Leger des heils in panorama

Page 1

De afdeling ‘outreach’ van het Leger des Heils

REPORTAGE

‘Onze klanten zijn niet de gemakkelijkste’ Anke en Dieter werken bij de dag- en nachtopvang van het Leger des Heils in Dordrecht. Eén avond per week trekken ze eropuit om dak- en thuislozen die elke vorm van hulp vermijden, op te sporen en desgewenst te voorzien van brood, koffie en een warme deken. Panorama gaat mee. TEKST MYLÈNE DE LA HAYE, FOTO’S HELÈNE WIESENHAAN

Veldwerkers Anke en Dieter in actie in de buitenwijken van Dordrecht.

30 • PANORAMA

/ NR03 2017

E

en braakliggend terrein onder een groot viaduct aan de rand van Dordrecht ligt er – op een paar rondhuppelende konijnen na – donker en verlaten bij. De avond is mistig, windstil en waterig koud. Twee figuren in donkere kleding doemen op uit de duisternis, vinden de enige kapotte plek in de omheining en betreden het terrein dat de grootte heeft van een slordige vijf voetbalvelden. Voorafgegaan door de fel contrasterende lichtbundels uit hun zaklampen lopen ze trefzeker door modderplassen, over stenen, brandnetels en laag struikgewas naar een verafgelegen plek op het terrein waar een schamel

bosje bomen staat. Vanaf de straatkant is het niet te zien, maar verscholen achter bomen en struiken verschijnt in het schijnsel van de twee zaklampen een provisorisch bouwsel gemaakt van takken, zeil en touwen. “Goedenavond, Leger des Heils,” klinkt een mannen- en een vrouwenstem helder door de stille nacht. Na een paar seconden gaat achter het zeil een zwak licht branden en worden contouren zichtbaar. “Hee Mo*, hoe gaat het?” vraagt de mannelijke helft van het duo. “Goed, goed,” klinkt het een beetje suf vanuit de niet erg solide uitziende constructie. “Heb je iets nodig? Koffie? Boterhammen?” Even is het stil. “Nee, gaat goed. Ik moet slapen.”

Het duo maakt aanstalten om te vertrekken maar dan zegt de man: “Het is kouder geworden Mo, heb je genoeg dekens?” Daar wordt even over nagedacht en dan, bijna nonchalant: “Och, ja, ik kan er nog wel eentje gebruiken, denk ik.” Het tweetal loopt de lange weg terug naar het naastgelegen parkeerterrein en haalt uit een oude stationwagen een dikke wollen deken. Zodat Mo, de dakloze die al jarenlang vertoeft op deze naargeestige plek, vannacht net even wat lekkerder zal slapen. Welkom bij de afdeling outreach van het Leger des Heils.

Zorgmijders Anke (24) en Dieter (30) vormen een vast koppel van de afdeling veldwerk

Ze kennen elke verborgen schuilplek.

of outreach van het Leger des Heils, locatie Dordrecht. Ze werken bij de daklozenopvang, maar één avond per week trekken ze eropuit. Om actief naar zogenaamde zorgmijders te zoeken en hen, waar nodig, een helpende hand te bieden. “In eerste instantie ➜

PANORAMA

/ NR03 2017 • 31


Dekens verzamelen.

om te voorzien in eerste behoeften,” zegt Anke. “Eten, drinken, warmte, misschien een luisterend oor. En als ze er voor openstaan hen te helpen hun situatie te verbeteren. Het voelt goed om iemand onderdak te geven, maar het is ook prima als ze daar niet voor kiezen. Het allerbelangrijkste is dat we hun vertrouwen winnen en geen druk uitoefenen zodat ze onze hulp blijven accepteren.” Het Leger des Heils vormt het laatste vangnet voor mensen die zich om uiteenlopende redenen niet kunnen of willen aanpassen aan onze maatschappij en die tussen alle mazen van het net van sociale voorzieningen heen vallen. De afdeling veldwerk legt contact met diegenen die zelfs dat allerlaatste vangnet ontwijken en die regelmatig mensen als Dieter en Anke nodig hebben om niet halfdood te vriezen op straat of ziek te worden van de honger. Om bij een van de vijf onderdelen van het Leger des Heils te werken, in Anke en Dieters geval de Stichting Welzijnsen Gezondheidszorg, moet je behalve over een christelijke levensovertuiging over een groot hulpverlenershart beschikken. Dat zit bij Anke en Dieter wel goed. Anke is gediplomeerd sociaal pedagogisch hulpverlener en Dieter heeft aan het CIOS een opleiding voor sportinstructeur aangevuld met een opleiding ‘begeleiding specifieke doelgroepen’. Anke werkt drie en Dieter vier jaar bij het Leger des Heils. Van de twee belijdt Dieter z’n geloof anders dan Anke Iemand koffie?

die niet, zoals hij, elke zondag naar de kerk gaat. “Ik ga binnenkort trouwen,” zegt Dieter, “en dat ga ik ook echt in de kerk doen in het dorp waar ik vandaan kom. Dat is belangrijk voor mij.” Anke grinnikt: “Ik doe niet aan trouwen.”

Zware shag Een avond outreachen begint met het inladen van de auto. Hete koffie, boterhampakketten en dekens. “Soms krijgen we donaties en hebben we meer bij ons, maar dit is het basispakket,” legt Anke uit. We spreken af dat Panorama een aantal pakjes zware shag met vloei ‘doneert’. Volgens Anke en Dieter het beste cadeau voor de dakloze medemens en wellicht een manier om tongen los te krijgen vanavond. De avond begint met

een rondje door de stad. “Ze hebben vandaag hun uitkering gekregen,” zegt Anke, “dinsdag is payday, en dan is het altijd een beetje onrustig omdat er dan weer ingekocht kan worden.” Maar er is weinig te merken van onrust vanavond. Anke en Dieter worden continu begroet door langsfietsende of overstekende klanten of ex-klanten. Het duo is een vertrouwd beeld in de binnenstad. Bij de plaatselijke Jumbo slaan we zware shag in. “Achter deze Jumbo stond vroeger een tentje en daar woonde Harrie*,” vertelt Dieter. “Dat was een prachtig figuur. Hij was onvermoeibaar in het ophalen van lege blikjes die hij dan inwisselde voor geld. Hij was ook een dankbare klant. Als je vroeg of hij een broodpakket wilde, zei hij altijd met dat typische stemmetje van hem: Doe er maar twee, eentje voor morgenochtend.” Anke en hij lachen. “We hebben vaak plezier om hun droge humor en redelijk onvoorspelbare taalgebruik.” Tegenwoordig is Harrie opgenomen in het project Housing First. Dat project heeft als insteek een dakloze eerst onderdak te bieden om vanuit die veilige positie z’n andere problemen te tackelen. “Je komt alleen in aanmerking voor Housing First als je contractueel ermee akkoord gaat dat je begeleiding accepteert, je huur betaalt en geen overlast veroorzaakt,” legt Dieter uit. Niet alle daklozen kunnen die verplichting aangaan onder andere omdat ze te veel drugs gebruiken of onaangepast gedrag vertonen. “Mensen die het te bont maken kunnen tijdelijk voor de nachtopvang worden geschorst,” zegt Anke. “Maar blijven wel bezocht worden door ons veldwerkers. Wij helpen iedereen die het nodig heeft. Maar onze klanten zijn niet de gemakkelijkste.”

Vochtige keldertjes Tussen de gesprekken door stoppen we bij alle geijkte plekken waar Anke en Dieter daklozen verwachten. Onder bruggen, de stationshal, in onbruik geraakte fietsenstallingen, vochtige kel-

Jeroen woont liever in een drijvende mannengrot dan in een woonwijk op drie hoog achter. Zoeken naar klanten onder een recent ontruimde brug.

dertjes, afbraakpanden en kleine verborgen nissen die droog en uit de wind liggen. Ondertussen probeert Anke telefonisch contact krijgen met Dahir*, een Somalische dakloze met achtervolgingswaanzin. “Tegenwoordig hebben ze vrijwel allemaal een prepaid telefoon,” zegt Dieter. “Hun nummers staan in onze werktelefoon. Ze laten hem vaak één keer overgaan en dan bellen wij terug. We kunnen ze daardoor beter lokaliseren en contact onderhouden. Een populair oplaadpunt is de openbare bibliotheek. Lekker warm en droog.” Anke heeft beet. “Waar ben je?” Een gehaaste stem antwoordt: “Ik loop. Ik ben aan het lopen.” Op de vraag of hij bezoek van het Leger wil, antwoordt hij bevestigend. “Ik ben bij een rotonde, een Shell-station en een spoor.” Ze belooft hem er over 10 minuten te zijn. “Dahir is echt bang,” zegt ze. “Hij

Hij zal het grootste deel van deze nacht blijven ronddolen, op de vlucht voor een vijand die waarschijnlijk niet bestaat

zegt dat er mannen zijn die het op hem voorzien hebben en die naar hem op zoek zijn. Hij zegt ook ooit gestoken te zijn bij een overval in z’n eigen woning en dat hij sindsdien is gaan zwerven. Als we Dahir zien, bieden dat jullie journalist zijn.” Dat verandert we hem altijd aan om een nacht binnen als Helènes fototoestel in beeld komt. te slapen, maar hij verkiest portieken en “Geen camera,” zegt Dahir verschrikt. en struiken.” Dieter vult aan: “Vorige Fotografe Helène hangt haar toestel week zagen we hem en toen hebben we demonstratief over haar schouder en hem vijf broodpakketten gegeven want Dahir ontspant. Dankbaar drinkt hij een hij trok het eerste pakket dat we hem kop hete koffie met wel drie zakjes suigaven meteen open, zo’n honger had hij.” ker erin. Dieter stopt snel twee broodWe parkeren de auto bij de door Dahir pakketten in z’n boodschappentas. Een beschreven plek en Anke belt hem deken hoeft hij niet. “Ik heb er eentje opnieuw. “Ik zie jullie,” zegt hij. “Ik kom verstopt, ergens in de struiken,” zegt hij. eraan.” Dahir is volgens Dieter gekleed “Dan hoef ik er niet steeds mee te slepen.” in een te grote witte jas. “Als hij komt, Wil hij in de nachtopvang slapen? Hij moeten jullie in de auto blijven zitten schudt z’n hoofd. “Ik vertrouw het niet. anders schrikt hij zich dood.” Ik ben daar een keer overvallen met Vanuit een zijstraatje komt een onberismessen.” Later vertellen Anke en Dieter pelijk geklede jongeman aanlopen in een dat Dahir nooit is overvallen in de zwarte jas. Hij draagt een grote boodnachtopvang. Hij zal dus het grootste schappentas. “Hij heeft een nieuwe jas,” deel van deze nacht blijven ronddolen, zegt Anke. “Dieter zit er zelden naast. op de vlucht voor een vijand die waarHij spot onze klanten op honderd meter schijnlijk niet bestaat. Hij accepteert wel afstand en weet van iedereen altijd wat een extra deken. “Voor de zekerheid,” ze aanhebben. Bizar gewoon.” zegt hij. Nadat de kleine man met zijn Dahir wordt begroet, maar al snel trekt grote zware boodschappentas de nacht Anke het portier van de auto open. “Kom in is gelopen hangt er een beladen stilte er maar bij, hij vertrouwt het nu hij weet in de auto. Allemaal hadden we deze ➜

PANORAMA

/ NR03 2017 • 33


Het waterpaleis van ex-verslaafde Michael.

Leger. Via een loopplank die een redelijk beroep doet op je evenwichtsgevoel betreden we het drijvende paleis van Michael. Het dek en voorsteven van zijn bootje liggen bezaaid met spullen en stukken zeil, maar binnen ziet het er redelijk getroebleerde ziel een warmere, veiligere geordend uit en is het lekker warm. De nacht gegund. kasteelheer zit met z’n buurman Jeroen prinsheerlijk in een luie stoel bij een Waterzigeuners houtkachel waarin een uitbundig vuur Wie het een stuk beter voor elkaar hebbrandt. Tegen de achterwand van de ben zijn de twee ‘waterzigeuners’ (hun boot, boven een tweepersoons matras, eigen woorden) Michael en Jeroen, die vertelt Anniko van Santen op een uit de we aan het einde van de avond bezoeken. kluiten gewassen TV welke overvallers Ooit waren deze mannen dakloos, maar en moordenaars er opgespoord dienen tegenwoordig wonen ze, niet geheel te worden in Nederland. Een vriendelijk legaal maar ook niet geheel illegaal, op kwispelend hondje completeert het huieen boot (die eigenlijk uitsluitend tot selijke tafereel. recreatiebewoning mag dienen). Hun De zware shag is een schot in de roos. drijvende onderkomens liggen aan een “Geweldig!” zegt Michael. “Die van mij kade in een rommelig en vergeten stukje was op dus ik had eigenlijk vanavond niemandsland dat de naam ‘jachthaven’ nog eruit gemoeten om nieuwe te kopen. niet verdient. Ze worden gedoogd door de gemeente. “Mensen die bij ons komen zonder vaste woon- en verblijfplaats kunnen een postadres aanvragen bij het Leger des Heils en hebben dan recht op een daklozenuitkering,” zegt Anke. “Die komt neer op 600 euro per maand. Dat is in principe een gewone uitkering, maar dan zonder de huisvestingskosten.” Michael heeft zo’n postadres bij het Vlnr: Jeroen, Anke, Dieter en Michael.

Nu hoeft dat niet. Heerlijk.” Ook de koffie en boterhammen vinden gretig aftrek. “Een goede zaak, die boterhammen gaan vannacht nog wel op, hoor.” Het duurt niet lang of Michael – meer dan twee meter lang, broodmager en met een door overmatig heroïnegebruik getekend gelaat – zit, tevreden een shaggie draaiend, op z’n praatstoel. Hij beschrijft flarden van een leven dat zo heftig is dat het onmogelijk lijkt dat één mens dat allemaal heeft meegemaakt. Ooit was hij een succesvol ondernemer, maar door persoonlijke problemen raakte hij aan lager wal. Hij ging gebruiken en werd destructief. In een kliniek ontmoette hij een vrouw die helemaal kapot was vanbinnen omdat ze melk met spiritus dronk. “Na de scheiding van mijn vrouw ben ik dat ook gaan doen. Twee maanden lang elke dag twee flessen spiritus met water. Het was smerig, maar ik wilde kapot en zelfmoord durfde ik niet.” Michael kwam meerdere malen in aanraking met justitie. “Ik ben ook opgepakt voor het open boren en leeghalen van een aantal parkeerautomaten. Ik had zoveel boetes betaald in mijn leven dat ik vond dat ik wel wat geld terug mocht pakken. Door een blunder van justitie is die aanklacht gelukkig geseponeerd.”

Steenkoud Michael kwam in contact met het Leger nadat hij uit de gevangenis kwam. “Ik ging er in de zomer in en kwam er in de winter uit. Ik had alleen een korte broek en een dunne bloes en het was steenkoud. Zwartrijden naar Dordrecht en daar natgeregend in een tunnel op een bankje gaan liggen. Ik kon niet meer lopen, was helemaal onderkoeld. Ik moest wel naar het Leger omdat ik vreesde dat ik het niet ging overleven. Ik vond het moeilijk om bij ze aan te kloppen, maar het was m’n redding. Ik heb een hele tijd geslapen in hun nachtopvang. Overdag dealde ik en dat mag niet als je daar binnen bent. Ik heb ze toen beloofd dat ik het nooit binnen zou doen en daar heb ik me ook aan gehouden.”

‘Het leven gaat niet over rozen als je steeds maar weer achter de doorns blijft haken’

een ligbad met troebel water erin en de resten van een houtvuur eronder. “Gaat perfect hoor,” zegt onze gastheer enthousiast. “Vuurtje onder het bad stoken en dan heb je heerlijk warm water. Om m’n kont niet te verbranden leg ik er wel altijd een handdoek in. Ik heb hier welSinds hij op deze boot woont, probeert eens in bad gezeten toen het buiten Michael al af te kicken van de methadon. vroor. Heerlijk zitten chillen.” Hij wijst om zich heen en zegt: “Dit heb In de boot van Jeroen heerst georganiik in drie jaar tijd een beetje opgebouwd seerde chaos. Het is een drijvende manen nu heb ik de rust gekregen dat ik over nengrot. Overal ligt gereedschap, half afbouwen van de methadon kan gaan afgewerkte knutselprojecten, brandhout nadenken. Ik heb kromgelegen om dit en van de straat gehaalde meubels. schip te kunnen betalen, maar het is nu “Even een vuurtje maken,” zeg hij, “dit is afbetaald, ik gebruik ook geen drugs niet gezellig.” Binnen een mum van tijd meer dus ik hoef ook niet meer te stelen.” heeft Jeroen in z’n houtkachel zo’n allesMichael heeft genoeg momenten van verzengend vuur aan de gang dat we zelfreflectie, genoeg om te weten dat hij moeten vrezen voor onze kleding en alle ‘het van zichzelf niet kan winnen’. “Het houten voorwerpen binnen een straal leven gaat niet over rozen als je steeds van vijf meter. “Zo,” zegt hij tevreden, maar weer achter de doorns blijft haken,” “dit gaat goed.” spreekt hij filosofisch. “Maar als ik Jeroen is ergens midden dertig, maar mezelf niet kan redden, kan ik anderen heeft al besloten dat het normale burin nood helpen.” Momenteel helpt hij gerleven niks voor hem is. “Ik heb echt een meisje dat maar niet van de drugs geprobeerd in een huis te wonen, maar kan afblijven. “Ik probeer haar zo te dat werd ’m ook niet. Ik had een prima begeleiden dat ze niet de ellende hoeft huis met voor- en achtertuin en de huur mee te maken die ik heb meegemaakt was maar 220 euro. Maar dat kon ik want dat gun ik niemand.” toen gewoon niet betalen dus ik kreeg een gigantische huurachterstand. Toen Drijvende mannengrot heb ik jarenlang wat rond gehobbeld. Als we afscheid hebben genomen van Een rusteloos bestaan en regelmatig Michael mogen we tot groot genoegen sliep ik in mijn auto. Een Volkswagen van Anke en Dieter ook even bij Jeroen Golf, eigenlijk te klein om in te slapen.” binnen kijken. Die woont iets verderop Dieter ziet een opening: “Dus je bent aan de kade in een enorm schip van een eigenlijk wel een type dat in een huis zou metertje of 23. Op het achtersteven staat willen wonen? Dat ging puur om finan-

ciële redenen niet?” Jeroen port verwoed in z’n kachel en antwoordt: “Nou, m’n buren gingen ook zeuren als ik vuur maakte in de tuin en zo.” Dieter vraagt door: “Maar stel dat een woningbouwvereniging je daarmee zou willen helpen en dat de huur van die woning op je uitkering kan worden ingehouden. Zou je daar interesse in hebben?” Jeroen: “Nee. Met de wijsheid die ik nu heb, ga ik dat echt niet meer doen. Dan pleur ik al m’n geld weg voor een vierkante postzegel drie hoog achter in een achterbuurt waar je nooit uit vrije wil zou gaan wonen. Kijk om je heen: ik heb hier nu een gigantische ruimte die 11.000 euro heeft gekost en die ik in twee jaar heb afbetaald. Het enige wat ik moet betalen om hier te wonen is 600 euro havengeld per jaar. Dus mijn woonlasten zijn vijf tientjes in de maand. Ik buig de regeltjes een beetje, maar zolang ik ermee wegkom, blijf ik dat doen. Ik kan niet zo goed tegen gezag. Daar word ik altijd een beetje narrig van.” Bij het afscheid moeten we de twee mannen plechtig beloven dat we de Panorama waar ze in staan naar ze toe sturen. Michael vindt het wel ‘lachen’ dat hij op z’n oude dag nog in een tijdschrift komt. Een brievenbus heeft hij niet. “Stuur ze maar naar het Leger. Dan komen ze vanzelf hier terecht. En kom gezellig langs in de zomer. Dan hebben we barbecue en vrij zwemmen.” ■ Meer info: legerdesheils.nl *de namen zijn gefingeerd vanwege privacyredenen

PANORAMA

/ NR03 2017 • 35


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.