ElektroVisie 2016 nr 3 - NL

Page 1

Nelectra, Beroepsorganisatie voor de elektrobranche, Stationlei 78 bus 1/1, 1800 Vilvoorde / Tweemaandelijks (6 x jaar) - zevenentwintigste jaargang / Afgiftekantoor 8400 Oostende Mail / P2A9571

ElektroVisie

Vakblad voor de elektrosector

Een uitgave van NELECTRA

HET GROTE DEBAT

IFA | Afspraak in Berlijn TREND | Smart Home PROJECT | Duaal leren WWW.NELECTRA.BE

LAADPALEN juni 16

3



NELECTRAVISIE

Wafel met slagroom T

ijdens het verlengd hemelvaartweekend wilden we, na een zonovergoten wandeling, aan de kust eens lekker genieten van een heerlijke koffie en wafel met slagroom. Een voor ons gekend etablissement, waar we als klant sedert jaren in de watten worden gelegd. Heerlijk toch. Groot was echter onze verbazing wanneer we merkten dat we in diezelfde zaak een bestelling aan een speciaal tafeltje moesten plaatsen, rijtje schuiven dus; en gelijk ook afrekenen, en aanwijzen waar we zaten… Toen de wafel er aan kwam, na wat dwingende oogcontacten tussen verschillende potentiële eigenaars van het baksel, ontbrak ook het bestek. Niet alleen aan onze tafel, maar systematisch ook nog bij andere klanten. Gelijk maakten we de vergelijking met onze elektrozaken. Hoewel we bij Nelectra uiteraard niet tegen nieuwe vormen van zakendoen zijn, is het contact met de klant en de manier waarop we hem in de watten kunnen leggen, toch primordiaal. Dit heb ik tijdens dat zomerse lange weekend aan den lijve ondervonden. In se is een tearoom niet echt verschillend van een elektrozaak, vind ik dan. Een klant is een klant, en die moet zich goed voelen. Alleen dan komt hij nog terug. Nieuwe vormen van zakendoen hoeven wel niet per se negatief te zijn. Integendeel. Installateurs en retailers kunnen hun cliënteel uitbreiden via activiteiten op sociale media. E-commerce mag geen vies woord zijn, dat we angstvallig in een schuifje laten zitten. Wie naar onze infosessies kwam, stak er zeker wat van op! Ook binnen bedrijven met personeel kunnen we gerust innoveren. En dan hebben we het niet altijd over technologische innovaties. Verder in deze uitgave kan u lezen welke boeiende uiteenzetting we kregen van een collega-ondernemer uit een andere sector, over de wijze waarop hij

zijn bedrijf innovatief heeft georganiseerd, met snellere groei, meer tevreden medewerkers, betere bedrijfsresultaten en nieuwe klanten als gevolg. Het verschil maken, daar draait het om. Durf te leren van andere sectoren, dachten we ook in dit nummer. Daarom keken we over het muurtje naar de mobiliteitssector. En bespraken we in een rondetafelgesprek met onze collega’s van Traxio en hun kenniscentrum vooral ook de problemen die het laden van elektrische voertuigen voor onze elektrotechniekers met zich mee brengt. Naar de nabije toekomst toe hopen we dat de politici leren uit de gemaakte fouten met de zonnepanelen. Daarom willen we met beleidsmakers hierover gesprekken voeren. Dialogeren. En laat dat nu juist de sterkte zijn van uw sectorfederatie! O ja, en of ik nog terugga naar dat etablissement voor een wafel met slagroom en koffie? Ik denk het niet…

Viviane Camphyn Gedelegeerd bestuurder Nelectra viviane.camphyn@nelectra.be

We verwelkomen aankoopgroepering BRIO als nieuw Nelectra-lid juni 2016 - ElektroVisie | 3


INHOUD

11

De IFA-vakbeurs in Berlijn is elk jaar in september de absolute ‘place-to-be’ voor wie trends en innovaties in consumer electronics wil ontdekken. Dit al sinds 1924. En ook dit jaar zal er weer heel wat nieuws te beleven en te ontdekken zijn in Berlijn. We geven u alvast enkele trends en cijfers mee. En vertellen u over de zusterbeurs ‘CE China’ in Shenzhen.

NELECTRA-VISIE Wafel met slagroom?

3

NELECTRA INFO

14

De elektrische auto staat steeds meer in de belangstelling. Die auto’s moeten uiteraard opgeladen kunnen worden. En daarover bestaat niet altijd evenveel duidelijkheid. We brachten elektriciens en autoverkopers samen en dat gesprek bracht toch heel wat meer informatie. En resulteerde in een gezamenlijke actie van de twee federaties.

Regionaal voorzitter

34

De Nelectra-infosessies

35

5

Elektrische toestellen buiten gebruiken

Nieuwe Nelectra-website

5

IFA: preview en trends

NAR-boete vernietigd

6

Een opleveringsdocument voor beveiligingsinstallatie? 6 Aanvaardingsplicht voor PV-panelen

7

Nelectra-bestuursraad in Living Tomorrow 7 Agentschap Innovatie en Ondernemen kan u steunen

hoofdredacteur: Marc Van Hove

tel. 02/550.17.21, fax 02/550.17.29, e-mail: marc.vanhove@elektrovisie.be

4 | ElektroVisie - juni 2016

10

11>13

E-MOBILITY Laadpalen: elektriciens en garagisten over succes en technische vereisten 14>17

DE SECTOR Duaal leren

23

redactieraad

Viviane Camphyn, Eric Claus, Roger Coteur, Fallon Declerck, Pieter Feys, Els Heyrman, Ludo Holemans, Christophe Louage, Ronny Lannoo, Wouter Vloebergh, Rudy Van Den Bergh, Danny Hermans, Denise Weyers, Dirk Van Steenlandt

INSTALLATIE Trends in Smart Home – deel 2

18>20

Smart Home bij hager

21+22

Trayco kabeldraagsystemen

24+25

EMC: transiënte storingen

26 +27

Info: Niko

28

Info: Fluke

30

Info: Osram

32

Info: Wago

35

DE LAATSTE BLADZIJDE Regionaal voorzitter

8/9

reportages

Wouter Vloebergh, Mediadienst UNIZO e-mail: wouter.vloebergh@telenet.be

verantwoordelijke uitgever

TREVI, Willem Holemans, Meerlaan 9, 9620 Zottegem tel. 09/360.62.16, fax 09/367.49.88 e-mail: willem.holemans@trevi-regie.be

Viviane Camphyn, Stationlei 78 bus 1/1, 1800 Vilvoorde, tel. 02/550.17.11 De artikels en de advertenties verschijnen onder de verantwoordelijkheid van de auteurs en de adverteerders. Overname van artikels is toegestaan mits schriftelijke toestemming van de uitgever. Lid van de Unie van Uitgevers van de Periodieke Pers

vertaling

drukkerij

reclameregie Beroepsorganisatie voor de elektrobranche Stationlei 78 bus 1/1, 1800 Vilvoorde tel. 02/550.17.11, fax 02/550.17.29 www.nelectra.be

Dit jaar leggen we in dit vakblad het accent op Smart Home. U vindt in dit nummer deel 2 van het artikel over trends in Smart Home en we bezochten Hager, die hun visie en producten betreffende slimme woningen presenteren.

DISTRIBUTIE

De Werkgroep Beveiliging!

Informatietijdschrift voor de professionelen uit de elektro-sector. Elektro Visie/Electro Vision heeft een oplage van 10.070 exemplaren. Elektro Visie is een tweemaandelijkse uitgave van:

18

Miles Translations Leopoldstraat 39, 2800 Mechelen tel. 015/28.62.20, fax 015/28.62.21 e-mail: translations@milesgroup.be www.milesgroup.be

Goekint Graphics, 8400 Oostende, tel. 059/51.43.43, fax 059/51.44.43 e-mail: info@goekint.be www.goekint.be

administratie

Françoise Martens, tel. 02/550.17.16 e-mail: francoise.martens@nelectra.be Marian Hemerijckx, tel. 02/550 17 18 e-mail: marian.hemerijckx@nelectra.be

34


NELECTRA INFO DE NELECTRA-WERKGROEP - BEVEILIGING In het vorige nummer kon u kennis maken met de Nelectra-Werkgroep ‘Installatie’. Nelectra is meerdere werkgroepen ‘rijk’ en we stellen ze graag aan u voor. Ditmaal is het de beurt aan de Werkgroep Beveiliging. Deze Werkgroep staat onder leiding van Denise Weyers, beveiligingsondernemer uit Nijlen en verder maken er zo’n tiental installateurs uit diverse regio’s deel van. Een Nelectra-adviseur zorgt voor de begeleiding en zowel de Voorzitter als de Gedelegeerd Bestuurder wonen geregeld de vergaderingen bij. Deze Werkgroep bestaat al een heel tijdje: al van in 1987, dus nog voor de invoering van de befaamde ‘Wet Tobback’, die in 1990 de reglementering bracht van deze beveiligingssector. De Werkgroep heeft toen trouwens heel intens meegewerkt aan het tot stand komen van deze wet. De Werkgroep heeft een aanvullende functie op de provinciale besturen en is een belangrijke hulp bij het uitstippelen van de te volgen politiek en de te behandelen actiepunten van Nelectra. De Werkgroep laat Nelectra aldus toe om van zeer nabij de branche op te volgen en – indien nodig – heel direct actie te ondernemen. Aangezien de federaties hun krachten verenigd hebben op het vlak van de inbraakbeveiliging, binnen de koepelorganisatie Alia Security, is de Werkgroep een belangrijke toetssteen voor deze brancheorganisatie.

Aandachtspunten Het voorbije jaar werd er tijdens de vergaderingen onder meer aandacht besteed aan de nieuwe norm voor branddetectie NBN S21100, controles van het Ministerie verdere professionalisering van Incert, de problematiek rond onderaanneming, het herwerken van de opleidingen. Daarnaast werden de dagdagelijkse problemen waarmee de sector te maken heeft besproken en onder de aandacht van Nelectra gebracht. Als ‘testcase’ werd ook een webinar georganiseerd voor deze groep.

Infosessies Nelectra heeft een lange traditie in het organiseren van regionale infosessies. En voor de beveiligingsbranche is het uiteraard de Werkgroep Beveiliging die meewerkt aan het bepalen van de onderwerpen. Daardoor sluiten die onderwerpen best aan bij wat leeft

en wat belangrijk is voor de sector. Uiteraard verlopen de infosessies via de overkoepelende organisatie voor de inbraakbeveiliging: Alia Security. Wat kwam onder meer aan bod? Als belangrijkste onderwerp het voorbije jaar werden sessies georganiseerd rond de nieuwe NBN S21-100 en over telecommunicatie in verband met alarm over IP of GPRS.

Interesse? De Werkgroep staat natuurlijk open voor nieuwe leden. Hebt u interesse om samen met collega-ondernemers mee te denken en te werken aan de toekomst van de zelfstandige beveiligingsondernemer? En - uiteraard - bent u ook Nelectra-lid? Stuur dan een mailtje naar christophe.louage@nelectra.be U bent van harte welkom! mvh Foto: EV

NIEUWE NELECTRA-WEBSITE! Op woensdag 1 juni is de nieuwe website van Nelectra online gegaan. Nelectra-leden vinden er, zoals steeds, alle belangrijke informatie maar op een meer gebruiksvriendelijke en overzichtelijke manier. Bij Nelectra engageren we ons om u steeds correcte en duidelijke informatie te geven. Met vragen van juridische en technische aard of over bedrijfsvoering kunnen onze leden terecht bij de Nelectra- adviseurs. In de nieuwsbrieven houden we u op de hoogte van wat er reilt en zeilt in de elektrosector: nieuwe wetgeving, interessante premies, boeiende infosessies,… Op onze website www.nelectra.be komen alle thema’s uit onze sector aan bod en krijgt u meer uitgebreide informatie.

Herkenbare termen zoals Personeel, Milieu & Energie, en Beveiliging zijn uw leidraad en gidsen u sneller doorheen alle informatie. Het laatste nieuws uit de sector plaatsen we vooraan op onze homepagina. In een oogwenk krijgt u er ook een overzicht van de infosessies van Nelectra. En voortaan wordt u begroet op de site door onze leden die u vertellen waarom ze Nelectra zo belangrijk vinden. Klik op het citaat en u krijgt meer informatie over deze dienstverlening.

Heeft u vragen of slaagt u er niet in u in te loggen? Laat het ons weten via info@nelectra.be

Het ledennet bevat heel wat nuttige informatie die van toepassing is op uw werkgebied. U hebt er dus belang bij om ons vaak virtueel te bezoeken.

juni 2016 - ElektroVisie | 5


NELECTRA INFO RSZ MOET BOETES WEGENS ONVOLDOENDE OPLEIDINGSINSPANNINGEN TERUGBETALEN !

OPLEVERINGSDOCUMENT VOOR BEVEILIGINGS­ INSTALLATIE?

Onvoldoende opleidingsinspanningen

Als Incert-gekeurd beveiligingsinstallateur dient u een opleveringsdocument aan uw klant af te geven. Hier leest u aan welke voorwaarden dit document minimaal dient te voldoen.

Tijdens het interprofessioneel akkoord (IPA) van 1999-2000 engageerden de sociale partners zich al om meer aandacht te schenken aan kennis en opleiding. Als streefdoel werd voorop gesteld dat alle werkgevers uit de particuliere sector samen minstens 1,9 % van de totale Belgische loonmassa aan opleiding moeten spenderen. In 2005 koppelde het Generatiepact een controlemechanisme aan deze opleidingsverbintenis. Voor de jaren 2008, 2009, 2010 en 2011 kwamen zo meerdere tientallen sectoren via ministeriële besluiten terecht op de zogenaamde “zwarte lijst” van sectoren die onvoldoende opleidingsinspanningen hebben geleverd, waaronder ook de elektrosector.

Sancties op sectorniveau Alle werkgevers die tot die sectoren behoren kregen een sanctie opgelegd, die bestond uit het betalen een extra RSZwerkgeversbijdrage van 0,05%, bestemd voor het Fonds voor betaald educatief verlof. Ook alle werkgevers uit de elektrosector moesten voor de jaren 2009 en 2010 een bijkomende sociale bijdrage van 0,05 % betalen. In totaal was dit goed voor een bedrag van ruim 8 miljoen euro aan boetes, gespreid over zo’n 35.000 unieke bedrijven uit ongeveer 80 verschillende sectoren. De elektrosector is één van de grotere. Die moest dik 300.000 euro betalen, verdeeld over zo’n 4.000 werkgevers en 26.000 werknemers.

Nietigverklaring

In een arrest van 23 oktober 2014 oordeelde het Grondwettelijk Hof – in antwoord op een prejudiciële vraag van de Raad van State – reeds dat de opgelegde sanctie in strijd met het gelijkheidsbeginsel en het discriminatieverbod en bijgevolg ongrondwettelijk is. Daarop vernietigde de Raad van State in een arrest van 4 februari 2016 uiteindelijk het ministerieel besluit met de “zwarte lijst” van sectoren voor het jaar 2009.

Terugbetaling Als gevolg van deze uitspraak moet de RSZ nu overgaan tot terugbetaling van de onterecht opgelegde boetes. Strikt genomen enkel voor 2009, aangezien er enkel voor dat jaar een bindende uitspraak werd gedaan. Na aandringen heeft de RSZ evenwel laten weten dat zij, om pragmatische redenen, gezien de lopende rechtszaken voor andere jaren, ook de andere betwiste jaren waarin de boete werd geïnd zal terugbetalen. De RSZ organiseert deze terugbetaling in principe via een interne verrekening op de verschuldigde bijdragen voor de volgende kwartalen. Enkel wanneer dat niet mogelijk is (bv. omdat de betrokken werkgever niet langer actief is of geen personeel meer in dienst heeft) zal de RSZ tot een effectieve terugbetaling overgaan. Concreet betekent dit dat duizenden werkgevers, zowel uit de elektrosector als uit andere sectoren – dankzij onze doorgedreven inzet – de reeds betaalde boetes zullen terugkrijgen.

De elektrosector leverde samen met het sectorale en paritaire vormingscentrum Vormelek nochtans heel wat inspanningen en ook vele individuele elektrobedrijven hadden de opleidingsinspanningen wel degelijk gedaan, maar werden collectief toch gesanctioneerd. Nelectra heeft dan ook kosten noch moeite gespaard om deze boetes, samen met enkele andere sectorfederaties, aan te vechten en een vordering tot nietigverklaring aanhangig te maken bij de Raad van State. Met succes, zo blijkt nu!

6 | ElektroVisie - juni 2016

Het opleveringsdocument van de installatie bevat minimum de volgende informatie: - verklaring dat de installatie volledig getest werd en operationeel is, met eventuele opmerkingen - verklaring dat het systeem op gepersonaliseerde wijze geprogrammeerd werd voor de klant - verklaring dat de handleiding van de installatie overhandigd werd aan de klant - verklaring dat de wettelijke verplichtingen overhandigd werden aan de klant - verklaring dat het gebruikersboekje overhandigd werd aan de klant - eventuele opmerkingen - datum van ontvangst - naam en handtekening van de technicus, - naam en handtekening van de klant of zijn afgevaardigde Nelectra stelt aan haar leden een standaardmodel van een Incert- opleverings­ document ter beschikking.

Voor vragen kunt u steeds contact opnemen met Nelectra-adviseur Christophe Louage, 02/550.17.19 of christophe.louage@nelectra.be.

IN MEMORIAM Nelectra moest de voorbije maand met spijt afscheid nemen van een oud-bestuurslid. Etienne Lannoo (°15.10.1936) overleed op 9 mei . Hij was elektro-ondernemer in Gullegem, erebestuurder van Nelectra en bestuurslid bij Nelectra West-Vlaanderen.

Fallon Declerck adviseur Nelectra fallon.declerck@nelectra.be

We bieden familie en vrienden, collega’s onze oprechte deelneming aan, in dankbaarheid voor zijn inzet voor de vereniging.


NELECTRA INFO AANVAARDINGSPLICHT AFGEDANKTE ZONNEPANELEN: START VANAF 1 JULI Nieuw beheersorganisme PV CYCLE BELGIUM vzw organiseert collectieve oplossing Vanaf 1 juli 2016 start PV CYCLE BELGIUM met een nieuw en collectief systeem dat het beheer, de inzameling en de verwerking organiseert van afgedankte fotovoltaïsche zonnepanelen in België.

1. Wettelijke verplichting De nationaal en wettelijk verplichte regeling voor het organiseren van de aanvaarding van afgedankte zonnepanelen is een gevolg van de Europese Richtlijn AEEA 2012/19/EU betreffende het beheer van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur. Sinds de laatste herziening in 2012 zitten ook PV-panelen hierin. De Europese richtlijn is in Vlaamse wetgeving omgezet (Materialendecreet en VLAREMA). Ook het Waals en Brussels Gewest is volop bezig met een geharmoniseerde omzetting van deze Europese regelgeving. Elke fabrikant/invoerder is wettelijk verplicht om te zorgen voor de registratie, de rapportering van de hoeveelheid op de markt gebrachte zonnepanelen, de gratis terugname en de verwerking van zijn afgedankte fotovoltaïsche zonnepanelen. Dit kan in België via een individueel of collectief beheersplan.

2. Wie is verantwoordelijk onder deze wetgeving ? Diegene die voor de eerste maal het zonnepaneel in België op de markt brengt. Dit kan dus zowel de groothandel zijn als de kleinhandel of de installateur. Een handig hulpmiddel hierbij is na te gaan wie als eerste factureert met Belgische BTW aan zijn klant, onafhankelijk of die een privépersoon (B2C) of professioneel (B2B) is. De beroepsfederaties PV-Vlaanderen, ELOYA, FEE, FEDELEC en NELECTRA hebben in januari 2016 de Milieubeleidsovereenkomst Zonnepanelen ondertekend die in detail de aanvaardingsplicht regelt. Daarmee organiseren ze een collectieve oplossing voor hun leden die naast installateur ook invoerder zijn.

3. Nieuw beheersorganisme PV CYCLE BELGIUM PV CYCLE BELGIUM vzw is een collectief systeem dat deze verplichtingen organiseert en

UITGEBREIDE BESTUURSRAAD IN LIVING TOMORROW

uitvoert. Het hele systeem wordt gefinancierd door een milieubijdrage per zonnepaneel, dat dient doorgerekend te worden aan de eindklant. Momenteel bedraagt deze 4 EUR (excl. BTW) per zonnepaneel. Voor de praktische organisatie van de aanvaardingsplicht doen de federaties beroep op de jarenlange expertise van PV CYCLE ivzw.

4. Lid worden van PV CYCLE BELGIUM Om in orde te zijn met de wetgeving over de aanvaardingsplicht moet een Belgische fabrikant/invoerder contractueel Deelnemer worden van PV CYCLE BELGIUM. Vanaf 9 mei 2016 kan een fabrikant/invoerder zich inschrijven via het Extranet van PV CYCLE BELGIUM op https://extranet.pvcycle.org/ . Vanaf september 2016 begint OVAM met controles van niet-aangesloten fabrikanten/ invoerders. Als u als installateur ook invoerder bent, kan U dit vermijden door vanaf 9 mei snel aan te sluiten bij het nieuwe collectieve systeem. Als u als installateur uw PV-panelen aankoopt bij een Belgische groothandel of importeur, dan hoeft u zich niet aan te sluiten bij PV CYCLE BELGIUM. U zal op de factuur van PV-panelen die u aankoopt een recyclagebijdrage van 4 EUR (excl. BTW) per zonnepaneel zien verschijnen en u dient die gewoon integraal door te rekenen aan uw eindklant. U kan als installateur wel een inzamelpunt worden van PV CYCLE BELGIUM.

5. Meer informatie Een uitgebreide presentatie is beschikbaar bij uw sectorfederatie, oprichter van PV CYCLE BELGIUM evenals twee folders: • Folder voor fabrikanten / invoerders die zich in regel dienen te stellen met de aanvaardingsplicht. • Folder over hoe afgedankte zonnepanelen worden ingezameld en hoe u hierbij ook kan helpen Voor al uw vragen kan u contact opnemen met PV CYCLE BELGIUM, via email naar belgium@pvcycle.org of bezoek de website www.pvcycle.be. U kan ook adviseur Fallon Declerck contacteren op Nelectra: Fallon.declerck@nelectra.be of T. 02.550.17.14

In april jl. hield Nelectra haar raad van bestuur in Living Tomorrow in Vilvoorde. Tijdens een geleid bezoek met gids konden onze bestuursleden achter de schermen kennismaken met innovatieve ontwikkelingen en er de wereld beleven waarin bedrijven morgen zullen moeten opereren. Nelectra nodigde tevens twee gastsprekers van Flanders Synergy uit, die met het bestuur in debat gingen over de nood aan flexibiliteit in een bedrijf en vooral de gevolgen hiervan voor de interne bedrijfsstructuur. Door de toenemende concurrentie moeten bedrijven snel kunnen reageren en hun concurrenten voor blijven. Deze benadering heeft natuurlijk gevolgen voor de interne bedrijfsstructuur. Bedrijven die zich innovatief organiseren kunnen ook mooi resultaten neerleggen. Ze zijn beter in staat om nieuwe klanten aan te trekken (+22%) , zien hun marktaandeel sneller groeien (+20%) en hebben meer tevreden medewerkers (+20%). Gecombineerd met vormen van co-creatie leidt sociale innovatie niet alleen tot meer innovaties maar ook tot betere bedrijfsprestaties en een betere kwaliteit van de arbeid. De manier waarop het werk georganiseerd wordt maakt dus wel degelijk een verschil. Steeds meer bedrijven ervaren dat de traditionele manier van organiseren ontoereikend is. Ze is te stroef, te bureaucratisch. Men zoekt naar organisatievormen waardoor mensen meer autonomie maar ook verantwoordelijkheid opnemen. Dit in combinatie met de zaakvoerders zelf, die minder operationeel bezig zijn en opnieuw tijd vinden om zich toe te leggen op de uitdagingen waarmee men geconfronteerd wordt (technologisch en afzetmarkt). De boeiende discussie na de uiteenzettingen bewijst dat bedrijven open staan voor extra aandacht voor de interne bedrijfsstructuur. Nelectraleden die interesse hebben kunnen steeds contact nemen met Viviane.Camphyn@nelectra.be juni 2016 - ElektroVisie | 7


NELECTRA INFO AGENTSCHAP INNOVEREN & ONDERNEMEN GEEFT NAAST STEUN VOOR ADVIES EN OPLEIDING IN KMO’S OOK STEUN AAN KMO-GROEIBEDRIJVEN.

Bernard De Potter:

“Nog te vaak horen we: Had ik het maar geweten, dan had ik ook steun aangevraagd.” De Vlaamse overheid geeft al jaren financiële steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor opleiding en advies via de kmo-portefeuille. Die portefeuille is sinds april van dit jaar grondig hervormd en vooral vereenvoudigd. Minder administratieve rompslomp, op maat van de bedrijven én veel doorzichtiger. Op 10 mei van dit jaar kondigde datzelfde Agentschap Innoveren & Ondernemen in opdracht van voogdijminister minister Philippe Muyters ‘de kmo-groeisubsidie’ aan en ondersteunt het op die manier ook bedrijven op een kantelmoment. Kmo’s die een nieuw product lanceren of willen uitbreiden naar het buitenland kunnen daarvoor tot 50.000 euro steun aanvragen.

O

p de 14de verdieping van het ellipsgebouw heeft ElektroVisie afspraak met Bernard De Potter, administrateurgeneraal van het Agentschap Innoveren & Ondernemen. Zijn kantoor in het hart van de Brusselse kantoorwijk heeft een indrukwekkend zicht op de skyline van Brussel. We herkennen meteen de Basiliek van Koekelberg én het statige Atomium. Ongetwijfeld een rustpunt in het veranderingsproces van de voorbije maanden. Het Agentschap Ondernemen en het IWT (het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie) werden samengevoegd tot het Agentschap Innoveren & Ondernemen om de ondernemer nog beter te kunnen dienen. Het huwelijk tussen beide overheidsagentschappen werd begin mei officieel beklonken. Tegelijkertijd zag ook een nieuwe subsidie het levenslicht: de kmo-groeisubsidie.

Oei, oei, ik groei Wat kan die nieuwe kmo-groeisubsidie betekenen voor kleine en middelgrote ondernemingen en wie kan er aanspraak op maken?

Bernard De Potter: "Procedures zijn vereenvoudigd" 8 | ElektroVisie - juni 2016

Bernard De Potter: “Iedereen die met zijn bedrijf op een kantelmoment staat, kan hiervoor in aanmerking komen. Stel dat een elektro-installateur een nieuw product op de markt wil brengen, neem nu een toestel dat het onderhoud van de installatie vergemakkelijkt of dat hij een nieuwe markt wil aanboren. De ondernemer wil zijn producten en/of diensten aan de man brengen in een ander land. Of stel dat een elektrohandelaar groeit en om die transformatie te ondersteunen een nieuw business model wil implementeren. Wel, dan kan hij voor deze strategische beslissing een aanvraag voor steun indienen via de kmogroeisubsidie. Het bedrijf kan tot 50.000 euro subsidie aanvragen. Hiervan kan 25.000 euro voor strategisch advies zoals een haalbaarheidsstudie of een transformatiestrategie aangevraagd worden en/

of 25.000 euro voor de aanwerving van een gespecialiseerd personeelslid. We hebben het totale steunpercentage gebracht op 50%. Ondernemers moeten wel bewijzen aan het Agentschap dat die subsidie ook effectief gebruikt zal worden om dat kantelmoment in het bedrijf te onderzoeken en begeleiden. Deze steun vervangt een zestal instrumenten waarmee het Agentschap hetzelfde wou bereiken en brengt een einde aan de wirwar van subsidies. De kmo-groeisubsidie werd onlangs gelanceerd op het feest van het nieuwe Agentschap Innoveren & Ondernemen op 10 mei in The EGG in Brussel. Het feest, dat eigenlijk gepland was op 22 maart moest omwille van de aanslagen in ons land uitgesteld worden. Maar uitstel is geen afstel en alle partners van het nieuwe Agentschap werden samengebracht om het glas te heffen op de nieuwe samenwerking. Bernard De Potter: “Het Agentschap realiseert hiermee de doelstellingen van de Vlaamse regering. Voogdijminister van het Agentschap Philippe Muyters kreeg naast de bevoegdheid over werk en sport, ook economie en innovatie. “Ondernemen is innoveren” en “Innoveren is ondernemen”, logisch dus dat het Agentschap Ondernemen en het IWT samengebracht zijn als gelijkwaardige partners in een nieuwe structuur. In 2015 werd de nieuwe juridische structuur van het Agentschap uitgewerkt. Momenteel zetten we de puntjes op de i op organisatorisch vlak. In het hele proces hebben we ervoor gezorgd dat er voor de ondernemer een maximale continuïteit was.”

De kmo-portefeuille vereenvoudigd De nieuwe wind die nu waait in het Agentschap voorzag niet alleen in een nieuwe integratie, de lancering van de kmo-groeisubsidie maar ook in de hervorming van de kmo-portefeuille. Dit instrument bij uitstek


voor financiële steun voor advies en opleiding in bedrijven werd grondig aangepakt. Bernard De Potter: “In het verleden kregen we veel te vaak te horen: had ik het geweten, dan had ik ook steun aangevraagd. Ondernemers geraakten verstrikt in de wirwar van steunmaatregelen en gaven hun zoektocht dan maar op. En daarom hebben we de kmo-portefeuille sterk vereenvoudigd en toegankelijker gemaakt. Ondernemers verwachten maar één ding en dat is dat de procedure voor steun gemakkelijk, duidelijk en laagdrempelig is. Eenvoud primeert, zo weinig mogelijk administratieve rompslomp. Voor de aanvraag ingediend wordt, moet het voor het bedrijf al duidelijk zijn dat het voor steun in aanmerking komt. Vroeger kende de kmo-portefeuille heel wat verschillende categorieën: advies, opleiding, technologieverkenning en coaching. Dat hebben we nu gereduceerd tot 2 diensten: advies en opleiding. En ook het steunplafond is nu duidelijker. 40% steun voor advies en coaching voor kleine ondernemingen (-50 werknemers) met een plafond van 10.000 euro. Voor middelgrote ondernemingen (-250 werknemers) wordt dat 30% en bedraagt het plafond 15.000 euro. Een kleine of middelgrote onderneming spreekt een externe partner aan voor advies of opleiding, de kmo dient een steunaanvraag in en krijgt de financiële tegemoetkoming. Zo simpel is het nu. Op 1 april van dit jaar is de nieuwe kmoportefeuille gelanceerd maar het is nog te vroeg om een eerste evaluatie op basis van de marktsignalen te maken. Dat voorzien we in september, traditioneel een topmaand voor aanvragen. Momenteel ligt de focus vooral op informeren met name de boodschap uitdragen dat bedrijven subsidies voor advies en opleiding zonder al te veel poespas kunnen aanvragen.”

Beroepsfederaties als belangrijke partner Bernard De Potter: "Nelectra is een belangrijke partner in de verspreiding van de informatie over de steunmaatregelen van het Agentschap Innoveren & Ondernemen aan hun leden, de elektro-ondernemers. Elektrohandelaars en elektro-installateurs kunnen er met al hun vragen terecht bij de adviseurs. En we hebben ook een structurele samenwerking opgezet met de Federatie van Vrije beroepen (boekhouders, accountant, revisoren). Deze kennen het bedrijf als geen ander en kunnen zeker ook signaleren aan hun klanten dat ze in aanmerking komen voor onze stimuli. In de toekomst

Bernard De Potter: "Nelectra is een zeer belangrijke partner." willen we een soortgelijke samenwerking uitwerken met de banken want bedrijven kloppen bij hen aan voor de financiering voor een nieuw project. We informeren bedrijfsleiders op het juiste moment via de juiste kanalen. Mijn brievenbus zit vol met informatie over nieuwe wagens maar het is pas op het moment dat ik een nieuwe auto wil aanschaffen dat die informatie belangrijk wordt voor mij. Daarom doen we ook geen grootscheepse campagnes over de vernieuwde portefeuille op de openbare radio of tv. We communiceren gericht via de beroepsorganisaties en andere belangrijke partners van bedrijven." Bernard De Potter werkt sinds 2006 als administrateur-generaal voor het Agentschap, dat toen nog Agentschap Economie was. In de volgende jaren wil hij innoveren en ondernemen als logische thema’s aan elkaar koppelen.

Steun is onontbeerlijk in onze samenleving Bernard De Potter: “We willen met deze steunmaatregelen een gedragsverandering teweeg brengen. We willen dat ondernemingen meer gaan innoveren en dat die innovatie op een professionele manier gebeurt. Want consumenten willen nieuwe producten en bedrijven ontwikkelen. Financiële stimuli zijn een belangrijke bijdrage om tot die ontwikkeling te komen. Maar we moeten ook waakzaam blijven zodat de belastingbetaler return on investment krijgt.”

En wat betekent een succesvolle integratie van beide organisaties? Bernard De Potter: “In de toekomst herbekijken we de innovatieprojecten voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze projecten behoorden toe aan het ex-IWT, waarbij de basis voor de steun onderzoek en ontwikkeling was. We bekijken nu hoe we dat programma, waar een 1000-tal bedrijven een beroep op doen, ook kunnen aanpassen, nog meer op maat van de kmo’s. Verder willen we aan de steun voor vraag ook diensten koppelen. Bedrijven die steun vragen om een product op de markt te brengen moeten we ook in contact brengen met distributiekanalen. Bijvoorbeeld een elektrobedrijf dat een nieuwe domotica toepassing in de zorgsector wil ontwikkelen, moeten we ook inzichten geven in andere zaken dan hun core business bijvoorbeeld hoe de financiering in de gezondheidszorg werkt.” Interview: Els Heyrman Foto’s: Dann

Wil u steun aanvragen?

Contacteer Nelectra: info@nelectra.be of 02/ 550.17.11 Of via het contactcenter van het Agentschap Innoveren & Ondernemen: 0800/ 20.555 of www.vlaio.be

juni 2016 - ElektroVisie | 9


DISTRIBUTIE

Elektrische toestellen buiten gebruiken RISICO’S BEPERKEN!

De zomer staat voor de deur en dus is het goed even stil te staan bij het gebruik van elektrische toestellen, verlichtingstoestellen, kookplaten en/of verwarmingsplaten in open lucht. Elektriciteit is voor die toepassingen veruit de veiligste oplossing. Maar het risico op brand of elektrocutie kan nooit volledig worden uitgesloten als bepaalde basisregels niet worden gevolgd voor het gebruik en de keuze van het materieel.

- Hou toestellen en snoeren, al dan niet tijdelijk, weg van het zwembad. Om extra te beschermen tegen het risico op rechtstreekse aanraking raden wij ten stelligste aan om de beveiliging van de stroomkringen naar dergelijke plaatsen aan te vullen met een bijkomende differentieelschakelaar met heel hoge gevoeligheid (10 mA). Deze beveiliging kan rechtstreeks in het elektrisch bord worden geïnstalleerd, maar er bestaan ook verplaatsbare inrichtingen die tussen het verlengsnoer en het stopcontact worden geplaatst.

Tips voor het veilig gebruik van elektrische toestellen in tuin of op terras Elektrische installaties moeten ook veilig zijn in de tuin of op het terras. Het gebruik van elektrische toestellen buitenshuis is echter niet zonder risico’s. Enkele aandachtspunten die u aan uw klant kan meegeven.

- Controleer vooraf of de isolatie van de snoeren niet beschadigd is en de snoeren ook voorzien zijn van een aarding (verlengsnoeren die bij klasse II toestellen horen zijn niet altijd geschikt omdat die toestellen dubbel geïsoleerd zijn) . In geval van twijfel wordt best een professional ingeschakeld die de ernst van de schade kan inschatten en/of de nodige controle, herstelling of vervanging kan doen.

- Hou kleine kinderen uit de buurt van de toestellen en de onderdelen van de installaties. Een ingeplugd verlengsnoer is immers geen springtouw. Elektrisch speelgoed moet, in overeenstemming met de certificatie (CE), voldoen aan heel strenge producteisen, onder andere wat de spanning betreft.

- Het verlengsnoer van de motor van de ventilator van een springkasteel bijvoorbeeld moet, als het vrij lang moet zijn, een geschikte doorsnede (bij voorkeur 2.5mm2) hebben zodat de spanningsdaling niet te groot is. U zal dit verschijnsel vaststellen wanneer de motor heel traag of gewoon niet werkt.

- De toestellen moeten in goede staat en geschikt voor gebruik buitenshuis zijn, en het omhulsel mag niet beschadigd zijn. In het kader daarvan is het sterk aan te raden spatwaterdicht materieel met een IP-beschermingsgraad van 24 of meer te gebruiken. U vindt die beschermingsgraad over het algemeen terug op de identificatieplaat van het materieel. Indien niet mogelijk, is het verstandig de nodige voorzieningen te treffen, om bv waterinslag (door regen of waterpistolen) te voorkomen.

- Vooraleer u de stekker van de kookplaten insteekt, dient u na te gaan of de doorsnedes van de geleiders van de verlengsnoeren voldoende zijn om bestand te zijn tegen de verbruikstroom van de platen. Lees de instructies van de fabrikant. U moet ook aandacht hebben voor de maximale stroom waarvoor de tafelcontactdozen, veelal max 16A (3.680W), geschikt zijn, vooral als er verschillende verbruikstoestellen aangesloten worden.

- Toestellen en verlengsnoeren kunnen enkel veilig worden aangesloten op een correct gerealiseerde elektrische installatie. Het AREI bepaalt sinds 1981 dat een hoofddifferentieelschakelaar met een uitschakelstroom van maximaal 300 mA moet worden geplaatst, eventueel met een bijkomende differentieelschakelaar van 30 mA, en dat een correcte aarding moet worden gerealiseerd. Toch is het goed eraan te herinneren dat veel oude installaties niet over een dergelijke « basis » uitrusting beschikken en dat soms zelfs beveiligingen overbrugd zijn en de gebruiker geen enkele bescherming bieden. - Als het toch een conforme installatie betreft, wordt die best periodiek getest met behulp van de daartoe voorziene testknop, om de goede werking van differentieelschakelaars te waarborgen. 10 | ElektroVisie - juni 2016

- Zorg er altijd voor dat het verlengsnoer volledig van de haspel afgewikkeld is. Anders kan het oververhitten en de ingebouwde thermische beveiligingen in werking doen treden. - Als de beveiligingsautomaat voortdurend in werking treedt, is het aan te bevelen de belasting anders te verdelen tussen stopcontacten van verschillende kringen of ze te verminderen. Test dat vooraf om alle verrassingen te voorkomen als het donker wordt op een warme zomeravond. Dankzij deze enkele aandachtspunten zullen uw klanten hopelijk een veilige, goede vakantie hebben. Philippe BIRON Technical Manager Electricity


DISTRIBUTIE

IFA (en CE China) DE GECONNECTEERDE CONSUMENT

In april vond in HongKong de internationale persconferentie plaats van de belangrijkste CE-beurs ter wereld: IFA in Berlijn. Tegelijk lanceerden de verantwoordelijken van IFA en Messe Berlin in het nabijgelegen Chinese Shenzhen de eerste editie van CE China, een CEbeurs volgens de ‘format’ van IFA, wat betekent: aantrekkelijke standen, maar ook events en briefings, met een feilloze organisatie.

2016

IFA Berlijn Laat ons beginnen met de voor ons, Westerlingen, belangrijkste beurs voor Consumer Electronics en Home Appliances: IFA. Niks dan positief nieuws hier: CEO van Messe Berlin, Dr. Christian Göke, kon melden dat ook editie 2016 tot de laatste beschikbare meter volzet is en dat het aantal bezoekers nog steeds in stijgende lijn verloopt. Ook vanuit België trouwens, waar met name diverse aankoopgroeperingen en fabrikanten

in groep deze beurs bezoeken. Messe Berlin heeft dit jaar nog een extra locatie gevonden in een gerenoveerd spoorweggebouw in Berlijn, waar diverse fabrikanten een aantal speciale events zullen organiseren. Begin september staat Berlijn dus weer voluit in het teken van huishoudelektro en consumentenelektronica met, naar verwachting, ruim 1600 fabrikanten op een tentoonstellingsruimte van 150.000 m² en zowat 300.000 bezoekers. Aanrader, zeker en vast!

Goed voor de vitamines. Nog beter voor uw gezondheid. VitaFreshpro De nieuwe koelkasten met VitaFresh pro houden uw voeding tot 3 x langer vers. Gezond leven wordt hierdoor een stuk gemakkelijker. Meer frisse ideeën op www.bosch-home.be

juni 2016 - ElektroVisie | 11


DISTRIBUTIE

Jurgen Boyny (GfK): “Dankzij innovatie en connectiviteit blijft de markt groeien.”

BSH legt accent op Smart Appliances

CE China

volle steun van stad en gewest. En alvast de openingsdag toonde een opvallend grote opkomst, zowel van Chinese pers als van algemeen publiek.

West-Europa is zeker niet het centrum van de wereld, hoe zeer we dat ook denken misschien. Dè groeimarkten voor onze branche situeren zich in Azië en Zuid-Amerika. Landen als Indië en China, heel Pacific Azië trouwens, kennen een sterk toenemende middenklasse1. Momenteel 24% ofwel 1,8 miljard van de totale wereldbevolking, in 2020 wordt dat 41% en tegen 2030 zou dat 58% van de wereldbevolking betreffen (4,9 miljard van de 8,5 miljard). En dat is natuurlijk bijzonder interessant voor de fabrikanten van CE en huishoudtoestellen. Niet verwonderlijk dan ook, dat heel wat fabrikanten niet alleen (een deel van) hun productie laten plaats vinden in die regio, bijvoorbeeld China, maar ook en vooral: dat ze zich sterk willen promoten bij die miljarden potentiële klanten. En dat kan onder meer door deel te nemen aan belangrijke beurzen. China kent uiteraard reeds enkele CE-beurzen, in Shanghai en HongKong bijvoorbeeld, maar er was zeker nog ruimte voor een nieuwkomer, zeker als die georganiseerd werd volgens het beproefde IFA-concept. Een vakbeurs die een fijne mix biedt van informatie, show en professionalisme. Daarom lanceerde Messe Berlin in het Chinese Shenzhen (12 miljoen inwoners!) een eerste editie van een ‘Aziatische IFA’. In quasi gloednieuwe beursgebouwen en met de 1 Volgens de OESO, de Organisatie voor Economische samenwerking en Ontwikkeling, behoren mensen die dagelijks over 10 tot 100 dollar aan koopkracht beschikken tot de ‘middenklasse’

Voedselbereiding: belangrijk in kleine huishoudtoestellen 12 | ElektroVisie - juni 2016

Grote huishoudtoestellen Evolutie of revolutie? Sinds nogal wat jaren ondertussen, werd connectiviteit in huishoudtoestellen gedemonstreerd door de fabrikanten aan de retailers. En het was stof voor geanimeerde debatten tussen de ‘kenners’ van de markt. Maar daar bleef het evenwel bij. Maar nu? Zou het kunnen dat connectiviteit in huishoudtoestellen eindelijk de grote doorbraak kent? Wat zijn de mogelijke scenario’s? Wordt IFA 2016 het scharnierpunt? Allereerst dit: de markt van grote huishoudtoestellen blijft groeien, met tot wel 4% dit jaar, een totaal van zo’n 522 miljoen toestellen. Mondiaal dan wel. Maar toch met een 3% in Europa. En dan is er de volgende zeer belangrijke trend: de consument is bijzonder geïnteresseerd in Smart Home (zie ook pag. 18 e.v. in dit nummer). Meer dan de helft van de consumenten denkt dat Smart Home technologie een belangrijke impact zal hebben op hun leven, de komende jaren. En 60% zegt dat ze in de komende twee jaar een Smart Home product zullen aankopen. En dan komen we tot de huishoudtoestellen. En daarvoor trekken we naar China. De Chinese consument is blijkbaar een voortrekker in de interesse voor die connectiviteit van huishoudtoestellen. Vandaar dat geconnecteerde huishoudtoestellen al even op de markt zijn in China. En daar kunnen we vaststellen – enfin: GfK - dat, bijvoorbeeld bij koelkasten, het prijsverschil tussen een ‘slimme’ en een ‘normale’ koelkast afneemt. En er worden ook meer en meer ‘slimme’ wasmachines verkocht. Wat ook vastgesteld wordt in Europa.


VR: nieuwe trend in CE

BSH pakte opvallend fors uit met zijn smart appliances op CE China in Shenzhen.

Official Partner of the Future since 1924

Maar ‘smart appliances’ veronderstellen ook ‘smart retailing’! En daar wringt nog het schoentje. De consument is absoluut geïnteresseerd in slimme huishoudtoestellen, de retailer moet hierop inspelen. Want, ofwel negeert hij dat segment van de markt, ofwel positioneert hij zich als ‘expert’ in Smart Home en krijgen die toestellen een prominente plaats in de toonzaal èn biedt hij daarbij een uitstekende service. Kiezen dus! Maar toch best die opportuniteit grijpen.

Kleine huishoudtoestellen Elke seconde worden er wereldwijd vijftig kleine huishoudtoestellen verkocht! En de markt blijft positief. Ook in ons land: vorig jaar + 8% in waarde. De markt blijft groeien dankzij innovaties. In West Europa betreft het dan vooral toestellen die zich situeren in het domein van ‘health and beauty’. En natuurlijk voedselbereiding. Ook bij de kleine toestellen zien we de trend naar connectiviteit. Denk maar aan weegschalen, multicookers of robotstofzuigers. En natuurlijk de intrede van de energielabels.

Consumer electronics Eerlijk? 3D is niet bepaald een succes gebleken, het brilletje, inderdaad. Wat interesseert de consument dan wel? PIXELS! De belofte van een ‘beter’ beeld, dankzij 4K (zeer binnenkort zelfs 8K). tegen eind 2019 zullen er 290 miljoen 4K tv’s verkocht zijn (en al 1,4 miljoen 8K tv’s op de markt gezet). En we spreken dan wel over grote schermen, liefst 65 inch. En die tv is dan uiteraard geconnecteerd, want men kijkt meer en meer naar ‘personal’ video. YouTube, Snapchat, zelfgemaakte video’s met smartphone en goedkoper geworden 4K camera’s. Video wordt ook meer en meer bekeken via providers zoals Netflix. En nog even over smartphones: dit jaar zullen er 1,4 miljard verkocht worden, waarvan 314 miljoen van Samsung. Nog enkele sleutelwoorden voor de komende jaren: VR en AR. Virtual Reality vooral voor games, Augmented Reality waarbij hologrammen geprojecteerd worden in de dagelijkse realiteit. Boeiend toch?

The Global Innovations Show IFA+ Summit Vision Meets Industry Your Early Bird Ticket! ifa-berlin.com /summit

Meer nieuws op IFA 2016, van 2 tot 7 september in Berlijn! mvh foto’s IFA

IFA-Contact: Belgisch-Luxemburgs-Duitse Kamer van Koophandel Tel. +32 2 204 01 85 ernst@debelux.org


E-MOBILITY

Rondetafelgesprek laadpalen

ELEKTRICIENS EN GARAGISTEN OVER SUCCES EN TECHNISCHE VEREISTEN VAN ELEKTRISCHE WAGENS EN DE NODIGE INFRASTRUCTUUR

Federaties en hun kenniscentra: "Dialogeren met de beleidsmakers voor meer duidelijkheid."

Nelectra organiseerde recent een debat over laadpalen en elektrische wagens. Na een korte stand van zaken brachten deelnemers uit verschillende sectoren en van diverse kennisorganisaties de voornaamste pijnpunten in kaart. Tijdens het rondetafelgesprek groeide al gauw het idee om een aantal zaken samen aan te pakken…

Elektrische wagens: stand van zaken Philippe Decrock, expert alternatieve aandrijvingen van Traxio, de federatie voor distributie en naverkoop van auto’s: “2015 was geen slecht jaar voor de elektrische voertuigen. Het aantal inschrijvingen is iets gestegen, maar blijft in absolute cijfers wel klein. Eind 2015 hebben veel merken echter het geweer van schouder veranderd, waaronder ook premium merken. Het Diesel Gate –verhaal speelt daar een rol in. Er zijn sneller hybrides op de markt gebracht, en ook volledig elektrische voertuigen. Begin dit jaar 14 | ElektroVisie - juni 2016

werden er op het autosalon 226 % meer hybrides verkocht t.o.v. de vorige editie. Vooral bedrijven kiezen voor hybrides, omdat het fiscaal interessant is. Ze zijn 100% aftrekbaar, en hybrides zijn vrijgesteld van inschrijvingsgeld en van de belasting bij inverkeerstelling. In Nederland zien we dat er vorig jaar 580 zogenaamde ‘stekkerauto’s’ of plug-ins ingeschreven zijn, maar er zijn er wellicht meer verkocht. Zo zijn er op het laatste autosalon al 167 stuks van de Leaf verkocht, de 100% elektrische wagen van Nissan. Ook Renault bevestigt dat de belangstelling voor 100% elektrische wagens groeit. De premie van 5000 euro voor zero-emissiewagens voor particulieren mist haar effect niet. We vrezen wel dat het budget midden dit jaar al op zal zijn. We vragen dan ook aan de minister van Energie om het budget van 2017 eventueel al naar voren te schuiven.” Eric Claus, nationaal voorzitter Nelectra: “We zijn nog volop de problemen voor onze infrastructuur door de PV-installaties aan het

Viviane Camphyn: “We hebben steeds ‘producten’ verkocht, terwijl je nu meer en meer ‘diensten’ moet verkopen.”


E-MOBILITY

Luc Missante: “Heel wat autodealers zijn nog niet vertrouwd met deze technologie.”

oplossen en er dreigt al een nieuw probleem met de elektrische voertuigen. Daar moeten we wel voor opletten, dat zo’n scenario zich niet herhaalt.” Peter Claeys, directeur Volta: “Elektrische voertuigen kan je ook stimuleren met andere zaken dan subsidies. Denk maar aan het openstellen van busbanen, of aan de mogelijkheid om enkel elektrische voertuigen in de stad binnen te laten. Zo krijg je een heel andere dynamiek in de verkoop van elektrische auto’s, zonder dat je een PV-panelenverhaal krijgt.”

De auto van de toekomst? Luc De Moor, Group Managing Director, Educam: “Vanuit technisch standpunt kan je je de vraag stellen of investeringen in elektrische voertuigen in het algemeen wel zinvol zijn. Momenteel zijn er namelijk 3 belangrijke evoluties aan de gang. Ten eerste is er de evolutie naar zero ownership, waarbij we producten gaan gebruiken in plaats van ze in volledige eigendom te hebben. Ten tweede is er de evolutie naar zero accident, met onder meer de ‘auto zonder chauffeur’. En ten derde is er het verhaal van zero emission, vervoer zonder uitstoot. Zo is de hybride auto bijvoorbeeld geen auto zonder emissies, want eens je er buiten de stad mee rijdt, heb je wel degelijk uitstoot. Eigenlijk gaat het bij hybride voertuigen dus over technologie die straks al verouderd is. En de elektrische auto verlegt de uitstoot naar een pollutie op het niveau van de elektriciteitscentrale. E-mobility is nu een keuze van de politiek, niet van de logica. De echte techniek ligt elders. Wel interessant zijn bijvoorbeeld de brandstofcellen, waarmee je elektriciteit opwekt onder de motorkap. Deze technologie is ontwikkeld in Azië, waar er heel wat kennis zit. Zo’n auto kost vandaag ongeveer 60 000 euro.” Hij vervolgt: “Andere vraag is hoe de maatschappij de energieproductie ziet evolueren?

Wat met kernsplitsing? Fusie? Thermische productie...? Het elektriciteitsverbruik neemt alsmaar toe. Je kan de toename wel proberen afremmen, maar dalen zal het niet. En wat met smart grids? En wat is maatschappelijk wenselijk? De kleinste Citroen op het voorbije autosalon verbruikt een heel pak meer dan de 2 pk van 50 jaar geleden. Als je auto’s wil met een laag verbruik, moet er ook een markt voor zijn. In praktijk zijn er vandaag vooral veel SUV’s.”

gebruiken op hun afgeschermde parkings. Dat geldt niet voor openbare laadpalen. Daarom hebben de aanbieders daarvan begin dit jaar samen een feitelijke vereniging opgericht. Daarbij hebben ze samen een charter opgesteld. Een van de speerpunten daaruit is het garanderen van de interoperabiliteit.”

William Stinissen, expert elektrisch vervoer en smart grids, Volta: “De elektrische wagen zal aanvankelijk maar een fractie uitmaken van het wagenpark. Veel elektrische auto’s zullen bijvoorbeeld als tweede wagen dienen, om 30 à 40 km mee te rijden. Voor langere afstanden zijn er andere opties.”

Publieke laadpalen: de kip of het ei

Publieke laadpalen: stand van zaken Philippe Decrock: “Elke Europese lidstaat moet tegen november een rapport overmaken. Daarin moet staan welke maatregelen ze plannen om het wagenpark te ‘vergroenen’: hoe gaan ze de verkoop stimuleren van auto’s op alternatieve brandstoffen, welke investeringen in infrastructuur voorzien ze…? Vlaanderen maakte al zo’n plan op, met doelstellingen tot 2020. Zo wil Vlaanderen een verkoop van 60.000 elektrische wagens tegen 2020, en 5000 laadpalen tegen 2019. De plaatsing daarvan wordt gecoördineerd door Eandis. De aanbesteding hiervoor heeft wel vertraging opgelopen. De aanbieders vrezen hierbij dat er een monopolie zou komen, en stellen zich vragen over de plaats waar de laadpalen zouden komen. In het kader van het EVA-project gebeurde hier al een studie naar. Aan de hand van OPTIGRID-software bekeken de onderzoekers welke de beste locaties waren om laadpalen maximaal te laten renderen, rekening houdend met sociologische en economische omstandigheden. Die onderzoeksresultaten gebruikt Eandis nu om een visie uit te werken over de locaties ervan, maar uiteindelijke nemen de steden en gemeenten hierin de eindbeslissing. En in het verleden gebeurde het al dat steden daar een jaar over discuteerden. In de privésector zien we intussen dat autofabrikanten met hun dealers in overleg gaan om te bekijken waar er een laadpunt kan komen. Momenteel is er echter nog een gat in de wetgeving. Staat een laadpaal op privéterrein, dan mag je iedereen toelaten en mag je er geld voor vragen. Dat geldt ook bijvoorbeeld voor supermarkten, buurtwinkels… die buurtbewoners willen helpen om hun palen te

Eric Claus: “De politiek zou die lacunes in de wetgeving vandaag moeten aanpakken, want nu zijn we op zand aan het bouwen.”

Philippe Decrock: “De grote lijnen zijn uitgetekend, de politici gaan ervan uit dat de industrie dat wel zal oplossen. Maar je moet daarvoor eerst een kritische massa hebben. Pas als een technologie rendabel is, heb je geen subsidies of andere steun meer nodig. Het probleem is ook deels maatschappelijk. Zo is de vraag wat de rol van de steden en gemeenten hierin zal zijn. Iedere gemeente heeft al een mobiliteitsplan, maar hoeveel hebben er al laadinfrastructuur in voorzien? Leuven en Sint-Truiden zijn momenteel koplopers.” Eric Claus: “Hoe ga je bijvoorbeeld een historische stad als Brugge overtuigen om hierin

Eric Claus: “We moeten aandacht hebben voor de invloed van de laadpalen op de netinfrastructuur.”

Philippe Decrock: “De belangstelling voor 100% elektrische wagens groeit, mede door de premie die de overheid geeft.” juni 2016 - ElektroVisie | 15


E-MOBILITY mee te gaan? En dat terwijl er in onze steden ook heel wat buurten zijn waar de bewoners geen garage hebben om zelf thuis te kunnen laden.” Peter Claeys: “Laadinfrastructuur kan zich evengoed aan de rand van de stad bevinden, op een plaats vanwaar je dan gemakkelijk naar de stadskern geraakt.” Philippe Decrock: “In Nederland is er bijna een wildgroei aan laadpalen. Maar de situatie daar is moeilijk te vergelijken met ons land op sociologisch vlak. Heel veel particulieren hebben er geen oprit of garage. Je moet er nu soms al in de file staan om te kunnen laden. Er zijn namelijk veel meer elektrische voertuigen dan laadpalen. Het Clean Poweractieplan van de Vlaamse regering stelt wel voor dat in een wijk waar al 3 à 4 gezinnen een elektrische auto willen, de gemeente dan gestimuleerd moet worden om een laadpaal te plaatsen, zonder deze te privatiseren.”

Thuis laden, niet altijd even evident Philippe Decrock: “Dan hebben we het nog niet over de infrastructuur bij particulieren

thuis. Onze dealers krijgen soms ook niet de juiste of volledige info van hun merken. En de particulier blijft al helemaal op zijn honger zitten. Zo heeft elk merk wel een leverancier voor wall boxes, maar de opvolging is niet altijd even goed. Daarom bekijken we ook samen met Educam hoe we daar duidelijkheid in kunnen brengen. Als klanten geen goede uitleg kunnen krijgen, krabbelen ze terug. Ook onze dealers kunnen niet alle vragen oplossen over wat er precies nodig is in de klant zijn woning. Hoe oud is de installatie? Wie betaalt de elektriciteit bij een leasingwagen…? Er is nood aan een draaiboek, zodat we de klanten kunnen geruststellen, zowel de bedrijfsklanten als particulieren.” Luc Missante, directeur Traxio: “Zelf vandaag kan het al gebeuren dat je niet genoeg spanning hebt om wafels te bakken. Hoe moet het dan gaan met elektrische auto’s? De realiteit is ook dat velen een noodgenerator gekocht hebben. Het idee leeft dus ook dat elektriciteit niet altijd bevoorradingszeker is. Bovendien zijn veel dealers er nog niet klaar voor. Plots worden ze nu geconfronteerd met een motor op gelijkstroom, waarmee ze niet vertrouwd zijn, met het nodige elektrocutiegevaar.” Viviane Camphyn, gedelegeerd bestuurder Nelectra: “Samen met Volta, I-Cleantech en TheNewDrive dienden we een projectaanvraag in bij de Vlaamse overheid, om een project te kunnen opstarten rond ‘e-mobility’. Bedoeling is om op dat soort vragen een antwoord te formuleren.”

Luc De Moor: “Opgelet, want de technologische evolutie gaat erg snel!”

Luc De Moor: “Vandaag kan je je BMW E3 online bestellen, en laten leveren bij je dealer naar keuze. Maar welke info krijg je dan, wie geeft er je uitleg? Wat als je op de 24e verdieping woont in een flatgebouw? Wat is een wall box precies, wat doet hij? Nu raden dealers dat nog te vaak af, omdat het nog in zijn kinderschoenen zou staan. Terwijl hij het eigenlijk nog niet beheerst. Dat willen we aanpakken met het e-mobility-project. Idealiter is het hele gebeuren vanaf de centrale tot aan de laadpaal het verhaal van de elektrotechnicus, en is het vanaf het stopcontact aan de auto-industrie. Maar zo simpel is het niet.”

Nood aan informatie

Dirk Van Steenlandt: “Als er meer elektrische auto’s komen zal er meer thuislaadinfrastructuur zijn dan publieke laadpalen.” 16 | ElektroVisie - juni 2016

Dirk Van Steenlandt, zaakvoerder van A.E.M.Dirk Van Steenlandt en nationaal ondervoorzitter van Nelectra: “Als er meer elektrische auto’s komen zal er meer thuislaadinfrastructuur zijn dan publieke laadpalen. Wij beschikken momenteel niet over de nodige informatie, maar moeten de problemen wel oplossen. En hoe doen we dat veilig?

Danny Hermans: “Over de veiligheid van laadinfrastructuur bestaat een geharmoniseerd document.”

Zo zegt de ene dealer dat een gewone stekker volstaat voor een BMW, terwijl er voor Porsche 3 fasen nodig zijn. Maar nergens krijgen we een handleiding, of richtlijnen over wat correct is en wat niet. Aangezien de markt vooral in de particuliere laadpunten zal groeien, hebben we daarover meer info nodig. Het gaat namelijk over veiligheid en verantwoordelijkheid.” Danny Hermans, expert AREI en reglementering, Volta: “Over de veiligheid van laadinfrastructuur bestaat er een geharmoniseerd document (nvdr: HD 60364-7-772: Low voltage electrical installations – Part 7-772: Requirements for special installations or locations – Supply of electric vehicle). Dat document voorziet standaard een differentieel van maximaal 30 mA voor elk laadpunt. Omwille van selectiviteit voorzie je dan ook best een aparte kring. Vanaf 3 fasen en wanneer een foutstroom van meer dan 6 mA gelijkstroom mogelijk is, heb je een differentieel type B nodig. Interoperabiliteit zit dan weer niet in dit document vervat, net zomin als het communicatief deel, over hoe auto en laadpaal communiceren, is er hierin niets vervat.” Dirk Van Steenlandt: “Nu leveren ze de adapter vaak bij de auto, of het nu over 1 of 3 fasen gaat. En dealers geven de boodschap mee dat je het gewoon in het stopcontact steekt en klaar. Terwijl ik geen Tesla moet kopen als ik geen 3 fasen heb…” Luc De Moor: “Ook over het thuis opladen van elektrische auto’s bestaan er vandaag de dag al installatievoorschriften. Maar die zijn weinig gekend, het is moeilijk om door het bos de bomen nog te zien. De dealers moeten nu ineens bij de auto nog laadinfrastructuur verkopen. We moeten dat voor hen verduidelijken, demystifiëren.”


E-MOBILITY Dirk Coene, IECH Industriële Elektriciteit Coene Hooglede: “Als we naar een hoger niveau van oplading gaan dan zijn de meeste residentiële installaties niet geschikt. Enkel bij het hoger segment aan woningen vind je er die voldoen. De meeste woningen beschikken enkel over een monofasige installatie met een stroomsterkte van 40 A, meer niet. Maar daar laad je geen wagen mee op binnen een aanvaardbare termijn. We staan dan ook dikwijls met de rug tegen de muur. Een installatie verzwaren en opnieuw laten keuren kost veel.”

Viviane Camphyn: “We zijn altijd gewoon geweest om producten te verkopen, terwijl je nu steeds meer diensten moet verkopen, pakketten moet aanbieden. Garagisten en elektriciens moeten samenwerken. We moeten beide sectoren helpen, en we hebben goede kenniscentra en federaties om dat te realiseren.”

Eric Claus: “Klanten gaan soms eerst naar een elektricien, maar velen gaan direct naar een dealer, en komen met een gewoon snoer naar huis. Dan volgt de ontnuchtering. Er zijn nog heel veel oude installaties, die niet geschikt zijn.”

Dirk Coene: “Eigenlijk zou je met je keuringsverslag naar de garage moeten gaan. Als klant wil je namelijk geen uitgebrande zekeringkast. De installateur moet er klanten ook goed over kunnen informeren.”

Dealer vs elektricien? William Stinissen: “De eisen van de verschillende fabrikanten zijn vandaag verschillend. Als er geen nulgeleider is, dan is dat voor sommigen een probleem, voor andere niet. Een garagist zou kunnen doorverwijzen naar een elektricien. Maar wil je na 4 jaar een andere auto, dan heb je misschien toch nog een andere installatie nodig.” Luc De Moor: “Vroeger zocht de klant een auto. Nu moet de dealer echt op zoek om zijn klant zo lang mogelijk te binden aan zijn bedrijf. Dat kan door hem te ‘ontzorgen’, en hem oplossingen aan te reiken voor zijn elektrische wagen. Maar dat vraagt een ander verdienmodel, waarbij je een volledig proces in de markt zet. Je moet de klant uit het spanningsveld halen van wie ‘fout’ is, de elektricien of dealer. Maar daarvoor moeten we misschien naar een ander verdienmodel, met een single point of contact.”

Peter Claeys: “Waar moet je laadinfrastructuur plaatsen?”

Philippe Decrock: “Je moet al de pijnpunten van je eigen installatie kennen voor je naar de garage gaat. En de garagist moet kunnen zeggen wat de vereisten zijn.”

William Stinissen: “De eisen van de diverse autofabrikanten zijn vaak nog verschillend.”

Conclusies Eric Claus: “Belangrijk is dat we – elektriciens en dealers samen - in één front naar de politiek stappen om de elektrische wagens te stimuleren. En eigenlijk zou een elektrische wagen pas geleverd mogen worden als de huisinstallatie gekeurd is. Daarbij zou je klant dan een paspoort kunnen krijgen, met wat kan en niet kan. Dan vermijd je ontevreden klanten.” Viviane Camphyn: “Daarnaast is het ook belangrijk dat we samenwerken om onze leden te informeren, zodat zowel garagisten als elektriciens beter geïnformeerd zijn en elkaar kunnen vinden.“ Luc De Moor: “Zeker in de evolutie naar de ‘connected car’, de auto die zelf gegevens genereert, is zo’n samenwerking belangrijk. Zo kan de elektrische auto signalen doorgeven aan de dealer of de elektricien over de laadcapaciteit, de laadtijd… van de auto. En vergeet niet dat de technologische innovatie erg snel gaat. Zo is de Toyota Prius nu al in productie gegaan met ingebouwde zonnepanelen op het dak, zijn er de brandstofcellen… Ik doe dan ook graag een warme oproep om deze nichemarkten te vinden, om ons niet te laten uitrangeren door grote bedrijven. Dit vraagt een kmo-aanpak: de meest innovatieve bedrijven gaan het halen, en dat zijn niet noodzakelijk de grootste.” Philippe Decrock: “We adviseren onze dealers ook om hier zelf actie in te ondernemen, en niet te wachten op hun invoerder. De dealers hebben uiteindelijk ook het rechtstreeks contact met de klanten, en kennen zo de markt. We moeten ook nog andere sectoren bij elkaar brengen. Ik denk bijvoorbeeld

Dirk Coene: “De meeste residentiële installaties zijn ongeschikt om snel een wagen op te laden.”

aan bouwbedrijven, die dat in hun projecten willen integreren, of architecten. Die hebben daar ook vragen bij, weten niet welke evoluties er zitten aan te komen, of ze er al rekening moeten mee houden in hun ontwerpen. Vandaag hebben we vanuit Traxio wel al goede contacten met wie laadpalen plaatst en wall boxen levert. Verder is het ook aangewezen dat we samen oplijsten welke obstakels we zien. Zo is het belangrijk dat je geen 20 betaalkaartjes nodig hebt om overal te kunnen laden.” Last but not least besloten Viviane Camphyn, gedelegeerd bestuurder van Nelectra en Luc Missante, directeur van Traxio, om verdere afspraken te maken om de pijnpunten aan te pakken die in het rondetafelgesprek naar voren kwamen. Zo kunnen beide federaties gezamenlijk de nodige aandacht vragen van de politiek voor elektrische wagens, om deze verder te stimuleren. Daarnaast moet ook het uitwerken van gemeenschappelijke communicatie onduidelijkheden de wereld uit helpen. Interview: Marc Van Hove en Mieke Bonnarens (tekst) Foto’s: Dann juni 2016 - ElektroVisie | 17


INSTALLATIE

Trends met betrekking tot de

smart home deel 2

In ons vorig nummer kreeg u het eerste deel van dit artikel over trends en hypes rond slimme woningen, slimme elektriciteitsnetwerken en slimme toestellen. U leerde daarin meer over de ware inhoud van het gehypete woord ‘smart’, over het IoT (Internet of Things), communicatie in bestaande gebouwen, software en de ‘Cloud’. Vandaag hebben we het over het energie-aspect, de marktspelers, de nood aan veiligheid en maken we kennis met VR en AR.

Elektrische voertuigen Alhoewel nog beperkt in België beginnen in een aantal landen elektrische voertuigen wel door te breken. Wanneer deze voertuigen in of aan huis worden opgeladen zorgen deze wel voor een grote belasting van het net. Voor een elektrisch voertuig kun je 15 tot 25 kWh per 100 km rekenen, en als je 10.000 tot 20.000 km per jaar doet, komt dit neer op 1.500 tot 5.000 kWh per jaar. Als je weet dat een gemiddeld huishouden ongeveer 3600 tot 3800 kWh per jaar verbruikt, kun je begrijpen dat, mocht het elektrisch voertuig zeer populair worden op korte termijn, dit een probleem voor de betrouwbaarheid van het elektriciteitsnetwerk wordt (of voor de eindgebruiker die niet zal kunnen laden wanneer het net te sterk belast is). Elektrische voertuigen opnemen in het energiebeheer systeem van een gebouw is dus aangeraden. Anderzijds bezit een voertuig ook batterijen van aanzienlijke omvang die aangewend kunnen worden om

het elektriciteitsnetwerk bij te staan wanneer nodig (het aanbieden van flexibiliteit).

Het gemiddeld elektriciteitsverbruik van huishoudens neemt toe Niettegenstaande toestellen zuiniger worden, stand-by verbruiken sterk begrensd worden door regelgeving, neemt het elektriciteitsverbruik van huishoudens toe. Dit wijt men onder andere aan het feit dat er steeds meer elektrische toestellen in huis (elektrificatie) komen. Meer TV’s, settop boxes, draadloze telefoons, draadloze luidsprekers, draadloze boormachines, robotmaaier, robotstofzuiger, spelconsoles, tablets, smartphones, PC’s, keukentoestellen, enzovoort. Hier bovenop heb je de opkomst van elektrische warmtepompen en elektrische voertuigen. Ook wordt de bevolking ouder en heeft deze andere noden. Oudere mensen blijven meer thuis, hebben meer licht nodig en zetten de verwarming een graadje hoger.

Hernieuwbare energie Groenestroomcertificaten en het concept van terugdraaiende elektriciteitsmeters hebben hernieuwbare energiebronnen, en op residentieel vlak voornamelijk fotovoltaïsche zonne-energie systemen (PV), een grote duw in de rug gegeven. Daar waar in 2009 143,5 GWh opgewekt werd doormiddel van PV, was dit in 2013 al 1974,6 GWh. Met de afbouw van de subsidies kwam ook nog de netvergoeding. In het kader van energiebeheer in huis kan men trachten het energieverbruik op de lokale productie af te stemmen (verhogen van eigenconsumptie) al dan niet met behulp van een batterijsysteem.

Batterijen

Virtuele assistent 18 | ElektroVisie - juni 2016

Met de komst van steeds meer elektrische en mobiele toestellen (elektrisch voertuigen, drones, smartphones, IoT sensoren, enz.) neemt ook het belang van batterijen toe. De specifieke opslagcapaciteit, de snelheid van

het laden, de levensduur, de veiligheid en de prijs zijn allemaal belangrijke factoren in de inzetbaarheid van batterijen. Op elk van deze gebieden wordt er gestaag vooruitgang gemaakt. Zo zal een groter aanbod (bijkomende productie zoals door Tesla aangekondigd) en nieuwere productietechnieken (kortere doorlooptijden en goedkopere productieinstallaties) de prijs laten dalen. De technologie verandert ook zodanig dat batterijen in kortere tijd kunnen opgeladen worden.

Energiewinning Nu steeds meer IoT toestellen door batterijen gevoed worden, kijkt men naar methodieken en technieken om de tijd tussen twee laadbeurten zo groot mogelijk te maken. In voorgaande paragrafen zijn hier een aantal voorbeelden van aangehaald zoals communicatietechnologieën welke minder energie nodig hebben, of batterijen met een grotere capaciteit. Een andere techniek is het winnen van energie uit de omgeving. Dit gaat van mechanische kracht omzetten in elektriciteit (drukken op een schakelaar), zonne-energie, thermische energie tot het winnen van microgolf- of trillingsenergie uit de ether om de batterij op te laden.

DC-netten Nu er meer en meer toestellen in huis op gelijkstroom werken, batterijen goedkoper worden en zonnepanelen gelijkstroom opwekken, wordt er ook meer en meer aan DCnetten voor in gebouwen gedacht.

Marktspelers in het smart home gebeuren Op het vlak van de smart home markt hebben zich naast de domotica-fabrikanten een hele reeks van marktspelers aangemeld om een deel van de smart home koek naar zich toe te trekken: • De grote spelers Google/Apple/Samsung/ Amazon/Facebook/Microsoft zien brood in het smart home gebeuren en bieden producten en/of diensten aan om een smart home te realiseren.


INSTALLATIE • Meer en meer spelers in de consumentenindustrie beginnen slimme toestellen aan te bieden. Dit gaat van lampen, keukentoestellen, deursloten, camera’s tot toestellen voor tuinbesproeiing die ‘slim’ gemaakt worden. Slim in de betekenis van ‘geconnecteerd’ weliswaar. • Ook is er de opkomst van de vele startups die brood zien in IoT toestellen en het smart home gebeuren. Sommigen richten zich op toestellen voor de eindgebruiker, terwijl anderen voornamelijk focussen op platformen in de cloud om de IoT en smart home trend te ondersteunen. Tegenwoordig zijn er echter zovele startups waar geld in gepompt wordt, dat men al begint te spreken van een IoT bubble naar analogie met de Internet bubble in 2000. Voor sommige startups wordt veel geld geboden. • De energieleveranciers bieden in eerste instantie een slimme thermostaat aan hun eindklanten om het verbruik te laten dalen. Gaandeweg breiden deze systemen uit tot volledige smart home systemen die verder gaan dan energiebeheer. Energieleveranciers hopen zo onder andere klanten beter aan hen te binden, nu het voor de eindklant heel makkelijk is om van energieleverancier te veranderen. • Ook telecommunicatieleveranciers zien brood in de smart home markt en komen op de markt met smart home producten. Zij zijn immers al letterlijk en commercieel met de klant verbonden via hun breedband modem of router in huis. • In de VS merk je ook de trend dat beveiligingsfirma’s zich richting woningautomatisering bewegen en smart home diensten gaan aanbieden.

Productie van batterijen

Trage maar gestage vooruitgang bij de elektriciteitsnetwerken Het traditionele elektriciteitsmodel bestaat al meer dan100 jaar. Grote productie-eenheden leveren de elektriciteit welke via het transmissienet (beheerd door Elia in België) en het distributienet (beheerd door Eandis en Infrax in Vlaanderen) tot bij de eindklant gebracht wordt. Is er meer of minder vraag dan zal de aanbodzijde, de productie aangepast worden. In het model dat nu opgang maakt, komt er meer en meer hernieuwbare energie die zich niet zo goed laat regelen (behalve minderen), afhankelijk van externe factoren (wind, zon) is en geen constant vermogen aanbiedt. Dit wil zeggen dat men minder mo-

gelijkheden heeft om het aanbod af te stemmen op de vraag, maar dat men omgekeerd de vraag zal moeten bijsturen naargelang het aanbod. En hier komt dan de flexibiliteit die voorhanden is in buffers, batterijen en uitstelbare of moduleerbare lasten. Zo kan een wasmachine een aantal uren uitgesteld worden. Om de vraag op het aanbod af te stemmen dient er dus gecommuniceerd te worden tussen de vraag en aanbod, en zal de energie vanuit verschillende bronnen (decentraal) doorheen het netwerk kunnen vloeien. Dit zijn grote veranderingen waar tijd (en geld) voor nodig is. Slimme meters vormen slechts een klein onderdeel van zo’n slim netwerk. De eindtoestellen moeten ook slim worden zodat er mee gecommuniceerd kan worden. En in het elektriciteitsnetwerk worden meer en meer punten geautomatiseerd en opgevolgd. De vraag stelt zich wel of de kosten voor het slim meten en automatiseren van de kleine verbruikers opwegen ten opzichte van de baten. Op het hoog- en middenspanningsnet is daar geen twijfel over. De grote verbruikers worden daar al slim aan het net gekoppeld. Bovendien zijn er nog andere mechanismen gebaseerd op frequentie- en spanningsmeting om automatisch bij te sturen aan de vraagkant, mocht het elektriciteitsnetwerk uit evenwicht raken.

Het belang van data

De nieuwe Tesla, goed voor ettelijke voorbestellingen

Met al die miljarden toestellen die data leveren aan de cloud, zal het belang van data analyse (de hype term is big data analytics) nog sterker toenemen. Dit zal veel inzichten juni 2016 - ElektroVisie | 19


INSTALLATIE en nuttige informatie opleveren, met als gevolg dat data veel geld waard is. Zo is het Internet grotendeels opgebouwd rond ‘gratis’ informatie die betaald wordt door de reclame-inkomsten op een website. Hoe meer men bijvoorbeeld weet van de gebruiker, hoe meer men via reclame kan inspelen op zijn behoeften. Voor de een is dit een zegen daar ze bruikbare reclame te zien krijgen, voor de ander een schrikwekkend gebeuren. Een belangrijke speler achter de schermen in het analyseren van data is IBM met Watson. Watson is een cognitief computersysteem dat natuurlijke taal ‘begrijpt’ en in staat is te leren. Watson is in de belangstelling gekomen door het van de mens te winnen in Jeopardy, een populaire kwis in de VS. Watson is uitstekend in het herkennen van correlaties en patronen, en zal in verschillende domeinen worden ingezet. IBM sloot hiertoe akkoorden met verschillende bedrijven zoals onder meer Apple.

Beveiliging en privacy Data is dus heel belangrijk. In de VS willen verzekeringen via het monitoren van je rijgedrag je belonen met een lagere verzekeringspremie. Heb je slimme rooksensoren en een inbraakalarm die zo goed als nooit afgaan, dan kom je misschien in aanmerking voor een lagere brand- en inbraakpremie. Wanneer men al deze data aan elkaar koppelt, zal men heel wat te weten komen over een persoon. En informatie kan natuurlijk misbruikt worden. Weten wat er met je data gebeurt, is dus uiterst belangrijk. Je volledig afsluiten van het ‘connected’ gebeuren zal vermoedelijk ook negatieve effecten opleveren, bijvoorbeeld hogere verzekeringspremies. Naast weten wat er met je data gebeurt en enkel die personen en bedrijven toestemming te geven je data te verwerken is één stap. Zorgen dat anderen die data niet kunnen ontvreemden is een andere punt. Beveiliging van de data, netwerken en toegang tot je systemen is dus net zo belangrijk. Beveiliging is typisch een functie die bij het ontwerp van een systeem vanaf de startfase meegenomen moet worden, maar nogal eens uitgesteld wordt. Men concentreert zich liever op de functies en features die de verkoop stimuleren. Beveiliging is moeilijker achteraf toe te voegen zodat men soms terug moet naar de ontwerpfase. Een van de redenen die aangehaald wordt dat er een jaar na de introductie van Apple’s Homekit slechts enkele Homekit producten op de markt zijn, is dat Apple de tijd wil nemen om de algehele beveiliging uitermate strikt te maken en dat partnerbedrijven zich in de implementatie hiervan misrekend hebben (bijvoorbeeld dat de performantie van de voorziene syste20 | ElektroVisie - juni 2016

Gegevensbeveiliging men onvoldoende is om aan de bijkomende eisen voor veiligheid te voldoen). Op termijn kan de strategie van Apple om de lat zo hoog te leggen op het gebied van veiligheid wel een grote troef zijn, als blijkt dat systemen van concurrenten hierin ondermaats presteren. Veiligheidsinbreuken zouden wel eens voor een tijdelijke vertraging van het IoT / connected gebeuren kunnen zorgen tot wanneer veiligheid tot op een aanvaardbaar niveau getild wordt.

Nieuwe gebruikersinterfaces Daar waar de smartphone en tablet de belangrijkste interface met de gebruiker is geworden gedurende de looptijd van het smart home project, staan de volgende technologieën al in de startblokken: met name persoonlijke digitale assistenten (PDA) en virtual/augmented reality (VR en AR). Het belang van beide technologieën mag voor iedereen duidelijk zijn, er wordt namelijk veel in geïnvesteerd door de grote spelers. Op het gebied van PDAs bieden alle grote Internet en IoT spelers een PDA aan: Google met Google Now, Apple met Siri, Microsoft heeft Cortana, Amazone heeft Alexa (in de Echo luidspreker), Facebook heeft onlangs M aangekondigd en Baidu (Chinese zoekgigant en tegenpool van Google) heeft Duer aangekondigd. Allemaal digitale assistenten waarmee een gebruiker via spraak kan communiceren en interageren ( Alexa laat je bestellingen zo doorgeven aan Amazon, Siri zegt je wat het weer is, en Google Now waarschuwt je dat er file is bijvoorbeeld). Nu al kun je via deze weg commando’s als “doe het licht aan” of “zet de verwarming een graadje hoger” doorgeven aan het slimme huis. De tweede interface die er aan komt is virtual reality (VR) en augmented reality (AR). Dit zijn

een soort brillen met beeldschermen (en ook audio) die je op je hoofd plaatst. Het verschil tussen beide is dat je bij VR volledig ondergedompeld wordt in een virtuele wereld (je merkt niets meer van de echte buitenwereld), en dat bij AR je echte wereld zichtbaar (en interactief) uitgebreid wordt met nieuwe componenten. Op het gebied van AR heeft Microsoft Hololens aangekondigd en belooft Magic Leap ook een gelijkaardige beleving. Op het gebied van VR heb je al verschillende VR brillen zoals de Oculus Rift, Sony-3D viewer, HTC Vive en andere zoals Samsung. Eens dat deze toestellen er volop zijn, zullen vooral de toepassingen die er mee gerealiseerd worden de doorslag moeten geven.

De complexiteit neemt toe Eén zaak is duidelijk. De complexiteit in een slim gebouw neemt toe. Al deze afzonderlijke systemen zullen met elkaar verknoopt moeten worden en één geïntegreerd geheel vormen. De rol van een integrator lijkt hiervoor aangewezen. Deze zal over verschillende disciplines (thermisch, elektrisch en ICT) heen de afzonderlijke systemen tot een samenwerkend geheel vormen. Om, eens de systemen geïnstalleerd zijn, de complexiteit uit de handen van de eindgebruiker te nemen, kan men ook gebruik maken van het ‘diensten’ concept. De technische systemen komen dan onder het beheer van een derde partij. Zo zijn er al energieleveranciers die hun energiediensten uitbreiden met het beheer van de technische installaties in een gebouw. Auteur: Dominic Ectors (VITO/EnergyVille) voor Tecnolec Aanvullende redactie : Pieter Feys (Domica) voor Nelectra


INSTALLATIE DE HAGER-OPLOSSINGEN VOOR SLIMME WONINGEN

“Efficiënt energiegebruik heeft te maken met technologie én mentaliteit” Luisteren, begrijpen, doén. Met deze drie kernwerkwoorden vat het jaarverslag 2015 van de Hager Group de filosofie samen van deze wereldwijde producent van innovatieve elektrotechnische installatiesystemen voor woningbouw. In de zoektocht van ElektroVisie naar performante oplossingen voor ‘smart homes’ of huisautomatisering klopten we onlangs aan bij het Belgische hoofdkwartier van hager in de Brusselse rand. Product manager Manu Goossens beantwoordde er onze vragen over onder meer de verenigbaarheid van de Hager-systemen met andere merken, over domoticastandaarden én –uiteraard- de relatie met de elektro-installateurs. De vanuit de Elzas in Frankrijk (Obernai) aangestuurde Hager Group is een vooraanstaande ‘speler’ in het automatiseringslandschap. Met zo’n elfduizend werknemers wereldwijd en 1,9 miljard euro omzet gooit de onderneming hoge ogen in de sector.

Hoe hager aankijkt tegen het zo vernuftig mogelijk uitrusten van woningen, verwoordt product manager voor België Manu Goossens aldus: “Wij mikken op slimme oplossingen voor een breed publiek, op systemen die iedereen probleemloos moet kunnen hanteren. Terwijl meer en meer apparaten en producten zonder handleiding of uitleg bij de consument belanden, kan hager het zich niet veroorloven de eindgebruikers in de steek te laten, vooral omdat het om heel essentiële zaken gaat: je woning zo doordacht mogelijk beredderen. Ons tebis-systeem, de overkoepelende naam voor wat wij aan domotica aanbieden, staat of valt met KNX, de officiële standaard voor het technische beheer van woningen en andere gebouwen. We doen er alles aan om energiezuinige, toekomstgerichte, veilige en comfortabele oplossingen aan te reiken. Wij zijn er dan ook van overtuigd dat het onze taak is om als producent de installateurs hiervan te overtuigen. De eindklanten doen ten slotte in eerste instantie een beroep op de kennis en ervaring van de installateurs. Indien zij niet op de hoogte zijn of, erger nog, niet overtuigd zijn van de nieuwste technologieën, blijven we ter plaatse trappelen. Een eindklant beseft in vele gevallen niet dat efficiënt energieverbruik en gebruiksgemak vandaag de dag hand in hand gaan.”

“Snel en eenvoudig programmeren” In welke mate is tebis van hager verenigbaar (‘compatibel’) met andere systemen?

Manu Goossens (hager) toont een compacte, draagbare koffer, de TXA 100. Via deze ‘tool’ kunnen alle aanwezige buscomponenten plus de bijhorende in- en uitgangen in minder dan drie minuten worden gevisualiseerd.

Manu Goossens: “Het antwoord is kort en krachtig: alles draait hier rond KNX. Wij volgen de internationaal opgelegde spelregels. En KNX kan je naar hartenlust combineren met andere systemen en producten van concullega’s. Ondertussen zijn we wereldwijd al met meer dan vierhonderd fabrikanten die KNX-compatibele producten aanbieden. Hager profileert zich hierbij als generalist, niét als specialist. Voor heel specifieke oplossingen kan je bij andere ‘spelers’ terecht. Onze grote troef is dus KNX, maar daarmee is de kous niet af. De KNX-programmatie verloopt via uiterst technische software, voor velen gewoonweg te moeilijk. Daarom ontwierpen wij een sterk vereenvoudigde programmatiemethode, ze heet easy link. Bij ons, met easy

link, duurt de opleiding niet meer dan één dag. Dus echt iets voor doéners, ideaal voor installateurs die residentiële of kleine tertiaire projecten willen realiseren. Hoe de installatie ook is opgevat (bus, radiogestuurd of een combinatie van beide), de handige configuratiekoffer (die we TXA100 hebben genoemd) laat de installateur toe om eenvoudig en snel te programmeren, op een gestructureerde manier. De traditionele programmeermethode ETS is bovendien een erg krachtig protocol, met veel functies die in kleine residentiële projecten maar zelden gevraagd worden. Door de hoeveelheid aangeboden functies komt er voor de eindklant vaak een hoge investering kijken. Onze oplossingen bestaan uit het aanreiken van modules met uitgerekend die functies die de grote meerderheid van de klanten wenst en die toegankelijk zijn voor iedereen. Vergelijk het met de afstandsbediening van een televisietoestel, daarvan gebruik je doorgaans toch maar een beperkt aantal toetsen, niet?”. “Op het vlak van programmatie richten we ons niét tot de eindklanten”, vervolgt Manu Goossens. “hager is en blijft een merk voor en door professionals, de installateurs dus. Zij komen in groten getale op onze korte opleidingen af, ze oefenen, worden geconfronteerd met mogelijk scenario’s en uiteindelijk lossen ze bepaalde situaties op. Nee, de installateurs hoeven géén informaticabollebozen te zijn, integendeel. Het is immers veel belangrijker voor hen om de noden van de klant te doorgronden dan de finesses van informatica op hun duimpje te kennen. Installateurs die al met ons samenwerken, weten dat ze daarvoor een beroep kunnen doen op onze technische dienst, die altijd klaarstaat om hen te assisteren”. “Of onze domotica-installaties duur zijn? Dat hangt opnieuw af van de noden van de klant. Een intelligent systeem dat enkel gebruikt wordt om het licht aan en uit te doen, is natuurlijk een maat voor niets. Wie daarentegen een groot aantal functies wil combineren, krijgt waar voor zijn/haar geld, dan valt het systeem heel voordelig uit. Alweer wordt hier duidelijk dat de rol van een goed opgeleide en geïnformeerde installateur essentieel is. Vanzelfsprekend is ons tebis-pakket in juni 2016 - ElektroVisie | 21


INSTALLATIE staat om vanuit de tablet functies zoals verlichting, dimming, verwarming, rolluiken of zonneschermen en HVAC te regelen. Audio in goeie banen leiden vraagt wat meer programmatie, terwijl camera’s aansturen is dan weer kinderspel is”.

“Verouderde installatie? Geen probleem!” Hoe trotseert een smart home-oplossing van hager de tand des tijds? Manu Goossens: “Door gebruik te maken van het KNX-protocol communiceren al de KNXproducten op dezelfde manier als tien jaar geleden. Vanzelfsprekend kunnen nieuwe producten door technische evolutie meer functies aanbieden, maar belangrijk is dat alle producten nog steeds met elkaar kunnen communiceren. Toen we in 2015 onze vernieuwde easy link-methode lanceerden, hebben we exact dezelfde manier van programmeren voorgesteld als tien jaar eerder; het enige verschil is dat we daarbij gebruik maakten van technologieën die tien jaar eerder niet voorhanden waren. En die aanpak is nog altijd volledig in staat om een installatie van pakweg tien jaar oud of ouder efficiënt te programmeren. Klanten met een verouderde

installatie kunnen door hun installateurs dus nog altijd geholpen worden, dat vinden we bij hager vanzelfsprekend. “ “Wat de renovatiemarkt betreft kunnen wij installaties met traditionele bekabeling zonder veel moeite omvormen tot een performant domoticasysteem. Daarbij raken we niet aan de bekabeling, maar gaan we het traditioneel mechanisme vervangen door een radiogestuurd mechanisme. Voor ons als producent is het belangrijk om zo snel mogelijk de domoticatechnologie te kunnen aanbieden tegen de prijs van bijvoorbeeld teleruptoren. De tijd dat een domotica-installatie enkel was weggelegd voor een select publiek, ligt ten slotte al lang achter ons”. *** Een vooruitblik naar de al dan niet nabije toekomst door de ogen van de hager-deskundige, ter afronding… Manu Goossens: “In de elektrotechniek in het algemeen en de automatisering van gebouwen in het bijzonder staan we voor een aantal interessante uitdagingen. In hoofdzaak moeten we inspelen op de veranderde levensstijl

van de eindgebruikers. Woon-werkverkeer leidt ertoe dat we minder thuis zijn overdag, maar toch nog de controle willen behouden over onze installatie. Zonne-energie zorgt ervoor dat we minder afhankelijk willen zijn van anderen en willen weten en meten hoeveel we produceren en verbruiken. Of wat met de veranderende gezinssituatie of de behoefte om langer zelfstandig in een huis te blijven wonen? Allemaal situaties die we met een flexibel en toekomstgericht domoticasysteem kunnen controleren. Bovendien moeten we ons klaarmaken om ook de geconnecteerde objecten (Internet of things, Iot) in onze woningen te verwelkomen. Het gebouw aansturen met een uurwerk of via gesproken boodschappen lijkt voor een buitenstaander nog steeds ondenkbaar, maar wij hebben collega’s die zich momenteel met niks anders meer bezighouden. En ik benadruk het graag: efficiënt energiegebruik gaat niet enkel gepaard met technologische hoogstandjes, maar heeft ook te maken met menselijke ingesteldheid en cultuur”. www.hager.be

Eenvoud met easy link

Draagbaar • Eenvoudig • Snel • Compatibel met TX100 • De easy link configuratie tool laat u toe om een tebis installatie in alle eenvoud en te manipuleren en manipuleren, wat de topologie van de installatie ook is (bus, radiogestuurd of een combinatie van beide). Eens de easy tool applicatie op uw tablet, smartphone of PC is geïnstalleerd (compatibel met iOS, Android en Windows) kan er een verbinding worden gemaakt met de KNX bus via de TXA100. Deze configuratiekoffer laat u toe om op een gestructureerde manier uw projecten aan te pakken en u hierdoor kostbare tijd te laten besparen. Indien er een visualisatie is voorzien in de installatie kunnen de gegevens via 1 simpele klik naar domovea worden doorgestuurd.

www.hager.be

Tekst: Wouter Vloebergh Foto’s: studio Dann


DE SECTOR 149.01

Duaal leren

EEN MEERWAARDE VOOR UW BEDRIJF ÉN UW TOEKOMSTIGE WERKKRACHTEN

Volta slaat samen met Vlaams minister van Onderwijs, Hilde Crevits, en Vlaams minister van Werk, Philippe Muyters, de handen in elkaar om vanaf schooljaar 2016-2017 het duaal leren in Vlaanderen stevig uit te bouwen. Met dit pilootproject willen we leerlingen uit het 6de jaar van de BSO-opleiding ‘elektrische installaties’ de kans geven om de schoolbanken af te wisselen met leren op de werkvloer. Lijkt duaal leren ook iets voor uw bedrijf? Lees dan alle informatie in dit artikel.

Wat houdt duaal leren precies in? Duaal leren is een onderwijssysteem voor technische en beroepsgerichte opleidingen. Leerlingen volgen les op school, afgewisseld met het leren en inoefenen van technische vaardigheden in één of meerdere bedrijven. Hierbij streven we er naar dat ze 60% van de beroeps-gerichte opleiding op de werkplek doorbrengen. De algemene vorming en de technisch-theoretische kennis worden voornamelijk op school aangeleerd. Uiteraard maken het bedrijf en de school hierover duidelijke afspraken die ze op voorhand vastleggen in een overeenkomst.

Waarom steunt Volta dit project? Duaal leren heeft verschillende voordelen en daarvan wil Volta alle bedrijven uit de elektrotechnische sector overtuigen. Hieronder sommen we ze even voor u op: • Met duaal leren kunnen afgestudeerden sneller ingezet worden op de arbeidsmarkt. • Deze leerlingen hebben een bredere en reële kennis van het bedrijfsleven waardoor de inwerkperiode vlotter kan verlopen. • Bedrijven kunnen via dit project eventuele toekomsti-ge werknemers alvast opleiden. • Een positieve ervaring van de leerling in uw bedrijf levert goede PR op. • Door het contact van uw bedrijf met scholen en/of andere bedrijven, kan u kennis en ervaring uitwisselen met de verschillende partners. • Dit systeem motiveert leerlingen die op een meer realistische manier hun opleiding willen volgen. • De leerling maakt kennis met de veilig-

heidsprocedures binnen een bedrijf en leert werken met up-to-date elektrisch materiaal en gereedschap. • De leerling oefent werkhoudingen die belangrijk zijn op de arbeidsmarkt, zoals samenwerken, initiatief nemen, op tijd komen…

Hoe wordt uw bedrijf met de leerling samengebracht? De school gaat samen met Volta op zoek naar een geschikt bedrijf voor de leerling. Leerlingen mogen ook zelf bedrijven voorstellen. Wanneer een leerling uiteindelijk aan uw bedrijf wordt gelinkt, gebeurt dit altijd in onderling overleg en met akkoord van de verschillende partijen (bedrijf-leerling-school).

een ongevallenverze-kering. Indien er met de leerling een overeenkomst ‘alternerende opleiding’ is aangegaan, dient het bedrijf deze verzekering af te sluiten.

Wat bieden we u vanuit Volta? Volta voorziet een deskundige begeleiding en mentoropleiding voor bedrijven die deelnemen aan dit project.

“Met duaal leren gaan we in op de vraag vanuit de samenleving om jongeren niet alleen een brede vorming te bieden, maar ook relevante ervaring.”

Wat komt er in de overeenkomst? De overeenkomst wordt opgemaakt tussen de drie partijen: de leerling, de school en het bedrijf. Hierin staat het statuut van de leerling, en de verantwoordelijkheden en aansprakelijkheid van de betrokkenen. Verder bevat de overeenkomst een volledige lijst van de activiteiten of competenties die op de werkvloer worden nagestreefd

Welk statuut krijgt de leerling? Over het precieze statuut van de leerling wordt momenteel nog onderhandeld bij de overheid. Wanneer een leerling 20 uur per week of meer op de werkplek presteert, moet er in principe een overeenkomst ‘alternerende opleiding’ worden opgesteld. De leerling ontvangt eveneens een vergoeding in verhouding met het behoud van het recht op kinderbijslag. Wanneer een leerling minder dan 20 uur per week op de werkplek presteert, wordt er een stageovereenkomst afgesloten, zonder vergoeding. We verwachten u in de loop van juni 2016 hierover meer duidelijkheid te geven.

Wie is er aansprakelijk? In dit duaal traject is een leerling gelijkgesteld aan een werknemer van uw bedrijf, dus hij of zij valt dan ook volledig onder de aansprakelijkheid van het bedrijf.

Wie staat in voor de ongevallenverzekering? Wanneer de leerling onder een stageovereenkomst presteert, zorgt de school voor

Hilde Crevits Vlaams minister van Onderwijs

Bent u al overtuigd of heeft u verdere vragen? Contacteer dan snel per mail of telefonisch onze adviseurs ‘duaal leren’. Johan Vandenbranden 0485 087 081 johan.vandenbranden@volta-org.be Antwerpen (behalve arrondissement Mechelen) Wendy De Bruyn wendy.debruyn@volta-org.be / 0495 67 94 04 Limburg en arrondissement Mechelen Ann Ophalvens ann.ophalvens@volta-org.be / 0476 89 23 90 Oost-Vlaanderen Veerle Van Antenhove veerle.vanantenhove@volta-org.be / 0494 82 39 65 Vlaams-Brabant & Brussel Rita Van de Vondel rita.vandevondel@volta-org.be / 02 431 05 84 West-Vlaanderen Sabine Goethals sabine.goethals@volta-org. be / 0486 51 70 03 juni 2016 - ElektroVisie | 23


INSTALLATIE TRAYCO, PRODUCENT-VERKOPER VAN KABELDRAAGSYSTEMEN

“Passie, partnership, knowhow en klantvriendelijkheid” Bij uitstek technische producten zoals kabelgoten of kabelmontagesystemen verheffen ze tot harmonieuze structuren die iets kunstzinnigs hebben, in de trant van wat de non-figuratieve kunstenaar Mondriaan realiseerde. Innovatief denken en produceren, kwaliteit en duurzaamheid leveren, zich gepassioneerd inzetten voor de klanten… Bij de Belgische producent van kabeldraagsystemen Trayco dragen ze al deze waarden hoog in het vaandel. Dat kon je in maart met je eigen ogen constateren op de belangrijke beurs Light & Building in Frankfurt, waar het jonge, dynamische bedrijf uit Oudenaarde zijn producten én filosofie opnieuw extra in de kijker zette. ElektroVisie zocht Trayco-oprichter en directeur Geert Ballet op voor tekst en uitleg over de wijze waarop de onderneming zich probeert te onderscheiden.

D

rie, hooguit vier jaar inmiddels is Trayco operationeel en nu al gooit het hoge ogen. Een bedrijfsgebouw van 5.000 m² voor productie en opslag –deze zomer komt er nog eens 3.000 m² bij- , de omzet die steeg van 900.000 euro in 2013 naar 2,7 miljoen euro in 2015 en voor dit jaar zou stijgen tot 3,5 miljoen, een vijftiental medewerkers én een belangrijk luik export: deze gegevens liegen er niet om. En het bedrijf produceert vandaag liefst 2.050 verschillende artikels. Bovendien maakt Trayco deel uit

van de internationale groep Vento, toonaangevend in de HVAC-sector, die bij ons en in Polen samen driehonderd mensen te werk stelt. Trayco werd opgericht door Geert Ballet en Pieter Tsjoen. Ballet had er dan al zeventien jaar operationele ervaring in de productie van kabeldraagsystemen opzitten en staat bij Trayco in voor alles wat techniek aangaat, Tsjoen is de financiële bolleboos. Beiden weten uiteraard ook op commercieel gebied van wanten. Een groeibedrijf als dit runnen is immers geen klein bier, dag en nacht werken hoort erbij, grote risico’s nemen evenzeer. Sinds begin 2015 vervoegde ook Steven Vergalle het team; hij neemt de operationele leiding op zich.

“We maken het de installateurs makkelijk” Geert Ballet: “Van bij de start wilden we ons heel duidelijk profileren op alvast de Belgische markt. De sceptici snoerden we meteen de mond door het danig creatief aan te pakken en ons zo sterk mogelijk te onderscheiden van de andere spelers. Het kwam erop aan om via partnership tussen klanten, leveranciers, medewerkers, ….. stuk voor stuk partners die hun job gepassioneerd en met plezier doenvia deze knowhow onze competitiviteit op de installatiemarkt op te krikken. Dat betekent: mensen doen meedenken op lange termijn, de krachten en de specialisaties van alle betrokken bundelen en een heuse visie ontwikkelen. Met ‘gezond boerenverstand’ konden we heel wat realiseren, we reikten onze klanten ele-

Geert Ballet: "Innovatie bevordert onze competitiviteit." 24 | ElektroVisie - juni 2016

menten aan om hun slagkracht en efficiëntie te verhogen. Als je ervan uitgaat dat de materiaalkost goed is voor zo’n 30 procent en de rest van je omzet dus 70 procent omvat, dan legden/leggen wij vooral het accent op die 70 procent: service, montagesnelheid, bij de pinken zijn en zo meer. In die context geef ik twee voorbeelden. Zo mochten we voor warenhuis Inno(vation) in Hasselt spots inbouwen in de installatie, maar voor de daar aan te leggen kabelgoten waren talloze openingen vereist. Voor pakweg 2.100 meter kabelbanen moesten we 3.000 gaten voorzien, een immense klus. Dus leverden we goten aan waarin de gaten vooràf waren aangebracht: properder én efficiënter. En we begeleidden de installateurs tijdens het hele traject. De prijs van dit project was ondergeschikt aan het montagevoordeel. Want we proberen het de installateurs zo makkelijk mogelijk te maken. Het moet snel gaan, je moet je hoofd erbij houden. Tweede voorbeeld: de renovatie van de Schuman spoortunnel in Brussel. Het is een krachttoer om in die bochtige en smalle kokers kaarsrechte producten te monteren. Daarom hebben we, in plaats van het tijdrovende wegslijpen van een deel van de tunnelwanden, na uitgebreide en complexe testen in samenwerking met Hilti, producent va onder meer boorhamers, de opstelling dermate aangepakt dat er een perfecte diepteregeling en aanpassing van de inclinatiehoek tot stand kwam. Da’s de sterkte van Trayco, zo onderscheiden we ons van anderen”.

“Vlot te monteren, compact, brandveilig, roestvrij…” Samen met ons overloopt Geert Ballet op een drafje en zonder àl te technisch te worden de productgroepen van Trayco. “Bij de opstart ontwikkelden we de Premium Line gamma, sterke producten, makkelijk en vlot te monteren, gericht op grote ondersteuningsafstanden. Dan kwam het TCO-verhaal: de total cost of ownership bij de klant optimaal doen renderen, het kostenplaatje drukken. Maar je té zeer vastpinnen op de prijs bleek uiteindelijk minder geschikt, en bovendien waren we bij de export (Hongarije, Portugal,…) te duur met onze apparaten. Volgende stap was, begin 2016, de Eco Line, dat staat voor: economisch, competitief, onderscheidend. Hiermee speelden we in op de exportvraag en op de noden van vooral grote klanten. Tegelijk gingen we op zoek naar een bij ons gamma passend distributiekanaal. We gingen in zee met groothandel Rexel. Daar geloofden ze


Compatibel en conform aan de norm IEC 61439

Ballet: "We willen de klant een goed gevoel geven." meteen in onze producten en competitiviteit, we kregen ook de garantie dat ze de marktprijzen niet zouden ‘braderen’. De samenwerking verloopt prima. Speciaal voor Rexel ontwikkelden we compacte, slechts twee meter lange kabelgoten, verpakt in kartonnen boxen, zodat de installateur ze moeiteloos kan vervoeren in zijn lichte vrachtwagen. Twee meter kabelgoot kan je bovendien nog net in een lift meenemen, en als je die goten verstuurt valt de prijs best mee. Voorts zijn deze lichtgewicht goten sneller te monteren. Deze oplossing –we werken altijd oplossingsgericht naar de klanten toe- hebben we verfijnd door de voorverpakte goten van een handgreep te voorzien. En om het visuele aspect nog aantrekkelijker te maken, voorzien we displays met de nodige accessoires”. Geert Ballet legt nog uit hoe Trayco heeft ingespeeld op het bekende artikel 104 van het AREI, een voorzorgsmaatregel tegen brand bij het plaatsen van elektrische installaties: “De constructies in overeenstemming brengen met dat reglement zou erg duur uitvallen vanwege de ondersteuningsafstand en de dikte van de kabelgoten, en dan was het nog afwachten hoe dat door de keuringsorganismen zou worden ingeschat. Daarom investeerden we na grondige onderzoeken in technisch en economisch uiterst doordachte producten, waar de klant baat bij heeft. En ten slotte komen we op de markt met roestvrije, inox kabelgoten, met alle voordelen van dien”.

Van passie tot perfectie “We verheffen het verhaal van vakmanschap, knowhow en visie tot zijn hoogst vorm, namelijk kunst”. Aldus een bedrijfsbrochure van Trayco, met een knipoog naar de legendarische kunstenaar Piet Mondriaan. Geert Ballet legt uit: “Dankzij onze gezamenlijke inzet, onze overtuiging, ons geloof, dragen we een aantal waarden uit. Zo koppelen we kennis aan ervaring, produceren we innovatief, leveren we kwaliteit, verlenen we advies op maat en denken we klantgericht. Deze visie op lange termijn houdt ook in dat onze medewerkers allemaal dezelfde passie delen. Op die manier willen we de klant een goed gevoel geven. In dat hele verhaal is het essentieel dat we onze klanten oplossingen aanreiken en prijsdiscussies vermijden zonder aan bradagepraktijken te doen. We denken mee met de groothandel én de installateur, we maken hun leven makkelijker. Elektro-installateurs worden immers geconfronteerd met situaties die door anderen gecreëerd zijn, met de meest diverse technieken ook. Of ze moeten soms dagen of weken lang wachten op accessoires, wat eigenlijk niet hoeft. Met onze producten en systemen passen wij daar een mouw aan, in het belang van onze klanten”. www.trayco.be Tekst: Wouter Vloebergh Foto’s: Studio Dann

www.rittal.be


INSTALLATIE

EMC (13) T ransiënte storingen op het elektriciteitsnet In deze bijdrage wordt ingegaan op twee transiënte storingen op het elektriciteitsnet: surge en eft (Electrical Fast Transients). Beide verschijnselen worden voortgeplant via het (elektriciteits)net en dienen dus in eerste instantie via ontstorende componenten op het net aangepakt te worden. De aard en de oorsprong van beide verschijnselen is totaal verschillend, en daarbij horen ook specifieke ontstoringscomponenten. Voor beide verschijnselen bestaat er ook een specifieke immuniteitstest voor apparaten en systemen. Deze testen worden in geharmoniseerde normen beschreven en vallen dus onder de CE markering.

een pulserende reeks van open/dicht schakelen genereert (vandaar ook “burst” genaamd). Het typische testsignaal bestaat uit een opeenvolging van een dergelijke impuls reeks of “burst”, van kortstondige stoorpulsen. Deze test wordt beschreven in de norm IEC EN 61000-4-4. De volgende figuur toont de eigenlijke puls, de opbouw van een burst uit een aantal pulsen en de herhaling van een aantal bursts. De basispuls heeft een stijgtijd van 5 nsec en een halveringstijd van 50 nsec.

Surge Surge is een typisch 2de orde of secundair effect van een blikseminslag in de omgeving van een bekabeling. Dit kan uiteraard het elektriciteitsnet zijn, maar ook een telefoonlijn of andere netwerkbekabeling die buiten een gebouw aanwezig is.

Verschil tussen beide stoorsignalen Hierdoor wordt een overspanning geïnduceerd op de bekabeling van het betreffende net. Het is duidelijk dat dit NIET gaat om een directe blikseminslag, maar om het secundaire effect. Immuniteit tegen dit verschijnsel wordt getest met een typisch testsignaal, zoals in de volgende figuur geschetst en beschreven in de norm IEC EN 61000-4-5. Dit is het zogenaamde 1.2/50 µsec impuls, met een stijgtijd van 1.2 µsec en een halveringstijd van 50 µsec.

Electrical Fast Transient (EFT) of Burst Bij het afschakelen van (grotere) belastingen op het elektriciteitsnet, kunnen resonanties ontstaan door een combinatie van de inductieve en capacitieve eigenschappen van de bekabeling. Daarbovenop komt nog de mogelijke “dender” van een schakelaar die geopend wordt, die zo 26 | ElektroVisie - juni 2016

De basispuls van surge heeft een stijgtijd van 1.2 µsec en een halve duurtijd van 50 µsec. De basispuls van EFT heeft een stijgtijd van 5 nsec en een halve duurtijd van 50 nsec. Het is duidelijk dat deze stoorsignalen totaal andere eigenschappen zullen hebben, en dus ook een eigen specifieke methode tot beveiligen of ontstoren. De amplitude van beide verschijnselen kan oplopen tot een paar KVolt. De energie verbonden aan deze storingen is daarbij verschillend, door de duur van de stoorpuls. Surge, met een duur van een aantal µseconden, heeft een hoge energie-inhoud en kan gemakkelijk aanleiding geven tot beschadiging of defecten van componenten en schakelingen. EFT daarentegen (duurtijd in nanoseconden), niettegenstaande de hoge amplitude, zal niet zo direct een component beschadigen, dan wel een verstoring van signalen genereren. Daaruit volgt ook dat de protectie tegen deze twee stoorsignalen slechts op een goede manier kan gebeuren met specifieke componenten voor elk type stoorsignaal. De verschillende eigenschappen van beide stoorsignalen blijken verder ook uit hun spectrale frequentie-inhoud:

Het frequentiespectrum voor Surge loopt ten hoogste tot een paar MHz, zodat dit zich inderdaad volledig beperkt tot stoorsignalen en storingen die enkel via geleiding worden voortgeplant. Het frequentiespectrum voor EFT loopt tot rond 500 MHz, zodat de verspreiding van deze storingen zich niet beperkt tot enkel geleiding, maar ook via overspraak (Crosstalk) kan gebeuren tussen verschillende kabels en bekabelingen. Testen gebeurt op componenten, schakelingen en apparaten door directe injectie op het netsnoer, en voor EFT is er een specifieke capacitieve clamp omtrent de immuniteit voor overspraak.

Beveiligen tegen Surge en EFT Door de verschillende eigenschappen van beide stoorsignalen dient een aparte component voorzien te worden voor een optimale beveiliging. Surge is een eerder traag signaal met een hoge energie-inhoud. EFT is een snel verschijnsel met een lagere energie-inhoud. Er zal dus steeds rekening dienen gehouden te worden met de snelheid van reactie (protectie) en de verwerking van de (hoge) energie-inhoud, waarbij een hogere reactiesnelheid steeds gepaard gaat met een lagere capaciteit voor de absorptie van de energie.

Voor Surge dient beveiligd te worden bij het binnenkomen van de bekabeling in een sys­ teem, schakelkast of behuizing, aangezien dit fenomeen gekoppeld is aan het secundaire effect van een (externe) blikseminslag. Specifieke componenten hiervoor zijn een gasontladingselement (GDT of Gas Discharge Tube), of een MOV-surge arrestor (Metal Oxide Varistor). De werking ervan is steeds gebaseerd op


INSTALLATIE een clamping van de spanning, zodat de overspanning niet tot op de elektronische schakelingen kan komen. In veel gevallen wordt een rudimentaire beveiliging tegen directe blikseminslag gecombineerd met Surge protectie, zoals op onderstaande foto aangegeven:

Gecombineerde protectie tegen Surge (links: blauwe MOV’s) en bliksem (rechts: GDT’s)

GDT heeft voor bliksembeveiliging. Voor een optimale werking dienen deze componenten zo direct mogelijk op de bekabeling aangesloten te worden, om te vermijden dat er een hoge residuele spanning blijft bestaan over de (inductieve) verbindingsdraden, en zo de protectie quasi teniet doet.

Hierbij dient opgemerkt te worden dat voor telecommunicatie-netwerken er specifieke Surge arrestors bestaan, die afgestemd zijn op een lagere (12 of 24V DC) clamping spanning. Voor EFT is een snelle reactie van belang, zodat hiervoor specifieke types en combinaties van zenerdiodes gebruikt worden, die bipolair kunnen reageren (TVS of Transient Voltage Suppressors). De volgende figuur toont twee schema’s van gecombineerde Surge en EFT protectie, waarbij de tweede ook nog een bijkomende

In de bovenstaande figuur wordt links het effect van de inductieve bedrading aangegeven, met een extraresiduele spanning als resultaat. Dit wordt vermeden door een directe verbinding tussen net en beveiligingscomponent te maken, zoals rechts aangegeven. Dit is een belangrijke regel bij de layout van PCB’s voor elektronische sturingen en schakelingen. Bij schakelkasten zijn de specifieke beveiligingscomponenten (DIN rail) intern op deze manier uitgevoerd. Voor EFT komt daarbij nog het effect van overspraak tussen bekabelingen. Hierbij is het dus aan te raden om gevoelige signaalkabels zo ver mogelijk gescheiden te houden van dat gedeelte van de netspanning, waarop apparaten en belastingen veelvuldig aanen afgeschakeld worden. Voor een goede protectie tegen overspraak wordt hierbij ook verwezen naar een vorige bijdrage over dit thema. Prof. dr. ir. Johan Catrysse FMEC – Laboratorium voor EMC KULeuven, KULab technologiecampus Oostende Zeedijk 101, 8400 Oostende

Ontwerp de ideale modulaire schakelkast. Beeld u een professionele partner in, die 24/7 beschikbaar is om : • • • • • • • •

uw modulaire schakelkast te configureren erover te waken dat ze aan de geldende normen beantwoordt de componentenlijst op te stellen ervoor te zorgen dat er niets vergeten wordt een bestek te maken van het geheel uw idee te bewaren opdat u het later opnieuw zou kunnen bekijken bestellen en geleverd binnen de 10 werkdagen, via uw groothandelaar geoptimaliseerd voor Windows en Mac

www.tecoplan.be Teconex S.A./N.V. Rue de Magnée, 108 - 4610 Beyne-Heusay - Belgium - Tel.: +32 (0)4 358 85 75 - Fax: +32 (0)4 358 23 73 - www.teconex.eu - info@teconex.be

TecoPlan is gratis ! Registreer u

juni 2016 - ElektroVisie | 27


PRODUCTINFO NIKO HOME CONTROL: VANAF NU ALTIJD VERBONDEN GENIAAL GEMAKKELIJK!

Niko vervangt de controller, voeding, IPinterface en gateway van Niko Home Control door één basismodule: de connected controller. Dankzij de connected controller installeer je Niko Home Control sneller, gemakkelijker en efficiënter. Je klanten krijgen meer voor minder geld: een 300 euro goedkopere installatie met standaard bediening via smartphone en tablet.

Sneller installeren De vier basisonderdelen van Niko Home Control zitten nu in één module. Zo moet je veel minder installatiestappen uitvoeren. De connected controller stuurt de volledige installatie aan en maakt ze altijd en overal bereikbaar. Hij levert voeding aan de bus, de modules en de bedieningen, en verbindt de installatie met alle IP-toestellen én met het internet. Je klanten besparen zo 300 euro.

Gemakkelijker aansluiten Met de connected controller win je als installateur plaats in de kast en beperk je de installatietijd aanzienlijk. En er is meer: dankzij de ingebouwde router moet je geen IP-expert meer zijn. Standaard sluit je drie IP-toestellen zoals het touchscreen en de videobuitenpost aan. Met een switch breid je dat aantal heel gemakkelijk uit.

Foutloos programmeren Je laptop verbind je draadloos met de connected controller. Zo kun je tijdens het adresseren door de woning lopen. Je hebt toegang tot een diagnosepagina die de opbouw en werking van de installatie in real time analyseert. Zo los je problemen gemakkelijk op en verlaag je de kans op fouten.

phone. Dankzij de connected controller is smartphone- en tabletbediening in de basisinstallatie inbegrepen. Standaard alleen ín de woning.

Basisinstallatie De basisinstallatie bestaat uit enkele geschakelde stopcontacten en eenvoudige en intuïtieve drukknoppen met duidelijke functiesymbolen. De functies achter de knoppen kun je altijd wijzigen. Knoppen met timerfunctie schakelen de verlichting automatisch aan en uit. Dankzij de alles uit-toets schakelen je klanten met één druk op de knop alle lichten en geschakelde stopcontacten uit. Ze kunnen zelf hun voorkeuren instellen en sferen, benamingen en timerinstellingen wijzigen. De basisinstallatie vullen ze eenvoudig aan met energiebesparende, comfort- of veiligheidsfuncties.

Slim bedienen: nu standaard

Extra comfort

Nu al kiest meer dan 80% van de Niko Home Control gebruikers voor bediening via smart-

Met de comfortfuncties krijgen je klanten een touchscreen aan de muur en activeren ze de wereldwijde mobiele bediening. Dimmers garanderen op elk moment van de dag een aangenaam lichtniveau en bewegingsmelders sturen de verlichting automatisch. Dankzij sfeerbediening stellen ze voor al hun activiteiten de juiste lichtsfeer in, die ze achteraf met één druk op de knop kiezen.

Veilig voelen Hebben je klanten rookmelders of een alarmsysteem? Na koppeling met Niko Home Control gaan bij rookdetectie de rolluiken 28 | ElektroVisie - juni 2016

omhoog en gaat bij een alarmmelding de verlichting branden. Een videofoon geeft hen volledige controle over de voordeur. Aanwezigheidssimulatie bedient automatisch de lichten en rolluiken als ze niet thuis zijn. En met de paniektoets naast hun bed schakelen ze ’s nachts bij vreemde geluiden in één keer alle lichten aan.

Altijd verbonden Merkt Niko Home Control dat er iets niet klopt? Dankzij de ononderbroken onlineverbinding krijgen ze waarschuwingsberichten op hun smartphone. Ze zijn voortdurend met hun woning verbonden en hebben altijd volledige controle. Zo kunnen ze onmiddellijk reageren en ingrijpen als dat nodig is.

Energie besparen Dankzij zoneverwarming verwarmen je klanten elke kamer apart op verschillende momenten en temperaturen. Slimme ventilatie reageert op hun aanwezigheid en de verlichting in de kamer. Ook elektrische rolluiken, gordijnen en zonwering worden automatisch gestuurd. Op hun touchscreen, tablet, smartphone of het aparte ecodisplay volgen ze hun energieverbruik en de energieproductie van hun zonnepanelen op. Niko Home Control. Geniaal gemakkelijk. In plaatsing én gebruik.


THIS SUMMER, MORE THAN LIGHT WILL ADVANCE LEDVANCE is uw nieuwe en tegelijkertijd vertrouwde partner voor algemene verlichtingsproducten van OSRAM – wereldwijd, maar met lokale teams van deskundigen. Voor ons is vooruitgang in verlichting meer dan een belofte: het is een instelling. Bekijk de nieuwe producten in ons assortiment, die vanaf 1 juli verkrijgbaar zijn: ∙ Uitgebreid assortiment OSRAM lampen ∙ Edition 1906: vintage lampen en armaturen ∙ LEDVANCE led-armaturen: De standaard. Opnieuw gedefinieerd. Ga voor meer informatie naar LEDVANCE.NL

GEPRESENTEERD DOOR


PRODUCTINFO DE FLUKE 279 FC MULTIMETER MET WARMTEBEELDTECHNIEK INTEGREERT TWEE MEETINSTRUMENTEN IN ÉÉN OM DE PRODUCTIVITEIT TE VERHOGEN DE COMBINATIE VAN EEN VOLWAARDIGE DIGITALE MULTIMETER MET EEN WARMTEBEELDCAMERA MAAKT SNELLER EN GRONDIGER STORINGZOEKEN MOGELIJK MET ÉÉN INSTRUMENT EINDHOVEN, juni 2016 – Warmtebeeldcamera’s zijn van onschatbare waarde voor het snel storingzoeken aan elektrische apparatuur, elektrische verdelers en transformatoren, maar elektriciens en onderhoudstechnici hebben er vaak geen ter beschikking wanneer zij deze nodig hebben. De Fluke® 279 FC TRMS-multimeter met warmtebeeldtechniek is het eerste meetinstrument waarin een volwaardige digitale True-RMS-multimeter (TRMS-DMM) is gecombineerd met een warmtebeeldcamera, voor sneller storingzoeken. Bij de 279 FC kunnen technici met de warmtebeeldcamera snel en veilig controleren op hotspots in zekeringen, bedrading, isolatoren, connectoren, verbinders en schakelaars, en vervolgens met de digitale multimeter storingzoeken en analyseren. Door de combinatie van twee krachtige meetinstrumenten in één, hoeven elektriciens en monteurs minder instrumenten mee te nemen en kunnen zij er meer op vertrouwen dat zij de middelen hebben om problemen op te lossen. De multimeter met warmtebeeldtechniek heeft 15 elektrische meetfuncties, waaronder AC/DC-spanning, weerstand, doorgang, capaciteit, diodetest, min/max en frequentie. De optionele iFlex®stroomtang kan rond geleiders en draden in krappe, moeilijk toegankelijke ruimtes worden aangebracht, waarna het meetinstrument ook wisselstroom tot 2500 A kan meten. Op het LCD-kleurenscherm van 3,5 inch (8,89 cm) zijn de beelden gemakkelijk en helder zichtbaar. De wireless 279 FC maakt deel uit van Fluke Connect®, een systeem van wireless test- en meetinstrumenten die via de Fluke Connect-app of Fluke Connect Assets-software communiceren; een cloud-based oplossing die metingen verzamelt voor een uitgebreide weergave van de status van kritische apparatuur. Monteurs kunnen in real-time zowel warmtebeelden als elektrische metingen registreren en delen via hun smartphones of tablets en automatisch naar de cloud uploaden. Rapporten kunnen meteen op locatie worden opgesteld en vanaf de locatie via e-mail worden gedeeld. Via 30 | ElektroVisie - juni 2016

de ShareLive™-videogespreksfunctie kan in real-time met andere collega’s worden samengewerkt, zodat de productiviteit op locatie wordt verhoogd.* De multimeter met warmtebeeldtechniek met veiligheidsspecificatie CAT III 1000 V, CAT IV 600 V heeft een oplaadbare lithium-ionbatterij die onder normale omstandigheden een volledige werkdag stroom levert (10+ uur). Meer informatie over de Fluke 279 FC TRMS-multimeter met warmtebeeldtechniek en de Fluke 279 FC/iFlex TRMS-multimeter met warmtebeeldtechniek vindt u op: www.fluke.be/279FC.

Ten geleide: Fluke streeft naar het wereldmarktleiderschap in compacte, professionele elektronische test- en meetinstrumenten. De producten van de onderneming worden overal ter wereld en in tal van bedrijfstakken door technici en monteurs gebruikt bij service-, installatie- en onderhoudswerkzaamheden en bij productie- en kwaliteitscontroles. Fluke is in 1948 opgericht en heeft momenteel vestigingen in 13 Europese landen. De producten van de onderneming worden in meer dan 100 landen geleverd. De omzet van de onderneming in Europa bedraagt ca. 40% van de omzet wereldwijd. Het hoofdkantoor van Fluke is gevestigd in Everett, in de Amerikaanse staat Washington. Bij de onderneming werken wereldwijd ruim 2500 mensen. Het Europese hoofdkantoor voor de verkoop- en serviceactiviteiten bevindt zich in Eindhoven. Bezoek de website van Fluke op www.fluke.be

Voor verdere informatie: +32 2402 2103 info@fluke.be


THIS SUMMER, LAMPS WILL ADVANCE Wij brengen graag licht in de duisternis, dus maak kennis met LEDVANCE! Bekijk ons nieuwe assortiment OSRAM lampen, verkrijgbaar vanaf 1 juli: ∙ Uitgebreid assortiment volglazen ledlampen ∙ Edition 1906 – vintage lampen en armaturen ∙ … en nog veel meer! Ga voor meer informatie naar LEDVANCE.NL

GEPRESENTEERD DOOR


PRODUCTINFO

THIS SUMMER, LIGHT WILL ADVANCE: LEDVANCE, PRESENTED BY OSRAM Vanaf 1 juli 2016 zal de business unit ‘lamps’ van OSRAM een eigen start gaan maken onder de naam LEDVANCE. De naam, ontstaan uit de termen ‘led’ en ‘advance’, weerspiegelt enerzijds de trend in de richting van LED op de verlichtingsmarkt en anderzijds de mogelijkheden die deze ontwikkeling met zich meebrengt. LEDVANCE zal zich bezig gaan houden met de klassieke verlichting van nu, in combinatie met de opkomende moderne LED verlichting. LEDVANCE biedt een waardevol erfgoed: bijna 100 jaar ervaring, kennis en succes in de verlichtingsindustrie. Het productassortiment van LEDVANCE omvat traditionele OSRAM verlichting, moderne OSRAM LED lampen en gestandaardiseerde LEDVANCE® over-the-counter (OTC) armaturen, evenals ‘connected’ en intelligente verlichtingsop-

32 | ElektroVisie - juni 2016

lossingen voor ‘smart homes’ en ‘smart buildings’.

vormen, zullen ook geïntroduceerd worden in de markt.

LEDVANCE biedt het grootste productportfolio LED lampen ooit onder het OSRAM merk. Een compleet assortiment LED retrofits, waaronder dimbare PAR16 en MR16 lampen van glas. Deze nieuwe LED spots zorgen voor een eenvoudige vervanging van de traditionele PAR16 halogeenlampen (35 tot 80W), die vanaf september 2016 niet meer toegestaan zijn, conform de Europese verordening 1194/2012. Zo’n 60% van de nieuwe LED lampen zal in Duitsland worden geproduceerd.

Deze zomer introduceert LEDVANCE ook haar splinternieuwe assortiment plug & play armaturen onder de merknaam LEDVANCE®. Een geoptimaliseerd portfolio LED armaturen van bekende, gerenommeerde kwaliteit in 8 families. De 60 energiezuinige armaturen combineren een zeer goede prijs/kwaliteitverhouding, een compact design, een eenvoudige installatie, met een garantie oplopend tot 5 jaar.

Ook de LED retrofit lampen met schroeffitting worden omgezet in een volledig glazen lamp­ ontwerp, beschikbaar in zowel heldere als matte versies. Een 150W vervanging in Classic A vorm maakt het LED retrofit portfolio compleet. Aan het assortiment LED filamentlampen zullen maar liefst 19 lampen worden toegevoegd. Lampen met een vintage uitstraling (Edition 1906), in Globe en Edison

LEDVANCE blijft een leverancier die een compleet assortiment op het gebied van verlichting biedt, waaronder ook nog producten op basis van traditionele verlichtingstechnologieën. Van gloeilampen voor speciale toepassingen, halogeenlampen en compact fluorescentiebuizen tot spaarlampen en gasontladingslampen. LEDVANCE biedt altijd de optimale oplossing voor alle eisen: een compleet systeem uit één hand voor groothandel en installateurs. Kijk voor meer informatie op www.ledvance.com


THIS SUMMER, LUMINAIRES WILL ADVANCE Wij brengen graag licht in de duisternis, dus maak kennis met LEDVANCE! Bekijk ons nieuwe assortiment armaturen, verkrijgbaar vanaf 1 juli: Ga naar LEDVANCE.NL

GEPRESENTEERD DOOR


LAATSTE BLADZIJDE

Zekerheid, ondersteuning en informatie vinden bij Nelectra In een woelige wereld waaraan ook België momenteel niet ontsnapt, zijn zekerheden belangrijk. Belangrijk, omdat we als ondernemer te maken krijgen met steeds wijzigende markt- en economische omstandigheden en met een klant die beter geïnformeerd en (dus) ook veeleisender wordt. Als ondernemer is dan het bijzonder fijn als je je gesteund voelt door een sterke partner wiens grootste zorg het is om de elektro-ondernemer te helpen in de beste omstandigheden zijn bedrijf uit te bouwen en zijn plaats op de markt te verdedigen. Toch enige (welgekomen!) zekerheid dus, die aan de elektro-ondernemer geboden wordt. En die zekerheid dat er voor onze sector het beste wordt bemiddeld, vinden we in ieder geval bij onze federatie Nelectra. Vind ik toch. En dat biedt deze federatie al sinds midden vorige eeuw. Maar uiteraard staat Nelectra niet stil! Constant wordt de werking geëvalueerd en bijgestuurd zonder ook maar op enig moment het belang van de elektro-installateur en elektrohandelaar uit het oog te verliezen. En daarbij heeft Nelectra een speciale aandacht voor het bewaken van de kwaliteit van ons beroep. En als ik dit bekijk vanuit mijn functie als voorzitter van de werkgroep beveiliging, ben ik meer dan ooit overtuigd dat ik bij de juiste federatie ben aangesloten!

eigen ervaringen op de werkvloer en ook oog voor trends en nieuwe technieken. Zo organiseerden we onlangs, als test, een webinar, een workshop/opleiding /presentatie via het internet voor deze werkgroep. De reacties waren enthousiast en een herhaling op ruimere schaal is dus aangewezen.

Infosessies En dat laatste brengt me tot de regionale infosessies. Nelectra streeft ernaar om in elke provincie een boeiend aanbod aan infosessies te brengen. En daar ben ik blij om. Want dit is een goede en zeer gewenste aanvulling van het digitale Nelectra-aanbod aan informatie via de (nieuwe!) website en nieuwsbrieven. Ik wil dan ook graag oproepen om deel te nemen aan deze steeds zeer boeiende infosessies, de kanlender vindt u tijdig op de Nelectra-website. Ik wens u alvast een ontspannende zomer en zie u graag op één van de volgende infosessies!

De Werkgroep Beveiliging Zoals gezegd, mag ik me sinds enige jaren voorzitter noemen van deze Nelectra-werkgroep, die kan bogen op een zeer lange en rijke traditie. De Werkgroep werd gesticht in 1987 en hielp mee aan het tot stand komen van de zgn. "Wet Tobback", de wet die de beveiligingssector regelde. Doorheen de jaren kunnen we gerust zeggen dat deze groep geëngageerde beveiligingsondernemers toonaangevend en vaak baanbrekend werk heeft geleverd. En dat met als basis de

Het team van Nelectra wenst u een ontspannende zomer en we spreken graag terug af midden september.

34 | ElektroVisie - juni 2016

Denise Weyers Voorzitter provincie Antwerpen - 01/06/2016


DE BOEIENDE INFOSESSIES VAN NELECTRA

Social media: nuttig voor handelaar en installateur Het voorbije voorjaar was weerom goed gevuld met heel wat regionale Nelectra-infosessies! Heel diverse onderwerpen: technische (analyse van netstructuren in Mechelen en Torhout – veiligheidsinstructie voor de elektrische installatie in Sint-Niklaas), sociaaleconomische info (Gent), een sessie over wanbetalers en hoe eraan remediëren (Hasselt). Maar daarnaast was er ook ruime aan-

Panelgesprek met getuigenissen dacht voor nieuwe trends! Twee sessies (in Brugge en Geel) leerden handelaars èn installateurs dat ‘sociale media’ zoals Facebook, Linkedin en Twitter zeker van nut kunnen zijn voor hun bedrijf. Onder meer tv-persoonlijkheid Joy-Anna Thielemans maakte de deelnemers wegwijs in de sociale media en enkele Nelectra-leden getuigden hoe ze sociale media gebruiken en de voordelen die ze daardoor

ervaren. Begin juni waren er dan de sessies ‘Start to e-commerce’ in Gent en Hasselt, waar men alles leerde over de do’s en de dont’s voor het opzetten van een webshop. Eveneens met getuigenissen van experts en Nelectra-leden. In een volgend nummer kijken we hier nog eens op terug. mvh foto’s: EV

INDIVIDUELE RUIMTEAUTOMATISERING EFFICIËNTER REALISEREN flexROOM®: de nieuwe versie overtuigt met nog meer flexibiliteit Met flexROOM® biedt WAGO een gestandaardiseerde oplossing voor een eenvoudig te realiseren ruimteautomatisering. Om het geheel in de toekomst nog sneller te kunnen parametreren, werd op de vakbeurs Light + Building 2016 een nieuw ontwikkelde software gepresenteerd. De software release wordt onder andere gekenmerkt door een volledig aangepaste gebruikersinterface, die de gebruiksvriendelijkheid aanzienlijk verhoogt. WAGO heeft bij de ontwikkeling van de nieuwe versie van de flexROOM®-applicatie uitgebreide praktijkkennis van gebruikers geïmplementeerd. De nieuwe „Look & Feel“ ziet er dus niet alleen beter uit, maar zorgt dankzij de nieuw ingedeelde configuratieschermen en de uitgebreide instelmogelijkheden ook voor een nog betere workflow. De grondgedachte achter flexROOM® is de indeling van ruimten in gedefinieerde segmenten. Deze segmenten vormen de kleinste gemeenschappelijke deler van een ruimte en grenzen vaak aan een venster. Met flexROOM® is het zodoende mogelijk om het gebruik van een gebouw variabel vorm te geven. In geval van een

ombouw of een wijziging van het gebruik, kunnen de gewijzigde segmenten van de ruimte in de software aangelegd worden en kunnen de toegewezen parameters voor verlichting, zonwering en ruimteregeling in een handomdraai individueel aangepast worden.

Sneller werken dankzij verbeterde navigatie Met de nieuwe flexROOM®-versie kunnen deze werkzaamheden dankzij de webvisualisatie op basis van HTML5 nu ook op tablet of smartphone verricht worden. De gebruikersinterface is bovendien nog overzichtelijker en ergonomischer vormgegeven. De bediening is, dankzij het bij moderne softwaretools gebruikelijke ribbon, nog eenvoudiger. Naast de verhoogde gebruiksvriendelijkheid ondersteunt de oplossing voor de ruimteautomatisering nu ook de DALI Multi Master-klem van WAGO. Deze kan maximaal 64 elektronische ballasten en maximaal 16 sensoren in één lijn verwerken. Met de nieuwe WAGO PFC200 controller voorziet flexROOM® in een beveiligde

configuratie en gegevensoverdracht via HTTPS en SFTP. Aangezien flexROOM® op het WAGO-I/O-SYSTEM 750 is gebaseerd, zal WAGO deze modulariteit in de toekomst nog nadrukkelijker integreren in oplossingen voor de ruimteautomatisering. Individuele en projectspecifieke oplossingen zullen dan in toenemende mate op de voorgrond treden. De grafische gebruikersinterface voor de configuratie van flexROOM® kan bij de nieuwe versie ook via tablet en smartphone opgeroepen worden. Via de gebruikersinterface kunnen alle individuele instellingen verricht en de systeemstatus bekeken worden. juni 2016 - ElektroVisie | 35


Nissan e-NV200 100 % elektrisch

Nissan NV400

Nissan NV200

NISSAN, STERK OP ELK TERREIN. OOK OP DAT VAN DE UEFA CHAMPIONS LEAGUE.

MET DEZE DRIE BEDRIJFSWAGENS SCOORT NISSAN EEN HATTRICK Nissan pakt uit met drie grote namen op het veld: de imposante Nissan NV400 heeft ruimte voor 5 europallets en een uitstekend zicht om zich naar elk doel te kunnen begeven. De tweede speler is de Nissan NV200, deze kenmerkt zich door zijn flexibiliteit dankzij breed openstaande achterdeuren en zijschuifdeuren. Als laatste hebben we de Nissan e-NV200 die altijd 100% clean speelt dankzij zijn elektrische motor! Met dit team is er geen uitdaging te groot. Wij geven alvast een assist met 5 jaar garantie op al onze bedrijfswagens. Wil je de rest van het team leren kennen? Bezoek ons op nissan.be Nissan. OfficiĂŤle bedrijfsvoertuigen van de UEFA Champions League. * Waarborg van de constructeur van 5 jaar beperkt tot 160.000 km op het gamma bedrijfsvoertuigen (uitgezonderd op het gamma e-NV200: 5 jaar/100.000 km waarborg van de constructeur op motorisatie en transmissie (elektrische aandrijflijn - batterij inbegrepen), 3 jaar/100.000 km op de rest van het voertuig). Adverteerder: Nissan Belux n.v. (invoerder), Bist 12, 2630 Aartselaar. Nr van de vestiging: BE0838.306.068. Afbeeldingen niet bindend.

NISSAN.BE


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.