8 minute read

BEZEM

Next Article
BRANCHENIEUWS

BRANCHENIEUWS

BUITEN

Als de wereld traag wat verder open gaat, verwaait de zomer langzaam in de herfst. Kroegen gaan open, concerten komen op gang en wedstrijden vinden plaats met publiek. Ook de openbare ruimte stroomt weer vol. Met alle gevolgen van dien. Gelukkig is er statiegeld op flesjes, wordt het iets minder rommelig. Maar daar komt het blad voor in de plaats. Een karavaan met machines en bezems maakt de straten weer begaanbaar, waarna sneeuw en ijs ze weer dichtplamuren en onze mensen op pad moeten om te strooien en te schuiven. De circle of BOR. Een continue werkstroom die nauwelijks planbaar is. Toch wordt daar dagelijks heel hard aan gewerkt. Hoe krijgen we jaarrond het werk in de openbare ruimte gedaan? Op de recente beurs voor de openbare ruimte was de ene innovatie nog spectaculairder dan de andere, om daar een antwoord op te geven. Of dat nu om soft- of hardware ging. De nieuwste ontwikkelingen, er was geen ontkomen aan. Een uitgelaten sfeer, maar dat kwam wellicht ook doordat er eindelijk een beurs was. Mensen zien en spreken, live. Ongekend bijna. Er werden zelfs handen gegeven. Ongelooflijk. Wennen, maar oh zo fijn. Maar alle mooie technologie ten spijt, zonder de echte handjes, zonder echte mensen, gebeurt er in de openbare ruimte uiteindelijk vrij weinig. En waar anders dan in de openbare ruimte kan iedereen een plek vinden. Hoe zwaar je rugzak ook is. Zelden zulke trotse mensen gezien die dagelijks, in weer en wind, vóór de veegmachine uit met een bladblazer de straten bladvrij maken. Of die in de heetste maanden plantvakken zomerklaar maken. Ja, je kunt straten asfalteren of planten poten die goed verwilderen, maar nooit zal het volledig onderhoudsvrij zijn. Handjes zijn en blijven nodig. Dat kapitaal stond niet op de beurs. Díe handjes liepen buiten om de wereld een beetje mooier te maken.

Advertisement

ZWERFAFVAL OPRUIMEN: VAN ‘TAAKSTRAF’ TOT ‘HET NIEUWE NORMAAL’

Zwerfafval opruimen is van ‘taakstraf’ tot normale bezigheid geworden. Er komen steeds meer initiatieven bij, zowel landelijk als regionaal en lokaal. Bedrijven doen mee of nemen zelf het initiatief. Nieuwe doelgroepen zoals kinderen en jongeren raken betrokken, digitale technologie zoals apps en zelfs robots worden gebruikt om zwerfafval op te ruimen.

TEKST: MARTIJN KREGTING

Wie Googelt met zwerfafval als zoekterm, komt honderden links tegen naar kleine en grotere initiatieven. Van overheden, bedrijven, particulieren, stichtingen en combinaties hiervan. Van ouderwets een dagje opruimen tot apps die je aanzetten tot structureel inzamelen van zwerfafval in je omgeving. Er is, ziet Helene van Zutphen, directeur Nederland Schoon, een duidelijke opwaartse beweging. “Op onze website kun je schoongebieden aanmaken die je als vrijwilliger het hele jaar schoonhoudt. In het voorjaar is het tienduizendste gebied aangemaakt. Toen ik negen jaar geleden begon bij Nederland Schoon, was er weinig sprake van dat mensen deze verantwoordelijkheid wilden nemen, laat staan dat ze publiekelijk aangeven dat ze er trots op zijn dit te doen. Vroeger werd opruimen van zwerfafval gezien als taakstraf. Er is inmiddels een heel andere manier ontstaan om tegen zwerfafval opruimen aan te kijken.”

Landelijke Opschoondag, foto Nederland Schoon

MEER AANDACHT

Er zijn ook veel meer krachten in de maatschappij die aandacht voor het onderwerp vragen, ziet Van Zutphen. Particulieren die met initiatieven komen zoals de Plastic Soup Surfer en de Zwerfinator. Maar ook steeds meer bedrijven, zoals McDonald’s, Febo, Coca-Cola en Hema. Vanuit allerlei hoeken wordt het onderwerp omarmd en worden mensen hier enthousiast voor gemaakt of maken ze er anderen enthousiast voor.

“Corona heeft zowel negatieve als positieve veranderingen gebracht. Grijpers, handschoenen en afvalzakken werden veel meer in onze webshop besteld. Mensen moesten rondom huis blijven en kwamen daar veel vaker met zwerfafval in aanraking. Dat heeft - in combinatie met het toenemende bewustzijn over de nadelen van zwerfafval voor mens, dier en milieu - geleid tot veel meer lokale opruiminitiatieven. Negatief was dat er nieuw zwerfafval bij kwam: mondkapjes, handschoentjes en desinfectiemateriaal. Maar er kwam ook meteen een tegenbeweging op gang.”

BELONEN EN APPS

Belonen en apps zijn twee manieren om mensen te stimuleren die nog een zetje nodig hebben. De Rubbiz-app met geld inzamelen voor goede doelen is een voorbeeld (zie kader), maar ook wandel-app Ommetje van de hersenstichting. Van Zutphen: “Je kon bij Ommetje op een gegeven moment als beloning voor het opruimen van zwerfafval een badge krijgen. Geen geldelijke beloning, maar wel een schouderklopje. Voor veel mensen is dat al genoeg. Een beloning werkt overigens altijd. Zoiets kan een aanjager zijn.” Ook kun je de juiste snaar raken met de juiste communicatie, door mensen bijvoorbeeld aan te spreken op hun trots op een gemeente, regio of provincie. Dat was bijvoorbeeld in Friesland succesvol, met ‘Friesland 100 procent zwerfafval vrij’. “Dat was ook de beloning voor de vrijwilligers: een schone provincie. Dit leverde uiteindelijk 19 procent minder zwerfafval op in de provincie. “

ZELF INITIATIEF NEMEN

Opmerkelijk vond Van Zutphen dat duizenden mensen zich hebben aangemeld om na de zware wateroverlast in delen van Limburg en Noord-Brabant eerder dit jaar te helpen met opruimen. “Dat zijn ook mensen van buiten die regio’s. Een jaar of tien geleden zou dat niet gebeurd zijn. Toen werd vooral naar de overheid gewezen. Nu nemen mensen zelf het initiatief.” Ook dat tekent de gedragsverandering inzake zwerfafval: steeds meer mensen zijn intrinsiek gemotiveerd. Het gaat langzaam, net zoals bij roken, maar de omslag is duidelijk. Zo kunnen er makkelijk twee landelijke initiatieven tegen zwerfafval bestaan – de Opschoondag en World Cleanup Day – die allebei steeds succesvoller zijn. Van Zutphen: “Die dagen zorgen ervoor dat zwerfafval op de agenda komt te staan, maar het zijn alle lokale en structurele initiatieven die ervoor zorgen dat zwerfafval echter vermindert. Zoals een snoeproute waarbij een supermarkt, school en omwonenden samen hun omgeving schoonhouden. Dat leidt echt tot een forse reductie, structureel tot wel 50 procent. Het is immers beter om te voorkomen dan om op te ruimen.”

DIGITALISERING EN BELONEN: RUBBIZ

Rubbiz (spreek uit: rubbish, rommel) ging van start in maart 2021. De bijbehorende Rubbiz-app is bedoeld om mensen in beweging te krijgen die normaal geen zwerfafval opruimen, vertelt oprichter en voorzitter van stichting Rubbiz Kor van de Bij. "Mensen die nog niet echt nadachten over zwerfafval als probleem, niet weten hoe ze kunnen helpen." De app heeft meerdere prikkels: men kan naast het opschonen van de buurt ook opruimen voor een goed doel. Of men vindt het gewoon leuk om er een competitie van te maken. Na deelname aan de 19e landelijke Opschoondag in maart 2021, bleek de app vooral goed te werken voor groepen zoals scholieren en families. Via de app kunnen gebruikers een foto maken van zwerfafval in een gesponsorde zone. Per foto ontvangt de gebruiker voor een zelf gekozen goed doel 0,11 euro. Gebruikers kunnen zich vergelijken met anderen en een 'schoonmaker'-status verkrijgen. Dit gaat op basis van het aantal vierkante meters en het ingezamelde bedrag voor goede doelen. De verschillende prikkels zorgen ervoor dat jongeren graag met de app werken.

HELENE VAN ZUTPHEN: “ HET ZIJN ALLE LOKALE EN STRUCTURELE INITIATIEVEN DIE ERVOOR ZORGEN DAT ZWERFAFVAL ECHT VERMINDERT. ”

Schoon houdt schoon, foto Nederland Schoon

Zwerfafval opruimen voor een goed doel, foto stichting Rubbiz

SPONSORING GOEDE DOELEN

Sponsoren - momenteel vooral gemeenten - kunnen zones aanmaken. Op dit moment zijn de Nederlandse kustlijn en drie gemeenten voorzien van zones. In 2022 verwacht Rubbiz 30 gemeenten te voorzien van deze zones. Van de Bij: "We helpen hen ook door via foto's uit de app data te leveren over waar veel zwerfafval ligt en wat voor soort. We zijn bezig met een algoritme om te bepalen of er een merk op staat. Zo kun je kijken of veel zwerfafval afkomstig is van een nabijgelegen fastfood-zaak, om een voorbeeld te noemen. Ook bewustwording over zwerfafval kan voor gemeenten nuttig zijn." Eenmaal een keer gebruikt, blijken veel mensen verder te gaan met de app. Van de Bij: "Het is heel kleinschalig, maar met veel handen kun je veel opruimen. Je kunt zwerfafval fotograferen en meenemen tijdens het uitlaten van de hond, als je een stuk wandelt of hardloopt. Je hoeft niet met een vuilniszak op pad, want prullenbakken staan vaak dichtbij. Zo bespaar je meteen CO2, want een gemeente waar dit werkt, hoeft niet of minder vaak een opruimdienst op pad te sturen." Van der Bij ziet de aanpak van zwerfafval als een kwestie van lange adem. "Zo begon het ook bij roken. Eerst ontstaat er een beweging en uiteindelijk een omslag. Basisschoolleerlingen worden straks middelbare scholieren - vaak de grootste probleemgroep als het gaat om zwerfafval. We hopen dat bewustwording over de problemen en gevaren van zwerfafval zich in deze groep als een olievlek verspreidt. Hopelijk is de app dan over een jaar of vijf niet meer nodig."

Kijk hier voor websites over zwerfafvalinitiatieven: https://www.afvalcirculair.nl/onderwerpen/linkportaal/links-afvalstromen/zwerfafval/

ROBOTS TEGEN ZWERFAFVAL

Startup TecTics van Martijn Luukaart en Edwin Bos werkt al enkele jaren aan robots die zwerfafval monitoren en opruimen. Met de BeachBot en de MapBot hebben zij een aantal succesvolle demo’s achter de rug voor het opruimen en monitoren van zwerfafval. “We staan pas aan het begin”, aldus Bos. “maar we zien kansen om een goed businessmodel te bouwen bij de aanpak van een groot, wereldwijd maatschappelijk probleem met clean-tech.” Met diverse demo's, onder meer tijdens Living Lab Scheveningen in 2020, werd de opruimrobot op de kaart gezet. Financiering van onder meer Den Haag, Rijkswaterstaat en het Rabobank Innovatiefonds hielpen bij het doorontwikkelen van de BeachBot en de monitoring-variant MapBot. Denk aan verbetering van de grijparm en een algoritme om sigarettenpeuken beter te herkennen.

GENOEG TOEPASSINGEN

Toepassingen zijn er genoeg. Bos: "Zelfs op de relatief schone Nederlandse stranden ligt veel afval. Bij de eerste demodag op het strand van Renesse vonden 70-80 vrijwilligers in vier uur tijd ruim 3.000 peuken. Grote schoonmaakmachines nemen dit kleine afval niet mee en gemeentevrijwilligers kunnen het ook niet allemaal opruimen." Bos benadrukt dat een robot niet dé oplossing is. “Het probleem ligt bij de mensen. In de interactie met bijvoorbeeld monitoringrobots zou je hen op termijn aan het denken kunnen zetten over waar ze mee bezig zijn en het onderwerp zwerfafval tussen de oren te krijgen. Maar feit is dat zwerfafval nú een probleem is. Samenwerking met partijen zoals Rijkswaterstaat of De Blauwe Vlag - dat een keurmerk levert voor schone stranden - kan een bijdrage leveren om dat probleem ook op korte termijn inzichtelijk te krijgen en aan te pakken.”

This article is from: