vr 29 mei 2015 serie kamermuziek internationaal Grote Zaal / 20.15 uur
Johannes Moser +Â Andrei Korobeinikov Cellojuwelen
PROGRAMMA
vr 29 mei 2015 serie kamermuziek internationaal Grote Zaal / 20.15-22.00 uur
Johannes Moser + Andrei Korobeinikov
DUUR: ca. 45 minuten voor de pauze ca. 35 minuten na de pauze
Cellojuwelen
Johannes Moser cello Andrei Korobeinikov piano
Tekst toelichting: Kees Arntzen
Claude Debussy (1862-1918) Sonate voor cello en piano in d (1915) I Prologue: Lent, sostenuto e molto risoluto II Sérénade: Modérément animé III Final: Animé, léger et nerveux Witold Lutosławski (1913-1994) Grave, Metamorfoses voor cello en piano (1981) Benjamin Britten (1913-1976) Sonate voor cello en piano in C op. 65 (1960-1961) I Dialogo: Allegro II Scherzo: Pizzicato III Elegia: Lento IV Marcia: Energico V Moto perpetuo: Presto PAUZE Arvo Pärt (1935) Spiegel im Spiegel (1978) voor cello en piano Dmitri Sjostakovitsj (1906-1975) Sonate voor cello en piano in d op. 40 (1934) I Allegro non troppo II Allegro III Largo IV Allegro
TOELICHTING Achter de vriendschap tussen de componisten Benjamin Britten en Dmitri Sjostakovitsj ging een verbindende factor schuil: ‘Slava’, de Russische cellist en latere dirigent Mstislav Rostropovitsj. Er gaat een anekdote dat beide componisten voor het eerst kennis maakten en naast elkaar zaten tijdens een concert in de Londense Royal Festival Hall op 21 september 1960. Het orkest speelde Brittens Young Person’s Guide en van Sjostakovitsj ging het Eerste celloconcert, natuurlijk gespeeld door ‘Slava’. Bij hem beklaagde – aldus het verhaal – zich Sjostakovitsj na afloop van het concert van het feit dat hij flink wat blauwe plekken had opgelopen. ‘Ben je gevallen, Dmitri?’ vroeg Rostropovitsj bezorgd. ‘Nee, maar elke keer als kameraad Britten iets in je spel bewonderde, gaf hij me een stomp in de ribben om mijn aandacht te trekken.’
ervaringen te delen. Na het bovengenoemde concert vroeg ‘Slava’ Britten gelijk om een nieuw werk. Het werd de Cellosonate die vanavond op het programma staat. Het was het eerste van de vijf belangrijke werken die Britten voor Rostropovitsj zou schrijven; er volgden nog drie sonates voor cello solo en de Cellosymfonie. De larderingen bij deze ‘pieces-de-resistance’ komen uit vazalstaten van het Sovjet-rijk. Lutosławski was een van de Poolse componisten die in een relatief vrij artistiek klimaat zijn gang kon gaan. Het festival van de ‘Warschauer Herfst’ stond bijvoorbeeld bekend als een podium waar avant-gardisten uit Oost en West terechtkonden. Moeilijker had de Est Arvo Pärt het in zijn beginjaren als componist, omdat hij – bijvoorbeeld met zijn Credo – een onwelgevallige religieuze boodschap onder de aandacht wilde brengen. Na een paar jaren van niet-componeren, ontwikkelde hij zijn ‘tintinnabulistijl’, die hem grote faam zou brengen. Spiegel im Spiegel is er een vroeg voorbeeld van. Natuurlijk dient de geweldige Cellosonate van Claude Debussy uit 1915 als voorgerecht bij dit appetijtelijke programma.
De cellosonates van Britten en Sjostakovitsj vormen de spil in dit programma met twintigsteeeuwse kamermuziek voor cello en piano. Ze verbinden als een accolade het repertoire van voor en na de Tweede Wereldoorlog. Sjostakovitsj’ werk ontstond in de zomer van 1934. Hij was pas zesentwintig jaar oud, maar stond vlak voor een van de eerste grote crises van zijn leven: Stalin zou zijn eigenlijk zeer succesvolle opera Lady Macbeth van Mtsensk publiekelijk veroordelen en in de ban doen. Anderzijds leidde Brittens openlijk beleden homoseksualiteit in het klimaat van de vroege jaren vijftig ook tot heftige publieke opwinding – in die zin hadden de heren 4
TOELICHTING
Claude Debussy
de solist continu ‘pizzicato’ – dus met de vingers, zonder stok – moet spelen. ‘Pierrot fait fou avec la lune’ zou de oorspronkelijke titel van het werk zijn, een verwijzing naar de toen in zwang zijnde commedia dell’arte figuur van Pierrot, die altijd met gitaar werd afgebeeld. De snelle hoekdelen die de functie hebben van proloog en dans doen desgewenst mee in dit beeld van een maanzieke, schizofrene clown die op zoek is naar houvast in een onrustige wereld. Maar de sonate kan net zo goed beluisterd worden als een abstract stuk muziek, vol onverwachte effecten en abrupte wendingen.
Sonate voor cello en piano In de nadagen van zijn leven legde Claude Debussy zich toe op de kamermuziek. Het majestueuze orkestwerk La Mer en zijn grote opera Pelléas en Melisande waren ontstaan rond de eeuwwisseling in een Frankrijk dat zichzelf enigszins hervonden had na de desastreuze oorlog van 1870. In 1915 echter, toen Debussy begon aan zijn Six Sonates voor verschillende instrumenten, woedde opnieuw een oorlog met de Duitsers. Bovendien werd Debussy geplaagd door een ongeneeslijke ziekte. Van de zes geplande sonates zou hij er slechts met de grootste moeite drie voltooien. Een patriottistisch élan spreekt uit deze werken die hij steevast ondertekende met ‘Claude Debussy, musicien français’. Zoals eerder Ravel, grijpt hij doelbewust terug op de klare vormentaal en de sierlijkheid van de Franse 18e-eeuwse klavecinisten, zoals Rameau en Couperin. ‘Zelfs dertig miljoen moffen kunnen de Franse manier van denken niet kapotmaken’ schijnt hij erbij gezegd te hebben.
Witold Lutosławski
Grave, Metamorfoses voor piano en cello In dit korte, eendelige stuk klinkt de cello aanvankelijk in zijn laagste register. In een voortdurend sneller wordende beweging reikt de cellist hoger en hoger, daarbij vaak begeleid door de piano met motiefjes van niet meer dan twee tot vier tonen. Vaak wisselen de instrumenten hun materiaal uit, zodat het oude principe van ‘Stimmtausch’ uit de vocale muziek weer opgeld doet. Een intelligente dialoog tussen cello en piano is het gevolg met soms lyrische, soms heftige passages. Daarmee heeft dit Grave eigenlijk
In de Serenade, het middendeel van dit driedelige werk knoopt Debussy echter ook bij een andere wereld aan: echo’s van Spaanse gitaarmuziek klinken door in de cellopartij, waar 5
toelichting
de vorm gekregen van een ‘uitgecomponeerd accelerando’ (versnelling) – weliswaar met een verstild slot – dat uiteindelijk geen recht meer doet aan de titel Grave: zwaar, ernstig. Misschien dat de componist om die reden de ondertitel ’Metamorfoses voor cello en piano’ toevoegde. Hij schreef het werk in 1981 en droeg het op aan de Poolse musicoloog Stefan Jarocinski ´ (1912-1980).
Beethoven volgens zijn tijdgenoot Carl Czerny hier de schim uit Shakespeares Hamlet hebben willen oproepen, zodat we via een omweg weer terug zijn in Engeland. Het vierde deel zet de schimmigheid nog even voort in een groteske Mars die op twee toonsoorten hinkt. Mogelijk heeft Britten hier aan de Symphonie Fantastique van Hector Berlioz gedacht, maar dat blijft gissen. Onmiskenbaar komt echter de inspirator van het laatste deel Moto perpetuo uit de noten naar voren. Het is Brittens dan recent tot vriend gemaakte collega Dmitri Sjostakovitsj, wiens ‘handtekening’ met de noten D-Es-C-H (de Duitse benaming voor de noot B) Britten in dit slotdeel wist te verwerken.
Benjamin Britten
Sonate voor cello en piano Al binnen een jaar na het beschreven concert in de Royal Albert Hall kon Mstislav Rostropovich een nieuwe, speciaal voor hem geschreven sonate op komen halen. Hij voerde het voor het eerst uit in de zomer van 1961 in Aldeburgh, waar Britten met zijn vriend Peter Pears na de oorlog een jaarlijks terugkerend zomerfestival in het leven had geroepen.
Arvo Pärt
Spiegel im Spiegel ‘Het is voldoende één noot mooi te spelen’ luidde Pärts opmerkelijke devies toen hij begin jaren tachtig de toenmalige avantgarde wereld versteld deed staan met zijn composities, die zo’n volstrekt ander notenbeeld hadden dan wat men toen gewend was.
Deze cellosonate heeft vijf delen en in elk daarvan lijkt Britten een bepaalde componist eer aan te willen doen, zo schreef de Engelse cellist Julian Lloyd Webber (broer van musicalcomponist Andrew) in het vaktijdschrift de Strad. In Dialogo, het openingsdeel, herkent hij in het tweede thema een referentie aan de door Britten bewonderde Weense componist Alban Berg en in het daaropvolgende, speelse Scherzo de ongedwongen vrolijkheid, die de Hongaar Béla Bartók aan de volksmuziek van de Balkan ontleende. Het midden van de vijfdelige sonate noemde Britten Elegie en hier refereert het prominente tremolo in de piano aan Beethovens Geister-trio. Op zijn beurt zou
‘Eenvoud als kenmerk van het ware’ zou een verklaring kunnen vormen voor de verademing die menigeen ondergaat bij het beluisteren van zijn spiritueel geladen muziek. Met Voor Alina, een kort pianostukje, formuleerde Pärt in 1976 het basisidee voor zijn tintinnabulistijl (‘klokjesstijl’). Wezenlijk daarbij is dat de mineurdrieklank overheerst en dat komt dan weer voort uit de akoestische eigenschappen van de gegoten klok. In alle klokken ter 6
toelichting
wereld – zowel in de orthodoxe kerken van het onmetelijke Rusland – als in de wereldlijke carillons van de Amsterdamse binnenstad, domineert de kleine terts, die het mineurkarakter bepaalt.
de poëet van beklemmende, ijzige muziek: een idioom dat hij in latere werken nog vaak zou hanteren en verfijnen. Het openingsdeel, een eenvoudige sonatine, heeft daar nog niets van weg. Akkoordbrekingen en vloeiende lijnen roepen het beeld op van rustige ‘niets-aande-hand’ muziek. Alleen aan het slot gaat de componist opeens zijn eigen weg: de muziek verlangzaamt opmerkelijk, sterft weg en lijkt niets meer te maken te hebben met het begin, laat staan een reprise te bedoelen. In feite maakt de componist ruim baan voor het tweede deel, een ‘perpetuum mobile’ in jachtige doorgaande beweging, motorisch en bijna industrieel. Na de afstandelijke poëzie van het Largo volgt een uitbundig afsluitend deel, waarin je de klassieke trekken van een vrolijke rondedans zou kunnen ontdekken. Een aanstekelijk terugkerend thema wordt afgelost met episodes die uiterste virtuositeit van beide spelers verlangen.
Met toonladders en drieklanken bouwde Pärt aan een soort muziek, waarvan de afloop procesmatig verloopt en in wezen vastligt en voorspelbaar is. Dat geeft de luisteraar zekerheid en rust en zelfs een glimp van oneindigheid waaraan de titel van dit werk Spiegel im Spiegel refereert: eindeloze reflecties en herhalingen van de ene spiegel in de andere.
Dmitri Sjostakovitsj Sonate voor cello en piano
De zomer van 1934 was roerig voor Dmitri Sjostakovitsj. Hij lag in scheiding met zijn vrouw Nina ten gevolge van een affaire die hij had met een toneelspeelster die betrokken was bij zijn opera Lady Macbeth van Mtsensk. Een jaar later was het stel weer getrouwd en was de affaire vergeten, maar toen had Sjostakovitsj duchtig kennis gemaakt met de harde hand van het Stalin-regime. Kort voordat die bom barstte, pende Sjostakovitsj in weinige weken zijn Eerste cellosonate neer. Al op 25 december van hetzelfde jaar speelde een goede vriend, Viktor Kubatsky, het werk voor het eerst in het openbaar in Moskou. Het werk is vierdelig en alleen het derde deel heeft niet ‘Allegro’ als tempoaanduiding. In dit langzame deel ontpopt Sjostakovitsj zich als 7
BIOGRAFIEËN COMPONISTEN Claude Debussy
De Franse componist Claude Debussy (1862-1918) was een uitstekend pianist en een vernieuwend componist. Hij vond zijn taal en vorm vooral nadat hij tijdens de Wereldtentoonstelling in Parijs in 1889 veel Spaanse muziek en de Javaanse gamelan had gehoord. Hoewel Debussy vanwege zijn suggestieve werk vaak in één
adem genoemd wordt met het impressionisme, waren zijn vroegste inspiratiebronnen vooral de mystieke en mysterieuze literatuur. Met werken als Prélude á l’après midi d’un faune (1894), La Mer (1903-1905), Iberia (1905-1908), de opera Pelléas et Mélisande (1893-1902) en pianowerken als de Préludes (1910-1913) en de Études (1915) was en is hij van blijvende invloed op het westerse componeren.
Witold Lutosławski Witold Lutosławski (1913‑1994) kwam al jong in aanraking met de muziek en kreeg al vroeg pianoen vioolles. Zijn vader, de pianist Jozef Lutosławski, die in het verzet tegen de Russische bezetting van Polen zat en daarom in 1915 werd opgepakt en in 1918 geëxecuteerd, heeft hij echter nauwelijks gekend. 8
Op vijfjarige leeftijd was hij al een handig improvisator en toen hij negen was schreef hij zijn eerste compositie. Na privéstudies vervolgde hij zijn compositieopleiding aan de Chopin Muziekacademie in Warschau. Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog werd Lutosławski als leider van de militaire omroep opgepakt, maar hij wist te vluchten. Later, in 1948, kwam hij in aanraking met het communistische regime en werd zijn Eerste symfonie als te formalistisch (anticommunistisch)
biografie
Benjamin Britten
Op vijfjarige leeftijd kreeg Britten zijn eerste pianolessen en begon hij met componeren. Dankzij een beurs kon hij studeren aan het Royal College of Music in Londen bij John Ireland en Arthur Benjamin. Naast opera schreef Britten ook veel kamermuziek, symfonische werken en koorwerken. Verder is Britten bekend om zijn uitgaven van historische muziek – vooral Henry Purcell kreeg zijn aandacht –, als dirigent van eigen en andermans muziek, en ten slotte als pianistbegeleider, onder andere van de tenor Peter Pears met wie hij een vast duo vormde.
Arvo Pärt
Edward Benjamin Britten (1913-1976) mag gerekend worden tot de leidende componist van zijn generatie.
Sinds de Estse componist Arvo Pärt (1935) in 1980 Estland verliet en zich vestigde in het Westen, groeide hij internationaal uit tot de belangrijkste levende componist van zijn land. Met zijn kenmerkende tintinnabulistijl die hij in de jaren zeventig ontwikkelde maakte hij school en werd hij een voorbeeld voor vele landgenoten. 9
foto: Kaupo Kikkas
beschouwd. Hij weigerde verder compositieopdrachten en verdiende zijn brood vooral met het schrijven van lichte muziek. Ondertussen werkte hij in stilte aan zijn eigen stijl die na de dood van Stalin naar buiten kwam in werken als de Tweede symfonie en Livre pour orchestre. Door zijn combinatie van twaalftoonstechnieken, aleatoriek en tonale elementen werd zijn oeuvre geliefd en groeide hij uit tot een van de belangrijkste Poolse componisten na Chopin.
Hij studeerde aan het Conservatorium van Tallinn en schreef zijn eerste composities onder invloed van onder anderen Béla Bartók en Dmitri Sjostakovitsj. Hij verdiepte zich aanvankelijk in de seriële compositietechniek, maar miste de directe communicatie met het publiek. Na een periode van stilte waarin hij het gregoriaans, de polyfonie van de renaissance en de tradities van de Russisch Orthodoxe Kerk bestudeerde, kwam hij met een heel eigen vorm van sacrale muziek. Zijn stijl werd bekend onder de naam tintinnabuli. Met werken als Fratres en Tabula Rasa die in deze stijl van ‘klingelende belletjes’ geschreven zijn verwierf hij wereldfaam. Sinds hij Estland en de invloed van
biografie
de Sovjet-Unie achter zich liet is religie een belangrijk thema in de werken van Pärt. Hij is mede daarom inmiddels voor de tweede periode van vijf jaar benoemd tot lid van de Pauselijke Raad voor Cultuur.
Dmitri Sjostakovitsj
hij bij Glazoenov en Steinberg, en met zijn Eerste symfonie studeerde hij cum laude af. Het werk werd meteen ook in het Westen bekend en zijn naam was gevestigd. Modernistische werken als de Tweede en Derde symfonie ontstonden in de vroege communistische periode maar met de komst van Stalin kreeg hij verschillende keren aanvaringen met het regime. Na 1956 legde hij zich voornamelijk toe op de kamermuziek.
Dmitri Sjostakovitsj (1906‑1975) werd geboren in St. Petersburg. Als pianist en componist was hij een wonderkind en vanaf zijn zestiende voorzag hij in het onderhoud van zijn familie door piano te spelen in filmhuizen en vaudeville theaters. Aan het conservatorium van zijn geboortestad studeerde 10
biografie
UITVOERENDEN Johannes Moser De Duits-Canadese cellist Johannes Moser (1979) is bekend om zijn open houding met betrekking tot het cellorepertoire. Zo brengt hij graag de mogelijkheden van de elektrische cello onder de aandacht en werpt zich met regelmaat op als pleitbezorger van nieuw geschreven composities. In oktober 2012 gaf Moser met het Los Angeles Philharmonic Orchestra onder leiding van Gustavo Dudamel de wereldpremière van Magnetar, een concert voor elektrische cello van Enrico Chapela. Met hetzelfde orkest speelde hij in 2013/14 Michel van der Aa's celloconcert Up-close. Maar ook het klassieke repertoire schuwt hij allerminst: hij soleerde bij ‘s werelds meest gerenommeerde orkesten als het Berliner Philharmoniker en het Koninklijk Concertgebouworkest en met dirigenten als Riccardo Muti, Valery Gergyev, Pierre Boulez en Mariss Jansons. Johannes Moser speelt ook op
foto: Manfred Esser - Haenssler Classic
Cello
kleinere podia en is een graag geziene gast bij de bekendere kamermuziekfestivals, zoals dat van Gstaad, Kissingen en Delft. Het winnen van het Tsjaikovsky-concours in 2002 betekende het begin van zijn internationale carrière. Hij verwierf al talrijke prijzen voor zijn spel, onder meer de prestigieuze Brahms-prijs die hem samen met zijn broer, de pianist Benjamin Moser, in 2014 ten deel viel.
11
biografie
Andrei Korobeinikov Piano
foto: Irene Zande
Pianist Andrei Korobeinikov (1986) komt uit Moskou. Reeds op negentienjarige leeftijd voltooide hij het conservatorium van die stad met het predicaat ‘musicus van het decennium’, waarna hij zijn studies in Londen vervolgde. Zijn eerste cd wijdde hij aan de pianocomposities van zijn landgenoot Aleksandr Skrjabin en dat leverde hem gelijk een Diapason d’Or op - een van de grote prijzen van de muziekindustrie. Ook zijn meest recente cd is aan deze componist gewijd; thans geldt Korobeinikov als een van de meest vooraanstaande Skrjabinvertolkers.Hij speelde onlangs het Tweede pianoconcert van Rachmaninov met het Berlijnse Konzerthausorchester onder leiding van Iván Fischer en hem wacht een tournee door GrootBritannië met de Dresdner Philharmoniker. Met sterviolist Vadim Repin maakt hij dit sezoen een grote tournee door Canada en Japan.
12
seizoen 2015-2016 serie kamermuziek internationaal
De akoestiek van onze Grote Zaal is bij uitstek geschikt voor kamermuziek: de meest intieme en persoonlijke muziekvorm. Het Muziekgebouw selecteerde voor deze reeks de grote meesterwerken uit het verleden én moderne klassiekers. Van Brahms’ oerromantische Pianokwintet tot Messiaens spirituele Quatuor pour la fin du temps. Internationaal toonaangevende musici als de Nederlandse violiste Simone Lamsma, de Amerikaanse pianist Jonathan Biss en een ensemble rond de Franse pianist Cédric Tiberghien garanderen uitvoeringen op het hoogste niveau. za 24 okt 2015 Simone Lamsma + Robert Kulek Mendelssohn, Schumann en Janác˘ ek
vr 18 mrt 2016 Cédric Tiberghien & friends Fameuze Hongaren
za 14 nov 2015 Quatuor Danel + Alexander Melnikov Weinberg en Chopin
vr 8 apr 2016 Sabine Meyer + Quatuor Modigliani Meesterlijke kwintetten van Mozart en Brahms
do 21 jan 2016 Storioni Trio & friends Sextet van Penderecki
wo 11 mei 2016 Angela Hewitt + Hugo Ticciati e.a. Quatuor pour la fin du temps
za 13 feb 2016 Elias String Quartet + Jonathan Biss Beethoven, Britten en Brahms
13
VERWACHT
Mei
zo 7 jun / 20.30 uur
ma 29 jun / Kleine Zaal / 20.30
Holland Festival
BEAK> The Rest is Noise
Amsterdam Sinfonietta De magie van Blechacz
The Gurdjieff Folk Instruments Ensemble Armenia: Orient and Occident
za 30 mei / 20.15 uur
do 11 + vr 12+ zo 14 jun / 20.30 uur
za 4 + zo 5 jul / 20.30 uur
Collegium Vocale Gent Madrigalen van Gesualdo
Holland Festival
Rundfunckchor Berlin Human Requiem
za 30 mei / 15.00 uur
Juni
Arnoud Noordegraaf, Adrian Hornsby, Ai Weiwei As Big As The Sky
di 2 jun / 20.30 uur
di 16 jun / 20.30 uur
Holland Festival
Holland Festival
Pierre Boulez, Asko|Schönberg, Slagwerk Den Haag Beyond the Score® A Portrait of Pierre Boulez
Guo Wenjing, Frank Scheffer Het Innerlijke Landschap
Juli
za 18 jul / 19.00 uur / Muziekgebouw + zo 19 jul / 20.00 uur / Bimhuis
Viva Brasil Festival 2015 Alceu Valença, Carla Visi + afterparty
September
wo 17 jun / 20.30 uur / Kleine Zaal
Jenny Hval The Rest Is Noise
vr 11 t/m zo 13 sep
Muziekgebouw 10 jaar
do 4 jun / 20.30 uur Holland Festival
do 18 jun / 20.30 uur
vr 11 sep / 20.15 uur
Annie Dorsen Yesterday Tomorrow
Holland Festival
Cappella Amsterdam + Amsterdam Sinfonietta
za 6 jun 12.12 uur tot zo 7 jun 13.12 uur
Sarah Nemtsov, Solistenensemble Kaleidoskop Baroque Revisited
vr 11 sep / 22.45 uur
Bram van Sambeek
Holland Festival
Klangforum Wien, Netzzeit, forum experimentelle architektur urbo kune
za 20 jun 16.30 + 20.30 uur +
Voor het volledige programma zie:
zo 21 jun 16.30 + 20.30 uur
www.muziekgebouw.nl/
Holland Festival
festival/10jaar/
Solistenensemble Kaleidoskop Now I lay me down 14
Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen
Muziekgebouw aan ‘t IJ / foto: Erik van Gurp
MUZIEKGEBOUW AAN ’T IJ Piet Heinkade 1 / 1019 BR Postbus 1122 / 1000 BC Amsterdam Kaartverkoop T 020 788 2000 ma t/m za 12.00 -18.00 uur Kantoor T 020 788 2010 F 020 788 2020 E post@muziekgebouw.nl Zakelijke evenementen T 020 788 2023
Restaurant Zouthaven bevindt zich op de begane grond van het Muziekgebouw. Voor een heerlijke start van uw concertavond. Openingstijden en reserveren www.zouthaven.nl of T 020 788 2090 WORD VRIEND Steun het Muziekgebouw al vanaf € 75 per jaar. Lees meer op : muziekgebouw.nl/steunons
PARTNERS De activiteiten van het Muziekgebouw aan ’t IJ komen tot stand door steun van:
Gelieve te zorgen dat uw mobiele telefoon uit staat tijdens het concert. Camerabeeld- en geluidsopnamen alleen toegestaan met toestemming vooraf.
Mediapartner:
Pauzedrankje (indien inbegrepen) serveren wij op tafels bij de uitgang van de zaal.
Druk binnenwerk:
EARLY BIRD TICKETS Voor jongeren tot 30 jaar, bijna alle concerten € 10. Wees snel: hoe eerder, hoe meer kans. Lees meer op: www.muziekgebouw.nl/earlybirds
Reserveren en openingstijden restaurant Zouthaven: www.zouthaven.nl. Centraal Station (10-15 min lopen) is met tram 26 bereikbaar tot 00.00 uur. Taxicentrale Amsterdam: T 020 677 7777. De Piet Heinparkeergarage onder Muziekgebouw aan ’t IJ is 24 uur per dag open. Informatie + online kaarten bestellen www.muziekgebouw.nl. Ook voor onze nieuwsbrief.