Ellen Braks, KOMBI Bouwmaterialen: “De gelukkigste
bouwmaterialenhandel van Brabant”
Marc de Dobbelaere van Zevij-Necoij: “Het
Darrin Murray, Toolstation “
DE KEUS VAN DE VAKMAN
KIES QBLADES:
Decoupeer- en recipro zaagbladen
De nieuwe decoupeer- en reciprozaagbladen hebben dezelfde topkwaliteit als hun voorgangers en worden geleverd in een plastic vrije verpakking.
Het assortiment omvat 24 decoupeer en 36 recipro zaagbladen, voor vrijwel elke toepassing. Denk aan zaagbladen voor hout, voor hout met spijkers, de alleskunners voor hout en metaal, voor metaal en zelfs voor holle stenen. Naast de HCS (High Carbon Steel) en BIM (Bi-metaal) uitgangsmaterialen, komt er ook voor elke categorie een Carbide variant. Deze gaat wel 50 keer langer mee!
Mail voor meer informatie met info@qblades.com of bel naar 0224-769002.
Mulitools in alle aansluitingen
Super prijs/kwaliteit
Compleet assortiment direct uit voorraad leverbaar
100% uitleveringsgraad
Voor 15.00 uur besteld, dezelfde dag verstuurd
Franco levering vanaf 100 euro
Winkeldisplays en/of schap presentatie
Plastic-vrije verpakkingen
Uiteindelijk komt het aan op… mensen
Deze zomer gebeurde er veel qua ‘convergentie van de bouwgroothandel’, het stokpaardje waarop MIXpro gebaseerd is. Dat partijen binnen de ijzerwarenhandel, binnen de bouwmaterialenhandel en binnen de houthandel elkaar overnemen en gaan samenwerken op zoek naar schaalvergroting en synergie. Dat iedereen steeds dichter op elkaar kruipt waardoor het onderscheid er – achter de schermen – niet groter op wordt. Voor de schermen komt het dus steeds meer aan op de unieke factor: de mensen.
We noteerden de samenwerking tussen 4Plus en Nicovij. Verrassend omdat 4Plus-directeur Kees Machielse eerder dit jaar in MIXpro nog zei ‘dat ze zelf de weg wel wisten naar profijtelijke ijzerwaren- en gereedschappen-business voor hun bouwmaterialen-leden’.
De tweede opmerkelijke ‘move’ was de aansluiting van Toolstation bij inkoopcombinatie Ferney. Vanwege het internationale karakter van Toolstation – onderdeel van het grote internationale Travis Perkins-consortium – hadden we niet zo 123 gedacht dat ze zoveel voordeel zouden hebben van Ferney – of een van de andere inkoopcombinaties – dat ze zich daar zouden aansluiten.
Maar dus toch. Daarmee is de branche nu zowat compleet geconsolideerd op het gebied van ijzerwaren en gereedschappen. Waar de aansluiting van Sakol bij Transferro destijds onder de radar plaatsvond en het lidmaatschap van Bouwmaat bij Zevij-Necomij de directeur van die inkoopgroep dwars tegenover veel van zijn ijzerwarenleden zette, is intussen de hele bouwmaterialen- en houthandel op een of andere manier wel lid van een van de drie inkoopgroepen.
Marc Nelissen Hoofdredacteur
mn@mixpress.nl
Dat brengt me op een ander punt. Als we stilaan allemaal in dezelfde groepen kopen en de wereld steeds transparanter wordt, waar maken we dan het verschil nog? Met onze mensen! Dat weet Ellen Braks als geen ander. Als directeur en mede-eigenaar van KOMBI Bouwmaterialen – samen met Ivo van Beuningen – runt zij ‘de gelukkigste bouwmaterialenhandel van Brabant’. Zeg tegen haar niet dat je móét werken.
Ze hoort graag dat je mág werken. Omdat je het zo leuk vindt. En daar doet ze alles aan, voor haar mensen.
Zonder een sociale werkplaats te worden, overigens. Want ook KOMBI is heus een commerciële tent.
Maar wel eentje waar ze volgens mij door het vuur gaan voor hun mensen. En die mensen dus ook voor KOMBI. Een verademing, om Ellen te interviewen. Ivo schoof ook even aan. En zelfs vader Fons Braks piepte even binnen, maar daarvan ‘hoefde’ niets van op papier.
Ik raad je van harte aan om dat interview te lezen en wens je intussen goede zaken!
Marc Nelissen
Hoofdredactie MIXpro
MIXpro
Vakblad voor de totale bouwgroothandel
Hoofdredactie
Marc Nelissen
Aan MIXpro werken mee
Wim Bak (column)
Steven van der Cruijs (Hibin)
Geert Hilferink (algemeen)
Dennis Kosten (column)
Marit Nelissen (eindredactie)
Jeroen Rietvelt (algemeen)
Hugo Schrameyer (thema)
Edwin Timmers (column + w-ad-w)
Fotografie
Marjolein Ansink en shutterstock.com
Redactieadres
MIXpress
Postbus 11
5258 ZG Berlicum
T: 073.503.43.47
E: mixpro@mixpress.nl
W: www.mixpro.nl
Advertenties/Close-Up’s
Molijn Sales Support
Edgar Molijn
Brugstraat 12, NL-5258 HT Berlicum +31 (0)73.503.35.44 mix@molijnsalessupport.nl
Close Ups
Advertorials
Vormgeving
Inpladi bv, bureau voor idee en creatie
Abonnementen los nummer: € 19,50 (excl. btw) per jaar: € 64,95 (excl. btw)
Abonnementsvoorwaarden check www.mixpress.nl/abo
Abonnementenadministratie
Abonnementenland
Postbus 20, 1910 AA Uitgeest
Tel.: 0251.25.79.24
Internet: www.aboland.nl
Stopzetten abonnement
Opzeggingen (uitsluitend schriftelijk) dienen 8 weken voor afloop van de abonnementsperiode in ons bezit te zijn.
Algemene voorwaarden
Alle advertentieopdrachten en plaatsingsvoorkeuren worden schriftelijk vastgelegd, afgesloten en uitgevoerd conform de Regelen voor het Advertentiewezen, gedeponeerd ter griffier van de Arrondissementsrechtbanken en bij de Kamers van Koophandel. Een exemplaar wordt op verzoek toegezonden of zie www. stichtingrota.nl
Copyrights
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd op welke wijze dan ook,worden opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar worden gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
“Overname Transferro volgde – versneld – de juiste logica”
Voor de zomer zwaaide Marc de Dobbelaere af als directeur bij Zevij-Necomij. We spraken met hem over zijn periode bij de inkoopcombinatie. Over de – ‘vaak trage’ – veranderingen in de markt in ‘zijn twintig jaar’. En over de overname van Transferro die hij nog deed terwijl hij de eindstreep in zicht had.
FORMULES
Toolstation wacht langer op break-even
Ondanks een mooie omzetgroei bleef het resultaat van Toolstation over 2023 toch achter bij de verwachtingen. Het verlies was zelfs groter dan in 2022. En in Nederland gaat de focus van ‘investeren in snelle expansie’ naar ‘winstgevendheid op de korte termijn’.
Orderportefeuilles in de bouw licht gestegen
De gemiddelde orderportefeuille in de totale bouwnijverheid bedroeg in juni 10,7 maanden werk en is daarmee met twee tiende maand gestegen ten opzichte van mei. Aldus de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van juli 2024 van het Economisch Instituut voor de Bouw. Ook de analisten van Buildsight schroeven hun verwachtingen voor ’25 en ’26 ietsje op.
“Als ik niet meer weet hoe iemands partner heet of zijn of haar kinderen, dan stop ik ermee”
Als je je als bedrijf profileert als ‘de gelukkigste bouw-materialengroothandel van Brabant’, speel je je vanzelf in de kijker bij MIXpro. Hoezeer eigenaar Ellen Braks ook een hekel heeft aan een podium voor zichzelf. We spreken met haar en haar man én zakenpartner Ivo van Beuningen – en ook even met Braks senior – over Kombi Bouwmaterialen en de manier waarop ze zich in Uden en Sint-Oedenrode profileren bij medewerkers en hun klanten.
FORMULES HET
4Plus en Nicovij bundelen krachten in ijzerwaren
Nicovij, inkooporganisatie in de ijzerwaren en gereedschappen branche, en 4Plus, inkooporganisatie van zelfstandige hout- en bouwmaterialenhandelaren, bundelen hun krachten op het gebied van inkoop van ijzerwaren.
Bouwmaterialen- en houthandel genesteld in ijzerwaren
Waar de bouwmaterialenhandel lang amper omkeek voor ijzerwaren en gereedschappen, heeft iedere club intussen zijn weg gevonden in de categorieën die voorheen het exclusieve domein waren van de ijzerwarenhandel. Dat maakt de branche er niet doorzichtiger op.
“Circulair lijkt ingewikkeld, maar dat is het niet”
In opdracht van woningcorporatie Lefier voert Van Wijnen Vastgoedbeheer meerjarig groot onderhoud en mutatieonderhoud uit. Binnen de afspraken die Lefier en de aannemer hebben gemaakt, speelt het beperken van afval een belangrijke rol. “Wij hebben zelf de ambitie om voor 2027 binnen onze nieuwbouwactiviteiten afvalvrij zijn”, zegt Peter Spelt, projectleider en binnen Van Wijnen Vastgoedbeheer aanjager als het gaat om het halen van duurzame ambities.
Cursuskalender Hibin opleidingen najaar 2024
Duurzame inzetbaarheid –
Subsudieprogramma “Hoe handel jij?“
• Hibin en Floris Bouwcenter Leiden de Weg EUDR-voorlichting én training met ‘TRACES’ op 20 november 2024
100% WATER- EN LUCHTDICHT MET GRIFFON HBS-200 ®
Het Griffon HBS-200 ® assortiment bestaat uit duurzame kwaliteitsproducten die eenvoudig te verwerken zijn. De blijvend elastische producten zijn onder andere geschikt voor het afdichten van douchegoten, (buis) doorvoeren, kimnaden, dilatatievoegen, dakgoten, maaivelddetails en kozijnaansluitingen. Ze hechten op vele ondergronden, zoals beton, steen, hout, metaal, zink, bitumen, PVC, PP en PE. Dus ongeacht welke ondergrond je water- of luchtdicht wilt maken, met HBS-200 ® heb je altijd de juiste oplossing in handen.
BMN verandert in Eindhoven
BMN veranderde de setting van haar locaties in Eindhoven
De BMN-vestiging aan de Eindhovense Kanaaldijk-Zuid is gesloten en in ruil kwam daar een gloednieuwe vestiging op Ekkersrijt voor in de plaats. Met niet alleen bouwmaterialen en een ruim assortiment aan hout- en plaatmateriaal, maar ook ijzerwaren én uitgebreid assortiment voor de stukadoor.
Isero breidt uit in Noord en Oost
Een nieuwe vestiging van RegtsIsero in Drachten staat model voor de ambities van de ijzerwarengroothandel in het Noorden en het Oosten.
Ook is de BMN-vestiging op De Hurk (BMN Eindhoven - West) vernieuwd. Eindhoven de Hurk is ook de locatie waar Bouwcenter Swinkels en Van Hoppe sinds 2023 hun gezamenlijke vestiging runnen.
Waarom Toolstation koos voor Ferney
Toolstation sloot zich onlangs aan bij inkoopcombinatie Ferney. Vrij onverwacht vond MIXpro. Daarom vroegen we Toolstation naar de achtergronden van deze move.
Toolstation is lid van de internationale –en beursgenoteerde – groep Travis Perkins. Vanuit die grotere context zou je kunnen aannemen dat aansluiting bij een Nederlandse inkoopcombinatie qua volume niet veel zou toevoegen (Check: Toolstation sluit zich aan bij Ferney). Tegelijkertijd zou je kunnen denken dat de bestaande Ferney-leden concurrent Toolstation met zijn typische omnichannel-model liever niet bij ‘hun club’ zouden willen hebben. En al helemaal geen toegang zouden willen geven tot de private labels Kelfort, Ironside en Oxloc.
Weinig synergie met de groep Directeur Darrin Murray legt uit dat Toolstation in de Benelux niet zo heel erg profiteert van de schaal en het volume van de Travis Perkins-groep. Het assortiment in Nederland en België is namelijk behoorlijk lokaal en anders dan dat van de Britse moeder. Vandaar de aansluiting bij een Nederlandse inkoopcombinatie.
Toolstation gaat niet alleen profiteren van inkoopvoordelen, maar ook van toegang tot lokale assortimenten én Ferney’s private labels. Maar ook van aanvullende services als data-management en een
PIM-systeem. “Dat halen we toch niet zo makkelijk uit onze eigen groep als je misschien zou denken”, zegt Murray. “Vooral vanwege het verschil in leveranciers.” Hoe belangrijk zijn de private labels voor Toolstation in de totale samenwerking met Ferney? “Die kunnen mogelijk ‘quite a bit of value’ voor ons vertegenwoordigen, want de merken Kelfort, Ironside en Oxloc zijn goed bekend en gerespecteerd bij professionele klanten.”
Lees meer over deze aansluiting in het uitgebreide artikel verderop in deze MIXpro.
Nieuwe vestigingen in Zwolle en Groningen volgen nog dit jaar, aldus Marco Bergsma en Jos Brink op de website van Isero.
In 2022 sloot de Friese ijzerwarengroothandel Regts zich aan bij Isero en vanaf dat moment richt RegtsIsero zich op uitbreiding in het noorden en oosten van Nederland. „Die regio gaan we stap voor stap met vestigingen invullen, want we zetten in op volledige landelijke dekking. Deze nieuwe vesting aan de Florijn in Drachten is de eerste stap die onze groeiambitie duidelijk maakt. Dit najaar openen we ook nog nieuwe vestigingen in Zwolle en in Groningen”, vertelt Marco Bergsma, Regiomanager vestigingen & technische dienst van Regts-Isero Regio Noordoost.
+39%
In de bouwnijverheid verwacht 39% van de bedrijven een prijsstijging in de komende drie maanden. Dat valt te lezen in de EBI-ramingen verderop in deze MIXpro.
Nog meer Drive Ins voor Hornbach
Deze zomer opent Hornbach Nederland twee nieuwe Drive Ins. De vestiging in Zaandam wordt uitgebreid met een Drive In die 4.500 m2 telt. In Groningen kunnen klanten straks terecht bij een Drive In van 3.750 m2. Het openen van deze nieuwe Drive Ins bij bestaande vestigingen is onderdeel van de groeiplannen van Hornbach om de positie als marktleider in Nederland verder te verstevigen.
Bij elke Hornbach-vestiging met een Drive In maken klanten graag en veelvuldig gebruik van deze service, aldus Hornbach zelf. De projectbouwmarkt wil dat klanten overal kunnen profiteren van de voordelen van een Drive In. Daarom worden vestigingen die het nu nog zonder deze service moeten doen, waar mogelijk uitgebreid met een Drive In. “En zo groeien we gestaag door in Nederland”, vertelt algemeen directeur Evert de Goede. “Bovendien, als we bij een bestaande vestiging een Drive In openen, komt er in de bouwmarkt ruimte vrij voor meer assortiment en nieuwe concepten. Ook dat is groei. Daarnaast blijven we actief zoeken naar locaties om nieuwe bouwmarkten te openen, zoals we dat doen voor nieuwe vestigingen van Hornbach Vloeren. Het maakt allemaal deel uit van onze groeistrategie.”
Realisatie Drive Ins
De komst van de nieuwe Drive In in Zaandam is een mooie ontwikkeling voor deze eerste Nederlandse Horn-
bach-vestiging. Het bestaande afhaalcentrum van 2.000 m2 wordt uitgebreid naar 4.500 m2 en volledig ingericht als Drive In. Het afhaalcentrum verhuist daarmee naar een andere plek. De 3.750 m2 tellende Drive In van Groningen wordt volledig nieuw gebouwd op een deel van het bestaande parkeerterrein, dat ook direct wordt uitgebreid.
Vrije ruimtes optimaal benut
Met het verplaatsen van groot bouwmateriaal naar de nieuwe Drive Ins ontstaat er ruimte in de bestaande projectbouwmarkten. Deze ruimtes worden optimaal benut om uit te breiden met concepten die deze vestigingen nog niet hebben, zoals een nieuwe afdeling Elektra, Gereedschap of IJzerwaren. Ook ontstaat er plek voor extra mogelijkheden, waaronder een technischer assortiment in sanitair en een uitbreiding van het assortiment in pvc/luchtbehandeling. Daarnaast worden de vrijgekomen ruimtes ingezet om de ProfiService uit te breiden met een zelfscanzone.
Jongeneel opende in Assen
Jongeneel opende een nieuwe vestiging in Assen.
De compleet nieuwe vestiging Jongeneel Assen is feestelijk geopend. Een fantastische avond samen met heel veel klanten en collega’s.
“Team Assen heeft er een mooi feest van gemaakt zoals zij er iedere dag samen met de klant een feestje van maken”, zegt Jongeneel-directeur Michiel Verbraak op Linkedin. Deze Jongeneel-vestiging staat onder de bezielende leiding van Johan van der Wal.
De witte vlekken van Bouwmaat
Is Nederland vol voor Bouwmaat? Of zijn er nog witte vlekken?
In een interview met Bouwmaat-franchisenemer Adriaan Pelt en (intussen voormalig) Bouwmaat-directeur Rob Klifman kwam de expansie van Bouwmaat ter sprake.
Ieder zijn eigen regio “Met deze nieuwe vestiging in Amsterdam Osdorp is Nederland voor Bouwmaat wel zo’n beetje vol”, zegt Pelt. “Behalve Gorinchem en Lelystad misschien.” Maar dat zit toch niet in zijn verzorgingsgebied? Zou hij daar kunnen openen? “Als ik ruzie wil met BME wel, ja”, lacht hij. “Het mag hoor. Maar we hebben wel een goede verstandhouding onderling. Laten we het bij de groot-Amsterdamse regio houden. Daar ligt onze kracht.”
Nieuwe locaties voor Bouwmaat Klifman heeft stiekem nog wel wat nieuwe locaties op de korrel: “Bouwmaat zoekt witte vlekken voor een grote winkel dichtbij steden met minstens 100.000 inwoners en die plekken zijn er steeds minder. We hebben het op andere locaties geprobeerd met Bouwmaat Compact, maar dat is niet gelukt. En ook voor de grote Bouwmaat-vestigingen is uitbreiding lastiger door de sterk gestegen bouwkosten. Daardoor is de lijst met 20 witte vlekken gedaald naar 6, 7 of 8 locaties. Maar het mooie is dat er geen marktpartijen zijn die hetzelfde doen op ons aantal vierkante meters. Dus qua locaties hebben we geen concurrentie.”
BME weerstond zware markt in 2023
Ze stonden al een tijdje online, de cijfers van BME, de moeder van o.a. BMN. Nu ook op MIXpro.
Financial results Full Year 2023:
Revenue: € 5,368 million, reflecting a limited decline of 1.8% compared to record high 2022
Normalized EBITDA decreased by 23% to € 349 million
Normalized EBITDA margin decreased to 6.5% of revenue (FY 2022: 8.3%)
Operating Cash Flow increased by 4% to €414 million (FY 2022: € 399 million)
Cash Conversion increased by 17%pts to 82% (FY 2022: 65%)
Dalend volume, neerwaartse prijzen en druk op kosten
In een toelichting op de cijfers vertelt BME-ceo Tremco Teulings dat BME in 2023 ten opzichte van 2022 een sterke verandering te verduren kreeg. Teulings spreekt van dalend volume, neerwaartse druk op prijzen en sterk stijgende operationele kosten. Desondanks wist BME de terugval in de omzet te beperken tot –1,8%. Op een omzet van € 5,4 mrd realiseerde BME nog een winst van € 349 mln (–23%).
Marktaandelen behouden
BME startte een grootschalige operatie om de kosten te drukken, wist inkoopcondities bij leveranciers sterk te verbeteren en voerde commerciële initiatieven uit, zowel op het gebied van pricing als van private label. Daardoor heeft BME marktaandelen weten te behouden of zelfs te vergroten, zo claimt Teulings.
Samenwerking
BMN en Tegelgroep
Nederland
Het was al te verwachten, deze samenwerking tussen BMN Bouwmaterialenhandel en Tegelgroep Nederland. Vanuit synergie binnen de groep van moeder BME.
Ontstaan vanuit moederbedrijf BME - Building Materials Europe, is Tegelgroep Nederland een samenwerking aangegaan met BMN Bouwmaterialen.
Alle BMN Home vestigingen, showrooms voor de ‘gestuurde consument’, worden voorzien van een nieuw tegelassortiment. Daardoor hebben nu acht vestigingen een volledig Tegelgroep Nederland-assortiment. In iedere vestiging is er plaats voor het ‘Motto by Mosa’ (Mosa Tiles) assortiment en in een aantal van de vestigingen wordt er zélfs ruimte gemaakt voor bijvoorbeeld Tegelgroep Nederland’s concept van vtwonen tegels by Douglas & Jones concept.
Tegelgroep Nederland en BMN Bouwmaterialen zijn allebei onderdeel van Building Materials Europe (BME).
4Plus en Nicovij bundelen krachten in ijzerwaren
Nicovij, inkooporganisatie in de ijzerwaren en gereedschappen branche, en 4Plus, inkooporganisatie van zelfstandige hout- en bouwmaterialenhandelaren, bundelen hun krachten op het gebied van inkoop van ijzerwaren.
Machielse (rechts op de foto) legde laatst nog in MIXpro uit dat 4Plus niet aangesloten was bij een inkoopcombinatie omdat ze zelf de weg kenden en qua voorraad en magazijnen goed uitgerust waren. Maar kennelijk kan het via Nicovij toch beter? “Klopt”, lacht Machielse. “Wie mij kent weet dat ik tamelijk lui ben en dus nooit iets zal doen waar een ander beter voor geoutilleerd is. Dan kan ik namelijk geen enkele waarde toevoegen. En Nicovij heeft haar voorraad en fijnmazige distributie richting aangesloten bedrijven goed geregeld. Dus dat voegt waarde toe voor de 4Plus-bedrijven als zij dat voor ons doen.”
Lees het uitgebreide artikel over deze samenwerking verderop in deze MIXpro.
Als eerste het laatste nieuws
MIXpro publiceert het laatste nieuws als eerste op www.mixpro.nl
Abonneer je op de nieuwsbrief via www.mixonline.nl/nieuwsbrief
Marc de Dobbelaere blikt terug op 20 jaar Zevij-Necomij
“Overname Transferro volgde – versneld –de juiste logica”
Voor de zomer zwaaide Marc de Dobbelaere af als directeur bij Zevij-Necomij. We spraken met hem over zijn periode bij de inkoopcombinatie. Over de – ‘vaak trage’ – veranderingen in de markt in ‘zijn twintig jaar’. En over de overname van Transferro die hij nog deed terwijl hij de eindstreep in zicht had.
Weinig branchegenoten hadden verwacht dat De Dobbelaere zich zou wagen aan de overname van Transferro met zijn pensioen in zicht. In bijna twintig jaar onder zijn leiding groeide de inkoopcombinatie in ijzerwaren en gereedschappen uit van € 120 mln omzet tot € 770 mln omzet en een beduidend hoger eigen vermogen. En dan op het laatst nog zo’n overname doen? “Ik heb wel vaker gehoord dat dat mensen verrast heeft”, zegt De Dobbelaere. “Het was inderdaad een heel spannende tijd. Heel anders dan rustig afbouwen richting mijn pensioen.”
Meteen in actie
Eerst maar even dat onderwerp behandelen. Toen Zevij-Necomij de signalen kreeg dat Transferro achter ging lopen met betalingen, kwam De Dobbelaere meteen in actie. Inkoopcombinatie Transferro had zich twee jaar eerder aangesloten bij ZevijNecomij, de Transferro-leden waren individueel contractant geworden van Zevij-Necomij en al hun inkoop-facturen verliepen via Zevij-Necomij. Zevij-Necomij rekende af met de toeleveranciers en bracht die inkoop in rekening bij Transferro.
‘Zat aan alle kanten tegen’
Toen de betalingen vanuit Transferro in de loop van de zomer 2023 gingen haperen, trad De Dobbelaere in contact met Transferro en daar bleek inmiddels een externe interim-financieel directeur te zijn aangesteld, woedde er een storm van tegenvallende omzet, oplopende bouwkosten voor een nieuw distributiecentrum in aanbouw, hoge rentelasten voor de aangegane
schulden voor datzelfde DC en fors stijgende transportkosten. En toen Transferro’s ebitda onder de ondergrens van de afspraken met de financiers geraakte, dreigde er een faillissement.
“Het zat aan alle kanten tegen en wij zijn in gesprek gegaan met bestuur en directie van Transferro. We hadden een uitgebreid eigendomsvoorbehoud en we hadden de bonus voor het lopende jaar en dat van het vorige jaar nog onder ons. Als Zevij-Necomij liepen we geen financieel risico”, bezweert De Dobbelaere.
“Er waren veel partijen die ons adviseerden om Transferro failliet te laten gaan. De suggestie was dan vooral dat bij faillissement de leden als contractant bij Zevij-Necomij zouden blijven en we geen energie moesten stoppen in een ingewikkeld en tijdrovend proces met ACM, met banken, met vakbonden en met het smeden van reorganisatieplannen. De bouwcrediteuren, de niet-contractleveranciers en de medewerkers zouden dan vooral de dupe zijn.”
Zachte landing
Toch besloot Zevij-Necomij om Transferro over te nemen. Waarom dan? “In plaats van voor een faillissement gingen we voor een zachte landing. Dat betekende: het project in Zwolle stoppen en er proberen er financieel goed uit te komen. Daar hebben de grote leden van Transferro steun voor gegeven” Dat gebeurde aan tafel zonder dat Zevij-Necomij formeel iets te vertellen had bij Transferro. “Klopt. Dat deden we vanuit commitment naar de achterban en naar de medewerkers. Bij een faillissement zou de medewerkers direct ontslag aangezegd zijn en bij een zachte landing konden we een sociaal plan opstellen, waarbij men tijd had om te zoeken naar een nieuwe baan met een financiële transitie-vergoeding. Dat was een lastige maar er was geen tijd, we moesten snel door voordat iemand anders het faillissement zou aanvragen.”
“We hebben toen alvast bij de ACM goedkeuring gevraagd. Een dag voor de termijn afliep kwam er een bezwaar uit de markt en kregen we wél ontheffing om alvast de zeggenschap te nemen, maar nog geen goedkeuring. Terwijl we aan de slag gingen bestond dus de mogelijkheid dat de ACM dit terug zou draaien. Maar wij voelden ons sterk, want in de concurrentiepositie veranderde er niets. De leden van Transferro waren immers al als contractant aangesloten bij Zevij-Necomij.”
‘Te groot, en te duur’
Ondertussen moest er onderhandeld worden om de gecertificeerde aandelen over te nemen. Na twee bijeenkomsten stemden er 105 leden vóór en eentje blanco. Dat volledige draagvlak bij alle Transferro-leden bleek voor De Dobbelaere een enorme steun in de rug. “Daaruit bleek dat zij beseften dat overname door Zevij-Necomij de beste route was voor Transferro.” Die beslissing viel op 18 september, grofweg een maand na het eerste bericht van de haperende betalingen.
Vooruitlopend op de definitieve overname van de aandelen van de werkmaatschappij van Transferro door Zevij-Necomij werden er al plannen gesmeed voor de toekomst. Het pand zou sowieso verkocht gaan worden. “We hebben in Oosterhout overcapaciteit en twee locaties zou op lange termijn niet optimaal zijn. Bovendien vond ik de locatie Zwolle geografisch in de Benelux niet ideaal gelegen, vond ik het nieuwe pand te groot en veel te duur voor ons”, legt De Dobbelaere uit. Er werd een sociaal plan overeengekomen met de medewerkers en de operatie in Zwolle werd gefaseerd afgebouwd.
‘Dan was álles weggeweest’
Eventuele financiële risico’s bleven via een bonusstructuur min of meer voor rekening van de vereniging Transferro en haar leden. Maar die schade viel achteraf mee. De Dobbelaere: “We hadden al snel in de gaten dat het kapitaal na een faillissement snel in waarde zou verdampen. En dat er minder waarde verloren zou gaan als we het zelf zouden verzilveren. Het pand is goed verkocht, we huren het terug tot en met 30 september, de voor-
raad bleef voor een belangrijk deel zijn waarde behouden en we maken de inventaris waarschijnlijk beter te gelde dan een curator dat via een opkoper zou doen.”
Voor de zomer van 2024 heeft De Dobbelaere zicht op de resultaten: “Het dagelijkse verlies is verdwenen. De rentelast van de financieringen op het pand zijn weg en zo gaan we in ieder geval op 0 uitkomen en waarschijnlijk significant hoger. Maar bij een faillissement was echt álles weggeweest.”
Juiste logica
Als je De Dobbelaere vraagt waarom hij dit project heeft opgepakt, zegt hij: “Voor de sector. We waren ervan overtuigd dat dit de beste weg was. Het was niet de makkelijkste weg, dat is zeker. Nu zijn alle leveranciers betaald, hier hadden we overcapaciteit en focus op groei in voorraad en distributie, dat gaat nu in versneld tempo. Dus voor mij verloopt dit volgens de juiste logica.”
“Bij een faillissement van Transferro was echt álles weggeweest”
Hoe nu verder? De Dobbelaere stelt dat Zevij-Necomij nu voor € 4 mln aan extra activiteiten gaat ondernemen. “Tegelijkertijd halen we jaarlijks € 6 mln aan kosten uit de keten, ten opzichte van de situatie waarin Transferro en Zevij-Necomij apart opereerden. Dan gaat het er vervolgens om dat je de dienstverlening op peil kunt houden. Dat hoeft niet helemaal, want je hoeft je leden niet gratis te beleveren iedere dag. Dat is sowieso niet nuttig.”
De Dobbelaere maakt een rekensom: “Transferro had 20.000 artikelen op voorraad, maar behaalde 80% van de omzet met 2.500 artikelen. Daarmee heb je dus 17.500 artikelen op voorraad die veel minder hard lopen. Daar houden wij een andere filosofie op na.
We zijn met de Transferro-leden aan het bekijken wat we in samenkoop gaan doen en wat we hier op voorraad leggen. Samenkoop is een nieuwe activiteit voor de Transferro-leden.”
ONDERDELEN EN BEHUIZING VAN METAAL
TIL TOT 220MM OMHOOG TRADELIFT
TOT 150 KG TILLEN EN VASTHOUDEN
FIJNAFSTELLER: VERLAAGT DE HEFPLAAT MET MAXIMAAL 2,5 MM PER SCHAKEL
BEDIEN DE DUWHENDEL MET DE VOET, HANDENVRIJ WERKEN
BODEMPLAAT MET VERZONKEN SCHROEFGATEN OM TE VERANKEREN
ONTWORPEN OM JOUW PRODUCTIVITEIT TE VERHOGEN. TIL, NIVELLEER, HOU VAST EN SPREID, OOK WANNEER JE ALLEEN WERKT. THE MEASURE OF A PRO™ STANLEYWORKS.BE NL
Prijsdifferentiatie was taboe
Tot zover de integratie van Transferro. De Dobbelaere maakte nog meer mee in de krappe 20 jaar dat hij Zevij-Necomij leidde. Hij kwam uit de coöperatieve wereld, maar had geen verstand van de ijzerwarenhandel. Maar er zat voldoende branchekennis in de organisatie, zegt hij. Prijsdifferentiatie bij de leden was een van de hete hangijzers die hij als eerste aanpakte. “Het was een taboe, wat niet wil zeggen dat het niet bestond. Alleen faciliteerde Zevij-Necomij het niet. Ik vond dat je dat wél moest doen en er ook ronduit voor moest uitkomen.” Een ander strategie die De Dobbelaere doortrok, was de focus op inkoop. “Ik heb de activiteiten die als het ware een zes scoorden afgeschaft en van de activiteiten met een acht wilden we negens maken, zoals focus op inkoop en digitalisering.”
Beste van beiden
Dat dat lukte, werd voor het eerst duidelijk toen Destil zich aansloot. De Dobbelaere: “Directeur-eigenaar Gertjan van Eck had het gevoel dat Destil niet beter zou kunnen worden van aansluiting bij ons, maar toen ze eenmaal de stap zetten, gingen ze heel veel meer geld verdienen. Door betere inkoopcondities vanwege de differentiatie. Individuele bonussen zijn gebaseerd op het volume van het individuele lid. En daar komt dan nog een integrale bonus op vanuit de hele groep. Bovendien hebben we overal staffels voor, ook bij leveranciers. De aansluiting van Destil gaf groot voordeel aan Destil zelf, maar ook aan de inkoopgroep als geheel. Ook al omdat leveranciers nu eenmaal niet snel hun condities naar beneden brengen. Bij zo’n aansluiting krijg je dus het beste van beiden. Ook als Destil ergens betere condities zou hebben dan wij.”
Polvo was jammer
In De Dobbelaere’s tijd sloot ook het Belgische Asamco zich aan (2006), werd EZ-Base opgericht als datahuis, begon ZevijNecomij het EDI-platform met D-soft en koppelde de inkoopcombinatie de artikeldata uit EZ-Base en de factuurdata uit D-Soft aan elkaar in een Business-Information-tool. Necomij sloot zich in 2014 aan waarbij meteen werd afgesproken dat het Ivana-merk exclusief voorbehouden zou blijven aan Zevij-Necomij-leden. Maar goed ook, zegt De Dobbelaere. “Anders had Polvo het merk Ivana mee kunnen nemen naar Isero. Polvo’s overstap naar Ferney nadat het bedrijf overgenomen was door Isero heb ik heel jammer gevonden. We hadden altijd een nauwe samenwerking. Op alle gebieden.”
Bouwmaat was natuurlijk proces
Ook de aansluiting van Bouwmaat is een mijlpaal die niet onbesproken bleef binnen de inkoopcombinatie die toen nog veel traditioneler dacht in ‘wij’ – de ijzerwarenhandel – en ‘zij’ – de bouwmaterialenhandel. Dan verliep de aansluiting van Sakol en Bouwcenter via Transferro nu veel soepeler. De Dobbelaere: “Dat is een natuurlijk proces geweest. De behoefte in de markt is er, die ontwikkeling kun je niet tegenhouden want hij voltrekt zich toch. Bovendien: Bouwmaat deed toen al evenveel aan ijzerwaren en gereedschappen als onze grotere leden en had soms betere condities dan wijzelf.”
De keten wordt efficiënter naarmate er meer bundeling van volume plaatsvindt, daar is De Dobbelaere van overtuigd. “Snijden in de kosten is belangrijk. Er is geen ruimte om kosten en toeslagen te stapelen.”
“Polvo’s overstap naar Ferney nadat het bedrijf overgenomen was door Isero heb ik heel jammer gevonden. We hadden altijd een nauwe samenwerking. Op alle gebieden”
In goede handen
Nieuw leven in Eurocraft – met EDE eruit en Nordwest erin – is ook een stap waaraan De Dobbelaere met Zevij-Necomij bijdroeg. Net als aan de Duurzaamheidsdata via GSES en de ZevijNecomij-Academy. “Belangrijk wegens de schaarste aan vakkennis in de sector.”
Zijn grootste frustratie? “Dat alles zo lang duurt. Is altijd zo geweest en zal misschien ook wel zo blijven.” En kansen voor verbreding? We weten dat Zevij-Necomij ooit met DGN (dhzretail) flirtte en met DSoft Inconed, een inkoopgroep van aannemers en installateurs, bedient. Zou Zevij-Necomij ook diensten aan groothandels in andere sectoren kunnen aanbieden? “Qua backoffice zou dat zeker kunnen”, zegt De Dobbelaere. “Maar ik ga niet over mijn graf regeren. Zevij-Necomij is in goede handen bij de nieuwe directeur Olaf de Boer. En met een omzet van € 770 mln, een stevig eigen vermogen en 260 aangesloten groothandels staat de club er sterk voor.”
Toolstation wacht langer op break-even
Ondanks een mooie omzetgroei bleef het resultaat van Toolstation over 2023 toch achter bij de verwachtingen. Het verlies was zelfs groter dan in 2022. En in Nederland gaat de focus van ‘investeren in snelle expansie’ naar ‘winstgevendheid op de korte termijn’.
Toolstation in totaal zette £ 820 mln om (+4%) met 517 vestigingen in de UK, 119 in de Benelux en 51 in Frankrijk.
Groei van omzet én van verlies in Benelux
In de Benelux presteerde Toolstation ondanks een omzetgroei van 10% qua winstgevendheid toch lager dan ze zelf had verwacht. Toolstation Benelux maakte in 2023 namelijk een verlies van £ 19 mln (2022: £ 15 mln).
Die verliesgroei was het resultaat van magere brutomarge, kosteninflatie en de gestegen kosten wegens een tweede DC en de opening van zes nieuwe vestigingen.
Break-even in 2025?
Toolstation houdt nu rekening met een verlies van ongeveer £ 12 mln in 2024 in de Benelux en verwacht dat de business in ons land in 2025 break-even gaat draaien. Onder uitdagende marktomstandigheden en het feit dat winstgevendheid nog langer op zich laat wachten, heeft het management een ‘strategische review’ van de business in Nederland en België ondernomen.
Focus van expansie naar winst
Die review resulteerde in een nieuwe strategie voor de Benelux, zo legt Toolstation-directeur Darrin Murray uit. “In plaats van ‘investeren in rapid expansion’ gaan
we naar ‘focus op snelle winstgevendheid’ omdat onze moeder-groep Travis Perkins dat van ons verlangt.” Murray vindt de strategiewijziging ‘sensible’. “Voorheen maakte Travis Perkins als geheel veel meer winst en kon de groep zich veroorloven te investeren op de langere termijn. En nu de hele markt ‘tougher’ is, is het logisch dat je meer focust op snelle winstgevendheid.”
“Soms heb je er een paar fout”
Deze koerswijziging vergt volgens Murray slechts een paar ‘minor changes’ in de Benelux. “In de jaren 2020, 2021 en 2022 hebben we meer dan 50 vestigingen geopend en hebben we ons netwerk bijna verdubbeld. Met die snelheid open je soms een paar vestigingen op een verkeerde locatie. En dat gaan we nu finetunen. Ons netwerk in Nederland blijft daarmee goed, dat zien we aan onze like-for-like-groei.”
Finetuning: 10 vestigingen dicht
Toolstation sluit in Nederland 8 vestigingen en in België gaan er nog eens twee dicht. Blijft het daarbij? En betekent dat ook dat Toolstation voorlopig geen nieuwe vestigingen zal openen in ons land? “De vestigingen die we sluiten hebben op de korte termijn geen vooruitzicht op winstgevendheid en ik voorzie geen verdere sluitingen. We zullen ook niet snel extra vestigingen openen. Aan de andere kant: als we een locatie tegenkomen die gegarandeerd goed is, zullen we die niet laten schieten. Al is die kans niet zo groot doordat we met ons uitgebreide netwerk eigenlijk al op alle toplocaties zitten”, zegt Murray.
Lees op pagina 17 waarom Toolstation zich aansloot bij Ferney.
De 5 zekerheden voor zorgeloos voorraadbeheer
Bij Stock&Trade zijn we expert in het opkopen van overtollige voorraden. We hebben daarbij een bijzondere liefde voor merkproducten. Vooral in de bouwgroothandel en DHZ-retail kennen we ons vak.
Waarom met ons samenwerken?
We zijn discreet, recht door zee en werken helder en snel. Als vaste partner profiteert u automatisch van onze 5 zekerheden. Hierdoor voorkomt u magazijnruimte met incourante voorraden en zorgen wij dat uw voorraad altijd in topvorm is.
Stock & Trade koopt alle overtollige voorraden op 1
Experts die weten wat uw voorraad waard is 2
Ook profiteren als vaste partner?
Neem dan contact op!
Heldere orderafhandeling en korte routering 4
Wij verkopen uw producten buiten het reguliere kanaal 3 Snelle betaling 5
We take care of your inactive stock
Waarom Toolstation koos voor Ferney
Toolstation sloot zich onlangs aan bij inkoopcombinatie Ferney. Vrij onverwacht vond MIXpro. Daarom vroegen we Toolstation naar de achtergronden van deze move.
Toolstation is lid van de internationale – en beursgenoteerde – groep Travis Perkins. Vanuit die grotere context zou je kunnen aannemen dat aansluiting bij een Nederlandse inkoopcombinatie qua volume niet veel zou toevoegen. Tegelijkertijd zou je kunnen denken dat de bestaande Ferney-leden concurrent Toolstation met zijn typische omnichannel-model liever niet bij ‘hun club’ zouden willen hebben. En al helemaal geen toegang zouden willen geven tot de private labels Kelfort, Ironside en Oxloc.
Weinig synergie met de groep Directeur Darrin Murray legt uit dat Toolstation in de Benelux niet zo heel erg profiteert van de schaal en het volume van de Travis Perkins-groep. Het assortiment in Nederland en België is namelijk behoorlijk lokaal en anders dan dat van de Britse moeder. Vandaar de aansluiting bij een Nederlandse inkoopcombinatie.
Cultural fit met Ferney
“De timing van die aansluiting kon niet beter in het licht van Toolstations strategiewijziging van snelle expansie naar snelle winstgevendheid. Betere condities en toegang tot lokale assortimenten gaat ons daar zeker bij helpen”, zegt Murray. Na een grondige vergelijking van de inkoopcombinaties viel de keuze op Ferney. “De ‘cultural fit’, de mix van leden en de gelegenheid om kansen te verzilveren waren hier het beste.”
Belang van private labels
Toolstation gaat niet alleen profiteren van inkoopvoordelen, maar ook van toegang tot lokale assortimenten én Ferney’s private labels. Maar ook van aanvullende services als data-management en een PIM-systeem. “Dat halen we toch niet zo makkelijk uit onze eigen groep als je misschien zou denken”, zegt Murray. “Vooral vanwege het verschil in leveranciers.”
Hoe belangrijk zijn de private labels voor Toolstation in de totale samenwerking met Ferney? “Die vertegenwoordigen ‘quite a bit of value’ voor ons, want de merken Kelfort, Ironside en Oxloc zijn goed bekend en gerespecteerd bij professionele klanten.”
Geen harde bezwaren
Hoe snel Toolstation de private labels van Ferney gaat voeren, kan Murray nog niet zeggen. “We worden pas per 1 juli officieel lid en gaan de voordelen invoeren zo snel als we kunnen. Maar wel met een ‘reasonable pace’, want we moeten die veranderingen goed managen.” Of grote Ferney-leden als Isero, TABS Holland of BMN nog tegengesputterd hebben tegen de aansluiting van Toolstation weet Murray niet precies. “We zijn ongeveer de laatste van de grote marktspelers die zich aansluit bij een inkoopcombinatie, dus dat is intussen niet zo vreemd meer. Wel hebben we een gezonde discussie gevoerd, dat wel.”
4Plus en Nicovij bundelen
Nicovij, inkooporganisatie in de ijzerwaren en gereedschappen branche, en 4Plus, inkooporganisatie van zelfstandige hout- en bouwmaterialenhandelaren, bundelen hun krachten op het gebied van inkoop van ijzerwaren.
Nicovij-directeur Willie Dekens is blij met de samenwerking: “Beide organisaties geloven in de kracht van familiebedrijven. De focus ligt op het versterken van het ondernemerschap, het bijdragen aan een sterke positie in het lokale marktgebied en groei. Gezien de overeenkomsten in het DNA van 4Plus en Nicovij én ontwikkelingen in de markt is een samenwerking een logische stap. We behouden allebei onze zelfstandigheid en identiteit, maar gaan samenwerken op het gebied van inkoop en fijnmazige distributie in ijzerwaren.”
Niet ‘stapelen’
Kees Machielse, directeur van 4Plus: “Met de keuze om samen te werken met Nicovij als specialist op het gebied van ijzerwaren, kiezen we voor een versterking van onze inkoopkracht en een bredere beschikbaarheid voor onze aangesloten bedrijven.”
Machiels stelt met nadruk niet te gaan ‘stapelen’. “Het is dus niet zo dat de één lid wordt van de ander of zo. De exploitatie van een inkoopcombinatie is al flinterdun. Ze moeten met zo laag mogelijke kosten hun business runnen zodat de inkooppositie ten goede komt aan de aangesloten bedrijven. De inkoopcombinatie kan niet alle marge verbrassen en het is al helemaal niet houdbaar als inkoopcombinatie en leden allebei aan de inkoopvoordelen trekken. Dat is in het verleden meermaals gebleken. Bij onszelf en bij anderen.”
Tóch
inkoopcombinatie voor 4Plus?
Machielse legde laatst nog in MIXpro uit dat 4Plus niet aangesloten was bij een inkoopcombinatie omdat ze zelf de weg kenden en qua voorraad en magazijnen goed uitgerust waren. Maar kennelijk kan het via Nicovij toch beter? “Klopt”, lacht Machielse. “Wie mij kent weet dat ik tamelijk lui ben en dus nooit iets zal doen waar een ander beter voor geoutilleerd is. Dan kan ik namelijk geen enkele waarde toevoegen. En Nicovij heeft haar voorraad en fijnmazige distributie richting aangesloten bedrijven goed geregeld. Dus dat voegt waarde toe voor de 4Plus-bedrijven als zij dat voor ons doen.”
Die logistiek en voorraad waren meteen ook een groot pluspunt voor Nicovij in de vergelijking die 4Plus maakte tussen de verschillende inkoopcombinaties. “Er zijn er niet zoveel meer, maar Ferney en Zevij-Necomij boden in ieder geval niet de fijnmazigheid van distributie die wij zoeken.”
krachten in ijzerwaren
Bundelen van inkoop op B2B
Volgens Machielse is Zevij-Necomij wel een fantastische organisatie qua inkoopvoordelen. Maar op dat vlak verwachten Nicovij en 4Plus samen ook stappen te zetten. De eerste stap is het bundelen van de inkoopactiviteiten van de overlap van leveranciers en/of assortimenten in ijzerwaren en gereedschappen.
De betreffende contractleveranciers worden daarvoor benaderd door 4Plus en Nicovij.
Dekens: “Met de aansluiting van 4Plus versterken we het B2B-gedeelte van Nicovij. Qua aantallen zaten we al op 50/50, qua omzet gingen we met B2B al iets over de helft heen, maar met 4Plus gaat het hard aan de B2B-kant.” Machielse: “We kijken trouwens stuk voor stuk hoe we de directe assortimenten van 4Plus het beste een plek geven in deze nieuwe samenwerking. Wij hebben bijvoorbeeld zelf heel veel DeWalt op voorraad. En als je ons goed kent, weet je dat wij dat in ieder geval nooit op twee plaatsen tegelijk gaan leggen.”
Andere samenwerkingen in ijzerwaren/gereedschappen Vrijwel alle organisaties in hout en bouwmaterialen zijn bij een inkoopcombinatie aangesloten voor hun ijzerwaren en gereedschappen. Bouwmaat is lid van Zevij-Necomij. Veris en Sakol waren dat eerst van Transferro en nu ook van Zevij-Necomij. BMN en TABS zijn lid van Ferney. IGM was al aangesloten bij Nicovij en ook 4Plus ging onlangs een samenwerking aan met Nicovij.
Over 4Plus en Nicovij 4Plus is een inkoopgroep van en voor circa 60 ondernemers met ruim 90 vestigingen, actief in de handel in hout- en bouwmaterialen voor de professionele verwerker in Nederland. Nicovij behartigt de gemeenschappelijke belangen van ruim 108 aangesloten ondernemingen, speciaalzaken en groothandelsondernemingen in de ijzerwarenbranche.
Bouwmaterialen- en houthandel genesteld in ijzerwaren
Waar de bouwmaterialenhandel lang amper omkeek voor ijzerwaren en gereedschappen, heeft iedere club intussen zijn weg gevonden in de categorieën die voorheen het exclusieve domein waren van de ijzerwarenhandel. Dat maakt de branche er niet doorzichtiger op.
Convergentie. Dat was een van de vooruitzichten waar MIXpro 14 jaar geleden mee startte. We zagen ijzerwarenhandelaren elkaar al overnemen en intensiever met elkaar samenwerken in inkoopgroepen. Hetzelfde voltrok zich in de bouwmaterialenhandel en de houthandel. Maar dat zagen we eerder als ‘concentratie bíinnen dezelfde bloedgroepen’. ‘Convergentie’ ging een stap verder: we zagen dwarsverbanden ontstaan tússen de bloedgroepen.
Stiho + Giebels
De samenwerking tussen Stiho en Giebels was er daar een van. Op het Bouwplein in Amsterdam Bijlmer brachten beide partijen in 2008 hun specialismen samen onder één dak. De inkt van het samenwerkingscontract was amper droog of Stiho nam ZevijNecomij-lid Giebels over. En intussen zijn alle
Stiho-vestigingen gecombineerd met een Bouwplein inclusief Giebels-ijzerwarenzaak.
Overigens werd Giebels lang bevoorraad door collega-ijzerwarenhandel Destil – lid van Zevij-Necomij – uit het geautomatiseerd magazijn in Tilburg. Terwijl Stiho-moeder DSG aangesloten was bij Zevij-concurrent Transferro.
Argusogen op ijzerwaren
Toch duurde het nog even voor deze ‘branchevervaging’ versnelde, maar intussen zijn alle bouwmaterialen- en houthandels wel ‘om’ en kijken ze met argusogen naar ijzerwaren en gereedschappen. Veris schurkte een tijdje tegen Ferney aan, maar sloot zich later aan bij Transferro (thans overgenomen door Zevij-Necomij), terwijl Bouwcenter Filippo in Ede een ijzerwarenshop van Lekkerkerker startte. Nota bene een formule van Polvo, toen lid van Zevij-Necomij en dus uit ‘de andere stal’.
Bak aan kennis
BMN Bouwmaterialen – lid van Ferney – startte zelfs zijn eigen ijzerwarenformule. Met – destijds – directeur Jan Boon, projectmanager Max Nieboer en ijzerwarenman Robert Jan Kennis aan boord beschikte BMN over een bak aan ijzerwaren-ervaring. Boon leidde ooit Gerritse, de voorloper van het huidige Isero toen investeringsmaatschappij H2 die ijzerwarengigant had overgenomen uit familiehanden van Cees en Dim Gerritse.
Isero zelf is al lang lid van Ferney en verhuisde na de overname van Polvo ook deze ijzerwarengigant naar de inkoopcombinatie uit Heerhugowaard.
Samen, of op eigen houtje
De bouwmaterialengroep 4Plus was ook een tijdje lid van Ferney, speciaal voor de 4Plus-leden die onder de BPG-formule – thans Bouwpartner – draaiden. Dat lidmaatschap is al enige tijd geleden gestaakt, sindsdien werkte 4Plus aan zijn eigen voorraad en distributie van ijzerwaren, maar in het voorjaar van 2024 ging 4Plus toch weer een samenwerking aan voor de inkoop
Tureluurs van de dwarsverbanden?
Benieuwd naar de relaties in de bouwmaterialenhandel, houthandel en ijzerwarenhandel? Naar de trends, de sleutelfunctionarissen, de kerngegevens, de marktcijfers en achtergrondverhalen?
Check dan de [Business Update Bouwgroothandel] via www.mixpro.nl/update.
en bevoorrading van ijzerwaren en gereedschappen.
Met Nicovij ditmaal. Daarover vind je in deze MIXpro een specifiek artikel.
Samensmelting
Bouwmaterialenhandel Raab Karcher liet zijn stroom aan ijzerwaren en gereedschappen lang verzorgen door zuster Galvano. Niet dat Galvano gespecialiseerd is in die categorieën, maar de sanitair-groothandel was qua flow wel meer gewend aan kleingoed dan Raab Karcher zelf. Sinds de overname van Raab Karcher – en Galvano – door BMN-moeder BME, is er een link met Ferney en lopen de condities en de flow via dat kanaal. Net als die van BMN IJzerwaren, zoals eerder genoemd.
Ook TABS overstag
TABS – de moeder van (o.a.) Jongeneel en PontMeyer – liet ijzerwaren en gereedschappen lange tijd een beetje links liggen, maar sloot zich uiteindelijk ook aan bij een inkoopcombinatie: Ferney. Daar is de gigant nu dus ‘collega’ van veel kleine familiebedrijven in ijzerwaren en gereedschappen én van BMN Bouwmateri-
alen, BMN IJzerwaren, Raab Karcher alsmede van de ijzerwarengiganten Isero en Polvo (beide dochters van Grafton Netherlands).
Nieuwe inkoop-‘collega’s’
Naast Isero en Polvo is Toolstation ook zo’n ijzerwarengigant. Kort voor de zomer van 2024 zette het bedrijf – onderdeel van het Britse Travis Perkins – de stap naar inkoopcombinatie Ferney. De andere twee grote jongens in ijzerwaren – Destil en Mastermate – zijn al vele jaren lid van inkoopcombinatie Zevij-Necomij.
Binnen die club kregen ze een paar jaar geleden ‘outsider’ Bouwmaat erbij. En via het Zevij-Necomijlidmaatschap van Transferro zijn intussen ook Sakol (8 regionale bouwgroothandels met 24 vestigingen, sommige met Probin-shop-in-shops) en Veris (Bouwcenter-moeder, met ook Stiho als aandeelhouder) inkoopcollega’s binnen Zevij-Necomij.
En zo heeft intussen de hele groothandel in bouwmaterialen en hout en plaatmateriaal zijn weg gevonden in de ijzerwaren en gereedschappen.
4Plus stelt MasterData centraal om ondernemers optimaal te bedienen
In het Limburgse Born is inkooporganisatie 4PLUS gevestigd. 4PLUS verzorgt de inkoop voor 55 familiebedrijven in de bouwsector. In 2023 heeft
4PLUS haar hele ICT-landschap vernieuwd.
Bijzonder aan deze operatie is dat zij daarbij het databeheer centraal stelden.
“Databeheer is de kern, daarom was Master Data Management (MDM) ons startpunt”, aldus Mark van den Broek, inkoopmanager bij 4PLUS.
De hoofdactiviteit van 4PLUS is inkoop. Hierin ontzorgt 4PLUS haar ondernemers. Aangesloten bedrijven bestellen het grootste deel direct bij de leveranciers. Maar 4PLUS heeft ook zelf voorraad in haar eigen centrale magazijn. Ondernemers kunnen zo maximaal profiteren van kostenvoordelen op bijvoorbeeld logistiek, en houden hierin zelf de keuze en flexibiliteit.
“Om artikelbeheer van alle leveranciers voor 55 aangesloten bedrijven centraal te organiseren, heb je wel een goed stukje software nodig”
Naast centrale inkoop verzorgt 4PLUS ook de artikeldata voor de ondernemers. 4PLUS verzamelt dit van alle 350 contractleveranciers en voert dit op in de centrale systemen. “Dat betreft heel veel data, aangeleverd in allerlei verschillende bestanden en formaten”, vertelt Bert Ermans, teamleider databeheer. “Denk aan Excel sheets, PDFs of wat dan ook. Dat moeten we allemaal structureren en in onze systemen zien te krijgen. En dat betekende voorheen dat we gegevens vaak handmatig moesten invoeren. Met de nodige fouten tot gevolg.”
Van Excellijstjes naar verrijkte MasterData
Voorheen was een groot gedeelte van het databeheer weggelegd bij een externe partij. Omdat we databeheer als vitaal proces
hebben bestempeld was het voor 4PLUS logisch om dit in eigen beheer te gaan doen.
Dit klinkt eenvoudiger dan dat het was. “Wil je het artikelbeheer van alle leveranciers voor 55 aangesloten bedrijven en voor onze eigen systemen centraal gaan organiseren, dan heb je wel een goed stukje software nodig om dit goed te managen”, vertelt Mark.
Op zoek naar software die aansluit bij onze kerntaak Samen met hun bevlogen ICT- collega Richard Voorter gingen Mark en Bert op zoek naar een software partij die hen kon helpen in deze complexe opgave. “De beschikbaarheid en kwaliteit van de product- en artikeldata is een van de grootste uitdagingen bij
de toenemende digitalisering van het inkoopproces, iedereen in de branche zal dit beamen.”
“Een belangrijk punt voor ons was om een softwarepartner te vinden die aansloot bij onze kerntaak als inkooporganisatie, namelijk het artikel- en conditiebeheer. Dus het beheren van de product- en artikeldata, prijzen, kortingen voor onze deelnemers. Daarnaast wilden we één bron van data kunnen creëren en deze data kunnen verrijken voor alle aangesloten bedrijven en ons bestelportaal.
Tot slot was het standaardiseren van de data heel erg belangrijk, zoals met DICO en ETIM. Een hele lijst aan criteria. Gelukkig vonden we toen Compano, zij voldoen als een van weinige aan dit hele pakket van eisen met hun MDM-systeem. En de communicatie verloopt ook nog eens heel soepel.”
Stip op de horizon
Nu komen de data binnen in de CIP en worden deze eerst centraal gestructureerd, gecontroleerd en verrijkt. Vervolgens gaan de data door naar onze andere systemen. “We zijn nu veel sneller en flexibeler”, aldus Bert. “We hoeven niet meer alles over te typen en uit te rekenen in Excels. Iedereen werkt op basis van de centrale waarheid. Compano MDM doet dit werk nu voor ons.”
De stip op de horizon voor 4PLUS is dat de aangesloten bedrijven via eigen sub-omgevingen ook toegang krijgen tot de meest actuele en complete productinformatie van alle leveranciers. Bert: “Het verkrijgen van juiste productdata hebben we alleen niet zelf in de hand. Daar hebben wij echt de leveranciers bij nodig.
Wat is MDM-software?
Binnen elke inkooporganisatie zijn stamdata aanwezig: basisgegevens over o.a. de artikelen, (inkoop)prijzen, productinformatie, leveranciers en afnemers. Goed beheer van deze data is essentieel voordat het wordt toegelaten in andere systemen in de organisatie zoals het ERP, Warehouse Management, Webshop e.d. Master Data Management (MDM) is software voor het managen, centraliseren, ordenen, categoriseren, lokaliseren, synchroniseren en verrijken van deze MasterData.
Hoe werkt MDM-software?
Aan de “voorkant” van het MDM-systeem wordt een CentraalImport-Portaal (CIP) geplaatst. In feite een Private datapool. Na import en screening van de aangeleverde data in het CIP worden de gewenste data overgenomen in het inkoopassortiment en gekoppeld aan actuele inkoopcondities. Het resultaat is gestandaardiseerde data die doorgegeven worden naar het eigen ERP en tevens beschikbaar worden voor alle ondernemers. Tevens kunnen de data van hieruit ook conform actuele standaarden en exportformaten beschikbaar worden gesteld aan de webshop en andere systemen of partijen.
Wie is Compano?
Compano is al ruim 25 jaar dé specialist op het gebied van software voor de bouw- en installatiebranche.
Klanten zijn actief als fabrikant, leverancier, groothandel, inkooporganisatie, aannemer of installateur.
Compano is erkend partner van Ketenstandaard voor de bouw- en installatiebranche en ondersteunt branchestandaarden en formaten als ETIM, DICO, BMECAT en GS1. www.compano.com
“Iedereen werkt op basis van de centrale waarheid. Compano MDM doet dit werk nu voor ons”
Maar we zien gelukkig steeds meer partijen die actiever en dynamischer met data omgaan. Zelfs van onze keramiek-leveranciers uit Italië krijgen we steeds meer verrijkte data. De volgende stap is dat ze ETIM-geclassificeerd gaan aanleveren in brancheformaten. Mocht dat gaan gebeuren, dan zijn wij daar nu al klaar voor!”
Compano, Vestiging Arnhem, 088.266.72.01 sales@compano.com, www.compano.com
Scan mij
Voor wie is een MDM-systeem relevant?
Bij alle bedrijven waar product- & artikeldata en conditiebeheer een uitdaging vormen. Denk hierbij aan: leveranciers, groothandels, inkooporganisaties en grotere installatiebedrijven.
• SUPERIEURE KWALITEIT.
• DUURZAME KEUZE VOOR MENS EN MILIEU.
• VEILIG TIJDENS EN NA APPLICATIE.
LUCHTDICHT
ELASTISCH
WIK AANVRAGEN
Vraag bij ons WERKPLEK-aan: INSTRUCTIEKAART
VRIJGESTELD VAN PU-OPLEIDING
Soudafoam PURE is vanwege de lage di-isocyanaatconcentratie van <0,1% vrijgesteld van PU-opleiding.
Buyer PersonAI:
mooie tool voor marketeers in de bouw
‘Walk a mile in your customer’s shoes’ is wat mij betreft een van de beste adviezen aan marketeers. Dat kan in de bouw bijvoorbeeld door fysiek mee te lopen met een klant, een open gesprek aan te gaan of door het maken van een Buyer Persona.
Of het nu om bouw, bouwtoelevering of vastgoed gaat: het personaliseren van jouw ideale klant is een belangrijk onderdeel van een marketingstrategie. Sterker nog: onderzoek wijst uit dat strategieën met Buyer Persona’s meer rendement opleveren. Logisch, want een Buyer Persona is een gedetailleerde representatie van je ideale klant, gebaseerd op marktonderzoek en echte data.
Vaak geef ik fictieve klanten een gezicht en een naam. In de Alblasserwaard, waar ik vandaan kom, hebben mensen vaak een bijnaam. Als je hier Arie heet, wordt dat in de volksmond al snel Aai. En in de uitvoerende bouw ken ik al snel 5 Aai’en. Een mooi bruggetje naar AI. Artificial Intelligence modellen zoals ChatGPT zijn een prima hulpmiddel bij het creëren van Buyer Persona’s. Mijn eerste Buyer Persona die we met behulp van AI genereerden, was een uitvoerder bij een middelgrote
Wim Bak Marketingdeskundige Merkvast
bouwonderneming. Ik noemde ‘m Aai. De werktitel van het document werd Buyer PersonAI.
Met de komst van AI is er iets fundamenteel veranderd: je kunt jouw ideale fictieve klant laten reageren op content, acties, diensten of zelfs nieuwe producten. Dat helpt niet alleen marketeers maar ook sales, logistiek of IT. Het maken van een Buyer Persona in ChatGPT is relatief eenvoudig. Ik zou marketeers wel adviseren om dat gezamenlijk met de sales-collega’s te doen. Zij hebben per slot van rekening dagelijks klantcontact. Met een doordachte prompt (die je steeds moet aanpassen) maak je al snel een waardevolle persona. Verwerk in je prompt gegevens over demografische informatie, professionele achtergrond, doelen, uitdagingen en koopgedrag. In de betaalde versie van ChatGPT maak je een Buyer Persona met Custom GPT. Nog handiger!
Een Aai in de bouw heeft natuurlijk ook een gezicht. Die kun je genereren met bijvoorbeeld ChatGPT of Midjourney. Regelmatig print ik ze uit op A1 en hang ze op de marketingafdeling van een klant. Ik heb er ter inspiratie twee gemaakt: Aai de Installateur aan het werk en Aai de uitvoerder met bus. Alle Aaien in de bouw: bedankt voor de inspiratie!
Ai gegenereerde beelden (Chat-GTP, DALL-E, Midjourney)
Orderportefeuilles in de bouw licht gestegen
De gemiddelde orderportefeuille in de totale bouwnijverheid bedroeg in juni 10,7 maanden werk en is daarmee met twee tiende maand gestegen ten opzichte van mei. Aldus de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van juli 2024 van het Economisch Instituut voor de Bouw. Ook de analisten van Buildsight schroeven hun verwachtingen voor ’25 en ’26 ietsje op.
In de burgerlijke en utiliteitsbouw nam de gemiddelde voorraad met één tiende maand toe naar 12,1 maanden. In de utiliteitsbouw kwamen de orderportefeuilles uit op 10,4 maanden werk, een stijging van drie tiende maand ten opzichte van mei, aldus het EIB.
In de woningbouw bleef de gemiddelde werkvoorraad gelijk en bedroeg 13,3 maanden. In de grond-, water- en wegenbouw bedroegen de orderportefeuilles in juni 8,3 maanden werk, vijf tiende maand meer dan in mei. In de grond- en waterbouw kwamen de orderportefeuilles uit op 9,0 maanden werk, een stijging van zes tiende maand ten opzichte van de vorige meting. In de wegenbouw steeg de gemiddelde werkvoorraad met drie tiende maand naar 7,7 maanden.
Belemmeringen in productie
Van de bouwbedrijven gaf 43% in juni aan belemmeringen te ondervinden bij de productie. In de B&U was een gebrek aan orders hiervoor de belangrijkste oorzaak. In de GWW hadden de belemmeringen met name te maken met weersomstandigheden en personeelstekorten. De productie is in de afgelopen drie maanden bij 20% van de bedrijven toegenomen en bij 8% van de bedrijven afgenomen.
Wisselende verwachtingen onder bouwers
Van de bouwbedrijven beoordeelde 17% de orderpositie als groot, terwijl 14% van de bedrijven de orderpositie als klein beoordeelde. Daarnaast verwacht 25% van de bedrijven dat hun personeelsbezetting zal toenemen in de komende drie maanden, terwijl 2% van de bedrijven juist een kleinere bezetting verwacht. In de bouwnijverheid verwacht 39% van de bedrijven een prijsstijging in de komende drie maanden.
Meer huurwoningen, door commerciële partijen
Dat er herstel aan zit te komen voor de woningnieuwbouw voorzagen de marktonderzoekers van Buildsight al eerder. Maar het begin ervan blijkt uit een andere hoek te komen dan verwacht. Met de recente daling van de hypotheekrente en de stijging van de lonen zou de verkoop van nieuwbouwwoningen weer snel kunnen gaan stijgen.
Hoewel er zeker sprake is van een stijging van de verkoop van nieuwbouwwoningen aan het begin van 2024, blijkt uit cijfers over de vergunningverlening van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dat er in het eerste kwartaal vooral voor meer nieuw te bouwen huurwoningen bouwvergunningen zijn verleend.
Iets meer nieuwbouw in 2025 en 2026
“Die stijging is vooral te danken aan bouwers voor de markt, terwijl woningcorporaties juist een stapje terug doen”, zegt Van Eekert. “De vrees dat commerciële partijen de huurmarkt de rug toe zouden keren door de plannen van demissionair minister De Jonge, lijkt vooralsnog ongegrond. Voor Buildsight is dit reden om de verwachtingen voor de woningbouw in 2025 en 2026 iets naar boven toe bij te stellen ten opzichte van die van drie maanden geleden. We verwachten dat de woningnieuwbouwproductie dit jaar afneemt en dat het aantal woningen zal blijven steken onder de 60.000, maar de komende jaren kan dit weer opveren richting 65.000 nieuwbouwwoningen.”
Daling productie bedrijfsgebouwen
Utiliteitsbouwers delen dit jaar en volgend jaar nog niet mee in het vooruitzicht op herstel van de nieuwbouwproductie, aldus Buildsight. De sector loopt aan tegen gestegen bouwkosten, waardoor met name voor de onderwijs- en zorgsector nieuwbouw te duur is geworden. Bovendien zijn de markten voor bedrijfsvastgoed nog op zoek naar een nieuw evenwicht, waardoor vooral institutionele beleggers nog terughoudend blijven. “Doordat bouwers de uitvoering van nieuwbouwprojecten voor bedrijfsgebouwen wat vertragen, vaak noodgedwongen, en daarmee spreiden over de tijd, voorkomen ze dit en volgend jaar wel een diep dal met te weinig werk. De verwachting is dat de daling in de productie van de belangrijkste gebouwsoorten in 2026 zal afvlakken en dan uitkomt op een niveau van ongeveer 6,6 miljoen vierkante meter. Ter indicatie: vorig jaar werd er nog bijna 8 miljoen vierkante meter bedrijfsgebouwen gebouwd.”
Bronnen: EIB.nl en Buildsight.nl
Kombi Bouwmaterialen profileert zich als ‘de gelukkigste bouwmaterialengroothandel’.
“Als
ik niet meer weet hoe iemands partner heet of zijn of haar kinderen, dan stop ik ermee”
Als je je als bedrijf profileert als ‘de gelukkigste bouwmaterialengroothandel van Brabant’, speel je je vanzelf in de kijker bij MIXpro. Hoezeer eigenaar Ellen Braks ook een hekel heeft aan een podium voor zichzelf. We spreken met haar en haar man én zakenpartner Ivo van Beuningen – en ook even met Braks senior – over Kombi Bouwmaterialen en de manier waarop ze zich in Uden en Sint-Oedenrode profileren bij medewerkers en hun klanten.
Ellen Braks (50) is tussen de balken en dakpannen opgegroeid, want Braks Bouwmaterialen was aan huis gevestigd. Pa – Fons Braks – kwam altijd tussen de middag thuis eten en ging daarna weer snel aan het werk. “Met twee telefoons aan zijn oor. Ik heb dat nooit als belastend ervaren, ze werkten hard, maar ze konden ook hard genieten van het leven”, zegt Ellen Braks. Destijds dacht ze er geen moment aan om haar vader op te volgen. “Nee joh! Juist niet. Ik was nog aan het studeren, iets met talen.”
Totaal anders
“Ivo (van Beuningen, red) en ik leiden het bedrijf heel anders dan dat mijn vader Fons en Wil Cuppen dat destijds deden. En dat moet ook, het zijn andere tijden. Na een paar jaar elders aan de slag te zijn geweest, besloot ik toch de stap te zetten in de wereld van de bouwmaterialen. Ik houd wel van die mannencultuur: recht-toe-recht-aan en niet lullen maar poetsen, aanpakken. Ook Ivo vond zijn weg in de bouwwereld; hoe mooi om dit samen verder op te pakken.”
“In 2005 heeft Fons ons het vertrouwen gegeven door zijn deel van de aandelen Kombi over te dragen en wij hebben die kans maar al te graag aangegrepen. We waren toen dertigers en runden het bedrijf samen met Wil, destijds de compagnon van Fons. In 2014 hebben we ook zijn aandelen overgenomen en sindsdien is Kombi Bouwmaterialen 100% eigendom van Ivo en mij.” En dan? “De eerste jaren kabbel je lekker door, luister je, kijk je rond, ga je gesprekken aan”, zegt Ellen. “Ivo en ik hebben zo onze eigen ideeën over het voeren ons bedrijf. Een aantal jaren na de overname hebben we een andere koers ingezet, zagen we in dat we het op onze manier moesten doen. Meer praten, meer inspraak, meer verantwoordelijkheden. Dat paste beter bij ons en ook bij de veranderde tijd.”
Rollende sneeuwbal
Hoe zit het dan met die gelukkigste groothandel in bouwmaterialen van Brabant? “Goede vraag”, zegt Ellen. “Waarom gaat het ons goed? Waarom hebben wij minder dan gemiddeld last van verloop en worden nieuwe vacatures veelal snel ingevuld? Dat heeft met ons als directie te maken, maar meer nog met ons team. En, niet onbelangrijk, met onze werkomgeving, het nieuwe pand aan Jagersveld en de onlangs opgefriste vestiging in Sint Oedenrode.”
Volgens haar is een enthousiaste, energieke en up-todate werkomgeving heel belangrijk voor het werkgeluk van je team en van je klanten. Maar absoluut onmisbaar zijn intrinsiek gemotiveerde collega’s, dat is het uitgangspunt. “Handel is mensenwerk. Mensen kopen
“Als het niet bij ons DNA past, dan liever niet”
bij mensen. Omdat ze elkaar vertrouwen, van elkaar weten dat het goed komt. En daar werken wij samen iedere dag heel hard aan.”
“Je mág hier werken”
Ze heeft er een hekel aan als mensen zeggen dat ze morgen weer ‘moeten’ werken. “’Pardon’, zeg ik dan. Je mág hier werken, het leven is te kort om rotwerk te hebben. En ik hoop oprecht dat je hier iedere dag met veel plezier werkt, daar maak ik me hard voor.” De website van Kombi stelt de collega’s voor als ‘de Kombi-aan van de week’. Daar lezen we bijvoorbeeld dat collega Teun een eigen festival runt en daar veel ruimte voor krijgt. “Die dagen dat hij hier weg is, zijn voor ons natuurlijk vervelend”, zegt Ellen. “Dat we hem hier fulltime moeten missen in die weken. Maar tegelijkertijd vinden we het supertof dat Teun zo fanatiek is en vinden we het gaaf om hem daar ruimte voor te kunnen geven, zodat hij zich hierin ontwikkelt.”
Zo hebben veel Kombi-collega’s een hobby waar ze volledig in opgaan, maar ook binnen Kombi zijn er veel specialismes, iets waar ze als team binnen de branche zeker het verschil maken. Zo is bijvoorbeeld collega Tom verantwoordelijk voor het prefab Construq-concept en maakt collega Thijs zich hard voor de duurzame keuze in bouwmaterialen binnen het hoofdstuk Kombi Groen. “Geef het aan als je kansen ziet. Dan gaan we samen het
gesprek aan. Binnen Kombi ben je grotendeels zélf verantwoordelijk voor het vormgeven van je eigen job.
Op deze manier wordt een fantastisch team neergezet.
Werkplezier voorop. Met oprechte aandacht voor elkaar, doen wat je samen afspreekt! Dat maakt Team Kombi
succesvol. En ja, natuurlijk kunnen Ivo en ik op de foto voor dit artikel, maar breng veel liever ons team in beeld. Zonder hen kunnen wij niks, zijn wij niks. Het vertrouwen onderling is groot, we kunnen op elkaar rekenen! En zeker, Ivo en ik gaan er ook weleens tussenuit, weekendje weg, mooie reis. Maar daarna met gierende banden weer naar Team Kombi. Omdat ik hier zo gelukkig ben.”
“Bourgondische Brabantse groothandel met goeie kop koffie”
Niet verzuipen in de massa
Hoe kijkt Ellen aan tegen de concurrentie? Braks senior zag destijds al dat hij het als familiebedrijf vaak beter deed dan de grote concullega’s. Maar hoe ziet ze Kombi dan als zelfstandige onderneming ten opzichte van een Bouwcenter, PontMeyer, BMN en alle andere ketens?
“We waren Imabo sinds de oprichting en zijn eruit gestapt toen Imabo op zou gaan in Bouwcenter. Van Bouwcenter zaten er al veel vestigingen in de buurt. Dat bracht voor ons niet de toegevoegde waarde waar we naar op zoek waren. Eigenwijs als we dan toch wel zijn”. Was het helemaal zelf, helemaal alleen doen dan het logische gevolg? “Qua marketing wel ja”, zegt Ivo die intussen ook is aangeschoven. “We stapten dan wel over naar 4Plus voor onze inkoopkanalen, maar wilden niet mee met de BPG- of Bouwpartner-formule, omdat we geloofden in onze eigen uitstraling, ons eigen ‘merk’. Daar hebben we best wat discussie over gehad met de toenmalige 4Plus-directie, maar als we geen keuze hadden gehad, waren we opgestapt, zelf verder doorgegaan of elders aansluiting gezocht.”
Dus werd vanaf dat moment ‘Kombi Bouwmaterialen’ verder uitgebouwd. Met het kenmerkende zwarte logo en de vier gekleurde icoontjes. Ellen: “We willen niet opgaan in de massa. Het nét even anders doen. Met als gevolg dat je vaak zélf het wiel moet uitvinden.” Ivo: “Als je nu vanuit het niets zou beginnen in de bouwmaterialenbranche, sluit dan alsjeblieft aan bij bijvoorbeeld Bouwpartner. Een mooie, complete formule. Neemt veel zaken voor je uit handen en geeft je een netwerk.”
Beetje last van groeipijn
Die ‘eigengereidheid’ zie je bij Kombi ook terug bij het werven van nieuwe medewerkers. “Bij ons is het voornamelijk een DNA-dingetje. Ik ‘voel’ het als het ware of iemand bij het team zou kunnen passen of niet. En waar de potentie van die persoon ligt of zou kunnen liggen. Diploma’s of ervaring zijn niet zelden minder belangrijk. We werven het liefst ‘via-via’ en voor mensen met een passend DNA hebben we eigenlijk altijd plek. Zoeken we soms zelfs de baan bij de mens in plaats van andersom. Best bijzonder volgens mij.”
“Dat hechte team maakt het voor nieuwkomers ook wel eens wat lastig”, zegt Ellen. “Probeer daar maar eens tussen te komen. Dat zie ik ook als mijn taak, zorgen dat iedereen hier gewaardeerd en geaccepteerd wordt. Als mens, als collega.” Team Kombi groeit gestaag, maar waar zou dat dan stoppen? Ellen: “Soms overvalt me de ‘pijn van het groeien’. Ons team telt momenteel zo’n 50 collega’s. Als ik straks echt niet meer weet hoe iemands partner heet of zijn of haar kinderen, dan stop ik ermee. Dat vind ik namelijk zo ontzettend belangrijk, dat thuisfront. Want als het thuis goed gaat, zit je op je werk ook goed in je vel, vergeet dat nooit.”
“We zijn eigenwijs en kunnen intussen op onze eigen pootjes staan”
Taart en worstenbroodjes
Net als bij hun collega’s, zijn ze bij Kombi ook vaak op de hoogte van veel ‘inside’-informatie van hun klanten. Die persoonlijke band vinden ze belangrijk. “Onze toewijding richting de klant zit, denken wij, juist boven die van de grotere jongens. Dat is onze kracht. Daardoor weten we écht met wie we te doen hebben en wat er bij de klant op dat moment leeft. Sturen we een flinke taart als een project is afgerond, een cadeautje als een zzp’er een baby heeft gekregen of een lief kaartje als een klant verdriet heeft. Echt persoonlijk contact, daarin kun je verschil maken.”
Ellen: “We koppelen onze klanten altijd aan een vaste collega. Zodat ze elkaar leren kennen, weten wat ze van elkaar kunnen verwachten. En mocht er dan toch
onverhoopt iets niet naar wens gaan, menen wij bij Kombi heel vaak iets op te lossen met taart en worstenbroodjes.” Ivo met pretoogjes: “En vaak lukt dat. Want wij zijn die Bourgondische Brabantse groothandel die in gesprek met een goeie kop koffie én wat lekkers veel dingen kan oplossen.”
Nóg een vestiging? Graag!
Kombi Bouwmaterialen heeft naast haar vestiging in Uden ook een vestiging in Sint Oedenrode. “We zijn bij Kombi één team, in welke vestiging je ook werkt!”
Zouden ze nog een derde of zelfs een vierde vestigingen willen toevoegen? “Graag!”, zegt Ellen meteen. “Maar het moet dan wel precies passen. Qua mensen en qua locatie. Het moet idealiter een aaneengesloten verzorgingsgebied zijn.” En denken ze dan aan een overname of aan een nieuwe eigen vestiging? “Vooral aan een overname”, zegt Ellen. “Het zal een uitdaging zijn om ons Kombi-DNA over te brengen, zeker. Maar dat dat gaat lukken, daar hebben ze alle vertrouwen in. En als het niet past, dan liever niet.”
Nieuw concept Hemmink voor ijzerwaren- en bouwmaterialen groothandel
In de elektrotechniek is Hemmink een bekende naam vanwege hun weldoordachte concepten en oplossingen, waarmee ze samen met de groothandel optrekken. Hun kennis ligt bij thema’s als ‘slim en snel installeren en bouwen’ en ‘veilig en comfortabel wonen’. Nadat ze in 2017 True Tools overnamen, volgde Hemmink de ontwikkelingen in de ijzerwaren- en bouwgroothandel nauwgezet. Dit resulteert nu in de introductie van een nieuw concept dat gericht is op one-stop-shopping bij groothandels.
Hemmink heeft ruim 70 jaar ervaring met het leveren van concepten en oplossingen voor elektrotechnische groothandels, zoals de Technische Unie. Hun grootste klantengroep zijn e-installateurs, indirect werkt Hemmink ook voor onder andere woningcorporaties. “De relaties met onze klanten zijn erg goed en gaan in veel gevallen ver terug”, zegt Steven Lemmens, Business Manager Slim & Snel Installeren en Bouwen bij Hemmink. “Met onze kenniscomponent onderscheiden we ons, zo zijn we bijvoorbeeld lid van een aantal (branche)organisaties en verenigingen en
zijn we aangesloten bij normcommissies. Hierdoor blijven we op de hoogte van richtlijnen, wet- en regelgeving, marktontwikkeling en onderhouden we onze netwerken. Belangrijk om onze klanten en partners optimaal te kunnen adviseren. Een mooi voorbeeld daarvan is dat we woningcorporaties helpen met het opzetten van beleid als het gaat om brandveiligheid.”
Overname True Tools zorgde
voor interesse
In 2017 deed Hemmink – onderdeel van Hanzestrohm – hun intrede in de ijzerwarengroothandel en bouwmaterialenbranche door True Tools over te nemen. Lemmens: “We voerden allebei sterke merken, waardoor er kruisbestuiving ontstond. De overname gaf ons kansen om klanten nog breder te helpen, waarbij we bovendien een mooie positie verkregen in een ander distributiekanaal. Na de implementatie van True Tools hebben we gaandeweg keuzes gemaakt in onze labels en merken, met als uitgangspunt om klanten met kennis en goede producten voor een langere termijn te kunnen helpen.”
Nu wil Hemmink door uit te breiden haar positie versterken, door bij nieuwe concepten hun waarde in de vorm van kennis toe te voegen. Daarvoor hebben ze veel inzichten opgedaan bij klanten die de ijzerwaren groothandel bezoeken. Daarnaast deden zij ook onderzoek naar de ontwikkelingen in de bouwmaterialen groothandel. Daarbij constateerde Lemmens een trend die richting rationalisatie ging, waarbij ook consolidatie een belangrijke rol speelt. “Familiebedrijven hebben moeite met opvolging, digitalisering en wetgeving. Tegelijkertijd pushen de inkooporganisaties hun private labels. In dat speelveld hebben we gekeken wat onze positie in de ijzerwarenmarkt zou kunnen zijn. Daarbij hebben we keuzes gemaakt.” Hij voegt daaraan toe dat hun keuze voor de lange termijn is gemaakt. “De introductie van een nieuw concept gericht op elektrotechnische oplossingen is daar een mooi voorbeeld van. Hiermee kunnen we waarde toevoegen voor klanten die bij de ijzerwaren- en bouwmaterialengroothandel komen en voor de groothandel zelf biedt het de mogelijkheid om meer oplossingen bij één organisatie in te kopen.”
Kansen zien en pakken
Bij Hemmink constateerden ze namelijk een behoefte aan een one-stop-shop voor elektrotechnische producten bij klanten van groothandelaren, inclusief de bevestigingsmaterialen. Lemmens:
Hemmink, onderdeel van Hanzestrohm
Hemmink is een onderdeel van Hanzestrohm, een groep ondernemingen die vanuit een technisch merkenportfolio specialistische producten en diensten aanbiedt. Zij beschikken over diepgaande kennis op het gebied van oplossingen voor de bouw, industrie en infra. Als zelfstandig familiebedrijf, opgericht in 1951, bedient Hanzestrohm met circa 140 medewerkers klanten vanuit drie kantoren.
“Om succesvol te zijn moet je ze het zo makkelijk mogelijk maken. Een klant moet snel zien wat hij nodig heeft. Met dit nieuwe concept bieden we bewezen producten met een goede prijskwaliteitverhouding, die interessant zijn voor de ijzerwaren- en bouwmaterialengroothandel. Met dit aanbod delen wij namelijk onze waardevolle kennis vanuit de elektrotechnische wereld. We richten ons daarbij op de kleinere aannemers en de zzp’ers, daar zien we nog kansen. Voor hen zijn onze producten geen corebusiness, maar het zijn wel producten die je nodig hebt.”
Presentatie, advies en ondersteuning
Voor een groothandel is een presentatie van één meter breed beschikbaar. Met daarbij altijd een haakje naar advies, dat subtiel in het schap verwerkt is: zowel bij de navigatie als de productuitleg. “Neem bijvoorbeeld rookmelders”, legt Lemmens uit, “wij weten waar je ze moet ophangen, onderhouden en hoe je ze moet installeren en koppelen. Dat komt omdat wij op de hoogte zijn van de actuele wet- en regelgeving.” In de presentatie is ook plaats voor bijvoorbeeld testapparatuur en deurbellen. Bijbehorende tape, bevestigingsmaterialen zoals kabel en buisbevestiging en kabeldozen vervolledigen het aanbod. Hemmink biedt een uitgekiend standaardassortiment aan, dat eventueel aangepast kan worden aan de lokale wensen. Naast hun adviesfunctie, houdt de buitendienst het schap bij, waarbij ze ook adviseren over de schapindeling en de omloopsnelheden. Tenslotte geven ze trainingen op locatie voor specialistische onderwerpen, zoals brandveiligheid.
Hemmink kiest bij dit concept bewust voor de tussenhandel. “De groothandel heeft een waardevolle positie in de keten. Met dit concept ontzorgen we ze, waarbij we een goed verdienmodel bieden. Dat gebeurt zowel online als bij de fysieke winkel. Dit doen we onder andere door het aanbieden van de juiste data, door kennis over te dragen en door behulpzame content voor standaard werkzaamheden. Een mooi voorbeeld daarvan is onze online nietenwijzer.” Lemmens doelt daarbij op hun Union tackers en verbruiksgoederen, waarmee ze een stevige positie hebben in de ijzerwaren- en bouwmaterialenhandel. Lemmens: “We gaan aan de ijzerwaren- en bouwmaterialengroothandel laten zien dat we naast onze hechttechnieken ook specialist zijn in installatie.”
De introductie van het concept gaat niet geruisloos, want voor de komende periode staat een intensieve marketingcampagne op stapel. Accountmanagers gaan pakketten met promotiematerialen bezorgen en online worden advertenties en video ingezet. “We gaan het concept op een laagdrempelige manier aankondigen, waarbij we ons richten op zowel de kopende klant als de ijzerwaren- en bouwmaterialengroothandel.”
Hemmink, Zwolle, 038 469 82 00, info@hemmink.nl, www.hanzestrohm.nl
Scan mij
Herwonnen gevelstenen Rebrick leveren 95% CO2reductie op
De Floris Groep uit Wormerveer en Klinker
Historika lanceerden samen een nieuw initiatief: Rebrick. Idee achter dit concept is op grote schaal herwonnen gevelstenen aanbieden voor toepassing in nieuwe bouwprojecten. Het doel is de Nederlandse bouw helpen verder te verduurzamen. Hergebruik van gevelstenen kan namelijk leiden tot 95% CO2-reductie in het gebouwdeel buitenmuur in vergelijking met traditionele bouwmethoden.
Frank Floris is verkoper binnendienst stenen en pannen bij Bouwcenter Floris, onderdeel van de Floris Groep. Hij is, samen met zijn neef Bob Floris, initiatiefnemer van Rebrick. Het idee ontstond in april 2023. Steenleverancier Klinker Historika zocht naar een partner in Nederland die actief metselstenen uit sloopprojecten wilde gaan verkopen om in nieuwbouw en renovatieprojecten te verwerken. Floris: “In eerste instantie zijn we er niet heel serieus op ingegaan, maar hoe meer we erover nadachten, hoe meer mogelijkheden we zagen. Dit soort initiatieven zijn in onze branche nodig om de doelen van het Klimaatakkoord van Parijs te behalen. Rond de bouwvak hebben we het idee verder opgetuigd en afgelopen januari was de lancering van Rebrick.”
Mortelkwaliteit
Floris legt uit dat de metselstenen die Rebrick in de markt wil gaan zetten afkomstig zijn uit gebouwen van voor 1980. “Reden daarvoor is dat de mortelkwaliteit van na die tijd zodanig sterk is dat stenen niet tot nauwelijks meer los te maken zijn. In dit verband werk ik aan een idee om terug te gaan naar de mortelkwaliteit van voor de jaren tachtig. Dat zou hergebruik van metselstenen een stuk eenvoudiger maken. Ik ben al in gesprek met verschillende leveranciers om de mogelijkheden op dat vlak te onderzoeken.”
Hoeveel werk gaat zitten in het oogsten van gebruikte stenen kan Floris niet precies aangeven. “De slopers waarmee Klinker Historika samenwerkt, slopen het
gebouw volgens de werkinstructies van de stenenleverancier. Daarbij wordt onder meer gekeken naar de hoeveelheid stenen in de buitenschil; de binnenschil blijft in eerste instantie staan. De buitenschil wordt voorzichtig met een kraan afgepeld. Het vrijgekomen metselpuin wordt met een sorteergrijper of puinriek uitgezeefd, waardoor een groot deel van de metselstenen vrijkomt van het cement.” De hoeveelheid te oogsten stenen van een buitenmuur ligt volgens Floris tussen de 40% en 70%.
Sporen van de tijd
De geoogste stenen worden gesorteerd, waar nodig schoongebikt en op pallets geplaatst. Sporen van de tijd zoals graffiti, pluggen, verfsporen of andere beschadigingen blijven zitten. “Dat is juist de charme van het materiaal”, meent Floris. “Het patina van de tijd laten we bewust zitten. Als het te erg is, kun je een steen altijd nog een halve slag draaien.” Monsters van de geoogste stenen worden in Duitsland door het Institut für Ziegelforschung Essen op kwaliteit gekeurd. Dit keurmerk is gelijkwaardig aan de Nederlandse CEcertificering. Afnemers van Rebrick hoeven zich om de kwaliteit dus niet druk te maken.
Bewerkelijk proces
De prijs per strekkende meter Rebricks ligt hoger dan die van een strekkende muur opgetrokken uit nieuwe stenen. “Dat kan niet anders omdat stenen oogsten een bewerkelijk proces is. Maar wij hebben het niet over prijzen. Als het je alleen daarom gaat, moet je het product niet toepassen. Waar het ons van meet af aan om te doen was, is een gecertificeerde CO2reductie realiseren in de bouwsector. Die kan met toepassing van Rebrick aanzienlijk omlaag.”
Floris stelt dat, als je een buitenmuur opmetselt met geoogste stenen, je op dat specifieke gebouwdeel een CO2reductie realiseert van 95% in vergelijking met metselwerk dat volgens de traditionele bouwmethoden wordt opgetrokken. “Ons doel voor 2024 is een miljoen geoogste stenen in de markt zetten. Als dat lukt, hebben we een aanzienlijke reductie te pakken. En linksom of rechtsom; de bouwsector zal nog flinke stappen moeten
zetten om tot een circulaire bouweconomie te komen. Dit initiatief is in elk geval een stap in de goede richting.”
Concrete projecten
De markt reageert naar zeggen van Floris enthousiast op Rebrick. De eerste concrete projecten zitten inmiddels in de knip. Als voorbeeld noemt hij een zorginstelling in Heiloo, waaruit 50.000 herbruikbare stenen geoogst zijn. Ook wordt een flatgebouw in Bergen op Zoom gesloopt. Hieruit komen circa 30.000 rode vormbakstenen vrij. Uit een sporthal in Alkmaar worden binnenkort 1,2 miljoen stenen geoogst. Deze steensoort heeft een oud uiterlijk en is dusdanig hard, dat het geschikt is voor bijvoorbeeld Amsterdamse kademuren.
Dit artikel is een herpublicatie uit Bouwwereld van Eisma Bouwmedia, Auteur Peter de Winter.
De geoogste stenen worden gesorteerd en waar nodig schoongebikt. Sporen van de tijd zoals graffiti, pluggen, verfsporen of andere beschadigingen blijven zitten.
‘Ons doel voor 2024 is een miljoen geoogste stenen in de markt zetten’
STIJLVOLLE UITSTRALING
Draai-kiep raamkrukken
onzichtbare bevestiging, in veiligheids- en standaard uitvoeringen
MET NACHTVENTILATIESTAND in 3 verschillende stiftlengtes: 7 x 32, 37 of 40 mm
NIEUW VEILIG VENTILEREN MET NACHTVENTILATIE
Vegan schoeisel en een revolutie
BJC Tools in Erp is een mooie zaak, misschien wel de mooiste professionele bouwmarkt van Nederland. Sommige vakgenoten steken de loftrompet vooral op één
medewerker: een jonge vrouw die op warme dagen een kort broekje draagt. Mij zult u daarover niet horen, ik ben en blijf altijd een discrete professional. Vandaag ben ik
hier voor vegan schoeisel, maar ik ga met iets heel anders naar huis.
Het is niet de jonge vrouw, maar een vrolijke man in een ketelpak die me vraagt of ik het kan vinden. Ik sta tussen schappen met broeken, jassen en schoenen in de bedrijfskledinghoek, dus ik denk laarzen hier wel aan te zullen treffen. Ik heb het mis, de laarzen staan achterin. Ik draag altijd laarzen van Dunlop, de zogeheten Purofort met stalen neus en zool, perfect voor betonwerk. Schoeisel zonder leer, vegan dus, ook veel gedragen door veehouders. Leuk feitje: op de bouwplaats herken je projectleiders meteen vanwege hun niet-vegan schoeisel, degelijke eren laarzen met een stompe neus. Projectleiders zijn doorgaans zwijgzame jonge erels met gespierde billen in een strakke spijkerbroek. Zouden ze een dresscode hebben?
De man in het ketelpak doet me een alternatief aan de hand: Buckbootz met een warme binnenvoering. Ik ken die laarzen, ze zijn me te zwaar en te duur. De Dunlops die ik zoek, staan ook in het schap en zijn me ook te duur. Rond de honderd euro. Voor het paar dat ik ga vervangen omdat één laars lek is, betaalde ik drie jaar geleden een tientje of zeven. Lijkt me sterk dat ik ze elders niet voor minder dan honderd kan krijgen. De vrolijke medewerker vindt het prima. Hij loopt met me mee naar de uitgang.
Opeens schiet me het bouwpotlood te binnen dat een vakgenoot me onlangs toonde. Een revolutie op het gebied van bouwpotloden. Helaas weet ik de naam van het ding niet meer. De medewerker weet echter meteen waarop ik doel: “Een Pica Dry. Die gaan als zoete broodjes.”
De Pica Dry is feitelijk een ordinair vulpotlood met een dikke grafietstift. Met een duimdruk maak je de stift langer en in de dop zit een handig puntenslijpertje om de stift aan te scherpen teneinde preciezer te kunnen aftekenen. Een revolutie, ik zei het al. De medewerker gaat me voor naar een bak met misschien wel 100 felgroene Pica’s. De toekomst is groen, het in rood afgelakte, traditionele potlood heeft afgedaan. Ik koop er drie omdat ik zeker weet dat ik meer mensen met een Pica blij kan maken.
Edwin Timmers
Ketenpartners brengen duurzame ambities in praktijk
“Circulair lijkt ingewikkeld, maar dat is het niet”
In opdracht van woningcorporatie Lefier voert
Van Wijnen Vastgoedbeheer meerjarig groot onderhoud en mutatieonderhoud uit. Binnen de afspraken die Lefier en de aannemer hebben gemaakt, speelt het beperken van afval een belangrijke rol. “Wij hebben zelf de ambitie om voor 2027 binnen onze nieuwbouwactiviteiten afvalvrij zijn”, zegt Peter Spelt, projectleider en binnen Van Wijnen Vastgoedbeheer aanjager als het gaat om het halen van duurzame ambities.
Op een project in Stadskanaal heeft de aannemer, samen met ketenpartners BMN Bouwmaterialen, keukenfabrikant Bribus en andere partners circulaire keukens geplaatst. Daarbij zorgde BMN Nederland voor meerwaarde dankzij efficiënte logistieke dienstverlening.
“We hebben binnen onze afdeling Leanworks inmiddels ruim tien jaar ervaring met het leveren van duurzame diensten. Groothandels hebben zich lange tijd louter toegelegd op het leveren van producten, maar wij zien meer en meer kansen voor aanvullende diensten. Bijvoorbeeld in de duurzame logistiek van en naar de bouwplaats”, zegt Fred Bouwmeester, projectmanager Leanworks en namens BMN Bouwmaterialen betrokken bij het project in Stadskanaal.
Bouwlogistiek is volgens Bouwmeester een combinatie van factoren en spelers. Aannemer, onderaannemers en andere specialisten. “Ze komen allemaal samen op de bouwplaats met elk hun eigen leveranciers. Dat resulteert in veel logistieke bewegingen en activiteit op een project. Door die logistiek efficiënt te organiseren, kun je veel winst behalen. In tijd, maar bijvoorbeeld ook in kansen om afval te verminderen.”
Hele keten nodig
Zowel Spelt als Bouwmeester stellen dat voor een afvalvrije bouwplaats in de toekomst de hele keten nodig is. “Maar dat geldt ook nu al als het gaat om het terugdringen van het afval”, zegt Spelt. “Wij verdelen de materialen die we tijdens een project afvoeren op de bouwplaats al in verschillende afvalstraten. Gemiddeld gaat het dan om zeven tot acht afvalstromen per project. Op onze centrale locatie hebben we zeventien verschillende afvalstromen. Daarbij geldt overigens wel dat elke afvalstroom weer grondstof voor nieuw materiaal is, dus we zorgen ervoor dat het altijd bij een verwerker terecht komt.”
Die duurzame en circulaire mentaliteit zoekt Van Wijnen Vastgoedbeheer ook bij partners. “Voor het project in Stadskanaal gaf Bribus aan wel mee te willen denken over een circulaire keuken. De oude keukens die vervangen zijn, gebruikt Bribus als grondstof voor nieuwe keukens. Over de meest efficiënte logistiek rond het aanleveren van de nieuwe keukens en retourname van de oude, heeft BMN Bouwmaterialen meegedacht.”
Speciale boxen ontwikkeld
Tijdens de onderhoudswerkzaamheden werden dagelijks gemiddeld twee woningen voorzien van een nieuwe keuken. Bouwmeester: “In dergelijke projecten is een just-in-time levering het meest efficiënt. Geen voorraad op de bouwplaats met kans op schade, maar alleen de materialen die je gebruikt. Voor ons dus zaak om te zorgen dat we iedere dag twee keukens leverden.”
Voor het aanleveren van de projectkeukens en het retour nemen van de oude keukens heeft BMN Bouwmaterialen een speciale keukenbox ontwikkeld.
Lokale opslag
Voor het project werden de keukens bij Bribus in keukenboxen gezet en vanuit de fabriek van Bribus met een volle vracht keukenboxen naar de vestiging van BMN Nederland in Stadskanaal vervoerd, waar ze tijdelijk lokaal werden opgeslagen. “Vanuit die vestiging zijn ze just-in-time per benodigde aantallen op de bouw aangeleverd.”
Nadat de nieuwe keuken uit de box was gehaald, werd de oude in de box opgeslagen, waarna de box weer bij de groothandel in de opslag werd gezet. “Vanuit de vestiging zijn de volle boxen met oude keukens weer met een nieuwe levering keukens retour naar de fabriek van Bribus gegaan om als grondstof voor nieuwe verwerkt te worden. Daarmee hebben we enorm veel transportbewegingen bespaard.”
Focus op hergebruik
Spelt benadrukt dat de inzet van de circulaire keukens in Stadskanaal laat zien dat circulaire initiatieven tot mooie resultaten kunnen leiden. “Zolang je gezamenlijk maar dezelfde duurzame ambities hebt, is veel mogelijk. Dat zien we ook op andere projecten waar we actief zijn. Circulair lijkt ingewikkeld, maar dat is het niet. Je moet vooraf heldere afspraken maken en kijken waar kansen liggen.”
Het vraagt volgens Spelt ook een andere manier van kijken naar materialen en producten. “Door te focussen op de mogelijkheden van hergebruik in plaats van vervanging zien wij veel kansen. Voor wastafels, wc-potten en zelfs glijstangen. Materialen die voorheen bijna achteloos werden afgevoerd en via de container bij het afval eindigden, kunnen vaak gerefurbished weer op de
markt gebracht worden via de digitale marktplaat DuSpot bijvoorbeeld. Door daar tijdens de warme opname al goed naar te kijken, kunnen we nog veel winst behalen.”
Fred Bouwmeester:
“Door de logistiek efficiënt te organiseren, kun je veel winst behalen.”
IJsland!
We zijn enorm trots om aan te kondigen dat onze ION INDUSTRIES producten nu ook verkrijgbaar zijn bij Ískraft, dé groothandelaar in IJsland. Met speciale dank aan Örn Beck Eiríksson voor deze mooie samenwerking. Naast de schappen bij Ískraft zijn onze producten geselecteerd voor een bijzonder uitgebreid project genaamd: het Byggðalín-project van RARIK. Maar liefst 7(!) immens grote gebouwen worden straks voorzien van onze LED Dimmers en schakelmaterialen. De eerste ION-dimmers zijn al geïnstalleerd.
ION INDUSTRIES beschikt over drie lijnen schakelmateriaal. De V1-serie heeft een moderne uitstraling met een strak afgerond design, de J1-serie is schuin aflopend en de E1-serie kent een prachtige bollige afwerking. Alle series zijn verkrijgbaar in de kleuren Alpin Wit, Mat Alpin Wit en Mat Zwart en beschikken allen over afdekramen, bedieningswippen, WCD’s met en zonder USB-poorten en meer!
Ook meevaren met de ION-blauwe producten? Surf dan naar www.ionindustries.com of neem contact op via:
+31 (0)85 - 489 05 25 info@ionindustries.com
WIJ STAAN ER WEER
‘Lastige opgave’
Volgens Bouwmeester is het opnieuw op de markt brengen van bestaande materialen commercieel gezien voorlopig nog een uitdaging. “Wij zijn een groot voorstander van het oogsten van materialen die opnieuw ingezet kunnen worden om daarmee de bouw circulair te maken. Maar we zien ook dat het opnieuw aanbieden van sommige materialen een lastige opgave is. Zolang de kostprijs van een refurbished wc-pot gelijkwaardig of hoger is dan die van een nieuwe, gaat de meerderheid van de klanten nog steeds voor nieuw. Dat maakt het voorlopig nog lastig om dat financieel rond te krijgen.”
Voor Spelt is het belangrijkste dat eerst de schappen worden gevuld. “Wat ons betreft komt het verdienmodel later wel. We moeten zorgen dat er voldoende en gevarieerd aanbod is zodat het voor afnemers interessanter wordt om voor refurbished te kiezen. We hebben met onder meer Re-Use en Mastermate afspraken gemaakt voor de inname en opslag van de wc-potten. Zij nemen dat deel van ons over en het begint echt op gang te komen.”
Dienstverlening biedt meerwaarde
Voor BMN Nederland liggen de circulaire kansen vooral in de diensten die geleverd worden. “We komen als leverancier op de bouw. Waarom dan geen retouren meenemen? We zijn er toch. Zo kunnen wij bijdragen aan een efficiënte en duurzame logistiek op de bouw die circulair bouwen mede mogelijk maakt.”
Om die logistiek zo duurzaam mogelijk in te kunnen richten, is het belangrijk dat BMN Bouwmaterialen in een zo vroeg mogelijk stadium aan tafel zit. Bouwmeester: “In het voortraject kunnen we samen een goede onderlegger maken voor het totale project. Wij kunnen ook materialen van derden aanvoeren en spullen voor ze retour nemen. We zijn geen afvalverwerker, maar denken graag mee hoe weeen project optimaal inrichten en faalkosten in de logistiek naar de bouwplaats maximaal terugdringen. Door afspraken te maken welke materialen bijvoorbeeld naar de leverancier, de milieustraat of direct naar de afvalverwerker kunnen, zorgen wij voor de efficiënte retourafhandeling.”
Gewoon samen uitvinden en doen
Voor zowel Van Wijnen Vastgoedbeheer als BMN Bouwmaterialen staat het project in Stadskanaal niet op zichzelf. Spelt: “Ook met andere woningcorporaties hebben we afspraken gemaakt over gezamenlijke duurzame ambities en die brengen we in de praktijk. Ieder project heeft zijn eigen uitdagingen en daar leren we veel van. De kennis kunnen we steeds weer op andere projecten gebruiken waardoor we het steeds slimmer kunnen aanpakken. Zolang je maar samenwerkt met ketenpartners die dezelfde ambities hebben.”
BMN Leanworks is momenteel verspreid over het land betrokken bij zo’n 60 projecten waarin verregaande duurzame logistiek en circulariteit een rol spelen. “Net als in Stadskanaal geldt dat we het op geen enkel project alleen met de aannemer kunnen redden. De hele keten is nodig om circulair te bouwen. Dat vraagt een open en transparante samenwerking waarin je als ketenpartners eerlijk bent over waar de opbrengsten liggen. De hele keten moet het intrinsiek willen en als die bereidheid er is, moet je het gewoon doen”, zegt Bouwmeester.
Duitse beurs versterkt positie aanbieders in ramen-, deuren- en gevelmarkt
Fensterbau trekt steeds bredere doelgroep
Fensterbau Frontale is al jaren de toonaangevende beurs voor de ramen-, deuren- en gevelindustrie. In Europa, maar ook ver daarbuiten, gezien het aantal overzeese exposanten en bezoekers. Volgens veel Nederlandse exposanten wordt de beurs in Neurenberg ook door landgenoten goed bezocht. Reden voor MIXpro om samen met de de redactie van Raam en Deur een rondje over de beursvloer te maken.
De 2024-editie van de beurs in de Nürnberg Messe keerde daarmee voor het eerst sinds 2018 terug naar het traditionele moment. Corona stak in 2020 een stokje voor de beurs en in 2022 werd een kleinere en aangepaste beurs georganiseerd. Vanwege het latere moment in het jaar haakten veel exposanten toen af, maar nu de beurs weer in het voorjaar op de kalender stond, schreven 664 exposanten zich in. Zij bezetten dertien hallen van het beurscomplex. Niet alleen exposanten wisten de vakbeurs na zes jaar weer te vinden, ook het publiek kwam vanaf de eerste dag massaal naar het beurscomplex. Vooral voor de producenten van hang-ensluitwerk en sloten is Fensterbau Frontale belangrijker geworden na het voor hen wegvallen van de Eisenwarenmesse in Keulen. De belangstelling van veel Europese fabrikanten voor die beurs verdween door de snelle toename van het aantal Aziatische exposanten. “Hoewel Neurenberg een stuk verder reizen is vanuit Nederland, komen veel relaties ons toch opzoeken”, klonk het op meerdere stands.
Grootse presentaties
Veel fabrikanten gebruiken Fensterbau om relaties van over de hele wereld uit te nodigen om hun noviteiten aan ze te presenteren. Dat resulteert in sommige hallen in stands van wel 900 tot 1000 vierkante meter.
Maco Beschläge en Hautau presenteerden voor het eerst hun productportfolio op één grote stand van 1000 vierkante meter. Een primeur voor relaties en andere bezoekers van de beurs. Van gezamenlijk ontwikkelde nieuwe producten zoals de HS-loop-wagen en de Move PS tot innovatief raam-, deur- en schuifbeslag. “Mechanisch, gemotoriseerd, in alle materialen en landspecifieke varianten”, zo klonk het op de stand. Ook voor de afdichtingen en op maat gemaakte drempels vroeg de Oosten-rijkse producent aandacht, net als voor de ventilatieen zonweringoplossingen en toegangssystemen. Verspreid over de beursdagen kwamen medewerkers van Maco Beschläge en Hautau vanuit alle markten naar Neurenberg om hun relaties daar te ontmoeten. “Het toont het belang dat we aan deze beurs hechten. Voor de wereldwijde markt van ramen, deuren en gevels is Fensterbau Frontale de belangrijkste ontmoetingsplek.”
Meer weten over de AXA Titan? Scan de QR-code!
De vernieuwde krachtpatser
SNELLE MONTAGE door gepatenteerde, automatische vergrendeling HOOG DRAAGVERMOGEN: 180 KG met 3 scharnieren, SKG weerstandsklasse 3
TOEPASBAAR OP ELKE PRODUCTIELIJN zowel staande - als liggende montage OVERAL INZETBAAR dankzij standaard infreesmaat van 89 x 89 x 3 mm GERUISLOOS EN SLIJTVAST door lichtlopende en zelfsmerende lageropbouw DIEVENKLAUWLOOS VEILIGHEIDSSCHARNIER scheelt freestijd en voorkomt mogelijke houtrot KOPLOZE SCHARNIERPEN rustig beeld en voorkomt onnodige montageschade
AAN NEN-EN 1935 Klasse 14
Digitaal en automatisch
Fuhr presenteerde zijn nieuwe Smart Access-concept. “Bluetooth is de toekomst en daar hebben we dit concept op ingericht”, zei verkoopleider Nederland Michiel Hofman op de stand. Het concept werd op BAU München voor het eerst gepresenteerd. Een keyless entry-systeem dat op basis van bluetooth werkt in combinatie met een smartphone en aanraakmogelijkheid op deurgreep. “Die rvs SmartTouch-deurgreep werkt met statische energie en we bieden die nu ook aan in de kleur matzwart.”
Basis voor dit nieuwe concept zijn de sloten uit de 835-serie. Hofman: “Die zijn SKG*** en ook dit nieuwe concept kan worden toegepast in hout, aluminium en kunststof. Een mooie toevoeging aan ons smart-assortiment.”
Behalve Fuhr hadden ook veel andere sloten- en beslagfabrikanten hun ‘kamp’ opgeslagen in hal 4. Zo toonden ook Siegenia, KFV, Winkhaus, Abus, Assa Abloy en Simonswerk hun nieuwste en bestaande assortimenten. Verreweg de meeste merken bieden naast mechanische concepten steeds meer gemotoriseerde en automatisch vergrendelende sluitoplossingen aan.
geen twijfel over bestaan…
Gevelgerichte beurs
Die mening werd op de stand van Hoppe gedeeld. “Samen met Bau in München is dit voor onze markt het podium om aanwezig te zijn”, aldus sales- en marktetingmedewerker Eric Kersten. “Daarbij is Fensterbau meer een gevelgerichte beurs terwijl Bau het totaalplaatje van de bouw omvat. Dat zie je ook terug in de bezoekers en de presentaties van de twee beurzen. Zo richten wij ons hier meer op de verwerkers terwijl op Bau de architecten en voorschrijvers de belangrijkste doelgroepen zijn.”
In Neurenberg toonde Hoppe onder meer de eRaamgreep ConnectSense. Een smarthomeraamgreep die het raam continu bewaakt door de actuele stand van de greep en de venstervleugel te melden aan de Smart Home-centrale. Daarnaast werden de messing deurgrepen Macau, Bergamo en Canberra getoond net als de nieuwe kleuren en oppervlaktestructuren van de series Hamburg en Toulon.
Met de presentatie van de nieuwe generatie eDeurbeslag Finger-Scan haakte de fabrikant in op een belangrijk thema voor veel exposanten: digitalisering en automatisering. De scanmodule is wederom ergonomisch in het buitendeurbeslag geïntegreerd. Daarmee is de deur in een handbeweging te ontgrendelen en te openen zonder apart scanveld naast de deur.
KIES DE CILINDER
DIE BIJ JE PAST!
Bekijk hier ons assortiment:
Onze geavanceerde modulaire cilinders zijn naast de kleur nikkel, ook verkrijgbaar in de uitvoeringen messing en zwart Ze zijn uiteraard net zo makkelijk en snel op maat te maken. Meer weten? Scan de QR-code en bekijk ons assortiment!
“Voor de wereldwijde markt van ramen, deuren en gevels is Fensterbau Frontale de belangrijkste ontmoetingsplek”
Specialisten bundelen krachten
In de hallen waar profielhuizen hun aanbod toonden, was te zien dat er volop wordt geïnvesteerd in kunststof, aluminium en hout. Grote en bekende namen als Aluplast, Gealan, Deceuninck, Veka en Schüco lieten zien wat ze in hun assortiment hebben en klanten kunnen bieden. In combinatie met glas, dorpels, dichtingen, ventilatie en zelfs hang-en-sluitwerk, waarbij steeds meer aandacht komt voor samenwerking tussen producenten uit de verschillende productgroepen. Specialisten weten elkaar vaker te vinden en werken samen aan complete systeemoplossingen.
Ook toeleveranciers hadden hun plek in de beurshallen gevonden. Zoals Remmers, die onder meer met het brede assortiment afdichtingsproducten aanwezig was. En ook Soudal, Sika, Akzo Nobel (Sikkens) en andere aan de gevelindustrie leverende producenten lieten hun nieuwe producten zien.
Zero-emissie zones: Kans en/of uitdaging voor de bouwsector?
Zero-emissie zones blijven de gemoederen door het hele land bezighouden. Deze milieumaatregelen, die bedoeld zijn om de luchtkwaliteit te verbeteren en de CO2-uitstoot te verminderen, roepen uiteenlopende reacties op. Aan de ene kant is er de dringende noodzaak om klimaatverandering tegen te gaan en de gezondheid van burgers te beschermen. Aan de andere kant stuiten de zones op praktische bezwaren, vooral vanuit het bedrijfsleven. Voor veel ondernemers, zoals klusbedrijven, vormen de zero-emissie zones een flinke uitdaging.
Deze initiatieven worden positief ontvangen, niet alleen door de betrokken ondernemers, maar ook door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Het ministerie ziet deze ‘marktbeweging’ als een veelbelovende ontwikkeling en verwacht dat andere gemeenten zullen volgen. Het organiseren van dergelijke bijeenkomsten biedt een mooie kans om de banden tussen ondernemers en gemeenten te versterken. Denk bijvoorbeeld aan een informele BBQ na afloop, waar ondernemers en gemeentelijke vertegenwoordigers verder kunnen praten over de uitdagingen en mogelijkheden die zeroemissie zones bieden.
De VLOK liet de afgelopen maanden haar stem luid en duidelijk horen. De zorgen die ze uitten, vonden weerklank in de landelijke media. Artikelen en reportages benadrukten de problemen waarmee ondernemers in deze zones worden geconfronteerd. Uit een enquête bleek dat maar liefst 81% van de ondervraagde ondernemers van plan is om werk buiten deze zones te zoeken. Dit zou betekenen dat de inwoners van gemeenten met zero-emissie zones minder makkelijk aan vakmensen kunnen komen, wat weer kan leiden tot hogere kosten en langere wachttijden voor hen.
De kritiek heeft in sommige gemeenten geleid tot een heroverweging van de aanpak. Zo is er bijvoorbeeld in Amsterdam beweging ontstaan. Om ondernemers beter voor te lichten, organiseert de gemeente Amsterdam twee informatiebijeenkomsten bij vestigingen van Bouwmaat. Hier zullen gemeentelijke medewerkers ondernemers bijstaan met informatie over het aanschaffen of leasen van geschikte voertuigen, het aanvragen van subsidies, en het regelen van laadpalen. Ook kunnen zij advies geven over wat te doen als netcongestie de installatie van laadpalen vertraagt.
De VLOK speelt graag in op deze ontwikkelingen door tijdens de bijeenkomsten ook andere belangrijke zaken onder de aandacht te brengen. Zo wordt er onder andere voorlichting gegeven over de Wet Kwaliteitsborging voor het Bouwen (Wkb), die op 1 januari 2024 is ingegaan en wat deze met name voor kleine zelfstandige ondernemers betekent. Daarnaast zal de VLOK aandacht besteden aan de Wet Basisverzekering Arbeidsongeschiktheid Zelfstandigen (BAZ), die naar verwachting in 2027 verplicht wordt voor alle Nederlandse zzp’ers.
Terwijl gemeenten en ondernemers druk bezig zijn met de voorbereidingen voor de aanscherping van de milieuzones, rijst de vraag: hoe gaan groothandels hiermee om? Zullen zij in staat zijn om materialen per elektrisch voertuig binnen de zero-emissie zones te leveren? Of moeten er andere creatieve oplossingen worden bedacht?
Het antwoord op deze vragen zal in de komende jaren vorm krijgen, naarmate de regelgeving wordt aangescherpt en de praktijk zich ontwikkelt. Wat vaststaat, is dat de zero-emissie zones een uitdaging vormen, maar ook een kans bieden voor innovatie en samenwerking. Bedrijven die in staat zijn zich snel aan te passen en proactief in te spelen op de veranderingen, zullen uiteindelijk het verschil maken.
De voorgevel van PontMeyer in Hoorn wordt grondig aangepakt. De houten gevelafwerking wordt vervangen door metalen gevelplaten, die gloednieuw glanzen in het licht van een zuinig zomerzonnetje. Zo gauw de gevel gereed is, komt de plaat met het bedrijfslogo er weer op, vertelt een medewerker. Binnen in de afhaalloods is alles als vanouds: een komen en gaan van bedrijvige bouwvakkers.
Kees Mak uit Blokker staat met zijn bus en aanhanger bij een schap met houten stroken. Een heftruckchauffeur van PontMeyer zet uiterst behoedzaam een pallet met 54 zakken turbobetonmortel op de aanhanger. Er moeten er nog 11 bij. “Ik ben aan het laden voor twee klussen”, zegt Kees. “De ene klus is voor een VVE in Amsterdam. In oude grachtenpanden hebben ze nieuwe leidingen getrokken. Het is mijn taak om de gaten in muren te dichten en leidingen achter koofjes weg te werken. De andere klus is in Oosterblokker. Daar maak ik de fundering voor de netpalen van een padelbaan.”
Het bedrijf van Kees heet MAK Integraal Bouw- & Timmerwerk en is een eenmanszaak. “Maar ik werk heel veel samen met mijn broer Dirkjan –hij is de eigenaar van DirkJan Mak Restauratie en Timmerwerken. We hebben veel ervaring en pakken dus alles aan. En wat we niet weten, kunnen we leren, toch? We hebben klanten in heel West-Friesland. Over het algemeen is PontMeyer wel mijn leverancier, deze in Hoorn, maar ook hun vestiging in Zwaag. Voor grote partijen vraag ik ook offertes aan bij andere leveranciers. Dat ben ik verplicht aan mijn klanten, vind ik.”
Bouwprof Kees Mak
Locatie PontMeyer in Hoorn Tijdstip Dinsdag 11.30 uur
‘Over het algemeen is PontMeyer mijn leverancier’
Köhlerwoodcap wil goed alternatief bieden
Snel doorwerken met geurarme epoxy plamuur
Met zeventig jaar ervaring in de glasmarkt en vijftig jaar in de verduurzaming en reparatie van hout heeft handelsorganisatie Köhlerwoodcap een eigen positie verworven. “Wij willen schilders en glaszetters via onze handelspartners een goed alternatief bieden. Daarvoor leveren we inmiddels een breed assortiment van primers, plamuren, vulmiddelen, gereedschappen en meetinstrumenten. Dat complete aanbod maakt ons een interessante partner voor glas- en verfgroothandels, maar ook inkooporganisaties en ijzerwarenspeciaalzaken”, zegt algemeen directeur Bernd Cankrien.
Het assortiment van Köhlerwoodcap bestaat uit ruim 5.000 artikelen. “Naast verschillende A-merken verkopen we ook onder onze eigen merknamen Kowo, Woodcap en Köhler producten en gereedschappen. Die kopen we rechtstreeks in bij de bron en dat biedt ons ook de gelegenheid om samen met de fabrikanten zelf nieuwe producten te ontwikkelen. Met sommige fabrikanten werken we al meer dan 60 jaar samen.” Köhlerwoodcap werkt samen met Europese fabrikanten. Een bewuste keuze volgens Cankrien. “Wij hebben nooit het voordeel gezien van zakendoen met fabrikanten in Azië of andere werelddelen. Onze Europese partners zijn dicht bij onze thuismarkt en
ze leveren de kwaliteit waar de markt om vraagt.” Samen met die producenten is Köhlerwoodcap ook in staat om het assortiment steeds te verbreden en vernieuwen.
Flexibele partner
Die directe lijn met de producenten biedt de handelsorganisatie ook de gelegenheid om private label aan te bieden. Cankrien: “Private label vormt een sterk groeiend aandeel binnen onze omzet. Dankzij onze directe lijnen met fabrikanten en de mogelijkheid om ook kleinere hoeveelheden onder private label te kunnen leveren, zijn we een flexibele partner. Wij zeggen niet op voorhand dat een klant minimaal 5.000 kokers moet afnemen.” Vooral onder verfgroothandels en inkooporganisaties groeit de belangstelling voor renovatieproducten en vulmiddelen die ze onder eigen merk via hun vestigingen kunnen verkopen. Ook de plamuurmessen, frezen en andere gereedschappen kan Köhlerwoodcap onder private label leveren. “Onze organisatie is flexibel ingericht, we kunnen bijvoorbeeld zelf labelen en daarmee bieden we onze klanten extra gemak. Daarmee creëren we ook vertrouwen naar onze handelspartners. We willen het echt samen doen.”
Exclusief via dealers
Wederzijds vertrouwen heeft voor Köhlerwoodcap door de decennia heen centraal gestaan. “Wij verkopen exclusief via onze dealers, nooit rechtstreeks aan eindgebruikers. Dat is vanaf onze start in 1954 het uitgangspunt geweest. Met ons dealernetwerk hebben we in Nederland een landelijke dekking en ook in België, Duitsland, Zwitserland en Engeland zijn we sterk vertegenwoordigd. In die landen hebben we handelspartners waarmee we het
netwerk samen verder uitbreiden. En in al die landen zien we een positieve ontwikkeling.”
Voor al die landen geldt dat dealers kunnen rekenen op een ‘totaalconcept’ aan ondersteuning voor de vestigingsvloer. “Van een schappenplan op maat tot aanvullende POS-materialen en trainingen voor de medewerkers. Met die kennis kunnen zij klanten aan het schap goed adviseren. Een aantal van onze producten behoeven wel enige uitleg over de juiste verwerking en toepassing. Daarom zorgen we ook voor QR-codes op de verpakkingen die leiden naar een korte video waarop de verwerking wordt getoond.”
Onderscheidende positie
Als kleinere handelsonderneming neemt Köhlerwoodcap volgens Cankrien een onderscheidende positie in. “Onze flexibiliteit is daar een mooi voorbeeld van. Daarnaast kunnen we als kleinere partij gewoon meedoen met de grote jongens op de markt. Het is zeker onze ambitie om marktaandeel te winnen, maar dat willen we doen met de verdere verbreding van ons assortiment en onze service.” Concurreren op prijs is niet het doel, zegt de algemeen directeur.
“Al hebben we in dat opzicht voordeel van onze beperkte schaalgrootte waardoor we veel minder overheadkosten hebben dan de grote spelers. Daardoor kunnen we een goed en gunstig geprijsd alternatief bieden.” Toch blijft de handelsonderneming vooral inzetten op uitbreiding van het assortiment.
Eigen receptuur
Een recent voorbeeld van assortimentsuitbreiding is de KOMO-gecertificeerde Woodcap Woodfill® Perfect Finish epoxyplamuur. “We hebben de polyester plamuren al 40 jaar onder die naam in het assortiment, maar met de epoxyplamuur voegen we een sneldrogende en oplosmiddelvrije plamuur toe. Een tweecomponenten plamuur die na 30 minuten geschuurd en overschilderd kan worden.”
Net als veel producten in het eigen assortiment heeft Köhlerwoodcap voor de Woodcap Woodfill Perfect Finish epoxyplamuur een eigen recept ontwikkeld. “Uitgangspunt daarbij was de goede en snelle verwerkbaarheid. Na 30 minuten kunnen afwerken was een belangrijke voorwaarde en daarin zijn we geslaagd. De epoxyplamuur heeft een goed standvermogen en laat zich als boter verwerken. Het afmessen gaat schoon en makkelijk.”
‘Logische overname’
Daan Köhler begon in 1954 met de handelsonderneming in beglazingsmaterialen. Via een groeiend dealernetwerk van glasspecialisten werd het assortiment op de markt gebracht. Naast producten van A-merken leverde Köhler ook eigen producten en gereedschappen. In 2005 werd Woodcap, specialist in houtherstel en -verduurzaming overgenomen. Een logische overname, zo zegt Cankrien. “Bij glasherstel en renovatiewerk moet het houtwerk rondom de ramen vaak hersteld worden. Daarbij zijn plamuren en vulmiddelen onmisbaar dus door de overname van Woodcap ontstond een totaalleverancier voor de glashandel en verfspeciaalzaken. Net als Köhler had Woodcap een sterke positie en naam en deden ze al veel aan eigen productontwikkeling.”
Sinds de samenvoeging richt Köhlerwoodcap zich op innovatie in renovatie. “We hebben voortgezet wat we voorheen als twee verschillende bedrijven deden. Goed luisteren naar de behoeften in de markt en samen met onze partners werken naar concrete oplossingen en producten.”
‘Onverwachte bonus’
Een van de toegepaste grondstoffen gaf het nieuwe product een onverwachte, maar waardevolle extra eigenschap. Cankrien: “We hebben een andere verharder gebruikt en die resulteert in een plamuur die geurarm is. Dat was voor ons een onverwachte bonus, want het was niet de reden om die verharder daarvoor toe te passen. We zochten naar een optimale uitharding en verwerking.” Die eigenschap maakt de epoxyplamuur een stuk aantrekkelijker voor verwerkers. “Vaak zorgen de toegepaste verharders voor een geur van rotte eieren. Dat is vooral bij de verwerking van die plamuren in gebouwen een probleem. Onze geurarme epoxyplamuur kan zorgeloos toegepast worden in ziekenhuizen, scholen en overheidsgebouwen.”
Köhlerwoodcap, Rotterdam, 010.278.08.80, info@kohlerwoodcap.nl www.kohlerwoodcap.nl
Scan mij
Bouwmaterialenhandel ziet verf vooral als logische productaanvulling
De invloed van de professionele schilder op de omzet bij de bouwmaterialenhandel is beperkt. Tegelijkertijd geldt net zo goed dat verf te boek staat als assortimentsonderdeel met kansen. De generieke professional rondt zijn klus immers veelal af met een verfklus. Daarbij geldt dat verkooppunten hun eigen positie innemen als het gaat om verf als service- of kernassortiment.
Gerard Scholten
OUD-DOCENT SCHILDEREN AAN DE VAKSCHOOL CIBAP EN DE HBO-INSTELLINGEN FONTYS, WINDESHEIM EN SAXION. DAARNAAST IS HIJ (MEDE-)AUTEUR VAN TAL VAN VAKBOEKEN, LESMETHODES, STUDIES EN RICHTLIJNEN OVER SCHILDEREN, VERFTECHNOLOGIE, GLAS EN RESTAURATIESCHILDEREN.
“Mijn vader had een eigen schildersbedrijf en ik volgde de mboopleiding schilderen in Zwolle met het idee het bedrijf over te nemen. Na mijn diplomering ging ik verder met een lerarenopleiding en werkte ik als laborant bij Brink/Molyn, thans Trimetal, een verffabriek die nu onderdeel is van AkzoNobel. Uiteindelijk heb ik 34 jaar lesgegeven aan de Nationale Schilderschool in Zwolle en 31 jaar bij Windesheim, voordat ik in 2014 met pensioen ging. Daarna heb ik me verdiept in speciale historische schildertechnieken en bijgedragen aan diverse vakopleidingen.”
Actualiteit
“Wat betreft de actualiteit in de schildersbranche: er is veel veranderd. Traditioneel werd er gewerkt met oplosmiddelhoudende verf, maar na het verbod vanaf 2000 voor professionele binnentoepassingen, werd watergedragen verf de standaard. Dit was een grote stap vooruit in termen van veiligheid voor schilders en de eindgebruikers, omdat de schadelijke dampen en emissies van oplosmiddelen een significant gezondheidsrisico vormen. Echter, de vraag blijft of watergedragen verven echt zoveel beter zijn voor het milieu als vaak wordt aangenomen. Er bestaat een breed gedragen routine om kwasten en rollers na gebruik onder de waterkraan af te spoelen. Dat zorgt voor vervuiling van miljoenen liters oppervlaktewater, voornamelijk door de microplastics en andere chemische stoffen die in de verven zitten en tijdens het schoonmaken in het riool terechtkomen. Eigenlijk is het veel raadzamer om rollers en kwasten na gebruik te vervangen.”
One-stop-shop
“Een belangrijk aspect van de huidige markt is de rol van de groothandels in de distributie van verfproducten. Bouwmaterialengroothandels zoals BMN en RaabKarcher hebben een breed assortiment en bieden een one-stop-shop voor bouwprofessionals. Ze proberen zich ook steeds meer te profileren als aanbieders van hoogwaardige verfproducten. Toch is er een spanningsveld tussen de prijsconcurrentie van deze groothandels en de gespecialiseerde verfgrossiers. De gespecialiseerde grossiers hebben zich diep ingegraven in de markt en bieden vaak meer technische ondersteuning en advies, wat essentieel is voor professionele schilders die te maken hebben met complexe schilderklussen.”
Eigen distributiecentra “Tekenend in deze context, is dat in het verleden (rond de jaren ’80 – ’90) professionele verfmerken hun eigen distributiecentra hebben geopend. ‘Dat wordt de dood in de pot voor verfgrossiers’, werd toen gezegd. Het tegendeel bleek echter waar. Onafhankelijke verfgrossiers bleken prima hun mannetje te staan en hebben
massaal de concurrentie aangedurfd met de verfindustrie. Een deel van de aanvankelijk door de industrie opgerichte servicecentra is ondertussen zelfs weer overgenomen door de verfgrossiers. Dus dat demonstreert ook hoe sterk hun positie is. Blijkbaar zijn zij concurrerend genoegd, zowel in prijs als service, om de kaas niet van het brood te laten eten.”
Opleiding en bijscholing “Verder geldt dat de rol van opleidingen en bijscholing niet onderschat kan worden. Door de snelle ontwikkelingen in de verftechnologie en de veranderende regelgeving is het voor professionals essentieel om up-to-date te blijven met de nieuwste technieken en materialen. Een klussenbedrijf die verf wil gebruiken om zijn klus af te ronden, kan doorgaans prima terecht bij de bouwmaterialengroothandel. Het assortiment en het advies schiet in deze sector naar mijn mening toch tekort om ook de professionele schilder te kunnen bedienen. De vraag is natuurlijk ook of investeren in extra kennis zin heeft. Als je verf als bijproduct blijft verkopen en je primair de professional ondersteunt met een incidentele verfklus, dan lijkt het me niet lonend om extra vaart te maken wat dat betreft.”
Innovaties
“De verfmarkt zelf is ook geëvolueerd met de ontwikkeling van nieuwe technologieën en producten. Er is een voortdurende zoektocht naar verf die zowel duurzaam is als voldoet aan hoge kwaliteitseisen. Dit heeft geleid tot innovaties zoals verven met lage of geen VOC’s (vluchtige organische stoffen, red.), die minder schadelijk zijn voor het milieu en de gezondheid. Echter, ondanks deze innovaties blijft er een kloof tussen de theorie en de praktijk. Veel van de nieuwe milieuvriendelijke verven voldoen nog niet altijd aan de verwachtingen van professionals in termen van duurzaamheid en gebruiksgemak. Dit betekent dat er nog steeds een sterke vraag is naar traditionele producten, zelfs als deze niet altijd de meest milieuvriendelijke optie zijn.
Een ander aspect dat aandacht verdient, is de invloed van regelgeving en markttrends op de beschikbaarheid en prijs van grondstoffen. De verfsector heeft te maken met een toenemende schaarste aan bepaalde grondstoffen, en de strengere milieuwetgeving maakt het soms moeilijk om dezelfde kwaliteit te garanderen als in het verleden. Dit zorgt ervoor dat laboratoria constant moeten zoeken naar nieuwe formuleringen en alternatieven, wat niet altijd eenvoudig is.”
PRAATJES VULLEN GEEN GAATJES...
Onze Woodfill Perfect Finish wel !
Ga voor de perfecte finish zonder vervelende geur met de Woodfill Perfect Finish epoxy plamuur. Vraag ernaar bij uw groothandel.
Vraag ’m GRATIS aan! Onze nieuwe vulmiddelen catalogus. Hierin vindt u ons complete assortiment professionele vul- en renovatiemiddelen
Sikke Idema
BMN DRACHTEN
“Je kunt bij wijze van spreken op elke hoek van de straat een auto kopen, maar wil je die getuned hebben, dan blijft dat het werk van specialisten. Zo steekt de verfmarkt eigenlijk ook een beetje in elkaar. We beschikken over een professioneel assortiment verf, maar als het aankomt op het verven van een zinken boeideel in combinatie met de vraag welke primer en welke korrel schuurpapier je daarvoor moet gebruiken, dan is dat niet direct onze specialiteit. Dat is meer het terrein van de gespecialiseerde handel. Wij zijn er toch vooral voor de zzp’er, het klusbedrijf of de aannemerij
Duurzaamheid geldt ook als grote trend in de verfmarkt. De vraag die je kunt opwerpen: hoe duurzaam is het uitspoelen van rollers of kwasten met watergedragen verf?
waarbij verf het laatste traject is van de klus. Dus voor de vakman die een buitendeur afhangt en deze direct even in de verf zet. Voor zulk soort klussen hebben we prima verven en accessoires beschikbaar. Toch krijgen we ook wel schilders over de vloer: professionals die een plint of een koplat moeten vervangen en dan direct een bus grondverf of kleur meenemen. De vakschilder is echter niet onze primaire klant, temeer omdat er natuurlijk ook afspraken bestaan tussen de schilder en zijn vakhandel. Dan wordt er over liters verf gepraat en niet over een bus of een paar bussen verf zoals bij ons.”
Joey van Gelder
HORMES BOUWMATERIALEN, WYCHEN
“Wij richten ons met het assortiment met name op de profklusser die verf gebruikt als afronding van zijn klus. Dus de prof die de badkamer verbouwt en deze als afronding schildert. Verder hebben we ook professionals in onze klantenkring die verantwoordelijk zijn voor onderhoud, maar echte profschilders behoren niet tot de kerndoelgroep. Dat komt ook omdat we verschillende gespecialiseerde verfverkooppunten hebben in de nabije omgeving. Dat zijn primaire aankooplocaties voor schilders, daar gaan wij niet mee concurreren. Verder geldt dat deze formule als totaalconcept is ingericht: de bouwmaterialenhandel is er voor de prof, de bouwmarkt voor de particulier, maar als er materiaal nodig is van het naastgelegen verkooppunt is dat in no time voor elkaar. De bouwmarkt is in feite nog uitgebreider voorzien van een assortiment verf dan de bouwmaterialenhandel.”
Herwin Dulos
BOUWMAAT ARNHEM
“Ik kan toch wel stellen dat wij een zeer stevige rol hebben op de verfmarkt. We krijgen professionele schilders over de vloer, maar uiteraard ook allrounders en zzp’ers die verfklussen hebben. Niet alleen voor verf als afsluiting van hun klus, maar ook voor het verven van buitengevels bijvoorbeeld of projectonderhoud in vastgoed. Wat betreft het assortiment, maar ook wat betreft service en ondersteuning kunnen we ons prima meten met verfgrossiers. We hebben twee volwaardige assortimentlijnen, van Sikkens en SPS, terwijl we ook beschikken over twee verfspecialisten die door de merken zijn opgeleid. Ook krijgen we wat dat betreft volop ondersteuning van vertegenwoordigers. Bovendien houden we themadagen waarin verf een hoofdrol speelt. Bouwmaat wil een formule zijn voor het totale bouwproces. En daar hoort het onderdeel verf uiteraard ook bij.”
Esther Snel
BOUWPARTNER SNEL, OUDEWATER
“We zijn een Bouwpartner-formule, maar we laten ons toch duidelijk zien als verfspecialist. Er staan hier drie mengmachines, we hebben de merken Sikkens, PPG en SPS breed beschikbaar. Net zoals het non paint-assortiment. Dat we ons zo sterk profileren op deze markt komt door onze historie als bouwmarkt. Nu we deze positie in handen hebben, geef ik die niet graag weg. Veel schilders doen hier hun aankopen, we zijn als het ware een verfgrossier in de context van een bouwmaterialenhandel. Wil je blijvend herkend worden als aankooppunt, dan vergt dat veel aandacht, temeer omdat merken hun eigen verkoopkanalen hebben, schilders en verfgrossiers er scherpe afspraken op na houden en er steeds meer concurrentie ontstaat met het online kanaal. Je moet
Antoon Boom
BOUWMAAT HOOFDDORP
“Ik zou niet weten waarom de schilder zijn aankoop alleen zou plannen bij de verfgrossier. Wij krijgen hier in ieder geval volop schilders over de vloer die hier hun producten komen halen. Ik denk dat we qua assortiment of kennis niet onder doen voor de verfgroothandel. We hebben hier voldoende goed opgeleide verfspecialisten rondlopen die de vakman kunnen ondersteunen. Of daar specifiek beleid op wordt gemaakt, weet ik niet, maar er zijn volop schilderklanten die ons als primair aankooppunt bezoeken.”
Thijs Bongers
PONTMEYER ALMERE
“Er staat hier weliswaar een verfmengmachine, maar toch zijn we niet echt ingericht op de verkoop van verf. Het assortiment is beperkt en vooral gericht op de klusprofessional die een sealer of een grondverf meeneemt om de rand van een houten plaat te behandelen. De positie die je inneemt op de verfmarkt is natuurlijk ook afhankelijk van je omgeving. En wat dat betreft is de nabijheid met een groothandel in verf en verschillende overige verkooppunten behoorlijk afgedekt. Ik kan me ook zo voorstellen dat een schilder die vlot een pot verf nodig heeft eerder bij een bouwmarkt terecht komt dan bij een bouwmaterialenhandel: ook de dhz-markt voert tegenwoordig een zeer acceptabel assortiment met professionele merken. We voeren ook wel accessoires als kwasten en schuurpapier. Daar geldt hetzelfde voor: de doelgroep bestaat vooral uit zzp’ers of aannemers die een kwast als bijproduct zoeken. Dus om de randen van een houten plaat in de grond te zetten bijvoorbeeld.”
continu alert blijven en kijken wat de collega-aanbieders doen, zeker als het gaat om verkoopprijs. Eigenlijk blijft het een beetje krom dat je eigen leveranciers gestart zijn met concurrerende kanalen. Maar goed, dat de schilder juist ook graag hier komt, zegt eigenlijk voldoende. Wel is het jammer dat de concurrentie in de verfmarkt almaar verder is verdiept, wat ook een negatief effect kreeg op het prijsniveau. Verf wordt eigenlijk standaard met korting verkocht, hoewel ik het niet zo bont wil maken als verfshops die producten onder de inkoopprijs wegzetten in de hoop dat ze winst blijven maken op andere artikelen. Als je dat doet, dan denken bestaande relaties ook: heb ik dan in al die jaren teveel betaald?”
Nieuwe multifunctionele tape van Kip Tape bespaart tijd
“Onze rol als voorloper blijven invullen”
Tapefabrikant Kip Tape voegt dit jaar vijftien nieuwe producten toe aan haar assortiment. Het past volgens teamleider Benelux Barry Schoneveld bij de positie die het A-merk heeft. “Tape is een complex product dat voor verschillende toepassingen gebruikt kan worden. Binnen onze brede en diepe assortimenten zien we altijd mogelijkheden voor verdere vernieuwing en verbetering. Wij willen onze rol als voorloper blijven invullen.”
Een soortgelijke ambitie heeft de fabrikant als het gaat om verduurzaming. “Daarvoor geldt ook dat we vooroplopen en dat willen we blijven doen. Zo zijn alle papieren tapes in ons assortiment voor het einde van 2024 FSC- of PEFC-gecertificeerd. Een groot deel van onze tapes heeft deze certificering nu al, maar we willen dit jaar alle tapes gecertificeerd hebben. En uiteraard hebben al onze nieuwe papieren tapes en producten waarin papier verwerkt is een FSC-keurmerk.” Daarnaast wordt in steeds meer tapes en maskers oplossingsmiddelvrije lijm toegepast.
Kwaliteit uitgangspunt
Naast de tapes verduurzaamt Kip Tape ook de maskers waarmee objecten en grote oppervlakken snel gemaskeerd kunnen worden. Ook bij de productie van deze maskers kijken we naar manieren om ze zo duurzaam mogelijk te maken. Zo gebruiken we milieuvriendelijke PE-kunststoffen waarin deels gerecycled materiaal verwerkt is.”
Schoneveld benadrukt dat de verduurzaming van de folies een uitdaging is. “Het is een continue zoektocht naar de juiste balans van ingrediënten. Hoe groter het aandeel gerecycled materiaal, hoe groter de impact op de kwaliteit van de nieuwe folie. En aan die kwaliteit willen wij geen concessies doen. Gelukkig slagen we erin om ook hierin stappen te zetten en steeds duurzamere maskers op de markt te brengen. Met de kwaliteit die de professionals van ons gewend zijn.”
Verwerkers reageren positief
De verduurzaming van de assortimenten wordt door de schilders en stukadoors positief ontvangen, zo merkte Schoneveld onlangs op de vakbeurs Farbe in Keulen. “Het gebruik van gerecycled materiaal wordt door de verwerkers gewaardeerd. Net als de nieuwe producten die we daar gepresenteerd hebben. Daar kregen we veel positieve reacties op.”
Deze toevoegingen worden, net als het bestaande assortiment, verkocht via de bouwmaterialen- en verfgroothandel. “Dat zijn toch de adressen waar de schilders en stukadoors waar wij ons op richten hun inkopen doen.”
Multitape combineert eigenschappen
Een noviteit die in Keulen op grote belangstelling kon rekenen, was de Washi-Tec Multi-Tape. Een washitape met daarop een strook textieltape, die in eerste instantie de washitape beschermt. Schoneveld: “Ideaal als je eerst plinten netjes wilt afkitten en later de muur wilt verven. Je kunt dan de multitape op de plinten plakken en na het kitten de textieltape verwijderen. De washitape blijft zitten en beschermt de plinten tijdens het verven. Zodra de muur geverfd is, kan de washitape eenvoudig verwijderd worden. Daarmee kan de professional veel tijd besparen, want hij hoeft de plinten maar een keer af te plakken.”
Soortgelijke voordelen biedt de Washi-Tec Multi-Tape bij de vervanging van kitnaden rond ramen. “De washitape is UV-bestendig en laat zich ook na lange tijd makkelijk en schoon van ramen verwijderen. En omdat de washitape iets terug ligt ten opzichte van de textieltape, schilder je dus volledig over de kitlaag en krijg je altijd een mooie scherpe verflijn.”
Veel contacten met werkveld
De vernieuwingen binnen het assortiment van Kip Tape vinden voor een belangrijk deel hun oorsprong in de praktijk. “We hebben veel contact met schilders en vragen naar hun ervaringen in de dagelijkse praktijk. Zo ook tijdens beurzen waar we de professionals die met onze producten werken ontmoeten. En binnen ons team werken ook medewerkers die voorheen als schilder hebben gewerkt. Dus we hebben veel kennis in huis om innovaties te ontwikkelen waar de professional behoefte aan heeft.”
Heldere productinformatie
Volgens Schoneveld blijkt uit die contacten dat veel schilders vaak kiezen voor de Washi-Tec tapes. “Die zijn gemaakt van het dunne, maar sterke Japanse washipapier. Echt premium kwaliteit, maar niet altijd noodzakelijk om te gebruiken. Voor veel klussen zijn onze Masking-Tec of Smooth-Tec tapes minstens zo geschikt. Het is voor ons de bevestiging dat we helder moeten blijven communiceren waarvoor de verschillende tapes geschikt zijn.”
Om de verschillen tussen deze categorieën zo duidelijk mogelijk te maken, hebben we het papier ervan een eigen kleur gegeven, zodat de gebruiker snel de juiste keuze kan maken. Het papier van het Washi-Tec assortiment is geel, Masking-Tec wit en Smooth-Tec blauw. Daarmee helpen we de gebruikers, schilders en stukadoors, maar ook onze handelspartners. Niet alleen op de producten, maar ook in de schappen moet onze communicatie helder en overzichtelijk zijn.”
Nieuw schapconcept
Om die schapcommunicatie verder te verduidelijken, heeft Kip Tape het concept van de Kip 2-serie vernieuwd. “De nieuwe verpakking bestaat uit minidozen met deksel, die zorgen voor een overzichtelijke presentatie in de vestigingen. De dozen maken het inrichten en vullen van de schappen bovendien een stuk eenvoudiger.”
De nieuwe verpakkingen zijn daarnaast voorzien van extra verkoopinformatie. “Zowel op de dozen als de rollen staat de
informatie die nodig is om te bepalen welke tape voor welke klus toegepast kan worden. Daarbij zorgen we ervoor dat op alle roletiketten altijd toepassingsfoto’s staan. Zo willen we de toepassing optimaal presenteren.”
Trainingen op alle niveaus
De nieuwe communicatie gaat ook de medewerkers in de vestigingen helpen bij de advisering. “Naast een korte training en uitleg als we zelf in een vestiging zijn, bieden we trainingen op alle niveaus aan. Voor inkopers en winkelmedewerkers, maar ook voor schilders en stukadoor. Voor beginners en de echte specialisten. Daarbij werken we het liefst samen met andere partners zodat we er een gecombineerde trainingsdag van kunnen maken. Bijvoorbeeld voor verfspuiten. De verf- en spuitgereedschappenfabrikanten kunnen dan hun kennis overdragen en wij kunnen alles vertellen en demonstreren over de juiste bescherming van objecten of oppervlakten.”
Behalve de trainingen op locatie biedt Kip Tape ook veel opleidingen online aan. Daarvoor is op de thuisbasis in Bocholt een aparte studio ingericht. “Zo kunnen we alle klanten bedienen, ongeacht of ze de voorkeur hebben voor een online training of liever hebben dat wij fysiek aanwezig zijn.”
“Niet alleen op de producten, ook in de schappen moet onze communicatie helder en overzichtelijk zijn”
Kip Tape, Bocholt (D), +49(0).287.123.466-0, info@kip-tape.com www.kip-tape.com
Scan mij
Next Level: Een nieuwe generatie licht- en stroomvoorzieningen van Brennenstuhl.
Het doel is om het bestaande nog beter te maken.
BRENNENSTUHL – Kwaliteit en ervaring al meer dan 60 jaar: Brennenstuhl werd in 1958 opgericht door Hugo Brennenstuhl in Tübingen. Sindsdien is het bedrijf in familiare handen en is het nu één van de toonaangevende Europese leveranciers op het gebied van stroomverdeling en lichtvoorziening voor de professionele sector en doe-het-zelf.
Kwaliteit, veiligheid en innovatie zijn altijd de hoogste normen voor ons familiebedrijf uit Tübingen geweest. Als expert op het gebied van stroom- en lichtvoorziening ontwikkelt Brennenstuhl haar producten verder dan het gebruikelijke. Dit was en is nog steeds het doel van de oprichter van het bedrijf, Hugo Brennenstuhl. Het is niet alleen om aan de verwachtingen van gebruikers te voldoen, maar deze te overtre en met doordachte en innovatieve oplossingen in de productcategorieën: bouwlampen, kabelhaspels, stroomverdelers en verlengkabels. Volgens het fundament van het bedrijf zorgt het voortdurende innovatieproces van de fabrikant ervoor dat het de beste oplossingen biedt voor vakmensen en doe-het-zelvers. Brennenstuhl‘s nieuwe »Professional« assortiment voor stroom- en lichtverdeling laat opnieuw zien hoe wij onze werkwijzen optimaliseren.
Brennenstuhl »Professional« tilt uw project naar een hoger niveau. Brennenstuhl »Professional« is het resultaat van tientallen jaren expertise in licht- en stroomverdeling. Alle eigenschappen in deze productserie zijn opnieuw doordacht en uniform aan de hoge kwaliteitsnormen van het bedrijf. Het assortiment »Professional« van Brennenstuhl is speciaal ontwikkeld om hetgeen te doen wat de professionals in zowel de handel als industrie verwachten. Het is zo ontworpen dat het onder alle zware omstandigheden waarin ze worden toegepast te voldoen en te presteren. Want wie elke dag het beste uit zichzelf haalt, verdient niets minder dan de beste uitrusting en gereedschap. Daarom stelt Brennenstuhl de hoogste prioriteit aan betrouwbaarheid en duurzaamheid van zijn »Professional« producten – met een robuust ontwerp, innovatieve technologieën en een duidelijke focus op kwaliteit. Daarnaast is het »Professional« programma, aangevuld met nieuwe werklampen van Brennenstuhl, welke zijn samengesteld om het werk op bouwplaatsen te vereenvoudigen en haar gebruikers de best mogelijke prestatie te geven in hun dagelijkse werkzaamheden. Met alle praktische producteigenschappen van het stroom- en verlichtingsassortiment kan het werk moeiteloos en exibel worden uitgevoerd.
De eerste kabelhaspel met 5 contactdozen komt van Brennenstuhl. Het is gelukt om met onze strenge veiligheidseisen »Made in Germany« een kabelhaspel met 5 contactdozen te ontwikkelen. Deze zijn ontworpen voor maximale e ciëntie en de gebruiker te ondersteunen in zijn dagelijkse werkzaamheden.
Met vijf in plaats van drie of vier contactdozen, is het mogelijk om nog meer elektrische apparaten aan te sluiten. Door de toenemende markt voor powertools en het gebruik van meerdere accu laadstations neemt de vraag naar meer stroompunten toe. Het is vanaf nu dus mogelijk om met één haspel, meerdere kabel gereedschappen te gebruiken, waarnaast u ook al uw accu gereedschappen kunt laden gedurende uw bouw- en kluswerkzaamheden.
Betrouwbaar in iedere omgeving en zwaarst mogelijke omstandigheden.
De »Professional« kabelhaspels en verlengkabels van Brennenstuhl zijn geschikt voor bouwplaatsen en commercieel gebruik, zowel binnen als buiten. De kabelhaspels zijn spatwaterdicht dankzij de beschermende contactdozen met zelfsluitende klapdeksels. De contactdozen zijn voorzien van een thermische beveiliging, die veilig en automatisch in werking treedt bij oververhitting of belasting. Een zichtbaar
controlelicht, verwerkt in de contactplaat, geeft in één oogopslag aan of de haspel operationeel is. De uitzonderlijke kwadraat kabelhaspels van Brennenstuhl zijn door hun ongebruikelijke design, extreem stevig en stabiel. Deze serie bestaande uit de KA, KC en KD type zijn door hun vierkante design ideaal voor transport en bespaart ruimte in uw bus. Door zijn stabiele 4 draaggrepen kan het model op iedere kant worden neergezet en zorgt de gesloten body voor het moeiteloos op- en afrollen van de kabel zonder dat deze van de haspel a oopt. We vullen het programma »Professional« aan met de nieuwe KU haspels; deze nieuwe serie heeft ook 5 stopcontacten en zijn uitgerust met ons welbekende haspelhuis van speciaal kunststof, deze modellen zijn voorzien van praktische »cablepilot« met stekkergarage. Deze innovatieve handgreep vereenvoudigt het transport en de kabelgeleiding en waarborgt uw aansluitstekker. We completeren het assortiment met onze »SC« kabelhaspels, waarvan de naam staat voor »Steel Core«. Hiervan is het haspelhuis uit plaatstaal gemaakt en is de voor- en achterzijde volledig geïsoleerd. Ze zijn verkrijgbaar met een viervoudige contactplaat. Deze isolatie is extreem belangrijk voor de vereisten op bouw- of industrieplaatsen en in het dagelijks gebruik ervan, omdat er bij deze stalen constructie, gevaarlijke geleidingen kunnen ontstaan. Dankzij deze isolatie-bescherming hoef
je niet af te zien van de stabiliteit van een stalen kabelhaspel voor professioneel gebruik. De viervoudig veiligheid contactdoos beschermt ook tegen spatwater en oververhitting, inclusief een controlelicht om te zien of deze in bedrijf is.
Kabelkwaliteit is cruciaal voor professioneel gebruik.
De juiste kabel is essentieel op professionele bouwplaatsen en in de handel. De »Professional« producten van Brennenstuhl zijn verkrijgbaar met een opvallende Bremaxx-Pur of RN kabel, afhankelijk van de versie. De Bremaxx-Pur kabel (BQ kabel) is uitermate slijtvast en is bestand tegen sterke mechanische belasting. Het is ook bestand tegen tal van zuren, olie, weersinvloeden, microben en temperaturen tot -40 °C. De Rubberneopreen-kabel is robuust, oliebestendig en geschikt voor professioneel gebruik.
Beide kabeltypes zijn ideaal te gebruiken op bouw- en industriële locaties, onder de zwaarst mogelijke omstandigheden, en voldoen aan alle reglementen hiervoor.
De juiste Adapter, Accu inschuiven, perfect werklicht.
Brennenstuhl bewijst keer op keer hun innovatieve drang met bijvoorbeeld het »Multi Battery systeem«. De »Professional« werklampen pro teren van dit systeem. Het krijgt een
toegevoegde waarde door het gebruik van alle gerenommeerde 18V accusystemen. De robuuste LED werk-/ bouwlampen zijn uitgerust met een interface adapter voor de 18V accusystemen geschikt voor o.a. Bosch Professional, Makita, Einhell, Dewalt, Milwaukee, Fein, Festool, Flex, Hikoki, Metabo CAS, en Würth.
Deze werklampen zijn extreem krachtig en e ciënt in combinatie met de oplaadbare Powertool-accu‘s. Tegelijkertijd wordt de diversiteit aan werklicht voor professionals op het werk vergroot zonder dat ze het moeten doen zonder zijn of haar favoriete 18V accusysteem. Een actief en gecontroleerd veiligheidsysteem, beveiligd en beschermt uw powertool-accu‘s tegen diepontlading en oververhitting door hoge belastingstromen en verlengt de levensduur van uw accu. Instelbare lichtniveaus en een controle-weergave voor de resterende accucapaciteit verhogen de e ciëntie.
Door de hybride uitvoeringen kunnen de werklampen ook op netstroom worden gebruikt.
Brennenstuhl GmbH & Co
Seestrasse 1-3
72074 Tuebingen
www.brennenstuhl.nl
Email: nederland@brennenstuhl.de
Werkkleding en persoonlijke beschermingsmiddelen
in de lift
Goed nieuws voor de categorie werkkleding en persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM): de belangstelling zit stevig in de lift. Deels valt dat te danken aan arbowetgeving – belangrijker nog zijn de trends van nu: bouwprofessionals willen comfortabele kleding, liefst aangevuld met een persoonlijke touch als bedrijfslogo. Paskamers zijn inmiddels een geaccepteerd fenomeen bij bouwmaterialenhandels en ijzerwarenspeciaalzaken.
Marleen Peters
VERENIGING VEILIG & GEZOND WERKEN, BRANCHEORGANISATIE VAN FABRIKANTEN EN DISTRIBUTEURS VAN PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN (PBM) EN BEROEPSKLEDING
“Wat afgelopen jaren duidelijk viel te zien, is dat er meer aandacht komt voor persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkleding. Het belang hiervan wordt steeds meer helder en duidelijk. Ging het vroeger vooral om een noodzaak, nu is er een combinatie van verwachtingen ontstaan: de kleding moet comfortabel zijn, er goed uitzien en mogelijk de corporate identity onderstrepen. Dat is ook te danken nieuwe materialen, zoals stretch in broeken, zodat er meer aandacht is voor comfort. Werknemers zijn nu niet alleen goed beschermd, maar voelen zich ook prettiger in hun werkkleding. Op zich is dat zeker belangrijk: werkkleding die niet lekker zit, wordt waarschijnlijk minder gedragen, wat ook de veiligheid in gevaar kan brengen.”
Verschuiving naar duurzaamheid
“Verder zie je een verschuiving richting duurzaamheid. Dat zie je op verschillende vlakken terug, zoals toepassing van hergebruikt polyester en biologisch katoen. Ook de productieprocessen zelf worden onder de loep genomen, waarbij er wordt gelet op CO2-uitstoot en water- en energieverbruik. Fabrikanten van werkkleding hebben sinds vorig jaar een verplichting om producten weer in te zamelen voor hergebruik. Dit betekent dat de verantwoordelijkheid voor duurzaamheid niet alleen bij de gebruiker ligt, maar ook bij de producent. Deze verplichting zorgt ervoor dat fabrikanten bewuster omgaan met hun productieprocessen en materialen, wat uiteindelijk leidt tot een vermindering van de ecologische voetafdruk.
Wat je verder vooral bij grotere bedrijven in de bouw en industrie ziet, is dat de belangstelling voor duurzamere producten toeneemt. Grotere bouwbedrijven hebben vaak duurzaamheidsdoelstellingen die ze willen halen. Ook werkkleding maakt daar deel van uit. Uiteindelijk is het een gezamenlijke inspanning in de hele keten, van producent tot eindgebruiker. Iedereen moet zijn steentje bijdragen om de impact op het milieu te verminderen. Dit betekent dat bedrijven niet alleen moeten nadenken over de materialen die ze gebruiken, maar ook over hoe ze hun producten distribueren en wat er gebeurt aan het einde van de levenscyclus van hun producten. Het is wel zo dat duurzaamheid niet bij iedereen top of mind is. Ook omdat er een wat duurder prijskaartje aan hangt. Je ziet echter dat opdrachtgevers steeds meer eisen stellen aan duurzaamheid. Bedrijven die niet meegaan in deze trend lopen het risico om klanten te verliezen aan concurrenten die wel duurzaam bezig zijn. Ook duurzame bedrijfskleding is daar onderdeel van.
Ook Arbowetgeving heeft invloed op ontwikkeling van deze categorie, maar in mindere mate dan duurzaamheid. De wet schrijft voor dat werkgevers eerst de bron van het risico moeten aanpakken. Dus als eerste bijvoorbeeld het geluidsniveau van machines moeten beperken. Daarna zijn collectieve en individuele maatregelen aan de orde, en pas daarna het verstrekken van persoonlijke beschermingsmiddelen. Bedrijven zijn niet alleen verantwoordelijk zijn voor het verstrekken van de juiste beschermingsmiddelen, maar ook voor het creëren van een veilige werkomgeving waarin de risico’s zo veel mogelijk worden beperkt.”
Veiligheid én looks
“Bij zzp’ers is er vaak meer keuzevrijheid en een hoger budget per medewerker. Zij kiezen vaak voor mooie, nette kleding met uitstraling, die comfortabel is en veilig werkt. In loondienst zijn werknemers vaker gebonden aan de keuzes van de werkgever, maar bij zzp’ers speelt presentatie ook een belangrijke rol. Voor zzp’ers is het belangrijk dat ze er professioneel uitzien, omdat ze vaak direct contact hebben met hun klanten. Dit betekent dat ze bereid zijn om te investeren in kwalitatief goede werkkleding die niet alleen functioneel is, maar er ook goed uitziet.”
Kennis in de handel
“De bouwmaterialenhandel en ijzerwarenspeciaalzaken hebben over het algemeen voldoende kennis en kunde in huis over wettelijke eisen en normeringen. Het is in ieder geval belangrijk dat medewerkers van verkooppunten weten welk product past bij welk risico en welke werkzaamheden. Dit betekent dat bedrijven moeten investeren in training en opleiding van hun personeel, zodat ze hun klanten goed kunnen adviseren over de juiste beschermingsmiddelen en werkkleding. Dit is een belangrijk aspect van klantenservice en kan het verschil maken tussen een eenmalige verkoop en een trouwe klant. De categorie werkkleding en PBM heeft zich afgelopen jaren aantoonbaar ontwikkeld in zijn presentatie. Waar vroeger de focus lag op de technische kwaliteiten, spelen nu ook het comfort en het modische aspect een rol. Sommige winkels hebben zelfs paskamers en aparte afdelingen. Werkkleding is niet langer iets wat je erbij doet, maar een volwaardig onderdeel van het assortiment.”
Bewustzijn
“De markt groeit in ieder geval structureel en wordt steeds belangrijker. Uiteindelijk gaat het erom dat werknemers en zzp’ers zich bewust zijn van de risico’s en de juiste maatregelen nemen om veilig te werken. De verantwoordelijkheid ligt bij zowel de werkgever als de werknemer om te zorgen voor een veilige werkomgeving en de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen. Dit is een gezamenlijke inspanning die begint bij de producent en eindigt bij de gebruiker. Door samen te werken, kunnen we ervoor zorgen dat iedereen veilig en verantwoord kan werken.”
Jim Mertens
DESTIL BREDA
“Ik mag wel stellen dat we een gewaardeerd verkooppunt zijn van werkkleding en PBM. Deze locatie is voor veel klanten het primaire aankooppunt wat dat betreft. Ze komen bij wijze van spreken eerder voor kleding en schoenen dan voor ijzerwaren. Dat is wat overdreven natuurlijk, maar dat geeft wel aan dat deze categorie stevig in ontwikkeling is, waarbij we vrijwel alle disciplines in de bouw bedienen. De Arbowetgeving en veiligheid op de bouwwerkplaats zijn een belangrijke impuls geweest voor verdere popularisering van dit aanbod, terwijl de behoefte om representatief voor de dag te komen net zo goed een rol speelt. Wie als bouwprofessional bij klanten op bezoek komt, wil dat niet doen in een oud T-shirt, maar in nette werkkleding, het liefst met herkenbare opdruk.”
Berni Keijzer
BOUWMAAT DORDRECHT
“Vroeger kende Nederland nog tal van vakspeciaalzaken voor werkkleding, vaak gevestigd in de binnenstad. Had je een werkbroek nodig, moest je eerste een parkeerplek zoeken om je gading te vinden in een dergelijk verkooppunt. Dat werkt nu niet meer. Aanschaf van werkkleding wordt in hetzelfde kooptraject meegenomen als aankoop van gereedschappen of bouwmaterialen. Wat ik opvallend vind, is dat het aanbod zich in de loop der jaren heeft aangepast naar de smaak van gebruikers. Werkkleding is duidelijk eigentijdser en modischer geworden. Een zzp’er die als professional wil overkomen, wil zich ook als zodanig presenteren. Dat merk je ook aan de toegenomen vraag naar logomateriaal op werkkleding. Ik begrijp dat wel: als je op een bouwplaats rondloopt met een bedrijfsnaam op je kleding, en je wordt door andere bouwprofessionals gewaardeerd om de kwaliteit van je werk, dan maak je in feite reclame voor jezelf.”
Edward Jongepier
BMN MIDDELBURG
“Ons assortiment werkkleding is beslist uitgebreid. We hebben genoeg. Het landelijk beleid is erop gericht om assortiment te brengen waar regionaal behoefte aan is. En dat betekent voor ons dat we vrijwel het hele pakket brengen minus kleding voor de vakschilder. Wat mij betreft is het volkomen logisch dat de bouwmaterialenhandel hierin voorziet, temeer omdat er behoefte bestaat aan one-stop-shopping. Als klusprofessional koop je je bouwmaterialen, de aanschaf van werkkleding gaat in datzelfde traject mee. Dat geldt voor zowel kleding als werkschoenen. Wat ik merk, is dat bouwprofessionals er netjes bij willen lopen. Dat geldt zeker voor de zzp’er die over de vloer van consumenten komt. Wat je daarbij ook ziet, is dat logo’s van het bouwbedrijf op de werkkleding worden afgedrukt. Logisch natuurlijk, zo maak je als klusprofessional reclame voor jezelf.”
Jan Peter Rienstra
REGTS | ISERO, SNEEK
“Werkkleding werd voorheen vooral gekocht om zijn functionele kwaliteiten. Deze beschermende factor speelt uiteraard nog altijd een rol van betekenis, maar gezien de introductie van nieuwe materialen in combinatie met aanvullende functionaliteit, is er meer aandacht ontstaan voor de presentatie van werkkleding. Er zijn speciale, beschermende sneakers geïntroduceerd met een modische uitstraling, die toch ook afdoende bescherming bieden. Nieuwe kleurtjes, snelsluitingen, het is eigenlijk allemaal stadaard geworden daar waar je vroeger vooral van doen had met onverwoestbare modellen. Wat ik merk bij grotere partijen als aannemers is dat aankoopbeslis-
singen met zorgvuldigheid worden genomen. Als je eenmaal voor een bepaalde uitstraling hebt gekozen, wil je die graag komende jaren blijven vasthouden. Bij grotere partijen zie je bovendien dat er draagvlak moet bestaan bij medewerkers. Personeel moet zich in de gekozen werkkleding kunnen thuis voelen. De categorie blijft in ontwikkeling. Zo bestaat er nu veel aandacht voor veiligheidsschoenen met laddergrip. Die extra aandacht is vooral bedoeld om veilig werken op ladder een extra impuls te geven. Dit is een recent voorbeeld, terwijl er zo wel meer ontwikkelingen zijn die de veiligheid op de bouwlocatie een extra impuls moeten geven.”
Marcel Zaal
JONGENEEL APELDOORN
“Vanuit de one-stop-shopping-gedachte vind ik het volkomen logisch dat de vakman voor al zijn aankopen op één plek terecht kan. En dat betekent dus inclusief werkkleding en PBM. Arbeidsomstandigheden zijn een veelbesproken aandachtspunt op de werkplek, ook bouwmaterialenleveranciers hebben daarin hun verantwoordelijkheid te nemen. Dat geldt ook voor mezelf: ik draag moderne, nette schoenen, maar wel uitgevoerd in de vorm van werkschoenen met een metalen neus. Dat is een duidelijke vereiste als je op een werkplek moet zijn. Het signaal dat bouwmensen attent moeten zijn op eigen veiligheid proberen we zeker ook onder aandacht te brengen van klanten. Dat gebeurt in verkoopgesprekken, maar ook met communicatiemateriaal op de winkelvloer, bijvoorbeeld met posters waarop dat signaal duidelijk staat afgebeeld. Bij de ene klant landt dat duidelijker dan bij de volgende. Grote aannemers hebben daar hun eigen beleid op gemaakt, terwijl zzp’ers daar hun eigen afweging in maken.”
Geert Molenaar
BMN IJZERWAREN DEN HELDER
“Als BMN IJzerwaren zitten we pal tegenover onze zustervestiging BMN Bouwmaterialen. Die heeft weliswaar ook verkoop van werkkleding, maar wij kennen wat dat betreft een breder assortiment. We zijn een echte speciaalzaak, inclusief werkschoenen en PBM. Wat opvalt, is dat het assortiment in de loop der jaren steeds modieuzer is geworden. De zzp’er die over de vloer komt van consumenten wil er gewoon goed verzorgd en bij de tijd uit zien. Ook opdrukken met logo’s van eigen bedrijven raken almaar meer gewild. Dat doen we niet zelf, maar kunnen we wel laten verzorgen. Klanten komen uiteraard voor aanschaf van ijzerwaren naar onze vestiging, maar velen komen zeker ook doelgericht voor aanschaf van werkkleding. Als er iets nodig is, zijn wij het eerstaangewezen adres.”
“Ik zou het liefst zien dat iedereen productkenmerken classificeert met ETIM”
“Het belangrijkste aandachtspunt van mijn afdeling is ervoor te zorgen dat we onze data juist en volledig hebben vastgelegd en zoveel mogelijk geautomatiseerd kunnen delen,” vertelt Enrico de Jong, sinds 2020 Head of Datamanagement bij Deli-Home. “Skantrae is het eerste bedrijfsonderdeel van Deli-Home dat artikeldatabeheer met behulp van de ETIM Standaard geclassificeerd heeft.”
ETIM-convenant van Hibin
De aanleiding voor Skantrae om volgens de ETIM Standaard te gaan werken, was de ondertekening van het ETIM-convenant, een initiatief van Hibin. De Jong: “Het grote voordeel van de ETIM-classificatie is dat je alle data op een uniforme wijze vastlegt. Dan weten alle partijen in de keten precies waar je over praat. Alles één keer bij de bron goed invoeren, daarvan profiteren alle schakels in de keten. Met de DICO Standaard kan je de artikeldata vervolgens op een snelle en betrouwbare manier met iedereen delen.”
Automatiseren met ETIM en DICO
“Ik zou het liefst zien dat al onze klanten productkenmerken classificeren met ETIM en die data via de DICO standaard uitwisselen. Wij maken daarbij gebruik van een koppeling via het bedrijf IB data en bij deze nodig ik iedereen van harte uit
om eenzelfde koppeling met ons te maken als we met IB data hebben gedaan. De productdata hebben we daarvoor al op orde. We merken dat de vraag van klanten naar productdata steeds meer toeneemt. Ook vanuit ESG-wetgeving moet steeds meer data verzameld en gedeeld worden. Excel bestanden worden op den duur zo omvangrijk, dat werkt dan niet meer. De ontvanger van die data uit Excel moet dat allemaal weer verwerken in een eigen systeem, dat is erg inefficiënt.”
Efficiënte manier van werken
Voor de hele keten is de tijdsinvestering om deze efficiënte manier van werken te omarmen het meer dan waard, denkt De Jong. “Het meeste werk ligt overigens bij ons. Wij moeten de inspanning leveren om al onze productdata volgens de ETIM Standaard te classificeren en
De DICO Standaard is een set afspraken die spelregels biedt voor de elektronische uitwisseling van informatie tussen fabrikanten, groothandels, bouw-, onderhouds- en installatiebedrijven en woningcorporaties. Bijna alle softwareleveranciers uit de sector hebben de DICO standaard geïntegreerd in hun softwarepakketten. In de bouwsector is elektronisch factureren volgens de laatste DICO versie (SALES005) dé standaard.
Meer weten?
Download de whitepaper via de QR-code.
te verzamelen. Het DICO bericht dat wij vervolgens versturen moet de afnemer kunnen vertalen naar hun eigen digitale systeem. Dat is waar IB data bedrijven bij ondersteunt. Bedrijven kunnen deze vertaling trouwens ook zelf ontwikkelen.”
Verkoop verbeteren
“Uiteindelijk is het voor alle bedrijven in de keten goed om het delen van data te automatiseren. Het maakt het makkelijker om artikelgegevens actueel te houden. Alle mutaties in productkenmerken verwerken we dagelijks in ons PIM-systeem waardoor onze data altijd actueel is. Behalve dat het efficiënter werkt, verbetert ook de verkoop via de eigen website wanneer je alle data goed op orde hebt.”
Goede prijskwaliteitverhouding dankzij de juiste data
Bouwbedrijven en handelsbedrijven in bouwmaterialen krijgen via de artikeldatabase van het bedrijf IB data eenvoudig toegang tot actuele artikel- en prijsgegevens van leveranciers. “Leveranciers beheren de brondata van artikelen,” zegt IB data oprichter en eigenaar Jop Schillemans. “Door onze artikeldatabase te bouwen in samenwerking met leveranciers, bevat deze altijd de juiste en meest actuele data.”
De beste prijs-kwaliteit verhouding Skantrae is één van de bedrijven die data aanlevert aan de artikeldatabase van IB. “Wij stimuleren dat de markt ETIM meer gaat gebruiken,” zegt Schillemans. “Het grote voordeel van deze classificatie-standaard is dat producten goed te vergelijken zijn wat betreft technische kenmerken en prestaties. Een bouwer, eigenaar of beheerder van een bouwwerk kan met de juiste data een goede prijs-kwaliteitverhouding realiseren. Een aantal bedrijven heeft, net als Skantrae, de data al helemaal op orde in hun Product Informatie Management (PIM) Systeem. Dan is het mogelijk productkenmerken, zoals bijvoorbeeld de draairichting of maten van een deur, uit te wisselen via de DICO communicatie-standaard (XML). Schillemans: “Dat Skantrae alle data op orde had in hun PIM Systeem bespaarde ons werk in de opstartfase. Nu is het een kwestie van de data periodiek bijwerken, er zijn natuurlijk continu veranderingen bij een leverancier.”
“Collega’s van IB data aan het werk met databeheer’
Data op orde
“Het opstartproces voor het werken met de artikeldatabase verloopt elke keer anders. Sommige bedrijven werken nog met papieren prijslijsten. Een groot deel heeft alle data in Excel verwerkt. Een producent denkt in tonnen, een handelsbedrijf in zakken en een bouwbedrijf calculeert in kilogrammen en wij zorgen ervoor dat al die verschillende eenheden goed op elkaar aansluiten. En dankzij de DICO communicatie-standaard zijn de data snel beschikbaar voor een handels- of bouwbedrijf. Bedrijven hebben deze data nodig om op de cent nauwkeurig te kunnen calculeren.”
Milieudata
Schillemans merkt dat de bouwsector steeds meer belangstelling toont voor milieudata. Bedrijven moeten immers steeds meer data over een bouwwerk kunnen opleveren, waaronder allerlei milieudata. “In samenwerking met handelsbedrijven, brancheorganisaties en
Ketenstandaard
Ketenstandaard Bouw en Techniek beheert en ontwikkelt de standaarden: STABU, ETIM, DICO, NL-SfB, GS1. Als onafhankelijke regisseur levert Ketenstandaard een concrete bijdrage aan het efficiënter en duurzamer maken van de gebouwde omgeving. Efficiëntere samenwerking bij het realiseren en onderhouden van infrastructuur en vastgoed, biedt een oplossing voor uitdagingen als de woningbouwopgave, verduurzaming en een circulaire economie in 2050.
Ketenstandaard, wordt gekeken naar het exact definiëren van milieudata. Dat is een uitdaging, want je moet zeker weten dat je appels met appels vergelijkt. Zodra de definities van specifieke milieudata vaststaan, kunnen we deze ook opnemen in onze artikeldatabase. Op dit moment werken we samen met een aantal handelsbedrijven aan een eerste dataset om alvast praktijkervaringen mee op te doen.”
Cursuskalender
Cursuskalender
Hibin Opleidingen najaar 2024
Hibin Opleidingen najaar 2024
• Opleidingen ontwikkeld met handel en leveranciers
• Opleidingen ontwikkeld met handel en leveranciers
•Blended en e-learning voor efficiency
• Blended en e-learning voor efficiency
• Gemiddelde waardering: 8,0!
• Gemiddelde waardering: 8,0!
• Docentenmet praktijk-dna
• Docenten met praktijk-dna
Commercieel-technische opleidingen
Commercieel-technische opleidingen
Goed adviseren op basis van vakkennis rond materiaal en bouwtechniek.
Goed adviseren op basis van vakkennis rond materiaal en bouwtechniek.
Tekening Lezen
Tekening Lezen
Blended learning
Blended learning
Duur: 2 dagen (13.00 – 20.00 uur)
Duur: 2 dagen (13.00 – 20.00 uur)
Data: 11 en 18 september 2024
Data: 11 en 18 september 2024
Locatie: Weesp
Locatie: Weesp
Bouwen & Bouwmaterialen A
Bouwen & Bouwmaterialen A
Blended learning
Blended learning
Duur: 3 dagen (13.00 – 20.00 uur)
Duur: 3 dagen (13.00 – 20.00 uur)
Data: 9 oktober, 23 oktober en 6 november 2024
Data: 9 oktober, 23 oktober en 6 november 2024
Locatie: Weesp
Locatie: Weesp
Bouwen & Bouwmaterialen B
Bouwen & Bouwmaterialen B
Blended learning
Blended learning
Duur: 5 dagen (13.00 – 20.00 uur)
Duur: 5 dagen (13.00 – 20.00 uur)
Data: 15, 29 oktober, 19, 26 november en 17 december 2024
Data: 15, 29 oktober, 19, 26 november en 17 december 2024
Locatie: n.t.b.
Locatie: n.t.b.
Bouwen & Bouwmaterialen C (CTB-1)
Bouwen & Bouwmaterialen C (CTB-1)
Blended learning
Blended learning
Duur: 16 dagen (13.00 – 20.00 uur)
Duur: 16 dagen (13.00 – 20.00 uur)
Start: 26 september 2024 (overige data op website)
Start: 26 september 2024 (overige data op website)
Locatie: Weesp
Locatie: Weesp
Basiskennis Sanitair
Basiskennis Sanitair
Blended learning
Blended learning
Duur: 2 dagen (13.00 – 20.00 uur)
Duur: 2 dagen (13.00 – 20.00 uur)
Data: 4 en 11 september 2024
Data: 4 en 11 september 2024
Locatie: Weesp
Locatie: Weesp
Workshop Gevelbekleding
Workshop Gevelbekleding
Duur: 1 dag (13.00 – 20.00 uur)
Duur: 4 dag (13.00 – 20.00 uur)
Data: 2 oktober 2024
Data: 2 oktober 2024
Locatie: Weesp
Locatie: Weesp
Het aftellen naar 16 oktober 2024 is begonnen!
16 oktober 2024 is de laatste dag die meetelt in de subsidieperiode van Hoehandeljij. We spreken nog steeds bedrijven die denken dat zij niet in aanmerking komen om 50% subsidie terug te vragen op investeringen om de gezondheid, vitaliteit en inzetbaarheid van hun medewerkers te vergroten. En toch konden ze met onze ondersteuning duizenden euroʼs terugvragen.
Jullie doen veel meer dan je zelf denkt én laten dus geld liggen!
“In hoofdlijn is subsidie beschikbaar voor alle initiatieven die leiden tot gezonder gedrag en vermindering van stress”, aldus Karin Gibcus - projectleider en DI-ambassadeur ʻHoe Handel Jijʼ.
Waar kun je aan denken en wat dienen handelaren in?
1. PMO (kan anoniem!) meerdere keren ingediend
2. Diverse opleidings- en coachtrajecten voor leidinggevenden, meerdere keren ingediend
3. Budgetcoaching (ook via abonnement - anoniem) – ingediend
4. DI-scan voor Hibin bedrijven – ingediend
5. Training toekomstbestendig met het hele team – ingediend
en nog veel meer...
(scan de QR-code)
voor handelaren
Successen delen
Uitvoer DI-activiteiten
Terugbetaling aangevraagde subsidie medio 2025
Deze handelaren gingen je voor...
Bij vragen of twijfel: bellen of mailen!
Twijfel je over de mogelijkheden voor jouw bedrijf of heb je een of meer concrete vragen? Onze DI-ambassadeur en projectleider Karin Gibcus helpt je graag! Neem vooral contact op via 06-19598897 of hoehandeljij@hibin.nl dan gaan we graag live, telefonisch of online in gesprek over jouw kansen op subsidie. Binnen 15 minuten heb je een eerste indicatie hoeveel jullie kunnen terugkrijgen.
De Doorgeefpen – Cock Sierhuis – DGA Floris Bouwcenter
De Circulaire Revolutie: Hibin en Floris Bouwcenter
Leiden de Weg
In de dynamische wereld van bouwtoelevering zijn innovatie en duurzaamheid sleutelbegrippen geworden. Voor de lezers van MIXpro heb ik een inspirerend verhaal over hoe brancheorganisatie Hibin en Floris Bouwcenter de circulaire economie omarmen en transformeren.
Hibin: De Motor Achter Duurzame Innovatie Hibin, de brancheorganisatie voor de bouwmaterialengroothandel, speelt een cruciale rol in de transitie naar een circulaire economie binnen de bouwsector. Met initiatieven zoals het Hibin Opleidingscentrum, waar professionals worden opgeleid in duurzame en circulaire bouwmethoden, streeft Hibin naar een toekomstbestendige bouwindustrie. Een van de belangrijkste pijlers van Hibin is het bevorderen van samenwerking binnen de sector. Door leden te verbinden en kennisuitwisseling te stimuleren, draagt Hibin bij aan het versnellen van duurzame innovaties. Zo worden er regelmatig bijeenkomsten en werkgroepen georganiseerd waar leden de nieuwste trends en technieken bespreken, met een sterke focus op circulaire bouwmaterialen.
Floris Bouwcenter: Voorloper in Circulaire
Stenen
Een mooi voorbeeld van een Hibin-lid dat duurzaamheid hoog in het vaandel heeft staan, is Floris Bouwcenter. Dit familiebedrijf, gevestigd in de Zaanstreek, is al geruime tijd actief bezig met het hergebruik van bouwmaterialen. Een van hun meest opvallende initiatieven is het werken met circulaire stenen onder de noemer Rebrick.
Wat zijn
Circulaire Stenen?
Circulaire stenen zijn bakstenen die worden teruggewonnen uit gesloopte gebouwen en vervolgens opnieuw worden gebruikt in nieuwe bouwprojecten. Dit proces vermindert niet alleen de vraag naar nieuwe grondstoffen, maar bespaart ook energie en reduceert de CO2-uitstoot die gepaard gaat met de productie van nieuwe bakstenen.
Hoe werkt het?
Het proces begint met het zorgvuldig demonteren van gebouwen, waarbij de bakstenen voorzichtig worden verwijderd om schade te voorkomen. Vervolgens worden de stenen schoongemaakt en gesorteerd op kwaliteit. De beste stenen krijgen een tweede leven in nieuwe bouwprojecten, terwijl minder geschikte stenen kunnen worden vermalen en gebruikt als grondstof voor nieuwe bouwmaterialen.
De Voordelen van Circulaire Stenen
Milieuvriendelijk: het hergebruik van stenen voorkomt de winning van nieuwe grondstoffen en vermindert de CO2-uitstoot. Kostenbesparend: circulaire stenen kunnen goedkoper zijn dan nieuwe stenen, vooral als de kosten van afvalverwerking en materiaalwinning in beschouwing worden genomen. Authentieke Esthetiek: hergebruikte stenen geven nieuwe gebouwen een unieke, authentieke uitstraling die moeilijk te repliceren is met nieuwe materialen.
Toekomstperspectief
De samenwerking tussen Hibin en vooruitstrevende bedrijven zoals Floris Bouwcenter toont aan dat de bouwtoelevering klaar is voor een circulaire toekomst. Door innovatie en samenwerking kunnen we niet alleen de milieu-impact van de bouwsector verminderen, maar ook economisch voordeel halen uit duurzame praktijken. Voor de lezers van MIXpro is dit een oproep om na te denken over hoe zij zelf kunnen bijdragen aan deze circulaire revolutie. Of het nu gaat om het implementeren van duurzame bouwmaterialen, het bijwonen van opleidingen van de Hibin of het delen van kennis en ervaringen met collega’s: samen kunnen we een verschil maken. Laten we bouwen aan een duurzame toekomst, steen voor steen.
WEBINAR
EUDR-voorlichting én training met ‘TRACES’ op 20 november 2024
De EUDR-verordening treedt vanaf 30 december 2024 in werking. Direct of indirect heeft deze nieuwe bindende wetgeving impact op je bedrijfsvoering. Denk bijvoorbeeld aan materialen als hout- en plaatmateriaal maar ook rubber. Handelaren moeten aantonen dat de herkomst van de grondstoffen duurzaam en legaal is, inclusief volledige documentatie van elke stap in de productieketen. En het moet traceerbaar zijn. “Maar wat betekent dit nou eigenlijk?”
Dit betekent dat bedrijven die onder de EUDR vallen, moeten kunnen aantonen waar de materialen vandaan komen en hoe ze zijn geproduceerd. Ze moeten gedetailleerde informatie verstrekken over elke stap in de productieketen, van de oorsprong tot de uiteindelijke bestemming, om te bewijzen dat de materialen niet bijdragen aan ontbossing.
Welke informatie is van belang voor de bouwmaterialengroothandel?”
Herkomst Leveranciers
Exacte locatie van de grondstoffenwinning (geolocatie)
Informatie over leveranciers en tussenpersonen
Certificering
Certificeringen zoals FSC kunnen ondersteunen bij bewijzen legale en duurzame herkomst
Productieketen Compliance documenten
Overzicht van elke stap in de keten, inclusief transport
Documenten die EUDR-naleving aantonen
Kortom; handelaren worden verplicht een registratie op te bouwen.
Dit webinar biedt een korte opfrissing van je kennis over de EUDR en geeft je voorlichting en training over het registratieprogramma ‘TRACES’.
Webinar details:
Tijdens dit webinar wordt er voorlichting en training gegeven door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) over de EUDR en het Europese registratieprogramma ‘TRACES’.
Je leert alles over de nieuwe regelgeving en hoe je het TRACES-registratiesysteem kunt gebruiken om te voldoen aan de nieuwe eisen. Dit is eveneens dé kans om je vragen te stellen aan de autoriteiten op dit gebied en praktische kennis op te doen.
Inschrijven
Schrijf je nu alvast in en zorg dat je klaar bent voor de veranderingen die op komst zijn!
WEBINAR: EUDR-voorlichting én training met ‘TRACES’ op 20 november 2024
20 november 2024
Tijd 15.00 - 17.00 uur
Waar Online, via Teams
MAKE IT EASY!
Meester in oplossingen voor gereedschappen in de bouw en straatwerk
Steenknippers
Hijsen en leggen
Egaliseren
Gereedschappen
Hamers
Draad- afzetpennen