4 minute read
Arslan & partners advocaten
tekst Alex de Jong - fotografie Paul van der Wal
Arslan & partners advocaten Wees op je hoede bij geld ‘lenen’ tussen je BV’s!
Advertisement
Welke DGA doet het niet? Even van BV A wat geld naar de rekening-courant van BV B storten, omdat de laatste vennootschap deze maand ‘een beetje knijp zit en wat lucht nodig heeft’. Het is zó makkelijk en zó simpel. Tenslotte zijn het jouw eigen bedrijven; jij weet als ondernemer heus wel wat je doet. Maar wat nu als BV B op de rand van het faillissement staat? Mag je dan nog even snel je ‘geleende geld’ eruit halen? Bij Arslan & partners advocaten gaan alle rode vlaggen omhoog. ‘Wanneer je dit soort transacties schriftelijk niet goed hebt geregeld, krijg je hier als ondernemer een hele hoop trammelant mee’, waarschuwen mr. Ali Arslan en mr. Jarno Smit. Hun advies: bezint eer ge begint! Kortom: zet alles goed op papier, zodat je altijd een poot hebt om op te staan.
Partner van
Partner van
Ze zien het regelmatig in de praktijk voorbij komen; ondernemers die als DGA nonchalant geld van de ene naar de andere BV rondpompen. Niet omdat ze schimmige dealtjes maken, maar ‘gewoon’ omdat soms de ene BV over meer liquide middelen beschikt dan de ‘noodlijdende’ ander. Wat schuilt daar nu voor kwaad in? Bovendien valt alles onder dezelfde holding, onder de verantwoordelijkheid van dezelfde ondernemer.
Curator
‘Maar dat maakt weldegelijk uit’, weet mr. Jarno Smit, binnen het Zwolse advocatenkantoor belast met contractrecht, intellectueel eigendomsrecht en privacyrecht. ‘In de wet staat dat elke afspraak tussen een enig aandeelhouder en zijn vennootschap(pen) schriftelijk moet(en) worden vastgelegd, maar dat wordt vaak niet goed gedaan’, gaat mr. Ali Arslan verder. ‘Er ontstaan allerlei vorderingen over en weer. Maar waar je denkt even snel iets te ‘lenen’ aan een van je BV’s - en je dat geld ook snel weer terugstort - kan het gebeuren dat de BV failliet gaat en je die vordering niet zomaar had mogen innen. Ondernemers denken dat ze een preferente schuldeiser zijn, maar daar denkt de curator heel anders over.’ ‘Je moet alles contractueel vastleggen, zodat duidelijk is hoe de financieringen lopen’, weet Jarno. ‘Ook bij dit soort leningen moet je afspraken maken omtrent de te betalen rente, de aflossing, het onderpand, et cetera; net alsof het een financiering van een externe partij betreft.’ Doe je dat niet, dan zijn de rapen gaar.
Excessief lenen
Ook zijn er veel ondernemers die privé geld lenen van het bedrijf. ‘Pas hiermee op’, waarschuwt Ali. ‘De fiscus accepteert straks niet meer dat er heel grote rekening-courant vorderingen vanuit de BV op de privépersoon zijn. Op basis van een nog niet aangenomen wetsvoorstel zal alles boven de vijf ton in de toekomst meteen worden aangemerkt als excessief lenen en het bovenmatige zal worden belast in box 2. Kortom: dan moet je er belasting over betalen.’ Maar ook wanneer de bedragen lager zijn, moet je oppassen. ‘In het geval je als privépersoon veel geld hebt geleend van je BV en die BV gaat failliet, dan is die lening direct opeisbaar. Heb je zaken dan niet goed op papier staan, dan word jij als privépersoon toch nog meegezogen in het faillissement van je BV.’
Borgstelling
Ook wanneer je als ondernemer privé een borgstelling bij de bank hebt ondertekend, kun je privé bloeden voor zakelijke missers. ‘Ondernemers tekenen soms veel te makkelijk een dergelijke borgstelling, omdat ze denken dat dit niet onderhandelbaar is. Maar alles is onderhandelbaar. De bank zal bij de financiële overeenkomst het maximale aan borgstelling vragen, omdat ze zo min mogelijk risico wil lopen. Maar jij kunt daar, net als met andere financieringsvoorwaarden, altijd met een bank over in onderhandeling gaan.’ Toch doen veel ondernemers dit niet. Een gemiste kans, zo stellen de advocaten.
Pandrecht
Hoe doe je het wel goed? ‘Net als dat een bank bij een financiering om een onderpand vraagt, kun jij dat als DGA met een lening aan je BV ook doen. Zo kun je ervoor zorgen dat je wel een preferente schuldeiser wordt; mocht er onverhoopt iets mis gaan’, vertelt Ali. ‘Je kunt als ondernemer het pandrecht krijgen op voorraden, op roerende zaken, op debiteuren… Daarbij heb jij het eerste recht op de opbrengst van vooraf bepaalde zaken, waarbij de opbrengst van die verkoop geheel wordt gebruikt voor het aflossen van jouw lening aan de failliete BV. Pas wanneer er aansluitend nog iets resteert, krijgen andere schuldeisers geld.’ Door deze duidelijke verpanding, deze voorwaarde voor de lening, ben je een preferente schuldeiser geworden en heb je dus voorrang op andere schuldeisers.
Arslan & partners advocaten kan de ondernemer bijstaan in het maken van een dergelijke overeenkomst, waarbij toekomstige problemen met de fiscus - en een eventuele curator - kunnen worden voorkomen. ‘Echt, iedere ondernemer zou dit moeten doen. Ook accountants zouden de ondernemer hier (nog) duidelijk(er) op moeten wijzen’, stelt Jarno. ‘Laat ons er vooraf naar kijken. Alleen dan ben je ervan verzekerd dat je achteraf niet voor verrassingen komt te staan.’
Meer weten?
Burg. Van Roijensingel 1, Zwolle 038 46 001 11 www.arslanenpartners.nl • A Regiolokaal | 57