jasmijn en Solange staan in de ijskraam.
SEPTEMBER 2O23 Op School 12

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.