Insight Magazine 2

Page 1

P209977—verschijnt 4 x per jaar in september/november/maart/mei

insight

2

ONTDEK PHILIP GLASS’ AKHNATEN - HET OPERADEBUUT VAN WALTER VAN BEIRENDONCK BALLET: DON QUICHOT - CHOREOGRAFEN IN SPE - COSÌ FAN TUTTE OF WAAROM VROUWEN VREEMDGAAN - MOZARTACHTERSTEVOREN - ORKEST EN DIRIGENTEN



INSIGHT 02

DE VERBEELDING GRIJPT DE MACHT In dit nummer van Insight loert de revolutie om de hoek. Laat dat geen wonder heten wanneer Philip Glass’ bezwerende Akhnaten in de steigers staat, en Don Quichot dansend windmolens bevecht. Doe daarbij een Mozart die in zijn Così fan tutte een bom onder de fundamenten van de romantische liefde legt, en niets blijft overeind. Kunst kan misschien de wereld niet redden, maar wel flink door mekaar schudden. Buiten de muren van ons huis is het niet anders. Zijn de actuele brandhaarden niet het gevolg van een vurig verlangen naar verandering? Wij pendelen met u graag tussen de verbeelding op de bühne en die van de straat. Een ding is zeker: met de komende producties krijgt de idealist, de visionair of de rebel in ons tonnen inspiratie over zich heen.

Philip Glass: de opera Akhnaten Marcel Vanthilt de Glass-fan Repair vs repeat: Attia en Glass Revolutie: de drijfveer van jong Egypte Achnaton, visionair of despoot Walter Van Beirendonck goes opera

4 8 10 12 18

Ballet: oude meesters en nieuwe makers Choreograaf Alexei Fadeyechev over Don Quichot Choreolab#10

22 26

Così fan tutte: Mozart — Da Ponte hoofdstuk 1 De paradox van liefde en trouw Waarom vrouwen vreemdgaan Project Nerovetsrethca Trazom

30 34 36 Het Insight-team

Focus: orkest en dirigenten Opera Vlaanderen Maestro Eliahu Inbal De concertmeester over de dirigenten

40 44

Verder in dit nummer Seizoensthema (on)macht: Patrick Dewael Link - aanraders en reminders Agenda Column Luc Joosten Castingnieuws

20 46 48 50 50

COLOFON Redactionele leiding Chris Van Camp en Luc Joosten Werkten mee aan dit nummer Wim Van Bree, Marjolein Craens, Catherina Matthys, Mien Bogaert, Aviel Cahn, Piet De Volder, Wilfried Eetezonne, Anne-Mie Lobbestael, Marcel Vanthilt, Philippe Huysegems, Rina Barbier, Manon Sikkel Druk Die Keure, Brugge Reacties? redactie@operaballet.be Verantwoordelijke uitgever Kunsthuis Opera Vlaanderen Ballet Vlaanderen vzw, Lena de Meerleer, Van Ertbornstraat 8, 2018 Antwerpen De redactie heeft in de mate van het mogelijke alle auteursrechten gerespecteerd. Mochten er bij vergetelheid fouten of vergissingen zijn gebeurd, dan kunnen personen die zich aangesproken voelen contact opnemen met de redactie. Niets uit deze uitgave mag onder enige vorm

Op de cover: principal Laura Hidalgo voor de lens van fotograaf Kris De Smedt. Straks danst ze voor het eerst Kitri in Don Quichot.

gereproduceerd worden zonder voorafgaande toestemming van de uitgever.

3


PHILIP GLASS

“IEDERE 20-JARIGE MOET DIT KOMEN ZIEN, DAN WETEN ZE TENMINSTE AAN WIE DE DEEJAYS VAN VANDAAG SCHATPLICHTIG ZIJN.” Tekst: Marcel Vanthilt

4


AKHNATEN

De Amerikaanse componist Philip Glass (°1937) begon zijn carrière aan het einde van de jaren ‘60 als obscure avantgardist in de kunstscène van downtown New York. Nu, op 77-jarige leeftijd, kan hij prat gaan op een voor hedendaagse componisten haast ongeziene uitstraling. Akhnaten, nu op de affiche bij Opera Vlaanderen, is wellicht de eerste grote stap naar een wendbare en intense operataal met grote emotionele directheid.

opera Akhnaten van 13 feb tot 10 mrt opera Antwerpen & Gent www.operaballet.be

5


PHILIP GLASS

HET LIBRETTO KORT Amenhotep III, vader van Akhnaten (Echnaton), wordt begraven. De rouwplechtigheden vormen de achtergrond van Akhnatens kroning tot nieuwe heerser van Egypte. De keuze van de naam ‘Akhnaten’, in plaats van de geboorte­ naam ‘Amenhotep IV’, wijst op een verandering in politiek en religie: voortaan zal de farao de cultus van de zonneschijf Aten belijden in plaats van die van de zonnegod Amon. In een eerste publieke verschijning kondigt Akhnaten, aan de zijde van zijn echtgenote Nefertiti en zijn moeder Tye, het begin van een nieuw tijdperk aan. Akhnaten en zijn aanhangers verwoesten de zonnetempel en breken daarmee de macht van de eens zo machtige priesters van Amon. ‘Akhetaten’ ofte ‘Horizon van Aten’, zo luidt de naam van de nieuwe stad die de farao laat bouwen ter ere van Aten - een stad van licht en open ruimten die architecturaal en visueel de nieuwe geest van Akhnatens bewind belichaamt. Met dans en feestelijkheden wordt de stad ingehuldigd en in een zonnehymne erkent Akhnaten in Aten het begin van alle leven. Hij beschouwt zichzelf als de enige zoon en profeet van Aten en profileert zich als godkoning. In het paleis van Akhetaten leiden Akhnaten, Nefertiti en hun zes dochters een geïsoleerd bestaan. De farao verwaarloost zijn politieke functie. Delen van het Egyptische grondgebied worden geannexeerd door tegenstanders en er heerst misnoegdheid onder de bevolking. Onder leiding van generaal Horemheb, Aye - adviseur van de vorst en vader van Nefertiti en de hogepriesters van Amon bestormt een volksmassa het koninklijke paleis. De stad wordt verwoest en Akhnaten en zijn familie worden verdreven. De ruïnes van de stad, die vandaag Amarna heet, worden bezocht door toeristen. Wanneer ze de plek verlaten hebben, zien we de schimmen van Akhnaten en zijn verwanten. Ze sluiten zich aan bij de nog steeds doorgaande rouwstoet van Amenhotep III. (P. D. V.)

6

MARCEL VANTHILT OUT ZICH ALS GLASS-FAN Toen ik hoorde dat er een Philip Glass-opera op het programma stond, was mijn eerste reactie: wauw echt of wat? Ik ben een Glass-fan van het eerste uur. Eind zestig, begin jaren ‘70 had je die hele psychedelische scène in New York waar de lijnen tussen kunst, film en pop uitgegomd werden en er precies de hele tijd één grote artistieke orgie aan de gang was. Dat alleen al maakte toen indruk op mij. Al die kleurrijke personages, Nico en de Velvet Underground, Brian Eno, Lou Reed, Andy Warhol natuurlijk en… Philip Glass hoorde daar ook bij. Hij bracht geen psychedelische muziek, maar iets heel nieuws dat er toch naadloos bij aansloot. Wat hij maakte leek zomaar uit het niets te komen. En dan zegt men wel:“ Ja, het is de sitarspeler Ravi Shankar die hem op dat pad gezet heeft”. Inderdaad iedereen tripte toen wel eens oostwaarts. George Harrisson had Ravi Shanka ook al de hemel ingeprezen, maar of hij nu Glass’ goddelijke deeltje op zak had, daar twijfel ik aan. Gelijk wie of wat had de trigger kunnen zijn, desnoods de chinees op de hoek. Samuel Beckett inspireerde hem ook, maar Glass maakte vooral iets van zichzelf. Iets wat we nooit eerder hadden meegemaakt. Zo fysiek als die muziek is. Ze neemt je mee in een trance, het is breinmassage. Hoe dan ook besefte je meteen: dit is dus de nieuwe klassieke muziek van mijn tijd. Straf, want het was toen quasi ondenkbaar dat de doorsnee Velvet Underground liefhebber ook nog graag een streepje Verdi snoof. De kloof tussen pop en pakweg opera was heel diep. Zelfs tussen vernieuwende klassieke muziek en pop was het water te diep. Neem Schönberg of Stockhausen, één nerd op 3000 had daar iets mee. Ik heb enorm genoten van het boek van Alex Ross De rest is lawaai, waarin hij de veranderende wereld van de klassieke muziek in de twintigste eeuw beschrijft. Heel vlot, toegankelijk geschreven, over grote componisten als Mahler, Strauss, Sjostakovitsj, Stravinksy en Sibelius; over de mondaine muziekcultuur in het Wenen van voor de Eerste Wereldoorlog, de nazisound van Hitler-Duitsland en… over de muzikale experimenten in downtown New York in de jaren zestig. Wel, Philip Glass is voor mij de componist van het laatste kwartaal van vorige eeuw. (Ook al haal je je daar in het bijzijn van Steve Reich-adepten nachtelijke discussies mee op de hals.) Zonder specifiek voor het grote publiek te gaan of uitverkoop te houden, vond Philip Glass de juiste compagnons de route. Niet de eerste de beste, maar een Bowie bijvoorbeeld, die in zijn genre ook altijd vernieuwend is gebleven. En toen in 1983 de film Koyaanisqatsi uit kwam, was Glass grote doorbraak een feit. De Hopi-indianen stonden ook terug op de kaart. Nu kan je je niet meer voorstellen dat een dergelijke film - die fascinerend was, begrijp me niet verkeerd - in een gewone bioscoop draaide tussen E.T. en Poltergeist. Het was niet echt een documentaire, het was… een soort geëngageerde lange videoclip op de muziek van Glass waaruit je moest leren dat we niet goed bezig waren en onszelf voorbij holden, toen al. Hoe revolutionair was dat. Het lanceerde Glass, vooral in Europa. Typisch dat kunstenaars die tot de NY scene behoren, vaak eerder hier een publiek vinden dan in de rest van Amerika. Kijk naar Woody Allen, om maar iemand te noemen. En dan… maakte de man ook nog opera’s. Einstein on the Beach, in 1976. Satyagraha over Gandhi in 1980 en Akhnaten in 1983. Een soort verlichtings-trilogie over zijn helden, die volgens hem de wereld hadden veranderd. Waarom die drie iconen? Ja, hij had wiskunde en filosofie gestudeerd, was boeddhist en had Velikovsky’s boek Oedipus and Akhnaton gelezen. Maar het was natuurlijk ook de tijd der iconen in de kunst. Warhol sleurde ook Mao en Che Guevara erbij. Zulke figuren plakte je toen op je rugzak. Het was een tijd geleden dat ik Akhnaten nog beluisterd had, maar je zit er zo weer in. Even gefascineerd als toen. Dat rolt maar door. Daar is vandaag menig dj schatplichtig aan. Daarom moet iedere jongere die iets of wat zijn klassiekers wil kennen, dit horen. Glass had het warm water al uitgevonden toen die dj’s nog niet geboren waren. Ook zijn arrangementen zijn geweldig. Alleen al het besluit om voor Akhnaten de violen uit het orkest weg te laten. Alle focus op de blazers, wat die bezwerende, exotische ondertoon geeft. Je moet het durven en doen. Dat contrasteert ook mooi met de solostemmen en benadrukt de onwereldse kwaliteit van de muziek voor Akhnaten zelf, gezongen door een countertenor. Stop Vanthilt, de mensen moeten gewoon zelf komen zien. Ik kan alvast niet wachten. •


AKHNATEN

BIOGRAFISCHE NOTITIES GLASS & RAVI SHANKAR De muzikale loopbaan van Philip Glass begon vrij traditioneel: hij studeerde aan de Juilliard School in New York. Vervolgens trok Glass naar Parijs om er te studeren bij Nadia Boulanger – op dat moment de ‘grande dame’ van het compositieonderricht die verschillende generaties Amerikaanse componisten in de richting van de neoklassieke stijl van Stravinsky had gedreven. Veel bepalender voor de richting die Glass zou uitgaan, was zijn ontmoeting in Parijs met de Indiase sitarvirtuoos Ravi Shankar. Die laatste was in Parijs om de soundtrack op te nemen die hij schreef voor de film Chappaqua van Conrad Rooks. Glass werd daarbij ingehuurd – één van zijn vele bijbaantjes als student – om de partijen voor de (Westerse) muzikanten in muzieknotatie uit te schrijven, vermits Shankar geen notenschift beheerste. Voor Glass was het een intense confrontatie met vormprincipes van de Indiase muziek, met een focus op lange modulaire melodieën boven een eenvoudige, statische harmonische basis en bovenal met een zeer geraffineerde ritmische structuur. Die zogenaamd additieve ritmische structuur zou prompt de sleutel vormen waarmee Glass zijn eigen stijl uitvond. GLASS & STEVE REICH Glass bundelde zijn krachten met Steve Reich en samen richtten ze een ensemble op (en een verhuisfirma (!) want er moest ook brood op de plank komen) dat afwisselend werken van elk van beide componisten speelde. Over een eigen ensemble beschikken en zelf ook als uitvoerder actief betrokken zijn was een noodzaak. Het latere succes bij een breder publiek van de minimalisten zou dreigen te doen vergeten dat ze in de late jaren ’60 behoorlijk radicale werken schreven: luid, intens, systematisch, streng gestructureerd en compromisloos in de heldere manier waarop zeer beperkt materiaal uiterst geleidelijk een transformatieproces doormaakt. Gevestigde uitvoerders of orkesten of concertpodia zaten niet te wachten op deze avant-

garde en dus namen de componisten zelf het initiatief. In plaats van op de klassieke podia konden ze terecht in kunstgallerijen, musea en lofts van bevriende kunstenaars – de band met de minimal art van Sol LeWitt, Richard Serra, Donald Judd en zoveel andere generatiegenoten werd zo heel concreet: de plekken waar die kunstenaars tentoonstelden waren ook de plekken waar de minimal music aanvankelijk kon gedijen. Minimal music dook een alternatief circuit in, vond daar een gretig en enthousiast publiek en legde contact met allerlei beeldende kunstenaars, dansers en theatermakers. Die banden in het bijzonder zouden voor de carrière van Philip Glass een belangrijke catalysator zouden blijken. DE TRILOGIE Het traject dat Glass heeft afgelegd spreekt tot de verbeelding: van radicale avant-gardist tot boegbeeld van de hedendaagse muziek, geliefd door een divers publiek en veelgevraagd bij organisatoren, orkesten, filmmakers en bovenal: operahuizen. Na Einstein on the Beach kreeg hij de opdracht een “echte” opera (lees: met solisten, een libretto en een echt orkest) te schrijven. Satyagraha (1980), gebaseerd op de eerste stappen in geweldloos verzet van Mahatma Ghandi, bracht een nieuwe, lyrische gedrevenheid in Glass muziek. Akhnaten (1983) trok die lijn nog verder door met een geschakeerd gebruik van het (donkere) orkestrale kleurpalet, melodische inventiviteit en vooral een bredere expressieve reikwijdte, van de intimiteit van de Hymne aan Aton of het duet met Nefertiti, over de barbaarse percussie-patronen van de begrafenisscène, tot de gewelddadige zetting van de verwoesting van de tempel. Op minder dan acht jaar tijd had Glass zich een theatrale zeggingskracht eigen gemaakt, een intuïtie om efficiënt muziek voor het podium te maken. Zelf beschouwt hij Einstein on the Beach, Satyagraha en Akhnaten als een trilogie.

Het volledige portret van Philip Glass door Maarten Beirens vindt u in het Ahknaten-programmaboek. Te koop in het bespreekbureau en tijdens de voorstellingen.

Videostill uit de film Koyaanisqatsi met muziek van Philip Glass, 1983

7


HET REPETITIEVE IN HET REPAIR-CONCEPT VAN KADER ATTIA (°1970)

Kader Attia vorst naar patronen in de evolutie van beschavingen en graaft naar wat ons drijft. Over de totstandkoming van de aarde en de mensheid zoals we die nu kennen, wordt meestal gesproken in termen van evolutie en vernieuwing. Kader Attia stelt een ander model voor: het herstel als de motor van alle (historische) ontwikkelingen. Het repetitieve dat we in zijn werk terugvinden sluit naadloos aan bij de muziek van Philip Glass. Bovendien biedt zijn ‘herstel-theorie’ een mogelijke verklaring voor het uitwissen van Achnatons nieuwe maatschappij en het herstel van de oude structuren. Uiteraard is ook de link met het teruggrijpen naar de geschiedenis van een hedendaags componist als Glass niet ver weg. Attia werd geboren als telg uit een Algerijns gezin in Parijs. Hij studeerde zowel kunst als filosofie in Parijs en Barcelona. Hij leeft en werkt afwisselend in Parijs en Berlijn. In 2014 kreeg hij de Berlin Art Prize. Nog tot 29 maart 2015 stelt hij tentoon in het Middelheimmuseum in Antwerpen. www.middelheimmuseum.be

Ghost, 2007

8


HET REPETITIEVE IN DE MUZIEK VAN PHILIP GLASS (°1937) Met Philip Glass heeft Opera Vlaanderen één van de onbetwistbare iconen van de minimal music en de repetitieve muziek op de affiche. Glass is een ware cultfiguur, geliefd bij een breed en divers publiek. Zijn opera Akhnaten geldt als een hoofd­werk uit de latere ontwikkeling van mini­ malistische en repetitieve muziek in de jaren 1980. Glass’ oeuvre bestrijkt dus zowel het domein van minimal music als dat van de repetitieve muziek. De termen worden vaak door elkaar gebruikt maar in hun pure vorm zijn beide soorten muziek wel degelijk verschillend. Strikt genomen ligt in mini­ male muziek alle nadruk op autonome klanken, omringd door stilte, en op bijzonder spaarzaam sonoor materiaal. In repetitieve muziek vertrekt men evenzeer van minimale muzikale bouwstenen zoals kleine cellen, motiefjes of korte muzikale zinnen maar ze worden continu herhaald en ze vormen het uitgangspunt voor langzame processen van transformatie. Dat laatste is absoluut het geval in Akhnaten. Als je als luisteraar even wegdroomt van de muziek - zeer waarschijnlijk overigens -, dan bestaat de kans dat je plots voor een andere sonore realiteit staat, die relatief onmerkbaar maar heel wetmatig is ontstaan doorheen de tijd.

Culture, Another Nature Repaired, 2014, foto: An Brys

We maken het nog concreter... Een doorsnee muziekstuk heeft een begin en een einde. Er wordt toegewerkt naar een climax en er ontstaan verwachtingspatronen door bepaalde melodische wendingen, een specifiek harmonisch verloop en/ of karakteristieke ritmen. Variatie in tempo is legio. Repetitieve en minimale composities hebben vaak niets van dat alles. Begin en einde van een stuk zijn meestal abrupt, het tempo blijft onverbidde lijk identiek (toch zeker in repetitieve muziek) en behalve mechanische herhaling - die afhankelijk van het temperament en de smaak van de indi­ viduele luisteraar hem in trance brengt of ergernis opwekt! - valt er weinig of niets te voorzien en te verwachten. Typisch is ook een langzaam harmonisch proces met nadruk op consonantie. Door de consonantie ligt de muziek bijzonder goed in het gehoor. Voor alles vragen minimalistische en repetitieve muziek om onvoorwaardelijke overgave van de luisteraar. (P. D. V.)

9


EGYPTE

AKHNATEN ACHTERNA Tekst: Chris Van Camp Foto’s: Ruud Gielens

In zijn opera voert Philip Glass de farao Achnaton op als een verlicht visionair. Een beeld dat egyptologen op basis van actueel onderzoek even vakkundig slopen. Misschien moeten we ook Glass’ perceptie van het verzet vanuit het Egyptische volk bijstellen. Een betere proef op de som dan een reality-check onder de jonge activisten van de revolutie in 2011, is moeilijk te bedenken. Ze zijn noch aanhanger van de Moslimbroeders, noch fan van het leger. Beiden zijn voor hen in hetzelfde bedje ziek. Het verzet groeit, de toekomst van Egypte is geen fait accompli. Onze gids in het post-revolutionaire Caïro is de Belgische theatermaker Ruud Gielens die er sinds vier jaar werkt en woont.

Ruud Gielens is zowat de enige stem die na de 18-daagse revolutie in november 2011 in onze media over het Egypte van vandaag bericht. Meestal niet eens op de actualiteitspagina’s, maar naar aanleiding van zijn geëngageerde theaterstukken veilig ingebed in cultuurbijlagen. De mediaklok is vastgelopen op de laatste beelden van het Tahrirplein. De revolutie is officieel voorbij. Maar is dat zo? Zijn de activisten van toen dan echt blij met de quasibezetting door het leger? Was deze revolutie niet de voorbode van een veel grotere transformatie? En kan deze recente ontwikkeling ons het historisch uitwissen van Achnaton beter doen begrijpen? Wanneer ik aankondig, naar Caïro te zullen reizen om Ruud op te zoeken, breekt er een storm van waarschuwingen los. De kans op ontvoering en een hoofdrol in een IS-video wordt algemeen astronomisch hoog ingeschat. Dat is wat geografische onwetendheid, angst en hiaten in berichtgeving met een gezond gevoel voor drama doen. Ruud zal mijn gangmaker en gids zijn. Ik vertrouw op zijn inschatting van de locale toestand. Hij hijst de groene vlag. Ik was wel eens eerder in Caïro, op de kop vijftien jaar geleden. Maar zelfs al dateerde dat bezoek van vorige week, dan nog kan je de Egyptische hoofdstad nooit afvinken als ‘gekend’. Ze transformeert niet alleen terwijl je er rondloopt, ze is ook nog gelaagd als een sarcofaag. Wie je bent en wie je kent bepaalt welke gezichten van de stad je te zien krijgt en wat je habitat zal zijn. Wat mij als te opvallend blank en roodharig persoon meteen opvalt, is de quasi totale afwezigheid van toeristen. Dit resulteert in het type aandacht dat je naar een boerka-momentje doet verlangen. Niet dat je nog tot voorbij de pijngrens belaagd wordt door straatventers, want die heeft het leger van president Sissi letterlijk van de straat geveegd. Het leger, dat alles zal doen om de geconsolideerde macht te behouden.

10

Ruud Gielens: “Laat er geen twijfel over bestaan: de grootste bedreiging voor de revolutie was het apparaat dat nu pretendeert de hoeder van diezelfde revolutie te zijn: het leger. Dit was het leger dat 27 van haar burgers vermoordde. Vergeten we dan zo snel? Er is niets veranderd. Ja, de foto’s van Mursi zijn vervangen door die van de nieuwe charismatische legerleider Abdel Fattah al-Sisi. Mijn lijf zit nog steeds vol woede en ongeloof over de manier waarop het leger sinds de val van Mubarak de mensenrechten grootschalig heeft geschonden. De schrikbeelden van de aanvallen van dit leger op haar bevolking branden nog na op mijn netvlies. De dagen daarna was ik nog meer verrast toen militaire straaljagers hartjes trokken in de lucht boven de manifestanten, en de bevolking dit misplaatste theatraal schouwspel op gejuich onthaalde.” Maar er is nog meer veranderd in het straatbeeld. Waar vroeger in de oude stad chaotische, spontane marktplaatsen woekerden, staan nu tanks en gewapende soldaten om je te behoeden voor een vage vijand. De giganten op rupsbanden lijken me ook het enige veilige transportmiddel om je in de niet-aflatende, apocalyptische verkeerschaos te wagen. Met duizenden verkeersdoden per jaar doet de (im)mobiliteit alle andere levensbedreigende factoren verbleken. Een no-win, want als voetganger tussen de immer toeterende wrakken ben je aangeschoten wild, waardoor je algauw geneigd bent om zelf zo’n blikken harnas aan te trekken. Het gekke is dat je na een paar dagen net zo gezwind als de autochtonen door deze hel op wielen laveert. Zoals het een stad onder pseudolegitieme bezetting betaamt, broeien er in haar onderbuik haarden van verzet. Al meteen de eerste avond verzeilen we in ‘After Eight’, een club in een achterafsteegje waarvan de naam verwijst naar de avondklok die in revolutionaire tijden ingesteld was.


AKHNATEN

REVOLUTIES ZIJN DE MOTOR VAN ONZE GESCHIEDENIS 11


AKHNATEN

ACHNATON ONZE VERWANTE ZIEL? De reputatie van politieke leiders kent soms een stormachtig ver­loop. Onder druk van de media kan men van de ene dag op de andere van redder van het land tot voorbereider van de ondergang worden uitgeroepen. En zelfs na een geslaagde politieke carrière blijft men niet verzekerd van eeuwige lof. Heeft men geluk, dan wordt de roem nog groter - fama post cineres maior venit- , maar de kans op een postume vernedering is niet onbestaande. Over de doden niets dan goed? Ja, op voorwaarde dat men geen politiek leider was. Ook in vroegere tijden was dat niet anders. De reputatie van de Egyptische farao Achnaton, uit de 14de eeuw voor Christus, illustreert dat duidelijk. Dat Achnaton als de stichter van een nieuwe religie, van een nieuwe stad (Achet - Aton, het huidige Amarna - in Midden-Egypte), een nieuwe kunst en in zekere zin zelfs een nieuwe taal, een man was met een visie moge duidelijk zijn. Maar in zijn eigen tijd werd die veranderingsdrang niet echt in dank afgenomen. Het aanzien van Achnaton kreeg na zijn dood dan ook een knauw van jewelste. Er vond een ware damnatio memoriae plaats: hij en zijn volgelingen worden uit de koningslijsten geschrapt alsof ze nooit hebben bestaan, de stad Amarna wordt afgebroken en zijn ganse regeerperiode uit het geheugen gewist. Maar bij de ware herontdekking van Amarna en Achnaton in de vroege negentiende eeuw ontstaat vrij snel opnieuw een lyrisch beeld over deze farao. Hij is een vooruitstrevende, positieve politieke leider, geliefd door zijn volk, die erin slaagde de heidense veelgoderij een halt toe te roepen en te kiezen voor een modern aandoend monotheïsme. “Achnaton is onze broer, ja bijna onze tijdgenoot”, schreef de grote Oostenrijkse cultuurhistoricus Egon Friedell nog in 1936. Dat was in zekere zin ook nog het heersende beeld van Achnaton in de jaren dat Philip Glass zijn opera Akhnaten componeerde in 1983. Hij zag Akhnaten of Achnaton in de lijn van Einstein en Ghandi - mannen die de ideeën en het verloop van hun tijd een revolutionaire wending hebben gegeven. Achnaton is degene die radicaal voor vernieuwing kiest, maar uiteindelijk door conservatieve krachten vermorzeld wordt. (P. D. V.)

12

Nog steeds is dit de rendez-vousplek voor kunstenaars en activisten. Zowel uit Alexandrië en de rest van Egypte als uit Syrië komen verwante zielen hier samen. De sfeer is uitgelaten, het publiek extravagant, er is live muziek, er wordt gedanst tot op de tafels toe en de in Egypte gebrouwen oer-Stella vloeit rijkelijk. Zo stel ik me Berlijn 1930 voor. Er heerst allerminst een overwinningsroes, want iedereen hier leeft gebukt onder het besef dat er vrienden en medestanders op de party ontbreken omdat ze werden opgepakt. Zomaar louter op verdenking van iets dat bij ons oppositie heet, worden ze vastgehouden in omstandigheden die je middeleeuws mag noemen. Hongerstakingen, petities en acties krijgen hen niet vrij, maar houden deze jonge mensen tenminste uit de vergeetput. Vanavond wordt de onmacht bezworen met de wil om voluit te leven. Intens en liefst nachtelijk. 33, Abdel Khaled Sarwat street, 7th floor. De volgende ochtend word ik gewekt door weeë klaagklanken uit de moskee aan de overkant van de straat. Het offerfeest zit er aan te komen en het religieuze gevoel neemt toe. Overal hangen snerpende luidsprekertjes die met krakende Koranverzen de verkeersdrukte proberen te overstemmen. Er worden massaal inkopen gedaan; parallellen met onze kerstrace dringen zich op. Ook dit pandemonium zal op een dag verstillen. Hier en daar worden publiekelijk schapen geslacht. Gestroopte karkassen, lege huiden met de kop er nog aan en gelaten op hun executie wachtende dieren vormen samen iets dat lijkt op één grote horror-installatie. Veelal oude mensen zitten er op stoeltjes naar te kijken. Het is zo’n 35 °C. De stad geurt niet naar rozen. Sinds de revolutie namen de ver­paupering en de bijbehorende verloedering erg toe. Er ligt vuilnis in de straten, straatlantaarns zijn half gesloopt, de gemeen­schappelijke delen van gebouwen liggen braak. Voor het eerst, bij daglicht vanop het balkon, merk ik de sloppen op die op de daken van buildings zijn verrezen, meestal omgeven door schotelantennes. De hutten, huizen, hokken op de daken, opgetrokken uit puin en afval, zijn bewoond. Hoe die rommel daarboven geraakte, blijft me een raadsel. Al even grote verbazing maakt zich van mij meester wanneer uit zo’n uit golfplaten opgetrokken schuilhut een keurig gekapte jongeman tevoorschijn komt, met een smartphone tegen het oor. Een beeld dat je aldoor ziet: Egypte lijdt aan connection-koorts. In plaats van met Faraonische kitsch leuren de laatste venters met gsm-laders. Hoe verklaar je zo’n succes, terwijl 40% van de bevolking analfabeet is en slechts 10% toegang heeft tot elektronisch bankverkeer? Het leeuwendeel van de bevolking tracht op creatieve manieren de armoede te bestrijden in een schaduweconomie. Wat zich vertaalt in de meest ondenkbare mini-jobs: het claimen van een straat en vervolgens zelf inrichten van valet-parking. Het ophouden van de verkeersstroom zodat een aarzelende automobilist de weg op kan rijden, het bewaken van deuren, het drukken op liftknoppen en het verkopen van papieren zakdoekjes of ongepelde pinda’s. Wie heeft, geeft. Er zijn wel meer voor ons evidente overheidstaken die louter door burgerinitiatief en de politiek van de straat geregeld worden. Sinds de revolutie zijn hier massa’s mensen politiek actief geworden, op hun manier. De kracht van dit maatschappelijk middenveld ligt in de onmetelijkheid tussen chaos en zelf opgezette structuren. De aanhoudende oproepen van deze organisaties brengen menig ervaren politicus in verlegenheid, en zullen op termijn hopelijk tot verandering leiden. De oprichting van talloze actiegroepen stemmen een mens hoopvol, want daardoor merk je dat de onverschilligheid niet is ingetreden. Wat drijft zulke mensen om in deze patstelling te blijven ijveren voor wat de strijdpunten van de revolutie waren: sociale rechtvaardigheid, een beter economisch model en vrijheid? Is het idealisme? Zijn ze visionair? Ruud Gielens: “Ik blijf, net als zovele anderen, het antwoord schuldig. De transformatie is begonnen, de verandering is nakend maar neemt nog geen vaste vorm aan. Met dat buikgevoel moeten we het stellen, ook als rationeel denkende mensen. Kolena Masr, of vrij vertaald: wij zijn allemaal Egypte…” •


ONTMOETINGEN IN EGYPTE

HEBA EL CHEIKH “We mogen niet arrogant zijn, de publieke ruimte is van iedereen, de revolutie heeft ze opengebroken.” 9, Abu El Soud st. Het pad naar het hoofdkwartier van Mahatat, een organisatie die kunst naar het volk brengt, loopt niet over rozen. Het ligt in een van de armere buurten van de stad. Het nakende offerfeest laat er een bloederig spoor na. Met een vrolijk “Sorry for the sheep” zwaait Heba de deur open tot een ware oase. Kraaknette moderne kantoren en werkplaatsen die in niets verschillen van gelijkaardige kunstencentra bij ons. Heba is één van de bevlogen mensen die in 2011, na de revolutie, hun engagement bundelden en Mahatat oprichtten. “Plots zagen we dat de openbare ruimte gebruikt werd, de mensen claimden de straat. Ons allereerste project hebben we dan ook ‘Our street’ genoemd” vertelt Heba met fonkelende ogen. Ze is geen kunstenaar, zegt ze - en ze zal dit tijdens ons gesprek vaak benadrukken - maar iemand die de kunst opnieuw dichter bij de mensen wil brengen. Heba: ”Faciliteiten om kunst te maken en te tonen ontbreken totaal in Egypte. De overheid beperkt zich tot enkele officiële kanalen die de rangen sluiten. Kunstenaars zoeken ruimte, terwijl het grootste deel van de bevolking verstoken blijft van kunst. Daarom zijn we begonnen, projecten op te zetten in niet-evidente buurten. Kleine toonmomenten die nooit afschrikken, heel toegankelijk zijn en weer aan storytelling doen, wat eigenlijk tot onze traditie behoort. Alleen wordt dat door ons professioneel opgezet, met een degelijke omkaderende organisatie erachter, die ook reflecteert over kunst en zichzelf in vraag blijft stellen.” Ze neemt ons mee naar een studio waar grote intrigerende kijkkasten staan. Binnenin treffen we een installatie aan met filmpjes: een ‘Wonderbox’. “Ik geloof dat iedereen van kunst houdt, maar je moet het tegenkomen om ervan te kunnen genieten of… om zelf kunst te leren maken. Daarom doen we projecten als ‘Stop & dance’ waarbij een choreograaf met passanten in de metrostations een dansmoment maakt. Of strijken we neer in een buurt waar we een week op een plein bivakkeren en workshops organiseren en daarna met de creaties het plein versieren. We doen dat niet alleen in Caïro, maar ook elders in de Nijldelta.” Mahatat groeide na drie jaar uit van een twee-vrouwsproject naar een onderbouwde werking met 7 medewerkers en heel professioneel ogende communicatie in het Engels en het Arabisch. Financieel zijn ze volledig aangewezen op internationale fondsen en ambassades. Heeft Heba nog een droom? “Ik zou willen dat de regering de taak opneemt om kunst en educatie te ondersteunen. Om erin te investeren, en dat op een open democratische manier.” Dan haalt ze de schouders op en staart door het raam… naar de schapen.

AMMAR ABO BAKR “Voor een anarchist is er geen overwinning, de strijd zal eeuwig verdergaan.” Als je plots voor de indrukwekkende muurschilderingen staat in de befaamde Mohammed Mammoudstraat vlakbij het Tahrirplein, besef je hoe uniek dit artistiek verzet is en hoe democratisch hun beeldtaal. De straat werd een openluchtmuseum. Als je geluk hebt, zie je hier Ammar Abo Bakr aan het werk. Je herkent hem aan zijn Ché Guevara-muts met faraonisch geïnspireerde insigne en brede glimlach, een held en een begenadigd kunstenaar. We besluiten hem op te zoeken in zijn verzetshoofdkwartier, dat nog het meest op een clubhuis lijkt. We hebben geluk dat hij nu net in de stad is. Dat is niet altijd zo, want zozeer als de underground hem aanbidt, zit het leger hem op de hielen. “Ze weten me wonen, ze kunnen altijd binnenvallen en alles meenemen om gelijk welke reden die ze kunnen verzinnen. Daarom bewaar ik mijn archief in Luxor, mijn thuis. Hier werken we… samen, want de verbondenheid onder kunstenaars

13

Heba el Cheikh (°1981) studeerde Frans en journalistiek, en behaalde in 2012 haar Master in kunstmanagement, met focus op community art, aan de Utrecht School of Arts in Nederland. Ze is medeoprichter van Mahatat en eerder al, in 2009, van de Journey Cultural Group in Alexandrië. Ze schrijft over haar ervaringen in Franse en Arabische publicaties. mahatatcollective.com Ammar Abo Bakr (°1980) gaf les aan de Faculty of Fine Arts in Luxor, waar hij eerder ook studeerde. Hij richtte de Mahrosa Association for Preserving Heritage and Modern Art op. Behalve als street artist en verdediger van cultureel erfgoed werkte Ammar als tekenaar bij een Egyptisch-Duits archeologenteam en was hij co-producent van drie documentaires over de opgravingen. Zijn werk reist de wereld rond.


AKHNATEN

Alia Mossallam (°1981) Geeft les in historische kritiek aan The American University in Caïro. Alia is actief in verschillende organisaties die de hervorming van justitie bepleiten. Ze schrijft opiniestukken voor verschillende media en behaalde de graad van Doctor in de Filosofie aan de London School of Economics.

is groot.” De dreiging is reëel. Na de herdenking van de revolutie en haar martelaars op 19 november 2013 vaardigde eerste minister Hazem El-Beblawry een wet uit, die graffitimakers bestraft met vier jaar gevangenis en een boete van 18.000 US dollar. “Het zal ons niet tegenhouden”, zegt Ammar,” hoe vaak ze muren ook overschilderen, telkens komt er een nieuw verhaal. Deze muur is een tombe voor de slachtoffers van de revolutie. Egyptenaren hebben tombes altijd beschilderd met het verhaal van de overledenen. Zo vertellen wij hier onze kant van het verhaal.” Ammar kijkt aan tegen een eindeloze strijd, hij heeft geen hoop op een oplossing. Lachend noemt hij zichzelf een anarchist. In zijn werk krijgt dan ook iedereen een veeg uit de pan: het leger en de regering van Sissi, maar net zo goed de Moslimbroeders en de media. “Soms overschilderen we ze zelf, vooral wanneer president Sissi aan recuperatie van ons verzet doet om zijn campagne te kleuren.” Momenteel werkt Ammar in een andere buurt, waar hij geen politieke statements maakt, maar gewoon moois voor de mensen. ‘Als je niet voor het volk schildert, voor wie dan? Wat zoek je in een galerij als de straat brandt?”. Wanneer we afscheid nemen, vraagt hij ons wat het verband zal zijn tussen ons gesprek en de opera. Lachend roept hij in de traphal: “Achnaton was een Moslimbroeder!”. We hebben een vrijheidsstrijder ontmoet, zoveel is zeker.

ALIA MOSSALLAM “Het is moeilijk verder te gaan met je leven, terwijl je vrienden wegkwijnen in de gevangenis.” Een bookshop waar ze ook Engelstalige werken, wifi en thee hebben, mag je overal ter wereld gerust een oase noemen. Achter een van de laptopjes zit Alia Mossallam. We kennen haar van haar columns in het (engelstalig) onafhankelijke online medium madamasr.com . Ze weet als geen ander het bioritme van Egypte bloot te leggen en de knepen van de historische kritiek toe te passen op de actualiteit. Iets wat ze als historica in haar cursus aan de American University in Caïro ook aan haar studenten probeert mee te geven. Alia: ”Terwijl de geschiedenis van Europa aaneen hangt van de oorlogen, loopt die van Egypte langs talloze revoluties. Het leek me eerst niet evident om aan studenten die veelal uit een beschermd milieu komen, kritische geest en een kiem van activisme mee te geven. Maar ik heb me gelukkig vergist. Ik leer hen dat er naast de officiële kanalen nog manieren zijn om aan geschiedschrijving te doen en om die te leren lezen. Het relaas van het volk leer je door met oude mensen te praten, door liederteksten te ontleden.” Zelf tracht Alia de mensen die zomaar in de gevangenis belandden als staatsvijand, waaronder ook vrienden van haar, levend en onder de aandacht te houden door over hen te schrijven en te ijveren voor een hervorming van Justitie. Het kan niet dat burgers voor een militaire rechtbank moeten verschijnen. Er is nog een lange weg te gaan. “Ik heb vrienden bezocht in de gevangenis. Je kunt je de omstandigheden daar niet voorstellen. Het zijn pure wraakacties. Je moet bedenken dat de rechters en magistraten die nu zetelen, dezelfden zijn die we nog voor de val van Moebarak wegens corruptie hebben aangeklaagd. Er is toen een lijst met hun namen gepubliceerd en nu zijn ze terug, met hun Nero-duim... Zo lijkt de situatie op een no-win, maar we mogen niet opgeven. Ik vind het heel moeilijk om mijn leven met mijn man en dochtertje van twee gewoon gezellig verder te zetten, in de wetenschap dat anderen in een kerker zitten.” Als ze dit zegt is de ontgoocheling af te lezen van Alia’s gezicht, dat bij onze begroeting nog straalde. Ze behoorde in 2011 tot de kerngroep die in zijn revolutionaire overmoed aan een manifest werkte dat moest leiden tot het herschrijven van de grondwet en de politiecode. Ze geloofde in een nieuwe start. “Onze revolutie was een te gematigde revolutie. Wij studenten konden niet op tegen het machtsvertoon van het leger. Gelukkig waren er toen de Ultra’s Ahlawy van Al-Ahly en de Ultra’s White Knights van Zamalek, de twee grootste voetbalclubs in de Egyptische geschiedenis. Maar om eerlijk te zijn: de revolutie is mislukt, maar niet voorbij. Een nieuwe generatie zal het moeten doen, en die moeten we goed voorbereiden. Zij starten waar wij gestopt zijn.” Wanneer ik later de historica in Alia aanspreek over Achnaton, zegt ze dat het faraonische niet haar specialiteit is, maar… haar dochtertje is wel genoemd naar de moeder van Achnaton: Teye.

14


ONTMOETINGEN IN EGYPTE

LAILA SOLIMAN “Ik bewonder activisten die ook artistiek zijn, maar zich exclusief aan hun ideaal wijden.” Een uitspraak die ons verrast. Vooral van iemand die in 2011 de Internationale Willy-Brandt-Sonderpreis für besonderen politischen Mut kreeg. Laila zegt dat ze sowieso worstelt met de vraag, wat de rol van de kunstenaar in de maatschappij is. Wanneer we vernemen dat ze de dochter is van wijlen Hassan Soliman, een gerenommeerd kunstenaar die zich ondanks zijn successen tijdens de laatste decades van zijn leven verzette tegen het culturele establishment, begrijpen we dat beter. Laila: ”Soms zou ik liever daadwerkelijk sociaal en politiek actiever zijn, aan de basis werken, vrijwilligerswerk doen. Bouwen aan de samenleving. Maar ik reis te veel en ben wellicht een Einzelgänger. Stukken maken, dat kan ik, al het andere niet.” Het werk van Laila, dat eerst nog gebaseerd was op Harold Pinter en Dario Fo, veranderde ingrijpend na de revolutie. Niet alleen van vorm. “De werkelijkheid overtreft alle fictie, dus ging ik uit respect voor die realiteit meer met echte bronnen werken, brieven, getuigenissen, liederen.” Het feit dat revolutie plots erg ‘in’ is als thema, bezorgt Soliman in Europa veel aandacht. Er gaat blijkbaar een romantische, heroïsche lokroep van uit, die het publiek aantrekt. Zo moest in promoteksten heel vaak, ook als het ging om een stuk dat er niets mee te maken had, het Tahrirplein en haar engagement vermeld worden. Gelukkig weet ze dat er ook voor de revolutie al interesse was voor haar werk. “Soms frustreert dat, soms maak ik er gebruik van,” reageert Laila, “zo maakte ik van de uitreiking van de Willy Brandt-prijs gebruik om in mijn speech een statement te doen over de houding van Europa: wapenleveringen daar en tegelijk liefdadigheid hier, is geen oplossingsgerichte houding.”.

SARAH RIFKY “Kunstenaars mogen twijfelen, activisten niet” We hebben een afspraak in Beirut. Niet de stad in Libanon, maar het gelijknamige instituut in Caïro waar we Sarah Rifky zullen ontmoeten. Ik verwacht een half gesloopt appartement ergens downtown, maar de taxi brengt ons naar de eerder residentiële, groene Agouza-buurt. Beirut huist in een jaren ‘40 villa in modernistische stijl. We dwalen door de drie verdiepingen, regelmatig halt houdend bij een of ander object. Sarah lacht om onze wil om kunst te zien in gewoon meubilair. “Er loopt momenteel geen expositie en eigenlijk ligt het accent nu op The Imaginary School,” brengt ze ons nog meer in verwarring. “Onder die titel brengen we dertien studenten samen met heel verschillende achtergronden, ook geografisch. Ze toont ons de leeskamer, waar ze ook haar eigen boekenkast in onderbracht. De oogst is nu vrij te raadplegen voor iedereen. Rifky’s persoonlijke investering stopt niet bij papier alleen, tenzij je daar ook spaargeld bij mag rekenen. “Ik heb Beirut nooit gezien als een plaats waar een groot publiek naar dingen komt kijken. Ik wilde een instituut bouwen waar kunstenaars zich kunnen terugtrekken om te reflecteren over wat er gebeurt. Zij hebben een andere rol dan activisten. Zij mogen twijfelen, activisten niet. Beirut wil ‘le repos du guerrier’ bieden, een oord zijn waar documentairemakers en journalisten samen met kunstenaars hun weerslag van de geschiedenis tegen het licht kunnen houden.” Sarah praat in gepolijste zinnen, de ene keer heftig, dan weer bedrukt. Na drie jaar vechten voor haar project slaat nu de vermoeidheid toe. Ze heeft de voorbije jaren voortdurend moeten pleiten, vooral als ze in het buitenland fondsen ging werven om haar team te kunnen uitbreiden en projecten op te starten. •

15

Laila Soliman (° 1981) is auteur en regisseur. Ze liep school aan de Deutsche Schule in Caïro en studeerde theaterwetenschappen en Arabische literatuur aan de American University. Daarna vervolledigde ze haar opleiding aan de DasArts theaterschool in Amsterdam. Met Lessons in Revolting en No Time for art, bracht ze de Egyptische revolutie op de bühne. Whims of freedom komt in januari 2016 naar ons land. Ze is ook daadwerkelijk activiste en zette zich in om aanrandingen te verijdelen op het Tahrirplein. In 2011 huwde Laila Soliman met Ruud Gielens. Sara Rifky (°1981) studeerde Visuele Kunst en Massamedia aan de American University in Caïro waar ze later ook zelf les gaf, en behaalde haar MFA in Critical & Pedagogical Studies aan de Lund University in Zweden. Ze is sinds 2009 curator van de Townhouse Gallery in Caïro, en verleende als curator haar mede­werking aan tal van internationale projecten. Ook het Muhka in Antwerpen was even als werkplek in de running. Ze ontving als eerste een Delfina-Fica Fellowship voor haar onderzoekswerk. http://beirutbeirut. org/en/


AKHNATEN

ACHNATON MESSIAANS VISIONAIR OF BALDADIG DESPOOT? Tekst: Luc Joosten

Op zoek naar het ware gelaat van de enigmatische farao komt men in Vlaanderen algauw bij Marleen Reynders (K.U.Leuven) terecht, die we een gerenommeerde Egyptologe mogen noemen. Zij houdt in haar veelgeprezen boek “Onder het oog van de zonnegod. 3000 jaar Oud-Egyptische beschaving” Achnaton kritisch tegen het licht van de recentere ontwikkelingen in onze kennis over het oude Egypte. Marleen Reynders: Het perspectief van waaruit Philip Glass de figuur van Akhnaten bekijkt, werd ondertussen grondig bijgesteld. Hij vertrekt inderdaad nog van een Achnaton als icoon van het monotheïsme. Maar die opvatting is niet meer vol te houden, zeker niet wanneer men denkt aan een Bijbels monotheïsme. Die opvatting gaat in veel gevallen terug op de oudere literatuur en vooral op Sigmund Freud die Achnaton in zijn boek over Moses inderdaad opvoert als centrale figuur binnen de ontwikkeling naar het monotheïsme. In het verlengde daarvan ontstond ook het romantische beeld van Achnaton als een dromer, als een filosoof avant la lettre. Ondertussen heeft de Egyptologie laten zien dat wat Achnaton gerealiseerd heeft, in eerste instantie een politiek manoeuvre ingekleed als theologische vernieuwing was.

16

Hij heeft zichzelf uitgeroepen tot de alleenheerster die als enige spreekt met de enige god die ook zijn vader is. Hij presenteert een unieke, sublieme relatie tussen de enige god, de zonnegod Aten en zichzelf om zijn eigen macht te funderen. Zo kijkt men, kort samengevat, nu naar Achnaton op basis van nieuwe kritische lectuur van de teksten en de voorstellingen in de graven. Op de afbeeldingen zien we hoe de farao zijn mensen domineert. Ze liggen allemaal gebogen op de grond voor hem. Wat minstens wijst op een ongewone vorm van controle. Anderzijds worden we toch altijd weer gecharmeerd door de schoonheid van de tijd van Achnaton. Er zijn bijzonder mooie en poëtische teksten ontdekt waarin de natuur en de liefde centraal staan. Ook in de beeldende kunst was er heel veel aandacht voor het weergeven van


PHILIP GLASS

affectie. Er werd plots gebroken met het eerder statisch, soms zelfs star en weinig levendig karakter van de Egyptische kunst. We zien mensen hand in hand lopen en een Achnaton die zijn vrouw Nefertiti vol op de lippen kust. Dat was ongezien. Maar ook die evolutie kadert helemaal binnen zijn ideologische hervorming. Luc Joosten: Wat de ware toedracht ook was, het effect van Achnaton moet revolutionair geweest zijn? Reynders: Dat was het zeker. Maar toch zou ik ook willen benadrukken dat er al heel veel wortels of kiemen van die verandering in de vorige generatie aanwezig waren. Daarop heeft Achnaton verder gebouwd. Ook dat is een inzicht dat pas in de laatste twintig jaar gekomen is. Het is een beweging die Achnaton overstijgt en die teruggaat tot zijn vader en zelfs grootvader. De aandacht voor de zon en het bestijgen van de zonneschijf zijn daar reeds aanwezig, maar Achnaton heeft die ideeën geformaliseerd en ook geradicaliseerd. Hij heeft gebroken met een traditie van de cultusbeelden - iets wat in de toenmalige Egyptische beschaving een shock moet zijn geweest. Voordien werd de zon nog in een concrete antropomorfe vorm voorgesteld. Maar bij Achnaton neemt een abstract concept die plaats in. Voor hem is de zon altijd overal aanwezig, ze breekt door de daken van de tempels, omringt de mensen. Zelfs tot in de details van de afbeeldingen vindt men die alomtegenwoordigheid van de zon terug. Het is zeker een revolutie geweest en het is het hoogtepunt van een evolutie, een abrupte start van iets nieuws. Maar wat vooral frappeert is de radicale wijze waarop Echnaton zijn ideeën heeft opgelegd. Om in de oudheid een grote stad als Thebe links te laten liggen om honderden kilometers verderop in terra incognita iets nieuws uit de grond te stampen, dat is indrukwekkend en radicaal. Niet alleen tempels, maar een hele stad met alle voorzieningen werd er opgericht. En daar dan een volledige hofhouding uit bouwen, dat is alles behalve evident. Wie krijg je mee, hoe krijg je mensen zover dat ze je volgen? Zijn ze allemaal overtuigd van wat je vertelt, of willen ze alleen maar macht en knikken ze daarom ja. Joosten: Maar door de grote politiek-religieuze hervorming moet er toch ook een enorme weerslag zijn geweest op de gewone mens? Reynders: Ja, en er moet een grote weerstand hebben geheerst. De bronnen laten de impact van de Amarna-cultus op heel Egypte zien. Dat merken we vooral aan het materiaal in tempels en graven van ambtenaren en heeft dus betrekking op de hogere echelons. Die draaiden uiteraard mee in dat verhaal. Het gewone volk daarentegen blijft verderdoen zoals ze altijd bezig waren. We hebben b.v. traditionele beelden teruggevonden in Amarna waar goden als Bez en Hator nog werd vereerd, oude goden die dicht bij de familie stonden. Maar na zijn tiende regeringsjaar heeft Achnaton een campagne georganiseerd die de mensen echt de schrik van hun leven heeft bezorgd. Het was een ware beeldenstorm. Hij stuurde patrouilles uit die meedogenloos in de huizen binnendrongen om alles kort en klein te slaan. Dat moet als echte terreur zijn overgekomen. Maar ook werd de volledige religieuze kalender overhoop gehaald, alle traditionele feesten werden afgeschaft, waardoor de structuur en de inhoud van het samenleven verloren ging. Zelfs in het Vlaanderen van 2014 is het afschaffen officiële feestdagen met een religieuze grondslag geen evidentie, zelfs al staan we enorm ver van de oorspronkelijke betekenis af. •

DE TALEN IN AKHNATEN

Amarna tablet

EGYPTISCH Akhnaten, Akhenaton, Achnaton, Echnaton, Ikhnaton, Khuenaten, Achanjatin… Hoe heet die man nu eigenlijk? De varianten in de schrijfwijze van de naam gaan onder andere terug op het feit dat in het oude Egyptisch, de taal van de hiëroglyfen, de klinkers niet genoteerd werden. Over de juiste invulling van die klinkers kan er geen beroep meer gedaan worden op native speakers van de faraonische taal en moet er hulp gezocht worden via latere talen zoals het Koptisch, een Egyptisch geschreven in Griekse tekens. Waar het niet lukt worden er fictieve klinkers toegevoegd. En zo heet de vrouw van Achnaton bij ons Nefertiti, spreken de Duitsers van Nofretete en noemen de Egyptologen haar Neferet-iti. Een groot deel van de gezongen tekst in de opera Akhnaten is in dat Egyptisch uit de oudheid en gaat terug op de overgeleverde teksten, waaronder tempelinscripties en het befaamde Dodenboek. AKKADISCH Maar andere teksten zijn in het Akkadisch, de taal die genoteerd werd in spijkerschrift, en waarvan een groot aan kleitabletten werd teruggevonden in Amarna. Marleen Reynders zegt: “De Egyptenaren schreven in hun correspondentie naar het buitenland altijd in het Egyptisch en de Levant schreef altijd in het Akkadisch, soms ook wel het Babylonisch genoemd, want het is een beetje een mengtaal die leenwoorden bevat zodat ze voor iedereen enigszins begrijpbaar was. Men kan het vergelijken met het vlot Engels van nu. Shalom Goldman die de zangteksten samenstelde voor Glass’ Ahknaten, heeft fragmenten genomen uit het archief van de diplomatieke correspondentie van Achnaton. Meerbepaald uit de befaamde Amarna-brieven die hij kreeg uit de Egyptische vazalstaten, Syrië, Libanon, Israël en de Palestijnse gebieden. Achnaton was in zekere zin ontslagen van de plicht om veel in het buitenland te ondernemen omdat zijn vader Amenhotep III dat aspect had veiliggesteld, niet alleen op militair vlak, maar ook economisch en diplomatiek. Achnaten kon de vruchten plukken van die politiek. Maar in het buitenland hebben ze in de gaten dat Achnaton nog weinig pro-actief is buiten de grenzen van zijn rijk . Er ontstaan al snel anti-coalities. En daarover gaan die zogenaamde Amarna-brieven onder andere. De brieven geven ons een enorm fascinerend decor van de interna­ tionale diplomatieke betrekkingen tussen het toenmalige Egypte en de Levant.” HEBREEUWS En tot slot wordt er ook één tekst gezongen in het Hebreeuws. Dit is een tekst uit de Bijbel, nl. Psalm 104 die zou teruggaan op de grote Atonhymne, de kerntekst van de nieuwe religie van Achnaton. Ook hier blijft Reynders kritisch: “De psalm 104 die in het libretto wordt gebruikt is hoogstens in de 6de eeuw voor Christus geschreven en het is heel onwaarschijnlijk dat die auteurs ervan het befaamde zonnelied van Achnaton gekend zouden hebben. De tekst zat opgetekend in het graf van Vizier Eje in Midden-Egypte en werd ontdekt op een moment dat er niet veel mensen hiëroglyfen konden lezen. Dus is het onwaarschijnlijk dat ze die tekst hebben gekend. Men zegt weliswaar dat beide teksten dezelfde beelden gebruiken en dat er dus een afhankelijkheid moet zijn. Maar de gedachte van een universele schepper kan perfect onafhankelijk van elkaar zijn ontstaan.

Het volledige gesprek , leest u in het Ahknaten-programmaboek. Te koop in het bespreekbureau en tijdens de voorstellingen.

17


WALTER VANBEIRENDONC HET EERST OPERAK "De regisseur Nigel Lowery kende mijn werk en collecties, hij was het die aan Opera Vlaanderen voorstelde om mij de kostuums te laten ontwerpen. Ik had wel beelden gezien van Nigels werk, maar geen voorstelling live meegemaakt. Ik leerde hem beter kennen door de brainstorms en meer informele gesprekken die we samen hadden. We hebben samen Philip Glass’ opera Akhnaten opnieuw en opnieuw beluisterd." "Ontwerpen voor opera is heel anders dan voor ballet. Maar iedere productie is een avontuur, ik probeer telkens weer spontaan te reageren op de impulsen die ik krijg uit het verhaal en het gesprek met de choreograaf of regisseur. Dan volgt er een periode van research en doordringen tot de materie. Daarna begin ik spontaan te ontwerpen, snel ook, op enkele weken schets ik alle kostuums van kop tot teen, mét stoffen en kleuren-ideeën. Daarna is het kwestie van uit te werken, stoffen te kiezen en de vormen scherp te zetten." 18

ZIJN AKHNATEN-UNIV

Ontwerp kostuum Act 2 koor van Walter Van Beirendonck


CK MAAKT VOOR KOSTUUMS

VERSUM

Print geĂŻnspireerd op Masereel voor het decor.

Van Beirendonck studeerde in 1980 af aan Antwerpse Modeakademie, hij maakte deel uit van de Antwerpse Zes. Sinds 1983 brengt hij eigen collecties uit. Kenmerkend zijn felle, ongebruikelijke kleurencombinaties en een sterke grafische inslag. In 1997 ontwierp hij de kostuums voor de "Pop Mart" tournee van U2. In 2001 was hij curator van de tentoonstelling Mode 2001 Landed-Geland in Antwerpen.Sinds 2006 staat Van Beirendonck aan het hoofd van de Antwerpse Modeacademie. Hij ontwierp eerder balletkostuums voor de Parijse OpĂŠra National en voor Ballet Vlaanderen. Akhnaten is zijn eerste opera productie.

Maquette decor Akhnaten naar Nigel Lowery

John Stezaker

"Zowel de houtsneden van Masereel als de fotocollages van John Stezaker waren sterke inspiratiebronnen.Uiteraard kende ik beiden vooraleer Nigel erover begon, en vertelde hoe hij dit verwerkt zag in de productie. Toch ontdekte ik nog fantastische illustraties en houtsneden die ik niet kende. Zo kwam ik op het camouflage-idee, het spelen met kostuums met zwarte outlines voor een zwarte achtergrond."

19


SEIZOENSTHEMA

7 VRAGEN OVER (ON)MACHT POLITICUS PUR SANG PATRICK DEWAEL

15u - Wetstraat 10. We hebben afspraak met Kamervoorzitter ad interim Patrick Dewael. Hoewel men zich geen etmaal eerder een weg moest banen tussen de cameraploegen, is het nu ongewoon stil in zijn ambtswoning. De stilte van het hiaat tussen de regeringsvorming en de eedaflegging. De komst van Siegfried Bracke als Kamervoorzitter hangt al in de lucht. Een vacuüm waarin het goed vorsen is naar de grenzen tussen macht en onmacht.

1. De publieke opinie reageert bewogen op de nieuwe regering die ‘aan de macht’ komt. Maar waar moeten we het zwaartepunt van de macht precies zoeken? In het parlement, de kamer van volksvertegenwoordigers. In België hanteren we de ‘trias politica’, een idee van staatsinrichting, ook bekend onder de term scheiding der machten. Het is een politiek systeem dat werd beschreven door de Franse verlichtingsfilosoof Charles de Montesquieu. We kunnen daar uren over praten, maar ik veronderstel dat dat niet de bedoeling is. De regering kan wetgeving voorbereiden maar die moet sowieso nog door het parlement besproken, aangepast en gestemd worden. Tenslotte moet het parlement, dat qua samenstelling een afspiegeling is van het kiesgedrag van de burgers, op zijn beurt verantwoording afleggen aan de burgers. Nog een machtsmiddel van de wetgevende macht is dat ze middels onderzoekscommissies toezicht kan uitoefenen op de uitvoering van de andere macht(en). De ene regering vindt meer steun bij het parlement dan de andere, waardoor het lijkt dat die regering machtiger is. An sich blijft het het parlement. 2. Dit klinkt alsof de burger echt zeggenschap heeft, maar dat is niet hoe we dat ervaren. Mensen scharen zich achter strijdpunten in een verkiezingsprogramma en brengen hun stem uit. Ze zijn dan ook in de verwachting dat datgene waarvoor ze gekozen hebben meteen ingang vindt en wet wordt na de verkiezingen. Zo werkt dat dus niet. En daarom zijn mensen ook steevast ontgoocheld. Een van de eigenschappen van een democratisch proces is dat je zo een compromis kan distilleren uit vaak tegenstrijdige standpunten.

20

Maar dat compromis lijkt men niet meer te aanvaarden. 3. U draait al even mee in de politiek. Lijkt vandaag niet iedereen heel de tijd mee te willen regeren en de politiek op de vingers te zien? Daar ben ik heel blij om. Dat is een goede zaak. Wie wil, kan vandaag zeer goed geïnformeerd zijn. Men heeft veel meer kennis van de materie, mensen zijn kritischer. Dat moet ook. Nieuwe media hebben daar veel aan geholpen. Ik ben ook voor het bevragen van de burger via referenda. Ook al gaat dat voor buitenstaanders soms over iets dat triviaal lijkt. Die terugkoppeling en voeling houden met wat leeft, is heel belangrijk. Uiteraard moet men omkaderen, zorgen dat er genoeg educatie is zodat men niet in valkuilen trapt. De mediatisering is niet zonder gevaren. Er kan ook een overkill aan informatie zijn, waardoor mensen afhaken. Je moet mensen leren van daar mee om te gaan en nuchter te blijven nadenken. 4. Voelt het met de hete adem van de kiezer in de nek niet heikel om onpopulaire maatregelen naar voren te schuiven? Ik heb niet de indruk dat regeringen, die zogenaamd onpopu­ laire beslissingen nemen, daarvoor afgestraft worden. Een voorbeeld nu is het debat over de verhoging van de pensioen­leeftijd. Confronteer mensen met de intentie om de pensioenleeftijd op te trekken en je krijgt verbolgenheid. Stap een café binnen en leg alle mogelijkheden en bedenkingen op tafel en je krijgt heel uiteenlopende meningen i.p.v. die nee tegen wat er ligt.


(ON)MACHT

5. Welke beslissing die u nam, viel onder onpopulaire beslissingen? Onder mijn voogdij kwam het kabeldecreet er, wat stond voor de liberalisering van de televisiemarkt in Vlaanderen. De komst van commerciële zenders toelaten, was toen als de poorten van de hel openzetten. Alles ging veramerikaniseren. Er zijn sindsdien nog nooit zoveel eigen producties gemaakt. En die kwamen eerder tot stand i.s.m. de commerciële zenders, denk aan de indrukwekkende Fait Divers Vlaamse filmreeks. Daarmee vulde een commerciële zender voor een stuk de opdracht van een overheidszender in, nieuw talent kansen geven, cultuurspreiding etc. Maar toen barstte een misplaatst debat over hoge en lage cultuur los. Uiteindelijk bleek het een ontwikkeling die ons land niet kon tegenhouden. Keuze is belangrijk. Men moet de keuze hebben om voor kwaliteit te kiezen, een eigen oordeel durven en kunnen vellen. Maar alle argumentatie ten spijt, was dat in 1987 geen populaire zet.

JE MOET HET EXPERIMENT BLIJVEN STEUNEN ANDERS BEN JE MINISTER VAN BOKRIJK. 6. Hoe machtig is een minister van Cultuur, neem nu Sven Gatz die meteen 7,5% budget laat inleveren? De sector leeft altijd in een gespannen verhouding met zijn bevoegde minister. En dat is niet alleen zo voor de cultuursector. U zei daarnet dat, nu er weer een liberaal minister van Cultuur is, er plots stemmen opgaan dat ik niet zo slecht was. Wel, dan is men nu te mild, en was men toen te streng. Het was een heel andere tijd met andere discussies. In tegenstelling tot wat er nu nodig geacht wordt, heb ik toen het toenmalig budget voor Cultuur met 40% opgetrokken. Dat was verantwoord, maar of dat nu 40% meer output en kwaliteit heeft opgeleverd… dat is subjectief. Een cultuurminister moet vooral bescheiden zijn, want kunst bestaat niet bij gratie van de overheid en subsidies. Kunst zal altijd gemaakt worden. Individuele kunstenaars hun output kan je niet stoppen, maar je moet er wel voor blijven zorgen dat hun kunst ergens terecht kan. Dat het gezien wordt, je moet ondersteunen. Je moet het experiment steunen, nieuwe ontwikkelingen stimuleren, anders ben je louter met erfgoed bezig en ben je… minister van Bokrijk. Ik heb in die periode ook bakken kritiek gehad, zij het andere. Ik kreeg bijvoorbeeld ongelofelijk veel commentaar toen ik, vergezeld van Jean-Marie Pfaff, in 1986 met een helikopter op de wei van Werchter landde. Een minister van Cultuur op een popfestival, dat was ongezien. Nu gaat niemand loochenen dat pop en rock tot het cultuurlandschap behoren. Maar dat landschap zag er toen heel anders uit. 7.

Patrick Dewael begon zijn carrière als voorzitter van het Liberaal Vlaams Studentenverbond aan de VUB (1977) en later als algemeen voorzitter (1978). In 1985 werd Dewael voor het eerst verkozen als volksvertegenwoordiger in het arrondissement TongerenMaaseik en werd al onmiddellijk minister van Cultuur in de Vlaamse Executieve (de voorloper van de Vlaamse regering). Dit ambt zou hij bekleden tot in 1992. Daarna was hij volksvertegenwoordiger en fractieleider van VLD in de Kamer, en voerde mee oppositie tegen de regeringen Dehaene I en II. Na de gemeenteraadsverkiezingen van 1994 werd Dewael in januari 1995 burgemeester van Tongeren. In 1999 werd Dewael Vlaams ministerpresident. In 2003 ruilde hij de Vlaamse regering voor de regeringVerhofstadt II als minister van Binnenlandse Zaken en vicepremier. Hij werd Voorzitter van de Kamer van Volksvertegenwoordigers (20082010), Fractieleider Open Vld Kamer van Volksvertegenwoordigers (sinds 2011), ad interim Voorzitter van de Kamer (juni 2014 -okt 2014). Vandaag is hij Open Vld fractieleider in de federale Kamer.

Wanneer bent u in uw politieke loopbaan met onmacht geconfronteerd geweest?

Beiden zijn onlosmakelijk, maar als minister van Binnenlandse Zaken was dat soms heel tastbaar. Vooral wanneer je bij nacht en ontij geconfronteerd wordt met rampen en calamiteiten die ongelofelijk veel menselijk leed veroorzaken. Wanneer er vroeger natuurrampen waren, nam men aan dat het dingen waren die konden gebeuren. Het zij zo. Nu, hoe langer hoe meer, aanvaarden we gewoonweg niet dat er iets kan misgaan. Onvoorziene omstandigheden dat kan niet. We evolueren naar een Amerikaanse toestand, waar mits monsterprocessen naar een schuldige wordt gezocht. Als iemand over een steen struikelt, moet er een schuldige aangeduid worden die de steen er legde of hem niet preventief weghaalde. Dan is er geen verschil meer tussen oorzaak en schuld. Maar met een ramp als de gasontploffing in Gellingen in 2004, de zware brand met 24 doden, dan moet je echt zorgen dat je gevoel van onmacht je niet paralyseert of omslaat in cynisme. Je moet wel nagaan wat er kan verholpen worden in de toekomst. Er kwam toen na onderzoek aan het licht dat in de praktijk de tekeningen van de ondergrondse gasleiding niet bestonden of onvolledig waren. Wel, die gasexplosie bracht een discussie op gang over hoe dergelijke ongevallen in de toekomst vermeden konden worden. Het heeft geleid tot de hervorming van de brandweer. Onnodig te zeggen dat wanneer je geconfronteerd wordt, als minister van Binnenlandse Zaken met gruwel als de affaire Dutroux, het gevoel van onmacht zwaar in het rond slaat. Maar ook hier weer, heeft het tenslotte geleid tot de politiehervorming. Maar Binnenlandse Zaken… blijft een crisisdepartement, die vier jaar hebben mij getekend. •

21


DON QUICHOT

GESPREK MET ALEXEI FADEYECHEV

DON QUICHOT IS EEUWEN HET BALLET-ABC GEWEEST Vertaling: Dominika Homa Foto: Veerle Frissen De Russische choreograaf Alexei Fadeyechev is aan zijn vijfde Don Quichot versie toe. In 1999 in Tokio realiseerde hij dit ballet voor het eerst. Fadeyechev was toen 38 en had net een punt achter zijn danscarrière gezet. In Rusland is het normaal dat je zo’n twintig jaar danst. Wanneer je tegen de veertig aanloopt stop je dus met optreden. In zijn geval was dit zelfs noodzakelijk, hij kreeg namelijk de artistieke directie van het ballet van het Bolsjoi Theater aangeboden. Iets wat zich moeilijk laat combineren met een eigen carrière. Drie maanden na zijn verovering van de directeursstoel, kreeg Fadeyechev het aanbod vanuit Tokio om er ‘zijn’ Don Quichot te ensceneren. Meteen de aanleiding om het ballet ook bij het Bolsjoi op het programma te zetten, gevolgd door premières in Tbilisi en het Teatro San Carlo in Napels. Sindsdien is zijn versie zeer gewild bij internationale balletgezelschappen. Dit seizoen is ook Ballet Vlaanderen aan de beurt. Zal Alexei onze cast identiek dezelfde versie laten dansen als pakweg vorig seizoen in Teatr Wielki Opera Narodowa in Polen, waar we een co-productie mee aangingen? Alexei Fadeyechev: De choreografie is in feite dezelfde, maar er zijn veel variërende details. Die hangen af van het team waarmee ik samenwerk. Ik observeer de dansers altijd aandachtig en tracht iedereen optimaal de kans te geven om te schitteren. Bovendien heeft elke van mijn Don Quichots een ander decor, in Moskou was er zelfs een levend paard en een levende ezel. De nooit tanende populariteit van het werk legt de choreo­ graaf vooral bij de luchtigheid ervan en de liefde als universeel thema. Fadeyechev: Cervantes’ boek is geen gemakkelijk verhaal en kan op verschillende niveaus geïnterpreteerd worden. Marius Petipa heeft bij het maken van dit ballet Don Quichot niet tot hoofdfiguur gemaakt. Zijn aanwezigheid en die van Sancho Panza dient louter als link tussen verschillende elementen van het spektakel. Het is een ballet over de liefde van Kitri en Basilio, dat op een heel vrolijke manier gebracht wordt. Het verhaal is nog steeds levendig en grappig, met een spitsheid die ondanks het verstrijken van eeuwen niet verouderd is. Een sterkte van Don Quichot is ook het grote aantal karakterdansen, niet op pointes en zonder tutu’s. In die stukjes kan je er hedendaagse expressie aan toevoegen en heeft de toeschouwer niet het gevoel, dat hij naar een relict uit het verleden kijkt. De adepten van het klassieke ballet, en zo zijn er nog steeds veel, hebben dan weer de droom van Don Quichot. Die scène is de kwintessens van het negentiende eeuwse romantische ballet, met inbegrip

22

van feeërieke danseressen op pointes. En dan, als kers op de taart, hebben we de beroemde pas de deux van Kitri en Basilio, het hoogtepunt van de voorstelling en deel van de kunstcanon. Don Quichot is dus choreografisch veelzijdig en is bovendien een voorbeeld van een synthese der kunsten. Niet enkel dans is hier immers van belang, maar ook de muziek en het decor. Indien men erin slaagt alle elementen in een harmonisch geheel te verenigen, ontstaat er een fantastische opvoering. Fadeyechev groeide zoals zoveel Russische dansers op met Don Quichot, het is blijkbaar een ballet-ABC voor hen. Vandaag is het mogelijk om op video of zelfs op youtube alle versies te bekijken en te analyseren, maar zulke balletten werden vroeger in de dansstudio van generatie op generatie doorgegeven. Dat zorgde sowieso voor persoonlijke inter­ pretaties. Zo trokken in de tweede helft van de twintigste eeuw zowel Rudolf Nurejev als later Mikhail Baryshnikov naar het Westen met in hun bagage de Don Quichot die ze in Leningrad hadden geleerd. Toch brachten ze sterk uiteenlopende versie van die basis. Zo gaf Rudolf Nurejev Basilio meer danswerk, om hem tot gelijkwaardige partner voor Kitri te maken. George Balanchine, die Don Quichot voor het New York City Ballet maakte, gebruikte dan weer andere muziek. Vandaag zijn de variaties op het origineel legio. Soms wijken ze zelfs erg af zoals bijvoorbeeld Boris Ejfmans opvoering, waarin Don Quichot een patiënt in een psychiatrische instelling is. De vorige Bolsjoi-choreografie van Yury Grigorovich, werd sterk in de geest van Cervantes’ verhalen gehouden, en benadrukte dan weer sterker de rol van Don Quichot en Sancho Panza. Fadeyechev grijpt terug naar Petipa en Gorski maar geeft het ballet tegelijk een moderne, dynamische vorm. Een actualisering die hij ook toeschrijft aan het verleggen van de menselijke mogelijkheden zoals we die in de sport kennen.

Fadeyechev: Hierdoor is bijvoorbeeld de befaamde pas de deux van Kitri en Basilio eigenlijk niet meer die van Marius Petipa, latere uitvoerders hebben zoveel toegevoegd. De technische mogelijkheden van hedendaagse dansers zijn veel groter dan honderd jaar geleden. Maar ook het feit dat een modern kostuum de danser veel minder belemmert, draagt hiertoe bij. De huidige versie van de pas de deux is vooral aan een andere Russische choreograaf toe te schrijven, Alexei Jermolajev. Hij bewerkte hem voor het danspaar Vladimir Vasiliev en Jekaterina Maksimova. Deze versie met de vele lifts en solovariaties was revolutionair voor haar tijd. Het was kenmerkend voor de jaren ‘60 dat elke solist iets persoon­lijks trachtte toe te voegen. Dit


ALEXEI FADEYECHEV

neemt niet weg dat de basis van de pas de deux hetzelfde bleef. Hij begint en eindigt net zoals honderd jaar geleden. Ook de volgorde van Kitri’s en Basilio’s gezamenlijke dans en hun solopartijen, zoals altijd bekroond met Kitri’s fouettés, bleef bewaard. Een staaltje bravoure waar het publiek ook vandaag nog naar uitkijkt, sterker zelfs, het telt mee of ze werkelijk 32 omwenteling maakt. Maar ook hier geldt: er zijn veel varianten van de fouettés, elke soliste zal ze min of meer op haar eigen manier doen. Zijn vader, Nikolai Fadeyechev, die onlangs 80 jaar werd, was een zeer getalenteerd danser die ondermeer partner was van de sterballerina Maya Plissetskaya. Hij werkt nog steeds als pedagoog in het Bolsjoi Theater, en heeft talloze leerlingen. Het was echter Alexei’s moeder, ook danseres bij het Bolsjoi, die hem overhaalde in de voetsporen van zijn ouders te tre­ den. Alexei, die als kind geen ideaal balletlichaam had, was niet meteen enthousiast. Maar hij gehoorzaamde en werkte hard. Het was pas toen hij in het Bolsjoi belandde, dat hij besefte dat ballet toch zijn roeping was. Alexei’s jongere broer zit ook in het ensemble en brengt rollen die vooral acteerwerk vereisen. De dynastie van de Fadeyechevs bestaat dus wel degelijk. Alexei en zijn vader behoorden tot de meest edele categorie van dansers, de danseurs nobles, die de belang­ rijkste rollen uit het klassieke ballet toegewezen krijgen. Maar bestaan die danseurs nobles nu nog? Fadeyechev: (lacht) Ja hoor ze komen nog voor. Ik werk met verschillende ensembles samen en soms kom ik er tegen. We leven echter in andere tijden. De wereld is gedemocratiseerd, maar wanneer je Het Zwanenmeer

opvoert, heb je nog altijd een danser nodig die eruitziet als een prins en zich ook zo kan gedragen. Wie een knecht speelt, moet zich duidelijk van de meester onderscheiden. Pas wanneer men zo denkt, kan men beginnen aan de constructie van personages. Klassiek ballet bestaat niet enkel uit het uitvoeren van bepaalde danspassen, maar ook uit de vaardigheid om zowel meester als slaaf te kunnen vertolken. Alleen de beste dansers kunnen dit, ondanks dat vele de technische skills hebben om een prins te dansen. Ook de positie van het klassieke ballet binnen de uitdeinende danswereld is veranderd, merkt Fadeyechev op. Er zijn van­ daag zoveel soorten dans, manieren om door middel van het lichaam emoties uit te drukken. Hierdoor wordt klassiek ballet vaak tot iets puur technisch herleid, ontdaan van alle betekenis. Iets wat hij betreurt. Het losmaken van klassieke dans van concrete inhoud, wat vooral George Balanchine deed, heeft volgens Alexei een grote invloed gehad op de evolutie van deze kunstvorm. Balanchine’s choreografieën gaan voor Fadeyechev hoogstens over de relatie tussen vrouw en man, maar vertelden geen verhalen meer zoals Het Zwanenmeer, Raymonda of Don Quichot. De danser was voorbereid op de perfectie van zijn uitvoering, niet op storytelling. Fadeyechev: Ik denk dat onze taak er vandaag in bestaat om dat verhalend aspect terug te geven aan klassiek ballet, zodat het een kunst is die techniek verbindt met emoties.•

ballet uichot Don Q tot 15 feb en rp jan van 25 wburg Antwe u o t h n c e s Stads & Opera G et.be ll peraba www.o

23


DON QUICHOT

KARAKTERDANS EN BALLET-BLANC Tekst: Rina Barbier

In 1869 werd door de directeur van het Bolshoi Theater in Moskou aan choreograaf Marius Petipa gevraagd om een nieuw werk met Spaanse dansen te creëren voor het Bolshoi Ballet. Petipa stelde voor om Don Quichot te realiseren, gebaseerd op enkele hoofdstukken uit het boek van Cervantes die de titel De bruiloft van de rijke Gamachio en De geschiedenis van de arme Basilio dragen. Het ballet handelt bijgevolg meer over het tumultueuze liefdesleven van de mooie Kitri en de herder Basilio dan over de avonturen van Don Quichot en Sancho Panza, al blijven die de spilfiguren in het verhaal.

De première van Don Quichot had plaats op 26 december 1869 en kende een enorm succes. Er was actie van het begin tot het einde, er waren duidelijk afgelijnde personages en goed aan elkaar aangesloten scènes. De choreografie was vol kleur en kracht. En - niet onbelangrijk - er was ook humor, voortvloeiend uit de misverstanden tussen de hoofdpersonages. Twee jaar later, in 1871, werd Don Quichot hernomen in Sint-Petersburg. Hiervoor had Petipa zijn libretto herwerkt en het vijfde bedrijf en de epiloog weggelaten. Maar wat veel ingrijpender was, was de invoeging van ‘Het Visioen’ of de droomscène: Kitri, alias Dulcinea, verschijnt aan Don Quichot te midden van bosnimfen in een prachtige ballet-blanc scène met witte tutu’s en op pointes, iets waarvan men in Sint-Petersburg zoveel hield. Deze scène is ingelast na het gevecht met de windmolens, als Don Quichot buiten westen ligt: het perfecte moment om een bovennatuurlijk, etherisch droommoment in te lassen. De voortgang van het verhaal werd als het ware even stilgezet om die absoluut vereiste ballet-blanc-scène te kunnen vertonen. Sindsdien is het ballet Don Quichot een meesterwerk met een perfecte mix van vurige en virtuoze scènes, stijlvolle en sublieme klassieke gedeelten en spectaculaire pas de deux. •

24

Foto: Kris de Smedt

In tegenstelling tot voorgaande choreografieën van Don Quichot waarin de Spaanse dansen op de tweede plaats kwamen, had Marius Petipa zijn choreo­ grafie juist wél georiënteerd op deze folkloredansen. Petipa was een echte spe­ cia­list in de Spaanse dansen, die hij ter plaatse bestudeerde en zelf gedanst had. Hij versmolt dan ook op onnavolgbare wijze de sequidilla, de fandango, de jota en de bolero met de klassieke balletpassen en zo ontstonden zijn fameuze karakterdansscènes. IHij gebruikte die dansen niet alleen voor het ‘exotische’ aspect, maar ze waren voor hem een essentieel onderdeel van het verhaal.


LAURA HILDAGO

DON QUICHOT BLIJFT INSPIREREN

De roman die Cervantes beroemd maakte, combi­ neert op een weergaloze manier humor en wijsheid en snijdt een aantal belangrijke thema’s aan, zoals maatschappij, ethiek, filosofie, feminisme en het multiculturele. Het is dan ook niet te verwonderen dat hij op zijn beurt diverse kunstenaars inspireerde. Pas negen jaar na het verschijnen van Cervantes’ meesterwerk werd Le Ballet de Don Quichotte opgevoerd in het Louvre. Het zou niet meer ophouden, met de versies van Marius Petipa (1869) en van Georges Balanchine (1965) als sterkhouders in het balletrepertoire. Ook heel wat componisten lieten zich inspireren door Don Quichot: Richard Strauss schreef zijn symfonisch gedicht Don Quixote, opus 35 met meesterlijke cellopassages die Don Quichot evoceren tegenover het trio van viool, tuba en klarinet dat zijn dienaar Sancho Panza vorm geeft. Maurice Ravel componeerde Don Quichotte à Dulcinée, drie liederen voor bariton en orkest waarin hij voor het laatst zijn humor combineert met zijn levensvreugde en zijn fascinatie voor Spanje. Dat brengt ons naar de operascène waar onder meer Philipp Telemann Don Quichotte auf der Hochzeit des Comacho schrijft. Een greep uit het gulle operaaanbod levert de volgende titels op: Don Chisciotte/ Giovanni Paisiello; Die Hochzeit des Comacho/Felix Mendelssohn-Bartholdy; Il furioso all’ isola di San Domingo/Gaetano Donizetti; Don Quixote/Wilhelm Kienzl; Don Quichotte/Jules Massenet; El retablo de Maese Pedro/Manuel de Falla; Don Chisciotte/Vito Frazzi; Don Chisciotte della Mancia/Hans Werner Henze en D.Q. (Don Quijote en Barcelona)/José Luis Turina.

“Ik kijk er zo naar uit om Kitri in Don Q. te dansen. Het is de eerste keer ooit dat ik die kans krijg, op wat fragmenten na. Het was ook het eerste ballet dat ik ooit zag, waardoor ik dacht: Wauw! Ik wil ook ballerina worden. Het was een aspiratie, en kijk, here I am! Het is zo anders dan de dramatische rollen in Romeo & Julia of Onegin, waarbij je elke beweging moet acteren. Don Quichot draait om de techniek, de bravoure en de vrolijkheid. Jep, 32 fouettés. Of ik het waaierwerk onder de knie heb? Zeg je dat zo? Weird. Ik denk dat je er niet teveel mag over nadenken, het is een charme tool. Je speelt ermee. Het zou vanzelf moeten gaan. Maar voor alle zekerheid zit de waaier met een bandje vast aan je pols. Moest je te onstuimig zijn en je grip verliezen, dan hoef je hem niet ergens te gaan zoeken. Zorg minder. I’m so excited. Mijn moeder komt helemaal uit Argentinië overgevlogen om mij deze rol te zien dansen. Het was altijd al haar droom.”

En dan is er natuurlijk de onvergetelijke musical Man of La Mancha/Mitch Leigh waarvan de oorspronkelijke Broadwayproductie aftikte op 2.328 voorstellingen, vijf Tony Awards in de wacht sleepte en het belangrijkste nummer, The Impossible Dream, een hit werd. De musical werkte op zijn beurt inspirerend. Denken we maar aan Jacques Brel die in zijn eigen Franse hertaling, L’Homme de la Mancha, een magistrale vertolking van de dolende ridder neerzette en aan de film Man of la Mancha met Peter O’Toole en Sophia Loren. Het witte doek leverde verder een paar legendarische lezingen van Cervantes’ meesterwerk op: Don Quixote/Georg Wilhelm Pabst met de grote Russische bas Fjodor Sjaljapin; er volgden nog Don Quixote de la Mancha/Rafael Gil, Don Quixote/ Grigori Kozintsev, een Chinese Don Quixote van Ah Gan en de televisiefilm Don Quixote van Peter Yates met John Lithgow, Bob Hoskins en Isabella Rossellini. Twee legendarische filmmakers kregen hun Don Quichotproject niet gerealiseerd: Orson Welles en The man Who Killed Don Quixote/Terry Gilliam. Het project van de laatste leverde wel de steengoede documentaire Lost in La Mancha op. (A. L.)

Laura Hildago —principal Ballet Vlaanderen

25


CHOREOLAB #10 Coach Jonathan Lunn Foto's: Alain Honorez

Een choreograaf heeft bepaalde kwaliteiten nodig: nieuwsgierigheid, vastberadenheid, verbeelding en een groot zelfbewustzijn. Hij of zij moet ook feeling hebben om met muziek, tijd, ruimte en structuur om te gaan. Het vraagt tijd om dat onder de knie te krijgen. Je hebt er die eerst voortwerken op hun eigen danservaring en zich laten inspireren door anderen, en er zijn er die net breken met wat ze al kennen. Maar het is sowieso de bedoeling je eigen, unieke stem te vinden. Inspiratie put je uit vele bronnen. Het kan een muziekstuk zijn, maar net zo goed een schilderij, een politieke of sociale situatie, literatuur, je eigen ervaring of gewoon een observatie. Maar bovenal moet je goed nadenken wat je precies wil vertellen. Een choreograaf moet het beste uit zijn dansers halen. Dat doen mensen op verschillende manieren. Sommige steunen en moedigen hun dansers aan, anderen voeren een ijzeren bewind. Of een combinatie van beiden. Dansers zijn discipline gewoon en verwachten dat je hen vertelt wat ze moeten doen. Toch bloeien ze soms helemaal open wanneer je ze bij het creatieproces betrekt en ze verantwoordelijkheid laat nemen voor hun eigen rol. Een choreograaf moet zijn eigen werkmethode zoeken die de test en de tijd doorstaat. In het begin zal deze heel erg bepaald worden door zijn of haar eigen kracht en mogelijkheden, maar dan moet je een weg vinden om los daarvan te blijven creëren. Ik denk dat 99% van de choreografen zelf een dans­ opleiding kreeg, maar er zijn er ook die zonder die achter­ grond toch sterk werk maakten. Maar zoals bij alles, kan je geen ervaring genoeg hebben, daardoor voel je de materie beter aan. Daarom zijn het meestal dansers die het tot choreograaf schoppen, ook al is dit een klein percentage. Danser zijn of choreograaf is dan ook een wereld van verschil.

26


27


CHOREOLAB #10

ballet Chore ola v Theatean 4 dec tot b 14 d r 't Eila www.o ndje Antwec peraba e llet.be rpen

‘Mijn werk is altijd een reflectie van mezelf op een of andere manier. Dit project gaat over verschillende emoties. Het is een reis. Het zal voor zichzelf spreken. Mijn choreografieën zijn niet eenvoudig om te dansen en te acteren. Maar als het goed wordt gebracht, kan het spannend en ontroerend worden.’ TOSHIRO ABBLEY Muziek: Hearts a Mess door Gotye

‘In deze choreografie wil ik het over de vijf stadia van verlies en rouw hebben. Die zijn: Ontkenning, Woede, Onderhandeling, Depressie, Aanvaarding. Vijf danseressen en een danser zullen trauma ver­beelden. Mijn inspiratie haal ik uit de dansers, uit recente gebeurtenissen en uit persoonlijk verdriet dat ik zelf heb moeten over­winnen het voorbije jaar.’ JONAS VLERICK Titel: Unanswered (voorlopige titel) Muziek: Ólafur Arnalds

28


13 CHOREOGRAFEN

ELF DANSERS VAN BALLET VLAANDEREN MAKEN HUN EIGEN CHOREOGRAFIE

‘Mijn belangrijkste inspiratie voor dit stuk is de muziek en de energie die je voelt in de studio tijdens het werken.’ NINI DE VET Muziek: Out of Line en Nameless door Gesaffelstein

‘Alle mensen zijn hetzelfde en toch ver­ schillen we in fysieke en persoonlijke kenmerken van mekaar, waardoor de perceptie die we hebben van mekaar compleet verandert. Ik wil dit onderzoeken en aantonen dat belangrijke verschillen een vitale rol spelen, of dit nu positief of negatief is.’ LAURIE MCSHERRY-GRAY Muziek: Says door Nils Frahm

Nini De Vet Jonas Vlerick Philipe Lens Toshiro Abbley Nicola Wills Laurie McSherry-Gray Marissa Parzei James Waddell Ricardo Amarante Claudia Phlips Yevgeniy Kolesnik Daarnaast creëren de jonge Britse choreograaf Andrew McNicol & gewezen eerste soliste Altea Nuñez als gastchoreografen nieuw werk voor het gezelschap. 29


DE PARADOX VAN LIEFDE EN TROUW Tekst: Chris Van Camp Foto:Annemie Augustijns

Myrtò Papatanasiu als Fiordiligi in Così fan tutte bij Opera Vlaanderen (2009)

Così fan tutte of...De leerschool van de liefde. Wat bezielde een geniaal componist en een uitmuntend schrijver zoals Mozart en Da Ponte, om na Don Giovanni en Le nozze di Figaro, de ambitie te koesteren zich ook nog op te werpen als professoren in de affectieve en relationele weten­schappen? Sterker nog, waar haalden ze het lef om, lang voor Freud geboren werd, het vrouwelijk gedrag en de bijbehorende moraliteit te gaan analyseren? In 1790 moeten we het antwoord wellicht in hun persoonlijke archieven zoeken en onze vondsten tegen het licht houden van de overgang tussen de liederlijkheid van het ancien regime en het affectieve huwelijk van de oprukkende burgerij. In de memoires van Da Ponte, waarin de librettist zich meestal uitput in het schetsen van de omstandigheden waarin een opera tot stand komt, rept hij met geen woord over Così fan tutte. Moeten we dat als een stilzwijgende ‘over naar Mozart’ interpreteren? 30

Myrtò Papatanasiu als Fiordiligi in Così fan tutte bij Opera Vlaanderen, 2009.


COSÌ FAN TUTTE

Mozart-biografen met een gezonde interesse voor de privésfeer en het huwelijk van de grootmeester met Constanze Weber, sluiten zeker niet uit dat de trip naar het mondaine kuuroord Baden van vrouwlief er voor iets tussen zat. We benadrukken ‘gezonde’, omdat zoals het elke geliefde waarmee adepten hun genie moeten delen betaamt, ook Constanze bij velen zwaar onder vuur kwam te liggen. Ze zou Mozart niet waardig geweest zijn, omwille van haar gebrek aan muzikaliteit en haar beperkte ontwikkeling. Blijft de vraag of ooit iemand van vlees en bloed zou voldoen aan het eisenpakket dat deze criticasters vooropstellen. Wellicht zouden ze geen enkele vrouw dulden die te dicht bij hun idool komt. Ze willen het genie niet delen. Zo verging het Cosima met Wagner, Georges Sand met Chopin, Gala met Dali… MOZART DE MINNAAR Mozarts huwelijk deed sowieso heel wat inkt vloeien, en daar heeft ook de stormachtige aanloop wat mee te maken. Voor u zich iets voorstelt bij het gebrek aan muzikaliteit dat Constanze werd aangewreven, ze was de dochter van Fridolin Weber, muzikant en copyist, wiens halfbroer de vader was van de componist Carl Maria von Weber. Constanze had twee oudere zussen, Josepha en Aloysia, en een jongere zus Sophie. Al de Weber-meisjes waren geschoolde zangeressen. In het geval van Josepha en Aloysia kunnen we zelfs zeggen dat ze een uitmuntende muzikale carrière hadden, en op heel wat premières van Mozarts werk zongen. Zowat heel haar jeugd bracht Constanze door in Mannheim, wat in die tijd als een belangrijk muzikaal bolwerk gold. In die mate dat, de toen 21-jarige Wolfgang Amadeus in samen met zijn moeder naar opdrachten kwam zoeken. Wat men nu jobhunting zou noemen. Het is in die tijd, (1777) dat moeder en zoon Mozart heel close werden met de familie Weber. En van het ene kwam het andere. De jonge Mozart werd verliefd. Niet op de toen 15-jarige Constanze, maar op haar oudere zus Aloysia, die met de Webers in haar zog carrière maakte in München en later in Wenen. Zij wees Mozart echter af. Wanneer Mozart zich vier jaar later ook in Wenen vestigde, was Aloysia reeds met Joseph Lange gehuwd. Wellicht onder druk van moeder Weber die ondertussen weduwe was geworden en in deze financieel kwetsbare positie voor haar dochters goede partijen zocht. Haar rol in deze verbintenis met Lange was veelbesproken, vooral daar de gelukkige bruidegom nog maar achttien maanden eerder zijn vrouw had verloren. Bovendien had hij zich met dit huwelijk ook een onderhoudsplicht jegens de moeder op de hals gehaald. In dit kluwen van survival-artiesten kwam Mozart terecht op zoek naar een verblijf tijdens zijn werkbezoek. Na een tijdje werd het zijn hospita, moeder Weber, duidelijk dat Wolfgang deze keer zijn pijlen op de nu 19-jarige Constanze had gericht, wat haar ertoe dwong om hem de deur te wijzen. Dit kon de vrijage niet stoppen. Het was een woelige liefdeshistorie. Uit bewaarde briefwisseling weten we dat er zich een relatiebreuk heeft voorgedaan naar aanleiding van Constanze’s frivole gedrag. Of liever omwille van Mozarts jaloersheid en gekrenkte eergevoel, wanneer hij vernam dat zijn liefste tijdens een gezelschapsspel haar kuiten had laten ‘opmeten’ door een of andere jongeling. Toch weerhield dat akkefietje het onstuimige paar niet om weer in mekaars armen te belandden. Er wordt zelfs gesuggereerd dat Constanze bij Mozart introk, waardoor haar moeder met de politie dreigde. Het grootste obstakel voor hun verbintenis was echter Leopold, Mozarts vader, die een trouwpartij voor zijn zoon geen goede zaak achtte. Om fatsoensredenen werd het huwelijk onder druk van moeder Weber toch afgedwongen. Uiteindelijk zwichtte ook Leopold Mozart. Ze huwden op 4 augustus 1782 met een huwelijkscontract dat geen twijfel liet over de bruids­ schat en het samen delen van verder fortuin, wat ook schulden bleken. Ze kregen zes kinderen waarvan er vier in leven bleven.

COSÌ FAN TUTTE KORT Twee jonge mannen wedden in hun jeugdige overmoed met een oudere (wat wijzere ?) heer dat de liefdestrouw van hun vriendinnetjes onverwoestbaar is. Aan de heer om het tegendeel te bewijzen. Daarvoor ensceneert hij een duivels verleidingsspel. Guglielmo en Ferrando, de twee uitdagers, proberen vermomd elkaars vriendin te verleiden. Wat als een dolle maskerade begint, evolueert al vlug naar een emotionele ontdekkingstocht. Vrolijkheid en overmoed maken plaats voor weemoed en melancholie. Spel wordt ernst. In het spel leren de verliefde koppels hun diepste gevoelens kennen. Die zijn veel complexer dan ze ooit hadden durven vermoeden. De ontdekking van deze ‘nieuwe’ realiteit brengt ze helemaal in de war. Het wordt een emotionele chaos in hun hoofd en in hun hart: schijn en zijn, spel en realiteit, alles loopt door elkaar. Ze hebben het over een ‘wrede verscheurdheid, chaos van gedachten en van gevoelens’. Op het einde zijn ze helemaal het noorden kwijt. Één ding is zeker: het wordt nooit meer als voor de weddenschap. Er is iets onherroepelijk veranderd. Ze hebben niets meer dat hen houvast biedt, ze hebben enkel nog zichzelf. (A.L.)

LIAISONS DANGEREUSES De intense briefwisseling tussen Wolfgang en Constanze laat geen twijfel bestaan over Mozarts gevoelens voor zijn vrouw. Zijn huwelijk was dan ook niet gebaseerd op economische belangen waaraan persoonlijke gevoelens ondergeschikt waren, maar op een keuze van het hart. Dat was nieuw voor die tijd, waarin gearrangeerde huwelijken nog steeds de norm waren en (openlijke) buitenechtelijke affaires gedoogd als neveneffect. Iets wat in Les Liaisons Dangereuses, de in 1782 voor het eerst verschenen brievenroman van Pierre Choderlos de Laclos duidelijk geïllustreerd wordt. Deze moraal druiste sterk in tegen Mozarts emotionele afhankelijkheid en hang naar affectie en geborgenheid binnen zijn gezin. De emotionele

opera

Così fan tutte van 14 dec tot 20 jan opera Antwerpen & Gent www.operaballet.be

31


COSÌ FAN TUTTE

kracht van hun relatie had nog een belangrijke bijwerking: Mozart ging zijn persoonlijke eer identificeren met Constanze’s gedrag. Een gegeven dat tegelijk de leidraad vormt voor zijn opere buffe. Zou het kunnen dat het geen toeval is, dat net voor Così fan tutte tot stand kwam, we in Mozarts biografisch materiaal sporen vinden van het Baden-incident? Kort samengevat: augustus 1789 verbleef Constanze in Baden, een kuuroord dat zijn genezende kracht vooral zocht in mondain vertier en gemengd baden. Het was Mozart ter ore gekomen dat Constanze zich er onbetamelijk zou gedragen hebben en schreef haar een niet mis te verstane, berispende brief.

“Vrouwtje, ik zal eerlijk met je zijn. Je hebt absoluut geen reden om ongelukkig te zijn. Je hebt een echtgenoot die van je houdt en die voor jou al het mogelijke doet. Ik ben blij dat je je vermaakt, maar ik zou willen dat je niet zo met jezelf te koop loopt. Ik vind dat je veel te vrij omgaat met N.N…. Een vrouw moet zichzelf steeds respectabel gedragen of er wordt over haar gepraat. Lieveling vergeef me dat ik zo openhartig ben, maar zowel mijn gewetensrust als ons beider geluk vereisen dat. Denk eraan dat je zelf ooit toegegeven hebt al te toegeeflijk te zijn. Denk ook aan de belofte die je hebt gedaan. O, God, probeer toch alsjeblief, lieveling.”

voorspel CosÌ fan tutte OPERA ANTWERPEN zo 28 dec 12:00u tot 13:00u OPERA GENT zo 11 jan 12:00u tot 13:00u www.operaballet.be Samen met een dramaturg en de pianist-repetitor van dienst maken we een korte muzikale trip door de opera. Combineer Voorspel met de reguliere inleiding.

32

Vermits Constanze de brief niet vernietigd heeft, is het onwaarschijnlijk dat hij verwees naar echte ontrouw. Kort na dit incident begon Mozart dus te werken aan Così fan tutte, een opera over de emotionele zwakheid van vrouwen, die gescheiden van hun officiële engagement, in een sensuele sfeer belaagd worden door nieuwe aanbidders. Laten we het minstens opvallend noemen dat dit thema in dezelfde periode zowel in Mozarts persoonlijke als artistieke leven opduikt. Maar hieruit conclusies trekken zou wellicht wetenschappelijk niet verantwoord zijn. Misschien was cynisme Mozarts basishouding tegenover vrouwen en liefde in het algemeen. En zo blijft de paradox van liefde en ontrouw overeind. Het geloof in een huwelijk op emo­ tionele, affectieve basis loopt samen met de twijfel over de reële mogelijkheid ervan. Wie liefheeft opent de deur van de ontrouw. •


WIJ GAAN VOOR HET ECHTE WERK

MET DANK AAN ONZE OPERA-FLORISTEN NICK BOUSSE Sint-Niklaasstraat 10 9000 Gent 09/233.22.33

FIORI Quellinstraat 45 2018 Antwerpen 03/233.86.82


MOZART — DA PONTE

WAAROM VROUWEN VREEMDGAAN

Tekst: Manon Sikkel

Zijn vrouwen in de liefde echt niet te vertrouwen, zoals Don Alfonso beweert? Niet alleen de twee jonge officieren uit così fan tutte twijfelen daaraan. Wetenschappers geloofden zo lang dat overspel vooral het terrein was van mannen, dat onderzoek naar overspelige vrouwen pas heel laat op gang kwam. En wat blijkt? Vrouwen zijn geen haar beter dan mannen. Je moet ze alleen wel de kans geven…

‘Iedereen gaat wel eens vreemd,’ was mijn stelling in het interview met een Nederlandse krant. De interviewers waren zo blij met die uitspraak, dat ze de quote direct op de voorkant van de krant plaatsten. En daar stond ik, met foto en al met daaronder de bewering dat iedereen vreemd gaat. Misschien is het een goed bewaard geheim, maar sinds ik de veertig gepasseerd ben, zijn vrouwen om mij heen bijna allemaal wel eens verliefd op een man die niet de hunne is. Twee smsjes van een collega, een e-mail van een oude jeugdliefde en voor je het weet zit je drie uur te zoenen achter in een duister café. En die minnaars zijn niet altijd George Clooney. Integendeel.Waarom gaan die vrouwen dan vreemd? Het antwoord is simpel. Om dezelfde reden als mannen. Omdat ze geen weerstand kunnen bieden aan de seksuele aantrekkingskracht van een ander. Een verleidelijke blik, een grap, een hand op een schouder kan al genoeg zijn om iemand te verleiden. Ook als die ‘iemand’ getrouwd is en thuis veertien kinderen heeft rondlopen. Overspel is – het woord zegt het al – een spel. Een gevaarlijk spel, maar juist het gevaar zorgt ervoor dat je lichaam allemaal stofjes gaat aanmaken waardoor je opgewonden wordt: endorfine, dopamine en fenylethylamine. Deze liefdeshormonen werken als een harddrug. De wereld ziet er zonnig uit en je voelt je geweldig. Het is een verslavend gevoel en door het verboden karakter van de geheime liefde worden er zelfs nog meer liefdeshormonen aangemaakt. De toegenomen hoeveelheid dopamine versterkt de seksdrift en seks leidt weer tot de aanmaak van nog meer dopamine. Geen wonder dat het zo moeilijk is om weerstand te bieden tegen verliefdheid. Gaan vrouwen dan net als mannen gewoon vreemd omdat ze verslaafd raken aan de liefde? Nee. De prettige bijwerkingen van al die liefdeshormonen is niet de reden waarom vrouwen vreemdgaan. Vaak ligt er een behoefte aan contact aan ten grondslag. De behoefte om door iemand gezien en gehoord te worden. Of de behoefte aan spanning en verandering. Wat precies de redne is, laat zich moeilijk onderzoeken want je kunt als onderzoeker niet zomaar bij mensen aanbellen met een vragenlijst en zeggen: vraag 1, gaat u wel eens vreemd? De meest betrouwbare gegevens over vrouwen en minnaars

34

zijn afkomstig van grootschalige, langlopende onderzoeken. Uit scandinavisch onderzoek blijkt dat ongeveer 16% van de mensen – iets meer mannen dan vrouwen – op dit moment een buitenechtelijke relatie heeft. Dat betekent dat als u tijdens een klein verjaardagsfeest om u heen kijkt, er van de vijfentwintig aanwezigen vier vreemd gaan. Opvallend is dat de onderzoekers geen verband vonden tussen vreemd gaan en geluk thuis. Even veel vreemdgangers waren thuis gelukkig of ongelukkig. Dat er iets meer mannen vreemdgingen ligt volgens de onderzoekers aan het feit dat mannen meer contact met andere mensen buiten de deur hebben. Ook uit andere onderzoeken – uit Amerika en Frankrijk – blijkt dat vrouwen bijna net zo vaak vreemd gaan als mannen. Waar komt dan het hardnekkige misverstand vandaan dat het de mannen zijn die in de liefde niet te vertrouwen zijn? Dat heeft deels te maken met het feit dat vrouwen heel lang binnenshuis werkten en domweg niet in aanraking kwamen met potentiële geliefden. Uit Amerikaans onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat overspel lange tijd veel vaker voorkwam bij vrouwen uit de hogere sociaal-economische klasse. Zij konden zich vaak makkelijker buitenshuis bewegen dan vrouwen uit de laagste sociaal-economische klassen. Overal waar vrouwen meer gaan werken, of meer mogelijke minnaars of minnaressen tegenkomen, is een toename van ontrouw, zo blijkt. Een van de eerste grootschalige onderzoeken naar overspel – uit de jaren tachtig – blijkt dat overspel het meest voorkomt in de leeftijd tussen de 35 en 55 jaar. Onderzoek onder twintigers laat echter zien dat mannen in de meerderheid zijn. De verklaring daarvoor is dat vrouwen heel lang geloven in de romantsiche liefde. Dat er maar één grote liefde is en dat het een kwestie van wachten is tot je die ontmoet. Mannen zijn wat dat betreft misschien wat realistischer en gaan gewoon hun hele leven vreemd. Tot zo ver het slechte nieuws. Het goed nieuws is dat de helft van de mensen vreemd gaat, maar dat ze dat niet de hele tijd


COSÌ FAN TUTTE

Swingers in de jaren '70

doen. Psychologie Magazine ondervroeg in 2014 meer dan 2000 lezers in een anonieme vragenlijst. Ook daaruit bleek dat er weinig verschil was tussen mannen en vrouwen. Van de mannen zei 48 procent wel eens tijdens een relatie seks te hebben gehad met een ander dan zijn eigen partner, bij de vrouwen was dat 43 procent. Verliefdheid werd bij de meeste vreemdgangers als belangrijkste reden genoemd. Dat was belangrijker dan seks of onvrede met de situatie thuis. Uit een van de eerste grote onderzoeken, uit de jaren tachtig, bleek dat overspel het meest voorkomt in de leeftijdsgroep 35-55 jaar. Zo’n 60% van de mannen en 40% van de vrouwen in die leeftijdscategorie gaf toe wel eens seks buiten het huwelijk te hebben gehad. Pas vanaf een jaar of dertig verandert bij vrouwen het beeld van de eeuwigdurende, romantische liefde naar het idee dat zelfontplooiing belangrijker is dan seksuele trouw. Is er dan echt geen verschil tussen mannen en vrouwen wanneer ze illegaal op liefdespad gaan? Volgens de Amerikaanse psychotherapeute Luan Linquist, die een boek schreef over geheime liaisons – blinken vrouwen vooral uit in schuldgevoelens tegenover hun eigen partner. Vrouwen neigen er dan ook meer naar om de affaire op te biechten. Mannen kiezen voor strikte geheimhouding. Ook is er een verschil in het belang dat mensen hechten aan emotionele of seksuele ontrouw. Ter illustratie kunt u dit dilemma aan uw vrienden en vriendinnen voorleggen: wat wil je liever?

Seks met iemand die op dat moment aan een ander denkt of iemand die seks heeft met een ander maar aan jou denkt? Grote kans dat de vrouwen in uw omgeving verliefd zuchten bij die laatste optie. Een man die met zijn hoofd bij jou is, zelfs als hij in bed ligt met zijn eigen vrouw, dat vinden veel vrouwen fijner dan hun eigen man die afwezig aan een andere vrouw denkt. Mannen zullen het dilemma misschien niet eens begrijpen. Vrouwen vinden het emotionele aspect van verliefdheid belangrijk. Het is ook verleidelijk als elke dag lijkt op de vorige en ineens is er iemand die jou in al die middelmatige alledaagsheid laat sprankelen. Het goede nieuws voor de bedrogen partners is dat die verliefdheid vanzelf weer ophoudt. Na ongeveer dier, vier maanden veranderen de receptoren die de verliefdheidshormonen moeten waarnemen. Je kunt nog steeds stiekem smsjes sturen vanuit de auto, maar dat heerlijke verliefde gevoel uit het begin ebt weg. Don Alfonso heeft dus gelijk. Vrouwen zijn net zo overspelig als mannen. Maar de twee jonge officieren met wie hij de weddenschap aangaat hebben ook gelijk. Hun verloofdes blijven hen ook trouw, alleen niet de hele tijd. Overspel is een spel met hormonen. In de echte liefde vind je trouwens ook een liefdeshormoon: oxytocine. Het zorgt ervoor dat je van elkaar gaat houden zoals een ouder voor zijn kind. Wie genoeg van die stof aanmaakt, kan ook het hoofd wel bieden aan een flirt. •

35


WINTERSPROOKJES

NEROVETSRETHCA TRAZOM Tekst: Philippe Huysegems Foto’s: Katrijn Van Giel

MOZART WAS OOK EEN SPECIALLEKE. SOMS SCHREEF HIJ ZIJN EIGEN NAAM ACHTERSTEVOREN.

explorer Nerovetsrethca trazom 17 & 18 jan opera Antwerpen www.operaballet.be

"Dit is fantastisch. Fan-tas-tisch." Ashley leidt me de trappen op. Zonet heb ik verteld waarom ik hier ben: ik kom een repetitie bijwonen om er daarna een stuk over te schrijven. Dat heeft allemaal te maken met Mozart, maar dat had Ashley al door. Het zit zo: de educatieve dienst van de Opera en het CJMIB (voluit een mondvol: Centrum voor Jongens en Meisjes met Individuele Begeleiding) hebben de handen in elkaar geslagen, en daar komt in januari een podiumvoorstelling van, Mozart achterstevoren, met Mozart als leidraad, kapstok, springplank en inspirator. 36


MOZARTACHTERSTEVOREN

Een van de vestigingen van het CJMIB staat in Kapellen en heet Haleakala (dat ligt al makkelijker in de mond); elke dins­ dag wordt daar duchtig gerepeteerd. In dit centrum kunnen elke dag mensen terecht, allemaal 21-plussers, met een matig mentale handicap, versta: met autisme of het syndroom van Down. “Ik luister graag naar Bach, Mozart, Beethoven, Haydn…”, zegt Ashley, “de cellosuites van Bach, die zijn mooi, hé? En jij, speel jij een instrument misschien?” “Trompet,” beken ik. “Ah, trompet... dan vind je zeker de muziek van Nino Rota goed.” VEERTIEN Veertien deelnemers zitten klaar in de spiegelzaal, maar Mozart moet nog even wachten, want ze worden eerst opgewarmd door muziekpedagoge Priske. Priske speelt

noten op de piano, die haar leerlingen moeten trachten te vangen met hun stem. Het gaat van oeh en van aahaa en, zegt Priske, “maak een toon en voel hem in je hoofd. Steek je duim in je oor en zet je pink op je neus, dan voel je "t beter." "Amai, Priske, dat is moeilijk, zunne." En dan zitten ze op hun knieën met hun mond tegen de grond en laten ze de klank tegen de bodem kaatsen, en daarna worden de spieren – shaky, shaky losgegooid. Hendrik Van Eycken, van de Educatieve Dienst van de Opera, verschijnt in het deurgat. Hij komt een kijk nemen. Terwijl de zangers Kortjakje midden in de week ziek laten zijn, praten wij, als muurbloempjes op de vensterbank, over het project. "Het is altijd een puzzel. We doen zo"n drie educatieve pro­ jecten per jaar, met lagere of middelbare scholen, of met nog andere doelgroepen, zoals deze. Dikwijls komt dan in het begin meteen de vraag: wat moet het worden? Maar dat staat nooit vast, er is geen script vooraf. We zien wat we loskrijgen uit al wie meedoet, en daar gaan we dan verder mee aan de slag. Dat kan instrumentaal zijn, vocaal, beeldend, gesproken woord of nog wat anders... Zo'n voorstelling groeit helemaal organisch.” "Ik neem aan", zeg ik wijsneuzig, "dat het proces belangrijker is dan het product." "Het proces is enorm belangrijk, dat spreekt voor zich. Zowel voor de individuele ontwikkeling als voor het kunnen functioneren in een groep. Iedereen krijgt een eigen moment de gloire, daar letten we op. Maar ook het product doet ertoe. Het moet iets betekenen voor de deelnemers, ze moeten er fier op kunnen zijn. Product

en proces zijn dus nauw verstrengeld. Verder proberen we de impact van de voorstelling breder te spreiden dan alleen bij de achterban van familie en vrienden. Op exposure in de lokale media kunnen we altijd wel rekenen. We gaan voor zo'n driehonderd à vierhonderd bezoekers. Via de website kan iedereen een ticket reserveren, iedereen kan komen kijken en plezier beleven aan de voorstelling, als men op voorhand weet hoe ze te kaderen." KIEM Tijdens de thee-met-koekjespauze pols ik bij Ashley naar zijn toekomstige solomoment. "Ik breng een tekst over Mozart," zegt hij. "Nee, zingen ga ik niet doen. Als ik zing, gaat de toon op en neer. Dus dat kan ik beter laten. Die tekst leer ik uit mijn hoofd, maar ik hou ook mijn blad bij me. Als ik ermee klaar ben, komt Tineke op het podium en die speelt een stuk op de piano." Stéphanie Herckenrath leidt in huize Haleakala dit project in goede banen, bijgestaan door haar collega Dominique Leys. De kiem ervan ligt bij een rondleiding in de opera die ze een tijdje geleden deed met de leerlingen van Haleakala. Het viel haar en Josephine Schreibers van de Educatieve Dienst op dat veel van hen flink wat kennis in huis hadden over klassieke muziek, meegekregen van thuis of gewoon uit interesse. Van het een kwam het ander, en zo groeide het idee om dit project in de steigers te zetten. Stéphanie: "Het is de eerste keer dat we met de Opera samenwerken, maar we hebben al een flinke routine in theatervoorstellingen. Al jarenlang organiseert het CMJIB een revue in de Arenbergschouwburg – die we tot vijf keer uitverkopen. Heel wat mensen met Down hebben best wel aanleg voor show. Ze doen graag theatrale dingen. Er komt dan heel veel positieve, liefdevolle emotie naar boven." Het is waar. Er hangen goede vibes in de ruimte, dat is goed te merken. Meer nog, dat de deelnemers heel veel lol aan dit project beleven, schuimt ervan af. Iedereen die meedoet, koos ervoor uit eigen beweging. Uit liefde voor muziek. Ze zijn allerminst geïntimideerd door het aura dat rond de grote componist Mozart en zijn oeuvre hangt. "Om je even het ruimere kader te schetsen: onze directrice Vera Verschaeren wil mensen die naar hier komen een savoir-vivre meegeven waarmee ze kunnen meedoen in de maatschappij. Dit centrum wil een levensuniversiteit

37


MOZARTACHTERSTEVOREN

zijn, zoals ze dat noemt, en wij, de begeleiders, zijn de professoren die de vakken geven. Dat moet je zeker niet schools opvatten. We proberen het wereldbeeld van onze leerlingen te verbreden, bijvoorbeeld door hun milieubewustzijn bij te brengen, of door over de actualiteit te vertellen, en, daar zijn we veel mee bezig, door hen te leren hoe je opzoekingen doet op de pc." MASKER Een deel van de groep is intussen afgezakt naar de kunstacademie binnen Haleakala, een atelier waar je je kunt uitleven met allerlei gereedschappen en tekenmateriaal. Want de voorstelling zal niet alleen uit muzikale bijdragen bestaan, àlle zintuigen zullen bediend worden. Aan een van de tafels bekrast Ruben een masker met een stift. Gilles, zijn buur, heeft van kleenex tissues een witte, gefronste kraag in elkaar geplakt. Er ligt op tafel ook een hele stapel getekende gezichten in profiel. Hé, die ene is Ruben, ik herken zijn krullen en zijn neus. Wat moet ik hiervan maken? Hendrik: "Van iedereen is er zo'n silhouetportret gemaakt, op de manier zoals in de tijd van Mozart de mode was. We gaan ook nog een fotoshoot doen, met iedereen in een historisch kostuum, en in de voorstelling worden die tekeningen en foto's in de achtergrond geprojecteerd, zodat ze in elkaar overvloeien. Dat gaat een fijn effect geven." Ruben is vandaag van weinig woorden, maar ik vraag het hem toch maar: wat is de bedoeling van het masker? "Dat zetten we achter op onze kop, zodat we twee gezichten hebben."

TRAZOM Tineke neemt plaats aan de elektrische piano en positioneert haar bril keurig op haar neus. Ze laat haar blik heen en weer glijden over de partituur. "Het liedje van Titanic ken ik uit mijn hoofd, maar voor dit heb ik papieren nodig." Mozarts Eine kleine Nachtmusik ligt voor. "Eerst waren er juffen die mij piano leerden met nummers op de toetsen, en dan was er een juf en die heeft mij noten leren lezen." In solsleutel èn in fasleutel. Maar in dit geval zijn, voor het speelgemak, de noten op de partituur extra ingekleurd, en overeenkomstig zitten er gekleurde stickers op de pianotoetsen. De sol is rood, de fa is groen, aan Tinekes vinger glinstert een blauwe ring. Ze speelt Eine kleine Nachtmusik in tinten. De frasering is anders dan ik gewend ben. Ik hoor een heel nieuw stuk.

38

Op een andere plek is Priske druk doende ieders potentieel in kaart te brengen. Er is immers nog een creatief pad af te leggen tegen januari en ze wil achterhalen welke talenten nog ontgonnen kunnen worden. Ze grijpt akkoorden op de pianotoesten, speelt arpeggio"s, het klinkt heel engelachtig, en elke leerling mag daarop vrij klanken maken - "Je kunt niets fout doen, hoor." De reacties variëren (Jan: "Geweldig! Dat deed deugd. Muziek is fijn. Ik heb een zus die hobo speelt, en een andere zus speelt dwarsfluit") maar als er iemand totaal in zijn sas is bij deze oefening, is het wel Lali. Zij projecteert haar stem als een diva, en laat de tonen capriolen maken, en legt daarbij veel expressie aan de dag; onwillekeurig denk ik aan het vocale stuntwerk van Yma Sumac, nachtegaal van de Andes. Terwijl ze zingt, draait ze haar polsen en vingers in geoefende bochten en ze sluit af met een plechtige reverence. "Lali, wat zing jij goed," zeg ik. Ze kijkt me zuinigjes aan. "Ik zing te traag. Mijn betere naam is Violeta. Dat is een Spaanse naam. Maar het is waar, ik ben een specialleke."


WINTERSPROOKJES

DE HELE MAAND JANUARI EEN OPERAHUIS VOL JONG GRUT! LAATSTE KAARTEN!!! Iets bij een tweede keer een traditie noemen, is misschien wat kort door de bocht, maar we zijn het in elk geval wel van plan: januari mag u in uw agenda noteren als “kindermaand” in de opera’s van Antwerpen en Gent met het festival “Wintersprookjes”. Want wat hoort er meer bij winterse gezelligheid dan genieten van hartverwarmende verhalen? De opera biedt immers al eeuwen een schat aan intriges, emoties, fantasie en magische momenten. Na de eerste succesvolle editie zetten we dit jaar o.a. het werk van Mozart en Rossini in de kijker. De twee uur repetitie zitten erop.Ik klamp nog snel Hendrik aan. Waarop slaat die achterstevoren in Mozart achterstevoren? Hendrik: "Mozart zat vol grappige en speelse streken. Soms schreef hij zijn eigen naam achterstevoren. Gewoon voor de lol." •

DE TEERLING VAN MOZART 6+ We duiken in het hoofd van het wonderkind Mozart Opera Gent 10, 12 jan, 19 jan Opera Antwerpen 25, 26 jan KONINGIN ZONDER LAND 10+ Muziektheater Transparant te gast met dit fascinerend sprookje op muziek van Wim Henderickx dat in afgelopen Zomer van Antwerpen al hoge ogen gooide. Opera Gent 27, 28 jan KINDERBAL IN VENETIË EN WENEN 6+ Leg je gekke maskers en mooiste kleren maar klaar voor dit heus bal zoals dat vroeger in het oude Wenen en Venetië ging! Foyer Opera Antwerpen za 17 jan Lullyzaal Opera Gent za 24 jan DE VOCAL COACH 12+ Een Mozartzanger oefent achter gesloten deuren met zijn magische stemcoach en plots stap jij binnen! Foyer Opera Antwerpen 14 jan Lullyzaal Opera Gent woe 28 jan OPERAREIS 4+ Op bezoek bij mijnheer Hendrik, zijn pianiste en heuse operazangers die best humeurig kunnen zijn. Foyer Opera Antwerpen zo 11 jan Lullyzaal Opera Gent zo 4 jan ASSEPOESTERS DROOM 6-9 JAAR Assepoes droomt van een beter leven. Beleef haar verhaal op muziek van Rossini op piano, gezongen door topstemmen. Opera Antwerpen za 10 jan AKHNATENPROJECT Leerlingen van het Sint-Janscollege gingen aan de slag met het universum van Akhnaten en maakten hun eigen versie. Opera Gent vr 30, za 31 jan Maak je keuze en bestel razendsnel je tickets! www.operaballet.be

39


t concer Strauss Mahler/27 jan & 25 ent & opera G twerpen n A l e g in t.be deS eraballe www.op

ELIAHU INBAL

Tekst: Mien Bogaert Foto: Jimmy Kets, Annemie Augustijns

“Het koor en orkest van Opera Vlaanderen en ik, hebben samen al een hele weg afgelegd: eerst Mahler 2, dan Mahler 3, vervolgens Parsifal en binnenkort Mahler 4. Meermaals met elkaar samenwerken zorgt ervoor dat je één lijn kan trekken, dat je kan groeien en verder evolueren. Zowel het koor als het orkest van Opera Vlaanderen kennen bovendien een ongelofelijke overgave en dat levert prachtige resultaten op: ik kan de muziek precies zo realiseren als ik ze me voorstel. Ik kijk dan ook erg uit naar de repetities in januari!” 40


MAHLER/STRAUSS CONCERT

De Israëlische dirigent Eliahu Inbal, 78 jaar oud en gespecialiseerd in laatromantische muziek, oogstte recent in Opera Vlaanderen grote successen met de Tweede en de Derde Symfonie van Gustav Mahler en met de gelauwerde productie van Parsifal in een regie van Tatjana Gürbaca. Dit seizoen dirigeert hij in Opera Vlaanderen Richard Strauss’ Vier letzte Lieder en Mahlers Vierde Symfonie. Een gesprek met hem over de dood, laatromantische zowel als nieuwe muziek, religie, Israël en hedendaags regietheater.

IK VIND HET VERSCHRIKKELIJK DAT IK STERVEN MOET: IK BEN DAARVOOR VEEL TE NIEUWSGIERIG. U staat bekend als een echte specialist in de muziek van Gustav Mahler: u heeft zijn volledige symfonische œuvre opgenomen en u dirigeert nog regelmatig werken van hem. Hoe laat zich uw fascinatie voor Mahler verklaren? Mahler is voor mij één van de grootste genieën aller tijden en hij verdient het om naast Einstein, Beethoven en da Vinci te worden geplaatst. Datgene wat hem zo groot maakt is de universaliteit van zijn muziek. Mahlers symfonieën omvatten alles wat is, wat was en wat zal zijn: de kleine problemen die men als mens dagelijks ervaart, de strijd tussen het goede en het kwade, de natuur, de kosmos, de transfiguratie, het leven na de dood, de eeuwigheid, en nog zoveel meer. In Mahlers tijd begreep men deze muziek niet en vond men haar overdreven, megalomaan. Mahler besefte dat zijn symfonieën tijd nodig hadden om een publiek te vinden, een halve eeuw om precies te zijn (zo zei hij in 1911). En inderdaad, sinds 1960, net zoals Mahler voorspeld had, beleefde zijn muziek een renaissance, eerst in de Angelsaksische landen, vervolgens in de Duitse en daarna in de rest van de wereld. Tot op de dag van vandaag zijn de herontdekking van en de fascinatie voor Mahlers œuvre nog niet opgehouden en blijft men geboeid door de alomvattendheid van wat hij heeft geschreven. Zijn werk is niet tendentieus, geen modegril, maar iets existentieels. Zijn Mahlers symfonieën ook interessant voor nieuw aan­ stormende generaties, of kunnen ze enkel grijze haren bekoren? Natuurlijk zijn ze ook voor nieuwe generaties uitermate interessant! Voor jonge mensen is het geen gemakkelijke opgave het leven te verstaan, zich van dag tot dag staande houden, een levensdoel te vinden, zeker niet in een wereld waar nationalisme, globalisering en consumptie de toon aangeven. Mahlers muziek kan hen daarbij helpen, hen steunen, kan als een soort van richtingsaanwijzer fungeren. En ik fantaseer niet zomaar iets wanneer ik

dit zeg, integendeel, ik merk dat vele jonge mensen door Mahler gefascineerd worden en deze componist ontdekken nog voor ze van Bach of Beethoven gehoord hebben, precies omdat ze bij Mahler een lichtpuntje, wat hoop, een houvast vinden. Kan u iets meer vertellen over de inhoud van de Vierde Symfonie, die u in januari in Opera Vlaanderen dirigeren zal? De Vierde Symfonie volgt op de Derde Symfonie, die één grote hymne is aan de natuur en aan de liefde. De eerste beweging van de Vierde Symfonie is daar een verderzetting van en schetst een ideale situatie. De tweede beweging is een spookachtig scherzo, een dans van de duivel, van de dood. Het is met Mephistopheles die het paradijs komt verstoren. De derde beweging bezit een ongelofelijke lyrische kracht, een geloofskracht en beschrijft de nostalgie, de herinnering aan tragische momenten uit ons leven. Daarna keren we in de vierde en laatste beweging terug naar het paradijs, de harmonie van de eerste beweging, deze keer geschetst door een sopraan die een lied brengt uit Des Knaben Wunderhorn. De Vierde Symfonie is Mahlers meest classicistische symfonie en is ook relatief klein bezet. Verder vormt deze Vierde Symfonie een brug naar de Vijfde Symfonie, aangezien men er het hoofdthema van de Vijfde al verdoken in kan terugvinden. Het leven na de dood, de natuur en religie zijn in Mahlers symfonieën zeer belangrijk. Bent u zelf gelovig en zo ja, hoe beleeft u dit geloof? Ik ben gelovig in die zin dat Einstein en Brahms ook gelovig waren. Een louter fysische verklaring van de kosmos, dat alles toeval en materie is, kan mij niet bevredigen. Ik ben bevriend geweest met een Nobelprijswinnaar die zich zijn hele leven lang heeft beziggehouden met hersenonderzoek. Ooit, kort voor zijn

41


ELIAHU INBAL

dood, heb ik hem de vraag gesteld of er ruimte is voor een niet-materiële entiteit. “Voor ik je ga verlaten,” antwoordde hij ineens erg beslist, “wil ik je zeggen dat alles, maar dan ook alles bij ons in het lichaam, in het hoofd zit, en dat er niets anders is.” Hoogstwaarschijnlijk heeft hij gelijk, maar we kunnen ons, als mens, wel die niet-materiële entiteiten voorstellen. Het musiceren is één groot gebed aan de creatieve krachten van de kosmos, van de natuur, van god, of wat dan ook. Institutionele religies interesseren mij niet, maar ik geloof wel in de scheppende kracht van de kosmos en de natuur. De verschillende religies heeft de mens zelf uitgevonden, in een poging verklaringen te vinden voor de kosmos. Zonder constructies heb je geen houvast. En religies schenken ons deze houvast. Ze vertellen ons hoe de wereld in elkaar zit, en geven ons ankerpunten in het sociale, morele en ethische leven. Het is echter absurd te stellen dat de eigen god de enige god is. Zonder mensen is er geen god. Muizen en spinnen kennen bij mijn weten geen god. De nood aan religie is des mensens, omdat wij hersens hebben waarmee we ons dingen kunnen voorstellen. Wanneer ik de natuur zie, haar schoonheid, kan ik niet geloven dat dit alles toeval is, wat de wetenschappers ook zeggen. Wel wil ik geloven in de inspiratie, met een verwijzing naar de Joodse Kabbala. Het proberen bereiken van hogere sferen is ook erg belangrijk voor mij. Als dirigent ben je daar voortdurend mee bezig: je probeert het publiek te verheffen naar een hogere sfeer. Meestal lukt dat niet, soms echter wel. De musicoloog Michael Kennedy omschreef de Vier Letzte Lieder die Richard Strauss aan het einde van zijn leven componeerde, als “music of old age, wisdom and serenity, of death and transfiguration”. Hoe kijkt u zelf tegen de dood aan? Moeilijke vraag. De dood beschouw ik als een overbodige en onaangename gebeurtenis, waarvan ik de noodzakelijkheid ten diepste betreur. Ik zou graag eeuwig, of tenminste toch 300 jaar leven. Eenvoudigweg omdat ik ongelofelijk nieuwsgierig ben naar hoe de wereld zich verder zal ontwikkelen, naar welke nieuwe zaken de komende decennia het licht zullen zien. Ergens hoop je ook altijd de loop der dingen met de eigen aanwezigheid te kunnen beïnvloeden. Maar ik maak me geen illusies: ik ben reeds 78 en hoewel men vandaag al ietwat langer leeft, is mijn leven binnen dit en 20 jaar voorbij. Ach, kome wat komt! Ik leef mijn leven zoals het is en ga mijn dood zeker niet op de één of andere wijze voorbereiden. U bent afkomstig uit Israël, één van de meest proble­ matische regio’s uit de wereld. Wat is uw mening over maatschappelijk engagement? Een dirigent, een kunstenaar, mag zichzelf niet als een supermens beschouwen. Dat wil zeggen dat hij er niet van uit mag gaan dat wat hij denkt over politiek belangrijker is dan wat anderen daarover denken. Het is niet omdat je een autoriteit bent in de laatromantische muziek bijvoorbeeld, dat je ook iets afweet van politiek. Op persoonlijk niveau moet men wel geëngageerd in de maatschappij staan en

42

datgene doen waarin men gelooft. Maar met uitgesproken politieke standpunten in de openbaarheid treden, enkel en alleen omdat je bekend bent en daardoor spreekruimte krijgt, vind ik erg misplaatst. En als we het dan toch over Israël moeten hebben: veel heb ik daarover niet te zeggen. Ik wil vrede, eenvoudigweg vrede. Dat men leert naast elkaar te leven en dat men stopt met de huidige religieusnationalistische absurditeiten.

Wanneer uw geboorteland Israël heet, is het dirigeren van Wagner geen evidentie. Hoe weerlegt u de kritiek uit uw thuisland? Die kan mij niet raken; ik lees ze trouwens ook niet. Eigenlijk ben ik weinig in Israël en weet ik ook niet wat daar precies allemaal gebeurt. Ik houd me bezig met dingen die ik zinvol vind, met dingen waarvan ik overtuigd ben en ik laat me door geen enkele kritiek beïnvloeden. Wanneer ik ooit één toon, één woord in Wagners opera’s had gevonden die antisemitisch is, had ik deze muziek nooit gedirigeerd. Wagner was als mens weerzinwekkend, maar dat interesseert mij überhaupt niet. Men moet altijd een strikte scheiding maken tussen de mens en zijn werk. De geschiedenis heeft vele kunstenaars gekend die een weerzinwekkende persoonlijkheid hadden: ook Beethoven, Strauss en Stravinsky waren in de dagdagelijkse omgang niet meteen de meest aangename lieden. De mens is zijn kunst niet altijd waardig. Soms wel, maar meestal niet. En daarom moeten we de kunst an sich kunnen beschouwen. In hoeverre bent u geïnteresseerd in hedendaagse klassieke muziek? Ik heb natuurlijk veel muziek gedirigeerd van Sjostakovitsj en Stravinsky, toen zij nog niet bekend waren. Nu echter is deze muziek, die ooit hedendaags en nieuw was – men viel mij aan omdat ik me met zo’n muziek durfde in te laten – echter zelf klassiek geworden. Maar creaties dirigeren heb ik altijd graag gedaan en doe ik ook nu nog. Het is de plicht van een kunstenaar, de plicht van een dirigent om aandacht te hebben voor het nieuwe. We moeten hedendaagse klassieke muziek ook niet onmiddellijk veroordelen, maar ze een kans geven. De geschiedenis leert ons dat men er op het moment zelf stevig kan naast zitten. Weber heeft bijvoorbeeld heel wat schotschriften tegen Beethoven op zijn naam staan, die hij een onnoemelijk slecht componist vond. Die fout mag men niet begaan: het is de plicht van een dirigent nieuwe componisten een kans te geven. In de loop van de daaropvolgende eeuw zal het publiek beslissen of iets goed is of niet.


MAHLER/STRAUSS CONCERT

De Israëlische dirigent Eliahu Inbal heeft een aparte band met Opera Vlaanderen. Hij was er voor het eerst te gast met een indrukwekkende vertolking van de Tweede Symfonie van Gustav Mahler als feestelijke afsluiting van het seizoen 2008-’09. In juni 2012 overtrof het Symfonisch Orkest van Opera Vlaanderen onder zijn leiding andermaal zichzelf met een sublieme lezing van Mahlers Derde Symfonie. Een ‘Mahler connection’ met maestro Inbal was een feit. Een engagement voor de Vierde Symfonie kon dan ook niet uitblijven. Intussen kon het publiek van Opera Vlaanderen hem ook aan het werk zien als dirigent van Parsifal (seizoen 2012-’13) in de internationaal gelauwerde productie van Tatjana Gürbaca.

Geldt dit ook voor hedendaags regietheater? Ik denk aan Parsifal en uw samenwerking met Tatjana Gürbaca. Jazeker! Ook regisseurs hebben hun aandeel. Herbert von Karajan heeft dat misschien te weinig beseft. Een regieconcept moet natuurlijk consequent en logisch zijn, chaos is uit den boze en de boodschap moet overkomen op het publiek. Maar anders heb ik geen grond om deze of gene regie te beoordelen: het is mijn plicht zulke zaken een kans te geven. •

Eliahu Inbal genoot zijn muzikale opleiding (viool, compositie) in zijn geboortestad Jeruzalem vooraleer hij, op aanbeveling van Leonard Bernstein, zijn opleiding verder zette aan het Conservatorium van Parijs, waar hij directie volgde bij Louis Forrestier en niemand minder dan Olivier Messiaen en Nadia Boulanger als docenten compositie had. In directie vervolmaakte hij zich bij andere ronkende namen: Franco Ferrara en Sergiu Celibidache. Sinds hij op 26-jarige leeftijd de Eerste Prijs won op de Internationale Dirigentenwedstrijd Guido Castelli (Novara) vinden we hem aan het hoofd van zowat alle grote orkesten in Europa, de States en Japan. Vandaag geldt Eliahu Inbal als één van de onbetwiste Mahler-specialisten. Met het Radio Sinfonieorchester van Frankfurt - waarvan hij tussen 1974’90 chefdirigent was - realiseerde hij de eerste integrale cd-opname van alle Mahler-symfonieën (bij het label Denon) - de postuum voltooide Tiende Symfonie inbegrepen, waarvan hij een vurig verdediger is. Genoemde integrale was een enorm succes en werd een absolute referentie voor de interpretatie van Mahlers symfonieën. Met dit repertoire stond hij ook voor andere belangrijke orkesten zoals de Tsjechische Philharmonie en het Concertgebouworkest van Amsterdam waar hij in de zomer van 2011 een nieuwe integrale van de symfonieën afsloot. Eliahu Inbal is daarnaast specialist in de oeuvres van Bruckner en Sjostakovitsj en meermaals viel hij met zijn opnamen in de prijzen (Deutsche Schallplattenpreis, Grand Prix du Disque en Prix Cecilia).

Symfonisch Orkest Opera Vlaanderen

43


FOCUS: HET ORKEST EN ZIJN DIRIGENTEN

WERKEN MET GROTE DIRIGENTEN IS ALS RIJDEN MET EEN FERRARI… HET GAAT VANZELF Tekst: Wilfried Eetezonne Marian Taché, concertmeester van het Symfonisch Orkest Opera Vlaanderen heeft al met heel wat grote dirigenten samengewerkt en kijkt dit seizoen ondermeer uit naar de komst van Eliahu Inbal en Tomàs Netopil. "Het is goed voor ons orkest dat we met dirigenten van dit kaliber kunnen scheep gaan. Werken met grote dirigenten is zoals rijden in een Ferrari…(lacht) Niet dat ik al met een Ferrari heb gereden, maar u begrijpt de metafoor. Als er slordig of zonder inspiratie gedirigeerd wordt, dan is het voor het orkest heel moeilijk, maar met topmensen als deze gaat het vanzelf."

ELIAHU INBAL (Mahler Strauss concert) Taché: “Als een dirigent voor het eerst voor een orkest staat, weet dat orkest binnen de twee minuten wat voor vlees het in de kuip heeft. De manier waarop een dirigent kijkt, reageert, de maat slaat of niet slaat zijn allemaal signalen die men als musicus opvangt. Als Inbal voor het orkest staat, zijn we meteen aandachtig en zeer geconcentreerd. Iedereen weet dat we iets bijzonders gaan maken. Hij tilt het hele niveau van het orkest op. Een orkest wordt onder andere beoordeeld op de gevoeligheid waarmee het de stille passages brengt en bij Inbal zitten die altijd juist. Ik heb met hem mogen samenwerken, voor Parsifal en dat was een grootse ervaring. Nu kijk ik vooral uit naar Mahlers Vierde Symfonie. Inbal kent Mahler uit het hoofd.’

ALBERTO ZEDDA (Rossini-cyclus) Taché:”Hoezeer Alberto Zedda ook verschilt van Inbal, als dirigent en musicus staat hij zeker op een gelijk, hoog niveau. Beiden dirigeren ze niet voor een spiegel, maar ze zijn geboren

44

met een bijzonder en ondefinieerbaar talent om muziek te begrijpen. In een documentaire zag ik Zedda voor Cecila Bartoli Rossini-arrangementen schrijven. Hij schreef de muziek zomaar neer uit het hoofd! Dat is grandioos. Het verschil tussen Inbal en Zedda? Zedda is wat ongeduriger, iets wat wel past bij de muziek van Rossini. Maar ik zou ook graag eens in ander repertoire met hem willen werken. In Mozart bijvoorbeeld of in het Requiem van Verdi. Dat zou fantastisch zijn.”

TOMÀS NETOPIL (La Juive) Taché: “Netopil is jong en hij heeft een mooie carrière voor de boeg. Bij ons dirigeerde hij al. In Mozarts Zauberflöte en in Samson et Dalila, twee zeer verschillende werken. Daarom ben ik ook heel nieuwsgierig hoe hij met de componist Halévy zal omgaan. Maar als je een echte musicus bent, kan je in principe alles dirigeren. Ik zie hem nog grootse dingen doen en het orkest is dol op hem na zijn fantastische Zauberflöte.”

MICHAEL JUROWSKI (Champagne op Broadway) Taché: “Michael Jurowski, de vader van chef-dirigent Dmitri, ken ik vooral van reputatie. Ik heb hem vaak bezig gezien in Moskou. Hij is de peetvader van de dirigenten, maar in de goede zin van het woord. Zelfs als je hem in het dagelijks leven of in de wandelgangen tegenkomt, valt zijn aura op. Hij straalt gewoon. Ik heb nog nooit eerder met hem gewerkt. Dat hij bij ons een Amerikaans jazz-en musicalrepertoire brengt oog merkwaardig, maar soms kunnen deze ogenschijnlijk vreemde combinaties op fijne verrassingen uitdraaien. Met zijn zoon Dmitri heb ik al wel fragmenten uit Gershwin’s Porgy and Bess gebracht, hij is een echte jazzman, en de appel valt nooit ver van de boom.

UMBERTO BENEDETTI MICHELANGELI (Così fan tutte) Taché: “Umberto is een prachtmens en een goede vriend. Hij heeft schitterende ideeën over barokmuziek. Hij wilde aan­ vankelijk geen opera dirigeren, maar Aviel Cahn heeft hem overhaald om Die Entführung aus dem Serail (seizoen 2010-2011) te dirigeren. Het was voor Michelangeli een hele opdracht. Intussen heeft hij met veel succes ook Rossini-opera's gedirigeerd op het prestigieuze festival van Pesaro. Die ervaring zal zeker bijdragen aan het welslagen van Così fan Tutte nu.


VAN OUD NAAR NIEUW IN DE OPERA

1 dec

opera 3

stelijke extra feesĂŹ fan tutte n e e t e M Co lling van voorste et oude jaar uit h

conc ert 1 &6j Cham an met L pagne e o Willa ah Part p Broa ri rd d Mich White (bdge (sopr way ael Ju as-ba aan), rows ki (di riton) en rigen t)

Bekijk onze fijne formules op www.operaballet.be 45


SHOP BIJ ONS LIVE OF ONLINE

LINK

WWW.OPERABALLET.BE/NL/HET-HUIS/SHOP

CURSUS OPERAREGIE Voor wie meer wil weten over opera, organiseert Opera Vlaanderen ism Amarant cursussen onder de noemer ‘Rondom’. Onze dramaturgen nemen u mee op een reis doorheen de (recente) opera geschiedenis. In november en december staat ‘de regisseur’ centraal. Een operaregie lokt immers meestal discussie uit. Welke verschillen in regiestijlen kwamen aan bod in het heden en verleden? Wat zijn de tendensen in de hedendaagse operaregie? Op deze en nog vele andere vragen wordt er een duidelijk antwoord geformuleerd in vier lessen zodat je daarna meer dan ooit een gefundeerde mening kan vormen over een avond opera. In Antwerpen gaan de cursussen door op maandagnamiddag, in Gent op maandagavond.

Een gouden tip voor wie het ultieme kerstcadeau voor de operaliefhebber of de ballerina in spe zoekt. In onze shops in de bespreekbureaus in Antwerpen en Gent of gewoon handig online. ❑ Cadeaubon ❑ Seizoens-cd ❑ Balletprogrammaboekjes ❑ Operaprogrammaboekjes ❑ CD Le Duc d’Albe ❑ CD Semiramide ❑ CD Il Giasone ❑ DVD Il Giasone ❑ CD Le Villi ❑ DVD Samson et Dalila ❑ Gesigneerde pointes ❑ OPERAHONING

Onze bijtjes op het dak van het operagebouw in Antwerpen hebben wel heel hard gewerkt. Voortaan kan je onze eigen oogst in potjes kopen voor slechts 7,70 eur Uiteraard goed voor de stem!

46

eeuw voor Christus naar de scène van Opera Vlaanderen vandaag. Egyptoloog Peter De Smet situeert Akhnaten in zijn tijd, Eveline Heylen maakt je vertrouwd met de persoonlijkheid en de muzikale stijl van Philip Glass, David Vergauwen bespreekt de opera zelf en dramaturg Piet De Volder neemt de regie van Nigel Lowery onder de loep. Na deze cursus ga je als een volleerd Egyptoloog en operakenner de zaal in. DESINGEL ANTWERPEN 4 MAANDAGEN VANAF 12 JAN ZEBRASTRAAT GENT 4 MAANDAGEN VANAF MA 12 JAN INFO: WWW.AMARANT.BE

MIDDAGCONCERT GETEKEND LORENZO DA PONTE

DESINGEL ANTWERPEN 4 MAANDAGEN VANAF 17 NOV ZEBRASTRAAT GENT 4 MAANDAGEN VANAF 17 NOV INFO: WWW.AMARANT.BE

THE MUMMY, MAAR DAN BETER De opera Akhnaten van Philip Glass wordt niet zo vaak scenisch uitgevoerd. De productie van Opera Vlaanderen in een regie van Nigel Lowery is dus de uitgelezen kans om je te verdiepen in dit fascinerende werk en ook in de wereld van de Egyptische farao. Vier maandagen gaan we op verkenning langs de Nijl en door het werk van een van de populairste hedendaagse componisten Philip Glass. Van de tempels uit de 14de

De Italiaanse dichter Lorenzo Da Ponte deed zoveel meer dan geniale libretti neerpennen voor drie opere buffe van Mozart. Hij werkte voor tal van andere operacomponisten in het 18de-eeuwse Wenen. Sopraan Liesbeth Devos en pianist Lucas Blondeel bieden een unieke blik op Da Ponte’s veelzijdigheid en laten u kennismaken met weinig bekende aria’s uit opera’s van Salieri en Martín y Soler naast publieksfavorieten uit Così fan tutte, Le Nozze di Figaro en Don Giovanni.


LINK

Een pianosonate van Joseph Haydn zorgt voor een instrumentale verpozing.

BOEKENPLANK

18 DEC OPERA ANTWERPEN 19 DEC OPERA GENT

MIDDAGCONCERT ‘DAS IST DIE BERLINER LUFT!’ In januari 2015 dompelen we u onder in de lyrische weldaad van de Berlijnse operette, die in de jaren 1920 en ‘30 met coryfeeën als Robert Stolz en Paul Lincke, veel bijval oogstte en vandaag een revival beleeft. Mezzosopraan Els Van Daele, tenor Stephan Adriaens beiden verbonden aan het Koor van Opera Vlaanderen - vinden in pianist Jef Smits de gedroomde partner voor dit meeslepende repertoire. Uw feel good-inzet van het nieuwe jaar! 9 JAN OPERA GENT 15 JAN OPERA ANTWERPEN

MIDDAGCONCERT ‘MEDITATIEF, MINIMAAL, MOTORISCH...’ Je houdt van de hypnoti­ serende pianoklanken van Erik Satie of van de meditatieve muze van cultcomponist Arvo Pärt? Of je voelt wel wat voor de denderende motoriek van Igor Stravinsky en onze eigen Frank Nuyts? Pianist Geert Callaert, klarinettist Firas Al-Awani en percussionist Gaetan La Mela trakteren u op een verrassend muzikaal parcours vol straffe contrasten en wonderlijke klanken. Nu eens lijkt de tijd stil te staan, dan weer worden we opgezweept door een onweerstaanbare drive. Een verrassend luistermenu rond de fascinerende klankwereld van Philip Glass. 12 FEB OPERA ANTWERPEN 13 FEB OPERA GENT

De Egyptologe Marleen Reynders levert met dit boek een wetenschappelijk onderbouwd basiswerk voor een breed geïnteresseerd publiek. Het is een goed gefun­deerd naslagwerk over het openbare leven in het oude Egypte geworden, verlucht met verhelderende foto’s, kaarten en tekeningen. In zeven hoofdstukken komen achtereenvolgens de Egyptische religie, tempelbouw, vroege geschie­ denis en de farao als concept aan bod. Op Achnaton wordt dieper ingezoomd. Het geï­ dea­liseerde beeld dat we veelal van hem hadden, wordt bijgesteld op basis van meer recente weten­ schappelijke bevindingen. Als extraatje leer je ook nog hiërogliefen lezen. ONDER HET OOG VAN DE ZONNEGOD UITGEVERIJ DAVIDSFONDS

INSTRUMENTEN GEZOCHT VOOR EEN BETERE WERELD Music Fund is een huma­ nitaire organisatie die al sinds 2005 muzikanten en muziekscholen in con­flict­gebieden en ont­ wikkelingslanden steunt.

Ze zamelen instrumenten in, herstellen ze en geven ze een tweede leven in 16 projecten in Afrika, het Midden-Oosten, de Caraïben, maar ook bij kansengroepen in eigen land. Bovendien biedt Music Fund ook de knowhow aan om muziekinstrumenten te stemmen, herstellen en onderhouden. In 2011 zamelde Opera Vlaanderen tijdens Iedereen Klassiek in Gent al een eerste keer muziekinstrumenten in en nu zetten we onze schouders onder een grote inzamelactie die zijn hoogtepunt heeft in De Roma op 28 en 29 maart, wanneer u er uitgebreid kan kennismaken met wat Music Fund precies doet. Tussen 1 december en 25 maart kan u daarom ook aan de vestiaires in de opera in Antwerpen of Gent uw instrumenten kwijt, wij zorgen ervoor dat ze op de juiste plek terechtkomen. INFO: WWW.OPERABALLET.BE/ MUSICFUND

DE GRILLEN VAN DE VRIJHEID

Theatermaakster Laila Soliman die aan het woord komt het in het Egypteartikel in dit blad, brengt op 16 en 17 januari haar nieuwste productie in het Kaaitheater in Brussel. Hawa Elhorreya (De grillen van de vrijheid) brengt de revolutie van 1919 tot leven. Ze gaat in songs en theaterteksten, oude boeken en archieven van toen op zoek naar parallellen met de revolutie die zich vandaag in Egypte

voltrekt. En ze doet dat aan de hand van foto’s en fragmenten uit het leven van twee theaterdiva’s uit die tijd. INFO: WWW.KAAITHEATER.BE

FILM

In 1982 werd Koyaanisqatsi, het eerste deel van de door Godfey Reggio geregisseerde Qatsi-trilogie, uitgebracht. Destijds een regelrechte sensatie en na meer dan drie decennia nog steeds een mijlpaal in de filmgeschiedenis. De titel van de film komt uit de taal van de Hopi-indianen en heeft meerdere betekenissen als ‘leven uit balans’ of de wat meer poëtische vertaling van ‘een manier van leven die vraagt om een andere manier van leven’. Bijzonder aan de trilogie is dat er geen dialoog in gesproken wordt en het verhaal puur met beelden en de hypnotiserende score van Philip Glass verteld wordt. 14 FEB CINEMAZUID ANTWERPEN INFO: WWW.CINEMAZUID.BE

info & tickets Wil u niets missen van onze concerten, inleidingen, voorspel-en rondom activiteiten? Raadpleeg dan de kalender op p.46-47, onze seizoensbrochure of www.operaballet.be

47


AGENDA OPERA & BALLET

wo 26 nov 19:00u vr 28 nov 19:00u za 29 nov 15:00u 19:00u zo 30 nov 12:00u 15:00u ma 01 dec 14:00u 19:00u di 02 dec 19:00u do 04 dec 20:00u vr 05 dec 20:00u za 06 dec 20:00u zo 07 dec 14:45u ma 07 dec 14:00u 19:00u do 11 dec 14:00u 20:00u 20:00u vr 12 dec 18:00u 20:00u 20:00u za 13 dec 15:00u 20:00u zo 14 dec 15:00u 19:30u di 16 dec 19:30u do 18 dec 12:30u 19:30u vr 19 dec 12:30u za 20 dec 15:00u 19:30u di 23 dec 19:30u vr 26 dec 19:30u zo 28 dec 12:00u 15:00u wo 31 dec 18:30u do 01 jan 15:00u za 03 jan 18:30u zo 04 jan 14:00u 15:30u di 06 jan 20:00u vr 09 jan 10:00u 12:30u 14:00u 19:30u za 10 jan 11:00u 14:00u 14:00u 15:00u 15:30u zo 11 jan 12:00u 14:00u 15:00u 15:30u 17:30u ma 12 jan 10:00u 19:00u di 13 jan 19:30u wo 14 jan 14:30u do 15 jan 12:30u 19:30u za 17 jan 10:00u 11:00u 15:00u

KHOVANSJTSJINA KHOVANSJTSJINA Backstage Khovansjtsjina (na de voorstelling) Zaterdagrondleiding Gent KHOVANSJTSJINA Voorspel Khovansjtsjina KHOVANSJTSJINA Rondom / Regie in de opera (3) Rondom / Regie in de opera (3) KHOVANSJTSJINA CHOREOLAB CHOREOLAB CHOREOLAB CHOREOLAB Rondom / Regie in de opera (4) Rondom / Regie in de opera (4) CHOREOLAB Vortex Temporum CHOREOLAB De leerschool van de liefde Vortex Temporum CHOREOLAB Zaterdagrondleiding Gent CHOREOLAB CHOREOLAB COSÌ FAN TUTTE COSÌ FAN TUTTE Backstage Così fan tutte (na de voorstelling) Middagconcert / Getekend Lorenzo Da Ponte COSÌ FAN TUTTE Middagconcert / Getekend Lorenzo Da Ponte Zaterdagrondleiding A’pen COSÌ FAN TUTTE COSÌ FAN TUTTE COSÌ FAN TUTTE Voorspel Così fan tutte COSÌ FAN TUTTE COSÌ FAN TUTTE Nieuwjaarsconcert 1415 Historisch Mozartbal Wintersprookjes / Operareis* (4+) Wintersprookjes / Operareis (4+) Nieuwjaarsconcert 1415 Wintersprookjes / Assepoesters droom* Middagconcert / Das ist die Berliner Luft! Wintersprookjes / Assepoesters droom COSÌ FAN TUTTE Wintersprookjes / Assepoesters droom Wintersprookjes / Assepoesters droom Wintersprookjes / De teerling van Mozart* (6+) Zaterdagrondleiding Gent Wintersprookjes / De teerling van Mozart (6+) Voorspel Così fan tutte Wintersprookjes / Operareis (4+) COSÌ FAN TUTTE Wintersprookjes / Operareis (4+) Backstage Così fan tutte Rondom Akhnaten (1) Rondom Akhnaten (1) COSÌ FAN TUTTE Wintersprookjes / De vocal coach* (12+) Middagconcert / Das ist die Berliner Luft! COSÌ FAN TUTTE Open repetitie Don Quichot Wintersprookjes / Kinderbal 2014 (6+) NEROVESRETHCA TRAMOZ

48

Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Gent deSingel Antwerpen Zebrastraat Gent Opera Gent Theater ‘t Eilandje Antwerpen Theater ‘t Eilandje Antwerpen Theater ‘t Eilandje Antwerpen Theater ‘t Eilandje Antwerpen deSingel Antwerpen Zebrastraat Gent Theater ‘t Eilandje Antwerpen Opera Gent Theater ‘t Eilandje Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Theater ‘t Eilandje Antwerpen Opera Gent Theater ‘t Eilandje Antwerpen Theater ‘t Eilandje Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Gent deSingel Antwerpen Zebrastraat Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Theater ‘t Eilandje Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen


AGENDA OPERA &BALLET

15:00u 19:30u zo 18 jan 15:00u ma 19 jan 10:00u 19:00u di 20 jan 19:30u za 24 jan 11:00u zo 25 jan 14:00u 15:00u 15:00u 15:30u 19:30u 20:00u ma 26 jan 10:00u 19:00u wo 28 jan 14:00u 14:30u 15:00u 19:30u do 29 jan 19:30u vr 30 jan 19:30u 20:00u za 31 jan 14:00u 19:30u 20:00u zo 01 feb 15:00u ma 02 feb 10:00u 19:00u za 07 feb 19:30u 20:00u wo 11 feb 15:00u do 12 feb 12:30u 19:30u vr 13 feb 12:30u 19:30u 20:00u za 14 feb 15:00u 19:30u zo 15 feb 15:00u 15:00u di 17 feb 20:00u 22:30u do 19 feb 20:00u za 21 feb 15:00u 20:00u zo 22 feb 20:00u za 28 feb 20:00u wo 04 mrt 14:30u 20:00u vr 06 mrt 20:00u 20:00u za 07 mrt 15:00u zo 08 mrt 15:00u di 10 mrt 20:00u do 12 mrt 12:30u vr 13 mrt 12:30u

Zaterdagrondleiding A’pen COSÌ FAN TUTTE NEROVESRETHCA TRAMOZ Rondom Akhnaten (2) Rondom Akhnaten (2) COSÌ FAN TUTTE Wintersprookjes / Kinderbal 2014 (6+) Wintersprookjes / De teerling van Mozart (6+) Mahler-Strauss DON QUICHOT Wintersprookjes / De teerling van Mozart (6+) DON QUICHOT Mahler-Strauss Rondom Akhnaten (3) Rondom Akhnaten (3) DON QUICHOT Wintersprookjes / De vocal coach Wintersprookjes / Koningin zonder land* (10+) DON QUICHOT DON QUICHOT DON QUICHOT Wintersprookjes / Akhnaten-project Wintersprookjes / Akhnaten-project DON QUICHOT Wintersprookjes / Akhnaten-project Backstage Don Quichot (na de voorstelling) DON QUICHOT Rondom Akhnaten (4) Rondom Akhnaten (4) DON QUICHOT Grace versus drama DON QUICHOT Middagconcert / Meditatief, minimaal, motorisch DON QUICHOT Middagconcert / Meditatief, minimaal, motorisch DON QUICHOT AKHNATEN Zaterdagrondleiding A’pen DON QUICHOT AKHNATEN DON QUICHOT AKHNATEN Akhnaten (na de voorstelling) AKHNATEN Zaterdagrondleiding Gent AKHNATEN AKHNATEN Ein William Forsythe Ballettabend De vocal coach AKHNATEN Front Polyphonie AKHNATEN Backstage Akhnaten (na de voorstelling) Zaterdagrondleiding Gent AKHNATEN AKHNATEN Middagconcert/ International Opera Academy in concert Middagconcert/ International Opera Academy in concert

Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen deSingel Antwerpen Zebrastraat Gent Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Gent Stadsschouwburg Antwerpen Opera Antwerpen Stadsschouwburg Antwerpen deSingel Antwerpen deSingel Antwerpen Zebrastraat Gent Stadsschouwburg Antwerpen Opera Gent Opera Gent Stadsschouwburg Antwerpen Stadsschouwburg Antwerpen Stadsschouwburg Antwerpen Opera Gent Opera Gent Stadsschouwburg Antwerpen Opera Gent Stadsschouwburg Antwerpen Stadsschouwburg Antwerpen deSingel Antwerpen Zebrastraat Gent Opera Gent deSingel Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent Opera Antwerpen Opera Antwerpen deSingel Antwerpen Opera Antwerpen Opera Gent deSingel Antwerpen Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Gent Opera Antwerpen Opera Gent

van deze voorstellingen worden in dezelfde periode ook schoolvoorstellingen gespeeld

*

49


COLUMN LUC JOOSTEN: BESPARINGEN

Als de economie het goed doet, dan valt er meer te zien. Althans volgens de Zoom-index. Die bepaalt dat naarmate de beurzen het goed doen en dus de economie beter draait, ook de zoom van de rokken stijgt. Meer zicht op de benen betekent dat. Meer luchtigheid en kijklust. In tijden van besparingen mogen we ons dus aan visuele soberheid verwachten. Wanneer het over besparingen in de cultuur gaat dan wordt vooral ge­­dacht aan minder geld voor de kunsten. Geld uit subsidies, welteverstaan. Maar er bestaat ook een besparing die niet de financiën van het kunstbedrijf beoogt, maar het artistieke proces zelf. Een sparen in de kunsten en soberheid als esthetisch uitgangspunt. Vaak gebeurt dat in de hoop op een grotere authenticiteit en diepte, op méér kunst door minder kunst of gekunsteldheid. De rijkdom van de eenvoud, het ornament als misdaad. We zien het principe in alle kunsten opduiken. In de moderne geschiedenis van het theater ging de Poolse regisseur Grotowski op zoek naar een arm theater waarin alleen de acteur en de toeschouwer overbleven in direct contact met elkaar. Alle grootse visuele en akoestische effecten werden vermeden. Alles werd voorgebracht door de acteur zelf met zijn lichaam en zijn stem. En in de opera? Eigenlijk is het operagenre het resultaat van een bespa­ringsmaatregel. Door het inperken van de polyfone zangstijl ten voordele van de monodie werd de weg geopend naar de stile recitativo, waarin tekst en muziek nauw op elkaar worden aangesloten. Het is de basis waaruit de opera gegroeid is. Maar ook daarna zijn er pleidooien voor een esthetische soberheid in de opera. Wat is het minimalisme van Philip Glass (° 1937), naast een reflectie over het wezen van de muziek, anders dan een spaarzaam uitpuren van dezelfde ritmische of melodische patronen, zonder versiering? Hier ontstaat de esthetische roes door de aangehouden herhaling van een economische eenvoud. Een bijzonder nobele poging tot spaarzaamheid zien we ook in "Four note opera” (1972) van de componist Tom Johnson, die slechts gebruik maakt van vier noten. Vijf zangers, een piano en een volwaardig verhaal, maar met uiterst spaarzame middelen om te reflecteren op het genre opera. Uiteindelijk komt de sterkste suggestie tot sparen in de opera vanuit een richting waar men het niet zou verwachten. Of bij nader inzien misschien wel, nl. van Wagner. Nadat zijn indrukwekkende Ring eindelijk in première was gegaan en Parsifal in de eindfase zat, schrijft hij in 1878 aan Cosìma dat hij huivert voor al die gekostumeerde en geschminkte figuren die op het toneel aan zijn personages gestalte gaan geven en hij besluit: “Nadat ik het onzichtbare orkest heb uitgevonden, zou ik ook het onzichtbare theater willen uitvinden! En het onhoorbare orkest.” Na al het theatrale en muzikale geweld inderdaad de ideale opera-besparing. Het ultieme besparingsvoorstel komt echter van Schönberg. Hij vond de uitvoering van muziek en opera overbodig omdat die er alleen maar is voor mensen die niet in staat zijn partituren te lezen. Een mooi vooruitzicht: opera vanuit de luie stoel thuis, zonder CD of DVD, met de partituur in de hand en zonder saaie première-receptie achteraf.

Luc Joosten is hoofddramaturg bij Opera Vlaanderen.

50

NIEUWS VAN CAST & CREW

JEUGDIG ENTHOUSIASME TROEF VOOR COSÌ FAN TUTTE

Jong uitmuntend zangtalent, als geen ander thuis bij Mozart, vermengd met evenveel aanstekelijk spelplezier; daarvoor tekent het zangerskwartet dat de twee officieren en hun liefjes gestalte geeft in de Così fan tutteproduktie. De Russische mezzosopraan Maria Kataeva neemt de rol van Dorabella voor haar rekening. Haar prille zangerscarrière bouwt ze uit rond enkele solide pijlers: Russische en Italiaanse opera met Mozart als opvallende rode draad. Zij was te horen in werken van Purcell, Gluck, Rossini, Verdi, Tsjaikovski en Prokofief. Sedert vorig seizoen is ze ensemblelid van de Deutsche Oper am Rhein, waar ze onder meer te horen was als Cherubino/Le Nozze di Figaro, een rol waarin ze eveneens schitterende in de Opera van Genève (ook al in een productie van Guy Joosten). VEELZIJDIGHEID TALENTEN IN AKHNATEN De hoofdrol in Akhnaten wordt vertolkt door de Engelse contratenor Tim Mead. Hij heeft

reeds een aardig palmares in de barokopera. Daaronder zijn er titelrollen in Händelopera’s als Giulio Cesare, Orlando en Rinaldo. Maar evengoed

profileert de jonge zanger zich vandaag in het 20ste-eeuwse en hedendaagse repertoire met o.m. Harrison Birtwistles The Minotaur (Innocent) en Written on Skin (The Boy & First Angel) van George Benjamin. Diezelfde veelzijdigheid vinden we ook bij de Zwitserse dirigent Titus Engel die zowel thuis is in Monteverdi’s Orfeo als in Wagners Der fliegende Holländer en Bergs Wozzeck en daarnaast een enthousiaste pleitbezorger is van hedendaagse opera en muziektheater. Hij leidde de orkesten van vooraanstaande operahuizen zoals de Opera van Parijs en de Deutsche Oper Berlin. Recent creëerde hij Brokeback Mountain van Charles Wuorinen (Teatro Real, Madrid), naar de beroemde film van Ang Lee. BABYBOOM BIJ HET BALLET! De wereld is twee toffe jongens rijker. Milan Honorez (5 september) en Andrew William Kolesnyk (12 oktober), de zoontjes van respectievelijk Alain Honorez en Altea Nunez en Yevgeniy Kolesnik en Virginia Hendricksen. De kleine Andrew zorgde al meteen voor een entree dat qua timing kon tellen. Uitgerekend op de dag dat Yevgeniy klaar stond om Onegin te dansen meldde hij zich aan. Wim Vanlessen verving de papa in spe, die meteen de race naar het ziekenhuis inzette. Nu is het samen met zusje Sofia Yve (3,5) genieten van kleine broer.. Ook van de kleine Milan gaan we nog wat zien. Papa Alain Honorez heeft zich immers op de fotografie geworpen en kan zich deze weken geen betere modellen voorstellen dan mama en Milan. Onze felicitaties!



Geert Van Rampelberg kan je bezwaarlijk een groentje noemen. De gekende acteur oogstte niet alleen grote succes­sen in het theater met zijn oer-gezelschap Olympique Dramatique, of bij HETPALEIS, Theater Zuidpool, KVS, ‘t Arsenaal, BRONKS en Het Toneelhuis. Ook in de tv-en filmwereld brak de charismatische rasacteur potten. Eerder dit jaar kreeg hij grote erkenning voor zijn hoofdrol in De Behandeling van regisseur Hans Herbots. In 2015 betreedt hij voor het eerst de operabühne als verteller in Philip Glass’ Akhnaten.

WWW.OPERABALLET.BE Kunsthuis Opera Vlaanderen Ballet Vlaanderen vzw is een instelling van de Vlaamse Gemeenschap en geniet de steun van de Stad Antwerpen, Stad Gent, Provincie Antwerpen, Provincie Oost-Vlaanderen. Structurele sponsor: Nationale Loterij, KBC. Mediapartners: Klara, Cobra.be en Knack.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.