8 minute read

Expeditie Kilimanjaro

Next Article
Tarzan in Tanzania

Tarzan in Tanzania

Het avontuur dat Kilimanjaro heet

Wat bezielt iemand om in 6 dagen de Kilimanjaro te beklimmen? Je bent een beetje sportief, met de nadruk op beetje, inmiddels geen 18 meer, houdt van wandelen, maar moet je dan meteen de Kilimanajro beklimmen? Mieke Oxener besloot van wel. Heeft ze het dak van Afrika gehaald? Het antwoord is JA natuurlijk, maar het ging niet vanzelf. »

Advertisement

Het idee om de Kilimanajro te gaan beklimmen ontstond in november 2014, tijdens weer een bezoek aan Tanzania. Ja, ook ik ben bevangen door het Afrika-virus. Terug in Nederland heb ik uitgesproken dit te gaan doen, startte het trainingsprogramma en werd de groep die zou gaan klimmen geformeerd. Zes mannen, in de leeftijd van 26 tot 62 jaar, Johan, Gerald, Henk met zijn zoon Michael, Casper, Jacquo en ik, de enige vrouw in het gezelschap. Trainen, trainen en nog eens trainen. Hardlopen, fitness en wandelen, veel wandelen. Kilometers maken, ook in de heuvels van het Sauerland. Een goede voorbereiding is een must. Helaas kun je je niet voorbereiden op de hoogte, hoe je die gaat verteren ervaar je pas als je er bent. Onze klim boekten we bij een lokale touroperator. De prijsstelling was aantrekkelijk en het servicelevel uitstekend. Bobby Tours heeft veel ervaring met de Kilimanjaro klim en de gidsen met wie zij samenwerken zijn uitstekend opgeleid. Na een gedegen voorbereiding en een aantal kennismakingsbijeenkomsten is het zover: D-Day 18 oktober 2015.

17 oktober

De avond voorafgaand aan de start logeren we in een lekker hotelletje zodat we in ieder geval goed slapen en nog een laatste douche kunnen nemen. We maken kennis met Ismaël onze hoofdgids die komt om onze uitrusting te controleren. Ook starten we met het slikken van Diamox om hoogteziekte tegen te gaan. In Nederland meende men dat dit niet nodig is, Ismaël hamert erop om het wel te gebruiken. Wij lagelanders zullen anders de 6000 meter nooit bereiken zonder ziek te worden.

18 oktober

Op de ochtend van de eerste dag worden we na het ontbijt opgehaald. We kopen water, vullen de rugzakken, trekken de goed ingelopen wandelschoenen aan en daar gaan we. Bij het startpunt maken we kennis met de overige gidsen en dragers, de rugzakken worden gewogen, alle paperassen ingevuld en dan begint de eerste klim: van Machame gate naar Machame Camp op 3.000 meter. Een tocht door tropisch regenwoud, met apen in de bomen en allerlei prachtige vogels. Voor de vogelaars onder ons een heerlijke dag. Aan het einde van de middag bereiken we kamp 1 waar de tenten klaar staan. Mijn onderkomen voor de komende dagen bestaat uit een koepeltentje, een 5 cm dik luchtmatrasje en een latrine als toilet. Na een voedzame maaltijd zoeken we vroeg onze tent op, omdat we ook weer voor dag en dauw op moeten. Tja, die eerste nacht… Je begint de hoogte al te voelen, je droomt veel, ligt niet echt lekker op een laagje lucht en het is koud, best koud. Minus 5 met ijs op de tent.

19 oktober

In alle vroegte maken we de rugzakken klaar voor vertrek. Er gaat extra voedsel mee, energierepen en dextro, maar ook drie »

liter water. In een uur of zes wandelen we van Machame Camp naar Shira Camp op 3.900 meter. De uitzichten zijn prachtig en het tropische regenwoud maakt langzaam plaats voor een maanlandschap, stenen en cactusachtige vegetatie. Het lopen gaat langzaam en kost steeds meer energie omdat het zuurstofpercentage terugloopt, spieren en voeten doen pijn. Gelukkig heb ik geen last van blaren. Ik ben de langzaamste in de groep en mag het tempo bepalen. Dat is ook wel lastig omdat ik het gevoel heb de boel op te houden. Bij het inschrijven in het logboek elke avond in het kamp zijn Henk en ik telkens de oudsten. De gemiddelde leeftijd van alle deelnemers ligt rond de 27 tot 30 jaar. De avonden en nachten zijn koud, maar de uitzichten prachtig. Er zijn weinig wolken en we kijken tot op de savanne met Moshi aan onze voeten.

20 oktober

Op dag 3 word ik gebroken wakker, alle energie is uit mijn lijf, de berg wordt steeds steiler en mijn conditie holt achteruit. Het voelt als de hele dag traplopen, maar dan met ongelijke treden. Ik ben maar klein en het klimmen over rotsen van 50-75 centimeter hoog kost elke keer veel energie. Het zuurstofpercentage daalt steeds verder. Merkwaardig is dat als je stilstaat je je weer top voelt, maar zodra je klimt holt je energielevel achteruit. Het wil niet deze dag. We klimmen naar Lava Tower op 4.630 meter. Een parmantige Chinese vrouw passeert me, ziet dat ik het moeilijk heb en kijkt me meewarig aan. ‘Prutser,’ zie je haar denken en dat denk ik inmiddels zelf ook. Misschien toch te oud? Wat wil ik voor wie bewijzen? Ismaël heeft inmiddels mijn rugzak van me overgenomen, dat scheelt echt. Ik baal ervan dat ik de boel zo ophoud en ga helemaal verrot. Er is inmiddels een poll: haalt ze het of haalt ze het niet, het is 7 tegen 3 in mijn nadeel … Ze zullen me nog wel leren kennen. Waar we echter allemaal geen last van hebben is hoogteziekte, de Diamox doet z’n werk. Aangekomen in Barranco Camp ga ik meteen naar bed, ik kan niet meer, wil alleen nog maar slapen. Morgen de Barranco Wall, ik zie er letterlijk en figuurlijk tegenop als een berg. Johan spreekt me moet in … Wie weet voel je je morgen beter …

21 oktober

En zowaar … Op dag 4 word ik na een lange nacht zo fris als een hoentje wakker. We beginnen meteen aan de Barranco Wall en ik vind het nog leuk ook. Ditmaal is Jacquo het zorgenkind. Hoogtevrees speelt hem parten. We moeten bijna 300 meter steil omhoog klimmen, niet gezekerd. Ik denk nog dat de ARBO dat in Nederland niet had toegestaan. We redden het allemaal, maar de berg wordt steiler en steiler. Toch genieten we van het uitzicht op de Karanga Vallei. Michael filmt alles met een GoPro camera, we willen namelijk na afloop een film uitbrengen. We eindigen de dag in Barafu Camp op 4.550 meter. De top van de Kili hebben we steeds in zicht. Prachtig, maar ook angstaanjagend, want hoe »

‘Dichter bij de hemel kom je niet’

Dit pakt niemand mij meer af, ik ben zo blij en trots!

gaan we dit volhouden? Om 18.30 uur liggen we in ons mandje. We moeten over een paar uur weer op want dan begint de klim naar de TOP. De apotheose is aanstaande. Het wordt koud in het kamp, het kwik daalt tot minus 10 tot 15 graden en er vormt zich een laag ijs op de tent. Ik lig in mijn slaapzak met drie lagen kleding aan. Het is koud, bitter koud en bij elke inspanning die je levert voel je de energie wegstromen uit je lichaam. Het ademen wordt nu ook lastig.

22 oktober

Klokslag middernacht worden we gewekt. Bivakmuts op, muts er overheen, capuchon, lampje op je voorhoofd. Thermo-ondergoed, shirts, fleecetruien en een dikke parka moeten me beschermen tegen de vrieskou. Mijn handen zijn koud en terwijl ik loop heb ik het gevoel dat ik adem door een rietje. Ik kom in een cadans en bij elke stap denk ik: ‘zo, deze hoef ik niet meer te zetten.’ De spierpijn maakt dat je je spieren niet meer zo onder controle hebt en de combinatie met de ijle lucht en hoogte zorgt dat ervoor dat ik non-stop beef en ril. Ik begin te hallucineren, denk dat ik onder een viaduct door moet. Casper denkt dat ik gek geworden ben en misschien is dat ook wel zo. Rond een uur of 6 naderen we Stella Point. Eindelijk komt de top in zicht. Ik ril van de kou en net als ik denk dat ik het niet meer volhoud, kom ik de Chinese vrouw tegen. Ze ligt kotsend op de helling met een reddingsteam naast zich. Hoogteziekte is haar fataal geworden. Meewarig kijk ik haar aan. Hoe erg ook, ik put er enorm veel energie uit en besluit dat ik het wél ga halen.

En dan komt de zon op en op het dak van Afrika vallen we elkaar huilend in de armen. We zijn allemaal op en helemaal verrot, maar wat is het de moeite waard en wat een belevenis om dat met deze mooie groep mannen te mogen doen. We beseffen dat we met deze ervaring een band voor het leven hebben gesmeed. Maar we moeten verder, de TOP wacht op ons, 5.897 meter Uhuru Peak. Op het laatste stuk voel je je als het ware omhoog geduwd. We zijn allemaal euforisch, maar ook totaal kapot. Met hulp van Ismaël kom ik vooruit, zonder hem had ik het nooit gered. Uiteindelijk zijn we rond een uur of 10 op de top. Dichter bij de hemel kom je niet. We mogen er maar een half uur blijven. Casper zwalkt op zijn benen, alsof hij stomdronken is terwijl hij het niet in de gaten heeft. Jacquo doet zijn gebedje, beloofd aan de moeder van een buurmeisje die een aantal weken geleden is overleden aan een hartstilstand. Henk en Michael, vader en zoon, wat een belevenis om dit met elkaar mee te maken, een once in a lifetime avontuur. Ik weet niet meer wat lopen is, maar ik heb het gehaald. IK HEB HET GEHAALD. Dit pakt niemand mij meer af, ik ben zo blij en trots! ˙

www.oxener-goes-africa.nl

This article is from: