2022 / 2023 ODEMAGAZINE P6 - City Campus Booking.com P10 - Ben van Berkel, UNStudio P22 - Het NACO-huisje P26 - De onderwaterwereld van het Oosterdok P40 - Expeditie Oosterdok P44 - Woonbootbewoners aan het woord Oosterdokseiland: Small island, great place
2
Small island, great place
ODE (OosterDoksEiland) is een van de mooiste plekken van Amsterdam, gelegen tussen de historische binnenstad en het IJ. De City Campus en Ode Apartments, een ontwikkeling van BPD | Bouwfonds Gebiedsontwikkeling, vormen het sluitstuk van de (vernieuwde) Zuidelijke IJ-oevers van Amsterdam.
Het adembenemende uitzicht over de historische binnenstad en het IJ, de moderne architectuur, de rijke mix van grootstedelijke functies en een uitstekende bereikbaarheid en parkeervoorzieningen vormen een unieke setting. Lees meer over dit project en de inspirerende omgeving in de 4e editie van het ODE Magazine.
3
oosterdokseiland.nl City Campus Booking.com.........................................6 Ben van Berkel, UNStudio.........................................10 Wij zetten in op duurzaamheid..............................12 Apotheose Oosterdokseiland, BPD.....................14 Oosterdoksdraaibrug............................................18 Iets terugdoen voor de stad.....................................20 Het NACO-huisje............................................................22 De onderwaterwereld van het Oosterdok........26 ODE aan de buren: Arcam & Tel.............................30 Pension Homeland........................................................34 Brandweerkazerne Oud-Nico................................36 Groen aan de De Ruijterkade...................................39 Expeditie Oosterdok...................................................40 Woonbootbewoners aan het woord...................44 De aannemer van de City Campus vertelt........48 Moderne gevelbouw in beeld..................................50 De afbouw van de appartementen........................52 Sneak-preview&colofon............................................54 4
Hét sluitstuk van ODE
Of wij Booking.com konden helpen aan nieuwe huisvesting. Met die vraag meldde de gemeente Amsterdam zich medio 2015 bij ons. Het bleek te gaan om een gebouw – of beter ‘urban campus’ - van circa 100.000 m2 bvo. Een flinke ambitie. Maar de timing van dit vrij ongebruikelijke verzoek had eigenlijk niet beter gekund. Bij BPD | Bouwfonds Gebiedsontwikkeling waren we op dat moment namelijk net op zoek naar de meest optimale invulling van de laatste 2 kavels op het ODE project, dat door de kredietcrisis al enige tijd stil lag. En nu, 7 jaar later, staat er een bijzonder gebouw, waar we enorm trots op zijn.
Een resultaat waar we trots op zijn. Niet in het minst vanwege het bijzondere proces dat eraan vooraf ging. Toen we met Booking. com aan tafel gingen, lag er namelijk nog geen ontwerp én geen uitgewerkt programma van eisen. Bovendien was er een compleet nieuw bestemmingsplan nodig én wilde Booking.com het gebouw inclusief inrichting in binnen enkele jaren gereed hebben.
Om geen tijd te verliezen, werden processen vanaf het begin af aan dan ook parallel geschakeld, in plaats van chronologisch. Dus: een gecoördineerde omgevingsvergunningsaanvraag en tegelijkertijd een bestemmingsplanwijziging.
soorten vloerafwerking. Maar ook het ontwerpen van een compleet nieuw maaiveld, inclusief het aansturen van alle nutsbedrijven, en het ontwikkelen van een nieuw type boombunker voor optimale groeikansen voor de bomen.
Een van de succesvolste bedrijven in de Amsterdamse regio - én een van de belangrijkste Europese techbedrijven - zocht nieuwe huisvesting. Na een uitgebreide ronde door de stad, samen met de gemeente, heeft Booking.com het oog laten vallen op het Oosterdokseiland. BPD wilde op de locatie het accent meer op woningbouw leggen. En dát bleek prima samen te gaan met de ambities van Booking.com. Nu staat er een complete ‘City Campus’ met: 63.500 m2 kantoor plus inrichting, 41 appartementen, 1.500 m2 aan commerciële voorzieningen, 300 parkeerplaatsen, 2.500 fietsparkeerplaatsen en een nieuw maaiveld met 2 pleinen en 20 bomen.
Van een leeg vel papier kwamen we in 9 maanden tijd tot een door de klant goedgekeurd Definitief Ontwerp en een ontvankelijke bouwaanvraag, samen met een ontwerp bestemmingsplan. Inclusief omgevingscommunicatie en participatie.
We kunnen wel stellen dat we in de afgelopen jaren voor een recordhoeveelheid aan uitdagingen stonden. Zoals het inbouwpakket van Booking.com; naast 3 volledig ingerichte restaurants (waarvan de grootste met maar liefst 850 zitplaatsen), maakten we 24 ‘breakout-rooms’ en stoffeerden we het gebouw met 290 verschillende
En nu hebben we een nieuw stuk stad gemaakt. Een fraaie finale van het Zuidelijke IJ-oever project, met sociale- en middeldure huurwoningen, culturele en commerciële voorzieningen, een hotel en een school. Een complete gebiedsontwikkeling met alles er op en er aan, waar we met hart en ziel aan hebben gewerkt met een geweldig team van gedreven professionals. Het resultaat is een gebied en gebouw waar Booking.com, de bewoners, overige gebruikers en de stad Amsterdam trots op kunnen zijn en waar mensen van binnen en buiten de stad graag (terug)komen. Dat is waarvoor we het doen, vanuit onze maatschappelijke overtuiging dat iedereen recht heeft op een fijn thuis en een gezonde werkplek in een prettige leefomgeving. En dat blijven we als BPD doen, zodat fijn wonen en werken ook voor de komende generaties mogelijk blijft.
Algemeen Directeur BPD | Bouwfonds Gebiedsontwikkeling
5
6
‘We willen dat het voelt als thuiskomen’
Nee, Angeline Zijlstra, manager Workplace Services van Booking.com, kan niet wachten tot ze straks de sleutel van de City Campus in handen krijgt. “Ons team staat te popelen, we gaan er iets moois van maken.” Zover is het nog niet, maar het team werkt hard aan alle voorbereidingen. Die zijn er vooral op gericht dat de werknemers van Booking. com zich straks thuis voelen in het nieuwe hoofdkantoor. “Als je straks het gebouw betreedt, willen we niet alleen dat je op je werk komt, we willen dat je het gevoel hebt dat je thuiskomt.”
Dat gevoel van thuiskomen, wordt op tal van manieren opgeroepen. Bijvoorbeeld met het uitgebreide foodconcept in de drie restaurants. “We houden volop rekening met alle culturele achtergronden van onze medewerkers. Zij brengen allemaal hun eigen eetgewoonten mee. Dus je kunt bij ons vegan eten, halal, curries, veel verse groenten. We werken vooral met seizoensgebonden producten en tachtig procent van de maaltijden is vegetarisch. Het is gezonde voeding, dus weinig suiker en vet en de frituur is verboden. Je zult geen kroketten vinden in onze restaurants.”
Thuis voelen, wellbeing, de vrijheid voelen om jezelf te kunnen zijn, het is de rode draad in alle voorzieningen die je straks op de City Campus kunt terugvinden. Zo komt er een mooi ingerichte gebedsruimte en een nursery voor vrouwen die borstvoeding geven. “Dat is niet ergens een bankje in een hoekje, maar een sfeervolle kamer met koelkast, een kleine keuken en een mooie stoel met prettig licht. Verder komen er game area’s
waar je kunt gamen of tafeltennissen. En je kunt ontspannen in de theebar, met een kruidenwand waar we zelf onze theekruiden zoals munt verbouwen.”
Friends & Family Day
De werknemers van Booking.com komen overal vandaan, velen hebben land en familie achtergelaten om in een ander deel van de wereld te gaan werken. “Die culturele diversiteit is hét kenmerk van ons bedrijf. Als ik rondloop op kantoor hoor ik alle talen van de wereld. Maar het is ook diversiteit in sekse en gender. Iedereen kan bij ons zichzelf zijn.”
Wat in alle verscheidenheid verbindt, is het Booking family gevoel. “We hebben tal van Facebookgroepen waar je je – ook als nieuwe medewerker - bij kunt aansluiten. Zoals een Facebook-expatgroep waar mensen met hun vragen terecht kunnen en werknemers elkaar helpen. Tijdens corona hielpen de Facebookgroepen om het familiegevoel te behouden bij de medewerkers, ondanks het feit dat vrijwel iedereen thuis zat.”
Vóór corona was de Friends & Family Day van Booking.com heel populair, herinnert Zijlstra zich. “Medewerkers konden hun vrienden en familie een dagje meenemen naar kantoor. We organiseerden workshops en een gezellige borrel en werknemers konden elkaars gezinnen beter leren kennen. Ik hoop dat we dat opnieuw kunnen organiseren in de City Campus. Net als onze maandelijkse borrels, de Freaky Fridays. Die droegen ook bij aan het familiegevoel.” >>
7
Dat werknemers zich thuis voelen, dat ze zichzelf kunnen zijn, ook al zijn ze soms ver van huis en familie, alles in de inrichting van de City Campus van Booking.com is daarop gericht.
Hoge duurzaamheidseisen
Voldoende daglicht, gezonde lucht, een aangename temperatuur, voor het welzijn van de medewerkers is het cruciaal dat dat straks optimaal is geregeld, vertelt Rouven Nieuwenburg, installatieadviseur van Royal HaskoningDHV, die Booking. com adviseert bij de inrichting van de Campus. “We werken aan een gezond en duurzaam gebouw. Dat betekent dat we dagelijks veel gezonde en geconditioneerde buitenlucht de Campus inbrengen om de CO2productie van de medewerkers zo laag mogelijk te houden. De temperatuur, niet te warm, niet te koud, wordt geregeld door straling vanuit de open klimaatplafonds. Dit levert veel comfort.”
Licht, lucht en temperatuur, de individuele medewerker kan dat regelen zoals hij zelf wil, bijvoorbeeld voordat hij ’s ochtends afreist naar kantoor. “Je doet dat via je mobiele telefoon. Die is via een app verbonden met Smart Building sensoren die het klimaat op maat voor je instellen.”
Ja de centrale werkruimtes van de City Campus zijn ruim, hoog en imponerend, toch wil je niet dat je het gesprek van je collega’s drie tafels verderop woordelijk kunt verstaan, vult Jeroen Samsom aan, projectmanager City Campus vanuit Royal HaskoningDHV. “We besteden daarom veel aandacht aan een goede akoestiek. Bijvoorbeeld door akoestische wanden te plaatsen die geluid absorberen.”
Voldoende daglicht, een goede akoestiek, energiezuinige verwarmingsen koelinstallaties, maar ook: werknemers stimuleren om de trap te nemen of met de fiets of openbaar vervoer naar kantoor te komen. Het zijn allemaal hoge duurzaamheidseisen die Booking.com stelt aan de City Campus, legt Samsom uit. “Die dragen bij aan gezondheid en welzijn van de medewerkers.”
Een waterval van groen
Dat geldt ook voor het vele groen dat straks in de City Campus is te bewonderen. De werknemer die de City Campus betreedt wordt met een waterval aan groen omhoog geleid naar de eerste verdieping, vertelt Tessa Duste, cofounder van Moss, dat het groenontwerp voor Booking.com heeft verzorgd. Zoveel groen in de campus is een wens van de medewerkers zelf. “Uit onderzoek van Booking.com blijkt dat zij zich gelukkiger voelen met veel groen om zich heen. Dat sluit aan bij veel ander onderzoek. Ook dat laat zien dat groen in kantooromgevingen leidt tot meer welzijn, creativiteit en productiviteit.”
Het groen in de City Campus verbindt straks alle afdelingen met elkaar, van de zee aan planten bij de entree tot hoge bomen in het atrium en groene nisjes waar werknemers zich kunnen terugtrekken voor overleg. “En we hopen dat er green walks komen waarbij je alleen of met een collega een wandeling kan maken langs al het groen. En dat je dan soms blij verrast wordt door een bloem die je nog niet eerder had gezien. Die verwondering, ook dát draagt bij aan het welzijn van de medewerkers.”
8
‘Groen in kantooromgevingen leidt tot meer welzijn, creativiteit en productiviteit’.
9
Het ontwerp van dit bijzondere pand op het Amsterdamse Oosterdokseiland is direct afgestemd op het drukke en centrale deel van de stad waar het zich bevindt. De architectuur combineert robuuste elementen, geïnspireerd op het industriële havenverleden van de stad, met een elegante glazen façade die de glinstering van het water en de lucht reflecteert, en hierdoor een gevoel van rust creëert. Eenmaal binnen biedt het weidse uitzicht over Amsterdam en ‘t IJ een bijna cineastische beleving. Het hele ontwerpproces zelf was voor ons ook een unieke ervaring. Booking. com wilde graag dat hun hoofdkantoor een reflectie zou worden van hun vooraanstaande positie in de tech-wereld en beschouwde het pand dan ook als een belangrijk middel bij het aantrekken
‘Het hele ontwerpproces was voor ons een unieke ervaring’
BEN VAN BERKEL, ARCHITECT/FOUNDER UNSTUDIO
Het is altijd een trots moment wanneer één van onze gebouwen in gebruik wordt genomen en alle ideeën uit de ontwerpfase werkelijkheid worden. Het hoofdkantoor van Booking.com is hier geen uitzondering op en is voor ons extra bijzonder, omdat het zich in onze eigen stad bevindt en we het ontwikkelingsproces de afgelopen jaren op de voet hebben kunnen volgen.
10
van jong toptalent uit de industrie. Dit doel diende als ons uitgangspunt tijdens de researchfase, waarin we samen met een team van Booking. com internationale panden van andere tech-bedrijven hebben bezocht, waaronder een Google Campus. Echter, geen van de gebouwen was voor Booking.com echt interessant genoeg om als inspiratie te dienen. Voor ons betekende dit dat we veel tijd moesten investeren om een compleet nieuw, out-of-the-box en uniek concept neer te zetten.
In plaats van een standard kantoorpand met twintig verdiepingen, waarin je binnenkomt in een indrukwekkende lobby en vervolgens direct naar de liften wordt
geleid, hebben we gekozen voor het gevoel van een hypermoderne universiteitscampus. De focus lag hierbij op het bedienen van de behoeftes en het gedrag van de Booking.com medewerkers, van het moment dat ze binnenlopen tot het einde van hun werkdag en alle activiteiten daar tussenin.
Het resultaat is een ontwerp dat nog het meest doet denken aan een wandeling door een groot park, met verschillende routes en aandachtsgebieden. Het doel was om een plek te creëren waar werknemers vrij rond konden lopen en elkaar konden ontmoeten, dus het gebouw moest deze uitwisseling van ideeën en inspiratiemomenten faciliteren.
De connectie tussen de verschillende verdiepingen van het gebouw moest zo open en makkelijk mogelijk worden gemaakt, met voldoende ventilatie en daglicht, zodat mensen gestimuleerd zouden worden om te bewegen.
Duurzaamheid en een duidelijke link met de stad en de bewoners waren ook essentiële focusgebieden.
We hebben eerder gebouwen ontworpen op basis van deze uitgangspunten, maar Booking.com gaf ons de perfecte kans om deze te finetunen en op grote en uitdagende schaal uit te voeren. Het feit dat dit is gelukt, maakt ons enorm trots.
11
‘We zetten in op duurzaamheid’
“Reizen kan een positieve kracht zijn voor de wereld. Het brengt meer cultureel begrip, sociaal-economische kansen voor gemeenschappen, en aandacht voor natuurlijke hulpbronnen en ons milieu.” Danielle D’Silva is ervan overtuigd, mensen leren van de reizen die ze maken. Het geeft ze een breder perspectief op de wereld om hen heen. “We moeten echter ook erkennen dat reizen onbedoelde gevolgen kan hebben voor mens en planeet.”
Vandaar dat Booking.com scherp inzet op duurzaam reizen. “Onze missie is om het voor iedereen makkelijker te maken om de wereld te ervaren, en het voor onze reizigers dan ook makkelijker te maken om dit op een duurzamere manier te doen.” Onderzoek van Booking.com toont aan dat 71% van de
reizigers zegt de komende 12 maanden duurzamer te willen reizen, een stijging van 10% ten opzichte van vorig jaar. Een van de manieren waarop Booking.com het makkelijker maakt voor reizigers om duurzamer te reizen, is met hun Duurzaam Reizen-badge. Deze badge erkent accommodaties voor hun duurzaamheidsinspanningen op vijf belangrijke impactgebieden.
“We willen onze accommodatiepartners aanmoedigen om vooruitgang te boeken op hun eigen duurzaamheidsreis, dus het is ontzettend belangrijk dat we het goede voorbeeld geven.”, legt D’Silva uit. “We kunnen onze partners niet vragen om hun ecologische voetafdruk te overwegen, zoals het verminderen van afval of het volledig draaien op
hernieuwbare energie, als we deze dingen niet zelf doen.”
Toekomstbestendig Dat goede voorbeeld, dat geeft Booking. com bij het ontwerp van het gebouw. “De Campus weerspiegelt onze waarden en verplichtingen als bedrijf. Het gebouw zelf is BREEAM Excellent en heeft geweldige eigenschappen vanuit een duurzaamheidsperspectief waardoor het een zeer efficiënt gebouw wordt. Nog belangrijker is ons doel om duurzamer gedrag te stimuleren van de mensen die er gaan werken. Zo hebben we nagedacht over hoe we ons afval het beste kunnen verminderen door zowel het voedselaanbod als de verpakking. Daarnaast hebben we het aandeel plantaardig voedsel dat we willen serveren verhoogd,
waardoor de
De nieuwe Booking.com Campus wordt één van de meest duurzame gebouwen van Amsterdam. Dat past binnen de duurzaamheidsfilosofie van ons bedrijf, stelt Danielle D’Silva, directeur Duurzaamheid van Booking.com. “De elementen van dit gebouw en de manier waarop het is ontworpen om duurzamer gedrag van werknemers aan te moedigen, is een van de belangrijkste drijfveren om onze doelen op het gebied van duurzaamheid te bereiken.”
12
Pauline Kern, Senior Project Manager vastgoedbedrijf CBRE B.V.
“CBRE is al vanaf 2017 betrokken bij de ontwikkeling van de Campus. CBRE helpt Booking.com bij het ontwerp en de advisering van haar fit-out, ofwel het interieur van de Campus. We verzorgen het volledige project-, proces-, inkoop- en cost management in opdracht van Booking.com. Bovendien heeft het designteam van CBRE delen van het gebouw mogen ontwerpen. Wij managen de planning, het kostenbeheer, de inkoop, het proces en de uitvoering van alle 18 fit-out inkooppakketten. Daarnaast zijn we natuurlijk betrokken bij de onderlinge afstemming tussen alle partijen, inclusief BPD | Bouwfonds Gebiedsontwikkeling. Royal Haskoning DHV, dat sinds 2016 betrokken is bij het project, support ons en Booking.com met kennis en kunde over het Casco+-gebouw en de technische eisen die daarmee samenhangen. Zo managen we voor Booking.com de complete scope.”
“Het is een uniek project en het is elke dag anders. Ons team leert elke dag nieuwe dingen, we groeien als het ware mee met het gebouw. Zelf ben ik medio 2017 begonnen op dit project met een inventarisatie van de facilitaire processen. Vervolgens is mijn rol uitgebreid naar de aansturing van de interieurarchitecten en het procesmanagement van de verschillende designs in de Campus. In 2019 zijn we begonnen om de ontwerpen om te zetten naar 18 inkooppakketten, die we in samenwerking met BPD in de markt hebben gezet. Momenteel bereiden we ons voor op de daadwerkelijke inrichting van de fit-outs. Zo hebben we elk half jaar een andere focus met ons team.”
Booking Campus team
“We staan er te weinig bij stil hoe bijzonder het is dat we de Campus met elkaar bouwen. Maar het is prachtig wat we met elkaar doen, en geeft ontzettend veel energie. Daarnaast geniet ik van de passie waarmee iedereen in ons team hieraan werkt.”
“Een goede onderlinge samenwerking is hierbij van groot belang. Deze hebben we opgebouwd met Booking. com, Royal Haskoning en CBRE. Alle drie zijn we verschillende organisaties, met een verschillend DNA, maar we noemen ons het Booking Campus team. We zijn één team, zo voelen we dat. Het is belangrijk om in samenwerkingen te blijven investeren. Zo hebben we hard gewerkt aan een goede samenwerking met alle architecten. Vrijwel alle inkooptrajecten zijn nu afgerond, en soms moeten we terug naar de architecten omdat hun producten niet meer leverbaar of uit de collectie zijn. Samen kijken we dan naar een passend alternatief. Doordat de samenwerking goed is, komen we daar altijd goed uit.”
maaltijdopties met een hogere impact tot een minimum worden beperkt.”
De Campus wordt bovendien een kantoor met veel groen. “Meer planten, en zelfs bomen, in het gebouw past in onze duurzaamheidsfilosofie. Planten hebben een positieve invloed op de luchtzuivering en het zuurstofgehalte in het gebouw, en daarnaast bevordert groen het welzijn van de werknemers. Zij voelen zich prettiger in een groene werkomgeving.”
De duurzaamheid van de Campus blijkt ook uit de flexibele inrichting van het gebouw. “We willen een toekomstbestendig gebouw. Het moet niet alleen voldoen aan de huidige normen, maar ook aan die van de toekomst. We willen de indeling van het
gebouw niet elk jaar aanpassen, omdat het niet meer past bij de behoeften van onze mensen. We richten het gebouw daarom zo in dat we het eenvoudig kunnen aanpassen aan veranderende wensen en behoeften, wat super belangrijk is omdat de rol van de werkplek zich blijft ontwikkelen.”
Aanmoedigen en inspireren
Dat de Campus in hartje Amsterdam is gevestigd, helpt het bedrijf ook om duurzaam woon-werkgedrag te blijven stimuleren. “We willen dat onze medewerkers met de fiets of het openbaar vervoer naar hun werk gaan, wat nu ook al het geval is. Met de Campus wordt dat alleen nog maar makkelijker, we zitten namelijk op steenworpafstand van het Centraal Station. Sterker nog, de Campus biedt
een fietsenstalling met meer dan tweeduizend plekken, met zeer beperkte parkeergelegenheid voor auto’s.”
“Meer bewust zijn van onze impact op de planeet en ervoor zorgen dat de Campus de verplichtingen van ons bedrijf op dit gebied weerspiegelt, is iets waar onze mensen bij Booking.com gepassioneerd over zijn”, benadrukt D’Silva. “Als ze tijd doorbrengen in onze gebouwen, willen we er een inspirerende ervaring van maken, met duurzaamheid als kern. Het doel is om het voor hen gemakkelijker te maken om de meer verantwoorde gewoonten bij te houden die al deel uitmaken van hun routine thuis en misschien zelfs om nieuwe aan te leren.”
13
De City Campus vormt de apotheose van de ontwikkeling van het Oosterdokseiland.
Dat betekent de voltooiing van een bijzondere gebiedsontwikkeling met een stedelijk programma, vertelt Jeroen Galle, namens BPD opdrachtgever voor de City Campus van Booking.com.
Wat hij het mooiste aan de City Campus vindt? “Dat je op elke verdieping waar je bent contact houdt met de stad. Je ruikt de stad, je hoort de stad, je hoort de mensen buiten op de kade. Dat is fantastisch. Mijn maat voor stedelijkheid is dat iemand bij je aanbelt en je van driehoog de sleutels naar beneden gooit, zodat hijzelf de deur kan openmaken. Dat kan in de Amsterdamse volksbuurten, dat kan ook straks met dit gebouw.”
Dat komt doordat de City Campus ‘slechts’ 47 meter hoog is. “Bij een woontoren met 23 verdiepingen kan dat niet meer, dan ben je los van de stad. Hier wel. We hebben ook exact de maat en hoogte van het oude Post-CS gebouw aangehouden, het is geen centimeter hoger. Het is een enorm gebouw, maar met een menselijke maat.
Waar naast gewerkt ook gewoond wordt, waar iedereen een kopje koffie kan drinken en een hapje kan eten, of gewoon op de trap kan zitten om van de stad te genieten.”
De City Campus van Booking. com vormt het sluitstuk van het Oosterdokseiland. Een gebouw met straks circa vijfduizend medewerkers, van over de hele wereld. De oplevering van dit gebouw betekent de voltooiing van een volledige gebiedsontwikkeling, bestaande uit meerdere multifunctionele gebouwen met een bijzonder stedelijk programma, stelt Galle. Met alle functies die daarbij horen, zoals woningen, winkels, kantoren, horeca en grootstedelijke voorzieningen zoals de Openbare Bibliotheek en het conservatorium.
14
“Het stedelijk programma voor het Oosterdokseiland was een eiland maken waar mensen elkaar kunnen ontmoeten, waar gebouwen en openbare ruimte op elkaar reageren, en waar je ook kunt zijn zonder dat je ergens naar binnen hoeft. En dat alles op een prachtige plek met het meest fantastische panorama op de oude stad. Ik ken weinig wandelboulevards als het rondje Oosterdok, waar je zo’n mooi uitzicht hebt op de historische binnenstad en je het water van zo nabij kunt beleven. We hebben een nieuw stuk stad gemaakt.”
Onderdeel van de stad De ontstaansgeschiedenis van de City Campus is bijzonder, blikt Galle terug. “We kwamen net uit een financiële crisis, er lag al enkele jaren een bouwput en toen klopte Booking.com aan. Ze zochten een levendige stadscampus, een inspirerende werkplaats waar hun medewerkers elkaar konden ontmoeten, én Booking.com wilde met haar
‘Iedereen vindt het eiland leuk, de Amsterdammers hebben het vrijwel meteen omarmd’
campus onderdeel zijn van de stad. Het mocht geen gebouw worden met een hek eromheen. Dat hek komt er ook niet. Medewerkers kunnen straks gebruik maken van de voorzieningen in de campus, maar ook van die in de buurt. De stad ligt aan je voeten.”
Contact met de stad, dat is óók wat de medewerkers willen. “Het is geen toeval dat veel grote Nederlandse techbedrijven (o.a. Tom Tom en Booking.com) allemaal op het Oosterdokseiland zitten. Dat komt doordat het IT-talent van deze wereld zegt: ik ga niet in driedelig
pak naar de Zuidas, ik ga op mijn fiets naar kantoor, lekker in hartje Amsterdam. Bedrijven volgen daarin de wensen van hun werknemers.” Daar komt bij dat Booking.com weliswaar een internationaal bedrijf is, maar haar roots liggen in Amsterdam. “Booking wil daarom dat haar medewerkers, die overal vandaan komen, zich in dit gebouw herkennen en het als hun eigen thuis beschouwen. Die filosofie past wonderlijk goed bij onze eigen filosofie over het Oosterdokseiland. Het is prachtig dat dat zo is samengekomen.” >>
15
Maatwerk
De bouwers, van aannemer tot constructeur, en van installateur tot gevelbouwer, hebben zich vanaf het begin to het uiterste ingespannen om de technische uitdagingen die het gebouw oproept te kunnen managen. De City Campus is een complex gebouw, weet Galle. “Dat komt deels door de constructieve opzet waarvoor gekozen is. Het gebouw staat grotendeels op de grond, maar hangt er deels ook boven. Vooral de uitkraging en de krachten die je moet opvangen om deze te kunnen bouwen, maken het gebouw technisch ingewikkeld. Maar ook de hoeveelheid geveloppervlak maximaliseren om zoveel mogelijk daglicht te laten instromen is niet eenvoudig. En het gebouw telt talloze hoogstandjes. Er zitten twee grote atria in, een state of the art en ‘smart’ technische installatie, woningen met een 180 graden uitzicht over de stad, een ondergronds programma met techniek, een enorme fietsenstalling en parkeerplaatsen, en een compleet ingericht en afgebouwd kantoor voor Booking. com inclusief een prachtige daktuin.”
De vele partijen die op de bouwplaats aan het werk zijnde aannemers en nevenaannemers, de constructeurs, de installateurs- maken de bouw van de City Campus eveneens complex. “Zij zijn regelmatig met elkaar in overleg over hoe ze bepaalde problemen het beste kunnen oplossen. Soms vraagt de aannemer dan: heeft de architect deze tekening wel voldoende uitgewerkt, terwijl de architect zegt: nee, dat is het werk van de constructeur of aannemer.”
Oplossingen zoeken
Dat soort gesprekken zijn er bij elk bouwproject, vervolgt Galle. “Het is mijn rol als opdrachtgever om partijen bij elkaar te krijgen, en om te onderzoeken wat het beste compromis is in geval van een meningsverschil. Kijk, ieder heeft zijn rol, de architect ontwerpt prachtige architectuur, de bouwers vertalen dat ontwerp in een spraakmakend én maakbaar gebouw. Je maakt daarbij gebruik van elkaars expertise. Een gebouw zoals dit kun je niet in je eentje bouwen, je moet het samen doen. Daarbij is het belangrijk dat je rekening houdt met elkaars belangen, en soms kost dat tijd. Als sportfietser weet ik dat je - naast aanleg en plezier - geduld en uithoudingsvermogen nodig hebt om de eindstreep te halen. Dat geldt ook voor de City Campus.”
Hoeveel de City Campus ook van alle betrokken partijen vraagt, uiteindelijk is iedereen trots dat ze er een bijdrage aan mogen leveren, weet Galle. “Daar ben ik uiteraard blij om. Dat is de rode draad van het hele Oosterdokseiland. De bouw ervan is niet vanzelf gegaan, maar mensen zijn positief over het eindresultaat. Iedereen vindt het eiland leuk, de Amsterdammers hebben het vrijwel meteen omarmd. Dat gaat ook met de City Campus gebeuren, dat weet ik zeker.”
16
is een enorm gebouw, maar met een menselijke maat’
17
‘Het
Oosterdoksdraaibrug
Begin juni 2022 was het zover. Na ruim twee jaar wachten ging de Oosterdoksdraaibrug weer open voor fietsers en voetgangers. Het was een complexe operatie, maar het resultaat mag er zijn, meent Dylan Rensen, projectmanager bijBPD .
18
Het kán weer, een rondje Oosterdok via de Oosterdoksdraaibrug. De brug is weer geopend voor fietsers en voetgangers en dát is te merken. Op een mooie avond slenteren wandelaars, toeristen en Amsterdammers, in groepjes over de brug, zo nu en dan halthoudend om te genieten van het uitzicht op het water van het Oosterdok. De brug die er nu ligt is in 2005 in gebruik genomen, maar al aan het eind van de 19e eeuw verbond een draaibrug het Oosterdokseiland met de Dijksgracht, vertelt het informatiebord van de gemeente Amsterdam, halverwege de brug. “Zo’n draaibrug opent niet verticaal om boten erdoor te laten, zoals een ophaalbrug, maar draait negentig graden over een zogeheten draaiblok.”
De nieuwe aanlanding van de brug, noodzakelijk vanwege de herinrichting van het Oosterdokseiland, was een pittige klus, vertelt Rensen. Zo moest het betonnen bruggenhoofd verankerd worden in het dek van de nieuwe parkeergarage. “We moesten zorgen voor voldoende stabiliteit. Tegelijkertijd mocht de verankering niet te star worden afgesteld. Het bruggenhoofd
moet enigszins vrij kunnen bewegen, om goed te kunnen reageren op veranderende weersomstandigheden.”
Huzarenstukje
Wat de operatie verder technisch uitdagend maakte, is dat de brug gekoppeld is aan zowel de ernaast gelegen spoorbrug alsook de binnenring waar tram en autoverkeer overheen gaan. “Dat zijn drie naast elkaar gelegen bruggen. Zaken als verlichting en scheepvaartbeveiliging moeten daarbij goed op elkaar zijn afgestemd. Daar komt bij dat de IJtunnel hier onder het water doorloopt. Alles komt dus bij elkaar. Om dat allemaal goed op elkaar te laten aansluiten, dat is civieltechnisch een huzarenstukje. Maar het is gelukt.”
Ook het maaiveld op het Oosterdokseiland moest gereed zijn voordat de brug open kon. “We hebben eerst kabels en leidingen voor riolering en hemelwaterafvoer aangelegd. Daarna zijn alle containers en bouwketen verplaatst naar het middenterrein, zodat de kade open kon voor fietsers en wandelaars richting Oosterdoksdraaibrug. Dat betekende dat
we het bouwterrein moesten verkleinen. Vervolgens hebben we de kademuren afgewerkt met basaltblokken en natuursteen en konden we de bestrating doen.”
Nieuwe hellingbaan Wat nog op het programma staat is de aanleg van een nieuwe hellingbaan voor fietsers en wandelaars naar de Oosterdoksdraaibrug. “Er ligt nu een tijdelijke hellingbaan, maar er is door de gemeente Amsterdam een ontwerp gemaakt voor een definitieve hellingbaan van 30 – 35 meter lang, in combinatie met een trap. Fietsers, wandelaars en minder validen kunnen daarmee op een prettige geleidelijke manier de brug over. Ze hoeven geen steile klim te doen.”
Herinrichting van het maaiveld, een nieuwe hellingbaan, Oosterdoksdraaibrug, het is een complexe operatie op de oppervlakte van een postzegel, en ook nog eens in hartje binnenstad. Rensen: “Het resultaat mag er zijn. Dijksgracht en Oosterdokseiland zijn eindelijk weer verbonden met elkaar.’
19
‘We willen iets terugdoen voor de stad’
Impressie 20
Vanaf de eerste verdieping is de City Campus voor Booking.com en haar werknemers, maar de plint op de begane grond, ook eigendom van Booking.com, dat wordt een publieke voorziening voor de gehele stad. “Dit is zo’n mooie plek, die willen we niet voor onszelf houden.”
1500 vierkante meter, dat is de totale plintoppervlakte van de City Campus van Booking.com. Ja dat is veel, stelt Marnix Mali, Director Real Estate en Workspace Services van Booking.com. ‘En het is niet alleen veel, het is ook een spectaculaire open ruimte. De plint onder het appartementengebouw naast Booking.com is bijvoorbeeld een glazen doos van zes meter hoog. Heel transparant en ruimtelijk, een feest om in rond te lopen.’
Hoewel de plint eigendom is van Booking.com, is in het bestemmingsplan vastgelegd dat de ruimte op de begane grond bestemd is voor horeca, leisure (vrije tijd) en winkels. ‘Het wordt een publieke voorziening. Dat is een wens van de gemeente en wij zijn het daar van harte mee eens. Dit is zo’n mooie plek, we delen die graag met de rest van de stad.’
De gesprekken over wát er precies in de plint gaat komen zijn nog in volle gang. ‘Het is nog te vroeg om daarover te kunnen vertellen, dat kunnen we later pas bekend maken, maar het zal volstrekt anders zijn dan de horeca en winkelvoorzieningen op de rest van het Oosterdokseiland.
Bovendien – en dat vinden we belangrijker - willen we graag iets terugdoen voor Amsterdam. Booking. com heeft zoveel te danken aan de stad. Amsterdam heeft ons geholpen om te groeien van startup naar internationale speler en onze veelal internationale werknemers voelen zich hier thuis. Dit is dus een mooie gelegenheid om Amsterdam daarvoor te bedanken. Volgens ons kan dat het beste door onze maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen. Bijvoorbeeld door mensen te helpen die op afstand staan van de arbeidsmarkt. We denken erover om in de plint ruimte te maken voor voorzieningen die deze doelgroep helpen.’
Springplank naar het Oosterdok Wat er ook in de plint komt, het wordt in ieder geval een ruimte waar je als bezoeker graag nog eens een tweede keer terugkomt.
‘We willen dat je iets beleeft, iets meemaakt dat je niet zomaar gaat vergeten. En waar je het later met je vrienden of familie nog eens over hebt. Dat past ook bij de locatie. De plint is als het ware een strategische springplank naar het hele Oosterdok.
Over de ene brug ga je naar MediaMatic, Hanneke’s Boom, Het Muziekgebouw aan ‘t IJ en het Marineterrein met het Scheepvaartmuseum, over de andere brug naar Nemo.
Aan de andere kant van ons zit het Conservatorium, de Openbare Bibliotheek, en loop je zo de binnenstad in. Dit is zo’n geweldige plek, die willen we niet voor onszelf houden.’
Impressie
21
22
Kaartjes kopen in het NACO-huisje
Zeventien jaar lag het te wachten in een scheepswerf in Zaandam, maar sinds eind vorig jaar is het NACO-huisje weer terug in Amsterdam, aan de De Ruijterkade achter het CS. Het is goed mogelijk dat het NACO-huisje weer zijn oude bestemming terugkrijgt als rederijkantoor.
23
Het was een spektakel maandagochtend 13 december 2021, midden in de lockdown. Met gelukkig zwakke wind, gehangen aan stalen kabels aan een hoge gele kraan en onder begeleiding van enkele sleepboten, werd het NACOhuisje teruggevaren over Zaan en IJ, naar zijn definitieve ligplek aan de De Ruijterkade achter het Centraal Station.
Die terugtocht heeft iets langer geduurd dan aanvankelijk was gepland, lacht Gijs Hoen, die als projectleider van Stadsherstel de restauratie en de toekomstige bestemming van het NACO-huisje begeleidt. “Sinds 1919, het bouwjaar van het huisje, lag het achter het Centraal Station, op de toenmalige Pier 5, iets ten westen van haar huidige ligplaats. In 2004 moest het weg vanwege de verbouwing van het CS. Het lag toen een aantal jaren opgeslagen in een scheepswerf in Zaandam. Iedereen dacht dat het slechts een paar jaar zou duren voor het zou kunnen terugkeren. Dat is uiteindelijk 17 jaar geworden.”
De nieuwe plaats van het NACO-huisje, al jaren een rijksmonument, is naast de nieuwe pontverbinding naar het IJplein en op steenworpafstand van het homo-monument. “Een prachtige plek, echt een blikvanger, op de fietsroute van oost naar west, en van noord naar centrum.” Hoen vertelt erover terwijl hij aan de De Ruijterkade staat, oog in oog
met het NACO-huisje. Bouwvakkers zijn bezig met de nieuwe betonnen fundering ervan en leggen iets verderop de laatste hand aan de nieuwe pontverbinding naar Noord.
Buffelhoorns
Ja het NACO-huisje, gebouwd door de Amsterdamse architect Guillaume la Croix, is een bijzondere verschijning. Met zowel architectonische invloeden uit de Amsterdamse School als de traditionele bouwkunst uit Nederlands-Indië, de toenmalige Nederlandse kolonie. “Zie je die krullende houten hoekversieringen? Vermoedelijk zijn die geïnspireerd op de hoorns van de waterbuffel, voor sommige volkeren in Nederlands-Indië een symbool van grootheid en kracht. In sommige traditionele houten huizen uit die tijd vind je dat soort hoorns ook terug. Het aantal buffelhoorns verwijst naar de status van de familie. Hoe meer hoorns, hoe hoger de status.”
24
Fotografie: Stadsherstel, Jan Reinier van der Vliet
Het Scheepvaartkantoor van Reederij Koppe, zo heette het NACO-huisje aanvankelijk. Je kocht hier je kaartje voor een vaardienst naar Marken, Stavoren, Hindeloopen, dwars over de Zuiderzee. “We kunnen ons dat nauwelijks nog voorstellen, maar tot in de jaren 50 van de vorige eeuw reisden Amsterdammers veelal per boot. Dagelijks vertrokken er vanaf vijftien steigers in het IJ 39 zogenoemde beurtvaardiensten met passagiers en lading. Die beurtschepen vormden een vitaal onderdeel van het openbaar vervoer. Kaartjes voor een enkele reis kocht je bij de conducteur op de boot, dagretours en couponboekjes konden enkel gekocht worden bij de kantoortjes op de aanlegsteigers. Het NACO-huisje was zo’n kantoortje.”
Boerenboten
Dat veranderde allemaal met de komst van het vervoer per bus, vrachtauto en tram. “Je ziet dan de teruggang in het aantal lijndiensten over water. Men begint de bootdiensten laatdunkend
‘boerenboten’ te noemen. En aan de Ruijterkade wordt het, zeker vanaf de jaren 60, alsmaar stiller en stiller.” De Noordhollandsche Auto Car Onderneming (NACO), naamgever van het huisje, neemt uiteindelijk de laatste lijndiensten over, totdat in 2004 de deuren definitief dichtgaan. Maar dat blijft niet zo, als het aan Stadsherstel ligt. “We hopen dat het zijn oorspronkelijke bestemming als rederijhuisje terug gaat krijgen. We zijn hierover in gesprek met het Scheepvaartmuseum en andere culturele instellingen uit de Plantagebuurt, zoals Artis, de Hermitage en het Joods Kwartier. Dat zijn de beoogde huurders van het NACO-huisje.”
Het zou natuurlijk prachtig zijn als het NACO-huisje als opstapplaats gebruikt kan worden voor passagiers die per boot de culturele instellingen in de Plantagebuurt en het Oosterdok kunnen bezoeken. “We hopen dat dit plan doorgaat, al weten we nog niet of het mogelijk is om boten direct naast het NACO-huisje af te meren. Maar het zou
passen bij de oorspronkelijke functie die het had. Je kunt dan weer als vanouds een kaartje kopen voor een lijndienst, dit keer naar het hartje van Amsterdam. En wie weet combineren reizigers dat met een bezoek aan een expositie. Het Scheepsvaartmuseum heeft interesse om van het NACO-huisje een museumdependance te maken. Met bijvoorbeeld een permanente tentoonstelling over de geschiedenis ervan. Dat is nog niet besloten, we zijn erover in gesprek, maar dat zou een prachtige bestemming zijn.”
Verbinding met het water
Zover is het nog niet. Als de bouwvakkers klaar zijn, kan Stadsherstel met het laatste deel van de restauratie beginnen. “Het hangt nu nog in een stalen stutconstructie, maar als het betonnen fundament klaar is, kan dat worden verwijderd. Het huisje staat dan op zichzelf. Doordat het huisje zo hoog op palen staat, krijg je dan meteen een mooi doorzicht naar het IJ. Dat open karakter verwijst naar de bestemmingen van de lijnboten, denk aan de houten huizen in Marken. Het mooie is dat je daarmee verbinding houdt met het water.”
In 2022 heeft Stadsherstel doorgewerkt aan de verdere restauratie. Mooi dat het NACO-huisje uiteindelijk weer een functie krijgt die recht doet aan het verleden. Hier komt een culturele veerdienst (een eco-neutrale rondvaartverbinding) die bezoekers aan de stad naar culturele locaties brengt.
Met dank een Stadsherstel, www.stadsherstel.nl/naco-huisje
Fotografie:
Stadsherstel, Jan Reinier van der Vliet
25
DE
ONDERWATERWERELD
VAN HET OOSTERDOK
Wat wil de paling?
Ja hij heeft een paling ontmoet, al bij zijn eerste duik in de Sloterplas was het raak. “Het was een nachtduik, je ziet helemaal niks, alleen bij het schijnsel van de lampen, maar daar lag hij, op de bodem van de plas. Alsof hij op ons lag te wachten.”
Landschapsarchitect Thijs de Zeeuw vertelt, terwijl hij bij de kade achter Arcam – het Amsterdamse architectuurcentrum – zijn sonorbal uitwerpt naar één van de zes stalen kooien die hij najaar 2021 in het water van Oosterdokbassin heeft laten afzinken. “Met die kooien hopen we het onderwaterleven te lokken. In de kooien ontstaat plantengroei en dat trekt natuurlijk dieren aan, waaronder hopelijk ook paling, want die heeft behoefte aan beschutting. En het werkt, kijk maar.” De Zeeuw demonstreert de app waarmee hij de signalen van de sonar kan aflezen. “Zie je, bij de kooien toont hij vis-icoontjes, vermoedelijk betekent dat dat er vis in de kooien rondzwemt.”
Een ontmoeting met de paling, waarom wil hij dat zo graag? “Nederlanders leven al duizenden jaren samen met de paling. Gerookte paling, palingtrekken, het hoort al eeuwenlang bij de Nederlandse traditie, net zoals klompen, molens en haring. Tegelijkertijd is over het leven van de paling veel onbekend. We weten dat de paling zich voortplant op grote diepte in zout water, maar hoe is nog door geen mens waargenomen. En we weten dat zijn paaigebied in de Sargassozee ligt, bij de kust van Mexico, zesduizend kilometer hier vandaan. De jonge aaltjes zwemmen vervolgens over de bodem van de Atlantische Oceaan naar het Nederlandse zoetwater. Duizenden kilometers, dat is ongelofelijk. Hoe doen ze dat?”
Stem voor de paling
Ondertussen is de paling een bijna uitgestorven diersoort. “In Azië brengt paling inmiddels meer op dan zilver, ivoor en kaviaar. Het wordt daarom hoog tijd dat we de paling gaan helpen.” Dat begint er volgens De Zeeuw mee
dat we beter naar hem moeten gaan luisteren, dat we hem vragen wat hij wil. Hoe kom je daarachter? “Door hem te ontmoeten. Ik ben daarom een duikcursus gaan volgen, terwijl ik absoluut geen waterrat ben. Ik heb intussen al drie keer een paling ontmoet, in de Ouderkerkerplas en de Sloterplas. Nee, niet in het Oosterdokbassin, het water is hier te troebel. Dat maakt de paling trouwens niks uit. Die leeft meer op de tast en het gehoor dan op zicht. Palingen kunnen niet goed zien. Maar ze zitten hier zeker. Het Oosterdokbassin is als het ware een scharnierpunt tussen Noordzee en achterland. Het is brak water, half zout - half zoet, precies wat de paling lekker vindt.”
Wat wil de paling? Het hoort bij het onderzoeksproject Stem voor de paling, waarmee de Ambassade van de Noordzee Nederlanders meer bewust wil maken van het leven van een dier dat ons enerzijds zo vertrouwd is, maar waar we anderzijds weinig van weten. “De Ambassade van de Noordzee is
Hij hoort al eeuwen bij de Nederlandse traditie, maar ondertussen kennen we hem slecht én gaat het niet goed met hem, de paling. Thijs de Zeeuw, landschapsarchitect, wil daarom met de paling in gesprek. Want pas als we beter naar hem leren luisteren, kunnen we met zijn wensen rekening houden. De Zeeuw droomt van een onderwaterpark in het Oosterdokbassin, een plek waar mens, paling én ander onderwaterleven elkaar kunnen ontmoeten.
26
een organisatie die een stem wil geven aan dingen, planten, dieren, microben en mensen in en rond de Noordzee, zoals ook de paling. We leven allemaal samen, maar we kennen elkaar slecht. Dat komt doordat we nauwelijks naar elkaar luisteren. Komend najaar vindt daarom in de Openbare bibliotheek (OBA) op het Oosterdokseiland de expositie Stem van de Paling plaats. Een mooie gelegenheid om eens goed naar hem te luisteren.”
Chinese wolhandkrab Plekken creëren waar mens, plant en dier elkaar kunnen ontmoeten, en waar ze zich allemaal thuis voelen, voor De Zeeuw zijn dát de trefwoorden in zijn werk als landschapsarchitect. Met die trefwoorden in zijn achterhoofd ontwerpt hij ook voor Artis, zoals bijvoorbeeld het verblijf voor de Aziatische olifant.
Die ontmoeting, op voet van gelijkwaardigheid, staat hem ook voor ogen bij het onderwaterpark dat hij graag zou ontwerpen in het Oosterdokbassin, pal achter Arcam. “Ik ben daar nu een maquette voor aan het maken die komende zomer te zien is in een expositie in Arcam.” Hij lacht. “Ik ben wel vaker gewend om maquettes te maken, maar dit is een uitdaging. De maquette moet volledig waterdicht zijn, er mag geen druppel water uit lekken.”
Hoe dat park eruit gaat zien? “Het moet in ieder geval een park worden waar mens, plant en dier graag komen. Een gedeelde openbare ruimte die aantrekkelijk is voor de mens, maar ook voor de paling, de Chinese wolhandkrab, de zwartbekgrondel, kortom voor al het onderwaterleven. Wie weet, misschien kunnen we een verdiept pad door het water laten lopen, net zoals in het olifantenverblijf in Artis.
Maar je zou ook een glazen vloer kunnen maken of met licht kunnen werken. Er zijn allerlei manieren waarop je mens en dier dichter bij elkaar kunt brengen.”
Een stad voor mens en dier Ja De Zeeuw wil mensen met het onderwaterpark ervan bewust maken hoeveel onderwaterleven er is. “We staan daar niet bij stil. We kijken van bovenaf, zoals hier op de kade, naar een zwart spiegelend wateroppervlak, maar wat daaronder gebeurt, we hebben geen idee. Terwijl het er bulkt van het leven. Amsterdam is niet alleen een stad voor mensen, maar ook voor de paling, de meerkoet, de halsbandparkiet. Al die dieren hebben hier hun thuis gevonden. Wat is er mooier dan dat we de stad echt delen met elkaar, en dat we elkaar ontmoeten, van elkaar genieten, elkaar beter leren kennen. Dát is de gedachte achter de Stem van de Paling.”
27 27
‘Onder het spiegelend wateroppervlak, bulkt het van het leven!’
‘Een plek creëren waar mens, plant en dier elkaar kunnen ontmoeten’
28
29
30
ODE aan de buren
31
Arcam Amsterdam
Behalve de markante City Campus staan er aan het Oosterdok nog meer opvallende verschijningen. Bijvoorbeeld schuin aan de overkant. In een futuristisch gebouw aan de Prins Hendrikkade, ontworpen door René van Zuuk, huisvest sinds 20 jaar Arcam, hét architectuurcentrum van Amsterdam. Arcam organiseert een breed scala aan activiteiten op het gebied van architectuur en (stads)ontwikkeling, zoals tentoonstellingen, debatten, lezingen, architectuurwandelingen en fietstochten. Zo was er onlangs de doe-tentoonstelling ‘Vloeibare bouwsteen – Ontwerpen met water in Amsterdam’. Over de werking van het Amsterdamse watersysteem en de gevolgen van klimaatverandering; de keuzes die we hebben en de effecten daarvan op je woonomgeving en de leefbaarheid van de stad.
Door de glazen pui van het kantoorgedeelte kunnen de medewerkers van Arcam de ontwikkelingen op het Oosterdoks-eiland al jaren volgen en hebben ze ook het nieuwe hoofdkantoor van Booking.com zien verrijzen. Een bijzonder leuk detail is dan ook dat Arcam zojuist de Groene Architectuurgids heeft gelanceerd, met de 25 meest groene gebouwen van Metropoolregio Amsterdam én dat de duurzame City Campus op het Oosterdokseiland daar bij hoort. Samen met andere culturele instellingen en bedrijven is Arcam onderdeel van het ‘blauwe Museumplein van Amsterdam’, zoals het Oosterdok ook wel wordt genoemd. Al deze instellingen werken samen aan het culturele programma van het Oosterdok en organiseren een aantal keer per jaar ook open dagen (o.a. Burendag en Expeditie Oosterdok). Prins Hendrikkade 60, www.arcam.nl
Het gebouw waarin Arcam is gehuisvest is compact en sculpturaal met drie lagen die door vides met elkaar in verbinding staan. Op het niveau van de Prins Hendrikkade bevinden zich de expositieruimte en het informatiepunt. De onderste laag, aan het water, wordt gebruikt voor kleine discussies, grote vergaderingen en de ontvangst van schoolklassen. Sinds 2020 bevindt zich hier ook de Tijdlijn Amsterdam 2000-2030. Het bureau heeft zijn werkplekken op de bovenste verdieping. Het gebouw is bekleed met gecoat aluminium dat over het dak tot aan de grond om het gebouw is gevouwen. Bijzonder is de sculpturale vorm van de entree aan de stadskant. Aan de waterkant bestaat de gevel over de volle breedte en hoogte uit glas.
Het werk van Arcam wordt ondersteund door subsidiegevers, sponsors, fondsen, partners en particulieren. BPD | Bouwfonds Gebiedsontwikkeling is een van de sponsors van Arcam en koestert niet alleen een ondersteunende, maar ook een inhoudelijke relatie met deze toonaangevende netwerkorganisatie.
32
Vishandel Tel
In de vroege ochtend, als Amsterdam langzaam ontwaakt, is er aan de Kloveniersburgwal al volop bedrijvigheid. Hier, midden in het ‘chinatown’ van Amsterdam, vind je namelijk Vishandel Tel. De ‘kleinste viswinkel met het grootste assortiment’, zoals ze het zelf omschrijven. Tel heeft een eigen vloot met viskotters en vishandel (Tel Ocean Delight) in Suriname en importeert uit vele landen zoals India, Bangladesh en IJsland. Het bedrijf heeft bij de visafslag in IJmuiden ook een viswinkel en een horecagroothandel. Van hieruit levert Tel dagelijks verse en diepvriesvis uit alle windstreken aan vele hotels en restaurants. In Amsterdam wordt de vis op een bijzondere manier bezorgd bij de horeca, namelijk per speciale bakfiets.
Bij de vishandel aan de Kloveniersburgwal waan je je haast op de afslag van een internationale vissershaven. Elke dag in de vroege ochtend arriveert hier de verse vis vanuit IJmuiden en is men vanaf 6.00 uur druk in de weer om de visschappen op te maken. Vanaf 8.00 lopen de eerste klanten de winkel binnen. De klantenkring is een mooie afspiegeling van de bevolking van Amsterdam; van Chinees tot Portugees, van Italiaans tot Vietnamees en van Spaans tot Hollands. Bij Tel komen mensen van alle nationaliteiten en culturen. Want; iedereen is er welkom én voor iedereen is er iets lekkers te vinden. Wat dacht je van een zachte Red Snapper, gevangen door de eigen boot in Suriname, uit de oven of van de grill. Of de wat minder bekende, kabeljauwachtige vis Kandratiki, ook uit Suriname. De Hollandse Griet is lekker op alle manieren: gestoofd, uit de hoven, gegrild of gebakken. Ook met lekkere recepten én bereidingsadvies helpen ze je bij Tel natuurlijk met plezier!
Kloveniersburgwal 11-13, www.vishandeltel.nl
Couscous met makreel en appel
Bron: www.vishandeltel.nl
Hoofdgerecht voor 4 personen Bereidingstijd: <30 min.
Een verrassend fris en kruidig gerecht: deze couscous met makreel is zowel koud als warm lekker. Door de kurkuma krijgt het een mooie gele kleur en de chilivlokken zorgen voor wat pit. Voeg eventueel nog wat geraspte wortel toe voor nog meer groenten.
Bereiding
1. Breng 500 ml water aan de kook met het groentebouillon blokje en de kurkuma.
2. Draai het vuur uit en voeg de couscous toe. Roer dit door met een vork en laat afgedekt staan.
3. Verhit de olijfolie in een koekenpan en bak hierin de makreelfilets op de huidkant bijna helemaal gaar in circa 5 à 8 minuten. Draai ze dan nog even om en gaar helemaal.Snijd de filets in stukjes.
4. Meng de appel, citroen, chilivlokken en rucola (houd een handje apart ter garnering) door de couscous en breng op smaak met zout en peper.
5. Schep dan voorzichtig de stukjes makreel erdoor en serveer met extra rucola.
Tip
Ook lekker met gerookte makreel.
33
Een kleine oase midden in de stad, waar lekker veel kan en mag. Informeel en ‘rommelig’, zoals hotelmanager Christian Koch het omschrijft, maar met een hoge kwaliteit dienstverlening en servicegerichtheid. “Maar personeel in uniform zal je bij ons niet zien. Het is een plek waar je je vrij, thuis en welkom voelt en alles kan; zolang je maar aardig bent tegen ons en anderen.”
Pension Homeland
Pension Homeland huisvest sinds 2015 op het Marineterrein, waar de voormalige ‘officiersmess’ van de Koninklijke Marine dienst doet als het restaurant. Het concept van Homeland in het ruime jaren 60-pand aan de Kattenburgerstraat is modern en veelzijdig, met bar, café, restaurant, zaalverhuur en ambachtelijke delicatessewinkel. De 31 kamers van het hotel refereren aan ‘scheepshutten’ en zijn allemaal voorzien van een unieke muurschildering van een grote havenstad. De winkel, Kombuis, heeft een eigen chef en biedt een assortiment aan delicatessen - van huisgemaakte charcuterie en patisserie, tot het eigen bier. Op de plek van de winkel, direct achter de
34
keuken van het restaurant, startte in 2016 de brouwerij met 2 eigen gisting tanks. Al snel was er meer ruimte nodig en werden de brouwketels verhuisd naar een grotere locatie zo’n 100 meter verderop op het Marineterrein. Inmiddels is Brouwerij Homeland een ‘volwassen’ en moderne brouwerij met ruim 15 bijzondere biersoorten die namen dragen als Zeebonk, Ketelbinkie, Klapgijp en Scheepsbok.
Chaos als sterke kant
Niet alleen het concept en de sfeer, maar ook de locatie maakt Homeland tot een uniek ‘geheim’ in Amsterdam. Als je vanuit de Kattenburgerstraat via de grote poort het terrein betreedt, waan je je in een andere wereld. Een parksetting met monumentale bomen, veel groen en water én modern industrieel erfgoed van het Marineterrein. “Homeland is een goede tegenhanger van de massacultuur en alles wat gaande is op het gebied van horeca in Amsterdam”, zegt Koch. “Onze bedrijfscultuur is rommelig, maar met hoge mate van service. Het is hier soms chaotisch, maar dat is juist onze sterke kant.”
Van een huiskamer waar mensen overdag werken, een plek voor kleine afgesloten etentjes en verjaardagen, biljart, livemuziek of een afscheidslocatie voor een uitvaart. Soms staat er een pizza-oven voor de deur, of een mobiele sauna. Bij Homeland is alles mogelijk. En tussendoor neem je vanaf het terras even een heerlijk frisse duik in het water!
Kattenburgerstraat 5 (gebouw 006) www.pensionhomeland.com
35
Van brandweerkazerne naar wooncomplex
Het is het meest karakteristieke gebouw aan de De Ruijterkade, oudbrandweerkazerne Oud-Nico. Toch scheelde het maar weinig of het was gesloopt. Oud-brandweermannen én bewoners Jan Wolf en Piet van Dongen wisten dat, samen met hun medebewoners, te voorkomen.
Met gevaar voor eigen leven mens en dier redden bij een uitslaande brand, slachtoffers zoeken tussen het puin, een bestuurder bevrijden uit een te water geraakte auto. Voor Jan Wolf en Piet van Dongen, oud-brandweermannen, was het dagelijks werk. De grote brand in hotel Polen, hartje Amsterdam, de Bijlmerramp, de vuurwerkbrand in discotheek Roxy, ze hebben het allemaal meegemaakt. “We hebben een hoop ellende gezien,” vertelt Piet. “Dat zijn dingen die je bijblijven, die vergeet je niet meer.”
Toch hadden Jan en Piet, beiden inmiddels al jaren gepensioneerd, nooit voor een ander beroep willen kiezen. Jan: “Het is dankbaar werk omdat je bezig bent om mensen in nood te redden. Dat is een gevoel dat je met niets anders kunt vergelijken.” Piet: “En het schept een band natuurlijk. Als je zoveel met elkaar meemaakt, dan zorgt dat voor hechte kameraadschap. Ik heb nog steeds contact met een groep oud-collega’s. Als we bij elkaar komen, dan komen al die verhalen weer los. We hebben dat allemaal samen beleefd.”
36
We zitten in de huiskamer van Jan en zijn echtgenote Wil, met wijds uitzicht over het IJ. Paul Morel van Stadsherstel is eveneens aangeschoven. Al sinds 1973 wonen Jan en Wil in oudbrandweerkazerne Oud-Nico aan de De Ruijterkade. In 1890 werd de kazerne door architect Springer ontworpen als heuse stadsburcht, als opvolger van kazerne Nico in de Waag op de Nieuwmarkt. Bij de opening van de nieuwe brandweerkazerne IJtunnel, begin jaren 70, sloot ze haar deuren. Een deel van het gebouw kwam vrij voor huurwoningen, en de brandweerlieden kwamen als eersten in aanmerking als toekomstige huurders. Jan: “Men verklaarde ons voor gek dat we hier wilden wonen. Er waren geen winkels, geen scholen, maar wij vonden het prachtig.” Wil vult aan: “Kijk maar naar buiten. Het water van het IJ, dat verveelt nooit.”
Tippelzone
In 1985 werd Piet buurman van Jan en Wil. Piet: “Jan en ik werkten allebei in andere kazernes, Jan werkte hier, in Oud-Nico, ik werkte bij Dirk, de kazerne op de Hobbemakade. Maar we kenden elkaar wel. Soms moest je diensten overnemen in andere kazernes, dan leerde je elkaar vanzelf kennen.”
Ja ze wonen hier al jaren met veel plezier. Jan en Wil bijna vijftig jaar, Piet en zijn echtgenote ruim 35 jaar. In die jaren is er veel veranderd. Wil: “Begin jaren 70 lag het IJ vol schepen, je had hier toen ook nog scheepswerven waar de schepen werden gerepareerd. Als ik ’s ochtends in bed lag en ik hoorde de geluiden van de werf, het metaal op metaal, de stemmen van de werklieden, heerlijk vond ik dat.” Piet: “Ik denk nog steeds als ik ergens anders op bezoek ben: je zal hier maar wonen, dat je bij je buren aan de overkant naar binnen kijkt. Hier kijk je alleen uit over het IJ.”
Er veranderde meer. De Ruijterkade werd van havenkade in de jaren 80 een tippelzone, met veel overlast voor de bewoners. En ook Oud-Nico
veranderde. De slaapvertrekken van de brandweermannen en het koetsiershuis voor de paarden werden bedrijfsruimtes en ateliers, de grote rode alarmbel in de centrale hal die afging als er brand was, verdween. Toch kun je nog veel terugvinden van de oude kazerne, vertelt Paul Morel van Stadsherstel, dat het pand eind jaren 90 overnam van de gemeente Amsterdam. “Oud-Nico heeft nog dezelfde robuuste uitstraling als toen het gebouwd werd, met een prachtig gevoel voor detaillering. Alle granieten vloeren liggen er nog, het trappenhuis is in authentieke staat. Oud-Nico is het meest karakteristieke gebouw van de De Ruijterkade.”
>> 37
‘Oud-Nico is het meest karakteristieke gebouw van de De Ruijterkade’
‘Kijk naar buiten. Het water van het IJ, dat verveelt nooit’
Laatste der Mohikanen
Dat het er nog staat is een klein wonder, want met de geplande herinrichting van de zuidelijke IJ-oevers stond OudNico op de gemeentelijke nominatie voor sloop. Het leidde tot hevig verzet van de bewoners, Jan Wolf en Piet van Dongen voorop. Jan: “We hebben er alles aan gedaan om sloop te voorkomen. Zo’n mooi gebouw, dat ook nog brandweerkazerne is geweest. Dat mocht niet verdwijnen. En natuurlijk, we wilden hier graag blijven wonen.” De bewoners hielden open dagen om de Amsterdammers te laten zien hoe mooi het gebouw was, ze organiseerden fotoexposities met foto’s uit de collectie van het Stadsarchief, en in zijn atelierkamer op zolder schilderde Jan spandoeken waarin hij protesteerde tegen de sloop. Maandenlang hingen die op het dak van Oud-Nico, iedere treinreiziger kon ze lezen.
Het had succes. De gemeente zag af van sloop, Oud-Nico werd rijksmonument en Stadsherstel werd de nieuwe eigenaar. Jan, Wil, Piet en de andere bewoners konden blijven. En de foto’s, beelden en oude krantenartikelen in het trapportaal, zorgvuldig onderhouden door Jan en Piet, houden de geschiedenis levend van een gebouw dat ooit brandweerkazerne was. Nee ze willen hier niet meer weg. Jan: “Toen we hier kwamen wonen, woonden er zo’n 60 bewoners aan de De Ruijterkade. Er was toen veel meer reuring dan nu. De conciërges van alle scheepsbouwkantoren woonden hier bijvoorbeeld met hun gezinnen. Die zijn verhuisd of uitgekocht. Het zijn nu bijna allemaal kantoren. We zijn de laatsten der Mohikanen hier op de kade, maar dat is niet erg. Ik vertrek pas als ik tussen zes plankjes lig, niet eerder.”
38
Voor meer informatie en foto’s, kijk op www.stadsherstel.nl/oudnico
‘Wij hebben er alles aan gedaan om de sloop te voorkomen. Zo’n mooi gebouw, dat mocht niet verdwijnen’
maakt mensen gelukkig
Wat ooit een verwaarloosde strook land was, is nu een groene oase geworden tussen het spoor en De Ruijterkade. En iedereen is welkom om mee te helpen in De Ruijtergaard, zegt oprichtster Mariken de Goede.
Ze doet maar meteen een oproep aan alle werknemers van Booking.com die straks hun intrek nemen in de nieuwe City Campus. Kom gerust eens langs na het werk, en kom meehelpen bij de Ruijtergaard. “Er is genoeg te doen, vruchtbomen verzorgen, kruiden plukken, rietmanden vlechten, onze wormenhotels onderhouden. Wat is er mooier dan dat? Je hebt de hele dag achter je laptop gezeten, je ogen zien bijna scheel van het schermpje kijken en aan het eind van de dag kom je uitwaaien op de Ruijtergaard. Heerlijk toch?”
Ja Mariken de Goede ziet het helemaal voor zich, de techkids van Booking.com die een paar uur per week in de aarde komen wroeten van De Ruijtergaard. “Dat past perfect bij onze doelstelling, namelijk mensen verbinden. Er zitten allemaal hippe bedrijfjes hier aan de Ruijterkade. Die mensen vliegen ’s ochtends naar hun werk, en ’s avonds vliegen ze weer uit. Dan is het prachtig als ze hier af en toe kunnen landen, van de planten kunnen genieten, even de tijd mogen vergeten.” Want dat is de kracht van groen, vervolgt ze, het brengt mensen samen. “Groen maakt gelukkig, alle onderzoeken wijzen dat uit. We zagen dat tijdens corona, mensen kwamen vanuit De Pijp deze kant op om te wandelen, en te genieten van het groen. En soms waren er
wandelaars die vroegen: hé, mag ik meedoen? Die hielpen dan zomaar paar uurtjes met wilgentenen vlechten.”
Expositie Hekwerk
In 2018 won De Goede een pitch van de gemeente Amsterdam om de verwaarloosde strook aan het spoor nieuw leven in te blazen. Haar keuze om er een voedselbos van te maken, kon op veel enthousiasme rekenen. Inmiddels loopt er een vaste groep vrijwilligers rond die het Ruijtergaardpark, de volledige naam van de groenstrook, onderhouden. Slavica Nicolova is één van hen. “We willen hiermee het goede voorbeeld geven over hoe je meer groen kunt krijgen in de stad. De beste manier om mensen ervan te overtuigen hoe fijn én belangrijk dat is, is door het te laten zien: kijk maar, voel maar, ruik maar. Dat is wat we hier doen.”
Sinds een half jaar is De Ruijtergaard ook een expositieplek rijker geworden, Expositie Hekwerk. De Goede: “Vanwege schade aan de kademuur heeft de gemeente er een hek voor geplaatst. We waren er eerst niet zo blij mee, maar we gebruiken het hek nu voor bijzondere exposities. Zo hebben we in houten kistjes, bevestigd aan het hek, een foto-expositie georganiseerd over oud-brandweerkazerne Oud-Nico aan de Ruijterkade. Met foto’s uit de fotocollectie van oud-brandweerman Jan Wolf [zie artikel hiernaast over Oud Nico, red.]. Die expositie is succesvol, veel mensen komen langs om te kijken. We gaan er dus mee door. Komend voorjaar organiseren we exposities over water en biodiversiteit.”
Een Groene Loper
De Ruijtergaard is één van de ‘gaarden’ van Stichting Amstelgaard, waarvan De Goede medeoprichter is. “We bestaan sinds december 2018, zijn nog jong, maar het gaat snel. We hebben ook al voedselbos bakken staan bij de Museumhaven, het Westerpark, in De Pijp, in Oud-West, onze gaarden breiden zich als een olievlek uit over de stad. Ze worden door bewoners omarmd en onderhouden. Straks kun je een gaardenwandeling maken door Amsterdam. Geen rode loper, maar een Groene Loper. Mooi toch?”
Fotografie: Mariken de Goede
39 39
40
Leren, ontdekken en vernieuwen
Het Oosterdok telt steeds meer culturele instellingen en bedrijven. Zij hebben hun krachten gebundeld in stichting Expeditie Oosterdok. Met als doel de kracht en pracht van het Oosterdok breed onder de aandacht te brengen van Amsterdammers en niet-Amsterdammers.
41
DE TOEGANGSPOORT NAAR DE STAD ÉN DE WIJDE WERELD. EEN PLEK VAN ONTDEKKERS EN VERNIEUWERS. DIE ENERGIE IS NOG STEEDS VOELBAAR IN DE VERHALEN DIE DE CULTURELE INSTELLINGEN OVER DIT BIJZONDERE STADSKWARTIER VERTELLEN EN BIJ DE BEDRIJVEN DIE HUN PLEK AAN HET WATER GEVONDEN HEBBEN.
NIEUWEHERENGRACHT
1. MUSEUM ’T KROMHOUT
Ronkende motoren op de Kromhoutwerf brengen geschiedenis van de scheepsbouw in Amsterdam weer tot leven.
2. ARCAM
(ARCHITECTUURCENTRUM AMSTERDAM)
In dit sculpturale gebouw wordt de architectuur en stadsontwikkelingen van Amsterdam onder een loep gelegd.
3. MUSEUMHAVEN
22 drijvende monumenten als afspiegeling van wat er ooit door de Nederlandse binnenwateren vaarde.
4. NEMO SCIENCE MUSEUM
Ontdek de wonderlijke werelden van wetenschap en techniek. Het lab is van jou!
5. CONSERVATORIUM VAN AMSTERDAM
Internationale vakopleiding voor klasieke muziek, jazz en popmuziek, met regelmatig concerten en events.
6. OBA OOSTERDOK
Het huis waar alle mensen, talen en culturen elkaar ontmoeten.
7. MUZIEKGEBOUW AAN ’T IJ
Internationaal toonaangevend podium: van hedendaagse muziek tot klassiek en elektronisch.
8. BIMHUIS
Een intieme setting waar state-of-the-art grensverleggende jazz te horen is.
9. MEDIAMATIC
In dit leuke ‘kasgebouw’ wordt onderzocht hoe kunst, design, natuur en wetenschap samensmelten.
10. NEMO DE STUDIO
Een extra locatie van NEMO waar oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen bedacht worden en te zien zijn.
KATTE BINNENKANT BANTAMMERSTRAAT BUITEN SCHIPPERSGRACHT ENTREPOTDOK OOSTERDOK OOSTERDOK ‘T IJ OOSTERDOKSKADE DERUIJTERKADE DJEOOST OOSTERDOKSKADE 450M 4 5 NEMO DE STUDIO 10 MUSEUM ‘T KROMHOUT CONSERVATORIUM VAN AMSTERDAM BIMH NEMO SCIENCE MUSEUM AMSTERDAM CENTRAAL STATION SEA PALACE DOUBLETREE BY HILTON MEDIAMATIC MUSEUMHAVEN ARCAM STARBIKES RENTAL IJSFONTEIN* HARBOUR SUITES HET SCHEEPVAARTMUSEUM BOOKING.COM* UNDER CONSTRUCTION 12 MUZIEKGEBOUW AAN ‘T IJ HANNEKES BOOM ALOHA BOWLING & RESTAURANT 9 1 2 3 7 GRAND HOTEL AMRÂTH ACADEMY PICTUR AROUND OOSTERDOK K PRINS HENDRIKKADE IJTUNNEL WALK HOOGTEKADIJK KADIJKSPLEIN PIETHE 8 FOELIESTRAAT OBA OOSTERDOK 6 VOEL JE DE FRISSE WIND? HET OOSTERDOK WAS EEUWENLANG
Dam
Noord Centraal
IJ
station
42
“Wij zijn het blauwe Museumplein.” Het is een rake typering van Michael Huijser, directeur van het Scheepvaartmuseum, over het Oosterdok. Zowel in omvang als mate van culturele diversiteit gaat de vergelijking goed op. Het Scheepvaartmuseum, NEMO, Arcam, OBA, Conservatorium, Marineterrein, MediaMatic, Museumhaven, het ligt allemaal op of rondom het water van het Oosterdok. En tel daar dan nog eens alle winkels, horeca en ondernemingen op het Oosterdokseiland bij op. Alle culturele instellingen en bedrijven samen zijn goed voor zo’n twee miljoen bezoekers per jaar.
Om de krachten te bundelen hebben zo’n twintig culturele instellingen en bedrijven de handen ineengeslagen in stichting Expeditie Oosterdok, waarvan Huijser voorzitter is. “Ons gezamenlijk doel is de kracht van het Oosterdok onder de aandacht te brengen, zowel bij Amsterdammers en niet-Amsterdammers als een breder internationaal publiek.”
Dutch Water Weeks Maritiem, innovatief en internationaal, dat zijn drie trefwoorden die de identiteit van het Oosterdok goed beschrijven, legt Huijser uit. “We bouwen daarmee voort op het eeuwenoude erfgoed van dit gebied. In de 17e eeuw werden hier de schepen gebouwd die de wereldzeeën bevoeren. Wat lokaal begon kreeg internationaal vleugels. Zo is het nog steeds. Booking. com en TomTom, eveneens aangesloten bij Expeditie Oosterdok, begonnen als Nederlandse bedrijven en zijn nu grote internationale spelers. Dat is de sfeer die we met Expeditie Oosterdok willen overbrengen. Niet op een nostalgische manier, door musea te presenteren met een hek eromheen, maar door dit oude elan nieuw leven in te blazen. We willen de kracht van toen vertalen naar de kracht van nu.”
Dat lukt het beste door samen op te trekken, ervaringen te delen en gezamenlijk plannen te maken. “Er ontstaat daardoor ontzettend veel energie. Dat is precies waar Expeditie Oosterdok voor bedoeld is.” Dat leidt tot bijzondere initiatieven. Zoals de plannen voor een Cultuurferry, een boot die bezoekers rondvaart langs alle culturele instellingen in en rondom het Oosterdok. En de organisatie van de Dutch Water Weeks, evenementen op het water van het Oosterdok, van demonstratiesporten tot zeilschoolkampen voor jonge Amsterdammers. “Wat is er mooier dan dat ook kinderen uit NieuwWest hier leren zeilen? Dat past bij de doelen die alle culturele instellingen en ondernemingen in het Oosterdok hoog in het vaandel hebben: leren, ontdekken en innoveren. We dragen daarmee bij aan een betere stad.”
Water verbindt werelden Juist door samenwerking in Expeditie Oosterdok kunnen initiatieven tot stand komen die instellingen alleen niet zomaar voor elkaar krijgen.
“Het BIMHUIS wil over twee jaar, samen met haar partners in New York, een internationaal jazzfestival organiseren. Voor het BIMHUIS alleen is dat te groot, die kan niet in haar eentje zo’n festival hosten, maar wij zeggen dan: geweldig, kom maar op. Een deel kan bij NEMO, een deel kan in Het Scheepvaartmuseum, een deel in het Conservatorium. Zo helpen en versterken we elkaar. Dat past bij ons motto: water verbindt werelden. De mogelijkheden zijn eindeloos.”
www.expeditieoosterdok.nl
JAVAEILAND OVERHAALSGANG WITTENBURGERKADE DIJKSGRACHT 1 KM PENSION HOMELAND LLOYD HOTEL MARINETERREIN AMSTERDAM 11 DEFENSITY COLLEGE* PORTRAIT GALLERY STUDIO bus 246 bus 22 bus 48 bus N89 tram 26 Ruijtergaard eten en drinken zwemmen niet publiek toegankelijk * MY ES*
TENBURGERPLEIN VEEMKADE
KATTENBURGERSTRAAT TIP LOOP HET RONDJE OOSTERDOK TAKE A WALK AROUND OOSTERDOK NIET TOEGANKELIJK NOT ACCESSIBLE 11.
Een groen internationaal hart omringd door water waar spelen, ontdekken en leren ruimte krijgen.
DIJKSGRACHT 500 jaar maritieme geschiedenis onder één dak. Loop het rondje Oosterdok! 43
PIETHEINKADE
MARINETERREIN AMSTERDAM
12.
HET SCHEEPVAARTMUSEUM
‘Woonbootbewoners houden van een rafelrandje’
44
Het zijn de oudste bewoners van het Oosterdok, de woonbootbewoners aan de vijf pieren onderaan de Prins Hendrikkade. In de jaren dat ze hier wonen, hebben ze het Oosterdok onherkenbaar zien veranderen. Ondertussen moesten ze zelf continu strijd leveren om hun ligplekken te mogen behouden.
45
‘Toen ik hier kwam was het een afwerkplek.’ Karin van Nes, sinds 1986 woonbootbewoner aan het Oosterdok, kan zich die beginjaren nog goed herinneren. ‘De heroïnehoertjes kwamen met hun klanten van het Centraal Station deze kant op, op zoek naar een rustig plekje.’
“En junks, die waren er veel. Die moest je soms met harde hand van de pier verwijderen, anders gingen ze niet weg,” weet Eric van den Broek nog, sinds 1993 woonbootbewoner. “De methadonbus kwam hier iedere week, verderop op de brug konden de junks hun injectienaalden omruilen voor nieuwe schone naalden. En er werd veel beroofd. Hoe vaak ik in de struiken geen leeggehaalde koffers heb gevonden. De pieren waren in die jaren het afvalputje van de stad.” Karin beaamt: “Ik heb me best vaak onveilig gevoeld. Dat veranderde pas toen ik een hond nam.”
Niet dat ze er ooit weg wegwilden. Karin: “Woonbootbewoners houden wel van een rafelrandje, het moet niet al te aangeharkt zijn. Leven en laten leven, die houding. En een gevoel van vrijheid, dat hoort ook bij ze. Het gevoel dat je morgen alle trossen los kan gooien en de volle zee kan opvaren. Dat doe je niet, maar het idee dat het kán, daar gaat het om.”
Post CS
Dat gevoel van vrijheid, dat delen Eric en Karin nog steeds. Ondertussen hebben ze in die jaren het Oosterdok enorm zien veranderen. Karin: “Toen ik hier kwam, had je vrij uitzicht op alles. Licht en lucht hadden vrij spel. Aan de overkant was het leeg, behalve dan het gebouw van Post CS, het postkantoor waar wij onze brievenbussen hadden. Ik liep daar elke dag heen om mijn post op te halen.”
Dat veranderde allemaal met de plannen voor de ontwikkeling van het Oosterdokseiland. Eric: “Wij hoorden pas laat over wat er aan de overkant te gebeuren stond. Misschien ook omdat we al die jaren vooral bezig waren zelf te overleven, want de gemeente wilde ons hier weg hebben. Eerst zou hier een haven komen voor de rondvaartboten, daarna zou het drijvende Chinese restaurant naar onze kant verplaatst worden. We hebben duizenden ideeën langs zien komen. Maar bij alle plannen was de boodschap hetzelfde: jullie moeten weg.”
Griezelige mensen
Dat dat niet is gebeurd, daar zijn ze nog iedere dag trots op. Karin: “We hebben daar al die jaren tegen gestreden. Tegelijkertijd waren we altijd bereid om mee te denken. Ik denk dat dat de doorslag heeft gegeven. De gemeente vond ons wel leuke mensen. Dat hadden ze niet verwacht, er was op het stadhuis zoveel beeldvorming over woonbootbewoners, alsof we onaangepaste en ook een beetje griezelige mensen zijn. Dat we gewoon aardige mensen waren, dat was voor veel gemeenteambtenaren een verrassing.”
Eric: “Die beeldvorming over woonbootbewoners is er nog steeds. Hoe vaak hebben we niet gehoord: je kunt je boot toch wel een stukje verplaatsen? Alsof je dat zomaar doet. Je moet dan meteen alle leidingen en aansluitingen verleggen.” Karin: “En je gaat je hechten aan de plek waar je ligt, de kade, de kadetuin, de buren. Je vraagt walbewoners toch ook niet of ze met hun huis een stukje verderop willen staan?”
46
Sander Rutten, medewerker projectteam Oosterdokseiland, zelf woonbootbewoner aan de Levantkade in het Oostelijk Havengebied én voorzitter van de Woonbootvereniging Amsterdam, is aangeschoven bij Eric en Karin. Hij herkent hun gevoelens van vrijheid als woonbootbewoner. En hij herkent de beeldvorming. “Dat is één van de dingen waar we ons als vereniging voor inzetten: die beeldvorming over woonbootbewoners te verbeteren.”
Zwemwedstrijden in het Oosterdok Wat ze van het Oosterdokseiland vinden? Karin: “De skyline is hoger dan ik had gewild. Maar goed, ik snap dat er woningen moeten komen. Ik ben blij met de bibliotheek. En ik vraag me af hoe leefbaar het is aan de andere kant. Wij vormen als woonbootbewoners
een kleine en behoorlijk hechte leefgemeenschap. Ik denk dat dat aan de overkant niet zo is, daarvoor is het te groot en te massaal.”
organiseerden zwemwedstrijden in het Oosterdok. Het zou mooi zijn als dat soort initiatieven weer werden opgepakt. “Ik denk dat Booking.com daar wel voor open staat,” reageert Sander. “Ik zou zeker eens bij ze aankloppen.”
Ja ze zou daar best iets aan willen veranderen. “Het Double Tree organiseert al regelmatig gezamenlijke opruimmiddagen. We gaan dan met z’n allen het Oosterdok langs om afval op te ruimen van de kades. Vóór corona organiseerde het Double Tree ook gezellige buurtborrels, dat bracht bewoners bij elkaar. En wij
Meer gezamenlijkheid, en ook: een schoner Oosterdok, dat is wat ze graag zouden willen. Karin: “Als je ziet wat bezoekers soms achterlaten op de steigers en kades, het is echt smerig. Dat komt doordat er nergens afvalbakken staan op de lage kade. Ja er staan er twee, die heb ik zelf neergezet.” Eric: “Als de gemeente Amsterdam het rondje Oosterdok zo promoot, begin dan met fatsoenlijke afvalbakken. En zorg voor mooie kadetuinen. Die van Karin is één van de mooiste van het hele Oosterdok. Een mooi voorbeeld om te volgen, lijkt me.”
47
Van links naar rechts: Karin van Nes, Sander Rutten en Eric van den Broek.
‘Dit is leuker dan rechttoe rechtaan bouwen’
Züblin is de coördinerend aannemer voor de bouw van de City Campus. Dat betekent overzicht houden over het gehele bouwproject, zorgen voor een strakke planning en, vooral, blijven investeren in een goede verstandhouding met alle partijen op de bouwplaats, vertellen projectdirecteuren Frank de Roo en Edwin Zevenhoven.
Uitdagend, ja dat is het juiste woord, beamen Frank de Roo en Edwin Zevenhoven, twee van de drie projectdirecteuren van Züblin. De Roo: “Zelfs toen we al drie en een half jaar bezig waren, zeiden we regelmatig tegen elkaar: hé dit hoekje kende ik nog niet, dat is anders dan ik dacht.” Zevenhoven beaamt: “Ik had ooit een bedrijfsleider die tegen me zei: Edwin, je weet pas hoe een gebouw in elkaar zit als je er ’s avonds thuis op de bank met je ogen dicht doorheen kan lopen. Dat zou ik hier niet doen, je valt meteen. Vrijwel niets in het gebouw is hetzelfde.”
Geen misverstand, de mannen genieten dagelijks van hun werk op de bouwplaats. De Roo: “Dit is once in
a lifetime. Juist dat je continu moet bedenken: hoe krijgen we dít probleem nu weer opgelost, dat maakt het aantrekkelijk. Dat is leuker dan rechttoe rechtaan bouwen. Bovendien zie je het gebouw groeien, dat motiveert.”
Maar puzzelstukjes waren er genoeg. De eerste puzzel waar ze voor stonden was: hoe houden we tijdens de bouw de parkeergarage open? De Roo: “Sluiten was geen optie. Voor de bewoners en andere gebruikers van het eiland was er geen alternatieve parkeerplek. Het is ons gelukt de garage open te houden door naast het spoor een crashdeck te bouwen, een hulpconstructie waar je veilig onderdoor kunt rijden. Dat voorkomt dat voorwerpen die onverhoopt uit de kraan vallen op het
parkeerverkeer terechtkomen.” Deze constructie vormt tegelijkertijd onderdeel van de reusachtige staalstructuur die de uitkraging draagt vanaf de vierde verdieping. De Roo: “Die structuur weegt in totaal 290 ton. De stalen kokerligger en de dwarsliggers die de verbinding vormen met de rest van het gebouw, wegen tientallen tonnen per stuk. We konden dat nooit in één geheel naar de bouwplaats krijgen en moesten dat in stukken transporteren.”
Transport over water Omdat het een eis was van de gemeente Amsterdam om zo min mogelijk vrachtwagenverkeer door de stad te laten rijden, moest dat grotendeels over water. De Roo: “We
48
Als coördinerend aannemer is Züblin verantwoordelijk voor de planning van de City Campus. De Roo: “We houden het overzicht over de voortgang van de bouw, en sturen nevenaannemers en andere bouwers aan. Die planning is ‘a hell of a job’. Voor de ruwbouwplanning hebben we te maken met vier partijen: de bekisters en betonstorters, de betonvlechters, de staalbouw en ICO voor de leidingen en de elektra. Bij de afbouw bewaken we de planning van 25 partijen op de bouwplaats. Om daar overzicht over te houden, hebben we een deelplanning gemaakt per zone en per dag. Zo weten we precies wie waar aan het werk is en wat er die dag op het programma staat.”
hebben eerst vrijwel alle grond uit de bouwput, vijftig duizend kubieke meter, per schip afgevoerd richting Afrikahaven. De stalen delen voor de staalconstructie zijn per schip naar de bouwplaats vervoerd, evenals de paalfundering, de prefabdelen van de trappen, een deel van de standaardwapening en de staalplaatbetonvloer. Dat ging goed, maar transport over water is duur, omdat je een handeling extra moet organiseren. Veel van het materiaal moest eerst per vrachtwagen naar de hub, de tussenschakel, in de Afrikahaven worden gebracht. Vandaar ging het per schip naar de bouwplaats. Een logistiek huzarenstukje, maar het is gelukt.” De aangeleverde stalen elementen werden gemonteerd op de stalen tafelconstructie onder de vierde verdieping. Zevenhoven: “Ze werden daar aan elkaar gelast – maanden werk – tot één dragend geheel. Een enorme klus, omdat we stukken staal van elk 20 – 30 ton moesten monteren met een tolerantie van nog geen twee millimeter. Er was nauwelijks marge.”
Met de voeten op tafel
Dat lukt alleen als de verstandhouding goed is. De Roo: “Dat moet je blijven onderhouden, want dat gaat niet vanzelf. Daarvoor zijn de belangen te groot. Vandaar dat we regelmatig sessies organiseren met de voeten op tafel, om met elkaar te bespreken: welke problemen voorzien we, en hoe komen we daar samen uit? Je kunt je daar dan alvast op voorbereiden, zodat je er niet door overvallen wordt.”
Je móet zulke sessies doen bij grote bouwprojecten als de City Campus, stelt De Roo, anders escaleert het. “Dat moeten open gesprekken zijn, zonder dat er notulen van geschreven worden. Dat is woord om woord. En als er dan toch zaken afgesproken moeten worden, dan kun je die later tijdens de bouwvergadering bekrachtigen. Maar de boodschap is: blijven praten met elkaar. Je hakken in het zand zetten, dat heeft geen zin.”
De ‘voeten-op-tafel-sessies’ zorgden ook voor een goede verstandhouding tussen architect en aannemer. Zevenhoven: “We hebben het in het begin moeilijk met elkaar gehad. We zeiden regelmatig tegen Van Berkel: “Wat jij tekent, dat is niet uitvoerbaar. We willen het mooiste gebouw van Amsterdam voor je bouwen, maar geef ons de kans om dat te doen.” Door regelmatig hierover samen in gesprek te gaan, zijn we daar goed uitgekomen. Sindsdien verloopt de samenwerking prima.”
De Roo: “Het is onze taak als coördinerend aannemer om zulke dingen bespreekbaar te maken. Het ontwerp van de City Campus is prachtig, de uitkraging is fantastisch bedacht, maar wij moeten bedenken hoe je dat technisch kunt uitvoeren op de bouwplaats. Of dat nu gaat om de uitkraging, de schuine boomkolommen of de dragende staalconstructie. Bij elk bouwproject is er een spanningsveld tussen het architectonisch ontwerp en de technische uitvoering ervan. Daar kom je meestal goed uit, maar alleen als je daarover in gesprek blijft met elkaar. Anders lukt het niet.”
49
Een gevel waarin water, lucht en wolken worden weerspiegeld, het klinkt prachtig, maar technisch is het een uitdaging, weten Joost Schins en Hans Jansen van Scheldebouw, de gevelbouwer van de City Campus op het Oosterdokseiland.
Een rimpeling in het water, dat wordt hét beeld van de gevel van de City Campus. Alsof het water van het Oosterdok erin weerspiegeld wordt. Architectonisch een geweldig idee, maar hoe máák je het? Om dat geometrisch na te bootsen, dat was een hele klus, legt Hans Jansen uit, lead concept designer van Scheldebouw, verantwoordelijk voor het conceptuele ontwerp van de gevelelementen. “De architect heeft gekozen voor zogenoemde ezelsoren, driehoeksvormige panelen die elk onder een andere hoek staan. Het zijn als het ware scherven van glas die de rimpelingen van het water laten terugkaatsen in de gevel.”
Hoe die rimpeling gaat werken, is nu zichtbaar geworden. De gevelelementen zijn in rap tempo gemonteerd aan de staalen betonconstructie van de City Campus. “Deze elementen beslaan ongeveer tweederde van het totale geveloppervlak, zo’n tienduizend vierkante meter,” vertelt Joost Schins, projectmanager van Scheldebouw. “Dat zijn geprefabriceerde elementen die opgeslagen liggen in de loods van Scheldebouw in Middelburg. We hebben de gevelelementen daar onder optimale omstandigheden kunnen opbouwen. Ja, het is goed verlopen, we hebben volle bak montagesnelheid kunnen draaien. Dat komt mede door de goede samenwerking met architect, aannemer en constructeur.”
De visuele mock-up, ofwel het testen van een proefopstelling op ware grootte in het designlab van Scheldebouw, dat was een spannend moment bij de verdere ontwikkeling van de gevelelementen, herinnert Jansen zich. “Het ontwerp dat we hadden bedacht, konden we testen op ware grootte: de glaskeuze, de coating, de verdere detaillering van de profielen. Zo van: geeft het de uitstraling zoals we die voor ogen hadden? In grote lijnen was dat zo. Die toetsing heeft tot verdere detailleringen geleid, maar vormde uiteindelijk het startschot: ja dit is het, dit wordt de gevel.”
50
Passen als een jas
De gevel, de bekleding van de plint en de glazen dakconstructie van de twee atria, dat is het werk van Scheldebouw. Een prachtige klus, maar de architect heeft ons daarmee wel op onze limieten gebracht, lacht Schins. “De glazen schil moet passen als een jas. Doe dat maar eens, met zo’n complexe staal- en betonconstructie die nog in beweging is én grote uitkragingen heeft.”
Dat was niet eenvoudig, vult Jansen aan. “Het gebouw is constructief uitdagend. Het is geen rechte doos, er zitten grote overstekken in. Bovendien mag de gevel qua tolerantie maximaal twee millimeter afwijken, de marge is vrijwel nul.” Maar we zijn erin geslaagd, vindt Schins. “Oók in de overgang van ontwerp naar uitvoering, want er zit altijd een spanningsveld in ons werk als gevelbouwer. We ontwerpen, totdat we transformeren naar een productiebedrijf. En dat alles binnen een strakke planning. Die spanning is voelbaar bij elk bouwproject, maar bij de City Campus wel in het bijzonder.” Ja ze zijn trots dat ze hebben mogen meewerken aan de City Campus. Jansen: “Dit is een pareltje van moderne gevelbouw. Ik kijk nu al uit naar de James Bond film van 2025, als Bond door de grachten scheurt van Amsterdam. Dit gebouw komt daarbij zeker in beeld.”
51
De koper bij de hand nemen en zijn wensen vertalen in een prachtige woonomgeving, dat is volgens Elroy Schallenberg de rol van het kopersbegeleidingsteam van Aalberts gedurende het traject van koop tot inrichting van de 41 luxe appartementen van Ode Apartments. Begin 2022 is de afbouw van deze appartementen, met een woonoppervlakte variërend van 66 m2 tot 302 m2, van start gegaan. De planning is dat de woningen vanaf eind 2022 worden opgeleverd. “De appartementen zijn casco opgeleverd door het bouwteam onder aanvoering van Züblin. Wij zorgen er door de afbouw voor dat het straks de mooiste
appartementen van Amsterdam worden, met een panoramisch uitzicht over de historische binnenstad.” De woonwensen van de koper zijn daarbij leidend. “We bieden begeleiding op maat. Als een koper dit grotendeels zelf wil regelen, dan is onze rol een andere dan wanneer iemand zegt: ik ben gepensioneerd, ik ga op deze plek resideren, ik wil zelf stap voor stap het proces doorlopen, maar word daar graag bij begeleid.
Het eerste wat wij dan willen weten is: welke indeling van het appartement wenst u, waar wilt u slapen, waar komt de woonkamer? Als die vragen zijn beantwoord, gaan we samen nadenken
over sanitair, type deuren en klinken en het verlichtingsplan. Zo begeleiden we de koper tót het moment dat hij de sleutel krijgt.”
“Onze kopersbegeleiders zitten in een Amsterdamse showroom klaar om de kopers te begeleiden bij al hun keuzes op het gebied van indeling, sanitair, tegels en keukens. We willen dat mensen daarbij continu het gevoel hebben van: wow, ik koop iets bijzonders. Als dat lukt, dan hebben we het goed gedaan. Daarna dragen we de kopers over aan de adviseurs van de showroom voor de verdere afspraken.”
‘Wij zorgen door de afbouw voor de mooiste appartementen van Amsterdam!’
52
Begeleiding op maat, waarbij de woonwensen van de koper centraal staan, dat is de rol van Aalberts Bouw in het gehele traject van koop tot inrichting van de 41 luxe appartementen van ODE Apartments, vertelt Elroy Schallenberg, projectleider bij Aalberts.
Rijdende trein
“Dit project is voor ons een uitdaging omdat wij aanhaken op een al rijdende trein, met partijen die al langer aan het werk zijn op de bouwplaats”, vervolgt Schallenberg. “Het is bijvoorbeeld belangrijk dat we aansluiten op datgene wat door de architect en het BPD-verkoopteam is bedacht. Verder werken we nauw samen met ICO. Die verzorgt de technische installatie voor de domotica, de slimme technologie, voor alle 41 appartementen. Wij moeten onze processen goed op elkaar afstemmen, zodat wij de expertise van ICO kunnen overbrengen op de koper. Dat lukt alleen als de samenwerking goed is. Alleen op die manier kunnen we de kopers goed begeleiden bij het realiseren van hun ideale woning.”
53
‘We willen dat mensen continu het gevoel hebben van: wow!’
Sneak preview
54
Colofon
Redactie: BPD | Bouwfonds Gebiedsontwikkeling
Eindredactie: Marlous Mok
Vormgeving: Scrambled Ads
Fotografie: Wietse Visser, bymip, Michel van Dijk, Martha Schoemaker & Mhamed Aroug
Artist impressies: UNStudio & Theo van Leur
Tekst: Michel van Dijk, Ilja Kraaier, UNStudio, Jeroen Galle & Marlous Mok
Small island, great place
©2022 BPD
55
oosterdokseiland.nl