7 minute read

24 uur in Dar es Salaam

UUR IN

Dar es Salaam

Advertisement

Dat Dar es Salaam ooit een klein vissersdorp was, kan Chris Frieswijk zich moeilijk voor stellen, als hij de skyline langzaam vorm ziet krijgen vanaf het water. OOG VOOR AFRIKA vroeg hem de voormalige hoofdstad van Tanzania 24 uur lang te ontdekken en beleven. De vraag is natuurlijk: is het een go or no go? Het antwoord is al snel duidelijk. Ga naar deze bijzondere stad!

Ik ben per boot vertrokken vanaf Zanzibar. Twee moderne wolkenkrabbers rijzen hoog boven de verder ingetogen stad uit. Het coming of age van een metropool. Niet voor niets wordt ‘Dar’ steeds vaker in de categorie Johannesburg en Nairobi geplaatst. Voor veel reizigers een doorreis-haven op weg naar Morogoro nationaal park of dromerig Zanzibar. Voor wie verder kijkt dan het hete asfalt ligt er een aantal mooie ervaringen te wachten. In Dar vind je alles, van een bruisend economisch en cultureel hart, tot een multiculturele bevolking en een levendige geschiedenis. Een doorleefde handelsstad omgeven met een voelbaar aura van de avontuurlijke verhalen van zeevaarders en andersoortige reizigers.

Een land van zelfvertrouwen

Terwijl ik de boot afloop raak ik aan de praat met Emma, een zachtaardige man die in de stad opgegroeid is. Ik vraag hem naar de typische bewoner van Dar. Ofwel, wat moet ik hier verwachten? Lachend vertelt hij dat iedereen trots is en vol ambitie. Het was Julius Nyerere, de eerste president van Tanzania na de onafhankelijkheid, die vond dat het land meer op zichzelf zou moeten vertrouwen en minder afhankelijk moest zijn van buitenlandse hulp. En hier lijkt Emma het mee eens. We nemen afscheid aan wal en terwijl hij meteen wordt opgeslokt door het drukke centrum, besluit ik eerst een stuk langs zee te wandelen. Via een kathedraal, een oude klokkentoren en het treinstation kom ik bij het Askari monument. Een mooie plek om te gaan zitten. Zitten om te kijken. Dit is mijn ritueel in een onbekende stad. Het is verbazingwekkend hoeveel je ziet. Een vrouw loopt met haar baby voorbij, gewikkeld in een kleurrijke doek houdt ze het kind dicht tegen zich aan. Een man met versleten kleding en een warrig hoofd passeert haar op blote voeten. Drie Europese meiden steken zelfverzekerd de weg over. Een taxichauffeur vraagt ze of ze een lift nodig hebben, waarop ze vlug bedanken. Zodra ik opsta komt er een jongen voorbij die gepofte aardappels verkoopt en terwijl ik de gloeiendhete snack voorzichtig probeer op te eten draai ik me naar het monument. Het Askari monument herinnert aan de Afrikaanse troepen die vochten in de Eerste Wereldoorlog. Onder Duits gezag namen ze het op tegen de Britten, Belgen en Portugezen. Aan het eind van de oorlog trok Duitsland zich terug, waarop de Britten direct inspeelden. Een tijdlijn die me steeds duidelijker wordt als ik later een expositie bezoek in het National Museum. Opvallende relikwieën van de koloniale tijd worden afgewisseld met inheemse muziekinstrumenten in een uitgebreide etnografische »

africa924 / Shutterstock.com

Askari Monument Botanic Garden

tentoonstelling. Het museum, dat open is sinds 1940, heeft verschillende expositieruimtes die variëren van natuurhistorie tot culturele en politieke geschiedenis. Die aandacht voor het verleden is niet voor niets. Zoals Duits filosoof Lichtenberg het zei: “het tegenwoordige door het verleden bevrucht, baart de toekomst.”

De stad als decor

Na mijn museumbezoek loop ik over Garden Avenue langs een oude botanische tuin. Deze tuin, aangelegd eind 19e eeuw is wederom een koloniaal souvenir, waar tot op de dag van vandaag bijzondere planten en bomen onderhouden worden. Het groen zorgt voor een prettige verkoeling in de stoffige drukte van de stad. Het is hier rustig, er loopt één jongen voorbij. Ik besluit hem te vragen naar een plek om te lunchen. Hij is blij verrast en stelt zich voor als Andrew. Voor het gemak kan hij beter een stukje meelopen, biedt hij aan. Naar de vismarkt, want dat moet je gezien hebben, aldus de 18-jarige Tanzaniaan. Hij vertelt dat hij zanger is en droomt van een carrière in de muziek. Al lopend laat hij vol trots een van zijn nummers horen op zijn oude Nokia. Helaas, zo vertelt hij, werkt hij voorlopig nog in een café om in zijn onderhoud te voorzien. Na een klein half uur lopen arriveren we bij de vismarkt en het geweld van tientallen laaiende vuren. Beschermd door het zwartgeblakerde geraamte van een nooit afgebouwde loods staan meerdere koks op rij, omgeven door kletterend keukengerei en kokende olie. Er hangt een sterke geur van vis vermengd met die van gloeiende houtskool. Een surrealistisch schouwspel en een uitdaging voor de zintuigen. Ik wandel langs ansjovis die ligt te drogen op matten en kom bij een visser die zijn vers gevangen tonijn in stukken verdeelt. Hongerige bezoekers kiezen een stuk uit om dit vervolgens te laten klaarmaken door de koks. Langzaam bereik ik het andere einde van de markt, waar ik in een soort flashmob terechtkom. De straat is het toneel, de stad het decor. Een groep dansers bezet de hele rijbaan terwijl ze onder begeleiding van luide trommelmuziek het visetende publiek mee proberen te nemen in hun energieke performance.

Creatiedrang bij de Wonder Welders

Door het centrum van de stad krioelen tientallen dalla dalla’s, de kleine busjes zijn het aangewezen vervoersmiddel voor de lokale bevolking. Ze stoppen in Posta, het centrum van de stad, vernoemd naar het stedelijk postkantoor op Maktaba street. »

National Museum

Flashmob

National Museum

Ik pak de eerste beste dalla dalla richting de wijk Oyster Bay, waar zich de Wonder Workshop bevindt. Het bord zegt: Hip recycled art. Zodra ik binnenloop word ik aangekeken door een levensgrote alligator, gemaakt van schroot. Op het terrein zie ik verschillende werkplaatsen waar de zelfbenoemde meesters druk in de weer zijn met het lassen van sculpturen. Eén ding hebben ze gemeen: door een beperking vervullen zij een marginale rol in de maatschappij. In de Wonder Workshop krijgen fysiek gehandicapte mensen de gelegenheid kunst te produceren die wereldwijd verkocht wordt. Een initiatief van een rijke zakenman die de mannen een beter leven dan als bedelaar wilde geven. Ik zie een man werken aan een gigantische stalen olifant. Hij blijkt doof te zijn, maar weet mij toch te inspireren met zijn enthousiasme. De materialen zijn de overblijfselen van afgedankte spullen. De vergeten ruïnes van een vorig leven, waar de wonder welders weer kunst van weten te maken. Er hangt hier een sfeer van optimisme. Een creatiedrang. (www.wonderworkshop.co.tz)

Muzikaal onthaal

Terug in het centrum bezoek ik Andrew. Hij gaf me het adres van het café waar hij werkt (de Subway in Mirambo Street) en nodigde

Magdalena Paluchowska / Shutterstock.com

me uit voor een kop koffie. Aan de toonbank vraag ik naar hem en verrassend genoeg noemt zijn collega mij direct bij naam. Andrew heeft zijn collega’s verteld over onze ontmoeting en ons gesprek over muziek. Nadat hij een cappuccino voor mij gemaakt heeft adviseert hij mij later naar de Triniti Bar (26 Msasani Rd) te gaan, een bar, restaurant en guesthouse met goede livemuziek. De slogan is Home Away From Home, voegt hij lachend toe, voor als ik heimwee heb. Voor ik de eerste slok van de heerlijke koffie heb genomen, begint Andrew te zingen. Nogal ongemakkelijk kijk ik om me heen. Zijn collega’s staan naast hem, en om ons heen kijken mensen op van hun gesprekken. En terwijl hij daar staat te zingen, in zijn schort, realiseer ik mij hoe dapper hij eigenlijk is door recht op zijn doel af te gaan. Net als veel mensen die ik hier vandaag heb ontmoet. En dit, realiseer ik mij, is wat Emma, de man op de boot, bedoelde. Na een couplet en een refrein kijkt Andrew me aan. ‘Welkom in Dar es Salaam,’ zegt hij, terwijl de hele tent losbarst in applaus. ˙

africa924 / Shutterstock.com

Wonder Workshop

This article is from: