Prijsvraag ter gelegenheid van de Dag van de Architectuur, georganiseerd door de BNA kring Midden-Brabant
spoorlaan spoorzone tilburg
24|06|11
eerste prijs T-PARK011
spoorlaan spoorzone tilburg
luijten|smeulders|architecten i.s.m. ek stedenbouw|landschap
DAG VAN DE ARCHITECTUUR
DAG VAN DE ARCHITECTUUR
tweede prijs 839GEO-X Kasper van Dun Mark Machielsen mentor Jeroen Wouters
derde prijs 24.7BĂœHNE
BNA kring Midden-Brabant | Prijsvraag 2011
opm.DVDA11_publikatie_os.indd 1
Walter van der Hamsvoord Desiree Vermeer Niels van Ham Bas Coret De Architectenwerkgroep Tilburg
15-06-2011 14:12:41
spoorlaan spoorzone tilburg
Prijsvraag ter gelegenheid van de Dag van de Architectuur 2011, georganiseerd door de BNA - Bond van Nederlandse Architecten kring Midden-Brabant
VOORWOORD
Na een succesvolle “architectuurprijs” in 2010, is het in 2011 weer tijd voor een architectuurprijsvraag. Het is inmiddels een jarenlange traditie. De BNA kring Midden-Brabant heeft alweer de 12e in de reeks van prijsvragen georganiseerd. Deze is tot stand gekomen in samenwerking met de gemeente Tilburg. De ideeënprijsvraag geeft architecten en studenten uit het kringgebied de kans om hun creatieve ideeën te tonen, en zich te meten met collega’s. Voor u ligt weer een mooi exemplaar van de catalogus, met de eindresultaten daarin gebundeld. Het thema van de Dag van de Architectuur is dit jaar “zelfverzonnen”. Een prijsvraag past als vanzelf goed binnen dit thema. Deze is immers per definitie “zelfverzonnen”. Zelfverzonnen kan hier ook betrekking hebben op het programma. Er is wel een kader aangereikt, maar geen concreet en compleet programma van eisen. De ontwerpers zijn uitgedaagd om hier zelf een invulling aan te geven. Je kunt dus zelf bedenken waar behoefte aan is in de stad, op deze plek. Wat zou een goede toevoeging kunnen betekenen voor de stad? Hoe geef je als architect vorm aan de gestelde thema’s? Genoeg stof om over na te denken. Er is in de afgelopen jaren al veel nagedacht over deze prijsvraaglocatie en er zijn al vele plannen gemaakt. De onderdoorgang in het verlengde van de Willem II Straat gaat nu in ieder geval gerealiseerd worden, evenals de doorbraak bij het station. De fysieke verbinding tussen de noord- en zuidzijde van het spoor in het plangebied wordt daarmee een feit. De invulling van het gebied ten noorden van het spoor begint langzaam vorm te krijgen. Maar er blijven nog voldoende vragen over die opgelost dienen te worden. Zal de gemeente geprikkeld worden om iets met de ideeën van “onze” architecten te gaan doen? Met onze “zelfverzonnen” invulling? We zullen het zien. Er is in ieder geval een kans geweest om onze beste kant te tonen. De locatie is zeer actueel. Samen met de gemeente is de Spoorzone in Tilburg gekozen als plangebied voor deze ideeënprijsvraag. Daar gaat het de komende jaren gebeuren. De gemeente heeft een visie ontwikkeld met daarin prachtige begrippen als Boulevard, Stadslounge, Stadsbalkon. Het is een uitdaging voor de deelnemers aan deze prijsvraag om dit mee te nemen in een stedenbouwkundige visie op het gebied.
Van de 23 aanmeldingen zijn er slechts 13 aanmelders die een plan hebben ingediend. Hoe zal dat komen? Was het de pittige vraagstelling, het programma, een stedenbouwkundige benadering, of de jarenlange worsteling en geschiedenis van deze complexe opgave die mensen afschrikt? Wel getuigen de 13 inzendingen van een diversiteit aan creativiteit, alleen daarom al is de prijsvraag dit jaar weer geslaagd. RecreÍren, verbinden, kijken en groen, zijn thema’s die in diverse plannen zijn ingezet. Het eindresultaat is te zien op de tentoonstelling in de bibliotheek, en natuurlijk in deze catalogus. Namens de BNA kring Midden-Brabant bedanken we de gemeente Tilburg en projectbureau Spoorzone voor haar medewerking en het ter beschikking stellen van het prijzengeld, de juryleden bedankt voor hun deskundige beoordeling, de Bibliotheek Midden-Brabant voor het ter beschikking stellen van de tentoonstellingsruimte, CAST voor het wederom mede organiseren van de Dag van de Architectuur, en natuurlijk alle deelnemers aan deze prijsvraag hartelijk dank voor jullie enthousiasme en inzet. We vertrouwen erop voor de volgende editie weer te kunnen rekenen op jullie deelname.
Monique Groenen Voorzitter BNA kring Midden-Brabant
spoorlaan spoorzone tilburg
Deze ideeënprijsvraag wordt georganiseerd door de Kring Midden-Brabant van de Bond van Nederlandse architecten BNA in samenwerking met de gemeente Tilburg t.b.v. het ontwerpen van een stedenbouwkundige plan en een architectonische invulling op de lokatie Spoorlaan - Spoorzone in Tilburg. 1. Inleiding Tilburg staat aan de vooravond van een belangrijke stap in de ontwikkeling van de Spoorzone. Langzamerhand komen de gronden en de gebouwen van de NS-werkplaats vrij. Voor dit gebied is een ontwikkelaar geselecteerd en beginnen de plannen vorm te krijgen. In opdracht van de gemeente Tilburg verricht momenteel Cepezed een stedenbouwkundig onderzoek waarin de aanpak van het centraal station centraal staat, een nieuwe passage onder het huidige station naar een nieuwe entree aan de noordzijde en de invulling van het busstation ten westen van het centraal station. Zo staat er ook een nieuwe onderdoorgang van het spoor gepland in het verlengde van de Willem II Straat. Nu dient de stedenbouwkundige opgave zich aan van de invulling van de Spoorlaan ten oosten van het centraal station, tussen rijbaan en het spoor. Ter ondersteuning van hun planvorming doet de gemeente Tilburg een oproep voor creatieve input middels deze ideeënprijsvraag. Geregistreerde architecten, interieurarchitecten, stedenbouwkundigen en tuin- en landschapsarchitecten, werkzaam of woonachtig binnen het kringgebied, bureaus binnen het kringgebied, alsook de leden van de kring worden uitgenodigd aan deze prijsvraag deel te nemen, waarna een deskundige jury de plannen zal beoordelen. Tevens kunnen studenten deelnemen, echter alleen onder begeleiding van een mentor die aan de bovengenoemde voorwaarde voldoet. Deelnemende partijen worden uitgenodigd om binnen aangegeven randvoorwaarden een plan te maken voor een mogelijke stedenbouwkundige invulling van de Spoorlaan. Middels een bundeling van de ingezonden plannen ontstaat een verzameling ideeën die een inspiratie kunnen vormen voor toekomstige plannen in de Spoorzone. Een deskundige jury zal uit de inzendingen een drietal prijswinnaars aanwijzen. In dit prijsvraagprogramma en de bijlagen zijn de vraagstelling en regels opgesteld, die gelden voor deze prijsvraag. Het programma is bindend voor de uitschrijver en de juryleden. De deelnemers geven door inzending aan
dat ze het prijsvraagprogramma onderschrijven. Het programma is opgesteld volgens het model wedstrijdprogramma voor een prijsvraag, zoals beschreven in het Kompas en genoemd in het “Convenant Wedstrijden op het gebied van architectuur, stedenbouw en landschapsarchitectuur”. De BNA Kring Midden-Brabant bedankt de Gemeente Tilburg, dat zij zich bereid hebben gevonden om gezamenlijk deze prijsvraag te organiseren. 2. Stedenbouwkundige context 2.1 Station en OV-knoop Het Tilburgse Centraal Station met het beeldbepalende “kroepoekdak” is het icoon van de Spoorzone. De bijzonderheid van het station wordt breed onderschreven. Zo is het station ook opgenomen in “De Collectie” van het Bureau Spoorbouwmeester. Het station staat aan de vooravond van een flinke operatie, waardoor het samen met het eveneens aan te pakken naastgelegen busstation tot een toekomstbestendig OV-knooppunt wordt omgevormd. Voor wat betreft het station zal hierbij vooral de nieuwe openbare voetgangerspassage het meest in het oog springen. Deze passage krijgt behalve aan de zuidzijde ook aan de noordzijde een in-/ uitgang. Hierdoor wordt het nieuw te ontwikkelen binnenstedelijke gebied op de voormalige NS-werkplaats direct aan het station en aan de bestaande Binnenstad gekoppeld. Overigens komt ook in een verlengde van de Willem II-straat een nieuwe passage onder het spoor naar de voormalige NS-werkplaats. Deze passage is bedoeld voor voetgangers en fietsers. Bij de komende aanpak van station en stationsomgeving is tevens sprake van een behoorlijke opgave voor de stalling van fietsen. Vooralsnog wordt uitgegaan van: - 3000 betaalde en bewaakte fietsstallingen aan de zuidzijde van het spoor, opgelost in een ondergrondse kelder in het voorplein ten zuiden van het station; - 2000 onbetaalde en onbewaakte fietsstallingen aan de zuidzijde van het spoor, opgelost op het bestaande te verbreden dek ten oosten van het station (zie verderop); - 2000 onbetaalde en onbewaakte fietsstallingen aan de noordzijde van het spoor, mogelijk op te lossen onder het aan de noordzijde te realiseren 4e perron. Het betreft hier voorlopige getallen, de verwachting is dat deze cijfers nog verder opgehoogd zullen worden.
Uitgangspunt is kwalitatief goede oplossingen die de openbare ruimte niet belasten, zoals dat nu het geval is. 2.1.1 Boulevard Wie nu in Tilburg het station uitkomt en zijn weg wil vervolgen naar de Binnenstad, komt terecht in een situatie die verre van optimaal is. De ruimtelijke kwaliteit is ondermaats en er zijn geen duidelijke en aantrekkelijke voetgangersverbindingen naar de Binnenstad. Om dit op te lossen is het concept van de Boulevard bedacht. Door de herinrichting van de Spoorlaan in het kader van de nieuwe cityring ontstaat aan de noordzijde van het profiel ruimte om een breed trottoir te realiseren in oost/ westelijke richting tussen (bus-) station en het viaduct NS-plein - Heuvelring. Deze Boulevard verbindt de OV-knoop met de belangrijkste binnenstedelijke noord/ zuidlijnen voor voetgangers: Stationsstraat, stationspassage, Willem II-straat en –passage, Magazijnstraat, Heuvelring en NS-plein en de Veemarktstraat. Daarmee wordt de Boulevard op het niveau van de voetganger de nieuwe slagader van de Binnenstad. Ten westen van het station krijgt de Boulevard een vervolg in westelijke richting. Ter plaatse van het busstation kunnen voetgangers gebruik gaan maken van het nieuw aan te leggen centrale eilandperron en van het trottoir langs de Spoorlaan. Ter plaatse van het van Haestrechtkwartier en het ten westen daarvan te ontwikkelen Tilburg Talent Square (locatie Hart van Brabantlaan) zijn in oost/ westelijke richting voetgangersroutes gemaakt respectievelijk gepland. Uiteindelijk mondt e.e.a. uit in het van Gend & Loosterrein, waar plannen bestaan voor een invulling met een grote publieksaantrekkende functie in de sfeer van leisure en evenementen. 2.1.2 Stadslounge De Boulevard is primair een voetgangersroute. De gedachte is echter om de Boulevard meer programmatische betekenis te geven dan alleen een voetgangersverbinding. Hiervoor is het begrip “Stadslounge” geïntroduceerd. Hieronder wordt verstaan: een stedelijke ruimte, inclusief eventuele erlangs en/of erop gesitueerde bebouwing, die een intermediaire zone vormt tussen OV-knoop en de stad. Functies waaraan in dit bestek wordt gedacht zijn: - voorzieningen die de OV-knoop faciliteren of ondersteunen, zoals reisinformatie of fietsstallingen; - voorzieningen die de stad introduceren, waarbij kan worden gedacht aan “vooruitgeschoven posten” van
-
bijvoorbeeld culturele voorzieningen, onderwijsinstellingen etcetera; voorzieningen die passen bij de tussenpositie tussen OV-knoop en stad, zoals verblijfsplekken voor wachtende passagiers, (internet-) café, tijdelijke kantoorruimte etcetera.
2.1.3 Stadsbalkon De Gemeente onderzoekt nog in hoeverre de Boulevard, en daarmee de Spoorlaan, begeleid dient te worden door bebouwing. In bestemmingsplan Spoorzone is een visie vertaald die ervan uitgaat dat de Boulevard en de Spoorlaan aan de noordzijde begeleid en ruimtelijk begrensd worden door middel van een bebouwingswand direct langs het spoor. Deze visie gaat echter voorbij aan een aantal belangrijke ruimtelijke kwaliteiten: - de zichtbaarheid van de voormalige NS-werkplaats vanuit de bestaande Binnenstad en de zichtbaarheid van de bestaande Binnenstad vanuit de voormalige NS-werkplaats; - de zichtbaarheid van de bestaande Binnenstad vanuit de trein en de zichtbaarheid van de door de stad heen rijdende trein vanuit de bestaande Binnenstad. Deze kwaliteiten worden steeds meer op waarde geschat, zeker in het licht van de aanstaande transformatie van de voormalige NS-werkplaats tot een nieuw onderdeel van de Binnenstad. Om deze reden wordt in het actuele denken over de Spoorlaan, in tegenstelling tot de visie uit het bestemmingsplan, veel meer belang gehecht aan de beleving van de ruimte tussen de zuidelijke wand van de Spoorlaan en de zuidelijke wand van de voormalige NS-werkplaats. Deze zone wordt het Stadsbalkon genoemd. Het Stadsbalkon ligt tussen het van Haestrechtkwartier en de ten oosten van het bestaande viaduct NS-plein – Heuvelring geprojecteerde Klippergarage. Daarmee valt het Stadsbalkon samen met de Boulevard plus busstation. Ruggegraat van het Stadsbalkon is de betonnen (dek-) constructie, die onderdeel uitmaakt van het stationsontwerp en die loopt van het schakelgebouwtje op het busstation tot het voormalige postkantoor. Momenteel wordt in samenwerking met architectenbureau Cepezed nader onderzocht in hoeverre er binnen de zone van het Stadsbalkon bebouwing toegevoegd kan/moet worden.
Ten westen van het station is er sprake van een nieuw Tilburion dat dient ter vervanging van het oude Tilburion, dat plaats moet maken om voldoende ruimte te creëren voor een toekomstbestendig busstation. Voor de zone tussen station en de geplande Willem II-passage bestaat het plan om de hierboven genoemde oude betonnen constructie om te bouwen tot een (al dan niet commerciële) plint, die mogelijk aan één zijde in de Willem II-passage doorgetrokken zou kunnen worden. Bovenop deze constructie, op het dek, zijn minimaal 2000 onbetaalde en onbewaakte fietsstallingen gepland. Het dek zal hiertoe verbreed worden ter plaatse van het voormalige postspoor dat afgebroken wordt. Deze fietsstallingen zijn bereikbaar met tapis roulants. Een eerder plan om deze fietsstallingen ondergronds op te lossen is om financiële redenen gesneuveld. Ook oplossingen waarbij gesleuteld wordt aan de bestaande keerwand zijn om dezelfde reden onhaalbaar. Voor de zone ten oosten van de geplande Willem II-passage zijn nog geen uitgewerkte plannen. Uitgaande van het concept van het Stadsbalkon, wordt er wel aan gedacht om hier, behalve het te behouden voormalige postkantoor, op een gedoseerde wijze bebouwing toe te voegen. Eén en ander ter begeleiding en ter animering van de Boulevard en om invulling te geven aan de Stadslounge. In welke vorm is echter nog niet uitgekristalliseerd. Wel kan worden opgemerkt dat: - op dit moment niet wordt uitgegaan van een (al dan niet commerciële) plint, omdat wordt ingeschat dat hiervoor onvoldoende “vulling” bestaat; - wonen als functie wordt uitgesloten gezien het zware milieubelaste karakter van de locatie; - parkeren in principe buiten het plangebied opgelost moet worden, omdat verkeer op gespannen voet staat met de kwaliteit van de Boulevard als voetgangersgebied; wellicht zou het parkeren opgelost kunnen worden in de eerder genoemde Klippergarage. Een nog nader op te lossen punt is het bestaande parkeren van belanghebbenden op het dek. Zoals gezegd wordt uitgegaan van het behoud van het voormalige postkantoor. Wel is het gewenst, eventueel op termijn, om de begane grond verdieping (en eventueel 1e verdieping) ondieper te maken ten faveure van iets meer maat voor de Boulevard.
2.1.4 Pieter Vreedeplein fase 2 Een specifieke stedenbouwkundige opgave in de directe omgeving van de Spoorlaan is de herontwikkeling van Pieter Vreedeplein fase 2. Bij deze ontwikkeling is het de ambitie om het kernwinkelgebied (i.c. Pieter Vreedeplein) via de as Magazijnstraat in conceptueel en architectonisch opzicht door te trekken naar de Spoorlaan. Het voormalige postkantoor, dat tegenover de Magazijnstraat staat, gaat hierbij zowel behoren tot het milieu van de Spoorlaan als tot het binnenstadsmilieu Magazijnstraat. Deze ontwikkeling krijgt momenteel vorm binnen een zelfstandige planvorming.
4.
2.2 Kwaliteitsteam Spoorzone De gemeentelijke organisatie die bij de ontwikkeling van de Spoorzone betrokken is omvat onder andere de volgende personen: - Marieke Moorman (projectwethouder); - Joost Moller (wethouder); - Berend de Vries (wethouder); - Roel Lauwerier (wethouder); - Annette Mengde (directeur beleidsontwikkeling); - Guido van den Boorn (directeur gebiedsontwikkeling a.i.); - Lucien Kijsters (projectdirecteur); - Jan Horsman (stedenbouw); - Joep Frenken (vastgoed); - Yvanca Wensing (projectsecretaris).
4.2 Soort prijsvraag De prijsvraag is een ideëen ontwerpprijsvraag.
De stedenbouwkundige kwaliteit en samenhang van de totale gebiedsontwikkeling wordt bewaakt door het kwaliteitsteam Spoorzone. Het kwaliteitsteam bestaat uit: - Hubert-Jan Henket, archtitect Henket&Partners (architectuur); - Hans de Jonge, directievoorzitter Brink Groep (programma); - Edwin Santhagens, landschapsarchitect Sant & Co (landschap); - Ton Schaap (stedenbouw); - eroen Schilt (cultuurhistorie). Veel informatie over de Spoorzone is ook te vinden op http://www.tilburgspoorzone.nl 3. Opgave Geef een stedenbouwkundige visie/invulling van de stationsomgeving Spoorlaan ten oosten van het station tot en met het bestaande viaduct NS-plein – Heuvelring en maak een architectonische uitwerking van één van de relevante onderdelen.
Wedstrijdregels
4.1 Namen en adressen De officiële naam van de prijsvraag luidt: “Spoorlaan - Spoorzone - Tilburg”. De prijsvraag is uitgeschreven door de kring MiddenBrabant van de Bond van Nederlandse Architecten BNA in samenwerking met de Gemeente Tilburg. Informatie over de prijsvraag loopt via het Secretariaat van de BNA kring Midden-Brabant. Te benaderen via e-mail: mbrabant@bna-kringen.nl, fax 013-544 23 78 of Postbus 445, 5600 AK in Tilburg.
4.3 Doelstelling De doelstelling is het vervaardigen van stedenbouwkundige ideëen voor een mogelijke invulling op de Spoorlaan in Tilburg, tussen het centraal station en het kruispunt Heuvel/NS-plein, en een architectonische invulling van één van de relevante onderdelen. 4.4 Deelnemers Uitgenodigd tot deelname aan de prijsvraag zijn: Geregistreerde architecten, interieurarchitecten, stedenbouwkundigen en tuin- en landschapsarchitecten binnen het kringgebied, opgenomen in de laatste editie van de Stichting Bureau Architectenregister, en van wie het privé-adres als vermeld in dit register valt binnen het gebied van de kring Midden-Brabant van de BNA, leden van de kring Midden-Brabant van de BNA, bureaus binnen het kringgebied, waarbinnen in elk geval werkzaam is een geregistreerde ontwerper uit de laatste editie van de Stichting Bureau Architectenregister en studenten, echter alleen onder begeleiding van een mentor die aan de eerder genoemde voorwaarde voldoet. Uitsluitend deelnemers behorend tot de omschreven groep(en) kunnen tot winnaar(s) worden uitgeroepen. Het is toegestaan dat meerdere ontwerpers, behorend tot genoemde groep, gezamenlijk een plan indienen, danwel dat een architect, behorend tot genoemde groep zich laat adviseren door andere ontwerpers, landschapsdeskundigen en/of overige adviseurs. Belangstelling voor deelname heeft men kenbaar kunnen maken door vóór 21 april 2011 hiervan melding te maken aan het secretariaat van de Kring. Het inschrijfgeld dient
binnen 14 dagen na deze datum te worden voldaan op de bankrekening nr. 52 26 79 560 van de Kring Midden Brabant. Ontvangst van het inschrijfgeld geldt als definitieve aanmelding c.q. als garantie dat uw planinzending voor jurering wordt voorgelegd. Het verschuldigde inschrijfgeld bedraagt voor BNA-leden € 37,50 en niet-leden € 75,-. Indien een inschrijver, na ontvangst van de prijsvraagbescheiden, besluit meerdere plannen in te dienen, dan dient een veelvoud van dit bedrag -per extra inzendingte worden voldaan als hierboven omschreven. Als prijsvraagdeelnemers worden beschouwd alle aanvragers van het prijsvraagprogramma welke: 1. zich vóór 21 april 2011 hebben aangemeld bij het secretariaat van de kring en binnen twee weken na deze datum het inschrijfgeld te hebben voldaan, én 2. op 27 mei 2011, tussen 14.00 en 17.00 uur, hun inzending conform de elders aangegeven bepalingen hebben ingediend in het Deprez-gebouw, aan de Lange Nieuwstraat 172-174 in Tilburg. 5. Beoordeling 5.1 Jurering De beoordeling geschiedt door een deskundige jury bestaande uit - mevr. M. Moorman (voorzitter), wethouder gemeente Tilburg (o.a. architectuurbeleid en Spoorzone); - dhr. J. Möller, wethouder gemeente Tilburg (o.a. ruimtelijke ordening); - dhr. Jan Horsman, stedenbouwkundige gemeente Tilburg; - dhr. Ton Schaap, stedenbouwkundige kwaliteitsteam Spoorzone; - mevr. Evelien van Veen van Drost + van Veen architecten uit Rotterdam; - Dhr. Jos-Willem van Oorscht van VenhoevenCS architecture+urbansime uit Amsterdam. De jury dient zich gedegen in te leven in de prijsvraagmaterie. Zij stelt zich uitvoerig op de hoogte van voor de jurering bepalende aspecten voor zover deze niet eenduidig uit het prijsvraagprogramma zijn te herleiden. De inname van de prijsvraaginzendingen zal geschieden namens het bestuur van de BNA kring Midden-Brabant. De gastheer is zelf geen inzender van een ontwerp t.b.v. de prijsvraag en zal tevens aanwezig zijn tijdens de jurering. Hij ondersteunt de voorzitter van de jury bij zijn taak.
Tevens kan hij, bijvoorbeeld i.g.v. onoverkomelijke bezwaren in de aard en hoedanigheid van de jurering, een terugkoppeling maken met het kringbestuur. De jurysamenstelling bestaat vakinhoudelijk uit twee architecten, twee stedenbouwkundigen, een wethouder van de gemeente Tilburg. Al deze leden hebben een gelijk stemrecht. Voorts bestaat de jury uit een voorzitter zijnde een wethouder van de gemeente Tilburg. De voorzitter van de jury krijgt als duidelijke taakstelling om middels de jurering winnende plannen aan te wijzen met rangvolgorde. Zou tijdens de jurering de aanleiding ontstaan tot het niet aan kunnen c.q. willen wijzen van voldoende winnende plannen, dan is het primair de taak van de voorzitter om de stemgerechtigde leden hiertoe te verplichten conform de hen gegeven opdracht. Het staat de jury hierbij uiteraard vrij om inhoudelijk in te gaan op de ingediende plannen middels de juryrapportage. Middels hun deelname aan de jurering committeren de juryleden zich aan de uiteindelijke en eenduidige doelstelling om een prijswinnaar cq. meerdere prijswinnaars en een (of meerdere) reserveplan(nen) aan te wijzen, alsook om een juryrapport samen te stellen. De jury zal tenminste de hieronder vermelde beoordelingscriteria hanteren: 1. algemene criteria: - de algemeen beeldende visie van het plan; - de haalbaarheid of realiteitsgehalte van het plan, de financiële en technische maakbaarheid. 2. stedenbouwkundige inpassing: - de stedenbouwkundige kwaliteiten van het plan in de gegeven situatie - de relatie tot de nieuwe onderdoorgang in het verlengde van de Willem II straat. 3. architectonische uitwerking van één van de onder delen van de stedenbouwkundige visie: - de originaliteit van het architectonische concept en de esthetische uitwerking van het ontwerp; - de algemene architectonische en functionele kwaliteit. Wanneer bij enig ontwerp wezenlijke afwijkingen ten aanzien van de bepalende randvoorwaarden en de opgave worden geconstateerd, zal het betreffende ontwerp buiten de winnende reeks blijven. De prijsvraag organisatie en haar participanten dienen zich te conformeren aan de uitspraak van de jury en de geselecteerde prijswinnaars.
5.2 Rapportage Van de beoordeling zal door de jury een rapport worden vervaardigd waarin zij haar oordeel zal uitspreken. Het juryrapport dient de keuze van de 3 beste ontwerpen, alsmede de gekozen rangorde duidelijk te motiveren. Dit rapport zal na voltooiing van de jurering ter hand gesteld worden aan de prijsvraaguitschrijver t.b.v. de voorbereiding voor publicatie. Het volledige juryrapport wordt in de catalogus gepubliceerd. De catalogus zal uit 2 delen bestaan, te weten de rapportage en beoordeling van de jury, alsook een overzicht van de ingezonden plannen. leder plan wordt hierbij gedocumenteerd met door de inzender geselecteerd en voor zijn/haar plan relevant beeldmateriaal, alsmede een toelichting door de inzender op het ontwerp van maximaal 500 woorden. Deze plandocumentatie wordt rechtstreeks overgenomen van de ingediende bescheiden. Voor de kwaliteit van de reproducties van het aangeleverde beeldmateriaal en de taalkundige kwaliteit van de toelichting behoudt de inzender de verantwoordelijkheid.
I Tekening Tekening op A0-formaat, 1 stuks, liggend gepresenteerd (bxh=1189x841mm), bevestigd op lichtgewicht foambord, dik 10 mm. De tekening dient te bevatten: - stedenbouwkundige plattegrond, schaal 1:1000; - representatieve plattegronden; - relevante gevels; - voldoende aantal doorsneden; - 3D-impressies; - maquettes worden niet geaccepteerd. II Verkleining tekening In verband met de jurering dient iedere deelnemer een verkleining van de ingediende tekening (zie I) in 7-voud op A3-formaat bij te voegen voorzien van het motto. Indien de inzending in kleur wordt uitgevoerd, dient ook de verkleining in kleur te zijn. Deze verkleining zal gebruikt worden om de jury te informeren omtrent de ingediende plannen, zodat zij zich voor kunnen bereiden op de gezamenlijke beoordeling.
6. Inzending De inzending dient anoniem onder vermelding van het motto ingeleverd te worden. Het motto bestaat uit drie cijfers, gevolgd door vijf letters. Deze code van letters en cijfers dient op alle in te zenden documenten te worden aangebracht. Op geen van de in te dienen documenten mag het handschrift c.q. de signatuur van de ontwerper voorkomen, of in andere zin iets waaruit de herkomst van het ontwerp direct of indirect zou kunnen worden afgeleid. De inzending bestaat uit de onderstaande zaken: I Tekening/paneel op A0-formaat II Verkleining van de tekening I (op A3-formaat), 7 stuks III Toelichting op de inzending (zowel fysiek als digitaal op cd (Wordbestand) - een visie over de locatie - astedenbouwkundige toelichting - architectonische toelichting IV Een representatief beeld of collage van het ontwerp t.b.v. de publicatie; V Naambrief met auteursverklaring; VI Correspondentiebrief; VII CD met de bovengenoemde gegevens als vermeld onder punt II t/m IV (digitaal op cd: JPEG-, TIFF of PDF- bestand(en)); Let op: materiaal dat niet digitaal wordt aangeleverd kan niet in de catalogus worden opgenomen.
III Toelichting project Toelichting op het project, omvattende een beschrijving van het ontwerpc.q. een visie over de opgave in max. 500 woorden gepresenteerd op A4-formaat. De beschrijving wordt zonder taalkundige of inhoudelijke correctie opgenomen in de uit te brengen planverzameling/catalogus in combinatie met het relevante beeldmateriaal. De toelichting dient voorzien te zijn van een motto. IV Een representatief beeld of collage van het ontwerp In verband met de uit te brengen catalogus dient elke deelnemer een representatief beeld of een leesbare collage van zijn of haar ontwerp digitaal aan te leveren. Dit beeldmateriaal dient zodanig van kwaliteit te zijn dat het opgenomen kan worden in de uit te geven catalogus. De indiener dient er rekening mee te houden dat de catalogus eventueel in zwart/wit kan worden uitgevoerd. Het formaat van het beeld dient 20x20 cm te zijn in een resolutie van 300 dpi. De te hanteren bestandsformaten zijn: JPEG, TIFF of PDF. Gelieve uw bestanden op cd aan te leveren. V Naambrief met auteursverklaring De inzending dient een naambrief te bevatten met een auteursverklaring waarin de deelnemer verklaart dat het ontwerp zijn/haar geestelijk eigendom is. Deze naambrief dient te worden ingesloten in een gesloten, verzegelde, enveloppe met hierop duidelijk vermeld “naambrief� en het motto. De jury heeft de bevoegdheid alle naambrieven
na de interne uitspraak te openen en de namen van de inzenders bekend te maken. VI Correspondentiebrief Om zonodig in contact te kunnen komen met de inzender, met handhaving van diens anonimiteit, dient een brief met het correspondentieadres (dat niet van de deelnemer mag zijn) te worden ingesloten in een verzegelde enveloppe met hierop duidelijk vermeld “correspondentiebrief” en het motto. VII CD met digitale informatie De inzending, de toelichting en een representatief beeld of collage dient digitaal aangeleverd te worden op een CD. 7. Tijdschema - 08 april 2011 De prijsvraag wordt middels een schrijven aangekondigd aan alle potentiële deelnemers. - 20 april 2011 Uiterlijke datum voor aanmelding deelname aan de prijsvraag. - 20 april 2011 Het prijsvraagprogramma wordt verzonden aan de deelnemers. - 29 april 2011 Tot en met deze datum kunnen door de deelnemers vragen met betrekking tot prijsvraagprogramma worden ingediend bij het secretariaat van de prijsvraaguitschrijver. - 02 mei 2011 De verzamelde vragen; alsmede alle antwoorden op vragen van deelnemers worden op schrift gesteld en verzonden naar alle deelnemers. - 27 mei 2011 Indienen van de ontwerpen door de deelnemers in het Deprez gebouw aan de Lange Nieuwstraat tussen 14.00-17.00 uur. - 06 juni 2011 Jurering. - 14 juni 2011 Start tentoonstelling van de ingediende plannen in de centrale bibliotheek op het Koningsplein in Tilburg. - 24 juni 2011 Bekendmaking van het winnend ontwerp door de vakjury op een nader te bepalen locatie in combinatie met de Dag van de Architectuur.
8. Prijzen De eerste prijs zal worden toegekend aan de ontwerper die volgens de jury het beste invulling kan geven aan de opgave op de locatie Spoorlaan - Spoorzone in Tilburg. Aan de eerste prijs wordt een geldprijs ter beschikking gesteld van €12.500,--. De tweede bestaat uit een geldprijs van €7.500,-- en aan de derde prijs wordt een geldprijs ter beschikking gesteld van €5.000,--. De prijzen worden ter beschikking gesteld door de mede-organiserende partij Gemeente Tilburg. Tevens biedt de prijsvraag voor de winnaars en de niet-prijswinnaars de mogelijkheid om zich middels de tentoonstelling en bijbehorende publicatie te profileren voor de verdergaande ontwikkeling in de Spoorzone. 9. Tentoonstelling Door de prijsvraaguitschrijver zal medio juni 2011, voorafgaand aan de bekendmaking van de winnaars, in de centrale bibliotheek op het Koningsplein in Tilburg, een tentoonstelling worden georganiseerd waar alle ingediende ontwerpen gepresenteerd zullen worden. 10. Overige bepalingen a.
b.
c.
d.
Vanaf de dag van ontvangst tot en met de ophaaldagen zullen alle inzendingen tot een bedrag van € 250,- worden verzekerd tegen schade. Niet in het programma gevraagde stukken blijven buiten de verzekering. Het is de deelnemers verboden ontwerpen in te zenden welke voor de sluitingsdatum van de prijsvraag zijn gepubliceerd, zijn/haar anonimiteit op te heffen, of de door hem/haar ingezonden ontwerpen bekend te maken voordat de jury de prijswinnaars heeft gepubliceerd, e.e.a. op straffe van volledige uitsluiting van deelname. De bepalingen van de Algemene Nederlandse Prijsvraagregelen, ANP 1972, zijn van toepassing op de prijsvraag. De deelnemers erkennen door hun inzending de Algemene Nederlandse Prijsvraagregelen ANP 1972, alsmede de regelen van het prijsvraagprogramma, als te zijn van toepassing op deze prijsvraag, en verbinden zich aan deze regelen te zullen houden en zich onvoorwaardelijk aan de uitspraak van de jury te zullen onderwerpen.
e. f.
g.
h.
i.
j.
k. l.
De prijsvraaguitschrijver zal zich onvoorwaardelijk aan de uitspraak van de jury onderwerpen. Alle documenten moeten anoniem worden ingezonden onder een motto, dat op alle bij de inzending behorende stukken en op de verpakking moet voorkomen. Het motto moet met tekstverwerker reproduceerbaar zijn. Zoals eerder vermeld dienen bij elke inzending twee afzonderlijke, gesloten enveloppen te worden gevoegd. In de eerste (de naambrief), een door de ontwerper ondertekende verklaring, luidend: “ondergetekende, inzender van het ontwerp onder motto ... , verklaart dat dit ontwerp zijn/ haar geestelijk eigendom is”, met duidelijke naam- en adresvermelding. In de tweede (de correspondentiebrief), een adres dat niet van de deelnemer mag zijn. Op de buitenzijde van de enveloppen moeten respectievelijk de aanduidingen ‘naambrief’ en ‘correspondentiebrief’ vermeld zijn, onder vermelding van het motto. De enveloppe met de aanduiding ‘correspondentiebrief’ zal voor de uitspraak van de jury alleen door haar mogen worden geopend, indien het nodig zou blijken in contact te moeten treden met de deelnemer, die zijn/haar anonimiteit daarbij niet mag opheffen. Toevoeging van niet gevraagde documenten wordt als een ongeoorloofde afwijking beschouwd en heeft tot gevolg dat de gehele inzending waarbij dit geschiedt, buiten beschouwing zal blijven. Een dergelijke inzending wordt aan het correspondentie-adres teruggezonden, tenzij de jury in geval van overmacht de deelneming aan de prijsvraag alsnog billijk acht. De inzendingen kunnen op een nader te bepalen tijdstip worden afgehaald, na afloop van de tentoonstelling. De normale regels m.b.t. de auteursrechten zijn en blijven van kracht. Elk prijsvraagontwerp blijft het geestelijk eigendom van de ontwerper. De deelnemers staan toe dat de ontwerpen worden tentoongesteld en worden gepubliceerd in het juryrapport of anderszins. Het inzenden of ter hand stellen van de documenten geeft geen recht op verwezenlijking. Inzendingen dienen volledig verpakt bij de prijsvraagorganisatie te worden ingeleverd. In een afgesloten ruimte wordt, in aanwezigheid van alleen de inzender en een medewerker van het prijsvraagsecretariaat, de inzending uitgepakt, gecontroleerd en ingeschreven, onder vermelding van het motto, met behoud van anonimiteit.
11. Informatie Tot en met 29 april 2011 kunnen door de deelnemers aan de prijsvraag schriftelijk vragen worden gesteld bij de prijsvraaguitschrijver met betrekking tot het prijsvraagprogramma en de bijlagen. Uiterlijk op 02 mei 2011 zullen de verzamelde vragen van deelnemers, alsmede de antwoorden op al deze vragen door de prijsvraaguitschrijver op schrift worden gesteld en verzonden naar alle deelnemers. 12. Geschillen In geval van geschillen zal, tenzij partijen een andere wijze van beslechting overeenkomen, de permanente prijsvraagcommissie als arbiter optreden en een bindende uitspraak doen. Partijen verplichten zich te onderwerpen aan deze uitspraak. Geschillen worden behandeld op de wijze zoals aangegeven in artikel 41 van de ANP 1972. 13. Prijsvraaguitschrijver / secretariaat De prijsvraag wordt uitgeschreven door de Kring MiddenBrabant van de Bond van Nederlandse Architecten BNA. Secretariaats-adres prijsvraaguitschrijver: Postbus 445, 5000 AK Tilburg. 14. Bijlagen Bij dit prijsvraagprogramma behoren de navolgende bijlagen, welke alleen per e-mail worden toegezonden: bijlage 1 ondergrond gemeente Tilburg, bestaande situatie (dwg) bijlage 2 ondergrond gemeente Tilburg, toekomstige situatie cityring/ boulevard (dwg) bijlage 3 plankaart Cepezed (dwg) bijlage 4a, b en c plankaart Cepezed in kleur (pdf) bijlage 5a en b ontwerpmateriaal Cepezed mbt onbewaakte fietsenstalling, plint, boulevard (pdf)
Tilburg, 20 april 2011 BNA Kring Midden-Brabant
juryrapport
De Kring Midden-Brabant van de Bond van Nederlandse Architecten BNA organiseert om de twee jaar een prijsvraag. Dit jaar betrof het een ideeënprijsvraag rondom de ‘Spoorlaan - Spoorzone, Tilburg’. De opgave werd geformuleerd in samenwerking met de gemeente Tilburg. Op 6 juni vond de jurering plaats. De jury bestond uit: Marieke Moorman (voorzitter) – wethouder gemeente Tilburg (o.a. architectuurbeleid en Spoorzone), Joost Möller – wethouder gemeente Tilburg (o.a. ruimtelijke ordening), Jan Horsman – stedenbouwkundige gemeente Tilburg, Ton Schaap – stedenbouwkundige kwaliteitsteam Spoorzone, Evelien van Veen – Drost + van Veen architecten, Jos-Willem van Oorschot – VenhoevenCS architecture+urbanisme. Lucien Kuijsters begeleide de jurering vanuit de gemeente en Ed Bergers was gastheer vanuit de BNA Kring Midden-Brabant. De gestelde opgave bestond enerzijds uit het ontwikkelen van een onderbouwd stedenbouwkundig plan op de stationsomgeving Spoorlaan. Daarnaast werd ook gevraagd om een architectonische uitwerking van één van de relevante onderdelen uit dat plan. Het betreft het gebied ten oosten van het station, langs het spoor aan de kant van de binnenstad. Van het NS-station tot en met het bestaande viaduct NS-plein – Heuvelring. Deze wat naargeestige zone vormt geen gemakkelijke opgave. Er komen veel zaken samen en een overkoepelende visie mist nog. Ook moeten er verschillende praktische problemen worden opgelost. De onderdoorgang naar de noordzijde van het spoor bijvoorbeeld, en er is stalling nodig voor een enorme hoeveelheid fietsen. De deelnemers werd derhalve gevraagd om een vernieuwend concept met realiteitszin. De ruimtelijke en functionele kwaliteit van het plan moet in potentie aanwezig zijn en ook de aansluiting op de bestaande context, zowel fysiek als in bestaande visie, is van belang. De jury had zich terdege voorbereid op de sessie van 6 juni. Alle plannen waren van te voren bestudeerd. Het jureren was echter geen gemakkelijke taak, daar er niet direct een overduidelijke winnaar aan te wijzen was. Veel plannen bevatten lovenswaardige ideeën, maar geen van de plannen stak er met kop en schouders boven uit. Om op eerlijke wijze tot een winnaar te komen, werden alle projecten uitvoerig geanalyseerd, bediscussieerd en bekritiseert.
Steeds vielen er plannen af, tot er nog een drietal plannen over bleef. Er volgde opnieuw een flinke discussie waarin de aanwezige kwaliteiten werden getoetst op de gestelde eisen. Dit heeft geleid tot de volgende uitslag: 1 T-PARK011 2 839GEO-X 3 24.7BÜHNE
Alle plannen zijn voorzien van opmerkingen door de jury. 013KNOOP De actuele en urgente maar ontwerptechnisch wellicht minder ‘sexy’ problemen, zoals geluidshinder, worden aan de orde gesteld in dit plan, dat is een insteek die de jury kan waarderen. Ook de manier waarop dat gebeurt, door de problemen ‘om te denken’ is sterk. De oplossing lijkt slim, maar al snel komt de vraag: Hoe kom je aan zoveel laagwaardige functies? Hoewel het plan een aantal problemen oplost, introduceert het ook nieuwe vraagstukken. Het is een robuust statement, maar daarmee ook erg grootschalig, en is weinig respect voor de bestaande situatie of visie. De formele uitwerking overstijgt de letterlijk een diagram niet, waardoor de ruimtelijke kwaliteit onduidelijk blijft. 013HPARK De idee van een opgetilde boulevard langs het spoor wordt hier architectonisch mooi uitgewerkt. De jury vraagt zich echter af of de boulevard het ook op andere gebieden in zich heeft om echt als parkstrook te functioneren, bijvoorbeeld gezien de geluidsoverlast van de treinen en mogelijke sociale (on)veiligheid. De aandacht voor de route bovenlangs gaat ten kosten van het ontwerp op maaiveldniveau, daar verandert uiteindelijk weinig. De nieuw bedachte functie van vergadercentrum/horeca is vanzelfsprekend en functioneel. 105SQ ARE Organisatorisch lost deze ingreep een groot deel van de aan de orde gestelde problemen op. De aansluiting vanuit de binnenstad, via het plein, op het gebied ten noorden van het spoor (De Werkplaats) is goed doordacht en krachtig. Ook wordt met de golvende beweging onder het spoor door mooi aangesloten op de vormentaal van het stationsdak van Van der Gaast. Het is echter een financieel totaal onhaalbaar plan. Bij het versmallen van de tunnelbak vervalt veel van de kwaliteit van het plan. Ook het ontwerp
van het plein vindt de jury wat vreemd, de ruimte is nu niet bruikbaar voor evenementen en tijdelijk gebruik. Tevens zijn er vraagtekens te plaatsen bij de “herbergzaamheid” van het plein. 2011.SPOO Ook in dit plan is gespeeld met de hoogteverschillen en er wordt aansluiting gezocht met het voormalig postkantoor. Dit gebeurt echter niet op een overtuigende manier. De loopbrug is onaantrekkelijk en ook de route via het maaiveld wordt er niet beter van. Het voorstel de bovenkant van het voormalig postkantoor af te halen, werkt qua beeld, maar het lost de probleempunten in het gebied niet op. Ook de nieuwe onderdoorgang ligt op een vreemde plek. 2020BALK(ON) Dit plan sluit goed aan op de bestaande plannen. De jury ziet ook de potentie van de mooie beelden en ideeën die worden gepresenteerd, maar vraagt zich af of deze plek geschikt is voor een dergelijk park. Hoe levendig wordt deze plek, en hoe wordt ze geactiveerd? Het middel van een parkroute lijkt niet in verhouding tot de oplossing die ermee geboden wordt. De minimale relatie tussen het park en het maaiveld komt volgens de jury geen van beide werelden ten goede. 24.7BÜHNE derde prijs Hier is een onderlegger ontworpen die ruimte biedt aan de vele evenementen die Tilburg kent. Daarmee sluit het ontwerp goed aan op de identiteit van de stad en het is een geloofwaardige locatie voor een dergelijk programma. Ook ziet de jury de potentie om in de toekomst meer programma toe te voegen. De idee om het op hoogte gelegen bestaande fietspad langs het spoor door te trekken is het onderzoeken waard. Het zou in ieder geval helpen de bovenwereld te verder te activeren. Want het is wel een erg kwetsbaar plan. Wat gebeurt er op het moment dat geen evenement is? Hoe hoog is de verblijfskwaliteit en hoe staat het met de sociale veiligheid van de geboden ruimte op een ‘door de weeks’ moment? 321LLINK Het stadsbalkon zoals bedacht door architect Van der Gaast wordt intact gelaten, dat is een mooi gebaar. Helaas wordt de aanleiding van de verschillende hoogteniveaus daarbij niet benut. Door te werken met zicht- en looplijnen wordt het gebied tussen het station en een nieuw geïntroduceerde
gebouw op maaiveldniveau vormgegeven. De ruimtelijke uitwerking van de route is echter niet zodanig dat ze overtuigt. Ook biedt dit plan geen oplossing voor de fietsenproblematiek. Door bij de uitwerking van het plan sterk in te zetten op het gebouw wordt de kern van de zaak ontweken.
Goed is dat het lawaai van het spoor wordt ingepakt en ook de creatie van een hele geheel nieuwe en bijzondere aankomstervaring wordt door de jury gewaardeerd. Ruimtelijk worden her en der mooie plekken ontworpen, maar de totale kwaliteit van vooral het maaiveld en de routing langs het spoor lijken nauwelijks te verbeteren.
365MARKT De nieuwe verbinding onder het spoor door vormgeven als plein is stedenbouwkundig sterk, maar in werkelijkheid is het een onbetaalbare en dus onhaalbare oplossing. Het plan valt of staat bij dit plein. Als gebaar en gedachte is het interessant, maar het is een enorme ingreep zonder dat er bijvoorbeeld veel programma aan de locatie worden toegevoegd. Ook de aansluiting van het nieuwe plein op de binnenstad vormt een erg abrupte schaalsprong. De parkeergarage is een interessante en stoere ingreep die op deze plek echter niet de juiste oplossing biedt.
T-PARK011 eerste prijs Het groene totaallandschap langs het spoor lijkt in eerste instantie weinig vernieuwend of opvallend, maar het is wel een kloppend plan. Er is slim gewerkt met de hoogteerschillen, het hier en daar optillen van het maaiveld zorgt voor mooie en functionele ruimtes, zowel eronder als erboven. De voetgangersbrug over het spoor wordt hierbij gezien als een bijzonder element van toegevoegde waarde. De geloofwaardigheid van het gecreëerde park is afhankelijk van de gebruikskwaliteit die je kunt genereren, die potentie is er, mede door het introduceren van ruimte voor evenementen en tijdelijk gebruik. Dit is echter tevens de achilleshiel van het plan. Ook is het de vraag of het concept overeind blijft in een meer realistische context, als bijvoorbeeld enkel het gebied tussen station en het voormalig postkantoor zou worden gerealiseerd. Ondanks een kritische noot, ziet de jury in dit goed doordachte plan veel potentie en aanzet tot ruimtelijke kwaliteit voor het gebied en de stad Tilburg in haar geheel.
511JVDVR Het markeren van de spooronderdoorgang werkt stedenbouwkundig sterk. Ook het statement van parkeertorens voor fietsen wordt door de jury gezien als een in potentie interessant idee. Door vooral het fietsprobleem op te lossen is een realistische insteek gekozen, maar de gekozen de uitwerking is een groots gebaar dat niet overeenkomt met dit realisme. De formele uitwerking vindt de jury onaantrekkelijk en de positionering van de tweede toren is wat ongemakkelijk. De boulevardstrip wordt met deze oplossing nauwelijks geactiveerd en een overkoepelende visie mist. 839GEO-X tweede prijs Deze ‘lauwbrug’ maakt een sympathiek en charmant statement. Daarnaast is het ook nog eens een zeer uitvoerbaar plan. Door de ruimte rond het spoor direct in te nemen en de ontwikkelingen rondom de spoorzone zichtbaar te maken, zet je dit gebied direct ‘in de markt’. Het denken in fasering is sterk en realistisch. Het plan biedt echter nauwelijks oplossing voor de periode na 2015, en is daarmee vooral een voorloper op een ander plan. De architectonische kwaliteit laat nog te wensen over, waardoor het project beeldend minder overtuigt dan de kracht van het idee. BOER ZOEKT STAD Door in te spelen op de actuele ideeën over het opnemen van agrarische activiteiten in een stedelijke omgeving, lijkt dit plan een spannende invalshoek te nemen. Het plan is echter absoluut onrealistisch op deze plek in de stad.
VN2011 Een gewaagd plan! Het opspannen van het gebied tussen station en een nieuw en voor publiek aantrekkelijk gebouw is een logische gedachte. Maar door scherp te stellen op een grote publiekstrekker aan het einde van de strip, mist een visie op de route zelf. Ook vraagt de jury zich af of een gebouw van dergelijke omvang en programma niet beter op zijn plek is elders in de stad. Daarbij gaat het de concurrentie aan met de toekomstige functies ten noorden van het spoor. De parkeeroplossing is interessant en 3D-speeltuin een bijzonder spannend idee, de loopbrug naar de binnenstad vindt de jury daarentegen een onnodig gebaar.
inzendingen
De volgorde van inzendingen is numeriek en alfabetisch.
013KNOOP
Juliëtte Boogers Jos van de Ven Boogers & van de Ven
321LLINK
ir. Maurice van Hooijdonk C5 Architecten ir. Tithia Adema
013HPARK
ir. E. Borgert BORGERT architecten ir. R.B. van Aerde Atelier RBAP
365MARKT
Kim de Greef John van Lierop Peter van Schie
105SQ ARE
Frans van den Hout Camiel van Stegeren Arno Kolen Raymon Blondel Ralph Dansen Willem van Asten Toon Tjin-a-Sie Frank Doomen Frits Dansen DE VIERDE TOREN
511JVDVR
Victor J.A. Retel Helmrich avb Joep van Dooren b.i.
839GEO-X tweede prijs
Kasper van Dun Mark Machielsen mentor Jeroen Wouters
BOER ZOEKT STAD
Jeroen Wouters Gijs Hoeijmans Rob Grim Architectenbureau JMW
T-PARK011 eerste prijs
luijten|smeulders|architecten i.s.m. ek stedenbouw|landschap
2011.SPOO P.V. van der Meulen djA
2020BALK(ON)
Alicja Zborowska-van Gestel Jeroen Weijers Van Oers Weijers Architecten BNA
24.7BÜHNE derde prijs
Walter van der Hamsvoord Desiree Vermeer Niels van Ham Bas Coret De Architectenwerkgroep Tilburg
VN2011 Willie Crox Crox Architecten Toon van Gisbergen Toon van Gisbergen Visuals Geurt Grosfeld Sonax
Motto 013KNOOP
Geschiedenis In 1863 werd de aanleg van de spoorlijn Breda-Eindhoven via Tilburg een feit. Bovendien kwam de locomotiefwerkplaats naar Tilburg. Deze ingreep deelde de stad in tweeën. Eén deel ten noorden, een ander ten zuiden van het spoor. Door toenemende industriële bedrijvigheid en daarbij horende bevoorrading ontstonden veel rangeerbewegingen. Zo veel dat de beroepsbevolking die de spoorwegovergangen moest passeren, daar in toenemende mate overlast van ondervond. Berucht waren de wachttijden. Al tijdens het interbellum was de roep om “hoogspoor” hoorbaar. In de jaren 60 van de vorige eeuw werd dat samen met een nieuw station gerealiseerd. Evenwel een fysieke scheiding is tot vandaag aanwezig. Het vertrek van de NS-werkplaats uit het centrum van Tilburg maakt het mogelijk om het vrijgekomen gebied “De Spoorzone” op een bijzondere manier te ontwikkelen. Om Noord en Zuid te verbinden zullen meer doorgangen onder de spoorlijn gemaakt worden. Immers de trein blijft bovengronds rijden. Idee Alle goede bedoelingen ten spijt blijft een noord-zuid scheiding bestaan. Wij stellen dan ook voor het probleem om te draaien. Maak van een nadeel een voordeel. De scheiding binnen de stad moet de bindende factor worden. De oost-west verbinding moet geaccentueerd worden en samen met de noord-zuid verbinding een knoop of streng gaan vormen.
Vorm Daartoe stellen wij voor ter weerszijden van het “hoogspoor” lange transparante hallen met een open structuur te situeren. Beiden 3 bouwlagen hoog, ca 13 meter. De hallen lopen vanaf de klokkentoren (wasknijper) tot aan de Clippergarage. Die aan de zuidzijde is ca 20 meter breed. De begane grond onder het verlengde perron vullen wij in met kleinschalige speciaalzaken zoals delicatessenwinkels, banketbakkers, Starbucks, luxe modezaken, cafés, restaurants, etc. In de twee bovenliggende bouwlagen worden een aantal units geplaatst waarin al dan niet commerciële activiteiten gehuisvest worden. De restruimte gaat meer culturele doeleinden dienen. Ook de fietsenstalling wordt binnen deze ruimte ondergebracht en in het voormalige postkantoor zien wij een grote discotheek. Aan de noordzijde staat een even lange maar smallere hal, waarin over alle bouwlagen een permanente markt onderdak vindt. Dus midden in een werk-, onderwijsen woonomgeving. De twee bouwdelen zijn voorzien van meerdere trappen, roltrappen, rolbanen etc. en zijn met elkaar verbonden middels bruggen over het spoor. Verder zijn op diverse plaatsen loopbruggen gepland die een verbinding met het centrum vormen. Bovengenoemde hallen hebben aan de niet-spoorzijde uitstulpingen van de diverse units, soms in de vorm van balkons. Aan de buitenzijde van de glasdaken zijn zonwerende lamellen aangebracht, terwijl de gevels worden uitgevoerd in zonwerende, eventueel gekleurde beglazing. Mede door de ontwikkelingen binnen de spoorzone ontstaat een levendige infrastructurele, commerciële, culturele “streng”, die binnen Tilburg “the place to be” wordt. Zij gaat een positieve “boost” geven aan Tilburg, zowel ten noorden als ten zuiden van “de lijn”.
JuliĂŤtte Boogers | Jos van de Ven Boogers & van de Ven
Motto 013HPARK
Inleiding: 3 knooppunten Het gebied ten oosten van het centraal station in Tilburg wordt op dit moment gekenmerkt als een diffuus, onbestemd en identiteitsloos gebied. Er is op dit moment nog geen goede programmatische invulling die voorziet in een verbinding tussen de nieuwe spoorzone en de oude binnenstad. De ideeënprijsvraag Spoorzone vraagt om een oplossing voor dit stedebouwkundige probleem. In Nederland zijn veel stationsgebieden van oudsher excentrisch van het stadscentrum gesitueerd. Door de vele stadsuitbreidingen zijn deze gebieden tegenwoordig onderdeel uit gaan maken van het stadscentrum. Ook in Tilburg is dit een actueel onderwerp nu er grote binnenstedelijke stadsuitbreidingen zijn gepland in de spoorzone achter het Centraal Station. Het gebied ten oosten van het station is een belangrijke schakel tussen dit nieuwe gebied en het oude stadscentrum. In dit gebied zijn 3 belangrijke knooppunten terug te vinden: 1. Centraal Station als OV-knooppunt 2. Nieuwe langzaamverkeer onderdoorgang Willem II Straat als verbinding tussen oud en nieuw 3. Het oude postkantoor als verbinding tussen het Pieter Vreedeplein (2e fase) en het stationsgebied Stedebouwkundige opzet Het plangebied van de opgave wordt begrensd door de spoordijk (Noord), de spoorlaan (Zuid), het Centraal Station (West) en het oude postkantoor (Oost). Er is sprake van verschillende gebruikers in dit gebied; de treinreiziger, de automobilist, de fietser, de voetganger en de flaneur. Op dit moment lopen alle verkeersstromen door elkaar heen. Om dit logischer en efficiënter te organiseren voorziet het plan High Park in verschillende domeinen volgens de theorie van Manuel Castells. Volgens de theorie van de Spaanse socioloog Manuel Castells, gaat het om de samenkomst van spaces of flow en spaces of place. Stations en hun omgeving zijn de knooppunten van flows en places, de gebieden waar vervoersstromen één worden met plekken die een volwaardig onderdeel zijn van het stadscentrum of herschapen tot aantrekkelijke verblijfsruimten.
In het plan wordt het oude perron getransformeerd tot groene verblijfsruimte (High Park) wat behoort tot de space of place. De ruimte onder het perron heeft een meer stedelijk karakter met ruimte voor openbare fietsenstalling en snel bestemmingsverkeer van en naar het Centraal Station; space of flow. Architectonische invulling Naast de stedebouwkundige knooppunten bij het Centraal Station en de onderdoorgang bij de Willem II Straat is er nog sprake van een ander knooppunt. Het oude postkantoor neemt een markante positie in in het spoorzonegebied en kan opgevat worden als het derde knooppunt. Het is zowel het beginpunt van High Park als een ontmoetingsplek voor bedrijfsleven, stadsbewoner en student. Aangezien het oude postkantoor opgebouwd is aan de hand van een heldere constructieve structuur, leent het zich makkelijk voor een herbestemming. Om het High Park te verbinden aan de oude binnenstad is ervoor gekozen om het park door te trekken in het gebouw waardoor er een echt stadsbalkon ontstaat waar Tilburgers en bezoekers van de stad elkaar kunnen ontmoeten. Het gebouw zou dan kunnen gaan functioneren als een soort business centre voor verschillende doelgroepen, waarbij de plint onderdeel is van de space of flow en daarom plaats biedt aan verschillende retailvoorzieningen en de 1e verdieping behoort bij de space of place.
ir. E. Borgert BORGERT architecten | ir. R.B. van Aerde Atelier RBAP
Motto 105SQ ARE
Een Stationsplein voor Tilburg Het hoogspoor veroorzaakt sinds haar aanleg een opdeling van Tilburg. Het zuidelijke deel van de stad heeft zich hierbij ontwikkeld tot het winkel- en culturele hart; het noordelijke deel tot een rustige woonomgeving. Verbindingen met uitsluitend tunnels zullen, ondanks de goede bedoelingen, de ruimtelijke barriëre die het spoor vormt niet doorbreken. De oost-west oriëntatie van de Spoorlaan en de Esplanade versterkt dit gegeven. De herontwikkeling van de Spoorzone moet voor meer ‘reuring’ in het noorden gaan zorgen, en krijgt hierdoor een belangrijke betekenis voor de positionering van het zwaartepunt van het centrum. De gelijktijdige ontwikkeling van centrum-noord en de herinrichting van de Spoorlaan vormen, ook historisch gezien, de uitgelezen mogelijkheid om beide stadsdelen ruimtelijk en fysiek met elkaar te herenigen. Het Stationsplein van Tilburg doet hierbij eindelijk haar intrede! Niet vóór het station, maar daar waar de barriëre ligt: onder het spoor. Dwars op de oost-west richting, in de overgang van noord naar zuid, en als verbinder van Spoorlaan en Esplanade. Het plein ligt in het verlengde van de Willem II Straat, de fraaie loper naar het centrumgebied, en is van daaruit een oriëntatiepunt. Het plein is als een essentiëel onderdeel ruimtelijk ingebed in de nieuwe structuur van de Spoorzone, en is de ontmoetingsruimte en wachtkamer voor duizenden dagelijkse gebruikers. De spil op de route tussen de Spoorzone en het centrum! Het plein wordt gebruikt door bezoekers van de achtergelegen Fontys Campus, maar uiteraard ook door bezoekers van het station. De perrons zijn vanaf het plein immers direct toegankelijk gemaakt. De bestaande stationshal met haar iconische overkapping blijft functioneren in relatie tot het busstation, en is de voordeur naar de taxi- en k&r-zone. Fietsen worden hierbij onder het plein in een grote kelder gestald, en niet op hoger gelegen niveaus teneinde een belemmerd zicht op de stad vanuit de treinen te voorkomen.
Het plaatselijk onderbreken van de bestaande spoordijk middels het maken van een plein, biedt tevens unieke mogelijkheden voor de herbestemming van de glazen locomotievenhal. Hoge gebouwen aan de oostwand van het plein completeren hierbij de stedelijke oriëntatie rondom: door een uniforme architectuur en commerciële activiteiten in de onderlaag ondersteunen zij de pleinvorm alsook de noord-zuid verbinding. Deze gebouwen vormen tevens een financiële compensatie voor het plan. De ranke betonnen draagstructuren van de spoorbanen over het plein zijn onderdeel van de inrichting, en staan in open verbinding met de ondergelegen fietsenkelder. De benodigde hoogte onder het spoor wordt verkregen door de pleinvloer glooiend uit te voeren, waardoor de stadslounge een bijzonder karakter krijgt. Diverse strakke zit- en inrichtingselementen, alsmede de in- en uitgangen van de kelder, zijn gelegen in scherpe sneden in het pleindek. ‘s Avonds lichten deze gaten op. Aan de Spoorlaan blijft de geplande commerciële en horeca plint gehandhaafd. Daarnaast krijgt de bestaande karakteristieke klokkentoren meer ruimte en krijgt het stadsbalkon vanaf perron 1 een logische plek. Het Stationsplein is 105 are groot, en kan door haar maat voor diverse kleinere activiteiten en als logisch onderdeel van de kermis-route worden ingezet.
Frans van den Hout | Camiel van Stegeren | Arno Kolen | Raymon Blondel Ralph Dansen | Willem van Asten | Toon Tjin-a-Sie | Frank Doomen | Frits Dansen DE VIERDE TOREN
Motto 2011.SPOO
Visie Tilburg is een stad in beweging. Veel gebouwen zijn gekomen en zijn ook weer gegaan. Soms zelfs zeer monumentale gebouwen uit het verleden staan niet meer in de stad. Om dit te voorkomen dient men gebruik te maken van de mogelijkheid om bestaande gebouwen te behouden om zo de tijd te geven om ook uit te groeien tot monumentale gebouwen. Door de economische dip van vandaag is het pand te groot voor de vraag. Er staan veel kantoren leeg in Tilburg en dit is meestal niet ten goede voor het pand. Door het andere functies te geven is het mogelijk deze weer tot bloei te laten komen. Het is een belangrijk punt in de eerste ontmoeting met de stad als men met de trein aankomt. Om in de toekomst toch een plek te hebben om tot rust te komen tussen alle hectiek en een verbinding tussen NS terrein en de binnenstad moet er een park komen. Veel mensen trekken in de zomer naar parken. Zo is de Interpolis tuin een goed voorbeeld van hoe een stadspark moet zijn. Dit is echter nog niet genoeg in Tilburg. Stedenbouwkundig Het ontwerp is zo tot stand gekomen dat de bezoeker van Tilburg twee opties heeft als hij de stad binnenkomt per trein. Hij kan of gelijk de stad in via de Willem II Straat en de Spoorlaan, of via een park langzaam de stad ontdekken. De stroom mensen die Tilburg willen ontdekken wordt gelijk verdeeld in een stroom naar de stad, en een stroom naar het groen. De mensen die naar de winkels willen en de mensen die ontspanning zoeken. Door een park te realiseren op het niveau van de trein nodigt het al uit als de trein langs komt rijden Om eventueel geluidsoverlast te verkleinen kan er een doorzichtige geluidswal komen tussen spoor en park. Tevens lijkt het ons verstandig om een grote voetgangers doorgang te maken onder het spoor door vanaf het NS terrein naar de Spoorlaan. Dit zodat de huidige doorgang verwijderd kan worden.
Architectonisch Door een gedeelte van de eerste verdieping weg te halen binnen het gebouw ontstaat er een gat. Dit gat kan gebruikt worden als kijkgat voor de trein reizigers, maar ook als verbinding tussen het balkon en de stad. Door het balkon door te trekken voor het gebouw langs wordt het oude postkantoor in plaats van passief gebuikt nu ook actief. Hierdoor ontstaat er mogelijkheden om ook op de eerste verdieping winkels en horeca te plaatsen. Door een trap te plaatsen aan het eind van het park nodigt het uit om deze te betreden. Hierdoor kan men Tilburg aan zijn voeten krijgen en zo een kijkje nemen waar zijn bezoek naartoe zal leiden.
P.V. van der Meulen djA
Motto 2020BALK(ON)
Idee Een ‘balk’ op hoogte, vanaf het busstation, voor het station langs, door het voormalig postkantoor, naar een nieuw te bouwen volume op het huidige parkeerterrein ter hoogte van Interpolis. Dit als letterlijke (voetgangers) verbinding tussen oost en west, noord en zuid (deels visueel), maar vooral ook als ruggengraat, geleiding en (visuele) beëindiging. Verder kan de ‘balk’ zorgen voor een eenduidige wijze, om informatieschermen, (ver)licht(ing), banners, maar bijvoorbeeld ook banken e.d. aan op te hangen c.q. in aan te brengen. Idee Aan de ‘balk’ de worden ‘balkons’ toegevoegd, om elkaar te ontmoeten, te genieten van het groen, te ontspannen, als terras e.d. Er is relatief weinig groene, openbare ruimte aan deze kant van de stad en op de ‘balkons’ kan men bijvoorbeeld in de lunchpauze, ‘verheven’ van de Spoorlaan, tussen het groen, van een boterham genieten. Idee Het gedeelte vanaf het station tot aan het voormalig postkantoor is relatief open. Het gedeelte daaropvolgend wordt, door het toevoegen van bouwvolumes, op nivo 0 gesloten en op nivo 1 en hoger grotendeels gesloten. Behalve een daktuin tussen het voormalig postkantoor met een te realiseren uitbreiding en een dependance op de hoek van de Spoorlaan met het NS-plein, moeten deze volumes tegenwicht bieden aan de grote(re) gebouwen aan de overzijde van de Spoorlaan met als grootste het gebouw van Interpolis. Komend vanaf de Ringbaan, in westelijke richting, van groot naar klein dus, van hoog naar laag (relatief) en van dicht, naar open. Het voormalige postkantoor moet met de uitbreiding en dependance een ware publiekstrekker worden. Bijvoorbeeld een museum, of een andere publieke functie. Het ‘balk(on)’ is een soort steiger, waar de hectiek onder doorgaat en waar een aantal functies aan worden ‘aangemeerd’ die toch voor voldoende levendigheid op dit nivo zorgen. De rust is immers relatief.
Alicja Zborowska-van Gestel | Jeroen Weijers Van Oers Weijers Architecten BNA
Motto 24.7BÜHNE derde prijs
De Spoorlaan kenmerkt zich door haar stedenbouwkundige vorm, de lengte van bijna 700m, het Centraal Station en het stadsbalkon met het voormalige postkantoor als beëindiging. De nieuwe plannen voor de Spoorzone, zoals de ontwikkeling in de voormalige NS-werkplaats, de stedenbouwkundige ontwikkeling ter hoogte van het Pieter Vreedeplein en de stadsboulevard hebben direct invloed op de verdere ontwikkeling van de Spoorlaan. Daarnaast is er concreet de noodzaak voor een fietsenstalling bij het nieuwe OV knooppunt en de ambitie om Tilburg te profileren als DE evenementenstad van Nederland. Dit heeft geleid tot onze visie waarin wij iets specifieks Tilburgs willen maken. Deze visie gaat verder dan de 700m lange strook en een stedenbouwkundige invulling. Wij denken dat dit stuk stad met de juiste ingrepen veel kan betekenen voor Tilburg als toekomstige EvenementenStad, SportStad en sterke partner voor BrabantStad. Het moet een plek worden die zowel noord-zuid als oost-west verbindt. Een plek die de dynamiek van de stad omarmt en de dynamiek van toekomstige behoeftes kan dragen. Met de bovengenoemde ambities, de ingrediënten van alle Tilburgse evenementen en het aanwezige stadsbalkon, hebben we de Stads-Tribune bedacht. Een nieuwe volwaardig openbare plek in Tilburg die ruimte biedt aan tijdelijke voorzieningen. Het is ons idee om met een kleine en haalbare ingreep het huidige gebruik van dit deel van de stad te veranderen. Hiermee wordt de Spoorlaan de evenementen plek van Tilburg, met de nieuwe ontwikkeling op de NS werkplaats en het treinverkeer als achtergrond. De nieuwe Spoorlaan toont de dynamiek v an Tilburg aan de bewoner van de stad en de toevallige passant. Langs de Spoorlaan gaan alle verschillende activiteiten plaats vinden die gebruik kunnen maken van de Stads-Tribune zoals Carnaval, Tilburg Ten Miles, Kermis,Tilburg zingt, de T-parade of een toekomstige start van de Tour de France, het Glazen Huis in 2013 en BrabantStad-evenementen!
De Stads-Tribune krijgt de lengte van het stadsbalkon. Hieronder kunnen we 2000 fietsen stallen. De tribune verbindt het maaiveld met het oude stadsbalkon en transformeert dit tot een tweede maaiveld; groen en toegankelijk. Het is niet noodzakelijk de tribune in een keer te voltooien. Deze kan in de loop van de tijd aangevuld worden of veranderen tot bouw-enveloppen, wanneer er nieuw aanleidingen zijn ontstaan. Fietsers, die onder de tribune hun “stalen ros” stallen, kunnen het balkon rechtstreeks bereiken. Treinreizigers kunnen vanuit het spoor via dit maaiveld naar het “Nieuwe Postkantoor”. Dit gebouw krijgt een open uitstraling, biedt ruimte voor creatievellingen, net afgestudeerden, ZZPr’s, flexwerkers en reizigers. In het hart van dit gebouw komt een voetgangersdoorgang, in de verlenging van de Magazijnstraat, die nieuwe culturele functies op de NS werkplaats rechtstreeks verbindt met het Pieter Vreedeplein en de binnenstad. Het fietspad, dat naast Interpolis op de hoogte van het spoor ligt, wordt op dezelfde hoogte doorgetrokken. Deze loopt zonder barrières, langs het “Nieuwe Postkantoor” recht op het stadsbalkon af. Stedenbouwkundig lost de Stads-Tribune de eeuwoude problematiek van “het hoogspoor” op. Het spoor is niet langer een scheiding tussen Noord en Zuid en een harde wand langs de Spoorlaan. De Stads-Tribune verbind spoor en Spoorlaan tot één openbare ruimte en toont Tilburg in al haar optimisme, kleurrijkheid, vrolijkheid en dynamiek.
Walter van der Hamsvoord | Desiree Vermeer | Niels van Ham | Bas Coret De Architectenwerkgroep Tilburg
Motto 321LLINK
Linking The City Visie locatie De zone langs het spoor wordt al tijden lang gebruikt voor het parkeren van auto’s, fietsen en bestaat veelal uit verhardingen. Juist dit gebied vormt vergeten link tussen het openbaar vervoer (trein en busstation) en de stad, hier ligt dan ook een kans om dit gebied terug te geven aan de stad. Functioneel gezien kunnen er in deze zone diensten aangeboden worden die in beginsel betrekking hebben op de reizende passant. Stedenbouwkundig Het concept voor het nieuwe stedenbouwkundige plan bestaat uit het creëren van routes afgewisseld met pleinen. Waarbij zicht- en looplijnen een belangrijke rol spelen, hiermee wordt de eentonigheid van de huidige strakke zonnering die mede bepaald wordt door het spoor en de Spoorlaan doorbroken, de zicht- en looplijnen prikkelen de bezoeker en zorgen tevens voor meer gedefinieerde plekken waardoor er ruimte ontstaat voor toevallige ontmoetingen tussen de verschillende gebruikers van het gebied. De route stuurt de voetganger langs ruimten die zeer geschikt zijn voor detailhandel. Aan het einde van de boulevard ligt een gebouw wat op stedelijk niveau qua volume aansluit bij het naastgelegen PTT-Post gebouw maar op straatniveau juist wijkt voor de eerder geïntroduceerde route waarbij de zichtlijnen van en naar de stad en van en naar de trein een belangrijke rol spelen.
Architectuur Zoals de titel van het plan al zegt, vorm het gebouw een link tussen de stad en de zone langs en vanaf het spoor richting de stad. Op voetgangers niveau bepaalt de stedenbouwkundig route via zichtlijnen de positionering en snijdingen van de houten volumes binnen de glazen schil. Maar ook de zichtlijnen van buitenaf maken meerdere doorzichten naar de omliggende stad mogelijk. Zo kan men vanuit langzaam vertrekkende of aankomende trein nog een blik werpen richting de stad. Het gebouw heeft hierbij een sturende werking. Op de begane grond bevinden zich kleine commerciële ruimten, waar functies in kunnen komen ten dienste van de stad. Op de verdiepingen zijn expositieruimten, vergaderzalen, congresruimten en eventuele collegeruimten beschikbaar. Het gebouw is door zijn opzet vanuit het centrale kern overzichtelijk opgebouwd. In materialisering is er gekozen voor een glazen gevel om ondanks het volume de luchtigheid van het gebouw weer te kunnen geven. De houten volumes hebben een mooi contrast met het glas en geven door hun horizontale belijningen richting aan het lijnenspel van de stedenbouwkundige route.
ir. Maurice van Hooijdonk C5 Architecten | ir. Tithia Adema
Motto 365MARKT
Jaren lang was de NS-werkplaats een verborgen deel van Tilburg. Als je er niet werkte moest je er omheen. De werkplaats is een gat in het openbare weefsel van de stad; Tilburg is een stad als een donut. Hoe kan dat weefsel worden gehecht? De werkplaats wordt voorgesteld als een uitbreiding van de binnenstad. Hoe hecht je twee stadsdelen die zo verschillen: stedenbouwkundige korrel en structuur, functies, narratieve geschiedenis. En welke rol speelt de Spoorlaan daarin? Tussen het centraal station en het voormalige postkantoor wordt de Spoorlaan omgevormd tot Spoorboulevard. De boulevard wordt voor veel bezoekers de toegang tot de binnenstad. De twee gebouwen zijn de koppen van de boulevard en markeren de routes onder de spoordijk. Aan de boulevard liggen twee generatoren voor de ontwikkeling van het gebied: Atelierplein en CultuurPost. Atelierplein In het verlengde van de Willem II Straat ligt het Atelierplein. Op het Atelierplein vinden (week)markten, evenementen en de kermis plaats. Het vervult de rol die het Koningsplein had. Hiervoor is de spoordijk afgegraven. Alleen zo haken de oude en nieuwe binnenstad in elkaar. De sporen overspannen het Atelierplein. Het Atelierplein duikt onder de sporen door waardoor een ruime hoogte ontstaat. Overdag valt tussen de spooroverspanningen licht naar beneden dat tegen de onderzijde van de overspanningen wordt weerkaatst. Als het donker is geven delen van de overspanning licht. De diepte van de ruimte en het weerkaatste licht vormen de identiteit van de plek. Om deze ingreep te financieren zijn op het Koningsplein woningen gerealiseerd en is de bibliotheek stadskantoor geworden. De Willem II Straat is de culturele en culinaire schakel in het centrum geworden. Het resultaat is een gekantelde, naar het noorden verschoven binnenstad.
CultuurPost Het grote led-scherm op CultuurPost is de sprekende wand aan de boulevard. Hierop worden wisselende beelden getoond. Achter deze wand werd ooit post gesorteerd en verstuurd. Nu is dit een gebouw dat zoemt als een bijenkast. In het gebouw zijn flexibele en vaste werkplekken en vergaderruimtes. Multicultureel wereldrestaurant Blend heeft zich in het gebouw genesteld en is tevens kantine voor de gebruikers. De congresruimte in de kelder van het gebouw wordt tevens gebruikt als multireligieuze ruimte. Om omgevormd te worden tot CultuurPost is het gebouw van gevels ontdaan. De nieuwe, glazen invulling van de constructie geeft doorzicht en toont de dynamiek in het gebruik. De gevel is scharend tussen de constructie geplaatst. Deze thematiek wordt doorgezet in de parkeergarage, waar de constructie wegvalt en alleen de glazen invulling overeind blijft. CultuurPost knoopt gebruiker en route aan elkaar. Het is de kop van een nieuw parkeergebouw. De ingang van het parkeergebouw ligt tegenover de ingang naar deTivoligarage. De garage wordt gebruikt door bezoekers van CultuurPost en het Atelierplein en door treinreizigers. Aan de spoorzijde dalen langs alle verdiepingen trappen af naar het stadsbalkon. Het gebouw is hierdoor toegangkelijk en er is zicht op passerende treinen en de spoorzone. Zo is CultuurPost verweven met het station, Atelierplein, spoorboulevard, stadsbalkon en parkeergarage.
Kim de Greef | John van Lierop | Peter van Schie
Motto 511JVDVR
Visie locatie De boulevard, zal primair passage zijn voor reizigers, bezoekers, forensen en passanten. De dynamische aspecten van de stad, het komen en gaan van mensen en de bewegingen van trein en auto, overheersen het beeld. Toch vraagt dit centrumdeel van de stad juist hier ruimte voor rust en verpozing, vanwaar de stad kan worden overzien. Binnen dit spanningsveld van beweging en rust bevindt zich de opgave voor het stedelijke ontwerp in de gegeven situatie. Zonder ondersteunende functies als horeca, winkeltjes en bedrijven op deze plaats vormt het ontwerp van de publieke ruimte de hoofdopgave om recht te doen aan het dynamische zowel als het statische aspect van de stad. Stedenbouwkundig De stedenbouwkundige ruimte is lineair en gespannen tussen de polen Interpolis in het oosten en Westpoint in het westen. Het strijklicht van de lage zon in de ochtend en de lage zon in de avond verlenen de noord gerichte gevelwand van de Spoorlaan een bijzonder aanzien. Vanaf het ‘stadsbalkon’ is de beleving vooral zuid gericht: het brede spoor, dat de noordkant van het spoor op deze plaats van het centrum scheidt is hiervoor verantwoordelijk. Nieuwe passages ter hoogte van het station en de verlengde Willem II Straat brengen op maaiveldniveau verkeersbewegingen tot stand die haaks staan op de stedenbouwkundige ruimte. Op het niveau van het ‘stadsbalkon’ lijkt de onderdoorgang tegenover de Willem II Straat een toevallige passage. Hier is sprake van een draaipunt die in ons voorstel wordt gemarkeerd door de spoelvormige fietsentoren, naar analogie van de gerealiseerde fietsenappel in Alphen a/d Rijn. Waar het stadsbalkon ter hoogte van het spoor vooral de dynamiek van de stad doet ervaren legt een lager gelegen groen ingericht balkon de relatie met het maaiveld en zorgt het voor beschutting en een punt van rust in deze drukke omgeving.
Architectonisch Zoals de architectuur van het oude stationsgebouw de stad heeft vormgegeven dient ook hier architectuur dienend te zijn aan de stad. Op dit vlak is het onderscheid van disciplines haast niet mogelijk. We pleiten daarom in ons voorstel voor een expressieve architectuur die in relatie staat tot de stedelijke context. De voorgestelde fietsentorens zijn van functionele waarde maar hebben een beeldbepalende functie. Ze krijgen een lichte en transparante schil maar zijn robuust van contour en vorm. In hun lichtheid stralen zij een zekere tijdelijkheid uit maar in hun vorm staan zij als meerpalen in de stad. Deze ambivalentie drukt zo de ontwikkeling van de stad uit die Tilburg kenmerkt in wat het ís en zou willen zijn.
Victor J.A. Retel Helmrich avb | Joep van Dooren b.i.
Motto 839GEO-X tweede prijs
De Marker Een visie in de tijd Wanneer een stedenbouwkundig plan voor de Spoorlaan ontwikkeld wordt, kan men niet heen om de grens die wordt gevormd door het spoor. Er bestaan plannen voor onderdoorgangen, maar deze kunnen hun functie pas bekleden wanneer de ontwikkeling van de Spoorzone beĂŤindigd is. De Marker is een visie in de tijd, die inspeelt op dit gegeven en de rol van de grens in het stedelijk weefsel van Tilburg. Het plan kent een drietal fasen, welke de Spoorlaan en de Spoorzone gestaag aan elkaar rijgen. In iedere fase wordt de structuur afgebroken en op een nieuwe locatie in een andere configuratie weer opgebouwd. Dit afbreken en opbouwen van constructies past bij Tilburg als kermisstad en is voor de inwoners dan ook geen nieuw fenomeen. De verschillende configuraties zijn opgebouwd uit een 7-tal modules, die ieder hun eigen functie herbergen. Iedere configuratie vormt zich naar de omgeving op basis van: beschikbare ruimte, een behoefte aan bepaalde modules en oriĂŤntatie op de stad. De fasen volgen elkaar op in een tempo dat zich aanpast aan de herontwikkeling van de Spoorzone. De eerste fase bestaat uit een constructie, gelegen tegen het stationsdak. Deze constructie geeft het publiek gelegenheid een eerste verkenning van, de voor velen relatief onbekende, Spoorzone uit te voeren. Daarnaast vormt het de start van de ontwikkeling rond het station, waarmee het de activiteiten in de Spoorzone markeert. De Marker neemt een informerende rol aan, het vertelt over de voortgang van het bouwproces en de geplande ontwikkeling van de Spoorzone. Bij afronding van de eerste fase van de spoorzone wordt de constructie overbodig; de geplande tunnel onder het station is gerealiseerd en de bouwkranen verplaatsen zich oostwaarts; de Marker volgt.
De tweede fase vormt de voorloper op de ondertunneling van het spoor ter hoogte van de Willem II Straat, daarnaast blijft de constructie de informatie verstrekkende rol houden en biedt het een goed overzicht van de activiteiten aan het publiek. De Marker gaat fungeren als een schakel en ontsluit het al ontwikkelde gebied. Een rondgang langs Spoorlaan en Spoorzone is nu mogelijk, ze worden daarmee gestaag met elkaar verweven. Het tweede deel van de Spoorzone is afgerond en de geplande tunnel in het verlengde van de Willem II Straat gebouwd. De Marker verhuist een laatste keer, daarmee is de laatste fase van de Spoorzone-ontwikkeling aangebroken. De, ondertussen flink groener geworden, structuur nestelt zich tegen het voormalige postkantoor, alwaar het eindigt als een verticaal park en een logische verlenging vormt van de Magazijnstraat. De Marker is nu een plek van ontspanning in een sterk verstedelijkt gebied.
Kasper van Dun | Mark Machielsen mentor Jeroen Wouters
Motto BOER ZOEKT STAD
Dak 2.0 Het bestaande “kroepoekdak” van het station is aanleiding tot het introduceren van een nieuw eigentijds daklandschap. Het openbaar groen vormt een schakel tussen de oude binnenstad en de nieuwe invulling van de NS-werkplaats. Het overdekt de nieuwe programmaonderdelen en geeft uiting aan de bijzondere dynamische plek in de stad. De constructieve referentie van het station is vertaald naar een boomstructuur die het nieuwe groene geplooide dak ondersteunen. Urban Farming Onder de toenemende druk op de onzekerheden, de kwaliteit en bereikbaarheid van ons voedsel vindt een herwaardering plaats van de lokale voedselproductie. Voedsel geproduceerd daar waar het genuttigd vormt een trend die het gebruik van het stedelijk (dak)landschap in een nieuw daglicht zet. Het semi-openbare daklandschap wordt ingezet als stedelijke landbouwvoorziening waar diverse groenten geteeld kunnen worden. Door aan de noordzijde ,grenzend aan de NS werkplaats, een verkooppunt te realiseren in de vorm van een groentewinkel annex groentekas wordt het voedseltransport van productie tot consumptie maximaal beperkt. De groene gevels die in diverse transparanties worden uitgevoerd zorgen voor een opname van het fijnstof en CO2 reductie wat een positieve invloed heeft op de ontwikkelingen op de NS werkplaats. De stad als theater, een stedelijke tribune De invulling van de NS werkplaats is om diverse redenen geprogrammeerd met functies die zorgen voor activiteit en dynamiek in de stad. De potentie om de werkplaats, welke voorheen als onontdekte en blinde vlek in het geheugen van de Tilburger verbleef, te transformeren naar een plaats met een expliciet karakter c.q. functie is logischerwijs daarmee verloren gegaan. Ondanks of dankzij deze ontwikkeling vormt het spoor letterlijk de verbindende factor tussen van de stadsdelen. Met het introduceren van een nieuw daklandschap wordt een tribune naar de stad gecreëerd. En vormt de stad het veranderlijk theater waar op wordt uitgekeken.
Toegankelijkheid Het nieuwe daklandschap vormt een plek voor stedelijke voedselproductie, stadstribune en openbaar groen, waarmee het als een unieke grote groene verblijfsruimte in de stad fungeert. Vanaf maaiveld, kruising HeuvelringSpoorlaan, is het landschap direct toegankelijk. Vanuit de programmaonderdelen de fietsenstalling en groentekas is via de “programmaheuvels” het dak te bereiken. Het oude postkantoor dat met de nieuwe functie van cultuurfabriek in het daklandschap steekt heeft direct aansluiting met het dak via de horeca en foyers. Infrastructuur Het dak als strook zorgt voor verschillende verbindingen. De commerciële voorzieningen die het maaiveld ondersteunen in de stadsboulevard van en naar het stadscentrum. Front offices en ticketservice van de Efteling, Beekse Bergen, Museum de Pont, Textielmuseum, Willem II, Tilburgse Kermis en de Fontys vormen de programmaonderdelen in de plint. De onderdoorgang die de verbinding vormt tussen de stad en de NS werkplaats wordt verbreedt en aangelicht die de sparingen in het dak.
Jeroen Wouters | Gijs Hoeijmans | Rob Grim Architectenbureau JMW
Motto T-PARK011 eerste prijs
Tilburg – Spoorlaan Denkend aan Tilburg smachten wij naar groene ruimte en openbare parken. Kijkend naar de Spoorlaan zien wij ruimte, lucht, en tomeloze potentie. Het stationsgebied in Tilburg, centraal gelegen tussen Noord en Zuid, daagt uit tot het maken van een groene stedelijke ruimte, een levendige stadsboulevard, die Noord-Zuid en Oost-West verbindt met één gebaar. Een gebaar dat zowel een entree als beeldend icoon voor de stad Tilburg vormt. Tilburgpark Het nieuwe golvende parklandschap dat zich tussen de sporen van de trein, over het bestaande perron en onder het beeldende kroepoekdak beweegt, vormt zowel eronder als erboven een nieuwe openbare ruimte en nieuwe stedelijke verbindingen. het huidige spoortrace en een spoorwegterrein worden omgevormd tot een hedendaags, duurzaam en uitgestrekt stedelijk landschapspark met het accent op groen, licht, ruimte, ontspanning, cultuur en sport. De golvende beweging wordt aan de uiteinden subtiel beaccentueerd, terwijl deze ter plaaste van het voormalige postkantoor omlaag beweegt en daarmee de teruggelegen plint van dit gebouw betrekt in het plan en een plek geeft in het gebied.
Verbinden – Bewegen Onder, boven en naast Gevormd door de bewegingen die de Tilburger en bezoeker wil maken rond het station en over de Spoorlaan, ontstaat een dynamisch landschap. De fietser fietst vloeiend onder het dek door en vindt maar lieftst 2000 parkeerplekken om uit te kiezen. In één beweging gaat hij door naar de trein, bus of stad. De voetganger kan op meerdere plekken als vanzelf van de stad over de Spoorlaan naar het opgetilde park bewegen. Eenmaal enkele meters gestegen bevindt hij zich op enige afstand van, maar nog steeds met overzicht over de drukkere Spoorlaan. Ter plaatse van de Willem II Straat en de Heuvelring biedt de golf eenweids uitzicht. Ten Noorden van het spoor ontstaat onder het golvend parkdek ruimte voor 500 auto’s. Deze park & ride zorgt voor een goede logistieke afwikkeling. De enkelzijdige oriëntatie van het station is geschiedenis. Onder en boven het spoor worden luchtige, ruimtelijke verbindingen gelegd die als vanzelfsprekend voortkomen uit de golvende beweging van het park. De Fly-over biedt een experience aan de voetganger. De luchtige Fly-under ontstaat door een ruimtelijke combinatie van toppen en dalen in de golfbewegingen. De passant gaat niet onder de trein door maar de trein vliegt over de passant heen. Verblijven – Vertoeven Ruimte voor de stad: stadsbalkon en parklounge Met het nieuwe stadspark ontstaat in Tilburg een enorme openbare ruimte die een scala aan gebruiksmogelijkheden en belevingen biedt. Op een zonnige dag liggen de studenten in het gras, doen wandelaars een rondje park, en lunchen kantoormedewerkers aan de picknicktafels. In het buitentheater speelt basisschool de Vuurvogel de eindmusical, terwijl de skaters aan de Noordzijde van het postkantoor hun kunsten vertonen. Naast de fietsenstallingen biedt de levendige plint onder het dek ruimte aan cafés en winkels. Dit park is ook uitermate geschikt voor de vele evenementen waarmee Tilburg zich profileert. Denk aan Tilburgculinair, het jaarlijkse straattheaterfestival, de kermis of ‘Tilburg zingt’ als onder de T aan de Oostzijde van het park de songteksten te lezen zijn.
luijten|smeulders|architecten i.s.m. ek stedenbouw|landschap
Motto VN2011
Visie Wij zien de Spoorlaan als verbinder van noord- en zuidzijde van de Spoorzone. De noordzijde is het ‘kennis+’gebied. Aan de zuidzijde concentreren zich handel en wonen. Samen vormen ze een grootstedelijke complementaire eenheid. Grens aan de westzijde is het OV-knooppunt, aan de oostzijde is het de markante nieuwe parkeertoren die als landmark fungeert voor het gebied. Deze omhoog spiralende toren zien we als alternatief voor de geplande Klippergarage. Hij verbindt de noord-zuid en oost-west-as met open verticaliteit. De voetganger wordt aan de westzijde verleid om het kernwinkelgebied binnen te gaan. De automobilist parkeert in de toren op de oosthoek of in de garage onder het Pieter Vreedeplein. Al dwalend ervaar je een open stedelijk weefsel met zachte overgangen tussen contrasterende elementen: urbane presentatieplekken, hoogwaardige winkels, kleinschalige wonen, groen en openbare ruimte met verrassende doorzichten en doorgangen. In onze zienswijze is de onderdoorgang bij de Willem II Straat niet van invloed op stedenbouwkundige keuzes. Stadslounge (boulevard) In het gebied tussen het OV-knooppunt en de Willem II Straat beleef je het verhaal van de jeugdige stad die veel te bieden heeft, die experimenteert en zoekt. Via ledschermen die als banieren langs de wandelroute staan, ontmoet je Tilburg en zijn culturele werkelijkheid. Je krijgt gevoel bij wat Tilburg bedoelt met ‘social innovation’. Je wordt meegenomen in oostelijke richting terwijl je winkeltjes passeert: een toeristisch informatiepunt, etalage voor de spoorzone, showcases van de creatieve sector ‘speakerscorners’, open podium voor theatermakers, verhuurpunt van Segways, ……
Stadsbalkon Vanaf de Willem II Straat begint een rolstoelvriendelijke hellingbaan die op perronniveau uitkomt in Het Atrium, ‘n serreachtige publieksruimte die zicht biedt op ‘d’n Atteljee’ en de noordelijke spoorzone. Er is sopfisticated horeca en er zijn voorzieningen voor het nieuwe werken en zelfstandig professionals. Vanaf hier kun je de Speeltuin in, een buitenruimte op perronniveau waar je wordt uitgenodigd om energie af te geven en energie op te wekken. Het noordelijk balkon geeft ook toegang tot kwaliteitswarenhuis De Bijenkorf, of je maakt via De Brug de oversteek over de Spoorlaan in de richting van het Pieter Vreedeplein. Van boven de Spoorlaan krijg je royale zichtlijnen in oost-west richting. Je ervaart de dynamiek van de stad onder je voeten en ziet bekende ‘landmarks’ van tilburg. In de Magazijnstraat kun je naar beneden. Terug naar het begin. Tussen de hellingbaan en het spoor op de begane grond, is een half open horecagelegenheid; het Café van de Wereld, een weerspiegeling van de plaatselijke dynamiek. Je kunt er Turkse koffie krijgen, er zijn wijnproeverijen en jazz- of hard rock avonden. Kernwinkelgebied De Magazijnstraat vormt als autovrije wandel- en flaneerboulevard de verbinding met het Pieter Vreedeplein. Hier wordt de noordelijke spoorzone met het zuidelijke kernwinkelgebied verbonden. Je ziet kwalitatief hoogwaardige winkels, afgewisseld met studenten- en starterswoningen, en een open groenstructuur die toegang biedt tot via doorgangen met elkaar verbonden hofjes. Alle woningen hebben onderliggende garages. De Pieter Vreede garage wordt via de Telegraafstraat en Heuvelring ontsloten. De verbrede doorgang naar het Pieter Vreedeplein biedt zicht op de centraal opgestelde met informatieve ledschermen beklede bestaande toren.
Willie Crox Crox Architecten | Toon van Gisbergen Toon van Gisbergen Visuals | Geurt Grosfeld Sonax
colofon
Samenstelling en redactie BNA - Bond van Nederlandse Architecten kring Midden-Brabant Ed Bergers ontwerp masja mols grafisch ontwerp, Tilburg druk Drukkerij Groels, Tilburg oplage 250
Prijsvraag ter gelegenheid van de Dag van de Architectuur, georganiseerd door de BNA kring Midden-Brabant
spoorlaan spoorzone tilburg
24|06|11
eerste prijs T-PARK011
spoorlaan spoorzone tilburg
luijten|smeulders|architecten i.s.m. ek stedenbouw|landschap
DAG VAN DE ARCHITECTUUR
DAG VAN DE ARCHITECTUUR
tweede prijs 839GEO-X Kasper van Dun Mark Machielsen mentor Jeroen Wouters
derde prijs 24.7BĂœHNE
BNA kring Midden-Brabant | Prijsvraag 2011
opm.DVDA11_publikatie_os.indd 1
Walter van der Hamsvoord Desiree Vermeer Niels van Ham Bas Coret De Architectenwerkgroep Tilburg
15-06-2011 14:12:41