‘Iets voor een ander betekenen, geeft zoveel voldoening’
MAJOOR
VAN NU
Silvia maakt het verschil
ANOUK (24)
‘Zingen gaat me beter af dan praten’
Zingend loopt Anouk door de gangen van de beschermde woonvoorziening in Enschede. Haar zangtalent bleef bij het Leger des Heils niet onopgemerkt.
‘Als ik praat, voel ik me onzeker. Zingen gaat me beter af. Voor een optreden ben ik superzenuwachtig, eenmaal op het podium gaat het vanzelf. Een verhaal naar buiten brengen, daar word ik blij van.’ Anouks moeder was dirigent, haar vader zat in een band. Als kind speelde Anouk thuis al met de microfoon. ‘Maar ik was ook een moeilijk kind en werd gepest. Op school durfde ik niet voor mezelf op te komen. Thuis reageerde ik die agressie af.’ Als haar moeder longkanker krijgt, wordt ook haar vader ziek. Vier jaar geleden overleed hij. ‘Zodra ik hem mis, zet ik Papa op van Yade Lauren. In muziek vind ik troost.’
Welles-nietes
Door een vriendje komt Anouk in aanraking met drugs. Ze wordt gepakt met drugs op zak en rijdt dronken met haar scooter door rood licht. Via de reclassering komt Anouk vervolgens in een beschermde woonvoorziening van het Leger des Heils. Ze woont in een studio en leert er haar beste vriendin kennen. ‘Mijn begeleidster Nienke probeert altijd mee te denken en staat achter me, ook als mijn keuze niet de hare is.
Daarom werkt het. Met eerdere begeleiders kwam ik in een welles-nietesspel terecht, dan is er geen ruimte voor groei.’
Omgaan met tegenslagen
Anouks zangtalent blijft niet onopgemerkt. Het Leger des Heils nodigt haar uit om op te treden op het Kunst & Theater Gala. ‘Mensen kwamen na afloop naar me toe. Mijn optreden had iets met ze gedaan. Onvoorstelbaar.’ Maar de muziekwereld is hard, liever gaat
Anouk de zorg in, om mensen naar een beter leven te helpen. ‘Maar door mijn strafblad krijg ik geen VOG. Gelukkig veroorzaakte ik geen ongelukken. Nu drink ik niet meer; ik heb van mijn fouten geleerd.’
Anouk volgt inmiddels een juridische opleiding. Helaas moet ze met haar stage stoppen, omdat ze zich te vaak ziekmeldde. Tegenwoordig kan ze beter omgaan met tegenslagen.
‘Het helpt dat ik geen harddrugs meer gebruik en medicatie slik tegen ADHD.’ Wat ze ook ontdekte: sporten helpt om je zelfverzekerder te voelen. Hoewel het nu even lastig is, is ze vastberaden. ‘Linksom of rechtsom: ik kom er wel.’
arbeidsmigranten niet sterven op straat’
vrienden moet je dichtbij houden’
Zij veranderen de kledingindustrie P30 Hoe was je dag? P31 Column Sander de Kramer P32 Donateur Alwine KANS NR.3 september 2024
Verder:
COVER Anouk
‘Het wordt niet betaald, maar het is onbetaalbaar’
Hoe oud je ook bent en wat je talent ook is: bij het Leger des Heils kun je altijd iets betekenen. Met een schaakbord, collectebus, schaar of maaltijd. Zeven vrijwilligers vertellen hoe zij het Leger helpen helpen.
TEKST CHARLOTTE VAN EGMOND BEELD ARNOLD REYNEVELD
‘Ik wil niet alleen met mezelf bezig zijn. Zij is mijn goede doel.’ Trudy emigreerde twintig jaar geleden met haar man en dochter van Nicaragua naar Nederland. Via stichting Wende kwam ze in aanraking met Alejandrina uit de Dominicaanse Republiek. ‘Alejandrina was bijna klaar om uit de vrouwenopvang te stromen en
zocht een maatje. “Alsjeblieft meisje, help mij zodat ik daar nooit meer naartoe hoef”, smeekte ze. Het brak mijn hart.’ Trudy helpt Alejandrina met Nederlands, ze kijken naar de financiën, gaan erop uit en drinken Dominicaanse koffie, met heel veel suiker. ‘We spreken allebei Spaans, dat is een voordeel. Zij kan bij mij haar verhaal kwijt. We praten over mannen, relaties en seksualiteit.
Soms neem ik eten mee.’ Ook toen het Leger des Heils de zorg overnam, bleef Trudy komen. ‘Ik wil niet dat ze het gevoel heeft dat ze er alleen voor staat. Het is niet altijd gemakkelijk, soms moet je je grenzen aangeven. Dit werk kan je raken en irriteren, al die emoties horen erbij. Maar als iedereen iets doet voor iemand anders, zal de wereld een mooiere plek zijn.’
‘Ik ben met de kinderwagen bij het Leger des Heils naar binnen gerold. Mijn grootouders en ouders zijn heilssoldaten, en inmiddels ben ik zelf ook heilssoldaat.’ Benjamin bezoekt de diensten in Amsterdam-West, speelt als drummer in het muziekkorps
‘Als ik moet stoppen met vrijwilligerswerk, kunnen ze me net zo goed begraven.’ Toen Wim op zijn zestigste met pensioen ging, zag hij de oproep om muziekprogramma’s te verzorgen in zorgcentrum Buitenhaeghe. ‘Ik kom uit een artiestenfamilie, dus dat paste
goed. “We gaan een reisje maken”, zeg ik tegen de mensen. Dan zet ik bijvoorbeeld Limburgse muziek op, organiseer carnaval of dans met bewoners op Amsterdamse krakers. Die kennen ze allemaal!’ Wim gooit zijn handen in de lucht. ‘Als je muziek draait voor dit publiek moet je een beetje gek doen.’ Wim zette met medevrijwilligers een stichting op waarmee rol-
en loopt al jaren de nationale collecte van het Leger. ‘In een groep gaan we op stap, waarna we opsplitsen in de wijk. Meestal loop ik samen met mijn opa. Hij aan de ene kant van de straat, ik aan de andere kant.’ Als kind gaf het collecteren hem een gevoel van volwassenheid. ‘Je belt aan bij heel verschillende mensen, die meestal vrolijk worden van een kind aan de deur. Ik probeer altijd
vriendelijk te groeten, met een lach op mijn gezicht. Het is fijn om op deze manier iets concreets te doen voor mijn korps. Ik weet dat het geld op een mooie plek terechtkomt, bij de soepfiets of het buurtwerk. Sommige mensen vinden collecteren ouderwets, maar dat kleine moment van verbinding is juist belangrijk. Zodat mensen weten: het Leger bestaat nog, daar kan ik altijd terecht.’
stoelen, een duo-fiets of uitjes worden betaald. Ook geeft hij computerles. ‘Ik leer ouderen bijvoorbeeld om een e-mail te versturen. Fantastisch mooi als ze dan bijvoorbeeld een foto terugkrijgen, van een kind in het buitenland, dan springen de tranen in hun ogen. Je kan snel iets betekenen en krijgt veel affectie terug. Het wordt niet betaald, maar het is onbetaalbaar.’
‘Eigenlijk zijn we nog te jong om hier vrijwilliger zijn. Dat mag pas vanaf je zestiende’, verklapt Thomas. ‘Maar onze moeder werkt hier en er is altijd wel een begeleider in de buurt.’ Jasper en Thomas leerden schaken
van hun opa. Bij Zorgcentrum Buitenhaeghe van het Leger des Heils in Almere schaken ze geregeld met dementerende ouderen. Thomas: ‘Het verbaast me hoe goed ze het nog kunnen. Het is soms ook een beetje gek. Er kan zomaar iemand gaan schreeuwen. Het lijkt mij niks om
hier te werken.’ Jasper: ‘Een van de ouderen schuift voor iedere zet het schaakbord naar hem toe, anders kan hij het niet goed zien. Daar moest ik even aan wennen.’
Ondertussen zetten Jasper en meneer Sim de ene na de andere zet. Thomas kijkt toe hoe het spel eindigt in remise. ‘Onze moeder
zegt dat je van vrijwilligerswerk socialer wordt. Je leert met allerlei verschillende mensen om te gaan. Ik vind schaken gewoon leuk, en anders vervelen die ouderen zich. Het is gezellig om samen met mijn broertje te gaan. Zolang ik er tijd voor heb, blijf ik het doen.’
Wat een toppers, onze vrijwilligers Trudy, Stanys, Jasper en Thomas, Wim, Benjamin en Marja! Prachtig zoals zij zich inzetten voor het Leger des Heils. Wil je ook iets bijdragen door vrijwilligerswerk te doen? Kijk op ldh.nl/vrijwilliger-kans3
‘Opzoeken, uitdenken, afwegen, timing: koken lijkt veel op werken in een verflaboratorium.’ Al lang voordat ze stopte als laborant, wist Marja dat ze wilde koken bij het Leger des Heils. ‘Mijn dochter is sinds haar dertiende verslaafd aan drugs. Zoiets kan iedereen overkomen.
Het idee dat het Leger mijn dochter altijd zou opvangen, was voor mij zo’n geruststelling. Daarom wilde ik het Leger helpen helpen.’ Nu kookt Marja iedere dinsdag bij een Domus in Den Haag, soms voor wel veertig man. ‘Dat zijn heel wat kilo’s boodschappen. Gelukkig krijg ik hulp.’ Haar gerechten zijn net zo kleurrijk als zijzelf. ‘Ik kook Frans, Duits of Surinaams, van
coq au vin tot roti. Ik wil altijd verrassen en dat wordt enorm gewaardeerd. Ik kook het eten iets langer door, want de mensen hier hebben slechte tanden.’
De bewoners noemen Marja hun favoriete kokkin. ‘Pas werd ik helemaal platgeknuffeld nadat ik een tijdje was weggeweest. Ik geniet van de praatjes tijdens het ronddelen. Als de bewoners gelukkig zijn, ben ik het ook.’
‘Zodra je haar goed zit, kun je de hele wereld aan.’ Knippen is voor Stanys geen werk, maar een hobby. Hij voert graag diepgaande gesprekken met de mensen die plaatsnemen in de kappersstoel van zijn studio Korte Metten. ‘Ik stel vragen, ik luister, en toevallig heb ik ook een kam, schaar en tondeuse in mijn hand.’ Toen hij tijdens zijn opleiding geen goede stageplek kon vinden, zocht Stanys naar knipvacatures voor beginners.
‘Ik kon als vrijwilliger terecht bij het Leger des Heils. Ik dacht dat ik daklozen ging knippen, maar het bleek om kinderen in een Utrechts gezinshuis te gaan. Terwijl ik werkte aan mijn portfolio, ontstond er iets moois.’ Omdat Stanys vaak over de vloer kwam, bouwde hij een band op met de kinderen. Ook nam hij zijn vrouw en drie dochters mee. ‘Het klikt goed. De kinderen spelen met elkaar en na het knippen eten we samen. We zijn echt onderdeel van het gezinshuis. Het geeft zoveel voldoening en energie om iets voor een ander te bekekenen. Doe iets wat dicht bij je hart ligt.’
HET LEGER GEEFT
traumazorg aan hulpverleners
Traumaheling is niet alleen nodig voor deelnemers, maar ook voor medewerkers van het Leger des Heils. Zoals voor de collega’s die zorg verleenden bij de tsunami op Sulawesi. Met ‘Care for the Care Takers’ organiseert het Leger traumazorg.
Traumaheling
HELP JE MEE om de traumazorg structureel te organiseren? Steun dit project met je gift op bankrekening NL72 RABO 070 70 70 171 onder vermelding van Indonesië, Kans 3/2024. Of doneer via legerdesheils.nl/ios
Uit de projectevaluatie van de tsunami (2018) op Sulawesi blijkt dat Leger des Heils-zorgverleners zelf getraumatiseerd raakten. Sommigen verloren familieleden of vrienden, zagen hun dorp wegspoelen in de modderkolken of verloren hun huis en hun bezittingen. Om deze mensen te helpen, organiseerde IOS Indonesië een traumaconferentie, Care for the Caretakers. Naast kennis over trauma en traumaverwerking was er tijd voor zelfreflectie en traumaheling. Want: hoe kun je anderen helpen als je zelf met trauma’s zit?
WhatsApp-groepen
Inmiddels kent het Leger des Heils in Indonesië zes regionale WhatsApp-groepen waarin korpsofficieren met elkaar verbonden zijn en elkaar kunnen bijstaan. Daarnaast wil het Leger een Train-deTrainer-module ontwikkelen, waarin korpsofficieren anderen in hun regio kunnen trainen om een groter bereik en effect te hebben.
Ook voor kinderen
Als volwassenen beter kunnen omgaan met stress en traumaverschijnselen, heeft dit effect op hun gezin. Zo kun je voorkomen dat trauma’s doorgegeven worden aan volgende generaties. In de traumazorg is ook aandacht voor kinderen die te kampen hebben met stressverschijnselen en trauma; er is bijvoorbeeld een weerbaarheidstraining en een speciaal boekje voor kinderen over verwerking van zo’n ramp. De realiteit van alledag in zo’n kwetsbaar gebied geeft nog altijd stress. Daarom blijven traumaen weerbaarheidstrainingen nodig.
‘AHelaas valt je droom in duigen als je al snel je baan en vervolgens je huis verliest. Het Leger des Heils
helpt werkloze EU-migranten die noodgedwongen op straat leven en start een pilotopvang in Eindhoven.
rbeidsmigranten laten we hier op straat sterven’ kopt de Telegraaf in april 2024. Kapitein Harm Slomp, bestuursvoorzitter van de Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg, luidt in een opiniestuk de noodklok over het lot van dakloze EU-migranten in Nederland. Veldwerkers van het Leger, die dak- en thuisloze mensen op straat opzoeken om praktische hulp te bieden, constateerden een stijging van maar liefst 20 procent dakloze mensen op straat. Meer dan 60 procent van de mensen die zij op straat tegenkomen, is een dakloze EU-migrant uit bijvoorbeeld Polen, Bulgarije of Roemenië.
Baan kwijt, huis kwijt
In ons land werken ruim 800.000 arbeidsmigranten uit Europese landen.
Ze komen naar Nederland door bemiddeling van internationale uitzendbureaus en inleenbedrijven. Een deel van hen doet fysiek zwaar werk waar moeilijk mensen voor te vinden zijn: seizoenswerk in kassen, orderpicking of werk in slachthuizen. Via de uitzendbureaus kunnen ze aan de slag bij werkgevers, waarbij ze ook onderdak krijgen. Dit brengt deze mensen in een kwetsbare positie: als ze hun baan kwijtraken, zijn ze direct dakloos. Sommigen vinden snel een nieuwe baan met onderkomen, anderen staan op straat, met alle ellende van dien. Volgens een ruwe schatting stierven afgelopen jaar meer dan vijftien dakloze EU-migranten op straat in Nederland.
Afglijden
Het Leger des Heils trekt zich het lot van deze mensen aan en heeft sinds kort
TEKST JOKE VAN ROOYEN
BEELD IRMA VAN OSCH
vier opvanglocaties voor dakloze EU-migranten: in Eindhoven, Arnhem, Den Haag en Rotterdam (enkele bedden). Daarnaast doet het Leger begeleiding en belangenbehartiging van deze groep. Merve Yikilmaz is verantwoordelijk voor de landelijke coördinatie van de hulp aan EUburgers: ‘We zagen dakloze EU-burgers in de dagopvang komen en we zagen hen afglijden. Zovelen zijn overleden. Ze drinken zich kapot, vallen in de gracht, worden ziek, worden vermoord. Dat gaat me aan het hart. Fijn dat we hen nu meer hulp kunnen bieden. De opvang in Eindhoven is daarvan een prachtig voorbeeld.’
Pilot in Eindhoven
In Eindhoven is met veel inzet een pilot gerealiseerd voor kortdurende opvang. Sinds eind december 2023 worden hier goede resultaten geboekt. Locatiemanager Miriam Cremers: ‘Een leven op straat is voor niemand goed. Daarom willen we deze mensen toekomstperspectief bieden in de vorm van werk of terugkeer naar land van herkomst. Eind vorig jaar gingen we om de tafel met vier partijen die in Eindhoven maatschappelijke opvang bieden om een oplossing te bespreken. Daarna ging het snel. Ik kreeg groen licht om een tijdelijke opvang te realiseren in een paviljoen naast de winternoodopvang op het Trade Forum, aan de rand van de stad. Daar bieden we dakloze EU-migranten een plek waar ze op adem kunnen komen en onder begeleiding kunnen werken aan een oplossing.’
Strikte gedragsregels
De opvanglocatie is alleen bedoeld voor gemotiveerde arbeidsmigranten, die daadwerkelijk aan de slag willen om hun leven
weer op orde te krijgen. Miriam noemt het een perspectiefplek. Er is dagelijks een begeleider van het Leger des Heils aanwezig en een beveiliger. Naast een strakke dagindeling gelden er strikte gedragsregels. Als we Miriam half juli spreken, somt ze vol enthousiasme de tot dan toe behaalde resultaten op. ‘We konden al 126 mensen onderdak bieden en voor zo’n 80 procent van hen een oplossing vinden. Het geheim: naast de eigen motivatie, is begeleiding heel belangrijk. Iemand die de mensen weet op te peppen en te motiveren.’ De mensen voor wie dat niet lukt, bijvoorbeeld omdat er sprake is van ernstige verslavingsproblematiek, kunnen helaas geen onderdak vinden op deze locatie. ‘We bieden geen verslavingszorg. Als dat speelt, bespreken we de optie om terug te gaan naar het land van herkomst en daar in detox te gaan’, aldus Miriam.
Drie weken
De pilotlocatie is nadrukkelijk niet bedoeld voor permanente opvang, de mensen mogen er maximaal drie weken blijven. Dat kan eventueel worden verlengd met nog eens drie weken, maar alleen als er zicht is op perspectief. Is er na de verlenging geen oplossing gevonden, dan komt het verblijf tot een einde. ‘Gelukkig komt dit nauwelijks voor’, weet Miriam. ‘Mijn ervaring tot nu toe is dat mensen zelfs al ruim voor die drie weken weg zijn. De gemiddelde verblijfsduur is nu elf tot dertien dagen. Het lukt tot dusver vrij snel om oplossingen te vinden voor de mensen die hier terechtkomen. Dat is heel bemoedigend.’
Het nieuws over de opvang in Eindhoven bereikte ook andere steden. Arnhem, Den
Haag en Venlo klopten aan de deur om te bekijken of ze ook zoiets kunnen starten. Ruimhartig deelt Miriam alle informatie; dat leidde in Den Haag al tot een soortgelijk project. Tot slot het beste nieuws: de Eindhovense pilot is verlengd tot november 2025 en de gemeente zoekt naar een permanente locatie van betere kwaliteit. Met een beetje geluk logeren de EU-migranten straks in een stenen gebouw in plaats van in een tent. Miriam is tevreden. Meer tijd, meer comfort… minder vertwijfelde mensen op straat. Haar tomeloze inzet is niet voor niets geweest.
In het begin bepaalde het Regieteam van de gemeente Eindhoven of iemand in aanmerking kwam voor deelname aan de pilot. Nu mag het Leger des Heils zelf bepalen wie ze wel of niet binnenlaten, bijvoorbeeld via de veldwerker dakloze EU-burgers. Mensen moeten gemotiveerd zijn om een positieve draai aan hun leven te geven. Soms helpt een paar dagen rust om (meer) gemotiveerd te raken. Die kans wil het Leger mensen geven. Van maandag tot en met vrijdag is 8 uur per dag begeleiding aanwezig en in het weekend 4 uur. Daarnaast is er 24 uur per dag een beveiliger aanwezig en Miriam is ook veel op locatie. Stichting Barka is er twee ochtenden in de week. Barka zet zich in om (dakloze) mensen uit Middenen Oost-Europa te begeleiden naar werk (en huisvesting) of bij terugkeer naar het land van herkomst.
Domus+
Veldwijk
Woerden
Hij heeft geen trek in de woensdagse Vette Haplunch met deze warmte. Nee, Adriaan (43) gaat lekker schilderen in het koele atelier. In deze voormalige varkensstal werkt de Domus-bewoner aan zijn kunstmuur. Gewapend met penselen en blikken verf in allerlei kleuren, gaat hij vandaag verder met de kubus.
‘Is mijn projectje’, grinnikt hij, ‘vind je het wat worden?’ Zijn begeleider Jan is maar wat trots op Adriaan, die ook andere bewoners enthousiast maakt om aan de slag te gaan in de werkplaats. ‘Zo wordt het hier steeds gezelliger.’
ZIJ VERANDEREN DE KLEDINGINDUSTRIE
‘I CARE, I SHARE’, zeggen we bij het Leger des Heils. We geven om anderen en vinden het belangrijk om te delen van wat we hebben. Op modegebied gaat Leger des Heils ReShare, de tak van het Leger die tweedehandskleding inzamelt, hierin voorop. En hoe gaat het elders in de modesector, wie zijn hier de koplopers op het gebied van duurzaamheid en textielhergebruik?
Koop bijvoorbeeld tweedehands. Met meer dan 100 jaar ervaring en een jaarlijkse inzameling van zo’n 20 miljoen kilo textiel behoort Leger des Heils ReShare tot de meest ervaren textielinzamelaars in Nederland. Felipe Buter van ReShare: ‘Goed omgaan met je omgeving, daarbij hoort goed zorgen voor je kleding.’
We weten het inmiddels: de textielindustrie is een van de meest vervuilende industrieën ter wereld. De industrie verbruikt veel water, olie en andere kostbare grondstoffen en produceert tonnen CO2. Fast fashion doet er nog een schepje bovenop: kleding wordt bliksemsnel geproduceerd en net zo snel weer weggegooid na een paar keer dragen. Jaarlijks gooit de gemiddelde Nederlander zo’n 9 tot 10 kilo kleding weg. Daarnaast werken textielarbeiders vaak onder oneerlijke en onveilige werkomstandigheden. Het kan ook anders. Met minder.
Nieuwe spijkerbroek? Lever je oude in. Dit kan bij het circulaire kledingmerk MUD Jeans. Met hun terugnamebeleid verzamelen zij oude jeans die bestaan uit minimaal 96 procent katoen. Van die broeken worden nieuwe denimstoffen gemaakt in een productieproces dat zo weinig mogelijk afval produceert, 92 procent minder water gebruikt en een eerlijk loon aan kledingmakers betaalt. Een ander duurzaam spijkerbroekenmerk is Kuyichi. Zij maken hun jeans en andere mode van biologische en gerecyclede materialen. Ook worden hun kledingmakers goed behandeld en betaald, aldus het duurzaamheidsrapport van het bedrijf. Kuyichi kiest voor materialen van hoge kwaliteit zodat de jeans zo lang mogelijk meegaat.
mudjeans.com
kuyichi.com
Bij ReShare staan mens en milieu centraal. ‘Dat doen we onder anders door onze Reshare Stores. Tweedehands zou de eerste keus moeten zijn’, zegt Felipe. ‘Wanneer mensen beseffen hoeveel leuke en schone kleding er tweedehands beschikbaar is gaan we de goede kant op.’
Via de ReShare Stores
kunnen mensen kwalitatief goede tweedehandskleding aanschaffen voor een klein bedrag. Daarnaast gaat veel van de ingezamelde kleding naar partners die het goed kunnen gebruiken en wordt textiel gerecycled om het een tweede leven te geven.
Haute couture, maar dan duurzaam. Daarvoor moet je bij eco-couturier Ronald van der Kemp zijn, die in zijn ontwerpen gebruik maakt van restjes stof en gerecyclede materialen. ‘Mensen zien kleding als een wegwerpproduct’, stelt hij, ‘er wordt niet zorgvuldig mee omgegaan.’
Zijn tip: ‘Creëer je eigen duurzame en ethisch verantwoorde garderobe. ‘Met slechts een paar goede basics kun je eindeloos variëren.’ Alleen door minder kleding te kopen, kunnen modemerken de klimaatdoelen halen.
ronaldvanderkemp.com
Nog zo’n duurzame modemaker is Esther Mutsaers, eigenaar en ontwerper van NUTT Amsterdam. Zij pleit voor bewustwording, dat mensen beseffen dat textiel ook waardevol is als je het wegdoet. De blazers van NUTT maakt Esther van twee afgedankte kledingstukken, van een jasje en bijvoorbeeld een spijkerbroek. Nieuwsgierig geworden?
nuttamsterdam.nl
Met de ‘I CARE, I SHARE’-campagne wil het Leger des Heils mensen en organisaties mobiliseren om samen het verschil te maken. Iedereen is uitgenodigd om zich aan te sluiten, als vrijwilliger, medewerker, ervaringsdeskundige, donateur of hoe dan ook.
SAMEN VOORUIT
reshare.nl
Majoor van nu ‘Silvia is onmisbaar voor veel mensen’
Majoor Bosshardt bracht hoop en liefde, zonder voorwaarden. Gelukkig zijn er vandaag de dag nog altijd majoors zoals zij.
Zoals Silvia van Boven die zich in de buurthuiskamer van Hilversum met hart en ziel inzet voor iedereen die aanklopt.
‘Een tienduizendpoot.’ ‘Altijd bereid om te helpen.’ ‘Ze maakt geen onderscheid.’ ‘Ik heb nooit nee gehoord.’ ‘Een doener.’ ‘Ze luistert écht.’ ‘Een mens met een hart.’ ‘Onmisbaar voor heel veel mensen.’ ‘Ze denkt in oplossingen.’ Aan de koffietafel in de buurthuiskamer van Hilversum klinkt het ene na het andere compliment over de vrouw die hier de boel runt. Wie hier ook aanklopt, de deur gaat open. Zo regelde Silvia van Boven (63) een douche voor dakloze mensen, waar ze zichzelf kunnen verzorgen en schone onderbroeken klaarliggen. Verslaafden zijn welkom voor ontmoeting en verbinding. Vrijdags biedt ze speciaal ruimte aan Oekraïners, compleet met Oekraïense maaltijd. Een slechte eigenschap van Silvia? ‘Dat ze geen nee kan zeggen.’
TEKST CHARLOTTE VAN EGMOND BEELD ANNEKE HYMMEN
Joke
Henk
Op straat
De tranen staan in Natasja’s ogen als Silvia haar in de armen sluit. Aan de muur hangen slingers, op de bar staat een taart van de Hema. ‘Ik ben gewoon al vijftig’, verzucht Natasja. ‘Dat is toch prachtig, je bent nog maar op de helft’, beurt Silvia haar op. Natasja werd een paar jaar geleden dakloos, samen met haar man Adriaan, hun 17-jarige zoon en twee honden. Adriaan: ‘We hadden vier maanden huurachterstand en konden geen uitkering krijgen in onze nieuwe gemeente. Onze spullen werden opgeslagen in een container. Maar omdat we geen woon- en verblijfadres hadden, werd alles vernietigd. We waren vorige week 29 jaar getrouwd, maar ons trouwalbum hebben we niet meer.’ In de buurthuiskamer konden Adriaan en Natasja terecht voor warmte en een kop koffie. Natasja: ‘Silvia vond het niet kunnen dat we op straat woonden, en zeker niet als vrouw. Je plast in de bosjes en slaapt in een Dixi. Mentaal ben je naar de knoppen.’ Adriaan: ‘Silvia kon geen huis voor ons fixen, maar ze regelde wel overnachtingen in een hotel en op een camping. Voor onze zieke hond zette ze een crowdfunding op, zodat zij een baarmoederoperatie kon krijgen. Onze honden zijn alles voor ons.’
Niemand past in een hokje
Toen het stel na anderhalf jaar op straat met vele omzwervingen eindelijk een kaal huis toegewezen
kreeg, regelde Silvia dat hun huis werd ingericht, met hulp van Fonq en de vrijwilligers van de buurthuiskamer. Adriaan: ‘Silvia stuurde gewoon wat mails rond in haar netwerk en kreeg het voor elkaar, van een vloer tot meubels. We hebben zeker fouten gemaakt. Maar iedereen verdient een tweede kans. In Nederland word je gedwongen om in hokjes te denken. Alleen al voor gender hebben we een heel alfabet. Silvia leert ons dat niemand in een hokje past. Ze denkt buiten het kader, en laat het dan tóch in het kader passen. Ze probeert iedereen wat luchtiger met elkaar om te laten gaan. Dat is gewoon haar kracht!’ Adriaan pauzeert even. ‘En dan ga je denken: er moet wel iets zijn wat sterker is dan wij. Iets wat haar die kracht geeft. Want anders is het niet vol te houden, wat zij doet.’
Studieplek
De ene na de andere vrijwilliger komt de jarige Natasja een hand, drie zoenen of een klein cadeautje geven. In de keuken scheppen vrijwilligers Henk en William kleurrijke taartpunten op bordjes, terwijl het lunchgerecht – kip in champignonsaus – gaart in de oven. Even verderop leegt de Iraanse Mohammed (48) de kledingcontainers. Het is een fijne onderbreking van zijn studiewerk. ‘Noem me maar Mo’, stelt hij zich voor. Toen hij tweeënhalf jaar geleden naar Nederland kwam, kon hij geen werk vinden.
Ma-jo-ren werkw. (majoort, heeft gemajoord)
1 belangeloos iets goeds doen voor een ander; 2 je met hart en ziel inzetten voor het goede.
‘Mij vergelijken met de majoor? Hou op, hoor’
Silvia
Willem
Henk
‘Ik krijg zoveel liefde, dat ik ook iets wil teruggeven’
Dus begon hij een opleiding tot fitnesstrainer en voedingsdeskundige. ‘Ik zocht een plek om te studeren. In het huis dat ik met vier mensen deel, kon ik me niet concentreren. Hier kon ik terecht. Silvia regelde zelfs een kantoortje voor me.’
Zachte woorden
Hij laat ‘zijn’ plekje vol trots zien. Op het bureau liggen stapels boeken over anatomie en voeding, tussen notitieblokken met zowel Iraanse als Nederlandse aantekeningen. ‘Mijn opleiding werd door de gemeente betaald, de studieboeken niet. Die heeft Silvia geregeld. Ik had geen idee waar ik moest beginnen en moest elk woord opzoeken. Toen ik wat losse Nederlandse woorden kende, maakte Silvia er zinnen van. Ze heeft me enorm geholpen om mijn portfolio op te bouwen.’
Inmiddels spreekt Mo vloeiend Nederlands. ‘Ik kan hier gewoon uren zitten studeren. Dat is echt heerlijk. Tussendoor loop ik rond en doe ik
klusjes. Ik krijg zoveel liefde, dat ik ook iets terug wil geven. De motivatie komt van binnenuit. Dat leer je niet op de motivatieclub, waar ik door de gemeente naartoe werd gestuurd.’ Mo werd in de buurthuiskamer een ander mens. ‘Ik voel veel verbondenheid. Dat is een stuk belangrijker dan geld of een huis. Ik ben vrolijk en kan goed contact maken met Nederlanders. Dat heb ik allemaal hier geleerd. Silvia liet me zien hoe je zachte woorden gebruikt om iets te zeggen. Om mensen niet te veroordelen, maar met geduld te luisteren naar iedereen, dronken of verslaafd of niet.’
Gewoon Silvia Silvia wordt een beetje ongemakkelijk van alle complimenten die door de buurthuiskamer vliegen. ‘Mij vergelijken met de majoor? Hou op, hoor.’ Als dochter van twee officieren groeide ze op binnen het Leger, in de kinderhuizen en instellingen waar haar ouders werkten. ‘Ik werd geboren
in het maatschappelijk centrum waar mijn vader werkte. De zorg voor mensen heb ik altijd gezien.’ Na haar baan bij verschillende gemeenten kwam ze min of meer toevallig bij het Leger des Heils terecht. Eerst als teamleider crisisopvang, later als leidinggevende van de afdeling HR. ‘Superleuke banen, maar ik was op een gegeven moment alleen maar bezig met vergaderen, beleid schrijven en gesprekken voeren. Ik wilde gewoon weer met mijn voeten in de klei en koos voor het officierschap. Nu ben ik auxiliair kapitein, een soort zijinstromer binnen het officierschap. Ik zeg altijd gekscherend dat ik een soort hulpsinterklaas ben, maar in de praktijk doe ik praktisch hetzelfde als een officier. Ik heb niks met die termen.’ Je zult Silvia, behalve op zondag, niet vaak in haar uniform zien. Wel altijd herkenbaar als vertegenwoordiger van het Leger des Heils, maar ze trekt liever een simpel T-shirt aan dan een witte blouse met rode epauletten. ‘Ik ben gewoon Silvia.
Natuurlijk heb ik een andere verantwoordelijkheid, maar als deze mensen er niet zouden zijn, wat doe ik hier dan? Bijna iedereen die hier binnenkomt gaat een beetje bij onze familie horen.’
Verschil maken
Silvia’s blik wordt naar de ingang getrokken. ‘Hé Gér, wat goed om je te zien man!’, roept ze met Amsterdams accent naar de vrijwilliger die net een knieoperatie heeft gehad. ‘Wat huppel je weer vrolijk, of niet?’ Silvia heeft nooit een dag spijt van gehad van haar keuze. ‘Mijn opdracht is om verschil te maken in mensenlevens. Om iets te laten zien van Gods liefde. God is voor veel mensen een abstract begrip, wanneer zie je nou iets van God? Ik ben degene die het moet laten zien.’ Daarbij gaat ze soms over haar eigen grenzen. Deze zomervakantie zat ze er aardig doorheen. ‘Mijn agenda wordt geregeerd door mensen die mijn kantoor komen binnenlopen. Ik sta altijd aan en heb een
Mohammed
Natasja
Adriaan
‘Het is lastig om toe te geven, maar vaak heeft Silvia gelijk’
hoog werktempo.’ Gelukkig houdt Irene, die in Hilversum verantwoordelijk is voor het korps, haar bij de les. ‘Ik kan niet de wereld redden, daar ben ik duidelijk over. Maar er kan eigenlijk altijd wel wat. Het is eindeloos mooi werk.’
Mijn zus
Terwijl Silvia aan haar T-shirt wordt getrokken, komt Geer binnen. Ze was even bij de pedicure. ‘Silvia is mijn zus’, zegt ze resoluut. ‘We begrijpen elkaar zonder iets te zeggen. Dat was al zo vanaf het begin. We lachen om dezelfde dingen, denken hetzelfde. Soms zeg ik wat zij wilde zeggen, of andersom. Ze heeft zelfs mijn lievelingsspreuk op kantoor hangen. “Hij bekwaamt wie in zijn dienst staat, zijn genade is er altijd”.’ Geer is ruim dertig jaar heilssoldaat, werkte in een gezinshuis van het Leger en ving in totaal 45 kinderen op in haar eigen huis. Sinds haar pensioen is ze niet meer
weg te slaan uit de buurthuiskamer. Ze regelt de zaken voor de kledingwinkel, kookt maaltijden, leidt de breiclub op donderdag, helpt dakloze mensen aan slaapzakken en schone kleren, speelt kornet in het muziekkorps en draait open huis op vrijdag. ‘Ik dacht dat het open huis niks voor mij was, Silvia dacht dat het wél goed zou passen. Hoe meer ik me openstelde, hoe beter het ging. Silvia zet me aan het denken. Ze ziet alleen maar het positieve in mensen. Soms vind ik haar té lief. Maar door haar probeer ik dingen gewoon uit, met het risico dat ik op mijn bek ga. Het is lastig om toe te geven, maar vaak heeft Silvia gelijk.’
Wil jij ook ‘majoren’?vaker
Er zijn heel wat manieren. Doneer je kleding, ga collecteren of word vrijwilliger in jouw buurt. Kijk eens op legerdesheils.nl/majoren
UIT DE REGIO
Wat de buurt schaft
Een kookboek met hart voor de buurt, dat is ‘Wat de buurt schaft’. De nachtopvang van het Leger des Heils in Gouda heeft een groep trouwe vrijwilligers die elke woensdag een verse maaltijd komt koken. Hun favoriete recepten staan nu in een boek. Bestel ’m op wereldwinkelgouda.nl.
Als je haar maar goed zit Het Leger des Heils in Kampen opent geregeld de ‘sociale kapsalon’. Op donderdagmiddagen kunnen Kampenaren terecht in de buurthuiskamer. Daar krijgen ze voor maximaal tien euro weer een fris, nieuw kapsel. Goed voor de portemonnee en goed voor wat gezelligheid.
Rugby voor het goede doel
Damesteam The Amazones van de Haagsche Rugbyclub organiseerde deze zomer een rugbytoernooi voor het goede doel. De prachtige opbrengst van € 1.220,- gaat weer naar Zij aan Zij in Voorburg, een opvang voor (jonge) moeders en kinderen. Organisator Carine Stock: ‘Deze dag bewijst de kracht van sport die mensen samenbrengt voor een goed doel.’
Uur voor de natuur
De buurthuiskamer in Sneek heeft er een nieuw initiatief bij: uur voor de natuur. Op donderdagochtend verzamelt zich om tien uur een groep vrijwilligers rondom koffie en thee. Rond half elf gaan ze met hesjes aan en grijpers in de hand de wijk in om afval te rapen.
Jan-Willem
Nadat zijn vriendin werd doodgereden raakte Jan-Willem aan de ‘zooi’, vertelde hij begin 2023 in Kans. Bij het Leger won hij stukje bij beetje zijn vertrouwen in de mensheid terug. Hoe is het nu met Jan-Willem?
‘Mijn huis stond in de fik, kortsluiting in de meterkast. Ik was alles kwijt, behalve een paar foto’s, en ik was zo goed als dakloos. Gelukkig kon ik terecht in een calamiteitenwoning. Twee weken later moest ik mijn hondje met uitgezaaide kanker laten inslapen. Inmiddels heb ik een appartement op tien hoog, goed voor de conditie. Af en toe werk ik nog bij 50|50 Green, maar dat heb ik op een lager pitje gezet. Ik heb best een klap gehad door wat er is gebeurd. Inmiddels heb ik een ander hondje, Lola. Ze heeft vijf jaar in een hok vastgezeten en heeft een beetje ADHD, net als ik. Zij helpt mij, ik help haar. Ik klus veel in mijn huisje – mijn muren worden luchtblauw en mijn deuren paars. Ook maak ik graag schilderijen van dieren, planten of bloemen. Ik droom van een eigen klusbedrijf, samen met Benjamin, een fijne gast die ik probeer de goeie kant op te tillen. Hij heeft net als ik Indisch bloed. Echte vrienden moet je dichtbij houden.’
Geer
Alie
COLOFON
Kans is een uitgave van Stichting Leger des Heils Fondsenwerving, bestemd voor donateurs en andere betrokken gevers. Onze activiteiten worden voor circa 90 procent bekostigd via overheidsregelingen. De gelden kunnen alleen worden besteed aan doelen die de overheid aanwijst. Verder betaalt een aantal cliënten een eigen bijdrage. Er zijn echter nog steeds mensen die buiten de boot vallen. Daar zijn donaties hard voor nodig. Dit magazine geeft donateurs en relaties die de organisatie steunen een gevarieerd, maatschappelijk relevant, hedendaags en zinvol beeld van het Leger des Heils. Het blad wil een kennisbron zijn over maatschappelijke issues waarmee het Leger zich bezig houdt. Het laat ook zien dat het Leger zijn beloften inlost: er onvoorwaardelijk zijn voor mensen zonder vangnet, geïnspireerd door het christelijk geloof.
TERRITORIAAL COMMANDANT
Bente Strømner Gundersen
HOOFDREDACTIE
Harm van Teijlingen COÖRDINATIE
Reina Dijksterhuis REDACTIE
Menno de Boer, Liesbeth van Dijk, Charlotte van Egmond, Joy de Groot, Willemijn de Jong, Geert Jeroen Klootsema, Merel Mok, Caroline Togni, Geke van Wijnen
CONCEPT/EINDREDACTIE
Maters en Hermsen: Charlotte van Egmond, Caroline Togni, Kaisa Pohjola
Heb jij ook wel eens een kledingstuk met een klein gaatje dat verder nog prachtig is? Modeontwerper Rens de Waal neemt zulke kledingstukken uit de collectie van Leger des Heils ReShare en maakt er nieuwe, unieke items van. Kijk op de Instagrampagina @voddenmannen voor de volgende pop-up verkoop. instagram.com/ voddenmannen
CIJFER
228.465
…huishoudens steunden het Leger des Heils in 2023 met een donatie. Steeds meer Nederlanders komen in zwaar weer terecht door inflatie. Het is hoopgevend om te zien dat zoveel anderen een organisatie steunen die deze mensen helpt. Bedankt!
Kijkje achter de voordeur
Heel veel kopjes koffie
Museum of Humanity
Wil je dit weekend een dagje museum doen? Ga eens langs bij Museum of Humanity in Zaandam. In een oude munitiefabriek kom je oog in oog te staan met de mensheid. Laat je raken door de prachtige, sprekende portretten en ga geïnspireerd weer naar huis. museumofhumanity.nl
Toon W. is hersteld
Dag tegen mensenhandel
Handelen in mensen. Het klinkt als iets uit de tijd van de slavernij. Helaas zijn er wereldwijd naar schatting nog altijd 40 miljoen mensen slachtoffer van uitbuiting. De Europese Unie heeft daarom 18 oktober uitgeroepen tot jaarlijkse dag tegen mensenhandel. Meer weten? Kijk op: ldh.nl/mensenhandel-kans3
‘Sommige jongeren krijgen in hun jeugd zoveel shit over zich heen. Dan is het niet de vraag of ze gaan ontsporen. De vraag is: wanneer gaan ze ontsporen?’ Dit zegt Toon Walravens, en hij vertelt uit eigen ervaring. Na een instabiele thuissituatie in zijn jeugd belandt hij in de criminaliteit en uiteindelijk in de gevangenis. Vandaag de dag is hij een veelgevraagd gastspreker in de wereld van detentie, justitie, ervaringsdeskundigheid en forensische zorg. Hij won zelfs de internationale Redemption and Justice Award. Hoe kwam Toon vanuit zijn diepste dal op het punt waar hij vandaag staat? Je leest het in ‘Toon W. is hersteld’. Bestel het boek op comtext.nl.
De rechtbank, een verzorgingstehuis voor mensen met een verslaving en een simpel rijtjeshuis waar achter de voordeur van alles aan de hand is. Wat hebben deze drie locaties gemeen? Het zijn plekken waar Leger des Heils-medewerkers komen. Het zijn ook plekken waar de gemiddelde Nederlander niet komt. In de podcast Hoe was je dag? krijg je een kijkje achter de voordeur. Diverse collega’s vertellen over hun werk: er komt bijvoorbeeld een jeugdbeschermer aan het woord, een specialistisch verpleegkundige en een gedragswetenschapper. Kies een aflevering die jou interessant lijkt en laat je verrassen. Je luistert Hoe was je dag? via ldh.nl/podcast-kans3.
Het is al zo’n 100 jaar een traditie: heilssoldaten die door weer en wind de straat op gaan om te collecteren voor hun Leger des Heils. Dit werd ook wel de nationale inzameling of de collecte voor de armen genoemd. Dit jaar is de collecteweek van 24 tot en met 30 november en we zoeken nog vrijwilligers die langs de deuren gaan. Kun jij twee uurtjes missen eind november? En zoek je nog een goede reden om eindelijk eens bij die leuke buurvrouw aan te bellen? Ga naar ldh.nl/collecte-kans3 en meld je aan.
‘Wat doet het Leger des Heils nou precies?’, vraagt een vriend. Ik vertel hem over Ton, een therapeut met een goedlopende praktijk. Hij is gelukkig getrouwd, woont in een mooi huis en heeft een schat van een dochter, Naomi. Tot het noodlot toeslaat. Naomi wordt ongeneeslijk ziek en overlijdt. Een enorme klap voor Ton, die dol is op zijn dochter. Hij kan zijn verdriet geen plek geven, gaat dag en nacht werken als afleiding. Zelfs voor zijn vrouw is hij nauwelijks bereikbaar, zijn huwelijk loopt stuk. Ton trekt zich terug uit de samenleving, slaat een tentje op in het bos. Daar leeft hij van zelfgevangen vis en groenten die hij achter zijn tent kweekt. Jarenlang leeft Ton als kluizenaar in het bos. Met al z’n verdriet, onbereikbaar voor hulpverleners.
Dan is daar Marcel van het Leger des Heils. Elke week zoekt hij Ton op in zijn tent. Eerst met een pot koffie en een broodje. Later met een tas boodschappen. Ton laat hem steeds een beetje meer toe in zijn kluizenaarsbestaan. Na heel veel kopjes koffie kan Marcel zijn dakloze vriend ervan overtuigen dat hij, met zijn intelligentie én tragische ervaringen, de juiste man is voor de cliëntenraad van het Leger. Vanaf dat moment heeft Ton weer een doel en komt zijn leven in een opwaartse spiraal. Met zijn nieuwe functie krijgt hij zijn zelfrespect terug, zelfvertrouwen en structuur. Ton gaat weer in een huis wonen en schopt het uiteindelijk tot zeer gewaardeerd gemeenteraadslid. Allemaal dankzij Marcel van het Leger des Heils.
Dus op de vraag wat het Leger precies doet, antwoord ik: ‘Het Leger des Heils verandert levens!’
Sander de Kramer was hoofdredacteur van daklozenkrant Straat Magazine. In 2013 ontving hij de Majoor Bosshardtprijs.
Alwine Ellens
Ze kent de liedjes die ze als klein meisje in het Japanse interneringskamp ‘Ambarawa’ in Nederlands-Indië leerde nog steeds. De kampcommandant gaf kapitein Krijkamp van het Leger des Heils toestemming voor een zondagsschool. Alwine Ellens (85): ‘Dat was heel uitzonderlijk, het moet een krachtige vrouw zijn geweest. “Kappie Krijkamp”, zoals we haar noemden, vertelde verhalen en leerde ons liedjes met gebaren onder de palmboom. Dat waren gelukkige momenten, ik kon even ontspannen. “Als jij er bent voordat ik er ben, kijk uit naar mij,
‘Het Leger doet wat nodig is’
Donateur in beeld
want ik kom er ook”, zongen we over de hemel. Velen stierven in het kamp. Mijn broertje was er bijna niet meer geweest.’ Alwine verhuisde naar Nederland. Vanaf het moment dat ze zelfstandig geld begon te verdienen, werd ze donateur van het Leger. Dat de jaren in Nederlands-Indië angstig voor haar waren, besefte ze pas later. ‘Het doet me pijn om te zien dat ook nu kinderen lijden en groepen worden weggezet. Het Leger des Heils spreekt niet zozeer in woorden, maar doet wat nodig is. Daarom steun ik het Leger na al die jaren nog steeds.’