Za 5 jan 2019 Grote Zaal 20.15 uur
Serie Kamermuziek Internationaal
Maria + Nathalia Milstein À la recherche du temps perdu Het gratis beschikbaar stellen van dit digitale programmaboekje is een extra service ter voorbereiding op het concert. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling deze versie tijdens het concert te raadplegen via uw mobiele telefoon. Dit is namelijk zeer storend voor de andere concertbezoekers. Bij voorbaat dank.
Programma Maria + Nathalia Milstein À la recherche du temps perdu
Serie Kamermuziek Internationaal Za 5 jan 2019 Grote Zaal 20.15 - 22.00 uur ca. 40 minuten voor de pauze ca. 45 minuten na de pauze
Maria Milstein viool Nathalia Milstein piano Maurice Ravel (1875 - 1937) Sonate posthume in a (1897) Camille Saint-Saëns (1835 - 1921) Sonate voor viool en piano nr. 1 op. 75 in d (1885) Ia. Allegro agitato (attacca) Ib. Adagio IIa. Allegretto moderato (attacca) IIb. Allegro molto Pauze
Dit concert wordt opgenomen door de NTR voor een latere uitzending op NPO Radio 4
Claude Debussy (1862 - 1918) Sonate voor viool en piano in g (1917) I. Allegro vivo II. Intermède: fantasque et léger III. Finale: très animé César Franck (1822 - 1890) Sonate voor viool en piano in A (1886) I. Allegretto ben moderato II. Allegro molto III. Recitativo-Fantasia: Ben moderato IV. Allegretto poco mosso
2
Bent u niet vergeten uw mobiele telefoon uit te zetten? Dank u wel.
Toelichting Een avond vol Franse sonates van componisten die elkaar grotendeels goed gekend hebben. Maurice Ravel schreef zijn Sonate posthume als conservatoriumstudent. Hij werd waarschijnlijk geïnspireerd door een medestudent, de briljante Roemeense violist George Enescu. Ravels klankidioom was toen nog laatromantisch, maar we horen ook voorboden van zijn latere stijl. De Eerste vioolsonate van Camille SaintSaëns is een van zijn populairste werken. Het stuk opent somber en heftig en eindigt waanzinnig virtuoos. Claude Debussy’s Vioolsonate is zijn laatste voltooide werk, geschreven tijdens de Eerste Wereldoorlog, toen Debussy zijn eigen oorlog tegen darmkanker aan het verliezen was. Hij verkent hierin nieuwe klankwerelden. César Franck was al in de zestig toen hij zijn Vioolsonate schreef als huwelijkscadeau voor de wereldberoemde violist Eugène Ysaÿe, met wie hij goed bevriend was. Hij maakte er een hecht bouwwerk van door een en hetzelfde thema in alle delen te laten terugkomen. Deze sonate is een publiekslieveling.
Maurice Ravel Sonate posthume Ravels conservatoriumtijd: je zou er een boek over kunnen schrijven. Met onderbrekingen duurde die periode zestien jaar. Het begon al met zijn toelatingsexamen in 1889. Op grond daarvan kwam hij terecht in het voorbereidend jaar. Toen was hij pas veertien jaar oud.
Een van zijn leraren typeerde hem als ‘een student die je alleen maar iets bij kon brengen op zijn eigen voorwaarden’. Hij speelde best aardig piano, maar ondanks zijn uitzonderlijk lange duimen – die bijna net zo lang waren als zijn wijsvingers – waren zijn handen als geheel eigenlijk te klein. Omdat hij voelde dat daar zijn toekomst niet lag, begon hij steeds minder te studeren. Zijn pianodocent zei eens tegen hem: ‘Ik vind het misdadig. Je zou de beste leerling van de klas moeten zijn, maar je bent de slechtste’. Onontkoombaar verschoof Ravels interesse naar het componeren. Maar ook die lessen verliepen problematisch, omdat hij eigen ideeën had en zich niet wenste te schikken in wat het conservatorium van hem eiste. Toen hij drie keer was gezakt voor het examen harmonie moest hij in 1895 het instituut verlaten. Hij werd in die tijd door vrijwel iedereen beschouwd als een mislukkeling. Maar hij bleef wel doorcomponeren en maakte kennis met het vleesgeworden muzikaal experiment Erik Satie, die zijn geld verdiende als barpianist. Diens invloed was volgens Ravel voor hem ‘van onschatbare waarde’. In 1897 werd hij weer toegelaten tot het conservatorium. Ditmaal kreeg hij onder andere les van Gabriel Fauré, die meer begrip voor hem had en veel in hem zag. Maar nu lag Ravel weer overhoop met de directeur, wat tot nieuwe heftige complicaties zou leiden. 3
Toelichting
In het jaar dat Ravel weer werd toegelaten tot het conservatorium ontstond de eendelige vioolsonate van vandaag, die pas in 1975 in druk verscheen. Ravel is waarschijnlijk op het idee gekomen om dit stuk te schrijven door een medeleerling in Fauré’s compositieklas, de Roemeense violist George Enescu. Ravel en hij hebben de sonate één keer in het openbaar uitgevoerd. De sonate is duidelijk geschreven onder invloed van Franck en Fauré. Het eerste thema valt met de deur in huis. Het klinkt dromerig en vliegt rond in sierlijke bochten. Het tweede thema, dat we horen na een korte solopassage voor de piano, heeft iets oosters. Ritmische en harmonische vaagheid voeren de boventoon. De sonate is nog romantisch maar bevat allerlei voorboden van het idioom dat Ravel later zou gebruiken.
Camille Saint-Saëns Vioolsonate nr. 1 Saint-Saëns was een van de allerbeste pianisten van zijn generatie. Hij werd veel gevraagd omdat hij ongelooflijk goed à vue speelde en zich in no time een nieuwe partituur eigen kon maken. Op 17 januari 1880 vertolkte Saint-Saëns tijdens de première de hels moeilijke pianopartij van het Pianokwintet in f van César Franck. Een uiterst sensueel stuk dat Franck componeerde toen hij verliefd was op een leerlinge. Hij had dat kwintet opgedragen aan Saint-Saëns, maar die had zich tijdens het spelen zo geërgerd aan Francks bakken 4
vol ongecontroleerde emoties, dat hij tijdens de ovatie achteraf woedend het podium afbeende. De aan hem opgedragen partituur liet hij demonstratief op de vleugel staan. Het strijkkwartet en Franck bleven verbouwereerd achter op het podium. Dat kwartet was genoemd naar de primarius, de beroemde Belgische violist Martin Pierre Marsick. SaintSaëns had al vaker met Marsick gespeeld. In 1884 ondernam hij met hem een concertreis in Zwitserland. De twee musici hadden blijkbaar een klik. Want kort daarop droeg Saint-Saëns de vioolsonate van vandaag aan Marsick op, uit dankbaarheid voor de fijne samenwerking. De sonate bestaat uit vier delen, maar de eerste twee delen en de laatste twee gaan hier in elkaar over, zodat er maar één pauze is. Een constructie die Saint-Saëns had ontleend aan Beethoven en al vaker had toegepast, bijvoorbeeld in zijn Vierde pianoconcert op. 44 en in zijn Orgelsymfonie, een jaar na de vioolsonate. Het eerste deel opent duister, rusteloos en ruig met frequente wisselingen van maatsoort en veel tegendraadse accenten. Het tweede thema is lyrischer. Het is zeer goed mogelijk dat de schrijver Marcel Proust dit thema bedoelde in zijn À la recherche du temps perdu. In dit boek symboliseert het thema de liefde van de hoofdpersoon Swann voor Odette. Later horen we die melodie terug in de finale. Deel Ia gaat naadloos over in het Adagio. Dat bestaat uit een vredige en tedere conversatie tussen de instrumenten. In het begin is de viool het meest aan het woord, later worden de rollen omgedraaid. Er volgt een mild maar ook geestig scherzo (deel IIa) dat een beetje
Toelichting
lijkt te hinken. Saint-Saëns gebruikt telkens frases van vijf maten, die voor ons gevoel net niet helemaal af zijn. Na een zangerig middendeeltje – het trio – komt het scherzo weer terug. En daarna gaan we weer zonder pauze over in de halsbrekend virtuoze finale. Een wervelwind van razendsnelle zestiende nootjes. De violist met wie Saint-Saëns voor het eerst de sonate doorspeelde, liep erin vast. Maar Marsick, de violist aan wie de sonate was opgedragen, nam tijdens de première deze hindernis zonder problemen. En Saint-Saëns, die bij die gelegenheid zelf de pianopartij voor zijn rekening nam, lachte om dit soort snelle loopjes. Dat kunnen we horen aan grammofoonopnames die hij maakte toen hij al in de tachtig was.
Claude Debussy Vioolsonate in g In augustus 1914 brak de Eerste Wereldoorlog uit. Debussy was toen 52 en volkomen van de kaart. Terwijl de Duitsers Parijs bestookten, had hij het gevoel dat hij zijn eigen strijd tegen darmkanker aan het verliezen was. Hij had al een operatie achter de rug en hield daar een stoma aan over. Het gevoel van machteloosheid over Frankrijks militaire nederlagen en zijn gezondheid, die hard achteruitging, zorgden ervoor dat hij bijna een jaar lang geen noot
op papier kreeg. Begin zomer 1915 ging hij op vakantie naar een dorpje aan de Normandische kust, niet ver van Dieppe. Hier begon hij weer te componeren. In een brief legt hij zijn beweegredenen uit: ’Ik wil werken, niet zozeer voor mijzelf, maar om een bewijs te leveren – ook al is het nog zo klein – dat zelfs dertig miljoen moffen het Franse gedachtegoed niet kunnen vernietigen’. Hij besloot om alle Duitse invloed uit de Franse muziek te weren en een soort synthese te vormen tussen de nieuwe richting die hij had ingeslagen en de muziek van twee grote achttiende-eeuwse landgenoten, François Couperin en Jean-Philippe Rameau. Hij begon te schrijven, zoals hij zelf zei, ‘als een gek, alsof ik ter dood veroordeeld ben, en er morgen aan moet geloven’. En, alsof er iemand was die twijfelde aan zijn vaderlandslievende gevoelens, signeerde hij de partituur met Claude Debussy, ‘musicien français’. Zijn plan was om een serie van zes sonates voor verschillende instrumenten te componeren. Zover kwam het niet; hij had er maar drie af toen hij in 1918 overleed. De Vioolsonate is zijn laatste voltooide werk. Hij opent hierin nieuwe klankwerelden. De twee instrumenten begeleiden elkaar lang niet altijd, ze dagen elkaar eerder uit. De droevige akkoorden waarmee de piano opent, brengen de luisteraar meteen in een ingehouden sfeer van treurigheid en nostalgie. Vlak voor het einde van het openingsdeel klinkt ineens een heftige en smachtende zigeunermelodie. Deel twee begint grillig en luchtig, met wat humor, de tweede melodie is weer sensueel en 5
Toelichting
hunkerend. Die laatste melodie komt terug in de finale, een deel vol vaart. Weer enigszins zigeunerachtig wordt de viool op briljante wijze door alle registers gestuurd.
César Franck Vioolsonate in A Het handjevol werken van César Franck dat de tand des tijds heeft doorstaan, schreef hij pas na zijn zestigste. Te midden van die werken neemt zijn vioolsonate een ereplaats in. Het werk wordt zeer vaak gespeeld, ook in allerlei bewerkingen. Franck schreef de sonate in 1886 op 63-jarige leeftijd als huwelijkscadeau voor een vriend, de beroemde violist Eugène Ysaÿe. Veertig jaar lang heeft Ysaÿe deze sonate her en der uitgevoerd en hij heeft mede daardoor Franck als componist op de kaart gezet. Franck was namelijk veel te bescheiden om zichzelf te promoten en heeft tijdens zijn leven nauwelijks succes gekend bij het grote publiek. Op de ochtend van Ysaÿes trouwerij overhandigde Franck hem het manuscript. Na één haastige repetitie speelde Ysaÿe hem met een pianiste voor de bruiloftsgasten. De eerste openbare uitvoering gaf hij op 16 december 1886 in het Musée Moderne de Peinture in Brussel. Dat middagconcert was nogal uitgelopen. Francks leerling en bewonderaar Vincent d’Indy was erbij: ‘Het werd al donker toen ze aan de sonate begonnen. Na het openingsdeel konden de musici hun partijen bijna niet meer 6
lezen. Helaas verbood het reglement van het museum elke vorm van verlichting in zalen waar schilderijen hingen. Zelfs het afsteken van een lucifer was al streng verboden. Het publiek werd gevraagd om de zaal te ontruimen, maar men was zo enthousiast dat men weigerde te vertrekken. Toen gaf Ysaÿe met zijn strijkstok een tik op zijn lessenaar en riep: ‘Vooruit!’ Daarna, wonder boven wonder, speelden de musici, nu praktisch onzichtbaar, de volgende drie delen uit het hoofd. Maar zo vurig en gepassioneerd dat iedereen in vervoering raakte. En dat ondanks de afwezigheid van het normale visuele aspect dat een concert altijd opluistert. De muziek was in haar eentje oppermachtig in de duisternis. Dit wonder zal door de aanwezigen nooit vergeten worden’. Franck vond het erg belangrijk dat de delen van een sonate onderling zoveel mogelijk verwantschap vertoonden. Een sonate moest volgens hem een hecht bouwwerk zijn. Daarom noemen we zijn stijl cyclisch. Dat wil zeggen dat er in twee of meer delen gebruik wordt gemaakt van hetzelfde thematische materiaal. Het thema waarmee de sonate opent is een soort kiemcel van drie noten die in de hele sonate terugkomt, al dan niet uitgebouwd of getransformeerd. Na het derde deel – waarin een passage voorkomt die zo vredig en peinzend is dat hij de aarde lijkt te ontstijgen – voelt het alsof de sonate nu afgelopen is. Maar dan volgt er nog een opgewekte finale, deels in de vorm van een canon. De twee thema’s uit het voorafgaande deel keren licht gewijzigd terug. Tekst toelichting: Thijs Bonger
Biografieën Componisten Maurice Ravel
Maurice Ravel (1875 - 1937) werd geboren in Baskenland en groeide op in Parijs waar hij studeerde aan het conservatorium, onder anderen bij Gabriel Fauré. Hij was dertien jaar jonger dan Debussy en hoewel hij door hem werd beïnvloed – bijvoorbeeld in zijn strijkkwartet uit 1903 – was al snel duidelijk dat hij een andere weg insloeg. In tegenstelling tot Debussy hechtte hij groot belang aan
de klassieke vormentaal. Zijn hang naar perfectie en zijn liefde voor een mechanische ritmiek wordt meestal in verband gebracht met zijn vader, een Zwitserse ingenieur. Hij leefde een vrij onopvallend en solitair leven, na de Eerste Wereldoorlog in een piepklein huisje in een Parijse voorstad. In vrijwel alles was hij een perfectionist, ook bijvoorbeeld in zijn kleding. Hij was een trage werker die in principe in elk genre slechts één werk schreef, of hooguit een paar, maar dan elk werk totaal verschillend van karakter. Hij gaf de voorkeur aan de korte vorm. Tijdens zijn leven verwierf Ravel tot zijn stomme verbazing zijn grootste roem met de Boléro, volgens hemzelf een volslagen ‘inhoudsloos’ stuk.
Camille Saint-Saëns Camille Saint-Saëns (1835 1921) werd geboren in Parijs. Zijn vader stierf kort na zijn geboorte en hij werd opgevoed door zijn moeder en oudtante, van wie hij vanaf driejarige leeftijd ook pianoles kreeg.
Op zijn tiende maakte hij zijn debuut in een recital met pianoconcerten van Mozart en Beethoven in de Salle Pleyel in Parijs. Op zijn zestiende schreef hij zijn eerste symfonie. Hij kreeg zijn eerste betrekking rond zijn achttiende, toen hij tot organist van de St. Merry in Parijs benoemd werd. Vier jaar later werd hij organist van de Madeleine, een functie die hij twintig jaar lang zou uitoefenen. Daarnaast trad hij regelmatig op als pianist. Vanaf 1861 gaf hij les aan de École Niedermeyer, waar hij een van de leraren was van Gabriel Fauré. Daarnaast schreef hij in diverse 7
Biografieën
tijdschriften artikelen over muziek. Saint-Saëns schreef enkele opera’s, maar vooral veel orkestwerken, waaronder drie symfonieën.
Claude Debussy
Claude Debussy (1862 - 1918) had geen schoolopleiding maar kreeg als kind pianoles van de schoonmoeder van schrijver Paul Verlaine. Vanaf zijn elfde studeerde hij piano aan het Parijse conservatorium, en op zijn achttiende begon hij compositie te studeren. Ondanks zijn eigenzinnige 8
ideeën werd zijn grote talent erkend en kreeg hij zelfs de Prix de Rome. Na zijn verblijf in Rome begon hij zich te ontplooien tot de grote, vernieuwende componist van orkestwerken zoals Prélude à l’après midi d’un faune (1894), dat onmiddellijk werd gezien als een meesterwerk. Hierna ontstond de opera Pelléas et Mélisande die al bij de eerste uitvoering in 1902 een sensatie veroorzaakte. Zelden is een zo vernieuwende componist zo goed begrepen door zijn tijdgenoten als Debussy. Zijn persoonlijke leven was turbulent met steeds wisselende minnaressen, tot hij rond 1903 Emma Bardac leerde kennen met wie hij trouwde en een dochtertje kreeg. Terwijl de Eerste Wereldoorlog nog om hem heen woedde, stierf Debussy, veel te vroeg, op zijn 56ste aan darmkanker. Zijn invloed was groot en is nog tot op heden relevant.
César Franck César Franck (1822 - 1890) was een Franse componist, pianist, organist, dirigent
en muziekpedagoog. Zijn ouders waren van Duitse afkomst. Het grootste deel van zijn professionele leven bracht Franck in Parijs door.
Al op 11-jarige leeftijd reisde Franck samen met zijn iets jongere broertje als vioolpianoduo langs de Belgische cultuurcentra. In 1833 toog de familie naar Parijs. Franck studeerde er aanvankelijk privé compositie, contrapunt en fuga bij Anton Reicha; later werd hij toegelaten tot het conservatorium, waar hij onder meer de orgelklas van François Benoist bezocht. In 1859 werd hij organist van de nieuwe Église SainteClotilde, waar hij tot aan
Biografieën
zijn dood organist bleef. In 1885 werd hem het Légion d’honneur verleend. Later werd hij voorzitter van de vooraanstaande Société nationale de musique. Franck had grote invloed met zijn symfonische muziek en de kamermuziek die hij in de tweede helft van zijn leven schiep. Dit geldt ook voor zijn latere composities voor orgel en piano.
9
Biografieën
Uitvoerenden Maria Milstein Viool Maria Milstein (1985) werd geboren in Moskou, in een familie van musici. Ze volgde haar opleiding aan het Conservatorium van Amsterdam bij Ilya Grubert, in Londen bij David Takeno, en had ook les van Augustin Dumay. Maria Milstein won verschillende onderscheidingen en ontving in 2018 de Nederlandse Muziekprijs. Als lid van het Van Baerle Trio sleepte ze eveneens prijzen in de wacht: tijdens het ARD Concours in München (2013), het Vriendenkrans Concours/Het Debuut (2011) en het Lyon Internationaal Kamermuziek Concours (2011) en in 2012 de Kersjesprijs. In 2016 kreeg Maria Milstein een prestigieuze Borletti-Buitoni Trust Fellowship toegekend. Ze soleerde onder andere met Het Nederlands Radio Filharmonisch Orkest, het 10
Nationaal Orkest van België, het Residentie Orkest, het Brussels Philharmonic en Amsterdam Sinfonietta, en werkte met dirigenten als Vasily Petrenko, Giancarlo Guerrero, Michel Tabachnik, Jean-Jacques Kantorow, Christian Arming en Reinbert de Leeuw. Haar debuut-cd Sounds of War samen met pianist Hanna Shybayeva voor Cobra Records met sonates van Poulenc, Janáček en Prokofiev ontving lovende kritieken in de internationale pers en won de Edison Klassiek 2015 in de categorie Kamermuziek. In oktober 2017 verscheen haar tweede album La Sonate de Vinteuil, die ze opnam met haar zus, pianiste Nathalia Milstein op het Franse label Mirare. Maria speelt op een viool van Michel Angelo Bergonzi (Cremona, ca. 1750), in bruikleen van de Nederlandse Stichting voor Muziekinstrumenten en doceert aan het Conservatorium van Amsterdam.
Nathalia Milstein Piano Nathalia Milstein (1995) is de jongere zus van Maria Milstein. Op vierjarige leeftijd begon ze met pianoles bij haar vader Serguei Milstein. In 2009 had ze van hem les op het Conservatorium van Genève, waar ze in 2012 haar diploma met onderscheiding behaalde. Vervolgens studeerde Nathalia bij Nelson Goerner, in 2013 aan de Muziekacademie van Genève en in 2017 aan de Barenboim-Said Akademie in Berlijn. Sinds september 2018 studeert ze hier bij András Schiff. In 2015 won ze de eerste prijs tijdens de internationale pianocompetitie in Dublin en ze maakte in 2016 een schitterend debuut met het Orchestre Philharmonique de Radio France onder leiding van Marcelo Lehninger. In 2017 werd Nathalia bekroond met de Young Soloist Prize door de Médias Francophones
Biografieën
Publics. Nathalia treedt op in Frankrijk en in het buitenland, geeft soloconcerten en kamermuziekconcerten door heel Europa, met optredens op grote festivals zoals La Roque d’Anthéron, Lille Piano(s) Festival, New Ross Piano Festival, Internationaal Kamermuziekfestival van Schiermonnikoog of Zaubersee Festival. Sinds enkele jaren vormt ze een duo met haar zus Maria.
foto: Marco Borggreve
11
Steun het Muziekgebouw
Met een schenking of nalatenschap helpt u het Muziekgebouw bijzondere artistieke programma’s te realiseren én projecten mogelijk te maken op het gebied van educatie en talentontwikkeling. foto: Adam Mork
Vriendschap Iedere bijdrage is van harte welkom; u kunt eenmalig doneren of structureel, door middel van een Vriendschap. Vanaf een jaarbijdrage van € 50 bent u Vriend van het Muziekgebouw en ontvangt u verschillende tegenprestaties, zoals uitnodigingen voor speciale evenementen en de Vriendennieuwsbrief. Nalatenschap Het is ook mogelijk het Muziekgebouw op te nemen in uw testament. Dankzij de ANBI-status is het Muziekgebouw volledig vrijgesteld van erfbelasting, waardoor de schenking vanuit een erfenis volledig aan de doelstelling ten goede komt. Wilt u hierover meer weten, neem dan a.u.b. contact met ons op. Informatie? Meer informatie vindt u op www.muziekgebouw.nl/ steunons. Neem voor vragen contact op met ons kantoor via vrienden @ muziekgebouw.nl of 020-7882010. 12
Serie Kamermuziek Internationaal
Verwacht Weilerstein, Barnatan, Khachatryan, Currie & friends Transfigured nights
Vr 8 feb 2019 Grote Zaal 20.15 uur
Drie topmusici die samen een geniaal pianotrio vormen. Violist Sergej Khachatryan, celliste Alisa Weilerstein en pianist Inon Barnatan brengen een even intelligent als spookachtig programma met Beethovens Geistertrio en Schönbergs onaardse Verklärte Nacht in de intrigerende trioversie. De Vijftiende symfonie van Sjostakovitsj in een versie voor pianotrio en percussie vormt een prachtige afsluiting waarin de componist persoonlijk leed vertaalt naar messcherpe humor. Alisa Weilerstein en Inon Barnatan gelden al enige jaren wereldwijd als een virtuoos en enerverend duo. Beide musici durven al spelend vele risico’s te nemen en hebben een partner gevonden in de Armeense violist Sergej Khachatryan. In 2005 won hij de prestigieuze Koningin Elizabethwedstrijd. Sindsdien is hij verder uitgegroeid tot een briljant en internationaal vermaard solist en kamermusicus. De percussiegrootheid Colin Currie is het kloppend hart in Sjostakovitsjs Vijftiende symfonie.
Alisa Weilerstein & Inon Barnatan foto: Paul Stuart
Programma: Ludwig van Beethoven Pianotrio op. 70 nr. 1 ‘Geistertrio’ / Arnold Schönberg Verklärte Nacht (versie voor pianotrio) / Rolf Wallin Realismos Magicos (voor solo marimba) / Dmitri Sjostakovitsj Symfonie nr. 15. voor pianotrio en percussies, transcriptie Victor Derevianko 13
Verwacht
Januari zo 6 jan / 15.00 uur Maria Milstein Wat is het geheim van de viool? (8+) do 10 jan / 20.15 uur Insomnio Industry and Idleness vr 11 jan / 20.15 uur Dr. Jekyll and Mr. Hyde (1920) Cellokwartet Ferschtman za 12 jan / 20.15 uur Les Siècles Mozart meets Lachenmann
do 17 jan / 20.15 uur Calefax Wind Waves
vr 18 jan / 20.15 uur Score Collective Insecten za 19 jan / 20.15 uur The Cardinall’s Musick Oorlog en Vrede
zo 20 jan / 13.00 uur Aïta, de stem van de liefde Matinée Marocaine met Khadija Margoum en Khadija El Bidaouia di 22 jan / 20.15 uur Nederlands Kamerkoor Duister Rusland
zo 13 jan / 11.00 uur / Kleine Zaal Vokalprojekt 31 Renaissance & de 21e eeuw
wo 23 jan / 19.00 uur college + 20.15 uur concert Pygmalion Stravaganza d’Amore
wo 16 jan / 20.30 uur stargaze Debut van Björk
do 24 jan / 20.15 uur Pygmalion Monteverdi’s Mariavespers
do 17 jan / 12.30 uur Lunchconcert ism Nationaal Muziekinstrumenten Fonds
vr 25 jan / 20.15 uur Elisabeth Leonskaja Beethovens laatste pianosonates
14
za 26 jan / 14.15 uur De IJ-Salon Mysterie van de tango za 26 jan / 20.15 uur Brodsky Quartet In Memoriam Kijk Muziek! zo 27 jan 13.30 + 15.30 uur / Kleine Zaal Maya zingt de wereld rond (2-4) Samba Salad 13.30 + 15.30 uur Flamenco 4 Kids: El Árbol con Alas | De Boom met Vleugels (5+) Compañía Anabel Veloso
Huil van de Wolff Elke 22e van de maand klinkt om 20.00 uur het geluidsmonument Huil van de Wolff. Martijn Padding componeerde deze interactieve geluidsinstallatie ter herinnering aan oprichter van het Muziekgebouw Jan Wolff (1941 - 2012). Zie voor meer informatie muziekgebouw.nl/ huilvandewolff Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen
Foto: Erik van Gurp
Grand café 4’33 Kom voor het concert eten in Grand café 4’33. Reserveren: 020 788 2090 of 433grandcafe.nl.
Rondom het concert - Na aanvang van het concert heeft u geen toegang meer tot de zaal. - Zet uw mobiele telefoon uit voor aanvang van het concert. - Het maken van beeld- of geluidsopnamen in de zaal alleen met schriftelijke toestemming. - Algemene Bezoekersvoorwaarden zijn na te lezen op muziekgebouw.nl
Bij de prijs inbegrepen Reververingskosten en garderobe zijn bij de kaartprijs inbegrepen. Ook een pauzedrankje, tenzij anders vermeld op uw concertkaartje. Bij concerten zonder pauze staan drankjes klaar na afloop van het concert.
Steun het Muziekgebouw Inkomsten uit kaartverkoop dekken ten dele onze kosten. Word vriend of doneer: met uw extra steun kunnen we concerten op het hoogste niveau blijven organiseren. Meer informatie: muziekgebouw.nl/steunons
Op de hoogte blijven? Blijf op de hoogte van nieuw geboekte concerten of ander nieuws. Volg ons via onze e-nieuwsbrief (aanmelden op muziekgebouw.nl), Facebook, Twitter of Instagram. Dank! Wij kunnen niet zonder de steun van onze vaste subsidiënten en Vrienden van het Muziekgebouw. Wij zijn hen daarvoor zeer erkentelijk.
Druk binnenwerk
15