wo 6 apr 2016 serie koren serie cappella amsterdam Grote Zaal / 20.15 uur
Cappella Amsterdam Feesten met Brahms
PROGRAMMA
wo 6 apr 2016 serie koren serie cappella amsterdam Grote Zaal / 20.15-22.00 uur DUUR: ca. 45 minuten voor de pauze ca. 40 minuten na de pauze
Cappella Amsterdam Feesten met Brahms
Daniel Reuss dirigent Philip Mayers piano Ernst Munneke piano
Dit concert wordt live uitgezonden door Omroep MAX op NPO Radio 4.
Johannes Brahms (1833-1897) Drei Motetten op. 110 (1889) Ich aber bin elend Ach, arme Welt du trügest mich Wenn wir in höchsten Nöten sein Intermezzo op. 119 nr. 1 (1893) Fünf Gesänge op. 104 (1886/’88) Nachtwache I Nachtwache II Letztes Glück Verlorene Jugend Im Herbst Schicksalslied op. 54 (1871) versie met piano vierhandig
PAUZE Fest- und Gedenksprüche op. 109 (1888/1889) Unsere Vater hofften auf dir Wenn ein starker Gewappneter Wo ist ein so herrlich Volk Intermezzo op. 117 nr 2 (1893) Uit Quartette op. 112 (1891) 1. Sehnsucht Uit Quartette op. 92 (1884) 3. Abendlied Uit Quartette op. 112 2. Nächtens Warum ist das Licht gegeben op. 74 nr. 1 (1877)
toelichting ‘Op twee derde van het leven is het alleen nog maar de arbeid die prikkelt, verjongt, raakt en bevredigt.’ Geen woorden van Johannes Brahms zelf, maar van een wijze landgenote van hem, de beeldend kunstenares Käthe Kollwitz. Zij schreef dit in haar dagboek toen ze eenmaal de vijftig was gepasseerd. Maar Brahms zou er volmondig mee hebben ingestemd. Werken, het leven tot kunst sublimeren. Niet het nieuwe leven, het leven van nu, de belevenissen van nu, maar het leven van toen. Want eigenlijk is het allemaal voorbij. Vele twijfels: heb ik het goed gedaan; waar dient het allemaal toe; het grote ‘waarom’; stak er een gedachte achter dat leven, was er misschien wél een God? De muziek vandaag is van een oude Brahms. We schrijven eind jaren 1880. Hij loopt op het eind van zijn carrière. Schrijft geen symfonieën meer, en grote kamermuziekwerken evenmin. Maar de man die vooral terugblikt, is verzonken in herfstgevoelens, ís eigenlijk nog helemaal niet zo oud. Ergens halverwege de vijftig… Toch lijkt het er goeddeels op te zitten. Er zal na deze muziek voor koor niet zo heel veel meer uit zijn handen komen.
geboortestad Hamburg en van zijn overleden vriend Robert Schumann. In zijn tijd was Brahms met zijn liefde voor de muziek uit barok en renaissance een buitenbeentje. Bachs Matthäus Passion, tegenwoordig en zeker in deze tijd van het jaar gemeengoed, voerde hij uit toen nauwelijks iemand er oren naar had, evenals Händels Messiah. Op het eerste concert als Musikdirektor van de Gesellschaft der Musikfreunde in Wenen zette hij zelfs stokoude koorliederen als Isaacs Innsbruck, ich muss dich lassen uit 1495 op het programma. Gewaagd; dat hij er het eventuele publiek eerder mee afstootte dan aantrok, deerde hem niet. Op zijn manier kon je hem dus ook ‘progressief’ noemen.
Brahms verdiepte zich liever in de oude grootmeesters
Zijn hoofd stond altijd al meer naar het verleden dan naar de toekomst. Hij was ervan overtuigd dat het einde van de muziek nabij was, had weinig vertrouwen in wat de nieuwlichters nog tot stand zouden brengen. Brahms verdiepte zich liever in de oude grootmeesters Händel en Bach, Gabrieli en Schütz. Verzamelde oude manuscripten, plunderde het archief van zijn
Bij Bach en Schütz, daar – zo vond Brahms – trof je in optima forma de edelste aller componeertechnieken: het contrapunt. Het 4
toelichting
‘stem tegen stem’, waarbij elke partij even belangrijk is, het principe van de canon maar dan nog wat complexer. Meerstemmigheid in zijn grootste vorm. Als het even kan zelfs dubbelkorig: acht onafhankelijke stemmen! Trots als een pauw was hij, toen hij zijn vriendin Clara Schumann na uitgebreide studie kon schrijven dat de techniek van het contrapunt voor hem geen geheimen meer bevatte.
alleen te vergelijken met die van Anton Bruckner; maar zoals deze katholiek en buitengewoon vroom was, bekeek de agnost Brahms het geloof van buitenaf. Zijn biograaf Malcolm MacDonald formuleerde het zó: ‘[De koorwerken] waren niet zo zeer persoonlijke daden van geloof, maar meer aangrijpende symbolen van zijn bewondering voor de spiritualiteit van Bach en Schütz, waarnaar zijn hart uitging, ook al weigerde zijn verstand deze spiritualiteit te accepteren.’
Maar je kunt als groot kunstenaar niet alleen maar iemand van vroeger zijn. Je past in je tijd, hoe dan ook. En zo voegen zich ook deze koorliederen in een tijdsbeeld. In de negentiende eeuw kwam het zingen a capella (zonder instrumentale begeleiding) in de mode. De voornaamste entourage van muziek was niet langer het hof maar de stad; een ontwikkeling van hofcultuur naar bourgeoiscultuur. De burger verhief zijn (zingende) stem en in stad en dorp schoten de plaatselijke koren uit de grond. Schumann en Mendelssohn schreven al voor deze ‘markt’, Brahms volgde en plaatste er de kroon op.
Het was de grote wens van dirigent Daniel Reuss, die bij Cappella Amsterdam zijn 25-jarig jubileum viert, deze weinig uitgevoerde muziek van Brahms op het concertpodium te brengen. De Brahms-cd van Reuss en de zijnen werd zeer lovend ontvangen. Het domein van Brahms’ late koormuziek wordt uitgebreid met twee zeer imposante werken uit een vroegere scheppingsperiode: het dramatische Schicksalslied plus het grote motet Warum ist das Licht gegeben, een van Brahms’ meest indrukwekkende composities dat zijn late werk al aankondigt. Twee korte pianostukken uit Brahms’ allerlaatste jaren zijn bij wijze van intermezzi ingelast. Hun sfeer komt overeen met de melancholieke koorwerken: Brahms noemde ze eens ‘Wiegeliederen van mijn smart’.
Brahms’ late koorwerken zeggen ook iets over hoe de componist in religieus opzicht in het leven stond. Voor zijn teksten grijpt hij regelmatig naar de Bijbel. En dat terwijl hij niet gelovig was. De belangrijke positie van Brahms’ koormuziek valt 5
toelichting
Drei Motetten op. 110
dat met zijn daden liefst weer verhullen; toen hij deze droeve motetten opstuurde naar vrienden verpakte hij ze in de bladen van vrolijke Weense dansmuziek.
Deze drie motetten zijn meteen Brahms op zijn meest compromisloos. Geschreven in 1889, was het waarschijnlijk zijn laatste koormuziek. Zeer persoonlijke teksten die de vraag stellen naar het feilbare van de mens en het vertrouwen in God.
Fünf Gesänge op. 104 Verloren jeugd, de zomer die ten einde loopt, de sterfelijkheid van de mens: ook hier is Brahms geen lachebekje. Vier van de vijf liederen zijn in mineur, terwijl het Es majeur van Nachtwache II niet het vrolijkste majeur is.
De sfeer is somber, donker, persoonlijk, intiem maar tegelijk pakt de componist in de hoekdelen groots uit. De motetten zijn voor dubbelkoor. Brahms keek deze kunst af van de zestiendeeeuwse Giovanni Gabrieli die in de bijzondere architectuur van de Venetiaanse San Marco meerdere koren ruimtelijk opstelde. Ich aber bin elend gebruikt teksten uit het Bijbelboek Exodus en Psalm 69; Wenn wir in höchsten Nöten sein een zestiende-eeuwse tekst van Paul Eber. Interessant is dat de bekende zetting die Bach maakte van laatstgenoemde tekst in C majeur staat, die van Brahms juist in donker, chromatisch c mineur. Het middendeel Ach, arme Welt du trügest mich is ‘slechts’ vierstemmig en ook in andere opzichten eenvoudiger: hymneachtig, homofoon (gelijkbewegende stemmen). Brahms lijkt met de walsachtige 6/4 maat zelfs even te refereren aan zijn eigen lichtvoetige Liebesliederwalzer. Brahms gaf in zijn muziek veel van zichzelf maar mocht
In Nachtwache I klinkt het breekbare hart dat ontwaakte door de adem der liefde. Zesstemmig klinkt in Nachtwache II de hoorn van de nachtwaker (‘Ruhn sie?’) die oproept de lichten te doven en te vertrouwen op de omhullende nacht. In Letztes Glück beelden verschuivende akkoorden het zuchten van de herfstwind uit; de winter komt eraan en zachtjes hoopt het vallende dode blad zich op. Na een vluchtig visioen van de lente (majeur) tenslotte het droevige beeld van ‘de laatste wilde roos.’ Meest levendig is Verlorene Jugend, misschien vanwege de folkloristische tekst van een anonieme Boheemse dichter. Uitgesproken somber is dan het slotlied, Im Herbst. Plotseling, in het derde couplet, gaan de stemmen omhoog, wordt de dynamiek luider: de 6
toelichting
traan in het oog van een oude man die weet dat het er binnenkort voor hem opzit. Maar dat is ook een zegen, en het eindigt in majeur.
was voor hem absoluut beter geweest wanneer dat ontbrekende de hoofdzaak was geweest.’ Misschien doelt hij op het feit dat Hölderlin krankzinnig werd? Het Schicksalslied is oorspronkelijk geschreven met orkestbegeleiding. De versie met piano vierhandig werd gemaakt door de componist Karsten Gundermann. Dirigent Daniel Reuss zegt hierover: ‘De puurheid van zo’n pianoklank bevalt mij eigenlijk wel. In de snelle passage Doch uns ist gegeben, auf keiner Stätte zu ruhn werkt de energie van de pianobewerking juist heel goed. Met een orkest is de motoriek minder expliciet.’
Schicksalslied Een kleine twintig jaar terug in de tijd. Het is 1871, Brahms is nog geen veertig maar ook dan al tobbende over geloofszaken. De goddelijke wereld – hij heeft eerder de polytheïstische Oudheid dan het moderne Christendom in gedachten – was een betere wereld. Daar bevond zich het geluk. De mens is van de goden gescheiden en dus niet gelukkig.
Fest- und Gedenksprüche
Van een hele reeks orkestliederen met dit thema is het Schicksalslied op tekst van Friedrich Hölderlin het bekendst. In het eerste deel verlangt de mensheid naar de probleemloze wereld van de goden die leven in louter licht, waarna in het tweede deel de stemming drastisch omslaat: ‘De mensen storten (...) naar beneden in het ongewisse... hen is geen enkele heilige plaats gegeven.’ Toch lijkt het dit keer of de treurnis zelfs Brahms te veel werd: Hölderlins tekst geeft geen aanleiding maar het lied besluit met een, pas later toegevoegde, troostende, verzoenende coda in majeur waarover Brahms eens parmantig zei: ‘Ik zeg zelfs nog iets wat de dichter niet zegt. En het
Ereburger: een eer die Brahms zich graag liet welgevallen. Zeker omdat het Hamburg betrof, zijn geboortestad waar ze nooit veel belangstelling voor hem hadden gehad en ze hem – het was in de tijd van het Schicksalslied – zonder slag of stoot voor altijd naar Wenen hadden laten vertrekken. ‘Die onderscheiding is zeldzaam. Ik ben nummer 13. De eersten waren Blüchner en Tennenborn, de laatsten Bismarck en Noltke,’ aldus Brahms, tevreden en weer verzoend met waar zijn oorsprong lag. Hij beloonde Hamburg 7
toelichting
met muziek, met de Fest- und Gedenksprüche. Ze zijn een tikje patriottisch. 1888, hun jaar van ontstaan, was voor de Duitse troon een bewogen tijd. In dit ‘Dreikaiserjahr’ stierf de negentigjarige keizer Wilhelm, werd opgevolgd door zijn ziekelijke zoon Friedrich III en vervolgens door de jonge Wilhelm II. Brahms proclameerde controle, beteugeling van de emoties, respect voor de traditie en protestantse deugden in oude stijl, ‘met glorieuze Bijbelse teksten.’ Zijn ‘spreuken’ waren niet alleen bedoeld voor bij zijn eigen benoeming maar ook voor nationale Duitse feesten herdenkingsdagen.
onevenwichtige maatsoort, 5/4, uniek binnen zijn oeuvre. Pas het gebroken slotakkoord in majeur brengt de dageraad voor de woelende. Tussen deze twee liederen klinkt het Abendlied uit op. 92; hier wordt juist het helende vermogen van de slaap weergegeven.
Warum ist das Licht gegeben Zoals we aan het cadeaupapier van op. 110 zagen, had somberman Brahms ook beslist gevoel voor humor. Nu ook weer: ‘Kleine verhandeling van het grote Waarom’ noemde hij Warum ist das Licht gegeben uit 1878, toch zeker zijn grootste motet en een werk waarop hij bijzonder trots was. ‘Misschien dat ik hierin beter predik dan met mijn eigen woorden,’ zei hij.
Quartette op. 112 en 92 Tegenwoordig is het een vergeten genre maar voor Brahms had het meerstemmige lied met pianobegeleiding zeker geen lagere status dan het sololied. In zijn vocale kwartetten op. 112 laat hij zich andermaal van een persoonlijke kant zien.
Net zoals bij Brahms’ Ein deutsches Requiem bestaat de tekst helemaal uit teksten uit het Oude en het Nieuwe Testament: klaagliederen van Job en Jeremias en briefpassages van de apostel Jacobus. Grote vragen komen aan de orde, zoals naar de rechtvaardiging van het bestaan van God. Zeer indrukwekkend is het steeds terugkerende homofone ‘Warum’, met dan canonisch daarop volgend: ‘Waarom werd de vermoeiden van ziel het licht geschonken.’
Sehnsucht is een korte maar bittere beschouwing over hoe onze verlangens onbevredigd blijven terwijl het leven in eenzaamheid voorbijgaat. In Nächtens wordt de dichter tijdens zijn onrustige slaap gekweld door sombere herinneringen. Brahms koos een merkwaardige, misschien 8
toelichting
Voor het slotkoraal gebruikt Brahms een koraalmelodie van Luther. Maar ook de eerste twee delen baseren zich op ouder materiaal, en wel van Brahms zelf: de onvoltooide Missa canonica, een van zijn vroegste religieuze werken van een kleine twee decennia eerder. En zo lijkt dit grandioze motet waarvan de vorm correspondeert met die van de gebruikelijke mis, tegemoet te komen aan een lang gekoesterde wens van Brahms: het componeren van een nietreligieuze maar persoonlijke mis. Tekst toelichting: Stephen Westra
9
liedteksten Johannes Brahms Drei Motetten, op. 110 Ich aber bin Elend Ich aber bin Elend, und mir ist wehe; Herr, Herr Gott, barmherzig und gnädig und geduldig und von großer Gnade und Treue, der Du beweisest Gnade in tausend Glied, und vergibst Missetat, Übertretung und Sünde, und vor welchem niemand unschuldig ist. Gott, Deine Hilfe schütze mich.
Ik ben uitgeput Ik ben uitgeput, en voel me ongelukkig. Heer, Here God, barmhartig en goedertieren en geduldig en vol van genade en trouw, die duizenden geslachten zijn goedheid heeft getoond, en misdaad, overtreding en zonde vergeeft, en voor wie niemand onschuldig is. God, moge uw hulp mij beschermen.
Ach, arme Welt, du trügest mich Ach, arme Welt, du trügest mich, Ja, das bekenn ich eigentlich, Und kann dich doch nicht meiden.
Ach, arme wereld, je bedriegt me, Ach, arme wereld, je bedriegt me, Ja, dat is me nu wel duidelijk, En toch kan ik niet zonder je.
Du falsche Welt, du bist nicht wahr, Dein Schein vergeht, das weiss ich zwar, Met Weh und großem Leiden.
Jij boosaardige wereld, je bent onecht, Je glans vergaat, dat is me gezegd, Met smart en heel groot lijden.
Dein Ehr, dein Gut, du armer Welt, Im Tod, in rechten Nöten fehlt, Dein Schatz ist eitel falsches Geld, Dess hielf mir, Herr, zum Frieden.
Arme wereld, jouw eer, jouw bezit Is in de dood, als het er op aan komt, nergens, Je schat is enkel valse munt, Moge daarom U, Heer, mij helpen de rust te vinden. 10
liedteksten
Wenn wir in höchsten Nöten sein Wenn wir in höchsten Nöten sein Und wissen nicht, wo aus und ein Und finden weder Hülf noch Rat, Ob wir gleich sorgen früh und spat,
Als de nood het hoogst is Als de nood het hoogst is En we niet meer weten wat te doen En hulp noch raad kunnen vinden, Ofschoon we er overal en altijd naar zoeken,
So ist das unser Trost allein, Daß wir zusammen ingemein Dich rufen an, o treuer Gott, Um Rettung aus der Angst und Not.
Dan is onze laatste troost, Dat we samen, bij herhaling, U aanroepen, o trouwe God, Om redding uit de angst en de nood.
Sieh nicht an unser Sünden groß, Sprich uns derselb‘n aus Gnaden los; Steh uns in unserm Elend bei, Mach uns von aller Trübsal frei;
Kijk niet naar onze grote zonden, Vergeef ons uit genade; Sta ons bij in onze ellende, Bevrijd ons van alle bezoekingen;
Auf daß von Herzen können wir Nachmals mit Freuden danken dir, Gehorsam sein nach deinem Wort, Dich allzeit preisen hier und dort.
Opdat we later vanuit ons hart U met vreugde kunnen danken, Gehoorzaam zijn aan Uw woord, En U loven, altijd en overal. vertaling: Job Boswinkel
11
liedteksten
Fünf Gesänge op.104 Nachtwache I
Nachtwake I
Tekst: Friedrich Rückert (1788-1866)
Leise Töne der Brust, geweckt vom Odem der Liebe, Hauchet zitternd hinaus, ob sich euch öffnet ein Ohr, Öffn‘ ein liebendes Herz, und wenn sich keines euch öffnet, Trag› ein Nachtwind euch seufzend in meines zurück!
Zachte tonen uit de borst, opgewekt door de adem der liefde, wasem sidderend naar buiten, of zich u een oor opent, Zich een liefhebbend hart opent, en als er geen zich opent, drage een nachtwind u zuchtend in het mijne terug!
Nachtwache II
Nachtwake II
Tekst: Friedrich Rückert (1788-1866)
Ruh‘n sie? rufet das Horn des Wächters drüben aus Westen, Und aus Osten das Horn rufet entgegen: Sie ruh‘n! Hörst du, zagendes Herz, die flüsternden Stimmen der Engel? Lösche die Lampe getrost, hülle in Frieden dich ein.
Alles rustig? roept de hoorn van de wacht daar in het westen, en uit het oosten roept de hoorn terug: Alles rustig! Hoor je, angstig hart, de fluisterende stemmen van de engelen? Doof de lamp gerust, hul je in vrede.
Letztes Glück
Laatste geluk
Tekst: Max Kalbeck (1850-1921)
Leblos gleitet Blatt um Blatt Still und traurig von den Bäumen; Seines Hoffens nimmer satt, Lebt das Herz in Frühlingsträumen. Noch verweilt ein Sonnenblick Bei den späten Hagerosen, Wie bei einem letzten Glück, Einem süßen, hoffnungslosen.
Levenloos glijdt blad na blad stil en treurig van de bomen, Nimmer verzadigd van de hoop leeft het hart in lentedromen. Nog valt een zonnestraal op de late rozenstruiken, Zoals op een laatste geluk, zoet maar hopeloos. 12
liedteksten
Verlorene Jugend
Verloren jeugd
Tekst: Josef Wenzig (1807-1876)
Brausten alle Berge, Sauste rings der Wald, Meine jungen Tage, Wo sind sie so bald? Jugend, teure Jugend, Flohest mir dahin; O du holde Jugend, Achtlos war mein Sinn! Ich verlor dich leider, Wie wenn einen Stein Jemand von sich schleudert In die Flut hinein. Wendet sich der Stein auch Um in tiefer Flut, Weiss ich, dass die Jugend Doch kein Gleiches thut.
Bruisten alle bergen, ruiste ‘t woud rondom, de dagen van mijn jeugd, waar zijn ze zo snel gebleven? Jeugd, dierbare jeugd, Vlood mij heen, o jij bekoorlijke jeugd, en ik merkte ‘t niet. Ik verloor je helaas, zoals wanneer iemand een steen van zich werpt in de stroom. Ook al keert de steen zich om in de stroom, ik weet dat de jeugd zoiets niet doet.
13
liedteksten
Im Herbst
In de herfst
Tekst: Klaus Groth (1819-1899)
Ernst ist der Herbst. Und wenn die Blätter fallen, sinkt auch das Herz zu trübem Weh herab. Still ist die Flur, und nach dem Süden wallen die Sänger, stumm, wie nach dem Grab. Bleich ist der Tag, und blasse Nebel schleiern die Sonne wie die Herzen, ein. Früh kommt die Nacht: denn alle Kräfte feiern, und tief verschlossen ruht das Sein. Sanft wird der Mensch. Er sieht die Sonne sinken, er ahnt des Lebens wie des Jahres Schluß. Feucht wird das Aug‘, doch in der Träne Blinken, entströmt des Herzens seligster Erguß.
Ernstig is de herfst. En als de blaren vallen, zakt ook het hart weg in droeve pijn. Stil is het veld, En naar het zuiden trekken de zangers stil, als naar het graf. Bleek is de dag, en vale nevelen omsluieren de zon net als de harten. Vroeg komt de nacht want alle krachten sparen, en diep besloten rust het zijn. Week wordt de mens. Hij ziet de zon ondergaan, hij vermoedt het eind van het jaar, als van het leven. Vochtig wordt het oog, maar in het blinken van de tranen stroomt uit het hart de diepste ontboezeming. Vertaling: Rein de Vries
14
liedteksten
Schicksalslied
Noodlotslied
Tekst: Friedrich Hölderlin (1770-1843)
Ihr wandelt droben im Licht Auf weichem Boden, selige Genien! Glänzende Götterlüfte Rühren Euch leicht, Wie die Finger der Künstlerin Heilige Saiten.
Gij wandelt boven in het licht Op zachte bodem, zalige Geesten! Glansvolle Godesluchten Beroeren U licht, Zoals de vingers van der kunstenares Heilige snaren.
Schicksallos, wie der schlafende Säugling, atmen die Himmlischen; Keusch bewahrt In bescheidner Knospe Blühet ewig Ihnen der Geist, Und die seligen Augen Blicken in stiller, Ewiger Klarheit.
Kommerloos, als de slapende Zuigeling, ademen de hemelbewoners; Kuis geborgen In bescheiden knop Bloeit eeuwig Hun geest, En hun zalige ogen Beschouwen met verstilde, Eeuwige helderheid.
Doch uns ist gegeben Auf keiner Stätte zu ruhn; Es schwinden, es fallen Die leidenden Menschen Blindlings von einer Stunde zur andern, Wie Wasser von Klippe Zu Klippe geworfen, Jahrlang ins Ungewisse hinab.
Ons echter is het gegeven Op geen enkele plaats te rusten; Ze kwijnt, ze valt De lijdende mensheid Blindelings van het ene Moment in het andere, Als golven van klip Tot klip geworpen, Jarenlang in onzekerheid omlaag. Vertaling: Rein de Vries
15
liedteksten
Fest- und Gedenksprüche op 109 Unsere Väter hofften auf dich Unsere Väter hofften auf dich; und da sie hofften, halfst du ihnen aus. Zu dir schrieen sie und wurden errettet, sie hofften auf dich und wurden nicht zu Schanden. Der Herr wird seinem Volk Kraft geben, der Herr wird sein Volk segnen mit Frieden.
Op u hebben onze ouders vertrouwd; Op u hebben onze ouders vertrouwd; Zij hebben vertrouwd en u verloste hen. Tot u geroepen en zij ontkwamen, Op u vertrouwd en zij werden niet beschaamd.
Wenn ein starker Gewappneter Wenn ein starker Gewappneter seinen Palast bewahret, so bleibet das Seine mit Frieden. Aber: ein jeglich Reich, so es mit ihm selbst uneins wird, das wird wüste; und ein Haus fället über das andere. Wenn ein starker Gewappneter seinen Palast bewahret, so bleibet das Seine mit Frieden.
Wanneer een sterk, goed bewapend man Wanneer een sterk, goed bewapend man zijn domein bewaakt, dan zijn zijn bezittingen veilig. Maar: elk rijk dat innerlijk verdeeld is
Wo ist ein so herrlich Volk Wo ist ein so herrlich Volk, zu dem Götter also nahe sich tun als der Herr, unser Gott, so oft wir ihn anrufen.
Welk volk Want welk volk, hoe groot ook, heeft goden zo dichtbij als wij de Heer, onze God, telkens als wij hem om hulp roepen? Wees gewaarschuwd en neem u zorgvuldig in acht, zodat u nooit vergeet wat u met eigen ogen hebt gezien,
De Heer zal zijn volk kracht geven, De Heer zal zijn volk met vrede zegenen.
wordt verwoest, en huis na huis stort in. Wanneer een sterk, goed bewapend man zijn domein bewaakt, dan zijn zijn bezittingen veilig.
Hüte dich nur und bewahre deine Seele wohl, dass du nicht vergessest der Geschichten, die deine Augen gesehen haben, und dass sie nicht aus deinem Herzen komme alle dein Leben lang. Und sollt deinen Kindern und Kindeskindern kund tun. Amen.
maar de herinnering daaraan levendig houdt en alles aan uw kinderen en kleinkinderen doorvertelt. Amen. Vertaling: De Nieuwe Bijbel
16
liedteksten
Quartette op. 112 nr. 1 Sehnsucht Es rinnen die Wasser Tag und Nacht, Deine Sehnsucht wacht. Du gedenkest der vergangenen Zeit, Die liegt so weit. Du siehst hinaus in den Morgenschein Und bist allein. Es rinnen die Wasser Tag und Nacht, Deine Sehnsucht wacht.
Verlangen Het water, het kabbelt dag en nacht, Jouw verlangen wacht. Je moet denken aan de vroegere tijd, Zo lang al kwijt! Je kijkt uit ‘t raam waar het licht verscheen En bent alleen. Het water, het kabbelt dag en nacht, Jouw verlangen wacht.
Quartette op. 92 nr.3 Abendlied Friedlich bekämpfen Nacht sich und Tag. Wie das zu dämpfen, Wie das zu lösen vermag!
Avondlied Vreedzaam aan ‘t vechten Zijn dag en nacht. Hoe ‘t te beslechten, Wie dat te dempen heeft kracht?
Der mich bedrückte, Schläfst du schon, Schmerz? Was mich beglückte Sage, was war‘s doch, mein Herz?
Die mij bedrukte, Slaap jij al, smart? Wat mij verrukte, Zeg me, wat was ‘t toch, mijn hart?
Freude wie Kummer, Fühl‘ ich, zerrann, Aber den Schlummer Führten sie leise heran.
Vreugde en zorgen Voeld’ ik vergaan, Echter de sluimer Voerden zij stilletjes aan.
Und im Entschweben, Immer empor, Kommt mir das Leben Ganz, wie ein Schlummerlied vor.
En in ‘t wegzweven, Hoger aldoor, Komt mij het leven Echt als een slaapliedje voor.
17
liedteksten
Quartette op. 112 nr. 2 Nächtens Nächtens wachen auf die irren, Lügenmächt‘gen Spukgestalten, Welche deinen Sinn verwirren.
In de nacht ‘s Nachts gaan vreemde wezens darren, Heel arglist’ge spookgestalten, Die je geest en zin verwarren.
Nächtens ist im Blumengarten Reif gefallen, daß vergebens Du der Blumen würdest warten.
In de nacht is rijp gevallen In het tuintje; daardoor bloeien Straks de bloemen geen van alle.
Nächtens haben Gram und Sorgen In dein Herz sich eingenistet, Und auf Tränen blickt der Morgen.
In de nacht zijn leed en zorgen In je hart zich stil gaan nest’len, En je tranen ziet de morgen. Vertaling: www.lieder.net
18
liedteksten
Warum ist das Licht gegeben dem Muhseligen? op. 74 nr. 1
Waarom geeft Hij rampspoedigen het licht
Warum ist das Licht gegeben dem Mühseligen und das Leben den betrübten Herzen? Die des Todes warten, und kommt nicht, und grüben ihn wohl aus dem Verborgenen;
Waarom geeft Hij rampspoedigen het licht, en het leven aan hen die bitter bedroefd zijn? Zij wachten op den dood, en hij komt niet, zij graven er naar, meer dan naar verborgen schatten, zij zouden zich verheugen tot jubelens toe, blijde zijn, wanneer zij het graf gevonden hadden. (Waarom geeft Hij het licht) aan een man wiens weg verborgen is, wien God elken weg heeft afgesneden?
die sich fast freuen und sind fröhlich, daß sie das Grab bekommen. Und dem Manne, deß Weg verborgen ist, und Gott vor ihm denselben bedecket?
Lasset uns unser Herz samt den Händen aufheben zu Gott im Himmel.
Laten wij met de handen ons hart opheffen tot God in de hemel.
Siehe, wir preisen selig, die erduldet haben. Die Geduld Hiobs habt ihr gehöret, und das Ende des Herrn habt ihr gesehen; denn der Herr ist barmherzig und ein Erbarmer!
Zie, wij prijzen hen zalig, die volhard hebben; gij hebt van de volharding van Job gehoord en gij hebt uit het einde, dat de Heere deed volgen, gezien, dat de Here rijk is aan barmhartigheid en ontferming.
Mit Fried und Freud ich fahr dahin, in Gottes Willen, getrost ist mir mein Herz und Sinn, sanft und stille. Wie Gott mir verheißen hat, der Tod ist mir Schlaf worden.
Met vrede en vreugde ga ik heen naar Gods wil mijn hart en zinnen zijn getroost, zacht en stil. Zoals God beloofd heeft, is de dood mij slaap geworden
19
BIOGRAFIEËN COMPONIST Johannes Brahms De Duitse componist, dirigent, organist en pianist Johannes Brahms (1833-1897) begon zijn leven in een arme buurt van Hamburg. Zijn muzikale kwaliteiten werden al snel onderkend door zijn vader die freelance-musicus was. Hij ontwikkelde zich tot een begenadigd pianist en een hartstochtelijk verzamelaar van volksmuziek. Op zijn twintigste werd hij als componist ontdekt door het echtpaar Robert en Clara Schumann dat hem omarmde als de nieuwe stem van Duitsland. Hij schreef een omvangrijk oeuvre bijeen met vier symfonieën, twee pianoconcerten een vioolconcert, koorwerken, liederen, kamermuziek en werk voor piano solo. Met zijn hang naar de muziek van onder anderen Beethoven en
Bach werd hij beschouwd als een conservatief componist en een tegenpool van de ‘nieuwlichters’ Liszt en Wagner.
20
biografieën
UITVOERENDEN
Berlin en Cappella Amsterdam. Hij was muziekdirecteur van het Berliner Kammeroper, Kammeroper Schloss Rheinsberg, Konzerthaus Berlin en Schwetzinger Festspiele.
Philip Mayers
foto: Dagmar Morath
Piano
Ernst Munneke Piano
Pianist Ernst Munneke maakt als repetitor deel uit van de muzikale staf van De Nederlandse Opera en heeft daarnaast een intensieve concertpraktijk als liedbegeleider en kamermusicus.
De Australiër Philip Mayers is een veelzijdig musicus, die vaak gevraagd wordt voor kamermuziek, begeleiding van concerten, stemcoach, componist, arrangeur en pianist.
Munneke werkte met vele zangers en instrumentalisten, waaronder Tania Kross, Thomas Oliemans, Marcel Beekman, Claron McFadden, José Scholte, Martijn Sanders en Mattijs van de Woerd. Sinds 2007 maakt hij deel uit van het Rietveld Ensemble met violiste Elisabeth Perry, klarinettiste Nancy Braithwaite en cellist Matthias Naegele.
Als pianist wordt hij met name gevraagd voor hedendaags repertoire, waarbij hij betrokken is geweest bij de premières van meer dan honderd nieuwe werken. Zijn focus ligt op koormuziek, met vele concerten en prijswinnende cd-opnames met onder andere RIASKammerchor, Rundfunkchor 21
biografieën
foto: Marco Borggreve
Daniel Reuss
Als ‘overtuigd niet-specialist’ dirigeert Daniel Reuss repertoire dat vele stijlen bestrijkt, van rond het jaar 1200 tot de meest actuele muziek. Sinds 1990 is hij artistiek leider en chefdirigent van Cappella Amsterdam, dat de afgelopen jaren is uitgegroeid tot een vooraanstaand kamerkoor in Europa. Daniel Reuss (1961) studeerde koordirectie aan het Rotterdams Conservatorium bij Barend Schuurman. In 1990 volgde hij Jan Boeke op als artistiek leider en chef-dirigent van Cappella Amsterdam. Van 2003 tot 2006 was Reuss eveneens chef-dirigent van het
RIAS Kammerchor in Berlijn. Onder zijn leiding bracht dit koor cd’s uit met werken van Martin, Händel en Stravinsky, die onderscheiden werden met diverse belangrijke Europese prijzen. Van 2008 tot medio 2013 was hij tevens chef-dirigent van het Ests Philharmonisch Kamerkoor, waarbij hij als gastdirigent betrokken blijft. Dit koor uit Tallinn en Cappella Amsterdam bracht hij samen op een cd met Golgotha van Frank Martin, een uitgave die in 2011 voor een Grammy Award werd genomineerd. Daniel Reuss werkt geregeld met vooraanstaande ensembles en orkesten in heel Europa, zoals de Akademie für Alte Musik Berlin, musikFabrik, Vocal Consort Berlin en het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Met Collegium Vocale Gent en Pieter Wispelwey nam hij de cd The Canticle of the Sun op, met onder meer de gelijknamige compositie van Sofia Goebaidoelina. Op uitnodiging van Pierre Boulez was Daniel Reuss in 2006 als docent en dirigent te gast bij de Lucerne Festival Academy in Zwitserland. De cd Janá cek ˇ - Choral Works, die Daniel Reuss met Cappella 22
Amsterdam heeft uitgebracht, verscheen op de ‘Bestenliste’ van de Preis der Deutschen Schallplattenkritik, kreeg een Diapason d’Or, Choc de Classica en werd onderscheiden met een Edison Klassiek 2013. In 2014 verschenen bij harmonia mundi twee cd’s: Stabat Mater van Francis Poulenc (maart) en Warum ist das Licht gegeben dem Mühseligen? met bijzondere koorwerken van Johannes Brahms (september). In het najaar van 2016 komt een cd uit met delen van de Kanon Pokajanen van Arvo Pärt.
Cappella Amsterdam Met een rijkdom aan stemkleuren bereikt kamerkoor Cappella Amsterdam zijn specifieke homogene klank. Sinds 1990 staat het koor onder artistieke leiding van chef-dirigent Daniel Reuss. Vanaf de oprichting in 1970 door Jan Boeke vormt de liefde voor muziek de leidraad voor Cappella Amsterdam. Om elke compositie te laten spreken, heeft het koor zich zowel op moderne als op oude, authentieke
foto: Marco Borggreve
biografieën
zangtechnieken toegelegd. De nadruk in het repertoire ligt op die twee uitersten: oude meesters en moderne muziek. Speciale aandacht schenkt het koor aan werken van Nederlandse componisten, van Sweelinck tot Andriessen en Ton de Leeuw, en werkt samen met Nederlandse en internationale topensembles en -orkesten, zoals het Orkest van de Achttiende Eeuw en Asko|Schönberg. Bij harmonia mundi verschijnen vrijwel jaarlijks cd’s van het kamerkoor. De cd met koorwerken van Leoš Janá cek ˇ (2012) is bekroond met de Edison Klassiek 2013. In 2014 zijn twee cd’s uitgebracht. De eerste cd, Stabat Mater van Francis Poulenc, ontving
de Choc de l’Année 2014; de tweede, Warum ist das Licht gegeben dem Mühseligen? met bijzondere koorwerken van Johannes Brahms, heeft in 2015 de Preis der deutchen Schallplattenkritik gekregen. www.cappellaamsterdam.nl
Sopranen Andrea van Beek Katharine Dain Lucie Chartin Marijke van der Harst Maria Köpcke Margreet Rietveld Marjo van Someren Rachel Thompson Alten Marine Fribourg Sabine van der Heijden Luise Kimm Mieke van Laren 23
Åsa Olsson Laura Rodrigues Lopes Inga Schneider Desirée Verlaan Tenoren Ross Buddie Dolf Drabbels Jon Etxabe Arzuaga Mattijs Hoogendijk Johannes Klügling Diederik Rooker Markus Schuck Endrik Üksvärav Bassen Erks Jan Dekker Christoph Drescher Martijn de Graaf Bierbrauwer Pierre-Guy Le Gall White Bart Oenema Drew Santini Robert van der Vinne Hans Wijers
VERWACHT
VR 22 APR 2016
serie koren grote zaal / 20.15 uur
RIAS Kammerchor + Concerto Italiano Meerkorige Italiaanse barok
Het Duitse RIAS Kammerchor en ensemble Concerto Italiano brengen in dit concert een schitterende hommage aan drie Italiaanse componisten uit de barok. De beroemdste van hen is Domenico Scarlatti – hij schreef 555 briljante klavecimbelsonates. Maar zijn Romeinse collega’s Bencini en Melani deden weinig voor hem onder. Een programma met dubbelkorige en zelfs vierkorige Italiaanse muziek vol passie en klankschoonheid. Dirigent Rinaldo Alessandrini is een gekend specialist in het Italiaanse repertoire. Zijn opzienbarende interpretaties zorgden voor een nieuwe, frisse kijk op de Italiaanse muziek uit de 17e en 18e eeuw. Fraai weet hij daarin de expressieve en zangerige elementen naar voren te halen. Hij pakt groot uit, want tienstemmig is het Stabat Mater van Scarlatti, en zestienstemmig zelfs de Messa La Cellesa van Melani. Bovendien is laatstgenoemd stuk een echte verrassing: het is pas kortgeleden herontdekt. PROGRAMMA: Pietro Paolo Bencini Magnificat voor 8 stemmen (dubbelkorig) / Alessandro Melani Messa La Cellesa voor 16 stemmen (vierkorig, nieuwe ontdekking) / Alessandro Melani Litanie per la Beata Vergine voor 9 stemmen (dubbelkorig) / Domenico Scarlatti Stabat Mater voor 10 stemmen
24
Domenico Scarlatti
VERWACHT
ZA 16 APR 2016
serie cappella amsterdam de ij-salon grote zaal / 15.00 uur
De IJ-Salon + Cappella Amsterdam De kapel van Rothko
In deze IJ-Salon – dit keer ook onderdeel van AAA Festival Muziek en Kunst – zoeken muziek en beeldende kunst elkaar niet alleen op, maar lijken zij zelfs van rol te wisselen. Het ontwerpersduo Kaptein Roodnat maakt deze middag met studenten van Design Academy Eindhoven al schilderend muziek, terwijl Cappella Amsterdam en Thomas Adès muzikaal ‘schilderen’. De uitkomst is een unieke samensmelting van de disciplines, waarin een sleutelwerk van de 20e eeuw centraal staat: Rothko Chapel van Morton Feldman. Tip voor mensen met kinderen: Gelijktijdig met dit concert vindt in de Klankspeeltuin een workshop plaats voor kinderen vanaf 7 jaar! PROGRAMMA: Morton Feldman Rothko Chapel en andere werken
25
Morton Feldman
VERWACHT
April do 7 t/m zo 10 apr
Nederlands Klarinetfestival
za 9 april / 20.15 uur
do 14 april / 20.15 uur
Europese topklarinettisten ontmoeten Nederlands toptalent
Asko|Schönberg + Marc-André Hamelin Messiaen en zijn leerlingen
za 9 april / 22.30 uur / Bimhuis
vr 15 + za 16 april / 20.15 uur
David Kweksilber Big Band We squeek the language of music. Let us squeek to your heart!
Olli Mustonen De Sonates van Prokofjev
zo 10 april / 13.00 uur / Bimhuis
Unieke jubileumwandeling Muziekgebouw met app Curvices
zie voor het volledige programma www.muziekgebouw.nl/klarinetfestival do 7 apr / 20.15 uur
Nederlands Blazers Ensemble Een reis door de tijd vr 8 april / 20.15 uur
Sabine Meyer + Quatuor Modigliani Meesterlijke kwintetten van Mozart en Brahms
Linsey Pollak Live and Loopy zo 10 april / 15.00 uur
Joris Roelofs & Han Bennink
Royal Clarinets Klarinetsectie van het Koninklijk Concertgebouworkest
za 9 april / 13.00 uur
zo 10 april / 19.00 uur / Bimhuis
Calefax Goldbergvariaties
Hüsnü Senlendrici + Breathing Ensemble
za 9 april / 15.00 uur / Bimhuis
zo 10 april / 20.15 uur
Tango Factory Art = Tango
Amsterdam Klezmer Band Branie uit Amsterdam
vr 8 apr / 22.30 uur / Bimhuis
za 9 april / 17.00 uur / Bimhuis
wo 13 april / 20.15 uur
Presentatieconcert Clarinet Choir o.l.v. Jan Cober
Doelenkwartet + Ralph van Raat Thomas Adès 26
Speciaal voor ons 10-jarig bestaan maakte componiste Rosalie Hirs de poëzie- en klankinstallatie Curvices Amsterdam. Een unieke muzikale rondwandeling waarvoor u de gratis Curvicesapp kunt downloaden via de App Store, Google Play of iTunes. De app schakelt in zodra u rondom het gebouw een van de wandelzones betreedt. Een cadeautje van de componist waarvan u het hele jubileumseizoen kunt profiteren! Meer info: muziekgebouw.nl/ festival/10jaar Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen
Muziekgebouw aan ‘t IJ / foto: Erik van Gurp
MUZIEKGEBOUW AAN ’T IJ Piet Heinkade 1 / 1019 BR Postbus 1122 / 1000 BC Amsterdam Kaartverkoop T 020 788 2000 ma t/m za 12.00 -18.00 uur Kantoor T 020 788 2010 F 020 788 2020 E post@muziekgebouw.nl Zakelijke evenementen T 020 788 2023
Restaurant Zouthaven bevindt zich op de begane grond van het Muziekgebouw. Voor een heerlijke start van uw concertavond. Openingstijden en reserveren www.zouthaven.nl of T 020 788 2090 WORD VRIEND Steun het Muziekgebouw al vanaf € 75 per jaar. Lees meer op : muziekgebouw.nl/steunons
PARTNERS De activiteiten van het Muziekgebouw aan ’t IJ komen tot stand door steun van:
Gelieve te zorgen dat uw mobiele telefoon uit staat tijdens het concert. Camerabeeld- en geluidsopnamen alleen toegestaan met toestemming vooraf.
Mediapartner:
Pauzedrankje (indien inbegrepen) serveren wij op tafels bij de uitgang van de zaal.
Druk binnenwerk:
EARLY BIRD TICKETS Voor jongeren tot 30 jaar, bijna alle concerten € 10. Wees snel: hoe eerder, hoe meer kans. Lees meer op: www.muziekgebouw.nl/earlybirds
Reserveren en openingstijden restaurant Zouthaven: www.zouthaven.nl. Centraal Station (10-15 min lopen) is met tram 26 bereikbaar tot 00.00 uur. Taxicentrale Amsterdam: T 020 677 7777. De Piet Heinparkeergarage onder Muziekgebouw aan ’t IJ is 24 uur per dag open. Informatie + online kaarten bestellen www.muziekgebouw.nl. Ook voor onze nieuwsbrief.
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX