P209977 - verschijnt 4x per jaar in augustus/november/februari/mei - afgiftekantoor Antwerpen X
Subtitel
insight
51
17
Coverstory Akram Khan - zomer 2018 - amsterdam Productie: Kris De Smedt - Erik Vernieuwe
Subtitel We maken al even jacht op de Brits-Bengaalse topchoreograaf en danser. Vooral die laatste hoedanigheid maakt het moeilijk om hem te strikken voor een fotoshoot. Khan is op tour met Xenos, een verbazingwekkende solo waarin hij het verhaal vertelt van de koloniale soldaten die sneuvelden in de Eerste Wereldoorlog. In het kader van het festival Julidans in de Amsterdamse Stadsschouwburg brengt Akram Khan drie dagen na ellkaar zijn Xenos. De dag van de laatste voorstelling maakt hij tijd voor de shoot. Buiten is het bloedheet. We treffen hem in de luwte van de grote balletstudio, drie uur vóór zijn titanenwerk. Hij is de kalmte zelf. Minzaam zoals dat heet. Wat betekent ons seizoensthema “vergankelijkheid” voor hem? “Ik maakte met Larbi, Zero Degrees, een zeer persoonlijk stuk voor ons allebei. Een gedeelde ervaring die ervoor gezorgd heeft dat we een onverwoestbare band hebben. Eén van de teksten die we gebruikten, gaat zo: “In life or death we continue to be in motion. In life we’re in motion because we continue to breath, in death our body continues to decompose. So, in life or death we continue to be in motion.” Dans is een reflectie van wat leven is, en vergankelijkheid is inherent aan dat leven. Het enige wat we met zekerheid weten, is dat we op een dag dood gaan, verder weten we niets. Dans, de beweging, herinnert ons aan die tijdelijkheid. De schoonheid ervan is die van kersenbloesem. De kracht zit in het moment. Dans schept voor de toeschouwer ook herinneringen die dat momentane wel overstijgen.” Khan is ongelofelijk fotogeniek. Zijn kleinste beweging of oogopslag levert telkens een indringend portret op. In geen tijd hebben we hét beeld. Ook dit momentum is speciaal en zal in ons geheugen blijven. Vooral omdat het voorafgaat aan de allerlaatste keer dat hij een solo zal brengen. Hij kondigde het aan in de pers, hij stopt met de uitputtingsslag. De realiteit heeft hem ingehaald. Op zijn 43ste vergt een avondvullende solo fysiek te veel van hem. En bovendien wil hij minder toeren en meer tijd doorbrengen met zijn nog kleine kinderen. De vrijgekomen energie wil hij graag in anderen investeren. Wanneer we hem vragen hoe hij zijn werk ziet evolueren, wordt Akram Khan heel spiritueel. “Het boeit me om te trachten ons eraan te herinneren wat het betekent om mens te zijn. Zodra het concept ‘God’ ontstond, hebben wij mensen getracht het te slopen. En sinds technologie bestaat, dreigt die het concept ‘Mens’ te ondermijnen. Voor mij draait alles rond de reconstructie van ons mens-zijn, oog in oog met onze kwetsbaarheid die in de toekomst nog groter zal worden. Vooral als je ziet waar de wereld naartoe gaat. Voor mij is kunst niet louter een kwestie van schoonheid brengen of een verhaal vertellen, kunst creëert bewustzijn. Ik wil het als vorm van bezinning gebruiken. Ik wil een sacrale ruimte scheppen waar mensen zichzelf anders gespiegeld zien dan in de media en de virtuele wereld, anders dan door de technologie.” We vragen ons af of die gedachte ook reeds in Akram Khans Giselle sluimert, waarop hij antwoordt: “Ja uiteraard omdat het van mij komt, dus ja, die gedachte zit er zeker in verweven. Bovendien vertel ik in Giselle over cycli; de cirkel van geweld en xenophobie wordt gebroken omdat Giselle er tegenin gaat en dan Albrecht vergeving schenkt.” Done. We willen niet langer zijn kostbare tijd voor de voorstelling opgebruiken. Een paar uur later zien we dezelfde man op het podium, een nog sterkere aura omkleedt hem. Meer dan een uur is hij voortdurend in beweging, pendelend tussen klassieke Indiase kathak en hedendaagse dans. Bij het applaus veren we recht samen met de rest van de zaal. Staande ovatie.
52
VANITAS #1 Tijdens het laatste seizoen van Aviel Cahn en Sidi Larbi Cherkaoui samen, dat in het teken staat van vergankelijkheid, brengt Insight een speciale cover-reeks gerealiseerd door fotograaf Kris De Smedt en stilist Erik Vernieuwe. Gebaseerd op het vanitas-principe leggen we in vier bijzondere portretten een accent dat op de tijdelijkheid van het aardse maar net zo goed op de veerkracht van de vernieuwing. De vanitas-stillevens, die vooral in de 17de eeuw in trek waren, symboliseren de kwetsbaarheid van het menselijk leven en de kortheid van ons bestaan. Erik Vernieuwe koos volgende elementen specifiek voor het portret van Akram Khan: Verwelkte bloemen voor vergankelijkheid, het momentane van schoonheid, de illusie van pracht die ook op het einde van het leven van de bloem aanwezig is. De roos, de bloem van Venus, symbool van aardse liefde.. Insecten kondigen het verval aan, de ondergang van het lichaam, maar tegelijkertijd ook wedergeboorte in een andere gedaante en in dit geval de kever specifiek als symbool voor redding en onsterfelijkheid. Schelpen als symbool van fragiliteit. De menselijke kwetsbaarheid waar Khan zo vaak reflecteert. Volgend vanitas portret: Marie Vinck
1
SUPPORTING PROFESSIONAL MAKEUP ARTISTS WORKING IN FILM, TELEVISION, THEATRE, MUSIC, EDITORIAL AND THE PERFORMING ARTS ARTISTRELATIONS@BE.MACCOSMETICS.COM 2
Giselle, heldin zonder papieren De klassieker van Akram Khan Reality check: Vrouwenhandel in Moldavië Open doek voor Aki Saito
04 06 10
De langverwachte komst van Lohengrin Citymarketing anno 1896 David Aldens nachtmerrie
16 20
Satyagraha: in de voetsporen van Gandhi De tocht van Philip Glass De opera van Sidi Larbi Cherkaoui Gandhi voor beginners
24 28 35
Verder in dit nummer De film Girl Casting Link: aanraders en reminders Kalender Column
38 43 43 46 48
Colofon Redactionele leiding Chris Van Camp Werkten mee aan dit nummer Jan Lampo, Kurt Vandemaele, Maarten Beirens, Emmi Penannen, Anna Godzina, Andrej Lutenco, Marc Cloostermans, Erik Vernieuwe, Kris De Smedt, Piet De Volder, Koen Bollen, Wilfried Eetezonne, Wim Van Bree, Catherina Matthys, Joren Sanders, Tessa Joris.
De redactie heeft in de mate van het mogelijke alle auteursrechten gerespecteerd. Mochten er bij vergetelheid fouten of vergissingen zijn gebeurd, dan kunnen personen die zich aangesproken voelen contact opnemen met de redactie. Niets uit deze uitgave mag onder enige vorm gereproduceerd worden zonder voorafgaande toestemming van de uitgever.
Druk Bema Graphics Reacties? redactie@operaballet.be Verantwoordelijke uitgever Kunsthuis Opera Vlaanderen Ballet Vlaanderen vzw, Bart Van der Roost Van Ertbornstraat 8, 2018 Antwerpen
3
Giselle as seen by Akram Khan Romantische heldin krijgt vluchtelingen-status Overladen met vier- en vijfsterrenkritieken en prestigieuze onderscheidingen – zoals de Britse Olivier Award – geldt Akram Khans Giselle nu al als een van de meesterwerken van de eenentwintigste eeuw. Khan verplaatste het verhaal van het iconische klassiek-romantische ballet naar deze tijd, inzoomend op actuele thema’s als de migratieproblematiek en de wijze waarop onze ‘beschaving’ omgaat met minderbedeelden, maar tegelijkertijd blijft hij opmerkelijk dicht bij het oorspronkelijke libretto. Na de wereldpremière bij English National Ballet, in 2016, is Ballet Vlaanderen nu het eerste andere gezelschap dat Khans productie aan het repertoire mag toevoegen. Akram Khan zet zijn titelpersonage heel anders neer dan gangbaar in de meeste Giselle-producties, doorgaans gebaseerd op het negentiende-eeuwse libretto van Théophile Gautier en Jules-Henri Vernoy de Saint-Georges. Daarin is Giselle, door een hartaandoening, niet alleen zwakjes, ze is ook buitengewoon lief en bedeesd. Khan daarentegen portretteert Giselle als een sterke vrouw. Khan legt de link met de verwoestende branden in kledingfabrieken in Bangladesh, het geboorteland van zijn ouders. Giselle is een migrante die in een fabriek werkt, maar door sluiting van de fabriek op straat komt te staan en voor haar broodheren vervolgens alleen nog ‘nuttig’ is als ‘exotisch vermaak’. Ondertussen echter heeft zij, een outcast, wel een liefdesrelatie gekregen met Albrecht, de zoon van een van de rijke families die zich – letterlijk en figuurlijk – achter een hoge muur verschuilen. Albrecht, verkleed als outcast, klimt regelmatig over de muur om Giselle te bezoeken, maar zodra hij ontmaskerd wordt, kiest hij niet voor zijn geliefde, maar voor zijn afkomst. Het tweede bedrijf speelt zich niet af in een bos, het rijk der willi’s, maar in een ‘ghost factory’, een door rijke multinationals verlaten fabriek. De arbeidsters die er werkten, waren geen slachtoffer van de liefde, zoals in het oorspronkelijke Giselle-verhaal, maar van jarenlange uitbuiting. Hun geesten waren sindsdien door de fabriek. Zij zijn Khans willi’s, de vrouwen die wraak nemen, maar ook in zijn productie vergeeft Giselle Albrecht en doorbreekt daarmee als het ware de cirkel van geweld en bedrog. 4
Giselle
Giselle Gent vanaf 16 oktober Antwerpen vanaf 1 november
Giselle Š Laurent Liotardo
5
Reality check
De Willi's van Moldavië Handel in gebroken mensen
Wachten in Chișinău, © Anna Godzina
6
Giselle
De meesten onder ons associëren mensenhandel en uitbuiting met vluchtelingen uit Afrika. Of met sweatshops die we in Azië, of misschien Latijns-Amerika situeren. Akram Khan neemt ons in zijn bewerking van Giselle mee naar een uitzichtloos industrieel complex in Bangladesh en contrasteert het romantische verhaal met het slavenbestaan van de werksters. Een terechte aanklacht. Maar staan we er ooit bij stil dat ook binnen de grenzen van Europa vrouwen en mannen van hun toekomst beroofd worden en in vreselijke scenario’s belanden? Neem nu Moldavië, het land dat dit jaar aan het Eurovisie Songfestival deelnam met de feelgood song My Lucky Day. Tegelijk ook het armste land van Europa, dat na de val van het communisme verweesd en vooral leeg achterbleef. Mensen vertrekken om hun geluk te zoeken, mensen worden weggelokt hun ongeluk tegemoet. Sommigen worden gezocht en gemist, anderen niet eens. De Moldavische jurist/activist Andrei Lutenco doet samen met fotografe Anna Godzina zijn relaas over zijn bloedend land.
Gezocht en gemist Een zondag in mei. Tijdens een enorme betoging tegen een ondemocratische, corrupte regering, in het centrum van Chișinău, de hoofdstad van Moldavië, hield een vrouw een poster met twee foto’s omhoog. Op allebei was haar familie te zien, etend aan dezelfde tafel. Op de eerste, gemaakt in 2016, zag je jonge mensen en kinderen rond die tafel – één grote, gelukkige familie. Op de tweede, dit jaar gemaakt, waren er nog maar twee mensen: de vrouw en de man, waarschijnlijk haar echtgenoot. Voor een Moldaviër zegt deze poster meer dan duizend woorden. Iedereen heeft immers familieleden en goede vrienden in het buitenland, in de EU of in Rusland, waarschijnlijk in beiden. We snappen ook dadelijk waarom ze die foto’s meebracht naar een betoging tegen de regering. Ja, mensen trekken weg omwille van de beter betaalde banen en kansen in het buitenland. Maar ze trekken ook weg doordat een staat aan het afbrokkelen is, een staat die hen niet respecteert. Dit zijn verloren mensen en niet alleen voor het land, maar ook voor hun medeburgers, verloren voor mij, ik die nog steeds hier ben. Dit zijn mensen die gezocht en gemist worden. Leegstand-land Moldavië werd pas in 1991 onafhankelijk, terwijl het nog de erfenis meesleepte van het socialistische experiment dat op haar territorium was uitgevoerd. Zoals alle Sovjetlanden was Moldavië onderworpen aan de visie van de USSR-elite. De Sovjetaanpak was: snelle industrialisatie door grote strategieën en projecten. De grote projecten resulteerden in grote infrastructuur, fabrieksgebouwen, landbouwstructuren en grote ruimtes die werden verondersteld overeen te komen met de ambities van de socialistische staat. Toen de USSR uit elkaar viel, waren de nieuwe regimes in de republieken die de USSR gevormd hadden, niet meer in staat om deze overblijfselen van het Sovjetverleden in stand te houden (of ze waren er niet in geïnteresseerd). De nieuwe kapitalistische orde draaide op andere regels en liet de grote 7
gebouwen aan hun lot over. Deze fabrieksgebouwen, niet meer werkende spoorwegen, geraamtes van collectieve boerderijen, ruïnes van stadions, allemaal marginaal en verlaten, waren een voorbode van wat het land zelf aan het worden is. Een steeds legere ruimte. Er was ook ruimte voor winstbejag. Politici waren weinig geïnteresseerd in het opbouwen van het land. Bleek dat hun broekzakken hun eerste zorg waren. De jaren ’90 waren een wild feest: socialistisch staatseigendom was geprivatiseerd en sommigen wisten hoe ze het grootste stuk taart te pakken konden krijgen. Moldavië werd gekocht en verkocht. Opeens was er een diepe kloof tussen rijken en armen, en alle ruimte voor de eerste om de tweede uit te buiten. Als Moldaviërs niet al arm geboren waren, dan verzeilden ze wel geleidelijk in de armoede. Het land verlaten werd de enige oplossing, vooral voor vrouwen, die thuis veel minder kansen kregen, zich zorgen maakten over hoe ze hun kinderen te eten moesten geven, of die werden weggedrukt door huiselijk geweld. Niet-gezochte mensen Een aantal van de mensen die het land verlieten werden niet gezocht. Mensen die de ergste migratie-ervaring meemaakten. Degenen die, in plaats van een veiliger haven te bereiken, schipbreuk lijden, aanspoelen, ontvoerd of misleid worden, om te doen wat geen mens uit vrije wil zou doen. Degenen die gebroken terugkwamen, leeg vanbinnen. In de late jaren ’90 en het begin van de 21ste eeuw werden Moldavische vrouwen steeds vaker slachtoffers van mensenhandel naar conflictgebieden in de Balkan, waar ze werden verkocht en seksueel uitgebuit. Om vrouwen te lokken, deden handelaren hen valse beloften over banen en hoop op een normaal leven. Soms werden ze zonder omwegen ontvoerd; vaak waren politie of andere ordehandhavers ervan op de hoogte. Mensen probeerden wanhopig aan de armoede te ontsnappen en aangezien dit werd verhinderd door lastig te pakken te krijgen visums en ondoordringbare grenzen, vertrouwden ze hun leven en lichaam toe aan wie
Giselle ook maar beloofde om hen illegaal naar het buitenland te helpen. Duizenden vrouwen maar ook mannen moesten ten slotte hun schulden voor die ‘transportdiensten’ afbetalen door te werken in de seksindustrie, of met dwangarbeid. Een psychologe, verbonden aan het Centrum voor Assistentie en Bescherming van Slachtoffers van Mensenhandel in Chișinău, vertelde me dat ze probeert niet terug te denken aan het jaar 2001 - toen er hele chartervluchten vanuit Albanië en Kosovo aankwamen, met tientallen vrouwen in nood aan boord, bevrijd of vrijgelaten uit clubs, bars en hotels in de Balkan, waar ze seksslavinnen waren. Ze zag huilende en schreeuwende vrouwen uit het vliegtuig komen, sommige dronken of verdoofd. Veel van hen waren een jaar of twee jaar weggeweest, sommigen wisten niets over hun kinderen of families. De overheid deed weinig voor deze slachtoffers. De staat zat krap bij kas en het probleem was niet bekend. Maar erger nog, de maatschappij verwelkomde deze vrouwen niet: ze werden als prostituees en losers gelabeld. Het waren NGO’s en internationale organisaties die voor bescherming en psychologische, medische en sociale hulp zorgden. Die ongelukkigen stonden weer terug op hun vertrekpunt. Er werd niet naar hen geluisterd, ze werden niet begrepen of aanvaard door hun gemeenschap en hun familie: ongewenst volk, met niet-vertelde verhalen.
In de jaren 2006-2010 veranderde de situatie rond mensenhandel. De etnische spanningen in de Balkan normaliseerden en er waren meer mogelijkheden om legaal te emigreren, waardoor Moldavische vrouwen minder risico liepen om brutaal uitgebuit te worden als seksslavin. Zodra buurland Roemenië lid werd van de EU en Moldaviërs de mogelijkheid kregen om de nationaliteit van dat land aan te vragen, waren er meer mogelijkheden om legaal te emigreren. Nieuwe trajecten De staat erkende en counterde geleidelijk het probleem van mensenhandel: ze ratificeerde de relevante internationale verdragen, schreef wetten en stippelde een beleid uit om deze misdaad te voorkomen en te bestrijden en de slachtoffers ervan te helpen. Maar toch ging de mensenhandel door. Alleen veranderden de methoden en bestemmingen, van de Balkan naar Turkije, Rusland en Arabische staten. Deze keer was het minder georganiseerd. Het bruut geweld nam af, de slachtoffers werden veelal vastgehouden door gewiekste manipulatie en bedrog. Zowel mannen als vrouwen eindigden als koopwaar, om dwangarbeid te verrichten of uit bedelen te gaan. Trauma’s van mensenhandel en uitbuiting zijn moeilijk te verwerken en ze laten een blijvend spoor in een mensenleven. In de opvang voor slachtoffers van mensenhandel
Streetlife is Moldavië, © Anna Godzina
8
Vrouwenhandel in Moldavië
Verloren, verloederd, voorbij © Anna Godzina
in Chișinău hoorde ik het verhaal van een 26-jarige vrouw die meer dan zeven jaar geleden was overgebracht naar Saoedi-Arabië en daar was ingezet in de seksindustrie. Na haar terugkeer is sociale en psychologisch hulp aangewezen, want de ervaring blijft haar achtervolgen. Ze heeft twee kleine kinderen en heeft het moeilijk om te overleven zonder enige steun. Ze heeft geen ouders meer en geen geluk in de liefde, twee mannen lieten haar zitten, de vader van haar kinderen incluis. De psychologe in de opvang zei me dat dit gebruikelijk was, dat de mensenhandel-ervaring je volgt zoals de staart van een komeet en dat mensen het onmogelijk vinden om zich eroverheen te zetten. De mensen die slachtoffer waren vinden het moeilijk om beslissingen te nemen, zijn emotioneel instabiel en verwarren hun illusies met de werkelijkheid. Ze hebben flashbacks die hun persoonlijkheid telkens weer aan stukken slaan en ze vinden 9
het moeilijk om met anderen te communiceren of om door hen geaccepteerd te worden. Tja, kometen zijn altijd al geassocieerd geweest met kwade voortekenen. De geschiedenis van Moldavië is ook de geschiedenis van deze mensen. Het land wordt leeg als de mensen weggaan, maar ook als de mensen, leeg vanbinnen, terugkomen. Andrei Lutenco Anna Godzina
Giselle
Giselle
Š Klaartje Lambrechts
Gent vanaf 16 oktober Antwerpen vanaf1 november
Open doek voor Aki Saito 10
Aki Saito
“Het is niet te geloven hoeveel ik denk terwijl ik dans”
Voor Aki Saito is dit nieuwe seizoen een bijzonder seizoen. Al 24 jaar beleeft Aki een droomcarrière bij Ballet Vlaanderen, kende een steile klim tot principal dancer en danste de bekendste hoofdrollen in het klassieke en neoklassieke balletrepertoire, Maar op haar palmares ontbrak nog één rol waartoe ze nu de kans krijgt: Giselle en wel in Akram Khans versie. We treffen Aki Saito tijdens de zomerbreak in een rustig café in Antwerpen. Ze vertelt bevlogen en levendig, denkt na over wat was, wat is en wat zal zijn. 11
Aki Saito Aki definieert de missie van een danser als de zoektocht naar vrijheid in beweging, waarbij je trouw moet blijven aan de veeleisende esthetische en technische vereisten van de kunstvorm. Iets wat je alleen maar kan bereiken door eindeloos te herhalen. “Dansen is vaak een strijd. Ik geloof dat techniek een dialoog is tussen controle en instinct. Ze kunnen natuurlijk in elkaar overvloeien en allebei leiden ze naar vrijheid. Mijn techniek komt voornamelijk voort uit controle. Het is niet te geloven hoeveel ik denk terwijl ik dans.” Gangmakers Door het gestaag najagen van controle en een goede dosis instinct, is Saito erin geslaagd die mooie momenten van ultieme vrijheid in haar dansen te bereiken. Dezelfde logica volgend, is haar hele verhaal bepaald door een voortdurende afwisseling van plan en intuïtie. Haar leven lang heeft Saito zich omringd met mensen die haar potentieel zagen en gangmakers voor haar waren. Ze heeft zich door hen laten leiden. “Ik geloof in lotsbestemming. Onderweg waren er veel mensen die me gevoed hebben, die me duwtjes gegeven hebben. Ik werkte altijd zo hard ik kon, om de kansen die ik had gekregen te verdienen.” Door de aanmoediging van haar leraar, Tomoko Kurosawa, werd de hobby van een zevenjarige, oorspronkelijk ingegeven door de glinsterende balletpakjes, een echte ambitie. Jaren later, na haar deelname aan de Prix de Lausanne in Zwitserland, verhuist Saiko van het ene continent naar het andere, nadat Marinella Pañeda, de toenmalige directrice, haar uitnodigde om te komen studeren in Antwerpen aan de Koninklijke Balletschool. “Het was mijn droom om aan de Parijse Opera te studeren. Maar Marinella was zo vastberaden om mij in haar school te krijgen, dat ik dacht: als ze me zo graag wil, zal ze allicht goed voor me zorgen.” Dit besluit zette een kettingreactie in gang. Op school werd Saito gekoppeld aan Wim Vanlessen, een danspartner met wie ze haar hele carrière zou delen. Na haar afstuderen, nam balletdirecteur Robert Denvers haar onder zijn vleugels bij het Koninklijk Ballet van Vlaanderen. Toen Kathryn Bennetts in 2005 directrice werd, was Saito al principal dancer. “Robert geloofde in mij, gaf me kansen en uitdagingen die me deden groeien. Hij maakte een professionele danser van me. Kathryn duwde me nóg verder. Zij maakte van mij de artieste die ik vandaag ben en dankzij haar danste ik over de hele wereld. Het was nooit mijn plan om m’n hele leven in België te blijven. Maar ik kreeg telkens nieuwe kansen en zo bleef ik.”
Telkens weer heruitvinden Saito laat zich heel moedig leiden door het natuurlijke gewicht van gebeurtenissen. Ze is vol vertrouwen op uitnodigingen ingegaan, vastbesloten om te leren en zich te ontwikkelen. En opnieuw gaat er een deur open: een productie die voor Saito onontgonnen terrein is. In november danst Saiko Giselle in een nieuwe interpretatie van het klassieke ballet Giselle door hedendaags choreograaf Akram Khan. Ze heeft haar carrière lang haar grenzen verlegd, dus het lijkt gepast dat ze nog een nieuwe choreografische taal aan haar repertoire toevoegt. “Ik had met Sidi Larbi Cherkaoui gesproken over het nieuwe seizoen, hij stelde me de rol van Giselle voor. Eerst was ik niet zeker, omdat ik een hedendaagse interpretatie van een klassiek ballet niet mijn ding vond, aangezien ik mezelf beschouw als een klassieke balletdanser. Maar toen ik de choreografie bestudeerde, wist ik dat ik de uitdaging aan wou gaan.” Toen ze Khan leerde kennen, vond ze zich meteen in zijn ideeën achter het ballet. Ze is Cherkaoui dankbaar dat hij aandrong op deze voorstelling, en dat hij haar zo een nieuwe gelegenheid geeft om zichzelf in dans heruit te vinden. “Ik heb veel liefde voor hedendaagse dans, en ook veel respect. Maar ik heb mijn leven lang onvermoeibaar mijn ballettechniek geperfectioneerd en ik ben er erg trots op.” Toen Khan Giselle maakte bij het English National Ballet, was één van de belangrijkste taken in het creatieproces, de kunde en kennis van een klassiek getraind danser recht te doen. Saito heeft de indruk dat alles wat ze heeft geleerd en gedaan nu van pas komt in het maakproces en denkt dat het een perfecte productie is om aan haar palmares toe te voegen. “Akram over de productie horen vertellen, bevestigde mijn gevoel dat ik zijn Giselle wou vertolken. Ik weet dat ik het heerlijk ga vinden om de choreografie te verkennen en mezelf in dit ballet te gooien.” Geesten Een nieuw ballet, een nieuw personage – voor Saito betekent het een volledige onderdompeling in het leven, de emoties en de bewegingstaal van haar rol. “Ik kijk er echt naar uit om Akram’s verhaallijn te ontdekken. Ik hou van verhalen vertellen. Om eerlijk te zijn met het personage, neem ik een heleboel emoties uit mijn persoonlijke ervaring mee. Ik haal de rol uit elkaar en onderzoek ‘m, totdat ik een aanpak vind die goed voelt voor mij. Daarna on stage is er geen Aki meer, alleen maar het personage. Een paar uur lang leef ik het leven en het drama van iemand anders.”
Droompaar Aki vormt al decennia het ballet droompaar met Wim Vanlessen. Een uiterst zeldzame match. Wanneer ze samen dansen, is Aki in staat om zichzelf te overstijgen. Niet toevallig zijn de vier balletten die ze het meest koestert In the middle somewhat elevated en Artifact van William Forsythe, Onegin van John Cranko en Sleeping beauty van Marcia Haydée. Al deze balletten danste ze met Vanlessen. “Er zijn dingen die je alleen mettertijd voor elkaar krijgt. Ik zeg altijd: met Wim en mij is één plus één niet twee. Het spontane begrip dat we ontwikkeld hebben door jaren samen te werken, dat gaat voorbij aan woorden. In Artefact en Onegin kon ik mijn ogen dicht doen bij het dansen. Dat is waarom ik blij ben dat ik Wim als mijn partner heb, bij mijn vertolking van Giselle.”
In Khans Giselle wordt Saito in het bijzonder geïnspireerd door Akram’s keuze om de Willi's, de maagden die stierven voordat ze konden trouwen, te portretteren als de geesten van fabrieksarbeidsters. “In Japan geloven we in geesten. Ons idee van geesten is dat het mensen zijn die dit leven niet konden verlaten omdat ze sterke ideeën hadden, waarvan ze geen afscheid konden nemen. Dat kunnen goede of slechte ideeën zijn, maar er is iets dat hen vasthoudt aan dit leven. Om door te kunnen gaan, moeten ze vergeven, beminnen, aanvaarden, loslaten. Giselle kan Albrecht vergeven, waardoor haar ziel gewist wordt en dat staat haar toe door te gaan.”
12
Aki Saito
Aki Saito in Doornroosje van Marcia Haydée © Angela Sterling
13
Giselle
Aki Saito & Wim Vanlessen - In The Middle, Somewhat Elevated - Forsythe © Marc Haegeman
Nieuw verhaal Hoewel Saito zich nog volop geeft in dit seizoen, denkt ze wel na over de volgende stap in haar leven, om alles wat ze heeft geleerd mee te nemen naar nieuwe lessen en inspanningen. “De dag dat ik niet meer dans, hoop ik dat ik welkom zal blijven in het gezelschap. Ik zou graag mijn kennis met ex-collega’s delen. Misschien door les te geven. Het is al die jaren mijn thuis en het huis zal altijd een deel van mij blijven.” Saito ziet zichzelf altijd actief blijven in de balletwereld en heeft al plannen om nieuwe wegen te verkennen – wegen
langs waar ze de verzamelde kennis van al die jaren kan delen en inzetten. Saito geeft al een aantal jaar lessen tijdens internationale zomercursussen. Vorig jaar had ze de gelegenheid om een trimester les te geven aan de Koninklijke Balletschool van Antwerpen. “Lesgeven is voor mij: geven. Mijn doel is om studenten de middelen te geven om de beste danser te worden die ze kunnen worden. Ik wil hen helpen om vrijheid te vinden.” Emmi Pennanen
14
Aki Saito
call 03 25 25 502 visit www.kevinmurphy.be KEVIN.MURPHY BELUX
KEVIN.MURPHY
skincare for your hair
15
Lohengrin Citymarketing avant la lettre
Arthur Arens droeg als Telramund een stoere maliÍnkolder en een indrukwekkend zwaard. Š Letterenhuis
16
Antwerpen en de Zwaanridder
Op 15 december 1896 beleeft Wagners Lohengrin zijn Antwerpse première in de Vlaamsche Opera (op dat ogenblik nog actief in de Vlaamse Schouwburg van Pieter Dens). Het werk doet de harten van het publiek zwellen van trots: het speelt aan het “Scheldestrand”, in Antwerpen dat bij name wordt genoemd!
Lodewijk Leysen in de rol van Lohengrin, voor een wat naïef geschilderd decortje met boot en zwaan. © Letterenhuis
Antwerpse hoogdagen
Germanofilie
Antwerpen is op dat ogenblik volop in verandering. Er hebben twee wereldtentoonstellingen plaatsgevonden, de eerste in 1885, de tweede nog geen jaar geleden, in 1894. Sinds drie decennia is de stad verlost uit het keurslijf van de 16de-eeuwe omwallingen. De hoge burgerij betrekt herenhuizen aan de nieuwe leien of langs de Boulevard Léopold (thans Belgiëlei). De middenklasse wordt verleid door ietwat bescheidener panden op Het Zuid – een gloednieuwe buurt, die nochtans niet direct het succes kent dat men ervan verhoopt. De oever van de Schelde is ‘gerectificeerd’ door het Franse bedrijf dat ook het Suezkanaal heeft gegraven. Sinds de tweede helft van de jaren 1880 heeft Antwerpen hierdoor aanlegplaatsen voor de grootste zeeschepen, met daarlangs hangars voor hun lading, een spoorlijn en een brede verkeersweg. De ‘wandelterrassen’ – bedacht door scheepsmakelaar, toneelschrijver en politicus Frans Gittens – laten de Antwerpenaar toe het havengebeuren van dichtbij en toch vanop veilige afstand gade te slaan.
In de loop van haar zestigjarig bestaan heeft de Vlaamse Beweging de plaatselijke kunstenaars en intellectuelen opgezadeld met een somtijds overspannen idealisme en een solide dosis germanofilie. Ook in het muziekleven is dat voelbaar: de Duitse opera en Wagner in het bijzonder moeten een dam opwerpen tegen het Frans-Italiaanse repertoire van het Théâtre Royal, de ‘Fransche opera’ in de Bourlaschouwburg (die, het weze gezegd, van het Antwerpse stadsbestuur veel meer geld krijgt dan de Vlaamsche Opera). Hier komt nog bij dat de Antwerpenaars of toch de geletterden onder hen dwepen met hun eigen geschiedenis. De hoogdagen van de Scheldestad als handelsmetropool van de 16de eeuw en de glans van de ‘school van Rubens’ uit de 17de, worden breed uitgesmeerd in fraaie geschiedenisboeken als het rijkelijk geïllustreerde Anvers à travers les ages (1888) van stadsarchivaris Pieter Génard. Daarin staat een dramatische staalgravure die de middeleeuwse Antwerpse Burcht voorstelt. Van die burcht was het Steen een overblijfsel; her en der waren na de rectificatie ook nog stukken van
17
Antwerpen en de zwaanridder
Lohengrin Gent vanaf 20 september Antwerpen vanaf 7 oktober
De ascetische Edward Keurvels dirigeerde de Antwerpse première van Lohengrin © Letterenhuis
Laure Callemien vertolkte in “Lohengrin” de rol van Ortrud. Van de zangeres die Elsa voor haar rekening nam, Celine Duyse, is helaas geen foto gewaard. © Letterenhuis
18
Lohengrin de burchtmuur bewaard. Maar hebben de gravure in Génard en Lohengrin ook echt wat met elkaar te maken? Nauwelijks. Wagner ontleende het personage Lohengrin aan de roman Parzifal (kort na 1200) van de Duitse dichter Wolfram von Eschenbach. Daarin wordt Lohengrin vermeld als zoon van de graalkoning. In zijn libretto identificeert Wagner hem evenwel tevens de Zwaanridder. De verbinding van de Zwaanridder, overgeleverd door verschillende versies van een alom bekende middeleeuwse sage, met de figuur van Lohengrin voltrok zich precies bij Wolfram von Eschenbach. Zwaanridder/stamvader Verhalen over de Zwaanridder komen voor in (Noord-) Frankrijk, de Nederlanden en Duitsland. Het narratief is telkens identiek: de Zwaanridder verplaatst zich in een boot die door een zwaan getrokken wordt. Hij verschijnt ten tonele als redder van een prinses die in nood verkeert. De Zwaanridder – hij heet soms Helias - verslaat zijn vijand en trouwt met haar. Maar ze mag hem niet vragen wie hij is en waar hij vandaan komt. Wat ze, zoals te verwachten en te voorzien, toch doet. Waarop de Zwaanridder weer vertrekt. Oorsprong en betekenis van de sage zijn duister. Maar de Zwaanridder wordt telkens opnieuw opgevoerd als stamvader van voorname vorstelijke geslachten. Zo zou hij de grootvader zijn geweest van de kruisvaarder Godfried van Bouillon. Eén van diens vrouwelijke nazaten trouwde in 1179 met de Brabantse hertog Hendrik I. Hierdoor konden ook de hertogen van Brabant de Zwaanridder als stamvader claimen. Hoewel sceptische naturen als de dichters Jacob van Maerlant en Jan van Boendale het verhaal in twijfel trokken, bleef het populair. De hertogen van Brabant zijn ook markgraaf van Antwerpen. In de 10de eeuw laat keizer Otto I aan de Schelde, de westelijke grens van het Duitse rijk, drie plaatsen uitbouwen tot militaire centra om de toenemende macht van het (Franse) graafschap Vlaanderen aan de overkant van de stroom in te tomen. Dit Valenciennes, Ename en Antwerpen. In Antwerpen wordt de bestaande versterking hersteld en verbeterd. Maar om meer dan een aarden omwalling met houten palissades gaat het niet. De stenen burchtmuur waarvan men vandaag nog de overblijfselen ziet, dateert van enkele eeuwen later. Dat uitgerekend Antwerpen meespeelt in de Brabantse versie van het Zwaanridderverhaal is logisch: het hertogdom Brabant en het markgraafschap Antwerpen behoren tot het Duitse rijk, de hertogen zijn leenman van de keizer. Allicht is dat de reden waarom “hun” versie van het Zwaanridderverhaal in Duitsland bekend raakt en dat Richard Wagner er zeshonderd jaar later kennis van neemt. Wagners ontgoocheling Wagner voltooide Lohengrin in 1848. Hij was nog nooit in Antwerpen geweest. Dat gebeurde pas in maart 1861. De componist verbleef toen in Brussel voor enkele concerten in De Munt. Hij maakte een dagtrip naar de Scheldestad. Omdat hij geen tijd had om er alle kunstschatten te bekijken, schrijft hij in zijn autobiografie, beperkte hij zich tot een wandeling. Antwerpen viel hem tegen: de stad biedt “wenig Altertumliches”, m.a.w. ze ziet er vrij modern uit. Wagner noteert dat hij zich bij het schrijven van Lohengrin 19
had voorgesteld dat “die alte Burg von Antwerpen” op een prominente plaats aan de overkant (!) van de Schelde stond. Maar daar was niets te zien, op de oude aarden wallen rond het fort Vlaams Hoofd na. En die dateerden van de 16de eeuw of later en maakten geen indruk. “Bij latere opvoeringen van Lohengrin die ik nadien bijwoonde, moest ik gewoonlijk lachen om de burcht op de statige berg op de achtergrond van de scène,” voegt hij eraan toe. Wat er ook van zij, de Antwerpenaars sluiten Wagner en zijn Lohengrin in hun hart. Een jaar na de Antwerpse première van de opera bekroonde het stadsbestuur met zijn "Driejaarlijksche Prijs voor Toneelletterkunde" het drama Koning Hagen van Hubert Melis, waarin meer dan een Lohengrin-echo doorklinkt. In 1917 krijgt Raf Verhulst de "Staatsprijs voor Tooneelletterkunde "voor zijn middeleeuws drama in vijf (!) bedrijven Semini’s Kinderen. Ook dat speelt zich af in heroïsche, ietwat Wagneriaanse middeleeuwen. Verhulst, zoveel als de officieuze stadsdichter van het liberale Antwerpse bestuur, put bovendien (met veel fantasie, het mag gezegd) uit de lokale geschiedenis. Melis en Verhulst zijn allebei Vlaamsgezinde liberalen – Verhulst is daarbij zelfs vrijmetselaar. Maar hun sympathie voor het Germanendom speelt hun parten. Beiden ontpoppen zich tijdens de Eerste Wereldoorlog tot activist. Met Melis komt het nog goed, maar Verhulst wordt uit de loge gezet en gaat in Duitse ballingschap. Hij zal in 1941 in Vaals bij Göttingen overlijden als vurig sympathisant van het nazisme. Jan Lampo
Lohengrin
Een sprookje wordt nachtmerrie
20
Lohengrin het Royal Opera House in London. Š Clive Barda.
David Alden
“Eén jaar slechts aan jouw zijde had ik als een teken van geluk verwacht”. Met veel nadruk en muzikale uitroeptekens belijdt de Graalridder Lohengrin zijn teleurstelling in zijn geliefde Elsa, die het gewaagd heeft naar zijn naam en afkomst te vragen. Absoluut not done, een niet te overtreden verbod, zoals hij het bij het begin van Wagners opera op hoogst autoritaire manier had duidelijk gemaakt. Centraal in dit groots opgezette, dramaturgisch ingenieuze werk, staan de broosheid en tijdelijkheid van een maatschappelijke utopie. Als opener van het seizoen 2018-’19 in Opera Vlaanderen, gewijd aan vergankelijkheid, kan dit tellen. Dramaturg Piet De Volder zag de nieuwe productie van Lohengrin in Covent Garden (Londen), dat voor de gelegenheid de handen in elkaar slaat met Opera Vlaanderen. David Alden, wie we kennen van Peter Grimes en Khovansjtsjina, regisseert de coproductie tussen de beide operahuizen. Maestro Alejo Pérez, die vorig seizoen een mooie entree maakte in het huis met Pelléas et Melisande, heeft de muzikale leiding in handen.
Lohengrin beschrijft een dramatische curve: van euforie en magische verrukking naar desillusie en ontnuchtering. Van sprookje naar nachtmerrie. Een mysterieuze ridder belandt in een land zonder bestuur, verscheurd door conflicten. Hij ontpopt zich tot redder en vredebrenger maar laat uiteindelijk datzelfde land stuurloos achter. In een commentaar uit 1853, drie jaar na de première van zijn opera, verwoordde Wagner treffend de nood waarin de gemeenschap verkeert bij het begin van het verhaal: “Uit een wereld van haat en nijd schijnt de liefde te zijn verdwenen. Vanuit de lege zorg om winst en bezit, de enige aanjager van al het wereldlijke verkeer, verlangde het onuitroeibare liefdesverlangen van het menselijke hart uiteindelijk weer naar de bevrediging van een behoefte die, naarmate deze vuriger en voller onder de indruk van de werkelijkheid werd, steeds minder in deze werkelijkheid bevredigd kon worden.” Wagner becommentarieert meer bepaald het etherische voorspel tot de opera dat een evocatie is van de “miraculeuze neerdaling van de Graal” op aarde “voor de naar liefde verlangende, eenzame mensen”. Ook al houdt regisseur David Alden zich ver van Graalsymboliek en middeleeuwse sagen in zijn nieuwe en verfrissende lezing van Lohengrin, het uitgangspunt van zijn enscenering sluit naadloos aan bij de teneur van Wagners woorden. Alden toont ons een samenleving in staat van oorlog. We kijken naar een gebombardeerde stad waarin repressie heerst en vergeldingsacties plaatsvinden. Een onherbergzame plek waar mensen voortdurend onderduiken. Associaties met het Berlijn aan het einde van de Tweede Wereldoorlog of met het Wenen uit The Third Man zijn snel gemaakt. Toch houdt Alden zijn “droomlandschap”, zoals hij zijn scènebeeld nogal verrassend omschrijft, suggestief genoeg om niet te vervallen in een één op één historische transpositie van de plot. De visuele mix van referenties naar de jaren 1930 en ‘40 met middeleeuwse iconografie voor koning Heinrich en zijn machtssymbolen - een knipoog naar de kitscherige neo gotiek in de kastelen van de zelfverklaarde ‘Zwaankoning’ Ludwig II van Beieren - geeft voldoende aanknopingspunten voor een interpretatie dichter bij onze tijd van een werk dat geboekstaafd is als het summum van de Duitse romantische opera de climax van het genre dat meteen een afscheid 21
ervan is. In de door David Alden en zijn setdesigner Paul Steinberg geëvoceerde wereld, waarin terreur, honger en geweld aan de orde van de dag zijn, verschijnt Elsa, beschuldigd van broedermoord, als een gevangen en misbruikte vrouw, die vanuit een onderaardse cel of schuilkelder wordt gedagvaard. Er wacht haar een - ‘mob trial’. - De bitsige, vijandige sfeer die het begin van de opera in deze productie uitstraalt, contrasteert fel met het droomvisioen van de aangehaalde prelude die elke rechtgeaarde muziek- en operaliefhebber voor even op een wolk doet zweven. En zo is het ook bedoeld door de componist: na het visioen en de droom, de harde werkelijkheid. De Graal blijft een na te streven ideaal, een utopie. Met een wit pak de donkere wereld in In een interview met David Alden voor Insights into Lohengrin op de website van Covent Garden (www.roh.org.uk) onderstreept de Amerikaanse theatermaker niet alleen de gewelddadige samenleving als uitgangspunt voor de handeling van Lohengrin - de strakke, militaristisch geladen muziek spreekt boekdelen — maar ook het feit dat diezelfde maatschappij wordt meegesleurd in een oorlog waarmee ze geen zaken heeft. De Duitse koning Heinrich is, volgens het libretto, afgezakt naar Antwerpen — gesitueerd in Brabant! — om strijdkrachten te ronselen voor een oorlog tegen Hongarije. (Associaties met het in Vlaanderen nog steeds beladen oostfront liggen voor de hand.) De (althans in deze lezing) anachronistisch getypeerde koning “realiseert zich dat de vredevolle dromer Lohengrin een bijzondere kracht en charisma heeft die hij kan gebruiken voor zijn militaire veroveringen”, aldus Alden. En hij vervolgt: “De koning probeert hem in zijn fascistoïde wereld mee te trekken maar Lohengrin is anders. (...). Temidden van een donkere, vervuilde wereld verschijnt een aantrekkelijke man in een wit kostuum. Hij brengt vrede en liefde binnen. Hij is very ‘sixties’. Dat is wat de mensen nodig hebben.” Het valt niet te ontkennen: zowel Elsa als Lohengrin injecteren een andersoortige, onaardse muziekdramatische sfeer in een agressieve en op vergelding beluste maatschappij. De door Friedrich von Telramund gedemoniseerde Elsa lijkt
David Alden
David Alden in repetitie voor Lohengrin het Royal Opera House in London. © Clive Barda.
niet te stroken met de vrouw die in staat van trance verkeert en die zich tegenover de koning en het volk moet verantwoorden voor een veronderstelde misdaad en machtsgreep. Zowel Elsa als haar droomridder dwingen collectief en automatisch ontzag en bewondering af, de intriganten Telramund en Ortrud uitgezonderd. Elsa en Lohengrin brengen licht binnen in een harde, genadeloze wereld. Maar waar staan ze werkelijk voor? Zijn ze redders of charlatans? Dat de massa in Wagners opera uiterst manipuleerbaar is, zal niemand ontgaan. Alden begrijpt dit perfect wanneer hij in het tweede bedrijf Elsa en Lohengrin als ‘stars’ ten tonele voert, als door het volk geconstrueerde helden die een glamourous huwelijk aangaan. Tijdelijke redding In het begin van het derde bedrijf vinden de gehuwde Lohengrin en Elsa eindelijk hun moment van intimiteit, na een trouwfeest met veel bombarie, — een trouwpartij die Telramund en zijn perfide echtgenote Ortrud met alle middelen hebben proberen te boycotten. Alden doet visueel iets opmerkelijks. In de slaapkamer, waarin het overberoemde bruidskoor — ,dé hit uit Lohengrin —, nog nagalmt, hangt aan de wand een replica van een iconisch Lohengrin-fresco uit Schloss Neuschwanstein, van de hand van August von Henckel. Dit onmiskenbaar kitscherige beeld, met de evocatie van de aankomst van Lohengrin op de Schelde illustreert perfect het gedweep van koning Ludwig II met Wagners opera, zijn privé-cultus als ‘Lohengrin van Beieren’. Lohengrin en Elsa observeren enkele keren het bewuste schilderij wanneer ze terugblikken op het begin van hun liefde; hoe wonderlijk het allemaal is gegaan tussen hen.
Na het openbare succesverhaal, na de viering van Lohengrin en Elsa als messianistisch koppel, vallen de geliefden terug op elkaar. Wat is hun eigen verhaal? De twee in de echt verbonden protagonisten toetsen niet alleen privacy en openbaarheid aan elkaar af. Ze lijken zich af te vragen of zij het wel zijn die op het fresco staan afgebeeld. Er is een mythe gecreëerd waarop ze nog nauwelijks vat hebben. Bewust of onbewust knipoogt Alden naar de ‘verkitsching’ en tomeloze idealisering van de Lohengrin-figuur door Wagners beschermheer Ludwig, die de weg heeft gebaand voor de Lohengrin-cultus van het Derde Rijk. Vergeten we ook niet dat het aangehaalde fresco (1882-’83) van Henckel dateert van lang na de creatie van Wagners Lohengrin - uit de laatste levensjaren van de componist. Het huwelijk van Elsa en Lohengrin is op drijfzand gebouwd, zo wordt duidelijk in deze scène. De geliefden hebben geen gezamenlijk verhaal of project. Lohengrin kan alleen maar in geïdealiseerde termen over hun liefde praten. Zijn weigering om zijn naam en afkomst prijs te geven, staat echte intimiteit in de weg. Lohengrin blijft hameren op onvoorwaardelijk vertrouwen en onvoorwaardelijke liefde. Maar wat koopt zij daarvoor? Elsa’s vermoeden dat Lohengrins leven aan haar zijde wel eens van korte duur kan zijn, wordt door zijn klacht in het derde bedrijf bevestigd: “één jaar slechts aan jouw zijde had ik als een teken van geluk verwacht”. De zwaanridder heeft geen lang en gelukkig echtelijk leven op het oog. Zijn komst is een tijdelijke interventie om Elsa’s onschuld te bewijzen en de vermiste of vermoord gewaande troonopvolger Gottfried aan de macht te helpen. Analyses van menselijke verhoudingen in puur psychologische of relationele termen helpen ons bij Wagner zelden 22
Lohengrin vooruit. Zoals in zijn vorige romantische opera’s fungeert de vrouw vooral als medium om verlossing te bewerkstelligen. Elsa moet, in de bewoordingen van Udo Bermbach, “Lohengrins toetreding tot haar eigen samenleving mogelijk maken.” Elsa is een testcase voor “de haalbaarheid van een op liefde gestoeld, altruïstisch samenleven van mensen”, aldus Bermbach. En Wagner zelf vereenzelvigde Elsa met “de geest van het volk”. Het weze duidelijk: diezelfde ‘volksgeest’ is nog niet rijp voor de vernieuwing en maatschappelijke hervorming die Lohengrin voorstaat (of lijkt voor te staan). De aanstelling van de jonge, onervaren Gottfried als nieuwe heerser van Brabant, is wezenlijk een herstel van de oude orde. Meer nog: een aanfluiting van elke vorm van politiek gezag. Zonder masterplan David Alden legt de nadruk op een door de samenleving gecreëerde Messias-figuur, die uiteindelijk niet aan de verwachtingen beantwoordt. Wanneer koning Heinrich aan het einde van de opera iedereen gemobiliseerd heeft voor de strijd en allen tot de tanden gewapend zijn, blaast Lohengrin de aftocht. Hij past voor de rol van legeraanvoerder en ‘Beschermer van Brabant’. Alden: “Op het einde van de meeste opera’s van Richard Wagner is er een soort bevrijding of Erlösung. Men wordt bevrijd van aardse kwellingen en lijden. Maar in Lohengrin vinden we een figuur waarmee de maatschappij niet overweg kan. Het is zoals met Christus. Men moet hem uiteindelijk uitdrijven. Er is geen hoop aan het einde.” Afgezien van het onvermogen van de maatschappij om een radicaal nieuwe koers te varen, blijkt Lohengrin zelf niet opgewassen tegen zijn taak. Wanneer Richard Wagner zijn opera als één van de “allertreurigste” omschreef, dan doelde hij onder meer op het idee van een mislukte revolutie waarmee hij Lohengrin verbonden wist - een perceptie die er (deels) na de creatie in Weimar is gekomen en die onmiskenbaar verwees naar de Mei-opstand in Dresden van 1849, waarin de componist zelf een actieve rol speelde. Lohengrin heeft geen masterplan voor een nieuwe wereld, stelt muziekhistoricus Christopher Walton in een essay over leiderschap in de opera. “Hij is de man van het grotere plaatje”. Hij verklaart: “Zijn charismatisch leiderschap duurt slechts enkele dagen. Hij faalt snel, niet zozeer omdat zijn charisma wegvalt noch omdat hij er niet in slaagt zijn ‘charismatische autoriteit’ met de ‘traditionele’ en ‘legale’ vormen ervan te verbinden [cfr. de drie categorieën die erkend worden door socioloog Max Weber, nvdr]. Zijn huwelijk met Elsa en zijn pact met koning Heinrich brengen Webers drie soorten autoriteit samen avant la lettre. Lohengrin faalt omdat hij niet in staat is om zijn autoriteit als leider te combineren met de planning skills van een manager.” Tegenover deze finale desillusie staat “muziek — zo vol van menselijkheid, passie en liefde — dat het einde van de opera bitterzoet aandoet” (Alden). Het zijn precies de voortdurende spanningen tussen menselijke beperkingen en bovenmenselijke verwachtingen, tussen goddelijke perfectie en menselijke kwetsbaarheid, gevat in één van Wagners mooiste partituren, die Lohengrin zo fascinerend en aangrijpend maken tot op vandaag. Piet De Volder
Lohengrin Gent vanaf 20 september Antwerpen vanaf 7 oktober
23
Lohengrin kort Antwerpen, eerste helft van de 10de eeuw. De Duitse koning Heinrich komt naar Brabant om strijders te verzamelen voor een veldtocht tegen de Hongaren en om recht te spreken. Hij verneemt dat het land geen leider meer heeft. De oude hertog, die voordien het bestuur in handen had, heeft bij zijn dood zijn beide kinderen, Elsa en Gottfried, onder de voogdij geplaatst van graaf Friedrich von Telramund. Nu klaagt Telramund Elsa aan wegens moord op haar verdwenen broer Gottfried. Ze zou die gepleegd hebben om aan een geheime liefde de heerschappij over Brabant te verschaffen. Om deze reden, zo beweert Telramund, heeft hij afstand gedaan van het recht op Elsa’s hand en Ortrud tot vrouw genomen. Een godsgericht - een ritueel tweegevecht op leven en dood - moet beslissen of Telramund de waarheid spreekt. Wie overwint, geniet goddelijke instemming. Niemand echter durft een tweegevecht met Telramund aan. Elsa heeft in een droom een ridder gezien en bidt dat deze nu mag verschijnen. Inderdaad komt er een onbekende ridder opdagen, begeleid door een zwaan. Hij wil voor Elsa vechten en vraagt haar ten huwelijk maar ze mag niet naar zijn naam vragen. In het duel verslaat de mysterieuze Zwaanridder Telramund. De bruiloftsdag van Elsa met de Zwaanridder. Telramunds vrouw Ortrud vertelt haar man dat de ridder zijn macht verliest als hij zijn naam moet noemen of een verwonding oploopt. Ortrud insinueert tegenover Elsa dat haar toekomstige echtgenoot iets te verbergen heeft. Telramund beschuldigt hem van toverij. Daarom zou het godsgericht ongeldig zijn. De ridder weerlegt alles en Elsa zweert hem nogmaals trouw. De bruidsstoet gaat de kerk binnen. In het bruidsvertrek kan Elsa zich niet langer inhouden: ze vraagt haar bruidegom naar zijn naam. Dan dringen Telramund en zijn trawanten binnen om de ridder te verwonden. Hij treft Telramund dodelijk en verklaart Elsa’s vraag ten overstaan van allen te zullen beantwoorden. Hij heet Lohengrin. Hij is Graalridder en zoon van Parsifal. Alleen als vreemdeling mag hij onder de mensen vertoeven. Nu moet hij terug naar de Graalburcht. Als de zwaan voor Lohengrins vertrek verschijnt, roept Ortrud trots uit dat zij Elsa’s broer in deze zwaan heeft omgetoverd. Na een gebed van Lohengrin krijgt Gottfried zijn oorspronkelijke gedaante terug. De ridder verdwijnt voorgoed.
Philip Glass
24
Satyagraha
Philip Glass
De obscure avantgardist die het tot publiekslieveling schopte Satyagraha Gent vanaf 18 november
Na het enorme succes van Akhnaten in 2015 met de onvergetelijke kostuums van Walter Van Beirendonck, brengt Opera Vlaanderen met Satyagraha het tweede luik van Glass’ opera-trilogie. De Amerikaanse componist Philip Glass (°1937) begon zijn carrière aan het einde van de jaren 1960 als obscure avant-gardist in de kunstscene van downtown New York. Nu, op 81-jarige leeftijd, kan hij prat gaan op een voor hedendaagse componisten haast ongeziene uitstraling. De Amerikaanse componist Philip Glass (°1937) begon zijn carrière aan het einde van de jaren 1960 als obscure avantgardist in de kunstscène van downtown New York. Nu, op 81-jarige leeftijd, kan hij prat gaan op een voor hedendaagse componisten haast ongeziene uitstraling. Opmerkelijk daarbij is dat hij goed scoort bij een heleboel verschillende soorten luisteraars. Liefhebbers van hedendaagse muziek kicken op zijn vroege ‘minimal music’. Hij is een cultfiguur voor adepten van elektronische muziek, hij is immers de man die met Aphex Twin heeft samengewerkt en die zich als klassieke componist niet te beroerd voelt om symfonieën op thema’s van David Bowie en Brian Eno te baseren. Liefhebbers van klassieke muziek voelen zich dan weer op hun gemak bij Glass’ latere symfonische werk. 25
Philip Glass
Akhnaten in Opera Vlaanderen, 2015 © Annemie Augustijns
Koyaanisqatsi , 1982
26
Satyagraha Enorm productief
Divers publiek
En dan is er natuurlijk ook de populaire filmcomponist Philip Glass, die met de soundtrack voor Koyaanisqatsi vernieuwende dingen heeft gedaan, maar evenzeer meer Hollywoodiaans klankbehang heeft gemaakt, zoals de filmmuziek voor Stephen Daldry’s The Hours. Als uit deze opsomming al de indruk zou ontstaan dat Glass een zeer productieve componist is, dan is dat nog een understatement. Er is geen enkel gebied waarop Glass meer actief is geweest dan de opera. Akhnaten staat min of meer voor het begin van een uitgebreide carrière in opera en muziektheater. Tot op heden componeerde Philip Glass 28 opera’s en muziektheaterwerken. Alleen al op basis van zijn productiviteit valt Glass op, want weinig hedendaagse componisten persen tegenwoordig nog opera’s aan zulk een Rossiniachtig werktempo uit hun pen.
Die evolutie van minimalisme naar post-minimalisme is in Glass’ muziek perfect te volgen in de werken uit de late jaren ’1970 en vroege jaren ’1980. Met werken als Koyaanisqatsi, The Photographer en de LP Glassworks trekt Glass de sound van zijn ensemble open naar een gevarieerde orkestratie met ook strijkers en koperblazers. De warme orkestsound van Satyagraha (een symfonieorkest, maar zonders kopers of percussie) en later de donkere kleur van Akhnaten (een symfonieorkest maar zonder violen) tonen een componist die nieuwe middelen zoekt om zijn taal uit te breiden en daarbij ook (paradoxaal genoeg) aansluiting vindt bij meer traditionele combinaties en vormen.
Opera-trilogie Het werk dat voor Glass alles in een stroomversnelling bracht, is de opera Einstein on the Beach (1974-76), die hij samen met regisseur Robert Wilson maakte. Dat die grote doorbraak het resultaat was van een artistieke samenwerking, is geen toeval. Ook later zou Glass de samenwerkingen met andere artiesten gebruiken als een kans om creatieve impulsen te bundelen. Denk bijvoorbeeld aan de fenomenale symbiose van beeld en muziek in de film Koyaanisqatsi van Godfrey Reggio – de eerste grootschalige soundtrack waarmee Glass in 1983 furore maakte. Die bundeling werkte in elk geval perfect in Einstein on the Beach. De extreem gestileerde, uiterst statische, bevreemdende en toch poëtische theatrale stijl van Wilson vormde een gedroomde combinatie met de energieke en tegelijk statische muziek van Glass. Met een opera had Einstein weinig gemeen: het vertelt geen verhaal maar biedt een eerder losse reeks ideeën en beelden die (vaag) met Albert Einstein te maken hebben. Philip Glass Ensemble dient als orkest, er is een koor dat geen teksten zingt en er zijn gesproken teksten waarvan de betekenis mysterieus blijft. Maar als opera in de oorspronkelijke zin, een bundeling van muziek, zang, tekst, scenische handeling, dans, decors, belichting enzovoort, vormt Einstein het prototype van twintigste-eeuws muziektheater dat zich resoluut afwendt van de conventies van het operagenre. In Europa was Einstein on the Beach meteen uit tot een fenomeen en voor zowel Wilson als Glass zou het hun carrière in een stroomversnelling brengen. (De twee voorstellingen in de Metropolitan Opera in New York in 1976 waren wel een publiek succes, maar een financiële ramp. Het zou overigens tot diep in de jaren ’80 duren voordat een Amerikaans operahuis Glass een compositieopdracht zou geven. Het is in eerste instantie Europa dat Glass kansen biedt). Muzikaal had Glass in 1976 met Einstein on the Beach een eindpunt bereikt in zijn strikte repetitieve, minimalistische taal. Van dan af aan zouden ritmische structuren niet meer de ruggengraat van zijn muziek vormen en kwam er een meer traditionele focus op melodie en harmonie voor in de plaats. Alle werken die Glass na 1976 schreef, zijn dan ook bezwaarlijk nog ‘minimal’ te noemen, al dragen ze natuurlijk nog steeds de sporen van de toonspraak die Glass in zijn minimalistische begindagen had ontwikkeld.
27
Naast werken voor zijn eigen ensemble ontstaan vanaf de jaren ’1980 strijkkwartetten, pianowerken, symfonieën, concerten en kamermuziek. En naast die klassieke genres profileert hij zich als een zeer actieve filmcomponist.De uitbreiding van zijn muziektaal brengt Glass een publiek en commercieel succes dat eerder ongebruikelijk is bij twintigste-eeuwse componisten. Het traject dat Glass heeft afgelegd spreekt tot de verbeelding: van radicale avant-gardist tot boegbeeld van de hedendaagse muziek, geliefd bij een divers publiek en veelgevraagd bij organisatoren, orkesten, filmmakers en bovenal: operahuizen. Dramaturgische totaalconcepten Na Einstein on the Beach kreeg Glass de opdracht een “echte” opera (lees: met solisten, een libretto en een echt orkest) te schrijven. Satyagraha (1980), gebaseerd op de eerste stappen in geweldloos verzet in het leven van Mahatma Gandhi, bracht een nieuwe, lyrische gedrevenheid in Glass muziek. Akhnaten (1983) trok die lijn nog verder door. Op minder dan acht jaar tijd had Glass zich een theatrale zeggingskracht eigen gemaakt, een intuïtie om efficiënt muziek voor het podium te maken. Hij beschouwt Einstein on the Beach, Satyagraha en Akhnaten als een trilogie (ondanks de vrij opvallende stilistische verschillen tussen de drie opera’s) in de zin dat ze onderliggende ideeën delen. Die focus op de inhoud – de ideeën, de verhalen, de boodschap/expressie die erin ligt – lijkt alsmaar belangrijker te worden in recenter werk van Glass. Zijn opera’s zijn dramaturgische totaalconcepten waarin de muziek op een organische manier aansluiting lijkt te zoeken met de andere elementen. Maarten Beirens
De zoektocht naar de eeuwige beweging Sidi Larbi Cherkaoui regisseert en choreografeert Satyagraha
Steeds vaker zien we hoe dans een plaats verovert binnen de wereld van de opera. Grote choreografen zoals Pina Bausch, Maurice Béjart en Trisha Brown waagden zich allen aan opera-regie. Telkens opnieuw zochten ze naar een manier om beweging te incorporeren binnen de opera. Zo ook Sidi Larbi Cherkaoui. Na Pelléas et Mélisande (wat hij samen met Damien Jalet en Marina Abramović creëerde) en Gabriel Fauré’s Requiem (in een herwerkte versie van componist Wim Henderickx) vond Cherkaoui voor Philip Glass’ meesterwerk Satyagraha opnieuw een bijzondere en inventieve verweving van dans en muziek. Na opvoeringen bij Theater Basel en de Komische Oper Berlin, de twee coproducenten, komt de voorstelling eindelijk naar ons huis. 28
Satyagraha, 2017, Theater Basel. Š Koen Broos
Satyagraha
Satyagraha
Gent vanaf 18 november
29
Sidi Larbi Cherkoaui Je bent met Satyagraha niet aan je proefstuk toe qua operaregie. Hoe kwam je bij dit onbekende meesterwerk van Philip Glass?
perfect was als mens en hoe meer je over hem leest, hoe meer je merkt dat hij, zoals vele heiligen, ondanks zichzelf bijna heilig verklaard werd. Hij is een mens van vlees en bloed die, zoals iedereen wel eens, vergissingen maakte. Dat wou ik uitwerken. Wat het belangrijkste is, is dat hij opkwam voor zijn volk. De manier waarop hij dat voor het eerst deed in Zuid-Afrika was zo inspirerend dat hij zo ook anderen aanzette tot actie. Daardoor kreeg hij die grootheid. Gandhi liet zich inspireren door Lev Tolstoj en andere schrijvers en filosofen die het hebben over samenhorigheid, vrijheid, gelijkheid en het verliezen van het eigen ego. Deze concepten vormen de essentie van de Satyagraha.
Sidi Larbi Cherkaoui: Satyagraha creëerde ik op uitnodiging van Laura Berman voor het Theater Basel in een coproductie met de Komische Oper in Berlijn en Opera Vlaanderen. Ik had inderdaad reeds verschillende malen eigen operavoorstellingen gemaakt zoals Shell Shock in Brussel en Les Indes galantes in München. Maar ook werkte ik vaker als choreograaf voor andere regisseurs, zoals voor Guy Cassiers in Wagners Der Ring des Nibelungen in Berlijn en Milaan. Met Satyagraha voelde ik meer en meer aan hoe ik mezelf zo’n groots repertoirestuk eigen kon maken. Vaak had ik er moeite mee om in te zien dat ik een ballet of een opera Wie is Gandhi voor jou? op een persoonlijke wijze mocht interpreteren. Daarom schreef ik liever mijn eigen werk. Met Cherkaoui: Voor mij is Gandhi een soort Boeddha-figuur en Satyagraha was dat anders. Samen met decorontzo laat ik hem ook zien aan het einde van de opewerper Henrik Ahr en kostuumontwerper Jan-Jan ra: als een verlicht man die kijkt naar de wereld Van Essche kon ik een heel eigen visueel univeren gezeten in een lotushouding, omringd door sum scheppen. Wat mij het meest interesseerde de sterrenwereld, zegt dat hij steeds opnieuw aan precies dit werk was Gandhi’s filosofie, de zal verschijnen. Het gaat me niet om enkel om Satyagraha. De hele opera, is ervan doordrongen. Gandhi zelf, maar breder gezien om de mens die Er zijn dan wel talrijke boeiende figuren aanwezig op zoek is naar de cyclus van rechtvaardigheid. in deze opera toch wou ik mijn interpretatie veel Ik las veel over ‘de intentie’: de keuze om dit of eenvoudiger maken. Het cirkelt voornamelijk dat te doen is niet altijd belangrijk, maar wel de rondom die ene figuur van Gandhi. intentie om ervoor te zorgen dat iets slaagt of niet. Bij het werken rond Satyagraha was de beWat bewoog je tot deze focus? langrijkste oefening de intentie van dat personage Gandhi te achterhalen en te vertalen naar de Cherkaoui: Mahatma Gandhi was iemand die zeker niet scène. Vergeving was een ander belangrijk thema
Satyagraha, 2017, Theater Basel. © Koen Broos
30
Satyagraha
Satyagraha, 2017, Theater Basel. Š Koen Broos
31
Satyagraha voor mij. De idee anderen te vergeven voor hun fouten en toch samen vooruit te kunnen gaan. Satyagraha is voor mij een enorm boeiend project, vooral op spiritueel vlak.
danst werd. Zo bijvoorbeeld werd de solo die de danser James Vu Anh Pham bracht heel belangrijk om te komen tot een eeuwige, vloeiende dans die steeds opnieuw wordt doorgegeven, als een metafoor voor de Satyagraha. Een eeuwige dans als een eeuwige strijd. Zelfs na de dood wordt de dans verdergezet. In die zoektocht naar de eeuwige beweging is Satyagraha een spiegelstuk van Requiem.
Welke rol speelt dans in de voorstelling? Cherkaoui: Wat mij voor de bewegingsvormen vooral inspireerde, was de muziek van Philip Glass. Door het repetitieve karakter van de muziek krijgen de dansers veel ruimte. Ik wou vanaf het begin van het werkproces dat de hele voorstelling door ge-
Koen Bollen
Satyagraha, 2017, Theater Basel. Š Koen Broos
32
Sidi Larbi Cherkoaui De opera Satyagraha Philip Glass bouwde zijn opera Satyagraha niet op als een lineaire verhaalstructuur, wel maakte hij gebruik van een reeks korte episodes uit het vroege leven van Gandhi, meer bepaald zijn jaren in Zuid-Afrika (1894-1914). Het is de periode waar Gandhi zijn leer van de Satyagraha zou ontwikkelen. De opera bestaat uit drie delen. In het eerste bedrijf zien we Lev Tolstoj die Gandhi inspireerde door zijn geschriften. Dit deel staat voor de vergankelijkheid. Het tweede deel wordt belichaamd door de auteur Rabindranath Tagore, vriend en tijdgenoot van Gandhi. Hij symboliseert het heden. In het derde deel staat Martin Luther King centraal. King liet zich inspireren door de leer van de Satyagraha en staat daarmee symbool voor een hoopvolle toekomst. De gezongen teksten komen uit de Bhagavad Gita, een heilig schrift uit het hindoeïsme in de vorm van een gesprek tussen Krishna en de krijger Arjuna. In deze teksten worden centrale vragen gesteld over spiritualiteit en het menselijke handelen. De teksten worden in het oorspronkelijke Sanskriet gezongen en corresponderen met Gandhi’s denken en handelen. De leer Satyagraha Satyagraha, ‘de kracht van de waarheid’, is de leer van Mahatma Gandhi (1869-1948) die een geweldloze civiele weerstand tegen onrecht vooropstelt en een ongehoorzaamheid tegenover een bestaande ongerechte orde predikt. De leer bestaat uit principes zoals geweldloosheid, waarachtigheid, afstand doen van bezittingen, onbevreesdheid en een gelijk respect voor alle religies.
33
LINK
Philip Glass-weekend voor ontdekkingsreizigers en adepten
November wordt Glass-maand bij Opera Vlaanderen. Niet alleen staat de première van Glass’ Gandhi- opera Satyagraha op het programma, tegelijk is er een bijzonder weekend met drie events rond Amerika’s grootste levende componist. Opera Gent 15, 16 en 17 november
Glass pocketopera In the Penal Colony Philip Glass baseerde deze kameropera voor twee zangers, acteurs en strijk kwintet (uit 2000) op Kafka’s vertelling In der Strafkolonie. Daarin verbeeldt Kafka op onnavolgbare wijze hoe een totalitair systeem verstrikt raakt in zijn eigen absurde logica. Met zijn typische bezwerende klankpatronen gaf Philip Glass aan deze indringende vertelling een muzikale vertaling, waarin de beklemming van het verhaal nog versterkt wordt. Glass’ kameropera wordt uitgevoerd in een scenische installatie van de audiovisuele kunstenaar Clara Pons. Een productie van Opera Vlaanderen en het HERMESensemble. Donderdag 15 november 20:00u Middagconcert Minimaal en meditatief Rond de nieuwe productie van de opera Satyagraha presenteren we vier strijkers uit het HERMESensemble die niet alleen Philip Glass, een van de Amerikaanse zwaargewichten van mi-
nimal music, in de spotlights plaatsen maar die ook over de Atlantische Oceaan kijken naar componisten die onder impuls van religieuze ideeën radicale eenvoud in hun muziek nastreefden: Arvo Pärt en Henryk Górecki. Een warm aanbevolen intense emotionele luisterervaring. Vrijdag 16 nov 12:30u De cultfilm Koyaanisqatsi Koyaanisqatsi is een woordeloze film van Godfrey Reggio uit de jaren ‘80 waarin de jachtigheid van het hedendaagse moderne leven wordt opgeroepen. Bijna 40 jaar later blijkt het visionaire karakter van de film eens te meer. Life out of Balance, zoals de ondertitel van de film luidt, is een visueel klankgedicht dat, beter dan de gesproken taal, weergeeft in welke opgedraaide, opgebrande tijd we leven. Vooral door Glass’ filmscore kreeg deze film ook een indringend auditief karakter. Glass brak door deze filmmuziek ook door bij het brede publiek. Een unieke kans om dit werk te (her)bekijken op het scherm in de grote zaal van Opera Gent. Zaterdag 17 nov 20:00u 34
Internationaal Symposium: Music Theatre in Motion Reflecties over dans in opera In aansluiting bij Sidi Larbi Cherkaoui’s regie en choreografie van Philip Glass’ Satyagraha organiseert Opera Ballet Vlaanderen samen met de Europäische Musiktheater-Akademie Wenen een internationaal symposium over dans in opera. Zowel vanuit historische voorbeelden als hedendaagse producties worden artistieke tendensen geanalyseerd en besproken. Daarbij komen artistieke, conceptuele en organisatorische aspecten aan bod en wordt er gewezen op het innovatieve karakter van deze nieuwe synergieën tussen opera en dans. Het symposium richt zich tot onderzoekers, kunstenaars, studenten en een breed publiek.De voertaal van het symposium is Engels. Opera Gent Vrij 16 en za 17 nov van 10:00 tot 16:00
Satyagraha
Stof voor het betere foyergesprek Glass, Gandhi & co Satyagraha Gent vanaf 18 november
35
Satyagraha
1.
3.
De meeste libretto’s hebben hun actie niet aan hun helden te danken, maar aan hun boosaardige tegengewichten. Hoe uniek was daarom het idee van Philip Glass om een trilogie van opera’s te componeren rond drievoornamelijk vredelievende figuren: Einstein, Gandhi en Achnaton, laatstgenoemde een farao die drieduizend jaar eerder dan Christus, het monotheïsme probeerde te introduceren. Niemand betwist dat van deze drie meesterwerken, het tweede luik, Satyagraha, de opera over Gandhi, het best geslaagd is; alleen al vanwege de verhevigde verhaalontwikkeling. Glass mag zich hebben gekant tegen klassieke plotvorming, de historische gebeurtenissen die aan deze opera ten grondslag liggen, zijn meer dan een losse chronologie.
Voor wie in Gandhi geïnteresseerd is, heeft Philip Glass in interviews herhaaldelijk Gandhi’s autobiografie aangeprezen, Het verhaal van mijn ervaringen met waarheid, voltooid in 1929, deels geschreven in de beruchte Indische Yerwada-gevangenis. Zoals ook Attenboroughs onvergetelijke film Gandhi uit 1982 demonstreert, staat Gandhi’s leven, wat voor een “onbewogen beweger” hij ook verlangde te zijn, bol van onuitsprekelijke persoonlijke drama’s. Te beginnen bij zijn aankomst in Zuid-Afrika als 24-jarig advocaat vol goede bedoelingen zijn eerste klas-ticket ten spijt, werd hij omwille van zijn huidskleur, meteen van de trein gekeild. En het rondt af met de drie kogels die hem van zeer nabij troffen, op 79-jarige leeftijd, waarna hij uitriep:”Hai ram!”, “O God!”
2.
Het begrip Satyagraha is door Mahatma Gandhi zelf ontleend aan het Sanskriet. Het wil zoveel zeggen als “zich aan de waarheid vasthouden”. De leer, een verzameling van pacifistische, welhaast messiaanse leefprincipes, vormde de basis voor Gandhi’s geweldloze verzet tegen de koloniale overheerser, eerst in Zuid-Afrika, daarna pas in Indië. Hoewel de figuren en de geëvoceerde gebeurtenissen in de opera helemaal historisch zijn, grijpen er nergens anekdotische dialogen plaats; de gezongen teksten, integraal in het Sanskriet, bestaan uit zorgvuldig gekozen fragmenten uit de Bhagavad Gita, een der bijbels van het hindoeïsme, die Gandhi helemaal uit het hoofd kende. Zo kunnen de personages zich letterlijk “loszingen” van hun geschiedkundige context, en wordt de toeschouwer een meer meditatief standpunt gegund.
4.
De drie bedrijven van de opera Satyagraha worden telkens door een andere geestverwant van Gandhi gedomineerd. De eerste figuur is Leo Tolstoj (1828-1910). Voor ons vandaag vooral gekend als de geniale romancier van Anna Karenina en Oorlog en vrede, werd deze hardwerkende Russische doorzetter bij zijn leven ook gevierd als een der grondleggers van de filosofie van het “passieve verzet”, zoals bijvoorbeeld uiteengezet in zijn boek Gods koninkrijk ligt in jezelf. De jonge Gandhi keek hier ten zeerste naar op en vanuit Zuid-Afrika correspondeerde hij met Tolstoj. Ze hebben elkaar nooit in levende lijve ontmoet, maar Tolstoj, toen in zijn laatste levensjaren, duidde Gandhi aan als “onze broederschap in Transvaal”.
36
Philip Glass
5.
7.
De tweede act van deze intelligente opera staat in het teken van Gandhi’s tijdgenoot en medestrijder Rabindranath Tagore (1861-1941), de grote schrijver uit Calcutta, tevens eerste Aziaat die ooit de Nobelprijs won. Tagore nam deel aan diverse van Gandhi's marsen en hongerstakingen. Gandhi had bewondering voor Tagore als voor een grote broer. Toch woeden er aanhoudend, overigens zeer boeiende meningsverschillen tussen de twee. Tagore vond Gandhi vaak wat conservatief en zelfs bijgelovig. Zo durfde Gandhi de oorzaak van bijvoorbeeld een aardbeving wel eens te interpreteren als een morele wraak van boven; in Tagore’s ogen was zoiets gevaarlijke nonsens. Gandhi was zo’n erge voorstander van celibatair leven, dat hij er op den duur principieel toe overging om niet meer met zijn eigen levensgezellin te slapen. Tagore voerde intussen, zeer modern, propaganda voor contraceptie.
6.
De derde figuur, die in het laatste bedrijf van Satyagraha opgevoerd wordt, is Martin Luther King Junior (1929-1968). Waar Tolstoj het verleden belichaamt en Tagore de actualiteit in Gandhi’s bestaan, staat King voor Gandhi’s erfenis vandaag. De strijdvaardige dominee uit Georgia heeft het nooit onder stoelen of banken gestoken dat zijn geweldloze protest voor burgerrechten op tweeërlei leest geschoeid was: zijn eigen, christelijke, met name baptistische leer, - en Gandhi's Satyagraha. De vereniging waarmee King begin jaren 1960 president Kennedy onder druk wilde zetten om sneller komaf te maken met de Amerikaanse segregatiewetten, kreeg de naam “Gandhi Society”. Een vaak geciteerd gezegde van King luidt:”Christus toonde ons de doelstellingen; Gandhi leerde ons de tactiek.”
37
Maar dit soort vlotte, wereldse aforismen kom je in Glass’ opera dus niet tegen. Tot in het derde bedrijf toe, blijft het libretto, zoals gezegd, meticuleus en exclusief uit de Bhagavad Gita declameren. Zo mooi, dat de oneindige repetitie ervan niet verveelt, maar juist boeit en aangrijpt. “En de Heer zei: ik heb reeds zo menige geboortes beleefd en jullie net zo goed. Maar ik ken ze allemaal en jullie kennen ze niet.” Vital Baeken
Ballet Vlaanderen
GIRL opent Filmfestival Gent
Lukas Dhont: “Zonder Sidi Larbi en zonder het Ballet van Vlaanderen had ik Girl niet kunnen maken.� 38
Girl
“Ik ben altijd gefascineerd geweest door de danswereld,” zegt Lukas Dhont, de jonge regisseur van Girl, de film waar hij in Cannes staande ovaties, bewondering en stapels prijzen mee oogstte. “Ik heb me altijd zeer geraakt gevoeld door mensen die met dans bezig zijn. Ik kijk gewoon heel graag naar dansers. Omdat het mensen zijn die met hun lichaam werken, die met hun lichaam emoties vertalen. Dat is iets wat ik zelf had willen kunnen.” Zijn langspeelfilmdebuut gaat over een vijftienjarig meisje dat ervan droomt om ballerina te worden. Bijna een utopie voor iemand die zoals Lara gevangen zit in een jongenslichaam. Maar de realiteit had al bewezen dat het kon. Toen Lukas Dhont in 2009 over Nora Monsecour las, die als jongen aan de Koninklijke Balletschool was begonnen en na haar transitie als meisje wou verdergaan, wist hij dat haar verhaal de basis zou vormen voor zijn eerste langspeler. Hij wou het hebben over lichaam en identiteit. Of zoals zijn producent Dirk Impens het zegt: “Over de strijd, de noodzaak, de onvermijdelijkheid om wie je bent in je hoofd in overeenstemming te brengen met het lichaam waarin je toevallig geboren bent.”
een bijkomende troef. Niet dat we een dansfilm wilden draaien. Girl is een fysieke film, over de moeite die Lara zich moet getroosten om haar dromen waar te maken.” Maar het is ook een kleine, kwetsbare film zonder namen of vedetten. En toch zei Sidi Larbi Cherkaoui meteen ja toen hij het script gelezen had. “Zowel Sidi Larbi als de andere mensen van het Ballet van Vlaanderen stonden van meet af aan helemaal achter het idee om het klassieke man-vrouwbeeld uit te dagen. Zonder hen had ik de film niet kunnen maken. Sidi Larbi wist waarnaar we op zoek waren, wat onze intenties waren, en hij is daarmee aan de slag gegaan. Hij heeft ook de dansers gekozen, zoals Brent Danneels en Philippe Lens. Oscar Ramos nam dan weer veel van de repetities voor zijn rekening. En Laura Walravens is de privé-coach geworden van Victor. In drie maanden tijd moest hij op pointes leren dansen, zich omscholen van danser tot danseres. De grootste transformatie ook voor zijn personage. Documentaire stijl Uiteindelijk hebben we zes dagen lang op ’t Eilandje de danssequenties gedraaid, waar maanden op gewerkt was. Met uitsluitend dansers. Want Frank Van den Eeden filmde op een documentaire manier, zat Victor heel dicht op de huid, en waar hij zich draaide of keerde moesten we dansers bezig zien. En de leraren zijn allemaal professionele dansers, toppers als Alain Honorez, Virginia Henricksen en natuurlijk Marie-Louise Wilderijckx. Zij heeft nog les gegeven aan Sidi Larbi. Ze heeft zoveel natuurlijk charme dat ik haar nauwelijks hoefde te regisseren. De combinatie van hardheid en immense empathie die ze in haar vertolking legt, had niemand haar kunnen nadoen.”
Fysieke film Het resultaat is een kwetsbare film geworden die niet mogelijk was geweest zonder de verbluffende vertolking van de jonge en intussen veelbekroonde hoofdrolspeler Victor Polster. Maar al even belangrijk was het om een geloofwaardige leefwereld te creëren voor het centrale personage. “Ballerina worden betekent voor Lara ook beantwoorden aan het ideaalbeeld van de elegante vrouwelijkheid,” aldus Dhont. “Omdat ik die danswereld zo professioneel mogelijk in beeld wou brengen, dacht ik meteen aan het Ballet van Vlaanderen. Met aan het hoofd Sidi Larbi Cherkaoui, een choreograaf die ik ten zeerste bewonder en die met zijn choreografieën in Anna Karenina van Joe Wright al filmervaring op het hoogste niveau had. Dat hij in zijn werk de emoties opzoekt, was
Kurt Vandemaele
39
Perfectie en vernieuwing zijn de sleutelwoorden van patissier en chocolatier Joost Arijs. No-nonsense patisserie, geen extreme of zware smaakcombinaties, geen gekke tierlantijntjes of drukke decoraties. Alles draait hier om de puurheid van de ingrediënten, verfijnde smaken en texturen. Zijn uitgepuurde creaties zijn een genot voor alle zintuigen.
VLAANDERENSTRAAT 24 9000 GENT T. 09 336 23 10
THEODOOR VAN RIJSWIJCKPLAATS 3 2000 ANTWERPEN T. 03 501 98 39
WWW.JOOSTARIJS.BE
‘The world’s most glamorous opera star’
Tickets vanaf €33
Foto: Warner Classics
41
LINK
Met de steun van Piano’s Maene
Ontdek onze nieuwe Doutreligne en Doutreligne Master series
Maene Creation
Hoofdzetel Ruiselede en Atelier Chris Maene
Piano’s Maene Brussel
Piano’s Maene Gent en Steinway Piano Gallery
Piano’s Maene Antwerpen
Piano’s Maene Limburg
Industriestraat 42 B8755 Ruiselede +32 51 68 64 37
Argonnestraat 37 B1060 Brussel +32 2 537 86 44
P. Van Reysschootlaan 2 B9051 Gent +32 9 222 18 36
Herentalsebaan 431 B2160 Wommelgem +32 3 321 78 00
Paterstraat 36 B3621 Oud-Rekem +32 89 21 52 72
www.facebook.com/ pianosmaene
www.maene.be gebrevetteerd42 hofleverancier van België
LINK Haal het onderste uit de kan Rondomdag Lohengrin Op het moment dat Richard Wagner aan zijn opera Lohengrin begon, had de held van het verhaal er al een eeuwenlange carrière in de literatuur opzitten. In een eerste dagdeel zal professor Geert Claassens (KULeuven) een schets geven van de geschiedenis van het verhaal, de ontwikkeling ervan in de loop der tijden en de verschillende ladingen die het kreeg. Dramaturg Piet De Volder zoomt in op Wagners opera en belicht de cruciale stap van de componist van romantische opera naar een prille vorm van muziekdrama. Tevens wijdt hij het publiek in in het regieconcept van David Alden bij Opera Vlaanderen. Opera Gent ma 10 sep 10:00 tot 16:30u Opera Antwerpen ma 17 sep 10:00 tot 16:30u Opera Ballet Vlaanderen opvallend aanwezig in de Antwerp Pride ‘18 Het was een knaller van een Antwerp Pride dit jaar. Meer dan 130.000 mensen hebben mee gefeest en de boodschap voor diversiteit en tolerantie omarmd. Voor het eerst heeft Opera Ballet Vlaanderen alles uit de kast gehaald om in de barokke parade een eyecatcher te zijn. Fraaie pruiken en onthullende kostuums, enthousiaste medewerkers en lenige dansers. CEO Bart Van der Roost was dj van dienst. Op naar de volgende editie.
Rondom Satyagraha Opera Vlaanderen presenteert, na de opzienbare productie van Akhnaten (seizoen 2014-’15), met Satyagraha een ander ‘Glass-monument’ van formaat. Genoeg invalshoeken voor een substantiële Rondomdag waarin niet alleen de figuur en de leer van de Indische
activist en politicus Mahatma Ghandi grondig worden bekeken, maar waarin ook Glass’ dramatische opzet met de opera en de productie van Sidi Larbi Cherkaoui alle aandacht krijgen. Uw gidsen gedurende die dag zijn Valerie Delaey (freelance docente bij Amarant) en dramaturg Koen Bollen. Opera Gent ma 5 nov 10:00 tot 16:30u Opera Antwerpen ma 12 nov 10:00 tot 16:30u tickets Rondomdagen alleen via www.amarant.be
acht nominaties in de wacht. Middagconcerten in het nieuwe seizoen Ook in het seizoen 2018-’19 gooit Opera Vlaanderen de deuren van zijn foyers open voor een boeiende reeks middagconcerten die thematisch en inhoudelijk aansluiten bij de opera-affiche. De eerste concerten staan in het teken van respectievelijk Lohengrin en Satyagraha (zie Philip Glass weekend) Van sagen en legenden Het narratieve Lied in de Duitse romantiek: balladen en epische liederen van Schubert, Schumann, Loewe, Liszt en Wolf
Vrienden zien meer… Voor de Vrienden van Opera Ballet Vlaanderen start het seizoen alvast met een aantal uitschieters. Zo zijn we op 16 september te gast bij de familie De Backer voor de jaarlijkse tea party. En verder brengen we een exclusief bezoek aan het decor- en rekwisietenatelier in Zele (4 oktober), brunchen we met dansers en crew naar aanleiding van Giselle (13 oktober) en verrassen we de Vrienden met een “blind date” rond Satyagraha (26 oktober). Wilt u er ook bij zijn? Ontdek alle activiteiten én de lidmaatschapsformules op www.operaballetvrienden.be Sidi Larbi Cherkaoui genomineerd voor de MTV Awards
Wanneer u dit leest, weten we of artistiek directeur van Ballet Vlaanderen Sidi Larbi Cherkaoui zijn nominatie voor de MTV Music Awards heeft kunnen verzilveren. De Awards werden immers op 20 augustus, bij het ter perse gaan van deze Insight, uitgereikt. Larbi werd genomineerd in de categorie beste choreografie voor de videoclip Apeshit van Beyoncé and Jay-Z. In de videoclip - die werd opgenomen in het Louvre eisen zwarte danseressen de aandacht op tussen beroemde kunstwerken van blanke schilders. Op die manier wil de clip de machtsverhoudingen tussen zwart en blank doorheen de geschiedenis aankaarten. Larbi choreografeerde de danseressen voor de clip die in één nacht werd opgenomen in een gesloten Louvre. De videoclip sleepte maar liefst
43
Een van de muziekdramatische hoogtepunten in Richard Wagners Lohengrin is de zogenaamde Grälserzählung - het cruciale moment waarop de protagonist zijn lang verborgen gehouden identiteit openbaart. Het biedt een echo van de vele verhalende en poëtisch-evocerende teksten die het Duitse romantische Lied rijk is - denken we aan Schuberts Der Zwerg, de balladen van Carl Loewe of Es war ein König in Thule van Franz Liszt. De Italiaans-Duitse bariton Vincenzo Neri, die eerder te gast was in Opera Vlaanderen (Der König Kandaules, Infinite Now), neemt ons, samen met huispianist Jef Smits, mee op een tocht door een meeslepend stuk Duits-Oostenrijkse cultuurgeschiedenis waarin theatrale levendigheid en verbeelding het voor het zeggen hebben. Opera Antwerpen do 11 okt 12:30 u Opera Gent vr 12 okt 12:30 u De volledige programmering middagconcerten vindt u in de seizoensbrochure en op www.operaballet.be
A U S LICHT Karlheinz Stockhausen Regie: Pierre Audi Start kaartverkoop: 1 september 2018 www.auslicht.com
Aus LICHT: een gesamtkunstwerk over goed en kwaad, mens, God en Satan. Een ongeĂŤvenaard klankuniversum van wereldformaat uit de opera LICHT, Die sieben Tage der Woche van Karlheinz Stockhausen. Drie concerten, samen meer dan vijftien uur muziek. Een unieke totaalervaring. Gashouder Amsterdam Juni 2019
Casting Iréne Theorin zingt Ortrud in Lohengrin De Zweedse sopraan Iréne Theorin is een van de opmerkelijkste dramatische sopranen van het ogenblik. Ze wordt alom geprezen voor haar intense muzikaliteit, haar dramatische energie en vocale flexibiliteit. Het Duitse dramatische vak is haar terrein par excellence met Brünnhilde, Isolde en Elektra als haar lijfrollen. Ook Turandot en Färberin/Die Frau ohne Schatten vertolkt ze vandaag met brio. In Opera Vlaanderen blies Theorins vertolking van Elektra in de veelbesproken productie van David Bösch (seizoen 2014-2015) iedereen van zijn sokken. Vandaag vinden we haar terug op alle grote scènes zoals de Milanese Scala, de Metropolitan Opera (New York), Covent Garden, het Liceu (Barcelona), de Wiener Staatsoper en de Staatsoper in Berlijn. Ze heeft opmerkelijke dvd-opnamen op haar palmares zoals Elektra (Salzburg Festival), Götterdämmerung (Scala), de gelauwerde Ring uit Kopenhagen en Tristan und Isolde (Bayreuth). Als Ortrud in David Aldens nieuwe productie Lohengrin staat ze weerom garant voor vocaal en scenisch vuurwerk.
Peter Tantsits zingt Gandhi in Satyagraha
De gerenommeerde Amerikaanse tenor Peter Tantsits debuteerde in 2008 in het Teatro alla Scala onder leiding van Lorin Maazel. Sindsdien werkte hij samen met ‘s werelds meest vooraanstaande orkesten onder leiding van befaamde dirigenten als Alan Gilbert, Lorin Maazel, Leonard Slatkin, Leon Botstein en Philip Walsh. Ook trad hij op met onder meer het New York Philharmonic, het Tonkünstler Orchester Niederösterreich, de Deutsche Kammerphilharmonie en het London Symphony Orchestra. In 2014 zong de tenor in een veelgeprezen productie van Zimmermanns opera Die Soldaten in de Bayerische Staatsoper in München. Ook zong hij in de première van Alan Gilberts versie van Ligeti’s Le Grand Macabre, waarvoor hij bijzonder veel lof oogstte. Tantsits wordt internationaal geprezen omwille van zijn dramatische flair en vocale kracht. Het Britse magazine Opera noemde hem “one of his generation’s most consistently satisfying contemporary vocal music specialists”, terwijl Opera Now hem loofde voor zijn vermogen een rol uitermate beheerst en vol overtuigingskracht te spelen.
45
Zoran Todorovich Brengt de titelrol in Lohengrin De Servische tenor Zoran Todorovich is een graag geziene gast in Opera Vlaanderen. Niet alleen debuteerde hij er in de rollen van Calaf in Robert Carsens Turandot (2008), Parsifal (2013) - in de veelvuldig gelauwerde productie van Tatjana Gürbaca - en Otello (2016); hij werkte er ook mee aan uitvoeringen van Bellini’s Norma en Il Pirata en aan een nieuwe productie van Massenets Hérodiade (seizoen 2010-2011). Als internationaal gevierde specialist in het lirico spinto-vak doet hij vandaag tal van internationaal gerenommeerde huizen aan zoals Covent Garden, de Bayerische Staatsoper (München), de Staatsoper in Berlijn, de Semperoper (Dresden), de Wiener Staatsoper en de Opera’s van San Francisco en Los Angeles. Zoran Todorovich is bijzonder goed thuis in het Italiaanse repertoire met rollen als Manrico/ Il Trovatore, Radames/Aida en Dick Johnson/La Fanciulla del West op zijn repertoire en steeds vaker komt Wagner op zijn pad. Zijn ervaringen in het Franse repertoire zoals Don José/ Carmen en Le Roi Arthus (Chausson) zijn alomgeprezen en worden ook bij Opera Vlaanderen erg gesmaakt. Todorovich vertolkt de titelrol in David Aldens productie van Lohengrin. Later dit seizoen komt hij terug als Le Juif Eléazar in La Juive.
Agenda wo 16 mei za 1 sep zo 2 sep za 8 sep zo 9 sep ma 10 sep di 11 sep do 13 sep vr 14 sep za 15 sep ma 17 sep do 20 sep za 22 sep zo 23 sep wo 26 sep vr 28 sep zo 7 okt ma 8 okt wo 10 okt do 11 okt vr 12 okt zo 14 okt ma 15 okt di 16 okt wo 17 okt vr 19 okt za 20 okt zo 21 okt di 23 okt wo 24 okt do 1 nov vr 2 nov za 3 nov zo 4 nov ma 5 nov di 6 nov wo 7 nov do 8 nov vr 9 nov za 10 nov ma 12 nov
20:00u 20:30u 11:30u 18:00u 11:00u 20:00u 15:00u 20:00u 10:00u 14:00u 20:00u 15:00u 20:00u 20:00u 11:00u 20:00u 10:00u 18:30u 11:00u 20:00u 15:00u 18:30u 18:30u 18:30u 11:00u 14:00u 18:30u 12:30u 12:30u 10:00u 11:00u 15:00u 11:00u 14:00u 20:15u 20:00u 18:30u 20:00u 20:00u 11:00u 11:00u 18:30u 20:00u 15:00u 18:30u 20:00u 20:00u 20:00u 20:00u 15:00u 10:00u 20:00u 20:00u 20:00u 11:00u 14:00u 20:00u 11:00u 11:00u 14:00u 20:00u 10:00u
Khan/Cunningham/Forsythe Klassiek in de stad Klassiek in de stad Klassiek in de stad Zaterdagrondleiding Choreolab Choreolab Choreolab Rondom Lohengrin Choreolab Choreolab Choreolab Choreolab Choreolab Odegand Choreolab Rondom Lohengrin Lohengrin Zaterdagrondleiding Gala Angela Gheorghiu Lohengrin Lohengrin Lohengrin Lohengrin Operareis (4+) Operareis (4+) Lohengrin Middagconcert: Van sagen en legenden Middagconcert: Van sagen en legenden Operareis (4+) Operareis (4+) Lohengrin Operareis (4+) Operareis (4+) Comedy for the Climate Giselle Lohengrin Giselle Giselle Zaterdagrondleiding Zaterdagrondleiding Lohengrin Giselle Giselle Lohengrin Giselle Giselle Giselle Giselle Giselle Rondom Satyagraha Giselle Giselle Giselle Operareis (4+) Operareis (4+) Giselle Zaterdagrondleiding Operareis (4+) Operareis (4+) Giselle Rondom Satyagraha
46
Ballet Plus Plus Plus Plus Ballet Ballet Ballet Plus Ballet Ballet Ballet Ballet Ballet Plus Ballet Plus Opera Plus Plus Opera Opera Opera Opera schoolvoorstelling schoolvoorstelling Opera Concert Concert Jeugd Jeugd Opera schoolvoorstelling schoolvoorstelling Plus Ballet Opera Ballet Ballet Plus Plus Opera Ballet Ballet Opera Ballet Ballet Ballet Ballet Ballet Plus Ballet Ballet Ballet schoolvoorstelling schoolvoorstelling Ballet Plus Jeugd Jeugd Ballet Plus
De Spil Roeselare Sint-Jansplein Sint-Jansplein Sint-Jansplein Opera Gent Theater ‘t Eilandje Theater ‘t Eilandje Theater ‘t Eilandje Opera Gent Theater ‘t Eilandje Theater ‘t Eilandje Theater ‘t Eilandje Theater ‘t Eilandje Theater ‘t Eilandje Opera Gent Theater ‘t Eilandje Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Koningin Elisabethzaal Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen
Opera & Ballet do 15 nov vr 16 nov za 17 nov zo 18 nov di 20 nov wo 21 nov do 22 nov ma 26 nov di 27 nov wo 28 nov do 29 nov za 1 dec zo 2 dec
11:00u 11:00u 14:00u 14:00u 20:00u 10:00u 12:30u 20:00u 10:00u 11:00u 20:00u 20:00u 14:00u 16:00u 19:30u 19:30u 20:00u 19:30u 11:00u 11:00u 14:00u 14:00u 19:30u 20:00u 19:30u 15:00u 19:30u
Operareis (4+) Het speelgoed van Spalanzani (5+) Operareis (4+) Het speelgoed van Spalanzani (5+) Glass-weekend: In the Penal Colony Symposium Music Theatre in motion Glass-weekend: Minimaal en meditatief The Great Tamer Symposium Music Theatre in motion Zaterdagrondleiding Glass-weekend: Koyaanisqatsi Giselle Kunstendag voor kinderen Giselle Satyagraha Satyagraha Beethoven / Missa solemnis Satyagraha Operareis (4+) Het speelgoed van Spalanzani (5+) Operareis (4+) Het speelgoed van Spalanzani (5+) Satyagraha Cunningham Satyagraha Satyagraha Satyagraha
47
schoolvoorstelling Opera Antwerpen schoolvoorstelling Opera Gent schoolvoorstelling Opera Antwerpen schoolvoorstelling Opera Gent Plus Opera Gent Plus Opera Gent Concert Opera Gent Plus deSingel Plus Opera Gent Plus Opera Gent Plus Opera Gent Ballet Palais des Beaux-Arts de Cha Jeugd Opera Antwerpen Ballet Palais des Beaux-Arts de Cha Opera Opera Gent Opera Opera Gent Plus deSingel Opera Opera Gent schoolvoorstelling Opera Gent schoolvoorstelling Opera Antwerpen schoolvoorstelling Opera Gent schoolvoorstelling Opera Antwerpen Opera Opera Gent Plus deSingel Opera Opera Gent Opera Opera Gent Opera Opera Gent
Column Vergankelijkheid Vergankelijkheid… en dat is het seizoensthema? Bij sommige toehoorders oogst het prachtige woord hetzelfde effect als zou je ‘handen omhoog’ roepen. Het blijkt steeds moeilijker om bovenop al onze stress ook nog de confrontatie met de realiteit aan te gaan. Nadenken over vergankelijkheid vraagt dan ook dat je onze enige zekerheid durft te omarmen, de zekerheid dat alles ooit voorbij gaat. Zelfs wanneer je sust en troost en vergankelijkheid mild vertaalt als transformatie, als een (ver)worden zonder einde, neemt de homo ludens daar geen genoegen mee. Tijd om de vanitas-gedachte af te stoffen en de schoonheid te herontdekken van de zeepbel die elk moment kan uiteenspatten. En waarom zou vergankelijkheid ons - producenten van een continue stroom sociaal gezeur - moeten afschrikken? Ik hou van de bitterzoete smaak die het woord vergankelijkheid achterlaat. Het aroma past perfect bij een gezonde portie weltschmertz, nog een essentieel ingrediënt van een gezonde psyche waarop we rantsoeneren.Zelfs al laat ik me meevoeren in een jolige polonaise, de treurnis om de onvolmaaktheid van het leven danst als een sylphide om mij heen. Helaas maakt mijn enthousiasme voor begrippen die dualiteit in zich dragen tot een levend anachronisme in onze happy dictatuur. Terwijl deze ontgoocheling in de maat van ons bestaan net gepaard gaat met een verlangen naar het echte, volle leven. Geen donker zonder licht, geen yin zonder yang, geen transformatie zonder vergankelijkheid, geen weltschmertz zonder onblusbare levensdrang. Toch kan je maar beter je treurnis ingegeven door lust for life in het verborgene belijden, al was het om aan de labels bipolair, borderline of manisch depressief te ontsnappen.
Waarom zijn we toch zo vervreemd van de natuurlijkheid van deze dualiteit die uitgerekend persoonlijke groei aandrijft. De klassieke literatuur staat er bol van. Is die state of being nu niet net het universum waar mijn geliefkoosde romanpersonages goed gedijen? De eenzame ambtenaar in J-K Huysmans prachtige kleinood ‘Op drift’ ( À vau-l’eau -uit 1882), waarin hij blijk geeft van zijn weerzin voor een moderne, door “zwakhoofdigen” bevolkte wereld. Ook Flaubert’s Emma Bovary reken ik tot de verweesden die geruststelling zoeken in foute idealen. Waarom hou ik zo van Henry Chinaski, Bukowski’s alter ego, die veelal in een dump leeft maar op zijn transistorradio Mozart zoekt? Is het niet net de voorwaardelijkheid van Lohengrins komst, die zijn aanwezigheid zo precieus maakt? Wat is het geweldloze verzet van Gandhi, zijn satyagraha, anders dan overleven door mee te deinen op de golven van verandering? Wat als het moment van geluk dat Giselle kent niet schril zou afsteken tegen het trieste van haar lot? Maar goed, stilstaan bij de tijdelijkheid van ons zijn is niet langer toegelaten. Het is zwartgallig en negatief. Er zijn nu andere diagnoses, doeltreffende designer medicatie en virtueel sociaal engagement als pleister op de wonde. Onze angst voor het verlies van gemoedsrust, zelfs als noodzakelijke fase binnen onze persoonlijke ontwikkeling, wordt stilaan echt grotesk. Altijd maar krampachtig gelukkig zijn, is de leuze. Hoe saai is dat! En wat betekent dat voor onze dramatische helden? Naar naar wiens beeld zijn ze straks in romans en libretto’s geschapen? Heb het leven lief en veracht het met verve, weet dat alles vergankelijk is, meer dan gelijkmoedigheid is dat des mensen. Chris Van Camp
Tijd om de vanitas-gedachte af te stoffen en de schoonheid te herontdekken van de zeepbel die elk moment kan uiteenspatten.
Koen Theys, 'The Vanitas Record', 2005
48
Subtitel
De Nationale Loterij zet dankzij haar spelers de schouders onder cultuur, sport, wetenschappelijk onderzoek, armoedebestrijding, ontwikkelingssamenwerking en solidariteitsacties. En elke inzet van deze spelers, hoe klein ook, maakt een wereld van verschil. opera ballet vlaanderen kiest voor de Nationale Loterij als betrouwbare partner om haar projecten te realiseren en bedankt dan ook de spelers voor de steun!
#iedereenteltmee
53
Subtitel
Genieten op alle niveaus Woon als wereldburger met een ongezien uitzicht op alles wat de stad te bieden heeft.
www.antwerptower.be VERKOOPKANTOOR Welkom op afspraak +32 3 309 00 05. Frankrijklei 50, Antwerpen
50