't Pallieterke van 12 september 2019

Page 1

75ste jaargang • nummer 37 • donderdag 12 september 2019

Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

€ 2,50

Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...

“75 jaar bevrijding… één aspect van het verhaal wordt doodgezwegen.” Repressienummer. Bijlage bij ‘t Pallieterke van 11 september 2019

De repressie in cijfers

onder de berichtgeving over De voorbije dagen werd u bedolven we verwacht hadden, werd de bevrijding, 75 jaar geleden. Zoalshet andere aspect. In de naaan er nauwelijks aandacht besteed in België tussen de 80.000 en de sleep van de bevrijding werden opgesloten, dit in de periode 100.000 mensen opgepakt en tijdelijk september tot december 1944. waren al zo’n 15.000 collaboraDe dagen en weken voor de bevrijding gevlucht. Sommigen met familie, teurs naar Nederland of Duitsland vrouw en kinderen achterlaten. anderen moesten noodgedwongen het vaderland kunnen terugkeEen groot aantal zou nooit nog naar een groot aantal ‘vergissingen’, ook zaten ren. Bij de geïnterneerden opgepakt door de weerstanders. mensen die verkeerdelijk waren dagen vrijgelaten, maar meestal Sommigen werden al na enkele vergissing had ingezien. duurde het weken vooraleer men de wegens collaboratie opgesteld: In die dagen werden 405.057 dossiers Rex, de leden van de vroudaarbij de leden van VNV, Rex, Verdinaso, (ongeveer 10.000 Vlawenafdeling van de partijen, de Oostfronters militaire onderdelen zoals mingen en 6.700 Walen), en de andere zo’n 25.000 man). Dan waren er NSKK en Kriegsmarine (alles samen aangemeld als verpleegster hadden zich die nog de 600 à 700 meisjes waren er ook nog de mannen bij het Deutsches Rotes Kreuz). Dan getrokken om er te werken (zo’n die vrijwillig naar Duitsland waren 58.748 dossiers). en de economische collaboDaarnaast was er ook nog de culturele omgang van vrouwen met Duitse ratie. Minder ideologisch was de voor België, maar in Nederland is soldaten. Er bestaan geen cijfers die een relatie hadden met een er sprake van een 140.000 vrouwen een 15.000 kinderen uit Duitse soldaat. Zo zouden er in Nederland meen dat hetzelfde aantal mag gedergelijke relaties geboren zijn. Ik projecteerd worden voor België.

Lynchmoorden

1944 was de straatrepressie ongeDe eerste weken van september afgesneden, meestal publiemeen hard. Bij vrouwen werd de haren is nooit onderzoek gedaan. kelijk. Over het aantal verkrachtingen uit 1978 dat er in de periode Arthur De Bruyne schrijft in een artikelverkracht werden… in de proseptember/oktober zo’n 450 vrouwen de helft van die 450 werd later in vincie Limburg alleen al. Meer dan enige zuster van Theo vrijheid gesteld bij gebrek aan bewijzen…De aangehouden door de weerstand, Brouns werd in september 1944 haar mishandelden en verwaarna zes leden van de Witte Brigade die verkrachtingen en zou later krachtten. Zij werd zwanger door we dat naar de andere Vlaamse sterven bij de bevalling. Extrapoleren een 4.500 tot 5.000 verkrachtinprovincies, dan is er direct sprake van de periode september/oktober... gen. En dan spreken we enkel over moorden lopen de cijfers uiteen. Ook over het aantal lynchpartijen en eerder willekeurig, maar wel In Tongeren werden vijf collaborateurs de moord op meester De Vos en zonder proces geëxecuteerd. Over lezen. In totaal schat men het Pierre Cornelis kon u in vorig nummer straatterreur op een 120. Ook hier aantal dodelijke slachtoffers van dete geven: mannen als Frans Ketels, is het moeilijk om correcte cijfers Dom Modest van Assche,… Jeroom Leuridan, Ernest Van der Hallen, hun arrestatie, maar wel ten gevolstierven pas maanden of jaren na hun gevangenschap. ge van de slechte behandeling tijdens

Een ongelooflijk verhaal

dat zijn vader graag vertelde vertelt Xavier van Lauwe het verhaal B., zijn gewezen medespeler bij toneelIn zijn “Kinderen van het repressiecircus” zijn ongelooflijke verhaal van Norbert behoorlijk aangeslagen omdat hij als ‘kers’ op de repressietaart: het zat opgesloten in kazerne Weyler, bond ‘Voor Onzen Stam’. De man had moeten achterlaten. hoogzwangere vrouw thuis hulpeloos zijn lotgenoten uitdeelde wat zijn gaten en die kwam toegelopen en had klaarToch leken weerstanders over een vroeg wat er aan de hand was. “Die vrouwtje als doopsuiker Die hart te beschikken, want kort na kerel wil per se binnen, sergeant, gemaakt: gedroogde walnoten. vajonge de waren allemaal in een gekleurd paKerstmis lieten ze voor suikermet een vals papier.” Hij haalde het der voor enkele uren los om in het verfrommelde bewijsstuk uit zijn piertje gewikkeld, want was er geen geld… bonen moederhuis naar zijn pasgeboren broekzak: “Kijk, hier!” zoontje te gaan kijken. Hij kreeg een Mijn vader, schrijft Xavier, kreeg vrijbrief mee, maar nog diezelfde Geen geld voor suikerbonen nog zijn gemoed vol toen hij dat avond moest hij om zes uur stipt De ‘sergeant’ bleek, gelukkig voor echt beleefde kerstverhaal vertelde, weer binnen zijn, of anders zou hij het bedreigde vaderland, geen an- maar grinnikte als hij het had over , een ‘ex-boefer’ die het zich beklagen. alfabeet te zijn: “Gij se kloefkapper! die bewaker, toesnauwde: In die dagen van volslagen wanorde Ziede dan nie dat die vuile zwarte hem ooit hooghartig hebben geen recht!’ en gemis aan enig wettelijk gezag, smeerlap hier binnen moet zijn? ’t ‘Gevangenen vloog die kerel nalater had de jonge vader vrij gemakke- Is een van onze gevangenen, mut- Een week achter de tralies, wegens lijk kunnen onderduiken, maar de ten!” N.B. kreeg zijn bewijsje terug, melijk zelf van militair ei‘staatsgevaarlijke toneelspeler’ was groette beleefd zijn ‘redder’ en het ‘ontvreemden Overleven H. VAN OEVELEN mei de brave soort. stapte naar zijn barak, waar hij aan gendom’. van einde een en 1944 blijkbaar er september 4 Dat was de straatrepressie die tussen nog de gerechtelijke repressie: Ook al omdat hij in heel die sfeer 1945 door België raasde. Dan volgde Duizenden zaten in van ‘witte’ terreur, doodsbang was veroordeeld. uiteindelijk werden 53.000 mensen geworden, stapte hij inderdaad om in overvolle gevangenissen en afwachting van een proces opgesloten en een gebrek aan hygiklokslag 18.00 uur, met een pakje interneringskampen. Honger, vernederingenover hun dossier en hadvan 13 jaar oud, en mijn zuster onder de arm, door de kazerneIk was bij de bevrijding een meisje ene waren hun deel. Velen waren onwetend schrijnwerker en hij was lid poort. Wie schetste zijn verbazing proces zou voorkomen. was 18 jaar. Mijn vader was zelfstandighad hij zijn werkatelier. Toch den geen flauw idee wanneer hun toen hij een gewapende schildhuis vrouwen maar zien dat er van het VNV. Achter het ouderlijk Ondertussen moesten de achtergebleven wacht hem hoorde toesnauwen: vrijwillige arbeidskracht aan het naar school konden. Dat laatste besloot hij om in Duitsland als een inkomen was en dat de kinderen veel scholen werden kinderen “Halt! Wa komde gij hier doen?” ‘Ik werk te gaan. was evenmin eenvoudig, want in heel moet hier om zes uur binnen zijn, heel katholiek. Pas na zes maanvan ‘zwarten’ geweigerd. meneer.’ ‘Da kan iedereen zeggen!’ Vader was dus afwezig – hij werk- den kwam mama vrij. Toen papa ‘zwarten’ van woningen door, hoeveel “Maar meneer, laat mij toch te in Duitsland – toen de Witte uit Duitsland terugkeerde, werd Er is nog geen inventaris gemaakt werden of in brand werden of ik ben te laat!” Norbert B. zag een Brigade voor onze deur stond in hij natuurlijk opgepakt. Hij heeft (of vermeende ‘zwarten’) er geplunderd geplunderd. De gehuizen 20 gericht werden hem op Knokke in al dreigend geweer gestoken. Alleen Wilrijk. vijf jaar vastgezeten. Ons huis van ’t Pallieterke bewijzen dat worden: “Gij komt hier nie binnen tuigenissen in dit en vorig nummer collaborateurs stelselmatig geMama werd opgepakt en opge- was ondertussen aangeslagen en een of ik schiet!” “Maar ik heb een bede vernieling van eigendommen van sloten. De inboedel van ons huis verkocht. We hebben er nooit woningen, maar over duizenden vader wijs!” “Laat zien!” beurde. Het gaat niet over enkele werd verwoest en de werkplaats frank van gezien. Terwijlwerken. woningen. uit N.B. haalde zijn vrijbrief boven. De van papa, waar alle machines vastzat, ging moeder vader terug namen – stond te lezen dat tijis welopgevoede weerstander rukte In een Vlaamse krant – ik noem geen werden opgesloten in de leeustonden, werd geplunderd. Ze Toen hij vrijkwam, Hij dens de bevrijding de collaborateurs die uit zijn bevende hand en hield hebben onze meubelen door het begonnen als schrijnwerker. zin – meer werd er niet geschreven tweedehandsmachi wenkooien van de Zoo. In die ene hem… ondersteboven om te lezen samengevat. Mensen raam naar buiten gesmeten. Ge- kon ergens Die man– werd door deze krant de hele straatrepressie wat erin stond. Na enkele minuten na de bevrijding konden wij, de twee doch- nes op de kop tikken. lukkig maanden de in er wat voor schuddie meer te idee nee Brigade de Witte hebben geen flauw begon hij heftig van ters, terecht bij onze grootouders. nen van stonden en ons moeder geschiedenis waar België niet deur heeft plaatsgevonden. Het is een stukje den, verfrommelde het bewijsstuk Het was zwaar. Onze moeder was onze bewust uit het collectief geheukan ik niet vergeten. trots op moet zijn. Daarom wordt hetis, is gebeurd. en stak het in zijn broekzak. “Maak helemaal niet met politiek bezig, meenamen, MEVR. BOLSENS Nooit. gen weggegomd. Maar wat gebeurd da ge weg zijt, gij komt hier nie binze was nergens lid van. Ze was wel ne!” Een eindje verder kreeg een KARL VAN CAMP andere cipier het rare tafereel in de

Ik kan ze niet vergeten

‘t Pallieterke brengt naar aanleiding van de verjaardag van de bevrijding een extra editie om stil te staan bij het verhaal van de repressie, een schandvlek in de Belgische geschiedenis. De repressie is vooral een anti-Vlaams verhaal waarin gepoogd werd voor eens en vooral altijd komaf te maken met de Vlaams-Nationalistische beweging. Wij brengen u een ander geluid dan u in de traditionele berichtgeving kan vinden.

8 blz. extra met unieke getuigenissen over de repressie Publiciteit seksistisch? Weg ermee! Het Duitse vleesbedrijf “Der Steaklieferant” heeft na verschillende verbolgen reacties in de sociale media zijn publiciteitscampagne moeten afbreken en opdoeken. De slogan “So schön wie eine Frau. Schmeckt nur anders” (‘Zo mooi als een vrouw. Smaakt alleen wat anders’) was op publiciteitsborden in de Duitse deelstaat Nordrhein-Westfalen te zien. Bedrijfsleider Michael Franz was erop te zien, terwijl hij een mooi stukje vlees op de schouders torste. Een lekkere malse steak vergelijken met een vrouw? De knipoog van de firma werd niet gesmaakt door de feministen. Bij de Duitse “Werberat” (Raad voor reclame) kwamen ongeveer 30 klachten binnen. Op de Facebookpagina van de firma kwamen heel wat reacties en de ‘Steaklieferant’ werd seksisme verweten.

Vleesfabrikant Michael Franz heeft ‘zijn lesje’ intussen geleerd: hij haalde de publiciteit van de Facebookpagina. De publiciteitsborden werden intussen met andere publiciteit overplakt. De woordvoerster van de “Deutsches Werberat”, Julia Busse, heeft de bedrijfsleider om zijn snelle reactie geprezen en bedankt. Hij heeft zich “duidelijk gedistantieerd en hij heeft duidelijk gemaakt dat in de toekomst dergelijke campagnes niet meer worden getoond”. De vrijheid van bedrijven inzake publiciteit wordt steeds kleiner onder het (blijkbaar) almachtige politiek correcte denken. P.B.

Circus in de Wetstraat Een premier die zijn eigen begrotingsbeleid afbreekt. Een afgeserveerd Europees Parlementslid dat zich met alles komt moeien. Informateurs die tegen beter weten in rondjes blijven draaien. Verschrompelde centrumpartijen die zich tijdens de Vlaamse formatie arrogant opstellen. De Wetstraat heeft dezer dagen veel weg van een kindertuin. “Woedend.” Dat is uittredend premier Charles Michel (MR) wanneer hij wordt aangesproken over de precaire toestand van de federale begroting. Het tekort van meer dan 8 miljard euro zal tegen het einde van de legislatuur oplopen tot 12 miljard euro. Kan het nog gekker? De premier die zijn eigen regering in de prak reed door per se het Marrakeshpact te willen ondertekenen om zo “aan de juiste kant van de geschiedenis te staan”. In de praktijk betekende dit gewoon het veiligstellen van de eigen post op Europees niveau. Met het voorzitterschap van de Europese Raad haalde Michel een absolute topfunctie binnen. De man is zelf verantwoordelijk voor de precaire begrotingstoestand. Waarom moet hij dan woedend zijn? Het klopt natuurlijk dat de situatie van de overheidsfinanciën onder de vorige regering verbeterd is. Dat wordt wel eens vergeten. In 2014 bedroeg het deficit 3 procent van het bbp en vorig jaar was het gezakt tot 0,8 procent. Maar het resultaat kon en moest natuurlijk veel beter zijn. De regering-Michel profiteerde bij de sanering van de aantrekkende economie en de dalende rentelasten. Dat toch geen begrotingsevenwicht werd bereikt, is enkel en alleen de schuld van Charles Michel en zijn coalitiepartners. Zijn woedeaanval doet denken aan een slechte toneelspeler of een stuntelende circusartiest.

Kris Peeters duikt altijd op Het is niet anders met Kris Peeters. Die verloor vorig jaar de verkiezingen in Antwerpen. Hij verloor ze opnieuw op 26 mei. De CD&V’er is nu een afgeserveerd Europarlementslid dat tussen Straatsburg en Brussel pendelt. Hij wordt echter om de haverklap op tv opgevoerd. Om zijn mening te geven over de Brexit. Dat mag natuurlijk. Maar ook om telkens weer zijn mening te geven over de federale en Vlaamse formatie. Peeters duikt overal op. In Terzake, de journaals,… Wellicht nodigt

hij zichzelf uit en komt hij zich met alles moeien. Bij onder andere de N-VA is men dat grondig beu. De Vlaams-nationalisten steken dat bij de Vlaamse onderhandelingen ook door aan hun collega’s van CD&V. Die zwijgen. Wouter Beke en Hilde Crevits zijn Kris Peeters liever kwijt dan rijk, maar ze kunnen hem niet in quarantaine houden. In de Zevende Dag kwam Peeters met het nodige aplomb verklaren dat PS en N-VA moeten samenzitten. Tja, wie zit nu op zo’n uitspraak te wachten. Peeters denkt wellicht dat de loop van de geschiedenis bepaald wordt door grote denkers met briljante ideeën zoals hij.

De PS moet te veel hindernissen overwinnen Ondertussen doet het verhaal de ronde dat PS en N-VA al hebben samengezeten. Om wat te doen? Men kan zich dat afvragen. Als het niet is om over confederalisme te praten, dan moet het over sociaaleconomische dossiers gaan. En over migratie. Desbetreffend zijn die twee partijen als water en vuur. En toch hopen de informateurs Johan Vande Lanotte (sp.a) en Didier Reynders (MR) dat de gesprekken resultaten zullen opleveren. Welke? Die oude krokodillen zitten nu al meer dan drie maanden op een soort van politieke draaimolen, zonder dat er echt vooruitgang is geboekt. En ze blijven erop zitten tot begin oktober. Ja, de N-VA heeft zich in een comfortabele positie gewurmd door te zeggen dat ze met de PS wil praten. De Franstalige socialisten zijn terughoudend en krijgen het imago van een onverantwoordelijke partij. Tal van observatoren gaan ervan uit dat een coalitie van PS en N-VA kan lukken, omdat men nu al naar convergenties zoekt op een aantal dossiers zoals pensioenen, werkgelegenheid en migratie. Maar elk weldenkend mens moet toch beseffen dat de verschillen gigantisch zijn. De PS leeft gewoon in een andere dimensie dan de Vlaamse partijen. En ze zou te veel hindernissen moeten overwinnen richting

federale formatie. Eerst aan de achterban vertellen dat er toch met de N-VA wordt gepraat. Dan moeten zeggen dat de hervormingen onder de regering-Michel (zoals de pensioenleeftijd in 2030 naar 67 jaar) niet worden teruggedraaid. En dan nog eens vertellen dat de eigen verkiezingsbeloftes - 1.500 euro pensioen netto voor iedereen, arbeidsduurvermindering met loonbehoud niet kunnen worden gerealiseerd. Als de PS dat doet, pleegt ze electorale zelfmoord in 2024.

Van Grieken kan N-VA verder leegzuigen Met de N-VA is het niet anders. Een coalitie met de gehate Franstalige socialisten wordt het begin van het einde voor de N-VA. Vlaams Belangvoorzitter Tom Van Grieken kan in zo’n geval niet meer verliezen. Een PS/N-VA-regering zal de Vlaams-nationalisten electoraal leegzuigen. Het Vlaams Belang, dat nu over 5,5 miljoen euro extra middelen beschikt, zal de N-VA via allerlei kanalen kunnen aanvallen. En zelfs zonder Bart De Wever en consorten in een PS-coalitie zit Vlaams Belang gebeiteld. Want op Vlaams niveau beginnen CD&V en Open Vld nu druk te zetten om de starnota van Bart De Wever af te zwakken. Nu het einde nadert, verloopt de Vlaamse formatie niet meer zo vlot. Naar verluidt zouden de Vlaamse mini-centrumpartijen zich zeer arrogant opstellen. Niet beseffend dat ze zwaar verloren hebben. De gesprekken hebben soms wat van een kindertuin, is te horen. De deadline van 23 september – de dag van de Vlaamse Septemberverklaring - is plots niet meer zeker. Moet de N-VA onder druk van de agenda misschien toch wat inbinden? Een zacht Vlaams regeerakkoord, onder andere rond integratie en toegang tot sociale zekerheid voor nieuwkomers, geeft straks extra munitie aan de Vlaams Belangverkozenen in het Vlaams Parlement.


2

Actueel

12 september 2019

Met nooit gebroken moed Deze week vierden we de bevrijding van België, nu 75 jaar geleden. Zoals ik verwacht had, was er nauwelijks of geen aandacht voor het repressie-aspect. Hier een daar een kort zinnetje in een krant, maar steeds op een minimaliserende wijze. Zo in de zin van ‘tegelijkertijd werden de collaborateurs opgepakt’. Daarmee moest een doorsnee lezer het dan doen. In realiteit werden in de maanden na de bevrijding zo’n 100.000 mensen opgepakt, zonder uitzondering hardhandig behandeld, mentaal en fysiek geknakt. In minstens de helft van de gevallen was er sprake van willekeur en vergissingen. Zo bleek achteraf. Maar ondertussen had men wel klop gekregen en was het huis geplunderd. Het was voor velen zeer moeilijk om de opgelopen trauma’s te verwerken en de draad terug op te nemen. Het eerste nummer van dit blad verscheen op 17 mei 1945 en de toenmalige hoofdredacteur klaagde de uitwassen van de repressie uitgebreid aan. Elke week opnieuw. Net zoals de collega’s van Rommelpot. Daar was toen moed voor nodig. Denk maar aan de bomaanslag tegen de redactielokalen van Rommelpot op 14 juni 1947. We kunnen dus onmogelijk zwijgen. Niet dat ik niet over de bevrijding wil schrijven, maar daarover kunt u in de andere media meer dan voldoende vernemen dezer dagen. En dus daarom, ook deze week een extra bijlage over de repressie. Mijn dank gaat naar de vele lezers die reageerden en een getuigenis instuurden. Ik heb nog niet iedereen kunnen contacteren en de weken vliegen voorbij… Dus nog even geduld. Eveneens mijn dank aan allen die ons een berichtje stuurden met felicitaties naar aanleiding van onze speciale bijdrage. Een schouderklopje doet altijd deugd. Iedereen voelt aan dat de repressie tot op vandaag een enorme impact heeft in de Vlaamse Beweging. Zo ontving ik een getuigenis van een dame die voor de allereerste keer iets neerschreef – vol emotie - over haar ervaringen tijdens de repressie, maar wel met de uitdrukkelijke vraag dat ik haar verhaal niet zou publiceren. Ze wilde absoluut vermijden dat haar familie het ‘zwart’ verleden aan haar kant zou te weten komen. Een andere lezer zond mij ook een verhaal, eveneens met de vraag om niet te publiceren. Hij wenste geen nieuwe polemiek te doen ontstaan in zijn familie. Ik lees dat er dwars door de familiebanden een zwart-wit-lijn loopt. Er kan niet over gesproken worden… En dat 75 jaar na de feitelijke gebeurtenissen! PS: Tot slot kan ik u nog melden dat het kleinere formaat van ’t Pallieterke – vorige week – een éénmalige gebeurtenis is. Het is nogal ingewikkeld om uit te leggen in enkele lijnen, maar vandaag houdt u terug uw ’t Pallieterke in het vertrouwde formaat in de hand.

KARL VAN CAMP HOOFDREDACTEUR

Redactie & beheer: Uitgeverij ’t Pallieterke Cuperusstraat 41, 2018 Antwerpen Tel. : 03-232 14 17

Abonnementen/administratie: secretariaat@pallieterke.net Lezersbrieven: lezersbrieven@pallieterke.net Abonnementen binnenland

Abonnement buitenland:

3 maanden: 6 maanden: 1 jaar: Steunabo 1 jaar:

Tarieven afhankelijk van de bestemming. Alle inlichtingen op de kantoren.

32,50 euro 65,00 euro 130,00 euro 250,00 euro

Het abonnementsgeld kan overgeschreven worden op volgend rekeningnummer met vermelding van uw naam en adres: BE82 4096 5194 9168 BIC KREDBEBB

Lees nu ook digitaal op www.pallieterke.net Elke week op donderdag in uw krantenwinkel Stichter 1945-1955: Hoofdredacteur 1955-2000: Hoofdredacteur 2000-2010: Hoofdredacteur 2010-heden: Verantw. uitgever:

Bruno de Winter Jan Nuyts Leo Custers Karl Van Camp Karl Van Camp

Raad voor Vreemdelingenbetwistingen besteedt tijd aan zotte zaken Wie echt inzicht wil krijgen in de wereld van asielzoekers, vluchtelingen en hun advocaten, moet de arresten van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV) lezen. De arresten zijn publiek en staan op de webstek rvv-cce.be van deze instelling. De arresten zijn in het Nederlands of in het Frans. De Raad voor Vreemdelingenbetwistingen is een onafhankelijk administratief rechtscollege. Bij de RvV kan beroep aangetekend worden tegen beslissingen van het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen, tegen beslissingen van de Dienst Vreemdelingenzaken en tegen alle andere individuele beslissingen die genomen zijn met toepassing van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen (Vreemdelingenwet).

Zotte zaken Het probleem is dat bijna elke zaak voor de RvV gebracht kan worden indien aan de vormvereisten voldaan is. Een asielzoeker of vluchteling kent daar uiteraard niets van, maar een

advocaat kent deze regels wel en slaagt er dus in om hopeloze gevallen voor de RvV te brengen. Een Congolese vrouw beweert dat twaalf jaar geleden een vliegtuig op haar huis viel en wil nu asiel in België. Een Rwandees heeft een boom omgehakt op de plantage van zijn overleden oom. Hij beweert bedreigd te worden in Rwanda en is daarom naar België gevlucht. Een Congolees is dan weer gevlucht omdat zijn stiefmoeder hem wil betoveren. Een transmigrant werd van de boot naar Engeland geplukt en kreeg het dringende bevel om het grondgebied te verlaten. De RvV oordeelde evenwel dat de transmigrant voorlopig in België mag blijven. Een criminele Tunesiër slaagde er via de RvV in om zijn uitwijzing te schorsen. Een andere criminele en gewelddadi-

ge asielzoeker zat maandenlang in de gevangenis, kreeg dan het bevel om het grondgebied te verlaten, maar slaagde er via de RvV in om dat bevel te laten schorsen. Het aantal idiote en onbegrijpelijke zaken is legio. De vraag moet gesteld worden of de RvV deze zaken allemaal moet behandelen.

Advocaten Een andere vraag is wie deze zaken betaalt. Bij verlies moet immers een som betaald worden aan de Belgische staat. En de advocaat van de migrant of vluchteling doet zijn werk ook niet gratis. Bij navraag wil een advocate die dergelijke zaken behandelt niet eens antwoorden als ik meedeel dat ik een artikel voor dit weekblad schrijf. De volgende federale regering (die er ooit zal komen) moet zich dringend buigen over de bevoegdheid van de RvV. Het is toch niet de bedoeling dat de RvV zich over hopeloze gevallen buigt waarbij de asielzoeker of vluchteling toch geen kans maakt, of zelfs een gevaar is voor de samenleving. T. DEBELS

ECONOMISCHE ZAKEN

Ook bij een geprivatiseerd Proximus zal de staat zich moeien Het vertrek van Dominique Leroy bij telecombedrijf Proximus doet sommigen pleiten voor een privatisering. Maar zelfs op een telecombedrijf zonder overheidsaandeelhouder zal de regering druk blijven zetten. Want communicatie en internet zijn anno 2019 cruciale motoren voor economische groei en welvaart. Wel zouden bij een privatisering onnozele regels zoals taalverhoudingen tussen bestuurders en managers verdwijnen. Na het aangekondigde vertrek van Proximus-CEO Dominique Leroy pleitte N-VA-Kamerlid Michael Freilich voor een privatisering van het beursgenoteerde bedrijf. De Belgische overheid heeft immers nog altijd de helft plus een van de aandelen in handen. Aangezien de soms moeilijke relatie tussen Dominique Leroy en voormalig voogdijminister Alexander De Croo, lijkt een privatisering logisch. Hij pleitte vanuit de regering constant voor lagere prijzen, wou dat andere operatoren gebruik zouden maken van het netwerk van Proximus en wou een nieuwe concurrent op de telecommarkt toelaten. Allemaal zaken die op een ‘njet’ botsten bij Leroy. Daar komt nog bij dat zeker linkse partijen over de schouder van de Proximus-top kijken wanneer moet onderhandeld worden met de vakbonden. En dan is er nog het managersloon, dat met een basissalaris van 650.000 euro bruto per jaar lager ligt dan bij de buitenlandse concurrenten in de sector. Daar kan het basisloon snel oplopen tot 1 miljoen euro en meer. Waarom niet privatiseren? Het zou toelaten dat een goedbetaalde manager met een internationaal palmares Proximus sterk kan doen groeien, is te horen.

Problemen opgelost? De vraag of de overheid nog moet investeren in een telecombedrijf is een terecht vraag. Alleen moet men direct de extra vraag stellen of een privatisering alle problemen zal oplossen. Bij voorstanders is te horen dat er een andere dividendenpolitiek zou worden gevoerd. Nu worden de aandeelhouders jaarlijks royaal vergoed. Een interessante zaak voor de federale regering,

die de miljoenen gebruikt om de begrotingsputten te helpen vullen. Waarom kan die winst niet gebruikt worden om te investeren in het digitale netwerk? Een terechte bedenking. Alleen, ook een geprivatiseerd Proximus zal geconfronteerd worden met de bemoeizucht van politici. Onze economie heeft gewoon constant nood aan een efficiënt en goedwerkend communicatienetwerk en snel internet. Dat de Duitse economie

ervoor zorgen dat de dividendenstroom richting federale staatskas aanhoudt, maar tegelijk investeren, de prijzen zo laag mogelijk houden en de tewerkstelling garanderen. Er zijn veel managers die voor zo’n opdracht de neus ophalen. Dat het aandeelhouderschap onveranderd blijft, betekent dat de raad van bestuur – met politici als Stefaan De Clerck en Karel De Gucht - een headhunter de opdracht moet geven een opvolger te vinden. Waarbij

vertraagt, heeft voor een deel te maken met een gebrekkige digitale infrastructuur. In het voormalige Oost-Duitsland is de situatie zelfs dramatisch. Politici zullen Proximus voortdurend op de plichten wijzen. Ander thema: de telecomtarieven. De politieke druk zal groot zijn om richting lagere tarieven te werken. Topman of topvrouw van een geprivatiseerd Proximus zijn, dat is nooit een zondagse boswandeling.

de bewegingsruimte door het maximumsalaris beperkt is. Om nog te zwijgen over de taalevenwichten. Een buitenlandse manager zal door het maximum basisloon van 650.000 euro bruto niet worden verleid. Men moet dus in de kleinere Belgische vijver vissen. Een Nederlandstalige voorzitter van de raad van bestuur houdt in dat de CEO of gedelegeerd bestuurder een Franstalige moet zijn. Namen die de ronde doen zijn Grégoire Dallemagne (Luminus), Bernard Delvaux (Sonaca) en JeanPaul Philippot (RTBF, met PS-signatuur). Maar wat als Stefaan De Clerck straks de handdoek in de ring gooit als voorzitter? Opgevolgd door een Franstalige moet een headhunter dan een Vlaamse manager zoeken. De zoektocht naar een nieuwe CEO dreigt op die manier een vaudeville te worden. ANGÉLIQUE VANDERSTRAETEN

Dividendenstroom Trouwens, welke regering zal beslissen om tot een privatisering over te gaan? Toch zeker geen coalitie met de PS, laat staan met de socialisten én de groenen. Proximus blijft gewoon een beursgenoteerd overheidsbedrijf. Met straks een CEO die met heel wat factoren rekening moet houden. Ten eerste


Actueel

12 september 2019

Abdelnasser Azziz (La Voix du Nord)

3

WORDT MAINGAIN ‘VERBINDINGSOFFICIER’ TUSSEN BRUSSEL EN WALLONIË?

Op de webstek van Het Laatste Nieuws verscheen een verschrikkelijk artikel over een Belg die met een trein en een taxi vanuit Luik naar het plaatsje Bonningues-les-Calais reed om daar zijn ex-vrouw te mishandelen. Hij verraste de vrouw, die acht maanden zwanger was in haar huis, sleept haar bij haar haren naar de slaapkamer, ketende haar met kettingen en een hangslot vast aan het bed en verkrachtte haar herhaaldelijk. Voor één keer waren de psychiatrische experts het allemaal met elkaar eens: hij was zwaar schizofreen. Toen zij nog met haar gewelddadige echtgenoot samenleefde, had de vrouw al 27 (!) klachten tegen hem ingediend wegens verkrachtingen en soms groepsverkrachtingen. Hij zou haar ook tot prostitutie gedwongen hebben. In de reacties op dat artikel werd hevig gescholden op “de mannen” in het algemeen. Maar we hadden al een donkerbruin vermoeden dat er iets niet klopte. En inderdaad, een snelle blik op enkele Franse kranten, bijvoorbeeld La Voix du Nord, leerde ons dat deze “Belg” Abdelnasser Azziz heette. Een moslim dus.

Censuur Of hij ook nog aan niet-islamitische vormen van waanzin leed, kunnen wij natuur-

lijk niet weten. Het Laatste Nieuws had dat bericht dus gecensureerd. En de lezers die zo verontwaardigd reageerden, hadden hun woede op “de moslims” moeten afreageren, niet op “de mannen”. Waarom zouden arme boeddhisten, katholieken, agnostici of Getuigen van Jehova mee in de klappen moeten delen? Dit is typisch het gedrag van wraakzuchtige moslims. En het is niet eens de ergste vorm van islamitische vergelding. Heel dikwijls worden vrouwen in zo’n geval gewoon vermoord. Had Het Laatste Nieuws toch een discrete hint over de identiteit van de dader willen geven door te vermelden dat het hier om een “gearrangeerd huwelijk” ging? Of was de censor gewoon slordig geweest? PAUL BAÜMER

BRIEFJE AAN SOPHIE WILMÈS

Persona non grata Mevrouw de Vlamingenpestster,

Hofmeyr gehuldigd

Verleden week werd Steve Hofmeyr, de bekende Zuid-Afrikaanse zanger en activist, tijdens een concert, waar 2.000 mensen aanwezig waren, vereerd met de prestigeprijs van de FAK, de Federasie van Afrikaanse Kultuurvereniginge. De organisatie reikt deze prijs reeds sinds 1937 uit en meende dat Hofmeyr in aanmerking kwam door zijn bijdragen aan de Afrikaanse muziek in de laatste dertig jaar, maar ook voor zijn werk als acteur en schrijver. In het verleden werden Zuid-Afrikaanse kunstenaars als Rina Hugo en Laurika Rauch op dezelfde wijze gehuldigd. Hofmeyr staat bekend omwille van zijn politiek niet-correcte standpunten. Zo heeft hij kritiek op de aanvallen op het Afrikaans als taal, nam hij deel aan protesten tegen

5 minuten persoonlijke moed!

Bel gratis 0800 179 75 of surf voor ons kantorennetwerk even naar vnz.be Voor een Vlaamse sociale zekerheid! Hoofdzetel: Hoogstratenplein 1 2800 Mechelen

Word lid van het VNZ

de plaasmoorde en verzet hij zich tegen de verwijdering van Afrikanersymbolen. Onlangs kwam hij in het nieuws in verband met de oude Zuid-Afrikaanse vlag. De man kreeg de jongste tijd dan ook steeds meer tegenkanting. In maart verbrak MTN, een belangrijke telecommunicatiemaatschappij in Afrika, haar banden met het “Afrikaans is Groot”-concert in Kaapstad omdat Hofmeyr een der deelnemers was. In april liet de Ghoema-muziektrust onder druk van haar hoofdsponsor tv-bedrijf Multichoice het lied ‘Die Land’, waarvan Hofmeyr een der vijf deelnemende zangers is, niet in aanmerking komen voor een prijs. Multichoice deelde achteraf mee dat de zanger voortaan uit al haar uitzendingen wordt verwijderd. En onlangs dreigde Sun International af te haken als locatie als Hofmeyr op het programma van “Afrikaans is Groot” zou blijven staan. Intussen heeft het radiostation Pretoria FM (het oude Radio Pretoria, dat nu onder de vakbond Solidariteit ressorteert) meegedeeld dat ze in oktober een eigen concert aanbieden waaraan 20 Afrikaanse kunstenaars waaronder Steve Hofmeyr zullen deelnemen. De FAK deelde mee dat voor haar enkel de culturele waarde van een persoon telt en niet de persoonlijke opvattingen. Ze voegde eraan toe steeds achter de vrijheid van mening te staan en neen te zeggen tegen censuur. JAN VAN AERSCHOT

Gij zijt een van de weinige federale ministers uit de restregering Michel die nog overgebleven zijt. Als minister van Begroting-met-belabberde-vooruitzichten hebt gij uw partij-‘vrienden’ Reynders en Michel zien vertrekken naar lucratieve posten in Europa waarvoor zij niet eens dienden verkozen te worden. Zo gaat dat op de hoogste echelons: men wordt voorgedragen en aangesteld door de politieke elite die op dat moment aan de macht is. Het volk heeft daar niets mee te maken. Ja, we leven in een schijndemocratie. En als er al verkiezingen zijn, dan wordt daar meestal geen rekening mee gehouden. Ook België is zo’n schijndemocratie, want in dit land regeert een minderheidsregering die nog slechts 38 van de 150 Kamerleden vertegenwoordigt en die het niet nodig vindt om bij zo’n benoemingen - die van Reynders bijvoorbeeld - even de mening van het parlement te vragen. Het is hier vaak erger dan in Westminster in het Verenigd Koninkrijk. En ja, zo circuleert dezer dagen uw naam om Charles Michel als premier op te volgen als die binnenkort de deuren van de Wetstraat achter zich dichttrekt om zich als de ongekroonde en vooral onverkozen ‘president’ van Europa op alle internationale fora te laten gelden. Omdat echter het Belgische premierschap vooralsnog in handen van de MR is, moet dat zo blijven, vindt men. En bovendien zoudt gij nog de enige MR-excellentie zijn die ook redelijk Nederlands spreekt. Ducarme, Marghem, Bellot en Bacquelaine braken nu en dan enkele zinnen in min of meer verstaanbaar Nederlands uit, omdat het moet. Een conversatie voeren in die taal is voor hen evenwel onmogelijk. Zij doen er ook geen enkele inspanning voor. Het interesseert hen als ‘bons Belges’ zelfs niet. Maar uw kennis van het Nederlands betekent helemaal niet dat gij een welwillende houding tegenover de Vlamingen aanneemt. Integendeel. Van 2007 en tot uw ministerschap in 2015 waart gij schepen in Sint-Genesius-Rode, een Vlaamse faciliteitengemeente die de Franstaligen als een te veroveren wingewest aanzien. Gij onderscheidde u daar als een rabiate verdedigster van de Franstalige belangen. In die periode - van 2012 tot 2014 - waart gij overigens ook provincieraadslid voor de eenheidslijst Union des Francophones in… Vlaams-Brabant. Geertrui Windels - de echtgenote van oud-EU-president, voormalig Belgisch premier, minister en Kamervoorzitter (en nog veel andere ambten en mandaten)

Herman Van Rompuy - was ook schepen in Sint-Genesius-Rode voor de Vlaamse eenheidslijst sinds 2012. In 2017 gooide ze de handdoek in de ring omdat ze in al die tijd het pestgedrag van de Franstalige schepenen kotsbeu was geworden. Van bij het begin van haar mandaat werd zij onophoudelijk gepest en gechanteerd door hen. Zo werd het budget voor de schamele bevoegdheden die ze had (Nederlandstalige cultuur, bibliotheek, milieu- en afvalbeleid) systematisch verminderd, ondanks de subsidies die zij bij de Vlaamse overheid wist te bekomen. Ook haar jaarbudget voor milieu werd plotsklaps verminderd van 30.000 naar 6.000 euro. Windels werd op alle mogelijke manieren tegengewerkt en haar bevoegdheden werden meteen uitgehold wanneer zij succes boekte. Ook ambtenaren werd het verboden om met haar samen te werken en haar dossiers ontving ze pas de avond voor de zitting van het schepencollege. Met lede ogen en lood in de schoenen zag ze dat de Nederlandstalige cultuurraad niet langer werd erkend als adviesorgaan, waardoor de subsidies werden stopgezet. Tegelijk werd er door toedoen van uw Franstalige kompanen wel 15.000 euro gevonden voor een campagne waarin de inwoners werden opgeroepen zich als Franstalige te laten registreren. Om maar enkele zaken en toestanden te noemen uit die tijd. En weet gij nog wat zij bij haar afscheid van de politiek zei? Ik fris uw geheugen even op voor het geval gij een en ander zoudt ‘vergeten’ zijn: gij waart in die periode (van 2012 tot 2015 dus) de ergste pestster van allemaal. En na u duurde dat gewoon verder door… Aldus werdt gij “een van de symbolen van het meest agressieve francofone imperialisme in de Vlaamse Rand rond Brussel”, zoals Vlaams Belang-Kamerlid Barbara Pas u onlangs omschreef. Voor haar “mag het dan ook duidelijk zijn dat zulk een figuur totaal ongeschikt en onaanvaardbaar is voor de Vlamingen als eerste minister van dit land”. Ik ben zo vrij haar standpunt hierin te volgen. Met haar hoop ik dan ook dat CD&V en Open Vld prompt hun veto tegen u zullen stellen. Dit moeten de Vlamingen echt niet pikken. De tijd van gedweeheid en buigen voor de Franstalige arrogantie is voorbij. 43 procent Vlaams-nationale stemmen moeten tot nadenken stemmen. En bij CD&V denkt men best ook even terug aan de verjaagde Geertrui Windels.


4

Actueel

12 september 2019

Citaat van de week > Luckas Vander Taelen

“Almaci had haar eergevoel opzij moeten zetten.” Op de valreep stelde ook uittredend voorzitster Meyrem Almaci zich opnieuw kandidaat. Zij wil niet geloven dat zij en Calvo het slecht gedaan hebben in de aanloop van 26 mei en wil dat dus niet toegeven, zelfs als daar duidelijke aanwijzingen toe zijn. Bijgevolg dramt ze verder door en geeft ze als ‘basisdemocraat’ een nieuw geluid het liefst geen kans. Luckas Vander Taelen, geëvolueerd van ‘fundi’ tot ‘realo’, betreurt dat duidelijk: “Het is bijzonder jammer voor de partij dat Meyrem Almaci wil doorgaan. Rzoska zou de mislukte campagne van Groen kunnen doen vergeten en een nieuw elan geven. Ook is hij de ideale man om vanuit zijn Vlaamse gevoeligheid een gezondere verhouding met Ecolo uit te bouwen. Almaci had haar eergevoel opzij moeten zetten en beseffen dat na een lange periode als voorzitter het voor niemand een schande is om plaats te maken voor iemand anders. Zeker als die andere Björn Rzoska is.”

Een kwestie van tijd Er was een steekpartij, een kilometer van mijn huis verwijderd. In mijn keurige en zeer blanke woonwijk, waar de enige allochtonen ikzelf, mijn ouders en hun hoogopgeleide vrienden zijn. Plus een handjevol ‘anderssoortigen’. Een steekpartij op een metrostation, een ruzietje over wie er het eerst de stilstaande metro in mocht. Er was een moordpartij, op een school aan de rand van mijn keurige woonwijk. Meisje wordt neergestoken door een kerel die niet begrijpt wat ‘NEE’ betekent. Meisje en familie hadden al vaker bij de politie aangeklopt voor hulp. Meisje zou die middag wederom naar de politie gaan, maar tegen die tijd was ze al vermoord. Er was een matpartij, op 100 meter van mijn nieuwe woning in het centrum van Rotterdam. Een bruidsstoet belemmerde toeterend en gevaarlijk rijdend het verkeer. De bruiloftsgasten trokken zich niets aan van de politie die aanmaande tot normaal rijgedrag. Ze werden tot stilstand gebracht, en een van de gasten mepte een agent van achteren neer. De man zit thuis, bij te komen. Er zijn ingezonden brieven van ouders en oma’s over de stand van zaken op de scholen van hun (klein)kinderen. Het veelvoud aan nationaliteiten, tot daaraan toe. De normen en waarden die ze met zich meebrengen daarentegen, dat is een drama. Gescheld, gedreig, geruzie en minachting, niet alleen tussen de kinderen onderling, maar ook van ouders richting de leerkrachten.

Geweld Natuurlijk gaan er ook dingen goed. Er gaan meer dingen goed dan dat er fout gaan, maar het is nu eenmaal een gegeven dat alles wat fout gaat met geweld gepaard gaat. Geweld waar de samenleving geen antwoord op heeft. Hoewel, de samenleving heeft dat wél; het is de politiek die de andere kant opkijkt en nog steeds bootladingen buitenlanders in de vorm van ‘vluchtelingen’ binnenlaat. Waar het heengaat, is gissen. Nou ja, een ‘educated guess’ dan: medio jaren negentig was ik een van degenen die het ‘probleem’ van meer dan 50 procent allochtone kinderen in de grote steden wegwuifde. Die zouden ‘gewoon’ integreren. Kijk maar naar mij en mijn vrienden. Geen c e n t j e pijn. Wie ons hoort, denkt met een kakkineuze Ne-

derlander van doen te hebben. Wie ons ziet, raakt in de war; het plaatje klopt niet. Wij speelden ermee, konden er prima mee leven. Inmiddels is het zover gekomen dat de enige oorspronkelijke bewoners van een stad als Amsterdam Marokkanen zijn. De van oorsprong blanke Amsterdammer is allang naar Purmerend of Almere vertrokken. De stad is overgenomen door passanten: toeristen en mensen die er tijdelijk verblijven. In mijn geval was tijdelijk achttien jaar, de jaren na mijn studie tot drie jaar terug. Niemand die ik ken in Amsterdam, komt er vandaan of blijft er. Op de Marokkanen na. Er wordt veel geklaagd dat Amerikaanse investeerders de stad opkopen. Ik wens ze succes en laat ze de mocro’s. In die achttien jaar dat ik in Amsterdam woonde, zijn de Marokkanen veranderd van jongens die herrie maakten op de hoek van de straat – en ‘sorry mevrouw’ zeggend wegliepen als ik uit het raam hing en zei dat ik wilde slapen – tot de mocromaffia die schijt heeft aan alles en iedereen, maar vooral aan de blanke Hollander. De integratie die ik voor ogen had, is aan hen voorbijgegaan. Volgens diverse rapporten die de afgelopen weken werden gepubliceerd, zijn criminele Marokkanen de baas geworden in de stad. Dat is ook een vorm van integratie, zou je kunnen zeggen, maar niet zoals ik voor ogen had.

Neerwaartse spiraal Inmiddels kan ik niet anders dan vaststellen dat we in een neerwaartse spiraal zitten. Niet omdat veel moslims hun geloof willen uitdragen op een manier die in Nederland en Vlaanderen niet past, maar omdat we niet handhaven, niet corrigeren, niet dwingen, niet mengen. Omdat we niet beseffen hoe waardevol onze vrijheid is. Zo waardevol dat tolerantie tegen anderen die onze vrijheid niet tolereren, niet meer houdbaar is. Geen enkel geloof geeft het recht de ander te minachten en te mishandelen. Geen enkele vorm van tolerantie mag mishandeling toestaan, binnen of buiten het geloof. De vrijheid moet verdedigd worden door politieagenten en politici. Vandaag al. Anders is het slechts een kwestie van tijd totdat ook hun kinderen op school worden neergestoken en hun beveiligers van achter worden aangevallen tijdens hun werk.

EBRU UMAR NEDERLANDS-TURKSE COLUMNISTE

Gevangenenruil tussen Rusland en Oekraïne

Wij betwijfelen of de gevangenenruil tussen Rusland en Oekraïne het begin wordt van een vredesproces. Daar zal meer voor nodig zijn. Er zijn al eerder zo’n uitwisselingen geweest, die verder geen politieke gevolgen hadden. Maar wij zijn wel opgelucht dat de Oekraïense cineast Oleg Sentsov werd vrijgelaten. Zijn gevangenschap was symbolisch voor het lot van duizenden onschuldige mensen die vermorzeld werden onder de pletwals van het Russische rechtssysteem. Een systeem waarin foltering en partijdige rechters dagelijkse kost zijn en waarin in 2017 slechts 0,36 procent van de beklaagden werd vrijgesproken. In augustus 2015 werd Oleg Sentsov veroordeeld tot 20 jaar wegens het organiseren van een terroristische organisatie op de Krim. Sentsov was een laureaat van internationale filmfestivals en een activist van de Oekraïense ‘Maidan’. Hij verzette zich tegen de annexatie van de Krim en hielp Oekraïense militairen uit de Krim naar Oekraïne te vluchten. In mei 2014 werd hij thuis gearresteerd. Hij werd in de gevangenis gemarteld. Zijn beulen trokken een plastic zak over zijn hoofd, waardoor hij begon te stikken, totdat hij het bewustzijn verloor. Hij werd bedreigd met homoseksuele verkrachting en moord. Gay parades worden in Rusland niet getolereerd, maar cipiers en politiemannen kunnen in detentiecellen wel ongestraft mannen en vrouwen verkrachten.

Steun Sentsov werd gedwongen te bekennen dat hij bomaanslagen had georganiseerd, en brandstichtingen in kantoorgebouwen, en dat hij in het bezit was van wapens en explosieven. Er waren twee getuigen tegen Sentsov: Alexei Chirny, een leraar in de militaire geschiedenis en Gennady Afanasyev, een medewerker van het parket (!). Ze bekenden dat ze op bevel van Sentsov hadden meegewerkt aan de brandstichtingen en aan de voorbereiding van de bomaanslagen. Tijdens het proces trok Gennady Afanasyev zijn getuigenis in. Hij verklaarde dat hij zichzelf en Sentsov vals had beschuldigd omdat hij gemarteld was met elektrische schokken. Sentsov zelf pleitte onschuldig. Het proces en het vonnis, gebaseerd op valse beschuldigingen, en afgedwongen door foltering, herinnerden aan de politieke processen uit het Stalin-tijdperk. De Russische cineasten Andrey Zyagintsev en Alexander Sokurov betuigden hun steun aan Oleg Sentsov, wat ongelooflijk moedig was. De meeste kopstukken van de Russische culturele wereld zijn al even laf als hun collega’s in het Westen, en met het oog op subsidies en voorrechten likken zij evengoed de voeten van het establishment. Het multiculturele establishment in het Westen, het establishment van oligarchen en voormalige

KGB’ers in Rusland. Poetin verleende in 2016 gratie aan Gennady Afanasyev en ruilde hem in voor Russische onderdanen in Oekraïne.

Wanhoop en trots Maar Oleg Sentsov moest zijn straf uitzitten in strafkamp bij de poolcirkel, duizenden kilometers van de Krim, waar zijn 75-jarige moeder woont met zijn vrouw en zijn twee kinderen. De Oekraïense consul mocht hem niet bezoeken omdat hij beschouwd werd als een Russische staatsburger, hoewel hij nooit afstand had gedaan van zijn Oekraïens staatsburgerschap en nooit het Russisch staatsburgerschap had aanvaard. Ondanks de afstand en de administratieve treiterijen kon Sentsovs vrouw hem enige keren bezoeken. Maar Sentsov vroeg haar niet meer terug te komen. Hij had te veel medegevangenen na een bezoek van hun familie in een zwart gat zien vallen toen zij weer alleen waren, wat dikwijls eindigde in zelfmoord. Hij was bang dat hem hetzelfde zou overkomen. Ondanks de uitzichtloze wanhoop bleef Sentsov ongebroken. In een buitengesmokkelde brief had hij de Oekraïense overheid nog opgeroepen geen toegevingen aan de Russen te doen in ruil voor zijn vrijlating: “Dat zou de overwinning niet dichterbij brengen. Maar ons [gevangenen] als wapen tegen de vijand gebruiken, dat kan wel helpen. U moet weten dat wij niet uw zwakke punt zijn. Als we spijkers moeten worden in de doodskist van een tiran, dan zal ik graag een van die spijkers zijn. U moet alleen weten dat deze ene spijker nooit zal buigen.” Het zouden de woorden kunnen zijn van Poolse officier in krijgsgevangenschap, van een Ierse rebel na de Paasopstand, of van een Schotse vrijheidsstrijder als William ‘Braveheart’ Wallace. Maar uit de mond van een cineast als Oleg Sentsov krijgen zulke woorden van ongebroken moed een nog sterkere lading, omdat ze zo sterk contrasteren met de lafheid en het opportunisme die we in kringen van intellectuelen en kunstenaars maar al te dikwijls zien.

Vlaamse begroting in de rode cijfers

PAUL BÄUMER


Actueel

12 september 2019

Sire, ’t is welletjes geweest Moet Vlaanderen zich haasten om snel een regering te vormen? Veel analisten wijzen met de vinger naar de voorzichtigheid van de N-VA, die zich ervoor hoedt federaal niet in de zak te worden gezet. De PS doet net hetzelfde, maar dat moet door onze Vlaamse pers nog worden opgemerkt. Na de Waalse coalitievorming reageerden onze perscommentatoren bijna lyrisch. Moeten we nu geloven dat Di Rupo nu vlotjes voor paars-geel zou gaan? En dat Ecolo er nu vrede mee zou nemen om federaal dan maar oppositie te moeten voeren tegen Di Rupo, terwijl ze op Waals en Brussels niveau mee aan de vetpotten zitten? En dat allemaal terwijl de collega’s van Groen in beide assemblees in een hoekje mogen liggen huilen? Dat wordt mooi om te zien. Het wordt ook weer leuk om onze kwaliteitsmedia in de gaten te houden. Dat zijn – zo denken ze het toch zelf – de printmedia De Standaard en De Morgen, ons des avonds nog eens voorgeschoteld aan de tafels van de openbare omroep.

schaffen van de stemplicht. Niets daarover in de startnota van De Wever, maar voor gemeenteraad en provincies zou het wel een element zijn in de Vlaamse regeringsonderhandelingen. Vlaams-nationalisten en conservatieven denken hier maar beter even over na.

aan haar communautaire agenda is er niks mogelijk”, weet ook Sinardet. Dat Wallonië communautair zou plooien omdat het vanaf 2025 in geldnood komt, is weinig waarschijnlijk. “Vanaf 2025 wordt het solidariteitsmechanisme geleidelijk verminderd, maar binnen het geheel is dat vrij beperkt. Iets van een 64 miljoen euro per jaar. Dat is niet van die aard voor de Franstaligen om een bocht van 180 graden te maken.” Temeer omdat Wallonië meer bevoegdheden niet zou kunnen betalen.

Sinardet en Maddens

Noodregering

De N-VA moet ooit enkele knopen doorhakken. Eerst Vlaams? Dan federaal? Of omgekeerd? Alleen de ingewijden weten wat er uit de bus komt. Blijft in de huidige omstandigheden ook het loslaten van federaal bestuur een mogelijke piste? In een interessant dubbelinterview met de politicologen Dave Sinadet en Bart Maddens in Het Belang van Limburg en zusterkranten was de titel verhelderend: “Als er eind dit jaar geen regering is, moeten er nieuwe verkiezingen komen.” Sinardet wees op de records die we nu al klopten: we beleven (nog) niet de langste federale formatie, maar wel de langste federale informatieronden. En de langste formatie op Vlaams en Waals niveau en op Frans gemeenschapsniveau. Sinardet én Maddens weten dat er binnen de N-VA discussie is over federaal meebesturen of niet. Na een opdoffer bij de verkiezingen kwam de troost dat de partij incontournable is op Vlaams niveau. En recent zouden meer en meer N-VA’ers vinden dat het federale niveau niet hun probleem is.

De derde optie is een noodregering of tussentijdse regering. Deze piste, zowel aangegeven door Paul Magnette (PS) als deze week nog door de Vlaamse bedrijfsvereniging Voka, is een aanfluiting van de democratie. Maar ze lost de problemen van dit land niet op. Het wordt “uitstel, geen afstel”. Het kan nog gekker. De Waalse politicoloog Vincent de Coorebyter (directeur-generaal van het CRISP, Centre de recherche et d’information socio-politiques) schreef vorige week in Le Soir zelfs dat een minderheidsregering weleens béter zou kunnen zijn dan een meerderheidsregering, want democratischer. Besturen à la carte, dus. Het punt is dat ook zo’n gefoefelde oplossing er geen is. Ze neemt de verdeeldheid niet weg en het parlement kan snel een schiettent worden. Nog ondemocratischer kleuren de amechtige pogingen van sommige academici om de “directe democratie” op te leggen. U kent ze wel, de pistes van David Van Reybroeck en co, met hun “uitgelote burgerpanels”… Meer dan het vierkant uitlachen van hun zwakzinnige en incompetente medeburgers, die anders denken en stemmen, hebben die ‘experts’ en heropvoeders niet in hun mars.

Leeggeschreven Veel opiniemakers lijken leeggeschreven en blijven maar zagen over de federale formatie die moet starten. Ze willen de Vlaming op de zenuwen werken, tot die de N-VA met de vinger wijst. Nadat Di Rupo zijn Waals regeerakkoord met MR en Ecolo had afgerond, maakte Karel Verhoeven dinsdag meteen duidelijk welke kant het volgens zijn krant uitmoet: die van paars-groen. Met een dikke pluim voor Di Rupo. Vorige week gaf zijn collega Marc Reynebeau al een voorzet in die richting door de Zweedse formule af te breken. We zijn door de onkunde van rechtse coalities getroffen door duurder leven, meer sociale ongelijkheid, te weinig ‘groei en jobs’, vindt hij. De onmacht van de PS om onze zuiderburen uit de Waalse klei te trekken, moet De Standaard compleet ontgaan zijn. Meer zelfs: in het spoor van economieprofessor Paul De Grauwe vindt Reynebeau dat de overheden zich minder moet bekommeren om het begrotingsevenwicht. Zoals Di Rupo het nu volgens zijn Waals akkoord aan het fixen is, is het goed. We moeten meer inzetten op overheidsinvesteringen (“keynesiaans” beleid in plaats van dat van de Chicago-school waarvan ex-minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) een adept van is). Maar als Wallonië en Brussel met die aanpak op dat pad doorgaan, wie zal dat betalen, denkt u? In De Morgen hetzelfde liedje. Volgens Carl De Vos zweeft het recessiespook boven gigantische problemen als daar zijn mobiliteit, energievoorziening, integratie, begroting, pensioenen… Hij heeft het over het tactisch getalm en het testosterontheater van ‘boosaardige’ politici en kantelt ‘krommelinks’ de schuld op de rug van de N-VA. “De N-VA heeft haar Vlaamse coalitiepartners verboden federaal te handelen.” Ondertussen zaagt Devos aan de poten van de democratie, want “het moet onder andere gaan over partijfinanciering, het kies- en kamerstelsel, enzovoort…, want de antipolitiek mag geen vrij spel krijgen”. Moeten we daar een tekeningetje bij maken? Pak de poen, sluit de urnen, zoiets? In die optiek was het opvallend dat de aan de sp.a gelinkte professor Johan Ackaert het in Het Laatste Nieuws had over het af-

MAES KOFFIE, DAAR KRIJG JE NOOIT GENOEG VAN!

LUIKERSTEENWEG 244 F 3500 HASSELT 011 223 253 EN 011 273 272 MAESKOFFIENV@SKYNET.BE WWW.MAESKOFFIE.BE

Vier opties Makkelijk zal het daar trouwens niet worden. Er zijn maar vier opties. Maar die zijn vooral kaas met gaten. Paarsgeel? Die optie zal de PS veel geld kosten. We willen het nog zien gebeuren. Een staatshervorming als lokaas voor de N-VA? Wat sleutelen aan het dopgeld om de Vlaamse liberalen aan boord te houden? Zelfs al zou de N-VA toch toehappen, dan valt het nog te bezien of de Vlaamse socialisten mee springen. Voorzitter John Crombez wil dat zijn partij “mathematisch nodig” is. En dat is ze in die formule niet. Paarsgroen dan maar, met één zeteltje op overschot? We kijken uit naar de sociaaleconomische besluiteloosheid omwille van de kloof tussen blauw en rood/groen. Zal CD&V zo’n gedrocht steunen? Met Ecolo en PTB onder de taalgrens en VB en N-VA erboven in de federale oppositie wordt dat boksen tegen de regio’s. Wie gelooft daarin? Sinardet geeft CD&V en Open Vld een merkwaardige tip: in een regering met een Vlaamse minderheid stappen, is geen zelfmoordscenario. Dat deden ze ook in 2012 voor de regeerperiode van Di Rupo en bij de verkiezingen in 2014 werden oranje en blauw niet afgestraft. “Als N-VA vasthoudt

5

De stembus De vierde optie tenslotte is die van nieuwe verkiezingen. Maddens haalde hiermee de titel van het hierboven genoemde dubbelinterview: “Ofwel hebben we op het einde van dit jaar een regering, ofwel moeten er nieuwe verkiezingen komen… Ze zijn een principiële en democratische noodzaak als een regering vormen niet lukt binnen een redelijke termijn. Zie wat nu gebeurt in Spanje.” De Vlaamsgezinden zouden kunnen hopen op of streven naar een Vlaams-nationale meerderheid in het Vlaams Parlement. “Dat kan zichzelf soeverein verklaren en aansturen op een nieuw grondwettelijk verdrag…”, aldus Maddens. Sinardet vindt die optie een tot mislukken gedoemd Catalonië-scenario, dat ook op een veto van Europa zou stoten. Maar Maddens countert die kritiek: “De Vlamingen maken wel 60 procent uit van België, de Catalanen maar 16 procent van Spanje… De dag dat het Vlaams Parlement zegt: ‘We trekken ons niets meer aan van de Belgische grondwet’, stopt België de facto te bestaan.” Hij herhaalt hiermee wat Hugo Schiltz op het einde van zijn leven zei. Dat nieuwe verkiezingen een zegetocht zouden worden voor het Vlaams Belang in Vlaanderen en het extreemlinkse PTB in Wallonië is mogelijk, maar valt niet te bewijzen. Maandag leverde het informateursduo Vande Lanotte-Reynders zijn rapport in bij de koning. Veel vaart zit er nog niet achter. Er hangt ‘un parfum de crise’ in de lucht. Zeg dat Francis Delpérée het in 2007 al zei. Ook deze hoogleraar (cdH) pleit in Knack voor een “voorlopige regering” die op korte termijn met een minimumprogramma knopen doorhakt, net zoals Pieter Timmermans van het VBO een ‘doorstartregering’ verdedigt. De ‘democratische partijen’ moeten maar laten weten of ze daarin meestappen. ‘Nood breekt wet’… In afwachting van 2024, dat is dus vijf jaar lang, moet volgens Delpérée een zoveelste werkgroep maar over België nadenken… (aanpassingen bevoegdheidsverdeling en overlegmechanismen tussen de verschillende beleidsniveaus). Met dien verstande dat sociale zekerheid, justitie en buitenlandse zaken onaantastbaar Belgisch blijven. Je voelt zo dat nu al de strop wordt gelegd rond de aspiraties van de Vlaams-nationalisten. De komende dagen en weken zal blijken of de N-VA behalve een conservatief-liberale partij ook nog een radicaal Vlaams-nationale partij wenst te blijven en – indien het even kan – een socialer profiel ambieert. Een moeilijke, maar alles bepalende oefening. In zo’n omstandigheden kan de partij maar beter voor bondgenoten zorgen. Aan alle flanken van de eigen opiniestrook. Maar nog veel meer bij de Vlaamse kiezer. Misschien is dit het beste antwoord aan de straks weggepromoveerde heren Reynders en Van de Lanotte: “Zeg aan Sire dat hij de kiezer maar laat spreken. ’t Is welletjes geweest.”

ANJA PIETERS


6

Dwars door Vlaanderen

12 september 2019

Vlaams-Catalaanse dag Ongeveer een jaar geleden begon men in kringen van de Vlaamse Volksbeweging te spelen met het idee van een Vlaams-Catalaanse dag. Als we het goed hebben gehoord, begon dat zelfs bij een etentje “over de schreve”. Van bij de aanvang werd gehoopt om toch een honderdtal geïnteresseerden hiervoor op de been te krijgen, waarbij enkele optimisten stiekem hoopten om, mits hard werken, toch een eind richting de 150 te kunnen mikken. Vorige zaterdag werden op de allereerste Vlaams-Catalaanse dag in Koksijde 270 à 280 aanwezigen geteld. Zoiets noemt men een schot in de roos.

Voormiddag

Kosovo en België

In de Kosovaarse hoofdstad Pristina staan zes Kosovaarse Albaniërs terecht wegens lidmaatschap van een IS-filiaal. Zij hadden aanslagen voorbereid op orthodoxe kerken in Granica, Mitrovica, Pec en Prizren, allemaal Servische stadjes in Kosovo, op de NAVO-troepen die daar gelegerd zijn, en op twee discotheken, ook in Granica. De plannen voor aanslagen in Albanië en Macedonië waren nog niet volledig uitgewerkt. Een eerder beraamde aanslag op Israëlische supporters tijdens een voetbalwedstrijd in Albanië, in 2017, werd verijdeld. In navolging van de aanslagen van 2015 in Parijs, waarvan die in de Bataclan het bloedigste was, hadden ze ook een aantal terreurdaden met kalasjnikovs en handgranaten voorbereid in België en Frankrijk. Er werd niet bekendgemaakt wat de voorziene doelwitten waren. Opnieuw blijkt hoe effectief een meedogenloze militaire aanpak kan zijn: de rekruteerder van deze Albanese terreurcel, die ook het bevel voerde over de Albanese IS-terroristen in Syrië, werd geliquideerd met een drone kort nadat hij de vorige Albanese commandant was opgevolgd. Die was ook door een Amerikaanse drone aan flarden geschoten. Het islamitische gangsterstaatje Kosovo telt nog geen twee miljoen inwoners, maar van daaruit vertrokken wel driehonderd inwoners naar IS-gebied in

Syrië. Waarin een klein, achterlijk landje toch groot kan zijn. Dat geldt ook voor België, dat geacht wordt minder achterlijk en crimineel te zijn dan Kosovo. Twee van de veroordeelde kopstukken van deze terreurgroep hadden de Belgische nationaliteit. Met dank aan de politieke genieën die dit land besturen. België heeft een eerste fout gemaakt door de ‘vluchtelingen’ uit Kosovo bij duizenden binnen te laten tijdens de Kosovo-oorlog van 1998-1999. De tweede, nog grotere fout, was hen niet terug te sturen toen de oorlog voorbij was. En de derde, meest fatale fout: ze daarna ook nog tot ‘Belgen’ te naturaliseren. Kosobelgen of Albabelgen waarschijnlijk.. Uit pure dankbaarheid willen ze hier nu een aantal mensen komen afslachten. Zoals in de Bataclan. Kosovo voert tegen terugkerende IS’ers trouwens hetzelfde halfslachtige beleid als België. Met allerlei remedies - integratieprogramma’s en zo - die even goed werken als toverspreuken of kompressen met koemest.

Het programma begon traditioneel met welkomstwoorden door achtereenvolgens Steven Vergauwen van VVB/ICEC, Koksijdse cultuurschepen Stephanie Anseeuw en lokaal VVB-voorzitter Gaby Vandromme. Vervolgens konden de deelnemers kiezen voor een natuurwandeling, een Elsschotwandeling – de Antwerpse schrijver was kind aan huis in de kustgemeente – of een wandeling door het Senegalees kwartier. Of, de drukst bijgewoonde activiteit, het politiek café. Onder leiding van gewezen VRT-journalist Wilfried Haesen voerden journalist Karl Drabbe, professor Bart Maddens en de Vlaamse Catalaan Pere Jordi Junqué een boeiend gesprek over hun ervaringen tijdens het befaamde Catalaanse referendum. Alle vier waren ze daar aanwezig, maar wel in verschillende rollen. Drabbe om verslag op te maken voor Doorbraak, Haesen als (onbeschermd) internationaal waarnemer, Maddens als officieel door de Catalaanse regering geraadpleegd expert, wat uiteindelijk geen bescherming verzekerde, en Junqué in dezelfde rol als Haesen, maar vanuit een veel nauwere verwantschap. Uit dat gesprek kwamen enkele onverwachte vaststellingen naar voren. Het Spaanse politiegeweld kwam voor zowat iedereen onverwacht. Er werd wel verwacht dat Spanje zou reageren, maar niet met dergelijke heftigheid. De Catalaanse overheid leek daar ook niet geheel op voorbereid. Het was een uitzonderlijk “geluk” dat Maddens omwille van zijn waarnemersbadge door de Guardia Civil foutief werd aanzien als

BRUSSEL

Primitief in Brugge Een tijdje geleden kondigde de geboren en getogen Brusselse kunstenaar Jan De Cock zijn vertrek uit de hoofdstad aan. Inmiddels weten we dat Brugge zijn nieuwe heimat is geworden. Maar vrees niet. De man die naar eigen zeggen een bourgeois is geworden, is nog niets van zijn eigendunk kwijt. Hoe zou dat eigenlijk voelen, mocht men zijn eigen karikatuur kunnen ontmoeten? Waar trekt men de grenzen die ‘arrogantie’ afbakenen? De invulling is in beginsel subjectief, ook al kan een maatschappelijke consensus wat objectivering opleveren. Toch tot op zekere hoogte. Maar laten we de vraag uit het theoretische moeras tillen. Bij wie kan de kwalificatie ‘arrogant’ op een vrij breed draagvlak rekenen? Trump? Natuurlijk, maar wat een cliché. En in eigen land? De Gucht? De Wever? Ach, die namen uit de politiek, ze liggen wat voor de hand. Waarom kijken we niet eens naar het culturele wereldje, toch een biotoop waar ego’s makkelijk wortel schieten, en vaak tot Babylonische proporties groeien. Het lijstje is lang, maar laten we, gezien de aard van deze rubriek, er eentje uitpikken: Jan De Cock, de veertiger die zich twee weken geleden in Knack nog als “dé Vlaamse canon” omschreef. Een man die er prat op kan gaan dat hij op zijn dertigste in de prestigieuze MoMA in New York mocht exposeren. Weet u wat nog ergerlijker is dan het verhaal te moeten aanhoren van een arrogant persoon, vol van zichzelf? Wel, dat van zijn tegenpool, die te veel valse bescheidenheid aan de dag legt. En aangezien dit laatste niet echt een probleem is bij artiest De Cock, gingen we benieuwd aan het lezen.

Bruges Art Institute Eerste vaststelling: die man is geen haar veranderd sinds we jaren geleden al eens met hem aan de praat raakten, veelal op de

kruispunten die de paden naar de kroegen van de Brusselse binnenstad verbinden. Wat toen gezegd werd, beschouwen we als onderdeel van een soort colloque singulier dat in twee richtingen werkt, dus zwijgen we. Maar wat in Knack of tijdens zijn laatste tv-optreden(s) voor zijn vertrek uit Brussel verkondigd werd komt al aardig in de buurt; laten we het daarbij houden. Dat onze Vlaamse canon de hoofdstad ging verlaten, wisten we dus al. Maar anders dan bij zo’n grote trek waar de paus of Mohammed voldoende hadden aan respectievelijk Avignon en Medina, ging hij onmiddellijk voor twee bestemmingen: Noord-Italië en West-Vlaanderen, regio Brugge. De bakermat van het kapitalisme, zou je kunnen zeggen. Uithoeken van Midden-Francië, wanneer we het door een meer post-Karolingische bril beoordelen. Nu ja, van een stulp in Padanië geen woord meer, maar Brugge met zijn “Bruges Art Institute” lijkt een certitude te zijn.

Jan Van Eyck “Ik ben de eerste Vlaamse primitief die naar Brugge terugkeert”, stelt hij bescheiden. Kwestie van je plaats in de geschiedenis te kennen, natuurlijk. Nog eentje: “Ik ben de eerste beeldhouwer sinds de tijd van Jan Van Eyck die aan de reien woont. Dat is al vijf eeuwen geleden.” Maar is de stad zich wel bewust wat er aan het gebeuren is? “Het feit dat ik in Brugge ga wonen, zal hier voor

dynamiek zorgen. Dat wordt de reden waarom mensen niet langer naar Brussel, Gent of Antwerpen zullen trekken, en daardoor zal hier in deze vrije ruimte een beweging ontstaan die niemand onder controle kan krijgen.” Geen twijfel mogelijk, dit wordt een scharniermoment in de geschiedenis van het Venetië van het Noorden!

Hoofdstedelijk verlies Is men er zich in Brussel wel bewust van welk menselijk kapitaal verloren is gegaan? Hoe konden de jezuïeten zich zo vergissen toen ze hem destijds van school trapten? Het ironische is dat tussen de zelfbejubeling en zelfverheerlijking enkele rake vaststellingen staan. Hij nam onlangs de tram, welnu, tussen Noord en Zuid stonk het naar – excusez le mot – “pis”. Wie spreekt hem tegen? Trouwens, dat was vijf jaar geleden ook al het geval toen hij dezelfde revolutionaire perspectieven in Kuregem uittekende. “Ik had het in Brussel heel moeilijk met een groep mensen van wie de roots in Noord-Afrika liggen, die op de grond van de stad spuugden in plaats van haar te helpen blinken”, fulmineerde hij. Gevaarlijke taal voor u en ik, maar hij komt ermee weg. Nog eentje om het af te leren: “Zeg eens: wat is er - buiten de schizofrenie van de hoofdstad - eigenlijk nog te beleven in Brussel?” Een retorische vraag, sinds hij er afscheid van nam. Ja, Jan, het waren andere tijden. En mocht de publieke ondersteuning (geldelijk, voor alle duidelijkheid) anders zijn georiënteerd, wie weet was uw verhaal dan nog Brussels gekleurd. Slechts één hoop koesteren we: dat de Brugse regen ook in Brussel voor wat druppels mag zorgen, dan was het toch niet allemaal tevergeefs, niet? KNIN.

lokaal referendumverantwoordelijke en daarom hard werd aangepakt. Dat stelde Drabbe dan weer in staat de aanwezige Vlaamse pers te mobiliseren en effectief aandacht in de Vlaamse media te krijgen voor wat in Catalonië gebeurde. Mét een veroordeling van het gebruikte geweld door Charles Michel tot gevolg, iets waar de Catalanen nog dankbaar voor zijn. Soms hebben kleine feiten – sorry, professor Maddens – dus grote gevolgen.

Namiddag Na een zeer in de smaak gevallen tapasbuffet werd het middagprogramma gestart met een optreden van de Amsterdamse Cobla. Een cobla is een typisch Catalaanse muziekgroep met een strikte samenstelling en vooral bedoeld om de typisch Catalaanse dans sardana te begeleiden. Deze cobla is zo specifiek omdat ze de enige is die buiten Catalonië actief is. Levendige melodietjes verlokten de aanwezige Catalanen en enkele Vlamingen ertoe om effectief de sardana te dansen. In een overvolle bibliotheekzaal konden geïnteresseerden vervolgens genieten van een toeristische kijk op Catalonië, gelardeerd met de nodige tips. Gelijktijdig was er ook het hoogtepunt van de dag in de flink gevulde theaterzaal, het vraaggesprek tussen politicoloog Bart Maddens en de inmiddels aangekomen Catalaanse president-in-ballingschap Carles Puigdemont. Karl Drabbe leidde dat gesprek in goede banen. We onthouden daaruit dat de Catalanen, ondanks alles, nog altijd hopen op de Europese instanties, iets waar Bart Maddens toch wel kritisch tegenover staat. De politicoloog was niet te beroerd om de president het vuur aan de schenen te leggen inzake het slechts halfslachtig uitroepen van de onafhankelijkheid en het gemiste momentum. Toch wel een verkeken kans, die niet in het voordeel van Catalonië is uitgedraaid. Anderzijds bleek dan weer de onvermurwbare overtuiging van Carles Puigdemont om de rechten van zijn volk te verdedigen, ten koste van soms grote persoonlijke offers. Wie het tweede optreden van de Cobla Amsterdam niet per se wilde bijwonen, kon daarna kiezen voor het poëzieluik. In het spoor van de allereerste Vlaams-Catalaanse poëzieavond in Brussel enkele maanden geleden, werd een halfuurtje Vlaamse en Catalaanse poëzie ten gehore gebracht. Hiervoor tekenden een Vlaamse en een Catalaanse dichter verantwoordelijk, de Antwerpenaar Gust Peeters en de Vlaamse Catalaan uit Brabant Ivan Fox. Gedichten werden telkens eerst in de originele taal en vervolgens in vertaling gebracht, zodat iedere aanwezige elk gedicht kon begrijpen. Na die activiteit volgde het slotwoord, met uiteraard het zingen van beide nationale liederen. Een Valenciaanse paellaschotel sterkte daarna de inwendige mens, zodat men zonder honger huiswaarts kon keren. Al bij al, was het een uitstekende en bijzonder interessante dag. K.R.


Onze naaste buren

12 september 2019

Rolmodel

NEDERLAND

Nederlanders hebben Vlaanderen en de Vlamingen (natuurlijk in het Hollands vertaald als België en Belgen) als rolmodel geloofd.

Turkse en Marokkaanse trouwstoeten De eerste keer gebeurde het toen Nederlanders zich afvroegen waarom boerka’s en nikabs alleen maar op sommige plaatsen verboden zijn, en in het openbaar wel mogen (feitelijk moeten) gedragen worden door geterroriseerde vrouwen. Ook bij ander allochtoon boevengedrag is veel naar het Zuiden verwezen. Op vrijdag 30 augustus zet een van die beruchte Turkse en Marokkaanse trouwstoeten Rotterdam weer eens op stelten. Tegenwoordig huurt allochtoon tuig een kolonne witte patserauto’s, waarmee ze grondig het verkeer storen en zelfs lamleggen. Uiteraard dragen ze zoveel mogelijk Marokkaanse of Turkse vlaggen mee om hun minachting te tonen voor het land waar ze meestal geboren zijn, wonen en verhoudingsgewijs veel uitkeringen opstrijken. In Rotterdam durft een paar agenten het aan die trouwstoet aan te spreken. Ongeveer veertig Turken omsingelen de agenten en slaan een politieman achter het politiewagentje bewusteloos. Waarna de heren Turken nog wat rondwandelden en doodgemoedereerd in hun huurbakken stappen. Achteraf bezoekt de politie het feestje, waar een woedende bruidegom op hen afstapt. Hij mag een paar uur uitrazen op het bureau, weigert de dader aan te duiden en … wordt netjes teruggereden, want de angst voor Turkse rellen is groot. Feitelijk krijgt Nederland wat het verdient. Marokkaanse en Turkse trouwstoetdeelne-

7

mers gedroegen zich tot voor twintig jaar nog wat beschaafd. Sindsdien zijn die stoeten het signaal van racistische allochtonen die willen bewijzen dat de straat en de stad hen toebehoren en dat Nederlanders voorlopig nog hoogstens geduld worden. Heel de tijd keken agenten liefst de andere kant op en traden niet op. Typisch is het feit dat nationaal korpschef Akkerboom twee dagen wachtte vooraleer te reageren. Toen kwam eindelijk het signaal dat hij verontwaardigd is en alles op alles wil zetten om de dader of daders te pakken. Het resultaat tot nog toe? Nihil, want de Turkse deelnemers aan de stoet weigeren iedere informatie. Woedend refereerden Nederlanders naar de situatie in Vlaanderen waar de politie wel optreedt, al weten ze niet dat de laffe Gentse overheid, bijvoorbeeld, wel kruipt voor haar Turks stemvee.

Geen stroomstootwapen Dit vreselijke incident heeft een discussie aangewakkerd over de middelen die oom en tante agent mogen gebruiken. Korpschef Akkerboom profiteerde ervan om te eisen dat 17.000 agenten stroomstootwapens krijgen om zich te verdedigen. Van januari tot einde augustus van dit jaar zijn al 5.100 incidenten genoteerd waarbij burgers agenten beledigen of zelfs aanvallen. Al jaren ligt dat dossier op het bordje van de politici, en iedere keer schuiven die het voor zich uit, omdat linkse partijen altijd met de daders en nooit

met de politiemensen sympathiseren, terwijl zogenaamde christendemocraten en liberalen uit angst voor de media ook maar de progressief spelen. Een groot deel van de allochtone snotapen heeft bijgevolg geen enkele angst voor de politie en loopt voortdurend met een mes rond. Dat is goedkoper dan een pistool, en het geeft de jeugdige boef ook status. Tot einde juli werden bijna 900 steekpartijen genoteerd. Volgens De Telegraaf kan “de politie desgevraagd niets zeggen over de leeftijd van de slachtoffers en de stekers”. Midden augustus werd in Breda een 15-jarig meisje vermoord met een mes. We weten alleen dat Mohammed A. en Bekir E. verdacht zijn. Tezelfdertijd werd in Almere iemand op klaarlichte dag neergestoken. Men zoekt vijf licht getinte mannen. En een paar dagen geleden werd in de Amsterdamse Bijlmer een 18-jarige rapper doodgestoken. Geen roomblanke deelnemer te zien op de foto van de herdenking.

De leeuw moet vega Ten slotte moet ik de lof zingen van de grote Vlaamse dierenverdediger Stijn Bruers. Hij liet zich opmerken na een congres over dierenrechten in Luxemburg. Mensen moeten zich met planten voeden, en dieren ook, want gelijke rechten betekent ook gelijke plichten. Citaat: “Hoe kunnen we ooit ingrijpen in de natuur zodat een leeuw geen zebra meer eet?” Titel in De Telegraaf: “Ook de leeuw moet vega”. De heer Bruers is doctor theoretische natuurkunde KUL en doctor moraalfilosofie RUG. WILLEM DE PRATER

De ene camping is de andere niet Het kampement van illegale Roma aan de Wiedauwkaai, opgezet door het stadsbestuur, mag (nee, moet zelfs) blijven. Een camping aan de Sneppemeersen, die al veertig jaar bestaat, moet weg. De bewoners, eenvoudige mensen, zijn er het hart van in. Het Romakamp aan de Wiedauwkaai bestaat nog altijd. Nochtans heeft de stad al sinds eind augustus geen toelating meer van de eigenaar van de grond, De Lijn. Gent wil de caravans laten staan tot ze een andere plaats voor de bewoners gevonden heeft. Onze burgemeester wil de Roma nog drie jaar opvangen en laten begeleiden. De Lijn wil de ongenode gasten zo snel mogelijk weg. Op het terrein komt een nieuwe rijschool voor buschauffeurs. Er is zelfs gestart met de voorbereidende werken. Tegen de bouwplannen van De lijn duikt nu plots protest op. Twee mensen uit de buurt beweren dat het waardevol natuurgebied is dat niet mag verdwijnen. Waar moeten ze anders met hun hondje gaan wandelen? Wat zal dat protest het stadsbestuur als muziek in de oren klinken! Het komt bijna op bestelling. Als we vertrokken zijn voor jaren getouwtrek en uitstel van de bouwwerken, dan kunnen de caravans daar gewoon blijven staan, toch? Een camping in een waardevol natuurgebied is blijkbaar geen probleem. Aan de Sneppemeersen ligt ook een camping. ’t Stropke is een wettige camping, die met alles in orde is. De uitbaters hebben een geldige vergunning. Maar niet voor lang meer. Tegen begin 2023 moeten ze sluiten, want het terrein wordt … natuurgebied, een bos. Daarvoor moeten de caravans die daar tussen de bomen staan weg.

De uitbaters zitten in zak en as. Ergens anders een stuk grond vinden om te herbeginnen, is zo goed als onmogelijk. Het is een eenvoudige camping. Veel bewoners hebben het niet breed. De kampeerders zijn straks hun plekje in het groen voorgoed kwijt. Sommigen wonen er permanent en dreigen zelfs dakloos te worden. Kort voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen zal de stad met het nodige trompetgeschal een ‘nieuw bos’ open verklaren. De ene caravanbewoner is de andere niet.

Promotie voor het buitenslapen Je kleintje in de buitenlucht te slapen leggen? Wend je tot Stad Gent! U krijgt raad in een speciaal door de

stad bestelde gids ‘met tips voor buitenslapen’. Vroeger trok moeder een muggennet over het wiegje en ging af en toe kijken of de poes van de buren niet bij het kindje gekropen was. Tegenwoordig bestaan er speciale ‘buitenbedjes’, houten kastjes met deurtjes en wieltjes (en met een niet-onaardig prijskaartje). Gent koopt er al enkele jaren aan voor de stedelijke kindercrèches. De bevoegde schepen, groene Elke, is duidelijk een grote liefhebber. Gent is volgens haar ook hier weer ‘pionier’. Steeds meer Gentse ouders zouden vragen hun kinderen in open lucht te slapen leggen. Onze schepen wil dat netjes regelen en laat daarom een “kader voor het buitenslapen” opstellen. Onderzoekers gaan de luchtkwaliteit binnen en buiten de kinderopvangplaatsen meten. Al weet de schepen nu al te vertellen dat de luchtkwaliteit in Gent goed is, en elk jaar zelfs nog verbetert. Zo gaat dat bij Groen. Als het in hun politieke kraam past, is luchtvervuiling een groot probleem en staan kindjes aan de schoolpoort met maskertjes op en in de handen bordjes met de kreet “ik stik”. Nu, omdat het past in een hippe modetrend, is de stadslucht plots zuiver genoeg om kleuters urenlang buiten te leggen. Zowaar bijna zo zuiver als in de Scandinavische bossen, waar de kindjes al eeuwenlang buiten slapen, en waar de inspiratie vandaan komt. Om het warm water heruit te vinden hebben ze op de Botermarkt altijd geld genoeg. Nog dit, ouders van kindjes in de stedelijke crèches mogen kiezen of ze meedoen of niet. Voorlopig toch. MATHILDIS

De nieuwe Waalse ministers De vorming van een Waalse regering nadert de eindfase. Tegen de Waalse Feesten van komend weekeinde zal de beleidsploeg klaar zijn. Ondertussen raken de namen van de kanshebbers op een ministerpost bekend. Een overzicht. Lange tijd leek het erop dat Wallonië op weg was naar een PS-MR-regering; die hebben beiden samen een meerderheid. Ecolo, van bij het begin van de onderhandelingen betrokken bij de formatie, zou afvallen. Wegens te onbetrouwbaar en zelfs voor de PS te links. De Waalse groenen willen niet meer investeren in de Luikse luchthaven en ze willen de voor Wallonië o zo belangrijke wapenindustrie strenger controleren. Zelfs de Waalse socialistische vakbond FGTB roerde zich: de banen bij onder andere FN Herstal mogen niet in het gedrang komen hoewel Ecolo eist dat geen wapens meer naar Saoedi-Arabië worden uitgevoerd. Ecolo-kopstuk Jean-Marc Nollet, minder fundamentalistisch dan zijn Brusselse collega’s, besloot in te binden. Ecolo stelde zich de laatste dagen minder fundamentalistisch op. En de PS maakte aan de MR duidelijk dat ze echt wel een linkse partij in de coalitie wil. Met de communisten en PTB en Ecolo in de oppositie, zou de PS het in het Waals Parlement veel te hard te verduren krijgen.

Ad interim Dus komt de PS-MR-Ecolo-regering eraan. Onder leiding van PS-voorzitter Elio Di Rupo. Misschien niet direct. Het verhaal doet de ronde dat Paul Magnette ad-interimminister-president wordt. Om Di Rupo de kans te geven federaal te onderhandelen. In elk geval zou Di Rupo in zo’n scenario snel naar het Élysette in Namen verkassen.

De PS mag in elk geval vier ministers leveren. Misschien zelfs vijf. Op het moment dat u dit leest, wordt de lijst misschien bekendgemaakt. Bij de Waalse socialisten is er altijd één verrassing – een geintje waar Di Rupo van houdt. Feit is dat ex-minister Pierre-Yves Dermagne (Rochefort) kan rekenen op een ministerpost. Een andere kanshebber is Hugues Bayet (burgemeester van Farciennes). Frédéric Daerden en Jean-Claude Marcourt zouden de Luikse PS-flank moeten dekken. Waardoor Marcourt voor de zoveelste keer naast het minister-presidentschap grijpt. Als er verrassingen zijn dan worden Gwenaëlle Grovonius (Namen) en Joëlle Kampompole (Bergen) genoemd.

Blauwe ministers Tweede partij is de MR. De liberalen kunnen rekenen op vier ministers. Let op: het gaat niet alleen om de Waalse regering maar ook om de Franse Gemeenschapsregering, bevoegd voor onderwijs en cultuur. Willy Borsus, uittredend Waals minister-president, zou kunnen verkassen naar het minister-presidentschap van de Franse Gemeenschapsregering. Tenzij hij voorzitter wordt van de Franstalige liberalen. Die zitten met het vertrek van Charles Michel en Didier Reynders richting Europa met een personeelsprobleem. Zekerheden zijn uittredend Waals minister Pierre-Yves Jeholet en Jean-Luc Crucke. De tweetalige Crucke werd lange

WALLONIE

tijd gezien als een nieuwe federale MR-topper, maar de burgemeester van Anvaing (vlakbij Ronse) verkiest naar verluidt de zekerheid van vijf jaar Waalse regering. Jeholet en Crucke zijn wel Reynders-boys, dus moeten andere mogelijke ministers uit de Michel-clan komen. Een optie is een rehabilitatie van voormalig federaal minister van Mobiliteit Jacqueline Galant. Maar ook uittredend minister Valérie De Bue staat nog op de radar.

Groene ministers En dan is er Ecolo. De Waalse groenen mogen drie ministers aanduiden. Er is sprake van één minister voor de Waalse regering, één voor die van de Franse Gemeenschap en één die in beide zetelt. Stéphane Hazée, jarenlang Ecolo-fractieleider in het Waals Parlement, wordt minister. Hij was ook van nabij betrokken bij de Waalse regeringsonderhandelingen. De voormalige minister Philippe Henry wordt ook genoemd. Vanuit Brussel zou staatssecretaris Barbara Trachte naar de regering van de Franse Gemeenschap verkassen. Jean-Marc Nollet zal als partijvoorzitter niet tot een Waalse regering toetreden. Hij houdt trouwens nog altijd rekening met een paars-groen scenario op federaal vlak en hij wil daar al zijn energie in steken. Ten slotte valt wel de piste van ex-voorzitter Jean-Michel Javaux te vermelden. Hij heeft eerder een groen-liberaal profiel en is voorzitter van de Luikse investeringsmaatschappij Meusinvest. Zijn netwerk in het Waalse bedrijfsleven wordt als een troef beschouwd. PICARD


8

Actueel

12 september 2019

DIPLOMATIEKE VALIES

Taiwan is een tijdbom Net zoals Peking plannen heeft voor Hong Kong, staat ook de kwestie Taiwan op de agenda. Misschien wat minder acuut, maar even gevaarlijk. Er zijn verschillende manieren om de strategische realiteit in kaart te brengen. En wellicht daarom is het plausibel dat China voor de piste van geleidelijke druk gaat, eerder dan een grootschalig conflict aan te gaan.

President Tsai Ing-wen

Op zich bestaat er weinig ruimte voor discussie over de plannen die Peking op termijn voor Hong Kong heeft. Op papier is dat aparte statuut sowieso een eindig verhaal, maar zo te zien willen de Chinezen de klok wat sneller zien tikken. Complexer dan de finaliteit is de vraag welke instrumenten en maatregelen ze de komende maanden en jaren uit hun hoed zullen toveren. Feit is wel dat ongeacht de ruwheid waarmee ze zullen optreden, de kans op een militaire escalatie vrij klein is, al was het maar omdat de stad militair niets in stelling kan brengen. Anders ligt dat in Taiwan, een gevoelig punt in het Chinese expansieverhaal, wat onterecht naar het achterplan is verdreven door de aandacht die Hong Kong opeist.

Taiwanese identiteit “We hebben de uitgesproken wil en capaciteit om elke vorm van Taiwanese onafhankelijkheid de kop in te drukken; nooit zullen we aanvaarden dat iemand op een of andere manier het kleinste stukje Chinees grondgebied afsplitst.” Dat zei de Chinese leider Xi op het 19de partijcongres vorig jaar. En laat ons eerlijk zijn: zijn woorden hebben alvast het voordeel van de duidelijkheid. Nieuw is dat standpunt niet, het is een steeds terugkerend nummertje. Maar wel een dat aanslaat. Voor net dit onderwerp oogstte hij tijdens zijn drie uur durende redevoering het meeste applaus. Daartegenover staat de realiteit in Taiwan, waar het gros van de bevolking het enigszins anders ziet. Uit een onderzoek, uitgevoerd in juni vorig jaar, blijkt dat de groep die zich als ‘Taiwanees’ bestempelt bijna aan de kaap van 60 procent zit. De groep die zich uitsluitend ‘Chinees’ noemt is goed voor 3,5 procent, waarbij de groep van besluiteloze Taiwanezen – een kleine 40 procent – het liefst beide predicaten combineert. Conclusie van het onderzoek: de voorbije twintig jaar tekende zich een verscherping van de Taiwanese identiteit af. Volledig in lijn met die trend,

merkt men dat zich een politieke radicalisering afgetekend heeft. Aanleiding is de zogenaamde “1992 consensus”, die stelt dat beiden tot één China behoren, zij het dat ze daar eigen interpretaties aan geven. Een Taiwanese weigering die consensus te onderschrijven, leidde tot Chinese represailles. Het bemoeilijken van de communicatie, het beperken van het aantal toeristen die Taiwan mag aandoen, militaire operaties die moeten intimideren, dat zijn de beproefde represailles van Peking.

Chinese D-day Over de militaire optie is de voorbije jaren heel wat studiewerk verricht. Want als China het wil, dan is Taiwan toch een vogel voor de kat? Op papier lijkt dat te kloppen. Hoewel… Er zijn meerdere manieren om de strategische realiteit te bekijken. Het meest gangbare is twee kolommen naast mekaar plaatsen en invullen met al het wapentuig dat de twee kampen in stelling kunnen brengen. Deze oefening mondt al snel tot een David versus Goliath. Een kansloos Taiwan zeg maar, en daar zal een recente levering van F-16’s fundamenteel niet veel aan veranderen (de vorige verkoop dateert al van 1992). Maar er zijn andere onderzoeken. Want de Taiwanese David is strijdlustig en heeft een solide militaire infrastructuur uitgebouwd. Taiwan is beslist niet van plan zich zomaar naar de slachtbank te laten leiden. Een invasie zou door weersomstandigheden slechts op twee momenten in het jaar kunnen plaatsvinden. Taiwan heeft slechts dertien stranden die zich daartoe lenen (overigens allemaal sterk verdedigd). Bovendien zou Taiwan tussen dertig en zestig dagen op voorhand kunnen observeren of de Chinese D-day in de maak is, respijt die voor de mobilisatie van de 2,5 miljoen reservisten kan gebruikt worden. We gaan er wat snel door, maar er zijn elementen die zo’n operatie niet eenvoudig zullen maken. Ook Peking is hiervan op de hoogte. En dan moeten we het

nog over de Amerikaanse factor hebben.

Amerikaanse belofte Zullen de VS Taiwan daadwerkelijk helpen bij een Chinese aanvalsoperatie? Wettelijk zijn ze daartoe verplicht, maar dat is een theoretisch uitgangspunt. Het engagement dateert uit 1979, toen de VS een wereldmacht waren en de Chinese Volksrepubliek niet veel meer dan een ontwikkelingsland dat nog moest ontwaken. Vandaag ziet het plaatje er grondig anders uit. Er zijn de voorbij jaren tal van simulaties van een mogelijk militair treffen rond Taiwan uitgevoerd, zowel door militairen als onafhankelijke analisten. In zowat elk scenario trekken de Amerikanen aan het kortste eind. Punt is wel dat president Trump een meer uitgesproken pro-Taiwanese houding aanneemt dan zijn voorganger. Na zijn verkiezing kwam de eerste felicitatie net uit die hoek; het was een symbolisch gebaar dat ijdele Donald zich graag liet gevallen. Ook wapentuig wordt makkelijker verkocht, al is de vraag of dat niet eerder een manier is om de Volksrepubliek te jennen. Maar ongeacht hoe groot (en gemeend) zijn sympathie voor Taiwan ook mag zijn, er zijn strategische realiteiten waartegen niemand op kan.

Destabilisering De meest plausibele scenario’s draaien niet rond een grootschalig Chinees offensief. Eerder denkt men aan een aantal ingrepen om de Taiwanese samenleving onder druk te zetten en mogelijk zelfs helemaal te ontwrichten. Een cyberaanval ligt in de lijn van de verwachtingen. Of het saboteren van de onderzeese kabels zonder welke geen internet mogelijk is op het voormalige Formosa. Het verstoren van de maritieme activiteiten zou ook een van de ingrepen kunnen worden, wat het risico op een escalatie dan weer verhoogt. Dé vraag is natuurlijk: zullen de VS in een dergelijk destabiliseringsscenario hun verantwoordelijkheid opnemen, en hoe? MICHAËL VANDAMME

Buitenlands spervuur Erdogan wil atoomwapens Tijdens een toespraak in de stad Sivas suggereerde kalief Erdogan dat hij een Turkse atoombom wil. Hij zegde letterlijk: “Sommige landen bezitten raketten met kernkoppen, maar ik zou er geen mogen hebben. Ik aanvaard dat niet.” Let op het gebruik van de term ‘ik’. Hij verwees niet naar ‘Turkije’ of ‘de Turken’, maar naar zichzelf. Het is slechts een klein detail, maar het wijst erop dat hij aan de typische kwaal van alle totalitaire heersers begint te lijden: de volledige identificatie van het land of het volk met de Grote Leider. Hij regeert niet over het volk, hij denkt dat hij het volk is. In een commentaar op de webstek van Het Laatste Nieuws schreef een slimmerik over Erdogans atoomambities: “Begrijpelijk, wetende dat Israël er wel mag hebben.” Aan de naam te zien was dit nochtans geen Turk. Toch sloeg hij de bal volkomen mis. Israël heeft met Franse hulp in de jaren zestig een atoomwapen ontwikkeld, omdat de Joden twintig jaar tevoren het slachtoffer waren geweest van een genocide, en zij dat niet nog eens wilden meemaken. De Turken zijn in de twintigste eeuw de daders geweest van een verschrikkelijke genocide tegen de Armeniërs. Dat is een essentieel verschil. Willen we dat een genocidaire staat als Turkije atoomwapens ontwikkelt? Een staat die nooit enig berouw heeft getoond voor de Armeense genocide? Een staat die bovendien de vele veroveringsoorlogen en genocides van haar Ottomaanse voorgangers nog altijd toejuicht en als lichtend voorbeeld stelt voor de huidige generaties?

Symbolische stad Dat Erdogan die atoombommentoespraak juist in de stad Sivas hield, had een symbolische lading die voor zover we weten door geen enkele commentator werd opgemerkt. Op 1 juli 1993 werd in de binnenstad van Sivas een vierdaags Cultuurfestival gehouden, dat genoemd was naar de zestiende- eeuwse dichter, mysticus en zanger Pir Sultan Abdal, die in de streek rond Sivas was geboren. Hij was één van de zogenaamde Zeven Grote Troubadours uit die tijd. Hij was een echte Turk, geen Armeniër of geen Koerd dus, maar hij behoorde wel tot een religieuze minderheid, die van de Alevieten, niet te verwarren met de Syrische Alawieten, de sekte die de machtsbasis vormt van het Assad-regime. Toen, in 1993, had Pir Sultan Abdal trouwens ook nog vele bewonderaars bij de seculiere of ‘gewone’ soennitische Turken, die zijn mystieke geest en zijn kritiek op het islamitisch fanatisme en de wantoestanden in het Ottomaanse rijk wel konden smaken. Er waren dan ook vele Turken op dat festival die géén Alevieten waren. Maar al de tweede dag werd het festival verstoord door horden fundamentalisten en andere extremistische Turken. Het hotel Madimak, waar een culturele lezing werd gehouden, werd kort na het vrijdaggebed omsingeld door een meute van naar schatting tienduizend (!) soennieten en in brand gestoken. Er vielen 37 doden: muzikanten, dichters, toeristen en hotelpersoneel. De politie stond erbij en keek ernaar. De brandweer kwam pas opdagen toen iedereen al dood was en het hotel volledig was uitgebrand. Iemand had de hulp van het toen nog kemalistische en officieel seculiere leger ingeroepen om het hotel te ontzetten, maar daarop was niet gereageerd. Als Turken dat al met hun eigen landgenoten doen, wat zullen zij dan doen met ongelovige buitenlandse honden als zij ooit

atoomwapens hebben? Staten die zich agressief en wreed gedragen tegenover hun eigen onderdanen, gedragen zich meestal tegenover hun buurlanden… ook agressief en wreed. Natuurlijk.

Ottomaanse dreigementen Erdogans ‘atoomtoespraak’ is niet het enige alarmsignaal dat door het Westen straal wordt genegeerd. In dezelfde week dreigde hij ook met harde maatregelen als Cyprus het zou aandurven naar olie te boren in zijn eigen Exclusive Economic Zone (EEZ). Zo’n EEZ is ruimer dan de territoriale wateren van een land. Het is een zeegebied waarvan een land de hulpbronnen mag ontginnen. Als de Ottomaanse kalief het tenminste toelaat… Intussen is er al een Turks boorschip voor anker gegaan in de Cypriotische EEZ ten westen van Cyprus. Een tweede boorschip is onderweg. Maar niemand durft daar een kik over geven. Turkije is tegelijk bezig met het uitbouwen van ‘veiligheidszone’ in Noord-Syrië. Dat is een eufemisme voor het bezetten van de laatste enclaves die nog in handen zijn van de Koerden. Maar niemand durft een kik geven over die Turkse acties, want Erdogan heeft ook gedreigd anders de poorten open te gooien en meer dan vijf miljoen Syrische ‘vluchtelingen’ naar Europa te sturen. Zou er echt nog één naïeve nuttige idioot zijn die gelooft dat het hier om echte vluchtelingen gaat? Dat dit een ‘humanitaire crisis’ is en géén onderdeel van een groter plan om Europa te bezetten en te koloniseren?

Gehackt, gemanipuleerd of wispelturig? De linkse kogel is door de Italiaanse kerk. De Vijfsterrenbeweging M5S heeft een regering gevormd met haar aartsvijanden van de sociaaldemocratische PD. We weten niet of M5S iets van zijn ‘rechtse’ eisen inzake veiligheid en immigratie heeft kunnen laten opnemen in het regeerakkoord, en zo ja, in hoeverre daar in de praktijk iets van zal uitgevoerd worden. De levensduur van Italiaanse regeringen moet soms in dagen of weken uitgedrukt worden. We durven ons niet wagen aan de overlevingskansen van deze constructie. Misschien is het slechts een kortstondige ramp, en komen er toch nog verkiezingen, zoals dat in een democratie zou moeten. En ons wantrouwen tegen het internetplatform Rousseau, dat M5S gebruikt om haar leden te raadplegen, is alleen maar groter geworden. Op 2 september was er maar een krappe meerderheid van 51 procent die een coalitie met PD steunde. De volgende dag was het plots meer dan 79 procent. Moeten we dat echt geloven? Wordt Rousseau door het bestuur van M5S gemanipuleerd? Of wordt het van buiten uit gehackt?

Guerrilla Denkt u dat de rechtse groepen die waarschuwen voor een burgeroorlog in Europa overdrijven? Dat zij alleen maar een ‘klimaat van angst’ willen creëren? Overweeg dan even de draagwijdte van dit incident, dat zich afspeelde in het Franse plaatsje Grigny, in het departement Essonne. Daar werd een politiepatrouille beschoten. Niet met jachtgeweren of kalasjnikovs, maar met mortieren. De agenten hadden ongelooflijk veel geluk. Ze raakten niet eens gewond. De daders werden niet gevonden. Mortieren zijn echte oorlogswapens. Dit is hoe dan ook een gevaarlijke escalatie. Een eerste stap naar een guerrillaoorlog zoals in de jaren ’50 en ’60 in Algerije. Maar dan in Frankrijk zelf.


Repressienummer. Bijlage bij ‘t Pallieterke van 11 september 2019

De repressie in cijfers De voorbije dagen werd u bedolven onder de berichtgeving over de bevrijding, 75 jaar geleden. Zoals we verwacht hadden, werd er nauwelijks aandacht besteed aan het andere aspect. In de nasleep van de bevrijding werden in België tussen de 80.000 en de 100.000 mensen opgepakt en tijdelijk opgesloten, dit in de periode september tot december 1944. De dagen en weken voor de bevrijding waren al zo’n 15.000 collaborateurs naar Nederland of Duitsland gevlucht. Sommigen met familie, anderen moesten noodgedwongen vrouw en kinderen achterlaten. Een groot aantal zou nooit nog naar het vaderland kunnen terugkeren. Bij de geïnterneerden zaten ook een groot aantal ‘vergissingen’, mensen die verkeerdelijk waren opgepakt door de weerstanders. Sommigen werden al na enkele dagen vrijgelaten, maar meestal duurde het weken vooraleer men de vergissing had ingezien. In die dagen werden 405.057 dossiers wegens collaboratie opgesteld: daarbij de leden van VNV, Rex, Verdinaso, Rex, de leden van de vrouwenafdeling van de partijen, de Oostfronters (ongeveer 10.000 Vlamingen en 6.700 Walen), en de andere militaire onderdelen zoals NSKK en Kriegsmarine (alles samen zo’n 25.000 man). Dan waren er nog de 600 à 700 meisjes die zich hadden aangemeld als verpleegster bij het Deutsches Rotes Kreuz). Dan waren er ook nog de mannen die vrijwillig naar Duitsland waren getrokken om er te werken (zo’n 58.748 dossiers). Daarnaast was er ook nog de culturele en de economische collaboratie. Minder ideologisch was de omgang van vrouwen met Duitse soldaten. Er bestaan geen cijfers voor België, maar in Nederland is er sprake van een 140.000 vrouwen die een relatie hadden met een Duitse soldaat. Zo zouden er in Nederland een 15.000 kinderen uit dergelijke relaties geboren zijn. Ik meen dat hetzelfde aantal mag geprojecteerd worden voor België.

Lynchmoorden De eerste weken van september 1944 was de straatrepressie ongemeen hard. Bij vrouwen werd de haren afgesneden, meestal publiekelijk. Over het aantal verkrachtingen is nooit onderzoek gedaan. Arthur De Bruyne schrijft in een artikel uit 1978 dat er in de periode september/oktober zo’n 450 vrouwen verkracht werden… in de provincie Limburg alleen al. Meer dan de helft van die 450 werd later in vrijheid gesteld bij gebrek aan bewijzen…De enige zuster van Theo Brouns werd in september 1944 aangehouden door de weerstand, waarna zes leden van de Witte Brigade haar mishandelden en verkrachtten. Zij werd zwanger door die verkrachtingen en zou later sterven bij de bevalling. Extrapoleren we dat naar de andere Vlaamse provincies, dan is er direct sprake van een 4.500 tot 5.000 verkrachtingen. En dan spreken we enkel over de periode september/oktober... Ook over het aantal lynchpartijen en moorden lopen de cijfers uiteen. In Tongeren werden vijf collaborateurs eerder willekeurig, maar wel zonder proces geëxecuteerd. Over de moord op meester De Vos en Pierre Cornelis kon u in vorig nummer lezen. In totaal schat men het aantal dodelijke slachtoffers van de straatterreur op een 120. Ook hier is het moeilijk om correcte cijfers te geven: mannen als Frans Ketels, Jeroom Leuridan, Ernest Van der Hallen, Dom Modest van Assche,… stierven pas maanden of jaren na hun arrestatie, maar wel ten gevolge van de slechte behandeling tijdens hun gevangenschap.

Overleven Dat was de straatrepressie die tussen 4 september 1944 en einde mei 1945 door België raasde. Dan volgde nog de gerechtelijke repressie: 53.000 mensen werden uiteindelijk veroordeeld. Duizenden zaten in afwachting van een proces opgesloten in overvolle gevangenissen en interneringskampen. Honger, vernederingen en een gebrek aan hygiene waren hun deel. Velen waren onwetend over hun dossier en hadden geen flauw idee wanneer hun proces zou voorkomen. Ondertussen moesten de achtergebleven vrouwen maar zien dat er een inkomen was en dat de kinderen naar school konden. Dat laatste was evenmin eenvoudig, want in heel veel scholen werden kinderen van ‘zwarten’ geweigerd. Er is nog geen inventaris gemaakt hoeveel woningen van ‘zwarten’ (of vermeende ‘zwarten’) er geplunderd werden of in brand werden gestoken. Alleen al in Knokke werden 20 huizen geplunderd. De getuigenissen in dit en vorig nummer van ’t Pallieterke bewijzen dat de vernieling van eigendommen van collaborateurs stelselmatig gebeurde. Het gaat niet over enkele woningen, maar over duizenden woningen. In een Vlaamse krant – ik noem geen namen – stond te lezen dat tijdens de bevrijding de collaborateurs werden opgesloten in de leeuwenkooien van de Zoo. In die ene zin – meer werd er niet geschreven – werd door deze krant de hele straatrepressie samengevat. Mensen hebben geen flauw idee meer wat er in de maanden na de bevrijding heeft plaatsgevonden. Het is een stukje geschiedenis waar België niet trots op moet zijn. Daarom wordt het bewust uit het collectief geheugen weggegomd. Maar wat gebeurd is, is gebeurd. KARL VAN CAMP

Een ongelooflijk verhaal In zijn “Kinderen van het repressiecircus” vertelt Xavier van Lauwe het verhaal dat zijn vader graag vertelde als ‘kers’ op de repressietaart: het ongelooflijke verhaal van Norbert B., zijn gewezen medespeler bij toneelbond ‘Voor Onzen Stam’. De man zat opgesloten in kazerne Weyler, behoorlijk aangeslagen omdat hij zijn hoogzwangere vrouw thuis hulpeloos had moeten achterlaten. Toch leken weerstanders over een hart te beschikken, want kort na Kerstmis lieten ze de jonge vader voor enkele uren los om in het moederhuis naar zijn pasgeboren zoontje te gaan kijken. Hij kreeg een vrijbrief mee, maar nog diezelfde avond moest hij om zes uur stipt weer binnen zijn, of anders zou hij het zich beklagen. In die dagen van volslagen wanorde en gemis aan enig wettelijk gezag, had de jonge vader vrij gemakkelijk kunnen onderduiken, maar de ‘staatsgevaarlijke toneelspeler’ was er blijkbaar een van de brave soort. Ook al omdat hij in heel die sfeer van ‘witte’ terreur, doodsbang was geworden, stapte hij inderdaad om klokslag 18.00 uur, met een pakje onder de arm, door de kazernepoort. Wie schetste zijn verbazing toen hij een gewapende schildwacht hem hoorde toesnauwen: “Halt! Wa komde gij hier doen?” ‘Ik moet hier om zes uur binnen zijn, meneer.’ ‘Da kan iedereen zeggen!’ “Maar meneer, laat mij toch door, of ik ben te laat!” Norbert B. zag een geweer dreigend op hem gericht worden: “Gij komt hier nie binnen of ik schiet!” “Maar ik heb een bewijs!” “Laat zien!” N.B. haalde zijn vrijbrief boven. De welopgevoede weerstander rukte die uit zijn bevende hand en hield hem… ondersteboven om te lezen wat erin stond. Na enkele minuten begon hij heftig van nee te schudden, verfrommelde het bewijsstuk en stak het in zijn broekzak. “Maak da ge weg zijt, gij komt hier nie binne!” Een eindje verder kreeg een andere cipier het rare tafereel in de

gaten en die kwam toegelopen en vroeg wat er aan de hand was. “Die kerel wil per se binnen, sergeant, met een vals papier.” Hij haalde het verfrommelde bewijsstuk uit zijn broekzak: “Kijk, hier!”

Geen geld voor suikerbonen De ‘sergeant’ bleek, gelukkig voor het bedreigde vaderland, geen analfabeet te zijn: “Gij se kloefkapper! Ziede dan nie dat die vuile zwarte smeerlap hier binnen moet zijn? ’t Is een van onze gevangenen, mutten!” N.B. kreeg zijn bewijsje terug, groette beleefd zijn ‘redder’ en stapte naar zijn barak, waar hij aan

zijn lotgenoten uitdeelde wat zijn vrouwtje als doopsuiker had klaargemaakt: gedroogde walnoten. Die waren allemaal in een gekleurd papiertje gewikkeld, want voor suikerbonen was er geen geld… Mijn vader, schrijft Xavier, kreeg nog zijn gemoed vol toen hij dat echt beleefde kerstverhaal vertelde, maar grinnikte als hij het had over die bewaker, een ‘ex-boefer’, die hem ooit hooghartig toesnauwde: ‘Gevangenen hebben geen recht!’ Een week later vloog die kerel namelijk zelf achter de tralies, wegens het ‘ontvreemden van militair eiH. VAN OEVELEN gendom’.

Ik kan ze niet vergeten Ik was bij de bevrijding een meisje van 13 jaar oud, en mijn zuster was 18 jaar. Mijn vader was zelfstandig schrijnwerker en hij was lid van het VNV. Achter het ouderlijk huis had hij zijn werkatelier. Toch besloot hij om in Duitsland als vrijwillige arbeidskracht aan het werk te gaan. Vader was dus afwezig – hij werk- heel katholiek. Pas na zes maante in Duitsland – toen de Witte den kwam mama vrij. Toen papa Brigade voor onze deur stond in uit Duitsland terugkeerde, werd hij natuurlijk opgepakt. Hij heeft Wilrijk. Mama werd opgepakt en opge- vijf jaar vastgezeten. Ons huis was ondertussen aangeslagen en sloten. De inboedel van ons huis verkocht. We hebben er nooit een werd verwoest en de werkplaats frank van gezien. Terwijl vader van papa, waar alle machines vastzat, ging moeder uit werken. stonden, werd geplunderd. Ze Toen hij vrijkwam, is vader terug hebben onze meubelen door het begonnen als schrijnwerker. Hij raam naar buiten gesmeten. Ge- kon ergens tweedehandsmachilukkig konden wij, de twee doch- nes op de kop tikken. Die manters, terecht bij onze grootouders. nen van de Witte Brigade die voor Het was zwaar. Onze moeder was onze deur stonden en ons moeder helemaal niet met politiek bezig, meenamen, kan ik niet vergeten. ze was nergens lid van. Ze was wel Nooit. MEVR. BOLSENS


De bevrijding van Denderleeuw

Gemeenteontvanger betaalt de prijs Op zondag 3 september 1944 reed de ‘Witte Brigade’ rond 19 uur het dorp binnen. De toestand was chaotisch. Twee verzetsgroepen waren simultaan actief. Zowel het Geheim Leger als de OMBR (Organisation Militaire Belge De Résistance) voerde arrestaties uit. Vier huizen werden in brand gestoken, waaronder de woning van de oorlogsburgemeester. Een tiental woningen werden geplunderd. Ganse inboedels werden daarbij door een uitzinnige bende vernield. Er werden in Denderleeuw meer dan 100 mensen aangehouden en overgebracht naar een detentiecentrum in Oudenaarde. Dat is veel op een bevolking van (toen) amper 7.000 inwoners.

Burcht van het Daensisme

Kletsen van de pastoor-weerstander We kennen Wilfried Haesen als voormalig Radio 2-presentator en als medewerker aan het Zangfeest. De familie is afkomstig uit Meerhout, waar grootvader Haesen veldwachter is met 8 frontstrepen op zijn mouw, een trots aandenken als oudgediende van de Eerste Wereldoorlog. Grootvader was zoals zo vele vinciestraat in Antwerpen. René soldaten Vlaamsgezind van het heeft tot in ’49 vastgezeten in het IJzerfront teruggekeerd en had kamp van Beverlo. Alles stond zeker sympathie voor de Front- onder sekwester en er moest nog partij. Tijdens het interbellum een hoge boete afbetaald. Toen wordt hij lid van het VNV. hij uit de gevangenis kwam, waAls de Tweede Wereldoorlog ren hij en zijn ouders totaal bedreigt, wordt zijn zoon opge- rooid. Gelukkig kon hij aan de roepen en die belandt na de slag bij meubelmakerij De Roeck 18-daagse veldtocht in het zui- in Mechelen. den van Frankrijk. Uiteindelijk In 1952 trouwde hij met Wiske geraakt hij na een lange tocht te- Verbruggen: een DMS-meisje rug in Meerhout. Maar, voor een uit Evere. Die was ook bij de bemeubelmaker is er geen werk en vrijding opgepakt en had vastvader Haesen sluit zich aan bij de gezeten in het Klein Kasteeltje Vlaamse Wacht, een paramilitai- in Brussel. Een jaar later al werd re formatie die instaat voor be- Wilfried geboren. wakingsopdrachten. Die Vlaamse Wacht wordt na enkele jaren “Mijn ouders hebben op veringelijfd bij het Duitse leger en schillende plekken gewoond, in zo belandt vader René (Renaat) Grimbergen, Berchem en MerkHaesen bij de Vlaamse Waffen sem. Maar nooit hebben ze het nog aangedurfd om een eigen SS-divisie Langemarck. huis te kopen. Altijd uit schrik Beverlo dat het in beslag zou kunnen geNa de oorlog wordt hij opgepakt. nomen worden. Ook hadden ze Het ouderlijk huis in Meerhout een huwelijkscontract opgesteld wordt geplunderd en in brand met scheiding der goederen, zogestoken. René krijgt aanvan- danig ook dat ik, hun kind, nooit kelijk de doodstraf. Hij behoort zou kunnen opdraaien voor het tot de lichting van de vroegste afbetalen van de boetes”, aldus en dus zwaarste veroordeli- Wilfried. ngen. Zijn voorarrest zit hij uit in de Begijnenstraat, waar hij meer Ondanks alle miserie die vader dan eens slaag krijgt, o.a. van een Haesen had meegemaakt, engapastoor-weerstander. Hij houdt geerde hij zich in de Volksunie, er een antiklerikaal gevoel aan de Vlaamse Kring Groeninghe over. De ouders, René en zijn zus in Merksem en in het Sint-Maarmogen niet langer in Meerhout tensfonds. wonen en verhuizen naar de ProKARL VAN CAMP

Pelikaanstraat Antwerpen (4-9-1944) Foto Cegesoma

Denderleeuw kende een woelige politieke geschiedenis. Het was na de Eerste Wereldoorlog een van de stevigste burchten van het daensisme. In 1934 verloren de daensisten hun volstrekte meerderheid, maar ze bleven meebesturen in een coalitie met de socialisten. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1938 vormden ze samen met het VNV een kartel; maar verzeilden op de oppositiebanken… In 1941 kwam het VNV, door toedoen van de Duitse overheid, aan de macht. Het oorlogscollege rekruteerde tijdens de bezetting actief voor de Vlaamse Wacht en voor de Fabriekswacht. De VNV-afdeling ronselde vrijwilligers voor het Vlaams Legioen. Eén van hen, Benoni Snel, werd één van de eerste gesneuvelden en hij kreeg zelfs een straatnaam. Een misdienst voor de gesneuvelde oostfronter groeide, begin 1942, uit tot een grote manifestatie met een toespraak van VNV-leider Staf De Clercq.

Aangezien de VNV-burgemeester onvindbaar was, werd de gemeenteontvanger aanzien als de voornaamste arrestant in de gemeente.

Tijdstip van de rechtszaak bepaalt de strafmaat Zijn wedervaren toont hoe onrechtvaardig de repressie vaak was. Het moment van de aanhouding, en vooral het moment waarop men gevonnist werd, bepaalde voor een deel de strafmaat. In zijn geval kon dat niet slechter verlopen. Zijn rechtszaak in mei ’45 viel samen met de bevrijding van de concentratiekampen en de terugkeer van de politieke gevangenen... Ondanks een flinterdun dossier werd hij op 23 juni 1945 veroordeeld tot vijf jaar hechtenis en tot het levenslange verlies van zijn burgerrechten. Een veel zwaardere straf dan heel wat oorlogsburge-

meesters en schepenen kregen die later berecht werden. De repressie kreeg later heel wat juridische kritiek. Niet onterecht, zoals blijkt uit volgend bizar element uit de rechtszaak van de gemeenteontvanger. Om de ‘Duits-gezindheid’ van de beschuldigde aan te tonen, verwees de krijgsauditeur naar zijn aanwezigheid op de herdenking van oostfronter Benoni Snel… Omdat de beklaagde zijn aanwezigheid ontkende, toonde de auditeur een foto uit het dossier als bewijs. Toen bleek dat de gemeenteontvanger op de foto niet te zien was, getuigde de politiecommissaris die het onderzoek voerde “dat de beschuldigde zich achter een andere ambtenaar bevond en door zijn kleine gestalte niet zichtbaar was…” De foto en de beschuldiging bleven als bezwarende elementen verder spelen tijdens de rechtszaak. (zie foto) Arthur Boschmans kwam uiteindelijk na zesentwintig maanden hechtenis onder voorwaarden vrij en kreeg later eerherstel. JOHAN DAELMAN

Wie blijft, betaalt dubbel… Vlak voor de bevrijding sloeg oorlogsburgemeester Hector Beeckman op de vlucht. Arthur Boschmans, gemeenteontvanger sinds 1934 en dienstleider van de bevoorrading sinds 1941, kwam daardoor in het oog van de storm terecht. Een bende drong zijn woning binnen en vernielde de inboedel, terwijl zijn echtgenote en vier kleine kinderen aanwezig waren. Een dag later werd Boschmans aangehouden door leden van het Geheim Leger.

Kerkdienst Benoni Snel Privéverzameling Johan Daelman

Bizarre ‘rechtspraak’ tijdens de repressie: Als bewijsstuk een foto in het dossier waarop de beschuldigde “door zijn kleine gestalte niet zichtbaar is”… Boschmans stond volgens de verklaring van de politiecommissaris dus achter de man met hoed en bril. Wél zichtbaar op de foto – van links naar rechts: Jef François, provinciaal deputé De Ridder (VNV), Staf De Clercq, Hector Beeckman (oorlogsburgemeester van Denderleeuw), de ‘man met hoed en bril’ waarachter Boschmans zou staan. De persoon op de voorgrond is het Aalsters VNV-kopstuk Ernest Van Den Berghe.

Bomaanslag met vulpenbom

Daders nooit gevonden Enkele jaren na de Tweede Wereldoorlog waren de Vlaams-nationalisten voorzichtig uit hun figuurlijke schuilkelders gekropen. Mijn grootvader, Willem De Meyer, was als Borgerhoutse onderwijzer voor tien jaren uit zijn ambt ontzet. Na een verblijf van zeven maanden in de ‘hogeschool’ van de Antwerpse Begijnenstraat werd hij voltijds Vlaamse bard. Onder zijn impuls was ook het Vlaams-nationaal Zangfeest heropgestart. Het secretariaat van het ANZ (Algemeen Nederlands Zangverbond, inrichter van onder andere de Zangfeesten) was gevestigd in de nieuwe Borgerhoutse woonst van mijn ouders, Frans De Meyer - zoon van Willem - en Gilberte Winderickx.

Wiegje drie meter verschoven Na heel wat moeilijke jaren waren de activiteiten van mijn grootvader ongetwijfeld een stimulans voor de heropbloei van de Vlaamse Beweging. Het heeft vaderlandslievende kringen geïnspireerd tot een nieuwe ‘heldendaad’. Op zaterdag 12 november 1949 was ik net twee weken oud. Vermoeid door een zware bevalling lag mijn mama (25 jaar) al vroeg in bed. Mijn papa (27 jaar) was in de badkamer en ik lag in mijn wiegje in een kamer naast de slaapkamer van mijn ouders. Omstreeks 22.30 uur klonk een luide knal, gevolgd door een enorme luchtverplaatsing in het huis. Mama dacht onmiddellijk aan een gasontploffing in de badkamer en liep naar mijn slaapkamer. Het

wiegje was drie meter verschoven, maar ik sliep rustig verder. Papa ontsnapte aan een gewisse dood; de wastafel was met grote kracht weggeslingerd. Het interieur van het huis was grotendeels verwoest.

Veel medeleven In een straal van meer dan vijftig meter waren alle ramen gesneuveld. Heel de Stenenbrugwijk stond in rep en roer. Het werd snel duidelijk dat aan de straatkant een “vulpenbom” was geplaatst. Mijn papa was nog helemaal in shock toen hij van een toegesnelde Antwerpse gendarme de vraag kreeg: “Hedde gij vijanden?” Veel Borgerhoutenaars leefden sterk mee met ons. Hun bekommernis ging in de eerste plaats naar mijn mama en haar boreling. Mijn grootouders waren uiteraard sterk aangegrepen door die laffe daad en grootvader Willem besefte goed dat hij er het mikpunt van was. In de binnenlandse en buitenlandse pers waren de speculaties over de dader(s) legio. De meeste Vlaamse kranten beschuldigden de ondergrondse verzetsorganisatie die hiervoor verantwoordelijk was. En de daders? Die werden nooit gevonden! LIEVEN DE MEYER

Foute beul van Breendonk

aan de vleeshaak Mijn vader was goed bevriend met ene Werner Van Osselaer. Ik herinner mij hem nog goed. Die man was niet getrouwd en een beetje een eenzaat. Direct na de oorlog werd jacht gemaakt op een man die “de beul van Breendonk” werd genoemd. Werner had de pech blijkbaar erg te gelijken op die man. Hij werd opgepakt, verhoord en gemarteld. Ze hebben die mens drie dagen vastgehouden. Ze hebben hem onder meer naakt met het vel van zijn rug aan een vleeshaak gehangen. Gelukkig voor Werner vonden ze de echte beul van Breendonk enkele dagen later. Zonder boe of bah werd Werner vrijgelaten. Hij kreeg zelfs geen verontschuldigingen. Mijn twee zusters moesten hem bij de gevangenis ophalen en naar mijn vader brengen, die zijn wonden verzorgd heeft. Het was een tijd van haat, vergelding en verraad. En elke zaterdag kwam Werner bij ons op bezoek. Gelukkig dat hij mijn vader had. De heer Renders, een lid van de Witte Brigade, heeft eens tegen mij gezegd: “Zowel de witten als de zwarten hebben fouten gemaakt.” Ik denk dat dit een eerlijke beoordeling is. Ik vond dat ik dit verhaal moest opsturen, in gedachtenis van een eenvoudig man die niemand kwaad had gedaan en zo onmenselijk werd H. VAN EYCK behandeld.


Chirurgie, soep en kolen Ik ben net vóór de Tweede Wereldoorlog geboren en was juist vijf jaar toen ik geconfronteerd werd met wat later als repressie bestempeld werd. Ik was vijfde kind in een gezin van dertien, waarvan vader geneesheer-chirurg was. In 1935, kort na zijn huwelijk, liet vader een groot huis bouwen in Oostende (thans beschermd als creatie van de toen bekende architect Jozef De Bruycker). Als bewuste (niet-strijdende) Vlaming stond hij erop dat alle briefwisseling met de overheid in het Nederlands gebeurde, dus niet in de taal (het Frans) van zijn school (in Kortrijk) en universiteitsopleiding (RUG). Als kleuter van vijf zag ik, in de late namiddag, bij terugkeer van school, de brandstichting bij één van onze buren; hun huisraad ging op in vlammen. Ik zag helemaal geen reden waarom “die stoute mensen” tot zoiets in staat waren... Feit is dat diezelfde “stoute mannen” de voorgevel van ons huis poogden te versieren met hakenkruisen als aanduiding voor de brandstichters die de volgende morgen hun werk zouden voortzetten. De brandmerking beperkte zich tot een klats pikzwarte teer op de voorgevel. Gelukkig bleef de brandstichting uit, omdat de gendarmerie door ons vader tijdig verwittigd was en zo verdere ravage uitgesloten was...

Kolen De verklaring hiervoor is pas heel wat later duidelijk geworden. Vader werd door Jan met de pet als ‘zwart’ beschouwd omdat hij meer kolen kreeg van de Duitsers voor de huisverwarming en omdat hij als enige Oostendenaar zijn auto mocht behouden, zowel in volle oorlogstijd als bij de aftocht van de vijand. De reden van die ‘verwennerij’ had niets met politiek te maken; dat was het gevolg van het feit dat na elk bombardement mijn vader – de enige chirurg toen aan de kust – als eerste burger de straat op moest om zo snel mogelijk het ziekenhuis te bereiken, waar de getroffen burgers soms in groten getale naartoe werden gebracht. De ko-

lenbegunstiging was nodig voor de verwarming van twee klaslokalen die thuis werden ondergebracht nadat de parochieschool was platgebombardeerd. Ook de familie van de werkster had haar toevlucht bij ons gezocht, omdat ook hun woning vernield was. En wekelijks werd in de garage gestookt bij de soepbedeling voor de getroffenen (vader was voorzitter van Winterhulp). Gelukkig woonden we in een groot nieuw huis, en hadden we een gendarmerie die gelukkig beter wist. Dit hele verhaal kwam bij mij terug boven omdat een recent feit dit opdrong. Bij de verkoop van ons (geklasseerd) ouderlijk huis werd een relatief jonge Schotse vrouw de nieuwe eigenares. Als journaliste (?), mode-experte en kunstenares (?) vertelde ze, ter gelegenheid van een interview in een Engelstalig Brussels blad, dat ze thans eigenares was van een geklasseerde woning “die eerder toebehoorde aan een bekende Oostendse chirurg, die nazisympathieën had.” Dit is voor ons en de hele familie onbegrijpelijk dat bij ongetwijfeld Oostendse informanten dergelijke fantasieën nog steeds leven. Oprechte groeten van een abonnee, wiens vader-zaliger van den beginne af Pallieter-fan was... FRANS DEPUYDT (nvdr: architect Jozef De Bruycker (°1891) was onder meer actief in Verdinaso en VNV, en was als architect bekend in Vlaamsgezinde kringen. Hij werd door de bezetter in 1941 aangesteld als schepen in Roeselare. Enkele maanden na een operatie overleed hij, op 3 maart 1942. En wat lezen we op Wikipedia: “Zijn archief ging in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog verloren”… De lezer mag zelf oordelen over deze eufemistische omschrijving.)

Het schuim

van de straat Omdat Felix D.C. vastzat wegens ‘onvaderlands gedrag’, zaten zijn vrouw, die ziek was, en hun twee dochters met een bang hart af te wachten wat hun te wachten zou kunnen staan. Zij woonden namelijk naast een dokter die heel de oorlog van de Duitsers had moeten controleren of mensen gezond genoeg waren om in Duitsland tewerkgesteld te worden. Als dokter bij de Werbestelle had de arts heel veel mensen werkongeschikt weten te verklaren, maar omdat hij niet iederéén had kunnen afkeuren, was de man gevangengenomen in afwachting van een veroordeling wegens samenwerking met de vijand.

Dappere priester En jazeker, die ochtend zagen de drie dames een woeste bende optrekken naar de praktijk van ‘kozijn-doktoor’. Eens ze met hem klaar zijn, kunnen wij het schorremorrie bij ons verwachten, vreesden de dames, toen zij een ruit aan diggelen hoorden rinkelen en een paraplubak de straat op zagen vliegen. Bij de dokter was heel de wachtkamer verwoest en het gepeupel maakte aanstalten om aan de consultatiekamer te beginnen. Dat was buiten de broer-priester

van dokter V. gerekend. Die zette zich in soutane in de deuropening om de bende de weg te versperren. Een wijf wou zich prompt doen opmerken bij de rest van de vaderlandse helden en verkocht de moedige geestelijke een mep in zijn gezicht. Daar bleef het bij, omdat er nog iets onverwachts gebeurde. Buren waren naar café ‘Den Tourist’ aan de Antwerpsesteenweg gelopen en het toeval wou dat ze daar een Engelse legerpiloot aantroffen die achter zijn pintje zat te bekomen van de lange tijd dat hij ondergedoken had gezeten. En laat het nu net dokter V. zijn geweest die hem een veilig onderduikadres aan de hand had gedaan. De Brit liet zijn pint staan en joeg het gespuis uit het doktershuis, tot grote opluchting van de doodsbange dames van daarnaast. En hoed af voor de priester in soutane, die het tegen het schuim van de straat had durven opnemen. HECTOR VAN OEVELEN

Afbeelding boven en artikel rechts uit ‘t Pallieterke van 10/10/1946 en 9/10/1947

Na zes weken in Sint-Gillis

“We hebben de verkeerde” Mijn vader Leo Stuckens was geboren in 1902. Hij werd flamingant toen hij als student burgerlijk ingenieur zijn ingangsexamen aan de universiteit van Gent is het Frans moest afleggen. Dat vond hij onrechtvaardig. Hij werd actief in het Algemeen In oktober 1944 is de Witte Brigade Vlaamsch Hoogstudentenverbond. hem komen halen, op zijn kantoor In 1928 stond hij mee aan de wieg bij Gevaert. Hij werd afgevoerd van de Vlaamse Ingenieursvereni- naar de gevangenis van Sint-Gillis ging (VIV). Hij woonde in Mortsel, in Brussel. Daar werden alle gevanen bij de fabrieken Gevaert konden genen slecht behandeld. Er was te ze een burgerlijk ingenieur gebrui- weinig tot zelfs geen eten. De gevanken. Hij werd er lid van de raad van genen werden gepest en geslagen. De bewakers van de Witte Brigade beheer. plasten in de soep, in het zicht van Te weinig eten de gevangenen. Maar de honger was Voor de oorlog was hij lid van het groter dan de afschuw voor wat ze VNV. Toen de Duitsers ons land bin- gezien hadden… nenvielen, verbleef hij net in de Ver- Na zes weken verblijf in Sint-Gillis enigde Staten, waar hij instond voor werd hij vrijgelaten, met deze mede bouw van een nieuwe fabriek van dedeling: “We hebben de verkeerde.” Gevaert. Hij is dan met een vracht- Hij is dan bij Gevaert in Mortsel kunschip naar Portugal gevaren, en nen blijven werken, maar hij was zo via Spanje en Frankrijk naar Mort- gedegouteerd door de gebeurtenissel teruggekeerd. Die reis gebeurde sen dat hij uiteindelijk met zijn gezin clandestien, maar hij had geen keu- naar de Verenigde Staten is uitgeweze; thuis wachtten een vrouw en zes ken. Hij kon daar voor Gevaert aan kinderen. de slag blijven. HILDE STUCKENS

Bij de rijkswacht

Spitsroeden lopen Mijn vader, Frans Geudens, geboren in 1915, werkte in Deurne. Op een dag in ’43 liep hij een kameraad tegen het lijf die kapitein was bij de rijkswacht. De vriend stelde hem voor om ook bij de rijkswacht te komen. Mijn vader had daar wel oren terug in ’52. Ook moest hij een boenaar. Hij deed een aantal ingangs- te betalen van 21.000 frank (nu onproeven en werd opgenomen bij geveer 525 euro), een enorm bedrag de rijkswacht. Wel werd hem ge- in die tijd. Hij heeft zo een tijd elke vraagd lid te worden van het VNV, maand 100 fr. betaald, maar uiteinwat hij ook deed. Zo kwam hij bij delijk is dat gestopt. het Eskadron S terecht, dat bekendstond voor zijn groot aantal Mijn vader was in feite helemaal geen flamingant. Hij kwam eerder Vlaamsgezinde leden. Frans deed dienst in Antwerpen, waar hij onder andere instond voor de begeleiding van geldtransporten en de bewaking van fabrieken. Hij was zelfs van dienst in Mortsel na het luchtbombardement, om de ruïnes tegen plunderaars te bewaken.

uit een socialistisch milieu, maar had zich nooit politiek geëngageerd. Na zijn vrijlating kon hij aan het werk in een rolgieterij. Nog later werkte hij bij het ACV in de Nationalestraat en zo geraakte hij ook in het bestuur van het ACV. Hij was zelfs een tijdje voorzitter van de KWB, de Kristelijke Werknemersbeweging van de parochie Onze-Lieve-Vrouw-TerSneeuw in Borgerhout. JAN GEUDENS

In de Begijnenstraat Vader werd opgepakt en in de gevangenis in de Begijnenstraat opgesloten. Ze zaten daar met zeven gevangenen in één cel. Als moeder met mij (ik was toen 5 jaar) daar op bezoek ging, moesten we telkens spitsroeden lopen aan de ingang. De pakjes die we lieten afgeven, kwamen ook niet altijd op hun bestemming. Vader werd uiteindelijk veroordeeld tot zes maanden voor lidmaatschap van het VNV. Hij had al zes maanden in voorarrest gezeten en kon dus vrijkomen. Natuurlijk was hij zijn burgerrechten kwijt, en die kreeg hij pas

Optocht met collaborateurs op de Antwerpse De Keyserlei Illustratie - Foto Cegesoma


Open brief aan Kristien Hemmerechts, Marc Reynebeau, Koen Aerts en consorten

Geplaagd door heimwee naar de repressie De onmiddellijke aanleiding voor dit stuk is een reactie van Koen Aerts op de bewering van Willy Kuipers dat tijdens de naoorlogse repressie duizenden mensen veel te zwaar en zonder tastbaar bewijs veroordeeld werden. De Standaard van 23 februari citeert Aerts hieromtrent: “De bestraffing van de collaboratie was integendeel opvallend genadig… wat Kuypers vertelt, is niet meer of minder dan een vervalsing van ons historisch bewustzijn.” De repressie opvallend genadig noemen, terwijl die onder meer gezorgd heeft voor de terechtstelling van Borms, een achtenzestigjarige man die dermate kreupel was dat men hem aan de paal heeft moeten binden om hem te kunnen fusilleren. Geef toe, “il faut le faire”. In hetzelfde artikel spreekt Aerts zichzelf overigens tegen. Hij geeft immers terloops toe dat de rechters in het begin van de repressie wel zeer streng optraden om te vermijden dat “het volk het recht in eigen handen zou nemen”. Wat bovendien laat vermoeden dat deze door de VRT gevierde historicus van de UGent er geen graten in ziet dat de strafmaat in die tijd niet door de wet maar door de straat werd bepaald…

Eerste Wereldoorlog Het is vooral mijn bedoeling te reageren op de zwart-witvisie die jullie ons sinds een aantal jaren zonder enige zin voor nuancering proberen op te dringen met betrekking tot wat zich tijdens de Tweede Wereldoorlog en in de onmiddellijke nasleep ervan in dit land heeft voorgedaan. Een zwart-witvisie die jullie in staat stelt een soort retro-inquisitie te voeren in verband met gebeurtenissen die al bijna driekwart eeuw achter ons liggen en die jullie niet eens hebben meegemaakt. Wat in feite neerkomt op een nieuwe, zij het een louter morele, repressie. Maar deze keer dan aan de hand van processen die uitsluitend gevoerd worden in door u gemonopoliseerde media. Waar dus van verdediging noch verhaal sprake kan zijn, en ook niet van verjaring. Waarbij tevens twee gouden juridische regels worden opzijgezet, enerzijds het “non bis in idem” - het gaat immers vaak over zaken die al lang geleden door een rechtbank werden behandeld - en anderzijds deze die bepaalt dat het overlijden van de beschuldigde de uitdoving van elke tegen hem gevoerde strafrechtelijke procedure met zich mee brengt (de mensen waarover het gaat, zijn meestal allang overleden). Met andere woorden, uw vervolgingsbeleid houdt in geen enkel opzicht rekening met de meest essentiële regels die een democratische rechtspraak in acht zou moeten nemen. Dat een en ander niet zonder gevolg blijft, kwam duidelijk tot uiting toen een aantal parlementairen van de traditionele partijen het nog niet zo lang geleden nodig vond in de commissie Buitenlandse Zaken van de Kamer de pensioenen in vraag te stellen die nog ongeveer 17 hoogbejaarde voormalige oostfrontvrijwilligers van de Bondsrepubliek ontvangen. Pensioenen die dan nog, naar verluidt, uitsluitend bedoeld zijn voor mannen die aan het front op zijn minst 25 procent permanente invaliditeit hebben opgelopen. Niemand zal betwisten dat de Tweede Wereldoorlog een rechtstreeks gevolg was (van de afloop) van de Eerste Wereldoorlog en van

wat zich in de nasleep daarvan heeft voorgedaan. Dit betekent onder meer dat de houding van heel wat mensen tijdens de Tweede Wereldoorlog voor een groot deel bepaald werd door wat ze tussen 1914 en 1918 hadden meegemaakt. Maar als u al aandacht besteedt aan dat eerste wereldconflict (wat niet vaak gebeurt) dan doet u dat op een vrij selectieve en soms ronduit negationistische wijze. Zo sluiten jullie zich al jaren kritiekloos aan bij de stelling van professor, commandeur in de kroonorde en barones Sophie De Schaepdrijver, die verkondigt dat het verhaal van de achteruitstelling van de Vlaamse soldaten aan het IJzerfront een mythe van de Vlaamse Beweging is. Er zou hoogstens van sociale discriminatie sprake zijn geweest en dat zowel jegens Vlaamse als Waalse soldaten. Men moet

de discriminatie van de Vlamingen aan de IJzer wordt besproken. Wie hiervoor blind wil blijven, weigert te begrijpen waarom Vlaamse soldaten die zich vier jaar lang voorbeeldig patriottisch hadden gedragen vurig anti-Belgisch van het front terugkeerden. Om uw eenzijdige voorstellingen van het dossier collaboratie en repressie te nuanceren en waar nodig te weerleggen, lijkt het mij nuttig te herinneren aan wat zich tijdens het interbellum allemaal heeft voorgedaan en waaraan jullie weinig of geen aandacht besteden, tenzij om het met een tremolo in de stem te hebben over de “jaren 30, de zwartste bladzijdes uit onze geschiedenis”. Onnodig te herhalen dat de Eerste Wereldoorlog op militair vlak waarschijnlijk het ergste conflict geweest is dat ooit werd uitgevochten. De soldaten die het geluk hadden die hel te hebben overleefd, keerden in 1918 naar huis met in hun hart de hoop dat de vele gesneuvelden niet voor niets gevallen waren en dat de wereld er voortaan beter zou uit-

verkiezingsoverwinning van Rex in 1936 was er het gevolg van. En dan hadden we het nog niet over de Spaanse Burgeroorlog tijdens de welke beide kampen elkaar in gruwelijkheden evenaarden (meestal wordt de aandacht op het misdadige gedrag van de aanhangers van Franco gevestigd, maar wordt dat van links, dat op zijn minst even erg was, zedig verzwegen). Gans Europa voelde zich passioneel bij dat conflict betrokken en koos partij. Dat was echter niet het geval voor de westerse regeringen, die zich allemaal min of meer angstvallig op de vlakte hielden, uitgezonderd die van Duitsland en van Italië, die omwille van hun engagement ongetwijfeld bij de Francogezinden een zekere sympathie uitlokten. Het spreekt voor zich dat dit alles het vertrouwen van de mensen in de traditionele regimes van hun land sterk deed wankelen. De verwarring bereikte een hoogtepunt, toen de communistische Sovjet-Unie in 1939, samen met het nationaalsocialistische Duitsland dat tot dan toe Stalins grootste vijand was geweest, Polen binnenviel en wat later met

“U voert een nieuwe, morele, repressie via processen in door u gemonopoliseerde media.” nochtans geen geschiedenisspecialist van de Eerste Wereldoorlog zijn, om te weten dat die bewering kant noch wal raakt. Want hoe valt dan te verklaren dat alleen de Vlaamse piotten het nodig vonden zich in de Frontbeweging te organiseren om de wantoestanden in het leger aan te klagen (denk aan de open brief aan koning Albert die op 11 juli 1917 in de loopgraven werd rondgedeeld), terwijl de Walen, die nochtans niet als doetjes bekendstaan, braaf in de pas bleven lopen? Hoe legt u uit dat jonge officieren omwille van hun Vlaamsgezindheid werden gedegradeerd (Joris Van Severen, Jules Charpentier en anderen), dat soldaten die van hetzelfde werden verdacht, zwaar gestraft werden en zelfs naar werkkampen gestuurd werden of in de Parijse gevangenis van Fresne terechtkwamen?

Het interbellum Hoe komt het dan dat de Vlaamse Beweging, die voor 1914 vooral een zaak van intellectuelen was, zich in de modder van de loopgrachten tot een brede en radicale volksbeweging ontpopte, waaruit na de oorlog een politieke partij zou ontstaan die voornamelijk door oud-strijders werd uitgebouwd? Ik verwijs naar het boek “De Frontbeweging” van voormalig journalist Daniel Vanacker, en naar zijn artikels over dat onderwerp in Wetenschappelijke Tijdingen. Ik verwijs naar de Albert I-biografie van professor Velaerts, waarin gewag gemaakt wordt van talrijke verslagen van onder meer parlementaire debatten, ministerraden, enzoorts, waarin

zien. Maar of ze nu bij het winnende of het verliezende kamp hoorden, ze kwamen allemaal van een kale reis terug. Hun respectievelijke landen kenden de ene zware crisis na de andere. Dit was uiteraard het geval voor Duitsland dat eerst in een quasi-burgeroorlog terechtkwam. Bovendien kreeg het land het ten gevolge van het Verdrag van Versailles op economisch vlak zwaar te verduren. Maar ook de zegevierende westerse naties deelden in de klappen. De zware beurscrash van 1929 die Wall Street trof, was over gans de wereld voelbaar. De situatie in Frankrijk was allesbehalve rooskleurig. Het Staviskyschandaal van 1934 veroorzaakte bijna het einde van de republiek. In 1936 kwam daar een volksfrontregering aan het bewind onder leiding van Léon Blum, maar dat belette niet dat in datzelfde jaar een algemene staking gans het land gedurende weken platlegde. Ook België bleef niet gespaard. Het faillissement van de socialistische Bank van de Arbeid zorgde ervoor dat de spaarcenten van tienduizenden arbeiders in rook opgingen. En massa’s boeren die hun geld aan de katholieke Boerenbond toevertrouwd hadden, deelden hun lot toen ook die over de kop ging. Nogal wiedes dat dit voor een ernstige crisis van het regime zorgde. De immense

de toestemming van Duitsland de Baltische republieken ging bezetten. Twee aartsvijanden sloten een bondgenootschap om zich samen aan onafhankelijke naties te vergrijpen en lokten zo de Tweede Wereldoorlog uit…

1940 De klap op de vuurpijl kwam onmiddellijk na 10 mei 1940. De Duitsers hadden al eerder bijzonder gemakkelijk Polen, Denemarken en Noorwegen kunnen bezetten. Hun ‘blitzkrieg’ tegen het Westen verliep zo snel en triomfantelijk dat iedereen ervan overtuigd was dat de vermolmde oude structuren het totaal begeven hadden. Geef toe, u hebt dit alles nooit in overweging genomen voor het proces dat u m.b.t. deze troebele periode aan het voeren bent. Daar u, zoals reeds gezegd, hierin geen recht op verdediging hebt voorzien, vind ik het dan ook nodig, als getuige “à decharge” op te treden. Ik heb die tijd weliswaar, net zoals u, niet meegemaakt, maar in tegenstelling tot jullie ben ik onmiddellijk na de oorlog geboren, in 1946. D.w.z. dat ik opgegroeid ben tussen mensen voor wie de Tweede Wereldoorlog, en wat in de nasleep daarvan is gebeurd, het grote avontuur van hun leven is geweest. Ze hadden het onder elkaar voortdurend over die tijd, die, vanuit hun perspectief gezien, nog bijna actueel was. Mijn ouders en familie waren, om het met de terminologie van toen te zeggen, allemaal eerder ‘wit’. Sommigen, waaronder mijn vader, hadden tijdens de bezetting zelfs behoorlijk wat

last met de Duitsers gehad. Ik kwam echter al zeer jong in de Vlaamse Beweging terecht, waar ik ook heel wat ‘zwarten’ leerde kennen. Mijn getuigenis steunt dus voornamelijk op wat ik gehoord heb van mannen en vrouwen uit de twee kampen, die het allemaal zelf beleefd hebben, en ook uiteraard op die van heel veel mensen die zich gedurende de vijf jaar die de Tweede Wereldoorlog geduurd heeft, zo gedeisd mogelijk hebben gehouden. Hun appreciatie van wat zich toen afgespeeld heeft, is natuurlijk voor een groot deel afhankelijk van het kamp waarin ze zich toen bevonden. Dat belet echter niet dat ze het er allemaal min of meer over eens waren dat er niet zozeer sprake was geweest van “wit en zwart” maar voornamelijk van heel veel tinten grijs, en dat ze allemaal de nadruk legden op de enorme chaos die onmiddellijk na 10 mei 1940 was ontstaan en voor een vreselijke ontreddering had gezorgd. De regering en het parlement waren op de vlucht. Dat was tevens het geval voor honderdduizenden medeburgers, waarvan de meesten in Frankrijk terechtgekomen waren, een land dat ook al zeer vlug overrompeld zou worden, zich in een toestand van totale wanorde bevond en na zes weken op zijn beurt de strijd moest opgeven. Tot overmaat van ramp was het Britse expeditiekorps, dat ons te hulp had moeten komen, binnen de kortste keren en halsoverkop via Duinkerken naar Engeland gevlucht, en wist zo op het nippertje uit de Duitse omsingeling te ontsnappen. Met andere woorden, de stoere overwinnaars van 1918 waren in een mum van tijd totaal verslagen. Een zeer grote meerderheid van de burgers en van de politici twijfelde er dan ook niet aan dat Duitsland de oorlog definitief had gewonnen. Voeg daaraan toe dat de meeste gezinnen in het ongewisse bleven omtrent het lot van familieleden waarmee ze geen contact konden krijgen. Het ging om de hierboven reeds aangehaalde vluchtelingen, maar ook om de soldaten van het Belgische leger dat zich had overgegeven. Was de echtgenoot, de broer, de verloofde die men miste, krijgsgevangene? Was hij gekwetst, of misschien gesneuveld? De Belgische regering had tijdens de eerste oorlogsdagen de jongens die tussen 16 en 18 jaar oud waren, en dus te jong om gemobiliseerd te worden, opgeroepen om zich in een aantal West-Vlaamse steden (Roeselare, Ieper…) te verzamelen. Ze wou zo vermijden dat de meesten onder hen, net zoals tijdens de Eerste Wereldoorlog, bij een stabilisering van de frontlijn in het bezette land zouden achterblijven en dus niet voor legerdienst zouden kunnen opgeroepen worden wanneer ze de geschikte leeftijd hadden bereikt. Toen die knapen op de aangegeven verzamelpunten aankwamen, kregen zij die met de fiets gekomen waren meteen de opdracht naar het zuiden van Frankrijk door te rijden en zich daar te melden bij wat ‘Crab’s’ genoemd werd, Centres de Recrutement de l’Armée Belge.


De jongens die er gehoor aan gegeven hadden, kwamen uiteindelijk in de buurt van de Pyreneeën terecht om er te ontdekken dat daar voor hen niets was voorzien. Ze zaten diep in Frankrijk zonder middelen van bestaan en zonder enige mogelijkheid om te communiceren met hun families die niet wisten wat er van hen was geworden. Was het in die gegeven omstandigheden zo verwonderlijk dat heel wat mensen hun geloof in de westerse democratieën kwijtraakten? Dit verklaart waarschijnlijk waarom de socialistische partijvoorzitter Hendrik De Man het bijna onmiddellijk na de Belgische capitulatie nodig vond in een manifest de socialisten op te roepen zich niet tegen de bezetter te verzetten. De ineenstorting van de oude vermolmde wereld bood volgens hem namelijk nieuwe opportuniteiten en baande, zo drukte hij het uit, de weg naar “Europese vrede en sociale rechtvaardigheid”. Het was waarschijnlijk om dezelfde reden dat Jos Van Eynde een tijdje later een brief naar de Duitse bezettingsoverheid stuurde om toestemming te vragen de grootse krant van Vlaanderen te mogen uitgeven (toch merkwaardig dat in deze tijd van onthullingen over de Tweede Wereldoorlog daar zo weinig gewag van gemaakt wordt). Jos Van Eynde zou na de oorlog medevoorzitter van de Belgische Socialistische Partij worden.

De collaboratie was fundamenteel fout Dat is een stelling die u als een mantra steeds weer herhaalt. En inderdaad, het regime van het Derde Rijk was moreel totaal onverdedigbaar. Maar geef toe, dat is vandaag een heel stuk duidelijker dan tijdens het interbellum, omdat de misdadigheid van het nationaalsocialisme toen meestal goed gecamoufleerd werd door een handig gevoerde propaganda (denk aan het succes van de Olympische Spelen van 1936 in Berlijn). Die quasi onzichtbaarheid is niettemin niet de belangrijkste verklaring voor de collaboratie van heel wat Vlaams-nationalisten tijdens de Tweede Wereldoorlog. Die was veel eerder te zoeken in het oude principe van “de vijanden van mijn vijand zijn mijn vrienden”. Onze voorouders waren daar al eeuwen geleden van doordrongen. De geuzen beschouwden zich als voorbeeldige christenen maar een van hun voornaamste leuzen luidde niettemin “liever Turks dan paaps”. De geschiedenis zit vol met voorbeelden van die aard. Lodewijk de XVIde had hoogstwaarschijnlijk een grondige hekel aan de ideologie van de Amerikaanse Revolutie, tenslotte de voorloper van de Franse Revolutie die hem het leven kostte, maar hij zou haar niettemin militaire steun verlenen omdat het een opstand betrof tegen Engeland, de erfvijand van Frankrijk. Tijdens de Eerste Wereldoorlog vochten Tsjechische nationalisten aan de zijde van de geallieerden om hun land van de Habsburgse heerschappij te bevrijden. Hun leuze was “we zullen Oostenrijk-Hongarije trouw verraden”. Er bestonden

“Tsjechische legioenen” in het Franse, het Italiaanse en het Russische leger. Tezelfdertijd verzochten Ierse nationalisten de Duitsers om wapens om een opstand tegen de Britse bezetting van hun land uit te voeren. U zult tegenwerpen dat dit misschien in heel veel gevallen begrijpelijk is maar niet wanneer het gaat om een samenwerking met een crimineel bewind van de aard van dat wat in 1933 in Duitsland aan de macht was gekomen. Mag ik uw aandacht erop vestigen dat wie in een conflict verwikkeld raakt, zich meestal niet in de mogelijkheid bevindt om zijn bondgenoten te kiezen en zich tevreden moet stellen met deze die zich aandienen. Dat was tijdens de Tweede Wereldoorlog niet anders en niet alleen in Vlaanderen.

Collaboratie in de derde wereld Ik kan u ook enkele voorbeelden buiten Europese voorschotelen: - De grootmoefti van Jeruzalem woonde tijdens de Tweede Wereldoorlog in Berlijn en steunde volop de Duitse oorlogspropaganda, omdat Palestina op dat ogenblik een Brits mandaatgebied was, en omdat het Verenigd Koninkrijk na de Eerste Wereldoorlog, conform de “Balfour Declaration” van 1917, de Joden toegestaan had in Palestina een “nationaal Joods Tehuis”, te vestigen. - De milities die o.l.v. Soekarno voor de onafhankelijkheid van Indonesië hebben gestreden, werden tijdens de bezetting van de “Gordel van Smaragd” door het Japanse leger bewapend en getraind. Men zou ze dus zonder meer kunnen beschuldigen van militaire collaboratie met het “fascistische militaire regime” van Tokio. - Aung San Suu Kyi die in 1991 de Nobelprijs voor de Vrede ontving, is in Birma bijzonder populair omdat ze de dochter is van Aung San, die daar als de vader des vaderlands wordt beschouwd. Hij had eind de jaren dertig de nationalistische partij “Wij Birmanen” opgericht en was met enkele tientallen kompanen in 1940 naar Tokio vertrokken om daar een militaire opleiding te krijgen. Toen hij enkele maanden later terugkwam, organiseerde hij een geheim leger dat samen met de Japanse invasietroepen in 1942 de Britten uit Birma verjoeg. In ’43 werd hij zelfs minister in een door de Japanse bezetters geïnstalleerde Birmaanse regering. En dan is er nog het weinig bekende verhaal van ‘Chandra Bose’, de Indische nationalist die onder meer parlementslid was en lid van de partij van Nehru. Bose zette zich al sinds de jaren twintig in voor de onafhankelijkheid van India. Hij zocht daarvoor internationale steun en dit verklaart waarom hij in Berlijn was tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij rekruteerde in de Duitse krijgsgevangenkampen Indische soldaten uit het Britse leger om aan Duitse zijde tegen Groot-Brittannië ten strijde te trekken. Het lukte hem een grote Indische militaire eenheid voor de Wehrmacht

op poten te zetten. Voor zover ik weet, werd die leiders van die nationalistische bewegingen uit de derde wereld niet verweten dat zij met het oog op de bevrijding van hun land met nazi-Duitsland of met een bondgenoot van nazi-Duitsland hadden gecollaboreerd. De Vlamingen die op dezelfde wijze gehandeld hebben om Vlaamse zelfstandigheid te bereiken, worden echter wel met de vinger gewezen. Er zijn uiteraard ook mensen die voor een andere reden dan de inzet voor de Vlaamse zaak in de collaboratie zijn gestapt. Er waren onder hen ongetwijfeld opportunisten die hun kans schoon zagen om een hogere positie te kunnen bekleden in de nieuwe maatschappij die ze meenden te zien ontstaan. Er was op dat vlak niets nieuws onder de zon.

Verklaring Ik vermoed dat u er zult van uitgaan dat ik hier beweringen van een twijfelachtig allooi zit te debiteren, of dat ik op zijn minst van ernstige subjectiviteit mag worden verdacht. Maar hoe zou, zonder die genuanceerde kijk van vele landgenoten op de collaboratie, te verklaren zijn dat: - Victor Leemans, die al voor de oorlog nauwe banden met het VNV had en tijdens de bezetting, onder druk van de Duitse militaire overheid, tot secretaris-generaal voor Economische Zaken en tot lid van de raad van bestuur van de Emissiebank werd aangesteld, een notoire collaborateur dus, reeds in 1949 parlementslid voor de CVP is kunnen worden en het later zelfs tot voorzitter van het Europees Parlement heeft gebracht? - Jos Custers, die tijdens de bezetting kabinetschef van het staatssecretariaat voor Wederopbouw was geweest, ook vanaf 1949 voor de christendemocraten in de Senaat

zetelde en zelfs van 1961 tot 1965 minister van Volksgezondheid is geweest? - Lode Claes, tijdens de oorlog schepen van Groot-Brussel, die van zijn collaboratieverleden nooit een geheim heeft gemaakt, eind de jaren zestig voor de Volksunie in de Senaat werd verkozen en wat later zelfs tot schepen van de Brusselse Agglomeratieraad, een instelling die in het begin van de jaren zeventig een kortstondig bestaan heeft gekend? - de voormalige oostfrontofficier Oswald Van Ooteghem in 1965 voor de VU in de provincieraad van Oost-Vlaanderen werd verkozen en later ook in de Senaat zonder dat dit voor schandaal zorgde? De milde houding ten overstaan van collaborateurs was geen exclusieve van de politiek. Men stelt dat ook vast in andere geledingen van de maatschappij. Zo bijvoorbeeld in de cultuurwereld: - Renaat Grassin (beter gekend als het ‘ketje’) kon vrij snel na zijn vrijlating zijn loopbaan van cabaretier voortzetten, ook bij de toenmalige openbare omroep, de NIR. - Yvonne Lex, die tijdens de oorlog verkering met een oostfrontsoldaat had gehad en in september ’44 samen met haar vader naar Duitsland was gevlucht, werd reeds eind de jaren vijftig de steractrice van de Brusselse KVS. - De schrijvers Filip De Pillecyn, Ernest Claes, Jean Du Parc, Felix Timmermans, Ernest Vanderhallen, Cyriel Verschaeve en enkele anderen ondanks hun oorlogsverleden toch populair bleven.

Is De Standaard na de oorlog een neonazikrant geweest? In de media deed zich hetzelfde fenomeen voor: - Luc Vandeweghe, die tijdens de

oorlog bijdragen had geschreven voor het weekblad De Nationaal-socialist, werd reeds in 1950 chef buitenland bij De Standaard. - De oud VNV’er Thieu Croonenberghs stond jarenlang aan het hoofd van de documentatiedienst van diezelfde krant waarin hij regelmatig rechtskundige artikels schreef. Hij kon trouwens ook probleemloos bij de nationale omroep terecht vermits hij in de rol van voorzitter van het hof van assisen zeer populair werd in de succesvolle serie “Beschuldigde, sta op”. - De cartoonist Alidor, die voor en tijdens de oorlog onder de naam Jam tekeningen had gepubliceerd in “Le pays réel”, het dagblad van Degrelle, kon jarenlang probleemloos de huiscartoonist van De Standaard zijn. Hergé en Willy Vandersteen, die beiden voor de collaboratiepers stripverhalen hadden getekend, konden na de bevrijding gewoon, zonder dat iemand zich daaraan ergerde, weer aan de slag gaan. De

stripverhalen van Vandersteen verschenen ook in De Standaard. Op basis van de criteria die u vandaag de dag zo gul hanteert, zou u tot de vaststelling moeten komen dat die krant na de Tweede Wereldoorlog lange tijd neonazistisch is geweest. Die genuanceerde kijk op de collaboratie was ook terug te vinden bij een aantal mensen die in het verzet hadden gestaan. Onder meer bij: - de voormalige gewapende weerstander Louis De Lentdecker, die als gerechtelijk journalist van De Standaard heel wat repressieprocessen van nabij volgde en een vurige voorvechter voor amnestie werd. - bij de erkende verzetsmensen Maurice Lacante, Aloïs Verbiest en juffrouw Aretz die er in de jaren zestig helemaal geen bezwaar maakten om met de vlag van de door hen opgerichte vereniging van Vlaams-nationale weerstanders naast de vaandels van de oostfronters van het Sint-Maartensfonds in de vlaggenparade van de IJzerbedevaarten op te stappen. Zij hadden blijkbaar niet alleen een andere kijk op de repressie dan academicus Aerts maar bekeken ook de Vlaamse oostfronters met een andere blik dan Kristien Hemmerechts. Deze laatste beweerde immers dat die erger waren dan de Duitsers en dat het hen niet ging om de Vlaamse zaak maar om Hitler. Iets wat ik op basis van de gesproken geschiedenis met klem betwist. Ik heb in de Vlaamse Beweging, en in het bijzonder in de voormalige Volksunie, niet alleen heel vaak voormalige oostfrontvrijwilligers ontmoet maar er ook nauw mee samengewerkt. Dit gaf me de kans om mij bij hen grondig te informeren over het waarom van een engagement waarbij ze toch hun leven op het spel hadden gezet. Ik kan u verzekeren dat de meesten onder hen naar het front getrokken waren met het idee dat zij hiermee een dienst aan

Vlaanderen bewezen en dat ze hun naoorlogse inzet in de Vlaamse Beweging in de verlenging hiervan zagen. Wat natuurlijk niet uitsluit dat er ook anderen zijn geweest. Het komt erop neer dat de meeste mensen die het allemaal zelf meegemaakt hebben, wat tijdens de Tweede Wereldoorlog is gebeurd, een veel genuanceerdere kijk hebben of hadden dan jullie, die die periode uit een louter ideologische hoek bekijken en hieruit argumenten proberen te vinden om het hedendaagse Vlaams-nationalisme te bestrijden. Ten slotte dit nog. U kunt er misschien van uitgaan dat wat ik hier vertel van weinig of geen waarde is, vermits ik het als een soort geschiedenisamateur tegen beroepshistorici durf opnemen. Ik heb echter van mei ’68 onthouden dat ex-cathedra-argumenten niet meer van deze tijd zijn. Mag ik hopen dat u dat ook niet vergeten bent? FRANCIS VAN DEN EYNDE


De martelgang van Frans Ketels Na onze oproep om getuigenissen over de repressie in te sturen, kregen we onderstaande brief toegestuurd met de vraag om aandacht te besteden aan het droevige en mensonwaardige lot dat Frans Ketels uit Hasselt moest ondergaan. Herhaaldelijk deed u ter voorbereiding van een geplande publicatie in uw geëerd weekblad een oproep naar getuigenissen over de repressie die tijdens de “kwade jaren” in dit onland woedde. Ongetwijfeld zal u daarbij aandacht besteden aan het droevige en mensonwaardige lot dat Frans Ketels moest ondergaan.

in jaren niet meer naar omgekeken, met als gevolg dat de verticale plaat losgekomen is, terwijl het geheel dringend aan een vakkundige op-

Actie is vereist

Graf in erbarmelijke staat De onvolprezen E.d.V. bracht dit in uw eigen “’t Pallieterke” uitgebreid onder de aandacht, o.a. in het nummer van 20 april 1978 (zie verder). Wist u dat het eenvoudige graf van Frans Ketels in Hasselt (begraafplaats Kruisveld, Sint-Truidersteenweg) momenteel in een erbarmelijke toestand verkeert? Volgens ter plaatse ingewonnen informatie is er

Warme oproep Beste lezer, u heeft de warme oproep van onze lezer kunnen lezen. Frans Ketels staat symbool voor de 100 tot 150 lynchmoorden die in de bevrijdingsperiode gepleegd werden. Allemaal ‘zwarten’ die zonder proces op straat gelyncht of doodgeschoten werden. Mag ik rekenen op uw financiële steun? Onze bankrekening: BE63 7360 1247 8308 (BIC KREDBEBB) van de Vrienden van ’t Pallieterke vzw – Boechout.

Ik zag Ik zag vanmorgen, doorheen ’t geschemer van roestige prikkeldraad mijn moederke staan. ’t Was als een godenbeeld uit lang vervlogen tijden, een lievevrouwengelaat, fijnbesneden, goudomstraald. Doch ’t was verbeelding. Toen ik nader keek zag ik dat ze moe, heel mee van ’t verre reizen was, met diepe voren in haar lief gelaat en naar ik meende blonken tranen in haar lieve ogen. MAURICE SANTY (20 JAAR) HEKALO 8 MEI 1945

kuisbeurt toe is. Het is een schande voor Vlaanderen dat Frans Ketels op een dergelijke manier zijn laatste rustplaats moet vinden! Ten tijde van Jozef Van Overstraeten zou aan die toestand allang verholpen geweest zijn, maar spijtig genoeg is JVO ook al een hele tijd niet meer onder ons. De vraag die wij ons dan ook stellen: is hier soms – via fondsenwerving – een taak voor “’t Pallieterke” (of een Vlaams-nationale vereniging) weggelegd? Wij zijn ervan overtuigd dat veel van uw lezers wel een kleine bijdrage willen leveren en “vele kleintjes maken een groot” poneert nog altijd een Vlaams spreekwoord. Bovendien, niets zegt dat het graf van Frans Ketels een alleenstaand geval is. Misschien manifesteren zich in de toekomst nog andere schrijnende toestanden. Daaraan verhelpen is dus duidelijk (ook financieel) geen eenmanszaak, maar de taak van een gestructureerde organisatie die gerust een beroep kan/mag doen op de bijdrage van vele bereidwillige Vlamingen. Hopelijk ligt het graf van Frans Ketels er dan binnenkort even verzorgd bij als dat van Lode Sleurs, dat zich op dezelfde begraafplaats bevindt en dat WEL door de familie – zoals het hoort! – met zorg wordt onderhouden en zelfs regelmatig met bloemen wordt getooid.

‘Goed Belgisch burgerschap’ Mijn vader Raymond Van Bouchaute (geboren in 1895) was oorlogsburgemeester van Watervliet (Oost-Vlaanderen). Hij was aangesloten bij het VNV. Vader werd in 1945 veroordeeld tot 20 jaar ‘heropvoeding’, en die mocht hij gaan uitzitten in Merksplas, in de verre Kempen. Bovendien was hij ook zijn politieke en burgerrechten kwijt. Elk weekeinde gingen mama en ondergetekende – toen 7 jaar oud - op bezoek in Merksplas, een uitstap die twee dagen in beslag nam. Thuis kon mijn moeder de slijterij en tabakszaak verder uitbaten en zo voor brood op de plank zorgen. De beste klant in moeders tabakszaak was – ongelooflijk maar waar – onze huisarts, dr. Cyriel Ryckaert. Die was nochtans tijdens het

Hugo Claus Ook schrijver en kunstenaar Hugo Claus (1929) groeide op in een ‘zwarte’ omgeving. Vader Jozef Claus was overtuigd lid van het VNV, en moeder was lid van de vrouwenafdeling van DeVlag. Aan de Oudenaardsesteenweg was hun drukkerij gevestigd. Zoon Hugo werd lid van de Nationaal-Socialistische Jeugd Vlaanderen (NSJV). Bij de bevrijding van Kortrijk werd vader Jozef door de weerstand opgepakt en opgesloten in het interneringskamp ‘De Wikings’. Moeder Claus vluchtte weg met de kinderen naar haar moeder in Deinze. Ondertussen was zowel het woonhuis als de drukkerij in Kortrijk geplunderd en alles was kapotgeslagen. De drukkerij werd onder sekwester geplaatst.

proces een getuige ten laste tégen ons vader. In 1946 was Ryckaert de eerste naoorlogse burgemeester van Watervliet. In 1950 kwam papa vrij. De lessenreeks ‘Goed Belgisch burgerschap’ in Merksplas was ‘succesvol’ verlopen. Papa kwam dan wel vrij, hij mocht zich niet op het grondgebied van Watervliet begeven. Een hereniging met het gezin zat er dus niet onmiddellijk in. Mijn ouders hadden vier kinderen: - Roger: 24 jaar oud, ex-onderwijzer in Waterland-Oudeman (Sint-Laureins); hij werd vervolgd voor het aanleren van ‘foute’ liederen. Hij kreeg wel de vrijspraak. - Asthere: 23 jaar oud, had geen problemen. Hij was tewerkgesteld in de Kempen door de bezetter. - Gaston: 19 jaar oud, was aangesloten bij het Engelse bevrijdingsleger; geen problemen, uiteraard. Week uit naar Brussel en verfranste. - Johan: 7 jaar oud en schrijver van dit epistel.

Der Führer Ik kreeg in het eerste jaar van het lager onderwijs al direct de ronkende eretitel ‘der Führer’ door mijn klasgenootjes toegeroepen. Andere ‘zwarte’ klasgenootjes, waaronder mijn beste vriendje Mark Van Daele, zoon van de aangebrande hoofdonderwijzer van Watervliet, moesten het met veel minder fraaie titels uit het Duitse Rijk doen… Later, bij mijn loopbaan bij de universiteit VUB, mocht ik nog een late opstoot van haat ondervinden. Een promotie werd mij geweigerd door het hoofd van de personeelsdienst, een zekere oud-weerstander (dhr. J. Senelle). Hij zei letterlijk: “Uw gehomologeerd diploma hoger middelbaar voldoet, maar toch zal ik u niet bevorderen.” Daarna volgden tien jaar van overplaatsingen en pesterijen tot hij - Senelle – triomferend mijn ontslag kon geven. Uitgezonderd die ten onrechte gemiste bevordering op de VUB, kijk ik met plezier en zonder rancune terug op was is gebeurd in 1945 en later, doch vergeten zal ik nooit. Ik ben blij dat ik mijn geheugen heb kunnen opfrissen en mijn gemoed te kunnen luchten via ons ’t Pallieterke. JOHAN VAN BOUCHAUTE

In Limburg: Frans Ketels...

Zijn vader herkende hem niet op straat (Uit ’t Pallieterke van 20 april 1978) Het gebeurde in de christelijke hoofdplaats van het christelijke Limburg - maar wij willen ‘Limburg’ daar niet verantwoordelijk voor stellen -, waar de autoriteiten te bang waren of over te weinig macht beschikten om op te treden tegen de communistische partizanen die er een waar schrikbewind uitoefenden.

De jonge Frans Ketels was gouwleider van het AVNJ (Algemeen Vlaams-nationaal Jeugdverbond), de jeugdorganisatie van het VNV, die tijdens de oorlog de naam NSJV (Nationaal Socialistische Jeugd Vlaanderen) droeg. Een zeer nationale, weinig nationaalsocialistische jeugdbeweging, eigenlijk. Frans Ketels was een katholieke jongeman, diep overtuigd van zijn geloof en een rusteloos ijveraar voor die overtuiging. Natuurlijk had hij zich, met zulke overtuiging, en in zo’n tijd, vijanden gemaakt. Misdaden konden hem niet ten laste gelegd worden. Maar wat heeft hij een martelgang moeten ondergaan…

Een heuse martelgang 7 september 1944: het huis waar hij woonde, werd vernield en leeggeplunderd. 22 september: Frans Ketels werd aangehouden te Elen bij Maaseik. 23 september: afgeranseld met een gummiknuppel. Met een strop om de hals, de armen omhoog, overgebracht naar Rotem en vandaar naar Maaseik. 27 september: opgeëist door de “partizanen” van Hasselt en op het spatbord van een auto overgebracht naar die stad. Daar door meerdere personen geslagen tot hij onkennelijk was. Verplicht om met blote knieën neer te knielen op stukjes glas. Een Engelse soldaat, getuige van de foltering, verbood dit. Eens die soldaat vertrokken, herbegon de marteling. Het hoofdhaar werd gedeeltelijk weggesneden en daarna weggeschroeid. Frans Ketels moest een grote kom water leegdrinken waarin klompen zout gelegd waren. Enige minuten later braakte hij alles uit. Hij moest op een stoel gaan liggen en er werd hem een hakenkruis op het voorhoofd geverfd. Zijn broekspijpen werden afgesneden en alle haartjes op zijn benen werden uitgetrokken.

Publiek vernederd In de nacht van 27 op 28 september moest Ketels water pompen en met zijn handen een greppel graven. 28 september: de stad rondgeleid, in de handen een bord met de woorden ‘Heil Hitler! Hier is Ketels, de verrader’. Onkennelijk, zijn bril hem ontnomen, bloedend uit neus en mond, in de Witte-Nonnenkazerne tentoon-

gesteld, staande op een altaar op het binnenplein. Zijn eveneens aangehouden vader werd er bijgehaald. De man herkende zijn zoon niet. Dan toonde men hem een foto van Frans... De vader moest naast de zoon op het altaar staan. Men zei hem: “Hebt gij nog iets te zeggen, doe het rap, want het is de laatste keer dat ge elkaar ziet!”

Het gepeupel heerste ‘s Namiddags werd Frans Ketels overgebracht naar de rijkswachtkazerne. Daar moest hij twee à drie uren rechtstaan, een fles in elke opgeheven hand. Aangehouden vrienden die daar voorbijgebracht werden, herkenden hem niet. Onderweg naar de gevangenis werd hij geslagen en gestampt. In de gevangenis moest hij zich languit op de stenen laten vallen. In de gangen werd hij opgejaagd door bewakers die hem sloegen met stokken en latten. Hij werd in cel nr. 1 gestopt, waarvan de deur niet gesloten werd. Veel bewakers kwamen hem daar afranselen. Er werd hem een bol zout in de mond gestopt. Zijn etterende wonden werden niet verzorgd, omdat de directie van de gevangenis bang was voor personen die niet wilden dat Ketels naar een ziekenhuis zou overgebracht worden. 31 januari 1945: Frans Ketels, die niet meer rechtop kon staan, werd overgebracht naar bet ziekenhuis voor politieke gevangenen. Daar werd hij niet meer gefolterd, maar evenmin werd hij er verzorgd. Op 23 februari 1945 werd hij naar de gevangenis te Luik overgebracht. Vanaf die dag werd hij correct verzorgd, maar het was te laat. Op 7 mei 1945 overleed Frans Ketels aan de gevolgen van de mishandelingen en het gebrek aan verzorging. Hier naast mij ligt een foto van Frans Ketels, met onder andere een hakenkruis op het voorhoofd en afgeschroeid haar. De bijzonderste beul was een Limburger die gans de oorlog vrijwillig voor de Organisation Todt gewerkt had - onder andere in Limburg - en zich einde augustus 1944 rap rap ‘bekeerde’. Geen enkele overheidspersoon in Limburg had de moed om tegen die onmens op te treden. Het gepeupel beheerste de straat. ARTHUR DE BRUYNE (E.D.V.)


POST UIT ARGENTINIË

Leo Poppe werd geboren in 1911. Op jonge leeftijd kwam hij in contact met Joris Van Severen en bouwde de jeugdafdeling uit. Na het ontstaan van de eenheidsbeweging in mei 1941, werd hij stafleider van het NSJV. In augustus 1944 vluchtte hij naar Duitsland om via Parijs (waar hij gedurende maanden ondergedoken leefde). Van daaruit kon hij verder reizen naar Argentinië. Daar stond hij mee aan de uitbouw van een culturele infrastructuur voor de uitgeweken ‘zwarten’ in dat land, ook als redactiemedewerker van het blad ‘De Schakel’. In eigen land werd hij bij verstek op 26 maart 1947 tot levenslang en 200.000 frank boete veroordeeld. In 1995 stuurde hij nog een laatste brief naar ’t Pallieterke. Hij overleed op 23 juli 1997. In 1971 kreeg hij voor zijn inzet de prijs van de Vlaamse Toeristenbond voor de meest verdienstelijke Vlaming in het buitenland. Zou dat vandaag nog kunnen?

“Nooit gebroken moed”

Links en boven: Hoofdartikel uit ‘t Pallieterke van 11/12/1947

Annie Tanghe werd geboren in Kortemark op 20 april 1940. Ze stond 35 jaar in het onderwijs en woont in Gullegem. Haar vader Jules stierf op 12 januari 2000. In 2004 schreef ze ‘Geen verklikking’, een eerherstel aan haar vader die na de Tweede Wereldoorlog werd gevangengenomen, onterecht beschuldigd van collaboratie. Op 8 september 1944 is Annie Tanghe een 4,5 jaar jonge kleuter, dol op haar vader die in haar ogen alles kan, van speelgoed herstellen tot meegaan in de fantasie van een kind. Op die dag viert Kortemark de bevrijding. Het is de dag waarop Jules opgehaald wordt door de Witte Brigade, op beschuldiging van collaboratie. Annie zit op de stoep. “Ik herinner me dat moment nog heel goed,” aldus Annie.

Rode vlaggen aan het Vlaams Huis!

Het Vlaams Huis in Aalst was veel meer dan een herberg waar Vlaamsgezinden mekaar konden treffen. Het was het symbool van het daensisme dat in 1933 was opgegaan in het VNV. De herberg maakte deel uit van een gebouwencomplex met onder meer een vergaderzaal, een bibliotheek, een moderne drukkerij, kantoren van de mutualiteit en zelfs een bakkerij… Dat alles werd beheerd door de samenwerkende maatschappij ‘Volksverheffing’. Het Vlaams-nationalisme beschikte in Aalst over een minizuil.

Opgeëist en ingenomen Tijdens Duitse bombardementen in mei 1940 werden de drukkerij en de bakkerij zwaar beschadigd. Alleen het koffiehuis en de schouwburg bleven gespaard. Onmiddellijk na de bevrijding werd het gebouw geplunderd en was er een poging tot brandstichting. Daarna werd het pand opgeeist en ingenomen door de Communistische Partij. Rode vlaggen en ‘hamer en sikkel’-symbolen prijkten aan de gevel van het Vlaams Huis; de ultieme vernedering voor de ‘zwarten’ in de detentiecentra en voor de oostfronters die op dat moment hun laatste, bloedige gevechten leverden tegen het Rode Leger. J. DAELMAN

Joelende massa “De joelende massa als vader in de beestenwagen stapt, mijn woede op moeder omdat ze mijn vader zo maar laat meegaan… Achteraf zat ik uren op de drempel van het huis naar rechts te kijken. Langs daar was de wagen weggereden, langs daar zou hij ook terugkomen, dacht ik in mijn kinderlijke onschuld. “Ons werd beloofd dat vader binnen de 24 uur weer thuis zou zijn,” vertelt Annie. “Daar verwijs ik naar in een van de gedichten: “Hoelang duurt 24 uur voor een kind?” “We wisten niet waar ze mijn vader naartoe hadden gestuurd. Achteraf bleek dat hij naar het gemeentehuis van Handzame was gebracht en van daaruit naar het St.-Aloysiuscollege van Diksmuide, tijdens de oorlog bezet door de Duitsers. Pas na drie weken kon hij een briefje buitensmokkelen en kon moeder hem bezoeken. Vader was erg vermagerd, want het college was niet voorzien in de opvang van gevangenen. Vandaar werd hij overgebracht naar de school de Rozenkrans in Oostduinkerke. Het eten was er beter en vader werd er goed behandeld. Op vrijdag 28 februari 1945 kwam vader vrij, net op tijd voor de begrafenis van zijn vader,” vat Annie het verhaal verder samen. ”Maar op 15 mei werd hij opnieuw opgehaald. ‘Voor zijn eigen veiligheid…’, werd gezegd. Tot 7 september verbleef hij in Sint-Kruis. Toen hij vrijkwam was hij er slecht aan toe.”


Nooit vervolgd,

wel alles kwijt Mijn vader had tijdens WO II een schoenmakerij in Kalmthout. Enkele straten verder dan waar wij woonden, was er een houthandel met een grote loods had. Die loods was door de Duitsers aangeslagen om er een legereenheid in onder te brengen. Die legereenheid had zijn eigen schoenmakers bij (zo ging dat in die tijd) en die kwamen bij ons hun schoenen repareren. Daar konden wij niets tegen inbrengen. De Duitsers betaalden ‘pünktlich’ de gemaakte kosten en brachten af en toe ook iets mee dat in oorlogstijd moeilijk tot niet te vinden was: chocola bijvoorbeeld of koffie. Buren die daarvan op de hoogte kwamen, hadden het daar moeilijk mee, zoals later uit dit verhaal zal blijken. Toen, bij de bevrijding van Antwerpen, stad en haven bijna zonder tegenstand of schade door de Geallieerden werd ingenomen, was er een Canadese eenheid, ‘versterkt’ met Belgische weerstanders van de Witte Brigade, die meteen verder oprukte naar het noorden. In Kalmthout werden ze tot staan gebracht door de Duitsers die zich daar in en rond de heide gehergroepeerd hadden. De wijk waarin wij woonden lag in het vuurgebied en de hele bevolking ervan werd gevraagd hun huizen te ontruimen. Wij trokken te voet naar Putte Kapellen, dat al bevrijd was en kregen daar logies bij gastvrije medemensen. Dezelfde avond, toen wij in Putte aankwamen, werd vader aangehouden op verdenking van collaboratie met de vijand. Waarschijnlijk had het te maken met de Duitse militaire schoenmakers en kwam de klacht van jaloerse buren. Hoe dan ook, vader werd binnen de 24 uur weer vrijgelaten, een duidelijk bewijs dat die collaboratie een verzinsel was. Een grote week later konden we weer naar huis en vonden we er alles leeggeroofd. In het huis was letterlijk alles weg, tot zelfs het laatste stukje leder van de schoenmakerij. Buiten op het huis stonden enkele hakenkruisen. Vader is dus nooit vervolgd geweest, laat staan veroordeeld, maar van de hele inboedel van ons huis hebben wij nooit iets teruggezien. GUIDO VAN ALPHEN

Lokeren, het

grootste hechteniskamp We citeren uit het boek van Filip de Pillecyn: “De intellectuelen lopen er niet verloren onder. Zij behoren tot het bataljon op klompen. Zij zijn één geworden in het noodlot. Hun zorg is even groot. De meesten hebben verloren wat zij bezaten en hun vrouw gaat uit werken. Deze nivellering kan nog onverwachte gevolgen hebben.” De mannen zaten opgesloten en waren overgeleverd aan verveling, onzekerheid en een gevoel van nutteloosheid. Elke dag werd in ledigheid doorgebracht. Om 7.15 uur werd opgestaan, en om 8.00 uur was er een karig ontbijt. Na het eten moest men verplicht gedurende een uur op het driehoekige plein rondwandelen. Daarna moest iedereen terug naar binnen. Na een even karig middagmaal volgde om 15.00 uur opnieuw een verplichte wandeling van een uur. Om 18.00 uur werd het avondmaal gebracht. Enkel voor de twee wandelingen mocht men zijn barak verlaten, of voor een bezoek aan ‘de stok’. De overige tijd van de dag moest binnen in de barak doorgebracht worden. Na het avondeten moest men zich opnieuw enkele uren bezighouden, maar om 21.00 uur werden de lichten gedoofd en dienden de gedetineerden zich op hun brits te leggen. Er viel weinig te doen. Gevangenen hielden zich bezig met wat houtsnijwerk, vervaardigd uit soepbeenderen of stukjes hout van de barak.

Intellectuelen In Lokeren zat een kleine kern van Vlaamse intellectuelen opgesloten, in hoofdzaak afkomstig uit Oost-Vlaanderen. Zij namen het initiatief om het eentonige lot van hun medegevangenen wat draaglijker te maken. Vermoedelijk kwamen de eerste initiatieven op gang in de loop van februari 1945. Het was gevangene Jozef Goossenaerts die het culturele leven op gang trok. Veel gevangenen maakten gebruik van de kans om zich op allerlei vlakken bezig te houden en zo de verveling tegen te gaan. Oud-gedetineerden hebben het daarom vaak over de speciale sfeer in het Lokerse kamp. Er ontstond een soort open universiteit met colleges over allerlei culturele en wetenschappelijke onderwerpen. Zo gaf professor Evrard lessen scheikunde aan zijn medegevangenen. Andere gevangenen gaven taallessen of er werden lessen en voordrachten gegeven over architectuur, smokkelen of personeelsbeleid. Er werd toneel en cabaret gespeeld. Literaire voordrachten gehouden. Voordrachtwedstrijden en quizprogramma’s georganiseerd. Daarnaast waren er kaarters-, schaak- en damclubs. Verschillende barakken

hadden hun eigen koor of fanfare, waarmee ze zangavonden organiseerden. De beste zangers konden terecht in het kampkoor, het zogenaamde Klompenkoor, onder leiding van Gaston Feremans. Het Klompenkoor luisterde ’s zondags de mis op in de kapelbarak. Nadat Feremans was vrijgelaten, kwamen andere dirigenten: Remi Piryns, Frans Van Goethem, dokter Sergeant, José van Overstraeten (koorleider-dirigent) en Arnold De Munnynck (tenor). Barak 7 herbergde dan weer het Groot Internationaal Orkest “The Black Boys”. Enige zelfspot is hier niet afwezig. In Lokeren werd tevens het ‘Gebed voor het Vaderland’ door Remi Piryns geschreven (20 oktober 1944) en door toondichter Gaston Feremans op muziek gezet (november 1944). Het Gebed werd opgedragen aan medegevangene dokter Juul Vandenabeele.

Bekende figuren In het kamp van Lokeren zaten heel wat bekenden uit de culturele wereld: Valère Depauw (schrijver), Filip de Pillecijn (schrijver), Joris De Boever (kunstschilder), Gaston Feremans (componist-dirigent), Dr. Jozef Goossenaerts (leraar-filoloog), Bert Peleman (dichter en schrijver), Dirk Baksteen (kunstschilder), Romain Malfliet (graficus), Flor de Raet (graficus), Paul De Clercq (kunstenaar-beeldhouwer), Gerlo Urbain (kunstschilder), Door Boerewaard (kunstschilder), Jozef van Overstraeten (voorzitter VAB-VTB), Juul Keppens (kunstschilder, onderwijzer), Omar Wae-

geman (schrijver), Edward Pas (kunstschilder en onderwijzer), Tony Van Os (kunstschilder), Gies Cosyns (kunstschilder), Wies Pée (componist en dirigent), Edward Pas (kunstschilder), Antoon Vander Plaetse (toneelspeler-regisseur), Jozef Van de Velde (oud-leraar, dr. in de Wijsbegeerte en Letteren, Klassieke Filologie, toneelschrijver en oud-toneelregisseur), Piet Lippens (schilder), Berten Van De Velde (kunstschilder), Maurice Van de Vijver (beeldhouwer en fotograaf ), Jules Keppens (kunstschilder).

Symbool Waarom spreekt het hechteniskamp van Lokeren zo tot de verbeelding en groeide het uit tot een symbooldossier, zeker binnen de Vlaamse Beweging? Het kamp van Lokeren was sowieso het grootste van de honderdzeventig interneringskampen. Er verbleven dan ook in verhouding de meeste bekende kunstenaars en intellectuelen. Doch het is fout om te stellen dat er enkel kunstenaars en intellectuelen verbleven. De bevolking van het kamp was samengesteld uit alle lagen van de bevolking: arbeiders, bedienden, ambtenaren, landbouwers, dokters, notarissen, onderwijzers, advocaten, kleine zelfstandigen, studenten, enzovoort. Er is sprake van tachtig geneesheren en een vierhonderdtal onderwijzers die in het kamp opgesloten werden. Daarnaast zaten er zowat alle oorlogsburgemeesters uit het Waasland, waaronder: Robert de Leenheer (Zele), Abdon Heyse (Stekene), Juul De Frangh (Temse), Frans De Boeck (Herdersem), Jozef De Pillecijn (Eksaarde), Jan Wannijn (Nevele), Vincent Evrard (Gentbrugge) en Emiel Van Haver (Sint-Niklaas). Volgens Pater Longinus verbleven er zo’n tweehonderd oorlogsburgemeesters uit Oost-Vlaanderen in het kamp van Lokeren. Andere bekende gevangenen waren onder andere dr. Gerard De Paepe uit Melsele, dr. Gaston Goubert uit Lebbeke, dr. Reimond Speleers uit Gent, Omaar Mortier uit Nevele, Remi Piryns (doctor in de rechten), Amedee Verbruggen uit Bazel, Jan Daels uit Gent (zoon van Frans Daels), apotheker Jacons uit Lokeren, notaris Van Winckel uit Lokeren, Eugeen Suy (landbouwer) uit Koewacht, Raf Coupé (houthandelaar) uit Moerzeke (broer van Cyriel Coupé, Anton van Wilderode) en dr. iuris Lode Verreyt uit Mechelen. Bron: Herinnering aan het hechteniskamp van Lokeren, uitgeverij Polemos.

Emiel Van Haver Op 18 september werd Emiel van Haver, oorlogsburgemeester namens de Katholieke Volkspartij in Sint-Niklaas, opgesloten in de Weylerkazerne in zijn stad. Hij had zichzelf aangegeven bij de politie. Enkele dagen later werd hij overgebracht naar Lokeren, waar hij terechtkomt in barak 7. Omdat er chaos heerste, werd de interne organisatie in handen genomen van Emiel Van Haver en de oorlogsburgemeester van Oordegem. Hun leidinggevende kwaliteiten hebben er onder meer voor gezorgd dat de voedselbedeling op een tuchtvolle manier verliep. Uit hun spontaan initiatief ontstond later het systeem van barakoversten. Binnen een barak waren er ook ‘blokchefs’, die elk verantwoordelijk waren voor één beddenblok. Pas een dik jaar na zijn arrestatie volgde op 24 november 1945 zijn officiële aanhouding. Op 10 april 1946 diende Van Haver een verzoek in tot invrijheidstelling. Dit verzoek werd ondersteund door een nota van P. De Blierk, geneesheer van het kamp. Hij had vastgesteld dat Emiel Van Haver te lijden had onder een hartkwaal. “Een langer verblijf in het hechteniskamp zal zeer ernstige gevolgen kunnen hebben op zijn gezondheidstoestand en een voorlopige invrijheidsstelling ware wenselijk.” Het mocht niet baten, en op 18 april 1946 werd zijn aanhouding bevestigd. Van Haver werd overgebracht naar de gevangenis in Gent. Op 14 januari en 6 februari 1947 diende hij nogmaals voor het Krijgshof van Gent te verschijnen, vooraleer het arrest uiteindelijk op 28 februari 1947 werd uitgesproken. Hij werd veroordeeld tot vijf jaar hechtenis en een levenslange ontzetting uit zijn burgerlijke en politieke rechten. Emiel Van Haver onderging ook een militaire degradatie en diende een boete van 140.000 frank te betalen. Het bevolkingsregister van Sint-Niklaas meldde op 18 mei 1947 dat Emiel Van Haver in voorlopige vrijheid was gesteld. Bij Ministerieel Besluit van 12 september werd Van Haver in zijn voorwaardelijke invrijheidsstelling bevestigd. Op 26 juli 1948 diende hij bij de Procureur des Konings te Dendermonde een aanvraag in “tot opheffing van de ontzetting uit mijn burgerrechten, tegen mij uitgesproken, bij Arrest van het Krijgshof, te Gent, in dato 28/2/1947”. Zijn bede werd echter verworpen. Een herhaling van de aanvraag bij het Beroepshof te Gent leidde in 1953 tot een beperking van de ontzetting uit zijn burgerrechten tot 31 december 1960. Pas op 13 december 1955 sprak de Kamer van Inbeschuldigingstelling te Gent het eerherstel uit van Emiel Van Haver. Daardoor kon hij onvoorwaardelijk een beroep doen op zijn politieke en burgerlijke rechten. Vanaf de jaren 1960 zou hij actief worden in de Volksunie en de Christelijke Volkspartij.


Het nabije buitenland

12 september 2019

YANN MOIX, BOBO EN ANTISEMIET Schrijver Yann Moix, held van bobolinks en de literaire elite van de “rive gauche” in Parijs, moest een gloriemoment kennen met zijn nieuwe roman, “Orléans”. Maar hij kwam in het midden van een mediastorm terecht toen bleek dat hij in zijn jonge jaren antisemitische tekeningen en teksten had gemaakt en geschreven. “Met het mondaine leven dat u in Parijs leidde hebt u niet veel tijd om te lezen.” Met deze woorden kreeg de politiek incorrecte auteur Michel Onfray een paar jaar geleden zijn collega Yann Moix op zijn paard tijdens een gesprek in het tv-programma “On n’est pas couché”. Onfray ergert zich al lange tijd mateloos aan de arrogante houding van de bourgeoisie en de bohémien scene in Parijs. Links-liberaal, internationalistisch, hautain, en tegen de gewone man. Kortom, tegen de zogezegd domme Fransman op het platteland. Yann Moix is daar een exponent van. In tv-debatten gedraagt hij zich betweterig tegenover iedereen die maar een beetje rechtse standpunten inneemt. Moix, held van de literaire “rive gauche”-kliek in Parijs, schreef ooit een brief aan de Franse president om de harde aanpak van de illegale migranten in de “jungle van Calais” aan te klagen. Hij maakte er zelfs een film over en chargeerde zwaar tegen de politiediensten, waarna hij zich excuseerde.

Anti-Joodse geschriften Yann Moix is van zijn voetstuk gevallen. Reden zijn tekeningen en teksten uit de jongere jaren van de ondertussen 50-jarige schrijver. Het weekblad L’Express publiceerde tekeningen uit de tijd dat Moix 21 jaar was. Het toont karikaturen van Joden in een concentratiekampplunje. Ze werden gepubliceerd in

Si la France m’était contée een negationistisch tijdschrift. Moix antwoordde door te benadrukken geschokt te zijn “dat ik deze tekeningen ooit heb kunnen maken”. Maar daarna volgde een tweede salvo van L’Express. Moix bleek ook negationistische teksten te hebben geschreven waarin hij de vergassing van de Joden en de Holocaust ontkent. Meteen werd duidelijk dat de gelauwerde schrijver – in 1996 winnaar van de debuutprijs van de Prix Goncourt en in 2013 laureaat van de Prix Renaudot voor zijn roman “Naissance” er vreemde vrienden op nahield. Zoals Paul-Eric Blanrue, een oud-leraar geschiedenis. Blanrue was lid van het Front National in de jaren tachtig. Niet direct een figuur die in de bobokringen van Moix opduikt. In 2007 schrijft Yann Moix het voorwoord van één van de werken van Blanrue, “Le Monde contre soi: Anthologie des propos contre les juifs, le judaïsme et le sionisme”. Het boek was daarna beschikbaar in een nieuwe versie, zij het zonder het voorwoord van Moix. Het werd verkocht op de website van de veroordeelde negationist Alain Soral. Ondertussen is de verspreiding ervan verboden. Blanrue bleef ondertussen niet stilzitten. Hij maakte een interviewfilm met Robert Faurisson, die tot aan zijn dood in 2018 het bestaan van de gaskamers heeft ontkend. Moix beweert niet op de hoogte te zijn van de contacten tussen Blanrue en Faurisson en zegt nu dat hij “een vriend van Israël” is. Blanrue beweert dat Moix dat allemaal wel wist. Deze laatste werd eind augustus uitgenodigd als gast in het Parijse boboprogramma “On n’est pas couché”. Deze keer niet als commentator of interviewer, wel als gast. Hij werd op de rooster gelegd, maar op en zeer voorzichtige manier. Presentator Laurent Ruquier pakte hem niet te hard aan. Moix excuseer-

DAAR LIGT EEN PARTIJ TE STERVEN Boris Johnson slaagde erin om Prime Minister van het Verenigd Koninkrijk te worden. Zijn ambities reiken mogelijk nog verder. Als student liet hij zich ontvallen president van de Verenigde Staten te willen worden. De Conservatief beschikt namelijk ook over een Amerikaans paspoort. Boris Johnson wil zijn zin krijgen, ook als dat betekent dat de Conservative Party totaal verscheurd raakt. De Conservatieven gaan doorheen een pijnlijke periode. In de afgelopen veertien dagen werden tal van grote namen uit de partij gegooid. Boris Johnson had al zijn partijgenoten het mes op de keel gezet. Wie zijn plannen - om kost wat kost een Brexit per 31 oktober te bekomen - niet zou steunen, mocht beschikken. En zo geschiedde.

Het geweten stapt op Eenentwintig Conservatieve leden in het Lagerhuis schaarden zich achter het voorstel van de linkse oppositie. Zij steunden een amendement dat een Brexit zonder akkoord met Brussel onmogelijk zou maken. Onder hen bevond zich Philip Hammond, niet zo lang geleden nog minister van Financiën in Groot-Brittannië. Ook Nicholas Soames, de kleinzoon van de befaamde Winston Churchill, werd de deur gewezen. Hetzelfde gold voor Kenneth Clarke, het langstzittende Britse parlementslid. Clarke zetelt sedert 1970 in het Lagerhuis en wordt beschouwd als het geweten van de Conservatieve Partij. Reeds onder Margaret Thatcher bekleedde hij ministerposten. Een deel van de Tory-parlementariërs stapte zelf op. Onder hen Phillip Lee, die tijdens de zitting van het parlement letterlijk overliep naar de LibDems (liberaal-democraten). Veelbetekenend was het ontslag van Jo Johnson. De broer van de Prime Minister zat tussen hamer en aambeeld. Enerzijds wilde

Geen onderhandelingen Zondag hield Amber Rudd de eer aan zichzelf. Zij was tot vorige week minister bevoegd voor werkgelegenheid en pensioenen. Volgens Rudd is de regering in Londen enkel nog bezig met het voorbereiden van een Brexit zonder akkoord. Het land wordt niet langer bestuurd, de regering is aan een kamikazeactie bezig, zo valt te horen. Andere bronnen in de regering spreken Amber Rudd tegen. Boris Johnson zou nog steeds hopen op een nieuw akkoord met de Europese onderhandelaars. Toch heeft Brussel steeds laten verstaan dat niet opnieuw onderhandeld kan worden. Vooral de zogenaamde ‘backstop’, de grensregeling tussen de Ierse Republiek en Noord-Ierland, blijft de Britse regering een doorn in het oog. Toch is, voor zover bekend, de regering-Johnson nog niet met alternatieve voorstellen voor de dag gekomen. Europees onderhandelaar Guy Verhofstadt geeft dezelfde versie van de feiten als Amber Rudd: de onderhandelingen tussen de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk liggen volledig stil. Aan Europese zijde valt al een jaar te horen dat de Britse politici enkel kenbaar maken wat ze niet willen maar nimmer aangeven welk scenario ze dan wél genegen zijn. Hierdoor blijft iedereen rondjes draaien en gaat het circus eindeloos door.

Bestuur zonder meerderheid Waarheen zijn de dagen van Tony Blair? De Labour-premier beschikte tussen 1997 en 2005 over een comfortabele

TOT ZELFMOORD GEDREVEN In 2017 werd Michelle Carter in de VS veroordeeld wegens onvrijwillige doodslag omdat zij haar vriend Roy via sms-berichtjes en telefoontjes had aangespoord zelfmoord te plegen. Roy’s zelfmoord kwam niet als een verrassing. Hij had al lang psychiatrische problemen. In een soortgelijke rechtszaak stond de student Brandon Grossheim terecht, omdat hij vijf (!) medestudenten tot zelfmoord had gedreven. Nee, u zit niet in de verkeerde rubriek. Ik wil hiermee iets over Duitsland zeggen. Want zulke feiten doen zich écht niet alleen in de VS voor. Heel de westerse samenleving heeft een griezelige en morbide obsessie voor zelfmoord, zelfverminking en zelfvernietiging. En minstens een deel van de jongeren die zelfmoord plegen omdat ze door “vrienden” getreiterd en vernederd worden, al dan niet via de sociale media, zijn waarschijnlijk indirect ook het slachtoffer van deze obsessie.

Collectief Evenwichtige volwassenen zullen niet zo gauw zelfmoord plegen, alleen maar omdat iemand op hen inpraat. Maar bijvoorbeeld na een gebroken relatie ligt de drempel al veel lager. Ook volwassenen, en zelfs hele naties, kunnen kwetsbaar zijn voor zulke manipulaties als zij worstelen met onverwerkte trauma’s, een negatief zelfbeeld, extreme schuldgevoelens of het verlies van zingeving. Duitsland is zo’n natie. Deze problemen zijn er niet alleen individueel. Ze zijn collectief. De Michelles en de Brandons die mensen tot zelfvernietiging drijven, zijn hier al evenmin geïsoleerde of marginale individuen. Ook zij werken collectief, via de media, actiegroepen en politieke partijen en met vereende krachten praten zij de Duitsers aan dat zij beter niet zouden bestaan, dat het een weldaad voor de mensheid zou zijn als zij nationale zelfmoord pleegden. Het is duidelijk dat Duitsland na de Eerste Wereld-

Bei uns in Deutschland oorlog een getraumatiseerd land was, dat materieel geruïneerd en moreel vernederd was, doordat het – grotendeels ten onrechte – de schuld had gekregen voor de catastrofe van augustus 1914, terwijl de verantwoordelijkheid van Frankrijk en Rusland veel en veel groter was. Toen uitte dat zich in agressie naar buiten uit. De nazi’s wisten dat trauma voortreffelijk te manipuleren en het land in een nieuwe, nog ergere oorlog te stortten. Bij een individuele patiënt zou men dat dwangmatige herhaling noemen. Zoals altijd bij het afreageren van een trauma zijn de emoties daarbij enerzijds begrijpelijk, maar anderzijds ook extreem heftig, oncontroleerbaar en contraproductief. De kater van 1945 was nog verschrikkelijker. De oorlogsgeneratie was niet alleen getraumatiseerd door de miljoenen slachtoffers, zowel burgers als militairen, door de platgebrande steden en de massale gruweldaden van het Rode Leger, maar ook door het besef van de gruwelen die Duitsland zelf had gepleegd tegen Joden, Polen en Russen. Het was onvermijdelijk dat dat bij die generatie tot destructieve schuldgevoelens leidde. De anti-Duitse propaganda speelde daarin slechts een marginale rol. De realiteit die iedereen met eigen ogen zag, was traumatiserend genoeg. Oorlogen en genocides slaan altijd diepe wonden. Maar in normale omstandigheden kunnen wonden helen. De heftigste emoties ebben weg. De pijn om het verlies van dierbaren verdwijnt nooit, maar hij wordt wel draaglijker. En ook de schuldgevoelens sterven een natuurlijke dood, vooral omdat de verantwoordelijken, de daders en de meelopers allemaal oud worden en sterven, en er nieuwe generaties opgroeien die op geen enkele manier schuldig of verantwoordelijk zijn voor de oude gruwelen.

“Suicide by cop” Maar in de jaren zestig kwamen de Michelles en de Bran-

FRANKRIJK

de zich en zei dat hij in zijn jeugd met iedereen lachte, “ook met de gehandicapten”. Maar hij wist de hele situatie in zijn voordeel te draaien, door te beweren dat hij het slachtoffer was van een extreemrechts complot. Uiteindelijk begon weldenkend links de rangen te sluiten. Men kan zich de vraag stellen wat de reactie zou zijn geweest indien een rechtse schrijver of opiniemaker in zijn jonge jaren antisemitische praat had geproduceerd. Die zou nu met pek en veren overladen worden.

Een familieruzie Gaat men over tot de orde van de dag? Voor Moix is de rust nog niet weergekeerd. Want er wordt een verband gelegd tussen de publicatie van zijn antisemitische geschriften en zijn recentste boek “Orléans”. Het is een roman die op het eerste gezicht zuiver fictie is. Maar dat is slechts schijn. Het gaat om een boek dat op de grens tussen fictie en realiteit zit. “Orléans” is het verhaal van de jeugd van Yann Moix; hij werd vernederd door zijn eigen familie. En die frustraties zouden dan geprojecteerd worden in zijn anti-Joodse geschriften. De jeugd van Moix was nogal heftig, als we het moeten geloven. Zijn vader, een kinesist, deed er alles aan om zijn zoon elke vorm van zelfvertrouwen af te nemen. Net als zijn moeder, trouwens. Die zei tegen Yann “dat het beter was dat hij nooit geboren was”. Hij werd door zijn vader letterlijk in een modderpoel gegooid, of hij moest in zijn pyjama naar school gaan. Hij kreeg vaak een flink pak slaag. Allemaal fout, zeggen zijn familieleden nu, zijn broer voorop. Yann Moix zou enkel uit zijn op publiciteit en leugens verspreiden. In elk geval, de überbobo laat nu ook in zijn privéomgeving een spoor van vernieling achter. SALAN

Right or wrong hij loyaal zijn aan zijn broer, anderzijds kon hij het niet langer aanzien hoe de Conservatieve Partij, en bij uitbreiding het hele land, gegijzeld wordt door een groep radicale Brexit-aanhangers.

9

ENGELAND meerderheid van meer dan honderdvijftig zetels. Wetgeving werd in sneltreinvaart door het parlement gejaagd. Wat een verschil met de situatie die we de laatste jaren meemaakten. David Cameron had weliswaar een ruime meerderheid in de House of Commons, maar had wel een coalitie met de LibDems nodig. Theresa May zat vanaf 2017 opgescheept met een minderheidskabinet en moest regelmatig een beroep doen op de DUP, haar protestantse gedoogpartner in Noord-Ierland. Door het vertrek van meer dan twintig parlementsleden uit de eigen partij, heeft Boris Johnson geen enkele meerderheid waar hij op kan bogen. De Prime Minister beseft dat hij een Brexit-akkoord onmogelijk door het Lagerhuis kan krijgen. De Conservatieve Partij is totaal verdeeld over de Brexit. Dat mocht ook Theresa May tot driemaal toe ondervinden, toen ze haar compromis, tegen beter weten in, bleef verdedigen. De situatie is vandaag nog veel uitzichtlozer. De enige optie die Boris Johnson rest, is het parlement buitenspel zetten. Het wekenlang opschorten van alle parlementaire werkzaamheden, is een middel om de wetgevende macht te verzwakken.

Strategische kiesalliantie Indien het parlement toch zijn fiat moet geven over Brexit, dan resten er alleen nog nieuwe verkiezingen. In de hoop dat de Conservatives, middels een felle rechtse en eurosceptische campagne, een ruime meerderheid bekomen. Peilingen laten zien dat, indien de oppositie met vereende krachten opereert, de Conservatieven nog lang niet zeker zijn van zo’n meerderheid. De sociaaldemocraten (Labour), ecologisten (Greens) en regionalisten (Plaid Cymru in Wales) hopen erop dat ook de eurofiele LibDems - die het goed doen in de peilingen - zich bij deze kiesalliantie zullen aansluiten. LVS

DUITSLAND dons van de politieke linkerzijde in actie om de oude wonden weer open te snijden en er zout in te strooien. En ik bedoel daarbij niet dat zij oude kampbewakers opspoorden die de dans waren ontsprongen. Zij gingen veel verder. Met een sluwe mengeling van indoctrinatie en propaganda – overigens met de steun van het propaganda-apparaat van de Sovjets - vergiftigen zij ook de nieuwe Duitse generaties met een destructief schuldbewustzijn, dat geen enkele band meer had met échte morele schuld of échte verantwoordelijkheid. Het was zelfs niet een uitbuiting van joods-christelijk schuldgevoel, dat immers altijd verbonden was met iets was een mens zelf had gedaan of nagelaten. Het was de terugkeer van het geloof in vervloeking en noodlot uit de Griekse tragedies, waarbij hele families generaties lang werden achtervolgd door de toorn van de goden, omdat hun verre voorvaderen een taboe hadden overtreden. Zij hebben de Duitsers ingeprent dat zij een vervloekt en misdadig volk zijn, dat beter zou verdwijnen. Zij kanaliseerden de traumatische pijn niet in agressie naar buiten, zoals de nazi’s, maar naar binnen. Niet naar moord, maar naar zelfmoord. Volkeren plegen geen zelfmoord met slaappillen of revolvers. Zij houden gewoon op kinderen te verwekken. Ze verdedigen zich niet meer. De dood komt dan vanzelf. In de VS plegen mannen soms zelfmoord door met een vuurwapen op een politiepatrouille af te stormen, tot de agenten hen uit zelfverdediging doodschieten. Men noemt dat “suicide by cop”. In Duitsland zou dat niet werken. Maar hier wordt een hele natie zo gemanipuleerd, dat zij “suicide by muslim” pleegt. Daaraan dacht ik, toen ik las hoe ongelooflijk populair Michelle… pardon, Angela Merkel nog steeds is. PAUL BÄUMER


10

Beeldspraak

12 september 2019

MEDIALAND

FILM Doorbraak in zwaar weer

Noorse publieke omroep “manipuleert” verkiezingen Maandag vonden in Noorwegen lokale verkiezingen plaats: gemeenteraden en wat wij provincieraden zouden noemen, werden er na vier jaar opnieuw verkozen. In de aanloop naar de verkiezingen is het in Noorwegen de traditie dat ook op de scholen gestemd wordt, als een graadmeter voor wat de werkelijke stembusslag zal opleveren. De resultaten zijn uiteraard niet identiek, maar trends zoals markante verschuivingen naar links of rechts blijken vaak parallel te lopen aan de resultaten van de echte verkiezingen achteraf. In deze tijden van “fake news” had het televisieprogramma Folkeopplysningen, zeg maar “volksverlichting”, het idee opgevat om op een school de verkiezingen te manipuleren. Achtergrond van het programma Folkeopplysningen is dat het de kijker aan de hand van allerlei experimenten het onderscheid duidelijk wil maken tussen wetenschap en kwakzalverij. Ook de goedgelovigheid van de mens in de straat wordt daarbij graag al eens aangepakt. In een van hun afleveringen namen ze bijvoorbeeld voedingssupplementen met zwaarwichtige namen door de mangel, aan de hand van een eigen preparaat dat gewoon uit gemalen boerenkool bestond. Merkwaardig hoeveel beter de nietsvermoedende deelnemers zich voelden dankzij het groene poedertje! Maar goed, de ploeg achter Folkeopplysning had zich deze zomer dus voorgenomen om de verkiezingen op een school te vervalsen in het voordeel van Senterpartiet, een centrumpartij. Of ze daarin geslaagd zijn, is voorlopig nog niet duidelijk, omdat de aflevering nog niet is ingeblikt, laat staan uitgezonden is. Maar verleden week werden de betrokken leerlingen die het slachtoffer van de manipulaties waren wel al gedebriefd. Daarmee kwam het verhaal ook in de Noorse media terecht, waar vrijwel iedereen meteen stormliep tegen Folkeopplysningen. Nogal wat commentatoren vonden dat Folkeopplysningen zijn boekje lelijk te buiten was gegaan, ja, zelfs de democratie in Noorwegen in gevaar had gebracht. En hoewel de overgrote meerderheid van de betrokken leerlingen eigenlijk geen aanstoot had genomen aan het experiment, maar het wel een leerrijke ervaring vond, voelden nogal wat opiniemakers zich zwaar gekrenkt in hun plaats, en eisten verontschuldigingen.

Storm in een glas water De zaak rond de Noorse verkiezingsmanipulatie is alweer een schoolvoorbeeld van hoe stormen in waterglazen dezer dagen uitgevochten worden op de sociale media. Zonder goed op de hoogte te zijn van wat precies gebeurd is, springen enkele beroepsdeugers meteen op hun Twitterpaard om verontschuldigingen te eisen in naam van volgens hen gekrenkte slachtoffers. Dat de slachtoffers zich, op een enkeling na, hoegenaamd niet gekrenkt voelen, doet voor hen niet eens ter zake. Of in dit geval: maakt volgens de beroepsdeugers de zaak alleen maar erger. Zie maar eens hoezeer de Noorse publieke omroep onschuldige schoolkindertjes (in de realiteit 16- tot 19-jarigen) wist te manipuleren, dat ze niet eens snáppen dat ze zich gekrenkt zouden moeten voelen. Ook de vervalsing van de verkiezingen valt behoorlijk mee. Slechts een kleine fractie van de scholieren is meerderjarig en heeft dus stemrecht. Als je incalculeert dat hoogstens de helft van hen op voorhand is gaan stemmen (in Noorwegen kan dat), en slechts een fractie van hen zich misschien heeft laten beïnvloeden, spreken we over een zo klein aantal dat het waarschijnlijk binnen de foutenmarge van een manuele telling valt. Om maar te zeggen: de schade valt zeer zeker mee. Wellicht is het precies dat laatste waarvoor de critici het meest vrezen: dat Folkeopplysningen met haar experiment misschien aangetoond heeft dat “fake news” uiteindelijk toch niet zoveel uitmaakt, als je de stemmen achteraf bij mekaar telt. Want toeval of niet: de kritiek op de openbare omroep kwam toch vooral van weldenkend links. En bij gebrek aan beter moet het ideologisch failliete links het vandaag hebben van allerlei immigratieen klimaatgedeug, en de mythe dat “fake news” hen de laatste jaren de ene verkiezingsoverwinning na de andere ontstolen heeft. Het laatste wat je dan nodig hebt, is een publieke zender die even die grote linkse mythe van de laatste jaren komt doorprikken. Iets zegt ons dat een gelijkaardig experiment in een gelijkaardig programma bij de VRT niet mogelijk is.

We nemen aan dat nogal wat van onze lezers al eens een artikeltje meepikken bij de bevriende concurrenten van Doorbraak, en daar afgelopen week een stukje van Johan Sanctorum hebben gelezen dat op de sociale media nogal wat stof deed opwaaien. In dat stukje gaf Johan Sanctorum stevige kritiek op de kritiek op het slaken van oerwoudgeluiden in de voetbalstadions, naar aanleiding van een incident met Romelu Lukaku. Als om één van onze items van verleden week te onderstrepen (“De zedenpolitie blijft links”), werd Johan Sanctorum op Twitter meteen standrechtelijk geëxecuteerd als een verderfelijke racist, en Doorbraak zag zich uiteindelijk genoodzaakt om het stukje van het net te halen. Was het stukje van Johan Sanctorum racistisch? Ons slecht karakter zegt al meteen van niet, als we het hysterische gekrijs op Twitter lezen. Het gebruik van termen als “onversneden racisme” sterkt ons alleen maar in dat vermoeden, want het is een term die we nog nooit gebruikt hebben gezien wanneer het over écht racisme gaat. Wie het stukje leest, kan er moeilijk omheen dat er van racisme eigenlijk geen sprake is. Wel staat de tekst vol zinnen die kwaadwillige lezers ruim de gelegenheid gaven tot enkele gemakkelijke selectieve citaten om Johan Sanctorum van racisme te beschuldigen. Het kon bijna niet anders, of dit moest fout lopen. Betekent dit dat hoofdredacteur Pieter Bauwens ongelijk had toen hij de tekst van het net haalde, en zijn excuses aanbood aan de lezers van Doorbraak en aan Romelu Lukaku? Helemaal niet. Tegen een mediastorm die opsteekt, maakt een publicatie als Doorbaak geen schijn van kans. Over de inhoud van de tekst ging het namelijk al lang niet meer, wel over de perceptie die hordes van PVDA- en andere deugtrollen op Twitter over de tekst en bij uitbreiding Doorbraak aan het creëren waren. Als de controverse bovendien opgepikt wordt door kranten als De Morgen en De Standaard, kan je fluiten naar een eerlijke behandeling van de tekst, en heb je als verantwoordelijke hoofdredacteur geen andere keus meer dan snel je excuses aan te bieden. Doorbaak is immers Marc Van Ranst niet…

Parasite

De Zuid-Koreaanse zwarte komedie Parasite van Bong Joon-ho won dit jaar de Gouden Palm (de belangrijkste prijs voor de artistieke film) op de 72e editie van het Filmfestival van Cannes, dankzij een unanieme beslissing van de jury. Het was de eerste keer dat een Zuid-Koreaanse film won, en beroemde Amerikanen met lege handen achterliet. De 49-jarige Bong maakte in eigen land naam met zijn monsterfilm “The Host” (2006), maar wist het zo ver als Hollywood te schoppen met de sciencefictionfilm “Snowpiercer” (2013) en de Netflix-speelfilm “Okja” (2017).

Facebook en Google in strijd met de Russische kieswet De laatste jaren is er veel te doen geweest over Russische inmenging in allerlei verkiezingen via de sociale media. Maar bij de regionale verkiezingen van 8 september was het Rusland dat de sociale media Facebook en Google van illegale inmenging in de verkiezingen beschuldigde. De Russische kieswet stelt namelijk dat tijdens de kiesverrichtingen en de dag ervoor geen politieke reclame gemaakt mag worden. Aanvankelijk stoorden Facebook noch Google zich aan die regel, wat Roskomnadzor, de Russische regulator van de media, meteen aangreep om hard uit te halen naar de twee platformen. In een reactie haalde Google meteen alle Russische verkiezingsreclame van zijn platform, om op die manier toch te voldoen aan de lokale kieswetgeving. Facebook weigerde echter te reageren. Ondertussen doen op internet geruchten de ronde dat de grote socialemediaplatformen vooral reclame voor westersgezinde kandidaten zouden tonen en bevorderen. Of daar iets van aan is? Dat valt moeilijk uit te maken, omdat de algoritmes die bepalen wie welke reclame te zien krijgt niet altijd even doorzichtig zijn. Maar helemaal onverwacht komt de kritiek niet, want de Russische overheid had een eitje te pellen met Google en Facebook. Dat de twee platformen er niet in slaagden om enkele eenvoudige bepalingen van de Russische kieswetgeving na te leven, was natuurlijk koren op de molen van die overheid. Tegelijkertijd getuigt dit voorval van een verpletterende desinteresse en een gebrek aan respect voor Rusland. Een flater van formaat, als je het ons vraagt, van twee organisaties die er anders zo prat op gaan kosmopolitisch te zijn.

Het verhaal van “Parasite” is simpel maar geniaal. Een arm en werkloos Zuid-Koreaans gezin, wonend in een kelder, vindt een doortrapte manier om het kolossale huis van een steenrijke familie binnen te dringen en te infiltreren in het huishouden, natuurlijk met radicale gevolgen. Net als zijn Amerikaanse collega Quentin Tarantino, deed ook Bong een beroep op het Cannes-publiek om niet te veel van de film te verklappen. Het plot van “Parasite” leunt en steunt namelijk op enkele zeer onverwachte wendingen. Ik zal dan ook proberen deze recensie zoveel mogelijk ‘spoiler free’ te houden.

Metaforisch Dat de titel van de film een metafoor is voor het infiltreren van de arme familie in het huis van de rijke familie, wordt snel duidelijk. Maar de getalenteerde regisseur heeft nog veel meer metaforen in zijn film gestopt dan je misschien zullen opvallen. Zo geeft Bong zelf aan dat de trappen in het huis van de rijke familie één van de belangrijkste metaforen zijn die hij heeft gebruikt. Het huis, waar meer dan 80 procent van de film zich afspeelt, bestaat uit drie verdiepingen, allemaal verbonden door trappen. De vele trappen in “Parasite” dienen als metafoor voor de sociale hiërarchie en het materialisme die in zijn zwarte komedie focuspunten zijn. Op een subtiele wijze laat hij ook de personages af en toe benadrukken hoe metaforisch iets is. De inspiratie voor het concept van de trappen deed Bong op in de klassieke Koraanse film “The Housemaid” (1960) van Kim Ki-young. Bong staat bekend als een regisseur van films met een sociaal-maatschappelijke boodschap, die vaak niet de regels van genrefilm volgen. Bong heeft geen schrik om persoonlijke statements te maken over de Koreaanse politiek en geschiedenis. Daarnaast blijven zijn films altijd heel humaan, hoe bizar ze soms ook kunnen zijn.

Raakvlakken Opvallend is dat “Parasite” veel raakvlakken vertoont met de Japanse film “Shoplifters”, die vorig jaar de Gouden Palm op Cannes in de wacht sleepte. Ook in “Shoplifters” draaide het verhaal om een arme familie die niet op een traditionele manier een inkomen weet te verkrijgen. De films vallen wel onder een ander genre. Waar “Shoplifters” eerder op documentaire wijze is gemaakt, met realisme als belangrijkste visuele stijl, is “Parasite”, afgezien van het komische aspect, eerder een subgenre van de horrorfilm: ‘home invasion’. Een lang verhaal kort verteld: “Parasite” won niet voor niks de Gouden Palm op Cannes, een zeer terechte winnaar! De film is met 2 uur en 12 minuten aan de lange kant, maar dat is niet te voelen. “Parasite” blijft al die 132 minuten spannend, komisch, intrigerend en zet ook nog eens aan tot nadenken. Nu te zien in de zalen! THIRZA NERISSA


Op de praatstoel

12 september 2019

11

David Vergauwen

“De hogere Brit pocht met zijn amateurisme, bekijk de Brexit”

Koning Arthur en zijn ridders van de Ronde Tafel, dat is een avontuurlijke mythe. Die mythe verheldert veel over de opvoeding, de rol en het handelen van de Britse elite. Om de Brexit te begrijpen, moet je weten wie koning Arthur was en hoe hij, zeker in de negentiende eeuw, de opa werd van de gentleman, de Boy Scout, de ridderlijkheid, de fair play en meer van het moois dat oer-Brits genoemd mag worden. Het gehannes met de Brexit is arthuriaans, meent Brittenkenner David Vergauwen. Een boekenkamer, van bodem tot zoldering, in een Brugse straat met een middeleeuwse klank: Lange Vesting. In het midden staat een bureau dat de tijd zal trotseren. Daar schrijft David Vergauwen lezingen uit, essays en boeken. Zijn grote project vandaag is een biografie over de Brugse componist van de negentiende eeuw, Joseph Ryelandt. In de lente van 2020 zal het in de boekhandels liggen.

Vanwaar uw liefde voor koning Arthur? David Vergauwen: Ik heb een lange en diepe relatie met het Verenigd Koninkrijk en leid daar regelmatig gezelschappen met een culturele inslag rond. Van kindsbeen trok ik met mijn ouders naar Dover en verder. Ik ben anglofiel en bestudeer graag thema’s die verband houden met de Britten. (lacht) Mijn vrouw is niet voor niets lerares Engels. Mijn tweede voornaam is Arthur en die verwijst naar de aloude koning en naar mijn grootvader die zo heette. Voor de cultuurvereniging Amarant exploreer ik Devonshire en Cornwall, en uiteraard kan je dan niet omheen Tintagel in het noorden van Cornwall, de plek waar koning Arthur, volgens de legende, werd geboren. De geschiedenis van Engeland passioneert mij, voornamelijk de cultuur, de schilderkunst, met bijvoorbeeld William Hogarth, de late victoriaanse tijd en dichterbij de Eerste Wereldoorlog en de Tweede Wereldoorlog en de Britse deelname aan die oorlogen. Koning Arthur vind je tot vandaag in de letterkunde, in de volkse ballades, de schilderkunst, de film, de overgeleverde normen en waarden van het Engelse volk. Arthur was een Gouden Tijdperk, onder meer om de Keltische beschaving waarin hij zou geleefd hebben.

U doctoreerde op iets Brits, de vrijmetselarij. Ja, ik bestudeerde al heel vaak de vrijmetselarij en onder meer haar muzikale verbindingen in België. De vrijmetselarij is zeer Brits van oorsprong en traditie. Later is er in Frankrijk en in België een atheistische, antikerkelijke variant ontstaan, die afwijkt van de oorspronkelijke broederschap, zelfopvoeding en verdraagzaamheid

in de Britse logewerkplaatsen. De Gentenaar en logebroeder van het Groot-Oosten, de schrijver en vrijmetselaar Julius Sabbe, medestichter van de loge La Flandre, die nog steeds bestaat, en via een omweg een uiting is van een Engels verschijnsel. U weet ongetwijfeld dat de verwevenheid tussen Brugge, langs de middeleeuwse handel, en in de negentiende eeuw als ballingsoord voor katholieke Engelsen, denk aan het Engels Klooster en Guido Gezelle en de Engelse diaspora, zeer groot is.

U verwijst, voor het begrijpen van de Britse bovenlaag, naar koning Arthur en koningin Victoria. De legende van Koning Arthur is in de victoriaanse periode gerecupereerd. Ook vroeger gebeurde dat al om politieke en maatschappelijke redenen, om er een fors nationaal elan aan te geven. De gentleman en de “chivalry”, de ridderlijkheid van de bovenlaag, beleefden toen een apotheose. Door de aansporing tot navolging van die beginselen werd de middenklasse aangemoedigd om op te klimmen tot de elite. (lacht) James Bond en zijn pure “Britishness” kan je zien als een uitloper in die volksverheffing door de victorianen. Evenmin is het toeval dat uit de Britse traditie van moed, ridderlijkheid, opoffering en het beheersen van de wereld de Boy Scouts van Baden Powell zijn ontstaan. De Britse luitenant-generaal wilde met de erecode van Arthurtraditie de jeugd van Groot-Brittannië opvoeden tot moderne ridders van de Ronde Tafel. Je kan er ook de elitesport van het bergklimmen aan toevoegen. Volgens de victoriaanse code was dat een eminent voorbeeld van een “manly pursuit”, een bezigheid voor ware mannen.

Het Verenigd Koninkrijk is minder een democratie en eerder een aristocratie met een rangschikking van de burgers volgens traditionele waarden en normen, toch? Engeland is tot vandaag erg piramidaal ingesteld met een bre-

Joseph Ryelandt In 2020 viert Brugge met een festival een van zijn bekendste componisten: Joseph Ryelandt, een romanticus in het fin de siècle van het negentiende-eeuwse Brugge. De periode van het boek “Bruges-la-Morte” van Georges Rodenbach met zijn aantrekkingskracht voor het grootburgerlijke toerisme van Britten en Fransen. De toonkunstenaar was bevriend met Guido Gezelle en zette gedichten van de poëtische priester, onder meer bekend om zijn inzet voor de katholieke Engelse inwijkelingen in de reienstad, op muziek. David Vergauwen schrijft vandaag intensief aan het levensverhaal van Joseph Ryelandt. In maart en april 2020 organiseert Brugge een stadsfestival met 9 concerten, een tentoonstelling, rondleidingen en voordrachten over die interessante man. In een vroegere kerk van de Engelsen in Brugge, in de Ezelstraat, huist vandaag de Ryelandtzaal, compleet met orgel.

de basis, veel tussenlagen en een zelfingenomen, soms hovaardige en geïsoleerde top. Het Verenigd Koninkrijk heeft geen Franse Revolutie gekend met haar sociale pletwals en leuzen van broederschap, gelijkheid en vrijheid. De hogere Britse klasse heeft het daar tot vandaag moeilijk mee. Op het Europese continent vormen wij een meer informele en gelijke samenleving. De Britse aristocratie neemt zichzelf zeer ernstig, en dat zie je ook aan de manier waarop zij, vaak met de steun van stichtingen en de overheid, haar kastelen en domeinen verzorgt. Bezoek het kasteel van onze prinsen de Ligne in Beloeil en vergelijk dat nadien met hoe de Britse adel zijn buitenhuizen en parken levendiger, bewuster en trotser beheert en opent voor het publiek.

De “public schools”, die allesbehalve openbaar zijn, wel elitair, passen in dat plaatje? Het enige voorbeeld dat ik min of meer zie in Vlaanderen van dat schooltype is de abdijschool van Zevenkerken waar de docenten, vroeger allemaal benedictijnen, bij hun scholieren, kinderen van de elite, die op kostschool waren, woonden. Die traditie bestaat onverminderd voort in Eton, Harrow, Gordonstoun en Charterhouse, om slechts de bekendste ‘public schools’ te noemen. De leiders van de Conservatieve Partij en heel wat Brexiteers delen hun achtergrond van elitescholieren uit die opvoedingstraditie. De ‘public school’ is een pedagogische kweektuin waar de Britse soort wordt vereeuwigd.

U illustreert de Engelse mentaliteit onder meer door twee Zuidpoolexpedities te vergelijken. De Brit Robert Scott ziet in 1912 de Noorse vlag wapperen op de Zuidpool en weet dat hij nipt de race verliest van de Noor Roald Amundsen. Scott was cadet bij de Royal Navy geweest. Hij vertrok zonder een goede voorbereiding, maar volgepropt met de durf, de sportiviteit, de heldenmentaliteit en het onbesuisde van de typische Engelsman. Scott sterft tijdens zijn expeditie, en zijn teamgenoten, mannen van dezelfde oer-Britse snit, eveneens. Roald Amundsen plande zijn tocht naar de Zuidpool nuchter, en wetenschappelijk, en hij keerde heelhuids terug. De manier van Scott vind ik door en door Engels, die van Amundsen door en door realistisch en Noors.

Over de Titanic doen vergelijkbare verhalen de ronde… De Titanic zonk op zijn maidentrip in 1912 en had 2342 passagiers aan boord. Er waren slechts 651 overlevenden, terwijl de capaciteit van de reddingsboten 1.150 personen bedroeg. Tussen de botsing van de Titanic met een ijsberg en zijn ondergang verliepen er twee uur. Als je de verhalen leest van de

overlevenden, dan zie je de ene na de andere Britse situatie. Het orkest bleef spelen, de heren lurkten onverstoord aan hun sigaren. De vrouwen en de kinderen mochten eerst weg, zoals de regels gelden, en het verslag is bekend van een militair die eerst zijn vrouw en kind helpt en daarop terugkeert op het zinkende schip. In de derde klasse waren weinig overlevenden, de gelukkigen waren hoofdzakelijk vrouwen en kinderen van de eerste en de tweede klasse. Aan boord was weinig paniek. De grootste paniekzaaiers, werd trots en venijnig opgemerkt in de ooggetuigenverslagen, waren buitenlanders en dan voornamelijk de Italianen. De helft van de reddingsboten was zwaar beschadigd voor zij te water lagen. De beroepsbemanning moest opzij voor de gentlemen, want zij wisten wat er moest gebeuren en wilden de leiding nemen, met als gevolg honderden doden, wat niet hoefde. Ook daar weer die mentaliteit van het bevlogen amateurisme.

en plaatsten er hun mannen, de rest van de structuur lieten zij onaangeroerd en zo konden zij met een minimale inzet aan mensen een subcontinent beheersen. Bij de Britse onderkoningen, dus gezanten van de Britse vorst, zaten wel wat amateurs en onbekwamen. Ook daar gold de “chivalry” en de arthuriaanse erecode. Veel Indiërs verwierven ondertussen de smaak voor Engelse mosterd, marmelade, kaas en rosbief. De India-acte van 1919 bevestigde dat de uitoefening van de macht in de handen bleef van de 11 Engelse gouverneurs van de 11 Indiase provincies, de Engelse onderkoning, en de Secretary of State for India in Londen. In de nasleep van ’14-’18 was het aanwerven van de koloniale ambtenaren van de Indian Civil Service bijna stilgevallen. De staatssecretaris voor India riep daarop idealistische jonge Engelsen op om te dienen in India en zo de triomf van de Engelse beschavingszending, van het leidende ras, te voleindigen.

Robert Scott, de Titanic, Boris Johnson en zijn Brexit, marcheren die allemaal in dezelfde richting?

De Britten waren eveneens amateurs in de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog. Het landleger was zwak, en de luchtmacht was een farce. De politici, buiten Churchill, lieten Herr Hitler betijen…

Boris Johnson is verstandig, van het soort ruiterijgeneraal. “I want things to be done.” En als het parlement daarvoor moet opzijgeduwd worden? So what! Hij is een oud-leerling van Eton en een oud-student van Oxford en was met David Cameron, de voorganger van Theresa May, en de man van de volksraadpleging over het Britse lidmaatschap van de Europese Unie, lid van de Bullingdon Club aan de universiteit. De club heeft geen officiële status in Oxford, maar is een berucht mannenbastion omwille van haar luidruchtige, vernielzuchtige kuren. Cameron, Johnson en Jacob Rees-Mogg, die regelmatig opduikt als rivaal van Johnson, delen hun mentaliteit, achtergrond en aanleg tot zelfvernietiging. (lacht) Om dat soort politici te kennen, moet je kijken naar “Yes, Minister” en “Yes, Prime Minister”, satirische BBC-reeksen van de jaren tachtig. Het geliefhebber en broddelwerk van de Britse politici vloeiden als lava van het scherm. Wat we nu zien in Londen omwille van de Brexit is satire die wedijvert met het schermspektakel van een kwart eeuw geleden.

De Britten waren wereldburgers en wereldheersers. Bereikten ze dat met weinig gezanten en expats in hun koloniën? Het mooiste voorbeeld is India. Aan China zijn de Britten niet begonnen, want dat was te groot. De Britten koloniseerden Afrika en Azië op een redelijk eenvoudige wijze. Zij haalden de kop weg van de bestaande machtsstructuren

De zogenaamde “appeasers”, die door dik en dun voor de vrede opkwamen en de gevaren van de Duitse herbewapening niet kenden of niet wilden kennen, hebben inderdaad de Britse militaire macht na de Eerste Wereldoorlog laten verpieteren. Winston Churchill was de onpopulaire roepende in de woestijn die de nationaalsocialisten begreep. Lord Chamberlain, de eerste minister van die dagen, liet zich in München in de luren leggen door Adolf Hitler. Met zijn Engelse opvoeding om de fair play en een akkoord hoog te achten, botste hij met de gewetenloosheid van de nazileiders.

Wat met Schotland dat uit de Britse unie wil? Ik was in 2014 bij de herdenking van de Slag van Bannockburn van 700 jaar geleden, toen de Schotse onafhankelijkheid gegrondvest werd. In 2014 hoorde je dat de Schotten in meerderheid voor de unie met Engeland kozen. In 2016 kozen weinig kiesdistricten in Schotland voor de Brexit, de meerderheid van de Schotten wil bij de Europese Unie blijven. Het Brexitverhaal wekt wrevel omdat de voorstellen van Nicola Sturgeon in Westminster onbeantwoord blijven. Het draagvlak in Schotland om te breken met de Britten en bescherming te zoeken in de Europese Unie groeit hand over hand. FRANS CROLS


12 Cultuur

12 september 2019

GESCHIEDENIS

Drôle de guerre (1)

De Schemeroorlog (Drôle de guerre; Phoney War; Sitzkrieg) duurt van 3 september 1939 tot einde april 1940. Televisiezenders hebben natuurlijk documentaires gewijd aan het begin van de Tweede Wereldoorlog. Het ZDF was zich zoals altijd kruiperig bewust van de Duitse schuld en nam afstand van de Duitse militaire prestaties. Arte en France3 produceerden waardevolle documentaires over die rare maanden van een oorlog die geen oorlog werd.

Bronnen zeggen dat een Parijse journalist de uitdrukking “drôle (amusant, grappig, vreemd) de guerre” oppikte bij een soldaat. Anderen beweren dat de Fransen met hun bekende talenkennis het Engelse “phoney (vals)” verwarden met “funny (grappig)” en het als “drôle” vertaalden.

De onvermijdelijke oorlog De gebeurtenissen beginnen met een paukenslag, wanneer de doodsvijanden Duitsland en de Sovjet-Unie hun niet-aanvalsverdrag bekendmaken op 23 augustus 1939. Europa staat op zijn kop, want iedereen vermoedt dat de nieuwe bondgenoten een schurkenstreek uitbroeden ten koste van Polen. In eigen land zijn ze er vlug bij. Al drie dagen later begint de Tweede Mobilisatie (de eerste duurde van september tot oktober 1938). De Franse regering wil niet de indruk geven te panikeren en wacht tot 28 augustus, maar dan verschijnen de bekende mobilisatieaffiches die veel mensen zich herinneren, want het zijn dezelfde van 1914. De meeste Fransen koesteren niet de vredesillusies van de Vlaamse mensen, want ze weten dat hun land garanties gaf aan Polen. Bij een van de eerste opinieonderzoeken blijkt dat 76 procent van de Fransen een oorlog met Duitsland aanvaardt als de Duitsers Polen binnenvallen. Niet dat de Fransen bekommerd zijn om het lot van de Polen. De socialistische volksvertegenwoordiger Déat heeft eerder lucht gegeven aan dat gevoel met zijn artikel “Mourir pour Dantzig?”. De grote meerderheid van de Fransen ziet in Duitsland vooral de erfvijand die Elzas-Lotharingen wil heroveren en Frankrijk plunderen, en niet de ideologische vijand met zijn rassenideologie en zijn hunkering naar “Lebensraum”. Wanneer de Duitsers op 1 september Po-

len binnenvallen, zijn de Fransen zeker dat zij weldra aan de beurt zullen zijn. Twee dagen later verklaart de Franse regering dan ook de verwachte oorlog. Volgens het Frans-Poolse akkoord moeten de Fransen de derde dag van de oorlog Duitsland aanvallen en op de vijftiende dag een groot offensief beginnen. Bij prachtig zomerweer stromen de gemobiliseerde soldaten naar hun kazernes en kantonnementen. Op een paar weken tijd roept het land 5 miljoen mannen onder de wapens, een vierde van de mannelijke bevolking. Voor 2 miljoen onder hen is het de tweede oorlog die ze moeten uitvechten, want iedereen tussen 20 en 48 jaar krijgt een oproepingsbevel. Typisch voor die gedisciplineerde tijd: slechts 0,1 procent deserties. In tegenstelling tot 1914 zijn er geen filmbeelden van enthousiaste burgers en studenten (arbeiders en boerenmensen deelden nooit de oorlogshysterie). Voorlopig is iedereen druk bezig zijn bestemming te vinden, zuchtend slechte en te grote of te kleine uitrusting aan te trekken, weer vertrouwd te worden met een geweer.

Aanval tegen wil en dank Het leger zorgt ervoor dat een groot deel van de Elzas ontruimd wordt; zogenaamd voor de veiligheid van de burgers, maar in werkelijkheid omdat de overheid de Elzassers niet vertrouwt. 600.000 mensen verlaten hun woning en trekken naar het zuidoosten van Frankrijk, waar ze dikwijls als landverraders ontvangen worden. Het uitgaansleven wordt opgeschort. Geen bioscopen, theaters en cabarets meer. Overal krijgen mensen gasmaskers en leren ze de weg naar de schuilkelders. Ze wachten op het gifgas en de bommen. Er gebeurt niets. De Wehrmacht heeft het druk in Polen. De weinige Duitse divisies in het westen mogen geen millimeter bewegen zonder Hitlers toestemming; ze verschuilen zich op kilometers afstand van de grens achter de Siegfriedlinie. Op 7 september valt het Franse leger aan en rukt Saarland binnen, waar het over een afstand van 30 kilometer ontruimde dorpjes bezet. Hier en daar vuren Duitse patrouilles een schot vooraleer zich vlug weer bij hun divisie te voegen. Maar de Fransen stoten niet door. Ze stoppen na 8 kilometer. Het Franse leger is een infanterieleger met weinig tanks en nog minder vliegtuigen, en de Franse generaals vrezen de Duitse gemotoriseerde eenheden; al zijn die bijna allemaal actief in Polen. Veertien dagen later komt het bevel het

Duitse grondgebied te ontruimen, want in Polen is de strijd toch bijna voorbij. De Franse generaals zijn WOI-veteranen en ze herinneren zich de bloedige en nutteloze offensieven en de 1.400.000 Franse gesneuvelden. Ze verkiezen dat de Duitsers zich tot een aanval laten verleiden.

Propaganda De Franse propaganda vestigt met blitse beelden en hoogdravende woorden de aandacht op de Maginotlinie (vernoemd naar de ex-minister van Defensie): gesofistikeerde betonnen bunkers strekkend over honderden kilometers, van de Zwitserse grens tot juist voor Sedan (ongeveer ter hoogte van Saint-Hubert). De Fransen en hun Britse bondgenoten verwachten de Duitsers echter via de Vlaamse laagvlakte. Er staan 1.500.000 soldaten paraat om bij het eerste schot België binnen te rukken en de Duitsers ‘nach der Heimat’ te jagen. De Belgische generale staf verwittigt dat ook een aanval via de Ardennen mogelijk is. Dat geloven de Franse generaals niet, wegens te weinig wegen. Overal in Frankrijk plaatst de overheid grote affiches met de tekst: “Nous vaincrons parce que nous sommes les plus forts - Wij zullen overwinnen want we zijn de sterksten.” De tekst staat gedrukt op een grote wereldkaart waarop Duitsland maar een vlekje is vergeleken met het Britse en Franse imperium dat bijna 30 procent van de landoppervlakte beslaat. De propaganda vestigt de aandacht erop dat de kolonies extra soldaten (400.000 in het Franse leger) en alle grondstoffen leveren, terwijl Duitsland alleen enkele steenkolenbekkens bezit. De propaganda vertelt niet dat de Sovjets hun Duitse bondgenoten uit de brand helpen. De Franse communisten gehoorzamen het bevel van Stalin de oorlog te veroordelen als een kapitalistische uitwas waarmee de arbeiders niets te maken hebben. Prompt ontbindt de Franse regering de communistische partij en alle nevenorganisaties, tot de kaartersclubjes toe, en stelt de communisten buiten de wet. Een derde van de communistische vertegenwoordigers scheurt zich af en steunt de oorlog met een nieuwe linkse partij. Om het moreel van de Fransen hoog te houden, weigert de regering de rantsoenering. In november is de gas- en bommenpaniek voorbij. Bioscopen, restaurants en andere etablissementen openen weer de deuren. (Wordt vervolgd.) JAN NECKERS

Vlaamse meesters in de Leiestreek In de Leiestreek doen drie kerken mee met “Vlaamse Meesters in Situ”: het schitterende Columba-retabel in Deerlijk, een prachtig schilderij van Antoon Van Dyck en een mooie triptiek van Bernard De Rijckere in Kortrijk. In het parkje aan de Sint-Columbakerk brengt Deerlijk hulde aan twee mannen die er zijn geboren: priester-dichter Hugo Verriest (1840-1922) en dichter-componist René De Clercq (1877-1932). De Clercq, die wegens zijn activisme tijdens de Eerste Wereldoorlog ter dood was veroordeeld en naar Nederland vluchtte, kreeg een museum in het oudste huisje van Deerlijk. In de kerk is het absolute meesterwerk het “Retabel van de heilige Columba” (ca. 1535). Sint-Columba, die volgens de legende in de derde eeuw leefde, is bij ons een vrijwel onbekende heilige. In Vlaanderen draagt enkel de kerk in Deerlijk haar naam. Het retabel is een beschermd Topstuk van de Vlaamse Gemeenschap. In tien fijn gesneden taferelen is het leven en lijden van Columba afgebeeld. We zien haar als mooie zestienjarige naakt in een doopvont (zie afbeelding). Columba zou zich in Vienne hebben bekeerd tot het christendom. Dat kwam haar duur te staan. Ze moest zich verantwoorden bij keizer Aurelianus, die haar de hand van zijn zoon aanbood indien ze haar nieuwe geloof wou verloochenen. Columba weigerde en werd in het amfitheater van Sens opgesloten. Ze ontsnapte aan verkrachting dankzij de hulp van een berin en ook aan de vuurdood wist ze wonderlijk te ontkomen. Uiteindelijk liet de keizer haar onthoofden. Het verhaal van Columba klinkt als een volkssprookje en het retabel draagt daartoe bij. Alle wrede momenten worden vertolkt door schattige poppetjes. Zelfs de duivel die de keizer het doodsvonnis influistert, ziet er charmant uit. Het unieke Columba-retabel is niet vervaardigd in Antwerpen of Brussel, maar in Kortrijk, mogelijk door de beeldsnijder Jan De Meyere.

Drie keer de Heilige Geest In Kortrijk zetten twee kerken de deuren open voor “Vlaamse Meesters in Situ”. In de Sint-Maartenskerk kunnen we kennismaken met Bernard De Rijckere (ca. 1535-1590), een minder bekende kunstenaar. Hij werd geboren in Kortrijk en verhuisde na 1560 naar Antwerpen. De Rijckere was in zijn tijd een

succesvol schilder van landschappen, portretten, christelijke en mythologische taferelen. In de kathedraal van Antwerpen hangt nog steeds zijn “Onthoofding van Sint-Matthias”. In Kortrijk bevinden zich drie werken van zijn hand, waarvan twee op hun oorspronkelijke plaats in de Sint-Maartenskerk. Eén ervan is de “Triptiek van de Heilige Geest” (1587). Het schilderij verenigt drie Bijbelse episodes die de werking van de Heilige Geest illustreren. Het linkerpaneel stelt de schepping van de mens voor. Op de voorgrond ligt Adam naakt uitgestrekt en God blaast het lichaam leven in. Het rechterluik toont het doopsel van Christus. Terwijl Johannes het water over het hoofd van Christus laat vloeien, zendt God de Heilige Geest in de vorm van een duif naar zijn Zoon. Het centrale tafereel verbeeldt de “Nederdaling van de Heilige Geest over de apostelen”. Dit Pinksterverhaal is symmetrisch opgebouwd rond de serene figuur van de Heilige Maagd. De apostelen ondergaan het gebeuren in verwondering en extase. Deze scene speelt zich af in een groot renaissancegebouw.

Indrukwekkende Van Dyck De Gravenkapel, gebouwd in opdracht van Lodewijk Van Male, is de blikvanger van de Kortrijkse Onze-Lieve-Vrouwekerk. Even indrukwekkend is het grootse altaarstuk met “De Kruisoprichting” dat Antoon van Dyck in 1631 schilderde. Het is een typisch werk uit zijn tweede Antwerpse periode. De invloed van de Italiaanse meesters is onmiskenbaar en Van Dyck speelt in op de veranderende religieuze opvattingen. De militante, triomfalistische periode van de Contrareformatie maakte stilaan plaats voor een meer sentimentele devotie. Deze kruisoprichting, toch een tragisch moment, heeft Van Dyck, in vergelijking met Rubens, veel lichter, zelfs ietwat bevallig, geschilderd. Dat is te zien in de ranke lichaamsvormen en weke gelaatstrekken, versterkt door het tedere, pastelachtige coloriet. MMMV “Vlaamse Meesters in Situ”, nog tot 30 september 2019, 45 sites verspreid over Vlaanderen, vlaamsemeestersinsitu.be.


Actueel

12 september 2019

Zuid-Afrika: prestige op helling

13

Ogenschijnlijk is het verband ver te zoeken. Eind augustus, begin september, kenden Pretoria, Johannesburg en omstreken rellen waarbij men het vooral op buitenlanders had voorzien. Tegelijkertijd deden een verkeersongeluk en een boek een bom ontploffen.

Onlusten in Gauteng Het begon op 27 augustus, toen de dood van een taxichauffeur in Pretoria tijdens een confrontatie met vermeende drugsbazen tot rellen leidde. Winkels werden geplunderd, voertuigen in brand gestoken, en de politie moest hardhandig ingrijpen. Achteraf breidde de onrust zich nog uit tot Johannesburg en andere plaatsen in de centrale Gautengprovincie. Daarbij was het opvallend dat vooral buitenlanders werden geviseerd. Niet voor het eerst. Ook in 2008 en 2015 werden vreemdelingen uit andere Afrikaanse landen slachtoffers. In 2008 vielen daarbij zelfs 62 doden. Dat dit tot tegenreacties ging leiden, was te verwachten. Zo werden verscheidene Zuid-Afrikaanse maatschappijen vooral in Nigeria en Zambia belaagd. Er zijn zelfs geruchten dat verscheidene Afrikaanse landen willen beletten dat Zuid-Afrika volgend jaar het voorzitterschap van de Afrikaanse Unie, de overkoepelende organisatie van de Afrikaanse staten, op zich zou nemen. Alleszins is volgens het Zuid-Afrikaans Instituut voor Rassenaangelegenheden het geweld in de straten de zoveelste uiting van de frustraties om de stijgende werkloosheid, de grote armoede en de zwakke dienstverlening door de overheid. En wat zeker een rol speelt, is dat velen na meer dan twintig jaar hun geloof in de staat verloren hebben. Want corruptieaffaires zoals de zaak-Bosasa blijven het nieuws in dit land beheersen.

‘Braaipakketten, sterkedrank en zakken met geld’ Dit is de titel van een pas in Zuid-Afrika verschenen boek met onthullingen over hoe de firma Bosasa van topman Gavin Watson

hooggeplaatste ambtenaren omkocht in ruil voor aanbestedingen en vrijwaring van vervolging. De naam Bosasa dook meer dan een jaar geleden op toen huidig president Ramaphosa ervan werd beschuldigd een en ander te hebben willen verdoezelen in verband met 500.000 rand (30.500 euro) die hem door betrokken firma werden toegespeeld om zijn voorzitterscampagne eind 2017 te financieren. Maar intussen is de bom gebarsten, na getuigenissen van voormalig bedrijfshoofd Angelo Agrizzi voor de commissie-Zondo, die ermee belast werd de ‘staatskaping’, de corruptie rond de Indische zakenfamilie Gupta, te onderzoeken. Agrizzi, tot 2016 bedrijfshoofd bij Bosasa, zou naar eigen zeggen tot inkeer zijn gekomen, maar volgens professor André Duvenhage van de universiteit van Noordwes, zou hij eerder op die manier proberen om vrijwaring van vervolging of minstens strafvermindering te krijgen. Hoe dan ook, een en ander staat genoteerd in een zwart boekje, bewaard in een kluis in het Bosasa-hoofdkwartier. Daarbij ging het niet alleen om geldbedragen, ook cadeautjes in natura, zoals drank en vleespakketten, waren schering en inslag. Onder de gelukkigen een voormalig provinciaal premier van Gauteng, Nomvula Mokonyane, de voormalige voorzitster van de nationale luchtvaartmaatschappij, Dudu Myeni, twee voormalige topambtenaren van de NVG, het Nationale Vervolgingsgezag, en vele anderen. Zo kon Myeni zich verheugen over een handtas van Louis Vuitton, waarin 300.000 rand (18.300 euro) aan contanten waren gepropt. Ook Zuma kreeg volgens de Sunday Times regelmatig dergelijk sommetje. En dan waren er nog een tweetal verjaardagspartijtjes voor de toenmalige president,

Tweede van links: Bosasa-topman Gavin Watson die de maatschappij niet minder dan 3,5 miljoen rand (215.000 euro) kostten. Voor zijn 72ste verjaardag kreeg hij een taart van meer dan 20.000 rand (1.200 euro).

Tentakels Kortom, de tentakels van Bosasa strekten zich uit tot het centrum van de Zuid-Afrikaanse instellingen: de president, zijn entourage, het kabinet, het nationaal vervolgingsgezag. Zelfs een (intussen ontslagen) lid van de commissie-Zondo was erbij betrokken. Maandelijks zouden op die manier door Bosasa 4 tot 6 miljoen rand (245.000 tot 365.000 euro) aan corruptie zijn besteed, om miljardencontracten binnen te halen. Een verhaal waarin het bedrijf meer dan tien jaar kon slagen zonder te worden vervolgd, ondanks onthullingen

door de media. Een verhaal dat tevens bol stond van de hypocrisie, want alles gebeurde onder het motto van de verheffing van de gewone zwarte. Er waren zelfs dagelijks gebedsbijeenkomsten die door grote baas Gavin Watson zelf werden geleid. Een verhaal waaraan bruusk een einde is gekomen. Want op 28 augustus reed Watson, op weg naar de luchthaven van Johannesburg, zich tegen de pijler van een brug te pletter. Moord, of zelfmoord? Een hartinfarct? Of een stom ongeluk? Mensen die hem kennen achten het zeer onwaarschijnlijk dat de recente onthullingen hem tot zelfdoding hebben aangezet. Maar de man reed zeer snel en droeg geen autogordel. Voorlopig zijn alle speculaties valabel. JAN VAN AERSCHOT

Verkoop pepperspray in Zweden piekt In Zweden – het multiculturele paradijs bij uitstek – is sprake van een opmerkelijke stijging van de verkoop van pepperspray, zowat het bekendste zelfverdedigingsinstrument. Het bedrijf Plegium dat gespecialiseerd is in de productie en de commercialisering van zelfverdedigingssprays, heeft het in zijn bericht over een toenemende stijging van haar verkoop in Zweden over een periode van drie jaar. In de zomermaanden van dit jaar heeft men het dan over een “explosieve stijging”. Een ander bedrijf wordt in de krant Expressen geciteerd en heeft het over een stijging van 21 procent van zijn omzet in de maand juli. In ’t Pallieterke hadden we het al meermaals over het fenomeen van de (groeps) verkrachtingen in Zweden. De zomer van 2019 zorgde voor een bevestiging en zelfs een groei van dit ‘maatschappelijk fenomeen’. In de stad Uppasala (ongeveer 70 kilometer ten noorden van Stockholm) werden tussen 3 en 7 augustus 2019 twee verkrachtingen geregistreerd en twee pogingen tot verkrachting.

“Blijf binnen, voor uw eigen veiligheid” Zweden hebben bijzonder creatieve oplossingen, zo blijkt. Omdat het de meeste Zweden opgevallen was dat de slachtoffers steevast ‘biologisch Zweedse’ dames

zijn, en de daders in meerderheid ‘Zweden-met-een-allochtone-achtergrond’ en de overheid – gekweld door allerlei politiek correcte kwelduivels – er maar niet toe kwam de veiligheidsmaatregelen voldoende aan te scherpen, werden nu de ‘actoren in de verkrachting’ aangesproken. Het originele van de Zweden zit hierin dat men níét de daders aanpakt – dat zou getuigen van racisme – en hen níét het land uitzet, maar de slachtoffers aanspreekt. Lokale overheden vragen vrouwen om bepaalde parken en straten te vermijden. Om vooral ook niet te laat door de stad te dwalen. Tegen de Zweedse vrouwen zegt men feitelijk: als de daders niet willen verdwijnen, ga dan zélf weg. Liefst allemaal, want eigenlijk lokken jullie de verkrachting bijna uit. Zonder biologisch Zweedse vrouwen op straat zouden er ook geen groepsverkrachtingen zijn. Als de staat zijn burgers geen bescherming kan bieden, dan gaan die burgers alternatieve beveiligingen zoeken. Dat is toch logisch? Elke busje pepperspray dat wordt gekocht, is met andere woorden een kaakslag aan de falende Zweedse overheid. PIET VAN NIEUWVLIET

IS rukt op in Afrika Na West-Afrika en de regio van het Tsjaadmeer lijkt Islamitische Staat zijn Afrikaanse expansie voort te zetten. IS is erin geslaagd een deel van zijn oorlogsbuit uit het Midden-Oosterse oorlogsgebied te krijgen. Het gaat om verschillende honderden miljoenen dollars, geplaatst op allerlei bankrekeningen, en een ton goud. Dat is alvast meer dan voldoende om zijn expansie op het Afrikaanse continent te financieren, een expansie die loopt via allerlei zusterverenigingen en gewapende groeperingen. Twee recente aanvallen hadden plaats in Mozambique. Op 26 juli heeft de Centraal-Afrikaanse Wilaya (Arabisch voor macht, autoriteit of een soort van recht, men zou wilaya misschien kunnen vertalen als gebied, regio, district) een aanval opgeëist tegen het regeringsleger van Mozambique in het verre Kujui, in het district van Macumia. De islamitische strijders vermoordden meerdere militairen en ze namen grote voorraden wapens en munitie mee. Dezelfde dag eiste IS ook de executie op van vier vermoedelijke spionnen die met het leger samenwerkten. Ze verwoestte tevens de huizen van de spionnen.

Steeds sterker in Afrika In Mozambique steunt IS sinds oktober 2017 een gewapende islamitische revolte in het noorden van het land, waar de meerderheid

van de bevolking islamitisch is en waar rijke energievoorraden te vinden zijn. Meer dan 200 personen kwamen daar reeds om het leven in gevechten. Alleen al in de maand mei hebben “shebabs”, zo worden die jongeren in de buurt genoemd - het woord is afkomstig van het Arabisch voor “jongeren” –, minstens 40 doden op hun geweten. Ze beroepen zich steeds op de strikte toepassing van de sharia in het land en ze kijken met veel bewondering naar het Somalische model. Intussen zijn ze met meer dan 1.000. Onder hen Tanzanianen en Congolezen met een militaire ervaring, die goede contacten hadden met islamisten in het zuiden van Tanzania, aldus de internationale denktank Crisis Group. Mozambique heeft al gereageerd door verschillende radicale moskeeën te sluiten, en door honderden geradicaliseerde moslims aan te houden en op te sluiten. De strijd tegen IS is niet gestreden. De radicale jihadisten verleggen het werkterrein. Opgedragen aan onze westerse islamoptimisten… P.V.N


14

Brieven

12 september 2019

VAN ONZE HOFDICHTER

Krassen op 't klimaat In mijn verbeelding zie ik aan de einder zwarte ruiters draven als de herauten van een onvermijdelijke apocalyps en in de wolken boven hen hoor ik het krassen van de raven die mij aan-ra-ra-raden mooi te luisteren naar Greta en haar tips. De wereld is om zeep, zo zong Urbanus, maar 't zal erger worden en hoop maar niet op enig helpend handje van godin Fortuna, want achter deze zwarte ruiters dreigen heuse onheilshorden waarbij klein bier zal lijken wat voorspelden Greta en Anuna! Probeer in geen geval van beterschap in ons klimaat te dromen zolang gij roekeloos per vliegtuig reist of met een diesel rijdt. Besef dat eer gij het beseft uw tijd van gaan zal zijn gekomen en of gij dat nu zonde vindt, na zonde is ’t te laat voor spijt… ANUNA VAART ECOLOGISCH NAAR DE KLIMAATCONFERENTIE IN CHILI

IK BEN DYNAMIET Pallieterke, Bij de lectuur van de recensie van Hendrik Carette “Nietzsche is dood, maar God leeft nog”, vielen mij plots een paar dichtregels te binnen die ik schreef toen ik de Schriftelijke Rijksleergangen volgde als voorbereiding op het staatsexamen. “Is dit de geest van Nietzsche niet die Sils-Maria stil verliet Zarathoestra achterna – is dit de geest van Nietzsche niet die Sils-Maria stil verliet?” Ik kende de naam Nietzsche, niet diens filosofie. Ook de poëtisch klinkende namen als Zarathoestra en het Zwitserse Sils-Maria lieten mij niet los. En nog altijd word ik bekoord door het gedicht door de Duitse filosoof in 1887 geschreven. “Hier zat ik, wachtend, wachtend, maar op niks, Voorbij goed en kwaad, nu eens het licht Genietend, dan de schaduw, spel en ijdelheid, Alles zee, en middag, onbestemde tijd. En opeens, vriendin! werd één tot twee – - En Zarathoestra kwam, en nam mij mee ...” Of hoe een recensie in een blad “Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter” iemand kan “begeesteren” om een mooi germanisme te gebruiken. Johan Corveleijn - Oostende

Vl@s zoekt: ‘Baanbrekers’ Ploegleiders, genietend van engagement en organisatietalent

Kruisende woorden oplossing A B C D E F G H I J K L

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 M A N

I

I

Z A X

B

I

P U L A T I

I

B E R

E F I

A

C E C E M E L X A R X R H E X G X V L A M I E L

N G

L E B O O G X T X

I

L X A M E L X A G A V E I

N H X N U K X E N E X

N A U W G E Z E T T E R S S X R E E X N X E G O T A F E L R E D E X D E E L X E X D E R E N D

I

J

Pallieterke, Eerst Vlaanderen laten vollopen, dankzij onder anderen zelfverklaarde democratische politici en een Katholieke Kerk die alle zeven dagen, in de intenties, aandacht vraagt voor vaak zogezegde vluchtelingen en asielzoekers. Nu mogen de Vlamingen boeten en betalen voor de miserie van de overbevolking zoals voorspeld door bijvoorbeeld professor Vermeersch. De ‘elite’ denkt dat automobilisten een smartphone, een app en dergelijke (niet gratis!) nodig hebben om te kunnen rijden en fors afdokken. Niks wordt ondernomen om het aan huis leveren van producten af te remmen, medicamenten incluis alsjeblieft! Oosterweel zal Antwerpen lastigvallen, een fortuin vereisen en amper soelaas bieden. Quo vadis met perseverare? En maar tijd verliezen met hoofddoeken… Charly Vanhoof – Borgerhout

A G E R

E R E N X N T

gaan bezoeken, waar hij kennismaakte met Václav Havel, en die hij later nogmaals ontmoette. Wij stonden op het Wenceslasplein waar Jan Palach in 1969 zichzelf in brand stak uit protest. Jan Palach, waarmee Leon voordien ook kennis had gemaakt. Leon Bancken is een man met anekdotes, maar geen enkele is verzonnen. Dit maakt die man zo interessant. Ik weet dat binnenkort een nieuw boek zal verschijnen, eentje over zijn verhalen i.v.m. de Voerstrijd. Geloof mij, boeiende lectuur, al was het maar wat ik opving tijdens onze gezellige trip naar Praag. Hopelijk schenkt ook 't Pallieterke aandacht aan het volgende boek. M arc Ruiters - Tongeren

INVAL IN POLEN?

KOLONIALE PERIODE Pallieterke, Ik las het artikel van auteur P. Bäumer en vond het een zeer goed artikel. Werkelijk iets dat er toe doet. Waar ik echter wat reserves bij heb, is het deel in het artikel waar het gaat over Belgisch-Congo. Ik denk dat de auteur daar toch een en ander gaan romantiseren is. Misschien was de reactie van de blanke vader wel zo op het einde van de koloniale periode, maar ik betwijfel of het ook zo was lang ervoor. Als ik zie en lees hoe de “haute finance” en het koninklijk paleis zich nog inmengden in het binnenlands bestuur en op welke manier, in het toen al onafhankelijke Congo, heb ik toch sterke twijfels. Ik denk vooral aan het verhaal rond Patrice Lumumba. Niet dat Lumumba mijn favoriete politicus was, gezien zijn corrupt en opportunistisch optreden, maar toch… Voor de rest geeft de auteur perfect weer wat in Europa aan het gebeuren is. Hij maakt ons ook duidelijk dat men niet aan het immigreren is, maar aan het kolonialiseren, met de volle steun van onze politiek. Dit vooral vanuit islamitische hoek gezien! Erwin De Mulder - Ophasselt

LEON BANCKEN

www.vlaamseactievesenioren.be

1178

VOLLENBAK KOST ONS EEN PAK

Ik hoor u denken: uw verbeelding is wel lelijk door aan ’t draven. U denkt wellicht dat ik die ruiters aan de einder onrecht doe, maar u vergeet daarbij het ra-ra-razend krassen van die raven die naar alle klimaatontkenners dreigend krassen ‘ba’ en ‘boe’.

Pallieterke, Ik las met heel veel aandacht de recensie van Jan Rabijn n.a.v. het boek "Praagse Herfst" van Leon Bancken. Uitstekend! Voordat het boek verscheen, maakte ik toevallig in Tongeren kennis met Leon Bancken en laat mij onmiddellijk zeggen: een man die op mij een indruk maakte omwille van al zijn belevenissen, zijn onwaarschijnlijk goed geheugen, zijn ‘goeie pen’ en zijn doorzettingsvermogen. Ik had dan ook het voorrecht om nadien met Leon en zeven andere vrienden in juli jl. Praag gedurende vijf dagen te bezoeken. Praag is op zich al een mooie stad, maar dit in combinatie met Leons verleden, nog boeiender. Wij zijn de gevangenis van Praha Ruzyne

Pallieterke, Paul Bäumer heeft natuurlijk gelijk als hij schrijft dat Hitler Polen binnenviel in september '39. De “Westerplatte zu Danzig” klinkt inderdaad erg Pools! D. Cornelis – L and van Waas

BUURTPOLITIE Pallieterke, Zappend kwam ik toevallig bij het programma “De Buurtpolitie” op VTM terecht en wat mij op de beeldbuis voorgeschoteld werd, gaf mij haast braakneigingen. Ik weet wel, dergelijke programma’s zijn fictie, maar ik vind toch dat ze enigszins de realiteit mogen benaderen. In een vorig leven mocht ik bijna veertig jaar intens het politiewereldje beleven. In “De Buurtpolitie” wordt er echt wel een parodie van gemaakt. Het hoeft dan ook geen verwondering op te wekken dat de argeloze kijker die alles wat op het scherm komt voor waargebeurd aanneemt een totaal verkeerde indruk krijgt van het politiewerk. “Alloo bij de Wegpolitie” en “Niveau 4” benaderen de werkelijkheid zeer goed, maar “De Buurtpolitie” is eenvoudigweg 'bullshit' en geeft een totaal verkeerde indruk van het politiewerk en de intellectuele en beroepsvaardige capaciteiten van de politie-inspecteurs. Het hoeft dan ook geen verwondering op te wekken dat het publiek meer en meer een negatieve indruk krijgt van de politie en haar werk in het algemeen. Hubert Buysse - Deinze

GEWETENSVRAAG Pallieterke, Gewetensvraag: mag ik het liedje “Alle apies in de Artis lijken op ome Hein” van Riek Jansen uit 1956 nog zingen? Of ben ik dan racistisch? K.L. - Sint-Joris-Weert

Een lezersbrief insturen?

HECTOR VAN OEVELEN

SCHOOLVERLATERS ZONDER DIPLOMA Pallieterke, Het vroegtijdig schoolverlaten begon vooral vanaf 1989. Toen werd de eenheidsstructuur in het secundair onderwijs ingevoerd; de leerlingen TSO en BSO moeten een zesjarige leercyclus met succes doorlopen om aan een bekwaamheidsbewijs te geraken. Voor gemakkelijk lerenden zijn die zes leerjaren natuurlijk geen probleem, maar voor jongeren met leermoeilijkheden of een leerachterstand (o.a. migranten), duren die zes leerjaren te lang. Zeker als vermelde jongeren daarbij nog moeten overzitten. Vroeger kon men na vier leerjaren reeds een waardevol A3/A4 vakbekwaamheidsbewijs op zak hebben. Dat motiveerde de moeilijk lerenden, om minstens tot het einde van de vierjarige leercyclus te blijven schoollopen. In de nieuwe onderwijsplannen zijn voor bovenvermelde leerlingen nagenoeg geen verbeteringen voorzien. Onder meer de zesjarige leercyclus blijft. Alzo zal het schoolverlaten, zonder diploma, ook blijven. Michel A lbrechts - M aaseik

RECHTVAARDIGE RECHTERS Pallieterke, In Frankrijk werd vorige week (4/9) na vijf jaar procederen de haan Maurice vrijgesproken. Nieuwe buren die in het boerendorp waren komen wonen, hadden een proces aangespannen omdat Maurice vooral des morgens kraaide. Die stadsmensen vonden dat storend. Een wijze rechter heeft eindelijk de knoop doorgehakt. Maurice mag blijven kraaien … Eric Werner - Oostham

Hotels en en Hotels restaurants waar waar restaurants Vlamingen thuis zijn zijn Vlamingen thuis Hotels en restaurants waar Verliefd op op de dethuis natuur-?zijn Vlamingen Verliefd natuur-? Kom ze ze eens eens proev proeven te Achouffe-! Kom

HOTEL HOTEL

DeAchouffe keuken is enkel hotelgasten 19 - open 6666voor Houffalize Te bereiken via Namen, Marche, Laroche richting Houffalize (afslag Nadrin) of via Luik Wij zijn vlamingen

Tel. 061-28 81 82 - Fax 061-28 90 82 www.lespine.be (Wij zijn Nederlandstalig-!)

Tel. 061-28 81 82

Heerlijk aan aan de de kust kust nu! nu! Heerlijk

HOTEL DIE DIE PRINCE PRINCE HOTEL

zal u u extra extra verwennen. verwennen. zal Albert I-Wandeling I-Wandeling 41-42 41-42 -- OOSTENDE OOSTENDE Albert Tel. 059-70 059-70 65 65 07 07 Tel.

Stuur uw bericht naar lezersbrieven@pallieterke.net. Opgelet, brieven mogen maximaal 1.000 karakters tellen (inclusief spaties). Dat zijn een 30-tal lijnen in ’t Pallieterke of zo’n 160 woorden. We houden ons het recht voor om zonder verantwoording uw (te lange) brief niet te publiceren of in te korten. Uw naam en gemeente dienen doorgegeven worden voor publicatie bij uw brief.


Sport

12 september 2019

Grootheden van weleer

Enkele oud-Anderlechtspelers zoals Georges Heylens, Marc Degryse, Lorenso Staelens en ondergetekende werden door ‘Dag allemaal’ nog eens gepolst. Het ging over de aanpak van Kompany bij Anderlecht. Georges Heylens en ik besloten achteraf onze ‘schup’ af te kuisen en rustig samen een pintje te gaan drinken. Ik was nog een jong manneke toen ik regelmatig mee op afzondering mocht met Anderlecht. Paars-wit had grandioze spelers, zoals Paul Van Himst, Jan Mulder, Wilfried Puis, Jef Jurion, Pierre Hanon en Jacky Stockman, maar het sterkste compartiment was de verdediging. In het seizoen 1966-‘67 moest doelman Jean Trappeniers de bal slechts twaalf keer uit zijn netten halen. Georges Heylens, Jean Plaskie, Julien Kialunda en Jean Cornelis vormden de beste verdediging die Anderlecht ooit heeft gehad. Europees liep het soms eens fout. Sinibaldi, hun trainer, was te naïef. Hij vertikte het te spelen in functie van zijn tegenstander, indien nodig. Hij vond dat de tegenstrevers zich maar aan Anderlecht moesten aanpassen. Het enige hoogtepunt was in 1970. Toen werd de finale van de Beker der Jaarbeurssteden, nu te vergelijken met de Europa League, tegen Arsenal verloren.

“Uit de brousse” Trappeniers, Heylens, Cornelis en Plaskie waren allemaal geboren in 1941, merkwaardig. Ik vroeg aan Jean Plaskie of Julien Kialunda ook in 1941 was geboren. Hij antwoordde: “Die weet niet hoe oud hij is, die komt uit de brousse.” Julien Kialunda is gestorven in

1987. hij wilde absoluut in Anderlecht begraven worden. Ik was veel op pad met Plaskie en Kialunda. Ze hadden geen rijbewijs, ze waren het waarschijnlijk kwijtgeraakt. Na elke training moest ik hen ergens in Brussel deponeren, altijd op een andere plaats. Mocht het misgelopen zijn met het voetbal, dan kon ik nog altijd taxichauffeur geworden zijn, zo goed kende ik Brussel. Sinibaldi was een trainer die van afzonderingen hield, meestal in het kasteel van Huizingen. Zijn vrouw kon denkelijk niet koken. Een stapje in de wereld zetten was ten strengste verboden. Uit noodzaak werd soms een feestje gebouwd in de kamers. Iedereen moest drank meebrengen. Voor vrouwen werd gezorgd. Wilfried Puis had eens zijn bad laten overlopen. Het water sijpelde op de hoofden van de klanten die in het restaurant zaten. De rekening werd door de hele ploeg samen betaald, want zo waren we. Enkele maanden geleden zijn Jean Trappeniers, Jean Plaskie, Jean Cornelis en Pierre Hanon overleden. Tot ziens, jongens...

ROSKAMMEN

Om naar uit te kijken De zomertransfers en de daaraan verbonden eerste competitievervalsing liggen achter de rug. Geen nood, de volgende kondigen zich al aan medio december. Versterkingen allerhande, gepaard gaande met een miljoenendans, zullen de wintermercato sieren. In januari volgt dan de voortzetting van de in de zomer al vervalste competitie met een nieuwe vervalsing. De media zullen hun lol niet opkunnen bij het tellen van al de bij (vooral) topclubs over en weer verpatste miljoenen. In de clubkas voor op de markt afgedankte spelerskoopwaar, uit dezelfde kas voor inkomende versterkingen. Waarna de topclubs hun rush naar de eerste zes plaatsen in de verkrachte competitie kunnen inzetten. Hamvraag die voetbaljournalisten nu al kunnen stellen, is of alle tijdens de zomermercato gesneuvelde miljoenenrecords zullen sneuvelen tijdens de wintermercato. Het Laatste Nieuws liet weten dat 236 miljoen euro inkomsten en 141 miljoen uitgaven de balans van de zomertransfers in alleen al de Jupiler League is. De krant noemde het “straffe kost van verpulverde records”. Wie weet kan die straffe kost in de volgende kerst- en nieuwjaarsperiode naar een nog hoger echelon opgetrokken worden. Zeg nu zelf, dat is om naar uit te kijken in tijden waarin de kerstsfeer van weleer plaatsmaakte voor in de media opgepepte vormen van platte commercie. Dat terzijde.

Een van tien Het Nieuwsblad vroeg de aandacht van de voetbalfans, om uit te kijken naar nieuwkomers. We keken mee uit, en we zagen dat bij tien aldus genomineerden zowaar een Belg zat, de van Antwerp naar KV Mechelen verkaste Geoffrey Hairemans. Geweldige voetballer én publiekslieveling op de Bosuil, maar helaas een door coach Laszlo Bölöni gesaboteerde klasbak. De eindelijk van een juk bevrijde Hairemans zei rechtuit, rechtaan én terecht dat Bölöni hem probeerde te kraken (sic), maar zonder succes. Wat de Roemeen tegen Hairemans heeft, weten we niet. We weten wel dat zijn houding haaks stond op het professionalisme dat de media hem zo graag toeschrijven. Hairemans tot afscheid van de club van zijn hart dwingen is een

Gille Van Binst Voormalig topvoetballer

stond op links meer over zijn portretrechten te piekeren dan achter de bal te lopen. Allemaal goede voetballers, maar tegen San Marino bepaald niet in hun dagje. De overige spelers geven we, met veel goede wil, vijf op tien. Zeg nu nog dat we niet gul zijn.

Waarom?

Succesformule We kunnen ons niet inbeelden wat er allemaal bij komt kijken om een evenement als de Memorial Ivo Van Damme te organiseren. Waarmee we voor de zoveelste keer hulde brengen aan de mensen die er telkens in slagen om van die jaarlijkse atletiekmeeting een succes te maken waar geen sleet op komt. Integendeel, de kenners hebben er een kluif aan om duimen en vingers af te likken. De sensatiejagers die erop afkomen enkel en alleen om records te zien sneuvelen, vinden elk jaar wel iets om naar uit te kijken. Iedereen tevreden; meer moet dat niet zijn.

Geen paniek Nafi Thiam mocht zich de ster van de avond noemen. Haar talrijke supporters hoopten op een nieuw persoonlijk record in het hoogspringen. Het had gekund, als de lat niet zo hoog had gelegen, waardoor ze zeven centimeter tekortkwam. Dat was een probleem voor sommige van haar aanhangers, maar niet voor Thiam zelf. “Ik ben best tevreden met een sprong over 1m95”, mochten we noteren. Al wil ze er einde van de maand op het WK in Doha daar liefst enkele centimeters bij doen. Hoe hoger, hoe liever, en dan terug met beide voeten op de grond, zo willen we het zien.

Ongelukkig moment De 200 meter bij de mannen zou een van de hoogtepunten worden van de Memorial. Van Noah Lyles werd verwacht dat hij een poging zou doen om het wereldrecord van Usain

Bolt (19”19) te breken. Tienduizenden paar ogen waren dan ook gericht op de Amerikaan die naast zijn capaciteiten als sprinter ook bekend staat voor zijn fratsen en grollen. De loltapper liep een eerbiedwekkende 19”74, maar het verwachte wereldrecord zat er op een zucht na niet in. Waarom? “Toen we in de startblokken stonden, moest ik hoogdringend naar het toilet.” Het kan de beste overkomen. Dat het niet het uitgelezen moment was om een wereldrecord te breken, daar gaan we geen tekening bij maken.

Volgende keer beter Een schoenmaker, een buschauffeur, een behanger, een garnierder en nog meer hardwerkende mensen die zich in hun vrije tijd amuseren met tegen een bal te trappen, dat is de nationale ploeg van San Marino. Hekkensluiter in de FIFA-ranking, nota bene. Daartegenover stonden de multimiljonairs van trainer Martinez, die lijdzaam moest toezien hoe zijn spelers, op enkele rare uitzonderingen na, het gezegde huldigden dat werken goed is voor de paarden. Kortom, een povere overwinning tegen een voetbaldwerg. Een match om vlug te vergeten.

Ondermaats Kevin De Bruyne moest als aanvoerder het voorbeeld geven, maar hij was niet in zijn dagje. Thomas Meunier was zijn dribbelkunsten vergeten en liep erbij als een houten klaas. Youri Tielemans gaf de indruk dat hij een zware nacht achter de rug had en Origi

15

We willen niet neerbuigend doen, en we weten ook dat de Rode Duivels met de vingers in de neusgaten op weg zijn naar het Europees Kampioenschap 2020. In een reeks met San Marino, Schotland en Kazachstan, is dat een axioma. Dat ze nog altijd eerste staan op de FIFA-ranking, mogen we niet vergeten te vertellen. Of dat een garantie is op het behalen van de hoofdprijs op het EK durven we te betwijfelen. Daarbij hebben we een vraag voor bondscoach Martinez. Hans Vanaken, in bloedvorm, wordt geregeld opgeroepen, maar mocht tot nu toe nog niet opdraven. Dat gaat ons voetbalpetje te boven. We hebben dan ook geen trainersdiploma, maar wel ogen in onze kop.

Heerlijk rustig Zo’n weekeinde waarop de eersteklassers er de blok op leggen opent perspectieven voor uw dienaar. Voor één keer eens niet halsoverkop van het ene stadion naar het andere, maar rustig op weg naar de verleidelijke Parel van de Kempen om daar het duel tussen Westerlo en Beerschot mee te maken. Er zijn minder aantrekkelijke verplaatsingen denkbaar. Onze zaterdagavond kon niet meer stuk, die van de meegereisde Beerschotsupporters wel. Ze zagen hun ploeg kopje-onder gaan in het Westelse Kuipje. Het probleem van de Kielse Ratten is dat ze in vijf wedstrijden amper drie keer scoorden. Ze hebben er nochtans het materiaal voor. Eind deze week tegen hekkensluiter Lokeren en een week later uit tegen Virton moet er gescoord worden. Liefst niet te zuinig, als ze hun trainer niet in verlegenheid willen brengen. Geen woorden maar daden, of er komen vodden van.

Met dank aan Bölöni Met Geoffry Hairemans verdwijnt het zoveelste Antwerpproduct ‘pur sang’ van het toneel op de Bosuil. Waarom? Het antwoord daarop kent alleen Antwerptrainer Bölöni.

blunder van formaat, en een smet op het blazoen van Bölöni, en dat van het clubbestuur dat ermee instemde. Moest ons toch even van de lever, naast de vaststelling dat de negen overige “nieuwkomers om naar uit te kijken” allen van uitheemse origine zijn. Iemand verwonderd? Bij Cercle Brugge kunnen de fans uitkijken naar verdediger Jonathan Panzo (18) uit Ivoorkust; bij Waasland-Beveren naar aanvaller Olivier Dhauholou (22), ook uit Ivoorkust; bij Eupen naar verdediger Olivier Verdon (23) uit Benin; bij Charleroi naar spits Shamar Nicholson (22) uit Jamaica; bij AA Gent naar de Congolese flankspeler Dylan Mbayo (17); bij Moeskroen naar de Oostenrijkse verdediger Kevin Wimmer (26); bij Anderlecht naar de Hollandse verdediger Derrick Luckassen (24); bij STVV naar de Zuid-Koreaanse flankspeler Lee Seung-woo (21) en bij Racing Genk naar middenvelder Patrik Hrosovsky (27) uit Slovakije. Het blijft wachten op de eerste Inuit die zijn iglo voor een Belgische zoektocht naar voetbalgeluk inruilt.

Grensverleggend Gans ander topnieuws, nog in Het Nieuwsblad. Organisator Luc Mattens van het wielercriterium in Brasschaat haalde een volle bladzijde door naar zijn zeggen “in een emmer te roeren die slecht ruikt, maar hem niks kon schelen”. Hij pakte uit met de onthutsende mededeling dat alle criteriums doorgestoken kaart zijn. De krant titelde dat iedereen dat weet, maar iemand dat voor het eerst ook zei. Het eerste was al zo toen het eerste criterium ooit werd gereden; de uitslag werd in elkaar gestoken. Het tweede beweert elke betalende toeschouwer aan de cafétoog al even lang, en terecht.Voor de rest gunnen we de heer Mattens zijn grensverleggende primeur van harte.

We wilden het hem persoonlijk vragen, maar zolang hij het vertikt een mondje Nederlands te praten, mag hij zijn meeslepende uiteenzetting voor zich houden. Intussen is Hairemans bij KV Mechelen aangeland, waar ze, neem het van ons aan, nog veel plezier aan hem gaan beleven.

Vuur Hairemans is geliefd op de Bosuil. Dat hij een groot aandeel had in de promotie van Antwerp naar eerste klasse is het rood-witte legioen nog lang niet vergeten. De recente openbare biecht van “Geoffke Deurne-Noord”, waarin hij zijn voormalige trainer een kleedje past, is niet van aard om de sympathie van de Antwerpaanhang voor Bölöni met de ijzeren arm aan te wakkeren. We hebben de eigenzinnige Roemeense oefenmeester van de Great Old geen lessen te geven, maar, de mentaliteit van het Antwerpse publiek kennende, mag hij van ons aannemen dat hij met vuur aan het spelen is.

Sinterklaas Luciano D’Onofrio wordt alom geprezen voor de manier waarop hij erin slaagt spelers van het ene kamp naar het andere te laten overstappen. Of de invasie van nieuwe gezichten de sfeer in de Antwerpkleedkamer ten goede gaat komen, is twijfelachtig. Als daarbovenop het bericht waar is dat nieuwkomer Steven Dufour een zakcentje van om en nabij twee miljoen euro per jaar gaat opstrijken, staan we niet in voor de gevolgen. Als dat aan de oren komt van, pakweg, Lamkel Zé, is het kot te klein. Of het allemaal overtrokken is of niet, laten we in het midden. Vermits de twee miljoen niet uit zijn eigen zak moeten komen, zou het best kunnen dat D’Onofrio sinterklaas speelt.

Met zwier Leve de Vlaams-Wit-Russische verstandhouding. Dankzij die geslaagde combinatie mag Elise Mertens zich grandslamwinnares noemen. Met Aryna Sabalenka als partner, won Mertens het dubbelspel op de US Open. De vreugdedans die erop volgde, zullen weinigen hen nadoen. Klasse noemen we dat. Zowel in het tennissen als in het dansen.


16

Wat niet lachend kan gezegd worden, is de waarheid niet

12 september 2019

ABSURDISTAN Goed van Pieter Wij zijn het niet bepaald snel eens met klimaatstrijder, en voormalig folkartiest bij Sois Belle, Pieter Boussemaere, maar ere wie ere toekomt: Boussemaere was niet te beroerd om een aantal klimaatfabeltjes van de toch gerespecteerde auteur Jonathan Safran Foer te doorprikken. Als ‘t goed is, zeggen we ‘t ook.

Kwelling Het olijke duo Reynders-Vande Lanotte krijgt nog eens enkele weken verlenging voor de regeringsformatie. Bepaald harteloos van onze sire. Daar is immers minstens een verlenging met een jaar of meer voor nodig!

Geschrapt Met de bevrijdingsfeesten is in Antwerpen ook het Bevrijdingsdok een feit geworden. Of nu ook alle afbeeldingen en naamsvermeldingen van vader Delwaide uit de archieven zijn verwijderd, kon men ons op het schoon verdiep niet vertellen.

Het denken (mis)vormen Leerkrachten moeten wakker worden geschud, vindt Jeugd voor het Klimaat, ook wel Youth for Climate. Er is veel te weinig aandacht voor het klimaat in alle lessen. Rekenen moeten we dan allicht leren door het optellen en vermenigvuldigen van natuurrampen. In godsdienst kan er misschien worden gezocht naar een klimaatheilige. Die moet dan wel al dood zijn.

tegenwoordigt. Waarom die zijn partij bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen dan geen zetel hebben gegund, is ons wel een raadsel.

Rustig aan Waarom iedereen zo panikeert over het uitblijven van een regering, is ons niet echt duidelijk. We zijn toch nog vér verwijderd van het vorige record van 541 dagen?

Onduidelijk Wij volgen de muzieksector niet echt, maar wij zitten nu wel met een vraag. Misschien kan een lezer ons daar wel op antwoorden. Is Sinéad O Connor nu getrouwd met Cat Stevens, of wat? Ach, over enkele jaren wordt ze misschien wel pastafari. U weet wel, de religie van het Vliegende Spaghettimonster.

Trouwe onderdanen Vanuit Laken bereikt ons het bericht dat zijne majesteitelijkheid overweegt om alle PVDA’ers tot ere-Belgen te benoemen. Het laatste carré!

Charlie de mensaap Recent was er een rel in de vaderlandse pers over een nogal scherp op de snee artikel van columnist Johan Sanctorum. Het was te merken dat begrijpend lezen als vak op onze scholen al een tijdje is vervangen door luidkeels roepen. En dan bedoelen we niet op voetbalvelden.

De onverkozene

Onomstotelijk

In Ronse gaat lokaal PVDA-vertegenwoordiger Robin Tonniau, tevens parlementair PVDA-medewerker, er prat op dat hij TAK actief bekampt. De brave borst reinigt eigenhandig alle overschilderde Franstalige plaatsaanduidingen. Robin denkt dat hij de gewone Ronsenaars ver-

Het is nu officieel vastgesteld in een studie: wie frisdrank drinkt, sterft vroeger. Derhalve is het verzamelde redactieheir in optocht naar het kantoor van onze big boss getrokken, om hem met de neus op de feiten te drukken. Voor onze gezondheid, vanaf nu enkel bier en wijn ten kantore!

1179

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12

A B C D

Premier Michel openhartig

“De Belgen zijn niet de dappersten aller Galliërs. Wel de stomste.” Premier Michel, de vader van een naar eigen zeggen “historische regering”, kuist zijn schup af en gaat voor de EU president spelen. Een historische schup is dat, overigens. Er zijn zeer diepe putten mee gegraven. Eentje die nu oploopt tot 13 miljard. ’t Pallieterke had een gesprek met onze afscheidnemende premier: “Ik volg de Verhofstadt-doctrine, meneer Pallieter: als het geld in België op is, moet je naar Europa gaan.” De premier is in zijn nopjes. In afwachting van zijn riante nieuwe loopbaan in Europa, heeft hij ruimschoots de tijd om even uit te blazen. “Wat denkt u, meneer Pallieter? Een blauwe das voor mijn eerste werkdag? Of zou ik het aandurven om de eerste Europese president te zijn zonder das? Het is wat gewaagd, maar het zou historisch zijn hé. Ik denk dat de Europeaan daar klaar voor is. Waarover wilt u het hebben? Toch niet over politiek? Ik ben dat zo beu. U moet zich voorstellen, ik ben in het parlement gekomen op 18 jaar. Papa vond het belangrijk dat ik een vakantiejob deed. Ik ben er vandaag 44 jaar. Dat is 26 jaar politiek, meneer Pallieter. Ik ben het beu. Ik wil ook wel eens gewoon ‘Oe-oe-oe’ doen op de voetbal, of wildplassen in het park.”

En toch zou ik het graag over politiek hebben…

E

“Vooruit dan maar. Welk stukje zullen we doen? Het riedeltje dat de N-VA en de PS dringend samen aan tafel moeten zitten? Ik heb een paar nieuwe lijnen over het ‘kapitaal belang van de natie’, en ik wil ook wel een paar krachttermen gebruiken als ‘godverdomse plicht’ en ‘kantelpunt in de geschiedenis, nondeju’. Mooie koppen, hoor. We maken er een historisch artikel van.”

F G H I

Misschien iets over de put van 13 miljard in de begroting?

J K L HORIZONTAAL

VERTICAAL

A. Noodwendigheidsleer B. Melkklier - Hoevedier Neuro-linguïstisch programmeren C. Verzamelnaam voor de oudste en belangrijkste teksten van de Ierse heroïsche epiek D. Angstig, bang zijn Houten blaasinstrument E. Zoek TV-zenders af - Overdraagbare virusziekte - Eenheid voor elektrische weerstand F. Opvanglocaties voor politieke luchtelingen G. Nederlandse stad H. Noord-Afrikaanse berber - Système International d’Unités - Zekere I. Beluistert - Nederlandse Wielrijdersbond - Gewichtsmaat J. Broodroosters K. Gebalk - Voorzetsel - Gigantische L. Vissersvaartuig Langwerpige opening

1. Bestendigheid 2. Uitroep van ontgoocheling Onderofficier - Argon 3. Proefvlieger 4. Delfstof - Smaad 5. Engels bier - Laat uit een kraan in een glas lopen 6. Hardnekkig 7. Internationaal ruimtestation Voormalig hoofdredacteur van dit weekblad 8. Iemand boos en kortaf toespreken 9. Meisjesnaam - Internetlandcode voor Turkije - Stuk van iets groters 10.Militaire opstelling Hindoeïstische eretitel 11. Militaire politie - Onzin pratend Woord waarmee je naar jezelf verwijst 12. Vlaamse omroep - Ontwijk DE OPLOSSINGEN VAN HET KRUISWOORDRAADSEL NUMMER 1178 VINDT U OP BLZ. 14

“Dat kan niet, hé, meneer Pallieter. Binnen de Europese Unie moet ieder land zijn verantwoordelijkheid nemen. Ook België. We gaan niet tolereren dat we hier straks een Griekenland aan de Noordzee hebben. En als de Belgische regering verwacht dat ik een goed woordje ga doen omdat ik zelf een Belg ben, dan kan ze dat vergeten. Geen vriendjespolitiek. Besparen! Er zit niks anders op. Dit is echt historisch prutswerk.”

Nochtans, u bent het hoofd van de Belgische regering? (kijkt even verbaasd) “Haha! Dat is een abuis dat niet juist is. Dat waren mijn quotes voor december, meneer Pallieter. Dan moet ik als Europees president België veroordelen omdat het zo’n slechte begroting heeft opgemaakt. Ik ben te vroeg, natuurlijk. Laat mij dat even hernemen. Het is eigenlijk wel grappig, vindt u niet? In december 2018 maakte ik een puinhoop van de begroting, en in december 2019 mag ik daar iemand anders de schuld van geven. Hilarisch is het. En dan nog samen met den Didier (Reynders, nvdr.), de nieuwste Eurocommissaris. (bulderlacht) Eerst maken we er een soep van en dan mogen we die over iemand anders zijn kop gieten.” (Terug ernstig) “Maar om op uw vraag te antwoorden als hoofd van de Belgische regering: het is allemaal de schuld van de N-VA en de PS. Van de N-VA omdat ze niet aan de juiste

kant van de geschiedenis wilde staan, en de PS omdat het lelijke sossen zijn. Ik ben woedend. Woedend! Ze spelen met de toekomst van 11 miljoen mensen. Is dat zo goed? Of moet ik nog een paar keer historisch zeggen?”

Dat was prima, premier. Heeft u eigenlijk al een idee wie uw plaats aan het roer van de Belgische regering gaat overnemen in december? (schiet in een onbedaarlijke lach) “Ik wil het u wel zeggen, maar u moet me beloven niet te lachen. Het is nochtans heel grappig. Ik ga me laten opvolgen door Sophie Wilmès. De minister van … zegt u het maar!” (hapt naar adem van het lachen)

Begroting! (rolt over de vloer) “Ja! Begroting! Dat kan je toch niet verzinnen zoiets? Ik zweer het u, meneer Pallieter, in ieder ander land hangen ze je op aan de hoogste boom. Maar niet in België. Ik zou ze niet direct de moedigsten aller Galliërs noemen. Maar wel de stomste.” (kletst zich op de dijen)

Had u niet liever zelf de zaken rechtgetrokken? (ernstig) “Uiteraard, maar als Europa roept, geef ik antwoord. Ik ben er de man niet naar om uitdagingen uit de weg te gaan. Ik heb een afspraak met de geschiedenis. Het wordt historisch. Ik stap in de voetsporen van die andere grote liberale premier, Guy Verhofstadt.”

Die zit Europees op een zijspoor. “Kan goed zijn, maar ik bedoel het niet zo. Ik volg de Verhofstadt-doctrine, meneer Pallieter: als het geld in België op is, moet je naar Europa gaan.”

Slimme Vlamingen kiezen Reisfamilie

Luikersteenweg 62 • 3800 Sint-Truiden 011 705 500 • info@deblauwevogel.be

www.deblauwevogel.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.