OBV Magazine 13

Page 1

Jermaine Maurice Spivey Philippe Grandrieux MAGAZINE 13 EDITIE FEBRUARI 2023 / P209977 VERSCHIJNT 4 KEER PER JAAR AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X

Associate artist Jermaine Maurice Spivey brengt zijn eerste creatie voor OBV

10 HET RITUEEL

Met KMRU duiken we de studio in

Stig De Block, modefotograaf en onlangs ook opgevallen met zijn solotentoonstelling over de lowridercultuur in L.A., portretteerde Jermaine Maurice Spivey in de City of Angels.

12 AFDALEN IN EEN DROOM

Philippe Grandrieux regisseert een bezwerende Tristan und Isolde

17 EEN PARTITUUR ALS EEN TSUNAMI

Muziekdirecteur Alejo Pérez over zijn hoogtepunten in Tristan und Isolde

18 ALL ARIAS

Muziekfestival in Brugge, Antwerpen en Gent dat Oost en West samenbrengt

20 KRUISTOCHT

‘Kinderrechten zijn een grote opera waard’

INHOUD 2 UPDATE 4 EXTANT
2 4 — 9
12 — 16
© Stig De Block
10 — 11
© Filip Van Roe © Joris l’Hotellier

Compact Disk Dummies op onbekend terrein

28 BACH REVISITED

Onze dansers choreograferen voor hun collega’s op muziek van Bach

32 LE NOZZE DI FIGARO

Regisseur Tom Goossens en dirigente Marie Jacquot kruisen de degens

38 VOOR EN ACHTER DE SCHERMEN

Wat beweegt sopraan Eleanor Lyons en scenograaf Sammy Van den Heuvel?

32 — 37

OBV MAGAZINE 13 26 IN DE LOGE
40 KAMERCONCERTEN
42 OPERA-ARTIESTEN IN WORDING Op bezoek bij de International Opera Academy 46 DE KROON OP HET WERK
OBV begeleidt het laureatenconcert voor Zang van de Koningin Elisabethwedstrijd 48 VRIENDEN
42 — 44
26 — 27
© Wim Hermans © Laura Vleugels © Diego Franssens

ONS ORKEST WAAR JE

HET NIET VERWACHT

Volgens de verzamelde theaterpers was The Making of Berlin, van het Antwerpse theatergezelschap BERLIN, zonder meer een van dé voorstellingen van het voorbije jaar 2022. En in dat succes mogen we ook delen bij Opera Ballet Vlaanderen, want ons orkest speelt op een héél bijzondere manier een rol in deze theaterfilm. The making of Berlin is een portret van een stad, gebouwd rond het uitzonderlijke verhaal van een Berliner die werkte als orkestregisseur bij de Berliner Philharmoniker. Een man die liefst van al zou teruggaan in de tijd om een onafgewerkt hoofdstuk uit zijn leven te voltooien. BERLIN engageerde zich om de man bij te staan in het realiseren van zijn droom. Gaandeweg vinden ze echter barsten in zijn relaas en komt het hele project op de helling te staan.

✶✶✶✶✶ ‘De geniale theaterfilm The making of Berlin overdondert van begin tot eind.’ – De Standaard / ‘Op onnavolgbare wijze komt in deze productie alles samen waarin BERLIN uitblinkt.’ – De Morgen / ✶✶✶✶✶ ‘Aan theatergroep BERLIN danken wij intussen een van de belangwekkendste producties van dit jaar.’ – Hein Janssen in De Volkskrant / ✶✶✶✶✶ ‘Deze film, deze voorstelling, is een zorgvuldig gesponnen web, een vernuftig verhaal vermomd in een documentair jasje. Een feest van verwarring.’ – Trouw

Meer info via berlinberlin.be / De theaterfilm krijgt dit voorjaar zijn Duitse première, en is ook nog te zien in Roeselare, Oostende en Gent

VERNIEUWING IN DE RAAD

VAN BESTUUR

Wissel van de wacht in de Raad van Bestuur van Opera Ballet Vlaanderen. Catherine Castille en Herman Daems treden toe als onafhankelijke bestuurders.

Voorzitter blijft Hugo Van Geet, andere leden zijn Philip Heylen, Christophe Peeters, Nabilla Ait Daoud, Christel Dewitte, Marijke Pruyt, Tatjana Scheck, Sami Souguir, Peter Vandamme, Jacques Vandermeiren en Michiel Vantongerloo. Bert Corluy en Jan Vermassen blijven hun rol als regeringscommissaris opnemen.

EEN NIEUWE LENTE

EEN NIEUW SEIZOEN

Hoewel we pas in de helft van het lopende seizoen zitten, wordt bij Opera Ballet Vlaanderen achter de schermen al volop gewerkt aan seizoen 2023-2024. Dat stellen we met trots voor aan het publiek op woensdag 3 mei, met een event voor onze Vrienden, ambassadeurs, personeel en pers. De dag erna vinden onze abonnees en ticketkopers onze nieuwe brochure in hun brievenbus. Een bestaand abonnement vernieuwen of wijzigen kan tot uiterlijk 26 mei, nieuwe abonnementen zullen te koop zijn vanaf 31 mei. Bij vragen, contacteer zeker ons bespreekbureau.

Ontvang je graag de brochure, vraag ze dan aan via onze website operaballet.be

4 UPDATE
23/24
© Koen Broos

Na twee moeilijke coronajaren werd 2022 gelukkig het jaar van de ‘heropstanding’ van Opera Ballet Vlaanderen. En of ons publiek daar op had gewacht… Ondanks de moeilijke start, met een verplichte beperking van de capaciteit aan het begin van het jaar, konden onze bezoekerscijfers opnieuw aanknopen bij de pre-coronajaren en zagen maar liefst 110.721 mensen een van onze voorstellingen in onze eigen huizen. Met de tourneevoorstellingen van opera en ballet in binnen- en buitenland kwamen er daar nog eens ruim 20.000 bij. Grote uitschieter was de speelreeks van C(H)ŒURS 2022, de remake van de iconische productie van Alain Platel waarvoor alle geledingen van ons huis de krachten bundelden, met maar liefst 14.855 bezoekers.

Het merendeel van ons publiek komt uit de provincies Antwerpen (42%) en OostVlaanderen (35%), maar de groep bezoekers uit de andere Belgische provincies steeg afgelopen jaar tot 23%. Ook het aandeel bezoekers uit het buitenland liep, na de covidterugval, weer op tot bijna 8% nu. De gemiddelde leeftijd van onze bezoekers lag net boven de 50 jaar en net geen 50% van de kaartkopers was voor de allereerste keer te gast bij Opera Ballet Vlaanderen. Sinds het lopende seizoen 2022-2023 peilen we na elke voorstellingsreeks ook naar de waardering van het publiek. De producties Aufstieg und Fall der Stadt Mahagonny, Mozart / Concert Arias en Rizoom! kregen daar alledrie van 80 tot soms zelfs 90% van het publiek het label ‘heel goed’ of ‘schitterend’. Op naar een minstens even straf 2023 nu!

ACHTSTE DAG VAN DE DANS

Save the date voor de 8e editie van Dag van de Dans op zaterdag 29 april 2023. Ontdek deze ode aan de dans in straten, op pleinen, in theaters, in werkplaatsen en in musea in heel Vlaanderen en Brussel. En uiteraard ook bij Opera Ballet Vlaanderen! Soliste Shelby Williams cureert een bijzondere avond in onze balletbasis ‘t Eilandje in Antwerpen. Hou onze kanalen in de gaten voor de laatste updates en alle praktische info.

THEATER ‘T EILANDJE ANTWERPEN za 29 apr Meer info via operaballet.be

OBV MAGAZINE 13 5
22/23 OPSTAAN
NA HET VALLEN
Rizoom! © Joost Joossen

De Amerikaanse choreograaf Jermaine Maurice Spivey is sinds dit seizoen verbonden aan Opera Ballet Vlaanderen als associate artist. De laatste 15 jaar maakte hij wereldwijd furore als danser, bijvoorbeeld in werk van de beroemde choreografen William Forsythe en Crystal Pite. Met die twee mentoren deelt Spivey in juni een triple bill. Wij vroegen hem naar zijn eerste creatie voor OBV Extant, naar de betekenis van zijn werk als zwarte artiest en naar wat hij heeft opgestoken van zijn beide leermeesters. ‘Met Extant wil ik onderzoeken wat bestaansrecht heeft op het toneel van een operahuis. Wat wordt als gepast en wat als ongepast beschouwd in de kunsten, de muziek en de dans?’

door Koen Bollen en Ilse Degryse / foto’s Stig De Block

6 PITE / SPIVEY / FORSYTHE
OBV MAGAZINE 13 7 BALLET NIEUWE PRODUCTIE

Laten we beginnen bij je nieuwe creatie voor OBV, die in juni te zien zal zijn. Wat betekent de titel Extant voor jou?

JERMAINE MAURICE SPIVEY Extant betekent letterlijk bestaand, maar ook wezenlijk of aanwezig. Voor mij raakt de term echt aan de thema’s die aan bod komen in de voorstelling. Samen met het artistieke team en de dansers van OBV wil ik onderzoeken wat bestaansrecht heeft op het toneel van een operahuis. Wat wordt als gepast en wat als ongepast beschouwd in de kunsten, de muziek en de dans? Een tweede, daarmee verwant thema is dat van de toeeigening of appropriatie. Als je in je kunst elementen uit een andere context of zelfs een andere cultuur inzet, waar ligt dan de grens tussen iets lenen, ernaar verwijzen, erdoor geïnspireerd zijn en je iets toe-eigenen? Met die vragen gaan we de komende tijd aan de slag in zowel muzikale als choreografische werksessies en improvisaties. De bewegingen van de dansers, de geluiden voor de muzikale score, de stoffen voor de kostuums: alle elementen zullen op een of andere manier al op voorhand bestaan. Ik hoop dat we ze kunnen verheffen, ondergraven, uitvergroten of in een nieuwe context kunnen plaatsen om zo een uniek perspectief te tonen.

Je werkt samen met de Keniaanse componist van elektronische muziek KMRU en de Amerikaanse kostuumontwerper Marquet K. Lee. Hoe vertalen de thema’s van bestaansrecht en toe-eigening zich in hun werk?

Voor zijn elektronische compositie baseert KMRU zich op field recordings van klanken die hij opneemt in de operahuizen van Antwerpen en Gent, gaande van fluisterende stemmen tot het

gedrup van een kraan of het gebrom van een machine. De geluiden van die gebouwen worden tot muzikaal materiaal die hij incorporeert in zijn compositie. Daarnaast zoekt hij in de muziekgeschiedenis naar stemmen die weinig of nooit op de operascène te horen zijn – denk maar aan Anita Baker, Whitney Houston, Brandy, Mariah Carey en misschien zelfs Otis Redding of Luther Vandross – die hij vervolgens samplet. Een derde element is het onderzoek met de operazanger Justin Hopkins naar de mogelijkheden van zijn stem. Ik ben benieuwd naar Justins kijk op de manier waarop zijn stem beschouwd, goedgekeurd en vervolgens ‘georganiseerd’ wordt in de context van de opera. Zijn er aspecten van zijn stem die typisch niet in dit soort zalen te horen zijn? Tijdens de voorstelling zal KMRU met zijn elektronische compositie in dialoog treden met de performers live op de scène, waarbij de dansers zelf ook hun stem zullen inzetten. Ik ben enorm benieuwd naar wat al deze ongewone stemmen teweegbrengen in de operaruimte. Hoe zullen ze het stuk, mijn choreografische structuren en ook de perceptie door het publiek beïnvloeden?

Het kostuumontwerp is ondertussen al het verst gevorderd, simpelweg omdat de ateliers van OBV met hun werk moesten beginnen. Marquet koos ervoor denim te upcyclen. Hij creëerde verschillende ontwerpen met jeans, doorgaans een stof voor alledaagse kledij of werkkleding, zeker geen stof waarin je zou dansen op het podium van een operahuis. Denim is vrij onbeweeglijk en oncomfortabel. In de studio gaan we ook met denim werken als element om weerstand teweeg te brengen. De bewegingsvrijheid wordt beperkt, maar dat zal ons dwingen naar andere mogelijkheden te zoeken.

8 PITE / SPIVEY / FORSYTHE
‘Kunstenaar is voor mij niet enkel een baan met verantwoordelijkheid, maar voelt ook echt aan als een passie.’
‘Ik ben niet geïnteresseerd om werk te maken dat alleen maar goed voelt, maar ik wil mensen ook niet tergen of kwellen. Wat gepast is en wat ongepast is: beide zijn nodig om tot iets te komen dat aanvoelt als waarheid’

Je gebruikt het woord toe-eigening. Die term heeft ook politieke connotaties zoals in de #metoo-beweging en Black Lives Matter. Is dat ook zo bedoeld?

Ik denk dat je het woord toe-eigening niet uit de politieke sfeer kunt halen. Ik doe niet bewust aan activisme, maar misschien zijn kunstenaars altijd wel bezig met een vorm van activisme, doordat we bestaande normen en percepties uitdagen en in twijfel trekken. Toe-eigening is een belangrijk onderwerp. Het is nodig erop te wijzen dat het politiek zo geladen is doordat het diepgaand verbonden is met wat bewegingen als BLM zonder ophouden bevechten, namelijk institutioneel racisme. Dat stuurt op elk niveau en in alle sectoren beslissingen over wat veilig, gepast etcetera is. Het bepaalt ook wie ergens toegang toe heeft en wie niet. Vooral in de kunstwereld opereert dat institutioneel racisme op een meer stiekeme wijze: ideeën als ‘artistieke vrijheid‘ en het nastreven van je ‘artistieke expressie’ kunnen vormen van discriminatie en vooroordelen die verbonden zijn met bepaalde tradities vergoelijken.

Het gaat er dus ook over wie op het podium komt. Wie mag er spreken, wie mag er zijn?

Als je een zwarte of bruine huid hebt, heb je vaak het gevoel dat je niet helemaal jezelf kunt zijn. En als je dat wel bent, dat je dan anderen een oncomfortabel of zelfs onveilig gevoel zou kunnen geven... Mijn ervaring is dat je steeds een soort gedaanteverwisseling moet ondergaan, afhankelijk van met wie je praat en wat die persoon van je nodig heeft – al vecht je intern tegen die drang om je te transformeren. Dat sluit ook aan bij Extant : je eigenlijke persoon is altijd aanwezig, hoe zeer je jezelf ook verfraait of je uiterlijke verschijning aanpast. Waar het voor mij over gaat is de vraag wie de leiding op zich mag nemen en cultuur vorm mag geven? Wie mag beslissen hoe we de kunstpraktijk en de samenwerking daarin organiseren? Het gaat ook over gelijke beloning, over echte diversiteit als de default instelling en niet als iets wat er bovenop komt.

Hoe is het voor jou om bij Opera Ballet Vlaanderen te creëren?

Ik waardeer het vertrouwen van OBV in mij als maker erg. Daarmee neemt het huis een zeker risico, daar ben ik me van bewust. Ik ben geen gerenommeerd choreograaf die meerdere voorstellingen deed uitverkopen. Ik voel een enorme verantwoordelijkheid om dat vertrouwen en die geboden kansen te honoreren. Maar vooral heb ik het gevoel dat ik ben waar ik moet zijn, omdat ik al mijn hele carrière als danser aan performances werk waarbij ik écht probeer het publiek erbij te betrekken. Het is me al heel lang niet enkel om het choreografisch materiaal an sich te doen.

Extant zal in première gaan als middelste deel in een triple bill die je deelt met twee van de beroemdste Noord-Amerikaanse choreografen van het moment: de Amerikaan William Forsythe en de Canadese Crystal Pite. Dat is niet toevallig. Met beide makers heb je een bijzondere band?

Ik was student toen ik Forsythes werk voor het eerst live zag in New York: dat was met het Ballett Frankfurt en het stuk Eidos:Telos. Ik had nog nooit zoiets gezien. Ik wist niet dat lichamen zich zo op elkaar konden afstemmen. Ik voelde me vervreemd en ontroerd tegelijk, maar ik begreep niet waarom. Forsythes werk heeft vervolgens mijn hele ontwikkeling beïnvloed. Meer en meer ging ik zijn voorstellingen op een erg persoonlijke wijze interpreteren, eerst als toeschouwer en daarna ook als danser.

Improvisatie als techniek was erg belangrijk voor het Cullberg Ballet in Zweden, waar ik drie jaar heb gedanst onder Johan Inger. Toen begon ik pas echt te snappen waarvoor ik mijn dans kon inzetten en hoe ik dat in vrijheid kon doen in plaats van te doen wat ik dacht dat het moest zijn. Johan Inger engageerde Crystal Pite als choreograaf in mijn laatste seizoen daar. Haar werk en haar persoon hebben me beïnvloed op een manier waar de meeste dansers denk ik naar zoeken in hun carrière. Ik heb met haar samengewerkt en was deel van haar gezelschap Kidd Pivot sinds die eerste ontmoeting veertien jaar geleden. Van de eerste dag heeft ze me een enorm vertrouwen, respect, oprechte liefde en bewondering geschonken, voor wie ik ben als persoon en voor hoe ik me blijf ontwikkelen.

Crystal werkt erg toegewijd aan haar ambacht. Ze verwacht niet dat iets geweldigs plots zal gebeuren. Ze vertrouwt erop dat hard werken haar verder zal brengen op de momenten dat dat het meeste nodig is – wat uiteindelijk ook daadwerkelijk tot grootse resultaten leidt. En geïnspireerd door dat voorbeeld neemt iedereen om haar heen dezelfde werkhouding aan. She truly leads by example. Ik denk dat Crystal aan haar tijd bij Forsythe en Ballett Frankfurt, waar ze meerdere jaren heeft gedanst, het vertrouwen en de ervaring heeft overgehouden dat je met dans en choreografie echt bijzondere voorstellingen kan creëren. Ze besteedt veel aandacht aan hoe de choreografie de danser kan dienen. Performer, choreografie, licht, geluid, decor/ruimte, kostuums, tekst en alle andere elementen komen op zo’n manier samen dat het werk echt een eigen leven lijkt te leiden.

Toen ik in 2013 bij William Forsythe begon te werken, had Crystal me al veel verhalen verteld. Ik ervaarde toen ook uit eerste hand hoe hij een werk ziet evolueren. Ik zag hoe hij met verschillende ritmes en timings werkt die uit sessies komen waarin hij dansers

OBV MAGAZINE 13 9

Twintig tafels worden tot ondergrond voor een wilde zwerm dansers in One Flat Thing, reproduced van icoon William Forsythe.

In Ten Duets on a Theme of Rescue benadert Crystal Pite, het thema van de redding tussen twee personen vanuit een erg persoonlijk perspectief.

10 PITE / SPIVEY / FORSYTHE
© Filip Van Roe © Filip Van Roe © Gregory Batardon

materiaal laat construeren, deconstrueren en reconstrueren. Hij organiseert dat proces op een specifieke en doelgerichte manier met het doel je perceptie van tijd en ruimte te manipuleren. Tijdens een repetitie zei hij me eens: ‘Ik verkies wat er met je gebeurt wanneer je denkt dat je niet weet wat je aan het doen bent.’ Dat was precies wat ik wilde horen op dat moment om zoveel redenen en ik zal nooit het geschenk vergeten dat hij me die dag gegeven heeft.

Crystal Pite en William Forsythe zijn allebei meesters in hun vak en begenadigde regisseurs. Ze houden allebei van dansen en raken geïnspireerd door bewegende lichamen. Ik zou zeggen dat Crystal verhalen ziet in de wereld, in het lichaam. Ze boetseert haar choreografisch werk rond de spanningen, het conflict, het heroïsme en de humor in die verhalen. Ze is niet zo geïnteresseerd in verwarring. Ze neemt je met zich mee. Ze wil dat je je gezien voelt. Forsythe dompelt je onder in een augmented reality en hij stelt met een ongekende precisie je verlangen om te begrijpen op de proef. Begrip is volgens hem geen voorwaarde maar iets dat je erbij krijgt als je aandachtig bent. Zijn werken zijn onafgewerkt en worden vervolledigd in de daad van het opvoeren en het beleven ervan.

Mijn werkwijze zit ergens tussen die twee strategieën in. Ik hou ervan een score te creëren die zowel vaststaand materiaal als improvisatie bevat, en die hopelijk het stuk overeind houdt, terwijl ze tegelijk toelaat om lichtjes te buigen en te schuiven afhankelijk van de performer en het publiek. Dat doe ik door structuren te bouwen waarin de dansers zich tot elkaar moeten verhouden op manieren die vastliggen maar die tegelijk ruimte laten om fysieke interacties te ontwikkelen. Het deel dat met opzet is open gelaten wordt ook opgevuld met echte reacties en antwoorden die het werk een soort verhaal of betekenis geven. Die manier van werken geldt tijdens het werkproces met de dansers én in de dialoog met geluid, kostuums en licht.

Je groeide op in de Verenigde Staten waar je ook studeerde, en je spendeerde als danser de meeste tijd in Europa. Zie je een groot verschil tussen de meer Noord-Amerikaanse stijl van choreografie en de Europese?

Ik denk dat er in Europa meer tijd is en meer middelen en faciliteiten zijn om te creëren. Er is ook een groter cultureel bewustzijn. Ik heb het gevoel dat in Europa het proces vaak belangrijker is dan het eindresultaat, hoewel dat resultaat een zekere mate van succes moet kennen. In Noord-Amerika zijn er veel minder middelen. Je hebt dus minder tijd, het is stressvoller en het succes van het stuk is doorslaggevender. Het is cruciaal dat de voorstellingen uitverkopen en als een hit worden gezien. Het is alsof het succes van het stuk moet rechtvaardigen waarom we dansen.

Hier heb je meer artistieke vrijheid?

Wel, je krijgt meer ondersteuning, wat resulteert in meer vrijheid. Het publiek hier kan variatie meer smaken. Ik denk soms dat je in Noord-Amerika het publiek niet te veel kan uitdagen omdat ze dan gewoon niet meer zouden opdagen. Wat ik belangrijk vind om mee te geven, is dat kunstenaar zijn voor mij niet enkel een baan met verantwoordelijkheid is maar ook echt aanvoelt als een passie. Kunst maken doe ik als een intuïtieve impuls om dingen te creëren vanuit niet alleen iets heel persoonlijks, maar ook vanuit de thema’s die leven in de samenleving. Het is zowel persoonlijk als algemeen, en vaak brengt het een ongemakkelijk gevoel teweeg. Ik ben niet geïnteresseerd om werk te maken dat alleen maar goed voelt, maar ik wil mensen ook niet tergen of kwellen. Wat gepast is en wat ongepast is: beide zijn nodig om tot iets te komen dat aanvoelt als waarheid.

JERMAINE MAURICE SPIVEY

Jermaine Maurice Spivey werd geboren in Baltimore, Maryland (VS) en is afgestudeerd aan de Baltimore School for the Arts en The Juilliard School (NYC). Van 2002 tot 2017 woonde en werkte hij voornamelijk in Europa. Hij was lid van het Ballet Gulbenkian en het Cullberg Ballet, werkte als freelance/gastartiest voor de Hofesh Shechter Company, Robyn Live 2016, The LID, Arias Company en The Forsythe Company van 2013 tot 2015. Sinds 2008 is Spivey lid van Crystal Pites gezelschap Kidd Pivot. Hij heeft haar geassisteerd en/of geënsceneerd voor gezelschappen zoals het Cedar Lake Ballet, Carte Blanche, Hessisches StaatsBallett Wiesbaden, Nederlands Dans Theater en Le Ballet de l’Opéra national de Paris. Jermaine Spivey werkte de laatste jaren als choreograaf gestaag aan een al indrukwekkend oeuvre en creëerde bijvoorbeeld voor grote gezelschappen als Hubbard Street Dance Chicago en het Nederlands Dans Theater. Spivey bouwt dan wel voort op Forsythes en Pites bewegingstalen, maar ontwikkelde ondertussen een heel eigen vocabularium en choreografische stem.

PITE / SPIVEY / FORSYTHE

Drie generaties topchoreografen die sterk verbonden zijn met elkaar, te zien in één enkele voorstelling. Forsythe laat de tafels dansen, Pite toont vindingrijke duetten en associate artist Spivey is toe aan zijn eerste creatie voor ons Ballet.

OPERA ANTWERPEN

za 3, zo 4, wo 7, do 8, vr 9, za 10 jun om 20:00u zo 11 jun om 15:00u

OPERA GENT do 22, vr 23, za 24, di 27, do 29, vr 30 jun om 20:00u zo 25 jun om 15:00u

OBV MAGAZINE 13 11
‘Waar het voor mij over gaat is de vraag wie de leiding op zich mag nemen en cultuur vorm mag geven? Wie mag beslissen hoe we de kunstpraktijk en de samenwerking daarin organiseren?’

‘Elke plek heeft zijn eigen persoonlijkheid als het op geluid aankomt’

12 HET RITUEEL

HET RITUEEL KMRU

door Ilse Degryse Componist

Creëren is een intens proces. Welke rituelen houden onze makers er daarbij op na? KMRU maakt de compositie van elektronische muziek bij Extant, de nieuwe creatie van Jermaine Maurice Spivey. De voorstellingen zal hij ook live begeleiden.

‘Muziek maken begint voor mij altijd met field recordings: ik verzamel geluiden op specifieke locaties en neem die vervolgens mee naar de studio. Ik ben ermee gestart toen ik nog in Nairobi woonde. Ik had een zoomrecorder gekocht en begon de omgeving rond mijn huis op te nemen. Het intrigeerde me hoeveel geluiden er om ons heen zijn, maar hoe weinig bewust we ons daarvan zijn. Elke plek heeft zijn eigen persoonlijkheid als het op geluid aankomt, maar het is niet iets dat prominent in ons geheugen zit opgeslagen, zoals de skyline van een stad. Denk je aan Parijs dan zie je de Eiffeltoren voor je, maar welke geluiden hoor je daarbij?

Inmiddels studeer ik Sound studies and sonic arts aan de Universität der Künste in Berlijn en het viel me meteen op hoe anders die stad klinkt dan Nairobi. Voor Extant heb ik een tijdje geleden opnames gemaakt in vooral Antwerpen en ook Gent, in het operagebouw en op straat. Antwerpen is een van de kleinste steden waar ik ooit geweest ben en het klinkt als een plek waar ik wel een tijdje zou kunnen wonen. Het is makkelijk om je door Antwerpen te verplaatsen, er wordt veel gefietst. Er zijn niet echt geluiden die overheersen – niet zoals Berlijn, waar de trein het landschap echt domineert.

Voor Extant heb ik daarnaast geluiden gesprokkeld tijdens de casting en repetities van de dansers met choreograaf Jermaine Spivey. Met Justin Hopkins, de bas-bariton die in de voorstelling zit, ben ik door de Opera in Antwerpen gewandeld. Ik heb hem gevraagd om het gebouw te laten resoneren door met zijn stem dingen te doen die hij vanuit zijn achtergrond als operazanger niet gewend is. Justin heeft zo’n karakteristieke stem! Ik wil daarnaast ook samplen uit liedjes van zwarte artiesten, zoals Whitney Houston, Mariah Carey en Otis Redding. Het idee van Jermaine en mij is om ook die stemmen die normaal geen toegang hebben tot de opera- en balletwereld uit te nodigen en hun een plek te geven in deze gebouwen en voorstellingen.

De field recordings zijn de bouwstenen waarmee ik in de studio aan de slag ga. Eerst luister ik alles terug en daarna orden ik wat ik heb opgenomen – het zijn meestal een héle hoop geluiden (lacht). Daarna volgt een erg intuïtief creatieproces. Hier en daar pik ik er geluiden uit die me zijn opgevallen en die ergens het begin van zouden kunnen zijn. Justins stem bijvoorbeeld zou de aanzet van een motief kunnen zijn... Ik ga gewoon aan de slag met mijn computer en mijn synthesizer zonder dat ik vooraf weet waar ik zal uitkomen. Ik voeg ook soms instrumenten toe. Ik zit dan echt in een flow en omhels volop wat op me afkomt.

Soms stuur ik wel een demo of een fragment naar goeie vrienden of collega’s met wie ik samenwerk voor feedback. Muziek maken kan een eenzaam proces zijn; in wezen is het just me and my laptop. Door fragmenten heen en weer te mailen en naar de kijk van anderen te vragen wordt het een echte samenwerking en dat zoek ik wel op. Voor Extant ga ik dat zeker ook doen. Het is het grootste project waar ik tot dusver aan gewerkt heb en er zijn veel mensen bij betrokken, wat superfijn is. Ik ben maar een van de schakels hierin. Het is als geheel ook een erg fluïde creatieproces, waarbij nog tot op het allerlaatst wijzigingen mogelijk zullen zijn.

Zoals steeds bij mijn werk laat ik veel ruimte voor improvisatie tijdens de live-voorstellingen. Als ik een album voorstel, ontmantel ik dat als het ware en creëer ik een losse structuur waarbinnen ik daarna stukjes van de songs live ga spelen. Of ik improviseer erbij met instrumenten of synthesizer of voeg ter plekke andere stukjes field recordings toe. Voor Extant wil ik ook graag de stemmen van de dansers op de scène integreren en natuurlijk ook Justins stem. Elke avond wordt anders, wat spannend en opwindend is.’

OBV MAGAZINE 13 13 © Joris l’Hotellier

AFDALEN IN EEN DROOM

14 TRISTAN UND
ISOLDE

In het voorjaar van 2021 stak de pandemie een stokje voor een geplande Tristan und Isolde bij Opera Ballet Vlaanderen. Gelukkig was uitstel geen afstel: na een extra lange immersie in Wagners meest zinnelijke muziekdrama houdt regisseur Philippe Grandrieux zich nu écht klaar voor de start. Dramaturge Katherina Lindekens ging bij hem op bezoek. door Katherina Lindekens / foto’s Filip Van Roe

OBV MAGAZINE 13 15 VOORUITBLIK
OP TRISTAN UND ISOLDE MET PHILIPPE GRANDRIEUX © Philippe Grandrieux

In het hart van Parijs, achter de drukke ader tussen Bastille en République, schuilt een kleine oase. Ik open een poort en betreed een schilderachtige woonwijk die de stad eigenhandig op mute lijkt te zetten. Hier woont de Franse filmmaker Philippe Grandrieux, beroemd en in sommige middens berucht om zijn grensverleggende cinema. Over enkele weken beginnen bij Opera Ballet Vlaanderen de repetities van zijn Tristan und Isolde. Het wordt zijn eerste operaregie, maar hij is er meer dan klaar voor: al bijna drie jaar lang leeft hij in Wagners muzikale koortsdroom.

Enkele dagen voor onze ontmoeting legde Grandrieux de laatste hand aan de film die de ruggengraat van zijn regie zal vormen. Het resultaat is een magnetiserende studie van verlangen, drijvend op de golfbeweging van Richard Wagners kolkende partituur. Hunkerende melodieën, eindeloze dissonanten op een zucht van de verlossing, stemmen die zich als een stroom van pure klank in je bloedbaan boren: tegen deze muziek is zelfs de meest flegmatieke luisteraar weerloos. De componist wist heel goed dat hij de muziekgeschiedenis met dit werk een nieuwe wending gaf. Op 10 april 1859 schreef hij aan zijn muze Mathilde Wesendonck: ‘Deze Tristan wordt iets verschrikkelijks! Dit laatste bedrijf!!! Ik vrees dat de opera verboden zal worden –tenminste als men er door een slechte opvoering geen parodie van maakt –: alleen middelmatige opvoeringen kunnen mij redden! Van geslaagde voorstellingen zullen de mensen gek worden.’

Die radicaliteit en emotionele hoogspanning vonden in Philippe Grandrieux een gedroomde ontvanger. Tijdens het voorbereidingsproces van de productie leerde ik hem kennen als een fijnbesnaarde luisteraar met een opmerkelijke intuïtie. De film die hij net afwerkte, lijkt wel door Wagner zelf gemaakt. Ik begon er op een late avond naar te kijken, enkele dagen voor ons interview. In het donker en met een hoofdtelefoon, zoals de regisseur me op het hart had gedrukt. De rest van de nacht bleef ik aan het scherm gekluisterd. Drie vrouwenlichamen vullen beurtelings het beeld, dat nu eens uit één, dan weer uit twee lagen bestaat. Ze leven in een ijl schemerduister, naakt, volkomen in zichzelf gekeerd. In de loop van de vijf uur durende opera belichamen ze een reeks modulaties, van de ene emotionele en fysieke toestand naar de andere. De montage is even poëtisch als rauw, ontdaan van elke franje of behaagzucht. Aan mijn geestesoog trekt nu eens een barokke sculptuur van Bernini, dan weer een schilderij van

Francis Bacon voorbij. Als ik me voorstel hoe dit eruit zal zien op larger-than-life tule, besef ik dat dit een Tristan wordt zoals ik er nooit eerder een meemaakte.

Philippe Grandrieux en zijn echtgenote Corinne, die meewerkte aan de montage, zijn zichtbaar blij wanneer ik hun vertel hoe intens ik de film beleefde. ‘Tristan und Isolde is bovenal een droom’, zegt de regisseur terwijl hij een espresso inschenkt. ‘Wagners kunst was die van de transitie, soms haast ongemerkt, tussen klanken, toestanden, materies. Zijn muziek is een stroom van emoties, sensaties en ritmes.’ Het zou zomaar een beschrijving van Grandrieux’ eigen oeuvre kunnen zijn. Ook in zijn films is verlangen een rode draad. Personages bevolken een bevreemdende wereld in de schemerzone tussen droom en werkelijkheid. Narratieve logica is ondergeschikt aan emotionele beleving. Bovenal is klank koning, zodat je als kijker soms niet weet of je beelden hoort of geluid ziet. Niet voor niets wordt het werk van Grandrieux wel eens sonic cinema genoemd.

Toen Opera Ballet Vlaanderen hem uitnodigde om Tristan und Isolde te ensceneren, begon de regisseur aan een speleologische afdaling in het werk. Een periode van intens luisteren leverde twee intuïties op die zijn plannen sterk zouden oriënteren. ‘Om te beginnen voelde ik dat deze muziek het daglicht slecht verdraagt. Ze geeft haar geheimen bij uitstek in het duister prijs. Wagner schreef zelf aan filosoof Friedrich Nietzsche: “Geen bril opzetten!” (lacht) Wat me daarnaast meteen trof, was de verpletterende kracht van de vrouwenstemmen. Uiteraard is ook Tristans partij indrukwekkend, met name in het derde bedrijf. Maar vooral het rücksichtsloze karakter van Isoldes muziek bleef me achtervolgen. Zij is de motor van het werk. Als het aan mij lag, zou er Ich, Isolde! op de affiche staan.’

HAZELAAR EN KAMPERFOELIE

De sage van Tristan en Isolde gaat terug tot in de middeleeuwen en laat zich samenvatten als de kroniek van een onmogelijke liefde. Tristan brengt Isolde van Ierland naar Cornwall. Daar wacht zijn oom, koning Marke, aan wie de prinses is uitgehuwelijkt. ‘Nog liever sterven’, denkt zij – maar de doodsdrank waarin ze redding zoekt, blijkt een liefdesdrank te zijn. Het noodlot slaat toe: nog voor ze aan land gaan, zijn Tristan en Isolde tot elkaar veroordeeld. Hun passie is zo

16 TRISTAN UND ISOLDE
‘Vooral het rücksichtsloze karakter van Isoldes muziek bleef me achtervolgen. Zij is
© Philippe Grandrieux

allesverterend dat ze alleen in de dood kan uitmonden. Wordt deze legende traditioneel beschouwd als hét liefdesverhaal par excellence, dan plaatst Grandrieux daar een fundamentele kanttekening bij. ‘Tristan und Isolde is de ontmoeting tussen een erotomane vrouw en een suïcidale melancholicus.’ Erotomanie, zo legt hij uit, is een vorm van paranoïde psychose waarbij de haat voor de ander zich manifesteert als de waan door die ander geliefd te zijn. ‘Interessanter dan die psychoanalytische definitie is een eenvoudige maar cruciale vaststelling: nergens in het libretto is te lezen dat Tristan van Isolde houdt. Hun zogenaamde liefde is de ontmoeting van twee wonden.’

De protagonisten hebben inderdaad een voorgeschiedenis, die Isolde in het eerste bedrijf obsessief uit de doeken doet aan haar dienares Brangäne. Scène uit het verleden: Tristan doodt Isoldes geliefde Morold in een duel en raakt daarbij gewond. Isolde, die afstamt van een dynastie van genezeressen, verzorgt hem. Wanneer ze ontdekt wie hij is, zweert ze haar geliefde te wreken. Maar dan kijkt hij haar in de ogen. Ze weet goed dat hij haar monstert als bruid voor koning Marke, maar toch slaat het moment in als bliksem. Isoldes wraakzucht wordt liefde – of de brandstof van een ingebeelde liefde. In Tristan vindt ze daarvoor een uitgelezen voorwerp. Ook hij torst namelijk een trauma, dat centraal staat in het derde bedrijf. De ridder gaat gebukt onder een afgrondelijk schuldgevoel: zijn vader stierf bij de verwekking, zijn moeder bij de bevalling. Wordt Isolde gedreven door een destructieve cocktail van woede en begeerte, dan hunkert Tristan naar de dood. In de lezing van Grandrieux zijn de geliefden elkaars medium, en is hun passie niets anders dan het effect van een drug. ‘In een middeleeuws gedicht vergelijkt Marie de France hen met een hazelaar en de kamperfoelie die zich eromheen windt. Geen van beide planten overleeft zonder de andere.’

WOEDE, SEKS, MELANCHOLIE

Opmerkelijk genoeg noemde Wagner Tristan und Isolde geen ‘opera’ of ‘muziekdrama’, maar een ‘Handlung’. Dat hij daarmee een innerlijke handeling voor ogen had, blijkt uit het libretto, dat hij zelf schreef. Zijn versie van het verhaal reduceert een wijdvertakt epos tot de absolute essentie. Het gros van de actie situeert zich in het eerste bedrijf, tijdens de overtocht van Ierland naar Cornwall. Isolde is buiten zichzelf, woedend over wat haar wordt aangedaan. Meermaals sommeert ze

Tristan, maar die weigert met haar te praten. Peilloos beledigd vraagt ze Brangäne de doodsdrank klaar te maken, maar die opteert voor het andere flacon. Terwijl de kust in zicht komt, meldt Tristan zich dan toch, met de woorden: ‘Zeg, vorstin, wat gij wenst.’ De machtsdynamiek kentert. Vanaf nu heeft Isolde de teugels in handen. Zij is het die hen beiden naar het dieptepunt van de maalstroom zal leiden.

In Act II doet de liefdesdrank zijn werk. Tijdens een nachtelijke jachtpartij van koning Marke en zijn gevolg verliezen de geliefden zich in een overweldigende roes van lust. Brangäne waarschuwt hen nog, maar tevergeefs: ze worden op heterdaad betrapt en Tristan raakt dodelijk gewond. In Act III wacht de zieltogende ridder op Isolde. Wanneer zij eindelijk aankomt, kan hij nog net haar naam uitspreken voor hij sterft. Wat volgt, stond in de sterren geschreven: ook Isolde verlaat deze wereld, in een kosmische transfiguratie. Pas in de laatste, meedogenloos mooie maten van de opera stokt haar élan terrible Grandrieux gesticuleert nog intenser dan gewoonlijk wanneer hij dit onbeschrijfelijke moment beschrijft: ‘Isoldes verlangen lost op in de adem van het universum, in het ultieme genot, in een soort Nirwana waar alles is verdwenen. Er is niet anders meer dan Tristan en Isolde, niets anders meer dan Isolde en Tristan.’

Volgens de regisseur volstaat het de contouren van het verhaal te kennen voor je als toeschouwer naar de opera komt. Waar het om gaat, is de emotionele materie die onder de oppervlakte sluimert. ‘Act I: woede. Act II: seks. Act III: melancholie.’ Dat is het distillaat waar Grandrieux op wil inzoomen. ‘Ik voelde weinig voor een realistisch-psychologische enscenering, of voor een vertaalslag van de setting naar pakweg een pizzeria of een backroom in Berlijn. (lacht) In plaats daarvan beperk ik me tot stemmen, lichamen, beelden en licht. Tussen die elementen probeer ik een poreus contrapunt te creëren.’ Die missie vertaalt zich in een zo goed als lege scène, in de afwezigheid van conventioneel theaterlicht en in de resolute keuze voor Isolde als brandpunt van de handeling. Haar onderbewustzijn wordt belichaamd door de drie danseressen die zowel in de film als op het toneel te zien zijn: Nathalie Remadi, Vilma Pitrinaite en Eleni Vergeti. ‘Isolde is een buitengewoon sterke vrouw’, zegt Grandrieux. Er woekert een spanning in haar, een oceanische drang die onmogelijk bevredigd kan worden, tenzij in de dood. “De drie Isoldes” incarneren die transgressieve, verpulverende kracht.’

OBV MAGAZINE 13 17
de motor van het werk. Als het aan mij lag, zou er Ich, Isolde! op de affiche staan’
© Philippe Grandrieux

‘Ik toon een lichaam dat simpelweg leeft, als een moleculair element, een flux van spieren, bloed, hartslag, adem. Het haar, de mond, de ogen, de handen, de buik, de genitaliën, de benen: alles bestaat gewoon, zonder bestemming of bedoeling’

NAAKTER DAN NAAKT

Ik ben nieuwsgierig naar de werkmethode die aan de filmopnames voorafging. De beelden zijn zo intiem dat ze een enorm vertrouwen suggereren tussen de maker en de danseressen. ‘Met elk van hen werkte ik eerder al samen’, bevestigt Grandrieux. ‘Het was essentieel voor mij om te werken met mensen die ik goed kende. We vertrouwen elkaar inderdaad blindelings, zonder enig oordeel. In de maanden voor de opnames wisselden we talloze notities en inspiratiebronnen uit, om zoveel mogelijk perspectieven op Isolde te openen. Zo ontwikkelden we een gezamenlijk vocabularium van bewegingen en motieven waarmee de danseressen autonoom aan de slag konden gaan. Tijdens het filmen heb ik bijna niets meer gezegd. Het materiaal bestond eigenlijk al.’

Met enige schroom beken ik dat ik opgelucht ben over de vrije en eerlijke beeldtaal in de film. Tussen woede en hysterie in de stereotiepe betekenis van het woord ligt een dunne grens. Tussen seksualiteit en pornografie evenzeer. De representatie van vrouwelijke personages – sowieso een netelige kwestie in het operarepertoire – was een terugkerend thema in de voorbereidende werksessies met het artistieke team. Maar wat Grandrieux voor ogen heeft, is het omgekeerde van representatie. ‘Mij interesseert een lichamelijkheid die juist niets probeert te doen of voor te stellen. Ik toon een lichaam dat simpelweg leeft, als een moleculair element, een flux van spieren, bloed, hartslag, adem. Het haar, de mond, de ogen, de handen, de buik, de genitaliën, de benen: alles bestaat gewoon, zonder bestemming of bedoeling. Hoewel naakt, is dit lichaam niet geërotiseerd. Je zou kunnen zeggen dat het naakter dan naakt is.’

Met de zangers – onder wie Carla Filipcic Holm in de rol van Isolde en Roy Cornelius Smith in die van Tristan – kan de regisseur een minder lange aanloop nemen dan met de danseressen. Toch hoopt hij ook met hen een authentieke dialoog te kunnen aangaan. Die houding typeert zijn visie op de mogelijkheidsvoorwaarde van kunst. ‘Ik vraag niet van mensen dat ze iets representeren. Integendeel, ik nodig ze uit om bij zichzelf te blijven, zodat wat we samen zoeken tevoorschijn kan komen. Hoe minder ze spelen, hoe meer impact ze hebben. Dat is een paradox, maar een grote waarheid.’ Hij kijkt uit naar zijn eerste samenwerking met operazangers. ‘Wat doet een zingend lichaam op een podium met mij als toeschouwer? Welke emotie roept die situatie op: een mens die me frontaal aankijkt en begint te zingen? Ik kan niet

wachten om te werken met de concrete realiteit van zangers in het moment. Hun stem, hun adem, de uitputting die met hun rol gepaard gaat. Als Roy en Carla volledig aanwezig zijn, zullen Tristan en Isolde dat ook zijn. Alleen zo kan het publiek zich met hen verbinden.’

Grandrieux zegt het meermaals, met fonkelende ogen: voor hem is een mise-en-scène geen voorstelling van ideeën. Ze bereikt ons via de zintuiglijke ervaring, niet via de ratio. Om diezelfde reden wil hij geen boventiteling bij de voorstelling. Wat hij het publiek aanbiedt, is een complete immersie. Misschien is dat ook de enige valabele optie voor wie Tristan und Isolde wil ervaren. ‘Wagner plaatst ons oog in oog met een werk dat zo intens en radicaal is dat het ons ook met onszelf confronteert. Het laat ons dingen horen over onze eigen angsten en verlangens. Ik hoop dat mensen zich kunnen overgeven aan deze muziek. Dat ze zich weg laten glijden in de beelden, als in een halfslaap.’

TRISTAN UND ISOLDE

Richard Wagner

Romeo en Julia in het Duits: een jong paar gaat helemaal voor een verboden liefde die gedoemd is te eindigen in de dood. Richard Wagner verklankt dat allesverterende liefdesverlangen op magistrale wijze.

OPERA GENT

wo 22, za 25, wo 29 mrt om 18:00u zo 2 apr om 15:00u

OPERA ANTWERPEN

zo 9, wo 12, wo 19 apr om 18:00u zo 16 apr om 15:00u / zo 23 apr om 17:00u

18 TRISTAN UND ISOLDE
© Philippe Grandrieux

Deze Tristan und Isolde wordt een immersieve voorstelling, waarin we je helemaal willen onderdompelen. Er zal dan ook geen boventiteling zijn.

Ook de live-inleiding gaat niet door en wordt vervangen door een audio-inleiding in drie delen. Die afleveringen verschijnen vanaf 6 maart op operaballet.be. Deze voorstelling bevat naakt en maakt gebruik van stroboscopische lichteffecten. We raden de voorstelling aan voor een publiek vanaf 16 jaar.

ONTDEK HET WERK VAN PHILIPPE GRANDRIEUX

Ter gelegenheid van Philippe Grandrieux’ Tristan und Isolde worden drie van zijn films vertoond in Vlaamse bioscopen. In Studio Skoop (Gent) en Cinema Cartoon’s (Antwerpen) staat White Epilepsy op het programma. Deze film uit 2012 speelt zich af in een bos, waar een man en een vrouw een grimmige choreografie uitvoeren. Het is een oeroud ritueel, een ceremoniële worsteling op het brandpunt tussen overheersing en onderwerping. Art Cinema OFFoff (Gent) programmeert La vie nouvelle (2002), een duister verhaal over prostitutie, verlangen, vriendschap en verraad. De Cinema (Antwerpen), ten slotte, toont Un Lac uit 2009. De setting van deze film is een land van bossen en sneeuw, ergens in het Noorden. In een eenzaam huis aan de rand van een meer woont een familie. Op een dag verschijnt een vreemdeling…

WHITE EPILEPSY

STUDIO SKOOP GENT

zo 5 mrt om 14:30u

CINEMA CARTOONS ANTWERPEN zo 12 mrt om 14:30u

LA VIE NOUVELLE

ART CINEMA OFFOFF GENT

ma 20 mrt om 20:00u

UN LAC

DE STUDIO ANTWERPEN

vr 7 apr om 20:30u

OBV MAGAZINE 13 19
OPERA NIEUWE PRODUCTIE

EEN PARTITUUR ALS

Eén muziekdramatisch sleutelmoment kiezen uit een opera die om en bij de vier uur duurt: het lijkt een mission impossible. Alejo Pérez, die de muzikale leiding van de nieuwe productie van Tristan und Isolde in handen heeft, heeft een galante oplossing. Hij haalt het moment aan dat hem het meest direct treft en houdt een tweede favoriete passage achter de hand. Ook de iconische Liebestod brengt hij ter sprake. Een gesprek met een bevlogen maestro die popelt om de monumentale partituur van Wagner met het Orkest van Opera Ballet Vlaanderen weer tot leven te wekken.

20 TRISTAN UND ISOLDE

EEN TSUNAMI

‘Ongetwijfeld zijn er in Tristan und Isolde verschillende sleutelmomenten. Als ik er één moet kiezen, is het het moment naar het einde van het eerste bedrijf toe wanneer Tristan en Isolde net de liefdesdrank hebben gedronken. Ze zijn in de overtuiging dat ze een doodsdrank hebben ingenomen. We kantelen van een sfeer van opperste opwinding naar uiterste verstilling. Het veelbesproken Tristan -akkoord keert terug op dit dramatisch cruciale moment. Het is het harmonisch raadselachtige en onopgeloste akkoord dat we voor het eerst in de Prelude hebben gehoord en dat een rode draad vormt door het hele werk. Van een enorme klankexplosie gaan we heel plots over naar diminuendo (afname van klankvolume, red.), gevolgd door een lange fermate (het aanhouden van een toon, waarbij het metrum wordt losgelaten, red.). Het Tristan -akkoord blijft dus aangehouden en weerklinkt steeds zachter: het is één langgerekt diminuendo. Wagner dwingt ons als luisteraar naar een ander bewustzijn van tijd over te schakelen. Het is alsof de tijd wordt opgeheven, gestold. Ook de vele pauzes tussen de aparte muzikale zinnen genereren een veel trager tijdsverloop. We verplaatsen ons van de uiterlijke handeling naar een innerlijk gebeuren: we horen wat de drank met Tristan en Isolde aanricht. Ook voor hen komt de wereld tot stilstand. De drank is voor hen het perfecte excuus om zich geheel aan de liefdespassie en aan elkaar over te geven. De orkestratie wordt compleet ontrafeld. Van een volle orkestklank zijn we plots in kamermuziek terechtgekomen. Het Tristan -akkoord duikt regelmatig op in het verloop van Wagners muziekdrama maar op geen enkel moment is het zo intrigerend behandeld als in de passage die ik net aanhaalde.

Sta mij toe nog een tweede sleutelmoment aan te halen, ditmaal uit het tweede bedrijf. Tristan en Isolde hebben een heimelijke nachtelijke ontmoeting gepland tijdens een jachtpartij van het koninklijke hof. Aan het begin van het bedrijf wacht Isolde op de komst van Tristan. Intrigerend is hoe Wagner Isoldes innerlijk en haar psychologie op de voorgrond plaatst en niet de realiteit die haar omringt. In het orkest horen we wat er in Isolde omgaat terwijl de jachtpartij door kopers offstage wordt geëvoceerd, vanuit de verte. De jachtmuziek verdwijnt meer en meer om alle ruimte te geven aan Isoldes innerlijk. Die sonore omkering van het innerlijke en het uiterlijke gebeuren is een clevere en originele zet van Wagner. We krijgen een bijna Freudiaans, psychoanalytisch portret van Isolde. Het idee om de realiteit tussen haakjes te zetten en ons als luisteraar helemaal onder te dompelen in de innerlijke beleving van een personage, heeft een nieuwe weg ontsloten voor de latere opera. Wagner laat het verlangen en het libido van Isolde steeds meer plaats innemen in de muziek, zodat de realiteit en de buitenwereld gaandeweg betekenisloos worden.

De partituur heeft een dwingend karakter. Als luisteraar komen we terecht in een tsunami waarin we helemaal worden meegezogen, tot het absolute einde met de zogenaamde Liebestod. Er is geen ontsnappen mogelijk. We delen het lot met Tristan die volledig in de ban raakt van Isolde en aan haar macht is overgeleverd sinds het drinken van die drank. Isoldes aantrekkingskracht is vergelijkbaar met een zwart gat in de ruimte waaruit niets meer kan ontsnappen. In de Liebestod helemaal aan het einde van de opera omarmt Isolde de dood. Er is niets zwarts of negatiefs aan dat moment, integendeel. Het gaat om de hereniging met een soort hogere, mystieke kracht.

Ik heb Tristan und Isolde al meerdere keren gedirigeerd, onder meer in Argentinië en Uruguay, en met drie à vier verschillende casts. Het blijft een bijzondere ervaring. Ik kijk er erg naar uit om het met ons Orkest te spelen in Opera Ballet Vlaanderen. Het opera-orkest heeft zowel de passie, de symfonische klank als de “gymnastische ervaring” om een dergelijke lange muziekdramatische boog waar te maken. Er is ook een bijzonderheid aan de uitvoering in ons huis. In het begin van het derde bedrijf is er die prachtige solopartij voor de Engelse hoorn met het zogenaamde “herderswijsje” – een melodie die een ander psychoanalytisch proces in gang zet, dat van Tristan. Wagner schrijft in diezelfde scène nog een ander solistisch instrument voor: een houten trompet of Holztrompete. Het werd speciaal ontworpen voor de uitvoering van Tristan und Isolde. Het weerklinkt wanneer de komst van Isoldes schip wordt gemeld. Wagner stond toe het te vervangen door Engelse hoorn wanneer het niet voorhanden zou zijn, wat meestal het geval is. Opera Ballet Vlaanderen heeft de opdracht gegeven om een nieuwe houten trompet te bouwen, naar bestaande historische modellen. We kijken ernaar uit ze binnenkort ten doop te houden. Nog een reden waarom de nieuwe productie van Tristan und Isolde een aparte belevenis wordt.’

OBV MAGAZINE 13 21
© Philippe Grandrieux

FESTIVAL

Met het festival All Arias slaan culturele partners uit Brugge, Gent en Antwerpen de handen in elkaar voor een meeslepend en gevarieerd programma. Literaire klassiekers en grote verhalen uit verschillende continenten staan centraal. Ze vertellen over uitbuiting en ongelijkheid en bezingen tegelijk een universele zoektocht naar vrijheid en rechtvaardigheid.

Zo brengt de ‘AfrOpera’ The Golden Stool een ode aan Nana Yaa Asantewaa, de aanvoerster van het Ashanti-verzet tegen GrootBrittannië. De opera Woman at Point Zero is gebaseerd op de gelijknamige feministische klassieker van de Egyptische schrijfster Nawal El Saadawi. Wij legden telkens drie vragen voor aan de makers van de voorstellingen.

Daarnaast maakt ook de familie-opera Kruistocht deel uit van All Arias. Met een diverse cast en vijftig kinderen op de scène neemt die thema’s als kindslavernij en migratie door kinderen onder de loep.

All Arias dompelt het publiek onder in een caleidoscoop van oosterse en westerse muzikale tradities, van Afrikaanse ritmes en Europese avantgarde, van traditionele volksinstrumenten en de electropunk van de Compact Disk Dummies. Veel plezier en boeiende ontdekkingen gewenst!

In Concertgebouw Brugge en DE SINGEL Antwerpen zijn ook nog andere voorstellingen te zien van LOD muziektheater en Muziektheater Transparant. Alle info op allarias.be.

WOMAN AT POINT ZERO

Bushra El-Turk

Een pakkende multimediale opera over uitbuiting en emancipatie, geïnspireerd door de gelijknamige roman van Nawal El Saadawi. De muziek is een bijzondere mix van westerse en oosterse tradities, uitgevoerd op klassieke instrumenten en volksinstrumenten.

DE SINGEL ANTWERPEN

vr 21, za 22 apr om 20:00u

VOORUIT GENT wo 26 apr om 20:00u

CONCERTGEBOUW BRUGGE

vr 28 apr om 20:00u

THE GOLDEN STOOL

Gorges Ocloo

In deze AfrOpera brengen tien zwarte vrouwen het verhaal van de koloniale onafhankelijkheidsstrijd geleid door krijgster Nana Yaa Asantewaa. Als soundtrack worden klassiekers uit de westerse muziek vermengd met Afrikaanse tradities.

BOURLA ANTWERPEN

do 27, vr 28, za 29 apr om 20:00u / zo 30 apr om 15:00u

VOORUIT GENT

vr 5, za 6 mei om 20:00u

22 ALL ARIAS

Componiste Bushra El-Turk over Woman at Point Zero

Woman at the Point Zero is gebaseerd op het gelijknamige boek van de Egyptische schrijfster Nawal El Saadawi waarin de onderdrukking, uitbuiting en discriminatie van de vrouw in de Arabische wereld centraal staat. Zie je jezelf als een activiste?

BUSHRA EL-TURK Laten we zeggen dat ik een vehikel wil zijn voor vrouwen die het slachtoffer zijn van onrecht en geweld. Het is een urgente problematiek, die niet enkel religieus of cultureel is maar universeel. Vandaag zijn er in Libanon (El-Turks land van oorsprong, red.) nog altijd vrouwen die niet beseffen dat ze behandeld worden als de minsten van de minsten. Er is bijvoorbeeld geen wet die vrouwen beschermt in gevallen van echtscheiding. Er wordt alleen naar de man geluisterd, zelfs als de buitenwereld beseft dat hij gestoord is of een moord op zijn geweten heeft. Ik heb vrouwen in dergelijke situaties ontmoet en sommigen zijn mijn beste vriendinnen. Dan besef je dat onderdrukking blijft voortbestaan op verschillende niveaus en in verschillende soorten maatschappijen.

Jouw werk als componiste staat in het teken van een continuüm tussen westerse en oosterse culturele sferen. Vanwaar die keuze?

Het komt voort uit het feit dat ikzelf cross-over ben en vanuit het besef dat de grenzen tussen Oost en West voortdurend vervloeien. Mijn gevoel van thuis is permanent in beweging. Ik ervaar mezelf niet als rootless maar wel als iemand die vele wortels tegelijk heeft. Geen enkele cultuur is puur. Dat bewustzijn bepaalt mijn muzikale en artistieke zoektocht. Van in het begin van mijn carrière werden labels op mij gekleefd. Mensen wilden mij in hokjes steken: je bent een vrouw, je komt uit het Midden-Oosten, dus moet je dit en dat doen. Die praktijk om mensen in categorieën onder te brengen, wil ik doorbreken.

Essentieel in jouw transcultureel denken is het idee om parameters uit verschillende muziektradities met elkaar te verbinden. Hoe werkt dat?

Je moet ervan uitgaan dat verschillende parameters bepalend zijn voor één bepaald soort muziek. Neem de Arabische muziek waarin elementen als heterofonie, ornamentiek en improvisatie een belangrijke rol spelen. Dat zijn verschillende lagen in die muziek. Je kan er één uitkiezen en die verbinden met een parameter uit een andere soort muziek. Zo kan ik bijvoorbeeld een parameter uit de Arabische muziektraditie verbinden met pakweg een ritmische cyclus uit Zuid-Indische vocale muziek. Soms gaan de dingen botsen natuurlijk maar ik voel het ook als een uitdaging aan om ze samen te brengen. Intrigerend is ook dat musici uit verschillende tradities elk op hun manier een muzikaal gegeven benaderen. Zet een Arabische en een Koreaanse fluitist samen en vraag hen om een dalende toonladder te spelen, dan doen ze dat elk op een eigen manier met hele specifieke keuzes.

Regisseur en componist Gorges

Ocloo over The Golden Stool, or the Story of Nana Yaa Asantewaa

Wie was Nana Yaa Asantewaa, en wat was de Golden Stool ?

GORGES OCLOO Om dat te begrijpen, moeten we naar het jaar 1900. In de Ashanti-regio van het huidige Ghana kwam de decennialange strijd tegen de Britse kolonisatie tot een culminatiepunt. De Engelsen eisten de Golden Stool op: een kleine gouden troon die hét symbool was van de Ashanti-monarchie. Het hof kwam bij elkaar. Onder de moegestreden mannen was de consensus: ‘Geef hun die troon maar, we maken wel een nieuwe.’ Maar dat was buiten Nana Yaa Asantewaa gerekend. De 62-jarige nicht van de koning liet van zich horen: als de mannen niet wilden vechten om de ziel van de Ashanti, zou zij het wel doen. Ze trommelde een leger van vrouwen op. Uiteindelijk wonnen de Britten. De Gold Coast werd ingenomen; de Golden Stool werd naar Engeland gebracht. Maar bij aankomst bleek het een nepexemplaar te zijn. Onze opera is het portret van de radicale vrouw die toch het laatste woord kreeg.

Je noemt The Golden Stool een ‘AfrOpera’. Wat bedoel je daarmee?

Je zou kunnen zeggen dat ik een muzikale confrontatie tussen Europa en Afrika ensceneer. Ik selecteer enkele iconische composities uit de westerse muziekgeschiedenis en herschrijf ze in de traditie van de Afrikaanse ‘klassieke muziek’, die drijft op percussie. Een voor een zijn het ‘hits’ die ik bewonder, van componisten zoals Vivaldi, Händel, Beethoven, Bizet, Verdi en Sjostakovitsj. Hun muziek injecteer ik met Afrikaanse invloeden, zowel ritmisch als melodisch en harmonisch. Op een bepaalde manier speel ik dus een spel met de toe-eigening van culturele symbolen, zoals de Engelsen deden met de Golden Stool. Maar ik steel de muziek niet – ik leen ze alleen even. (lacht)

Hoe vertaalt die muzikale confrontatie zich op het toneel?

Ik wist van in het begin dat ik deze voorstelling met tien zwarte vrouwen wilde maken: twee klassiek geschoolde zangeressen, geflankeerd door een ‘koor’ van dansers en percussionisten. We zullen veel met lichaamspercussie werken, en ook de ruimte wordt één groot instrument. Tijdens de War of the Golden Stool deden de vrouwelijke krijgers iets vernuftigs: ze omsingelden de vijand met honderden ntumpan. Dat zijn Afrikaanse trommels die ook talking drums worden genoemd. Door daar met een stok over te krassen simuleerden de vrouwen het geluid van leeuwen. Dat soort beelden fascineert me mateloos. Ook de reis naar Ghana die ik afgelopen zomer maakte, liet zijn sporen na. Ik stelde er vast hoe complex de erfenis van Nana Yaa Asantewaa is. Ze wordt gezien als een heldin, maar haar standbeeld is spoorloos en haar portret staat niet langer op de Ghanese munt. Weinig mensen kennen écht haar verhaal. Nana Yaa Asantewaa is een gelaagd personage, dat even veel kracht als tristesse oproept. Al die schakeringen hopen we te kunnen tonen.

OBV MAGAZINE 13 23
© Kurt Van der Elst
© Kurt Van der Elst
24 KRUISTOCHT

‘Dit is een hoopvolle voorstelling die kinderen toont waarop ze recht hebben en volwassenen oproept kinderen de plek te geven die ze verdienen.’ Regisseur Johan De Smet, regie-assistente Dominique Collet en dramaturg Matthias Velle van de KOPERGIETERY in gesprek over hun familievoorstelling Kruistocht, met passages uit het Kinderrechtenverdrag van de Verenigde Naties als leidraad.

door Maarten Boussery / foto’s Eva Donckers

KRUISTOCHT

Frederik Neyrinck

Kruistocht is een hedendaagse familie-opera van Johan De Smet en Frederik Neyrinck die inzoomt op kinderslavernij en migratie door kinderen. Met een diverse cast van alle leeftijden, met meer dan vijftig kinderen op de scène en een muzikale alliantie tussen orkest en de Compact Disk Dummies. OPERA

ART 42 / Kinderen hebben het recht hun rechten te kennen. Volwassenen moeten die rechten kennen en kinderen helpen ze aan te leren.

JOHAN Met Kruistocht willen we een voorstelling maken die de duizenden onzichtbare verhalen over kinderrechtenschendingen centraal stelt en stilstaat bij onze rol als volwassenen. We hebben vandaag een kruispuntdenken nodig waarbij alles wat te maken heeft met de plek van een kind in onze samenleving de volle aandacht krijgt.

MATTHIAS We refereren in de voorstelling naar situaties waarin kinderen geïnstrumentaliseerd worden voor de ideologie van volwassenen. Kenneth Michiels verzamelde en monteerde videobeelden die kinderarbeid en kindsoldaten vroeger en nu tonen. Door die beelden te gebruiken in de voorstelling trekken we de individuele verhalen open in tijd en ruimte. We willen benadrukken dat het kinderrechtendebat van alle tijden is.

DOMINIQUE In onze familie-opera gaat een grote massa kinderen op zoek naar de plek die ze verdienen. Die queeste heeft veel weg van een gedwongen migratie, maar straalt ook activisme uit. Door op tocht te gaan strijden de kinderen voor een doel. Tijdens de tocht worden ze geconfronteerd met onrecht en ongelijkwaardigheid. We gebruiken de queeste om een besef bij de personages en het publiek te laten binnensijpelen.

OBV MAGAZINE 13 25
GENT do 27, vr 28, za 29 apr om 20:00u / zo 30 apr om 15:00u

JAOUAD ALLOUL

Jaouad Alloul zingt, danst en acteert, met als doel mensen te verbinden via dialoog en kunst. In zijn voorstellingen en performances, zoals Venus in Libra bij Toneelhuis afgelopen december, speelt hij met het thema gender en gaat hij controversiële onderwerpen niet uit de weg. In Kruistocht speelt en zingt hij de rol van Apex, een misleidende figuur die de Money Monks meehelpt om de kinderen naar Niehier te sturen.

MARJAN DE SCHUTTER

De Vlaamse actrice Marjan De Schutter studeerde aan het RITCS in Brussel en volgde een zangopleiding aan het Conservatorium van Antwerpen. In 2020 bekoorde ze het grote publiek met haar rol in Albatros op Canvas en vorig seizoen schitterde ze bij Opera Ballet Vlaanderen aan de zijde van Benny Claessens in de opera Der Silbersee (Weill). Marjan speelt Rosa in Kruistocht, een volwassen vrouw uit de toekomst die troepen kinderen naar Niehier volgt.

FREDERIK NEYRINCK

De Belgische componist en pianist Frederik Neyrinck studeerde in Brussel, Stuttgart en Graz. Als componist werkte Frederik samen met verschillende ensembles en orkesten in binnen- en buitenland. Hij is actief in de wereld van (kinder)muziektheater en opera: Frederik is in residentie bij LOD muziektheater en I SOLISTI en werkte meermaals samen met KOPERGIETERY. Kruistocht is zijn nieuwste compositie voor kinder- en jeugdtheater.

CAROLINE VRIJENS

Kinderrechtencommissaris

MICHIEL DELANGHE

Dirigent Michiel Delanghe kent het Orkest van Opera Ballet Vlaanderen van binnenuit, want hij was assistentdirigent in ons huis voor verschillende producties, waaronder De bekeerlinge vorig seizoen. In 2019 nam hij de muzikale leiding van de kindervoorstelling Banket! op zich. Met Kruistocht neemt hij een nieuw gecomponeerde familieopera onder handen.

‘Ik kijk erg uit naar deze voorstelling die de stem vertolkt van kinderen en jongeren op de vlucht. Kinderrechten gelden onverkort voor hen. En toch zien we dat hun recht op opvang en ondersteuning nog elke dag geschonden wordt. Ze ervaren heel wat drempels. Dat is onaanvaardbaar voor een land als België: kinderen op de vlucht zijn in de eerste plaats kinderen! Net daarom is het belangrijk dat deze voorstelling vanuit hun perspectief en rechten vertrekt. Een breed publiek maakt kennis met hun moed en zoektocht.

De KOPERGIETERY slaagt er altijd in kinderen te tonen op hun krachtigst.

Dat geeft hoop en geeft hen een stem.’

26 KRUISTOCHT
© Paule Josephe © Annemie Augustijns © RR ©
RR © Lisi Charwat

JOHAN Kruistocht vertelt het verhaal van Rosa, gespeeld door Marjan De Schutter, die terugkeert in de tijd. Ze belandt vanuit de toekomst in het nu — over welke tijdsperiode het gaat, benoemen we niet. Rosa stuit op troepen kinderen die onder het bewind van de Money Monks worden aangestuurd om op zoek te gaan naar Niehier, het beloofde land van snel geld en succes. De Money Monks, gespeeld door de Compact Disk Dummies, zijn flashy kerels die de kinderen met een gigantische machine voor hun kar spannen, zoals een ezel een wortel wordt voorgehouden. Tijdens de tocht beginnen Rosa en de kinderen in te zien dat de Money Monks niet per se goede bedoelingen hebben en Niehier eerder een vlag is waar ze achterlopen.

DOMINIQUE Rosa gaat tijdens de tocht in gesprek met de kinderen waardoor een dialoog ontstaat die ruimte creëert voor twijfel, ook bij de toeschouwer. De kinderen verzetten zich en rukken zich los van de machinerie. Ze denken na over hoe ze het Niehier waar ze recht op hebben willen definiëren. Hun tocht wordt een utopische oefening waarin ze zich afvragen wat een veilige plek voor hen zou kunnen zijn.

MATTHIAS Het verhaal speelt zich af in een allegorisch kader. Zoals gezegd geven we geen specifieke aanduiding van tijd en ruimte en creëren we een retrofuturistisch universum, een mengeling van heden, verleden en toekomst. Waar of wanneer Niehier zich zal manifesteren, laten we in het midden. We hebben ervoor gekozen elk kind met een spreekrol een tekort van een kinderrecht waar het naar streeft te laten vertegenwoordigen. Zo is er een kindsoldaat, een kind zonder naam, een kind dat niet spreekt… Rosa laten we door Clio flankeren, een allegorisch personage dat haar geweten speelt. Met die ingrepen maken we van Kruistocht een verhaal van elk kind en elke volwassene over elk kinderrecht.

ART 12 / Kinderen hebben het recht hun mening te geven, dat volwassenen naar hen luisteren en ernstig te worden genomen.

DOMINIQUE Bij de KOPERGIETERY maken we vaak voorstellingen waarbij we vertrekken van improvisatie. De kinderen uit onze ateliers hebben een groot aandeel in het maakproces en bepalen het eindresultaat. Met Kruistocht ligt dat anders: aan het libretto en de muziek kunnen ze niet komen. Toch hebben de kinderen hun eigen stem in het maakproces. We zullen ze fysiek laten improviseren op tekst en muziek en hen laten bepalen hoe ze de kinderrechten belichamen. Ze zullen op zoek moeten naar hoe zij verzet, bevrijding, stemloosheid… willen verbeelden.

JOHAN Doordat de mogelijkheden binnen de vorm waarin we werken beperkt zijn, is soms net een grotere rijkdom te zien. Wij makers hebben wel ideeën over hoe we bepaalde zaken willen vertellen, maar de kinderen zullen ons uitdagen om die ideeën in twijfel te trekken en de vorm breder te bekijken. Ik vind dat een spannend proces.

MATTHIAS Er is een kader gecreëerd waarin de kinderen speelruimte krijgen. Hoe zullen de kinderen zich bijvoorbeeld verhouden tegenover de gigantische machine van de Money Monks op de scène? We kunnen wel zeggen dat ze eraan verslaafd zijn maar als zij ermee mogen doen wat ze willen, denk ik dat daar andere, dubbelzinnigere dingen zullen uitkomen dan waar we zelf oorspronkelijk aan dachten.

ART 3 / Alle volwassenen moeten ten allen tijde doen wat het beste is voor kinderen. Als volwassenen beslissingen nemen, moeten ze nadenken welke invloed die beslissing op kinderen zal hebben.

DOMINIQUE Als ik met de kinderen in onze ateliers praat over het thema van de voorstelling, merk ik een zekere moeheid. Ze hebben het gevoel dat ze alle problemen zelf zullen moeten oplossen, terwijl het de taak van de volwassenen en de politiek is om hun toekomst veilig te stellen. In Kruistocht tonen we dat een wisselwerking nodig is tussen kinderen die hun stem leren te vormen en volwassenen die verder in de toekomst leren te kijken.

MATTHIAS Verandering slaagt alleen door collectiviteit. We moeten ons als volwassene afvragen welke rol we spelen in de verandering. Met Kruistocht geven wij als makers bijvoorbeeld kritiek op de neoliberale meritocratie waarin alles harder, sneller en beter moet. De machinerie van de Money Monks symboliseert de technologische afhankelijkheid en de nefaste impact van sociale media op ons collectieve denken. Maar kinderen zien ook veel potentieel en hoop in digitale vernieuwing. Wie zijn wij om als volwassene te zeggen wat goed of slecht is voor hen? Generaties kijken nu eenmaal fundamenteel anders naar veranderingen. Dat spanningsveld willen we laten zien.

JOHAN Rosa speelt een belangrijke rol in het openen van de dialoog. Ze vertegenwoordigt in Kruistocht een tweede kans voor volwassenen. Door terug te keren naar het verleden kan ze vragen waar het fout is gegaan. Ze ziet in de kinderen een hoopvolle, nieuwe toekomst en beseft dat ze naar hen moet luisteren om de verandering in gang te zetten.

ART 4 / Men moet alle beschikbare middelen inzetten om alle rechten in het verdrag uit te voeren.

JOHAN In onze opera halen we alles uit de kast. Door de nuance, rijkdom en complexiteit die in de nieuw gecomponeerde muziek van Frederik Neyrinck leesbaar zijn, straalt die een ongelooflijke kracht uit. Er zal van begin tot einde muziek te horen zijn, ze vormt de dramaturgie van de voorstelling en voorziet alles wat we willen vertellen. Ook de Compact Disk Dummies schrijven enkele nummers en geven die aan Frederik, waarrond hij verder componeert.

DOMINIQUE De Compact Disk Dummies gaan tijdens de voorstelling bovendien live door het orkest hun muziek draaien. Jaouad Alloul, Marjan De Schutter en het Kinderkoor zullen zingen. En dan zijn er nog drie muzikanten op de scène die het muzikale karakter van de queeste versterken. Ik hoop dat het publiek een warm gevoel krijgt van de grootsheid van Kruistocht en ziet wat de kracht van opera kan zijn om zo’n verhaal te vertellen.

MATTHIAS Ik geloof in ongebreidelde verbeeldingskracht die verandering kan teweegbrengen en ik denk dat Kruistocht ons hiertoe kan prikkelen. Het is een hoopvolle voorstelling die kinderen toont waarop ze recht hebben en volwassenen oproept om kinderen de plek te geven die ze verdienen, gelijkwaardig aan een volwassene. De kinderrechten zijn een grote opera waard.

OBV MAGAZINE 13 27
ART 36 / Kinderen hebben het recht op bescherming tegen om het even welke vorm van uitbuiting.
VONK WERELDCREATIE
28 IN DE LOGE
‘Opera is onbekend terrein voor ons. Maar de grootsheid van het operagenre fascineert ons wel’

door Maarten Boussery

Compact Disk Dummies

‘Als jong kereltje was ik grote fan van Mozart. We verjaren op dezelfde dag en ik volgde pianolessen, dus de vergelijking was snel gemaakt’, grapt Lennert Coorevits wanneer hij vertelt over zijn muzikale start. Samen met zijn jongere broer Janus (links op de foto) vormt hij de populaire elektropunkband Compact Disk Dummies. Sinds het duo in 2012 Humo’s Rock Rally won, gaat het hen voor de wind. Ze schitterden op Pukkelpop, waren de huisband van het Canvasprogramma De Ideale Wereld en veroverden meermaals de eerste plaats in De Afrekening van Studio Brussel. Of de lessen op de muziekschool met het succes te maken hebben? Zowel Lennert als Janus haakte na enkele jaren af. De schoolse werkwijze lag hen niet, ze misten ruimte om spelenderwijs te experimenteren.

De broers bewandelden andere muzikale wegen. Lennert vormde met vrienden een rockband en Janus focuste zich op elektronische muziek en productie. De onderlinge muzikale uitwisseling bleef beperkt. ‘Ik herinner me wel een zelfgebrande oranje cd die de naam The Coorevits Brothers kreeg’, vertelt Lennert. ‘Het door ons samengestelde album bevatte nummers die we toen goed vonden. Omdat onze muzieksmaak ver uit elkaar lag, was dat een vreemd allegaartje van uiteenlopende genres.’ ‘Vroeger zaten we elk op ons eigen muzikale eiland’, zegt Janus. ‘We kwamen niet bijzonder goed overeen en luisterden niet naar elkaars werk. Pas toen ik Lennert hielp met de opnames van zijn band, zagen we elkaars talenten. Stilaan ontstond het idee om onze werelden te combineren en samen wat dingen uit te proberen.’

‘Je mag de Compact Disk Dummies beschouwen als een slaapkamerproject, een uitlaatklep die 13 jaar geleden is ontstaan uit experimenteerdrang’, vindt Lennert. Met piratenversies van muziekprogramma’s maakten ze hun eerste nummers, waarmee ze naar jeugdhuizen trokken.

‘Wij weten wat het is om voor enkele luttele euro’s te spelen op een plek waar niemand op je zit te wachten’, zegt Janus. ‘Ondertussen is er veel veranderd, maar die tijd vergeten we niet snel. Het vergroot alleen onze dankbaarheid.’ De broers koesteren de ‘DIY-spirit’ waaruit alles is ontstaan:

‘We blijven evolueren en professionaliseren, maar we willen zelf de controle behouden’, vertelt Lennert. ‘De band groeide uit tot een familiebedrijfje waarin naast Janus ook onze andere broer, onze pa en onze partners meedraaien.’

Met de oprichting van Compact Disk Dummies sloegen Janus en Lennert een brug tussen hun muzikale eilanden. De tijd van de zelfgebrande cd’s is voorbij, tegenwoordig wisselen ze via gedeelde Spotify-afspeellijsten en luistersessies in de auto nieuwe ideeën uit. ‘Door samen muziek te maken zijn Lennert en ik naar elkaar toe gegroeid en kunnen we beter praten’, zegt Janus. Dat is belangrijk, want ‘mijn broer is nu ook een beetje mijn lief’, vindt Lennert. ‘Als de motor hapert, moet dat bespreekbaar zijn. We kunnen alleen slagen als we samenwerken. Ik focus me bijvoorbeeld vooral op melodie en performance, Janus op onze sound en de technische productie. Een artiest als Prince kon dat allemaal zelf, maar wij hebben elkaar nodig. Dat is evenzeer de basis van Compact Disk Dummies als onze experimenteerdrang.’

Binnenkort staat het duo op het podium bij Opera Ballet Vlaanderen voor een nieuw experiment: Kruistocht. ‘We hebben al theatervoorstellingen gedaan, maar opera is onbekend terrein voor ons’, zegt Janus. ‘Verder dan Claude Debussy, Steve Reich en Wendy Carlos’ Switched-On Bach (i.e. Bach vertolkt op synthesizers) reikt onze kennis van klassiek of opera niet’, vertelt Lennert. Janus vult aan: ‘De grootsheid van het genre fascineert ons wel. Hoe componist Frederik Neyrinck onze nieuw geschreven nummers vertaalt naar een symfonische compositie en in een partituur kan gieten, vinden we indrukwekkend.’ ‘Ons management vraagt zich soms wel af of projecten als Kruistocht ons niet afleiden van een nieuwe plaat. Maar zonder deze projecten kunnen we niet evolueren, Compact Disk Dummies zal altijd onze experimentele speeltuin blijven’, besluit Lennert.

OBV MAGAZINE 13 29 © Laura Vleugels
IN DE LOGE

PERSPECTIVES ON BACH

Johann Sebastian Bach

BACH RE –ED

Perspectives on Bach geeft de opmaat voor Chamber Movement, een nieuwe, hybride programmering van Opera Ballet Vlaanderen waarin dansers van het huis de handen in elkaar slaan met musici van het Symfonisch Orkest.

30 PERSPECTIVES ON BACH
BALLET NIEUWE PRODUCTIE
THEATER ‘T EILANDJE ANTWERPEN di 28 mrt om 19:00u OPERA GENT vr 31 mrt om 19:00u

Met Perspectives on Bach zet OBV volop in op het artistieke talent in eigen rangen. Dansers uit onze compagnie choreograferen voor hun collega’s, terwijl muzikanten uit het orkest hen live begeleiden. De toeschouwers nemen plaats op de scène en maken de voorstelling van op de eerste rang mee.

VISIT –

Perspectives on Bach is de eerste avondvullende voorstelling in de nieuwe reeks Chamber Movement. Hiermee geeft Opera Ballet Vlaanderen de opmaat voor een intieme, hybride programmering die ook in de volgende seizoenen voortgezet zal worden. Chamber Movement wordt een kruisbestuiving tussen livemuziek en dans van zowel choreografen uit eigen rangen als – in de komende seizoenen – externe choreografen. Chamber Movement is daarmee een waardige opvolger van het veelgeprezen Choreolab

In Perspectives on Bach beleven de toeschouwers verschillende choreografieën op meerdere stukken van de Duitse grootmeester. De choreografen van dienst zijn Viktor Banka, Claudio Cangialosi, Niharika Senapati, Shane Urton, James Vu Anh Pham, Kirsten Wicklund en Nicola Wills. José Reyes, contrabassist in het Symfonisch Orkest van Opera Ballet Vlaanderen en gedreven arrangeur, maakte verrassende transcripties en bewerkingen van Bachs instrumentale muziek voor negen musici.

Het grootste deel van de gekozen muziek komt uit twee opmerkelijke cycli die Bach aan het einde van zijn leven schreef en die zowat gelden als het summum van de ‘abstracte muziek’: Die Kunst der Fuge (17421750) en Musikalisches Opfer (1747). Het zijn twee doortimmerde

verzamelingen hoogstandjes in de techniek van het contrapunt. Die techniek laat toe verschillende melodische lijnen tot spannende texturen te weven en ligt aan de basis van de polyfonie of meerstemmigheid. In polyfone muziek ligt de nadruk op horizontaliteit. Elke stem apart moet zowel zelfstandig kunnen fungeren als een ‘teamspeler’ zijn in een harmonisch geheel. Twee typische contrapuntische vormen zijn de fuga en de canon, waarbij de afzonderlijke stemmen achtereenvolgens eenzelfde melodisch thema inzetten.

Met dit soort muziek gaan de dansers en choreografen aan de slag. Hoe ervaren ze die bij uitstek hardcore Bach? Hoe vinden ze hun eigen toegang tot deze complexe muziek? We laten enkelen van hen hierbij aan het woord, maar Viktor Banka vat het alvast mooi samen: ‘We mogen ons als dansers en choreografen niet geïntimideerd voelen door het genie van Bach noch door zijn nerdy, intellectuele kant. We zoeken met zijn allen naar een persoonlijke en verfrissende connectie met Bachs muziek, waarin ook lichtheid en humor hun plaats vinden.’ De variëteit aan stijlen en gebaren waarmee onze compagnie van Opera Vlaanderen de canons en fuga’s van Bach te lijf gaat, mondt zeer zeker uit in een zinnenprikkelende en boeiende avond!

OBV MAGAZINE 13 31

NIHARIKA SENAPATI

‘Deze muziek deed me denken aan ruïnes en andere overblijfselen uit het verleden, die we als heilig bestempelen maar die tegelijk vergaan en uiteenvallen. Ik zie deze compositie van Bach net zo goed als zo’n relict en stel me voor hoe het de muziek zal vergaan in de toekomst. We houden al honderden jaren van de composities van Bach en zullen dat nog honderden jaren blijven doen, maar hoe zal ze gebracht worden en met welke instrumentatie? In mijn choreografie wil ik ook de vraag beantwoorden wat van het menselijk lichaam in de ruimte kan overblijven. Mijn choreografie valt uiteen in twee delen: het eerste deel gaat over het verleden, het tweede over de toekomst. In deel 1 horen we het klassieke arrangement. De muzikanten en hun instrumenten, die soms eeuwen oud zijn, vertegenwoordigen wat geweest is. In deel 2 horen we dezelfde muziek maar dan bewerkt door de software op mijn computer, een elektronische versie van hetzelfde stuk die door speakers op het podium zal klinken.’

CLAUDIO CANGIALOSI

‘De ene compositie waarop ik choreografeer, Canon cancrizans uit Musikalisches Opfer, gaat muzikaal voorwaarts en achterwaarts en dat idee spreekt me erg aan. Dat wil ik ook in de bewegingen onderzoeken. Daarnaast kun je het toepassen op politieke en maatschappelijke kwesties die vandaag spelen. Er heerst crisis maar tegelijk is er ook een bewustzijn daarvan. Als je in een beweging terugkeert, kun je ze nadien rijker maken, als je andere manieren onderzoekt om ze uit te voeren. Het kan dus boeiend zijn om op je stappen terug te keren. Mijn stuk heet Palindrome, wat verwijst naar een woord of een sequentie die je in beide richtingen kunt lezen. Je keert dus altijd terug naar het begin en zo geloof ik ook dat het leven een cyclus is. Met een ander werk, een fuga van Bach, wil ik iets vrolijks en speels creëren. In het Italiaans betekent “fuga” ook “ontsnapping”. In het leven proberen we vaak te ontsnappen aan de situatie waarin we zitten, we willen niet terugkeren. Maar soms neemt dat leven het van ons over en zijn we wel verplicht om stil te staan of om stappen achteruit te zetten.’

JOSÉ REYES OVER ZIJN TRANSCRIPTIES EN BEWERKINGEN VAN BACHS MUZIEK

‘Voor Perspectives on Bach ben ik niet zozeer vertrokken van wat Bach heeft neergeschreven, maar van wat hij niet genoteerd heeft in zijn partituren. In werken zoals Die Kunst der Fuge en Musikalisches Opfer is er, op enkele gevallen na, geen instrumentatie voorgeschreven. Er zijn wel vele commentaren die stellen dat het om partituren voor klavier gaat. In dat opzicht kan je zelf al instrumentale kleuren toevoegen. In de genoemde partituren van Bach zijn er ook geen aanduidingen inzake tempo, articulatie en dynamiek. Daarom worden ze op heel verschillende manieren geïnterpreteerd en benaderd en kan je er een of meerdere lagen bovenop leggen. En het werkt, vooral omdat de constructie van Bachs muziek zo hecht is. Bach is doorheen de eeuwen met heel veel eerbied en respect behandeld. Voor Beethoven was hij de “onsterfelijke god van de harmonie”. Mij leek het interessant hem wat minder verheven te zien en hem ook naar de sfeer van de populaire muziek toe te bewegen. Bach heeft nooit echt “populaire” of lichte muziek geschreven maar hij had er zeker wel het vakmanschap voor. Ik ben vertrokken van wat er staat en heb geen noot veranderd maar ik heb verschillende muziekstijlen geïntroduceerd – wat flamenco, dan weer een streepje Centraal-Europese muziek of jazz. Ik heb ook geput uit transcripties die componisten zoals Robert Schumann en Sergej Rachmaninov van Bachs muziek maakten. Zij schreven bijvoorbeeld pianobegeleidingen bij bestaande werken. Mijn transcripties draaien vooral rond timbre, het spel met klankkleuren. In Perspectives on Bach komen strikte regels inzake vorm en vrijheid op het vlak van kleuren en stijlen mooi samen. Het is fascinerend te zien hoe de choreografen aan de slag zijn gegaan met de ingenieuze constructie van Bachs muziek.’

32 PERSPECTIVES ON BACH
© Tim Coppens

KIRSTEN WICKLUND

‘Voor mij is dit een uitnodiging om het concept tijd te verkennen en de gevoelens en gedachten die ik daarbij heb. Hoe de tijd verstrijkt, onze houding daar tegenover. Hoe we ons opjagen of net niet. Hoe de tijd heel lang kan aanvoelen of net heel kort. Hoe we de tijd willen beleven, op onze hoogstindividuele manier. Dat zijn ideeën waarmee we gespeeld hebben. De dansers haasten zich bijvoorbeeld om iets in te halen of stellen net iets uit om daarmee de tijd in hun lichaam langer vast te houden. Het gaat ook over opgroeien, hoe de tijd anders aanvoelt als we jong zijn dan wanneer we oud zijn. Ik hou erg van de muziek van Bach, al zou ik misschien niet dit specifieke werk hebben uitgekozen – we kregen een lijst van muziekstukken waarrond we konden werken. Maar ik vond de uitdaging geweldig om ook muziek die ik niet van nature op mijn radar heb staan, te verkennen. Als kunstenaar vertrek je altijd van je eigen instincten. Het is fijn eens het gesprek aan te gaan met muziek die wat verder van me staat.’

VIKTOR BANKA

‘Ik voel me emotioneel verbonden met de muziek van Bach en wat ze teweeg brengt in de geest. Wat me fascineert, is dat wie leidt vervolgens de volger wordt en hoe dat heen en weer gaat. Een motief start, in canon zet daarna het exact zelfde motief in en op een bepaald punt wisselt dat. Dat zie je ook in de politiek, ook daar worden volgers leiders en vice versa. Bach moet een genie geweest zijn, hij had toegang tot een hogere kennis. Ik denk dat hij zelfs wat hyper in zijn geest was, wat hem erg modern maakt, en tegelijk heeft zijn muziek een heldere, mathematische structuur. Ik hou van snelle beats, ik luister veel naar elektronische underground muziek. Het ritme wordt daar geteld in beats per minute (bpm). Bij Bach draait het rond de 200 bpm, wat zelfs in hedendaagse muziek gigantisch snel is. Om Bach deze tijd in te trekken, wil ik de bas die je in clubs hoort op de achtergrond als soundscape laten resoneren. We hebben vandaag toegang tot zo ontzettend veel informatie – we zijn allemaal dus wel wat hyper – en daarom probeer ik laag op laag op laag in mijn choreografie te stapelen. Daardoor krijg je een soort groteske voorstelling van de werkelijkheid.’

OBV MAGAZINE 13 33

DE BRUILOFT ONTSLUIEREN

Hoe ver mag je gaan in de bewerking van een opera? En wat primeert: de muziek of de tekst? In de aanloop naar hun nieuwe productie van Le nozze di Figaro kruisten dirigente Marie Jacquot en regisseur Tom Goossens de degens. Met veel overeenstemming tot gevolg. ‘Ik zie mezelf als een kameleon: ik pas mij aan aan wat het project van me vraagt.’

door Tom Swaak / foto’s Diego Franssens

34 LE NOZZE DI FIGARO
OBV MAGAZINE 13 35

Wolfgang Amadeus Mozart en Lorenzo Da Ponte zijn geen onbekenden voor regisseur Tom Goossens. Daarvan getuigen zijn gevierde muziektheaterbewerkingen Don Juan, Così en Le nozze. Ook is Goossens beslist geen onbekende van Opera Ballet Vlaanderen: eerder maakte hij onder andere BANKET! De wraak op de MacBeths, Der Jasager en L’Heure espagnole. De jonge Française Marie Jacquot daarentegen komt – nadat ze de afgelopen jaren furore heeft gemaakt in bijvoorbeeld de Semperoper, de Komische Oper of het Gewandhaus – voor het eerst naar Vlaanderen en wel met de missie om haar Mozart-verzameling compleet te maken.

MARIE JACQUOT Le nozze di Figaro is de laatste van de grote zeven Mozart-opera’s die ik nog moet dirigeren. Ik moet en wil dit werk dus absoluut leren kennen. Met zijn muzikale taal ben ik wel al vertrouwd, al is Le nozze di Figaro volgens velen – zeker als je het aan muzikanten vraagt – zijn beste. Bij mij staat Idomeneo op dit moment nog op nummer één, maar wie weet komt daar binnenkort verandering in. Mozart is, als je het mij vraagt, de moeilijkste operacomponist om te dirigeren. Zijn muziek is als een juweel. Ze

schittert op zich en zodra je te veel vrijheid neemt, vertroebel je het meesterwerk. Als je moet werken met een orkest dat dit niet begrijpt, dat het ritme niet heeft, dan is alles wat je probeert storend. Als je daarentegen werkt met een orkest dat de muziek en de stijl doorheeft, vertolk je simpelweg de muziek en is alles perfect. Uiteraard moet dan het scenische nog komen en volgt misschien wel de grootste uitdaging: alles precies samenhouden. Bij Puccini is dat helemaal anders, bijvoorbeeld. Als niet iedereen perfect synchroon is, is dat geen gigantisch probleem. Bij Mozart wel. Daarom moet je Mozart benaderen als kamermuziek waarbij vliegensvlugge actie-reactie mogelijk wordt. Maar nu ben ik wel nieuwsgierig, Tom, hoe ben jij bij Mozart uitgekomen?

TOM GOOSSENS Voor mij begon dat allemaal toen ik acht jaar oud was. Mijn vader, een operafanaat, liet me toen voor het eerst zijn lievelingsopera Don Giovanni zien, in de tv-bewerking van Peter Sellars. Dat was mijn eerste opera-ervaring en ik was gefascineerd door de muziek. Later kreeg ik de partituur, zodat ik verschillende cd-opnamen op papier kon volgen. Weer wat later herinner ik mij

‘Ik hou enorm van de muziek, voor mij is die het fundament, ook voor de regie. Al blijft het een grote uitdaging om een komedie met orkest te brengen’
36 LE NOZZE DI FIGARO
Regisseur Tom Goossens inspecteert het decor in opbouw in onze ateliers in Zele.

betoverd te zijn geweest door Cecilia Bartoli, nadat ik haar had gehoord in de opname van Nikolaus Harnoncourt. Die eerste zes jaar heb ik naar geen enkele andere opera geluisterd, alleen naar Don Giovanni. Vanaf mijn veertiende, toen ik zelf verliefd begon te worden, ging ik mij plots ook in het verhaal en in personages als Elvira herkennen.

MARIE Haha, schitterend! Dat klinkt als een prima opvoeding van je vader. Kom je uit een muzikale familie?

TOM Nee, eigenlijk niet. Mijn vader is bioloog en mijn moeder geeft biologieles. Mijn moeder houdt absoluut niet van opera. En jij?

MARIE Nee, ik kom ook niet uit een muzikale familie. Wij moesten thuis, dat werd ons opgelegd door mijn vader, wel allemaal een instrument leren spelen én een sport beoefenen. Als tiener dacht ik dat ik professioneel tennisser wilde worden, ik speelde zelfs mee op Roland Garros. Maar ik werd het competitieve ervan beu, dus toen heb ik er resoluut voor gekozen om mij in Parijs toe te leggen op de trombone. Ik speelde even in orkesten mee, wat ik bijzonder leuk vond. Ik nam directielessen, ging naar Wenen en zo werd ik dirigent. Dat is het verhaal in een notendop. In het begin haatte ik –echt haatte – opera. Ik droomde van het grote symfonische werk: Mahler en Bruckner. Totdat ik een uitnodiging kreeg, ook al had ik er nog nooit een gedaan, om in Würzburg een opera te dirigeren. Als klap op de vuurpijl werd ik er vervolgens aangenomen als Kapellmeisterin. Daar ben ik drie jaar gebleven, vervolgens drie jaar in Düsseldorf. Nu hou ik uiteraard enorm van opera. Ik kan me geen carrière zonder opera meer voorstellen. En jij, Tom, heb jij wel altijd geweten dat je iets met muziek wilde doen?

TOM Goh, eigenlijk is het gek dat ik er pas zo laat achter ben gekomen dat ik operaregisseur wilde worden. Ik hield niet alleen al heel vroeg van opera, maar ook van theater. Ik was geïntrigeerd door hoe dat allemaal gemaakt werd. Een beetje zoals jij moest ik op mijn achttiende kiezen tussen twee passies: dwarsfluit en theater. Toen maakte ik de klik dat ik in opera zowel met muziek als met theater bezig kon zijn. Ik vind mezelf geen geweldige acteur. Ik vermoed dan ook, achteraf gezien, dat ze mij aan het KASK hebben toegelaten omdat ik zei dat ik operaregisseur wilde worden.

Marie Jacquot komt voor het eerst naar

Vlaanderen met als doel haar Mozart-collectie compleet te maken. ‘Le nozze di Figaro is de laatste van de grote Mozart-opera’s die ik nog moet dirigeren.’

MARIE Dus je speelt dwarsfluit?

TOM Ja, ik heb tien jaar dwarsfluit gestudeerd. Maar achteraf gezien had ik misschien liever piano gespeeld, dan had ik mezelf beter kunnen helpen achter mijn schrijftafel.

MARIE Gelukkig, een regisseur die muziek kan lezen!

TOM Muziek lezen is geen probleem. Ik hou ook enorm van de muziek, voor mij is die het fundament, ook voor de regie. Al blijft het een grote uitdaging om een komedie met orkest te brengen. Bij komedie is timing alles. Zodra er een orkest bij komt, kunnen de spelers op het toneel zich niet laten leiden door hun eigen spontane aanvoelen voor timing. Het tempo van de muziek dicteert de voorstelling, en niet andersom.

MARIE Ik heb al van veel regisseurs gehoord dat komedie het moeilijkst is. Denk jij daar ook zo over?

TOM Ja, ik denk het wel. Door mijn theaterbewerkingen weet ik dat taal daarbij ook een erg belangrijke factor is. Humor werkt nu eenmaal beter in de taal van je publiek. Om vandaag de lach te genereren is de connectie met je publiek extreem belangrijk. Het werkt het best als het publiek zich met de uitvoerder in hetzelfde moment voelt leven. Als de operazanger ontkent dat die opera zingt, verliest die al een bepaalde eerlijkheid.

We hebben daarom grondig nagedacht over hoe we zo genereus mogelijk kunnen zijn, zodat een sterke connectie tussen de spelers en het publiek mogelijk wordt. Wie al eens op het vijfde balkon heeft gezeten, weet bijvoorbeeld dat de lijst boven het podium je zicht soms afsnijdt waardoor je de achterwand niet kunt zien. We hebben daarom een uitvoerig onderzoek gedaan naar de zichtlijnen, zowel in Gent als in Antwerpen. We zijn op alle mogelijke plaatsen gaan zitten in de zaal, van de parterre tot de loges, van het eerste zijbalkon tot de allerhoogste rijen. En vanop al die mogelijke stoelen hebben we telkens met onder anderen scenograaf Sammy Van den Heuvel en technisch ontwerpster Eva Florizoone vastgesteld wat we wel of niet konden zien. Zo hebben we een speelvlak op de scène afgebakend dat voor iedereen zichtbaar is, de grootste gemene

OBV MAGAZINE 13 37
OPERA NIEUWE PRODUCTIE
© Werner Kmetitsch
38 LE NOZZE DI FIGARO
‘Mozart is, als je het mij vraagt, de moeilijkste operacomponist om te dirigeren. Zijn muziek is als een juweel. Ze schittert op zich en zodra je te veel vrijheid neemt, vertroebel je het meesterwerk’
© Fadi Kheir
Marie Jacquot

deler. Dat blijkt een smalle, wigvormige strook te zijn die over het midden van het podium loopt. Daar zullen we de centrale handeling laten plaatsvinden, zodat iedereen in de hele zaal het hele verhaal kan volgen. Dat is het algemene uitgangspunt van onze productie: niet zozeer ‘welk idee kan ik bovenop het bestaande materiaal leggen?’, maar wel ‘hoe ontsluiten we zo goed mogelijk de rijkdom die er al is?’. Ik zal nog niet alles verklappen, maar dat is een richtlijn die echt elk lid van het artistieke team heeft gevolgd.

MARIE Het klinkt misschien vanzelfsprekend, maar ik interpreteer ook wat er is. Je kunt stiller of luider spelen, een accent hier of daar leggen, dat is interpretatie. Maar ik wil het stuk niet herschrijven en ik wil al helemaal niks ‘nieuws’ maken alleen omdat we zo nodig nieuw willen zijn. Ik erken dus dat ik een interpretator ben, maar ik probeer wel altijd te doen wat er geschreven staat. Er zijn ook dirigenten die er hun ideeën bovenop leggen, ik probeer de compositie te dienen. Wat de komedie betreft: ik heb het gevoel dat veel voor mij afhangt van de interactie met het podium, met de regie en de zangers en acteurs. Wat geven die mij en wat geven ze niet en wat kan ik hun geven? Al doende zullen we ontdekken waar ik met het orkest de komedie kan onderstrepen. Ik zie mezelf als een kameleon: ik pas mij aan aan wat het project van me vraagt.

TOM Helemaal mee eens. Ons devies ‘werken met wat gegeven is’ wil trouwens niet zeggen dat we een museale uitvoering nastreven waarin alles historisch accuraat is. Nee, wij maken – zoals dat gebruikelijk is – ook coupures of vertalen zelfs de rollen van Bartolo en Marcellina naar het Nederlands, maar die veranderingen komen nooit voort uit onze ego’s of uit onze eigen intellectuele theorieën of iets dergelijks. Ik hoop dat dit niet arrogant klinkt, maar soms moet je juist niet alles klakkeloos uitvoeren om het werk beter tot zijn recht te laten komen. Het publiek van vandaag is anders dan dat in de tijd van Mozart en Da Ponte. Vandaag zijn andere dingen grappig dan toen, dat is gewoon zo. Ook is de oorspronkelijke Figarotrilogie van toneelschrijver Pierre Beaumarchais nu waarschijnlijk minder goed gekend. In 1783 ging Giovanni Paisiello’s operabewerking van het eerste deel, Il barbiere di Siviglia, in Wenen in première en in de jaren die volgden werd de opera meer dan honderd keer opgevoerd. Toen Mozart en Da Ponte in 1786 in Wenen met hun Le nozze di Figaro op de proppen kwamen, moet het voor toeschouwers duidelijk geweest zijn dat dit het tweede deel uit de Figaro-trilogie was. Ze kenden de personages, hun voorgeschiedenis, en zaten dus met voorkennis en andere verwachtingen in de zaal. Als je nu bijvoorbeeld wil dat het openingsrecitatief van

Marie Jacquot maakte eerder furore

bij grote operahuizen, zoals de Semperoper, de Komische Oper en het Gewandhaus.

Bartolo en Marcellina – dat voortborduurt op wat in het eerste deel is gebeurd – op dezelfde manier werkt, moet je dingen gaan aanpassen. Daarom heb ik ervoor gekozen hun rollen, de twee meest komische personages uit Le nozze di Figaro, te vertalen naar het Nederlands en te laten spelen door topacteurs: Eva van der Gucht en Stefaan Degand. Het publiek wil het verhaal begrijpen en dat begrip moeten wij hun gunnen. Op zo’n moment is herschrijven dus niet ontrouw zijn aan het origineel. Integendeel, je bent trouwer dan wanneer je het niet zou doen. Wat denk jij?

MARIE Ja, we mogen niet vergeten dat wij in een andere tijd leven en dat we ons daaraan moeten aanpassen. De toeschouwer van vandaag is gewend aan films waarin voortdurend en bliksemsnel gewisseld wordt tussen shots, het tempo ligt erg hoog en we worden ongeduldig als iets te lang uitgesmeerd wordt. Die directheid moeten wij ook nastreven.

TOM Alles wijst erop dat dat ook precies is wat Mozart probeerde te doen. Hij was vormelijk zo sterk en slaagde er briljant in om het publiek voortdurend te prikkelen en te verrassen.

MARIE Precies, en we zijn aan heel veel prikkels gewend vandaag. Let er maar eens op hoe snel mensen naar hun smartphone grijpen als ze ergens langer dan een minuut moeten wachten. Daar komt nog bij dat we nu eigenlijk vreemd met opera omgaan: vroeger was dat een sociaal gebeuren, je luisterde en keek, je sprak met mensen of je at zelfs iets tussendoor. Vandaag vinden we dat we geconcentreerd, in stilte moeten blijven zitten kijken. Daarom vind ik het een beetje arrogant als je er als dirigent op staat geen enkele coupure door te voeren en alle toegevoegde aria’s en dergelijke op te willen nemen. Als iets te lang duurt, verlies je een deel van je publiek en dwing je hen eigenlijk om de voorstelling uit te zitten. Daarom heb ik het soms moeilijk met Wagner: zijn muziek is heilig voor Wagnerianen en je mag of kan er geen enkele maat uit schrappen. Daarmee sluit je bij voorbaat al een groot deel van je publiek uit: voor iemand die nog geen liefhebber is, is het niet vanzelfsprekend om vijf uur opera te verteren.

TOM Voor mij kan Wagner iets heel meditatiefs hebben, maar we moeten inderdaad erkennen dat kijkgewoonten veranderd zijn en de lengte van een opera niet verafgoden. Als je anderhalf uur onafgebroken naar Netflix kijkt, krijg je een bericht met de vraag of je er nog wel bent. Daar moeten we tegen vechten. Een operahuis is daar een goede plaats voor. Je kunt er in een andere concentratie komen dan die van alledag.

ACHTER DE SCHERMEN

Bij onze voorstellingen schitteren de artiesten op het podium, en ook backstage is een grote equipe in de weer. Graag stellen we onze collega’s aan jullie voor. De Australische sopraan Eleanor Lyons zingt de rol van La Contessa di Almaviva in onze nieuwe productie van Le nozze di Figaro. Sammy Van den Heuvel ontwierp de scenografie.

VOOR /

LE NOZZE DI FIGARO

Wolfgang Amadeus Mozart

Wie had gedacht dat het huwelijk van Susanna en Figaro zou ontaarden in een knotsgekke dag vol verleiding, intriges, onverwachte wendingen en speelse misverstanden? Een tragikomische opera zoals alleen Mozart die kan schrijven.

OPERA GENT

di 30 mei, do 1, za 3, di 6, do 8 jun om 19:30u

zo 11 jun om 15:00u

OPERA ANTWERPEN

vr 23, di 27, do 29 jun, za 1, di 4, do 6 jul om 19:30u

zo 25 jun om 15:00u

40 LE NOZZE DI FIGARO
OPERA NIEUWE PRODUCTIE © Wim Hermans ©
Wim Hermans

Eleanor Lyons / sopraan

1 Wat is je idee van perfect geluk? In het moment tevreden zijn met wat ik heb.

2 Wat is je grootste angst? Betekenisloosheid.

3 Aan welke eigenschap van jezelf stoor je je het meest? Dingen die ik begin niet afwerken, onvriendelijk zijn tegen mezelf.

4 Welke eigenschap in anderen ergert je het meest? Gebrek aan mededogen.

5 Welke levende persoon bewonder je? Mijn echtgenoot.

6 Wat is je grootste uitspatting? Mijn zangcarrière.

7 Wat is je huidige gemoedstoestand? Go with the flow

8 Wat vind je de meest overschatte deugd? Harteloze virtuositeit.

9 Met welke historische figuur identificeer je je? Sarah Imeinu.

10 Aan welke kenmerken van je uiterlijk stoor je je? Mijn gezicht is asymmetrisch, en vooral mijn mond! Elke keer dat ik mijn lippen stip voor ik de scène op ga, word ik daaraan herinnerd.

11 Aan welke levende persoon heb je de grootste hekel? Wellicht aan mezelf. Ik heb nog aan niemand anders een hekel. Vraag het me over dertig jaar eens opnieuw.

12 Welke eigenschap waardeer je het meest in een man?

Een betrokken vader zijn en eerlijk je brood verdienen.

13 Welke eigenschap waardeer je het meest in een vrouw? Praktisch van aard zijn en zorg dragen voor anderen.

14 Welke stopwoorden gebruik je te vaak?

‘Gently’ (tegen mijn dochter) en ‘genau’.

15 Wie of wat is de liefde van je leven?

Mijn echtgenoot, mijn kinderen… en Mozart.

16 Wanneer en waar was je het gelukkigst?

Ik probeer geen momenten in het verleden met elkaar te vergelijken omdat alles relatief is. Toen mijn dochters geboren werden, hen voor de eerste keer vasthouden… maar ze maken me elke dag gelukkig. Hopelijk liggen de hoogtepunten nog voor me ;-)

17 Welk talent zou je graag hebben?

Een vooruitziende blik, visie.

18 Als je iets aan jezelf zou kunnen veranderen, wat zou dat zijn?

Alles altijd overdenken uit perfectionisme – het is een gebrek!

19 Wat zie je als je grootste verwezenlijking?

Dat ik twee kinderen op de wereld heb gezet en dat ik erin slaag om samen te blijven met mijn man, hoewel we vaak van elkaar gescheiden zijn door onze jobs.

20 Als je zou sterven en terug kon komen als een persoon of een voorwerp, wie of wat zou dat zijn?

Misschien als een walvis of een schildpad, aangezien ik graag in de oceaan zwem.

Sammy Van den Heuvel / scenograaf

1 Wat is je vroegste herinnering?

Mijn vader zet me af aan de kleuterklas. Om weer naar buiten te gaan moet hij door twee opeenvolgende glazen deuren. Ik loop hem achterna tot aan de eerste deur, die openstaat. Voor hij door de tweede deur naar buiten gaat, draait hij zich om, we kijken elkaar aan en hij knipoogt naar mij.

2 Wanneer was je het gelukkigst?

Nu eigenlijk. Ik voel me met de jaren steeds beter in mijn vel en ik doe wat ik graag doe.

3 Wat is je meest onhebbelijke karaktertrek?

Ik ben een eeuwige twijfelaar. Vermoeiend voor mezelf en menig ander. Kiezen is verliezen maar ook zo bevrijdend.

4 Wat is je favoriete zintuig?

Ik slorp de wereld op met mijn ogen. Ik observeer heel graag mensen en dingen. Interessante details maken mij blij. Gezichtsvermogen wordt op de voet gevolgd door tastzin. Ik heb het voor textuur.

5 Wat wilde je later worden als kind?

Modeontwerper, archeoloog, kapper, loodgieter.

6 Wat zie je als je naar de toekomst kijkt?

Ik heb geen concreet beeld maar koester een vaag positief gevoel waarmee ik open en flexibel tegemoet ga wat komt.

7 Wat maakt je ongelukkig? Onverdraagzaamheid.

8 Wat is je dierbaarste bezit?

Mijn gezondheid en die van de mensen die ik graag zie.

9 Ken je een gedicht of een passage uit een boek uit het hoofd?

‘Ach meneer een mooie vogel wil ik zijn. Met sterke vleugels alstublieft meneer Merlijn. Een mooie vogel in de lucht da da da da da da vlucht en alle kleuren van de regenboog. Ach meneer een mooie vogel wil ik zijn.’

10 Als je iets wat uitgestorven is zou kunnen terugbrengen, wat kies je dan?

Het klimaat van voor de industriële revolutie.

11 Wat had je beter niet gezegd tegen wie?

Ik heb eerder spijt van dingen die ik niet gezegd heb.

12 Wat is je foutste guilty pleasure? Vlees.

13 Als je terug in de tijd kon reizen, waarheen zou je gaan? Mijn slapeloze achtjarige zelf influisteren dat hij zich voor niks zorgen maakt.

14 Noem één ding dat de kwaliteit van je leven zou verbeteren? Vaker mijn mond opendoen.

15 Waar zou je nu het liefste zijn? Thuis bij lief en kat.

16 De liefde, hoe voelt dat? Spannend vertrouwd.

17 Hoe kom je tot rust? Moeilijk. Fysieke inspanning helpt vaak wel.

18 Van welke gewoonte zou je af willen? Ten koste van mezelf conflict vermijden.

OBV MAGAZINE 13 41

KAMERCONCERTEN

Na het gesmaakte Brass XL vorig seizoen neemt het Koperensemble van Opera Ballet Vlaanderen je wederom mee op een muzikale achtbaan waarin iedereen zijn gading vindt: van het aanstekelijke Kattenduet van Rossini over de wervelende Variaties op een thema van Paganini van Witold Lutoslawski naar A Londoner in New York van Jim Parker (bekend van de muziek bij de tv-serie House of Cards).

OPERA ANTWERPEN za 18 feb om 19:00u

OPERA GENT zo 19 feb om 17:00u

MET KOPERGLANS NACHT

UND TRÄUME

Onze kamerconcerten zijn een ideale gelegenheid om onze zangers en muzikanten aan het werk te horen in zowel het grote repertoire als in weinig gespeeld werk. Na afloop krijg je een gratis drankje aangeboden en kun je in de foyer de artiesten ontmoeten.

WERNER VAN MECHELEN

Het liedduo Werner Van Mechelen & Jozef De Beenhouwer is een sterkhouder. Eerder bekoorden beide musici het publiek van Opera Ballet Vlaanderen met sfeervolle en intelligente liedprogramma’s. Treed met hen binnen in het magische en fascinerende rijk van de nacht waarin Duitse en Vlaamse romantiek hand in hand gaat met Franse poëzie. C’est l’heure exquise, wist dichter Paul Verlaine.

OPERA GENT vr 24 mrt om 19:00u

OPERA ANTWERPEN zo 26 mrt om 17:00u

Werner Van Mechelen schittert in een sfeervol liedprogramma over de nacht.
42 KAMERCONCERTEN
©
Geniet van de muzikale cocktail die onze koperblazers je serveren!
RR
© Charlei De Keersmaecker

FRIEDE AUF ERDEN

‘Het is perfect mogelijk een vredeshymne te componeren zonder dat men in eeuwige vrede gelooft’, zo meldde Arnold Schönberg over Friede auf Erden uit 1906. Dit pakkende koorwerk, waarin vrede als een moeizaam bevochten droom verschijnt, krijgt het gezelschap van Johannes Brahms’ Vier Gesänge, opus 17, waarin het dameskoor in een prachtig romantisch klankbad met hoorns en harpen baadt. Ook andere parels uit het Duitstalige en Franse koorrepertoire staan op de affiche.

OPERA GENT

vr 21 apr om 19:00u

OPERA ANTWERPEN

za 22 apr om 17:00u

BEETHOVENS SEPTET

In het spoor van Mozarts Gran Partita vorig seizoen slaan blazers en strijkers van ons orkest opnieuw de handen in elkaar voor een stevige brok onderhoudende kamermuziek: Beethovens Septet in Es. Ook al beschouwde de meester dit vroege werk als een jeugdzonde, het is Weense Klassiek op zijn allerbest. In de woorden van de Nederlandse musicoloog Jos van der Zanden: ‘Alles glanst en fonkelt.’

OPERA GENT

za 13 mei om 19:00u

OPERA ANTWERPEN

zo 14 mei om 17:00u

OBV AMBASSADEURS

Het lidmaatschap van de OBV Ambassadeurs staat open voor eenieder met een hart voor cultuur, meer specifiek voor opera, ballet en muziekeducatie.Jacques Vandermeiren, CEO van Port of Antwerp-Bruges én bestuurder bij Opera Ballet Vlaanderen, heeft zich geëngageerd als mede-oprichter en bezieler van de OBV Ambassadeurs.

Wat houdt het OBV Ambassadeurschap in (10.000 euro per jaar)?

• U wordt 2x/seizoen uitgenodigd op een exclusief cultureel event op een unieke locatie.

• U wordt uitgenodigd en bent eregast op elke première van Opera Ballet Vlaanderen : 2 tickets in de hoogste categorie, naar keuze in Antwerpen of Gent.

• U geniet tijdens elke première van een VIP-ontvangst.

• U ontmoet onze artistieke cast ter gelegenheid van onze voorstellingen.

• Indien u dit wenst, vermelden wij uw naam en/of uw bedrijf ( logo ) in onze communicatie betreffende de OBV Ambassadeurs (website, programmaboeken en seizoensbrochure).

• U hebt een hart voor cultuur, geniet van een unieke beleving en steunt ons Huis en zijn ambities als OBV Ambassadeur. Voor alle vragen kan u terecht bij An Verschooten / OBV Relatiebeheer (averschooten@operaballet.be)

OBV MAGAZINE 13 43
Jan Schweiger leidt het Koor in Friede auf Erden
CONCERT
© Jonas Roosens © Charlei De Keersmaecker

A BRIEF DRAFT OF HUMAN DESIRES

Aria’s en liederen rond het eeuwige verlangen

Verlangen is de essentie van het menselijke bestaan. Niet zozeer de vervulling van het verlangen verrijkt ons dan wel het verlangen zelf. Samen met de jonge zangers van International Opera Academy exploreert de Franse theatermaker Maëlle Dequiedt de essentie van deze wonderlijke drijfveer, oorsprong van vele fantasmen en waanbeelden, in een aanstekelijke semi-scenische productie.

OPERA GENT

wo 28 jun om 20:00u

OPERA ANTWERPEN

vr 30 jun om 20:00u

OPERA

THE RAPE OF LUCRETIA

Benjamin Britten

De studenten van de International Opera Academy vertolken Benjamin Brittens kameropera over seksueel geweld en machtsmisbruik die hij schreef tijdens WOII. Met de oorlogsmisdaden gepleegd in Europa vandaag, is dit werk brandend actueel.

MINARDSCHOUWBURG GENT vr 5, za 6 mei om 20:00u

THEATER ‘T EILANDJE ANTWERPEN wo 7, do 8 jun om 20:00u

44 INTERNATIONAL OPERA ACADEMY
OPERA CONCERT
IN

Wie de Gentse Bijlokesite af en toe bezoekt, heeft zich misschien al afgevraagd wat zich afspeelt in het gebouw nummer vier. Daarop prijkt het bordje met de naam ‘International Opera Academy’. De tweejarige postgraduaatsopleiding voor opera-artiesten in wording en Opera Ballet Vlaanderen werken al geruime tijd samen op artistiek en educatief vlak. Wie zijn de mensen achter en in deze opleiding, en hoe zit de samenwerking met Opera Ballet Vlaanderen precies in elkaar? We pikten een masterclass van mezzosopraan Mireia Pintó in IOA’s thuisbasis mee en legden ons oor te luisteren bij de studenten en algemeen directeur Guy Joosten.

ARTIESTEN WORDING

OBV MAGAZINE 13 45
door Eline Hadermann / foto’s Wim Hermans

POSITIEVE ENERGIE

Om 10 uur ’s ochtends druppelt het jonge zangstudenten in de Bijlokesite. Ze komen binnen de ene met thee in de hand, de ander met sjaal rond de nek – want ook zij hebben winterse verkoudheden te pakken. Niets staat hun leergierigheid echter in de weg: na de introductie door Guy Joosten staat de 26-jarige Sloveense sopraan Ernestina Jošt al vooraan om onder begeleiding van Mireia Pintó inzingoefeningen te doen voor de rest van de klas. De hele tijd en ook tijdens Mireia’s feedback achteraf zijn de ogen van de medestudenten op haar gericht, terwijl ze aantekeningen maken. De studenten nemen de masterclass en elkaar duidelijk serieus, wat de groepssfeer bevordert, legt Ernestina uit. ‘Er heerst een positieve energie in onze groep. We luisteren naar elkaar en proberen elkaar continu te motiveren. Competitiedrang voel ik hier niet.’ ‘Natuurlijk zijn we wel kritisch voor elkaar’, nuanceert de Japanse sopraan Eriko Hashimoto. ‘We willen gewoon allemaal vooruitgang maken, en dat doen we samen. Elke weekdag samen spenderen in de opleiding schept een unieke band.’

GLOBALE TRAINING

De meeste studenten zitten in het tweede jaar van hun opleiding bij de International Opera Academy. Volgens oprichter en bezieler Guy Joosten werd de postgraduaatsopleiding opgestart vanuit een lacune. ‘22 jaar geleden zagen we dat vijf jaar conservatorium niet volstonden om zangers klaar te stomen voor de operawereld. Zo ontstond het idee om een tweejarige opleiding te lanceren die masterstudenten verder vormt als opera-artiesten, zowel zangers als repetitoren. In het eerste jaar krijgen de toegelaten studenten een intensief opleidingstraject: ze hebben 32 uur per week les en hun instrument wordt dagelijks getraind. Tegelijk willen we de zangtechniek niet isoleren van hun lichaam, hun houding, hun taal en hun interpretatie: die moeten allemaal ontwikkeld worden. Na die globale training gaan de studenten in het tweede jaar aan de slag in een operaproductie en stages bij operahuizen.’

Ernestina mag zich sinds september 2022 IOA-studente noemen. Ze legt uit hoe de globale opleiding verloopt. ‘Maandagochtenden beginnen we steevast met een movement class, waarin we dansles krijgen en focussen op lichaamsbewustzijn. Onze schema’s zijn elke week wel een beetje anders, maar acteerlessen, taalcoaching en repertoirecoaching staan elke week op ons programma. Daarnaast hebben we bijna elke maand een internationale gastdocent op bezoek, die ons een week lang masterclass geeft. Ook individuele studie is een belangrijk onderdeel van de opleiding.’

IOA EN OBV GAAN HAND IN HAND

Ernestina, Eriko en de Zuid-Koreaanse tenor Kwanhee Park kijken met z’n allen uit naar de productie die ze in mei mogen brengen: The rape of Lucretia. Niet alleen de keuze van het stuk maar ook dat het wordt gecoproduceerd door Opera Ballet Vlaanderen stemt het trio gelukkig. ‘Opera Ballet Vlaanderen is een operahuis dat gedurfde repertoirekeuzes maakt. Ook in zijn ensceneringen is het huis gewaagd en als jonge zangeres vind ik het fijn te zien dat er eens nieuwe dingen gebeuren met het operagenre’, vertelt Ernestina. Kwanhee spreekt de openheid dan weer aan. ‘Wanneer ik affiches van OBV in het straatbeeld zie, voel ik dat het een huis is dat dicht bij een groot publiek wil staan. Het engageert zich voor opera, concerten en educatieve projecten – het aanbod is enorm divers.’

Guy Joosten legt uit dat de coproductie niet de enige samenwerkingsvorm tussen IOA en OBV is. ‘Alumni en studenten van onze opleiding komen geregeld op en achter het podium van OBV terecht. Daarnaast zijn heel wat docenten van onze opleiding vast verbonden aan OBV. Sinds dit jaar is onze samenwerking nog intensiever: onze studenten zullen optreden op OBV’s jaarlijkse lunchconcerten, en het huis zal IOA ondersteunen op onze zogenoemde agency days. Op die dagen presenteren onze studenten zich voor verschillende internationale agentschappen en dat mogen we doen op het grote podium van OBV. Op die manier is onze opleiding constant verbonden met het beroepsveld. Dat is nodig ook: de operasector verandert continu tegen een razendsnel tempo. Het is belangrijk om een vinger aan de pols te houden en daarop in te spelen door ons curriculum aan te passen waar nodig.’

‘Als je me vraagt wat mijn studenten zéker moeten meenemen naar hun toekomst als professionele opera-artiesten, dan is het wel het besef dat er zangers genoeg zijn, maar kunstenaars altijd te weinig’
Guy Joosten
Guy Joosten in gesprek met de studenten. Ernestina Jošt doet inzingoefeningen.

EEN UNIEKE OPLEIDING

Volgens Joosten is het omvangrijke trainingsaspect van IOA uniek in Europa. ‘Er zijn maar weinig Europese operastudio’s die écht inzetten op een opleidingstraject. Educatieve trajecten van operahuizen beperken zich meestal tot een aantal masterclasses en kleine operarollen in hun producties. Daarvan onderscheidt IOA zich duidelijk: we willen onze studenten eerst opleiden tot allround opera-artiesten –pas dan laten we hen los op het beroepsveld.’ Net de diepgang van IOA’s educatieve luik is wat Ernestina aantrok om naar Gent te trekken na haar conservatoriumstudies. ‘Tijdens mijn vooropleiding in Ljubljana werd ik vijf jaar lang gevormd door één zangdocent. Voor een multidisciplinaire kunstvorm als opera volstaat dat gewoonweg niet. Bij IOA kunnen we voor elk domein rekenen op een expert, waardoor we in twee jaar tijd onze focus enorm kunnen vergroten.’

Ook Eriko is enthousiast over het rijke opleidingsprogramma. Voor ze toetrad tot IOA studeerde ze zang aan het conservatorium van Milaan, waar ze zich voornamelijk op het Italiaanse repertoire toelegde. ‘Het is fijn dat ik nu de kans heb om het brede operarepertoire onder de knie te krijgen. De Russische, Franse, Duitse en Engelse taallessen vind ik ontzettend leerrijk.’ In het begin van de opleiding was ze vooral verrast door de focus op het natuurlijk overbrengen van emoties. ‘Dankzij IOA heb ik een totaal andere kijk op uitvoerings-

Die denkoefening is een compleet nieuwe ervaring voor mij’

praktijken en dat vind ik verfrissend. Waar me in Milaan werd aangeleerd met veel theatrale gebaren de ruimte te vullen, wordt me nu vriendelijk gevraagd die hand beneden te houden (lacht).’ Kwanhee, die zijn vooropleiding ook in Milaan genoot, beaamt dit pertinente verschil in rolbeleving. Hij legt uit dat hem op het hart wordt gedrukt een operarol niet te spelen, maar te zijn. ‘Er wordt van ons verwacht dat we zo natuurlijk mogelijk het operapodium betreden. Naar mijn mening is dat ook eigen aan de stijl die Opera Ballet Vlaanderen hanteert. Toen ik vorig seizoen de productie C(H)ŒURS bijwoonde, verbaasde ik me er enorm over hoe zangers op het podium stonden als mens, als zichzelf. Bij IOA heb ik echt geleerd stil te staan bij mijn performance en me af te vragen: zijn de emoties die ik voél juist om deze rol te vertolken? Die denkoefening is een compleet nieuwe ervaring voor mij.’

Volgens Guy Joosten is Kwanhee’s en Eriko’s ervaring het centrale idee waarop de International Opera Academy gestoeld is. ‘Als je me vraagt wat mijn studenten zéker moeten meenemen naar hun toekomst als professionele opera-artiesten, dan is het wel het besef dat er zangers genoeg zijn, maar kunstenaars altijd te weinig. Daarmee bedoel ik dat de zanger die enkel focust op zijn zangtechniek uiteindelijk een carrière van korte duur zal hebben. Als operazanger moet je in het leven staan met de bedoeling een persoonlijk verhaal te vertellen, een publiek te animeren met een eigen visie op het werk dat je brengt. Dat maakt het verschil, en dat is wat ik wil trainen hier. Ik geloof dat dat de grootste garantie is

OBV MAGAZINE 13 47
op succes.’
‘Bij IOA heb ik echt geleerd om stil te staan bij mijn performance en me af te vragen: zijn de emoties die ik voél juist om deze rol te vertolken?
Mireia Pintó geeft aanwijzingen aan de studenten. De Zuid-Koreaanse Kwanhee Park in actie.

DE KROON

Het laureatenconcert van de Koningin Elisabethwedstrijd voor Zang is een langgekoesterde traditie van Opera Ballet Vlaanderen. Tijdens de tiende editie van dit prestigieuze zangconcours wacht de beste jonge zangers van over heel de wereld de aartsmoeilijke taak om de vakkundige jury en het toegewijde publiek van hun kunnen te overtuigen.

48 LAUREATENCONCERT KONINGIN ELISABETH-WEDSTRIJD CONCERT
© Bruno Vessiez

OP HET WERK

Het jaar waarin de wedstrijd werd opgericht onder impuls van Hare Majesteit Koningin Elisabeth van België en de Belgische violist Eugène Ysaÿe. Oorspronkelijk heette hij de Eugène Ysaÿewedstrijd. Pas in 1951 kreeg hij zijn huidige naam als eerbetoon aan zijn erevoorzitster en initiatiefneemster. Lange tijd werd de wedstrijd alleen ingericht voor viool, piano en compositie, pas later kwamen daar ook zang en cello bij.

Zoveel verschillende werken werden bij de vorige editie in 2018 ten gehore gebracht.

Het jaar waarin de onlangs overleden componist Wim Henderickx het plichtwerk voor de halve finale schreef, met de titel Canzone

De eerste editie van de Koningin Elisabethwedstrijd voor Zang vond plaats in 1988. Dit jaar wordt dus de 10e jubileumeditie van het concours voor zang.

Het Orkest van Opera Ballet Vlaanderen zal dit jaar voor de 5e keer de laureatenconcerten van de zangwedstrijd begeleiden. Na Stefan Soltesz, Massimo Zanetti, Ivan Törzs en Dmitri Jurowski in de vorige edities staat ook deze keer onze chef-dirigent op de bok: Alejo Pérez.

128.500

Zoveel euro bedraagt het prijzengeld.

De laureaten van de negen edities van de zangwedstrijd kwamen uit 31 landen. België en Korea leverden de meeste laureaten tot nu toe, gevolgd door Frankrijk en de Verenigde Staten. Maar er was ook al een laureaat uit bijvoorbeeld Brazilië, Chili of Moldavië.

De gemiddelde leeftijd van de laureaten was 28 jaar. Deelnemers moeten sowieso minimaal 18 en maximaal 33 jaar oud zijn.

Het aantal Belgische laureaten tot nu toe. Marie-Noëlle de Callataÿ en Werner Van Mechelen (laureaten in 1988), Catherine Vandevelde (1992), Lionel Lhote (2004) en Thomas Blondelle (2011) waren daarna al in producties van Opera Ballet Vlaanderen te horen en te zien.

De editie die misschien de beroemdste laureaat van het zangconcours opleverde, met Marie-Nicole Lemieux. Maar ook andere grote namen als Mary Elizabeth Williams (bij Opera Ballet Vlaanderen te horen in Don Carlos in 2019), Stanislas de Barbeyrac of Rocío Pérez stonden ooit als laureaat op het podium in Brussel.

Zoveel zangers schreven zich dit jaar in. In een eerste ronde, eind januari, werd op basis van de ingestuurde video’s bepaald wie aan de eerste publieke ronde mag deelnemen.

LAUREATENCONCERT KONINGIN ELISABETHWEDSTRIJD 2023

BOZAR BRUSSEL di 13 jun 20:30u

DE BIJLOKE GENT do 15 jun 20:00u

DE SINGEL ANTWERPEN zo 18 jun 20:00u

OBV MAGAZINE 13
1937
13 2008 31 2000 10 28 413 378 5

VRIENDEN / VRIENDEN / VRIENDEN

OPEN REPETITIES

Als Vriend heb je het voorrecht onze voorstellingen als allereerste bij te wonen, bij de voorgenerale repetitie (de voorlaatste repetitie voor de première is dat). Zo kan je dit voorjaar naar de repetities van Satyagraha, Tristan und Isolde, The Indian Queen, Kruistocht, Le nozze di Figaro en Pite / Spivey / Forsyth e. Een unieke belevenis.

13 — 17 / 04 / 23 VRIENDENREIS

KOPENHAGEN

Na uitermate succesvolle reizen naar München, Aix-en-Provence en Parma in 2022 trekken we voor de eerste Vriendenreis van 2023 naar het prachtige Kopenhagen. Op het programma staan Verdi’s Aida en Strauss’ monumentale opera Elektra. En een héél bijzonder privé-recital met een oude bekende: Raehann Bryce-Davis.

03 / 05 / 23

PREVIEW SEIZOEN 23/24

Voor onze Vrienden lichten we het tipje van de sluiter iets vroeger dan voor het grote publiek. Onze directie walst jullie binnenkort in preview door het nieuwe seizoen 2023-2024.

DAGREIZEN

Op zondag 5 februari gingen de Vrienden op verplaatsing naar onze collega’s van De Munt voor Jevgeni Onegin van Tsjaikovski (volzet). Ook de volgende dagtrip komt dichterbij: op zondag 21 mei gaan we iets verder weg, naar De Nationale Opera in Amsterdam voor Maria Stuarda

Meer info en inschrijven op operaballetvrienden.be

In 2022 bleken de schouders van onze meer dan 500 Vrienden weer ijzersterk. In totaal schonken de vzw en alle individuele Vrienden maar liefst 242.342 euro aan Opera Ballet Vlaanderen, ter ondersteuning van onze artiesten en vooral het jong talent dat kansen krijgt op onze podia. Bedankt aan iedereen en in het bijzonder aan de Mecenassen, Erevrienden en Huisvrienden die daar in het bijzonder aan hebben bijgedragen. Hen noemen we hieronder graag met naam.

Nog geen Vriend? En je wil ook van alle voordelen genieten en die extra schouder zijn waarop we kunnen leunen? Dat kan al vanaf 60 euro. Ontdek onze formules op operaballetvrienden.be

MECENASSEN

Pol en Chris Bamelis, Jan en Nadien De Backer - Calle, Rudi en Viviane De Becker, Marc Franco en Rita Janssen, Mignon Graafland, Mieke Jacobs-Mulder, Thomas en Nancy Leysen, Patrick Maes en Nadine Cagnie, Jo en Edith Hageman - Vermeiren, Johan en Francine Miljoen - van der Linden, Guy en Martine Reyniers, Ludo en Ria Schellens, Frans Staals, Gerlyn en Ilse Staals, Wilfried en Denise Theunissen-Bruneel, Simonne Timmermans - De Rop, William en Livine Van de Velde - Van der Wee, Leopold en Mia Van Hool, Valerie en Bernard Van Hool, Jan en Nora Vermeulen, Peter Vandamme, Axel en May Vervoordt

EREVRIENDEN

Rik Allaert, Frank en Rita Arts, Monika Barkholt, Francine Bodderez, Joris Bulteel en Olivier De Ridder, Dirk Callebaut en Hilde Deplanter, Cecile Cambien, A.J. Carels, Kathryn Cauwenbergh, Jan en Danielle Cerfontaine - De Meulenaer, Walter Claes, Erik en Sylvie Claessens - Kocken, Chris en Els Claessens-Maldoy, Jacques Claus, Jan Cobbaut, Tom Coeckelbergh en Maarten Versteven, Marc en Annie Corluy - De Smedt, Dirk en Lieve Cornette - Van Hoyland, CPM NV, Dirk en Bea De Backer, Joris De Meester, Liane De Meester, Hugo en Christine De Mey - Van Velthoven, Jos De Meyere, Catherine Debrouwere, Wim De Paepe, Luc en Rita De Quinnemar, Eric en Catherine Deckers - Dael, Jan en Martine Declerck-Van Den Weghe, Mimi Delafaille, Marie-Paule Derde, Philippe en Christine Detavernier - Verfaille, Pol Dewaele, Magda Deygers, Philippe en Sylvie D’heygere - Vercruysse, Bernard Dubois, Jean en Ann Dusesoi-de Wilde, Jean-Pierre Eykelberg, Martin Franck, Tom en Lise Fret-Famey, Maria Goevaers - Der Kinderen, Maxime en Jeannine Hamers-Dochez, Walter en Anne Hens-Janssens, Marita Heyvaert, Philippe en Kitty Hopchet, Catherine Huyghe, Giovanni en Matthijs Immegeers - Hoekstra, Marleen en Patrick Janssens-Callaert, Harold en Nicole Kint - De Smet, Sabine Koklenberg, Ilse Krols, Piet Lamberts - Van Assche, Pascale Lauwereys en Peter Langley, Jan en Katelijne Lemmens-Boon, Erik Loosen, Dirk Maertens, Micky Maes, Bertrand en Katrien Mekeirel-De Baets, Jean-Paul en Leona Meulemans-Beliën, Harold en Eliane Naessens - Neven, Theo Peeters, Charles en Carla Petré-Huysmans, Christian Rasschaert, Michel en Katie Robeyns-De Pauw, Agnes Roling, Willy Sansen, Isabelle Santens, Ferry Saris, François en Veronique Saverys - De Hemptinne, Jack Slijper, Jacobus en Marianne Stuyck-Goossens, Vic en Lea Swerts, André en Simone Swings-Cremers, Philippe Thewissen, Bruno Tits, Luc en Patricia Timmermans-Desair, Heiko en Jan Unterstab-Decoene, Michèle Van Bogaert, Mats Van Delen, Hendrik en Maggi Van Damme, Vik en Katrien Vandamme - Van Eeckhoutte, Jos en Lorette Van der Perre-Devriendt, Peter Van Hoecke, Veerle Van Kerckhoven, Luc Van Mulders, Walter Van Pottelberge, Oliver en Nick Vandecappelle - Sablon, Leen Vandecruys, Koen en Renilde Vandelanotte-Draulans, Katrien Vandenbroucke, Marc Vandijck en Laure Vandersmissen, Ingrid Vanhee, Paul en Chris Verhaeghe - Clarebout, Philippe en Ann Verlinden - Timmermans, Cecile Vertommen - Goossens, Luc Vrelust, Frank Vrints, Kurt en Greet Wauman-Neirynck, Luuk en Marijke Wiertsema, Wouter Wils, Nathalie Wittemans, Samuel Wynant

HUISVRIENDEN

Merel Amandt en Els Verté, Etienne en Frieda Baert-Baeyens, Gerda Bats, Frederic Bax, Wim Becaus, Rudy en Els Broeckaert-Evers, Tom Broos, Evelyne Cambien, Karel Cleiren en Luc Warrens, Filip Cocquijt, Filip Corbeel, Frank De Backer, Jan Corremans en Tine De Coster, Jacques en Erna Debraeckeleer - Melotte, Deborah Debruyckere, Jaak De Boever, Bie De Graeve, Jozefa De Laet, Mario De Maet, Lucie De Nave, Caroline De Pourcq, Jean Charles De Preter - Caron, Alfred en Paula Derde - Meersschaert, Justus en Helen de Visser-Bierman, Bart De Wever, Frederik Dossche, Ronan Geers, Marie Goedgezelschap, Philippe Heerinckx, Frank en Roxane Hublé - De Bodt, Frank en Wendy Judo-Weckhuysen, Anne Kaulen, Marie Laga, Geert en Ann Lomme-Van de Velde, Eric en Anne MattheeuwsBovy, Nadine Migom - Thienpont, Els Noorlander, Hilde Pieters, Johan Palmers - Van Der Reysen, Laurence Poleunis, Muriel Reyserhove en Sigrid Dufraimont, Johan en Frederika Rogiers-Declerck, Germaine Roman, Pierre en Trees Thomas - Bontinck, Marc Timmermans - De Brabandere, Eric Van Acker en Anne-Marie Lysens, David en Veerle Van Aken - De Mondt, Peter en Katrien Vandeputte - Vanden Avenne, Frederik Van den Abeele, Frederick Van Gysegem en Vincent Vandewalle, André en Riet Van Poeck - Docx, Michel Van Schoor, Chris en Leen Vercammen - Gommers, Catherine Vergote, Annemieke Vermeire, Fernand Verlinde, Delphine Verzele, Leo en Nadine Victor-Gille, Korneel Warlop, Dirk Wauters, Jean-Jacques Wyndaele / en allen die anoniem wensen te blijven... situatie dd. 26 januari 2023

SAMENSTELLING EN REDACTIE

Koen Bollen, Maarten Bousserey, Ilse Degryse, Piet De Volder, Eline Hadermann, Katherina Lindekens, Tom Swaak, Wim Van Bree

EINDREDACTIE

Ilse Degryse

GRAFISCH ONTWERP

Lodewijk Joye

COVER © Stig De Block

BACKCOVER

© Philippe Grandrieux

V.U.

Opera Ballet Vlaanderen, Jan Raes, Van Ertbornstraat 8, 2018 Antwerpen

Alle rechthebbenden die menen aan deze uitgave aanspraken te kunnen ontlenen, worden verzocht contact op te nemen met de uitgever.

DRUK

INNI Group

Gedrukt op 100% gerecycleerd papier.

met de steun van

mediapartners hoofdpartner
OPERABALLET.BE

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.