ElektroVisie
Vakblad voor de elektrosector
Nelectra, Beroepsorganisatie voor de elektrobranche, Stationlei 78 bus 1/1, 1800 Vilvoorde / Tweemaandelijks (6 x jaar) - zevenentwintigste jaargang / Afgiftekantoor 8400 Oostende Mail / P2A9571
Een uitgave van NELECTRA
WWW.NELECTRA.BE
VERLICHTING LED IS DE TOEKOMST
E-COMMERCE | de praktijk ‘SMART’ BOUWEN | Boydens Engineering OBO | van Prémaman naar Orchestra
43
s ep 16
AL HET GOEDE KOMT VAN BOVEN! Breed assortiment Downlights voor verschillende toepassingen
NIEUW LED-DOWNLIGHTS SERIES ELSA, STINA EN ALICIA In vloeren, trappenhuizen, lobby's of als aanvullende plafondlichten in aparte ruimtes – de toepassingsgebieden van downlights zijn uitermate veelzijdig. Met de series ELSA, STINA en ALICIA presenteren wij hiervoor een uitgebreid assortiment dat voldoet aan de meest uiteenlopende voorkeuren en eisen. Hoogwaardige behuizing van spuitgietaluminium en de eersteklas lichtkwaliteit zorgen voor sfeervolle lichtmomenten op elk plafond. ESYLUX – OFFICIAL PARTNER OF THE DAYLIGHT.
Scan de QR-code voor meer info over onze Downlights.
ELSA
met ronde of vierkante behuizing
STINA
leverbaar in zwart of wit
ALICIA
in verschillende stralingshoeken beschikbaar, met beweegbare kop
PERFORMANCE FOR SIMPLICITY ESYLUX Belgium nv | info@esylux.be | www.esylux.be
?
NELECTRAVISIE
Hoezo prutswerk I
kennis en vaardigheden. Daar treden we onze zusterorganisatie in n juni jl. werden Nederlandse elektrotechnici opgeschrikt door Nederland zeker bij! een artikel in de krant de Telegraaf. De kop sprak boekdelen : “Installateurs van cv-ketels en elektrische installaties leveren Ook Nelectra spant zich dag in dag uit in om de kennis van onze leop grote schaal prutswerk af”! Het kennisniveau van onze Nederden installateurs en handelaars op te krikken. Onze infosessies zijn al landse evenknieën zou drastisch afnemen, terwijl de installaties jaren gekend door onze trouwe leden. Hou ook onze website www. steeds ingewikkelder worden. Nelectra-zusterorganisatie in Nedernelectra.be in de gaten. land Uneto-VNI werkt een regeling uit die zwaardere eisen stelt aan de vakbekwaamheid van de installateurs Elektroprutsers en cowboys kunen wenst eveneens verscherpte nen aanleiding geven tot levenskwaliteitseisen. Ook de beroepsN IDE LE gevaarlijke situaties. Laten we opleidingen worden danig op de ELEKTROPRUTSERS allen samen gaan voor onderkorrel genomen. De afgelopen KE TOT LEVENSGEVAARLIJ nemingen en werknemers die jaren werd te veel nadruk gelegd SITUATIES! degelijk en kwaliteitsvol vakwerk op het ontwikkelen van compeafleveren, tegen correcte prijzen! tenties terwijl het aanleren van technische kennis en vaardigheWil u uw standpunt hierover eens in de verf zetden naar de achtergrond verschoof. ten? Wij luisteren/lezen met plezier. Nu weten we wel : Nederland is België niet. Onze situatie is enigszins anders, vooral op wetgevend vlak. Maar stellen we ons voldoende de vraag of ook in België de controle van de kwaliteit wel primeert? Of is het eerder een administratieve aangelegenheid? Wat denkt u als installateur hierover? Het antwoord op deze vragen is voor een sectorfederatie als Nelectra belangrijk om haar standpunten, zowel ten aanzien van wetgevende overheden als ten opzichte van instanties die instaan voor de kwaliteitsborging en opleiding kracht bij te kunnen zetten. Dit doen we bij voorbeeld in het bestuur van paritaire Viviane Camphyn sectorale organisaties als Vormelek, dat in onze sector instaat voor Gedelegeerd bestuurder Nelectra vorming en opleiding van pakweg 27.000 arbeiders. Uiteraard zijn verviviane.camphyn@nelectra.be worven competenties belangrijk, maar inderdaad niet ten nadele van T 02/550.17.11
september 2016 - ElektroVisie | 3
INHOUD
10
Nelectra organiseert regionaal tal van infosessies, u vindt het programma voor dit najaar in dit vakblad. Met actuele en boeiende onderwerpen. Zoals we onlangs enkele sessies rond e-commerce organiseerden. We spraken in dat kader met Nelectra-lid Pieter Feys, die momenteel een webshop met een toch wel bijzondere aanpak lanceert.
NELECTRA-VISIE Hoezo prutswerk?
3
5/6
Hallo Nelectra?
6
De Elektrobarometer
8
e-commerce: een case
U weet dat we dit jaar heel wat aandacht besteden aan Smart Home. Ook in de komende nummers. Maar ditmaal bekijken we het even wat ‘groter’: we bezochten het befaamde technisch studiebureau Boydens Engineering. Met zowat 120 medewerkers sturen zij de bouw van vooral grotere gebouwen aan. We hadden het uiteraard speciaal over de elektrotechnische oplossingen.
24
Hoofdtopic in dit septembernummer: verlichting. Met een speciaal accent op LED. U leest meer over de enorme evolutie die leds met zich meebrachten, of ledbuizen een interessante investering betekenen, maar u verneemt ook meer over de nieuwe interface standaarden. En wat vertelt het AREI ons over verlichtingskringen?
DISTRIBUTIE
NELECTRA INFO De infosessies van dit najaar
18
10/11
VERLICHTING
Nelectra organiseerde een speciaal event voor de Aankoopgroeperingen 14/15 De GfK TEMAX-cijfers voor het tweede kwartaal 16
DE SECTOR De mentortraining geeft RSZ-kortingen
INSTALLATIE
Het AREI en verlichting
24-26
Leds in de verlichting
28/29
Van TL naar LED
30/31
Interface standaarden
32-34
Info: Wago
23
Info: Rittal
23
PV-panelen 11
Technisch studiebureau Boydens
Info: Teconex
29
Regionaal voorzitter
Engineering 18/19
Info: Esylux
33
35
EUROPA De nieuwe Bouwproducten verordening 12/13
installatie
Sociale dumping
EMC 14: valkuilen bij onderhoud
Informatietijdschrift voor de professionelen uit de elektro-sector. Elektro Visie/Electro Vision heeft een oplage van 10.070 exemplaren. Elektro Visie is een tweemaandelijkse uitgave van:
13
redactieraad
Viviane Camphyn, Eric Claus, Roger Coteur, Fallon Declerck, Pieter Feys, Els Heyrman, Ludo Holemans, Christophe Louage, Ronny Lannoo, Wouter Vloebergh, Rudy Van Den Bergh, Danny Hermans, Denise Weyers, Dirk Van Steenlandt
hoofdredacteur: Marc Van Hove
tel. 02/550.17.21, fax 02/550.17.29, e-mail: marc.vanhove@elektrovisie.be
4 | ElektroVisie - september 2016
20/21
Regionaal voorzitter
22
reportages
Wouter Vloebergh, Mediadienst UNIZO e-mail: wouter.vloebergh@telenet.be
verantwoordelijke uitgever
TREVI, Willem Holemans, Meerlaan 9, 9620 Zottegem tel. 09/360.62.16, fax 09/367.49.88 e-mail: willem.holemans@trevi-regie.be
Viviane Camphyn, Stationlei 78 bus 1/1, 1800 Vilvoorde, tel. 02/550.17.11 De artikels en de advertenties verschijnen onder de verantwoordelijkheid van de auteurs en de adverteerders. Overname van artikels is toegestaan mits schriftelijke toestemming van de uitgever. Lid van de Unie van Uitgevers van de Periodieke Pers
vertaling
drukkerij
reclameregie Beroepsorganisatie voor de elektrobranche Stationlei 78 bus 1/1, 1800 Vilvoorde tel. 02/550.17.11, fax 02/550.17.29 www.nelectra.be
DE LAATSTE BLADZIJDE
OBO: praktijkvoorbeeld van een
Miles Translations Leopoldstraat 39, 2800 Mechelen tel. 015/28.62.20, fax 015/28.62.21 e-mail: translations@milesgroup.be www.milesgroup.be
Goekint Graphics, 8400 Oostende, tel. 059/51.43.43, fax 059/51.44.43 e-mail: info@goekint.be www.goekint.be
35
Coverfoto: Hilde Van Hove
administratie
Françoise Martens, tel. 02/550.17.16 e-mail: francoise.martens@nelectra.be Marian Hemerijckx, tel. 02/550 17 18 e-mail: marian.hemerijckx@nelectra.be
NELECTRA INFO
Infosessies en opleidingen najaar 2016 Dit najaar organiseert Nelectra weerom diverse infosessies en opleidingen voor de elektroprofessional. Steeds een aanrader en druk bijgewoond! Tijdig inschrijven is dan ook de boodschap.
Infosessie LED-verlichting in de spotlights De toepassing van LED-verlichting is de jongste jaren in een stroomversnelling gekomen. De markt van LED-verlichting kent een toename en er is veel optimisme over de groei de komende jaren. Nelectra organiseert in samenwerking met ETAP lighting uit Malle een LED-namiddag met aandacht voor de markt en de technologie van de LED-verlichting, de kwaliteitscriteria en sluit deze infosessie af met een bezoek aan de technische showrooms en labo’s van ETAP. Kennis: - Wat zijn de belangrijkste evoluties op gebied van LED-verlichting? - Wat zijn de kwaliteitscriteria? - Hoe LED-verlichting toepassen in een winkel, kantoor en klaslokaal? - Wat is het belang van behoudfactoren? - Hoe kan noodverlichting centraal beheerd worden? Doelgroep: Installateurs Datum: dinsdag 20 september, vanaf 12u30 Locatie: Etap Lighting, Antwerpsesteenweg 130, 2390 Malle
Infosessie De keuring van de elektrische installatie Elke elektrische installatie moet door een erkend controleorganisme gekeurd worden volgens de AREI normen bij wijziging, verzwaring of uitbreiding. Installaties worden steeds complexer en innovatiever, dit maakt dat ook de keuringsverslagen ingewikkelder worden. Tijdens deze infosessie schept een specialist van een erkend controleorganisme duidelijkheid over de inbreuken die terug te vinden zijn op een keuringsverslag. Kennis: - Hoe wordt een keuringsverslag opgesteld? - Wat betekenen inbreuken op het keuringsverslag? - Hoe kan een elektricien basisprincipes uit het AREI toepassen op innovatieve installaties? Doelgroep: Installateurs Data en locatie: - Donderdag 29 september, vanaf 18u30 : Cultureel Centrum Roeselare, Hippoliet Spilleboutdreef 1, 8800 Roeselare
- Donderdag 20 oktober, vanaf 18u30: Infrax Hasselt, Trichterheideweg 8, 3500 Hasselt
Infosessie Veilig aansluiten op elektriciteit Huishoudelijke toestellen aansluiten op elektriciteit moet gebeuren volgens de regels van de kunst en met het in acht nemen van veiligheidsregels specifiek voor elektriciteit. Maar vaak ontbreekt de nodige basiskennis om de aansluiting veilig en vakkundig uit te voeren. In deze infosessie geeft een expert een demonstratie over alle aspecten van het aansluiten van toestellen op elektriciteit. Kennis: - Wat zijn de gevaren bij het aansluiten op elektriciteit? - Hoe voer je een elektrische aansluiting veilig uit? - Wat zijn de verschillende soorten aansluitingen? - Hoe lees ik een montagehandleiding? - Praktische tips voor de aansluiting op elektriciteit Doelgroep: Handelaars en installateurs Data en locatie: Dinsdag 4 oktober 2016, vanaf 18u30: Aldhem Hotel, Jagersdreef 1, 2280 Grobbendonk Dinsdag 25 oktober 2016, vanaf 18u30: Eandis, President Kennedypark 12, 8500 Kortrijk
Infosessie Pak uw wanbetalers aan! Elke elektro-ondernemer krijgt wel eens te maken met klanten die hun factuur niet of slechts gedeeltelijk betalen. Nelectra biedt op deze infoavond heel wat praktische informatie die de elektro-installateur en elektrohandelaar wapenen om wanbetalers kordaat en correct aan te pakken. Zelfs als herinneringsbrieven en aanmaningen niets meer uithalen, biedt deze infoavond nog een uitweg. Kennis: - Wat kan u opnemen in uw algemene voorwaarden en wat is het belang ervan in het
kader van de schuldinvordering? - Is er een verschil tussen algemene voorwaarden voor particuliere klanten en professionele klanten? - Wat zeggen de garantietermijnen over de aansprakelijkheid van de verkoper? - Wat is de relatie met de wet productaansprakelijkheid? - Hoe kan ik wanbetalers op een betaalbare manier toch doen betalen? Hoe kan een advocaat helpen en moet een geschil altijd voor de rechtbank beslecht worden? Doelgroep: Handelaars en installateurs Data en locatie: Woensdag 16 november, vanaf 18u30: Syntra, Spoorwegstraat 14, 8200 Brugge Donderdag 1 december, vanaf 18u30:Educam, Brandstraat 3, 9160 Lokeren
Opleiding Veilig werken op werven: de risicoanalyse Veilig werken is het bewust nemen van aanvaardbare risico’s. Tijdens deze opleiding ligt de focus op de aanvaardbare risico’s voor het bouwen van een elektrische installatie op een werf en wordt het belang van de geïntegreerde veiligheidsinstructiekaarten belicht. De risico’s doorheen de verschillende fasen worden doorlopen: de montage, installatiewerkzaamheden, de bouw van het bord en de eerste ingebruikname. Ook de niet-elektrische risico’s op de werf komen tijdens deze infosessie aan bod. Objectief: - Na de opleiding kan u basis risicoanalyses maken in de 4 verschillende competentiedomeinen: montage, installatie, de opbouw van het bord en de ingebruikname. - U verneemt uit eerste hand wat het belang is van de veiligheidsinstructiekaarten. - Deze opleiding stelt u in staat om in de toekomst veilig te kunnen werken en te beslissen of de werkzaamheden in alle veiligheid kunnen uitgevoerd of verdergezet worden.
september 2016 - ElektroVisie | 5
NELECTRA INFO - U leert onveilige handelingen en onveilige situaties voorkomen en risicoanalyses maken aan de hand van een vooraf opgestelde tool. Locatie: Antwerpen Datum: december 2016, dagsessie, exacte datum wordt later meegedeeld
Opleiding Veilig werken aan elektrische installaties Tijdens deze opleiding ligt de focus op de aanvaardbare risico’s voor werkzaamheden aan elektrische installaties en wordt het belang van de geïntegreerde veiligheidsinstructiekaarten belicht. Er is aandacht voor werkzaamheden buiten spanning, in de nabijheid van spanning en onder spanning. Ook schakel- en meetwerkzaamheden komen uitvoerig aan bod. Aanwezigen leren over het belang van de veiligheidsinstructiekaarten
en ze leren risicoanalyses opmaken aan de hand van een vooraf opgestelde tool. Objectief: - Tijdens deze opleiding leert u AREI artikels omzetten in een veiligheidsconcept, het vlinderdasmodel - U krijgt helder inzicht in de oorzaken en de gevolgen van onveilige situaties en onveilige handelingen dankzij het vlinderdasmodel - Deze opleiding geeft u een overzicht van hoe en waar beschermingsmaatregelen falen - Het gebruik van veiligheidsinstructiekaarten en de risicoanalyse wordt duidelijk tijdens deze dagopleiding Locatie: Gent Datum: december 2016, dagsessie, exacte datum wordt later meegedeeld
DEELNAMEVOORWAARDEN: - Inschrijven kan via de website van Nelectra: www.nelectra.be/infosessies-vorming. U vindt op de website steeds de meest recente informatie over het aanbod van Nelectra. - De infosessies zijn gratis voor Leden van Nelectra. - Opleidingen zijn steeds betalend. - Gelieve tijdig te verwittigen bij annulatie van uw inschrijving. Indien u niet tijdig annuleert, wordt u een administratieve kost aangerekend. - Meer info? Mail ons via info@nelectra.be
HALLO NELECTRA ?
Een Nelectra-lid belde ons, want hij wou graag bijkomend een pop-up winkel openen met speciale aanbiedingen. Zijn vraag: zijn er bepaalde regels inzake de huur?
Vanaf 1 september 2016: nieuwe regels inzake huur van pop-ups. Na een tijd van onduidelijkheid op het vlak van korte of tijdelijke huur van een winkelruimte, wordt een regeling ingevoerd specifiek voor de huur van pop-upstores / pop-upshops. Voor welke termijn kunnen huurcontracten voor pop-ups afgesloten worden? De regeling voorziet in de mogelijkheid om handelshuurovereenkomsten af te sluiten die korter of gelijk zijn dan één jaar. Op die manier is het dus mogelijk om een winkelpand te huren voor een korte periode. De huurovereenkomst kan onder dezelfde voorwaarden meermaals schriftelijk verlengd worden zolang de totale huurtijd niet langer is dan één jaar. Wat als de huurtermijn langer wordt dan één jaar, inclusief verlengingen? De huurovereenkomst wordt dan automatisch verlengd tot negen jaar vanaf de aanvankelijke begindatum. In dat geval is de gewone handelshuurwet van toepassing met alle bijhorende wettelijke verplichtingen.
6 | ElektroVisie - september 2016
Wanneer kan u deze huurovereenkomst beëindigen? Als de termijn van één jaar gerespecteerd wordt, kan de huurder de huurovereenkomst altijd beëindigen, mits hij een opzegtermijn respecteert van één maand bij aangetekende brief of deurwaardersexploot. De huurovereenkomst kan ook onmiddellijk beëindigd worden mits onderling akkoord.
Wat met de kosten bij huur van pop-ups? De kosten van nutsvoorzieningen zijn voor de huurder. De belastingen betreffende het gebouw zijn ten laste van de verhuurder. Wat met verbouwingen? De huurder kan op eigen risico veranderingen aanbrengen aan het goed, zolang de verbouwingskosten één jaar huur niet te boven gaan en op voorwaarde dat daardoor noch de veiligheid, noch de salubriteit, noch de esthetische waarde van het gebouw in het gedrang komen. De huurder moet de verhuurder bij aanvang van de werken schriftelijk in kennis stellen. De verhuurder heeft altijd toegang tot de werken. Indien de werken doorgaan zonder initieel akkoord van de verhuurder kan hij de werken doen stoppen door een eenvoudige beschikking bij de vrederechter. De verhuurder kan eisen dat de huurder zich verzekert voor de aansprakelijkheid bij de bouwwerken. Bij het einde van de huur kan de verhuurder bovendien de verwijdering van de werken vragen.
Is onderverhuur en overdracht van huur toegelaten bij huur van pop-ups? De huurder mag niet onderverhuren. Indien de verhuurder het onroerend goed overdraagt, dient de huurovereenkomst te worden gerespecteerd.
Wat zijn de verschillen van de regels inzake huur van pop-ups met de regels inzake handelshuur? Het voornaamste onderscheid vinden we in de flexibiliteit. • De pop-up huur duurt maximaal één jaar en de opzegvoorwaarden zijn voor zowel huurder als verhuurder heel eenvoudig. Handelshuur duurt echter standaard negen jaar en slechts om de drie jaar kan de huurder opzeggen mits een opzegtermijn van zes maanden. • De verhuurder kan slechts opzeggen indien contractueel overeengekomen en mits het respecteren van een opzegtermijn van één jaar. Daarenboven heeft de huurder in geval van handelshuur onder bepaalde voorwaarden recht op huurvernieuwing of een uitzettingsvergoeding. Dit laatste is niet het geval bij pop-ups. • Tot slot mag de huurder bij handelshuur wel onderverhuren. Christophe Louage Juridisch adviseur Nelectra christophe.louage@nelectra.be
Nu ook minimelder voor Niko Home Control Na het succes van de minimelder voor 230 V, is er nu ook een versie beschikbaar voor Niko Home Control. Net zoals zijn voorganger heeft de ultrakleine plafondmelder een doorsnede van slechts 3,6 cm, een bereik van 9,5 cm diameter en detecteert hij zowel bewegingen als veranderingen in lichtsterkte. Met het bijgeleverde witte en zwarte afschermkapje reduceer je het detectiebereik van 360° eenvoudig tot 180°. In Niko Home Control installaties kan je de minimelder niet alleen gebruiken om beweging te meten, maar ook als lichtmeetcel of om een alarm naar een smartphone te zenden van zodra er beweging gedetecteerd wordt. Je programmeert de minimelder met de Niko Home Control programmeersoftware. De gebruiker kan de instellingen van de melder nadien wijzigen in de gebruikersinstellingensoftware of user settings app. Beschikbaar bij de groothandel vanaf 19 september 2016.
www.niko.be
PA-711-01
Referentiecode: 550-20220
NELECTRA INFO ELEKTROBAROMETER – 2DE KWARTAAL 2016
DE ELEKTROBAROMETER VERBETERT
99
99
2016/1
2016/2
100
100
99
99 2015/1
99
99
97
2014/4
97
2014/2
2013/4
2015/4
2015/3
2015/2
2014/3
97
2014/1
99
99
2013/3
2013/2
2013/1
96 2012/4
2012/2
2012/3
96
96
2012/1
2011/4
2011/3
2011/2
2010/3
96
98
98
99
101
100
2011/1
102
101 2010/4
100
99 2010/2
D
e elektrobedrijven vormen geen uitzondering. Ook de bouwbarometer verbetert (tot 98,6) maar blijft onder de gezonde 100,0. De globale KMO-barometer gaat dan weer opnieuw achteruit maar blijft met 100,4 wel positief.
De ELEKTRObarometer
2010/1
Na de dalingen van de vorige twee kwartalen, stijgt de elektrobarometer in het tweede kwartaal van 2016 opnieuw. Tot 99,0. De zaakvoerders van de elektrobedrijven beoordelen de conjunctuur dus iets gunstiger, hoewel de gezonde grens van 100,0 – waar optimisten en pessimisten elkaar in evenwicht houden – nog altijd niet bereikt is. Dat is ondertussen al vijf jaar geleden.
© NELECTRA
Meeste deelindices gaan erop vooruit De elektrobedrijven schatten in het vorige kwartaal hun toekomst optimistischer in, en dat blijkt nu ook te kloppen. Zo zijn de elektrobedrijven optimistischer gestemd over het huidige werkvolume (102,10 t.o.v. 98,04 in het vorige kwartaal), hun winstgevendheid (score van 98,64) en de tewerkstelling in de sector, vooral dan voor de toekomst (100,15). Ook hun algemene tevredenheid met het eigen bedrijf scoort opvallend beter (104,20). Anderzijds zijn de verwachtingen voor het werkvolume voor de volgende weken minder hoog gespannen (98,64), wat ook niet echt te verwonderen is, zo net voor de zomervakantie. En ook voor de financiële situatie – wat uiteraard samenhangt met de activiteit - zijn de vooruitzichten niet echt rooskleurig (98,50). De beoordeling van de concurrentie is nog altijd negatief (95,05) net zoals de evaluatie van het aantal laattijdige betalingen (97,00).
Elektrobedrijven hebben meer werk, hun personeelsbestand krimpt niet langer en de tevredenheid verhoogt 33% van de elektrobedrijven heeft nu meer werk, 21% minder. Voor de eerstvolgende weken verwacht 20% meer en 24% minder werk te hebben terwijl de rest een status quo in het aantal opdrachten verwacht. 20% geeft aan dat de rendabiliteit van hun onderneming verbeterd is terwijl 24% deze slechter beoordeelt. Voor de toekomst verwachten meer elektro-ondernemers een achteruitgang (26%) dan dat er een rendabiliteitsverbetering zien (20%).
De ELEKTRObarometer
Ondertussen blijft de concurrentie erg scherp. 35% van de elektrobedrijven geeft aan dat de concurrentiedruk nog verzwaard is. 7% ziet wel een verbetering. 19% kampt met een hoger aantal slechte betalers, 8% heeft daar nu minder last van. De werkgelegenheid is in de meeste elektrobedrijven stabiel gebleven, wat een verbetering is ten opzicht van de vorige kwartalen. 8% werkt nu met meer en 6% met minder werknemers. In de volgende maanden denkt 14% extra mensen aan te werven terwijl 10% minder werknemers denkt te hebben. De tevredenheid met de eigen onderneming scoort als vanouds goed. Dit kwartaal noteren we zelfs opnieuw een toename. 49% is uitgesproken tevreden (vorige keer was dat maar 37%). Over de algemene toestand van de economie is 20% tevreden terwijl 34% daarover malcontent is.
De elektrobarometer wordt sinds 2010 opgemaakt en is dé conjunctuurindicator voor de Vlaamse kmo bedrijven en zelfstandige ondernemers uit de elektrosector, zowel installateurs als handelaars. De barometer wordt per kwartaal samengesteld aan de hand van een bevraging bij een vast, representatief panel van ondernemers waardoor vergelijken over de kwartalen heen mogelijk is. De elektrobarometer bestaat uit verschillende deelindices. Aan de hand van de verschillende deelindices wordt de algemene elektrobarometer berekend. Waarden boven index 100 wijzen op een positief evoluerende conjunctuur, waarden onder index 100 wijzen op een negatief evoluerende conjunctuur. De huidige elektrobarometer werd afgenomen in de tweede helft van juni.
104 102 100 98 96
Elektrobarometer
Bouwbarometer
8 | ElektroVisie - september 2016
2016/1
© NELECTRA
2016/2
2015/4
2015/3
2015/1
2015/2
2014/4
2014/3
2014/1
KMO barometer
2014/2
2013/4
2013/3
2013/1
2013/2
2012/4
2012/3
2012/1
2012/2
2011/4
2011/3
2011/1
2011/2
2010/4
2010/3
2010/1
92
2010/2
94
Fallon Declerck Nelectra-adviseur fallon.declerck@nelectra.be
VOORTAAN RAAKT U NIET LANGER VERSTRIKT IN REGELTJES. INCLUSIEF VIER TAPES OM TE VOLDOEN AAN DE BEDRADINGSVOORSCHRIFTEN €179* Dankzij de PT-E550WSP bundel labelt u zonder gedoe of zorgen aan een lagere kost. Met de vier meegeleverde tapes geniet u alle belangrijke voordelen van Brother aan een fractie van de prijs: gebruiksvriendelijke ingebouwde labelfuncties, een mobiele app om duurzame labels te ontwerpen en af te drukken, tapes om te voldoen aan de bedradingsvoorschriften én ook nog een extra draagtas. Dit krijgt u allemaal voor een prijs die allesbehalve de regel is. www.brother.be * Adviesverkoopprijs inclusief BTW en alle bijdragen. Geldig vanaf 1 september t/m 30 november 2016 zolang de voorraad strekt.t.
NELECTRA INFO
Domotica specialist
Pieter Feys trekt resoluut de kaart van de
e-commerce
“In onze webshop aybu.be willen we geen producten verkopen maar slimme oplossingen aanbieden van eigen bodem“
E
lke week hoor en lees je nieuwsberichten over hoe ons land achterop hinkt op het vlak van e-commerce. Er zijn nog te weinig kmo’s die een online shop starten. En dat ondanks het feit dat consumenten meer online kopen. Gevolg: er wordt duchtig besteld via buitenlandse webshops en België ziet een interessante afzetmarkt aan zijn neus voorbijgaan. Nelectra zette de mogelijkheden rond e-commerce in onze sector in de kijker en organiseerde hierover in het voorjaar de infosessie ‘start to e-commerce’. Een opgemerkte spreker op deze sessie was Pieter Feys uit Sint-Niklaas. Met zijn bedrijf Domica is hij gespecialiseerd in domotica/immotica toepassingen voor elk gebouw, kortom integratie. Met www.aybu.be wil hij een platform lanceren waar slimme technologieën verstaanbaar en toegankelijk worden gemaakt voor bouwheren. Aybu staat zowel voor ‘Automate Your Building’ voor de eindklant, als voor ‘At Your Business’ gericht naar professionele gebruikers.
Pieter Feys, oprichter Aybu.be: Aybu.be is zeker geen gewone webshop. Wij willen niet de zoveelste aanbieder van stopcontacten worden. Die verkooppunten zijn al massaal online terug te vinden. Maar ik ben overtuigd dat de toekomst zich voor een steeds toenemend deel online afspeelt en dat online aanwezigheid heel erg belangrijk is. Met Aybu willen we bouwheren op een eenvoudige manier en in een vroeg stadium van het bouwproces doen nadenken over slimme technologie en hun budget. Dankzij Aybu, een gebruiksvriendelijk online platform kunnen ze dat gewoon lekker thuis doen vanuit hun luie zetel. Concreet gaat het als volgt: een plan wordt ingescand en op dat moment gaan wij vragen stellen over wat ze willen en we gaan daar oplossingen aan koppelen. We denken mee met de klant en bieden mogelijkheden aan en terwijl ze daarmee bezig zijn, wordt ook al meteen een raming gemaakt. Op het einde van de rit krijgt de bouwheer, een realistisch voorstel in de vorm van een digitale offerte en een voorstel van enkele installatiebedrijven bij hem in de buurt. Ook architecten kunnen het platform gebruiken bij het lastenboek en de installateur kan
via Aybu op een vlotte, gemakkelijke manier een offerte maken terwijl hij overlegt met de klant. Ook bouwpromotoren kunnen een digitaal dossier opstellen waarbij zowel de bouwpromotor, de architect, de installateur en de bouwheer op 1 zelfde platform werken en eventuele aanpassingen kunnen doorvoeren.
Urenlang offertes maken, moet verleden tijd zijn Slimme technologie spreekt heel vaak tot de verbeelding en heel wat klanten zijn zeer enthousiast over de mogelijkheden. Tijdens een gesprek gaan ze vaak mee in alle opties die wij voorstellen maar twee weken later als ze de offerte binnenkrijgen, merken ze dat het bedrag toch boven hun budget is en krijgen we te horen dat ze dat niet hadden zien aankomen. 10 varianten op een offerte is geen uitzondering in onze sector en dat is nu net wat wij met Aybu willen aanpakken. Van in het begin moet de klant zeer bewust zijn van het prijskaartje en de daarbij horende mogelijkheden.
Oplossingen aanbieden, geen producten Slimme technologie maakt het leven een pak gemakkelijker en aangenamer, dat is duidelijk. Wij moeten de klant via het platform ook bewust maken dat er heel wat mogelijkheden zijn. Het gaat dan om oplossingen zoals de verwarming aansturen, de sfeer in de woning zelf kunnen aanmaken en aanpassen, het aansturen van screens bij afwezigheid in de woning. Wij moeten oplossingen verkopen, niet het product. De eindklant wordt niet warm van de zoveelste foto van een verliesstroomschakelaar.
Een online shop met een gezicht
Het team van Domica. 10 | ElektroVisie - september 2016
Pieter Feys: Klanten vinden het belangrijk dat ze weten met wie ze te maken hebben. Zo hebben we onze meest betrouwbare medewerker een prominente plaats gegeven op de website. Aan hem kunnen onze klanten al hun vragen stellen. Want ook al is een website
NELECTRA INFO een stuk anoniemer, met kennis en professionaliteit kan je je meteen onderscheiden. En wat ook nog belangrijk is, is dat mensen weten dat ze op je kunnen rekenen voor nazorg. Want over enkele jaren willen ze misschien wel een upgrade.
Aybu in volle ontwikkeling Aybu wil via dit platform domotica-pakketten inclusief begeleiding en opleiding verkopen, we willen onze meerwaarde als integrator benadrukken. Deze webshop is een bijkomende manier om consumenten te bereiken. Ik zie e-commerce als een mooie opportuniteit en tegelijkertijd laten we de kaas niet van tussen ons brood halen door de aanbieders in het buitenland. Aybu.be zit momenteel in volle ontwikkeling. We zijn bezig met het programmeren en steven ernaar tegen het eind van dit jaar operationeel te kunnen zijn. Interview: Els Heyrman Foto’s: Dann
Pieter Feys: "We verkopen oplossingen."
WIST U DAT U EEN VERGOEDING ONTVANGT ALS U PV-INZAMELPUNT WORDT? Elke natuurlijke of rechtspersoon die met zonnepanelen werkt, kan zich vrijwillig registreren als erkend PV CYCLE-inzamelpunt en zo helpen om afgedankte zonnepanelen in te zamelen. Als inzamelpunt verbindt u zich tot: - de aanvaarding volgens het principe “één voor één” – per verkocht fotovoltaïsch zonnepaneel wordt één paneel gratis teruggenomen; - informatieverstrekking aan de eindgebruikers, op een systematische, zichtbare en toegankelijke manier, over de beschikbare oplossingen voor de terugname van hun afgedankte fotovoltaïsche zonnepanelen; - het aanvaarden van een systeem van traceerbaarheid voor de ingezamelde fotovoltaïsche zonnepanelen. Daar tegenover staat dat u uw klanten een duurzame oplossing kunt bieden, van de verkoop, het onderhoud van fotovoltaïsche zonnepanelen tot het einde van hun levensduur. Als inzamelpunt geniet u bovendien van een financiële vergoeding, wordt u
vermeld op de website van PV CYCLE BELGIUM en mag u gratis gebruik maken van het PV CYCLE-logo en andere communicatiemiddelen. Geïnteresseerd? Surf dan naar http://www. pvcycle.be/diensten/word_inzamelpunt
en elektrosector, voor u heeft opgericht: PV CYCLE BELGIUM. Dit nieuwe systeem is op 1 juli 2016 van start gegaan en wordt gefinancierd door een milieubijdrage die u zichtbaar op uw factuur moet doorrekenen aan de eindklant. Momenteel bedraagt deze 4,00 EUR (excl. BTW) per zonnepaneel.
CONTROLE OP WETTELIJKE AANVAARDINGSPLICHT ZONNEPANELEN
U kan zich als invoerder registreren op de website PV CYCLE BELGIUM via volgende link: https://extranet.pvcycle.org/
Graag herinneren we u er ook nogmaals aan dat iedereen die zonnepanelen produceert of invoert vanuit het buitenland (ook een installateur) wettelijk verplicht is om te zorgen voor de registratie, rapportering, terugname en verwerking van de afgedankte fotovoltaïsche zonnepanelen. Het Vlaams Gewest heeft aangekondigd dat zij controles hierop zal uitvoeren vanaf september 2016 !
Als u als installateur uw PV-panelen uitsluitend aankoopt bij een Belgische groothandel, dan hoeft u zich niet aan te melden bij PV CYCLE BELGIUM. U zal op de factuur van de PV-panelen die u aankoopt een recyclagebijdrage van 4,00 EUR (excl. BTW) per zonnepaneel zien verschijnen en u dient die gewoon integraal door te rekenen aan uw klant.
Als u als installateur ook invoerder bent, kan u een controle vermijden door zo snel mogelijk aan te sluiten bij het nieuw beheersorganisme dat Nelectra, samen met enkele andere beroepsfederaties uit de PV-
Voor meer info kunt u ook steeds terecht op onze website of bij Nelectra-adviseur Fallon Declerck via fallon.declerck@nelectra.be of 02/550.17.14.
september 2016 - ElektroVisie | 11
EUROPA
Elektrische leidingen en de Bouw Producten Verordening (BPV) Sinds 1 juli 2016 is de Bouw Producten Verordening (BPV) - Construction Products Regulation (CPR) - voor kabels met betrekking tot hun brandgedrag van toepassing. Dit wil zeggen dat de fabrikanten tot 1 juli 2017 tijd hebben om te voldoen aan de verordening met een Declaration of Performance (DoP) en de CE-markering.
Iedereen heeft verantwoordelijkheden Vanaf 1 juli 2016 is CE-markering onder CPR mogelijk en vanaf 1 juli 2017 verplicht. De verantwoordelijkheden zijn vastgelegd in CPR. Zo is de kabelfabrikant verantwoordelijk voor het uitvoeren van de brandtesten, het opstellen en aanbrengen van de CE-markering en het opstellen en beschikbaar maken van de prestatieverklaring (DoP). De groothandel/ distributeur dient erop toe te zien dat alle verkochte kabelproducten zijn voorzien van CEmarkering en dient tevens de DoP beschikbaar te maken, bijvoorbeeld door te verwijzen naar de webpagina van de kabelfabrikant waar de DoP is te downloaden. De installateur/adviseur is verantwoordelijk voor de juiste keuze van de Euroklassen van de kabel per toepassing; conform het AREI in BelgiĂŤ. Omdat de classificatie en testmethoden veranderen moeten alle kabelproductfamilies door middel van brandproeven opnieuw worden getest, onder andere volgens de nieuwe - onder de CPR ontwikkelde - brand testmethode EN 50399. Bovendien is het verplicht om de testen extern te valideren. Voor de classificatie onder CPR worden verschillende eigenschappen van de kabel tijdens brand gemeten, te weten: brandvoortplanting, rookontwikkeling, zuurgraad van de rookgassen, maar nu ook brandende vallende deeltjes en de vrijgekomen hitte. Deze twee laatste genoemde kabeleigenschappen zijn nieuw voor BelgiĂŤ. Aan de hand van de uitkomsten worden de kabels ingedeeld volgens de nieuwe CPR Euroklassen die gaan gelden voor alle kabels in vaste elektrotechnische installaties in bouwwerken. Kabels met de aanduiding fb (functiebehoud) vallen voorlopig buiten de CPR classificering. Daar worden in een later stadium nieuwe normen voor verwacht. Spijtig genoeg is ons AREI op dit ogenblik nog niet aangepast. Ondanks dat artikel 104 van het AREI is gewijzigd in 2013 zal het opnieuw moeten aangepast worden. Het is noodzakelijk dat de 12 | ElektroVisie - september 2016
gebruiker op de hoogte is waar welke kabel, volgens de nieuwe CPR, moet toegepast worden.
Doel van CPR De Europese verordening voor bouwproducten (CPR) heeft als doel om betrouwbare eenduidige informatie over product constructies en de relatie tot hun toepassingen te bevorderen. Dit wordt gedaan door uniforme afspraken (common technical language) te maken over bepaalde essentiĂŤle kenmerken van producten. Fabrikanten geven een verklaring af over technische eigenschappen van producten in een zogenaamde Declaration of Performance (DoP). Ook zal de CE markering voor producten moeten worden aangepast in lijn met de verordening. Voor kabels betreft het alleen brandeigenschappen, andere kenmerken van kabels (bijv. elektrische en mechanische eigenschappen) blijven conform de huidige nationale en voor zover beschikbaar internationale specificaties.
CE-markering De CE-markering wordt aangebracht op het label dat op de verpakking, haspel of ring is aangebracht en mag alleen worden toegepast indien een DoP beschikbaar is en bevat: - CE aanduiding; - Identificatienummer van de certificerende instantie; - Naam en geregistreerd adres van fabrikant of merk; - Twee laatste cijfers van het jaar dat de markering is toegekend; - Referentienummer van de prestatieverklaring; - Nummer van de van toepassing zijnde Europese norm;
- Unieke identificatiecode van het product type; - Bedoeld gebruik van het product zoals vastgelegd in de van toepassing zijnde Europese norm; - De prestatie (brandclassificatie).
Prestatieverklaring (DoP) De Declaration of Performance (DoP) is een prestatieverklaring waarin informatie is opgenomen, zoals: - Unieke identificatiecode; - Beoogd(e) gebruik(en) van de kabel; - Fabrikant informatie; - Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid; - Geharmoniseerde norm; - Aangemelde instantie; - Aangegeven prestatie.
EUROPA
CPR-classificatietabel De CPR-classificatietabel bevat zes klassen van A tot F. Deze worden toegewezen aan de hand van de criteria warmteafgifte en vlammenuitbreiding. Voor de bijkomende eisen, zoals rookontwikkeling “s”, aciditeit “a” en brandend afdruipen “d” zijn er telkens drie supplementaire klassen. Brandklasse
Brandbijdrage
Aca
Geen
B1ca
Nauwelijks
B2ca
Heel beperkt
Cca
Beperkt
Dca
Gemiddeld
Eca
Hoog
Fca
Niet bepaald
Betekenis van Europese rookklassen voor elektrische leidingen Rookklasse
Rookontwikkeling
s1
Gering
s2
Gemiddeld
s3
Sterk
Betekenis van Europese klassen voor brandende vallende deeltjes van elektrische leidingen Klasse
Brandende vallende deeltjes
d0
Geen
d1
Beperkt
d2
Hoog
Betekenis van Europese klassen voor corrosiviteit/zuurtegraad van de verbrandingsgassen van elektrische leidingen Klasse
Corrosiviteit/ zuurtegraad van de verbrandingsgassen
a1
Laag
a2
Beperkt
a3
Hoog
Wie is betrokken bij CPR In principe is de hele bouwketen verantwoordelijk voor CPR.
Fabrikanten Type beproevingen (Brandproeven kabels) Opstellen Declaration of Performance (DoP) Opstellen CE markering Periodieke controle Een importeur kan volgens CPR ook worden aangemerkt als fabrikant als die het product binnen de EU in de handel brengt. Notified bodies (aangemelde instantie) Type beproevingen (witnessing) Brandclassificatie Certificaten Periodieke controle Distributeurs / groothandels Erop toezien dat alle kabelproducten die worden verkocht zijn voorzien van correcte productinformatie (CE en DoP). Installateurs, adviseurs, aannemers, constructeurs, eindgebruikers Ervoor zorgdragen dat de juiste kabel wordt geselecteerd en geplaatst. Overheid en industrie Implementatie van CPR in België via het AREI Rudy Van den Bergh Electro-Test
Sociale dumping EUROPESE COMMISSIE WIL GELIJK LOON VOOR GELIJK WERK OP DEZELFDE PLAATS, ZELFS AL SPUTTERT OOST-EUROPA TEGEN Sociale dumping bestrijden en een gelijk speelveld voor bedrijven creëren, dat is het doel van de herziening van de detacheringsrichtlijn. Ondanks protest van elf, voornamelijk Oost-Europese, lidstaten, zet Europa door met haar voorstel. Dat besliste de Europese Commissie op woensdag 20 juli 2016. Het bezwaar van de elf lidstaten dat dit een nationale bevoegdheid is, klopt niet, oordeelt de Commissie.
Detachering: wie, wat, waar Vlaamse bedrijven sturen werknemers voor een opdracht naar andere lidstaten en Vlaanderen ontvangt werknemers voor een korte periode. Dat is het principe van
detachering. De bouwsector en transportsector in Vlaanderen ontvangen beiden een aanzienlijk deel van de gedetacheerde werknemers. De herziening van de wetgeving hierover moet ervoor zorgen dat de verloning van nationale en gedetacheerde werknemers dichter bij elkaar komt te liggen.
Gele kaart uit Oost-Europa Heel wat Oost-Europese landen beschouwen dit als een aanslag op hun concurrentiekracht. Ze probeerden het voorstel te blokkeren door de glee kaart te trekken. Ze argumenteerden dat lonen een nationale bevoegdheid zijn waar Europa geen zeggenschap over heeft. Deze argumentatie wijst de Europese Commissie nu af.
Detachering zorgt voor grensoverschrijdende problemen, die een Europees antwoord vragen, oordeelt ze. De Commissie besliste dus om haar voorstel integraal te behouden.
Van voorstel naar wetgeving? Maar wordt het plan ook werkelijkheid? Dat hangt van de lidstaten en de europarlementsleden af. Als de elf lidstaten bij hun standpunt blijven, kan de Raad van ministers het voorstel niet aannemen. Want dat moet met gekwalificeerde meerderheid. Bron: Vleva Info: Fallon Declerck, fallon.decelerck@nelectra.be
september 2016 - ElektroVisie | 13
DISTRIBUTIE
Nelectra over de toekomst van de elektroretail De elektroretail bevindt zich in woelig vaarwater. De verkoop in de winkel staat onder druk, de opmars van e-commerce lijkt niet meer te stuiten. Heel wat elektrohandelaars vragen zich af wat de toekomst geeft. Is dit het moment om de winkeldeuren te sluiten en alleen nog te focussen op online verkoop? Is een kleiner winkelpunt openen op een A-locatie in de belangrijke steden een optie? Of hebben winkels toch nog een toekomst als ze omgetoverd worden tot een pretpark van elektrotoestellen zoals sommige retail-experten beweren? Het zijn prangende vragen die de elektrohandelaar bezighouden en daarom organiseerde Nelectra hierover een inspirerende lunchcauserie met gerenommeerde sprekers in aanwezigheid van bestuurders van de samenaankoop groeperingen uit de elektroretailen keukensector.
N
electra nodigde keynote-spreker Ruud Veltenaar en ’s lands bekendste trendwatcher Herman Konings uit om hun visie te geven op de nakende evoluties en de toekomst van de elektrohandel in het bijzonder. Ruud Veltenaar is één van de meest gevraagde sprekers in België en Nederland. In zijn speech “Shift happens 2030” schetste hij mega-trends en ontwikkelingen die de wereld in sneltreinvaart transformeren. Trendwatcher Herman Konings bracht een wetenschappelijk onderbouwde toekomstvisie voor de elektrohandel.
De toekomst is fygitaal De elektrowinkel zal in toekomst blijven bestaan. “De fysieke, lokale winkel zal het halen van de online verkoop”, benadrukte Herman Konings. Want alles wat relevant is, zal overleven. Ook winkels zijn nog relevant maar wie wil verkopen, moet er ‘augmented intelligence’ aan toevoegen. Met andere woorden: mensen die een product willen kopen en daarvoor naar de winkel gaan, willen ondergedompeld worden
Een inspirerende lunchcauserie. 14 | ElektroVisie - september 2016
DE TOEKOMST IS ‘FYGITAAL’: EEN COMBINATIE VAN FYSIEKE EN DIGITALE WINKELPUNTEN
Ruud Veltenaar: "Shift happens!" in de mogelijkheden van dat elektrotoestel en er op een persoonlijke, toegankelijke en visueel aantrekkelijke manier over geïnformeerd worden. Want consumenten willen geen snel verkooppraatje maar informatie in de diepte over de mogelijkheden van het toestel dat ze willen aankopen. Winkels zullen altijd aantrekkingskracht blijven hebben bij zowel jonge als oudere consumenten, benadrukte de trendwatcher, al verschilt de aanpak per leeftijdsgroep. 60-75 jarigen bijvoorbeeld, ook wel bekend als de master boomers, genieten ten volle van hun pensioen, hebben heel wat vrije tijd en kopen liever in een winkel dan online. Wat spendeervermogen betreft, overtreft deze groep duidelijk consumenten van andere leeftijden. Jongere consumenten, jonger dan 60 jaar, hebben een pak minder tijd en bezoeken een winkelpunt enkel als dat hen meerwaarde geeft. Of zoals Konings het omschrijft: “De elektroretailer moet voor deze consumenten instappen in de transitie naar de ‘fygitale’ maatschappij, een combinatie van een fysieke en digitale winkel”. En in die fysieke winkel-
Viviane Camphyn: "De juiste tools aanreiken".
DISTRIBUTIE
Luc De Seranno: "Nelectra is belangrijke partner".
Zwijnaarde: welkom aan de aankoopgroeperingen.
ruimte gebeurt meer dan alleen de transactie, er moet een beleving aan gekoppeld worden. Winkelpunten zullen dus niet snel verdwijnen, besloot trendwatcher Konings.
Richting Service Economie Ruud Veltenaar benadrukte dat in een wereld waarin nieuwe bedrijven als Airbnb en Uber hun intrede doen en aan populariteit winnen, we een kanteling zien naar een nieuwe economie. In die zin dat er nieuwe bedrijfsvormen ontstaan buiten het klassieke model. Uber, bijvoorbeeld, is geen klassiek taxibedrijf met personeelsleden in dienstverband die rijden in opdracht. Veltenaar benadrukte verder in zijn redevoering “Shift Happens 2030” dat de economie ook kantelt richting service-economie waarin bedrijven die een product leveren ook tijdens de hele levensduur van het product er eigenaar van blijven. Op die manier worden ze verplicht ook zelf in te staan voor het onderhoud gedurende de hele levensduur ervan. Veltenaar categoriseerde deze als ‘bundles’: bedrijven leveren en consumenten betalen alleen nog voor het gebruik, niet meer voor het eigendomsrecht.
Samenwerking Nelectra-Minister Peeters
als verbinding met de consument en als expert van de elektrobranche. Bekommernissen van die branche, zoals bijvoorbeeld op het vlak van bescherming van de consument, maar evenzeer van de elektrohandelaar, worden terecht via Nelectra onder de aandacht van de Minister gebracht.
Nelectra doet nadenken en inspireert Nelectra, de federatie voor de elektrohandelaar en de elektro-installateur organiseerde deze inspirerende lunchcauserie voor de eerste keer. Viviane Camphyn, gedelegeerd bestuurder van Nelectra: “Met deze sessie willen we elektrohandelaars stof geven tot nadenken en hen nieuwe mogelijkheden aanreiken. Er is op dit moment heel wat onrust over de toekomst van de elektrohandel en we willen de elektrohandelaar de juiste tools aanreiken om de toekomst met vertrouwen tegemoet te gaan. Innovatie is niet alleen beperkt tot vernieuwende producten maar breidt ook uit naar nieuwe bedrijfsvormen.” Dit inspiratiemoment sloot nauw aan bij de infosessies die Nelectra dit voorjaar organiseerde over het gebruik van sociale media en de aanpak van e-commerce voor elektrohandelaars en elektro-installateurs.
Adviseur Luc De Seranno van het kabinet van vice-eersteminister en Minister van Werk, Economie en Consumenten Kris Peeters, benadrukte de goede samenwerking tussen Nelectra en het ministerie. Nelectra is, aldus De Seranno, een belangrijke partner voor de Minister
EH Foto’s: Dann
Deelnemers: BRIO – Peter Vanthienen ElectronicPartner – Peter Wyckmans ENGELS – Jan Engels en George Beliën EXELLENT – Kenneth Claus EXPERT – Didier Crombez en Frank De Smet MHK – Jacques Mauel en Joeri Poelmans Royal Crown – Denis en Frank Rombouts Kabinet Vice-premier Kris Peeters – Luc De Seranno Directie en Bestuur Nelectra
Beeldverslag ! U vindt een kort beeldverslag op de Nelectra-website: www.nelectra.be Herman Konigs: "De electrowinkel blijft bestaan". september 2016 - ElektroVisie | 15
DISTRIBUTIE
GfK TEMAX® België
Q2 2016: 5 VAN DE 7 TECHNICAL CONSUMER GOODS SECTOREN KENNEN LICHTE GROEI
Het tweede kwartaal van dit jaar toonde een lichte groei met 5 procent in de TCG markt in ons land, vergeleken met hetzelfde kwartaal vorig jaar. De omzet bedroeg 1,4 miljard en er was enkel verlies te noteren bij de productgroepen Foto en bij Office Equipment.
presteerden het best, en droegen daardoor bij aan de goede cijfers van de categorie van ‘wassen en drogen’. Opvallend: het toenemend succes van de ‘Amerikaanse’ koelkasten, waardoor de categorie ‘koelen en vriezen’ met 7% steeg tegenover Q2 van 2015.
Consumer Electronics
Small Domestic Appliances
Een beetje in contrast met vorige kwartalen, maar in het tweede kwartaal van dit jaar, groeide de CE sector met 7,5%, vergeleken met hetzelfde kwartaal vorig jaar. Die groei was voornamelijk te danken aan de verkoop van tv’s, vooral die met een schermgrootte van plus 50 inch. En dat had wellicht te maken met het UEFA EURO 2016 voetbalkampioenschap. Andere productgroepen binnen de CE deden het slechter.
Plus 7,7% tegenover vorig jaar, zelfde kwartaal. Bij de keukentoestellen viel vooral de groei van de friteuses op, vooral dan de toestellen ‘zonder’ olie. In personal care was er groei door de lancering van nieuwe modellen in hair styling en het segment van de stofzuigers bleef groeien dankzij de verkoop van steelmodellen.
Photography Geen verrassing: ook dit kwartaal ging deze groep er op achteruit.
Major Domestic Appliances MDA deed het goed: plus 5,9% tegenover het tweede kwartaal van vorig jaar. Wasdrogers
Telecommunication Een forse 13,6 plus tegenover Q2 van vorig jaar! Dankzij de verkoop van smartwatches. Meer algemeen kent de groep van ‘wearables’ een explosieve groei van 157,2%. En smartphones? Plus 12,9 procent, waarbij we vaststellen dat de consument koos voor duurdere en beter uitgeruste toestellen.
Office Equipment and Consumables Zowel bij de toestellen als bij de inktpatronen zagen we een sterke terugval. Wellicht wordt er minder geïnvesteerd in printeroplossingen, gezien de toenemende digitalisatie van info en documenten.
Information Technology Belangrijkste categorie van de sector: de mobiele computers kenden een opvallende groei dit kwartaal. Deze was vooral te danken aan het succes van tablets en ook de toegenomen interesse voor gaming notebooks. En uiteraard waren er ook de goede prestaties van videoprojectoren en grootscherm monitoren, met dank aan de diverse sportevents.
mvh bron: GfK
GfK TEMAX® bestudeert de verkoop van Technical Consumer Goods in 41 landen, op basis van gegevens van een half miljoen winkels.
BEELD & SPRAAK OP UW SMARTPHONE over WIFI/3G/4G
16 | ElektroVisie - september 2016
www.fasttel.com
Profiset
Herfstactie 2016
1100 dozenklemmen „COMPACT“+1 Hummer® H2® SUT Hummer® H2® SUT • Detailgetrouw model onder licentie van General Motors Corporation • Radiogestuurd • Afm. ca. 28,3 x 13,3 x 10,4 cm • Ready to run
De klemmenset
100 dozenklemmen ”COMPACT“ 2 x 0,5 … 2,5 mm2 (m) Ref.: 2273-202
200 dozenklemmen ”COMPACT“ 4 x 0,5 … 2,5 mm2 (m) Ref.: 2273-204
400 dozenklemmen ”COMPACT“ 3 x 0,5 … 2,5 mm2 (m) Ref.: 2273-203
400 dozenklemmen ”COMPACT“ 5 x 0,5 … 2,5 mm2 (m) Ref.: 2273-205
10 x 2273-500 DIN-rail adapter
Te verkrijgen via uw WAGO groothandel vanaf 3 oktober 2016 tot einde voorraad.
info-be@wago.com www.wago.be
Ref. 887-215
€ 142,-
Adviesprijs excl. BTW
INSTALLATIE PROFIEL VAN EEN TECHNISCH STUDIEBUREAU: BOYDENS ENGINEERING (1)
“Wij dagen het geweten van de bouwheer uit”
Welke rol vervult een technisch studiebureau in het bouwproces? En hoe kijkt een ingenieursbureau naar de elektrowereld? Onze federatie Nelectra ging, onder leiding van nationaal voorzitter Eric Claus en samen met enkele installateurs, poolshoogte nemen bij Boydens Engineering, dat zich van lokale familiale KMO ontwikkelde tot wereldwijde ‘speler’. “We streven nadrukkelijk en met grote verantwoordelijkheidszin naar duurzame en lage energie-oplossingen voor gebouwen”, luidt het op hun website. In deze eerste van twee afleveringen ligt het accent op relighting, ook al omdat verlichting het centrale thema is van dit Elektro Visie-septembernummer. Kristof Vlaemynck van het studiebureau weet er alles over. Volgende keer hanteren we een meer wetenschappelijke benadering via een gesprek met Wim Boydens, technisch conceptueel verantwoordelijke en gastprofessor aan de Universiteit Gent. Maar eerst vertellen we wat Boydens Engineering zoal doet en laten we ingenieur Hanne Ledure, project manager, aan het woord over de filosofie en aanpak van dit studiebureau.
Z
owel op het vlak van kantoorgebouwen -zie bijvoorbeeld het Stadskantoor in Torhout, twee jaar in gebruik inmiddelsals wat woonzorgcentra betreft- rust- en verzorgingstehuis Ter Potterie in Brugge opende dit jaar in mei- verdiende Boydens Engineering zijn sporen. Maar het in 1961 in Brugge opgerichte bedrijf stuurde uiteraard nog veel méér gebouwen aan, de talrijke referenties liegen er niet om. De onderneming, nu ook met vestigingen in Brussel, Luxemburg en zelfs Vietnam en Singapore, heeft vandaag zo’n honderdtwintig medewerkers, meestal gespecialiseerde adviseurs of experten. Technisch overleg en samenwerking resulteert hier in kwalitatieve dienstverlening. Wetenschappelijk onderzoek, aandacht voor renovatie en een milieuvriendelijke ingesteldheid zijn enkele troeven van dit bedrijf, dat ook veel aandacht heeft voor onder meer elektrotechnische oplossingen. Neem nu woonzorgcentrum Ter Potterie. 18 | ElektroVisie - september 2016
Dankzij zogenaamde ‘verticale’ grondboringen voorziet het gebouw in zijn eigen energie door warmte-opwekking, zodat het aandeel van fossiele brandstof beperkt is. Hier blijft de energie-aanvoer voor koeling én verwarming gegarandeerd en enkel voor het aandrijven van de warmtepomp en de circulatiepomp in geval van koeling wordt elektriciteit gebruikt.
“De installateur ligt in pole position“ “Naast de essentiële technische kennis en vaardigheden is bij ons de aandacht voor ménsen een cruciaal gegeven”, zegt project manager Hanne Ledure. “Natuurlijk moet je het rendement in de gaten houden. Mijn taak is vooral, de mensen aan het werk te zetten en hun doen en laten op te volgen. We waken erover dat de eisen van de bouwheer (m/v) worden ingewilligd, op alle mogelijke vlakken, ook de energie-technische natuurlijk. Bij ons studiebureau zijn we er ons allemaal van bewust dat niet alleen het louter economische belang op korte termijn meetelt, we bouwen immers voor de toekomst. Alle medewerkers moeten op dezelfde golflengte zitten.” Technisch conceptueel manager Wim Boydens: “Inzicht en kennis dragen bij tot onze filosofie. Naar de klanten toe spelen we open kaart, we lichten veel zaken vanuit meerdere invalshoeken toe. Als je alles uitsluitend door een economische of financiële bril bekijkt, blijf je ter plaatste trappelen. Wij ‘manipuleren’ onze opdrachtgever niet, we verplichten hem of haar tot niets, we proberen hem/haar onze waarden te doen delen. Eigenlijk dagen
Hanne Ledure: “De elektro-installateur ligt in pole position” wij het geweten van de bouwheer wat uit. We vinden dat de overheid, die in sommige gelederen nogal behoudsgezind denkt, een voorbeeldfunctie moet vervullen, en de privésector, de industrie, mag evenmin achterop hinken. We willen onze partners en klanten op lange termijn doen denken, een bepaalde fierheid creëren en iedereen dus ook een sociaal engagement meegeven, zonder fanatiek uit de hoek te komen. Als je onze groeicurve onder de loep neemt -van familiebedrijfje tot grote (wereld)speler-, merk je dat we altijd ecologische en duurzame stappen hebben gezet, naar overheid én industrie toe, en deze aanpak wérkt. Bij de vorige verkiezingen pleegden we samen met vier andere studiebureaus overleg met Vlaams energieminister Turtelboom, om de overheid ertoe te motiveren om, samen met de researchcentra en ons, de ingenieursbureaus, een langetermijnvisie te hanteren”. Ingenieur Hanne Ledure: “De elektro-installateur ligt in het hele bouwproces in pole position’, zeker nu bijvoorbeeld hernieuwbare energie is opgewaardeerd en het belang van warmtepompen volop erkend wordt. De installateur moet met talloze aspecten rekening houden, ook al is de elektrische aansturing zoals bij woningautomatisatie eerder complex. De installateur moet intens samenwerken met andere deskundigen”.
“Licht is energie, techniek, gevoelen en vormgeving” Wim Boydens: “De opdrachtgever moet een langetermijnvisie hanteren”
Een deel van het Nelectragesprek bij Boydens in Brugge ging over relighting’, zeg
Kristof Vlaemynck: “De installateur kent de ledmarkt nog te weinig”
Nelectra ging op bezoek bij Boydens Engineering
maar renoveren om te besparen op verlichting, overigens hét centrale gegeven van dit septembernummer van Elekrovisie. Interieurarchitect Kristof Vlaemynck lichtte de visie van het studiebureau daarover toe. “Enkele decennia geleden ging het bij het ‘beter verlichten’ nagenoeg uitsluitend om het vervangen van TL- en kwiklampen door energie-efficiënte lampen. In feite was dat niet meer dan ‘relamping’. De horizon is inmiddels sterk verbreed, ook het algemeen comfort en de aard of structuur van het gebouw moeten in kaart worden gebracht, naast het gebruik en de levensduur van de lampen. Bedoeling is het comfort van de gebruiker te verhogen dankzij nieuwe technieken en een voldoende lichtniveau te creëren, met uiteraard aandacht voor de normering. De komst en de opgang van leds, met gerichte lichtbundels, gaf ‘relighting’ een ‘boost’. Energie besparen is hier een belangrijk aspect, want onder meer heel wat overheidsgebouwen werken met oude ballasten of een slechte ‘cosinus phi’. Je moet dus energetisch én economisch verantwoorde oplossingen nastreven. Een recent onderzoek van de KU Leuven ging over de efficiëntie van daglichtsensoren. In dat verband passen wij veelal afwezigheidsdetectie toe, eventueel in combinatie met dimming via daglichtsensoren. Het is de nogal voor de hand liggende conclusie dat het meest besparende licht uitgerekend het licht is dat niét brandt. Bij relighting moet het globale concept worden bijgestuurd, inclusief de verwarming- of koelvraag. In de zorgsector wordt inderdaad vaak ‘gespeeld’ met lichtkleuren. Een aantal fabrikanten ontwikkelden ‘dynamic’ licht, dat de mensen zou stimuleren en zich beter doen concentreren. Daarmee zitten we nog in de beginfase bij toepassingen in de zorgsector, die ook op het vlak van kleurtemperatuur veel mogelijkheden bieden. Denken we bijvoorbeeld aan dementenzorg, slechtzienden,…”. Kristof Vlaemynck vervolgt: “Licht is niet enkel een technisch gegeven, het heeft ook een gevoelsmatige dimensie die zowel sto-
rend als aangenaam kan zijn, en voorts heeft licht met de vormgeving of het esthetische aspect te maken, en natuurlijk ook met het al dan niet besparen van energie. Als je mij vraagt of er voldoende rekening wordt gehouden met het onderhoud van verlichting, graag dit. Nu leds ontzettend in de mode zijn, merk ik dat de installateur die markt nog te weinig kent. Belangrijk is bijvoorbeeld de LxBy-norm: Lx staat voor de hoeveelheid terugval van de lichtopbrengst na een bepaalde opgegeven levensduur. By duidt op het percentage leds dat de opgegeven Lx waarde niet haalt. Leds zijn prima, maar je moet componenten gebruiken die niet te snel stuk gaan, de bouwheer (m/v) moet dus kwalitatief hoogstaand materiaal aangereikt krijgen. Hoe gaat het doorgaans met defecte toestellen? De installateur haalt het kapotte toestel weg, gaat naar de groothandel waar ze hun wenkbrauwen fronsen en je doorsturen naar de fabrikant, en uiteindelijk keert het apparaat maanden later terug met een andere module en ander licht. Conclusie: de lichtfabrikanten werken doorgaans eerder eigenzinnig, het kan veel opener en correcter. Zij zouden moeten werken aan een langere en eenvoudigere fabrieksgarantie, zodat vervanging eenvoudiger en conformer kan. Aan het eind van de rit zijn leds
niet altijd de beste oplossing, als je het puur economisch bekijkt bieden leds niet zoveel meer voordeel dan fluorescentie ‘long life’ lampen. Maar leds zijn wel energiezuinig en veroorzaken een vrij lage CO²-uitstoot, dat is interessant naar de toekomst toe.” Als elektro-installateur Dirk Van Steenlandt opmerkt dat het produceren van leds ook heel wat energie vereist, reageert Wim Boydens : “Dit is een typisch marktgedreven verhaal. Ook het aspect afval telt bijvoorbeeld mee, én de inbreng van de overheid. En de hoeveelheid geproduceerd afval verschilt van fabrikant tot fabrikant, je moet de hele cyclus voor ogen houden”. Kristof Vlaemynck stipt nog aan dat lichtadviseur een niet te onderschatten job is, waarbij je van ontzettend veel zaken op de hoogte moet zijn, zoals de impact op EPB, Breeam (hét instrument om de duurzaamheid van gebouwen te meten), warmtehuishouding,… En Hanne Ledure maakt wat verlichting betreft een onderscheid tussen kantoren en woonzorgcentra. In administratieve gebouwen klagen de mensen wel vaker over te sterk of te zwak licht of een gebrek aan uniformiteit. Bij woonzorgcentra klagen de bewoners zélden over de verlichting, als er klachten zijn komen die van het verzorgend personeel. Maar de perfectie bestaat niet”. *** In volgende aflevering start de elektro-installateur helemaal in pole position, zijn/haar inbreng bij onder meer ‘smart homes’ of woningautomatisatie is niet onbelangrijk. Maar het startschot en het signaal bij de aankomst worden in volgende EV-editie wel gegeven door Wim Boydens, die ook in de huidige bijdrage al aan bod kwam. Via hem verneemt u ook een en ander over onder meer MPC, model predictive control, en het GEOTABgebouwenconcept. Een béétje wetenschappelijke bagage is voor de plichtsgetrouwe installateur immers nooit te versmaden!
Dirk Van Steenlandt: “Leds produceren vergt ook veel energie”
Tekst: Wouter Vloebergh Foto’s: studio Dann september 2016 - ElektroVisie | 19
INSTALLATIE HET ZWANGERSCHAPSPROJECT VAN TROOSTERS TECHNICS EN OBO BETTERMANN
“’Modieuze’ samenwerking loopt op wieltjes” Hoe een groot internationaal elektrobedrijf en een lokale KMO uit de bouwsector de krach-
ten bundelden om een omvangrijk project van winkelinrichting tot een goed einde te
brengen…Dat verneemt u in deze bijdrage. Concreet: het van oorsprong Duitse OBO BETTERMANN, bekend van hun geleidingsen bevestigingssystemen, en Troosters Technics uit Tongeren sloegen de handen in elkaar om, op heel professionele wijze, de vroegere Prémaman-winkels te herinrichten. Prémaman werd overgenomen door de Franse groep Orchestra, en da’s een inmiddels wereldwijde ‘bekendheid’ uit de sector kinderverzorging en zwangerschapskledij. Vandaar de ‘modieuze’ toets in de titel. Ere aan wie ere toekomt bij OBO BETTERMANN: toen technisch commercieel afgevaardigde Yvan Smet van dat bedrijf vernam dat Troosters Technics samenwerkte met Orchestra voor de ex-Prémaman-winkels, nam hij contact op met projectleider Wim Lambrechts van Troosters. Of zij interesse hadden om met OBO samen te werken, d.w.z. hun kabelsystemen in de winkels te ‘integreren’? Troosters zag dat wel zitten. Maar het moest snel gaan….
Van papierhandel tot totaalprojecten in de bouw
Troosters Technics gebruikt standaard de OBO RKS-Magic kabelgoot 20 | ElektroVisie - september 2016
Troosters Technics is een Limburgse familiale onderneming, die eigenlijk als papierwinkel van start ging in de aloude Ambiorixstede Tongeren, zowat 45 jaar geleden. Na een tijdje veranderde TT resoluut van koers en begon zich onder meer toe te leggen op de interieurinrichting van kledingzaken, parfumeries, banken, scholen en zo meer. Vooral vanaf het ogenblik dat Mathieu Beerts -72 jaar nu, en kwieker dan ooit-, een technisch én op zakelijk vlak zeer onderlegde ondernemer, zich voor Troosters Technics ging engageren, namen de zaken bij TT een hoge vlucht. Hoewel, alles is relatief. Want met een tiental medewerkers blijft TT een kleine KMO. Die wel van alle bouwmarkten thuis is: ze zijn wat men noemt ‘overal inzetbaar’ en ontfermen zich over ruwbouw, vloeren, gyproc, schilderwerken, airco, elektriciteit en verlichting, beka-
INSTALLATIE beling en zelfs de basis van domotica, want KNX is hen niet vreemd. Dankzij een netwerk van onderaannemers en ‘vaste’ vakmensen kunnen ze omzeggens alle bouwwerken aan. Wim Lambrechts (Troosters Technics) : “Sedert pakweg vijf jaar zijn we de (ex-) Prémanwinkels (zwangerschapskledij, babyverzorging, kindermode..) en uiteraard ook nieuwe panden voor Orchestra aan het inrichten. We zitten momenteel aan een 55tal over de afgelopen jaren. Héél België, dus Vlaanderen, Wallonië en Brussel, maar ook Luxemburg en het noorden van Frankrijk zijn ons werkterrein. De Orchestragroep, die ook onder meer de Baby 2000-winkels omvat, is allerminst een kleine ‘speler’. Zeker in de zomermaanden, de schoolvakantie, roepen we daarom alle hens aan dek. Naast de ‘modieuze’ zaken werken we ook voor de scholengroep UCLL (Universitaire Campus Leuven Limburg), met vestigingen in o.a. Diepenbeek, Hasselt, Genk en Leuven : we moesten op hooguit twee maanden tijd een heleboel plafonds vervangen, verlichting aanbrengen, sanitaire blokken renoveren. We stonden dus onder sterke tijdsdruk, maar dat mocht en zou de kwaliteit geen schade toebrengen. Daarnaast richten we ook op regelmatige basis banken (Fintro) in en hebben we nog tal van kleinere werkjes lopen. Onze specialiteit is het realiseren van totaalprojecten, met het accent op winkelinrichting, en we werken samen met elektriciens, schrijnwerkers, chauffagisten,….Het gaat vaak bliksemsnel en heel intens: de klant bezorgt het plan van de architect en hoeft zich verder om niks te bekommeren, wij regelen alles en voltooien zoals dat hoort”.
“Klikken en koppelen is als ‘plug and play’”
Samenwerking OBO en Troosters Technics loopt vlot waarbij de installateur géén koppelplaten of schroeven nodig heeft om een koppeling te maken. Je zou bijna kunnen zeggen ‘plug and play’, en dat staat voor makkelijk en snel installeren. Het MAGIC-systeem bestaat al een tijdje en werd onlangs ‘geüpgraded’. Het wordt nu ook bij de ganse ‘range’ van kabelgoten toegepast (MKSM / SKSM /…), en, wat belangrijk is, ook alle hulpstukken zijn klikbaar. Troosters Technics gebruikt onder meer onze TBS-overspanningsbeveiliging en KTS-kabelgoten. Omdat kabelgoten in de bouw en elektro omzeggens overal nodig zijn, blijven onze producten en systemen zeer gegeerd”.
“Veeleisende, maar trouwe klant”
Ook TT’s gelegenheidspartner (hoewel, ’t is een samengaan van lange adem) OBO BETTERMANN verdiende jarenlang zijn sporen in de bouwsector en vooral in de elektrobranche.
Hoe de samenwerking tussen Troosters en OBO op het zwangerschaps- en kinderkledingfront verloopt? Wim Lambrechts en Yvan Smet, bescheiden als ze zijn, schreeuwen niet van de daken dat het ‘gelegenheidshuwelijk’ een voltreffer is. Het vlot wel, benadrukken ze, er komt zelden een kink in de kabel.
Yvan Smet: “OBO BETTERMANN is nog steeds een familiebedrijf dat meer dan honderd jaar geleden, in 1911, werd opgericht en waar ondertussen meer dan drieduizend mensen werken, in zestig landen. Onze Belgische vestiging is in Aartselaar bij Antwerpen. We fabriceren géén bekabelingen, wel kabelgeleidings- en bevestigingssystemen. Als je het over degelijke kabelgoten hebt, dan gaat het over ons! “Think connected” is onze centrale slogan. Neem nu de RKS-Magic, de kabelgoot die TT standaard gebruikt. Deze beschikt over een klik-koppeling,
Yvan Smet (OBO) : “We hebben geen frequent dagdagelijks contact met mekaar, maar als er een probleem(pje) opduikt, overleggen we wel en lossen het snel op. Prima onderlinge communicatie dus. De leveringen van het OBO-materiaal gebeuren rechtstreeks via de elektrogroothandel. Wim en ikzelf gaan kameraadschappelijk en ongedwongen met elkaar om, we weten wat beide bedrijven aan elkaar hebben. Het is, om het met een huizenhoog cliché te zeggen, een ‘win-win situatie’, we varen er allebei wel bij. En daar plukken ze bij Orchestra de vruchten van”.
Wim Lambrechts: “Ook naar mijn mening verloopt de samenwerking tussen de twee, zeg maar drie bedrijven op wieltjes. Maar we moeten wel uit onze pijp komen en kwaliteit leveren. Geen probleem, want van het OBO-materiaal weet iedereen dat het oerdegelijk is. Orchestra is een veeleisende klant, het moet heel snel gaan, want een winkelpand in een mooie centrumstraat mag niet te lang leeg staan, de huurbedragen zijn hoog. Op zes à zeven weken moet een winkel klaar zijn. Bij Orchestra schatten ze onze inbreng beslist naar waarde. Niets dan lof dus voor alle betrokkenen. En een speciaal woordje van dank en appreciatie aan Marcel Sergeant, onze hoofdelektricien/meestergast, voor de inzet van hemzelf en zijn team”. *** Als de fotograaf opdaagt en er in het TT-magazijn enkele kabelgoten van OBO BETTERMANN zijn gevonden, mag Marcel Sergeant samen met Wim Lambrechts op de foto. Spilfiguur Mathieu Berts van Troosters is bewust verdwenen, hij opereert liever achter de schermen. En wanneer uzelf, beste lezer, of uw echtgeno(o)te of dochter straks een Orchestra-winkel binnenloopt, dan weet u ondertussen hoe het komt dat de inrichting van die handelszaken zo vakkundig kon gebeuren. Door teamwork en vakmanschap vanuit de bouw- en elektrosector onder meer. www.troosters-technics.be en www.obo.be Tekst: Wouter Vloebergh Foto’s; Luc Daelemans september 2016 - ElektroVisie | 21
INSTALLATIE
EMC 14
OG EEN VALKUIL(TJE) N BIJ ONDERHOUD
Vooraleer deze EMC-reeks af te sluiten, nog een laatste “valkuiltje” …
1. Inleiding Bij onderhoud en herstelling van elektronische sturingen en schakelkasten dient rekening gehouden met een toestand waarbij meestal de schakelkasten of behuizingen geopend zijn. Dit houdt dan in dat de (zelfs minimale) protectie van een gesloten kast weg valt.
Onder een “worst case” conditie, met dus een slecht bereik, mag er van uitgegaan worden dat toch de beschikbare 2 Watt wordt uitgestraald. Dit resulteert in de volgende “worst case” veldsterktes: Afstand tot GSM 1m 0,5 m 0,2 m 0,1 m
Veldsterkte V/m bij 2 W 8 V/m 16 V/m 40 V/m 80 V/m
2.1. Afscherming van een behuizing Een minimale bescherming door een gesloten (metalen) kast biedt een demping van 20 dB of dus een factor 10. Merk wel: specifieke EMC behuizingen met aangepaste sluitingsmechanismen en dito scharnieren bieden een veel hogere beschermingsgraad, meestal met een demping van 40 à 60 dB (of dus een factor tussen 100 en 1000). Maar in elk geval: wanneer de deur geopend wordt, valt de graad van immuniteit terug op deze van de gebruikte componenten en onderdelen …
2.3. En in de praktijk Het is duidelijk dat – zelfs onder “worst-case GSM-condities” – een minimale demping met 20 dB of dus een factor 10, deze veldsterktes gereduceerd worden tot onder de immuniteitgraad van 10 V/m. GEEN PROBLEEM DUS Wanneer de behuizing geopend is, wordt het systeem – onder “worstcase GSM-condities - echter blootgesteld aan de bovenstaande maximale veldsterktes … en dus … MOGELIJK PROBLEEM ??? Bij herstelling en fout zoeken kan het dus wel gebeuren dat een onderhoudstechnicus assistentie nodig heeft van “het thuisfront”, en dat ook doet via GSM, waarbij hij dan kan aangestuurd worden om parameter A of B na te kijken, een “reset” te geven of een andere handeling uit te voeren. Uiteraard kan dit niet van op afstand gebeuren en zullen afstanden tussen GSM en de stuurschakeling slechts een aantal cm bedragen ? Gelukkig wijst de praktijk uit dat in de meeste gevallen industriële elektronische systemen een immuniteitsmarge hebben bovenop de 10 V/m, en zijn de communicatiecondities voor GSM ook niet altijd "worst case". Zodat de bovenstaande “valkuil” niet zo frequent zal optreden. Maar toch blijft altijd de nodige aandacht en voorzorg geboden bij onderhoud en herstelling van elektronische systemen.
2.2. Stralingsniveau van een GSM Het uitgestraalde vermogen van een GSM toestel is normatief beperkt tot 2 Watt (+/- een zekere marge). Er mag in een eenvoudig model van uitgegaan worden dat een GSM toestel “omnidirectioneel” uitstraalt, zodat de gebruiker zijn toestel niet specifiek naar een mast dient te richten. Huidige GSM toestellen hebben allemaal een vermogenbeheer ingebouwd, zodat enkel zoveel vermogen wordt uitgestraald als nodig is om onder goede condities met de GSM-mast contact te maken. Dit gebeurt uit overweging van het sparen van de batterij.
Prof. dr. ir. Johan Catrysse FMEC – Laboratorium voor EMC KULeuven, KULab technologiecampus Oostende Zeedijk 101, 8400 Oostende
2. In cijfers Indien CE-gemarkeerde componenten en subsystemen worden gebruikt, is er de garantie dat deze op zichzelf immuun zijn tegen een invallend elektromagnetisch veld met een veldsterkte van 10V/m.
LED system light — Focus on what’s important More info on www.rittal.be
22 | ElektroVisie - september 2016
PUBLIREPORTAGE GEMAKKELIJK, ÉÉNVOUDIG EN OVERZICHTELIJK. Dit zijn de 3 drie kernwoorden voor de nieuwe DIN-rail bevestigingsadapter voor de “COMPACT UNIVERSELE” klem type 221 (ref. 221500). Door de combinatie te maken van de 221 klem en de DIN-rail adapter creëert de elektroinstallateur namelijk een vaste verbinding en kan hij zo op een éénvoudige manier kleine aanpassingen of uitbreidingen maken in zijn elektrisch verdeelbord en dit volledig conform aan alle gangbare normen.
DIN-RAIL ADAPTER VOOR 221 KLEM
De 221 klem blijft steeds toegankelijk om extra geleiders aan te sluiten of los te koppelen. Door het plaatsen van een extra hulpstuk kan de adapter eveneens horizontaal op de DINrail gemonteerd worden. Op de adapter is daarnaast ook plaats voorzien om de nodige markeringen aan te brengen.
www.wago.com – info-be@wago.com
PUBLIREPORTAGE
Sensationeel helder en klaar Rittal lanceert een nieuwe generatie verlichting speciaal voor schakelkasten. Met energie-efficiënte en performante LED technologie tot 1200 lm, en met comfortabele aansluiten montagemogelijkheden voor globale vereisten bepaalt Rittal de norm.
Doelgericht verlichten
Twee modellen van de nieuwe schakelkastverlichting worden op de markt gebracht, met resp. 900 en 1200 lm. De nieuwe verlichting gebruikt moderne LED lampen. Deze zorgen enerzijds voor een hoge energie-efficiëntie en onderscheiden zich van andere lampen door hun duidelijk langere levensduur. Voor de optimale verlichting van een schakelkast wordt een lens van transparante kunststof met geïntegreerde Fresnel lenzen gebruikt.
Snelle installatie en makkelijke montage
De kastverlichting kan optioneel in- en uitgeschakeld worden via een geïntegreerde schakelaar, een deurschakelaar of een bewegingsmelder. Bovendien is de verlichting met een stekker uitgerust, vereenvoudigt de aansluittechniek het montagewerk en zorgt deze voor een snelle installatie. De lampaansluiting is 90° draaibaar, zodat de kabel eenvoudig ingevoerd kan worden, zelfs in smalle kasten met een breedte van slechts 600 mm.
Perfect geïntegreerd in schakelkasten wereldwijd
Dankzij een brede stroominput kan de verlichting wereldwijd gebruikt worden. Ongeacht of de installatie in Europa, de VS of in Azië wordt toegepast, kan er steeds dezelfde schakelkastverlichting worden ingebouwd.
VERLICHTING
Wat vertelt het AREI ons over
verlichtingskringen?
Tegenwoordig neemt verlichting een belangrijke plaats in de technische studie van een gebouw in. Ongeacht of het gaat om sfeer- of decoratieverlichting, om functionele, nood- of veiligheidsverlichting, constructeurs van verlichtingstoestellen zijn partners van studiebureaus teneinde het product te leveren dat het best overeenstemt met de wensen van de gebruikers, zowel wat design als efficiëntie betreft. Om veiligheidsredenen of op grond van uitwendige invloeden zullen bij de installatie van verlichtingskringen bijzondere maatregelen moeten worden genomen, opgelegd door diverse reglementaire bepalingen. Bij een elektrische installatie moeten de voorschriften van het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties inzake uitvoering van verlichtingskringen beslist in acht worden genomen. Wat vertelt het A.R.E.I. ons over verlichtingskringen?
Welke doorsneden voor verlichtingskringen? Het AREI schrijft in artikel 198 voor dat de doorsnede van de elektrische leidingen die geen integrerend deel uitmaken van machines of elektrische toestellen niet kleiner mag zijn dan 2,5 mm². Een uitzondering vormen de leidingen van de kringen die uitsluitend voor verlichting bestemd zijn, met andere woorden leidingen van stroombanen die geen contactdozen omvatten. In dat geval is een leiding met een minimumdoorsnede van 1,5 mm² toegestaan. Het gebruik van een doorsnede van 1,5 mm² voor verlichtingskringen vergemakkelijkt namelijk de aansluiting van de verlichtingstoestellen van de installatie.
Verlichtingskringen in huishoudelijke installaties. In huishoudelijke installaties moeten twee afzonderlijke verlichtingskringen worden voorzien. Het is toegestaan dat die kringen ook contactdozen van stroom voorzien, maar in dat geval gelden de voorschriften voor kringen die stroom sturen naar contactdozen. De minimumdoorsnede van de leidingen moet dan 2,5 mm² zijn en elk verlichtingstoestel zal dan worden gelijkgesteld met een contactdoos. De nominale stromen van de eenpolige verlicht24 | ElektroVisie - september 2016
ingskringen mogen 16 A niet overschrijden. De schakelaars van die eenpolige kringen kunnen slechts een homopolaire onderbreking verzekeren. De onderbreking zal dan op de fasegeleider en niet op de nulgeleider plaatsvinden. Bij een leidingdoorsnede verlaagd tot 1,5 mm² bedraagt de nominale sterkte van de smeltveiligheden maximum 10 A en die van een automatische schakelaar maximum 16 A. Huishoudelijke installaties worden aan het begin van de installatie beschermd tegen onrechtstreekse aanraking door minstens één residuele differentieelschakelaar met een gevoeligheid van maximum 300 mA. De kringen van badkamers en stortbadzalen, waarvan de verlichtingskringen deel uitmaken, zullen eveneens worden beschermd door een residuele differentieelschakelaar van maximum 30mA ondergeschikt aan de residuele hoofdschakelaar. In dergelijke ruimtes zijn enkel verlichtingstoestellen die worden gevoed met Zeer Lage Veiligheidsspanning (ZLVS) en een Beschermingsindex (IP) van minstens IP X4 bieden, toegelaten in volume 1. In volume 2 zijn enkel vast opgestelde verlichtingstoestellen toegelaten die een index van minstens IP X4 bieden en worden gevoed met lage of zeer lage spanning, met inbegrip van die welke worden ingebouwd in toiletkasten, voor zover die verlichtingstoestellen geïnstalleerd zijn op een minimumhoogte van 1,60 m boven het vloerniveau. Voor externe verlichtingskringen is de differentieelstroombescherming van 30 mA niet verplicht maar hoogst aanbevelenswaardig.
Verlichtingskringen en brandpreventiemaatregelen. De wijzigingen van artikel 104, die sinds 04 september van toepassing zijn, leggen bijzondere voorschriften aan sommige verlichtingskringen op. Op basis van reglementaire verplichtingen – zoals bijvoorbeeld het K.B. 2014-03-20 (BS 2014-04-23) betreffende brandpreventie op arbeidsplaatsen, het K.B. 201210-10 (BS 2013-03-20) betreffende algemene basiseisen op arbeidsplaatsen, het K.B. 199407-07 en de wijzigingen ervan met betrekking tot de basisnormen – brandpreventie enz.… - of louter op basis van een risicobeoordeling waarbij de veiligheids- of noodverlichtingsinstallaties worden beschouwd als vitale stroombanen, die tijdens een externe brand een operationele instandhouding van minstens 1 uur moeten garanderen.
De vuurvastheid van de elektrische verlichtingskringen is niet vereist indien elke onderbreking of storing van de stroombaan wordt gesignaleerd en indien de installatie automatisch in veiligheidsstand valt op basis van het principe van de positieve veiligheid. Het gebruik van autonome verlichtingstoestellen is een van de manieren om die positieve veiligheid te bereiken. Omwille van de bijzonderheden verbonden aan de installatie, het type van gebouw of om onderhoudsredenen is het gebruik van autonome toestellen evenwel niet altijd pertinent. Teneinde een operationaliteit van 1 uur te bereiken, schrijft art. 104 voor dat de zichtbaar aangebrachte leidingen van type FR2 moeten zijn maar eveneens dat de kabelbevestigingen en –steunen van type E60 moeten zijn. De voeding van de verlichtingstoestellen moet redundant en automatisch zijn; de bescherming tegen onrechtstreekse aanraking en kortsluitingen moet worden verzekerd voor elk van de voedingsbronnen; de beveiliging tegen overbelasting kan worden weggelaten of in sommige gevallen zelfs verboden zijn (art. 119) indien het plotselinge stilvallen van een toestel een ernstig gevaar of ongemak veroorzaakt.
Zwembaden en verlichtingskringen. De aanwezigheid van water en het feit dat het lichaam nat is, maken logischerwijze bijzondere veiligheidsmaatregelen noodzakelijk ter bescherming tegen elektrische gevaren. In openbare of privézwembaden moeten de verlichtingskringen beantwoorden aan de voorschriften van art. 90 van het A.R.E.I. De keuze van het materiaal zal afhangen van de in dat artikel vastgelegde uitwendige invloeden en van de verschillende volumes (volume 0, volume 1, volume 2) waarin het elektrisch materiaal zal worden geïnstalleerd dat dienst doet voor de verlichtingskringen. We noemen bijvoorbeeld de verlichtingstoestellen die aan de binnenkant van het bad worden aangebracht, in volume 0, die slechts met ZLVS worden gevoed en een index IP X7/ X8 bieden of de verlichtingstoestellen die in volumes 1 en 2 aanwezig zijn en zich bevinden op een minimumhoogte van 2,25 m boven het oppervlak waarop zich personen kunnen bevinden, die eveneens worden gevoed met ZLVS en voorzien zijn van een mechanische bescherming die enkel met behulp van een vervolg blz 26 ❯
BENELUX.LEDVANCE.COM
Nieuwe producten van OSRAM: Van LED lampen van echt glas en innovaties in LED buislampen naar nieuwe ontwikkelingen in speciale toepassingen.
Licht is persoonlijk Het professionele OSRAM LED lampen assortiment Voor mij de beste weg naar innovatief lichtLED lampen van echt glas en innovaties in LED buislampen
VERLICHTING
werktuig kan worden weggenomen en geschikt is voor een uitwendige invloed AG2. De verlichtingstoestellen zijn bestand tegen waterspatten dankzij een index IP X4/ X5, die index schommelt afhankelijk van de voedings-ZLVS. In de volumes 0, 1, 2 garandeert het gebruik van de ZLVS eveneens de bescherming van personen tegen onrechtstreekse aanraking.
Verlichtingskringen in ATEXinstallaties. ATEX-installaties zijn installaties waarin tijdens exploitatieomstandigheden een explosieve atmosfeer kan ontstaan hetzij in de vorm van gas hetzij in de vorm van stof. De informatie aangaande explosieve atmosferen aanwezig in de installatie is aangegeven op de plannen voor de opdeling in zones met ontploffingsgevaar en de uitwendige-invloedsplannen. Op grond van die informatie wordt het verlichtingsmateriaal gekozen. De installatie ervan wordt toevertrouwd aan vakbekwaam personeel, dat de specifieke eisen inzake installatie en onderhoud van dat bijzonder materiaal kent. Bijzondere aandacht moet eveneens worden besteed aan de installatie van de leidingen en het toebehoren, zodat die niet worden blootgesteld aan mechanische schokken, trillingen en thermische en chemische spanningen. De leidingaanlegsystemen zijn dermate opgesteld of afgeschermd dat de stofophoping zoveel mogelijk wordt beperkt en de reiniging gemakkelijk kan worden uitgevoerd. Elektrische kabels in bundels of lagen hebben op zijn minst de eigenschap F2 overeenkomstig NBN C30-004. 26 | ElektroVisie - september 2016
Verlichtingskringen op arbeidsplaatsen. De efficiëntie en de kwaliteit van de verlichting zijn belangrijk zowel om redenen van proces, comfort als veiligheid. De bijzonderheden van de verlichtingskringen worden gestuurd door een reglementaire context die op zijn beurt afhankelijk is van het type gebouw, het type installatie en de aan de verlichtingskringen gevraagde functie. Het A.R.E.I. schrijft in art. 47.02.g) voor dat de ruimte voor de elektrische dienst, zoals bijvoorbeeld een hoogspanningslokaal, moet voorzien zijn van kunstverlichting met een waarde die minstens gelijk is aan 120 lux. In de ruimtes van de elektrische dienst waarin de bescherming tegen onrechtstreekse aanraking wordt verzekerd door verwijdering wordt een noodverlichting voorzien in geval van defect van de normale verlichting. Het doel bestaat erin een veilige ontruiming van het lokaal te garanderen. De verwezenlijking van de verlichtingskringen die worden beschouwd als vitale kringen (nood- en/of veiligheidsverlichting) voldoet aan de voorschriften van art. 104 van het A.R.E.I. In installaties geëxploiteerd door een elektrische onderhoudsdienst hoeft er geen bescherming tegen overbelastingen op de verlichtingskringen te zijn op voorwaarde dat de doorsnede van de leidingen van de verlichtingskringen werd gedimensioneerd op grond van het totale vermogen van het geïnstalleerde materiaal. De verlichtingskringen van stortbadzalen nemen dezelfde voorschriften in acht als de stortbadzalen van de residentiële installaties, in art. 86.10 van het A.R.E.I., met uitzondering van het materiaal geïnstalleerd in volume 1, waarvan de index stijgt van IP X4 naar IP X5. Niet zelden moet-
en onderhoudswerken worden uitgevoerd in wat het A.R.E.I. als geleidende afgesloten ruimten definieert. Een geleidende afgesloten ruimte wordt omschreven als een enge ruimte bestaande uit geleidende wanden die met de aarde verbonden zijn. Die ruimten worden gekenmerkt door de uitwendige invloedsfactoren B C4, AD1 à AD8, BB1 tot BB3. Een dergelijke plek kan bijvoorbeeld de binnenkant van een industriële verwarmingsketel zijn waarin zich personeel bevindt dat er een reparatie uitvoert. Met het oog op de goede uitvoering van de werken moet vaste of draagbare verlichting aanwezig zijn. In art. 94 schrijft het A.R.E.I. voor dat de elektrische kabels een bijkomende isolatie moeten hebben die een bescherming tegen elektrische schokken biedt die equivalent is aan klasse II zonder metalen buitenbekleding. De verlichtingstoestellen moeten worden gevoed door een bron van ZLVS. De voedingsbron bevindt zich aan de buitenkant van de geleidende afgesloten ruimte. De voorschriften van het A.R.E.I. met betrekking tot verlichtingskringen zijn even divers als de toepassingsmogelijkheden van een verlichtingskring. Tot en met het onderhoud van dergelijke kringen waakt het A.R.E.I met zijn art. 266 – Werkzaamheden aan elektrische installaties – over de veiligheid van personen. Indien een onderdeel van uw verlichtingskring moet worden vervangen, vergewis u er dan vooraf van dat de kring niet onder spanning staat! Olivier MELIN Technical Manager Electricity Vinçotte
"En ik dacht altijd dat DALI alleen voor licht bestemd was..."
INSTALLATIEOVERKOEPELENDE RUIMTEAUTOMATISERING MET AANWEZIGHEIDSMELDER EN DALISWITCH VAN ESYLUX. De combinatie van een DUO DALI aanwezigheidsmelder en meerdere DALI-switchen biedt de perfecte instap in de wereld van de ruimteautomatisering. Terwijl de melders voor een daglichtafhankelijke constante lichtregeling zorgen, kunnen er dankzij de DALI-switchen ook conventionele apparaten in de installatie worden geïntegreerd en aanwezigheidsafhankelijk worden geregeld. Zo verandert de switch uw DALI-installatie van een pure verlichtingsregelaar in een apparaatoverkoepelend automatiseringssysteem op ruimteniveau.
NIEUW
Regeling van verlichting en HVAC met DUO DALI-aanwezigheidsmelder en DALI-switch • Constante lichtregeling via DALI van twee verlichtingsgroepen • Schakeling van extra bijkomende verlichting • Gemakkelijke integratie van conventionele eindapparaten • Eenvoudige bekabeling en bedrading
Voor een complete ruimteautomatisering met DALI.
PERFORMANCE FOR SIMPLICITY ESYLUX Belgium nv | info@esylux.be | www.esylux.be
Meer informatie over de kleinste ruimteautomatiseringsoplossing van ESYLUX vindt u hier!
VERLICHTING
Leds in de verlichting Een buitengewone evolutie!
De allereerste witte leds die rond de eeuwwisseling op de markt kwamen, waren amper efficiënter dan een gloeilamp en gaven een koud, blauwachtig licht. Het vermogen van de individuele leds was zodanig laag dat er grote aantallen leds nodig waren om een bruikbaar resultaat te bekomen. Bovendien was er toen nog veel onzekerheid over de levensduur en de kostprijs was astronomisch hoog! Ondanks dit alles geloofden veel mensen dat de leds zich snel zouden ontpoppen tot een geduchte concurrent voor alle andere lichtbronnen… En ze hebben gelijk gekregen!
Efficiëntie In de daaropvolgende jaren is de efficiëntie van de led ruim vertienvoudigd, waarbij de led alle andere lichtbronnen heeft voorbijgestoken. Vanzelfsprekend gelden de wetten van de fysica ook in de verlichting en kan een rendement niet onbeperkt blijven stijgen. Stilaan begint de efficiëntie van de led van haar exponentiële groeipad af te wijken en over vijf à tien jaar verwacht men de limiet te bereiken. Vandaag heeft het grootste deel van de ledproducten een lichtrendement dat ruim boven de 100lm/W ligt, met uitschieters van meer dan 150lm/W. Ter vergelijking: een gemiddelde spaarlamp, die enkele jaren geleden nog symbool stond voor zuinig verlichten, heeft typisch een lichtrendement van 60lm/W en een buisvormige fluolamp met elektronisch voorschakelapparaat levert 80 à 100lm/W. Dit stijgende rendement heeft nog een ander positief neveneffect: een efficiëntere led creëert minder warmte. Dit maakt het ontwerp van een ledlamp eenvoudiger, goedkoper en meer betrouwbaar.
Kleuren De eerste ledverlichtingstoestellen hadden vaak te kampen met onderlinge kleurverschillen, maar zelfs binnen één lamp of ledmodule
Efficiëntie (lm/W) 250
200
Een obstakel dat nog wel vaak voor problemen zorgt, is de verschuiving van de kleur in functie van het aantal branduren van een led. Een nieuwe armatuur zal een andere kleur hebben dan een armatuur dat al meer dan 1000 uur gebrand heeft. Dit wordt vaak pijnlijk zichtbaar als we in een installatie een defecte ledarmatuur moeten vervangen. Omdat de grootste kleurverschuiving optreedt in de eerste 100-den branduren van de led, zal dit kleurverschil na verloop van tijd verminderen en in sommige gevallen zelfs bijna verdwijnen.
Kleurweergave Een andere belangrijke parameter die sterk geëvolueerd is, is de kleurweergave. Deze parameter beschrijft hoe waarheidsgetrouw een lichtbron de kleur van verschillende voorwerpen weergeeft. In het spectrum van de eerst leds ontbrak vooral cyaan en diep rood. Als gevolg hiervan werd de kleur van de meeste objecten absoluut niet correct weergeven. Ondertussen zijn de fosforen geëvolueerd en de moderne ledtechnologie biedt dan ook de mogelijkheid om het spectrum te optimaliseren voor de toepassing. Bijvoorbeeld in kledingwinkels zal men kiezen voor ledlampen die een zo goed mogelijke kleurweergave hebben, zodat de kleuren van de kleding nauwkeurig weergegeven worden. In straatverlichting is kleurweergave dan weer minder belangrijk en zal het spectrum geoptimaliseerd worden naar een zo hoog mogelijke efficiëntie. De meeste alledaagse toepassingen van leds zitten qua eisen op het gebied van kleurweergave tussen deze twee extreme voorbeelden in.
Levensduur
150
100
Koud wit Warm wit
50
0 2005
kwamen kleurverschillen tussen individuele leds voor. In die tijd was er een enorme spreiding op de kleur van ledchips binnen één productiebatch. De leds worden na hun productie getest en gesorteerd in kleurgroepen. Logistiek is dit een nachtmerrie die vanzelfsprekend groter wordt naarmate de toegelaten kleurverschillen kleiner gekozen worden en er dus meer kleurgroepen ontstaan. In de loop der jaren hebben fabrikanten van ledcomponenten hun processen geoptimaliseerd, waardoor men de kleurspreiding vandaag veel beter onder controle heeft.
2010
2015
2020
2025
jaartal
De typische efficiëntie voor enkele lichtbronnen. Leds zijn vandaag efficiënter dan de conventionele lichtbronnen.
28 | ElektroVisie - september 2016
In tegenstelling tot een gloeilamp, gebeurt het slechts zelden dat een ledchip plots faalt. In plaats daarvan zakt de lichtopbrengst gestaag gedurende de levensloop en wordt de led als defect beschouwd als de lichtopbrengst is gezakt tot 70% van haar initiële waarde. In de beginjaren van de witte leds had elke fabrikant zijn eigen methode om de levensduur van zijn ledproducten te voorspellen. Vaak ging men zelfs er automatisch van uit dat elke led vijftigduizend of wel honderdduizend uren zou meegaan. De praktijk wees jammer genoeg uit dat dit niet altijd klopte.
VERLICHTING Vandaag kunnen we stellen dat de levensduur van leds beter onder controle is. De kwaliteit van de leds als component is beter en fabrikanten hebben meer kennis van de technieken die nodig zijn om een betrouwbaar ledproduct te bouwen. Bovendien bestaat er nu een gestandaardiseerde methode om de levensduur van leds te voorspellen aan de hand van een duurtest van minstens 6000u. Het grootste deel van de fabrikanten past deze standaard ook effectief toe, waardoor het makkelijker wordt om producten te vergelijken. Maar toch zit hier nog een addertje onder het gras… Deze standaard houdt enkel rekening met de levensduur van de leds zelf. Meestal is het echter niet de led, maar de led-driver die de beperkende factor vormt voor de levensduur van een installatie. Het is daarom aan te bevelen om, in de mate van het mogelijke, hier bij de installatie al rekening mee te houden en de drivers op een goed bereikbare plek te plaatsten. Als de driver ingewerkt zit, zoals in een led vervanglamp, heeft het falen van de driver tot gevolg dat de hele lamp verloren is. Maar ook als de driver niet ingewerkt is, is het vaak moeilijk om de juiste component te vinden voor een vervanging. Hoewel recent meer en meer gewerkt wordt aan een reeks generieke drivers, is op dit vlak nog een hele weg af te leggen.
Kostprijs Iets meer dan een decennium geleden was een installatie met leds vele malen duurder dan een gelijkwaardige oplossing met de conventionele lichtbronnen. Leds werden daarom vooral ingezet in nichetoepassingen of op plaatsen waar het budget een minder grote rol speelde. Zoals bij elk ontwikkelingsproces, hebben deze preliminaire
toepassingen bijgedragen aan het ‘volwassen’ worden van de technologie. Een logisch gevolg hiervan is dat de productiekosten dalen, waardoor leds voor een steeds breder publiek beschikbaar worden en de prijzen verder dalen. Er is een hele weg afgelegd en voor een groot deel van de toepassingen komen de prijzen van leds meer en meer in de buurt van de prijzen van de conventionele lichtbronnen. Er zal zeker nog een verdere prijsdaling volgen, maar net zoals bij het rendement van de leds, zal over enkele jaren ook de prijslimiet bereikt worden. In de verlichting gelden namelijk niet alleen de wetten van de fysica, maar ook die van de economie…
Conclusie Op een tien à vijftien jaar tijd zijn leds in de verlichting uitgegroeid van een gadget naar een volwassen product waartegen de andere lichtbronnen in een groot deel van de toepassingen de duimen moeten leggen. In die 15 jaar hebben leds, zoals elke nieuwe technologie, veel kinderziektes gekend en, we moeten daar eerlijk in zijn, dit is nog niet volledig voorbij. Maar toch liggen de kaarten voor de leds vandaag totaal anders. Door de combinatie van de lagere prijzen en de enorm gestegen performantie is led in een groot deel van de gevallen economisch de meest interessante keuze geworden. In nieuwe installaties en bij renovatie wordt dan ook meer en meer voor led gekozen. Johan Bleumers Volta
PROMOTIE MODULAIR
Laat u eens verwennen! 25
DOWNLOAD DE BROCHURE VIA DEZE QR-CODE EN U ZIET ALLE PAKKETTEN IN ONZE ACTIE:
Bezorg uzelf kippenvel van plezier, trots en adrenaline! Of bent u aan ontspanning toe? Teconex biedt u alles aan!
• Actie: initiatie rij- of racetechniek • Ontspanning: spa en wellness • iPhone: een vaste waarde • En nog veel meer…
De voorwaarden van deze actie zijn beschikbaar bij uw groothandelaar. Actie geldig t.e.m. 31 december 2016.
www.teconex.eu
Teconex S.A./N.V. Rue de Magnée, 108 - 4610 Beyne-Heusay - Belgium Tel. : +32 (0)4 358 85 75 - Fax : +32 (0)4 358 23 73 - www.teconex.eu - info@teconex.be
VERLICHTING
Ledbuizen …
EEN INTERESSANTE INVESTERING?
Het vervangen van traditionele fluolampen door ledbuizen is een zeer populaire maatregel om snel energie te besparen. Door deze eenvoudige ingreep kunnen fluo-armaturen in een handomdraai omgetoverd worden tot onvervalste ledarmaturen. De beloofde energiebesparing verzekert een zeer snelle terugverdientijd. Maar, … is deze investering echt zo rooskleurig als ze op het eerste zicht lijkt?
Moeilijk te vergelijken… Hoewel ledbuizen uiterlijk erg goed op fluolampen lijken, zijn het twee totaal verschillende lichtbronnen. Een eerlijke vergelijking maken is daarom veel moeilijker dan op het eerste zicht lijkt. Fluolampen stralen licht uit naar alle richtingen. Het uiteindelijke stralingspatroon wordt bepaald door de reflector die rond de lamp geplaatst wordt. De meeste ledbuizen, daarentegen, creëren zelf al gebundeld licht. Als we de ledbuis in een fluoarmatuur plaatsen, wordt het stralingspatroon bepaald door de ledbuis zelf en heeft de oorspronkelijke reflector geen functie meer. Bij het ontwerp van de verlichtingsinstallatie worden de fluoarmaturen zorgvuldig uitgekozen om in de ruimte met de optimale hoeveelheid armaturen een uniforme en voldoende sterke verlichting te bekomen, zoals voorgeschreven in de norm NBN-EN12464-1 in het geval van binnenverlichting en NBNEN12464-2 voor buitenverlichting. De Belgi-
sche wet stelt, in de algemene basiseisen voor arbeidsplaatsen, dat er ofwel aan deze normen voldaan moet worden ofwel een specifieke risicoanalyse moet worden uitgevoerd. Meestal wordt gekozen om de norm te volgen. Bij vervanging door ledbuizen kunnen op dit vlak problemen optreden, want de meeste ledbuizen die vandaag op de markt zijn, generen aanzienlijk minder licht dan de corresponderende fluolamp. Als voorbeeld nemen we een 36W T8 fluolamp, die levert zo’n 3300 lumen. Als we de lichtstroom bekijken van verschillende equivalente ledproducten, vinden we waarden tussen 1000 lumen en 2700 lumen. Ledbuizen geven dus opmerkelijk minder licht dan de oorspronkelijke fluolamp. In de reflector van oudere armaturen gaat typisch 15% van het licht van de lamp verloren. Het wegvallen van deze reflector zal de verminderde lichtopbrengst dus voor een deel compenseren, maar meestal volstaat dat niet om evenveel licht uit de armatuur te krijgen. Armaturen die de laatste 20 jaar op de markt gebracht zijn, hebben over het algemeen veel betere reflectoren, met rendementen hoger dan 95%. Hoewel deze verschillen in verlichtingssterkte vaak groot zijn, vallen ze niet altijd onmiddellijk op. Vaak is het stralingspatroon van de ledlamp smaller dan dat van de originele fluo-armatuur. Recht onder de lamp is er inderdaad meer licht, maar de verlichte zone zal smaller zijn. Hierdoor zal de lichtverdeling op het taakoppervlak anders zijn en kan de uniformiteit die door de norm opgelegd wordt in het gedrang komen. Dit kan zware gevolgen hebben als een arbeidsongeval in verband wordt gebracht met onvoldoende verlichting op de werkplek. Het is daarom erg belangrijk om vooraleer een relamping met ledbuizen te starten, de uniformiteit en de verlichtingssterkte van de verlichtingsinstallatie met de nieuwe ledbuizen opnieuw af te toetsen aan de norm NBN EN 12464-1 en 2, net zoals bij een nieuwe installatie zou gebeuren.
Aangenaam licht Uiteraard verwachten we van onze ledbuizen dat ze een aangenaam licht verspreiden. De juiste kleurkeuze van de lamp is vanzelfsprekend belangrijk, maar er zijn nog andere aandachtspunten. Door bij de aankoop van een ledlamp op enkele zaken te letten, kan een teleurstelling achteraf vermeden worden… In plaats van een homogeen lichtgevend oppervlak, zoals we bij fluobuizen gewend 30 | ElektroVisie - september 2016
waren, zijn bij een deel van de ledbuizen de individuele leds zichtbaar. Deze fel lichtgevende punten, leveren in onze ooghoeken vaak storende verblinding op. Daarom is het aan te bevelen om te kiezen voor volledig matte ledbuizen. Meer en meer ledbuizen op de markt worden daarom ook zo uitgevoerd. Een tweede aandachtspunt is het stroboscopisch effect dat bepaalde ledbuizen genereren. Een minder goede filtering van de sinus van de netspanning zorgt ervoor dat de leds aan- en uit gaan op het ritme van de netspanning. Hoewel de meeste mensen dit niet rechtstreeks kunnen waarnemen, kunnen deze fluctuaties in de hoeveelheid licht leiden tot onder andere hoofdpijn en concentratieproblemen. Bij de nieuwste generaties ledlampen merken we dat meer en meer producten op de markt komen waar dit beperkt wordt. Maar jammer genoeg zijn er nog altijd producten op de markt waarbij dit nog niet het geval is en moeten we bij aankoop van ledbuizen hier nog altijd rekening mee houden. Het stroboscopisch effect van een lamp kan eenvoudig gedetecteerd worden door de lamp te bekijken via de camera van een smartphone die op een korte afstand van de lamp gehouden wordt. Rollende lijnen in het beeld van de camera duiden op de aanwezigheid van stroboscopisch effect. De mate waarin deze rollende lijnen voorkomen, is bepalend voor hoe ernstig het stroboscopisch effect is. Dit is geen absolute meetmethode, maar ze maakt wel een objectieve vergelijking mogelijk.
Power factor De eerste generaties ledbuizen hadden vaak een erg lage powerfactor. Hierdoor was, ondanks het lagere vermogen, de stroom toch hoger dan die van de originele fluobuis. Dit zorgt voor extra verliezen in de voedingsleidingen van de verlichtingsinstallatie. In het geval van een industriële installatie zal de netbeheerder bij een te lage powerfactor extra kosten aanrekenen. Moderne ledbuizen hebben bijna allemaal een goede powerfactor. De fabrikant is verplicht de powerfactor te vermelden. Het is dus zeker nuttig om dit bij de aankoop toch even na te gaan of de powerfactor (λ) boven 0,9 ligt.
Warmteafgifte Bij het ontwerp van een fluoarmatuur is er geen noodzaak om koeling van de lamp te voorzien. Integendeel zelfs, de opwarming in de armatuur zorgt er vaak voor dat een
VERLICHTING fluobuis een beetje efficiënter wordt. Bij een ledlamp, daarentegen, zorgt de warmte juist voor een lager rendement. In gesloten armaturen, waar geen natuurlijke luchtstroom mogelijk is, kan de temperatuur erg hoog oplopen, wat zowel de lichtopbrengst als de levensduur van de ledbuis negatief beïnvloedt. Ledbuizen toepassen in gesloten armaturen verdient daarom extra aandacht en vaak zal blijken dat een gewone fluolamp in dit geval de beste keuze blijft.
Verantwoordelijkheid Als we ledbuizen installeren in armaturen die ontworpen zijn voor fluolampen, moeten we ons goed bewust zijn van de eventuele verschuiving van verantwoordelijkheden. Zodra er een aanpassing aan een armatuur gebeurt, denk bijvoorbeeld aan het overbruggen of verwijderen van een bestaand voorschakelapparaat, vervalt de CE-markering van de armatuur en wordt de persoon die de aanpassing doet juridisch als “nieuwe fabrikant” aanzien tenzij de fabrikant van de armatuur deze aanpassing meeneemt in zijn technisch dossier. Zelfs als de aanpassing volledig verloopt zoals de fabrikant van de ledbuis voorschrijft, blijft diegene die de aanpassing doet aansprakelijk.
Hoewel het aanpassen van armaturen bij een vervanging erg gebruikelijk is, verdient het toch aanbeveling om dit niet te doen. Het is beter te kiezen voor ledbuizen die zonder aanpassingen aan de armatuur kunnen worden geïnstalleerd. In dit geval blijft de CE wel geldig en blijft bijgevolg de verantwoordelijkheid over de armatuur bij de fabrikanten. De vervanging van een eventuele starter door een aangepast type, wordt niet gezien als een aanpassing en heeft geen invloed op de verantwoordelijkheid. Het voorschakelapparaat blijft na de vervanging aangesloten tussen de ledbuis en het elektriciteitsnet. Hoewel het zijn functie verliest, zal het energie blijven opnemen, waardoor het verlies op het niveau van de volledige armatuur hoger ligt. Meestal is dit verlies niet ingecalculeerd in de efficiëntie die de fabrikant van de ledlamp opgeeft, maar we moeten hier wel rekening mee houden. Niet alle voorschakelapparaten kunnen met alle ledbuizen samenwerken. De lampfabrikanten stellen daarom tabellen ter beschikking, waarin opgegeven staat welke elektronische voorschakelapparaten geschikt zijn om met hun ledlamp samen te werken. Dit moet zeker nagekeken worden vooraleer een vervanging uit te voeren.
Sinds 2015 bestaat er een nieuwe Europese norm, EN62776, die de veiligheidsaspecten van een ledbuis behandelt. Bij de keuze van een ledbuis moet er op gelet worden dat de buis aan deze norm voldoet. Het voldoen aan deze norm heeft enkel betrekking op de veiligheid van het product. Andere aspecten, zoals performantie, zijn niet opgenomen in deze norm.
Conclusie Bij de beslissing voor de plaatsing van ledbuizen, speelt gewoonlijk het opgenomen elektrisch vermogen de meest belangrijke rol. Uiteindelijk bepaalt dit de elektriciteitskost en dus ook de terugverdientijd. Dit is inderdaad een belangrijke overweging, maar de veiligheid en het comfort voor de gebruiker mag absoluut niet uit het oog verloren worden. Vanuit een technisch standpunt is het sowieso interessanter om ook de armaturen te vervangen door ledarmaturen. Ledbuizen kunnen in veel gevallen ook een interessante optie zijn, als er voldoende aandacht besteed wordt aan het visuele comfort van de gebruiker door een goede planning gebaseerd op de norm NBN EN 12464-1 en 2. Johan Bleumers Volta
ontwerp de ideale
TecoPlan: modulaire schakelkast
PUBLIREPORTAGE
Beeld u een professionele partner in, die 24/7 beschikbaar is om uw modulaire schakelkast te configureren, erover te waken dat ze aan de geldende normen beantwoordt, de componentenlijst op te stellen, ervoor te zorgen dat er niets vergeten wordt, een bestek te maken van het geheel en uw idee te bewaren opdat u het later opnieuw zou kunnen bekijken, bestellen en geleverd binnen de 10 werkdagen via uw groothandelaar. Die professionele en beschikbare partner bestaat. Hij heet TecoPlan en is volledig gratis. Dat Internetplatform is voortaan zowel toegankelijk voor installateurs als voor particulieren, die er modulaire schakelkasten kunnen op configureren met componenten uit het Teconex-gamma (Conexbox, Teco Modulaire, IDE-schakelkasten). U kunt er ook projecten op bewaren en duidelijke eendradige schema’s, een componentenlijst en een brutoprijs op verkrijgen. Professionele installateurs zullen bovendien het voorrecht hebben een nettoprijs te kunnen opvragen en ze zullen binnen de tien werkdagen bij hun gebruikelijke groothandelaar de afgewerkte schakelkast kunnen afhalen, met inbegrip van de schema’s. “We weten dat tijd kostbaar is. Daarom besloten we het werk van de professionele installateurs te vereenvoudigen door hun deze gratis software aan te bieden, die op volgend principe berust: u ontwerpt, wij maken en u installeert binnen 10 dagen”, benadrukt Patrick Slechten, de CEO van Teconex. “Het gebruik van TecoPlan geeft de vakmensen ook meer gemoedsrust: ze krijgen de zekerheid dat hun schakelkast aan de normen beantwoordt.” TecoPlan biedt ten slotte zowel de mogelijkheid om de configuraties op te slaan, als de in de basisbibliotheek beschikbare standaardschema’s te individualiseren.
www.tecoplan.be
TecoPlan is geoptimaliseerd voor Windows en Mac.
VERLICHTING
Interface standaarden: 1-10V, DALI, DMX
DE JUISTE KEUZE MAKEN
Verlichting betekent vandaag veel meer dan enkel dingen zichtbaar maken. Dat licht ook een doeltreffend middel is om een sfeer op te roepen, is algemeen bekend, maar het gaat nog veel verder dan dat… Human Centric Lighting, bijvoorbeeld, wint meer en meer aandacht in heel wat applicaties. Men gaat hierbij het licht doelbewust aanpassen naar de specifieke noden van de gebruiker. Een van de vele toepassingen hiervan is het verhogen van de prestaties van een werknemer in een kantoor op een leerling op school.
toch bij een stuurspanning onder 0,5V de lamp uit te schakelen, zodat het relais in principe overbodig wordt. Deze standaard wordt nog regelmatig toegepast in combinatie met fluo-armaturen. Voor installaties met een beperkt aantal armaturen werkt 1-10V perfect, maar voor grotere installaties wordt de bekabeling te complex. Het is dan interessanter om te kiezen voor een digitale oplossing, waarbij één kabel de info voor alle armaturen bevat.
E
DMX512, of kortweg DMX, is al sinds jaren de standaard in de entertainmentverlichting. Bij de introductie van de leds in de algemene verlichting, werd ook DMX in deze sector binnengebracht. DMX heeft grote troeven, maar toch ook enkele belangrijke onvolkomenheden voor de algemene verlichting. Vanuit het oogpunt van de fabrikant is DMX een zeer interessante standaard, omwille van het eenvoudige opzet, wat de implementatie van DMX in een product zeer goedkoop maakt. Bovendien is DMX razendsnel en reageren alle aangesloten lampen gegarandeerd synchroon, hoe complex het gewenste effect ook mag zijn. Dit maakt DMX zeer geschikt voor toepassingen waar snelle of complexe kleurveranderingen nodig zijn. Deze perfecte synchronisatie is te danken aan het feit dat in een DMXinstallatie alle rekenkracht gecentraliseerd wordt in de sturing, die tot 40 keer per seconde de parameters voor alle lampen doorstuurt, ook al is er niets veranderd. In de entertainmentsector is dit een logische keuze, maar in de algemene verlichting zal dit in vele gevallen ook beperkend werken. Dit komt vooral doordat de centrale intelligentie slechts één enkele stuurcomponent in een DMX-installatie toelaat. Als er meerdere bedieningen nodig zijn, kan dit dus niet via rechtstreeks DMX. Op één DMX bus kunnen maximaal 512 parameters verstuurd worden. Het aantal toestellen dat hiermee overeenkomt, hangt af van het aantal parameters dat elk toestel heeft. Bijvoorbeeld voor een toestel met RGB leds zijn dat er typisch 3, namelijk de niveaus voor de rode, de groene en de blauw leds. Er kunnen dus maximum 170 van deze RGB leddimmers op één DMX-bus worden gekoppeld. In een grote installatie waar nog meer toestellen nodig zijn, bestaan er ook sturingen waarop meerdere DMX-bussen kunnen worden aangesloten, elk met hun eigen bekabeling.
en ander aspect dat overduidelijk aan belang wint, is energiebesparing. Hierbij speelt niet enkel de keuze van een efficiënte lichtbron een rol, maar ook de manier waarop die lichtbron wordt aangestuurd. Aan- of afwezigheidsdetectie en daglichtregeling zijn slechts enkele voorbeelden van manieren om de verlichting op een intelligente manier aan te sturen. Al deze evoluties creëren nieuwe uitdagingen voor de sturing van de verlichting. Hierbij is een goede datacommunicatie met de ledvoorschakelapparatuur in de armaturen cruciaal. Binnen de algemene verlichting zijn er 3 fabrikantonafhankelijke interface standaarden die samen het grootste deel van installaties vormen: 1-10V, DALI en DMX. De meeste domotica- of gebouwbeheerinstallaties communiceren niet rechtstreeks met de armaturen, maar zullen een van deze drie standaarden gebruiken om de vertaalslag te maken. Dit artikel geeft een overzicht van deze drie standaarden en telkens worden ook hun specifieke toepassingen en de voor- en nadelen besproken.
1-10V analoge interface Een eerste en meest eenvoudige interface standaard is 1-10V. Zoals de naam het al aangeeft, wordt een analoge spanning tussen 1 en 10 volt gebruikt om het dimniveau naar het voorschakelapparaat te communiceren. Het volledig uitschakelen van de lamp kan in principe niet via een 1-10V interface. Hiervoor moet de voeding van het voorschakelapparaat onderbroken worden met een relaiscontact, zodat het sluimerverbruik van de ballast wegvalt. Bij moderne voorschakelapparaten is het sluimerverbruik zodanig laag dat de fabrikant kan beslissen om
32 | ElektroVisie - september 2016
DMX512
vervolg blz 34 ❯
PUBLIREPORTAGE
ESYLUX BELGIUM
BOUWT AAN DE TOEKOMST! KANTOOR IN DENDERHOUTEM WORDT COMPETENCE CENTER
D
e kantoren van Esylux Belgium zijn sinds maart 2011 gevestigd in Denderhoutem. De ruime, moderne ruimtes waren van meet af aan uitgerust met de automatisatietechnieken van het eigen merk. Met de uitbreiding van het innovatieve gamma verlichtingsproducten drong de noodzaak zich echter op om ook dit portfolio te implementeren in de bureauruimtes, maar meer nog, om ze te demonstreren aan de professionele installateurs, studiebureaus en architecten die op zoek zijn naar producten en oplossingen met toegevoegde waarde. Daarom werd resoluut gekozen voor de inrichting van een Competence Center, het eerste van alle Europese landen waar Esylux in vertegenwoordigd is. Noteer alvast 6 oktober 2016 in uw agenda voor de officiële opening van dit Competence Center!
ESYLUX ontwikkelt, produceert en verkoopt sinds ruim 40 jaar producten voor meer energie-efficiëntie, comfort en veiligheid in gebouwen, waarbij het zwaartepunt ligt op sensorgebaseerde, vraaggestuurde automatisering en kwaliteitsverlichting. Het doel is de verbetering van de levenskwaliteit van de mens met
behulp van intelligente en gebruikersvriendelijke oplossingen, die voldoen aan de meest complexe eisen, maar toch altijd gemakkelijk kunnen worden gerealiseerd. Esylux, met hoofdkantoor in de omgeving van Hamburg, vertrouwt op bijna 50 jaar marktervaring, de hoge mate van servicegerichtheid van het merk en de keuze voor een Duitse locatie voor wat betreft onderzoek in het eigen lichtlaboratorium, ontwikkeling en productie. Verlichting en intelligente besturingstechnologie groeien steeds meer naar elkaar toe. De automatiseringsspecialist ESYLUX zal dit thema dan ook een vooraanstaande rol laten spelen in de inrichting van het nieuwe Competence Center, in de kantoren in Denderhoutem. Het is de bedoeling om de fascinatie van Human Centric Lighting en de andere mogelijkheden van intelligente lichtregeling aan de bezoekers te demonstreren. Esylux gelooft sterk in de synergie tussen automatisatie en verlichting, welke ook de kern zal vormen voor alle toekomstgerichte installaties en bouwprojecten. Bijvoorbeeld, met de nieuwe NOVA en CELINE Quadro-sets biedt ESYLUX een
systeemoplossing voor verlichting, die op het hoogste uitvoeringsniveau uitgerust is met SymbiLogic : een eigen technologie die een energie-efficiënt, biologisch-werkzaam licht kan creëren. Ze zijn geoptimaliseerd voor plaatsing in de standaard rastermaat van inbouwplafonds of in opbouwkaders en daardoor ook bij uitstek geschikt voor de meest voorkomende plafondconstructies in utiliteitsgebouwen. Een schitterende parel in het Competence Center zal ook de serie PRANA+ zijn. De staande armatuur van deze serie die alle mogelijke vooruitstrevende hoogtechnologieën omvat is reeds bekroond met de designonderscheiding ICONIC AWARD voor interieurinnovatie 2016. Esylux zet ook in op Dali, als digitale standaard van de toekomst: Dali maakt de meest innovatieve oplossingen mogelijk op het gebied van energiebesparende en intelligente verlichtingsscenario’s. Ook hierbij kan u vertrouwen op Esylux als partner voor de toekomst. De performante en unieke ATMO-sensor van Esylux en andere KNX-oplossingen mogen uiteraard niet ontbreken in het Competence Center en zullen aan geïnteresseerde installateurs, planners en architecten uitvoerig gedemonstreerd kunnen worden. Met de oprichting van een eigen Competence Center wil Esylux zich onderscheiden op het vlak van service en opleiding en toekomstvisie en dit voor een breed cliënteel dat ondersteuning en advies wil voor zijn projecten,. Het is de bedoeling om op regelmatige basis, of op vraag van adviseurs, vakmensen en medewerkers uit de gespecialiseerde installatiemarkt, een Esylux Academy te organiseren in de eigen vergaderruimte waarbij de toepassingen kunnen worden gedemonstreerd. Dit en alle innovatieve oplossingen die dit jaar werden gelanceerd, kan men vanaf oktober 2016 bekijken, bewonderen en testen in het Competence Center van Esylux Belgium nv, Vlamstraat 7 bus 2, 9450 Denderhoutem (053/850570). Niet te missen als u de boot niet wil missen..
VERLICHTING DMX op zich laat geen feedback van de armaturen toe, tenzij gewerkt wordt met RDM. Dit is een standaard die bovenop DMX werkt en communicatie in de twee richtingen mogelijk maakt. Hierdoor kunnen parameters van de armaturen (bijvoorbeeld de temperatuur van de led) opgevraagd worden. RDM kan de installateur helpen bij de inbedrijfsstelling, preventief onderhoud en foutzoeken.
DMX-Bekabeling Hoewel een datasnelheid van 250kb/s in het internettijdperk een peulschil lijkt, is het toch belangrijk om tijdens het plaatsen van een DMX installatie voldoende aandacht te besteden aan een correct uitgevoerde bekabeling. In de entertainment sector wordt meestal specifiek voor DMX ontwikkelde rubberkabel gebruikt. Deze kabel is relatief duur, maar zeer robuust en dus bestand tegen het gebruik ‘on-the-road’. In een vaste installatie, waar de kabels netjes in kabelgoten liggen, volstaat een UTP- of STP-kabel ruimschoots. UTP- of STP-kabels moeten, net als een gewone netwerkverbinding, gescheiden worden van andere leidingen, zoals in artikel 14 van het AREI bepaald wordt. Een DMX-verbinding bestaat uit 3 geleiders: de massa, data-plus en data-min. Een vaak gemaakte fout is dat data-plus en data-min in een installatie omgewisseld worden. Op enkele uitzonderingen na, zullen DMX-toestellen totaal niet werken bij foute polariteit. Maar de meest belangrijke bron van storingen in een DMX-installatie is een foutieve bekabelingstopologie. Voor DMX is het cruciaal dat de bekabeling volgens het “daisy chain” principe gebeurt. Dit betekent dat toestellen onderling doorgelust worden en dat aftakkingen in de bekabeling niet toegelaten zijn. Meestal wordt een limiet van maximaal 32 doorgeluste toestellen op één kring aangehouden. Zijn er meer toestellen nodig, wordt gebruik gemaakt van een DMX splitter, dit is een toestel dat één kring opsplitst in meerdere kringen die elk opnieuw 32 toestellen mogen bevatten. Na het laatste toestel in elke DMX-keten wordt een 120 ohm afsluitweerstand geplaatst. Deze zit vaak al in de toestellen ingebouwd en kan softwarematig of hardwarematig ingeschakeld worden. Indien deze mogelijkheid er niet is, wordt de weerstand extern aangebracht. Als de bovenstaande eenvoudige regels gevolgd worden, is DMX een zeer robuust communicatie bus. Maar als er toch tegen gezondigd wordt, kan dit leiden tot storingen op de DMX-bus. Hierdoor worden datapakketjes verkeerd geïnterpreteerd, wat in de praktijk meestal zichtbaar is als kortstondige veranderingen in het licht die op random momenten optreden.
DALI DALI is specifiek ontworpen voor de algemene verlichting en kan gezien worden als de digitale opvolger van het 1-10V systeem. DALI laat toe om met één bus voorschakelapparaten, sensoren, bedieningen en andere stuurapparatuur met elkaar te laten communiceren. Een DALI-bediening zal voor elke actie een eenmalig commando verzenden naar één of naar meerdere voorschakelapparaten. Een controlemechanisme dat in het bericht ingewerkt zit, laat toe om na te gaan of het bericht correct ontvangen is. Indien dit niet het geval is, wordt het bericht herhaald. In tegenstelling tot DMX bevat elk bericht enkel de start van een actie. Het afhandelen van de eigenlijke actie gebeurt in de ballast zelf. De datatrafiek op de DALI-bus blijft hierdoor tot een minimum beperkt en loopt daarom veel trager dan bij DMX. De DALI-bus is hierdoor extreem robuust en in tegenstelling tot DMX speelt de topologie van de bekabeling weinig rol, waardoor de elektro-installateur de volledige vrijheid heeft om de kabels te leggen zoals hem best uitkomt. Vertakkingen vormen in een DALI-bus geen enkel probleem. De fabrikanten van DALI-apparatuur zullen meestal 34 | ElektroVisie - september 2016
in hun specificaties toelaten om geen scheiding van de bekabeling te voorzien. Integendeel zelfs: vaak wordt de DALI-bus samen met de voeding voor de armatuur voorzien via een 5-aderige XVB-kabel. Dankzij de decentrale aanpak zijn er, in tegenstelling tot DMX, wel meerdere bedieningen mogelijk op één DALI-bus. Een DALI-voorschakelapparaat kan met meerdere bedieningen gekoppeld worden en omgekeerd: een bediening kan meerdere voorschakelapparaten aansturen.
DALI 2 In de loop der jaren is DALI uitgebreid om te kunnen omgaan met alle evoluties in de verlichtingswereld. Om verdere uitbreiding van DALI te kunnen blijven garanderen, werd recent de basis van DALI volledig herschreven en herdoopt tot “DALI 2”. DALI 2 geeft de fabrikanten van bedieningen en sensoren meer flexibiliteit om hun producten te ontwerpen. Bovendien zal het in de toekomst mogelijk zijn om meerdere masters in een DALI systeem te laten samenwerken. De nieuwe standaard is sinds kort beschikbaar en verschillende fabrikanten ontwikkelen momenteel producten die aan DALI 2 zullen voldoen. Zeer binnenkort mogen we bedieningen en sensoren op de markt verwachten met een meer uitgebreide functionaliteit dan die we vandaag kennen. Toestellen die aan de nieuwe DALI-variant voldoen, zullen te herkennen zijn aan het aangepaste logo. Dit nieuw protocol zal in beide richtingen compatibel zijn met de originele DALI. Op deze manier zullen enerzijds nieuwe toestellen kunnen toegevoegd worden in bestaande installaties en anderzijds kunnen bestaande DALI toestellen gebruikt worden in een DALI 2-netwerk. Vanzelfsprekend zullen de functies die nieuw geïmplementeerd zijn in DALI 2 in deze gevallen niet beschikbaar zijn.
Conclusie DALI, DMX en 1-10V zijn drie prima interface-standaarden, die standalone kunnen werken, of geïntegreerd worden in een gebouwbeheersysteem of een domotica-installatie. DMX is zeer sterk in complexe dynamische lichteffecten. Maar omdat meerdere bedieningen niet mogelijk zijn en de bekabeling strikt is, is DMX minder geschikt voor standaard toepassingen in de algemene verlichting. DALI en 1-10V zijn specifiek ontwikkeld voor deze standaard toepassingen binnen de algemene verlichting en zijn daarom gemakkelijker te implementeren. DALI is geschikt voor grotere installaties, terwijl 1-10V vooral een goede keuze is bij kleinere systemen met enkele kringen. Johan Bleumers Volta
LAATSTE BLADZIJDE
Eigenlijk ben ik best wel
heel fier
over Nelectra Limburg… …want we slagen er sinds heel wat jaren heel goed in om de elektroprofessionelen uit onze provincie te verenigen en voor hen allerlei activiteiten te organiseren. Met telkens heel wat aanwezigen. Die nadien steeds bijzonder tevreden blijken over hun deelname. Zo hadden we dit voorjaar infosessies rond batterijoplossingen en over e-commerce, bezocht Nelectra-Limburg de gloednieuwe vestiging van Ridgid in Sint-Truiden en de Rexel-beurs. Met dank voor de steun van Nelectra Nationaal en onze partner Infrax. En uiteraard ook met dank aan onze geëngageerde bestuursploeg en de medewerkers van ons provinciaal vakblad Elekt. Dat ondertussen reeds 25 jaar actueel en interessant nieuws brengt voor onze Limburgse installateurs en handelaars. En jawel: ons provinciaal bestuur mag best een eervolle vermelding krijgen want een actieve provincie krijg je niet zonder heel wat gezamenlijke inspanningen! En iedereen weet ook dat het als zelfstandige helemaal niet evident is om een stuk van de schaarse vrije tijd te besteden aan de vereniging. Bedankt dus, mede-bestuursleden! Ondertussen is de zomer weer (bijna) voorbij en staan we startensklaar voor het najaar. Dat najaar belooft trouwens ook weer ‘top’ te worden met allereerst, eind deze maand, ons ondertussen befaamd Elektrodiner, georgani-
seerd door Nelectra-Limburg en Infrax. Naar goede traditie verwelkomen we weer enkele honderden Limburgse collega’s en ook ditmaal steunen we een goed doel. Dit jaar is dat het ‘Project Ambulancewens’, dat meehelpt om de laatste wens van terminaal zieken te realiseren. Infosessies dan: in oktober organiseert Nelectra Nationaal, de infosessie ‘Keuring van de elektrische installatie’, bij Infrax in Hasselt. En verder zoeken we met ons bestuur uiteraard steeds naar boeiende onderwerpen voor infosessies die de elektro-ondernemer helpen om zijn bedrijf veilig de toekomst in te loodsen. U hoort zeker en tijdig wat we nog voor u in petto hebben! Frank Vanlangendonck Provinciaal Voorzitter Nelectra-Limburg
U wenst als Nelectra-lid actief mee te werken bij een provinciale Nelectra-afdeling? Contacteer dan uw provinciaal voorzitter of Els Heyrman, els.heyrman@nelectra.be
BLUE LINE
- verlichtingscataloog binnen | buiten | kantoor | woning | industrie Schrack’s Blue September ‘16 | Mega promoties verlichting ganse maand september | | Verlichtingen in de kijker | | Extra promo bij online bestelling |
Dit en veel meer op www.schrack.be/verlichting
De nieuwe LEDVANCE LED armaturen De standaard hergedefinieerd om licht met en voor u vooruit te brengen.
Licht is persoonlijk De standaard. Hergedefinieerd. De nieuwe LEDVANCE LED armaturen. LEDVANCE LED armaturen zijn de nieuwe keuze voor de momenten waarop u eenvoudigweg het juiste licht nodig heeft voor algemene toepassingen. Ze beschikken over alle eigenschappen die nodig zijn voor het dagelijkse werk van een professional: hoge efficiĂŤntie, bewezen kwaliteit en eenvoudige installatie. LEDVANCE armaturen. Succes behalen zonder moeite.