11 minute read

KEUKENAFVAL AFVOEREN MET EEN VERMALER IN DE GOOTSTEEN

Next Article
NVRD NIEUWS

NVRD NIEUWS

KEUKENAFVAL AFVOEREN MET EEN VERMALER IN DE GOOTSTEEN MOETEN WE DAAR WEL AAN BEGINNEN?

Keukenafval maakt een groot deel uit van het huishoudelijk afval en wordt vooral in stedelijke gebieden matig teruggewonnen uit de afvalketen. Hierdoor worden kansen op hoogwaardige verwerking gemist. Doorbraken die scheiding bevorderen zijn daarom nodig. In deze zoektocht naar effectieve middelen om meer keukenafval te scheiden, is de voedselrestenvermaler een reële optie. Dit elektrisch aangedreven apparaat wordt onder de gootsteen geplaatst, versnippert voedselafval in kleine stukjes en voert het daarna af.

Advertisement

TEKST: PETER DE BOER

Hoewel in Nederland het gebruik van de ‘grinder’ nog niet wijdverbreid is, is dat elders wel het geval. In Scandinavië, Noord-Amerika en het Verenigd Koninkrijk wordt de voedselrestenvermaler gezien als gemak en daarom zijn vele huishoudens uitgerust met dit roterend mechanisme. Keukenafval verdwijnt in een paar tellen van het keukenblok. Net als de magnetron, de snelkoker en nu de kokend-waterkraan, wordt het ervaren als een stukje comfort. Het gemak waarmee keukenafval kan worden ontdaan en het voorkomen van een vieze en geurige afvalbak is echt een wezenlijk onderdeel van het potentiële succes van de voedselrestenvermaler.

NEGATIEF IMAGO VANWEGE MILIEU-IMPACT

Aan dit malende apparaatje kleeft ook een negatief imago. Wereldwijd worden ze vooral aangesloten op het riool. Dit is niet toegestaan in Nederland. Het afvalwater zou zomaar eens kunnen zorgen voor verstoppingen in het riool en de verwerking van het afvalwater met het toegevoegde keukenafval levert bij een rioolwaterzuiveringsinstallatie meer schadelijke emissies op. Een verbod is daarom geregeld via het Activiteitenbesluit Milieubeheer en het Besluit lozing afvalwater huishoudens.

Nu zijn er wel systemen in gebruik waarbij het vermalen keukenafval in combinatie met ons toiletinhoud apart wordt afgevangen en nadien wordt vergist (zoals in Sneek, zie GRAM, mei 2020). Het keukenafval wordt samen met de fecaliën uit het toilet biogas en komt dan niet terecht in het riool en de zuiveringsinstallatie. Deze route waarbij de toiletinhoud wordt vergist wordt ook wel de ‘nieuwe sanitatie’ genoemd. De slibfractie die niet kan worden vergist tot biogas moet echter alsnog worden verbrand. Een voedselrestenvermaler geïnstalleerd in een mobiele keuken - ingebouwd in een stalen rolcontainer. Foto gemeente Amsterdam.

Comfort en het gemakkelijk maken van afval scheiden is de sleutel van succes bij de voedselrestenvermaler. Foto: Studio Apenzaken

Ook deze variant is omstreden. Een dergelijke verwerking van keukenafval is niet hoogwaardig. Rijkswaterstaat meldde in hetzelfde artikel in 2020 dat de constructie niet illegaal is, maar zeker niet voldoet aan het landelijke beleid zoals vastgelegd in het LAP3. De minimumstandaard is dat keukenafval verwerkt wordt tot compost, al dan niet met een voorvergistingsstap die biogas oplevert. Als het keukenafval wordt verwerkt via de nieuwe sanitatie wordt feitelijk al het organisch materiaal verbrand. Dit sluit niet aan bij landelijk beleid.

VEEL KANSEN VOOR HOOGWAARDIGE VERWERKING

Er moet bij toepassing dus gekeken worden of het vermalen keukenafval toch op een hoogwaardige manier kan worden verwerkt. En dit perspectief is er als we kijken naar volledig ‘off-the-grid’ systemen. Oftewel systemen waarbij het vermalen keukenafval (1) apart kan worden afgevoerd, (2) niet wordt vermengd met de fecaliën uit het toilet en (3) hoogwaardig kan worden verwerkt.

Afzonderlijk afvoeren is mogelijk en verschillende steden hebben hier concrete plannen voor. De gemeente Rotterdam spreekt in haar Hoogbouwvisie uit een systeem te willen introduceren van afvalgrinders in keukens waarmee het mogelijk is om door een aparte standleiding het keukenafval effectief te verzamelen. En de gemeente Amsterdam kondigde vorig jaar aan 350 huishoudens te willen aansluiten op vermalers, maar dan wel met een aparte opvang. Een eigenstandig buizenstelsel tussen de gootstenen van de appartementen zal worden aangesloten op een centrale opvangvoorziening. In deze centrale opvang wordt het vermaalde keukenafval eerst ontwaterd waarna het in standaard rolcontainers kan worden opgeslagen. Als men de opvang niet inpandig wil regelen dan kan er ook gekozen worden voor een opslag buiten het gebouw, welke door een tankwagen met zuiglans kan worden ingezameld. De opslag kan zowel boven als onder de grond worden gegraven. Dan rijst nog de vraag of dit geshredderde keukenafval wel hoogwaardig verwerkt kan worden. Met Environmental Technology doet de WUR onderzoek naar de waardes van organisch afval en toepassing ervan in verwerkingsprocessen. Zij geven aan dat de verwerking van schoon voedselafval kansrijk is, omdat het garant staat voor een mooie balans van koolstof en nutriënten. Deze balans biedt weer kansen om hoogwaardig biobrandstoffen, proteïnen en eetbare biomassa terug te winnen of insectenkweek mogelijk te maken. Deze balans tussen koolstof en nutriënten wordt verstoord als schoon keukenafval wordt vermengd met toiletinhoud.

Appartementcomplexen kunnen worden voorzien van centrale opvanglocaties, voorzien van een ontwateringsunit en één of meerdere rolcontainers. Keukenafval kan apart worden opgevangen en ingezameld. Foto: The Green Machine.

In een proefopstelling bij AMS Institute, in samenwerking met WUR, wordt keukenafval vermalen, ontwaterd en opgevangen. De samenstelling van het vermalen keukenafval wordt daarna uitvoerig geanalyseerd. De analyse biedt inzicht in de aanwezige stoffen en daarmee het verwerkingspotentieel. Alhoewel het onderzoek nog niet is afgerond zijn de eerste resultaten hoopvol. Er is enthousiasme dat het systeem garant staat voor het verzamelen van een grote hoeveelheid keukenafval dat direct wordt voorbewerkt (door centrifugering en de toevoeging van bacteriën). Er blijft een onvervuilde stof over met een goede concentratie van koolstof en nutriënten.

WE ZIJN ER BIJNA

De mogelijkheden voor een goed functionerend off-the-grid systeem zijn dus hoopvol. Het vergt nog wel een aanpassing van de ‘traditionele’ voedselrestenvermaler. De huidige beproefde systemen zijn gemaakt met het oog op gemak en het voorkomen van verstoppingen – en niet met het oog op duurzaamheid. De vermalers zijn daarom zo ingesteld dat zo veel en zo soepel mogelijk etensresten door onze afvoeren kunnen worden gespoeld. Dat betekent dat keukenafval tot erg kleine deeltjes wordt vermalen – waardoor het potentieel waardevolle organische stofgehalte zou kunnen verliezen. Ook zou het waterverbruik, ten behoeve van het spoelen van keukenafval door de vermaler, minder kunnen. Er zijn dus kleine aanpassingen nodig om de milieu-impact te minimaliseren. Zodra de eerste off-the-grid vermalers zijn geïnstalleerd zal men moeten monitoren welke kracht en snelheid van het malen het meest ideaal is, evenals het aantal benodigde rotaties en de juiste hoeveelheden water. Alleen met die ervaringen kan het systeem steeds verder worden geperfectioneerd.

De verwachting is dat het scheidingsrespons bij huishoudens met een voedselrestenvermaler fors hoger ligt dan bij gft/gfe-verzamelcontainers. Nadelig is dat de organische fractie onveranderd kwetsbaar blijft voor verrotting. Hoogfrequent inzamelen (en verwerken) of het verkoeld opslaan is een voorwaarde om hoogwaardige verwerking te garanderen. En dan is er ook nog de uitdaging van de financiering en het eigenaarschap van deze systemen. De kosten voor een vermaler inclusief afvoer zullen enkele honderden euro’s betreffen, een centrale voorziening voor voorbewerking (ontwatering) en opvang kost duizenden euro’s. Wie betalen deze rekeningen? En het buizenstelsel zit nagelvast aan de gebouwen – wie is er verantwoordelijk voor onderhoud en aansprakelijkheid?

De G4 vormt inmiddels een werkgroepje waarbij ervaringen worden gedeeld en samen wordt opgetrokken om de voedselvermaler (al dan niet verplicht) onderdeel te maken van ieder hoogbouw- en vernieuwbouwproject. Gemeenten die hierin ook een uitdaging zien worden uitgenodigd aan te schuiven en deel te nemen.

Schuifdaken, uw oplossing voor strooizout

Blommaert Aluminium Constructions is reeds meer dan 35 jaar een

vooraanstaande speler in aluminium overkappingen. De ervaring en

de expertise die we op het vlak van aluminium constructies hebben

opgebouwd zorgt ervoor dat wij oplossingen op maat kunnen aanbie-

den aan verschillende sectoren zoals: zoutopslag, logistiek (op- en

overslag), biomassa, recyclage en waste management. Volledig op uw maat gemaakt Flexibel en degelijk Hoge return on investment Tijds- en kosten besparend Onderhoudsvriendelijk 100% opening mogelijk

Stokerijstraat 35 2110 Wijnegem, België Ophemertstraat 42, 3089 JE Rotterdam T. +32 (0)3 353 26 89 I. info@blommaertalu.be www.blommaertalu.COM

OP NAAR EEN NAT/DROOG SYSTEEM VOOR FIJN HUISHOUDELIJK AFVAL IN STERK STEDELIJK GEBIED?

Er ligt nog een forse uitdaging voor sterk stedelijke gebieden als het gaat om afvalscheiding. Wellicht wordt het tijd voor een ‘system redesign’. Met een nat/droog systeem kunnen we het wellicht veel eenvoudiger maken voor zowel de inwoners als de gemeente. En daarbij tevens goede afvalscheidingsresultaten behalen. Een pleidooi en oproep om een dergelijk systeem verder uit te werken en te beproeven.

TEKST & BEELD: ADDIE WEENK, RIJKSWATERSTAAT

In sterk stedelijk gebied lukt het nog niet zo best met de gescheiden inzameling van fijn huishoudelijk afval. Bewoners hebben vaak weinig ruimte voor het apart houden van meerdere afvalstromen in huis en geen eigen containers. Ze zijn aangewezen op collectieve voorzieningen, waarvoor ze een stukje moeten lopen, fietsen of zelfs de auto moeten pakken. Als ze de voorzieningen voor gescheiden afval überhaupt al weten te vinden. Ook gemeenten worstelen met de inzameling in stedelijk gebied. Het is moeilijk voldoende collectieve voorzieningen te plaatsen, de communicatie moet eigenlijk in meerdere talen en er is een hoog verhuistempo van bewoners. Dit alles maakt dat veel van de te recyclen afvalstromen in het restafval belanden. Andere problemen zijn de lage kwaliteit van de gescheiden stromen en de bijplaatsingen bij verzamelcontainers.

DIFTAR NO-GO

In minder stedelijke gebieden is een goede afvalscheiding prima te bereiken met diftar. In de grote steden is dat systeem

Nat-Droog opstelling in Spaarndam.

een stuk lastiger te implementeren en te beheren, door bovengenoemde zaken maar ook door toerisme en de gemiddeld lagere betrokkenheid van bewoners.

De pmd-inzameling is in sterk stedelijk gebied al vaak ingewisseld voor nascheiding van pmd vanwege de lage respons en kwaliteit. Nascheiders geven aan dat ze nog veel meer te recyclen afvalstromen uit het huishoudelijk restafval kunnen scheiden, als die stroom maar droog is en geen groente-, fruit- en etensresten (gfe) meer bevat. Hier ligt wellicht een interessante oplossingsrichting. Als we het gfe kost wat kost uit het restafval weten te houden, wordt het restafval een grondstoffenmix: een verzameling scheidbare grondstoffen met nog een klein beetje echt restafval. De nascheidbaarheid van de grondstoffenmix wordt dan feitelijk de tweede goede reden om het stedelijk gfe te scheiden, naast dat we die natuurlijk willen benutten om er biogas en compost (meststof) van te maken.

GFE ALS SLEUTELSTROOM

De uitdaging ligt dus bij het scheiden van het gfe. Als dat lukt, zouden we een tweestromensysteem kunnen hanteren in sterk stedelijk gebied: gfe en fijn restafval (de grondstoffenmix). Eenvoudig te motiveren, makkelijk uit te leggen en goed te beheren. Je maakt inwoners blij met een sterke versimpeling maar vraagt daarbij wel van ze dat ze gfe gaan scheiden.

HOE NAAR 100%?

Om al het gfe gescheiden ingezameld te krijgen zijn extra maatregelen nodig. Sowieso moeten er voldoende gfe-bakken komen natuurlijk: iedere inwoner moet een ontdoeningsgelegenheid hebben. Vanuit het landelijke project Afvalscheiding Hoogbouw weten we al best veel over hoe we bewoners kunnen motiveren tot en helpen bij gewenst gfe-scheidingsgedrag. Ook de voedselrestenvermaler (met terugwinning van het gfe) kan een deel van de oplossing zijn. Verder zouden we de (wettelijke) verplichting voor de inwoners sterker kunnen vastleggen, communiceren en handhaven. Daarnaast zouden slimme sensoren kunnen helpen om bijvoorbeeld gfe (vocht) te detecteren in door de inwoner aangeboden restafval, waardoor er feedback of zelfs weigering kan plaatsvinden.

ANDERE VOORDELEN

Het geschetste nat/droog systeem sluit aan op hoe afvalscheiding ooit is begonnen: met het gft. Groot verschil met destijds is natuurlijk dat de nascheidingstechnologie nog niet/nauwelijks ontwikkeld was. Gemeentelijke investeringen beperken zich tot voorzieningen voor gfe-inzameling, iets dat sowieso verplicht gaat worden vanuit de regelgeving. Het systeem is verder mooi door te trekken naar stedelijk bedrijfsafval en ook het relatief droge afval uit de openbare ruimte, een stroom die nu nog veelal direct naar de verbranding gaat. Bestaande voorzieningen voor bijvoorbeeld glas, papier en textiel kunnen intact blijven of omgekat worden tot gfe- en droge grondstoffenmix containers. Verder lijkt het nat/droog systeem een uitkomst te bieden om de producentenverantwoordelijkheid sterker tot haar recht te laten komen: “Producent, hier heeft u de grondstoffenmix, neem uw verantwoordelijkheid”. Met wellicht een einde aan de afkeur-ellende. Ten slotte biedt een droge fractie meer en betere mogelijkheden voor reuk- en lekvrije opslag en transport, zowel binnenshuis als buitenshuis, omdat de ‘derrie’ er niet meer in zit.

UITDAGINGEN

Zoals gezegd is de grote uitdaging om het gfe verregaand en goed te laten scheiden. Om zeker te zijn van een schone grondstof voor vergisting/compostering, zal er daarnaast een goede opschoning nodig zijn voorafgaande aan verwerking. Dat vergt investeringen. Dat geldt wellicht ook voor de nascheidingscapaciteit. Daarnaast is de communicatie naar inwoners een uitdaging, want hoewel het systeem simpeler is, wil je de bestaande goede scheiders niet frustreren. Daar hoort een verhaal bij. Toverwoorden zijn daarbij wellicht groter gemak en meer grondstoffen door voortschrijdende technologie.

PROOF OF THE PUDDING

Graag gaan we verder met u in discussie over het nat-droog systeem, bijvoorbeeld via kanalen als Linked-In en Twitter. Uw reactie is ook welkom per mail naar addie.weenk@rws.nl. Uiteraard hopen we dat dat gaat leiden tot een aangescherpt en kansrijk concept dat we daadwerkelijk kunnen beproeven. We zien uit naar alle reacties en suggesties! Nat-Droog opstelling in Amsterdam-Zuid.

This article is from: