3 minute read

OCMW Brussel

Next Article
Apollonia

Apollonia

het museum van het ocmw van brussel te gast

16 We dagen de lezers uit om even bij familie te informeren naar hun kennis van het kunstbezit van het OCMW. De kans is groot dat men niet eens weet dat het OCMW eigenaar is van een belangrijk kunstpatrimonium, laat staan dat men zicht zou hebben op de collecties zelf. Kunstverzamelingen en het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn, het lijkt inderdaad een onwaarschijnlijke combinatie. Door MIEKE PAREZ en AURELIE NOIRHOMME, adjunct-conservator Museum van het OCMW Brussel

Advertisement

1 En toch is dat niet zo: de kunstcollecties van het OCMW zijn doorgaans veel ouder dan de klassieke, door iedereen gekende museumcollecties. Ze zijn historisch gegroeid in caritatieve zorginstellingen in Vlaanderen en Brussel, hebben een grote maatschappelijke relevantie en zijn kunsthistorisch zeer waardevol. De kunstwerken werden niet verzameld voor hun artistieke waarde maar omdat ze deel uitmaakten van de dagelijkse werking in een zorginstelling. Met de professionalisering van de zorg en de overgang van christelijk geïnspireerde liefdadige instellingen naar een door de overheid gefinancierde, wettelijk geregelde organisatie van sociale bijstand voor hulpbehoevenden (sinds 1976 het OCMW) diende er voor dit kunstpatrimonium een andere bestemming te worden gezocht. In het slechtste geval geraakten de collecties verspreid, werden ze in depot opgeslagen en daarna vergeten, of verkocht. In het beste geval kregen ze een museale bestemming in het eigen monument. Zo ging het in het SintJanshospitaal en Onze-Lieve-Vrouw-ter-Potterie waar de collecties worden getoond in hun oorspronkelijke context: een hospitaal waar men uit armoede kwam aankloppen. Het Hospitaalmuseum - de overkoepelende benaming voor beide locaties - is het enige museum dat OCMW-collecties beheert en op landelijk niveau is erkend.

1 detail

2 Retabel van de Geboorte, Brussel, 1470-1530, olieverf op paneel Foto: Museum van het OCMW Brussel

Daarom richtte het museum in 2009 een werkgroep op die zich tot doel stelt het OCMW-erfgoed beter bekend te maken bij het publiek en het tegelijk te beschermen. Verschillende initiatieven zagen sindsdien het licht. Beheerders van OCMW-collecties stelden in een speciaal nummer van Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen hun kunstpatrimonium voor en eind dit jaar wordt een gezamenlijke website verwacht. Het Sint-Janshospitaal nodigt bovendien jaarlijks een beheerder van OCMW-erfgoed uit om zijn collectie met een kunstwerk naar keuze te presenteren. Dit jaar is dat het Museum van het OCMW van Brussel met een Brussels retabel van de Geboorte uit 1470-1530. Het altaarretabel is niet indrukwekkend door zijn afmetingen of extravagante vergulding, maar bekoort door zijn eenvoud en naïviteit. Het versierde waarschijnlijk al in 1829 de kapel van het Sint-Janshospitaal in Brussel. Hoe het kunstwerk daar is gekomen weten we niet en welk parcours het aflegde is ons evenmin bekend. Uit die tijd dateren de predella met een slecht gekozen citaat van Tertullianus, en de polychromie, met gelaatstrekken die weinig verfijnd zijn weergegeven. Die onhandige ingrepen waren mogelijk een aanpassing aan de nieuwe omgeving. Het werk is in uitstekende staat. Het retabel bestaat uit een gebeeldhouwde kist en vier beschilderde luiken. Het stelt taferelen voor uit het leven van Maria en de kindertijd van Jezus. Die traditionele thema’s ontvouwen zich over het volledige kunstwerk.

Het gebeeldhouwde middenstuk in typisch Brusselse stijl en in de vorm van een omgekeerde T, is verdeeld in drie taferelen: de Annunciatie, de Geboorte met bovenaan een stoet der Wijzen, en de Besnijdenis. Ze worden van elkaar gescheiden door architecturale elementen in flamboyante gotiek. Aan de achterzijde van de figuren van de besnijdenis werden met een stempel twee houten hamers aangebracht. De hamer is het Brussels kwaliteitsmerk van het hout. De Brusselse waarmerken van de polychromie met het opschrift ‘BRVESEL’, en van de schrijnwerker, ontbreken. In de centrale nis treffen we de belangrijkste originele elementen aan. Onderaan herkennen we een minuscuul Jezuskind en een man met een hamer. Het aantal ruiters in het bovenste stuk is ongewoon in vergelijking met de traditionele drie Wijzen. Het hoofd boven op een toren met daarachter vestingmuren, zou de vlakbij gelegen stad symboliseren. Vier luiken omringen het middendeel. Bovenaan staan Maria en de Heilige Anna. Links wordt Jezus tussen de Schriftgeleerden afgebeeld, rechts de Opdracht van Maria in de tempel. De schenker van het kunstwerk zit geknield bij de trap. De grisailles op de buitenluiken bovenaan stellen de Synagoge en de Triomferende kerk voor, en onderaan Maria en Johannes de Doper op de Calvarieberg. De gelovigen zagen normaal niet meer dan de grisailles want het retabel werd enkel op belangrijke liturgische feestdagen geopend. Het zien van de gepolychromeerde binnenkant droeg sterk bij tot de fascinatie. Het retabel overleefde de beeldenstorm van 1566. Met zijn originele luiken en gebeeldhouwde groepen is het een mooi voorbeeld van liturgisch en tegelijk artistiek meubilair.

This article is from: