ONDERWIJS IN EEN MEESTERWERK VAN HET MODERNISME DE PROVINCIALE TECHNISCHE SCHOLEN TE BOOM
OP DE WERF
Al bijna een eeuw zijn de Provinciale Technische Scholen (kortweg PTS) een baken in het landschap van Boom. De plek van dit monumentale gebouw aan het gemeentepark is geen toeval, maar het resultaat van stadsplanning in de jaren 1920. In de 21ste eeuw heeft dit modernistische meesterwerk nog zijn oorspronkelijke functie. Binnen de muren evolueerde de school uiteraard. Over verleden en toekomst van wat straks een eeuweling is.
VAN NIEMANDSLAND TOT UTOPIE
Terwijl steenbakkerijen het gebied aan de Rupel al eeuwen geleden geleidelijk industrialiseerden, bestond het meer noordelijke deel van Boom, met de moerassige vallei van de Bosbeek, anno 1920 uit bossen en arme landbouwgronden waar wat boeren in hun schamele levensonderhoud probeerden te voorzien. Het gebied leek van niemand te zijn en voor niemand te dienen. In enkele jaren tijd veranderde dat grondig. Wat vóór de Eerste Wereldoorlog ondenkbaar was, werd realiteit: eisen voor betere leef- en werkomstandigheden van de arbeidersbevolking werden in wetgeving omgezet. In korte tijd verrezen in België tuinwijkprojecten naar Engels model.
De zijgevel van de PTS vanuit het park (dienst Erfgoed – Provinciebestuur Antwerpen)
2
In Boom zag Benjamin Haesaerts een kans om zijn ideeën te realiseren. Als schepen en provincieraadslid was hij zeer begaan met zowel sociale woningbouw als het technisch onderwijs. Onder zijn impuls werd op 16 juni 1925 de intercommunale Boomsche Beekbosschen Tuinwijk (BBT) gesticht. Hierin participeerden naast de gemeente Boom ook Reet, Niel en het provinciebestuur. De plannen waren am-
CAMILLE BAL (1888-1955) BEVLOGEN BOOMSE MODERNIST
Het monum entale volu me van de beheerst de PTS Franse vijve rs
bitieus: de levensomstandigheden van de arbeiders in de drie Rupelgemeenten drastisch verbeteren. Nog in 1925 verwierf ze gronden. Het project omvatte diverse elementen die op elkaar inspeelden: een park, een nieuwe technische school, een tuinwijk met kerk en lagere school, een watertoren, een elektriciteitscabine en nieuwe verbindingen en straten. Met de bouw van PTS werd gestart in 1926. De tuinwijk volgde in 1928. Beide werden getekend door de architecten Camille Bal en Ernest Lamot. Ook in 1928 begon men de aanleg van het park. Naast de zogenaamde Franse tuinen ontwierpen Luc en Paul Haesaerts – Benjamins zonen – met de hulp van de architecten en van tuinarchitect Guillaume De Bosschere (adviseur bij de provincie) een parkpaviljoen, een (verdwenen) kiosk, bruggetjes en watervalletjes. Dankzij Paul Haesaerts’ contacten in de kunstwereld verfraaiden beelden van George Minne, Rik Wouters en Ernest Wijnants het geheel.
Camille Bal behaalde in 1909 zijn diploma bouwkunde aan de Antwerpse academie. De jonge architect had toen al enkele realisaties: het ‘Schoon Verdiep’, een burgerhuis in de Boomse Tuyaertsstraat en het kasteeltje Den Oever in Kontich. Na de oorlog werd Bal leraar bouwkunde aan de Vrije Gewestelijke Nijverheidsschool, de voorloper van de PTS. Van een bekwame, maar brave bouwmeester werd hij een modernistisch denker. PTS, die hij met architect Ernest Lamot ontwierp, is zijn hoogtepunt. Bal bepaalde in het interbellum mee het uitzicht van Boom, met meer dan 400 sociale woningen, PTS, villa’s, woningen en twee kerken (Heilig Hart en de Paters Kapucijnen). Ook elders was hij actief. Bal overleed in zijn zelfontworpen woning (Antwerpsestraat 172), waar zijn kleinzoon nog woont. Architect Camille Bal (Familieacrhief Camille Bal)
Camille Bal, Plattegrond van de nieuwe wijk en het park, 1928 (Familiearchief Camille Bal)
3
De klaslokalen waren sober maar functioneel en modern ingericht (Vlaams Architectuurinstituut – collectie Vlaamse Gemeenschap, archief Camille Bal)
EEN PLEK VOOR MODERN TECHNISCH ONDERWIJS PTS is ook qua opbouw erg vernieuwend en paste de toen modernste inzichten in de scholenbouw toe. Zo zijn de theoretische leslokalen afgebakend van de praktijklokalen. De eerste zijn ontworpen met een maximale lichtinval, door grote ramen met slanke metalen frames. De ramen openen naar buiten, wat veiliger is voor rondlopende leerlingen. Het vernuftige luchtverversingssysteem per klas is nog zichtbaar aan de buitenzijde en elke klas beschikt over stromend water en centrale verwarming. De elegante zaagtanddaken van de ateliers vangen het noorderlicht, wat ideaal is voor nauwkeurig werk. Hier werden de nieuwste pedagogische ideeën toegepast: les geven en volgen doe je in alle rust, met voldoende licht en lucht.
SCHOOL MET ALLURE In het interbellum speelde het provinciebestuur een belangrijke rol in het technisch en beroepsonderwijs. Vaak nam men bestaande scholen over en bouwde men die uit, zoals de door Haesaerts in 1915 gestichte Vrije Gewestelijke Nijverheidsschool van Boom. Na de oorlog trok men de gehavende Belgische industrie weer op gang door te voorzien in een degelijke opleiding voor arbeiders. Bij Haesaerts’ plannen voor Boom-Noord kwamen al die elementen samen in de filosofie van de tuinwijk. Het park werd het hart van het project, blikvanger en motor waren de Provinciale Technische Scholen. Vijf dagen na de overname van de school door het provinciebestuur in 1925 kocht men grond aan voor een nieuwbouw. De bouwwerkzaamheden startten het jaar nadien met de werkhuizen. De eerste directeur, A. Gillé, kon al in 1928 dagcursussen in metaal- en houtbewerking inrichten. Het hoofdgebouw werd aangevat in 1927 en voltooid in 1931. Het ontwerp van de architecten Bal en Lamot was op diverse vlakken revolutionair. Zij moesten rekening houden met het on-
4
Ernest Lamot & Camille Bal, Ontwerp voor de PTS, 1926 (Vlaams Architectuurinstituut – collectie Vlaamse Gemeenschap, archief Camille Bal)
regelmatige valleiterrein, de basis van het park. Ze plaatsten de hoofdingang aan de korte zijde van een onregelmatige kavel. De verhoogde, door twee torenvolumes geflankeerde ingang domineert de Franse vijvers. De hal erachter is de kern van de circulatie in de twee schoolvleugels: een lange aan het park met de klassen en tekenlokalen, en een korte met een auditorium. In het verlengde daarvan kwamen een conciërgewoning en turnzaal. De stijl van het imposante gebouw houdt het midden tussen art deco en modernisme. Het eerste zien we vooral in de hal, die met haar donkergroene glazuurtegels met zwarte banden zeer fris en luxueus oogt. Het modernisme lees je nog altijd af aan de gevels, waar diverse materialen – waaronder uiteraard Boomse baksteen – en lijnvoeringen elkaar subtiel in evenwicht houden. De lange gevel aan de Beukenlaan krijgt ritme door een verspringende rooilijn en dakrand, een visuele truc die Bal en Lamot ook in de tuinwijken Peerdsgat en Beekbosschen toepasten. De gevel loopt uit op een imponerende watertoren, die de omgeving en ook het Boomse godsgasthuis lang van stromend water voorzag. De modernistische architectuur vormt een harmonieus geheel met de strakke aanleg van de Franse vijvers ervoor.
De schoolvleugels tijdens de bouwwerken (dienst Erfgoed – Provinciebestuur Antwerpen)
De traphal, ook bekend als decor uit de Ketnet-serie #LikeMe
5
De gerenoveerde werkhuizen, met toegevoegde mezzanine, baden in het licht.
HERWAARDERING IN FASEN
Het oorspronkelijke gebouwencomplex van PTS werd in de loop van de jaren stelselmatig uitgebreid en aangepast aan evoluties in het onderwijs. Daarbij werden de planopbouw en de architectuur uit het interbellum in hoge mate gerespecteerd. Ook in de school zelf blijft de waardering voor de kwaliteit en het bijzondere karakter van het geheel groot. In 2004 werden op vraag van het provinciebestuur en onder impuls van ArchitectuurLiefhebbers Boom de oudste gedeelten van het scholencomplex als monument beschermd. Sindsdien zet het provinciebestuur in op een systematische renovatie en restauratie van PTS. Het herstel van de architecturale en ruimtelijke kwaliteiten van de school gaat daarin hand in hand met aanpassingen aan hedendaagse onderwijsnoden. Daarom werd al in 2004 het architectenbureau Erfgoed & Visie belast 6
met de opmaak van een masterplan voor een globale en gefaseerde aanpak. Na een uitgebreid vooronderzoek en enkele dringende herstelwerkzaamheden begon in 2012 de eerste restauratiefase: de platte daken van de klassenvleugel en de koepel van de traphal. De oude koepel was in 1977 verdwenen. Omdat een reconstructie niet mogelijk was door technische beperkingen die gepaard gaan met het verplichte gebruik van veiligheidsglas, werd er geopteerd voor een moderne vijfhoekige koepel die refereert aan de vormentaal van de art deco en die de traphal opnieuw doet baden in het daglicht. De tweede fase, die werd opgeleverd in 2015, omvatte de herwaardering van de oude turnzaal. Hier werd de oorspronkelijke ruimte hersteld door later aangebrachte tussenwanden te verwijderen. Aan de mo-
De moderne installaties passen probleemloos in de historische structuur.
INDUSTRIE 4.0 IN EEN MONUMENT
ol, ca. 1931 en en scho oide werkhuiz – collectie Vlaamse ut De pas volto tu sti itectuurin (Vlaams Arch archief Camille Bal) ap, Gemeensch
numentale betonnen structuur is een mezzanine opgehangen die fungeert als open leercentrum. De turnzaal zelf dient als ontspanningsruimte. In 2022 worden de gerestaureerde werkhuizen opnieuw in gebruik genomen. De restauratie herwaardeert de kenmerkende industriële architectuur met haar staalstructuur, zaagtanddaken en lichtstraten. Met de geplande restauratie van de gevels (2022-2023) en de interieurs van het klassengebouw zal het masterplan worden afgerond. Ook een beheersplan is in de maak. Dat zal een leidraad vormen voor de gebruikers van de school en moet het optimale behoud van het beschermde monument garanderen.
De gerestaureerde werkhuizen, industriële architectuur uit het interbellum, worden opnieuw gebruikt voor de opleidingen houttechnieken, hout (binnenschrijnwerk en interieur) en pijpfitten, lassen en monteren. Dankzij ingrepen inzake energieverbruik, geluidsisolatie, binnenklimaat en stofafzuiging bieden ze een duurzame leeromgeving, waarin het moderne machinepark en de nieuwe montageruimte zorgen voor een stijlvol hedendaags accent. De school zet ook in op automatisering, digitalisering en interactiviteit via digitale onderwijstechnieken. Ze doet dat in nauwe samenwerking met de bedrijfswereld en de industrie.
De werkhuizen, ca. 1931 1931 (Vlaams Architectuurinstituut – collectie Vlaamse Gemeenschap, archief Camille Bal)
7
COLOFON DIENST ERFGOED De dienst Erfgoed van het Antwerpse provinciebestuur speelt een actieve rol in het behoud, de studie en de ontsluiting van het onroerend erfgoed in de provincie. Ze begeleidt het departement Logistiek bij de restauratieprojecten die het provinciebestuur uitvoert aan de monumenten in haar beheer. Via Monumentenwacht ondersteunen we eigenaars en beheerders van waardevol erfgoed in het onderhoud. In het Provinciaal Archeologisch depot bewaren en beheren we ensembles uit 46 gemeenten in de provincie.
Deze uitgave kwam tot stand in opdracht van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen: Voorzitter Cathy Berx, gouverneur Leden Luk Lemmens, Kathleen Helsen, Jan De Haes en Mireille Colson, gedeputeerden Provinciegriffier Maarten Puls Departementshoofd Wim Lux Met dank aan Arnold Callay, Karine De Gendt, Sarah Lacroix en Amke Maes
ARCHITECTUURLIEFHEBBERS BOOM (ALB) ArchitectuurLiefhebbers Boom (ALB) is een groep enthousiaste ‘Rupelianen’ die ijvert voor de inventarisatie en waardering van de architectuur in de gemeente Boom. De vereniging is gesticht in de aanloop van de bescherming als monument van PTS in 2004. Met tentoonstellingen en publicaties brengt ALB de Boomse architectuur, de bijbehorende geschiedenis en de ‘petites histoires’ onder de aandacht. Meer info op architectuurliefhebbersboom.mailchimpsites.com
Tekst Karl Fret, Serge Migom en Herman Siebens Illustraties Stefan Dewickere, tenzij anders vermeld Vormgeving Toast Confituur Tekstredactie Patrick De Rynck Drukwerk Antilope De Bie Printing Coördinatie en redactie Serge Migom
PTS BOOM, EEN SCHOOL MET TOEKOMST! PTS Boom is geëvolueerd tot een STEM-domeinschool (Science, Technology, Engineering en Mathematics). De school heeft als missie bij haar leerlingen de interesse en passie voor STEM te stimuleren. Ze wil hen bewust maken van de belangrijke rollen die wetenschappen, techniek, engineering en wiskunde vervullen in de moderne samenleving. Momenteel volgen 840 leerlingen er een opleiding secundair onderwijs. Zij worden voorbereid op hogere studies of op de arbeidsmarkt, in een tijdperk dat wereldwijd sterke wetenschappelijke vaardigheden nodig heeft voor het invullen van de huidige en toekomstige noden op de arbeidsmarkt.
Contactadres Dienst Erfgoed Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen www.provincieantwerpen.be Wettelijk depot D/2022/0180/05 Illustratie op het omslag De monumentale voorgevel van de Provinciale Technische Scholen
BIBLIOGRAFIE Sociale huisvesting Boom-Terhagen. 100 jaar bij de les, Boom, 2007. Camille Bal. Booms bouwmeester van 1911 tot 1955. Een impressie van een bevlogen architect en urbanist, Boom, 2012. School maken in Boom. Een kijk op 150 jaar scholen bouwen in Boom, Boom, 2013. Een droom van een park. Utopia in Boom, Boom, 2021.
Op de werf 4