#N3I 202
JU
0
deDokter LEDENBLAD VAN DE LANDELIJKE HUISARTSEN VERENIGING
BINNENKIJKEN
‘Koetshuis wordt isolatiepraktijk’ (PAGINA 8)
Psychosociale zorg Zo zorgt u goed voor de ander, en voor uzelf LSP-inzage Tijdelijk inzage medische dossiers SEH en HAP via LSP Coronatientje Financiële steunmaatregelen moeten huisartsenzorg op sterkte houden
Beeldbellen wordt een blijvertje
‘IK HEB AL DIGITAAL IN EEN KEEL GEKEKEN’
a dv er t en t ie
Ella Kalsbeek voorzitterscolumn Voorzichtig vooruit kijken
Z
o’n drie maanden na de eerste COVID-19-besmetting in Nederland; het lijkt alweer zo lang geleden. Ik ben diep onder de indruk van hoe huisartsen en hun teams in de voorbije periode hebben gedaan wat nodig was en dat nog doen, soms onder moeilijke omstandigheden. De zorgen om tekorten aan persoonlijke beschermingsmiddelen, om de financiële consequenties van deze pandemie, om de eigen veiligheid en gezondheid: het heeft geen huisarts onberoerd gelaten. Ik heb ook huisartsen gesproken die zeggen te worstelen met de menselijke maat en het fysieke contact dat in hun vak zo gewoon is en nu onder druk staat. Juist nu laat u ons weten op de LHV te rekenen, en daar zijn wij bijzonder trots op. Wij zijn op allerlei plekken en niveaus vanaf week 1 betrokken bij de aanpak van de corona-pandemie. Natuurlijk zorgen we daarmee dat het huisartsengeluid goed wordt vertegenwoordigd en dat er rekening wordt gehouden met de belangen van alle huisartsen. Ook weet u onze actuele informatie goed te vinden, en
horen wij waardering voor de producten en webinars over huisartsenzorg in tijden van corona. Verderop in De Dokter leest u daar meer over. Na de eerste hectische periode kijken we nu als samenleving zelfs weer vooruit, naar een toekomst met en misschien ooit zonder het coronavirus. De meeste huisartsenpraktijken slagen erin om de zorg aan nietcorona-patiënten te hervatten en uit te breiden waar dit deels had stilgelegen. Tegelijk zijn in veel regio’s patiënten met COVID-19 thuis, en onder verantwoordelijkheid van hun huisarts. Wat opnieuw van u en uw team een andere manier van werken vraagt. En zijn er voorspellingen over het opnieuw oplaaien van het virus in het najaar bijvoorbeeld. Toch vind ik dit ook een moment om de blik voorzichtig vooruit te werpen. Naar de huisartsenzorg van de toekomst, in een wereld waarin we voorlopig niet van COVID-19 af zijn. Waarin afstands- en hygiënemaatregelen voorlopig blijven, en u minder patiënten kunt zien in de praktijk. Dat betekent nogal wat, en vraagt om
‘ Deel ideeën en ervaringen die u in de afgelopen periode opdeed, met collega’s en met de LHV’ meer dan tijdelijke veranderingen in de manier van werken in de huisartsenzorg. Ik nodig u van harte uit om uw ideeën en de ervaringen die u in de afgelopen periode opdeed, te delen met collega’s en met de LHV. Laten we het gesprek voeren over de toekomst. Zoals ik de huisarts inmiddels ken, ziet u mogelijkheden! ¶ Ella Kalsbeek
colofon De Dokter is het ledenblad van de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) en verschijnt 7 keer per jaar. De LHV is de beroepsorganisatie voor alle huisartsen in Nederland. Oplage 14.000 exemplaren Elfde jaargang, nr 3 mei/juni 2020 Eindredactie Nathalie Pol
Redactieraad Heleen van Bloemendaal, Aimée de Heij, Jelly Hogendorp, Margriet Niehof, David Renkema, Lennart Rijkers, Pleunie Schalkwijk, Cora ten Tusscher, Tekst & Beeld Rosemarie van Bentum, Berber Bijma, Simone de Blouw, Erik van der Burgt, Aad Goudappel, Rob van Hoorn, Corien Lambregtse, Els Wiegant, Menno Wittebrood
Lidmaatschap LHV Als LHV-lid ontvangt u automatisch De Dokter. Het LHVlidmaatschap kunt u schriftelijk of per e-mail beëindigen, uiterlijk één maand voor het einde van het kalenderjaar. Op www.lhv.nl vindt u hierover meer informatie.
Art direction en vormgeving Curve Mags and More, Haarlem www.curve.nl Advertentieverkoop SGNM, Oscar van den Bosch T: 06 11 59 15 22 E. oscar@sgnm.nl
Adreswijziging Graag doorgeven via ledenadministratie@lhv.nl
Drukwerk Habo da Costa, Vianen
de Dokter 3/2020
3
Contact redactie Postbus 20056, 3502 LB Utrecht E. dedokter@lhv.nl www.lhv.nl/dedokter Overname van teksten is toegestaan onder bronvermelding en met toestemming van de redactie.
0 #N3I 202
deDokter
JU
inhoud mei/juni 2020
LEDENBLAD VAN DE LANDELIJKE HUISARTSEN VERENIGING
BINNENKIJKEN
‘Koetshuis wordt isolatiepraktijk’ (PAGINA 8)
Psychosociale zorg Zo zorgt u goed voor de ander, en voor uzelf LSP-inzage Tijdelijk inzage medische dossiers SEH en HAP via LSP Coronatientje Financiële steunmaatregelen moeten huisartsenzorg op sterkte houden
06
06
Beeldbellen wordt een blijvertje
‘IK HEB AL DIGITAAL IN EEN KEEL GEKEKEN’
BINNENKIJKEN 'Zondag hadden we contact met het parochiebestuur, dinsdag zijn we open gegaan'
16
CORONATIENTJE
10
14
Beeldbellen
Zorg tijdens corona
Wat zijn veilige kanalen en hoe bevalt het beeldbellen in de praktijk? Drie gebruikers over hun ervaringen.
Hoe gaat het in de verschillende regio’s? De Dokter sprak met huisartsen in Rotterdam, Twente, Brabant en Groningen.
Financiële steunmaatregelen moeten huisartsenzorg op sterkte houden
32
WEBINAR Nadat de ledenvragen binnenstroomden, schaalde de LHV de informatievoorziening snel op. Dit zijn de belangrijkste bronnen.
38
MIJN PRAKTIJKSTART
22 Tijdelijke LSP-inzage LHV en InEen namen snel initiatief om inzage in medische dossiers op de HAP via LSP tijdelijk goed te borgen. Zo kreeg het initiatief vorm.
Huisarts Hadassa Hofman vond haar praktijk via een speeddate-avond van kring en zorggroep.
40
LHV NIEUWS
quickscan van... Gaston Peek, praktijkhouder (duopraktijk) Gulpen
‘I
n onze teamvergadering gaan we het over beeldbellen hebben. Het artikel met de vergelijking van de verschillende apps kwam mij dus goed uit. Wij hebben een praktijk met veel oudere mensen en we twijfelden of beeldbellen hier zou passen. Maar nu denk ik dat beeldbellen iets is wat zal blijven. We gaan kijken
wat wij ermee kunnen. Het is ontzettend jammer dat de tegenstelling tussen praktijkhouders en waarnemers door de crisis weer is verscherpt. Goed dat het interview met Fraukje Hazen en Koen van Vugt daarover gaat. Ik weet van beide kanten waar de pijn zit. Ik ben nu een jaar praktijkhouder, maar hiervoor
4
was ik waarnemer en voorzitter van de Wagro Limburg. Wij hebben er in Limburg hard aan gewerkt om waarnemers meer te betrekken in besturen en vertegenwoordigingen. Ik denk dat dat heel belangrijk is. We staan er als huisartsen samen voor en hebben elkaar hard nodig. Mooi om te lezen dat er een oplos-
de Dokter 3/2020
FOTO: ROB VAN HOORN
en docent huisartsenopleiding
quotes ‘Ik heb al digitaal in een keel gekeken’ Huisarts Bart Timmers vindt beeldbellen een enorme uitkomst (pagina 10)
26 Samen tegen de crisis Kringbestuur West-Brabant roept waarnemers en praktijkhouders op om de gelederen te sluiten. Waar zit precies de pijn?
28 Corona-stress
‘Vergaderen deed ik voorheen uit belangstelling, nu werd het mijn hoofdtaak’
Met deze tips zorgt u goed voor uzelf, uw team en uw patiënten.
Huisarts Freek Teller. (pagina 25)
‘Er komt zo’n moment dat je terugrijdt naar huis en denkt: wat zíjn we aan het doen?’ Huisarts Jenny Heering (pagina 28)
‘De sfeer is: deze klus moet nu eerst geklaard worden’ Huisarts Raju Peters (pagina 37)
sing is gevonden voor coronapatiënten die op de huisartsenpost komen, maar nog geen toestemming hebben gegeven voor inzage in hun dossier. Het richt onze aandacht ook weer even op het LSP, want dit is slechts een tijdelijke oplossing. Wij gaan onze patiënten er actiever bewust van maken dat ze een keuze moeten maken.’ ¶
‘Het voelt ongastvrij, maar mensen hebben er begrip voor’ Huisarts Marjolein den Dekker (pagina 6)
de Dokter 3/2020
5
binnenkijken Koetshuis Boxtel binnen twee dagen ingericht als praktijk TEKST: BERBER BIJM A // FOTOGR AFIE: SIMONE MICHELLE
Isolatiepraktijk: symbool van saamhorigheid
‘Met een isolatiepraktijk hoeft maar één dokter zich aan te kleden en hoef je maar één ruimte schoon te maken’
S De dokterstas staat buiten de spreekkamer. Alleen bloeddrukmeter, stethoscoop, saturatiemeter en koortsthermometer gaan mee naar binnen
Het voormalig Koetshuis van de Heilig Hart van Jezuskerk was snel in te richten als isolatiepraktijk, omdat er een paar jaar geleden nog een huisartsenpraktijk zat
6
neller dan ze zelf voor mogelijk hadden gehouden openden de leden van Hagro Boxtel een isolatiepraktijk voor coronaverdachte patiënten. ‘In het weekend van 14 maart kregen we van het Huisartsen rampenopvang-team het verzoek om een aparte locatie voor deze patiëntengroep te organiseren’, vertelt huisarts Marjolein den Dekker. ‘Ik bleek als Hagro-voorzitter ook crisiscoördinator te zijn. Dat was een leuke verrassing.’ Het aanvankelijke plan was om maandag te vergaderen over een isolatiepraktijk en mogelijk een van de bestaande praktijken als zodanig aan te wijzen, maar tijdens een Facetime-overleg op zondag kwam een van de bestuursleden met het plan het leegstaande koetshuis van de Heilig Hartparochie te gebruiken. ‘Een van mijn collega’s had daar een aantal jaren geleden gewerkt toen het pand nog als huisartsenpraktijk diende, dus het was vrij snel weer als praktijk in te richten', vertelt Den Dekker. ‘Uiteindelijk ging het razendsnel.
de Dokter 3/2020
Zondag hadden we contact met het parochiebestuur, maandag hebben we de praktijk ingericht met inventaris uit de praktijken van de Hagro-leden – want behalve lege ruimtes met aanrechtblokken was er niets – en dinsdag zijn we open gegaan.' Zelf had Den Dekker al verschillende keren dienst op de post. ‘De eerste keer vond ik heel spannend. Ik werd vooral zenuwachtig van al dat schoonmaken in de juiste volgorde. Inmiddels ben ik daar wel aan gewend, maar het blijft pittig werk. De patiënt kan jou niet echt goed zien en je moet er ook voor zorgen dat mensen zo kort mogelijk binnen zijn. “U mag zo weinig mogelijk aanraken” zeg ik tegen patiënten als ze binnenkomen. Het voelt ongastvrij, maar mensen hebben er begrip voor. Bij het maken van de afspraak worden ze ook voorbereid op de gang van zaken.’ ‘We hebben altijd al een gezellige en actieve hagro, maar dit is wel heel snel en soepel gegaan. Daar ben ik heel trots op. Ik hoop dat we iets van die saamhorigheid vasthouden.’ ¶
huisarts Marjolein den Dekker
‘Mooi dat we onze isolatiepraktijk op zo’n karakteristieke plek hebben kunnen realiseren’
Bij de isolatiepraktijk in Boxtel werken de 15 huisartsen die bij de Hagro zijn aangesloten (en/of hun waarnemers) en één coassistent
Coassistent Anne zit bijna hele dagen op de isolatiepraktijk en staat de dienstdoende huisartsen beurtelings bij. Ze typt mee met de anamnese en de meetgegevens. Al voor de plannen voor de isolatiepraktijk had ze haar hulp aangeboden; die was even later zeer welkom
de Dokter 3/2020
7
a dv er t en t ie
Het Fonds Alledaagse Ziekten stimuleert en financiert onderzoek Het Fonds is er om onderzoek
Huisartsen hebben deze
mogelijk te maken naar wat de
onderwerpen (naast vele
huisarts nog niet weet over
andere) op de Nationale
alledaagse ziekten. Hierdoor
Onderzoeksagenda
krijgen patiënten een beter
Huisartsgeneeskunde gezet.
advies over wat de beste en meest effectieve behandeling is
Steunt u ons met uw donatie?
bij veel voorkomende kwalen.
Wilt u periodiek doneren of een legaat aan het Fonds schenken?
Bij de keuze van projecten
Kijk op onze website
letten wij op wat huisartsen en
www.fondsalledaagseziekten.nl
patiënten belangrijk vinden:
of scan de QR code.
•
Hoe kun je acne bij een donkere huid het best behandelen?
•
Wat is een veilige aanpak voor vrouwen met hinderlijke vaginale klachten na de menopauze?
•
Hoelang en waarmee kan de huisarts het beste mannen met een blaasontsteking behandelen.
EEN FRISSE KIJK OP UW PRAKTIJK Van Ree Accountants helpt u gezond te ondernemen in uw medische praktijk. Natuurlijk zorgen we ervoor dat u tijdig over de juiste praktijkcijfers beschikt. Onze dienstverlening gaat verder. Wij ontzorgen u door het geven van heldere adviezen op het gebied van: ■ Financiële en salarisadministratie ■ Personeelsbeleid ■ Praktijkmanagement ■ Fiscaliteit ■ Praktijkoverdracht en -overname Onze frisse kijk op uw praktijk levert verrassende inzichten op. Neem gerust vrijblijvend contact met ons via info@vanreeacc.nl of telefonisch 0343 – 415 940.
www.accountantsindezorg.nl PRAKTIJK SUPPORT | ACCOUNTANCY | BELASTINGEN | ALPHEN AAN DEN RIJN | BARNEVELD | GELDERMALSEN LEERSUM | NIEUWEGEIN | ZWOLLE
Volledig online behandelen: hoe werkt dat? Geen wachtlijst, direct aan de slag! Een behandeling via beeldbellen en chat? Voor veel psychische klachten geeft deze vorm van behandelen hele goede resultaten. Uw patiënten krijgen daarmee snel de hulp die ze nodig hebben. Groot voordeel van online behandelen is dat er contact is op die momenten dat zij last hebben van hun psychische problemen.
Emma kreeg direct hulp op het moment dat het nodig was.
Meer weten? Parnassia Groep vindt het belangrijk dat psychische hulp altijd toegankelijk is. Ook in deze tijd. Kijk op parnassiagroep.nl/verwijzers hoe online behandelen ook voor uw patiënt werkt.
Onze zorg gaat door. Als het kan online, als het nodig is op locatie. Wij staan voor u klaar!
binnenkijken Koetshuis Boxtel in twee dagen ingericht als praktijk
Covid-tips bouwadvies De adviseurs van LHV Bouwadvies hebben een aantal tips opgesteld voor aanpassingen van de praktijkruimtes die u gebruikt voor nietcovidzorg. Stickermarkering wordt veel toegepast bij balies, wachtruimtes en werkplekken. Door het markeren van opstelruimtes, werkzones en looproutes, maakt u de verplichte 1,5 meter sociale afstand goed zichtbaar. U beschermt hiermee uw medewerkers en bezoekers. Gebruik hierbij hoogwaardig tape dat slijtvast is en goed te reinigen. ‘In de eerste week kwamen er 46 patiënten, in de tweede week 53. Daarna nam het wat af’
Plaats een plexiglas scherm op plekken waar het lastiger is om 1,5 meter afstand te houden. Denk aan de balie, in de spreekkamer en in de wachtruimtes. De schermen zijn licht en over het algemeen eenvoudig te monteren. Meer weten? LHV Bouwadvies kan u adviseren over tijdelijke bouwkundige maatregelen. U kunt contact opnemen via bouwadvies@lhv.nl of 085 04 80 111.
De telefoon is afgeschermd met een boterhamzakje
Overbodige stoelen zijn weggezet zodat coronaverdachte patiënten er niet op gaan zitten
de Dokter 3/2020
9
DOORBRAAK VAN E-HEALTH IN TIJDEN VAN DE CORONA
Beeldbellen wordt een blijvertje In een tijd waarin bezoeken aan de huisartsenpraktijk op een laag pitje staan, vinden huisartsen andere wegen om patiënten te zien. De coronacrisis wordt misschien wel de grote doorbraak van e-health en daarmee ook van beeldbellen. Wat zijn veilige kanalen en hoe bevalt het in de praktijk?
E
en ongekende tijd vraagt om nieuwe oplossingen, dachten de LHV-kringbesturen van de drie Brabantse kringen in het begin van de corona-uitbraak. Daarom boden ze al hun leden meteen een tijdelijk abonnement aan op WeSeeDo, een online dienst voor beeldbellen. Volgens Christel Jacobs, beheerder van de licenties vanuit regiobureau Zuidwest Nederland, is er enthousiast op het aanbod gereageerd. Honderden Brabantse huisartsen hebben de afgelopen maanden hun eerste ervaringen opgedaan met videoconsulten. ‘Met WeSeeDo kunnen onze leden op een veilige en verantwoorde manier consulten doen.’ Het werkt volgens Jacobs veilig en makkelijk. ‘Deze app is speciaal voor de zorg ontwikkeld, dus AVG-proof. De huisarts logt in bij WeSeeDo en stuurt de patiënt een e-mail met een uitnodiging voor een consult. De patiënt klikt op het linkje en komt dan in de virtuele wachtkamer terecht.
De huisarts ziet dat de patiënt in de wachtkamer zit en laat die vervolgens binnen. Zodra huisarts en patiënt elkaar in beeld hebben, kan het videoconsult beginnen.’ Elke huisarts of praktijkondersteuner heeft een eigen betaalde licentie nodig. Voor assistenten zijn de licenties gratis. Jacobs: ‘Er zijn twee varianten: een tweezijdige variant waarbij zowel de zorgverlener als de patiënt in beeld zijn, en een eenzijdige variant waarbij alleen de patiënt in beeld komt. Je kunt via de app ook met meerdere personen overleggen, bijvoorbeeld voor collegiaal overleg.’ De Brabantse leden reageren overwegend positief. ‘Alleen met iPhones en iPads werkt het nog niet helemaal goed.’ De tijdelijke licenties worden betaald uit de reservepotjes van de kringen. ‘Er wordt al wel gekeken of het beeldbellen structureel kan worden ingebed in de huisartspraktijken en hoe dit dan het best gefinancierd kan worden. Er zijn al zorggroepen
Ad Stokmans, huisarts in Tilburg
‘Als het werkt, is het een uitkomst’
De Tilburgse huisarts Ad Stokmans houdt wel van technische innovaties. Toen WeSeeDo werd aangeboden, ging hij er meteen vol voor. Maar het was wel even wennen. ‘Dat beeldbellen is een uitkomst. Tenminste, als het lukt om elkaar goed te zien en te horen’, zegt hij begin april. ‘Het werkt nog niet altijd. Soms is de patiënt heel klein in beeld of ziet de patiënt mij juist heel klein, soms hoor ik m’n eigen echo of we horen elkaar niet. Dan weet je niet waar het aan ligt. Het kost ook nog relatief veel tijd om ervoor te zorgen dat de patiënt en ik op het juiste moment klaar zitten en elkaar bereiken. Al met al is het echt wennen.’ Hij is er positief over. ‘Het is bijvoorbeeld makkelijk om op deze manier bij een patiënt te informeren of een voorgeschreven geneesmiddel naar verwachting werkt. Maar als er echt lichamelijk onderzoek nodig is, is het beter om de patiënt in het echt te zien. Ook bij huidafwijkingen vragen we patiënten toch om naar de praktijk te komen. Wat dat betreft blijf ik toch een ouderwetse huisarts, al zijn die technologische mogelijkheden ook nog zo interessant.’ Hij denkt wel dat het beeldbellen er bij hem en zijn collega’s in blijft. ‘Onze assistentes bieden het nu als mogelijkheid aan. Een aantal patiënten vindt het fijn, anderen komen liever naar de praktijk. Door deze extra mogelijkheid te bieden, kunnen ze kiezen.’
10
de Dokter 3/2020
die dit oppakken.’ Voor de declaratie van het consult maakt het geen verschil meer of een consult digitaal of fysiek plaatsvindt. Alleen de duur van het consult is nog bepalend voor de hoogte van de vergoeding. ◼◼ VEILIG BEELDBELLEN WeSeeDo is een van de vele beeldbelapplicaties die nu beschikbaar zijn, vertelt Johan Snijders, LHV-beleidsadviseur ICT. Hij heeft samen met collega’s van NHG voor huisartsen een advies gemaakt over de veilige inzet van beeldbellen/ videoconsulten en daarvoor 38 applicaties onderzocht. ‘We hebben de apps op verschillende criteria beoordeeld. Bijvoorbeeld: is de applicatie gecertificeerd, is ze ontworpen voor de zorg, is er een groepsgesprek mogelijk, zit er een inlogbeveiliging op, wat moeten zorgverlener en patiënt doen om de app te kunnen gebruiken, hoe verloopt het proces en wat zijn de kosten? Op grond van die criteria kan elke huisartsenpraktijk zien welke app het beste past’, vertelt hij. ‘Als je het beeldbellen structureel wilt gaan invoeren, raden wij aan om te
ADVIES BEELDBELLEN EN VIDEOCONSULT Meer weten over beeldbellen en hoe u dat het best kunt aanpakken? De LHV heeft alle relevante zaken voor u op een rij gezet. U vindt het 'Advies inzet beeldbellen en videoconsult' op www.lhv.nl
‘ Er wordt al gekeken of het beeldbellen structureel kan worden ingebed in de huisartspraktijken en hoe dit dan het best gefinancierd kan worden ’ kijken of een app de NEN 7510-certificering heeft en of deze speciaal ontwikkeld is voor zorgtoepassingen. Bij die certificering weet je zeker dat de app voldoet aan de normen voor informatiebeveiliging en privacy. Van de 38 apps die we hebben onderzocht, zijn er 27 speciaal voor de zorg gemaakt. Die zijn over het algemeen wat patiëntvriendelijker en hebben bijvoorbeeld een wachtkamerfunctie.
‘Beeldbellen breekt sneller door dan het e-consult’
Bart Timmers, huisarts in ’s Heerenberg Huisartsenpraktijk Timmers & de Roo in ’s Heerenberg zou in april beginnen met een inloopspreekuur. Maar door de corona-uitbraak is het een videoinloopspreekuur geworden. Huisarts Bart Timmers, pionier op het gebied van e-health, is er enthousiast over. ‘Beeldbellen is een enorme uitkomst nu we onze patiënten nauwelijks in de praktijk kunnen zien. Ik werkte al met e-consulten, nu bieden we iedere dag een aantal uur de mogelijkheid aan voor een videoconsult via Artsonline. Ik heb er vanochtend zes gedaan. Het werkt vrij simpel op iedere smartphone, tablet of computer met camera. De patiënt hoeft niets te installeren, hij hoeft zich alleen maar eenmalig in de patiëntenomgeving op onze website te registreren. De patiënt kan zich vanaf een half uur van tevoren via onze website voor het online spreekuur aanmelden. Via de chatbot worden dan eerst een aantal vragen gesteld. Als het om een spoedgeval gaat, moet de patiënt meteen het spoednummer bellen. De vragen zijn misschien een drempel, maar ze helpen de patiënt om ook voor zichzelf duidelijk te krijgen wat hij precies wil vragen of weten. Ik lees de
de Dokter 3/2020
11
antwoorden op de vragen alvast door voor ik de patiënt uit de digitale wachtkamer haal. Bij mensen met psychische klachten heb ik soms liever een live consult, maar in veel andere gevallen ben ik heel enthousiast over beeldbellen. Ook qua lichamelijk onderzoek valt het niet tegen. Het werkt prima om een huidbeeld te bekijken en ik kan zien hoe iemand ademt. Soms vraag ik de patiënt om te laten zien hoe hij loopt of om een bepaalde beweging te maken. Ik heb al digitaal in een keel gekeken en er zijn zelfs ook technische oplossingen om in oren te kijken. Dat wordt de volgende stap. Het mooie van deze app is dat je de tekst van het consult meteen kunt kopiëren naar het HIS. Dat scheelt tijd. De patiënt kan zijn videoconsult desgewenst downloaden. Ik denk dat het beeldbellen een blijvertje is en dat het sneller zal doorbreken dan de e-consulten hebben gedaan. Misschien is beeldbellen ook wel een oplossing voor regio’s waar te weinig huisartsen zijn. Je kunt daar niet zomaar een blik huisartsen opentrekken, maar met dit soort technische oplossingen kunnen patiënten toch een huisarts of andere zorgverlener zien.’
a dv er t en t ie
Hier stond een advertentie
Een deel van de apps kan in de eigen praktijkwebsite worden geïntegreerd of aan het HIS worden gekoppeld.’ Het is volgens Snijders verstandig om te kijken of er initiatieven zijn bij de kring of de zorggroep waar je als huisarts bij kunt aansluiten. ‘Het heeft voordelen om als groep of regio dezelfde applicatie te gebruiken. Dat leidt waarschijnlijk tot lagere kosten, maar maakt ook de onderlinge communicatie makkelijker, bijvoorbeeld voor overleggen met collega’s of kringvergaderingen.’
‘ Een jaar geleden hadden veel mensen de camera in hun beeldscherm met een plakbandje afgeschermd. Nu is die camera ineens heel nuttig’ Hij verwacht dat e-health door de coronacrisis een impuls krijgt en ziet dat al gebeuren. ‘Een jaar geleden hadden veel mensen de camera in hun beeldscherm met een plakbandje afgeschermd. Nu is die camera ineens heel nuttig.’ Grote kans dus dat het beeldbellen een katalysator wordt voor andere e-health-toepassingen. ‘E-health gaat over alle digitale middelen die je inzet ter ondersteuning van de behandeling van en het contact met de patiënt. Dat gaat dus over veel meer dan beeldbellen. Het project OPEN waar we op dit moment mee bezig zijn, waarbij patiënten de mogelijkheid krijgen om hun elektronische dossier in te zien, is er ook onderdeel van. Er komen steeds meer gezondheidsapps die kunnen worden aangesloten op een persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO), app of website. We gaan de kant uit dat elke patiënt een PGO heeft waar al zijn gezondheidsgegevens worden bewaard en inzichtelijk zijn.‘ ¶
‘De online huisarts levert tijdwinst op’
Heidi van den Brink, bestuurder Huisartsenposten Rijnmond De vier locaties van Huisartsenposten Rijnmond zijn half april met een ‘digitale huisartsenpost’ begonnen. De corona-uitbraak heeft de invoering van de ‘online huisarts’ versneld. Bestuurder Heidi van den Brink ziet het als een van de oplossingen voor het steeds maar stijgende aantal telefoontjes. ‘We krijgen steeds meer telefoontjes van patiënten op onze huisartsenposten. Vorig jaar waren het er al 270.000. Dat betekent dat we steeds meer personeel moeten inzetten. Met onze digitale huisartsenpost willen we dat anders oplossen. Het grote voordeel hiervan is namelijk dat de patiënt zelf zijn gegevens invult en alvast een paar vragen beantwoordt. Dat scheelt bij de triage. De patiënt logt in met zijn DigiD. Na enkele vragen over wie hij is en wie zijn huisarts is, volgen er vragen over de precieze klachten. En als het bijvoorbeeld over een wond gaat, krijgt de patiënt het verzoek om een foto te uploaden. De patiënt krijgt binnen een half uur een reactie van een huisarts. Dit gebeurt
de Dokter 3/2020
13
in een chatsessie. Het kan zijn dat de huisarts de patiënt dan alsnog vraagt om naar de huisartsenpost te komen, maar in de meeste gevallen worden klachten via de chat afgehandeld. De huisarts kan ook voorstellen om een videoconsult te doen als hij de patiënt wil zien bewegen of wil horen. We zitten nog in de beginfase. Het is dus echt nog wennen, zowel voor huisartsen als voor patiënten. De een vindt het makkelijker om te chatten dan de ander. En er kan nog van alles verbeterd worden. Maar we behalen tijdwinst doordat de patiënt zelf zijn basisgegevens invult en de triagevragen beantwoordt. Dat scheelt wel 10 minuten per consult. Het toekomstbeeld dat we voor ogen hebben, is dat deze werkwijze standaard wordt. Patiënten melden zich via een app of via de website van hun eigen huisarts. In de ANW-uren komen ze dan automatisch bij de huisartsenpost terecht. Na de zelftriage worden ze doorgeleid naar de juiste zorg. Door op deze manier te werken, kunnen we heel veel telefoontjes van patiënten adequaat maar toch sneller afhandelen.’
Huisartsenzorg tijdens corona Intensief samenwerken, plannen die razendsnel gerealiseerd worden. Huisartsen in alle regio’s pakken een nieuwe manier van werken voortvarend op. Hoe doen ze dat in Rotterdam, Groningen, Brabant en Twente?
RotterdamRijnmond
‘ Wat de coronacrisis in korte tijd mogelijk maakte, is ongelooflijk’ Henk Hoogervorst leidde net als veel collega’s in de eerste weken van de coronacrisis een ‘dubbelleven’: zijn gewone werk als huisarts in Hellevoetsluis werd heel rustig, maar hij had de vrijgekomen tijd meer dan nodig voor organisatorische overleggen en uitvoerende taken rondom de corona-uitbraak. TEKST:BERBER BIJMA// ILLUSTR ATIE: MENNO WITTEBROOD
‘T
oevallig ging de oefening met ons Huisartsen rampen opvangplan (HaROP) vorig jaar over een infectie-uitbraak. In zekere zin waren we dus goed voorbereid, maar een ramp lijkt altijd ver weg. In onze regio denk je eerder nog aan een calamiteit met bijvoorbeeld een gaswolk of een lekkende olietanker. Begin maart was ik nog druk bezig met de huisvestingsproblematiek in onze regio; een paar weken later was dat een probleem uit een ver verleden. Een geluk was dat onze HaROP-app vrijwel af was; meer dan honderd huisartsen hebben ’m meteen gedownload. In de app staat onder meer wat de verschillende stadia van opschalen zijn, welke stappen daarvoor genomen moeten worden en wat je bijvoorbeeld kunt doen als je door ziekte te weinig personeel hebt. De apotheken waren aanvankelijk niet bij de app aangesloten; even later wel. Wat de coronacrisis in korte tijd mogelijk maakte, is ongelooflijk. Plannen voor videoconsults bijvoorbeeld, waar we al jaren over praatten en dachten, werden in sneltreinvaart gerealiseerd, ook op de huisartsenpost.
De samenwerking in de huisartsenzorg, onder leiding van Heidi van den Brink, bestuurder van Huisartsenposten Rijnmond, kwam razendsnel van de grond. We hebben gedisciplineerde en efficiënte belvergaderingen met wel achttien of twintig mensen. Patiënten met griepachtige verschijnselen kunnen overdag terecht op de huisartsenpost. Samenwerken met andere zorgverleners ging de afgelopen jaren best moeizaam. Concurrentie tussen thuiszorgorganisaties was voor ons als huisartsen bijvoorbeeld echt een gruwel; je moest soms wel vijf organisaties bellen voor je hulp voor iemand geregeld had. Nu we een gezamenlijke vijand hebben te tackelen, stappen we allemaal over onze grenzen heen. Huisartsen, maar ook thuiszorgorganisaties, verdelen het werk zodanig dat coronaverdachte patiënten worden gescheiden van andere patiënten. In april bouwde de GHOR, die geneeskundige hulp bij rampen coördineert, Ahoy om tot een ziekenhuis. Dat kon, omdat het Songfestival toch was afgelast. Dat brengt natuurlijk wel heel wat overleg met zich
14
de Dokter 3/2020
mee, want wie gaat de zorg daar leveren en hoe? Niemand weet of het nodig zal zijn, maar als het moet, zijn we er klaar voor. Ik zie op het gebied van samenwerking veel positieve dingen, tot en met tandartsen die mondkapjes kwamen afgeven omdat ze zelf in eerste instantie toch dicht gingen. Ik hoop van harte dat er ook na deze crisis iets van die samenwerking en die goede sfeer overeind blijft. Ons HaROP werkt goed en de samenwerking is nog nooit zo goed geweest. Dat stemt tevreden, maar tegelijk waren er zeker de eerste weken zorgen over de beschikbaarheid van persoonlijke beschermingsmiddelen. Natuurlijk is er ook de continue dreiging van de ziekte zelf, ook voor mij. Begin april zag ik een doodzieke man, voorheen een gezonde vent, jonger dan ikzelf. Dan schrik je. Deze ziekte ontziet niemand.’ ¶ Henk Hoogervorst, LHV-kringvoorzitter en lid crisisteam Rotterdam-Rijnmond
RotterdamRijnmond
‘ Goede triage zorgt voor rust in de eerste lijn’ Als bestuurder van de vier huisartsenposten en één satellietpost in de regio Rijnmond zorgde Heidi van den Brink ervoor dat de crisisteams in staat van paraatheid werden gebracht. Vanuit Huisartsenposten Rijnmond is ze bovendien lid van het dagelijks bestuur van het Regionaal Orgaan Acute Zorg (ROAZ), waarin de samenwerking met andere zorgpartijen wordt geregeld. TEKST: BERBER BIJMA // ILLUSTR ATIE: MENNO WITTEBROOD
‘B
egin maart was duidelijk dat we ons moesten voorbereiden op de komst van het coronavirus. Toen heb ik onze beide crisisteams bijeengeroepen. We hebben een intern crisisteam dat de continuïteit van onze eigen organisatie moet waarborgen en het team van het huisartsen rampenopvangplan, dat verantwoordelijk is voor de continuïteit van de huisartsenzorg in de regio. Grappig detail: vorig jaar konden we bijna geen leden krijgen voor het HaROPteam, nu vroegen huisartsen: “Waarom zit ik daar niet in?” Ik ben getraind als crisisleider, maar in simulatie-omstandigheden blijft dat altijd wat raar. Nu was het ineens voor het echie. In het HaROP zitten huisartsen, medische managers en locatieleiders van de huisartsenposten en mensen van ondersteunende diensten. De eerste vergaderingen waren wennen: lang niet iedereen kende elkaar en het onderwerp was nieuw, want we hebben het niet alleen over de diensten op de post, maar óók over de continuïteit van de dagpraktijken. De overgang op telefonisch
vergaderen heeft ons veel gebracht. We vergaderen efficiënter en gedisciplineerder; meerdere mensen hebben al gevraagd of we na de crisis deze vergadervorm kunnen aanhouden. Onenigheid over de aanpak is er vrijwel niet. Het is belangrijk dat iedereen ruimte krijgt om zijn of haar beeld in te brengen en dat anderen bereid zijn hun beeld zo nodig bij te stellen. We zijn al heel snel begonnen om de zorgcontinuïteit van huisartsen wekelijks uit te vragen: zijn er genoeg beschermingsmiddelen, is er ziekte in het team? Door dat iedere week opnieuw te vragen, kunnen we de ontwikkelingen zichtbaar maken in een curve die helpt om op tijd maatregelen te nemen. We hebben de huisartsenposten overdag opengesteld voor coronapatiënten, om zo de dagpraktijken te ontlasten. Voor die extra diensten hebben we in eerste instantie de praktijkhouders kunnen ontzien, omdat onder meer veel aiossen, waarnemers en basisartsen hun hulp aanboden. Zij draaien ook mee in de avond-, nacht- en weekenddiensten, omdat we dan gescheiden patiën-
de Dokter 3/2020
15
tenstromen hebben. Een goede verdeling van persoonlijke beschermingsmiddelen gebeurt ook vanuit de huisartsenposten. Taxichauffeurs, die nu tijd over hebben, brengen steeds voorraden voor drie dagen langs de verschillende praktijken. In deze crisis is mij vooral opgevallen hoe goed de eerste lijn in Nederland is georganiseerd. Triage is enorm belangrijk bij een pandemie. De meeste patiënten kunnen ofwel thuis uitzieken, of moeten naar het ziekenhuis. Goede triage zorgt ervoor dat de toestroom naar de huisartsenposten beperkt blijft en dat er een zekere rust blijft in de eerste lijn. Onze samenwerking met de Spoedeisende Hulp is flink verbeterd. Ik hoop dat we dat na de crisis vasthouden. Hetzelfde geldt voor thuiswerkende triagisten, voor de digitale consulten die we inmiddels doen – per chat, desnoods aangevuld met een videoconsult – en voor de dagelijkse briefing. Sinds maart beginnen we iedere dienst op de post met een briefing voor het team. Directe aanleiding was dat de coronaprotocollen eerst vrijwel dagelijks werden aangepast. Ik hoop dat we die briefing vasthouden, ook na crisistijd. Op een huisartsenpost werk je iedere dag met een nieuw team; het lijkt mij niet meer dan normaal dat je zo’n dienst even met z’n allen opstart.’¶ Heidi van den Brink, bestuurder Huisartsenposten Rijnmond
FINANCIËLE MAATREGELEN ALS STEUN IN DE RUG VOOR ALLE HUISARTSEN
EEN TIENTJE PER PATIËNT HOUDT DE HUISARTSENZORG OVEREIND In coronatijd wil niemand zorgen over de continuïteit van huisartsenpraktijken. Daarom hebben de LHV, VPHuisartsen en InEen alles op alles gezet om vroegtijdig afspraken te maken over financiële steunmaatregelen, bedoeld voor alle huisartsen. Want iedereen is hard nodig, zeker wanneer de reguliere zorg weer op gang komt.
D
e eerste prioriteit was het opzetten van goede coronazorg, na de uitbraak van het virus. Maar toen de reguliere zorg tegelijkertijd bijna stilviel, voorzagen de LHV, VPHuisartsen en InEen meteen dat dit grote effecten zou hebben op de financiële bedrijfsvoering van huisartspraktijken. In een peiling op HAweb werd dat bevestigd. Veel huisartsen zagen een groot omzetverlies aankomen, terwijl ze tegelijkertijd extra kosten maakten voor coronazorg. 'We hebben meteen aan de bel getrokken bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en de zorgverzekeraars. Want financiële zorgen mogen geen hindernis zijn voor huisartsen om zich in te zetten voor de zorg die in de crisis nodig was en is', vertelt LHV-directeur Paul van Rooij. 'De zorgverzekeraars en de NZa zagen dat belang ook. Alle partijen hebben zich constructief opgesteld en er keihard aan gewerkt om de maatregelen uit te werken.' Omdat de huisartsen er vroeg bij waren,
waren zij de eerste sector die concrete afspraken maakte met verzekeraars en de NZa om de financiële gevolgen van de crisis te beperken. ◼◼ COMPENSATIE De afgesproken steunmaatregelen zijn generiek van aard, om zo snel mogelijk zekerheid en duidelijkheid te scheppen voor alle huisartsen. Van Rooij: 'De belangrijkste maatregel is de nieuwe module voor corona met een vergoeding van 10 euro per patiënt. Dit bedrag zal ongetwijfeld voor de ene praktijk net wat te weinig blijken te zijn en voor de ander net wat te veel, maar we voorkomen in ieder geval dat praktijken op korte termijn in financiële problemen komen. Bovendien weet iedereen zo waar
hij aan toe is. We gaan kijken hoe het in de praktijk uitpakt en welke maatregelen in het derde kwartaal nodig zijn.' Nu er financiële duidelijkheid is, dringt de LHV er bij de praktijkhouders op aan om waarnemers en ander zorgpersoneel in dienst te houden. 'We hoorden van verschillende kanten dat contracten met waarnemers zijn opgezegd. Dat is dus niet nodig en zelfs onwenselijk, want deze financiële regeling is er om verlies van inkomsten te compenseren. Onze oproep is: zorg dat de huisartsenzorg op sterkte blijft. Want heel veel zorg die nu is uitgesteld, komt straks weer op de huisartsen af. Hou elkaar dus vast.' ◼◼ FINANCIËLE ZEKERHEID Ad Vermaas is een van de LHV-beleidsmedewerkers die virtueel met de zorgverzekeraars en de NZa om tafel zaten. 'Het is ons gelukt om overeenstemming te bereiken over verschillende steunmaatregelen. Het gaat zowel om compensatie voor extra kosten als om compensatie voor inkomstenderving.
‘ We hebben meteen aan de bel getrokken. Want financiële zorgen mogen geen hindernis zijn voor de huisartsenzorg die in de crisis nodig was en is’
HET FINANCIËLE PAKKET VOOR DE HUISARTSENZORG MAATREGELEN VOOR HUISARTSENPRAKTIJKEN ●V oor visites aan patiënten met corona(verschijnselen) mag het tarief voor intensieve zorg gedeclareerd worden. ●V oor de dekking van extra kosten en de continuïteit van de bedrijfsvoering kunnen alle huisartsenpraktijken eenmalig 10 euro per patiënt in rekening brengen. ● Mogelijk kunnen huisartsenpraktijken in deze tijd niet voldoen aan de voorwaarden voor declaratie van module-
16
tarieven en ketenzorgtarieven; daar wordt niet op gehandhaafd. ● Praktijken die ondanks bovenstaande maatregelen in de financiële problemen komen, kunnen zich melden bij de preferente zorgverzekeraar.
MAATREGELEN VOOR HUISARTSENPOSTEN (ANW-ZORG) ● Huisartsen die vanwege corona extra worden ingeroosterd, krijgen een opslag van 15 euro op de normale uurvergoeding van 78 euro. ● Het maximale budget van huisart-
de Dokter 3/2020
senposten (110 procent) mag tijdelijk worden overschreden vanwege extra gemaakte kosten in verband met corona.
MAATREGELEN VOOR TIJDELIJKE CORONAPOSTEN ● Als de zorg overdag vanuit een huisartsenpost of een regionaal samenwerkingsverband wordt geleverd, mag voor een patiënt het passantentarief in rekening worden gebracht. ● Bij de coronaposten die huisartsenpraktijken zelf hebben ingericht, mag
Het was voor de LHV heel belangrijk om onze leden voor het begin van het nieuwe kwartaal, 1 april dus, duidelijkheid te kunnen geven. Dat is grotendeels gelukt, al zijn de definitieve afspraken pas later getekend en zijn de afspraken over coronaposten ook wat later gemaakt.' Naast de 10 euro per patiënt die via een nieuwe module kan worden gedeclareerd, zijn er nog drie steunmaatregelen afgesproken voor huisartspraktijken. 'Voor visites aan patiënten die (mogelijk) besmet zijn met het coronavirus mag je het tarief voor intensieve zorg declareren. Verder kan het zo zijn dat huisartsenpraktijken in deze tijd niet aan de voorwaarden kunnen voldoen voor de declaratie van ketenzorg- en moduletarieven. Er is afgesproken dat daar niet op wordt gehandhaafd. En als praktijken ondanks deze maatregelen toch in financiële problemen komen, kunnen ze zich bij hun preferente zorgverzekeraar melden voor specifieke oplossingen. Deze steunmaatregelen worden uitgekeerd aan praktijken, maar zijn dus ook bedoeld om de werkgelegenheid voor waarnemend huisartsen, gedetacheerde medewerkers en personeel in loondienst te behouden.' Er zijn aparte steunmaatregelen afgesproken voor de huisartsenposten en voor de
eveneens het passantentarief in rekening worden gebracht. Maar als de patiënt door de eigen huisarts wordt gezien, gelden de gewone consulttarieven. ● De benodigde huisartsencapaciteit op een coronapost wordt in principe niet aanvullend vergoed. Uitgangspunt is dat een huisarts per normpraktijk gemiddeld 1 dag per 2 weken op de post werkt. Mocht onverhoopt meer inzet van huisartsen nodig zijn boven dit gemiddelde, dan wordt deze inzet van extra uren vergoed als coronameerkosten.
tijdelijke coronaposten, of die nu door huisartspraktijken of door een huisartsenpost zijn opgezet (zie kader Het financiële pakket voor de huiartsenzorg). ◼◼ DERDE KWARTAAL De generieke afspraken sluiten niet altijd aan bij de werkelijkheid van de praktijken, erkent Vermaas. 'Toch is dit als tijdelijke oplossing het best. Het voordeel van generieke maatregelen is namelijk dat ze snel kunnen worden uitgevoerd, zonder administratieve rompslomp of toetsing. Daarmee verschaffen we dus meteen zekerheid en voorkomen we dat huisartsen zich zorgen maken over de vraag of ze hun personeel kunnen betalen de komende maanden.' Gedurende het tweede kwartaal wordt aan de hand van declaratiedata nauwlettend gevolgd wat de daadwerkelijk gederfde inkomsten zijn. Ook wordt geïnventariseerd welke extra kosten zijn gemaakt. Vermaas: 'We hebben in een vroeg stadium van de coronacrisis aannames moeten doen over de kosten en inkomsten, om uitbetaling van het tientje in april geregeld te krijgen. We gaan dat nu toetsen en vervolgens bekijken wat er in het derde kwartaal nodig is.' ¶
●R esterende kosten worden onder voorwaarden door de zorgverzekeraar verrekend met bestaande budgetafspraken van de huisartsenpost of het regionaal samenwerkingsverband of kunnen bij de regionale O&I-organisatie worden gedeclareerd. Meer weten over de financiële maatregelen in verband met de coronacrisis? Raadpleeg de geactualiseerde Declareerwijzer 2020 of kijk op www.lhv.n/corona.
de Dokter 3/2020
17
NATHALIE VAN SCHOONHOVEN, ZORGINKOPER HUISARTSENZORG CZ:
‘ De zorg die nodig is, moet geleverd kunnen worden’
Z
orgverzekeraars hebben er een groot belang bij dat huisartsenpraktijken overeind blijven. Daarom staat CZ-zorginkoper Nathalie van Schoonhoven vierkant achter de financiële steunmaatregelen. 'De grote uitbraak van het virus is vooralsnog uitgebleven, maar het was terecht dat de zorg zich daar wel op heeft voorbereid. Ook de huisartsenzorg. Huisartsen zitten in de frontlinie van de zorg en hebben vaak het eerste contact met patiënten. We kregen bij de zorgverzekeraars al snel signalen binnen van huisartsen die hun inkomsten zagen dalen doordat de reguliere zorg bijna stilviel, terwijl ze wel extra kosten maakten voor coronazorg. We begrepen meteen dat daar een oplossing voor moest komen, want het laatste wat we willen is dat huisartsenpraktijken door deze crisis omvallen of dat waarnemers massaal worden ontslagen. De zorg die nodig is, moet geleverd kunnen worden. Dat geldt voor de coronazorg, maar ook voor de reguliere huisartsenzorg, als die straks weer op gang komt. Omdat snelheid noodzakelijk was, zijn we tot generieke steunmaatregelen gekomen. Het is logisch dat die maatregelen niet precies bij elke praktijk passen. De ene praktijk heeft meer kosten of inkomsten, de andere minder. Maar het doel was dat huisartsen rustig adem konden halen en geen financiële zorgen hoeven hebben. Natuurlijk moeten we het komende kwartaal kijken wat de echte kosten zijn en waar de gaten vallen, om te zien wat er voor het derde kwartaal aan compensatiegelden nodig zijn. Vooralsnog moeten we er rekening mee houden dat het virus aanwezig blijft en dat dit impact zal hebben op de reguliere praktijkvoering. Er gaan dingen veranderen.”
a dv er t en t ie
Hier stond een advertentie
Twente
‘ Er gaan meer kinderen dood door mishandeling dan door corona’ Samenwerking rond de coronacrisis kwam in Twente goed en snel van de grond, stelt kringvoorzitter Ingeborg van Lingen tevreden vast. Ondertussen maakt ze zich zorgen over kindermishandeling die nu nog meer dan anders onder de radar blijft. TEKST: BERBER BIJMA// ILLUSTR ATIE: MENNO WITTEBROOD
‘H
et crisisteam van Twente ging voortvarend te werk: patiëntenstromen werden snel gescheiden, isolatieposten en -spreekuren waren supersnel geregeld, door goede contacten met de pers wisten patiënten in de eerste weken meteen: kom niet naar de praktijk toe maar stel je vraag telefonisch. Alle huisartsen zijn vanaf het begin goed up-to-date gehouden, er was intensief overleg met ziekenhuizen en VVT-instellingen. De ic-capaciteit in onze regio werd 2,5 keer zo groot waardoor we verscheidene Brabantse patiënten konden overnemen. Wekenlang heb ik gedacht: vólgende week, dan gaat het hier ook druk worden. Uiteindelijk is een enorme toename van patiënten in onze regio – vooralsnog – uitgebleven. Het zorghotel dat we hebben ingericht voor mensen die niet naar het ziekenhuis gaan en ook niet thuis kunnen zijn, is nog niet nodig geweest. In onze eigen praktijk werd het rustig. De assistentes en de praktijkondersteuner zijn kwetsbare ouderen gaan bellen om te vragen hoe het met ze gaat. Níet om te vragen of ze wel of geen ic-opname willen; dat vind ik geen vraag die je per telefoon stelt.
Verscheidene patiënten hebben die vraag trouwens spontaan beantwoord zonder dat hij was gesteld. Zelf had ik het ook relatief rustig. Vanwege mijn reuma en de medicijnen die ik daarvoor gebruik, kan ik niet meedraaien in het isolatiespreekuur. Collega’s vinden dat geen enkel probleem. Rationeel weet ik dat ze gelijk hebben, maar het voelt oneerlijk. Ik hou ervan om door te pakken; het voelt niet fijn om nu een kleinere bijdrage te leveren dan anderen. Sinds een paar jaar ben ik LHV-ambassadeur tegen kindermishandeling. Ik was net begonnen met een rondje nascholing per hagro voor huisartsen, assistentes en aios. Dat heb ik halverwege moeten staken. Meer dan de afgelopen jaren word ik nu om advies gevraagd over situaties waar mensen zich zorgen over maken. Kindermishandeling zie je normaal al moeilijk, nu helemaal. Het zijn vooral de kleine kwetsuren van bijvoorbeeld enkels of knieën die nu de leidraad moeten zijn. De kwetsbare kinderen van mijn eigen praktijk heb ik goed in de peiling. In een paar gezinnen waar we ons zorgen over maken, heeft de POH-jeugd steeds door-
de Dokter 3/2020
19
gewerkt. Die gezinnen zijn we blijven uitnodigen op de praktijk. Er gaan meer kinderen dood door mishandeling dan door corona, dus het staat voor mij buiten kijf dat dit acute zorg is. Mijn advies is om altijd te bellen als je je zorgen maakt over een situatie waarin kinderen zitten. Een collega las via de schoolapp een berichtje van een moeder die schreef dat ze “helemaal gek” werd van de kinderen tijdens het thuisonderwijs, in een situatie waar die collega toch al zorgen over had. Als je ziet dat iemand over de top reageert – of het nu een patiënt is of een mede-ouder die je via school kent: bél gewoon. Gelukkig staan de ramen in deze tijd van het jaar veel open. Ik raad iedereen aan: als je hoort dat de buren het niet meer trekken met hun kinderen, bied dan aan om ze even bij jou te laten zijn. Voor een kind kan dat veel betekenen. Kindermishandeling kan hele ernstige effecten op de lange termijn hebben. Daar maak ik me zorgen over in deze periode. Ik hoop dat de scholen daarin ook hun verantwoordelijkheid hebben genomen in de weken van thuisonderwijs. Voor kwetsbare kinderen is het fijn dat de scholen weer zijn begonnen.’ ¶ Ingeborg van Lingen, voorzitter LHVkring Twente en LHV-ambassadeur tegen kindermishandeling
mijn werk&ik ‘Je moet een beetje geleefd hebben voordat je huisarts wordt’
'Tot mijn elfde wist ik hoe mijn leven eruit zou zien. Mijn vader was boer en ik zag mezelf als zijn gedoodverfde opvolger. Maar toen hij op mijn elfde aan een hersentumor overleed, was het de vraag of de boerderij überhaupt wel kon voortbestaan. Dat lukte dankzij de hulp van iemand die heel graag boer wilde worden, dus mijn plek werd ingenomen. In de zesde van de middelbare school twijfelde ik tussen de landbouwhogeschool en een studie geneeskunde. Van een afstand herken je een patroon soms beter dan van dichtbij. Twee Ondanks mijn afkomst werd het dat elementen ziet Kees van Vliet (69) telkens terugkomen als hij terugblikt op zijn laatste. Ik was 15 toen de oorlog in loopbaan: zijn boerenafkomst en de psychiatrie. In mei 2017 nam hij afscheid Congo uitbrak en dat had me heel erg van de huisartsenpraktijk in Almere waar hij 27 jaar heeft gewerkt. geraakt. Ik dacht: als je geneeskunde TEKST: ELS WIEGANT hebt gestudeerd, kun je je nuttig maken, ook in het buitenland. Dat mijn vader aan een ziekte was overleden, droeg bij aan mijn motivatie.
FOTO: SIMONE MICHELLE
◼◼ GEWETENSBEZWAARDE Na mijn studie moest ik in dienst, maar met de Vietnamoorlog in het achterhoofd voelde ik daar helemaal niks voor. Ik werd gewetensbezwaarde en heb mijn vervangende dienstplicht gedaan als anios bij een psychosomatisch internist. Die man was zijn tijd ver vooruit. Hij zag de mens als één geheel en hield maandelijks interdisciplinaire besprekingen. Deze baan leerde me ook iets over mezelf: in een ziekenhuis werken was niks voor mij en de psychosomatiek sprak me erg aan. Eigenlijk ben ik in mijn jeugd al vertrouwd geraakt met de psychiatrie. Vlakbij onze boerderij was een ggz-instelling en de bewoners kwamen vaak op bezoek. Ik deed daar ook vakantiewerk. Mijn moeder had een open mind, Jan en allemaal kon bij haar zichzelf zijn. Ze bood een luisterend oor, liet mensen in hun waarde, niemand hoefde zich te schamen.
20
de Dokter 3/2020
◼◼ OP EEN MUILEZELTJE Vervolgens ben ik gaan reizen, door Midden- en ZuidAmerika. In het binnenland van Nicaragua, waar net de revolutie van de sandinisten was geweest, ben ik op een gezondheidspost blijven hangen. Voor een vaccinatieprogramma trok ik op een muilezeltje naar afgelegen dorpen. Een prachttijd was dat. Toen is pas mijn belangstelling voor de medisch-inhoudelijke kant van ons vak gewekt. Ik zag mensen met malaria, tbc, hersenvliesontsteking. Ziekten die ik tijdens mijn studie wel had geleerd, maar die je in Nederland nooit zag. Wat een boeiend vak is dit eigenlijk, ontdekte ik.
LHV Academie Geaccrediteerde nascholing, ook online
Een baan vinden in Nederland was moeilijk, eind jaren 80. Zo kwam ik als anios bij een ggz-instelling in Noordwijkerhout terecht. Weer in de psychiatrie dus. Ik heb overwogen om de opleiding te gaan doen, maar ik werd niet aangenomen en vond mezelf achteraf ook niet het prototype van een psychiater. Daar was ik te praktisch en te generalistisch voor. Pas toen, op mijn 35ste, ben ik de huisartsopleiding gaan doen, voor mijn gevoel precies op het juiste moment. Ik denk dat je een beetje geleefd moet hebben voordat je dit specialisme kiest en je je gaat settelen in een praktijk. ◼◼ LOEMPIA’S Dat het Almere werd, kwam vooral omdat ik parttime wilde werken. Mijn vrouw had een carrière als jurist en we verdeelden de zorgtaken voor onze drie kinderen. Het was een ontzettend mooie praktijk, met enthousiaste collega’s en leuke patiënten. Wel 80 nationaliteiten hadden we, voor een deel statushouders. Alle ervaringen die ik tot dan toe had opgedaan, kon ik gebruiken bij deze patiënten. Als ze merkten dat ik Spaans sprak, fleurden ze helemaal op. Het was een dankbare groep. Vaak kon je niet eens zo veel voor patiënten betekenen, maar ze vonden het al geweldig als je oprecht naar ze luisterde en er voor ze was als dat nodig was. Nu nog krijgen we met Kerstmis loempia’s van een Vietnamese ex-patiënte. ‘Je bent toch een beetje familie’, zegt ze dan. Ik had ook wel raakvlakken met deze mensen. Natuurlijk heb ik niet hetzelfde meegemaakt als een Syrische vluchteling, maar het gevoel van vreemdeling zijn, herkende ik wel. Ik kwam ook uit een andere plaats, een andere omgeving en was ontworteld geraakt toen mijn vader overleed. ◼◼ NIET BAKKELEIEN Eind jaren 90 kwam er een ggz-instelling in Almere. In ons kringbestuur had ik de ggz-portefeuille. De instelling wilde van stonde af aan met ons, huisartsen, om de tafel. Met mijn achtergrond kon ik in dat overleg al mijn ervaring kwijt en was ik een goede gesprekspartij voor ze. Het is de mooiste periode van mijn carrière geweest. Tien jaar lang hebben we een nauwe samenwerking gehad, waarin we de wachttijden konden beperken en steppedcare-programma’s voor bijvoorbeeld depressie hebben
‘ Deze week heb ik twee sollicitaties voor vrijwilligerswerk de deur uit gedaan’
opgezet. De lijnen waren kort en we hadden heldere afspraken gemaakt. Daardoor hoefde je aan de telefoon niet de eerste tien minuten te bakkeleien om iemand te overtuigen dat jouw patiënt ggz-hulp nodig had. Er was het vertrouwen dat wij dat goed konden beoordelen. Als ik nu hoor hoeveel moeite het huisartsen kost om iemand geplaatst te krijgen… wat een verloren tijd! Toen de marktwerking haar intrede deed, is die samenwerking verloren gegaan. Er kwamen nieuwe ggzaanbieders op de markt, de instelling waarmee wij samenwerkten moest mensen ontslaan, voor programma’s voor juist de complexe gevallen was geen geld meer. Je moest weer leuren met patiënten, ze soms een zwaardere DSM-kwalificatie geven om ze verwezen te krijgen. Ik heb dat met lede ogen en pijn in het hart aangezien. Die marktwerking heeft zoveel goede dingen vernietigd. ◼◼ LEUKE DAG Nu ik niet meer werk, ben ik vrijwilliger, onder andere voor de Stichting VaarKracht. Die bezorgt mensen met kanker en hun familieleden een dagje uit, op een boot. Ik vaar mee, niet als dokter, maar mijn medische kennis is wel handig. Het is bijzonder om van dichtbij te zien welke impact een ziekte die je als huisarts van een afstand hebt meegemaakt, op het leven van mensen heeft. Ik ben er nu vooral om die mensen een leuke dag te bezorgen. Deze week heb ik twee sollicitaties voor vrijwilligerswerk de deur uit gedaan. Een ervan is bij een biologische zorgboerderij, waar mensen met een beperking werken. Daar komen de twee sporen van mijn leven wéér samen: de boerderij en de psychiatrie.'¶ Heeft u een kankerpatiënt in uw praktijk die een (gratis) dagje op het water wel kan gebruiken? Kijk dan op vaarkracht.nl.
de Dokter 3/2020
21
Online training Gesprekstechnieken bij beeldbellen Hoe vang je emotie op tijdens een consult op afstand? En hoe staat u oudere patiënten te woord over moeilijke kwesties? tijdens een online training via Zoom oefent u in een kleine groep huisartsen met een trainer en patiënt-acteur met cases uit uw eigen praktijk. Aanmelden voor deze geaccrediteerde training (2 punten) kan via www.lhv.nl/lhv-academie. Data: di 16 JUN 2020 19:30 - 21:15 wo 24 JUN 2020 15:00 - 16:45
E-learning Vermijdbare zorginfecties Kom op een praktische en laagdrempelige manier te weten wat u kunt doen om vermijdbare zorginfecties tegen te gaan. En hoe u de verspreiding van bijzonder resistente micro-organismen (BRMO) kunt voorkomen. Vanwege de huidige situatie stelt de LHV deze E-learning gratis beschikbaar voor alle huisartsen.Zodra u bent ingelogd op HAweb heeft u toegang tot de E-learning.
Webinar Wet DBA Een fiscaal adviseur en een LHV-jurist praten u op bij over de beoogde nieuwe regelgeving en de impact op het 'vaste waarnemerschap'. 18 juni van 19.30 tot 20.30 uur Alleen voor LHV-leden
U kunt alle nascholing ook incompany aanvragen. Ga voor het hele overzicht naar www.lhv.nl/lhv-academie
LHV EN INEEN BLIJ MET TIJDELIJKE OPLOSSING
HAP EN SEH KRIJGEN MET GEDOOGBESLUIT EXTRA INZAGE IN LSP In het begin van de coronacrisis bleek het een groot probleem dat huisartsenposten en spoedeisende hulp het medisch dossier van veel patiënten niet kunnen inzien. De LHV en InEen hebben het initiatief genomen om hier een oplossing voor te zoeken, zonder de huisarts extra te belasten. Die is er nu: in de vorm van een tijdelijke maatregel en de nodige technische aanpassingen. TEKST: CORIEN L AMBREGTSE
W
aarnemende artsen op huisartsenposten (HAP) en artsen op de spoedeisende hulp (SEH) kunnen sinds half april de professionele samenvatting van medische dossiers inzien. Zolang de crisis duurt en op voorwaarde dat de patiënt daarvoor ter plekke mondeling toestemming geeft. Voor inzage wordt gebruik gemaakt van het Landelijk Schakelpunt (LSP), waarbij 85 procent van de huisartsen is aangesloten. De tijdelijke werkwijze had operationeel, technisch en juridisch heel wat voeten in de aarde. Het medisch dossier van een patiënt mag in de normale situatie alleen door andere zorgverleners worden ingezien als de patiënt daarvoor toestemming heeft gegeven. Bijna de helft van de Nederlanders heeft in het verleden aangegeven dat zijn dossier mag worden gedeeld. Een klein deel heeft expliciet aangegeven dat ze hiervoor geen toestemming geven, maar de meerderheid van de bevolking heeft nog geen keuze gemaakt. ‘Als een patiënt zich met coronaverschijnselen op een corona-HAP of SEH meldt, wil de arts meteen weten wat de medische voorgeschiede-
nis is, zodat hij gerichter besluiten kan nemen over de juiste behandeling’, vertelt Joppe van der Reijden, LHV-beleidsmedewerker ICT. ‘Als een patiënt daar geen toestemming voor heeft gegeven, betekent dit dat de arts allerlei gegevens die via het LSP zo te zien zouden zijn, precies moet uitvragen. Dat kost veel tijd. Bovendien hangen de antwoorden helemaal af van het geheugen van de patiënt, die op dat moment misschien niet eens goed aanspreekbaar is.’ De LHV voorzag dat het ontbreken van inzage in dossiers in de drukte van de coronacrisis een groot probleem zou worden. ‘Dat moesten we oplossen, maar dan wel op een manier die de huisarts niet extra zou belasten.’ ◼◼ TIJDELIJKE OPLOSSING De uitbraak was nog maar net begonnen, toen de LHV en InEen bij het ministerie van VWS aanklopten. Ze vonden meteen gehoor. Van der Reijden: “Er is meteen een taskforce ingesteld waaraan naast het ministerie van VWS ook Zorgverzekeraars Nederland, het NHG, de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen, de Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie en de Patiën-
22
de Dokter 3/2020
tenfederatie Nederland deelnamen. Het hele dossier ligt enorm gevoelig, omdat het raakt aan de privacy van de patiënt en aan het beroepsgeheim van de huisarts. Daar komen allerlei wetten bij kijken, waar verschillende instanties streng op toezien.’ Op basis van het overleg in de taskforce heeft het ministerie van VWS in samenspraak met de Autoriteit Persoonsgegeven, de Inspectie
‘ Het hele dossier ligt enorm gevoelig, omdat het raakt aan de privacy van de patiënt en aan het beroepsgeheim van de huisarts’ Gezondheidszorg en Jeugd en het Openbaar Ministerie een gedoogbesluit genomen. Van der Reijden: ‘Het besluit houdt in dat artsen op de HAP en SEH de professionele samenvatting uit het medisch dossier van de patiënt mogen inzien, ook zonder dat vooraf toestemming bij de huisarts is gegeven. Voorwaarde is dat de patiënt hiervoor op dat moment mondelinge toestemming geeft. De gegevens van
HOE KREEG INITIATIEF VAN LHV EN INEEN VORM? De LHV en InEen kregen veel signalen van huisartsen en huisartsenposten dat het gebrek aan inzage in medische dossiers hun werk in deze crisistijd bemoeilijkt. Daarom hebben we het initiatief genomen tot een oplossing die juridisch, technisch en operationeel klopt. Belangrijke voorwaarde van onze kant: de oplossing is tijdelijk. Daarom staat de LHV er volledig achter.
FOTO: ANP/NOVUM VENEM A MEDIA
JURIDISCH
patiënten die bij hun huisarts nadrukkelijk geen toestemming hebben gegeven, komen dus niet beschikbaar voor de huisartsenpost en SEH.’ ◼◼ ANDERE WERKWIJZE De tijdelijke maatregel heeft tot een aanpassing geleid in de werkwijze op de HAP. De triagist vraagt bij het eerste contact met de patiënt mondeling toestemming voor het raadplegen van diens gegevens. Deze vraag wordt nu aan álle patiënten gesteld. De triagist kan namelijk niet zien of een patiënt vooraf toestemming voor inzage heeft gegeven of niet. Als de patiënt geen toestemming geeft, is het verstandig om dit vast te leggen in het systeem. Als de patiënt ter plekke toestemming geeft, kunnen de medische gegevens via het LSP worden opgevraagd. Het hangt er natuurlijk wel vanaf of de eigen huisarts is aangesloten bij het LSP. En het is van belang om wat er is gedaan of afgesproken ook weer vast te leggen, zodat de eigen huisarts, de SEH of een coronapost ook bij een eventueel volgend contact daarvan op de hoogte is. De maatregel voor extra inzage is tijdelijk. Zodra de coronacrisis voorbij is, wordt alles weer teruggedraaid.
Patiënten die willen dat hun 'Ja' definitief 'Ja' wordt of juist expliciet geen toestemming voor inzage willen geven, kunnen dit digitaal regelen via de website Volgjezorg.nl/toestemming. De eigen huisarts wordt hier dan over geïnformeerd en verwerkt dit in het HIS. Op de website is ook een toestemmingsformulier te vinden dat de patiënt kan printen en invullen en dan aan zijn huisarts kan geven. Huisartsenpraktijken die zich niet bij het LSP hebben aangesloten, kunnen zich via een versnelde en vereenvoudigde procedure aanmelden. ¶
Meer weten over tijdelijke inzage op de hap? Om de tijdelijke maatregel rond de veilige inzage in de professionele samenvatting van medisch dossiers goed uit te leggen, is een speciale website gemaakt. Hierop vindt u de veelgestelde vragen en antwoorden en voorbeeldmaterialen om patiënten te informeren over deze wijziging. Het is van belang dat patiënten hier ook van weten. Zie www.inzageopdehap.nl
de Dokter 3/2020
Het delen van informatie over de gezondheid van patiënten valt onder verschillende wetten en regels. Voor de duur van de coronacrisis wordt gedoogd dat huisartsen daar niet aan voldoen. Het Openbaar Ministerie, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de Autoriteit Persoonsgegevens hebben daarmee ingestemd. Het ministerie van VWS heeft voor een gedoogbesluit gekozen, omdat dit de snelste route is. Een nieuwe wet of wetswijziging vraagt veel meer tijd.
FINANCIEEL VWS neemt de kosten voor de ontsluiting van de medische dossiers voor de HAP’s voor zijn rekening. De zorgverzekeraars betalen de kosten voor de ontsluiting van de dossiers voor de SEH. Huisartsen die niet zijn aangesloten bij het LSP, kunnen zich via een versnelde en vereenvoudigde procedure aanmelden bij de Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie (VZVZ) en het CIBG. Ze ontvangen hiervoor de gebruikelijke aansluitvergoeding.
TECHNISCH Alle dossiers van patiënten die niet hebben laten weten of hun dossier wel of niet gedeeld mag worden, zijn rond 16 april stapsgewijs per HIS aangemeld bij het LSP. Hiervoor zijn alle HIS-systemen waarmee huisartsenpraktijken werken aangepast. Als de coronacrisis voorbij is, wordt de wijziging weer teruggedraaid.
OPERATIONEEL De aanmelding van 8 tot 9 miljoen patiënten was een mega-operatie voor de uitvoeringsorganisatie LSP en de beheerders van de HIS-systemen. Bij alle patiënten die niet hebben laten weten of hun dossier gedeeld mag worden, is de ‘Ja’-knop aangezet, gekoppeld aan een tijdelijk coronalabel. Bij patiënten die eerder expliciet hebben aangegeven dat ze hun medisch dossier niet willen delen, blijft het ‘Nee’ staan. Als de coronacrisis voorbij is, worden alle ‘Ja’s met het coronalabel’ weer teruggedraaid. Patiënten kunnen via de website Volgjezorg.nl/toestemming alsnog hun keuze doorgeven. Deze toestemming moet nog wel door de huisarts worden verwerkt in het HIS.
23
ZuidwestNederland
‘ We hebben de stap van reactief naar proactief gemaakt’ Na een aantal enorm hectische weken keerde in de loop van april de rust in de Brabantse huisartsenzorg enigszins terug. LHVbeleidsmedewerker Renske Kramer kijkt met voldoening terug en is vooral blij dat ze ook weer vooruit kan kijken. TEKST: BERBER BIJMA // ILLUSTR ATIE: MENNO WITTEBROOD
‘I
n de eerste helft van april konden we in de Brabantse crisisteams de overstap maken van reactief naar proactief omgaan met deze situatie. In de eerste weken van de crisis veranderde de situatie elke dag, soms meerdere keren per dag. Daardoor liepen we achter de feiten aan. Inmiddels is er rust gekomen en kunnen we ons voorbereiden op de tijd die gaat komen. Onder de LHV-regio Zuidwest-Nederland vallen vijf kringen met elk een eigen crisisteam. Ik zit in de drie crisisteams van de provincie Noord-Brabant. De eerste weken vergaderden de crisisteams iedere dag, zeven dagen per week. In die weken ben ik bijna niet thuis geweest. Het was reuze hectisch, maar ook interessant. In tijden van crisis vallen belangen weg. De samenwerking is gegroeid, zowel in als tussen de drie Brabantse crisisteams. Acht jaar geleden heb ik zelf de huisartsen rampenopvangplannen – de HaROPs – mee geschreven voor onze regio. Sindsdien hebben we elk jaar geoefend en dat heeft zijn vruchten afgeworpen. Er was ervaring
en routine in samenwerking, de vergaderstructuur was bekend. Bovendien heeft dat oefenen geholpen om ons steeds beter te realiseren wat onze taak is. In het begin voel je je bij wijze van spreken verantwoordelijk voor de hele wereld. De afgelopen jaren hebben we ons steeds beter leren beperken tot de huisartsenzorg. Naast de organisatie en coördinatie binnen Brabant houd ik me ook bezig met het contact tussen de regio en het landelijke LHVbureau. Landelijke informatie en landelijke richtlijnen moeten worden doorgegeven aan alle Brabantse huisartsen, maar we wilden zeker in de beginfase ook landelijke aandacht voor de knelpunten in Brabant. Via mijn collega Lisette Romein van het landelijke LHV-bureau, heb ik bijvoorbeeld steeds opnieuw aandacht gevraagd voor de schaarste aan persoonlijke beschermingsmiddelen. Dat was in Brabant al een groot probleem, in de rest van Nederland kwam dit later door. Ik kijk met voldoening terug op de afgelopen periode. Je zit met z’n allen in hetzelfde schuitje, hebt dezelfde energie. Je voelt dat
24
de Dokter 3/2020
je met iets belangrijks bezig bent. Er blijven ook goede dingen over uit deze periode. We hebben bijvoorbeeld sprongen gemaakt in het consult op afstand. Een huisarts die al heel lang gedoe had over parkeerplaatsen bij de praktijk, kreeg die nu in een paar dagen voor elkaar. We zijn inmiddels in een nieuwe fase beland, met als belangrijk aandachtspunt het opstarten van de niet-uitstelbare zorg die verscheidene weken is blijven liggen. Vanuit de crisisteams proberen we huisartsen daarin te ondersteunen, ook door tips en trucs van henzelf op te halen en te delen. Hoe realiseer je bijvoorbeeld anderhalve meter afstand in de wachtkamer en bij de balie? Huisartsen zullen voorlopig minder zorg kunnen leveren als gevolg van de overheidsmaatregelen. Dat heeft dus flinke consequenties.’ ¶ Renske Kramer, beleidsmedewerker LHV-regiobureau Zuidwest-Nederland
Noord-Brabant Noordoost
‘ Van het poldermodel gingen we over op commandostructuur’ Tot begin maart was Freek Teller een Boxtelse huisarts die belangstelling had voor bestuurswerk. Van de ene op de andere dag zat hij vrijwel fulltime in vergaderingen en zag hij bijna geen patiënten meer. ‘Ik ben mijn collega’s zeer dankbaar dat ze mijn praktijk gedeeltelijk hebben waargenomen.’ TEKST: BERBER BIJMA // ILLUSTR ATIE: MENNO WITTEBROOD
‘H
et is een heftige tijd geweest. Toen ik begin maart gevraagd werd zitting te nemen in het crisisteam, kon ik niet vermoeden hoeveel impact dat zou hebben. Naast kringvoorzitter ben ik ook voorzitter van de overlegtafel Jeroen Bosch Huisartsen, de JBH. Gewoonlijk kwamen we eens in de zes weken bijeen met onder meer de LHVkring, zorggroepen, huisartsenpost, nascholingscommissie, overlegteam ziekenhuis en POH-GGZ-organisatie. In maart vergaderden zowel de JBH als het crisisteam én het ROAZ – waar ik vanuit het crisisteam ook in zat – allemaal dagelijks. Uit het niets werd ik in feite crisismanager, met zeven dagen per week meerdere videovergaderingen. Ondertussen hebben mijn zes collega’s uit de maatschap mijn praktijk gedeeltelijk waargenomen, zodat ik tijd kon steken in het overleggen met de verschillende teams. Daarvoor ben ik hen zeer dankbaar. Vergaderen deed ik voorheen uit belangstelling, nu werd het mijn hoofdtaak. Van het poldermodel gingen we over op een soort commandostructuur. Daarvoor moest ik wel even een drempel over. De goede overlegstructuren die er zijn,
hielpen om ontzettend snel op te schakelen. Vanuit het LHV-regiokantoor vervulde Renske Kramer een cruciale coördinerende rol; ik trof haar bijna dagelijks in de overleggen. Ook heel veel andere mensen hebben eraan bijgedragen dat we deze crisis goed zijn doorgekomen. Gelukkig is het échte noodscenario in de eerste lijn uitgebleven, zelfs bij ons in Brabant. In de loop van april werden alle vergaderfrequenties wat afgeschaald. In de eerste weken werden huisartsen overspoeld met informatie: vanuit de media, vanuit het crisisteam en ook nog eens vanuit het ziekenhuis. In overleg met het JBH en het JBZ-ziekenhuis werd een communicatiecommandocentrum geformeerd. Daardoor kregen we gecoördineerde informatie over bijvoorbeeld de opbouw van een tent voor de SEH van het ziekenhuis en over de twee zorgcentra voor coronapatiënten die we bij het JBZ en in Vught hebben ingericht. Dat ging om informatie als: welke patiënten komen hiernaar toe en wie draaien de diensten? Vanuit het HaROP-crisisteam kwam ondertussen informatie over heel NoordoostBrabant, waaronder vijf ziekenhuizen vallen. Die duidelijke informatiestructuur is een belangrijk leerpunt voor ons geweest en heeft
de Dokter 3/2020
25
zeker geholpen de crisis goed te managen. Ook nu we de niet-coronazorg weer uitbreiden, is er nauw overleg met het ziekenhuis. Voordeel van de afgelopen weken was dat je bijna altijd meteen iemand aan de lijn kreeg als je bijvoorbeeld met een specialist afspraken wilde maken over een behandeling. In Zorgdomein hebben we een extra venster aangemaakt waarin we als huisartsen kunnen aangeven of patiënten binnen een dag, een week, twee weken of een maand moeten worden gezien. Normaal verdelen de poliassistentes in het ziekenhuis de afspraken, nu doen de specialisten dat zelf, op urgentie. Mogelijk kunnen we in overleg met hen in de huisartsenpraktijken alvast beginnen met sommige behandelingen, dus anderhalvelijns zorg bieden. Zowel binnen huisartsenpraktijken als in ziekenhuizen zullen we ons moeten aanpassen aan de anderhalvemetersamenleving. Ik verwacht dat dat vooral in wachtkamers capaciteitsproblemen oplevert. In het gezondheidscentrum waar ik werk draaien we op een maandagochtend al snel vijftien spreekuren met één wachtkamer. Voorlopig zullen we echt nog geen zes patiënten per uur kunnen zien. Het stuwmeer dat de afgelopen maanden is opgebouwd, zal nog wel een tijdje doorgroeien. Ik hoop dat we de geïntensiveerde samenwerking in onze regio zullen vasthouden. Ik kan me niet voorstellen dat we na deze crisis allemaal weer back to normal gaan en weer in onze individuele winkeltjes gaan zitten. Daar zou ik ook erg teleurgesteld over zijn. Deze crisis heeft ons doordrongen van nut en noodzaak om samen op te trekken.’ ¶ Freek Teller, lid crisisteam Noord-Brabant Noordoost, voorzitter van de gelijknamige LHV-kring en voorzitter van de overlegtafel Jeroen Bosch Huisartsen Den Bosch
In de strijd tegen het virus moeten alle huisartsen samen optrekken: of ze nu waarnemend of praktijkhoudend huisarts zijn. Fraukje Hazen (waarnemer) en Koen van Vugt (praktijkhouder), kringbestuurders van LHV-kring West-Brabant, roepen huisartsen op om de gelederen te sluiten. ‘We hebben elkaar nu, maar ook na deze crisis hard nodig.’ TEKST: CORIEN L AMBREGTSE // FOTOGR AFIE: ERIK VAN DER BURGT
Een opvallende oproep in jullie maandelijkse nieuwsbrief. Waarom?
OPROEP KRINGBESTUUR WEST-BRABANT AAN WAARNEMERS EN PRAKTIJKHOUDERS
‘SAMEN TEGEN DE CRISIS’ 26
KOEN VAN VUGT: 'Die eerste weken van de corona-uitbraak zaten we met z’n allen in een rollercoaster. We bereidden ons voor op een grote uitbraak, de reguliere dagpraktijk werd bijna stilgezet. Dat had grote gevolgen, zowel voor praktijkhouders als voor waarnemers. We merkten dat er wederzijds gedoe en irritaties ontstonden. Het leek ons goed om daar meteen iets aan te doen.' FRAUKJE HAZEN: 'De wrijving tussen waarnemers en praktijkhouders is een onderwerp waar we al langer mee bezig zijn. We hebben er zelfs cabaretavonden over gehad om er met humor naar te kijken. Maar nu zagen we alle oude strijdpunten en clichés ineens weer boven komen. Dat wilden we meteen bespreekbaar maken. Laten we in vredesnaam geen energie verliezen aan onderlinge strijd. We hebben elkaar allemaal nodig om het virus te bestrijden en door deze tijd te komen.'
Waar zit precies de pijn van waarnemers?
HAZEN: 'We hoorden van waarnemers die van de ene op de andere dag, zonder overleg, naar huis werden gestuurd, omdat praktijkhou-
de Dokter 3/2020
ders vreesden dat hun inkomsten enorm gingen dalen.' VAN VUGT: 'Een beetje ondernemer kijkt dan inderdaad waar bezuinigd kan worden. Als je nauwelijks patiënten meer hebt, denk je al snel aan je flexibele schil. Dat is dus de waarnemer.' HAZEN: 'Het leek er soms ook op of zij de waarnemers onder de neus wilden wrijven dat die zelf voor een zzp-constructie hadden gekozen, en nu ook maar zelf de gevolgen moesten dragen. En al hebben ze daarmee deels gelijk, het is toch belangrijk hoe je in zo’n situatie met elkaar omgaat. Na de crisis moet je weer met elkaar verder.' VAN VUGT: 'Het crisisteam in onze regio, waar ik lid van ben, had het idee geopperd dat praktijkhouders zich volledig op de dagpraktijk zouden richten en dat de waarnemers alle nachtdiensten zouden doen, tegen het NZa-tarief. Ons idee was dat we de taken daarmee beter zouden verdelen, maar de waarnemers waren er boos over.' HAZEN: “In het crisisteam zitten alleen praktijkhouders. Het was voor waarnemers een bevestiging van het gevoel dat zij te weinig worden gehoord. Er wordt voor de zoveelste keer over hen gesproken in plaats van met hen. Praktijkhouders vergeten gewoon even dat veel waarnemers jonge gezinnen hebben en nu met kinderen thuis zitten. Dat maakt het helemaal niet zo gemakkelijk om nachtdiensten te draaien.'
En waar zit de pijn van de praktijkhouders? VAN VUGT: 'Het zijn in veler beleving altijd de praktijkhouders die de problemen moeten oplossen. In hun ogen nemen de waarnemers te weinig verantwoordelijkheid. En nu moeten zij ook nog de problemen van waarnemers oplossen. In Brabant valt het mee, omdat er veel waarnemers nodig zijn voor de extra diensten in verband met coronazorg. Maar in andere delen van het land hebben waarnemers minder of niets te doen. De uitbraak daar is meegevallen, terwijl de dagzorg haast stil ligt.' HAZEN: 'Huisartsenpraktijken ontvangen direct financiële steun. Waarnemers alleen indirect, zij zijn daarvoor afhankelijk van de praktijkhouders. Het zit waarnemers dwars dat de tegemoetkoming aan praktijkhouders er lang niet altijd toe leidt dat zij waarnemers blijven inzetten.' VAN VUGHT: 'Ik vind het heel goed dat de LHV er bij praktijkhouders op aandringt om de contracten met waarnemers aan te houden. Daar krijgen praktijkhouders nu juist 10 euro per patiënt vergoeding voor.' HAZEN: 'Maar toch zijn er heel wat waarnemers die zich aan de kant gezet voelen.'
Helpt het om de pijn te benoemen? HAZEN: 'Daarmee geven we aan dat we het probleem zien en er aandacht voor hebben, ook al kunnen we het nu niet oplossen.' VAN VUGT: 'Ik ervaar veel aandacht voor praktijkhouders, goed dat er nu ook aandacht is voor de problemen van de waarnemers. Het is duidelijk dat er een ongelijkheid is tussen waarnemers en praktijkhouders en dat die over en weer tot spanningen leidt. In feite zijn we jaloers op elkaar. Daar moeten we het serieus over hebben. Niet nu, maar zodra de coronacrisis voorbij is. We hebben
alle huisartsen straks hard nodig. Er wordt heel veel zorg uitgesteld, er valt straks een berg werk te doen. En dan moeten we de praktijken ook nog inrichten en werken volgens de 1,5 meter norm…'
Denken jullie dat de kloof tussen praktijkhouders en waarnemers te overbruggen valt? HAZEN: 'De coronacrisis benadrukt dat beide kanten niet tevreden zijn over hoe het gaat. Er is een werksituatie die niet goed werkt. Meer dan een derde van de huisartsen is waarnemer, maar we zitten in een structuur waarin de financiële stromen via de praktijkhouders lopen en zij de meeste zeggenschap hebben. Waarnemers worden daar veel te weinig bij betrokken. Daar moeten we het na de crisis over hebben en oplossingen voor bedenken.' VAN VUGT: 'Ik denk dat praktijkhouders meer moeten associëren met waarnemers, die dan medepraktijkhouder worden. Dat betekent dat de een wat zeggenschap moet inleveren en de ander wat vrijheid.' HAZEN: 'Dat zou kunnen. Maar misschien moeten we ook wel naar heel andere vormen van samenwerking toe. Als veel waarnemers liever in loondienst willen dan praktijkhouder zijn, omdat ze de hele ballast van praktijkmanagement er niet bij willen hebben, moeten we daar iets voor bedenken. Misschien wordt het wel tijd voor heel andere vormen van praktijkorganisatie en praktijkvoering.' VAN VUGT: 'Het gaat erom dat we oplossingen vinden met het oog op de toekomst van het vak. Ik besef dat mijn pensioen al in zicht komt. En dat geldt voor veel praktijkhouders. De vraag is hoe de jongere generaties huisartsen het vak straks willen uitoefenen.' ¶
de Dokter 3/2020
NEMAS‘ NEGET ED ’SISIRC 27
Zorg voor de ander ĂŠn voor jezelf 28
de Dokter 3/2020
De coronacrisis zorgt voor angst, onzekerheid en stress. Bij patiënten, maar soms net zo goed bij huisartsen en hun medewerkers. Niemand weet hoe lang het gaat duren. Hoe zorgt u in deze tijd goed voor iedereen, inclusief uzelf? En kunnen we daarin leren van de ziekenhuizen?
kijkt daardoor al snel meer naar je team dan naar jezelf. Eigenlijk is dat natuurlijk onzin, want je moet als leidinggevende juist het goede voorbeeld geven in de zorg voor jezelf.’ In haar praktijk moest de nieuwe manier van werken wennen. ‘De assistentes en de huisartsen doen veel meer aan de telefoon, vooral in de ochtend. Het was even zoeken hoe de assistentes ook voor de middag effectieve bezigheden konden vinden. Ze pakken nu bijvoorbeeld klussen op die anders waren blijven liggen. Stress vanwege angst voor besmetting is er binnen het team niet, want we hebben de patiëntenstromen goed gescheiden. Coronaverdachte patiënten worden gezien op de coronapost.’
TEKST: BERBER BIJM A // ILLUSTR ATIE: A AD GOUDAPPEL
C
risis? Snel aan de slag dan! De aanpakkersmentaliteit van huisartsen voerde zeker de eerste weken de boventoon, zag Jenny Heering, huisarts en beleidsmedewerker bij de LHV. ‘De verschillen per regio waren natuurlijk groot. Of je in Uden huisarts bent of in Friesland, maakte die eerste weken nogal uit. In Brabant en Limburg werden mensen overvallen door de snelheid van de ontwikkelingen en de enorme hoeveelheid patiënten. Daar zag je duidelijk de can do-mentaliteit die we als huisartsen hebben: schouders eronder, problemen oplossen, het werk anders organiseren, beschermingsmiddelen regelen. Beroepsmatig is het bovendien op een bepaalde manier een interessante tijd. Op adrenaline kun je veel, die eerste paar weken. Maar totaal anders werken hou je niet onbeperkt vol.’ Na een paar weken komt onvermijdelijk de terugslag. Heering hoorde dat ook van bijvoorbeeld Brabantse collega’s. ‘Er komt zo’n moment dat je terugrijdt naar huis en denkt: wat zíjn we aan het doen? De zorg of je wel genoeg beschermingsmiddelen kunt regelen, of jijzelf en je team gezond blijven, of je geen anderen besmet – die komt op een gegeven moment boven. Bovendien kan het snel veranderende ziektebeeld dat bij dit virus hoort, je professioneel onzeker maken: waarom zag ik dit niet aankomen?’
◼◼ ONDERLIGGENDE STRESS Jos Somsen had die stress de eerste weken wél, vertelt ze. Zij is POH-GGZ in een praktijk in Meerkerk. ‘Wij hebben een apart spreekuur voor mensen met klachten die mogelijk coronagerelateerd zijn. Die patiënten komen binnen door de achteringang en gaan naar een spreekkamer daar dichtbij. In het begin was ik zenuwachtig als ik op de praktijk was: heb ik niet per ongeluk iets aangeraakt, heb ik mijn handen wel vaak genoeg gewassen? Er was een soort continue onderliggende stress. Inmiddels keert de rust weer, dat zie ik ook bij collega’s. Afstand houden en hygiënemaatregelen worden nieuwe automatismen. Ik merk ook aan de assistentes dat ze ontspannener worden. Het gevoel van onveiligheid is verminderd.’
‘Op adrenaline kun je veel, die eerste paar weken. Maar totaal anders werken hou je niet onbeperkt vol’
◼◼ FOLDER MET TIPS Jos Somsen ging in het weekend van 15 maart achter de computer zitten. Het sluiten van de scholen was net bekend gemaakt en ze realiseerde zich dat dat, samen met de andere maatregelen, nogal wat zou betekenen voor veel mensen. ‘Ik vroeg me af welke hulp ik kon bieden en besloot een aantal tips op een rijtje te zetten. Voor een blog op onze site, was het idee, maar nadat ik mijn tips op LinkedIn had gedeeld, werden ze verder gedeeld. Inmiddels staan ze ook op de sites van LHV, NHG en de landelijke vereniging van POH’s-GGZ.’ Ons stresssysteem is niet gemaakt op een crisis als de huidige, zegt Somsen. ‘Een kortdurende reactie van vluchten of vechten, dat is waar we op gebouwd zijn. Als ons stresssysteem langdurig getriggerd wordt door slecht nieuws of nare fantasieën over wat er kan gebeuren, is dat heel uitputtend voor ons geestelijk en lichamelijk welzijn.’ Haar tips gaan dan ook deels over het regelmatig ‘uitzetten’ van het stresssysteem door het nieuws niet te intensief te volgen en de tijd om te piekeren te beperken. De tips zijn in eerste instantie bedoeld voor patiënten,
◼◼ PAS OP DE PLAATS Carla Juffermans is huisarts in Voorhout en daarnaast als kaderhuisarts palliatieve zorg lid van het palliatief adviesteam van het Leids Universitair Medisch Centrum. Met name haar werk in het ziekenhuis heeft in coronatijd impact. ‘In het begin droomde ik ervan. Het gíng maar door. Na een paar weken heb ik even een pas op de plaats gemaakt, bijvoorbeeld door niet aan íeder protocol mee te werken vanuit het palliatief adviesteam. Bovendien hebben we op een gegeven moment afgesproken om niet in het weekend ook nog allerlei interessante dingen naar elkaar door te sturen.’ ‘Als zorgverleners zijn we denk ik meer geneigd om voor anderen te zorgen dan voor onszelf’, zegt Juffermans. ‘Je
de Dokter 3/2020
29
ergste indrukken van zich af kunnen praten. Hoe dan ook is het in deze tijd goed om regelmatig bij elkaar te gaan zitten en te bespreken hoe het gaat. Verpleegkundigen zijn daar overigens soms wat beter in dan huisartsen, omdat verpleegkundigen meestal meer teamgericht zijn. Het kan dus een goed idee zijn een POH hierin een rol te geven.’ Dat is precies wat in de praktijk van Carla Juffermans is gebeurd. ‘Het is op een natuurlijke manier de rol van de POH-GGZ geworden om regelmatig aan anderen te vragen hoe het gaat en wat hun krachtbronnen zijn als het even wat minder gaat. Die veranderde rol is heel vanzelfsprekend gegroeid. Niemand ervaart dat als een probleem.’ POH-GGZ Jos Somsen heeft binnen haar team niet een ‘hulpverlenende’ rol gekregen, maar wel van sommige collega’s terug gehoord welke tips behulpzaam waren. ‘De twee tips waar ik de meeste reacties op krijg, zijn: beperk de tijd dat je met nieuws bezig bent, en: laat dingen waar je geen invloed op hebt los.’
maar uiteraard net zo goed van toepassing op de medewerkers van de huisartsenpraktijk, zegt Somsen. ‘We zijn tenslotte allemaal mensen. Ik merk overigens dat de huisartsen in onze praktijk redelijk ontspannen met de situatie omgaan, ook omdat ze zichzelf goed beschermen. Ik vind huisartsen en hun medewerkers een stoer slag mensen, in de goede zin van het woord: we zetten de schouders er onder en deinzen niet terug voor moeilijke situaties. Maar natuurlijk doet de crisis ook iets met ons. We vragen nu dan ook veel vaker dan anders aan elkaar hoe het gaat. Ook als ik een dagje thuiswerk, krijg ik halverwege een appje: ‘hoe gaat het?’. We gaan er niet apart voor bij elkaar zitten, maar doordat er veel onderlinge belangstelling is, mis ik dat ook niet. En er zijn bij ons gelukkig nog geen hele heftige dingen gebeurd, anders zou er zeker aandacht zijn voor wat dat met de medewerkers doet.’ ◼◼ GEZAMENLIJKE DAGSTART In de praktijk van Carla Juffermans is een dagstart en -sluiting inmiddels wél gebruikelijk. ‘We beginnen en eindigen de dag samen. Bij de dagstart bespreken we bijvoorbeeld aangepaste richtlijnen, maar het samenkomen is ook bedoeld om oog te houden voor hoe het met iedereen gaat.’ Juffermans heeft in het ziekenhuis gezien hoe belangrijk die gezamenlijke momenten zijn voor een team. ‘Wat je in veel ziekenhuisteams ziet, en ook binnen ons palliatief adviesteam, is een maatjessysteem: twee mensen letten wat extra op elkaar. Binnen ons team is een collega-kaderhuisarts palliatieve zorg mijn maatje. Je belt elkaar dan bijvoorbeeld nog eens na als je de ander die dag hebt horen zeggen dat het wel erg druk is. We blijven ons er op die manier van bewust dat we ook voor onszelf moeten zorgen. In de huisartsenpraktijk hebben we vooralsnog niet zo’n maatjessysteem, ook omdat wij in Voorhout niet in het centrum van de uitbraak zitten. Mocht de situatie in onze regio verergeren, dan gaan we het mogelijk wel doen. Op HAweb heb ik voor onze kring al wel vast wat tips gezet voor het omgaan met stress en leiding geven aan je team. In onze Hagro appen we elkaar nu heel regelmatig om elkaar te helpen met patiëntenzorg, maar ook om elkaar mentaal te ondersteunen.’ Op de huisartsenposten in Brabant is een buddysysteem ingericht, vertelt Jenny Heering. ‘De problematiek die je daar ziet, kan heftig zijn. Afgesproken is dat huisartsen in tweetallen elkaar in de gaten houden, bijvoorbeeld door na de dienst even te bellen. In een huisartsenpraktijk kan het ook goed zijn zo’n systeem in te richten – of je erop voor te bereiden – zodat mensen na een heftige situatie snel de
‘ In onze Hagro appen we elkaar nu heel regelmatig om elkaar te helpen met patiëntenzorg, maar ook om elkaar mentaal te ondersteunen’
30
de Dokter 3/2020
◼◼ ALARMSIGNALEN Wanneer moet je extra alert zijn op het eigen welzijn of dat van collega’s? ‘Als mensen langere tijd het gevoel hebben dat ze in een waas reageren, of als het ware losstaan van zichzelf en geen emoties voelen, is dat een alarmsignaal’, zegt Jenny Heering. ‘En daarnaast natuurlijk bekende signalen als slecht slapen, nachtmerries, veel huilen. Als er mensen in je team zijn die eerder heftige situaties hebben meegemaakt zoals een ingrijpend overlijden in de familie, is het goed extra alert te zijn.’ Ook onder patiënten is het goed de meest kwetsbaren in het oog te houden. Heering adviseert pro-actief contact met hen te zoeken. ‘Vergelijk het met de scholen die actief contact zoeken met de meest kwetsbare kinderen. Een patiënt met ernstige eenzaamheid die tot achteruitgang kan leiden heeft net zo’n acute zorgvraag als iemand met een fysiek probleem. Die mensen zouden we dus net zo goed moeten zien.’ Jos Somsen ziet als POH-GGZ sommige patiënten ‘wat meer of wat langer’ in deze crisistijd. ‘Het wegvallen van structuur, de onzekerheid over hoe lang dit gaat duren, de angst om ziek te worden, het multitasken met kinderen thuis – dat kan behoorlijk impact hebben op mensen die toch al kwetsbaar zijn.’ Somsen ziet daarnaast een tweede, onverwacht effect van de crisis. ‘Sommige mensen zeggen, bijna met het schaamrood op de kaken, dat ze deze tijd eigenlijk wel prima vinden. Vooral mensen die tegen een burn-out aan zaten en het tempo van allerlei sociale verplichtingen niet konden bijhouden, genieten nu van de rust. Een aantal behandelcontacten heb ik versneld kunnen afsluiten. Met die mensen praat ik over welke inzichten ze mee kunnen nemen voor later, als deze crisisperiode voorbij is. Er blijkt een enorme veerkracht te zijn. Mensen genieten bovendien van het omzien naar elkaar: ze krijgen hulp van de kerk,
Zo zorgt u voor uzelf en uw team ◼ Volg niet de hele dag het nieuws, maar op twee of drie vaste momenten ◼ Zorg voor voldoende en tijdige ontspanning; neem gewoon pauzes ◼ Praat met een collega over uw ervaringen ◼ Zorg voor beweging ◼ Geef uw medewerkers het goede voorbeeld in zelfzorg ◼ Geef emoties van medewerkers ruimte zonder meteen met oplossingen te komen ◼ Informeer uw team over beschermende maatregelen en over hun taken in diverse scenario’s ◼ Overweeg een buddysysteem in te richten of voor te bereiden voor uw team ◼ Hou waar mogelijk een debriefing na ingrijpende gebeurtenissen ◼ Overweeg het inschakelen van een coach/externe begeleider voor uzelf en/of uw team
kaartjes van kinderen en kleinkinderen. Daar knappen ze van op. Dit tweede effect, naast de toegenomen eenzaamheid en kwetsbaarheid, had ik niet zien aankomen.’ Ook binnen de huisartsenpraktijken is dat positieve bijeffect van deze heftige periode te merken. Carla Juffermans: ‘Ons team is hechter geworden, we hebben onderling meer contact. Ook de Hagro is hechter geworden. Dat bleek bijvoorbeeld toen meerdere collega’s door corona werden getroffen. Vervanging is helemaal vanzelfsprekend.’
te nemen in plaats van altijd maar door te gaan vanuit goede bedoelingen. Ook het nieuws volg ik minder. Twee momenten per dag – en dan niet vlak voor het slapen – is voldoende om bij te blijven.’ Ook Jos Somsen heeft haar eigen tips ter harte genomen. ‘Ik zit drie kwartier in de auto als ik naar de praktijk ga. Gewoonlijk had ik dan radio 1 op, maar de laatste tijd luister ik naar rustige muziek. Ik heb ook mijn WhatsAppmeldingen uitgezet. Natuurlijk zorg ik ervoor dat belangrijke dingen mij ter ore komen en ik volg vakgenoten op LinkedIn, maar er is meer in het leven dan corona.’ ¶
◼◼ OPLADEN De gesprekken met haar maatje helpen Carla Juffermans om voor zichzelf te zorgen. ‘Daarnaast helpt het mij bij veel stress om lekker te sporten of muziek te maken. Ik functioneer het beste in de doe-stand. Zinvol werk doen biedt mij ook afleiding van de zorgen om mijn zoon die meervoudig gehandicapt is en bij wie we nu niet langs kunnen, en van de zorgen om mijn ouders. Mijn moeder woont in een verpleeghuis, mijn vader alleen in een appartement.’ Het palliatief adviesteam waarvan Juffermans lid is, heeft zijn app-groep vervangen door twee app-groepen: een voor de serieuze dingen waarvan iedereen op de hoogte moet zijn, en een voor minder serieuze dingen als grappen. ‘Dat werkt heel prettig. Je hoeft niet door allerlei minder serieuze dingen te scrollen om te zien of je iets hebt gemist. Wat mij ook helpt, is dingen bewust gefaseerd te doen. Ik werk ook bij de huisartsenopleiding, waar alles nu digitaal moet gebeuren. De gedachte dat niet alles in één keer goed geregeld hoeft te worden, helpt om daar niet te veel stress van te krijgen. Verder is het belangrijk om op tijd pauzes
Meer weten of zelf hulp inschakelen? In het LHV-webdossier Coronavirus meer informatie over het omgaan met psychosociale stress tijdens de COVID-19-crisis. De informatie gaat zowel over de zorg voor patiënten als over de zorg voor uzelf en uw team. U vindt hier onder meer informatie en adviezen van diverse instanties waaronder het NHG, de Federatie Medisch Specialisten en het ministerie van Defensie en (contact)informatie voor het inschakelen van persoonlijke hulp voor u en uw team.
www.lhv.nl
de Dokter 3/2020
31
Webinar: ieder week actuele en bruikbare info
GEVRAAGD: BONDIGE, BETROUWBARE INFORMATIE
Al wekenlang kijken duizenden huisartsen en andere artsen naar het (bijna-) wekelijkse webinar dat medischescholing.nl, LHV en NHG gezamenlijk vormgeven. In één uur – aanvankelijk anderhalf – worden ze bijgepraat over actuele zaken rond het coronavirus. Zowel medisch-inhoudelijke informatie als organisatorische vraagstukken komen op tafel.
H
et initiatief voor de webinars kwam van opleidingsplatform medischescholing.nl, vertelt Yvette Haasbroek. Zij is samen met Wendy van den Brink vanuit de LHV Academie betrokken bij de webinars. ‘De beide artsen die medischescholing.nl hebben opgericht, verzorgden samen met een team van enthousiaste geneeskundestudenten op 18 maart een eerste webinar naar aanleiding van de uitbraak van het coronavirus’, vertelt Haasbroek. ‘Daar keken maar liefst 12.500 mensen naar. Ze hebben NHG en LHV benaderd om er een gestructureerd vervolg aan te geven, met goede inhoudelijke informatie over COVID-19 die direct toepasbaar is voor huisartsen.’ Patrick Bindels, hoogleraar huisartsengeneeskunde aan het Erasmus MC in Rotterdam, werd vanaf de tweede aflevering gespreksleider. Hij heeft weliswaar ruime ervaring met het voorzitten van besprekingen, maar het live presenteren van een groepsgesprek voor duizenden digitale kijkers,
i
De behoefte aan betrouwbare informatie over COVID-19 is groot. Dat gold zeker in de eerste weken, toen er meer vragen dan antwoorden waren. Naar aanleiding van de vele vragen van leden schaalde de LHV de informatievoorziening al snel op, in samenwerking met collega-organisaties. De belangrijkste informatiebronnen op een rij. TEKST: BERBER BIJMA
32
de Dokter 3/2020
was een klus die hij niet eerder op zich had genomen. vertelt hij. Een tijdrovende klus met een groot inhoudelijk belang bovendien. ‘Er was complete onbekendheid met deze infectie. Hoe gaat de triage, welke persoonlijke beschermingsmiddelen zijn nodig en hoe kom ik daaraan, hoe besmettelijk is dit virus eigenlijk, hoe geef ik de scheiding van patiëntenstromen praktisch vorm, wat gebeurt er met patiënten die ik instuur? Er waren tal van hele nieuwe vragen waarover we nog zo goed als geen kennis hadden. We wilden met de webinars iets aanbieden waar huisartsen meteen de volgende dag iets aan zouden hebben. Zeker in de beginweken was daar een enorme behoefte aan.’ ◼◼ ZINNIGE INFORMATIE Welke vragen in het webinar aan de orde komen, wordt voorbereid door een programmacommissie, met naast Bindels vertegenwoordigers van LHV, NHG en medischescholing.nl, soms aangevuld door een viroloog.
Bindels: ‘We selecteren voor iedere webinar ongeveer drie onderwerpen op basis van vragen die via medischescholing.nl binnenkomen én op basis van actuele kennis die over dat onderwerp beschikbaar is. Want we willen er natuurlijk wel iets zinnigs over kunnen zeggen.’ De informatie in de webinars beweegt mee met de ontwikkeling van COVID19 in Nederland, schetst hij. ‘In de eerste weken waren onderwerpen als triage en het organiseren van een isolatiespreekuur belangrijke onderwerpen, daarna hadden we aandacht voor de coronazorgcentra die onder meer in Brabant buiten de ziekenhuizen werden opgezet. Toen de ontwikkelingen nog iets verder waren, ging het onder meer over patiënten die uit het ziekenhuis worden ontslagen en over het weer uitbreiden van de reguliere zorg. Aan de reacties op medischescholing.nl zien we welke onderwerpen op dat moment het meest leven. Uit het netwerk van de programmacommissie zoeken we daar mensen bij die er iets over kunnen vertellen.’ Ieder deelonderwerp wordt afgesloten met een aantal take home messages: een rijtje bondige, concrete feiten en adviezen voor de kijkers.
▲
◼◼ ANDERE ZORGVERLENERS Die kijkers zijn vooral (huis)artsen, maar al snel bleken ook andere be-
‘Dit is de LHV op z’n scherpst’ ‘Als van de huisarts flexibiliteit wordt gevraagd, ligt het voor de hand dat de LHV óók flexibel is.’ Monique Roedoe heeft als manager communicatie en public affairs bij de LHV een hectische tijd achter de rug. Ze kijkt er met voldoening op terug. ‘Dit is de LHV op z’n scherpst.’
E
r was een duidelijke lijn te zien in het soort vragen dat bij de LHV binnenkwam, vertelt ze. ‘De eerste weken ging het logischerwijs veel over persoonlijke beschermingsmiddelen en het scheiden van patiëntenstromen. Op die vragen hebben we snel ingespeeld met vrijwel dagelijks concrete informatie, tips en handreikingen op onze website.’ Onder meer in het overleg van het LHV-coronateam, dat dagelijks plaatsvond, werd besproken hoe we huisartsen zo snel mogelijk van betrouwbare en bruikbare informatie konden voorzien. In een iets latere fase kwamen er ook financiële en juridische vragen, bijvoorbeeld over inkomsten, declareren en over de verantwoordelijkheid van de huisarts als werkgever. Ook van waarnemers die plots minder werk hadden, kwamen er vragen binnen. ‘We hebben hen voorzien van adviezen en waar mogelijk concrete tips, met de beperking dat wij niet in de positie zijn om in te grijpen in individuele contracten tussen praktijkhouders en waarnemers. Pleiten voor een collectieve financiële steunregeling zoals die er is gekomen, ligt wél in ons bereik. Voor die regeling – bestemd voor alle huisartsen – hebben we veel moeite gedaan, we zijn er blij mee. Natuurlijk kunnen we als LHV soms ook niet het antwoord geven waarop een huisarts hoopt, maar we doen ons uiterste best om vragen snel en duidelijk te beantwoorden.’ ◼◼ INFORMATIE OPGEZOGEN
‘Weer iets later kwamen veel vragen binnen over het hervatten van de zorg aan nietcoronapatiënten en een veilige inrichting van de praktijk. We hebben praktische tips voor de organisatie van deze zorg opgesteld en LHV Bouwadvies heeft onder meer tips gegeven over hoe je anderhalve meter afstand kunt organiseren. Ondertussen werkten we vanuit de LHV Academie mee aan de wekelijkse webinars. In een paar weken hebben we vanuit zo’n beetje alle LHV-afdelingen ontzettend veel vragen van leden kunnen beantwoorden.
de Dokter 3/2020
33
Zeker de eerste weken merkten we dat die informatie werd opgezógen. Op sommige dagen hadden we drie tot vier keer zoveel bezoekers op de website als normaal.’ ‘Om ook de huisartsen te bereiken die zo’n beetje alles op de mobiele telefoon doen, hebben we een Telegram-kanaal ingericht. Zo konden we ook de huisartsen die onze nieuwsbrief wellicht niet lezen, op een laagdrempelige manier up-to-date houden. In korte tijd hadden we 650 volgers, dus ook dat bleek in een behoefte te voorzien.’ ◼◼ IN DE MEDIA
In de afgelopen maanden zocht de LHVafdeling communicatie op verzoek van diverse media regelmatig een huisarts die geïnterviewd kon worden. ‘Zeker in de eerste weken hebben we zelf ook veel de pers opgezocht om als LHV aandacht te vragen voor de problematiek bij huisartsen. Tv- en radio-interviews met onze voorzitter over de zorgen over persoonlijke beschermingsmiddelen bijvoorbeeld, maar later ook over de zorgen omtrent patiënten die niet kwamen. We hebben via allerlei kanalen aan het grote publiek laten weten dat ze de huisarts niet moeten mijden.’ ‘Toen de hectiek er wat af was, werd de media-aandacht meer reportageachtig. Naar mijn idee hebben we ook in die fase een goed beeld kunnen scheppen van de huisartsenzorg in deze coronatijd. Er is bijvoorbeeld een reportage in EenVandaag geweest van een huisarts die thuis een coronapatiënt bezocht die ervoor koos niet naar het ziekenhuis te gaan. Op andere momenten zijn ook thema’s als euthanasie en kindermishandeling in relatie tot corona aan bod geweest. De flexibiliteit en veelzijdigheid van de huisartsenzorg is goed in beeld gebracht.’ ‘Huisartsen kunnen op ons rekenen. Dat is waar wij voor zijn. Ik hoop dat we dat de afgelopen maanden nog meer dan anders hebben waargemaakt. We zijn blij met de waardering die we van veel huisartsen hebben teruggekregen.’
a dv er t en t ie
Countus Seres accountants+adviseurs
Samen beter voor de ondernemende huisarts
Hier stond een advertentie
De onafhankelijke adviseur voor huisartsen
Als huisarts bent u ondernemer in de zorg. In welke a dv er t en t ie situatie u ook zit, u moet regelmatig beslissingen nemen die financiĂŤle gevolgen hebben. Een betrouwbare partner kunt u daar wel bij gebruiken.
a dv er t en t ie
De adviseurs van Countus Seres zijn experts op fiscaal, juridisch en financieel gebied en kunnen u adviseren en begeleiden bij de start van uw praktijk, bij de uitdagingen en vragen waar u als praktijkhouder tegen aan loopt en bij de overdracht van uw praktijk. Wilt u meer weten over onze dienstverlening en expertise, neemt u dan contact op met een van onze adviseurs via 0317 41 91 35, of mail naar info@seres.nl.
www.seres.nl
ter-seres 171019.indd 1
27-10-17 13:49
Hier stond een advertentie
Hier stond een advertentie
HAweb: populair platform voor discussie en tips, ook tijdens de coronapandemie H et gebruik van HAweb om tips uit te wisselen en discussies aan te zwengelen, is de afgelopen maanden flink toegenomen, vertelt HAweb-communitymanager Marieke van Schaik. ‘Leden van LHV en NHG hebben het ledenforum van HAweb duidelijk beter weten te vinden; het aantal bezoeken is verdrievoudigd. Onderling zijn veel tips uitgewisseld over zaken die nieuw zijn in deze crisis. De eerste weken ging het bijvoorbeeld over beeldbellen: wat zijn handige
roepsgroepen geïnteresseerd, merkte Haasbroek. Zij deed met haar collega’s veel werk achter de schermen. ‘In het begin hebben we veel vragen beantwoord over accreditatie. Al snel meldden zich ook zorgverleners zonder BIG-registratie die graag naar het webinar wilden kijken, bijvoorbeeld doktersassistentes, praktijkondersteuners, maar ook fysiotherapeuten. Die vraag hebben we van meer dan vijfhonderd mensen gekregen. Bijgestaan door collega’s hebben we van al die mensen gecheckt of ze inderdaad zorgverleners zijn voor wie de informatie uit de webinars relevant is. Daarna stuurden we een link waarmee ze naar de webinars kunnen kijken. In de loop van april heeft medischescholing.nl dat – heel professioneel en heel snel – grotendeels geautomatiseerd. De samenwerking met medischescho-
apps om daarvoor te gebruiken? Voor- en nadelen werden onderling besproken. Maar ook: hoe zit het met declareren in deze tijd?’ Ook nadat de uitwisseling over coronagerelateerde onderwerpen over het hoogtepunt heen was, is het gebruik van HAweb groter gebleven dan voorheen. ‘Er is een soort vliegwieleffect’, constateert Van Schaik. ‘Als platform voor huisartsen heeft HAweb blijkbaar z’n waarde bewezen.’
ling.nl is heel plezierig. De capaciteit van hun website is bijvoorbeeld heel snel ge-upgrade toen dat nodig bleek. Vanuit de LHV Academie kunnen we de operationele begeleiding van de webinars inmiddels weer met z’n tweeën doen. Veel andere nascholingsactiviteiten en evenementen waar we ons normaal mee bezighouden, zijn nu komen te vervallen. Het geeft enorme
‘ De informatie in de webinars beweegt mee met de ontwikkelingen van COVID-19 in Nederland’ de Dokter 3/2020
NU OOK ALS APP SNELLER NA UPDATE HAweb is nu ook verkrijgbaar als app, zodat u niet steeds opnieuw hoeft in te loggen. Via de app komt u snel bij het Ledenforum en bij uw groepen terecht. Al 3000 huisartsen hebben de app gedownload. De app is gratis beschikbaar voor iOS en Android. Na een recente update is de app bovendien een stuk sneller.
voldoening om in plaats daarvan iets te kunnen doen waaraan duidelijk behoefte is. We hebben veel positieve en dankbare reacties gekregen.’ ◼◼ KIJKCIJFERS De webinars worden steeds door meer dan 10.000 mensen bekeken. Deels live op woensdagavond, deels achteraf. Dat aantal is in de loop van april iets gedaald, maar nog steeds hoog. Hoe lang en hoe vaak het webinar nog wordt gegeven, staat niet bij voorbaat vast. Bindels: ‘We gaan ermee door zolang het nodig is. Zijn er nieuwe vragen en hebben we daarover iets te vertellen? Dat bekijken we steeds opnieuw.’ De ontwikkeling van het aantal kijkers is daarbij uiteraard ook van belang. Bindels, lachend: ‘Nooit gedacht dat ik me nog eens met kijkcijfers zou bezighouden.’ ¶
35
a dv er t en t ie
Detectie van STEMI en NSTEMI nog nooit zo eenvoudig Voor iedere adem
Vectraplex ECG op uw PC kan met slechts 5 elektroden een 12 afleidingen ECG-rapport produceren. Sneller en betrouwbaar.
Uscom SpiroSonic ultrasone spirometers zijn high-fidelity, digitale spirometers gebaseerd op multi-path ultrasonere technologie. SpiroSonic spirometers kunnen worden gekoppeld aan mobiele toepassingen, met een draadloos interface, om monitoring op afstand van longziekten mogelijk te maken.
Vectraplex ECG biedt een Cardiac Electrical Biomarker, CEB®-technologie om ECGveranderingen te detecteren die wijzen op een ischemisch letsel.
De combinatie voor cardiovasculair onderzoek Uscom BP + en BP + Reporter is de ideale combinatie voor cardiovasculair onderzoek. De BP + is eenvoudig in gebruik en vereist geen complexe training en kent toepassingen bij hypertensie en hartfalen in de huisartspraktijk en bijvoorbeeld thuiszorg.
Innomed Benelux B.V. www.innomed.nl info@innomed.nl
VAN DER SCHOOT
ARCHITECTEN
bv BNA SCHIJNDEL
ONTWERP • ARC H ITE C TU U R INTERIEUR • DIRECTIEVOERING BOUWMANAGEMENT • HAALBAARHEID W W W. VA N D E R S C H O O TA R C H I T E C T E N . N L
Groningen
‘ De zorg weer opstarten vraagt zorgvuldige afstemming’ Het Noorden bereidde zich voor op heel veel coronapatiënten. Die kwamen er uiteindelijk niet. Gelukkig maar, zegt Raju Peters, lid van het Groningse crisisteam. In nauwe samenwerking met onder meer ziekenhuizen werd afgelopen weken de reguliere zorg weer opgestart. TEKST: BERBER BIJMA // ILLUSTR ATIE: MENNO WITTEBROOD
‘W
e waren er klaar voor, hier in Groningen. Na de berichten uit Brabant hebben we meteen ons HaROP geactiveerd en kwamen we wekelijks bijeen met het crisisteam. Maar zoals het in Brabant was, is het hier nooit geworden – laat staan zoals in Italië. De caseload van coronapatiënten werd veel minder groot dan waarop we voorbereid waren. Ik denk dat we in het Noorden geluk hebben gehad dat de voorjaarsvakantie op een ander moment viel en dat we geen massaal feest als carnaval hadden. De preventiemaatregelen kwamen voor onze regio op tijd. De impact van de coronacrisis was evengoed groot, zowel voor de ANW-diensten als voor de dagpraktijk. We hebben gescheiden patiëntenstromen georganiseerd en de reguliere zorg heeft meer dan vijf weken zo goed als stil gelegen. Zowel op het coronaspreekuur als op ons ‘gewone’ ochtendspreekuur kwam maar een handvol mensen. Heel veel vragen hebben we telefonisch, per e-mail of met videobellen afgehandeld. Huisbezoeken vonden vrijwel niet meer plaats. Dat het niet zo erg werd als waar we op
klaar waren, was niet een anticlimax. Nee, zo’n pandemie is bepaald niet iets waarop je hoopt. We konden in de gegeven situatie niet anders dan ons goed voorbereiden en dat is een goede oefening geweest. Mooi om te zien hoe goed de huisartsenposten, de zorggroep en de LHV-kring samenwerkten. We weten nu dat we dit probleem kunnen tackelen, mocht het nodig zijn. Ook landelijk was de samenwerking tussen LHV en NHG goed. We kregen steeds snel nieuwe informatie door. Op allerlei manieren heb ik de teamgeest en de goedheid van veel mensen als inspirerend ervaren. Wij nemen zeker een aantal dingen mee uit deze crisis. Het videobellen bijvoorbeeld. Voor bepaalde consulten volstaat dat prima. Tegelijk heb ik wel het menselijk contact gemist. Als je met iemand mailt, chat of videobelt, zie je lang niet alles. Het financiële effect van deze periode kunnen we nog niet goed inschatten. Dat hangt er ook van af hoe lang het duurt. Het toegezegde ‘coronatientje’ helpt zeker. Ik heb niet de indruk dat er praktijken zijn die door de coronacrisis in financiële problemen komen. Het financiële effect is naar
de Dokter 3/2020
37
mijn idee ook niet echt een issue onder huisartsen. De sfeer is: deze klus moet nu eerst geklaard worden. Ondertussen voeren we al een aantal weken veel overleg over het goed opstarten van de reguliere zorg. Alles moet opnieuw op elkaar afgestemd worden: welke infectiepreventiemaatregelen nemen we, wanneer kunnen we welke patiënten weer doorverwijzen naar het ziekenhuis? Niet alle ziekenhuizen konden hun planning zomaar weer opstarten, want er was sprake van dat er vanuit landelijke coördinatie speciale coronaziekenhuizen zouden worden aangewezen. Iemand vergeleek het zorgproces met een kerncentrale: je zet ‘m uit met één druk op de knop, maar het weer opstarten moet in zorgvuldig onderling overleg gebeuren. We zitten met een stuwmeer van patiënten van wie de behandeling halverwege is afgebroken en van patiënten die we wekenlang niet hebben kunnen doorverwijzen. Ik verwacht niet dat het de komende tijd rustiger wordt.’ ¶ Raju Peters, lid crisisteam Groningen en bestuurslid LHV-kring Groningen
mijn praktijkstart Hoe kijken huisartsen terug op de start van hun eigen praktijk? Welke plannen zijn er voor de toekomst? En welk advies hebben zij voor andere starters? Hadassa Nadels-Hofman over haar praktijkstart in Den Helder.
‘We kopen tijd om zelf andere dingen te doen’ 38
de Dokter 3/2020
WIE
Lang gezocht naar deze praktijk? ‘Viel mee. We zijn zes jaar geleden naar Petten verhuisd. Dat was drie kwartier rijden naar de praktijk waar ik als waarnemer werkte. Ik wilde een praktijk overnemen, maar dan wat dichterbij huis. Ik heb me aangemeld voor een speeddate-avond van de zorggroep en de huisartsenkring. Daar heb ik Bert Prummel ontmoet. Hij was van plan om de patiënten van een collega die ging stoppen bij zijn praktijk aan te laten sluiten, en zocht drie collega’s om een maatschap mee aan te gaan, waarbij iedereen parttime zou kunnen werken. Dat idee van samenwerken en parttime werken sprak me heel erg aan. Ik heb eerst een jaar als waarnemer gewerkt en op 1 januari 2017 ben ik in de maatschap gestapt.’
Belangrijkste reden om praktijkhouder te worden? ‘Als waarnemer weet je nooit zeker of je werk hebt en wanneer. Door het gedoe rond de Wet DBA is dat allemaal extra onzeker. Ik vind het fijn om zekerheid te hebben over waar ik werk en op welke dagen. In onze praktijk hebben we dat goed geregeld. Ik weet zelf waar ik aan toe ben en ik kan patiënten continuïteit van zorg bieden, dat vind ik ook belangrijk.’
FOTO: ROSEM ARIE VAN BENTUMN
Hoe is het om een maatschap op te zetten? ‘Bert kwam met het idee om via het NHG een coach aan te trekken om ons daarbij te helpen. Dat vonden we alle vier een goed idee. We zijn namelijk heel verschillend. Sommigen zijn wat zakelijker, anderen zitten meer op het gevoel. Ook heeft de een wat meer tijd nodig om een besluit te nemen dan de ander. Daarin moet je met elkaar leren omgaan. We hebben dus veel gepraat over onze rollen, taken en over de vormgeving van de praktijk. De aanwezigheid van de coach maakt het makkelijker om te zeggen wat je echt wilt of vindt en om daar vervolgens goed over door te
praten. Het is ons zo goed bevallen dat we die coach erin hebben gehouden en nog steeds periodiek met elkaar om tafel gaan. Samenwerking is een doorgaand proces. Er blijven altijd vragen op te lossen. ‘
Wat geeft je energie? ‘We hebben vrij snel besloten om een opleidingspraktijk te worden. We hebben nu een aios, en misschien worden dat er wel twee. Ook leiden we assistentes en praktijkondersteuners op. Het houdt ons scherp en het is ook een goede investering in de toekomst. In deze regio zitten veel oudere huisartsen die straks een opvolger nodig hebben. Dan helpt het dat je jonge huisartsen kent. Wij hebben makkelijk een opvolger voor Bert gevonden. De manier waarop wij onze huisartsenpraktijk hebben georganiseerd is daarbij een sterk punt. De meeste jonge huisartsen willen best praktijkhouder worden, maar dan het liefst parttime. Dat kan bij ons.’
Beste beslissing? ‘Een van onze beste beslissingen was om een praktijkmanager aan te stellen. Zij begeleidt het personeel, regelt de contracten met verzekeraars en HIS-leverancier en organiseert de hele praktijkaccreditatie. Doordat zij die taken op zich heeft genomen, kunnen wij meer tijd besteden aan patiëntenzorg. De praktijkmanager wordt voor een deel vergoed, maar het grootste deel betalen we zelf. We kopen dus tijd om zelf andere dingen te kunnen doen. Op deze manier zijn werk en privé voor mij in balans.’
Hadassa Nadels-Hofman (39 jaar)
WAAR Huisartsenpraktijk het Middenschip in Den Helder. De praktijk telt 6000 patiënten, 4 huisartsen in de maatschap en 1 waarnemend huisarts.
BUITEN Ze woont dichtbij duinen en bos. ‘Ik hou van hardlopen en in de tuin rommelen. Het is heerlijk om veel buiten te zijn. Mensen die hier op bezoek komen, krijgen meteen een vakantiegevoel. Dat heb ik dus zelf permanent.’
Bert Prummel over zijn opvolging ‘Eind van dit jaar ga ik stoppen, maar over mijn opvolging heb ik geen zorgen gehad. Er staat al iemand klaar. Zes jaar geleden heb ik het initiatief genomen voor deze groepspraktijk. Een collega in de buurt kon voor zijn solopraktijk geen opvolger vinden. Door zijn patiënten over te nemen, kwamen wij op een totaal van 6000 zielen. Het leek mij een mooi plan om een maatschap te vormen met vier dokters die allen 3 dagen per week werken. Dat is wat de meeste huisartsen, vaak vrouwen met een jong gezin, graag willen. Zelf wilde ik graag wat afbouwen; ik ben 66 en heb vanaf mijn 18de in de medische zorg gewerkt. Met mijn praktijk voor vliegkeuringen ga ik nog wel even door. De 50 jaar ga ik vast halen.’
Tip voor starters? ‘Hoe duidelijker je beeld is van de praktijk die je zoekt en de dagen die je wilt werken, hoe sneller je de juiste praktijk vindt. Dat is tegelijk ook een tip voor praktijkhouders die een opvolger zoeken: laat zien wat de sterke, onderscheidende punten van je praktijk zijn, zodat iemand die een praktijk zoekt, meteen ziet of het past.’ ¶
de Dokter 3/2020
39
LHV CHECKLIST Met de LHV Checklist praktijkstart ziet u in één oogopslag wat u 12, 6 en 3 maanden voor uw start moet doen. Als LHV-lid kunt u de checklist gratis downloaden op www.lhv.nl.
LHV Nieuws Meer tijd voor oprichten cliëntenraad
Waarneemprotocol
W
at moet een waarnemend huisarts weten als hij in een praktijk gaat waarnemen? De LHV heeft een handig waarneemprotocol ontwikkeld dat beide partijen helpt om alle belangrijke informatie over de praktijk onder elkaar te zetten. Bijvoorbeeld over de taakverdeling tussen huisarts en doktersassistent en hoe de supervisie is geregeld. Het eindresultaat kan als bijlage bij de waarneemovereenkomst.
D
e IGJ gaat niet direct actief handhaven op nieuwe wettelijke bepalingen rondom medezeggenschap. Daarmee is de druk van de ketel voor het oprichten van een cliëntenraad. Huisartsenpraktijken met meer dan 25 zorgverleners moeten hier wel in de tweede helft van dit jaar mee aan de slag.
www.lhv.nl/waarneemprotocol
Op 1 juli 2020 treedt de nieuwe Wet medezeggenschap cliënten zorgsector (Wmcz 2018) in werking. Voor huisartsenvoorzieningen van waaruit meer dan 25 natuurlijke personen structureel zorg verlenen, moeten dan een cliëntenraad hebben.
Online inzage via portaal per 1 juli haalbaar
P
er 1 juli 2020 moeten zorgaanbieders hun patiënten elektronische inzage kunnen geven. De HIS-leveranciers hebben laten weten dat ze de deadline van 1 juli gaan halen. Huisartsen kunnen daardoor aan de wettelijke verplichtingen tot elektronische inzage voldoen. HIS-leveranciers zullen voor 1 juli voldoen aan de basiseisen van het programma OPEN. Daarmee is uiterlijk per 1 juli online inzage volgens de H-EPD-richtlijn mogelijk. LHV, NHG, InEen en NedHIS hebben samen een stichting opgericht die toeziet op de naleving van die afspraken door de HIS-leveranciers.
Het ministerie van VWS en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) hebben er begrip voor dat veel zorgaanbieders hun focus vooral hebben op het goed omgaan met de crisis en niet zo zeer op nieuwe wetgeving. Dat hebben zij de LHV
laten weten. Daarom gaat de IGJ niet vanaf 1 juli 2020 direct actief handhaven op nieuwe wettelijke bepalingen rondom medezeggenschap zoals de verplichte cliëntenraden.
Communicatie met patiënten Ook als de coronasituatie onder controle is en zorgaanbieders weer meer ruimte hebben voor andere zaken, verwacht de IGJ niet direct dat alle zorgaanbieders die dit eerder niet (verplicht) hadden, direct een cliëntenraad hebben ingericht. Uiteraard wel dat zorgaanbieders vanaf dat moment zich zullen inzetten om aan de wet te gaan voldoen. Vanaf dat moment zal de IGJ hierop gaan toezien.
LHV-stappenplan De LHV heeft een stappenplan ontwikkeld om invulling te kunnen geven aan een cliëntenraad. Leden kunnen dit downloaden op www.lhv.nl .
Praktische tips voor het organiseren van nietcoronazorg
Uitzondering: correspondentie Enkele HIS-leveranciers geven aan dat zij op 1 juli mogelijk niet alle onderdelen online beschikbaar kunnen stellen. Dit vanwege druk op hun ontwikkelcapaciteit door de coronapandemie. Zo is in de H-EPD-richtlijn opgenomen dat de online inzage ook de correspondentie betreft. Dat lijkt niet voor iedereen haalbaar. Daarom is onlangs besloten dat HIS-leveranciers hier extra tijd voor krijgen. Ze moeten de correspondentie nu niet per 1 juli, maar uiterlijk per 31 december 2020 hebben ingebouwd. Vanaf uiterlijk die datum kunnen patiënten dus ook relevante correspondentie van 1 juli 2020 en later inzien via een portaal of PGO. Veelgestelde vragen en antwoorden vindt u op www.open-eerstelijn.nl
H
oewel het in sommige praktijken nog steeds zeer druk is met coronazorg, geven andere praktijken aan weer ruimte te zien voor zorgverlening aan andere patiënten. Hoe doe je dat op een goede en veilige manier, met alle richtlijnen en maatregelen die er momenteel gelden? LHV en NHG hebben de Praktische tips voor in de huisartsenpraktijk uitgebreid. U vindt daarin nu tips over triage, vormen van consult-op-afstand, over het regelen van een ‘schoon spreekuur’ (als de situatie in uw praktijk dat nu toelaat) en de mogelijke inzet van de praktijkondersteuners. De tips staan op www.lhv.nl/corona
40
de Dokter 3/2020
LHV Nieuws Ouderen voorrang bij pneumokokkenvaccinatie
IN GESPREK MET KONINGIN MÁXIMA
73
- tot 79-jarigen worden met voorrang gevaccineerd tegen pneumokokken. Dat heeft het ministerie van VWS besloten op basis van een advies van de Gezondheidsraad. De reden hiervoor is om tijdens de COVID-19-pandemie vooral de meest kwetsbaren te beschermen tegen pneumokokken. Op www.lhv.nl vindt u informatie over hoe de selectie van patiënten uit uw HIS verloopt.
H
uisartsen Esther de Hoon en Rita Schouten uit Oss voerden begin april via beeldbellen een bijzonder gesprek. Koningin Máxima sprak met hen omdat zij graag wil weten hoe het in deze periode gaat met huisartsen en hun patiënten en hoe huisartsen zorg verlenen aan coronapatiënten op speciaal daarvoor ingerichte locaties. De Koningin belde op beeld met huisartsen Esther de Hoon en Rita Schouten, beiden vanaf de locatie die de huisartsen in Oss gezamenlijk hebben ingericht voor het Spreekuur voor Ernstige Luchtwegklachten (SEL).
Hart onder de riem Koningin Máxima stak alle huisartsen, hun medewerkers en patiënten een hart onder de riem en sprak haar waardering uit voor het intensieve werk in de huisartsenzorg. De Koningin wilde
alles weten over hoe huisartsen de zorg momenteel hebben georganiseerd, waar zij tegenaan lopen en hoe zij samenwerken met elkaar en met andere zorgverleners. Ook was zij geïnteresseerd in huisartsenzorg via andere kanalen zoals beeldbellen.
Aandacht voor de zorg De huisartsen lichtten toe hoe zij verwachten ook weer meer ruimte te kunnen maken voor de zorg voor patiënten met andere klachten dan het coronavirus. Esther de Hoon voegde daar nog aan toe: ‘Als huisarts ben ik erg blij met de huidige aandacht voor de zorg. Ik hoop ontzettend dat die aandacht ook na deze periode blijft. Vooral voor alle kwetsbare patiënten die wij in de praktijk dagelijks zien.’ Bekijk de video met een compilatie van het gesprek op www.lhv.nl
de Dokter 3/2020
41
Vektis vraagt naar UBO
Z
orgdatabureau Vektis vraagt namens alle zorgverzekeraars uit, wie de eigenaar is van de huisartsenpraktijk (de ultimate beneficial owner, oftewel UBO). Zij doen dit alleen bij praktijken, waarvan ze dit nog niet hebben kunnen achterhalen. Financiële instellingen zoals banken en (zorg)verzekeraars mogen wettelijk gezien geen geld overmaken naar een organisatie, waarvan niet bekend is wie de UBO is.
Uiterlijk 1 juli Heeft Vektis u benaderd over de UBO registratie? Dan is 1 juli de uiterlijke datum om de UBO door te geven, de streefdatum van 9 mei blijkt voor veel huisartsen niet haalbaar. Geef de UBO zo snel mogelijk door, zo voorkomt u problemen bij de uitbetalingen door uw verzekeraar.
wisselcolumn Rutger Verhoeff, huisarts in Amsterdam Darth Vader
Stiekempjes moet ik bekennen dat ik de beschermende kleding in het begin nog wel spannend en stoer vond. Dat kwam, denk ik, voornamelijk omdat veel niet-geneeskundige vrienden ernaar vroegen. En nee, ik ben niet zo iemand die een foto van zichzelf in corona-outfit op de sociale media heeft gegooid. Ik ben wel die persoon, die gedurende de wandelgang door het ziekenhuis naar de allereerste, mogelijk besmette patiënt een deuntje van Star Wars in zijn hoofd liet afspelen. Voor alle Star Wars fans. Je weet wel, als Darth Vader naderde. Gelijktijdig bootste ik zijn onaangenaam klinkende ademhaling na. Voor alle Star Wars nitwits, tik Darth Vader breathing sound effects in op YouTube. Nu we een paar weken verder zijn, is mijn huid als die van mijn opa en ben ik gewend aan een extra wal onder mijn
42
de Dokter 3/2020
ogen door de te strak zittende veiligheidsbril en aan het – om de haverklap – beslaan van mijn dagelijkse bril. Maar, ik heb ook iets geleerd. Iets essentieels dat ik niet eerder beseft heb en dat behoort tot één van de fundamenten van het huisartsenvak. Waarschijnlijk ben ik het in de loop der tijd gewoon gaan vinden. Ik mis de gezichtsuitdrukkingen van mijn patiënten. Een paar voorbeelden: verdwijnende lippen bij stress of angst, een gemaakte glimlach met mondhoeken naar de oren en een echte glimlach met mondhoeken naar de ogen, samengeperste lippen bij nervositeit, laaghangende mondhoeken bij bezorgdheid, getuite lippen bij onenigheid of het ophalen van de neus bij afkeer. Ik moet het tegenwoordig doen met een derde: grote ogen bij verbazing, geknepen ogen bij boosheid, betraande ogen bij verdriet of pijn of fronsend voorhoofd bij bedenkingen. Zonder dat ik het in de gaten heb gehad, heb ik in de loop der jaren gezichtsuitdrukkingen gebruikt als extra hulpmiddel in mijn spreekkamer, tijdens de anamnese, het lichamelijk onderzoek en het bespreken van de diagnose en het uiteindelijke beleid: ‘U bent angstig, zie ik.’ ‘Ik zie dat het u pijn doet.’ ‘Volgens mij bent u het er niet helemaal mee eens. Klopt dit?' Het hielp mij om net dat extra stukje benodigde informatie los te peuteren en mogelijk zelfs de patiënt gerust te stellen met iets simpels als mijn glimlach.¶
FOTO: MIR JA M VAN DER LINDEN
H
anden desinfecteren, mondkapje opzetten, schort aantrekken, handschoenen aantrekken, beschermingsbril opzetten, patiënt zien, handschoenen uittrekken, handen desinfecteren, schort uittrekken, veiligheidsbril afzetten, mondkapje afdoen en mijn handen weer desinfecteren. Nieuwe patiënt. Handen desinfecteren, mondkapje opzetten, schort… Ik had nooit verwacht dat het PBM-protocol, waarbij ik telkens moet denken aan IBM-computers (ik word oud), voor mij zou uitgroeien tot een bekend riedeltje, zoals hoofd-schouders-knie-en teen, knie en teen.
a dv er t en t ie
PLEIDOOI TEGEN PLAT TESTEN Na een periode verregaand op slot te hebben gezeten, komt de samenleving geleidelijk weer in beweging. Stap voor stap worden de coronamaatregelen versoepeld en krijgt het nieuwe normaal vorm. In de zoektocht naar een verantwoorde balans tussen gezondheid en economie klinkt veelvuldig de roep om COVID-19 testen. Alles en iedereen moet overal getest worden. Het klinkt zo logisch, diagnostiek waarmee je vaststelt wie corona heeft of gehad heeft. Wie het heeft, isoleert zich om anderen niet te besmetten. En wie het virus gehad heeft, kan met een gerust hard weer aan het werk, vooralsnog met voorzorgsmaatregelen, want het is nog niet bekend of en in welke mate immuniteit volgt na ziekte. Politici, zorgorganisaties, bedrijven en particulieren vragen om testen. Vraag en aanbod treffen elkaar in acuut opgezette drive-through teststraten voor snelle afname van speeksel of bloed via het autoraam. De uitslag staat de volgende dag op de mail. Wie wil dat nou niet? De praktijk is een stuk weerbarstiger. Testen heeft alleen zin als, het klinkt als een open deur, de test betrouwbaar is én er voldoende testen beschikbaar zijn. Het knelt op beide fronten. Daarom pleiten wij voor een zorgvuldig testbeleid, als onderdeel van integrale coronadiagnostiek. Anders dan een zwangerschapstest, is de uitslag van een corona-test niet glashelder positief of negatief. Zoals vaak in de geneeskunde, vraagt het stellen van de juiste diagnose om meer dan testen alleen. De test is een middel om het verhaal van de patiënt en zijn symptomen te helpen duiden. Weten is dus meer dan meten. Het begint altijd bij de klachten van de patiënt. Daarbij komt dat er veel verschillende testen van verschillende fabrikanten in omloop zijn. We kunnen het virus aantonen door middel van een PCR test en we kunnen antistoffen aantonen op het laboratorium en met sneltesten. Of het nou gaat om testen op ziekte of antistoffen, de meeste uitslagen zijn nog in een ontwikkelingsfase. En dat is ook niet zo gek. De testen zijn onder hoge druk ontwikkeld en in sneltreinvaart op de markt gebracht. Zonder langdurig en zorgvuldig te zijn gevalideerd. De sensitiviteit en specificiteit zijn nog onvoldoende bewezen. Dit betekent dat niet bekend is hoeveel corona-besmette mensen positief testen en hoeveel mensen met wie niets aan de hand is een negatieve uitslag krijgen. Slechts een beperkt aantal PCR- en serologie testen kan de wetenschappelijke toets der kritiek doorstaan. Betrouwbare sneltesten, met slechts een druppel bloed, voor antistoffen zijn wij nog niet tegengekomen. Corona raakt de hele wereld en iedereen wil testen. Hierdoor zijn goede testen vooralsnog beperkt beschikbaar. Dit vraagt om een goede verdeling van middelen en prioritering. Zorgprofessionals en verwezen patiënten eerst, gevolgd door vitale beroepen, overige werknemers en particulieren. Zolang een geintegreerde aanpak van betrouwbare tests met een goede uitslag en uitleg niet voldoende beschikbaar is, heeft focus op alleen testen geen zin. Daarom zetten wij in op het wetenschappelijk valideren van zorgvuldige coronadiagnostiek als onderdeel van een transmuraal zorgpad, dat begint met een goede triage van de patiënt. De huisarts speelt daarbij een cruciale rol. Hij fungeert als poortwachter van de zorg en kan ook kwetsbare patiënten thuis (laten) testen. Alleen dan kunnen we op korte termijn verstandig en effectief testen in ons anderhalve meter land en daarbuiten.
Meer informatie vindt u op www.saltro.nl
a dv er t en t ie
Hier stond een advertentie